Bekijk het jaarverslag 2012

128
Reiken naar de top JAARVERANTWOORDING Windesheim zet kennis in werking JAARVERANTWOORDING 2012

Transcript of Bekijk het jaarverslag 2012

Page 1: Bekijk het jaarverslag 2012

Reiken naar de top

J A A R V E R A N T W O O R D I N G

W i n d e s h e i m z e t k e n n i s i n w e r k i n g

JAARVERANTWOORDING 2012

Page 2: Bekijk het jaarverslag 2012

D E E L 1 - J A A R V E R S L A G

1. Het jaar 2012 02

2. Algemeen 06

3. Onderwijs 08

4. Onderzoek 18

5. Ondernemen 22

6. Personeel 24

7. Bedrijfsvoering 28

8. Ontwikkelingen 36

9. Instelling 40

10. Verslag Raad van Toezicht 46

B I J L A G E N 5 2

1. Windesheim Flevoland 52

2. Entrepreneurs in Residence 55

3. Studentaantallen 59

4. Afkortingenlijst 67

D E E L 2 - J A A R R E K E N I N G 6 8

Reiken naar de top

J A A R V E R A N T W O O R D I N G

Page 3: Bekijk het jaarverslag 2012

Voortdurende vernieuwing en verbetering vormen de

basis voor innovatie en kwaliteit. Onze ambitie voor

de komende jaren is helder: een plek in de top 3 van grote

brede hogescholen. In 2012 maakten we strategische,

doelgerichte en relevante keuzes om deze ambitie waar

te maken. Hierover maakten we prestatieafspraken met

het kabinet. Deze afspraken omvatten onder andere de

drie hoofdthema’s van Windesheim als kenniscentrum, te

weten onderwijs, onderzoek en ondernemen.

O N D E R W I J S

In het afgelopen jaar stond de onderwijskwaliteit centraal.

Om onze studenten het hoogst mogelijke opleidingsniveau

te garanderen, stellen we ons een hoger opleidingsniveau

van docenten ten doel. Een hoger opleidingsniveau van

docenten staat immers garant voor een hogere oplei-

dingskwaliteit. We streven naar opleidingen die boven het

gemiddelde scoren, naadloos aansluiten op de beroeps-

praktijk en garant staan voor een glansrijke toekomst op

de arbeidsmarkt. Zowel in Zwolle als in Flevoland.

O N D E R Z O E K

Onderzoek is een onlosmakelijk onderdeel van onderwijs.

Met een breed aanbod aan opleidingen en onderzoeken

sluiten we aan bij de fijnmazige economische structuur en

het innovatieve karakter van de regio. In 2012 groeiden er

vanuit onze kenniscentra, lectoraten en onderwijsdomei-

nen steeds meer samenwerkingsverbanden met externe

partners. Windesheim participeert bijvoorbeeld in meer-

dere Centres of Expertise, waar onderzoekers, docenten,

studenten en bedrijven samenwerken aan innovaties. Een

mooi voorbeeld hiervan is het Polymer Science Park dat in

maart 2012 haar deuren opende. Een dynamische ‘werk-

plaats’ op het gebied van kunststoftechnologie waarin we

met zes grote bedrijven samenwerken.

O N D E R N E M E N

Ons klimaat van ambitie en ondernemerschap is

kenmerkend voor onze moderne, naar buiten gerichte

kennisinstelling. We betrekken topmanagers uit de regio

als Entrepreneurs in Residence bij ons onderwijs en onder-

zoek. Hun colleges dragen bij aan het beroepsbeeld van

de studenten. Daarnaast zetten de Entrepreneurs

hun expertise in bij onderzoek en spreken ze tijdens

masterclasses voor het bedrijfsleven.

R E I K E N N A A R D E T O P

Dat is ons leidende motto voor de komende jaren.

Met onze kwaliteitsverbetering in het onderwijs, onze

maatschappelijk gerichte wijze van onderzoeken en onze

intensieve samenwerking met bedrijven en organisaties,

zullen we hierin zeker slagen en volhardend zijn. Wij

zetten onze kennis in werking om de top te bereiken.

Zwolle, mei 2013

Prof. dr. A.W.C.A. Cornelissen en drs. J.W. Meinsma,

College van Bestuur

Voorwoord 01

Page 4: Bekijk het jaarverslag 2012

2 0 12 I N V O G E L V L U C H T

Januari 2012 – Windesheim zelfstandigWindesheim kent sinds 1 januari 2012 een eigen Raad

van Toezicht vanwege een structuurwijziging van de

Vereniging VU-Windesheim. Tot 1 januari 2012 maakte

Windesheim, samen met de Vrije Universiteit (VU) en het

VU medisch centrum (VUmc), deel uit van de Vereniging

VU-Windesheim. Eind 2011 is besloten tot splitsing van de

Vereniging; daarbij zijn de Stichting Christelijke Hoge-

school Windesheim en de Stichting VU-VUmc opgericht.

Beide stichtingen hebben een eigen bestuur en raad van

toezicht.

Februari 2012 – Windesheim start Associate degree voor praktijkopleidersWindesheim startte in februari met een tweejarig

Associate degree-programma voor praktijkopleiders

op het gebied van Engineering. Doel van de opleiding is

het bijscholen van praktijkopleiders van technische

bedrijven zodat zij medewerkers en leerlingen beter

kunnen begeleiden en opleiden binnen het bedrijf.

Praktijkbegeleiders leren ook hoe zij gastlessen

kunnen verzorgen in het technisch beroepsonderwijs.

Dat is van belang omdat veel techniekdocenten binnenkort

de pensioengerechtigde leeftijd bereiken. Windesheim

nam in samenwerking met Stichting A+O Metalektro, het

opleidingsfonds in de Metalektro en de werkgeversorgani-

satie FME/CWM, het initiatief voor de ontwikkeling van dit

tweejarige Associate degree-programma op hbo-niveau.

Maart 2012 - Opening Polymer Science ParkIn maart opende het Polymer Science Park (PSP) haar

deuren. Het PSP is een open innovatiecentrum voor

bedrijven en onderwijs. Een dynamische ‘werkplaats’

op het gebied van kunststoftechnologie. Het PSP is een

Centre of Excellence, ofwel een centrum voor innovatief

vakmanschap. Het heeft tot doel de innovatiekracht van

het bedrijfsleven te versterken en duurzame economische

groei te stimuleren. Zowel regionaal, nationaal als

ook internationaal. Het PSP is in eerste instantie een

samenwerkingsverband van zes partijen: DSM, Wavin,

Windesheim, Deltion College, de Gemeente Zwolle en de

Provincie Overijssel.

April 2012 - Windesheim viert lustrumOp 21 april vierde Windesheim zijn lustrum met 2000 be-

zoekers op het Lustrumfestival. Voor veel Zwollenaren en

inwoners uit de buurtdorpen de kans om een kijkje achter

de schermen te nemen. Windesheim organiseerde meer

dan 65 activiteiten. Het aanbod varieerde van het spelen

met een X-box Kinect, het testen van talenkennis, rond-

leidingen door gebouw X en een schaatsclinic van Freddy

Wennemars tot genieten van cabaret-, muziek-, dans- en

theateroptredens. Actief ergens aan deelnemen of lekker

achteroverzitten en genieten: alles was mogelijk.

Mei 2012 - Voorstel prestatieafspraken ingediend bij staatssecretarisHet voorstel voor de prestatieafspraken is begin mei

ingediend bij staatssecretaris Zijlstra onder de noemer

Het jaar 2012

H O O F D S T U K 1

Page 5: Bekijk het jaarverslag 2012

Reiken naar de Top. Hierin is vastgelegd wat en hoe

Windesheim gaat bereiken in de toekomst in de vorm van

prestatiethema’s en -afspraken. Dit document vormt ook

de basis voor het instellingsplan dat in voorbereiding is.

Opleidingen dienen boven het landelijk gemiddelde te

scoren. Windesheim gaat voor een plek in de top 3 van

grote brede hogescholen.

Juni 2012 - Inholland, iPabo en Windesheim gaan intensief samenwerkenDe drie Colleges van Bestuur van Inholland, iPabo en

Windesheim gaan een samenwerking aan in een zoge-

naamde Educatieve Alliantie. Binnen deze alliantie willen

zij de kwaliteit van het onderwijs gezamenlijk versterken.

Daartoe is een intentieverklaring getekend door de drie

besturen. Inholland, iPabo en Windesheim kijken vooruit

en willen door krachten te bundelen de leraar van de

volgende generatie opleiden. Het gaat daarbij om het

gezamenlijk ontwikkelen van onderwijs, mét het werkveld.

Onderzoek speelt een belangrijke rol bij het verhogen van

innovatiekracht.

September 2012 - Opening hogeschooljaarMet meer dan driehonderd gasten opende Windesheim

het hogeschooljaar. Naast studenten en docenten heeft

ook een aantal bijzondere gasten acte de présence gegeven,

waaronder de burgemeester van Zwolle. Sprekers waaronder

de directeur van het Sociaal en Cultureel Planbureau en

de directeur van Museum de Fundatie hebben voor een

inspirerende middag gezorgd.

Oktober 2012 - NVAO positief over gerealiseerd herstel bij JournalistiekDe Nederlands-Vlaamse Accreditatieorganisatie (NVAO)

oordeelde positief over de gerealiseerde kwaliteitsverbete-

ring bij de opleiding Journalistiek van Windesheim. Tijdens

een tussentijdse visitatie is vastgesteld dat Journalistiek

voldoet aan de gestelde voorwaarden voor robuust herstel

op korte termijn. Volgens de NVAO zet de opleiding hierbij

zonder voorbehoud in op de uitvoering van een ruim

aantal verbetermaatregelen. Op basis van recente afstu-

deerdossiers is geconstateerd dat het gerealiseerd niveau

‘terug aan de maat’ is.

03

Page 6: Bekijk het jaarverslag 2012

November 2012 – Prestatieafspraken krachtig en ambitieusHet prestatievoorstel is besproken met de reviewcom-

missie die door het ministerie van Onderwijs, Cultuur en

Wetenschap (OCW) is ingesteld. De reviewcommissie heeft

aan het ministerie haar definitieve advies gegeven over

het prestatievoorstel van Windesheim. De commissie

beoordeelt het voorstel als krachtig, ambitieus en reali-

seerbaar en heeft er de score ‘zeer goed’ aan verbonden.

Het ministerie heeft het advies van de commissie overge-

nomen en kent Windesheim voor de periode 2013 tot en

met 2016 prestatiebekostiging toe.

December 2012 - Regio Zwolle Monitor overhandigd tijdens congres Nieuwe HanzeDe Regio Zwolle Monitor 2012 is de eerste versie van een

jaarlijks onderzoek naar de regionale economische kracht

en is uitgevoerd door onderzoekers van Windesheim, in

nauwe samenwerking met onderzoekers van de Rabobank,

de Kamer van Koophandel en de provincie Overijssel.

De uitkomst van de Regio Zwolle Monitor werd door

burgemeester Westmaas van Meppel tijdens het onderne-

merscongres de Nieuwe Hanze op 12-12-2012 overhandigd

aan VNO-NCW voorzitter Wientjes. Dr. ir. W. Buunk van het

lectoraat Area Development van Windesheim presenteerde

de nulmeting van de Hanzelijn Monitor. Onder zijn leiding

doet het lectoraat onderzoek naar de effecten van de

nieuwe spoorlijn tussen Lelystad en Zwolle die op

8 december 2012 in gebruik werd genomen.

Page 7: Bekijk het jaarverslag 2012

De Nieuwe Hanze

Windesheim Lustrumfestival

K e r n c i j f e r s W i n d e s h e i m geconsolideerd

2 0 1 2 2 0 1 1 2 0 1 0

Studenten

. Instroom 6.326 7.328 7.634

. Populatie 20.284 21.538 21.321

. Aantal afgestudeerden 3.471 3.182 2.893

. Aantal uitvallers 4.758 4.695 4.004

. Uitval 39,0% 35,6% 31,6%

. Bachelorrendement prognose 73,2% 66,4% 65,9%

. Switch 6,2% 4,6% 5,4%

Marktaandeel

. Instroom (website HBO raad) 4,4% 5,2% 5,2%

. Inschrijvingen (website HBO raad) 4,7% 5,0% 5,1%

Medewerkers

. Onderwijsgevend personeel (OP) *) 1.262 (959 fte) 1.090 (834 fte) 1.029 (793 fte)

. Onderwijsondersteunend personeel (OOP) *) 742 (613 fte) 797 (649 fte) 740 (603 fte)

. Ratio OP/OOP *) 1,57 1,29 1,32

. Aantal docenten met master 839 726 617

. Aantal gepromoveerden 53 42 37

. Ziekteverzuim 4,7% 3,8% 3,7%

Onderzoek

. Aantal lectoraten 24 22 19

. Beschikbaar gesteld budget (x € 1.000) 4.745 4.545 3.787

Financiën

. Omzet totaal (x € 1.000) 173.295 176.168 151.499

. Omzet Ondernemen (x € 1.000) 7.341 6.232 7.433

. Resultaat (x € 1.000) 4.714 17.096 3.667

. Groepsvermogen (x € 1.000) 53.019 48.305 31.209

. Solvabiliteit 29,2% 26,2% 20,3%

. Liquiditeit 0,9 0,9 0,7

*) in 2012 aangepast conform methodiek HBO raad

Solvabiliteit: groepsvermogen/balanstotaal

Liquiditeit: vlottende activa/kortlopende schulden

05

Page 8: Bekijk het jaarverslag 2012

M I S S I E

Windesheim is als brede instelling voor hoger onderwijs

een maatschappelijke onderneming.

Zij vormt een gemeenschap waarin actieve en deskundige

mensen elkaar ontmoeten. Windesheim is een innovatief

kennis- en expertisecentrum dat individuen en mensen in

organisaties uitdaagt zich te ontwikkelen tot verantwoor-

delijke, waarde(n)volle en zelfbewuste professionals die:

• over maatschappelijk relevante kennis en competenties

beschikken;

• willen functioneren op hoger professioneel niveau in

beroepen of maatschappij;

• daaraan gerelateerde persoonlijke groei realiseren, en

• bijdragen aan de ontwikkeling, verbetering en vernieu-

wing van bedrijven, maatschappelijke instellingen en

overheden.

Windesheim kiest en handelt vanuit zijn identiteit. Deze

vindt haar oorsprong in de christelijke godsdienst en

cultuur en de daarin wortelende levensbeschouwelijke

overtuigingen en inspiraties.

Windesheim is er voor alle mensen die:

• zich willen voorbereiden op een beroep;

• aanwezige beroepscompetenties individueel of

in teamverband verder willen ontwikkelen, en

• zich persoonlijk willen vormen en ontplooien.

V I S I E

Windesheim is een brede, innoverende kennisinstelling.

Een instelling die ook op lange termijn waarde wil creëren

voor studenten, medewerkers, beroepenveld en maat-

schappij. Waarde creëren voor de regio, voor Nederland en

internationaal.

Studenten ontwikkelen zich tot verantwoordelijke,

waarde(n)volle professionals. Professionals die handelen

vanuit een visie op goed burgerschap waarbij bewust

wordt omgegaan met waarden en normen; persoonlijke,

institutionele en wettelijke.

De hogeschool is continu op zoek naar verbetering.

Het professioneel handelen van alle medewerkers is het

vertrekpunt voor kwaliteit. Kwaliteit is voor de medewer-

kers geen toevallige uitkomst, maar een logisch gevolg

van de beheersing van het proces en van afstemming met

de omgeving. Onderwijs, onderzoek en ondernemen zijn

met elkaar geïntegreerd en versterken elkaar daardoor in

kwaliteit en vernieuwingskracht. Studenten, organisaties

waar we mee samenwerken en de nationale en

internationale omgeving profiteren daarvan.

Windesheim gelooft in de kracht van het verschil.

Kunnen omgaan met diversiteit (verschil in achtergrond,

opleiding, waarden, cultuur en overtuigingen) versterkt de

kwaliteit van het professionele handelen. Zowel binnen

de organisatie als binnen de studie wordt gestimuleerd

om verantwoordelijkheid te nemen en resultaatgericht

te werken.

S T R A T E G I S C H E A G E N D A

Windesheim is met ruim 20.000 studenten, enkele duizen-

den cursisten en 2.000 medewerkers één van Nederlands

grotere hbo-instellingen. Windesheim heeft een campus in

Zwolle en in Almere.

Windesheim biedt bacheloropleidingen aan op de

gebieden onderwijs, bewegen en sport, theologie en

levensbeschouwing, economie, management, recht en

communicatie, journalistiek, gezondheid en welzijn,

techniek, vormgeving, logistiek en ICT.

Windesheim gaat voor kwaliteit. De afgelopen jaren

ontwikkelde de hogeschool zich van een reguliere

onderwijsinstelling tot een stevig in de regio verankerde,

innovatieve kennisinstelling. Leidend daarbij waren maat-

Algemeen

H O O F D S T U K 2

Page 9: Bekijk het jaarverslag 2012

schappelijke betrokkenheid en het benutten van de kansen

die diversiteit biedt. Windesheim daagt mensen uit zich

te ontwikkelen tot verantwoordelijke, waarde(n)volle en

zelfbewuste professionals.

Het instellingsplan 2007-2012 ‘Verrijkt en verrijkend’

beschreef de contouren van deze ontwikkeling al.

De nieuw ingezette koers sluit aan bij de strategische

agenda’s van het ministerie van Onderwijs, Cultuur en

Wetenschap (OCW) en de HBO-raad.

In de loop van 2012 is de koers al verlegd om de ambities

en de doelstellingen voor 2013-2017 te kunnen realiseren.

De koers is gebaseerd op drie kernonderdelen:

1. de component onderzoek en ondernemen wordt

uitgebreid en versterkt;

2. verhoging van het opleidingsniveau van de docenten;

3. het studieklimaat zal ambitieuzer worden.

R E I K E N N A A R D E T O P

Windesheim wil een plek in de top 3 van grote brede

hogescholen en wil zijn studenten de best mogelijke

opleidingen bieden. Opleidingen die naadloos aansluiten

op de beroepspraktijk en garant staan voor een glansrijke

toekomst op de arbeidsmarkt. In 2011 zijn de eerste lijnen

uitgezet voor de prestatieafspraken, in Windesheim en bij

stakeholders in de regio.

Vervolgens is een traject doorlopen met overlegrondes tus-

sen College van Bestuur en directeuren en tussen College

van Bestuur en managementteams. Medewerkers hebben

hun reactie gegeven in netwerk- en lunchbijeenkomsten.

De Centrale Medezeggenschapsraad is geraadpleegd bij

het opstellen van de afspraken. Tot slot is het voorstel voor

de prestatieafspraken getoetst door de Raad van Toezicht

van Windesheim en door de belangrijkste stakeholders in

de regio.

Tussen Windesheim, de Hogeschool van Arnhem en Nij-

megen en Saxion is afstemming geweest over profilering

en zwaartepuntvorming. Alle drie de hogescholen hebben

gekozen voor een breed opleidingenpakket voor de eigen

regio, waarbij uitgegaan wordt van de eigen kracht. Op de

punten in de profilering waar overlap bestaat, zijn samen-

werkingsafspraken gemaakt. Hiermee zijn de hogescholen

complementair aan elkaar.

07

Page 10: Bekijk het jaarverslag 2012

Windesheim gaat voor kwaliteit en biedt een geva-

rieerd aanbod aan hbo-bacheloropleidingen. Er is

een ruim aanbod aan cursussen, post-hbo-opleidingen en

masteropleidingen.

De basis van Windesheim is en blijft boven gemiddeld

onderwijs en optimaal studiesucces. Dat betekent gega-

randeerde kwaliteit van opleidingen en van docenten. En

van continue aandacht voor acties en maatregelen om het

studiesucces verder te verhogen.

Naast de dagelijkse praktijk om bovengemiddeld onder-

wijs te geven, is intensief gewerkt aan verdere verbete-

ringen van diverse aspecten van het onderwijs. Zo is de

kwaliteitszorg aangescherpt. Vijf bacheloropleidingen

zijn geaccrediteerd. Er zijn maatregelen genomen om het

studiesucces te verhogen en er is gericht actie gezet op

het eindniveau. De verbeteracties voor de examen- en

opleidingscommissies hebben geleid tot een stevige basis

voor het functioneren van de commissies. De domeinen

hebben diverse acties en maatregelen genomen om in-

ternationalisering verder te versterken. Windesheim komt

met een totaalscore van 70% boven het gemiddelde uit op

een vierde plaats in de Nationale Studentenenquete (NSE).

Van de totaal 23 beoordeelde opleidingen van Windesheim

staan er vier op nummer één.

In een kennisinstelling zijn onderwijs, onderzoek en

ondernemen met elkaar geïntegreerd. Zo is onderzoek

een onlosmakelijk onderdeel van het curriculum van de

opleidingen. Hoofdstuk 4 van het jaarverslag gaat in op

onderzoek; hoofdstuk 5 gaat specifiek in op ondernemen.

K W A L I T E I T S Z O R G

In 2012 is de kwaliteitszorg in het onderwijs verder

aangescherpt. Verbeteringen zijn breed uitgerold en door

alle opleidingen actief opgepakt. Zo hebben opleidingen

onderzocht of het eindwerk van een opleiding op het

vereiste niveau is. Een Handboek Kwaliteitszorg beschrijft

op welke wijze het domein de kwaliteit van onderwijs en

de ondersteunende processen heeft geborgd.

Alle opleidingen werken aan verbeteracties voor volgende

accreditaties, voor het eindniveau en aan verbetering van

processen voor tentaminering en archivering. De audits

Samen Opleiden zijn een ander voorbeeld van een verbeter-

actie. De tweedegraads lerarenopleidingen van Windesheim

zijn een aantal samenwerkingsverbanden aangegaan

(Samen Opleiden) met VO-scholen. Per samenwerkingsver-

band is een audit uitgevoerd onder verantwoordelijkheid

van een externe partij, Hobéon. In 2012 zijn al zes samen-

werkingsverbanden geaudit. De audits leiden tot verbeter-

punten die met de samenwerkingspartner zijn opgepakt.

Het team van kwaliteitsmedewerkers monitort de

voortgang op verbeteracties van de opleidingen.

A C C R E D I T A T I E

Naast de interne kwaliteitszorg wordt de kwaliteit van de

opleidingen beoordeeld door de Visiterende en Beoorde-

lende Instanties (VBI) en de Nederlands-Vlaamse

Onderwijs

H O O F D S T U K 3

Page 11: Bekijk het jaarverslag 2012

Accreditatieorganisatie (NVAO). Op basis van het

oordeel van deze externe experts wordt een opleiding

geaccrediteerd. Dat betekent dat een opleiding gegaran-

deerd kwaliteit levert die bovendien vergelijkbaar is met

die van andere opleidingen in binnen- en buitenland.

Een accreditatie is zes jaar geldig.

InstellingstoetsIn het accreditatiestelsel kunnen hogescholen kiezen

tussen een instellingstoets met een beperkte opleidings-

beoordeling of een uitgebreide beoordeling voor alle

opleidingen. Windesheim heeft gekozen voor de instel-

lingstoets, die in het najaar van 2013 zal plaatsvinden.

De voorbereiding op de instellingstoets ligt op schema.

Verbeteracties vanuit de eigen audits zijn benoemd en

worden uitgevoerd. Eind 2012 is besloten om begin 2013

een zogenaamde proefaudit te houden. De uitkomsten van

die proefaudit zullen eveneens worden gebruikt voor de

voorbereiding op de instellingstoets.

Accreditatie opleidingenIn 2012 zijn de volgende opleidingen geaccrediteerd:

• Accountancy;

• Executive Master of Business Administration;

• Master Psychomotorische Therapie;

• Master Special Educational Needs;

• Small Business en Retail Management.

Voor de volgende opleidingen zijn in 2012 ten behoeve van

de accreditatie, visitaties uitgevoerd:

• Logistiek en Economie;

• Bedrijfseconomie;

• HBO - Rechten;

• Verpleegkunde.

De opleidingen Logistiek en Economie en Bedrijfseconomie

zijn positief beoordeeld en vervolgens in 2013 geaccredi-

teerd. De opleiding HBO - Rechten heeft op alle onderdelen

een voldoende gekregen, behalve op standaard 3: de

toetsing van het afstudeerniveau. De opleiding heeft begin

2013 verbeteringen ingevoerd.

De opleiding Verpleegkunde op locatie Almere heeft een

voldoende gekregen; de opleiding op locatie Zwolle heeft

een onvoldoende gekregen op standaard 3: de toetsing

van het afstudeerniveau. De opleiding heeft een

verbetertraject ingezet.

09

Page 12: Bekijk het jaarverslag 2012

De NVAO maakte eind 2012 bekend dat de opleiding

Journalistiek voldoet aan de eisen die zijn gesteld aan

herstel. De NVAO is tevreden over het gerealiseerde

eindniveau van afstudeerders, de betrokkenheid van

de examencommissie, scriptiebegeleiding en het

docententeam.

T O E L A T I N G S B E L E I D

Het toelatingsbeleid van Windesheim is volgens

de wettelijke vereisten. De toelatingseisen zijn

te vinden op www.windesheim.nl en in de Onderwijs-

en Examenregeling van iedere opleiding.

In 2012 werd voor enkele opleidingen gebruik gemaakt van

de wettelijke mogelijkheid om een inschrijvingsbeperking

(numerus fixus) vast te stellen op grond van beschikbare

onderwijscapaciteit.

E I N D N I V E A U

Studenten van Windesheim studeren af op hbo-niveau.

Om dat te kunnen blijven garanderen, werkt elke opleiding

aan verbeteracties. Zo heeft een aantal opleidingen onder-

linge intervisie ingevoerd en worden er interne en externe

reviews uitgevoerd.

Het team van kwaliteitsmedewerkers voert een check uit

op de verbeteracties en op de voortgang van die acties.

E X A M E N - E N O P L E I D I N G S -

C O M M I S S I E S

Veranderingen in het accreditatiestelsel hebben ook

geleid tot een update van procedures en werkzaamheden

van de examen- en de opleidingscommissies. In 2012

is beoordeeld of het in 2011 ingezette verbeterbeleid

is gerealiseerd. Deze beoordeling heeft geleid tot

aanpassingen in de regelingen en in de uitvoering

van die regelingen.

Zo zijn voor de opleidingen Elektrotechniek, Industrieel

Product Ontwerpen, Logistiek en Technische Vervoers-

kunde, Technische Bedrijfskunde, Werktuigbouwkunde,

Bouwkunde, Civiele Techniek en Mobiliteit werkveldad-

viescommissies geïnstalleerd met als doel het eindniveau

van de opleidingen vanuit het bedrijfsleven beter te

borgen. De leden van de werkveldadviescommissies zijn

betrokken bij het afstuderen. Een ander voorbeeld: bij de

opleiding Pedagogiek wordt de begeleiding en beoorde-

ling van werkstukken sinds dit studiejaar gescheiden. De

begeleidende docent beoordeelt dus niet.

Page 13: Bekijk het jaarverslag 2012

Bij verschillende opleidingen wordt inmiddels consequent

het ‘vier-ogenbeleid’ toegepast bij het beoordelen van het

bachelorniveau: twee docenten beoordelen een werkstuk.

In 2012 is opnieuw ruim aandacht besteed aan de training

van de examencommissies en nieuwe leden die rond

september 2012 zijn gestart. Leden van de opleidingscom-

missies volgen de verplichte trainingen.

S T U D I E S U C C E S

Windesheim werkt aan verhoging van het studiesucces van

studenten. Uitval, switch en rendement zijn belangrijke

indicatoren om studiesucces te meten.

Een belangrijke factor voor studiesucces is de opleidings-

keuze die de student maakt. Windesheim investeert in verbe-

tervoorstellen om studenten zo goed mogelijk te informeren

zodat zij een beter overwogen keuze kunnen maken. In 2012

zijn diverse verbeteringen ingevoerd zoals de introductie van

een ‘startmeter’ voor studenten die zich aanmelden op de

campus in Almere. Met de startmeter krijgen aankomende

studenten inzage in hun keuze voor een opleiding en wordt

bekeken of de voorgenomen keuze kansrijk is.

Een ander voorbeeld is ‘Studie in cijfers’. Vanaf juni 2012

werkt Windesheim met ‘Studie in cijfers’, studiekeuze

informatie bij alle bacheloropleidingen. Hierdoor wordt in

één oogopslag duidelijk wat het loopbaanperspectief is

van een studie en hoe studenten de opleiding waarderen.

Deze cijfers zijn onder meer afkomstig van de nationale

studentenenquête en de HBO-monitor (het jaarlijkse volg-

systeem voor afgestudeerden dat inzicht biedt in de ar-

beidsmarktpositie en beroepspraktijk, ongeveer anderhalf

jaar na het afstuderen). ‘Studie in cijfers’ is te vinden bij

de opleidingsinformatie op de website van Windesheim.

Samen met de Hanzehogeschool, Saxion en de Hogeschool

van Arnhem en Nijmegen heeft Windesheim in 2012 een

studie bijsluiter ontwikkeld. Met dit initiatief krijgen

studenten een objectieve voorlichting over de eisen van de

studie en het toekomstperspectief op de arbeidsmarkt.

De Landelijke Studenten Vakbond (LSVb) heeft onderzoek

gedaan naar de voorlichtingsbrochures van hogescholen.

De brochures van 31 hogescholen zijn onderzocht op

39 verschillende kenmerken zoals studielast, beroeps-

perspectief, inhoud studie en studieprogramma, instroom

en doorstroom, e.d.

Op de ranglijst van hoogst en laagst scorende hogescholen

staat Windesheim op een hoge, zesde positie. Met name

de opleiding Informatica scoort hoog. De LSVb concludeert

dat hogescholen die de meeste informatie in hun voor-

lichtingsbrochures hebben opgenomen, ook op de beste

manier voorlichting geven.

Alle opleidingen voeren periodiek een analyse en evalu-

atie uit op het studiesucces. Voor een beperkt aantal

opleidingen zal de analyse en evaluatie in de eerste helft

van 2013 worden afgerond. De meetgegevens van de

indicatoren voor studiesucces worden gepresenteerd in

een dashboard.

Na de start van de opleiding wordt de begeleiding van

studenten intensiever. Windesheim kiest nadrukkelijk voor

een studieloopbaanbegeleiding die plaatsvindt bij de

opleiding. Een student weet de studieloopbaanbegeleider

(SLB’er) daar makkelijk te vinden voor gesprekken over

de studievoortgang en de eventuele stagnatie die zich

voordoet. In het geval een student vast loopt in de studie

en er zelf of samen met de SLB’er niet meer uit komt,

kan gebruik worden gemaakt van gespecialiseerde hulp.

P O R T F O L I O

De opleidingen van Windesheim hebben een duidelijk

beroepsperspectief. Onderwijs, onderzoek en ondernemen

sluiten aan op de eisen en wensen van de (regionale)

arbeidsmarkt en de topsectoren. Bij beslissingen over het

al dan niet ontwikkelen van nieuwe opleidingen en het

voortbestaan van de huidige opleidingen zijn altijd lange

termijnoverwegingen van doorslaggevend belang.

Windesheim houdt zijn brede opleidingenpakket in stand,

vooral ook om te kunnen voldoen aan de vervangingsvraag

11

Page 14: Bekijk het jaarverslag 2012

naar middenkader en topkader in de regio. Langetermijn-

overwegingen hebben in 2012 geleid tot het besluit te

stoppen met de opleiding Cultureel Maatschappelijke

Vorming (CMV). Daarnaast is besloten om, in lijn met het

sectorplan Kunsten, de opleiding Docent Beeldende Kunst

en Vormgeving (DBKV) over te dragen aan ArtEZ.

Op 1 september 2012 zijn in Flevoland twee nieuwe

opleidingen van start gegaan: Mobiliteit en Pedagogiek.

Met een aantal zorginstellingen ontwikkelt Windesheim

een nieuwe opleiding Neurorevalidatie en Samenwerking

in de Keten. Deze opleiding is bedoeld voor verzorgen-

den en verpleegkundigen en voor andere professionals.

Ziekenhuizen, thuiszorgorganisaties, revalidatiecentra en

verzorg- en verpleeghuizen zijn vertegenwoordigd in de

samenwerking.

Inholland, iPabo en Windesheim hebben een intentiever-

klaring getekend om uiterlijk in 2014 te komen tot een

Educatieve Alliantie. Met de Educatieve Alliantie wordt

expertise gebundeld en wordt het scholenveld verder ont-

wikkeld. Tevens worden de lerarenopleidingen en daarmee

samenhangend onderzoek en dienstverlening versterkt.

Er wordt een kerncurriculum ontwikkeld voor de leraren-

opleiding basisonderwijs, de theologische opleidingen

en de lerarenopleidingen voortgezet onderwijs. Ook

wordt een integraal masteraanbod en een samenhangend

pakket aan nascholingsactiviteiten ontwikkeld en wordt

samen met de Vrije Universiteit (VU) een expertisecentrum

primair onderwijs opgezet. Om een en ander mogelijk

te maken heeft elke deelnemende instelling jaarlijks een

bedrag van € 100.000 beschikbaar gesteld.

In september 2012 is Windesheim begonnen met een

volledig nieuw programma afstandsleren. Waar voorheen

de LOI er nog tussen zat, heeft Windesheim een nieuwe

inhoud gemaakt voor een aantal opleidingen die via

afstandsleren te volgen zijn. In ongeveer de helft van de

modules wordt gewerkt vanuit het concept van ‘samen-

werkend leren’. Dit houdt in dat gezamenlijke opdrachten

verplicht zijn en binnen de deadlines afgerond moeten

worden. Het nieuwe afstandsleren lijkt eind 2012 al zijn

vruchten af te werpen: er worden meer studiepunten ge-

haald, er is minder uitval en er is een grotere cohesie tus-

sen studenten en docenten en tussen studenten onderling.

Eind mei 2012 tekenden Windesheim en Hogeschool

Leiden een convenant om samen te werken aan een

master Jeugdzorg. Doel van de ondertekening is om in het

college jaar 2013-2014 ook bij Windesheim te starten met

een geaccrediteerde hbo-master Jeugdzorg. Hogeschool

Leiden biedt deze masteropleiding al sinds 2008 aan.

Met de master wil Windesheim een bijdrage leveren aan

verdere professionalisering binnen de jeugdzorg.

In 2012 is een start gemaakt met activiteiten op het

gebied van Serious Gaming. De minor Serious Gaming is

in 2012 voor het eerst aangeboden, er is een symposium

georganiseerd en regionaal zijn dwarsverbanden gesmeed

met o.a. ArtEz en Deltion.

Windesheim richt zich op een brede instroom van stu-

denten omdat de arbeidsmarkt daarom vraagt en omdat

Windesheim vindt dat studeren voor iedereen is. Ruim de

helft van de studenten van Windesheim komt van het havo

en het vwo en één derde komt van het mbo. Daarnaast

richt Windesheim zich - onder meer in het kader van Leven

Lang Leren - op volwassenen die zich willen omscholen en

op mbo’ers met enkele jaren werkervaring. Voor mbo’ers

die minder goed zijn toegerust voor het volgen van een

vierjarige hbo-opleiding, biedt Windesheim tweejarige

Associate degree-opleidingen aan. Voor studenten die een

meer dan gemiddelde studiebelasting aankunnen, zijn er

honours tracks.

Een honoursprogramma is een aanvullend programma voor

studenten die een meer dan gemiddelde studiebelasting

aankunnen. Het honoursprogramma van Windesheim is

verder uitgebouwd. Samen met het Windesheim Honours

College is een Engelstalig honoursprogramma ontwikkeld.

Page 15: Bekijk het jaarverslag 2012

Om de ambities te kunnen realiseren is samenwerking cruci-

aal, zowel op regionale, nationale als internationale schaal.

Windesheim werkt samen met bedrijfsleven, maatschappe-

lijke organisaties in onderwijs, zorg en welzijn. Door middel

van ideeën voor innovatie en kennisuitwisseling, worden

bedrijven en maatschappelijke organisaties in de regio on-

dersteund met de expertise waarover docenten en lectoren

van Windesheim beschikken.

E N T R E P R E N E U R S I N R E S I D E N C E

Windesheim heeft 23 topfunctionarissen uit het

bedrijfsleven en de non-profitsector aan zich verbonden.

Windesheim versterkt zich met dit initiatief als kennisin-

stelling en wil hiermee onderwijs, onderzoek en onderne-

men nauwer met elkaar verweven. Voor Nederland is dit

een uniek initiatief. De domeinen zetten de topfunctiona-

rissen op verschillende manieren in. Zo heeft het domein

Business, Media en Recht gekozen voor een grotere groep

‘Entrepreneurs in Residence’, met elk een relatief kleine

aanstelling. Gekozen is voor een mix van mensen met

verschillende functies, competenties en ervaringen.

