Davids zonde met Batseba en wat daarna gebeurde

In het bijzonder Absaloms poging om de troon te grijpen

DAVID HAD GEZEGD…

“Hij moet viervoudig vergoeden omdat hij dit gedaan heeft en geen medelijden had.”

DAVID HAD GEZEGD…

“Hij moet viervoudig vergoeden omdat hij dit gedaan heeft en geen medelijden had.”

“Het zwaard zal van uw huis nimmermeer wijken.”“Het zwaard zal van uw huis nimmermeer wijken.”

• Batsebas zoon• Tamar, Amnon• Absalom• AdoniaViervoudig? “Zo zegt de Here: Zie, Ik zal over u een

kwaad doen komen, uit uw eigen huis; Ik zal uw vrouwen voor uw ogen weghalen en aan uw naaste geven; die zal bij uw vrouwen liggen op klaarlichte dag. Want gij hebt het wel in het verborgen gedaan, maar Ik zal dit doen in tegenwoordigheid van geheel Israel en in het volle licht.”

“Zo zegt de Here: Zie, Ik zal over u een kwaad doen komen, uit uw eigen huis; Ik zal uw vrouwen voor uw ogen weghalen en aan uw naaste geven; die zal bij uw vrouwen liggen op klaarlichte dag. Want gij hebt het wel in het verborgen gedaan, maar Ik zal dit doen in tegenwoordigheid van geheel Israel en in het volle licht.”

DAVIDDAVID ABSALOMABSALOMACHITOFELACHITOFEL

CHUSAI (als een spion)CHUSAI (als een spion)

Davids 30 Machtige MannenDavids 30 Machtige Mannen2 Samuel 232 Samuel 23

23:3423:34 EliamEliam(zoon van Achitofel de Giloniet)(zoon van Achitofel de Giloniet)

23:3923:39 Uria deUria de HitietHitiet(wiens vrouw Batseba, de dochter van Eliam was)(wiens vrouw Batseba, de dochter van Eliam was)

Davids Davids 30 Machtige Mannen30 Machtige Mannen2 Samuel 232 Samuel 23

Achitofel de Giloniet Achitofel de Giloniet

Uria de HithietUria de Hithiet EliamEliam

BatsebaBatseba

……….getrouwd…………

Psalm 41Psalm 41

Ik zeide: Here, wees mij genadig, genees mij, want tegen U heb ik gezondigd.Mijn vijanden spreken boosaardig over mij: Wanneer sterft hij, en zal zijn naam vergaan?Komt iemand mij bezoeken, hij spreekt valsheid, zijn hart verzamelt boosheid, hij gaat het op straat vertellen.Allen die mij haten, fluisteren tezamen over mij, zij denken het ergste van mij:Een dodelijke kwaal is op hem uitgestort, nu hij neerligt, staat hij niet meer op.Zelfs mijn vriend, op wie ik vertrouwde, die mijn brood at, heeft zijn hiel tegen mij opgeheven.

Psalm 41Psalm 41

Ik zeide: Here, wees mij genadig, genees mij, want tegen U heb ik gezondigd.Mijn vijanden spreken boosaardig over mij: Wanneer sterft hij, en zal zijn naam vergaan?Komt iemand mij bezoeken, hij spreekt valsheid, zijn hart verzamelt boosheid, hij gaat het op straat vertellen.Allen die mij haten, fluisteren tezamen over mij, zij denken het ergste van mij:Een dodelijke kwaal is op hem uitgestort, nu hij neerligt, staat hij niet meer op.Zelfs mijn vriend, op wie ik vertrouwde, die mijn brood at, heeft zijn hiel tegen mij opgeheven.

2 Sam. 16:112 Sam. 16:11

“Laat hem met rust en laat hij mij vervloeken, want de Here heeft het hem gezegd.”

2 Sam. 16:112 Sam. 16:11

“Laat hem met rust en laat hij mij vervloeken, want de Here heeft het hem gezegd.”

Psalm 41Psalm 41

Ik zeide: Here, wees mij genadig, genees mij, want tegen U heb ik gezondigd.Mijn vijanden spreken boosaardig over mij: Mijn vijanden spreken boosaardig over mij: Wanneer sterft hij, en zal zijn naam Wanneer sterft hij, en zal zijn naam vergaan?vergaan?Komt iemand mij bezoeken, hij spreekt valsheid, zijn hart verzamelt boosheid, hij gaat het op straat vertellen.Allen die mij haten, fluisteren tezamen over mij, zij denken het ergste van mij:Een dodelijke kwaal is op hem uitgestort, nu hij neerligt, staat hij niet meer op.Zelfs mijn vriend, op wie ik vertrouwde, die mijn brood at, heeft zijn hiel tegen mij opgeheven.

