Bergerblad nummer 3
-
Upload
sg-sint-ursula-horn -
Category
Documents
-
view
226 -
download
1
description
Transcript of Bergerblad nummer 3
2
Voorwoord
Je leest alweer de derde editie van het Bergerblad van dit
schooljaar. Onze redacteurs hebben de afgelopen weken
weer hard gewerkt om enkele leuke artikelen te schrijven
voor onderbouwers én bovenbouwers. Dit is het resultaat.
Omdat het bijna carnaval is, kleurt de schoolkrant rood,
geel en groen. De redactie wenst alle leerlingen, docenten
en overige medewerkers van Sint Ursula een fijne vakantie
en eine sjoeëne vastelaovendj.
Papieren exemplaren van het Bergerblad zijn te lezen en
mee te nemen bij de conciërgeloge en in de mediatheek.
Als je zelf leuke ideeën hebt voor een nieuwe rubriek, of als
je zelf ook een bijdrage wil leveren op wat voor manier dan
ook, dan ben je van harte welkom. Kom gerust eens langs
tijdens één van onze redactievergaderingen (dinsdag in de
middagpauze in E112) of stuur een mailtje naar meneer
Stollman of mevrouw Eggen.
Veel leesplezier.
De redactie
Colofon
‘Bergerblad’ is een uitgave van
Scholengemeenschap Sint Ursula
Postbus 4728, 6085 ZG HORN
Redactie Jerôme Crijns
Sophie Grubben
Julia Vosssen
Hoofdredactie: Kim Schreurs
Eindredactie Jos Stollman
Bonnie Eggen
Lay-out: Kim Schreurs
3
Inhoud
Interview met…
Deze keer bevat deze rubriek een bijzonder interview.
Sophie en Dilayah spraken met muziekleraar meneer Pisters.
Niet over zijn eigen leven, maar over een oud-leerlinge van hem die
inmiddels van muziek haar werk gemaakt heeft: Stevie Ann!
4
Jeugdprinses en Jeugdprins Bij ons op school lopen enkele leerlingen rond die dit jaar met carnaval
de eer hebben jeugdprins of jeugdprinses te zijn. In deze rubriek maak
je kennis met een prins en een prinses.
6
Moppen Lig in een deuk om de leukste moppen.
8
Legendarische auto’s Autofanaat Jerôme Crijns beschrijft in deze rubriek beurtelings een
onbetwiste legende in de historie van de automobiel. Eerder kwamen al
twee rijdende raketten aan de orde: de Jaguar XJ220 en Maserati
MC12. Ditmaal is het de beurt aan een minder extreme, maar minstens
zo ontzagwekkende Italiaan: de Alfa Romeo 8C Competizione.
9
Interview met… Het is voor leerlingen vaak moeilijk om te geloven dat docenten een leven
hebben buiten school. Toch hebben ook leraren hobby’s. Soms zijn deze
wel heel bijzonder of heeft een docent iets bijzonders bereikt.
Na een jaar op onze school lesgegeven te hebben, is Kim Peters Rit nu
docente Nederlands in Heythuysen. In haar vrije tijd schrijft ze verhalen.
Dit resulteerde in het najaar van 2012 in het POD-boek Snap het dan!.
10
Recensie Snap het dan! Na het interview met Kim Peters Rit kan een recensie van haar boek
Snap het dan! natuurlijk niet ontbreken in deze schoolkrant. Kim
Schreurs las het boek en schreef een recensie.
13
Recensie Nooit meer slapen Literatuurboeken zijn saai. Het lezen ervan wordt echter een stuk
leuker als je een spannend of ontroerend boek hebt. In deze rubriek
worden deze boeken besproken. Deze editie staat Nooit meer slapen
van Willem Frederik Hermans centraal.
14
Column Spieken: veel leerlingen doen het, alle docenten weten dat het
gebeurt. Soms bedenken die laatsten zelfs betere methodes dan je zelf
had kunnen verzinnen. Deze column gaat over de kunst van het
afkijken.
15
4
Deze keer bevat deze rubriek een bijzonder interview.
Sophie en Dilayah spraken met muziekleraar meneer Pisters.
