Concertfolder afscheidsconcerten Ed Spanjaard

32
seizoen 2011 2012 | www.limburgssymfonieorkest.nl Vrijdag 8 juni Heerlen Zaterdag 9 juni Maastricht AFSCHEIDSCONCERTEN CHEF-DIRIGENT ED SPANJAARD

description

concertfolder afscheid ed spanjaard

Transcript of Concertfolder afscheidsconcerten Ed Spanjaard

Page 1: Concertfolder afscheidsconcerten Ed Spanjaard

Volg ons op:

seizoen 2011 2012 | www.limburgssymfonieorkest.nl

Vrijdag 8 juni HeerlenTheater Heerlen | 20.00 uur

Zaterdag 9 juni MaastrichtTheater aan het Vrijthof | 20.00 uur

A F S C H E I D S C O N C E R T E NC HE F-DIRIGENT ED S PA NJ A A RD

Page 2: Concertfolder afscheidsconcerten Ed Spanjaard

Geachte muziekliefhebberWij zijn vanavond hier, om met een speciaal programma afscheid te nemen van een

bijzondere man: Ed Spanjaard, chef- dirigent van het Limburgs Symfonie Orkest sinds

2001 en al meer dan dertig jaar betrokken bij ons orkest.

Het bijzondere programma van deze avond is het geschenk dat het LSO en de Vrienden

van het LSO hem aanbieden. Als dank voor zijn inzet voor het orkest, als dank voor zijn

inzet voor de muziek en als dank voor zijn voelbare aanwezigheid in Limburg.

In dit speciale concertboekje leest u meer over de totstandkoming van het programma

van deze avond en de inhoud daarvan.

Wij wensen u een bijzondere avond en een mooie herinnering voor later.

Henri Broeren

Directeur Limburgs Symfonie Orkest

Inhoudsopgave

Voorwoord door Henri Broeren 2

Overzicht solisten en programma 3

Biografie Ed Spanjaard 4 - 5

Toelichting op Le Martyre de Saint Sébastien door Michel Cleij 6 - 7

Ed Spanjaard over zijn keuze voor Le Martyre 8 - 9

Ramsey Nasr over Le Martyre 10 - 12

Synopsis 13

Libretto met vertaling van Debussy’s Le Martyre de Saint Sébastien 14 - 25

Toelichting op de film ‘Ontmoetingen’ een film van Rob Nijpels en Henk Jakobsen 26

Daphnis et Chloé van Maurice Ravel 27

Biografieën 28 - 30

2

Fotografie: met dank aan Rob Nijpels | foto(tv)studio, Keke Keukelaar en Rob Dijksman.

Page 3: Concertfolder afscheidsconcerten Ed Spanjaard

Persoonlijke keuze Ed Spanjaard

Afscheidsconcerten chef-dirigent Ed Spanjaard

Ed Spanjaard dirigent

Ramsey Nasr tekst en voordracht | Toer van Schaijk choreografieToer van Schaijk choreografieToer van Schaijk

Kees van der Burg semiscenische realisatie

Hanneke de Wit sopraan | Mirjam Schreur mezzosopraan

Helen Lepalaan mezzosopraan | Studium Chorale koor

Boris de Leeuw danser | Matthew Kelly Roman danser

Roccy Gerards licht | Ruud Lutgens decor

Jurjen Stekelenburg boventiteling

Programma:

Debussy Le Martyre de Saint Sébastien’

pauze

‘Ontmoetingen’ een film van Rob Nijpels en Henk Jakobsen

Ravel ‘Daphnis & Chloé’ suite nr. 2

De radio- uitzending is op dinsdagavond 12 juni om 20.00 uur in het MAX

Avondconcert op radio 4.

Na afloop kunt u genieten van het Maastrichts Salon Orkest o.l.v. Wilfred Sassen

3

Page 4: Concertfolder afscheidsconcerten Ed Spanjaard

Na elf jaar als chef-dirigent van het Limburgs Symfonie Orkest neemt Ed Spanjaard afscheid.

Sinds 2001 staat het orkest onder zijn bezielende leiding en kreeg hij veel lovende recensies.

Door de jaren heen heeft hij zich geprofileerd met een uiterst gevarieerde programmering.

Een bevlogen dirigent en groot inspirator. Ed Spanjaard is meer dan chef-dirigent. Hij is een

toegewijd musicus en tevens een buitengewoon sympathieke collega. Dit alles maakt dat hij

van onschatbare waarde voor het Limburgs Symfonie Orkest is. Door de jaren heen hebben

Ed Spanjaard en het orkest diverse memorabele hoogtepunten meegemaakt die voor altijd

herinneren aan een prachtige samenwerking.

Afkomstig uit Haarlem studeerde Ed Spanjaard in Amsterdam en Londen. Door de jaren heen

leidde hij vrijwel alle Nederlandse orkesten en trad wereldwijd op als gastdirigent. Sinds 2001

stond het Limburgs Symfonie Orkest onder zijn bezielende leiding en kreeg hij menig lovende

recensie.

Een groot aantal premières vonden onder zijn leiding plaats in Limburg. Veel klassieke com-

posities, maar ook zelden gehoord juweeltjes werden vertolkt in alle theaters van Limburg, de

Euregio en het Concertgebouw Amsterdam, De Doelen Rotterdam en Vredenburg Utrecht. De

componistendagen groeiden uit tot de walhalladag voor liefhebbers. Om een indruk te geven van

de variëteit van programmering een willekeurig “a tot z” van componisten, wiens werken door

Ed Spanjaard en het LSO zijn uitgevoerd:

Adams, Andriessen, Bach, Bartok, Beethoven, Beljon, Berg, Berlioz, Blaha, Brahms, Bruckner,

Canteloube, Debussy, Elgar, De Falla, Foss, Ginastera, Grieg, Guo Wenjing, Heppener, Holst,

Janacek, Kernis, Ketting, Lindberg, Loevendie, Mahler, Martin, Mendelssohn, Mozart, Niël, Piaz-

zolla, Poulenc, Puccini, Ravel, Rihm, Roussel, Schumann, Sibelius, Simons, Richard Strauss,

Stravinsky, Szymanovski, Tippett, Tsjaikovski, Vaughan Williams, Visman, Wagner, Walton en

Webern. Een bijzonder respectabele lijst, zegt u nu zelf….

Hij werkte in zijn LSO- periode met ongelooflijk veel solisten samen, ontmoette veel persoonlijk-

heden en nam en passant de rol van gastheer en artistiek geweten waar.

Ed Spanjaard

4

Page 5: Concertfolder afscheidsconcerten Ed Spanjaard

In juli 2005 bracht Ed Spanjaard samen met het Limburgs Symfonie Orkest in het Concertge-

bouw een bejubelde uitvoering van La Vida Breve van de Falla. Ook bracht hij met het orkest

op het label Pentatone twee geprezen cd’s uit. Een met Fauré’s Requiem met het Nederlands

Kamerkoor. In 2006 met Charlotte Margiono de Wesendonck Liederen en werken van Wagner.

In 2007-2008 dirigeerde Ed Spanjaard bij het 125-jarige Limburgs Symfonie Orkest vele werken

van zijn eigen persoonlijke keuze: Bruckner 9, L’Enfance du Christ van Berlioz, Daphnis et Chloé

van Ravel, de Matthaeus Passion en Le Sacre du Printemps. Hij opende het 125e seizoen met

een Tsjaikovski programma in het Concertgebouw en sloot af met als hoogtepunt het jubileum-

concert op 2 september 2008 in aanwezigheid van Koningin Beatrix.

In september 2010 dirigeerde Ed Spanjaard het Limburgs Symfonie Orkest in Fauré’s Requiem

tijdens het Margraten Memorial. Ook leidde hij het orkest bij de Componistendag 2011 die in

het teken stond van Bartók. Eveneens dirigeerde Spanjaard het Rachmaninov-concert waarbij

de pianosolist Severin von Eckardstein te gast was bij het Limburgs Symfonie Orkest. Op 18 juli

2011 voerde het orkest onder leiding van de chef-dirigent werken van Vaughan Williams, Elgar

en Walton uit in het Concertgebouw te Amsterdam.

In het concertseizoen 2011 | 2012 was Ed Spanjaard met maar

liefst 10 concertweken weer te bewonderen met uw eigen

Limburgs Symfonie Orkest. In april 2012 dirigeerde Spanjaard

het LSO tijdens de spectaculaire openingsceremonie van de

Floriade in Venlo (Limburg). In juni 2012 neemt hij na twaalf

jaar afscheid als chef-dirigent van het orkest met de uitvoering

Le martyre de Saint Sébastien van Debussy.

5

Page 6: Concertfolder afscheidsconcerten Ed Spanjaard

Le Martyre de Saint Sébastien (1911)

La Cour de Lys

La Chambre Magique

Le Concile des Faux Dieux

Le Laurier Blessé

Le Paradis

In 1910 zocht de Italiaanse schrijver/dichter Gabriele d’Annunzio contact met Claude

Debussy: of die zijn theaterstuk Le martyre de Saint-Sebastien van muziek wilde voorzien, bin-

nen enkele maanden. Dit ‘mysteriespel’ zou, omkleed met zang en dans, een eigentijdse visie

geven op Sebastiaan’s veroordeling, martelaarschap en heiligverklaring. Debussy zegde toe.

Op het project rustte geen zegen, ondanks (of juist door) de religieuze thematiek. Christelijke

materie lag de vrijdenker Debussy niet, al waardeerde hij D’Annunzio’s even bloemrijke als

ongrijpbare poëzie. Evenmin was hij een componist die op korte termijn meesterwerken kon

leveren. Maar geldnood gaf de doorslag: zijn altijd al wankele � nanciële positie was na zijn

huwelijk, en de geboorte van zijn innig geliefde dochtertje, bepaald niet verbeterd.