De entrepreneurs worden betrokken bij het onderwijs,

de studenten, de docenten en de lectoraten.

Bij het domein Gezondheid en Welzijn en het domein

Techniek is gekozen voor een kleinere groep ‘Fellows’,

maar met een grotere aanstelling. Bij het domein Ge-

zondheid en Welzijn is vooral gekozen voor experts die

passen bij de speerpunten: jeugd en ouderen. Ze worden

ingezet bij het onderwijs, de onderwijsontwikkeling en

het onderzoek. Het domein Techniek zet haar ‘Fellow’ in

bij onderwijs en onderzoek, waarbij de focus ligt op meer

meisjes en vrouwen in Nederland te interesseren voor een

opleiding en beroep in bèta, techniek en ICT.

I N T E R N A T I O N A L I S E R I N G

Windesheim is actief in een regio waarin internationalise-

ring een belangrijke rol speelt om de regionale economie

verder te versterken. Windesheim sluit daarop aan met extra

impulsen voor internationaal onderwijs. Dat vergroot het

beroepsperspectief van afgestudeerden. Contact met andere

culturen stimuleert de persoonlijke ontwikkeling van de

student. Dit zijn voor Windesheim redenen om op het terrein

van internationalisering een hoger niveau te willen bereiken.

Die wens sluit ook aan bij recente nationale en interna-

tionale beleidsafspraken om van Europa een innovatieve

en competitieve economie op wereldniveau te maken.

13

Page 16: Bekijk het jaarverslag 2012

Windesheim ontplooit gerichte initiatieven om de relatieve

achterstand op het gebied van internationalisering

(meer dan) goed te maken. Uitwisselingsprogramma’s,

buitenlandstages, excursies, Engelstalige minors en

double degree-programma’s maken daar deel van uit.

Engelstalige programma’s zijn in het curriculum opgeno-

men. Windesheim gaat strategische partnerships aan met

universiteiten en andere hogescholen in het buitenland

om studenten de kans te geven internationale ervaringen

op te doen. Studenten kiezen er bijvoorbeeld voor om

hun derdejaars stage in China te doen. Of een jaartje in

Malaga te studeren.

Het aantal uitwisselingsovereenkomsten met andere

instellingen bedraagt 190 voor inkomende studenten

(2011:210) en 154 voor uitgaande studenten (2011:138).

In het kader van de mogelijke start van een Confucius

Instituut is in 2012 een didactische cursus ontwikkeld, een

opzet gemaakt voor een minor Chinees, wordt met drie

scholen gesproken over ondersteuning van Chinees op hun

school en is een landelijk netwerk opgericht van twaalf

scholen die Chinees geven.

In 2012 heeft het Windesheim Honours College (WHC) een

eigen plek gekregen op de campus in Zwolle. De directe

nabijheid van het WHC heeft daarmee voor een impuls

gezorgd op het gebied van internationalisering. Het

bachelorprogramma voor het WHC van vier jaar is volledig

ingericht. De eerste studenten van WHC studeren in

2013 af. Zij zijn belangrijke ambassadeurs van het WHC.

De docenten van het WHC zijn internationaal hoog

opgeleid en dit is terug te zien in de positieve,

bovengemiddelde Nationale Studenten Enquête

(NSE) -resultaten.

S T U D E N T T E V R E D E N H E I D

NSE-resultatenVan de onderzochte opleidingen komt Windesheim met

een totaalscore van 70% boven het gemiddelde uit op een

vierde plaats in de ranking van de Nationale Studenten-

enquête (NSE). Van de totaal 23 beoordeelde opleidingen

van Windesheim staan er vier op nummer één. Dit zijn de

opleidingen Pedagogiek, Bouwkunde, Industrieel Product

Ontwerpen en Technische Informatica.

Uit de NSE blijkt dat de tevredenheid van Windesheim-

studenten (voltijdbachelor) bij acht van de vijftien thema’s

plus drie afzonderlijke stellingen significant hoger is

dan landelijk. Dit zijn inhoud, docenten, voorbereiding

beroepsloopbaan, toetsing en beoordeling, studierooster,

studiebegeleiding. Verder scoort Windesheim significant

hoger dan landelijk bij de thema’s studieomgeving

en huisvesting. Bij de overige onderwerpen is de score

van Windesheim niet significant anders dan de landelijke

score.

Alle opleidingen werken aan verbeteracties op basis van

de NSE-resultaten. De terugkoppeling van verbeteracties

naar studenten is in het algemeen verbeterd.

Keuzegids Voltijd 2013In de Keuzegids Voltijd 2013 behoudt Windesheim de vijfde

plaats bij de best beoordeelde grote hogescholen. De be-

oordeling van 41 opleidingen in Zwolle en zes in Flevoland

leidde tot dit resultaat.

Dit jaar behaalden achttien opleidingen een plek in de top 3.

Nieuw op de eerste plaats is de opleiding Elektrotechniek

(94 punten). Daarnaast staan net als vorig jaar ook het

Windesheim Honours College, de Lerarenopleiding

Lichamelijke Opvoeding, Toegepaste Gerontologie en

Pedagogisch Management Kinderopvang op de eerste

plaats. Acht opleidingen behaalden een tweede plaats:

Logistiek en Technische Vervoerskunde, Psychomotorische

Therapie en Bewegingsagogie, Financial Service

Page 17: Bekijk het jaarverslag 2012

Management, Pedagogiek, LVO exacte vakken, Industrieel

Product Ontwerpen, Sport en Bewegen, en Civiele Techniek.

Een derde plaats is er voor de opleidingen Technische

Informatica, Mobiliteit, Bouwkunde, Werktuigbouwkunde

en Logistiek en Economie.

De uitkomsten van de Keuzegids Voltijd 2013 berusten op

gelijke weging van scores op tien thema’s. Zeven daarvan

vinden hun oorsprong in de NSE 2012. Andere bronnen die

de Keuzegids gebruikt zijn de HBO-Raad en expertoordelen

uit visitatie- en accreditatierapporten.

M A A T W E R K T R A J E C T E N

Windesheim organiseert maatwerktrajecten door middel

van co-financiering. Dit betreft de opleiding Management,

Economie en Recht voor zes studenten in opdracht van de

Klanten Contact Academie.

U I T B E S T E D I N G

O N D E R W I J S T A K E N

Windesheim besteedt op beperkte schaal

onderwijs activiteiten uit. Windesheim draagt daarbij de

verantwoordelijkheid voor de kwaliteit en kern van het

onderwijs. De inhoud van de onderwijsprogramma’s is

volledig door Windesheim ontwikkeld, vastgesteld en op

kwaliteit bewaakt.

Windesheim biedt Opleidingen Speciale Onderwijszorg

(Master SEN) aan op de campus in Zwolle. Samen met de

Stenden Hogeschool, Hogeschool Inholland en de Marnix

Academie worden de opleidingen ook aangeboden in

Leeuwarden, Hoofddorp en Utrecht. Windesheim betaalt

€ 2,1 mln. aan de partners voor de bekostiging van de

opleidingen (2011: € 1,8 mln.).

De Vrije Universiteit (VU) voert de leerroutes Dyslexie

en Rekenspecialist van de opleiding Master SEN uit.

Windesheim betaalt € 0,1 mln. aan de VU voor de bekosti-

ging van de leerroutes (2011: € 0,1 mln.). Daarnaast volgen

Windesheimstudenten ook de Universitaire PABO-PA2 aan

de VU. Voor het studiejaar 2011-2012 is hiervoor € 36.000

betaald (2010-2011: € 37.000).

P R O F I L E R I N G S F O N D S

Het profileringsfonds van Windesheim is bedoeld voor

studenten die door bijzondere omstandigheden stu-

dievertraging hebben opgelopen of dat waarschijnlijk

15

Page 18: Bekijk het jaarverslag 2012

gaan doen. Het fonds geeft financiële ondersteuning in

bijzondere omstandigheden zoals ziekte, zwangerschap en

bevalling en bijzondere familieomstandigheden.

Daarnaast geeft het fonds financiële ondersteuning

als een student deelneemt aan bestuurlijke activiteiten

of topsportactiviteiten.

Ve r z o e k e n p r o f i l e r i n g s f o n d s 2 0 1 2

Topsport Bestuurssteun Afstudeersteun

Toekenning 31 32 34

Afwijzing 0 3 4

Niet Ontvankelijk 0 5 2

Loopt nog 0 6 2

31 46 42

U i t b e t a a l d e b e d r a g e n 2 0 1 2

Topsport Bestuurssteun Afstudeersteun Totaal

(x € 1.000) 19 43 66 128

Ve r z o e k e n p r o f i l e r i n g s f o n d s 2 0 1 1

Topsport Bestuurssteun Afstudeersteun

Toekenning 29 43 38

U i t b e t a a l d e b e d r a g e n 2 0 1 1

Topsport Bestuurssteun Afstudeersteun Totaal

(x € 1.000) 16 33 63 112

Er zijn in 2012 (2011: nihil) geen betalingen gedaan aan niet-EER studenten (EER: Europese Economische Ruimte).

Page 19: Bekijk het jaarverslag 2012

17

Page 20: Bekijk het jaarverslag 2012

Windesheim vindt praktijkgericht onderzoek en

een onderzoekende houding onmisbaar voor de

afgestudeerde bachelor. Windesheim heeft de ambitie de

komende jaren het onderzoek fors uit te breiden en een

stimulerend onderzoeksklimaat te bieden. De kenniscentra

werken verder aan het focus aanbrengen in het onderzoek

en aan de verbinding met de bacheloropleidingen.

Daarbij is er speciale aandacht voor het inrichten van een

doorlopende leerlijn onderzoek in alle bacheloropleidingen.

Windesheim wil studenten leren wat praktijkgericht onder-

zoek inhoudt en hun onderzoekvaardigheden ontwikkelen.

Het praktijkgericht onderzoek aan Windesheim krijgt

steeds meer body. Naast een groei in het aantal fte met

onderzoeks taken neemt ook het aantal gesubsidieerde

onderzoeksprojecten toe. De door de Stichting Innovatie

Alliantie (SIA) RAAK-gefinancierde projecten nemen daarin

een dominante plaats in. Van de ruim honderd lopende

RAAK-projecten die in de RAAK-projectenbank van de SIA

vermeld staan, neemt Windesheim er eind 2012 tien voor

zijn rekening, een aandeel van 7,5%. Ter vergelijking: het

aandeel van Windesheim in de afgeronde projecten sinds de

RAAK-programma’s bestaan, is 1,8%.

V E R S T E R K I N G O N D E R Z O E K

Alle opleidingen nemen maatregelen om onderzoek te

versterken. De opleidingen hebben hun visie, kwalificaties

en leerdoelen geconcretiseerd en vastgelegd. De betrok-

kenheid van lectoren bij de onderzoekleerlijn kan nog

verder worden geoptimaliseerd. Voor docenten heeft de

Corporate Academy van Windesheim een scholingsaanbod

ontwikkeld, gericht op onderzoek.

Een voorbeeld is het project #FIVE. Dit project heeft als

doel om door te werken aan een gezond en veilig studie-

klimaat, het welzijn van studenten te vergroten en zo bij te

dragen aan het verminderen van studieuitval en studiever-

traging. Dit sluit ook goed aan bij de prestatieafspraken

van Windesheim. Het project heeft onderwerpen zoals

psychosociale problematiek, verslaving, sociale cohesie

en leefstijl in relatie tot studiesucces, bespreekbaar

gemaakt. Er is een enquête gehouden onder studenten

van Windesheim. De uitkomsten zijn gepresenteerd aan

het directeurenoverleg. Berichtgeving heeft ook de

landelijke en regionale pers gehaald.

Op basis van de uitkomsten is de gezondheids- en

veiligheidssituatie van Windesheim in kaart gebracht en

zijn vervolgens speerpunten geformuleerd waarmee in de

volgende fase van het project zal worden gewerkt.

Diverse onderzoeklijnen zijn inmiddels uitgezet, waarbij

zowel medewerkers als studenten actief betrokken zijn.

C E N T R E S O F E X P E R T I S E

Windesheim is in 2012 gestart met de inrichting van vier

Centres of Expertise (CoE) in de regio. Deze centra zijn

innovatief, excellent en opereren in samenwerkingsver-

banden met andere kennisinstellingen en marktpartijen.

Daarmee hebben ze een hoog inverdienpotentieel. CoE’s

bieden plaats aan onderzoek van topkwaliteit, een

voorwaarde voor onderwijs van topkwaliteit.

Onderzoek

H O O F D S T U K 4

Page 21: Bekijk het jaarverslag 2012

De vier Centres of Expertise zijn:

1. Het Centre of Expertise High Tech Systemen en

Materialen Oost (ECHO), een samenwerkingsverband

van Windesheim en Saxion.

2. Hiermee verbonden wordt het Centre of Expertise for

Open Chemical Innovation Smart & Biobased Materials

Noord-Oost Nederland, een samenwerkingsverband

tussen de hogescholen Windesheim en Stenden met de

Nederlandse rubber- en kunststofindustrie.

3. Het Centre of Expertise Techniek Onderwijs (TSE-CTO).

Hiermee beantwoorden Windesheim en Saxion de luide

roep van de arbeidsmarkt om meer technici.

4. Het Centre of Expertise Logistiek. Op het gebied van

logistiek onderwijs, praktijkgericht onderzoek en

innovatieve ontwikkeling is Windesheim met vijf

hogescholen, te weten NHTV, Fontys, Hogeschool van

Amsterdam, Hogeschool Rotterdam en Hogeschool van

Arnhem en Nijmegen de samenwerking aangegaan.

Aparte vermelding verdient het Expertisecentrum Primair

Onderwijs (EXPO) dat educatief onderzoek doet voor het

primair onderwijs. Het initiatief hiertoe werd twee jaar

geleden genomen door Windesheim, dat ten behoeve

van dit centrum de samenwerking versterkte met iPabo,

Inholland en de VU.

L E C T O R E N E N L E C T O R A T E N

De lectoren zijn op verschillende manieren betrokken bij

het uitvoeren van opdrachten en projecten. Daarnaast

spelen lectoren een ondersteunende rol in de masters, is

een aantal minors nauw gelieerd aan lectoraten, worden er

door lectoren gastcolleges verzorgd, etc. Een voorbeeld van

integratie van onderwijs en onderzoek zijn de lectoraten

‘Innoveren in de Ouderenzorg’ en ‘ICT-innovaties in de zorg’

die zich op het thema Oud richten. Dit thema is dominant

aanwezig in de nieuwe opleiding Toegepaste Gerontologie.

De Regio Zwolle Monitor 2012 is de eerste versie van een

jaarlijks onderzoek naar de regionale economische kracht

en is uitgevoerd door onderzoekers van Windesheim, in

nauwe samenwerking met onderzoekers van de Rabobank,

de Kamer van Koophandel en de provincie Overijssel.

De uitkomst van de Regio Zwolle Monitor werd door

burgemeester Westmaas van Meppel tijdens het onderne-

merscongres de Nieuwe Hanze op 12-12-2012 overhandigd

aan VNO-NCW voorzitter Wientjes. Dr. ir. W. Buunk van het

19

Page 22: Bekijk het jaarverslag 2012

lectoraat Area Development van Windesheim presenteerde

de nulmeting van de Hanzelijn Monitor. Onder zijn leiding

doet het lectoraat onderzoek naar de effecten van de

nieuwe spoorlijn tussen Lelystad en Zwolle die op

8 december 2012 in gebruik werd genomen.

In samenwerking met zorgpartijen en eHealth-MKB’ers

bouwt het lectoraat ICT-innovaties in de Zorg aan het

Zorg-op-Afstand Skillslab. Het lab gaat onderzoek ver-

richten naar de taken, competenties, vaardigheden en

ondersteuning van de telezorgverpleegkundige. Het gaat

dan om vragen als: Wat betekent het eigenlijk voor een

verpleegkundige als hij/zij niet meer fysiek aanwezig is

bij een cliënt thuis? Wat betekent dit voor het verpleeg-

kundig handelen? Het lab wordt daarnaast ingezet voor

onderwijsactiviteiten en staat open voor externe partijen

(zorginstellingen, MKB’ers) om te experimenteren met

nieuwe technologieën en werkwijzen.

Het jaar 2012 was voor het lectoraat Theologie en

Levensbeschouwing een oogstjaar. Het belangrijkste

evenement was de publicatie en presentatie van een leer-

boek levensbeschouwelijke communicatie, Werken

met Diepgang. Een van de hoofddoelstellingen van het

lectoraat voor deze eerste periode was een dergelijk

handboek het licht te doen zien. In het handboek worden

aan de hand van casuïstiek reflectiemethodieken en een

theoretisch kader ontwikkeld die professionals in de

sectoren zorg, onderwijs en kerk in staat moeten stellen

te communiceren over de levensbeschouwelijke

aspecten van hun beroepen. Dit boek zal in ieder geval

op de literatuurlijst van theologie-opleidingen komen te

staan, als ook op die van de minor Zingeving voor profes-

sionals van Windesheim.

Vanuit het lectoraat Onderwijszorg is het Expertise centrum

Positive Behaviour Invervention & Support (ECPBIS)

gestart. Met het ECPBIS wil Windesheim de leider worden

binnen Nederland rond verdere ontwikkeling van PBIS

in Nederland en onderzoek doen naar de werkzaamheid

en effecten van PBIS in Nederland en naar de implemen-

tatie van PBIS als innovatief schoolontwikkelingstraject.

Hiertoe zal per januari 2013 een projectmanager starten.

Het onderzoek van het ECPBIS zal binnen het lectoraat

uitgevoerd worden.

Voor het lectoraat Bewegen, Gezondheid en Welzijn was

2012 een overgangsjaar waarin lector Bosscher, die vanaf

1994 het lectoraat vorm gaf, met pensioen ging. Bosscher

nam afscheid met een symposium over praktijkgericht

onderzoek in het werkveld van de psychomotorische

therapie. Zijn opvolger, Van Busschbach, combineert het

lectoraat met haar werk als senior onderzoeker bij het

Rob Giel Onderzoekcentrum (RGOc), onderdeel van het

Universitair Centrum Psychiatrie van het Universitair

Medisch Centrum Groningen (UMCG).

De lectoraten van Windesheim zijn georganiseerd in kennis-

centra en verbonden aan een domein. Dat levert meer focus

en meer kritische massa op in de onderzoeksfunctie. Ook

wordt daardoor de binding met het onderwijs en het werk-

veld vergroot. In 2012 waren 25 lectoraten actief (2011: 22).

In 2012 zijn het lectoraat Theologie en Levensbeschou-

wing, het lectoraat Jeugdzorg en het lectoraat Klanten-

perspectief in de zorg gestart. Het lectoraat Internationaal

Zakendoen zal in 2013 starten.

De activiteiten van de lectoraten worden gefinancierd uit

de Rijksbijdrage (2012 bijna € 5 mln.) en uit subsidies zoals

bijvoorbeeld de SIA RAAK-subsidies.

Met de Vrije Universiteit (VU) heeft Windesheim een

overeenkomst gesloten die inhoudt dat 150 medewerkers

van Windesheim via de VU toegang krijgen tot weten-

schappelijke databanken. Hiermee is de kwaliteit van de

onderzoek infrastructuur op Windesheim sterk verbeterd.

Page 23: Bekijk het jaarverslag 2012

P R O M O T I E B E L E I D ,

P R O M O V E N D I

Windesheim vindt het belangrijk dat mensen zich blijven

ontwikkelen. Voor medewerkers die willen promoveren,

is promotiebeleid vastgesteld. In overleg met de leiding-

gevende kunnen medewerkers tijdens het vier jaar

durende promotietraject, een aantal dagen (vaak twee)

in de week vrijgesteld worden van overige taken. Voor

het bekostigen van het promotietraject dienen dan ook

voldoende finan ciële middelen beschikbaar te zijn.

In 2012 zijn vier promotietrajecten gestart. Het aantal

lopende promotietrajecten per einde 2012 is 37.

Windesheim voldoet aan het streefaantal van de HBO-

raad. De verwachte afrondingsdata van de trajecten zijn:

R A A K - S U B S I D I E S

Windesheim is in 2012 weer succesvol geweest in de

aanvragen voor de RAAK-subsidies van de Stichting

Innovatie Alliantie (SIA). Twee voorbeelden: voor het

project Methodisch werken bij dementie is € 0,3 mln.

gehonoreerd; dit project loopt van 1 september 2012 tot en

met 31 augustus 2014. Voor het project Professionalization

of Case Managers is ook € 0,3 mln. gehonoreerd; dit project

loopt van 1 februari 2013 tot en met 31 januari 2015.

D o m e i n K e n n i s c e n t r u m L e c t o r a a t

Bewegen en Educatie Educatie Bewegen, Gezondheid en Welzijn

Bewegen, School en Sport

Didactiek en Inhoud van de Kunstvakken

Onderwijszorg en Samenwerking binnen de Keten

Pedagogische Kwaliteit van het Onderwijs

Theologie en Levensbeschouwing

Business, Media en Recht Media Media and Civil Society

Ondernemerschap Accountancy en Controlling

Duurzaam Ondernemen

Familiebedrijven

Sociale Innovatie en Verscheidenheid

Supply Management

Gezondheid en Welzijn Gezondheid en Welzijn De Gezonde Stad

Innoveren in de Ouderenzorg

Sturing in de Jeugdzorg

Onderzoekscentrum Preventie Overgewicht Zwolle (OPOZ)

Palliatieve Zorg, Ethiek en Communicatie

Veiligheid en Sociale Cohesie

Verslavingspreventie

Techniek Technologie Area Development

ICT-Innovaties in de Zorg

Kunststoftechnologie

Flevoland Maatwerk primair in Leiderschap in het Onderwijs

Klantenperspectief in Ondersteuning en Zorg

Robotica

G e p l a n d e a f r o n d i n g p r o m o t i e

2013 2014 2015 2016 2017 totaal

11 6 5 6 9 37

21

Page 24: Bekijk het jaarverslag 2012

Windesheim herkent, creëert en benut kansen om

diensten aan te bieden die naadloos aansluiten

op vragen uit de markt en relevante ontwikkelingen in

de regio. Onderwijs, onderzoek en ondernemen zijn

geïntegreerd om de ambities te realiseren.

A M B I T I E S

Windesheim heeft gewerkt aan een duidelijke en werkbare

lange termijn koers voor Ondernemen. De koers is gericht

op waardecreatie voor klanten, stakeholders en de eigen

organisatie. Hiertoe ontwikkelt en implementeert

Windesheim maatschappelijk of commercieel doel dienende

programmalijnen die aansluiten bij de kennis en expertise

in het onderwijs. Met deze lijnen bevordert Windesheim de

wisselwerking met organisaties in de regio. Zo heeft bijvoor-

beeld de opleiding Pedagogiek verbindingslijnen ontwikkeld

rond thema’s voor verbinding van onderwijs, onderzoek en

ondernemen. Hiervoor zijn samenwerkingsverbanden met

onderzoeks- en maatschappelijke instellingen tot stand

gebracht, waarin inmiddels door vierdejaarsstudenten

onderzoeksopdrachten zijn uitgevoerd. Dit ´model´ wordt

in 2013 voortgezet en verder uitgebreid.

K E N N I S V A L O R I S A T I E

Kennisvalorisatie is het economisch en maatschappelijk

benutten van kennis. Door kennisvalorisatie te combineren

met ondernemerschap, krijgt onderzoek waarde voor de

samenleving. Windesheim bereikt met ondernemen en

valorisatie dat:

• de interactie met de praktijk wordt gestimuleerd en

daarmee de kwaliteit van onderwijs en onderzoek

wordt verhoogd;

• studenten worden gefaciliteerd die hun eigen bedrijf

willen combineren met hun studie;

• kennisverspreiding in de regio wordt vergroot;

• inkomsten worden gegenereerd als alternatief voor

de afnemende overheidsbijdrage;

• ondernemerschap wordt versterkt, zowel binnen

als buiten Windesheim.

A C T I V I T E I T E N

De activiteiten bestaan uit open aanbod,

maatwerk trajecten en marktgestuurd onderzoek.

Maatwerktrajecten zijn bijvoorbeeld Management

Development-trajecten en speciale vaktraining voor

medewerkers van een bedrijf. De omzet Open aanbod

is het grootste deel van de totale omzet Ondernemen.

Cursisten weten de hogeschool goed te vinden voor

opleidingen waarvoor een certificaat wordt afgegeven.

Windesheim is nog wat minder herkenbaar als aanbieder

van kort cursorisch onderwijs en masterclasses.

De omzet Maatwerk is een kleiner deel van de totale

omzet Ondernemen. Ten opzichte van commerciële

aanbieders biedt Windesheim toegevoegde waarde door

middel van het certificaat, de didactische kwaliteiten en

het onderwijsconcept van een hbo-instelling.

Windesheim heeft traditioneel een sterke binding met

non-profit (overheid, semi-overheid, zorg, onderwijs en

welzijn) en grote(re) bedrijven omdat bij deze bedrijven

Ondernemen

H O O F D S T U K 5

Page 25: Bekijk het jaarverslag 2012

vaak sprake is van goed opleidingsbeleid en deze

organisaties goed zicht hebben op opleidingsbehoeften

van medewerkers. Uitgangspunt van de activiteiten is dat

deze passen binnen de missie en visie van Windesheim en

dat alle betrokken partijen er baat bij hebben. De maat-

schappij wordt geholpen, studenten en docenten doen

praktijk gerichte ervaring en kennis op en Windesheim blijft

op de hoogte van wat er speelt in de maatschappij en kan

het onderwijs daarop aanpassen.

Een greep uit de activiteiten in 2012:

• het Centre for Entrepreneurship van Windesheim

participeert in diverse netwerken, projecten en

evenementen zoals het Starters ABC en de Global

Entrepreneurshipweek. Of zoals Startpunt, dat studenten

ondersteunt bij (de opzet van) hun eigen bedrijf.

• Windesheim neemt als founding partner deel aan

People’s Business. Windesheim verzorgt workshops en

studentondernemers presenteren zich.

• Windesheim is een van de stichtingspartners van

Kennispoort Regio Zwolle. Kennispoort helpt om deuren

te openen en focust op kansrijke sectoren Kunststoffen,

Health en Energie.

• Een compleet vernieuwde Master of Business

Administration is in de markt gezet.

• Windesheim is partner in een samenwerkingsverband

tussen acht hbo- en mbo-scholen: De Zwolse 8.

De samenwerking is gericht op studentenhuisvesting,

een levendige binnenstad door en voor studenten en

toename van bedrijvigheid om de binding van (ex-)

studenten aan de stad te bevorderen.

O M Z E T

In 2012 is € 7,3 mln. (2011: € 6,2 mln.) omzet op

Ondernemen gerealiseerd. Daarvan is € 6,7 mln.

(2011: € 5,6 mln.) voor contractonderwijs en € 0,6 mln.

(2011: € 0,6 mln.) voor advieswerk.

De omzet 2012 is € 0,4 mln. lager dan begroot en

€ 1,1 mln. hoger dan in 2011 gerealiseerd. De lagere

omzet ten opzichte van de begroting wordt verklaard

door een nog altijd krappe markt en een herbezinning

op de portfolio en marktbenadering.

23

Page 26: Bekijk het jaarverslag 2012

O N T W I K K E L I N G E N I N D E

P E R S O N E E L S F O R M A T I E

De personeelsformatie is in 2012 toegenomen.

In procenten uitgedrukt is de toename in 2012 in personen

5,8%. De toename in fte is 5,7%. De stijging in fte’s en in

aantallen betreft voor bijna tweederde tijdelijke contrac-

ten en voor ruim één derde vaste contracten.

De categorie onderwijzend personeel (OP) laat een stijging

zien van 13,6% in personen en 13,0% in fte. Bij het on-

derwijsondersteunend personeel (OOP) is sprake van een

daling van 7,4% in personen en van 5,9% in fte. In 2012 is

de methodiek aangepast naar die van de HBO-raad.

De gemiddelde deeltijdfactor van het OOP is in 2012 ten

opzichte van 2011 licht gestegen van 0,81 naar 0,83 fte.

De gemiddelde deeltijdfactor van het OP is in 2012 ten

opzichte van 2011 licht gedaald van 0,77 fte naar 0,76 fte.

In december 2012 hadden 24 medewerkers een arbeids-

markttoelage. Van deze 24 medewerkers hadden negen

medewerkers een tijdelijke arbeidsovereenkomst.

S C H O L I N G E N O N T W I K K E L I N G

Professionalisering heeft een directe verbinding met on-

derwijskwaliteit en met de doelstellingen van Windesheim.

Aan het kwalificatieniveau van docenten worden hoge

eisen gesteld. Er wordt een breed scala van professiona-

liseringsactiviteiten aangeboden. Zo is er een uitgebreid

aanbod voor het professionaliseren van docenten op het

gebied van studieloopbaanbegeleiding en wordt scholing

aan docenten aangeboden op het gebied van onderzoek.

Het huidige trainingsaanbod voor didactische professio-

nalisering wordt doorontwikkeld tot de basis kwalificatie

onderwijs (BKO) en de senior kwalificatie onderwijs (SKO).

Dit wordt uiterlijk in 2016 afgerond. Naast didactische

scholing biedt Windesheim de professionaliseringstrajec-

ten voor specifieke rollen zoals lid examencommissie, lid

van de opleidingscommissie of leidinggevende. Assessoren

en studentbegeleiders zijn gecertificeerd.

Windesheim stelt zich ten doel dat in 2015 78% van

de docenten beschikt over een masterdiploma en 10%

gepromoveerd is. Van nieuwe docenten wordt verwacht

dat ze naast didactische vaardigheden en kennis van

de beroepspraktijk, minimaal academisch opgeleid zijn.

Docenten die al in dienst zijn worden gefaciliteerd bij het

behalen van masters en het doorlopen van promotietra-

jecten. De kosten van de opleiding worden vergoed en er

wordt maximaal een dag per week aan tijd ter beschikking

gesteld.

2 0 1 2 2 0 1 1

fte's aantal fte's aantal

Onderwijzend personeel 959 1.262 834 1.090

Onderwijsonder steunend personeel 613 742 649 797

1.572 2.004 1.483 1.887

Personeel

H O O F D S T U K 6

Page 27: Bekijk het jaarverslag 2012

In het kader van teamvorming van nieuw gevormde

managementteams hebben Windesheim Flevoland en de

diensten Support en Voorzieningen en Vastgoed deelgeno-

men aan een Development Center. Voor leidinggevenden

en teamleiders is deelname aan de leergangen HRM en

Financieel Management vanaf 2013 verplicht gesteld

om daarmee de basis managementvaardigheden verder

te ontwikkelen. Na afronding van het eerste traject ‘In

de Wind’ voor managerial talenten in 2011 is in 2012

een tweede traject van start gegaan, dit keer gericht op

onderwijskundig inhoudelijk leiderschap. Dit traject loopt

door in 2013.

Sturen op professionalisering van een organisatiecultuur

waarin verantwoordelijkheid nemen, verantwoording

afleggen en elkaar aanspreken vanzelfsprekend zijn,

blijft een continu aandachtspunt in de leiderschapspro-

gramma’s.

R E C R U I T M E N T E N

E M P L O YA B I L I T Y

Het beleid voor Werven en Selecteren is in 2012 geactu-

aliseerd. Zo is onder meer de regeling voor voorrangs-

kandidaten aangepast. Door onder meer een Meet &

Greet te organiseren is een netwerk met gepromoveerden

opgebouwd. Ook zijn in 2012 voorbereidingen getroffen

om talentpools op te zetten zodat nog beter en sneller

voorzien kan worden in de vervulling van vacatures.

In 2012 werden 342 vacatures behandeld, waarvan er 286

zijn ingevuld. Het valt op dat de inkoop van vacatureruim-

te in de media (monsterboard, intermediair etc.) steeds

verder terugloopt. Het gebruik van Social Media bij het

werven en selecteren neemt daarentegen toe.

C O R P O R A T E L E R E N ,

C O R P O R A T E A C A D E M Y

E N P R O F E S S I O N E L E R U I M T E

In 2012 was bij de Corporate Academy sprake van een

toename van het aantal maatwerktrajecten en een afname

van open aanbod, mede omdat open aanbod trajecten

steeds meer in de vorm van maatwerk worden gegeven.

Tevens is er sprake van een verdere verschuiving naar

scholing op strategische thema’s. Hierbij gaat het met

name om teamontwikkeling (zestien trajecten, tachtig

medewerkers); toetsing (278 medewerkers geschoold),

25

Page 28: Bekijk het jaarverslag 2012

examencommissies (88 medewerkers geschoold) en

opleidingscommissies (zeventig medewerkers geschoold).

Ook is in 2012 een start gemaakt met het uitvoeren van

het scholingsplan in Windesheim Flevoland.

Er is Windesheimbreed een aanvraag gedaan en

toegekend in het kader van de Stimuleringsregeling

Professionele Ruimte van Zestor. Een project genaamd

´Samen werken, samen leren en professionaliseren´ is van

start gegaan, waarin de vier domeinen en Windesheim

Flevoland een pilot over teamleren uitvoeren.

U I T K O M S T E N

B E O O R D E L I N G S C Y C L U S

In 2012 zijn in totaal ruim 1.800 waarderingen uitgespro-

ken in het kader van de beoordelingscyclus. Dit is 95% van

alle medewerkers op peildatum 31 juli 2012 (2011: 92,6%).

Binnen de categorie ‘goed’ is het percentage ‘laag goed’

waarderingen gestegen. Het percentage ‘onvoldoende’

waarderingen is eveneens gestegen. Het percentage

‘uitstekend’ waarderingen is afgenomen.

Het blijft belangrijk om resultaatafspraken duidelijk te

formuleren, evenals het vastleggen van de motivatie

voor de waardering. In de periode 2011-2012 is met 105

medewerkers ( 5%) geen waarderingsgesprek gevoerd.

Van deze medewerkers is geen uitkomst vermeld op de

beloningslijst en is geen gespreksverslag aanwezig. Dit

betreft medewerkers die te kort in dienst waren of op

korte termijn uit dienst zouden gaan en zwangere of zieke

medewerkers. Voor 2010-2011 was dit 7%.

V E R Z U I M

Zorgelijk is dat het verzuim in 2012 steeg naar 4,7%. In

alle organisatieonderdelen van Windesheim is het verzuim

gestegen. Het hoge verzuimpercentage is met name het

gevolg van langdurig verzuim, gezien het hoge percentage

nul-verzuimers (56%) en de lage verzuimfrequentie (0,85).

In de trainingen Talent, Succes en Waardering worden

(nieuwe) leidinggevenden nadrukkelijk gewezen op

het belang van een goede dialoog en tijdige, liefst

preventieve, interventies om het verzuim te beperken.

Met de arbodienst heeft intensief contact plaatsgevonden

om de dienstverlening op administratief gebied te verbete-

ren, wat tot de gewenste resultaten heeft geleid.

A R B O

In 2012 heeft Windesheim er aan gewerkt om ‘veiligheid’

binnen de diverse organisatieonderdelen beter op elkaar

af te stemmen en zo tot integrale beleidsvorming te

komen. Er is een aantal Risico-inventarisatie & Evaluaties

(RI&E’s) opgestart waarin arbo en veiligheid integraal

zijn meegenomen, bijvoorbeeld op het gebied van

huisvesting, bedrijfshulpverlening, gezond beeldscherm-

werk en privacy.

Ook is een begin gemaakt met het vaststellen van de

taken en verantwoordelijkheden van elk van de diensten

ten aanzien van arbeidsomstandigheden. Op basis hiervan

zal het veiligheids- en arbobeleid van Windesheim in 2013

worden herzien.

M E D E W E R K E R S O N D E R Z O E K

Windesheim heeft op basis van de resultaten van het

medewerkersonderzoek van 2011 actie ondernomen. Door

Windesheim is aandacht besteed aan de geconstateerde

problematiek op het gebied van ongewenste omgangs-

vormen. Zo is er een expertmeeting gehouden met een

divers samengestelde groep vertegenwoordigers uit

Windesheim (leidinggevenden, CMR, vertrouwensperso-

nen, maatschappelijk werk, PenO-adviseurs, College van

Bestuur) om vast te stellen wat de aard van de problemen

is en hoe deze problemen moeten worden aangepakt.

Vanaf 2013 wordt dit thema in de diverse trainingen voor

leiding gevenden bespreekbaar gemaakt. Daarnaast zijn

voor specifieke

doelgroepen (o.a. frontoffice medewerkers) weerbaar-

heidstrainingen georganiseerd en hebben de vertrouwens-

personen voorlichtings acties uitgevoerd.

A R B E I D S V O O R W A A R D E N

In december 2012 is een akkoord over een nieuwe cao

bereikt met een looptijd van 1 februari 2012 tot en met

30 september 2013.

