Beleidsnota ECD2009-2011

48
{ beleidsnota etnisch-culturele DIVERSITEIT 2009-2011 } Tom Balthazar schepen van milieu en sociale zaken Anders kan ook samen

description

Beleidsnota Ethnisch Culturele Diversiteit 2009-2011

Transcript of Beleidsnota ECD2009-2011

Page 1: Beleidsnota ECD2009-2011

{b e l e i d s n o t aetnisch-culturele D I V E R S I T E I T 2 0 0 9 - 2 0 1 1}

Tom Balthazarschepen van milieu en sociale zaken

Anders kan ook samen

Page 2: Beleidsnota ECD2009-2011

Anders kan ook samen.

Het Gents beleidsplan

etnisch-culturele diversiteit

2009-2011 Tom Balthazar Schepen van Milieu en Sociale Zaken

Page 3: Beleidsnota ECD2009-2011

2

Page 4: Beleidsnota ECD2009-2011

3

Inleiding Etnisch-culturele diversiteit is eigen aan iedere grote stad, waar ook ter wereld. Ook voor Gent is dit een belangrijk gegeven. In dit beleidsplan vindt u de klemtonen die de Stad Gent zal leggen in haar eigen stedelijk beleid ten aanzien van deze etnisch-culturele diversiteit. Dit beleidsplan omvat daarom niet enkel wat de Integratiedienst onderneemt om de etnisch-culturele diversiteit ten volle tot haar recht(en) te laten komen. Het plan beschrijft ook de acties waarin een belangrijke rol vervuld wordt door verschillende stedelijke departementen (en diensten) én/ of door een uitgebreide verzameling externe actoren. Op deze manier groeien we naar een goed gecoördineerd lokaal beleid ten aanzien van etnisch-culturele diversiteit. Dit beleidsplan is het vervolg op een steeds evoluerend beleid dat door de Stad gevoerd wordt. Het is de derde keer dat een meerjarenplan wordt uitgeschreven. Het plan is als volgt opgebouwd: • een eerste deel schetst de principiële uitgangspunten, • het tweede deel beschrijft de acties, vertrekkende van een korte duiding die een beeld geeft van de

voornaamste knelpunten. Tegelijk worden de acties meer geconcretiseerd door schematisch de beoogde resultaten én de wijze van evaluatie te omschrijven.

• Meer gedetailleerde informatie vindt u in de toegevoegde omgevingsanalyse, waaruit geput werd om de acties te motiveren. Deze waardevolle analyse beschrijft immers de situatie van etnisch-culturele minderheden op de meest relevante maatschappelijke domeinen. Daarbij worden telkens de belangrijkste actoren op dat domein vermeld, en welke de rol is van de Integratiedienst terzake.

• tenslotte volgen een aantal decretaal vereiste bijlagen. In deel I en II wordt eenzelfde substructuur gehanteerd, om het verband tussen uitgangspunten en de acties duidelijk te maken. Deze structuur wordt ook toegepast in de omgevingsanalyse. Dit beleidsplan vertrekt vanuit het principe van gelijkwaardigheid in diversiteit en is opgebouwd aan de hand van vier prioriteiten: betrokkenheid en gedeelde verantwoordelijkheid, drie duidelijke krijtlijnen (empowerment via werk en onderwijs, open organisaties, empowerment via inburgering), evenredige inspraak en participatie en gelijke rechten en plichten. De acties beogen duidelijk een verhoogde betrokkenheid en stoelen op gedeelde verantwoordelijkheden. Er wordt daarbij ook sterk ingezet om het samenleven in diversiteit in de Gentse buurten te verbeteren. Met genoegen stellen we vast dat de voorbije jaren vele diensten en departementen steeds meer verantwoordelijkheid opnamen in de realisatie van het beleid t.a.v. de etnisch-culturele diversiteit. Dat gebeurde in nauwe samenwerking met de Integratiedienst of door eigen initiatieven uit te werken. De vele andere beleidsplannen en –nota’s die onder deze bestuursploeg worden uitgeschreven, bevatten inmiddels vele impliciete en expliciete doelstellingen (en acties) in verband met etnisch-culturele diversiteit. Ten behoeve van de lezer is in dit plan een selectie gemaakt van acties, waarbij de kadering binnen het Vlaamse diversiteits- en inburgeringsbeleid en binnen het lokale beleid alsook de betrokkenheid van de Integratiedienst, de leidraad vormden. Tom Balthazar Schepen van Milieu en Sociale Zaken

Page 5: Beleidsnota ECD2009-2011

4

INLEIDING.............................................................................................................................................. 3

DEEL I: DE UITGANGSPUNTEN........................................................................................................... 6 I.1 GELIJKWAARDIGHEID IN DIVERSITEIT .................................................................................................. 6 I.2 BETROKKENHEID EN GEDEELDE VERANTWOORDELIJKHEID .................................................................. 8 I.3 DRIE DUIDELIJKE KRIJTLIJNEN............................................................................................................ 8

I.3.1 Empowerment via werk en onderwijs ..................................................................................... 8 I.3.2 Open organisaties................................................................................................................... 9 I.3.3 Empowerment via inburgering................................................................................................ 9

I.4 EVENREDIGE INSPRAAK EN PARTICIPATIE ......................................................................................... 10 I.5 GELIJKE RECHTEN EN PLICHTEN ...................................................................................................... 10

I.5.1 Verblijf en nationaliteit........................................................................................................... 11 I.5.2 Een krachtig antiracisme- en antidiscriminatiebeleid............................................................ 11

DEEL II: ACTIES................................................................................................................................... 12 II.1 BETROKKENHEID EN GEDEELDE VERANTWOORDELIJKHEID ............................................................... 12

II.1.1 Sociale cohesie: alle Gentenaars zijn met elkaar en met de Stad verbonden .................... 12 Duiding .................................................................................................................................................... 12 Acties ...................................................................................................................................................... 12

Actie 1 : De onderlinge verbondenheid tussen de Gentenaars versterken .................................. 12 II.1.2 Samenleven in diversiteit..................................................................................................... 13

Duiding .................................................................................................................................................... 13 Acties ...................................................................................................................................................... 13

Actie 2 : De leefbaarheid in de Gentse volkswijken verhogen ...................................................... 13 Actie 3 : Gerichte acties naar bijzondere doelgroepen ................................................................. 13 Actie 4 : Het begeleiden van de samenspraak met de allochtone gemeenschappen rond

levensbeschouwelijke dossiers. ........................................................................................ 14 Actie 5 : De viering van het islamitisch Offerfeest faciliteren........................................................ 14 Actie 6 : De kwaliteit van het samenleven en het veiligheidsgevoel van alle Gentenaars

verhogen .............................................................................................................................. 14 - De escalatie van kleine incidenten op wijkniveau tijdig te voorkomen via het ondersteunen van

bemiddelingsinitiatieven in een interculturele context............................................................ 15 II.1.3 . Beeldvorming..................................................................................................................... 15

Duiding .................................................................................................................................................... 15 Acties ...................................................................................................................................................... 15

Actie 7 : Een gemeenschappelijk forum creëren op vlak van media en communicatie .............. 15 II.2 DRIE DUIDELIJKE KRIJTLIJNEN......................................................................................................... 16

II.2.1 Empowerment via onderwijs en werk .................................................................................. 17 Duiding .................................................................................................................................................... 17 Acties ...................................................................................................................................................... 17

Actie 8 : Het verder stimuleren van gelijke onderwijskansen ........................................................ 17 door: 17 Actie 9 : De instroom en de positie op de arbeidsmarkt verbeteren............................................. 19 Actie 10 : De kansarmoede bij de allochtone Gentenaars verminderen....................................... 20

II.2.2 Open organisaties................................................................................................................ 20 Duiding .................................................................................................................................................... 20 Acties ...................................................................................................................................................... 20

Actie 11 : De toegankelijkheid tot de algemene dienstverlening verhogen ................................. 20 Actie 12 : De toegankelijkheid tot de gezondheidszorg verhogen ................................................ 21 Actie 13 : Categoriale initiatieven in de geestelijke gezondheidszorg ondersteunen ................. 22

II.2.3 Empowerment via inburgering. ............................................................................................ 22 Duiding .................................................................................................................................................... 22 Acties ...................................................................................................................................................... 22

Actie 14 : Bijdragen aan de uitvoering van het Vlaamse inburgeringbeleid ................................ 22 Actie 15 : Deelname aan de realisatie van het NT2-beleid ............................................................. 23

II.3 EVENREDIGE INSPRAAK EN PARTICIPATIE ........................................................................................ 24 II.3.1 Beleidsparticipatie en inspraak als centrale doelstelling ..................................................... 24

Duiding .................................................................................................................................................... 24 Acties ...................................................................................................................................................... 24

Actie 16 : Etnisch-culturele gemeenschappen worden actief betrokken bij het lokale beleid.... 24 II.3.2 Agora als instrument voor participatie van ECM ................................................................. 25

Duiding .................................................................................................................................................... 25 Acties ...................................................................................................................................................... 25

Actie 17 : Het Gentse allochtone middenveld wordt goed ondersteund ...................................... 25 Actie 18 : De samenwerking tussen verschillende etnisch-culturele gemeenschappen en hun

organisaties stimuleren ...................................................................................................... 25 II.4 GELIJKE RECHTEN EN PLICHTEN ..................................................................................................... 26

Page 6: Beleidsnota ECD2009-2011

5

II.4.1 Verblijf en nationaliteit.......................................................................................................... 26 Duiding .................................................................................................................................................... 26 Acties ...................................................................................................................................................... 26

Actie 19 : De ondersteuning van (para)juridische actoren in functie van de verhoging van administratieve toegankelijkheid voor etnisch-culturele minderheden ......................... 26

Actie 20 : Monitoring en signalering van nieuwe evoluties en knelpunten m.b.t. verblijf en nationaliteit .......................................................................................................................... 27

Actie 21 : Een steunpunt voor complexe dossiers in functie van de verhoging van de administratieve toegankelijkheid voor etnisch-culturele minderheden. ........................ 27

Actie 22 : Aandacht voor het mogelijk oneigenlijke gebruik van verblijfs- en nationaliteitsprocedures en situaties van mensenhandel en -smokkel. ........................ 27

II.4.2 Antidiscriminatie................................................................................................................... 28 Duiding .................................................................................................................................................... 28 Acties ...................................................................................................................................................... 29

Actie 23 : Het stimuleren van de implementatie van het duidelijke (bovenlokaal) rechtskader om discriminaties te bestrijden ................................................................................................ 29

Actie 24 : Permanente sensibilisering omtrent het belang van racismebestrijding (stadsintern en extern) ............................................................................................................................. 29

Page 7: Beleidsnota ECD2009-2011

6

Deel I: De uitgangspunten

I.1 Gelijkwaardigheid in diversiteit We leven in een ‘diverse’ samenleving. De term ‘diversiteit’ verwijst naar de verschillen in waarden, normen, attitudes, cultuur, leeftijd, geslacht, overtuigingen, fysieke kenmerken, seksuele geaardheid, sociaal–economische positie, kennis of vaardigheden tussen individuen in een samenleving, gemeente, school, bedrijf… Deze diversiteit kan niet ontkend worden. De beleidsvoorbereiders, -beslissers én –uitvoerders van de Stad Gent erkennen deze diversiteit binnen alle groepen van de bevolking en nemen deze als uitgangspunt. Het diversiteitbeleid gaat dus over verschillen, over de aard van die verschillen, over de aanvaarding ervan én de wijze waarop er mee wordt omgegaan. Hierbij wordt rekening gehouden met die verscheidenheid zonder de gemeenschappelijkheid te verwaarlozen. Dit betekent dat men bereid is gepaste strategieën uit te werken om aan de specifieke behoeften van diverse groepen te beantwoorden. Etnisch-culturele diversiteit verwijst specifiek naar de verschillen in afkomst en cultuur. De etnisch-culturele diversiteit in Gent is de laatste decennia flink toegenomen, net zoals in alle stedelijke gebieden over de hele wereld. Deze evolutie is onstuitbaar en onomkeerbaar. De stad Gent beschouwt de etnisch-culturele diversiteit niet enkel als een permanent gegeven, maar ziet er ook kansen in tot verrijking en vernieuwing. De Stad Gent gaat niet mee in het denken waarbij één groep tegenover een andere geplaatst wordt (“wij” en “zij”, i.c. autochtonen tegenover allochtonen). Wij hanteren de visie waarin alle personen samen één gemeenschap vormen en draaiende houden. De verschillen, die merkbaar zijn tussen allerlei groepen en individuen, zijn verschillen binnen éénzelfde samenleving. Dit geldt eveneens voor ‘cultuurverschillen’. Deze scheppen geen nieuwe, afzonderlijke samenlevingen. Integendeel, het zijn fenomenen die behoren tot het maatschappelijke veld. In dit veld zijn tal van andere onderlinge verschillen te erkennen: geslacht, leeftijd, seksuele geaardheid, klasse, scholing, arbeidskader, religie. Een multiculturele samenleving kan daarom niet teruggebracht worden tot twee (of meer) afzonderlijke samenlevingen. Dit houdt in dat men bij fricties in het samenleven onmogelijk systematisch één groep of actor als verantwoordelijke kan aanduiden. Men vormt samen één maatschappij, één organisatie en we zijn er dus samen verantwoordelijk voor. Dat betekent ook dat verschillen openlijk maar respectvol moeten kunnen besproken worden. De Stad Gent wil verschillen ook constructief benaderen: we gaan er niet van uit dat de ene groep mensen beter is dan de andere. We willen een maatschappij waarin door permanente interactie en dialoog steeds nieuwe keuzes kunnen gemaakt worden, waarbij ieder verschil een waardevolle inbreng heeft, en iedere persoon als gelijkwaardig beschouwd wordt. We hebben ook oog voor het feit dat elk individu wordt gekenmerkt door een combinatie van de eerder genoemde variabelen (leeftijd, herkomst, geslacht, seksuele voorkeur, religie, opleiding, taal, enz…), en dus uniek is. Hieronder geven we enkele essentiële overzichtstabellen. Meer uitleg, details en bijkomende bevolkingsgegevens leest u in de Omgevingsanalyse.

