Dagboek-Najir-Ahmed-Khan-Kenia-1

2
Als ze niets meer hebben, voeren ze hun vee nat papier. Dieren verzwakken zienderogen Als zelfs de kamelen sterven , Najir Kahn coördineert de hulp in het noorden van Kenia. Hij hield deze week een dagboek bij over wat hij er meemaakt. V rijdag 29 juli Van- daag bezoek ik de hele dag plaatsen wa ar w r e hulp verle- nen. Alles gaat zoals gepland. Op zichzelf is dat goed, maar het schrijnende is: voor elke persoon die we kunnen helpen, zijn i er anderen die we niet kunnen bereiken. Ze halen de hulp niet of de hulp haalt hen niet. Dat is de boodschap die ik steeds maar weer te horen krijg, waar ik ook kom. Moeders en meisjes staan in lange rije i n te wachten op hun wa- terrantsoen. Per dag en per per- soon delen wij 3,5 liter water uit. Niet g t enoeg, maar meer hebben we momenteel niet. Het is net ge- noeg ommensen in leven te hou- den. Ergens anders zitten vrouwen en kleine kinderen voor een win- keltje t waar ze hun maandelijkse voedselpakketten kunnen halen. Cordaid Mensen in Nood geeft elk huishouden maandelijks voedsel- bonnen ter waarde van 1500 Keni- aanse shilling ( g ¤1 ( ( 2). Binnen in het winkeltje zie ik hoe elke vrouw worstelt m t et de keuze: hoeveel rijst, olie, maïsmeel, of granen? Ook suiker en thee? Wat valt af? Wat i t s nodig om een gezin in leven te houden? Ik vraag de vrouwen buiten wat ze hebben gegeten die dag. Twee T T antwoorden: ‘niets’ of ‘een kop thee’. Als ik laat op de avond op kan- toor met collega’s de dag door- neem, krijgen we bezoek. Het is de districtsverantwoordelijke voor veeteelt uit North Hor. Hij heeft ruim 200 kilometer gereisd. Of we hem kunnen helpen om het vee te redden in zijn gebied. Door gebrek aan graasland, aan veevoer en wa- ter sterven de dieren massaal, zei hij. Mensen delen hun eigen eten met hun vee en als ze zelf ook niets meer hebben, voerenze hun vee- stapel nat papier. Dieren verzwak- ken zienderogen. Mensen helpen hun beesten ’s ochtends overeind. Zonder veestapel hebben deze boeren helemaal niets meer. De overheid en de hulporganisaties schieten het vee niet te hulp, zegt mijn bezoeker. Daarom is hij naar ons gekomen. Waarschijnlijk had hij gehoord dat wij op veel plaat- sen in de Hoorn van Afrika veteri- naire hulp verlenen aan veeboe- ren, onder andere met ontwor- mingsprogramma’s, maar w r e de- len ook veevoer en water uit. De districtschef en ik bespreken hoe we elkaar kunnen helpen. Zaterdag 30 juli Ik k k rijg onver- wacht bezoek v k an het dorpshoofd van Turbi en de districtsverant- woordelijke voor watervoorzienin- gen uit Marsabit. Ze vragen of we kunnen helpen om een nooit afge- maakte diepe waterput iets buiten Turbi operationeel te maken. Een tijd terug had de overheid een wa- terput g t eboord, maar voor een pomp bleek geen geld meer te zijn. Dorpsbewoners van Turbi, Yaa Odolla, Yaa Galo en Galgallo Dima moeten nu 50 à 60 kilometer rei- zen om water te halen. Te voet. Alle natuurlijke waterbronnen en aan- gelegde regenwaterreservoirs in de omgeving zijn opgedroogd. Het regenseizoen begint pas in novem- ber en december. Tot die tijd over- leven de gezinnen de lange voet- tochten naar water niet, aldus mijn i bezoekers. De waterpomp ge- bruiksklaar maken, daar hangt nu alles van af. Alle overheidsinstan- ties hadden ze al gesproken. Het stond de dorpsbewoners vrij i om zelf aan de waterpomp te werken, zo kregen ze te horen. Maar mid- delen om dat te doen kregen ze niet. Met het geld van giro 555 heb- ben we meer mogelijkheden om ook op dit soort verzoeken in te gaan. Zondag 31 juli In Moyale is er een bijzondere districtsbijeenkomst belegd. Even twijfelde ik of ik er- heen moest. Het is 250 kilometer reizen, zes uur rijden over e r en on- verharde weg v g ol kuilen en rotsen. Maar alle hulpverlenende instan- ties komen er bij elkaar om te kij- ken hoe ze kunnen samenwerken om het l t even van duizenden men- sen en hun vee te redden. Ik ga. Vroeg in de ochtend vertrekken we, mijn chauffeur en ik. Na 30 ki- lometer zien we het k t arkas van een kameel langs de weg liggen. Iets verderop nog twee, naast elkaar. Ik werk n k u drie maanden in deze streek, maar het is de eerste keer dat ik dode dieren zie langs deze weg. En dan nog kamelen. Kame- len zijn i oersterk. Ze zijn gemaakt om te overleven in droogte. Veel nomadische veehouders verko- pen hun geiten en koeien om ka- melen te kunnen kopen. Als kame- len sterven, weten de nomaden dat hun eigen leven in gevaar is. En dat de rest van hun veestapel spoedig zal volgen in het spoor van de dood. De weg van Marsabit naar Moya- le is niet druk. Om het uur zie je normaal éénof twee voertuigen voorbijr i ijden. Maar vandaag zijn wij de enigen. Geen auto’s, geen dorpen langs de weg, geen tekens van leven. Dan ineens vier e r zels en twee vrouwen die erachteraan lo- pen. Als we dichterbij komen, zie ik een meisjevan ongeveer twaalf jaar e r n een jonge vrouw. De ezels zijn i beladen met lege jerrycans. De vrouw toont ons een lege fles. We stoppen. Het m t eisjekomt op ons afgerend. Ze vraagt om water. Ze hadden vier uur gelopen, moesten nog een halfuur voor ze de put zou- den bereiken waar ze flessen en jerryc r r ans zouden vullen voor fami- lie en verwanten. Ik vroeg het meis- je hoe vaak ze deze weg liep. Om de Zonder vee hebben de boeren niets meer. Foto: Cordaid pagina 10, 06-08-2011 © Het Financieele Dagblad

