Dbv 2014 6

24
118de jaargang | nov. - dec. 2014 | tweemaandelijks tijdschrift voor de beweging rond Don Bosco | Kantoor van afgifte: 3000 Leuven mail | P209042 Vlaanderen 6 Jeugd verbo(n)den?

description

http://www.donbosco.be/uploads/media/DBV_2014-6.pdf

Transcript of Dbv 2014 6

118de jaargang | nov. - dec. 2014 | tweemaandelijks tijdschrift voor de beweging rond Don Bosco | Kantoor van afgifte: 3000 Leuven mail | P209042

Vlaanderen

6

Jeugd verbo(n)den?

inhoud

Ingeblikt 3

Job – Ook een vader moet groeien 4

Over takels en talenten (Jan Van Oycke) 6

Verbonden in Christus 8

Er is een dorp nodig om een kind op te voeden 9

Open Happening in beeld 10

Don Bosco samen een plaats geven in het team 12

Extreem –

Over sociale media en radicalisering bij jongeren 14

Wat verbinden vermag 16

Turijn: in het spoor van Don Bosco 17

Don Bosco Youth-Net in de kijker (Rein Meus) 18

De Boekenplank 20

In memoriam 21

Wegwijs in onderwijs: wereldwijd! 22

Ruggespraak 24

Hoofdredacteur Steven Pinnoo

Adviesraad R. Burggraeve H. Cauwenberghs A. De Cocker M. Den Haerynck D. Deraeve E. De Ridder E. Haelvoet B. Hoogwijs D. Schoofs F. Vanspauwen S. Veulemans

Eindredactie en redactieadres Mark Den Haerynck Stationsstraat 87 3150 Haacht [email protected]

Adreswijziging Don Bosco Vlaanderen Fr. Gaystraat 129 1150 Brussel [email protected]

Verantwoordelijke uitgever Mark Tips, provinciaal Fr. Gaystraat 129 1150 Brussel [email protected]

Lay-out en druk Drukkerij Van der Poorten nv Kessel-Lo

De bijdragen verschijnen onder de verantwoordelijkheid van de auteur.

Uw persoonlijke gegevens zijn voor u ter inzage. Ze worden nooit aan derden doorgegeven en dienen enkel voor de verzending van Don Bosco Vlaanderen.

In Vlaanderen: www.donbosco.be www.zustersvandonbosco.be

In de wereld: www.sdb.org www.cgfmanet.org

Don Bosco Vlaanderen is een gratis blad. Giften zijn daarom steeds welkom op het onderstaande adres en rekeningnummer, met vermelding van ‘Don Bosco Vlaanderen’:Don Bosco Centrale vzwFr. Gaystraat 1291150 BrusselTel. 02 771 21 00IBAN: BE27 4272 1008 4573 BIC: KREDBEBB

Foto voorpagina: Steven Pinnoo

Een salesiaanse op de wereld Een kijk op de salesiaanse wereld

3

Tekst: Steven Pinnoo Foto: Sxc | INGEBLIKT

Jeu

gd

ver

bo

(n)d

en? Niet enkel opvoeden, ook jong zijn is

vandaag een drukke bezigheid. De agen-da van jongeren loopt al snel vol. Want na de school staan er nog heel wat andere activiteiten op het programma, de ene al wat meer ontspannend, creatief of sportief

dan de andere. Voor ze het goed en wel be-seffen, hollen jongeren al even erg van de ene naar de andere ‘ver-plichting’ als hun ouders,

als wij allemaal. Actief en populair zijn, en in al die dingen nog goed presteren

ook – daar gaat het om.

In onze samenleving leeft vaak het verwijt dat de jeugd

verwend is, dat die jongelui menen “dat ze zich alles kun-nen permitteren”. En wie weet, misschien krijgen onze kinderen inderdaad heel

wat zomaar in de schoot geworpen. Maar al te vaak kunnen jongeren zich één zaak níét veroorloven, en dat is echt jong zijn. Van kindsbeen af moeten ze meedraaien op de mallemolen van een consumptie-

en prestatiegerichte maatschappij.

‘Don Bosco’ staat voor een heel andere vorm van opvoe-den: een opvoeden in verbondenheid. Wij willen jonge-ren uitnodigen in een opvoedende gemeenschap waar zij een ‘familieklimaat’ mogen ervaren waarin warmte, structuur en veiligheid geboden worden. Zichzelf mogen

zijn, thuis mogen komen en jong zijn – daar gaat het in een salesiaanse pedagogie om.

Deze maanden mogen we het kerstfeest voorbereiden en beleven. Misschien ook een tijd om de warme verbonden-heid van onze Don Boscofamilie heel bewust gestalte te ge-ven en te vieren?

4

PIT IN ‘T KLOKHUIS | Tekst: Roger Burggraeve en Steven Pinnoo Foto: Eindredactie

Pittige Bijbelverhalen voor gezinnen vandaag

Het volmaakte gezinnetjeJobs verhaal begint als een perfecte idylle. Hij is zeer welgesteld: als “de rijkste man van heel het Oosten” (Job 1,3) krijgt hij ook heel wat sociale erkenning. Bo-vendien is hij godvrezend, onberispelijk en rechtscha-pen. Deze volmaakte situatie wordt vervolledigd met een prachtig gezin: zeven zonen en drie dochters, ge-tallen die in de Bijbel op perfectie wijzen. De kinderen kunnen goed met elkaar opschieten, geven feesten waarop ze elkaar uitnodigen, en Job is de perfecte va-der die alles voor zijn kinderen overheeft.Tegelijk kan de scherpzinnige lezer tussen de regels door al wat rimpels in dit volmaakte beeld ontwaren… Is het gezin van Job niet té prachtig? Bij de feesten zijn er blijkbaar geen andere genodigden – het blijft ‘fami-lie onder elkaar’. Bovendien wil Job dat zijn kinderen geen fouten en stommiteiten begaan, dat ze niet bui-ten de schreef gaan en in hun ongeluk lopen. Maar stelt hij zich daardoor niet overbeschermend op? Vormt dit

Job – Ook een vader moet groeien

‘ideale gezin’ geen al te gesloten kliek – op het randje af incestueus?

Onverstoorbaar in het lijdenZo ‘volmaakt’ als Job en zijn gezin zijn, zo diep worden zij in het verhaal getroffen door het lijden. Dit lijden moeten we als lezer aanvaarden zoals het in het verhaal geschreven staat: een toetsing door God, op aanstoken van de satan (Job 1,6-12). Job wordt getroffen door vier ‘jobstijdingen’, in alles wat hem dierbaar is – ook in zijn gezin: al zijn kinderen verongelukken. Maar Job blijft godvrezend, onverstoorbaar, onaangedaan: hij laat zich niet uit het lood slaan! We ontmoeten hier de Job van de aanvaarding: een fantastische, sterke mens die be-wondering opwekt.Bij een tweede toetsing wordt Job getroffen in zijn ge-zondheid: hij wordt “van voetzool tot kruin” geslagen met kwaadaardige zweren. Hier herkennen we Job zo-als hij in de kunst duizenden malen is afgebeeld, die zit-

5

tend op een asvaalt met een scherf zijn zweren afkrabt (Job 2,7-8). Door het fysieke lijden wordt Job helemaal op zichzelf teruggeworpen. Maar toch blijft hij de on-verstoorbare Job, zelfs al maakt zijn vrouw hem daar verwijten om.Nu krijgt Job bezoek van zijn vrienden: mensen die met hem begaan zijn en gehoord hebben wat er gebeurd is. Zij willen hun medeleven uitdrukken en Job troos-ten. Anders dan Job zijn deze vrienden wél hun kluts kwijt: ze gaan zeven dagen en nachten bij Job op de grond zitten, zonder een woord te zeggen. Opnieuw een getal van volmaaktheid: de vrienden bieden Job troost zonder het lijden weg te praten, zonder een uit-leg te willen geven of verwijten te maken – als dát geen troosters zijn!En nu gebeurt er iets met Job… Het is alsof de troosters iets in hem teweeggebracht hebben, alsof er iets in hem gewekt is. We krijgen nu een andere Job te zien, een Job in wie het lijden wel is doorgedrongen…

Van rebellie tot gelouterde overgaveDeze ‘nieuwe’ Job beseft terdege wat hem is aange-daan, vindt dat onverdraaglijk en vervloekt zijn be-staan (Job 3). Pas nu trachten zijn vrienden hem ervan te overtuigen dat er toch een reden moet zijn waarom hij zo moet lijden. Ze proberen te begrijpen waarom hij moet lijden. En zo komen ze uit bij de klassieke vergel-dingsleer: het lijden is een vergelding voor kwaad dat werd begaan. We horen zelfs vandaag soms nog zeg-gen: “Waaraan heeft hij dit verdiend?” En dus gaan de drie vrienden bij Job of bij andere mensen een schuld zoeken waarvoor Job de prijs betaalt…Job aanvaardt deze beschuldigende verklaring niet, en wordt meer en meer de rebel: hij weerlegt zijn vrienden en vindt hun uitleg onrechtvaardig. Stilaan begint hij in dit gesprek ook in opstand te komen tegen God en roept Hem voor de pinnen: hij eist dat God zich komt recht-vaardigen! In een zoektocht door ellenlange hoofdstuk-ken heen groeit een nieuwe verhouding tot God: geen gedweeë, mooie relatie van overgave meer, maar een kritische religieuze relatie, die wel volwassen is. Job cre-eert zo een ‘rebelse, kritische religiositeit’ waarin hij zich op een volwassen wijze kan manifesteren.

