deel 2 (vooronderzoek)

18

description

vooronderzoek, ragbag

Transcript of deel 2 (vooronderzoek)

Page 1: deel 2 (vooronderzoek)
Page 2: deel 2 (vooronderzoek)

Inhoudsopgave

1. DISTRIBUTIE .............................................................................................................................................. 3

1.1 CONCLUSIE ........................................................................................................................................................ 3

2. PRIJS EN DOELGROEP ................................................................................................................................. 4

3. DESTEP ANALYSE ....................................................................................................................................... 5

3.2 ECONOMISCH .................................................................................................................................................... 5 3.4 TECHNOLOGISCH ................................................................................................................................................ 6 3.6 POLITIEK-JURIDISCH ............................................................................................................................................ 6

4. CONCURRENTIE ANALYSE .......................................................................................................................... 7

5. TRENDS EN ONTWIKKELINGEN ................................................................................................................... 8

5.1 FAIR TRADE ....................................................................................................................................................... 8 Het begrip "fair trade" .................................................................................................................................... 8 Hoe functioneert fair trade in de praktijk? ...................................................................................................... 8 Etiketteringinitiatieven .................................................................................................................................... 8 Fair trade in de Europese Unie ........................................................................................................................ 9 Internationale fora .......................................................................................................................................... 9 Overwegingen inzake het verdere beleid ........................................................................................................ 9 Fair trade ter Discussie (DDiD) ...................................................................................................................... 10 Omzet fair trade wereldwijd ......................................................................................................................... 11 Wereldwinkel Onderzoeken .......................................................................................................................... 11 Consumententrends ...................................................................................................................................... 11 Producttrends ................................................................................................................................................ 11 Groenmoe ...................................................................................................................................................... 12 Samenstelling Consumentenvertrouwen ...................................................................................................... 12 Trendwatchers .............................................................................................................................................. 13 Trendwatchers Pt.2 "Facebook kan landbouw hip maken" .......................................................................... 15

Page 3: deel 2 (vooronderzoek)

1. Distributie

Van al de verkopen van Ragbag gaat een kwart via de website, een kwart via bedrijven die kopen voor bijvoorbeeld relatiegeschenken en kerstpakketten en de helft gaat via winkels (tussenhandel).

Het aantal winkels waar de producten van Ragbag worden verkocht ziet er nu als volgt uit; België 3 Denemarken 1 Duitsland 13 Israel 1 Nederland 29 Zwitserland 1 United States 2

In totaal zijn dit 50 winkels. In 2010 zouden dit volgens het businessplan van Ragbag al 300 winkels moeten zijn. Ook staat er in het businessplan dat internet het grootste verkooppunt zou moeten zijn, wat dus niet het geval is.

Als er spullen opgestuurd moeten worden dan besteedt Siem dit uit aan een bedrijf dat vlakbij hem zit. In het businessplan stond dat dit direct zou zijn, wat kosten zou besparen.

1.1 Conclusie

Volgens het businessplan verkoopt Ragbag zijn producten aan veel te weinig winkels. Ook wordt er veel te weinig aandacht gericht op het verkopen via internet terwijl hier een vier keer zo grote winst mee wordt behaald. Hier moet dus zeker naar gekeken worden. Punten die in het businessplan beschreven staan worden dus niet nageleefd

1‟2.

1 Businessplan Ragbag

2 http://www.ragbag.eu/

Page 4: deel 2 (vooronderzoek)

2. Prijs en doelgroep

In het Businessplan van Ragbag staat dat mensen die Ragbag producten kopen, niet alleen bezig zijn met recyclen, maar dat deze mensen ook sociaal bezig zijn, met bepaalde standpunten maken. De letterlijke doelgroep waar Ragbag zich de afgelopen jaren op heeft geprobeerd te richten, zijn mensen tussen de 16 en 46 jaar. Ze leven een urban lifestyle, zijn zich bewust van de problemen die zich in de wereld afspelen, maar zijn tegelijkertijd ook positief en modebewust. Ragbag noemt deze targetgroep ook wel de „Cultureel Creatieven; deze mensen staan voor sociale gelijkheid, vrede, zelfontwikkeling, spiritualiteit en vrijheid van meningsuiting. Zij zijn zowel met zichzelf als met hun sociale omgeving bezig en zijn zowel activisten als vrijwilligers. Volgens onderzoek kan 15% van de Nederlandse bevolking worden omschreven als “Cultureel Creatief”. Nu is onze vraag, is dit een duidelijke en goed bereikbare doelgroep? Hoe weten mensen van zichzelf dat ze onder deze „categorie‟ vallen?

Prijzen van de Ragbag artikelen zijn best hoog. Ragbag vindt zichzelf vrij uniek omdat de producten een combinatie zijn van gerecycled materiaal en productie uit India. Ragbag plaatst zichzelf in het midden van het prijssegment in de „retail/prijs matrix‟. Ze zijn goedkoper dan het merk Freitag, maar niet zo goedkoop dan het „brandless commodity‟ is. De prijzen moeten in goede combinatie zijn met hoe de producten in de winkels gepresenteerd worden. Is het een realistische prijs die ze neer zetten, of plaatsen zij zichzelf in een verkeerd deel van de matrix? Voor een schoudertas betaal je per stuk (incl BTW) €49,-. Voor een Agenda betaal je gemiddeld per stuk (incl BTW) €22,-. Voor een portemonnee betaal je €22,- per stuk (incl BTW)

3.

3 Businessplan Ragbag

Page 5: deel 2 (vooronderzoek)

3. Destep analyse

3.1 Demografisch

Duurzaamheid en ecologisch bewustzijn is een belangrijke trend. Een gevolg hiervan is dat de groep van „Cultureel Creatieven‟ toeneemt. Volgens onderzoek van MarketResponse zijn er op dit moment 1,6 miljoen mensen die als Cultureel Creatief getypeerd mogen worden. Cultureel Creatieven komen in alle lagen van de bevolking voor en zij wonen verspreid over Nederland. Afgelopen jaar zijn er in Nederland 100.000 mensen bijgekomen die een duurzame levensstijl nastreven en naar verwachting zal deze groep nog veel meer toenemen. De vraag is natuurlijk of deze toename alleen maar gebaseerd is op de huidige trend of dat het hier echt gaat om een blijvende veranderde mentaliteit.

