Blijvend in de schaduw van Rusland? · Toen zij in de regering plaatsnamen met de sociaaldemocraten...

13
LIBERALE REFLECTIES | december 2017 31 door Gaard Kets Dit najaar wordt op veel plekken aandacht besteed aan de Oktoberrevolutie van 1917 in Rusland. De gebeurtenissen in Sint Peters- burg en andere steden brachten de wereld niet slechts tien dagen aan het wankelen, zoals John Reed zo mooi schreef, maar heb- ben de afgelopen honderd jaar een bepalen- de factor gespeeld in de geschiedenis van Rusland, Europa, en de rest van de wereld. De revoluties in Rusland (1905, februari 1917 en oktober 1917 kunnen niet los van elkaar worden beschouwd) hebben de afgelopen eeuw in belangrijke mate bijgedragen aan ons denken over politiek. Het is onmogelijk om ons nu een wereld voor te stellen waarin er geen Russische Revolutie had plaatsge- vonden. Voor veel politieke denkers heeſt de revolutie gefungeerd als afschrikwekkende nachtmerrie die ten koste van alles moet worden voorkomen. Voor anderen was het een lichtend voorbeeld, een moment van hoop op de naderende wereldrevolutie of toch in ieder geval een bewijs van de potentie van een zelewust handelende arbeiders- klasse. Over de waarde en waarheid van deze posities is de afgelopen honderd jaar een oneindige stroom literatuur geschreven. De Russische Revolutie heeſt aan intellectuele en politieke aandacht niet te klagen gehad. Des- alniettemin is de eeuwviering van de revolu- tie natuurlijk aanleiding voor een vloedgolf aan nieuwe publicaties. Dat hierbij toch nog zoveel prachtige nieuwe boeken en perspec- tieven naar boven komen (ik noem heel selectief Tariq Ali’s e Dilemmas of Lenin, Blijvend in de schaduw van Rusland? Hoe de ‘Grootste Revolutie’ in Duitsland verdrongen raakte in geschiedschrijving en herinneringscultuur Gebruiker: TeldersCommunity

Transcript of Blijvend in de schaduw van Rusland? · Toen zij in de regering plaatsnamen met de sociaaldemocraten...

Page 1: Blijvend in de schaduw van Rusland? · Toen zij in de regering plaatsnamen met de sociaaldemocraten en centrumpartij, veran-derde dit: hun aandacht ging niet langer uit naar de revolutie

LIBERALE REFLECTIES | december 2017 31

door Gaard KetsDit najaar wordt op veel plekken aandacht besteed aan de Oktoberrevolutie van 1917 in Rusland. De gebeurtenissen in Sint Peters-burg en andere steden brachten de wereld niet slechts tien dagen aan het wankelen, zoals John Reed zo mooi schreef, maar heb-ben de afgelopen honderd jaar een bepalen-de factor gespeeld in de geschiedenis van Rusland, Europa, en de rest van de wereld. De revoluties in Rusland (1905, februari 1917 en oktober 1917 kunnen niet los van elkaar worden beschouwd) hebben de afgelopen eeuw in belangrijke mate bijgedragen aan ons denken over politiek. Het is onmogelijk om ons nu een wereld voor te stellen waarin er geen Russische Revolutie had plaatsge-vonden. Voor veel politieke denkers heeft de revolutie gefungeerd als afschrikwekkende

nachtmerrie die ten koste van alles moet worden voorkomen. Voor anderen was het een lichtend voorbeeld, een moment van hoop op de naderende wereldrevolutie of toch in ieder geval een bewijs van de potentie van een zelfbewust handelende arbeiders-klasse.

Over de waarde en waarheid van deze posities is de afgelopen honderd jaar een oneindige stroom literatuur geschreven. De Russische Revolutie heeft aan intellectuele en politieke aandacht niet te klagen gehad. Des-alniettemin is de eeuwviering van de revolu-tie natuurlijk aanleiding voor een vloedgolf aan nieuwe publicaties. Dat hierbij toch nog zoveel prachtige nieuwe boeken en perspec-tieven naar boven komen (ik noem heel selectief Tariq Ali’s The Dilemmas of Lenin,

Blijvend in de schaduw van Rusland?Hoe de ‘Grootste Revolutie’ in Duitsland verdrongen raakte in geschiedschrijving en herinneringscultuur

Gebruiker: TeldersCommunity

Page 2: Blijvend in de schaduw van Rusland? · Toen zij in de regering plaatsnamen met de sociaaldemocraten en centrumpartij, veran-derde dit: hun aandacht ging niet langer uit naar de revolutie

LIBERALE REFLECTIES | december 2017 32

Catherine Merridale’s Lenin on the Train en China Miéville’s, October), toont aan dat de rijke bron van de Oktoberrevolutie nog altijd niet is opgedroogd – en dat dit waarschijnlijk ook nooit zal gebeuren.

De grootschalige aandacht voor de gebeurte-nissen in Rusland vindt met name plaatsbuiten Rusland zelf. Dat het Kremlin huive-rig is om al te veel de nadruk te leggen op haar eigen revolutionaire geschiedenis, toont dat de gebeurtenissen van oktober 1917 niet alleen intellectueel nog altijd een bron van inspiratie zijn maar dat er een reële angst bestaat dat zij ook politiek nog altijd tot de verbeelding zouden kunnen spreken. Begrij-pelijkerwijs zit Poetin daar in het huidige, door financiële crises gedestabiliseerde, neotsaristische Rusland niet op te wachten.

