Contact 2014

download Contact 2014

of 20

description

Magazine diaconie De Bilt

Transcript of Contact 2014

  • Contact

    Corry Blikt terug Anco Kijkt vooruit

    Hillcrest Grannys

    Dieuwke In Kathmandu

    Nicaragua Hoe gaat het nu?

    Uitgave

    van d

    e D

    iacon

    ie van

    de

    Pro

    testan

    tse G

    eme

    en

    te in

    De

    Bilt

    Winter 2014/2015

  • 2

    4

    8

    10

    Colofon

    Contact is een uitgave van de Diaconie van de Protestant-se gemeente in De Bilt. Contact wordt uitgeven om een beeld te geven van wat de Diaconie allemaal doet. Wilt u n van de projecten steunen neemt u dan contact op met n van de diake-nen. U kunt natuurlijk ook een gift overmaken. Mocht u vragen of opmerkingen hebben dan kunt u altijd contact met ons opnemen. De Diaconie geeft ook individuele (financile) ondersteu-ning aan mensen die het tijdelijk wat moeilijker hebben. Vanwege privacy wordt er in Contact niets over dit onder-werp geschreven. Heeft u echter een steuntje in de rug nodig of weet u iemand die hulp kan gebruiken, dan kunt u zich altijd tot ons wenden. Contactgegevens: Voorzitter (t/m 12-2014) Corry van der Hoeven Voorzitter (vanaf 01-2015) Anco de Rooij Secretaris Hans den Ouden Postadres: Kerkelijk bureau Burg. De Withstraat 29a 3732 JE DE BILT E-mail: [email protected] Corry van der Hoeven: 030-2285977 Anco de Rooij: 030-2201705

    Bankrekening NL23 RABO 0308 3000 76

    17

    14

    9

  • 3

    Inhoud

    3 Van de voorzitter 4 Hillcrest Granny runt kinderdagverblijf 7 Reisgroep in actie 8 Eric van der Velde uitgezonden als leerkracht 9 Eet mee bij Sophie 10 Diverse diaconale projecten 11 Jongemannen in actie 12 Dieuwke in Kathmandu 14 Nicaragua, hoe is het nu? 15 Diverse diaconale projecten 16 Opvanghuis Amecet 17 3 diaconale reizen in 7 jaar 18 Diakenen aan het woord 19 Corry blikt terug & Anco kijkt vooruit

    December 2014 Beste lezers. In juni 2012 gaven wij, het College van Diakenen van de PKN Gemeente De Bilt, een glossy uit om ons voor te stellen en u te informeren over ons werk. Het heeft even geduurd, maar nu ligt er een tweede glossy voor u. Het jaar 2014 was een bijzonder jaar voor ons, omdat wij opnieuw een diaconale reis mochten organiseren. En dat hebt u gemerkt! Een verslag van de voorbereidingen en van de reis naar Hillcrest Aids Centrum kunt u in dit nummer lezen. Verder zijn enkele (oud)gemeenteleden aan het werk in het buitenland. Zij schrijven over hun werk en ervarin-gen. Denkt u nu niet dat wij alleen projecten in het buiten-land steunen. Ook landelijk en plaatselijk proberen wij een helper te zijn. Ook daarvan kunt u enkele voorbeel-den lezen. Wij hebben in 2014 gemerkt dat u diaconaal betrokken bent en daarvoor danken wij u hartelijk. Mede door uw meeleven en uw bijdragen kan onze Diaconie een steun zijn voor mensen die dat nodig hebben. Mede namens mijn medediakenen wens ik u veel lees-plezier. Corry van der Hoeven Smith Voorzitter Diaconie De Bilt

  • 4

    Hillcrest: Granny runt kinderdagverblijf Nienke Wieldraaijer vertelt over de diaconale reis

    Van 22 juli tot en met 13 augustus zijn 27 leden van de drie PKN-kerken in De Bilt naar Hillcrest Aids Cen-tre in Zuid-Afrika gegaan voor een diaconale reis. Het doel was om een werk- en leerreis te maken naar een diaconale partner van de kerken: om te zien wat deze organisatie doet en om zelf de handen uit de mou-wen te steken. Het mooie van de reis was dat er in-derdaad een prachtige balans was tussen kijken en werken, tussen leren en bijdragen. We bekeken pro-jecten van het Hillcrest Aids Centre, en we werkten op allerlei manieren (op de achtergrond) mee zodat het centrum zijn geweldige werk kan blijven doen. Op deze plek vertel ik graag over twee bijzondere ge-beurtenissen uit de reis. De eerste is een diploma-uitreiking voor grannys (omas) die een zesweekse cursus hadden gevolgd over opvoeding en kinderen. Het was een prachtig leermoment, waaruit blijkt wat de invloed is van de projecten die het aidscentrum uitvoert. En de tweede een ochtend hard bikkelen om een nieuw schoolplein voor een school te creren.

    Hillcrest Aids Centre doet veel projecten met en voor

    grannys. Zij zijn vaak kostwinner in een gezin en ver-antwoordelijk voor de opvoeding van hun kleinkinde-ren, omdat de tussengeneratie voor een groot deel is weggevallen door aids. Deze omas werken keihard, zo hebben we meerdere keren tijdens onze reis on-dervonden. Soms werd er gesproken over het Afrikaanse ritme: mensen nemen het in Zuid-Afrika niet zo nauw met de tijd en lijken niet altijd even hard te werken. Maar als je de grannys aan het werk ziet, is daar geen sprake van. We hebben op een ochtend omas geholpen met het aanleggen van een tuin, en ik kan u verzekeren dat de omas minstens zo hard, zo niet harder werkten dan wij, terwijl hun gemiddelde leeftijd een stuk hoger lag. Een ander voorbeeld van een hardwerkende oma was bij een Zulu-gezin waar zes van ons geslapen hebben. Zij was de kostwinner van het gezin, vijf dagen in de week runde ze een kin-derdagverblijf voor 40 kinderen. Daarnaast had ze de zorg op zich voor haar zieke, bedlegerige vader, haar kinderen, en zeven kleine kids tussen de 2 en 8 jaar (een aantal kleinkinderen, maar ook een kleinkind van haar zus en kinderen van haar nicht, zoals dat in

