Casus expositie in voorbereiding op procedures

7
Casus Expositie met selecties uit beschikbaar materiaal van het uitgewerkte dossier Lectori Salutem! In toevoeging op de uitvoerig uitgewerkte medische onderzoeksstukken, treft u bijgaande een samengevatte casus expositie, op basis van selecties uit de onderzoeken. Bij elke selectie wordt daarbij de bron genoemd met paginanummer van het oorspronkelijke onderzoek. Zo staat A-48 voor bladzijde 48 van onderzoek deel A, B-2 naar bladzijde 2 van het fraudeonderzoek in deel B, en I-11 voor bladzijde uit elf uit het epistel Medische initiatie. Het totale onderzoek heeft geresulteerd in drie geschriften, waaruit onderstaande selecties. In de gevallen dat er een selectie uit een medische rapportage is gemaakt, die niet gebruikt is in het onderzoek naar medisch ongeoorloofd handelen, wordt in dat geval dat apart benoemd. Situatie: ik heb een vuistgrote cyste gelegen tussen de hersenvliezen in, in het linker onderste kwadrant van het achterhoofd. De cyste is geleidelijk aan ontstaan na een valpartij uit een klimtoren toen ik drie jaar was en met mijn achterhoofd op het beton terecht kwam. Hier ontstond kennelijk een kleine bloeding. Het is niet ondenkbaar dat ik naast een zware hersenschudding ook een minuscuul schedel-fractuurtje had opgedaan, ik was in ieder geval na de valpartij bewusteloos geraakt. Rond deze bloeding is een kalkafzetting ontstaan, die vocht ging vasthouden en zodoende is de cyste in beginsel ontstaan. Ik heb voorheen tot in 1999 nooit last ondervonden van de cyste, ik wist niet eens dat er daar zo’n grote cyste zat... Scanextracties van de cyste van drie zijden gezien. De cyste is hier in spiegelbeeld afgebeeld, maar bevindt zich op de linker helft van het hoofd tussen de hersenvliezen wat de hersenen net onder de schedel bedekt. Om de cyste tegen het groeien te behandelen was enkel het doorknippen van het bedekkende hersenvlies nodig om een gat maken om verbinding met de hersenvloeistof te maken. (Bron I-2 , en meest rechts A-45 ). Na de tweede operatie strekt de cyste ook voorbij de hersenhelften scheidende hersenvlies-wanden (falxen) zie middelste foto. (Bron: rapportage Dr. Strack Van Schijndel – Van Hanswijk 5 mei 2008) 1

description

Het bestand bestaat al op mijn Slideshares, de vorige staat al in zijn hoedanigheid. Deze versie is slechts een minimaal herschreven versie in finetuning alvorens mijn onderzoek over nieuw scanmateriaal van vijf jaar later gepresenteerd zal worden als conclusie met al het voorgaande materiaal inclusief.

Transcript of Casus expositie in voorbereiding op procedures

Page 1: Casus expositie in voorbereiding op procedures

Casus Expositie met selecties uit beschikbaar materiaal van het uitgewerkte dossier

Lectori Salutem! In toevoeging op de uitvoerig uitgewerkte medische onderzoeksstukken, treft u bijgaande een samengevatte casus expositie, op basis van selecties uit de onderzoeken.Bij elke selectie wordt daarbij de bron genoemd met paginanummer van het oorspronkelijke onderzoek. Zo staat A-48 voor bladzijde 48 van onderzoek deel A, B-2 naar bladzijde 2 van het fraudeonderzoek in deel B, en I-11 voor bladzijde uit elf uit het epistel Medische initiatie.Het totale onderzoek heeft geresulteerd in drie geschriften, waaruit onderstaande selecties.In de gevallen dat er een selectie uit een medische rapportage is gemaakt, die niet gebruikt is in het onderzoek naar medisch ongeoorloofd handelen, wordt in dat geval dat apart benoemd.

