De Andere Kant van het Front

60
BEZETTING SCHUWE MAANDAG MEDISCH OPEN WONDEN SPIONAGE CODENAAM LAURA ONTSPANNING BROOD EN SPELEN WEDEROPBOUW STEEN VOOR STEEN over leven in bezet gebied 14 14 18 18 DE ANDERE KANT VAN HET FRONT

description

In dit WO I magazine, een hebbeding met een schat aan verhalen, beelden, cijfers en feiten, kan je extra informatie over WO I in de Leiestreek en BIE regio vinden. Ook gratis af te halen bij de diensten voor toerisme in de Leiestreek.

Transcript of De Andere Kant van het Front

Page 1: De Andere Kant van het Front

BEZETTING

SCHUWE MAANDAG

MEDISCH

OPEN WONDEN

SPIONAGE

CODENAAM LAURA

ONTSPANNING

BROOD EN SPELEN

WEDEROPBOUW

STEEN VOOR STEEN

over leven in bezet gebied

14141818DE ANDEREKANT VANHET FRONT

Page 2: De Andere Kant van het Front

2

IN VERHALEN OVER DE EERSTE WERELDOORLOG SPELEN HELDEN ZELDEN DE

HOOFDROL

Page 3: De Andere Kant van het Front

3

In de geschiedenisboeken is alles eenvoudig. Een slimme schipper zet de IJzervlakte onder water en roept het

Duitse leger een halt toe. Vier jaar lang leveren Belgen en geallieerden dapper strijd, tot ze de bezetter finaal op de knieën dwingen. De wer­kelijkheid is helaas genuanceerder. De Eerste Wereldoorlog in twee zinnen samenvatten, is voorbijgaan aan het leed dat een conflict van die omvang veroorzaakt. Toch is het honderd jaar na datum niet evident om het volledige verhaal te brengen. De mensen die het kunnen navertellen, zijn er niet meer. De oorlog leeft verder in de verhalen die ze achterlieten. Daarin spelen helden zelden de hoofdrol. Gewone mensen des te meer, al dan niet in uniform. Ze beginnen daar waar de geschiedenisboeken stoppen. We hebben ze voor u verzameld in een magazine om te bewaren. Zo houden we de herinnering ook na de herdenkingen levend…

introintro

Page 4: De Andere Kant van het Front

10 SCHUWE MAANDAG14 OORLOG OP HET SCHAP

20 ZIEKTE EN GEZONDHEID24 CHERCHEZ LA FEMME

30 SPIONAGE EN VERZET34 KIND VAN DE REKENING

40 HET LEVEN GAAT VERDER44 REGELS & WETTEN

50 WEDEROPBOUW54 VERZAMELEN GEBLAZEN

DE JAREN

1414

1515

1616

1717

1818

4

10

34 50

20

DAAR WAREN GERUCHTEN VAN STOUTMOEDIGE UHLANEN

Page 5: De Andere Kant van het Front

01

02

09

10

03

15

04

0506

12

07

08

13

14

11

19

18

17

16

DE REGIO

01 ANZEGEM

02 DEINZE

03 HARELBEKE

04 HOOGLEDE

05 INGELMUNSTER

06 IZEGEM

07 KORTRIJK

08 LEDEGEM

09 LICHTERVELDE

10 MENEN

11 MOORSLEDE

12 NAZARETH

13 ROESELARE

14 STADEN

15 WAREGEM

16 WERVIK

17 WEVELGEM

18 WIELSBEKE

19 ZULTE

5

40

54

Page 6: De Andere Kant van het Front

66

Page 7: De Andere Kant van het Front

7

beeld WAT SCHAFT DE POT?Wanneer de soldaten van het front naar bezet gebied terugkeerden, stond een veldkeuken of Goulash-kanon hen met warme maaltijden op te wachten. Hun kleren werden hersteld, ze konden zich wassen en dronken een pint. Vaak waren ze uitgehongerd en ondervoed door de eentonige maaltijden in de loopgraven. Nu en dan mochten ook de plaatselijke kinderen een hapje meepikken, zeker wanneer er een camera in de buurt was.

1414

7 COLLECTIE JOHAN DELBECKE, ROESELARE

Page 8: De Andere Kant van het Front

begrip CYCLISTENIn 1913 won Paul Deman (Rekkem, °1889) de allereerste Ronde van Vlaanderen. Een jaar later ruilde hij zijn wielertrui voor een legeruniform. Het karabiniersregiment vormde voor de oorlog een bataljon cy­clisten met vouwfietsen. In 1914 had elke legerdivisie een compagnie wielrijders. Het Wielermuseum in Roeselare maakte samen met het In Flanders Fieldsmuseum een themanummer van het magazine Etappe rond fietsen en wielrennen in WO I. Zelf het strijdtoneel op twee wielen verkennen? Dat doe je bijvoorbeeld langs de Kezelberg­route, een oude spoorweglijn (Roeselare­ Menen) die tijdens de oorlog front en bezet gebied met elkaar verbond. De Kezel­bergroute wordt heraangelegd als Groene As, bedoeld voor fietsers en wandelaars.

WWW.WIELERMUSEUM.BE

BIT.LY/KEZELBERGROUTE

OOSTENDE BRUGGE

TIELT

DEINZE

WAREGEM

KORTRIJK

TORHOUT

DIKSMUIDE

ROESELARE

MENEN

IEPER

BERGEN

GENT

NL

FR

moment VLIEGENDEMAANDAGOp maandag 24 augustus 1914 verschenen de eerste Uhlanen – Duitse verkenners te paard – tussen Harelbeke en Lichtervelde. Ze knipten telefoon­ en telegraafdraden door. Het gerucht verspreidde zich dat ze mannelijke burgers als levend schild ge­bruikten. Hun komst veroorzaakte grote pa­niek. Heel wat mannen uit de streek sloegen op de vlucht. De dag ging de geschiedenis in als Vliegende Maandag.

focus LEVEN IN BEZET GEBIEDTijdens de Duitse bezetting oefende een Duitse gouverneur­generaal de feitelijke macht uit in ons land. Aanvankelijk behoorde heel België tot het generaal­gouvernement, maar toen het front in november 1914 vastliep aan de IJzer, deelde de bezetter het land op in verschillende gebieden, om zo beter te kunnen vol­doen aan civiele en militaire noden.

1414

8

’DE HEL’Het Operationsgebiet of de gevechtszone was de circa vijfentwintig kilometer brede front­zone. Hier was de krijgswet van kracht en werd het leven gedirigeerd door het militaire bestuur van het Vierde Leger. Niemand mocht

zijn gemeente verlaten.

MARINEGEBIET In het Marinegebiet of de kustzone golden dezelfde regels als in het Operationsgebiet (zie hieronder). Het gebied omvatte de kuststrook

met Brugge en 21 omliggende gemeenten.

BEZOEKTIP

Page 9: De Andere Kant van het Front

OOSTENDE BRUGGE

TIELT

DEINZE

WAREGEM

KORTRIJK

TORHOUT

DIKSMUIDE

ROESELARE

MENEN

IEPER

BERGEN

GENT

NL

FR

figuur SYLVÈREDEZEGHERDankzij de talrijke bewaarde dagboeken, kunnen we ons vandaag een goed beeld vormen van de impact die de Eerste Wereldoorlog had op onze regio. Neem nu het dagboek van Sylvère Dezegher, die twaalf jaar was toen de oorlog uitbrak. Sylvère woonde in de Deizelhoek – een gehucht in Dadizele aan de grens met Le­degem. In oktober 1917 vluchtte hij samen met zijn gezin naar Herne. In zijn dagboek vertelt hij over het dagelijkse leven in bezet gebied: hoe ze hun dieren moesten afstaan aan Duitse soldaten, aardappelen achterhielden of briefjes van het Engelse leger uit de lucht zagen dwarrelen. Daisy Decoene bundelde zijn verhalen in het boek Een kleine jongen in de grote oorlog.BIT.LY/DEZEGHER

9

’HET VAGEVUUR’Het Etappengebiet was het rust­ en bevoorra­dingsgebied van het Duitse leger. Hier had de legerleiding het voor het zeggen. De bezetter bouwde er tal van voorzieningen, zoals werk­plaatsen, bakkerijen, wasserijen, vliegvelden en

spoorinfrastructuur.

’HET PARADIJS’In het Okkupationsgebiet – de rest van het land – stonden rust en orde centraal. De houding tegen­over de bevolking was gematigder. Toch regeerde de bezetter ook hier met ijzeren hand. Zonder toestemming naar het Etappengebiet reizen,

was verboden.

VRIJ BELGIËIn de Belgische Sector hield koning Albert I stand tegen de Duitse bezetter. Het laatste stukje onbezet gebied was een ware smelt­kroes met een komen en gaan van soldaten uit vreemde continen­ten, maar ook vluchtelingen, dokters en verpleegsters.

COLLECTIE HEEMKUNDIGE

KRING DADINGISILA

SYLVÈRE DEZEGHER OP LATERE LEEFTIJD

ALS SOLDAAT

Page 10: De Andere Kant van het Front

10

CO

LLEC

TIE JO

HA

N D

ELB

EC

KE

, RO

ES

ELA

RE

SCHUWEMAANDAGROUTEDOWNLOAD DE APPLEES MEER OP P. 56

DE OORLOG WORDT

VOELBAARD rie weken na de inval van de Duit­

sers werden de eerste verkenners in onze contreien gespot. Met hun

lange mantels, hoge helmen en lansen zagen ze er angstaanjagend uit. Ze verplaatsten zich te paard (Uhlanen) of per fiets (cyclisten) en hadden een wreedaardige reputa­tie. Volgens de geruchten waren het losgeslagen criminelen, die moordend en verkrachtend door ons land trokken. Die reputatie kwam hen goed van pas. De plaatse­lijke bevolking liet hen begaan, zodat ze zich konden toeleggen op hun taken: verkennen en saboteren, en zo het pad effenen voor de grote Duitse troepenmacht.

OP 4 AUGUSTUS 1914 VIELEN DE DUITSERS BELGIË BINNEN. TOCH ZOU HET NOG RUIM TWEE MAANDEN DUREN VOOR HET OORLOGSGEWELD DE STREEK ROND ROESELARE BEREIKTE. OP MAANDAG 19 OK-

TOBER BRAK DE HEL OOK DAAR DEFINITIEF LOS.

Kinderregimenter genaamd – die vol enthousi­asme door Vlaanderen marcheerden, op weg naar het front. Voor hen was de oorlog één groot avontuur. Nochtans hadden ze het ergste

verwacht. Ze hadden verhalen gehoord over Belgische burgers die op Duitse soldaten vuurden, en waren op hun hoede.

SCHUWE MAANDAG Op maandag 19 oktober

namen Franse sluipschutters de Duitsers in de omgeving van Roeselare onder vuur. Voor het eerst keken de jonge soldaten de gruwel van de oorlog recht in de ogen. Ze dachten dat ze door burgers waren beschoten en namen wraak. Complete chaos was het resultaat.

KINDERREGIMENTERNa de val van Antwerpen – op 10 oktober 1914 – trokken de Belgische troepen zich via onze regio massaal terug achter de IJzer. Ze werden gevolgd door Duitse troepen, die systematisch terrein wonnen. Het waren jonge vrijwilligers –

SCHUWE MAANDAG

UHLANENKENNISCENTRUM IN FLANDERS FIELDS

KE

NN

ISC

EN

TRU

M IN

FLA

ND

ER

S F

IELD

S

BELGISCHE CYCLISTEN

Page 11: De Andere Kant van het Front

11

141428.06DE OORLOG BREEKT LOSDe oorlogsverklaring van Oostenrijk­Hongarije aan het adres van Servië betekent het begin van de Eerste Wereld­oorlog, die zou uitgroeien tot een conflict op wereldschaal.

31.07DE OORLOGS-DREIGING WORDT VOELBAAROveral luiden de klokken. Dienstplichtigen worden gemobiliseerd en paarden en voertuigen opgeëist. Hon­derden jonge mannen – ook vrijwilligers – vertrekken vanuit de stations naar hun eenheid.

04.08DUITSERS VALLEN BELGIË BINNENDe Duitsers willen Frankrijk – als bondgenoot van Rusland – aanvallen en eisen een vrijgeleide via ons land. Ze stoten op een Belgisch njet en vallen België binnen.

03.09DE EERSTE VLUCHTELINGENLuik, Leuven, Mechelen en Brussel worden onder de voet gelopen. Heel wat vluchtelin­gen belanden in onze regio. Ze krijgen opvang in kloosters en openbare gebouwen.

VLUCHTELINGEN VANDAAG

NATASCHA ZELIMKHANOVA WAS

VEERTIG TOEN ZE DE OORLOG IN TSJETSJENIË

ONTVLUCHTTE. SAMEN MET HAAR MAN EN

KINDEREN KWAM ZE NA ENKELE OMZWERVINGEN

IN BELGIË TERECHT.

Dronken Duitsers koelden hun woede op de gemeenten en hun inwoners. Ze staken huizen in brand, vernielden bezittingen en namen tal van inwo­ners krijgsgevangen, terwijl anderen geëxecuteerd werden of gebruikt als levend schild. Felle gevechten tussen Franse en Duitse militairen lieten een bloederig spoor van dood en vernieling achter.

VLUCHTELINGENTerwijl onze regio tijdens de eerste maanden van de oorlog heel wat vluchtelingen uit Leuven, Mechelen en Brussel over de vloer kreeg, namen de inwoners op Schuwe Maandag zelf massaal de benen. Sommigen keerden snel terug, voor anderen begon een moeizame zoektocht naar een nieuw onderkomen in een streek die niet de hunne was. De dagboeken die ze bijhielden, vormen het meest tastbare bewijs van de totale ontred­dering die een oorlog in het leven van gewone mensen teweegbrengt. Ze helpen ons ook om de situatie van hedendaagse oorlogsvluchtelingen beter te begrijpen. De voorbije eeuw is er immens veel veranderd, maar oorlogsleed is helaas van alle tijden.

N atascha en haar man Majomed studeer­den beiden geschiedenis. Ze woonden en werkten in Martan, waar ze drie

kinderen kregen. Aan de politieke spanningen in hun land schonken ze weinig aandacht. Tot plots de oorlog uitbrak. “In de jaren negentig werd ons huis twee keer gebombardeerd door de Russen”, vertelt Natascha. “Bij de tweede aanslag kwam mijn dochtertje Razeta om het leven. Ze was pas elf.” Telkens sloeg het gezin op de vlucht. De eerste keer naar een dorp verderop. De tweede keer trokken ze naar Kaliningrad, een Russische enclave tussen Litouwen en Polen. Natascha vertelt dat ze dagelijks

werd uitgejouwd door de Russen, die hen zagen als terroristen. Om de toekomst van hun zonen

te vrijwaren, besloten ze opnieuw te vluchten. Een mensensmokkelaar bracht vader Majo­med en hun oudste zoon Bekkhan naar België. Natascha en hun jongste zoon Rizvan volgden

acht maanden later. Ze kwamen bij het OCMW van Roeselare terecht.