Page 8: Beleidsnota ECD2009-2011

7

Onderstaande cijfers geven een zicht op de etnisch-culturele samenstelling van de Gentse bevolking. Etnisch-culturele diversiteit op basis van nationaliteit (31.12.07) BR+VR WR TOTAAL % totaal

TOTALE bevolking 236 858 1 775 238 633 100%

Autochtonen 190 236

waarvan residentiële woonwagenbewoners 50

Belgische nationaliteit, Belgische ouders Subtotaal 190 236 79,72%

Belgische nationaliteit automatisch toegekend bij geboorte 7 731 3,24%Belgische nationaliteit verworven tijdens het leven 17 542 7,35%

BELGEN

SUBTOTAAL 215 509 90,31%EU-15 + rijke landen buiten EU-15 5 045 Allochtonen (arme landen buiten EU-15) 16 261 Erkende vluchtelingen 43

Asielzoekers 1 775

NIET-BELGEN

SUBTOTAAL 23 124 9,69%

BR+VR: Bevolkingsregister met inbegrip van Vreemdelingenregister. WR: Wachtregister. Doelgroepen van het Gentse beleid etnisch-culturele diversiteit (31.12.07) BR+VR WR TOTAAL % totaal

TOTALE BEVOLKING 236 858 1 775 238 633 100,00%

Autochtoon

Belgische nationaliteit, Belgische ouders 190.236 190 236 79,72% 79,72%

Belgische nationaliteit automatisch toegekend bij geboorte 7 731 EU-15 + rijke landen buiten EU-15 5 173

Inwoners van buitenlandse afkomst

TOTAAL 12.904 5,41% Vreemdelingen 16.261 Belgische nationaliteit verworven 16.760

Allochtonen (arme landen buiten EU-15)

Totaal 33.021 13,84% Erkend, vreemdeling 43 Erkend, Belgische nationaliteit verworven 654 Asielzoekers 1 775

Vluchtelingen

Totaal 2 472 1,04% Residentiële woonwagenbewoners*

Vreemdelingen zonder wettig verblijf ? ?

Etnisch-culturele minder-heden

TOTAAL 35.493 14,87%

Er werden 17 542 mensen ingeschreven in Gent die de Belgische nationaliteit verwierven; waarvan 16760 allochtonen uit arme landen buiten de EU-15, 654 erkende vluchtelingen en 128 allochtonen uit EU-15 landen.1 De groep ‘nationaliteit automatisch toegekend bij geboorte’ zijn kinderen wiens ouder(s) van buitenlandse afkomst is (zijn). Indien minstens 1 van de ouders de Belgische nationaliteit heeft voor het kind geboren wordt, dan krijgt het kind automatisch de Belgische nationaliteit. Er is dus steeds minstens 1 ouder met de Belgische nationaliteit * Residentiële woonwagenbewoners behoren tot de “etnisch-culturele minderheden”, maar zijn autochtoon.

1 De eerste 15 EU-landen zijn: België, Denemarken, Duitsland, Finland, Frankrijk, Griekenland, Ierland, Italië, Luxemburg, Nederland, Oostenrijk, Portugal, Spanje, het Verenigd Koninkrijk en Zweden. Zie omgevingsanalyse voor meer demografische details.

Page 9: Beleidsnota ECD2009-2011

8

I.2 Betrokkenheid en gedeelde verantwoordelijkheid Het effect van een beleid t.a.v. etnisch-culturele diversiteit, wordt sterk bepaald door de mate waarin de hele maatschappij - dus inclusief de doelgroepen zelf - in staat is om te gaan met de verschillen. De Stad Gent is ervan overtuigd dat een geïntegreerd sociaal beleid verzuring van de maatschappij en de toename van intolerantie kan tegengaan. Het werken aan het welzijn van alle groepen in de maatschappij vanuit alle sectoren/ beleidsdomeinen moet ertoe leiden dat mensen zich goed voelen in hun vel én in de samenleving (= welbevinden). M.a.w. dat iedereen maximaal aansluiting vindt op de samenleving en ‘de ander’ niet als een bedreiging ervaart. In het bijzonder op buurtniveau kan er gewerkt worden aan sociale cohesie, door zoveel mogelijk acties te organiseren waaraan een gemengd publiek deelneemt en meewerkt, en die leiden tot betere kennis van elkaar. Waar het fout loopt en conflicten ontstaan, moet een efficiënt conflictmanagement zo vlug mogelijk verdere escalaties voorkomen. Bijzondere aandacht kan gaan naar beeldvorming, en de manier waarop etnisch-culturele diversiteit zichtbaar en bespreekbaar wordt gemaakt via de media en andere informatiekanalen. Daarnaast zijn acties, gericht op vorming en sensibilisering, eveneens noodzakelijk om de nodige mentaliteitswijziging te bewerkstelligen. Van iedere burger wordt dus verwacht dat hij/zij mede verantwoordelijkheid opneemt voor het goede functioneren van de maatschappij. Ook de leden van de etnisch-culturele minderheden kunnen en moeten dus gestimuleerd worden deze verantwoordelijkheden op te nemen. Dit neemt niet weg dat het de verantwoordelijkheid van de overheid blijft om de nodige inspanningen te leveren om de betrokkene de aansluiting op het samenlevingsnet te kunnen laten maken, m.a.w. om de betrokkene te integreren in de maatschappij. Op die manier wordt er werkelijk uitdrukking gegeven aan het begrip van een overheidszorg die het collectieve sociale welzijn van de onderdanen waarborgt. Wanneer de overheid een dergelijke taak en verantwoordelijkheid opneemt, gebeurt dit voornamelijk via het sociale beleid waarmee de verschillende vormen van maatschappelijke dienstverlening worden voorzien en uitgetekend. Gelet op het gelijkheidsbeginsel is het van fundamenteel belang dat dergelijk sociaal beleid uitgezet wordt naar iedereen die in Gent verblijft, ongeacht de etnisch-culturele of andere verschillen.

I.3 Drie duidelijke krijtlijnen Het beleid van de Stad Gent ten aanzien van etnisch-culturele minderheden kan niet voorbij gaan aan drie wezenlijke vaststellingen. Vooreerst is er de gemiddelde achterstand van deze groepen op vlak van onderwijs, opleiding en finaal tewerkstelling. Ten tweede zijn er onmiskenbaar spanningen tussen groepen in de samenleving, die onder meer verweven zijn met processen van aanvaarding en aanpassing.. Tussen deze fenomenen (achterstand versus aanvaarding / adaptatie) positioneert zich de lokale overheid, die een verantwoordelijkheid dient te nemen om de toegang (én toegankelijkheid) van de dienstverlening en de eigen organisatie zo volledig mogelijk te verzekeren.

I.3.1 Empowerment via werk en onderwijs Men spreekt van ‘empowerment’ wanneer mensen de bekwaamheden of vaardigheden verwerven om inzicht en controle te krijgen op de persoonlijke, sociale, economische en politieke krachten die invloed uitoefenen op hun leven, én wanneer zij door zelf acties te ondernemen hun levenssituatie proberen te verbeteren.

Page 10: Beleidsnota ECD2009-2011

9

Dit sluit nauw aan bij de emancipatorische visie, die erop gericht is mensen bewust te maken van hun mogelijkheden binnen de maatschappij. Hiertoe worden kansen geboden om zelf de competenties te verhogen. Deze emancipatie is vooral gericht op het wegwerken van de ‘achterstand’, noodzakelijk om goed te kunnen functioneren. Het erkennen van het bestaan van achterstand, moet gepaard gaan met het erkennen van andere (eventueel bijzondere) competenties die mensen wél hebben en soms te weinig kunnen aanwenden. De aanwezige potentie moet ten volle tot zijn recht kunnen komen. Hiertoe moeten niet alleen kansen geboden worden. Ook in wat mensen ‘te bieden hebben’ liggen kansen die moeten gegrepen worden. Op die manier komt de meerwaarde van diversiteit ten volle tot uiting. Onderwijs en werk zijn de maatschappelijke domeinen bij uitstek via welke deze empowerment-gedachte kan gerealiseerd worden. Het zijn dan ook belangrijke domeinen in het beleid t.a.v. etnisch-culturele diversiteit. Om, ondanks een contextueel bepaalde achterstand, toch gelijke uitkomsten te bekomen, is er meer nodig dan theoretisch gelijke kansen te bieden. In bepaalde gevallen kan een politiek van positieve actie noodzakelijk blijken. Dergelijke positieve actie is een specifieke, in principe tijdelijke maatregel, getroffen door overheden of organisaties en ondernemingen, voor kansengroepen, gericht op hun positie binnen de maatschappij, met als doel iedereen evenredig te laten deelnemen aan die maatschappij, en dit zonder de kwaliteitsvereisten te verlagen.

I.3.2 Open organisaties Het lokale bestuur wil ook algemene dienstverleners aanmoedigen om hun aanbod volledig open te stellen voor etnisch-culturele minderheden. In jargon noemt men dit een ‘inclusief beleid’. Er is sprake van een inclusief beleid wanneer de algemene voorzieningen binnen de verschillende kernsectoren van de samenleving specifieke doelgroepen vanuit hun respectieve kernopdracht effectief bedienen, teneinde de aansluiting van deze groepen op het samenlevingsnet te verzekeren. Hierbij wordt rekening gehouden met de diversiteit (geslacht, herkomst, leeftijd, seksuele voorkeur, ...) binnen die doelgroepen. Dit dient te gebeuren door bij elke voorgenomen algemene en/of sectoriële beleidsmaatregel, meteen de positieve of negatieve weerslag ervan op deze groepen te onderzoeken en door zo nodig specifieke programma’s uit te zetten die de beoogde bediening van de doelgroep waarborgen. Het sleutelwoord om inclusief beleid voor etnisch-culturele minderheden te realiseren, is het verder zogeheten ‘interculturaliseren’ van algemene (openbare en particuliere) voorzieningen. Dit houdt in dat niet enkel gestreefd wordt naar het bereik van een grote diversiteit aan cliënten. Ook het management, de competenties van de hulpverlener en intermediairen, enz.. dienen afgestemd te worden op de interculturele ervaring en interactie. Dit vergt een open houding én ruimte voor ieder om inbreng te doen vanuit de eigen context. Dit inclusief werken zal echter altijd geflankeerd moeten blijven door een aantal categoriale voorzieningen. Niet iedere organisatie kan immers alle noodzakelijke competenties in huis halen om te allen tijde gepaste antwoorden te kunnen bieden aan de vragen die rijzen vanuit die zeer gevarieerde etnisch-culturele diversiteit. De slagzin blijft dus: algemeen waar mogelijk, categoriaal waar nodig.

I.3.3 Empowerment via inburgering Inburgering is een specifieke term die verwijst naar het Vlaamse Inburgeringsdecreet. Inburgeringstrajecten zijn gericht op mensen die zich langdurig in Vlaanderen komen vestigen.

Page 11: Beleidsnota ECD2009-2011

10

De Stad Gent heeft hierin de taak nieuwe inwoners goed te onthalen en hen te stimuleren om zo snel mogelijk hun weg te vinden in de maatschappij. Daarom zullen de best mogelijke omstandigheden worden gecreëerd om het traject voor inburgeraars in Gent zo vlot mogelijk te laten verlopen.

I.4 Evenredige inspraak en participatie Formele gelijkheid volstaat niet. Uiteindelijk is een kwalitatief evenredige participatie van etnisch-culturele minderheden (voortaan ECM) aan het maatschappelijk bestel het einddoel. Dit betekent dat ECM, evenredig aan hun aanwezigheid in de bevolking, participeren in de voorzieningen, producten en structuren van onze maatschappij, als gebruiker, als medespeler, als beleidsmaker. Evenredige participatie mag echter niet begrepen worden als volledig opgaan in de gangbare structuren, m.a.w. assimilatie. Nieuwe structuren en organisaties - bijvoorbeeld zelforganisaties - kunnen bijdragen om een volwaardige participatie mogelijk te maken. Dit dient niet beschouwd te worden als aanloop naar een gesegregeerde maatschappij, maar vooral als instrument om een brede en volwaardige participatie te stimuleren. Het uiteindelijke resultaat zal een verrijking van de samenleving zijn. De houding tegenover en de positie van culturele, ideologische of religieuze minderheden is steeds de resultante van het bestaande socio-economische kader. Beter omgaan met etnisch-culturele diversiteit betekent in dit perspectief onvermijdelijk meer dan interculturele competentie of uitwisseling. Het betekent vooral ook sleutelen aan de specifieke machtsverhoudingen binnen dit kader. Ongelijke macht- en krachtsverhoudingen hypothekeren immers een vlotte en snelle emancipatiebeweging. Verschuivingen in het omgaan met diversiteit zijn dus noodzakelijkerwijs gerelateerd aan verschuivingen in machtsuitoefening. Het streven naar feitelijke gelijkwaardigheid veronderstelt dan ook een streven naar optimale participatie van ECM in de maatschappelijke (en politieke) besluitvorming. Een overheid die een betere omgang met ECM hoog in het vaandel draagt, kan aan deze verantwoordelijkheid niet ontsnappen.

I.5 Gelijke rechten en plichten Gegeven die gemeenschappelijkheid en evenwaardigheid ligt het voor de hand dat iedereen zich kan beroepen op een aantal basisrechten, en moet voldoen aan gelijke plichten. De principes die de schragende kern vormen van een open en democratische samenleving (rechtvaardigheid, pluralisme, democratie, pariteit, inspraak, ...) zijn in hun meest ruime zin de basis om te ijveren voor gelijkberechtiging. Tegelijk mag van alle inwoners gevraagd worden om deze grote principes te respecteren. Discriminaties tegenover specifieke subgroepen zijn daarom onaanvaardbaar. Er is daarbij geen enkel fundamenteel verschil tussen discriminatie van mensen met een andere huidskleur, taal, cultuur of religie en andere vormen van discriminatie tegenover vrouwen, personen met een handicap, jongeren, ouderen, homoseksuelen, socio-economisch zwakkeren of andere leden van groepen die kwantitatief in de minderheid zijn.

Page 12: Beleidsnota ECD2009-2011

11

De eis om gelijke rechten roept bijna automatisch een tegenvraag op: de eis om gelijke plichten, zowel algemeen (de plicht om zich te onderwerpen aan de Belgische wetgeving en reglementeringen) als in welomschreven materies (leerplicht, stemplicht, enz…). Plichten kunnen afgedwongen worden door ze als voorwaarde te koppelen aan het verkrijgen van bepaalde gunsten of zelfs rechten, of door het niet naleven ervan te bestraffen. De Stad Gent onderschrijft als lokale overheid uiteraard de noodzaak aan verplichting, maar wil ook hierbij de inachtname van het gelijkheidsbeginsel beklemtonen.

I.5.1 Verblijf en nationaliteit Meer bepaald is het verblijf- en nationaliteitsstatuut van ieder individu determinerend voor zijn of haar toegang tot maatschappelijke instellingen, en dus tot zijn/haar grondrechten. Zo is bijvoorbeeld het inschrijvingsrecht voor een sociale woning gekoppeld aan het verblijfsrecht. Enkel personen, ingeschreven in het Bevolkingsregister of het Vreemdelingenregister komen hiervoor in aanmerking. Personen ingeschreven in het Wachtregister kunnen zich niet inschrijven voor een sociale woning... Contractuele betrekkingen bij de overheid zijn toegankelijk voor iedereen, zonder onderscheid van nationaliteit. Voor een statutaire betrekking moet men echter Belg zijn of burger van een andere staat die deel uitmaakt van de EU. Bovendien moet men Belg zijn indien de betrekking een rechtstreekse of onrechtstreekse deelname aan de uitoefening van het openbare gezag inhoudt.

