Brijteam Nieuws 6

12
BRIJ TEAM Voldoende water voor de zeugen Informatie over het voeren van bijproducten mei 2015 6 Nieuws

description

Tijdschrift over het toepassen van bijproducten in de varkenshouderij. Publicatie van De Heus

Transcript of Brijteam Nieuws 6

Page 1: Brijteam Nieuws 6

BRIJTEAM

Voldoende water voor de zeugen

In format ie over het voeren van b i jproducten mei 2015

6Nieuws

Page 2: Brijteam Nieuws 6

BRIJTEAM

s

C O L U M N

Net als u willen wij weten welke nieuwe

ontwikkelingen zich in de varkenshouderij

aandienen. Innovatie is belangrijk, want ze zorgt

op termijn voor een verlaging van de kostprijs,

arbeidsgemak en verbetering van de kwaliteit.

Sommige innovaties zijn kansrijk, andere sterven

een stille dood.

In deze uitgave van Brijteam Nieuws gaan we onder

andere in op twee nieuwe ontwikkelingen. Het

Duitse familiebedrijf Hölscher+Leuschner heeft een

huisvestingssysteem ontwikkeld voor grote groepen

dieren. De hele groep deelt het leefgedeelte, maar

de dieren vreten apart in twee voergroepen. Elke

voergroep krijgt een ander voer. Voor het vreten

wordt het individuele gewicht van de varkens

ingeschat en op basis daarvan worden de varkens

ingedeeld in de juiste voergroep. In de voergroepen

zorgt een relatief simpele brijvoerinstallatie voor

de voeding. Bijzonder is de groepsgrootte van 450

dieren. De belangrijkste claims zijn een verbeterde

voerefficiëntie door het voeren naar gewicht en een

welzijnsvriendelijke huisvesting. Voor Nederland is

dit systeem relatief nieuw, terwijl het in Duitsland al

vaker is toegepast.

Ook interessant is de bioraffinage van Grassa!

Dit bedrijf produceert uit gras (bij)producten die

geschikt zijn als voeding voor varkens. Daarnaast

experimenteert Grassa! ook met andere producten

zoals reststromen groente uit de tuinbouw. Op

zich producten die in eerste instantie niet voor de

varkenshouderij in aanmerking komen, maar die na

de bewerking hiervoor wel geschikt zijn. De techniek

is nog echt in ontwikkeling, maar levert wellicht in

de toekomst toch geschikte producten op voor de

varkenshouderij.

Of deze innovaties slagen en toepasbaar zijn voor

de Nederlandse markt, valt nog niet direct te

zeggen. Het is wel de moeite waard om dit soort

ontwikkelingen te volgen en indien perspectiefvol

waar mogelijk te testen. Per slot van rekening zagen

veel varkenshouders jaren geleden geen heil in

brijvoer, dat toen een nieuwe ontwikkeling was. Kijk

wat het ons heeft gebracht.

Ruud Bens, Hoofd Brijteam

Innovatie, een stap naar morgen?

Ruud Bens

Reageren? [email protected]

Page 3: Brijteam Nieuws 6

F O R F A R M E S D M L

Stijgende vraag naarzuivelproducten

‘Op onze locatie in Lochem verwerken we producten

van de zuivelindustrie. We hebben daar onlangs de

opslagcapaciteit verdubbeld met bijna 1.200 kubieke

meter, zodat onze jaarcapaciteit is gestegen naar

120.000 ton. Er staat nu een state-of-the-art-installatie

voor hoge kwaliteit voeders. De capaciteitsuitbreiding

was nodig om aan de sterk stijgende vraag naar

zuivelproducten te voldoen’, legt Frank Marcellis,

teamleider varkenshouderij bij For Farmers DML uit.

Gezondheid, voederwaarde en smakelijkheid zijn bij

deze producten doorslaggevende eigenschappen.

De zuivelproducten die we samenstellen met diverse

grondstoffen, hebben wat dat betreft zeer gunstige

eigenschappen. Ze bestaan uit grondstoffen afkomstig

van de productie van babyvoeding, kwark, yoghurt,

vla, kaas en andere zuivelproducten. Het zijn stabiele

producten die aangezuurd zijn met organische zuren en

een uitgebalanceerde voederwaarde hebben. Bovendien

bevatten ze relatief veel melkzuur dat goed is voor de

darmflora. Er zijn verschillende typen producten waarvan

het drogestofgehalte varieert, van 10 tot 30 procent.