description

http://www.samskledingactie.nl/Uploaded_files/Zelf/Dagboek-Najir-Ahmed-Khan-Kenia-1.pdf

Transcript of Dagboek-Najir-Ahmed-Khan-Kenia-1

Als ze niets meerhebben, voeren zehun vee nat papier.Dieren verzwakkenzienderogen

Als zelfs de kamelen sterven,Najir Kahn coördineert de hulpin het noorden van Kenia. Hijhield deze week een dagboekbij over wat hij er meemaakt.

Vrijdag 29 juli Van-daag bezoek ik dehele dag plaatsenwaVV ar wr e hulp verle-nen. Alles gaat zoals

gepland. Op zichzelf is dat goed,maar het schrijnende is: voor elkepersoon die we kunnen helpen,zijni er anderen die we niet kunnenbereiken. Ze halen de hulp niet ofde hulp haalt hen niet. Dat is deboodschapdieik steeds maar weerte horen krijg, waar ik ook kom.

Moeders en meisjes staan inlange rijei n te wachten op hun wa-terrantsoen. Per dag en per per-soon delen wij 3,5 liter water uit.Niet gt enoeg, maar meer hebbenwe momenteel niet. Het is net ge-noeg om mensen in leven te hou-den. Ergensanders zittenvrouwenen kleine kinderen voor een win-keltjet waar ze hun maandelijksevoedselpakketten kunnen halen.Cordaid Mensen in Nood geeft elkhuishouden maandelijks voedsel-bonnen ter waarde van 1500 Keni-aanse shilling (g ¤1(( 2). Binnen in hetwinkeltje zie ik hoe elke vrouwworstelt mt et de keuze: hoeveelrijst, olie, maïsmeel, of granen?Ook suiker en thee? Wat valt af?Wat it s nodig om een gezin in levente houden? Ik vraag de vrouwenbuiten wat ze hebben gegeten diedag. TweeTT antwoorden: ‘niets’ of‘een kop thee’.