Situatie: ik heb een vuistgrote cyste gelegen tussen de hersenvliezen in, in het linker onderste kwadrant van het achterhoofd. De cyste is geleidelijk aan ontstaan na een valpartij uit een klimtoren toen ik drie jaar was en met mijn achterhoofd op het beton terecht kwam. Hier ontstond kennelijk een kleine bloeding. Het is niet ondenkbaar dat ik naast een zware hersenschudding ook een minuscuul schedel-fractuurtje had opgedaan, ik was in ieder geval na de valpartij bewusteloos geraakt. Rond deze bloeding is een kalkafzetting ontstaan, die vocht ging vasthouden en zodoende is de cyste in beginsel ontstaan. Ik heb voorheen tot in 1999 nooit last ondervonden van de cyste, ik wist niet eens dat er daar zo’n grote cyste zat...

Scanextracties van de cyste van drie zijden gezien. De cyste is hier in spiegelbeeld afgebeeld, maar bevindt zich op de linker helft van het hoofd tussen de hersenvliezen wat de hersenen net onder de schedel bedekt. Om de cyste tegen het groeien te behandelen was enkel het doorknippen van het bedekkende hersenvlies nodig om een gat maken om verbinding met de hersenvloeistof te maken. (Bron I-2 , en meest rechts A-45). Na de tweede operatie strekt de cyste ook voorbij de hersenhelften scheidende hersenvlies-wanden (falxen) zie middelste foto.

(Bron: rapportage Dr. Strack Van Schijndel – Van Hanswijk 5 mei 2008)

1

Page 2: Casus expositie in voorbereiding op procedures

Er hebben twee operaties zich voorgedaan welke in principe gelijk waren aan elkaar, maar waarbij tijdens de twee operatie andere handelingen werden verricht dan afgesproken was.Daarna is er een valse medische verklaring afgegeven dat conform afspraak was gehandeld.

(Bron: AMC rapportage Neurochirurgie 21 december 2000 (Zie ook KNO: A-56 en A-57)Afgezien van de medische fraude van rapportages over de verrichtingen kreeg ik ook met een algemene zwijgcultus te maken. Artsen mogen alleen naar ‘waarheid werken’ met wat er frauduleus op schrift gesteld is geworden… (Zodoende kon mw. Dr. Strack Van Schijndel – Van Hanswijk naar bevinding zelf niets hierover schrijven in een verwijsbrief zie blz. 1.)

(Bron: Rapportage letselschade adviseur mr. Drs. Wolthuis 06 augustus 2008)

2

(Selections P. 1)

(Selections Page 2)

Page 3: Casus expositie in voorbereiding op procedures

Over het illegale implantaat werd door mr. drs. Wolthuis dan niet geschreven, maar prof. Dr. Seibel onderkende dit weer wel, nadat zijn collega Dr. Stückle uitgebreid scanonderzoek had verricht, en met klem stelde dat er rondom de derde nekwervel materiaal was aangebracht.

Bron: medische rapportage prof Dr Seibel 26 november 2007. (Zie ook A-6)

Ondanks de zwijgcultus heeft het UWV mijn onderzoeken wel onderkend, net als de letselschade-adviseur mr. Drs. Wolthuis van het advocatenkantoor Joosten te Amsterdam.

(Bron: UWV schrijven 4 december 2008 stafverzekeringsarts Drs. P.C.M. Kok. Dit schrijven ontving ik tijdens een juridische procedure omtrent WAO gerechtigheid, omdat ik door de zwijgcultus rond medisch verwijtbaar handelen ook hierin werd gedupeerd. Er is ook gepoogd geweest mij hierin zelfs schade te berokkenen, maar dat is een andere (bewezen) kwestie.)

We hebben uit de bovenstaande rapportageselecties kunnen lezen, dat -met het schenden van de hoofd-afvoerader vene Sinus Rectus, en daarmee de hersenscheidingswanden, (na een gat gemaakt te hebben op de linker helft onderdoor en net over het midden op de rechterhelft te gaan snijden,) en bovendien met illegaal implanteren van een schade-brokkenend artefacten-stelsel in de nek- dit een kwalijke zaak is, en niet ten dienste van mijn welzijn als patiënt is.