NIEUWE THUIS“Het leven in België was helemaal anders”, vertelt Natascha. “Iedereen

was vriendelijk. Werken moch­ten we niet, want we hadden geen papieren. We schreven ons

in voor een taalcursus en deden vrijwilligerswerk in de keuken van dienstencentrum Ten Elsberge. Zodra onze papieren in orde waren, bood de directeur ons een vaste job aan. Ik bleef in de keuken werken, mijn man werd klusjesman. Zo konden we onze zonen naar de hogeschool sturen.”

Natascha noemt België haar nieuwe thuis. “Mijn broer is in

Tsjetsjenië gebleven. Een paar jaar geleden is hij op straat zonder enige aanleiding geëxecu­teerd. En ze hebben onze Razeta afgeno­men. De haat jegens de Tsjetsjenen zit diep bij de Russen. Naar mijn geboor­teland keer ik nooit meer terug.”

Page 12: De Andere Kant van het Front

12

“De dagbladen schrijven dat de Duitsche barbaren burgers dwingen voorop te gaan aan ’t hoofd hunner troepen. En bij het naderen der vijandelijke legermachten, ontstaat er daardoor eene algemeene paniek van ver in Oost­Vlaanderen en op geheel onze streek: de Duitschers

“Maar daar waren geruchten van stoutmoedi­ge Uhlanen. Er waren er gezien rond Kortrijk. En te Aalter deden er de treinriggels springen. Te Iseghem voerden ze eenige gijzelaars mee.Uhlanen! En velen huiverden. Dat waren de voorboden van’t leger, stoutmoedige kerels die vooruit zwermden, tastend, zoekend,

07.10GEVECHT AAN DE EDEMOLENIn Nazareth stoten Duitse verkenners op hardnekkig verzet van Belgen. Ze moeten de aftocht blazen en worden (even) opgehouden in hun opmars.

14.10 DUITSERS VEROVEREN INGELMUNSTERIngelmunster wordt zonder slag of stoot ingenomen. Een dag later volgen Hooglede en Lichtervelde. Het aantal Duitse soldaten in de regio neemt dag na dag toe.

19.10SCHUWE MAANDAGFranse sluipschutters nemen Duitse soldaten onder vuur. De Duitsers reageren uitzinnig en trekken een spoor van ver­nieling door de regio. Burgers worden geëxecuteerd of slaan op de vlucht.

22.11HET FRONT LOOPT VASTZowel de Slag aan de IJzer als de Eerste Slag om Ieper zijn ten einde. De eerste sneeuw is gevallen. De manschappen aan het front graven zich in als voorbereiding op de komende winter.

25.12KERSTMISDe omgang met de Duitse bezetter wordt gemoedelij­ker. In de gemeenten achter het front viert de bezetter Kerstmis. De kerstboom – een Duitse traditie – wordt her en der geïntroduceerd.

‘VLUCHTELINGEN VAN ’T OOSTEN EN VAN ’T ZUIDEN’

alleen in ’t vreemde land, zonder verbinding met de troepen, steunend op zich zelven, eischend hun voedsel, hun nachtleger, maar voort gerust neerliggend, luisterend naar het minste geluid, den vinger aan revolver of pistool. Ik herinner het me nog, hoe ik de eerste zag. Op den langen mantel hing ’t geweer. De shako was met linnen bedekt. En op een goeden dag verschenen die Uhlanen ook te Roeselare. Maar de burgerij toonde geen vrees en snelde naar de markt om die krijgers te zien. Deze schenen nu toch niet zoo overmoedig. Velen strekten zich over den kop van ’t paard en blikten schuw naar die aanstroomende massa. Burgemeester Mahieu had de bevolking tot kalmte aangemaand en verstandige burgers volgden deze raadgeving.”

BRON: ROESELARE IN DEN OORLOG

VAN ABRAHAM HANS, ANTWERPEN, 1919

12

‘EN OP EEN GOEDE DAG VERSCHENEN DIE UHLANEN OOK TE ROESELARE’

DE ROESELAARSE SCHRIJVER ABRAHAM HANS VLUCHTTE TIJDENS DE OORLOG NAAR ZEEUWS-VLAANDEREN. IN 1919 BUNDELDE HIJ ZIJN ERVARINGEN IN HET BOEK ‘ROESELARE IN DEN OORLOG’.

MIJN

DAGBOEK

ONDERPASTOOR HENRI VAN RYCKEGHEM UIT OOIGEM GETUIGT OVER DE STROOM AAN VLUCHTELINGEN IN ZIJN GEMEENTE EN DE TOTALE PANIEK DIE AAN DE KOMST VAN DE DUITSE TROEPEN VOORAFGAAT.

Page 13: De Andere Kant van het Front

13

"Verloren kogel al dan niet, kwam er een door het venster gevlogen en mijn zuster werd in de borst getroffen. ‘Ik ben geschoten‘, riep zij. Ondersteund door twee van onze zusters ging zij naar de overzijde van de keuken. Het bloed gulpte op de vloer. Er kwamen nog kogels door­gevlogen door de ruiten. Een van haar zusters legde zich naast haar neer om de stervende met

“Heel vroeg in de morgen reeds was ik te been, ten einde inlichtingen in te winnen over wat daags tevoren, in onze aanpa­lende gemeenten was voorgevallen. Doch nauwelijks was ik mijn woning buitenge­stapt of ik zag een wagen afkomen van de kant van de Pélichystraat. Een twintigtal

Duitse cyclisten omringden die wagen. ’Kerkhof?‘, vroeg mij de soldaat die vooraan in de velo kwam gereden. Ik meende niets beter dan dat hij wilde weten waar in de stad een persoon woonde die de naam Vandekerckhove of kortweg Kerckhof droeg. Maar ik wist seffens wat hij zeggen wilde. ‘Doden!’, riep hij, en hij wees naar de wagen. En ik zag dat het achterste deel van de wagen met stro geladen was en door zwarte bache was be­dekt. Onder dat stro lagen doden. Ik duidde de weg naar het kerkhof aan. Door vele mensen reeds was de stoet bemerkt en in enkele ogenblikken wist iedereen welk een treurige plechtig­heid op het kerkhof plaatsgreep. Welhaast hoorde men drie maal salvo schoten los­sen: drie Duitsers waren op onze gewijde kerkhofgrond begraven.”

namen overal mannen van 16 jaar tot 50 om ze voorop te jagen. Vluchtelingen van ’t Oosten en van ’t Zuiden – ’t was verschrik­kelijk om zien – rennen in woest geweld door onze gemeente. ’k Hoor nog roepen door één die voorbijsnelde dat er 155.000 Duitschers reeds bezig waren in Desselghem en dat de voorposten de Leiebrug bereikt hadden om te beginnen in Oyghem. Verre ’t meeste deel onzer weêrbare mannen vluchtten meê, op Gods genade, verre of bij, voor 1, 2 dagen, om dan, als de paniek over was, weêr te keeren naar huis. Deze dag, zijnde Maandag 24 Oogst, is bekend gebleven onder den naam van Vluchters Maandag.”

BRON: OYGHEM BINST DE OORLOGSJAREN

1914-1918, HEEMKUNDIG JAARBOEK

LEIESPROKKELS, JULIAAN CLAERHOUTKRING,

2012

‘KERKHOF?’

‘WIR HABEN BEFEHL BEKOMMEN ZUM SCHIESSEN’

OP DINSDAG 20 OK-TOBER WERD DOKTER JULES GITS UIT IZEGEM MET DE EERSTE DODEN GECONFRONTEERD.

OP 21 OKTOBER VOND EEN HOEVE-KNECHT HET LIJK VAN KAREL-LODEWIJK CARDOEN IN EEN CICHOREI-VELD. HET LIJK DROEG EEN DIEPE KEELWONDE. TWEE DAGEN EERDER HAD DE ZESTIGJARIGE INWONER VAN ROESE-LARE ZIJN ZUS ZIEN STERVEN DOOR EEN VERDWAALDE DUITSE KOGEL.

gebeden bij te staan. Vermoedelijk werd zij in de longen getroffen. Binstdien kwamen Duitsers de hoeve opgestormd, sloegen de ruiten stuk en stampten woest de voordeur in en zagen meteen mijn zuster liggen op de vloer. Met de slag was alle geweld lam gevallen en geraakt keken zij naar de stervende toe. Een onder hen kwam naderbij, stak de hand onder haar hoofd om het zacht op te tillen, bleef toekijken naar de laatste zenuwtrekken om de mond van de stervende. Ontroerd sloeg hij de ogen op naar moeder, die tot bij de stervende was genaderd. ‘Madame’, zei hij, ‘Sie ist nicht ganz tot. Schade, wir haben Befehl bekommen zum Schiessen, das können wir auch nicht abhelfen.’ Hij rees weerom rechtop en geslagen trok hij er met zijn kameraden de deur uit, terug naar de steenweg. De kolonne kon weer verderop doormarcheren.”

13

BRON: HET OORLOGSDAGBOEK

VAN DOKTER JULES GITS

VAN JEAN-MARIE LERMYTE,

DE KLAPROOS, 2000

ONDERPASTOOR HENRI VAN RYCKEGHEM UIT OOIGEM GETUIGT OVER DE STROOM AAN VLUCHTELINGEN IN ZIJN GEMEENTE EN DE TOTALE PANIEK DIE AAN DE KOMST VAN DE DUITSE TROEPEN VOORAFGAAT.

COLLECTIE DIRK HUYGHEBAERT

Page 14: De Andere Kant van het Front

OORLOGOP HET SCHAP

DE OORLOG BRACHT NIET ALLEEN DOOD EN VERDERF. HEEL WAT DAGDAGELIJKSE PRODUCTEN EN GE-BRUIKSVOORWERPEN DANKEN HUN ONT-STAAN AAN DE WOE-LIGE OORLOGSJAREN. WAT LIGT ER IN JOUW WINKELMANDJE?

ROESTVRIJ STAALOp zoek naar harder materiaal voor geweerlopen, experimenteerde de Brit Harry Brearley met een legering van chroom en ijzer. De proef mislukte en de probeersels belandden op de schroot­hoop. Pas na een tijdje merkte Brearley dat het staal niet roestte.

VEGETARISCHE WORST Tijdens de oorlog was Konrad Adenauer burgemeester van Keulen, waar hongersnood heerste. Op zoek naar een ver­vangproduct voor vlees, kwam Adenauer uit bij soja. Ironisch genoeg werd de sojaworst in 1918 door de Britten gepaten­teerd. Volgens de Duitsers was het immers geen worst.

1

1

2 2

4

14

Page 15: De Andere Kant van het Front

MAANDVERBANDIn 1917 brachten de Amerikanen hun eigen gaas­verband mee. Het was gemaakt van cellucotton, dat vijf keer beter absorbeerde dan katoen. De verpleegsters op het slagveld gebruikten het ook voor hun persoonlijke hygiëne. Twee jaar later kwam het als maandverband op de markt.

POLSHORLOGEHet polshorloge bestond al langer, maar het werd pas echt populair tijdens de oorlog. Het klassieke zakhorloge was immers allesbehal­ve gebruiksvriendelijk tijdens gevechten of beschietingen. Na de oorlog nam de verkoop van polshorloges een enorme vlucht.

ZONNELAMPIn de winter van 1918 leden nogal wat kinderen in Berlijn aan de Engelse ziekte, die hun botten broos maakte. Dokter Kurt Huldschinsky plaats­te ze onder een lamp met ultraviolet licht, mét resultaat. Duizenden kinderen in Duitsland gingen vervolgens aan de ‘zonnelamp’.

RITSSinds het midden van de 19e eeuw werd geëxperi­menteerd met een systeem van haken en gespen om jassen te sluiten. Het was Gideon Sundback, een Zweedse Amerikaan, die met de ritssluiting op de proppen kwam. Het Amerikaanse leger nam het design over voor jassen en schoenen.

5

5

66

8

87

33 4

PAPIEREN ZAKDOEKJESDe verkoop van maandverbanden kwam traag op gang. Producent Kimberley­Clark ging op zoek naar andere toepassingen voor het materiaal. In 1924 lanceerde het bedrijf gezichtsdoekjes, de voorlopers van de papieren zakdoekjes.

15

THEEZAKJESIn 1908 begon een Amerikaanse theehan­delaar met het verzenden van thee naar zijn klanten in kleine zakjes. De Duitsers kopieerden het idee om hun troepen tijdens de oorlog met thee te bevoorraden. Ze noemden de zakjes theebommen.

Page 16: De Andere Kant van het Front

1616

Page 17: De Andere Kant van het Front

17

beeld TE BED OF NIET TE BEDOnder Duitse bezetting kregen tal van gebouwen in onze regio een nieuwe functie. Zo werd het Gildenhuis in Izegem aanvankelijk gebruikt voor de opvang van vluchtelingen uit de front­streek. Daarna deed het dienst als Sol­datenheim: de Duitsers konden er even alle zorgen vergeten en zich tegoed doen aan een glas bier. Na de Tweede Slag bij Ieper (april 1915) werd het omgebouwd tot lazaret. In een lazaret werden gewonde soldaten verzorgd.

