de Katangese Secessie 1960 - 1963

77
7/23/2019 de Katangese Secessie 1960 - 1963 http://slidepdf.com/reader/full/de-katangese-secessie-1960-1963 1/77 Marscompagnieën in Afrika.  HET ESKADRON DER GIDSEN IN DE KATANGESE SECESSIE.  Gebaseerd op de scriptie : Les Guides dans la Sécession –  Katanga 1960-1963, Guy Devresse, 2005 . Tot 31 augustus 1961 (na operatie «Rumpuch» dus) staan de Katangese troepen grotendeels onder het bevel van Belgische officieren of van onderofficieren van de vroegere Congolese Force Publique (FP). De weinige documenten uit die periode (als die al teruggevonden worden) getuigen van hun zin voor discipline en organisatie. Het «Eskadron 1ste Gidsen» verlaat op 14 juli 1960 haar garnizoensstad Düren (D). Hergroeperingspunt is de Kazerne d’Etterbeek in Brussel, van waaruit ze op 15 juli [1] samen met andere "marscompagnieën" naar Afrika vertrekken (het 4de Grenadiers en het 2de Cyclisten, met de Staf van het 12 Linie, 1ste Ardeense Jagers en Bataljon Bevrijding). Ze komen op 16 juli 1960 aan op de Basis van Kamina (BAKA), waar onmiddellijk overgegaan wordt tot de voorbereiding van een luchtlandingsoperatie op Stanleystad [2] (samen met de paracommando’s). Deze operatie wordt echter in de loop van de nacht afgeblazen. Bij het gedwongen vertrek van de Belgische troepen uit onze voormalige kolonie zullen een aantal van de Belgische officieren en onderofficieren als «technische raadgever» in het Katangese leger achterblijven. Onder hen treffen we ook verschillende «Gidsen» aan. De U.N.O., die op vraag van president Kasavubu en premier Lumumba de Belgische militairen komt vervangen, beschouwt deze mannen als huurlingen… [1] In werkelijkheid vertrok het gros van het «Eskadron 1ste Gidsen» pas op 16 juli 1960. [2] Operatie «Baudruche».

Transcript of de Katangese Secessie 1960 - 1963

Page 1: de Katangese Secessie 1960 - 1963

7/23/2019 de Katangese Secessie 1960 - 1963

http://slidepdf.com/reader/full/de-katangese-secessie-1960-1963 1/77

Marscompagnieën in Afrika. 

HET ESKADRON DER GIDSEN IN DE

KATANGESE SECESSIE. Gebaseerd op de scriptie : Les Guides dans la Sécession –  Katanga 1960-1963, Guy Devresse, 2005 . 

Tot 31 augustus 1961 (na operatie «Rumpuch» dus) staan de Katangese troepen

grotendeels onder het bevel van Belgische officieren of van onderofficieren van

de vroegere Congolese Force Publique (FP). De weinige documenten uit die

periode (als die al teruggevonden worden) getuigen van hun zin voor disciplineen organisatie.

Het «Eskadron 1ste Gidsen» verlaat op 14 juli 1960 haar garnizoensstad Düren

(D). Hergroeperingspunt is de Kazerne d’Etterbeek in Brussel, van waaruit zeop 15 juli [1] samen met andere "marscompagnieën" naar Afrika vertrekken

(het 4de Grenadiers en het 2de Cyclisten, met de Staf van het 12 Linie, 1ste

Ardeense Jagers en Bataljon Bevrijding). Ze komen op 16 juli 1960 aan op deBasis van Kamina (BAKA), waar onmiddellijk overgegaan wordt tot de

voorbereiding van een luchtlandingsoperatie op Stanleystad [2] (samen met deparacommando’s). Deze operatie wordt echter in de loop van de nacht

afgeblazen.

Bij het gedwongen vertrek van de Belgische troepen uit onze voormalige

kolonie zullen een aantal van de Belgische officieren en onderofficieren als«technische raadgever» in het Katangese leger achterblijven. Onder hen treffenwe ook verschillende «Gidsen» aan. De U.N.O., die op vraag van president

Kasavubu en premier Lumumba de Belgische militairen komt vervangen,

beschouwt deze mannen als huurlingen… 

[1] In werkelijkheid vertrok het gros van het «Eskadron 1ste Gidsen» pas op 16 juli 1960.

[2] Operatie «Baudruche».

Page 2: de Katangese Secessie 1960 - 1963

7/23/2019 de Katangese Secessie 1960 - 1963

http://slidepdf.com/reader/full/de-katangese-secessie-1960-1963 2/77

De «Gidsen» worden hier bij hun vertrek uit onze vroegere kolonie op de luchthaven van Luanoafgelost door Zweedse UNO-troepen. (foto via Guy Devresse)

1. SITUATIESCHETS.

Juli 1960. 

Page 3: de Katangese Secessie 1960 - 1963

7/23/2019 de Katangese Secessie 1960 - 1963

http://slidepdf.com/reader/full/de-katangese-secessie-1960-1963 3/77

 Ook Ierse troepen maken deel uit van het UNO-contingent.

De Congolese onafhankelijkheid gaat gepaard met een golf van moeilijkheden en onlusten die

zich verspreiden over het hele territorium. Overal slaan Congolese militairen aan het muiten.

Tijdens de chaos die daarop volgt roept Tshombe op 11 juli de afscheiding van Katanga uit

(Katangese Secessie) en gaan de Katangese leiders over tot de ontbinding van de F.P. De

Centrale regering van de Democratische Republiek Congo (D.R.C.) zal trouwens de F.P. na de

afrikanisering omdopen tot  Armée Nationale Congolaise  (A.N.C.).

In Katanga filtert men enkel de betrouwbaarste elementen uit dit vroegere koloniale leger,

waarmee men dan het embryo van het nieuwe Katangese leger wil vormen. De rest vliegt eronherroepelijk uit.

Uit de vroegere F.P. ontstaan dus de  Katangese Gendarmes, in de begindagen 350 man sterk

en afkomstig uit verschillende regio’s en met een waaier aan verschillende achtergronden. In

tegenstelling tot wat voor de rest van Congo van toepassing is, worden ze hier nog omkaderd

door blanke officieren.

Als gevolg van de in de UNO gestemde resolutie trekken de Belgische troepen zich terug. De

laatste Belgische troepen verlaten Katanga eind augustus 1960. En de laatste muitende

Congolese soldaten die met geweld door het 1ste Gidsen, het 1ste Cyclisten en het 1ste

 Bevrijding tot de orde zullen geroepen worden is het garnizoen van Nzilo (regio Kolwezi). Dit

gebeurt op 22 juli 1960 en met steun van « Harvard » toestellen en een «Greyhound »

(gepantserd voertuig) van de vroegere F.P. Hierbij vallen 2 doden in de rangen van de Metropolitaanse Troepen en 16 onder de muiters.

Page 4: de Katangese Secessie 1960 - 1963

7/23/2019 de Katangese Secessie 1960 - 1963

http://slidepdf.com/reader/full/de-katangese-secessie-1960-1963 4/77

 Dit type M-8 «Greyhound» werd door de «Gidsen» in Katanga ingezet tegen de muitende soldaten

van de F.P. (foto via Guy Devresse).

Vanaf midden augustus al voelt men de op til zijnde veranderingen.

Zij die willen kunnen een contract tekenen en in Katanga blijven en de Gidsen laten een tiental

kameraden achter die hierop ingaan. Ook uit diverse andere eenheden buiten het 1ste Gidsen

 blijven er trouwens elementen achter. De criteria zoals specialisatie, maar vooral het al of niet

doorlopen hebben van een officier- of onderofficierenvorming geven de doorslag. Tshombe

 beseft al van bij aanvang van zijn secessie heel goed dat de doelmatigheid en inzetbaarheid van

zijn Katangese soldaten afhangt van een degelijke omkadering door goed opgeleide Europese

militairen. Dit is de reden dat tot eind augustus '60 blanke kandidaten ondergebracht worden bij het 1ste Bevrijding , anderen vinden een onderkomen in het consulaat, etc…

Page 5: de Katangese Secessie 1960 - 1963

7/23/2019 de Katangese Secessie 1960 - 1963

http://slidepdf.com/reader/full/de-katangese-secessie-1960-1963 5/77

 Type 'Harvard'-vliegtuig, zoals dit in Congo werd gebruikt voor verkenningsvluchten. Kon voorzien

worden van boordraketten.

Eén van de laatste Belgische acties tegen muitende Congolese soldaten is deze tegen het garnizoen

van Nzilo (regio Kolwezi), uitgevoerd door het 1ste Gidsen, het 1ste Cyclisten en het 1ste Bataljon

Bevrijding. Hier zien we een groep door de «Gidsen» gevangen genomen muiters (foto via GuyDevresse).

Page 6: de Katangese Secessie 1960 - 1963

7/23/2019 de Katangese Secessie 1960 - 1963

http://slidepdf.com/reader/full/de-katangese-secessie-1960-1963 6/77

 

Mobiele groepen. 

Kapitein Servais.

Om de invasie vanuit Kasaï naar Katanga te stuiten en om het hoofd te kunnen bieden aan de

rebellie die zich in een gedeelte van de Katangese provincie nog steeds aan het ontwikkelen is

werden er eerder al kleine  Mobiele Groepen opgericht. Ondanks het feit dat hun slagkracht,

door gebrek aan middelen en materieel eerder beperkt is onderscheiden deze gevechtsgroepen

zich door hun dapperheid en stoutmoedigheid.

Inderhaast gaat men over tot de vorming van twee nieuwe uiterst competente Mobiele Groepen:

«Mobiele Groep A» van kapitein Bounameaux en «Mobiele Groep B» van kapitein Tchen.

Verder gaat men ook over tot de oprichting van enkele pelotons Katangese Gendarmen, samen

met het Pantserpeloton «Kamina» van kapitein Servais.

Deze Mobiele Groepen zijn elk ongeveer 70 man sterk en staan onder het bevel van een 6 à 7-

tal blanke officieren of onderofficieren.

Eind augustus vindt men de Mobiele Groepen terug aan de grenzen van Kasaï (Gandadjika-

Kaniama) en in september aan de grenzen van Kivu (Luika en Lubunda). De acties ter

verdediging van het Katangese territorium komen er vooral als blijkt dat de UNO-troepen niet

in staat zijn om orde op zaken te stellen in het gebied.

De problemen en moeilijkheden voor het verdedigen van zulk een uitgestrekte regio met slechts

een beperkte strijdmacht komen duidelijk naar voor als in september en oktober '60 rebellen er

toch in slagen om zich meester te maken van Manono, Kabalo, Nyunzu en Bukama. Oorzaak

hiervan is onder andere het feit dat de indringers…soms hulp krijgen van bepaalde UNO -

detachementen, die de invallers daadwerkelijk bijspringen met militaire en logistieke steun. Zo

zijn er gevallen bekend dat ze de invallers bevoorraden met brandstof en in verschillendegevallen hinderen de Blauwhelmen zelfs de Katangese troepen in hun bewegingen. De

archieven die bijvoorbeeld gevonden werden bij de inname van Manono door het Katangese

leger bewijzen dit zwart op wit.

In afwachting dat het eigen leger zelf over voldoende gevormde troepen beschikt moet de

Katangese overheid ‘hulptroepen’ inschakelen. De  manschappen hiervoor worden

gerekruteerd uit provinciale regeringsgezinde bevolkingsgroepen. Deze ‘milities’ worden op

diverse locaties in garnizoenen geplaatst, zodat de beter bewapende Mobiele Eenheden zich

specifiek kunnen toespitsen op regio’s waar ze het meest nodig zijn. Zo verdedigen degelijk

uitgeruste milities van bijvoorbeeld grote Chef Kasongo Niembo de regio Kamina.

Commandant Lamouline treedt hierbij op als «militaire raadgever».

Page 7: de Katangese Secessie 1960 - 1963

7/23/2019 de Katangese Secessie 1960 - 1963

http://slidepdf.com/reader/full/de-katangese-secessie-1960-1963 7/77

 

In onderling akkoord met de UNO geeft de Katangese regering vanaf 17 oktober 1960 aan deze

milities de opdracht om de orde te handhaven in «Zone Noord», ook «neutrale zone» genaamd.

Dit stuk ‘niemandsland’ komt er als buffer, maar door de inschikkelijkheid (lees:

lankmoedigheid) van bepaalde UNO-eenheden ten gunste van de opstandige elementen, wordt

deze regio al vlug een toevluchtsoord voor rebellen, die er zich absoluut veilig voelen. Dit istrouwens de reden dat Tshombe later het akkoord met de UNO terug intrekt, wat zorgt voor

een zeer complexe situatie.

Eind 1960 en als gevolg van de rekrutering én aankomst van huurlingen, zal het Katangese

leger uitgroeien tot 7000 man.

2. SITUATIE VAN DE GIDSEN EIND AUGUSTUS

1960. 

Commandant E. Kervyn de Meerendre.

Eind augustus 1960 zitten in Katanga enkel nog die Gidsen die op vrijwillige basis zijn

gebleven na het vertrek van hun eskadron uit Congo. Ze worden verspreid over verschillende

eenheden.

Enkelen onder hen zitten al op hun bestemming:

 

Luitenant [Tony] Jacques de Dixmude zit bij het detachement gendarmen inAlbertstad, wat ook het geval is voor (logistieker) adjudant Verhulst. Beiden staan

onder bevel van commandant Albert Jacques.

  Commandant Jean Collet die afkomstig is uit de «Gidsen», is hier niet aan zijn eerste

verblijf toe en vervult de taak van G3 bij de Katangese troepen (Hoofd van de sectie

Operaties).

  Commandantvlieger Emmanuel Kervyn De Meerendre (nog een gewezen adept

afkomstig uit de «Gidsen») zal samen met administrateur André Ryckmans in de

omgeving van Thysstad gevangen genomen worden tijdens een reddingsoperatie met

hun helikopter. Ze worden op 17 juli 1960 in kamp Hardy afgemaakt in bijzijn van

sergeant-majoor Luamba en hun lichamen worden in de Inkisi-rivier geworpen.

Page 8: de Katangese Secessie 1960 - 1963

7/23/2019 de Katangese Secessie 1960 - 1963

http://slidepdf.com/reader/full/de-katangese-secessie-1960-1963 8/77

  Luitenant-geneesheer Jacques Alloin is zo goed als ter plaatse gebleven als kapitein-

geneesheer op ministerieel niveau. Ondanks het voorzien was dat hij deel zou uitmaken

van het organigram van operatie «Banquise» (gebied rond de spoorlijn Kamina  –  

Jadotstad), verlaat hij toch Katanga op 18 februari 1961.

 

Adjudant Ernest Gignez zal als adjudant-chef in het opleidingscentrum vanShinkolobwe verblijven. Na operatie «Banquise» wordt hij officiers-beheerder van de

mess in het kamp Massart.

  François Son wordt sergeant in de 1ste Opleidingscompagnie Militaire Politie, na eerst

een korte periode lijfwacht geweest te zijn van consul M. Cremer.

  Luitenant Trokay en brigadier Delhaise zullen het pantserpeloton «Kamina» oprichten

en staan onder het bevel van kapitein Servais.

  Brigadier Albert Urbain, kortweg ‘Fil’ genaamd, zal eerst samen met Son op het

consulaat verblijven en zal bij Mobiele Groep A van kapitein Bounameaux ingelijfdworden.

We staan even stil bij Emmanuel Kervyn de Meerendre, een ancien van de «Gidsen», dit

hoewel hij geen deel uitmaakt van de geschiedenis van de Gidsen in Katanga, maar die in

Congo gruwelijk aan zijn einde komt. Dit is het dramatische verhaal van zijn laatste uren,

vertelt door één van zijn collega’s, luitenant Mans.

Op 16 juli 1960 ’s avonds, bespreekt de Staf de evacuaties van de volgende dag.

Commandant Kervyn verzet zich tegen een te groot machtsvertoon en heeft bezwaar tegen de

 plannen om zijn helikopter door een «Harvard»-gevechtsvliegtuig te laten beschermen.

 Luitenant Mans zelf moet zich naar Lusaka begeven. De piloot van de «Harvard» die Kervyn

en Ryckmans moet escorteren is luitenant Baudoin de Changy, aan wie luitenant Mans het

bevel geeft om ‘erin te vliegen’ als er gevaar dreigt.

Page 9: de Katangese Secessie 1960 - 1963

7/23/2019 de Katangese Secessie 1960 - 1963

http://slidepdf.com/reader/full/de-katangese-secessie-1960-1963 9/77

Grafsteen van administrateur A. Ryckmans.

Commandant Kervyn is van mening dat een Alouette-helikopter beter geschikt is om in Lukala

te landen. De commandant past de opdrachten aan en geeft bevelen aan Baudouin die

tegengesteld zijn aan de initiële bevelen: « In geen enkel geval wil hij hem zien overvliegen.

