Biografie Comenius Jan Amos Komensky Tijdschrift Pentagram 1992 nummer 5

46
R JAN AMOS COMENIUS 1592-1 670 Â LECTORI M ROS ICRUCIANU 14e jaargang nr. 5

description

Comenius: patriarch van het licht Een jaar voor zijn dood vat de grote filosoof Comenius (Jan Amos Komensky, Uhersky Brod, Moravië CZ 1592 – Amsterdam 1670) zijn levensweg samen in het geschrift ‘Unum Necessarium’ (Het ene nodige): 1 Bezwaar uzelf niet met dingen die buiten uw nooddruft vallen, maar stel u tevreden met het weinige dat uw gemak dient en prijs God. 2 Ontbreekt u alle gerieflijkheid, wees dan tevreden met het strikt nodige. 3 Wordt ook dit u ontnomen, zie dan uzelf te behouden. 4 Kunt ge uzelf niet behouden, laat dan uzelf los maar zie toe dat ge God vasthoudt. Wie God heeft, kan alles ontberen. Hij bezit het hoogste goed en het eeuwige leven met God en in God (…). Dit is het doel en het einde van al wat men begeren kan. Een jaar eerder, in 1668, schreef Comenius zijn beroemde boek ‘Via Lucis’ (De weg van het licht) waarin hij in drie geschriften indringend de drievoudige stralingskracht en werking van het licht onder aandacht brengt. Hij verklaart de eerste tekst, het boek van God zelf, als het hoogste geopenbaarde licht. In het tweede geschrift, Het boek der natuur, laat hij zien dat het goddelijke licht zich in zijn schepping openbaart. Het derde boek gaat over het mysterie van de mens, de Minutum Mundi, de microkosmos. Dit is de ‘kleine wereld’ waarin de mens tot zelfkennis dient te komen, waardoor hij direct de zich openbarende, levende natuur kan aanschouwen. Dat schept de mogelijkheid dat hij een rechtstreekse relatie kan aangaan met de oorsprong van het leven, de goddelijke schepper zelf. In de relatie God – kosmos – mens manifesteert Comenius zich als een eigentijdse schakel in de hermetisch - filosofische traditie, zoals die verankerd is in het Corpus Hermeticum van Hermes Trismegistos. Eerste verwezenlijkte Broederschap van het Rozenkruis. Comenius, die jarenlang bisschop is geweest van de Moravische Broederuniteit, heeft meer dan 250 werken van theologische, filosofische, natuurwetenschappelijke en pedagogische aard geschreven. Hij geldt als de grondlegger van de systematische pedagogiek en is de eerste auteur van het leerboek met plaatjes (het “leesplankje van Comenius”). Zijn opvoedkunde wil de (jonge) mens aanzetten tot handelen en denken in zelfautoriteit. “Zelf zien, zelf spreken, zelf handelen en zelf toepassen zijn de enige grondslagen voor een gedegen kennis, voor de deugd en uiteindelijk voor gelukzaligheid.” Op het eind van zijn leven nam Comenius openlijk stelling voor de Broederschap van het Rozenkruis. Hij stelde zijn eigen hervormingsprogramma gelijk aan de door de Rozenkruisers nagestreefde ‘algemene hervorming van de hele wereld’. Zijn Tsjechische Broederuniteit noemde hij de ‘eerste verwezenlijkte Broederschap van het Rozenkruis’ en het in zijn ‘Via Lucis’ ontworpen College van het Licht een voortzetting daarvan. “Laat alles zich vrij ontwikkelen en laat geweld daarbij afwezig zijn.”

Transcript of Biografie Comenius Jan Amos Komensky Tijdschrift Pentagram 1992 nummer 5

Page 1: Biografie Comenius Jan Amos Komensky Tijdschrift Pentagram 1992 nummer 5

R

JAN AMOS COMENIUS1592-1 670

Â

LECTORI M ROS ICRUCIANU14e jaargang nr. 5

Page 2: Biografie Comenius Jan Amos Komensky Tijdschrift Pentagram 1992 nummer 5

pE[~‘h1Y\GRJ~J~/I Tijdschrift van de InternationaleSchool van het Gouden RozenkruisLectorium Rosicrucianum

Verschijnt in de volgende talen: Druk:

Nederlands Stichting Rozekruis PersDuits Bakenessergracht 5Engels NL-2011 JS Haarlem (Nederland)FransHongaars Abonnementsprijs (6 nrs. p. jaar):ltaliaans*

Nederland: f1. 45,— per jaar, losse nummers f1. 9,—Pools België: Bfr 850,— perjaar, losse nummers Bfr. 180,—Portugees Andere landen f1. 49,50 per jaarSpaans* CV. De Rozekruis Pers g.a. HaarlemZweeds Postgiro 522103Het blad verschijnt 6 maal per jaar* verschijnt 4 maal per jaar

Redactie en administratie:

Nederland:Lectorium RosicrucianumBakenessergracht 11—15NL-2011 JS Haarlem

België:Lectorium Rosicrucianum v.z.wLindenlei 12, B-9000 GentVerantwoordelijk uitgever: E. De. Keyser

Het overnemen van artikelen of gedeelten daarvan uit PENTAGRAM is alleen toegestaan metbronvermelding en onder toezending van een bewijsexemplaar aan de uitgeefster

Page 3: Biografie Comenius Jan Amos Komensky Tijdschrift Pentagram 1992 nummer 5

PENTAGRAM

Het tijdschrift Pentagram stelt zich ten doelde aandacht van zijn lezers te vestigen opde nieuwe tijd die aangebroken is.De Geestesschool van het Gouden Rozen-kruis, vertegenwoordigd door hetLectorium Rosicrucianum, reageert op debevrijdende impulsen die in onze tijd totde mensheid uitgaan. Zij stelt zich geheelin dienst van de mensheidsbevrijdendearbeid, die de Universele Broederschap indeze tijd zeer krachtig onderneemt.

De opdracht van de mens is: het weven vanhet Soma Psychikon, het gouden bruiloftskleed, een voertuig waarmee hij de boven-natuur kan betreden, na het lagere levenen de dood te hebben overwonnen.

Inhoud cOMENIUS-NUMMER

Het Pentagram is door alle tijden heen hetsymbool geweest van de wedergeborenmens, de nieuwe mens.

Het is eveneens het symbool van het universum en zijn eeuwige wording, waarinhet Godsplan tot openbaring komt.

Een symbool heeft echter alleen waardeindien het tot realiteit gevoerd wordt, Alsde mens het pentagram in zijn mikrokosmos heeft verwerkelijkt, heeft hij dedood overwonnen. Dan staat hij op hetpad van transfiguratie.Het blad Pentagram richt de lezer nu opdeze geestelijke revolutie, die in hemzelfmoet plaatsvinden.

1992 14e jaargang nr. 5

3 Waarom een Pentagram over Comenius?4 Johan Amos Comenius10 Na al die eeuwen is zijn boodschap nog even

herkenbaar12 Gebed tot de Vader der Lichten16 Patriarch van het Licht

20 De weg van het Licht, onderzocht en nog teonderzoeken

22 «Via Lucis» in het teken van het Rozenkruis38 Condoleancebrief aan Gerhard de Geer40 Comenius en zijn pansofie42 Comenius in de twintigste eeuw

1

Page 4: Biografie Comenius Jan Amos Komensky Tijdschrift Pentagram 1992 nummer 5

r’z

0

-ç~

mz

z—~

rn

z

Page 5: Biografie Comenius Jan Amos Komensky Tijdschrift Pentagram 1992 nummer 5

Waarom een Pentagram over Comenius

oeten wij in de optocht van

IL A het Comeniusjaar meelopen?

~ Is dat alles wat wij van zijn

________ leven en werken kunnen leren?

De artikelen in dit nummer vertellen overeen man, die niet alleen in en voor de toekomst dacht, maar die in zijn tijd werdgewaardeerd en vervolgd om de machtigewaarden van de Universele Broederschapdie hij in de praktijk bracht.

Comenius bereisde heel West-Europa enwerd door de grote figuren van zijn tijdgekend. Opmerkelijk genoeg, als wijbedenken dat moderne communicatie nietbestond en men zich te voet of per viervoeter verplaatste. Zoals iedere Broedervan het waarachtige Rozenkruis, stelde hijzijn gehele leven in dienst van deUniversele Broederschap en hij kendeslechts een doel: zijn medemens tonen hoemen de gevangenschap van de onsterfelijkeziel kan beëindigen.Alles wat hij zei of neerschreef is geladenmet die innerlijke kracht die dwars door allemachinaties heen het hart van de zoekende

en dolende mens aangrijpt. Zijn levenswegis een diep gekerfd spoor van hoopgevendeontmoetingen, maar ook van demonstratiesvan bekrompenheid en onwetendheid vande waandenkende Ikmens die hem niet konof wilde begrijpen. Zijn woorden sprekenook tot het superindividu van de twintigsteeeuw. En tot de leerling van de ModerneGeestesschool. De nog niet verzadigdeIkmens zal hem honen, maar de zoeker zalmet vreugde zijn inzichten delen en ietsmogen proeven van het alomtegenwoordigeBewustzijn waaruit deze grote herautspreekt over de nieuwe tijd, waarin eenheidmet het Goddelijke Licht meer nabij is danooit.Comenius spreekt een taal die menselijketijdperken overbrugt. Hij toont de weg diede zoeker moet gaan om bevrijding tevinden. Zo is hij actueel in onze tijd, dieeven woelig is als de zijne. Wij hopen, datzijn getuigenis van het Licht ook uw inzichten mag verdiepen.

Redactie Pentagram

LAAT ALLES ZICH VRIJ ONTWIKKELEN

EN LAAT GEWELD DAARBIJ AFWEZIG ZIJN

3

Page 6: Biografie Comenius Jan Amos Komensky Tijdschrift Pentagram 1992 nummer 5

ommigen van u hervormenscholen, anderen kerken, weeranderen staten. Maar wanneer gijniet allen gelijktijdig datgene

hervormt wat daarmee samenhangt, vooralles evenwel ieder zichzelf, komen wijniet verder; er ontstaan nieuwe stoornissen, groter en gevaarlijker danvoorheen, en alles valt weer terug in dechaos.»

Jan Amos Komensky, de bescheidenTsjechische theoloog, leraar en wijsgeer uitde zeventiende eeuw, schreef meer dandrie eeuwen geleden deze regels volblijvende waarheid. Ze komen uit eenveelomvattend werk, waar hij de laatstejaren voor zijn dood zijn krachten aan gafen waarmee hij zich richtte tot «Hetmenselijke geslacht, in het bijzonder echtertot de geleerden, godsmannen en machthebbers van Europa». Dit werk, DeAlgemene Beraadslagingen over de verbetering der menselijke dingen, moest eenhelder licht werpen op de weg naar harmonie tussen al het menselijke. VolgensComenius zelf de weg van eenvoud envrijwilligheid.Comenius bracht zijn leven door in eenhartstochtelijk pogen in de wereld een vuurvan vernieuwing te ontsteken, waaraan eenverkilde mensheid zich zou kunnen warmen.Hij werd gedreven door de idee dat hetmogelijk moest zijn licht te laten schijnen inde chaotische wereld, waarboven zichsteeds opnieuw donkere wolken samen-pakten. Hij zocht steun van staatslieden enkerkleiders, dikwijls tevergeefs.

Zijn werk was zijn leven. Hij las, schreef,reisde, bad en onderwees. Als Tsjech of alswereldburger, als priester voor zijn volk ofals achtervolgd ketter was hij overal inEuropa burger, balling of gast. Hij benaderde alle bevolkingsgroepen, van kind totkoning. Hij schreef meer dan driehonderdstudies, leerboeken, brochures, gedichtenen liederen. Door bij de jeugd en deopvoeding te beginnen, wilde hij eennieuwe wereldorde vanaf de basisopbouwen. Van zijn werk gaat eenbijzondere vibratie uit, die tot in onzedagen de zoeker naar waarheid weet teraken.

De Boheems-Moravische Broederuniteit

Comenius heeft een in mensenogen tragischelevensweg bewandeld. Wat betreft chaos,onrust en onzekerheid deed zijn tijd nietonder voor de onze. Het milieu waar hij uitvoortkwam, werd geteisterd door achtervolgingen en oorlog en werd tenslotteweggevaagd in de godsdienststrijd. Zijnmoederras, het slavische, was het eerste inde geschiedenis dat reformatorischekrachten ontwikkelde. Johannes Hus brachteen indrukwekkende religieuze ontwikkelingin het Tsjechische volk tot stand. Hijverzette zich tegen de kerk van Rome enzijn navolgelingen streden verder voor zijnidealen, nadat Hus in 1415 als ketter wasverbrand. Het ging om een diepere, persoonlijke beleving van het christendom door

0

Page 7: Biografie Comenius Jan Amos Komensky Tijdschrift Pentagram 1992 nummer 5

Onderwijsvernieuwingen in het volk. Een en ander had vergaande gevolgen voor volk, kerk en staat.Denk aan de Hussietenoorlog en de latereBoerenoorlog in Duitsland.Uit door het sociale klimaat verdeeldeHussietengroepen ontstond in de zestiendeeeuw ter plaatse een gemeenschap onderde naam Boheems-Moravische Broederuniteit. In deze religieuze gemeenschapleefde men volgens zeer strenge christelijkenormen, in gemeenschap van goederen;men organiseerde een eigen onderwijs enwas bemiddeld doordat onder haar ledental van aanzienlijken uit Bohemen enMoravië werden aangetroffen. De Uniteitbeleefde in de periode voor de DertigjarigeOorlog een bloeiend hoogtepunt.

Jan Amos Comenius is in deze Broederuniteit geboren, in 1592 te Uhersky Brod.Zijn ouders, eenvoudige boeren, stiervenjong. Een tante nam de zorg voor dejongen op zich, die overigens erg op zichzelf was aangewezen. Hij zwierf al jongdoor de natuur en ontdekte daarin schoonheid en harmonie.In de sfeer van de Bijbel wordt hij groot.Op de school van de Uniteit wordt debijbelvertaling in de moedertaal gebruikt (deKralicka stamt uit 1582, de NederlandseStatenvertaling is van 1637. In de plaatsKralicka zijn na de Tweede Wereldoorlogonder puinhopen van een kerkje nogoorspronkelijke delen van de Tsjechischebijbeldrukkerij gevonden.)Comenius blijkt een begaafde jongeman.Na de Latijnse School zendt de Broedergemeente hem naar de door Willem vanOranje gestichte universiteit van Herborn.Hij ontmoet hier voor het eerst Nederlanders. Theologie en letterkunde wordenzijn favoriete vakken. Hij studeert verderaan de universiteit in Heidelberg en al sneldaarna zullen zijn gepeins en overwegingenover mensen en dingen, opvoeding envolwassenheid, God en wereld resulteren inde eerste afgeronde werken van zijn hand.Opvoedkunde nam daarbij een belangrijkeplaats in.

Zijn ideeën over pedagogiek hebben zich inbeginselen geconcretiseerd. Hij stelt tweebasisprincipes waaraan goed onderwijsmoet voldoen: de moedertaal stimulerendoor taalstudie van het volk en tegelijk dekennis van algemene zaken verdiepen.Onderwijs in taal en algemene ontwikkelingverbindt hij zo. Als hij in 1614 in deBroederuniteit terugkeert, zet hij zich aanhet schrijven van een universele encyclopedie in de moedertaal. Zijn ideeën overonderwijs leggen de basis voor een ontwikkeling die later in de hele wereld eenweerklank zal vinden.Comenius propageerde kleuteronderwijsvoor jongens en meisjes in de moedertaal,voorafgaand aan lager en middelbaaronderwijs. Het middelbaar onderwijs vindtplaats van 12 tot 18 jaar (waarin ook Latijn,Grieks en Hebreeuws een plaats hebben)en daarna volgt de universitaire studie.Taalonderwijs vindt Comenius buitengewoon belangrijk. Hij voert modernemethoden in, zoals het lezen van deklassieken in plaats van het inpompen vangrammaticale regels. Hij beveelt ook hetlezen van actuele geschriften op scholenaan om het sociale bewustzijn te verruimen. Hij vindt het noodzakelijk dat detalen van aangrenzende staten wordenonderwezen om vrede en samenwerkingtussen de volken te bevorderen. Uit hetonderwijs moet ook respect voor verschillende culturen volgen. In het algemeenwil hij school en werkelijkheid zo dichtmogelijk bij elkaar brengen. Het onderwijsmoet op vrijwillige basis geschieden.