Afb 1. Aantal Cultureel Creatieven 4

3.2 Economisch

Onderzoeken over de verschuiving van koopgedrag naar het internet geven verschillende resultaten. Over het algemeen wordt verkoop via internet steeds meer geaccepteerd. Consumenten zijn bekender met het fenomeen en hebben ook meer vertrouwen in online betalingen. In de eerste helft van 2010 is het aantal aankopen via internet met 34%

5 toegenomen. Deze groei is voornamelijk te verklaren

doordat het aantal aankopen per shopper met 25% is toegenomen. De gemiddelde besteding is echter wel gedaald van €145 naar €120

6. Consumenten doen makkelijker kleine aankopen via het

internet omdat verzendkosten gedaald zijn en doordat de distributie flexibeler is geworden. Hoewel het internet steeds belangrijker wordt als verkooppunt blijkt dat dit lang niet voor alle producten geldt. De drie domeinen die het meest via internet verkocht worden zijn reizen, telecom en kleding.

3.3 Sociologisch

De eerder genoemde duurzaamheidtrend is een belangrijke factor waar Ragbag zeker van kan profiteren. De duurzaamheidtrend is echter al enkele jaren oud. Ragbag is de afgelopen jaren niet extra gegroeid en de doelstellingen zoals beschreven in het businessplan zijn niet behaald. Het effect van de trend zou kunnen zijn dat meer mensen interesse in Ragbag tonen dan anders het geval was geweest. De tegenvallende verkoop geeft aan dat deze sterke maatschappelijke trend geen garantie is voor succes. Zowel in de politiek als bij de gemiddelde burger is de laatste jaren de kritiek op ontwikkelingshulp sterk toegenomen. Het geven van geld aan organisaties wordt meer en meer gezien als zinloos. Het geld zou uiteindelijk toch niet bij de mensen terecht komen maar bij de heersende regimes. Andere manieren van ontwikkelingshulp die meer gericht zijn op het helpen van mensen om zichzelf te kunnen onderhouden nemen in populariteit toe. Een voorbeeld hiervan zijn de vele projecten omtrent microkredieten. Ragbag past goed in deze nieuwe benaderingswijze.

4 http://www.marketresponse.nl/specials/cultural-creatives/de-cultural-creative/

5 http://www.deloitte.com/assets/Dcom-Belgium/Local%20Assets/Documents/NL/be(nl-be)_press_global-powers-of-retailing-

report_120110.pdf 6 http://www.gfkbenelux.nl/imperia/md/content/gfkrtbenelux/pdf-documenten/internetbestedingen_groeien_ondanks_crisis.pdf

Page 6: deel 2 (vooronderzoek)

3.4 Technologisch

De technologie die gebruikt wordt bij de fabricage van de Ragbag producten is een factor waar Ragbag niet direct invloed op heeft. De productieprocessen zijn in handen van lokale ondernemingen. Omdat niet precies gedefinieerd is wat Ragbag eigenlijk verkoopt, zijn nieuwe recycling methoden altijd interessant.

3.5 Ecologisch

Er wordt mondiaal zeer veel afval geproduceerd. De snelle verstedelijking7 in India zorgt ervoor dat

daar op het moment een absoluut probleem is wat betreft afvalverwerking. Er is geen tot weinig deskundigheid over hoe er efficiënt met afval om moet worden gegaan. Veel afval waaronder plastic is goed te recyclen. De laatste jaren is elektronisch afval uit het westen ook een zeer groot probleem in India.

3.6 Politiek-juridisch

Het begrip fair trade refereert aan een internationaal handelsmodel dat opgezet is met de bedoeling rechtvaardige handel te kunnen garanderen. De „World Fair Trade Organization‟ geeft de volgende definitie van fair trade: "Fair Trade is a trading partnership, based on dialogue, transparency and respect, that seeks greater equity in international trade. It contributes to sustainable development by offering better trading conditions to, and securing the rights of, marginalized producers and workers - especially in the South”

8.

De WFTO geeft een tiental speerpunten waar fair trade aan zou moeten voldoen.

1. Kansen bieden aan kansarme producenten 2. Transparantie 3. Eerlijke handelsvoorwaarden 4. Verantwoorde prijzen, leefbare lonen 5. Geen kinderarbeid, geen gedwongen arbeid 6. Gelijke kansen 7. Verantwoorde arbeidsomstandigheden 8. Capaciteitsopbouw 9. Zorg voor het milieu 10. Promotie van fair trade Max Havelaar is het onafhankelijke keurmerk voor fair trade. Vaak word gedacht dat Max Havelaar zelf producten zou verkopen, dit is echter niet het geval. Het Max Havelaar keurmerk is te herkennen aan onderstaand logo. Max Havelaar is een onderdeel van de international koepelorganisatie „Fair trade Labelling Organizations‟. Op de website www.fairtrade.net staan de voorschriften waaraan bedrijven moeten voldoen willen zij het fair trade logo mogen voeren.

Omdat Ragbag met verschillende producenten werkt is het niet direct overzichtelijk of alle producten als fair trade bestempelt zouden mogen worden.

7 http://www.evd.nl/zoeken/showbouwsteen.asp?bstnum=280122

8 http://fairtrade.nl/NL/MainExtendedContent/Wegwijs-in-fairtrade/Definitie.aspx

Page 7: deel 2 (vooronderzoek)

4. Concurrentie analyse

4.1 Concurrenten De producten van Ragbag zijn van gerecycled materialen. In deze sector zijn de volgende concurrenten aanwezig;

- Freitag - Kultbag - Fair trade original (groothandel)

Daarnaast zijn er de concurrenten die zich ook in de tassenmarkt bevinden zoals; - Crumpler - Khodi - Ortlieb - Bree - Canvasco - Eastpak - Kipling - Jute bag - Jan sport - Hippybag

4.2 Unique Selling Point Het onderscheidende vermogen ten opzichte van al deze concurrenten is dat Ragbag gerecycled materiaal gebruikt dat afkomstig is uit India. Dit aspect maakt hen naar de concurrentie toe uniek en wordt gezien als een Unique Selling Point.

4.3 Prijsklasse Ragbag zit qua prijsklasse een beetje in het midden. Zie tabel hieronder.

4.4 Positionering Ragbag heeft geen duidelijke positionering. In bovenstaande tabel is terug te zien dat Ragbag zichzelf positioneert tussen de globale en alternatieve producten in. Dit geeft hun gemiddeld gekozen prijsstrategie ook deels weer.

4.5 Doelgroep De doelgroep van Ragbag zijn de cultureel creatieven. Dit zijn mensen die een bepaalde kijk op het leven hebben. Voornamelijk een duurzame en eerlijke wereld hebben deze mensen voor ogen. Deze doelgroep heeft alleen geen weet van de stempel cultureel creatieven die zij krijgen. De doelgroep is heel klein. 15 procent van de totale Nederlandse bevolking. Verder is Ragbag bedoeld voor iedereen. Aan specifieke segmentering wordt niet gedaan. Ragbag is voor iedereen. Ook hiermee onderscheid Ragbag zich van concurrerende merken. Deze hebben allen een vooraf bepaalde doelgroep en concentreren zich daar op

9.

