De tank in, samen met de Duitsers · 2019. 6. 6. · oheide in het Duitse L een is een Duitse tank...

1
De tank in, samen met de Duitsers REPORTAGE DEFENSIE In Noord-Duitsland is een tankeenheid gelegerd met Duitse én Nederlandse militairen. Het begin van een Europees leger? Door onze correspondent JuurdEijsvoogel Militaire samenwerking Duitsland- Nederland Het414-Tankbataljon inhetDuitseLoheide iseenDuitsetankeen- heidmetgemengde Duits-Nederlandse samenstelling. Hetbataljonisin2015 opgerichtengeeft Nederland,datzijntanks heeftverkocht, demogelijkheidomtoch weerteoefenenmet tanksenerzonodigmee inactietekomen.Ditis vanbelangomdatver- dedigingvanhetNAVO- grondgebiedweerprio- riteitgekregenheeft. Hetgemengdetank- bataljonisnietheteni- gevoorbeeldvanver- regaandeNederlands- Duitsedefensie- samenwerking.Ook anderedelenvande Nederlandselandmacht zijngeïntegreerdmetde Bundeswehr.DeLucht- mobieleBrigade,die binnenééntotdrie wekenoveralterwereld inzetbaarmoetzijn,is vijfjaargeledenonder- gebrachtbijdeDuitse DivisionSchnelleKräfte (DSK).EnhetEerste Duits-Nederlandse Legerkorps,methet hoofdkwartierinMün- ster,wordtafwisselend geleiddooreenNeder- landseeneenDuitse generaal. DuitseveiligheidsspecialistcontroleertNederlandsemortieren. Onder:Nederlandsesergeant-majoorvolgtdeDuits-Nederlandseoefening;Nederlandse pantsergevechtsvoertuigen(vooropenachteraan)enDuitseLeopard-tanks. Rechterpagina:NederlandsemilitairenvurenmortiergranaatafopDuitsoefenterrein. FOTO’SHARMMOOIBROEK L angs een bosrand bij Bergen, in het noorden van Duitsland, staan vier gevechtstanks met ronkende mo- toren. Het zijn Duitse tanks, met Duitse bemanning, onder Neder- lands commando. De bemanningen – een bestuurder, een schutter, een lader en een commandant – heb- ben ’s morgens vroeg hun gezichten met ver- schillende tinten groen geschminkt. Op deze heldere, koude voorjaarsdag nemen ze deel aan een oefening op een militair oefenterrein anderhalf keer zo groot als de Haarlemmer- meerpolder. Ook kleine en grote Nederlandse pantservoertuigen, mortieren en ander ge- schut worden ingezet. „Tanks kunnen voorwaarts”, zegt de Neder- landse majoor Severino Renfrum die de opera- tie leidt in zijn veldtelefoon – en luidruchtig zetten de gevaartes, kanon vooruit, zich in be- weging. Stofwolken achter zich latend dreunen ze door de vlakte vol kuilen en heuveltjes. Van- af een afgesproken positie nemen ze met don- derend geweld grote schijven die als doelwit dienen onder vuur: een steekvlam, een enorme knal, de lucht en de bodem trillen, in de verte stuift een pluim zand op. De Nederlandse majoor staat op een heuvel- tje op zo’n honderd meter van de tanks tevre- den toe te kijken. „Indrukwekkend”, verzucht hij, als de laatste klap is weggestorven. „En be- langrijk om mee te maken voor de Nederlan- ders die aan deze operatie deelnemen.” Neder- land heeft zelf geen tanks meer, sinds het kabi- net in 2011 besloot ze allemaal te verkopen – als bezuiniging en omdat de politiek dacht dat ze toch niet meer nodig zouden zijn. Hier vlakbij, op een groot kazerneterrein in Loheide, is sinds 2015 het meest verregaande voorbeeld te vinden van praktische militaire samenwerking tussen twee Europese landen: een Duitse tankeenheid met gemengde Duits- Nederlandse samenstelling. Het 414-Tankba- taljon, waarvan de Leopard-2-tanks op het oe- fenterrein deel uitmaken, bestaat uit drie Duit- se compagnies en één Nederlandse, met zo’n 350 Duitse en 100 Nederlandse militairen. Het Panzerbatallion 414, zoals het in Duits- land heet, valt onder een Nederlandse brigade (de 43ste gemechaniseerde brigade in Havelte), die op haar beurt weer onder bevel staat van een Duitse divisie (de 1ste pantserdivisie in Ol- denburg). Wie van symboliek houdt hoeft in Bergen niet ver te zoeken. Op nog geen twee kilometer van het kazerneterrein waar Duitse en Neder- landse militairen nu dag-in-dag-uit samenwer- ken, ligt het voormalige