1515

17 COLLECTIE HEEMKUNDIGE KRING TEN MANDERE

Page 18: De Andere Kant van het Front

18

De loopgraven krioelden van het ongedierte. Vooral kleerluizen richtten heel wat schade aan. Ze nestelden zich in de uniformen en brachten zo besmettelijke ziektes over. De kleren van de soldaten werden behandeld in ontluizingsinstallaties: grote damp ketels met een teerdistillaat dat ongedierte ver­delgt. Een van die installaties was gevestigd in kasteel Wallemote in Izegem. De lokale bevolking maakte zich graag vrolijk over het ‘luizenkasteel’. Zo schreef dokter Jules Gits schertsend in zijn dagboek: “De politiek gaf ons een vlooienmarkt, de oorlog een luizen-kasteel. ’t Is alle twee niet goed!”

moment

GAS-AANVALLENDe Eerste Wereldoorlog dankt zijn kwalijke reputatie nog het meest aan het gebruik van stikgas. Het gas werd in grote flessen via onze regio naar het front gebracht en ingegraven. Op 22 april 1915 draaiden de Duitsers de gasflessen voor het eerst mas­saal open in Steenstraete, ten noorden van Ieper. De aanvallen eisten heel wat slacht­offers, die in onze regio werden verzorgd. De oefeningen en voorbereidingen voor de beruchte eerste gasaanval vonden plaats op de Stadenberg. De inwoners van Staden werden goed in de gaten gehouden om spionage te vermijden.

focus IN DE LUCHTOLD LEGHEM IS EEN PRIVÉ-MUSEUM IN LEDEGEM OVER DE LUCHTVAART TIJDENS DE EERSTE WERELDOORLOG. RIK FOULON STELT ER MEER DAN TWINTIG SCHAALMO-DELLEN VAN VLIEGTUIGEN TENTOON, WAARONDER DEZE DRIE OPMERKELIJKE EXEMPLAREN…

1515begrip

HET LUIZEN-KASTEEL “Ik bouw al bijna twintig jaar vliegtui­

gen op schaal”, zegt Rik Foulon van Old Leghem. Rik verkocht zijn interieur­bouwzaak om zich toe te leggen op zijn museum, dat in november 2013 de deuren opende. “De toestellen die hier staan zijn allemaal luchtwaardig. De luchtvaart heeft tijdens de oorlog een enorme evolutie doorgemaakt. Dat probeer ik in mijn museum te tonen. Aanvankelijk werden vlieg­tuigen louter gebruikt voor verken­ningsvluchten, maar daar kwam snel verandering in. In onze regio waren veel Duitse vliegvelden: vaak niet meer dan een grasveld met een tent erop. Van hieruit vlogen ze naar het front en terug. Verder konden ze met een volle tank niet geraken.”

WWW.FACEBOOK.COM/OLDLEGHEMBEZOEK

TIP

KENNISCENTRUM IN FLANDERS FIELDS

Page 19: De Andere Kant van het Front

19

figuur

ROLANDGARROSDe Franse luchtvaartpionier Roland Garros stak in 1913 als eerste de Middellandse Zee over met een éénmotorig vliegtuig. Bij het uitbreken van de Eerste Wereldoor­log meldde hij zich als vrijwilliger bij het Franse leger. Tijdens de eerste oorlogs­maanden ontwikkelde hij een systeem om met een mitrailleurgeweer door een draaiende vliegtuigschroef te schieten. Op zondag 18 april 1915 schoten de Duitsers hem uit de lucht. Garros maakte een noodlanding op een stuk weiland tussen de hoeve van Sylveer Maelfait en de Muizelmolen in Hulste en werd gevangen genomen. In 1918 kon hij ontsnappen. De gevechtspiloot vluchtte naar Frankrijk om de draad van de oorlog weer op te pikken. In oktober van dat jaar werd zijn vliegtuig neergehaald boven de Franse Ar­dennen. Garros overleefde het incident niet.

VIEUX CHARLES

TYPE Spad S.VIIBOUWJAAR 1916

Georges Guynemer was een Franse ge­vechtspiloot, bekend om zijn hoffelijke

gedrag. Toen het mitrailleurgeweer van de Duitser Ernst Udet blokkeerde, groette Guy­nemer zijn tegenstander en vloog hij weg. Na 53 overwinningen werd zijn vliegtuig ‘Vieux Charles’ op 11 september 1917 boven Poelkapelle uit de lucht geschoten. Van de piloot werd nooit een spoor teruggevonden.

Van de Avro 504 K bouwden de Britten meer dan 10.000 exemplaren, wat het tij­dens de oorlog tot een van de populairste toestellen maakte. Het was ook het eerste vliegtuig dat door de vijand werd neerge­haald. Naarmate de oorlog vorderde, werd het vooral ingezet als trainingstoestel.

TYPE Avro 504 KBOUWJAAR 1913

AVRO 504 K

TYPE Fokker Dr.IBOUWJAAR 1917

Met tachtig overwinningen was Man­fred von Richthofen – de Rode Baron – de beroemdste gevechtspiloot van zijn tijd. In 1917 kwam hij bij een luchtgevecht boven Wervik bijna om het leven, maar ondanks een ernstige hoofdwond kon hij een noodlanding maken. Op 21 april 1918 werd hij door een kogel in het hart getrof­fen. Zijn laatste woord was ‘kaputt’.

DE RODEBARON

SNELHEID 144,8 km/uPLAFOND 4.877 m

SNELHEID 191,5 km/uPLAFOND 5.334 m

SNELHEID 165 km/uPLAFOND 6.100 m

COLLECTIE EDDY LEPEZ

Page 20: De Andere Kant van het Front

20

A ls curator van de tentoonstelling Het hospitaal van de koningin in De Pan­ne en auteur van het gelijknamige

boek verdiepte Luc De Munck zich jarenlang in de zorgverlening tijdens de Eerste Wereldoor­log. Daarbij focuste hij in de eerste plaats op de ziekenhuizen van het Rode Kruis in niet­bezet gebied, maar eigenlijk werden de zorgverleners aan beide zijden van het front met dezelfde problemen geconfronteerd. “Harvey Cushing, een Amerikaanse chirurg die een tijdje in

GEWONDE DUITSE SOLDATEN WERDEN VAN HET FRONT NAAR GEÏMPROVISEERDE HOSPITALEN IN ONZE REGIO GEBRACHT. DAAR KREGEN ZE DE EERSTE ZORGEN TOEGEDIEND, ZODAT ZE SNEL DE STRIJD KONDEN HERVATTEN. DAT LIEP VOLGENS LUC DE MUNCK, GEWEZEN ARCHIVARIS VAN HET RODE KRUIS, NIET ALTIJD VAN EEN LEIEN DAKJE…

‘IN DE ZORG ZIET MEN VOORAL DE MENS’

de Westhoek heeft gewerkt, vatte het mooi samen”, zegt De Munck. “In oorlogsvoering zijn er twee soorten mensen. Zij die zich georga­niseerd hebben om wonden toe te brengen. En zij die zich organiseren om die wonden te verzorgen. Er bestaat weinig twijfel dat in elke oorlog – maar in deze in het bijzonder – de eersten veel beter voorbereid zijn op hun job.”

KONINKLIJK PALEISBij het begin van de Eerste Wereldoorlog was de zorgverlening in ons land niet op een conflict van een dergelijke omvang voorzien. “Er waren in België ongeveer tweehonderd opgeleide verpleegsters”, vertelt De Munck. “Toch slaagden we erin om in een paar weken de nodige voorzorgen te treffen. Meteen na de mobilisatie bracht het Rode Kruis in Brussel meer dan 150 medische posten in gereedheid, goed voor 20.000 bedden om potentiële ge­wonden op te vangen. Er stonden niet alleen

DE ZIEKEN-BOEG ACHTER HET FRONT

COLLECTIE JOHAN DELBECKE, ROESELARE

Page 21: De Andere Kant van het Front

21

151525.01VERBOUWINGEN IN DE MELKERIJDe melkerij van Geluwe on­dergaat grote veranderingen. De Duitse bezetter vormt de melkerij om tot een bad­inrichting met ontluizingsbad en een herberg voor de Duitse troepen op rust.

27.01VERJAARDAG DUITSE KEIZERIn de bezette gemeenten vieren de Duitsers feest met een banket voor de officieren en een drank­ en zangfeest voor de soldaten. In de kerken wordt een speciale viering gehouden.

22.04EERSTE GASAANVALDe Tweede Slag bij Ieper start met een grootscheepse gasaanval door de Duitsers. Heel wat doden en gewonden, maar ook krijgsgevangenen worden afgevoerd naar onze regio.

26.04EERSTE LUCHT-AANVAL IN DE REGIOIzegem valt voor het eerst ten prooi aan een luchtbom­bardement in de buurt van het station en de brouwerij. Daarna is Ingelmunster aan de beurt. De materiële schade is enorm.

bedden in grote hospitalen als Sint­Jans en Sint­Pieters, maar ook in het justitiepaleis, het stadhuis, hotel Metropole, zelfs in het konink­lijk paleis. Buiten de hoofdstad kwamen daar nog eens 314 medische posten bovenop.”

STROZAKKENNaarmate de bezetter naar het westen op­schoof, kwamen de ziekenhuizen in Duitse handen terecht. In 1915 werd het Belgische Rode Kruis verboden in bezet gebied. Toch bleven er ziekenhuizen voor de verzorging van geallieerden actief. Dat was onder meer het ge­val in het Roeselaarse redemptoristenklooster. De Duitsers namen alle bedden en beddengoed weg, zodat de gewonden op strozakken moes­ten liggen. Vooral na de eerste gasaanval in april 1915 stroomden er gewonden van alle na­tionaliteiten toe. Twee maanden later werd het hospitaal voor geallieerde gewonden gesloten. Vanaf dan werden er vooral burgers verzorgd.

AMPUTATIESVervuilde wonden infecteerden snel. Om ver­spreiding van de infectie te vermijden, werden de aangetaste lichaamsdelen geamputeerd. De geallieerden gingen sneller tot amputatie over dan de Duitsers, met lagere sterftecijfers tot ge­volg. Gewonden die de amputatie overleefden, werden terug naar huis gestuurd. Voor hen zat de militaire dienst erop.

TETANUSDe tetanusbacterie verblijft in de grond en komt daar meestal terecht via dierlijke mest. In de loopgraven had ze vrij spel om vervuilde wonden te infecteren. Bij zes procent van de Duitse gewonde soldaten werd tetanus vastge­steld. Bijna allemaal stierven ze een vreselijke dood. Nochtans was er vlak voor de oorlog een vaccin ontwikkeld. Na enkele maanden werd het systematisch toegediend en daalde het aantal gevallen drastisch.

COLLECTIE TEN MANDERE

COLLECTIE TEN MANDERE

GENEES-KUNDE &VERZORGINGDOWNLOAD DE APPLEES MEER OP P. 56

Page 22: De Andere Kant van het Front

22

31.05LUCHTPOST BOVEN IZEGEMDeze keer vallen er geen bom­men uit de lucht, maar brief­jes met een oorlogsverklaring van Italië aan Duitsland en Oostenrijk. Dergelijke propa­gandapamfletten blijven de hele oorlog lang populair.

JULISTILTE IN DE STORMVanaf juli komen Duitse soldaten beurtelings op rust in Hooglede­Gits. Muziekka­pellen zorgen bijna dagelijks voor sfeer in de straten. Veel gemeenten in de regio krijgen voor het eerst elektriciteit.

06.09BOMMEN BOVEN LICHTERVELDEEen luchtbombardement treft het centrum van Lichtervelde: 7 inwoners en 29 militairen komen om. Het is niet het eerste en laatste bombarde­ment, maar wel één dat kan tellen.

13.09DUIVENSMOKKEL IN OOIGEMNa een crash van een geal­lieerd vliegtuig in Ooigem smokkelen enkele inwoners de boorddocumenten en dui­ven naar Kortrijk. Acht onder hen worden gearresteerd door de Duitsers.

OKTDE RUSSEN KOMENIn Roeselare arriveren de eerste Russische krijgsgevan­genen. Ze worden ingezet om straten aan te leggen en in­frastructuur op te zetten. Ook Italianen worden massaal naar West­Vlaanderen gebracht.

LAZARETTENGewonde Duitse soldaten kwamen terecht in lazaretten: geïmproviseerde hospitalen in opgeëiste gebouwen, zoals scholen en kerken. De meest dringende verzorging van solda­ten gebeurde in zogenaamde Verbandplätze direct achter het front. Ze boden enkel eerste hulp en waren niet voorzien op verdere me­dische verzorging. Operaties vonden plaats in verderop gelegen Feldlazaretten. Wie daarna nog verdere verzorging nodig had, werd ver­plaatst naar een van de vele Kriegslazaretten in Roeselare, Kortrijk of Izegem, die het verst van het front verwijderd lagen. “Opvallend is dat de geallieerden een gelijkaardig systeem hadden voor de opvang van gewonden, zon­der enig precedent”, zegt De Munck. “Aan bei­de kanten van het front moest alles immers van nul worden opgebouwd. Een van de uit­dagingen was om de gewonden tijdig van het slagveld weg te krijgen. Daarover stond niets

op papier.” Gewonden werden op alle mogelij­ke manieren naar de lazaretten gebracht: per trein, tram, boot of gewoon op houten karren. Pas aan het einde van de oorlog stonden de evacuatielijnen helemaal op punt.

GUEULES CASSÉESBovendien zagen dokters en verpleegkundi­gen zich geconfronteerd met aandoeningen en verwondingen die ze nooit eerder hadden gezien, op een schaal die we vandaag nauwelijks kunnen bevatten. “Vaak konden ze alleen maar improviseren”, aldus De Munck. “Antibiotica bestond niet, radiografie stond nog in de kinder­schoenen en bloedtransfusies gebeurden bijna uitsluitend van arm tot arm. Gelukkig blijft de medische wereld evolueren. Het klinkt cynisch, maar er waren in die tijd natuurlijk heel wat proefkonijnen.” Zo nam de plastische chirurgie tijdens de oorlog een vlucht vooruit. Minstens twaalf procent van alle gewonden waren

‘ANTIBIOTICA BESTOND NIET, RADIOGRAFIE STOND IN DE KINDERSCHOENEN EN BLOEDTRANSFUSIES GEBEURDEN VAN ARM TOT ARM’

Page 23: De Andere Kant van het Front

23

verminkt in het gezicht door rondvliegende gra­naatscherven. Die zogenaamde gueules cassées opnieuw toonbaar maken, plaatste de toenmali­ge chirurgen voor een immense uitdaging.

STRESSBEHEERSINGIn het heetst van de strijd klopten artsen en verpleegsters lange dagen. “Er zijn verhalen bekend van verpleegsters die tijdens het eindoffensief 36 uur lang aan de operatietafel stonden”, legt De Munck uit. “Er is heel wat geschreven over de psychologische druk die soldaten vaak knettergek maakte. Maar je mag ook de stress niet onderschatten waar­aan het verplegend personeel werd blootge­steld. Het waren doorgaans jonge meisjes die een korte basisopleiding hadden genoten. Stressbeheersing of omgaan met crisissitu­aties maakten daar geen deel van uit. Een weekje vakantie nemen, zat er ook niet in. De bewegingsvrijheid aan beide zijden van het

front was immers beperkt, laat staan dat ze tijd hadden om er even tussenuit te knijpen.”

HOSPITALITEITToch ontkiemde er nu en dan ook solidariteit tussen de ziekenbedden. “In sommige Duitse hospitalen werden ook Belgische slachtoffers opgevangen, en vice versa”, zegt De Munck. “Ze lagen niet altijd in dezelfde afdeling, maar er bestond wel degelijk een vorm van hospita­liteit tussen slachtoffers van rivaliserende kampen. Elkaars gewonden verzorgen stond trouwens uitdrukkelijk ingeschreven in het oorlogsrecht van Den Haag. Maar uiteinde­lijk blijft zo’n oorlog in de eerste plaats een verhaal van gewone mensen, die als kanon­nenvlees door hun leiders worden vooruit­gestuurd. Ze hadden geen flauw idee van de heksenketel waarin ze zouden terechtkomen. Dat schept sowieso een band, ook al sta je met getrokken messen tegenover elkaar.”