Dat Debussy überhaupt binnen enkele maanden een immense partituur voor solisten, koor en

orkest kon leveren was te danken aan het orkestratie- en invulwerk van André Caplet, leerling

en vriend van Debussy. Ook kreeg het componeerproces indirect nog een klein zetje van een

balletmuziek-opdracht die Debussy vrijwel gelijktijdig moest schrijven: daarin had hij uitdruk-

kelijk geen zin, zodat elke nevenactiviteit hem welkom was. Ondertussen negeerde Debussy

gemakshalve dat D’Annunzio een omstreden � guur was. Flamboyant en getalenteerd was

D’Annunzio welzeker – maar ook een geëxalteerde windbuil die rabiate politieke ideeën propa-

geerde - spoedig zou hij een inspirator van Mussolini’s fascisme worden – en een charlatan die

zijn immense kapitaal had verbrast (zijn paarden sliepen op Perzische tapijten, beweerde men)

en die naar Frankrijk was gevlucht om zijn vele schuldeisers te ontlopen).

Claude Debussy (1862-1918)

6

Page 7: Concertfolder afscheidsconcerten Ed Spanjaard

De partituur die Debussy uiteindelijk aan zijn opdrachtgever overhandigde is een merkwaar-

dig maaksel dat zelfs fervente Debussy-liefhebbers voor vraagtekens plaatste. Tegenwoordig

wordt enkel de vierdelige orkestsuite die Debussy later samenstelde nog regelmatig uitge-

voerd. Voor de spoedige eclips van het complete werk zijn verscheidene redenen. Ten eer-

ste was Debussy, een componist die niet alleen over een enorme ideeënrijkdom beschikte

maar ook een volkomen originele ‘verhaaltechniek’ hanteerde om die ideeën uit te dragen,

fundamenteel ongeschikt voor opdrachtwerk. Zodra de inspiratie niet voor honderd procent

van hemzelf kwam (of uit door hemzelf gekozen bronnen – gedichten, meestal) springen er

haarscheurtjes in zijn fragiele akoestische bouwsels. Tegenwoordig zijn die alleen hoorbaar

als je de rest van zijn oeuvre kent; Le martyre is geen Pelléas et Mélisande, maar het is nog

altijd het werk van een groot componist. Bij de première echter kon het publiek dat hem

altijd trouw was geweest meteen de zwakke plekken aanwijzen. Boze tongen beweerden

dat André Caplet niet alleen de orkestrator was, maar ook de componist van enkele minder

geslaagde koorpassages. Maar de zwaarste kritiek gold de enscenering: de voortdurende

interrupties van D’Annunzio’s wijdlopige teksten hinderden de continuïteit, de weelderige de-

cors en kostuums van Leon Bakst leidden de aandacht af van het verhaal, en de capriolen

van danseres Ida Rubinstein werden als even storend ervaren. Een gelukte voorstelling kon

je het niet noemen.

De productie was echter wèl weer belangrijk genoeg om een klein schandaaltje te veroorza-

ken. Zodra de Katholieke Kerk er de lucht van kreeg vaardigde die een boycot uit: een recht-

geaard Christen verlustigt zich niet aan frivole uitbeeldingen van Heiligen, en dus ook niet

aan een Sebastiaan die sierlijk op gloeiende kolen danst. Het protest van de Parijse Aarts-

bisschop had, zoals vaker, een achterliggende religieus-politieke reden: de hoofdrol werd

gedanst door een vrouw - een Joodse, ook nog. Helaas was deze roomse heibel niet krachtig

genoeg om van Le martyre een schandaal-succes te maken. Publiek kwam niet opdagen, of

ging gedesillusioneerd weg.

En sindsdien heeft is de complete toneelmuziek een halfblinde vlek in de verder zo goed

belichte Debussy-catalogus: er zijn een paar (oude) opnames van, en heel soms waagt een

ploeg musici en zangers zich eraan. En terecht, want hoe onevenwichtig het werk ook is, het

bevat nog altijd veel ‘volwaardige Debussy’. De muziek is niet zo glansrijk als zijn eerdere

orkeststukken, maar juist uit het ingetogen karakter blijkt waarom hij de opdracht (behalve uit

nooddruft) aannam: het mystieke gehalte van de tekst sprak hem aan. Net als in zijn vroegere

opera Pelléas zocht hij hier geen heroïek of andere vurige expressie, maar een subtiele klank-

sfeer die ruimte laat voor invulling. Daartoe gebruikte hij – inderdaad wat opzichtiger dan in

zijn eerdere stukken – zijn inmiddels bekende palet van oude kerktoonsoorten en ‘exotische’

toonladders. Maar zoals altijd bij Debussy zijn niet alleen de noten zelf belangrijk. De timbres,

de klankkleuren, de ingehouden spanning – díe zorgen voor onverwachte wendingen, en

maken dat zelfs een tamelijk ‘kaal’ en on-spectaculair werk als dit nauwelijks te imiteren is.

Michiel Cleij

7

Page 8: Concertfolder afscheidsconcerten Ed Spanjaard

De keuze voor Le MartyreDe keuze om een lijdensverhaal uit te voeren bij een feestelijk afscheid lijkt misschien vreemd.

Als cynisch commentaar op het bedreigde voortbestaan van het LSO en de musici zou het al

helemaal misplaatst zijn. Waarom dan de keus voor dit werk?

Sinds ik, in mijn tienerjaren, mijn vaders grijsgedraaide 78-toerenplaten tegenkwam, raakte ik

gefascineerd door de muziek van Debussy. Daar vond ik de allereerste opnamen van “La

Mer”, “Iberia”, scenes uit “Pelléas et Mélisande” en orkestfragmenten uit “Le Martyre de

Saint Sébastien”, die mijn dromen over muziek en zang klank leken te geven. Tijdens het

laatste jaar op de middelbare school hoorde ik de complete “Martyre” voor het eerst, uitge-

voerd door het concertgebouworkest onder leiding van Pierre Boulez. Het was de standaard-

versie: alle muzikale delen voor orkest met en zonder zang, plus brokken van D’Annunzio’s

tekst tussendoor, gedeclameerd. De gezwollen en ondramatische woorden in die versie heb-

ben me nooit kunnen be-koren (en Boulez al evenmin, zoals hij me vorig jaar in Amsterdam

toevertrouwde). Ze botsen met het mysterieuze en ver� jnde karakter van de muziek.

Als eerste medewerker aan dit project heb ik Kees van der Burg gevraagd, die zowel muzi-

kaal als dramaturgisch bij drie eerdere semi-scenische opera’s van het LSO een sobere maar

zeer treffende vorm had gevonden.

En sinds ik, vorig jaar, Ramsey Nasr hoorde en zag met zijn teksten en voordracht bij Mahlers

Vierde Symfonie, wist ik dat ik hem zou benaderen om een vernieuwde tekst voor deze gele-

genheid te schrijven, die zowel helder als pakkend moest zijn. Hij zegde meteen toe. Omdat

bij de premiere van “Le Martyre” in 1911, naast toneel, de dans een essentieel onderdeel van

het geheel was, nodigden we choreograaf Toer van Schayk uit, wiens balletten op Debussy’s

“Jeux” en “Prelude a l’apres-midi d’un faune” ik gedirigeerd heb en bewonder.

In overleg met Kees van der Burg heb ik besloten in het tweede tafereel, bij de beeldenstorm

waarvan in het verhaal sprake is, een kort werk van Debussy - uit dezelfde periode - in te

lassen tussen twee sopraansoli: diens pianoprelude “Ce qu’a vu le vent d’Ouest” in de orkes-

tratie van Colin Matthews.

8

Page 9: Concertfolder afscheidsconcerten Ed Spanjaard

Het verleent extra dynamiek aan het gebeuren, en vermijdt de directe opeenvolging van de

beide soli door één sopraan, die voor twee totaal verschillende personages gedacht zijn.

Omdat het orkest bij “Le Martyre” een enigszins ingetogen rol vervult, wilde ik het in de spotlight

zetten bij Ravels “Daphnis et Chloé”. Dat waren de overwegingen voor het samenstellen van

dit speciale programma, waarvan u vanavond de eerste getuigen zult zijn.

Afscheid

Mijn ervaring met het LSO omvat nu drie decennia. Kort na mijn allereerste directie in 1980

kreeg ik van directeur Giel Bronckers - die al vroeg in mijn loopbaan zijn orkest aan me toe-

vertrouwde - de aanstelling tot vaste gastdirigent voor een periode van zes seizoenen.

Enkele jaren later, na de verhuizing van de Staarzaal naar het Theater aan het Vrijthof, kwam

ik weer met enige regelmaat in beeld, tot John Floore - een gul muzikaal gastheer- me in 2001

tot chef benoemde.

De afgelopen drie en een half jaar heeft Henri Broeren, onder meer opgeleid als componist,

zich ingezet om de organisatie nog ef� ciënter te maken, en hem wacht nu de lastige taak om

zoveel mogelijk musici voor de muziek in Zuid Nederland te behouden. Als het kleinste sym-

fonieorkest van Nederland is er altijd een � inke druk op het secretariaat geweest. Deson-

danks heb ik er nooit voor een dichte deur gestaan (tenzij ik zelf de sleutel vergeten was).

Essentieel voor het reilen en zeilen van het orkest zijn de mannen die het publiek zelden te

zien krijgt: John Goossens, Geralt van Gemert en Wally Alken. Wat een plezier is de samen-

werking geweest, de nachtelijke ritten naar buitenlandse concerten, de tips en adviezen

(computer!) en het altijd gewillige oor.

Tenslotte: zonder de musici was ik een visser zonder hengel geweest of een bakker zonder

deeg: hun � exibiliteit in een zeer wijd repertoire (van de Mattheus Passion en de Missa So-

lemnis tot wereldpremieres, en van alle Brucknersymfonieën tot de Sacre de Printemps) is

enorm. De prestaties onder een zekere druk - bijvoorbeeld met regelmaat in het concertge-

bouw - overtroffen vaak de stoutste verwachtingen.

Mijn dank is zeer groot, en ook na vanavond zal ik me altijd bij jullie betrokken blijven voelen.

Ik wens jullie in de komende, spannende periode: alle goeds.

Ed Spanjaard

9

Page 10: Concertfolder afscheidsconcerten Ed Spanjaard

Le martyre de Saint Sébastien Toen Ed Spanjaard me vorig jaar vroeg om de tekst van Debussy’s Le Martyre de Saint Sébastien

te bewerken, had ik geen idee op welk werk hij doelde. Omdat het zijn afscheid als chef-dirigent

bij het LSO betrof, aarzelde ik echter geen seconde. De oorspronkelijke teksten van D’Annunzio

moesten wel wat ‘opgeschoond’ worden, aldus de dirigent, want die waren nogal problematisch:

veel te langdradig en te dweperig. Ed keek me aan met een merkwaardige grijns. Geen probleem,

antwoordde ik. Het bleek moeilijk aan een volledige uitvoering van het stuk te komen, of liever:

het bleek onmogelijk. De schaarse opnamen die voorhanden waren, beperkten zich tot een or-

kestsuite of pasten grondige coupures toe.