Page 29: Bekijk het jaarverslag 2012

Percentages Stand van zaken oktober 2011

Gerealiseerd december 2012

Mutatie Afgesproken salarismix

december 2012 OCW

schaal 11 54,6% 49,3% 5,2% 48,0%

schaal 12 39,2% 41,8% 2,5% 40,0%

schaal 13 6,1% 7,5% 1,5% 7,0%

schaal 14 0,0% 1,1% 1,1% 3,5%

schaal 15 0,1% 0,3% 0,1% 1,5%

Totaal 100,0% 100% 100,0%

G E V O E R D B E L E I D I N Z A K E

B E H E E R S I N G U I T K E R I N G E N

N A O N T S L A G

Windesheim voert een actief re-integratiebeleid. Daarmee

voldoet Windesheim aan de re-integratieverplichting zoals

die in het kader van de Werkloosheidswet sinds 1 juli 2005

van kracht is. Ook streeft Windesheim er naar om de las-

ten, voortvloeiend uit het eigen-risicodragerschap voor de

WW, tot een minimum terug te brengen door een specialist

in te zetten op begeleiding ´Van Werk naar Werk’.

Dit heeft tot aanzienlijke besparingen op de werkloos-

heidskosten geleid: in 2012 zijn 26 (ex)- werknemers in een

nieuwe werkkring geplaatst. Uitgaande van de maximale

looptijd van de uitkeringen leidde dit tot een totale bespa-

ring aan uitkeringskosten van circa € 0,7 mln.

M E D E Z E G G E N S C H A P

Windesheim heeft een Centrale Medezeggenschapsraad

(CMR) en deelraden op het niveau van domeinen en dien-

sten. In de medezeggenschapsraden zijn personeelsleden en

studenten vertegenwoordigd. De CMR en de deelraden oefe-

nen hun taak uit volgens het medezeggenschaps reglement.

De CMR heeft in 2012 ingestemd c.q. advies gegeven over

diverse onderwerpen zoals:

• De prestatieafspraken (instemming). Naast de

instemming, heeft de CMR o.a. geadviseerd om een

maximale inspanning te leveren bij de zogenaamde

‘kleine kwaliteit’, de inhoudelijke kwaliteit van de

studieloopbaanbegeleiding, de kwaliteit van de docent,

voldoende aantallen docenten, voldoende geschikte

studieplekken en voldoende mogelijkheden om lessen

te volgen.

• Studentenstatuut opleidingsdeel 2012-2013 master-

opleidingen (instemming). De tekstuele en procedurele

wijzigingen van de CMR zijn grotendeels overgenomen

door het College van Bestuur in de definitieve versie van

het studentenstatuut.

De CMR is door het College van Bestuur uitgenodigd om

samen met de domeindirecteuren te debatteren over

de kwaliteit van het onderwijs en de verbeteringen die

mogelijk zijn.

S A L A R I S - F U N C T I E M I X

Windesheim spande zich krachtig in om de afgesproken

salaris-functiemix te bereiken. Docenten stroomden zoveel

mogelijk door naar hogere functies.

27

Page 30: Bekijk het jaarverslag 2012

P L A N N I N G & C O N T R O L C Y C L U S

Het sturen op prestaties en financiën gebeurt op basis van

een regelkring: de PDCA-cyclus (Plan-Do-Check-Act). In de

Planning & Control cyclus is aangegeven wanneer welke

documenten opgesteld dienen te worden en wanneer deze

gereed dienen te zijn. Bij de Planning & Control cyclus

wordt de PDCA-cyclus doorlopen.

B E D R I J F S V O E R I N G

De kwaliteit van de bedrijfsvoering is een kritische

succesfactor voor het realiseren van de ambities van

Windesheim. De organisatiestructuur bestaat uit vijf

domeinen en drie diensten. Deze structuur versterkt en

optimaliseert de ondersteunende en bedrijfsvoering-

processen en verbetert tevens de samenwerking.

Risicobeheersings- en controlesysteemWindesheim heeft een intern risicobeheersings- en

controlesysteem. De Planning & Control cyclus, de

genomen maatregelen in het kader van risicomanagement

en de set van managementinformatie maken hier deel van

uit. Daarnaast kunnen in dat verband genoemd worden

administratieve systemen, aanwezige procedures en de

werkzaamheden van de afdeling Interne Audits.

De afdeling Interne Audits richt zich op de opzet en

werking van processen op het gebied van beheersing en

besturing. Interne Audits geeft additionele zekerheid en

advies over de kwaliteit van de beheersmaatregelen die

het management heeft getroffen om haar doelstellingen te

behalen. Interne Audits voert hiertoe verschillende audits

uit. De meest voorkomende zijn:

• operational audits naar de kwaliteit van de beheersing

van processen, afdelingen of projecten, inclusief de

betrouwbaarheid van de daartoe benodigde informatie;

• compliance audits naar de naleving van wet- en (interne

en externe) regelgeving;

• financial audits gericht op de betrouwbaarheid van

de financiële informatie, waarbij de focus ligt op de

financiële verslaggeving.

Interne Audits opereert binnen Windesheim als

onafhankelijke en objectieve entiteit. Het College

van Bestuur stelt jaarlijks het auditplan vast.

De externe accountant heeft, in samenwerking met de

afdeling Interne Audits, de opzet en de werking van

interne beheersingsmaatregelen onderzocht voor zover

dit in het kader van de jaarrekening noodzakelijk

werd geacht. Evenals in voorgaande jaren heeft de

afdeling Interne Audits verbijzonderde- en procescontroles

uitgevoerd. Voor de controle van de jaarrekening en de

bekostigingsgegevens steunt de externe accountant op de

door de afdeling Interne Audits uitgevoerde werkzaam-

heden voor zover dat vaktechnisch mogelijk is.

In afstemming met de externe accountant heeft de

afdeling Interne Audits verdere verbeteringen door -

gevoerd om de kwaliteit van de werkzaamheden nog

beter te waarborgen.

Bedrijfsvoering

H O O F D S T U K 7

Page 31: Bekijk het jaarverslag 2012

Op basis van het instellingsplan worden de financiële en

beleidsmatige kaders bepaald die in de kadernota zijn

opgenomen. De domein- en dienstdirecteuren stellen hun

activiteitenplan en begroting op binnen de in de kadernota

gestelde kaders.

Driemaal per jaar bespreekt het College van Bestuur met

de directeuren de voortgang op de ambities van

Windesheim zoals die zijn vertaald in een activiteitenplan

en in een begroting. Dat gebeurt aan de hand van een

tussentijdse rapportage (4-, 8-, 12-maands). In de

gesprekken zijn o.a. de functiemix, prestatieafspraken en

onderwijskwaliteit aan de orde geweest.

Het achtmaandsgesprek is een aanscherpinggesprek

op grond waarvan, indien nodig, nog bijsturing kan

plaatsvinden op de te realiseren doelen. In dit gesprek

worden tevens de begroting en het activiteitenplan

inclusief de prestatieafspraken voor het volgende jaar

besproken. In het twaalfmaandsgesprek wordt door

de directeuren aan het College van Bestuur verantwoor-

ding afgelegd over wat zij hebben bijgedragen aan het

realiseren van de doelstellingen voor dat jaar.

KPI-dashboardOm de voortgang op de realisatie van de strategische

agenda en daarmee op de doelstellingen te kunnen volgen,

is managementinformatie essentieel. Door de doelstel-

lingen te vertalen in prestatie-indicatoren en vervolgens

in een dashboard te rapporteren, kan effectief en efficiënt

gerapporteerd worden vanuit een management informatie

systeem. Het dashboard bevat de voor Windesheim relevante

stuurinformatie waarbij in de down drill functie tabellen,

overzichten, etc. beschikbaar zijn. De kritische prestatie-

indicatoren (KPI’s) en down drill functie zijn ontwikkeld

op basis van de beleidsprioriteiten en de speerpunten voor

2012 en verder. De informatiewaarde van het KPI- dashboard

is verder verbeterd, de prestatieafspraken zijn als KPI

opgenomen en trends zijn zichtbaar in tabellen en grafieken.

Duurzame campusWindesheim streeft naar 2% energiebesparing per jaar.

Met het project ‘Duurzame Campus’ wil Windesheim de

bewustwording bij studenten en medewerkers vergroten

om duurzamer te handelen.

29

Page 32: Bekijk het jaarverslag 2012

Een voorbeeld van een Windesheimbreed initiatief is

het sinds maart 2012 inzamelen van plastic flesjes waar

Windesheim vervolgens zelf nieuwe producten van maakt.

Studenten en medewerkers worden gestimuleerd om hun

plastic flesjes in een speciaal ontwikkelde container te

doen. De ingeleverde plastic flessen worden omgezet in de

grondstof ‘granulaat’. Van dat granulaat worden nieuwe

plastic bekerhouders gemaakt die op de campus worden

gebruikt. Een ander voorbeeld is het toepassen van

duurzame technieken bij de bouw en exploitatie van het

nieuwe zwembad.

Realisatie 2012

Begroting 2012

Realisatie-begroting

2012

Realisatie 2011(x € 1.000)

Baten

Rijksbijdragen 113.957 110.015 3.942 112.167

Overige overheids bijdragen en -subsidies 0 0 0 7.317

College-, cursus-, les- en examengelden 34.870 36.401 -1.531 34.024

Baten werk in opdracht

van derden

7.341 7.733 -392 6.232

Overige baten 17.127 15.291 1.836 16.428

Totaal baten 173.295 169.440 3.855 176.168

Lasten

Personeelslasten 125.068 125.470 402 116.422

Afschrijvingen 11.120 10.192 -928 9.086

Huisvestingslasten 7.564 8.257 693 8.169

Overige lasten 21.964 21.959 -5 22.558

Totaal lasten 165.716 165.878 162 156.235

Saldo baten en lasten 7.579 3.562 4.017 19.933

Financiële baten

en lasten

-2.865 -3.517 652 -2.837

Totaal resultaat 4.714 45 4.669 17.096

Page 33: Bekijk het jaarverslag 2012

tussen de instellingen. De lagere opbrengst collegegeld

wordt verklaard door de aanwezigheid van minder

studenten. De lagere opbrengst uit werk voor derden

is het gevolg van een nog altijd krappere markt en een

herbezinning op de portfolio en marktbenadering.

De overige opbrengsten 2012 betreft o.a. € 9,1 mln.

bijdrage van financiers Flevoland, subsidies € 2,1 mln.

zoals RAAK-subsidies, € 1,6 mln. bijdragen van studenten

en medewerkers, € 0,7 mln. detachering medewerkers, e.d.

LastenDe lagere personeelskosten zijn het saldo van bijna

€ 6,6 mln. lagere personeelskosten van eigen medewerkers

en bijna € 6,2 mln. hogere kosten van personeel derden.

De lagere personeelskosten van eigen medewerkers

worden met name veroorzaakt door het niet tijdig kunnen

dan wel het uitstellen van het invullen van ontstane

vacatures in verband met de interne ontwikkelingen.

De hogere kosten van personeel derden betreft de

invulling op vacatures, inzet op ontwikkel- en innovatie-

trajecten en vervanging bij ziekte en zwangerschap.

F I N A N C I E E L R E S U L T A A T

Eén van de zes speerpunten uit de strategische agenda

was ‘financieel in control zijn’. In 2012 zijn op dit punt

opnieuw diverse verbeteringen gerealiseerd, zoals:

• evaluatie van de P&C-cyclus en invoeren van verbeter-

voorstellen zoals de voorbereiding van de agenda voor

de acht-, en twaalf-maandsgesprekken en het agenderen

van specifieke aandachtspunten voor onderwijskwaliteit ;

• de doorontwikkeling van een KPI-dashboard gekoppeld

aan de kritische prestatie-indicatoren;

• aanscherping van de budgetbewaking en verbeterde

analyse op uitkomsten.

Over 2012 is een geconsolideerd resultaat gerealiseerd van

€ 4,7 miljoen ten opzichte van een sluitende begroting.

Het positieve en negatieve verschil ten opzichte van de

begroting betreft de volgende posten:

BatenDe hogere Rijksbijdrage wordt verklaard door een beschik-

king van 18 december 2012 met een aanpassing van bijna

€ 3,5 mln. door een gewijzigde verdeling van middelen

31

Page 34: Bekijk het jaarverslag 2012

Per einde 2012 ziet de geconsolideerde balans van Windesheim er als volgt uit:

Na verwerking bestemming resultaat (x € 1.000)

ACTIVA 31.12.2012 31.12.2011

Vaste activa

Materiële vaste activa 128.329 128.109

Financiële vaste activa 7.341 7.343

Totaal vaste activa 135.670 135.452

Vlottende activa

Voorraden 103 107

Vorderingen 7.824 7.460

Liquide middelen 37.904 41.171

Totaal vlottende activa 45.831 48.738

Totaal activa 181.501 184.190

PASSIVA 31.12.2012 31.12.2011

Groepsvermogen 53.019 48.305

Voorzieningen 10.296 11.376

Langlopende schulden 69.786 73.154

Kortlopende schulden 48.400 51.355

Totaal passiva 181.501 184.190

De hogere afschrijvingslasten zijn bijna volledig te

verklaren omdat in de begroting 2012 geen rekening is

gehouden met versnelde afschrijvingslasten vanwege

inventarisatie van niet meer aanwezige of niet meer in

gebruik zijnde bedrijfsmiddelen.

De lagere huisvestingslasten worden verklaard door lagere

huurlasten voor de vestiging in Flevoland. Bij het opstellen

van de begroting was uitgegaan van een huurlast voor

De Aardbei tot medio 2012 in plaats van het per 1 januari

2012 reeds beëindigde huurcontract.

De rentebaten zijn hoger dan begroot en tevens hoger dan

gerealiseerd in 2011. Dit wordt verklaard door een hoger

gemiddeld uitstaand saldo liquide middelen en een hoger

rentepercentage dan in de begroting opgenomen.

De solvabiliteit (eigen vermogen / balanstotaal) per

einde 2012 is 29,2% en daarmee 3 procentpunt verbeterd

ten opzichte van einde 2011. De liquiditeit (vlottende

activa / kortlopende schulden) per 2012 is 0,9 en

daarmee ongewijzigd ten opzichte van einde 2011.

Page 35: Bekijk het jaarverslag 2012

Voor een uitgebreide toelichting op de cijfers wordt

verwezen naar de jaarrekening 2012.

T R E A S U R Y B E L E I D

Het treasurystatuut is mede gebaseerd op de Regeling

Beleggen en Belenen door Instellingen voor onderwijs en

onderzoek 2010.

De doelstelling van het treasurystatuut kan worden

omschreven als: het ondersteunen van het primaire proces

van de rechtspersoon. Binnen dat kader wordt met het

beheer van financiële posities en financiële stromen

gestreefd naar minimalisatie van de kosten en risico’s en

maximalisatie van de opbrengsten.

Windesheim handelt binnen de kaders van het

treasurystatuut. Het treasurystatuut is verankerd in de

administratieve organisatie. Einde 2012 heeft Windesheim

de beschikking over € 37,9 mln. aan liquide middelen.

Een deposito met een saldo van € 15,2 mln. is direct

opvraagbaar met een opzegtermijn van één maand en één

dag. De overige liquide middelen zijn direct opvraagbaar.

Op basis van het treasurystatuut maakt Windesheim in de

normale bedrijfsuitoefening gebruik van afgeleide

financiële instrumenten. Het betreft een effectieve

renteswap ter afdekking van renteschommelingen met

betrekking tot de in 2008 aangegane lening voor gebouw

X. De renteswap wordt gewaardeerd conform vigerende

richtlijnen inzake het opstellen van de jaarrekening.

I N V E S T E R I N G E N

Het College van Bestuur stelt jaarlijks het investerings-

budget vast voor ICT, meubilair, verbouwingen en overige

specifieke investeringen na advies van de investerings-

commissie. In de viermaandelijkse rapportages wordt de

uitputting van de investeringsbegroting toegelicht. Op het

totaal van de investeringsbegroting 2012 is 83% besteed,

is 3% van de goedgekeurde begroting voor projecten

aangewend en is het restant voor afronding dan wel

uitvoering doorgeschoven naar 2013. In 2012 hebben geen

investeringen in private activiteiten plaatsgevonden.

Zwembad-sportcomplexDe bouwvergunning voor het sportcomplex is afgegeven.

Het sportcomplex is onderdeel van het masterplan dat

voorziet in een vernieuwde moderne campus. In april is

gestart met het heien en vond de feestelijke start van de

bouw plaats. Wethouder Piek van Sport van de gemeente

Zwolle en de voorzitter van het College van Bestuur

hebben de eerste paal geslagen van het zwembad.

De planning is dat het zwembad eind 2013 wordt

opgeleverd. Dit is een bouwkundige opleverdatum en

geen gebruiksklare opleverdatum. Het bad wordt in het

tweede semester van het studiejaar 2013-2014 in gebruik

genomen.

V O O R Z I E N I N G E N

Studiesuccescentrum

Het Studiesuccescentrum is sinds 1 maart op een nieuwe

plek en in een vernieuwde samenstelling operationeel. Alle

dienstverlening op het gebied van tweede lijn instroom-

en studentbegeleiding is samengevoegd. De huisvesting

aan het Serviceplein ondersteunt de nieuwe organisatie;

er is een balie ingericht voor de beantwoording van

korte studentvragen, er zijn werk- en spreekkamers voor

begeleiding en behandeling, testruimten voor instroombe-

geleiding en een multifunctionele ruimte voor trainingen

en vergaderingen. De logistiek van de twee testruimten en

de balieruimte staan helaas onder druk door de toename

van de onderwijs gebonden toetsen, waaraan grote

groepen tegelijkertijd deelnemen. Door de inrichting van

een Windesheim Toetscentrum in 2013 zou dat verholpen

moeten zijn.

StudentwerkplekkenMeer dan 80% van de studenten beschikt over een eigen

laptop. De vaste studieplekken op de locatie Zwolle vol-

doen nog niet allemaal aan de veranderde behoefte. Met

de introductie in 2012 van ‘bring your own device’ is het

idee om de fysieke studeeromgeving van studenten (tafels,

stoelen, wanden, aansluitpunten, etc.) te verbeteren.

33

Page 36: Bekijk het jaarverslag 2012

P U B L I E K - P R I V A T E

A C T I V I T E I T E N

De private activiteiten van Windesheim zijn de exploitatie

van de zogenaamde ‘gemaks-diensten’ die de campus-

winkel levert en de activiteiten voor Ondernemen.

De exploitatie van de gemaks-diensten leverde in

2012 een positief resultaat op van € 2.000 (2011: € 3.000).

Het resultaat op Ondernemen is bijna € 0,8 mln. positief

(2011: € 0,1 mln. negatief). Ten opzichte van 2011 is het

resultaat over 2012 verbeterd met bijna € 0,9 mln. Deze

verbetering is o.a. het gevolg van meer aandacht voor

een goede calculatie en prijsstelling van de activiteiten

alsmede van een eenmalige actie om alle projecten die

uiterlijk eind 2012 afgesloten zouden moeten zijn, ook

daadwerkelijk af te sluiten.

De toerekening van kosten aan Ondernemen vindt plaats

met behulp van een calculatiemodel. Daarin wordt onder

meer rekening gehouden met loonkosten, overhead en

specifieke cursuskosten. Op basis van het model worden

de voorcalculatorische kosten in kaart gebracht. Door

de wijze van toerekening en afzonderlijke registratie van

kosten en omzet voor private activiteiten is een adequate

scheiding gemaakt tussen de besteding van publieke

middelen en private middelen. Het resultaat op Onderne-

men wordt gemuteerd op de bestemmingsreserve voor

private activiteiten. Deze reserve is ontstaan op het

moment van de fusie (1986) en is afgezonderd van de

reserve voor publieke activiteiten

Per einde 2012 is de bestemmingsreserve voor private

activiteiten € 2,3 mln.

B E G R O T I N G 2 0 13

In 2013 zullen ‘Reiken naar de top’ en de prestatie-

afspraken een prominente plaats innemen in het versterken

van Windesheim en derhalve hoog op de bestuurlijke

agenda staan en daarmee ook in de vier-, acht- en twaalf-

maandsgesprekken tussen het College van Bestuur en de

directeuren.

In de activiteitenplannen is voor 2013 concreet aan-

gegeven welke activiteiten worden ontplooid en welke

resultaten worden geboekt op deze speerpunten.

Windesheim streeft naar een solvabiliteit van minimaal

25%. De ruimte daarboven wordt benut om de beleids-

doelstellingen van Windesheim te versterken. Op basis van

het geprognosticeerde resultaat en de geprognosticeerde

balans is voor 2013 een budget beschikbaar voor het

stimuleren van de activiteiten die uitgevoerd moeten

worden in het kader van de prestatieafspraken. Hiertoe

is de koers van Windesheim samengevat in acht prestatie-

thema’s. Iedere domein- en dienstdirecteur is hogeschool-

breed verantwoordelijk voor een thema.

Tussen het moment van vaststellen van de kadernota

2013 (mei 2012) en het opstellen van de definitieve

begroting 2013 is sprake van een aantal ontwikkelingen

met impact op de (financiële) uitgangspunten voor 2013

en volgende jaren. Dit betreft:

• lagere rijksbijdrage als gevolg van landelijk beleid

en kleiner aandeel in landelijk budget;

• lagere opbrengst collegegeld als gevolg van een lager

(verwachte) instroom van studenten en het terugdraaien

van de langstudeerdersboete.

Page 37: Bekijk het jaarverslag 2012

Deze ontwikkelingen hebben geleid tot een neerwaartse

bijstelling van de beschikbare middelen en een wijziging

van de interne allocatie van die middelen. Daar waar

nodig hebben de directeuren het activiteitenplan

bijgesteld op basis van het bijgestelde budget.

Het meerjarenperspectief is gebaseerd op verwachtingen

over de instroom van studenten en het studierendement

alsmede over de politieke ontwikkelingen die consequenties

kunnen hebben op de rijksbijdrage. Voor 2014 wordt een

neerwaartse bijstelling op rijksbijdrage en opbrengsten

collegegeld verwacht. Door de genomen maatregelen

wordt vanaf 2013 een groei van het aantal studenten

verwacht met een positief financieel effect vanaf 2015.

De begroting 2013 is als volgt opgebouwd:

Realisatie Begroting Realisatie Begroting

(x € 1.000) 2011 2012 2012 2013

Baten

Rijksbijdragen 112.167 110.015 113.957 111.748

Overige overheidsbijdragen en -subsidies 7.317 0 0 0

College-, cursus-, les- en examengelden 34.024 36.401 34.870 35.634

Baten werk in opdracht van derden 6.232 7.733 7.341 6.617

Overige baten 16.428 15.291 17.127 15.393

Totaal baten 176.168 169.440 173.295 169.392

Lasten

Personeelslasten 116.422 125.470 125.068 127.865

Afschrijvingen 9.086 10.192 11.120 10.395

Huisvestingslasten 8.169 8.257 7.564 7.162

Overige lasten 22.558 21.959 21.964 21.917

Totaal lasten 156.235 165.878 165.716 167.339

Saldo baten en lasten 19.933 3.562 7.579 2.053

Financiële baten en lasten -2.837 -3.517 -2.865 -3.449

Totaal resultaat 17.096 45 4.714 -1.396

35

Page 38: Bekijk het jaarverslag 2012

P R E S T A T I E A F S P R A K E N

De top, dat is waar Windesheim voor gaat. Windesheim

wil zijn studenten de best mogelijke opleidingen bieden.

Opleidingen die naadloos aansluiten op de beroepsprak-

tijk en garant staan voor een glansrijke toekomst op de

arbeidsmarkt. Dat geldt zowel voor Windesheim in Zwolle

als voor Windesheim in Flevoland. Opleidingen die boven

het landelijk gemiddelde scoren en als instelling op een

plek in de top 3 van grote brede hogescholen staan.

Hoe Windesheim dit wil bereiken is vastgelegd in ‘Reiken

naar de top’. De prestatiethema’s en prestatieafspraken

staan hierin centraal. Dit document vormt ook de basis

voor het instellingsplan.

Windesheim streeft ernaar zijn studenten de best

mogelijke uitgangspositie te geven voor het vinden van

een werkkring en wil dat zij in die werkkring ervaren dat

hun opleiding perfect aansluit bij de beroepspraktijk. Dit

tweeledige doel is de leidraad voor de visie die aan de

prestatieafspraken ten grondslag ligt.

In juli 2011 zijn de eerste lijnen uitgezet voor de prestatie-

afspraken, in Windesheim en bij stakeholders in de regio.

Vervolgens is een traject doorlopen met overlegrondes

tussen College van Bestuur en directeuren, tussen College

van Bestuur en de managementteams van de domeinen en

met thematische besprekingen tussen College van Bestuur

en de domein- en dienstdirecteuren. Medewerkers zijn bij

de totstandkoming van de prestatieafspraken betrokken in

bijeenkomsten van het Hogeschoolnetwerk waarin senior-

medewerkers van ondersteunende diensten participeren

en in diverse lunchbijeenkomsten voor medewerkers. Daar-

naast is de Centrale Medezeggenschapsraad geraadpleegd

bij het opstellen van de afspraken.

Tot slot zijn de voorstellen voor de prestatieafspraken

getoetst door de Raad van Toezicht van Windesheim

en door de belangrijkste stakeholders in de regio.

Afstemming over profilering en zwaartepuntvorming heeft

plaatsgevonden tussen Windesheim, de Hogeschool van

Arnhem en Nijmegen en Saxion. Alle drie hogescholen

kiezen voor een breed opleidingspalet ten behoeve van

de onderscheiden regio’s waarin ze opereren, waarbij

uitgegaan wordt van de eigen kracht. Op de punten in

de profilering waar overlap bestaat zijn samenwerkings-

afspraken gemaakt. Hiermee zijn de hogescholen

complementair aan elkaar.

Ten slotte heeft de Reviewcommissie Hoger Onderwijs

en Onderzoek het voorstel voor de prestatieafspraken

beoordeeld en van een advies voorzien. Het advies van

de Reviewcommissie Hoger Onderwijs en Onderzoek luidt

als volgt:

‘Op grond van de beoordeling van het voorstel

van Windesheim aan de hand van de drie criteria

(ambitieniveau en realiteitsgehalte; aansluiting bij de

gewenste ontwikkelingen op stelselniveau; en uitvoerbaar-

heid), daarbij rekening houdend met de wegingsfactoren

Ontwikkelingen

H O O F D S T U K 8

Page 39: Bekijk het jaarverslag 2012

zoals beschreven in paragraaf 3 van het beoordelings-

kader, komt de commissie tot het volgende advies aan de

staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap:

1. de commissie beoordeelt het ambitieniveau en realiteits-

gehalte alsmede de aansluiting op de gewenste stelsel-

ontwikkeling van het voorstel voor de voorwaardelijke

financiering van Windesheim als toereikend;

2. gezien de oordelen op de drie criteria ten aanzien van

onderwijs, onderzoek en valorisatie komt de commissie

tot de conclusie dat Windesheim in aanmerking dient

te komen voor middelen uit het selectief budget. De

commissie plaatst het voorstel van Windesheim in de

categorie ‘zeer goed’.’

NB: de verwijzingen in het advies naar de bijlage 1 en bijlage 2 zijn niet

overgenomen in het citaat.

Windesheim wil vier Centres of Expertise realiseren:

1. HighTech Systemen en Materialen Oost (ECHO);

2. Centre for Open Chemical Innovation Smart & Biobased

Materials Noord-Oost Nederland;

3. Techniekonderwijs;

4. Logistiek.

Windesheim is de enige hogeschool die voor vier van de vier Centres of Expertise

middelen uit het selectief budget heeft toegekend gekregen.

Nulmeting 31.12.2015

Studiesucces: uitval1 34% <34%(instroomcohort 2014)

Studiesucces: switch 4% 8%(instroomcohort 2014)

Studiesucces: bachelorrendement2 57% 70%(instroomcohort 2010)

Kwaliteit/excellentie:

Studentenoordeel over de

opleiding in het algemeen

70,5% 72%

Docentkwaliteit: mastergraad 68% (september 2011)

78%(september 2015)

Onderwijsintensiteit3 0% 0%

Indirecte kosten (ratio OP/OOP) 1,51(DUO 2010)

1,68(september 2015)

De prestatieafspraken van Windesheim voor de verplichte indicatoren zijn:

1. Omdat nog niet goed in te schatten is wat het effect is van het verhogen van de BSA-norm, maar vooral omdat

Windesheim geen wezenlijke invloed kan uitoefenen op het niveau van de kwaliteit van de instroom beschouwt

Windesheim de genoemde 34% (of lager) voor de uitval in het eerste jaar als een streefgetal, niet als percentage

waarop hij kan worden afgerekend.

2. Voor de cohorten 2012-2013 en 2013-2014 (nieuwe instroom na de totstandkoming van de prestatieafspraken)

ligt de ambitie op 82%, respectievelijk 85% rendement op het moment dat de propedeuse gehaald.

3. Dit is het percentage voltijdopleidingen met minder dan 12 contacturen in het eerste jaar op het totaal aantal opleidingen.

37

Page 40: Bekijk het jaarverslag 2012

De koers van Windesheim is samengevat in acht prestatie-

thema’s. Iedere domein- en dienstdirecteur is hogeschool-

breed verantwoordelijk voor een thema. De thema’s zijn:

• Centres of Expertise

• internationalisering

• kwaliteit: topopleidingen en honoursprogramma’s

• kwaliteit: Nationale Studenten Enquête

• maatregelen: indirecte kosten, onderwijsintensiteit en

docentkwaliteit

• onderzoek: valorisatie en aandeel docenten/lectoraten

• studiesucces: uitval, switch en bachelorrendement

• waarde(n)volle professionaliteit

In 2012 hebben de domein- en dienstdirecteuren met

elkaar gesproken over de aanpak en de planning van de

thema’s. Elk thema heeft zijn eigen dynamiek en invulling.

Tijdens de opening van het hogeschooljaar is het thema

waarde(n)volle professionaliteit onderwerp van één van

de toespraken geweest.

B E K O S T I G I N G

RijksbijdrageDe baten afkomstig uit de rijksbijdrage en de

college gelden gaan als gevolg van het beleid van OCW

steeds meer als communicerende vaten functioneren.

De rijksbijdrage is gebaseerd op het bekostigings-

rendement van het aantal studenten per 1 september

t-2. Het beleid van OCW om voor langstudeerders een

hoger collegegeld te vragen, wordt niet geëffectueerd.

De consequenties zullen budgetneutraal uitwerken.

Het lager verwacht aantal studenten betekent een

neerwaartse bijstelling van de rijksbijdrage en het

collegegeld 2014. Door de genomen maatregelen wordt

vanaf 2013 een groei van het aantal studenten verwacht

met een positief financieel effect vanaf 2015.

De meerjarenbegroting is opgesteld op basis van

aannames over mogelijke consequenties met betrekking

tot de invoering van een sociaal leenstelsel, kwaliteit van

‘selectie aan de poort’, e.d. Omdat nog weinig bekend is

over vorm en inhoud van genoemde instrumenten, is de

financiële uitwerking voor wat betreft de rijksbijdrage en

de collegegelden voor de jaren 2014-2016 onzeker.

De raming van de opbrengst collegegelden is gebaseerd

op de prognoses van het aantal studenten zoals deze

opgesteld zijn door de domeinen.

In meerjarenperspectief wordt aan de batenzijde bewust

gekozen voor een conservatieve benadering van de

inkomsten om aanvullende ombuigingen in het personeel

te vermijden, zodat alle aandacht gericht kan worden op

het versterken van de kwaliteit van de organisatie.

Page 41: Bekijk het jaarverslag 2012

P R E S T A T I E A F S P R A K E N

Op basis van de positieve beoordeling van het voorstel

Reiken naar de top, heeft het ministerie van OCW

Windesheim prestatiebekostiging toegekend van bijna

€ 6,5 mln. voor de periode 2013-2016. Dit bedrag bestaat uit:

• € 5,3 mln. gekoppeld aan de voorwaardelijke

financiering (onderwijskwaliteit en studiesucces);

• € 1,2 mln. uit het selectieve budget (profilering en

zwaartepuntvorming). Op basis van de uitslag van de

midterm review in 2014, wordt bepaald of het toekennen

van middelen uit het selectieve budget in 2015 en 2016

wordt gecontinueerd;

• de vier Centres of Expertise ontvangen ieder een bedrag

van € 1 mln., te verdelen onder de samenwerkingspartners.

Medio 2013 wordt getoetst of de expertisecentra

voldoende voortgang laten zien. Bij een positief

oordeel wordt de financiering gecontinueerd voor

de periode 2014-2016.

25.000

19.000

20.000

21.000

22.000

23.000

24.000

2009 2010 2011 2012 2013 2014 2015 2016

Zwolle

Zwolle en Flevoland

39

Page 42: Bekijk het jaarverslag 2012

G O V E R N A N C E

Windesheim hanteert de Branchecode Governance

voor hogescholen als basis voor zijn governancebeleid.

Het College van Bestuur en de Raad van Toezicht zijn

verantwoordelijk voor de inrichting en toepassing van de

corporate governance van de hogeschool en de naleving

van deze code. Alle reglementen en interne documenten

voldoen aan de daarin neergelegde principes van goed

bestuur en toezicht.

O R G A N O G R A M W I N D E S H E I M

Organogram 2012-2013

Raad van Toezicht

College van Bestuur

Centrale Medezeggenschapraad

Diensten Onderwijs, Onderzoek, Ondernemen

Informatievoorziening

en Administraties

Domein

Kenniscentrum

Bewegen en Educatie

Bewegen en Educatie

Support

Domein

Kenniscentrum

Kenniscentrum

Business, Media en Recht

Media

Ondernemerschap

Voorzieningen en Vastgoed Domein

Kenniscentrum

Gezondheid en Welzijn

Gezondheid en Welzijn

Domein

Kenniscentrum

Techniek

Technologie

Windesheim Flevoland

Instelling

H O O F D S T U K 9

Page 43: Bekijk het jaarverslag 2012

C O L L E G E V A N B E S T U U R

Het College van Bestuur bestaat uit prof. dr.

A.W.C.A. Cornelissen (voorzitter) en drs. J.W. Meinsma.

Collegevoorzitter prof. dr. A.W.C.A.

Cornelissen is verantwoordelijk voor

strategie en organisatieontwikkeling,

onderwijs, onderzoek, kwaliteitszorg,

algemene coördinatie, externe commu-

nicatie en externe representatie. Hij neemt de beleidster-

reinen medezeggenschap, leiderschapsontwikkeling,

governance, Windesheim Foundation voor zijn rekening en

onderhoudt diverse netwerken. Hij is portefeuillehouder

voor de domeinen Gezondheid en Welzijn, Techniek en

Bewegen en Educatie.

Drs. J.W. Meinsma is verantwoordelijk

voor bedrijfsvoering, HRM, student- en

onderwijszaken, financiën en control,

ICT/strategisch informatiebeleid,

interne communicatie, facilitaire zaken

en huisvesting en vastgoed. Hij is tevens portefeuillehou-

der voor het Windesheim Honours College, Windesheim

Flevoland, het domein Business, Media en Recht en de

samenwerking rondom de Educatieve Alliantie. Tevens

richt hij zich op strategie en organisatieontwikkeling,

ondernemen, identiteitsontwikkeling, medezeggenschap

en studentenverenigingen.

Naam Geboorte jaar Functie Nevenfuncties

De heer prof. dr.

A.W.C.A. Cornelissen

1951 Voorzitter College

van Bestuur

Voorzitter Raad van Toezicht Stichting Nieuw Unicum

Voorzitter Raad van Toezicht Hogeschool iPabo

De heer

drs. J.W. Meinsma

1960 Lid College van

Bestuur

Lid Bestuur Vereniging Bedrijfskring Almere

Lid Raad van Toezicht Hogeschool iPabo

41

Page 44: Bekijk het jaarverslag 2012

B E Z O L D I G I N G

De Raad van Toezicht stelt de bezoldiging van de leden

van het College van Bestuur vast. De Raad van Toezicht

wordt hierin geadviseerd door de Remuneratiecommis-

sie van de Raad van Toezicht. Voor het vaststellen van de

hoogte van de bezoldiging wordt de Uitwerking Bezoldi-

ging Bestuurders Hogescholen gevolgd. In 2012 heeft de

Raad van Toezicht de hoofdlijnen uit het remuneratiebeleid

inzake de bezoldiging van het College van Bestuur herzien

en opnieuw vastgesteld. De bezoldiging van de leden van

het College van Bestuur in 2012 wordt nog conform de

kaders van de Wet openbaarmaking uit publieke middelen

gefinancierde topinkomens (WOPT) gepubliceerd. Per 1

januari 2013 is de WOPT niet meer van toepassing en geldt

DeclaratiesDe leden van het College van Bestuur hebben in 2012 de volgende kosten gedeclareerd:

De bezoldiging van de leden van het College van Bestuur over 2012 is als volgt:

Jaar

201

2

Tijd

vak

Bru

to

jaar

sala

ris

On

kost

en-

verg

oed

ing

Wer

kgev

ers-

bij

dra

ge

pen

sio

en

Bez

old

igin

g

(x € 1.000)

De heer prof. dr. A.W.C.A. Cornelissen 01-01-2012 tot 01-01-2013 183 0 29 212

De heer drs. J.W. Meinsma 01-01-2012 tot 01-01-2013 154 0 24 178

College van Bestuur 337 0 53 390

Jaar

201

2

Tijd

vak

Rep

rese

n-

tati

e ko

sten

Rei

sko

sten

b

inn

enla

nd

Rei

sko

sten

b

uit

enla

nd

Ove

rige

ko

sten

(x € 1.000)

De heer prof. dr. A.W.C.A. Cornelissen 01-01-2012 tot 01-01-2013 3 35 1 3

De heer drs. J.W. Meinsma 01-01-2012 tot 01-01-2013 3 30 3 28

College van Bestuur 6 65 4 31

Onder de post ‘Reiskosten binnenland’ zijn o.a. begrepen de kosten voor de leaseauto.