EPIDEMIEËNZiektes als longontstekingen, mazelen en tuberculose tierden welig. Vooral het sterk besmettelijke buiktyfus vormde een probleem. Er bestond een vaccin, maar dat werd alleen bij soldaten toegediend. De Duitse bezetter trad zeer kordaat op bij tyfusgevallen. Zieken werden geïsoleerd in tyfuslazaretten, die door wachtposten werden beveiligd.

LOOPGRAAF-ZIEKTESIn de loopgraven stonden soldaten tot aan de knieën in de modder. Overal krioelde ongedierte. Maag­ en darmklachten, maar ook huidziekten zoals schurft waren schering en inslag. Berucht was de loopgraafvoet: de combinatie van ijskoud water en knellende schoenen sneed de bloedtoevoer af. De voet werd dik en moest in extreme gevallen worden geamputeerd.

SHELLSHOCKDe Duitsers spraken van Kriegsneurose, de Fransen over troubles nerveux en de Belgen over ‘de klop’. Slachtoffers van shellshock verlo­ren alle zelfcontrole en gedroegen zich hyste­risch. Vaak konden ze niet meer spreken, lopen of zien. Aanvankelijk werden ze ervan verdacht de ziekte te veinzen, om zo aan het front te ontsnappen. De psychologische oorzaken werden pas later erkend.

COLLECTIE HEEMKUNDIGE KRING TEN MANDERE COLLECTIE JOHAN DELBECKE, ROESELARE

Page 24: De Andere Kant van het Front

24

VERLIEFD/ZWANGERWarmte en affectieNiet alle seksuele contacten tussen vrouwen en soldaten bleven beperkt tot zakelijke transacties. Nu en dan was er ook echte liefde in het spel. Zowel de Belgische vrouwen als de jonge, viriele Duitse soldaten compen­seerden het gemis aan hun afwezige partners door warmte en affectie bij elkaar te zoeken. De liefdesrelaties die zo ontstonden, resul­teerden meer dan eens in een – al dan niet gewenste – zwangerschap.

SPIONNE/GEHEIMAGENTECharmes in de weegschaalHeel wat vrouwen namen actief deel aan het oorlogsgebeuren. Als spionne of geheim­agente droegen ze hun steentje bij aan het verzet tegen de vijand. Vaak leidden ze een dubbelleven als verpleegster of kloosterzus­ter, waardoor ze buiten verdenking bleven. Zo konden ze makkelijk infiltreren in de vijande­lijke instellingen. Anderen legden vooral hun vrouwelijke charmes in de weegschaal om gevoelige informatie los te weken.

HUIS-MOEDERAlles voor het gezinNogal wat vrouwen moesten het tijdens de oorlog alleen zien te rooien. Hun mannen vochten of sneuvelden aan het front, werkten als dwangarbeider of sloegen op de vlucht. Intussen stelden de vrouwen alles in het werk om zichzelf en hun gezin in leven te houden. Uren stonden ze aan te schuiven in wachtrij­en voor de voedselbedeling. Ze smokkelden voedsel of vluchtten naar de buurlanden om hun kinderen in veiligheid te brengen.

24

CHERCHEZ LA FEMME

Page 25: De Andere Kant van het Front

25

MEISJE VAN PLEZIERLichaam in de strijdDoor armoede zagen vele vrouwen zich ge­dwongen om hun lichaam in de strijd te wer­pen. In sommige gemeenten achter het front nam de prostitutie dermate grote vormen aan, dat de Duitsers maatregelen moesten treffen om de plaag van geslachtsziekten bij de eigen troepen in te dijken. Heel wat vrouwen werden opgepakt en voor onderzoek naar Brugge overgebracht. Sommigen werden zelfs voor lange tijd gevangen gehouden.

KLOOSTER-ZUSTERZorg voor zieken en gewondenIn de gemeenten die leegliepen bleven de kloosterzusters vaak als laatsten over om te zorgen voor ouderen, zieken en gewonden. Ook de Duitsers deden graag een beroep op de plaatselijke kloosterzusters. Ze werden in­gezet als verplegend personeel voor gewonde soldaten. Na de chaos van de eerste bezet­tingsweken waren het de kloosterzusters die alles in het werk stelden om het onderwijs zo snel mogelijk weer op de rails te krijgen.

DWANG-ARBEIDSTERBloed, zweet en tranenVrouwen werden vaak gedwongen tewerkge­steld door de Duitsers. Ze werkten in hoeven, lazaretten of wasplaatsen, of werden ingezet om akkers te bewerken en zo de vijand van de nodige proviand te voorzien. Heel wat vrouwen werden gedeporteerd naar Duits­land om mee te draaien in munitiefabrieken of werkkampen. Daar leefden en werkten ze afgesloten van de buitenwereld en vaak in erbarmelijke omstandigheden.

25

AAN HET FRONT WAS DE EERSTE WERELDOORLOG VOORAL EEN MANNENZAAK. TOCH SPEELDEN OOK VROUWEN EEN UITERST BELANGRIJKE ROL IN HET OORLOGSVERHAAL.

Page 26: De Andere Kant van het Front

2626

Page 27: De Andere Kant van het Front

27

1616beeld WIE HEB IK AAN DE LIJN?Tijdens de Eerste Wereldoorlog waren de communicatiemiddelen beperkt. De telefoon bestond al, maar telefoonlijnen waren kwetsbaar en gemakkelijk af te luisteren. De Britten ontwikkelden een systeem voor draadloze communicatie, maar de apparatuur was te groot en te zwaar voor gebruik op het terrein. Het meest efficiënte communicatiemiddel voor het overbrengen van militaire infor­matie, was de postduif.

27 COLLECTIE HEEMKUNDIGE KRING DADINGISILA

Page 28: De Andere Kant van het Front

NATIONAAL TABAKSMUSEUM WERVIK

begrip

BLAUWENTijdens de oorlog werden tal van grondstof­fen en voedingsmiddelen door de Duitse bezetter opgeëist. Dat veroorzaakte grote tekorten bij de plaatselijke bevolking. De prijzen gingen dan ook de hoogte in. Heel wat voedingsmiddelen werden gesmokkeld of ‘geblauwd’ tussen de verschillende ge­meenten. Vooral aardappelen en vlees wa­ren populaire artikelen. De meeste blauwers smokkelden overigens niet uit naastenlief­de, maar om een centje bij te verdienen.

beeld TABAK IN TREKHet gebruik van tabak was gemeengoed bij de strijdende partijen. Volgens een Ame­rikaanse marinecommandant hield het genotsmiddel ‘de soldaten alert en zorgde het tegelijk voor een rustgevend effect’. Aanvankelijk was de pijp nog volop in trek, maar al gauw kende de sigaret een steile opmars. Ze bevorderde het sociale contact tussen de soldaten. De tabaksindustrie speelde daarop in: sigarettenpakjes kregen namen als ‘Onze Helden’ of ‘Hindenburg’. Niettemin was tabak tijdens de oorlog gerantsoeneerd. Zelfs in Wervik, waar sinds de 17e eeuw tabak werd geteeld, konden de winkels de vraag niet bijhouden. In 1916 eisten de Duitsers de volledige tabaksoogst op. Het Nationaal Tabaksmuseum in Wervik besteedt bijzondere aandacht aan de rol van tabak tijdens de Groote Oorlog.

WWW.NATIONAALTABAKSMUSEUM.BE

1616

28

CHINESE LABOUR CORPS

Het Chinese Labour Corps was een niet­gewa­pende afdeling van de Britten. Arbeiders uit

China werden ingezet voor logistieke taken, zoals de aanvoer van grondstoffen en munitie, het herstellen van loopgraven, de aanleg van wegen of het opruimen van slagvelden. Ze verbleven in tentenkampen van 1.000 à 3.000 man en mochten geen contact hebben met burgers. In hun vrije tijd hielden ze zich bezig met gokken. Na de bevrijding bleven ze ronddolen, vaak tot ongenoegen van de lokale bevolking, die hen allerlei misdaden in de schoenen schoof.

3

1

1

2

BEZOEKTIP

Page 29: De Andere Kant van het Front

figuur RUFUS GORDON RIGNEYMeer dan vierhonderdduizend Australi­sche mannen dienden als vrijwilliger in het Britse leger. Onder hen ook Rufus Gordon Rigney, een van de weinige aboriginals die vochten tijdens de oorlog. Op 21 september 1916 vertrok hij uit de haven van Adelaide naar Groot­Brittannië. Na een opleiding in North­Devon werd hij naar het oorlogsfront in Noord­Frankrijk gestuurd. Tijdens de Derde Slag bij Ieper (1917) werd hij zwaar gewond naar het Feldlazarett in Izegem gebracht, waar hij overleed. In 1924 kreeg de soldaat een nieuw graf in Harelbeke. In 2013 kwamen zeven nazaten naar Harelbeke om de geest van Rufus te eren. Met didgeridoo en twee speren hielden ze enkele typische rouwverwerkingsrituelen bij het graf. In eigen land is Rufus nog steeds een bekend figuur.

focus VREEMDEVOGELS

Zowel de Britten als de Fransen versterkten hun troepen met soldaten uit de kolonies. Meer dan vijftig volkeren zakten af naar onze contreien, waaronder Marokkanen, Algerijnen, Tunesiërs, Senegalezen, Canadezen, Australi­ers, Nieuw­Zeelanders, Zuid­Afrikanen, Chinezen, Indiërs en Jamaicanen. Voor de lokale bevolking waren deze vreemde vogels een bijzondere attractie.

29

LES TIRAILLEURS SÉNÉGALAIS

Meer dan 130.000 Noord­ en West­Afrikanen kwamen naar Europa om te vechten voor ‘va­

derland’ Frankrijk. Ze vielen op door hun huidskleur en hun kleurrijke uniformen. Over de tirailleurs deden gruwelijke verhalen de ronde, bijvoorbeeld dat ze de afgesneden oren van Duitse soldaten om de hals droegen. Dat fabeltje werd verspreid door de Fransen om de Duitsers schrik aan te jagen. In werkelijkheid kregen de Afrikaanse strijders het hard te verduren. Ze werden ingezet als stoottroepen en bleken vaak niet opgewassen tegen de koude winters.

SIKHS EN

GURKHA’S

De Britten versterkten hun troepen met solda­ten van het Indiase subcontinent. Ze werden

ingedeeld in krijgshaftige en niet­krijgshaftige etni­sche groepen volgens de racistische Martial Races Theory. De Sikhs uit Punjab en de Gurkha’s uit Nepal behoorden tot de eerste categorie en werden toege­voegd aan het Britse leger. Voedselpakketten vorm­den voor het Indiase leger een probleem: hindoes aten geen rundvlees en moslims geen varkensvlees. Via Marseille werden typische etenswaren als rijst, linzen en gur uit India aangevoerd.

32

CONNECTINGSPIRITS.COM.AUILLU

ST

RA

TIE

: LIE

N G

EE

RO

MS

Page 30: De Andere Kant van het Front

T oen de Duitsers in 1914 Westroze­beke binnenvielen, verloor de toen twintigjarige Martha Knockaert haar

huis in een brand. Ze raakte gescheiden van haar familie en vond onderdak in het Duitse militaire hospitaal in het dorp, waar ze dankzij haar verpleegsteropleiding aan de slag kon. Haar grondige medische kennis en haar meer­taligheid – Martha sprak Nederlands, Frans, Engels en Duits – vielen in goede aarde bij de Duitse bezetter, die haar begin 1915 naar het hospitaal van Roeselare overplaatste. Daar vond ze haar familie terug. Haar vader nam het café De Kroon op de Grote Markt van Roe­selare over, en Martha kluste er ’s avonds bij.

30

DE GEALLIEERDEN REKRUTEERDEN HER EN DER AGENTEN OM INFORMATIE DOOR TE SPELEN OVER HET DUITSE LEGER IN BEZET BELGIË. VAAK GING HET OM DOORDEWEEKSE BURGERS, DIE ANONIEM ZIJN GEBLEVEN. SLECHTS ENKELEN HAALDEN DE GESCHIEDENISBOEKEN, ZOALS MARTHA KNOCKAERT, DE MATA HARI VAN WEST-VLAANDEREN.

bombarderen bijeenkomsten. Heel even was Martha zelfs dubbelspionne, maar toen dat te gevaarlijk werd, liet ze haar Duitse bevelheb­ber vermoorden. Intussen bleef ze haar rol als verpleegster zo voorbeeldig uitvoeren, dat de Duitse legerleiding besliste haar diensten aan het Duitse Rijk met een IJzeren Kruis te eren.

LEVENSLANGToen Martha tijdens een van haar missies een verlaten riooltunnel onder een Duits munitie­depot ontdekte, besloot ze om eigenhandig explosieven te plaatsen. Helaas vergat ze onder­weg haar gouden horloge, waarin haar initialen gegraveerd waren. De aanslag mislukte. Martha werd gearresteerd en ter dood veroordeeld. Duitse artsen uit het hospitaal kwamen echter in haar voordeel pleiten, waardoor de straf werd omgezet in levenslang. Martha sleet de twee laatste jaren van de oorlog in de gevangenis van Gent. Pas na de bevrijding kwam ze weer vrij.

SPIONAGEROMANSMartha’s memoires I was a Spy! werden later neergeschreven door haar man John McKenna,

IJZEREN KRUISMaar Martha’s schoonheid en inzet als ver­pleegster en dienster leverden haar niet alleen de aandacht van de jonge Duitse soldaten op. Op een avond werd ze benaderd door haar vroegere buurvrouw, Lucelle Deldonck, die zich voorstelde als Brits spionne. Lucelle vroeg Martha of ze voor het Brits­Belgische inlichtingendienst wou werken. Gedurende anderhalf jaar verzamelde Martha – codenaam Laura – belangrijke militaire informatie voor de geallieerde troepen. Ze verschafte inlich­tingen over wapentransporten, munitie­opsla­gen, illegale telefoonverbindingen, de eerste gasaanvallen bij Ieper, zeppelinraids en te

CODENAAM

LauraLauraMARTHA KNOCKAERT,

DE MATA HARI VAN WEST-VLAANDEREN

Page 31: De Andere Kant van het Front

25.02’T ROESELAER-NAARKE VERSCHIJNTIn Roeselare komt een eerste editie van een frontblaadje uit voor soldaten die aan het Klein Seminarie hadden gestudeerd. Met nieuws van vrienden en familie, enkele gedichten, enzovoort.