 Baudouin moet op ongeveer 5km van het vliegveld rondjes blijven vliegen en mag pas in actie

komen in geval van nood. »

 Bij hun landing in Lukala worden commandant Kervyn en territoriaal agent A. Ryckmans

 gevangen genomen. Overgebracht naar kamp Hardy in Thysstad worden ze twee of drie dagen

later vermoord door sergeant-majoor Luamba.

 Daar de piloot van de «Harvard», Baudouin de Changy, geen reactie krijgt op zijn

radioberichten overvliegt hij Lukala, maar vindt nergens enig spoor van de heli. De muiters

hebben namelijk de helikopter van Kervyn in een loods verstopt.

 Baudouin de Changy vliegt dus onverrichter zake alleen terug naar Leopoldstad. Onderweg

wordt zijn toestel neergehaald door mitrailleurs die op een rebellen treinstel is gemonteerd.

Page 10: de Katangese Secessie 1960 - 1963

7/23/2019 de Katangese Secessie 1960 - 1963

http://slidepdf.com/reader/full/de-katangese-secessie-1960-1963 10/77

 (foto via Guy Devresse)

3. DE EERSTE DEELNAME AAN DE OPERATIES.

Page 11: de Katangese Secessie 1960 - 1963

7/23/2019 de Katangese Secessie 1960 - 1963

http://slidepdf.com/reader/full/de-katangese-secessie-1960-1963 11/77

De eerste belangrijke operatie is deze uitgevoerd onder het bevel van kapitein Tchen, die

eigenlijk uit het «Bataljon Bevrijding» komt, maar die samen met de «Gidsen» in Nzilo zit.

Hoewel behorende tot de Eerste Mobiele Groep, wordt hij na de oprichting van de Groep

Bounameaux ingedeeld bij de Mobiele Groep B. Deze eenheid heeft een heroïsche staat van

dienst. Dit kleine detachement verhindert eind augustus de invasie via de noordelijke grens van

Katanga, van Congolese troepen die tien maal sterker in aantal zijn. Dit gebeuren staat in iedersherinnering gegrift als de «Slag van Luika». Tchen krijgt daar versterking van een

«Greyhound» van de 1ste Compagnie MP uit Elisabethstad. Luitenant Trokay is de

 bevelhebber van de pantserwagen, Delhaise is de chauffeur en Varvenne de schutter. Terug in

Kamina worden ze opgenomen in het pantserpeloton «Kamina», dat nog in zijn embryonale

fase zit. Het is de bedoeling dat luitenant Trokay aan het hoofd van een eenheid zal komen te

staan, onder bevel van commandant Lamouline. (Begin oktober 1960 zal commandant Servais

commandant Lamouline vervangen, die als raadgever van chef Kasongo Niembo zal

optreden).

Men stuurt Mobiele Groep B naar Kabondo-Dianda om Servais te ontzetten. Daar vallen in de

groep Trokay de eerste gekwetsten. Commandant Servais wordt aan het hoofd gekwetst.

Sergeant Van Bruaene, die naar Kamina gaat om een pantserwagen te gaan ophalen valt in eenhinderlaag en wordt ernstig gekwetst aan de wervelkolom. Hij blijft verlamd. Antoine, een

koloniaal die ter plaatse is gerekruteerd en sergeant zal worden, krijgt een kogel in de bil.

Brigadier Delhaize (later bevorderd tot sergeant) wordt door de reactie van de gekwetste

Antoine uit het voertuig geslingerd en loopt een kuitbeenbreuk op.

Op 31 oktober neemt luitenant Trokay het bevel op zich over de groep. Naast het commando

over de Katangezen is hij de chef van: de adjudanten Varvenne, Dewit, Michot en Bauwens;

en van de sergeanten Delhaise, Borg, Verhoeven, Martin en Antoine. Acties op kleinere schaal

gaan door tot december 1960.

Luitenant Trokay en Delhaise gaan eind december 1960 in verlof naar België. Ze keren in de

loop van de maand januari 1961 naar Katanga terug.

Intussen gebeurt er uiteraard veel. De gemotoriseerde colonne van commandant De Troyer die

naar Bukama wordt uitgestuurd valt in een hinderlaag. Ook het peloton Katangese Gendarmen

van adjudant Lanis dat vanuit Kabondo-Dianda naar Kisanga wordt gestuurd, loopt in een goed

opgezette valstrikt. Ze worden op 4 september 1960 volledig uitgeroeid.

Op 5 september vertrekt de groep van kapitein Jacquemart naar Malemba Nkulu en vallen in

Masese in een hinderlaag. De kapitein wordt gedood. Luitenant Van Lanker, eerste-sergeant

Trauwkens, sergeant Coucke en sergeant Dieleman maken ook deel uit van deze groep.

Mobiele Groep A van kapitein Bounameaux waarvan ook Urbain deel uitmaakt lost de groep

Tschen af, die naar Niemba vertrekt. Kapitein Bounameaux (gewezen FP-er uit Thysstad) is erin geslaagd om in een paar weken tijd een zeer degelijke operationele groep op te richten, die

uitsluitend uit Metropolitaanse strijdkrachten of gewezen manschappen van de Force Publique

 bestaat (zonder «affreux» dus). Zij zullen in oktober 1960 de verminkte lichamen van adjudant

Leclercq en politiecommissaris Delamper terugvinden. Beiden werden afgemaakt op de «brug

van Zofu» (op 10 km van Kabalo gelegen). Men had hun brandstofreservoir gesaboteerd en zij

slaagden er niet meer in om hun voertuig op te starten, waardoor ze overgeleverd waren aan de

willekeur der rebellen.

Page 12: de Katangese Secessie 1960 - 1963

7/23/2019 de Katangese Secessie 1960 - 1963

http://slidepdf.com/reader/full/de-katangese-secessie-1960-1963 12/77

 UNO-troepen in 1960 in Congo.

Page 13: de Katangese Secessie 1960 - 1963

7/23/2019 de Katangese Secessie 1960 - 1963

http://slidepdf.com/reader/full/de-katangese-secessie-1960-1963 13/77

'Neutrale Zones', zoals die na het tot stand komen van de akkoorden zijn vastgelegd.

Begin oktober krijgt de groep Bounameaux het bevel om zich op Kabalo terug te trekken. Door

de akkoorden die betrekking hebben op de neutrale zones, een feit waarover kapitein

Bounameaux niet werd ingelicht, eisen de UNO-troepen de ontwapening van de groep (« ...dat

 geen enkele oorlogvoerende partij wapens mag dragen in die regio... » is een eis die blijkbaar

niet van toepassing is op de rebellen, die door de UNO worden ontzien). Deze maatregel zal

trouwens aan de basis liggen van de dood van adjudant Leclercq en commissaris Delamper.

Page 14: de Katangese Secessie 1960 - 1963

7/23/2019 de Katangese Secessie 1960 - 1963

http://slidepdf.com/reader/full/de-katangese-secessie-1960-1963 14/77

 Na veel “palaveren”, gekoppeld aan de nodige blufpoker, slaagt kapitein Bounameaux erin om

de toestemming te krijgen dat iedereen zijn wapens toch mag behouden maar dat de

wapendracht zich beperkt tot hotel «Rond Point».

Meer dan 1000 rebellen vallen op 19 oktober 1960 Kabalo aan, maar de UNO staat de

Katangezen enkel toe om hun kwartieren te verdedigen. De Ethiopische UNO-soldaten zelfgaan over tot plunderingen.

Kapitein Bounameaux krijgt uiteindelijk de toelating om zijn troepen per vliegtuig naar

Albertstad over te plaatsen, waar hij de Mobiele Groep B van Jacobs zal aflossen na afloop van

het bezoek van Tshombe.

Gekwetst in een auto-ongeluk, geeft de kapitein het bevel aan luitenant Groetaerts en keert eind

december naar België terug; terugkeer van Bounameaux naar Katanga eind januari 1961, waar

hij zijn bevelvoerende functies over de Mobiele Groepen verder zet.

Tsjombe beseft namelijk maar al te goed dat, ondanks de nood aan getrainde garnizoen troepen

die er in het Katangese leger heerst, troepen die vaak bestookt worden en op hun posities

worden vastgepind, het slechts met de mobiele eenheden is dat hij succesvol zijn grondgebied

zal kunnen verdedigen.

Page 15: de Katangese Secessie 1960 - 1963

7/23/2019 de Katangese Secessie 1960 - 1963

http://slidepdf.com/reader/full/de-katangese-secessie-1960-1963 15/77

 Brief (1.3) van commandant Collet aan kolonel Marissal voor rekrutering van blanke huurlingen.

Page 16: de Katangese Secessie 1960 - 1963

7/23/2019 de Katangese Secessie 1960 - 1963

http://slidepdf.com/reader/full/de-katangese-secessie-1960-1963 16/77

 Brief (2.3. vervolg) van commandant Collet aan kolonel Marissal.

Page 17: de Katangese Secessie 1960 - 1963

7/23/2019 de Katangese Secessie 1960 - 1963

http://slidepdf.com/reader/full/de-katangese-secessie-1960-1963 17/77

 Brief (3.3. vervolg) van commandant Collet aan kolonel Marissal. Onderaan handgeschreven: "Werd

naar kolonel Marissal gestuurd, na goedkeuring door kolonel Crèvecoeur". Getekend: Collet.

Daaronder staat: "Het vorige contract voorzag in geval van overlijden een verzekering van 1.000.000

ten laste van Katanga + 100.000 f (=BEF) per kind op uitdrukkelijke vraag van Tshombe". Blijkbaar

zijn er in deze contracten aanpassingen gebeurd.

Er worden nieuwe eenheden gevormd.

Page 18: de Katangese Secessie 1960 - 1963

7/23/2019 de Katangese Secessie 1960 - 1963

http://slidepdf.com/reader/full/de-katangese-secessie-1960-1963 18/77

Om deze te omkaderen en met de wetenschap dat de Belgische militairen niet talrijk genoeg

zijn om aan het hoofd van al die eenheden te staan, doet men een beroep op huurlingen (zie in

dit verband hierboven de brief aan kolonel Marissal [3 pag.] van commandant Collet,

stafofficier bij de Katangese Gendarmen ). De eerste huurlingen (een 30-tal) komen eind

september 1960 in Katanga aan en een deel onder hen worden aan de Mobiele Groepen

toegevoegd.

Bij gebrek aan voldoende Belgische militairen doet Tshombe een beroep op huurlingen om de

Katangese eenheden te commanderen en om het grondgebied te helpen beschermen.

In oktober 1960 bevindt Mobiele Groep A van Bounameaux zich nog steeds in Kabalo en

Groep B van Jacobs + Groep C van kapitein Baltus zitten in Albertstad. Mobiele Groep D van

luitenant Poelmans zit in Mitwaba.

Als gevolg van verschillende gewelddaden (het plunderen van bankkluizen, diefstal van

morfine uit het hospitaal,… ) zullen verschillende vrijwilligers naar België worden

teruggestuurd. Onder hen ook luitenant Poelmans.

Men richt een nieuwe eenheid op in Mwadingusha, die onder het bevel komt te staan van

commandant Antoine. Het peloton «pantsers» staat nog steeds onder bevel van kapitein

Servais. Verder heeft men nog het opleidingscentrum van Shinkolobwe, waar de

luchtvervoerde infanterie-eenheden  zijn ondergebracht, de genie, transporteenheden en in

Elisabethstad zitten nog twee compagnieën uiterst actieve  Militaire Politie.

In de sector Kabalo-Kongolo worden de schermutselingen frequenter. Dit is ook het geval voor

Luena, een locatie die de rebellen blijkbaar op het punt staan aan te vallen. Mobiele Groep C

zal in de regio Kongolo blijven tot midden december ’60. Op 10 december 1960 vallen kapitein

Baltus en zijn groep in een hinderlaag, als ze onderweg zijn om een vijandelijke concentratie

uiteen te drijven. De rebellen wijken niet, zijn gedrogeerd. Omsingeld moeten de Katangezenhun "81-mortieren inzetten. Luitenant Bottu wordt gewond aan de keel en vrijwilliger Dehaen

Freddy wordt ernstig gekwetst aan het hoofd. Dan is het de beurt aan luitenant Cuvelier die een

kogel in de heup krijgt en even later wordt kapitein Baltus in voorarm en rechterhand getroffen.

Ze kunnen toch de omsingeling doorbreken en slagen erin om de wegversperringen op te

ruimen. De groep stoot echter op een nieuwe versperring en hierop volgt een lijf aan lijf

gevecht. De  Balubas  kiezen uiteindelijk het hazenpad, maar de Mobiele Eenheid is

gedecimeerd, heeft een gebrek aan munitie en besluit dan maar om naar het kamp terug te

keren. Gelukkig zijn daar twee rondtrekkende artsen aanwezig die de streek van Kongolo

doorkruisen. Deze kunnen de gewonden onmiddellijk verzorgen. Pas daar verneemt de groep

dat adjudant Randour gedood werd tijdens de terugkeer. Daarom neemt commandant Collet

voor enkele dagen het bevel over de groep over.

Page 19: de Katangese Secessie 1960 - 1963

7/23/2019 de Katangese Secessie 1960 - 1963

http://slidepdf.com/reader/full/de-katangese-secessie-1960-1963 19/77

Mobiele Groep C die steeds op de barricaden heeft gestaan, kan voor een poos vakantie nemen.

Luitenant Bottu blijft ter plaatse en onder het bevel van kapitein Jacques Antoine ontstaat er

een nieuwe Groep D. Commandant Collet keert terug naar de Staf in Elisabethstad. En het

militaire kamp van Kongolo, dat onder bevel van kapitein Balon stond, krijgt commandant

Huccorne als nieuwe bevelhebber.

In Albertstad voert het peloton Gendarmen, dat daar gekazerneerd is, elke dag patrouilles uit.Het kamp wordt door commandant Jacques bevolen. Kapitein Schoeters is er

compagniecommandant en luitenant Jacques de Dixmude, die op 20 augustus 1960

aangekomen is, pelotonscommandant.

In september 1960 neemt hij deel aan de operaties in Niemba en op 9 oktober evacueert hij de

 burgers van Nyunzu. Op 13 oktober zit hij in Kapona. Luitenant Jacques de Dixmude wordt

tussen Baton en Kamena in de bil getroffen door een pijl. Daar hangt nog een leuke anekdote

aan vast: volgens de inheemse overlevering werd hij gekwetst « omdat hij als enige gekleed

ten strijde trok » (het was inderdaad gebruikelijk dat de zwarte inheemse strijders zo goed als

naakt naar de vijand optrokken. Hun munitie konden ze hierdoor niet in hun zakken steken en

stopten ze dan maar…in hun sokken, één van de weinige kledingstukken die ze aanhielden).

Op 3 november verlaat hij Albertstad en zijn manschappen komen onder bevel van luitenantGeenen.

Op 6 november vervangt commandant Grailly de in verlof gaande commandant Jacques (niet

verwarren met J. de Dixmude). Op 7 november 1960 worden er tien Ierse UNO-soldaten in

 Niemba vermoord door de Balubas.

Op 17 november ontstaan er op de weg naar Niemba diverse schermutselingen tussen het 40

man tellende peloton van adjudant Verhulst (van de 1ste Cyclisten) en de rebellen. Op 18

november breken er langs dezelfde route opnieuw felle gevechten uit. Het peloton blijft van 1

tot 16 december op post in Greinerville. Eind december 1960 vertrekken luitenant Trokay en

adjudant Alexandre in verlof naar België, alsook Georges Delhaise.

Buiten de geplande operaties tijdens het snel naderende jaareinde, bedoeld om de invallen te

stoppen, de stipte patrouilles en operatie «Hector» in Ebombo begin ‘61, zullen er tot eind juli

1961 nog enkele grote operaties doorgaan. Hieronder te zien op de map. Details over deze

operaties worden verder in dit relaas geanaliseerd.

Page 20: de Katangese Secessie 1960 - 1963

7/23/2019 de Katangese Secessie 1960 - 1963

http://slidepdf.com/reader/full/de-katangese-secessie-1960-1963 20/77

 

4. HET VERDERE VERLOOP.

Januari 1961.

Page 21: de Katangese Secessie 1960 - 1963

7/23/2019 de Katangese Secessie 1960 - 1963

http://slidepdf.com/reader/full/de-katangese-secessie-1960-1963 21/77

 Noord-Katanga wordt in vier operationele zones onderverdeeld:

  De sector Albertstad staat onder bevel van commandant Jacques en omvat het

grondgebied van Albertstad, Boudewijnstad en Nyunzu.

 

De sector Mitwaba komt onder het bevel van kapitein Protin, met Manono, Mitwabaen Pweto als voornaamste locaties.

  De sector Kamina, onder bevel van kapitein Servais en daarna onder Barvaux omvat

de regio Kamina, Kaniama, Kabongo en Bukama.

  Tenslotte hebben we nog de sector Kongolo, onder bevel van kapitein Balon, later

wordt dit commandant De Huccorne (een gewezen Koreavrijwilliger), met als

voornaamste locaties Kongolo en Kabolo.