Al zijn pedagogische ideeën legt hij neer inzijn Didactica Magna (1633). De praktischeuitwerking van zijn theorieën over hettaalonderwijs komen vast te liggen in Janualinguarum reserata, De deur der talengeopend. Het boek is meer dan vierhonderd keer gedrukt sinds het verschijnen.Om in het taalonderwijs het verband tussen

5

Page 8: Biografie Comenius Jan Amos Komensky Tijdschrift Pentagram 1992 nummer 5

woorden en dingen duidelijker te doenspreken, werkt hij De deur der talengeopend om tot Een wereld in beelden (hetberoemde Orbis pictus). Hij is zo de eersteauteur van het leerboek met plaatjes.

Ongenade

Boven de pedagogiek stelt Comenius zijnstreven naar een levend en daadwerkelijkchristendom. Hij zet zich in voor de Moravische Broederuniteit, maar het bestaanvan de gemeente wordt ernstig bedreigddoor de contra-reformatie. Na de Slag opde Witte Berg (1618, de protestantse legersdelven het onderspit) kan de Broederuniteitniet langer in het openbaar voortbestaan.De leden gaan uiteen en leiden een ondergronds godsdienstig leven. Comenius wordtbovendien getroffen door het verlies vanvrouw en kind. Hij is vertwijfeld door hetsamengaan van zoveel ongenade. Hij zalvoortaan een zwervend bestaan leiden enzich steeds minder hechten aan uiterlijkeomstandigheden.Comenius blijft op zoek naar de Godskernin de dingen. Hij werkt lange tijd in Polenen schrijft naast Brieven aan de Hemel indie tijd Het Labyrint der wereld en hetparadijs des harten *)~ Een wonderlijkemengeling van mystiek en allegorie. Maarsteeds met een praktische heenwijzing:Keer terug, mens, naar het Koninkrijk Gods.Het Labyrint noemt hij «een troostboek»voor iedere verdrevene, vluchteling enverdwaalde, Op het titelblad schrijft hij:«De wereld waarin wij leven is vol dwaling,verwarring, onzekerheid, nood, leugen,bedrog, angst, ellende, afkeer en twijfel.Maar hoe hij die met God leeft toch totware vrede en blijdschap komt. Het boekwil een wegwijzer zijn en een leidraad omuit de doolhof te geraken.»Het Labyrint leert het zwaard om tesmeden tot een ploeg. Het Paradijs desharten is de troost. De lezer wordt geplaatst

voor het ene mogelijke leven, het levennaast Christus. «Er is slechts één leven,maar in duizenden gestalten treedt de doodop ons toe», schrijft Comenius. «Zo is erook slechts één Christus, maar zijn erontelbaar veel antichristen. Wie niet metChristus is, is tegen Christus.»Hij waarschuwt tegen verdeeldheid ondertheologen, het ontstaan van sekten, verschillende belijdenissen en disputen. Het gaatom eenvoud en vrijwilligheid. Comenius wilde mens nader brengen tot het Goddelijkein alle dingen, daar moet de zwakke menseen uitgang uit het Labyrint in vinden. Deweg tot het goddelijke leven kan opengebroken worden. Hij wil het wel uit-schreeuwen tegen een ieder, dat er maaréén ding nodig is: innerlijke godsdienst, dieuiteindelijk tot Eenheid van alles en allenzal voeren.

Comenius heeft veel geschreven om eeneenheid van kerken en geleerden te bevorderen. Miskenning en vervolging zettenhem aan tot nog meer activiteit. Hij werkteen plan uit, om door het internationaaltoepassen van zijn pedagogische inzichtende confessionele eenheid te bevorderen. Hijziet in het verschiet universele scholen, eenuniversele taal en een universeel collegevan wijze mannen, de pansofisten.In 1641 gaat hij met een hoofd vol plannennaar Engeland. In regeringskringen vindt hijweinig enthousiasme voor zijn ideeën. Vaneen samenwerking met geleerden komt nietveel terecht.Via contacten in Nederland bereikt Comeniushet verzoek van Lodewijk de Geer, een staalfabrikant, zich in Zweden in te zetten voorde onderwijshervorming aldaar. Hij gaat naenig aarzelen in op dit verzoek en verdiepter zijn hervormingsideeën. Hij was lievernadrukkelijker bezig geweest met zijn pansofische denken en plannen, maar wil ookde regering van Zweden een dienst bewijzen: wellicht dat de invloed van Zwedenin de Dertigjarige Oorlog uiteindelijk zalleiden tot bevrijding van de Tsjechischebroeders.

6

Page 9: Biografie Comenius Jan Amos Komensky Tijdschrift Pentagram 1992 nummer 5

/~•~-~

~—>~~.--

~.,..

S

-\~•‘•*.~•••.%

—_*%~

~\:~~4~—St’••‘•~—‘9% ~•~%•~‘•~.i’

