De bibliotheek uit de kast! Een open collectie van betekenis en waarde

35
De bibliotheek uit de kast! Een open collectie van betekenis en waarde Jose Remijn Openbare Bibliotheek Amsterdam Meesterproef Library School 26 augustus 2012

description

Het concept ‘De bibliotheek uit de kast’ wil de bibliotheek als verbindende factor in haar gemeenschap plaatsen. De bibliothecaris stelt maatschappelijk en culturele thema’s aan de orde en laat de deelnemers nadenken door hen niet het makkelijke antwoord te geven, maar hen juist stimuleert verder te reiken dan het voor de hand liggende. Hij laat deelnemers niet met een kant-en-klaar antwoord weggaan, maar hij zorgt voor diepgang en nuancering. Sommigen vinden antwoorden, anderen juist meer vragen. ‘De bibliotheek uit de kast’ verrijkt en inspireert het leven van mensen door haar collecties op een andere of liever gezegd vele manieren toegankelijk te maken; het geeft de bibliothecaris opnieuw een kans een volwaardige en aantrekkelijke samenwerkingspartner te worden voor andere maatschappelijke, culturele en educatieve instellingen zoals het onderwijs en musea. Doordat wij een levende collectie kunnen aanbieden waar zij vrij mee kunnen ‘spelen’, die de eigen collecties verrijkt, nieuwe verbindingen legt met collecties daarbuiten en met meningen en ervaringen van deelnemers. Via de bibliotheek, fysiek of digitaal, kunnen deelnemers en instellingen aandacht vragen voor de thema’s die ze verder willen exploreren of naar buiten willen brengen.

Transcript of De bibliotheek uit de kast! Een open collectie van betekenis en waarde

Page 1: De bibliotheek uit de kast! Een open collectie van betekenis en waarde

De bibliotheek uit de kast!

Een open collectie van betekenis en waarde

Jose Remijn

Openbare Bibliotheek Amsterdam

Meesterproef Library School 26 augustus 2012

Page 2: De bibliotheek uit de kast! Een open collectie van betekenis en waarde

2

‘Op internet wordt de informatie alleen maar oud en nooit historisch. Dat komt omdat de context

ontbreekt. Het historische veronderstelt samenhang, waarin de feiten hun plaats vinden - zodat ze

eindelijk kunnen plaatsvinden. In cyberspace blijft alles, ondanks alle links en hyperlinks,

geïsoleerd.’

P.F. Thomése

Page 3: De bibliotheek uit de kast! Een open collectie van betekenis en waarde

3

Inleiding De technologische ontwikkelingen en mogelijkheden die in de afgelopen jaren op het gebied van

informatie en communicatie vrij gekomen zijn, wij bevinden ons nu in de vierde golf van de

informatierevolutie, betekenen voor de bibliotheek dat haar relatie met de deelnemer ingrijpend

verandert en dat zij zich van een centrum van informatie naar een centrum voor communicatie en

co-creatie moet ontwikkelen, waarin een groot aantal ICT toepassingen moeten worden

gerealiseerd om aantrekkelijk te blijven voor de deelnemer.

De bibliotheek van morgen is niet langer een (virtuele) plek waar informatie gevonden en

aangeboden wordt, maar het is vooral een plek waar deelnemers individueel of in groepsverband

informatie en kennis kunnen brengen, vinden en delen en gelijkgestemden rond thema’s kunnen

ontmoeten; met elkaar tijdelijk nieuwe collecties opbouwen en vormgeven, waardoor de bibliotheek

niet alleen vóór maar ook ván de mensen is! Door de relatie met de leden interactiever te maken,

kan de bibliotheek meer van haar deelnemers te weten komen en kan zij daardoor meer en beter

maatwerk leveren. De bibliotheek zal in de toekomst veel meer gebruik moeten maken van social

media met het doel om van mediamonologen sociale dialogen te maken. Het faciliteren van virtuele

en fysieke ontmoetingsplekken rond informatieve thema’s, belangstellingssferen en vakgebieden

zou onderdeel uit moeten maken van de rol die de bibliotheek vervult. De bibliothecaris kan door

zelf ook in deze groepen te participeren en in dialoog met de deelnemers te gaan in de

informatiebehoefte van de groep voorzien en hen helpen zich verder te ontwikkelen.

Het concept ‘De bibliotheek uit de kast!’ verandert de huidige ‘consumptiebibliotheek’ in een

‘participatiebibliotheek’; een culturele plaats waar de bibliothecaris haar deelnemers zoals het

onderwijs, experts binnen diverse vakgebieden en andere - culturele en educatieve -instellingen de

mogelijkheid biedt thema’s uit te diepen in een bepaalde context. Zij mogen daarbij gebruik maken,

van het culturele bezit van de bibliotheek en deze combineren met eigen kennis, ervaringen en

collecties; samen nieuwe verbindingen, combinaties, selecties en opstellingen maken, waardoor

collectie en content blijven prikkelen en inspireren.

‘De bibliotheek uit de kast’ geeft de bibliothecaris de mogelijkheid ‘haar schatten’ te tonen, te

combineren in een bepaalde context en te verbinden met kennis van anderen, zodat ze een nieuwe

betekenis en waarde krijgen en mensen geprikkeld worden om ze te lezen, te bekijken of te

beluisteren. Het maakt van de bibliotheek een open systeem waar deelnemers naar eigen inzicht,

voorkeur of leerstijl gebruik van kunnen maken.

Het concept ‘De bibliotheek uit de kast’ wil de bibliotheek als verbindende factor in haar

gemeenschap plaatsen. De bibliothecaris stelt maatschappelijk thema’s aan de orde en laat de

deelnemers nadenken door hen niet het makkelijke antwoord te geven, maar hen juist stimuleert

verder te reiken dan het voor de hand liggende. Hij laat deelnemers niet met een kant-en-klaar

antwoord weggaan, maar hij zorgt voor diepgang en nuancering. Sommigen vinden antwoorden,

anderen juist meer vragen.

‘De bibliotheek uit de kast’ verrijkt en inspireert het leven van mensen door haar collecties op een

andere of liever gezegd vele manieren toegankelijk te maken; het geeft de bibliothecaris opnieuw

een kans een volwaardige en aantrekkelijke samenwerkingspartner te worden voor andere

maatschappelijke, culturele en educatieve instellingen zoals het onderwijs en musea. Doordat wij

Page 4: De bibliotheek uit de kast! Een open collectie van betekenis en waarde

4

een levende collectie kunnen aanbieden waar zij vrij mee kunnen ‘spelen’, die de eigen collecties

verrijkt, nieuwe verbindingen legt met collecties daarbuiten en met meningen en ervaringen van

deelnemers. Via de bibliotheek, fysiek of digitaal, kunnen deelnemers en instellingen aandacht

vragen voor de thema’s die ze verder willen exploreren of naar buiten willen brengen.

In deze notitie ga ik in op de noodzaak om tot verandering te komen binnen de openbare

bibliotheek. Hierna leg ik u een concept voor dat vorm geeft aan hoe ik denk dat het bibliotheekwerk

er in de toekomst uit kan zien. Daarna vertaal ik dit in een ontwerp, waarbij ik de verbinding leg

tussen de fysieke en de digitale bibliotheek. Vervolgens licht ik de nieuwe competenties van de

bibliothecaris en de veranderingen die de bibliotheek moet doormaken om dit nieuwe concept tot

leven te brengen, toe.

Page 5: De bibliotheek uit de kast! Een open collectie van betekenis en waarde

5

Noodzaak tot verandering Over the last twenty years, audiences for museums, galleries, and performing arts institutions have

decreased, and the audiences that remain are older than the overall population. Cultural institutions

argue that their programs provide unique cultural and civic value, but increasingly people have

turned to other sources for entertainment, learning and dialogue. They share their artwork, music

and stories with each other on the Web. They participate in politics and volunteer in record numbers.

They even read more. But they don’t attend museum exhibits and performances like they used to.

How can cultural institutions reconnect with the public and demonstrate their value and relevance in

contemporary life?1

Bovenstaande tekst komt van Nina Simon uit haar boek ‘The participatory museum’, waarin zij pleit

voor een drastische mentaliteitsverandering binnen de museumwereld willen zij van waarde blijven

in de huidige samenleving. Simon is een exponent van de nieuwe traditie ‘participerende musea’

waarbij de bezoeker en zijn/haar beleving centraal staat versus ‘statische musea’ waarin de collectie

centraal staat. Simon is een exponent van de nieuwe traditie ‘participerende musea’ waarbij de

bezoeker en zijn/haar beleving centraal staat versus ‘statische musea’ waarin de collectie centraal

staat. Deze tekst kan mijns inziens direct vertaald worden naar de bibliotheek. Wat Simon beweert

voor de museumwereld, geldt volgens mij ook voor de bibliotheekwereld; het publiek centraal

stellen en laten participeren. Mensen kunnen hun informatiebehoefte op andere manieren

bevredigen, met name via de digitale mogelijkheden. In deze tijd gaat het er niet langer om wie de

eigenaar is van informatie, maar uitsluitend om het verbinden van informatie op inhoud en is

iedereen een informatieprofessional. Instituties zijn niet langer leidend; netwerken nemen hun rol

over en interactie, kennis delen en verbinden op inhoud vormen de verbindende factoren. Het

zoekgedrag van deelnemers is fundamenteel veranderd; de deelnemer bepaalt nu zélf de waarde

van informatie. In gesprek gaan met deelnemers is daarom wezenlijk voor het bepalen van onze rol

in deze samenleving.

Netwerkmaatschappij

Mensen leven tegenwoordig in een netwerksamenleving. Door internet en de ontwikkeling van

smartphones en tablets is informatie de hele dag en voor iedereen beschikbaar. Hierdoor leggen

mensen makkelijk contact, gaan over de hele wereld banden aan met elkaar en wisselen informatie

en kennis uit. En een deel van hen is ook producent geworden door zelf informatie te publiceren in

de vorm van filmpjes, verhalen, gedichten, muziek of kunstwerken. Ze manifesteren zich, ook al op

jonge leeftijd, als muzikant, als dichter of als kunstenaar. Maar ze zijn allemaal deelnemers die

uitmaken wat en wie succesvol worden én welke websites, platforms en social media betekenis en

waarde hebben2. Bovendien heeft het internet ervoor gezorgd dat ze zelf hun informatie en kennis

kunnen organiseren. Als ze ziek zijn, hebben ze na een uur surfen niet alleen informatie over de

aandoening gevonden, maar ook de ervaringen van anderen met dezelfde ziekte. Ze zijn dus niet

langer leken, afhankelijk van deskundigen of professionals op een bepaald gebied3.

In het boek ‘Het

disruptieve museum’ (2011) van Odding zegt Meta Knol van de Lakenhal (p. 83-84) hierover:

1 Nina Simon, The Participatory Museum (Santa Cruz: Museum 2.0, 2010), te raadplegen als webeditie op

http://www.participatorymuseum.org/read/ 2 Rob Bruijnzeels ed., De bibliotheek anders bekeken 2 (z.p. 2007) 6.

3 Rob Bruijnzeels ed., De bibliotheek anders bekeken 2 (z.p. 2007) 6.

Page 6: De bibliotheek uit de kast! Een open collectie van betekenis en waarde

6

‘Het museum is geen meneer meer, het museum communiceert ook niet meer op basis van autoriteit,

of althans, wordt als zodanig veel minder erkend en moet zich dus op een andere manier verhouden

tot haar publiek […]

In een autoritaire verhouding wordt het antwoord op de vraag wat kwaliteit is for granted genomen

en dat is niet meer zo. Kwaliteit wordt dus bevraagd, wordt ter discussie gesteld en moet

beargumenteerd worden, meer dan vroeger het geval was […]

Maar ook in die werkelijkheid moet je pal staan voor kwaliteit, want dat is je professionele opdracht,

daar ligt je passie. Maar je moet het wel verbinden met de belevingswereld van de mensen die je tot

je publiek rekent. En dat vraagt om een ander soort uitleg, of een ander soort benadering.4’

Wat Knol hier zegt, is rechtstreeks te vertalen naar de bibliotheekwereld. Ook de bibliotheek is niet

langer die autoriteit die voor haar publiek bepaalt wat kwaliteit heeft. Kwaliteit heeft niet meer

dezelfde betekenis als twintig jaar geleden. Dit geeft Odding ook aan:

‘Kwaliteit is niet meer een aanspraak op de ultieme waarheid maar een aanspraak op een relatieve

waarde. Het is niet meer ‘Rembrandt ís de beste’ maar ‘ik vínd Rembrandt de beste’. Het is de

waarde of de betekenis die wij er aan hechten.5’

Door deze ontwikkelingen zal de bibliotheek, om te overleven, dus moeten veranderen van een

‘consumptiebibliotheek’ naar een ‘participatiebibliotheek’, waarin zij haar bezoekers een actieve rol

geeft; haar als deskundige durft te laten optreden. Mensen willen namelijk niet alleen geïnformeerd

en gevoed worden in hun nieuwsgierigheid. Ze willen ook discussiëren, kennis delen en nieuwe

verbindingen leggen en betekenis geven aan wat zij doen en verzamelen. De bibliotheek zal deze

mensen aan zich moeten binden, hun activiteiten en kennis onderdeel laten zijn van de collectie van

de bibliotheek. Door met hen in dialoog te gaan over onze collectie en dit te delen met iedereen, kan

de collectie ook buiten de muren van de bibliotheek een rol gaan spelen en krijgt het voor

verschillende mensen werkelijk betekenis en waarde.

