Beleidsplan Veiligheid & Gezondheid BSO de Hoeksteen · thema, over veiligheid of gezondheid op de...

48
Beleidsplan Veiligheid & Gezondheid BSO de Hoeksteen

Transcript of Beleidsplan Veiligheid & Gezondheid BSO de Hoeksteen · thema, over veiligheid of gezondheid op de...

Page 1: Beleidsplan Veiligheid & Gezondheid BSO de Hoeksteen · thema, over veiligheid of gezondheid op de agenda staan. In ieder kwartaaloverleg worden protocollen en beleid structureel

Beleidsplan Veiligheid & Gezondheid

BSO de Hoeksteen

Page 2: Beleidsplan Veiligheid & Gezondheid BSO de Hoeksteen · thema, over veiligheid of gezondheid op de agenda staan. In ieder kwartaaloverleg worden protocollen en beleid structureel

2

Inhoudsopgave Voorwoord ...................................................................................................................................................... 3

1. Stichting Tamariki ........................................................................................................................................ 4

2. De beleidscyclus .......................................................................................................................................... 5

2.1 Beleidsvorming ...................................................................................................................................... 5

2.2 Implementeren ...................................................................................................................................... 5

2.3 Evalueren en controleren ...................................................................................................................... 5

2.4 Actualiseren ........................................................................................................................................... 6

3. Beschrijving grote risico’s ............................................................................................................................ 7

3.1 Fysieke veiligheid ............................................................................ Fout! Bladwijzer niet gedefinieerd.

3.2 Sociale veiligheid ............................................................................ Fout! Bladwijzer niet gedefinieerd.

3.3 Gezondheid .................................................................................... Fout! Bladwijzer niet gedefinieerd.

4. Kleine risico’s ........................................................................................ Fout! Bladwijzer niet gedefinieerd.

5. Risico-inventarisatie .................................................................................................................................... 8

6. BHV en Kinder-EHBO ................................................................................................................................. 20

6.1 BHV ...................................................................................................................................................... 20

6.2 Kinder-EHBO ........................................................................................................................................ 20

7. Communicatie en afstemming intern en extern ....................................................................................... 21

8. Ondersteuning en melding van klachten .................................................................................................. 22

Bijlage 1 Het werkplan .................................................................................................................................. 23

Bijlage 2 Veiligheidsafspraken ....................................................................................................................... 25

Bijlage 3 De ongevallenregistratie ................................................................................................................. 26

Bijlage 4 Het calamiteiten beleid................................................................................................................... 28

Bijlage 5 De Sociale kaart .............................................................................................................................. 33

Bijlage 6 Registratie infectieziekten .............................................................................................................. 35

Bijlage 7 Handhygiëne ................................................................................................................................... 36

Bijlage 8 Hoest- en niesdiscipline .................................................................................................................. 37

Bijlage 9 Gezond binnenmilieu ...................................................................................................................... 38

Bijlage 10 Algemene hygiëne maatregelen ................................................................................................... 39

Bijlage 11 Schoonmaakplan .......................................................................................................................... 40

Bijlage 12 Bijzonderhedenlijst ....................................................................................................................... 45

Bijlage 13 Zelfstandigheidscontract .............................................................................................................. 46

Bijlage 14 Onderhoudsplan buitenruimte ..................................................................................................... 48

Page 3: Beleidsplan Veiligheid & Gezondheid BSO de Hoeksteen · thema, over veiligheid of gezondheid op de agenda staan. In ieder kwartaaloverleg worden protocollen en beleid structureel

3

Voorwoord

Voor u ligt het beleidsplan Veiligheid en Gezondheid van BSO de Hoeksteen.

Dit werkplan beschrijft de dagelijkse gang van zaken op onze locatie. Met als doel de kinderen en

medewerkers een zo veilig en gezond mogelijke werk-, speel- en leefomgeving te bieden.

We beschermen kinderen tegen risico’s met grote gevolgen en we leren kinderen omgaan met risico’s

met kleine gevolgen. Botsingen, kneuzingen, schaafwonden, struikelen en vallen zijn onderdeel van het

leerproces van kinderen. Inschatten van en omgaan met risico's is een vaardigheid die ontwikkeld,

geoefend en verfijnd moet worden.

Een beleid komt in de praktijk echter pas goed tot zijn recht als alle medewerkers zich betrokken voelen

en het beleid uitdragen. Daarom zal er tijdens ieder teamoverleg een thema, of een onderdeel van een

thema, over veiligheid of gezondheid op de agenda staan. In ieder kwartaaloverleg worden protocollen en

beleid structureel besproken. Dit om continu in gesprek te blijven over het beleid. Zo blijven we scherp op

onze werkwijzen, kunnen we monitoren of genomen maatregelen wel of niet effectief zijn en kunnen we

veranderingen in de omgeving of situatie, zoals bij verbouwingen of veranderingen in de inrichting, direct

controleren of het beleid al dan niet moet worden aangescherpt.

We staan open voor vragen of aanvullingen van ouders of andere betrokken.

Team BSO de Hoeksteen.

Page 4: Beleidsplan Veiligheid & Gezondheid BSO de Hoeksteen · thema, over veiligheid of gezondheid op de agenda staan. In ieder kwartaaloverleg worden protocollen en beleid structureel

4

1. Stichting Tamariki

Tamariki verzorgt kinderopvang voor alle kinderen van 0 tot 13 jaar in de vorm van voorschoolse opvang,

naschoolse opvang, kinderdagverblijf en peuteropvang op diverse locaties in Drenthe en Oost-Groningen.

Wij zijn nauw verbonden aan de primaire onderwijsstichting Primenius met 33 scholen in de provincies

Groningen en Drenthe en brengt school en kinderopvang in de wijk samen. Tamariki biedt kinderopvang

in de breedste zin van het woord, op en nabij de scholen van Primenius. Met deze combinatie willen wij

de optimale omstandigheden voor een goede ontwikkeling van kinderen creëren. De cultuur van de

scholen en van de opvang is gelijk. Dat biedt structuur, veiligheid en rust.

Missie

Door de ondernemende houding van de medewerkers worden ouder(s)/verzorger(s) en kinderen in hun

omgeving tegemoet getreden. Wij geven aandacht aan de kinderen en hun ouder(s)/verzorger(s) en

waarborgen hierbij een veilige en gezonde opvang. Samen met de pedagogisch medewerkers hebben we

grote risico’s in beeld en beschermen de kinderen tegen de gevolgen. Daarnaast dagen we een kind

individueel en in groepsverband uit om te ontdekken en te ontwikkelen, hierbij moet het kind leren

omgaan met de kleinere risico’s. De pedagogisch medewerkers bieden ruimte tot groei en ontwikkeling

en prikkelen de omgeving van het kind om te durven ontdekken. Tamariki is de plaats waar kinderen zich

veilig voelen.

Visie

Tamariki creëert een stimulerende en uitdagende omgeving waarin kinderen zich prettig voelen en

zichzelf kunnen zijn. De medewerkers leveren een belangrijke bedrage aan de ontwikkeling, opvoeding en

verzorging van de kinderen. Ze dagen de kinderen uit om te leren in steeds nieuwe situaties. Hierbij is

Tamariki een veilige basis. De kinderen kunnen zich ontwikkelen tot zelfstandige, sociale mensen met

zelfvertrouwen, verantwoordelijkheid en respect voor zichzelf en voor anderen.

Doelstelling

Vanuit de wet Innovatie Kwaliteit Kinderopvang (IKK) dienen wij beleid te creëren ten aanzien van

Veiligheid en Gezondheid. Belangrijk is dat samen met de pedagogisch medewerkers, afwegingen zijn

gemaakt over wat grote en wat kleine risico’s zijn. De belangrijkste aandachtspunten binnen het

vormgeven van het beleid zijn:

1. Het bewust zijn van mogelijke grote risico’s en de gevolgen daarvan.

2. Beschrijven hoe kinderen geleerd wordt om te gaan met de kleine risico’s.

3. Hoe medewerkers tijdens het dagelijks werken alert blijven op het naleven van de protocollen en

veiligheids- en gezondheidsafspraken.

Dit alles met als doel, om een veilige en gezonde omgeving te creëren waar kinderen onbezorgd kunnen

spelen en zich optimaal kunnen ontwikkelen.

Page 5: Beleidsplan Veiligheid & Gezondheid BSO de Hoeksteen · thema, over veiligheid of gezondheid op de agenda staan. In ieder kwartaaloverleg worden protocollen en beleid structureel

5

2. De beleidscyclus

Volgens het veiligheids- en gezondheidsbeleid werken we cyclisch. Dit doen wij aan de hand van de plan,

do, check, act: de kwaliteitscyclus.

2.1 Beleidsvorming In de beleidscyclus gaan we samen met de medewerkers in gesprek over de verschillende thema’s over

veiligheid en gezondheid. Door middel van de Quick Scan in de Risicomonitor, gaan we allerlei thema’s bij

langs. Deze thema’s zijn vastgesteld in het teamoverleg met de pedagogisch medewerkers.

We hebben de risico’s onderverdeeld in drie categorieën; fysieke veiligheid, sociale veiligheid en

gezondheid. Per categorie hebben we de belangrijkste risico’s benoemd met de daarbij behorende

maatregelen die zijn of worden genomen om het risico tot het minimum te beperken.

2.2 Implementeren Nieuwe medewerkers worden ingewerkt met behulp van het pedagogisch werkplan, het veiligheid en

gezondheidsbeleid, protocollen en werkafspraken. Hiermee wordt gewaarborgd dat zij op de hoogte zijn

van de geldende werkwijzen. Wijzigingen of aanvullingen worden geïmplementeerd tijdens

teamvergaderingen. Alle protocollen, werkafspraken en dit werkplan zijn beschikbaar voor de PM-ers.

Ook eventuele vrijwilligers en stagiaires worden op de hoogte gebracht van onze werkwijzen.

2.3 Evalueren en controleren Om te kunnen evalueren en controleren zijn er rapportages nodig. Hiervoor hebben we de

ongevallenregistraties, de prospectieve risico-inventarisatie en huisregels/veiligheidsafspraken. Al deze

rapportages leveren input voor verbeteringen op het gebied van gezondheid en veiligheid. Door deze

rapportages te bespreken binnen het team kunnen doelstellingen en acties/maatregelen worden bedacht

om de gezondheid en veiligheid te verbeteren of werkwijzen vast te stellen om kinderen te leren omgaan

•Evalueren en controleren

•Actualiseren

•Implementeren•Beleidsvorming

Plan Do

CheckAct

Page 6: Beleidsplan Veiligheid & Gezondheid BSO de Hoeksteen · thema, over veiligheid of gezondheid op de agenda staan. In ieder kwartaaloverleg worden protocollen en beleid structureel

6

met kleine risico's met kleine gevolgen. Ook kunnen de rapportages aanleiding zijn om de afspraken met

kinderen op de BSO te bespreken.

Daarnaast moet ook de OC de gelegenheid worden geboden advies en/of aanvullingen te kunnen

aandragen.

2.4 Actualiseren Uit de evaluatie volgen doelstellingen en/of acties en maatregelen. Het betreffen doelstellingen ten

aanzien van veilig spelen/leren/ontdekken, verzorgen, veilige en gezonde binnen- en buitenruimtes en

sociale veiligheid.

Deze worden SMART vastgelegd in het werkplan. Dit kunnen wijzigingen of aanvullingen in protocollen

zijn, nieuwe afspraken die in dit werkplan moeten worden vastgelegd, enz. (zie bijlage 1).

Page 7: Beleidsplan Veiligheid & Gezondheid BSO de Hoeksteen · thema, over veiligheid of gezondheid op de agenda staan. In ieder kwartaaloverleg worden protocollen en beleid structureel

7

3. Beschrijving grote risico’s

In dit hoofdstuk beschrijven we de belangrijkste grote risico’s die op onze locatie kunnen leiden tot

ernstige gevallen, incidenten of gezondheidsproblemen. We hebben de risico’s onderverdeeld in drie

categorieën. Fysieke veiligheid, sociale veiligheid en gezondheid. Per categorie noemen we de

belangrijkste risico’s met de daarbij behorende maatregelen die zijn of worden genomen om het risico tot

het minimum te bepreken.