—‘,~•-.*‘S4~~

~~~

-

o~ava 31t~Ot~~O~

ïc~1~v~ia

t

1

.~0grJ0

7

7

t—

Page 10: Biografie Comenius Jan Amos Komensky Tijdschrift Pentagram 1992 nummer 5

Het loopt echter anders af. Bij de vredesonderhandelingen in Westfalen krijgen deZweden niets voor elkaar voor de Tsjechen.Comenius verlaat Zweden en keert terugnaar Lyssa in Polen, waar de verbannenbroeders van de Uniteit een hoofdzetelhebben ingericht. Vanwege zijn onvergelijkelijke kwaliteiten wordt Comenius benoemd tot bisschop van de Broedergemeente(1648). Maar het is geen vreugdevolle tijd. Metde Vrede van Münster is voor de Broederuniteitalle hoop de bodem ingeslagen. Bohemenis voor de katholieke Habsburgers. In dietijd verliest Comenius ook zijn tweedevrouw, hijzelf is dan 58 jaar. In Hettestament van de stervende moeder derBroederuniteit neemt hij diep bewogenafscheid van alles wat geweest is, maarblijft onverzettelijk hopen op het bestaanvan een volheerlijke Christengemeenschapen een vrij vaderland. In dit bijzonderegeschriftje vermaant, berispt, bemoedigt enzegent de stervende moeder van de Uniteithaar zonen. De kerken van Luther enCalvijn noemt zij haar zusters. Bij de eenlaakt zij echter het gebrek aan tucht en bijde ander de neiging tot dood geloof zonderdaadwerkelijk handelen. In het laatste deelvan het testament voorspelt de stervendemoeder dat eens het land weer onafhankelijk zal zijn: «Ik stel mijn vast vertrouwen opGod, dat na het voorbijgaan der stormenzijns toorns, die wij door onze zonden overonze hoofden gebracht hebben, het bestuuruwer aangelegenheden tot u zal weder-keren, o Tsjechisch volk!»

Amsterdam

In een stille hoop dat de vorst vanHongarije nog iets voor zijn volk zoukunnen doen, laat Comenius zich naarHongarije lokken om daar onderwijsvernieuwingen door te voeren. Koning Sigismund voldoet echter niet aan zijnverwachtingen. Met de familie De Geer in

Amsterdam bestaan nog steeds sterkevriendschapsbanden. De zoon vanLodewijk, Laurens, toont grote interesse inhet werk van Comenius en nodigt hem uitin Amsterdam te komen werken. Hoewelreeds 64 jaar als hij in Amsterdam aankomt, zal Comenius er tot grote geestelijkeverdieping komen en bovendien nog veelwerk produceren.De ark der vluchtelingen, noemt hij de stadwanneer hij aankomt en met de nodige eerwordt ontvangen. Hij neemt zijn intrek bijde familie De Geer aan de Keizersgracht.Er komt bericht dat in Polen bij verwoestingen in Lyssa zijn hele bibliotheek en velemanuscripten verloren zijn gegaan. Hij iserg aangeslagen, maar zet zich met des temeer ijver aan de schrijftafel. Uitgeversvechten om het gereedgekomen OperaDidactica Omnia (Het grote werk overonderwijshervorm ing).Comenius verdiept zich ook zelf in hetdrukkersvak en richt een uitgeverij op aande Prinsengracht. Hij brengt nog 32herdrukken en nieuwe uitgaven van zijnwerk uit. Andere Hollandse drukkers gevennog 22 werken van Comenius van na 1656uit. Voor in elk boek staat zijn lijfspreuk:«Omnia sponte fluant, absit violentia rebus»(Laat alles zich vrij ontwikkelen, geweld zijdaarbij afwezig.)Een herstel van de Boheemse Broederschap verwacht Comenius niet meer, maareen innerlijk herstel van eenheid enbroederschap in het Licht van de Christusdes te meer. Zijn werk getuigt daar dan ookvan, met steeds meer intensiteit verwoordthij het vermogen van de mens zich daarinte begeven en zo de lagere wereld teoverwinnen.

Aanvankelijk neemt Comenius in Nederlandnog deel aan het openbare leven: hijspreekt kerkvergaderingen toe, heeft eentijdlang de leiding over een school enontvangt vele tijdgenoten. Later zal hij zichzoveel mogelijk terugtrekken. Hij weet dathet stoffelijke leven niet lang meer kanduren en hoewel hij beslist niet langer wil

8

Page 11: Biografie Comenius Jan Amos Komensky Tijdschrift Pentagram 1992 nummer 5

leven dan de dagen die God hem geeft,zijn. er essentiële gedachten die hij beslistvoor zijn dood op papier wil hebben. Zoverschijnen de eerste delen van de Consultatio Catholica (Algemene Beraadslagingover de verbetering der menselijke dingen).Dit werk is niet afgekomen. Zijn zoon Daniël,uit het derde huwelijk van Comenius, zalhet man uscript verder afmaken, maar het verschijnt pas driehonderd jaar later in druk...Kort voor zijn dood laat Comenius hetprachtige Unum Necessarium (Het EneNodige)*) verschijnen, een laatste oproep

tot «een verzonken wereld» om tot delevensessentie te komen: de mens moet alhet onnodige laten vallen en zich keren totdie ene vonk van eeuwig Licht om zo eenwaarachtig christen te zijn. Alle actie dieverwarring sticht en de innerlijke weg totGod blokkeert, moet gestaakt; alleen hetEne Nodige moet gedaan.

Even indrukwekkend als dit werk is de actiedie hij ontwikkelt bij de vredesbesprekingenin Breda, die, drie jaar voor zijn dood, eeneinde moeten maken aan de TweedeEngelse Oorlog. Hij schrijft De Engel desVredes en gaat het geschrift zelf aan de

onderhandelaars aanbieden. Dit is typerendvoor Comenius: hij overweegt hoe zijn werkde meeste invloed kan uitoefenen en kiestde directe weg. Zijn boodschap is overigens voor iedereen: «De Engel des Vredestot de Engelse en Nederlandse vredes-gezanten te Breda, om vandaar tot allechristenen van Europa en vervolgens totalle volkeren van de hele wereld te wordengezonden, opdat zij zouden ophouden metoorlog voeren en plaats maken voor devredevorst Christus, die nu reeds vrede aanalle volken wil verkondigen.»Laurens de Geer sterft in 1666. Zijn zoonGerhard is de derde De Geer die de zorg voorComenius op zich neemt. In de vriendenkringvan de familie maakt Comenius kennis metds. Jean Louis Grouwels, die in Naardende Waalse Gemeente leidt. De groep bestaat vooral uit gevluchte Waldenzen enComenius voelt zich erg tot hen aangetrokken. Hij geeft de wens te kennen na zijndood in het kerkje van de Waalse Gemeente in Naarden te worden begraven. Dit gebeurt dan ook na zijn overlijden in november 1670. Het nummer van zijn graf is 8.

* zie pag. 44.

9

Page 12: Biografie Comenius Jan Amos Komensky Tijdschrift Pentagram 1992 nummer 5

Na al die eeuwen is zijn boodschap no~

p het strand, langs de vloedlijn,

t a~ liggen schelpen, door de golvendaar achtergelaten. Ze zijn ver

~ schillend van vorm en tekeningen ze hebben de mooiste kleuren, dieblinken in de zon. En telkens komt erweer een nieuwe golf en voert schelpenaan. We kunnen ze zacht ritselend tegenelkaar horen schuren. Dan glijdt de golfgeluidloos terug naar de zee, waarin hijweer wordt opgenomen. Hij verliest zijnuiterlijke vorm en wordt weer deel vanhet grote geheel.

Op het strand blijven de schelpen achter. Inhun bonte verscheidenheid evenzoveletekens van de onmetelijke rijkdommen diede zee bevat.

Zo, gelijk de golven, ons gezonden vanuiteen oceaan die reikt tot voorbij de verreeinde~ verschijnen ook, door de eeuwenheen, de boodschappers onder de mensen.Zij bezoeken ons in ons aardse levensgebied,beladen met geestelijke rijkdommen. Dezeschatten laten zij op de stranden van hetbestaan achter opdat zij daar gevondenkunnen worden, nog heel lang nadat debrengers ervan zich geluidloos terugtrokkenen weer opgingen in de ondenkbaredimensies van het albestaan.

Zo’n boodschapper was ook Jan AmosComenius. Een gedreven zoeker naarwaarheid en verkondiger van vrede.Schrijver van honderden boeken en geschriften, die hij voor ons achterliet, alskostbare schatten met onmiskenbareeeuwig heidswaarde.

Een van zijn bekendste werken is Hetlabyrint der wereld en het paradijs desharten. Daarin neemt Comenius onsallereerst mee op een peigrimstocht doordeze wereld. Waarbij hij ons laat zien hoeuitzichtloos het aardse bestaan is voor demens die uitkomst, waarheid en vredezoekt.Hij voert ons langs alle beroepen enstanden. En steeds staat hij open voor eenmogelijk aanwezig goed, steeds hoopt hijop uitkomst, maar telkens ondervindt hijbittere teleurstelling. Zelfzucht, hebzucht,ijdelheid is al wat de klok slaat.

Comenius heeft zijn belevenissen en observaties tijdens deze pelgrimage zo levendigen beeldend beschreven, dat wij nu,eeuwen na hem, het geheel nog altijd alsactueel kunnen ervaren, als iets dat wijduidelijk herkennen omdat het nog dagelijks om ons heen gebeurt.En wij voelen hoezeer die gehele toestandin de wereld Comenius bedroeft. Hoe hijlijdt tot in het diepst van zijn ziel door hetlijden van alle schepselen om hem heen.Aan het einde van zijn reis roept hij danook uit:

~0, allerbeklagenswaardigste schepselen Isdit het roemrijke lot dat u tenslotte wacht,het besluit van uw vele schitterende daden,het doel van uw kundigheden waarop u zoopgeblazen pochte, de eindpaal van uwveelvuldige wijsheid? Zijn dit de vrede ende rust waarnaar u na talloze moeiten enplagen uitzag? Is dit de onsterfelijkheidwaarop u altijd hebt gehoopt?»

10

Page 13: Biografie Comenius Jan Amos Komensky Tijdschrift Pentagram 1992 nummer 5

even levend en herkenbaar

Om dan te eindigen met een wanhopige envurige aanroep tot God.

Dit is de eerste stap op de weg terug

Want, als antwoord op die klacht is hethem, als hoort hij een zachte stem, diehem maant weer te keren. «Keer wedervanwaar ge zijt uitgegaan, in het huis vanuw hart, en sluit de deur achter u!»En daar, in zijn deemoedig hart, ontvangtde pelgrim Christus als zijn gast, die dande volgende woorden tot hem spreekt:«Ik neem u aan, mijn zoon. Volhard daarbij,weet u van nu af aan Mijn eigendom.Weliswaar was u en bent u de Mijne vaneeuwigheid, maar dat wist u vroeger niet.Ik heb u lang de troost bereid waartoe Ik uthans wil leiden, maar u hebt het nooitbegrepen. Door een wonderbaar net vanslingerende paden heb Ik u tot uzelf geleid.U hebt dat echter niet geweten en evenminwat Ik, leidsman van al Mijn uitverkorenen,daarmee bedoel. Mijn arbeid aan u was geu zelfs niet eens bewust. Maar Ik wassteeds en overal met u en heb u langsomwegen geleid om u daarom tenslottedichter bij Mij te brengen. Niets kon dewereld, niets kon Salomo, u leren. Zijkonden u met niets verrijken, met nietsbevredigen, met niets de honger van uwhart stillen. Want hetgeen u hebt gezochtwas hun niet gegeven. Maar Ik zal u allesleren, u rijk maken, u verzadigen.»

nieuwe ziel. En aan de hand van deLeidsman gaat de pelgrim, de leerling, vanstap tot stap de weg van terugkeer. Hijwordt verenigd met Christus, de eeuwigebruidegom. In Christus, zo leren wij vanComenius, is alles in overvloed, hetdierbaarste samenzijn, de ware vreugde, deware roem. Zich geheel aan Christuswijden — dat wil dus zeggen, zich indienstbaarheid wijden aan de Kruisgang —

is het toppunt van gelukzaligheid.

In de laatste bladzijden geeft Comenius onstenslotte deze troostrijke woorden mee,zoals zijn Verlosser die tot hem spreekt:

«...Toef slechts als pelgrim, bijwoner, nieuweling of gast in de wereld zolang Ik u daarinlaat, maar blijf bij Mij hier als rnedebewonervan Gods rijk, want Ik schenk u het burger-schap van de hemelstad. Zoek daarom deomgang met de hemel, hef steeds uw hartzo hoog u kunt tot Mij, maar laat het zodiep mogelijk buigen voor uw naaste.Maak gebruik van de aardse dingen zolangu in de wereld bent, maar schep alleengenoegen in de hemelse zaken...Laat uw hart spreken, uw tong zwijgen...Dien met uw ziel alleen Mij, met uwlichaam wie u kunt of moet dienen...»

Zo geeft deze zelf zo zwaarbeproefdevriend ons na eeuwen nog steeds, vanuiteen hart vol van de liefde, alle innerlijkerijkdom door die hij zelf mocht ontvangen.Springlevend en volkomen herkenbaar!

Zo spreekt in de pelgrim de ontwaakte

11

Page 14: Biografie Comenius Jan Amos Komensky Tijdschrift Pentagram 1992 nummer 5

Gebed tot de Vader der Lichten voorde uiteindelijke verlichting van het

menselijk geslacht

Tot U, 0 Vader der Lichten, bidden wijallen, uiteindelijk bekeerd, ootmoedig,ontferm U over ons allen! Steek onzelantaarn aan, verlicht onze duisternis(Psalm 18:29)!

Want duisternis bedekt tot nu toe deaarde en nevel de volkeren, maar U zultover Jerusalem opgaan, 0 jehova, datUw heerlijkheid gezien worde Ues.60:1 en 2)! De wereld op zich is vanden beginne, als ook nu en altijd nietsdan een lege en waardeloze huis, eeneeuwig vat van duisternissen. Maar Gij,die gezegd hebt «Daar zij licht», en daarwas licht, beveel ook nu het Licht uitde duisternis te schijnen in onze harten (2 Cor. 4:6). Wij hebben tot nu toegeleefd in een schemerlicht, dat wegens de bijmenging van duisternis dagnoch nacht is. Vervul nu wat Gij beloofd hebt, dat ten tijde van de avondder wereld het Licht zal zijn (Zach.14:7). 0 laat ons een dag aanbreken dieniet ondergaat! En een Licht waarin deheerschappij der duisternis geen plaatsheeft! En voor wiens schittering de Vorstder Duisternis zelve sidderend vluchtin zijn afgrond!

vlees, Wiens ogen waken over alle kinderen van Adam, Gij die onze blindheid ziet, erbarm U onzer! Opdat wijU ook zien, van Wie, door Wie en inWie alle dingen zijn, ook wij. 0 mogen zij U vinden, die allen U zoeken,ook zij die niet weten hoe U te zoeken!O onzichtbaar Licht, schenk ons hetzicht dat U kan zien! 0 eeuwig Licht,verlicht onze geesten, U tot deelgenootgeschapen aan de eeuwigheid, dat zijU verstaan en beminnen. Want zal dande duisternis U, het eeuwig licht, prijzen? 0 strek uit, strek uit Uw stralen enverdrijf in Uw al macht heel onze blindheid. Opdat zij, die Gij geschapen hebtom deel te hebben aan het licht en hetleven, zouden mogen ophouden blindte gaan, te dwalen, in het donker tetasten en ten grave te vallen. Als Gij onsniet geschapen had, Heer, zouden wijniet zijn, waarom duidt Gij dan dat zijdie Gij tot het leven geschapen hebt,de dood ten prooi vallen? Uw ogen zijnduizendvoudig helderder dan de zonen zien ook de diepte van de afgrond:waarom dan geeft Gij ook ons die Gijnaar Uw beeld geschapen hebt, geenheldere ogen, die in zichzelf de afgrondvan hun eigen nietigheid, in U echterde bron van hun zijn kunnen zien? 00 Vader der geesten, 0 God van alle

Page 15: Biografie Comenius Jan Amos Komensky Tijdschrift Pentagram 1992 nummer 5

Woord, dat in den beginne sprak: «Daarzij licht», spreek ook nu uit «Daar zijlicht», en er zal Licht zijn.

Tot U roept de ter kimine neigende wereld, dat Gij die haar jeugd hebt verlicht, ook haar oiiiderdom niet ‘~‘ersmade, maar doe haar beénderen juichen en haar jeugd herleven als eenadelaar! 0 God van alle volkeren, geefdat alle volkeren de klank van Uw bazuin kennen en wandelen in UW licht(Psalm 89:15 er~ 16) 0 onze Vader, diein de hemelen zijt, geheiligd zij reedsnu Uw naam in de hele wereld! Uwkoninkrijk kome nu voor heel de w&reld, Uw wil geschiede, zoals in heelde h~mel, zo ook oØheel de aarde! Inheel Europa, Heer, in heel Azië, inheel Afrika, in heel Amerika, in heelhet Zuid land en over alle eilanden derzee worde Uw naam geheiligd,~komeUw koninkrijk, geschiede Uw wil!Vervul, 0 God, de aarde metkennisvan U, zoals de zee met wateren bedekt is, dat heel de aarde tot U juiche!Doe mensen opstaan, die Uw wilbeschrijven in boeken, die Gij zelveechter de harten der mensen in-prenten moge. Zorg dat bij alle volkeren scholen geopend mogen worden,leerhuizen voor Uw kinderen! En richtGij zelve Uw scholen op in de hartenvan alle mensen! Inspireer de geestenvan de wijzen in heel de wereld, datzij ze aaneen mogen sluiten tot lofprijzing van U, maar leid zelve hetkoor van Uw uitverkorenen! Schenkde volkeren een uitverkoren taal, dat

wij U met één mond mogen lofprijzen! Leer dat ons zelf door Uw innerlijke toespraken!

0 Licht der wereld, Jesus Christus,zonder Wie alle dingen der duisterniszijn, verlicht de wereld! 0 Leven derwereld, zonder Wie alle dingen desdoods zijn, beziel de wereld! 0 Weg,zonder wie alle dingen verloren en verdoold zijn, breng alle dingen die vanU afdwaalden, door U tot U terug, totUw gelukzalige eeuwigheid! Ach Heer,als gij aan ons, die tot U roepen, zoalsaan Bartimaeus vraagt, «Wat wilt ge datik u doe» zullen wij duizendvoudigverzuchten dit ene «Dat wij U mogenzien». Want dichte wolken en nevelenvan eindeloze onwetendheid, dwalingen en ijdelheden bedekken de ogender wereld, zodat zij U, de zon derwaarheid en gerechtigheid niet vermogen te zien, verwikkeld in hunduisternis, die zij zelfs beminnen enwaarvan zij niet bevrijd willen worden, omdat zij het licht niet kennen.Laat Uw donder dus weerklinken, 0Heer, en werp Uw bliksernflitsen neer!Dat Uw almachtig licht rondom weer-lichte elke Saulus, dat zij tot een Paulus gemaakt in Uw naam tot de natiënen volkeren mogen gaan om hun ogente openen, dat zij zich mogen bekerenvan de duisternis tot het Licht, en vande macht van Satan tot de LevendeGod, dat zij de vergeving der zondenmogen ontvangen en hun erfdeel onder de heiligen door het geloof, dat inU is (Hand. 26). 0 Heere Jesus, maak