De zuivelproducten danken hun populariteit aan de

smakelijkheid. ‘Als je puur naar de prijs kijkt lijken ze

misschien wat minder waardevol’, legt Marcellis uit. ‘Maar

als je hun positieve invloed op de smakelijkheid van de

brij en de gezondheid van de varkens er bij betrekt, zijn

ze interessant. Je kunt dan bijvoorbeeld extra smaak-

negatieve producten voeren, met goede voederwaarden en

een lage prijs. Dat zien we varkenshouders nu volop doen.’

Een bijkomend voordeel van beide producten is dat ze altijd

leverbaar zijn. ForFarmers DML is de nieuwe naam voor

Hedimix van Hendrix en FarmFeed van ForFarmers die zijn

samengevoegd. Het bedrijf levert een compleet assortiment

bijproducten in Nederland, Duitsland en België. Het streven

is om deze producten zo dicht mogelijk bij de fabriek van

herkomst af te zetten om de prijzen voor de afnemers laag

te houden. ForFarmers DML werkt samen met diverse

voerleveranciers en ook met het Brijteam van De Heus.

van De HeusN I E U W S

I N H O U D

Totaalaanpak Vleesvarkens

Met het nieuwe concept ‘Totaalaanpak Vleesvarkens’ van De Heus licht u

samen met uw specialist uw bedrijf volledig door. U bekijkt kritisch alle

aspecten van de driehoek gezondheid, management en voer. U ontdekt

verbeterpunten waarmee u de prestaties van uw bedrijf verbetert. Voeding

is natuurlijk een belangrijk punt bij de Totaalaanpak. Er wordt gekeken naar

de voerinhoud en er wordt een GPS-berekening van de voederbehoefte

gemaakt. Andere onderdelen van de Totaalaanpak zijn de voerverstrekking,

hygiëne en het watermanagement. Ook worden er bloed- en mest-

monsters genomen en geanalyseerd. Bij zelf mengende bedrijven maakt

de brij- en droogvoerinstallatiescan onderdeel uit van de aanpak. De

eerste zes pilotbedrijven verbeterden met de Totaalaanpak de gemiddelde

groeisnelheid met 60 gram.

Irene Eising nieuw lid Brijteam

Sinds februari 2015 is Irene Eising als nutritionist lid van het Brijteam.

Haar kerntaken zijn het maken van rantsoenberekeningen, beheren van

gegevens van klanten en bijproducten en verzorgen van publicaties

zoals Brijteam Nieuws. Irene heeft de bachelor- en masteropleiding

Diervoeding aan Wageningen Universiteit gevolgd. Daarna startte

ze als trainee bij De Heus. De afgelopen twee jaar werkte Irene op

verschillende afdelingen. Daarbij deed ze ervaring op bij R&D,

Formulatie en Product Management, waarbij ze drie maanden in

Vietnam werkte. Het Brijteam is een mooie uitdaging voor haar

om meer nutritionele kennis en praktijkervaring op te doen.

Naast haar werk bij het Brijteam is ze één dag per week actief

voor de afdeling Corporate Pigs. Deze overkoepelende afdeling

ondersteunt alle business units van De Heus.

4 VOLDOENDE WATER VOOR DE ZEUGEN

6 VOEDZ AME BIJPRODUCTEN VAN DE BROUWERIJ

8 ONGESTOORDE AFZET VOCHTRIJKE DIERVOEDERS

9 L AGE EURO STIMUL ANS VOOR GRONDSTOFFENPRIJZEN

10 PRECIES VOEREN NA AR GEWICHT

11 BIORAFFINAGE, NIEUWE BRON VAN BIJPRODUCTEN

'Bijkomend voordeel: beide producten zijn altijd leverbaar'

Page 4: Brijteam Nieuws 6

BRIJTEAM

4 De Heus · BRIJTEAM Nieuws 6 | me i 2015

Voldoende water voor de zeugenWater is de belangrijkste nutriënt dat dieren nodig hebben. Dat geldt voor alle diersoorten en

dus ook voor zeugen. Als u de zeugen brij voert, krijgen ze dan ook altijd genoeg water? Het

is de moeite waard om daar kritisch naar te kijken.