nazi-concentratie- kamp Bergen-Belsen. Meer dan 70.000 gevan- genen, onder wie Anne Frank, haar zus Margot en andere Nederlandse Joden, kwamen daar in erbarmelijke omstandigheden om het leven. Nu is het voormalige kampterrein een stem- mige gedenkplaats met een museum dat de gruwelen die er plaatsvonden toont met foto’s, films en historische documenten en getuige- nissen. Op vier mei nemen Nederlandse mili- tairen er samen met Duitse collega’s deel aan herdenkingsplechtigheden. Een echt Europees leger Bij de samenwerking tussen de Duitse en Ne- derlandse manschappen speelt de oorlog geen rol meer, verzekert de 26-jarige Duitse tankbe- stuurder Jann, die net als zijn collega’s niet met zijn achternaam in de krant wil. „Dat gaat in- middels over drie generaties vóór ons. Ik hoor er zelfs geen onaangename grappen over van de Nederlanders.” Dienen onder een commandant uit een an- der land ziet hij niet als probleem. „We verdedi- gen niet alleen ons eigen land, we verdedigen Europa. Geen land kan nog alleen voor zijn de- fensie zorgen.” De voertaal binnen het bataljon is Duits, daarbuiten, bij grotere operaties, Engels. „Vooral de technische vaktermen in het Duits zijn lastig”, zegt de Nederlandse tankbestuur- der Dion (23). „Als je hier komt krijgt je er een speciale taalcursus van drie weken voor.” De Franse president Macron pleit voor een Europees leger. De Nederlandse regering voelt er niets voor, maar bondskanselier Merkel heeft zich voorzichtigjes achter Macrons plan geschaard – „we moeten werken aan de visie om ooit ook een echt Europees leger op te rich- ten”, zei ze in november. Kan de nauwe samen- werking tussen delen van het Duitse en het Ne- derlandse leger stilletjes de opmaat zijn voor een Europees leger? „Het kan een model voor Europa zijn, we moeten deze kant op”, zegt Carlo Masala, hoogleraar internationale politieke aan de Uni- versiteit van de Bundeswehr in München. „Maar ik bedoel niet dat we moeten streven naar een Europees leger dat onder bevel staat van een of ander uitvoerend orgaan in Brussel. Ik ben voor iets anders, dat ik ‘een leger van Europeanen’ noem. Daarbij hebben landen nog wel hun eigen krijgsmacht, maar onderdelen daarvan integreren ze, zoals Nederland en Duitsland dat doen.” Hans-Peters Bartels, die als ‘Wehrbeauftrag- te’ namens de Bondsdag toezicht houdt op de strijdkrachten, noemt de integratie van Duitse en Nederlandse militaire eenheden „een labo- ratorium voor Europese defensiesamenwer- king”. Initiatieven als het gemengde Duits-Ne- derlandse tankbataljon ziet hij als „eilandjes” in de wereld van Europese veiligheid- en de- fensieorganisaties. „Er moeten meer van die ei- landjes komen, en ze moeten groter worden.” Maar, voegt Bartels daar aan toe, „dit kunnen we niet met ieder land. Frankrijk bijvoorbeeld heeft een hele andere strategische cultuur dan Duitsland. De Fransen willen soms op eigen houtje optreden. Terwijl Nederland en Duits- land nooit alleen op een missie gaan, maar al- tijd binnen de NAVO, met de EU of in een ande- re multinationaal verband. Dat vinden wij poli- tiek wenselijk, en zulke samenwerking is ook financieel aantrekkelijk.” Nederland kan dankzij de samenwerking met het grote buurland Duitse tanks leasen en de kennis en ervaring met het opereren met tanks op peil houden, in afwachting van even- tuele aanschaf van toch weer eigen tanks. Want nu de NAVO zich weer minder richt op opera- ties ver buiten het eigen grondgebied en meer op verdediging van de eigen lidstaten in het oosten van Europa, zijn tanks weer gewild ma- terieel. Op de uitgestrekte Duitse oefenterrei- nen kan bovendien met zwaar geschut gescho- ten worden, wat in Nederland niet mogelijk is. In de dagelijkse praktijk stuiten Nederlan- ders en Duitsers wel op cultuurverschillen, die tot irritaties kunnen leiden. „Wij Duitsers zijn bijvoorbeeld strikter in het navolgen van voor- schriften dan de Nederlanders”, zegt Durte (25), een