(Bron A-17) (Bron A-18) (Bron A-30) (Zie ook B-2!)De afbeelding van Bron A-17 toont het ontbreken van de vene sinus rectus (pijl), alsmede dat er operatiemateriaal in het hoofd is achter gebleven (ovale cirkel). Op de middelste afbeelding zien we de cyste met daar onder een beeldverstoring in de nek (Bron A-18). Op de foto rechts zien een selectie van de afbeelding van Bron A-30, die duidelijk aantoont dat het artefact uit meerdere delen bestaat. (Op pagina A-31 zien we dat het bovenste deel van het artefacten-stelsel mogelijk als een ‘tie-wrap’ is die rond de tweede nekwervel is gesnoerd.)

3

Page 4: Casus expositie in voorbereiding op procedures

De handelingen waren schade berokkenend van bedoelde aard. Er wordt niet per ongeluk in de nek geopereerd en zonder mijn medeweten en toestemming geïmplanteerd. Het is te bewijzen dat de handelingen enkel in het AMC plaats hebben gevonden. Er werd door het AMC gesuggereerd dat er een vaatclipje vanuit het hoofd wat een gesloten gebied voor de rest van het lichaam is, ingedaald is in een maand tijd tot in de nek, om daar vervolgens dan meer dan 10 jaar te blijven zitten. (Zie B-4 en B-5) Het dader-gedrag met wat zich nadien voordeed in valsheid in geschrifte, maar ook in Ct-scan en rönten-fotofraude in nota bene zelfs bevonden internationaal samenwerkingsverband spreekt al voor zich… N.B.: Professor Seibel adviseerde om een gewone Röntgenfoto te laten maken om het stelsel van artefacten verder duidelijk te krijgen. Van belang is om op te merken dat hij ook een inzakking van de zesde nekwervel (ouderdoms-slijtage) benoemde... De daarop volgende röntgenfoto’s werden gefraudeerd. Reeds bestaande andere scans werden hiervoor gebruikt. (Bron B-6)

Er zijn twee röntgenonderzoeken geweest. Eentje werd verricht door het Medisch Centrum Jan van Gooyen, wat een zakelijk belang(?) met het AMC heeft, en de tweede werd door een Duits ziekenhuis verricht. De 2e werd gelijke de eerste serie gefraudeerde scans vervaardigd inclusief bedekte overschreven naamsplaatjes, en inclusief variërende locaties van het zogenaamde clipje in de nek vervaardigd: het tweede ziekenhuis heeft in navolging gelijksoortige beeldmanipulaties gemaakt. Ik verwijs naar het volledige onderzoek wat als zodanig met afbeeldingen dit toont in deel B. Het tweede Duitse ziekenhuis heeft geen rapportage geschreven; de Jan Van Gooyen kliniek wel, en zij schreef in een valse medische verklaring ook dat de zevende nekwervel de ingezakte wervel was in plaats van de zesde.

(Bron: rapportage Dr. H.J. Wieringa 16 november 2007)

Voor de verdere onderbouwing van de casus verwijs ik naar de drie onderzoeksstukken, wat het medisch mishandelen met kennelijke voorbedachte rade duidt. Dit geschrift beoogt enkel om samengevat overzichtelijk de casus als zodanig compact te melden met diverse selecties.

Omdat ik wist dat ik met een misdrijf te maken had, alhoewel de aard en de omvang mij pas eind 2007 meer duidelijk werd, begreep ik ook dat een dossier opvragen weinig zin had, immers er was al een valse verklaring afgegeven in de rapportage aan de huisarts. Zodoende heb ik een privaat onderzoek moeten verrichten. Ik had eerst bij Dia Sana scans laten maken, maar ik kreeg behalve goede scans van Dr. P.H. Haarbrink, geen inhoudelijke rapportage van Dr. D.J. Venderink hierover. Maar er werd wel gesteld dat de cyste kleiner was geworden vanaf de tweede operatie, dit in tegenspraak op de voorgaande diagnose van het OLVG.