Iedere sector heeft zijn eigen troepen, gesteund door een  Mobiele Groep.

Page 22: de Katangese Secessie 1960 - 1963

7/23/2019 de Katangese Secessie 1960 - 1963

http://slidepdf.com/reader/full/de-katangese-secessie-1960-1963 22/77

De rebellen zijn zeer actief in de regio  Kambi ya Wima waar ze geregeld treinkonvooien vande UNO aanvallen.

Op 9 januari 1961 mislukt een aanval op  Kambi ya Wima compleet. Deze wordt uitgevoerd

door een peloton Katangezen uit Albertstad, samen met een peloton gendarmen. De groep

Geenen pikt de vluchtende Katangezen op, valt Kambi aan, dat volledig wordt verwoest. Ze

keren te voet terug naar Greinerville en stoten met transport door naar Albertstad. Hierdoor

Page 23: de Katangese Secessie 1960 - 1963

7/23/2019 de Katangese Secessie 1960 - 1963

http://slidepdf.com/reader/full/de-katangese-secessie-1960-1963 23/77

komt luitenant Geenen in conflict met zijn compagniecommandant en wordt hij overgeplaatst.

Eerst keert hij terug naar Elisabethstad, waar hij kennis zal maken met de pas aangekomen

manschappen van de «Gidsen».  Mobiele Groep A die vanuit Albertstad rondtrekt zit op dat

moment aan de grens met Kivu, niet ver van Bendera.

Vanaf eind 1960 kan men de uitbreiding van de rebellie als beëindigd beschouwen. Met

uitzondering van de regio Albertstad en in mindere mate ook de regio Luena, Bukama,Kabondo Dianda en Kabolo. Daar gaan de onlusten verder tot in april 1961.

Page 24: de Katangese Secessie 1960 - 1963

7/23/2019 de Katangese Secessie 1960 - 1963

http://slidepdf.com/reader/full/de-katangese-secessie-1960-1963 24/77

 'L'Echo du Katanga', 18 januari 1961.

Op 10 januari 1961 vertrekt commandant Collet via het spoor met een gemengde groep

Katangezen en Zweedse UNO soldaten. Hun opdracht: inlichtingen verzamelen over de situatie

in de garnizoenssteden Lubudi en Luena. Deze locaties worden bedreigd door het  Armée

 Nationale Congolaise[1]   (A.N.C.). Ze moeten ook de spoorlijn, die gesaboteerd werd,

herstellen.

Als ze de avond van 14 januari de 10de storing bereiken maken ze rechtsomkeer. Op 15 januari,

Page 25: de Katangese Secessie 1960 - 1963

7/23/2019 de Katangese Secessie 1960 - 1963

http://slidepdf.com/reader/full/de-katangese-secessie-1960-1963 25/77

op ongeveer 1,5 kilometer van Bukama, worden ze door de kartels aangevallen. Commandant

Collet wordt in volle borst getroffen en gedood. Hij krijgt postuum de graad van majoor.

Begin januari 1961 komen in Manono «Gizingisten» aan. De eerste reflex hierop is de

helikopteroperatie «Hector», die plaats vindt op de as Sentery-Manono. Om de verdere

instroom van rebellen te stuiten moet deze operatie daar de infrastructuur vernietigen, zowel

 bruggen als wegen. Verschillende bronnen getuigen hierover dat deze operatie, buiten eenrelatief schokeffect op de bevolking, niet echt als een groot succes kan beschouwd worden. Het

zwaartepunt van de actie zal zich de 16de januari in de regio Ebombo afspelen en ligt in handen

van  Mobiele Groep D  van kapitein Antoine.

[1] Het Congolese regeringsleger.

Antoine Gizenga en Cyrille Adoula.

Op 16 januari valt de aankomst van vier «Gidsen» in Elisabethstad op te merken.

Het betreft luitenant De Rijckel, luitenant Foestraets, luitenant Le Grelle en adjudant

Alexandre. Zij komen op vraag van de intussen gesneuvelde commandant Collet naar Katanga.De Rijckel vervoegt als vervanger voor luitenant Bottu,  Mobiele Groep D  in

Kongolo. Luitenant Le Grelle en adjudant Alexandre worden bij Mobiele Groep B van Libert

ondergebracht. Luitenant Foestraets komt in het pantserpeloton «Kamina» terecht.

Op 20 januari 1961 is Delhaise na een verblijf in België terug in Katanga aanwezig. Kort daarna

draait de geruchtenmolen op volle toeren. De krant «Le Peuple» van 3 februari 1961 beweert

de hand te hebben kunnen leggen op een lijst met namen van zestig huurlingen die naar Katanga

zijn overgevlogen met een vliegtuig van de « Persian Air Service»; een toestel dat door Sabena

zou zijn gecharterd. Waarheden en verzinsels worden zeer vlug dooreen gehaald, vooral omdat

de ‘reizigers’ ‘nepdocumenten’ op zich droegen om zo weinig mogelijk de aandacht van de

UNO te trekken (zie DOC 1 hieronder). Het ‘rookgordijn’ mislukt grandioos en de zaak doet

heel wat stof opwaaien. Daarvan zal G. Delhaise zelfs in 1964 nog de gevolgen dragen als hij

terug naar Afrika vertrekt om deel uit te maken van de colonnes van de «Ommegang» en hij

de 1ste Compagnie M.P. van luitenant Michiels gaat versterken, waar trouwens ook François

Son deel zal van uitmaken.

Wat François Son betreft: over hem zijn weinig sporen terug te vinden, buiten enkele foto’s.

Wel weet men, dat hij heeft deelgenomen aan de operaties «Banquise, Mambo, de haven van

Mulongo, Nyunzu…» en dat hij, zoals veel van zijn collega’s eind augustus 1961 het

Congolese territorium zal uitgezet worden door de UNO.

Op 23 januari 1961 maakt adjudant Urbain nog altijd deel uit van de  Mobiele Groep A die in

operatie is ten noorden van Albertstad (omgeving Katenga/Bendera). Als Urbain tijdens dezeoperatie een verdachte situatie wil controleren, hem door een soldaat opmerkzaam gemaakt,

Page 26: de Katangese Secessie 1960 - 1963

7/23/2019 de Katangese Secessie 1960 - 1963

http://slidepdf.com/reader/full/de-katangese-secessie-1960-1963 26/77

nadert hij een lager gelegen stuk weg en wordt getroffen door een giftige pijl in zijn

rechterheup. Hij sterft op 25 januari in het hospitaal van Albertstad. Dramatisch detail: zijn

contract loopt ten einde op 1 februari. Volgens bepaalde documenten werd hem postuum de

graad van onderluitenant toegekend (zie DOC 2).

Op 27 januari 1961 neemt luitenant Geenen, die samen met de gewonden (de officieren vanhet eerste uur dus) uit verlof terugkeert, terug het bevel van  Mobiele Groep C   op zich.

DOC 1. Eén van de 'nepdocumenten' die voor de nodige ophef zorgde in het artikel van 'Le Peuple'dd. 3/2/61.

Page 27: de Katangese Secessie 1960 - 1963

7/23/2019 de Katangese Secessie 1960 - 1963

http://slidepdf.com/reader/full/de-katangese-secessie-1960-1963 27/77

 

Men zit in volle voorbereiding voor een operatie op Manono, maar meer dwingende redenen

zorgen er voor dat men eerst kiest voor een tussenkomst in de regio Luena. Daar wordt een

Katangees garnizoen in de school Sint-Barbara namelijk sinds maanden omsingeld en praktisch

immobiel gehouden.

Indien er vanuit de uiterste landsgrenzen invallen hebben plaats gevonden moet er gezegdworden dat de Baluba-opstand als centraal punt Manono heeft en is al vanaf de maand

september '60 aan de gang. De opstand werd vanaf zijn ontstaan gesteund door Lumumba en

Gizenga, die hun hoofdkwartier in Stanleystad hadden. De rebellen werden door hen

aangemoedigd, voornamelijk om een onafhankelijke (noordelijke) Lualaba-provincie te

stichten. Ook Swende steunt deze opstand. Hierdoor kan korporaal-boekhouder Mutombo

Faustin, die in Stanleystad is gekantonneerd, in deze provincie voorstellen formuleren en

militaire kaders oprichten. Hij beslist over de militaire graden en benoemt zichzelf tot luitenant-

kolonel.

Gedeputeerde Mwamba Illunga Prosper, op de vlucht uit Elisabethstad, roept op 20 oktober

1960 de onafhankelijkheid uit van deze provincie. In november 1960 laat hij zich de graad van

kolonel toewijzen.Op 13 januari 1961 installeert de nieuwe regering zich in Manono, waar een sterk contingent

UNO-troepen is samengetrokken. Men zal deze regio en de as Elisabethstad-Kamina dus

moeten ontzetten. Dit is het doel van operatie «Banquise».

Page 28: de Katangese Secessie 1960 - 1963

7/23/2019 de Katangese Secessie 1960 - 1963

http://slidepdf.com/reader/full/de-katangese-secessie-1960-1963 28/77

 DOC 2. PV dienstongeval en dood van adjudant Urbain op 23 januari 1961.

Februari 1961.

Operatie «Banquise». 

Page 29: de Katangese Secessie 1960 - 1963

7/23/2019 de Katangese Secessie 1960 - 1963

http://slidepdf.com/reader/full/de-katangese-secessie-1960-1963 29/77

De situatie begin februari ‘61:  Mobiele Groep A zit nog steeds in Albertstad. Groep B van

luitenant Le Grelle neemt op 7 februari de plaats in van de Groep Libert , die ontbonden wordt.

Luitenant Geenen staat aan het hoofd van  Mobiele Groep C en Cuvelier komt terug uit

herstelverlof. Groep D zit in Kongolo met onderluitenant De Rijckel.

Door het feit dat de UNO-troepen zeer inschikkelijk zijn ten opzichte van de rebellen, beslistmen om pas na het vertrek van het Marokkaanse UNO-detachement uit Luena operatie

«Banquise» op te starten. Intussen lopen de voorbereidingen hiervoor uiterst omzichtig verder.

Op 5 februari 1961 vertrekt  Mobiele Groep C  per trein vanuit Elisabethstad naar Lubudi.

Op 10 februari 1961 verneemt men dat de Marokkaanse blauwhelmen, die normaal door een

detachement Ierse UNO-militairen dienden vervangen te worden, Luena nog niet hebben

verlaten. Er wordt toch beslist om met de operatie door te gaan.

Vooruitblik op de samenstelling en opbouw «Banquise»:  De Task Group staat onder bevel van commandant Matthys:

De 1ste Compagnie MP wordt bevolen door luitenant Michiels.1ste Geblindeerde Groep.

1ste Compagnie.

1ste Peloton Mortieren uit het infanteriebataljon van Shinkolobwe.

4de Peloton Infanterie.

Detachement «Luena» :

1ste Peloton, 2de Compagnie MP.

1ste Peloton, Compagnie «Lubudi».

2de Peloton uit Elisabethstad.

Compagnie «Kabondo-Dianda», onder bevel van Protin:

Compagnie «Kabondo».

2de Compagnie «Niembo».

1ste Peloton «Blindé’s Kamina», onder bevel van Trokay. 

Reserve:

1ste Bataljon Infanterie uit Shinkolobwe, versterkt met gepantserde jeeps.

Adjudant Gignez, samen met adjudant Ponsard en kapitein Smet, maakt deel

uit van de Stafcompagnie

De manier van vorderen, genre «tangbeweging», wordt bestudeerd: een strijdmacht van

ongeveer 1.000 manschappen zal van Lubudi naar Bukama optrekken, terwijl er een colonne

vanuit Kabondo-Dianda zal afzakken. Task Group «Banquise» trekt in een eerste beweging op

vanuit het zuiden van Lubudi naar Mukulakulu (65 kilometer), een tocht die onder beveiligingzal dienen te gebeuren. Daarna moet de groep doorstoten naar Bukama (34 kilometer van

Luena).

De groep die in ‘reserve’ wordt gehouden zal via de weg en het spoor van Shinkolobwe naar

Lubudi optrekken en moet steeds klaar staan om onmiddellijk tussenbeide te kunnen komen.

Algemeen genomen betekent dit dat de colonne die uit Lubudu komt zal kunnen beschikken

over MP-eenheden en over de Mobiele Groep B van luitenant Le Grelle als speerpunt, terwijl

er gelijktijdig een parallelle doorstoot via het spoor gebeurd. De ‘reserve’ moet daarenboven

en waar nodig, herstellingen uitvoeren aan de sporen. De manschappen van Le Grelle zijn op

 borst en rug voorzien van een wit kruis; dit om verwarring met de opstandelingen te vermijden.

Er volgt nog een tweede treinstel dat instaat voor de bevoorrading. Mobiele Groep C  is in twee

delen gesplitst: luitenant Cuvelier en de reguliere troepen zullen de Staf beschermen, terwijlluitenant Geenen met 400 strijders de flanken tijdens de doorstoot zullen beschermen.

Page 30: de Katangese Secessie 1960 - 1963

7/23/2019 de Katangese Secessie 1960 - 1963

http://slidepdf.com/reader/full/de-katangese-secessie-1960-1963 30/77

 

Het is dus de bedoeling dat men in Bukama junctie maakt met de troepen die vanuit Kabondo-

Dianda afzakken en die als speerpunt een verkenningspeloton hebben dat geleid wordt door

luitenant Trokay. De twee «Gidsen» (luitenant Cuvelier en luitenant Trokay) zouden elkaar dus

in Bukama moeten ontmoeten. Het lot zal hier helaas anders over beslissen.

Zeer vroeg in de morgen van 11 februari 1961 maakt de zuidelijke colonne zich meester van

de bruggen over de Kalule, waarna onmiddellijk doorgestoten wordt naar Mukulakulu. Het

UNO-garnizoen verroert van geen vin, meer nog, hun bevelvoerende adjudant heeft de

 papieren al klaar liggen voor de overgave van zijn post.

Tegen de middag van 12 februari wordt Luena bereikt.

Op 13 februari zit men in Bukama.

De zuidelijke colonne ondervindt verassend genoeg weinig moeilijkheden; wat niet van

toepassing is op colonne «Noord».

Op deze foto zien we een 'White' «Scout Car», gebruikt door de Katangese troepen. Het is ook in dit

type pantservoertuig dat Trokay in 1961 in de regio Bukama werd gedood. (foto via Guy Devresse).

Colonne «Noord» dient door een bergachtig terrein te vorderen en krijgt met tal van

hinderlagen af te rekenen. De junctie met de groep die vanuit Kabondo-Dianda komt, samen

met strijders van Kasongo Niemba, zal pas op 14 februari gebeuren. Luitenant Trokay wordt

op 13 februari 1961 op 35 kilometer van Bukama gedood (ongeveer 20 kilometer van

Kabondo-Dianda). Dit gebeurt niet ver van het station van  Mulondo (andere bronnen spreken

van Malondo). Ook soldaat 2de klasse Monga ondergaat hetzelfde lot. Volgens het getuigenis

van adjudant Vincent Kenge, de enige overlevende uit het voertuig, wordt luitenant Trokay

door een kogel getroffen terwijl hij de mitrailleur van de Scout Car  probeert om zijn as te

zwenken.

Hoewel men Bukama nu in handen heeft zorgt de lus aan de uitgang van het station voor problemen.

Page 31: de Katangese Secessie 1960 - 1963

7/23/2019 de Katangese Secessie 1960 - 1963

http://slidepdf.com/reader/full/de-katangese-secessie-1960-1963 31/77

Page 32: de Katangese Secessie 1960 - 1963

7/23/2019 de Katangese Secessie 1960 - 1963

http://slidepdf.com/reader/full/de-katangese-secessie-1960-1963 32/77

"Echo du Katanga", dd. 15 februari 1961.

Page 33: de Katangese Secessie 1960 - 1963

7/23/2019 de Katangese Secessie 1960 - 1963

http://slidepdf.com/reader/full/de-katangese-secessie-1960-1963 33/77

Tshombe komt kijken naar de «Scout Car» waarin luitenant Sonck en soldaat 2de klas Monga op 13-

02-1961 de dood vonden in Mulondo. Achter Tshombe herkennen we majoor Matthys. (foto via Guy

Devresse).

Op 27 februari vervoegt Mobiele Groep C Elisabethstad om er op 1 maart te defileren. Bij die

gelegenheid ontvangen een aantal gekwetsten een onderscheiding (o.a. luitenant Grandelet enluitenant Cuvelier).

Adjudant Gignez die bij de troepen van het Opleidingscentrum Shinkolobwe zit, zal na operatie

«Banquise» als gerant instaan voor de mess OF & OOF van kamp Massart in Elisabethstad

Page 34: de Katangese Secessie 1960 - 1963

7/23/2019 de Katangese Secessie 1960 - 1963

http://slidepdf.com/reader/full/de-katangese-secessie-1960-1963 34/77

 Kaart van OPS "Banquise" met vorderingen van de colonne "Noord" en met de plaats waar luitenant

Trokay werd gedood (kaart Daniël Despas).