Page 16: Biografie Comenius Jan Amos Komensky Tijdschrift Pentagram 1992 nummer 5

dat het zo is, zoals de Vader over U verkondigd heeft. Te gering zou het zijndat Ge de wederoprichter van het eneof het andere volk zoudt zijn, Ik heb Ugesteld tot een licht voor de heidenen,dat Gij Mijn heil moge zijn tot aan heteinde der aarde ~Jes. 49:6). Stuur Uwengel uit met het Eeuwig Evangelie, datde blijde boodschap verkondigd mogeworden aan elke natie, en geslacht entaal en volk (Openb. 14:6). 0 Heer, diegezegd hebt: «Laat de kindertjes tot mijkomen; en verhindert ze niet!»Wij smeken U bij de roerselen van Uwbarmhartigheid, dat Gij Zelf de kinderen van de hele wereld toelaat tot U tekomen (Mar. 10:9). En dat Gij niet zoudtverhinderen dat de kinderen der heidenen vanaf de einden der aarde tot U gebracht worden, tot Uw heiligheid, 0God der Heerscharen, tot een sieraadvoor Uw heilige stad Jerusalem Ues.66:9). En als er zijn die dat verhinderen(mogen het Farizeeërs zijn, of volgelingen van U), donder hen toe! BewerkZelve, 0 Heiland der wereld, dat zijniet in staat zijn te verhinderen wat Uwheiligheid en het heil der wereld raakt.De demonen, Uw vijanden, zijn gewoon U te vragen dat U ze niet zult bevelen in de hel af te dalen, en Gij liethen toe in zwijnen te varen (‘Luc. 8:31).Wij echter, Uw dienaren, vragen U datU hen spoedig bevelen zult zich in dehel te storten, en dat die boven hengesloten en verzegeld mag worden, datzij niet langer de volkeren vermogen teverleiden (Openb. 20). Maar als Gij hendesondanks nog toestaat in de zwijnen

van deze wereld te varen, opdat dezezelf zi.c-h in hun razernij de ondergangr~iogen bereiden, dan korne Uw gericht, dat de afgrond zelve is, mits demensen maar van de heerschappij vanSatan, die hen nu onderworpen houdtaan zijn wil, spoedig allen bevrijd mogen worden. Dat spoedig heel het huisder wereld vervuld moge worden vanoprijzende rook en licht van Uw heerlijkheid. Dat over heel de aarde demensen bij duizenden rond de troonvan Uw Majesteit gesc-haard de een deander toeroepen:Heilig Heilig Heilig de Heer, de Godder Heerscharen. Vol is heel de aardevan zijn Heerlijkheid (les. 6:3 en 4). 0geschiede het, geschiede het, HeereGod, geschiede het! Amen! Amen!Amen!

De Naam des Heeren zij geprezen vannu af tot in eeuwigheid. Vanwaar deZon opgaat tot waar zij ondergaat, zijde Naam des Heeren geloofd (Psalm113 vers 2 en 3).

EINDE

Dit is een voorpublikatie van hoofdstuk 22van het in oktober 1992 bij de BibliothecaPhilosophica Hermetica te verschijnenboek De weg van het licht (zie de aankondiging op blz. 19).

Page 17: Biografie Comenius Jan Amos Komensky Tijdschrift Pentagram 1992 nummer 5

LUXIN TENEBRIS

Hocea

PROPHETL~ DONUMqvôDeus Ecciefiam Evangealicam (inRegno Bohemiz &incorporatis Provin

cbs) fub tempus horrendx ejus pro Evangelio

perfeqvutionis, extremazqve diffipatioriis5

ornare, ac paternè folari,

dignatus eft.

Sftbmiffis de flatu Ecclefiz in Terris,przfenti &moxfuturo, per Chr:flophorurn Cotterwn Silejium, (briflinam

Tonjatoviam Bobemam, ci’ Z»s2ico?aum Drabiciam Moravui~z, Revelationibus verédivinjs, ab

anno i6x6 usqve adannum

x6ç6 continuatis~

nrsnc è ï 7ernaczilo in Latintimfideiter trans1ati~, in Dei<gloriam,4?~Ctornrn folatta, nlioramqve fabaarom informa~ionem, rjYjî uS $s.~t.1

Oratnil jufni in lucem dantur, ~dsh~ 444’4 t’ t,

Anno inchoandx liberationis M. D» C. LVII» ~ j’~

Titelpagina van de eerste uitgave van Jan Amos Comenius, Lux in tenebris (Licht in de duisternis).[Amsterdam] 1657. Foto Bibliotheca Philosophica Hermetica.

15

Page 18: Biografie Comenius Jan Amos Komensky Tijdschrift Pentagram 1992 nummer 5

Patriarch van het Licht

~ r trad een mens op van Godgezonden, wiens naam was Johannes. Deze kwam als getuigeom van het licht te getuigen, op

dat allen door hem geloven zouden. Hijwas het licht niet, maar was om tegetuigen van het licht» (Evangelie naarJohannes, 1: 6-8).

Aan het eind van zijn leven, in 1669, komtde filosoof Comenius tot een samenvattingvan zijn leven op aarde. Hij legt in hetgeschrift Unum Necessarium (Het enenodige) enkele indringende inzichten vast,die hij op zijn levensweg verworven heeft:

«1. Bezwaar uzelf niet met dingen die buitenuw nooddruft vallen, maar stel u tevreden met het weinige dat het gemakdient en prijs God.

2. Ontbreekt u alle gerieflijkheid, weesdan tevreden met het strikt nodige.

3. Wordt ook dit u ontnomen, zie danuzelf te behouden.

4. Kunt ge ook uzelf niet behouden, laatdan uzelf los, maar zie toe dat ge God

Jan Amos Comenius vasthoudt. Wie God heeft, kan allesOlieverfschildering naar J. Ovens ontberen. Hij bezit het hoogste goed

en het eeuwige leven met en in God,voor eeuwig en altoos. En dit is van al,dat men begeren kan, het doel en heteinde.»

Een jaar eerder, op 13 april 1668, voltooidehij met het schrijven van het woord vooraf,gericht aan de Royal Society in Londen,zijn Via Lucis (De weg van het licht). Hetboek, dat kort daarop gepubliceerd werd,

Page 19: Biografie Comenius Jan Amos Komensky Tijdschrift Pentagram 1992 nummer 5

mag worden gezien als een laatste bazuinvan de visionair Comenius. Wie de tijdwaarin Comenius leefde onderzoekt, ontdekt dat hij niet alleen stond: er bestond inAmsterdam een kring schrijvers, schilders,architecten, filosofen en uitgevers, die opde hoogte waren van de spirituele mogelijkheden van die tijd en door wie de ontwikkeling in Amsterdam mondiale betekeniskreeg. Hiervan getuigen onder andere degeschriften van Benedictus Spinoza, RenéDescartes, Antoinette de Bourignon, Abraham von Franckenberg, Johann Georg Gigtel,Anna Maria van Schuurman. Een grote rolspeelde ook de uitgever Abraham Willemsz.van Beyerland, die de geschriften vanJacob Boehme uitgaf en het CorpusHermeticum van Hermes Trismegistus inhet Nederlands vertaalde en in 1643 voorhet eerst in de lage landen publiceerde.Comenius verbleef de laatste veertien jaarvan zijn leven in dit Amsterdam. Hij woondeonder andere in Het witte lam aan deEglantiersgracht en vond een veilige havenin Het huis met de hoofden aan de Keizersgracht 123. Hij genoot er de gastvrijheid enbescherming van de koopman Laurens deGeer, een maecenas die inzag uit welkegeest Comenius handelde en van welkelichtkracht hij getuigde. Daarom stelde DeGeer door zijn ondersteuning Comenius inde gelegenheid zijn werken te publiceren.

In De weg van het licht schrijft Comeniusover de werking van de universele licht-kracht. Hij verklaart deze in drie geschriften: het eerste boek of het Boek van God,een uitdrukking van het hoogste geopenbaarde licht; het tweede boek of het Boekder Natuur, het librum naturum, de levendenatuur waarin het goddelijke licht zich inzijn schepping openbaart en zo tot eenzichtbare openbaring komt; en het derdeboek verklaart het mysterie van de mens,de minitum mundi, de kleine wereld ofmikrokosmos waarin de mens tot kennisvan zichzelf moet komen en zo tot eendirecte aanschouwing van de zich openbarende, levende natuur en daardoor een

verbinding legt met de oorsprong van hetleven, de goddelijke schepper zelf.

Hermetische filosofie

Door de relatie God-kosmos-mens teleggen, zet Comenius in zijn eigen tijd dehermetisch-filosofische traditie voort, dieverankerd ligt in het Corpus Hermeticumvan Hermes Trismegistus. Dit geschriftontstond in de tweede en derde eeuw vande christelijke jaartelling in een hermetischeinwijdingsschool te Alexandrië in Egypte. Inde twintigste eeuw is het opnieuw vertaalden uitgegeven in het Nederlands, Frans,Duits en Engels en door Jan van Rijckenborgh bewerkt als De Egyptische Oergnosisen haar Roep in het Eeuwige Nu 1)~ In 1990verscheen bij de Bibliotheca PhilosophicaHermetica in Amsterdam een vertaling inhet Nederlands, gebaseerd op de Griekseoertekst. 2)Comenius ontsloot deze hermetische wijsheid voor zijn tijd. In zijn beschouwingenspreekt hij over het wonder van de zichopenbarende natuur en het wonder van dezich onafgebroken manifesterende goddelijke openbaringskracht. Het voertuig vandeze openbaringskracht noemt hij het lichten hij wijst veelvuldig op de traditie van hetgoddelijke licht, die wordt verklaard doormensen in wie dat goddelijke licht zichrechtstreeks heeft geopenbaard en die haarwijsheid in geschriften voor het nageslachthebben vastgelegd.

Manifesten der Rozenkruisers

Voor Comenius is de Bijbel de hoeksteenvan de levende Christuskracht waarin hetgoddelijke mysterie in de wereld isgeplaatst. Maar tevens vond hij al op zeerjonge leeftijd een bron van inspiratie in de

17

Page 20: Biografie Comenius Jan Amos Komensky Tijdschrift Pentagram 1992 nummer 5

Manifesten der Rozenkruisers-Broederschap.In een briefwisseling met Johann ValentinAndreae, gedateerd 1620/1621, waarin aanComenius de fakkel van het licht wordtovergedragen, beschrijft hij het visioenwaarin het College van het Licht wordtgevormd, zoals dat reeds in het begin vande zeventiende eeuw in de Fama Fraternitatis (1614) als Roep der RozenkruisersBroederschap werd aangekondigd; een boodschap van de zeer lofwaardige orde van hetRozenkruis, gericht tot alle geleerden enhoofden van Europa. Deze roep had alsdoel een algemene reformatie van degehele wereld. In deze tekst bevinden zichook geschriften met klassieke wijsheidsaspecten die door de Broeders van hetRozenkruis als hun grootste schat werdenbewaard. In de Fama Fraternitatis wordtgesproken over de graftempel van Christiaan Rozenkruis, waarin het met goudenletters op perkament geschreven Boek T(Theos = God) wordt bewaard, dat na deBijbel de grootste schat mag heten enwaarin het testament van vader-broederChristiaan Rozenkruis, een van depatriarchen van het licht, is vastgelegd. DeBroeders van het Rozenkruis spreken ookover het Boek M, het liber mundi, waarinalle waarnemingen en onderzoekingen inde levende natuur zijn opgetekend. In eeneerste samenstelling van acht Broederswordt aan het begin van de zeventiendeeeuw het College van de Broederschap vanhet Rozenkruis gesticht. Hun arbeid heeftde grote spirituele impuls voor heel Europatot gevolg.

Comenius was behalve een groot visionairtalent ook een objectief en scherp waarnemer die, om zo te zeggen, de hemel nietin de hel en de hel niet in de hemelplaatste. Hij stelt dat de mens de weg vanhet licht moet gaan, uit de duisternis. Hijbeschouwde De weg van het licht dan ookniet als een geschrift voor enkele uitverkorenen, maar schreef het voor de gehelemensheid.

Er is reden in en rond Amsterdam de 400stegeboortedag van Comenius passend te herdenken. De filosoof en geleerde heeft juistdaar zoveel belangrijk werk gepubliceerden er zijn levensweg afgesloten. Nog steedsis er een levendige aandacht in Nederlandvoor het werk van Comenius en er verschenen in deze eeuw vele belangrijke werkenin de Nederlandse taal. Dr. R.A. BenthemOosterhuis verzorgde vertalingen van onderandere Het labyrint der wereld en hetparadijs des harten, Het testament van destervende moeder der Broeder-uniteit enDe Angela Paces (De Engel des Vredes) enschreef een aantal verhandelingen overComenius. Bij De Rozekruis Pers in Haarlem zijn Het labyrint der wereld en hetUnum Necessarium (Het ene nodige) opnieuw uitgegeven. In de BibliothecaPhilosophica Hermetica neemt zijn werkeen belangrijke plaats in tussen de tallozespirituele geschriften van de laatste tweeduizend jaar. Uit zulk materiaal blijkt hoehet mysterie van het licht in een onafgebroken lijn is verwoord. Daarin past ook deuitgave van De weg van het licht, waarin Comenius betoogt dat het mysterie van het lichtin de mens zelf verborgen ligt, en nergens zoduidelijk wordt omschreven als in de Bijbel,waar gezegd wordt: Het koninkrijk Gods isnader dan handen en voeten.

Via Lucis werd geschreven voor de zoekernaar het licht en volgt daarmee de gnostieke traditie in Europa. De zoeker naarhet licht, die dit boek van Comenius bestudeert, zal daarin de weg van fundamenteleterugkeer kunnen herkennen en het ervarenals een binnenkomen in het huis Gods, datde klassieke Rozenkruisers aanduidden alshet Tehuis Sancti Spiritus, het Tehuis vande heilige Geest.

1 Jan van Rijckenborgh, De EgyptischeOergnosis en haar Roep in het Eeuwige Nu.4 delen. Rozekruis Pers, Haarlem.

2 Corpus Hermeticum, ingeleid, vertaald entoegelicht door R. van den Broek en G.Quispel. Amsterdam, In de Pelikaan, 1990.

18

Page 21: Biografie Comenius Jan Amos Komensky Tijdschrift Pentagram 1992 nummer 5

Comenius

De weg van het licht

Jan Amos Komensk9 (Comenius; Nivnitz,Moravië 1592 — Amsterdam 1670) is vandaagde dag voornamelijk bekend als een van degrondleggers van de pedagogie. Zijn toenmaals radicale ideeën zijn reeds lang geaccepteerd. Hij was ook de laatste bisschop vande Moravische en Boheemse Broederschap,die zijn leven lang als gevolg van godsdienst-twisten op de vlucht was, totdat hij in 1655rust vond in de stad der vrijdenkers: Amsterdam.Via lucis — De weg van het licht — geldt nietalleen als een van zijn mooiste boeken, maargeeft ook als geen ander inzicht in zijn veelomvattend streven om godsdienst, wetenschap en maatschappij, kortom de wereld, teveranderen. Het werk werd in de winter van1641-1642 in Engeland geschreven, ondereen gesternte dat gunstig leek voor de doelstellingen, maar het duurde ruim vijfentwintig jaar voordat het boek in 1668 in Amsterdam onder de titel Via lucis kon verschijnen,met een aangepast voorwoord; opgedragenaan de zojuist in Londen opgerichte RoyalSociety.De weg van het licht weerspiegelt de invloeden die Comenius in zijn jonge jaren moethebben ondergaan. De invloed van Bacon endiens Advancernent of Learning is echter beduidend minder geweest dan het vroeg 1 7de-eeuwse utopisme van Johann Valentin Andreaen de Rozenkruisersbeweging. Frances A.Yates bestempelde de Via lucis. in navolgingvan Peuckert, dan ook als een ComeniaanseFarna fraternitatis.Nadat hij geconstateerd heeft dat het mis wasmet de wereld en dat eerdere pogingen totherstel hebben gefaald, zegt Comenius dateen nieuw en Universeel Licht redding zalbrengen, nog vddr het einde der tijden. In heldere en geniale axioma’s over de parallellietussen het inwendige en het uitwendige licht,worden ons de wegen van het licht beschreven, welhaast in de vorm van een optischeverhandeling. Zes vormen van verstandelijklicht hebben volgens Comenius de mensheidvoortgebracht: de eigen waarneming, het

tweegesprek, de openbare bijeenkomst, hetschrift, de boekdrukkunst en de kunst der zee-vaart. De zevende vorm zal het UniverseleLicht 7ijfl, waarin de mens met eigen waarneming de — Platonische — ideeën van alles zalkunnen zien, kortom: Allen Alles Alom, debasisconcepten van Comenius’ pansofie.De vier wegen van dit Universele Licht zijnde opnieuw te schrijven boeken der pansofie.panhistorie en dogmatiek, de nieuw in te richten scholen, het uit wijze mannen te benoemen College van het Licht en een nieuw teontwerpen Universele Taal.

ISBN 90263 11966omvang 196 blz.formaat 17,5 x 25,5 cmtypografie Charles Jongejansprijs f 25,00/BF 490 (gebonden)verschijnt oktober 1992rubriek filosofie/NUGI-code 611

Uitgave van de BibliothecaPhilosophica Hermetica

Page 22: Biografie Comenius Jan Amos Komensky Tijdschrift Pentagram 1992 nummer 5

De weg van het LichtOnderzocht en nog te onderzoeken

Een geschrift, zesentwintig jaar geledenin Engeland geschreven,nu pas in druk verschenen

en naar Engeland teruggezonden.

In het jaar des Heils 1668Te Amsterdam,

Bij Christophorus Cunradus, drukkerIn het jaar 1668

5

In het eerste deel van mijn werk is geheelen al nieuw het universele oogmerk ervan,namelijk de verbetering van alles wat demens aangaat, voor allen, alom: en ik toonaan dat indien wij daar niet naar strevenonze afzonderlijke pogingen altijd enoveral op niets zullen uitlopen.

6

In het tweede deel is nieuw dat nieuwewegen worden getoond dit universeleoogmerk te bereiken: en als die er blijkente zijn, dan is het ook duidelijk dat bereiktkan worden waarnaar wij streven, ja, dat hetzelfs onmogelijk niet bereikt kan worden. Ener wordt aangetoond dat ze er zijn: allemensen zijn de drie noodzakelijke basis-principes voor elke vorm van handelen ingelijke mate aangeboren, namelijk weten,willen en kunnen. Want ieder mens zijnmaatstaven van alles wat hij weten moetaangeboren (die men algemene begrippennoemt), en ook de prikkels tot alles waarnaar hij verlangen moet (die wij algemeneinstincten noemen), en instrumenten om