I.5.2 Een krachtig antiracisme- en antidiscriminatiebeleid ECM worden vaak geconfronteerd met onverdraagzaamheid, maatschappelijke uitsluiting, discriminatie en racisme. Dit leidt tot spanningen in de samenleving, en ontneemt zij die tot deze minderheid behoren een positief zelf- en toekomstbeeld. Wanneer ECM op dit vlak niet worden beschermd in hun rechtspositie, dreigen zij hierdoor hun vertrouwen in de rechtstaat en de maatschappij te verliezen. Discriminatie is een mechanisme dat aangedreven wordt door een ideologie die maatschappelijke ongelijkheid voorstaat. Deze ideologie stelt dat niet alle mensengroepen - hoe men ze ook definieert - evenwaardig zijn. Een krachtig beleid dat optreedt tegen elke vorm van discriminatie - zowel op individueel als structureel vlak - die de volwaardige maatschappelijke deelname van allochtonen in de weg staat, is dus noodzakelijk. Daarom moeten slachtoffers en getuigen van onverdraagzaamheid, discriminatie en racisme een lokaal aanspreekpunt kunnen vinden zodat conflicten bespreekbaar worden.

Page 13: Beleidsnota ECD2009-2011

12

Deel II: Acties

II.1 Betrokkenheid en gedeelde verantwoordelijkheid

II.1.1 Sociale cohesie: alle Gentenaars zijn met elkaar en met de Stad verbonden

Duiding Kansarmoede resulteert vaak in sociale uitsluiting. Het is een fenomeen dat zeer ruim is en doordringt in verschillende leefdomeinen die met elkaar verbonden zijn: inkomen, arbeid, onderwijs, gezondheid, cultuur,… Mensen hebben doorgaans meer drempelvrees om contacten te leggen met buren als die van andere etnische afkomst zijn en zijn minder snel geneigd om deel te nemen aan activiteiten van andere culturele gemeenschappen. Door te werken aan sociale cohesie proberen we wantrouwen, verzuring en uitsluiting te voorkomen. Er worden in de Gentse wijken heel wat niet-categoriale acties ondernomen die de sociale cohesie tussen de verschillende bewoners proberen te bevorderen. Vele daarvan zijn beschreven in andere beleidsnota’s, we verwijzen hierbij o.a. naar: • Beleidsnota Buurtwerk 2008-2013 • Jeugdbeleidsplan 2008-2010 • Ouderenbeleidsplan 2008-2013 • Cultuurbeleidsplan 2008-2013 • Beleidsnota Buurtsport

Acties

Actie 1 : De onderlinge verbondenheid tussen de Gentenaars versterken door:

- het uitbouwen van contacten en overleg met vertegenwoordigers en sleutelfiguren van allochtone gemeenschappen. Een actief netwerk van sleutelfiguren en vertegenwoordigers van de ECM zal instaan voor de permanente communicatie met de gemeenschappen.

Resultaten Wijze en tijdstip van evaluatie Het aantal werkafspraken per jaar gemaakt met de belangrijkste leden van het netwerk

Verslag i.h.k.v. het Strategisch Veiligheids- en Preventieplan

- etnisch-culturele diversiteit zal actief aan bod komen bij activiteiten in de wijken. Meer bepaald zullen de programmatoren van diverse buurtactiviteiten gestimuleerd worden om ECM aan te trekken.

Resultaten Wijze en tijdstip van evaluatie In buurtgerichte activiteiten gaat expliciete aandacht naar etnisch-culturele diversiteit

- Jaarlijks overzicht van programmatie van Dienst Buurtwerk

- Jaarlijks inventarisatie van betoelaagde initiatieven in Wijk aan Zet, met bijzondere aandacht voor etnisch-culturele diversiteit

- de ECM actief te stimuleren tot deelname aan initiatieven van stedelijke diensten zoals het Buurtwerk, Gebiedsgerichte Werking, Jeugddienst, Seniorendienst,... alsook de initiatieven van derde organisaties.

Resultaten Wijze en tijdstip van evaluatie ECM nemen actief deel aan buurtgerichte activiteiten.

Jaarlijkse analyse van de deelnemers aan de activiteiten van stedelijke diensten en gesubsidieerde organisaties.

Page 14: Beleidsnota ECD2009-2011

13

- de ECM actief te stimuleren tot het gebruik van openbare ontmoetingsplaatsen (bv. clubhuizen, bibliotheekfilialen, spee-o-theken,…) - Resultaten Wijze en tijdstip van evaluatie ECM maken actief gebruik van buurtgerichte voorzieningen

Jaarlijks kwalitatief rapport over deetnisch-culturele diversiteit van de gebruikers

-

II.1.2 Samenleven in diversiteit

Duiding Er zijn af en toe conflicten tussen mensen met verschillende etnisch-culturele achtergrond als gevolg van de aanspraak die ze maken op de schaarse publieke ruimte (openbaar vervoer, parken en pleinen, verkeer, …). Het ontbreekt aan voldoende aanspreekbare sleutelfiguren in de verschillende gemeenschappen en aan een bemiddelende instantie die tussen de partijen in kan staan. Zowel bij autochtonen als bij allochtonen heersen soms onveiligheidgevoelens. Een aantal allochtone groepen worden vaak als oorzaak van onveiligheid aangeduid. Er is nood aan een gecoördineerde aanpak van samenlevingsproblemen. Veel van onderstaande acties zijn meer in detail opgenomen in het Strategisch Veiligheids- en Preventieplan. Vele maatregelen die beschreven zijn in de beleidsnota Wonen 2007-2012, komen ook etnisch-culturele minderheden ten goede. M.b.t. levensbeschouwing zijn er ook verbanden met de beleidsnota Burgerzaken 2008-2012.

Acties

Actie 2 : De leefbaarheid in de Gentse volkswijken verhogen door:

- Een gericht en actief communicatiebeleid te ontwikkelen naar ECM toe, in functie van het overbrengen van overheidsinformatie op verschillende terreinen. In 2008 worden verdere stappen gezet om actief en gericht te communiceren naar ECM. Concreet zal een methodiek ontwikkeld worden ter preventie van zwerfvuil en het beheersen van de afvalproblematiek op het openbaar domein. Prioritair doelgebied is omgeving Blaisantvest.

Resultaten Wijze en tijdstip van evaluatie De in 2008 ontwikkelde methodiek laten proefdraaien en implementeren.

Verslag i.h.k.v. het Strategisch Veiligheids- en Preventieplan

- - Een actieve betrokkenheid bij acties die op touw worden gezet in het kader van het lokale veiligheidsplan, in het bijzonder met betrekking tot buurtgebonden overlast. Meer nog dan nu het geval, zal ingezet worden om vertegenwoordigers en sleutelfiguren van ECM te mobiliseren om oplossingen te zoeken (of te bemiddelen) in samenlevingsproblemen waarbij spanningen tussen verschillende groepen een rol spelen. -

Resultaten Wijze en tijdstip van evaluatie Een netwerk van vertegenwoordigers van allochtone gemeenschappen en levensbeschouwelijke stromingen neemt een taak op in de bestrijding van buurtgebonden overlast.

Verslag i.h.k.v. het Strategisch Veiligheids- en Preventieplan.

Actie 3 : Gerichte acties naar bijzondere doelgroepen

Page 15: Beleidsnota ECD2009-2011

14

- Het beheer van het residentiële woonwagenterrein Vosmeers en het terrein voor doortrekkers aan de Drongensesteenweg.

Resultaten Wijze en tijdstip van evaluatie Er is toezicht op het terrein aan de Drongensesteenweg, en er is controle en administratieve begeleiding van de doortrekkers.

Jaarlijks kwalitatief rapport

Er is toezicht op het residentieel terrein Vosmeers

Jaarlijks kwalitatief rapport

- De opvang van specifieke categorieën van asielzoekers en vluchtelingen, zoals bepaald door Fedasil.

Resultaten Wijze en tijdstip van evaluatie De beschikbare opvangcapaciteit in Verapa wordt maximaal gebruikt

Jaarlijks overzicht op basis van de permanente registratie.

Actie 4 : Het begeleiden van de samenspraak met de allochtone gemeenschappen rond levensbeschouwelijke dossiers.

door:

- regelmatig, en op aangeven van allochtone groepen, een debat te voeren met betrekking tot dossiers die gerelateerd zijn aan de beleving van de levensbeschouwing. (bv. inplanting gebedsplaatsen, begraafwijzen, beleving Offerfeest...)

Resultaten Wijze en tijdstip van evaluatie Jaarlijks samenspraak met betrekking tot minstens 2 dossiers.

Verslag i.h.k.v. het Strategisch Veiligheids- en Preventieplan

Actie 5 : De viering van het islamitisch Offerfeest faciliteren door:

- Het inrichten van een tijdelijke slachtvloer, een samenwerking met één of meerdere particuliere slachthuizen én de uitbouw van de samenwerking met andere particuliere initiatiefnemers (bijvoorbeeld slagers). Daarnaast worden de alternatieven voor de beleving van het Offerfeest, zoals het doen van een schenking, verder bekend gemaakt. Het globale doel is het mogelijk maken om dit feest te beleven zonder thuisslachtingen.

Resultaten Wijze en tijdstip van evaluatie Er worden tijdelijke slachtvloeren ingericht, en er wordt toegeleid naar slachthuizen

Aantal slachtingen per jaar in loods en slachthuizen in verhouding tot het aantal illegale thuisslachtingen

Er wordt afstemming gezocht met particuliere initiatiefnemers

Verslag van het aanbod, contact en overleg met particuliere initiatiefnemers

Actie 6 : De kwaliteit van het samenleven en het veiligheidsgevoel van alle Gentenaars verhogen

door:

- het ontwikkelen en verder uitbouwen van een netwerk van diensten en organisaties (wijkpolitie, straathoekwerk, buurtwerkers,…) en sleutelfiguren in de wijken om signalen op te vangen en te bundelen.

Resultaten Wijze en tijdstip van evaluatie Er is een netwerk van diensten, organisaties en sleutelfiguren.

Jaarlijkse lijst met leden van het lokale netwerk

Page 16: Beleidsnota ECD2009-2011

15

- de structurele samenlevingsproblemen in kaart te brengen in overleg met die verschillende diensten. Deze meldingen worden gecentraliseerd door de Dienst Lokale Preventie en Veiligheid van waaruit de aanpak ervan wordt gecoördineerd.

Resultaten Wijze en tijdstip van evaluatie 70% van de gesignaleerde structurele complexe samenlevingsproblemen zijn geregistreerd en kennen een aanpak.

Verslag i.h.k.v. het Strategisch Veiligheids- en Preventieplan

- De escalatie van kleine incidenten op wijkniveau tijdig te voorkomen via het ondersteunen van bemiddelingsinitiatieven in een interculturele context.

Resultaten Wijze en tijdstip van evaluatie Er is een netwerk van potentiële buurtbemiddelaars, vertegenwoordigers van de gemeenschappen en levensbeschouwelijke stromingen, politie en stadsdiensten (Stadswacht, Buurtwerk, Straathoekwerk,…).

overzicht van de werkafspraken binnen de netwerken

Conflicten in een interculturele context worden maximaal beheerst voor ze escaleren.

Verslag i.h.k.v. het Strategisch Veiligheids- en Preventieplan

II.1.3 . Beeldvorming

Duiding De voorbije decennia kende de samenleving een enorme toename van distributiekanalen en media-aanbod (bijv.. internet en een groot aanbod aan televisiezenders), Het gebruik van de media wordt steeds meer een puur individuele bezigheid, waardoor de gemeenschappelijk referentiekaders dreigen te verdwijnen. Dergelijke collectieve referentiekaders blijven echter erg belangrijk voor het functioneren van een multiculturele samenleving. Etnisch-culturele minderheden komen in de media vaak in beeld in een negatieve context. De etnisch-culturele diversiteit wordt in de berichtgeving zelden positief in beeld gebracht. De mogelijkheid om via de media denkpatronen en attitudes t.a.v. etnische minderheden ingrijpend te veranderen, mag echter niet overschat worden. ECM komen nog altijd weinig voor in het personeelsbestand van redacties en worden ook weinig gevraagd als ‘deskundigen’ of ‘getuigen’ als het gaat om onderwerpen die los staan van het minderhedenvraagstuk. De laatste jaren zijn in dit verband wel enkele belangrijke initiatieven genomen, o.a. door de VRT. Vooral de oudere generatie ECM maakt weinig gebruik van Nederlandstalige media. Zij lezen eerder kranten uit het thuisland (zeker de Turkse gemeenschap) en tv-zenders via de satelliet.

Acties

Actie 7 : Een gemeenschappelijk forum creëren op vlak van media en communicatie door:

- het realiseren van netwerkprojecten en vormingen die expliciet ingaan op de beeldvorming over en van etnisch-culturele diversiteit. Via een projectenfonds zullen initiatiefnemers ondersteund worden.

Page 17: Beleidsnota ECD2009-2011

16

Resultaten Wijze en tijdstip van evaluatie De AGORA-partners zetten regelmatig netwerkprojecten2 op, expliciet gericht op beeldvorming.

Verslaggeving i.h.k.v. de Stedenfonds-beleidsovereenkomsten

Finalisering van het project “Gentse Gasten” leidt tot specifieke aandacht voor de Maghrebijnse migratie in het STAM en het MIAT.

Kwalitatief verslag in 2010

- regelmatig en duidelijk te communiceren met betrekking tot het beleid ten aanzien van etnisch-culturele diversiteit. -

Resultaten Wijze en tijdstip van evaluatie Het Beleidsplan ECM is beschikbaar via de website van de Stad Gent

Jaarlijkse inhoud van de rubriek “beleidsplannen” op www.gent.be

Er zijn open stadsgesprekken tussen vertegenwoordigers van stadsbestuur en –administratie enerzijds en Gentse burgers anderzijds over aspecten van het beleid ten aanzien van etnisch-culturele diversiteit.

Jaarlijks aantal stadsgesprekken en besproken thema’s.

- consequent verslag uit te brengen over de acties die de stad onderneemt of ondersteunt op het vlak van (etnisch-culturele) diversiteit via het Stadsmagazine, stads-TV, lokale media, persconferenties, enz.