Dat alles had een reden. Toen ik uiteindelijk D’Annunzio’s tekst te pakken kreeg, besefte ik al snel

dat dit geen bewerking zou worden: de opdracht leek meer op de reiniging van de Augiasstallen.

Le Martyre de Saint Sébastien van Gabriele d’Annunzio is een draak van een stuk, uitgesmeerd

over 275 pagina’s, met talloze overbodige personages. Het is werkelijk niet om doorheen te ko-

men. Ik kreeg postuum medelijden met Debussy, die indertijd argeloos op D’Annunzio’s ‘aanbod’

was ingegaan om diens nog te schrijven meesterwerk te toonzetten – maar ik had nog veel meer

medelijden met mezelf. Ik dacht terug aan Eds grijns.

Alleen al de eerste akte vereist de volgende personages: de Heilige Sebastiaan zelf, de tweeling

Marcus en Marcellinus, hun moeder, vijf maagden, vier gezellinnen van deze maagden, negen

gezellen van de tweeling, een zekere Theodosius, de Romeinse prefect, zijn zoon, een vrijgela-

tene, een heel schutterskorps, één boogschutter met twee verschillende kleuren ogen, een doof-

stomme vrouw, een blinde vrouw, een grif� er, verschillende boden, een kudde beulen, herauten,

slaven, offeraars, offerpriesters, � uitspelers, en als we dan toch bezig zijn: ook ‘de heidenen’, ‘de

christenen’ en ‘de joden’ krijgen een rol toebedeeld. Zeven sera� jnen sluiten het rijtje af. Dat wil

zeggen: het rijtje van de eerste akte. Daarna volgen er nog vier.

Al deze mensen moesten natuurlijk tekst hebben. Die kregen ze, en het zou meer dan genoeg

stof voor drama kunnen opleveren. Helaas was dat niet D’Annunzio’s doel. Hem stond de be-

schrijving van een heiligenleven voor ogen, inclusief alle parfumerie, jubelzangen en extase die

daarmee gepaard gaan.

Ramsey Nasr, Dichter des vaderlands

10

foto

grafi

e: K

eke

Keu

kela

ar

Page 11: Concertfolder afscheidsconcerten Ed Spanjaard

Le Martyre de Saint Sébastien heeft nooit succes gekend. Vreemd is dat niet. Wie is er geïnteres-

seerd in het drama van een man die de marteldood sterft en dat ook helemaal niet erg vindt? Ja,

waar schuilt het drama dan? De talloze omstanders op het podium dragen daartoe evenmin veel

bij: ze lijken één voor één bekeerd te worden tot het christendom zodra ze het licht rond Sebasti-

aan zien stralen. D’Annunzio wilde niet alleen het publiek maar ook zijn personages een leuke

avond bezorgen: iedereen gaat dolgelukkig naar huis.

Uiteindelijk staat of valt elk verhaal met de geloofwaardigheid. Shakespeare kon in Midzomer-

nachtdroom een personage in een ezel veranderen en vervolgens een elfenkoningin verliefd laten

worden op dit sprekende dier. Vier eeuwen later pikken wij het nog altijd, omdat we nu eenmaal

in sprookjes willen geloven. Omdat Shakespeare niet alleen een briljant schrijver was, maat te-

vens een groot psycholoog, wist hij zelfs een ezel dramatisch te maken. D’Annunzio wilde ons

helaas geen sprookje vertellen, maar de waarheid. Hij wilde, zo lijkt het, zijn publiek bekeren.

De spreekteksten voor de opvoering van vanavond zijn volledig opnieuw geschreven. Maar wees

gerust, het geraamte van het stuk werd behouden, en niet alleen dat: de indeling in vijf akten is

gerespecteerd en het oorspronkelijk verhaal wordt van a tot z gevolgd. De ingrepen zitten hem

vooral in het gewijzigd perspectief. Ik heb getracht een aannemelijk verhaal te schrijven. Daar-

voor moesten helaas enkele rigoureuze keuzes worden gemaakt. De correlatie met Debussy’s

partituur heeft steeds voorop gestaan.

De opvallendste zaken op een rij: Sebastiaan zelf wordt in deze versie niet ten tonele gevoerd. We

beleven het verhaal via de omstanders, de getuigen. Die getuigen werden teruggebracht tot twee

personen, beiden vertolkt door de verteller. Een derde grote ingreep is dat deze getuigen een

nogal objectief verslag geven van de gebeurtenissen. Dat wil zeggen, het blijft uiteraard een per-

soonlijk gekleurd verslag, maar ingegeven door een nuchtere blik op de feiten: wat is er nu pre-

cies gebeurd op die bewuste dag?

Hierbij heb ik me, meer dan op D’Annunzio’s tekst, gebaseerd op de oude legende over de hei-

lige Sebastiaan én op de manier waarop hij sindsdien in de kunstgeschiedenis is geportretteerd,

letterlijk en � guurlijk. Het hoofdpersonage in deze opvoering is de Romeinse Keizer Diocletianus,

die ziet hoe zijn oogappel en lievelingsschutter Sebastiaan zich gaandeweg tegen hem keert –

tegen zijn wetten, zijn rijk en zijn gezag.

Een intieme vriendschap tussen de twee wordt gesuggereerd, waarmee het drama zich be-

halve op het staatsvlak ook op het persoonlijk vlak bevindt: Diocletianus weigert aanvankelijk

te geloven dat uitgerekend zijn beschermeling, zijn Sebastiaan, zich inlaat met een religieuze

sekte die de Romeinse manier van leven, met zijn veelgodendom, zijn pragmatisme en zijn

vrijheden, bedreigt.

11

Page 12: Concertfolder afscheidsconcerten Ed Spanjaard

Nu ben ik altijd gefascineerd geweest door hagiogra� eën en christelijke legendes. Een exacte

weergave van het gebeurde beogen deze verhalen niet te zijn, en literaire � ctie evenmin. Hagio-

gra� eën hebben als enig doel de onwrikbare ‘waarheid’ over een persoon te verkondigen, en zijn

of haar deugdzaamheid voor iedereen te bewijzen. Bij legendevorming worden in de loop der

eeuwen allerlei leugens, verzinsels en wonderbaarlijke voortekenen of genezingen aan het verhaal

vastgeplakt, ironisch genoeg om het ‘geloofwaardiger’ te maken. Alle ruis en tegenspraak is uit

het heiligenleven verwijderd, het moet klinken als engelengezang.

Ik was bij het schrijven van dit stuk echter vooral geïnteresseerd in het menselijk aspect. Hoe moet

het zijn geweest voor hen die ermee werden geconfronteerd? In het antieke Rome werden chris-

tenen niet zelden ervaren als een fanatieke horde die de Romeinse beschaving wilde vernietigen.

Religieus fanatisme is van alle tijden en ook vandaag bijzonder actueel. Daarin schuilt wat mij

betreft het universele van Le martyre de Saint Sébastien. Mijn benadering staat – ik besef het ten

volle – diametraal tegenover de insteek van de originele tekst. Een voorbeeld: in de eerste akte

van D’Annunzio’s stuk wordt een klagende wanhopige moeder opgevoerd. Ze ziet hoe haar beide

zoons, knapen nog, uit vrije wil de dood tegemoet treden. Haar verdriet is volstrekt invoelbaar.

Maar elk drama verdampt zodra ze Sebastiaan ziet. Aangezien hij door God gezonden is, bekeert

ze zich als bij toverslag tot het christendom. Ik had juist te doen met deze Romeinse vrouw, wier

drama ik wilde vergroten. Haar verhaal geeft weer hoe zinloos tragisch de hele situatie is: twee

jonge knullen hebben zich laten meesleuren door de mooie praatjes van een sekteleider, die hun

inpepert dat ze voor hun geloof moeten sterven.

Mij ontbreekt het helaas aan het goede vertrouwen dat een godheid zijn schepsels de dood injaagt

louter om te bewijzen dat hij een god is. Daarom heb ik er in het algemeen voor gekozen het ver-

driet te volgen van hen die achterblijven, in plaats van mee op te stijgen naar de hemelse sferen

met alle heiligen. Overigens staat deze ‘nuchtere’ instelling een beleving van mystiek niet in de

weg, integendeel. Mystiek en extase, of het nu in Debussy’s partituur of in het werkelijke leven

wordt ervaren, heeft weinig te maken met de euforie van martelaars of met de rotsvaste overtuiging

van een zelfmoordenaar die ‘wéét’ dat hij iets goeds zal verrichten. Mystiek komt voor mij eerder

voort uit het contrast tussen dat bovenwereldlijke en de mens die daar vruchteloos naar blijft stre-

ven. Ik hoop dan ook dat met deze nieuwe tekst het mystieke element in Debussy’s muziek niet

wordt tegengewerkt maar benadrukt. Wellicht ten overvloede: alle gezongen Franse teksten, alle

soli en koorzangen zijn intact gelaten. In die gevallen heb ik mij enkel gewaagd aan een vertaling.

Om de geloofwaardigheid van deze teksten vol exaltatie te behouden heb ik gepoogd de jubelzan-

gen een eigen logische plek te geven in het drama, waarbij de religieuze intensiteit behouden blijft.

Ramsey Nasr

NB: Met dank aan Kees van der Burg voor de vele dramaturgische adviezen12

Page 13: Concertfolder afscheidsconcerten Ed Spanjaard

I

Het Hof der Lelies

De Romeinse Keizer Diocletianus, gezeten in de lege troonzaal van zijn paleis, vertelt over de

gebeurtenissen die zich een week tevoren in zijn stad hebben afgespeeld. Een jonge tweeling

zou ter dood worden gebracht op een stapel gloeiende kolen. Onverwacht was echter de

boogschutter Sebastiaan, aanvoerder van de Praetoriaanse garde, naar voren getreden ter

verdediging van de twee christelijke jongens. Sebastiaan was des keizers oogappel.