Onder de post ‘Overige kosten’ zijn de kosten van de American Comenius Course voor de heer drs. J.W. Meinsma begrepen.

de Wet normering bezoldiging topfunctionarissen in de

publieke en semipublieke sector (WNT). Vanaf 1 januari

2013 zal de WNT voor de Raad van Toezicht het kader zijn

waarbinnen het remuneratiebeleid inzake de bezoldiging

van de leden van het College van Bestuur moet en zal

worden gevoerd. Daarbij zullen de overgangsrechtelijke

bepalingen die de WNT bevat ten aanzien van op het

moment van inwerkingtreding al bestaande bezoldi-

gingsafspraken uiteraard steeds volledig in acht worden

genomen.De leden van het College van Bestuur hebben

een volledig dienstverband (1,0 fte) en een arbeids-

overeenkomst voor onbepaalde tijd. In de functies van

voorzitter en lid van het College van Bestuur zijn zij voor

een periode van vier jaar benoemd.

Page 45: Bekijk het jaarverslag 2012

A F H A N D E L I N G V A N K L A C H T E N ,

B E Z W A A R E N B E R O E P

Digitaal klachtenloketVoor studenten moet het eenvoudig zijn om een klacht of

geschil voor te leggen of hulp te vragen. Windesheim heeft

daarom al enkele jaren een digitaal klachtenloket. Het digi-

taal klachtenloket heeft 155 klachten (2011: 81) ontvangen.

College van Beroep voor de ExamensMet het College van Beroep voor de Examens hebben

studenten een mogelijkheid om in beroep te gaan tegen

onder meer beslissingen van examencommissies en exami-

natoren. Bij het College van Beroep voor de Examens zijn

250 beroepschriften (2011: 213) (inclusief verzoeken om een

voorlopige voorziening) binnen gekomen. Hiervan hebben

er 86 (2011: 81) tot een hoorzitting geleid. In 74 gevallen

(2011: 68) is uitspraak gedaan. De overige zaken zijn tijdens

de behandeling ter zitting dan wel na de behandeling ter

zitting alsnog geschikt dan wel ingetrokken. Thans is nog

één zaak (2011: twee) in behandeling. In zeven zaken is er

tegen de uitspraak van het College van Beroep voor de Exa-

mens hoger beroep aangetekend bij het College van Beroep

voor het Hoger Onderwijs (CBHO) in Den Haag.

GeschillenadviescommissieDe Geschillenadviescommissie adviseert het College van

Bestuur over bezwaren van studenten tegen beslissin-

gen op grond van bepalingen van de Wet op het Hoger

Onderwijs en Wetenschappelijk Onderzoek en daarop

gebaseerde regelingen voor zover het College van Beroep

voor de Examens niet bevoegd is. Bij de Geschillenad-

viescommissie zijn 98 bezwaarschriften (2011: 62) binnen

gekomen. Van deze beroepschriften hebben er 43 (2011:

32) tot een hoorzitting geleid. Van deze 43 zaken zijn

negentien zaken gevoegd en in één zitting behandeld. In

negentien gevallen (2011: 22) is advies uitgebracht. De

overige zaken zijn tijdens de behandeling ter zitting dan

wel na de behandeling ter zitting alsnog geschikt dan wel

ingetrokken; de negentien gevoegde zaken zijn thans nog

in behandeling.

In 2012 was sprake van relatief veel bezwaren gericht

tegen besluiten waarbij inschrijving per 1 september werd

geweigerd wegens niet of niet tijdige betaling van het

collegegeld.

Het College van Bestuur heeft in alle zaken conform het

advies van de Geschillenadviescommissie op het bezwaar

beslist. In drie zaken is tegen de beslissing van het College

van Bestuur hoger beroep aangetekend bij het CBHO in

Den Haag.

VertrouwenspersonenIn 2012 hebben zich twaalf studenten (2011: dertien) tot

de vertrouwenspersonen gewend. Met hen werd gezocht

naar de meest wenselijke strategie om tot een oplossing

te komen van het gesignaleerde probleem. Er wordt, zowel

landelijk als bij Windesheim, in toenemende mate om hulp

gevraagd bij intimidatie en pesten.

In 2012 hebben 44 medewerkers zich tot de vertrouwens-

personen gewend. Er wordt, zowel landelijk als bij

Windesheim, in toenemende mate om hulp gevraagd

bij arbeidsconflicten.

De vertrouwenspersonen zijn in het najaar van 2012 een

campagne gestart tegen pesten: ‘Blijf er niet mee zitten’.

De campagne werd ondersteund door posters en flyers.

De vertrouwenspersonen schreven een ook artikel over

pesten in de Hogeschoolkrant Win’.

Bezwarencommissie PersoneelDe Bezwarencommissie Personeel, die op grond van een

interne hogeschoolregeling is ingesteld, heeft in 2012

negen bezwaren van medewerkers ontvangen. Van de

negen bezwaren zijn er tijdens de loop van de procedure

vier door de desbetreffende medewerkers ingetrokken,

in twee gevallen omdat door de leidinggevende volledig

tegemoet is gekomen aan het bezwaar van de medewer-

ker. In het derde en vierde geval is een schikking met de

medewerker getroffen. Van de overige vijf bezwaren is er

één gegrond verklaard, één ongegrond en één niet ontvan-

43

Page 46: Bekijk het jaarverslag 2012

kelijk. De resterende twee bezwaren zijn op een zodanig

moment in 2012 ingediend dat ze niet meer in dat jaar

konden worden afgedaan. Afronding van de procedure

is bij deze bezwaren voorzien in februari 2013. Van de in

2012 ingediende bezwaren hadden twee bezwaren betrek-

king op de waardering. Eén van deze bezwaren is tijdens

de procedure ingetrokken en het andere bezwaar is niet

gegrond verklaard. In de waarderingsperiode 2010-2011

en 2009-2010 zijn over dit onderwerp respectievelijk tien

bezwaren en drie bezwaren ingediend.

Klachtencommissie Ongewenste Omgangsvormen In het voorjaar van 2012 is herzien beleid vastgesteld met

betrekking tot ongewenste omgangsvormen (voorheen

‘ongewenst gedrag’ genoemd). Ook de klachten regeling

is gewijzigd, onder meer om deze weer volledig in

overeenstemming te brengen met de bepalingen van de

Arbeidsomstandighedenwet. Het herzien beleid en de

aangepaste klachtenregeling zijn per 1 april 2012 van

kracht geworden.

Er zijn in 2012 twee klachten over ongewenste omgangs-

vormen door de klachtencommissie ontvangen en in

behandeling genomen. Van deze beide klachten is er één

ingetrokken, nadat via mediation tussen de klager en

aangeklaagde een schikking was bereikt. De andere klacht

is noch gegrond noch ongegrond verklaard. Dit omdat de

commissie, met name door tekortschietende medewerking

van de aangeklaagde, de aannemelijkheid van de lezing

van het gebeurde van zowel de klager als van de aan-

geklaagde onvoldoende heeft kunnen vaststellen.

Naast deze twee klachten heeft de commissie in 2012 de

behandeling afgerond van een klacht die eind 2011 was

ingediend. Deze klacht is ongegrond verklaard.

KlokkenluidersregelingIn de klokkenluidersregeling 2010 had het Algemeen

Bestuur van de Vereniging VU-Windesheim nog een formele

positie. Door de ontvlechting van Windesheim uit de

Vereniging per 1 januari 2012 is de klokkenluiders regeling

in 2012 aangepast en opnieuw vastgesteld. De nieuwe

regeling is vanaf 1 januari 2013 van kracht. Net als in

2011 en 2010 zijn in 2012 geen meldingen in het kader

van deze regeling ontvangen.

Page 47: Bekijk het jaarverslag 2012

45

Page 48: Bekijk het jaarverslag 2012

I N L E I D I N G

Vanwege de structuurwijziging van de Vereniging

VU-Windesheim kent Windesheim sinds 1 januari 2012

een eigen Raad van Toezicht.

De Raad van Toezicht ziet toe op het handelen van het

College van Bestuur van Windesheim. De taken van

de Raad van Toezicht liggen vast in de statuten van

Windesheim en het reglement van de Raad van Toezicht.

In 2012 bestond de Raad van Toezicht uit vier leden. In

maart 2013 is de laatste vacature ingevuld op voordracht

van de Centrale Medezeggenschapsraad.

In dit verslag legt de Raad verantwoording af over het in

2012 gevoerde toezicht.

A C T I V I T E I T E N I N H E T

V E R S L A G J A A R 2 0 12

In het verslagjaar heeft de Raad van Toezicht zich –

behalve over zaken die voortvloeien uit zijn opdracht –

gebogen over actuele ontwikkelingen bij Windesheim.

Zo heeft de Raad veel aandacht besteed aan de basis-

kwaliteit van de opleidingen van Windesheim. Mede naar

aanleiding van de problematiek bij de opleiding Journalis-

tiek is het College van Bestuur een intensief proces gestart

om te analyseren of de kwaliteitssystemen bij Windesheim

op orde waren. Bij een brede selectie van opleidingen is

een monitor uitgevoerd die tot doel had te controleren of

de borging van het eindniveau onderwijskundig in orde

was. De monitor heeft geleid tot verbetervoorstellen voor

de desbetreffende opleidingen. In de tweede plaats zijn de

examencommissies getraind in het uitvoeren van hun

wettelijke taak. Daarnaast zijn toets-commissies

geïnstalleerd die de kwaliteit van de toetsen bewaken.

De Raad van Toezicht heeft aangegeven tevreden te zijn

over de voortvarendheid waarmee het College van Bestuur

dit proces heeft aangepakt en de wijze waarop de Raad

hierover is geïnformeerd.

Daarnaast heeft de Raad zich intensief op de hoogte

gesteld van de strategische agenda van OCW, de prestatie-

afspraken die Windesheim in dat kader met het ministerie

heeft gemaakt en de implicaties van de gekozen strategie

voor de instelling. De Raad van Toezicht kan zich vinden in

de ambities. Met het College van Bestuur is afgesproken

dat de Raad in de komende periode regelmatig wordt

geïnformeerd over de tussenresultaten.

Verslag Raad van Toezicht

H O O F D S T U K 10

Page 49: Bekijk het jaarverslag 2012

De Raad heeft gesproken over het behoud van de

Vereniging VU als maatschappelijk klankbord voor de

instelling Windesheim. De Raad van Toezicht heeft

ingestemd met het voorstel van het College van Bestuur

om Windesheim juridisch volledig los te koppelen van de

VU-Vereniging. In het voorjaar van 2013 zal het onder-

werp worden ingebracht in de Ledenraad. De Raad steunt

de plannen om een Inspiratieraad op te richten - zonder

bevoegdheden op het gebied van de governance van de

instelling – die Windesheim kan helpen vorm te geven aan

de bijzondere identiteit.

De Raad van Toezicht heeft verschillende malen gesproken

over de voortgang van de herinrichting van de organisatie

in vier domeinen en drie diensten. In dat kader heeft de

Raad van Toezicht het externe evaluatierapport van de

implementatie van de domein- en dienststructuur met

daarbij de conclusies van het College van Bestuur

besproken. Daarnaast heeft de Raad zich georiënteerd

op de ontwikkelingen die zich voordoen in domeinen en

diensten door regelmatig in de vergaderingen van de

Raad in gesprek te gaan met één van de domein- en

dienstdirecteuren. In dit kader heeft de Raad ook een

van zijn vergaderingen gehouden op de locatie van de

nevenvestiging Almere.

De Raad heeft in 2012 tevens gesproken over de

ontwikkeling van de opleidingen van Windesheim in het

educatieve domein en mogelijke samenwerkingsverbanden

met andere hogescholen in dit domein. De Raad van

Toezicht heeft aangegeven voorstander te zijn van

intensieve samenwerking en taakverdeling van de

lerarenopleidingen van de verschillende hogescholen.

De Raad heeft in 2012 KPMG als nieuwe accountant

benoemd voor een periode van 4 jaar. De benoeming

is gevolgd op een selectieproces waarin de Raad in de

persoon van de heer prof. dr. ir. A. Bruggink als voorzitter

van de Auditcommissie heeft geparticipeerd. In 2014 volgt

een evaluatie.

Voorts heeft de Raad van Toezicht het jaarverslag 2011,

de jaarrekening 2011 en de begroting 2013 goedgekeurd

en heeft hij ingestemd met een voorstel om de sport-

faciliteiten van Windesheim onder te brengen in een

aparte stichting.

47

Page 50: Bekijk het jaarverslag 2012

De Raad van Toezicht heeft aangegeven het hebben

en opbouwen van een eigen vermogen bij de nevenves-

tiging Windesheim Flevoland vanuit solvabiliteitscriteria

noodzakelijk te vinden. Vanuit de financieringsafspraken is

bepaald dat er sprake moet zijn van een strikte adminis-

tratieve scheiding tussen Zwolle en Flevoland. Ook na

volledige benutting van de subsidiegelden uit de business

case wil Windesheim de continuïteit van Windesheim

Flevoland kunnen waarborgen. Daarbij hoort het vormen

van weerstandsvermogen om toekomstige (incidentele)

kosten en vervangingsinvesteringen op te kunnen vangen.

Windesheim zelf heeft hiertoe in 2010 vanuit zijn algemene

reserve een eenmalige dotatie van ruim € 1 miljoen aan

het eigen vermogen van WF gemaakt.

De Raad heeft het functioneren van de leden van het

College van Bestuur geëvalueerd. Zo zijn er jaargesprek-

ken gehouden met de leden van het College van Bestuur.

Deze gesprekken zijn gevoerd door de voormalige

voorzitter van de Raad van Toezicht van de Vereniging

VU-Windesheim – waaronder Windesheim in 2011 viel - ,

de heer Bouw, en de huidige voorzitter van de Raad van

Toezicht, de heer L. Bikker. In de jaargesprekken is aan-

dacht geweest voor de teamvorming binnen het College en

de prestaties vanuit de verschillende portefeuilles.

Ten aanzien van de voorzitter van dit College heeft de

Raad met genoegen bevestigd dat de arbeidsovereen-

komst van de heer prof. dr. A.W.C.A. Cornelissen voor

onbepaalde tijd ongewijzigd blijft voortduren vanaf 1 april

2013 en dat de heer prof. dr. A.W.C.A. Cornelissen vanaf

genoemde datum de functie van Voorzitter College van

Bestuur van Windesheim blijft bekleden voor een periode

van vier jaar.

In 2012 zijn de nevenfuncties van het College van Bestuur

voorgelegd aan de Raad; dit heeft o.a. als doel mogelijke

belangenverstrengeling te signaleren en te voorkomen.

De voorzitter van de Raad van Toezicht heeft alle in 2012

actuele nevenfuncties goedgekeurd. De leden van de Raad

van Toezicht ontvangen jaarlijks het actuele overzicht ter

kennisname.

Daarnaast heeft de Raad van Toezicht ook in 2012 gewerkt

aan de deskundigheid en verdere ontwikkeling van de

Raad. De leden van de Raad van Toezicht zijn regelmatig

geïnformeerd over ontwikkelingen op het vlak van gover-

nance, zorg, onderwijs en onderzoek.

G O V E R N A N C E E N W E R K W I J Z E

De Raad van Toezicht heeft in 2012 vier vergaderingen van

een dagdeel en een (jaarlijkse) retraite gehouden. Een deel

van de vergaderingen vindt plaats zonder aanwezigheid van

het College van Bestuur. De Raad van Toezicht is regelmatig

– grotendeels door de schriftelijke informatie bij de mede-

delingen voor elke vergadering – op de hoogte gehouden

van lopende zaken en ontwikkelingen binnen de instelling.

In het verslagjaar zijn er frequent bilaterale contacten

geweest tussen bestuurders en leden van de Raad van

Toezicht. Daarnaast overlegt de voorzitter van de Raad

regelmatig met de voorzitter van het College van Bestuur.

In 2012 vond dit overleg maandelijks plaats. Tijdens dit

overleg worden o.a. de onderwerpen besproken die aan

de orde komen tijdens de vergaderingen van de Raad van

Toezicht.

Zowel de voorzitter van de Raad van Toezicht als de leden

hebben in 2012 enkele malen formeel en informeel overleg

gehad met de Centrale Medezeggenschapsraad (CMR)

van Windesheim. Tijdens de vergadering in oktober is er

een gesprek geweest over de prestatieafspraken, de wijze

waarop deze behaald moeten worden en het draagvlak in

de organisatie. De CMR heeft aangegeven betrokken te

zijn geweest bij het opstellen van de prestatieafspraken en

er mee te hebben ingestemd.

Page 51: Bekijk het jaarverslag 2012

De voorzitter van de Raad van Toezicht is aanwezig

geweest bij beide vergaderingen van de ledenraad van de

VU-Vereniging. Daar is o.m. gesproken over de stand van

zaken rond de meerjarenplannen Identiteit. Ook is hij in

zijn hoedanigheid van lid van de Raad van Toezicht

van de VU-Vereniging eenmaal aanwezig geweest bij

een vergadering van de Raad van Toezicht van de

VU-Vereniging. Onderwerp van gesprek was toen

o.a. het rapport commissie herstructurering.

Naast de formele (commissie-)vergaderingen van de Raad

van Toezicht, waarover in dit jaarverslag wordt gerappor-

teerd, waren de leden van de Raad van Toezicht ook aan-

wezig bij voor de hogeschool belangrijke momenten als de

lustrumactiviteiten, de opening van het hogeschooljaar etc.

De Raad kent twee commissies, te weten de

Remuneratiecommissie en de Auditcommissie.

R E M U N E R A T I E C O M M I S S I E

De remuneratiecommissie, bestaande uit de heer mr.

G.J. van Munster (voorzitter) en de heer L. Bikker (lid), is

eenmaal bijeengeweest in 2012. Besproken onderwerpen

waren de regeling onkostenvergoeding en de hoofdlijnen

van het remuneratiebeleid. Beide regelingen zijn, voorzien

van een positief advies, doorgeleid naar de Raad van

Toezicht en daar vastgesteld.

Ten aanzien van het remuneratiebeleid zal de Raad van

Toezicht steeds toetsen of de bezoldiging binnen de kaders

blijft van toepasselijke wetgeving en van de beloningscode

die voor de sector Hoger Beroepsonderwijs is vastgesteld.

De feitelijke bezoldiging staat opgenomen in de jaar-

rekening.

A U D I T C O M M I S S I E

De Auditcommissie bestaande uit de heer prof. dr. ir.

A. Bruggink (voorzitter) en mevrouw M.A.C. Kasper de

Kroon MM&I (lid) is in 2012 driemaal bijeen geweest. In

mei werden het jaarverslag, de jaarrekening en het daarbij

behorende accountantsverslag besproken in aanwezig-

heid van de externe accountant. In november besprak de

commissie het jaarplan 2013 van Windesheim. Daarnaast

heeft de Commissie gesproken over een voorstel om de

sportfaciliteiten van Windesheim onder te brengen in

een aparte stichting. In de vergadering van oktober heeft

de auditcommissie kennisgemaakt met KPMG. KPMG

heeft zijn eerste bevindingen over Windesheim met de

leden van de auditcommissie gedeeld. Deze bevindingen

(managementletter) zijn van belang bij de sturing op de

prestatieafspraken. Naar het oordeel van de auditcommis-

sie blijkt uit de bevindingen dat Windesheim geen grote

risico’s loopt.

49

Page 52: Bekijk het jaarverslag 2012

De zittingstermijn van de leden van de Raad van Toezicht bedraagt vier jaar en zij zijn eenmaal herbenoembaar.

L E D E N R A A D V A N T O E Z I C H T

De Raad van Toezicht bestaat in 2012 uit de volgende leden:

Naam Functie in de Raad van Toezicht

Aangetreden Termijn Aantal vergaderingen Raad van Toezicht bijgewoond in 2012

De heer L. Bikker Voorzitter Raad van Toezicht

Lid Remuneratiecommissie

2006 2e 4

De heer prof.

dr. ir. A. Bruggink

Lid Raad van Toezicht

Voorzitter Auditcommissie

2012 1e 4

Mevrouw M.A.C.

Kasper de Kroon

MM&I

Lid Raad van Toezicht

Lid Auditcommissie

2012 1e 4

De heer mr.

G.J. van Munster

Lid Raad van Toezicht

Voorzitter Remuneratie-

commissie

2012 1e 4

Naa

m

Geb

oo

rte

jaar

Fu

nct

ie

Nev

enfu

nct

ies

De heer L. Bikker 1963 Ondernemer en founder

van BIKKER & Company

(Rotterdam)

• Voorzitter Economic Development Board

Rotterdam

• Voorzitter bestuur Scapino Ballet

• Lid Raad van Commissarissen SNT

De heer prof. dr. ir. A. Bruggink 1963 Lid Raad van Bestuur

Rabobank Nederland

(CFO)

• Lid Raad van Commissarissen Robeco

• Lid Raad van Commissarissen FMO

• Lid Raad van Commissarissen ROVA

• Voorzitter bestuur Rabobank Pensioenfonds

• Hoogleraar Universiteit Twente

Mevrouw M.A.C. Kasper de Kroon MM&I 1963 Voorzitter Raad van

Bestuur Zorggroep

Noordwest-Veluwe

• Lid Raad van Toezicht Zorggroep

Oude en Nieuwe Land

• Lid bestuur Hospice Dr. Willem Holtrop

De heer mr. G.J. van Munster 1963 Directeur en oprichter

VMCI Group BV

• Lid Raad van Commissarissen Broekhuis

Holding

• Lid Adviesraad EuroDev

• Voorzitter wijkkerkenraad Hervormde (PKN)

Gemeente Rijssen

Page 53: Bekijk het jaarverslag 2012

T O T S L O T

De gesprekken tussen de Raad van Toezicht en het College

van Bestuur hebben steeds op een open wijze en in een

goede sfeer plaatsgevonden. Het principe van onafhanke-

lijkheid is naar het oordeel van de Raad geëerbiedigd. De

Raad heeft grote waardering voor de inspanningen van het

College van Bestuur en voor de resultaten die hierdoor zijn

bereikt.

Raad van Toezicht,

L. Bikker, voorzitter

prof. dr. ir. A. Bruggink

M.A.C. Kasper de Kroon MM&I

mr. G. J. van Munster

51

Page 54: Bekijk het jaarverslag 2012

B I J L A G E 1

Windesheim FlevolandIn 2012 heeft Windesheim Flevoland een groot aantal

onderwerpen opgepakt.

Business caseZoals met de financiers is afgesproken heeft Windesheim Flevo-

land in het voorjaar een herijkte business case opgesteld. Afron-

dend bestuurlijk overleg over de herijkte business case heeft nog

niet plaatsgevonden. De belangrijkste wijzigingen ten opzichte

van de oorspronkelijke business case zijn:

• het aantal aan te vragen licenties voor nieuwe opleidingen zal

in lijn met het landelijke beleid van OCW worden beperkt; het

aantal opleidingsvarianten blijft nagenoeg gelijk. De financiers

hebben ingestemd met het voorgenomen nieuwe aanbod van

opleidingen.

In 2012 zijn twee nieuwe voltijdopleidingen van start gegaan:

pedagogiek en mobiliteit (voorheen verkeerskunde). Voorts is de

masteropleiding SEN gestart, is de post-hbo-opleiding Zorglogi-

stiek aangeboden, alsmede de duale opleiding Bouwkunde.

• het streefgetal van het aantal afgestudeerden is vastgelegd.

• voorkeur wordt gegeven aan kwaliteit zoals investeren in een

kleinere omvang van studentgroepen en uitbreiding van het

aantal lectoraten, boven investeringen in stenen.

Onderwijs Het onderwijsconcept van Windesheim Flevoland is in de eerste

helft van 2012 geëvalueerd. Er is specifiek aandacht besteed aan

comakerships. Een comakership is een opdracht op hbo-niveau

die een student zelf werft, uitvoert en oplevert bij een bedrijf

of instelling. Dat betekent dat een student producten oplevert

die mensen echt gaan gebruiken, zoals een businessplan, een

preventieproject of rekenles. Om een comakership te bevorderen

en de samenwerking met bedrijven te intensiveren, is eind 2012

met de eerste acht bedrijven en organisaties een partnership

gesloten.

Vanuit de clusters van opleidingen zijn commissies gevormd

met vertegenwoordigers van het werkveld. Geregeld vinden

bijeenkomsten van deze commissies plaats om te adviseren

over de verdere ontwikkeling van de opleidingen. Daarnaast

is van de zijde van het College van Bestuur en de directie

veelvuldig contact met organisaties zoals de Economic

Development Board Almere (EDBA), Kamer van Koophandel

en met Gedeputeerden.

Accreditatie

Er is een eerste proefaudit uitgevoerd als voorbereiding op

de accreditatie van de Lerarenopleiding Basisonderwijs.

Voor het studiejaar 2012-2013 zijn de criteria en procedures

voor het afstuderen aangescherpt en er is een projectplan

opgesteld voor het vernieuwen van het curriculum.

Opleidingen

In 2012 zijn twee nieuwe voltijdopleidingen van start ge-

gaan: Pedagogiek en Mobiliteit (voorheen: verkeerskunde).

Daarnaast is de masteropleiding SEN gestart, is de post-

hbo-opleiding Zorglogistiek aangeboden alsmede de duale

opleiding Bouwkunde.

Instroom studenten

De instapprocedure is in 2012 ingevoerd. Ongeveer de helft

van de aangemelde studenten (660) heeft voorafgaand aan de

inschrijving aan de startmeter deelgenomen. De instapproce-

dure is voor alle nieuwe eerstejaars ook de start van student-

begeleiding. De uitkomsten van de instapprocedure worden

dit studiejaar in relatie gebracht tot rendementen. Het blijkt

dat bijna eenderde van de eerstejaars op hun voorafgaande

school, leerondersteuning nodig heeft gehad. Hoewel nog

geen eindexamencijfers zijn geregistreerd, is het algemene

beeld dat het beginniveau van veel studenten op het vlak

van taal, rekenen en wiskunde onvoldoende aansluit bij het

startniveau van de bacheloropleiding. Er is dan ook besloten

om extra aandacht te geven aan instroommanagement.

Bijlagen

Page 55: Bekijk het jaarverslag 2012

Resultaten NSE

Uit de resultaten van de NSE 2012 blijkt dat Windesheim

Flevoland onvoldoende scoort op een aantal overall

thema’s. Windesheim Flevoland verbetert de score door:

• de dienstverlening van het servicepunt te verbeteren;

• de informatievoorziening en studentbetrokkenheid

vooral vanuit de opleidingen op te pakken;

• het jaarrooster aan te scherpen;

• studenten te betrekken bij verbeterstappen;

• resultaten van verbeteracties aan studenten terug te

koppelen.

Voor de verbetering van het roosterproces is een bureau

ingeschakeld dat een analyse maakt van het gehele

roosterproces: van inzetplanning tot publicatie van het

rooster voor studenten. Op basis van de analyse wordt een

verbetertraject tot de zomer 2013 ingezet.

OnderzoekWindesheim Flevoland heeft drie lectoraten: Maatwerk

primair in Leiderschap in het onderwijs, Klantenperspectief

in de zorg en Robotica. Windesheim Flevoland onderzoekt

de mogelijkheden van drie nieuwe lectoraten: Flexibilise-

ring van arbeid, Waterrisicomanagement specifiek gericht

op de IJsselmeerpolders, en Composieten in samenwerking

met NLR en Stichting Compoworld.

De lectoren van Windesheim Flevoland participeren in de

kenniscentra van Windesheim.

OndernemenDe contractactiviteiten uit het cluster Onderwijs en

Opvoeding leveren een substantiële bijdrage aan de omzet

Ondernemen. Het is nog niet gelukt om vanuit overige

clusters een substantiële bijdrage te leveren aan de omzet

Ondernemen.

BedrijfsvoeringWindesheim Flevoland is een organisatie in ontwikkeling.

Het aantal studenten en het aantal medewerkers groeit.

Windesheim Flevoland blijft binnen de totale kaders van

investeringen en exploitatie. Per saldo is sprake van een

overschot van € 0,3 mln. Dit overschot wordt aangewend

voor de exploitatie 2013. Het overschot wordt grotendeels

verklaard door een positief verschil in de omzet Onderne-

men.

53

Page 56: Bekijk het jaarverslag 2012

Aan de financiers is voor 2012 € 6,4 mln. aangevraagd

en ontvangen. Hierbij was rekening gehouden met een

overschot van € 2,3 mln. eind 2011 dat voor de exploitatie

2012 is aangewend.

Baten en lasten

Het totaal van de baten is € 16,4 mln. waarvan ruim

€ 1,9 mln. aan collegegelden.

De totale personele inzet is 135 fte, met een loonsom

van ruim € 11,7 mln. Dit betreft de inzet van eigen mede-

werkers (123 fte) en medewerkers van derden (12 fte).

Page 57: Bekijk het jaarverslag 2012

B I J L A G E 2

Entrepreneurs in ResidenceIn 2012 zijn Entrepreneur in Residence:

Drs. Arné van den Boom

Directeur Interpolis. Van den Boom was commercieel direc-

teur bij Achmea Zorg en bekleedde daarvoor verschillende

marketing- en salesfunties binnen diverse werkmaatschap-

pijen van Achmea. Ook heeft hij bij de bij de Vereniging

van Nederlandse Zorgverzekeraars gewerkt.

Drs. Annamiek van Dalen

Bestuurder bij Frion en lid van de Raad van Toezicht bij

het Centrum voor Consultatie en Expertise Nederland.

Van Dalen werkte achttien jaar voor Saxion Hogescholen,

eerst als docent, daarna als directeur van de Pedagogische

Academie en vervolgens als lid van de Raad van Bestuur.

Mr. Klaas Feenstra

Directeur Advies bij Friesland Bank. Feenstra werkte

hiervoor eerst twintig jaar in verschillende manage-

mentfuncties bij de ABN AMRO. Zo was hij onder andere

regiodirecteur MKB Noord Oost en Directeur Mobiliteit en

Redeployment. Ook heeft Feenstra bij de Deutsche Bank

in Nederland de basis gelegd voor het kantorennet en

bedieningsconcept voor het MKB.

Sjoerd-Jan Feenstra

Eigenaar van vijf McDonald restaurants in Zwolle, Kampen

en Heerde. Daarnaast is Feenstra bestuurslid bij Koninklijk

Horeca Nederland, Jong Management Zwolle en het Ro-

nald McDonald Huis Zwolle. In 2011 is McDonald’s Kampen

uitgeroepen tot Duurzaamste Fastservice Bedrijf 2011, een

jaarlijkse en landelijke aanmoedigingsprijs van Stichting

Nederland Schoon, Koninklijke Horeca Nederland en Depa.

Feenstra houdt zich in samenwerking met de gemeente

actief bezig met het organiseren van acties tegen zwerfaf-

val. Hij doet dit door te praten met buurtbewoners en het

informeren van scholieren op scholen.

Leonie Flanderijn - Gijzen

Manager Communications & General Affairs bij Scania

Production Zwolle BV. Tevens is Flanderijn - Gijzen zowel

bestuurslid van het Ronald McDonald Huis Zwolle als van

het Poortwachtercentrum Zwolle, een initiatief van, voor

en door werkgevers in de regio met als doel werkgevers te

ondersteunen bij het matchen van vraag en aanbod van

personeel.

Erwin Giesbers

CEO van Compello, een Nederlandse groep ICT-bedrijven

met locaties in Utrecht, Zwolle en Enschede. Tevens maakt

Giesbers deel uit van het afdelingsbestuur van het CDA

in Zwolle. In 2008 is Giesbers met Compello uitgeroepen

tot ‘Ondernemer van het jaar’ voor de regio IJsselvecht.

Giesbers werkte eerder bij een doveninstituut, waar hij

verantwoordelijk was voor de IT-middelen die in klassen

werden ingezet. In 1997 richtte hij Alpha op, een IT-winkel

voor zowel de zakelijke als de consumentenmarkt. Hieruit

is Compello ontstaan.

Erik de Gilde

Werkzaam bij Scania sinds zijn afstudeeronderzoek bij

Scania Nederland B.V in 1987-1988. Na diverse functies is

hij op dit moment Site Manager van de Europese compo-

nentenfabriek voor painted exterior parts te Meppel. De

Gilde is sinds 1995 binnen Scania betrokken bij het Scania

Productie Systeem SPS (afgeleid van Toyota Production

Systeem TPS). Van 1996-2000 was De Gilde afstudeer-

begeleider van het Post Academisch Onderwijs. Sinds

2009 is De Gilde vicevoorzitter EVO en commissaris EVO

B.V.(Zoetermeer) en commissaris van stichting Beurt-

vaartadres (’s-Gravenhage). De Gilde verzorgt regelmatig

lezingen op LEAN-bijeenkomsten (logistiek).

Ir. Hans Groenhuis

Algemeen directeur van NV ROVA Holding, de organisatie

voor advies-, regie- en verwijdering van afval, beheer van

openbare ruimte en duurzame energievoorziening van

55

Page 58: Bekijk het jaarverslag 2012

negentien gemeenten in Midden- en Oost-Nederland.

Groenhuis is eveneens vicevoorzitter van de Koninklijke

Vereniging voor Afval- en Reinigingsmanagement (NVRD)

en voorzitter van de Raden van Toezicht van Natuur en

Milieu Overijssel en van de Woningcorporatie Vechthorst.

Groenhuis is publiek ondernemer en heeft stevige ervaring

met het organiseren van overheidstaken op afstand.

Groenhuis is een van de grondleggers van de gedachte van

de circulaire economie. In 2010 ontving hij met ROVA de

prijs Duurzame Energie van het Ministerie van Economie,

Landbouw en Innovatie. Groenhuis is daarnaast initiator

van enkele hulpprojecten in binnen- en buitenland zoals

het project stortplaats Sao Goncalo in Brazilië.

Martin Hemmink

Algemeen directeur en groot aandeelhouder van Hemmink

BV in Zwolle, een organisatie in hoogfrequent techniek,

antenne-techniek en kabeltelevisieverdeelsystemen. Het

bedrijf speelde een belangrijke rol bij de introductie van

kabeltelevisie op de Nederlandse markt met de merken

Astro en Bedea. In 2007 werd Hemmink benoemd tot

‘Ondernemer van het jaar’. Hemmink BV is een duurzame

en innovatieve onderneming die zich ‘Investor in People’

mag noemen en meerdere keren is gerekend tot de ‘Best

Managed Companies’ in Nederland. In 2010 eindigde de

onderneming bij de beste vijf bedrijven van Nederland

voor de ‘Kroon op het Werk’-prijs voor goed werkgever-

schap. Hemmink vervult vrijwillig bestuursfuncties bij

maatschappelijke organisaties en ondersteunt goede

doelen op het gebied van zorg, cultuur en sport.

Henk ten Hove

CEO en President van Wavin, marktleider in kunststof

leidingsystemen in Europa. Ten Hove is tevens lid van de

Raad van Commissarissen van FC Zwolle. Nadat hij in 1982

als controller in dienst trad bij Wavin, bekleedde Ten Hove

verschillende managementfuncties alvorens hij benoemd

werd tot CEO van deze organisatie. Hiermee is hij de

verpersoonlijking bij uitstek van het management develop-

mentbeleid van Wavin, waarbij zeven op de tien manage-

mentfuncties vanuit het bedrijf zelf worden vervuld.

Trudy Huisman MBA

Directievoorzitter van Rabobank IJsseldelta. Daarnaast is

Huisman bestuurslid van Regio IJsseldelta van VNO-NCW

Midden en lid van de Raad van Commissarissen van het

Orkest van het Oosten. Huisman bekleedde verschillende

managementfuncties binnen Rabobank Nederland alvo-

rens zij in 2007 directievoorzitter werd.