Resultaten Wijze en tijdstip van evaluatie Er zijn jaarlijks minimum 5 publicaties in diverse media over de acties die de stad onderneemt of ondersteunt op het vlak van etnisch-culturele diversiteit

Jaarlijkse lijst van publicaties

- de uitreiking van een jaarlijkse Samenlevingsprijs door de Stad Gent aan een persoon of organisatie die zich bijzonder verdienstelijk heeft gemaakt op het gebied van samenleven in diversiteit. De laureaten van deze Samenlevingsprijs krijgen de kans hun inzichten en ervaringen te delen met anderen. Er worden daartoe bijvoorbeeld mogelijkheden gecreëerd tot aanvullende vorming van maatschappelijke werkers, wijkagenten, buurtwerkers, enz… Indien gewenst en mogelijk worden de laureaten in contact gebracht met wijkbemiddelingsteams.

Resultaten Wijze en tijdstip van evaluatie Er wordt jaarlijks een Samenlevingsprijs uitgereikt, met een positieve uitstraling naar alle Gentse burgers. Er is interactie over én reproductie van de inzichten en ervaringen.

Betreffende persartikels. Rapportage van de acties ondernomen om de verspreiding van de inzichten, weer te geven.

II.2 Drie duidelijke krijtlijnen

2 Een netwerkproject is een in de tijd begrensd geheel van samenhangende acties en activiteiten die de kwaliteit van het samenleven in etnisch culturele diversiteit verhogen. Een netwerkproject is bij voorkeur vernieuwend of experimenteel. Een netwerkproject wordt door minimaal twee samenwerkende partners uitgevoerd. Minimaal één partner is een interne partner van AGORA. Interne partners van AGORA zijn de organisaties (met inbegrip van hun lidorganisaties) die in de stuurgroep zetelen met uitzondering van de Integratiedienst.

Page 18: Beleidsnota ECD2009-2011

17

II.2.1 Empowerment via onderwijs en werk

Duiding In het basis- en secundair onderwijs worden vaak significante prestatieverschillen vastgesteld tussen autochtone Vlaamse leerlingen en zij die thuis een andere taal spreken. Er is daarbij ook meer ongelijkheid tussen leerlingen van verschillende sociaal-economische achtergrond. Vooral kinderen met een migratiegeschiedenis hebben minder slaagkansen in het onderwijs. In het geheel van de “geweigerde inschrijvingen omwille van de reeds bereikte bezettingsgraad” in het Gentse basisonderwijs (2007-2008), zijn de kinderen van allochtone herkomst sterk oververtegenwoordigd. Ouders moeten voldoende geïnformeerd of gesensibiliseerd worden met betrekking tot de inschrijving van het eerste kind in de gekozen school. De problematische doorstroom van allochtone leerlingen van het secundair onderwijs naar het Hoger Onderwijs is een gekend fenomeen. Daarbij zijn de gemiddelde slaagcijfers van ECM veel lager dan bij de autochtone studenten. Voor de deelname aan het Volwassenenonderwijs is het duidelijk dat er belangrijke drempels bestaan voor bepaalde groepen. Bij bepaalde allochtone gezinnen heerst er bijvoorbeeld een negatief beeld over de kinderopvang. Het is ook bekend dat de kansen op de arbeidsmarkt voor ECM beperkter zijn. Meer in het bijzonder slagen allochtone schoolverlaters er moeilijk in aansluiting te vinden op de arbeidsmarkt. Niet zelden speelt een (verdoken) discriminatoire attitude vanwege sommige potentiële werkgever een rol .. Algemeen kan men daarna stellen dat de kwaliteit van de ingenomen jobs eerder laag is. Specifiek voor overheidsbetrekkingen bestaan er een aantal administratief-juridische drempels (bijv een taalexamen en in bepaalde gevallen de nationaliteitsvereiste). De stad Gent doet bijzondere inspanningen om in haar personeelsbeleid rekening te houden met de diversiteit van de Gentse bevolking. Voor acties die o.a. het aandeel allochtonen in het stadspersoneel proberen verhogen, verwijzen we naar de Beleidsnota Personeelsbeleid, Informatica en Administratieve Vereenvoudiging 2007-2012. Na de toetreding van 12 nieuwe EU-landen in 2004 en 2006 en het gedeeltelijk openstellen van de Belgische arbeidsmarkt voor knelpuntberoepen, kende Gent een instroom van Bulgaren en Slowaken. Zij kunnen echter maar in een beperkt aantal gevallen ondersteund worden door de VDAB. Mensen in onzekere verblijfsomstandigheden vormen de meest kwetsbare groep. Zonder uitkering of hulp van familie of vrienden zoeken zij hun toevlucht tot zwartwerk, waarbij de risico’s op uitbuiting toenemen. Een groeiend aantal mensen in onzekere verblijfssituaties heeft het moeilijk om een menswaardig bestaan op te bouwen, of zelfs de meest elementaire basisrechten gerealiseerd te zien. Onderwijs, opleiding en werk zijn belangrijke elementen in de verbetering van hun situatie.

Acties

Actie 8 : Het verder stimuleren van gelijke onderwijskansen

door:

- te zorgen voor een actieve bijdrage van de lokale welzijnsactoren aan de Lokale Overlegplatformen (LOP) Basis- en Secundair onderwijs én de werkgroepen van de Beleidsgroep Onderwijs Gent (BOG)

Resultaten Wijze en tijdstip van evaluatie actievoorstellen van de sociale sector worden besproken in onderwijskringen en uitgevoerd.

Jaarlijks overzicht van geagendeerde voorstellen vanuit de Werkgroep Onderwijs Gent.

- Jonge ouders en leerlingen meer te ondersteunen in hun relatie tot de school

Page 19: Beleidsnota ECD2009-2011

18

Resultaten Wijze en tijdstip van evaluatie Leerlingen kunnen ondersteuning krijgen bij naschools werk.

Jaarlijks overzicht van ondersteunde aanbodverstrekkers naschoolse begeleiding.

Er is samenwerking tussen de minderhedensector en initiatiefnemers van tutoring-projecten voor sociaal-economisch kwetsbare leerlingen

Jaarlijkse rapportage over de samenwerking obv verslagen van overleg

Ouders met kinderen in het kleuteronderwijs worden ondersteund via opvoedingsondersteuningsprojecten.

Jaarlijks: rapportage i.h.k.v. SF-beleidsovereenkomst (ING vzw).

Ouders en leerlingen kunnen info krijgen over hun rechten en plichten. (ander dan i.v.m. inschrijving)

Jaarlijks registratie van dienstverlening door de ID.

- scholen te ondersteunen in hun relatie tot de ouders én de buurt. Via het verder inzetten van brugfiguren en het verder uitbouwen van de ‘Brede School’ projecten worden ouders, school én buurt gemobiliseerd.

Resultaten Wijze en tijdstip van evaluatie Er worden brugfiguren ingezet in (basis)scholen met een aanzienlijke groep ouders en kinderen uit de kansengroepen, met als voornaamste opdracht de drempel in scholen voor ouders te verlagen.

Jaarlijkse rapportage van het functioneren van de brugfiguren.

De bestaande ‘Brede School’ projecten worden verder gezet en waar mogelijk worden nieuwe ’Brede School’ projecten gestart.

Jaarlijks overzicht van de Brede School projecten.

- leerlingen die het in het secundair onderwijs moeilijk hebben, te ondersteunen via flankerende projecten in het kader van het lokaal onderwijsbeleid - Resultaten Wijze en tijdstip van evaluatie In de bestaande projecten (on@break², Zorg voor jongeren en volwassenen met een gehavende schoolloopbaan of lage scholing, deeltijds@work) en in nieuwe projecten wordt voldoende rekening gehouden met de etnisch-culturele achtergrond van betrokken leerlingen

Rapportage over lokaal onderwijsbeleid.

- - de uitwerking van een project dat thuistaal op school een plaats geeft, als hefboom voor een betere ontwikkeling van de Nederlandse taal.

Resultaten Wijze en tijdstip van evaluatie Kinderen leren omgaan met het bestaan van andere thuistalen. Kinderen leren via thuistaal makkelijker het Nederlands aan.

Eind 2009: Evaluatierapport over het project ‘Thuistaal op school’ door Pedagogische Begeleidingsdienst.

- ondersteuning van acties en projecten die de deelname van ECM in het volwassenenonderwijs bevorderen. Meer in het bijzonder zullen de acties erop gericht zijn de drempels (en vooroordelen) met betrekking tot mobiliteit, kinderopvang en financiële kost weg te nemen.

Resultaten Wijze en tijdstip van evaluatie Er zijn promotie-, activerings- en toeleidingsactiviteiten voor ECM.

Jaarlijks overzicht van de ondernomen acties.

De deelname van ECM aan het volwassenenonderwijs wordt beter geregistreerd.

Tweejaarlijks overzicht van de registratie.

Page 20: Beleidsnota ECD2009-2011

19

- de ondersteuning van acties en projecten die de etnisch-culturele diversiteit in de kinderopvang bevorderen, meer bepaald in functie van het wegwerken van een belangrijke drempel naar volwassenenonderwijs, NT2-cursus of werk.

Resultaten Wijze en tijdstip van evaluatie Er is meer flexibele kinderopvang en deze wordt intensief gebruikt door ECM.

Analyse van centrale registratie van inschrijvingen & aanbod.

Er zijn acties die de positieve beeldvorming over kinderopvang verhogen bij ECM.

Jaarlijks overzicht van de ondernomen acties.

- ondersteuning van acties en projecten die de etnisch-culturele diversiteit in het hoger onderwijs bevorderen.

Resultaten Wijze en tijdstip van evaluatie Er is actieve samenwerking met Hogescholen en de Universiteit .

Jaarlijks overzicht van de ondernomen acties

- ondersteuning van projecten die gericht zijn op het dichten van de digitale kloof en het verhogen van de geletterdheid bij etnisch-culturele minderheden Resultaten Wijze en tijdstip van evaluatie In acties die gericht zijn op het wegwerken van computeranalfabetisme, worden ook ECM bereikt

Jaarlijks overzicht van het bereik van ondernomen acties

In het plan geletterdheid is er aandacht voor de problematiek van anderstalige analfabeten en andersgeletterden

Screening van het afgewerkte plan geletterdheid

Actie 9 : De instroom en de positie op de arbeidsmarkt verbeteren door:

- - De monitoring en effectbewaking van lokale opleidings- en werkgelegenheidsinitiatieven, meer bepaald voor werkzoekenden uit de groep ECM.

Resultaten Wijze en tijdstip van evaluatie Derdenorganisaties - opleidings- en werkgelegenheidsinitiatieven - verzamelen vergelijkbaar cijfermateriaal over ECM en subgroepen ervan.

Tweejaarlijks rapport over de cijfers.

Het cijfermateriaal over het bereik van de ECM en subgroepen ervan wordt onderzocht op het lokale niveau, voor zover dit materiaal beschikbaar is

Jaarlijkse analyse door de VDAB

Knelpunten in verband met het bereik van ECM en subgroepen worden besproken en aangepakt op overlegfora werkgelegenheid.

Jaarlijks overzicht.

Initiatieven/werkgroepen voor een beter bereik van ECM en subgroepen ervan, worden ondersteund

Jaarlijkse rapportage

- De opvolging en ondersteuning van lokale acties die de opwaartse mobiliteit van de werkende etnisch-culturele minderheden verbeteren.

Resultaten Wijze en tijdstip van evaluatie Het bereik van allochtonen in initiatieven voor loopbaanbegeleiding is toegenomen

Tweejaarlijks overzicht.

- Screening op etnisch-culturele criteria van de personeelssamenstelling van de Stad Gent, de lokale Politie Gent, stedelijk Onderwijs Gent en stadsverwante organisaties.

Resultaten Wijze en tijdstip van evaluatie De verhouding van werknemers van Jaarlijkse metingen.

Page 21: Beleidsnota ECD2009-2011

20

allochtone afkomst stijgt.

- het talent van jongeren meer kansen te geven op de arbeidsmarkt, mogelijke vooroordelen van werkgevers over de scholing van jonge allochtonen weg te werken, én jongeren te sensibiliseren tot het volgen van degelijke opleidingen. Meer in het bijzonder zullen wervende rolmodellen worden gebruikt van maatschappelijk succesvolle allochtonen.

Resultaten Wijze en tijdstip van evaluatie De uitvoering van het project Latent Talent (Gent, Stad in Werking)

Rapportage aan Managers van Diversiteit (vzw Gsiw-projecten)

Actie 10 : De kansarmoede bij de allochtone Gentenaars verminderen door:

- acties te stimuleren en te ondersteunen via de Stuurgroep van het Lokaal Sociaal Beleid.

Resultaten Wijze en tijdstip van evaluatie De partners in het AGORA-samenwerkingsverband participeren in acties van het Lokaal Sociaal Beleid.

Jaarlijks overzicht van deelname in de LSB-projecten.

Armoede bij allochtonen krijgt expliciete aandacht in acties in het kader van het Lokaal Sociaal Beleid in het algemeen, en via de cel Armoedebestrijding in het bijzonder.

Jaarlijks Actieplan LSB.

- cursussen ‘Samenleven en Oriëntatie’ aan te bieden voor mensen in onzekere verblijfssituaties

Resultaten Wijze en tijdstip van evaluatie Mensen in onzekere verblijfssituaties krijgen informatie over een aantal cruciale thema’s over het functioneren in de Gentse samenleving.

Verslaggeving i.h.k.v. de Beleidsovereenkomst met Intercultureel Netwerk Gent (ING vzw)

II.2.2 Open organisaties

Duiding Interculturalisering betekent een organisatie open stellen en toegankelijk maken voor etnisch-culturele minderheden, hen de best mogelijke dienstverlening proberen aan te bieden die rekening houdt met eventuele culturele verschillen. Deze processen zijn dus gericht op de organisatie als geheel (het beleid, het management), het personeelsbeleid (instroom, teamsamenstelling, competenties, VTO,…) de toegankelijkheid, de dienstverlening en de gehanteerde methodes (bijv. tolken). Interculturaliteit is breder dan enkel het ‘culturele’ aspect. Ook andere vormen van diversiteit (bijv. gender, sociale en economische verschillen) maken voorwerp uit van deze kwaliteitszorg.

Acties

Actie 11 : De toegankelijkheid tot de algemene dienstverlening verhogen door:

- de verdere uitbouw van het Contactpunt Integratie dat een brug vormt tussen cliënten en de dienstverlening van diverse diensten en organisaties, zodat cliënten sneller en beter de weg vinden naar de juiste dienstverlener.

Resultaten Wijze en tijdstip van evaluatie Personen die zich op het Administratief Jaarlijks aantal doorverwezen cliënten.

Page 22: Beleidsnota ECD2009-2011

21

Centrum aanbieden met een welzijnsprobleem, worden efficiënt doorverwezen naar de juiste voorzieningen.

- specifieke interculturaliseringsprocessen op te zetten met het OCMW, de CAW’s, en diverse stedelijke diensten. Er wordt daarbij voorzien in deskundige externe begeleiding die samen met de betreffende organisaties en hun medewerkers een consequent en realistisch actieplan uittekent en helpt uitvoeren.