Operatie «Banquise» werd een succes en bewees dat de Katangese troepen  –   geleid door

Belgische officieren –  volledig op punt stonden. Ze hadden zeker geen behoefte aan Fransen,

die daar probeerden greep te krijgen op de militaire situatie (waaronder Trinquier).

Page 35: de Katangese Secessie 1960 - 1963

7/23/2019 de Katangese Secessie 1960 - 1963

http://slidepdf.com/reader/full/de-katangese-secessie-1960-1963 35/77

Het is niet de bedoeling om hier in detail te treden wat de rivaliteit en conflicten betreft die in

de Katangese hogere militaire middens heersten tussen de kolonels Grandjean, Crèvecoeur,

Weber, etc…, maar het is een feit dat kolonel Van De Walle uiteindelijk naar Katanga wordt

gestuurd om er het Katangese leger te gaan hervormen en orde te scheppen in de rangen.

Voor de buitenwereld leek het alsof kolonel Crèvecoeur daar op een vreemde, bijna occulte

manier de leiding in handen had, maar het was wel degelijk kolonel Van De Walle die detouwtjes strak hield. De twee kolonels zullen trouwens meermaals met elkaar in botsing komen.

Dit zal onder andere tot gevolg hebben dat men de operatie op Manono zal herzien ( operatie

«Mambo») .

Kolonel Vandewalle.

Maart 1961. 

Operatie «Mambo».  Mobiele Groep A  is nog steeds in Elisabethstad.

 Mobiele Groep B van Le Grelle zal de eerste twee weken van maart naar de regio Mulukakulu

 –   Kolwesi gestuurd worden.

 Mobiele Groep C  keert na zijn deelname aan het défilé in Elisabethstad met luitenant Cuvelier

terug naar Luena. Luitenant Geenen wordt S2-S3 van de zone Mukulakulu – Luena – Bukama.

Op 6 maart 1961 verschijnt Bob Denard op het toneel. Hij wordt bij Groep C ingedeeld.

 Mobiele Groep D komt onder bevel van onderluitenant De Rijckel (wordt na zijn Katangese

avontuur priester gewijd, dit even terzijde ).

 Mobiele Groep E  komt onder Grandelet te staan en men vindt de groep terug in Albertstad met

Jean Schramme.

Als Mobiele Groep E   wordt ontbonden zullen elementen uit die groep, samen met elementen

uit Mobiele Groep A, een nieuwe Mobiele Groep A vormen onder bevel van luitenant Andrin.

Schramme, die als adjudant verantwoordelijk is voor de bevoorrading (logistiek) zal, als

adjudant Laurent aan de kant wordt geschoven van de situatie gebruik maken om zich als

adjunct van commandant Grandelet naar voor te schuiven.

Page 36: de Katangese Secessie 1960 - 1963

7/23/2019 de Katangese Secessie 1960 - 1963

http://slidepdf.com/reader/full/de-katangese-secessie-1960-1963 36/77

 

Twee zeer gekende huurlingenfiguren die actief waren op het Congolese oorlogsforum: (foto boven)

de Fransman Bob Denard en onder, de Belg Jean Schramme.

De eerste veertien dagen van maart ’61 worden gekenmerkt door patrouilles en kleine

operaties.Intussen is men in stilte volop bezig met de voorbereiding van operatie «Mambo». Omdat de

Staf een directe confrontatie met de UNO wil vermijden kiest ze voor een minder directe-

aanpak, waardoor de voorbereidingen meer tijd vergen dan operatie «Banquise». Men wil ook

een zo groot mogelijke slagkracht etaleren; dit als afschrikkingsmiddel en in de hoop om

daarvan geen gebruik te hoeven maken. En dan zit men nog in volle regenseizoen, wat een

tegenvaller is voor de colonne die uit Piana moet vertrekken. De piste is vooraf wel

geïnspecteerd, maar dit gebeurde bij droog weer. Men wil dus elke verassing vermijden.

Intussen heeft luitenant Geenen vanaf 24 maart het bevel over Mobiele Groep B overgenomen,

terwijl luitenant Le Grelle als verbindingsofficier voor kapitein Protin optreed. Protin was in

augustus 1960 aangekomen als commandant van een mars-compagnie UDA’s . En nu pas

 begint het te ‘roeren’. 

Er wordt beslist om in een convergerende beweging naar Manono op te trekken:

  «Task-groep Papa» van kapitein Protin zal vanuit Piana vertrekken. Groep Papa zal via

Kisele, Monga, Kitombe en Kamalo de stad en de luchthaven van Manono bezetten.

  «Task-groep Lima» van kapitein Smets zal vanuit Tambo (omgeving Mitwaba)

oprukken. Groep Lima zal via Kibindji, Kafumbe en Kamudilo zo vlug mogelijk junctie

maken met Groep Papa  (199 km).

Page 37: de Katangese Secessie 1960 - 1963

7/23/2019 de Katangese Secessie 1960 - 1963

http://slidepdf.com/reader/full/de-katangese-secessie-1960-1963 37/77

ORGANIGRAM. 

Task-groep Papa: Task-groep Lima Reserve 

Cdt : kapitein Protin Cdt : kapitein Smets

1ste Compagnie Mitwaba 1ste Cie van het 1ste Bon Inf. 5de Cie Jadotstad

2de Compagnie Mitwaba 3de Cie van het 1ste Bon Inf. 2de Cie Militaire

Politie (MP)

4de Compagnie Mitwaba 2de Compagnie Bunkeya 4de Peloton PNK

1ste Compagnie MP Mobiele Groep D

Mobiele Groep B Detachement Genie

Een peloton Sa Medisch Detachement

Sectie Mortieren

Detachement Genie

Medisch Detachement

In de regio’s die men moet doorkruisen of te veroveren zijn er UNO -troepen aanwezig: twee Nigeriaanse UNO-compagnieën in Mpiana en nog twee compagnieën met elk hun

hoofdkwartier in Manono.

Op 26 maart vertrekt de Mobiele Groep B van Geenen met Alexandre uit Elisabethstad, halte

in Mitwaba, daarna verder trekken naar Mpiana. De eerder verkende route tijdens het droge

seizoen is zoals men vreesde praktisch onbruikbaar. De situaties waarin men zich in de modder

vastrijdt zijn dan ook niet te tellen. Gevolg: telkens moet men de voertuigen uitladen, om

daarna opnieuw alles in te laden. Dan krijgt men onderweg nog af te rekenen met zogenaamde

'valstrikken', beter gekend als: «Olifantenputten». Deze putten werden met een soort rieten

matten afgedekt, waarop een laag aarde en zand kwam. Daarna gebruikte men takken en

twijgen om alle sporen van de ingreep uit te wissen. Enkel een scherp en waakzaam oog kon

deze valstrik tijdig opmerken en vermijden. Het kleine verschil in kleur tussen de omgewoeldeaarde en deze van de omgeving was hiervoor een teken aan de wand.

De vierde dag na hun vertrek (30 maart 1961) krijgt de Groep Geenen het bevel om de camions

achter te laten en enkel verder te trekken met de resterende jeeps. Van de 15 voertuigen

 bereiken namelijk slechts 6 jeeps hun RV-bestemming. Geen tijd om op adem te komen, op

naar Manono! Als Groep B uiteindelijk in de namiddag aankomt, moeten ze nog ‘spitsroeden

lopen’ onder de schampere opmerkingen van de andere deelnemers aan de operatie.  

«Task-groep Papa» van kapitein Protin die op 30 maart vanuit Piana is vertrokken, heeft in één

dag Manono bereikt, terwijl «Task-groep Lima» van kapitein Smets die vanuit Tombo is

vertrokken vertraging oploopt en regelmatig bestookt wordt.

De Groep Protin maakt junctie op 2 april op 70 kilometer ten zuiden van Manono. KapiteinProtin, die het bevel voert in de sector Mitwaba, heeft al een serieus stukje terreinwinst geboekt

op de UNO en zou Manono bij verassing alleen hebben kunnen innemen. In zijn groep zitten

namelijk twee Zuid-Afrikaanse pelotons die uitstekend werk verrichten.

Son zit in de «Lima»-colonne met zijn compagnie MP’s.

 Na een kleine adempauze in Manono zullen de troepen alle strategische punten van de regio

 bezetten.

Groep Papa moet verder trekken richting Muymba, Groep Lima richting Mulongo. Kleine

vliegtuigen en Dove-toestellen zorgen voor luchtsteun. Het geheel wordt gecoördineerd door

luitenant-kolonel SBH Crèvecoeur.

Page 38: de Katangese Secessie 1960 - 1963

7/23/2019 de Katangese Secessie 1960 - 1963

http://slidepdf.com/reader/full/de-katangese-secessie-1960-1963 38/77

Page 39: de Katangese Secessie 1960 - 1963

7/23/2019 de Katangese Secessie 1960 - 1963

http://slidepdf.com/reader/full/de-katangese-secessie-1960-1963 39/77

 We zien hier, rechts op de foto, kolonel Jean-Marie Crèvecoeur samen met majoor Guy Weber.

Op 21 april steekt Groep B  van Geenen en Alexandre door richting Muymba waar ze een

opslagplaats met dieselolie dienen te bezetten en beveiligen. In het begin is de ontvangst door

de bevolking van Muymba niet echt hartverwarmend te noemen. Slechts de diplomatie van

adjudant Alexandre kan de situatie zonder incidenten doen keren.

Hieronder het artikel ( La Pacification en C.I. Kiluba) waarin Christiaan Souris, redacteur van

de krant Echo du Katanga het onder andere heeft over deze de actie. De aanvang van zijn

artikel, waarin hij de aankomst ‘met vertraging’ van de groep Geenen   in Manono (zie

hierboven) en de inzet van deze mannen schetst, doet hij in volgende bewoordingen: « Inutilede décrire la désillusion des gars du groupe Mobile B pleins de ‘fighting spirit’.  Il suffit de

connaitre leur devise pour comprendre: “…Pour une dent, toute la gueule…”». Prachtig

toch?...

De eerlijkheid gebied me te zeggen dat C. Souris zich in zijn stuk nogal ‘laat gaan’. Toch wilde

ik u het hele verhaal niet onthouden, omdat daarin een facet van deze Mobiele eenheden wordt

 belicht die zelden ter sprake komt.

DE PACIFICATIE IN C.I. KALUBA. (door C.S.) 

De dieselol ie van Muyumba. 

 Even bizar als dit kan klinken, maar het zijn de 400.000 liters dieselolie die opgeslagen waren

in Muyumba, de haven van Manono, die aan de oorsprong lagen van de pacificatie in de C. I.

 Kiluba. En deze kwam er dankzij «Mobiele Groep B» en de koelbloedigheid van deze mannen. 

Een gevaarlijke missie.

 Maar laten we het woord geven aan luitenant Geenen: « Op 31 maart s’ morgens, krijg ik

orders om naar Muymba te vertrekken, op ongeveer 50 kilometer van Manono gelegen. Ik moet

daar 400.000 liter opgeslagen dieselolie gaan beschermen, want de in complete wanorde

vluchtende elementen van het A.N.C. zouden deze voorraad kunnen vernietigen.

 Het is aangeraden om zich enigszins onder te dompelen in het toen heersende klimaat: Manono is nog maar pas bevrijd en de regio Muymba, het gedeelte langs de stroom, is sinds

Page 40: de Katangese Secessie 1960 - 1963

7/23/2019 de Katangese Secessie 1960 - 1963

http://slidepdf.com/reader/full/de-katangese-secessie-1960-1963 40/77

 september 1960 in handen van de Balubakat. Men heeft er geen enkel idee van wat daar echt

 gebeurd, laat staan of deze echt een haard is van rebellie... De colonne heeft pas Manono

verlaten of we komen op onze weg talrijke Balubas tegen, sommigen met witte vlaggen, anderen

hadden pamfletten in de hand die onze vliegtuigen twee dagen voordien hadden uitgestrooid.

 Ze begroeten ons allemaal met veel respect.

 Het zijn geenszins op zichzelf staande personen die we tegenkomen, maar honderden mensen,mannen, vrouwen en kinderen die zich allemaal naar Manono begeven. Deze stoet gaat zonder

onderbreking door gedurende zeker 15 kilometer.

» Hoe verder we vorderen, hoe banger ze blijkbaar worden en ze vluchtten de brousse in als

 ze onze colonne zien afkomen. 

» Beetje bij beetje loopt de weg leeg, maar de Balubas zijn nu in hun dorpen en als we passeren

 staren ze ons na…

» Eindelijk Muymba, God alleen weet wat ons hier staat te wachten!  

» We rijden het dorp zonder moeilijkheden binnen en ik laat twee jeeps achter bij het

mazoutpark, dat gelukkig nog volledig intact blijkt te zijn. 

» De rest van de colonne trekt verder naar de haven, waar de vlag van de A.N.C.-rebellen

hangt te wapperen, welke onmiddellijk vervangen wordt door de Katangese vlag. Toen ze ons

hoorden aankomen zijn ze hier zo te zien hals over kop gevlucht …  

» Intussen bemerkt adjudant Marc Alexandr e ― een gewezen lid van de “Gidsen” ― die met

de twee jeeps in het mazoutpark is achter gebleven, dat de inwoners van Muymba gewapend

en op een dreigende manier naar ons toe komen, terwijl de vrouwen en een groep mannen

versperringen opwerpen die voor ons elke terugtocht richting Manono onmogelijk maken.  

 Koelbloedigheid en nuchterheid van geest…

» Op dat moment heeft adjudant Alexandre de keuze tussen twee mogelijkheden: ofwel geeft

hij bevel om het vuur te openen ― de rebellen vormen een ernstige bedreiging ― ofwel

 probeert hij met hen te onderhandelen. 

» Alexandre kiest de tweede optie en doet teken naar één van de zwarten om met hem te komen

 praten; een rebel komt naderbij en met inzet van een tolk slaagt adjudant Alexandre er in om

hen te overtuigen hun versperringen op te heffen. Ze weigeren echter om hun wapens neer teleggen en hun houding blijft ondanks alles dreigend en vijandig…  

» Op dat moment maak ik samen met de rest van de colonne aansluiting met Alexandre en zijn

 ploeg en ik zet de eindeloos durende discussie met de rebellen verder. Zij besluiten uiteindelijk

om zich terug te trekken; ik plaats mijn mannen in defensief rond het mazoutpark. Stilaan wordt

de situatie rond ons meer ontspannen: op de weg slenteren dorpsbewoners, maar nu zijn ze

ongewapend. 

» Plots komt er een vrouw met een schotel op haar hoofd naar ons: ze brengt ons water. Kort

daarna brengen ook andere dorpsbewoners ons eieren en kippen…  

» Een zieke biedt zich aan en de verpleger verzorgt hem. Dit breekt de spanning volledig en

Page 41: de Katangese Secessie 1960 - 1963

7/23/2019 de Katangese Secessie 1960 - 1963

http://slidepdf.com/reader/full/de-katangese-secessie-1960-1963 41/77

onder applaus van de rond ons dringende massa rijden we Muymba uit en trekken op naar

 Manono. » 

Oper atie «ZEEP». 

 Men zal gemakkelijk begrijpen dat het relaas van luitenant Geenen mijn interesse heeft

opgewekt en me heeft aangezet om de bevolkingsgroepen te ontmoeten die besloten hadden inte stemmen met de nieuwe Katangese regering. Hiertoe werden ze tot nu toe steeds weerhouden

door hun vrees voor represailles vanwege de (Congolese) militairen. Ik maakte ook gebruik

van mijn retorische talenten om de Staf aan te zetten om een patrouille naar dit gebied te sturen

om uit te zoeken wat hen van houding heeft doen veranderen. Na heel wat heen en weer geloop

van bureau naar bureau en na wat schikkingen met de territoriale autoriteit van Manono zetten

wij, de Mobiele Groep en ik, ons op weg met een voorraad zeep en sigaretten. Want, zo legde

luitenant Geenen me uit: zeep ontbreekt in dergelijke regio’s het meest... 

Rebellengebied. 

 De Territoriale Administrateur (gebiedsadministrateur) van Manono vergezelt ons… We

verlaten de post en vanaf de eerste kilometer is het een ononderbroken stoet van witte vlaggenen van mensen die ons met brede armbewegingen toezwaaien. Dit duurt tot we de haven van

 Muyumba bereiken. Daar zijn de dorpsmensen minder talrijk aanwezig daar ze al het bezoek

hebben gehad van andere groepen. 

 Aangekomen in Muyuniba, slaan we af naar links en wij dringen de volle brousse binnen en

volgen de Lualaba-rivier. 

We passeren verschillende dorpen: Masania, Kiboko, Panda, Kazadi. Hier is de bevolking

terughoudender. Nog altijd witte vlaggen, maar geen teken van welkom. Iedereen is blijkbaar

toch rustig bezig met zijn eigen werkzaamheden. Vrouwen komen terug van het veld met een

 grote mand maniokwortels op het hoofd. 