vrouwelijke schutter op een tank. Nederlanders van de Luchtmobiele Brigade die gelegerd zijn bij de Division Schnelle Kräfte in Stadtallendorf, in Hessen, kunnen ook mee- praten over de cultuurverschillen. „In discus- sie gaan over een bevel is in het Duitse systeem not done”, zegt majoor Willem, die werkt als planner bij de geneeskundige dienst, over het contrast met de lossere omgangsvormen bij de Nederlandse krijgsmacht. „Ook werken ze hier in Duitsland nog met een prikklok, dat zijn we in Nederland totaal niet gewend. En Duitse collega’s doen alles nog op papier, met stempels en handtekeningen. Nederlanders opereren meer op basis van ver- trouwen.” Dat er ook praktische problemen zijn, onder- vindt zijn collega Chris, luitenant-kolonel op de afdeling planning. Hij heeft twee computer- terminals op zijn bureau staan, omdat het Duit- se en het Nederlandse netwerk niet met elkaar kunnen communiceren en het internet niet veilig wordt geacht. „En Duitsers zijn formeler en hiërarchischer ingesteld”, zegt brigade-generaal Hans Hoog- straten, de Nederlandse plaatsvervangend com- mandant van Division Schnelle Kräfte. „Neder- landers zijn impulsiever, improviseren meer.” Scheve ogen De hoogste Nederlandse militair die met één been in het Duitse leger staat, is luitenant-ge- neraal Michiel van der Laan, nog tot 9 mei com- mandant van het 1e Duits-Nederlandse Leger- korps in Münster. Voor zijn bezoek mag gaan zitten, wil Van der Laan eerst even een grote fo- to aan de muur van zijn werkkamer laten zien. Op de foto, uit 1995, staan toenmalig bonds- kanselier Kohl en premier Kok, bij de officiële oprichting van het Duits-Nederlandse Leger- korps. „Zes jaar na de val van de Muur hadden zij al de moed en de visie om deze stap te zetten.” Van der Laan, die tegen het eind van de Kou- de Oorlog in het Duitse Seedorf was gelegerd, later in Hamburg een vervolgopleiding voor hoge officieren volgde en nu voor de derde keer in Münster is geplaatst, is met zijn loop- baan zo’n beetje de belichaming van de Duits- Nederlandse militaire samenwerking. „Toen de Koude Oorlog voorbij was, had de NAVO behoefte aan snel inzetbare hoofdkwar- tieren voor missies buiten het grondgebied van de lidstaten. Wij hebben daar in Afghanistan drie keer voor kunnen zorgen, in 2003, 2009 en 2013.” De nationale politiek heeft nog altijd zeggen- schap over de inzet van de eigen militairen, be- nadrukt hij, de soevereiniteit is niet in het ge- ding. „We zullen altijd in staat zijn om natio- naal te opereren. De besluitvorming in Den Haag en Berlijn verloopt verschillend. Voor ge- zamenlijke missies heeft dat nooit problemen opgeleverd.” Ingewikkeld is de samenwerking soms wel, Noord-Duitsoefenterrein,vlakbijBergen-Belsen vooral vanwege de uiteenlopende nationale re- gels die scheve ogen kunnen opleveren, bij- voorbeeld bij de arbeidstijden. „Als je terug- komt van een gezamenlijke oefening zijn de Duitsers verplicht een week verlof op te ne- men. Nederlanders krijgen de tijd dat ze op oe- fening zijn geweest financieel gecompenseerd. Dat moeten we harmoniseren.” En de culturele verschillen? „Elkaars cultuur moet je niet proberen te veranderen. De cultuur verandert wel, maar niet door jou”, zegt Van der Laan. „In Nederland bestaat de militaire groet- plicht niet meer, maar ik zie dat Nederlanders die op missie zijn geweest toch weer groeten.” Op het militaire oefenterrein in Bergen wordt de operatie halverwege de dag een uur stil ge- legd – tot ergernis van de Nederlandse majoor Renfrum. „Er is hoog bezoek van enkele gene- raals”, zucht hij ter verklaring. „De Duitsers hadden het liefst de hele dag in het teken van dat bezoek gesteld. Wat ons betreft hoeft dat niet zo nodig. Ik ben blij als we straks weer ver- der kunnen met onze oefening.” Voormalig concentratiekamp Bergen-Belsen Kazerneterrein Militair oefenterrein Bergen Bad Fallingbostel Walsrode Hodenhagen 2km NRC 200419 / AB