Resultaten Wijze en tijdstip van evaluatie Het interculturaliseringsproces in het OCMW wordt verder gezet.

Jaarlijks kwalitatief rapport.

De interculturaliseringsprocessen in de Gentse CAWs worden ondersteund.

Jaarlijkse verslaggeving i.h.k.v. beleidsovereenkomsten (CAW’s Artevelde en Visserij)

Er wordt jaarlijks in minstens één stedelijke dienst een interculturaliseringsproces begeleid.

Jaarlijks kwalitatief rapport

- sociale tolken en vertalers beschikbaar te stellen, zodat dienst- en hulpverlenende organisaties hun anderstalige cliënten op evenwaardige wijze kunnen bedienen, zonder de stimuli tot het leren van het Nederlands weg te nemen.

Resultaten Wijze en tijdstip van evaluatie Het aanbod aan sociale tolken en vertalers wordt goed afgestemd op de vraag.

Jaarlijks overzicht van aantal tolkuren en vertaalde bladzijden. Rapportage i.h.k.v. de beleidsovereenkomst met TGV vzw.

- vorming ‘omgaan met etnisch-culturele diversiteit’ op maat te organiseren voor dienstverleners.

Resultaten Wijze en tijdstip van evaluatie Er zijn jaarlijks 4 basiscursussen, 2 verdiepingscursussen en 2 terugkomdagen voor stadspersoneel

Jaarplanning vorming. Evaluatieformulieren van de deelnemers.

Er zijn jaarlijks 2 basiscursussen, 1 verdiepingscursus en 2 terugkomdagen voor personeel van stadsverwante diensten.

Jaarplanning vorming Evaluatieformulieren van de deelnemers.

Actie 12 : De toegankelijkheid tot de gezondheidszorg verhogen door:

- de informatiedoorstroming omtrent gezondheid te verbeteren, via gerichte gezondheidsvoorlichting en opvoeding.

Resultaten Wijze en tijdstip van evaluatie Er zijn acties naar allochtone vrouwen toe bij preventiecampagnes van o.a. de Gezondheidsdienst.

Jaarlijks korte beschrijving van acties.

Er zijn acties naar allochtonen toe ivm het belang van gezonde levenswijze.

Jaarlijks korte beschrijving van acties.

- projecten te stimuleren die de interculturalisering van de psychische gezondheidsector beogen.

Resultaten Wijze en tijdstip van evaluatie Er is samenwerking met minstens één centrum met een kernopdracht in de geestelijke gezondheidszorg.

Jaarlijks kwalitatief rapport.

Page 23: Beleidsnota ECD2009-2011

22

Actie 13 : Categoriale initiatieven in de geestelijke gezondheidszorg ondersteunen

- projecten aan te moedigen die taboes en misvattingen over psychische gezondheidszorg aanpakken

Resultaten Wijze en tijdstip van evaluatie Er zijn acties die aspecten van geestelijke gezondheid bespreekbaar stellen. (bijv. dementie)

Jaarlijks overzicht van de activiteiten.

- acties te steunen rond drugpreventie en verslaafdenbegeleiding.

Resultaten Wijze en tijdstip van evaluatie er is een beter toegankelijk aanbod over drugpreventie en begeleiding.

Jaarlijks overzicht van ondersteunde initiatieven (De Eenmaking, MSOC, CAT) via het verslag over het Strategisch Veiligheidsplan.

II.2.3 Empowerment via inburgering.

Duiding De toeleiding naar inburgeringstrajecten is voor verbetering vatbaar, zowel voor volwassenen als voor minderjarigen. De zogeheten ‘rechthebbenden’ blijken niet altijd op de hoogte van de voordelen van een inburgeringstraject. Ondanks de samenwerking met het Huis van het Nederlands (i.v.m. de kinderopvang) stelt men nog vaak een gebrek aan opvangplaatsen vast. Bovendien kampt Kom-Pas nog steeds met een gebrek aan voldoende leslokalen. De inschrijvingen in de cursussen NT2 kenden de voorbije jaren een gestage stijging. Er zijn nu jaarlijks meer dan 9700 inschrijvingen in Gent. De wachtlijsten zijn de voorbije jaren weggewerkt. Het blijft evenwel een probleem dat een groot aantal cursisten niet doorstromen. Veel ex-cursisten hebben dus niet meer dan een basiskennis van het Nederlands. Sinds 01/01/08 dient iedere nieuwe huurder of kandidaat-huurder van sociale woningen in het Vlaamse gewest bereidheid aantonen tot het leren van het Nederlands. Verplichte inburgeraars dienen hun inburgeringbereidheid te bewijzen. Het Huis van het Nederlands en het Onthaalbureau evalueren de taal- en inburgeringsbereidheid.

Acties

Actie 14 : Bijdragen aan de uitvoering van het Vlaamse inburgeringbeleid door:

- het Onthaalbureau Gent (Kom-Pas) verder te ondersteunen, op vlak van infrastructuur, beleidsvoering en toeleiding van cliënteel.

Resultaten Wijze en tijdstip van evaluatie Er wordt infrastructuur ter beschikking gesteld van het Onthaalbureau.

Jaarlijks overzicht van de ter beschikking gestelde panden.

De Stad Gent participeert actief via verschillende kanalen aan de bestuursorganen van het Onthaalbureau.

Verslagen van de vergaderingen.

Er is een gerichte doorverwijzing vanuit de Dienst Bevolking naar het Onthaalbureau, in samenwerking met het Contactpunt.

Verslaggeving i.h.k.v. de Beleidsovereenkomst met Kom-Pas Gent vzw.

Er is een aanbod kinderopvang ifv deelname aan inburgeringsactiviteiten.

Jaarlijks overzicht van het specifieke aanbod en het gebruik ervan door inburgeraars.

Page 24: Beleidsnota ECD2009-2011

23

- Inburgerings- en participatietrajecten voor minderjarige nieuwkomers te ondersteunen. Meer bepaald wordt de aansluiting tussen enerzijds het Onthaalbureau en anderzijds het onderwijs – en het welzijnsveld versterkt.

Resultaten Wijze en tijdstip van evaluatie - Er is een goede toeleiding van

minderjarige nieuwkomers door het Onthaalbureau naar het basis- en secundair onderwijs.

- Er is een goede toeleiding van minderjarige nieuwkomers door het Onthaalbureau naar welzijns-, gezondheids- en socio-culturele voorzieningen.

- Personen met een buitenlands diploma worden door het Onthaalbureau ondersteund in de procedure van diplomavergelijking

Verslaggeving i.h.k.v. de beleidsovereenkomst met Kom-Pas Gent vzw.

- projecten te ondersteunen die de praktische kennis en het oefenen van het Nederlands

bevorderen.

Resultaten Wijze en tijdstip van evaluatie Er is een aanbod zomercursussen voor anderstalige minderjarigen door derden.

Jaarlijkse inventarisatie van initiatieven en hun programmatie

- niet verplichte (maar rechthebbende) inburgeraars te stimuleren van het inburgeringsaanbod

gebruik te maken.

Resultaten Wijze en tijdstip van evaluatie Er is een promotiecampagne, gericht op de rechthebbenden, om de voordelen van inburgering onder de aandacht te brengen

2010: verslag van de campagne & campagnemateriaal.

Actie 15 : Deelname aan de realisatie van het NT2-beleid door:

- ondersteuning van het aanbod NT2.

Resultaten Wijze en tijdstip van evaluatie Er is infrastructuur beschikbaar in functie van het NT2 aanbod.

Jaarlijks overzicht van ter beschikking gestelde infrastructuur of huursubsidie.

Er is een beurssysteem voor hoger geschoolde anderstaligen.

Jaarlijks aantal toegekende beurzen: verslaggeving i.h.k.v. de Beleidsovereenkomst met het Universitair Talencentrum.

- samenwerking met het Huis van het Nederlands Gent vzw.

Resultaten Wijze en tijdstip van evaluatie Er is actieve samenwerking tussen de stad en de niet-commerciële aanbodverstrekkers NT2

Jaarlijks verslagen van bestuursvergaderingen.

- stimulering en opvolging van de gezamenlijke acties en projecten van actoren op het NT2-terrein.

Resultaten Wijze en tijdstip van evaluatie Het NT2-beleidsplan - zoals opgemaakt door het NT2-overleg en goedgekeurd door de bestuursorganen van het Huis van het Nederlands - wordt uitgevoerd.

Jaarlijks beknopt kwalitatief rapport. Verslaggeving i.h.k.v. beleidsovereenkomst (Huis van het Nederlands Gent vzw).

Page 25: Beleidsnota ECD2009-2011

24

II.3 Evenredige inspraak en participatie

II.3.1 Beleidsparticipatie en inspraak als centrale doelstelling

Duiding De participatie van ECM aan diverse maatschappelijke domeinen (cultuur, politiek, ) zou beter kunnen. Vaak leven er echter (te) grote verwachtingen ten aanzien van allochtone organisaties op het vlak van representativiteit en expertise in functie van een efficiënte inspraak. De verschillende actoren die aan participatieprocessen deelnemen, hebben soms een uiteenlopende kijk op het gewenste verloop en resultaten. Leden van ECM betwijfelen wel eens het nut van de formele adviesorganen en participatieve initiatieven. De intenties omtrent beleidsparticipatie en inspraak zijn opgenomen in de beleidsnota AGORA 2008-2011, goedgekeurd door de AGORA-stuurgroep op 7 november 2007.

Acties

Actie 16 : Etnisch-culturele gemeenschappen worden actief betrokken bij het lokale beleid door:

- ECM te stimuleren actief deel te nemen aan debatten, overleg en/of samenwerking met de lokale overheid en/of met lokale middenveldorganisaties.

Resultaten Wijze en tijdstip van evaluatie Er is minstens één maal per jaar een debat over maatschappelijke thema’s tussen vertegenwoordigers van etnisch culturele gemeenschappen en de lokale overheid en/of lokale middenveldorganisaties

Programma van het debat in Jaarrapport AGORA

- het opnemen van vertegenwoordiging in inspraak-, advies- en overlegorganen van diensten en organisaties.

Resultaten Wijze en tijdstip van evaluatie Er is een vertegenwoordiging van ECM in minstens volgende adviesraden en overlegorganen: Seniorenraad, Beleidsgroep Gent stad in werking, Circa (cultuurcentrum), Cultuurraad, Jeugdraad, Preventieraad, stuurgroep Lokaal Sociaal Beleid, Sportraad, LOP.

Jaarrapport AGORA

- het formuleren van gedragen adviezen, hetzij op vraag van de (stedelijke) overheid, hetzij op eigen initiatief.

Resultaten Wijze en tijdstip van evaluatie Een afsprakennota tussen AGORA en de stedelijke overheid legt de modaliteiten van advies vast. AGORA ontwikkelt en begeleidt aangepaste inspraak- en adviestrajecten.

Jaarrapport AGORA

- het deelnemen aan bovenlokale, sublokale, thematische of sectorale inspraakinitiatieven.

Resultaten Wijze en tijdstip van evaluatie In de acties van de Gebiedsgerichte Werking is er voortdurende aandacht voor

Overzicht van deelname aan wijkgerichte inspraakinitiatieven door GGW

Page 26: Beleidsnota ECD2009-2011

25

het bereiken van allochtonen. In het kader van “moeilijk bereikbare doelgroepen” is er samenwerking tussen de stad en organisaties die de ondersteuning van bewonersinspraak tot kernopdracht hebben.

Verslaggeving i.h.k.v. eventuele beleidsovereenkomst

Vertegenwoordigers van etnisch-culturele gemeenschappen participeren in minimaal één inspraakinitiatief (andere dan hierboven genoemde).

Jaarrapport AGORA

II.3.2 Agora als instrument voor participatie van ECM

Duiding Met AGORA slaan het Gentse stadsbestuur, het OCMW, de federaties van zelforganisaties, het opbouwwerk en Intercultureel Netwerk Gent vzw de handen in elkaar om de Gentse etnisch-culturele gemeenschappen dichter te betrekken op het stedelijke gebeuren. Informatie-uitwisseling is daarbij voor alle betrokkenen van het grootste belang. Ook hier verwijzen we naar de beleidsnota AGORA 2008-2011.

Acties

Actie 17 : Het Gentse allochtone middenveld wordt goed ondersteund door:

- het verstrekken van advies, ondersteuning en vorming op het vlak van organisatieontwikkeling. - Resultaten Wijze en tijdstip van evaluatie Een overzicht van het ondersteuningsaanbod voor Gentse allochtone middenveldorganisaties is beschikbaar en wordt permanent geactualiseerd. Elke gefedereerde of erkende Gentse allochtone middenveldorganisatie heeft een performant aanspreekpunt voor ondersteuning. Elke federatie van zelforganisaties realiseert daartoe een eigen actieplan.

Jaarrapport AGORA. Verslaggeving i.h.k.v. de Beleidsovereenkomsten (landelijke verenigingen van zelforganisaties)

- hun bestaan, activiteiten en projecten te laten bekendmaken of promoten door AGORA.

Resultaten Wijze en tijdstip van evaluatie De activiteiten van Gentse allochtone middenveldorganisaties worden aangekondigd via de website van AGORA.

Website AGORA

Minimaal om de drie jaar wordt het Gentse allochtone middenveld in een publiek evenement aan het brede publiek voorgesteld.

Programma en evaluatie van het eerste evenement.

Actie 18 : De samenwerking tussen verschillende etnisch-culturele gemeenschappen en hun organisaties stimuleren

door:

Page 27: Beleidsnota ECD2009-2011

26

- experimentele of vernieuwende projecten te ondersteunen die de kwaliteit van het samenleven in etnisch culturele diversiteit verhogen. Agora wil de gangmaker zijn van projecten die de kwaliteit van het leven in etnisch-culturele diversiteit verhogen. Het is de bedoeling dat partnerorganisaties van Agora, met minstens één ‘externe’ dienst of organisatie projecten lanceren (zie ook Actie 7).

Resultaten Wijze en tijdstip van evaluatie Er is een degelijke omkadering voor het beheer van netwerkproject-middelen in het kader van AGORA.

Reglement, samenstelling beoordelingscommissie, afrekening van de Beleidsovereenkomst (vzw BAAB).

Er zijn jaarlijks minstens 5 netwerkprojecten, volgens de betreffende reglementering.

Voortgangs- en eindrapportage aan de stuurgroep AGORA.