II

De Magische Kamer

Elders in Rome. In een ander paleis woont de zoon van Chromatius, de voormalige prefect.

De zoon is ongeveer zeventien jaar oud en vertelt over een bijzondere kamer die zijn vader

voor hem had ingericht. De jongeman kent Sebastiaan van een andere gelegenheid dan

de affaire met de tweeling. Vier jaar eerder heeft de schutter zijn vader behandeld voor een

ernstige ziekte.

III

Het Concilie der Valse Goden

Keizer Diocletianus bevindt zich nog altijd in de lege troonzaal van zijn paleis. Hij vertelt hoe

Sebastiaan hier aan hem werd voorgeleid en hoe het tot een openbare confrontatie kwam

tussen hen beiden, ten overstaan van heel zijn gevolg.

IV

De Gekwetste Laurier

Keizer Diocletianus beschrijft de marteldood van Sebastiaan, waarbij hijzelf aanwezig was.

V

Het Paradijs

Keizer Diocletianus, gezeten in duisternis. Hij bevindt zich nog steeds in de troonzaal van zijn Keizer Diocletianus, gezeten in duisternis. Hij bevindt zich nog steeds in de troonzaal van zijn

paleis, volstrekt alleen. Hij oogt vreemd, lijkt aandachtig te luisteren naar iets, of in elk geval

een poging te doen. Soms schijnt hij in de verte een gezang te horen, een stem. Of toch niet?

De keizer is overgeleverd aan de stilte.

Synopsis De Marteling van Sint Sebastiaan - synopsis

13

Page 14: Concertfolder afscheidsconcerten Ed Spanjaard

I

Het Hof der Lelies

(De Romeinse Keizer Diocletianus, gezeten in de lege troonzaal van zijn paleis, vertelt over de gebeurtenis-

sen die zich een week tevoren in zijn stad hebben afgespeeld. Een jonge tweeling zou ter dood worden

gebracht op een stapel gloeiende kolen. Onverwacht was echter de boogschutter Sebastiaan, aanvoerder

van de Praetoriaanse garde, naar voren getreden ter verdediging van de twee christelijke jongens. Sebasti-

aan was des keizers oogappel.)

Nr 1a Prelude

Spreektekst Keizer Diocletianus

MELODRAMA [Keizer Diocletianus]

Plengen

dat was het enige wat de prefect

verlangde namens het keizerrijk.

Een simpel offer aan de twaalf

Romeinse goden, het beeld van Caesar

aan mij – en de onbesuisde jongens

konden naar huis.

Nr 1b Gezang van de tweeling

MARCUS EN MARCELLINUS

Frère, que sera-t-il le monde,

allégé de tout notre amour!

Dans mon âme ton coeur est lourd,

comme la pierre dans la fronde!

Je le pèse; au-delà de l’ombre

je le jette vers le grand jour!

Frère, que sera-t-il le monde,

allégé de tout notre amour!

J’étais plus doux que la colombe,

tu es plus fauve que l’autour.

Toujours, jamais! Jamais, toujours!

Ferne t’effraie, Feu ne me dompte.

Beau Christ, que serait-il le monde,

allégé de tout votre amour!

MELODRAMA [Keizer Diocletianus]

Plengen

dat was het enige wat de prefect

verlangde namens het keizerrijk.

Een simpel offer aan de twaalf

Romeinse goden, het beeld van Caesar

aan mij – en de onbesuisde jongens

konden naar huis.getuige ?

MARCUS EN MARCELLINUS

Broer, hoe zou de wereld zijn

indien getroost door onze liefde?

Je hart weegt zwaarder in mijn ziel

dan de steen in de slinger.

Ik weeg hem. Ik werp hem

dwars door het duister, tot aan de grote dag.

Broer, hoe zou de wereld zijn

indien getroost door onze liefde?

Ik was zachter dan een duif

jij bent wilder dan alles rondom je.

Altijd en nooit! Nooit en altijd!

IJzer bevreest je niet, geen vuur houdt me tegen.

Mooie Christus, hoe zou de wereld zijn

indien getroost door onze liefde.

14

Page 15: Concertfolder afscheidsconcerten Ed Spanjaard

Spreektekst Keizer Diocletianus

Nr 2 Koor van boogschutters / Melodrama / Koor van omstanders

LES ARCHERS D’EMÈSE

Sébastien! Sébastien!

Tu es témoin!

MELODRAMA

[Keizer Diocletianus vertolkt Sebastiaan:]

Mes frères, mes frères, j’entends

le bruit des chaînes qui se brisent

Mes frères, mes frères, j’entends

la mélodie du saint combat

J’entends

le choeur divin des sept � éaux,

l’annonciation des astres

et la marche du nouveau dieu

à côté de l’homme nouveau.

DES VOIX EPARSEÉS

Sébastien! Sébastien!

Tu es témoin!

MELODRAMA [Keizer Diocletianus]

Toen de jongens als lammeren

volhardden in hun gezang

restte ons niets dan de kolen te bereiden

tot een voetbad van reinigende vlammen

MELODRAMA [Keizer Diocletianus ]

Ik zal dansen, sprak de muiter

dansen op het bed van lelies

Hij beval het vuur goed op te stoken

aan te blazen met de balgen

en moedigde zelf de tweeling aan

met hem mee te zingen, te dansen

over gloeiende, zuivere lelies.

KOOR DER BOOGCHUTTERS

Sebastiaan ! Sebastiaan !

Jij, getuige ?

MELODRAMA

[Keizer Diocletianus vertolkt Sebastiaan:]

Mijn broeders, ik hoor

het geraas van brekende ketens.

Mijn broeders, ik hoor

de melodie van de heilige strijd.

Ik hoor

het hemelse koor van de zeven gesels

de aankondiging van de sterren

en de mars van een nieuwe godheid

meevechtend met de nieuwe mens.]

KOOR VAN OMSTANDERS

Sebastiaan ! Sebastiaan !

Jij, getuige ?

MELODRAMA [Keizer Diocletianus]

Toen de jongens als lammeren

volhardden in hun gezang

restte ons niets dan de kolen te bereiden

tot een voetbad van reinigende vlammen

MELODRAMA [Keizer Diocletianus ]

Ik zal dansen, sprak de muiter

dansen op het bed van lelies

Hij beval het vuur goed op te stoken

aan te blazen met de balgen

en moedigde zelf de tweeling aan

met hem mee te zingen, te dansen

over gloeiende, zuivere lelies.

Nr 3 Extatische dans van Sebastiaan op de gloeiende kolen / Melodrama’s /

Gezang van de tweeling en vijf vrouwen / Koor van serafi jnen

15

Page 16: Concertfolder afscheidsconcerten Ed Spanjaard

Hij snoefde

dat hij van allen het hoogste zou dansen.

Je danserai plus haut,

plus haut que la � amme,

sept fois plus haut.

Je vous le dis.

Frères, que serait-il le monde,

Allégé de tout notre amour!

O doux miracle.

Les Lys! Les Lys! Les Lys!

MARCUS ET MARCELLINUS:

Hymnes, toute l’ombre s’efface.

Dieu est et toujours sera Dieu!

Célébrez son nom par le feu.

Chantez les oeuvres de sa grâce,

louez ses oeuvres en tous lieux.

Semez son nom mystérieux!

CINQ FEMMES

Hymnes, toute l’ombre s’efface.

Dieu est et toujours sera Dieu!

MARCUS, MARCELLINUS ET CINQ FEMMES

Célébrez son nom par le feu.

MELODRAMA [Keizer Diocletianus ]

Hij zong als een horde

op hol geslagen schapen

popelend en aldoor wijzend

naar zijn blote, sissende voeten.

Je danse sur l’ardeur des lys.

Je foule la blancheur des lys.

Je presse la douleur des lys.

Gloire, ô Christ roi.

J’ai les pieds nus dans la rosée!

[J’ai les pieds sur le blé qui pousse!

Je bondis comme l’eau des sources!]

Hij snoefde

dat hij van allen het hoogste zou dansen.

[Ik zal hoger dansen

hoger dan de vlammen

zeven malen hoger.

Ik zeg het u.

Broeders, hoe zou de wereld zijn

indien getroost door onze liefde?

O, zoet mirakel.

De lelies! De lelies! De lelies!]

MARCUS EN MARCELLINUS:

Hymnen, elke schaduw wordt uitgewist.

God is God, en zal God blijven – eeuwig!

Vier zijn naam via het vuur.

Bezing de werken van zijn genade

prijs zijn werken op alle plaatsen

zaai zijn mysterieuze naam!

VIJF VROUWEN

Hymnen, elke schaduw wordt uitgewist.

God is God, en zal God blijven – eeuwig!

MARCUS, MARCELLINUS EN VIJF VROUWEN

Vier zijn naam via het vuur!

MELODRAMA [Keizer Diocletianus ]

Hij zong als een horde

op hol geslagen schapen

popelend en aldoor wijzend

naar zijn blote, sissende voeten.

[Ik dans over de gloed van lelies.

Ik betreed de witheid van lelies.

Ik druk op de pijn van lelies.

Glorie, o Christus koning.

‘k heb naakte voeten in de dauw!

Mijn voeten staan op opschietende tarwe!

Ik spring op als het bronwater!16

Page 17: Concertfolder afscheidsconcerten Ed Spanjaard

Je t’aime, Roi.

Hij keek me aan terwijl hij het zong.

Caesar, hoor je het koor van sera� jnen?

CHORUS SERAPHICUS

Salut! O lumière!

Lumière du monde,

croix large et profonde,

signe de victoire,

et palme de gloire,

et arbre de vie.

MELODRAMA [Keizer Diocletianus ]

Hij danste voor zijn koning.

En ik rook een geur die me deed kokhalzen.

Toegegeven, hij brandde niet.

Of beter, hij schreeuwde niet.

Ik gaf bevel Sebastiaans voetzolen te controleren.

Je kon het bot zien liggen.

Zwartgeblakerd.

Mijn mooie Sebastiaan.

Dat was het moment

waarop ik angst voor mijn oogappel kreeg.

En die geur van schroeiende lelies

van wee-zoet vlees –

die geur zal nooit meer verdwijnen.

Sebastiaan spoorde de knullen aan

zijn voorbeeld te volgen.

Ook zij gingen nu de weg van de lelies

huilend als gecastreerde honden.