Transcript of De tank in, samen met de Duitsers · 2019. 6. 6. · oheide in het Duitse L een is een Duitse tank...

  • De tank in,samen metde Duitsers

    REPORTAGE�DEFENSIE

    In Noord-Duitsland is een tankeenheidgelegerd met Duitse én Nederlandsemilitairen. Het begin van een Europees leger?Door�onze�correspondent�Juurd�Eijsvoogel

    M�i�l�i�t�a�i�res�a�m�e�nwe�r�k�i�n�gD�u�i�t�s�l�a�n�d-Nederland

    Het�414-Tankbataljonin�het�Duitse�Loheideis�een�Duitse�tankeen-heid�met�gemengdeDuits-Nederlandsesamenstelling.Het�bataljon�is�in�2015opgericht�en�geeftNederland,�dat�zijn�tanksheeft�verkocht,de�mogelijkheid�om�tochweer�te�oefenen�mettanks�en�er�zo�nodig�meein�actie�te�komen.�Dit�isvan�belang�omdat�ver-dediging�van�het�NAVO-grondgebied�weer�prio-riteit�gekregen�heeft.

    Het�gemengde�tank-bataljon�is�niet�het�eni-ge�voorbeeld�van�ver-regaande�Nederlands-Duitse�defensie-s�a�m�e�nwe�r�k�i�n�g�.�Ookandere�delen�van�deNederlandse�landmachtzijn�geïntegreerd�met�deBundeswehr.�De�Lucht-mobiele�Brigade,�diebinnen�één�tot�drieweken�overal�ter�wereldinzetbaar�moet�zijn,�isvijf�jaar�geleden�onder-gebracht�bij�de�DuitseDivision�Schnelle�Kräfte(DSK).�En�het�EersteDuits-NederlandseLegerkorps,�met�hethoofdkwartier�in�Mün-ster,�wordt�afwisselendgeleid�door�een�Neder-landse�en�een�Duitseg�e�n�e�ra�a�l�.

    Duitse�veiligheidsspecialist�controleert�Nederlandse�mortieren.�Onder:�Nederlandse�sergeant-majoor�volgt�de�Duits-Nederlandse�oefening;�Nederlandsep�a�n�t�s�e�rg�e�ve�c�h�t�svoertuigen�(voorop�en�achteraan)�en�Duitse�Leopard-tanks.�Re�c�h�t�e�r�p�a�g�i�n�a�:�Nederlandse�militairen�vuren�mortiergranaat�af�op�Duits�oefenterrein.