Job wordt nu Gods aanklager. God neemt echter de handschoen op. Hij verschijnt ten tonele en roept Job op om “zich te weren als een vent” (Job 38,3). Twee-maal dient hij Job van antwoord; deze geeft zich over, maar ditmaal gaat het om een gelouterde overgave, en een overgave die van aanschijn tot aanschijn gebeurt (Job 42,5). En net wanneer je als lezer zou gaan denken dat het verhaal afgelopen is, neemt het een heel merk-waardige wending: God kiest de kant van Job en niet die van zijn vrienden. De rebelse Job, die de rechtvaar-digheidsleer verworpen heeft, heeft een beter beeld geschetst van God dan degenen die Hem gerechtvaar-digd en witgewassen hebben!

Twee modelgezinnen en gezinsmodellenJob krijgt uiteindelijk alles dubbel en dik terug, zelfs zijn gezin, met evenveel zonen en dochters als voor-heen (Job 42,13). Hierover vermeldt het verhaal enkele gegevens waar we meestal veel te snel overheen lezen: de dochters worden met naam en toenaam genoemd, het zijn prachtige meisjes en ze krijgen van Job ook grond in bezit – kortom, het zijn ideale huwelijkskandi-daten. Job is een echte, volwassen vader geworden die zijn kinderen niet meer van het leven wil afschermen.Door heel het boek Job wordt het lijden geschetst als een leerproces van volwassenwording. Niet de eerste, onverstoorbare Job is het model, maar wel de rebel, de ‘vent’ die zich geweerd heeft en zo volwassen is gewor-den. Job is daarbij niet alleen gegroeid als mens, maar ook als vader. Zijn lijden heeft ook de lezer een belang-rijke levensles geleerd: vader, ouder, opvoeder ben je niet, je wórdt het!De twee gezinnen van Job zijn nog brandend actueel als opvoedingsmodellen in deze tijd. Soms heb je gezin-nen die ideaal lijken, maar een buitenstaander beseft niet altijd hoe verstikkend die omgeving is. De volwas-sen Job daarentegen schenkt zijn kinderen de ruimte en de vrijheid om zelf hun leven gestalte te geven; in plaats van hen te verstikken laat hij hen tot ontplooiing en vruchtbaarheid komen. Zijn verhaal stelt ons voor een prangende keuze: durven wij groeien in een op-voedingsstijl die jongeren kans tot ontplooiing geeft?

Een van de meest tot de verbeelding sprekende, ‘pittige’ perso-nages uit de Bijbel is ongetwijfeld Job. We ontmoeten hem al eeuwenlang als heilige en als patroon van vele parochies en aller-lei goede werken. Zijn verhaal wordt echter zelden gelezen. Wat jammer, want Job heeft voor de goede lezer, ook voor gezinnen vandaag, een aantal boeiende verrassingen in petto.

6

TE GAST | Tekst en foto's: Steven Pinnoo

Het jeugdhuis biedt Jan de mogelijkheid op een

ongedwongen wijze bij de jongeren te staan.

Don Bosco lééftAls oudste van een gezin met vier kinderen heeft Jan Van Oycke uit eerste hand mogen ervaren hoe belang-rijk een warm nest is om te kunnen uitgroeien tot een gelukkig mens. Smaak krijgen in het leven hoorde er vanzelf bij, met een vader die in een bakkerij werkte. Toen moeder haar job als verpleegster opgaf om thuis in Oudenaarde als onthaalmoeder te beginnen, kreeg die geborgenheid wel heel luidruchtig gestalte… Intus-sen kon de jonge Jan in de Chiro al zijn energie kwijt in een hechte vriendengroep. Het was een jeugd in alle eenvoud, maar waarin oprechte liefde, kameraadschap en gastvrijheid geen loze woorden waren.Jan leerde Don Bosco kennen toen hij in het college in Zwijnaarde terechtkwam. Tijdens zijn eerste jaar leefde daar nog een salesiaanse gemeenschap. Van zijn con-tacten met de salesianen en ook van bezinningsiniti-atieven en gespreksgroepen droeg hij veel mee. In de vierdes mocht Jan mee op Turijnreis, waardoor de per-soon van Don Bosco nog sterker in zijn hart ging leven. Toen het einde van de collegetijd naderde en Jan zijn leven in een bepaalde richting moest gaan sturen, bleek dat die Don Bosco toch héél sterk in hem leefde: na zijn middelbare studies koos Jan ervoor om zelf ook salesi-aan te worden.

Thuiskomen in De TakelJan besloot om zich als broeder – ook wel ‘coadjuteur’ genoemd – in te zetten bin-nen de salesiaanse congregatie. Na een jaar noviciaat in Kortrijk en twee jaar fi-losofiestudies in Oud-Heverlee kwam hij in 1998 in Oostende terecht. Daar werd in 1987 de vzw ‘De Takel’ opgericht, waar-

van in 1988 het dagcentrum de deuren opende. In 1990 startte Mark Bode er het jeugdhuis op.

Over takels en talenten

“Tussen de jongeren staan.” Dit ideaal krijgt gestalte op heel uiteenlopende manieren, maar zelden zo letterlijk als in een jeugdhuis. Samen met vele jongeren mogen wij te gast zijn in het jeugdhuis ‘De Takel’ in Oostende, en daar thuiskomen bij salesiaan Jan Van Oycke.

Met Jan Van Oycke op ontdekking in jeugdhuis ‘De Takel’

7

Jan kon geleidelijk in het project ingroeien en daarbij vooral bezig zijn met de jon-geren in het dagcentrum en het jeugdhuis. Een belang-rijk voorbeeld vormde Guido Tielemans, die hem bezielde met een oprechte gastvrij-heid die tijd maakt voor een ander. Jan kreeg er ook zicht op de problematiek van jongeren die het moeilijk hebben, die minder kansen krijgen, uit de boot vallen. Na dit stagejaar werd afgesproken dat hij zich volledig zou gaan inzetten voor het jeugdhuis, en dat doet hij nog steeds…

Bagage voor een goede vaartIn het jeugdhuis heerst doorgaans een gezellige drukte, met een wisselend aantal jongeren. Men bereikt een groep van ongeveer 110 jongeren – op de drukste mo-menten zijn een goede veertig jongeren aanwezig, op rustige momenten een twintigtal.Het jeugdhuis biedt Jan de mogelijkheid op een onge-dwongen wijze bij al die jongeren te staan. Het is vooral de bedoeling dat zij hier helemaal tot zichzelf kunnen komen, samen ontspannen, samen initiatieven nemen. Dit is zeker belangrijk bij jongeren die vaak al heel wat zorgen om het hoofd hebben dat je niet zomaar voor iets kan verhelpen. Soms kun je dan wel iets bereiken zonder dat ze het expliciet doorhebben: gewoon wat ruimte geven en met hen bezig zijn kan al veel bete-kenen.Daarom past dit jeugdhuis zo goed in het project waar De Takel voor staat. Zoals een takel een toestel is dat on-ontbeerlijk is voor de vaart, zo wil het jeugdhuis de jon-geren ook bagage meegeven voor hun tocht door het leven. Zo is respect iets belangrijks om mee te nemen, en dat krijgen jongeren hier al doende aangereikt. Bo-vendien wordt een takel ook gebruikt om met minder inspanning zware lasten te kunnen tillen. Zo wil ook het jeugdhuis jongeren helpen om de lasten van het leven te dragen – vaak de gewone, dagelijkse dingen, maar soms ook zwaardere lasten. Jan geeft het voor-beeld van de zelfdoding van een vriend of klasgenoot: de ruimte die jongeren hier krijgen, kan een grote hulp zijn om dit samen te verwerken.Om dit te realiseren speelt het jeugdhuis enkele grote troeven uit. Allereerst is het jeugdhuis vaak open, zo-dat jongeren hier op heel uiteenlopende tijdstippen te-rechtkunnen. Verder is de werking heel laagdrempelig, om een heel brede groep jongeren te kunnen aanspre-ken. Nog een troef is het openstaan voor diversiteit, op alle vlakken. Ten slotte zet het jeugdhuis in op een vrij-

willigerswerking, waarin men samen met jongeren initiatie-ven kan nemen waarin zij hun eigen ideeën kunnen uitwer-ken. Zo is vanuit een kern-groep van jongeren een actie voor de daklozen gegroeid.