Niet over zijn eigen leven, maar over een oud-leerlinge van hem
die inmiddels van muziek haar werk gemaakt heeft: Stevie Ann!
Hoe lang geeft u al les?
Dat zou ik moeten tellen. Een jaar of zestien.
Waarom bent u muziek gaan geven?
Dat was al een wens toen ik van de middelbare school afging. Ik ben
naar het conservatorium geweest. Daar kun je muziek leren.
Speelt u een instrument?
Ik heb in Maastricht trompet gestudeerd. Dat betekent dat ik
trompetleraar kan zijn of in een orkest zou kunnen spelen.
Wat voor een gevoel krijgt u van muziek?
Muziek maken geeft me een gevoel om een taal te spreken. Want
muziek is gewoon een taal. Ik ben muziekleraar juist omdat ik het zo
belangrijk vind dat anderen ook die taal kunnen begrijpen. Dat doe je
het beste op een school!
Zou u als u terug kon iets anders doen?
Nee, ik zou weer voor een carrière in de muziek gekozen hebben.
Hoe lang heeft u Stevie Ann als leerling
gehad?
Twee jaar. Het was de eerste keer dat ik een
bovenbouw klas had. Havo 4 en 5 als ik het
goed zeg.
Vond u haar al goed toen u haar voor het
eerst hoorde?
Toen ik haar in de les had, was ze nog geen
Stevie Ann. Ze heette gewoon Stephanie
Struik. Haar artiestennaam Stevie Ann heeft
ze later aangenomen.
Vond u haar muziek al goed?
Het nummer You versus me was een
onderdeel van haar eindexamen. Je moet
dan een compositie schrijven, maar zij was al
zo ver dat ze dat nummer in kon leveren. Dat
was uitzonderlijk.
Ze sprong er toen dus al uit?
Ze was toen al in staat om heel veel alleen te
doen.
Had u ooit gedacht dat ze het zo ver zou
schoppen?
Dat weet je nooit. We hebben er wel over
gesproken. Toen werd er om gelachen, maar
twee jaar later was het werkelijkheid.
Heeft u haar daarna ooit nog gesproken?
Niet echt. We hebben elkaar ooit wat
gevraagd via de mail en ik heb haar later nog
een keer in Roermond zien optreden.
Het zou leuk zijn om haar nog eens te
spreken, maar het moet wel spontaan.
5
Er word gezegd dat ze Amerika aan het
bestormen is. Denkt u dat dat gaat
lukken?
Dat weet je niet. Ik vind het belangrijk dat ze
zichzelf blijft. Als mensen in Amerika haar
dan leuk vinden, zal het haar zeker lukken
om er platen te verkopen.
Heeft u albums van haar gekocht?
Ik heb geen albums van haar gekocht, maar
wel een aantal liedjes.
Bent u er trots op dat u een
beroemdheid als leerling heeft gehad?
Niet echt. Ik vind het fijn voor haar dat ze
een carrière begonnen is. Ik ben blij dat ik
haar misschien een beetje geholpen heb.
Kijkt u wel eens op internet om te zien
wat ze nu doet?
Ik lees soms toevallig iets over haar. Het is
tien jaar geleden. We gaan beiden onze
eigen weg. Ik probeer bij al mijn leerlingen
te kijken of ze talent hebben en als dat zo is,
dan zeg ik dat tegen ze.
Heeft u later nog eens een ‘Stevie Ann’
in de klas gehad?
Ja, drie jaar later heb ik les gegeven aan
Kelly Kockelkoren en die is een band gestart.
Kennen jullie Kelly Kockelkoren? Nee?
Ga maar eens Googelen. Zij is ook goed. En
ik heb nu ook leerlingen van wie ik denk dat
ze later ook wel hun draai in de muziek
zullen vinden.
Wat zou u zeggen of vragen als u Stevie
Ann nu nog even zou mogen spreken?
Ik zou haar eerst feliciteren met haar beroep
en zou haar vragen of ze gelukkig is.
Door Sophie Grubben
6
7
8
Een vrouw komt thuis met 30
gloeilampen.
Zegt haar man: "Wat moet je daar nu
mee?"
Antwoordt de vrouw: "De dokter
heeft mij een licht dieet
voorgeschreven!"