    FOTO

    �’S�HARM�M

    OOIBROEK

    Langs een bosrand bij Bergen, in hetnoorden van Duitsland, staan viergevechtstanks met ronkende mo-toren. Het zijn Duitse tanks, metDuitse bemanning, onder Neder-lands commando.

    De bemanningen – een bestuurder, eenschutter, een lader en een commandant – heb-ben ’s morgens vroeg hun gezichten met ver-schillende tinten groen geschminkt. Op dezeheldere, koude voorjaarsdag nemen ze deelaan een oefening op een militair oefenterreinanderhalf keer zo groot als de Haarlemmer-meerpolder. Ook kleine en grote Nederlandsepantservoertuigen, mortieren en ander ge-schut worden ingezet.

    „Tanks kunnen voorwaarts”, zegt de Neder-landse majoor Severino Renfrum die de opera-tie leidt in zijn veldtelefoon – en luidruchtigzetten de gevaartes, kanon vooruit, zich in be-weging. Stofwolken achter zich latend dreunenze door de vlakte vol kuilen en heuveltjes. Van-af een afgesproken positie nemen ze met don-derend geweld grote schijven die als doelwitdienen onder vuur: een steekvlam, een enormeknal, de lucht en de bodem trillen, in de vertestuift een pluim zand op.

    De Nederlandse majoor staat op een heuvel-tje op zo’n honderd meter van de tanks tevre-den toe te kijken. „Indr ukwekkend”, verzuchthij, als de laatste klap is weggestorven. „En be-langrijk om mee te maken voor de Nederlan-ders die aan deze operatie deelnemen.” Neder-land heeft zelf geen tanks meer, sinds het kabi-net in 2011 besloot ze allemaal te verkopen – alsbezuiniging en omdat de politiek dacht dat zetoch niet meer nodig zouden zijn.

    Hier vlakbij, op een groot kazerneterrein inLoheide, is sinds 2015 het meest verregaandevoorbeeld te vinden van praktische militairesamenwerking tussen twee Europese landen:een Duitse tankeenheid met gemengde Duits-Nederlandse samenstelling. Het 414-Tankba-taljon, waarvan de Leopard-2-tanks op het oe-fenterrein deel uitmaken, bestaat uit drie Duit-se compagnies en één Nederlandse, met zo’n350 Duitse en 100 Nederlandse militairen.

    Het Panzerbatallion 414, zoals het in Duits-land heet, valt onder een Nederlandse brigade(de 43ste gemechaniseerde brigade in Havelte),die op haar beurt weer onder bevel staat vaneen Duitse divisie (de 1ste pantserdivisie in Ol-denburg ).

    Wie van symboliek houdt hoeft in Bergenniet ver te zoeken. Op nog geen twee kilometervan het kazerneterrein waar Duitse en Neder-landse militairen nu dag-in-dag-uit samenwer-ken, ligt het voormalige nazi-concentratie-kamp Bergen-Belsen. Meer dan 70.000 gevan-genen, onder wie Anne Frank, haar zus Margoten andere Nederlandse Joden, kwamen daar inerbarmelijke omstandigheden om het leven.

    Nu is het voormalige kampterrein een stem-mige gedenkplaats met een museum dat degruwelen die er plaatsvonden toont met foto’s,films en historische documenten en getuige-nissen. Op vier mei nemen Nederlandse mili-tairen er samen met Duitse collega’s deel aanh e rd e n k i ng s p l e c ht i g h e d e n .

    Een echt Europees legerBij de samenwerking tussen de Duitse en Ne-derlandse manschappen speelt de oorlog geenrol meer, verzekert de 26-jarige Duitse tankbe-stuurder Jann, die net als zijn collega’s niet metzijn achternaam in de krant wil. „Dat gaat in-middels over drie generaties vóór ons. Ik hoorer zelfs geen onaangename grappen over vande Nederlanders.”

    Dienen onder een commandant uit een an-der land ziet hij niet als probleem. „We verdedi-gen niet alleen ons eigen land, we verdedigenEuropa. Geen land kan nog alleen voor zijn de-fensie zorgen.”