Diversiteit als uitdagingHeel opvallend in jeugdhuis ‘De Takel’ is de diversiteit van de groep. Je ontmoet er jongeren van heel uiteen-lopende leeftijd en met heel verschillende interesses. Ook de herkomst is zeer verscheiden, met vele jongeren uit het Midden-Oosten of Oost-Europa. Een steekproef op een rustig moment: twaalf jongeren aanwezig, van negen verschillende nationaliteiten! Op vele vlakken is deze diversiteit een rijkdom, het is een leerschool in het omgaan met het anders-zijn van de ander… Zo werd dit jaar ook in De Takel het Suikerfeest gevierd. Maar de rijkdom van de diversiteit valt vooral op wanneer je merkt hoe iedereen met iedereen speelt.Tegelijk ziet Jan hierin ook een grote uitdaging. Hij merkt op dat er vooral de laatste tijd meer subgroepen ontstaan. Tegelijk blijft het de bedoeling om jongeren ertoe aan te zetten om de grenzen van hun eigen ‘kliek’ te doorbreken om ook met andere jongeren tot ont-moeting te komen. Het blijft een delicate oefening om hierin het juiste evenwicht te vinden. Maar we mogen onze hoed afnemen voor deze jongeren die op een eenvoudige manier iets realiseren waar onze samenle-ving maar al te vaak in faalt: vooroordelen overstijgen om tot een oprechte dialoog te komen.

Als vriend met jongeren op wegWanneer je Jan bij ‘zijn’ jongeren ziet staan – met hier en daar een schouderklopje, een knipoogje, een ‘oor-woordje’ – voel je het meteen: Don Bosco krijgt in dit jeugdhuis opnieuw handen en voeten. En terwijl hij met zijn salesiaanse spirit jongeren hun talenten laat ontwikkelen en hun zelfwaarde laat ontdekken, erkent Jan dat een aantal aspecten van Don Bosco hem door deze jongeren meer en meer zijn gaan aanspreken. Met het voorbeeld van een recent ‘selfiespel’ illustreert hij de kern van zijn salesiaanse houding: interesseer je voor de dingen waarvoor jongeren zich interesseren. Als je met jongeren bezig bent in je vrije tijd, ben je méér dan een opvoeder: dan kun je hun vriend worden.In Jan ontmoeten we een gelukkige salesiaan die het niet moet hebben van grote theorieën, maar die ge-woon zijn liefde wil voelbaar maken – geïnspireerd door Jezus en Don Bosco. Hier in De Takel krijgt hij daar ruimschoots de kans toe…

De diversiteit is een rijkdom, een leerschool in het omgaan met het anders-zijn van de ander.

8

UITGELEZEN | Tekst: Eric Haelvoet Foto: Sxc

Verbonden in Christus

te bouwen. Het is als met een cirkel: hoe meer we naar het middelpunt evolueren, hoe dichter we bij elkaar ko-men. Die dubbele beweging is onlosmakelijk met elkaar verbonden. Meer nog: als we niet dichter bij elkaar ko-men, komen we ook niet dichter bij Jezus. Het een is voorwaarde voor het ander.

Dichter bij Jezus komen betekent onder meer zijn at-titudes overnemen. Jezus zegt het duidelijk: “Al wie de wil doet van mijn Vader in de hemelen, die is mijn broer en zus en moeder!” (Mt 12,50) De wil van de Vader is dat we allen broers en zussen worden van elkaar, ver-enigd rond zijn geliefde Zoon.

Jezus geeft ook het eindpunt van die dubbele bewe-ging aan: rust, vrede. Het gaat over de sjaloom, de rijke, prachtige verbondenheid, enerzijds met Hem en meteen met elkaar. Geen vetes, geen geweld, geen concurrentie, geen jaloezie, niets dat mensen verdeelt. Wel gemeenschap, verbondenheid, dienstbaarheid en liefde, broeder- en zusterschap. De korte psalm 133 bezingt die broederlijke vrede: “Hoe goed is het, hoe heerlijk als broeders bijeen te wonen! … Daar geeft de Heer zijn zegen: leven voor altijd.” Onze nood aan toe-behoren? Onze verbondenheid wordt zoveel dieper en mooier als we Jezus toebehoren: dan leven we als zus-ters en broers met elkaar.

“Kom naar Mij, jullie die vermoeid zijn en onder lasten gebukt gaan, dan zal Ik jullie rust geven. Neem mijn juk op je en leer van Mij, want Ik ben zachtmoedig en nederig van hart. Dan zul-len jullie werkelijk rust vinden, want mijn juk is zacht en mijn last is licht.” (Mt 11,28-30)

In het vorige nummer van Don Bosco Vlaanderen heeft Wim Hanssens het over de vier kenmerken van een emancipatorische omgeving, een krachtig antwoord op de vier basisnoden van elke mens (blz. 9). Een van die vier grondbehoeften is ‘belonging’: de nood aan ver-bondenheid. In een familie houden de ouders hun kin-deren en (achter)kleinkinderen bijeen. Ze nodigen hen uit om te ‘komen’: door hen te bezoeken, ontmoeten de kinderen meteen elkaar. Maar als de laatste ouder gestorven is, wordt die verbondenheid beproefd. Som-mige families komen dan nog dichter bij elkaar, andere verbrokkelen, soms met blijvende pijnlijke kwetsuren.

Ook Jezus stelt die vraag. Hij zegt het als Hij de leerlin-gen roept: “Kom, volg Mij” (Mt 4,19). Hij zegt het aan velen. Bij Johannes wordt het: “Kom en zie”’ (1,39). En ze volgen Hem. Door Hem te volgen, vormen ze ook gemeenschap met elkaar. Niet vanzelf. Er zijn storingen onder elkaar. Bijvoorbeeld als Jakobus en Johannes de ereplaatsen aan Jezus’ zijde willen, zijn de tien ande-ren verontwaardigd (Mt 20,24). Jezus nodigt hen dan uit om nog dichter binnen te komen in zijn attitude: “Wie groot wil worden, zal dienaar zijn” (Mt 20,26). De onderlinge dienstbaarheid is een basissleutel voor ver-bondenheid.

In het ‘kom’ van Jezus zit impliciet de vraag om ook dichter naar elkaar toe te groeien, om gemeenschap op

9

Groeien naar een conflictpositieve omgeving

Tekst: Wim Hanssens Foto: Eindredactie | GROEIRUIMTE BIJ CRISIS

Er is een dorp nodig om een kind op te voeden

informele contacten, steunende volwassenen, uitda-gende omgeving, hartelijkheid.

De betekenis van een zorgende, steunende omgeving voor jonge mensen is niet gebaseerd op een ‘gevoel’ maar steunt ook op grondig wetenschappelijk onderzoek.Wie deze verbondenheid ervaart, voelt zich gehecht, kan liefdevol en vriendelijk met anderen omgaan, kan intieme relaties aangaan, is gezellig, stelt zich coöpera-tief op en is vertrouwelijk.Wanneer het gevoel van verbondenheid verstoord is, dan merken we vaak loyaliteit aan een subgroep of ‘bende’, hunkering naar aandacht en aanvaarding, promiscue gedrag, een vastklampende houding, kwets-baarheid en overafhankelijkheid.Wanneer de verbondenheid echter afwezig is, merken we niet zelden een hechtingsstoornis, een gereser-veerdheid, gevoel verworpen te zijn, eenzaamheid, ge-isoleerd zijn en wantrouwen in de omgeving.

In een context, gekleurd door het opvoedingsproject van Don Bosco, verwachten kinderen, jongeren en vol-wassenen kansen tot verbondenheid, tot verbinding en oprechte relaties. Laat ons hier dan ook blijvend op in-zetten.Zelfontplooiing is geen individuele opdracht: “Er is een dorp nodig om een kind op te voeden.”

Nu de herfst het landschap laat kleuren en de bodem zich laat verwarmen door een dik bladerdek worden velen gegrepen door de tastbare stilte in de natuur. Een stilte die uitnodigt om dankbaar te mijmeren en verwachtingsvol naar de horizon te kijken. De natuur die ons omringt laat geen twijfel bestaan: alles is met elkaar verbonden, groter dan onszelf, een ontroerende harmonie.Waarom is die verrijkende verbondenheid die ons om-ringt zo moeilijk te realiseren in onze menselijke rela-ties? We lijken de tijdsgeest van het individualisme te omarmen en de individuele vrijheid te koesteren, ter-wijl we zouden moeten beseffen dat zelfontplooiing pas ten volle kan in relatie tot de ander.Wie ooit uitsluiting heeft moeten ervaren vergeet nooit dat verstikkende gevoel, die verscheurende eenzaam-heid, die longen zonder zuurstof, je ogen die eindeloos staren in leegte… Verbondenheid is de universele nood van elke mens en zou het uitgangspunt moeten zijn in elke organisatie die zich het welzijn van mensen tot doel stelt en in het bijzonder van elkeen die een op-voedingsrelatie mag aangaan met jongeren. Dit is fun-damenteel. We staan allemaal interafhankelijk in het leven; we kunnen pas mens worden onder de mensen.

