Communicatie- ontspannenheid kan je bevorderen door :
-
Upload
jonas-aalderink -
Category
Documents
-
view
215 -
download
0
Transcript of Communicatie- ontspannenheid kan je bevorderen door :
Communicatie-ontspannenheid kan je
bevorderen door :
Hinderpalen en weerstanden voor gesprek trachten weg te
nemen.
Een rustig ogenblik kiezen om te praten.
Ik voel me niet onzeker wanneer ik met iemand praat.
Er attent op zijn in gesprek zelf het gevoelen te hebben dat je op de ander wil overbrengen.
Je eigen ontspannen-zijn op de andere afstralen zodat deze
zich ook relax kan voelen.
Door rustiger te zijn meer vat hebben op de situatie.
Vanuit een rustig (lichaams)gevoel je
waarnemen, je opnemen, je associëren, je verwachtingen, je denken, je voorstelling, je
ervaren, je expressie, je controle in de hand houden en
aan een rustig tempo laten verlopen.
Vanuit een veilig en prettig gevoel aandacht weten
besteden aan bedreigende en onprettige gevoelens.
In gesprek zich op zijn gemak voelen om over eigen
gevoelens te praten en dit elkaar toelaten.
Ik druk mezelf op een vlotte, onbevangen en ongedwongen
wijze uit.
Merkbare non-verbale signalen van spanning doen afnemen in intensiteit, duur en frequentie.
Er in gesprek rekening mee houden dat gevoelens van onrust en spanning vaak
verbonden zijn met onveiligheidsgevoelens vanuit bedreigings- en machteloos-
heidservaren en onzekerheidsgevoelens vanuit
instabiliteits- en onduidelijkheids- ervaren.
Het vermogen om met eigen gevoelens, emoties en
indrukken om te gaan als toegang zien tot de ander in
gesprek.
In gesprek de bij elkaar aanwezige emoties aanvoelen,
opmerken, peilen en herkennen.
Ruimte en woord geven aan gevoelens die je bij elkaar
meent op te merken en aan waar die gevoelens aan
verbonden zijn (kan het dat je, ik merk dat je, het lijkt me alsof
je je, het klinkt alsof je je ...voelt en dit over, aan, in, bij, voor, omdat, wegens, in
verband met, ...).
Ik slaag erin bij mezelf en de ander opkomende
gevoelsopwellingen te herkennen en te hanteren.
Gevoelens die spontaan opkomen, labelen, verbinden aan iets, uitwisselen en als
signaal aflezen.
Tijdig je gevoelens communiceren zodat de ander
ze kan onderkennen en er rekening mee kan houden (je
boosheid, teleurstelling, genegenheid ... laten
opmerken).
Tijdig met je gevoelens naar buiten komen en ze zo
verwoorden en tonen dat de ander er positief op wil
reageren (als appèl, uitnodiging, sensibilisatie ...
eerder dan als dwang, aanval, bedreiging, ...).
Gevoelens bij jezelf of de ander onderkennen en je of de
ander er niet op aan zien, jezelf en de ander voldoende
tijd en ruimte geven met je gevoelens en jezelf of de
ander tegemoetgaan zoals tegenover een onbekende.
In gesprek aandacht weten geven aan de gevoelens die je bij elkaar opwekt (sympathie, genegenheid, onzekerheid,
irritatie, ...) door gevoelsexpressies en -reacties
bij elkaar op te merken.
Elkaar in gesprek stimuleren tot het uiten van zijn gevoelens
(positieve en negatieve) en zonodig uitlokken door toename of afname van welbevinden, veiligheid,
zekerheid, geborgenheid, waardering, ruimte.
De mate van emotionaliteit van de ander als graadmeter
onderkennen voor het belang voor en het betrokken zijn van deze, voor de onduidelijkheid van de situatie en van de grip
erop voor hem en voor het appèl op je.
Zo verkieslijk je samen verwonderen over de mate en de aard van een emotionele
reactie van een van je, waarvan mogelijk zelf ook
geschrokken en samen het waarom of waartoe ervan trachten te achterhalen.
Positieve en negatieve gevoelens bij de ander en
jezelf weten te onderscheiden.
Onrustverwekkende gevoelens van elkaar weten
onderscheiden en ze niet terugbrengen tot hun gemeenschappelijke
component van een lichamelijk ervaren van onlust, onwelzijn, tekort, spanning, beklemming met enkel aandacht hiervoor.
Gevoelens weten onderkennen als reflectie van een gebeuren op jezelf of de
ander (blij, boos, bang, verdrietig), of als reflectie van
jezelf of de ander op een gebeuren (fier, verwijt,
hulpeloos, schaamte, ...).
Gevoelens als om iets te behouden of te veranderen in je eigen situatie of in deze van
de ander of de omgeving weten onderkennen.
Je gevoelens onder woorden brengen en als persoonlijke
ervaring meedelen aan wie ze opriep op zo'n manier dat die
je laat uitpraten.
