Deel 1 beginsituatie overzicht

38
Voorbereid naar de klas beginsituatie

Transcript of Deel 1 beginsituatie overzicht

Voorbereid naar de klas

beginsituatie

Doel

Breed observeren

Waarnemen diversiteit

Erkennen van de diversiteit

Diversiteit naar waarde

schatten

Inspelen op de diversiteit

Dus de beginsituatie grondig bekijken en bestuderen

Wat wil ik bereiken?

Hoe ga ik het aanpakken?

Waar moet ik rekening mee

houden?

Hoe ga ik controleren?

Leerlinggebonden kenmerken

Leerstofgebonden kenmerken

Onderwijskenmerken Materiaalgebonden kenmerken

Beginsituatie

Leerstofgebonden

Leerlinggebonden

Leerlinggebondenkenmerken

•Studeerstijl

•Leerstijl

•Voorkennis

•Intelligentie

•Dynamisch-affectieve domein (zelfbeeld, zelfvertrouwen, attitudes)

•Psychomotorische domein

•Geslacht

•Sociaaleconomische situatie

•Taal

•Culturele-etnische afkomst

Leerstofgebonden kenmerken

•Voorkennis

Onderwijskenmerken

•Kenmerken van de leraar

•Kenmerken in de klas•Klasklimaat•Klassamenstelling

Materiaalgebonden kenmerken

•Kenmerken in de klas

1/2. Studeerstijl en leerstijlVe

rmun

t • De manier waarop iemand studeert

• getypeerd als een samenhangend geheel van cognitieve, metacognitieve en affectieve vaardigheden

Kolb • de manier waarop

iemand spontaan een leertaak of probleem aanpakt

Ongericht reproductiegericht betekenisgericht toepassingsgericht

Verwerking Nauwelijks Stapsgewijs Diepte Concreet

Regulatie Stuurloos Extern gestuurd Zelfgestuurd Zelf- en externgestuurd

Studie-opvatting

Samen leren Opname van kennis

Opbouw van kennis

Gebruik van kennis

Studie-motieven

Ambivalent Certificaatgericht Persoonlijk geïnteresseerd

beroepsgericht

1. Studeerstijl Vermunt

Verwerkt de leerling de leerstof oppervlakkig of diepgaand?

Stuurt de leerling zijn leerproces wel of niet zelfstandig?

Wat betekent leren voor de leerling?

Wat zijn de persoonlijke doelstellingen, verwachtingen van de leerling?

• Duidelijke doelstellingen

• Intellectuele uitdagingen

• Vragen stellen• Theorie

• Praktijkgericht• Stappenplan• Praktische vb’en• Begeleiding expert• Gestructureerde

opdrachten

• Geen tijdsduur • Uitwisseling ideeën• Verbeelding,

inleving, creativiteit en expressie

• Directe ervaring• Problemen oplossen• Uitdaging• Actie

Doeners Dromers

DenkersBeslissers

2. Leerstijl Kolb

Doeners Dromers

DenkersBeslissers

Doen

Waarnemen

Denken

Toepassen

2. Leerstijl Kolb

3. Voorkennis

Voorkennis• feiten, begrippen, principes en procedures waarover de

leerling beschikt wanneer hij een leerproces aanvat

4. Intelligentie

Intelligentie•Zie ppt intelligentie

5. Dynamisch-affectieve domein

Motivatie•Intrinsieke en extrinsieke motivatie (zie periode 1)•Leersituatie- en vakbeleving•aansluiten bij interesses en leefwereld

Zelfbeeld en attributies•optelsom van elementen van zelfkennis die een adolescent opdoet doorheen interacties met anderen•Attributie •(te) laag/ (te) hoog zelfbeeld (Generation Me)

Zelfvertrouwen•Hoe het zelfvertrouwen bevorderen op school?

AttitudesWelke attitudes eist de kennissamenleving ?Denk aan de voet’en?

6. Psycho-motorische domein

Gognitief Psycho-motorisch

Dynamisch-affectief

• Meisjes zijn meer gemotiveerd• Meisjes zoeken veiligheid op en lopen in de pas• Meisjes passen zich aan aan de (vrouwelijke) schoolcultuur

Wat met competitieve gedrag van jongens tijdens de Lo-lessen?Waarom vallen ze graag op?

7. geslacht

• Meisjes onderpresteren in gemende groepen (gevoel onderpresteren)

• Leerkrachten meisjes ook voldoende uitdagen• Andere aanpak is nodig– Meer directe aanpak bij jongens (nu met het stiller

zijn)– Meer suggestieve aanpak bij meisjes (er is te veel

lawaai)

7. geslacht

8. Wat is intelligentie

Twee strekkingen:

1. Intelligentie is datgene wat een intelligentietest meet2. Intelligentie is de manier waarop iemand informatie

verwerkt

8. Intelligentiequotiënt

Bepaling

Alfred Binet Theodore Simon

Simon-Binet-test 1904In opdracht van het Franse MinisterieOnderscheiden van mentaal geretardeerde kinderen van luie kinderen

Intelligentiequotiënt

Bepaling

Wilhelm Stern

Intelligentiequotiënt = (verstandelijke leeftijd/werkelijke leeftijd) X 100

Wat is intelligentie

Twee strekkingen:

1. Intelligentie is datgene wat een intelligentietest meet2. Intelligentie is de manier waarop iemand informatie

verwerkt

8. Intelligentiequotiënt

Bepaling

David Weschler

WAIS WISC

WPPSI

Hoe goed scoor je ten opzichte van mensen met dezelfde leeftijd?