In de school waar ik actief ben nemen we gerichte ini-tiatieven om een emotioneel veilige omgeving te creë-ren, dit is dé uitgelezen voedingsbodem om een dieper gevoel van gemeenschap, geborgenheid en ‘belonging’ te kunnen ontwikkelen.Deze ‘gerichte initiatieven’ zijn geen onmogelijke pro-jecten. Tijdens een vergadering over dit thema formu-leerden de collega’s volgende tips:a. Een gevoel van verbondenheid onder collega’s kun

je realiseren door: gelijkgezindheid, een steunende houding, luisterbereidheid, communicatie, veilig-heid, zelfontplooiing en ruimte voor zelfzorg.

b. Om dit gevoel te realiseren bij jongeren zijn volgen-de zaken belangrijk: een luisterend oor, groeikansen krijgen, oprechtheid, plaats voor de eigen mening,

10

Foto's: Roel Verleyen en Steven Pinnoo | EEN WOORD WAARD

Uit zijn droom geboren:we vierden Don Bosco met een Open Happening…

Een fantastische dag voor een massa mensen

Een paradijs voor kinderen Eens iets nieuws proberen…

11

De moeite waard om ter sprake te brengen

Foto's: Roel Verleyen en Steven Pinnoo | EEN WOORD WAARD

Optredens

Een slotevocatie die Don Bosco liet vóélen Een degelijk aanbod van

inhoud

12

GENEGEN.BE | Tekst en foto: Don Bosco Vorming & Animatie

Samen Don Bosco een plaats geven

Don Bosco samen een plaats geven in het team

Met hart en ziel“Elk lid van het team is heel erg verschillend, maar net dat vinden we belangrijk. We vullen elkaar perfect aan,” begint Lina. En dan vertelt iedereen op beurt hoe ze elkaar zien. Ik leer dat Benny de bezieler en crea-tieveling is, de bewaker ook van het salesiaanse. Dat Kathy altijd het positieve blijft zien in om het even welke

situatie, zelfs al heeft ze net problemen gehad, en dat ze sterk opkomt voor de jongeren en hun ouders. Peter zorgt voor structuur en kan met humor moeilijke situ-aties ontladen, maar stimuleert het team ook om op tijd zijn grenzen te verleggen. Aan Erna mag je echt alles vragen, als kookmoeder brengt ze de nodige rust in huis. En Lore is nieuw in het team, maar ze weet van aanpakken: ze legt vlot contacten en heeft snel haar plek gevonden. “En dat is niet evident in dit ‘zottekot’,” wordt er gelachen. Met zorgende Lina voelen mensen zich snel thuis, als trekker van het team van de onder-onsjes – elke maandagnamiddag zijn ouders uit de buurt welkom en vinden ze een luisterend oor bij De Ta-kel – verlaagt ze voor veel ouders de drempel. “En Kris-tine,” zegt het team in koor, “dat is onze steunpilaar, dé krak van Oostende. Zij zorgt ervoor dat we ons met hart en ziel blijven inzetten voor de kansarme gezinnen in Oostende, en dat in sterke verbondenheid met de sale-siaanse gemeenschap.” “Inderdaad,” bevestigt Kristine, “we zijn hier in De Takel sterk op elkaar betrokken.”

Het is stipt 11.00 uur als ik aanbel bij De Takel. En-thousiast en met een knipoog doet Peter de deur open: “Perfect op tijd, Gee. Lukt je dat altijd?” Ik besluit wijselijk om daar maar niet op te antwoor-den. Binnen is het gezellig druk, de teamvergade-ring is net afgerond. De kookpotten staan te prut-telen, want de kinderen komen straks thuis. “Wil je geen stukje taart? Want we hebben speciaal iets voor jou overgelaten.” Ik schuif met plezier aan ta-fel en maak kennis met een boeiend team.

13

Een dagcentrum van acht tot vijf? Nee, zo zijn we niet“Opkomen voor de zwakkeren in de samenleving, men-sen die dreigen uit de boot te vallen, dat is voor ons Don Bosco. En je nek durven uit te steken omdat je voelt dat het nodig is. Wanneer anderen opgeven, gaan wij er nog wel voor.” Zo verwoordt Kristine de werking van haar team. “Hierdoor worden wij vaak nog wel aanvaard door gezinnen die hulpverleningsmoe zijn,” voelt Peter. “We werken met gezinnen die kwetsuren hebben opgelopen die zo diep zitten, dat ze heel wan-trouwig zijn. Het blijft zoeken naar manieren om toe-nadering te vinden.”

Door er echt te zijn, hen met allerlei praktische zaken te helpen, probeert het team dichterbij te komen, be-vestigt Benny. “We blijven kansen geven en bieden extra zaken die ze niet meer verwachten. Zo hebben we al verschillende keren in het dagcentrum een com-muniefeest georganiseerd voor mensen die geen zaal-tje hadden. En voor een gezin waar de genodigden op het laatste nippertje niet konden komen, zijn Kristine met haar gezin en Kathy mee aan tafel geschoven om er toch nog een familiefeest van te maken. Een dagcen-trum van acht tot vijf? Nee, zo zijn we niet. We weten ook: als de kinderen graag bij ons zijn, dan komen hun ouders ook graag.”Al moet je natuurlijk wel je eigen grenzen bewaken, merkt Kathy op. “Als team vinden we het ontzettend belangrijk om elkaar daarin te steunen.”“Anderzijds,” vindt Lina, “proberen we er ook voor te zorgen dat gezinnen geleidelijk aan hun eigen netwerk opbouwen. We helpen onze gezinnen om hun eigen krachten te vinden zodat ze niet afhankelijk worden van ons. Ze moeten tenslotte ook alleen voortkunnen.”

Uitstralen waarvoor we staanDon Bosco is onbewust altijd aanwezig in het team, hoor ik. Heel concreet in het gebruik van de oor- en avondwoordjes, het samen uitkijken naar het feest van Don Bosco tijdens de noveen, de affiches met uitspra-ken die ophangen… “We worden regelmatig aan hem herinnerd,” vertelt Kristine, “maar eerlijk gezegd vin-den we het veel belangrijker dat de boodschap van Don Bosco leeft in onze basishouding, in de keuzes die we

maken voor onze kinderen en gezinnen. Don Bosco’s levenskeuze en de manier waarop hij de dingen aan-pakte, moeten voelbaar zijn in onze aanpak. Om ons-zelf hierin te blijven vormen organiseren we jaarlijks een salesiaanse teamdag.”

“Dat we graag feesten, dat is ook typisch Don Bosco,” glimlacht Benny. “We willen onze mensen nabij zijn in de verschillende fasen van hun leven. En door samen te vieren, leren de gezinnen ons op een andere manier kennen.” Het is een manier om bruggen te bouwen, er-vaart Lina. “Zo proberen we ouders mee te krijgen naar schoolfeesten en andere voorstellingen van hun kinde-ren en op die manier de drempel voor hen te verlagen.”

Met hun Don Boscohouding willen ze zeker niet op een eilandje blijven zitten, stelt Peter. “We willen uitstralen waar we als team voor staan. En anderen proberen aan te steken en zo een sneeuwbaleffect te bereiken. Men-sen mogen ervaren dat we een christelijke organisatie zijn.” “We zijn pastoraal bewogen, doen ook mee met advent- en vastenacties, hebben een goed contact met de salesiaanse gemeenschap en maken ook elke maand een boekje met een bezinnende tekst voor elke dag,” vertelt Benny. “De kinderen vechten er zelfs voor om de tekst te mogen voorlezen aan tafel,” voegt Erna toe, “en zeggen spontaan daarna samen ‘amen en smake-lijk’. Geweldig toch?” “Een stagiair fronste ooit zijn wenkbrauwen toen hij dat zag,” getuigt Lore. “Ik geef toe dat ook ik het in het begin wat vreemd vond dat er aan tafel werd gebeden. Maar ik vond het tegelijkertijd ook tof dat dit nog kan.”“We geven toe dat het christelijke sommigen, zeker bij stadsdiensten, in het begin een beetje afschrikt,” pikt Kristine in. “Maar zodra ze ons leren kennen, waarde-ren ze net onze pastorale manier van werken. Weder-zijdse dialoog en uitwisseling is daarbij natuurlijk be-langrijk.” “En doordat de mensen voelen dat we echt op stap gaan met gezinnen, wordt dat verschil snel ver-geten en zelfs geapprecieerd,” ervaart Kathy. “Dat ho-ren we ook vaak in ons onderonsje: dat mensen bij ons echt het gevoel hebben dat ze meetellen en gehoord worden,” besluit Lina. “Ook al zijn we een kleine Don Bosco-organisatie, we zijn heel belangrijk in Oostende en maken echt mee het verschil.”