9 Businessplan Ragbag

Page 8: deel 2 (vooronderzoek)

5. Trends en ontwikkelingen

5.1 Fair trade

De bevordering van fair trade past in de bredere doelstellingen van de gemeenschap op het gebied van de ontwikkelingssamenwerking, namelijk de strijd tegen de armoede, economische en sociale ontwikkeling en vooral de geleidelijke integratie van de ontwikkelingslanden in de wereldeconomie.

De handel speelt een fundamentele rol in het ontstaan van welvaart, en dus in de ontwikkeling. De genoemde mededeling bevat eerste uitgangspunten voor de uitwerking van het standpunt van de gemeenschap ten aanzien van dit thema.

Het begrip "fair trade" De term "fair trade" wordt gewoonlijk gebruikt om eerlijke handelspraktijken aan te duiden waarmee de economische positie van kleine producenten en grondeigenaren wordt versterkt om te voorkomen dat zij in de wereldeconomie gemarginaliseerd raken. Het betreft voornamelijk de ontwikkelingslanden en in de genoemde mededeling worden twee belangrijke aspecten onderscheiden:

ervoor zorgen dat de producenten, met inbegrip van de werknemers, in de totale winsten delen in evenredigheid met hun inbreng;

de sociale omstandigheden verbeteren, vooral voor de werknemers, in het licht van het feit dat goede maatregelen op het gebied van sociale voorzieningen, vertegenwoordiging van de werknemers (bijvoorbeeld via vakbonden), enz. ontbreken.

Het gaat bij fair trade om de ontwikkeling op lange termijn. Zowel de verkopers als de consumenten nemen op vrijwillige basis aan initiatieven op dit gebied deel.

Fair trade is niet hetzelfde als ethische handel. Deze laatste term wordt vooral gebruikt in verband met de activiteiten die multinationals in ontwikkelingslanden ontplooien (en waarvoor bijvoorbeeld gedragscodes worden overeengekomen).

Hoe functioneert fair trade in de praktijk? "Fair trade"- goederen bereiken de consument altijd via kanalen die te danken zijn aan privé-initiatieven. De praktische gang van zaken bij fairtrade is in de loop der jaren sterk veranderd.

De traditionele "fair trade"-beweging Het idee van fairtrade is aanvankelijk afkomstig van niet-gouvernementele organisaties (NGO's). In het begin werd fair trade beoefend door alternatieve handelsorganisaties, die vaak waren opgericht door kerken, liefdadigheidsorganisaties, enz. Er is bemoeienis met alle aspecten van de productie (plaats, toegepaste methode, enz.). Winsten worden vaak weer geïnvesteerd in ontwikkelingsprojecten. Er zit niet altijd een specifiek etiket op de producten.

Etiketteringinitiatieven Sinds het begin van de jaren 80 doen steeds meer gewone handelszaken (supermarkten) mee aan "fair trade"-initiatieven. Zij brengen de betrokken producten via de normale distributiekanalen op de markt.

Om ook in dat geval de echtheid van die producten te garanderen, zijn etiketteringsystemen opgezet. Er bestaan verscheidene "fair trade"-labels ("Fairtrade Mark" enz.). Voor elk label is een certificeringbureau verantwoordelijk, dat erop toeziet dat in alle fasen van het productieproces volgens de beginselen van fair trade wordt gewerkt. De certificeringbureaus bepalen ook de criteria waaraan een product moet voldoen om het "fair trade"-label te mogen dragen. Deze criteria zijn op internationaal niveau geharmoniseerd. Alle certificeringbureaus zijn lid van de FLO (Fair Trade Labelling Organisations International), die de certificering op communautair en internationaal niveau coördineert.

Page 9: deel 2 (vooronderzoek)

Producenten en importeurs voor wie is bevestigd dat zij aan de "fair trade"-criteria voldoen, worden opgenomen in internationale "fair trade"-registers. Programma's voor de toekenning van "fair trade"-labels worden gefinancierd via bijdragen voor vergunningen, betaald door de importeurs en de handelaars die "fair trade"-producten op de markt brengen. Deze bijdragen hangen af van de omzet en de verkochte hoeveelheden.

Fair trade in de Europese Unie Fair trade neemt een vrij belangrijk deel van het verbruik in Europa voor zijn rekening. De totale omzet van "fair trade"-producten in de EU in 1997 wordt geraamd op 200 à 250 miljoen euro. Van de Europeanen koopt 11 % dergelijke producten en onderzoek wijst uit dat er veel vraag naar bestaat.

De EU heeft reeds initiatieven ontplooid ten behoeve van fair trade. Het betreft onder meer resoluties van het Europees Parlement en de toekenning van financiële steun aan NGO's, aan etiketteringorganisaties en voor projecten in ontwikkelingslanden. Wat de regelgeving betreft, hanteert de Unie tal van instrumenten om de betrokken beginselen toe te passen, waaronder met name maatregelen in het kader van de EU-regeling inzake algemene tariefpreferenties. Sommige verordeningen inzake de handel met derde landen bevoordelen "fair trade"-goederen door de toegang ervan tot de communautaire markt te vergemakkelijken.

Internationale fora In internationale fora is de belangrijke rol van fair trade in de ontwikkeling van de armste landen erkend. De Wereldhandelsorganisatie (WTO) heeft geconcludeerd dat initiatieven op dit gebied de liberalisering van de markten niet belemmeren, omdat zij niet tot invoerbeperkingen of andere vormen van protectionisme leiden. Zij zijn dus verenigbaar met de algemene beginselen van de wereldeconomie.

Overwegingen inzake het verdere beleid De Commissie geeft bepaalde problemen aan die moeten worden aangepakt om het succes van "fair trade"-initiatieven in de toekomst te kunnen garanderen. Er dient voor een betere beleidscoördinatie tussen de betrokken partijen op de verschillende niveaus te worden gezorgd en ook moeten een juridische definitie van en gemeenschappelijke criteria voor fair trade worden vastgesteld. Voorts moet de controle op "fair trade"-producten worden verbeterd, zodat de consumenten gefundeerde keuzes kunnen maken. De consumenten moeten ook beter worden voorgelicht over fair trade. Ten slotte moet de dialoog met de "fair trade"-beweging worden voortgezet, waartoe bijvoorbeeld een speciaal orgaan zou kunnen worden ingesteld

10.