 Juist voor we Kazadi binnentrekken stootten we op een rivier waarvan de brug vernield werd

en die door de dorpsbewoners op een geïmproviseerde manier werd hersteld. Toch lijkt ze

 stevig genoeg en de colonne trekt er zonder problemen over. En neem het van mij aan: het

betreft hier geen kleine brug, ze is meer dan 15 meter lang!!!  

Omdat het blijkbaar de inwoners van het dorp zelf zijn die de brug hebben hersteld besluiten

we om in Kazadi halt te houden. 

 Als we het dorp intrekken laat niemand zich eerst zien, buiten enkele ouderen. De Territoriale Administrateur legt hen het doel van onze komst uit en het dorp ondergaat een totaal andere

 fysionomie. 

 De Mobiele Groep…omsingelt. 

 Intussen hebben de soldaten enkele kisten zeep uitgeladen. Op het sein van de «capita»

(stamhoofd) komen vrouwen, ouderen en jongere kinderen aangelopen en in minder dan een

minuut tijd is de Mobiele Groep ingesloten door een horde vrouwen die zich letterlijk op de

 personen werpen die de zeep verdelen. Deze hebben alle moeite om zich onder deze schokgolf

recht te houden, terwijl de menigte schreeuwt en lacht en er onder hun naakte voeten een ware

 stofwolk oprijst… 

 De Territoriale Administrateur toont de bevolking de nieuwe Katangese bankbiljetten, die

Page 42: de Katangese Secessie 1960 - 1963

7/23/2019 de Katangese Secessie 1960 - 1963

http://slidepdf.com/reader/full/de-katangese-secessie-1960-1963 42/77

naargelang hun behoeften omgewisseld worden. De omgewisselde bedragen zijn miniem, maar

de «capita» legt ons uit dat de dorpsbewoners nog over weinig geld beschikken daar de laatste

katoenoogst nog niet is verkocht; en inderdaad, achter elke hut liggen grote balen katoen te

wachten op hun koper. 

 De soldaten mengen zich in de menigte en er wordt overal verbroederd: ieder deelt wat hijbezit met de ander, er wordt gegeten, gerookt, gediscussieerd… Ondertussen gaat juffrouw

Van den Bergh, de verpleegster die ons vergezeld, gewoon door met het verlenen van medische

 zorg en het uitdelen van medicamenten. Inderdaad, deze bevolking heeft sinds de voorbije

 septembermaand geen enkele en in sommige gevallen hoogstnodige medische verzorging

 gekregen. En voor de buitenstaander even ongeloofwaardig, maar sinds december is er in die

regio geen gram zeep meer te vinden. Onvoorstelbaar, maar de strikte waarheid. Dan is de

rush op de zeepverdelers des te begrijpelijker. We verlaten Kazadi en zetten onze tocht verder

naar andere dorpen. Daar heeft de «broussetelefoon» zijn werk al gedaan: overal staat de

voltallige bevolking ons op te wachten…voor hun rantsoen zeep. 

Machtsvertoon, om die niet te hoeven gebru iken.  Het is overal hetzelfde liedje en we keren ’s avonds naar Manono terug, doodop van het

handjes drukken, van de helse zeepverdeling en van het geven van respons op de vele

begroetingen. De regio die we doorkruist hebben was nochtans gevaarlijk, als we de

 specialisten ter zake tenminste mogen geloven, en bevond zich onder het gezag van de chef

 Mulongo, een protagonist van de rebellie. Hoe deze plotselinge ommezwaai verklaren? Met

een klein beetje gezond verstand en wederzijds begrip zetten de Katangese strijdkrachten, net

 zoals Mobiele Groep B dit trouwens heeft gedaan, al hun krachten in om te vermijden dat er

willekeurige slachtingen plaatsgrijpen en helpen de Baluba’s die het slachtoffer werden van

‘waanzinnige’ chefs, welke zich met de steun van de «Bas Jeunesses» weten te handhaven  en

die zich begerig aan plundering en doodslag overgeven.

Op die manier zullen de Katangese strijdkrachten er telkens in slagen om in samenwerking met

de administratie het verloren terrein terug te winnen. En de dag is niet meer veraf dat het volk

van Muluba, eenmaal ze terug tot het volle verstand zijn gekomen, tot heil van onze hele staat

 zal samenwerken met de Katangese regering. Neen, deze dag is niet meer veraf! Een beetje

 goede wil van weerskanten is voldoende. 

 En mijn reis door rebellengebied heeft bewezen dat die er is! 

Tekst van Christian Souris,

verschenen in « L’Echo du Katanga » op 19 april 1960.

Page 43: de Katangese Secessie 1960 - 1963

7/23/2019 de Katangese Secessie 1960 - 1963

http://slidepdf.com/reader/full/de-katangese-secessie-1960-1963 43/77

Lijst met regeringsfunctionarissen, aangesteld door de rebellen, die moesten opgespoord worden.

Onder de namen bemerken we onderaan deze van de latere Congolese president Kabila sr.

Op 25 maart geeft luitenant Grandelet zijn ontslag.

 Nadat zijn opzegtermijn voorbij is en hij is vertrokken, wordt Mobiele Groep E  ontbonden.

April 1961. 

Page 44: de Katangese Secessie 1960 - 1963

7/23/2019 de Katangese Secessie 1960 - 1963

http://slidepdf.com/reader/full/de-katangese-secessie-1960-1963 44/77

Operatie «Conga». Op 1 april 1961 krijgt commandant Barvaux, die verantwoordelijk is voor de sector Kamina,

orders om het vliegveld van Kamina af te grendelen en te controleren. Hetzelfde geldt voor alle

andere sectorcommandanten die de routes moeten versperren.

Het gebied omvat twee zones:A) de operationele zone zelf, die in 5 sectoren wordt onderverdeeld:

Sector Albertstad, onder commandant Jacques.

Sector Nyunzu, onder commandant Liegeois (tijdelijk).

Sector Kongolo, onder commandant Delville.

Sector Kamina, onder commandant Barvaux.

Sector Manono, onder kapitein Protin.

B) de zone daar achter, die de rest van het grondgebied omvat.

De UNO-troepen in actie in Congo (Katanga) 1961.

De enige nog niet onder controle zijnde luchthaven is deze van Kabolo, die nog altijd in handen

van de rebellen is.

De spanning tussen de UNO en de Katangese autoriteiten loopt op. Beducht voor de Indische

 blauwhelmen worden de pistes van de Luano op 4 april afgegrendeld. De UNO-troepenreageren hierop door de toegangswegen naar de luchthaven af te grendelen. De situatie

Page 45: de Katangese Secessie 1960 - 1963

7/23/2019 de Katangese Secessie 1960 - 1963

http://slidepdf.com/reader/full/de-katangese-secessie-1960-1963 45/77

escaleert.

 Mobiele Groep A van kapitein Bounameaux en luitenant Groetaerts worden als versterking

door kamp «Massart» opgeroepen. Teneinde de aan de gang zijnde UNO-versterkingen in

snelheid te nemen zet men operatie «Conga» op poten. Deze inderhaast opgezette operatie moet

vanuit Kongolo vertrekken en oprukken naar Kabalo. De bedoeling is om zowel via de lucht(een detachement Zuid-Afrikaanse militairen), het spoor (één compagnie) en over het water

(een tweede compagnie) de diverse groepen in te zetten. Alles wordt echter slecht

gesynchroniseerd.

Op 4 april vertrekt de Task-groep onder leiding van kapitein Protin, samen met de  Mobiele

Groep B naar Mulongo en valt in een hinderlaag. Er worden talrijke rebellen gedood. Sergeant

Son, die waarschijnlijk met de compagnie MP optrok zou volgens zijn relaas achteraf, met zijn

«Greyhound» in een ‘olifantenput’ zijn gedonderd. 

Op 6 april vertrekt  Mobiele Groep B  met de Task-groep  van kapitein Goossens opnieuw

richting Mitwaba en maakt in Kibindji junctie met Mobiele Groep D van luitenant de Rijckel,die uit Djobo komt.

Gedurende de hele maand april zal Groep B  vanuit Manono de regio doorkruisen (Djobo,

Muymba-Katshambuyu, Mulongo)en er zonder veel tegenstand patrouilles uitvoeren. Op 19

april patrouilleert Alexandre richting Mitwaba en is de 20ste terug.  Mobiele Groep B heeft op

dat moment 14 Europese kaders en 50 Katangese soldaten en onderofficieren. Son, die zoals

iedereen die maar iets met de dood van Lumumba hadden te maken, zal uit het zicht verdwijnen

en zal een maand in Manono onderduiken met de compagnie MP.

Adjudant Alexandre wordt op 1 april 1961 tot onderluitenant aangesteld (zie DOC 3.2.).

Page 46: de Katangese Secessie 1960 - 1963

7/23/2019 de Katangese Secessie 1960 - 1963

http://slidepdf.com/reader/full/de-katangese-secessie-1960-1963 46/77

Ook Indische UNO-troepen (hier met 'Scout Cars') worden ingezet tegen de Katangezen (onder hen de

gevreesde 'Ghurka's').

Page 47: de Katangese Secessie 1960 - 1963

7/23/2019 de Katangese Secessie 1960 - 1963

http://slidepdf.com/reader/full/de-katangese-secessie-1960-1963 47/77

 DOC 3.1. In extenso hier de beslissing genomen op het Katangese staatssecretariaat met betrekking

tot de aanstelling van vermelde personen met hun rang in het Katangese leger. De meesten zijnEuropeanen en onder hen heel wat bekende namen.

Page 48: de Katangese Secessie 1960 - 1963

7/23/2019 de Katangese Secessie 1960 - 1963

http://slidepdf.com/reader/full/de-katangese-secessie-1960-1963 48/77

 Dit is het moment dat operatie «Conga» losbarst…Hier volgt een fragment uit het relaas van huurling Jacquemin, dat verscheen onder de titel:

« Je suis un affreux» . Hij maakte deel uit van Mobiele Groep B onder bevel van luitenant LeGrelle. Hij werd teruggestuurd voor ongedisciplineerd gedrag en bij het «Bunkeya»-bataljon

Page 49: de Katangese Secessie 1960 - 1963

7/23/2019 de Katangese Secessie 1960 - 1963

http://slidepdf.com/reader/full/de-katangese-secessie-1960-1963 49/77

uit het district Haut-Lomami ingelijfd. Hij wordt tijdens operatie «Conga» zwaargewond (een

deel van zijn kin wordt weggeschoten).

« Op 6 april: laden van de boot “Constant de Burlet” met welke men de stroom zal afvaren. In

 Kabalo zit een sterke concentratie Balubas, alsook een UNO-contingent Ethiopische

blauwhelmen. 

» Aan het hoofd van een eenheid van de “Papa”-colonne die de stroom moet afvaren, staat

kapitein R. Wauthier.

» Het Zuid-Afrikaanse detachement moet zich klaar houden en zich meester maken van het

vliegveld.

» Op 7 april komen ze in Kabalo aan en zijn ze getuige van de land ing van de “Sudafs”  [Z-

Afrikaanse militairen]. Ondertussen komt een luitenant van de blauwhelmen hen verwittigen

dat ze de stad mogen bezetten, buiten het vliegveld.  

» Op 8 april, onmiddellijk na de ontscheping, worden ze bij verassing beschoten. Het zijn de

 Ethiopiërs zonder UNO-helm, die aanvallen in ‘tirailleur - formatie’. De compagnie verdedigt

 zich. Ze worden met mortieren beschoten. Op zeker moment valt er een projectiel in de

 schoorsteen van de boot en de stoomketel ontploft…de boot maakt slagzij en zinkt. Met een

‘platbodem’ varen de overlevenden de stroom af tot Kongolo. Opgemerkt door een vliegtuig

worden ze opgepikt door een boot die hen tegemoet is komen te varen.  

 PS : het 30-tal “Sudafs” dat onder bevel van Peeters staat wordt gevangen genomen  en naar

 Kamina overgebracht ».

Volgens een rapport van commandant Matthys is aalmoezenier Forgeur en adjudant-chef

Peeters samen met 46 Katangezen in de stroom verdronken. Drie andere Europeanen zouden

gekwetst zijn.

Volgens Jacquemin heeft commandant Wauthier, die hem in het hospitaal kwam bezoeken,

vertelt dat aalmoezenier Forgeur [1]  gedood werd door een kogel in de nek terwijl hij een

gekwetste hulp bood. Deze versie wordt door de gewonde soldaat zelf na zijn repatriëring naar

Albertstad tijdens een daarop volgende ondervraging bevestigd.

Intussen wordt er in Manono een nieuwe Task-groep gevormd. Er wordt beslist om een colonne

naar Niemba en Nyunzu te sturen om de verbinding Albertstad – Kongolo te herstellen (ziekaart).

Deze missie draagt de codenaam operatie «X-Ray».

Onder bevel van commandant Liègeois vertrekt de colonne op 12 april en ze komen via

Kamalolo, Musofoï en Kitombe-Tombe in Niemba aan, welke ze op 14 april veroveren.

 Mobiele Groep D van De Rijckel vormt de kopgroep en luitenant Le Grelle zit bij de

steuneenheden. Op die 14de april maken ze in Niemba junctie met de eenheden die vanuit

Kongolo en Albertstad zijn afgezakt. Onder deze eenheden zit Mobiele Groep C  van luitenant

Cuvelier. Op 18 april is het de beurt aan Nyunzu, waar inderhaast een contingent Maleisers dieuit Kabalo komen gevangen genomen worden. Op 19 april wordt Kabeya veroverd. Deze

Page 50: de Katangese Secessie 1960 - 1963

7/23/2019 de Katangese Secessie 1960 - 1963

http://slidepdf.com/reader/full/de-katangese-secessie-1960-1963 50/77

operatie eindigt op 12 mei 1961.

[1] De opvolger van pater Forgeur zal pater J.Darmont worden. Hij krijgt de graad van kapitein.

Page 51: de Katangese Secessie 1960 - 1963

7/23/2019 de Katangese Secessie 1960 - 1963

http://slidepdf.com/reader/full/de-katangese-secessie-1960-1963 51/77

 Met uitzondering van Kabolo en dit door de fout van de UNO, controleert het Katangese leger

nu het hele oosten van Katanga. Maar de jacht op de huurlingen is ingezet. Eind april wordt

Page 52: de Katangese Secessie 1960 - 1963

7/23/2019 de Katangese Secessie 1960 - 1963

http://slidepdf.com/reader/full/de-katangese-secessie-1960-1963 52/77

Tshombe gevangen gehouden in Coquillatstad. Verschillende opties om hem te bevrijden

worden onder de loep genomen. Uiteindelijk wordt voor operatie «Licorne» gekozen. De

voorbereidingen nemen echter zo veel tijd in beslag, intussen wordt Tshombe vrijgelaten, zodat

de operatie overbodig geworden is.

Als gevolg van het ontslag van praktisch het volledige blanke kader ontbindt men  MobileGroep D en luitenant De Rijckel wordt ingedeeld bij het pantserpeloton «Kamina».

Een VN-blauwhelm onderzoekt een "Fouga Magister"-jachtvliegtuig van het Katangese leger dat

tijdens de felle gevechten door de UNO werd vernield.

De maanden mei en juni brengen geen belangrijke operaties met zich mee.

In deze periode heerst vooral een «Koude Oorlog» sfeer tussen Tshombe en de UNO. Om de

 beslissingen van de Veiligheidsraad te respecteren eist de UNO de lijsten op van de blanke

militaire raadgevers en deze van de Europese huurlingen. Ook hun vertrek wordt geeïst.

Dit wordt het begin van een slijtageslag. Tshombe probeert tijd te winnen en om blijkt te geven

van ‘goede wil’ worden er lijsten opgesteld en er volgen effectieve ontslagen. Hiervoor kiest

men wel gewonde militairen die in herstelverlof zijn in België en ook diegenen die al te kennen

gaven « dat ze hun contract toch niet meer zullen verlengen. » Vertragingsmanoeuvres dus,

maar de UNO lost zijn greep niet. Begin mei 1961 worden enkele huurlingen in Nyunzu

gevangen genomen. Men besluit om een andere lijst op te stellen met daarop de namen van

dezen die overbodig zijn. Anderen, zoals majoor Lamouline en commandant Barvaux, worden

zogezegd gevangen gehouden door de grote chef Kasongo Niembo, terwijl ze in feite optreden

als zijn raadgevers en druk in de weer zijn om een goed functionerende Katangese legermacht

op te leiden. (zie DOC 4).

Page 53: de Katangese Secessie 1960 - 1963

7/23/2019 de Katangese Secessie 1960 - 1963

http://slidepdf.com/reader/full/de-katangese-secessie-1960-1963 53/77

In de loop van de maanden maart / april / mei / juni verlaten ongeveer 160 huurlingen het

Katangese grondgebied. In de tweede helft van juni verlaat ook majoor Weber (de stafchef van

de Katangese troepen) Elisabethstad. Maar dit brengt de werking van de Katangese troepen

nog niet in het gedrang.