Wat de interesse in Rusland bij wijze van contrast echter ook duidelijk maakt, is de stilte rondom een revolutie die plaats vond in het hart van Europa: de Duitse Revolutie van 1918-1919. Deze ontbrekende interesse in de Novemberrevolution1 is typerend voor de behandeling ervan in het afgelopen jaar. Terwijl de revolutie in Rusland de afgelopen eeuw nauwelijks is weggeweest uit histo-rische, intellectuele, politieke en publieke debatten, bleef de aandacht voor de Duitse Revolutie beperkt tot enkele korte oplevin-gen binnen relatief kleine cirkels van acade-mici en linkse activisten. Dit terwijl getuigen en tijdgenoten van de Duitse Revolutie haar destijds zagen als de langverwachte ontkete-ning van de wereldrevolutie, het begin van

het einde, de Apocalyps of de vervolmaking van de geschiedenis – in alle gevallen in ieder geval als een grootse gebeurtenis die de wereld voorgoed zou veranderen. De magere interesse die de afgelopen honderd jaar is getoond voor de gebeurtenissen van toen steekt daarbij schril af. Hoewel dit begrij-pelijk is, de revolutie smoorde snel en heeft bij lange na niet de globale invloed van haar Russische voorloper gehad, is het ook be-treurenswaardig. De Duitse Revolutie leidde tot het einde van het Keizerrijk en luidde de stichting van een democratische republiek in, waarin volop werd geëxperimenteerd met verschillende vormen van sociale zekerheid en democratisering van de samenleving. Daarnaast betekende de revolutie het ein-de van de Eerste Wereldoorlog. De huidige (voorzichtige) herwaardering van de Wei-marrepubliek onder historici maakt ook de revolutie die aan haar grondslag stond rijp voor een hernieuwd perspectief.

In dit artikel zal ik een overzicht schetsen van de behandeling van de Duitse Revolu-tie in de geschiedschrijving in de afgelopen honderd jaar, waarbij ik me in het bijzonder zal richten op de verhouding tussen ‘Rusland’ en ‘Duitsland’. Ik zal hierbij beargumenteren dat het historisch perspectief op de gebeurte-nissen in Duitsland in grote mate bepaald is geweest door de Russische Revolutie. De om-wenteling in Duitsland werd nauwelijks op haar eigen merites beoordeeld, maar vaak re-latief ten opzichte van 1917. Bovendien is de historische waardering van de revolutie sterk afhankelijk van wat standplaatsgebondenheid

Gebruiker: TeldersCommunity

Page 3: Blijvend in de schaduw van Rusland? · Toen zij in de regering plaatsnamen met de sociaaldemocraten en centrumpartij, veran-derde dit: hun aandacht ging niet langer uit naar de revolutie

LIBERALE REFLECTIES | december 2017 33

wordt genoemd: de tijdelijke en ruimtelijke context van de auteur beïnvloeden haar of zijn blik op de historische gebeurtenissen. Grofweg gesteld betekende dit voor linkse historici dat de revolutie verraden of mislukt was (want geen machtsverovering door de communisten) en voor rechtse historici dat Duitsland in ieder geval tijdelijk was gered uit de klauwen van het totalitarisme, om er vervolgens in 1933 alsnog aan ten prooi te vallen. Nu de mist van de ideologische strijd over de revolutie, die de periode na de Twee-de Wereldoorlog kenmerkte, wat is opge-trokken, heeft zich in de geschiedwetenschap een genuanceerder beeld ontwikkeld van de revolutie en het begin van de Weimarrepu-bliek. Er is meer aandacht voor de democra-tische verworvenheden van de revolutie, die grotendeels gerekend kunnen worden tot het neokantiaanse verlichtingsprogramma van de progressieve liberalen en sociaaldemocra-ten aangaande de rechten en plichten van de arbeider als ‘nieuwe burger’: republikanisme, democratisering, sociale zekerheid, zelfbe-stuur en zelfregulering.

Na een kort overzicht van de gebeurtenissen in Duitsland in 1918-1919 zal ik trachten de historische debatten over de Duitse Revo-lutie weer te geven in achtereenvolgens de Weimar-periode en de naoorlogse geschied-schrijving in West-Duitsland en de DDR. Hierbij zal ik de nadruk leggen op de mate waarin de posities uit de Weimartijd feitelijk voorafspiegelingen waren van de naoorlogse perspectieven op de revolutie, met bijzon-dere aandacht voor de rol en positie van

liberalen hierin. Ik sluit af met een beknopt overzicht van hedendaags onderzoek naar de Duitse Revolutie, om de vraag te kunnen beantwoorden of we tegenwoordig, bijna honderd jaar na dato, kunnen stellen dat de Duitse Revolutie eindelijk onder de schaduw van 1917 uit kan geraken.

De grootste aller revolutiesIn de herfst van 1918 was de Duitse elite verdeeld over de te volgen strategie om de oorlog te beëindigen. Terwijl Keizer Wilhelm II de liberale aristocraat Prins Max von Ba-den had aangesteld als nieuwe rijkskanselier om vredesbesprekingen met de geallieerden te leiden, en enkele sociaaldemocratische en progressief liberale ministers in het kabinet had opgenomen om de arbeidersklasse te kalmeren, was de top van de marine niet van plan om zich zonder slag of stoot over te geven. Eind oktober gaf zij de vloot in Kiel de opdracht om uit te varen op een laatste zelfmoordmissie tegen de absoluut supe-rieure Britse armada. De matrozen in Kiel weigerden dit en besloten te muiten. Deze muiterij werd vrij eenvoudig neergeslagen en de belangrijkste rebellen werden vastgezet, maar de geradicaliseerde arbeidersklasse en gedemotiveerde matrozen pikten dit niet en organiseerden een serie demonstraties en stakingen om hun kameraden te bevrijden.