Drs. Wilma van Ingen

CEO van Nysingh advocaten en notarissen. Het is in de ad-

vocatuur in Nederland uitzonderlijk dat een niet-jurist een

dergelijke positie bekleedt. Naast diverse commissariaten

is van Ingen voorzitter van de Stichting FBK Games in Hen-

gelo, één van de beste internationale atletiekwedstrijden.

Tot mei 2009 was van Ingen tien jaar algemeen directeur

bij de Kamer van Koophandel-Oost Nederland. Ook was zij

voorzitter van het landelijk Algemeen Directeuren Overleg

van de 21 Kamers van Koophandel. Eerder werkte ze bij

KPN Telecom en was zij twee jaar lid van de Raad van

Commissarissen van FC Twente. Nysingh werd in 2011 door

zakenblad Incompany uitgeroepen tot het beste advies-

kantoor van Nederland.

Drs. Ralph Keuning

Directeur van Museum de Fundatie, met vestigingen in

Zwolle en Heino/Wijhe, en bestuurder van de Stichting

Hannema - de Stuers Fundatie. Naast een reeks advies-

functies die samenhangen met zijn functie bij Museum

de Fundatie, is Keuning lid van de Stuurgroep Zwolle

Citymarketing en adviescommissielid van het Festival-

beleid Provincie Overijssel. Eerder werkte Keuning bij de

Staatliche Museen zu Berlin in de Neue Nationalgalerie,

het Prentenkabinet en het Kröller-Müller Museum in Ot-

terlo. Van 2004 tot 2007 was Keuning directeur van het

Nieuw Land Erfgoedcentrum in Lelystad.

Page 59: Bekijk het jaarverslag 2012

Ed Kooijman

Voorheen vestigingsdirecteur DSM Resins in Zwolle en

thans Algemeen directeur van het Polymer Science Park in

Zwolle. Kooijman heeft verschillende managementfuncties

bekleed bij DSM. Daarvoor was hij werkzaam bij onder

andere Procter & Gamble, Eastman Chemical en Gist

Brocades.

Godfried Metternich

Na diverse functies bij de Belastingdienst is Metternich

op dit moment lid van het MT van Belastingdienst /

Randmeren. Sinds de reorganisatie van 2011 is Metternich

plaatsvervangend directeur van het segment Particulieren/

Dienstverlening/Bezwaar en Schenk- en erfbelasting.

Thans is Metternich bezig met het gezamenlijk ontwikke-

len van plannen om de werkprocessen van het segment te

concentreren op de nieuw te formeren Rijksknooppunten.

Ook neemt Metternich namens het segment deel aan de

werkgroep die het stuurcontract schrijft, is hij vertegen-

woordiger bij het portfolio-overleg met de IM-organisatie

en maakt hij deel uit van het subsegment Particulieren.

Angelique Nijhof

Eigenaar en directeur van zowel Nijhof Installatietechniek

als van Willemsen Installatie. Ook is Nijhof penningmees-

ter en secretaris van ondernemersvereniging Broekland.

Beide installatiebedrijven combineren ervaring en nieuwe

kennis om innovatieve technieken voor energieopwekking

en energiebesparing toe te passen.

Edith Punt

Directeur, eigenaar en HR-specialist van Edith Punt

Consultancy. Daarnaast is Punt partner van de Tornak

groep, een internationale aanbieder van trainingen op het

gebied van leiderschapsontwikkeling en teamperformance.

Verder is Punt bestuurslid van de Nederlands Thaise Kamer

van Koophandel in Den Haag, bestuursvoorzitter van

theatergroep De Jonge Honden en bestuurslid van de VVD

Zwolle. Daarnaast was ze tot voor kort voorzitter van MKB

IJsselvecht.

Klaas Johan Roffel MBA RA

CFO bij ABN AMRO Verzekeringen, een onderdeel van

Delta Lloyd Groep. Roffel is sinds september 2006 werk-

zaam bij Delta Lloyd Groep en was financieel directeur

bij de Zorgverzekeringen. Daarnaast is Roffel lid van de

Financiële Commissie van de Koninklijke Nederlandsche

Wielren Unie, de overkoepelende sportbond waarbij 203

verenigingen en 135 stichtingen zijn aangesloten.

Bernd Rosing

Plaatsvervangend directeur van Belastingdienst / Randme-

ren en binnen het managementteam verantwoordelijk voor

het toezicht op de middelgrote en zeer grote organisaties

en voor de aansturing van de vaktechniek. Rosing werkte

hiervoor in verschillende managementposities binnen de

Belastingdienst. Zo was hij onder andere personeelsdirec-

teur voor Belastingdienst / Centrum voor ICT in Apeldoorn

in welke hoedanigheid hij talrijke reorganisaties heeft

begeleid. Naast zijn functie bij de Belastingdienst is Rosing

actief in de gemeentepolitiek. Hij is fractievoorzitter van

de VVD Dronten.

Drs. Hannet de Vries - In ’t Veld RA

Algemeen directeur van het recyclingbedrijf VAR en lid van

de directie van afvalverwerkingsbedrijf Attero. De Vries

- In ’t Veld is tevens vicevoorzitter van BRBS, de Lande-

lijke Branchevereniging Recycling, Breken en Sorteren.

Daarnaast is zij voorzitter of lid van diverse commissaria-

ten, waaronder Univé Stad en Land, Finstral Nederland BV,

De St@art en Accres, een organisatie die het onroerend

goed en meerdere sportaccommodaties van de gemeente

Apeldoorn beheert. Opgeleid tot registeraccountant en

milieuaccountant aan de Rijksuniversiteit Groningen, was

Hannet de Vries - In ’t Veld een van de eerste Milieuac-

countants in Nederland bij Ernst & Young. Ze is zeer actief

in het landelijke recyclingnetwerk en medeauteur van het

boek ‘De Kracht van de Kringloop’ (2011).

57

Page 60: Bekijk het jaarverslag 2012

Jacco Vonhof

Ondernemer en directeur-eigenaar van NOVON Schoon-

maak met vestigingen in Zwolle, Utrecht, Amsterdam en

Twente. Tevens directeur-eigenaar van GO Center, een

innovatief centrum voor sport, gezondheid en training, en

van uitzendorganisatie Personeelsdiensten Direct. Vonhof

is bestuurlijk actief in diverse organisaties. Zo is hij voorzit-

ter van VNO-NCW IJsseldelta, commissaris bij Wezo NV,

bestuurslid van regiobestuur EVO, voorzitter van het Coun-

tus Ballonspektakel Zwolle, bestuurslid van nazorgcentrum

Intermezzo, lid van de Raad van Toezicht van Odeon/De

Spiegel theaters en bestuurslid van de Zwolse Kring van

Ondernemers. Vonhof werd met NOVON in 2004 uitgeroe-

pen tot ‘Ondernemer van het jaar’ in de regio IJsselvecht.

In 2005 won hij de Innovation Award voor Overijssel.

Guus Weiss

Directeur HR van GDF SUEZ Energie Nederland NV, voor-

heen Electrabel. Daarnaast is Weiss lid van de Werkge-

versvereniging voor Energie, Kabel & Telecom en Afval

& Milieu. Ook is Weiss bestuurslid van de Nederlandse

Energie Data Uitwisseling.

Wim van Zant

Compagnon en advocaat bij Nysingh advocaten en

notarissen. Van Zant is sinds 1976 advocaat en sinds 1983

compagnon. Het zwaartepunt van zijn praktijk ligt op

ondernemings- en insolventierecht. Hij heeft de speciali-

satie-opleiding Grotius gevolgd en is lid van INSOLAD, de

vereniging van gespecialiseerde insolventierechtadvocaten

in Nederland. Hij begeleidt tevens cliënten in strafrechtelij-

ke procedures. Hij is lid van de Nederlandse Vereniging van

Strafrechtadvocaten en staat bij het Nederlands Mediation

Instituut (NMI) als mediator geregistreerd. Van Zant vult

de functie van ‘Entrepreneur in Residence’ bij Windesheim

samen in met zijn collega, Drs. Wilma van Ingen, voorzitter

van de Raad van Bestuur van Nysingh.

Page 61: Bekijk het jaarverslag 2012

B I J L A G E 3

K E R N G E G E V E N S

A A N B O D P E R 1- 10 - 2 0 12

2 0 1 2 2 0 1 1 2 0 1 0 2 0 0 9

Studenten - instroom 6.326 7.328 7.634 7.369

Studenten - populatie 20.284 21.538 21.321 19.450

Studiesucces - aantal uitvallers 4.758 4.695 4.004 3.593

Studiesucces - aantal afgestudeerden 3.471 3.182 2.893 2.988

D o m e i n O p l e i d i n g

Bewegen en Educatie Ad Onderwijsondersteuner Bouwkunde I en II

Bewegen en Educatie Ad Onderwijsondersteuner Bouwtechniek I en II

Bewegen en Educatie Ad Onderwijsondersteuner Elektrotechniek I en II

Bewegen en Educatie Ad Onderwijsondersteuner Informatie- en Communicatietechnologie I en II

Bewegen en Educatie Ad Onderwijsondersteuner Installatietechniek I en II

Bewegen en Educatie Ad Onderwijsondersteuner Mechanische Techniek I en II

Bewegen en Educatie Ad Onderwijsondersteuner Motorvoertuigentechniek I en II

Bewegen en Educatie Ad Onderwijsondersteuner Techniek

Bewegen en Educatie Ad Onderwijsondersteuner Werktuigbouwkunde I en II

Bewegen en Educatie Docent Beeldende Kunst en Vormgeving

Bewegen en Educatie Docent Informatie en Communicatie Technologie

Bewegen en Educatie Godsdienst - Pastoraal werk

Bewegen en Educatie Learning & Innovation

Bewegen en Educatie Leraar Basisonderwijs

Bewegen en Educatie Leraar Godsdienst

Bewegen en Educatie Leraar VO 1e graads in Lichamelijke Opvoeding

Bewegen en Educatie LVO 2e Gr. Aardrijkskunde

Bewegen en Educatie LVO 2e Gr. Algemene Economie

Bewegen en Educatie LVO 2e Gr. Bedrijfseconomie

Bewegen en Educatie LVO 2e Gr. Biologie

Bewegen en Educatie LVO 2e Gr. Bouwkunde I en II

Bewegen en Educatie LVO 2e Gr. Bouwtechniek I en II

59

Page 62: Bekijk het jaarverslag 2012

Bewegen en Educatie LVO 2e Gr. Duits

Bewegen en Educatie LVO 2e Gr. Elektrotechniek

Bewegen en Educatie LVO 2e Gr. Engels

Bewegen en Educatie LVO 2e Gr. Frans

Bewegen en Educatie LVO 2e Gr. Geschiedenis

Bewegen en Educatie LVO 2e Gr. Gezondheidszorg en Welzijn

Bewegen en Educatie LVO 2e Gr. Godsdienst

Bewegen en Educatie LVO 2e Gr. Installatietechniek I en II

Bewegen en Educatie LVO 2e Gr. Mechanische Techniek I en II

Bewegen en Educatie LVO 2e Gr. Motorvoertuigentechniek I en II

Bewegen en Educatie LVO 2e Gr. Natuurkunde

Bewegen en Educatie LVO 2e Gr. Nederlands

Bewegen en Educatie LVO 2e Gr. Scheikunde

Bewegen en Educatie LVO 2e Gr. Techniek

Bewegen en Educatie LVO 2e Gr. Werktuigbouwkunde I en II

Bewegen en Educatie LVO 2e Gr. Wiskunde

Bewegen en Educatie Psychomotorische Therapie en Bewegingsagogie

Bewegen en Educatie Special Educational Needs

Bewegen en Educatie Sport en Bewegen

Business, Media en Recht Accountancy

Business, Media en Recht Bedrijfseconomie

Business, Media en Recht Bedrijfskunde MER

Business, Media en Recht Commerciële Economie

Business, Media en Recht Communicatie

Business, Media en Recht Financial Services Management

Business, Media en Recht HBO - Rechten

Business, Media en Recht Human Resource Management

Business, Media en Recht International Business and Languages

Business, Media en Recht Journalistiek

Business, Media en Recht Logistiek en Economie

Business, Media en Recht Small Business en Retail Management

Business, Media en Recht Windesheim Honours College

Gezondheid en Welzijn Culturele en Maatschappelijke Vorming

Gezondheid en Welzijn Logopedie

Gezondheid en Welzijn Maatschappelijk Werk en Dienstverlening

Gezondheid en Welzijn Pedagogiek

Gezondheid en Welzijn Pedagogisch Management Kinderopvang

Gezondheid en Welzijn Sociaal Pedagogische Hulpverlening

Gezondheid en Welzijn Toegepaste Gerontologie

Gezondheid en Welzijn Verpleegkunde

Techniek Ad ICT-Beheer

Techniek Bedrijfskundige Informatica

Techniek Bouwkunde

Techniek Business IT & Management

Techniek Civiele Techniek

Techniek Elektrotechniek

Techniek Elektrotechniek (Associate degree)

Techniek Industrieel Product Ontwerpen

Techniek Industrieel Product Ontwerpen (Associate degree)

Techniek Informatica

Page 63: Bekijk het jaarverslag 2012

Techniek Logistiek en Technische Vervoerskunde

Techniek Mobiliteit

Techniek Technische Bedrijfskunde

Techniek Technische Bedrijfskunde (Associate Degree)

Techniek Technische Informatica

Techniek Werktuigbouwkunde

Techniek Werktuigbouwkunde (Associate degree)

Flevoland Bedrijfseconomie

Flevoland Bedrijfskunde MER

Flevoland Commerciële Economie

Flevoland Communicatie

Flevoland Human Resource Management

Flevoland Small Business en Retail Management

Flevoland Bouwkunde

Flevoland Engineering, Design and Innovation

Flevoland Industrieel Product Ontwerpen

Flevoland Informatica

Flevoland Mobiliteit

Flevoland Werktuigbouwkunde

Flevoland Leraar Basisonderwijs

Flevoland Pedagogiek

Flevoland Logopedie

Flevoland Maatschappelijk Werk en Dienstverlening

Flevoland Sociaal Pedagogische Hulpverlening

Flevoland Verpleegkunde

61

Page 64: Bekijk het jaarverslag 2012

P O P U L A T I E P E R 1- 10

D o m e i n O n d e r d e e l 2 0 1 2 2 0 1 1 2 0 1 0

Bewegen en Educatie Education 3.707 4.157 4.406

Bewegen en Educatie Master Leraar Godsdienst 5 2 0

Bewegen en Educatie Master SEN 861 1.069 1.253

Bewegen en Educatie Master Learning & Innovation 102 65 45

Bewegen en Educatie Human Movement and Sports 1.456 1.553 1.461

Business, Media en Recht Business and Economics 3.193 3.237 3.224

Business, Media en Recht Management and Law 1.428 1.530 1.513

Business, Media en Recht Media 1.078 1.288 1.328

Business, Media en Recht Windesheim Honours College 70 43 22

Gezondheid en Welzijn Health Care 1.078 1.096 1.050

Gezondheid en Welzijn Social Work 2.372 2.654 2.749

Gezondheid en Welzijn Pedagogiek 891 891 711

Techniek Built Environment and Transport 700 706 682

Techniek Information Sciences 796 795 674

Techniek Engineering and Design 1.208 1.269 1.221

Totaal Zwolle 18.945 20.355 20.339

Flevoland Bedrijfseconomie 63 31 0

Flevoland Bedrijfskunde MER 44 0 0

Flevoland Commerciële Economie 50 31 0

Flevoland Communicatie 41 30 0

Flevoland Human Resource Management 45 25 0

Flevoland Management, Economie en Recht 0 16 0

Flevoland Small Business en Retail Management 123 147 144

Flevoland Bouwkunde 49 19 0

Flevoland Engineering, Design and Innovation 51 47 46

Flevoland Industrieel Product Ontwerpen 23 10 0

Flevoland Informatica 170 201 240

Flevoland Mobiliteit 7 0 0

Flevoland Werktuigbouwkunde 18 10 0

Flevoland Leraar Basisonderwijs 355 435 519

Flevoland Pedagogiek 42 0 0

Flevoland Logopedie 35 16 0

Flevoland Maatschappelijk Werk en Dienstverlening 101 62 0

Flevoland Sociaal Pedagogische Hulpverlening 66 72 33

Flevoland Verpleegkunde 56 31 0

Totaal Flevoland 1.339 1.183 982

Eindtotaal 20.284 21.538 21.321

Page 65: Bekijk het jaarverslag 2012

I N S T R O O M

D o m e i n O n d e r d e e l 2 0 1 2 2 0 1 1 2 0 1 0

Bewegen en Educatie Education 1.047 1.326 1.515

Bewegen en Educatie Master Leraar Godsdienst 3 2 0

Bewegen en Educatie Master SEN 438 457 666

Bewegen en Educatie Master Learning & Innovation 66 33 29

Bewegen en Educatie Human Movement and Sports 367 479 441

Business, Media en Recht Business and Economics 1.023 1.108 1.090

Business, Media en Recht Management and Law 405 457 491

Business, Media en Recht Media 245 338 384

Business, Media en Recht Windesheim Honours College 31 19 11

Gezondheid en Welzijn Health Care 349 384 355

Gezondheid en Welzijn Social Work 599 815 983

Gezondheid en Welzijn Pedagogiek 243 387 359

Techniek Built Environment and Transport 201 205 236

Techniek Information Sciences 308 328 255

Techniek Engineering & Design 394 426 445

Totaal Zwolle 5.719 6.764 7.260

Flevoland Bedrijfseconomie 44 31 0

Flevoland Bedrijfskunde MER 35 16 0

Flevoland Commerciële Economie 30 31 0

Flevoland Communicatie 24 30 0

Flevoland Human Resource Management 30 0 0

Flevoland Small Business en Retail Management 32 47 76

Flevoland Bouwkunde 35 19 0

Flevoland Engineering, Design en Innovation 18 12 18

Flevoland Industrieel Product Ontwerpen 14 10 0

Flevoland Informatica 37 44 48

Flevoland Mobiliteit 7 25 0

Flevoland Werktuigbouwkunde 12 10 0

Flevoland Leraar Basisonderwijs 85 134 231

Flevoland Pedagogiek 42 0 0

Flevoland Logopedie 26 16 0

Flevoland Maatschappelijk Werk en Dienstverlening 60 62 0

Flevoland Sociaal Pedagogische Hulpverlening 37 46 1

Flevoland Verpleegkunde 39 31 0

Totaal Flevoland 607 564 374

Eindtotaal 6.326 7.328 7.634

63

Page 66: Bekijk het jaarverslag 2012

I N S T R O O M N A A R

V O O R O P L E I D I N G

P O P U L A T I E P E R 1- 10

N A A R V O O R O P L E I D I N G

Vo o r o p l e i d i n g 2 0 1 2

ANDERS 854

HAVO 3.205

MBO 1.924

VWO 343

Eindtotaal 6.326

Vo o r o p l e i d i n g 2 0 1 2

ANDERS 2.563

HAVO 10.021

MBO 6.252

VWO 1.448

Eindtotaal 20.284

A F G E S T U D E E R D E N

D o m e i n O n d e r d e e l 2 0 1 1 - 2 0 1 2 2 0 1 0 - 2 0 1 1 2 0 0 9 - 2 0 1 0

Bewegen en Educatie Education 960 877 777

Bewegen en Educatie Human Movement and Sports 282 201 240

Business, Media en Recht Business and Economics 498 477 421

Business, Media en Recht Management and Law 196 162 169

Business, Media en Recht Media 145 183 172

Gezondheid en Welzijn Pedagogiek 108 95 74

Gezondheid en Welzijn Health Care 200 193 179

Gezondheid en Welzijn Social Work 457 462 458

Techniek Built Environment and Transport 128 104 125

Techniek Engineering and Design 244 201 164

Techniek Information Sciences 114 85 114

Flevoland Business and Economics 13 0 0

Flevoland Engineering and Design 5 1 0

Flevoland Information Sciences 48 54 0

Flevoland Education 61 79 0

Flevoland Social Work 12 8 0

Eindtotaal 3.471 3.182 2.893

Page 67: Bekijk het jaarverslag 2012

A A N M E L D I N G E N E N I N S T R O O M I N P R O P E D E U T I S C H E F A S E F I X U S O P L E I D I N G E N

Op

leid

ing

Op

leid

ing

svo

rm

Ge

ste

lde

ca

pa

cite

it

Aa

nta

l

aa

ng

em

eld

e

stu

de

nte

n

Aa

nta

l

ing

est

roo

md

e

stu

de

nte

n i

n d

e

pro

pe

de

uti

sch

e f

ase

Psychomotorische Therapie en Bewegingsagogie Voltijd 100 324 97

Psychomotorische Therapie en Bewegingsagogie Deeltijd 30 13 0

Opleiding tot leraar VO van de 1e graad in Lichamelijke Opvoeding Voltijd 195 329 145

Opleiding tot leraar VO van de 1e graad in Lichamelijke Opvoeding Deeltijd 30 7 0

O P L E I D I N G E N M E T A A N V U L L E N D E E I S E N

Op

leid

ing

Op

leid

ing

s-v

orm

Aa

ng

em

eld

Ge

sla

ag

d

vo

or

toe

ts

Ing

esc

hre

ve

n

Docent Beeldende Kunst en Vormgeving Deeltijd 43 23 19

Docent Beeldende Kunst en Vormgeving Voltijd 66 40 30

Opleiding tot leraar VO 1e graad Lichamelijke Opvoeding Voltijd 329 206 165

Opleiding tot leraar VO 1e graad Lichamelijke Opvoeding Deeltijd 7 0 0

Psychomotorische Therapie en Bewegingsagogie Voltijd 324 199 117

Psychomotorische Therapie en Bewegingsagogie Deeltijd 13 0 1

Sport en Bewegen Voltijd 223 108 84

Logopedie Voltijd (Zwolle) 142 83 77

Logopedie Voltijd (Almere) 38 29 26

65

Page 68: Bekijk het jaarverslag 2012

U I T V A L

D o m e i n O n d e r d e e l 2 0 1 1 - 2 0 1 2 2 0 1 0 - 2 0 1 1 2 0 0 9 - 2 0 1 0

Bewegen en Educatie Education 1.536 1.729 1.619

Bewegen en Educatie Human Movement and Sports 169 181 131

Business, Media en Recht Business and Economics 605 641 484

Business, Media en Recht Management and Law 364 355 351

Business, Media en Recht Media 332 268 264

Business, Media en Recht Windesheim Honours College 10 2 5

Gezondheid en Welzijn Pedagogiek 132 123 70

Gezondheid en Welzijn Health Care 236 206 188

Gezondheid en Welzijn Social Work 610 585 542

Techniek Built Environment and Transport 87 78 89

Techniek Engineering and Design 197 109 98

Techniek Information Sciences 158 188 163

Flevoland Business and Economics 78 44 0

Flevoland Management and Law 19 0 0

Flevoland Built Environment and Transport 4 0 0

Flevoland Engineering and Design 13 10 0

Flevoland Information Sciences 30 29 0

Flevoland Education 106 138 0

Flevoland Health Care 24 0 0

Flevoland Social Work 48 9 0

Eindtotaal 4.758 4.695 4.004

Page 69: Bekijk het jaarverslag 2012

B I J L A G E 4

A F K O R T I N G E N L I J S T

ABP Algemeen Burgerlijk Pensioenfonds

CAO Collectieve Arbeidsovereenkomst

CMR Centrale Medezeggenschapsraad

CoE Centers of Expertise

DUO Dienst Uitvoering Onderwijs

Euribor Euro Interbank Offered Rate

Fte Full time equivalentie-eenheid

GBM Gehele Bevolking Mannen

GBV Gehele Bevolking Vrouwen

HBO Hoger Beroeps Onderwijs

IAK Integraal Afspraken Kader

ICT Informatie- en Communicatietechnologie

IenM Ministerie van Infrastructuur en Milieu

IVA Inkomensvoorziening Volledig

Arbeidsongeschikten

KPI Kritische Prestatie-Indicator

LSVb Landelijke Studenten Vakbond

MKB Midden- en Kleinbedrijf

NQA Netherlands Quality Agency

NSE Nationale Studentenenquete

NVAO Nederlands-Vlaamse Accreditatieorganisatie

OCW Ministerie van Onderwijs, Cultuur

en Wetenschap

OOP Onderwijs Ondersteunend Personeel

OP Onderwijzend Personeel

OTC Over The Counter

PDCA Plan-Do-Check-Act

PM Pro Memorie

PO Primair Onderwijs

RI&E’s Risico-inventarisatie & Evaluaties

RJ Richtlijnen Jaarverslaggeving

RNBD Raamovereenkomst inzake

Niet-Beurs verhandelde Derivaten

SLB’er Studieloopbaanbegeleider

t t is het lopende jaar

t-1 t-1 is het voorgaande jaar

UWV Uitvoeringsinstituut Werknemers-

verzekeringen

VBI Visiterende en Beoordelende Instanties

VO Voortgezet Onderwijs

VROM Ministerie van Volkshuisvesting,

Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer

VU Vrije Universiteit

VUmc VU medisch centrum

WGA Werkhervattingregeling Gedeeltelijk Arbeids-

geschikten

WHC Windesheim Honours College

WIA Wet werk en inkomen naar Arbeidsvermogen

WNT Wet Normering Topinkomens

WO Wetenschappelijk Onderwijs

WOPT Wet Openbaarmaking uit Publieke middelen

gefinancierde Topinkomens

67

Page 70: Bekijk het jaarverslag 2012

D E E L 2 - J A A R R E K E N I N G

Kerncijfers 2012 70Jaarrekening 2012 711.1 Geconsolideerde balans per 31 december 2012 71

1.2 Geconsolideerde staat van baten en

lasten over 2012 72

1.3 Geconsolideerd kasstroomoverzicht 2012 73

1.4 Toelichting op de geconsolideerde balans

en staat van baten en lasten 74

1.4.1 Algemeen 74

1.4.2 Grondslagen voor het waarderen

van activa en passiva 76

1.4.3 Grondslagen voor het bepalen van het resultaat 78

1.4.4 Grondslagen voor het opstellen van

het kasstroomoverzicht 79

1.4.5 Toelichting op de posten van de

geconsolideerde balans 80

1.4.6 Toelichting op de posten van de

geconsolideerde staat van baten en lasten 93

1.5 Enkelvoudige balans per 31 december 2012 101

1.6 Enkelvoudige staat van baten en lasten over 2012 102

1.7 Toelichting op de enkelvoudige balans en

staat van baten en lasten 103

1.7.1 Algemeen 103

1.7.2 Toelichting op de posten van de enkelvoudige

balans 103

1.7.3 Toelichting op de posten van de enkelvoudige

staat van baten en lasten 112

1.8 Bezoldiging College van Bestuur en

Raad van Toezicht 114

Reiken naar de top

J A A R R E K E N I N G 2012

Page 71: Bekijk het jaarverslag 2012

Overige gegevens 1172.1 Controleverklaring accountant 117

2.2 Statutaire bepalingen exploitatiesaldo 118

2.3 Voorstel bestemming exploitatiesaldo 118

2.4 Gebeurtenissen na balansdatum 119

Bijlagen, niet behorend bij de jaarrekening 120Bijlage 1 Windesheim Flevoland 120

Bijlage 2 Gegevens over de rechtspersoon 123

69

Page 72: Bekijk het jaarverslag 2012

Kerncijfers 2012

F i n a n c i e e l

geconsolideerde balans en staat van baten en lasten

(x € 1.000) 2 0 1 2 2 0 1 1 2 0 1 0

Baten 173.295 176.168 151.499

Resultaat 4.714 17.096 3.667

Groepsvermogen 53.019 48.305 31.209

Materiële vaste activa:

. Investeringen 11.464 18.093 14.980

. Afschrijvingen 10.001 9.083 8.188

K e n g e t a l l e n 2 0 1 2 2 0 1 1 2 0 1 0

Solvabiliteit 29,2% 26,2% 20,3%

Liquiditeit 0,9 0,9 0,7

Loonkosten medewerkers/baten 64,8% 59,4% 60,9%

Loonkosten medewerkers + derden/baten 72,2% 66,7% 66,2%

Aantal ingeschreven studenten 01.10 20.284 21.538 21.321

Marktaandeel instroom studenten HBO-raad 4,4% 5,2% 5,2%

Marktaandeel ingeschreven studenten HBO-raad 4,7% 5,0% 5,1%

Aantal medewerkers 31.12 2.004 1.887 1.769

Aantal fte's 31.12 1.572 1.483 1.396

Solvabiliteit: eigen vermogen/balanstotaal

Liquiditeit: vlottende activa/kortlopende schulden

Page 73: Bekijk het jaarverslag 2012

Jaarrekening 2012 1.1 G E C O N S O L I D E E R D E B A L A N S P E R 3 1 D E C E M B E R 2 0 12

Na verwerking bestemming resultaat

(x € 1.000) 3 1 . 1 2 . 2 0 1 2 3 1 . 1 2 . 2 0 1 1

1 Activa

Vaste activa

1.2 Materiële vaste activa 128.329 128.109

1.3 Financiële vaste activa 7.341 7.343

Totaal vaste activa 135.670 135.452

Vlottende activa

1.4 Voorraden 103 107

1.5 Vorderingen 7.824 7.460

1.7 Liquide middelen 37.904 41.171

Totaal vlottende activa 45.831 48.738

Totaal activa 181.501 184.190

3 1 . 1 2 . 2 0 1 2 3 1 . 1 2 . 2 0 1 1

2 Passiva

2.1 Groepsvermogen 53.019 48.305

2.2 Voorzieningen 10.296 11.376

2.3 Langlopende schulden 69.786 73.154

2.4 Kortlopende schulden 48.400 51.355

Totaal passiva 181.501 184.190

71

Page 74: Bekijk het jaarverslag 2012

1. 2 G E C O N S O L I D E E R D E S T A A T V A N B A T E N E N L A S T E N O V E R 2 0 12

(x € 1.000) R e a l i s a t i e2 0 1 2

B e g r o t i n g2 0 1 2

R e a l i s a t i e2 0 1 1

3 Baten

3.1 Rijksbijdragen 113.957 110.015 112.167

3.2 Overige overheidsbijdragen en -subsidies 0 0 7.317

3.3 College-, cursus-, les- en examengelden 34.870 36.401 34.024

3.4 Baten werk in opdracht van derden 7.341 7.733 6.232

3.5 Overige baten 17.127 15.291 16.428

Totaal baten 173.295 169.440 176.168

4 Lasten

4.1 Personeelslasten 125.068 125.470 116.422

4.2 Afschrijvingen 11.120 10.192 9.086

4.3 Huisvestingslasten 7.564 8.257 8.169

4.4 Overige lasten 21.964 21.959 22.558

Totaal lasten 165.716 165.878 156.235

Saldo baten en lasten 7.579 3.562 19.933

5 Financiële baten en lasten -2.865 -3.517 -2.837

Totaal resultaat 4.714 45 17.096

Page 75: Bekijk het jaarverslag 2012

1. 3 G E C O N S O L I D E E R D K A S S T R O O M O V E R Z I C H T 2 0 12

(x € 1.000) 2 0 1 2 2 0 1 1

Kasstroom uit operationele activiteiten

Saldo baten en lasten 7.579 19.933

Aanpassing voor:

• Afschrijvingen 10.001 9.083

• Vrijval investeringssubsidies -717 -413

• Mutaties voorzieningen -1.080 3.281

8.204 11.951

Verandering in vlottende middelen:

• Voorraden 4 33

• Vorderingen -364 -1.030

• Kortlopende schulden -2.955 2.031

-3.315 1.034

Totaal kasstroom uit bedrijfsoperaties 12.468 32.918

Ontvangen rente 869 915

Betaalde rente -3.734 -3.752

-2.865 -2.837

Totaal kasstroom uit operationele activiteiten 9.603 30.081

Kasstroom uit investeringsactiviteiten

Investeringen in materiële vaste activa -11.464 -18.093

Desinvesteringen in materiële vaste activa 1.243 73

Investeringen in financiële vaste activa 0 -7.317

Desinvesteringen in financiële vaste activa 2 34

Totaal kasstroom uit investeringsactiviteiten -10.219 -25.303

Kasstroom uit financieringsactiviteiten

Ontvangen investeringssubsidies 0 11.341

Aflossing langlopende schulden -2.651 -2.673

Totaal kasstroom uit financieringsactiviteiten -2.651 8.668

Overige balansmutaties 0 0

Mutatie liquide middelen -3.267 13.446

73

Page 76: Bekijk het jaarverslag 2012

1. 4 T O E L I C H T I N G O P D E

G E C O N S O L I D E E R D E B A L A N S E N

S T A A T V A N B A T E N E N L A S T E N

1.4.1 Algemeen

Activiteiten

Stichting Christelijke Hogeschool Windesheim is een

brede hogeschool. De hogeschool is statutair gevestigd

in Zwolle.

Algemene grondslagen

De jaarrekening is opgesteld conform de Regeling jaar-

verslaggeving onderwijs en daarmee eveneens conform

de vereisten van boek 2, titel 9 van het Burgerlijk Wetboek

en de Richtlijnen van de Raad voor de Jaarverslaggeving.

Voor wat betreft de Richtlijnen is met name RJ 660 van

belang vanwege de daarin (gedeeltelijk) verplichte aanvul-

lingen op de standaardrichtlijnen, specifieke bepalingen

en modellen voor de jaarverslaggeving van onderwijsin-

stellingen en universiteiten.

De waardering van activa en passiva en de resultaat-

bepaling geschiedt tegen historische verkrijgings- of

vervaardigingsprijs. Voor zover niet anders vermeld, zijn

activa en passiva gewaardeerd tegen nominale waarde. De

grondslagen zijn ongewijzigd gebleven ten opzichte van

voorgaand verslagjaar.

Consolidatie

Voor de consolidatie is de integrale methode toegepast.

Bij de integrale methode worden de activa en passiva,

alsmede de baten en lasten voor honderd procent in de

geconsolideerde jaarrekening van Windesheim opgenomen.

In de geconsolideerde jaarrekening zijn opgenomen de

financiële gegevens van Windesheim en haar groeps-

maatschappijen, waarin Windesheim direct of indirect een

beslissende invloed uitoefent voor wat betreft het bestuur

en het financiële beleid. De activa, passiva en de resultaten

van deze groepsmaatschappijen worden volledig in de con-

solidatie opgenomen. De resultaten van de groepsmaat-

schappijen die in de loop van een boekjaar zijn verworven

of afgestoten, worden in de geconsolideerde winst- en

verliesrekening opgenomen vanaf de datum van toetreding

tot de groep respectievelijk tot de datum van afstoting.

De volgende groepsmaatschappijen zijn in de consolidatie

opgenomen:

• Stichting Huis van Algemeen Nut voor Studenten (HANS)

• Stichting Nieuw Grasdorp

• Stichting Windesheim Hoger Onderwijs

• Stichting Windesheim Foundation for Knowledge

and Innovation

Verbonden rechtspersonen

Alle groepsmaatschappijen, zoals opgenomen in de

paragraaf Consolidatie, evenals de deelnemingen

toegelicht onder de toelichting op de financiële vaste

activa, worden aangemerkt als verbonden partij.

Transacties tussen groepsmaatschappijen worden in de

consolidatie geëlimineerd. Verder is ook het groepshoofd

(Windesheim) aan te merken als verbonden partij.

In 2012 hebben de volgende transacties tussen verbonden

rechtspersonen plaatsgevonden:

• Stichting Nieuw Grasdorp: verhuur van gebouw T aan

Windesheim.

Vergelijkende cijfers

De cijfers voor 2011 zijn, indien en voor zover dat uit

hoofde van transparantie wenselijk en noodzakelijk werd

geacht, opnieuw gerubriceerd om vergelijkbaarheid met

2012 mogelijk te maken.

Gebruik van schattingen

De opstelling van de jaarrekening vereist dat het manage-

ment oordelen vormt en schattingen en veronderstellingen

maakt die van invloed zijn op de toepassing van de grond-

slagen en de gerapporteerde waarde van activa en passiva

en van baten en lasten. De daadwerkelijke uitkomsten

kunnen afwijken van deze schattingen. De schattingen en

onderliggende veronderstellingen worden regelmatig beoor-

Page 77: Bekijk het jaarverslag 2012

deeld. Herzieningen van schattingen worden opgenomen in

de periode waarin de schatting wordt herzien en in toekom-

stige perioden waarvoor de herziening gevolgen heeft.

Financiële instrumenten

Financiële instrumenten omvatten handels- en overige

vorderingen, geldmiddelen, leningen en overige financie-

ringsverplichtingen, handelsschulden en overige te betalen

posten. In de jaarrekening zijn de volgende categorieën

financiële instrumenten opgenomen: handelsportefeuille

(financiële activa en financiële verplichtingen), verstrekte

leningen en overige vorderingen, overige financiële

verplichtingen en derivaten.