  • 5

    Afrika volgens het extended family-systeem gebrui-kelijk is). Het probleem van de grannys is dat ze, ondanks dat ze enorm hard werken, weinig opleiding hebben ge-noten in hun leven, waardoor ze vaak moeilijk rond kunnen komen, zeker als ze ook nog voor een groot aantal kinderen moeten zorgen. Het Hillcrest Aids Centre ondersteunt deze omas door ze vaardigheden aan te leren zodat ze zelf in hun onderhoud kunnen voorzien. Zo kunnen ze naaicursussen volgen, zodat ze kleren kunnen leren naaien, of tuiniercursussen, waarbij ze een tuin leren aanleggen en hun eigen groentes kunnen verbouwen. Daarnaast zijn er ook diverse support groups, groepen waar omas samen kunnen komen om te praten over hun leven en moei-lijkheden, en om te ontspannen. Tijdens een van deze bijeenkomsten kwam naar voren dat de omas moei-lijkheden ondervinden bij de opvoeding van hun kleinkinderen, die opgroeien in zon andere tijd dan zij, die problemen hebben waar zij weinig van afwe-ten. Hillcrest heeft daarop besloten om een zesweek-se cursus op te zetten over opvoeding voor de omas die aangaven daar meer over te willen weten. Drie van onze reisgroep mochten aanwezig zijn bij de diploma-uitreiking die volgde na de cursus van zes weken. Hillcrest viert graag gebeurtenissen als deze, omdat trots zijn op wat je bereikt en geleerd hebt be-langrijk is voor eigenwaarde. Zoals bij elke bijzondere gebeurtenis werd er weer veel gedanst en gezongen door de omas. Het mooiste moment kwam toen de omas zelf mochten vertellen wat ze geleerd hadden van de cursus, wat ze eraan gehad hadden en wat ze meenamen naar huis. Er kwamen heel veel bijzonde-re verhalen voorbij. Het zijn vrouwen met veel prak-tijkervaring wat opvoeding betreft: ze hebben hun kinderen opgevoed, en nu voeden ze hun kleinkinde-ren op. Maar toch vertelden ze stuk voor stuk dat ze heel veel nieuwe dingen hadden geleerd. Dat ze nu handvatten hadden meegekregen om om te gaan met kleinkinderen die s nachts laat thuiskomen, die drugs gebruiken, die in aanraking komen met hiv/aids, die als tiener zwanger worden, die in een veel meer Westerse cultuur opgroeien. En oma gaf zelfs aan healed te zijn door deze cursus, genezen, en meerdere omas waren merkbaar emotioneel toen ze vertelden over de impact van de cursus. Ze vertelden dat ze in de praktijk al verbeteringen zagen, en dat ze de kennis die ze hadden opgedaan door deze cursus wilden doorgeven aan de andere omas in hun omge-ving. Dat is ook waar Hillcrest sterk in is: kennis geven en vaardigheden leren aan individuen, die het dan weer kunnen verspreiden in de gemeenschappen waar ze zich aan verbinden.

    Na de diploma-uitreiking praatten we in de auto bij de CEO van Hillcrest, Olivia Myeza, na over de ceremonie. Olivia vertelde dat de vrouw die de cursus gaf haar al eerder verteld had over de invloed ervan op de omas. De eerste paar bijeenkomsten waren heel emotioneel geweest, sommige omas zaten echt met de handen in het haar omdat ze niet wisten hoe ze, onder andere door de generatiekloof, hun klein-kinderen op het rechte pad moesten houden. Het was ook de eerste keer voor velen dat ze daar zo open over konden praten natuurlijk niet iets om trots op te zijn en ze waren blij dat bleek dat ze niet de enigen waren die met deze problemen te maken hadden. Erover praten, herkenning, kennisover-dracht, samen oplossingen bedenken de omas had-den er zoveel aan dat ze aangaven dat ze hun tiener-dochters zon cursus ook zouden gunnen, zodat ze dit allemaal zouden leren voordat ze kinderen zouden krijgen.

    Maar we hebben meer gedaan bij Hillcrest Aids Cen-tre dan toekijken, luisteren en praten. Op een maan-dagochtend gingen we vroeg naar een basisschool in de buurt van Hillcrest. Het aidscentrum werkt veel samen met scholen bij hun voorlichtings- en preven-tieprojecten. Ukusakwabasha primary school is een van die scholen; arm, 100% zwart, weinig voorzienin-gen, maar een goed bestuur en een enorm gedreven directeur. Er zitten zon 400 leerlingen op de school, maar er is niet eens een schoolplein. De school ligt op een heuvel, en er was geen vlak stuk waar kinderen kunnen spelen, laat staan dat er een speeltoestel was. Met het geld dat wij het jaar voorafgaand aan de reis hadden opgehaald, hebben we daar verandering in gebracht. Een week voor onze komst is er een gro-te bulldozer geweest die een vlak stuk heeft gecre-erd. Wij hebben het stuk gegaliseerd, om het ter-rein een hek gespannen, en samen met mannen van het bedrijf waarbij het gekocht is, hebben we een speeltoestel, een Jungle Gym, neergezet.

  • 6

    Het was zwaar werk: de temperatuur liep op tot te-

    gen de dertig graden, het terrein was glooiend en we

    moesten steeds op en af om met emmers zand en

    onderdelen van de Jungle Gym te slepen, en we

    hebben ons gewicht vol in de strijd moeten gooien

    om het hek strak te krijgen. Wat ontzettend bijzonder

    was, was dat allerlei mensen ons hielpen: niet alleen

    mensen van het aidscentrum en werknemers van het

    bedrijf die we hebben ingehuurd, maar ook de direc-

    teur werkte zich in het zweet. In het begin gaf hij al-

    leen aanwijzingen, maar al gauw pakte hij, in zijn net-

    te broek en overhemd, ook gereedschap en zwoegde

    hij naast ons, schouder aan schouder. Na een halve

    dag klussen is er een vlak schoolplein gecreerd,

    stond om een groot gedeelte van het terrein een hek

    en stonden de fundamenten van de Jungle Gym over-

    eind.

    Toen we weer terug waren in Nederland kregen we

    van de directeur fotos toegestuurd waarop de Jungle

    Gym in gebruik was genomen.

    Die tonen duidelijk het plezier van de kinderen, die

    waarschijnlijk nog nooit eerder op zon klimtoestel

    hadden gestaan.

    Het was zware arbeid, werk dat de meesten van ons

    niet dagelijks doen, maar het gaf wel enorm veel vol-

    doening, omdat we er zon mooi resultaat voor terug

    zagen.

    We hebben een onvergetelijke tijd gehad bij het Hill-

    crest Aids Centre. Zelfs nu, bijna drie maanden na ons

    vertrek, raken we er nog steeds niet over uitgepraat.

    We zijn blij met wat wij hebben kunnen bijdragen aan

    het aidscentrum, maar toch hebben we het idee dat

    wij nog veel meer van hen hebben ontvangen dan dat

    we zelf hebben gegeven. Het was zon indrukwekken-

    de ervaring, we hebben zoveel kunnen leren van

    mensen die in een zoveel minder bevoorrechte posi-

    tie zitten dan wij. We hebben ons verbaasd over hun

    openheid, hun warmte, hun gastvrijheid, hun passie,

    hun geloof en hun tomeloze inzet om de wereld om

    hen heen mooier te maken. Wij hopen dat wij daar

    iets van kunnen uitdragen hier in Nederland.