Twee kannibalen moeten in het oerwoud
via een levensgevaarlijke lianenbrug een
rivier oversteken.
De mannelijke kannibaal vraagt galant:
"Mag ik u een arm aanbieden?"
"Nee, dank u," zegt het
kannibalenvrouwtje. "Ik heb al
gegeten."
'Vader, ik ben bijna even knap als de meester.'
'Zo, zo.'
'Ja, want we weten allebei bijna even veel níét.'
Door Julia Vosssen
Jan: 'Mijn voorouders stammen nog van Karel de Grote af.'
Henk: 'Opschepper. Dadelijk wil je zeker ook nog beweren dat je voorouders
in de ark van Noach meegevaren zijn.'
Jan: 'Natuurlijk niet. Die hadden een eigen boot.'
Rechter: 'Toen u van de tandarts de rekening kreeg, heeft u hem een
vals biljet gestuurd?'
Verdachte: 'Ja natuurlijk. Het gebit was toch ook vals?'
9
Autofanaat Jerôme Crijns
beschrijft in deze rubriek
beurtelings een onbetwiste
legende in de historie van de
automobiel. Eerder kwamen al
twee rijdende raketten aan de
orde: de Jaguar XJ220 en Maserati MC12. Ditmaal is het de beurt aan een minder extreme,
maar minstens zo ontzagwekkende Italiaan: de Alfa Romeo 8C Competizione.
Een courante autowijsheid luidt als volgt: je kunt jezelf pas met recht autoliefhebber noemen, wanneer
je ooit in het bezit van een Alfa Romeo bent geweest. Dat is niet geheel onbegrijpelijk, gezien het
imposante assortiment van Alfa Romeo door de jaren heen. Het van origine Milanese bedrijf heeft
talloze auto’s geproduceerd die tegenwoordig langzaamaan in de vergetelheid raken, maar stuk voor
stuk hun stempel hebben gedrukt op de historie van de automobiel. Nog altijd doen typebenamingen
als ‘Montreal’ of ’33 Stradale’ het hart van Alfisten sneller kloppen. Maar ook recentere modellen als de
duivelse 'Sprint Zagato' – niet zonder reden betiteld als ‘il monstro’ – hebben dankzij een oogstrelend
uiterlijk furore gemaakt.
Afijn, terug naar de 8C Competizione. De connaisseurs onder ons weten dat die naam boogt op
eveneens legendarische productiemodellen. Zo verwijst 8C naar de 8-cilinder sportwagens van Alfa, die
de autowereld in de jaren dertig van de vorige eeuw domineerden. Het toevoegsel Competizione,
hoewel dat op zich weinig uitleg vereist, werd al eerder toegepast in een sublieme sportwagen die aan
de Mille Miglia van 1950 deelnam: de Alfa 6C 2500 Competizione.
Rest nog de vraag waarom specifiek deze Alfa, de 8C Competizione, het predicaat ‘legendarische auto’
verdient. ’s Werelds bekendste autopresentator en mogelijk Engelands meest humoristische man –
jawel, Jeremy Clarkson – noemde dit “quite simply the best looking car ever made”. En dat is, voor
iemand die wekelijks een begerenswaardige auto aan een rijtest onderwerpt, niet niks.
Maar geef hem eens ongelijk. Oké, misschien is de
8C niet bijzonder praktisch, en doet hij qua snelheid
onder voor een moderne Ferrari. En oké, misschien
is de prijs van 250.000 euro (inclusief belastingen,
dat dan weer wel) wat aan de hoge kant. Maar
toch: deze auto klopt gewoon. De klassieke, door
een Ferrari Daytona geïnspireerde verhoudingen; de
schitterende, venijnige neus; de subtiele
uitlaatpijpen en oogverblindende velgen… Je
begrijpt: ik sluit me moeiteloos bij Clarkson aan.
Die autowijsheid zal nog wel even blijven bestaan.
10
Het is voor leerlingen vaak moeilijk om te geloven dat docenten een leven hebben
buiten school. Toch hebben ook leraren hobby’s. Soms zijn deze wel heel bijzonder of
heeft een docent iets bijzonders bereikt. In deze rubriek worden leraren van Sint
Ursula Heythuysen en Horn geïnterviewd over hun hobby.