In gesprek elkaar toelaten en helpen zijn emoties te voelen, te verwoorden, te typeren, te
begrijpen en (mee) te delen op een niet dreigende wijze.
Aan de ander op zo'n manier je gevoelens kenbaar maken
dat ze meeleven en empathisch begrip wekken.
De monoloog van het uitschreeuwen wat je voelt
ombuigen naar de dialoog van een meer en betere indruk
makend vertolken en aangeven wat je voelt.
Met gevoel vanuit een gevoel over je gevoelens met gevoel
voor gevoelens met elkaar weten te praten.
Gevoelens niet alleen laten doorwerken in
(gespreks)interactie maar je in (gespreks)interactie ook bewust worden van je gevoelens en van het
doorwerken ervan.
Samen met het kenbaar maken van je gevoelens je
bewust zijn en je begrip uiten voor het ervaren en de situatie van de ander (ik voel ... ik ben me ervan bewust ...; ik ben ... bij wat voor je ...; ik ervaar ... ook al besef ik dat je ..; ik leef met ... als ik me probeer in te
leven in wat je ...).
In gesprek aanvaarden en begrijpen van ieders eigen en mogelijk andere gevoe- lens en gevoelsmatige reacties bij
een gebeuren of in een (gedrags)situatie.
In gesprek bewust zijn dat je persoonlijke of
interpersoonlijke gevoelens eerder indirect laat opmerken dan ze direct in woorden over
te brengen zo dit geloof- waardiger, veiliger en meer aanvaardbaar en geschikt
overkomt.
Onderkennen dat het niet de gevoelens zijn van de ander
die je gevoelsreactie bepalen, maar hoe je je voelt bij de gevoelens van de ander.
In gesprek elkaar en wat elk uitdrukt au serieux nemen.
Ernstig nemen van gevoelens niet laten betekenen ze laten
maar ervan uitgaan in gesprek.
Bij de eerste tekenen van spanning initiatief nemen er
iets aan te doen.
In (gespreks)interactie een onderscheid weten maken tussen het opkomen van bepaalde emoties, het
persoonlijk ervaren en omgaan hiermee, de passende uiting
ervan en de wenselijke reactie op basis ervan.
In (gespreks)interactie een onderscheid weten maken
tussen het emotioneel proces dat zich afspeelt en het
bewustzijn, het volgen en het inspelen om dit proces.
In (gespreks)interactie niet met je gevoelens en
gevoelsreacties samenvallen, maar ze bij jezelf en de ander opmerken, ze verwoorden en van bewust zijn, ze volgen en
er gunstig op inspelen.
Tijdig op negatieve emoties inspelen zodat ze niet hun extreme destructieve vorm aannemen en het gesprek
overnemen.
Emoties tijdig bij elkaar opmerken en rekening houden
met de oorsprong ervan.
Rekening houden met elkaars gewoonten om met eigen
gevoelens en die van de ander expressief en reactief om te
gaan.
Er rekening mee houden dat een vertrouwde, gekende en
voorspelbare (ge-spreks)(reactie)situatie gelegenheid
biedt tot gevoelsexpressie en -ontlading.
De veiligheid, warmte en erkenning die men in een
gesprek aan de ander biedt maakt gemakkelijk een versterkte emotionele
weergave los van zijn ervaren en wekt gemakkelijk de indruk
van een aanvankelijke probleemtoename.
Er attent op zijn juist in een veilige en liefdevolle omgeving ruimte en expressie te kunnen
geven aan je opgehouden negatieve gevoelens jegens
elkaar of anderen.
Er rekening mee houden dat een dominante verhouding
gemakkelijker tot een (overmatige) gevoelsexpressie leidt dan een ondergeschikte.
Er attent op zijn dat de sociale ruimte en controle voor een
aanzienlijk deel de persoonlijke ruimte voor en het controle hebben op de eigen
emoties bepaalt.
Een gesprek niet vergiftigen door emoties.
Een moeilijkheid of hindernis tegelijk onder ogen zien,
tegemoet gaan, oppakken en trachten te verhelpen.
Door tijdig je gevoelens te uiten verhinderen dat ze zich
opstapelen door innerlijke herhaling en drukuitoefening op jezelf voor wat je wil uiten
maar niet aandurft of aanweet.
Je emoties zo weten uiten dat de ander bereid is er rekening
mee te houden en er nog rekening mee kan houden.
Een gesprek voeren binnen de grenzen van zich elk als
persoon goed kunnen voelen.
Je gevoelens je boodschap niet op de achtergrond laten dringen en niet dusdanige gevoelens bij de andere
opwekken dat die door zijn gevoelens in beslag genomen
wordt eerder dan door je boodschap.
Gevoelens als voorbijgaand ervaren, tenzij ze extern of
intern worden gevoed.
Emotionaliteit en stress hebben de neiging te
verminderen tenzij ze extern of intern worden vastgehouden of
gevoed.
