1. Dinsdagochtend. 7 uur. De hemel boven Gouldfield is nog rood van de opkomende zon. Vogeltjes fluiten, maar niet hard genoeg om wie dan ook te wekken. Een lichtelijk slaperige krantenjongen wandelt door de straten, bij elke deur stoppend om een krant naar binnen te gooien. Het is een rustige ochtend.

2. Lewis Brown hapt naar adem als hij wakker schrikt. Even zoeken zijn ogen naar de oorzaak van zijn ontwaken. Het duurt niet lang voor hij erachter is. In een snelle beweging vist hij zijn mobiel uit zijn broekzak, drukt hij op het groene tekentje en zet het geluid op de speaker. Lewis Brown. mompelt hij slaperig. Aan de andere kant van de lijn klinkt een onderdrukt gegrinnik. 3. Heb ik je wakker gebeld? vraagt de stem van Britt vrolijk. Ja! antwoord Lewis gepikeerd. Een tijdje is er niets anders te horen dan vrolijk gelach. Waar belde je voor? onderbreekt Lewis haar. Britt klinkt onmiddellijk serieus. Als eerste wou ik even mijn excuses aanbieden voor gister. Het was niet mijn bedoeling om lullig te doen, ik heb het er gewoon liever niet over. 4. Lewis glimlacht. Het was wel vaker zo geweest dat Britt de volgende dag spijt kreeg van haar gedrag. En ten tweede bel ik om te zeggen dat er naar je gevraagd word in op het bureau, je moet beginnen met de zaak. Je krijgt voor nu de leiding over Harrison, mij, Larkins en Thomson. De leiding? onderbreekt Lewis haar. 5. Ja, antwoord Britt. Gefeliciteerd, blijkbaar vertrouwen ze je weer genoeg. Lewis' gezicht betrekt. Het lijkt alsof Britt het ziet, want onmiddellijk heeft ze er spijt van. Sorry, dat was bot. In elk geval, ze vragen naar je op het bureau. Hmhmm. mompelt Lewis. Zeg maar dat ik eraan kom. Zal ik doen! grinnikt Britt. Oh Lewis? Doe me een lol een drink een kop koffie. 6. Na een hete douche, twee koppen koffie en een scheerbeurt zit Lewis in de auto. Hij werpt een blik een de achteruitkijkspiegel. De weg achter hem is bijna helemaal leeg, op 2 andere autos na. Het is net iets na het vroege werkverkeer. Zijn navigatiesysteem heeft Lewis uitgezet, deze weg heeft hij zo vaak gereden dat hij hem makkelijk uit zijn ogen dicht kan rijden. 7. Het duurt dan ook maar een kleine 10 minuten voor hij bij de personeelsingang het politiebureau aankomt. Hij draait zijn autotje de parkeerplaats op. Lewis gaapt en zet de motor uit. Met grote stappen beent hij over het parkeerterrein richting de ingang. 8. In de niet al te grote vergaderzaal is de rest van de groep al aanwezig. Lewis moet glimlachen als hij ook Britt (die hem triomfantelijk aankeek) aan de tafel ziet zitten. Meestal was ze de laatkomer. Niet dat iemand zich daar iets van aantrok, er was altijd wel iemand die haar bijbracht wat ze gemist had. Want, hoe bot ze vaak ook was, ze was wel altijd erg aardig. Ga zitten, Lewis. glimlacht Britt. Lewis zet zijn tas bij een stoel neer en na aan iedereen een beker koffie of thee te hebben aangeboden gaat hij zitten. Voor we de taken verdelen lijkt het me het beste om alle feiten tot nu toe op een rijtje te zetten. begint hij. Er klinkt goedkeurend gemompel aan de tafel met enkel 4 anderen. 9. Lewis vist een rode marker uit zijn koffer en loopt naar het whiteboard toe. Samen komen ze nog niet erg ver. Jane was gevonden door haar vriendin Maaike Bells die haar als elke ochtend voor haar werk kwam ophalen. Voorzover bekend had ze een relatie met Brandon Milano. Veel meer dan dat wisten ze niet. Tijd voor onderzoek dus. Lewis besloot de taken te gaan verdelen. 10. Anique Harrison, leest hij op. Ik zou graag hebben dat jij bezig gaat met het uitlezen van haar telefoon. Kijk of ze de laatste tijd veel contact met iemand speciaal geeft gehad. 11. Aaron Larkins, jij bent een groter computergenie dan ons allen bij elkaar, hij grinnikt en ook het team kan het niet laten te lachen. Aaron kijkt alleen maar trots rond. Dus ik wil dat jij wat in haar computer rond gaat neuzen. 12. Daan Thomson, ik wil dat jij deze lijst met mensen uit de buurt verhoort, misschien weet er iemand meer dan wij en kijk ook of je iemand mee kan nemen. Daan knikt en pakt de lijst aan. 13. Britt de Groot, jij gaat met mij mee. We hebben kamer 4 toegewezen gekregen. Lewis klapt in zijn handen. Lets go. 14. De kastjes met persoonlijke bezittingen werden al snel over de gang geduwd door de eigenaren. Zodra alles op zijn plaats stond, staarde Lewis vanachter zijn rommelige bureau naar de nette werkplekken van zijn collegas die druk aan het bezig waren met de voorbereiding van hun opdracht. 15. Hij loopt richting Britt, die nog druk bezig is met het schikken van haar bureau. Plots klinkt zijn ringtone door de kamer. Hij kijkt op het schermpje voor hij opneemt. Max belt Opgetogen drukt hij het gesprek open. Max! Weet je iets nieuws? Goede morgen Lewis, ik verwachtte al dat je voor dag en dauw op zou zijn. Ik heb nog geen bloedonderzoek gedaan, en ik denk dat dat meer op zal leveren, 16. Maar? Maar er zijn aanwijzingen dat Jane seksueel misbruikt is. En voor je te enthousiast word, nee, er is geen spoor van DNA. Wie het gedaan heeft weet wat hij doet. Lewis knikte. Bedankt Max, bel maar als je de uitslag van het bloedonderzoek hebt.