CHORUS SERAPHICUS

Voici les sept témoins de Dieu,

les chefs de la milice ardente.

Tout le ciel chante!

Ik houd van je, Koning.]

Hij keek me aan terwijl hij het zong.

Caesar, hoor je het koor van sera� jnen?

KOOR VAN SERAFIJNEN

Gegroet, o licht

licht van de wereld

en het kruis is breed en diep

een teken van zege

palm van de overwinning

boom des levens.

MELODRAMA [Keizer Diocletianus ]

Hij danste voor zijn koning.

En ik rook een geur die me deed kokhalzen.

Toegegeven, hij brandde niet.

Of beter, hij schreeuwde niet.

Ik gaf bevel Sebastiaans voetzolen te controleren.

Je kon het bot zien liggen.

Zwartgeblakerd.

Mijn mooie Sebastiaan.

Dat was het moment

waarop ik angst voor mijn oogappel kreeg.

En die geur van schroeiende lelies

van wee-zoet vlees –

die geur zal nooit meer verdwijnen.

Sebastiaan spoorde de knullen aan

zijn voorbeeld te volgen.

Ook zij gingen nu de weg van de lelies

huilend als gecastreerde honden.

KOOR VAN SERAFIJNENKOOR VAN SERAFIJNENKOOR VAN SERAFIJNEN

Ziehier de zeven getuigen des Heren

aanvoerders van de vurige militie.

En de gehele hemel zingt!

17

Page 18: Concertfolder afscheidsconcerten Ed Spanjaard

II

De Magische Kamer

(Elders in Rome. In een ander paleis woont de zoon van Chromatius, de voormalige prefect. De zoon is

ongeveer zeventien jaar oud en vertelt over een bijzondere kamer die zijn vader voor hem had ingericht. De

jongeman kent Sebastiaan van een andere gelegenheid dan de affaire met de tweeling. Vier jaar eerder heeft

de schutter zijn vader behandeld voor een ernstige ziekte.)

Spreektekst De zoon van wijlen de prefect Chromatius

Nr 1 Prelude

Spreektekst De zoon van wijlen de prefect Chromatius

Nr 2 De stem van de maagd Erigone, bewaakster van de Magische Kamer

LA VIERGE ERIGONE

Je fauchais l’Epi de froment,

oublieuse de l’asphodèle;

mon âme, sous le ciel clément,

était la sœur de l’hirondelle;

mon ombre m’était presqu’une aile,

que je traînais dans la moisson.

Et j’étais la vierge,

� dèle à mon ombre et à ma chanson

VOX COELESTIS

Qui pleure mon enfant si doux,

mon Lys � euri dans la chair pure?

Il est tout clair sur mes genoux,

il est sans tache et sans blessure.

Voyez. Et dans ma chevelure

tous les astres louent sa clarté.

Il éclaire de sa � gure

ma tristesse et la nuit d’été.

Tussenspel orkest

VOX COELESTIS

Il est tout clair sur mes genoux,

il est sans tache et sans blessure.

Voyez. Et dans ma chevelure

tous les astres louent sa clarté. Ah!

DE MAAGD ERIGONE

Ik maaide de tarwe-aren

sloeg geen acht op de affodil, bloem des doods.

Onder deze milde hemel

leek mijn ziel een zus van de zwaluw.

Mijn schaduw was als een vleugel

die ik voortsleepte in de oogst.

En ik was een maagd

trouw aan mijn lied en aan mijn schaduw.

EEN STEM UIT DE HEMEL

Wie beweent mijn kind, zo zacht

mijn lelie, opgebloeid uit het vlees, zo puur.

Mijn zoon prijkt als licht op mijn knieën

hij is vlekkeloos en zonder kwetsuur.

Kijk maar. En hier in mijn haar

prijzen alle sterren zijn klaarheid.

Met zijn gedaante verlicht hij

de zomernacht en mijn droefheid.

Tussenspel orkest

EEN STEM UIT DE HEMEL

Mijn zoon prijkt als licht op mijn knieën

hij is vlekkeloos en zonder kwetsuur.

Kijk maar. En hier in mijn haar

prijzen alle sterren zijn klaarheid.

Spreektekst De zoon van wijlen de prefect Chromatius

Dans De vernietiging van de Magische Kamer

Muziek van Debussy: Preludes boek 1 nr.7 Ce qu’a vu le vent de l’ouest

(Bewerking voor orkest door Colin Matthews)

Nr 3 Een stem uit de hemel

18

Page 19: Concertfolder afscheidsconcerten Ed Spanjaard

LES CITHARÈDES

Païan, Lyre d’Or, Arc d’Argent!

Seigneur de Délos et de Sminthe,

Beau roi chevelu de lumière,

Païan! O Apollon!

LES CITHARÈDES, TÉMOINS, PRÊTRES ET TRI-

BUNS.

Païan, Lyre d’Or, Arc d’Argent!

Seigneur de Délos et de Sminthe,

Beau roi chevelu de lumière,

Païan! O Apollon!

DANS EN MELODRAMA

[Keizer Diocletianus vertolkt Sebastiaan:]

Avez-vous vu celui que j’aime? L’avez-vous vu?

Mon âme est triste jusqu’à la mort:

Écarte cette coupe de moi, Seigneur.

Toutefois, non comme je veux

mais comme tu veux.

CITERSPELERS

Paianus, lier van goud, boog van zilver

heer van Delos en van Smynthe

schone koning in uw donsharen van licht

o, Paianus! Apollo!

CITERSPELERS, GETUIGEN, PRIESTERS EN TRI-

BUNEN.

Paianus, lier van goud, boog van zilver

heer van Delos en van Smynthe

schone koning in uw donsharen van licht

o, Paianus! Apollo!

DANS EN MELODRAMA

[Keizer Diocletianus vertolkt Sebastiaan:]

Zag u hem van wie ik houd? Zag u hem?

Mijn ziel is totterdood bedroefd.

Heer, laat deze beker aan mij voorbijgaan.

Maar niet zoals ik het wil:

zoals u het wilt.

Spreektekst De zoon van wijlen de prefect Chromatius

III

Het Concilie der Valse Goden

(Keizer Diocletianus bevindt zich nog altijd in de lege troonzaal van zijn paleis. Hij vertelt hoe Sebastiaan hier

aan hem werd voorgeleid en hoe het tot een openbare confrontatie kwam tussen hen beiden, ten overstaan

van heel zijn gevolg.)

Nr 1 Prelude

Spreektekst Keizer Diocletianus

Nr 2 Hymne aan Apollo

Spreektekst Keizer Diocletianus

Nr 3 Hymne aan Apollo

Spreektekst Keizer Diocletianus

Nr 4 Dans: Sebastiaan beeldt het lijden van de Zoon des Mensen uit / Melodrama’s

Klaagvrouwen / Veronica / Klaagvrouwen

19

Page 20: Concertfolder afscheidsconcerten Ed Spanjaard

MELODRAMA [Keizer Diocletianus ]

Sebastiaan stort neer.

Gitzwarte stilte.

Zijn lichaam een lege tombe.

En louter mijn verlangen

dat zacht in hem rondzingt

als een koor van splinters

vol dolende vrouwen.

PLEUREUSES

Ah! Tu pleures le Bien-aimé!

Tu pleures l’Archer du Liban.

Ô sœurs! O frères!

Hélas! Tu pleures Adonis!

Il se meurt, le bel Adonis!

Il est mort, le bel Adonis.

Femmes, pleurez!

Voyez le bel adolescent

couché dans la pourpre du sang.

Donnez les baumes et l’encens.

Femmes, pleurez!

Adonis, Adonis!!

MELODRAMA [ Keizer Diocletianus ]

Ik zie nu hoe Veronica me traag is genaderd

dat krankzinnige wijf met haar geborduurde laken.

Hoe ze mij nadert, voor me komt staan

als een blinde staart naar Sebastiaan:

VERONICA

«Je souffre», il a gémi. Écoute!

«Je souffre!Qu’ai-je fait?

Je souffre, et je saigne.

Le monde est rouge de mon tourment:

Ah! qu’ai-je fait? Qui m’a frappé?

J’expire, je meurs, ô beauté!

Je meurs, mais pour renaître

impérisablement!»

PLEUREUSES

Adonis! Adonis!

Hélas! Pleurez! Pleurez!

MELODRAMA [Keizer Diocletianus ]

Sebastiaan stort neer.

Gitzwarte stilte.

Zijn lichaam een lege tombe.

En louter mijn verlangen

dat zacht in hem rondzingt

als een koor van splinters

vol dolende vrouwen.

KLAAGVROUWEN

Je huilt om de teerbeminde!

Je huilt om de schutter van de Libanon.

O broeders, zusters!

Helaas! Je huilt om Adonis!

Hij sterft, de mooie Adonis!

Hij is dood, de mooie Adonis.

Vrouwen, huil!

Zie de schone jongeling

gedompeld in het purper van bloed.

Geef balsem, geef wierook!

Vrouwen, huil!

Adonis, Adonis!

MELODRAMA [ Keizer Diocletianus ]

Ik zie nu hoe Veronica me traag is genaderd

dat krankzinnige wijf met haar geborduurde laken.

Hoe ze mij nadert, voor me komt staan

als een blinde staart naar Sebastiaan:

VERONICA

“Ik lijd”, kermde hij. Luister!

“Ik lijd. Wat heb ik gedaan?

Ik lijd en ik bloed.

De wereld is rood van mijn kwelling.

Wat heb ik gedaan? Wie heeft mij geslagen?

Mijn adem… ik sterf. O, schoonheid

ik sterf, enkel om onvergankelijk

te worden herboren.”

KLAAGVROUWEN

Adonis! Adonis!

Helaas! Huil! Huil!20

Page 21: Concertfolder afscheidsconcerten Ed Spanjaard

Interlude

VERONICA

Cessez, ô pleureuses!

Le monde est lumière, tel qu’il l’annonce.

Il renaît dieu, vierge et jeune homme,

le Florissant!

Il renaît, il se renouvelle.

O frère des saisons jumelles, debout!

La mort est immortelle, dieu, par ton sang.

PLEUREUSES

Le dieu, voilà le dieu!

Il est debout!

LES ADONIASTES

Io! Io! Adoniastes!

Ô sœurs, ô frères, exultez!

Le Seigneur est ressuscité!

Il conduit la danse des astres.