Verleidingsindustrie

Behalve in een netwerkmaatschappij leven we tegenwoordig ook in een maatschappij waarin de

verleidingsindustrie alom tegenwoordig is6. De hele dag door komen prikkels van buiten op ons af.

Vooral jonge mensen zijn gevoelig voor die prikkels; ze zijn snel verveeld en laten zich graag afleiden.

Het is zoals Odding zegt, zich beroepend op ‘I Barbari’ van Alessandro Baricco7:

‘Eruditie is een woord dat nieuwe generaties weinig zegt. Baricco ziet de cultus van de diepgang

verdwijnen. Mensen halen de betekenis niet meer uit de jarenlange studie van een steeds kleiner

vakgebied. Nee, mensen gaan minder de diepte in; we laten ons sneller afleiden door nieuwe

ervaringen en nieuwe impulsen; we blijven meer aan de oppervlakte. Maar daarmee zijn we ook

wendbaarder. Het gaat ons om de beweging, om de opeenvolgende reeks van gebeurtenissen.8’

Meer en meer mensen vertonen een zappend gedrag en wisselen voortdurend van voorkeuren.

Waar we vroeger de verdieping zochten binnen een vakgebied om zo tot kennis en voorruitgang te

4 Arnoud Odding, Het disruptieve museum (Den Haag 2011) 83-84.

5 Arnoud Odding, Het disruptieve museum (Den Haag 2011) 90.

6 Rob Bruijnzeels ed., De bibliotheek anders bekeken 2 (z.p. 2007) 4-5.

7 Alessandro Baricco, I barbari ( De barbaren; Amsterdam 2010).

8 Arnoud Odding, Het disruptieve museum (Den Haag 2011) 72.

Page 7: De bibliotheek uit de kast! Een open collectie van betekenis en waarde

7

komen, blijven we nu juist aan de oppervlakte en maken we uitstapjes links en rechts naar andere

disciplines. We zappen dus, maar toch gaat het niet slechter met ons land dan vijftig jaar geleden.

Dat komt omdat we verbindingen leggen tussen de verschillende disciplines die we opzoeken, want

dat geeft ons nieuwe inzichten en nieuwe ideeën en leidt tot voorruitgang.

Ons zappend gedrag heeft ook te maken met onze korte spanningsboog om informatie op te nemen.

Als we al behoefte hebben aan diepgang en kwaliteit dan wordt deze overschreeuwd door de overal

aanwezige verleidingsindustrie. Maar ook de overvloed aan informatie speelt hierin een rol. Hoe

kunnen mensen uit het enorme aanbod nog een selectie maken van betekenisvolle informatie;

informatie die hun leven verrijkt en ondersteunt?9

Volgens mij niet in de huidige verschijningsvorm van de bibliotheek, want ook daar tref je die grote

overvloed aan informatie aan. Wandel een bibliotheek in en je ziet kasten vol met media, maar

zonder enige toegevoegde betekenis en waarde. Het materiaal is geordend volgens een vaststaand

systeem, dat het zoeken en vinden makkelijker maakt en dat orde geeft. Maar toegankelijkheid,

zoekgemak, vindbaarheid en onmiddellijke beschikbaarheid zijn passieve waarden en op grond van

die waarden alleen kan de bibliotheek niet overleven. Ze passen, naar mijn idee, niet meer bij de

belevingswereld van de jonge generatie.

Bovenstaande geeft aan dat we als bibliotheek ons zullen moeten aanpassen aan de veranderde

belevingswereld van de jonge generatie. Ik denk dat we onze collectie op een andere manier moeten

ontsluiten en presenteren; dat we rond thema’s nieuwe verbindingen moeten leggen tussen de

verschillende collectie-items en daarbij de link moeten leggen naar collecties buiten de bibliotheek,

zoals zij bijvoorbeeld te vinden zijn op youtube, muzieksites en geschiedenissites. Wanneer wij de

deelnemers betrekken bij dit proces zal de collectie voor hen waarde en betekenis krijgen.

Actief en individueel leren

Behalve dat die passieve waarden van verzamelen, ontsluiten en beschikbaar stellen niet aansluiten

op de belevingswereld van de nieuwe generatie, past zij ook niet meer bij de wijze waarop mensen

leren, informatie opnemen en verwerken tot kennis.

Eeuwen lang is leren gebaseerd geweest op het principe van boekenkennis, uit je hoofd leren en

proefwerken maken (passief en afhankelijk van een deskundige). Leren van kennis, theorieën en

modellen stond veelal voorop. Sinds de vorige eeuw is er echter een groeiende aandacht voor de

juist verschillende manieren waarop mensen individueel met informatie omgaan. Een belangrijk

werk in dit kader is de theorie van David Kolb over experiential learning uit 198410

. Kolb is een van de

eerste wetenschappers die ervaringsleren en de verschillende persoonlijke stijlen daarbinnen

onderzocht heeft. Floor Krooi, geeft in haar bijdrage ‘de Contextbibliotheek’ in het boek ‘Het Kan’

een korte samenvatting van de theorie van Kolb:

‘Kolb geeft een diepgaande analyse over alle aspecten die met kennis en het leerproces te maken

hebben Het uitgangspunt van deze analyse is dat leren een voortdurend proces is, dat zijn bron heeft

in allerhande ervaringen, waardoor mensen gevoelig zijn voor verschillende typen informatie en deze

op uiteenlopende manieren verwerken […]

Zo zijn er 4 typen leerstijlen uit de theorie van Kolb af te leiden: de Doener, de Dromer, de Beslisser en

de Denker. Waar de een zich bijvoorbeeld oriënteert door middel van verbeelding en gevoel (de

9 Rob Bruijnzeels ed., De bibliotheek anders bekeken 2 (z.p. 2007) 4-5.

10 David Kolb, Experiential learning. Experience as the source of learning and development (New Jersey 1984).

Page 8: De bibliotheek uit de kast! Een open collectie van betekenis en waarde

8

Dromer) is de ander veel meer gericht op het zoeken van kansen, het nemen van risico’s en actie (de

Doener).11

Deze theorie van Kolb is invloedrijk geweest in ons onderwijssysteem. Een groot deel van het

onderwijs heeft zich jaren geleden aangepast aan deze nieuwe inzichten in het leervermogen. Niet

langer staat er een docent als deskundige voor de klas, maar een docent die optreedt als deskundige

én begeleider/coach. Op de meeste scholen worden de leerlingen tegenwoordig aangesproken op

hun vaardigheden, competenties en ervaringen; het gaat in het onderwijs meer en meer om het

leerproces. Het zelf ontdekken staat centraal, waarbij de docent naast deskundige vooral optreedt

als begeleider van het leerproces. Dit ervaringsleren is behalve in het basis- en voortgezet onderwijs

ook breed geaccepteerd in het volwassenen onderwijs.

Naar mijn mening betekent deze theorie voor de bibliotheek dat we niet langer moeten optreden als

de informatiespecialist die haar bezoeker wel even uitlegt waar wat te vinden is en waarom dat voor

hem het juiste collectie-item is. Mensen willen advies, maar binnen dat advies willen ze zelf op hun

eigen manier kunnen ontdekken en ervaren wat zij belangrijk vinden. Zo ontwikkelt zich een

“persoonlijk profiel”. Waar de één zoveel mogelijk informatie wil hebben om op basis daarvan een

weloverwogen beslissing te nemen, zal de ander juist voldoende hebben aan korte samenvattingen

om maar zo snel mogelijk tot actie over te kunnen gaan.

Samenvattend

Voorgaande geeft aan dat de afgelopen twintig jaar technologische ontwikkelingen en

veranderingen van inzicht in ons leerproces onze samenleving drastisch veranderd hebben en dat

deze veranderingen van belang zijn voor de duurzame bibliotheek van de toekomst. De

netwerksamenleving heeft ervoor gezorgd dat mensen niet langer passief en afhankelijk van

deskundigen zijn. Door de komst van internet en de social media zijn mensen behalve gebruikers ook

actieve deelnemers geworden.

De verleidingsindustrie heeft gezorgd voor een andere manier van omgaan met informatie. We

blijven meer aan de oppervlakte en maken snel uitstapjes naar andere disciplines. We leggen

verbindingen tussen die verschillende disciplines wat ons nieuwe inzichten geeft. Hierin speelt ook

de overvloed aan informatie een belangrijke rol.

Als laatste zijn ook de verschillende persoonlijke leerstijlen (David Kolb, experiential learning)

bepalend voor de duurzaamheid van de bibliotheek. Niet langer kunnen we optreden als dé

informatiespecialist die haar bezoeker wel even uitlegt waar wat te vinden is en waarom dat voor

haar/hem het juiste collectie-item is. Mensen willen persoonlijk advies, maar binnen dat advies

willen ze op hun eigen manier kunnen ontdekken, ervaren en bepalen wat waarom voor hen

belangrijk is.

Musea en bibliotheken hebben bovenstaande veranderingen in de samenleving langs zich heen laten

gaan en moeten zich nu buigen over hun bestaansrecht, precies zoals Simon voor de museumwereld

dat aangeeft in haar boek ‘The participatory museum’:

How can cultural institutions reconnect with the public and demonstrate their value and relevance in

contemporary life?12

11

Floor Krooi, ‘De contextbibliotheek’ in: Rob Bruijnzeels ed., Het Kan = It can be done (Leidschendam 2010) 72-77, aldaar 74. 12

Nina Simon, The Participatory Museum (Santa Cruz: Museum 2.0, 2010), te raadplegen als webeditie op

http://www.participatorymuseum.org/read/

Page 9: De bibliotheek uit de kast! Een open collectie van betekenis en waarde

9

De bibliotheek uit de kast! We leven in een ‘snelle’ samenleving, we denken alles te snappen en begrijpen op basis van een

nieuwsbericht van vijf regels en een korte uitleg door een deskundige in het journaal. Maar is dat

mogelijk? Kun je zonder verdieping, zonder nuancering van een onderwerp een standpunt innemen

en dat ook meteen verwoorden? Toch lijkt dat heel gewoon in onze huidige ‘snelle’ gemedialiseerde

samenleving. Hoe vaak hoor je nog mensen zeggen ‘dat weet ik niet’ of ‘wat je nu zegt.. daar had ik

nog niet bij stil gestaan’. De alom aanwezige media hebben daarin een grote invloed, steeds op zoek

naar nieuwe spannende items en ervaringen.

Via de computer, smartphone of tablet heeft iedereen op elk moment en op elke locatie toegang tot

het internet en daarmee tot de bibliotheek. Informatie is er in overvloed. Het gaat niet langer om

het beschikbaar stellen, maar om het verwerven van kennis en inzicht. Daar kan de bibliotheek zich

in profileren. Door op thema collectieonderdelen te verbinden, te duiden en te contextualiseren kan

de bibliothecaris deelnemers prikkelen en verwonderen, tot nadenken aanzetten en in gesprek

brengen met zichzelf en elkaar.

Want hoewel internet iedereen een stem geeft en daarmee een prachtig democratisch instrument

is, geeft het ons tevens een overload aan informatie waardoor waarde en betekenisgeving kunnen

verdwijnen. Dit heeft, volgens mij, te maken met het feit dat de meeste mensen losse informatie,

denk aan filmpjes, foto’s, losse artikelen, produceren zonder deze in een context te plaatsen. De

schrijver P.F. Thomése geeft dit ook aan in een artikel in NRC Handelsblad:

‘De ultieme gelijkheid. One size fits all. Hoe stel je dan nog waarde en betekenis vast? Torrents,

streams. Het is er, je hoeft er maar in te stappen, en het beweegt. Het staat stil- en het beweegt,

maakt niet uit. Belangrijkheid en onbelangrijkheid worden inwisselbare begrippen’[…]

‘Op internet wordt de informatie alleen maar oud en nooit historisch. Dat komt omdat de context

ontbreekt. Het historische veronderstelt samenhang, waarin de feiten hun plaats vinden - zodat ze

eindelijk kunnen plaatsvinden. In cyberspace blijft alles, ondanks alle links en hyperlinks,

geïsoleerd.’13

Aan de verwerking en verrijking van informatie naar begrijpbare kennis en ervaringen is dus nog

altijd behoefte. En daarin kan de bibliotheek een hoofdrol spelen. Zij kan haar bibliothecarissen als

content curators laten optreden. Met content curators bedoel ik bibliothecarissen die zelf creëren,

die in staat zijn in de overvloed aan informatie die onderdelen bij elkaar te brengen waardoor een

zinvol verhaal ontstaat dat betekenisvol is voor mensen en dat door de gekozen selecties en

combinaties ook uitdagend en verrassend is.