Page 5: Brijteam Nieuws 6

Tabel wateropname door zeugen in de kraamstal

DAGEN KG VOER KG DS TOTAAL OMGEREKENDE TOTAAL OMGEREKENDE TOTAAL OMGEREKENDE TOTAAL OMGEREKENDE TOTAAL OMGEREKENDE

PER DAG PER DAG VOLUME BIJ LITERS WATER VOLUME BIJ LITERS WATER VOLUME BIJ LITERS WATER VOLUME BIJ LITERS WATER VOLUME BIJ LITERS WATER

PER ZEUG PER ZEUG 16% DS EXCL. VOER 18% DS EXCL. VOER 20% DS EXCL. VOER 22% DS EXCL. VOER 24% DS EXCL. VOER

1 2,30 2,0 12,7 10,4 11,2 8,9 10,1 7,8 9,2 6,9 8,4 6,1

2 2,60 2,3 14,3 11,7 12,7 10,1 11,4 8,8 10,4 7,8 9,5 6,9

3 2,90 2,6 16,0 13,1 14,2 11,3 12,8 9,9 11,6 8,7 10,6 7,7

4 3,20 2,8 17,6 14,4 15,6 12,4 14,1 10,9 12,8 9,6 11,7 8,5

5 3,60 3,2 19,8 16,2 17,6 14,0 15,8 12,2 14,4 10,8 13,2 9,6

6 4,00 3,5 22,0 18,0 19,6 15,6 17,6 13,6 16,0 12,0 14,7 10,7

7 4,40 3,9 24,2 19,8 21,5 17,1 19,4 15,0 17,6 13,2 16,1 11,7

8 4,80 4,2 26,4 21,6 23,5 18,7 21,1 16,3 19,2 14,4 17,6 12,8

9 5,20 4,6 28,6 23,4 25,4 20,2 22,9 17,7 20,8 15,6 19,1 13,9

10 5,60 4,9 30,8 25,2 27,4 21,8 24,6 19,0 22,4 16,8 20,5 14,9

11 6,00 5,3 33,0 27,0 29,3 23,3 26,4 20,4 24,0 18,0 22,0 16,0

12 6,25 5,5 34,4 28,1 30,6 24,3 27,5 21,3 25,0 18,8 22,9 16,7

13 6,50 5,7 35,8 29,3 31,8 25,3 28,6 22,1 26,0 19,5 23,8 17,3

Verstrek naast brij vers water

De meest voorkomende manier om extra water te verstrekken is nippels in de trog. Het grootste voordeel hiervan is weinig vermorsing. Als de zeugen ‘spelen’ met de nippel gaat er namelijk geen water verloren. Daar staan twee dingen tegenover.

� De zeugen moeten water in de trog laten lopen voordat ze kun-nen drinken. Als ze de trog niet leeg vreten, bijvoorbeeld door koorts rondom het werpen, moeten ze water drinken uit een trog die vol zit met voer. De wateropname zal dan niet optimaal zijn.

� Als de zeugen de bak vol met water zetten, past het voer er vaak niet meer in en morsen ze voer en water.

Als alternatief kunt u een bijtnippel boven de trog plaatsen zoals op de foto. Voordeel daarvan is dat de zeugen ook bij een volle trog makkelijk vers water opnemen. Dit is absoluut een voordeel als de zeugen rondom het werpen koortsig zijn en moeite hebben met de voeropname. In de op de foto getoonde uitvoering bent u er verder zeker dat de biggen ook altijd vers water krijgen.

Met brijvoer verstrekken we mengsels met 16 tot 26

procent droge stof. Brij voor vleesvarkens bevat vaak

23-25 procent droge stof, maar bij zeugen werken we

vaak met mengsels tussen de 16 en 20 procent droge

stof. In de meeste gevallen geven we daarmee, zeker

in de dracht, meer dan voldoende water om de dage-

lijkse behoefte te dekken. Zodoende lopen we dan

geen risico met zout en verpompbaarheid. Bij een

laag drogestofgehalte is er wel kans op uitzakken. Bij

lacterende zeugen is het droge stofpercentage van

de brij een punt van discussie. In de praktijk varieert

dit gehalte van 17 tot 23 procent. De inhoud van de

voerbak in combinatie met het aantal voerbeurten

per dag verklaren de verschillen. Of de wateropname

bij hogere percentages droge stof voldoende is

hangt voor een groot deel af van de mogelijkheid en

bereidwilligheid van de zeugen om water uit de nippel

te drinken.

15 liter voor onderhoudLacterende zeugen hebben normatief 15 liter water

nodig voor eigen onderhoud en daarnaast per big

anderhalve liter. Een zeug die 14 biggen zoogt, heeft

dus per dag 36 liter water nodig. Deze waterbehoefte

is gebaseerd op de top van de melkproductie van de

zeug. In het begin ligt de totale behoefte lager. Reken

er wel op dat vanaf dag 1 de behoefte zeker 17,5-20

liter is voor een optimale start van de melkgift. Niet-

lacterende zeugen hebben in de gustperiode en

begin dracht per dag 8 liter water nodig oplopend tot

15 liter aan het einde van de dracht.