Om de risico’s ten aanzien van de veiligheid en gezondheid te beperken wordt er op de vestiging

afspraken gemaakt. De afspraken zijn vastgelegd in veiligheidsafspraken (zie bijlage 2). Wij vragen

ouder(s), verzorger(s), medewerkers en kinderen om zich aan de veiligheidsafspraken te houden in het

belang van het welbevinden, de veiligheid en de gezondheid van de kinderen en van elkaar.

Page 8: Beleidsplan Veiligheid & Gezondheid BSO de Hoeksteen · thema, over veiligheid of gezondheid op de agenda staan. In ieder kwartaaloverleg worden protocollen en beleid structureel

8

3.1 Fysieke veiligheid In geval van een ongeval waarbij een kind acute doktersbehandeling nodig heeft wordt er contact

opgenomen met de eigen huisarts van het kind, deze wordt tijdens het intakegesprek bekend en

genoteerd op de kindkaart van het kind. In levensbedreigende of gevallen of in noodsituatie wordt er 112

gebeld.

Bij elk ongeval wordt de aanwezige EHBO’er ingeschakeld. Deze kan eerste hulp verlenen of bepalen dat

doktersbehandeling nodig is. Van een ongeval wordt het formulier ongevallenregistratie (zie bijlage 3)

ingevuld, besproken en geëvalueerd tijdens de teamvergadering.

3.1.1 Veiligheid binnenruimte Ons uitgangspunt is dat er een ruimte moet worden gecreëerd waar kinderen verantwoord kunnen spelen

waarbij de kans op grote ongevallen minimaal is. BSO de Hoeksteen streeft naar een zo optimaal

mogelijke omgeving voor de kinderen. Het aspect veiligheid is daarvan een belangrijk onderdeel. Er zijn

maatregelen getroffen en afspraken gemaakt om de veiligheid op de locatie te waarborgen.

Ongeacht de maatregelen die zijn genomen om een zo veilig mogelijke situatie in de BSO te creëren is een

ongeval nooit uit te sluiten. Wanneer zich een dergelijke situatie voordoet is het belangrijk om snel en

zorgvuldig te handelen. Om de veiligheid op de vestiging tijdens een calamiteit te waarborgen beschikt

BSO de Hoeksteen over het calamiteit en ongevallen beleid, waarin de richtlijnen zijn omschreven hoe

men dient te handelen in geval van een calamiteit.

Daarnaast is er op de locatie een sociale kaart (zie bijlage 4) ingevuld die de telefoonnummers van de

achterwacht, alarmnummers, politie en huisarts bevatten.

3.1.2 Veiligheid spelmateriaal Naast de ruimtes is het van groot belang dat het spelmateriaal veilig is. Verstikking en vergiftiging zijn

hierbij grote risico's. Een aspect dat in een keurmerk verweven zit maar waar desondanks goed op gelet

moet worden, is dat het spelmateriaal veilig is. Dit houdt in;

- Eventuele verf of lak waarmee het spelmateriaal van een kleurtje is voorzien dient kras- en speekselbestendig te zijn. Tevens mag het niet giftig zijn.

- Als het spelmateriaal met water betreft, dan mag dit geen verdrinkingsgevaar opleveren.

- Spelmateriaal mag niet gemakkelijk in brand vliegen.

- Spelmateriaal mag geen zorgwekkende chemische stoffen bevatten, waar kinderen aan blootgesteld worden. Bijv. kankerverwekkers of stoffen die slecht zijn voor de vruchtbaarheid.

- Het spelmateriaal dient geen scherpe randen of hoeken te hebben waar een kind zich aan kan bezeren.

- Spelmateriaal moet wasbaar of afneembaar zijn.

- Houten spelmateriaal mag niet gespijkerd zijn. Geschroefd mag wel, mits de schroef verzonken is. Gelijmd mag wel.

- Er mogen geen tussenruimtes zijn waardoor handen of vingers bekneld kunnen raken.

- Er mogen geen pianoscharnieren aanwezig zijn.

- Spelmateriaal mag geen stoffen bevatten die een allergische reactie kan veroorzaken.

- Geen losse magneetjes. Als ze worden ingeslikt kunnen ze in de darmen aan elkaar gaan kleven zodat obstructie ontstaat.

- Verkleedkleren en stoffen speelgoed/knuffels worden maandelijks gewassen op 60 graden, of op 40 graden en in de droger gedroogd.

Page 9: Beleidsplan Veiligheid & Gezondheid BSO de Hoeksteen · thema, over veiligheid of gezondheid op de agenda staan. In ieder kwartaaloverleg worden protocollen en beleid structureel

9

Daarnaast houdt een medewerker éénmaal per jaar een functionele inspectie, door tijdens zo’n inspectie

het spelmateriaal grondig te controleren op eventuele gebreken of slijtage die gevaar op kunnen leveren

voor de kinderen. Spelmateriaal met gebreken wordt of weggegooid of gerepareerd.

3.1.3 Veiligheid buitenruimte In ons beleid hebben we gesteld dat 100% veiligheid niet bestaat en dat we de kinderen de kans willen

geven om buiten hun onontbeerlijke, avontuurlijke ervaringen op te doen. Toch moet de inrichting van de

buitenspeelplaats aan een aantal veiligheidseisen voldoen. Om na te gaan of de buitenruimte nog veilig is,

dient er met vaste regelmaat gecontroleerd te worden of er gebreken zijn. Onder gebreken wordt

verstaan; een dusdanige beschadiging of vorm van slijtage dat hierdoor voor de kinderen tijdens hun spel

een onveilige situatie kan ontstaan, zie hiervoor ook bijlage 13.

- De speelplaats is deels of volledig omheind zodat de kinderen niet ongezien kunnen

weglopen. Deze omheining is niet scherp en ook niet zodanig geconstrueerd dat kinderen er

overheen kunnen klimmen.

- Indien een baby- en kinderbadje op de speelplaats gevuld is met water dan dient permanent

toezicht te worden gehouden met betrekking tot verdrinkingsgevaar.

- Op de BSO kan alleen onder toezicht bij open water zoals slootjes en vijvers worden

gespeeld. Zwemdiploma is verplicht met betrekking tot verdrinkingsgevaar.

- Onder klimtoestellen is een schok dempende ondergrond aangebracht zoals kunstgras, zand

of gras.

- De zandbak wordt minimaal eens per 2 weken gecontroleerd op honden- en kattenpoep.

Verontreinigingen moeten ruim uitgeschept worden. Met een hark kan eenvoudig worden

gecontroleerd of er verontreinigingen in het zand aanwezig zijn.

3.1.4 Veiligheid buitenspel materiaal De eerste controle van het buitenspelmateriaal (waaronder fietsjes en los spelmateriaal) vindt plaats

wanneer het buitenspeelgoed in het voorjaar tevoorschijn wordt gehaald. Dit gebeurt door de PM’er.

Wanneer er gebreken worden geconstateerd, wordt dit overlegd met de locatie coördinator of directeur

van school. Die beslist of het betreffende spelelement wordt vervangen of gerepareerd. Wanneer het

materiaal ter reparatie is aangeboden dient het, voordat het na reparatie weer in gebruik wordt

genomen, eerst gecontroleerd te worden of het toestel wel, en zo ja deugdelijk is gerepareerd zodat

eventuele ongelukken met niet (goed) gerepareerde speelelementen vermeden wordt.

3.1.3 Onkruid en giftige planten Planten en bomen kunnen gezelligheid geven doordat ze mooi van kleur zijn of lekker ruiken. Echter,

planten en bomen kunnen ook giftig zijn voor de mens of allergenen produceren waar mensen allergisch

op kunnen reageren. Giftige planten zijn planten die vergiftigingsverschijnselen veroorzaken wanneer

kleine hoeveelheden ervan worden opgegeten, of planten die ontstekingen of andere huidaandoeningen

veroorzaken wanneer ze worden aangeraakt. Giftige planten kunnen slaap verwekken, de huid irriteren,

de slijmvliezen aantasten, kramp of buikloop veroorzaken en zelfs dodelijk zijn. Gelukkig komt dit laatste

zelden voor.

Veel planten zijn giftig maar doordat ze er niet aantrekkelijk uitzien om op te eten, zijn er maar weinig

gevallen van vergiftigingen door planten bekend. Maar planten met bijvoorbeeld besjes hebben op

kinderen wel een grote aantrekkingskracht. Een voorbeeld van een erg giftige plant is de berenklauw. Als

de huid in aanraking komt met de brandharen, veroorzaakt dit in eerste instantie een brandblaar. Later

wordt dit een open zwerende wond.

Page 10: Beleidsplan Veiligheid & Gezondheid BSO de Hoeksteen · thema, over veiligheid of gezondheid op de agenda staan. In ieder kwartaaloverleg worden protocollen en beleid structureel

10

Op de BSO leren we kinderen welke planten giftig zijn en we beter niet kunnen aanraken:

We gaan met de kinderen in gesprek over veel voorkomende planten/onkruid. Welke planten

mogen ze niet aanraken en welke mogen ze gerust plukken. Vooral tijdens uitstapjes zien we veel

verschillende planten onderweg, interessant!

We planten eetbare planten met bijvoorbeeld aardbeien of besjes niet in de buurt van giftige

planten, zo wordt niet per ongeluk de verkeerde bes opgegeten.

We planten geen giftige planten in de speelomgeving van de kinderen.

We maken een duidelijk onderscheid tussen eetbare planten en giftige planten.

De buitenruimte wordt regelmatig gecontroleerd op onkruid en giftige planten, deze worden

verwijderd door de PM’er of de conciërge van school.

3.1.4 Fysieke risico’s

Vallen van hoogte. Genomen maatregelen zijn:

- Er worden geen opstapjes voor kasten of ramen geplaatst zodat kinderen niet uitgenodigd worden om te

gaan klimmen.

- De afspraak is gemaakt dat kinderen niet klimmen op kasten, tafels of stoelen.

Verstikkingsgevaar. Genomen maatregelen zijn:

- Laat kinderen zittend eten.

Vergiftiging. Genomen maatregelen zijn:

- Huishoudelijke schoonmaakmiddelen worden veilig opgeborgen, buiten bereik van kinderen.

- Ontsmettingsmiddel en medicijnen worden veilig opgeborgen, buiten bereik van kinderen.

- In en om de BSO zijn giftige planten en onkruid verwijderd.

- Privé spullen zoals sigaretten en parfum worden veilig opgeborgen, buiten bereik van kinderen.

Verbranding. Genomen maatregelen zijn:

- Koffie en thee worden bewaard in thermoskannen.

- Zet kopjes ver op tafel.

- Hete thee en koffie worden buiten bereik van kinderen genuttigd.

- Koken en bakken wordt buiten het bereik van de kinderen gedaan.

- Tijdens een kook- of bakactiviteit is er altijd scherp toezicht.

Verdrinking. Genomen maatregelen zijn:

- Kinderen mogen nooit zonder toezicht in een zwembadje of bij het water spelen.

- Op de BSO kan alleen onder toezicht bij open water zoals slootjes en vijvers worden gespeeld.

Zwemdiploma is altijd verplicht.

Overig. Genomen maatregelen zijn:

- Stellingen of kasten worden te allen tijde verankerd aan de muur.

- De bergruimte wordt te allen tijde afgesloten voor de kinderen.

- Natte vloeren worden meteen gedroogd.

- Laag doorlopende ruiten zijn voorzien van veiligheidsglas of veiligheidsfolie.

- Veiligheidsstrip worden regelmatig gecontroleerd of vervangen.

- Stopcontacten worden regelmatig gecontroleerd.

- Bij extreme hitte wordt de duur van buitenspelen en de inspanning van het spel aangepast en wordt er

extra drinken aangeboden.

-Bij extreem lage temperaturen wordt de duur van buitenspelen beperkt.

Page 11: Beleidsplan Veiligheid & Gezondheid BSO de Hoeksteen · thema, over veiligheid of gezondheid op de agenda staan. In ieder kwartaaloverleg worden protocollen en beleid structureel

11

Verwondingen aan klusmaterialen. Genomen maatregelen zijn:

- Kinderen mogen nooit zonder toezicht werken met klusmaterialen.

- Klusmaterialen altijd netjes opgeborgen op de plek waar het hoort.