Thema’s of onderwerpen plaatsen in een historische, geografische, politieke of culturele context om

zo begrip en betekenis te geven. De bibliothecaris kan dit door de enorme diversiteit van cultureel

bezit in de vorm van zijn collectie. Welke andere culturele of maatschappelijke instelling heeft alle

materialen bijeen waarin cultuur is neergelegd? De meeste instellingen zijn monomediaal; rijk in één

domein, inhoudelijk of qua vorm. De bibliotheek heeft materiaal uit alle vakgebieden, omdat iemand

het in een boek, een film, een muziekstuk, een gedicht of een artikel heeft vastgelegd. De

bibliothecaris kan deelnemers een culturele, maatschappelijke of politieke reflectie geven die alleen

in de bibliotheek mogelijk is.

13

P.F. Thomése, ‘Mijn reizen door cyberspace – over moderne vergetelheid’, NRC Handelsblad 8 oktober 2011

Page 10: De bibliotheek uit de kast! Een open collectie van betekenis en waarde

10

In mijn concept zie ik voor de bibliotheek een functie weggelegd om mensen bij elkaar te brengen en

bewustwordingsprocessen te creëren rondom maatschappelijke, culturele of politieke thema’s. Ik

denk dat bibliothecarissen moeten integreren en participeren in de maatschappelijke en culturele

communities (zowel digitaal als fysiek) die in hun directe omgeving actief zijn. Door deel te nemen

en nieuwsgierig te zijn, ontdekken zij wat er speelt en welke vragen en discussies er leven. Een mooi

voorbeeld is het Sinterklaasfeest van afgelopen jaar. Tijdens dit feest laaide de discussie rondom

‘Zwarte Piet’ weer op. Bij veel Surinaamse, Antilliaanse en Afrikaanse mensen in Nederland doet dit

zeer, voor hen is het een directe verwijzing naar de slavernij; een vorm van onverhuld racisme. Op

dat moment had de bibliotheek naar buiten kunnen treden, zeker in een stad als Amsterdam waar

alle culturen naast elkaar leven. Het was duidelijk dat de verschillende culturen elkaar niet begrepen.

De bibliotheek had en heeft de achtergrondinformatie om de verschillende meningen te duiden en

begrijpelijk te maken en had kunnen zorgen voor verdieping en nuancering en vervolgens de mensen

met elkaar in gesprek kunnen brengen. Juist bij beladen thema’s waar veel stakeholders bij

betrokken zijn, is de bibliotheek als publieke, openbare ruimte een neutrale plaats waar dergelijke

thema’s veilig behandeld kunnen worden. Misschien vereist het lef om ons zo op te stellen, maar het

geeft de bibliotheek wel een rol in de samenleving en de lokale gemeenschap.

En natuurlijk zijn er in de steden al plaatsen waar maatschappelijke, politieke of culturele thema’s

aan de orde komen, zoals De rode Hoed en De Balie in Amsterdam. Maar ik denk dat de bibliotheek

een aanvulling is op deze instellingen. Zij zorgen ook voor diepgang en nuancering, maar slechts op

een manier: het debat. Die vorm van diepgang werkt niet voor iedereen. Mensen zijn verschillend in

hun manier waarop ze informatie tot zich nemen, kennis verwerven en leren. De bibliotheek kan

door haar culturele rijkdom een thema uitdiepen en in een context plaatsen en zij kan door selectie

en combinaties van content verschillende invalshoeken laten zien. Deelnemers kunnen vervolgens

zelfstandig de informatie opnemen en kunnen ook zelf bepalen waar ze meer of minder aandacht

aan willen besteden. Als bibliotheek kunnen we hen helpen in hun reflectieproces en in het maken

van keuzes. Voor sommigen misschien wel een mooie opstap om daarna met anderen in debat te

gaan.

In deze tijd waarin iedereen zich als producent kan manifesteren kunnen we echter niet meer

uitgaan van onze ‘eigen’ collectie. Onze collectie maakt namelijk deel uit van een netwerk aan

collecties dat zich voortdurend vernieuwd. Voor een deel worden die nieuwe collecties

geproduceerd door professionals, maar voor een steeds groter deel door ‘professionele amateurs’.

Deze producenten van informatie en cultuur kunnen we niet negeren. Ik denk dat we hen aan ons

moeten verbinden door gebruik te maken van hun ervaringen en kennis.

Dit kan door als bibliotheek verbindingen te leggen naar door hen geproduceerde content op het

web, maar ook door professionals en professionele amateurs uit te nodigen om thema’s uit te

lichten, hun kennis en content (tijdelijk) verbindend met die van ons. En hopelijk leidt dat er toe dat

instellingen en mensen in de samenleving ook naar ons komen om hen te ondersteunen bij het

uitlichten van thema’s, omdat ze weten dat de bibliothecaris daarin een professional is; binnen de

beschikbare informatie selecties en combinaties kunnen maken van losse informatiebrokken,

waardoor een begrijpelijk verhaal ontstaat, geplaatst in een bepaalde context. Afhankelijk van het

thema en het doel kan de bibliothecaris mensen verwonderd, geïnspireerd, met meer begrip voor of

juist met nieuwe vragen laten vertrekken

Ik denk dat de bibliotheek zo echt het middelpunt in de samenleving kan zijn; een bibliotheek waar

mensen bijeen komen rondom gezamenlijke interesses, omdat zij voor kwaliteit, diepgang en

Page 11: De bibliotheek uit de kast! Een open collectie van betekenis en waarde

11

nuancering zorgt en waar deelnemers met elkaar en met de bibliotheek produceren, delen,

inspireren, creëren en leren. Een bibliotheek vóór en ván de mensen. Laurie L. Putnam formuleerde

dit in 2005 al op de volgende wijze:

‘Today we need people who can help us understand complexities. We need critical thinkers, people

who can see alternatives and appreciate different viewpoints. We need people who will validate their

sources and ask about relevance. We need well-posed questions more than simple answers, because

the answers aren’t simple anymore.’ […]

‘Every day we collect, assess, organize, and present information. But our work is really about

nurturing knowledge, old and new. Wherever we work, we create places where people can tap into

existing knowledge and find facts. But more importantly, we create environments where people are

encouraged to ask questions and to question answers, places where people are invited to explore

alternatives and find understanding, to seek answers that may lead to new questions and fresh ideas.

That is what the pursuit of knowledge is all about. In a complex world, we need people and places

that preserve our ability to seek and find both questions and answers. We need people and places

that can teach and inspire. Our world needs libraries and librarians, now more than ever.’14

Fysiek en Digitaal

Ik denk dat de bibliotheek in de toekomst ook nog een fysieke ruimte zal zijn. Want ondanks de

technologische vooruitgang, is het verlangen bij mensen elkaar fysiek te ontmoeten niet verminderd.

Ondanks de “home cinema’s” willen we nog steeds live aanwezig zijn bij concerten en

sportevenementen en gaan we nog steeds naar bioscoop en theater. De mogelijkheid nu thuis via

online tools zelfstandig te leren, jezelf verder te ontwikkelen en via de diverse social media erover

communiceren met andere deelnemers heeft niet het verlangen bij mensen weggenomen elkaar ook

fysiek te kunnen treffen om samen te leren, verdieping te zoeken en face to face de discussie met

elkaar aan te gaan. De digitale revolutie heeft in feite gezorgd dat we meer plekken nodig hebben

waar we elkaar fysiek kunnen ontmoeten rondom gezamenlijke interesses. Onze Library School is

hiervan een mooi voorbeeld, hoewel er een online community is opgezet waar we als studenten en

docenten een ruimte hadden om met elkaar in gesprek te gaan, elkaar tips en vragen te stellen,

werd dit niet zo gewaardeerd als de fysieke driedaagse bijeenkomsten die elk kwartaal

plaatsvonden. Wij vonden het als groep erg prettig vooral live met elkaar in discussie te gaan en

nieuwe kennis te creëren en dat gold zowel voor de jongeren als de ouderen in de groep. Voor mij

een reden om de bibliotheek van de toekomst ook als een fysieke ruimte te blijven zien.

In mijn concept zie ik de bibliotheek in de virtuele wereld integreren en participeren in de reeds

bestaande communities rondom diverse culturele, maatschappelijke en politieke thema’s. De

bibliothecaris kan als een onafhankelijk persoon deelnemen aan de gesprekken en discussies die er

spelen en door actief te luisteren achterhalen wat de behoefte van de groep is en hoe hij daar aan

kan bijdragen met zijn expertise; duiden van thema’s en onderwerpen, zorgen voor verschillende

invalshoeken en voor diepgang, kritisch zijn en deelnemers verrijken of ze inspireren en prikkelen.

Binnen een community is hij de verbindende factor die de kennis, ervaringen en content van de

deelnemers met elkaar verbindt, duidelijkheid schept in alle informatie die er rond gaat en zorgt

voor kwaliteit en meer diepgang en nuancering in het gesprek.

14

Laurie L. Putnam, ‘Making the world safe for questions: Why libraries and librarians are needed now more than ever’ in: Public Libraries

maart/april 2005. Raadpleegbaar via http://www.linkedin.com/in/laurieputnam

Page 12: De bibliotheek uit de kast! Een open collectie van betekenis en waarde

12

Daarnaast kan de bibliotheek, als de behoefte er is, ook zelf virtuele ontmoetingsplekken faciliteren

rond informatieve thema’s, belangstellingssferen en vakgebieden.

Een voorbeeld van zo’n virtuele ontmoetingsplaats is Goudanet (http://www.goudanet.nl): de

virtuele toegangspoort tot cultuurhistorisch Gouda. De bibliotheek heeft dit echter niet alleen

opgezet, maar in samenwerking met het Streekarchief Midden-Holland en MuseumgoudA. Een

virtueel netwerk waar mensen zijn uitgenodigd zelf content, kennis en ervaringen bij te dragen. De

bibliotheek geeft de deelnemers de rol van de professional, maar houdt wel de coördinatie van de

ontmoetingsplek in handen, om het levend te houden en de kwaliteit te waarborgen.

Een ander voorbeeld van een virtuele ontmoetingsplaats, waar mensen ook zelf content kunnen

bijdragen en gezien worden als een professional is het geheugen van oost. Geen bibliotheek is

betrokken bij dit project, maar het is een voorbeeld van een interactief netwerk waarbij een aantal

geschoolde vrijwilligers de coördinatie in handen hebben, om net als bij Goudanet het netwerk

levend te houden en de kwaliteit te waarborgen. (www.geheugenvanoost.nl)

In mijn concept ‘De bibliotheek uit de kast’ is de bibliotheek niet langer een (virtuele) plek waar

informatie gevonden en aangeboden wordt, maar is het vooral een plek waar deelnemers

individueel of in groepsverband verdieping en nuancering rondom thema’s kunnen vinden.

Ze kunnen kennis delen en brengen en gelijkgestemden ontmoeten. Met haar deelnemers zal de

bibliotheek tijdelijke collecties opbouwen en vormgeven om onderwerpen die spelen in de

samenleving in een bepaalde context te plaatsen, met als doel mensen te verwonderen, te

inspireren of met verschillende invalshoeken te laten kennismaken. Door gebruik te maken van de

social media kan de bibliotheek meer van haar deelnemers te weten komen en kan zij daardoor

meer en beter maatwerk leveren. Zij zal haar huidige mediamonologen moeten veranderen in

sociale dialogen.

Het faciliteren van virtuele en fysieke ontmoetingsplekken rond informatieve thema’s,

belangstellingssferen en vakgebieden zou onderdeel uit moeten maken van de rol die de bibliotheek

vervult. De bibliothecaris kan door zelf ook in deze groepen te participeren en in dialoog met de

deelnemers te gaan in de informatiebehoefte van de groep voorzien en hen helpen zich verder te

ontwikkelen.

Page 13: De bibliotheek uit de kast! Een open collectie van betekenis en waarde

13

Criteria waaraan een ontwerp moet

voldoen Het concept ‘De bibliotheek uit de kast’ is in verschillende ontwerpen uit te werken, zolang ze maar

voldoen aan een aantal ontwerpcriteria die uit het concept naar voren komen:

Participatief en verbindend

Zoals eerder aangegeven zullen we moeten veranderen van een ‘consumptiebibliotheek’ naar een

‘participatiebibliotheek’. De bibliotheek moet haar deelnemers aan zich binden, hun activiteiten,

ervaringen, inzichten en kennis onderdeel laten uitmaken van de content van de bibliotheek.

Daarvoor zullen we eerst moeten luisteren naar wat er speelt in de gemeenschap en daarin

participeren. Zo ontstaat een dialoog en kan de bibliotheek met haar collectie, content en kennis

helpen om thema’s die spelen te duiden en te nuanceren. Zij verbindt de meningen en ervaringen

van de deelnemers met haar eigen collectie en kennis en zorgt voor meer diepgang in het gesprek.

De bibliotheek als een deelnemer die de mensen en de content met elkaar verbindt en hen helpt in

het maken van keuzes en in hun reflectieproces.

(Co)-creatie

Door de veranderende waarde van autoriteit kunnen we niet langer blijven optreden als dé

informatiespecialist. Mensen zijn niet langer leken, door internet kunnen ze zelf hun informatie en

kennis organiseren, verspreiden en creëren. We moeten hen serieus nemen, hen laten optreden als

ervaringsdeskundigen en samen met hen nieuwe content en nieuwe kennis creëren.