Financiële instrumenten omvatten tevens in contracten

besloten afgeleide financiële instrumenten (derivaten).

Deze worden door Windesheim gescheiden van het

basiscontract en apart verantwoord indien de economische

kenmerken en risico’s van het basiscontract en het daarin

besloten derivaat niet nauw verwant zijn, indien een apart

instrument met dezelfde voorwaarden als het in het con-

tract besloten derivaat aan de definitie van een derivaat

zou voldoen en het gecombineerde instrument niet wordt

gewaardeerd tegen reële waarde met verwerking van

waardeveranderingen in de winst-en verliesrekening.

Financiële instrumenten, inclusief de van de basiscontracten

gescheiden afgeleide financiële instrumenten, worden bij de

eerste opname verwerkt tegen reële waarde, waarbij (dis)

agio en de direct toerekenbare transactiekosten in de eerste

opname worden meegenomen. Indien instrumenten bij de

vervolgwaardering niet worden gewaardeerd tegen reële

waarde met verwerking van waardeveranderingen in de

winst-en verliesrekening, maken eventuele direct toereken-

bare transactiekosten deel uit van de eerste waardering.

In contracten besloten financiële instrumenten die niet

worden gescheiden van het basiscontract, worden

verwerkt in overeenstemming met het basiscontract.

Na de eerste opname worden financiële instrumenten

op de hierna beschreven manier gewaardeerd.

Afgeleide financiële instrumenten

Windesheim maakt in de normale bedrijfsuitoefening

gebruik van afgeleide financiële instrumenten. Het betreft

een renteswap om het renterisico van langlopende

schulden af te dekken.

Na eerste waardering worden afgeleide financiële instru-

menten gewaardeerd op kostprijs of lagere marktwaarde,

tenzij hedge-accounting onder het kostprijs hedge-model

wordt toegepast.

Omdat Windesheim kostprijshedge-accounting toepast

en het afgeleide instrument betrekking heeft op afdek-

king van het specifieke risico van een toekomstige

transactie die naar verwachting zal plaatsvinden, vindt

geen herwaardering van dit instrument plaats. Zodra de

verwachte toekomstige transactie leidt tot verantwoording

in de winst-en verliesrekening, wordt de met het afgeleide

instrument samenhangende winst of het met het afgeleide

instrument samenhangende verlies in de winst-en verlies-

rekening verwerkt.

Indien afgeleide instrumenten aflopen of worden verkocht,

wordt de cumulatieve winst of het cumulatieve verlies

dat tot dat moment nog niet in de winst-en verliesre-

kening was verwerkt, als overlopende post in de balans

opgenomen, totdat de afgedekte transacties plaatsvinden.

Indien de transacties naar verwachting niet meer plaats-

vinden, wordt de cumulatieve winst of het cumulatieve

verlies overgeboekt naar de winst-en verliesrekening.

Indien afgeleide instrumenten niet langer voldoen aan de

voorwaarden voor hedge accounting, maar het financiële

instrument niet wordt verkocht, wordt ook de hedge-

accounting beëindigd. Dan dient het financiële instrument

tegen kostprijs of lagere marktwaarde te worden verwerkt.

In 2012 zijn geen afgeleide financiële instrumenten

gekocht of verkocht, noch is de kostprijshedge-accounting

beëindigd.

Windesheim documenteert de hedge-relaties en specifieke

hedge-documentatie en toetst periodiek de effectiviteit

van de hedge-relaties door vast te stellen dat er sprake is

75

Page 78: Bekijk het jaarverslag 2012

van een effectieve hedge respectievelijk dat er geen sprake

is van overhedges. De effectiviteitstest vindt plaats door

vergelijking van de kritieke kenmerken van het afdekkings-

instrument met de afgedekte positie. Indien sprake is van

een overhedge wordt de hiermee samenhangende waarde

op basis van kostprijs of lagere marktwaarde direct in de

winst-en verliesrekening verwerkt.

Windesheim heeft een renteswap ter afdekking van rente-

schommelingen met betrekking tot de aangegane lening

voor de nieuwbouw van gebouw X. De renteswap wordt

gewaardeerd op basis van kostprijshedge-accounting con-

form RJ 290. De swap is effectief en om deze reden wordt

het resultaat van de renteswap toegelicht bij de niet-in-

de-balans-opgenomen activa en verplichtingen.

1. 4 . 2 G R O N D S L A G E N V O O R

H E T W A A R D E R E N V A N A C T I V A

E N P A S S I V A

Materiële vaste activa

De materiële vaste activa worden gewaardeerd tegen

verkrijgingsprijs- of vervaardigingsprijs onder aftrek van

cumulatieve afschrijvingen en cumulatieve bijzondere

waardeverminderingen.

De afschrijvingstermijnen van materiële vaste activa zijn ge-

baseerd op de verwachte gebruiksduur van het vast actief.

De afschrijvingen worden berekend als een percentage over

de aanschafprijs volgens de lineaire methode op basis van

de economische levensduur. Op terreinen en op onder-

handen projecten en vooruitbetalingen op materiële vaste

activa wordt niet afgeschreven. Alleen bij vervoermiddelen

wordt rekening gehouden met een restwaarde. Materiële

vaste activa worden geactiveerd bij een aanschafprijs hoger

dan € 2.000 per stuk dan wel per partij.

Voor het bepalen van de afschrijvingen worden

onderstaande afschrijvingspercentages toegepast:

Financiële vaste activa

Deelnemingen in groepsmaatschappijen en overige

deelnemingen waarin invloed van betekenis kan worden

uitgeoefend, worden gewaardeerd volgens de nettover-

mogenswaardemethode. Invloed van betekenis wordt in

ieder geval verondersteld aanwezig te zijn bij het kunnen

uitbrengen van twintig procent of meer van de stemrechten.

De nettovermogenswaarde wordt berekend volgens de

grondslagen die gelden voor deze jaarrekening; voor deel-

nemingen waarvan onvoldoende gegevens beschikbaar zijn

voor aanpassing aan deze grondslagen, wordt uitgegaan

van de waarderingsgrondslagen van de desbetreffende

deelneming. Indien de waardering van een deelneming

volgens de nettovermogenswaarde negatief is, wordt deze

op nihil gewaardeerd.

Deelnemingen waarop geen invloed van betekenis kan

worden uitgeoefend, worden gewaardeerd tegen ver-

krijgingsprijs. Indien sprake is van een duurzame waar-

devermindering, vindt waardering plaats tegen deze

% %

Gebouwen en terreinen: Inventaris en apparatuur:

Terreinen 0,0 Machines en meubilair 6,7 - 7,1

Terrein-, parkeer- en overige

voorzieningen

3,3 - 20,0 Computers, netwerkapparatuur,

servers, software en beeldschermen

6,7 - 33,3

Gebouwen 1,7 - 10,0 Overige apparatuur 12,5

Verbouwingen 10,0 Andere vaste bedrijfsmiddelen:

Technische installaties 6,7 Vervoermiddelen 20,0

Page 79: Bekijk het jaarverslag 2012

lagere waarde; afwaardering vindt plaats ten laste van de

resultatenrekening.

Geldleningen worden gewaardeerd tegen geamortiseerde

kostprijs, eventueel rekening houdend met een waardever-

mindering in verband met oninbaarheid.

De overige vorderingen worden gewaardeerd tegen de

geamortiseerde kostprijs op basis van de effectieve rente-

methode, verminderd met bijzondere waardeverminderings-

verliezen.

Bijzondere waardeverminderingen vaste activa

Vaste activa met een lange levensduur dienen te worden

beoordeeld op bijzondere waardeverminderingen wanneer

wijzigingen of omstandigheden zich voordoen die doen

vermoeden dat de boekwaarde van een actief niet terugver-

diend zal worden. De terugverdienmogelijkheid van activa

die in gebruik zijn, wordt bepaald door de boekwaarde van

een actief te vergelijken met de geschatte contante waarde

van de toekomstige nettokasstromen die het actief naar

verwachting zal genereren.

Wanneer de boekwaarde van een actief hoger is dan de

geschatte contante waarde van de toekomstige kasstromen,

worden bijzondere waardeverminderingen verantwoord

voor het verschil tussen de boekwaarde en de realiseerbare

waarde.

Ook voor financiële vaste activa wordt op iedere balans-

datum beoordeeld of er objectieve aanwijzingen zijn voor

bijzondere waardeverminderingen van een financieel actief

of een groep van financiële activa. Bij aanwezigheid van

objectieve aanwijzingen voor bijzondere waardevermin-

deringen wordt de omvang van het verlies uit hoofde van

de bijzondere waardeverminderingen bepaald en direct

verwerkt in de resultatenrekening.

Voorraden

Voorraden zijn gewaardeerd tegen kostprijs onder aftrek

van een voorziening voor incourantheid.

Vorderingen

Vorderingen worden gewaardeerd tegen de geamortiseerde

kostprijs op basis van de effectieve rentemethode, vermin-

derd met bijzondere waardeverminderingsverliezen. Waar-

deverminderingsverliezen worden bepaald op basis van

individuele beoordeling van de inbaarheid van vorderingen.

Liquide middelen

Liquide middelen bestaan uit kas, banktegoeden en deposi-

to’s met een looptijd korter dan twaalf maanden. Rekening-

courantschulden bij banken zijn opgenomen onder schulden

aan kredietinstellingen onder kortlopende schulden.

Reserves

De reserves bestaan uit de algemene reserve en de pu-

blieke en private bestemmingsreserves.

Voorzieningen

Voorzieningen worden gevormd voor in rechte afdwing-

bare of feitelijke verplichtingen die per einde verslagjaar

bestaan waarbij het waaarschijnlijk is dat een uitstroom

van middelen noodzakelijk is en waarvan de omvang op

betrouwbare wijze is te schatten. Voorzieningen worden

gewaardeerd tegen de beste schatting van de bedragen

die noodzakelijk zijn om de verplichtingen per einde

verslagjaar af te wikkelen. Voorzieningen worden gewaar-

deerd tegen de contante waarde of de nominale waarde

van de uitgaven die naar verwachting noodzakelijk zijn om

de verplichtingen af te wikkelen.

Wachtgeldverplichtingen

De voorziening wachtgeld is gewaardeerd tegen de

nominale waarde. De voorziening is bedoeld om claims uit

hoofde van uitkeringen na ontslag af te dekken. De hoogte

van de voorziening is gebaseerd op een inschatting van toe-

komstige verplichtingen. Hogescholen zijn eigenrisico drager

voor de gehele werkloosheidsuitkeringen. De voorziening

is bepaald op basis van beschikbare gegevens uit de eigen

administratie en de opgaves van Loyalis en het UWV. Bij het

bepalen van de voorziening wordt rekening gehouden met

de kans dat betrokkenen een baan zullen krijgen.

77

Page 80: Bekijk het jaarverslag 2012

Sociaal flankerend beleid

De voorziening sociaal flankerend beleid is gewaardeerd

tegen de nominale waarde van verplichtingen aan (ex-)

medewerkers.

Eigen risicodragerschap WIA

De voorziening wordt eenmaal in de vier jaar actuarieel

berekend. In de tussenliggende jaren wordt de voorzie-

ning op basis van contante waarde berekend, waarbij

rekening wordt gehouden met verwachte uitkeringen aan

medewerkers die per einde boekjaar in de WIA zitten en

met medewerkers die op korte termijn in de WIA terecht

zullen komen.

Personele beloningen

De personeelsbeloningen en andere (uitgestelde) ver-

goedingen worden verantwoord in overeenstemming met

de RJ 271 Personeelsbeloningen. Windesheim kent een

Pensioen- en Flexibele Uittredingsregeling voor huidige en

voormalige werknemers. De pensioenen zijn ondergebracht

bij Stichting Pensioenfonds ABP en de Flexibele Uittreding

bij Stichting Flexibel Uittreden Onderwijs. Hiervoor in

aanmerking komende werknemers hebben op de pensioen-

gerechtigde leeftijd recht op een pensioen welke afhankelijk

is van leeftijd, salaris en dienstjaren. Windesheim heeft

geen verplichting tot het voldoen van aanvullende bijdragen

in geval van tekort bij het pensioenfonds, anders dan het

effect van hogere toekomstige premies. Derhalve zijn alleen

de verschuldigde premies tot en met het einde van het

verslagjaar in de jaarrekening verantwoord.

De voorziening voor personele beloningen heeft betrek-

king op verplichtingen voor jubileum-uitkeringen. De

voorziening is gebaseerd op de actuariële waarde van

verplichtingen aan medewerkers. De uitgangspunten voor

de actuariële berekening zijn:

• sterftetabel man GBM 2000-2005 en vrouw

GBV 2000-2005;

• disconteringsrente betreft 4,5%;

• inflatiepercentage per jaar voor de prijsindex: 1,0%;

• inflatiepercentage per jaar voor de loonindex: 1,0%.

Waarborgfonds

Het bedrag van deze voorziening is vastgesteld conform

de richtlijnen van het ministerie van Onderwijs, Cultuur

en Wetenschap, namelijk één procent van de bruto

Rijksbijdrage over 1993.

Langlopende schulden

Schulden met een resterende looptijd van meer dan één

jaar, worden opgenomen onder langlopende schulden.

De aflossing voor het komende verslagjaar is opgenomen

onder kortlopende schulden. Langlopende schulden

worden gewaardeerd tegen nominale waarde.

Kortlopende schulden

Schulden met een resterende looptijd van ten hoogste

één jaar, worden opgenomen onder kortlopende schulden.

Kortlopende schulden worden gewaardeerd tegen

geamortiseerde kostprijs.

1. 4 . 3 G R O N D S L A G E N V O O R H E T

B E P A L E N V A N H E T R E S U L T A A T

Algemeen

Het resultaat wordt bepaald als het verschil tussen de

baten en de lasten over het verslagjaar, met inachtneming

van de hiervoor vermelde waarderingsgrondslagen.

De baten en lasten worden toegerekend aan de periode

waarop deze betrekking hebben, uitgaande van

historische kosten. Verliezen worden verantwoord als

deze voorzienbaar zijn; baten worden verantwoord als

deze gerealiseerd zijn.

Baten

Rijksbijdragen, overige overheidsbijdragen en subsidies

Rijksbijdragen, overige overheidsbijdragen en subsidies

uit hoofde van de basisbekostiging worden in het jaar

waarop de toekenning betrekking heeft, volledig verwerkt

als baten in de staat van baten en lasten. Indien deze

opbrengsten betrekking hebben op een specifiek doel, dan

worden deze naar rato van de verrichte werkzaamheden

als baten verantwoord.

Page 81: Bekijk het jaarverslag 2012

College-, cursus-, les- en examengelden

De college-, cursus-, les- en examengelden worden toege-

rekend aan het jaar waarop zij betrekking hebben, waarbij

ervan uitgegaan is dat reguliere onderwijs- en onderzoek-

staken gelijkmatig over het studiejaar zijn gespreid.

Baten werk in opdracht van derden

Baten uit hoofde van werk in opdracht van derden

(contractonderwijs, contractactiviteiten en overige)

worden in de staat van baten en lasten opgenomen voor

een bedrag gelijk aan de kosten indien zeker is dat deze

kosten declarabel zijn. Een eventueel positief resultaat

wordt genomen na voltooiing van de gehele transactie.

Voor een eventueel verwacht negatief resultaat wordt

een voorziening getroffen.

Lasten

Personeelslasten

De personeelslasten bestaan uit de loon- en salariskosten

van eigen personeel en de daarop betrekking hebbende

sociale lasten en pensioenlasten, inclusief betaalde en

verschuldigde premies uit hoofde van pensioenregelingen.

Financiële baten en lasten

Onder de financiële baten zijn verantwoord van der-

den ontvangen en te vorderen rente, koerswinsten en

winsten op financiële afdekkingsinstrumenten waarvan

de resultaten op de afgedekte positie worden opgeno-

men in de financiële baten en lasten. Rentebaten worden

in de winst- en verliesrekening opgenomen naarmate

deze opbouwen, door middel van de effectieve-rente

methode. Financiële lasten bevatten aan derden betaalde

en verschuldigde rente die op basis van de effectieve-

rentemethode aan verslagperioden wordt toegerekend,

koersverliezen, afsluitprovisies en verliezen op financiële

afdekkingsinstrumenten waarvan de resultaten op de

afgedekte positie worden opgenomen in de financiële

baten en lasten. Financieringskosten die niet rechtstreeks

zijn toe te rekenen aan de verwerving, bouw of productie

van een in aanmerking komend actief worden opgenomen

in de winst- en verliesrekening.

1. 4 . 4 G R O N D S L A G E N V O O R

H E T O P S T E L L E N V A N H E T

K A S S T R O O M O V E R Z I C H T

Het kasstroomoverzicht is opgesteld volgens de indirecte

methode. De geldmiddelen in het kasstroomoverzicht

bestaan uit de liquide middelen.

79

Page 82: Bekijk het jaarverslag 2012

1. 4 . 5 T O E L I C H T I N G O P

D E P O S T E N V A N D E

G E C O N S O L I D E E R D E B A L A N S

Materiële vaste activa

Het verloop van de materiële vaste activa in het

verslagjaar is als volgt:

1.2.1 Gebouwen en terreinen

Dit betreft de campus in Zwolle, de campus in Almere en

de studentensociëteit in Zwolle.

De investeringen 2012 hebben geheel betrekking op kleine

verbouwingen en inrichting op de campus in Zwolle.

1.2.2 Inventaris en apparatuur

De investeringen in 2012 in inventaris en apparatuur heb-

ben voor € 0,4 mln. betrekking op de campus in Almere en

voor € 3,5 mln. op de campus in Zwolle, met name ICT.

Materiële vaste activa

(x € 1.000) 1.2.1 1.2.2 1.2.3 1.2.4

Gebouwen en

terreinen

Inventaris en

apparatuur

Andere vaste

bedrijfs-

middelen

In uitvoering

en vooruit-

betaling

Totaal

Aanschafprijs 01.01 154.585 41.316 0 4.188 200.089

Afschrijving cumulatief 01.01 -47.292 -24.688 0 0 -71.980

Boekwaarde 01.01 107.293 16.628 0 4.188 128.109

Investeringen 2012 2.381 3.906 0 5.177 11.464

Desinvesteringen 2012 -594 -649 0 0 -1.243

Afschrijvingen 2012 -5.861 -4.140 0 0 -10.001

Boekwaarde 31.12 103.219 15.745 0 9.365 128.329

Aanschafprijs 31.12 154.921 39.909 0 9.365 204.195

Afschrijving cumulatief 31.12 -51.702 -24.164 0 0 -75.866

Boekwaarde 31.12 103.219 15.745 0 9.365 128.329

1.2.4 In uitvoering en vooruitbetaling

Het saldo bestaat onder andere uit voorbereidingskosten

nieuwbouw sporthal-zwembad en diverse lopende

verbouwingen en renovaties.

Financiële vaste activa

Het verloop van de financiële vaste activa in het

verslagjaar is als volgt:

Page 83: Bekijk het jaarverslag 2012

1.3.4 Vorderingen op andere deelnemingen

a. Coöperatief TechnoCentrum

De vordering betreft een renteloze lening. Het Coöperatief

TechnoCentrum werkt samen met bedrijven en scholen

aan projecten om jongeren te boeien en te binden aan

de technische sector. Hierdoor wordt bevorderd dat de

instroom in de technische opleidingen op peil blijft. Het

betreft overigens een samenwerkingsverband dat in 2013

zal worden beëindigd.

b. Stichting Aerides

Aan Stichting Aerides is in 2010 een rentedragende lening

verstrekt ten behoeve van de aanschaf van onderdelen

van een voormalige studentenboot. De lening wordt in

96 maandtermijnen afgelost. Aan Windesheim is een

zekerheidsrecht verstrekt op genoemde zaak. Vanuit Stich-

ting Aerides worden allerlei activiteiten in het kader van

topsport georganiseerd (bijvoorbeeld roeiwedstrijden).

Door het beschikbaar stellen van deze faciliteiten draagt

Aerides bij aan een ambitieus studieklimaat gekoppeld

aan de hogeschool Windesheim.

1.3.7 Overige vorderingen

Dit betreft een langlopende vordering op het Consortium

van financiers met betrekking tot de ontwikkeling van een

hogeschool in Flevoland (Almere). Voor de overname van

de medewerkers en van de opleidingen van de Hogeschool

van Amsterdam, heeft Windesheim € 7,3 mln. ontvangen.

Deze inkomsten hebben geleid tot de vorming van een

bestemmingsreserve van € 7,3 mln. voor de ontwikke-

ling van de hogeschool in Flevoland. Met deze middelen

is een basis gelegd voor de continuïteit van onderwijs,

onderzoek en ondernemen in Flevoland op het moment

dat de beschikbaar gestelde financiering van € 72 mln.

door het Consortium van financiers voor de dekking van

het aanlooptekort voor de opbouw van een hogeschool in

Flevoland volledig benut is.

De inkomsten zijn voor het Consortium van financiers

aanleiding geweest om het jaarlijks financieringsvoorschot

met eenzelfde bedrag te verminderen. Door deze wijze van

uitbetaling is bij Windesheim een langlopende vordering

op het Consortium ontstaan. De vordering is rentedra-

gend. In de jaarrekening 2011 is de vordering opgeno-

men onder de (kortlopende) vorderingen. Begin 2013 is

duidelijkheid verkregen over het karakter van deze post en

is de langlopende vordering derhalve opgenomen onder de

financiële vaste activa.

Fin

an

cië

le

va

ste

act

iva

Sta

nd

0

1.0

1.2

01

2

Inv

est

eri

ng

en

ve

rstr

ek

te

len

ing

De

sin

ve

ste

rin

g e

n a

fge

lost

e le

nin

g

Sta

nd

3

1.1

2.2

01

2

(x € 1.000)

1.3.4 Vorderingen op andere deelnemingen

a. Coöperatief TechnoCentrum 9 0 0 9

b. Stichting Aerides 17 0 -2 15

26 0 -2 24

1.3.7 Overige vorderingen

a. Subsidie Flevoland 7.317 0 0 7.317

7.343 0 -2 7.341

81

Page 84: Bekijk het jaarverslag 2012

Voorraden

Dit betreft de voorraad van de campuswinkel (Zwolle). De

winkel verkoopt readers, diverse kleine kantoorartikelen

en gemaksartikelen (food en non-food). Eind 2012 is de

voorraad winkelartikelen met € 1.000,- toegenomen en de

voorraad readers met € 5.000,- afgenomen ten opzichte

van eind 2011.

Vorderingen

1.5.1 Debiteuren

De stand per einde 2012 is bijna € 0,5 mln. lager dan

de stand per einde 2011. Deze afname wordt enerzijds

veroorzaakt door een vordering per einde 2011 op de iPabo

vanwege Rijksbijdrage 2010-2011 van ruim € 0,9 mln.

welke in december 2011 is gefactureerd en in 2012 ontvan-

gen. Anderzijds is sprake van een toename van het saldo

met bijna € 0,3 mln. vanwege de groei van activiteiten op

de vestiging in Almere. Per einde 2012 had de vestiging

Almere bijna € 0,6 mln. aan vorderingen op debiteuren

uitstaan.

1.5.4 Andere deelnemingen

Per einde 2011 betreft dit een vordering in rekening

courant op Stichting GRIETJE.

1.5.7.2 Overige

Te factureren werk voor derden: de afname van de stand

per einde 2012 ten opzichte van de stand per einde 2011

Vorderingen(x € 1.000) 3 1 . 1 2 . 2 0 1 2 3 1 . 1 2 . 2 0 1 1

1.5.1 Debiteuren 2.972 3.449

1.5.4 Andere deelnemingen 0 34

1.5.7 Overige vorderingen

1.5.7.1 Personeel 8 12

1.5.7.2 Overige:

• Te factureren werk voor derden 350 761

• Nog te declareren uren-detachering 0 12

• Suppletie omzetbelasting 1.112 0

• Diverse posten 973 971

1.5.8 Overlopende activa

1.5.8.1 Vooruitbetaalde kosten:

• Vooruitbetaalde OV jaarkaarten 985 948

• Diverse posten 1.720 1.551

1.5.9 Af: voorziening wegens oninbaarheid -296 -278

7.824 7.460

Onder de Vorderingen zijn geen posten opgenomen met een looptijd langer dan één jaar.

Page 85: Bekijk het jaarverslag 2012

kan grotendeels verklaard worden door een verbeterslag

in het afsluiten van projecten. De post Suppletie omzet-

belasting betreft de te vorderen omzetbelasting ter zake

van de nieuwbouw van sporthal-zwembad.

1.5.8.1 Vooruitbetaalde diverse posten

Dit betreft onder andere vooruitbetaalde licentiekosten

€ 576.000 (2011: € 734.000), vooruitbetaalde huur en

servicekosten € 454.000 (2011: € 445.000) en vooruit-

betaalde assurantiepremies € 234.000 (2011: nihil). De

toename van de stand per einde 2012 ten opzichte van de

stand per einde 2011 wordt onder andere verklaard door

vooruitbetaalde assurantiepremies, lagere vooruitbetaalde

licentiekosten en door vooruitbetaalde advieskosten

inzake de pro-rata regeling omzetbelasting.

1.5.9 Voorziening wegens oninbaarheid

Het verloop van de voorziening wegens oninbaarheid is

als volgt:

(x € 1.000) 2 0 1 2 2 0 1 1

1.5.9.1 Stand per 01.01 -278 -423

1.5.9.2 Onttrekking 31 145

1.5.9.3 Dotatie -49 0

Stand per 31.12 -296 -278

Liquide middelen(x € 1.000) 3 1 . 1 2 . 2 0 1 2 3 1 . 1 2 . 2 0 1 1

1.7.1 Kasmiddelen 18 44

1.7.2 Tegoeden op bank- en girorekeningen 4.800 5.705

1.7.3 Deposito's 33.086 35.422

37.904 41.171

De tegoeden op bank- en girorekeningen staan ter vrije

beschikking. Een deposito met een saldo van € 15,2 mln. is

direct opvraagbaar met een aanzegtermijn van één maand

en één dag; de overige deposito’s zijn direct opvraagbaar. De

afname van het saldo met € 3,3 mln. wordt verklaard door:

• € 10,0 mln. inkomende kasstroom uit operationele activi-

teiten

• € 10,6 mln. uitgaande kasstroom door investeringen

• € 2,7 mln. uitgaande kasstroom door aflossing op lenin-

gen o/g

Liquide middelen

83

Page 86: Bekijk het jaarverslag 2012

2.1.1 Algemene reserve

Dit betreft de vrij besteedbare reserve. Deze reserve is

gevormd uit de resultaten behaald uit (publieke) onder-

wijsactiviteiten, verhuur van onroerend goed (Stichting

Nieuw Grasdorp), de exploitatie van een studenten-

sociëteit (Stichting HANS) en andere (publieke) activiteiten.

2.1.2 Bestemmingsreserve (publiek)

a. Dit betreft de reserve huisvestingsbeleid. Door de

ontwikkelingen in het hbo en de verwachtingen over de

ontwikkeling van de studentenpopulatie, heeft het

College van Bestuur in 2011 besloten een nieuw master-

plan Campus / Huisvesting op te stellen. In afwachting van

het nieuwe masterplan is de reserve Huisvestingsbeleid

bevroren op de stand per 31 december 2010.

Voorzieningen(x € 1.000)

3 1 . 1 2 . 2 0 1 2 3 1 . 1 2 . 2 0 1 1

2.2.1 Personeels voorzieningen 6.783 7.463

2.2.3 Overige voorzieningen 3.513 3.913

10.296 11.376

Groepsvermogen(x € 1.000)

S t a n d 0 1 . 0 1 . 2 0 1 2 R e s u l t a a t

O v e r i g e m u t a t i e s

S t a n d 3 1 . 1 2 . 2 0 1 2

2.1.1 Algemene reserve 29.002 3.969 0 32.971

2.1.2 a. Bestemmingsreserve (publiek) 10.425 0 0 10.425

2.1.2 b. Bestemmingsreserve (publiek) 7.317 0 0 7.317

2.1.3 Bestemmingsreserve (privaat) 1.561 745 0 2.306

48.305 4.714 0 53.019

Groepsvermogen

Het verloop van het groepsvermogen is als volgt:

b. Dit betreft de reserve financiering Flevoland voor de

ontwikkeling van de vestiging Flevoland.

2.1.3 Bestemmingsreserve (privaat)

Deze bestemmingsreserve is in 1986 ontstaan uit de inbreng

door de fusiepartners. In de jaren daarna is het resultaat

op private activiteiten toegevoegd dan wel, bij een verlies,

onttrokken aan deze reserve. Private activiteiten zijn de

exploitatie van gemaksdiensten in de campuswinkel en de

contractactiviteiten. Ten gunste van de reserve is € 745.000

verantwoord: contractactiviteiten € 774.000 (2011: -

€ 131.000) en gemaksdiensten negatief € 29.000 (2011:

€ 3.000). De hogere bate uit contract activiteiten is te ver-

klaren door een verbeterslag in het afsluiten van projecten.

Voorzieningen

Page 87: Bekijk het jaarverslag 2012

Wachtgeld

De voorziening wachtgeld is gebaseerd op rechten van

ex-medewerkers uit hoofde van wachtgeld en bijkomende

kosten. De rechten van deze ex-medewerkers zijn

opgenomen in een voorziening zodat de lasten drukken

op de periode waarin de verplichting is ontstaan.

Sociaal flankerend beleid

De voorziening Sociaal flankerend beleid heeft betrekking

op afspraken met individuele personeelsleden die Windes-

heim vroegtijdig hebben of gaan verlaten.

Wet WIA

De Wet werk en inkomen naar Arbeidsvermogen (WIA)

bestaat uit twee regelingen, de WGA (Werkhervatting-

regeling Gedeeltelijk Arbeidsgeschikten) en de IVA

(volledig en duurzaam arbeidsongeschikt). Indien een

werknemer arbeidsongeschikt raakt, vormen de eerste

twee jaar in principe een last voor de werkgever en wordt

zijn salaris bij Windesheim doorbetaald ( het eerste jaar

honderd procent en het tweede jaar zeventig procent).

Na 104 weken arbeidsongeschiktheid keert de WIA

uit middels een IVA of een WGA-uitkering. Indien de

werknemer na twee jaar in de WGA komt, wordt het

dienstverband beëindigd en ontvangt de werknemer een

uitkering via het UWV. Het eigen risico voor de werkgever

is maximaal tien jaar en eindigt eerst zodra de medewer-

ker de vijfenzestigjarige leeftijd bereikt.

In 2009 is de voorziening actuarieel bepaald op basis

van verwachte uitkeringen aan medewerkers die in de

WIA zitten. De voorziening wordt eenmaal in de vier jaar

actuarieel berekend. In de tussenliggende jaren wordt de

voorziening op basis van contante waarde berekend. Bij

de bepaling van de hoogte van de voorziening in 2012 is

rekening gehouden met verwachte uitkeringen aan mede-

werkers die per einde boekjaar in de WIA zitten.

Tevens is per eind 2012 bepaald welke medewerkers in

2013 waarschijnlijk in de WIA terecht komen. Ook deze

verplichting is opgenomen en bedraagt ruim € 0,4 mln.

Voor de jaarrekening 2010, 2011 en 2012 is de voorziening

op basis van contante waarde berekend.

Personele beloningen

Dit betreft de voorziening voor ambtsjubilea. Uit hoofde van

RJ 271 heeft Windesheim een verplichting opgenomen voor

toekomstige jubileumuitkeringen aan de huidige werkne-

mers. De omvang van de verplichting wordt in hoge mate

2.2.1 Personeelsvoorzieningen

(x € 1.000) Wa c h t g e l d S o c i a a l f l a n k e r e n d

b e l e i d

We t W I A Personele beloningen

To t a a l

Stand per 01.01.2012 4.837 648 948 1.030 7.463

Dotaties 2012 780 785 0 76 1.641

Onttrekkingen 2012 -1.455 -264 -133 -86 -1.938

Vrijval 2012 -119 -84 -180 0 -383

Stand per 31.12.2012 4.043 1.085 635 1.020 6.783

Kortlopend deel < 1 jaar 3.060 503 106 100 3.769

Langlopend deel > 1 jaar 983 582 529 920 3.014

85

Page 88: Bekijk het jaarverslag 2012

bepaald door de arbeidshistorie van werknemers bij

andere overheidsinstellingen. De voorziening wordt

actuarieel berekend.

Organisatie

Eind 2011 is uit de audit in het kader van de accreditatie

van de opleiding Journalistiek gebleken dat de kwaliteit

van het diploma van de opleiding Journalistiek niet in alle

gevallen is gewaarborgd. Windesheim heeft een externe

‘commissie van wijzen’ ingesteld om te laten onderzoeken

hoe de al in gang gezette en ook door het auditpanel

gesignaleerde verbeteringen, versneld geïmplementeerd

kunnen worden. De voorziening heeft betrekking op de

met dit traject gemoeide kosten.

2.2.3 Overige voorzieningen

(x € 1.000) O r g a n i s a t i e Wa a r b o r g f o n d s To t a a l

Stand per 01.01.2012 3.570 343 3.913

Dotaties 2012 983 0 983

Onttrekkingen 2012 -1.383 0 -1.383

Vrijval 2012 0 0 0

Stand per 31.12.2012 3.170 343 3.513

Kortlopend deel < 1 jaar 2.523 343 2.866

Langlopend deel > 1 jaar 647 0 647

Waarborgfonds

Het bedrag van deze voorziening is vastgesteld conform

de richtlijnen van het ministerie van Onderwijs, Cultuur

en Wetenschap namelijk één procent van de bruto

Rijksbijdrage over 1993. In de Algemene Vergadering

van de HBO-raad is overeengekomen om de verplichte

aansluiting bij het Waarborgfonds per 1 januari 2013 te

beëindigen.

In het kader van de voorgenomen opheffing van het

Waarborgfonds zijn per aanvang februari 2013 bijna

alle borgingscontracten beëindigd. Op het moment

van opmaak van de jaarrekening 2012 staat nog één

borgingscontract open. Dat betekent dat het bestuur van

het Waarborgfonds formeel nog geen ontbindingsbesluit

kan nemen en het Waarborgfonds nog niet aan de bank

heeft gemeld dat de bankgarantie ad € 343.000 ingetrok-

ken dient te worden.

Page 89: Bekijk het jaarverslag 2012

Langlopende schulden

Langlopende schulden(x € 1.000)

3 1 . 1 2 . 2 0 1 2 3 1 . 1 2 . 2 0 1 1

2.3.3 Kredietinstellingen:

• ING Bank NV (Windesheim) 51.000 53.000

• ING Bank NV (Nieuw Grasdorp) 4.368 4.699

• ING Bank NV (Nieuw Grasdorp) 1.605 1.725

• Bank Nederlandse Gemeenten (Windesheim) 2.602 2.802

2.3.5 Overige: investeringssubsidie 10.211 10.928

69.786 73.154

3-maands EURIBOR verhoogd met een opslag van 1,4%;

Windesheim ontvangt een 3-maands EURIBOR over de

hoofdsom. De renteswap is in 2008 afgesloten in relatie

tot de overeenkomst van geldlening met een vaste rente

van 4,88% ter financiering van gebouw X. Het renteswap

contract is medio 2008 ingegaan en heeft een looptijd van

35 jaar (tot en met ultimo 2041).

ING Bank NV (Nieuw Grasdorp)

Dit betreft lening I voor de financiering van de bouw van het

T-gebouw op de Campus (Zwolle).

De lening heeft een looptijd van dertig jaar en is in 1996

verstrekt. De rente bedraagt 4,11% per jaar en is gefixeerd

tot en met 2016. De jaarlijkse aflossing is € 0,3 mln. Ten

behoeve van de bank heeft de stichting de volgende zeker-

heden verstrekt: eerste bankhypotheek van € 13,5 mln. op

het T-gebouw en hoofdelijke medeschuldenaarstelling door

Stichting Christelijke Hogeschool Windesheim.

ING Bank NV (Nieuw Grasdorp)

Dit betreft lening II voor de financiering van de bouw van

het T-gebouw op de Campus (Zwolle). De looptijd van de

lening, het rentepercentage en rentelooptijd zijn conform

lening I. De jaarlijkse aflossing is € 0,1 mln. De gestelde

zeker heden zijn conform lening I.

2.3.3 Kredietinstellingen

De geldleningen welke onder ‘kredietinstellingen’ zijn

opgenomen, hebben betrekking op de financiering van

de gebouwen van Windesheim

ING Bank NV (Windesheim)

Ten behoeve van de financiering van gebouw X op de

Campus (Zwolle), kadastraal bekend onder sectie K num-

mer 2227, is aan de ING Bank NV het recht van een hypo-

theek gegeven op het pand tot meerdere zekerheid voor

de betaling van de hoofdsom van € 55 mln. plus € 22 mln.

voor renten, boeten, kosten, premies of anderszins. In to-

taal € 77 mln. Naast de zekerheid op het pand is er mede

zekerheid verstrekt inzake verpanding van alle rechten die

Windesheim ter zake van het onderpand heeft. Tevens is

de bank bevoegd het onderpand samen met de roerende

zaken die in het pand staan te (doen) verkopen. De kredie-

ten zijn verstrekt in de vorm van kasgeldleningen.