Toen in de tweede week van november 1918 in Duitsland de revolutie uitbrak, werd dat door de liberale hoofdredacteur van het Berliner Tageblatt als volgt omschreven: ‘Die größte aller Revolutionen hat wie ein

Gebruiker: TeldersCommunity

Page 4: Blijvend in de schaduw van Rusland? · Toen zij in de regering plaatsnamen met de sociaaldemocraten en centrumpartij, veran-derde dit: hun aandacht ging niet langer uit naar de revolutie

LIBERALE REFLECTIES | december 2017 34

plötzlich losbrechender Sturmwind das Kaiserliche Regime mit allem, was oben und unten dazugehörte, gestürzt. Man kann sie die größte aller Revolutionen nennen, weil niemals eine so fest gebaute, mit so soliden Mauern umgebene Bastille so in einem Anlauf genommen worden ist. Es gab noch vor einer Woche einen militärischen und zivilen Verwaltungsapparat, der so verzweigt, so ineinander verfädelt, so tief eingewurzelt war, dass er über den Wechsel der Zeiten hinaus seine Herrschaft gesichert zu haben schien. Durch die Straßen von Berlin jag-ten die grauen Autos der Offiziere, auf den Plätzen standen wie Säulen der Macht die Schutzleute, eine riesige Militärorganisation schien alles zu umfassen, in den Aemtern und Ministerien thronte eine scheinbar un-besiegbare Bürokratie. Gestern früh war, in Berlin wenigstens, das alles noch da. Gestern nachmittag existierte nichts mehr davon’ (Wolff 1918).

Deze begroeting van de revolutie toont ten minste twee zaken aan. Ten eerste de initiële omarming van de omwenteling door pro-gressieve liberalen, die haar zagen als een moderne versie van de Franse Revolutie. Toen zij in de regering plaatsnamen met de sociaaldemocraten en centrumpartij, veran-derde dit: hun aandacht ging niet langer uit naar de revolutie als beginpunt, maar naar de republikeinse grondwet. De drie partijen zouden gezamenlijk campagne voeren onder verwijzing naar Immanuel Kant’s uitspraak dat alle staten uiteindelijk republieken moeten zijn. Het idee van een stap vooruit

in de moderniteit was dus sterk aanwezig. Ten tweede toont het citaat dat de revolu-tie onverwacht kwam en aanvankelijk ook ongepland. Zelfs de linksradicale partijen die altijd revolutie hadden gepredikt, werden volkomen verrast. De eerste dagen had geen van de partijen of vakbonden greep op de gebeurtenissen. Arbeiders, soldaten, matro-zen en (in mindere mate) boeren vormden zelfstandig raden waarmee zij het bestuur van heel Duitsland feitelijk overnamen. In december 1918 kwamen afgevaardigden van deze raden bij elkaar in Berlijn, waar zij be-sloten om een nieuw nationaal parlement te kiezen en de weg in te slaan naar een parle-mentaire democratie.

De revolutie kenmerkte zich door een sterke drang naar democratisering van de samenle-ving onder grote groepen van de bevolking. De arbeider- en soldatenraden die overal in Duitsland als paddenstoelen uit de grond schoten, gaven de arbeidende klasse voor het eerst een stem in de (lokale) politiek en op de werkvloer. Voor de radicale marxisten was deze democratiseringsgolf een stap op weg naar een socialistische samenleving. Interessant is echter ook de duiding van deze democratiseringsgolf door de gematigde progressieven, zoals de sociaaldemocraten en liberalen. Het neokantiaanse gedachtengoed was in Duitsland, met name in universitaire cirkels maar ook daarbuiten, in de voor-oorlogse periode erg populair geweest en verlichtingsidealen speelden een belangrijke rol bij het denken over de revolutie en met name de jonge Weimarrepubliek. Enerzijds

Gebruiker: TeldersCommunity

Page 5: Blijvend in de schaduw van Rusland? · Toen zij in de regering plaatsnamen met de sociaaldemocraten en centrumpartij, veran-derde dit: hun aandacht ging niet langer uit naar de revolutie

LIBERALE REFLECTIES | december 2017 35

was het een theoretische onderbouwing van het idee dat de arbeiders nu ook burgers wa-ren en dus op allerlei niveaus controle kregen over hun eigen leven – arbeiders zouden van nu af aan alleen nog wetten volgen die zij zichzelf hadden opgelegd. Anderzijds hielp het neokantianisme de gematigden om de arbeiders te wijzen op het feit dat hun nieuw verworven rechten gepaard gingen met nieuwe plichten. Zo stelt Carl Lindow op 22 december 1918 in het sociaaldemocratische dagblad Vorwärts, onder de veelzeggende titel ‘Revolution Verpflichtet!’: ‘Einschrän-kungen, zu denen man sich freiwillig ent-schließt, tragen sich nur halb so schwer wie erzwungene. Daher Maßhalten bei Lohnfor-derungen!’ (Lindow 1918). Deze houding toont een opvatting van de arbeidersklasse als nieuwe groep burgers die deelneemt in een proces van zelfbestuur en zelfcontrole (Föllmer 2018). Hoewel veel neokantiaanse ideeën een plek vonden in de Weimar consti-tutie, betekende de uiteindelijke teloorgang van Weimar tegelijkertijd de zwanenzang van het gedachtengoed (Beiser 2013).

Verraden en vergeten Om de ontwikkeling van de publieke en historische waardering van de Duitse Re-volutie te begrijpen, is het behulpzaam om een onderscheid te maken tussen twee revolutionaire fasen. De eerste fase was de initiële omwenteling. Deze fase begon in november 1918 en eindigde met het besluit van het Rijksradencongres in Berlijn om algemene verkiezingen uit te schrijven voor een nationaal parlement in december 1918.