We trappen af met oud-leerlinge Kim Peters Rit. Na een jaar op onze school
lesgegeven te hebben, is ze nu docente Nederlands in Heythuysen. In haar vrije tijd
schrijft Kim verhalen. Dit resulteerde in het najaar van 2012 in het POD-boek Snap
het dan!.
Hoe lang schrijf je al?
Ik schrijf al zo lang als ik
me kan herinneren. Ik denk
dat het begonnen is nadat
ik in groep 4 een opstel
moest schrijven. Dat vond
ik toen ontzettend leuk.
Daarna ben ik zelf een
verhaal gaan schrijven en
daar had ik veel plezier in.
Dat plezier in schrijven is
eigenlijk nooit meer
verdwenen en nu heb ik
dozen vol geschreven
blaadjes bij elkaar
gespaard. Veel later, toen
we de beschikking hadden
over een computer, heb ik ook veel getypt. Al die dozen vol met geschreven verhaaltjes van
vroeger zijn denk ik niet voor niets geweest, maar bruikbaar is het ook niet. Snap het dan! is
het eerste verhaal dat ook echt klaar is.
Hoe is dit boek tot stand gekomen?
Het boek Snap het dan! heeft heel wat tijd gekost. Ik heb mijn boek al honderden keren
veranderd. Zo heb ik de volgorde van het verhaal veranderd en fragmenten weggelaten en
toegevoegd. Tijdens het schrijven zijn er zelfs nog personages weggevallen en in het begin had
ik een ander einde voor ogen dan dat het nu is geworden.
Het idee voor Snap het dan! kreeg ik toen op 5 havo zat. Destijds heb ik in een schoolschrift
wat aantekeningen gemaakt voor het verhaal. Toen ik in het schooljaar 2010/2011 op Sint
Ursula in Horn werkte, besloot ik om aan het verhaal te gaan werken. Toen heb ik mij ook
voorgenomen om dit verhaal ook echt af te maken. Vlak voor het begin van dit schooljaar had
ik het boek af. Ik besloot het op te sturen naar Boekscout.
11
Waarom heb je het boek via POD bij Boekscout uitgegeven?
Boekscout is een gemakkelijk bereikbare uitgever, waar de kans op het daadwerkelijk uitgeven
van het boek groter is dan bij een reguliere uitgeverij. Het grote verschil is dat een reguliere
uitgeverij (bijvoorbeeld Querido of Kluitman) veel boeken laat drukken en dat zij verlies maken
wanneer niet al deze boeken worden verkocht. Boekscout laat de boeken printen op bestelling
(printing on demand). Pas als iemand een boek wil hebben, wordt het boek geprint. Er worden
zo dus geen onnodige boeken geprint of gedrukt, die ergens een in opslagplaats blijven liggen.
Hoe reageerden docenten en leerlingen van je school op het uitkomen van je boek?
Ik heb ontzettend leuke reacties gehad van leerlingen en docenten op Sint Ursula Heythuysen
en Horn! Heel vaak kwamen leerlingen en collega's informeren hoe het met het boek was en of
ik al iets had gehoord van de uitgeverij. Voordat het boek bij de uitgever terecht kwam, waren
er slechts enkele collega's die op de hoogte waren van de vorderingen. Veel mensen wisten
niet dat schrijven mijn favoriete vrijetijdsbesteding was.
Toen het boek daadwerkelijk uitkwam, waren de reacties ook geweldig! In een recordtempo
kwamen er collega's op mij af die graag een boek wilden bestellen. Ook in enkele klassen
waren leerlingen nieuwsgierig. Daarom is er besloten om een paar exemplaren voor de scholen
te bestellen. In sommige klassen zijn er al heel veel leerlingen die het boek hebben gelezen en
dat vind ik geweldig! Het boek is tenslotte ook voor leerlingen geschreven.
Je bent docent Nederlands. Geef je je klas wel eens schrijfopdrachten?
Natuurlijk geef ik af en toe wel eens een schrijfopdracht. Dat kunnen we niet iedere week
doen, maar het gebeurt regelmatig. Zo heeft mijn brugklas van vorig jaar een krantenbericht
geschreven met opmerkelijk nieuws.