Als ik laat op de avond op kan-toor met collega’s de dag door-neem, krijgen we bezoek. Het is dedistrictsverantwoordelijke voorveeteelt uit North Hor. Hij heeftruim 200 kilometer gereisd. Of wehem kunnen helpen om het vee tereddenin zijn gebied. Door gebrekaan graasland, aan veevoer en wa-ter sterven de dieren massaal, zeihij. Mensen delen hun eigen etenmet hun vee en als ze zelf ook nietsmeer hebben, voeren ze hun vee-stapel nat papier. Dieren verzwak-ken zienderogen. Mensen helpenhun beesten ’s ochtends overeind.Zonder veestapel hebben dezeboeren helemaal niets meer. Deoverheid en de hulporganisatiesschieten het vee niet te hulp, zegtmijn bezoeker. Daarom is hij naarons gekomen. Waarschijnlijk hadhij gehoord dat wij op veel plaat-sen in de Hoorn van Afrika veteri-

naire hulp verlenen aan veeboe-ren, onder andere met ontwor-mingsprogramma’s, maar wr e de-len ook veevoer en water uit. Dedistrictschef en ik bespreken hoewe elkaar kunnen helpen.

Zaterdag 30 juli Ik kk rijg onver-wacht bezoek vk an het dorpshoofdvan Turbi en de districtsverant-woordelijke voor watervoorzienin-gen uit Marsabit. Ze vragen of wekunnen helpen om een nooit afge-maakte diepe waterput iets buitenTurbi operationeel te maken. Eentijd terug had de overheid een wa-terput gt eboord, maar voor eenpomp bleek geen geldmeer tezijn.Dorpsbewoners van Turbi, YaaOdolla, Yaa Galo en Galgallo Dimamoeten nu 50 à 60 kilometer rei-zen om water te halen. Te voet. Allenatuurlijke waterbronnen en aan-gelegde regenwaterreservoirs inde omgeving zijn opgedroogd. Hetregenseizoenbegint pasinnovem-ber en december. Tot die tijd over-leven de gezinnen de lange voet-tochten naar water niet, aldusmijni bezoekers. Dewaterpompge-bruiksklaar maken, daar hangt nualles van af. Alle overheidsinstan-ties hadden ze al gesproken. Hetstond de dorpsbewoners vriji omzelf aan de waterpomp te werken,zo kregen ze te horen. Maar mid-delen om dat te doen kregen zeniet. Met het geld van giro 555 heb-ben we meer mogelijkheden omook op dit soort verzoeken in tegaan.

Zondag 31 juli In Moyale is er eenbijzondere districtsbijeenkomstbelegd. Even twijfelde ik of ik er-heen moest. Het is 250 kilometerreizen, zes uur rijden over er en on-verharde weg vg ol kuilen en rotsen.Maar alle hulpverlenende instan-ties komen er bij elkaar om te kij-ken hoe ze kunnen samenwerkenom het lt even van duizenden men-sen en hun vee te redden. Ik ga.

Vroeg in de ochtend vertrekkenwe, mijn chauffeur en ik. Na 30 ki-lometer zien we hetkt arkas van eenkameel langs de weg liggen. Ietsverderop nog twee, naast elkaar. Ikwerk nk u drie maanden in dezestreek, maar het is de eerste keerdat ik dode dieren zie langs dezeweg. En dan nog kamelen. Kame-len zijni oersterk. Ze zijn gemaaktom te overleven in droogte. Veelnomadische veehouders verko-pen hun geiten en koeien om ka-melente kunnenkopen.Als kame-len sterven,wetendenomaden dathuneigenleveningevaar is. Endatde rest van hun veestapel spoedig

zal volgen in het spoor van dedood.