De tweede fase begon met die beslissing en kent verschillende mogelijke eindpunten, waarvan het laatste eindpunt rond 1923 (na het neerslaan van de laatste opstandelingen in het Ruhrgebied) wordt gesitueerd. In de eerste fase van de revolutie viel vooral de relatieve geweldsloosheid op en het gemak waarmee de oude heersende klasse zich aan de kant liet zetten. Niet alleen vluchtte Keizer Wilhelm II naar Nederland om uiteindelijk in Doorn terecht te komen, maar ook andere conservatieve, koningsgezinde groepen boden nauwelijks verzet tegen de revoluti-onaire gebeurtenissen van november 1918. De eerste anderhalve maand van de revolutie in Duitsland was van een totaal andere orde dan de revoluties zoals die in 1917 in Rus-land plaatsvonden.

Met het besluit van het Rijksradencongres in december 1918 om van Duitsland een parlementaire republiek te maken en ver-kiezingen uit te schrijven voor de nationale vergadering, verliep deze revolutie vrijwel vlekkeloos. Dit besluit echter, waarmee de arbeiders- en soldatenraden die de macht hadden zichzelf weer politiek buitenspel zetten, leidde tot grote verontwaardiging onder de links-radicalen die vonden dat de revolutie verder gevoerd moest worden. In januari 1919 werd opgeroepen tot groot-schalige stakingen en gingen zij over tot gewapend verzet tegen de nieuwe staat. In dezelfde maand verenigden grote groepen links-radicalen (vooral de Spartakisten) zich in de nieuw opgerichte Kommunistische Partei Deutschlands (KPD) en besloten zij

Gebruiker: TeldersCommunity

Page 6: Blijvend in de schaduw van Rusland? · Toen zij in de regering plaatsnamen met de sociaaldemocraten en centrumpartij, veran-derde dit: hun aandacht ging niet langer uit naar de revolutie

LIBERALE REFLECTIES | december 2017 36

de verkiezingen te gaan dwarsbomen. Deze tweede fase, waarin het regime stakingen bloedig neersloeg en de communisten met geweld de revolutie verder probeerden te verwezenlijken, is wel degelijk bijzonder ge-welddadig. Het dieptepunt was de moord op Karl Liebknecht en Rosa Luxemburg door de extreemrechtse paramilitaire Freikorps die namens de regering gemachtigd waren om hard op te treden tegen opstandelingen. Met hulp van deze Freikorps werden de Sparta-kisten-opstand in Berlijn (januari 1919) en de latere Radenrepubliek in Beieren (mei 1919) bloedig neergeslagen. Hierna brak een onrustige periode aan met enkele lokale opstanden en algemene stakingen. Met name in het industriële Ruhrgebied bleef het nog tot in 1923 onrustig.

Deze tweede bloedige fase heeft het beeld van de Duitse Revolutie sterk bepaald, zowel in de geschiedschrijving als in het gemeen-schappelijk geheugen. Hoewel de aanvan-kelijke omwenteling van november 1918 de handen van grote groepen Duitsers nog op elkaar kreeg, had de revolutie een jaar later eigenlijk geen aanhangers meer. Natuurlijk waren er groepen die zich vanaf het begin tegen het ontstaan van de republiek hadden gewend: rechtse conservatieven, monarchis-ten, en later de nationaalsocialisten. Veel conservatieven zagen de monarchie als enig mogelijke staatsvorm voor het Rijk, en waren fel gekant tegen de nieuwe grondwet en de ‘gottverdammte und gottverfluchte Republik’ (Axel von Freytagh-Loringhoven, toespraak op de partijdag van de Deutschnationale

Volkspartei (DNVP) op 12 juni 1919, geci-teerd in: Niess 2013, 31). Zij zagen de No-vemberverbrecher als de verraders van het Duitse Rijk. De dolkstootlegende, populair onder conservatieven en nationalisten, stelde dat Duitsland de oorlog had kunnen winnen als het niet in de rug was aangevallen door de linkse revolutionairen. Vanuit deze hoek gold de revolutie dus, weinig verrassend, al direct als een regelrechte ramp. Maar ook onder de oorspronkelijke revolutionairen waren de warme gevoelens richting november 1918 al snel verdwenen. De communisten enerzijds zagen de revolutie als onvoltooid, ontspoord of verraden door de sociaaldemocratie. Deze moederpartij van links Duitsland had nu niet alleen haar oude ideaal van een socialisti-sche staat laten varen, maar de proponenten daarvan zelfs actief bestreden en vermoord. De sociaaldemocraten en liberalen ander-zijds wensten zich, mede door de bloedige tweede fase van de revolutie, niet met deze ontstaansgeschiedenis van de nieuwe re-publiek te vereenzelvigen. In plaats van de ‘partijen van de revolutie’, gingen de mid-denpartijen zich presenteren als de stichters van de republiek. Tekenend is het feit dat de systeemwissel in Duitsland niet werd gevierd met een feestdag op 9 november, maar met een nationale Verfassungstag op 11 augustus – de dag dat Rijkspresident Friedrich Ebert in 1919 de nieuwe grondwet van de Weimar-republiek ondertekende (Gallus 2010, 17).

De houding van de sociaaldemocratie ten opzichte van de revolutie is om nog een an-dere reden van belang. Waar de andere linkse

Gebruiker: TeldersCommunity

Page 7: Blijvend in de schaduw van Rusland? · Toen zij in de regering plaatsnamen met de sociaaldemocraten en centrumpartij, veran-derde dit: hun aandacht ging niet langer uit naar de revolutie

