Bobbejaan Schoepen in de jaren 50

Bobbejaan Schoepen beleefde zijn jeugd tijdens de jaren 50.

Vanaf de jaren 50 trad Bobbejaan in verschillende landen op waaronder Duitsland, België, Nederland, Amerika, Ijsland, Denemarken ... In het begin zong hij niet in het Nederlands. Zijn manager, Jacques Kluger, kon Bobbejaan overtuigen om het wel te doen. 'De jodelende Fluiter' was in 1948 zijn eerste hit.

In 1954 trad hij op in het centrum van de countrymuziek in de Verenigde Staten, Nashville. De jaren 50 waren voor Bobbejaan erg belangrijk. Daarom bekijken we hoe het leven er in die tijd uitzag.

Het interieur

Men wou de donkere oorlogsjaren zo snel mogelijk vergeten en men richtte zich vooral op de toekomst. Dit werd ook weerspiegelt in het interieur. Men koos voor vrolijke pastelkleuren en leuke motieven.

Ultratop 1959

De radio was in de jaren 50 hét medium waar je de nieuwste en swingende nummers van Elvis Presley, maar ook van andere supersterren zoals Bobbejaan kon horen. Ze scoorden ook hoog in de hitparades.

Vele jongeren hadden een platenspeler en kochten de nieuwste singles van hun idolen.

De modetrends

Kledingstukken werden niet langer gemaakt met de minimale hoeveelheid stof, maar werden juist opgeleukt met allerlei tierlantijntjes. Ook werd er niet langer gebruikgemaakt van effen kleuren, maar werden met name bloemenpatronen en stippen erg populair.

Het huishouden

Schoonmaken was in elk huishouden een taak die zorgvuldig door de moeder uitgevoerd werd. Maximale hygiëne en netheid waren de norm. Het huis diende er piekfijn uit te zien. Dat was de trots van élke huisvrouw.

Twee keer per jaar in het voorjaar met Pasen en in het najaar net voor Kerstmis, was er een grote schoonmaak. Naast het gewone poetswerk werden ook de kelder en de zolder onder handen genomen. Er werd dan ook vaak reclame gemaakt voor huishoudproducten en -middelen.

De stofzuiger was het enige apparaat dat toen goed ontwikkeld was. De rest van het huishouden werd door de vrouwen vaak met de hand gedaan.

Tegen het einde van de jaren 50, was bijna elk gezin voorzien van een stofzuiger, wasmachine, staafmixer en een gasfornuis.

Omdat huisvrouw zijn vroeger zo'n zware taak was, werd het begrip Moederdag een groot fenomeen. Deze feestdag komt uit de Verenigde Staten en werd bedacht door Anna Jarvis.

Het onderwijs

Na de Tweede Wereldoorlog gingen meer en meer kinderen naar school. De klassen waren in deze tijd enorm groot. De leerlingen zaten soms wel met 50 in één klas. Vroeger zaten de jongens en meisjes gescheiden. De meisjes gingen naar de meisjesschool en de jongens naar de jongensschool. In de klas moesten de leerlingen zwijgen en opletten. Deden de leerlingen dat niet kregen ze straf. Het ging er allemaal heel streng aan toe in vergelijking met nu.

Meer info hierover vinden jullie in het filmpje.

Speelgoed

De eerste Barbiepop werd door de Amerikaanse speelgoedfabrikant Mattel voor het eerst uitgebracht in 1959.

In België gingen de kinderen knikkeren, tikkertje spelen of touwtjespringen. Veel materiaal hadden ze niet nodig om buiten te kunnen ravotten. Ook de bal was een populaire klassieker om mee buiten te spelen.

De hoelahoep was erg geliefd bij de meisjes, terwijl de jongens zich liever als cowboy amuseerden en de tuin onveilig gingen maken.

Buiten spelen deden de kinderen uit de jaren 50 met een aantal nieuwe uitvindingen. De frisbee was ook erg populair in deze tijd.

Terug binnen in het huis, waren de meisjes druk in de weer met het verzorgen van hun pop of beer. Ze deden alles wat mama voor hen deed, maar dan in het klein. Wassen, koken, de kleertjes strijken ...

Voor jongens was het constructiemateriaal van Meccano erg populair. Papa kon hierbij ook meespelen. Samen konden ze bouwen en weer verbouwen.

Klassiekers onder de gezelschapspelen waren puzzels, kaarten, scrabble en het ganzenbord.

Papa en mama speelden vaak ook mee.

Zo konden ze de band met hun kinderen versterken.