Page 12: Beleidsplan Veiligheid & Gezondheid BSO de Hoeksteen · thema, over veiligheid of gezondheid op de agenda staan. In ieder kwartaaloverleg worden protocollen en beleid structureel

12

3.2 Sociale veiligheid

3.2.1 Grensoverschrijdend gedrag Veiligheid van kinderen en medewerkers is een basisvoorwaarde voor een prettig speel- en werkklimaat.

Er zijn allerlei vormen van grensoverschrijdend gedrag. Daarbij is steeds één overeenkomst: het gaat om

een verschil in macht. Door het verschil in macht kan één van de twee geen of weinig weerstand bieden.

Vormen van grensoverschrijdend gedrag zijn:

- Verwaarlozen of onthouden van zorg (niet reageren / slechte hygiëne).

- Fysiek of verbaal agressief gedrag (schreeuwen / slaan / wegduwen).

- Discriminatie (ongelijke behandeling op basis van afkomst / sekse / voorkeur).

- Psychologisch misbruik (pesten / treiteren / uitschelden).

- Seksueel misbruik (gedwongen seksuele handelingen).

We hebben de volgende maatregelen genomen om grensoverschrijdend gedrag met elkaar te voorkomen

en wat te doen als we merken dat het toch gebeurd.

- Tijdens teamoverleggen wordt regelmatig over het onderwerp gesproken om zo een open cultuur

te creëren waarbij medewerkers elkaar durven aan te spreken.

- Tijdens teamoverleggen staat de meldcode huiselijk geweld en kindermishandeling regelmatig

centraal om het onderwerp actueel te houden.

- De meldcode huishoudelijk geweld en kindermishandeling wordt nageleefd.

- Alle medewerkers hebben een Verklaring Omtrent Gedrag (VOG).

Grensoverschrijdend gedrag kan plaatsvinden tussen verschillende personen, zoals:

- Tussen kinderen.

- Tussen volwassenen, zoals medewerkers, beroepskrachten in opleiding, stagiaires, vrijwilligers en

andere aanwezige volwassenen.

- Tussen kinderen en volwassenen zoals hierboven genoemd.

Bespreekbaar maken

De medewerker gaat altijd uit van het belang van het kind. Dat betekent dat de medewerker alle

aandacht heeft voor de veiligheid en het welzijn van het kind. Het is daarom belangrijk om ook een

vermoeden van grensoverschrijdend gedrag te melden en bespreekbaar te maken. Hoe eerder je praat

over grensoverschrijdend gedrag, hoe sneller er hulp kan worden gegeven. Hierdoor kan erger

grensoverschrijdend gedrag worden voorkomen.

Meldplicht

Grensoverschrijdend gedrag melden doe je niet alleen omdat je zelf vindt dat dit moet. Voor

medewerkers in de kinderopvang geldt de plicht van melden bij signalen van grensoverschrijdend gedrag.

Hiervoor geldt het protocol ‘meldcode huiselijk geweld en kindermishandeling’.

3.2.2. Kindermishandeling Kindermishandeling is ook een vorm van grensoverschrijdend gedrag. Er bestaan verschillende vormen

van kindermishandeling zoals: verwaarlozing, geweld, huiselijk geweld en seksueel misbruik. Mishandeling

kan lichamelijk en geestelijk zijn. Voorbeelden zijn:

- Verwaarlozing (geen eten krijgen).

- Geweld (slaan, duwen of schoppen).

- Huiselijk geweld (ruzie tussen de ouder(s)/verzorger(s) thuis).

- Seksueel misbruik (aangeraakt worden op intieme lichaamsdelen).

Page 13: Beleidsplan Veiligheid & Gezondheid BSO de Hoeksteen · thema, over veiligheid of gezondheid op de agenda staan. In ieder kwartaaloverleg worden protocollen en beleid structureel

13

Meldcode huiselijk geweld en kindermishandeling

Alle medewerkers van Tamariki hebben een meldplicht. Hiervoor wordt de meldcode huiselijk geweld en

kindermishandeling gehanteerd. Hierin staat een hulpmiddel om in 5 stappen tot het juiste handelen te

komen bij een vermoeden van kindermishandeling.

1. In kaart brengen van signalen.

2. Overleggen met een collega. En eventueel raadplegen van Veilig thuis (het advies- en meldpunt

huiselijk geweld en kindermishandeling).

3. Gesprek met de betrokkene(n).

4. Wegen van het huiselijk geweld of de kindermishandeling. Heb ik op basis van stap 1 t/m 3 een

vermoeden van huiselijk geweld of kindermishandeling? Heb ik een vermoeden van acute of

structurele onveiligheid?

5. Neem 2 beslissingen:

- Is melden noodzakelijk? Melden is noodzakelijk als er sprake is van acute of structurele

onveiligheid.

- Is hulp verlenen of organiseren (ook) mogelijk? Hulp verlenen is mogelijk als:

o De professional in staat is om effectieve/passende hulp te bieden of te organiseren.

o De betrokkenen meewerken aan de geboden of georganiseerde hulp.

o De hulp leidt tot duurzame veiligheid.

Indien hulp verlenen op basis van één van deze punten niet mogelijk is, is melden bij Veilig Thuis

noodzakelijk.

3.2.3 Vermissing Een kind is vermist als er sprake is van een plotselinge en onverwachte afwezigheid. Preventief beleid dat

te allen tijde wordt gehanteerd door de medewerkers is:

- Weet hoeveel kinderen er iedere dag aanwezig zijn, door bijvoorbeeld een presentielijst.

- Het overzicht op de groep is het kleinst tijdens het haal- en brengmoment, dit is gelijk ook de

grootste kans een kind uit het oog te verliezen. Wees hier op verdacht.

- Er worden geen onbekenden toegelaten op de locatie. De onbekende wordt gevraagd naar de

reden van komst en wordt verzocht het pand te verlaten als de reden niet relevant is.

- We letten op de groepsdeur, buitendeur en het hek bij het buitenspelen.

- Bij het verlaten van de groep, wordt er overlegd met een collega om toezicht te houden.

Wanneer de groepsgrootte het toelaat om alleen op de groep te staan, wordt er altijd een andere

volwassene gevraagd om toezicht te houden, hierbij kun je denken aan: de conciërge, een

onderwijsassistent, de directeur of een leerkracht.

3.2.4 Toegang Deze vorm van veiligheid houdt in dat zoveel mogelijk moet worden voorkomen dat ongewenst bezoek de

vestiging binnen kan komen.

- Een vrije toegang wordt op de vestiging voorkomen door de deuren tussen de haal- en brengtijden op slot te doen, hierdoor moet er worden aangebeld zodat één van de medewerkers de persoon toegang tot het pand kan verlenen. Tijdens de haal- en brengtijden is het organisatorisch niet mogelijk de deuren op slot te doen. Op die momenten moeten de pedagogisch medewerkers er zo goed mogelijk opletten dat er geen ongewenst bezoek binnen komt.

- Wanneer het organisatorisch niet haalbaar is om alle deuren op slot te doen, wordt bijvoorbeeld de hoofdingang open gelaten. Andere toegangsdeuren worden op slot gedaan, zodat de pedagogisch medewerker het overzicht heeft en maar op 1 deur hoeft te letten.

Page 14: Beleidsplan Veiligheid & Gezondheid BSO de Hoeksteen · thema, over veiligheid of gezondheid op de agenda staan. In ieder kwartaaloverleg worden protocollen en beleid structureel

14

3.2.6 Achterwacht Indien er gezien het aantal kinderen dat aanwezig is, maar één pedagogisch medewerker hoeft te worden ingezet, dan kan deze medewerker bij calamiteiten een beroep doen op de directeur van school. Voor BSO de Hoeksteen hebben we nu de afspraak dat er tot 17:00 uur een beroep gedaan kan worden op de aanwezige leerkrachten, indien er kinderen zijn tot na 17:00 uur, dan is de directeur van de school achterwacht. Bij VSO zijn de leerkrachten vanaf 07:30 uur aanwezig, indien deze nog niet aanwezig zijn is ook de directeur achterwacht. De directeur kan binnen 10 minuten op locatie zijn.

In de vakanties wordt de afspraak gemaakt dat een andere pedagogisch medewerker of de directeur achterwacht is. Hier worden onderling afspraken over gemaakt.

Page 15: Beleidsplan Veiligheid & Gezondheid BSO de Hoeksteen · thema, over veiligheid of gezondheid op de agenda staan. In ieder kwartaaloverleg worden protocollen en beleid structureel

15

3.3 Gezondheid Een ziek kind voelt zich thuis het prettigst; wij kunnen de zieke veelal niet de extra zorg en aandacht

geven die het nodig heeft. Als een kind zich duidelijk niet lekker voelt of verhoging blijkt te hebben,

nemen we contact op met de ouder(s)/verzorger(s) om te overleggen.

Op een enkele uitzondering na, kan een kind met een besmettelijke ziekte gewoon op de opvang komen.

Om te bepalen hoe lang een kind eventueel beter thuis kan blijven, hanteren wij de richtlijnen van de

GGD. Wij vinden het belangrijk om te weten om welke besmettelijke ziekte het gaat vanwege onze

meldingsplicht aan de GGD. Bovendien kunnen wij dan andere ouder(s)/verzorger(s) van de opvang op de

hoogte stellen; vooral voor zwangere vrouwen is dit van belang. Als kinderen op onze BSO een

besmettelijke ziekte hebben (of als er hoofdluis heerst), dan vermelden wij dit op een poster bij de deur

van de groep.

3.3.1 Voedselverzorging Om de gezondheid van kinderen te kunnen waarborgen, hanteren wij de Warenwet Hygiëne

levensmiddelen en de Hygiënecode voor kleine instellingen. Daarnaast hanteren wij de volgende

voedingsverzorging:

- Producten worden koel bewaart (tussen 4 en 7 ◦C).

- Producten worden verantwoord verwerkt en bereid met de juiste handhygiëne.

- Rauwe producten worden minimaal tot 75◦C verhit.

- Door middel van wekelijkse metingen wordt gecontroleerd of er wordt voldaan aan de

voorschriften van temperatuur, opslag, houdbaarheidsdatum enzovoort.

3.3.3 Huidinfecties - Een koortslip is een infectie door het herpes simplexvirus. Als je eenmaal besmet bent met dit virus, blijft

je dit levenslangs bij je dragen. Dit leidt tot regelmatig terugkerende klachten. Preventief handelen door

de medewerker is daarom van groot belang.

- Krentenbaard is een oppervlakkige infectie van de huid, veroorzaakt door bacteriën. Preventief handelen

door de medewerker is ook hier van belang.

Om de gezondheid van kinderen te kunnen waarborgen hanteren wij de hygiëne richtlijn voor

kinderdagverblijven, peuterspeelzalen en buitenschoolse opvang. Daarnaast passen wij de volgende

preventie maateregelen toe:

- Te hanteren handhygiëne (zie bijlage 6).

- Te hanteren hoest- en niesdisciplines (zie bijlage 7).

- Te hanteren luchtventilatie van de groepen (zie bijlage 8).

- Te hanteren algemene hygiëne maatregelen (zie bijlage 9).

- Structureel schoonmaken door een extern schoonmaakbedrijf.

- Een schoonmaakrooster per locatie/groep voor speelgoed en knuffels (zie bijlage 10).

3.3.4 Kinderziekten Ieder kind kan te maken krijgen met een kinderziekte, vaak is het gewoon een kwestie van een paar dagen

uitzieken. Tegen veel ziekten zijn de meeste kinderen ingeënt, maar niet iedereen. Daarom is het

belangrijk dat de medewerker goed in beeld heeft welk kind welke vaccinatie heeft gehad en wanneer.

Veel ziekten zijn besmettelijk voordat het kind de symptomen vertoond en daarom is preventief handelen

van groot belang (zie bijlage 5).

Page 16: Beleidsplan Veiligheid & Gezondheid BSO de Hoeksteen · thema, over veiligheid of gezondheid op de agenda staan. In ieder kwartaaloverleg worden protocollen en beleid structureel

16

Om de gezondheid van kinderen te kunnen waarborgen hanteren wij de hygiëne richtlijn voor

kinderdagverblijven, peuterspeelzalen en buitenschoolse opvang. Daarnaast passen wij de volgende

preventie maateregelen toe:

- Te hanteren handhygiëne (zie bijlage 6).

- Te hanteren hoest- en niesdisciplines (zie bijlage 7).