LIBERALE REFLECTIES | december 2017 37

partijen (Spartakisten en de Unabhängige Sozialdemokratische Partei Deutschlands) destijds een revolutie verwelkomden, kreeg de SPD deze vooral ongewenst in haar schoot geworpen. Na het toetreden tot de regering van Prins Max von Baden in 1918, vlak voor de revolutie, was de SPD begonnen aan haar grote programma van parlementarische democratisering van het Duitse Rijk. Met die ontwikkeling in het vooruitzicht zat de partij helemaal niet te wachten op de revolutie. Pas toen de revolutie absoluut onvermijdelijk bleek, en bovendien gesteund werd door een groot deel van haar achterban, moest de SPD als ‘revolutionair tegen wil en dank’ de revo-lutie wel ‘adopteren’ (Respectievelijk Troelt-sch en Winkler, geciteerd in: Schildt 2010, 231). Wat zij hiermee in ieder geval trachtte te voorkomen was een brute en al te volkse hooivorkenrevolutie zoals in Rusland. Veel van de contemporaine sociaaldemocratische en liberale revolutie-interpretaties uit die periode kenmerken zich door het streven om het bolsjewistische gevaar buiten de deur te houden. Achteraf bezien lijkt de daadwerke-lijke steun voor het bolsjewisme in Duitsland zeer beperkt te zijn geweest. Afgezien van enkele kleine groepen radicalen rondom de Spartakisten was de arbeidersklasse in Duits-land vooral sociaaldemocratisch ingesteld. Dit neemt echter niet weg dat het vermeende Russische gevaar voor sociaaldemocraten en liberalen een belangrijk element is gebleven in de revolutieduiding in de Duitse geschied-schrijving.

De gebeurtenissen in Rusland speelden dus een belangrijke rol in de Duitse Revolutie, maar vooral in de perceptie over die revo-lutie. Enerzijds was de Duitse Revolutie in de ogen van de communisten een misluk-te poging omdat zij geen bolsjewistische machtsovername had bewerkstelligd. Ander-zijds wisten de sociaaldemocraten en libe-ralen niet goed wat ze met de revolutie aan moesten, en wensten zij vooral ‘Russische toestanden’ te voorkomen. Voor nationalis-ten en conservatieven was de revolutie vooral brandstof voor hun angst dat Duitsland al in de ban was van allerlei subversieve onder-grondse vijanden, waarbij met name Joden en bolsjewieken de belangrijkste samen-zweerders waren. Deze drie benaderingen van de revolutie zijn voorbodes van de manier waarop ook na de oorlog nog naar de gebeurtenissen van de winter van 1918-1919 wordt gekeken.

“...de Duitse Revolutie was in de ogen van de communisten een mislukte poging omdat zij geen bolsjewisti-sche machtsovername had bewerkstelligd...”

November 1918 als speelbal in de Koude OorlogNa de Tweede Wereldoorlog ontwikkelde zich de geschiedschrijving van de Duitse Revolutie grotendeels onder invloed van de Koude Oorlog. De dolkstootlegende maakte geen deel meer uit van het historische en publieke debat, en het idee dat Duitsland

Gebruiker: TeldersCommunity

Page 8: Blijvend in de schaduw van Rusland? · Toen zij in de regering plaatsnamen met de sociaaldemocraten en centrumpartij, veran-derde dit: hun aandacht ging niet langer uit naar de revolutie

LIBERALE REFLECTIES | december 2017 38

snel zou moeten terugkeren naar de door de novemberdelinquenten verraden monar-chale orde verdween. Wat in het verlengde van de dolkstootlegende wel ontstond, was het teleologische idee dat 1933 verklaard kan worden vanuit 1918-1919, en dat de Weimar-republiek wel tot het Derde Rijk moest lei-den. Verder bleven ook de ‘verraden revolu-tie-thesis’ (vanuit het communistische blok) en de ‘Diktatur oder Demokratie-thesis’ (vanuit het liberale blok) dominant. Ook in deze fase van het historische (en in beperkte mate ook publieke) debat vond de duiding van november 1918 vrijwel altijd plaats in de schaduw van oktober 1917.

Het stichten van de DDR zorgde er voor dat de revolutie van 1918-1919 al snel een plek krijgt in de Oost-Duitse historiografie en ook in het maatschappelijk geheugen. De politieke legitimering van het socialistische regime was hierbij de belangrijkste drijfveer. Het nieuwe regime presenteerde zichzelf als uitdrager en voltooier van de Novemberre-volutie en droeg haar historici op om hun onderzoek ten dienste te stellen van de na-tionale politiek. Dit leidde tot een algemeen historisch beeld van de revolutie dat in grote lijnen gelijk bleef gedurende het bestaan van de Oost-Duitse staat. Grofweg stelde deze interpretatie dat het een onvoltooide bur-gerlijke revolutie was geweest waarbij deels proletarische middelen waren ingezet. Met de stichting van de DDR waren de daadwer-kelijke revolutionaire doelen nu eindelijk behaald. In de door de Sozialistische Einheit-spartei Deutschlands (SED, een door de

Sovjetunie verplichte fusie van communis-ten en sociaaldemocraten) goedgekeurde analyses moest vooral doorschemeren dat de revolutie als proletarisch project was mislukt doordat er een goed georganiseerde partij ontbrak.

Het verraad van de revolutie door de sociaal-democratische partijtop was funest geweest voor de revolutie. Met de SED was daad-werkelijke linkse eenheid eindelijk een feit en konden de doelen der revolutie worden volbracht (Niess 2013, 328–355). Grotendeels – behoudens enkele nuances en perspec-tiefwijzigingen2 – bleef dit het dominante beeld van de revolutie in zowel de geschied-schrijving als ook in de publieke herinnering van de DDR. Bij het 65-jarige jubileum van de revolutie in 1983 heette het nog altijd dat ‘rechtssozialdemokratischen Führer’ als beulen voor de militaire contrarevolutionaire elite de revolutie hadden verijdeld (Gallus 2010, 25). Hoewel de duiding van de revo-lutie dus volledig versmolten was met de geschiedenispolitiek van het regime, hebben Oost-Duitse historici bergen werk verzet waar het gaat om de verzameling en archive-ring van bronnenmateriaal van de revolutie. Dit werk heeft zijn neerslag gevonden in zeer geordende archieven en de publicatie van onnoemelijk veel bronnenpublicaties, die ook voor huidige historici nog een bruikbaar startpunt van revolutie-onderzoek vormen.