10 http://europa.eu/legislation_summaries/external_trade/r12508_nl.htm

Page 10: deel 2 (vooronderzoek)

Fair trade ter Discussie (DDiD) Wat betekent duurzaamheid, wat houdt maatschappelijk verantwoord ondernemen precies in en wanneer kun je een product fair noemen? Deze vragen werden ter discussie gesteld tijdens de “Ethical Fashion Show” in Parijs en tijdens de bijeenkomst “Sociaal Ondernemerschap in de Mode Industrie” van Stichting Sociaal Ondernemerschap in Amsterdam. Dieuwertje Damen van Dutch Design in Development (DDiD) was hierbij. “Voor DDiD als organisatie met als doel duurzame economische ontwikkeling van kleinschalige producenten in ontwikkelingslanden te stimuleren, waren dit waardevolle en interessante discussies. Helemaal omdat DDiD wereldwijd met verschillende soorten en maten producenten werkt. Zo zet DDiD projecten op met fair trade gecertificeerde organisaties, maar ook met kleinschalige producenten die misschien nog wel nooit van de ILO richtlijnen of het FSC keurmerk gehoord hebben.” Naar aanleiding van deze discussies, leek het haar belangrijk stil te staan bij de volgende vraag: kun je producten die door deze laatste groep kleinschalige producenten ontwikkeld zijn wel duurzaam of fair noemen? Lees meer.

Om deze vraag te beantwoorden ging DDiD op onderzoek uit naar wat fair trade betekent of kan betekenen voor kleinschalige producenten in ontwikkelingslanden. Aan de ene kant geeft fair trade certificering aan dat een producent eerlijke en structurele handelsrelaties heeft met zijn (internationale) inkopers. Er worden eerlijke prijzen betaald voor zijn producten; inkopers regelen daar waar nodig voorfinanciering om grondstoffen in te kopen of om het productieproces te financieren. Als een order niet goed loopt, zal de deal niet meteen worden afgelast of korting worden geëist, maar zullen inkoper en producent samen op zoek gaan naar een oplossing. Aan de andere kant moet deze fair trade producent eerlijk met zijn eigen personeel omgaan en zijn natuurlijke omgeving en gebruikte hulpbronnen duurzaam behandelen. Hij zal primaire en secundaire arbeidsomstandigheden serieus nemen en zijn verantwoordelijkheden voor het milieu nemen. Dat dit in de praktijk ook wordt waargemaakt, daar kan je als consument vanuit gaan omdat zowel inkoper als producent regelmatig worden gecontroleerd door externe monitor- en evaluatieorganen.

Uit ervaring blijkt echter dat fair trade ook iets heel anders kan betekenen voor een kleinschalige producent in een ontwikkelingsland. Vaak gaat er namelijk een lang, kostbaar en intensief proces aan vooraf voordat een producent zich fair trade kan noemen - een complex proces waarin de kans dat een aanvraag voor een bepaald keurmerk daadwerkelijk wordt ingewilligd verre van zeker is. Allereerst moet een producent een jaarlijks bedrag betalen om onder een keurmerk te kunnen vallen en moet hij aan hoge (kwaliteit)eisen voldoen. Dit kost niet alleen veel tijd en geld, maar de eisen en criteria zijn vaak ook gebaseerd op Europese normen en waarden die niet overeenkomen met de normen en waarden die gelden in de eigen samenleving. Hiernaast krijgen de producenten te maken met zeer complexe en ontransparante certificeringsystemen. Het is voor een producent vaak onduidelijk welk keurmerk (voor welke inkoper) welke criteria hanteert. Om hier duidelijkheid en ondersteuning in te krijgen is hij al snel afhankelijk van lokale of internationale NGOs, wat zijn zelfstandige positie niet ten goede komt. Dit is overigens alleen zo als er een certificeringorgaan in de regio aanwezig is, wat vaak ook niet altijd het geval is.

Rekening houdend met deze moeilijkheden, is het dan fair te concluderen dat kleinschalige producenten die geen toegang hebben tot certificering, die niet door een keurmerkaanvraag heenkomen, die niet aan de hoge eisen kunnen voldoen of die het lange en intensieve proces niet konden financieren, per definitie niet fair zijn? Of is het eerlijker er bewust van te zijn dat „fair trade‟ in het geval van kleinschalige producenten in ontwikkelingslanden een proces van insluiting en uitsluiting in gang kan zetten, waarbij juist deze kleinschalige en vaak kwetsbare producent de toegang tot (internationale) handel wordt bemoeilijkt of ontzegd?

Het is niet de bedoeling hier aan te tonen dat fair trade niet deugt. Integendeel, DDiD gelooft zelfs dat eerlijke en duurzame handel als proces de enige manier is duurzame economische ontwikkeling van kleinschalige producenten in ontwikkelingslanden te stimuleren. Maar om écht fair te zijn moeten we ons bewust zijn van de nadelen van fair trade als keurmerk en als enig bewijsstuk voor een producent om aan te tonen dat hij eerlijk omgaat met mens en milieu en zijn product dus fair trade mag noemen. Dit bewustzijn is misschien wel de meest eerlijke en duurzame stap in het hele fair trade proces. Alleen op basis van deze gedachte - dat kleinschalige producenten in ontwikkelingslanden door fair trade als keurmerk juist buitengesloten kunnen worden uit de markt - kan het proces van eerlijke handel bestaan. Dit is precies wat DDiD een designer meegeeft voordat deze naar een kleinschalige

Page 11: deel 2 (vooronderzoek)

producent in een ontwikkelingsland vertrekt. DDiD is dan ook van mening dat de producten die uit zo‟n project voortkomen met recht fair genoemd worden

11.

Omzet fair trade wereldwijd Van 2004 tot 2007 zijn de wereldwijde verkopen van gecertificeerde fair trade producten bijna verdrievoudigd van € 832 miljoen tot bijna € 2,4 miljard. In 2008 bedroeg de geschatte wereldwijde omzet in fair trade € 2,9 miljard. Vooral fair trade food is steeds beter verkrijgbaar in supermarkten en dat is dan ook de belangrijkste verklaring voor de explosieve groei. De fair trade omzet groeide met tenminste 50% in zeven landen, Australië, Nieuw-Zeeland, Canada, Finland, Duitsland, Noorwegen en Zweden. Ook in de traditioneel sterke landen steeg de omzet aanzienlijk: Engeland (+43%), Nederland (+28%) en de VS (+10%). De gemiddelde groei in Europa van fair trade FLO-gecertificeerde producten over 2008 bedroeg 22% ten opzichte van 2007. In absolute cijfers blijft Engeland koploper: in 2008 werd voor € 880 miljoen aan fair trade producten verkocht, ook hier hoofdzakelijk food via een groot aantal supermarktketens. De gemiddelde besteding in Nederland per hoofd van de bevolking bedroeg in 2008 circa € 4,00. In Zwitserland bedroeg dit bijna € 19 en in het Verenigd Koninkrijk € 13,75

12‟13

‟14

.