Hoeveel water geeft u met de brij?De tabel geeft een overzicht van de watergift aan

lacterende zeugen via de brij. De eerste kolom is het

aantal zoogdagen, de tweede kolom de hoeveelheid

voer en derde kolom het aantal kg droge stof. Ver-

volgens ziet u om en om het totale volume en de

hoeveelheid water bij verschillende percentages

droge stof. In de kolom ‘water’ is met groen aange-

geven wanneer een zeug in het begin van de kraam-

periode uit de brij te weinig water voor haar eigen

behoefte krijgt.

Het duurt dus, afhankelijk van het droge stofgehalte,

vijf tot tien dagen voordat de zeug uit de brij vol-

doende water opneemt voor haar eigen behoefte. De

waardes gelden bij een temperatuur van 20 graden.

Bij hogere temperaturen hebben ze 0,1 liter water

extra per graad Celcius nodig. Bovenop die hoeveel-

heid komt de behoefte van 1,5 liter water per big

voor de melkproductie. Het is dus van groot belang

dat zeugen makkelijk voldoende water uit de nippel

drinken.

De Heus · BRIJTEAM Nieuws 6 | me i 2015 5

WATER UIT NIPPELS

Page 6: Brijteam Nieuws 6

EigenschappenDe belangrijkste eigenschappen van de bijproducten

uit de brouwerij staan in de tabel. De droge stof varieert

flink van 3 tot 26 procent, zie onderstaande tabel.

ProductenIngedikte en bewerkte biergist wordt verkocht als bier-

gistconcentraat. Er zit geen alcohol in en heeft daardoor

een lagere EW. Voerbier is bier dat retour komt vanwege

de houdbaarheidsdatum of soms over blijft of afkomstig

is van foute charges. Dit bier bevat 5 procent alcohol en

daarmee ook veel energie. Eiwitcoagulaat is een eiwit-

en energierijk product dat vrijkomt bij het koken van de

wort. Het heeft een wat bittere smaak, waardoor het

aandeel in het rantsoen niet te groot mag zijn.

Producten bewarenVloeibare bijproducten uit de brouwerij kunt u het beste

in een open bunker bewaren. Zo kunt u ze goed con-

troleren.Regelmatig roeren voorkomt uitzakken. Roer bij

voorkeur vóór het indoseren. Het regelmatig reinigen van

opslagen, voormengers en leidingen voorkomt gisting en

bevordert de hygiëne. Laat biergist aanzuren voordat u

het voert. Gebruik bij voorkeur twee opslagen. Uit de ene

voert u het aangezuurde en tot rust gekomen product.

In de andere opslag bewaart u de aangezuurde biergist

waarbij de gisten nog afgedood worden. Bierbostel kunt

u goed inkuilen, eventueel in slurven met een voersnel-

heid van minimaal 1 meter per week.

Alcohol meerekenenDe alcohol levert energie, maar verdampt bij de droge

stofbepaling van biergist en voerbier. Effectief voert u

dus meer energie dan er wordt gemeten. Het is bij deze

producten toch de bedoeling dat de gemeten droge

stof, zonder de alcohol in de brijvoercomputer wordt

ingeregeld. Bij de voederwaardering wordt de energie-

waarde van de alcohol namelijk verrekend in de droge

stof. Vandaar dat biergist en voerbier een extreem hoge

energiewaarde hebben.

Sinds eeuwen is bier een gewaardeerde

volksdrank. Vooral in de zomer is het

populair en veel gedronken. De brouwers

produceren behalve bier ook bijproducten.

Met een grondstof als gerst mag je

energierijke bijproducten van de brouwerij

verwachten. En dat is ook zo.

Bierbijproducten Droge Stof Energiewaarde Ruw eiwit

Bierbostel 22 87 26

Biergist 11 215 46

Biergist concentraat 26 102 50

Eiwit coagulaat 6 140 36.5

Gistcelwanden 15 140 27,7

Voerbier 3 412 10,5

Voedzame bijproducten van de brouwerij

Page 7: Brijteam Nieuws 6

B I E R B I J P R O D U C T E N

OmloopsnelheidZorg bij het voeren van bierproducten

voor voldoende omloopsnelheid. Het zijn

eiwitrijke producten waarbij de silo het liefst

binnen twee weken leeg moet zijn.