Middels een renteswap is de variabele rente op de

langlopende leningen van ING Bank NV, ultimo 2012 groot

€ 53 mln., omgezet naar een vaste rente van 4,88%. De

renteswap heeft een contractuele looptijd tot ultimo 2041.

De hoofdsom van de renteswap daalt overeenkomstig

de aflossing van de langlopende lening. Op grond van

de financieringsovereenkomst betaalt Windesheim over

het nominale bedrag van, per einde 2012, € 51 mln., een

87

Page 90: Bekijk het jaarverslag 2012

Bank Nederlandse Gemeenten (Windesheim)

In 2012 is met de Bank Nederlandse Gemeenten overeen-

stemming bereikt over vervanging van de op 17 december

1993 gesloten overeenkomst tot geldlening. De nieuwe

overeenkomst treedt in werking per 31 december

2012 en geldt voor bepaalde tijd tot 31 december 2023.

Per 31 december 2013 vindt een renteherziening plaats.

Tot nadere zekerheid voor de geldgever heeft Windesheim

een bankhypotheek verstrekt op grond en opstal aan de

Campus 2-6 te Zwolle met een pandrecht op de roerende

zaken ten bedrage van in hoofdsom drie miljoen euro te

vermeerderen met een opslag voor rente, boete en kosten

van vijftig procent van de hoofdsom.

Het verloop van de langlopende schulden is als volgt:

(x € 1.000) 2 . 3 . 3 K r e d i e t i n s te l l i n g e n 2 . 3 . 5 O v e r i g e

ING Bank NV

(Windesheim)

ING Bank NV

(Nieuw

Grasdorp)

ING Bank NV

(Nieuw

Grasdorp)

Bank

Nederlandse

Gemeenten

(Windesheim)

Investerings-

subsidie

Flevoland

Stand per 01.01.2012 53.000 4.698 1.726 2.802 10.928

Aangegane leningen 0 0 0 0 0

Ontvangen investeringssubsidie 0 0 0 0 0

Vrijval ten gunste van de exploitatie 0 0 0 0 -717

Aflossingen -2.000 -330 -121 -200 0

Stand per 31.12.2012 51.000 4.368 1.605 2.602 10.211

Looptijd > 1 jaar 51.000 4.368 1.605 2.602 9.494

Looptijd > 5 jaar 43.000 3.048 1.121 1.705 6.626

Rentevoet 4,88% plus 4,11% 4,11% 4,68% n.v.t.

2.3.5 Overige

Dit betreft een ontvangen investeringssubsidie voor De

Landdrost (Almere). Conform Richtlijn RJ 274 is de inves-

teringssubsidie als vooruitontvangen bedrag aan de pas-

siefzijde van de balans opgenomen. Uit de op de balans

gepassiveerde post valt jaarlijks een bedrag vrij ten gunste

van het resultaat. De vrijval wordt bepaald op basis van de

afschrijvingstermijn van het betreffende actief. Ten gunste

van het resultaat 2012 is € 0,7 mln. verantwoord waarbij

rekening is gehouden met data van ingebruikname.

Page 91: Bekijk het jaarverslag 2012

Kortlopende schulden

Onder de Kortlopende schulden zijn geen posten opgenomen met een looptijd langer dan één jaar.

Kortlopende schulden(x € 1.000) 3 1 . 1 2 . 2 0 1 2 3 1 . 1 2 . 2 0 1 1

2.4.1 Kredietinstellingen 2.651 2.673

2.4.2 Vooruitgefactureerde en - ontvangen termijnen 5.736 5.255

2.4.3 Crediteuren 6.731 7.553

2.4.7 Belastingen en premies sociale verzekeringen

2.4.7.1 Loonheffing 5.617 4.967

2.4.7.2 Omzetbelasting -45 -170

2.4.8 Schulden ter zake van pensioenen 1.685 1.446

2.4.9 Overige kortlopende schulden

2.4.9.2 Diverse posten 5.759 6.749

2.4.10 Overlopende passiva

2.4.10.1 Vooruitontvangen college- en lesgelden 12.622 12.839

2.4.10.2 Vooruitontvangen subsidies OCW 293 186

2.4.10.4 Vooruitontvangen overige subsidies 2.123 5.032

2.4.10.5 Vakantiegeld en vakantiedagen 5.045 4.640

2.4.10.8 Diverse posten 183 185

48.400 51.355

2.4.1 Kredietinstellingen

Dit betreft de aflossingsverplichting voor 2013 op de

langlopende schulden.

2.4.2 Vooruitgefactureerde en ontvangen termijnen

Dit betreft (subsidie-)projecten. Ten opzichte van de stand

per einde 2011 is de stand per einde 2012 bijna een half

miljoen euro hoger. De hogere stand wordt grotendeels

verklaard door een verbeterslag op het administratief

afsluiten van projecten.

2.4.10.2 Vooruitontvangen subsidies OCW

Dit betreft de vooruitvangen en te restitueren middelen

voor de lerarenbeurs. Het verloop in 2012 betreffende de

geoormerkte subsidies OCW conform model G is als volgt:

M o d e l G(x € 1.000)

S a l d o O n t v a n g e n L a s te n To t a l e k o s te n

Te besteden

Toewijzing 01.01.2012 2012 2012 31.12.2012 31.12.2012

Lerarenbeurs:

DL/B/110284 2011 250 186 -9 164 164 13

DL/B/110284 2012 400 0 402 122 122 280

650 186 393 286 286 293

89

Page 92: Bekijk het jaarverslag 2012

2.4.10.4 Vooruitontvangen overige subsidies

Dit betreft o.a. de nog te besteden lectoraatsgelden ad

€ 0,8 mln. en functiemix ad € 0,7 mln. Van de in voor-

gaande jaren ontvangen lectoraatsgelden resteert per

einde 2012 een te besteden bedrag van € 0,8 mln. In 2012

is geen vrijval verantwoord omdat de invulling van de

24 lectoraten in 2012 op de planning is achtergebleven.

Voor 2013 zijn inmiddels stappen gezet en acties genomen

om de lectoraten conform de activiteitenplannen van de

domeinen invulling te geven.

Financiële instrumenten

Algemeen

Windesheim maakt in de bedrijfsuitoefening gebruik van

uiteenlopende financiële instrumenten waarvoor Win-

desheim een potentieel marktrisico, inclusief renterisico,

kredietrisico en/of liquiditeitsrisico loopt. Om deze risico’s

te beheersen heeft Windesheim een treasurybeleid inclu-

sief een stelsel van procedures opgesteld om de risico’s

van onvoorspelbare ongunstige ontwikkelingen op de

financiële markten en daarmee op de financiële prestaties

van Windesheim te beperken.

Windesheim zet een afgeleid financieel instrument in, te

weten een renteswap, om het renterisico te beheersen.

Afgeleide financiële instrumenten worden niet ingezet

voor handelsdoeleinden.

Kredietrisico

Windesheim loopt kredietrisico over leningen en vorderin-

gen opgenomen onder financiële vaste activa, handels- en

overige vorderingen en liquide middelen. Het kredietri-

sico bestaat uit het verlies dat zou ontstaan indien op

verslagdatum afnemers of tegenpartijen in gebreke

zouden blijven en hun contractuele verplichtingen niet na

zouden komen. Windesheim heeft richtlijnen opgesteld

waaraan afnemers of tegenpartijen moeten voldoen. Deze

richtlijnen beperken het risico verbonden aan mogelijke

kredietconcentraties en marktrisico’s. Windesheim loopt

hierdoor geen materieel kredietrisico ten aanzien van een

enkele individuele afnemer of tegenpartij.

Renterisico

In het treasurybeleid van Windesheim zijn de doelstel-

lingen ten aanzien van de beperking van renterisico’s

opgenomen. Er is een rentevisie opgesteld die periodiek

wordt gevolgd en geactualiseerd. Windesheim loopt

renterisico over de rentedragende langlopende schulden

en herfinanciering van bestaande financieringen. Voor

schulden met een variabele rente loopt Windesheim risico

ten aanzien van toekomstige kasstromen. Om de variabili-

teit van de variabel rentende leningen te beperken, heeft

Windesheim een renteswap afgesloten. Daarmee is het

renterisico afgedekt.

Dit derivaat betreft een zogenoemde renteswap waarbij

Windesheim een vaste rente betaalt en een variabele

rente, gebaseerd op Euribor, ontvangt. De hoofdsom

van de renteswap varieert gedurende de looptijd van

het contract, maar volgt hierbij exact de hoofdsom van

de afgedekte positie, zodat gedurende de looptijd geen

overhedge ontstaat. De mogelijke gevolgen van de nega-

tieve marktwaarde van de renteswap zijn toegelicht onder

‘liquiditeitsrisico.’

Ultimo boekjaar bestaat onderstaande renteswap uit:

(x € 1.000) H o o f d -s o m

Te b e t a l e n r e n te

Te o n t v a n g e n r e n te

S t a r t -d a t u m

E i n d -d a t u m

M a r k t -w a a r d e

53.000 4,88% 3mnd EURIBOR 1-7-2008 1-1-2042 -22.874

Page 93: Bekijk het jaarverslag 2012

Liquiditeitsrisico

Windesheim bewaakt de liquiditeitspositie door middel

van opvolgende meerjarenliquiditeit-begrotingen en op

basis van de procedures zoals vastgelegd in het treasu-

rystatuut. Het College van Bestuur ziet erop toe dat voor

Windesheim steeds voldoende liquiditeiten beschikbaar

zijn om aan de verplichtingen te kunnen voldoen.

De liquide middelen staan ultimo 2012 ter vrije beschikking

van Windesheim. Met de externe financier is een Raamo-

vereenkomst inzake Niet-Beursverhandelde Derivaten

(RNBD) aangegaan. Windesheim heeft geen wettelijke

marginverplichting ten aanzien van de door haar aange-

gane OTC-derivatentransacties. Op basis van de RNBD is

de externe financier bevoegd, mocht daartoe aanleiding

zijn, extra zekerheden te vragen. Ultimo 2012 heeft de

externe financier geen gebruik gemaakt van de bevoegd-

heid om extra zekerheid te vragen vanwege de negatieve

marktwaarde van de renteswap.

In de overeenkomst met de externe financier zijn diverse

beëindigingsclausules opgenomen. Deze niet ongebrui-

kelijke beëindigingsclausules geven partijen het recht

en soms de plicht op bepaalde momenten tijdens de

contractduur de overeenkomst op te zeggen. Bij de beëin-

diging van de overeenkomst op basis van deze beëindi-

gingsclausules wordt de marktwaarde van de renteswap

afgerekend. Wanneer de beëindigingsclausules in werking

treden, leidt dit tot een mogelijk liquiditeitsrisico voor

Windesheim, voor zover de negatieve marktwaarde van

de renteswap hoger is dan de op dat moment beschikbare

liquiditeit.

De belangrijkste beëindigingsclausules hebben betrekking

op de onderstaande omstandigheden:

• de financierings- en kredietovereenkomst wordt niet

(tijdig) nagekomen;

• wijziging of beëindiging van de voornaamste activitei-

ten; wijziging in het College van Bestuur van Windesheim

of in de statuten of reglementen en indien een dergelijke

wijziging naar het oordeel van de externe financier van

zodanige aard is dat zij de overeenkomst niet of niet

onder dezelfde voorwaarden zou hebben gesloten;

• indien er naar het oordeel van de externe financier

gegronde twijfel bestaat over de verhaalbaarheid van

de te vorderen bedragen;

• indien sprake is van schuldsanering, surseance van

betaling of faillissement.

Bovenstaande omstandigheden hebben zich gedurende

het boekjaar niet voorgedaan en zullen zich naar

verwachting de komende jaren ook niet voordoen.

Reële waarde

De reële waarde van in de balans opgenomen finan-

ciële instrumenten, verantwoord onder liquide middelen,

kortlopende vorderingen en schulden e.d. benadert de

boekwaarde daarvan.

De reële waarde is de contante waarde van toekomstige

kasstromen, gebaseerd op een rente die per balansdatum

zou gelden voor gelijksoortige leningen, vermeerderd met

een risicopremie.

De geschatte marktwaarde en de totale boekwaarde van

de afgeleide financiële instrumenten kan als volgt worden

weergegeven:

Door toepassing van kostprijshedge-accounting, zoals uit-

eengezet in de grondslagen voor waardering en resultaat-

bepaling, bedraagt de in bovenstaande tabel opgenomen

boekwaarde van afgeleide financiële instrumenten nihil.

(x € 1.000) M a r k t -w a a r d e

2 0 1 2

B o e k -w a a r d e

2 0 1 2

M a r k t -w a a r d e

2 0 1 1

B o e k -w a a r d e

2 0 1 1

Renteswap -22.874 0 -18.554 0

91

Page 94: Bekijk het jaarverslag 2012

Niet in de balans opgenomen activa en verplichtingen

Activa

Vordering OCW: sociale lasten 1986

Dit betreft een vordering op OCW inzake sociale lasten

1986 van circa € 1,2 mln. Aangezien deze post opeisbaar is

nadat Windesheim zijn activiteiten beëindigt en de jaarre-

kening bovendien is opgesteld op basis van het continuï-

teitsbeginsel, is deze post niet verwerkt in de balans.

Bijdrage aanloopkosten Flevoland

In het Integraal Afspraken Kader (IAK) is vastgelegd dat

de ministeries van Infrastructuur en Milieu (voorheen:

Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieu) en

Onderwijs, Cultuur en Wetenschap, de provincie Flevoland,

de gemeenten Almere en Lelystad over de periode 2010

tot en met 2022 gezamenlijk een bedrag van € 72 mln.

beschikbaar stellen aan Windesheim. De subsidie heeft tot

doel een bijdrage te leveren in de dekking van de aanloop-

kosten als gevolg van de stichting van nevenvestigingen

van de Christelijke Hogeschool Windesheim in Almere en

Lelystad.

De stand van het fonds per 1 januari 2013 is:

Verplichtingen

Stichting Waarborgfonds

Ingevolge de gesloten standaardovereenkomst van borgtocht

artikel 7, heeft Windesheim te Zwolle, behorend tot de vereni-

ging VU-Windesheim, zich verbonden niet zonder schriftelijke

toestemming van de Stichting Waarborgfonds HBO, de aan

Windesheim toebehorende registergoederen te vervreemden

of met enig recht te bezwaren. Voorts dient Windesheim,

indien het zijn verplichtingen uit de geborgde overeenkom-

sten niet kan nakomen, een recht van hypotheek aan de

Stichting Waarborgfonds HBO te verstrekken tot zekerheid

van het regresrecht van de Stichting Waarborgfonds HBO.

Op basis van het bovenstaande heeft Windesheim een

bankgarantie afgegeven tegenover de Stichting Waarborg-

fonds HBO van € 343.000. In de Algemene Vergadering

van de HBO-raad is overeengekomen om de verplichte

aansluiting bij het Waarborgfonds per 1 januari 2013 te

beëindigen. In het kader van de voorgenomen opheffing van

het Waarborgfonds zijn per aanvang februari 2013 bijna alle

borgingscontracten beëindigd. Op het moment van opmaak

van de jaarrekening 2012 staat nog één borgingscontract

open. Dat betekent dat het bestuur van het Waarborgfonds

formeel nog geen ontbindingsbesluit kan nemen en de

bankgarantie ad € 343.000 nog niet is ingetrokken.

Stichting Nieuw Grasdorp

Hoofdelijke medeschuldenaarstelling ten behoeve van aan

Stichting Nieuw Grasdorp (SNG) verstrekte kredieten. Aan

SNG is door kredietverschaffers een langlopende lening

verstrekt met een oorspronkelijke hoofdsom van € 13,5

mln. Ultimo 2012 resteert een schuld van € 6 mln.

Liquditeitsbijdrage 1988

Windesheim is verplicht tot terugbetaling van de liqui-

diteitsbijdrage 1988 van circa € 1,3 mln. aan OCW. Deze

verplichting is opeisbaar zodra Windesheim zijn activiteiten

beëindigt. Omdat de jaarrekening is opgesteld op basis van

het continuïteitsbeginsel, is deze post niet verwerkt in de

balans.

(x € 1.000)

Fondswaarde per 1 januari 2012 47.456

Onttrekking uit fonds op 10 februari 2012 -3.226

Onttrekking uit fonds op 8 augustus 2012 -3.226

Bijgeschreven rente 1.297

Fondswaarde per 1 januari 2013 42.301*

* dit saldo is inclusief € 7,3 mln. vordering op het Consortium zoals toegelicht bij post

1.3.7 van de toelichting op de balans

Page 95: Bekijk het jaarverslag 2012

Vooruitontvangen subsidies

Per einde 2012 is € 0,3 mln. (2011: € 2,4 mln.) van de reeds

ontvangen subsidie van het consortium voor Windesheim

Flevoland nog niet aangewend.

Huur-en leasecontracten

Windesheim heeft een aantal verschillende soorten

huurcontracten van gebouwen. Allereerst is er een aantal

huurcontracten voor onbepaalde tijd met een jaarlijkse

verplichting van € 0,4 mln. Daarnaast is Windesheim

Flevoland gevestigd in een pand dat gehuurd wordt tot

1 september 2025. De totale verplichting daaruit voortvloei-

end bedraagt € 19,2 mln. De jaarlijkse verplichting bedraagt

€ 1,5 mln. Tenslotte wordt nog een gebouw gehuurd tot 31

juli 2013 overeenkomend met een huurbedrag van € 69.000.

Naast het huren van gebouwen heeft Windesheim een aan-

tal leasecontracten met betrekking tot kopieerfaciliteiten

afgesloten. Er is een leasecontract met Océ (thans Canon)

afgesloten dat per 31 december 2013 afloopt. De hiermee

overeenkomende verplichting bedraagt € 0,3 mln. Voorts is

een leasecontract afgesloten voor een aan de kopieersyste-

men gekoppeld autorisatiesysteem van XAFAX dat loopt tot

mei 2014 met een totale verplichting van € 27.000.

1. 4 . 6 T O E L I C H T I N G O P

D E P O S T E N V A N D E

G E C O N S O L I D E E R D E S T A A T

V A N B A T E N E N L A S T E N

Rijksbijdrage

3.1.2.1 Geoormerkte subsidies

Dit betreft de lerarenbeurs. Ten opzichte van voorgaand

jaar is meer subsidie aangevraagd én ontvangen. Dit

wordt verklaard door de inspanning om het aantal docen-

ten met een master en het aantal promovendi te verhogen.

3.1.2.2 Niet-geoormerkte subsidies

Dit betreft de Subsidieregeling tweede graden HBO en

WO en de Subsidieregeling Leven-lang-leren.

R i j k s b i j d r a g e (x € 1.000)

R e a l i s a t i e2 0 1 2

B e g r o t i n g2 0 1 2

R e a l i s a t i e2 0 1 1

3.1.1 Rijksbijdragen OCW

3.1.1.1 Rijksbijdrage sector HBO 113.533 110.015 111.009

3.1.2 Overige subsidies OCW

3.1.2.1 Geoormerkte subsidies 286 0 257

3.1.2.2 Niet-geoormerkte subsidies 138 0 901

113.957 110.015 112.167

N i e t - g e o o r m e r k te s u b s i d i e s (x € 1.000)

R e a l i s a t i e2 0 1 2

B e g r o t i n g2 0 1 2

R e a l i s a t i e2 0 1 1

3.1.2.2 Niet-geoormerkte subsidies OCW

• Tweede graden 138 0 99

• Leven-lang-leren 0 0 802

138 0 901

93

Page 96: Bekijk het jaarverslag 2012

C o l l e g e - , c u r s u s - , l e s - e n e x a m e n g e l d e n(x € 1.000)

R e a l i s a t i e2 0 1 2

B e g r o t i n g2 0 1 2

R e a l i s a t i e2 0 1 1

3.3.3 Collegegeld sector hbo 34.870 36.401 34.024

B a te n i n o p d r a c h t v a n d e r d e n(x € 1.000)

R e a l i s a t i e2 0 1 2

B e g r o t i n g2 0 1 2

R e a l i s a t i e2 0 1 1

3.4.1 Contractonderwijs 6.712 4.816 5.570

3.4.3 Overige baten werk in opdracht van derden

3.4.3.3 Overige baten in opdracht van derden 629 2.917 662

7.341 7.733 6.232

O v e r i g e b a te n(x € 1.000)

R e a l i s a t i e2 0 1 2

B e g r o t i n g2 0 1 2

R e a l i s a t i e2 0 1 1

3.5.1 Verhuur 393 370 500

3.5.2 Detachering personeel 737 354 716

3.5.4 Sponsoring 158 125 38

3.5.6 Diverse posten

• Subsidie internationalisering 28 0 256

• Overige subsidies 2.251 1.536 2.392

• Studenten en personeel 1.591 884 1.265

• Drukwerk en repro winkel 241 180 422

• Overige dienstverlening 1.063 1.332 1.661

• Overige 10.665 10.510 9.178

17.127 15.291 16.428

Overige overheidsbijdragen en -subsidies

Dit betreft de overnamesommen voor de opstart en

ontwikkeling van de vestiging Flevoland.

Page 97: Bekijk het jaarverslag 2012

College-, cursus-, les- en examengelden

De toerekening van de baten aan het boekjaar is 8/12

(t-1) en 4/12 (t). Ten opzichte van de realisatie 2011 zijn de

baten gestegen door een verhoging van het instellings-

collegegeld en van het wettelijk collegegeld. Ten opzichte

van de in de begroting 2012 opgenomen studentprognose,

zijn de baten lager uitgevallen door een afname van het

totaal aantal studenten.

Baten in opdracht van derden

De lagere bate ten opzichte van de begroting wordt

verklaard door een nog altijd krappe markt en een

herbezinning op de portfolio en marktbenadering.

3.5.1 Verhuur

Dit betreft de incidentele verhuur van ruimte op de

campus van Zwolle en de huurbate uit exploitatie van de

studentensociëteit (Stichting HANS).

3.5.6 Diverse posten

Overige subsidies: Onder de overige subsidies zijn onder

andere de RAAK-subsidies van de SIA voor de lectoraten

verantwoord.

Studenten en personeel: deze baten omvatten met name

de bijdragen voor excursies en studiereizen. Ten opzichte

van de begroting is sprake van een toename. Dit komt

onder andere doordat er meer studiereizen en excursies

zijn gemaakt, er conferenties zijn georganiseerd en meer

opbrengst Kies-op-Maat is gegenereerd. Hier staat echter

tegenover dat de reis-en verblijfkosten ook een stijging

laten zien ten opzichte van de begroting.

Overige dienstverlening: de bate overige dienstverlening

bedraagt in 2012 ruim € 1,1 mln. (2011 ruim € 1,6 mln.) en

betreft ondermeer de parkeerbaten uit betaald parkeren

van ruim € 0,4 mln. (2011: € 0,4 mln.) en het ter beschik-

king stellen van faciliteiten aan derden.

Overige: in 2012 is € 9,1 mln. (2011: € 7,1 mln.) verant-

woord als financiële bijdrage door het consortium van

financiers (de ministeries van Infrastructuur en Milieu

(voorheen: Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en

Milieu) en Onderwijs, Cultuur en Wetenschap, de provincie

Flevoland, de gemeenten Almere en Lelystad) voor de

vestiging Flevoland.

95

Page 98: Bekijk het jaarverslag 2012

Personeelslasten

2011 is sprake van een stijging van bijna € 8,5 mln. Deze

stijging wordt veroorzaakt door gemiddeld meer fte’s in

dienst, cao-afspraken en individuele loonstijgingen als

gevolg van waarderingsgesprekken.

4.1.2 Overige personele lasten

Dotaties voorzieningen: voor een nadere toelichting op de

dotaties aan de personele voorzieningen wordt verwezen

naar de desbetreffende balansrekening.

Personeel niet in loondienst: dit betreft ingeleend

personeel van derden, studentwerkvergoedingen,

F te ’ s R e a l i s a t i e 2 0 1 2 R e a l i s a t i e 2 0 1 1 R e a l i s a t i e 2 0 1 0

fte fte fte

OP Windesheim 959 834 793

OOP Windesheim 613 649 603

1.572 1.483 1.396

Het aantal fte’s per einde boekjaar is als volgt:

Het gemiddeld aantal fte’s in 2012 was 1.535 (2011: 1.436).

Pe r s o n e e l s l a s te n(x € 1.000)

R e a l i s a t i e2 0 1 2

B e g r o t i n g2 0 1 2

R e a l i s a t i e2 0 1 1

4.1.1 Lonen en salarissen

4.1.1.1 Brutoloon en salarissen 87.151 81.577

4.1.1.2 Sociale lasten 9.329 8.029

4.1.1.3 Pensioenpremies 12.353 10.731

108.833 112.087 100.337

4.1.2 Overige personele lasten

4.1.2.1 Dotaties personeels voorzieningen 1.096 1.500 1.203

4.1.2.2 Personeel niet in loondienst 12.806 6.644 12.361

4.1.2.3 Diverse posten 3.110 5.247 3.127

4.1.3 Af: uitkeringen -777 -8 -606

125.068 125.470 116.422

4.1.1 Lonen en salarissen

Voor deze post was € 112,1 mln. begroot tegenover

€ 108,8 mln. werkelijk. De lagere last van € 3,3 mln.

is het saldo van een ruim € 0,2 mln. hogere last op de

vestiging in Almere en een bijna € 3,5 mln. lagere last op

de vestiging in Zwolle. De hogere last op de vestiging in

Almere heeft te maken met de groei van de hogeschool op

deze locatie. De lagere last op de vestiging Zwolle wordt

met name veroorzaakt door het niet tijdig kunnen dan wel

het uitstellen van het invullen van ontstane vacatures in

verband met de interne ontwikkelingen. Ten opzichte van

Page 99: Bekijk het jaarverslag 2012

vergoeding surveillanten en gastdocenten. Voor deze

kostenpost was € 6,6 mln. begroot tegenover € 12,8 mln.

werkelijk besteed. De hogere last van € 6,2 mln. ligt voor

bijna € 1,2 mln. op de vestiging in Almere en voor

€ 5,0 mln. op de vestiging in Zwolle. De stijging van deze

kostenpost ten opzichte van begroot is in combinatie te

zien met de daling ten opzichte van de begroting van de

post Lonen en salarissen.

Diverse posten: onder de diverse posten van € 3 mln. zijn

de scholingskosten van € 1,8 mln. (2011: € 1,5 mln. en

2010: € 1,2 mln.) verantwoord. Verder zijn onder deze post

onder andere verantwoord: wervingskosten,

mobiliteitskosten en kosten medische begeleiding.

A f s c h r i j v i n g e n (x € 1.000)

R e a l i s a t i e2 0 1 2

B e g r o t i n g2 0 1 2

R e a l i s a t i e2 0 1 1

4.2.2 Materiële vaste activa

• Gebouwen en terreinen 5.861 6.116 5.288

• Inventaris en apparatuur 4.140 4.076 3.793

• Boekresultaat desinvesteringen 1.119 0 5

11.120 10.192 9.086

Afschrijvingen

In 2012 is een integrale inventarisatie op de campus in

Zwolle uitgevoerd van de aanwezige én in gebruik zijnde

materiële vaste activa. Deze inventarisatie heeft geleid tot

een geactualiseerd bestand van materiële vaste activa,

maar ook tot een afboeking van de boekwaarde van

niet meer aanwezige en/of niet meer in gebruik zijnde

materiële vaste activa van € 1,2 mln.

Huisvestingslasten

Huur

De lagere huurlasten ten opzichte van de begroting

worden hoofdzakelijk verklaard door lagere lasten voor de

vestiging in Flevoland van bijna € 1 mln. en hogere lasten

H u i s v e s t i n g s l a s te n (x € 1.000)

R e a l i s a t i e2 0 1 2

B e g r o t i n g2 0 1 2

R e a l i s a t i e2 0 1 1

4.3.1 Huur 2.262 2.962 3.483

4.3.2 Verzekeringen 345 327 202

4.3.3 Onderhoud 1.533 1.408 1.413

4.3.4 Energie en water 1.173 1.332 954

4.3.5 Schoonmaakkosten 1.797 1.803 1.710

4.3.6 Heffingen 454 425 407

7.564 8.257 8.169

97

Page 100: Bekijk het jaarverslag 2012

voor de vestiging in Zwolle van bijna € 0,3 mln. op een

tweetal posten. Voor wat betreft Flevoland is het opstellen

van de begroting uitgegaan van een huurlast voor het

gebouw De Aardbei tot medio 2012 in plaats van het per 1

januari 2012 reeds beëindigde huurcontract.

Ten aanzien van Zwolle is sprake van leegstand studenten-

woningen en hogere onderhoudskosten bij parkeerbeheer.

Verzekeringen

De kosten over 2012 zijn hoger dan over 2011 door actuali-

satie van de verzekerde waarde van het onroerend goed. Dit

betreft onder andere de investeringen zoals gedaan in 2011.

Energie en water

De daling van de kosten over 2012 ten opzichte van de

begroting over 2012 wordt grotendeels verklaard door een

lager gemiddelde ‘clickprijs’ dan begroot. Een ‘clickprijs’

is een vast energietarief op een bepaald moment (‘click’)

voor een bepaalde periode.

Overige lasten

Samenwerkingsverbanden

De stijging van de kosten over 2012 ten opzichte van de

begroting over 2012 wordt grotendeels verklaard door

de kosten van ontbinding van de samenwerkingsover-

eenkomst met de LOI en de niet-begrote kosten voor de

samenwerkingsbijdrage met Stichting Surf.

Ruim tachtig procent van de totale kostenpost betreft de

kosten voor master Special Educational Needs en master

Learning and Innovation en de kosten van de samen-

werking met de LOI (afstandsleren).

Adviseurskosten

Adviseurs worden ingehuurd indien de vereiste kennis niet

binnen de hogeschool voorhanden is. Het gaat hierbij om

adviseurs op het gebied van belastingen, vastgoed, organi-

satie en juridische expertise. Ten opzichte van de begroting

is sprake van een overschrijding van € 0,2 mln. Dit wordt

voor een belangrijk deel veroorzaakt door werkzaamheden

ten behoeve van praktijkonderzoeken en accreditaties van

de opleiding Journalistiek door de NQA alsmede door de

begeleiding van adviseurs bij veranderingstrajecten.

O v e r i g e l a s te n(x € 1.000)

R e a l i s a t i e2 0 1 2

B e g r o t i n g2 0 1 2

R e a l i s a t i e2 0 1 1

4.4.1 Administratie- en beheerslasten

• Samenwerkingsverbanden 4.288 3.602 4.285

• Adviseurskosten 2.071 1.905 2.376

• Reclame-, drukwerk- en

representatiekosten

2.281 3.001 2.307

• Contributies 1.014 850 1.142

• Cateringkosten 1.367 1.214 1.398

• Directe materiaalkosten 1.119 1.139 968

. Diversen 2.503 3.770 2.634

4.4.2 Inventaris, apparatuur

en leermiddelen

4.225 4.027 3.842

4.4.4 Overige lasten 3.096 2.451 3.606

21.964 21.959 22.558

Page 101: Bekijk het jaarverslag 2012

Reclame-, drukwerk- en representatiekosten

De lagere kosten ten opzichte van de begroting zijn te

verklaren door een gunstige aanbesteding en een lagere

afname. Daarnaast is sprake van een steeds verder gaande

overgang naar andere vormen van interne en externe

communicatie zoals websites, Sharenet e.d.

Contributies

De hogere kosten ten opzichte van de begroting zijn te

verklaren doordat de bijdrage aan de Vereniging circa

€ 0,3 mln. hoger is uitgevallen dan op het moment van

opstellen van de begroting was ingeschat.

Cateringkosten

De hogere lasten ten opzichte van de begroting kunnen

met name worden verklaard door een grotere afname

vanwege diverse evenementen.

H o n o r a r i a e x te r n e a c c o u n t a n t

R e a l i s a t i e2 0 1 2

R e a l i s a t i e2 0 1 1

Accountantslasten

• Honorarium onderzoek jaarrekening 65 60

• Honorarium andere controleopdrachten 10 11

• Honorarium fiscale adviezen 0 2

• Honorarium andere niet-controle diensten 0 2

75 75

Inventaris, apparatuur en leermiddelen

Ten opzichte van de begroting is sprake van € 0,2 mln.

hogere kosten. Dit betreft een meer dan verwachte

toename van het aantal gebruikers voor diverse licenties.

Overige lasten

Deze post bestaat voor het grootste deel uit vergoeding

voor reis- en verblijfkosten van medewerkers en studenten

voor een totaalbedrag van bijna drie miljoen euro.

(2011: bijna € 2,9 mln.). De hogere lasten ten opzichte

van de begroting kunnen worden verklaard doordat er

meer studiereizen en excursies zijn gemaakt.

Honoraria externe accountant

De externe accountant heeft met betrekking tot het

boekjaar 2012 respectievelijk het boekjaar 2011 het

volgende honorarium in rekening gebracht:

De controle van de jaarrekening 2011 is uitgevoerd door

Ernst & Young Accountants; de controle van de jaar-

rekening 2012 is uitgevoerd door KPMG Accountants.

99

Page 102: Bekijk het jaarverslag 2012

F i n a n c i ë l e b a te n e n l a s te n(x € 1.000)

R e a l i s a t i e2 0 1 2

B e g r o t i n g2 0 1 2

R e a l i s a t i e2 0 1 1

5.1 Rentebaten 869 100 915

5.5 Rentelasten -3.734 -3.617 -3.752

-2.865 -3.517 -2.837

Financiële baten en lasten

De rentebaten zijn hoger dan begroot. Dit wordt verklaard

door een hoger werkelijk gemiddeld uitstaand saldo

liquide middelen in combinatie met een hoger werkelijk

rentepercentage dan in de begroting was opgenomen.

Page 103: Bekijk het jaarverslag 2012

1. 5 E N K E L V O U D I G E B A L A N S P E R 3 1 D E C E M B E R 2 0 12

Na verwerking bestemming resultaat

(x € 1.000) 3 1 . 1 2 . 2 0 1 2 3 1 . 1 2 . 2 0 1 1

1 Activa

Vaste activa

1.2 Materiële vaste activa 117.862 117.365

1.3 Financiële vaste activa 10.519 10.433

Totaal vaste activa 128.381 127.798

Vlottende activa

1.4 Voorraden 103 107

1.5 Vorderingen 7.782 7.405

1.7 Liquide middelen 37.572 40.838

Totaal vlottende activa 45.457 48.350

Totaal activa 173.838 176.148

3 1 . 1 2 . 2 0 1 2 3 1 . 1 2 . 2 0 1 1

2 Passiva

2.1 Eigen vermogen 51.814 47.211

2.2 Voorzieningen 10.296 11.376

2.3 Langlopende schulden 63.813 66.730

2.4 Kortlopende schulden 47.915 50.831

Totaal passiva 173.838 176.148

101

Page 104: Bekijk het jaarverslag 2012

1. 6 E N K E L V O U D I G E S T A A T V A N B A T E N E N L A S T E N O V E R 2 0 12

(x € 1.000) R e a l i s a t i e2 0 1 2

B e g r o t i n g2 0 1 2

R e a l i s a t i e2 0 1 1

3 Baten

3.1 Rijksbijdragen 113.957 110.015 112.167

3.2 Overige overheidsbijdragen en -subsidies 0 0 7.317

3.3 College-, cursus-, les- en examengelden 34.870 36.401 34.024

3.4 Baten werk in opdracht van derden 7.341 7.733 6.232

3.5 Overige baten 17.024 15.291 16.302

Totaal baten 173.192 169.440 176.042

4 Lasten

4.1 Personeelslasten 125.068 125.470 116.422

4.2 Afschrijvingen 10.843 9.926 8.808

4.3 Huisvestingslasten 8.279 8.982 8.887

4.4 Overige lasten 21.958 21.924 22.539

Totaal lasten 166.148 166.302 156.656

Saldo baten en lasten 7.044 3.138 19.386

5 Financiële baten en lasten -2.441 -3.093 -2.382

Totaal resultaat 4.603 45 17.004

Page 105: Bekijk het jaarverslag 2012

1. 7 T O E L I C H T I N G O P D E

E N K E L V O U D I G E B A L A N S E N

S T A A T V A N B A T E N E N L A S T E N

1. 7.1 A L G E M E E N

De grondslagen voor waardering en resultaatbepaling

zoals beschreven bij de geconsolideerde jaarrekening zijn

eveneens van toepassing op de enkelvoudige jaarrekening.