- Te hanteren luchtventilatie van de groepen (zie bijlage 8).

- Te hanteren algemene hygiëne maatregelen (zie bijlage 9).

- Structureel schoonmaken door een extern schoonmaakbedrijf.

- Een schoonmaakrooster per locatie/groep voor speelgoed en knuffels (zie bijlage 10).

3.3.5 Allergieën Voor wat betreft de preventie van allergieën hanteren we de volgende richtlijnen:

Bij aanmelding kunnen ouders bekendmaken via het aanmeldformulier of hun kind een allergie heeft,

zodat er rekening mee kan worden gehouden. Dit wordt tevens geregistreerd in het kind-administratie

systeem en wordt automatisch op de presentielijst, de kindkaart en de bijzonderhedenlijst (zie bijlage 11)

vermeld. Iedere pedagogisch medewerker kan op deze manier direct zien of er kinderen aanwezig zijn

met bepaalde allergieën.

3.3.6 Hygiënisch onderhoud en schoonmaak Wij werken met:

- Te hanteren luchtventilatie van de groepen (zie bijlage 8).

- Te hanteren algemene hygiëne maatregelen (zie bijlage 9).

- Structureel schoonmaken door een extern schoonmaakbedrijf.

- Een schoonmaakrooster per locatie/groep voor speelgoed en knuffels (zie bijlage 10).

Extra maatregelen met betrekking tot de sanitaire ruimtes:

- Kraan ontsmetten.

- Handdoek vervangen.

- Thermometer bij elk gebruik ontsmetten.

- Altijd wattenstaafjes gebruiken bij het aanbrengen van zalf. Niet terug in de zalfpot/tube.

- Pedagogisch medewerkers en kinderen wassen de handen na het plassen en/of verschonen van

een ongelukje.

- Tijdens epidemieën ter verbetering van de hygiëne geen polshorloges, ringen etc. dragen.

3.3.7 Insectenbeet De insectenbeet bekijken en daarop de juiste wijze van behandeling op uitvoeren. Voorbeeld, als we met

de groep in het bos zijn geweest worden de kinderen gecontroleerd of ze teken op zich hebben lopen.

Daarnaast worden de ouders geïnformeerd dat we in het bos zijn geweest en dat er bij thuiskomst

nogmaals op teken gecontroleerd moet worden.

Page 17: Beleidsplan Veiligheid & Gezondheid BSO de Hoeksteen · thema, over veiligheid of gezondheid op de agenda staan. In ieder kwartaaloverleg worden protocollen en beleid structureel

17

4. Kleine risico’s

Ons doel is om de kinderen een zo veilig en gezond mogelijke opvang te bieden. Hierbij willen we

ongelukken of ziekte als gevolg van een bijvoorbeeld niet schoon of kapot speelgoed voorkomen. We

willen kinderen leren om te gaan met risico’s, volgens internationaal wetenschappelijk onderzoek is dat

goed voor de ontwikkeling van kinderen. We beschermen de kinderen tegen grote risico’s en leren ze

omgaan met de kleine risico’s. Een bult of schaafwond kan gebeuren. Sterker nog, er zit een positieve

kant aan:

- Het heeft een positieve invloed op de motorische vaardigheden en de ontwikkeling.

- Het vergroot zelfvertrouwen, zelfredzaamheid en doorzettingsvermogen.

- Het vergroot sociale vaardigheden.

Daarom aanvaarden wij op onze opvang de risico’s die slechts kleine gevolgen kunnen hebben en leren de

kinderen hier op een juiste manier mee om te gaan. Om risicovolle situaties veilig te houden moeten

kinderen zich houden aan gemaakte afspraken. Daarnaast zijn er afspraken op iedere groep hoe we

omgaan met spullen en speelgoed. De afspraken zijn ook nu onderverdeeld in 3 groepen.

Fysieke veiligheid

Huisregels:

- We lopen rustig binnen de school en de opvang.

- We zetten geen opstap mogelijkheden voor het raam.

- We zijn voorzichtig met de spullen van school, de BSO en dat van anderen.

- Speelgoed wordt eerst opgeruimd voordat er met iets anders gespeeld kan worden.

- Buitenspeelgoed blijft buiten, binnenspeelgoed hoort binnen.

- De stoelen en banken zijn alleen bedoeld om op te zitten, de tafels zijn om aan te knutselen of

om spelletjes aan te doen.

- Klimmen in kasten mag niet, omdat het gevaarlijk is.

- We eten gezellig samen aan tafel en wachten tot iedereen klaar is of de leidster zegt dan we van

tafel mogen.

- De jassen en tassen hangen we op de kapstok.

- Het hek staat er voor de veiligheid van ons allemaal en is geen klimtoestel.

- Kinderen met een zelfstandigheidscontract (8+) mogen alleen buitenspelen.

- Wanneer iedereen buiten is, loopt de leidster rond zodat ze iedereen kan zien.

- We betreden niet zonder toestemming de bergruimte.

- We betreden niet zonder toestemming de keuken.

- - Gereedschap netjes weg hangen zodat anderen zich hier niet aan kunnen bezeren.

Sociale veiligheid

Sfeer is belangrijk op de groep. Een goede sfeer draagt bij aan het gevoel van emotionele veiligheid. Dat is

een belangrijke voorwaarde voor kinderen om zich te kunnen ontwikkelen.

Bij pesten gaat het ons niet om de schuldvraag, maar om het pesten te stoppen. We doen nadrukkelijk

een appél op het inlevingsvermogen van de pester en de eventuele meelopers. We gaan met zowel de

pester als de gepeste in gesprek, maar ook met de omstanders als dit een terugkerend patroon is. We

vragen naar het waarom van wat er is gebeurd en hoe beiden (pester en gepeste) zich hierbij voelen. We

maken de omstanders duidelijk dat zij medeverantwoordelijk zijn. We bespreken met ze hoe het werkt,

en dat als zij zich anders opstellen - door het gedrag van de pester af te keuren - dat zij dit patroon

kunnen doorbreken. Als een kind (of de ouder(s)/verzorger(s)) aangeeft dat er gepest wordt op de BSO,

Page 18: Beleidsplan Veiligheid & Gezondheid BSO de Hoeksteen · thema, over veiligheid of gezondheid op de agenda staan. In ieder kwartaaloverleg worden protocollen en beleid structureel

18

nemen we dit altijd serieus. Door zorgvuldige observaties en gesprekken met kinderen en de

ouder(s)/verzorger(s) van het kind dat wordt gepest, en de pester(s), zullen wij proberen te achterhalen

wat er binnen de groep kinderen speelt. Het uitgangspunt is dat wij actief luisteren en niet

bevooroordeeld zijn. Ons doel is een warme, liefdevolle en geborgen omgeving bieden waarin alle

kinderen zich emotioneel veilig voelen.

Huisregels:

- We doen aardig tegen elkaar, plagen en pesten horen daar niet bij.

- We gedragen ons netjes: slaan, schoppen, bijten, gillen en dreigen vinden we lelijk gedrag.

- Doe niets bij een ander wat je zelf ook niet fijn zou vinden.

- Wanneer iemand STOP zegt, bedoelt hij/zij ook STOP!

- We laten elkaar uitspreken.

- Als er iets is gebeurt, zeggen we dat eerlijk en geven we geen anderen de schuld.

- Er wordt naar de pedagogisch medewerker geluisterd.

Gezondheid

Pedagogisch medewerkers leren de kinderen dat zij voor en na het eten/drinken, na het toiletbezoek en

na het buiten spelen handen wassen.

Pedagogisch medewerkers leren de kinderen de juiste hoest- en niesdisciplines.

Huisregels:

- Iedereen wast zijn handen voor het eten en na het toiletbezoek.

- De toiletten zijn geen speelplek, speelgoed blijft daarom in de BSO.

Page 19: Beleidsplan Veiligheid & Gezondheid BSO de Hoeksteen · thema, over veiligheid of gezondheid op de agenda staan. In ieder kwartaaloverleg worden protocollen en beleid structureel

19

5. Risico-inventarisatie In 2018 hebben we de risico-inventarisatie veiligheid en gezondheid uitgevoerd, volgens de risico monitor.

Aan de hand van deze inventarisatie hebben we de risico’s op onze locatie in kaart gebracht. De grote

risico’s zijn reeds beschreven in hoofdstuk 3, de kleine risico’s in hoofdstuk 4. Hieronder wordt het

actieplan van de uitkomsten van de risico-inventarisatie beschreven. Vanaf volgend jaar zullen we de

risico’s op een andere manier in kaart brengen, namelijk aan de hand van de QuickScans in de nieuwe

risicomonitor.

BSO de Hoeksteen actieplan veiligheid

Beschrijving risico Te nemen maatregel Uit te voeren door

Streefdatum Gerealiseerd

Kind struikelt over een speeltoestel

Voldoende ruimte tussen (speel) objecten

Marissa 01-11-2018

Kin snijdt zich aan zwerfvuil in de zandbak

Minimaal eens per week de zandbak controleren op vuil of oneffenheden

Marissa 01-11-2018

BSO de Hoeksteen actieplan gezondheid

Beschrijving risico Te nemen maatregel Uit te voeren door

Streefdatum Gerealiseerd

Kind komt in contact met ziektekiemen van zieke groepsleiding

Er is te allen tijde achterwacht voor eventuele uitval van de groepsleiding

Ans 01-11-2019 12-09-2019 Roosteraar is geïnformeerd dat er bij calamiteiten inval beschikbaar is.

BSO de Hoeksteen actieplan brandveiligheid

Beschrijving risico Te nemen maatregel Uit te voeren door

Streefdatum Gerealiseerd

Brandblusmiddel jaarlijks controleren

Overleg met de directeur wanneer dit is gebeurt

Marissa 01-11-2018

Algemene brandveiligheid instructies op een zichtbare plek

Controle bij elk blusmiddel of dit er hangt

Marissa 01-11-2018

Er worden regelmatig brandoefeningen gehouden

Voor school wordt er elk jaar een oefening gehouden. Voor de BSO een eerste oefening plannen en aansluiten bij school

Marissa 01-11-2018

Oriëntatie verlichting afwezig

Zaklamp aanschaffen Marissa 01-11-2018

Page 20: Beleidsplan Veiligheid & Gezondheid BSO de Hoeksteen · thema, over veiligheid of gezondheid op de agenda staan. In ieder kwartaaloverleg worden protocollen en beleid structureel

20

6. BHV en Kinder-EHBO

6.1 BHV Er zijn altijd één of meerdere medewerkers aanwezig, die opgeleid zijn tot bedrijfshulpverlener (BHV). De

bedrijfshulpverlener volgt ieder jaar een herhalingstraining.

6.2 Kinder-EHBO Op onze locatie doen we er alles aan om te voorkomen dat een kind letsel oploopt als gevolg van een

ongeluk(je). Toch is dit helaas niet geheel te voorkomen. Daarnaast kunnen zich andere calamiteiten

voordoen, waarbij EHBO noodzakelijk is. Er zijn altijd één of meerdere medewerkers aanwezig, die

opgeleid zijn tot Kinder-EHBO’er. De Kinder-EHBO’er volgt ieder jaar een herhalingstraining.