14

GROEISTOOT | Tekst en foto's: Dirk Schoofs

Praten over opgroeien en de perikelen daarbij

Het ging om een onderzoek over radicalisering in de brede zin van het woord. Nele krijgt momenteel veel vragen omtrent Syriëstrijders, naar wie ze eigenlijk geen specifiek onderzoek heeft ge-daan. Als het echter gaat om radica-lisering in het algemeen of de rol die de sociale media daarin spelen, dan zitten we wel op haar terrein.

Moeten scholen die veel moslimleerlingen hebben, wakker liggen bij de gedachte dat ze broeihaarden van radicalisering huisvesten?NS: Ideologie of religie liggen zeker niet altijd aan de basis van het probleem. Deze twee aspecten zijn wel een dankbaar middel om mensen te mobiliseren. Wan-neer jongeren zich in een moeilijke situatie bevinden,

kunnen extremistische ideeën hen wel erg sterk aan-spreken, omdat die simpele en duidelijke antwoorden aanreiken. Ons onderzoek heeft ook uitgewezen dat

het zelfs niet zozeer de economi-sche achterstelling tot armoede is die jongeren over de streep naar radicalisering trekt, maar wel een gevoel van onrechtvaardigheid. Het speelt dus op zich niet mee dat je veel leerlingen hebt met een islami-

tische achtergrond, of dat er veel kansarme leerlingen met islamitische achtergrond zijn. Een sterke perceptie van oneerlijkheid, onrechtvaardigheid of discriminatie zet daarentegen wel aan tot radicalisering. Ook het ge-geven dat er momenteel zoveel te doen is rond islam-radicalisering, spreekt jongeren aan. Hierbij komt dat jongeren geen alternatief of oplossing in de gewone samenleving meer zien. Meer nog, vaak wordt die sa-

ExtreemOver sociale media

en radicalisering bij jongeren

Toen Nele Schils in februari 2012 startte met een studie over het verband tussen nieuwe sociale media en gewelddadige radicalisering, kon ze onmogelijk vermoeden dat dit onderwerp ondertussen iedere dag de media haalt. 6.020 jongeren tussen 16 en 25 jaar werden ondervraagd in een studie, gevoerd door UGent en de UCL. Wat zet jongeren aan tot radicalisering? In hoever hebben Facebook en soortgelijken hier de hand in?

Leer jongeren een haatdiscours

te herkennen.

15

menleving in zijn geheel en ook zelfs de overheid als onderdeel van het probleem gezien omdat ze te weinig actie onderneemt of zelfs doelbewust bepaalde groepen achterstelt.

Wat is het verband met sociale media?NS: Sociale media kunnen een rol spelen, vooral bij jongeren die reeds interesse hebben opgebouwd voor extremistisch gedachtegoed. Toch is het niet zo dat jongeren die daarmee niet bezig zijn, opeens worden aangesproken door filmpjes die hen proberen te over-tuigen. Jongeren die op zoek zijn naar een positieve identiteit, naar een doel in het leven of een antwoord op onrecht en die daarbij al extremistische ideeën over-wegen, zijn wel vatbaar voor boodschappen en filmpjes die hen oproepen tot extreem gedrag. De nieuwe soci-ale media zijn gewoon handig in het vinden van infor-matie en contacten. Op die manier vergemakkelijken ze een proces dat reeds voordien offline van start is gegaan. De nieuwe sociale media spelen pas mee wan-neer de jongere al interesse voor een radicaal stand-punt heeft opgebouwd. We zien dat ideologie pas in een later stadium een rol begint te spelen.

Kan je herkennen wanneer jongeren radicaliseren?NS: Daar is geen eenduidig antwoord op te geven, want door het opsommen van kenmerken riskeer je bepaalde jongeren te stigmatiseren. Door leerlingen aan te spre-ken op hun uiterlijke kenmerken, creëer je alweer een gevoel van onrechtvaardigheid en precies dat kan de aanzet geven tot radicalisering. Personen die dicht bij de jongeren staan, kunnen wel gedragsveranderingen opmerken. De vriendengroep is heel belangrijk in het radicaliseringsproces. Wanneer je bijvoorbeeld merkt dat jongeren zich plots aansluiten bij een groep leef-tijdsgenoten die een extremistisch standpunt inneemt,

gaat er een belletje rinke-len. Meestal komen jon-geren eerst willekeurig of toevallig bij een bepaalde groep terecht en vormen ze daar pas hun ideologie.

Wat kun je als opvoeder of school ondernemen?NS: Als het gaat om vroege preventie, raden we aan om jongeren weerbaarder te maken. Je kunt hen leren een haatdiscours te herkennen. Je kunt hen wijzen op de alternatieven. Leer hen omgaan met verschillen in de samenleving, met tegenslagen, met hoe ons rechts-systeem werkt, hoe ons politiek systeem tot stand komt. Toon hun hoe ze verantwoord kunnen omgaan met het inter-net. Eigenlijk moet je gewoon doen wat je bij ieder kind en bij alle jongeren moet doen. Pro-beer het ook klassikaal aan te pakken, zonder je te richten op bepaalde leerlingen. Begin er vroeg mee. Wanneer jongeren 17, 18 jaar zijn, kan het te laat zijn. Toch ga je hiermee de ba-sisoorzaken van radicalisering, namelijk het gevoel van on-rechtvaardigheid, niet oplossen. Je moet vooral deze gevoelens in de schoolomgeving trachten te vermijden.

Zijn de meeste jongeren resistent tegen haatoproepen?NS: Het hangt af van de persoonlijke kenmerken van ie-dere jongere, de situatie waarin hij zich bevindt en zijn omgeving. De meeste jongeren zijn resistent tegen ex-tremistische boodschappen, maar is er een kleine groep die begrip opbrengt voor het gebruik van geweld door extremistische groeperingen en die eerder impulsief handelt en die net op dat moment met de foute vrien-den in contact komt.

Je moet vooral een gevoel van onrechtvaardigheid in de schoolomgeving trachten te

vermijden.

Sociale media kunnen een rol spelen bij jongeren die al interesse hebben voor

extremistisch gedachtegoed.

16

BROODJE CURSIEF | Tekst: Lieve Pinxten Foto: Eindredactie

Luchtig cursiefje vanuit het dagelijks leven

Het is wat… Zo’n doorlichting die zich aankondigt en dan heel stilletjes de school binnensluipt. De eerste te-kenen zijn vaag: de mededeling eind mei dat de school er volgend schooljaar bij zal zijn, meer informatie volgt nog. Ondanks deze toch ietwat minder prettige tijding gaan we met z'n allen blij en monter de zomervakantie in. Gelukkig maar!De doorlichtingskoorts neemt toe wanneer een school uit de scholengemeenschap direct in september aan de beurt is. Er sijpelen allerhande geruchten onze leraars-kamer binnen: ze zijn niet vriendelijk, ze laten je het ene na het andere document aandraven en ze slagen erin om leerkrachten gedemotiveerd te krijgen. De nieuwer-wetse reden van uitval valt: burn-out. Leerkrachten blij-ven na de doortocht van de doorlichting verslagen en met een burn-out achter. Het geeft te denken.De gesprekken die tussen de boterhammen door de over-hand nemen, verengen zich tot VOET – het ongrijpbare, gruwelijke en meest abstracte monster van de doorlich-ting – vakken in de focus en sluitingsscenario’s. Het blijft zaak de kalmte te bewaren, een luisterend oor te bieden en bemoedigende woorden te spreken. Het is een ver-haal van ‘samen’. Het is het verhaal van geloven in onze sterkte, in de eerste plaats ons opvoedingsproject. Het is het verhaal van Don Bosco, die zich niet één keer in de tien jaar schrap moest zetten maar bijna dagelijks met te-genwind te kampen had. Die iedere keer opnieuw moest overtuigen, soms tegen beter weten in.Wat op wonderlijke wijze sa-men met de aankondiging van de doorlichting onze deur is binnengestapt, is de ver-bondenheid. Er is plots zoveel ongeschreven samenwerking, zoveel steun voor elkaar, zo-veel aanmoediging. De vele gesprekken in het hart van de school – lees: de leraarskamer – leiden tot een gigantische vergroting van de moed, de strijdbaarheid, het ‘er wil-len staan’. En ik ben er nu al zeker van dat we dat gaan doen, vanuit de overtuiging dat we elke dag een bood-