De opdracht om zelf een verhaal te schrijven heb ik nog niet gegeven, omdat ik denk dat veel
leerlingen dit best lastig zullen vinden. Ook denk ik dat niet iedereen dat leuk vindt. Ik moet
altijd stiekem lachen wanneer ik een stukje tekst vraag van honderd woorden. Veel klassen
reageren dan geschokt: “Honderd woorden?! U bent gek!” Later ziet iedereen in dat honderd
woorden niet veel is.
De school in het boek is gebaseerd op Ursula Horn. Waaraan kunnen de lezers onze
school herkennen?
Ik weet niet zeker of het voor de lezers herkenbaar is dat het verhaal zich afspeelt op Sint
Ursula Horn. Toen ik het schreef, speelde het verhaal zich daar af in mijn hoofd. Het is heel
gek, want dat gebeurde eigenlijk automatisch. Waarschijnlijk kun je het aan kleine details
herkennen, bijvoorbeeld aan het feit dat de muzieklokalen op de tweede verdieping liggen.
Ook zijn er pilaren in de aula en banken bij het raam.
Leek je vroeger op je hoofdpersoon Julia of een ander personage uit het boek?
Ik lijk totaal niet op Julia, omdat zij dingen doet die ik vroeger echt niet in mijn hoofd zou
halen. Ook is Julia een muzikaal talent en dat ben ik helaas niet. Er zijn weliswaar enkele
overeenkomsten tussen Julia en mij, maar ik verwacht dat meerdere lezers iets van zichzelf in
Julia herkennen.
12
Heb je personages gebaseerd
op leraren of leerlingen van
Ursula (Heythuysen of Horn)?
Nee, er zijn geen personages
gebaseerd op bestaande personen.
Ik heb vooral gebruikgemaakt van
stereotype personages,
bijvoorbeeld de strenge leraar (in
het boek meneer Roelofs), de
leraar die heel erg meeleeft
(meneer Konings) en de leraar bij
wie alles mag (meneer Jacobs).
Er zijn dus geen leraren of
leerlingen van Sint Ursula te
herkennen in mijn boek. De kans
was te groot dat ik onbedoeld
iemand zou kwetsen als ik dat zou
doen en dat wilde ik voorkomen.
Heb je als scholier of docent ervaring met de onderwerpen uit je boek?
Ik denk dat er wat betreft pesten, buitengesloten worden en jaloezie niet heel veel veranderd
is ten opzichte van 10 jaar geleden, toen ik in Horn op school zat. Waar mensen bij elkaar zijn,
zul je dit soort dingen altijd tegenkomen.
Gelukkig heb ik echt pesten nooit hoeven meemaken; niet als leerling en niet als docent. Er
wordt wel eens geplaagd onderling en ruzie gemaakt, maar van echt pesten is er in mijn
schooltijd geen sprake geweest.
Blijf je schrijven?
Natuurlijk ga ik verder met schrijven. Ik denk niet dat ik kan stoppen. Ik heb nog een heleboel
ideeën waar misschien iets mee gedaan kan worden. Schrijven lukt mij niet elke dag. Soms
heb ik er geen tijd voor of geen zin in.
Ik zou best nog wel een boek willen schrijven. Waarschijnlijk wordt het dan weer een boek
voor jongeren.
Waarom moeten we allemaal je boek lezen?
Het boek Snap het dan! is een heel spannend boek, waarin Julia te maken krijgt met een
vriendin die haar leven wil overnemen. Rosalie, Julia’s vriendin, verft haar haren blond, koopt
dezelfde kleren als Julia, leert haar handschrift en sluipt stiekem rond bij Julia's huis. Julia
probeert Rosalie uit te leggen dat ze dit niet prettig vindt, maar Rosalie lijkt het niet te
begrijpen. Rosalie verandert in een gevaarlijk meisje dat er alles aan doet om Julia’s leven te
verpesten.
Ik denk dat delen van het verhaal voor velen heel herkenbaar zijn: het leven op school, het
omgaan met klasgenoten en het maken van vrienden. Tot slot denk ik dat het verhaal
gemakkelijk geschreven is. De zinnen zijn niet zo lang en er worden geen dingen uitgebreid
beschreven. Je kunt het natuurlijk zelf gaan lezen om erachter te komen of het klopt en om te
ontdekken hoe het verhaal afloopt.