Wereldwinkel Onderzoeken Groen. Duurzaam. Fair trade. Het is hot en booming. Een blik in de cijfers, trends en ontwikkelingen. Wat voor invloed hebben deze ontwikkelingen op de Wereldwinkels? Fair trade heeft de wind mee. Groen consumeren en duurzaam ondernemen zijn in 2009 niet meer weg te denken uit de Nederlandse samenleving. Zo vindt 85% van de Nederlanders het belangrijk dat bedrijven duurzaam ondernemen. Maar het moet wel echt zijn. Windowdressing is uit den boze! Duurzame merken hebben een streepje voor, ze worden eerder aanbevolen en gekocht. De helft van de Nederlanders wil hiervoor in eerste instantie zelfs meer betalen. Maar zij vinden ook dat het hen uiteindelijk kosten moet besparen.

De helft van de Nederlanders krijgt een goed gevoel bij een duurzaam merk. Duurzaam ondernemen is dus ook goed voor het imago van bedrijven en merken. Uit onderzoek van het magazine Onze Wereld (2010) naar goede voornemens van consumenten bleek dat 38% van de onderzoeksdeelnemers meer wenst bij te dragen aan een betere wereld: door meer fair trade te kopen, er een betere levensstijl op na te houden en aan goede doelen te geven. Bekijk een vergroting van de grafiek

Consumententrends Wat wil de consument? Die wil duidelijkheid en geen gebakken groene lucht. De moderne consument is zeer zelfbewust en kiest uit het aanbod juist dat wat het best bij zijn identiteit past. Lang niet iedereen is nog trouw aan een merk. Voor een goed alternatief wordt een merk al snel ingewisseld, genegeerd of zelfs veroordeeld. Consumenten baseren hun keuze meer en meer op de mening en ervaring van andere consumenten. Sociale netwerken spelen daarbij in toenemende mate een belangrijke rol. Nieuwe media worden sowieso steeds belangrijker in het hele proces van oriënteren, beïnvloeden en kopen, kennis vergroten en delen. Steeds meer mensen kopen steeds meer online. De wereld beter maken met de verkoop van fair trade cadeauartikelen en de westerse markt toegankelijk te maken voor bedrijven in ontwikkelingslanden is wat Wereldwinkels doen. Wereldwinkel is een gevestigd merk met een zekere reputatie op dat gebied.

Producttrends In de maatschappij van nu zien we een aantal trends in productontwikkeling, waar Wereldwinkels van nature bij kunnen aansluiten. Consumenten toetsen producten op verantwoord en onderscheidend. Zij zoeken producten met een ziel waarbij het gaat om waarden en een verhaal. Duurzaam eten en consumeren is in ontwikkeling, de grote supermarkten komen met eigen duurzame merken waardoor

11 http://www.ddid.nl/dutch/Artikelen/Discussiefairtrade.html

12 FLO Annual Report 2008, pagina 23 Facts and Figures

13 http://www.fairtrade.ie/assets/files/FLO_AR_2008.pdf

14 http://jaarverslag2009.wereldwinkels.nl/nl/menu/Feiten_en_cijfers

Page 12: deel 2 (vooronderzoek)

het aanbod biologische en duurzame artikelen groeit. Wereldwijd stimuleert de grondstoffen crisis vernieuwing op het gebied van recycling en cradle to cradle.

Fair trade en recycling is de core business van Wereldwinkels. Fair trade staat voor sterke waarden die ons assortiment die ziel meegeven waar de consument naar zoekt. En verhalen hebben we te over: over de cultuur, gebruikte technieken, tradities en de makers zelf. Steeds meer fair trade food is eveneens biologisch. In de fair trade heeft productontwikkeling de laatste drie jaar een grote slag gemaakt. Met bijvoorbeeld de samenwerking met Nederlandse ontwerpers als Piet Hein Eek of Dutch Development in Design, slagen producenten er steeds beter – en sneller! - in aan te sluiten bij het laatste modebeeld

15.

Groenmoe De eerste groen moeheid ligt echter al op de loer, als we Adjiedj Bakas, trendwatcher of the year 2009 en spreker op de trenddag voor Wereldwinkeliers, moeten geloven. Is dat zo? De keuze aan duurzame en fairtrade producten groeit voorlopig nog gestaag. Het aantal winkels en webshops waar consumenten deze producten kunnen kopen eveneens. Bovendien leeft 66% van de consumenten nog minder duurzaam dan ze eigenlijk zouden willen. Van de Cultureel Creatieven zegt 50% te streven naar duurzaam consumptiegedrag. Nieuwe duurzame merken moeten het vertrouwen van de consument nog winnen. Wanneer de communicatie en transparantie van bedrijven en merken verbetert, groeit het vertrouwen en zal de verkoop van duurzame producten verder stijgen.

En als het gaat om consumentenvertrouwen, hebben Wereldwinkels een voorsprong op hun concurrenten. Vanwege de lange voorgeschiedenis en expertise op het gebied van faire handel, genieten beide merken al het vertrouwen van de consument. FaiRSupport werkt nu drie jaar samen met trendbureau Co-ok dat trendadviezen op maat maakt voor onze fairtrade producenten. Het resultaat is ernaar: verrassend design en een assortiment dat steeds sneller vernieuwd

16‟17

.

Conjunctuurbericht, woensdag 20 oktober 2010 9:30 De stemming onder consumenten is in oktober verbeterd. Het consumentenvertrouwen kwam uit op -10, tegen -14 in september. Daarmee bereikte de vertrouwensindicator het hoogste niveau sinds januari.

Samenstelling Consumentenvertrouwen

De koopbereidheid nam toe. De consumenten waren vooral veel minder pessimistisch over hun eigen financiële situatie in de komende 12 maanden. Deze indicator verbeterde met 5 punten en kwam uit op -4. Ook vonden de consumenten de tijd minder ongunstig voor het doen van grote aankopen dan

15

http://jaarverslag2009.wereldwinkels.nl/nl/menu/Ontwikkelingen/Trends_in_de_markt?PHPSESSID=d07ddb8a4c863d9de6adcfd8d41f922f 16

http://jaarverslag2009.wereldwinkels.nl/nl/menu/Ontwikkelingen 17

Trends in retail 2009-1010, Capgemini. Duurzaamheidscompas 2009, MarketResponse

Page 13: deel 2 (vooronderzoek)

een maand eerder. Dit onderdeel van het consumentenvertrouwen verbeterde van -13 naar -9. Het oordeel over de financiële situatie in de afgelopen 12 maanden bleef onveranderd.

De consumenten waren veel minder somber over het economisch klimaat. Vooral het oordeel over de economische situatie in de afgelopen twaalf maanden verbeterde fors. Het oordeel over de komende 12 maanden verbeterde ook, maar in mindere mate.