Vanuit historisch perspectief is de revolu-tieduiding in West-Duitsland, en dan met name door sociaaldemocratische en liberale

Gebruiker: TeldersCommunity

Page 9: Blijvend in de schaduw van Rusland? · Toen zij in de regering plaatsnamen met de sociaaldemocraten en centrumpartij, veran-derde dit: hun aandacht ging niet langer uit naar de revolutie

LIBERALE REFLECTIES | december 2017 39

historici, interessant. In tegenstelling tot in Oost-Duitsland, hadden onze buren bijzon-der weinig publieke interesse in de revolutie. Rond 1948 en 1958 werd er door landelijke (liberale) bladen als Frankfurter Allgemeine en Der Spiegel weliswaar kort en summier stil gestaan bij 1918, maar dit was geenszins te vergelijken met de herinneringscultuur in de DDR. Onder historici was de interesse in de revolutie niet veel groter. Het vooroorlogse beeld van de revolutie als afwending van een dreigende bolsjewistische machtsovername paste goed in de oplopende spanningen tus-sen Oost en West, en werd dan ook gemak-kelijk het heersende beeld onder historici. De belangrijkste bijdrage op dit gebied werd geschreven door Karl Dietrich Erdmann, die de revolutie behandelde in zijn geschiedenis van de Weimarrepubliek (Erdmann 1955). Erdmann benadrukte het bolsjewistische gevaar, de kans dat Duitsland definitief zou zijn afgegleden naar een Sovjet-dictatuur. Hiermee sloot hij zich aan bij het vooroor-logse beeld dat de SPD in 1918-1919 feite-lijk maar weinig handelingsruimte had, en dat zij stond voor de vraag tussen enerzijds sociale revolutie en proletarische dictatuur en anderzijds een parlementaire republiek met conservatieve elementen zoals de oude legerleiding. Zo bezien hebben de sociaal-democraten en liberalen in 1918-1919 geen onbegrijpelijke keuze gemaakt (Niess 2013, 180–182).

De hypothese dat deze groepen weinig handelingsruimte hadden, werd in de jaren zestig onderwerp van historische discussies.

Al begin jaren vijftig publiceerde Walter Tormin zijn dissertatie waarin hij aantoon-de dat een bolsjewistische machtsovername via de (arbeiders- en soldaten) raden (Räte, vergelijkbaar met de sovjets die ontstonden in Rusland in 1905 en 1917) nooit een reëel gevaar was geweest (Tormin 1954). De raden waren juist een poging tot democratisering van de Duitse samenleving, niet alleen op politiek gebied, maar ook op economisch vlak. Doordat sociaaldemocraten en libe-ralen dit niet inzagen, hebben zij een grote kans gemist om de hiërarchische Duitse samenleving van oude conservatieve structu-ren te ontdoen. In de jaren zestig, toen er een dooi intrad in de Koude Oorlog, verschenen er verschillende zeer goed gedocumenteerde studies die inderdaad aantoonden dat slecht een kleine minderheid van de radenbewe-ging in Duitsland in het Russische Sovjetmo-del een voorbeeld zag (Kolb 1962; Oertzen 1963; Rürup 1968). Dit onderzoek vond plaats in een context waarin er in Duitsland meer interesse ontstond in een alternatief voor het harde Entweder-Oder van de Koude Oorlog tussen sovjetdictatuur en parlemen-taire democratie.

De ‘mythe van de arbeidersraad’ past daar goed in. Tegenover het heersende historische perspectief van de beperkt handelingsruim-te van Ebert en zijn regering, kwam nu dus het beeld te staan van de gemiste kansen op sociale democratisering.

Dat de revolutie in de late jaren zestig ook in de Duitse publieke herinnering weer op meer

Gebruiker: TeldersCommunity

Page 10: Blijvend in de schaduw van Rusland? · Toen zij in de regering plaatsnamen met de sociaaldemocraten en centrumpartij, veran-derde dit: hun aandacht ging niet langer uit naar de revolutie

LIBERALE REFLECTIES | december 2017 40

belangstelling kan rekenen, is in grote mate de verdienste van Sebastian Haffner. Wan-neer zijn journalistiek-historische werk De verraden revolutie (1969) wordt gepubliceerd, is dat direct een bestseller in Duitsland. In dit werk blaast de Duitse publicist de ver-raadsthese weer nieuw leven in. Hoewel het academisch-historisch debat op dat moment Haffner’s stellingen al niet meer zondermeer ondersteunt (zoals hierboven geschetst), is de invloed van het boek op de publieke perceptie en duiding van de revolutie enorm. Nog altijd voert het boek de lijsten aan met meest gelezen boeken over de gebeurtenis-sen van 1918-1919.3 Dit verklaart waarom ook tegenwoordig in het publieke debat nog regelmatig wordt gerefereerd aan het beeld van verraad door sociaaldemocraten (voor voorbeelden, zie Gallus 2010, 20–23).