  • 7

    Toen het besluit gevallen was een diaconale reis naar Hillcrest Aids Centrum te organiseren, stelden wij ons als dia-conie ten doel tenminste 15.000,- in te zamelen als cadeau en voor de materialen van de klussen die gedaan zou-den worden. Dat geld moest de reisgroep verdienen door onder meer het doen van diaconale klussen. En dat heeft de groep geweten! Er is hard gewerkt. Een van die harde werkers was Joke Brink. Joke heeft heel wat klussen op zich genomen onder andere: een kledingactie voor het Catharijnehuis, het leeghalen van een woning in verband met een verhuizing, een jas ko-pen met een bejaarde dame, voor een andere dame die naar een aanleunwoning verhuisde dozen uitpakken en kasten ordenen, amarylisbollen verkopen, kavels inbrengen voor de veiling Dit is maar een bloemlezing uit wat zij heeft gedaan. Het was soms veel en zwaar en de druk was soms best wel groot. Het meeste plezier heeft Joke gehad aan de actie voor het Catharijnehuis, wat werden ze daar dankbaar ontvangen: de auto was in een mum van tijd leeg. Als trefwoord voor deze periode zegt Joke: veel. Maar al met al was de reis een geweldige ervaring, vooral het contact met de bevolking. Uiteindelijk is door de reisgroep voor Hillcrest ruim 30.000,-opgehaald en het geld is goed besteed. Waarvoor onze grote dank en waardering.

    Reisgroep in actie! n van reizigers vertelt over de acties in De Bilt

  • 8

    Eric van der Velde is uitgezonden als leerkracht Engels

    in Centraal Azi.

    Twee dagen in de week geef ik Engelse les op een taalcentrum in de stad. Naast het lesgeven aan de kinderen, is er voor jonge leerkrachten en/of taalstu-denten de mogelijkheid om stage te lopen op het taalcentrum. Dit project is opgezet door een Neder-landse vrouw die nu sinds een aantal jaar in deze stad werkt. Voorwaarde voor deelname is een voldoende beheersingsniveau van de Engelse taal (waar ze ook eerst een test voor moeten maken). Het onderwijs op dit centrum is volledig anders dan er in het normale onderwijs wordt lesgegeven. Zo sprak ik n van de studenten, die de cursus vorig jaar heeft gevolgd en dit semester nu als nieuwe leer-kracht hier op het centrum is gestart, over haar erva-ringen: Toen ik klaar was met mijn taalstudie wist ik n ding zeker: Ik wordt in ieder geval geen leraar. Ook al was dit van kinds af aan al wel een droom van mij. Ik weet dat het misschien gek klinkt, maar ik heb tij-

    dens mijn studie nooit geleerd om les te geven. Ook

    al deed ik een opleiding tot taaldocent.

    Toen ik klaar was met mijn taalstudie wist ik n ding zeker: Ik word in ieder geval geen leraar.

    In het tweede en het derde jaar van de opleiding

    kreeg ik voor het eerst een passieve stage van twee

    weken, waarin je achterin de klas zit bij een lokale

    leraar en observeert wat hij/zij doet.

    Alleen kijken dus. Dan moet je daar bij bedenken dat lesgeven hier bestaat uit theorie uit je hoofd leren en teksten vertalen. Leerlingen krijgen een tekst die ze zelf moet lezen. Het huiswerk is vervolgens de tekst te vertalen en leren. De volgende les moet elke leer-ling de tekst voor dragen als een soort van gedicht . Uit het hoofd natuurlijk! De leraar zit dus de hele les te luisteren naar alle voordrachten. Alleen uitleg wordt niet gegeven, veelal omdat de leraren zelf ook niet goed Engels kunnen spreken. Grammatica of zinsbouw kennen ze al helemaal niet. Toen ik in het vierde jaar wel moest lesgeven, wist ik niet wat ik moest doen. Er was ook niemand die me dat kon vertellen. Hier op het centrum is iemand die de tijd neemt om je lessen te bekijken, die je coacht en je vertelt hoe je lessen kunt voorbereiden en uitvoeren. Die je helpt en geduld met je heeft. Deze cursus heeft me eigenlijk mijn droom om leraar te worden weer terug te geven. Ik weet nu pas echt hoe het moet

    Horeb is een christelijke woon- en leefgemeenschap in Beekbergen voor mannen vanaf 18 jaar die een verslavings-probleem hebben. Horeb is onderdeel van De Hoop, de bekende evangelische hulpverleningsinstantie voor men-sen met psychiatrische en verslavingsproblemen. Bij Horeb kunnen de bewoners in een veilige en gestructureerde leefomgeving grip krijgen op hun problemen, de achterliggende oorzaken van hun verslaving. Door een persoonlijk ontwikkelingsprogramma ontdekken de deelnemers hun talenten en kunnen ze nieuwe vaardigheden leren.

  • 9

    Eet mee! bij Sofie in De Schakel

    Voor u zich afvraagt: wie is die Sofie toch? Het is de naam van een samen-aan-tafel-actie. Sofie is dus niemand, maar tegelijk ook iedereen. U kunt ook Sofie zijn. In De Bilt werd overal in maart de actie Eet mee! bij Sofie gehouden. Bedoeling van Eet mee! met Sofie is om de mensen die u in de buurt, op de Hessenweg, bij de bushalte of bij het uitlaten van de hond wel eens ziet en groet ook een keer echt te ontmoeten door ze uit te nodigen om te komen eten. Dus bekende onbekenden uit te nodi-gen voor een nadere kennismaking en ontmoeting. Annelies Kastein, lid van de Immanuelkerk, en vooral de drij-vende kracht van de stichting Eet mee! cordineerde dit in de hele gemeente De Bilt en de onze diaconie deed daar graag aan mee voor de Immanuelkerk. Het hele idee achter Eet mee! bij Sofie is binding creren in je woon-omgeving. Het is een van de sociale initiatieven om de samenhang in een buurt te vergroten. Daarom werden in maart de naaste buren rond de Immanuelkerk uitgenodigd en gevraagd om eens mee te komen eten. En dat kostte onze gasten helemaal niets. Wel was het voor de deelnemers een verrassing wie er allemaal op zouden komen dagen. Gevolg was dat er een volle zaal met 35 personen aan gedekte tafels in De Schakel zaten, waar de mensen van de diaconale reisgroep naar Hillcrest in Zuid-Afrika zorgden voor een mooie maaltijd voor de buren. In een leuke sfeer werden nieuwe contacten gelegd en werden bestaande contacten verder aangehaald. Iedereen was erover eens dat we dit vaker moesten doen. Niet dit keer een zomerse buurt barbecue, maar een maaltijd samen in de kerk is minstens zo leuk. Volgend jaar bestaat Eet mee! met Sofie natuurlijk nog steeds en dikke kans dat de Immanuelkerk dan weer een buurtmaaltijd organiseert.