II.4 Gelijke rechten en plichten

II.4.1 Verblijf en nationaliteit

Duiding De kennis van lokale voorzieningen en de etnisch-culturele minderheden zelf over het verblijfs- en het nationaliteitsstatuut is ontoereikend door de continu wijzigende wetgeving en wijzigende subdoelgroepen. Voorst blijkt ook dat operationele knelpunten (met betrekking tot verblijfs- en nationaliteitsprocedures en hun rechtsgeldigheid) onvoldoende worden gesignaleerd. Het aanbod aan toegankelijke en kwaliteitsvolle juridische bijstand met betrekking tot het verblijfs- en het nationaliteitsstatuut, in het bijzonder vanuit de advocatuur, is beperkt. Er is het fenomeen van de pseudo-legale migratie (bv. door schijnhuwelijk). Uiteraard zijn er kruisverbanden tussen onderstaande acties en de beleidsnota Burgerzaken 2008-2012. In het bijzonder voor acties rond huisjesmelkerij kan ook verwezen worden naar de beleidsnota Wonen 2007-2012.

Acties

Actie 19 : De ondersteuning van (para)juridische3 actoren in functie van de verhoging van administratieve toegankelijkheid voor etnisch-culturele minderheden

door:

- reguliere voorzieningen (Dienstencentra, OCMW, CAW’s, Politie, enz…) voldoende vertrouwd te maken met het verblijfs- en het nationaliteitsstatuut van etnisch-culturele minderheden.

Resultaten Wijze en tijdstip van evaluatie Er is vorming over het verblijfs- en nationaliteitsstatuut aan medewerkers van reguliere voorzieningen.

Jaarlijks overzicht van vormings- en deelnemersuren.

- de deskundigheid van de reguliere diensten betreffende het verblijfs- en het nationaliteitsstatuut van etnisch-culturele minderheden te versterken.

Resultaten Wijze en tijdstip van evaluatie

3 Met (para)juridische actoren bedoelen we zowel de juridische actoren (advocaten, magistratuur,…) en nevendiensten (bv. Dienst Burgerzaken, Justitiehuis), als welzijns- en andere actoren die door de aard van hun werking regelmatig met juridische materies geconfronteerd worden (CAW’s, vluchthuizen, sociale diensten van ziekenhuizen, VDAB, dienst studietoelagen,…).

Page 28: Beleidsnota ECD2009-2011

27

Reguliere voorzieningen krijgen tijdig informatie over actuele ontwikkelingen in de regelgeving ivm verblijfs- en nationaliteitsstatuut.

Overzicht van de juridische nieuwsbrieven.

Actie 20 : Monitoring en signalering van nieuwe evoluties en knelpunten m.b.t. verblijf en nationaliteit

door:

- proactief in te spelen op de evoluerende (migratie)realiteit en het daarop inspelende beleid, en signalen vanuit het werkterrein te vertalen naar beleidsmakers en –uitvoerders ter voorbereiding, uitvoering en evaluatie van nieuwe beleidsmaatregelen.

Resultaten Wijze en tijdstip van evaluatie Organisatie van en deelname aan overleg met eerstelijnswerkers.

Bundeling van verslagen

- het verzamelen van feitenmateriaal betreffende de niet-naleving van het verblijfs- en nationaliteitsstatuut van etnisch-culturele minderheden en het uitwerken van een manier om de correcte toepassing van het verblijfs- en nationaliteitsstatuut van de doelgroep zo snel mogelijk te realiseren.

Resultaten Wijze en tijdstip van evaluatie Knelpunten i.v.m. de toepassing van het verblijfs- en nationaliteitsstatuut worden permanent gesignaleerd, in afspraak met de “werkgroep Signalen” van het Lokaal Sociaal Beleid.

Het overzicht van gesignaleerde knelpunten met aanbevelingen terzake.

Actie 21 : Een steunpunt voor complexe dossiers in functie van de verhoging van de administratieve toegankelijkheid voor etnisch-culturele minderheden.

door:

- te voorzien in een brede eerstelijns dienstverlening met betrekking tot het verblijfs- en het nationaliteitsstatuut bij reguliere voorzieningen.

Resultaten Wijze en tijdstip van evaluatie Advocaten krijgen tijdig grondige informatie over actuele ontwikkelingen in de regelgeving i.v.m. verblijfs- en nationaliteitsstatuut.

Overzicht van juridische nieuwsbrieven. Overzicht van praktijkgerichte handleidingen.

Advocaten krijgen gerichte opleiding / bijscholing over Vreemdelingenrecht.

2009: het vak Vreemdelingenrecht is geïntroduceerd aan de UGent 2009: Er is een vormingscyclus Vreemdelingenrecht aan de Gentse balie

Burgers krijgen informatie over verblijfs- en nationaliteitsstatuut en/of terugkeermogelijkheden.

- Overzicht van informatiefolders en hun verspreiding

- Overzicht van informatiesessies

- een specifieke, casuïstische tweede- en derdelijns dienstverlening met betrekking tot het verblijfs- en het nationaliteitsstatuut te continueren ten behoeve van reguliere voorzieningen.

Resultaten Wijze en tijdstip van evaluatie Medewerkers van reguliere voorzieningen worden ondersteund in hun dienstverlening m.b.t. het verblijfs- en nationaliteitsstatuut.

Registratie aantal dossiers waarin tweedelijnsondersteuning geboden is

Actie 22 : Aandacht voor het mogelijk oneigenlijke gebruik van verblijfs- en nationaliteitsprocedures en situaties van mensenhandel en -smokkel.

Page 29: Beleidsnota ECD2009-2011

28

door: - inventarisering en analyse van cijfermateriaal m.b.t. schijnhuwelijken.

Resultaten Wijze en tijdstip van evaluatie Er is een objectief beeld over de omvang en evolutie van het fenomeen schijnhuwelijken.

Analyserapport in 2010.

- administratieve en/of gerechtelijke acties m.b.t. mensenhandel/smokkel en huisjesmelkerij.

Resultaten Wijze en tijdstip van evaluatie Effectieve vaststellingen van mensenhandel/smokkel worden systematisch aangepakt met respect voor de slachtoffers.

Jaarverslag van de politie.

effectieve vaststellingen van huisjesmelkerij worden systematisch aangepakt met respect voor de slachtoffers

Jaarverslag van de politie.

- knelpunten te signaleren aan lokale en hogere overheden

Resultaten Wijze en tijdstip van evaluatie Signalen worden formeel doorgegeven vanuit de Gentse administratie aan het eigen bestuur. Signalen worden doorgegeven vanuit het lokale bestuur aan de bevoegde hogere (Vlaamse of federale) overheid.

Jaarlijks overzicht van gesignaleerde knelpunten én de kanalen via dewelke het signaal werd doorgegeven.

II.4.2 Antidiscriminatie

Duiding Uit een onderzoek van het European Fundamental Rights Agency (FRA) blijkt dat Belgen veel minder positief staan tegenover minderheidsgroepen en vreemdelingen dan het Europese gemiddelde. Vooral gepensioneerden en ouderen met een laag inkomen staan het minst positief. Bijna 40% van de ingediende dossiers bij het Centrum voor Gelijkheid van Kansen en voor Racismebestrijding (CGKR) in 2006 betreft meldingen of discriminaties op basis van zogenaamd ras, huidskleur, afkomst, nationale of etnische afstamming. De meldingen rond ‘werkgelegenheid’, ‘media’, ‘internet’, ‘propaganda’ en ‘maatschappelijk leven’ zijn gestegen. Die over ‘openbare diensten’, ‘onderwijs’ en ‘huisvesting’ zijn gedaald. In het geval van slagen en verwondingen stelt het CGKR een sterke toename vast van gratuit geweld, waarbij de daders steeds jonger worden. Het Meldpunt Discriminatie van de Stad Gent behandelde in de periode 1/10/06 – 15/09/07 26 raciale klachten. Algemeen wordt aangenomen dat het aantal geregistreerde meldingen slechts een fractie betreft van het werkelijke aantal discriminatiegevallen. De aangiftebereidheid bij de slachtoffers is vaak beperkt, en vele slachtoffers hebben vragen bij de zin van het indienen van dergelijke meldingen. Het Meldpunt vangt regelmatig signalen op over racisme in het Gentse uitgaansleven. Deze signalen gaven aan dat het aantal ingediende klachten geen trouw beeld geeft van het werkelijke probleem. De aangiftebereidheid van de betrokken jongeren is ook hier klein. Praktijktests en onderzoeken naar het selectiegedrag bij werkgevers tonen aan dat bij gelijke kwalificaties de kandidaten voor een tewerkstelling van buitenlandse afkomst vaker worden geweigerd dan hun collega’s van Belgische afkomst. Men stelde vast dat de nationaliteit en het studie- en kwalificatieniveau amper een invloed hebben op dit fenomeen. Uit cijfers van het Steunpunt Ruimte en Wonen blijkt dat één op de vier eigenaars huurders van allochtone afkomst afwijst. Nog eens één op de drie vindt het niet prettig allochtone huurders te hebben, maar zou ze toch aanvaarden.

Page 30: Beleidsnota ECD2009-2011

29

Voor de werking van het Meldpunt Discriminatie verwijzen we naar de beleidsnota Diversiteit 2008-2013: “Gent gaat voluit voor gelijke kansen”.

Acties

Actie 23 : Het stimuleren van de implementatie van het duidelijke (bovenlokaal) rechtskader om discriminaties te bestrijden

door: - de organisatie van een Meldpunt Discriminatie dat instaat voor een grotere beschikbaarheid van

kwantitatieve en kwalitatieve gegevens, sensibiliseringsacties uitzet en de kwalitatieve afhandeling van klachten opvolgt

Resultaten Wijze en tijdstip van evaluatie Individuele klachten i.v.m. discriminatie op grond van een zogenaamd ras, huidskleur, afkomst of nationale of etnische afstamming, worden goed en binnen een redelijke termijn opgevolgd.

Jaarlijks rapport van het Meldpunt Discriminatie.

- het lokaal bestuurlijk instrumentarium maximaal te benutten om discriminatie in het uitgaansleven

tegen te gaan.

Resultaten Wijze en tijdstip van evaluatie Er is een politiereglement i.v.m. discriminatoir deurbeleid dat consequent wordt toegepast.

Jaarlijkse analyse van klachten over discriminerende toegangsweigering.

Actie 24 : Permanente sensibilisering omtrent het belang van racismebestrijding (stadsintern en extern)

door:

- de uitvoering van het Gents actieplan tegen racisme in het kader van het UNESCO-initiatief ‘European Coalition of Cities Against Racism’ (ECCAR)

Resultaten Wijze en tijdstip van evaluatie Het Gents actieplan wordt uitgevoerd en tweejaarlijks bijgestuurd.

Een aangepast actieplan tegen 2009.

- voortrekker te zijn in Vlaanderen voor ECCAR (in samenwerking met Luik in Wallonië)

Resultaten Wijze en tijdstip van evaluatie Er is een Vlaams netwerk van steden die tot de coalitie toetreden door middel van een actieplan tegen racisme

Tweejaarlijks beknopt kwalitatief rapport (eerste in 2009).

Page 31: Beleidsnota ECD2009-2011

30

Lijst van bijlagen 1. Overzicht inspraak & overleg met diensten 2. Advies van het lokaal integratiecentrum 3. Advies van vertegenwoordigers van de doelgroepen 4. Samenwerkingsovereenkomst tussen het stadsbestuur van Gent en de vzw “Intercultureel

Netwerk Gent, ING” in het kader van het decreet inzake het Vlaamse beleid ten aanzien van etnisch-culturele minderheden

5. Verbintenis van het stadsbestuur om het toegekende personeel ook werkelijk in dienst te nemen 6 maand na het afsluiten van de overeenkomst

6. Verbintenis van het stadsbestuur tot een tegemoetkoming van minimaal één derde van de kosten 7. Interne organisatiestructuur 8. Gemeenteraadsbeslissing waarmee goedkeuring wordt gehecht aan het gemeentelijk beleidsplan

Page 32: Beleidsnota ECD2009-2011

31

BIJLAGE 1: OVERZICHT VAN DE INSPRAAK VAN PARTNERS EN DOELGROEPEN, EN HET OVERLEG MET DIENSTEN. In het proces van beleidsvoorbereiding heeft de Integratiedienst versies van het beleidsplan besproken volgens volgend schema:

Wanneer? Wie? Wat? 03/09/07 stadsdienstenoverleg Voorstelling werkwijze 26/05/08 stadsdienstenoverleg Bespreking ontwerp 27/05/08 Directieteam Bevolking & Welzijn Bespreking ontwerp 27/05/08 AGORA Presentatie ontwerp 30/05/08 Partnerorganisaties (Gentse Tolk-

en Vertaalservice vzw, Kom-Pas Gent vzw, Huis van het Nederlands Gent vzw, De Kraankinders vzw, de CAW’s Artevelde en Visserij, vzw JONG)

Rondvraag met betrekking tot ontwerp

10/06/08 AGORA Bespreking adviezen 12/06/08 ING Officieel advies

Daarna volgde de officiële besluitvormingsprocedure. Daarnaast was er op verschillende vlakken en tijdstippen overleg tussen medewerkers van de Integratiedienst en medewerkers van andere stedelijke diensten en externe actoren.

Page 33: Beleidsnota ECD2009-2011

32

BIJLAGE 2: ADVIES VAN HET LOKAAL INTEGRATIECENTRUMINTERCULTUREEL NETWERK GENT V.Z.W.

Advies van Intercultureel Netwerk Gent vzw op Anders kan ook samen. Het Gents beleidsplan etnisch-culturele diversiteit 2009-2011 De Raad van Bestuur van Intercultureel Netwerk Gent vzw heeft op de zitting van 12 juni 2008 het Gents beleidsplan etnisch-culturele diversiteit 2009-2011 besproken en brengt hierover positief advies uit. Hieronder volgen onze bemerkingen. Algemeen De procedure voor de totstandkoming van het Gents beleidsplan etnisch-culturele diversiteit is deze keer anders verlopen. Er was deze keer geen klankbordgroep waardoor de inbreng van Intercultureel Netwerk Gent vzw zich dit keer beperkte tot het lezen en advies geven op het beleidsplan. Het beleidsplan van de stad Gent en het meerjarenplan van Intercultureel Netwerk Gent vzw liggen in dezelfde richting. Aandachtspunt naar de komende jaren is dat een eerdere afstemming, op vlak van visie en missie, nuttig kan zijn (voorontwerpbesprekingen). Gelukkig kennen beide diensten elkaar goed, oa. via het structureel overleg ID-ING. We stellen vast dat Intercultureel Netwerk Gent vzw soms wordt benoemd en soms niet, dit is niet consequent. De uitgangspunten met de drie duidelijke krijtlijnen bieden een goed en duidelijk kader, de krijtlijnen getuigen van duidelijke én werkbare keuzes. We merken op dat het belangrijk is deze keuzes ook in de praktijk waar te maken! (cfr. hoofddoekenverbod) Af en toe krijgen we de indruk dat er vanuit de omgevingsanalyse delen in het beleidsplan geplakt zijn waardoor de inhoud ervan niet volledig is en daardoor onduidelijk. Overzicht opmerkingen Deel I: Uitgangspunten Pagina 10, 3de alinea: het belang van het werken aan sociale cohesie komt niet sterk tot uiting in deze alinea, is dat niet meer dan acties organiseren voor een gemengd publiek die leiden tot een betere kennis van elkaar? Pagina 11, 5de alinea: “In bepaalde gevallen kan een politiek van positieve actie noodzakelijk blijken.” Het is goed dat dit benoemd wordt, maar wij hadden het liever verwoord als noodzakelijke inhaalbeweging ten aanzien van wie al achtergesteld was (‘tekort gedaan werd’).