2018: eindelijk uit de schaduw van 1917?Het debat over de handelingsruimte van Ebert heeft de gemoederen onder historici lange tijd bezig gehouden. Geschiedvorsers met sympathie voor sociaaldemocratische of liberale ideeën bleven bij het idee dat de door Ebert en de zijnen waargenomen speelruim-te beperkt was: ook al weten we nu dat het gevaar voor een bolsjewistische machtsgreep niet groot was, we weten ook dat de radicaal linksen wel een dominante publieke positie hadden veroverd in media en propaganda. Het is dus niet vreemd dat de gematigd link-se en liberale partijen dit gevaar wel degelijk als bijzonder acuut ervoeren. Historici die in de jaren zestig en zeventig probeerden de

binaire tegenstelling tussen Oost en West te overkomen, hielden juist vast aan de potentie van de ervaringen in de arbeidersraden en bleven wijzen op de gemiste mogelijkhe-den van Weimar – met in het achterhoofd ook het idee dat deze raden een mogelijke aanvulling op de traditionele parlementaire democratie van de Bondsrepubliek zouden kunnen zijn. Wat dit duidelijk maakt, is dat wat ik in de titel de schaduw van Rusland noem een belangrijke rol is blijven spelen in de historische duiding van de revolutie in Duitsland. Voor de voorstanders van de ‘beperkte handelingsthese’ kan de Duitse Revolutie alleen goed worden begrepen als reactie op wat er een jaar eerder in Rusland was gebeurd. De Koude Oorlog, als context waarin deze historici schreven, versterkte dit narratief. Voor de voorstanders van de ‘gemiste kansenthese’ heeft een (al dan niet bewuste) angst voor Russische toestanden juist de blik van de progressieve partijen ver-troebeld. Ook hier gold de Koude Oorlog als belangrijke context door de sterke wens om juist aan de heersende dichotomie bolsjewis-me versus liberalisme te ontkomen.

Eind jaren zeventig nam de interesse in de Duitse Revolutie weer af. Het beeld van de geïdealiseerde arbeidersraad en de democra-tische pretenties daarvan werd genuanceerd door historici als Wolfgang J. Mommsen (1978; Vgl. ook Stalmann 2016), maar funda-menteel nieuw onderzoek bleef grotendeels uit. Het hierboven geschetste debat over de duiding en plaats van de Duitse Revolutie in de nationale geschiedenis verdween naar de

Gebruiker: TeldersCommunity

Page 11: Blijvend in de schaduw van Rusland? · Toen zij in de regering plaatsnamen met de sociaaldemocraten en centrumpartij, veran-derde dit: hun aandacht ging niet langer uit naar de revolutie

LIBERALE REFLECTIES | december 2017 41

achtergrond en maakte plaats voor studies naar specifieke hoofdpersonen en groepen binnen de revolutie, en naar lokale revolutie-geschiedenissen. De negentigste verjaardag van de revolutie leidde tot enkele nieuwe algemene werken over de revolutie, zoals die van Ullrich (2009) en Gallus (2010), maar niet tot een nieuw historisch debat over de betekenis van de Novemberrevolutie – laat staan tot een toename van de publieke inte-resse in de revolutie. Het recente onderzoek van Wolfgang Niess (2013) naar de Duitse Revolutie in de geschiedschrijving, dat de in-spiratie vormde voor dit artikel, toont de ver-wevenheid van historische oordelen met de politieke en culturele context van de auteur. Met andere woorden, het legt de standplaats-gebondenheid van historici feilloos bloot. Deze standplaatsgebondenheid heeft er toe geleid dat de duiding van de Duitse Revolutie tijdens de Weimarrepubliek voortdurend in het teken stond van de vergelijking met en verhouding tot Rusland. Zoals ik in dit arti-kel heb geprobeerd aan te geven, bleven die posities ten opzichte van de Duitse Revolutie na de oorlog in grote lijnen gelijk.

Het zou overdreven zijn te stellen dat de afgelopen jaren, in de aanloop naar de eeuwviering van de Duitse Revolutie, het historisch onderzoek naar dit onderwerp een grote vlucht heeft genomen. Nog altijd weet de Duitse geschiedwetenschap, net zoals het Duitse publieke debat, niet goed wat ze met de revolutie aan moet. Recente nieuwe onderzoeken naar de winter van 1918-1919 stemmen echter toch optimistisch. Er wordt

niet significant meer onderzoek gedaan, maar er worden nieuwe perspectieven en on-derzoeksvragen ontwikkeld, die de revolutie niet (alleen) in relatie tot 1917 proberen te begrijpen, maar juist ook als gebeurtenis op zich. Voorbeelden van vragen die de laatste jaren in historisch onderzoek naar voren komen, zijn de vraag naar gender en het revolutionaire subject, vragen naar media en communicatie in en over de revolutie en vragen naar de cultuur, symboliek en retoriek die een belangrijke rol speelde in de revolutie.4 Het lijkt er daarmee op dat in de huidige periode, waarin het dagelijks leven niet meer wordt beheerst (al dan niet bewust) door een strijd tussen Oost en West, historici ook in staat lijken om de revolu-tionaire gebeurtenissen in Duitsland meer op eigen waarde te schatten. Hiermee is niet gezegd dat het huidige historische onderzoek neutraal of objectief is of zou moeten zijn, maar wel dat nieuwe perspectieven mogelijk zijn. Dit maakt de revolutie en het historisch debat daarover interessant voor een breder publiek dan enkel sociaaldemocraten en communisten. Zo biedt het liberalen de mo-gelijkheid te onderzoeken wat hun rol was in de revolutie, welke positie zij innamen in de duiding ervan en of de Duitse Revolutie niet eigenlijk een prominentere plaats verdient in het collectief geheugen dan op dit moment het geval is. Het aankomende jaar, in aanloop naar november 1918, zullen we merken of deze ontwikkelingen in de geschiedschrijving leiden tot meer aandacht voor de November-revolutie in de herinneringscultuur en het publieke geheugen van Duitsland.

Gebruiker: TeldersCommunity

Page 12: Blijvend in de schaduw van Rusland? · Toen zij in de regering plaatsnamen met de sociaaldemocraten en centrumpartij, veran-derde dit: hun aandacht ging niet langer uit naar de revolutie

LIBERALE REFLECTIES | december 2017 42

G. Kets MA MSc is als promovendus ver-bonden aan de afdeling Politicologie van de Radboud Universiteit Nijmegen, waar hij onderzoek doet naar de radencommunistische beweging in het interbellum.