RustgevendheidDe alcohol in bierproducten zorgt er net als

bij mensen voor dat de varkens wat rustiger

worden. Als u problemen heeft met het

springen van beren zijn bierproducten in niet

te grote hoeveelheden mogelijk een (gedeel-

telijke) oplossing.

BeschikbaarheidDe productie van bier is seizoens-

gebonden. In het voorjaar en de zomer

is de consumptie van bier groter dan

in het najaar en de winter. Er zijn dan

meer bierproducten beschikbaar.

Dit geldt ook voor grote evene-

menten als een WK voetbal .

BierbostelBierbostel is een mooie

ruwe celstofbron, met

vezels van de gerst. De

vezels zijn positief voor de

mestconsistentie. Bostel

kan bij hogere voerniveaus

de voeropname van vlees-

varkens remmen

Productieschema

Brouwgerst

Moutkiemen

Kiemen

Eesten

Schroten

Beslaan

Klaren

Koken Hop / coagulaat

Bierborstel

Koelen

Gisten

Filteren

Afvullen

Bier

Moutstof

Water

Hop

Entgist Biergist

1

2

3

4

5

6

7

8

9

10

BierproductieStart: Inweken van

gerstemout in warm

water waardoor de

korrels kiemen.

De korrels worden

ge-eest (gedroogd).

Onoplosbaar zetmeel

wordt omgezet in suiker.

Gerstemout wordt in

de schrootmolen geplet

(schroten). Water wordt

toegevoegd.

Beslaan. Door ver-

warmen wordt zetmeel

omgezet in moutsuiker

en onoplosbare eiwitten

in oplosbare eiwitten.

Klaren: bierbostel

en draft worden

afgescheiden en de

wort blijft over.

Aan de wort wordt hop

toegevoegd. Dit mengsel

wordt gekookt.

Het resteiwit vlokt uit

en komt vrij als eiwit-

coagulaat.

Wort koelen.

Toegevoegde gist zet

koolhydraten in de wort

om in alcohol. De gisten

worden afgescheiden en

verkocht als biergist.

Filteren.

Afvullen.

1

2

3

4

5

6

7

8

9

10

Voedzame bijproducten van de brouwerij

Page 8: Brijteam Nieuws 6

8 De Heus · BRIJTEAM Nieuws 6 | me i 2015

De vochtrijke diervoeders die u

gebruikt komen vaak van de

voedings- of fermentatie-industrie.

U en de fabrikanten van natte

voedermiddelen hebben een

gemeenschappelijk belang.

Het gebruik van vochtrijke

diervoeders moet niet onnodig

worden beperkt door regels.

Ongestoorde afzet vochtrijkediervoeders

Wim Thielen kent de achtergronden van de fabrikan-

ten die lid zijn van de OPNV. Hij is secretaris van de

overleggroep. ‘De leden van de OPNV produceren

natte diervoeders’, vertelt hij. ‘Bierbrouwers produ-

ceren bier en bierbostel, aardappelverwerkers maken

aardappeldelicatessen en daarnaast aardappel-

stoomschillen voor varkens en bio-ethanolfabrieken

maken tarwegistconcentraat naast ethanol. De

producenten willen deze producten goed kunnen

afzetten als natte diervoeders. Drogen kost immers

energie en geld.’

Volwaardig diervoederDe OPNV weet dat vochtrijke voedermiddelen waar-

devolle grondstoffen zijn voor de veehouderij. Iedere

keer als er nieuwe regels komen, zorgen we ervoor

dat er geen belemmerende voorwaarden komen

aan het gebruik ervan in de veehouderij. ‘De OPNV

wil geen beperkingen voor de afzet van vochtige

diervoeders’, licht Thielen toe. ‘Wij willen juist de

afzet stimuleren. De natte afzet is een goede manier

om nevenproducten van de industrie te gebruiken

als voedermiddel. Dit dient ook een maatschappelijk

doel: gebruik als voedermiddel, dus tegengaan van

verspilling. Dit is bovendien duurzaam.‘

Een belangrijk punt is de wetgeving. De OPNV is alert

op het ontstaan van regels die het gebruik van natte

diervoeders belemmeren. ‘Een discussie gaat bij-

voorbeeld over de term afvalstoffen’ legt Thielen uit.

‘Men wil vochtige diervoeders als afval bestempelen.

De OPNV verzet zich daartegen. Door het te be-

schouwen als afval kunnen we te maken krijgen met

extra regels en vergunningen voor opslag op vee-

bedrijven. Bovendien is het slechter voor het imago

van de voeders. Afval heeft immers een negatieve

klank.’