Door Kim Schreurs
13
Titel: Snap het dan!
Auteur: Kim Peters Rit
Uitgeverij: Boekscout
Doelgroep: Jongeren
Snap het dan!
Julia Wilder zit in het laatste jaar van de Havo. Op de eerste schooldag ontmoet ze Rosalie die
bij haar in sommige clusters zit. De meisjes hebben veel gemeen en ze worden vriendinnen.
Maar Rosalie wil niets liever dan Julia’s leven leiden. Haar jaloezie neemt extreme vormen aan.
Boeken die in eigen beheer of via een Printing on Demand (POD) ‘uitgeverij’ uitgegeven zijn,
hebben een slechte naam. Niet zonder reden, want veel boeken van bijvoorbeeld Boekscout en
Free Musketeers staan vol fouten omdat ze niet gecorrigeerd zijn door een redacteur.
Daarnaast maken de schrijvers veel beginnersfouten omdat ze gewoonweg eigenlijk (nog)
geen verstand van schrijven hebben. Aangezien dit boek via POD (Boekscout) uitgegeven is,
was ik bij voorbaat al een beetje sceptisch.
Ik zou graag willen zeggen dat ik daar helemaal van teruggekomen ben, maar dan zou ik
liegen. Het gaat op de eerste bladzijde namelijk al mis op enkele punten, vooral in de
dialooginterpunctie. Details, dat geef ik toe. Details waar gewone lezers waarschijnlijk niet
eens op zouden letten, maar als een redacteur naar de tekst gekeken zou hebben, zou dat niet
gebeurd zijn.
Dat is niet het enige wat me opviel aan de schrijfstijl. Er wordt aan het begin van het boek ook
erg veel uitgelegd en ik stoorde me aan de dialogen.
Ik vraag me af voor welke leeftijdsgroep dit boek geschreven is. Voor basisschoolleerlingen is
het boek namelijk niet interessant en ook onderbouwers zullen zich moeilijk kunnen
identificeren met een hoofdpersoon die in de vijfde klas zit. Het boek is echter ook niet echt
geschikt voor bovenbouwleerlingen omdat zij al vaker dit soort boeken gelezen hebben en
omdat de onderwerpen die in dit boek centraal staan niet meer zo spelen in hogere klassen
waardoor de leerlingen zich er automatisch ook niet meer zo voor interesseren.
Het boek is niet echt spannend of verrassend. Het tweede perspectief werkt verwarrend en
helaas is aan het einde van het boek nog steeds niet duidelijk wat het nut hiervan was. Ook de
personages zijn redelijk stereotiep en niet vernieuwend voor dit type boek.
Toch ben ik niet alleen maar negatief over het boek. Ik weet zeker dat veel jongeren zich
zullen identificeren met Julia en veel situaties zijn herkenbaar voor middelbare scholieren.
Ondanks – of misschien juist dankzij – de zwakke spanningsboog is het boek erg toegankelijk
voor onderbouwers en zij zullen het boek dan ook lekker weg vinden lezen.
Als je door de beginnersfouten heen kijkt, is wel te zien dat de schrijfster potentie heeft, alleen
komt dat er naar mijn mening nog niet helemaal uit. Een schrijfcursus, wat schrapwerk en een
redacteur die de opbouw van het boek onder handen genomen had, zouden dit boek goed
gedaan hebben. In deze vorm ben ik er echter niet enthousiast over.
Heb je het boek gelezen en ben je het niet met me eens? Bedenk dan dat mijn mening slechts
één mening is. Ik wil dan ook benadrukken dat iedereen die over dit boek gehoord/gelezen
heeft en die het graag wil lezen dit vooral moet doen en een eigen mening moet vormen.
Door Kim Schreurs
Snap het dan! staat net als de andere in deze rubriek besproken boeken sinds
dit schooljaar onder NJ in de mediatheek. Het boek is geschikt voor leerlingen
uit de eerste en tweede klas, en mag op de boekenlijst voor Nederlands.
Het boek mag niet gelezen worden voor de literatuurlijst van de bovenbouw.