    De voertaal binnen het bataljon is Duits,daarbuiten, bij grotere operaties, Engels.„Vooral de technische vaktermen in het Duitszijn lastig”, zegt de Nederlandse tankbestuur-der Dion (23). „Als je hier komt krijgt je er eenspeciale taalcursus van drie weken voor.”

    De Franse president Macron pleit voor eenEuropees leger. De Nederlandse regering voelter niets voor, maar bondskanselier Merkelheeft zich voorzichtigjes achter Macrons plangeschaard – „we moeten werken aan de visie

    om ooit ook een echt Europees leger op te rich-te n”, zei ze in november. Kan de nauwe samen-werking tussen delen van het Duitse en het Ne-derlandse leger stilletjes de opmaat zijn vooreen Europees leger?

    „Het kan een model voor Europa zijn, wemoeten deze kant op”, zegt Carlo Masala,hoogleraar internationale politieke aan de Uni-versiteit van de Bundeswehr in München.„Maar ik bedoel niet dat we moeten strevennaar een Europees leger dat onder bevel staatvan een of ander uitvoerend orgaan in Brussel.Ik ben voor iets anders, dat ik ‘een leger vanE u ro p e a n e n’ noem. Daarbij hebben landen nogwel hun eigen krijgsmacht, maar onderdelendaarvan integreren ze, zoals Nederland enDuitsland dat doen.”

    Hans-Peters Bartels, die als ‘We h r b e a u f t r a g -t e’ namens de Bondsdag toezicht houdt op destrijdkrachten, noemt de integratie van Duitseen Nederlandse militaire eenheden „een labo-ratorium voor Europese defensiesamenwer-k i ng ”. Initiatieven als het gemengde Duits-Ne-derlandse tankbataljon ziet hij als „eilandjes”in de wereld van Europese veiligheid- en de-fensieorganisaties. „Er moeten meer van die ei-landjes komen, en ze moeten groter worden.”

    Maar, voegt Bartels daar aan toe, „dit kunnenwe niet met ieder land. Frankrijk bijvoorbeeldheeft een hele andere strategische cultuur danDuitsland. De Fransen willen soms op eigenhoutje optreden. Terwijl Nederland en Duits-land nooit alleen op een missie gaan, maar al-tijd binnen de NAVO, met de EU of in een ande-re multinationaal verband. Dat vinden wij poli-tiek wenselijk, en zulke samenwerking is ookfinancieel aantrekkelijk.”

    Nederland kan dankzij de samenwerkingmet het grote buurland Duitse tanks leasen ende kennis en ervaring met het opereren mettanks op peil houden, in afwachting van even-tuele aanschaf van toch weer eigen tanks. Wantnu de NAVO zich weer minder richt op opera-ties ver buiten het eigen grondgebied en meerop verdediging van de eigen lidstaten in hetoosten van Europa, zijn tanks weer gewild ma-terieel. Op de uitgestrekte Duitse oefenterrei-nen kan bovendien met zwaar geschut gescho-ten worden, wat in Nederland niet mogelijk is.

    In de dagelijkse praktijk stuiten Nederlan-ders en Duitsers wel op cultuurverschillen, dietot irritaties kunnen leiden. „Wij Duitsers zijnbijvoorbeeld strikter in het navolgen van voor-schriften dan de Nederlanders”, zegt Durte(25), een vrouwelijke schutter op een tank.

    Nederlanders van de Luchtmobiele Brigadedie gelegerd zijn bij de Division Schnelle Kräftein Stadtallendorf, in Hessen, kunnen ook mee-praten over de cultuurverschillen. „In discus-sie gaan over een bevel is in het Duitse systeemnot done”, zegt majoor Willem, die werkt alsplanner bij de geneeskundige dienst, over hetcontrast met de lossere omgangsvormen bij deNederlandse krijgsmacht.