Page 34: Beleidsnota ECD2009-2011

33

Pagina 11, I.3.2. Open organisaties, voorlaatste alinea Deze alinea zou kunnen geïnterpreteerd worden als excuus om geen categoriale initiatieven op te starten terwijl deze nodig zullen blijven. Het moet duidelijk zijn dat het de verantwoordelijkheid is van de organisatie zelf om het hoofd te bieden aan de etnisch-culturele diversiteit. Een open organisatie is een organisatie die inclusief werkt en ervoor kiest om waar nodig ook categoriaal te werken, al dan niet in samenwerking met andere partners, zoals Intercultureel Netwerk Gent vzw. Pagina 13, I.5.1. Verblijf en nationaliteit Er worden twee voorbeelden aangehaald? Waarom deze voorbeelden en wat is daarvan de bedoeling? Dit is louter een vaststelling. Het zou goed zijn te vermelden wat het streven van de stad m.b.t. deze problematieken is. Wat wil de stad/de Integratiedienst doen? Eventueel ook verwijzen naar de wettelijke beperkingen. Overzicht opmerkingen Deel II: Acties Algemeen: qua lay-out is het voor ons niet altijd even duidelijk wat de strategische en operationele doelen zijn. Bij de acties beter werken met Actie 1.a. enzovoort in plaats van met streepjes. Pagina 14, II.1.1. Sociale cohesie: alle Gentenaars zijn met elkaar en met de Stad verbonden. Jammer dat er bij de duiding in plaats van over alle Gentenaars alleen nog maar gesproken wordt over kansarme Gentenaars. Pagina 14, Actie 1, 2de streepje, Wijze en tijdstip van evaluatie: “Samenwerking met partners in de wijken” toevoegen Pagina 16, Actie 6, 1ste streepje: Wat gebeurt er met de opgevangen en gebundelde signalen? Hoe worden die teruggekoppeld en naar wie? Pagina 17, Duiding In de duiding vermelden dat het interessant is om met verschillende partners samen te werken rond beeldvorming (vanuit het samen-sterk-principe). Pagina 18, Duiding, 2de alinea: informeren en sensibiliseren van ouders is heel belangrijk. Maar om het geheel van geweigerde allochtone kinderen hieraan toe te schrijven lijkt ons een éénzijdige conclusie. Op die manier wordt alle ‘schuld’ bij de ECM-ouders gelegd. Meer duiding over andere factoren zoals discriminatie. Pagina 19, Actie 8: wij mankeren hier acties naar onderwijs? Waar zit het interculturaliseringsluik? De vormingen aan scholen bijvoorbeeld kunnen hier toch benoemd worden? Pagina 22, 2de streepje: waarom wordt enkel dit vormingsaanbod expliciet vermeld in het beleidsplan? Pagina 25, Actie 17: Het Gentse allochtone middenveld wordt goed ondersteund. Wat is ‘goed’ ondersteunen? Pagina 27, Actie 19, 2de streepje: door het gebruik van het woord ‘consolideren’ lijkt het alsof de reguliere diensten nu al volledig vertrouwd zijn met het verblijfs- en nationaliteitsstatuut.

Page 35: Beleidsnota ECD2009-2011

34

Opmerkingen omgevingsanalyse In het algemeen vinden we de lay-out niet zo duidelijk. De verschillende hoofdstukken zijn niet altijd op het eerste zicht te onderscheiden. Er staan ook zeer weinig Gentse cijfers in, behalve dan in het luik demografie. De conclusies zijn niet altijd helder, ze staan dikwijls tussendoor benoemd waardoor het moeilijk lezen is. Graag Intercultureel Netwerk Gent vzw voluit of ING vzw. p. 24: bij de uitleg over ING vzw de eerste zin herformuleren als volgt: Intercultureel Netwerk Gent (ING vzw) is in het kader van het minderhedendecreet erkend als lokaal integratiecentrum voor Gent. De werkingen van het integratiecentrum en de integratiedienst zijn complementair aan elkaar en op elkaar afgestemd. Laatste zin herformuleren als volgt: ING vzw engageert zich in de volgende thema’s: interculturalisering en vorming, opvoedingsondersteuning en onderwijs, sociale cohesie en mensen zonder papieren. p. 28, I.2.2.3. Overlast Het project De Kiosk van Intercultureel Netwerk Gent vzw en Samenlevingsopbouw Gent vzw kan hiervoor als voorbeeld benoemd worden. p. 53: zelfde opmerking als in het beleidsplan wat betreft de factoren van geweigerde allochtone kinderen in het onderwijs. p. 56: er wordt gesproken over het aantal deelnemers en deelnemersuren van de vormingen over etnisch-culturele diversiteit. Wat zijn hiervan de effecten? Waar is de kritische analyse over het omgaan met etnisch-culturele diversiteit binnen onderwijs? De prioriteit voor vormingen wordt gelegd op het lerarenkorps. Het zou goed zijn te verduidelijken vanuit welke visie deze keuze wordt gemaakt. p. 58: Het CLB werkt samen met de Integratiedienst rond de begeleiding van leerlingen van allochtone afkomst: bestaan hierover cijfers, over welk soort cases gaat dit en wat blijkt daaruit? p. 58: bij ‘communicatie’ wordt gesproken over het charter en het feit dat heel veel scholen dit ondertekend hebben. De praktijk blijkt echter niet altijd te kloppen met de voornemens uit het charter. p. 58: bij ‘discriminatie bestrijden’ de noodzaak aan een meldpunt onderwijs benoemen gezien de meldingen die binnenkomen bij de onderwijsmedewerkers van de Integratiedienst en de ondersteuners van het LOP. Deze meldingen worden hier niet aangehaald. p. 59: Wat zijn de conclusies rond doorstroming naar hoger onderwijs en werk? p. 60: Wat is de rol van de Integratiedienst bij werk en onderwijs? Zijn er cijfers vanuit het team? p. 64: Het stuk over volwassenenonderwijs is heel algemeen. Bestaan er cijfers over Gent? Wat zijn de conclusies? Wat betreft de randvoorwaarden blijft alles heel vaag. We stellen voor hier te refereren naar het drempelonderzoek NT2. p. 65: “Ook overlappingen en hiaten in het regionaal aanbod zullen worden weggewerkt.” Door wie? p. 73, I.3.2.3.1. OCMW Gent De samenwerking van Intercultureel Netwerk Gent vzw met de twee lokale dienstencentra (De Thuishaven en De Horizon) vermelden.

Page 36: Beleidsnota ECD2009-2011

35

p. 75, I.3.2.4. Diversiteitsbeleid in andere welzijnsinstellingen Intercultureel Netwerk Gent vzw wordt niet genoemd terwijl wij ook een samenwerking hebben met CAW Artevelde en CAW Visserij. Bijvoorbeeld het organiseren van een bevraging vanuit cliëntperspectief (zie laatste alinea) is één van onze acties geweest.

Page 37: Beleidsnota ECD2009-2011

BIJLAGE 3: ADVIES VAN DE DOELGROEPEN VIA AGORA

open(t) ruimte voor inspraak en participatie

Advies n.a.v. het ‘Gents beleidsplan etnisch culturele diversiteit 2009-2011’ Vraagstelling

Op vraag van de Schepen van Milieu en Sociale Zaken formuleren de leden van AGORA hun advies bij het ontwerp van beleidsplan etnisch-culturele diversiteit 2009-2011.

De stuurgroep van AGORA formuleert zelf geen adviezen maar stippelt op maat trajecten uit die tot een advies leiden. Een traject bepaalt de wijze waarop een advies tot stand komt en legt de timing vast. De Integratiedienst levert de ondersteuning voor de coördinatie en de uitvoering van dit traject.

Traject - Op 22 mei 2008 besliste het college van Burgemeester en Schepenen het ontwerp van beleidsplan etnisch-culturele diversiteit 2009-2011 ‘Anders kan ook samen’ voor advies voor te leggen aan het stadsdienstenoverleg, de vzw Intercultureel Netwerk Gent en de partners van AGORA.

- Op 27/05/08 gaf de medewerker planning van de Integratiedienst een extra toelichting bij het beleidsplan.

- Tussen 27/05 en 10/06 hebben de partnerorganisaties Federatie van Zelforganisaties in Vlaanderen vzw, Federatie van Vooruitstrevende Verenigingen vzw, Vereniging voor Ontwikkeling en Emancipatie van Moslims vzw, Federatie van Marokkaanse Verenigingen vzw, OCMW en Samenlevingsopbouw Gent vzw, al dan niet onafhankelijk van elkaar, eigen standpunten bepaald.

- Op 10/06, om 14u, één uur voor de start van de stuurgroepvergadering Agora, hebben deze partnerorganisaties hun adviezen en standpunten mondeling besproken.

- Deze standpunten zijn verwerkt in onderstaande tekst die door de vermelde

partnerorganisaties wordt onderschreven. - ING vzw formuleert apart een advies, conform de bepalingen van het

minderhedendecreet.

Opmaak beleidsplan De partners van Agora betreuren dat er in 2007 geen volledige evaluatie gemaakt werd van het huidige beleidsplan. Al dan niet gehaalde doelstellingen kunnen immers een belangrijke aanzet betekenen voor het schrijven van een komend meerjarenplan. Agora heeft hier zeker een rol in te vervullen en wil die in de toekomst meer waarmaken.

Page 38: Beleidsnota ECD2009-2011

37

Het beleidsplan in zijn geheel

De titel “Anders kan ook samen” valt in goede smaak. Steeds meer en meer zijn diverse partners in het Gentse werkveld afzonderlijk EN in samenwerkingsverbanden actief op het terrein van etnisch culturele diversiteit. In het plan wordt dit benadrukt, waardoor een appreciatie van de inspanningen van allen wordt uitgesproken en dus niet enkel van de stadsdiensten.

Deel I van het beleidsplan (De uitgangspunten) is een goede tekst met de nodige klemtonen en nuances.

Hoewel het plan vlot leest en kernachtig geformuleerd is, betreuren de partners de sterk ingekorte versie. Dit wijst er enerzijds op dat een aantal maatregelen ten behoeve van etnisch culturele minderheden geïntegreerd zijn in andere beleidsplannen zoals jeugd, cultuur- en/of onderwijsbeleidsplan, wat de partners toejuichen. Anderzijds zou het van een duidelijker beleidvoering getuigen indien die maatregelen die binnen andere beleidsdomeinen gelden gebundeld worden binnen dit beleidsplan. Een totaaloverzicht, samen met meetbare resultaten, zou dit beleidsplan een grote meerwaarde bezorgen.

Door het bovenvermelde feit dat inspanningen naar etnisch culturele minderheden ‘verspreid’ zitten over meerdere beleidsplannen, komen sommige domeinen/thema’s weinig aan bod in dit plan bijv. jeugd, inspanningen op vlak van welzijn. Het al dan niet ontbreken van specifieke maatregelen wordt hierdoor onzichtbaar.

Sommige acties zijn onvoldoende SMART geformuleerd en bijgevolg niet of onvoldoende meetbaar, wat een evaluatie later moeilijk maakt.

De omgevingsanalyse blijkt een waardevol document bij het lezen van het beleidsplan. Vele algemene zaken zijn immers duidelijker als je er de analyse bijneemt. Dit wordt niet voldoende benadrukt in het plan.

Inhoudelijke adviezen bij een aantal acties Actie 1: ‘De onderlinge verbondenheid tussen de Gentenaars versterken’

Met betrekking tot activiteiten in de wijken: een sterke manier om programmatoren te stimuleren om ECM aan te trekken en etnisch culturele diversiteit aan bod te laten komen, is het criterium ‘etnisch culturele diversiteit’ op te nemen in de reglementering van ‘Wijk aan Zet’. Voorts moet er niet zozeer de nadruk gelegd worden op ‘aandacht’ voor etnisch culturele diversiteit, als wel op samenwerking mét etnisch culturele minderheden.

Een belangrijk aandachtspunt bij het werken aan onderlinge verbondenheid blijft het voorzien van voldoende en toegankelijke ontmoetingsruimtes. Die toegankelijkheid wordt best zo breed mogelijk gehanteerd. Concreet stellen een aantal partners zich de vraag of activiteiten die zich enkel op vrouwen richten of een godsdienstige inslag hebben, hiervan kunnen worden uitgesloten.

Actie 2: ‘De leefbaarheid in de Gentse volkswijken verhogen’

Binnen actie 2 wordt leefbaarheid gereduceerd tot preventie van zwerfvuil, beheersen van afvalproblematiek en buurtgebonden overlast. Het zou van een positiever beeld getuigen indien ook de competenties van mensen en buurten/wijken concreet ondersteund en aangeboord werden (zoals verwoord in deel I van het beleidsplan onder 1.3.1). Hier merken we een spijtige discrepantie tussen de uitgangspunten van het beleidsplan en de concrete vertaling ervan.

CDF vzw stelt zich vragen bij ‘het mobiliseren van sleutelfiguren van ECM met betrekking tot buurtgebonden overlast’. Is het bijv. de taak van een imam om te bemiddelen bij samenlevingsproblemen? Is de moskee de meest geschikte partner in de bestrijding van buurtgebonden overlast?

Actie 3: ‘Gerichte acties naar bijzondere doelgroepen (in het kader van het Strategisch Veiligheids- en Preventieplan)’

Het is positief dat er gerichte acties zijn voor specifieke doelgroepen. Deze extra aandacht

is veelal heel noodzakelijk. De doelgroep ‘mensen zonder wettig verblijf’ wordt echter enkel genoemd i.v.m. de cursussen ‘Samenleven en Oriëntatie’ van ING (actie 10). In het Lokaal Sociaal Beleid is er ook aandacht voor deze doelgroep onder actie 1 ‘Dak- en

Page 39: Beleidsnota ECD2009-2011

38

thuislozen hebben overdag en ’s nachts een behoorlijk onderdak’. De vraag rest of deze maatregelen voldoende zijn en voldoende structureel zijn ingebed. Zoals geweten is deze groep mensen bijzonder kwetsbaar in onze maatschappij. Ten aanzien van de grondrechten onderwijs en gezondheidszorg hebben zij wel een aantal rechten verkregen. Op het vlak van wonen en arbeid situeren zich echter de meeste misbruiken. De erkenning en benoeming van deze problematiek in het beleidsplan zou een eerste stap kunnen zijn in de richting van een aantal structurele maatregelen.