Io! Io! Déliez vos cheveux,

Io! Io! Dénouez vos ceintures, femmes!

Du noir Hades où sont les âmes

Il nous revient, le Bienheureux.

CHŒUR DES VOIX PLAINTIVES

Il est mort, le bel Adonis!

Pleurez! Pleurez!

Il se meurt, le bel Adonis!

Pleurez! Pleurez!

Il descend vers la noires portes.

Tout ce qui est beau, l’Hades morne l’emporte.

Renversez les torches.

Eros! Pleurez! Pleurez!

Interlude

VERONICA

Stop, klaagvrouwen!

De wereld is licht, zoals hij voorspelde.

Hij doet god, maagd en jongeman herboren worden.

hij is de bloeiende!

Hij wordt herboren en vernieuwt zich.

O, broer van de terugkerende seizoenen:overeind!

De dood is onsterfelijk, o god – door uw bloed.

KLAAGVROUWEN

De god, ziedaar de godheid!

Hij staat overeind!

AANBIDDERS VAN ADONIS

Io! Io! Aanbidders van Adonis:

Broeders, zusters, juich!

De Heer is herrezen!

Hij leidt de dans van de sterren

Io! Ontbindt uw haren.

Io! Ontbindt uw gordels, vrouwen!

Uit de zwarte Hades, waar de zielen verblijven

keert hij terug bij ons, de gelukzalige!

CHŒUR DES VOIX PLAINTIVES

Il est mort, le bel Adonis!

Pleurez! Pleurez!

Il se meurt, le bel Adonis!

Pleurez! Pleurez!

Il descend vers la noires portes.

Tout ce qui est beau, l’Hades morne l’emporte.

Renversez les torches.

Eros! Pleurez! Pleurez!

Nr 5 Interlude / Veronica / Klaagvrouwen

Nr 6 Lofzang: Aanbidders van Adonis

Nr.7 Klaagzang: Koor van klaagstemmen

21

Page 22: Concertfolder afscheidsconcerten Ed Spanjaard

IV

De Gekwetste Laurier

(Keizer Diocletianus beschrijft de marteldood van Sebastiaan, waarbij hijzelf aanwezig was.)

Spreektekst Keizer Diocletianus

Nr 1 Prelude

Spreektekst Keizer Diocletianus

Nr 2 Dans en melodrama: De verschijning van de herder

Spreektekst Keizer Diocletianus

Nr 3 Melodrama’s / Klaagzangen (Koor van klaagstemmen)

MELODRAMA

[Keizer Diocletianus vertolkt Sebastiaan:]

Il est là, le Pasteur. Regardez.

Il porte la brebis autour de son cou.

Il n’est plus là..

MELODRAMA [ Keizer Diocletianus ]

Ten slotte kwamen ze niet eens meer

van hun wachtpost vandaan.

Ze schoten gezeten in het donker

tijdens het dobbelen

het wachten, het eten.

CHŒUR DES VOIX PLAINTIVES

Ah !

MELODRAMA [ Keizer Diocletianus ]

Alleen Sebastiaan bleef monter.

Ik hoorde hem roepen tegen mijn mannen

of zij het koor dan niet konden horen.

CHŒUR DES VOIX PLAINTIVES

Hélas! Hélas!

Ah! Pleurez, ô femmes de Syrie.

Criez: «Hélas! ma Seigneurie!»

Toutes les � eurs se sont � étries.

Criez! Pleurez!

MELODRAMA [ Keizer Diocletianus ]

Tegen zonsopgang kon je de tijd aan hem a� ezen.

MELODRAMA

[Keizer Diocletianus vertolkt Sebastiaan:]

Daar is hij: de herder! Kijk dan!

Hij draagt het lam om zijn nek.

Kijk! Kijk… Hij is al verdwenen.

MELODRAMA [ Keizer Diocletianus ]

Ten slotte kwamen ze niet eens meer

van hun wachtpost vandaan.

Ze schoten gezeten in het donker

tijdens het dobbelen

het wachten, het eten.

KOOR VAN KLAAGSTEMMEN

Ah !

MELODRAMA [ Keizer Diocletianus ]

Alleen Sebastiaan bleef monter.

Ik hoorde hem roepen tegen mijn mannen

of zij het koor dan niet konden horen.

KOOR VAN KLAAGSTEMMEN

Helaas!

Huil, vrouwen van Syrië

Schreeuw: “Helaas, mijn Heerlijkheid!”

Alle bloemen zijn verwelkt.

Schreeuw, huil!

MELODRAMA [ Keizer Diocletianus ]

Tegen zonsopgang kon je de tijd aan hem a� ezen.

22

Page 23: Concertfolder afscheidsconcerten Ed Spanjaard

Sebastiaan had de planeten aan puin geslagen

en nu hing hij daar

als een hoopvolle zonnewijzer.

Het enige wat hij uitbracht, was:

Encore!

Meer!

Mijn schutters mikten feilloos als altijd.

Ze hielden hem op deze wijze dagenlang in leven.

Dat is ook een vorm van herrijzen.

Méér…!

CHŒUR DES VOIX PLAINTIVES

Pleurez, ô femmes de Syrie.

Il va dans la pâle prairie!

Toutes les � eurs se sont � étries.

Criez! Pleurez!

MELODRAMA [ Keizer Diocletianus ]

Méér...

Stilte.

En toen nogmaals: stilte.

De glimlach was een masker geworden.

Mijn mannen zijn nog lang blijven schieten.

Een kastanjebolster was de opdracht.

Ze stopten pas na de zesde nacht.

Met zijn talloze stekels als zwarte stralen

was Sebastiaan in een zon veranderd.

Mijn rustige, mooie, donkere zon.

CHŒUR DES VOIX PLAINTIVES

Eros! Pleurez! / Il descend vers les noires portes.

Tout ce qui est beau,

l’Hades morne l’emporte.

Renversez les torches.

Eros! Pleurez!

Sebastiaan had de planeten aan puin geslagen

en nu hing hij daar

als een hoopvolle zonnewijzer.

Het enige wat hij uitbracht, was:

Encore!

Meer!

Mijn schutters mikten feilloos als altijd.

Ze hielden hem op deze wijze dagenlang in leven.

Dat is ook een vorm van herrijzen.

Méér…!

KOOR VAN KLAAGSTEMMEN

Huil, vrouwen van Syrië,

Hij betreedt de vale vlakte

Alle bloemen zijn verwelkt.

Schreeuw, huil.

MELODRAMA [ Keizer Diocletianus ]

Méér...

Stilte.

En toen nogmaals: stilte.

De glimlach was een masker geworden.

Mijn mannen zijn nog lang blijven schieten.

Een kastanjebolster was de opdracht.

Ze stopten pas na de zesde nacht.

Met zijn talloze stekels als zwarte stralen

was Sebastiaan in een zon veranderd.

Mijn rustige, mooie, donkere zon.

KOOR VAN KLAAGSTEMMEN

Eros, huil! / Hij daalt af naar de zwarte poorten.

Al wat mooi is

neemt de doodse Hades mee.

Gooi de toortsen omver.

Eros, huil!

23

Page 24: Concertfolder afscheidsconcerten Ed Spanjaard

V

Het Paradijs

(Keizer Diocletianus, gezeten in duisternis. Hij bevindt zich nog steeds in de troonzaal van zijn paleis, vol-

strekt alleen. Hij oogt vreemd, lijkt aandachtig te luisteren naar iets, of in elk geval een poging te doen. Soms

schijnt hij in de verte een gezang te horen, een stem. Of toch niet? De keizer is overgeleverd aan de stilte.)

Nr 1 Interlude en melodrama

Nr 2 Koren der Martelaren, Maagden, Apostelen, Engelen, de ziel van Sebastiaan,

koor van alle Heiligen

MELODRAMA [ Keizer Diocletianus ]

Hoor je dat?

Hoor je dat, Sebastiaan?

Ik hoor niets.

Hoor je dat niet?

CHORUS MARTYRUM

Gloire!

Sous nos armures � amboyez, ô blessures!

Qui est celui qui vient?

Le lys de la cohorte.

Sa tige est la plus forte.

Louez le nom qu’il porte: Sébastien!

CHORUS VIRGINUM

Tu es loué.

L’étoile de loin parle à l’étoile

et dit un nom: le tien.

Dieu te couronne.

Toute la nuit, comme une goutte

à ton front, est dissoute, Sébastien.

CHORUS APOSTOLORUM

Tu es Saint. Qui te nomme

Verra le Fils de l’Homme.

Qui sur son cœur te tient,

sourire de ta grâce.

Jean t’a donné sa place,

tu boiras dans sa tasse, Sébastien

MELODRAMA [ Keizer Diocletianus ]

Hoor je dat?

Hoor je dat, Sebastiaan?

Ik hoor niets.

Hoor je dat niet?

KOOR DER MARTELAREN (mannen)

Glorie! O wonden

licht nu op onder onze pantsers!

Wie komt daar?

Het is de lelie van de schare.

Zijn steel is het sterkst.

Loof de naam, gedragen door: Sebastiaan.

KOOR DER MAAGDEN (vrouwen)

Geprezen word je nu.

Een ster spreekt van verre

tot een andere ster en spreekt een naam uit:

de jouwe. God kroont je.

De gehele nacht is opgelost

als een druppel op je voorhoofd: Sebastiaan.

KOOR DER APOSTELEN (mannen)

Heilig word je nu. Wie jou noemt

zal de Mensenzoon zien glimlachen

die jou tegen zijn hart houdt.

Hij glimlacht om je genade.

Johannes heeft je zijn plaats gegeven.

Je zult drinken uit zijn kom: Sebastiaan.

24

Page 25: Concertfolder afscheidsconcerten Ed Spanjaard

CHORUS ANGELORUM

Tu es beau. Prends six ailes d’Ange,

et viens dans l’échelle

des Feux musiciens,

chanter l’hymne nouvelle

au ciel qui se constelle

de tes plaies immortelles, Sébastien.

ANIMA SEBASTIANI

Je viens, je monte.

J’ai des ailes.

Tout est blanc.

Mon sang est la manne

qui blanchit le désert de Sin.

Je suis la goutte, l’étincelle et le fétu.

Je suis une âme, Seigneur,

une âme dans ton sein.