  • 10

    Mission Aviation Fellowship (MAF) Al tijdens de Tweede Wereldoorlog deelden een aan-tal oorlogsvliegers hun visie voor zendingsluchtvaart met elkaar. Dit groeide na de oorlog uit tot de oprich-ting van de Mission Aviation Fellowship (MAF). Te-genwoordig beschikt deze organisatie over meer dan 130 vliegtuigen. Die worden ingezet door ruim 1000 kleine en grote hulp- en zendingsorganisaties zoals het Rode Kruis, de Verenigde Naties, Unicef, Flying Doctors, Dorcas, Wycliffe e.d. om mensen in de meest gesoleerde en arme gebieden ter wereld te bereiken. De missie van MAF is om Gods Woord en Liefde te verspreiden aan deze bijna onbereikbare mensen. MAF vliegt medisch personeel en medicijnen naar afgelegen oorden, vervoert noodhulpgoederen naar rampgebieden, brengt Bijbels, christelijke litera-tuur, schoolboeken, leerkrachten, bijbelvertalers en zendingswerkers naar hun plaats van bestemming en helpt lokale gemeenschappen door de aanvoer van bouwmaterialen en technische installaties. MAF Nederland zendt piloten, vliegtuigtechnici, ma-nagers en specialisten uit naar het buitenland en houdt zich bezig met fondsenwerving. De steun van donateurs, bedrijven en kerken is onmisbaar om het internationale werk van MAF te kunnen continueren.

    Stichting Ebenezer School Malawi, Willeke ter Haar woont al 17 jaar met haar man Reinier in Nkhoma in Malawi. Reinier is daar medisch directeur van het plaatselijke ziekenhuis. Willeke heeft een opleiding als leerkracht in het basisonderwijs. Al snel werd haar duidelijk dat er veel behoefte is aan goed onderwijs en betere schoolvoorzienin-gen in de omgeving van Nkhoma. Kinderen krijgen vaak in veel te grote groepen les (soms tellen de klassen wel 200 leerlingen!) om goede instructie en begeleiding te ontvangen. Tafels en stoelen zijn er lang niet altijd en ook schoolboeken en andere lesmaterialen zijn vaak nauwelijks beschikbaar. Samen met een plaatselijk team is Willeke ter Haar gestart met het Ebenezer Institute of Learning. Deze basis-school is aangesloten bij de invloedrijke Presbyteriaanse kerk in Malawi en biedt christelijk onderwijs aan kinderen uit Nkhoma en de wijde omgeving. Financile en technische ondersteuning komt van de Stichting Ebenezer School Malawi. Er wordt geprobeerd de klassen klein te houden, goed opgeleide leerkrachten in te zetten, voldoende schoolgebouwen en goede voorzieningen en lesmaterialen te bieden aan alle leerlingen. De ouders betalen school-geld voor zover ze dat kunnen. Via een wereldwijd sponsorprogramma wordt ook het naar school gaan van kinde-ren uit arme gezinnen zoveel mogelijk ondersteund.

    Timon biedt advies, zorg en begeleiding aan jonge-ren, ouders en het onderwijs op het gebied van op-groeien en opvoeden. Jongeren in de leeftijd van 12 tot 23 jaar en hun ouders kunnen een beroep doen op Timon wanneer er bijvoorbeeld psychiatrische of verslavingsproblemen zijn bij kind of ouder, in situa-ties waar de jongere niet langer thuis kan wonen of bij ernstig probleemgedrag, criminaliteit of verzuim. Samen met reguliere hulpverleningsinstanties, waar-onder Bureau Jeugdhulp, GGZ, onderwijsinstellingen, gemeentelijke welzijnsvoorzieningen, politie en justi-tie, buurt- en wijkteams, zoekt Timon naar het juiste hulptraject voor jongeren en gezinnen. Naast profes-sionele medewerkers zet Timon graag vrijwilligers in die op laagdrempelige manier een steuntje in de rug zijn voor jongeren en jongvolwassenen. Als maatje bieden zij de jongeren een stukje sociaal contact, praktische hulp, een luisterend oor of gewoon een beetje gezelligheid, net wat er nodig is. De medewer-kers en vrijwilligers werken vanuit een christelijke levensstijl. Timon staat open voor alle kinderen en ouders met een hulpvraag, ongeacht hun achter-grond of levensvertuiging. De organisatie heeft vesti-gingen in de regios Amsterdam, Rotterdam, Utrecht en Zwolle.

  • 11

    De jonge mannen zijn dit jaar gestart. En hoe! We hebben een aantal zinvolle avonden gehad waarin de Bijbel centraal (brief aan de Efeziers) stond. Dit waren waardevolle avonden omdat we onze ervaringen van leven met God konden uitwisselen. Het was verrassend om te zien hoe God met Zijn Woord door onze verschillende levens heen werkt. Daarnaast kwamen we niet alleen bij elkaar voor onszelf. Geloof is om uit te delen. Daarom hebben we twee da-gen praktisch geloven in onze planning opgenomen. Tijd vrij maken om anderen te helpen, die zelf iets niet kun-nen. Op 10 mei jl. vond de tweede klusdag plaats. Via een van de jonge mannen kwamen we in contact met een oudere dame van wie de tuin compleet was overwoekerd met onkruid. Door ouderdom en andere omstandighe-den is ze niet in staat de tuin te onderhouden. Daarom hebben we met de jonge mannen de tuin leeggemaakt, op enkele struiken na. En vervolgens weer onderhoudsarm opgeleverd. De vrouw was erg blij met haar frisse nieuwe tuin. Ze zei: Ik kan niet geloven dat mensen voor niks, iets voor mij doen. Ik heb nog nooit zoiets meegemaakt, in mijn hele lange leven niet.. Misschien wel een concreet voorbeeld van de genade van God! We zijn misschien maar 2,5 uur bezig geweest, maar het resultaat was hartverwarmend en gezellig voor ons als groep.

    Geloof in de praktijk met de jonge mannen van de Dorpskerk in De Bilt.

    Het resultaat mag er zijn!

    Een soortgelijke klus doen? Neem eens contact op met n van de diakenen!