schap naar onze jongeren hebben, dat we elke dag van-uit de juiste geest een voorbeeld stellen.Op de dag van de leerkracht komt onze verslaggeefster al even kennis maken. Ik heb die dag een golfje in tij-gerprint en dito schoenen aangetrokken omdat we dat feest even in de verf zouden zetten. Voor de zekerheid heb ik ’s ochtends nog snel een neutraal zwart truitje en bruine schoenen meegegrist. Ik aarzel maar switch toch snel van outfit. Vrouwen onder elkaar… Ik laat haar lie-ver nog even in de waan van haar overwicht…Voor de week van de doorlichting zelf heb ik uit onver-wachte hoek van enkele collega’s twee wapens aange-reikt gekregen. Te beginnen een t-shirt met een niet mis te verstaan opschrift: Keep calm, I’m the boss. En om dat statement nog wat kracht bij te zetten, kan ik – als ik dat al durf – ook nog gebruik maken van een koffiemok die dan weer laat weten wie ik ben: Queen of fucking everything.Ik hoor u denken: “Nou, die is er dan toch meer dan klaar voor!” Dat klopt, met het allersterkste wapen ooit, een prachtig en krachtig team dat – sinds de doorlichting zichzelf uitgenodigd heeft – nog hechter geworden is dan weleer. Wat er ook van zij: die verbondenheid de kop indrukken, een bres in die verdediging slaan… daar zal zelfs de doorlichting zich een maat te klein weten!

Wat verbinden vermag

17

Tekst en foto's: Jeugddienst Don Bosco vzw | SPROKKEL

Turijn: in het spoor van Don BoscoNaar Turijn met Jeugddienst Don Bosco

Turijn… om vele dingen bekend, maar voor ons, en zeker dit jaar, staat één iemand centraal: Don Bosco. Tweehonderd jaar geleden werd Giovanni Bosco gebo-ren. In Turijn begon hij zijn jeugdwerk waar wij van-daag de dag nog steeds van mogen genieten.

Elk jaar trekt Jeugddienst Don Bosco met een groep enthousiaste jongeren naar Turijn. We bezoeken de plaatsen waar Don Bosco groot werd: zijn geboorte-streek, waar hij naar school ging, waar hij het beste van zichzelf gaf en geschiedenis maakte. We stappen niet gewoon de bus op en bezoeken huis na huis. Nee, spe-lenderwijs maken we kennis met Don Bosco.

We maken er een leuke week van met een gezonde mix van spel en ontspanning, een brok geschiedenis en cul-tuur en ongetwijfeld vele slappe lachmomenten.

Een greep uit de activiteiten:Don Bosco en de stad leren kennen, luieren, groeps-gesprekken, tijd om te gaan shoppen, ijsjes eten, een wandeltocht tussen de wijngaarden, een moment om af en toe stil te vallen en daarna op volle kracht weer door te gaan.

Wanneer?11 tot 17 april 2015Wie?Jongeren (16 – 25 jaar) die een link hebben met Don Bosco via school, speelplein of…Waar?Turijn, Noord-Italië

Prijs: € 320

Meer info? Mail je vraag naar [email protected]

Inschrijven? Schrijf je in voor 31 januari 2015 via www.jeugddienstdonbosco.be

Verder leer je op deze reis andere jongeren kennen die net als jij een link hebben met Don Bosco via school, speelplein of…

We verblijven op de Becchi, de plaats waar Don Bosco zelf zijn eerste levensjaren doorbracht. We logeren er in een modern jeugdverblijfcentrum en hebben een fantastische kookploeg mee die voor lekker eten zorgt.

Aangezien het tweehonderd jaar geleden allemaal be-gon, maken we er een speciale feesteditie van!

DE SPREEKSTOEL | Tekst: Mark Den Haerynck Foto's: Mark Den Haerynck, Don Bosco Youth-Net

Don Bosco Youth-Net in de kijker

Voor wie spreekt vanuit salesiaanse verantwoordelijkheid

18

Algemeen secretarisWe ontmoeten Rein in zijn kantoor op de Jeugddienst Don Bos-co in Heverlee, maar zijn spreektaal ver-raadt de plaats waar ooit zijn wieg stond. Rein is afkomstig uit Eksel, studeerde in Don Bosco Hechtel, en was o.a. animator bij Don Bosco Imago. Sinds zijn se-cundaire studies is hij met een korte onderbreking in de Don Boscowereld blijven hangen. Dat hij met bezieling de internationale toer is opgegaan kan verwondering wekken, want hij studeerde musicologie in Leuven, be-haalde ook een lerarendiploma en gaf zelfs kort enkele jaren les. Die educatieve achtergrond is een pluspunt voor het werk dat hij nu doet, want in die korte inloop-tijd is Rein veel bezig geweest met vorming.

Internationaal netwerkHet ontstaan van het Don Bosco-Netwerk vindt zijn wortels in de jaren ’90, toen er meer toenadering kwam tussen de verschillende Europese lidstaten waarin Don Bosco actief was en de jeugdorganisaties meer en meer begonnen samen te werken. Ook de val van het com-munisme gaf meer kansen voor België tot samenwer-king met landen uit het vroegere Oostblok. Er waren wel enkele bilaterale contacten onder landen, maar het ontbrak aan enige coördinatie. De salesiaanse congre-gatie werkte immers steeds langs de eigen salesiaanse provincies. Er was een platform nodig en dat kwam er pas toen in 2000 een nieuw Europees subsidieprogram-ma werd voorgesteld waardoor het mogelijk was om een Europees netwerk op te starten. Guido Stoop had die oproep begrepen en als voorzitter van de Jeugd-dienst Don Bosco in Vlaanderen zette hij er zijn schou-ders onder. In december 2000 riep hij een opstapver-gadering bijeen waarop zes landen aanwezig waren. Dat was voor de Jeugddienst het startschot om een aanvraag in te dienen voor subsidiëring bij de Europese Unie. Het heeft nog geduurd tot 2004 om als jeugd-

Dat Don Bosco een brede beweging is met vang-armen en tentakels die ver buiten de grenzen van onze dagelijkse horizon reiken, wordt maar al te duidelijk na een gesprek met Rein Meus. Don Bos-co Youth-Net is een onderdeel van de wereldwijde Don Boscobeweging en Rein is er al tien jaar actief als algemeen secretaris. Don Bosco Vlaanderen deed een poging om wegwijs te geraken in het netwerk waarbij hij een bezielende kracht is.

organisatie de erkenning te krijgen door de overheid. Vanaf dat moment werd Youth-Net een internationale vzw met Belgische erkenning.

Onafhankelijk netwerkTot dan was de Jeugddienst de uitvalsbasis van de nieu-we organisatie die nog in haar kinderschoenen stond en in 2004 een onafhankelijke koers ging varen. Met het op eigen benen staan kon de organisatie zich toe-leggen op een erkenning binnen het Europese Jeugd-forum. Dat is de grootste adviserende Jeugdraad in Eu-ropa met adviserende stem in de Raad van Europa, in de Europese Unie en de Verenigde Naties. Don Bosco Youth-Net is een van de honderd leden maar blijft een onafhankelijk ‘observer’ omdat de organisatie geen po-litieke beslissingen wil nemen.Als lid van het Europees Jeugdforum met eigen onafhan-kelijkheid, begon Don Bosco Youth-Net een werkbare structuur uit te bouwen. Die structuur werd uitgeschre-ven in beleidsnota’s met een eigen autonomie voor elke organisatie in het eigen land. De stafmedewerkers van de lidorganisaties uit de verschillende landen komen samen en krijgen vorming om bv. een Europees project aan te vragen. De partners in het netwerk zorgen dan zelf voor de afhandeling van het project. Rein benadrukt

19

daarmee dat hij als verantwoordelijke ook afhankelijk is van het werk dat de vrijwilligers doen. Hij is er eerder om te coachen en te zorgen voor de ondersteuning.

Belang van het pedagogisch systeemMomenteel zijn er 14 lidorganisaties in 13 verschillende Europese landen. Er zijn twee types van lidorganisatie. Ofwel is men lid als onafhankelijke jeugdwerkorganisa-tie zoals de Jeugddienst Don Bosco, ofwel is men lid als salesiaanse provincie. Zo zijn er vier salesiaanse provin-cies (Engeland, Ierland, Oostenrijk en Duitsland) die lid zijn met de bedoeling een eigen platform op te starten maar er door omstandigheden nu nog niet aan toe zijn. Belangrijk is echter dat in de diversiteit van verbonden jeugdwerkorganisaties de methodiek van Don Bosco het bindmiddel is. De basis is de manier waarop ieder-een met jongeren wil werken al kunnen de opvatting over pedagogie en de culturele achtergrond heel ver-schillend zijn. Daarom vertelt Rein met passie hoe hij de motor is geweest om voor het internationaal netwerk een pedagogisch project uit te schrijven in een taal die door iedereen werd begrepen. Daarvoor werd een brief van Don Bosco als inspiratie gebruikt, waarin Don Bosco in een universele taal de begrippen van assistentie en de leeromgeving van het oratorio omschrijft.