Frequent voorkomende straatgevechten tussen leden van een concurrerende stam in Katanga anno1961.

Page 54: de Katangese Secessie 1960 - 1963

7/23/2019 de Katangese Secessie 1960 - 1963

http://slidepdf.com/reader/full/de-katangese-secessie-1960-1963 54/77

 

Mei-juni 1961. 

Mobiele Groep B van Alexandre is zonder onderbreking tot eind augustus nog altijd in Manono

gestationeerd. Ze voeren wel patrouilles en operaties uit. Eind mei krijgt Bob Denard het bevelover Groep C  en worden ze in Nuynzu gestationneerd. Luitenant Cuvelier neemt het bevel van

het  peloton Recce  uit Albertstad over van luitenant Dufrasne.

Op 4 mei 1961 neemt onderluitenant Alexandre, na het vertrek in verlof van luitenant

Geenen, het bevel van Mobiele Groep B op zich[1]. Op dat tijdsstip krijgt hij versterking van

7 vrijwilligers, gerekruteerd uit het bataljon «blindés» (Pantser-eenheid).

Patrouilles die soms meerdere dagen duren worden naar Piana, Katamba, Kaboko, Mulongo,

Mulenda of Kiabo uitgezet. Alexandre neemt ook deel aan verschillende luchtverkenningen,

zoals: Ankoro, Malembeka-Kiamba, Muyemba,… 

Begin juni is dit de samenstelling van zijn groep: 18 manschappen zijn met verlof. Effectieven:1 adjudant, 9 Europese vrijwilligers en 27 Katangezen. Zijn wagenpark bestaat uit: 8 jeeps, 3

camions en 2 bestelbusjes.

Op 6 juni 1961 komt luitenant Geenen uit verlof terug en neemt het bevel weer over van

onderluitenant Allexandre.

Die maand zijn ze vooral actief op de aanvoerroutes naar Mitwaba, daarna deze van Kiamba,

 Niemba en Nyunzu.

Tijdens die periode is er weinig informatie terug te vinden over de leden van de «Gidsen». Dit

zal trouwens van nu af aan het geval zijn tot het einde van de Katangese Secessie.

Groep B van Geenen en Alexandre is nog altijd in Manono gestationeerd. Ze houden regelmatig

 patrouilles naar Mitwaba en doen escortes naar Niemba, Nyunzu,…

De rest van hun tijd steken ze in de opleiding van nieuwe rekruten.

In juni zijn er ontsnappingen uit de gevangenis van Kasapa. Onder die ontsnapten zitten ook

de door de krijgsraad veroordeelden die verwikkeld waren in de rebellie van het militaire kamp

 Majoor Massart  in Elisabethstad. Dezen doen een beroep op de UNO-ambtenarij die, door hen

te beschermen, een soort ‘etterbuil’ creëren genaamd: «Camp des Balubas». In dit door de

UNO beschermde kamp zullen er tot 60.000 personen van allerlei slag verblijven. Dit zal totgevolg hebben dat de V.N. ernstige moeilijkheden met hen zal hebben, tegen hen zullen dienen

op te treden, waarna uiteindelijk beslist wordt om hen maar over de grens te zetten.

Een nasleep van deze situatie is het tragische lot van aalmoezenier Adam, die de meeste

«Gidsen» in Nzilo hebben gekend. In 1962 herkent hij in het militair opleidingscentrum van

Aarlen één der veroordeelde en ontsnapte muiters uit de gevangenis van Kasapa, de genaamde

Jacques Kabenge. Aalmoezenier Adam meldt dit aan zijn hiërarchische oversten en doet hem

het land uitwijzen. Kabenge zal de aalmoezenier in 1968 in Albertstad (waar deze laatste les

gaf) met een schot in de rug doden.

De getalsterkte van de UNO-troepen nadert de 10.000 manschappen en de Katangese Stafvreest hierdoor geneutraliseerd te worden. Er worden dus tegenmaatregelen genomen. Men

Page 55: de Katangese Secessie 1960 - 1963

7/23/2019 de Katangese Secessie 1960 - 1963

http://slidepdf.com/reader/full/de-katangese-secessie-1960-1963 55/77

decentraliseert alles wat in of rond Elisabethstad is verzameld om de bevelvoering en het

verdere bestaan der troepen te verzekeren. De eenheden zijn trouwens bereid om, indien nodig,

onder te duiken. Maar de operaties gaan door.

Men heeft in het oosten heel wat troepen ingezet en de bezetting geraakt uit zijn evenwicht. De

troepen uit Kamina, die niet versterkt werden met nieuwe manschappen, lijden zware verliezen.

Men bedenkt twee met elkaar verbonden operaties: «Lotus» en «Pegasus».

De eerste zal uit Kongolo vertrekken, de tweede uit Kabongo. Dit moet de omsingeling van

Kabalo mogelijk maken. Luitenant Yves de Foestraets, die aan het hoofd van het

 pantserpeloton staat die uit Kabongo komt («Pegasus» dus), wordt op 29 juni in Kitenge

gekwetst. Zijn peloton had orders ontvangen om niet te wachten op het vertrek van de

noordelijke eenheden om in actie te komen. Foestraets zit aan het hoofd van de colonne in een

«Greyhound» en wil de as Kitenge – Kitanda vrijmaken. Ze vallen in een hinderlaag. Terwijl hij

opnieuw controle probeert te krijgen over zijn eenheid wordt hij zeer ernstig aan de

rechtervoorarm gekwetst. Hij zal de maanden juli / augustus dan ook in België in herstelverlofdoorbrengen. Tijdens zijn afwezigheid wordt hij vervangen door de Rijckel die zoals we eerder

zagen, zijn  Mobiele Groep D  is kwijt gespeeld.

[1] Over die datum bestaat verwarring: het velddagboek van Alexandre duidt zijn promotie tot

onderluitenant aan op datum van 17 mei. Stafdocumenten hebben het over 4 mei.

Juli 1961.

Page 56: de Katangese Secessie 1960 - 1963

7/23/2019 de Katangese Secessie 1960 - 1963

http://slidepdf.com/reader/full/de-katangese-secessie-1960-1963 56/77

 OPERATIE «LOTUS».

Operatie «Lotus». Operatie «Lotus» begint op 30 juni. Een compagnie MP  onder bevel van kapitein Blistein, een

 Mobiele Groep en twee compagnies uit Kongolo met luchtsteun, dienen de route Kongolo – 

Ebombo vrij te maken en in Katompe junctie te maken met de colonne uit Kamina (Pegasus).

Volgens commandant Pire zou de eerder genoemde mobiele groep de «Groep C» van adjudant

 Antoine zijn.

Guy Devresse heeft sterke vermoedens dat dit niet klopt. «Groep C» bevond zich op dat momentin Nyunzu en opereerde onder Bob Denard. Dit wordt bevestigd door kolonel Geenen.

Page 57: de Katangese Secessie 1960 - 1963

7/23/2019 de Katangese Secessie 1960 - 1963

http://slidepdf.com/reader/full/de-katangese-secessie-1960-1963 57/77

 Adjudant Antoine was op dat moment in Kongolo en stond aan het hoofd van «Groep A». Het

 zou dus, of «Groep A», of «Groep C» betreffen, maar niet met Antoine als commandant. Langs

de andere kant maakte Promil, die tot «Groep C» behoorde, ontelbare memorabele foto’s

 zonder dat daarop ergens een glimp van Antoine terug te vinden is. Er zijn echter ook nog de

documenten van kolonel Crèvecoeur, die naar «Groep C» verwijzen. Enigma.

Het eerste 30 kilometer lange deel van de opmars is bebost en bergachtig. Het is de bedoeling

dat de Mobiele Groep aansluiting zal maken met de compagnie MP , die met helikopters naar

de missie van Kaseya zal worden overgevlogen.

Veel wegversperringen onderweg en een onvoorziene tegenslag: het terrein werd vooraf

ondermijnd en de pelotons chef die dit werk uitvoerde (luitenant de Rijckel tijdens operatie

«Hector») geeft foutieve coördinaten en afstanden op. Komt daar nog bij dat de mijnen (ATK

M75) onzorgvuldige geplaatst zijn en de regen heeft het zand onder de drukplaten

weggespoeld. De mijnen moesten ook, hetzij met lompen, hetzij met krantenpapier

omzwachteld zijn, wat niet is gebeurd en ze zijn onschadelijk geworden. Alle geluk voor

hetgene volgt: de manschappen doorkruisen dus eerst het met mijnen bezaaide terrein en kijken

 pas daarna uit naar mogelijke mijnen teneinde zich niet te laten ‘opblazen’. Deze feiten werden bevestigd door adjudant Laurent en het zal Christian Delaruelle zijn die de ontmijningswerken

van het terrein zal uitvoeren.

In het tweede gedeelte moet men zich meester maken van het op 80 kilometer van Kaseya

gelegen Kilay.

De colonne zal één uur opgehouden worden als ze onder vuur van de Gizengisten vallen. Men

 bereikt de derde dag uiteindelijk Ebombo. Daar graaft men zich in en worden de

verdedigingslinies versterkt om de enige vluchtweg van de Gizengisten, die langs die route

Kivu zouden willen bereiken, af te grendelen. Ondertussen zitten de troepen die in Kamina

zitten ten noorden van Kabongo vast. De situatie in Elisabethstad verslechtert, waardoor het

 plan om Katompi te bereiken wordt afgeblazen. De compagnie MP  moet terug ter beschikking

van de staf gesteld worden en de junctie met de Kamina-colonne mag men vergeten. De «Task

Group» wordt ontbonden.

Augustus 1961. 

Operatie « Rumpuch»

De verzetshaarden zijn opgeruimd maar de klus is nog niet geklaard.

De UNO begint trouwens meer en meer stokken in de wielen te steken. Terwijl het opperbevel

er steeds heeft op aangedrongen om zo veel mogelijk confrontaties met de blauwhelmen tevermijden, zijn het nu juist die laatsten die dergelijke 'aanhakingen' uitlokken. Hun bedoeling

is uiteraard om zich van het volledige blanke kader te kunnen ontdoen, en zo het Katangese

leger te ‘onthoofden’. Eenmaal ze dit bereiken weten ze dat Tshombe’s troepen de situatie niet

meer aankunnen en dat de secessie als een kaartenhuis in elkaar zal storten. Vreemd, als men

weet dat hun opdracht erin bestaat om in Katanga de orde te handhaven zonder zich met

 politieke zaken te bemoeien. En hiermee trekken ze duidelijk de kaart Leopoldstad. Wat

gewoon betekent: Tshombe schaakmat zetten...

De UNO aast op een meesterzet: dit wordt operatie «Rumpuch».

Page 58: de Katangese Secessie 1960 - 1963

7/23/2019 de Katangese Secessie 1960 - 1963

http://slidepdf.com/reader/full/de-katangese-secessie-1960-1963 58/77

Ierse UNO-troepen in actie in Congo 1961.

Op 24 augustus 1961 vaardigt de Congolese president[1] maatregelen uit waarin de uitwijzing

van vreemde militairen uit Katanga kunnen uitgevaardigd worden. De UNO neemt hiervan acte

en Connor O’Brien verklaart « dat het aangewezen is om de Centrale Congolese regering te

helpen om Katanga indien nodig, met geweld terug in te lijven. » Maar net hierdoor gaat hij

zijn boekje ver te buiten…

De eerste maatregelen gaan van kracht om klaar te staan voor elke eventualiteit:

  de binnenlandse eenheden worden in staat van alarm gebracht.

  de eenheden van Elisabethstad worden de brousse ingestuurd.

  de bewaking op de belangrijkste knooppunten wordt versterkt.

  de UNO-aanvoerroutes ondergaan dezelfde maatregelen.

26 augustus 1961: aankomst van een UNO-contingent Hindoes als versterking.

De 27ste omsingelt een compagnie UNO-soldaten van Luano[2] het Katangese detachementen neemt de twee Europese officieren gevangen (kapitein Servais en adjudant Goffin). Ze

Page 59: de Katangese Secessie 1960 - 1963

7/23/2019 de Katangese Secessie 1960 - 1963

http://slidepdf.com/reader/full/de-katangese-secessie-1960-1963 59/77

sturen beiden naar Kamina, detentieplaats bij uitstek voor allen die uitgewezen zullen worden.

Andere wapenversterkingen, manschappen ook en materieel worden aangevoerd. De blanke

officieren krijgen de raad om burgerklederen aan te trekken.

President Tshombe moet de 28ste om 09.00 uur UNO-afgevaardigde O’Brien en generaal

Radja, bevelhebber van de Indiase blauwhelmen ontmoeten. Hij maakt zich dus geen zorgenen loopt in de val.

De 28ste gaat de UNO tot actie over:

  alle telefoonverbindingen op het consulaat worden afgesneden.

  het postkantoor en het radiostation worden bezet.

Totaal overrompeld door deze zet moet Tshombe inbinden.

Via consul Crener geeft ook de Belgische regering orders in die zin. Als gevolg van een

akkoord met de UNO mogen een aantal blanke officieren op post blijven. Zij moetenschikkingen treffen die de goede gang van zaken, zowel administratief, als in het leger, in goede

 banen leidt. De andere officieren krijgen het bevel om zich over te geven. De UNO had hun

overgave in hun kamp zelf geëist, maar er wordt beslist om hen in het consulaat te verzamelen.

De 29ste worden er prioritaire lijsten opgemaakt. En vanzelfsprekend moet de UNO op 30

augustus vaststellen « dat er plotseling veel volk zoek is »…  

Buiten Elisabethstad is het veel moeilijker om op te treden. Sommigen zoeken de clandestiniteit

op en duiken onder.

« Mobiele Groep B», onder hen luitenant Geenen, door de Gurka’s in Manono gevangen

genomen, verdwijnt in zijn geheel in de wildernis en ze verschijnen in september terug op het

toneel tijdens de gevechten om en rond Elisabethstad.

Bob Denard, commandant van «Groep C» is hetzelfde lot beschoren in Nyunzu. Hij wordt

uitgewezen en keert zoals zovele anderen terug. Onder andere Pletain en Vandekerckhove

duiken op 28 september opnieuw op in de omgeving van Kipushi.

Op 1 september 1961 komen militairen uit Kongolo in Albertstad aan met een DC3. Ze worden

gevangen genomen en naar Kamina overgebracht. De repatriëringen gaan van start.

Wat is nu het lot van onze «Gidsen» in dit avontuur?

[1]  Kassavubu

[2] De luchthaven van Elisabethstad, door de UNO gebruikt als uitvalsbasis tegen de

afscheidingsregering van Katanga.

Page 60: de Katangese Secessie 1960 - 1963

7/23/2019 de Katangese Secessie 1960 - 1963

http://slidepdf.com/reader/full/de-katangese-secessie-1960-1963 60/77

 President Kasavubu van de Democratische Republiek Congo.

President Tshombe van Katanga.

Georges Delhaise die op 23 augustus uit herstelverlof terugkeert wordt tijdens een razzia

opgepakt en wordt zelfs mishandeld. Hij wordt al zijn souvenirs afgepakt en uitgewezen. Marc

Alexandre ontsnapt aan de dans maar op bevel van de consul geeft hij zich over en wordt op31 augustus met een vliegtuig via Kamina uitgewezen.

Guy De Rijckel die op dat ogenblik de toegangsweg naar Kamina verdedigt, krijgt op 28

augustus het bevel zich aan de Ieren over te geven en verlaat op 1 september per vliegtuig

Katanga via Kamina.

Adjudant Gignez vertrekt op 2 september.

Jacques Saquet van zijn kant (die we later in 1964 in de rangen van de «Ommegang» zullen

terugvinden), verlaat op 1 oktober per trein Katanga via Rhodesië (in de epiloog op het einde

van dit verslag lezen we zijn getuigenis).

François Son wordt per vliegtuig via Kamina uitgewezen.

Arnold le Grelle geeft geen gevolg aan de bevelen en verdwijnt spoorloos. Wat heeft hij

uitgericht in de periode tussen 31 augustus en 16 september 1961? Hiervan is niets terug te

vinden!

Majoor De Huccorne is ongetwijfeld ontsnapt; hij is in geen enkele vertrekkerslijst terug te

vinden; maar in 1962 staat hij nog wel altijd in de rangen van het Katangese leger ingeschreven.

Hoefkens wordt op 6 september gerepatrieerd. Ook hij behoort tot één van de velen die achteraf

Page 61: de Katangese Secessie 1960 - 1963

7/23/2019 de Katangese Secessie 1960 - 1963

http://slidepdf.com/reader/full/de-katangese-secessie-1960-1963 61/77

naar Katanga terugkeren. Hoefkens en De Huccorne zijn weinig gekend bij de anciens, maar

ze hebben wel degelijk in de rangen van de «Gidsen» gediend.