  • 12

    Straatkinderen van Kathmandu

    - Werken in een kindertehuis - door Dieuwke van der Hoeven

    Tiom Laura Home

    Dieuwke van der Hoeven, wiskunde-

    docente, werkt dit schooljaar als vrijwilligster in Kath-

    mandu, in kindertehuis Tiom Laura Home, opgericht

    en beheerd door Lies Vink uit Castricum. De diaconie

    steunde het tehuis met een gift. We ontvingen het

    volgende verslag van Dieuwke.

    De tweede helft van augustus, terwijl voor mijn collegas

    langzaamaan het nieuwe schooljaar weer begon, legde ik

    de laatste hand aan de voorbereidingen van mijn avon-

    tuur. Ik was koortsachtig bezig met inpakken, regelen en

    lijstjes maken. En op vrijdag 29 augustus stapte ik dan ein-

    delijk in het vliegtuig. Inmiddels werk ik al bijna drie maan-

    den als vrijwilliger in Tiom Laura Home een tehuis voor

    straatkinderen, dat niet alleen kinderen opvangt maar ook

    hun moeders en gezinnen ondersteunt en begeleidt rich-

    ting een zelfstandige toekomst.

    Veel kinderen in tehuizen zijn geen wezen. De Nepalese

    cultuur accepteert eenoudergezinnen niet. Alleenstaande

    moeders komen niet of moeilijk aan werk. Armoede is dan

    onvermijdelijk. Hertrouwen ze, dan verstoot de nieuwe

    echtgenoot de kinderen uit het vorige huwelijk. De kinde-

    ren belanden op straat en als ze geluk hebben ten slotte in

    een tehuis. Ook vertrekken sommige ouders, gedwongen

    door armoede, als gastarbeider naar India of Maleisi en

    laten hun kinderen in tehuizen achter. Tehuizen worden

    gefinancierd uit sponsorgelden van vooral buitenlandse

    organisaties, zoals die van Lies Vink. Mede dankzij uw dia-

    conale bijdrage krijgen onze kinderen liefdevol onderdak

    en een toekomst!

    website kindertehuis:

    www.straatkinderenvankathmandu.nl

    Hier ziet u me met een groepje kinderen en wat begelei-

    ding. In dit land ben ik een reus. De man rechts, echtge-

    noot van onze keukenhulp, was de eerste die ik tegen-

    kwam die langer was dan ik!

    Hoewel de kinderen voor ze hier kwamen allemaal vreselij-

    ke dingen hebben meegemaakt, kunnen ze in Tiom Laura

    Home weer heerlijk kind zijn.

  • 13

    Boudha - Kathmandu Mijn hotel (Hotel Ngudrup) staat op tien minuten lopen van

    s werelds grootste Stupa, Boudhanath, een boeddhistisch

    heiligdom. Het is er gezellig toeristisch. Op vrije dagen kun

    je me daar met mijn laptop in caf Flavors vinden, waar ze

    lekker en goedkoop eten hebben en cappuccino en Wi-Fi.

    Ik schrijf daar aan mijn blog. Als ik echter van mijn hotel

    naar het tehuis loop, een wandeling van een half uur, dan

    ben ik vrijwel de enige westerling op straat.

    Eten in Nepal Om kosten te besparen eet ik op werkdagen in het tehuis

    mee. Als ontbijt en avondeten krijgen we Dal Bath, het tra-

    ditionele eten in Nepal. Dat bestaat uit witte rijst, een

    groentecurry en een dunne linzensaus. Op de foto zie je Dal

    Bath zoals ik die in caf Flavors at, net iets chiquer, met

    extra verse groenten, een papadum en een schaaltje lekke-

    re, frisse yoghurt.

    Tussen de middag warm ik noedels op voor mezelf, in het

    hotel mag ik de ontbijtkeuken gebruiken.

    Het werk in Tiom Laura Home In het tehuis ben ik er echt voor de kinderen. Ik werk niet in de huishouding, daar is lokaal personeel voor aangenomen. (Overigens doen de kinderen ook veel zelf en hebben ze geregeld corvee.) Ik geef liefde, aandacht en zorg, vlecht de haren van de meisjes en praat veel met de kinderen (en ook met de staf!) om zo hun Engels te verbeteren. De band tus-sen mij en de kinderen wordt steeds hechter en hechter. Hoe dat moet als ik over een maand of wat weer weg ga?

    Kunnen we helpen? Altijd! Het tehuis is voor een aantal kinderen nog op zoek

    naar een sponsor. Zie www.straatkinderenvankathmandu.nl. Misschien wilt u overwegen om alleen of met een groepje

    gemeenteleden een te gaan sponsoren. Verder zoek ik nog publiciteit voor mijn website om ook op die manier van

    sponsoren en donateurs te werven. Vertel mensen in uw omgeving over mijn werk in het tehuis en wijs ze de weg naar mijn website www.dieuwkegoeskathmandu.nl, dan

    helpt u ook al mee!

    liefs van Dieuwke

  • 14

    Het is al weer ruim twee jaar geleden dat we vanuit de diaconie van PKN De Bilt naar Nicaragua afreisden. Onlangs is mijn schoonzus op verschillende plekken langsgegaan om fotos te maken die ons een beeld geven van hoe het er nu voorstaat. De echte van Esterik in de kleuterschool ziet er nog even vrolijk uit in het op zichzelf wat saaie lokaaltje. Er zijn ook dingen veranderd. Dingen die je tot nadenken aanzetten. Mijn schoonzus is actief in de kerk en wordt gezien als n van de leiders. Op het moment dat zij bij de huisjes langskwam die wij destijds hebben gebouwd, dachten verschillende mensen dat er weer een nieuw project op stapel lag. Er was wel weer het nodige te doen, het huisje zou al wel een verfje kunnen gebruiken, enzovoorts. Ze kwam echter alleen maar om wat fotos te ne-men. Die fotos riepen de volgende vraag bij me op: wat doet hulp met mensen en wat doen mensen met die hulp? Op de n van de fotos zie je dat de hardhouten deuren en luiken zijn vervangen door stukken golfplaat. Welk verhaal daar precies achter zit weet ik niet: zijn er financile problemen geweest en heeft men die dingen te gelde gemaakt? Maar goed, op zon manier kom je gauw weer in een situatie, waar je weer aangewezen bent op hulp van een ander. Een vicieuze cirkel, waar je niet zomaar uitkomt. Het kan echter ook anders. En van de huisjes waar we aan gebouwd hebben, was het huisje van Ruth. Door de

    hulp is er een eerste stap gemaakt, die ze zelf waarschijnlijk niet zomaar had kunnen nemen. Het huisje had in eer-

    ste instantie een muur die voor de onderste helft uit betonblokken bestond en aan de bovenkant van plaatmateri-

    aal was gemaakt. Door Ruths inspanningen is de bovenste helft inmiddels ook van beton, zijn de muren van buiten

    aangesmeerd en ligt er een plavuizen vloer. Kennelijk heeft zij de hulp opgevat als een uitnodiging om zelf verder

    te gaan, toen wij er weer vandoor gingen. [ Kees Geluk ]

    Nicaragua, hoe is het nu?