Page 21: Beleidsplan Veiligheid & Gezondheid BSO de Hoeksteen · thema, over veiligheid of gezondheid op de agenda staan. In ieder kwartaaloverleg worden protocollen en beleid structureel

21

7. Communicatie en afstemming intern en extern Interne communicatie We vinden het belangrijk dat medewerkers zich betrokken voelen bij het veiligheids- en gezondheidsbeleid. Wanneer het beleidsplan voor gezondheid en veiligheid wordt bijgesteld, spelen zij hier een actieve rol in. Tijdens ieder teamoverleg staat er een thema over gezondheid en veiligheid centraal. Medewerkers krijgen de mogelijkheid om zaken bespreekbaar te maken. Medewerkers worden hierdoor vertrouwd met het feedback geven aan elkaar. Eén keer per jaar staat bij ons de meldcode kindermishandeling en huiselijk geweld centraal. Zodat medewerkers goed weten wat ze moeten doen als een situatie zich voor doet. Externe communicatie Tamariki vindt de relatie met klanten erg belangrijk. Een belangrijk aspect voor het opbouwen van een goede relatie met klanten is goede communicatie. We informeren ouder(s)/verzorger(s) via de website, nieuwsbrieven en ouderavonden. Ook is het dagelijks contact bij haal- en brengmomenten heel essentieel. Pedagogisch medewerkers en ouder(s)/verzorger(s) kunnen op deze momenten thema’s bespreken en vragen van ouder(s)/verzorger(s) kunnen beantwoord worden. Als kinderen op onze BSO een besmettelijke ziekte hebben (of als er hoofdluis heerst), dan vermelden wij dit op een poster bij de deur van de groep. Actualiteit Het veiligheids- en gezondheidsbeleid wordt actueel gehouden door de pedagogisch beleidsmedewerker en de pedagogisch medewerker(s) van de locatie. De pedagogisch beleidsmedewerker zorgt ervoor dat wetwijzigingen geïmplanteerde worden en de pedagogisch medewerker zorgt voor een veiligheids- en gezondheidsbeleid die past bij de situatie van de desbetreffende locatie. Er ligt altijd een actueel papieren versie van het veiligheid- en gezondheidsbeleid op de locatie en deze is zowel voor beroepskracht in opleiding, stagiaires, vrijwilligers en ouders in te zien. Daarnaast staat het veiligheids- en gezondheidsbeleid ook op de website.

Page 22: Beleidsplan Veiligheid & Gezondheid BSO de Hoeksteen · thema, over veiligheid of gezondheid op de agenda staan. In ieder kwartaaloverleg worden protocollen en beleid structureel

22

8. Ondersteuning en melding van klachten Kinderopvang Tamariki verzorgt de opvang van kinderen zo deskundig en kwaliteitsbewust mogelijk.

Tamariki zorgt voor een verantwoorde opvang voor kinderen. Opvang die bijdraagt aan een goede en

gezonde ontwikkeling van het kind in een veilige en gezonde omgeving.

Toch kan het zijn dat ouder(s)/verzorger(s) niet tevreden zijn over de geleverd dienstverlening van

Tamariki en dat kenbaar wil maken. Hiertoe hebben ze het recht. Tamariki heeft een klachtenformulier

ontwikkeld. Dit formulier is verkrijgbaar op elke locatie van Tamariki en te downloaden via de website van

Tamariki. Klachten die via dit formulier kenbaar gemaakt worden, worden behandeld. Het doel van deze

regeling is de klant zo goed mogelijk tevreden te stellen en zodanig maatregelen te treffen dat herhaling

van een gesignaleerd probleem zo goed mogelijk wordt voorkomen.

Stap 1: Klacht indienen bij de oudercommissie van de desbetreffende vestiging.

Wanneer de stap te groot is voor een klant, om de klacht bij het bestuurskantoor te leggen, dan is er nog

een andere mogelijkheid. De klant kan de klacht namelijk ook bij de desbetreffende oudercommissie van

de locatie indienen. De oudercommissie is een klankbord voor alle ouder(s)/verzorger(s) en zullen daarom

de klacht serieus oppakken. De oudercommissie buigt zich over de klacht en zal proberen de klacht zo

goed mogelijk op te lossen. Is de klacht volgens de klant niet voldoende opgelost, dan wordt de klacht

doorverwezen naar het bestuurskantoor.

Stap 2: Klacht indienen bij het bestuurskantoor van Kinderopvang Tamariki.

De pedagogisch medewerker en/of coördinator gaat met de klant in gesprek en stelt de klager zo goed

mogelijk tevreden. De ondernomen acties worden genoteerd op het klachtenformulier. Het formulier

wordt doorgezonden naar het bestuurskantoor. Het bestuurskantoor neemt de klacht in behandeling,

onderzoekt de klacht en zorgt ervoor dat de klant binnen twee weken een uitnodiging ontvangt voor een

gesprek op het bestuurskantoor. Het doel van dit gesprek is:

- het oplossen van de klacht;

- kijken naar maatregelen om soortgelijke klachten in de toekomst te voorkomen.

Na afloop van het gesprek zorgt het bestuurskantoor dat de klant een schriftelijke, met redenen omkleed,

oordeel over de klacht en een samenvatting van het gesprek ontvangt. Eventuele maatregelen ter

voorkoming van soortgelijke klachten, als de klacht gegrond is, worden binnen 6 weken tot uitvoer

gebracht.

Stap 3: Klacht indienen bij de Geschillencommissie Kinderopvang.

Indien de klager na het gesprek niet tevreden is, wordt de klager gewezen op de mogelijkheden om de

klacht bij de Geschillencommissie in te dienen. De Geschillencommissie beoordeelt en behandelt de

klacht volgens hun klachtenreglement. Daarna wordt de uitspraak naar het bestuur van Tamariki

gestuurd. Het bestuur beoordeelt naar aanleiding van het advies van de Geschillencommissie of er

maatregelen genomen moeten worden. De beslissingen van de Geschillencommissie geschieden bij wege

van bindend advies. Het bestuur activeert het verbeterproces en stelt de klager op de hoger van de

genomen maatregelen. Binnen 6 weken na de uitspraak van de Geschillencommissie zal Tamariki ervoor

zorgdragen dat de bovengenoemde maatregelen tot uitvoer zijn gebracht.

Voor meer informatie over de klachtenregeling en de verschillende klachtenformulieren verwijzen wij U

door naar de website van Tamariki. Daar kunt u de klachtenregeling lezen en de klachtenformulieren

downloaden.

Page 23: Beleidsplan Veiligheid & Gezondheid BSO de Hoeksteen · thema, over veiligheid of gezondheid op de agenda staan. In ieder kwartaaloverleg worden protocollen en beleid structureel

23

Bijlage 1 Het werkplan

Thema’s uitgelicht

Januari/februari Onderweg - Overdracht ouders - Overdracht school - Uitstapjes - Vervoer - Vermissing

Verzorgen - Speen/knuffel - Zon bescherming - Medicatie - Verschonen - Letsels

April/mei Kindermishandeling en ongewenst gedrag - Signaleren - Vier-ogenbeleid - Achterwacht

Sociale veiligheid - Groepsgrootte - Onbekende personen - Pesten - Weglopen - Vermissing - Gedrag

Juli Eten en drinken - Aan tafel - Passende voeding bij leeftijd - Eisen van ouders - Voedsel bereiding - Voedsel bewaren - Borstvoeding / poedervorm / flessen - Hete dranken

Hygiëne - Schoonmaak - Onderhoud - Verschoontafel - Sanitaire ruimte - Overdracht ziektekiemen - Speelgoed - Zwembad / zandbak

Oktober/november Spelen - Spelmateriaal - Spelen op hoogte - Spelen op snelheid - Gevaarlijke voorwerpen - Risicovol spel - Stoeien - Spelen uit het zicht - Uitstapjes - Binnen en buiten spelen - Vriendjes

Gebouw - Deuren/ramen/muren - Elektra - Trap - Uitglijden/struikelen - Ventilatie - Schoonmaak/onderhoud - Inrichting - Buiten

Evalueren

4x per jaar een stichtingsbreed overleg waarin één of meerdere thema’s aan bod komen.

6x per jaar een vergadering op de locatie of met meerdere (kleine) locaties waarin één of meerdere

thema’s aan bod komen.

- september 2018, november 2018, januari 2019, maart 2019, mei 2019, juli 2019

Page 24: Beleidsplan Veiligheid & Gezondheid BSO de Hoeksteen · thema, over veiligheid of gezondheid op de agenda staan. In ieder kwartaaloverleg worden protocollen en beleid structureel

24

Actieplan

- In overleg met de directeur (brandblusmiddel/brandoefening)

- Brandoefening plannen

Positieve effecten

Nog niet in te vullen, startende locatie.

Page 25: Beleidsplan Veiligheid & Gezondheid BSO de Hoeksteen · thema, over veiligheid of gezondheid op de agenda staan. In ieder kwartaaloverleg worden protocollen en beleid structureel

25

Bijlage 2 Veiligheidsafspraken

Vloer

- Geen losse voorwerpen laten slingeren

- Niet rennen in de BSO en op de gang

- Als de vloer nat is direct droog maken

- Als er zand ligt, direct aanvegen

Raam

- Geen geintjes en pesterijen bij ruiten

- Geen opstapmogelijkheden bij het raam zetten

Verlichting

- Tijdig lampen vervangen

- Binnen niet gooien met voorwerpen

Giftige stoffen

- Schoonmaakmiddelen hoog opbergen in gesloten kast

- Gifwijzer of gifkaart ophangen

- Geen medicijnen, sigaretten o.i.d. in jaszakken laten zitten

Buitenspelen

- Kinderen niet zonder toezicht op het plein achter de school laten spelen

- Speeltoestellen controleren op vandalisme

- Kinderen regelmatig insmeren als ze in de zon spelen

- Zand in de zandbak laten

Overig

- Bij aankomst kind, kind registreren op presentielijst

- Niet toestaan dat kinderen op kasten/tafels klimmen

- Waterkoker ver naar achteren plaatsen

- Kinderen niet alleen aan het aanrecht laten

- Thee en koffie buiten bereik kinderen plaatsen

- Lucifer/aansteker opruimen na gebruik

- Scherpe kantoorartikelen in gesloten kast opbergen

- Geen punaises gebruiken

- Geen brandbare versiering om lampen

- Geen plafondversiering in vluchtwegen

- Geen obstakels voor vluchtdeuren zetten

Page 26: Beleidsplan Veiligheid & Gezondheid BSO de Hoeksteen · thema, over veiligheid of gezondheid op de agenda staan. In ieder kwartaaloverleg worden protocollen en beleid structureel

26

Bijlage 3 De ongevallenregistratie

Ongeval registratie Naam vestiging Naam groep Datum en tijdstip ongeval Omschrijving ongeval Is er letsel ontstaan? ja nee Zo ja. Wat was het letsel? botbreuk open wond snijwond schaafwond / blauwe plek / bult / tand door lip kneuzing / verzwikking / ontwrichting anders, nl. Hoe is het letsel ontstaan? gevallen van gestruikeld, uitgegleden over gestoten aan geraak door gebeten door gebrand / gesneden aan vergiftigd door anders, nl. Is het kind behandeld aan het letsel? ja nee Zo ja, door wie? BHV’er / EHBO’er huisarts spoedeisende hulp ziekenhuis opgenomen in het ziekenhuis anders, nl.

Page 27: Beleidsplan Veiligheid & Gezondheid BSO de Hoeksteen · thema, over veiligheid of gezondheid op de agenda staan. In ieder kwartaaloverleg worden protocollen en beleid structureel

27

Moeten er maatregelen genomen worden om een dergelijk ongeval in de toekomst te voorkomen? ja nee Zo ja, welke? Vindt er nazorg plaats? ja nee Zo ja, welke? Gecommuniceerd naar ouders op Besproken in team op Vestigingsmanager gezien op Actie ondernomen op

Page 28: Beleidsplan Veiligheid & Gezondheid BSO de Hoeksteen · thema, over veiligheid of gezondheid op de agenda staan. In ieder kwartaaloverleg worden protocollen en beleid structureel

28

Bijlage 4 Het calamiteiten beleid

Inleiding

Ondanks alle maatregelen kunnen er in de opvang ongevallen of calamiteiten voorkomen waarbij

kinderen of medewerkers betrokken zijn. Daarom is op iedere vestiging altijd een pedagogisch

medewerker aanwezig die een BHV-opleiding heeft gevolgd, is er op iedere locatie een verbandtrommel

aanwezig en weten de medewerkers wat te doen bij een ongeval of calamiteit.

Dit beleid Ongevallen en calamiteiten biedt pedagogisch medewerkers handvatten om adequaat te

handelen als zich een ongeval of calamiteit voordoet. Elk hoofdstuk begint met een beschrijving van wat

te verstaan onder een “ongeval”, “calamiteit” of “gevaarlijke situatie”. Daarna volgt een beschrijving van

het te volgen beleid in het geval zich zo’n situatie voordoet.

Alle medewerkers zijn verplicht kennis te nemen van dit beleid en de bijbehorende documenten. Zij zijn

zich bewust van hun verantwoordelijkheid ten opzichte van de kinderen en hun ouders.

Ongeval met een kind

Een ongeval is een gebeurtenis binnen de opvang waarbij een of meer kinderen letsel hebben opgelopen.