In gesprek de neiging onderkennen dat gevoelens de
neiging hebben op te komen en dan weer te minderen, dan
weer scherper en dan weer milder over te komen,
dan weer voorgrond te zijn en dan weer achtergrond, dan
weer je te overvallen en dan weer vertrouwd te zijn, dan weer je op te eisen en dan
weer je loslaten, dan weer je tegenhouden en dan weer je
meenemen.
Een gevoelen zo verkieslijk niet ineens willen veranderen,
eerder door ze enigszins, minimaal te veranderen en dit
te herhalen een grote(re) gevoelsverandering weten
bereiken.
Onderkennen dat emotionaliteit en stress je
gevoeliger en kwetsbaarder maken voor wat anders niet zo
een emotionele reactie zou opwekken.
Er rekening mee houden dat een negatief gevoelen mogelijk
gemakkelijker een negatief denken kan uitlokken.
Onderkennen dat je kwetsbaar zijn voor gevolg kan hebben je meer vast te klampen, of meer
beïnvloedbaar te zijn.
In gesprek onderkennen dat de mate van spanning en stress die je ondervindt de mate van zoeken en zich vastklampen aan wat die
spanning en stress vermindert (of vermeerdert) bepaalt.
Zo nodig de ander informeren over je kwetsbaarheid en de ernst waarmee die je raakt
zodat die er rekening mee kan houden en niet zover hoeft te gaan (het minste dat je ... voel
ik me ... omdat ...).
De broosheid van iets aangeven zodat je appèl kan
doen op een omzichtige behandeling.
Zo nodig de ander informeren over je onkwetsbaarheid en onverschilligheid of geringe mate waarmee die je raakt
zodat die er rekening mee kan houden en niet zover hoeft te gaan (wat je ook ... voel ik me
niet ... omdat ...).
De stevigheid van iets aangeven zodat je appèl kan doen van een handeling af te
zien.
Onderkennen dat gevoelens als alarmsignaal kunnen
fungeren die alles uitvergroten en intenser kleuren (situatie,
probleem, ervaren, herinneringen, gedachten, voorstellingen, gevoelens,
behoeften, verlangens, sensaties, ...) zodat je sneller
en alerter reageert.
Het emotioneel automatisme onderkennen dat als
veiligheidsbuffer gevaar en wat fout kan signaleert en noopt tot
stilstand
en aanzet tot rationele en feitelijke verkenning wat wel
kan en voorzichtige stapsgewijze voortgang zodra
mentaal en feitelijk tot rust gebracht en vrees weerlegd
door het mentale en feitelijke.
Een onderscheid weten maken tussen emoties die aanzetten tot niet hollen maar vertragen
en eerst verkennen en dan pas doorgaan zo het rationeel en feitelijk kan en emoties die aanzetten tot versnellen en
hollen zonder verdere rationele of feitelijke verkenning.
Een emotioneel signaal dat aanzet om even halt houden
om hoogte te nemen en aanzet tot voorzichtigheid niet interpreteren als aanzettend
tot blokkage en opgave.
Er attent op zijn dat zodra een gevoelen afneemt of verdwijnt
mogelijk ook de ervaren moeilijkheid of mogelijkheid
afneemt of verdwijnt en omgekeerd zodra een
gevoelen toeneemt ook de moeilijkheid of mogelijkheid
toeneemt.
De omvang van een probleem wordt gevormd door de
omvang van de moeilijkheid en de omvang van de emoties errond; zodra deze emoties
verdwijnen vermindert ook de omvang en de
onoplosbaarheid van het probleem.
Er attent op zijn of de oorsprong van je opwinding of je irritatie niet bij jezelf gezocht
moet worden door het gevoeliger zijn bij aanwezige
spanning en niet gezocht moet worden bij de ander of het
andere.
Het gemakkelijker, sneller en heviger geprikkeld raken en
reageren aanzien als de mate waarin men zelf of de ander
reeds gespannen is.
Er attent op zijn hoe meer reeds geprikkeld hoe
prikkelbaarder en hoe geringer de (frustratie)tolerantie.
Onderkennen of iets gevoelig ligt bij de ander omdat die er al
erg in het verleden mee te maken had, er vaak mee bezig is, er veel moeite mee heeft, er weinig of geen verandering en
vooruitgang is en er ongunstige perspectieven zijn.
Er rekening mee houden dat hoe gevoeliger iemand is, hoe gemakkelijker die de dingen op
zich betrekt en de dingen persoonlijk opneemt.
Je er van bewust zijn of wat aan de orde is je synthese-gevoelens over jezelf raakt ((on)rustig, (ont)spanning, (on)gevoelig, (on)zeker,
(on)aanvaard, (on)aardig, ...) en met deze gevoelens en hun
oorsprong contact maken.
Opmerken hoe huidige gevoelens teruggaan op
eerdere gevoelens mogelijk tot ver terug in je verleden en voel door terug te gaan zo mogelijk wanneer ze zich voordeden.
Voel de (het) persoon(tje) in je dat dezelfde gevoelens kent
als deze waarmee je nu geconfronteerd wordt en
achter je huidige gevoelens staat en geef er de nodige
aandacht, steun en hulp aan.