    „Ook werken ze hier in Duitsland nog meteen prikklok, dat zijn we in Nederland totaalniet gewend. En Duitse collega’s doen alles nogop papier, met stempels en handtekeningen.Nederlanders opereren meer op basis van ver-t ro u we n .”

    Dat er ook praktische problemen zijn, onder-vindt zijn collega Chris, luitenant-kolonel opde afdeling planning. Hij heeft twee computer-terminals op zijn bureau staan, omdat het Duit-se en het Nederlandse netwerk niet met elkaarkunnen communiceren en het internet nietveilig wordt geacht.

    „En Duitsers zijn formeler en hiërarchischeri nge s te ld”, zegt brigade-generaal Hans Hoog-straten, de Nederlandse plaatsvervangend com-mandant van Division Schnelle Kräfte. „Neder -landers zijn impulsiever, improviseren meer.”

    Scheve ogenDe hoogste Nederlandse militair die met éénbeen in het Duitse leger staat, is luitenant-ge-neraal Michiel van der Laan, nog tot 9 mei com-mandant van het 1e Duits-Nederlandse Leger-korps in Münster. Voor zijn bezoek mag gaanzitten, wil Van der Laan eerst even een grote fo-to aan de muur van zijn werkkamer laten zien.

    Op de foto, uit 1995, staan toenmalig bonds-kanselier Kohl en premier Kok, bij de officiëleoprichting van het Duits-Nederlandse Leger-korps. „Zes jaar na de val van de Muur hadden zij

    al de moed en de visie om deze stap te zetten.”Van der Laan, die tegen het eind van de Kou-

    de Oorlog in het Duitse Seedorf was gelegerd,later in Hamburg een vervolgopleiding voorhoge officieren volgde en nu voor de derdekeer in Münster is geplaatst, is met zijn loop-baan zo’n beetje de belichaming van de Duits-Nederlandse militaire samenwerking.

    „Toen de Koude Oorlog voorbij was, had deNAVO behoefte aan snel inzetbare hoofdkwar-tieren voor missies buiten het grondgebied vande lidstaten. Wij hebben daar in Afghanistandrie keer voor kunnen zorgen, in 2003, 2009en 2013.”

    De nationale politiek heeft nog altijd zeggen-schap over de inzet van de eigen militairen, be-nadrukt hij, de soevereiniteit is niet in het ge-ding. „We zullen altijd in staat zijn om natio-naal te opereren. De besluitvorming in DenHaag en Berlijn verloopt verschillend. Voor ge-zamenlijke missies heeft dat nooit problemeno p ge l e ve rd .”

    Ingewikkeld is de samenwerking soms wel,

    Noord-Duits�oefenterrein,�vlakbij�Bergen-Belsen

    vooral vanwege de uiteenlopende nationale re-gels die scheve ogen kunnen opleveren, bij-voorbeeld bij de arbeidstijden. „Als je terug-komt van een gezamenlijke oefening zijn deDuitsers verplicht een week verlof op te ne-men. Nederlanders krijgen de tijd dat ze op oe-fening zijn geweest financieel gecompenseerd.Dat moeten we harmoniseren.”

    En de culturele verschillen? „Elkaars cultuurmoet je niet proberen te veranderen. De cultuurverandert wel, maar niet door jou”, zegt Van derLaan. „In Nederland bestaat de militaire groet-plicht niet meer, maar ik zie dat Nederlandersdie op missie zijn geweest toch weer groeten.”

    Op het militaire oefenterrein in Bergen wordtde operatie halverwege de dag een uur stil ge-legd – tot ergernis van de Nederlandse majoorRenfrum. „Er is hoog bezoek van enkele gene-raals”, zucht hij ter verklaring. „De Duitsershadden het liefst de hele dag in het teken vandat bezoek gesteld. Wat ons betreft hoeft datniet zo nodig. Ik ben blij als we straks weer ver-der kunnen met onze oefening.”

    Voormalig concentratiekampBergen-Belsen

    Kazerneterrein

    Militair oefenterrein

    Bergen

    BadFallingbostelWalsrode

    Hodenhagen

    2km

    NRC 200419 / AB