(Bron: Dia Sana radiologisch verslag 18 augustus 2006)

4

Page 5: Casus expositie in voorbereiding op procedures

(Bron: Dia Sana radiologisch verslag 18 augustus 2006)

Maar het OLVG MRI verslag van 08 juni 2006 sprak dit eerder echter geheel en al tegen:

Met het scanmateriaal van Dia Sana ben ik anatomie gaan bestuderen, om zelf de scans te kunnen duiden. Ik snapte wel al dat ik iets te zien kreeg wat niet klopte, maar ik wist toen nog niet wat feitelijk ter bevinding met deze scans te zien is. Na een jaar studie waar de Medische initiatie als epistel mee ontstond, (welke mw. Dr. Strack Van Schijndel – Van Hanswijk mij tijdens consult over mededeelde dat ze het een indrukwekkend stukje werk vond,) kon ik mijn onderzoeksopdracht gaan formuleren voor prof. Seibel, waar zijn rapportage en mijn Medisch Onderzoek deel A uit ontstonden. Daarna, pas na de röntgenfoto manipulaties geconstateerd te hebben, kwam daar dan een deel B bij betreft het onderzoek naar de gedane manipulaties.

Uiteindelijk werd het tijd om alsnog het AMC dossier op te vragen, conform de WGBO wet op geneeskundige behandelings-overeenkomst, dit om te kijken of we hier uit nog iets verder ter aanvulling kon bevinden, ook al bestond er al een valse rapportage. Eerder al tijdens een poliklinisch consult, waarin op mijn confrontatie met de verdenking van oneigenlijk handelen ontkennend werd gereageerd, kreeg ik wel van Dr. Leenstra een operatierapport mee, wat ondanks haar gebrekkigheid in rapportage ter verhullingen toch nog enige aanwijzingen gaf in overeenstemming met mijn bevindingen. Ik verwijs naar kort naar de dossier-blz. A-20 tot en met A-23 en A-53. (Van dat consult was geen nota beschikbaar volgens de zorgverzekering CZ Tilburg). Van Dr. Schuurmans ontving ik enkel en alleen de rapportages die aan mijn huisarts waren gezonden en exclusief onderzoeks-, -operatie en verpleeg-rapportages, terwijl deze conform de WGBO wel gegeven dienen te worden. We wisten het al, bij het AMC houdt men er zelf een eigen afwijkende mening en dito norm van wet op na. N.B.: in feite conform de WGBO zijn enkel de persoonlijke werkaantekeningen voor de arts zelf voorbehouden…

(Bron: schrijven Dr. P.R. Schuurman 14 september 2009 zie ook A-58)Resumerende. Op zich was het doorsnijden van de falx cerebelli, de onderste scheidingswand tussen de beide hersenhelften zelfs een betere oplossing geweest, dan het maken van een gat in de bedekkende hersenvliezen naar de linker grote hersen-vloeistofkamer toe (zoals medisch besproken was), maar hiervoor was het niet nodig om de vene sinus rectus te schenden. Het illegaal implanteren in de nek van een -volgens prof Seibel- schadeberokkenend artefact (extinctie=doden), en vervolgens ook het aanhoudend hierover te frauderen, overduidelijk uit, dat we met een misdrijf van doen hebben in nota bene georganiseerd verband. S. van Hoek.

5

(Bron: Dr. Franssen-Franken OLVG 08 juni 2006)

Page 6: Casus expositie in voorbereiding op procedures

PLEITZOOIE – PLEITDOOIE (Kopie Bron A-48 en B-26)

Doorsnijding van de falx cerebelli i.pv. het afgesproken en ook aan de huisarts gerapporteerde fenestraal incideren van de onderste laag hersenvlies richting linker cisterna magna zijnde de sub-archnoidale laag en de pia mater. Bovendien rapporteert men het schenden alsof het de gewoonste zaak van de wereld is, onder onwetendheid van basale anatomie volgens deze versie van het operatierapport. Vervolgens rapporteert men zogenaamd bij verassing een ader te raken, zijnde de vijfde vanaf het hart, de vene sinus rectus, een relatief forse vene, welke in zijn bestaan naar kennis van de anatomie nota bene met surgiscopische referentie (MRI onder het inspuiten van contrastvloeistof en op mijn hoofdhuid vastgelijmde markerings-doppen) beslist geen verrassing kan zijn, en wat na het lokaal liften van schedelbot gewoon met het blote oog te zien moet zijn, (als men op de rechter zijde een gat had gemaakt!). Immers op de linker helft kon men door de cyste heen zelfs de hersenstam bevinden die verder weg ligt... Vervolgens wordt de geraakte ader niet benoemd, en ook wordt er niet benoemd of de ader gerepareerd is; er wordt enkel bericht dat de bloeding is gestelpt. Hierna knipt men zelfs verder in de falx cerebelli, waar men dan denkt geen ader te zien. Men doet alsof men in vijandig gebied opereert, Ambush!