Contextualiseren

We moeten uit de grote hoeveelheid informatie een selectie maken van betekenisvolle informatie;

informatie die het leven van mensen kan verrijken en ondersteunen. In deze tijd van culturele

overdaad, te veel informatie, te veel media, te veel boeken, te veel trends, te veel prikkels en

afleiding, zullen we de collectie op een andere manier moeten ontsluiten en presenteren.

De bibliotheek moet uit de kast! Door culturele of maatschappelijke thema’s in een bepaalde

context uit te lichten, kan zij haar collectie betekenis en waarde geven. Daarbij moet zij haar ‘eigen’

collectie koppelen aan de beschikbare kennis en content van de (amateur) professionals op internet.

Actief en individueel leren (verschillende leerstijlen)

De bibliotheek zal rekening moeten houden met de verschillende leerstijlen van mensen. Waar de

een zich het best oriënteert met teksten, kan de ander juist beter overweg met beeldmateriaal en

waar de een zoveel mogelijk informatie nodig heeft om op basis daarvan een goede keuze te kunnen

maken, zal de ander juist op gevoel en verbeelding een keuze maken.

In de bibliotheek van de toekomst kunnen we wel de verleidende of prikkelende schakel zijn en

kunnen we mensen persoonlijk advies geven, maar binnen dat advies moeten we hen zelf laten

ontdekken en ervaren wat waarom voor hen belangrijk is.

Toekomstbestendig

De duurzame bibliotheek moet zo flexibel zijn dat zij de steeds sneller opvolgende ontwikkelingen in

de samenleving kan opvangen. Door ons nu open te stellen, de deelnemers serieus te nemen, de

Page 14: De bibliotheek uit de kast! Een open collectie van betekenis en waarde

14

dialoog met hen aan te gaan en hen een rol als ‘deskundige’ te geven, zullen we de toekomstige

veranderingen makkelijker kunnen opnemen.

De noodzakelijke veranderingen en ontwerpcriteria voor mijn ontwerp, komen ook overeen met de

visie van de VOB commissie Digitale Bibliotheek. Zij geven aan dat er op een nieuwe manier naar de

samenleving gekeken moet worden en de dialoog met de deelnemers gezocht moet worden. Met

nieuwe uitgangspunten en met nieuwe vormen van waardecreatie in het achterhoofd gaat het er

om dat de bibliotheek voortdurend blijft onderzoeken en experimenteren:

‘Het betekent dat de Bibliotheek moet bouwen aan waardenetwerken: netwerken van

bibliotheekmedewerkers, externe experts en gebruikers. Mensen die hun persoonsgebonden kennis

toevoegen, permanent of incidenteel, en daarbij gebruik maken van de bronnen van de openbare

bibliotheek, beschikbare kennis op internet, hun eigen kennis en hun sociale netwerken.

Zo kan de bibliotheek van de toekomst zich ontwikkelen tot een kenniswerkplaats, een plek waar

gebruikers geprikkeld worden om nieuwe kennis te creëren, waar zij kunnen reflecteren op bestaande

kennis en kennis met anderen kunnen delen. Het gaat in de toekomstige bibliotheek niet alleen meer

om lenen, maar ook om delen: bronnen, kennis, wijsheid, ervaringen, samenhang, verhalen,

leesplezier’15

.

15

Interface: de bibliotheek in het digitale tijdperk. Visienotitie Commissie Digitale bibliotheek. VOB-commissie Digitale Bibliotheek (z.p.

oktober 2011), te raadplegen als pdf op http://www.debibliotheken.nl/fileadmin/documenten/pdf_digitaal/Interface-

Visiedocument_digitale_bibliotheek.pdf

Page 15: De bibliotheek uit de kast! Een open collectie van betekenis en waarde

15

Ontwerpen: de praktijk Op grond van bovengenoemde ontwerpcriteria werk ik mijn concept ‘De bibliotheek uit de kast’

gedetailleerd uit in een aantal voorbeeldontwerpen. Ik me daarbij gefocust op de fysieke

bibliotheek. Mijn ontwerp gaat uit van themaroutes/wandelingen door de bibliotheek waarbij de

mensen, afhankelijk van het doel, kennismaken met de brede collectie van de bibliotheek,

geïnspireerd worden of diepgang en nuancering vinden.

De wandelingen waarbij een onderwerp in een bepaalde context wordt gezet, halen

collectieonderdelen uit de kast en geven er betekenis en waarde aan. Tijdens de route ontvouwt zich

een verhaal dat mensen laat nadenken over het thema, hen antwoorden geeft en nieuwe kennis,

maar hen ook voor nieuwe dilemma’s en nieuwe vragen plaatst. Aan sommige wandelingen kan de

bibliotheek lezingen, debatten of workshops vastknopen, zodat deelnemers er met elkaar over in

gesprek kunnen gaan en nieuwe ervaringen en inzichten kunnen delen. De bibliotheek als de

verbindende factor in haar gemeenschap.

Moderne technologie in de vorm van tablets en smartphones maakt het mogelijk de routes kriskras

door de bibliotheek te laten lopen, los van enig ordeningsysteem. En door te werken met QR-codes

kunnen we onze collectie verbinden met informatie uit collecties te vinden op het internet.

Hieronder volgen een aantal voorbeelden themaroutes voor het onderwijs en voor de individuele

volwassenen.

Voortgezet onderwijs

Ik heb gekozen voor het onderwijs, omdat in Amsterdam van daaruit een concrete vraag ligt: ‘Hoe

kunnen leerlingen actief en op een inspirerende manier zelfstandig de fysieke bibliotheek én haar

content ontdekken?’.

Tot op dit moment biedt de bibliotheek leerlingen (12 – 16 jaar) alleen rondleidingen aan, waarbij zij

achter een bibliothecaris aanlopen door het gebouw: eenrichtingsverkeer en gericht op zenden. In

de praktijk is gebleken dat deze manier niet langer werkt. Allereerst is de rondleiding passief,

waardoor leerlingen zich gaan vervelen; ze nemen de informatie niet op en laten zich makkelijk en

snel afleiden. Daarnaast komt de collectie nauwelijks tot niet aan bod. Tijdens de rondleiding blijft

het bij wegwijs maken in brede zin; op welke afdeling vind je wat. En als laatste sluit het niet aan bij

de belevingswereld van de jongeren van nu en de manier waarop het huidige onderwijssysteem is

vormgegeven. Docenten hebben laten weten dat hun leerlingen niet geïnspireerd worden door deze

vorm van kennismaking; dat de bibliotheek zo geen betekenis of waarde voor hen heeft.

Om jongeren enthousiast te maken voor de bibliotheek én haar collectie zal ik in mijn ontwerp een

combinatie van interactiviteit, spel, creatie en participatie opnemen. De ontwerpcriteria zullen

daarbij leidend zijn. Aansluitend op de netwerkmaatschappij waar de jongeren zijn opgegroeid, zal ik

hen een actieve rol geven en laten participeren als deskundigen. Het mag dus niet alleen bij

inspireren blijven. Daarnaast moet het een ervaring voor hen zijn. Ze zijn opgegroeid in een wereld

waar de verleiding alom tegenwoordig is en hebben maar een korte spanningsboog. In mijn ontwerp

zal ik dat meenemen door te zorgen voor veel afwisseling en een combinatie van interactiviteit, spel

en creatie. Daarnaast moet het ontwerp passen bij elke leerling, onafhankelijk welke leerstijl hij of zij

heeft. Ik zal het ontwerp zo vormgeven dat de leerling zelfstandig op een actieve manier de collectie

leert ontdekken én verrijken; hij krijgt de kans zelf de collectie in een context te plaatsen door een

zelf gekozen thema uit te diepen, daarbij nieuwe verbindingen leggend tussen collectieonderdelen

Page 16: De bibliotheek uit de kast! Een open collectie van betekenis en waarde

16

gebruik makend van zijn eigen ervaringen en kennis. Het is zoals Krooi aangeeft in ‘De

Contextbibliotheek’ in ‘Het Kan’:

‘Het creëren van interactieve gebeurtenissen en ervaringen zijn belangrijke vereisten om een jongere

doelgroep enthousiast te maken voor de bibliotheek. De contextbibliotheek staat behalve voor het

aanbieden van verwant materiaal ook voor de combinatie van interactiviteit, ervaring, spel en

gebeurtenissen. De gebruiker creëert aan de hand van deze pijlers zelf, maar met de hulp van de

bibliotheek, de context. De bibliotheekgebruiker van de toekomst is niet alleen consument, maar ook

deskundige partner of informatiespecialist.16

In het ontwerp leg ik de nadruk op het lopen van de routes in de fysieke bibliotheek, omdat de vraag

vanuit het onderwijs aangeeft dat naast het ontdekken van collectie en content ook het ontdekken

van de bibliotheek als gebouw en haar mogelijkheden van belang is. Hieronder volgen nu twee

voorbeeldontwerpen.

Thematours als ontdekkingstochten

Bij binnenkomst in de bibliotheek krijgen de leerlingen per tweetal een tablet. Zij scannen een QR-

code en krijgen de keus uit een aantal routes die ze door de bibliotheek kunnen lopen, bijvoorbeeld

een romantische wandeling, een griezelwandeling, een literatuurinspiratie wandeling, een sportieve

wandeling of een kunstwandeling. Ze kiezen een route en via opdrachten leidt de tablet hen naar

het eerste item of plek in de bibliotheek die past in die route. Bij dit item scannen ze opnieuw een

QR-code en opent zich een pagina met informatie en aanraders rondom het item. De informatie kan

op verschillende manieren aangeboden worden: in de vorm van geluidsfragmenten,

videofragmenten, tekstfragmenten, foto’s of een game. Ook krijgen de leerlingen bij sommige items

en plekken in de bibliotheek een opdracht iets te doen of onderzoeken. De routes lopen niet lineair,

maar juist kriskras door het gebouw en de collectie. De SISO-indeling en de indeling in rubrieken is

geheel losgelaten. Omdat de routes niet lineair lopen, kruisen ze elkaar op zogenaamde

‘knooppunten’. Daar bevinden zich items die op de verschillende routes passen. Op zo’n knooppunt

kan de leerling besluiten over te stappen, de route ligt dus niet vast bij het moment van kiezen bij de

start. Er kan tijdens de wandeling geswitcht worden. Denk bijvoorbeeld aan de spannende route,

waar Harry Potter en de steen der Wijzen als item is opgenomen. Daar wordt het spel zwerkbal

uitgelicht, een belangrijk onderdeel in de Potter boeken. Dit item ligt echter ook in de sportieve

route. Hier kunnen de leerlingen dus switchen. De jongeren beslissen dus zelf hun ontdekkingsroute

door het gebouw en de collectie, waardoor een individuele ervaring tot stand komt die een extra

betekenis aan het bibliotheekbezoek toevoegt. Tussendoor kunnen de jongeren bij de verschillende

items ook zelf iets toevoegen als zij dat willen. Dit kan een eigen ervaring zijn, een aanrader voor een

boek, een tijdschrift artikel, een filmtrailer of muziekstuk dat verband houdt met het item.

Na afloop van de ontdekkingstocht komen de leerlingen samen met een aantal bibliothecarissen en

wordt hen om hun feedback gevraagd; wat hebben zij tijdens het lopen aan de verschillende items

toegevoegd? Wat hebben zij aan items gemist in de routes? Welke items zouden zij er uit willen

halen? De bibliothecarissen verzamelen deze feedback en passen de routes op basis daarvan aan. Dit

betekent dat de routes blijven veranderen, blijven prikkelen en inspireren.

Deze ontdekkingstochten geven de leerlingen de mogelijkheid op een actieve en inspirerende

manier zelfstandig de bibliotheek te ontdekken. Met een tablet in de hand worden ze door het

gebouw geleid rondom een thema waarbij ze op spelende wijze onze collectie en het gebouw leren

16

Floor Krooi, ‘De contextbibliotheek’ in: Rob Bruijnzeels ed., Het Kan = It can be done (Leidschendam 2010) 72-77, aldaar 75-76.

Page 17: De bibliotheek uit de kast! Een open collectie van betekenis en waarde

17

kennen. De knooppunten zorgen ervoor dat ze zelf hun route bepalen en de vragen en opdrachten

tussendoor betrekt hen actief in het spel.

Maar na hun ontdekkingstocht wil ik een stap verder gaan in het proces; ik plaats hen in de rol van

de professional, de bibliothecaris. Ik wil hen laten ervaren wat bibliotheekwerk inhoudt door hen

zelf een wandeling door de collectie en het gebouw te laten vormgeven onder begeleiding van

bibliothecarissen.