Trendwatchers Volgens Edelkoort is „well-being‟ van een nichemarkt opgeschoven richting een volwassen markt. Een bedrijf moet daarom de toekomstige behoeften van de consument kennen en meenemen in de ontwikkeling van nieuwe diensten, producten en omgevingen. Maar helaas zijn ze vaak onwetend over wat well-being nu precies inhoudt. Bedrijven grijpen volgens de trendwatcher te gemakkelijk naar clichés, zonder te weten wat de juiste kleur, toon en vorm is waarop zij de consument moeten benaderen. Li Edelkoort: „De mens wil zich van nature omringen en laten strelen door mooie materialen. Zich door de meest verse ingrediënten laten voeden, zich in de watten laten leggen met infusies, body milk en cactusextracten. We zijn op weg naar een gezondere en vreedzamere levensstijl. „Well-being wordt steeds belangrijker en is nauw verbonden met groei, het zal alle andere verlangens overbodig maken. Dat betekent dat alle industrieën die zich hiermee bezighouden zich moeten voorbereiden op de toekomst.‟ Let wel, well-being is niet louter wellness. Daar waar wellness vooral gaat over het lichaam (en de geest) gaat well-being verder. Genieten van de zon die buiten schijnt, van mooie objecten, mooie stoffen, geuren, kleuren. De trend is begonnen in het hotelwezen, overgeslagen in het toerisme en je ziet langzamerhand dat het ook andere industrieën beïnvloedt. Edelkoort: „Op het moment dat twee industrieën en elkaar op het gebied van well-being kruisen, ontstaat er iets nieuws.‟Dat is vooral te zien op het kruispunt van de medische wereld en de schoonheidsindustrie. „Er wordt meer aandacht gegeven aan preventie.‟ In een crisistijd, zoals we die nu beleven, hebben consumenten volgens Edelkoort behoefte aan well-being en service. Producten aanschaffen wordt minder populair. Een „nieuwe‟ reden waarom mensen behoefte hebben aan tastbaarheid en well-being is omdat we ons vandaag de dag omringd vinden door „schermen‟. „Mobiele telefoons, tv‟s, computers, laptops, de

Page 14: deel 2 (vooronderzoek)

iPad. Een steeds groter deel van ons leven wordt virtueel en daardoor groeit de behoefte aan tastbaarheid. Producten moeten ook goed gaan voelen. Dat geldt niet alleen voor de iPad of een parfumflesjes, maar ook voor afwasmiddelflessen en de plastic yoghurtbekertjes.‟ Het komt neer op het verfijnen van de consumptie-industrie. De behoefte aan meer zachtheid, well-being, hoe valt dat bijvoorbeeld te rijmen een andere trend die we in de maatschappij zien, vroeg ik Edelkoort. Filosoof en socioloog Bas van Stokkom publiceerde onlangs het boek „Wat een hufter! Ergernis, lichtgeraaktheid en maatschappelijke verruwing over de groeiende hufterigheid in de maatschappij. Zijn boodschap is dat het meer ruimte geven aan het gevoelsleven van de Nederlanders (vanaf de jaren zestig) heeft geresulteerd in „assertief individualistisch machtsvertoon en egocentrisme‟. Edelkoort: „De trend van well-being is een reactie op deze trend. Een wapen om ons te weren tegen die buitenwereld die steeds ruwer en harder lijkt te worden.‟ Ze noemt als voorbeeld de huidige vliegervaring. „Vliegen vandaag de dag is een ramp, bij ondoenlijk om nog te doen met al die securitymaatregelen. Een verschrikking. Vandaar dat je op vliegvelden die behoefte aan relaxen en een mooie omgeving ziet toenemen.‟ Passagiers hebben dat nodig, anders worden ze gek. Geldt ook voor de retailervaring. Jongeren hebben het gehad met de retailervaring anno nu. Er is meer beleving en service nodig. Iets wat ook retail & trademarketing-organisatie Hamilton Bright signaleert. Nog niet iedere industrie is zoals gezegd op de hoogte van de trend. Neem een concreet voorbeeld: Auping, maker van bedden en matrassen. „Het zijn zeker goede producten, zegt Edelkoort, maar wat verkoopt Auping nu precies? Geen beleving, geen ervaring, geen well-being. „Het bed wordt steeds meer dan een bed alleen: het is een bank, bioscoop geworden‟. Het wordt niet alleen maar voor slapen en fysiek plezier gebruikt, en Auping mist hierdoor de well-being boot. „Introduceer het bed op een andere manier‟, is het advies van Edelkoort.

Een rode draad in de ontwikkeling van well-being is het winnen van tijd voor je eigen welzijn. De well-being industrie hoeft geen een grote ontwikkeling te zijn, weet Edelkoort, het zit „m juist in de kleine hoekjes. Neem de badkamer: een vierkante toiletrol kan heel bijzonder zijn. „Het levert een verstilling op‟, aldus Edelkoort. Het niet een trend die voorbij zal waaien, meent Edelkoort. Vergelijk met de opkomst van vrije tijd in de jaren vijftig. Het is opgekomen en niet meer weggegaan. Dat geldt ook voor de behoefte aan well-being

18.

18 http://www.molblog.nl/bericht/li-edelkoort-verfijn-de-consumptie-industrie/

Page 15: deel 2 (vooronderzoek)

Trendwatchers Pt.2 "Facebook kan landbouw hip maken" Door een grote dosis buikgevoel te mengen met wetenschappelijke bevindingen, slaagt Herman Konings erin om trends in de maatschappij te bespeuren. In zijn boek Latte Macchiato beschrijft hij de waarden die mensen vandaag en de komende jaren belangrijk vinden. Voor de Vlaamse land- en tuinbouw betekent dit goed nieuws, want volgens de trendwatcher heeft de sector heel wat potentieel om in de smaak te vallen bij de consument. Toch is er hier en daar nog werk aan de winkel. “Proactieve communicatie via sociale netwerken kunnen de sector een hip en geloofwaardig imago bezorgen”, meent Konings.

Latte Macchiatio In uw boek wijst u op een trend die zich sterk doorzet: Latte Macchiato. Wat betekent dit juist? Herman Konings: Bij aanvang van het tweede decennium van deze eeuw zien we dat een aantal waarden of drijfveren zich steeds duidelijker laten gelden. LATTE is het acroniem voor de volgende waarden: het lokale, het authentieke, het traceerbare, het trouwhartige en het ethische. Deze drijfveren zijn vooral terug te vinden bij de babyboomers, de 45- tot 60-jarigen. Bij 20- tot 30-jarigen zien we dat de MACCHIATO-waarden de overhand hebben: het meerlagige, het aanstekelijke, cultainment, consumanderen, het hilarische, het I-motionele, anticiperen, het toonaangevende en openheid. Latte en Macchiato passen smakelijk bij elkaar en verwijzen naar de meerdere lagen waaruit de Italiaanse koffie Latte Macchiato is opgebouwd. Zoals de lagen zich bij de koffie vermengen als je ervan drinkt, zo gebeurt dat ook bij de waarden van beide generaties. De babyboomers laten zich inspireren door de waarden van hun kinderen en zoon- of dochterlief neemt waarden over van zijn of haar ouders.