De OPNV streeft er naar dat vochtige diervoeders

een goede naam houden. Verder ondersteunt OPNV

het veevoederbureau CVB dat tot taak heeft om

diervoeders te waarderen en voedernormen vast te

stellen voor de verschillende diersoorten. Iedereen

kent wel de boekjes met voederwaardetabellen van

het CVB. Deze tabellen staan tegenwoordig ook op

internet. Het CVB publiceert ook de voederwaarden

van natte diervoeders.

Succes van vochtrijke diervoedersVochtrijke diervoeders zijn een succes in Nederland.

De afzet is gestegen tot jaarlijks boven de vijf miljoen

ton, waarvan de ruime helft naar de varkenshouderij

gaat. De twee belangrijkste redenen voor varkens-

houders om deze producten te gebruiken zijn een

betere diergezondheid en een lagere kostprijs. Een

derde deel van de afgezette natte voeders komt

uit het buitenland omdat de afzetmogelijkheden in

Nederland beter zijn. De concentratie van bedrijven

is groot, de afstanden zijn klein, zodat het transport

van waterrijke producten toch rendabel is. Ook zijn er

in Nederland veel bedrijven met de goede apparatuur

om natte voeders te voeren.

Wim Thielen, secretaris van de Overleggroep Producenten Natte Voeders

De OPNV dient het belang van de producenten van

natte voedermiddelen. Het doel is het bevorderen

van de afzet van deze producten. Dit doet zij

door het versterken van het imago via bijvoorbeeld

certificering, voorlichting (CVB) en het meedenken

over regelgeving

O V E R L E G G R O E P P R O D U C E N T E NN A T T E V E E V O E D E R S

BELANG VANPRODUCENTEN

Page 9: Brijteam Nieuws 6

I N Z I C H T I N I N K O O P

Onze afdeling inkoop koopt grondstoffen voor De Heus in Nederland. Daarnaast coördineren wij

de inkoop van grondstoffen voor vestigingen in het buitenland en geven we advies. Wij staan

daarom dagelijks in contact met leveranciers, handelshuizen en verladers in de hele wereld. In

dit artikel geven we u meer informatie over de trends en achtergronden van de grondstoffen-

markt voor de twee belangrijkste producten: graan (energie) en soja (eiwit).

Lage euro stimulans voorgrondstoffenprijzen

GranenVoor het prijsverloop op de wereldmarkt zijn, zoals

in veel markten, meerdere factoren belangrijk. Dat

zijn onder andere de vraag, het aanbod, de grootte

van de oogst en de eindvoorraden. Mais en tarwe,

de belangrijkste graansoorten, stonden in augustus

vorig jaar op respectievelijk € 150 en € 160. Iedereen

en ook wij verwachtten een verdere prijsdaling. De

oogsten waren uitzonderlijk goed en de voorraden

groot. Het omgekeerde gebeurde echter. In plaats

van dalen, ging de prijs omhoog.

De belangrijkste factor was de valuta. De euro daalde

sterk in waarde ten opzichte van de dollar van €1,40

per dollar mei vorig jaar naar €1,07 april dit jaar. Dit

had tot gevolg dat de Europese granen aantrek-

kelijk werden. Daar kwam nog een ander effect bij.

De Amerikaanse en Europese telers, die een royale

oogst hadden, verkochten niet direct hun graan,

maar sloegen deze vanwege de lage prijs op.

Ondanks de grote oogst bleef daarom de beschik-

baarheid van graan beperkt. De markt, wachtend op

een verdere prijsdaling begon gedwongen te kopen.

De prijzen van mais en tarwe stabiliseerden zich

daarom op €160 - €170 en €180 - €190. Ik verwacht

daarin de komende maanden weinig verandering.

We hebben een zachte winter gehad, wat gunstig is

voor de Europese oogsten (voornamelijk tarwe). We

verwachten wederom goede oogsten, maar niet zo

goed als vorig jaar. Het aanbod zal niettemin vol-

doende zijn. De prijs van mais blijft in de bandbreedte

van €155 tot €175 en die van tarwe € 170 tot € 190.

Er zijn drie factoren die volgens mij de prijzen uit deze

band kunnen drukken. Dat zijn een verdere verzwak-

king van de Euro, een kleiner ingezaaid areaal in de

VS en slecht weer tijdens de oogst in Europa.

SojaIn tegenstelling tot de granen verwacht ik bij soja wel

een verdere prijsdaling. Dit hoef je trouwens niet

direct terug te zien in de prijzen bij ons in Europa.