DE SPREEKSTOEL | Tekst: Mark Den Haerynck Foto's: Mark Den Haerynck, Don Bosco Youth-Net

Don Bosco Youth-Net in de kijker

ActiviteitenDon Bosco Youth-Net doet drie dingen. Allereerst zet het projecten op door en voor jongeren volgens de me-thodiek van Don Bosco. Dat kan een uitwisseling van animatoren zijn uit verschillende speelpleinwerkingen die in een ander land enkele weken komen meewerken en nieuwe inzichten verwerven. Daarnaast doet Youth-Net aan netwerken door een aantal keren per jaar de stafmedewerkers uit de verschillende landen samen te brengen om na te denken over nieuwigheden binnen het Europese beleid. Ten slotte tracht de organisatie de stem van Don Boscojongeren te vertegenwoordigen in de internationale instellingen.

BeleidslijnenIn zijn verhaal is Rein niet te stuiten, want er is nog zo-veel te zeggen. Maar de uitgezette beleidslijnen naar de toekomst wil hij nog even toelichten. Een eerste betrachting is het trainen van jongeren tot meer zelf-standigheid. De jeugd-werkloosheid is een doorn in het oog die Europa wil aanpakken. Elk jaar geeft Don Bosco Youth-Net een cursus over sociaal on-dernemerschap aan vrij-willigers, bedoeld om de eigen competenties aan te sterken. Een tweede beleidslijn is de samen-werking met de Raad van Europa, gericht op een samenwerking voor meer democratie en mensen-rechteneducatie. Als Don Bosco staan immers vooral de jongeren voorop die weinig kansen hebben. De doelgroepen die in het laatste algemeen kapittel geselecteerd zijn, zijn precies dezelfde doelgroepen die voorop staan: werkloze jon-geren, migranten en vluchtelingen.

Wat na deze stortvloed aan informatie en inzichten blijft hangen, is het enthousiasme waarmee Rein ver-telt en de rode draad van Don Bosco die hij bewaart. Het is een dank waard en een grote waardering voor de vele vrijwilligers en jeugdwerkers binnen de Jeugd-dienst Don Bosco.

20

De nieuwe brochure voor advent en Kerstmis

Weg naar Kerstmis 2014De advent, een tijd om zich naar God te richten… Als een lange avondwake die

de gelovige mens uitnodigt om het mysterie van Christus uit te diepen opdat de mens kind

van God zou worden. Deze brochure wil je helpen een brug te leggen tussen de rijke Bijbelse teksten en de persoonlijke ervaringen van je eigen leven. Dankzij al-lerlei commentaren, suggesties en de veelvuldige illus-traties trekken we met een feestelijk hart op naar Kerst-mis – want onze vreugde moet blijven duren!

Tekst: Agnès DavidoviciVertaling en correctie: G. De Neve en Adriaan De CoomanVormgeving: A. la Folie en Philippe Schneider52 pagina’s, mét een liturgisch kalender 2014-2015 en een uitneembare kerstkaart

Zalig Kerstmis!“Voor allen die toehoren, is Kerstmis het lied van Gods aanwezigheid midden alle menselijke duisternis.”Kerst- en eindejaarswensen met een verwarmende boodschap!

Tekst: Charles SingerVertaling: Marc Dedapper20 blz.; 21 x 14,8 cmSoepele kaft in glanslak

Onze kalenders als nieuwjaars-geschenk…

Gezinskalender 2015De huiskalender bij uitstek voor de vrienden van Don Bosco.Mooi en nuttig!32 blz. 21 x 30 cm

Wenskaartkalender 2015Een kleinood voor verzamelaars! Met twaalf onovertroffen tekeningen van Jaklien.Op de keerzijde bedrukt als prentbrief-kaart, los te versturen.

Formaat: 33,5 x 10 cm

Voor onze weg naar Kerstmis heeft Don Bosco Vlaanderen uitgaven in de aanbieding…

DE BOEKENPLANK | Tekst en foto’s: Centrale Propaganda

De nieuwe Don Bosco-cdBorn Out Of His DreamEen muzikaal verhaal rond de figuur van Don Bosco, speciaal gecomponeerd in het kader van ‘200 jaar Don Bosco’.Een must voor heel onze Don Bosco-beweging!

Muziek en tekst: Stijn Convents

061€ 7,00(port inbegr.)

705€ 12,50(port inbegr.)

N3€ 2,50(port inbegr.)

NJ€ 5,00

DBK€ 4,00

Je kunt deze uitgaven met de juiste referenties bestel-len via de Dienst Centrale Propaganda, Fr. Gaystraat 129, 1150 Brussel, telefoon 02/771 21 00, fax 02/772 66 86 of via e-mail: [email protected] het gezamenlijk aankopen van meerdere uitgaven kun je besparen op de verzendingskosten! Je mag bij je bestelling zeker vragen hoeveel je korting zal bedragen.

21

IN MEMORIAM

Zuster Gaby D’hose, zdb.° 18-02-1922 + 7-10-2014Gaby werd geboren te Bever en groeide op in een christelijk gezin van vier kinderen. Ze studeerde af als onder-wijzeres en gaf wiskunde en geschiedenis bij de zusters benedictinessen in Poperinge. Op 8 september 1957 trad zij in bij de zusters van Don Bosco. Na haar professie, op 5 augustus 1960, mocht ze bijna onmiddellijk als missionaris naar Congo vertrekken. Daar werkte zij gedurende 27 jaar als leerkracht en opvoedster in het internaat. Bij haar terugkeer zorgde zij voor de huishoudelijke taken in Heverlee en werd dan econoom te Groot-Bijgaarden. De tuin was een pareltje met heel het jaar door bloemen. In 2006 ging zij

voor één jaar naar Wijnegem en sedert 2007 verbleef zij in het rusthuis te Kortrijk, waar zij lange tijd eveneens zorgde voor de verfraaiing van de tuin. Het mag wel gezegd worden dat zr. Gaby een echte ‘tuinmeester’ was, want met een enorme kennis van zaken zorgde zij voor elke bloem. Zij beet zich vast in allerlei culturele programna’s zoals film, kranten, boeken, gebouwen… alles wat met kunst te maken had. Al vrij vlug werd zij hardhorig, waardoor zij afgesneden werd van haar omgeving en zo de weg naar het innerlijke versterkte, zodat haar concentratie op Gods schepping nog meer openbloeide.Zr. Gaby overleed te Kortrijk, op 7 oktober 2014.

Kijken in de ziel van Phil BosmansEen bijzondere selectie dagboeknotitiesTussen 10 mei 1940 en 17 juli 1976 heeft Phil Bosmans ‘persoonlijke aantekeningen’ bijgehouden. Het gaat vooral om persoonlijke commentaren, mijmeringen en bedenkingen bij wat hij meemaakte en beleefde. Peter Ausloos kreeg toegang tot zijn notitieboekjes en besloot een aantal fragmenten uit te geven die men-sen van vandaag kunnen boeien en inspireren.

In dit bijzondere boek laat de auteur ons binnenkijken in Bosmans’ ziel, zijn ‘diepste diep’. Via de dagboek-notities probeert hij aan te voelen wat Phil gedreven heeft, hoe hij in zijn geloof en roeping gegroeid is, en ook hoe hij tot zijn engagementen gekomen is. We ontdekken wat hem dreef en inspireerde, maar even-zeer wat hem ergerde, deed twijfelen of revolteren. Een beperkt aantal biografische notities kaderen de fragmenten, zodat de lezer met dit boekje de hele le-vensloop van Bosmans kan volgen.

Voor het aftoetsen van zijn selectie werd Peter ge-coacht door prof. dr. emeritus Roger Burggraeve, sdb. Hij noemt hem “onze mentor en onze ruggespraak, steeds stand-by en ‘nabij’ met kwaliteitsvolle ideeën”. Roger Burggraeve was vele jaren persoonlijk bevriend met Bosmans, o.m. door een unieke samenwerking binnen Eigentijdse Jeugd.

Een onmisbare sleutel voor wie ‘De Phil’ wil kennen en begrijpen – als iemand die de Don Boscobeweging blijft aanspreken! En een prachtig idee als kerstgeschenk.