Voor de toelichting op de enkelvoudige balans en staat

van baten en lasten wordt verwezen naar de toelichting op

Materiële vaste activa

(x € 1.000) 1 . 2 . 1 1 . 2 . 2 1 . 2 . 3 1 . 2 . 4

Gebouwen en

terreinen

Inventaris en

apparatuur

Andere vaste

bedrijfsmiddelen

In uitvoering en

vooruitbetaling

Totaal

Aanschafprijs 01.01 139.574 41.316 0 4.188 185.078

Afschrijving cumulatief 01.01 -43.025 -24.688 0 0 -67.713

Boekwaarde 01.01 96.549 16.628 0 4.188 117.365

Investeringen 2012 2.381 3.906 0 5.177 11.464

Desinvesteringen 2012 -594 -649 0 0 -1.243

Afschrijvingen 2012 -5.584 -4.140 0 0 -9.724

Boekwaarde 31.12 92.752 15.745 0 9.365 117.862

Aanschafprijs 31.12 139.910 39.909 0 9.365 189.184

Afschrijving cumulatief 31.12 -47.158 -24.164 0 0 -71.322

Boekwaarde 31.12 92.752 15.745 0 9.365 117.862

de geconsolideerde balans en staat van baten en lasten

in het geval de enkelvoudige cijfers gelijk zijn aan de

geconsolideerde cijfers.

1. 7. 2 T O E L I C H T I N G O P

D E P O S T E N V A N D E

E N K E L V O U D I G E B A L A N S

Materiële vaste activa

Het verloop van de materiële vaste activa in het

verslagjaar is als volgt:

103

Page 106: Bekijk het jaarverslag 2012

1.2.1 Gebouwen en terreinen

De investeringen 2012 in gebouwen en terreinen hebben

geheel betrekking op kleine verbouwingen en inrichting op

de campus in Zwolle.

1.3.3 Vorderingen op groepsmaatschappijen

a. Stichting HANS

Stichting Huis van Algemeen Nut voor Studenten (HANS)

is opgericht per 4 augustus 1993. De stichting exploiteert

een studentensociëteit aan de Voorstraat in Zwolle. De

vordering betreft een rekening courant tussen Stichting

HANS en Stichting Christelijke Hogeschool Windesheim.

Het exploiteren van een studentensociëteit heeft tot doel

om studenten te binden aan Windesheim. In de studenten-

sociëteit wordt aan studenten een platform geboden om

allerlei met het onderwijs en onderzoek gerelateerde

activiteiten te organiseren.

b. Stichting Nieuw Grasdorp

Stichting Nieuw Grasdorp (SNG) is opgericht per

29 november 1994. De stichting exploiteert het T-gebouw

op de campus in Zwolle. Het gebouw wordt verhuurd aan

Stichting Christelijke Hogeschool Windesheim; de huur-

overeenkomst loopt tot 1 januari 2022. Deze vordering

betreft een rekening courant tussen SNG en Stichting

Christelijke Hogeschool Windesheim. SNG exploiteert

het gebouw waarin voor het domein Techniek (bijna

drieduizend studenten) het onderwijs en onderzoek

wordt verzorgd.

Financiële vaste activa

Het verloop van de financiële vaste activa in het

verslagjaar is als volgt:

Financiële vaste activa

Sta

nd

0

1.0

1.2

01

2

Inv

est

eri

ng

en

ve

rstr

ek

te

len

ing

De

sin

ve

ste

rin

g e

n a

fge

lost

e le

nin

g

Re

sult

aa

t

Sta

nd

3

1.1

2.2

01

2

(x € 1.000)

1.3.3 Vorderingen op groepsmaatschappijen

a. Stichting HANS 182 0 -65 0 117

b. Stichting Nieuw Grasdorp 2.908 153 0 0 3.061

3.090 153 -65 0 3.178

1.3.4 Vorderingen op andere deelnemingen

a. Coöperatief TechnoCentrum 9 0 0 0 9

b. Stichting Aerides 17 0 -2 0 15

26 0 -2 0 24

1.3.7 Overige vorderingen

a. Subsidie Flevoland 7.317 0 0 0 7.317

10.433 153 -67 0 10.519

Page 107: Bekijk het jaarverslag 2012

Na

am

Juri

dis

che

vo

rm

Sta

tuta

ire

ze

tel

Co

de

act

ivit

eit

Eig

en

ve

rmo

ge

n

31

.12

.20

12

Re

sult

aa

t 2

01

2

Ve

rkla

rin

g a

rt.2

:40

3 j

a/n

ee

De

eln

am

e i

n %

Co

nso

lid

ati

e

ja/n

ee

(x € 1.000) € 1.000 € 1.000

Stichting Huis van

Algemeen Nut voor

Studenten (HANS)

Stichting Zwolle 3 318 27 nee NVT ja

Stichting Nieuw

Grasdorp

Stichting Zwolle 3 671 29 nee NVT ja

Stichting Windesheim

Hoger Onderwijs

Stichting Zwolle 1 0 0 nee NVT ja

Stichting Windesheim

Foundation for Know-

ledge and Innovation

Stichting Zwolle 4 216 55 nee NVT ja

Stichting RESPO

International

Stichting Zwolle 4 * * nee NVT nee

Stichting Centrum voor

Kennis Transfer de GGZ

Stichting Zwolle 4 * * nee NVT nee

Stichting Kennispoort

Regio Zwolle

Stichting Zwolle 4 * * nee NVT nee

Stichting Polymer

Science Park

Stichting Zwolle 4 * * nee NVT nee

Stichting GRIETJE Stichting Zwolle 4 * * nee NVT nee

Coöperatief

TechnoCentrum

Coöperatie Zwolle 2 * * nee NVT nee

Code activiteiten: 1 contractonderwijs 2 contractonderzoek 3 onroerende zaken 4 overige

*) gegevens niet beschikbaar

Verbonden partijen

105

Page 108: Bekijk het jaarverslag 2012

N a a m D o e l s te l l i n g S a m e n s te l l i n g b e s t u u r v e r s l a g p e r i o d e

Stichting Huis van

Algemeen Nut voor

Studenten (HANS)

In stand houden en exploiteren van onroerende zaken

die zijn aangemerkt als monument door:

verschaffen van huisvesting voor sociaal-culturele en

wetenschappelijke activiteiten voor en door studenten in

Zwolle

Het bestuur bestaat uit het College van

Bestuur van Windesheim

Stichting Nieuw

Grasdorp

Het bouwen en exploiteren van één of meer gebouwen

en/of andere registergoederen, één en ander in de meest

ruime zin.

Het bestuur bestaat uit tenminste drie

leden. Het College van Bestuur van

Windesheim benoemt de leden.

Stichting Windesheim

Hoger Onderwijs

Verlenen van diensten voor:

• Het geven van onderwijs, die niet voor subsidie van

rijkswege in aanmerking komen.

• Geven van advies.

• Verrichten van toepassingsgericht onderzoek.

• Ontwikkelen en beschikbaar stellen van producten,

verbandhoudend met onderwijs, advieswerk en/of

onderzoekswerk.

Het bestuur bestaat uit het College van

Bestuur van Windesheim

Stichting Windesheim

Foundation for Know-

ledge and Innovation

De verrijking van het hoger onderwijs door het financieel

ondersteunen van ambitieuze studenten in binnen- en

buitenland en innovatieve projecten.

Het dagelijks bestuur bestaat uit één

lid van het College van Bestuur van

Windesheim en twee leden uit het

middenmanagement van Windesheim.

Stichting RESPO

International

Bevorderen van de sportbeoefening door mensen met

een handicap of chronische aandoening – mede in

ontwikkelingslanden

Het bestuur bestaat uit vier personen,

waarvan twee door het College van

Bestuur van Windesheim bindend

worden benoemd

Stichting Centrum voor

Kennis Transfer in de

GGZ

Het oprichten en in stand houden van een kenniscentrum

voor de GGZ in Overijssel en het actief bijdragen via dit

centrum aan de verspreiding van kennis, methoden en

technieken in de GGZ en het onderwijs.

Het bestuur bestaat uit zeven personen:

vijf namens erkende GGZ-instellingen

in de provincie Overijssel, twee namens

hoger onderwijsinstellingen in Overijssel

(Windesheim en Saxion), en twee leden

die niet tot bovengenoemde instellingen

behoren.

Stichting Kennispoort

Regio Zwolle

Het stimuleren van de economie en de werkgelegenheid

in de regio Zwolle alsmede het versterken van het regio-

nale bedrijfsleven door het faciliteren van de onderlinge

uitwisseling van kennis en innovatieve ideeën tussen

kennisinstellingen en het bedrijfsleven.

Het bestuur bestaat uit één verte-

genwoordiger van de Kamer van

Koophandel Regio Zwolle, één verte-

genwoordiger van Windesheim (mid-

denmanagement) en één gezamenlijk

gekozen derde bestuurslid.

Page 109: Bekijk het jaarverslag 2012

Stichting Polymer

Science Park

De realisatie, het beheer en de exploitatie van een open

innovatiecentrum op het gebied van toegepaste kunst-

stoftechnologie door middel van samenwerking

tussen ondernemingen en kennisinstellingen.

Het bestuur bestaat uit vier personen.

Windesheim heeft het recht één

bestuurslid te benoemen.

Stichting Grietje

(Gezamenlijk Recreëren,

Integreren En Tevens

Jaarlijks Exploiteren)

Beheren en exploiteren van een studentensociëteit te

Zwolle voor aan Windesheim gelieerde studenten en voor

overige studenten van het hbo.

Het bestuur bestaat uit 3 personen,

welke door het College van Bestuur

van Windesheim worden benoemd

Coöperatief

Technocentrum

Het verlenen van diensten aan de leden van de coöperatie,

verband houdend met:

• Het versnellen van de circulatie, diffusie en toepassing

van kennis tussen instellingen, ondernemingen

en derden.

• Gezamenlijke benutting van hoogwaardige en

moderne apparatuur.

• Een effectieve en efficiënte aansluiting van technisch

beroepsonderwijs op de opleidings behoeften van de

arbeidsmarkt.

Leden van de coöperatie kunnen

als lid of als kapitaallid deelnemen.

Het bestuur wordt benoemd door

de algemene vergadering van de

coöperatie.

107

Page 110: Bekijk het jaarverslag 2012

Transacties met verbonden partijen

Stichting Nieuw Grasdorp verhuurt het T-gebouw aan

Stichting Christelijke Hogeschool Windesheim.

Vorderingen

Liquide middelen(x € 1.000) 3 1 . 1 2 . 2 0 1 2 3 1 . 1 2 . 2 0 1 1

1.7.1 Kasmiddelen 18 44

1.7.2 Tegoeden op bank- en girorekeningen 4.468 5.372

1.7.3 Deposito's 33.086 35.422

37.572 40.838

Vorderingen(x € 1.000) 3 1 . 1 2 . 2 0 1 2 3 1 . 1 2 . 2 0 1 1

1.5.1 Debiteuren 2.951 3.449

1.5.7 Overige vorderingen

1.5.7.1 Personeel 8 12

1.5.7.2 Overige:

• Te factureren werk voor derden 350 761

• Nog te declareren uren-detachering 0 12

• Suppletie omzetbelasting 1.112 0

• Diverse posten 952 950

1.5.8 Overlopende activa

1.5.8.1 Vooruitbetaalde kosten:

• Vooruitbetaalde OV jaarkaarten 985 948

• Diverse posten 1.720 1.551

1.5.9 Af: voorziening wegens oninbaarheid -296 -278

7.782 7.405

Onder de Vorderingen zijn geen posten opgenomen met

een looptijd langer dan één jaar.

Liquide middelen

De tegoeden op bank- en girorekeningen staan ter vrije beschikking.

Page 111: Bekijk het jaarverslag 2012

Eigen vermogen

Het verloop in het verslagjaar is als volgt:

Eigen vermogen(x € 1.000)

S t a n d 0 1 . 0 1 . 2 0 1 2

R e s u l t a a t O v e r i g e m u t a t i e s

S t a n d 3 1 . 1 2 . 2 0 1 2

2.1.1 Algemene reserve 27.908 3.858 0 31.766

2.1.2 a. Bestemmingsreserve (publiek) 10.425 0 0 10.425

2.1.2 b. Bestemmingsreserve (publiek) 7.317 0 0 7.317

2.1.3 Bestemmingsreserve (privaat) 1.561 745 0 2.306

47.211 4.603 0 51.814

(x € 1.000) S t a n d 3 1 . 1 2 . 2 0 1 2

Eigen vermogen (enkelvoudige balans) 51.814

Eigen vermogen Stichting HANS 318

Eigen vermogen Stichting Nieuw Grasdorp 671

Eigen vermogen Stichting Windesheim Hoger Onderwijs PM

Eigen vermogen Stichting Windesheim Foundation for

Knowledge and Innovation 216

1.205

Groepsvermogen 53.019

2.1.1 Algemene reserve

Dit betreft de vrij besteedbare reserve. Deze reserve

is gevormd uit de resultaten behaald uit (publieke)

onderwijsactiviteiten.

Aansluiting tussen groepsvermogen geconsolideerde balans en

eigen vermogen enkelvoudige balans per 31 december 2012:

109

Page 112: Bekijk het jaarverslag 2012

(x € 1.000) 2 0 1 2

Resultaat (enkelvoudige balans) 4.603

Resultaat Stichting HANS 27

Resultaat Stichting Nieuw Grasdorp 29

Resultaat Stichting Windesheim Hoger Onderwijs PM

Resultaat Stichting Windesheim Foundation for

Knowledge and Innovation 55

111

Resultaat (geconsolideerd) 4.714

Aansluiting tussen geconsolideerd resultaat en enkelvoudig resultaat 2012:

Voorzieningen

Voor een nadere toelichting wordt verwezen naar de

toelichting op de geconsolideerde balans.

Langlopende schulden

(x € 1.000) 3 1 . 1 2 . 2 0 1 2 3 1 . 1 2 . 2 0 1 1

2.3.3 Kredietinstellingen:

• ING Bank NV 51.000 53.000

• Bank Nederlandse Gemeenten 2.602 2.802

2.3.4 Overige: investeringssubsidie 10.211 10.928

63.813 66.730

Page 113: Bekijk het jaarverslag 2012

(x € 1.000) I N G B a n k N V B a n k N e d e r l a n d s e G e m e e n te n

I n v e s te r i n g s - s u b s i d i e F l e v o l a n d

Stand per 01.01.2012 53.000 2.802 10.928

Vrijval ten gunste van de exploitatie 0 0 -717

Aflossingen -2.000 -200 0

Stand per 31.12.2012 51.000 2.602 10.211

Looptijd > 1 jaar 51.000 2.602 9.494

Looptijd > 5 jaar 43.000 1.705 6.626

Rentevoet 4,88% plus 4,68% n.v.t.

Kortlopende schulden

Kortlopende schulden(x € 1.000) 3 1 . 1 2 . 2 0 1 2 3 1 . 1 2 . 2 0 1 1

2.4.1 Kredietinstellingen 2.200 2.222

2.4.2 Vooruitgefactureerde en - ontvangen termijnen OHW 5.736 5.255

2.4.3 Crediteuren 6.731 7.553

2.4.7 Belastingen en premies sociale verzekeringen

2.4.7.1 Loonheffing 5.617 4.967

2.4.7.2 Omzetbelasting -45 -170

2.4.8 Schulden ter zake van pensioenen 1.685 1.446

2.4.9 Overige kortlopende schulden

2.4.9.2 Diverse posten 5.725 6.676

2.4.10 Overlopende passiva

2.4.10.1 Vooruitontvangen college- en lesgelden 12.622 12.839

2.4.10.2 Vooruitontvangen subsidies OCW 293 186

2.4.10.4 Vooruitontvangen overige subsidies 2.123 5.032

2.4.10.5 Vakantiegeld en vakantiedagen 5.045 4.640

2.4.10.8 Diverse posten 183 185

47.915 50.831

Onder de Kortlopende schulden zijn geen posten opgenomen met een looptijd langer dan één jaar.

111

Page 114: Bekijk het jaarverslag 2012

1. 7. 3 T O E L I C H T I N G O P D E P O S T E N V A N D E E N K E L V O U D I G E

S T A A T V A N B A T E N E N L A S T E N

Overige baten

O v e r i g e b a te n(x € 1.000)

R e a l i s a t i e2 0 1 2

B e g r o t i n g2 0 1 2

R e a l i s a t i e2 0 1 1

3.5.1 Verhuur 393 370 424

3.5.2 Detachering personeel 737 354 716

3.5.4 Sponsoring 158 125 38

3.5.6 Diverse posten

• Subsidie internationalisering 28 0 256

• Overige subsidies 2.251 1.536 2.392

• Studenten en personeel 1.591 884 1.599

• Drukwerk en repro winkel 241 180 422

• Overige dienstverlening 1.063 1.332 1.661

• Overige 10.562 10.510 8.794

17.024 15.291 16.302

A f s c h r i j v i n g e n(x € 1.000)

R e a l i s a t i e2 0 1 2

B e g r o t i n g2 0 1 2

R e a l i s a t i e2 0 1 1

4.2.2 Materiële vaste activa

• Gebouwen en terreinen 5.584 5.850 5.010

• Inventaris en apparatuur 4.140 4.076 3.793

• Boekresultaat desinvesteringen 1.119 0 5

10.843 9.926 8.808

Afschrijvingen

Page 115: Bekijk het jaarverslag 2012

H u i s v e s t i n g s l a s te n (x € 1.000)

R e a l i s a t i e2 0 1 2

B e g r o t i n g2 0 1 2

R e a l i s a t i e2 0 1 1

4.3.1 Huur 2.987 3.687 4.208

4.3.2 Verzekeringen 345 327 201

4.3.3 Onderhoud 1.533 1.408 1.409

4.3.4 Energie en water 1.173 1.332 954

4.3.5 Schoonmaakkosten 1.797 1.803 1.710

4.3.6 Heffingen 444 425 405

8.279 8.982 8.887

Huisvestingslasten

O v e r i g e l a s te n(x € 1.000)

R e a l i s a t i e2 0 1 2

B e g r o t i n g2 0 1 2

R e a l i s a t i e2 0 1 1

4.4.1 Administratie- en beheerslasten

• Samenwerkingsverbanden 4.288 3.602 4.285

• Adviseurskosten 2.071 1.905 2.376

• Reclame-, drukwerk- en representatiekosten 2.281 3.001 2.307

• Contributies 1.014 850 1.142

• Cateringkosten 1.367 1.214 1.398

• Directe materiaalkosten 1.119 1.139 968

• Diversen 2.497 3.735 2.630

4.4.2 Inventaris, apparatuur en leermiddelen 4.225 4.027 3.842

4.4.4 Overige lasten 3.096 2.451 3.591

21.958 21.924 22.539

Overige lasten

113

Page 116: Bekijk het jaarverslag 2012

F i n a n c i ë l e b a te n e n l a s te n(x € 1.000)

R e a l i s a t i e2 0 1 2

B e g r o t i n g2 0 1 2

R e a l i s a t i e2 0 1 1

5.1 Rentebaten 869 100 915

5.5 Rentelasten -3.310 -3.193 -3.297

-2.441 -3.093 -2.382

Financiële baten en lasten

1. 8 B E Z O L D I G I N G C O L L E G E V A N B E S T U U R E N R A A D V A N T O E Z I C H T

O p g a v e b e z o l d i g i n g b e s t u u r d e r s h o g e s c h o l e n 2 0 1 2 ( m o d e l H )

D u u r d i e n s t v e r b a n d In

ga

ng

sda

tum

d

ien

stv

erb

an

d

Ta

ak

om

va

ng

Die

nst

-ve

rba

nd

o

f in

teri

m b

asi

s (D

/I)

Pe

rio

die

k b

eta

ald

e

be

lon

ing

Bo

nu

s b

eta

lin

g

We

rkg

ev

ers

bij

dra

ge

p

en

sio

en

Uit

ke

rin

g w

eg

en

s

be

ëin

dig

ing

die

nst

ve

rba

nd

To

taa

l

(x € 1.000) van tot

A.W.C.A. Cornelissen 01-04-2009 31-03-2013 01-04-2009 1 D 183 0 29 0 212

J.W. Meinsma 15-08-2009 14-08-2013 15-08-2009 1 D 154 0 24 0 178

College van Bestuur 337 0 53 0 390

Page 117: Bekijk het jaarverslag 2012

D e c l a r a t i e s C o l l e g e v a n B e s t u u r

J a a r 2 0 1 2 T i j d v a k Re

pre

sen

tati

e k

ost

en

Re

isk

ost

en

b

inn

en

lan

d

Re

isk

ost

en

b

uit

en

lan

d

Ov

eri

ge

k

ost

en

(x € 1.000)

A.W.C.A. Cornelissen 01-01-2012 tot 01-01-2013 3 35 1 3

J.W. Meinsma 01-01-2012 tot 01-01-2013 3 30 3 28

College van Bestuur 6 65 4 31

Onder de post ‘Reiskosten binnenland’ zijn o.a. inbegrepen de kosten voor de leaseauto. Onder de post ‘Overige kosten’ zijn de kosten van de American

Comenius Course voor de heer drs. J.W. Meinsma begrepen.

F u n c t i eD u u r

d i e n s t v e r b a n d Be

last

ba

ar

lo

on

20

12

Be

last

ba

ar

lo

on

20

11

Uit

ke

rin

g 2

01

2

Uit

ke

rin

g 2

01

1

Vo

orz

ien

ing

b

elo

nin

g 2

01

2

Vo

orz

ien

ing

b

elo

nin

g 2

01

1

To

taa

l 2

01

2

To

taa

l 2

01

1

(x € 1.000) van tot

Voorzitter College van Bestuur 01-04-2009 31-03-2013 170 170 0 0 41 41 211 211

Lid College van Bestuur 15-08-2009 14-08-2013 145 141 0 0 33 33 178 174

315 311 0 0 74 74 389 385

O p g a v e c o n f o r m W O P T

115

Page 118: Bekijk het jaarverslag 2012

Vanaf 1 januari 2013 geldt de Wet normering bezoldiging

topfunctionarissen in publieke en semipublieke sector (WNT).

In 2013 zal een eenmalige ‘crisisheffing’ van 16% betaald

moeten worden over het loon dat in 2012 aan een

medewerker is betaald, voor zover dat loon hoger

was dan € 150.000.

B e z o l d i g i n g R a a d v a n To e z i c h t

N a a m R o l i n d e R a a d v a n To e z i c h t H o n o r e r i n g ( inc lus ief

onkostenvergoeding)

T i j d v a k

Jaar 2012 voorzitter commissie lid x € 1.000

L. Bikker X 1 16,5 01-01-2012 tot 01-01-2013

A. Bruggink 1 X 11,5 01-01-2012 tot 01-01-2013

M.A.C. Kasper de Kroon 1 X 11,5 01-01-2012 tot 01-01-2013

G.J. van Munster 1 X 11,5 01-01-2012 tot 01-01-2013

Totaal Raad van Toezicht 51,0

Page 119: Bekijk het jaarverslag 2012

Overige gegevens2 .1 C O N T R O L E V E R K L A R I N G

A C C O U N T A N T

Aan: het College van Bestuur van en de Raad

van Toezicht Stichting Christelijke

Hogeschool Windesheim

V E R K L A R I N G B E T R E F F E N D E D E

J A A R R E K E N I N G

Wij hebben de in dit verslag opgenomen jaarrekening

2012 van Stichting Christelijke Hogeschool Windesheim

te Zwolle gecontroleerd. Deze jaarrekening bestaat uit de

geconsolideerde en enkelvoudige balans per 31 december

2012 en de geconsolideerde en enkelvoudige staat van

baten en lasten over 2012 met de toelichting, waarin zijn

opgenomen een overzicht van de gehanteerde grondslagen

voor financiële verslaggeving en andere toelichtingen.

V E R A N T W O O R D E L I J K H E I D V A N

H E T B E S T U U R

Het bestuur van de entiteit is verantwoordelijk voor

het opmaken van de jaarrekening die het vermogen en

resultaat getrouw dient weer te geven, alsmede voor het

opstellen van het jaarverslag, beide in overeenstemming

met de Regeling jaarverslaggeving onderwijs. Het bestuur

is tevens verantwoordelijk voor de financiële rechtmatig-

heid van de in de jaarrekening verantwoorde baten, lasten

en balansmutaties. Dit houdt in dat deze bedragen in

overeenstemming dienen te zijn met de in de relevante

wet- en regelgeving opgenomen bepalingen. Het bestuur

is voorts verantwoordelijk voor een zodanige interne

beheersing als het noodzakelijk acht om het opmaken van

de jaar rekening en de naleving van de relevante wet- en

regelgeving mogelijk te maken zonder afwijkingen van

materieel belang als gevolg van fraude of fouten.

V E R A N T W O O R D E L I J K H E I D V A N

D E A C C O U N T A N T

Onze verantwoordelijkheid is het geven van een oordeel

over de jaarrekening op basis van onze controle, als

bedoeld in artikel 2.9, lid 3 van de Wet op het hoger

onderwijs en wetenschappelijk onderzoek. Wij hebben

onze controle verricht in overeenstemming met

Nederlands recht, waaronder de Nederlandse controle-

standaarden en het onderwijscontroleprotocol OCW/EZ

2012. Dit vereist dat wij voldoen aan voor ons geldende

ethische voorschriften en dat wij onze controle zodanig

plannen en uitvoeren dat een redelijke mate van zekerheid

wordt verkregen dat de jaarrekening geen afwijkingen van

materieel belang bevat.

Een controle omvat het uitvoeren van werkzaamheden

ter verkrijging van controle-informatie over de bedragen

en de toelichtingen in de jaarrekening. De geselecteerde

werkzaamheden zijn afhankelijk van de door de accountant

toegepaste oordeelsvorming, met inbegrip van het inschat-

ten van de risico’s dat de jaarrekening een afwijking van

materieel belang bevat als gevolg van fraude of fouten.

Bij het maken van deze risico-inschattingen neemt de

accountant de interne beheersing in aanmerking die relevant

is voor het opmaken van de jaarrekening en voor het ge-

trouwe beeld daarvan alsmede in het kader van de financiële

rechtmatigheid voor de naleving van die relevante wet- en

regelgeving, gericht op het opzetten van controlewerkzaam-

heden die passend zijn in de omstandigheden. Deze risico-

inschattingen hebben echter niet tot doel een oordeel tot

uitdrukking te brengen over de effectiviteit van de interne

beheersing van de entiteit. Een controle omvat tevens het

evalueren van de geschiktheid van de gebruikte grondslagen

voor financiële verslaggeving en de gebruikte financiële

rechtmatigheidcriteria en van de redelijkheid van de door het

bestuur van de entiteit gemaakte schattingen, alsmede een

evaluatie van het algehele beeld van de jaarrekening.

117

Page 120: Bekijk het jaarverslag 2012

Wij zijn van mening dat de door ons verkregen

controle-informatie voldoende en geschikt is om

een onderbouwing voor ons oordeel te bieden.

O O R D E E L B E T R E F F E N D E D E

J A A R R E K E N I N G

Naar ons oordeel geeft de jaarrekening een getrouw

beeld van de grootte en de samenstelling van het

vermogen van Stichting Christelijke Hogeschool

Windesheim per 31 december 2012 en van het resul-

taat over 2012 in overeenstemming met de Regeling

jaarverslag geving onderwijs.

Voorts zijn wij van oordeel dat de in deze jaarrekening

verantwoorde baten, lasten en balansmutaties over 2012

voldoen in alle van materieel belangzijnde aspecten aan

de eisen van financiële rechtmatigheid. Dit houdt in dat de

bedragen in overeenstemming zijn met de in de relevante

wet- en regelgeving opgenomen bepalingen, zoals

vermeld in paragraaf 2.3.1. Referentiekader van

het onderwijscontroleprotocol OCW/EZ 2012.

V E R K L A R I N G B E T R E F F E N D E

O V E R I G E B I J O F K R A C H T E N S

D E W E T G E S T E L D E E I S E N

Ingevolge artikel 2:393, lid 5 onder e en f van het BW

vermelden wij dat ons geen tekortkomingen zijn gebleken

naar aanleiding van het onderzoek of het jaarverslag, voor

zover wij dat kunnen beoordelen, overeenkomstig Titel 9

Boek 2 van het BW is opgesteld, en of de in artikel 2:392,

lid 1 onder b tot en met h van het BW vereiste gegevens

zijn toegevoegd. Tevens vermelden wij dat het jaarverslag,

voor zover wij dat kunnen beoordelen, verenigbaar is met

de jaarrekening zoals vereist in artikel 2:391, lid 4 van het

BW. Tenslotte vermelden wij dat het jaarverslag voldoet

aan de in de relevante wet- en regelgeving opgenomen

bepalingen, zoals vermeld in paragraaf 2.2.4 Jaarverslag

van het onderwijscontroleprotocol OCW/EZ 2012.

Zwolle, 23 mei 2013

KPMG Accountants N.V.

G.J. Kamerling RA

2 . 2 S T A T U T A I R E B E P A L I N G E N

E X P L O I T A T I E S A L D O

Voor wat betreft de jaarrekening zijn de volgende

statutaire bepalingen relevant:

Artikel 15.1:

Het boekjaar van de stichting is gelijk aan het

kalenderjaar.

Artikel 15.3:

Het College van Bestuur brengt jaarlijks binnen zes

maanden na afloop van het boekjaar een jaarverslag

uit over de gang van zaken in de stichting en over het

gevoerde beleid. Voorts legt het College van Bestuur een

vastgestelde jaarrekening, omvattende de balans en de

staat van baten en lasten met een toelichting op deze

stukken ter goedkeuring aan de Raad van Toezicht voor,

vergezeld van het rapport van de controlerend accountant.

Artikel 15.4:

Omtrent de getrouwheid van de stukken als bedoeld in

de tweede volzin van artikel 15.3 legt de accountant een

verklaring af aan de Raad van Toezicht.

2 . 3 V O O R S T E L B E S T E M M I N G

E X P L O I T A T I E S A L D O

Het College van Bestuur stelt voor het exploitatiesaldo

over 2012 als volgt te bestemmen:

(x € 1.000) R e s u l t a a t

Algemene reserve 3.858

Bestemmingsreserve (privaat) 745

4.603

Page 121: Bekijk het jaarverslag 2012

2 . 4 G E B E U R T E N I S S E N

N A B A L A N S D A T U M

In januari 2013 besluit het College van Bestuur om de

exploitatie en het beheer van de sportvoorzieningen van

Windesheim te verzelfstandigen en onder te brengen in

een voor dat doel op te richten stichting.

119

Page 122: Bekijk het jaarverslag 2012

Bijlagen, niet behorend bij de jaarrekening

B I J L A G E 1 W I N D E S H E I M F L E V O L A N D

Pro forma balans per 31 december 2012

(x € 1.000)

FLEVOLAND 3 1 . 1 2 . 2 0 1 2 3 1 . 1 2 . 2 0 1 1

Activa

Vaste activa

Materiële vaste activa 10.256 10.929

Financiële vaste activa 0 0

Totaal vaste activa 10.256 10.929

Vlottende activa

Voorraden 0 0

Vorderingen 11.429 15.045

Liquide middelen 5 0

Totaal vlottende activa 11.434 15.045

Totaal activa 21.690 25.974

3 1 . 1 2 . 2 0 1 2 3 1 . 1 2 . 2 0 1 1

Passiva

Eigen vermogen 7.917 7.917

Voorzieningen 545 415

Langlopende schulden 10.211 10.928

Kortlopende schulden 3.017 6.714

Totaal passiva 21.690 25.974

Page 123: Bekijk het jaarverslag 2012

(x € 1.000)

FLEVOLAND R e a l i s a t i e B e g r o t i n g R e a l i s a t i e

2 0 1 2 2 0 1 2 2 0 1 1

Baten

Rijksbijdragen 4.313 4.313 5.047

College-, cursus-, les- en examengelden 1.963 1.945 1.562

Baten werk in opdracht van derden 713 290 180

Overige baten 9.447 9.563 8.403

Totaal baten 16.436 16.111 15.192

Lasten

Personeelslasten 11.761 10.156 9.944

Afschrijvingen 1.091 947 413

Huisvestingslasten 1.942 2.915 3.349

Overige lasten 1.712 2.193 1.892

Totaal lasten 16.506 16.211 15.598

Saldo baten en lasten -70 -100 -406

Financiële baten en lasten 70 100 200

Totaal resultaat 0 0 -206

Pro forma staat van baten en lasten over 2012

121

Page 124: Bekijk het jaarverslag 2012

Toelichting op de pro forma balans en de pro forma staat

van baten en lasten

Balans

De post Materiële vaste activa betreft de investering in

gebouw De Landdrost. Tegenover deze investering staat

een investeringssubsidie welke op de balans is opgenomen

onder de Langlopende schulden. De afname van de post

Vorderingen is te verklaren door een lagere vordering in

rekening courant op Windesheim Zwolle. Op basis van de

met de financiers gemaakte afspraken wordt voor Windes-

heim Flevoland een eigen bedrijfsadministratie gevoerd.

Omdat Windesheim Flevoland geen bankrekening heeft,

lopen alle ontvangsten en betalingen van Windesheim

Flevoland via de bankrekening van Windesheim Zwolle en

ontstaat een interne rekening courant.

Per einde 2012 is een voorziening voor wachtgeldverplich-

tingen opgenomen voor mogelijke verplichtingen jegens

medewerkers uit hoofde van uitkeringen na ontslag.

Staat van baten en lasten

Geconstateerd kan worden dat Windesheim Flevoland binnen

de totale kaders van investeringen en exploitatie is gebleven.

Per saldo is sprake van een overschot van € 0,3 mln. Dit

overschot zal aangewend worden voor de exploitatie 2013.

Het overschot wordt grotendeels verklaard door een positief

verschil in de opbrengst Werk voor Derden. Aan de financiers

is voor 2012 € 6,4 mln. gevraagd en ontvangen. Hierbij was

rekening gehouden met een overschot van € 2,3 mln. eind

2011 dat voor de exploitatie 2012 is aangewend.

Baten

Het totaal aan collegegelden bedraagt ruim € 1,9 mln. en

komt daarmee marginaal hoger uit dan de begroting 2012.

De stijging wordt veroorzaakt doordat de gemiddelde

studentenpopulatie over 2012 licht hoger is uitgekomen.

Aan Werk voor Derden, opbrengst Facilitaire Dienstverlening

en Bijdragen studenten-personeel, diverse baten en deta-

chering-uitkering is € 1,1 mln. verantwoord. Het positieve

verschil ten opzichte van de begroting bedraagt € 0,4 mln.

Lasten

De totale personele inzet is 135 fte met een loonsom

van ruim € 11,7 mln. Dit betreft de inzet van eigen mede-

werkers (123 fte) en medewerkers van derden (12 fte).

De voordelen van de inzet van derden zijn dat er geen

langdurige verplichtingen (met een mogelijk eigen risico-

dragerschap) aangegaan hoeven te worden en personeel

flexibel en op maat ingezet kan worden. Nadelen zijn het

kostenaspect en het verloren gaan van opgedane kennis.

Inmiddels zijn maatregelen in gang gezet om de gewenste

balans te realiseren tussen inzet van eigen medewerkers

en inzet van derden.

Page 125: Bekijk het jaarverslag 2012

B I J L A G E 2 G E G E V E N S O V E R

D E R E C H T S P E R S O O N

De Ledenraad van de Vereniging VU-Windesheim heeft op

zaterdag 17 december 2011 besloten tot een structuurwij-

ziging van de Vereniging en de instellingen per 1 januari

2012. In plaats van één Vereniging VU-Windesheim zijn

er vanaf dat moment drie rechtspersonen: de VU-Vereni-

ging, de Stichting VU-VUmc en de Stichting Christelijke

Hogeschool Windesheim. De drie instellingen functione-

ren zelfstandig van elkaar, maar zijn juridisch aan elkaar

gebonden via de verenigingsstructuur.

Naam Stichting Christelijke

Hogeschool Windesheim

Adres Campus 2-6

Postadres Postbus 10090

Postcode 8000 GB

Vestigingsplaats Zwolle

Telefoon 088 - 469 94 18

Faxnummer 088 - 469 90 02

Administratienummer 01VU

Contactpersoon voor de jaarrekening:

De heer F.J. Nabers, tel. 088 - 469 94 18

123

Page 126: Bekijk het jaarverslag 2012
Page 127: Bekijk het jaarverslag 2012

125

Page 128: Bekijk het jaarverslag 2012

WWW.WINDESHEIM.NL

C H R I S T E L I J K E H O G E S C H O O L W I N D E S H E I M

Postadres: Postbus 10090

8000 GB Zwolle

Bezoekadres: Campus 2 - 6, Zwolle

Telefoon: 088 - 469 99 11 (centrale receptie)

W i n d e s h e i m z e t k e n n i s i n w e r k i n g