Tamariki vindt het belangrijk dat pedagogisch medewerkers bij ieder ongeval, klein of groot, de juiste

actie ondernemen. Ook verwacht Tamariki dat medewerkers maatregelen nemen om herhaling van een

ongeval te voorkomen.

Letsel

Als een kind letsel oploopt, handelt de pedagogisch medewerker als volgt.

Het kindje heeft zeer licht letsel opgelopen, bijvoorbeeld een schram of blauwe plek. De pedagogisch

medewerker troost het kindje en houdt verder in de gaten of het goed gaat. Eventueel licht zij/hij aan het

eind van de dag de ouders in.

Het kindje heeft licht letsel opgelopen, bijvoorbeeld een snee of kneuzing. De pedagogisch medewerker

behandelt dit volgens de BHV-richtlijnen en licht aan het eind van de dag de ouders/verzorgers in.

Het kindje heeft dusdanig ernstig letsel opgelopen dat er zo snel mogelijk medische hulp nodig is.

Voorbeeld hiervan is een harde val op het hoofd of een botbreuk. De pedagogisch medewerker belt 112

of de huisarts en brengt de ouders en het management op de hoogte.

Adequaat handelen

Elke pedagogisch medewerker moet op de hoogte zijn van wat te doen bij een ongeval.

De pedagogisch medewerkers kennen dit beleid en de BHV -richtlijnen. Tevens hebben ze kennis van en

inzicht In de GGD-wijzer over hoe te handelen bij verschillende soorten ongevallen/ongelukjes (EHBO).

Herhaling voorkomen

Tamariki houdt een registratie van ongevallen en daarop ondernomen acties bij. Als basis voor deze

registratie dient het ongevallenformulier dat pedagogisch medewerkers invullen na een ongeval met

letsel.

Tamariki doet er alles aan om te voorkomen dat een ongeluk, hoe klein ook, nog eens voor kan komen.

Daarom wordt in het teamoverleg van pedagogisch medewerkers van Tamariki (4x per jaar) besproken

hoe een ongeval kon gebeuren en welke actie is/wordt ondernomen om herhaling van het ongeval te

voorkomen.

Page 29: Beleidsplan Veiligheid & Gezondheid BSO de Hoeksteen · thema, over veiligheid of gezondheid op de agenda staan. In ieder kwartaaloverleg worden protocollen en beleid structureel

29

Ongeval met een medewerker

Een ongeval met een medewerker is een ongeval waarbij de medewerker dusdanig letsel oploopt dat

zij/hij haar/zijn werkzaamheden niet meer kan verrichten.

Wanneer het ongeval plaatsvindt bij of als gevolg van de werkzaamheden, is sprake van een

bedrijfsongeval.

Bij een ongeval met een medewerker is in dit beleid sprake van een calamiteit.

Wanneer een medewerker uitvalt door een ongeluk:

- is er zorg nodig voor de gewonde medewerker;

- moet er vervanging komen om de zorg voor de kinderen veilig te stellen (of de leidster-

kindratio te herstellen);

- moet het thuisfront van de medewerker ingelicht worden.

Wanneer de gewonde medewerker met een of meer collega’s in de vestiging is, kan een collega deze

zaken regelen. Wanneer zij/hij alleen staat roept zij/hij hulp in van de coördinator Kinderopvang Tamariki

(mevrouw Ans Hein, telefoon 06 5320 6972. Mocht zij onverhoopt niet direct bereikbaar zijn, dan moet

contact worden gezocht met de manager van de desbetreffende locatie waar de kinderopvang deel van

uitmaakt.

Evenals bij een ongeval met kinderen wordt het ongeval met een medewerker geregistreerd door de

manager van de locatie waar het ongeval plaatsvond. Dit ongeval worden vervolgens besproken door de

coördinator, de pedagogisch medewerker en de locatiemanager. Nagegaan wordt hoe een ongeval kon

gebeuren en welke actie is/wordt ondernomen om herhaling van het ongeval te voorkomen.

Gevaarlijke situaties

Een gevaarlijke situatie is een situatie die blijvend is of zich onverwachts kan voordoen, waardoor

personen letsel kunnen oplopen. Te denken valt aan gebruik van gevaarlijke (speel)materialen, opstelling

van meubels, gevaarlijke voorwerpen of middelen die binnen bereik van kinderen liggen.

Tamariki doet al het mogelijke om ongevallen te voorkomen, of te voorkomen dat een ongeval nog eens

gebeurt. Daarom zijn de pedagogisch medewerkers en hun leidinggevenden er alert op om gevaarlijke

situaties te herkennen, te melden en waar mogelijk direct te verhelpen.

Als een situatie eenvoudig te verhelpen is, doet de pedagogisch medewerker dit zelf.

Wanneer de situatie niet meteen op te lossen is, treft de pedagogisch medewerker maatregelen zodat de

kans op ongevallen zo klein mogelijk wordt. Bijvoorbeeld door een ondeugdelijk meubelstuk weg te

zetten. Vervolgens stelt zij het de locatiemanager en de coördinator rop de hoogte en neemt de

gevaarlijke situatie op in de risico-inventarisatie van de betreffende vestiging.

Calamiteiten

Een calamiteit is een noodsituatie als gevolg van een plotselinge gebeurtenis waardoor de pedagogisch

medewerkers op een vestiging niet meer in staat zijn om de verantwoordelijkheid te dragen voor de

kinderen die aan hun zorg zijn toevertrouwd.

Dit kan een gebeurtenis zijn in het kindercentrum zelf of in de omgeving van het kindercentrum, of een

gebeurtenis waar een medewerker bij betrokken is. Te denken valt aan brand, wateroverlast, een

ongewenste indringer of een valpartij waarbij de medewerker een ledemaat breekt.

Tamariki treft waar mogelijk maatregelen om calamiteiten te voorkomen en om de gevolgen te beperken

mocht zich een calamiteit voordoen.

Page 30: Beleidsplan Veiligheid & Gezondheid BSO de Hoeksteen · thema, over veiligheid of gezondheid op de agenda staan. In ieder kwartaaloverleg worden protocollen en beleid structureel

30

Adequaat handelen

Bij een calamiteit bewaren medewerkers naar de kinderen toe zoveel mogelijk de rust. Zij roepen de hulp

in die nodig is en handelen zoals de situatie vereist. Hiertoe:

zijn pedagogisch medewerkers op de hoogte van het beleid inzake calamiteiten en kennen zij de

werkinstructies;

is er op elke locatie minstens een persoon met een BHV-certificaat aanwezig;

houdt elke vestiging minimaal een maal per jaar een ontruimingsoefening;

beschikt elke locatie over een vluchttas;

zijn achterwachtregelingen ingesteld voor locaties waar een pedagogisch medewerker alleen is.

Voorbereid zijn en voorkomen

Pedagogisch medewerkers geven een kind alleen mee aan de eigen ouders/verzorgers. Alleen als de

ouders/verzorgers daar vooraf toestemming voor hebben gegeven, kan een kind door iemand anders

opgehaald worden.

Van sommige noodsituaties valt achteraf te constateren dat er al voortekenen aanwezig waren.

Bijvoorbeeld als er al een tijd een onbekende persoon zich in de buurt van het kindercentrum ophield.

Pedagogisch medewerkers zijn daarom alert en doen altijd melding van een gebeurtenis die buiten de

normale gang van zaken valt. Zij rapporteren dergelijke situaties onverwijld aan de coördinator.

Een gebeurtenis buiten openingstijd

Een calamiteit kan zich ook buiten de openingstijden voordoen, bijvoorbeeld brand, inbraak of een

gesprongen waterleiding. In dit geval is de calamiteit een gebeurtenis waarbij politie of brandweer door

automatische melding of door een derde wordt ingeschakeld.

Calamiteiten van buitenaf

Een calamiteit van buitenaf is een noodsituatie binnen het kindercentrum die ontstaat door een

crisissituatie daarbuiten. Bij een calamiteit van buitenaf klinkt de sirene of waarschuwt de politie met

geluidswagens de bevolking.

Voorbeelden van calamiteiten van buitenaf zijn: een grote brand, ziektegolf, extreem weer, overstroming,

uitval van stroom, water, gas of telefoon, een ongeluk met gevaarlijke stoffen, een kernongeval.

In deze gevallen geven overheid en hulpverleningsdiensten instructies voor hoe te handelen. Deze

informatie wordt verspreid via geluidswagens, radio of internet.

In grote lijnen zijn er drie scenario’s waar Tamariki bij een calamiteit van buitenaf mee te maken kan

krijgen:

1. De locatie moet zo snel mogelijk leeggemaakt worden. De kinderen moeten worden opgehaald of

naar een vluchtadres gebracht;

2. De locatie is afgesloten van de buitenwereld en iedereen moet binnen blijven. Kinderen kunnen

niet worden opgehaald.

3. Door een ziektegolf ontstaan personeelstekorten waardoor de continuïteit van de dienstverlening

in gevaar komt.

Locatie leeg maken

Tamariki is op deze situatie voorbereid door de aanwezigheid van een ontruimingsplan en een vluchtplan

voor elke locatie. Op elke locatie is ook een vluchttas aanwezig.

Bovendien is er op elke locatie altijd minstens één BHV’er aanwezig, die getraind is om in noodsituaties

adequaat te handelen.

Page 31: Beleidsplan Veiligheid & Gezondheid BSO de Hoeksteen · thema, over veiligheid of gezondheid op de agenda staan. In ieder kwartaaloverleg worden protocollen en beleid structureel

31

Binnen blijven

Wanneer bij een kern- of giframp het advies van de gemeenschappelijk hulporganisaties luidt om binnen

te blijven en ramen en deuren gesloten te houden, betekent dit ook dat ouders niet bij het kindercentrum

binnen kunnen om hun kind op te halen. Wanneer bij zo een calamiteit namelijk de deur open zou

moeten om kinderen eruit te laten, betekent dat een besmettingsgevaar voor de kinderen en

medewerkers die binnen zijn.

Tamariki heeft daarom als stelregel dat het advies van de autoriteiten wordt gevolgd totdat hulp van

daartoe bevoegde instanties (veiligheidsregio) wordt verleend.

Nazorg

Nazorg is het geheel aan maatregelen waarmee de organisatie na een ongeval, een gewelddaad of een

calamiteit terugkeert naar de normaliteit. Onder nazorg valt daarom hulp bij het verwerken van

traumatische ervaringen, maar ook maatregelen treffen om de veiligheid te herstellen, ondersteuning

bieden bij juridische of praktische problemen en begeleiding geven bij het weer oppakken van de draad in

de kinderopvang.

Een ongeval, een gewelddaad of een calamiteit verstoort het veilige klimaat van de kinderopvang. Als dat

gebeurt, is het in het belang van iedereen dat degenen die deze gebeurtenis hebben meegemaakt goed

worden opgevangen. Alleen met goede begeleiding en nazorg voor degenen die een schokkende

gebeurtenis meemaken – kinderen, hun ouders en medewerkers – wordt de opvang weer de veilige plek

die zij wil zijn en waarin iedereen optimaal functioneert. Met goede en brede nazorg straalt de organisatie

kwaliteit en vertrouwen uit naar de kinderen en hun ouders, en voorkomt zij ziekteverzuim van

medewerkers.

Aspecten van nazorg

Van tevoren is slecht te voorzien om welk soort schokkende gebeurtenissen het kan gaan. Bovendien

ervaart iedereen een gebeurtenis op zijn/haar eigen manier. Een gebeurtenis die voor de een heel

vervelend is, kan voor een ander traumatiserend zijn en grote gevolgen hebben voor het persoonlijke

leven. Een persoonlijke benadering is daarom noodzakelijk.

Aspecten van nazorg zijn:

- Herhaling voorkomen: maatregelen treffen waardoor de gebeurtenis zich niet opnieuw kan

voordoen.

- Medische en psychosociale zorg: ondersteuning bij het lichamelijk en mentaal herstellen van

een gebeurtenis.

- Juridische en praktische ondersteuning: begeleiding bij aangifte doen, schadeclaims,

formulieren invullen, rechtszaak, e.d.

- Op gang brengen van het dagelijks leven: terugkeren naar de normale regelmaat.

Herhaling voorkomen

Hierin voorziet dit beleid door het proces van melden, actie ondernemen en registreren van gevaarlijke

situaties, ongevallen en afwijkende gebeurtenissen.