SPROKKEL

108 pagina’s, uitgegeven door Uit-geverij Halewijn.Geïllustreerd met nooit eerder ge-publiceerde foto’s uit het privé- archief van Phil Bosmans!Prijs: e 116 (verkrijgbaar in de be-tere boekhandel)

22

VERBONDEN | Tekst en foto: VIA Don Bosco

De link tussen Noord- en Zuidwerking

Een met jeugd verbonden sensibiliseringscampagne zonder enig pedagogisch werkinstrument is zoiets als een ijscoupe zonder slagroom. Onze actiedag Saved by the Bell ontsnapte ook niet aan deze wetmatigheid. Gedreven door deze overtuiging en door de wil om bij jongeren een waardevol denkproces op gang te bren-gen over het recht op onderwijs, hebben VIA Don Bosco en zijn partner Studio Globo aan de deelne-mende scholen verschil-lende pedagogische instrumenten en anima-ties aangereikt om de Internationale dag van de leerkracht te anime-ren.Terwijl onze partner Studio Globo de animaties voor lagereschoolkinderen voor zijn rekening neemt, met een vrolijk liedje om het evenement te omkaderen, heeft VIA Don Bosco zich geconcentreerd op zijn doelpubliek: de middelbare scholen. De ploeg Ontwikkelingseducatie heeft zich suf gepiekerd over het best aangepaste werkinstrument. Dat moest informatief maar toch ludiek zijn, intelligent maar vermakelijk, geschikt voor een twintigtal spelers zonder dat dit een rem op de deelname vormt, een es-sentieel kwaliteitscriterium… Het spel moest aan tal van eisen beantwoorden om zijn doel te bereiken.Stilaan drong het ganzenbord zich op omdat dit spel zo opgesteld is dat het erg gemakkelijk in de klas ge-bruikt kan worden en zich perfect leent tot een verdie-ping van ons thema. Andere activiteiten die leiden tot gesprekken in kleinere groepen werden in het ganzen-bord geïntegreerd om tot een echt VIA Don Boscospel te komen!

Op uw plaatsen, klaar…… Start! Het is tijd om het nieuwe pedagogische wer-kinstrument van VIA Don Bosco te onthullen, dat we: “De wedloop tot onderwijs” genoemd hebben. Zoals

Wegwijs in onderwijs: wereldwijd!Op 3 oktober organiseerde VIA Don Bosco

de actiedag Saved by the Bell. Om het goe-de van deze dag niet te verliezen, werkten ze verschillende instrumenten en animaties uit om ook later aan de slag te gaan rond het thema ‘recht op onderwijs’.

de naam het zegt, is de winnaar van het spel de ploeg die als eer-ste het laatste vakje, ‘Recht op kwaliteitsonderwijs’, bereikt. Na-tuurlijk hoort bij het spel een pe-

dagogisch dossier met de spelregels, de antwoorden op de vragen met commentaren en de synthese “Alles wat je moet weten om het spel te animeren in de klas”. Op het bord staan vijf soorten vakken die naar vijf verschil-lende kaarten verwijzen.De vakken met ‘Situatie’ dompelen de leerlingen onder in representatieve gevallen van de meest voorkomende obstakels voor onderwijs in de wereld. Zij bevinden zich dan in de onmogelijkheid om naar school te gaan om-dat ze van het vrouwelijke geslacht zijn en slachtoffer zijn van genderdiscriminatie, of omdat ze een handicap hebben en geen enkele structuur hen kan opvangen.Tijdens het parcours beleven ze verschillende onrecht-vaardigheden zoals conflictsituaties, natuurlijke catas-trofes die een rem vormen op hun opleiding… tot meer voorkomende situaties zoals onvoldoende geschoolde leerkrachten, stroomonderbrekingen of gebrek aan uitrusting. Ze beleven ook prettige ervaringen: een maatregel om geschoolde leerkrachten aan te zetten om in geïsoleerde, landelijke gebieden te onderwijzen, het opzetten van tweetalig onderwijs in de taal van de streek – de gangbare spreektaal, of nog een grotere in-vestering in onderwijs.

23

De staat van het onderwijsDe ‘Quiz’-vakken brengen, geen verrassing hier, de staat van het onderwijs in de wereld ter sprake door middel van meerkeuzevragen. Daar horen onder an-dere bij: het aantal schoolverlaters in Sub-Sahara Afrika (twee kinderen op vijf verlaten de school voor het einde van de lagere schoolcyclus), het aantal landen dat het doel van gendergelijkheid bereikt heeft in het onder-wijs (slechts twee van de 150 landen die over gegevens beschikken), de afname van het analfabetisme… Twin-tig vragen kaarten de meest prangende problemen uit de sector aan. En daar mag België niet bij ontbreken, met 28 procent van de bevolking die geen diploma secundair onderwijs behaalt en met een onderwijssys-teem dat volgens het laatste PISA-rapport tot een van de minst rechtvaardige behoort.De vakken ‘Goed of fout’ liggen in dezelfde lijn en be-spelen door middel van enkele eenvoudige stellingen bepaalde thema’s, gaande van budgettaire besparin-gen in het onderwijs van bepaalde Europese landen tot de negatieve correlatie tussen onderwijs en oorlogs-dreiging.De ‘Rajdoukistan’-vakken verwijzen naar een concrete situatie: die van het imaginaire land Rajdoukistan, dat alle kenmerken vertoont van een slecht onderwijssys-teem. Dit spelonderdeel zet sterk aan tot kritisch den-ken: welke maatregelen kan een land nemen om zijn onderwijssysteem op te krikken? Het antwoord ligt niet

voor de hand, verre van. Want goede bedoelingen gaan vaak gepaard met perverse effecten of andere externe parameters die een op het eerste gezicht aantrekkelijke maatregel totaal inefficiënt maken. Er bestaat ook een eenvoudigere versie van deze oefening: leerlingen de-finiëren dan hoe de maatregelen die door dit fictieve land genomen worden een positieve weerslag hebben op de toegang tot en de kwaliteit van het onderwijs.Tot slot benadrukken de vakken met ‘MDG’, of anders gezegd Millenniumdoelstellingen, het verband tussen het onderwijs en de zeven andere MDG’s. Ook hier zijn twee versies van de oefening beschikbaar, in functie van het publiek (niveau en/of leeftijd van de leerlingen). Bij-voorbeeld: hoe kan een betere toegang tot onderwijs in grote mate bijdragen tot het bereiken van de doel-stelling ‘Extreme armoede uitbannen’? Een bijkomend jaar op school doet het inkomen met 10 procent stijgen (en voor vrouwen tot 20 %): hiermee is alles gezegd.

Een eerste sluitende testDe G’Ardenne Party die op zondag 29 juni in het ont-moetingscentrum Farnières in Vielsalm werd georgani-seerd en de Open Happening die plaatsvond op 20 sep-tember in Zwijnaarde, vormden een goede kans om het leermiddel te testen. Zo kregen de jongeren een activi-teit voorgeschoteld om na te denken over de ‘MDG’s’. Allen waren unaniem: onderwijs is wel degelijk het be-langrijkste vehikel om de acht MDG’s te bereiken.Nieuwsgierigen en/of deelnemers kunnen de foto’s van dit evenement natuurlijk bekijken op de Facebook-pa-gina van VIA Don Bosco. Tal van andere foto’s werden ook toegevoegd na de actie Saved by the Bell om de politieke wereld met nog meer kracht aan te zetten om van het onderwijs een prioriteit te maken.

Wegwijs in onderwijs: wereldwijd!

Voor meer informatie, contacteer [email protected].

24

RUGGESPRAAK | Tekst: Firmin Vanspauwen Foto: Eindredactie

Het pedagogisch project van Don Bosco steltdat het persoonlijk levensproject van jongerenaan kwaliteit wint naarmate zij zich toevertrouwenaan medemensen en aan ruimere gemeenschappen.Nooit eerder waren de mogelijkhedenom dit te realiseren talrijker dan vandaag.Smartphones, tablets, sociale media…maken het ons, op het eerste gezicht, gemakkelijk.

Die nieuwe ontwikkelingen zijn schitterend,de voordelen ervan zijn legio.Er zijn helaas ook misbruiken:cyberpesten, verspreiding van kinderporno…malafide personen, reclamemensen, hackers, criminelen…loeren om de hoek om jongeren in hun val te lokken,om hen aan te zetten tot consumptie, tot risicogedrag,om hen te misleiden, te misbruiken.

(Verkeerd) verbonden

Snapchat is erg in trek bij jongeren.Het is een toepassing voor het delen van foto’s

die enkele seconden zichtbaar zijn bij de ontvangers,daarna verdwijnen ze in het niets.

Het zet sommigen jongeren aan tot sexting,het delen van pikante foto’s, naaktselfies…

Criminele hackers hebben het systeem gekraakt,dreigen de buitgemaakte foto’s te verspreiden.

Jongeren kunnen de consequenties van hun dadensoms moeilijk inschatten,

dit vermogen ontwikkelt pas op latere leeftijd.De kans om verkeerd verbonden te geraken

is aanzienlijk.Daarom blijft het een opdracht van opvoeders

om jongerenbij te staan in hun zoektocht naar

verbondenheid,om plaatsen te creëren waar jongeren

zichzelf mogen zijn,waar ze zich geborgen en veilig voelen.