Onze importen zijn duurder door de lage Euro. De

sojabonenoogsten zijn echter enorm, wat waarschijn-

lijk wel voor prijsdalingen zal zorgen.

De Heus · BRIJTEAM Nieuws 6 | me i 2015 9

Ben TackenCorporate director inkoop en handel De [email protected]

WAT KAN PRIJSDALING DWARSBOMEN?

� Nog sterkere dollar. � Braziliaanse en Argentijnse

boeren die soja opslaan in afwachting van hogere prijzen.

� Aanbod lijkt komend jaar voldoende om een sterk stijgende vraag op te vangen.

De maisprijzen stegen sinds september ondanks de uitstekende oogsten en grote voorraden.

Page 10: Brijteam Nieuws 6

Wat is er nauwkeuriger dan varkens voeren

naar het gewicht dat dagelijks wordt gemeten?

Het Duitse familiebedrijf Hölscher+Leuschner

(H+L) in Emsbüren, 30 km over de grens bij

Denekamp, ontwikkelde geavanceerde

apparatuur die dit mogelijk maakt.

H+L heeft de afgelopen tientallen jaren middelen

ontwikkeld om dieren beter te voeren en te houden.

Deze apparatuur maakt het mogelijk om varkens te

wegen, te scheiden naar lichaamsgewicht en nauw-

keurig te voeren. Hiermee is een systeem ontwikkeld

om met succes vleesvarkens in groepen van 450

dieren of een veelvoud daarvan te houden.

Het huisvestingssysteem met grote groepen vlees-

varkens bestaat uit een leefgedeelte met een deel

dichte vloer en deel roosters, een sorteersluis en

twee voergroepen. Het hart van dit systeem is de

sorteersluis die op basis van gewicht de varkens

naar een van beide voergroepen leidt. In de sorteer-

sluis scannen camera’s de varkens en schatten het

gewicht. Dit gewicht bepaalt naar welke voergroep

de varkens gaan.

In een voergroep staat een korte trog met voersen-

soren waarin vrijwel continu brijmengsel kan worden

verstrekt. De sorteersluis kan ook gebruikt worden

om dieren te selecteren bij het afleveren.

Bijzondere brijvoerinstallatieEen opmerkelijk kenmerk voor dit systeem is dat er

per trog vanuit de keuken gebruik wordt gemaakt

van steekleidingen met een beperkte diameter. Aan

een klein rondgaand circuit in de voerkeuken (lengte

ca. 10 meter) zijn lange steekleidingen verbonden

die naar de trog van een voergroep lopen. Dage-

lijks wordt per trog 30 keer gevoerd. De voerporties

worden iedere keer apart aangemaakt. Dit betekent

wel dat de indosering van bijproducten beperkt

wordt door de kleine portiegroottes. Met een aparte

voormenger, waarin de bijproducten als voormeng-

sel op voorraad worden weggezet, kan dit worden

opgelost. De varkenshouder kan elke voergroep een

ander rantsoen aanbieden, die het beste aansluit bij

het gewicht van de dieren. Dit vraagt kennis van de

rantsoenen. De installatie produceert dagelijks een

reeks kengetallen (groei en voerconversie per groep)

die de varkenshouder naar keuze kan gebruiken.

MedicatieOmdat het systeem is uitgerust met een beperkt

aantal steek-voerleidingen is het mogelijk om recht-

streeks in de steekleiding ontwormingsmiddel,

medicatie of andere toevoeging toe te dienen. Omdat

dit direct in de voerleiding komt is contaminatie

tussen afdelingen niet mogelijk.

De 450 varkens bevinden zich in drie groepen: Een leef-gedeelte in het midden en twee voergroepen links en rechts

� H+L wordt in Nederland vertegenwoordigd door www.pig-comfort.com

10 De Heus · BRIJTEAM Nieuws 6 | me i 2015

PRECIES VOEREN NAAR GEWICHT

Page 11: Brijteam Nieuws 6

De Heus · BRIJTEAM Nieuws 6 | me i 2015 11

Bioraffinage is het winnen van specifieke producten

uit biomassa. Dit gebeurt met bijvoorbeeld fermen-

tatie door enzymen, gisten, schimmels en bacteriën.

Andere manieren zijn vergassen, persen en filtratie.

Wageningen Universiteit is al jaren bezig met onder-

zoek naar bioraffinage. In 2006 ging loonwerker Galt

de Haan in het Groningse Marum op zoek naar alter-

natieven voor het enorme grasoverschot destijds. Het

traditionele gras drogen in grasdrogerijen had on-

voldoende toekomst. De Haan dacht aan bioraffinage.