alles mee te doen wat hij doen moet (dieje algemene vermogens zou kunnennoemen). Kijk, dit hier is nieuw, debegripsklassen van algemene instinctenen algemene vermogens! Want tot nu toewas er bij de wijsgeren slechts sprake vanalgemene begrippen, en zelfs deze zijndoor geen van hen naar aantal of volgordegerangschikt, maar verspreid gelatenzoals ze waren, al naargelang ze zich bijdeze of gene gelegenheid aan elk individupresenteerden. Wij hebben gemeend datdeze primaire kanalen van wijsheid tot hunbron teruggevoerd en in klassen ingedeelddienden te worden. Daarom hebben wijgetracht niet alleen de begrippen, maarook de instincten en vermogens volgenseen geheel nieuwe methode in tabellenuiteen te zetten, met de bedoeling dat hierduidelijk uit blijkt dat het onmogelijk is datde mensen niet overeenstemmen in dezewortels van de menselijke Alwijsheid.

7

Aangezien we hebben vastgesteld dat metbovengenoemde drie grondbeginselenheel de verscheidenheid der dingen (hoediffuus deze ook is) voldoende uitgedieptkan worden, en dat ze als normen kunnenworden toegepast op al wat de wereld tebieden heeft en dat, wanneer iets zou afwijken van de (door Gods geopenbaardeWoord) van bovenaf opgelegde goddelijkenormen, dit verbeterd zou kunnen worden,hebben wij het gewaagd op basis van aldeze grondbeginselen een enkel stelsel teconstrueren van de menselijke Alwetendheid (dat wil zeggen van alles wat de

20

Page 23: Biografie Comenius Jan Amos Komensky Tijdschrift Pentagram 1992 nummer 5

Dat is: een beredeneerde onderzoeking naar demanieren waarop het verstandelijk Licht van de geest,de wijsheid, nu eindelijk kort voor ‘s wereldsavondschemer ovér âlle volkeren en gezindten dergehele mensheid voorspoedig kan worden verspreid

mens op aarde gegeven is te weten, tespreken en te doen) onder de naam vanPansofie. Daarin worden alle zichtbare enverborgen dingen zowel van dit tijdperkals van het toekomstige volgens eenenkele, overal gelijke methode als in eenketting beschreven, in een onaantastbare,nergens onderbroken volgorde, op zo’nmanier dat niemand die dit allesaandachtig beschouwt in staat is het niette begrijpen en niet met instemming goedte keuren.

8

En omdat wij vastgesteld hebben dat dezedrie grondbeginselen (weten, willen en kunnen) op gelijke wijze aanwezig zijn in heelde menselijke natuur, onder alle volkeren,leeftijden en standen, hebben wij het gewaagd onze pogingen ook uit te strekkentot het zoeken van wegen en manieren waarop deze universele wijsheid elk geborenmens aangeboden kan worden, opdat wijniet toestaan dat enig verstandelijk wezenzonder beschaving blijft of dissoneert metde gemeenschappelijke harmonie, maarbewerken dat allen van hetzelfde pansofische licht doordrenkt zijn.

Aangezien we ten slotfe vâstg~steldhebben dat het enige, doch zeer machtigebeletsel dit licht tot de mensen door te latendringen gelegen is in de veelheid, verscheidenheid en verwarring der talen, hebbenwij het gewaagd de slechting van dezehindernis ter hand te nemen door middel

van nieuwe raadgevingen aangaande debetere beoefening van alle talen en hetvergemakkelijken van veeltaligheid, en tenslotte door het scheppen van een taal dievolmaakt nieuw is, volmaakt moeiteloos,volmaakt rationeel en filosofisch (ja, zelfspansofisch), als een universele drager vanhet Licht.

10

Zodra bewezen zal zijn dat al deze dooralle mensen gewenste dingen inmiddelsherleid zijn tot iets dat mogelijk en uitvoerbaar is (want dermate uitputtendbeschreven, dat de uitwerking niet kanontbreken), dan zullen wij het ook wagenals het ware in de openbare vergaderingvan de wereld te zeggen hoe naar onzemening Wetenschap, Godsdienst en Staatkunde conform hun gegeven onwrikbaregrondslagen tot hun beste staat teruggebracht kunnen worden, opdat onwetendheid, twijfel, tweedracht en het rumoer vanonenigheid, conflicten en oorlogen overalophouden, Licht, Vrede en Heil in dewereld terugkeren en het door de eeuwenverhoopte verlichte, vredige en godsdienstige tijdperk voor onze ogen opbloeit.

24

Weest ervan doordrongen, zeg ik, dat Umet Uw gehele geleerdheid slechts overde eerste grondslagen van de WijsheidGods beschikt, en voor de vervolmakingvan de menselijke wijsheid slechts defundamenten legt. Als U het hierbij laat enniet voornemens bent daarop voort te

21

Page 24: Biografie Comenius Jan Amos Komensky Tijdschrift Pentagram 1992 nummer 5

bouwen, zult U even lachwekkendoverkomen als de in het Evangeliegenoemde persoon die begon een toren tebouwen, maar de voltooiing niet doorzette(Luc. 14). Lachwekkend zeg ik, zo niet in deogen der mensen (die Gods grootse werkniet willen begrijpen), dan wel in die vanGod en de engelen, en Uw werk zal eensoort omgekeerd Babel zijn, namelijk eenbouwsel dat niet naar de hemel gericht is,maar naar de aarde — of althans eenonvoltooid werk, zoals dat van Salomogeweest zou zijn als hij na het bouwen vande buitentempel voor het volk nagelatenzou hebben het Heilige voor de priestersen het Heilige der Heiligen voor dehogepriester toe te voegen, Of ten slottezullen we op die manier blijven steken inde Griekse ziekte, die (volgens Seneca)inhield wijs te zijn in onbeduidende details.Al het zintuiglijke is inderdaad slechts detailin vergelijking met het verstandelijke, hetlichamelijke met het geestelijke en hettijdelijke met het eeuwige, omdat het eenvergaat en het ander blijft. Zou het dus nietbeter zijn (in navolging van Hieronymus) diedingen op aarde te leren waarvan dekennis ook in de hemel standhoudt? Enmet de Apostel zô van de wereld gebruikmaken alsof we haar niet gebruiken? Wantde gestalte van deze wereld gaat voorbij (1Cor. 7:31). Als dat toen al zo was, toen detijden eerst begonnen om te slaan, hoe zaldat dan nu niet zijn, nu zij in een ijltempoaflopen?

22

Page 25: Biografie Comenius Jan Amos Komensky Tijdschrift Pentagram 1992 nummer 5

«Per crucem ad lucem,rosis tamen solatiorum De!»

(Door het kruis tot het lichten met de rozen van Gods troostverkwikt.)

~ n 1669 zette de invloedrijkegereformeerde theoloog SamuelDesmarets met zijn boek Antirheticus (Tegenspreker) de waar

schijnlijk gemeenste aanval ooitondernomen, in op Comenius en diens hervormingsideeën. De gevolgen warenernaar. De aanval van de twistziekecalvinist uit Groningen betrof in eersteinstantie Comenius’ overtuiging dat ereen groot nieuw licht (~novae magnaeL.ucis») zou moeten gaan stralen in hetdoor hem zozeer verbeide «aureumsaeculum». Comenius zelf had naareigen zeggen ter voorbereiding van datgrote nieuwe licht een drievoudigmorgenrood aangekondigd, in de vormvan drie boeken. Het eerste heetteChristianismus recondiiabilis (Verzoenbaar christendom) en ging over despoedige oplossing van theologischetwistpunten tussen alle christelijkesekten. Het tweede, De omnimodarerum humanarum emendatione consultatio (Raadgeving inzake de algemeneverbetering van de menselijke dingen),zou de weg moeten wijzen waarlangsalle verwarring uit de wereld geholpenzou kunnen worden. Het derde werkwas het reeds gepubliceerde Lux exTenebris (Licht uit de duisternis), waarinComenius zijn chiliastische verwachtingen tot uitdrukking bracht.

De persoon van Comenius zelf werd bij deaanval van Desmarets evenmin gespaard. DeTsjechische hervormer en pedagoog werdom te beginnen uitgemaakt voor een chili-

astische bedrieger, die in Amsterdam opkosten van de goedhartige koopmansfamilieDe Geer een weelderig leven leidde. Tegelijkertijd werd hij tot verkapt hereticus, confessionele draaier en revolutionair visionair bestempeld, die dezelfde fanatieke droom aan-hing als bijvoorbeeld voorheen de «FratresR.C.» of Broeders van het Rozenkruis deden.De droom, namelijk, van een «algemene,plechtige, glorierijke reformatie van kerk enstaat over de gehele wereld, waar de werkenvan deze alwijze (Pansophus) of veeleer van dezewaanzinnige en fanatieke aldwaze (Panmorus) uiteindelijk op neerkomen.

«Lees mijn dagboeken, bestudeer mijnleven»

Op zulke meedogenloze beschuldigingenwas voor Comenius maar één antwoordmogelijk, hetzelfde als waarmee hij opvroegere opponenten had gereageerd:«Lees mijn dagboeken, bestudeer mijnleven». En zo schreef hij voor Desmaretsen voor het nageslacht een korte geschiedenis van zijn leven en werk, vanaf hetmoment dat hij uit zijn vaderland verdrevenwerd, met Johann Valentin Andreae incontact kwam en zich met de pansofie ende hervormingsplannen ging bezighouden.Over het verwijt dat hij zich met de Rozenkruisers zou inlaten, repte Comenius in zijnautobiografie evenwel met geen woord. Zijnreactie op deze beschuldiging bewaarde hijvoor zijn laatste en radicaalste werk, deClamores Eliae, waaraan hij tijdens zijnlaatste levensjaren met toewijding werkte.En het antwoord dat Comenius daar voorzijn tegenstanders in petto had, was verrassend genoeg een openlijke stellingnamevoor de Broederschap van het Rozenkruis.Comenius stelt zijn eigen hervormingsprogramma namelijk gelijk aan de door deRozen kruisers nagestreefde algemenehervorming van de gehele wereld. Enbovendien betitelt hij de door hem geleidebroederuniteit als de eerste verwezenlijkteFraternitas Roseae Crucis!

23

Page 26: Biografie Comenius Jan Amos Komensky Tijdschrift Pentagram 1992 nummer 5

«Moge God er zijn>’, zo schreef Comeniushier deels in het Tsjechisch en deels in hetLatijn, «dat de wereld dit grote licht bij ons[in Bohemen] ontstoken moge worden endat juist dit licht [waarschijnlijk door hetCollegium Lucis voor het eerst bijeen gebracht] van daar uit zou gaan om eennieuwe, werkelijk universele en filadelfischekerk te stichten. Zou dit niet het spel van goddelijke wijsheid zijn, waarvan de Broederschapvan het Rozenkruis een halve eeuw geleden het voorspel vormde? [Een broederschap] wier eerste verwezenlijking bij deuniteit van de Tsjechische broeders plaatsgevonden zou hebben, want vooral dezezou God door het Kruis naar het Lichthebben gevoerd [...] en tegelijkertijd met derozen van zijn troost hebben gelaafd.» Ofanders gezegd, het in de Via Lucis ontworpen Collegium Universale of CollegiumLucis, welks taak het was een algehelehervorming van de kennis door te voerenen een universele en broederlijke gemeentete stichten, was volgens Comenius daadwerkelijk in het programma van degoddelijke Voorziening opgenomen enuiteindelijk niets anders dan de voortzettingvan de hervormingspogingen van deBroederschap van Rosenkreuz.

Hervormingsprogramma der Rozenkruisers

Deze openhartige getuigenis van Comeniusbetekende voor het Comenius-onderzoeksteeds weer een verrassing, vanaf haareerste fragmentarische publikatie in 1899.De tekst heeft tot de meest uiteenlopendeinterpretaties geleid, want voor zoverbekend had Comenius in zijn werk deRozenkruisers slechts één keer vaker metname genoemd, en wel in zijn Labyrint derwereld uit 1623. Maar lezing van het Labyrint zou eerder tot een tegenovergesteldbeeld van de Rozenkruisers leiden: eenbeeld van een verzameling charlatans diehet niet waard waren dat de gelovige zichnog verder om hen bekommerde. Was Comenius in de loop van de tijd radicaal van mening

veranderd en kende zijn ontwikkeling vergeleken met die van Johann Valentin Andreaeeen tegenovergesteld verloop?

Andreae was de man die de manifestenvan de Rozenkruisers heeft opgesteld.Daaraan kan niet meer worden getwijfeld.Dat Andreae zich later van de mede doorhem op gang gebrachte beweging distantieerde, werd minder veroorzaakt door deoorspronkelijke hervormingsideeën dandoor de chiliastische elementen die zebevatten, en vooral de zeldzamo uitwassendie zo snel op de RC-manifesten bleken tevolgen. Alleen op die manier kon Andreaein zijn volgende artikelen voor de sociëteittelkens weer op het oorspronkelijke hervormingsprogramma teruggrijpen en tegelijkertijd de Rozenkruisers, zonder de minsteremming, in het openbaar voor fanatici enimpostoren uitmaken; hen in feite op eenhoop gooiend met de ergste ketters.

Wanneer Comenius voor het eerst van deRozenkruisers hoorde valt niet met zekerheid te zeggen. Omdat hij echter de publikatie van de Fama Fraternitatis in het Latijn(!) en het Duits op 1612 antidateert, magworden aangenomen dat hij al tijdens zijnverblijf in Marburg of Heidelberg (1613-1614)van het bestaan van de Broederschap opde hoogte is gekomen. Wat hij er destijdsvan vond, heeft hij het nageslacht nietmeegedeeld. Dat hij evenwel de Fama enverschillende geschriften uit de vroege RCdiscussie met aandacht en niet zonderbewondering heeft gelezen, valt duidelijk opte maken uit het Rozenkruisers-hoofdstukvan het Labyrint der Wereld. Hier wordenechter ook langere passages uit Andreaeslatere geschriften letterlijk door Comeniusgeciteerd, waardoor hij ook met de satirische klappen instemt die Andreae uitdeeltaan rabiate tegenstanders en hardnekkigenostalgici van de vermeende Broederschap.Dienovereenkomstig is het uiteindelijkafwijzende oordeel van Comenius over deRozenkruisers identiek aan dat van delatere Andreae. Deze afwijzing wordt nog

24

Page 27: Biografie Comenius Jan Amos Komensky Tijdschrift Pentagram 1992 nummer 5

versterkt door het feit dat Comenius deboosaardige satire van Andreae op hetAmphitheatrum Sapientiae Aeternae vanHeinrich Khunrath uit de MythologiaChristiana (V, 45) integraal overneemt envolledig op de Rozenkruisers van toepassing verklaart, zonder te beseffen datuitgerekend Khunraths werk zowel in deFama Fraternitatis als in de Confessio R.C.en in de Chymische Hochzeit scherp wordtbekritiseerd.

Inspiratie tot pansofische reformatie

Aan de hand van beschikbare bronnen kanniet worden aangetoond of Comenius ooittot het geheim van het auteurschap van deRC-manifesten is doorgedrongen. Hij zalwel net als vele anderen vermoedens ineen bepaalde richting hebben gekoesterd.Zekerheid daaromtrent kan hij echter pasveel later hebben gekregen, toen hij in Amsterdam gesprekken voerde met Seidenbecher en Breckling, die allebei onverminderd vasthielden aan Andreae als auteurvan de Fama. Misschien ligt het daaraandat Comenius pas in de Clamores EIiaevoor het eerst uitdrukkelijk naar deBroederschap van het Rozenkruis verwijst.Hoe het ook zij, afgezien van de RCmanifesten bevatten ook de overigejeugdgeschriften van Andreae genoegexplosieve kracht om de door Comeniusnagestreefde pansofische reformatievleugels te geven.Comenius was zich daarvan terdege bewust en heeft Andreae daarom als deeerste inspiratiebron van zijn «pansofischegedachten» betiteld en hem «een man vanvurige geest en zuivere intelligentie»genoemd, «die de gebreken van de kerken,de politiek alsmede van de scholen in zijngouden geschriften [vanaf 1617]onvermoeibaar heeft blootgelegd en [er]hier en daar geneesmiddelen [tegen] heeftaangedragen». Vanzelfsprekend heeftComenius zich ook uitgelaten over deinvloed van andere hervormers op zijn

werk. Daarbij hoeft men slechts te denkenaan namen als Theodor Zwinger, Bacon,Alsted, Johannes Arndt, Campanella enWolfgang Ratichius. Maar steeds benadrukte hij dat de invloed van Andreae bijzondervermeldenswaard was. De laatste had hemimmers niet alleen een rijkdom aan materiaalen inspiratie geboden, maar in een persoonlijke brief ook expliciet zijn fakkel aanComenius overgedragen en hem gesterkt inzijn doelstellingen.

Verre van iedere partijdigheid en fanatisme

Dit alles gebeurde in de jaren 1628-1629,toen Comenius volgens eigen zeggen voorhet eerst schriftelijk contact met Andreaeopnam, naar diens plannen voor de nabijetoekomst informeerde, hem stimuleerde omde strijd tegen de inmiddels ontmaskerdemonsters voort te zetten en Andreaetenslotte verzocht zich over hem, als zijnbezielde leerling en zoon, te ontfermen. Hetgeresigneerde antwoord van de destijds42-jarige Andreae aan Comenius werd doorMartin Brecht in het Duits vertaald:Het zou bezwaarlijk zijn om hem als oudeman (emeritus) weer in de strijd te betrekken, zijn uitgeputte krachten waren nauwelijks voldoende voor zijn eigen gemeente.Wat hij op gang had gebracht speet hemechter geenszlns en hij schaamde zich erniet voor. Integendeel, hij was vastbeslotenom hieraan zijn levensavond tot het eindetoe te wijden. Hij zou graag vriendschapmet Comenius sluiten, voor zover het waarwas wat deze laatste hem had geschreven:namelijk dat hij zich verre zou houden vaniedere partijdigheid en van ieder fanatisme,dat hij alleen in de waarheid geloofde,alleen voor de waarheid zou wijken en dathij de christelijke vrijheid onder de parapluvan de liefde omarmde.

Maar Comenius gaf niet toe. In een tweedebrief, die hij mede namens enkele vriendenschreef, herinnerde hij Andreae eraan dathet tot het karakter van een dapper krijger

25

Page 28: Biografie Comenius Jan Amos Komensky Tijdschrift Pentagram 1992 nummer 5

De macrocosmi fabrica (Over het scheppen van de wereld).Uit: Robert Fludd, Utriusque cosmi... historia. Oppenheim 1617.Foto Bibliotheca Philosophica Hermetica.

26

Page 29: Biografie Comenius Jan Amos Komensky Tijdschrift Pentagram 1992 nummer 5