Voorbeelden Latte-waarden De consument hecht in toenemende mate belang aan lokale producten. Door de globalisering zijn mensen zich gaan afzetten tegen de voorspelbaarheid van gestandaardiseerde producten. Ze willen producten met een lokale toets. Om die reden stijgt de belangstelling voor restaurants die met streekproducten werken. Ook op vlak van toerisme zien we de hang naar het lokale. Denk maar aan het succes van bed & breakfasts en hoevetoerisme. Anderzijds moeten producten ook authentiek zijn. Dat betekent niet Bokrijk, maar wel oprechtheid: „what you see is how it is made‟. De babyboomers worden al wat ouder en ontwikkelen allerlei kwaaltjes. Daarom gaan ze sterk letten op wat ze eten. Bovendien is het ook een zeer mondige, kritische generatie. Zij willen weten wat er op hun bord terechtkomt en hoe die voeding vervaardigd is. De derde drijfveer is traceerbaarheid. Door de opkomst van internet zijn we ons steeds meer bewust van hoe de wereld eruit ziet en hoe de industrie werkt. We worden veel kritischer door die ongelofelijke hoeveelheid goedkoop beschikbare informatie. De consument van vandaag pikt het niet dat garnalen bij ons worden gevangen, naar Marokko worden verscheept om ze te pellen om ze nadien opnieuw bij ons in de winkel aan te bieden. Het tracé dat wordt afgelegd, zorgt voor een enorme druk op het milieu en daar zijn vooral babyboomers heel gevoelig aan. Trouwhartig staat voor kwaliteit en betrouwbaarheid. Consumenten hechten daar veel belang aan. Ze geloven niet in een yoghurt uit de Aldi die een houdbaarheidsdatum heeft van meer dan een jaar. Ook ethische overwegingen wegen steeds zwaarder door in het aankoopgedrag van mensen. De verkoop van fair trade producten is niet voor niets met dertig procent gestegen. Ook wordt er steeds meer geld aan goede doelen gegeven.

Ondanks de economische crisis bent u ervan overtuigd dat kwaliteit het wint op prijs. Hoe rijmt u dit? Natuurlijk heb je mensen die door de economische recessie zwaar getroffen zijn. Zij kunnen wellicht niet anders dan op de prijs te letten. Maar toch zien we een duidelijke tendens in de maatschappij naar kwaliteit en betrouwbaarheid, zeker bij alledaagse producten. Het is dan ook opvallend dat discounters zoals Aldi en Lidl absoluut geen terrein gewonnen hebben tijdens de crisis. Supermarkten die meer op kwaliteit spelen zoals Delhaize en Colruyt zijn wel vooruit gegaan. Bij Delhaize waren vooral de huismerken in trek, Colruyt is dan weer het aantrekkelijkst omwille van de lage prijzen voor merkproducten.

Verkopen producten met latte-waarden per definitie? Neen, niet per definitie, maar het helpt wel. Het is natuurlijk ideaal als je alle eigenschappen kan aanbieden. Maar het gaat om betrachtingen en je moet er ook rekening mee houden dat niet elke consument al die waarden wenst.

Page 16: deel 2 (vooronderzoek)

Toch stelt u dat echte latte-producten het pleit zullen winnen. Betekent dit een veelbelovende toekomst voor de Vlaamse land- en tuinbouw? Uiteraard is eerst de vraag of alle Vlaamse land- en tuinbouwproducten aan alle latte-waarden beantwoorden. Zo kunnen bijvoorbeeld het gebruik van pesticiden, inbreuken op dierenwelzijn of arbeidsomstandigheden van seizoensarbeiders roet in het eten strooien. Maar als er extra aandacht besteed wordt aan deze euvels en je kan de bezorgdheid van mensen hierover wegnemen, dan zie ik zeker een mooie toekomst voor de Vlaamse land- en tuinbouw.

Macchiatio-Waarden (voornamelijk bij jongeren) Met meerlagig bedoelen we dat producten of diensten meerdere functies tegelijk moeten bieden. Twintigers en dertigers hechten daar veel belang aan door de constante tijdsdruk waarmee zij leven. Ook vinden zij het makkelijk om zich in verschillende persoonlijkheden te plaatsen. Het ene moment staan ze aan te schuiven aan de kassa van een discounter, het andere moment gaan ze naar een chic restaurant. Jonge mensen trachten ook te anticiperen op wat nog moet komen. Zo zijn ze bijvoorbeeld sterk bezig met technologie die nog niet te verkrijgen is in ons land, zoals de I-Pad. Bij cultainment gaat het om een combinatie van cultuur en entertainment. Dat uit zich in vele zaken. Kijk maar eens naar de top tien van best bekeken programma‟s van familiezender Eén: Van vlees en bloed zou vroeger een typisch Canvasprogramma geweest zijn, maar blijkbaar staat de kijker van de familiezender hier ook almaar meer voor open. De jonge Vlaming is zich ook steeds meer bewust van zijn consumptiegedrag. Het gevolg daarvan is niet dat de consumptie wordt teruggeschroefd, want dan ontwricht je de economie. Wel is deze generatie gevoelig voor de ecologische en ethische gevolgen van het consumeren. In plaats van te consuminderen gaan deze jongvolwassen consumanderen. Bij hilarisch gaat het om het groteske, het onvoorspelbare. Dat zal steeds meer de norm worden. In de landbouwsector zien we bijvoorbeeld de opkomst van boerengolf. Daar zie je dat een elitaire sport als golf gecombineerd wordt met iets totaal onverwacht als een weide met koeien. Ook durven de wetenschappers van vandaag steeds vaker buiten de lijntjes te kleuren en de technologische ontwikkelingen die daaruit voortkomen, zijn onvoorstelbaar. I-motionaliteit is de mengvorm van ICT en emoties. Een mooi voorbeeld is het succes van hoevetoerisme. Het platteland, de geur, de stilte, dit is een heel emotionele omgeving. Maar toch vraagt de consument ook dat hij daar toegang heeft tot alle nieuwste elektronische snufjes zoals draadloos internet. Met aanstekelijk bedoelen we vooral de virale aanstekelijkheid van sociale netwerken, zoals Facebook, Netlog, YouTube, Twitter, enz. Klassieke marketingtechnieken zullen steeds meer de baan moeten ruimen voor virale technieken. Eigenlijk is het niets anders dan een moderne versie van wat iedereen al honderd jaar weet: de reclame van mond tot mond is nog steeds de beste reclame. Vandaag wordt steeds vaker gekeken naar wat twintigers en dertigers bezighoudt. Zowel door oudere generaties als door de industrie worden zij beschouwd als heel toonaangevend of getalenteerd. Ouderen laten zich inspireren door het talent van deze jonge generatie. Tot slot hebben we openheid. Bij deze drijfveer gaat het om mondigheid. Jongeren worden als een oprechte, eerlijke groep mensen gezien die het hart op de tong draagt.

