de zeven kostensoorten

52

description

paragraaf 1.4.1. kosten van. vermogen. de zeven kostensoorten. kosten van het vermogen. kosten van vermogen. eigen vermogen vreemd vermogen. bestaan uit de rentekosten over het in de onderneming geïnvesteerde vermogen. eigen vermogen. - PowerPoint PPT Presentation

Transcript of de zeven kostensoorten

Page 1: de zeven kostensoorten

de zeven kostensoorten

kosten van het vermogen

Retaileconomie hoofdstuk 1, paragraaf 1.4.1

Page 2: de zeven kostensoorten

kosten van vermogen

eigen vermogen

vreemd vermogen

Retaileconomie hoofdstuk 1, paragraaf 1.4.1

bestaan uit de rentekosten over het in de onderneming geïnvesteerde vermogen

Page 3: de zeven kostensoorten

eigen vermogen

Retaileconomie hoofdstuk 1, paragraaf 1.4.1

het “eigen geld” dat de ondernemer in de detailhandelsonderneming geïnvesteerd heeft.

eigenaren

Page 4: de zeven kostensoorten

vreemd vermogen

Retaileconomie hoofdstuk 1, paragraaf 1.4.1

het geld dat de ondernemer (eigenaren)

geleend heeft (hebben) van derden

Page 5: de zeven kostensoorten

rentekosten

Retaileconomie hoofdstuk 1, paragraaf 1.4.1

de grootte van het gemiddeld geïnvesteerde vermogen

de rentevoet

de investeringsduuruitgedrukt in jaren (een jaar heeft 360 dagen)

Page 6: de zeven kostensoorten

renteberekening

Retaileconomie hoofdstuk 1, paragraaf 1.4.1

renteformule

Page 7: de zeven kostensoorten

voorbeeld

Retaileconomie hoofdstuk 1, paragraaf 1.4.1

1.6666,6666

Page 8: de zeven kostensoorten

rentedagenjuiste aantal dagen een jaar telt dan 365 dagen (schrikkeljaar 366);

of men bepaalt dat elke maand 30 dagen heeft,

eerste dag geen rente berekenen

laatste dag wel rente berekenen

Retaileconomie hoofdstuk 1, paragraaf 1.4.1

Page 9: de zeven kostensoorten

Voorbeeld rentedagen

Retaileconomie hoofdstuk 1, paragraaf 1.4.1

kortlopende lening

16 mei tot en met 5 oktober

maand telt 30 dagen

Mei: 30-16 = 14 rentedagenJuni, Juli, Aug, Sept: 4 x 30 = 120 rentedagen

Oktober: 1 t/m 5 = 5 rentedagen139 rentedagen

Page 10: de zeven kostensoorten

Voorbeeld rentedagen

Retaileconomie hoofdstuk 1, paragraaf 1.4.1

kortlopende lening

16 mei tot en met 5 oktober

maand juist aantal dagen

Mei: 31-16 = 15 rentedagenJuni, Aug: 2 x 31 = 62 rentedagenJuli, Sept: 2 x 30 = 60 rentedagenOktober: 1 t/m 5 = 5 rentedagen

142 rentedagen

Page 11: de zeven kostensoorten

gewaardeerde interest

Retaileconomie hoofdstuk 1, paragraaf 1.4.1

is de vergoeding voor het door de ondernemer in de onderneming gemiddeld geïnvesteerde eigen vermogen

Page 12: de zeven kostensoorten

OPGAVEN 1, 4, 6,

7a-7e, 10f-10j,

14, 15,

28, 31, 32, 34

Retaileconomie hoofdstuk 1, paragraaf 1.4.1