behoort om de arena pas te verlaten op hetmoment dat zijn vervanging verzekerd is, inde persoon van jongere medestrijders diede ervaring van de veteraan gebruiken ombeginnersfouten te vermijden. Dit keer leekAndreae geroerd door de hervormingsdrangvan zijn jonge bewonderaar. Hij kwam nietalleen aan Comenius’ smeekbede om ietsover doel en organisatie van zijn SocietasChristiana te onthullen tegemoet door zijnImago Societatis Christianae uit 1620 en deerbij behorende Leges als bijlage aan zijnantwoord toe te voegen. Hij verteldeComenius ook hoe het niet bij een opzetgebleven was, maar dat de Societasdaadwerkelijk was opgericht, al was haargeen lang leven beschoren geweest. DeSocietas was acht jaar geleden ontstaan,toen enkele belangrijke mannen zich, nahet treurige schouwspel met de onbeduidende Fama van de Broederschap derRozenkruisers, in een genootschapverenigden en vele anderen wildentoetreden. Maar zij werden door deoorlogsperikelen in Duitsland overvallen ennagenoeg helemaal uiteengedreven. Nuwaren er velen reeds overleden en anderenin treurnis vervallen. Weer anderen warenvan overtuiging veranderd of hadden zelfsalle hoop verloren. Hijzelf, Andreae, stondop het punt de zeilen te strijken. De tafelsvan deze schipbreuk (dat wil zeggen deaan de brief toegevoegde geschriften vande Societas uit 1620) konden Comenius enzijn vrienden lezen en naar behoefteverbeteren. Alleen al de wetenschap, datniet het hele schip met man en muis vergaan was, zou hem de vreugde van dezeeman bezorgen die ondanks vele dwaaltochten voor zijn gelukkige opvolgers deweg naar nieuwe kusten had geopend.Want het doel was geweest de afgoden inzowel religie als wetenschap van hunsokkel te stoten en Christus zijn plaatsterug te geven.

Dat Comenius om opname in de Societasgevraagd zou hebben of dat Andreae hemopgenomen zou hebben, zoals telkens weer

wordt beweerd, is uit deze briefwisselingniet duidelijk af te leiden. Comenius heeftook nimmer de «Insignia» van de Societasen de «tot de orde behorende symbolen»ontvangen, waarover Andreae nog schreeftoen hij een ons onbekende vrienduitnodigde om toe te treden. Daarvoor inde plaats werd echter de fakkel aan hemovergedragen, want Comenius had als hetware de hele orde als opdracht geërfd entevens de vrijheid gekregen om nieuweLeges in te stellen. Dat vraagt om enigetoelichting.

Christus zijn plaats hergeven in religieen wetenschap

Bij de weergave van Andreaes brief overhet christelijke genootschap voegdeComenius de hierboven geciteerde zin overLeges tussen haakjes toe. Omdat echter deLeges societatis christianae, in de vormzoals ze door Turnbull werden aangetroffenin de dossiers van Hartlieb en vervolgenswerden uitgegeven, geenszins van Andreaeafkomstig zijn, is het aannemelijk datComenius met deze toevoeging het een enander met elkaar verwart. Hij heeft vermoedelijk, net als andere vrienden encorrespondenten van Andreae, alleen degedrukte Imago societatis christianae en deAmoris christiani dextera porrecta uit 1620ontvangen. De Leges werden later, waarschijnlijk door een Engelse vriend van Comenius, uit de Imago en de Christianopolissamengesteld, maar tamelijk gebrekkig enzonder enige systematiek. Aan een zelfdeverwisseling viel overigens ook JoachimMorsius ten prooi, toen hij in 1643 naar een«derde deel», naast de Dextera en deImago, informeerde en in werkelijkheidalleen op de Themis aureae, hoc est, deLegibus Fraternitatis R.C. tractatus(Francfort, 1618) van Michael Maier doelde,of op de «Leges Andilianos», dat wil zeggende wetten van de Antilia, het kortstondigbestaande genootschap waarover zoveelgeschreven is, maar waarover wij zo weinig

27

Page 30: Biografie Comenius Jan Amos Komensky Tijdschrift Pentagram 1992 nummer 5

concrete informatie hebben. Wat Morsius in1629 persoonlijk van Andreae in ontvangstnam, waren slechts twaalf exemplaren vande Imago en de Dextera, die hij naar eigengoeddunken kon uitdelen. Wanneer Andreaedestijds de Leges societatis christianae aande hem per slot van rekening onbekendeComenius had toegestuurd, dan zou hetonverklaarbaar blijven waarom hij ze inhetzelfde jaar de met hem bevriendeMorsius zou hebben onthouden. De Legeswaarover Comenius het hier heeft, zijn dusniets anders dan de ons bekende geschrif~ten van de Societas, waarin immers dewetten waren opgenomen. Dat laatste,evenmin als de sterke overeenkomst tussende Imago en de Dextera enerzijds en demanifesten van de Rozenkruisers anderzijds, werd in ieder geval door een opmerkzame lezer van een Duitse vertaling inHolland niet over het hoofd gezien. Hij schreeferover: «Rechte Darreichende Hand der Christlichen Liebe. Is een Rozenkruisersgeschrift, dat de Leges en oorsprong vandit genootschap omvat.»

Waarom lang wachten op zulk eenBroederschap?

De vraag in hoeverre Comenius deze sterkeovereenkomst reeds bij het lezen van deImago had opgemerkt, of dat hij zich doorAndreae met diens bekende frase «Famaevanae Fraternitatis Roseae ludibrium» ooknu weer om de tuin liet leiden, valt nauwelijks te beantwoorden. Misschien begreephij nu pas die ene zin uit de Christianopolis, die hij zelf in het Labyrint hadgebruikt en waaruit overduidelijk hetgemeenschappelijke doel sprak van deFama en Andreaes geschriften voor deSocietas: «Waarom lang wachten op zulkeen broederschap! Laten wij liever met datdeel van de Fama dat goed is een pogingondernemen om het in de praktijk tebrengen.»In ieder geval hoefde hij niet te wachtentotdat Andreae zelf, in zijn uit 1642 date-

rend in memoriam voor Wilhelm vonWense, nog eens op dit verband wees enhet doel van de Societas Christiana alsvolgt samenvatte: «Als aanhanger van eenniet uitsluitend met de mond beledenchristendom, maar van een actievevroomheid, zoals die van Johannes Arndt,was Von Wense erop uit om een aantalmannen in een soort verbond bijeen tebrengen die aan de verbetering van huntijd wilden en konden meewerken. Over allewindstreken van Duitsland verspreidmoesten zij een soort gedachtonuitwisseling met elkaar gaan onderhouden enals trouwe vrienden beraadslagen over dewetenschap, waarmee het zo droeviggesteld was, met name over het christelijkeleven en de vraag hoe in deze situatieverandering gebracht zou kunnen worden.>’

Comenius had al een aanzienlijke bijdragegeleverd aan dit overleg om verbetering tebrengen in menselijke aangelegenheden.Zonder de Rozenkruisers ooit te noemen,had hij niet geaarzeld zich te baseren opideeën die bij de academische geleerden ineen kwaad daglicht stonden, juist omdatmen ze tot het gedachtengoed van hermetici en Rozenkruisers rekende. Zo hadhij in 1633 in de Physicae ad lumen dlvinum reformandae synopsis de leer vanAnima Mundi en de driedeling van demens naar lichaam, geest en zielovergenomen, alsmede de elementenleervan Paracelsus. Bovendien had hij RobertFludds bepaling van het licht als het derdekosmologische principe naast de materieen de geest overgenomen en verderontwikkeld tot een fysica van het licht.Geen wonder dat in enkele exemplaren vande Engelse vertaling uit 1652 het titelbladwerd veranderd in The Rosicrucian’sDevine Light or a Synopsis of Physicks bygewist J.A. Comenius. In de PansophiaeProdromus et Dilucidatio uit 1639 was hijzelfs zover gegaan dat hij niet alleenteruggreep op formuleringen uit de Fama,maar zelfs een cryptocitaat met een van decentrale uitspraken uit de Con fessio Frater

28

Page 31: Biografie Comenius Jan Amos Komensky Tijdschrift Pentagram 1992 nummer 5

nitatis R.C in zijn eigen tekst binnensmokkelde, om de reikwijdte van zijnpansofie of pammatheia te preciseren:«Onze wetenschap bestaat uit de geestelijke capaciteiten van de mens en uit eenzekere hogere wijsheid. Zij bevat veeltheologie, veel geneeskunde, maar weinigrechtsgeleerdheid.»In 1642 stond Comenius op het punt zijngehele programma voor de EmendatioRerum Humanarum in een enkel geschrift,de Via Lucis, vast te leggen.

De Via Lucis is ook wel een «comeniaanseFama» en een «reformatiepoging die inhaar diepste wezen gelijk is aan die van deRozenkruisers» genoemd. Of dit echt hetgeval is, moet nog blijken.

De «comeniaanse Fama»

De titel Via Lucis wordt in het Nederlandsenigszins omslachtig omschreven met: Deweg naar het licht, onderzocht en nog teonderzoeken, dat is een beredeneerde onderzoeking naar de manieren waarop het verstandelijk Licht van de geest, de wijsheid,nu eindelijk kort voor ‘s werelds avondschemer over alle volkeren en gezindtender gehele mensheid voorspoedig kanworden verspreid, is in ieder gevalComenius’ «enige volledig uitgewerktepansofische geschrift» en tegelijkertijd «eenvan zijn mooiste boeken». Comeniusschreef het tussen september 1641 en april1642 in Londen. Hij was toen in afwachtingvan de parlementaire beslissing om hem detoegezegde middelen beschikbaar te stellenvoor het stichten van een universeel collegevan geleerde mannen uit verschillendelanden. De Via Lucis was in eerste instantieniet voor een breed publiek bestemd, maarvoor een aantal mannen dat de algemenehervorming van het onderwijs op zich zoumoeten nemen. Het boek werd pas 26 jaarlater in Amsterdam gedrukt, met eenopdracht aan de inmiddels opgerichteRoyal Society. Want vlak nadat het

manuscript van de Via Lucis was afgerond,was in Engeland de burgeroorlog uitgebroken en werd het mooie plan van Comeniustenietgedaan. De kring van naaste vriendenging uiteen en Comenius keerde terug naarhet continent, om een betere plaats voorzijn Collegium Lucis te zoeken.Het ging hier ook om opvoeding, zoals deoorspronkeliljke titel al aangeeft, dieComenius in eerste instantie voor zijn boek

, .-“...~ ~. ...

.,. ..,.—.- j

• .. . t;,.

• ‘:‘

had bedacht: Didactica Magna oder Lucisvia. Overigens ging het niet alleen Wolf-gang Ratichius om opvoeding, maar ookJohannes Valentin Andreae zelf. In tweegeschriften sprak hij over het CollegiumFraternitatis of het Tehuis Sancti Spiritus,respectievelijk over het Collegium Christianum, vanwaar het licht (Crucis Lucisqueverbum) zou moeten uitgaan dat «eenalgemene reformatie divini et humani», dat

- 4

-

~ •~

4

29

Page 32: Biografie Comenius Jan Amos Komensky Tijdschrift Pentagram 1992 nummer 5

wil zeggen de verbeide verbetering vanreligie, maatschappij, kunsten en wetenschappen, zou moeten inleiden. JohannesArndt, die door Andreae en Comenius ingelijke mate bewonderd werd, ging heteveneens om opvoeding. Comenius heeftuit Arndts Viertes Buch von wahrenChristentum niet alleen het motto, «welke isde weg waar het licht woont en door welkeweg deelt het licht zich?», overgenomen,maar meteen hele pagina’s over het themalicht. Ook het begin van de Via Lucis isaan dit werk ontleend.

Toelating tot de hemelse academie

De hele wereld, zo begint Comenius, is eenschool van de goddelijke wijsheid, die demens moet doorlopen voordat hij tot dehemelse academie wordt toegelaten. Godheeft deze school drie boeken als leermiddelen ter beschikking gesteld: het boekvan de zichtbare wereld, ten tweede denaar Gods evenbeeld geschapen mens ofhet boek van het geweten en, als commentaar op het eerste respectievelijk gebruiksaanwijzing bij het tweede, de Heilige Schrift.Alle mensen hebben het eerste boeksteeds voor ogen, het tweede staat in hunhart gegrift. Het is te hopen dat ze ook hetderde steeds bij de hand hebben, met hunogen aanschouwen en in hun hart mee-dragen. Hopelijk lukt het hun met deze drieboeken het ware licht van de ware wijsheidte bereiken.

De boeken van Arndts Wahres Christentumheten respectievelijk liber scripturae, liberconscientiae en liber naturae. Het werk vanArndt wordt vanaf 1612 geregeld doorAndreae geciteerd en drie jaar later in hetLatijn samengevat. Andreaes vriend Besoldvatte het gehele, sterk door Paracelsusbeï nvloede, vierde boek van Arndt al in1612 samen onder de noemer: de gehelewereld is een magisterium waarin dewijsheid van de Schepper wordt weerspiegeld. In de Con fessio R.C. stond al te

lezen dat uiteindelijk degenen «die deBijbel tot leidraad van hun leven en tot doelen zin van alle studie, tot handleiding enkernbegrip van de hele wereld maken,houden en behouden», dat zij alleen aldaardoor «evenbeeldig en zeer nauwverwant» zijn aan de Broeders van hetRozenkruis. Daarin stond ook: «Zalig is wiede Bijbel heeft, nog zaliger wie er ijverig inleest, maar het allerzaligst is wie hem uiten te na bestudeert. En wie hem goedbegrijpt, die is God het meest nabij enmeest gelijk.» Maar in deze school, zovervolgt Comenius, is een ernstigeverwarring opgetreden. Uit een school vanwijsheid is een speelplaats van dwaasheiden verblinding ontstaan, een synagoge vande Satan. Het is een treurig schouwspelom te zien hoe alle religies, staten, familiesen sekten elkaar bestrijden, en zelfs binnende afzonderlijke groepen is men het nietmet elkaar eens. Niemand is bereid om vanzijn eenmaal gevormde mening af tewijken, ook wanneer die overduidelijkverkeerd is. Binnen en buiten de kerkheersen verwarring en strijd, oorlog enmoord. Het gevolg daarvan is eenvoortdurend groeiend scepticisme, dat zelfsvoor God niet terugschrikt en bijgevolg inde diepste duisternis het licht zoekt of zichhelemaal nergens meer om bekommert. Erzou de mensheid daarom geen groteredienst bewezen kunnen worden dan eeneffectieve manier te vinden om die dooronwetendheid en twistzucht ontstaneduisternis te verdrijven en het licht van dewijsheid over de hele wereld te verspreiden.

«een Boeck dat moet teghen het helderopenbare licht gelden»

Vergelijkbare beschrijvingen van het kwaadstaan ook in Menippus Mythologia Christiana en in het begin van de Fama Fraternitatis: «Om dat nu de onbesinde Wereltoock hier mede weynich ghediendt, endehet lasteren, lachen ende spotten vermeerdert is, ja de stoutheydt ende gierichheydt

30

Page 33: Biografie Comenius Jan Amos Komensky Tijdschrift Pentagram 1992 nummer 5

by den Geleerden soo hooghe gaat, dat sijniet te samen en treden, ende uyt alle‘tghene God onse Eeuwe rijckelijckmedeghedeelt heeft, een boeck derNatuere, oft reghel ende richtsnoer allerKunsten versamelen moghen, maer het eendeel den anderen veel te weder doet, sooblijft men by de oude Leeren, ende Paus,Aristoteles, Galenus, ja wat maer uyt ensiet als een Codex oft Boeck, dat moetteghen het heldere openbare licht gelden,die nochtans buyten twijffel selve, indien Syleefden, sich met grooter vreughde soudenverbeteren, doch hier is men tot so grootenwerck te swack, ende of wel in Theologie,Physica ende Mathematica de waerheydtdaer teghen ghesteldt wordt, soo laet dochde oude Vyandt sijne listen ende archedenmet hoopen sien, als hy door swermersende twistighe Lanandtloopers sooschoenen loop verhindert, ende hatelijckmaeckt.Tot sulcken intentie van een generaleReformatie heeft sich mede hooghlijck endlange tijdt bemoeyet de wijlen aendachtige,geestelijck end hoog-verlichte Vader,Broeder C.R.C., een Duytsman, onsesBroederschaps Hooft ende Aenvanger.»

Voor het einde van de wereld zal hetUniversele Licht stralen

De hoop op een algemene hervorming ende vaste overtuiging dat God besloten hadom nog voor het einde van de wereld deduisternis te verdrijven en het licht terug telaten keren hebben Comenius en deschrijver van de RC-manifesten met elkaargemeen. «Dat de goddelijke raadgevingensteeds op een universele verbeteringgericht zijn.» Aldus luidt een belangrijke zinuit het derde hoofdstuk van de Via Lucis:«Er bestaat geen twijfel over dat hetuniversele licht vôôr het einde van dewereld zal stralen», is de titel van hetvierde. Daarmee komt het begin van hetzevende hoofdstuk van de Confessio Fraternitatis overeen: «Weten jullie, sterfelijken,

dat God besloten heeft om de spoedig tenonder gaande wereld de waarheid, het lichten de waardigheid terug te geven, dieAdam in de Hof van Eden verloren heeft enwaardoor de nood van de mens is ontstaan?»

Een andere overeenkomst is het onwankelbare geloof in de vooruitgang van de mens,die reeds in de allereerste zinnen van deFama geestdriftig bezongen werd enwaarvan Comenius in de Via Lucis denoodzaak onderbouwt met de woorden «Er

31

Page 34: Biografie Comenius Jan Amos Komensky Tijdschrift Pentagram 1992 nummer 5

is geen ledige ruimte», van het graf vanChristian Rosenkreuz. Wat beide geschriften verder gemeen hebben, is dat ze deexperimentele wetenschap en de eigenpraktijk boven de wetenschappelijkeautoriteiten stellen: «Alles moet eerst uiteigen ervaring blijken», want «kennis uit detweede hand is geen kennis, maar slechtseen geloof», zegt Comenius (XVI, 12; XX,20), en in de Confessio R.C. (c. VIII) wordttegenover de «Philosophorum Fama» de«veritas experientiae» geplaatst, waardoor«onze eeuw een gelukkige genoemd kanworden».

«Axioma’s waer door sy allesontknoopten»