21.03MOORSLEDE KEERT TERUGOp vraag van de Duitsers keren de inwoners van Moors­lede terug naar hun huizen. De Duitsers hopen dat de inwoners de velden zullen be­werken en zo de bevoorrading zullen verzorgen.

22.04TWEEDRACHT OP CAFÉDe Duitsers delen de cafés in Beveren op in twee cate­gorieën. De ene mogen nog drank verkopen aan Duitse soldaten, de andere niet.

28.05WESTROZEBEKE BESCHOTENHet centrum van Westrozebe­ke wordt onder vuur genomen door Britse artillerie. Tiental­len soldaten sneuvelen en de kerk wordt, samen met vele huizen, vernield.

1616

31

een Brits officier. De Britse premier Winston Churchill schreef het voorwoord. Het boek ging maar liefst 197.000 keer over de toonbank en werd in 1933 zelfs verfilmd door Victor Saville, een van de bes­te regisseurs uit die tijd. Martha en haar man schreven nog een dozijn andere spionage­romans die bijzonder goed werden onthaald. In 2000 stelde de Ieperse auteur Roger Quaghebeur onder de titel Ik was een spionne het leven van Martha te boek. Tot op vandaag trekken critici haar verhaal in twijfel, omdat ze het grotendeels zou verzonnen hebben, op zoek naar roem en rijkdom.

Tijdens de Eerste Wereldoorlog was er geen grootschalig georga-

niseerd verzet. Toch bleef niet iedereen zomaar bij de pakken zitten. Spionage was maar een van de manieren om het vaderland te dienen. Sommige landgenoten weigerden zich op te kleden voor Kaisers Geburtstag, de verjaardag van de Duitse keizer, maar trokken op de Belgische nationale feestdag wel hun nette pak aan. Wanneer Franse krijgsgevangenen in Roeselare passeerden, staken vrouwen hen brood toe en scandeerden ze ‘Vive la France’. Dat was echter niet zonder gevaar. Ortskommandant Prasse schreef een brief waarin hij dreigde met een herhaling van Schuwe Maandag wanneer dergelijke acties zich opnieuw voordeden.

KLEIN VERZET

Page 32: De Andere Kant van het Front

32

MARTHA KNOCKAERT WAS LANG NIET DE ENIGE VROUW DIE TIJDENS DE OORLOG EEN DUBBELLEVEN LEIDDE. HET VERHAAL VAN PAULINE VANDEN BERGHE, EEN KLOOSTERZUSTER UIT MENEN, SPREEKT MINSTENS EVEN HARD TOT DE VERBEELDING, OOK AL BLEEF ZE GROTENDEELS ONDER DE RADAR.

P auline Vanden Berghe studeerde voor onderwij­zeres en werkte zichzelf

op tot verpleegster. Bij het uitbreken van de oorlog ging ze in dienst bij

het Rode Kruis bij het Belgische leger. Ze beschouwde het als haar plicht om

gewonde soldaten uit de handen van de vijand te houden en begon op gevaar van

03.06MOORSLEDE AAN DE BEURTEen obus treft het koor van de kerk te Moorsle­de. De omgeving wordt steeds meer bestookt. Ook het aantal luchtge­vechten neemt toe.

05.07TERECHTSTELLING IN KORTRIJKDrie inwoners van Lede­gem worden na de moord op een Duitse soldaat voor de Duitse krijgsraad te velde gebracht. Ze wor­den ter dood veroordeeld en in Kortrijk gefusilleerd en begraven.

16.07CINEMA IN WERVIKInwoners van Wervik kijken naar de eerste film in de nieuwe cinemazaal. Enkele burgers namen het initiatief om een bioscoop te bouwen in een vlasschuur.

31.08TYFUS SLAAT TOEIn Izegem wordt een nieuw lazaret geopend, speciaal voor tyfuslijders. De ziekte verspreidt zich niet alleen onder soldaten, maar ook onder burgers. Izegem wordt lazarettenstad bij uitstek.

19.10DWANGARBEIDIn Kortrijk vertrekken 500 dwangarbeiders naar het Duitse front in Frankrijk. Werkloze arbeiders die weigeren te werken voor de Duitsers, worden ver­plicht aan het werk gezet.

NON VS. SPION

Page 33: De Andere Kant van het Front

33

PAULINE VANDEN BERGHE, KLOOSTERZUSTER IN BURGERKLEDIJ

eigen leven te smokkelen. Brieven, militaire documenten en zelfs soldaten smokkelde ze naar Antwerpen. Toen in oktober ook de Scheldestad viel, raakte Pauline betrokken bij het geheime spionagenetwerk. Als verpleeg­ster bij het Rode Kruis kon ze zich immers vrij bewegen in het neutrale Nederland.

TER DOOD VEROORDEELDMaar in 1916 liep het mis. Toen Pauline zes mannen naar Neerpelt begeleidde, werd ze opgepakt. Een kloosterzuster in burgerkledij die zich zonder toelating in verboden gebied waande: dat was verdacht. Omdat er onvol­doende bewijzen waren, liet de bezetter haar na zes weken weer vrij. Pauline bleef echter in de kijker lopen. Op 2 februari 1918 werd ze in Antwerpen voor een tweede keer opgepakt. Ze werd gefolterd en mishandeld, maar ging nooit tot bekentenissen over. Aanvanke­lijk kreeg ze vijftien jaar dwangarbeid voor spionage. Pas toen de Duitsers ontdekten dat Pauline ook militairen naar Nederland had gebracht, werd ze ter dood veroordeeld.

DE KRANKZINNIGHEID NABIJDoor de harde behandeling in de Duitse gevangenissen was Pauline de krankzin­

KRUIP IN DE HUID VAN EEN SPIONTijdens de oorlog was Kortrijk voor het Duitse leger een belangrijk spoorweg­knooppunt. Spionnen hingen er dan ook graag rond om strategische informatie te vergaren. Evarist De Geyter was een spoorwegbediende die elke dag zijn leven waagde als informant voor een Brits spionagenetwerk. Hij overleefde de oorlog en schreef nadien zijn memoires neer. In De Spion, een spannende city­game rond spionage tijdens de oorlog, kruip je via je smartphone in de huid van Evarist of van de Duitse geheime dienst die hem op de hielen zit. De hele Kortrijkse binnenstad is je speelterrein. Aan de hand van fotomateriaal over de Duitse aanwezigheid in Kortrijk steek je er bovendien ook wat van op. De Spion laat zich spelen door vier tot acht deel­nemers op vier toestellen.

WWW.KORTRIJKBEZET14-18.BE/

STADSSPEL

ESTAFETTELokale spionnen verzamelden zoveel mogelijk informatie over de Duitse be­zetter. De spionnen hielden treinstations in het oog en noteerden wat er getrans­porteerd werd, wanneer en waarheen. Ze rapporteerden ook over het doen en laten van ingekwartierde soldaten. Die informatie gaven ze op drukke plaatsen door aan passeurs. Zo werden gegevens estafettegewijs over de grens van het neutrale Nederland gesmokkeld, waar de Franse, Belgische en Britse inlichtingen­diensten een kantoor hadden.

nigheid nabij. Ze werd doorverwezen naar het lazaret en kreeg uitstel van executie. Na de wapenstilstand op 11 november 1918 werd ze bevrijd. Ze zou in 1921 een kruis van Ridder in de Leopoldsorde ontvangen, maar was getekend voor het leven. In 1938 ging ze op rust. Pauline trok zich terug in het Heilig­Hartgesticht in Poperinge, waar ze in 1958 overleed.

BEZOEKTIP

Page 34: De Andere Kant van het Front

3434

1

6

3

7

8

9

2

4

KIND VAN DE REKENINGWWW.KINDERENINBEZETGEBIED.BE

Page 35: De Andere Kant van het Front

35

VOEDSELSCHAARSTE, DE ANGST VOOR BESCHIETINGEN, DUITSE MILITAIREN DIE JE HUIS OF KLASLOKAAL INPALMEN, DE AANBLIK VAN GEWONDE SOLDATEN… OORLOG IS GEEN KINDERSPEL. TOCH PROBEERDEN DE KINDEREN IN BEZET GEBIED ER HET BESTE VAN TE MAKEN.

ONDERWIJSBij het uitbreken van de oorlog werd het onderwijs overal in de regio geschorst. Duitsers eisten scholen op als verblijf­plaats voor soldaten of paarden. In Roeselare werden het Klein Seminarie, alle kloosters en het stedelijk ziekenhuis als lazaretten ingericht. Pas na enkele maan­den werden de lessen opnieuw opgestart. Door de opeisingen moesten de scholen voortdurend op zoek naar nieuwe lokalen.

KINDERARBEIDVaak werden de oudste kinderen uit de schoolbanken geplukt om voor de bezetter te werken. Ze moesten de vel­den rond het dorp bewerken om in het levensonderhoud van de Duitse troepen te voorzien. In kroostrijke gezinnen waren het de ouders die hun kinderen aanmaanden om de handen uit de mou­wen te steken, bijvoorbeeld door hout te sprokkelen tijdens de koude winters.

SLACHTOFFERUiteraard eisten de voortdurende be­schietingen heel wat kinderslachtoffers. Maar nog meer kinderen kwamen om het leven of raakten verwond na het spelen met achtergebleven springtuigen, die ze voor speelgoed aanzagen. In september 1916 vaardigde de Ortskommandant van Beveren richtlijnen uit om kinderen uit de buurt van gevaarlijke springtuigen te houden.

WEESHeel wat kinderen verloren bij beschie­tingen één of beide ouders. Ze vonden een onderkomen bij familie of gezinnen in de buurt of werden opgevangen in tehuizen voor weeskinderen. Andere kinderen raakten hun ouders kwijt tijdens de vluchtbewegingen in het begin van de oorlog. Vaak duurde het tot na de oorlog voor ze elkaar weer in de armen konden sluiten.

BABYNaast grote menselijke verliezen bracht de oorlog ook nieuw leven. Hoewel het aantal geboortes sterk te­rugliep, bleven kinderen het levenslicht zien. De bevallingen vonden plaats in erbarmelijke omstandigheden en de overlevingskansen van de baby’s waren gering. Borelingen die het alsnog haal­den, groeiden op in een allesbehalve ideale omgeving.

SPEELVOGELOok in oorlogstijd probeerden kinderen aan de dagelijkse realiteit te ontsnap­pen door op te gaan in sport en spel. Knikkeren, katje duk (verstoppertje), pekkelen, tollen, lopen… waren maar enkele van de populaire spelen uit die tijd. Ook voetbal kende een grote opmars. Elke gemeente had zijn club. Zelfs de soldaten lieten zich geregeld verleiden tot een partijtje sjotten.

KATTENKWAADKinderen met zin voor avontuur maakten van hun onschuldige status gebruik om de bezetter te jennen. Populair was het uitschelden van Duitse soldaten of het verscheuren van affiches met bekend­makingen. Echte durvers waagden het zelfs om van soldaten te stelen. Wie tegen de lamp liep, werd voor het gerecht gebracht en gestraft. De boetes moesten door hun ouders worden betaald.

PROPAGANDAZowel de geallieerde troepen als de Duitsers gebruikten kinderen als propa­gandamiddel. De eersten portretteerden de bezetters als kindermoordenaars, ook al kwamen heel wat kinderen door ge­allieerde bommen om het leven. Duitse soldaten gingen op hun beurt maar al te graag met Vlaamse kinderen op de foto om te tonen dat ze het goed meenden met de plaatselijke bevolking.

SOLDATENVRIENDOndanks hun barbaarse reputatie bleek algauw dat de Duitse soldaten van kin­deren hielden. Ze stopten hen geregeld snoepgoed toe of knikkers om mee te spelen. In ruil voor kleine taken, zoals het poetsen van laarzen, kregen ze een beloning. De meeste ouders reageerden argwanend. Ze waren bang dat de sol­daten hun kinderen met het snoepgoed wilden vergiftigen.

1

5

5

6

7

8

9

2

3

4

ILLUSTRATIE: JULIE VAN WEZEMAEL

Page 36: De Andere Kant van het Front

3636

Page 37: De Andere Kant van het Front

37

beeld AAN HET LANGSTE EINDIn volle oorlogstijd zorgde sport nu en dan voor afleiding, wat het mo­reel van de soldaten én hun conditie ten goede kwam. Aan beide zijden van het front werden sportwedstrij­den gehouden, vaak op initiatief van de legerleiding. En zo kwam het al eens tot een partijtje touwtrekken tussen Duitse soldaten, zoals hier in de Roeselaarse wijk De Ruiter. Niets aan deze foto doet vermoeden dat enkele kilometers verderop een oorlog in alle hevigheid woedt.

1717

37 COLLECTIE JOHAN DELBECKE, ROESELARE

Page 38: De Andere Kant van het Front

begrip

TRENCH ARTOm de tijd te doden, gingen frontsoldaten achter de loopgraven aan de slag met alles wat ze konden vinden: obushulzen, kogels of ander oorlogsmateriaal. Na verloop van tijd werden ze erg handig in het maken van ringen, briefopeners en asbakken. Ze stuurden hun loopgravenkunst of trench art op naar familie en vrienden of zetten een handeltje op om een centje bij te verdienen. Uiteraard was het maken van deze kunstwerkjes een aange­naam tijdverdrijf tijdens de soms lange en saaie wacht­tijden aan het front.

moment

EENTJES/TWEETJESIn Beveren werd de bevolking tijdens de Eerste Wereldoorlog in twee groepen opgedeeld. De nummers één mochten blijven, de nummers twee moesten onverwijld vertrekken. De achterblijvers eigenden zich de verlaten panden toe. Na de oorlog brak er een politieke tweestrijd los tussen de partijen van de Eentjes en die van de Tweetjes. Elke partij had een eigen partijblad, een eigen muziekkorps, eigen cafés en eigen winkels. De leden van beide partijen haalden elkaar voort­durend onderuit met dreigementen en pesterijen. Volgens de Tweetjes waren de Eentjes slechte katholieken. De Eentjes beschuldigden de Tweetjes op hun beurt van vriendjespolitiek bij de voedselbede­ling tijdens de oorlog. Bij de verkiezingen speelden beide partijen voortdurend haasje­over, hoewel de strijd meestal in het voordeel van de Tweetjes werd beslecht. De situatie hield aan tot de Tweede Wereldoorlog, toen de Duitsers de gemeenteraad opdoekten en alleen nog een burgemeester en een schepen­college duldden.