2 Sam. 17:2b-32 Sam. 17:2b-3

“ik zal alleen de koning neerslaan. Zo zal ik het gehele volk tot u doen terugkeren; de man, die gij zoekt, betekent zoveel als de terugkeer van allen; het gehele volk zal behouden blijven (vrede hebben SVV).”

2 Sam. 17:2b-32 Sam. 17:2b-3

“ik zal alleen de koning neerslaan. Zo zal ik het gehele volk tot u doen terugkeren; de man, die gij zoekt, betekent zoveel als de terugkeer van allen; het gehele volk zal behouden blijven (vrede hebben SVV).”

Psalm 41Psalm 41

Ik zeide: Here, wees mij genadig, genees mij, want tegen U heb ik gezondigd.Mijn vijanden spreken boosaardig over mij: Wanneer sterft hij, en zal zijn naam vergaan?Komt iemand mij bezoeken, hij spreekt Komt iemand mij bezoeken, hij spreekt valsheid, zijn hart verzamelt boosheid, hij valsheid, zijn hart verzamelt boosheid, hij gaat het op straat vertellengaat het op straat vertellen.Allen die mij haten, fluisteren tezamen over mij, zij denken het ergste van mij:Een dodelijke kwaal is op hem uitgestort, nu hij neerligt, staat hij niet meer op.Zelfs mijn vriend, op wie ik vertrouwde, die mijn brood at, heeft zijn hiel tegen mij opgeheven.

Misschien…Misschien…2 Sam. 15:3-42 Sam. 15:3-4

Dan zeide Absalom tot hem: Zie, uw zaken zijn goed en recht, maar van de zijde des konings is er niemand die naar u luistert. Ook zeide Absalom: Stelde men mij maar als rechter in het land aan! Dan zou ieder die een geding of een rechtszaak heeft, tot mij komen, en ik zou hem recht verschaffen.

Misschien…Misschien…2 Sam. 15:3-42 Sam. 15:3-4

Dan zeide Absalom tot hem: Zie, uw zaken zijn goed en recht, maar van de zijde des konings is er niemand die naar u luistert. Ook zeide Absalom: Stelde men mij maar als rechter in het land aan! Dan zou ieder die een geding of een rechtszaak heeft, tot mij komen, en ik zou hem recht verschaffen.

Psalm 41Psalm 41

Ik zeide: Here, wees mij genadig, genees mij, want tegen U heb ik gezondigd.Mijn vijanden spreken boosaardig over mij: Wanneer sterft hij, en zal zijn naam vergaan?Komt iemand mij bezoeken, hij spreekt valsheid, zijn hart verzamelt boosheid, hij gaat het op straat vertellen.Allen die mij haten, fluisteren tezamen over mij, zij denken het ergste van mij:Een dodelijke kwaal is op hem uitgestort, nu hij neerligt, staat hij niet meer op.Zelfs mijn vriend, op wie ik vertrouwde, die mijn brood at, heeft zijn hiel tegen mij opgeheven.

Meer waarschijnlijk…2 Sam. 15:7-82 Sam. 15:7-8

Absalom: “Laat mij toch gaan, opdat ik te Hebron de gelofte betale, die ik de Here gedaan heb. Want uw knecht heeft, toen ik in Gesur, in Aram, woonde, de gelofte gedaan: indien de Here mij werkelijk naar Jeruzalem terugbrengt, dan zal ik de Here vereren”

Meer waarschijnlijk…2 Sam. 15:7-82 Sam. 15:7-8

Absalom: “Laat mij toch gaan, opdat ik te Hebron de gelofte betale, die ik de Here gedaan heb. Want uw knecht heeft, toen ik in Gesur, in Aram, woonde, de gelofte gedaan: indien de Here mij werkelijk naar Jeruzalem terugbrengt, dan zal ik de Here vereren”

Psalm 41Psalm 41

Ik zeide: Here, wees mij genadig, genees mij, want tegen U heb ik gezondigd.Mijn vijanden spreken boosaardig over mij: Wanneer sterft hij, en zal zijn naam vergaan?Komt iemand mij bezoeken, hij spreekt valsheid, zijn hart verzamelt boosheid, hij zijn hart verzamelt boosheid, hij gaat het op straat vertellengaat het op straat vertellen.Allen die mij haten, fluisteren tezamen over mij, zij denken het ergste van mij:Een dodelijke kwaal is op hem uitgestort, nu hij neerligt, staat hij niet meer op.Zelfs mijn vriend, op wie ik vertrouwde, die mijn brood at, heeft zijn hiel tegen mij opgeheven.