Men kan natuurlijk denken onder het mom van onwetendheid, onkunde, en vergissing zich van alles te permitteren? Maar dan had men toch ook wat beter moeten frauderen in rapporten, immers er is wat anders gedaan dan afgesproken, er is in wetenschap schade berokkend, en ondanks fraude is er ten minste één clip in het hoofd achtergebleven, en er is een artefact bevonden bevestigd rondom C3. De meningen aangaande het cervicaal anorganisch lopen uiteen onder nota bene zelfs een fraude-indicatie aangaande, maar hoe het ook moge zijn: het hoort er niet te zitten. Het gebruik van clips als in het hoofd is ook niet gerapporteerd geworden, en een incisie verder doorlopend tot halverwege de nek evenmin. Men ‘geint’ een hartoperatie toch ook niet met een incisie vanaf de navel; Harakiri! Aldus, een in medische termen verhuld misdrijf...

Onderstaande parabels geven een vergelijk in niet medische taal:.- In plaats van een gevraagd gat in de vloer maakt men een gat in de muur. Er zaten zelfs naar

kennis wel wat stopcontacten, en zo raakte men (zogenaamd) bij ‘verassing’ een niet nader te benoemen leiding. Deze verwijdert men gewoon ‘met de ogen dicht’, onder het mom die gewoon niet denken te zien, waarmee de geraakte leiding ook niet meer bestaat: Probleem opgelost als geraakte leiding. Feit blijft: het gevraagde gat werd niet in de vloer gemaakt, doch in de muur, maar de handeling van het maken van een gat in de vloer werd wel als zondanig extern gerapporteerd en gefactureerd.

- Operatiedoel: kofferbak openen en de sporttas pakken (met bijbehorende autosleutel...!): Om de kofferbak te openen tikken we het achterruitje in, en nemen een kennelijk daar liggend koffertje (!?) van de achterbank weg. . . . , … , We leggen het koffertje weer terug, en we betreden nu de koffer-bakruimte om via de naar voren te klappen achterbank de sporttas te pakken, en klappen de achterbank weer terug, en plakken tot slot een plastic velletje voor de ingetikte ruit. Conclusie: minuscule operatie (met de moker) geslaagd. (En, wat wàs de inhoud van dat ‘koffertje’ )?

- Een bankovervaller graait niet in de kassa waar hij denkt geen geld te zien, maar hij geeft ook geen kopie van zijn paspoort af bij zijn oneigenlijke vorm van geldverschaffing. En als hij wel wat achterlaat, (identificatie) zal dat beslist geen correcte informatie zijn. Ook vragen wij hem niet om mee te werken aan het onderzoek om een dader aan te wijzen. In de medische sector gaat het er helaas echter wel zo aan toe in de registratie en beoordeling van (ongewenst) medisch handelen. Men gaat primair uit van een (significant incompleet) handelingsverslag zonder externe expertise...

Bovenvermelde parabels zijn bedoeld als vergelijk om mijn bevindingen ontdaan van hun juridische en medische feiten en nomenclatuur anderszins duidelijk te maken. Alleen een medisch kluchtcollege accepteert met dito recht een dergelijk pleit zooie als dat er niets te verwijten zou vallen. ovengemelde vergelijkingen zijn echter terug te herkennen in feitelijkheden van het onderzoeksdossier, helaas.

6

Page 7: Casus expositie in voorbereiding op procedures

Ten dienste van eerzaam arts en integer patiënt, Make the System Work! Siegfried van Hoek.

7