De link tussen landbouw en de macchiato-waarden lijkt mij iets minder duidelijk? Het verband is minder vanzelfsprekend, maar toch kan de sector een aantal van die waarden incorporeren. Bij de ontwikkeling en levering van producten is het belangrijk dat er wordt rekening gehouden met de tijdverdichting die deze jonge mensen ervaren. Alles wat hen tijd kan besparen, valt in de smaak. Ook heeft de landbouw absoluut nood aan sociale netwerken. Niet alleen om met elkaar te communiceren en elkaar te inspireren, maar ook om bijvoorbeeld via fanpagina‟s aan de consument te tonen waar de landbouw mee bezig is. Laat zien dat het geen traditionele of saaie sector is. Gebruik daarbij jonge landbouwers die met nieuwe producten en nieuwe ontwikkelingen bezig zijn als uithangbord. Op die manier kan je de sector toonaangevend maken. Ook Farmville, de virtuele boerderij op Facebook, kan gebruikt worden om het imago van de sector te verbeteren of om op een ludieke manier lessen door te geven aan consumenten. De communicatie moet ook proactief en open zijn. De jonge generatie zal het appreciëren en hun betrokkenheid zal vergroten. En als de twintigers en dertigers de sector in hun hart sluiten, dan zullen hun ouders heel snel volgen.

Gaat elke consument in de toekomst een ecologisch bewustzijn aankweken? Niet elke consument, maar wel steeds meer consumenten. Consumanderen wordt ook een noodzaak, want anders gaat de wereld ten onder. In dat opzicht helpt de recente olieramp in de Golf van Mexico. Het maakt ons bewust van het feit dat we de aarde aan het kapot maken zijn. Vooral bij jonge mensen leeft hierover veel angst en onrust.

Page 17: deel 2 (vooronderzoek)

In uw boek beweert u dat de prijs van gezonde en ecologische producten zal dalen, ook zonder tussenkomst van de overheid. Welke redenen ziet u voor die prijsdaling? Dat heeft te maken met de wet van de grote getallen. Gezonde voeding wordt steeds meer een noodzaak. Er zijn nog nooit zoveel 40-plussers geweest als nu en de kans dat bij hen gezondheidsproblemen opduiken, wordt steeds groter. Wanneer steeds meer mensen gezonde, ecologisch verantwoorde en biologische voeding eten, dan zullen ook de prijzen dalen. Bovendien geloof ik ook sterk in de kracht van de technologie. Allerlei veredelingstechnieken, genetisch gemanipuleerde gewassen en dergelijke worden steeds toegankelijker en goedkoper waardoor ook nieuwe mogelijkheden ontstaan.

Kan het latte macchiato-model verklaren waarom ggo‟s niet aanslaan bij de Belgische consument? Hoewel ggo‟s op het eerste zicht indruisen tegen een aantal latte-waarden zoals lokaal, authentiek of traceerbaar, toch denk ik niet dat dit de reden is waarom er zoveel argwaan bestaat tegenover ggo‟s. Volgens mij is het vooral een kwestie van berichtgeving. Mensen nemen onvoldoende de tijd om zich grondig te informeren en weten niet welke mogelijkheden genetische manipulatie heeft. Hoewel het gaat om een technisch ingrijpen in de natuur, is het een ingreep zonder synthetische toevoegingen. Enkel codes worden gewijzigd, zoals er ook wel codes van een computer worden aangepast. Daarna gaat de natuur opnieuw zijn gang. Babyboomers krijgen steeds meer tijd en daardoor zullen ze zich beter informeren. Ze zullen ontdekken dat ggo‟s kunnen helpen om de wereld terug beter leefbaar te maken en om mensen in het verre zuiden van voldoende voedsel te voorzien door bijvoorbeeld planten te ontwikkelen die bestand zijn tegen hitte of een gebrek aan water. Ik ga ervan uit dat dit besef over afzienbare tijd begin door te dringen waardoor de terughoudendheid ten aanzien van ggo‟s afbrokkelt.

In uw boek beschrijft u het succes van zelfoogstboerderijen, boerengolf en cow pooling. Is dat de richting waarin de landbouw zal moeten evolueren? Of blijft er ruimte voor massaproductie in Vlaanderen? Het ene hoeft het andere niet uit te sluiten. Ondanks het tijdsgebrek van de werkende mensen, zijn er nog nooit zoveel consumenten geweest met veel vrij beschikbare tijd. Denk maar aan studenten en bruggepensioneerden. Bovendien leven we ook veel langer. Die tijd kan gebruikt worden om dingen te ontdekken of om in de keuken te staan. Wel belangrijk is dat initiatieven zoals zelfoogstboerderijen of hoevetoerisme een „opportunity to see‟ zijn en dat kan nooit kwaad. Het verhoogt in elk geval de betrokkenheid. Maar langs de andere kant is de mens ook perfect in staat om zijn tijd op te delen in massaconsumptie en gerichte oorspronkelijke consumptie. Beiden zullen ook in de toekomst hun bestaansrecht hebben.

Hoe staat u zelf tegenover landbouw? Ik vind landbouw geweldig. Mijn vrouw is zelfs aangesloten bij een zelfoogstboerderij in Puurs. Ook een weekendje genieten op het platteland is iets wat me ongelofelijk kan bekoren. Landbouw speelt perfect in op de hype rond onthaasting. Eigenlijk is landbouw wellness van nature uit. Waarmee ik natuurlijk niet wil gezegd hebben dat landbouwers niet hard moeten werken. Wat ik in de landbouwsector wel nog mis, is openheid. De sector heeft nochtans heel wat potentieel om veel mensen voor zich te winnen. Ik kan het niet genoeg benadrukken, maar door meer gebruik te maken van sociale netwerken, fanpagina‟s op te richten, of te twitteren over gebeurtenissen op de boerderij, zou de landbouw zijn juk als traditionele sector kunnen afwerpen. Meer nog, het zou de sector zelfs hip maken

19‟20

.

19

http://www.vilt.be/Herman_Konings_-_trendwatcher_-_Facebook_kan_landbouw_hip_maken 20

http://www.dutchcowboys.nl/advertising/20675

Page 18: deel 2 (vooronderzoek)

Vanaf afgelopen donderdag, 21 oktober 2010, tot en met zaterdag 30 oktober 2010 draait alles om fair-wisselen. Een initiatief dat gelanceerd is door fair trade original. Het idee is simpel: koop in plaats van een niet fair trade product een fair trade product

21.

21 http://www.molblog.nl/bericht/heb-jij-al-fair-wisseld/