CHORUS SANCTORUM OMNIUM

Louez le Seigneur dans l’immensité de sa force.

Louez le Seigneur sur le tympanon et sur l’orgue

Louez le Seigneur sur le sistre et sur la cymbale.

Louez le Seigneur sur la � ûte et sur la cithare.

Alléluia.

KOOR DER ENGELEN (vrouwen)

Mooi word je nu. Neem zes engelenvleugels

en kom in de toonladder

van musicerende vlammen.

Zing hier je nieuwe hymne

aan deze hemel, die zich siert en overdekt

met jouw onsterfelijke wonden: Sebastiaan.

DE ZIEL VAN SEBASTIAAN

Ik kom, ik stijg op.

Ik bezit vleugels.

Wit is alles.

Mijn bloed is als manna

dat de woestijn van Sin schoonwast.

Ik ben de druppel, de vonk en de strohalm.

Ik ben een ziel, Heer

een ziel in uw schoot.

KOOR VAN ALLE HEILIGEN

Prijst de Heer in zijn onmetelijke kracht.

Prijst de Heer met orgel en timpanen.

Prijst de Heer met sisters en cymbalen.

Prijst de Heer met � uit en citersnaren.

Halleluja!

Keizer Diocletianus:

Sebastiaan?

Sebastiaan…?

Hoor je…?

Niets.

25

Page 26: Concertfolder afscheidsconcerten Ed Spanjaard

“Ontmoetingen” is een � lm over een innemende Ed Spanjaard die een sterk gevoel voor

humor heeft. Ed die zoveel vrienden maakte in de jaren dat hij in Limburg verbleef en werkte. Vrien-

den die hij nog altijd trouw bezoekt of contact mee houdt. In de � lm ontmoet Ed Spanjaard een

aantal van die vrienden. Zo zit Ed ’s morgens vroeg aan de ontbijttafel met huisgenoot pastoor

Alfons Kurris van de O.L.Vrouwe Basiliek te Maastricht. Is hij in gesprek met cellist Alexander

Petrasch en zijn vrouw de pianiste So� a Shapiro. Beiden speelden lang in het LSO en halen daar

herinneringen aan op. Verder brengt Ed een regulier bezoek aan Salon Craft voor het soigneren van

zijn kapsel. Ed blijkt een begenadigd keukenprins te zijn bij zijn bezoek aan violiste Paula Paashuis

en haar man.

We zien Ed zeer gepassioneerd als chef-dirigent bij repetities en een optreden van het LSO

op de Floriade. Hij ontmoet er musicalster Chantal Janzen, Jack Poels en Tren van Enckevort van

Rowwen Hèze. Verder wandelt hij door zijn geliefde Maastricht en het Limburgse landschap. Ook gaat

hij op bezoek bij Fanfare Sint Cornelius in Borgharen, waar LSO violist Wilfred Sassen dirigeert.

“Ontmoetingen” is een portret van Ed, zijn relatie met het LSO en Limburg. Na dertig jaar LSO

mag je hem een prominent Limburger noemen. Hij heeft het Limburgs Symfonie Orkest naar

een nog hoger plan getild. Hij heeft daarmee een onschatbare bijdrage geleverd aan het niveau

van de muziekcultuur in Limburg, want heel veel musici van het LSO zijn op hun beurt weer

dirigent en of muziekdocent bij verenigingen in veel Limburgse dorpen en steden. Zij geven in

feite het hoge niveau van het LSO door aan de Limburgse muziekgezelschappen, denk aan

fanfares, harmonieën, huiskamerensembles, kleine orkesten en zelfs koren. Vooral ook belang-

wekkend voor jonge musici. Het stokje wordt als het ware doorgegeven.

“Ontmoetingen”is een � lm van Rob Nijpels en Henk Jakobsen.

Een afscheidscadeau voor Ed Spanjaard van de Vrienden van het LSO met ondersteuning van

de � lmmakers en het Prins Bernhard Cultuurfonds

26

Page 27: Concertfolder afscheidsconcerten Ed Spanjaard

Daphnis et Chloé

Het verhaal van Daphnis et Chloé leende Ravel van de Griek Longus (300 voor Christus).

Het is de liefdesgeschiedenis van de twee vondelingen Daphnis en Chloé. Zij werden

gevoed door een geit en een schaap en werden tenslotte door herders opgenomen.

Daphnis werd geitenhoeder en Chloé herderin. Chloé was beeldschoon en werd begeerd

door vele mannen. Dit tot ongenoegen van haar geliefde Daphnis. Deze moest vele ge-

vechten leveren en ontberingen ondergaan voor hij Chloé voor eeuwig in zijn armen kon

sluiten.

De Tweede Suite wordt méér gespeeld dan de eerste suite. De drie delen zijn: Lever du

jour (de dageraad) jour (de dageraad) jour – Pantomime – Danse générale (bacchanaal).

Het eerste stuk schildert het aanbreken van de dag. Dat wordt aangegeven met een

geheimzinnig gemurmel in de � uiten en harpglissandi tegen een donker motief van de

strijkers. Het is een der schoonste muzikale verklankingen van een natuurstemming, een

prachtige climax van onwezelijke, vage geluiden, de langzaam wijkende nacht, het ont-

waken van de vogels en de stralende zonsopgang. De Pantomime stelt de dansend ver-

beelde sage voor van Pan en de nimf Syrinx. Het is de inleiding tot de Danse générale, het

bacchanaal, wanneer Chloé op de tonen van de � uitende bosgod en verleider Pan begint

te dansen. Die dans wordt steeds hartstochtelijker, van alle kanten komen nimfen, saters

en bacchanten toestromen om aan de wilde orgie deel te nemen.

Maurice Joseph Ravel (1875-1937)

27

Page 28: Concertfolder afscheidsconcerten Ed Spanjaard

Studium Chorale koorStudium Chorale is vanaf 2005 actief als professioneel kamerkoor. De producties wor-

den geleid door artistiek leider Hans Leenders of door gespecialiseerde gastdirigenten.

Het koor werd in 1972 opgericht en heeft zich de laatste jaren ontwikkeld tot een van

de toonaangevende kamerkoren in Nederland. Het koor verzorgde wereldpremières van

composities van o.a. Henry Delnooz, Jean Lambrechts en Ton de Leeuw’. Geregeld werkt

Studium Chorale samen met ensembles en orkesten zoals Ensemble 88, Florilegium Mu-

sicum en het Limburgs Symfonie Orkest, en met talrijke solisten. Recent werd het ensem-

ble geleid door Ed Spanjaard, Steffen Schreyer, Erik Van Nevel en Andrew Parrott. Kijk

voor meer informatie op: www.studiumchorale.nl

Hanneke de Wit sopraanSopraan Hanneke de Wit studeerde aan het Koninklijk Conservatorium in Den Haag en

vervolgde haar studie aan De Nieuwe Opera Academie. In 2003 sloot zij deze studie

cum laude af met onderscheiding voor muzikaliteit. Daarna vertolkte Hanneke de Wit

diverse rollen waaronder: Euridice in Glucks Orfeo ed Euridice met het Orkest van het

Oosten enPamina in Mozarts Zauber� öte in de Amsterdamse RAI, Contessa in Mozarts

Le Nozze di Figaro met het Gelders OrkestIn 2004 won Hanneke de Wit het prestigieuze

Cristina Deutekom Opera Concours. Tijdens het Internationale Vocalisten Concours in

Den Bosch in 2006 werd haar de Caroline Kaart Prijs voor de beste Nederlandse zange-

res toegekend. Dit seizoen zingt Hanneke de sopraan partij uit de Johannes Passion in

de geënsceneerde productie van regisseur Dale Duesing bij de Reisopera. Zij studeerde

ook Duitse Taal en Letterkunde aan de Universiteit Leiden. De combinatie met deze stu-

die heeft tot veel concerten met Duitse componisten, gedichten en onderwerpen geleid.

Hanneke de Wit wordt de afgelopen jaren begeleid door Margreet Honig. Lees meer:

www.hannekedewit.nl

Mirjam Schreur mezzosopraanSinds haar afstuderen aan het Conservatorium Maastricht ontwikkelt de carrière van

Mirjam Schreur zich in een stijgende lijn. Nadat ze haar diploma’s behaalde, werd ze

verder opgeleid door de bekende mezzosopraan Jard van Nes, die haar nog steeds

coacht. In april 2002 won Mirjam de derde hoofdprijs in het internationale zangconcours

“Debüt in Meran” in Italië. Als operazangeres zong ze de hoofdrol van Orfeo in de opera

‘Orfeo ed Euridice’ van Gluck en de rol van Marcellina in de opera ‘Le Nozze di Figaro’

van Mozart in het stadtheater van Merano te Italië o.l.v. Richard Sigmund en Thomas

Koncz. Bij Opera Zuid zong ze de rollen van Beggar-woman en Russian mother in de

opera ‘Death in Venice’ van Britten o.l.v. James Lockhart en Mike Ashman. Onlangs heeft

Mirjam een concertserie van de Tweede Symfonie van Mahler uitgevoerd. Ze stond eerder

dit jaar al met het Limburgs Symfonie Orkest op het podium met de Matthäus Passio-

nen serie o.l.v. Paul Goodwin en de Missa Solemnis van Beethoven o.l.v. Roberto Rizzi

Brignoli. Lees meer: www.mirjamschreur.nl

28

Page 29: Concertfolder afscheidsconcerten Ed Spanjaard

Helen Lepalaan mezzosopraanMezzosopraan Helen Lepalaan studeerde zang in Tallinn, Amsterdam en Maastricht. Als lid

van het ensemble van Opera Zuid zong zij onder andere Rosina (Barbiere) en Carmen; de

laatste rol zong zij ook aan het Theater Koblenz. Ook interpreteerde zij Carmela (La Vida

breve) en L’Enfant et les Sortilèges met het Limburgs Symfonie Orkest, Kate Pinkerton

en Suzuki (Butter� y, Idee Fixe), Polina (Pique Dame, Nationale Opera Estland), Cherubino

(Nozze) en Dorabella (Così fan Tutte). Concertactiviteiten omvatten o.a. Stabat Mater van