  • 15

    Misin Timoteo, Bolivia Bolivia is het armste land van Zuid-Amerika. Het heeft tien miljoen inwoners waarvan 60% onder de 30 jaar is. De helft van de bevolking leeft onder de armoedegrens. Corruptie, criminaliteit en drugshandel vieren er hoogtij. In miljoenenstad Santa Cruz leven duizenden kinderen op straat omdat er thuis niet meer voor hen gezorgd kan wor-den of omdat zij wees zijn. Velen van hen zijn verslaafd, de meesten leven op de rand van de hongerdood. Het waren deze straatkinderen die in 1992 de motivatie vormden voor het echtpaar Dick en Theresa Altena om in Bolivia de organisatie Misin Timoteo op te richten. Met deze organisatie proberen zij een veilig en liefdevol thuis te bieden aan een aantal van de allerarmste kinderen die voorheen op straat rondzwierven of gedwongen waren in de gevangenis te leven omdat hun ouders daar een straf moeten uitzitten. De opvanghuizen van El Redil (De Schaapskooi) bieden een onderkomen aan ongeveer 50 kinderen, die hier ge-zonde voeding, kleding, medische en psychische verzorging en onderwijs krijgen. Ook leren zij de Bijbel en het christelijke geloof kennen. Gezinnen uit de buurt kunnen gebruik maken van het kinderdagverblijf en er wordt een tuinkwekerij gerund. De boerderij Fuente de Vida (Bron van Leven) ligt ongeveer een uur rijden buiten Santa Cruz. Ook hier wordt kin-deren de mogelijkheid geboden een ander leven te leiden dan op straat en zich in een veilige en gezonde omge-ving te ontwikkelen. Zij gaan naar school en doen werkervaring op door mee te draaien in de dagelijkse bedrijvig-heid van een melkveehouderij. Naast de giften van sponsoren vormt de opbrengst van de boerderijproducten een belangrijke bron van inkomsten voor Misin Timoteo. Zo blijven de opvangprojecten financieel gezond en hoopt men uiteindelijk grotendeels zelf-voorzienend te kunnen zijn.

    Het werk van Kinderzorg Utrecht heeft zijn oorsprong in een initiatief van de Diaconie van de Hervormde Kerken-raad van de provincie Utrecht aan het begin van de vorige eeuw. Zij vond het de taak van de kerk om te zorgen voor kinderen die aan de ouderlijke macht werden onttrokken. Daarom stichtte men een kindertehuis in Amers-foort, dat echter in de jaren 80 werd gesloten. Sindsdien heeft de stichting zich toegelegd op financile hulp aan kinderen en jongeren in de provincie Utrecht die onvoldoende in aanmerking komen voor ondersteuningsregelin-gen van de gemeente of rijksoverheid. Kinderzorg Utrecht kan bijvoorbeeld bijdragen aan de kosten van extra on-derwijs- of opvangtrajecten, speciaal vervoer, het uitvoeren van aanpassingen in woningen, ondersteuning bij zelf-standig wonen of deelname aan sport, spel en vakantie. De financile middelen worden alleen toegekend als dit aantoonbaar noodzakelijk is, omdat er geen andere mogelijkheden en subsidiestromen zijn.

  • 16

    Amecet opvanghuis voor kinderen zijn lach geeft ons moed

    Amecet is een opvanghuis voor kinderen in Soroti, Uganda. Amecet be-tekent schuilplaats in het Atesso, de lokale taal van noordoost Oeganda. Het runnen van Amecet is voor kinderen die veelal aids hebben en als wees binnen gebracht worden. Ze verblijven een poosje in het opvanghuis en gaan, wanneer ze stabiel zijn, vaak terug naar de familie. Naast zieke kin-deren vangt Amecet ook regelmatig kinderen op die op n of andere ma-nier ontheemd zijn. De lokale politie brengt bijvoorbeeld regelmatig tijde-lijk kinderen onder die het slachtoffer zijn van mensenhandel en mensen-smokkel. Het werk is opgezet vanuit de stichting Youth with a Mission, waar Els van Teijlingen sinds 1997 in Oeganda voor werkt. Zij werkte eerst met volwas-sen AIDS patienten maar zag steeds meer kinderen die tussen wal en schip dreigden te raken. Dat was het moment om het amecetwerk te beginnen. Het eerste huis werd in 2001 geopend. Zo kreeg het Evangelie ook hier handen en voeten... Amecet is dit jaar n van de doelen van het Diaconaal Appel. We vragen u wederom om gul te geven zodat kinderen dichtbij en veraf meer kansen krijgen om op te bloeien zoals God het bedoeld heeft.

    Hieronder een klein dagboekbericht van Els van Teylingen. Ze verteld op haar blog wekelijks over haar werk in Uganda. Door het blog te lezen kun-nen we als Protestantse Gemeente De Bilt betrokken blijven bij het werk van Els. U kunt de (Engelstalige) blog vinden op www.amecet-soroti.blogspot.nl

    Een lach na vier dagen Afgelopen dinsdag kwamen aan het eind van de mid-dag twee mannen op een motor aan de poort. Ze hadden een kind bij zich. Ze vertelden ons dat ze dit jongetje hadden gevonden op het erf van n van hen. Er lag een plastic tas bij hem met wat vieze vod-den. De mannen hadden het jongetje naar het dichts-bijzijnde politiebureau gebracht. De agenten verwe-zen hen door naar Amecet. Ze hadden een uur op de motor gezeten om het kind te brengen. Toen ik naar het kindje keek, schrok ik. Hij was een uitgedroogd en uitgehongerd hoopje ellende. De mannen die het jongetje brachten hadden helaas geen idee waar hij vandaan kwam. Ze wisten niets van zijn familie, zijn leeftijd of iets anders. We hebben hem opgenomen en direct in bad gestopt. En pro-beerden hem te voeden. Omdat we niks van hem wis-ten hebben we hem Richard genoemd. Elk kind heeft recht op een naam, en Richard leek bij hem te pas-sen. Toen we hem wogen bleek hij maar 4,4 kilo te wegen. Hoe oud zou hij zijn? Drie jaar? Toen we zijn gebit be-ter bekeken zagen we dat hij zijn melktanden al gro-tendeels verloren was.