Maar meer waarschijnlijk…2 Sam. 15:102 Sam. 15:10

En Absalom zond spionnen onder alle stammen van Israel met de opdracht: Zodra gij het hoorngeschal hoort, zult gij zeggen: Absalom is koning te Hebron!

Maar meer waarschijnlijk…2 Sam. 15:102 Sam. 15:10

En Absalom zond spionnen onder alle stammen van Israel met de opdracht: Zodra gij het hoorngeschal hoort, zult gij zeggen: Absalom is koning te Hebron!

Psalm 41Psalm 41

Ik zeide: Here, wees mij genadig, genees mij, want tegen U heb ik gezondigd.Mijn vijanden spreken boosaardig over mij: Wanneer sterft hij, en zal zijn naam vergaan?Komt iemand mij bezoeken, hij spreekt valsheid, zijn hart verzamelt boosheid, hij gaat het op straat vertellen.Allen die mij haten, fluisteren tezamen over mij, zij denken het ergste van mij:Een dodelijke kwaal is op hem uitgestort, nu hij neerligt, staat hij niet meer op.Zelfs mijn vriend, op wie ik vertrouwde, die mijn brood at, heeft zijn hiel tegen mij opgeheven.

Psalm 41Psalm 41

Ik zeide: Here, wees mij genadig, genees mij, want tegen U heb ik gezondigd.Mijn vijanden spreken boosaardig over mij: Wanneer sterft hij, en zal zijn naam vergaan?Komt iemand mij bezoeken, hij spreekt valsheid, zijn hart verzamelt boosheid, hij gaat het op straat vertellen.Allen die mij haten, fluisteren tezamen over mij, zij denken het ergste van mij:Een dodelijke kwaal is op hem uitgestort, nu hij neerligt, staat hij niet meer op.Zelfs mijn vriend, op wie ik vertrouwde, die Zelfs mijn vriend, op wie ik vertrouwde, die mijn brood at, heeft zijn hiel tegen mij mijn brood at, heeft zijn hiel tegen mij opgehevenopgeheven.

2 Sam. 16:232 Sam. 16:23

De raad nu, die Achitofel gaf, woog in die dagen even zwaar als wanneer men een woord Gods gevraagd had; zo zwaar woog elke raad van Achitofel zowel bij David als bij Absalom.

2 Sam. 16:232 Sam. 16:23

De raad nu, die Achitofel gaf, woog in die dagen even zwaar als wanneer men een woord Gods gevraagd had; zo zwaar woog elke raad van Achitofel zowel bij David als bij Absalom.

Psalm 41:9Psalm 41:9

Zelfs mijn vriend, op wie ik vertrouwde, die Zelfs mijn vriend, op wie ik vertrouwde, die mijn brood at, heeft zijn hiel tegen mij mijn brood at, heeft zijn hiel tegen mij opgehevenopgeheven.

Door Jezus aangehaaldVerwijzend naar Judas,

Die zichzelf heeft gedood,Evenals Achitofel.

David had Achitofel vertrouwdJezus had Judas het vertrouwen gegeven om het geld te beheren

Door Jezus aangehaaldVerwijzend naar Judas,

Die zichzelf heeft gedood,Evenals Achitofel.

David had Achitofel vertrouwdJezus had Judas het vertrouwen gegeven om het geld te beheren

PSALM 22PSALM 221 1 Mijn God, mijn God, waarom hebt Mijn God, mijn God, waarom hebt Gij mij verlatenGij mij verlaten??6 6 Maar ik ben een worm en geen Maar ik ben een worm en geen man, een smaad voor de mensen en man, een smaad voor de mensen en veracht door het volkveracht door het volk..7 7 Allen die mij zien, bespotten mij, Allen die mij zien, bespotten mij, zij steken de lip uit, zij steken de lip uit, zij schudden het hoofdzij schudden het hoofd;;8 8 Wentel het op de Here; laat die Wentel het op de Here; laat die hem verlossen, hem redden, Hij hem verlossen, hem redden, Hij heeft immers welgevallen aan hem!heeft immers welgevallen aan hem!