Actie 4: ‘Het begeleiden van de samenspraak met de allochtone gemeenschappen rond levensbeschouwelijke dossiers’

Gent telt verschillende levensbeschouwingen en het is belangrijk dat de stad overleg stimuleert en faciliteert met en tussen elk van hen. Dit is belangrijk om te weten wat er leeft binnen de verschillende gemeenschappen en om de vinger aan de pols te houden wat betreft ‘levensbeschouwelijke dossiers’. Interlevensbeschouwelijk overleg op regelmatige tijdstippen laat toe om tijdig en met de juiste partners bepaalde dossiers te behandelen.

Actie 6: ‘De kwaliteit van het samenleven en het veiligheidsgevoel van alle Gentenaars verhogen’

Omtrent het veiligheidsgevoel van de Gentenaar mag ook gesteld worden dat de Gentenaar zich alsmaar veiliger voelt. In de periode 2001-2002 voelde 1 op 7 Gentenaars zich niet veilig, in de periode 2004-2005 daalde dit tot 1 op 10. Dit lijkt een resultaat van het beleid van afgelopen periode, dat gerust wat meer ‘in the picture’ mag komen.

Naast het anticiperen op problemen, zou het beleid ook de keuze moeten maken om te werken vanuit ‘potenties’ van mensen. Het stimuleren van kleinschalige en verdiepende interculturele ontmoeting kan o.a. bewerkstelligd worden via de netwerkprojecten van Agora of het Stedelijk Buurtwerk. Het opzetten van projecten en processen die aanzetten tot dialoog en interactie, erkenning en verbinding, om tot groter engagement en tevredenheid te komen in de buurten, verdient de nodige beleidsaandacht en ondersteuning.

Actie 7: ‘Een gemeenschappelijk forum creëren op vlak van media en communicatie’

Het organiseren van ‘stadsgesprekken’ wordt aangehaald als één van de acties op het vlak van communicatie met betrekking tot het beleid ten aanzien van etnisch culturele diversiteit. De partners zijn vragende partij om meer duiding te geven bij wat bedoeld wordt onder ‘stadsgesprekken’.

Het uitreiken van een Samenlevingsprijs is een heel nuttig, leuk en bruikbaar idee. Het is echter niet duidelijk of dit gaat over samenleven in diversiteit met een link naar het etnisch culturele of over diversiteit in het algemeen. Hierover is meer duiding wenselijk.

Actie 10: ‘De kansarmoede bij de allochtone Gentenaars verminderen’

Het is jammer dat de inspanningen die het OCMW op dat vlak levert, niet vermeld staan. Actie 13: ‘Categoriale initiatieven in de geestelijke gezondheidszorg ondersteunen’

Bij de actie rond drugpreventie en verslaafdenbegeleiding lijken specifieke cijfergegevens en objectieven relevant. Het is immers moeilijk om een ‘beter toegankelijk aanbod’ te gaan evalueren als de startsituatie/aanvangspositie niet wordt geduid.

Het interculturaliseren van de bestaande drugpreventie en verslaafdenbegeleiding is een belangrijk actiepunt dat te weinig expliciet vermeld wordt. Zowel in de reguliere residentiële- als in de langdurig ambulante hulpverlening bereikt men geen ECM.

Actie 14: ‘Bijdragen aan de uitvoering van het Vlaamse inburgeringsbeleid’

Wat doet het beleid met de steeds terugkerende vraag naar meer Nederlands taalaanbod in de wijken, op maat van bepaalde groepen (bijv. enkel voor vrouwen)? Op dit moment zijn er verschillende niet-professionele initiatieven die inspelen op deze vraag, waardoor

Page 40: Beleidsnota ECD2009-2011

39

men zich vragen kan stellen bij de kwaliteit van het aanbod. Is er ruimte voor een ‘dubbel beleid’ dat minimale ruimte voorziet om die beperkte groep ‘afhakers’ toch op te vangen?

De partners zijn er van overtuigd dat er bij ECM naast taal ook vraag is naar ontmoeting, naar uitwisseling. Daarop moet actief ingegaan worden door het organiseren van activiteiten waarin ontmoeting centraal staat en taal een middel wordt.

Actie 16: ‘Etnisch-culturele gemeenschappen worden actief betrokken bij het lokale beleid’

Gezien het belang van wonen, ondersteunen de partners ook de vraag om een vertegenwoordiger van ECM in de Woonraad te hebben.

Actie 23: ‘Het stimuleren van de implementatie van het duidelijke (internationaal en nationaal) rechtskader om discriminaties te bestrijden’

Naast de organisatie van het Meldpunt Discriminatie, is ook promotie nodig over het bestaan ervan en extra duiding over waarvoor je er terecht kan.

Page 41: Beleidsnota ECD2009-2011

BIJLAGE 4: SAMENWERKINGSOVEREENKOMST TUSSEN HET STADSBESTUUR VAN GENT EN INTERCULTUREEL NETWERK GENT V.Z.W.

SAMENWERKINGSOVEREENKOMST 2009-2011 TUSSEN HET STADSBESTUUR VAN GENT EN DE VZW "INTERCULTUREEL NETWERK GENT, ING" IN HET KADER VAN HET DECREET INZAKE HET

VLAAMSE BELEID TEN AANZIEN VAN ETNISCH CULTURELE MINDERHEDEN

1 Kader Beleid Het decreet inzake het Vlaams beleid tav etnisch-culturele minderheden van 28/4/1998 bepaalt het volgende:

Er wordt een samenwerkingsovereenkomst afgesloten tussen het stadsbestuur (Integratiedienst) en het lokaal integratiecentrum (Intercultureel Netwerk Gent, ING v.z.w.) betreffende taakverdeling, overleg en samenwerking over de verschillende beleidsdomeinen (art. 29 § 1, 5°);

Het stadsbestuur geeft advies over het meerjarenplan van het lokaal integratiecentrum, het lokaal integratiecentrum geeft advies over het beleidsplan etnisch-culturele diversiteit van

de stad; art. 38, § 2, 8° bepaalt dat het meerjarenplan van het lokaal integratiecentrum niet tegenstrijdig mag zijn aan het beleidsplan voor het lokaal minderhedenbeleid van de gemeente.

Het stadsbestuur is vertegenwoordigd in het bestuursorgaan van het lokaal integratiecentrum. Het uitvoeringsbesluit4 van 2 juli 2002 (art. 27, § 3) bepaalt dat de samenwerkingsovereenkomst met het lokaal integratiecentrum en het advies van het lokaal integratiecentrum over het beleidsplan als bijlage bij het beleidsplan dient worden gevoegd. Er wordt een beleidsovereenkomst voorzien tussen het stadsbestuur en ING v.z.w. i.f.v. de bijdrage van ING v.z.w. aan de realisatie van het beleidsplan etnisch-culturele diversiteit van de Stad Gent. De samenwerking tussen de Integratiedienst en ING v.z.w. wordt op basis van gezamenlijk overleg beschreven in het kwaliteitshandboek van zowel ID als ING v.z.w., conform de vereisten van het Kwaliteitsdecreet5. Rollen de Integratiedienst (ID) • is instrument van het stadsbestuur dat handelt als regisseur van het minderhedenbeleid en zal in

die hoedanigheid, na de goedkeuring van het beleidsplan door de gemeenteraad en in opdracht van het college, in overleg met de partners voor de uitvoering van het beleid, opdrachten toekennen aan organisaties

• is mee uitvoerder van het minderhedenbeleid het lokaal integratiecentrum (ING v.z.w.) • heeft een uitvoerende rol in het kader van de afspraken die zullen gemaakt worden ter uitvoering

van het beleidsplan van het stadsbestuur • werkt naar eigen inzichten andere acties en projecten uit voor zover die niet in tegenspraak zijn met

de uitgangspunten in het beleidsplan van het stadsbestuur

4 Besluit van de Vlaamse regering tot wijziging van het besluit van de Vlaamse regering van 14 juli 1998 betreffende de erkenning en subsidiëring van de centra en diensten voor het Vlaamse minderhedenbeleid 5 het decreet van 29 april 1997 inzake de kwaliteitszorg in de welzijnsvoorzieningen.

Page 42: Beleidsnota ECD2009-2011

41

2 Overeenkomst Gelet op het kader zoals hierboven beschreven: tussen de Stad Gent, waarvoor optreden, (bij delegatiebesluit van 03/01/2007 e.v.): • de heer Tom Balthazar, Schepen van Milieu en Sociale Zaken, bevoegd voor het beleid t.a.v.

etnisch culturele minderheden, en • dhr. Paul Teerlinck, Stadssecretaris en het lokaal integratiecentrum, ING v.z.w., vertegenwoordigd door de heer Aimé Van Kerkhove wordt overeengekomen wat volgt: I. De planningsinstrumenten van de stad en ING worden op elkaar afgestemd:

Het stadsbestuur geeft advies over het beleidsplan van ING v.z.w. ING v.z.w. geeft advies over het beleidsplan etnisch-culturele diversiteit van de stad Gent Het stadsbestuur waarborgt de uitvoering van het beleidsplan etnisch-culturele diversiteit,

zoals het door de gemeenteraad is goedgekeurd, weliswaar rekening houdend met de beschikbare budgetten.

ID maakt een jaarlijks voortgangsrapport aan, dat als basis dient voor de bijsturing van het beleidsplan via het jaarplan.

ING v.z.w. stelt materiaal ter beschikking i.f.v. verslaggeving over uitvoering van opdrachten in het kader van het beleidsplan etnisch-culturele diversiteit van de Stad Gent.

II. Er wordt een beleidsovereenkomst afgesloten tussen het stadsbestuur en ING v.z.w. in het

kader van het minderhedenbeleidsplan:

de modaliteiten van opdrachttoekenning, evaluatie en afrekening zullen opgenomen worden in de beleidsovereenkomst tussen het stadsbestuur en ING v.z.w.

III. Er wordt een trimesterieel bilateraal overleg georganiseerd tussen ID en ING v.z.w.

Overleg ID-ING v.z.w. voor de voorbereiding, de uitvoering en de opvolging van de samenwerkingsovereenkomst en beleidsovereenkomst, zoals beschreven in het kwaliteitshandboek van zowel ID als ING v.z.w.

indien de agenda dit vereist, worden andere partners betrokken bij dit overleg. IV. organisatie van de samenspraak tussen ID en ING v.z.w. op bestuurlijk niveau

ID vertegenwoordigt het stadsbestuur in de beheersorganen van ING v.z.w. op inhoudelijk niveau

Het stadsbestuur verbindt zich ertoe de betrokkenheid van de doelgroepen en de naaste partnerorganisaties bij het beleid zo optimaal mogelijk te organiseren via het samenwerkingsverband Agora dat door de Integratiedienst wordt gecoördineerd.

ING v.z.w. participeert actief aan het samenwerkingsverband Agora, o.a. via vertegenwoordiging in de Agora-stuurgroep.

ING v.z.w. is vertegenwoordigd in relevante overleggroepen met betrekking tot de uitvoering van het beleidsplan.

Page 43: Beleidsnota ECD2009-2011

42

Gent, 26/06/2008 Voor de Burgemeester (bij delegatiebesluit van 03/01/2007 e.v.) De stadssecretaris Tom Balthazar Schepen van Milieu en Sociale Zaken De gemachtigde van Intercultureel Netwerk Gent, ING v.z.w.

Aimé VAN KERKHOVE VOORZITTER

Page 44: Beleidsnota ECD2009-2011

BIJLAGE 5: VERBINTENIS VAN HET STADSBESTUUR OM HET TOEGEKENDE PERSONEEL IN DIENST TE NEMEN contactpersoon uw kenmerk ons kenmerk datum

16 december 2008

Het stadsbestuur Gent, gevestigd Botermarkt 1 9000 Gent, waarvoor optreden, bij delegatiebesluit van 3 januari 2007 e.v., de heer Tom Balthazar, Schepen van Milieu en Sociale Zaken, bevoegd voor het beleid t.a.v. etnisch-culturele minderheden en de heer Paul Teerlinck, Stadssecretaris, verbindt er zich toe om het toegekende personeel, in het kader van de erkenning door de Vlaamse Gemeenschap als gemeentelijke Integratiedienst en conform artikel 32 van het Decreet inzake het Vlaams beleid tav etnisch culturele minderheden van 28 april 1998, binnen de zes maanden na het afsluiten van de overeenkomst tussen de Vlaamse Gemeenschap en het stadsbestuur Gent in dienst te nemen.

Voor de Burgemeester (delegatiebesluit van 03/01/2007 e.v.)

De Stadssecretaris Tom Balthazar Schepen van Milieu en Sociale Zaken

Page 45: Beleidsnota ECD2009-2011

BIJLAGE 6: VERBINTENIS VAN HET STADSBESTUUR TOT TEGEMOETKOMING IN DE KOSTEN. contactpersoon uw kenmerk ons kenmerk datum

16 december 2008

Het stadsbestuur Gent, gevestigd Botermarkt 1 9000 Gent, waarvoor optreden, bij delegatiebesluit van 3 januari 2007 e.v., de heer Tom Balthazar, Schepen van Milieu en Sociale Zaken, bevoegd voor het beleid t.a.v. etnisch-culturele minderheden en de heer Paul Teerlinck, Stadssecretaris, verbindt er zich toe om een financiële inbreng te hebben van minimum een derde van de kosten van de werking van de Integratiedienst, in het kader van de erkenning door de Vlaamse Gemeenschap als gemeentelijke Integratiedienst, conform artikel 29§1 7° van het Decreet inzake het Vlaams beleid t.a.v. etnisch culturele minderheden van 28 april 1998.

Voor de Burgemeester (delegatiebesluit van 03/01/2007 e.v.)

De Stadssecretaris Tom Balthazar Schepen van Milieu en Sociale Zaken

Page 46: Beleidsnota ECD2009-2011

BIJLAGE 7: INTERNE ORGANISATIESTRUCTUUR

Diensthoofd

RECHTSPOSITIE DIVERSITEIT

Secretariaat Planning

Info en communicatie Kwaliteit en Interne Organisatie

PARTICIPATIE & INSPRAAK

Werk en Onderwijs

Sociaal Tolken

& Vertalen

Contact

punt Integratie

Vorming etnisch-culturele

diversiteit

PROJECT SAMENLEVEN

IN DIVERSITEIT

Page 47: Beleidsnota ECD2009-2011

46

BIJLAGE 8: GEMEENTERAADSBESLISSING. GOEDKEURING VAN HET BELEIDSPLAN (gemeenteraad september 2008)

Page 48: Beleidsnota ECD2009-2011