    We realiseerden ons dat het arme jongetje misschien al vijf of zes jaar oud moet zijn. Ik moest bijna huilen, hoe kan je een kind zo achterlaten? De laatste paar dagen proberen we hem te voeden, we zien al wat vooruitgang. Het is moeilijk om te be-palen wat hij mankeert. Hij lijkt een beetje spastisch te zijn. We hebben hem naar de dokter gebracht en die constateerde HIV en malaria. We zijn onmiddelijk de behandeling gestart. En we zijn natuurlijk druk be-zig geweest om zijn lach terug te brengen. Zoeken naar dingen die hij leuk vindt, speelgoed, met hem knuffelen, melk etc. En na vier dagen dan eindelijk zijn mooie lach!! Zijn lach geeft ons moed. Het is een lief jongetje. Hij slaapt nog heel veel en de laatste dagen is hij lang-zaamaan een heel klein beetje aangekomen. Dat alles in maar vier dagen!! We zijn druk bezig om te achterhalen wie hij is en waar hij vandaan komt. Tot nu toe zonder resultaat. Ik vermoed dat we waarschijnlijk nog lang van zijn mooie lach kunnen gaan genieten.

  • 17

    3 diaconale reizen in 7 jaar Lydia Timmer vertelt

    November 2014, het is alweer een paar maanden ge-leden dat de diaconale reis naar Zuid-Afrika heeft plaatsgevonden. In totaal zijn er nu drie diaconale reizen geweest en zijn Martin Koelewijn en ik met alle drie de reizen mee geweest . Weet u het nog? In 2007 werd de eerste reis georganiseerd, naar Peru. Domi-nee Smelt was toen de predikant van de Dorpskerk. Samen met zijn vrouw en met ondersteuning van een commissie organiseerde hij een reis naar Peru. De groep bestond uit jongeren in de leeftijd van 16-35 jaar, voornamelijk kerkgangers van de Dorpskerk. Heel bijzonder aan deze reis was dat we in een bui-tenwijk van Lima verbleven, tussen de inwoners. Ik had het voorrecht om in een gastgezin te logeren en kreeg zo echt een kijkje in de keuken van het dagelijks leven van de mensen daar. De huisjes waren klein en van hout, de vloer was ge-deeltelijk van hard materiaal, maar in de keuken lag zand. Stromend water was er niet. Het water dat er was zat in grote blauwe vaten die om de zoveel tijd werden bijgevuld door de vrachtwagen die in de wijk kwam. De wc was buiten en een badkamer was er helemaal niet. Wel was er elektriciteit. De wegen wa-ren van zand en overal liepen zwerfhonden rond. In de hoofdstraat waren enkele winkeltjes gevestigd waar ook wij onze levensmiddelen kochten. Voor on-ze aankomst was er aan de huizen van onze gastge-zinnen een kamer gebouwd met twee bedden erin. Onze groep heeft een kerk gebouwd en een speeltuin aangelegd; hierbij kregen we hulp van plaatselijke beroepskrachten. Ook heeft er een kinder- en tiener programma plaatsgevonden en zijn we met leeftijds-genoten van onze gastgemeente een week naar de bergen geweest. Dit om even weg te zijn uit het kou-de en druilerige Lima. Voor sommige van de Peruaan-se reisgenoten wat het hun eerste vakantie ooit. Een-maal terug in Nederland hebben we o.a. op scholen, in verzorgingshuizen en tijdens een concert van Trini-ty verteld

    over onze ervaringen om zo het belang van ontwik-kelingswerk duidelijk te maken. In 2012 vond de tweede reis plaats, dit keer naar Ni-caragua. Deze keer heb ik in de organiserende com-missie gezeten, waardoor ik persoonlijk mocht mee-denken over het inzamelen van geld en de invulling van de reis. De groepssamenstelling was nu meer divers en bestond uit deelnemers in de leeftijd van 16-70 jaar en uit kerkgangers van alle drie de PKN-kerken. Tijdens deze reis hebben we vooral in kleine-re groepen gewerkt, die bestonden uit een mix van Nederlanders en Nicaraguanen. Deze samenwerking heb ik als heel bijzonder ervaren, samen kijken wat er nodig is, samen de handen uit de mouwen steken. We hebben o.a. kinderwerk gedaan en huisjes ge-bouwd. Elders in dit blad wordt verteld hoe de resul-taten van toen er nu voor staan. De derde reis ging afgelopen zomer (2014) naar Zuid-Afrika. Tijdens deze reis was de verbondenheid tus-sen de drie PKN-kerken heel groot. Het spreken met de plaatselijke bevolking was voor mij een stuk een-voudiger, daar ik toch echt beter Engels dan Spaans spreek. Bijzonder en anders was ook dat we nu voor-namelijk aan het werk waren in en om het Hillcrest Aids Centre in plaats van in een woonwijk. In het arti-kel van Nienke leest u meer over wat we daar ge-daan hebben. Deze reizen hebben mij bewust ge-maakt van het belang van diaconaal werk, zowel in het buitenland als in Nederland. Armoede en ziekte is helaas op veel plaatsen in de wereld nog aan de orde van de dag. Dit kun je als kleine groep niet op-lossen, maar je kunt wel een persoonlijke bijdrage leveren om de situatie van je medemens draaglijker te maken. Elke reis heeft zijn eigen mooie en indruk-kwekkende herinneringen bij mij achtergelaten en mij laten groeien in mijn geloof. Ik ben dan ook zeer dankbaar dat ik met alle drie de reizen mee mocht.

  • 18

    Diakenen aan het woord Enkele diakenen stellen zich even voor

    Gert van Ingen Als diaken draag ik, mede met andere diakenen van de PKN De Bilt zorg voor de medemensen om ons heen. En dat is zorg in de meest brede zin van het woord. Hulp is altijd anoniem, en niet afhankelijk van kerkelijke ach-tergrond of andere omstandigheden. Ik ben alweer 4 jaar diaken in de Opstandingskerk en dat is niet voor `t eerst. Al twee keer was ik 12 jaar diaken. Ja, eens diaken altijd diaken! Samen met m`n echtgenote Ria voelen ik mij in kerkelijk De Bilt zeker thuis.

    Aart Verhoef Ik ben getrouwd met Anneke en heb 2 kinderen, Ri-chard en Ellen. Al 24 jaar wonen we in Bilthoven, waar ik ook werk bij het RIVM. Naast mijn werk houd ik van tuinieren en kunt u mij hardlopend tegenko-men langs de Soestdijkseweg en omgeving. De Dorps-kerk ervaar ik als een levendige gemeente waar men-sen God zoeken en waarin het geloof wordt uitgedra-gen. We ervaren het beiden als een groot voorrecht om de wijkgemeente Dorpskerk te mogen dienen en om God te mogen dienen door dienstbaar te zijn in Zijn koninkrijk. We genieten ervan om actief te zijn in de gemeente, daardoor word je zelf ook steeds weer gevormd. Ik hoop dat binnen het taakgebied van de diaconie waarvoor ik verantwoordelijkheid draag een goed rentmeesterschap mag uitoefenen binnen PKN De Bilt.