Ze beginnen met een redactievergadering: hoe willen zij de bibliotheek aan anderen laten zien en

rondom welk thema? Komen ze er niet uit, dan zullen de bibliothecarissen een aantal thema’s naar

voren brengen, denk hierbij aan op jongeren gerichte onderwerpen als, Filmsterren, Muziek,

Beroemd zijn, Dromen en Toekomst. Vervolgens laten we de leerlingen nadenken in welke context

ze het thema willen uitdiepen. Het is afhankelijk van het niveau van de leerlingen hoe diep je kan

gaan. Zo zal ‘de geschiedenis van de hiphop in Amsterdam’ moeilijker vorm te geven zijn dan

‘hiphop in Amsterdam’. Daarna kijken de jongeren welke items uit onze collectie daarbij passen en in

de route als highlights opgenomen kunnen worden. Bij elk collectieonderdeel mogen ze dan zelf

extra informatie zoeken in collecties buiten de bibliotheek, zoals youtube. Ze verbinden onze

collectie naar hun eigen wereld. Ze mogen daarbij gebruik maken van geluid-, film-, en

tekstfragmenten, van afbeeldingen, games en ook mogen ze er vragen of opdrachten omheen

bedenken. De leerlingen werken in duo’s bij het uitwerken van een item of plek in de bibliotheek die

als highlight dient. Aan het eind van de les ligt er een groot moodboard met daarop collectie-items

voorzien van extra informatie, aanraders en opdrachten rondom het door de klas gekozen thema.

Vervolgens zullen de bibliothecarissen deze route ook echt in de fysieke bibliotheek uitzetten, zodat

de leerlingen terug kunnen komen en hun route ook door vrienden en familie kunnen laten lopen.

Maar ook individuele deelnemers kunnen, als ze willen, de route gemaakt door een klas lopen.

Door leerlingen in de rol van bibliothecaris te plaatsen, hen te laten ‘spelen’ met de collectie binnen

een thema, verbindingen te laten maken naar voor hen betekenisvolle informatie op internet, krijgt

ook onze collectie waarde en betekenis voor hen.

Thematours rondom leesboeken

Naast bovenstaande algemene ontdekkingstochten door de bibliotheek en haar collectie, wil ik

scholen ook specifieke routes aanbieden rondom leesboeken. Docenten geven aan dat ze moeite

hebben leerlingen enthousiast te krijgen voor het lezen van boeken. In Amsterdam vragen met name

scholen voor VMBO de bibliotheek om projecten waarbij leerlingen van het eerste en tweede

leerjaar op een actieve manier in contact gebracht worden met voor hen geschikte boeken en

geprikkeld worden om ze ook echt te gaan lezen.

Ik denk dat een reis door de bibliotheek langs diverse leesboeken, waarbij de leerlingen zelfstandig

en op een speelse, interactieve manier kunnen kennismaken met geschikte boeken een manier is om

hen te prikkelen en enthousiast te maken.

In samenwerking met de scholen kunnen we een lijst maken van boeken die we in de route willen

opnemen. Bibliothecarissen zullen elk boek van extra informatie voorzien zoals een kort

luisterfragment uit het boek, een interview met de schrijver, een trailer van de film, een mening of

ervaring van een lezer, een boekverslag of recensie. Waar de jongeren willen, mogen ze ook zelf een

reactie achterlaten. Het zal voorkomen dat een leerling een boek gelezen heeft, hij kan zijn eigen

ervaring erbij plaatsen. Naast een algemene wandeling kunnen we ook aantal thema wandelingen

Page 18: De bibliotheek uit de kast! Een open collectie van betekenis en waarde

18

uitzetten. Bij deze tours draait het echter om de leesboeken; jongeren op een interactieve manier in

de bibliotheek laten kennismaken met leesboeken en hen te prikkelen ze ook te lezen.

Voorwaarde bij deze wandelingen is dat de leerlingen na het lopen van een route de mogelijkheid

krijgt de boeken te lenen of dat de groep een collectie van de boeken meekrijgt naar school. Ervaring

heeft geleerd dat je gebruik moet maken van het moment dat het enthousiasme is aangewakkerd.

Of we hiermee ook bereiken dat de leerlingen daadwerkelijk meer gaan lezen, kan pas achteraf

bekeken worden. Voordeel van deze wandelingen is wel dat ze ook te lopen zijn na schooltijd. Als

jongeren willen kunnen ze zo alle routes met leesboeken ontdekken.

Individuele deelnemers

Ook voor volwassen individuele deelnemers wil ontdekkingstochten door de bibliotheek uitzetten. Ik

denk dat velen van hen nog niet weten wat de bibliotheek aan culturele rijkdom in huis heeft. Een

groot deel van onze bezoekers komt voor het lenen van bepaalde materialen, kent de indeling van

de bibliotheek en gaan recht op hun doel af. Zijn er mogelijkheden om hen te prikkelen en verleiden

eens verder te kijken? En mensen die voor de eerste keer een bibliotheek binnenkomen, zien vooral

veel kasten en presentatietafels vol met boeken. Waar moeten zij beginnen? Kan ik hen zelfstandig

de bibliotheek en haar content laten ontdekken?

Een andere reden is dat de bibliotheek haar deelnemers serieus moet nemen en hen de

mogelijkheid moet geven te kunnen reageren. Ze willen niet alleen geïnformeerd en gevoed worden

in hun nieuwsgierigheid. Ze willen ook hun mening geven, discussiëren, delen en betekenis geven

aan datgene wat ze (online) doen en verzamelen. Hoe kan ik hen een actieve rol geven, betrekken bij

het bibliotheekwerk?

Als laatste wil ik voor hen een plaats zijn waar diepgang en nuancering te vinden is rondom

maatschappelijk thema’s die spelen in de samenleving. In de huidige ‘snelle’ gemedialiseerde

samenleving zijn er niet veel plaatsen waar je dit nog kan vinden en ik denk dat de bibliotheek bij

uitstek de plaats is waar je kwaliteit, verdieping en nuancering kan vinden.

Themaroutes als ontdekkingstocht

Ook voor individuele volwassenen kunnen we een interactieve route uitzetten rondom diverse

culturele thema’s om zo de diversiteit van ons cultureel bezit te laten zien. Ook voor deze groep

geldt dat we hen een actieve rol moeten geven. Want via internet en social media is het ook voor

deze groep mensen steeds gewoner geworden om niet slechts als bezoeker op te treden, maar ook

als actieve deelnemer. Je ziet dat ook de museumwereld daar meer en meer op inspeelt door de

deelnemers op een interactieve manier te laten kennismaken met hun collectie. Een voorbeeld van een uit te werken onderwerp is bijvoorbeeld het thema ‘spiritualiteit’. Veel

mensen zijn hierin geïnteresseerd wat onder andere duidelijk gemaakt wordt door de groei in

verkoopcijfers van spirituele boeken en tijdschriften als ‘Flow’ en ‘Happinez’17

. In samenwerking met

een vooraanstaand en bekend persoon binnen het vakgebied van de spiritualiteit kunnen

bibliothecarissen een route uitzetten, waarbij de deelnemers langs verschillende secties in de

bibliotheek komen; spiritualiteit in een boek over een kunstenaar, in gedichten, in een beleidsstuk,

in de natuurwetenschappen, in de sport, in film en muziek. De deelnemer krijgt zo een indruk van

onze brede en rijke collectie en sommigen zullen de bibliotheek in verwondering verlaten met een

heel ander beeld van het begrip spiritualiteit. Bij de verschillende items die de mensen tijdens hun

spirituele reis door de bibliotheek tegenkomen zijn verbindingen gemaakt met extra informatie

vanuit andere collecties op internet en worden aanraders gegeven naar verwant werk. Dit geeft de

deelnemer de kans zich wat verder te verdiepen in iets wat hem interesseert. Daarnaast krijgt hij de

17

http://nos.nl/op3/artikel/259889-spiriboeken-flink-in-de-lift.html [bezocht april 2012]

Page 19: De bibliotheek uit de kast! Een open collectie van betekenis en waarde

19

mogelijkheid informatie toe te voegen in de vorm van zijn eigen mening of ervaring en dit te delen

met andere mensen die de reis maken.

Spiritualiteit is één voorbeeld, maar de bibliothecarissen, zelf ook consument en producent, kunnen

ook binnen hun eigen interessesfeer een wandeling uitzetten waarbij deelnemers zelfstandig en op

een actieve manier kennis maken met diverse secties van de bibliotheek en waarbij soms ook voor

verwondering of diepgang en nuancering gezorgd kan worden.

Maatschappelijke thematours

De bibliotheek is als openbare, publieke ruimte een neutrale speler in haar gemeenschap. Met haar

uitgebreide collectie die zo goed als alle vakgebieden beslaat, kan zij maatschappelijke en/of

politieke thema’s uitlichten en voor diepgang en nuancering in de samenleving zorgen. De

bibliothecaris kan deelnemers een culturele, maatschappelijke of politieke reflectie geven die alleen

in de bibliotheek mogelijk is.

Een voorbeeld voor een uit te werken thema is ‘De Wallen in Amsterdam’. Al vele jaren is dit een

beladen onderwerp waarover de meningen in Amsterdam erg verschillen. Het gemeentebestuur is

van mening dat de Wallenbuurt een crimineel gebied is en hebben veel prostitutie en coffeeshops

gesloten en daarvoor in de plaats horeca en mode een plek te geven. De tegenstanders vinden de

Wallen echter een toeristische trekpleister en zien geen criminaliteit. Zij zijn bang dat de Wallen zijn

charme zal verliezen. In de bibliotheek kunnen we door onze grote collectie een route over de

Wallen in historische context uitzetten, waarbij we de wandeling eindigen met de verschillende

meningen en opvattingen die er vandaag zijn. Door de historische context kunnen we deelnemers

helpen in hun reflectieproces en in het maken van een keuze.

Binnen dit voorbeeld kan de bibliotheek nog een stap verder gaan. Zij kan op de Wallen bij huizen en

panden die belangrijk zijn geweest in haar geschiedenis of die in de afgelopen jaren van functie zijn

veranderd door toedoen van acties van de gemeente, ook QR-codes plaatsen. Je krijgt daar in het

kort nog wat extra informatie, informatie die betekenis heeft als je op de hoogte bent van de

historische context van het gebied.

Behalve de Wallen zijn er meer maatschappelijke thema’s die in spelen en die we als bibliotheek

kunnen aanpakken om uit te diepen en van verschillende kanten te belichten. Sommigen zullen in

verwarring gebracht worden en met vragen weg gaan, anderen zullen geholpen zijn in hun reflectie

en in het kiezen van een standpunt. In ieder geval verlaten de mensen ons niet met een leeg hoofd.

Op personen geïnspireerde tours

Met dit laatste voorbeeld wil ik mensen inspireren met onze collectie door bekende Amsterdammers

uit te nodigen en hen te vragen hun persoonlijke route door de bibliotheek uit te zetten: welke

media zijn van belang geweest in hun leven en waarom?

De Openbare Bibliotheek Amsterdam (OBA) kan als eerste Felix Rottenberg uitnodigen. Hij heeft de

eerste paal in de grond geslagen van de Centrale Bibliotheek Amsterdam. Hij heeft de directeur toen

gevraagd een plaats vrij te houden voor zijn fysieke collectie. Na zijn pensioen wil hij elke week in de

OBA zitten om mensen te vertellen over zijn collectie. Voordat het zover is, wil hij misschien mensen

wel laten kennismaken met werken die voor hem belangrijk zijn geweest in zijn leven, die hem

geïnspireerd hebben en tot bepaalde keuzes hebben gebracht; een levensverhaal vertelt met behulp

van onze collectie, waarbij voor de extra informatie weer verbindingen naar andere collecties gelegd

kunnen worden.

Page 20: De bibliotheek uit de kast! Een open collectie van betekenis en waarde

20

Na een maand kan de OBA een andere bekende Amsterdammer uitnodigen, bekend uit bijvoorbeeld

de muziekwereld, de kunstwereld of de sportwereld. Ik denk dat mensen geïnteresseerd zijn in wat

mensen heeft gemaakt tot wat ze zijn en zich daardoor graag willen laten inspireren. Deze

persoonlijke tours zijn een vorm waarin dat mogelijk is.

Mijn ontwerpen gebaseerd op het concept ‘De bibliotheek uit de kast’ zijn gericht op een bibliotheek

met een open systeem, waarbij bezoekers en experts uit andere vakgebieden uitgenodigd worden

zelfstandig of in samenwerking met bibliothecarissen collectieonderdelen met elkaar en met

collecties buiten de bibliotheek te verbinden om thema’s zo in een bepaalde context uit te lichten.

De mensen die de route lopen in de bibliotheek kunnen een reactie achterlaten in de vorm van

mening of ervaring rondom het werk of in de vorm van een tip voor een aanrader of extra

informatie. Ook kunnen ze de verschillende uitgelichte items met de extra informatie doorsturen

naar zichzelf, via social media buttons.

Afhankelijk van het thema en de behoefte, kunnen er lezingen, workshops of debatten aan een

wandeling gekoppeld worden vanuit de bibliotheek.

Page 21: De bibliotheek uit de kast! Een open collectie van betekenis en waarde

21

Techniek

In onderstaande tekst behandel ik de techniek die ik gebruik om de ontwerpen mogelijk te maken.