De weg vanMarsabit naar Moya-le is niet druk. Om het uur zie jenormaal één of twee voertuigenvoorbijri ijden. Maar vandaag zijnwij de enigen. Geen auto’s, geendorpen langs de weg, geen tekensvan leven. Dan ineens vier er zels entwee vrouwen die erachteraan lo-pen. Als we dichterbij komen, zieik een meisje van ongeveer twaalfjaar er n een jonge vrouw. De ezelszijni beladen met legejerrycans.Devrouw toont ons een lege fles. ff Westoppen. Het mt eisje komt op onsafgerend. Ze vraagt om water. Zehadden vier uur gelopen, moestennog een halfuur voor ze de put zou-den bereiken waar ze flessen enjerrycrr ans zouden vullen vv voor fami-lie en verwanten.Ikvroeg het meis-je hoe vaak ze deze weg liep. Om deZonder vee hebben de boeren niets meer. Foto: Cordaid

pagina 10, 06-08-2011 © Het Financieele Dagblad

Met lege watercontainers opweg in Wajir in het noordenvan Kenia. Foto: Reuters

, volgt de rest snel

dag. In en rond het dorp was geenbron meer te vinden. Ik gaf hf aareen fles water. Toen ze hem aan-nam, schrok ik k van de dankbaar-heid die sprak uit dat jonge ge-zicht.

Maandag 1 augustus Rond half-acht in de ochtend gaan we naarMarsabit. Onderweg stoppen wein het dorp Funan Qumbi om eenhulpproject te bezoeken. Vandaagis iedereen in het dorp in de weermet de-stocking, het preventiefslachten van vee om de voedsel-schaarste aan te kunnen. De zwak-ste maar nog wel gezonde dierenworden geslacht, het vlees wordtgegeven aan de kwetsbaarste ge-zinnen en de huiden worden te-ruggeven aan de boeren. Met deverkoop ervan kunnen ze wat bij-verdienen. Bovendien blijft er zo

meer gr ras en ander voedsel overvoor de sterkste dieren. In FunanQumbi slachten ze geiten. Ondereen boom worden de huidenschoongemaakt. Een paar volks-gezondheidsambtenaren kijkenzwijgend toe. Veel vrouwen heb-ben postgevat bij de plek van deslacht. Ze wachten op een stukvlees. In de hele omtrek is er geenveemarkt meer te bekt ennen.

Cordaid Mensen in Nood draagtop tweett manieren bij aan dit soortde-stocking: we betalen de boereneen vooraf afgesproken prijs voorhet vee dat ze laten slachten en weregelen overheidstoezicht. Metzo’n noodslacht genereert de ge-meenschap wat eigen geld, voedtze de meest ondervoede kinderen,vrouwen en mannen en vergrootze de kans op overleven voor derest van het vee.

Na Funan Qumbi trekken weverder. Onderweg zg ien we drievrouwen van middelbare leef-tijd. Ze dragen bussels brand-hout op het hoofd. We stoppenen vragen een van de vrouwenwaar ze heen gaat. Naar eenmarkt, twaalf kilometer verder,vertelt ze. Vroeg in de ochtendhad ze haar huis verlaten omhout te sprokkelen, en vanavondlaat is ze weer thuis. Met wat ge-luk krijgt ze 300 shilling (¤ 2,50)voor het hout dat ze op het hoofddraagt. Ze heeft ook wat geiten,maar die zijn ver van huis, opzoek naar graasland. De geitenleveren haar dus niets op dezedagen en de enige manier om teoverleven is hout sprokkelen enverkopen.

Bij Turbi ontmoeten we een col-lega va an een andere hulporganisa-tie. We informeren elkaar over desituatie in de dorpen die we heb-ben bezocht. Ondertussen komenouden van dagen en kinderensteeds dichter om me heen staan.Ze vragen geld om voedsel te kun-nen kopen. Eerder bedelde nie-mand. Nu, zonder vr ee, zonderwerk, zonder er ten, zonder water,kunnen ze niet anders, de kinde-ren en bejaarden die achterblijvenin de dorpen. De vrouwen zijn on-derweg, op zoek nk aar water, opzoek nk aar een markt om wat houtte verkopen, de mannen trekkennaar de steden op zoek naar werk.............................................................Najir Ahmed Khan coördineert

voor Cordaid Mensenin Nood het noodhulp-programma in hetnoorden van Kenia.

12,4aantal mensen datacuut bedreigd is,

in miljoenen

Nairobi

Marsabitdistrict

Moyaledistrict

Kenia

pagina 11, 06-08-2011 © Het Financieele Dagblad