16 …16 …die mijn handen en voeten die mijn handen en voeten doorborendoorboren

18 18 Zij verdelen mijn klederen onder Zij verdelen mijn klederen onder elkander en werpen het lot over elkander en werpen het lot over mijn gewaad.mijn gewaad.

MATTEUS 27MATTEUS 2735 35 Nadat zij Hem gekruisigd hadden, Nadat zij Hem gekruisigd hadden, verdeelden zij zijn klederen door het lot te verdeelden zij zijn klederen door het lot te werpenwerpen39 39 En de voorbijgangers spraken lastertaal En de voorbijgangers spraken lastertaal tegen Hem, schudden hun hoofdtegen Hem, schudden hun hoofd41 41 Evenzo spotten de overpriesters samen Evenzo spotten de overpriesters samen met de schriftgeleerden en oudsten en zij met de schriftgeleerden en oudsten en zij zeiden:zeiden: Anderen heeft Hij gered, Zichzelf Anderen heeft Hij gered, Zichzelf kan Hij niet redden. Hij is Israels Koning; kan Hij niet redden. Hij is Israels Koning; laat Hij nu van het kruis afkomen en wij laat Hij nu van het kruis afkomen en wij zullen aan Hem geloven. 43 Hij heeft zijn zullen aan Hem geloven. 43 Hij heeft zijn vertrouwen op God gesteld; laat die Hem vertrouwen op God gesteld; laat die Hem nu verlossen, indien Hij een welgevallen in nu verlossen, indien Hij een welgevallen in Hem heeft; want Hij heeft gezegd: Ik ben Hem heeft; want Hij heeft gezegd: Ik ben Gods Zoon. Gods Zoon. he said, ‘I am the Son of God.’”he said, ‘I am the Son of God.’” 46 46 Omstreeks het negende uur riep Jezus Omstreeks het negende uur riep Jezus met luider stem, zeggende: Eli, Eli, lama met luider stem, zeggende: Eli, Eli, lama sabachtani? Dat is: Mijn God, mijn God, sabachtani? Dat is: Mijn God, mijn God, waarom hebt Gij Mij verlaten?waarom hebt Gij Mij verlaten?

Johannes 19:23-24Johannes 19:23-24Toen dan de soldaten Jezus gekruisigd hadden, Toen dan de soldaten Jezus gekruisigd hadden, namen zij zijn klederen en maakten daarvan vier namen zij zijn klederen en maakten daarvan vier delen, voor iedere soldaat een deel, en zijn delen, voor iedere soldaat een deel, en zijn onderkleed. Dit kleed nu was zonder naad, aan onderkleed. Dit kleed nu was zonder naad, aan een stuk geweven. Zij zeiden dan tot elkander: een stuk geweven. Zij zeiden dan tot elkander: Laten wij dit niet scheuren, maar erom loten, voor Laten wij dit niet scheuren, maar erom loten, voor wie het zijn zal; wie het zijn zal; zodat het schriftwoord vervuld zodat het schriftwoord vervuld werd: werd: ““Zij hebben mijn klederen onder elkander Zij hebben mijn klederen onder elkander verdeeld en over mijn kleding hebben zij het lot verdeeld en over mijn kleding hebben zij het lot geworpen. Dit hebben dan de soldaten gedaan.” geworpen. Dit hebben dan de soldaten gedaan.”

Abraham Lincoln was elected to Congress in 1846. John F. Kennedy was elected to Congress in 1946. Abraham Lincoln was elected President in 1860. John F. Kennedy was elected President in 1960. The names Lincoln and Kennedy each contain seven letters. Both wives lost their children while living in the White House. Both Presidents were shot on a Friday. Both were shot in the head. Lincoln's secretary, Kennedy, warned him not to go to the theatre.* Kennedy's secretary, Lincoln, warned him not to go to Dallas. Both were assassinated by Southerners. Both were succeeded by Southerners. Both successors were named Johnson. Andrew Johnson, who succeeded Lincoln, was born in 1808. Lyndon Johnson, who succeeded Kennedy, was born in 1908. John Wilkes Booth was born in 1839.* Lee Harvey Oswald was born in 1939. Both names are comprised of fifteen letters Booth ran from the theater and was caught in a warehouse. Oswald ran from a warehouse and was caught in a theater. Booth and Oswald were assassinated before their trials.