1717

38

“… We slaan onze voorraad aard­appelen in (in het geniep). Als we geen patatten zouden hebben, zou ik niet weten wat we zouden doen. Soepaardappelen en an­dere groenten voor het middag­maal, opnieuw aardappelen voor het avondmaal met chocolade­melk (geen echte) – dat laatste krijgen we als armen van de ‘gemeente’. Brood is gerantsoe­neerd. Ik vraag me af wat jij ervan zou vinden. Wanneer je honger hebt, ben je blij dat je het krijgt. Gelukkig heb ik niet zo’n honger als vroeger.”ZUSTER JOACHIM,

KLOOSTER VAN OOIGEM,

23 SEPTEMBER 1917

‘WE ZULLEN NIET STERVEN VAN DE HONGER, TENMINSTE NOG NIET…’

DAGBOEK

KENNISCENTRUM IN FLANDERS FIELDS

Page 39: De Andere Kant van het Front

figuur RUDOLPHLANGERudolph Lange was naast een Duitse ma­joor ook een verdienstelijk amateurkunste­naar met flink wat tekentalent. Tijdens de oorlog verbleef hij lange tijd in onze regio, waar hij in tal van schetsen en aquarellen het veranderende oorlogslandschap in dor­pen als Beveren, Moorslede, Ingelmunster, Gits en Oostnieuwkerke registreerde. Veel van zijn kunstwerkjes kunnen worden gekoppeld aan passages uit het dagboek dat hij tijdens de oorlogsjaren bijhield. Lange was een opmerkelijk officier. In 1918 verkreeg hij ‘Pour le Mérite’, de hoogste militaire medaille in het toenmalige Duitse Rijk. Hij raakte meer dan eens gewond. Zijn laatste verwonding liep hij op in juli 1918 nabij Reims. Ze werd hem fataal: Lange stierf in Bonn op 9 september 1918.

in kaart

PATATJEOORLOGOm de voedselbevoorrading in goede banen te leiden, gingen voedingsmidde­len ‘op de bon’. Brood­ en huishoudkaar­

ten gaven het aantal rantsoenen aan waarop het gezinshoofd recht had. Voor het merendeel van de voedingswaren werden maximumprijzen uitgevaardigd. Zuster Joachim, een Britse non in het Franse klooster van Ooigem, schreef in 1917 enkele voedselprijzen neer…

39

De voedseltoevoer verliep moeizaam. Eind 1914 waren de voorraden uitgeput en dreigde er een hongersnood. Het Nationaal Hulp­ en Voedings­comiteit verzorgde de voedselbedeling in België en Noord­Frankrijk via Provinciale, Gewestelijke en Gemeentelijke Comiteiten. De Duitsers tolereer­den de voedselbedeling. Zo hoefden ze zelf niet in te staan voor de voedselvoorraad in het bezette gebied. De producten ingevoerd door het Nationaal Hulp­ en Voedingscomiteit werden verkocht in de Comiteitswinkel. Wie geen geld had, kreeg de voedselpakketten gratis.

In de scholen werd vanaf 1916 schoolsoep uitgedeeld. Ouders met kinderen konden zich op voorhand inschrijven. Wie te laat kwam, moest een maand wachten om opnieuw op de lijst

te komen. De schoolsoep kende een groot succes.

In Rumbeke bijvoor­beeld, maakten meer dan 1.000 kinderen in 1917 van de gratis

maaltijd gebruik.

per kilo3fr/

–VOOR DE OORLOG–

per kilo80fr/

–TIJDENS DE OORLOG–

20 fr/kilo

SUIKER

60 fr/kilo

CACAO

70 fr/kilo

KOFFIE/THEE

1 fr/stuk

EI

14fr/stuk

KONIJN

SCHOOLSOEP

COMI-TEITEN KENNISCENTRUM

IN FLANDERS FIELDS

Page 40: De Andere Kant van het Front

40

IN DE VEERTIEN BILLENIn een aantal gemeenten deden de cafés aanvankelijk gouden zaken. Zo was Ingelmunster een geliefd ontspanningsoord. In zo’n 200 cafés geraakte je aan bier en weerklonken er Duitse liederen. In Moorsele droegen de diensters van café Den Oven een ‘col marin’, naar analogie met de Duitse uniformen, wat de bezetter uiteraard zeer op prijs stelde. In Hooglede was ‘In de Afspanning: De Dubbele Arend’ bij de Duitsers bijzonder geliefd. In de volksmond werd het café weinig eerbiedig ‘Bij de Zeven Zusters’ of ‘In de Veertien Billen’ genoemd, naar de zeven zussen die het café openhielden. Te veel contact met de Bel­gische burgers werd door de Duitse legerleiding echter als problematisch er­varen. Uit vrees voor loslippige dronken soldaten en escalerende ruzies werd het caféleven aan banden gelegd. Begin 1915 werd de verkoop van sterke drank verboden en kwamen er aparte cafés voor burgers en militairen.

BROOD EN SPELEN

HET LEVEN GAAT VERDER

Page 41: De Andere Kant van het Front

1717

41

OOK TIJDENS EEN OORLOG KAN DE BOOG NIET ALTIJD GESPANNEN ZIJN. TUSSEN DE GEVECHTEN DOOR ZAKTEN DE FRONTSOLDATEN GEREGELD AF NAAR DE GEMEENTEN ACHTER HET FRONT VOOR EEN VERZETJE. EN DAAR PIKTE DE LOKALE BEVOLKING GRAAG OP IN.

FEBVLIEGTUIGEN IN WEVELGEMHet vliegveld van Bisse­gem­Wevelgem wordt voor het eerst in gebruik genomen. Tot op de dag van vandaag landden (inter)nationale vluchten op dit vliegveld.

MEINOG MEER DUITSERSDe Duitsers verwachten een geallieerd offensief en sturen extra troepen naar de regio. Dat is zowel in Hooglede­Gits als in Lichtervelde merkbaar. In Lichtervelde is zelfs sprake van overbevolking.

07.06MIJNEN IN WIJTSCHATEIn de buurt van Wijtschate laten de geallieerden een twin­tigtal dieptemijnen ontploffen. Door de daaropvolgende luchtverplaatsingen springen tot in Staden de ruiten stuk.

14.06MENEN WALDOp de nieuwe begraafplaats tussen Menen en Wevelgem worden de eerste Duitse ge­sneuvelde soldaten begraven. Deze militaire rustplaats krijgt de naam Menen Wald.

30.06GROTE UITTOCHTDe voorbereidingen van de Derde Slag bij Ieper worden voelbaar in Wervik. De Duit­sers organiseren een grote evacuatie van de burgerbe­volking richting het oosten van het land.

WATER EN STROOMNa de ravage van Schuwe Maandag werd het in de gemeenten achter het front iets rustiger. De puinhopen van de vernielingen ruimden plaats voor bloemperkjes en monumenten. Er werden bioscopen ingericht voor de Duitse soldaten, waar ook de bur­gers welkom waren. De huizen met ingekwartierde Duitsers kregen waterleidingen en elektrische verlichting: twee belangrijke innovaties voor die tijd. In dorpen als Ledegem, Oekene, Slijpskapelle en Izegem werd elektriciteit opgewekt met een stoommachine en op de markt verkocht voor twee Duitse mark per week. De stokers hadden een speciale toelating nodig om na 20u nog door het dorp te lopen. Tijdens het bevrijdingsoffensief van 1918 werden de meeste verbeteringswerken echter weer teniet gedaan.

Op tal van beelden uit de Eerste Wereldoorlog zie je Duitse soldaten en Belgische burgers samen poseren. De plaatselijke bevolking moest mee op de foto om de ‘goede relatie’ met de Duitse bezetter te tonen. Het belang van visuele propaganda was niet te onderschatten. In de Verenigde Staten werd de publieke opinie bespeeld met beelden van vernietigde gemeenten en hongerige kinde­ren. De bezetter counterde die met foto’s van vriendelijke Duitse soldaten die hun brood deelden met de burger­bevolking. Ze werden op postkaartformaat verspreid en voorzien van commentaren die de geallieerde bombarde­menten op de korrel namen.

LACHEN NAAR DE LENS

DAGELIJKS LEVEN DOWNLOAD DE APPLEES MEER OP P. 56

STADSARCHIEF WAREGEM

Page 42: De Andere Kant van het Front

21.07ROESELAREBRANDTIn de nacht van 21 op 22 juli vindt een van de zwaarste luchtaanvallen boven Roesela­re plaats. Het Klein Seminarie, de Broederschool, de brand­weerkazerne en de gasfabriek worden in de as gelegd.

27.07STADEN VLUCHT…Het nieuws verspreidt zich dat de Duitsers Staden zullen ontruimen. De laatste inwo­ners worden weggevoerd naar Halle en Ninove.

30.07… ANDERE DORPEN VOLGENIn Moorslede, Slijpskapelle en Dadizele nemen de laatste in­woners de benen. De dorpen worden vanuit het Ieperse zwaar onder vuur genomen.

31.07DERDE SLAG BIJ IEPERNa een twee weken durende artilleriebeschieting barst het Britse zomeroffensief los. Gigantische troepenbewegin­gen zijn het gevolg.

JULGEWONDEN STROMEN TOEDe gevechten in de Westhoek zorgen voor een toeloop van gewonden. Het lazaret op het Schouwburgplein in Kortrijk krijgt in vijf dagen 5.000 gewonde soldaten binnen.

20.08KEIZER WILHELM II BEZOEKT MACHELENVanuit het station van Ma­chelen begeleiden een aantal officieren de Duitse keizer naar de troepen.

FLOU ARTISTIQUEDe gruwel van de oorlog inspi­reerde heel wat kunstenaars tot pakkende werken. Nogal wat soldaten hielden schetsboekjes bij. Hun tekeningen en schilderijen hebben vooral een historische waarde, omdat ze een realistisch beeld van de oorlogstijd schet­sen. In Wervik werkte de Duitse expressionistische kunstschilder Max Beckmann als verzorger in het lazaret Wit Kasteel. Hij was er een graag geziene stamgast in Café Rubens. In mei 1915 werd hij met een depressie naar huis gestuurd. Zijn latere werk was sterk beïnvloed door wat hij tijdens de oorlog had gezien. Ook de Duitse auteur Erich Maria Remarque verbleef gedurende een

HEILIGE OORLOGDe gevaren van het frontleven zetten aan tot introspectie en gebed. Op de markt van Moor­slede kwamen Duitse militairen samen om in openlucht de Heilige Mis te vieren, met zicht op de toren van de Sint­Martinuskerk, die als lazaret was ingericht. Vanaf de kansel werd de soldaten moed ingespro­ken en het hei­lige doel van de oorlog benadrukt. De soldaten baden voor de genezing van hun kameraden en vooral om zelf snel en ongeschonden naar huis terug te mogen.

‘LIEBE MUTTI’Duitse soldaten gingen de heimwee te lijf met brieven naar het thuisfront. Op de Grote Markt en de Groentenmarkt in Menen speelden winkeliers in op de vraag naar souvenirs. Je kon er Duitse hu­moristische bladen en kranten van de vorige dag uit Berlijn, Frankfurt, Keulen en Düsseldorf kopen. Ook in Roeselare en Ingelmunster doken nieuwe winkeltjes op waar souvenirs, tabak en voedings­waren aan de bezetter werden verkocht.

42

DUITSERS ONDER DAKHeel wat inwoners moesten een deel van hun woning afstaan om Duitse soldaten onderdak te verlenen. In Menen keek brouwer Leon Vuylsteke lijdzaam toe hoe Duitse officieren een groot deel van zijn huis innamen en de ketels van zijn brouwerij opeisten. Dochter Gabrielle schrijft erover in haar dagboek:

Page 43: De Andere Kant van het Front

43

EINS, ZWEI, DREI, VIERIn het Duitse leger speelden muziekkorpsen een belangrijke rol. Ze draaf­den niet enkel op bij marsen of parades, maar brachten ook concerten op markten en pleinen of in de officierencasino’s en soldatenheims. Zo hiel­den ze de moraal hoog. Ter ondersteuning van de troepen begeleidden de muziekkorpsen de soldaten zelfs richting front. Sommige muzikanten overleefden hun muzikale missie niet.

IS HET EEN VOGEL?In Wevelgem en omstreken werd het dagelijks leven tij­dens de oorlog in grote mate beheerst door het luchtver­keer. Zowel in Wevelgem zelf als in deelgemeente Moorsele legden opgeëiste arbeiders in opdracht van de Duitsers vliegvelden aan. Vliegtuigen vertrokken er richting front om de vijandelijke linies in kaart te brengen of te bestoken met artillerie. De komst van de vliegmachien had een grote impact op de bewoners. Het eerste vliegtuig vloog pas in 1908 boven ons land. Voor de oorlog uitbrak, hadden de meeste Belgen er nog nooit één gezien. De inwoners keken de jagers en bommenwerpers boven hun gemeenten met angst, maar ook met bewondering na.

“Na de Duitse inval in 1914 zijn we verplicht geweest om Duitse officieren in kwartier te nemen. We zijn reeds aan onze elfde serie. Sinds nieuwjaar logeren hier nu: baron von Hammerstein, Ritt-meister of kapitein Zoeppritz en luitenant Picht, officier ordonnans van de kapitein. Ze hebben beslag gelegd op alle kamers van de gelijkvloerse verdieping, met uitzondering van het bureel van papa, de vestiaire en de keuken en op de tweede verdieping met haar zes kamers. De eerste verdieping blijft voor ons ter beschikking.”

maand in onze regio, tot hij gewond werd tij­dens de Derde Slag bij Ieper. Hij werd verzorgd in Hooglede en keerde terug naar Duitsland, waar hij zijn oorlogservaring verwerkte met Im Westen nichts Neues, zowat de ultieme Duitse oorlogsroman. Het boek werd in meer dan dertig talen vertaald en in 1930 verfilmd.

Page 44: De Andere Kant van het Front

44

NIEUWE BAZEN

NIEUWE WETTEN DERLICHTEN

DE OPENBARE VERLICHTING MOET GANSCH UITSCHEIDEN TEN LAATSTE OM 21 UREN.

TENGEVOLGE VAN DE OFFERS WELKE DEN VLIEGERAANVAL VAN GIS-TEREN VEROORZAAKT HEEFT, BEVEEL IK HET VOLGENDE: ZOOHAAST ERGENS GELIJK HOE EEN VLIEGERSAANVAL ERKEND WORDT, MOET IEDER HET NAAST BIJ ZIJNDE HUIS ALS BESCHUTTING OPZOEKEN, DE INWONERS MOETEN GEDURENDE DEN VLIEGERAANVAL HUNNE HUIS-DEUREN OPENHOUDEN, DIT BEDOELT ZICH OOK VOOR ZULKE HUIZEN

DIE NIET MET HET SCHILD ‘ONDERSTAND’ GEKENTEEKEND ZIJN.