Tablet

In mijn concept maak ik voor het lopen van de routes in de fysieke bibliotheek gebruik van een tablet

waarmee de bezoekers zelfstandig de bibliotheek en haar collectie ontdekken. Deze technologie is

nodig, omdat het daardoor mogelijk is de bezoeker een op maat gemaakte ervaring te geven.

In plaats van tijdens het lopen van een route alleen items uit de bibliotheekcollectie tegen te komen

zonder extra informatie, maakt een tablet het mogelijk content van buiten in allerlei vormen (beeld,

geluid en tekst) aan het collectie-item toe te voegen. Door collectieonderdelen rond een thema in

een bepaalde context uit de kast te halen en hieraan extra informatie te verbinden, krijgt de collectie

meer betekenis en waarde.

Een andere reden waarom deze technologie een onderdeel van mijn concept is, is omdat het de

bezoeker mogelijk maakt direct feedback te geven bij de items die op een route liggen. Zij kunnen,

als ze willen, hun eigen mening of ervaring erbij plaatsen, maar mogen ook tips geven voor extra

informatie bij het item (trailers, muziekstukken, foto’s) of tips voor aanraders. Door gebruik te

maken van tablets kan op een makkelijke manier een dialoog met de bezoeker (interactie)

aangegaan worden.

De laatste reden voor de keuze van een tablet heeft te maken met het concept van individueel leren.

Door gebruik te maken van een tablet kan de extra informatie op verschillende manieren

aangeboden worden: in de vorm van film-, geluid-, of tekstfragmenten, in de vorm van een mini-

game, foto’s, afbeeldingen of vragen en opdrachten. De deelnemer kan de extra informatie

verwerken op de manier die het best bij hem past.

Wat betreft de doelgroep jongeren, sluit het gebruik van deze technologie ook aan op hun

belevingswereld; hun wereld van communiceren, informatie opzoeken en verwerken. Via computer

en smartphone zijn ze gewend de hele dag te kunnen communiceren en informatie te kunnen

zoeken. Uit onderzoek van Stichting Mijn Kind Online18

blijkt dat het omslagpunt van ‘gewone’

mobiele telefoon naar een smartphone bij 12 jaar ligt. Veel jongeren zijn dus de hele dag online via

computer en smartphone. Zij begrijpen hoe een tablet werkt en kennen de mogelijkheden ervan.

18

Stichting Mijn Kind Online, Hey, what’s app?: 8 – 18 jarigen en mobiele telefoons (z.p. maart 2012), te raadplegen als pdf op

http://www.mijnkindonline.nl/uploads/Rapport%20Mobiel%20Hey-whats-app.pdf

Page 22: De bibliotheek uit de kast! Een open collectie van betekenis en waarde

22

Met behulp van een dergelijk device zelfstandig en op een interactieve manier door de collectie van

de bibliotheek wandelen, informatie op verschillende manieren tot zich kunnen nemen en zelf

informatie toevoegen aan items, zal hen, zo is mijn aanname, meer aanspreken dan met behulp van

een pen en een werkboek de bibliotheek en haar collectie ontdekken.

Ik kies voor een tablet in tegenstelling tot een smartphone, omdat het een groter oppervlak heeft en

het dus makkelijker is om er informatie op te lezen of bekijken en de routes geven bij de

verschillende collectieonderdelen veel extra informatie in diverse vormen. Wanneer een route een

vervolg krijgt buiten de bibliotheek, zoals mogelijk is bij de wandeling van ‘De Wallen in Amsterdam’,

dan zullen mensen alleen van hun eigen device gebruik kunnen maken wat nu vaker een

smartphone dan een tablet zal zijn. De informatie die daar opgeroepen kan worden is echter

beknopt en niet zo veelomvattend als binnen de tour in de bibliotheek.

Voor de plaatsbepaling van de items

op de verschillende routes is het

gebruik van een tablet geen

vereiste. De items die op een route

horen, kunnen bijvoorbeeld ook

aangegeven worden met behulp van

gekleurde linten aan de kasten of

door het gebruik van gekleurde

pijlen op de grond. Om het volgende

item op de route te vinden kunnen

ze de pijlen op de grond volgen of de

linten in de kasten zoeken. Voor een

groot aantal kinderen zal het volgen

van de pijlen of het zoeken naar de

linten een leuk spelelement zijn

binnen het volgen van de tours,

maar geldt dit ook voor jongeren en volwassenen?

Hoewel niet noodzakelijk, is een tablet wel een meerwaarde in de plaatsbepaling. Het geeft je de

mogelijkheid op diverse manieren bij een ander item in de collectie te belanden. Zo kan je een

plattegrond van het gebouw, een foto of afbeelding van de specifieke plaats uploaden of een

opdracht geven waarvan het antwoord je naar de volgende plek brengt.

QR-code

Het concept ‘De bibliotheek uit de kast’ wordt mogelijk door naast het gebruik van een tablet,

gebruik te maken van QR-codes. QR staat voor Quick Response en is ooit, in 1994, ontwikkeld in

Japan. Een QR-code bestaat uit een vierkant blok met zwarte en witte blokjes erin, te vergelijken

met barcodes op winkelproducten. Maar in tegenstelling tot die barcodes, welke producten linken

naar een voorraaddatabase, linkt een QR-code naar een webpagina met online content. Met behulp

van QR-codes is het mogelijk digitale media (foto’s, tekst, video’s of geluid) aan fysieke objecten te

koppelen; de objecten dus van context te voorzien. De codes worden gelezen door een camera en

QR-code scanner (app) op een mobiel device, waardoor de link achter de QR-code geopend wordt.

Mijn inspiratie om te werken met QR komt uit de museumwereld. Musea zijn al een aantal jaren aan

het experimenteren met moderne technologieën om hun collectie op een andere manier te

Page 23: De bibliotheek uit de kast! Een open collectie van betekenis en waarde

23

ontsluiten en te presenteren. Ook zij experimenteren met het geven van context in diverse vormen

bij bestaande objecten. De ervaringen die zij hierbij hebben opgedaan zijn zeer relevant voor de

bibliotheek, omdat de bibliotheek net als musea met hetzelfde vraagstuk te maken heeft: hoe kan ik

van waarde blijven in de huidige samenleving? Wanneer het gaat om objecten binnen het museum,

wordt veel geëxperimenteerd met mobile devices en QR-codes19

.

Het grote voordeel van QR heeft vooral te maken met de plaatsbepaling. Binnen gebouwen is de

indoor positionering nog niet zo sterk ontwikkeld, waardoor je geen gebruik kan maken van een app

die op bepaalde GPS-coördinaten informatie weergeeft. Met het plaatsen van QR-codes kan je

binnen de bibliotheek wel een zekere positiebepaling verzekeren.

Voor de bibliotheek zit er nog een ander voordeel aan het gebruik van QR, zij zitten niet vast aan

collectie-items, maar staan of hangen nabij de betreffende items. Mochten collectie onderdelen,

opgenomen in een of meerdere routes, uitgeleend zijn, heeft dit geen nadelig effect op het lopen

van de route. Het item kan via het mobile device alsnog bekeken worden met alle extra informatie

eromheen. Daarbij worden bij de items ook aanraders gegeven, welke bezoekers, die de route lopen

in de fysieke bibliotheek, kunnen lezen, bekijken of beluisteren. Dit is ook het grote voordeel boven

het gebruik van RFID (Radio Frequency Identification) waarmee alle media in de bibliotheek zijn

voorzien. Als die technologie gebruikt zou worden voor plaatsbepaling en het oproepen van de extra

informatie bij de items op de route, vallen er gaten zodra de items zijn uitgeleend.

Een nadeel van het gebruik van QR om collectieonderdelen in een bepaalde context te presenteren,

is het feit dat de codes via bordjes zichtbaar gemaakt moeten worden. Wanneer er veel routes

ontwikkeld en actief zijn, zullen er veel QR-codes in de bibliotheek te zien zijn. Aangeven welke QR-

code bij welke route ligt, kan op basis van kleurcodes. Er zal echter gewaakt moeten worden voor

een overdaad aan codes, wat betekent dat er altijd maar een beperkt aantal routes actief kunnen

zijn.

Een belangrijke voorwaarde voor het kunnen inzetten van QR is een dekkende WIFI verbinding. Voor

het concept ‘De bibliotheek uit de kast’ moet van de hele collectie gebruik gemaakt kunnen worden.

19

http://www.linkedin.com/groups/Het-Brooklyn-Museum-heeft-interessaste-1160637.S.87851803?qid=ac658eba-374a-4de5-81cc-

d436f3361308&trk=group_items_see_more-0-b-ttl, http://www.museumnext.org/2010/blog/qr-codes-and-museums [bezocht april

2012]; http://www.prospective.nl/2011/05/09/museum-apps/ [bezocht april 2012]; http://www.childrensmuseum.org/blog/wikipedian-

in-residence/qr-codes-wikipedia-qrpedia [bezocht april 2012]; http://www.themobilists.com/2011/08/30/qr-codes-in-museums/ [bezocht

april 2012].

Page 24: De bibliotheek uit de kast! Een open collectie van betekenis en waarde

24

Bij het inzetten van QR zal dan in het hele gebouw een goed dekkende WIFI verbinding noodzakelijk

zijn. Dit is echter mogelijk met het aanleggen van voldoende WIFI punten.

Een laatste punt van aandacht bij het gebruik van QR is de bekendheid ervan. Sinds een jaar zie je

QR codes echter op steeds meer plaatsen opduiken: in tijdschriften, in kranten, op reclameposters

en abri’s, op producten et cetera. Overal waar het mogelijk is, lijken meer en meer bedrijven en

instellingen gebruik te maken van QR om het publiek naar een bepaalde website te lokken. Ook zijn

steeds meer tablets en smartphones uitgerust met een QR code scanner. Of mensen ook bereid zijn

om de QR code te scannen, hangt af van de informatie die vooraf wordt gegeven over het hoe en

waarom ervan en of de extra informatie inderdaad een meerwaarde biedt.

Op basis van bovenstaande wil ik voor mijn concept een applicatie laten ontwikkelen waarbij via een

tablet gebruik wordt gemaakt van extra content die gekoppeld is aan een QR-code. De applicatie

wordt aangevuld met een plattegrond die de bezoeker kan helpen om op interactieve wijze zijn

route door de bibliotheek en haar collectie te lopen. Om gebruik te kunnen maken van de QR-codes

moet het device voorzien zijn van camera, scansoftware en een internetverbinding en moet er in de

bibliotheek een dekkende Wifi verbinding zijn.

Sociale netwerken en social media

Bibliotheken maken al gebruik van deze online tools, maar benutten niet alle mogelijkheden ervan.

Zo vind je op de website van bijvoorbeeld de OBA een aantal blogs van medewerkers waar

bezoekers wellicht op willen reageren. De enige manier waarop dit nu mogelijk is, is door een mail

naar de schrijver te sturen. Dat is niet de manier om kennis te delen en een dialoog op gang te

brengen. Je zou direct op de pagina moeten kunnen reageren, te lezen voor iedereen, zodat de blog

gaat leven en betekenis krijgt. Hetzelfde zie je terug op facebook en twitter. Het wordt gebruikt om

informatie te zenden, als een extensie van de website, niet om een dialoog op gang te brengen.

Sinds kort heeft de bibliotheek ook digitale etalages rondom bepaalde thema’s. Ook hier draait het

nog steeds om informatie geven in plaats van de dialoog met de deelnemer aangaan. Er zijn op de

etalage geen mogelijkheden om reacties, tips, of ervaringen achter te laten, laat staan dat

deelnemers eigen content of collecties kunnen delen. Wel maken een aantal etalages al gebruik van

social media als facebook en twitter, waarnaar verwezen wordt. Dat is een begin, maar het staat nog

in de kinderschoenen. Er is nog geen sprake van levendige dialogen of discussies en opnieuw wordt

er vanuit de bibliothecaris die erachter zit vooral informatie gezonden. In tegenstelling tot Goudanet

en het geheugen van oost, waarnaar ik eerder heb verwezen, worden mensen niet uitgenodigd om

hun ervaringen en kennis te delen.

Of er behoefte is geweest aan de etalages rondom de thema’s die er nu zijn, vraag ik me af. Ik denk

dat het allereerst belangrijk is dat bibliothecarissen zich mengen in de reeds bestaande digitale

netwerken in hun gemeenschap en van daaruit laten zien wat zij kunnen bijdragen met hun collectie

en kennis. Dit betekent wel dat bibliothecarissen binnen hun werk de ruimte moeten krijgen actief

te zijn op verschillende netwerken. Alleen fysiek netwerken is niet langer voldoende. Door in die

netwerken te participeren komen ze ook achter de behoefte van de deelnemers en kan de

bibliotheek beter anticiperen.