De UNO zet hiermee slechts een eerste fase tot destabilisatie van het Katangese leger in, die

tot het einde van de secessie moet leiden. Toch zijn hun problemen nog ver van opgelost. Een

groot aantal huurlingen, alsook enkele militairen die deel uitmaken van de geregelde troepen,ontsnappen aan de razzia’s, anderen komen rechtstreeks het land terug binnen. Tenslotte

komen, samen met Trinquier, nog Fransen aan en vele zullen volgen om de lege plaatsen terug

in te nemen.

Katanga 1961. Blauwhelmen in actie tegen Tshombe's gendarmen.

September 1961.

Page 62: de Katangese Secessie 1960 - 1963

7/23/2019 de Katangese Secessie 1960 - 1963

http://slidepdf.com/reader/full/de-katangese-secessie-1960-1963 62/77

 Indiase Ghurka's worden in UNO-verband in die periode in Congo ingezet.

Onder het voorwendsel dat er vanuit het Belgische consulaat, dat niet ver van het postkantoor

is gelegen, op hen is geschoten zet de UNO de al lang geplande operatie «Morthor» op de rails.

Doel: ontwapening van de de  Katangese Gendarmen, arresteren van welbepaalde

regeringsfunctionarissen en uitlokking van chaos.

Dit alles moet Katanga terug in de schoot van Leopoldstad duwen.

In de nacht van 12 op 13 september omsingelen 600 Gurkha’s het postkantoor waarin zich

zestig Katangese soldaten bevinden. Dezen kunnen twee uren stand houden.

Tijdens de actie schieten de blauwhelmen ook op burgers; daaronder vallen veel slachtoffers.

Op 13 en 14 september proberen Katangese eenheden en huurlingen het postkantoor opnieuw

te veroveren. Deze troepen beschieten ook de UNO-vliegtuigen en vallen het Ierse

hoofdkwartier aan.

Eén van de weinige beelden over de gevechten in Jadotstad 1961.

Ook in Jadodotstad wordt een contingent Ierse VN-troepen door Katangese troepen en

huurlingen omsingeld.

Gelijktijdig hiermee gaan ook de UNO-troepen over tot de aanval: ze maken zich meester van

«Radio Katanga». Alle communicatieverbindingen zijn dus afgesneden. Toch zullen de

Katangezen opnieuw het initiatief nemen en de tegenstander nog rake klappen toedienen.

Het bewuste «Fouga»-toestel verschijnt hier op het toneel en bezorgt de blauwhelmen alle

kleuren van de regenboog (*). Aanvankelijk met een mitrailleur 7.5 uitgerust (waarvoor

trouwens moeilijk de geschikte munitie te vinden was) worden de boordkanonnen uiteindelijk

omgebouwd tot het couranter kaliber 7.62. ‘Ambachtelijk’ worden ook 50kg-bommen

vervaardigd welke manueel gedropt worden. Verder maakt men ook gebruik van kartonnendozen gevuld met bierglazen, met in elk glas een ontgrendelde granaat. Er worden een 50-tal

Page 63: de Katangese Secessie 1960 - 1963

7/23/2019 de Katangese Secessie 1960 - 1963

http://slidepdf.com/reader/full/de-katangese-secessie-1960-1963 63/77

vluchten met dergelijk ‘bommateriaal’ uitgevoerd en men slaagt er in om met dit «KAT 92» -

‘wapen’ (zo worden de ‘bierglasbommen’ genoemd) een DC-6, een DC-4 en een DC-3, een

twaalftal camions en radio-posten te vernietigen. Bovendien geeft men met dergelijke

‘bombardementen’ ook nog steun aan de grondtroepen.

(*) Er vloeide veel inkt over de Fouga(s). Om hun tegenslagen te verdoezelen stuurde de UNOnamelijk berichten de wereld in «over de belangrijke aanwezigheid van luchtmachteenheden».

 In werkelijkheid had het Katangese leger slechts één Fouga die echt luchtwaardig was. Deze

was in Kolwezi gestationeerd. Wel dient opgemerkt dat er rond de pistes houten maquettes van

vliegtuigen geplaatst werden, met canvas bespannen, om de vijand te misleiden. 

'Fouga Magister 'Jachtbommenwerper.

 Men heeft ook lange tijd bepaalde heldendaden aan piloot Delin toegeschreven. In

werkelijkheid betrof het hier Mangain. In principe mocht deze laatste daar niet meer aanwezig

 zijn, net als Le Grelle trouwens, dus liet men dit gerucht maar rustig zijn beloop gaan.

Op 15 september worden de Ierse blauwhelmen die «Radio Katanga» bewaken gevangen

genomen. De 150 Ierse blauwhelmen in Jadotstad ondergaan hetzelfde lot. Bestookt door de

«Fouga» wordt de water- en elektriciteitsvoorziening van de UNO-belegerden afgesneden. Degestuurde UNO-versterkingen zullen er nooit in slagen om de Lufira over te steken.

De morgen van 16 september bezetten de UNO-troepen nog slechts enkele strategische punten.

Die dag komt luitenant le Grelle terug ‘boven water’ en wordt in de omgeving van de

«Kasenga»-tunnel gedood door Indiase Gurkha’s (dit is één van de laatste bolwerken die nog

in handen van de UNO is). Over dit gebeuren is weinig informatie terug te vinden. De meeste

getuigenissen wijzen deze plaats aan voor het gebeuren. Andere noemen kamp Massart als

 plaats van zijn dood aan, wat weinig waarschijnlijk is.

«Luitenant Degrelle (verkeerde naam vermeldt door de auteur; bedoeld wordt hier Le Grelle) ,

the heart of Katangan resistance, was killed today by UN bullets when he jumped out of anarmoured car in the Camp Massart. He had a wife and two children. All Belgians are

 particularly distre ssed by the news…»[1] . 

Wat wel klopt is dat hij onmiddellijk nadat hij getroffen werd naar dit kamp is overgebracht.

[1]  THE KATANGA CIRCUS : gedetailleerd verslag van drie UNO-oorlogen door Mugur

Valahtu, p. 207 .

Meer recent getuigde gewezen huurling J.D.G. het volgende over dit gebeuren en ook hij heeft

het over de «Kasenga»-tunnel als de plaats waar le Grelle de dood vond.

Dood van een held. 

Page 64: de Katangese Secessie 1960 - 1963

7/23/2019 de Katangese Secessie 1960 - 1963

http://slidepdf.com/reader/full/de-katangese-secessie-1960-1963 64/77

 Na onze dolle escapade in de Basis F.T. keren we terug naar het kamp Massart en stallen onze

voertuigen in de garages. 

 In een gewoontereflex controleer ik ons aankomstuur : elf uur. De duur van onze tocht leek me

nochtans langer. Terwijl ik aan een Katangese officier verslag uitbreng over onze zending

wordt mijn aandacht getrokken door een ziekenwagen waarin men een Europees militair,

badend in het bloed, aan het inladen is. De Katangees zegt me dat dit luitenant Le Grelle is, een officier van de Katangese

 pantsertroepen die tot de A.T.M.B.[1]  behoort. Dit verbaast me, want de Belgische Consul van

 België heeft aan alle officieren en onderofficieren van de A.T.M.B. expliciet op het hart gedrukt

om niet tussenbeide te komen in de gevechten. 

 De zwarte officier beweert dat luitenant Le Grelle de orders niet heeft opgevolgd uit sympathie

voor de Katangese zaak. Hij heeft zelf gevraagd om het bevel te mogen voeren over een

 patrouille ‘blindées’ (het Katangese leger beschikt over enkele oude ‘Greyhound’ M -8

 pantserwagens en een ‘Witte’ Scout Car). Die morgen wil hij de blauwhelmen verdrijven die

tijdens de nacht de inlandse cité B.C.K. in de nabijheid van het station en het slachthuis zijn

 geïnfiltreerd. Hij staat erop om plaats te nemen in de geschutstoren, in plaats van dit over te

laten aan de Katangese mitrailleurschutter.  Nadat hij getankt heeft in het depot van het militaire kamp, rijdt zijn Greyhound met allure de

 Luxemburglaan af tot aan de Kasengasteenweg. Daar is hij naar links afgedraaid, om richting

«Kasenga»-tunnel te gaan die al het voorwerp is geweest van tal van gevechten. Een Zweedse

‘baignoire’ [2]   die in de cité B.C.K. staat opgesteld, opent het vuur.

 Luitenant Le Grelle wordt in de nek getroffen en zakt ineen in de geschutstoren en de chauffeur

van de M-8 maakt onmiddellijk rechtsomkeer en rijdt terug naar de garages in het kamp. Nadat

de ziekenwagen is vertrokken zie ik op de grond een bebloede zwarte muts liggen met het

mutsembleem van de Gidsen getooid. Ik raap deze met een zekere emotie op...

 De slachtofferlijst van de Katangese kwestie loopt momenteel al op tot een zestigtal doden;

militairen, politiemensen en burgers. 

De Fouga die eerder al de controletoren van het vliegveld van Luano (Elisabethstad) had

toegetakeld, valt tot twee maal toe deze van Kamina aan. De UNO wordt overal in het nauw

gedreven en onderhandelt om tot een staakt het vuren te komen

[1]   Assistance Technique Militaire Belge. 

[2] Pantserwagen.

Page 65: de Katangese Secessie 1960 - 1963

7/23/2019 de Katangese Secessie 1960 - 1963

http://slidepdf.com/reader/full/de-katangese-secessie-1960-1963 65/77

We zien op de plattegrond de weg die luitenant Le Grelle heeft gevolgd (zwarte pijlen) en de plaats

waar hij is geraakt. Daaronder staan ook de UNO-stellingen aangeduid van waaruit er op hem werd

geschoten, alsook de plaats waar de Gidsen in augustus 1960 gekantonneerd waren.

Op 18 september vliegt UNO secretaris-generaal Dag Hammarskjöld naar N’Dola in Rhodesië.

het is de bedoeling dat hij daar Tshombe zal ontmoeten om akkoorden af te werken. Hij zal

daar nooit aankomen. Men vindt zijn neergestort toestel terug en diverse geruchten enhypothesen doen de ronde. Ook hier is er weer sprake van een aanval van een Fouga, maar dit

Page 66: de Katangese Secessie 1960 - 1963

7/23/2019 de Katangese Secessie 1960 - 1963

http://slidepdf.com/reader/full/de-katangese-secessie-1960-1963 66/77

wordt stellig ontkend.

Men komt op 20 september 1961 toch tot een akkoord, welke op 21 september in werking moet

treden. Maar net zoals dit bij de dood van A. Urbain het geval is, komt dit akkoord slechts

enkele dagen te laat om de dood van Le Grelle te kunnen voorkomen.

Belgische militairen, in 1961 betrokken bij de Katangese kwestie. Alle militairen die deel uitmaakten

van het Katangese leger tijdens de secessie werden door de UNO als ‘huurling’ bestempeld (dus ook

de militairen van de Belgische A.T.M.B.).

Zoals dit gewoonlijk het geval is houdt de UNO zich niet aan zijn woord; zij profiteert van

deze adempauze om versterkingen aan te voeren. En de incidenten worden talrijker.

Een groep van vooral Franse huurlingen onder bevel van commandant Faulques (de gewezen

 bevelhebber van het opleidingscentrum van Shinkolobwe) zullen vanaf nu de kern uitmaken

van de operaties tegen de UNO-troepen.

De tweede UNO-oorlog zal beginnen…

Page 67: de Katangese Secessie 1960 - 1963

7/23/2019 de Katangese Secessie 1960 - 1963

http://slidepdf.com/reader/full/de-katangese-secessie-1960-1963 67/77

 1. gebied onder controle van de Centrale Regering van Leopoldstad. 2. gebied waar de tegenregering

van Stanleystad het heft in handen houdt (Oost-Congo en Kivu). 3. het afgescheiden Katanga van

Tshombe. 4. de mijnstaat Z-Kasaï.

December 1961 - januari 1962.

Page 68: de Katangese Secessie 1960 - 1963

7/23/2019 de Katangese Secessie 1960 - 1963

http://slidepdf.com/reader/full/de-katangese-secessie-1960-1963 68/77

 Eén van de weinige vrouwen in de rangen van de huurlingen, die als verpleegster met hen optrok.

Op 5 december ontketent de UNO operatie «Grand Slam».

Op 7, 8 en 9 december bestoken ze met luchtaanvallen alles wat in hun bereik ligt, met inbegrip

van het hospitaal Prins Leopold.

Op 10 december wordt de elektriciteitscentrale van «Le Marinel»[1] (Kolwezi) aangevallen.

Ook daar wordt het hospitaal geviseerd. Ze steunen hiermee de invasietroepen (Gizengisten),

waardoor de Katangezen verplicht worden om op twee fronten te vechten.

Diezelfde dag vallen de Katangese troepen Luano aan.

Op 12 december, nieuwe UNO-luchtaanval op het hospitaal van Shinkolobwe.

Op 13 december komen er nieuwe versterkingen aan. Net als dit in september het geval was,

engageren zich sommige daar wonende buitenlanders aan de zijde van de huurlingen en

Katangezen in de strijd tegen de UNO. Vanaf 15 december slaat de situatie om in het voordeel

van de blauwhelmen. Op 16 december 1961 wordt het kamp Massart terug ingenomen door de

 blauwhelmen.

Op 18 december, afkondiging van een nieuw bestand.

Het laatste huurlingenbolwerk plooit zich terug op Kipushi en de Rhodesische grens, van

waaruit ze van munitie worden voorzien.

Intussen, meer naar het noorden, verslechtert de situatie. De Katangese troepen die Kilay in

hun greep houden plooien zich terug op Kongolo, hiermee de deur open houdend voor de

Gizengisten. De UNO-troepen grendelen de luchthaven van Elisabethstad af, waardoor

Kongolo niet meer kan bevoorraad worden met levensmiddelen en munitie.

Op 30 december 1961 worden de Katangezen verplicht om Kongolo te ontruimen en ook de

 burgerbevolking neemt de benen. Enkel religieuzen (paters, seminaristen, zusters) en bejaarde

 personen blijven ter plaatse.

Op zondag 31 december dringen de Gizengisten de stad binnen en met hen sluipen de

 brutaliteiten binnen. De paters en zusters die in cellen worden opgesloten ondergaan

treiteringen en harde ondervragingen. De zusters krijgen daar bovenop te maken met ‘avances’.

Ze worden van al hun bezittingen beroofd, worden geslagen en worden aangepakt met de

‘chicotte’.

Op 1 januari 1962 om 9:30 uur worden ze allen weggeleid, uitgezonderd pater Darmont. Omhem te redden wordt hij om onduidelijke redenen door een soldaat in een andere cel opgesloten.

Page 69: de Katangese Secessie 1960 - 1963

7/23/2019 de Katangese Secessie 1960 - 1963

http://slidepdf.com/reader/full/de-katangese-secessie-1960-1963 69/77

Onmiddellijk daarop begint voor de ogen van de seminaristen een slachting met FAL-geweren.

Men verplicht hen om de lichamen te verzamelen en in de Lualaba te gooien. De overlevenden

hebben hun leven enkel te danken aan de aankomst van de iets later in ongenade gevallen

kolonel Pakassa. Er werden hier 20 paters afgemaakt en alles werd leeggeplunderd. Pater

Darmont, de seminaristen en de zusters zullen trouwens nog bijna een maand aan voortdurend

gevaar bloot staan. Op 23 januari 1962 zal de Britse majoor Lawson proberen (en erin slagenook) om, met gevaar voor eigen leven, pater Darmont te redden.

Al deze verschrikkelijke brutaliteiten kunnen op naam geschreven worden van één en hetzelfde

 bataljon Gizengisten. Zij zullen in de loop van de maand januari 1961 ook nog dertien Italiaanse

UNO-piloten afmaken (sommige bronnen spreken in dit geval van kannibalisme).

[1] Op de Lualaba bevindt er zich een waterdam van 72,5 meter hoog en 162 meter lang. Deze

vormt in N’Zilo een kunstmatig meer van ruim 2.300 miljoen kubiek. Deze enorme watermassa

voorziet de elektriciteitscentrale «Delcommune» van de nodige drijfkracht en 32 km

stroomafwaarts ook de turbines van de krachtigste stroomcentrale van Congo «Le Marinel».

5. HET EINDE.

Veel huurlingen hebben er genoeg van en verlaten Katanga. Anderen, zoals kapitein Lasimone,

deserteren. Deze laatste was eind juli 1961 al verbannen uit de rangen van het E.A.S.K.[1], 

 biedt eerst zijn diensten aan bij de UNO en stapt uiteindelijk over naar het A.N.C.[2]  . Na

september 1961 wordt hij aangesteld als Stafchef-Operaties in Jadotstad. Men schreef hem de

intenties toe, om samen met de UNO op 17 oktober 1961 Mwadingusha aan te vallen. Hij wordtop bevel van Munongo aangehouden en is het oneens met commandant Faulque. In december

1961 vindt een journalist hem in Leopoldstad terug, waar hij is ondergedoken.