VLIEGER AANVALLEN

REISDUIVEN Al de bezitters van

WELKE ZICH OP HET GRONDGEBIED VAN ISEGHEM BEVINDEN ZIJN VERPLICHT ONMIDDELLIJK HUNNE DUIVEN IN TE LEVEREN IN HET MAGAZIJN DER STATIE.

UITDOVEN

Ieder beploeging of akkerbewerking op de vliegplaats

Abeele is verboden.

44

Page 45: De Andere Kant van het Front

45

DUITS

BIER ALLE BELGISCHE DRANKHUIZEN, ZOOWEL VOOR MILITAIREN ALS VOOR BELGEN TOEGELATENE IS HET VERBODEN DUITSCH BIER TE VERKOOPEN, DE UITHANGSELS ‘DEUTSCHES BIER’ MOETEN AAN-STONDS VERWIJDERD WORDEN.

NA DE LAATSTE BOMMENAFWERPINGENIS DOOR DE BEVOLKING BIJ HET OPZOEKEN EN BEZICHTIGEN DER

B MMENPUTTEN GROOTE LANDBESCHADI-GING AANGERICHT GEWOR-DEN. HET WORDT AAN DE BEVOLKING VERBODEN DE PLAATSEN WAAR BOMMEN IN GEVALLEN ZIJN TE GAAN BEZICHTIGEN, ZOOVER ZIJ ZICH NIET OP EIGEN GRONDGEBIED BEVINDEN.

De plicht van aan te melden

VERBOD OVER HET VERKOOPEN VAN

IEDER GEVAL VAN BESMETTELIJKE ZIEKTE ONTSTAAN IN UW HUIS OF IN UW FAMILIE, OF DIE U VERDACHT SCHIJNT VOOR ZULKE ZIEKTE, ZIJT GIJ VERPLICHT DOOR UWEN GENEESHEER

TE DOEN ONDERZOEKEN, DEZE ZIJN: CHOLERA, VLEKKOORTS, GELUWE KOORTSEN, PESTE, POKKEN, DIPHTERIE (KROEP), BETRAPELIJKE HOOFD-ZIEKTE, HERVAL-TYPHUS, BETRAPELIJKE ROODLOOP, SCHARLATINE, POL-DERKOORTS, TUBERCULOSE, MILTONTSTEKING, SNOT, RAZERNIJ, OOK BE-TEN VAN RAZENDE OF VAN RAZERNIJ VERDACHTE DIEREN, VERGIFTIGIN-GEN DOOR VLEESCH, VISCH OF WORST, TRICHINOSE, LEEKER, SYPHILIS, MAZELS, MOL, MALARIA, ZIEKTEN VAN WEIL, VIJFDAAGSCHE KOORTS.

BESMETTELIJKE

ZIEKTEN

DE BEZITTERS VAN PIANOS, VLEUGELKLAVIEREN, HARMONIUMS, ENZ. ZIJN VERPLICHT DEZE ZELF AAN TE GEVEN BIJ DE POLICIEWACHT.

PIANOSNiet aangifte

wordt bestraft.

45

Page 46: De Andere Kant van het Front

4646

Page 47: De Andere Kant van het Front

47

beeld IEDER EINDE IS EEN BEGINDankzij een offensief van de gealli­eerden werden de dorpen en steden achter het front in oktober 1918 geleidelijk bevrijd. De Duitse troepen lieten een spoor van vernieling achter. Van de meeste huizen bleef alleen een hoop puin overeind. De jaren nadien werd hard gewerkt aan de we­deropbouw van de regio. De bevolking vond een onderkomen in barakken en ‘Drieduisters’: noodwoningen die betaald werden door de staat.

1818

47 COLLECTIE HEEMKUNDIGE KRING TEN MANDERE

Page 48: De Andere Kant van het Front

beeld SPAANSEGRIEPDe Spaanse griep was een wereldwijde epidemie die in de jaren 1918­1919 naar schatting 20 tot 100 miljoen levens eiste, meer dan het totale dodental van de oorlog. Het virus werd voor het eerst gespot in maart 1918 op een militaire basis in de Verenigde Staten. Van daaruit verspreidde het zich als een lopend vuur over de aardbol. Vooral jonge volwassenen werden het slachtoffer. Griepsymptomen werden enkele dagen later gevolgd door de dood. Door de wereldwijde massabijeenkomsten aan het einde van de oorlog nam de verspreiding alleen maar toe: maar liefst 20% van de wereldbevol­king raakte besmet. Eind 1919 verdween de Spaanse griep even snel als hij gekomen was. De naam dankt het virus aan de Spaan­se kranten, die er het eerst over berichtten.

beeld MEMORIAL DAYOp 30 mei 1927 vloog Charles Lindbergh in zijn Spirit of St. Louis over de mili­taire begraafplaats in Waregem om zijn gevallen landgenoten te groeten en gooide een boeket bloemen naar beneden. Dat gebeurde negen dagen na zijn historische vlucht over de Atlantische Oceaan. Die datum was niet toevallig gekozen. Op Me­morial Day in Waregem, de zondag dichtst bij 30 mei, worden jaarlijks de Amerikaanse oorlogsslachtoffers herdacht. De begraaf­plaats in Waregem is de kleinste Ameri­kaanse in Europa en de enige in ons land uit de Eerste Wereldoorlog. Er staan 368 zerken in een mooi verzorgd park.

1818

48

1 3

2MILITAIREBEGRAAF-PLAATSEN

DUITSE MILITAIRE BEGRAAFPLAATS MENEN WALDGroenestraat 363 8930 Menen­Wevelgem

DUITSE MILITAIRE BEGRAAFPLAATS HOOGLEDEBeverenstraat 74­86 8830 Hooglede

FRANSE MILITAIRE BEGRAAFPLAATS MACHELENDorpsstraat (45) 9870 Machelen­aan­de­Leie (Zulte)

BEZIENSWAARDIG

8.241

1.022

47.911

1.029

85

161 98250

1.116

236

145

411

1.325

FR

IEPER

ROESELARE

HARELBEKE

INGELMUNSTER

VICHTE

INGOOIGEM

WAREGEM

TIELTDEINZE

LEDEGEMDADIZELE

MENEN

GENT

WEVELGEM

DEERLIJK

KORTRIJK

HOOGLEDE 1

2

4

6

9

10

8

11

7

12

13

5

3

67 8

9

10

11

1213

3

4

75

38

11

711

5

11

67 8

9

11

12

13

12

8

13

711

STADSARCHIEF WAREGEM

Page 49: De Andere Kant van het Front

figuur EDWARD VERMEULEN/WARDEN OOMEdward Vermeulen was een West­Vlaamse volksschrijver. Hij werd geboren in Beselare op 12 april 1861. Hij debuteerde pas op zijn vijftigste met de roman Herwording. Onder het pseudoniem Warden Oom raakte hij bekend met sociaal­geëngageerde verhalen over het West­Vlaamse boerenleven. In de zomer van 1918 belandde Vermeulen in de gevangenis van Torhout wegens anti­Duitse praktijken. Kort voor de bevrijding kwam hij opnieuw vrij. Na de oorlog trok hij terug naar zijn woonplaats Hooglede om daar nog enkele boeken uit te geven. In Dagboek van een banneling neemt hij de oorlogsgruwel die hij zelf mocht ondervinden op de korrel. Vermeulen overleed op 73­jarige leeftijd.

Nergens is de tragiek van een wereldoorlog zo tastbaar als op de talrijke militaire begraafplaatsen in onze regio. Duizenden jonge soldaten vonden er de eeuwige rust. De geboortedata op de kruisjes spreken boekdelen.

49

4 6 8 10 12

5 7 9 11 13

ROESELARE COMMUNAL CEMETERYBlekerijstraat (71) 8800 Roeselare

DADIZEELE NEW BRITISH CEMETERYBeselarestraat (56) 8890 Dadizele (Moorslede)

KEZELBERG BRITISH CEMETERYKorteweg8560 Wevelgem

LEDEGHEM MILITARY CEMETERYDe Kempens 8880 Ledegem

VICHTE MILITARY CEMETERY Elf Novemberlaan8570 Vichte (Anzegem)

FLANDERS FIELD AMERICAN CEMETERYWortegemseweg 117 8790 Waregem

HARELBEKE NEW BRITISH CEMETERYDeerlijksesteenweg (38) 8530 Harelbeke

MOORSELE MILITARY CEMETERYCaesar Gezellestraat 8560 Wevelgem

KORTRIJK (ST. JAN) COMMUNAL CEMETERYMeensesteenweg (101) 8500 Kortrijk

INGOYGHEM MILITARY CEMETERYPastoor Verrieststr. (25) 8570 Ingooigem (Anzegem)

focus ZIJ RUSTEN IN VREDE

8.241

1.022

47.911

1.029

85

161 98250

1.116

236

145

411

1.325

FR

IEPER

ROESELARE

HARELBEKE

INGELMUNSTER

VICHTE

INGOOIGEM

WAREGEM

TIELTDEINZE

LEDEGEMDADIZELE

MENEN

GENT

WEVELGEM

DEERLIJK

KORTRIJK

HOOGLEDE 1

2

4

6

9

10

8

11

7

12

13

5

3

BEZIENSWAARDIG

AANTAL GRAVEN

ERFGOEDKLEINSEMINARIE.BE

Page 50: De Andere Kant van het Front

OP 11 NOVEMBER 1918 GEVEN DE DUITSERS ZICH OVER NA EEN BITTER EN BLOEDERIG EIND-OFFENSIEF. ONZE REGIO LIKT ZIJN WONDEN EN ZOU NOG JARENLANG IN DE WEER ZIJN OM ALLES WEER LEEFBAAR TE KRIJGEN.

50

N a vier jaar in de loopgraven slagen de geallieerden er eindelijk in om een door­

braak te forceren. Door het lente­offensief van april 1918 zijn de Duitsers aan het einde van hun krachten. De geallieerden dwin­gen hen in de verdediging met dagelijkse kleine aanvallen. Ondertussen treffen ze de voorberei­dingen voor het grote eindoffensief, dat ook in onze regio diepe sporen zou achterlaten.

SPOOR VAN VERNIELINGHet startschot is een grote artillerieaanval in de nacht van 28 september op Houthulst, Langemark, Poelkapelle en Zonnebeke, die

tot in Hooglede­Gits te horen is. De komende dagen winnen de geallieerde troepen gelei­delijk terrein, zij het mondjesmaat en met grote verliezen aan beide zijden. De lokale bevolking gaat massaal op de loop en de Duitsers laten een spoor van vernieling achter in de regio. Dorpen en stadskernen worden leeggeplunderd en vernield.

DIENST DER VERWOESTE GEWESTENNa de wapenstilstand van 11 november keren

de inwoners terug naar hun woon­plaats, of wat ervan overblijft. De gemeenten dichtbij het front – West­rozebeke, Oostnieuwkerke, Moorsle­

de, Dadizele, Wervik en Geluwe – hebben de aanblik van een maanlandschap. Maar ook de dorpen verderop, die de oorlog zonder al te veel schade hadden doorstaan, worden door het bevrijdingsoffensief zwaar getroffen. Alleen de gemeenten ten oosten van de Leiestreek blijven grotendeels gespaard. Heel wat gemeenten wor­den ‘geadopteerd’ door de Dienst der Verwoeste Gewesten, waardoor de lokale besturen de kos­ten voor de wederopbouw niet moeten dragen. Door de adoptie komen de gemeenten onder

KIEZEN TUSSENTRADITIE EN

VERNIEUWING

STEEN VOOR STEEN

Page 51: De Andere Kant van het Front

1818

51

MEIHET TIJ KEERTNa het lenteoffensief zijn de Duitsers aan het einde van hun krachten. Vanaf mei worden ze bijna dagelijks be­stookt door de geallieerden.

OKTAMERIKANEN KOMEN ERAANNadat de VS in 1917 Duitsland de oorlog verklaarde, komen de eerste Amerikaanse soldaten pas in 1918 aan in onze regio.

1-14.10DE BELGEN RUKKEN OPDe Belgische troepen blijven terrein winnen, zij het mondjesmaat en met grote verliezen aan beide zijden. Roeselaren en Moorslede worden bevrijd.

03.10ROESELARE GEPLUNDERDIn en om Roeselare wordt he­vig strijd geleverd. Burgers en bestuurders verlaten de stad. Roeselare is tot 14 oktober be­stuurloos. Duitsers én burgers plunderen de stad leeg.

15-17.10HET FRANSE LEGER STOOT DOORHet Franse leger stoot door richting Lichtervelde en Koolskamp. Beveren, Gits, Izegem en Ingelmunster worden bevrijd.

het bestuur van een Koninklijk Commissaris, die de wederopbouw in goede banen leidt.

TRADITIONALISMEBijna alle gemeenten kiezen voor een recon­structie van de vooroorlogse bebouwing. Maar er wordt ook geëxperimenteerd met nieuwe bouwstijlen. Nogal wat architecten verble­ven tijdens de oorlog in Nederland, waar ze beïnvloed raakten door de strakke lijn van de nieuwe Stijlbeweging. Hun modernisti­sche ontwerpen vallen lang niet overal in de smaak. Het conservatieve Vlaanderen houdt vast aan het traditionalisme als esthetische norm voor de aanpak van de wederopbouw.

DE BATAVIAWIJKTijdens de wederopbouw speelt Roeselare

een belangrijke voortrekkersrol. Daarbij wordt het experiment niet geschuwd. In de wijk Batavia bouwen twee teams van architecten een nieuwe tuinwijk met vijftig woningen. Het stedenbouwkundig plan volgt de structuur van de typische Engelse tuinsteden. Het woonverkeer wordt gescheiden van de grote verkeersassen en de tuinen worden bewust klein gehouden, zodat er plaats overblijft voor de aanleg van grote open ruimten. Batavia is een mijlpaal voor de verdere wederop­bouw: het project toont aan dat kwalitatieve groepswoningbouw haalbaar én betaalbaar is. Tal van steden zouden het voorbeeld van Roe­selare volgen. Vandaag heeft de Bataviawijk vooral een uitgesproken Belgisch karakter. De eenvormige tuintjes en gevels maakten plaats voor een bonte mix van kleuren en stijlen.BATAVIALAAN 1, ROESELARE

KLOOSTER TEN BUNDERENSinds de 18e eeuw biedt het klooster van de zusters augustinessen onderdak aan een armen­

school en een meisjesinternaat. Bij het uitbreken van de oorlog vluchten drie zusters met 31 wees­meisjes naar Frankrijk. Tijdens de Eerste Slag bij Ieper moeten ook de andere zusters het klooster verlaten, zodat het als lazaret kan worden ingericht. Twee van hen blijven achter om te helpen bij het verzorgen van gewonde soldaten. Tijdens de bevrijding wordt Moorslede zwaar getroffen. Het klooster wordt, net als het dorp, volledig tot puin herleid. In de jaren 1920 wordt het volledig herop­gebouwd in neogotische stijl. Vandaag biedt het nog steeds onderdak aan een basisschool.STATIONSTRAAT 49, MOORSLEDE

Page 52: De Andere Kant van het Front

52

23.10DOMPER OP DE FEESTVREUGDENa de bevrijding van Waregem door Franse soldaten barsten vreugdetaferelen los in het centrum. Nieuwe gevechten van de Duitsers maken een eind aan de feestvreugde.