8. Wat is intelligentie: spreiding

• 70- mentaal gehandicapt• 70-50: lichte mentale handicap• 50-30: matige mentale handicap• -30: ernstige mentale handicap

8. Betekenis voor het leren

VoorkennisMotivatieStimuleringBegaafdheid

Sterke samenhang niet onderschatten!

8. Meervoudige intelligentie van Gardner

Meervoudige intelligentie (Gardner)•Intelligentie is opgebouwd uit verschillende soorten intelligenties

Autocratisch• directieve

leiding• nauwelijks

inspraak van lln• grote afstand ll-

lkr

Democratisch• democratische

houding• input van ll• goede relatie ll-

lkr

Laissez-faire• geen leiding• lln doen waar

ze zin in hebben

9. Onderwijsstijl

10. Subjectieve onderwijstheorie en professioneel zelfverstaan

Persoonlijk interpretatiekader:De bril waardoor de leraar kijkt naar zijn werksituatie….

Professioneel zelfverstaan:Opvattingen over zichzelf als leerkracht en de taak van de

leerkracht

Subjectieve onderwijstheorie:Kennis en opvattingen over

onderwijzen

11. klasklimaat

leerling

leraar

klasklimaatSociaal-emotionele sfeer die het gevolg is van complexe en subtiele interacties tussen leerlingen en leraar en tussen leerlingen onderling

Homogene samenstelling

• Voordelen?• Gemakkelijk• Aangepast

(niveau/tempo)• Nadelen?

• Etiket• Permanente selectie

Heterogene samenstelling

• Voordelen?• Psychosociale

ontwikkeling• Coöperatief leren• Minder etiket

• Nadelen?• complex

12. klassamenstelling

13. Thuistaal

Deficitopvatting

•Taalachterstand- tekort bij lln•Opl: taalcompensatieprogramma’s

Differentieopvatting

•Taalvariëteit, even effectief•Opl: taal van arbeiderskinderen erkennen als variant

Jaren ’60: Weinig doorstroom van kinderen uit arbeidersklasse

Oorzaak: taalachterstand en daarmee gekoppelde denkachterstand

13. Thuistaal

Restricted code (arbeidersklasse) Elaborated code (middenklasse)

Situatiegebonden Afstandelijk, algemeen

Persoonlijk Abstrahering van de situatie

Directief, gericht op de handeling Informatief, meer argumenten

Minder woorden, korte zinnen, incorrecte of eenvoudige syntaxis

Abstracties, nuancering (synoniemen, eufemismen, ironie), ontwikkelde syntaxis

“Dat snoepje heeft op de grond gelegen, dat eet je beter niet meer op.”“Afblijven!”

13. Thuistaal

Talen zijn het probleem van élke leraar

In steeds meer Vlaamse scholen en zeker in de Brusselse zitten leerlingen die thuis geen Nederlands spreken. Tegelijk stelt de

onderwijsinspectie vast dat het onderwijs Frans beter kan. Met een talenbeleid kunnen scholen antwoorden, maar doen ze dat

allemaal? En hoe wordt elke leraar een taalleraar? Tijdens de talentweedaagse ‘De lat hoog voor talen’, eind september,

kunnen alle Vlaamse leraren hun taalantenne opsteken.

(www.klasse.be)

Leerlingen met hoge SES

Leerlingen met lage SES

Standaardvragen 24% 20%Wie weet? 25% 11%Doorvragen 13% 6%Herhalingsvragen 3% 37%

Zelf vervullende voorspelling!

13. sociaal-economische achtergrond

Sociaal-economische situatie

Wie is er bang voor de zwarte school? Klasse, 2012

Angst van ‘witte’ ouders voor ‘zwarte’ school is onterechtVooral kansarmoede bepaalt schoolprestaties, niet de kleur van de klasgroepLeraren verwachten minder van kansarme en allochtone leerlingen“Middenklasseouders kunnen op beide oren slapen. Hun kinderen presteren goed in elke school.” Dat zeggen Mieke Van Houtte (UGent) en Anneloes Vandenbroucke (KU Leuven). Samen met een aantal collega’s deden ze onderzoek naar het verschil tussen ‘zwarte’ en ‘witte’ basisscholen. “De kleur van de klasgenootjes beïnvloedt de leerprestaties niet. Wel de sociaaleconomische achtergrond van de eigen ouders.”

Culturele – etnische afkomst

14. Culturele-etnische afkomst

Complex taalprobleem

vooroordelen

Discriminatie en rascisme

Grofmazige vs fijnmazige

cultuur