14
Literatuurboeken zijn saai, dat weet elke bovenbouwer. Natuurlijk is het
verplicht lezen van acht of twaalf literatuurboeken niet bepaald de favoriete
bezigheid van de gemiddelde zestienjarige. Toch hoeft het lezen van deze
boeken niet zo saai te zijn als het vaak is; je moet gewoon de juiste boeken
lezen, want er zijn wel degelijk leuke, spannende of ontroerende romans. In
deze rubriek worden deze boeken besproken.
Deze editie staat 'Nooit meer slapen' van Willem Frederik Hermans centraal.
Niet iedereen zal de uitgebreide beschrijvingen van de natuur en van de tocht
die hoofdpersoon Alfred Issendorf maakt kunnen waarderen, maar voor
jongeren die houden van boeken met een rustig tempo, is dit een absolute
aanrader.
Titel: Nooit meer slapen
Auteur: Willem Frederik Hermans
Uitgeverij: De Bezige Bij
Eindeloze eenzaamheid in Noorwegen; Nooit meer slapen
“Nooit meer slapen is een prachtige roman over de worsteling met het leven.
Diep in Noorwegen wordt hoofdpersoon Alfred geconfronteerd met zichzelf en
zijn gebreken.”
Alfred Issendorf is geoloog. Hij gaat op expeditie naar Noorwegen om zijn hypothese te
bewijzen zodat hij zijn proefschrift kan voltooien. De reis wordt echter niet wat Alfred
ervan verwacht had. Onder de barre omstandigheden in het expeditiegebied komt Alfred
tot verrassende inzichten over zichzelf.
Nooit meer slapen begint heel mooi met één van de bekendste beginzinnen uit de
Nederlandse literatuur. Ook mensen die het boek niet gelezen hebben, zullen deze zin
ongetwijfeld kennen: “De portier is invalide.”
Er zijn weinig (begin)zinnen waaruit meer kracht spreekt dan uit deze simpele zin van
vijf woorden. Het is een zin die alles zegt, en tegelijkertijd niets. Prachtig. Het is bijna
onmogelijk om als lezer niet meteen gefascineerd te zijn.
Helaas is het eerste hoofdstuk verder behoorlijk saai. Dat geldt eigenlijk voor het hele
eerste deel waarin Alfred slechts op zoek gaat naar de luchtfoto’s en voorbereidingen
treft voor zijn expeditie. Hoewel de personages zeker interessant zijn, kon de verhaallijn
me niet boeien. Dat veranderde op het moment dat de expeditie daadwerkelijk begon.
Het is te merken dat dit Hermans' vakgebied is. Niet alleen de eindeloze uitgestrektheid
van het landschap wordt prachtig beschreven, ook de tegenslagen waarmee de groep te
kampen krijgt, worden benadrukt. Het is onmogelijk niet mee te leven met Alfred die
geen luchtfoto’s heeft, ’s nachts niet kan slapen en continu geteisterd wordt door
muggen.
Zijn eenzaamheid en de confrontatie met zijn ergste angst zorgen ervoor dat Alfred tot
nieuwe inzichten over zichzelf komt. Door alles wat hij meemaakt, verandert Alfred van
een achterdochtig en wantrouwig personage in een man die zijn eigen beperkingen kent
en die zijn zwaktes onder ogen ziet. Die transformatie is mooi om te zien, en alleen al
daarom is het boek de moeite waard.
Nooit meer slapen is niet zo briljant of beklemmend als De donkere kamer van Damokles,
maar de mooie beschrijvingen, de bijzondere personages en natuurlijk Hermans’
geweldige stijl maken ook dit verhaal tot een memorabel boek dat absoluut de moeite
van het lezen waard is. Door Kim Schreurs
15
Kim Schreurs zit in 6VWO, is recensente voor
uitgeverij The House of Books en is
amateurschrijfster. Elke editie schrijft ze over wat
haar opvalt aan middelbare scholen in het
algemeen en aan onze school in het bijzonder.
Deze keer schreef ze over spieken.