Page 25: De bibliotheek uit de kast! Een open collectie van betekenis en waarde

25

Competenties bibliothecaris Als je kijkt naar de maatschappelijke en technologische ontwikkelingen van de afgelopen twintig jaar

zullen organisaties in de toekomst niet meer leidend zijn, maar participerend en faciliterend. In

zelfstandigheid of belang nemen zij steeds meer af ten gunste van netwerkverbanden. Zowel

deelnemers als bibliothecarissen zullen zich de participatie in onze dienstverlening toe-eigenen en

zijn beurtelings producent en consument. Gegroepeerd in sociale netwerken produceren

deelnemers en medewerkers nu al zelf producten en diensten met elkaar. Denk aan de bekende

voorbeelden als Spotify en Librarything. Voorbeelden die aangeven dat de bibliotheek niet langer ‘in

charge’ is op het gebied van informatie bemiddeling. Een deel van onze jonge medewerkers (digital

natives) maakt privé gebruik van sociale netwerken en social media, delen er informatie en

ontmoeten er elkaar. Op het werk komen ze echter in een heel andere omgeving dan zij verwachten.

Een top-down gerichte organisatie waar informatie beperkt is en afhankelijk van de positie in het

bedrijf. Het draait om het vergaren en behouden van kennis in plaats van om het delen van kennis.

De bibliotheek zal moeten transformeren van een hiërarchische naar binnen gekeerde en

aanbodgerichte organisatie naar een transparante, open omgeving waar bibliothecarissen en

deelnemers continu in verbinding staan met elkaar. Met elkaar kennis delen is niet langer een optie,

maar een vereiste om te kunnen overleven. Jonge professionals vanuit andere disciplines zouden de

bibliotheek hierin kunnen helpen. Opgegroeid in de netwerkmaatschappij zijn zij gewend om samen

te werken, kennis te delen, te leren en elkaar te verrijken.

Wil de bibliotheek nog een rol van betekenis blijven spelen in de samenleving dan zal zij zich moeten

openstellen en de dialoog met de deelnemers durven aangaan. Zij zal haar collectie moeten

openstellen rond thema’s die in de lokale gemeenschap spelen, zodat zij instellingen en individuele

deelnemers kan ondersteunen en samen met hen voor diepgang en nuancering kan zorgen. Dit

betekent voor de huidige bibliothecarissen een heel andere manier van werken en vraagt om andere

competenties en vaardigheden.

Voor het concept ‘De bibliotheek uit de kast’ zijn de volgende competenties noodzakelijk:

HBO denkniveau

Bibliothecarissen moeten naar buiten treden en volwaardig participeren in verschillende sociale

netwerken (in de wijk). Daarvoor is het een vereiste dat zij minimaal gelijkwaardig zijn aan de andere

deelnemers in die netwerken. Afhankelijk van het soort netwerk zullen dat ook professionals zoals

beleidsmakers, docenten en academisch geschoolde experts binnen hun eigen vakgebied zijn. Willen

we daar op strategisch of tactisch niveau contact mee leggen of mee samenwerken, hebben we

goed geschoolde mensen nodig.

Netwerker

De bibliotheek heeft mensen nodig die offline én online hun weg weten te vinden in de bestaande

communities in hun gemeenschap. Hierbij is nieuwsgierigheid een belangrijke eigenschap; actief

luisteren naar wat er speelt in de gemeenschap en daarin participeren. Zo ontstaat een dialoog

tussen bibliotheek en deelnemers. De bibliothecaris verbindt de meningen en ervaringen van de

deelnemers met haar eigen collectie en kennis en zorgt voor meer diepgang in het gesprek. De

bibliotheek als een deelnemer die de mensen en de content met elkaar verbindt en hen helpt in het

maken van keuzes en in hun reflectieproces.

Page 26: De bibliotheek uit de kast! Een open collectie van betekenis en waarde

26

Kenniswerker

De bibliothecaris moet de kennis, de nieuwsgierigheid en de ervaring hebben om informatie te

selecteren, te duiden en er zinvolle verbanden in aan te brengen, zodat het begrijpelijk en

hanteerbaar wordt voor onze deelnemers. Zij moeten thema’s kunnen duiden door ze in een

bepaalde context te plaatsen, soms om mensen te laten kennismaken met de culturele rijkdom van

de bibliotheek, soms om voor verdieping en nuancering te zorgen. Onze collectie, zowel digitaal als

fysiek, dient daarbij als de basis.

Daarnaast moet de bibliothecaris kritisch zijn en beschikken over onderscheidingsvermogen. Hij

moet die informatie naar voren kunnen halen die deelnemers nodig hebben om inzicht te krijgen in

bepaalde onderwerpen of om tot kennis te komen. Hiervoor moet hij vragen blijven stellen om de

deelnemers scherp te houden.

Inzicht en ervaring met social media

De bibliotheek zal in de toekomst veel meer gebruik moeten maken van social media met het doel

van mediamonologen sociale dialogen te maken. Sociale netwerken en social media zijn een

onderdeel van het leven van mensen geworden, dit geldt vooral voor de jongeren in de samenleving.

Om de verbindende factor in de gemeenschap te blijven, moeten we ook online actief zijn in de

bestaande communities. Het is daarom van belang dat bibliothecarissen vaardig zijn in het gebruik

van deze tools.

Didactische vaardigheden

De bibliothecarissen die binnen het concept met educatieve instellingen aan het werk gaan, moeten

beschikken over de grondbeginselen van didactiek en moeten deze kunnen toepassen. Zij moeten

diverse groepen kunnen motiveren en uitdagen het beste uit zich zelf te halen; hen stimuleren

verder te zoeken, vragen te stellen en antwoorden ter discussie te stellen.

‘De bibliotheek uit de kast’ heeft dus mensen nodig met een HBO denkniveau en uitstekende

zoekvaardigheden die creatief met onze collectie kunnen omgaan en deze buiten onze ‘muren’

kunnen verbinden met de daar aanwezige kennis en content. Niet elke bibliothecaris zal alle

bovengenoemde competenties en vaardigheden in zich hebben, maar dat is ook niet noodzakelijk.

De bibliotheek kan medewerkers met verschillende vaardigheden aan elkaar koppelen, zodat ze

elkaar aanvullen en versterken. De kennis van de collectie, de (levens)ervaring en inzichten van de

één combineren met de didactische of social media vaardigheden van de ander. Hierdoor vullen

bibliothecarissen elkaar niet alleen aan, maar leren ze ook van elkaar.

Page 27: De bibliotheek uit de kast! Een open collectie van betekenis en waarde

27

Veranderingen organisatiecultuur OBA Omdat de digitale ontwikkelingen een sneltreinvaart hebben genomen op het gebied van

communicatie en informatie (ons product) en wij onze monopoliepositie echt verloren zijn, zijn we

gedwongen opnieuw te kijken naar onze organisatiestructuur en na te denken over onze cultuur. Het

is nu noodzakelijk dat de subculturen binnen de bibliotheek elkaar gaan vinden, zodat we als één

OBA gaan nadenken over de toekomst en de veranderingen en innovaties die nodig zijn om onze

maatschappelijke waarde te bewijzen en te kunnen overleven.

Om op een open manier met onze collectie en kennis om te gaan, om deze te durven delen met

deelnemers, om deze in te zetten voor de gemeenschap en deelnemers hierin te laten participeren,

zullen we eerst van binnenuit moeten veranderen. Dit is eveneens noodzakelijk willen we jonge

professionals aan ons binden.

Als bibliotheek zouden we een sociaal intern interactief netwerk moeten hebben. Als je iets niet

weet, niet begrijpt (dit geldt voor medewerkers op elk niveau in de organisatie) dan vraag je het

netwerk om raad. Via het netwerk komt kennis van medewerkers beschikbaar en neemt de

productiviteit toe. Zo komt kennis los te staan van de positie die iemand inneemt in de organisatie

en kunnen mensen makkelijker laten zien waar hun interesse ligt en waar ze goed in zijn.

Onze hiërarchische structuren moeten vervangen worden door een netwerkstructuur, waarbinnen

zoveel mogelijk informatie van het bedrijf voor iedereen vrij beschikbaar is en waarin je bekend

raakt met elkaars werkzaamheden, expertise en interesses. Deze transparantie geeft collega’s de

kans mee te denken en mee te groeien; je weet wat er speelt in je organisatie, waaraan gewerkt

wordt, waarover nagedacht wordt en je kan meedenken en je eigen kennis delen en verder tot

ontwikkeling brengen.

Op dit moment zijn we nog een hiërarchische, top-down gerichte organisatie (iets dat heel goed

heeft gewerkt in het industriële tijdperk); informatie en kennis in de top, hoe hoger je positie hoe

meer je te weten komt. We weten niet van mensen buiten onze eigen afdeling waar ze mee bezig

zijn. Het communicatiekanaal is de ‘functionele’ lijn: de afdelingshoofdenvergaderingen en de

werkoverleggen waar door de leidinggevende gefilterd informatie wordt gegeven. Daarnaast een

intranet en een intern personeelsblad, die beide niet interactief zijn. Om medewerkers zich

verbonden te laten voelen met de bibliotheek is meer openheid en interactie nodig. De bibliotheek

heeft zelf de omslag van informatie naar dialoog, kenmerkend voor de informatierevolutie, nog niet

gemaakt. Er wordt nog steeds veel energie besteed aan ‘zenden’ en ‘top-down-informatie’: de

oorspronkelijke functie van het aanschaffen, ontsluiten en aanbieden van informatie. Het beleid met

betrekking tot het inzetten van social media gebeurt in de OBA nog steeds vanuit de idee dat

informatiestromen beheersbaar zijn.

Laat iedereen in het bedrijf meedenken over het beleid, over te behalen doelstellingen, over nieuwe

producten en diensten. Maak van het intranet een sociaal interactief netwerk, waarbij medewerkers

aangeven wie ze zijn, wat ze doen in de bibliotheek, waar hun interesses en krachten liggen (ook

buiten het werk vanuit de gedachte dat medewerkers ook consumenten en producenten zijn) en

waar ze op dit moment aan werken. Stel er dilemma’s aan de orde, stel er vragen en nodig mensen

uit als je ergens niet uitkomt. Zo krijgen de medewerkers de kans mee te denken en mee te werken

aan de doelstellingen van de bibliotheek en zich werkelijk met de bibliotheek te verbinden. Ook

komen de verschillende talenten van medewerkers naar boven, welke in de toekomst daarop gericht

aangesproken kunnen worden. Kortom een intranet waarin kennis gedeeld wordt, waar we blijven

leren en elkaar verrijken en wat naar mijn mening het bedrijf krachtiger en efficiënter zal maken.

Page 28: De bibliotheek uit de kast! Een open collectie van betekenis en waarde

28

Om het concept ‘De bibliotheek uit de kast’ in de OBA tot leven te roepen kan de OBA met

projectteams rondom de verschillende themaroutes werken. Projectmatig creëren bevordert

namelijk niet alleen de efficiency in een organisatie en de persoonlijke groei van medewerkers, het

legt ook dwarsverbindingen tussen functionarissen en afdelingen en vergroot het blikveld en de

betrokkenheid van medewerkers. Bovendien is het een manier om schotten tussen afdelingen weg

te nemen. Het maakt de organisatie horizontaler.

Er moet dan wel gezorgd worden voor een brede samenstelling van de projectgroepen en er moet

gebruik gemaakt worden van een intranet waar het verloop van het proces te volgen is, maar waar

ook, wanneer nodig, input gevraagd wordt aan anderen. Zo versterkt zij het ‘wij’-gevoel binnen een

organisatie en daarmee ook de betrokkenheid op het totaal. Daardoor zullen de themaroutes beter

functioneren en gedragen worden door de gehele organisatie. Projectmatig werken (creëren) kan

dus bijdragen aan het tot stand komen van ‘De bibliotheek uit de kast’.

De OBA heeft al een begin gemaakt met het werken in projectteams en probeert deze werkvorm in

de organisatie te implementeren. Tot nu toe verloopt dit echter met wisselend succes. Deze

werkvorm kan als veranderingsmechanisme ingezet worden om een cultuurverandering tot stand te

brengen. Voorwaarde is dan wel dat de directie meer vertrouwen aan medewerkers geeft,

bevoegdheden delegeert en innovatie borgt in het beleid, zodat innovatieve thema’s, veranderingen

en vernieuwingen structureel via projectteams aangepakt kunnen worden en ook door de

medewerkers geadapteerd kunnen worden. Voorwaarde is ook oude patronen durven loslaten. De

vorm van leidinggeven veranderd: niet langer directief en sturend, maar procesbegeleidend en

coachend. De directie bevordert individueel initiatief en vrijheid van handelen door vertrouwen te

geven aan medewerkers. Vrijheid van handelen op basis van vertrouwen is nodig om invulling te

kunnen geven aan het concept ‘De bibliotheek uit de kast’.