Medische en psychosociale zorg

De pedagogisch medewerkers van Tamariki zijn voorbereid op het verlenen van eerste hulp. Indien nodig

of bij twijfel roepen zij externe medische hulp in.

Indien nodig schakelen we bij al deze processen externe nazorgspecialisten in.

Page 32: Beleidsplan Veiligheid & Gezondheid BSO de Hoeksteen · thema, over veiligheid of gezondheid op de agenda staan. In ieder kwartaaloverleg worden protocollen en beleid structureel

32

Juridische en praktische hulp

Bij Tamariki werken specialisten op het gebied van administratie en personeelszaken. Voor weinig

complexe juridische of praktische zaken kunnen zij ondersteuning bieden. Ook de locatiemanagers

kunnen hierin een rol spelen.

Bij meer complexe zaken verwijzen wij door naar externe specialisten, bureaus voor rechtshulp, juridisch

loket.

Op gang brengen van het dagelijks leven

Een schokkende gebeurtenis ontregelt de groep. Om de regelmaat terug te brengen kan tijdelijk extra

ondersteuning voor de pedagogisch medewerkers nodig zijn, in de vorm van extra formatie, meer

aanwezigheid van de coördinator, locatiemanager of externe begeleiding.

Nuttige websites:

Slachtofferhulp.nl

Juridischloket.nl

Communicatie bij calamiteiten

Nadat een calamiteit heeft plaatsgevonden, is er altijd contact tussen de pedagogisch medewerkers en

coördinator of locatiemanager.

Als er media-aandacht voor de calamiteit is, onderhoudt alleen een functionaris (bij voorkeur de

bestuursvoorzitter) van het bestuurskantoor van de Stichting Tamariki contact met de media.

Direct na de calamiteit, voor reacties aan de media, vindt er door de betrokken medewerkers overleg

plaats met het bestuurskantoor van de Stichting Tamariki.

Pedagogisch medewerkers, locatiemanagers en de coördinator doen uitdrukkelijk richting de media geen

uitspraken over de calamiteit.

Page 33: Beleidsplan Veiligheid & Gezondheid BSO de Hoeksteen · thema, over veiligheid of gezondheid op de agenda staan. In ieder kwartaaloverleg worden protocollen en beleid structureel

33

Bijlage 5 De Sociale kaart

NOODSITUATIES

Organisatie : Politie alarmnummer (bij noodsituaties)

Telefoonnummer : 112

Organisatie : Crisisdienst Bureau Jeugdzorg (bij noodsituaties)

Telefoonnummer : 0522 279 946

KINDERMISHANDELING

Organisatie : Veilig thuis (meldpunt kindermishandeling en huiselijk geweld)

Adres : Mien Ruysweg 1

Telefoonnummer : 0800-2460244

E-mailadres : [email protected]

DIVERSEN Organisatie : Inspectie Onderwijs

Contactpersoon : Vertrouwensinspecteur

Adres :

Telefoonnummer : 0900-1113111

E-mailadres :

Organisatie : Algemeen Maatschappelijk Werk

Adres : Brink 1 9331 AA Norg

Telefoonnummer : 0592-675593

E-mailadres : -

Organisatie : Bureau Jeugdzorg

Adres : Van Schaikweg 11 7811KH Emmen

Telefoonnummer : 0591-614644

E-mailadres : [email protected]

Organisatie : GGZ (Drenthe)

Adres : Boermarkerweg 70 7824AA Emmen

Telefoonnummer : 0592-334800

E-mailadres :

Organisatie : Jeugdgezondheidszorg

Adres :

Telefoonnummer : 0882460246

E-mailadres :

Page 34: Beleidsplan Veiligheid & Gezondheid BSO de Hoeksteen · thema, over veiligheid of gezondheid op de agenda staan. In ieder kwartaaloverleg worden protocollen en beleid structureel

34

Organisatie : Zorgadviesteam

Adres :

Telefoonnummer :

E-mailadres : info@zorgadviesnoordnederland

Organisatie :

Adres :

Telefoonnummer :

Achterwacht

Naam : Anja Reckers

Telefoon : 06-50450497

Page 35: Beleidsplan Veiligheid & Gezondheid BSO de Hoeksteen · thema, over veiligheid of gezondheid op de agenda staan. In ieder kwartaaloverleg worden protocollen en beleid structureel

35

Bijlage 6 Registratie infectieziekten

Registratie infectieziekten

Infectie: Datum signalering

Groep Info ouders opgehouden

GGD geïnformeerd

Actie ondernomen*

Ja / nee Ja / nee Ja / nee

Ja / nee Ja / nee Ja / nee

Ja / nee Ja / nee Ja / nee

Ja / nee Ja / nee Ja / nee

Ja / nee Ja / nee Ja / nee

Ja / nee Ja / nee Ja / nee

Ja / nee Ja / nee Ja / nee

Ja / nee Ja / nee Ja / nee

Ja / nee Ja / nee Ja / nee

Ja / nee Ja / nee Ja / nee

Ja / nee Ja / nee Ja / nee

Ja / nee Ja / nee Ja / nee

Ja / nee Ja / nee Ja / nee

Page 36: Beleidsplan Veiligheid & Gezondheid BSO de Hoeksteen · thema, over veiligheid of gezondheid op de agenda staan. In ieder kwartaaloverleg worden protocollen en beleid structureel

36

Bijlage 7 Handhygiëne

De juiste handhygiëne

Ziektekiemen worden onder meer via de handen overgedragen. Een goede handhygiëne door

beroepskrachten, maar ook door kinderen, is één van de meest effectieve manieren om besmettingen te

voorkomen. De handhygiëne verbetert door geen sieraden te dragen aan handen of polsen.

Wanneer moeten de handen gewassen worden?

Voor:

- Het aanraken en bereiden van voedsel.

- Het eten of het helpen bij eten.

- Wondverzorging.

Na:

- Toiletgebruik of billen afvegen.

- Bij het contact met lichaamsvochten zoals speeksel, snot, braaksel, urine, ontlasting, wondvocht

of bloed.

- Wondverzorging.

- Zichtbare of voelbare verontreinigen van de handen.

- Hoesten, niezen en snuiten van de neus in een zakdoek.

- Elke verschoning van een kind, ook als de luier schoon bleek.

- Het uitrekken van handschoenen.

- Buiten spelen.

- Contact met vuil textiel of de afvalbak.

- Schoonmaakwerkzaamheden.

Hoe moeten de handen gewassen worden?

1. Gebruik stromend water.

2. Maak de handen nat en doe er vloeibare zeep op.

3. Wrijf de handen (gedurende 10 seconden) over elkaar en zorg ervoor dat het water en de zeep

over de gehele handen worden verdeeld.

4. Was ook de vingertoppen goed, tussen de vingers en de duimen.

5. Spoel de handen al wrijvend af onder stromend water.

6. Droog de handen met voorkeur met papieren handdoeken of stoffen handdoeken.

Page 37: Beleidsplan Veiligheid & Gezondheid BSO de Hoeksteen · thema, over veiligheid of gezondheid op de agenda staan. In ieder kwartaaloverleg worden protocollen en beleid structureel

37

Bijlage 8 Hoest- en niesdiscipline

Ziekteverwekkers uit de neus, mond en keel kunnen zich op verschillende manieren verspreiden. Door

hoesten en niezen worden ziekteverwekkers via onzichtbare speekseldeeltjes verspreid in de lucht. Als

deze vochtdruppeltjes door een ander worden ingeademd, nestelen de ziektekiemen zich bij deze

persoon in de neus, mond, keel of longen met mogelijk ziekte tot gevolg. Wanneer de hand voor de mond

wordt gehouden, kan besmetting optreden via de handen. Een andere verspreidingsweg is via snot of

slijm. Denk hierbij bijvoorbeeld aan een kind dat een snottebel wegveegt en met het vuile handje

speelgoed vastpakt. Via het ‘besmette’ speelgoed kan een ander kind op een later tijdstip besmet raken.

De volgende maatregelen kunnen ook de kinderen aangeleerd worden:

- Hoest of nies niet in de richting van een ander.

- Leer de kinderen het hoofd weg te draaien of het hoofd te buigen.

- Houd tijdens het hoesten of niezen een papieren zakdoek, de hand of de binnenkant van de elle

boog voor de mond.

- Was de handen na hoesten, niezen of neus afvegen.

- Voorkom snottebellen door de kinderen op tijd de neus af te laten vegen.

- Tevens is het belangrijk de ruimten voldoende te ventileren en te luchten.

Zakdoeken

Bij het afvegen van de neus kunnen er ziekteverwekkers op de zakdoek en de handen komen.

Hergebruikte zakdoeken zijn een onderschatte besmettingsbron. In een warme (broekzak) en vochtige

omgeving gedijen micro-organismen goed. Bij hergebruik van de vuile zakdoek is er een reële kans dat

besmetting via de handen wordt overgedragen. Gebruik daarom altijd papieren zakdoeken of tissues en

gooi die na gebruik weg.

Page 38: Beleidsplan Veiligheid & Gezondheid BSO de Hoeksteen · thema, over veiligheid of gezondheid op de agenda staan. In ieder kwartaaloverleg worden protocollen en beleid structureel

38

Bijlage 9 Gezond binnenmilieu

Ventileren

Ventileren is het voortdurend verversen van lucht. Buitenlucht vervangt de binnenlucht die verontreinigd

is door het continu vrijkomen van vocht, geurstoffen en andere gassen, micro-organismen en zwevende

deeltjes fijnstof.

Luchten

Luchten is het in korte tijd verversen van alle verontreinigde binnenlucht door het wijd openzetten van

ramen en/of buitendeuren. Luchten hoeft niet langer te duren dan een kwartier. Bij koud of winderig

weer zijn een paar minuten al genoeg. De temperatuur binnen is dan snel weer op peil. Een kortdurende

afkoeling veroorzaakt geen verkoudheid of andere ziekte. Luchten is geen vervanging van ventilatie.

Luchten dient alleen voor het verhelpen van een tijdelijke verslechtering van kwaliteit van de lucht door

een kortdurende bron van extra verontreiniging.

Afspraken met betrekking tot ventileren en luchten:

- Zorg dat alle verblijfsruimten (groepsruimten, slaapkamers, enz.) voldoende voorzieningen

hebben om te ventileren. Ventilatievoorzieningen zijn ramen, roosters of een mechanische

installatie. Voldoende betekent geschikt voor genoeg ventilatie onder alle omstandigheden: dag

en nacht, hitte en koude, bij volle bezetting, enz.

- Zet bij binnenkomst de mechanische ventilatie in de stand die zorgt dat het CO2- gehalte laag

genoeg blijft. Meestal is dit de hoogste stand.

- Open bij het gebruik van ruimten zoveel mogelijk ramen en roosters, die zich meer dan 1.80

meter boven de vloer bevinden. Dit is vooral belangrijk als er geen mechanische luchttoevoer is.

- Zet een raam open tijdens gebruikstijden, als er geen mechanische luchtafvoer is, in het toilet, de

verschoonruimte en keuken.

- Zorg dat ramen in verschillende kierstanden kunnen staan met behulp van een

gebruiksvriendelijke bediening. Mechanische ventilatie in verblijfsruimten moet instelbaar zijn in

een aantal standen, bijvoorbeeld voor dag en nacht.

- Lucht de ruimten tijdens bewegingsspelletjes, stofzuigen, bed opmaken en andere activiteiten die

stof of verontreiniging verspreiden.

- Ventileer ook wanneer er niemand aanwezig is, bijvoorbeeld in de nacht en in het weekend. Zet

de ventilatie dan niet uit maar laag. Lucht ’s morgens vroeg de ruimten die ’s nachts eventueel

niet geventileerd zijn.

- Voorkom last van tocht, de ventilatievoorzieningen moeten gespreid zitten over bijna de hele

lengte van de gevel.

- Zet alle open ramen en roosters op een kleinere kier als er tocht optreedt. De luchttoevoer blijft

verdeeld over veel kleine openingen waardoor er minder snel hinder optreedt.