    Tineke Zijlstra Sinds begin 2012 ben ik diaken vanuit de Opstan-dingskerk. Samen met de collega-diakenen uit de drie kerken zorgen voor een passende en verantwoorde besteding van de diaconale middelen vind ik een mooie taak. Er is op allerlei vlak behoefte aan financi-le ondersteuning. Niet alleen de reguliere 'goede doelen' en diverse projecten vanuit Kerk In Actie vra-gen om steun. Ook in de directe nabijheid van onze kerk en gemeente zijn mensen die extra financile of andere hulp nodig hebben. In die situaties voor lange-re of kortere tijd wat verlichting bieden is belangrijk. In dit tijdperk van maatschappelijke en economische onrust zijn er kansen voor de kerk en de diakonie om zichtbaar gastvrij en helpend aanwezig te zijn in de buurt. Ik hoop dat we als PKN De Bilt daarin ook mo-gen groeien.

  • 19

    Diakenen aan het woord Corry blikt terug, Anco kijkt vooruit

    Terugblik [Corry van der Hoeven-Smith] In september 2006 werd mij gevraagd of ik diaken wilde worden in de Opstandingskerk. Ik had toen net een sabba-tical achter de rug na veertig jaar onderwijs. Diaken? Was dat wat voor mij? In het verleden was ik wel ouderling geweest in de Morgensterkerk, maar diaken? Na een week nadenken, heb ik ja gezegd en ik heb daar nooit spijt van gehad. Integendeel! Het fijne van diaken zijn is dat je ook over de wijkgrenzen heen kijkt. Je mag een helper zijn, waar geen helper is. Niet alleen binnen je eigen wijk, maar plaatselijk, landelijk en wereldwijd. Het duurt even voor je precies weet hoe alle lijntjes lopen, maar als je eenmaal bent ingewerkt is het mooi werk om te doen. Mijn eerste taak werd de com-missie binnen/buitenland. In die commissie worden de collectedoelen vastgesteld. Bijzonder om je te verdiepen in de achtergronden van de organisaties, die om steun vragen. Ook het vaststellen van de doelen van het Diaco-naal Appl is een dankbare taak. Vaak werden voorstellen gedaan door medediakenen, maar ook gemeenteleden hebben doelen aangedragen. En juist die doelen konden rekenen op een grote betrokkenheid van onze achterban. In mijn periode was dat onder andere voor Nes Ammim, Rwanda, Hillcrest en Nigaragua, maar ook voor De Glind en het Loket Gelijke Zorg. In 2009 nam ik het voorzitterschap over van Hanneke Gul-demeester. Een verantwoordelijke baan, maar ik heb me altijd gesteund geweten door mijn geloof en mijn mededi-akenen. We merkten in de jaren ook, dat er meer hulpvra-gen vanuit de gemeente kwamen. Mede daardoor werd er een nieuw beleidsplan geschreven. We wilden vooral meer naar buiten treden. Vroeger deed het College van Diakenen meer in het verborgen zijn werk. Mede door de drie diaconale reizen die er in die jaren georganiseerd zijn, is de diaconale betrokkenheid van de gemeente sterk ge-groeid. Op 31 december 2014 eindigt mijn diakenschap. Ik ben dankbaar dat ik dit werk heb mogen doen. Hoogtepunten waren daarbij het contact met het Jeugddorp De Glind (waar ik samen met Arja de Klerk een eerste steen mocht metselen in een nieuw gezinshuis), het contact rond Hill-crest en zeker ook de contacten met mensen, die wij plaatselijk konden ondersteunen. Ik hoop dat er in onze PKN gemeente altijd mensen gevonden zullen worden, die ook bestuurlijk een helper willen zijn.

    Vooruit kijken [Anco de Rooij] Vanaf januari 2015 zal ik het stokje van het voorzitter-schap van Corry overnemen. Allereerst wil ik Corry bedan-ken voor het vele werk dat zij op zeer enthousiaste wijze heeft gedaan. In de terugblik van Corry kon u al lezen dat Diaconie eerst op de achtergrond haar werk deed, maar door de diacona-le reizen en acties steeds zichtbaarder werd. Dat is de lijn die ik met de medediakenen en de drie wijkgemeenten graag wil voortzetten. Verbinden en bruggen bouwen zijn de modewoorden van deze tijd. Toch wil ik het hier gebruiken. Verbinden dat is iets wat de diaconie wil. Verbindingen leggen tussen onze drie wijkgemeenten en bruggen bouwen tussen mensen. Hier en ver weg. De laatste jaren zijn er contacten ont-staan met Nicaragua en Zuid-Afrika. Onze gemeenteleden die in deze landen zijn geweest kunnen met passie vertel-len over wat zij daar gedaan hebben. Wat voor een impact dit heeft op hun leven, maar ook wat het betekend heeft voor de mensen daar. Ik kan u aanraden om met deze ge-meenteleden eens een gesprekje aan te gaan. Hoe het verder gaat met de diaconale reizen weten we nog niet. Dat wij als diaconie enthousiast zijn over de wij-ze waarop het de afgelopen jaren is gegaan, is u vast al opgevallen. Juist ook in en rond onze wijkgemeenten willen we zicht-baar zijn. De acties de afgelopen tijd door de Hillcrest Reisgroep zijn gedaan, willen we voortzetten. Vanaf 2015 gaat u hier meer van horen en zien. U heeft misschien iets te bieden, een ander heeft iets nodig. Als diaconie willen we daar graag de brug in zijn. Hoe gaat het vanaf 2015 met de zorg? Welke gevolgen heeft de invoering van de Participatiewet? Allerlei ontwik-kelingen die spelen in onze maatschappij. Welke rol kun-nen wij als diaconie daarin nemen? Zijn wij er klaar voor? Eerlijkheidshalve moet ik zeggen nee. Gaan we er mee aan de slag? Ja zeker! We zullen als diaconie ons de kennis van al deze veranderingen goed eigen maken en contacten leggen met de burgerlijke gemeente en lokale welzijnsor-ganisaties. Diaconale reizen, zinvol vrijwilligerswerk en de verande-ringen in onze maatschappij. Zaken waarbij we als diaco-nie een rol willen vervullen. Wij kunnen dit niet alleen en roepen u op om met ons mee te doen. In navolging van wat de Here Jezus ons geleerd heeft zijn we allemaal dia-ken, iedere dag!

  • 20