Uit een onderzoek dat ik heb gedaan onder 34 medewerkers van de OBA is naar voren gekomen dat

de wil tot verandering aanwezig is. Dit onderzoek heb ik uitgevoerd met gebruikmaking van het

Organizational Cultural Assessment Instrument (OCAI). Zowel de leidinggevenden, de medewerkers

Innovatie & Informatie als de bibliothecarissen geven aan dat willen we de toekomst overleven onze

cultuur moet opschuiven van een sterk hiërarchische cultuur naar een adhocratiecultuur; een

cultuur die gericht is op externe positionering, gekoppeld aan een grote mate van flexibiliteit en

individualiteit. Zij willen dus wel vernieuwen, maar in de praktijk komt het er in onvoldoende mate

uit. Zij spreken teveel dezelfde taal en er zijn teveel vastgeroeste codes onderling ontstaan. Ik denk

dat nieuwe input (jonge professionals) van buiten noodzakelijk is om de gewenste veranderingen te

bewerkstelligen, oude patronen los te laten en vanzelfsprekendheden bespreekbaar maken. Door

onze dominante cultuur zal het niet eenvoudig zijn deze nieuwe mensen binnen te halen en te

houden. Toch is noodzakelijk, want alleen zo kunnen we nieuwe ‘voorbeeldfiguren’ krijgen. Dit alles

geldt dus ook voor het management en de leidinggevenden, die samen al heel lang op dezelfde

positie zitten. Kunnen die nog voldoende opschuiven zonder nieuwe mensen van buitenaf? Jonge

professionals in het management kunnen de voordelen van het nieuwe werken laten zien en wellicht

de andere leidinggevenden prikkelen om hun leiderschapsstijl aan de nieuwe tijd aan te passen.

Wil de OBA erin slagen op te schuiven naar een innovatieve en op samenwerking, interactie en

participatie gerichte cultuur, dan zal zij nu actie moeten ondernemen. Bovenstaande geeft een

schatting van de veranderingsmogelijkheden van de OBA cultuur en de veranderingsmechanismen

die naar mijn idee bruikbaar zijn in deze fase. Door een aantal van deze mechanismen in te zetten

Page 29: De bibliotheek uit de kast! Een open collectie van betekenis en waarde

29

kan de OBA haar sterke hiërarchische cultuur verschuiven naar een meer op adhocratie gerichte

cultuur.

Page 30: De bibliotheek uit de kast! Een open collectie van betekenis en waarde

30

Inspiratie voor concept Veel inspiratie heb ik gehaald uit de voorbeelden van activiteiten die het Denver Art Museum de

afgelopen jaren ontwikkeld hebben voor jong volwassenen20

. Al deze activiteiten, gebaseerd op

participatie en co-creatie, hebben tot doel om deze jong volwassenen (19 – 35 jaar) aan zich te

binden; een relatie op te bouwen met deze mensen.

Een van de activiteiten die zij daar hebben ontwikkeld, zijn de Detours; experts uit andere

vakgebieden, zoals musici, filosofen, koks et cetera geven een tour in het museum langs zelf gekozen

collectiestukken, waarbij ze de bezoekers vertellen wat de stukken voor hen betekenen en waarom.

Dit levert onverwachte verbindingen binnen de collectie en verrassende context op, waardoor weer

gesprekken ontstaan tussen de bezoekers en makers van de tours.

De inspiratie voor mijn concept komt ook van ‘The Great Bear’: een lithograph gemaakt door Simon

Patterson in 1992. Op het eerste gezicht lijkt het werk op de plattegrond van de ondergrondse van

London, maar Patterson heeft de namen van de lijnen en stations veranderd. Elke lijn representeert

een groep mensen, zoals voetballers, filosofen, acteurs en wetenschappers21

.

Simon Patterson

'The Great Bear' (detail)

lithograph (edition of 50) 1109x135cm

1992

Een aantal jaren geleden hebben de mensen van The Guardian’s Culture Vulture deze plattegrond

gebruikt om de verschillende muziekstromingen en verbanden tussen die stromingen (via

muzikanten) van de afgelopen 100 jaar in kaart te brengen22

.

Wat mij geïnspireerd heeft voor het ontwikkelen van mijn concept, is dat op de knooppunten, daar

waar verschillende lijnen elkaar kruisen, muzikanten genoemd staan die passen binnen de

muziekstromingen die elkaar kruisen. Ik zie dit als een manier om mensen te inspireren en te

stimuleren eens een andere kant op te kijken of een andere wending te nemen.

20

Creativity, community, and a dash of the unexpected: adventures in engaging young adult audiences. Denver Art Museum (Denver

2011), te raadplegen als pdf op http://denverartmuseum.org/files/File/final%20report%20to%20the%20field%201.16.2012_final.pdf 21

http://en.wikipedia.org/wiki/The_Great_Bear_(lithograph) [bezocht april 2012] 22

http://blogs.guardian.co.uk/culturevulture/archives/2006/02/03/going_underground.html [bezocht april 2012]

Page 31: De bibliotheek uit de kast! Een open collectie van betekenis en waarde

31

Dorian Lynskey (The

Guardian)

the tube map of music

2006

Een ander inspiratiebron is het fietsknooppunten netwerk in Nederland. Dit netwerk geeft mensen

de mogelijkheid om vooraf zelf hun fietsroutes uit te stippelen, zonder daar aan vast te zitten.

Eenmaal op de fiets, kan je eenvoudig je route aanpassen.

De scriptie ‘Bibliotheek in context: een interdisciplinair onderzoek naar de ontwikkelingen in het

bibliotheekwezen23

’ is belangrijk geweest bij het uitwerken van de ontwerpen. In de scriptie wordt

aangegeven hoe nieuwe technologieën het mogelijk maken de collectie op een heel andere manier

te doorzoeken en van context te voorzien. Binnen thema-arrangementen worden verschillende

collectie-items aan elkaar verbonden, waarbij elk item van context wordt voorzien. Dit is mogelijk

door gebruik te maken van een Personal Digital Assistant (PDA’s). Door het gebruik van de PDA’s kan

23

Floor Krooi, De bibliotheek in context: een interdisciplinair onderzoek in het bibliotheekwezen (Scriptie Cultuurwetenschappen,

Maastricht 2005).

Page 32: De bibliotheek uit de kast! Een open collectie van betekenis en waarde

32

de extra informatie in verschillende vormen aan het kind overgebracht worden waardoor ook

rekening gehouden wordt met de verschillende leerstijlen die kinderen hebben.

Naast bovenstaande inspiratiebronnen, zijn alle artikelen en boeken die ik heb gelezen en zijn

opgenomen in de literatuurlijst een grote inspiratiebron geweest om het concept uit te denken en

vorm te geven. Daarnaast zijn er nog een aantal werken die ik niet aangehaald heb ik dit stuk, maar

die mij wel geïnspireerd hebben, zoals artikelen van http://delicious.com/LibraryFutures

Maar naast sites, artikelen en boeken, zijn het de collega’s en vrienden geweest die voor de

inspiratie hebben gezorgd. Door hun kritische houding, vragen, ervaringen en inzichten werd ik

scherp gehouden.

Page 33: De bibliotheek uit de kast! Een open collectie van betekenis en waarde

33

Afsluiting De bibliotheek is niet langer een autoriteit op het gebied van informatiebemiddeling. Niet langer is

de bibliothecaris de specialist. Tegenwoordig kan iedereen een kenniswerker zijn. Via internet en

social media is het voor mensen steeds gewoner geworden om niet slechts als bezoeker op te

treden, maar ook als actieve deelnemer. De juiste verbindingen leggen, context creëren rondom de

losse informatiebrokken, het duiden van de informatie in samenwerking met deelnemers, daar ligt

onze nieuwe kracht en professie. In de gemeenschap online en offline aanwezig zijn, nieuwsgierig

zijn, wat speelt er, wat zijn de vragen, hoe kan ik daaraan meer waarde toevoegen. Een kritische

houding om mensen te prikkelen, na te laten denken en zich verder te laten ontwikkelen.

In online sociale netwerken hebben mensen de mogelijkheid een nieuwe betekenis te geven aan

informatie, kennis en creativiteit. Nu informatie, kennis en creativiteit vrij beschikbaar zijn, leidt dat

tot een kanteling van de klassieke, hiërarchische machtspiramide. De informatie die nodig is voor het

ontwikkelen van kennis komt binnen handbereik van iedereen die er gebruik van wil maken. Aan de

verwerking en verrijking van informatie naar begrijpbare kennis en ervaringen blijft echter altijd een

behoefte bestaan.

Voorwaarde voor een nieuwe toekomst van de bibliotheek is het laten vallen van oude patronen,

anders kunnen we geen start maken met het verder tot ontwikkeling brengen van het nieuwe

bibliotheekproces. Het gaat al lang niet meer om schaarste, consumptie, producten en

voorschrijven, maar om overvloed, co – creatie, participatie, delen en verrijken, processen en

toerusten (organiseren van interactie en verbindingen leggen): van informatiemakelaar naar

netwerkspeler. Bezit zal verdwijnen, steeds meer mensen werken in the cloud. Kennisdelen en

elkaar verrijken zal belangrijker worden, het zal niet meer gaan om het individuele proces, maar om

het groepsproces.

Willen we daarin een rol spelen, zullen we ons niet als een autoriteit moeten opstellen, maar als

kenniswerkers met onderscheidingsvermogen, een kritische en nieuwsgierige blik, vragen stellend,

helpend bij het duiden en contextualiseren van losse informatie. Samen met individuen en groepen

van individuen informatie omzetten naar kennis en wie weet wijsheid?

Kijken naar onze visie, welke vaardigheden hebben bibliothecarissen nodig, welke prikkels zijn er om

hen te stimuleren, welke (technologische) middelen om hen te ondersteunen en hoe gaan we het in

de praktijk vormgeven/aanpakken.

Met een open opstelling, waarbij we deelnemers en medewerkers serieus nemen, de dialoog met

hen aan gaan en hen een rol als ervaringsdeskundige geven, zullen we in staat zijn weer een rol van

betekenis te gaan spelen in de samenleving. We moeten ophouden met zenden en een start maken

met actief luisteren, interactief communiceren en kennis delen. Niet alleen online, maar ook offline!

Juist de digitale revolutie, waardoor we zo makkelijk met elkaar in contact kunnen komen en

informatie kunnen delen, heeft ervoor gezorgd dat we meer plekken nodig hebben waar we elkaar

fysiek kunnen ontmoeten rondom gezamenlijke interesses.

Page 34: De bibliotheek uit de kast! Een open collectie van betekenis en waarde

34

Lijst van geraadpleegde literatuur

Baricco, Alessandro, I barbari ( De barbaren; Amsterdam 2010).

Bruijnzeels, Rob, ed., De bibliotheek anders bekeken 2 (z.p. 2007).

Creativity, community, and a dash of the unexpected: adventures in engaging young adult audiences.

Denver Art Museum (Denver 2011), te raadplegen als pdf op

http://denverartmuseum.org/files/File/final%20report%20to%20the%20field%201.16.2012_final.pd

f

Kolb, David, Experiential learning. Experience as the source of learning and development (New Jersey

1984).

Krooi, Floor, De bibliotheek in context: een interdisciplinair onderzoek in het bibliotheekwezen

(Scriptie Cultuurwetenschappen, Maastricht 2005).

Krooi, Floor, ‘De contextbibliotheek’ in: Rob Bruijnzeels ed., Het Kan = It can be done (Leidschendam

2010) 72-77.

Odding, Arnoud, Het disruptieve museum (Den Haag 2011).

Putnam Laurie L., ‘Making the world safe for questions: Why libraries and librarians are needed now

more than ever’ in: Public Libraries maart/april 2005. Raadpleegbaar via

http://www.linkedin.com/in/laurieputnam

Simon, Nina, The Participatory Museum (Santa Cruz: Museum 2.0, 2010), te raadplegen als webeditie

op http://www.participatorymuseum.org/read/

Stichting Mijn Kind Online, Hey, what’s app?: 8 – 18 jarigen en mobiele telefoons (z.p. maart 2012),

te raadplegen als pdf op http://www.mijnkindonline.nl/uploads/Rapport%20Mobiel%20Hey-whats-

app.pdf

Thomése, P.F., ‘Mijn reizen door cyberspace – over moderne vergetelheid’ in: NRC Handelsblad 8

oktober 2011

VOB-commissie Digitale Bibliotheek, Interface: de bibliotheek in het digitale tijdperk. Visienotitie

Commissie Digitale bibliotheek (z.p. oktober 2011), te raadplegen als pdf op

http://www.debibliotheken.nl/nc/actueel/items/article/visiedocument-digitale-bibliotheek.html

Page 35: De bibliotheek uit de kast! Een open collectie van betekenis en waarde

35

Lijst van geraadpleegde websites

http://blogs.guardian.co.uk/culturevulture/archives/2006/02/03/going_underground.html [bezocht

april 2012]

http://en.wikipedia.org/wiki/The_Great_Bear_(lithograph) [bezocht april 2012]

http://nos.nl/op3/artikel/259889-spiriboeken-flink-in-de-lift.html [bezocht april 2012]

http://www.childrensmuseum.org/blog/wikipedian-in-residence/qr-codes-wikipedia-qrpedia

[bezocht april 2012]

http://www.linkedin.com/groups/Het-Brooklyn-Museum-heeft-interessaste-

1160637.S.87851803?qid=ac658eba-374a-4de5-81cc-d436f3361308&trk=group_items_see_more-0-

b-ttl, http://www.museumnext.org/2010/blog/qr-codes-and-museums [bezocht april 2012]

http://www.prospective.nl/2011/05/09/museum-apps/ [bezocht april 2012]

http://www.themobilists.com/2011/08/30/qr-codes-in-museums/ [bezocht april 2012]