Literatuurlijst• Ali, T., Dilemmas of Lenin, Londen, 2017.

• Beiser, F., ‘Weimar Philosophy and the Fate of Neo-Kantianism’, in Gordon, P.E. & J.P. Mc-Cormick (red.), Weimar Thought: a Contested Legacy, Berlijn, 2013, pp. 115-132.

• Erdmannh, K.D., ‘Die Geschichte der Weima-rer Republik als Problem der Wissenschaft’, in Vierteljahrshefte für Zeitgeschichte, 1955, vol. 3, nr. 1, pp. 1-19.

• Föllmer, M., 2018. The Unscripted Revolution. Male Subjectivities in Germany, 1918/19. Past & Present, (241).

• Gallus, A., ‘Die vergessene Revolution von 1918/19 - Erinnerung und Deutung im Wandel’, In Gallus, A. (red.), Die vergessene Revolution von 1918/19. Göttingen, 2010, pp. 14-38.

• Haffner, S., Die verratene Revolution - Deut-schland 1918/19, Hamburg, 1969.• John, J., ‘Das Bild der Novemberrevolution 1918 in Geschichtspolitik und Geschichtswissenschaft der DDR’, in: Winkler H.A. (red.), Weimar im Widerstreit. München, 2002, pp. 43-84.

• Kolb, E., Die Arbeiterräte in der deutschen Innenpolitik, 1918-1919, Düsseldorf, 1962.

• Lindow, C., ‘Revolution Verpflichtet!’ In Vorwä-

rts, 1918, p. 1.

• Merridale, C., Lenin on the Train, New York, 2017.

• Miéville, C., October: the story of the Russian Revolution, London, 2017.

• Mommsen, W.J., ‘Die Deutsche Revolution 1918/19’, in: Geschichte und Gesellschaft, 1978, vol. 4, nr. 3, pp. 362-391.

• Niess, W., Die Revolution Von 1918/19 in Der Deutschen Geschichtsschreibung. Deutungen Von Der Weimarer Republik Bis Ins 21. Jahrhundert, Berlijn, 2013.

• Oertzen, P. von, Betriebsräte in der Novem-berrevolution. Eine politikwissenschaftliche Untersuchung über Ideengehalt und Struktur der betrieblichen und wirtschaftlichen Arbeiterräte in der deutschen Revolution 1918/19, Düsseldorf, 1963.

• Rürup, R., Probleme der Revolution in Deut-schland 1918/19, Wiesbaden, 1968.

• Schildt, A., ‘Der lange November - zur Histori-sierung einer deutschen Revolution’, In A. Gallus (red.), Die vergessene Revolution von 1918/19. Göttingen, 2010, pp. 223-244.• Stalmann, V., ‘Die Wiederentdeckung Der Revolution Von 1918/19: Forschungsstand Und Forschungsperspektiven’, in: Zeitschrift für Geschichtswissenschaft, 2016, vol. 64, nr. 6, pp. 521-541.

• Tormin, W., Zwischen Rätediktatur und sozialer Demokratie: die Geschichte der Rätebe-wegung in der deutschen Revolution 1918/19,

Gebruiker: TeldersCommunity

Page 13: Blijvend in de schaduw van Rusland? · Toen zij in de regering plaatsnamen met de sociaaldemocraten en centrumpartij, veran-derde dit: hun aandacht ging niet langer uit naar de revolutie

LIBERALE REFLECTIES | december 2017 43

Düsseldorf, 1954.

• Ullrich, V., Die Revolution von 1918/19, Mün-chen, 2009.

• Wolff, T., ‘Der Erfolg der Revolution’, Berliner Tageblatt und Handels-Zeitung, 1918, p. 1.

_______________________________1. Er zijn debatten gevoerd over de juiste betite-ling van de gebeurtenissen in de winter van 1918-1919 in Duitsland. Deze debatten vinden plaats in de context van de in dit artikel besproken historiografische en politieke posities. Behalve de vraag of de Duitse Revolutie überhaupt wel een revolutie was, is ook de naamgeving van de revo-lutie onderwerp van discussie. De term ‘Duitse Revolutie’ was eigenlijk al in gebruik voor de gebeurtenissen in 1848, en kan dus leiden tot ver-warring. Soms wordt de term Spartakusopstand, die aanvankelijk alleen de gebeurtenissen van januari 1919 beschreef, voor de gehele revolutie gebruikt. Ook dat wekt verwarring. Communis-tische schrijvers gebruiken vaak de term Novem-berrevolutie om de continuïteit of verwantschap met de Oktoberrevolutie in Rusland te benadruk-ken. ‘Westerse’ auteurs gebruikten vaak zoiets als ‘de Duitse Revolutie van 1918-19’. In dit artikel zal ik veel van deze termen door elkaar gebrui-ken, zonder nadere bijbedoelingen of connotaties. 2. Een goede uiteenzetting over deze nuances vindt men in het hoofdstuk over de Novemberre-volutie in de politieke en historische cultuur van de DDR in het hierboven al aangehaalde prachti-ge overzichtswerk van Wolfgang Niess (2013), en in John (2002).

3. Inmiddels wordt het boek uitgegeven onder de neutralere titel ‘De Duitse Revolutie’, maar de

inhoudelijke stelling is ongewijzigd en ongekwali-ficeerd gebleven.

De tekst op de binnenflap luidt: ‘[De sociaalde-mocraten] hebben van begin af aan geprobeerd de revolutie te verhinderen, en toen dat niet meer mogelijk bleek getracht haar te smoren. In zover-re hebben zij haar verraden […].’

4. Voor een helder overzicht van nieuwe (moge-lijke) onderzoeksrichtingen, zie Stalmann (2016).

Gebruiker: TeldersCommunity