De kunst afkijken
Met de vele proefwerkweken en de naderende examens in het
vooruitzicht, is het weer een actueel onderwerp: spieken. Elke
leraar weet dat het gebeurt, maar niet iedereen gaat er
hetzelfde mee om. Vooral tijdens proefwerkweken zijn de
verschillen tussen docenten duidelijk te merken. Zo mocht ik
tijdens sommige proefwerken beslist geen etui op mijn tafel
hebben en moest ik mijn tas dichtritsen, terwijl ik bij een
ander proefwerk bij wijze van spreken zo ongeveer mijn boek
erbij mocht houden.
Eerlijk is eerlijk: het is best naïef van leraren om te denken
dat leerlingen bij het schrijven van een Duitse brief geen
blaadje met standaardzinnen in hun grammaticastencil
verstoppen. En ondanks de diverse versies opgavenboekjes bij
kijk-luistertoetsen heb ik genoeg verhalen gehoord van
leerlingen die codes hadden voor de lengte van de zinnen en zo het (volgens hen) juiste
antwoord doorgaven aan vrienden. Van het laatste lijkt het cito zelf inmiddels ook op de
hoogte te zijn, want in de officiële examens van 2013 waren de antwoorden zo
zorgvuldig mogelijk ongeveer even lang gemaakt.
Nog leuker dan de naïeve leraar is het type docent dat alles verdacht vindt. Onwijs
irritant als je gewoon een potlood uit je tas wil pakken, maar dit soort geeft je wel
hoogstpersoonlijk de beste spiektips. Het zou me overigens niet verbazen als de oorzaak
van het feit dat ze zo goed op de hoogte zijn van alle methodes niet zo onschuldig is.
Toen ik tijdens een proefwerk ooit een docent van dit type als surveillant had, moest ik
zelfs het klepje van mijn rekenmachine in mijn tas stoppen zodat ik eventuele formules
die blijkbaar prima in de binnenkant passen niet zou kunnen lezen. Iets minder origineel,
maar wel een klassieker bij het afkijken, is het gebruik van de proefwerkblokken waar al
formules of begrippen op staan. Deze moeten bij bepaalde leraren dan ook in de tas
gestopt worden. Soms mag je zelfs maar maximaal één leeg blaadje op je tafel hebben
liggen.
Zelf durf ik echt niet te spieken. Ik ben veel te bang om betrapt te worden als ik ook
maar één keer op mijn arm geschreven wiskundeformules zou verbergen onder de lange
mouwen van een trui. Ik denk dat ik door mijn onervarenheid binnen vijf minuten betrapt
wordt. Gelukkig voor mijn docenten heb ik niet de spiekcapaciteiten die een voormalige
klasgenoot van mij – die tijdens een proefwerk Frans, terwijl de docent haar recht
aankeek, doodleuk haar boek uit haar tas haalde en opensloeg om de betekenis van een
woordje op te zoeken – wel had.
Er zit voor mij dus niets anders op dan gewoon
hard te blokken voor mijn examens. En als ik
écht zou willen spieken, dan keek ik de kunst wel
af van de docenten.
Info en aanmelden:www.studereninnijmegen.nl
15 maart Proefstudeerdag
13 april Open Dag
25 april Proefstudeerdag
7 juni Last Minute Radboud
Manage your future!Faculteit der Managementwetenschappen
Ben je op zoek naar een maatschappelijk verantwoorde studie met prima kansen op de arbeidsmarkt?
Aan de Faculteit der Managementwetenschappen volg je onderwijs op het gebied van management en bestuur van bedrijven, non-profit instellingen en overheden. In de faculteit zijn diverse wetenschapsgebieden bijeen gebracht: bedrijfskunde, bestuurskunde, economie en bedrijfseconomie, politicologie, geografie, planologie en milieu.
Bedrijfskundewww.ru.nl/bedrijfskunde
International Business Administration www.ru.nl/iba
Bestuurskundewww.ru.nl/bestuurskunde
Economie en Bedrijfseconomiewww.ru.nl/economie
International Economics & Businesswww.ru.nl/ieb
Geografie, Planologie en Milieuwww.ru.nl/gpm
Politicologiewww.ru.nl/politicologie
Zoek je informatie voor je profielwerkstuk? Check dan: www.ru.nl/profielwerkstuk
@ [email protected] www.ru.nl/fm facebook.com/rufdm twitter.com/rufdm