Page 39: Beleidsplan Veiligheid & Gezondheid BSO de Hoeksteen · thema, over veiligheid of gezondheid op de agenda staan. In ieder kwartaaloverleg worden protocollen en beleid structureel

39

Bijlage 10 Algemene hygiëne maatregelen

Hygiëne tijdens het verschonen

Tijdens het verschonen van de luiers kunt u urine of ontlasting op uw handen krijgen, ook al kunt u dit

niet (altijd) zien. In urine en ontlasting kunnen ziekteverwekkers zitten. Tijdens het verschonen van een

kind, kan er urine of ontlasting op het verschoonkussen komen. Daarom is het nodig om hygiënisch te

werken en het verschoonkussen goed schoon te houden. Voor het hygiënisch werken tijdens en na het

verschonen gelden de volgende normen:

- Plaats de verschoonplaats in de buurt van een kraan met zeep en papieren doekjes, maar

gescheiden van de voedselbereidingsplek.

- Verschoon kinderen op een verschoonkussen van glad en afwasbaar materiaal dat met water en

allesreiniger schoon te maken is. Billendoekjes e.d. zijn niet geschikt om het verschoonkussen

schoon te maken.

- Vervang het verschoonkussen direct als het beschadigd is.

- Gebruik handdoeken als bescherming en vervang deze na elk kind en maak het kussen schoon bij

zichtbare vervuiling OF gebruik geen handdoek, maar maak schoon na elke verschoning.

- Gooi de gebruikte luier na het verschonen direct in een luieremmer of in een afgesloten

afvalemmer (met voetpedaal).

Hygiëne toiletgebruik

Ook op handen en sanitair kan urine en ontlasting komen na een toiletbezoek. Vuile handen kunnen

ziekteverwekkers op verschillende oppervlakten verspreiden. Denk hierbij aan de spoelknop, de kraan, de

handdoekhouder, de lichtschakelaar of de deurkruk.

- Houdt u zich aan de juiste instructies voor het handen wassen.

- Reinig meteen na gebruik het potje met water en allesreiniger. Berg het potje droog op.

- Gebruik een aparte borstel voor het reinigen van de potjes

Afvalverwerking

Afval kan een bron van ziektekiemen zijn. Bovendien trekt afval ongewenste dieren aan. Daarom moet de

opslag en afvoer van afval aan bepaalde eisen voldoen. Huishoudelijk afval is het afval dat dagelijks in een

instelling wordt geproduceerd, met uitzondering van grofvuil, bouw- en sloopafval en klein gevaarlijk

afval. Denk bijvoorbeeld aan etensresten, oud papier en verpakkingsmaterialen.

- Leeg afvalemmers minstens één keer per dag. Sluit de zakken goed en bewaar ze in gesloten

rolcontainers. Stal deze containers niet in een ruimte waar ook schone materialen staan

opgeslagen.

- Verzamel etensresten direct na het gebruik van maaltijden in afsluitbare afvalbakken.

- Houd de opslagplaats schoon, zodat er geen ratten of andere ongewenste dieren op afkomen.

Plaats geen afval naast afvalcontainers. Houd containers gesloten en zorg dat het afval minimaal

één keer per week en vóórdat een container vol is wordt opgehaald.

Page 40: Beleidsplan Veiligheid & Gezondheid BSO de Hoeksteen · thema, over veiligheid of gezondheid op de agenda staan. In ieder kwartaaloverleg worden protocollen en beleid structureel

40

Bijlage 11 Schoonmaakplan

Inleiding

Bij het schoonmaken moet een onderscheid worden gemaakt tussen zichtbare en niet-zichtbare vervuiling. Als een ruimte voor de opslag of bereiding en

consumptie of de daarin aanwezige apparatuur zichtbaar vuil is moet deze direct of direct na gebruik worden schoongemaakt. Daarnaast is het vooral

“met het oog op” de niet-zichtbare vervuiling van belang dat er volgens een vastgesteld schema periodiek wordt schoongemaakt. Daarbij moet weer een

verschil gemaakt worden tussen de dagelijks, wekelijkse, maandelijkse etc. schoonmaak van ruimten en apparaten.

In dit schema wordt een aantal objecten aangegeven dat kan worden uitgebreid met andere objecten en afhankelijk van de aard van het object en de

intensiteit van het gebruik dagelijks of na gebruik, wekelijks, maandelijks, half jaarlijks en jaarlijks moet worden schoongemaakt. Dit schoonmaakplan is

een model dat kan worden aangepast aan de specifieke situatie van de organisatie.

Page 41: Beleidsplan Veiligheid & Gezondheid BSO de Hoeksteen · thema, over veiligheid of gezondheid op de agenda staan. In ieder kwartaaloverleg worden protocollen en beleid structureel

41

Obje

ct

Dag

eli

jks

of

na

geb

ru

ik

Wekeli

jks

Maan

deli

jks

Per k

warta

al

Half

jaarli

jks

Jaarli

jks

M D W D V Za Zo Week

nummer Dag

Week

nummer Dag

Week

nummer Dag

Week

nummer Dag

Aanrecht/werkvlakken 0 0 0 0 0 0 0

afvoerputje 0 0 0 0 0 0 0

wasmachine 0 0 0 0 0 0 0

Blikopener 0 0 0 0 0 0 0

Doeken 0 0 0 0 0 0 0

Fornuis/kookplaat 0 0 0 0 0 0 0

Handgrepen/contactpunten 0 0 0 0 0 0 0

Koffiekannen, theekannen 0 0 0 0 0 0 0

Messen, pannen, lepels e.d 0 0 0 0 0 0 0

Snijplanken 0 0 0 0 0 0 0

zuigflessen 0 0 0 0 0 0 0

Spoelbak/kranen 0 0 0 0 0 0 0

Tosti-ijzer 0 0 0 0 0 0 0

Page 42: Beleidsplan Veiligheid & Gezondheid BSO de Hoeksteen · thema, over veiligheid of gezondheid op de agenda staan. In ieder kwartaaloverleg worden protocollen en beleid structureel

42

Obje

ct

Dag

eli

jks

of

na

geb

ru

ik

Wekeli

jks

Maan

deli

jks

Per k

warta

al

Half

jaarli

jks

Jaarli

jks

M D W D V Za Zo Week

nummer Dag

Week

nummer Dag

Week

nummer Dag

Week

nummer Dag

Pedaal-/afvalemmer, visueel schoon binnen- en buitenzijde, zak verwisselen

0 0 0 0 0 0 0

Afzuigkap/ filters 0 0 0 0 0 0 0

Broodtrommel 0 0 0 0 0 0 0

Broodrooster 0 0 0 0 0 0 0

Koelkast, binnenkant

Deurrubbers 0 0 0 0 0 0 0

Magnetron 0 0 0 0 0 0 0

Vloeren moppen 0 0 0 0 0 0 0

Wanden achter aanrecht,

fornuis en koffiezetapparaat 0 0 0 0 0 0 0

Afzuigkap 0 0 0 0 0 0 0

Frituurpan 0 0 0 0 0 0 0

Koffiezetapparaat inclusief

ontkalken 0 0 0 0 0 0 0

Waterkoker inclusief

ontkalken 0 0 0 0 0 0 0

Page 43: Beleidsplan Veiligheid & Gezondheid BSO de Hoeksteen · thema, over veiligheid of gezondheid op de agenda staan. In ieder kwartaaloverleg worden protocollen en beleid structureel

43

Obje

ct

Dag

eli

jks

of

na

geb

ru

ik

Wekeli

jks

Maan

deli

jks

Per k

warta

al

Half

jaarli

jks

Jaarli

jks

M D W D V Za Zo Week

nummer Dag

Week

nummer Dag

Week

nummer Dag

Week

nummer Dag

Oven 0 0 0 0 0 0 0

Afzuigkap: kunststof filters 0 0 0 0 0 0 0

Buitenkant keukenkastjes,

koelkast en diepvriezer:

zichtbaar vuil verwijderen

0 0 0 0 0 0 0

Diepvriezer, binnenkant Deurrubbers

0 0 0 0 0 0 0

Vaatwasmachine

Binnenkant en rubbers

0 0 0 0 0 0 0

Keukenkastjes binnenkant 0 0 0 0 0 0 0

Verlichting 0 0 0 0 0 0 0

Page 44: Beleidsplan Veiligheid & Gezondheid BSO de Hoeksteen · thema, over veiligheid of gezondheid op de agenda staan. In ieder kwartaaloverleg worden protocollen en beleid structureel

44

Datum Uitgevoerd Paraaf Datum Reden uitstel en voorgenomen actie

Page 45: Beleidsplan Veiligheid & Gezondheid BSO de Hoeksteen · thema, over veiligheid of gezondheid op de agenda staan. In ieder kwartaaloverleg worden protocollen en beleid structureel

45

Bijlage 12 Bijzonderhedenlijst

Bijzonderhedenlijst Bijzonderheden van kinderen noteren, indien niet meer van toepassing doorstrepen.

Naam kind Allergie Andere bijzonderheden Aanvangs- datum

Page 46: Beleidsplan Veiligheid & Gezondheid BSO de Hoeksteen · thema, over veiligheid of gezondheid op de agenda staan. In ieder kwartaaloverleg worden protocollen en beleid structureel

46

Bijlage 13 Zelfstandigheidscontract

Zelfstandigheidscontract Hierbij geef ik (naam ouder/verzorger) toestemming dat (naam kind) alleen van school naar de BSO mag komen. (De verantwoordelijkheid van de pedagogisch medewerker gaat in op het moment dat het kind op de

BSO locatie is aangekomen en zich duidelijk en persoonlijk bij de pedagogisch medewerker(s) van de BSO heeft aangemeld.)

alleen van de BSO naar huis mag gaan om uur.

(De verantwoordelijkheid van de pedagogisch medewerker stopt op het moment dat het kind de BSO locatie heeft verlaten. Het kind meldt zich duidelijk en persoonlijk af bij de pedagogisch medewerker.)

zelfstandig naar zijn/haar sportclub mag gaan.

(De verantwoordelijkheid van de pedagogisch medewerker stopt op het moment dat het kind de BSO locatie heeft verlaten. Het kind meldt zich duidelijk en persoonlijk af bij de pedagogisch medewerker.)

na schooltijd, na duidelijke en persoonlijke afmelding bij de pedagogisch medewerker(s) van de BSO,

bij vriendjes en vriendinnetjes mag gaan spelen. (Het kind is zelf verantwoordelijk om ouder/verzorger te informeren. De ouder/verzorger haalt het

kind bij vriend/vriendin op.) zonder begeleiding en toezicht van de pedagogisch medewerker(s) op het schoolplein achter bij BSO

de Hoeksteen mag spelen en op het voetbalveld achter het kerkhof. zonder begeleiding (dus ook zonder toezicht) buiten het terrein van de BSO wel in de buurt, de

volgende activiteiten mag ondernemen: 0 naar de winkel (voor een boodschap voor de BSO) 0 naar het voetbalveld achter het kerkhof 0 anders nl.

De ouder(s/verzorger(s) geeft/geven door ondertekening van dit zelfstandigheidscontract te kennen dat hij/zij eindverantwoordelijk is voor het kind bij bovenstaande ingevulde afspraken. Datum

Page 47: Beleidsplan Veiligheid & Gezondheid BSO de Hoeksteen · thema, over veiligheid of gezondheid op de agenda staan. In ieder kwartaaloverleg worden protocollen en beleid structureel

47

Plaats Handtekening ouder/verzorger 1 Handtekening ouder/verzorger 2 Gezien en doorgenomen met kind (kind kan hier zelf naam schrijven) Handtekening pedagogisch medewerker

Page 48: Beleidsplan Veiligheid & Gezondheid BSO de Hoeksteen · thema, over veiligheid of gezondheid op de agenda staan. In ieder kwartaaloverleg worden protocollen en beleid structureel

48

Bijlage 14 Onderhoudsplan buitenruimte

Kwartaal 1 Kwartaal 2 Kwartaal 3 Kwartaal 4

Buiten controleren op oneffenheden 2x per jaar

Buiten controleren op gladde plekken 2x per jaar

Controleer de bestrating 4x per jaar

Controleer de omheining op beschadigingen 4x per jaar

Snoei struiken rondom de omheining 2x per jaar

Controleer de speelplaats op afval en zwerfvuil wekelijks

Controleer de speeltoestellen 2x per jaar

Verwijder onkruid en bladeren 2x per jaar

Controleer het buitenspeelgoed 4x per jaar

Onderhoud aan potten/tuin 4x per jaar