Comenius’ methode (c. X) om te argumenteren aan de hand van axioma’s, die metwiskundige zekerheid iedere twijfel aan dejuistheid van een wetenschappelijke stellinguit de weg ruimen, zou volgens een verslagin de Fama Fraternitatis al eerder zijntoegepast door niemand minder dan Christian Rosenkreuz. Na zijn terugkeer uit Fezhad hij de geleerden in Hispanje nieuweaxioma’s aan de hand gedaan, «waer doorsy alles ontknoopten». Vervolgens had hijzich bereid verklaard om in gelijke mate degeleerden uit andere landen al zijn kunstenmee te delen en voor hen uit alle faculteiten, wetenschappen, kunsten en de helenatuur bepaalde onfeilbare axioma’s op testellen. Ook waar het erom ging dat universele boeken moesten worden samengesteld, die als inleiding konden dienen voorde natuur- en gewetensboeken alsmedevoor de Bijbel, waren de zogenoemdeFratres R.C. Comenius al voor geweest.Want ook zij wilden, zoals hierboven reedsis weergegeven, «... uyt alle ‘tghene Godonse Eeuwe rijckelijck medeghedeelt heeft,een boeck der Natuere, oft reghel richtsnoer aller Kunsten versamelen moghen».Tenslotte is het Collegium Lucis vanComenius wat Organisatie, voorschriften,geheimhouding en doel betreft niet veel

anders dan een nieuwe uitgave van hetCollege of Huis van de Heilige Geest in deFama of, zo men wil, van het CollegiumSapientiae in de Imago Societatis Christianae, waarvan het ontwerp in beidegevallen van dezelfde persoon afkomstig is,namelijk van Johann Valentin Andreae.

Laten we eerst eens nader naar het doelkijken: «Het enige en authentieke doel van deSocietas Christiana», zo schreef Andreae inzijn Imago, «moet zijn om middelen en instrumenten bijeen te brengen om het warete weten en het goede te doen. Voorts omde nieuwe vindingen goed toe te passen,om de ongefundeerde leerstellingen tehervormen, afstand te nemen van deheersende gebruiken in de wereld en degeboden van Christus te volgen, of nogkorter gezegd: de leer en het leven vanonze Verlosser met de mond en met hethart, de stem en het werk na te volgen ente verwezenlijken.»

Het hervormingsprogramma van de Famaluidde: «De gebreken van de kerk en dehele filosofische moraal te verbeteren»; «deverontreinigde onvolkomen kunst enwetenschap weer in het reine te brengen,opdat de mens eindelijk zijn adel enheerlijkheid zou begrijpen, wat de aard vanzijn microkosmos is en hoever zijn kunstzich in de natuur uitstrekt»; de nieuweontdekkingen, die zich niet naar de oudefilosofie hebben gevoegd, te integreren inhet wetenschapsgebouw of, zoals Andreaehet formuleert, «in bepaalde onfeilbareaxioma’s» onder te brengen. De ervaringenen experimenten «waardoor de wiskunde,fysica en magie worden verbeterd», onderling uit te wisselen en volgens beproefdefundamenten te reguleren; de lege woorden, dat wil zeggen paus, Aristoteles,Galenus en alles wat maar op een geschriftlijkt door het heldere, openlijke licht te vervangen; en zich tenslotte naar de harmonievan de kosmos te richten, zodat religie,staat, gezondheid, ledematen, natuur, taal,woorden en werken van de mens uiteinde

32

Page 35: Biografie Comenius Jan Amos Komensky Tijdschrift Pentagram 1992 nummer 5

lijk in gelijke toon en melodie met God,hemel en aarde kunnen gaan klinken.

Het uitgesproken doel van Comenius in deVia Lucis was niet alleen om de weg naarpanharmonie te tonen, maar ook het geschikte instrument (Lucis vehiculum universale) te beschrijven, om op de weg naarde universele wijsheid zonder onderbrekingte kunnen voortschrijden. Of, zoals hij hetook in zijn opdracht aan de leden van deRoyal Society in 1668 formuleerde: demensen van hun gehele grootheid bewustte maken en hen tegelijkertijd op de onfeilbare weg van het licht te wijzen, waardoorhun ware geluk, het herstel van de menselijke natuur naar het evenbeeld van God,bereikt zou kunnen worden. Comenius wijsterop dat «. . .Wetenschap, Godsdienst enStaatkunde conform hun gegeven onwrikbare grondslagen tot hun beste staatteruggebracht kunnen worden en hetrumoer van onenigheid, conflicten enoorlogen overal ophouden, Licht, Vrede enHeil in de Wereld terugkeren en het doorde eeuwen verhoopte verlichte, vredige engodsdienstige tijdperk voor onze ogenopbloeit».

Comenius wist natuurlijk dat hij met zijnverwachting van een Gouden Tijdperk geenbaanbreker was, en ook dat naar de algemene hervorming waar hij op hooptereeds door vele anderen reikhalzend wasuitgezien. Hij wist dat zelfs de middelen enwegen die hij voorstelde om tot een vernieuwing van religie, politiek en wetenschapte komen, ook al door anderen warenbedacht en geformuleerd. Het nieuwe vanComenius — dat hij ook in zijn opdrachtaan de Royal Society nadrukkelijk noemde— was zijn alomvattende doel: Toto generenovem est scopus universalis, Emendatiorerum humanarum omnium, in omnibusomnino.» De reformatie van Comeniusrichtte zich op alle mensen en alle volkenter wereld, strekte zich uit tot alle dingenvan het universum in hun geheel enomvatte het hele gebied van menselijk

weten, kunnen en geloven. Het nadenkenover het ergon en parergon van deRozenkruisers en de meditatie over het«unum necessarium» hebben Comenius toteen werkhypothese gebracht die de grondslag vormt van zijn hele werk: «Probeer detotaliteit van het bestaan te bevatten en hetafzonderlijke wordt eenvoudig toegankelijk».Vandaar zijn eis in de Via Lucis (XV, 1) vanuniversele boeken, universele scholen, eenuniverseel college en een universele taal.Vandaar ook zijn kritiek (XV, 7) op de«filosofische en theologische colleges,sociëteiten en broederschappen» tot dantoe, «die heimellijk of openlijk weliswaar heteen en ander in wetenschap en religiehadden verbeterd, maar wier verbeteringenslechts ten goede waren gekomen aan eenkleine minderheid». Vermoedelijk heeftComenius bij zijn opsomming ook aan deSocietas Christianae van Andreae gedacht,omdat deze zich in eerste instantie, zoals inde Imago wordt gesteld, tot het nauwekader van de Duitse natie en het luthersegeloof beperkte.

...algehemeyne Reformatie der ganschenWeereidt...

De vraag of deze kritiek op gedeeltelijkehervormingen zich ook tot de FraternitasR.C. uitstrekte, die immers onder de vlagvan een «... alghemeyne Reformatie derganschen Weereldt» voer, valt niet zoeenvoudig te beantwoorden en is in feiteook niet zo belangrijk. Belangrijker is in ditverband een andere zin uit de Via Lucis,volgens welke het lot van de hele wereldeen komedie of toneelstuk is, en wel hettoneelstuk van Gods wijsheid die in hettheater van de wereld met de mensenspeelt. Comenius greep in de ClamoresEliae terug op deze komedie, of dit toneelstuk van de goddelijke wijsheid, waaraan hijnog toevoegde: «Waarvan [dezelfde wijsheid] het voorspel een halve eeuw geledendoor de Broederschap van het Rozenkruisliet opvoeren.»

33

Page 36: Biografie Comenius Jan Amos Komensky Tijdschrift Pentagram 1992 nummer 5

Comenius kon om puur tactische redenenin de Via Lucis geen gewag maken van deRC-manifesten, hoewel de chiliastische enpansofische taal ervan hem meer aantrokdan de droge en orthodox aandoendesociëteitsgeschriften van de latere Andreae.Comenius was echter realistisch genoegom te beseffen dat de geringste openlijkesympathiebetuiging aan de Rozenkruisersvoor de invloedrijke zeloten in kerk en staataanleiding zou zijn om zijn gehele hervormingsprogramma te bestrijden, de beschermheren van hemzelf en de broederschap ertoe te bewegen hun ondersteuningte staken en hem tenslotte als ketter indezelfde hoek te drukken waarin ook deaanhangers van Weigel en Böhme,enthousiasten en visionairs terecht warengekomen. Zo moest Comenius bijna zijnhele leven lang de rol van nikodemietspelen, die niet eens onder zijn naastevrienden zijn gedachte helemaal blootgaf,ook niet tegenover Andreae, die reeds uitde eerste pansofische geschriften vanComenius had kunnen aflezen waarheende wegen van zijn aangenomen zoon enleerling eigenlijk leidden: weg van Lutheren de orthodoxie, waaraan Andreae zichuiteindelijk nog over zijn graf heen wildevastklampen, zijn vroegere escapades enscherpe satires ten spijt. Waarschijnlijk omdeze reden heeft Andreae in zijn autobiografie, waarin zoveel onbeduidendepersonen worden vermeld, met geen woordover Comenius gerept. Zo niet Comenius:ondanks zijn openlijke kritiek op de pansofie is hij Andreae als leraar blijven eren,heeft hem zijn teksten ter beoordelingaangeboden, opgespoord en daarmee depublikatie ervan mogelijk gemaakt. Na dedood van Andreae speelde hij zelfs met degedachte om diens «gouden geschriften»opnieuw uit te geven.

Amsterdam: het Babel van de sekten

Tijdens zijn laatste levensjaren in Amsterdam is Comenius echter duidelijk radicaler

geworden en verkeerde hij openlijk met descherpste critici van alle religies. Niet dathij eerder geen contacten en vriendschappen met radicalen zou hebbenonderhouden. Om enkele namen tenoemen van personen die actief aan deRC-discussie deelnamen: Joachim Morsius,Daniel Stolcius, Johannes Bureus enAbraham von Franckenberg (<~vroeger eenvriend van Jacob Böhme, nu met de heerComenius bevriend»). In Amsterdam werdComenius dikwijls bezocht door tal vanradicale dissidenten, die op de vlucht voorhaat en vervolging hun toevlucht haddengevonden in dit «Babel van de sekten»,zoals de orthodoxen de stad noemden. Dehier heersende tolerantie en nagenoegonbeperkte persvrijheid deden Comenius bijtijd en wijle overwegen of Amsterdam nietde meest geschikte vestigingsplaats voorzijn Collegium Lucis zou zijn. Dat idee waseigenlijk niet eens zo onrealistisch, want nahet verschijnen van de Opera DidacticaOmnia in 1657, die Comenius van eenplechtige opdracht aan Amsterdam hadvoorzien (»sieraad van Nederland, lofzangvan Europa en handelscentrum van de helewereld»), werd hij een prominent persoon,haast een institutie. De kring van personenaan wie hij zijn gestaag verschijr.endeboeken had opgedragen, omvatte vertegenwoordigers van de belangrijkste Amsterdamse patriciërstamilies. Naast de familievan zijn maecenassen Laurens en Gerardde Geer bevonden zich daaronder devoorzitter van de Westindische Compagnieen lid van de admiraliteit van Amsterdam,Cornelis Witsen, de voorzitter van deOostindische Compagnie, Cornelis deGraeff, en een reeks burgemeesters enlokale politici, geleerden en theologen.

«Ware getuigen van de Waarheid...»

De laatsten haakten echter spoedig af,deels als gevolg van Comenius’ onorthodoxeargumentatie in zijn polemische geschriften tegen de sociniaan Daniel Zwicker en de vroe

34

Page 37: Biografie Comenius Jan Amos Komensky Tijdschrift Pentagram 1992 nummer 5

ge RC-propagandist Paul Felgenhauer.Maar bovenal wegens zijn herhaaldelijkpubliceren van de politieke profetieën vanzijn oude vriend Milukâs Drabfk in Lux extenebris, waardoor Comenius bij de orthodoxie de naam kreeg een apocalyptischvisionair te zijn. Daarvoor in de plaatsverwierf hij echter het vertrouwen van demystische chiliast Pierre Serrurier (Serrarius), die zichzelf een dienaar van deuniversele kerk noemde en Comenius’reactie op Desmarets in 1669 in hetNederlands vertaalde, onder de titel Vanden ijver sonder wetenschap en liefde. Hijstond in contact met Friedrich Breckling, deonvermoeibare pamflettist tegen iederevorm van orthodoxie en de eerste historiograaf van de «ware getuigen van de waarheid». Door Breckling, wiens grootvaderFriedrich Dame reeds aan de RC-discussiehad deelgenomen, leerde Comenius ookGeorg Lorenz Seidenbecher kennen, deafvallige kleinzoon van de vermoedelijkfelste tegenstander van de Rozenkruisers,Andreas Libavius. Seidenbecher was in1662 naar Amsterdam gekomen om er zijnboek Chiliasmus sanctus te laten drukken.Uit zijn gedetailleerde dagboek van die reisblijkt dat Seidenbecher af en toe te gastwas in het huis van Comenius, met wie hijna zijn terugkeer in Duitsland correspondeerde.

Voor wat de overige contacten van Comeniusbetreft met spiritualisten, theosofen, Gichtelaanhangers en collegianten verwijzen wijnaar de radicale Arndt-aanhanger ChristianHoburg, de mystische arts Joachim Polemann en Johann Jacob Fabricius, die deJanua rerum in het Hebreeuws vertaalde,en diens collega-hebraï st Hermann Jungius.In het huis van die laatste werd volgensSeidenbecher veelvuldig over de plannenvan Comenius gesproken. Voorts deAmsterdamse profeet Johannes Rothe ende onvermoeibare Ludwig FriedrichGifftheil, die als «derde eliaanse hervormergeneraal» en «krijgsheer van de opperstewreker» aan alle Europese hoven was

opgetreden. Zij allen en nog vele anderenwerden door Breckling opgenomen in zijnCatalogus testium veritatis post Lutherum.Op een groot aantal van hen kwam ookComenius weer terug, toen hij de ClamoresEliae samenstelde.

Vrije wil overtuigend bewezen

Bij het samenstellen van de Clamores heeftComenius zijn tot dan toe zorgvuldig gekoesterd nikodemisme volledig opgegevenen kennelijk de rol van de door Postel,Paracelsus en de Rozenkruisers verwachtederde Elias zelf op zich genomen. Deauteurs naar wie hij in dit boek verwijst ofuit wiens geschriften hij hele pagina’sciteert, behoorden in de ogen van de orthodoxen tot de meest gehate heretici uit hettoenmalig pantheon van ketters: SebastianCastellio, Sebastian Franck, CasparSchwenckfeld, Paul Lautensack, ValentinWeigel, Giacomo Brocardo en bovenal EliasPandocheus alias Guillaume Postel uit dezestiende eeuw; voorts Jacob Böhme (deop Postel na meest geciteerde), Abrahamvon Franckenberg, Julius Sperber, HansEngelbrecht, Adolf Helt, Hoburg, Serrariusen Breckling uit de zeventiende eeuw.

Andreae, Arndt en Erasmus nemen in deClamores Eliae een ereplaats in, terwijl aanhet adres van de orthodoxe hervormers,Luther en Calvijn voorop, de ene afwijzingna de andere volgt. En dat door een mandie toch voorstander was en bleef van eenals hervormd erkende kerk, de broederuniteit. Zo merkte Comenius op: «Erasmusheeft in zijn Hyperaspistes de vrije wil metdermate sterke argumenten bewezen, datnoch Luther noch zijn opvolgers daaropeen antwoord hebben kunnen vinden.»Waar Comenius over Calvijns predestinatieleer te spreken komt, merkt hij terloops opdat hij deze «terribile» vindt. De krachtigsteafwijzing, die tegelijkertijd een solidariteitsbetuiging aan de radicale spiritualistenbetekende, formuleerde Comenius echter in

35

Page 38: Biografie Comenius Jan Amos Komensky Tijdschrift Pentagram 1992 nummer 5

de zin: «Tauler, de Theologia Deutsch,Schwenckfeld, Sebastian Franck, Weigel,Lautensack en Jacob Böhme hebben veelmeer begrepen dan alle universiteiten bijelkaar, ook wanneer men alleen het bestevan wat daar onderwezen wordt in aanmerking neemt.»

Interessant en volstrekt onorthodox isComenius’ beoordeling van de lutherse reformatie en haar ontwikkeling. De schuldvoor de langzame vooruitgang van de hervorming in Europa droegen, zo verklaardehij, de echte of vermeende hervormers zelf(Luther, Calvijn en Sozzini). Zij warenimmers veel vaker opgetreden als aanklagers van andersdenkenden dan als leer-meesters. Ze hadden veel meer energiegestopt in het disputeren dan in het overtuigen. Anderen, zo vervolgt Comenius,hadden zich daarentegen in eerste instantieop de hervorming van het leven gericht.Deze weg was Johannes Hus als eerstegegaan, gevolgd door Weigel, Arndt,Saubertus, Meyfart, Hoburg en anderen. Delaatste had men echter nauwelijks aan hetwoord laten komen, want de Boom van deKennis was tot nu toe voor de kinderen vanEva veel verleidelijker geweest dan deBoom van het Leven.De bedoeling van Comenius was om beidebomen op dezelfde akker samen te brengen,deze deel-hervormingen samen te laten smelten tot een «alghemeyne Reformatie derganschen Weereldt». Het programmadaarvoor had Comenius voor het eerstuitgewerkt in de Via Lucis, die hij in 1668als een van «viri desideriorum» aan de«Illuminati Seculi Phosphoris» (beideformuleringen zijn afkomstig uit de RCdiscussie!) van de Royal Society in Londenopdroeg. Hetzelfde hervormingsprogrammaherhaalde hij met aanvullingen in zijnmonumentale hoofdwerk De rerumhumanarum emendatione consultatiocatholica, dat weer op soortgelijke manierbegint als de Fama Fraternitatis R.C. DeFama richtte zich tot de «hoofden, standenen geleerden van Europa», Comenius richt

zich tot de hele wereld (ad GenusHumanum), maar voegt er meteen aan toe:«Vooral echter ad Eruditos, Religiosos,Potentes Europae», die hij met de volgendewoorden toespreekt: «Lichten van Europa,ontwikkelde, vrome en verlichte mannen.»