[1]  Het leger van Zuid-Kasaï.

[2] Armée National Congolaise.

De Belgische kolonel Lamouline.

Page 70: de Katangese Secessie 1960 - 1963

7/23/2019 de Katangese Secessie 1960 - 1963

http://slidepdf.com/reader/full/de-katangese-secessie-1960-1963 70/77

De troepen worden gereorganiseerd. Majoor Bousquet leidt de Mobiele Groepen. Commandant

Faulque bevindt zich in «Le Marinel». Er blijven nog drie groepen actief: « Mobiele Groep

 Bizon» of «Rood» onder Bob Denard, vanaf nu met de rang van kapitein. « Mobiele Groep

 Léopard » of «Groen» van Schramme en « Mobiele Groep Marsupilami» of «Zwart» van

Tavernier. Denard zal onder bevel van de Belgische kolonel Lamouline in de sector Kabondo

Dianda opereren. Schramme zal zich in Kasimba vestigen, terwijl Tavernier naar denoordelijke grenzen trekt.

Maar de pit is eruit!

Op het einde van december 1962 is de UNO heer en meester in Elisabethstad en naderen hun

troepen Jadotstad. De huurlingen hebben orders gekregen «om de tactiek van de verbrandde

aarde toe te passen». Bruggen, stuwdammen…alles wordt ondermijnd. Dit belemmert uiteraard

de opmars van de blauwhelmen.

Page 71: de Katangese Secessie 1960 - 1963

7/23/2019 de Katangese Secessie 1960 - 1963

http://slidepdf.com/reader/full/de-katangese-secessie-1960-1963 71/77

Wat overblijft van Tshombe's troepen verdedigt zich in de gietende regen tijdens de bloedige

gevechten in en rond Elisabethstad. het zijn de laatste dagen van de "Secessie".

Op 21 januari 1963 moet Kolwezi worden ontruimd. Tshombe heeft de week daarvoor al het

einde van de ‘Secessie’ aangekondigd. De stuwdammen worden voor vernietiging behoed.

De huurlingen trekken weg naar Angola. Sommigen zullen daar een tijd blijven, hopend op betere tijden. Deze mannen zullen trouwens de kern van het «10de Commando» vormen dat in

1964 deel zal uitmaken van kolonel Vandewalles «5de Gemechaniseerde Brigade», die onder

andere een belangrijke rol zal spelen tijdens de Belgisch-Amerikaanse interventie op

Stanleystad in november.

In één van Vandewalles schrifturen lezen we later «dat de situatie in Shinkolobwe stilaan

degenereert. Er is de terugkeer van Zuid-Afrikaanse huurlingen, van wie sommigen moeilijk

in toom te houden zijn en de situatie loopt uit de hand. Andere blanke huurlingen zijn blijkbaar

ook betrokken bij de wapenhandel... »

EPILOOG.

Dit is het relaas over de ervaringen van Jacques Saquet in dit Katangese avontuur. Ook hij was

een adept van het «1ste Escadron Gidsen». In de rand hiervan ook even vermelden dat Jacques

Saquet in 1964 tijdens de Belgisch-Amerikaanse «Draakoperaties» als huurling deel uitmaakte

van kolonel Vandewalles 5de Gemechaniseerde Brigade  –   beter gekend onder de naam

«Ommegang».

(Het originele verslag, in het Frans, uit het boek van Guy Devresse  LES GUIDES DANS LA

SECESSION  [versie juni 2005] wordt op vraag van J. Saquet onder de Nederlandse tekst als

illustratie ingelast [nota Hoedt E.) ]

Dit is zijn verhaal:

We zijn  –   samen met Georges LAENEN  –   van wacht in het hoofdkwartier van Generaal

GEYSEN, gevestigd in de Elisabethlaan en…eindelijk, beginnen LAENEN, DUBOIS en ikzelf

aan de job waarvoor we hier zijn. Wij drieën zijn aangeduid om de radioverbinding op het

hoofdkwartier (HQ) in stand te houden. 

Tijdens mijn dienst ben ik getuige van een heftige discussie tussen generaal Geysen en de

kolonel van de Basis van Kamina. Deze laatste wil de UNO een lesje geven. Bij hun aankomst

in Kamina hadden de blauwhelmen zich inderdaad onmiddellijk ontplooid om als het ware

klaar te staan tegen elke mogelijke aanval. Generaal Geysen had alle moeite om de kolonel teovertuigen om vooral niets te ondernemen.

Tijdens de parade naar aanleiding van het vertrek van het «1ste Gidsen» (1G) worden we

overgeplaatst naar het Belgische Consulaat, kregen we burgerkledij toegewezen, alsook een

huis op de Leopold II-laan. Ik heb dus aan de parade van het 1G deelgenomen, maar in

burgerkledij. 

1. Het Belgische Consulaat in Elisabethstad :

 Natuurlijk is deze situatie niet te vergelijken met mijn gewoon kazerneleven en

‘patattencorvee’. Samen met Laenen ben ik 24uur op 24 van dienst om de radioverbinding met

onze troepen in Kamina (BAKA) en Usumbura (USA) te verzekeren. In het radiolokaal hebben

we een bed ter beschikking en logeren doen we in het consulaat. 1ste sergeant JokeVERHAEGEN die in Hotel Leopold II is ondergebracht welke net naast het consulaat is

Page 72: de Katangese Secessie 1960 - 1963

7/23/2019 de Katangese Secessie 1960 - 1963

http://slidepdf.com/reader/full/de-katangese-secessie-1960-1963 72/77

 gelegen (op de hoek van de avenue Kasaï en l’Etoile) , staat in voor de telexverbinding.

 Kerstmis 1960 vieren Laenen en ikzelf vóór onze ‘MBLE ’ [1]    gezeten. 

 In januari 1961 moet Laenen vertrekken; zijn contractuele termijn met het Belgische leger

loopt ten einde. Ik sta er dus heel alleen voor om de radio te bedienen. Mijn taak is samen te

vatten in twee contacten per dag met BAKA en USA: één om 10:00 uur en één om 15:00 uur.

Tussenin beluister ik de radiofrequenties die gebruikt worden door de Katangese Gendarmes. Kleine anekdote: op een bepaalde frequentie roept een huurling zijn HQ’s op om te melden dat

 zijn compagnie 16 rebellenkadavers heeft ontdekt. Ze hadden geprobeerd een

hoogspanningspyloon neer te halen…door een kabel over de hoogspanningslijn heen te

werpen… 

 Zo passeren mijn dagen. Om te kunnen eten en wassen krijg ik toelating om een kamer te huren

in «Hotel de l’Yser» op de avenue Tabora. Met uitzondering van Wc’s zijn er op het consulaat

namelijk geen degelijke sanitaire voorzieningen voorhanden om aan de meest elementaire

toiletbehoeften te kunnen voldoen. Daar bovenop bestaat de kledij die mij ter beschikking werd

 gesteld ter vervanging van mijn 1G-uniform uit…slechts één broek en één hemd. Ik moet na

verloop van tijd hierbij geen tekening maken… Maar ondanks al deze ongemakken is het een

leven van zalig niets doen…  Ik geraak platzak en het «Hotel de l’Yser» verleent me krediet tot de dag, intussen vier maanden

later, dat de directeur zich vragen begint te stellen   (sic). Eindelijk ontvang ik een

betalingsorder getekend door Graaf Harold d’Aspremont Lynden, zodat ik aan een beetje geld

 geraak. Maar hierdoor krijg ik de status van «Katangees Gendarme»… 

Om de tijd te doden loop ik de kroegen van Elisabethstad af en sympathiseer met de huurlingen

die met verlof zijn. Deze ‘affiniteit’ zal omslaan door toedoen van een opzet tot diefstal van

UNO-voertuigen.

«Terwijl een groep huurlingen, ik incluis, de Zweedse soldaten dronken voeren, steelt een

andere groep hun voertuig. Deze wordt onmiddellijk naar een Belgisch ondernemer in de

industriezone gebracht en in de Katangese kleuren overspoten. Dit gaat zo enige tijd door tot

de blauwhelmen zich vragen beginnen te stellen.» 

2. Ontmoeting met luitenant Le Grelle :  Per toeval ontmoet ik op de avenue Kasaï luitenant Le Grelle in militair uniform.

 Deze is verbaasd over mijn aanwezigheid daar. Ik leg hem uit dat ik hier vanaf de aankomst

van het 1G in Congo niet ben weg geweest. Hij is blijkbaar niet op de hoogte gebracht van het

 feit dat er twee soldaten van de Staf in Elisabethstad zijn gebleven. Deze ontmoeting gebeurt

in september 1961, enkele dagen voordat hij door UNO werd gedood.

3. Eerste UNO-oorlog (september 1961) : 

 Ik had net een laatste glas gedronken in een kroeg in de omgeving van de Place de la Poste enhet is 23.00u als ik enigszins beschonken naar het consulaat terugkeer om er te overnachten.

 Mijn bed staat in het radiolokaal en dit lokaal bevindt zich enigszins buiten de linkerkant van

de post.

Om 4 uur in de morgen wordt ik opgeschrikt door een krachtig schot die uit de

benedenverdieping van het gebouw komt. Behoedzaam en slaapdronken, nog onder invloed

van mijn ‘alcoholdegustatie’ van de avond daarvoor kruip ik tot aan de balustrade d ie me aan

de linkerkant zicht geeft op het UNO-hospitaal (in wezen het «Hotel Belle Vue»), in het midden

op de linkerkant van de post en rechts op de avenue Kasaï (waar de slagerij van de ‘Elakat’

is). 

 Beneden mij bevindt er zich een ‘baignoire’ [2]  van de UNO die het postkantoor onder vuur

neemt. Ik heb de indruk dat het schieten overal vandaan komt. Het postkantoor is meer danwaarschijnlijk door de UNO omsingeld. De Katangezen in het gebouw vuren omzichtig terug.

Page 73: de Katangese Secessie 1960 - 1963

7/23/2019 de Katangese Secessie 1960 - 1963

http://slidepdf.com/reader/full/de-katangese-secessie-1960-1963 73/77

«Een Katangees springt uit een venster op een afdak dat de brievenbussen overspant terwijl de

UNO-baignoire op hem vuurt. Ik zie de ‘tracers’ [3]   zijn vluchttraject volgen… De Katangees

loopt en springt van afdak op afdak, terwijl de kogelregen hem steeds maar volgt. Hij springt

van luifel naar luifel, terwijl de kogels hem steeds maar blijven volgen… Hij springt de laan

op, maar op dat moment beletten de gebouwen van «Elakat» me om zijn vlucht nog verder te

volgen. Ik hoop voor hem dat hij het er levend heeft afgebracht.»   Kolonel Vandewalle komt me opzoeken in gezelschap van commandant ……… (ze verblijven

beiden op de 3de etage) en we zijn getuige van de inname van het postkantoor door de UNO-

troepen.

 Mijn radiolokaal is in een zeef herschapen; mijn bed ligt bezaaid met stukken gips van de daar

recht tegenover liggende muur en de kamer is door de inpakt van kogelinslagen net een ‘stuk

 gruyèrekaas’ geworden. 

 De volgende morgen: opschudding in Elisabethstad. We vernemen de afslachting van de

 Katangese soldaten die in het postkantoor zaten. Er is een ware volkstoeloop van zwarten en

blanken die naar de verwoesting komen zien. Ik bevind me ter hoogte van het Elakat-gebouw

en op dat moment komt er uit de richting van het station een jeep met Katangese soldaten

voorbijgereden als plots, vlak voor mijn ogen, de vier Katangese inzittenden in de rug geschoten worden door een salvo afgevuurd vanuit het UNO-hospitaal en waarop het «Rode

 Kruis»-embleem is aangebracht. Hierover ben ik formeel: op dat moment begaan de UNO-

troepen hier een oorlogsmisdaad. Getuigen hiervan zijn er genoeg en over deze zaak kunnen

een groot aantal personen, zwart of blank, getuigenis afleggen.

 In de namiddag staat het consulaatspersoneel en ikzelf met de ellebogen op de balustrade van

het gebouw geleund als we verplicht worden om ons ijlings op de grond in dekking te werpen

voor een ‘rafal’ uit een mitrailleur die plots op ons gebouw wordt afgevuurd. Vanaf dat moment

rest er ons geen enkele twijfel: de UNO schiet op alles wat beweegt. Tijdens de nacht slapen

we in de gang van het consulaat terwijl de gebouwen die rond het postkantoor liggen constant

bestookt worden. Ook het consulaat is ernstig beschadigd, gelukkig vallen er hier geen

 slachtoffers. Na enkele dagen treed er opnieuw een relatieve rust in. Onder toezicht van

 Belgische militairen en met de hulp van huurlingen hebben de Katangezen de wat men noemt

«Eerste Katangese Oorlog» gewonnen. President Tshombe heeft bepaalde voorwaarden

aanvaard om tot een staakt het vuren te komen. Het zal zijn ondergang worden. De UNO

 profiteert hiervan om haar troepen te versterken.

Vanaf dat ogenblik doorzie ik de ongelooflijke schijnheiligheid van onze Belgische regering.

 Kolonel Vandewalle was verantwoordelijk voor de Belgische Militaire Bijstand aan Katanga

en Consul-generaal Créner ontving telexberichten van minister Spaak. De telexberichten die

van de Belgische militaire autoriteiten kwamen werden echter nooit aan consul Créner

overgemaakt, maar van alles wat het consulaat betrof werd er een kopie aan kolonel

Vandewalle overgemaakt. We zijn toch militairen, of niet…?

4. Mijn uitwijzing uit Katanga door de UNO :  Een bepaalde voormiddag verneem ik van de consul dat de UNO-autoriteiten mijn vertrek

eisen. Om 15.00uur neem ik, samen met verschillende huurlingen, de trein richting Rhodesië

met bestemming N’dola. De consul had me een omslag gegeven, die ik aan de Belgische consul

in N’dola moet overmaken. De omslag, niet dichtgeplakt, heb ik ingekeken. Daarin bevonden

 zich drie boeken, drie dezelfde. Dit was het witboek van Katanga. Daarin stond het relaas van

de door de rebellen begane wreedheden, met foto’s als bewijslast… 

De «Marscompagnie» van het Regiment der «1ste Gidsen» keert op 19 augustus 1960terug naar België. In Katanga blijven daarna enkel nog vrijwilligers van het «1ste

Page 74: de Katangese Secessie 1960 - 1963

7/23/2019 de Katangese Secessie 1960 - 1963

http://slidepdf.com/reader/full/de-katangese-secessie-1960-1963 74/77

Gidsen» achter. Verschillende van die mannen zullen later (1964-65) deel uitmaken van

de colonnes van kolonel Vandewalles «5de Brigade» tijdens de gecombineerde Belgisch-

Amerikaanse operatie «Dragon Rouge» op Stanleystad (24 november 1964).

Na de terugkeer van het Eskadron naar België wordt er in de gang van de Staf van het

«1ste Gidsen», Kwarti er Edith Cavell , Düren (D) een herdenkingsplaat ingehuldigd voor

de gesneuvelden in Congo: Emmanuel Kervyn de Meerendré, Jean Collet, Albert Urbain,Jean-Pierre Trokay en Arnold Le Grelle.

Deze herdenkingsplaat maakt verschillende ‘verhuizingen’ mee: eerst wordt ze

overgebracht naar Siegen en daar op de buitenmuur van de kapel bevestigt. Na het

vertrek van de Belgische troepen uit Duitsland wordt ze naar de «Pantser-

Kavalerieschool van het Regiment der Gidsen» in Leopoldstad overgebracht en in

 januari 2003 krijgt ze haar definitieve bestemming in de «Club des Guides», Arlonstraat

te Brussel.

De eenheid is intussen ontbonden en zijn Standaard bevindt zich sinds 24 februari 2005

in het Koninklijk Legermuseum, Jubelpark 3, in Brussel.

[1]  Radiozender HF van het elektronicabedrijf MBLE.[2] Populaire naam voor dit type ‘open’ pantservoertuig, in gebruik bij de UNO-troepen in

Congo.

[3] Kogelladers die voorzien zijn van magnesiumkogels (‘spoortrekkers’) en die lichtgevende

 banen ("sporen") vormen zodat de schutter zijn schootsveld kan ‘traceren’. 

Page 75: de Katangese Secessie 1960 - 1963

7/23/2019 de Katangese Secessie 1960 - 1963

http://slidepdf.com/reader/full/de-katangese-secessie-1960-1963 75/77

 

Page 76: de Katangese Secessie 1960 - 1963

7/23/2019 de Katangese Secessie 1960 - 1963

http://slidepdf.com/reader/full/de-katangese-secessie-1960-1963 76/77

 

Page 77: de Katangese Secessie 1960 - 1963

7/23/2019 de Katangese Secessie 1960 - 1963

http://slidepdf.com/reader/full/de-katangese-secessie-1960-1963 77/77