Pergolesi, verschillende cantates van Bach, Händel en Telemann, de Johannes-Passion

van Arvo Pärt zowel als Bachs gelijknamige werk. Recent zong Helen Les Nuits d’Eté (Ber-

lioz) met het NJO en Ludovic Morlot, Maddalena in Rigoletto in Luik en Orlofsky (Die Fle-

dermaus) en Dorabella (Così fan tutte) beide in de Welsh National Opera. Toekomstige en-

gagementen zijn Carmen tijdens de Heidenheimer Opernfestspiele en Sesto (La Clemenza

di Tito) bij Opera North. Meer informatie vindt u op: www.alferink.org (zie ‘artists’)

Kees van der Burg semiscenische realisatieKees van der Burg studeerde directie aan het Koninklijk Conservatorium in Den Haag bij Ed

Spanjaard en Jan Boogaarts. Vervolgens werkte hij als assistent van Ed Spanjaard. Naast

zijn werk met professionele zangers en koren (o.a. Nederlands Kamerkoor, Koor van de

Nationale Reisopera, Koor van Opera Zuid en diverse vocale ensembles heeft hij ook erva-

ring als vaste dirigent van amateurkoren (o.a. Collegium Utrecht, 1990 – 1998). Sinds 1998

richt hij zich ook op het regisseren. Met het Limburgs Symphonie Orkest, Ed Spanjaard en

lichtontwerper Roccy Gerards realiseerde hij succesvolle semi-scènische producties van

L’enfant et les Sortilèges van Ravel, (Pelléas et Mélisande) van Debussy en La vida breve

van de Falla. Van 2006 – 2011 was hij dirigent van de Leerorkesten in de Bijlmermeer. De

Leerorkesten zijn een innovatief muziekeducatie-programma met als doel basisschoolkinde-

ren gedurende vier jaar (van groep 5 t/m 8) de kans te geven een muziekinstrument te leren

bespelen. Met ingang van het seizoen 2011/2012 is hij dirigent van de ensembles van de

MuziekRoute in Utrecht Overvecht, een vergelijkbaar project als de Leerorkesten.

Ramsey Nasr tekst en voordrachtRamsey Nasr (1974, Rotterdam) is dichter/schrijver, acteur en regisseur. Sinds 27 januari

2009 vervult Nasr voor een periode van vier jaar het ambt van Dichter des Vaderlands. On-

langs ontving hij de E. du Perronprijs voor zijn bijdrage aan de multiculturele samenleving

met zijn bundel Mijn nieuwe Vaderland. In 2000 debuteerde hij succesvol als dichter met de

bundel 27 gedichten & Geen lied. Sindsdien zit zijn carrière in de lift en is zijn ster rijzende.

In de vele artikelen en opiniestukken die hij voor de Nederlandse en Vlaamse media schreef,

laat Nasr zich kennen als een man met vele passies, zowel op kunstzinnig vlak als politiek

vlak. Afgezien van zijn literaire werk is Nasr tevens een begenadigd acteur en regisseur. Eind

april 2007 ontving Nasr samen met Tom Lanoye en Bart Moeyaert een eredoctoraat wegens

algemene verdiensten aan de Universiteit Antwerpen. Het triumviraat ontving de onderschei-

ding voor hun werk als stadsdichters van Antwerpen. Lees meer op: www.ramseynasr.nl

29

Page 30: Concertfolder afscheidsconcerten Ed Spanjaard

Toer van Schayk choreogra� e en ontwerperToer van Schayk werd in 1936 geboren in Amsterdam. Hij kreeg zijn eerste balletlessen

van Iraïl Gadeskov en werd verder opgeleid door Sonia Gaskell. Van 1955 tot 1959 was hij

als danser verbonden aan Gaskells Nederlands Ballet, maar hij onderbrak zijn dansloop-

baan om zijn opleiding tot beeldhouwer aan de Koninklijke Academie voor Beeldende

Kunsten in Den Haag te voltooien. In 1965 keerde hij terug naar het dansvak. Hij werd

geëngageerd door het inmiddels opgerichte Nationale Ballet, waar hij dankzij zijn expres-

sieve en indringende vertolkingen een geliefd solist werd. In 1971 debuteerde Van Schayk

als choreograaf met Onvoltooid verleden tijd. In 1976 werd hij benoemd tot huischoreo-

graaf van Het Nationale Ballet, in welke functie hij meer dan dertig balletten maakte.

In 1996 ontwierp hij de veelgeroemde decors en kostuums voor Notenkraker & Muizen-

koning, waarvoor hij – samen met voormalig artistiek directeur Wayne Eagling – ook de

choreogra� e maakte. In datzelfde jaar creëerde hij de choreogra� e voor de musical Eli-

sabeth van producent Joop van den Ende In 2001 nam Van Schayk afscheid van zijn

functie als huischoreograaf van Het Nationale Ballet. Ter gelegenheid daarvan maakte hij

het ballet Echo’s.

Boris de Leeuw danserBoris de Leeuw (1972) genoot zijn opleiding aan het Koninklijk Conservatorium in Den

Haag waarna hij in 1990 zijn danscarrière begon bij Het Nationale Ballet in Amsterdam.

In 1995 werd hij benoemd tot eerste solist en danste hoofdrollen in klassiekers zoals

het Zwanenmeer, Giselle en de Notenkraker. Hij danste in balletten van gerenommeerde

moderne choreografen. Van 1998 tot 1999 danste hij als eerste solist bij het in Londen

gevestigde English National Ballet. Hij heeft hiernaast vele malen opgetreden als gast bij

internationale gezelschappen en galavoorstellingen. Tijdens zijn loopbaan als danser vie-

len hem tal van prestigieuze onderscheidingen ten deel zoals de Prix de Lausanne (1990),

Aanmoedigingsprijs van Stichting Dansersfonds ‘79 (1993), New York International Ballet

Competition (bronzen medaille - 1993) en de Alexandra Radius Prijs (1996). In 2007 zette

hij een punt achter zijn loopbaan als danser om zich te richten op andere passies zoals

tekenen/schilderen en lesgeven (als privé-coach en als freelance-dansdocent bij verschil-

lende scholen).

Matthew Kelly Roman danserDe Amerikaanse danser Matthew Kelly Roman woont sinds 2001 in Nederland. In zijn

carrière heeft samengewerkt met o.a. Jack Gallagher (Bodies Anonymous), Marijke Elias-

berg en Janna Hicks (The Next Stage Project). Daarnaast danste hij choreogra� eën van

bekende choreografen waaronder Norrdans, Truus Bronkhorst, Dance Works Rotterdam,

Merce Cunningham en Star Foster. Naast het dansen geeft Roman ook les in moderne

en klassieke danstechnieken en verzorgt hij workshops in de Verenigde Staten, Scandi-

navië, Marokko en Nederland. Daarnaast zijn werken van zijn hand gepresenteerd in de

Verenigde Staten, Nederland en Zweden.

Meer informatie vindt u op: www.mkrproductions.nl 30

Page 31: Concertfolder afscheidsconcerten Ed Spanjaard

Dit concert wordt mede mogelijk gemaakt dankzij:

Subsidiënten

Begunstigers Stichting Kanunnik Salden/Nieuwenhof, Stichting Elisabeth Strouven, Stichting Henri Hermans.

Partners Adams Muziekcentrale, DelicieuxCatering, BVBA, Giardino galerie en beeldentuin, HET ZUIDEN Touringcars, Notaris Vermeeren, Scando Nederland b.v.

Co-sponsor

Met speciale dank aan: Samen op weg?!

Sponsors

Media Partners

D R U K K E R I J

HENK JAKOBSEN

LSO Businessclub 1883A&C Media | DABEX BV, Maastricht | Dagblad De Limburger/ Limburgs Dagblad | Drukkerij Pietermans, Lanaken | Giardino Beeldentuin, Berg en Terblijt | Holbox bv, Echt | ING Bank | MTB Regio Maastricht | Scando Nederland BV | Synapse BV Maastricht | Toverland Events, Sevenum.

31

Page 32: Concertfolder afscheidsconcerten Ed Spanjaard

1e Viool Lei Wang, Takeshi Kanazawa, Wilfred Sassen,Malgorzata Michalik, Ildiko Bors, Violetta Calin- Carstea, Francine Gérardy, Magdalena Kostrzewska, Ewa Lis-Niziol, Aya Muraki, Geertje Podevyn,Caroline Poncelet, Pascal Prégardien, Ella Sharon-Meroz

2e Viool Corinna Baldus, Chris Chan,Siana Dragneva, Makiko Hirayama, Roland van Mil, Kaori Oshita, Maya Schönfeld, Isabelle Stiennon, Frans Vermeulen

Altviool Yoko Wada, Alès Hrdlicka, Ynze Dam, Guus Frissen, Willi Hoischen, Erika de Laat, Anna Paslawski,Jordan Schwartz

Cello Gabriel Arias Luna, Jonas Seeberg, Claudia Heimonen, José Backhuijs, Gabor Bartos, Clotilde Lacroix, Charlotte Nauta

Contrabas Volker Masson, Lisa Blok,Oleksandr Boroday, Stefan Kleinehanding, Uli Winz

Fluit Gudrun Bourel, Alice Poulussen, Verena Robertz

Hobo Peter Steijvers, Tanja van der Kooij,Raymond Crutzen

Klarinet Johan Naus, Roger Debougnoux, Roger Niese

Fagot Adrie Bisschop, Jolanda Wolters,Michel Bergenhuizen

Hoorn Gesa Johanns, Christiaan Moolenaars, Jan Breukel, John Herpers, Nico Housen

Trompet Hub Nickel, Eric de la Brassinne

Trombone Sandor Hendriks, Axel Urlings, Wim Bex

Tuba Joost Smeets

Pauken en Slagwerk André Hercot, Raymond Pauken en Slagwerk André Hercot, Raymond Pauken en SlagwerkSpons, Bas Voorter

Harp Marieke Schoenmakers

StafDirectie Henri Broeren Planning & productie Francy van Lieshout Personeelszaken Jolanda Widdersho-ven Communicatie & marketing Gert Geluk, Karin Otten, Chantal Boosten Educatie Patrick Letterle Financiële administratie Peter Vullers, Hanneke Martens, Marjo van de Wiel SecretariaatMaria Nauwelaers, Alexandra Fixe OrkestinspectieJohn Goossens, Hélène Maurits, Geralt van Gemert, Wally Alken, René Jeninga

Hét eigen orkest van héélHét eigen orkest van héél