De eeuw van het licht, van het Illuminisme,de Enlightenment en de Verlichting, konbeginnen. Doch de man die zijn leven langvoor dit tijdperk van het Licht had gewerkten het begin ervan het meest had verbeid,werd van de nu volgende «siècle desLumières» nagenoeg helemaal buitengesloten. Daaraan lag niet in de laatsteplaats de aanval van Samuel Desmaretsten grondslag, die al aan het begin werdgenoemd en die door Pierre Bayle in diensdictionnaire historique et critique klakkelooswerd overgenomen. Bayles negatieveoordeel was bepalend voor het Comeniusbeeld tijdens de gehele achttiende eeuw. Inde negentiende eeuw werd hij voornamelijkals groot pedagoog herontdekt. Pas in dezeeeuw is een belangrijk deel van zijn verdwenen, late werk teruggevonden en gepubliceerd. Nu is de tijd rijp om Comeniushelemaal te leren lezen en interpreteren,ook de Comenius die zich aan het eind vanzijn leven ontpopte als bewonderaar van degrootste ketters en zichzelf beschouwde alseen nakomeling van de Rozenkruisers. Hetstreven naar eenheid en harmonie vanmens, kosmos en natuur, zoals in de ViaLucis op indrukwekkende wijze wordtgeschetst, kan door zijn actualiteit juist indeze tijd de gedachten van veel mensenvleugels geven.

Dr. Carlos Gilly,medewerker van de

Bibliotheca Philosophica Hermetica

36

Page 39: Biografie Comenius Jan Amos Komensky Tijdschrift Pentagram 1992 nummer 5

r—

~2J~/4~-

VflT~tLtÇO~5

~-c~flrkr%V~.

VIII‘-s;o

!~LaJOv31JvU~

fl1:.

_~t-~,--~~

bWÇj

t

ftEJ~1

5~ï~

Page 40: Biografie Comenius Jan Amos Komensky Tijdschrift Pentagram 1992 nummer 5

Condoleance-brief aan Gerhard de Geer naar aanleidingvan het overlijden op 1 augustus 1666 van diens

vader Laurens de Geer. Deze brief bevindt zich in hetComenius Museum te Naarden.

Zeer edele Ziel, Heer Gerhard de Geer,

De Apostel heeft ons aanbevolen te weenen met de weenenden enons tegen de aanvallen van den dood wederkeerig te troosten met dehoop op het toekomende leven; daar wij, die tot de hoop op eenbeter leven geroepen zijn, wegens dit leven geen hoop in Christushebben.

Ik klaag mijnerzijds over mijn ongeluk, dat ik niet aanwezig kon zijn,toen Uw gelukkige Vader U zijn laatste vaarwel zeide en zijn geestaan den getrouwen Schepper teruggaf; zelfs na zijn gelukkigverscheiden ben ik nog niet in staat geweest, mij tot hem te spoedenen den overledene den laatsten kus te geven, Ik ben wel op weggegaan, maar toen ik bijna halverwege gekomen was, werd ik ommijn onzekeren gang genoodzaakt op mijne schreden terug te keeren.Ik heb evenwel den troost, dat ik hem, dien mijn ziel in het huis derkerk met eeuwige liefde omhelsd heeft, in korten tijd in het huis deseeuwigen Vaders zal wederzien.

Ik vreesde gedurende deze langdurige ziekte, dat het ergere zougeschieden, maar ik hoopte tegelijkertijd op betere berichten, ik enzooveel andere, goede vrienden, die den afgrond der oordeelen Godsniet begrijpen. Nu de ziekte geen verloop nam in overeenstemming metonze hoop, wat zal ik zeggen? Wat anders dan de woorden van David:«Ik heb gezwegen, omdat Gij, Heer, het gedaan hebt.»

Ditzelfde woord moet U en Uw beminde en bedroefde zustersgezegd worden; nademaal niets overig blijft, dan den Rechter vanleven en dood voor eeuwig de verschuldigde gehoorzaamheid tebetoonen. En dit des te meer, omdat wij er zeker van zijn, dat wijhem, dien wij van Godswege geliefd en vereerd hebben, nietverloren, doch strikt genomen, slechts vooruit gezonden hebben.

38

Page 41: Biografie Comenius Jan Amos Komensky Tijdschrift Pentagram 1992 nummer 5

Intussen is U niet alleen een zeer bloeiende erfenis nagelaten, maarook een erfelijk te bezitten, allerovervloedigste zegen, die zich ookover het late nageslacht verspreiden zal, indien Gij U slechts trouwenavolgers betoont van de vaderlijke en voorvaderlijke deugden. Alsaangenomen zoon van Uw huis moet ik nog meer betreuren, dat hetmij niet gegeven was, tijdens het leven van mijn weldoener mijnverschuldigden dank te betalen. Hoewel ik gaarne erken,dientengevolge nog meer verplichtingen te hebben, stel ik het lieveruit, mij onder al degenen, wien de eenmaal gegeven toezegging doorU als universeel erfgenaam zal worden gestand gedaan, tot U tespoeden, omdat de rouw niet toestaat, over die zaken te spreken, enbid U en allen treurenden den troost des Heiligen Geestes en al, watU verder troosten kan, toe. Weest krachtig en sterk, en leef in God,beminde Salomo, wijze erfgenaam van den zeer heiligen David (denMan naar het hart van God), sieraad en toekomstige roem van Uwgeheele Huis, en van het verslagen Israël (waarheen het gebracht zalworden) van de Kerk.Hetgeen U toewenscht Uw getrouwe dienaar in Christus, de grijsaardComenius, 8 Aug. 1666 met oude, zwakke hand.

rofr. ZX~ LS~

39

Page 42: Biografie Comenius Jan Amos Komensky Tijdschrift Pentagram 1992 nummer 5

Comenius en zijnpansofie

oals alle waarlijk groten van

~ geest die niets anders voor ogenhadden dan redding van wereld

L~ en mensheid, zag Jan AmosKomensky het belang in van eengrondige herziening en structurering vanhet opvoedingssysteem van zijn dagen.Hoewel hij zelf onder andere voor deklas stond en zijn ideeën uitdroeg, zalhij zeker hebben geweten dat een volledige realisatie van zijn visies nog welenige eeuwen zou kunnen duren. Toen,net als nu, toonden de «intellectuelevoorgangers» van de jeugd eenschrijnend gebrek aan inzicht metbetrekking tot het levensdoel van demens. De kerk bepaalde het denken,zoals nu het verstand en de materie datdoen. In Het labyrint der wereldbeschrijft Komensky hoe meesters endoctoren worden gepromoveerd:

En zie, onder den philosophischen troonhemelstond iemand met een papieren scepter;enigen uit het midden der vergadering

traden naar voren en vroegen een getuigschrift aangaande hun bijzondere geleerdheid. Hij verklaarde, dat hun verzoek nietmeer dan billijk was en droeg hun op, omschriftelijk de omvang hunner kennis naderuiteen te zetten en op te geven, voor welkewetenschap zij een testimonium verlangden. Daarop stelde de een een kort begrip derphilosophie op, een ander gaf een schets dergeneeskunde, een derde in kort bestek dejurisprudentie; ook hielden zij, opdat allesvlugger zou lopen, hun beurzen niet gesloten, als het op omkopen aankwam.

Vervolgens liet hij de een na de ander voorkomen en plakte ieder een etiket met eender volgende titels op het voorhoofd: «Dit iseen meester der vrije kunsten, dit is eendoctor in de geneeskunde» enz., druktedaarop het zegel en gelastte allen, zowel deaanwezigen als de niet-aanwezigen, onderbedreiging met de ongenade der godin Pallashen, wanneer zij hen ontmoetten, nietanders aan te spreken, dan met hun titel.

Komensky, of Comenius zoals hij internationaal bekend staat, ging ervan uit, datalle dingen en processen in het levensveldvan de mens hecht met elkaar verbondenzijn en een eenheid vormen. Dat er nietalleen een wet van oorzaak en gevolg is,maar dat alle dingen en processen opelkaar inwerken en elkaar daarin of ondersteunen of tegenwerken; of met het Godsplan meewerken, dan wel het reddingsplanvoor wereld en mensheid tegenwerken.

Komensky was een man met een universele visie en werd als zodanig ook inbrede kring in Europa erkend. In onze tijdis het «papiertje» essentieel en menvergadert en discussieert over kleinestapjes in een grote ontwikkeling en trachtaarzelend en met geweldige inspanningeneen synthese te vinden tussen bijvoorbeeldaardrijkskunde, geschiedenis, wis-, schelen natuurkunde overgoten met een filosofisch sausje. Voor Komensky had dezesynthese geen geheimen, daar hij zich

40

Page 43: Biografie Comenius Jan Amos Komensky Tijdschrift Pentagram 1992 nummer 5

baseerde op de universele eenheid vanalles en in die zin geen afgescheidenheidkende. Zijn inzichten komen o.a. tot uitdrukking in zijn Pansophia en Panpaedia,een omschrijving van de wijsheidneergelegd in alle dingen en de weg diemen kan bewandelen om daaraan deel tekrijgen. Zou men, zo onderwees Komensky,in staat zijn de jonge mens op basis vandeze eenheid te onderwijzen, dan zou demens inzicht verkrijgen in de processen inzijn eigen, natuurlijke levensveld endaardoor tevens in de processen van hetReddingsplan van God, daar vele daarvanop een hoger vlak parallel lopen.

Wat mensen gewend zijn aan te duiden als«leven», is een proces waarin de ziel moetleren lief te hebben. Fasen als geboorte,levensloop en dood zijn dan niet andersdan momenten waarop de ziel wordtondergedompeld in de stof, daarin haarervaringsweg gaat en weer kan vrijkomen,indien zij aan de gestelde eisen heeftvoldaan. In principe is de mens geschiktom deze seizoenen van het leven met goedgevolg te doorlopen. De methoden die hemdaarbij gereikt worden, kunnen hem helpenom sneller zijn doel te bereiken of — enhelaas is dat meestal het geval — een zij-of omweg te maken. Met meer ellende danresultaat. Het leven is niet als zodanigbedoeld.

Komensky geeft zeven leerfasen voor hetleven en hij vergelijkt ze met de maandenvan het jaar. Verder gaat hij ervan uit datook rust een periode van activiteit is en alszodanig moet worden benut.

Deze zeven fasen zijn:1 de voorgeboortelijke, als de maand

januari waarin alles nog als een beloftebesloten ligt;

2 de kleuter-fase, als februari en maart, demaanden, waarin de eerste loten zichgaan vertonen;

3 de kinder-jaren, april, als de eerstebloesems de bomen tooien;

4 de puberteit, mei; de vrucht gaat zichvormen;

5 dejongelings-jaren, juni; de vrucht gaatrijpen en de oogst tekent zich af;

6 volwassenheid, juli t/m november; deoogst wordt binnengehaald en hetgewas bereidt zich voor op een nieuwerustperiode;

7 de laatste levensjaren, december; decyclus van het leven wordt afgesloten enalle aanzichten worden vervuld.

In Polen staat nog het Lyceum dat doorKomensky werd gesticht en waar hij zelf lesheeft gegeven. Hij streefde ernaar de mensbewust te maken van zijn roeping als mensen legde deze inzichten neer in zijn lessen.Die gedachte was ook de basis van debiosofie. Voorwaarde tot overdracht van eendergelijk ingrijpend leerplan is dat zij, diede kinderen moeten voorgaan, dieuniversele structuur zelf herkennen in het«kleinste ding op aard» en dat zij dezeachtergronden aan hun leerlingen kunnenen durven over te dragen. Uit de werkenvan Komensky zelf en uit de beschrijvingenvan zijn persoon blijkt wel dat daartoe veelmoed nodig is. In onze tijd is dat nietanders. Men moet zo’n doorbraak durven tebewerken, daar men anders — zoalsKomensky dat uitdrukt — in ijdelheid leeften niet anders is dan een huis voor dieijdelheid en levende dood is. Het onderwijsvan de twintigste eeuw wordt hier en daarwel met een filosofisch sausje overgoten,maar het leidt de jonge mens nog steedsniet op om tot «waarachtig, door Godbedoeld leven» te komen. Daarvoor is eenfundamentele wijziging in inzichten nodig.

41

Page 44: Biografie Comenius Jan Amos Komensky Tijdschrift Pentagram 1992 nummer 5

Comenius in de twintigste eeuw

aarom is Comenius ook in~jj J deze tijd nog lezenswaardig?

V y Als uitgangspunt ter beantwoording kunnen wij zijn bekende werken «Het labyrint der wereld»en «Het paradijs des harten’> nemen.

De naar waarheid zoekende mens, diereeds onderscheidingsvermogen en eniginzicht bezit, ervaart deze wereld als eenlabyrint, als een doolhof, welks kronkelwegen, volgestouwd met onwaarachtigeverschijnselen, het licht niet kennen. Dewereld wordt vergeleken met een grotestad, waarin de zoeker naar waarheidbegeleid wordt door zijn gidsen Alweter,bijgenaamd Overal-bij, en Verblinding. Bijelke stap ontmoet de pelgrim de leugen enhet bedrog van een zelfgenoegzame,corrupte maatschappij.Hij doorziet de leegheid van het doen enlaten der mensen, de gebrekkigheid vanhet sociale bestel, de veruiterlijking van hetreligieuze leven, de onwaarachtigheid in depolitiek en in de menselijke relaties. Hijontmoet wreedheid, geweld en wanorde:een labyrint waarin de zoeker naar lichtdreigt te verstikken.Kortom, hoewel geschreven in dezeventiende eeuw en in de taal van dieeeuw, is het nog altijd een zeer actuelebeschrijving van de wereld, en in feite nietaan enige tijd gebonden.Elke zoeker naar waarheid zal door ditlabyrint moeten dwalen om uiteindelijk,haast bezwijkend van vrees en schrik, rijpte worden voor de grote innerlijke ommekeer. «Keer weder vanwaar ge zijt uit-

gegaan, in het huis van uw hart, en sluit dedeur achter u dicht.» Op het beslissendemoment hoort de zoeker deze woorden,komende uit een stem die «achter» hem,dan wel binnen in hem is, en hij betreedthet paradijs des harten.In sommige talen is het woord «hart» eensynoniem voor «geest». Het binnentreden inde mysteriën van het hart is de eenwordingmet de geest, met de uit zichzelf zijnde,grenzeloze oergrond. In het hart ontmoetde mens zichzelf naar zijn ware wezen.Vanuit die ontmoeting is Het paradijs desharten geschreven. En hiermee treedtComenius in de grote rij van hen die vanuitde innerlijke ruimten van de geest in woorden daad getuigd hebben van het werkelijkeleven. Hij heeft de geschriften van enkelein-het-hart-verlichten gelezen en bestudeerd. Onder andere werken van JacobBoehme en Johann Valentin Andreae. Metzijn Paradijs des harten verwijst hij naar hetessentiële mysterie van het mens-zijn, naardoel, taak en zin van het leven op aarde.Alleen in het centrum van zijn eigen wezenkan de mens ziende worden, de grondslagvan alle bestaan erkennen en opwaken totde pansofie, de alwijsheid.Nochtans betekent voor Comenius hetbereiken van het «paradijs des harten»geen afkering van de wereld, geen naar«binnen» gaan, om vervolgens niet meer tezien wat «buiten» is. Pansofie is alomvattend. Voor de wijze heeft de scheiding tussen binnen en buiten opgehouden tebestaan. Hij ziet het ene leven in en dooralles heen. Voor de verlichte wordt alles totlicht en hij tracht het licht in alles zichtbaar

42

Page 45: Biografie Comenius Jan Amos Komensky Tijdschrift Pentagram 1992 nummer 5

te maken en tot werkzaamheid te brengen.Zo wordt hij een alchemist, die zijn bijdragelevert aan het grote transmutatiewerk dat inde wereld en in de mensheid moet wordenverricht. Het zo bewogen en werkzameleven van Comenius vormt een doorlopendbewijs van zijn pogingen in het «buiten» teverwerkelijken wat hij «binnen» ervaren had:het labyrint der wereld te doordringen metde essentie van het paradijs des harten.

Het ontsteken van het licht betekende voorComenius niet alleen een kentheoretischewerkzaamheid. Als liefhebber van de waarheid nam vooral de toepassing hiervan eenbelangrijke plaats in. Deze strijder voorwaarheid, goedheid en gerechtigheid stondmidden in de praktijk van het dagelijkseleven en verbond op deze wijze de leeraller tijden met de mensheid. Uit debeschrijvingen van zijn ervaringen, elders indit nummer opgetekend, zal u dit duidelijkgeworden zijn.Voorts is het zeer opmerkelijk voor degenendie zijn boeken lezen en bestuderen, datComenius volledig in de traditie en navolging staat van Jacob Boehme en JohannValentin Andreae, hetgeen in voldoendemate in dit nummer wordt bewezen.Het is de aangeraakte mens, een diegetuigde van een bijzondere levenskracht,welke hem inspireerde en zo doorwerkte invele levensgebieden. Deze zijn als de velekleuren van een kristal, veelkleurig in haarschittering, maar nochtans één kristal. Enhet zijn de lichtschuwen, die nog geen ideehebben van wat ze zien.

Het ging Comenius niet om verwerving vankennis op zich, maar hij beoogde viaverworven kennis de mens dichter bij Godte brengen. Een aantal bevindingen van denatuurwetenschap van zijn tijd ging zo aanhem voorbij. Comenius was zich hiervanbewust en gaf het ook ruiterlijk toe. Maarom nu te stellen dat hij hierdoor binnen debegrenzingen van zijn tijd werd opgesloten,zoals enkele hedendaagse commentarenons willen doen geloven, doet de

grootsheid van geest van deze «homouniversalis» te kort.

Twee jaar voor het einde van zijn aardsepelgrimstocht getuigde hij in zijn werkUnum Necessarium:

«Bezwaar uzelf niet met zaken die buitende behoeften van het leven vallen, maarstel u tevreden met het weinige dat tot uwgemak dient, en prijs God. Ontbreekt het uaan gerieflijkheid, wees dan tevreden methet strikt nodige. Wordt ook dat u ontnomen, zie dan u zelf te behouden. Kuntge ook u zelf niet behouden, laat dan u zelflos, maar zie toe dat ge God vasthoudt.Wie God heeft kan alles ontberen. Hij bezitdan het allerhoogste goed en het eeuwigeleven met God en in God. En dit is vanalles wat men wensen kan het doel en heteinde.»

43

Page 46: Biografie Comenius Jan Amos Komensky Tijdschrift Pentagram 1992 nummer 5

Uitgavenvan deRozekruis Pers

UNUMNECESSAR1U

Pb 154 blz.

ISBN 90 70196 972

f 35,50

JAN Af’~O O~ENJUS

8. INTDRWER~

Verkrijgbaar bij de erkende boekhandel

Rozekruis PersBakenessergracht 5, 2011 JS Haarlem P AD ~

023~323852 ES H RTENRozekruis Pers Pb 298 blz.Lindenlei 12, Gent ISBN 90 6732 003 xTelefoon 091-254316 f 48,50