In 2011 had hij de eerste pilotinstallatie aan het

draaien. Deze mobiele installatie verwerkt tot

1 ton gras per uur. Het initiatief van De Haan leidde

tot diverse onderzoeksprojecten en in 2014 tot de

oprichting van het bedrijf Grassa! (www.grassa.nl).

Bioraffinage biedt mogelijkheden om gras op een

nieuwe manieren tot waarde te brengen.

Nieuwe installatieDe nieuwe installatie verwerkt vers gemaaid of

speciaal ingekuild gras. Op deze manier is het

mogelijk gras op te splitsen in een vezelfractie,

eiwitproduct 1 (40 procent ruw eiwit) en eiwitproduct

2 (70-90 procent ruw eiwit). Het is mogelijk om de

suikers ook af te splitsen met behulp van ultra- of

nanofiltratie. Ook kan er fosfaat worden gewonnen.

De voedingsstoffen bevatten dan minder fosfaat.

Op dit moment kan de installatie producten maken

tot 45 procent droge stof.

Bioraffinage maakt het mogelijk om grondstoffen te

splitsen en daarna specifiek in te zetten. Zo kan de

vezel aan koeien worden gevoerd als vervanger voor

gewone kuil, en het eiwit bijvoorbeeld aan varkens.

Door dit alles is het gras veel beter te verwaarden.

‘Ook ‘reststromen biologische producten’ in de vorm

van komkommers, tomaten, bietenloof en henneploof

zijn al door de installatie gegaan’, licht Galt de Haan

toe. ‘Dit biedt dus veel kansen.’

Het gebruik van biologische producten zoals suikerbieten en gras is beperkt. Je kunt er suiker van

maken of de koeien mee voeren. Bioraffinage biedt extra mogelijkheden.

Bioraffinage, nieuwe bronvan bijproducten

Toekomst voor bioraffinageHet brijteam ziet toekomst in bioraffinage. Brijvoer-

bedrijven hebben specifieke voordelen voor het

verwerken van deze producten. Zo kunnen varkens-

houders perfect producten ontvangen met een laag

en divers droge stofgehalte. Het drogen van gras is

hierdoor niet nodig. Dit scheelt al gauw €100,- per

ton water. Varkenshouders beschikken over tanks

met de benodigde roerwerken. Daarnaast kan een

brijbedrijf eenvoudig inspelen op kleine stromen

producten in de regio.

Uit de eerste analyses blijkt dat de eiwitstromen van

de bioraffinage geschikt zijn voor de varkenshouderij.

Wel moet worden aangetekend dat onderdelen van

de voederwaarde zoals bijvoorbeeld de eiwitkwaliteit

en verteerbaarheid nog moeten worden bepaald.

Een bedrijf met 5.000 vleesvarkensplaatsen heeft jaarlijks 575.000 kg eiwit nodig. Varkens kunnen de laagwaardige eiwit uit gras omzetten in vlees. Een hectare gras produceert onge-veer 2.250 kg ruw eiwit. Voor 5.000 vleesvarkens-plaatsen zou 510 hectare gras nodig zijn, als de helft van het eiwit uit gras gewonnen kan worden. Dit komt neer op 10 varkens per ha.

10 VARKENS PER HECTARE

Bioraffinage-installatie in actie

Page 12: Brijteam Nieuws 6

WWW.DE-HEUS.NL

voor de beste adviezen over bijproducten

kiest u het Brijteam van De Heus

Het voeren van bijproducten is specialistisch werk. Om er het maximale resultaat mee te behalen, moet u kennis hebben van de producten, goed geïnformeerd zijn over de markt en beschikken over maatwerkrantsoenen.Het Brijteam van De Heus kan u op al deze terrei-nen adviseren, zodat u dat maximale resultaat kunt behalen; technisch, maar vooral ook econo-misch. Het team bestaat namelijk uit nutritionisten en specialisten die zich volledig hebben toegelegd en dagelijks bezig zijn met het gebruik van droge en natte bijproducten voor de varkenshouderij. Een groot voordeel voor u is dat het Brijteam geen zakelijk belang heeft met leveranciers van bij-producten en dus onafhankelijk advies kan geven.

WILT U WETEN WAT HET BRIJ TEAM VOOR U KAN BETEKENEN? NEEM DAN CONTACT OP. BRIJ [email protected], (088) 637 0 320

dhv13062_advertentie_brijteam_varken230x260.indd 1 13-11-13 16:21