28.10WINSTON CHURCHILL OP BEZOEKChurchill maakt na een over­leg in Harelbeke met generaal Tudor, een kleine fronttoer. De uitstap wordt hem bijna fataal: hij rijdt net niet in de handen van de vijand.

31.10GROOT OFFENSIEF IN DEINZEFranse troepen veroveren de stationsbuurt van Deinze met zware beschietingen. Heel wat burgers schuilen in hun kelder: vaak een fatale keuze.

OKT-NOVEERSTE BURGERS KEREN TERUGDe eerste burgers keren naar hun streek terug. Alles is verwoest en de toestand vaak onleefbaar. Het landschap ligt bezaaid met oorlogsmateri­aal, obusputten en lijken.

10-11.11LAATSTE WAPENFEITENNet voor de wapenstilstand komt een twintigtal Belgische soldaten in Nazareth om het leven.

11.11WAPENSTILSTANDDe Duitse capitulatie wordt getekend in een treinwagon op het westelijk front in Rhe­tondes (Frankrijk). De Eerste Wereldoorlog is ten einde.

ACCORDEON-FABRIEK

Het Callewaertaccordeon – ook wel Lichter­veldschen genoemd – is een begrip in de mu­ziekwereld. Felix Callewaert begon met de pro­ductie omstreeks 1890. Tijdens de oorlog wordt de fabriek volledig vernield. Moeder Emma komt om bij een bombardement. De rest van de familie vlucht naar Limburg, waar vader Felix in 1918 overlijdt. Na de oorlog bouwt zoon Eugeen de fabriek weer op. Hij wordt burgemeester van Lichtervelde en raakt tijdens de Tweede Wereldoorlog betrokken bij het verzet. In 1942 komt hij samen met twaalf dorpsgenoten in een Duits concentratiekamp terecht, waar ze op 15 juni 1944 worden onthoofd. Het nieuws van hun dood bereikt Lichtervelde pas acht maanden na de bevrijding. De inwoners koelen hun woede door de huizen van collaborateurs in brand te steken. Vandaag is in de voormalige accordeon­fabriek een strijkwinkel gevestigd.STATIESTRAAT 1, LICHTERVELDE

IJZERWINKEL VANCANNEYT

De West­Vlaamse architect Huib Hoste speelde een belangrijke rol in de wederopbouw van onze regio. Tijdens de oorlog vluchtte hij met zijn gezin naar Nederland. Daar raakte hij sterk beïnvloed door de Nieuwe Zakelijkheid en het Functionalisme. Bij zijn terugkeer werd hij aangesteld als Hoog Koninklijk Commissaris voor de coördinatie van de gemeente Zonnebeke, maar ook elders realiseert hij tal van pro­jecten, van burgerwoningen tot openbare gebouwen. Vooral in Wervik – de geboorteplaats van zijn moeder – laat Hoste zijn sporen na. IJzerwinkel Vancanneyt in de Nieuwstraat is een opvallend visitekaartje. Het kubis­tische ontwerp maakt voor het eerst in België gebruik van een betonnen skelet in winkelbouw. Vandaag biedt het gebouw onderdak aan feestzaal ’t Isermael.NIEUWSTRAAT 39, WERVIK

Page 53: De Andere Kant van het Front

53

WEDEROPBOUW-HOEVE

In augustus 1919 richtte de Belgische Boerenbond een Dienst voor het Herstel van West­Vlaanderen op met zetel in Roeselare. De organisatie verleende voorschotten op de verwachte schadevergoedingen en hielp bij het wegwerken van de talrijke granaatputten, mijnkraters en achtergebleven munitie in de landbouwgronden. De Bouwdienst van de Boerenbond tekende honderden plannen voor nieuwe hoeven en woningen. Op het erf van deze wederopbouwhoeve stond tot voor kort een bunker, die deel uitmaakte van de Duitse verdedigingsgordel in Ledegem. Het betonnen bouwwerk werd tijdens recente renovatiewerken echter gesloopt.KORTWAGENSTRAAT 89, LEDEGEM

VILLA UIT 1926

Sommige architecten drukken zwaar hun stempel op de wederopbouw in onze regio. Een van hen is Remi Lemahieu, geboren in Gullegem en samen met zijn broer actief in de bouwonderneming van zijn ouders. Reeds voor de oorlog tekent hij tal van burgerhui­zen en villa’s aan zee, gekenmerkt door een eclectische vormentaal. In 1902 ontwerpt hij zijn eigen woning in de Bissegemstraat in Gul­legem, vlakbij de houthandel die hij intussen heeft opgericht. Tijdens de oorlog vlucht hij net als vele andere architecten naar Neder­land. Bij zijn terugkeer legt hij zich volledig toe op de wederopbouw, waarvan deze fraaie villa in art deco een mooi staaltje is.HEULESTRAAT 23, GULLEGEM

BEVRIJDINGS- ROUTEDOWNLOAD DE APPLEES MEER OP P. 56

Page 54: De Andere Kant van het Front

VERZAMELENGEBLAZEN

VAN DE GROOTE OORLOG IS IN ONZE REGIO WEINIG TASTBAARS BEWAARD GEBLEVEN. DE HERINNERING LEEFT VOORT IN VERHALEN, MAAR OOK IN DE COLLECTIES VAN TALRIJKE VERZAMELAARS.

Johan Delbecke uit Roeselare begon meer dan tien jaar geleden aan zijn verzameling postkaarten uit de Eerste Wereldoorlog om zijn geschiedenislessen mee te illustreren. “Die eerste postkaarten waren achteraf gezien helemaal niets waard”, lacht de leraar nu. “Tegenwoordig schuim ik gespecialiseerde beurzen, handelaars en websites af, op zoek naar zeldzame postkaarten uit de regio tijdens de Eerste Wereldoorlog. Ik heb er duizenden. Jaarlijks koop ik er zo’n 500 bij. Ik klasseer ze allemaal nauwgezet op locatie, uitgever en de staat waarin ze verkeren. Want dit mag dan wel mijn persoon­lijke passie zijn, toch beschouw ik mijn postkaarten ook als collectief erfgoed. Als ik er niet meer ben, moeten ze hun nut behouden.”

54

Page 55: De Andere Kant van het Front

Toen hij nog een kleine jongen was, kreeg Dirk Verhelst een bajonet van zijn overbuur. Zijn vader zag het vuur in zijn ogen, dus begonnen ze samen alles te verzamelen wat ze konden vinden uit de beide wereldoorlogen. “Het hielp dat mijn vader veldwachter was. Hij kwam overal te velde en vond de meest waardevolle dingen die bij de mensen thuis rondslingerden. Zo trof hij ooit een boer aan die het graan voor zijn koeien opschepte met een prachtige Duitse soldatenhelm. Hij gaf hem een mooie pot in ruil, en die boer vond dat hij een gouden zaak had gedaan! Toen mijn vader overleed, stond het huis van onder tot boven vol met militaire spullen. Samen met de gemeente Hooglede heb ik er hier een heel oorlogsmuseum mee gevuld.”

Johan vande Kerkhove begon zijn verzameling fantasiekaarten uit de Eerste Wereldoorlog toen hij net afgestudeerd was als socioloog, intussen veertig jaar gele­den. “Toen verzamelde iedereen ansichtkaarten. Ik was een van de weinigen die meer interesse hadden voor de mens in plaats van de feiten. Dat kwam me goed uit: daardoor waren mijn fantasiekaar­ten toen nog spotgoedkoop!” Intussen heeft Johan er al meer dan 20.000, die hij rangschikt per thema: spotprenten, propaganda, kinderen, en vooral veel liefdeskaartjes. “Fantasiekaarten waren als sms’jes. Sommige soldaten stuurden er wel vijf per dag! Daardoor zijn ze een prachtige weergave van de toenmalige tijdgeest.”

55

WWW.HOOGLEDE.BE > VRIJE TIJD > MUSEUM & TOERISME

BEZOEKTIP

Page 56: De Andere Kant van het Front

56

ACHTER HET FRONT VAN 14-18Over leven in bezet gebied

Download de applicatie en (her)ontdek de oorlogs­geschiedenis van onze regio. Vier thematische auto­(car)routes en zeven wandelroutes ne­

men je mee naar de 19 gemeenten achter het front. Aan de hand van getuigenissen, verhalen, cijfers en feiten kom je meer te weten over het dagelijks leven in bezet gebied.

DOWNLOAD de app via de App Store (iPhone/iPad) of Google Play (Android) of via de QR­codes hieronder.

KLIK op het icoontje om de app te openen en vul de vragenlijst in.

KIES een route of stel zelf je parcours samen en klik op ‘Start’.

infoinfo routesroutes

1

2

3

IS EEN INITIATIEF VAN PROJECTVERENIGING BIE EN TOERISME LEIESTREEK

WWW.BIENET.BE | WWW.TOERISME-LEIESTREEK.BE

LEES MEEROVER DE EERSTE WERELDOORLOG AAN DE ANDERE KANT VAN HET FRONT OP:

WWW.

VEERTIENACHTTIEN .BE

WWW.KINDERENINBEZETGEBIED

.BE

AGENDABEKIJK DE HERDENKINGS-

ACTIVITEITEN IN ONZE REGIO OP:

DIT PROJECT KWAM TOT STAND MET DE STEUN VAN DE BOVENSTAANDE PARTNERS

WWW.VEERTIENACHTTIEN.BE/

ACTIVITEITEN WWW.

TOERISME- LEIESTREEK .BE

APP STORE iPhone/iPad

GOOGLE PLAY Android

© c

olle

ctie

W. D

erae

ve

Page 57: De Andere Kant van het Front

57

REDACTIENICOLAS CHARTIERBART DE VLIEGHER

VORMGEVINGFRÉDÉRIC LIEMARLIES NACHTERGAELE

FOTOGRAFIEPHILIP VANOUTRIVEBENOIT VERMEERENJELLE VERMEERSCH

ILLUSTRATIESLIEN GEEROMSJULIE VAN WEZEMAEL

CORRECTIEFRANK VAN DEN BRANDEN

CONCEPT EN CREATIE STAPEL MAGAZINEMAKERS WWW.STAPEL.BE

DRUKCONTINUGA | WWW.CONTINUGA.BE

VERANTWOORDELIJKE UITGEVERKRIS DECLERCQ PROJECTVERENIGING BIEPOLENPLEIN 15, 8800 ROESELARE

DEPOTNUMMERD/2014/11.976/3

BEDANKTLUC DE MUNCK, JOHAN DELBECKE,RIK FOULON, JOHAN VANDE KERKHOVE,ROGER VERBEKE, DIRK VERHELST,EN NATASCHA ZELIMKHANOVA

DEELNEMENDE STEDEN EN GEMEENTEN ANZEGEM, DEINZE, HARELBEKE, HOOGLEDE, INGELMUNSTER, IZEGEM, KORTRIJK, LEDEGEM, LICHTERVELDE, MENEN, MOORSLEDE, NAZARETH, ROESELARE, STADEN, WAREGEM, WERVIK, WEVELGEM, WIELSBEKE EN ZULTE

REDACTIERAADEMMANUEL DERDEYNANNELIEN NOPPEKIM VAN BELLEGHEMLIEN VANHAVERBEKEHUGO VERHENNE

TE VOET

MET DE AUTO(CAR) creditscredits

ROESELARE

IZEGEM

INGELMUNSTER

HOOGLEDE

SCHUWEMAANDAG

OP MAANDAG 19 OKTOBER 1914 NAMEN FRANSE SLUIPSCHUTTERS DE DUITSE TROEPEN ONDER VUUR. DE DUITSERS REAGEERDEN FURIEUS…

DAGELIJKSLEVEN

OOK ONDER DUITSE BE-ZETTING GING HET LEVEN GEWOON VERDER, OOK AL WAS HET SAMENLEVEN MET DE DUITSERS NIET ALTIJD EVIDENT.

GENEESKUNDE & VERZORGINGTAL VAN GEBOUWEN IN ONZE REGIO DEDEN DIENST ALS GEÏMPROVISEERDE ZIE-KENHUIZEN OF LAZARETTEN VOOR GEWONDE DUITSE SOLDATEN.

BEVRIJDINGS-ROUTE

DE LEIE VORMDE EEN BE-LANGRIJKE BARRIÈRE IN DE GEALLIEERDE OPMARS. OP SOMMIGE PLAATSEN LIETEN DE LAATSTE OORLOGSDAGEN DIEPE SPOREN NA.

STADEN

LICHTERVELDE

MOORSLEDE

Page 58: De Andere Kant van het Front

58

outrooutro

Een oorlog kent geen winnaars, alleen verliezers. De verhalen in dit magazine overstijgen de gebeur­

tenissen aan het begin van de vorige eeuw. Ook vandaag vallen onschuldige burgers ten prooi aan conflicten waar zij zelf geen vat op hebben. Wereldwijd laten mensen nog steeds hun hele hebben en houden achter, op de vlucht voor brandhaarden die qua wreedheid niet voor de Eerste Wereldoorlog moeten onderdoen. Dat alleen al maakt het belangrijk om die zwarte bladzijden uit onze geschiedenis nooit te vergeten. Ze helpen ons om het heden beter te begrijpen. Oorlog en geweld zijn immers universeel en van alle tijden, hoe graag we het ook anders zouden zien. In een wereld die steeds kleiner wordt, zijn Syrië, Gaza of Oekraïne immers dichter­bij dan u denkt.

GOOGLE, WARS IN

THE WORLD

Page 59: De Andere Kant van het Front

DE ZWARTE BLADZIJDEN UIT ONZE GESCHIEDENIS HELPEN ONS OM HET HEDEN BETER TE

BEGRIJPEN

Page 60: De Andere Kant van het Front

‘Hoe zinloos is alles wat ooit werd geschreven, gedaan, gedacht,

als zoiets mogelijk is! Het moet allemaal gelogen en zonder belang zijn, wanneer

eeuwenoude cultuur niet eens kan verhinderen dat deze stromen

van bloed worden vergoten.’

ERICH MARIA REMARQUE (1898-1970), VAN HET WESTELIJK FRONT GEEN NIEUWS