Beeldenreeks Iona 19 RdV · picten in het noorden en de scotiti in het zuiden was het een ideale...

38
Beeldenreeks Iona Robert de Vaan

Transcript of Beeldenreeks Iona 19 RdV · picten in het noorden en de scotiti in het zuiden was het een ideale...

Page 1: Beeldenreeks Iona 19 RdV · picten in het noorden en de scotiti in het zuiden was het een ideale vertrekplaats voor zendelingewerk. Na Dalriada ging hij samen met kameraden Comgall

Beeldenreeks Iona

Robert de Vaan

Page 2: Beeldenreeks Iona 19 RdV · picten in het noorden en de scotiti in het zuiden was het een ideale vertrekplaats voor zendelingewerk. Na Dalriada ging hij samen met kameraden Comgall

  2  

0. Voorwoord “Vanuit Fionnphort op het eiland Mull is het een kleine tocht over The sound of Iona met de Caledonian MacBrayne. Na het vele eilandhoppen bedenk ik me dat we in de avond weer naar Fort William gaan, op het vaste land… Maar er is geen sprake van vast land, uiteindelijk zijn we allen eilanders op verschuivende platen in verschillende formaten :D. We varen voorbij Staffa, een klein eiland 6 mijl ten noorden van Iona heeft een grot met basaltzuilen. Mendelssohn haalde zijn inspiratie voor de overture van Fingal’s cave. Helaas kunnen we deze vanaf de boot met dit weer niet zien. Eindelijk is het deze vakantie schots weer geworden, wie zal anders geloven dat we in Schotland waren, het hoort immers te regenen. En regenen deed het flink, totdat we de Abbey in het vizier kregen. Zou dit een teken zijn? Vanaf de boot zie je de Abbey vanuit een mooi perspectief opdoemen. We verlaten de boot en direct voorbij de pier zien we een Spar en Martyrs Bay Bistro Bar. In de richting van de Abbey lopend verwonderen we ons over een uit de muur etend schaap en lopen we langs een mooie Britse tuin. We zien het kruis van MacLean uit 1500 voor de Teampull Rònan (St. Ronan’s kerk) uit 1828 staan. Na het kruis lopen we op de ruïne van de nunnery uit 1200 af. Mooi altijd, gebouwen die niet zijn ge-update en gewoon hun tijd laten zijn voor wat deze is. Vergane glorie, nostalgie, het geheugen van stenen, de tand des tijds… Achter de mooie ruïne maak ik een foto van een victoriaanse vuilnisbak met de nunnery op de achtergrond. We lopen langs de zo tot verbeelding sprekende oude begraafplaats Reilig Odhráin. Op het minstens 1000 jaar oude kerkhof zien we naast de grafstenen en kruizen ook de kapel van St. Oran en een obelisk achtig monument. Langs de begraafplaats bevind zich de toegang tot de Abbey, via de Sràid nam Marbh (Straat der Doden). Vanaf deze plaats zien we twee van de oorspronkelijk minimaal vier grote kruizen uit de 8e en 9e eeuw. Van alle andere mogelijke kruizen is niets over. Het kruis van St. Martin uit 750 en een replica van het kruis van St. John voor de schrijn van St. Columba zijn te bezichtigen, en de stomp van het kruis van St. Matthew. De overblijfselen van de laatste twee staan met het kruis van St. Oran, in het Abbey museum. Rondom het rode graniet van de toren staat een steiger. Het noordelijke dwarsschip is het oudste gedeelte. De toren komt uit het snijpunt van het lang en dwarsschip en wordt ondersteund door vier bogen. Opvallend is een ingemetseld kruisje. Een plaats waar ooit een doorgang was lijkt in verschillende perioden en stijlen te zijn dichtgemetseld. Er is een mooie binnenplaats waarin de oude en de nieuwe zuilen die vanwege de staat waarin zij verkeren goed zijn te onderscheiden. De gids is niet tijd dus besluiten we zelf op onderzoek te gaan. Mooi ook die verweerde groene gedeeltes in de kerk. De kerk zelf is kleiner en soberder dan ik dacht. Een graftombe van de George Douglas, Duke of Argyll, en zijn vrouw uit 1900 staan prominent in de kerk. We bezoeken de kerk, het museum, de begraafplaats en de winkel natuurlijk, alwaar we twee zilveren St.John’s kruisjeskopen van een zeer aardige meneer. Deze exit was niet eens door the gift shop. Als we later weer in de bus zitten verteld Magareth, onze reisleidster over de roze Mile palen die we langs de weg zien. De man die ze zonder urenvergoeding schilderde zou in ieder geval zijn materialen vergoed krijgen. Toen dat niet gebeurde begon hij de paaltjes roze te schilderen en dreigde dat over het hele traject te gaan doen. Zou dit ook zo’n broodje Haggis verhaal zijn? Robert de Vaan 100111

Schaap en 17 mile to Iona Ferry bord (Robert 2010)

Page 3: Beeldenreeks Iona 19 RdV · picten in het noorden en de scotiti in het zuiden was het een ideale vertrekplaats voor zendelingewerk. Na Dalriada ging hij samen met kameraden Comgall

  3  

Inhoud 0. Voorwoord blz 2 1. Inleiding blz 5 2. Saint Columba blz 6 3.1 Abbey blz 9 3.2 Begraafplaats blz 14 4. Insulaire kunst blz 16 5. Kruisen blz 16 6. Boeken blz 27 7. Fusies blz 35 8. Bronnen blz 37

Nunnery (Robert 2010)

Page 4: Beeldenreeks Iona 19 RdV · picten in het noorden en de scotiti in het zuiden was het een ideale vertrekplaats voor zendelingewerk. Na Dalriada ging hij samen met kameraden Comgall

  4  

“It is a thin place where only tissue paper seperates the material from the spiritual” George MacLeod

Kaart schotland 1572, Toeristen kaart Iona (The Oban Times 2010) en plattegrond Iona (Historic Scotland 2004)

Page 5: Beeldenreeks Iona 19 RdV · picten in het noorden en de scotiti in het zuiden was het een ideale vertrekplaats voor zendelingewerk. Na Dalriada ging hij samen met kameraden Comgall

  5  

1.Inleiding Iona is een eiland in de Inner-Hebriden in de Strathclyde regio, behorend tot het raadsgebied Earra-Ghaidheal agus Bòd (Argyll and Bute) in het oosten van Schotland. De bewoners van de Hebriden hebben door de geschiedenis tenminste vier talen gesproken. Mede hierdoor is de naam van het eiland vaak veranderd. Innis na Druineach (het eiland van de druiden), Ioua, Insula, Hii, Hi, Hy, Eu, Eo, Eoa, Euae insula, Iae, Ie, en I Cholaim Chille (het eiland van Columba) zijn de nu nog bekende namen. Ioa zou ook kunnen staan voor Ionannes de doper, voorloper van Christus die de duif van de geest op hem zag neerdalen. Jonah is het Hebreeuwse equivalent van het Latijnse Columba, dat ook duif betekend. Er wonen bijna 200 mensen op deze kale rots dat een oppervlakte heeft van ongeveer 14 vierkante kilometer. Het hoogste punt, het granieten Dun I, is ongeveer 100 meter boven zeeniveau, hierop bevindt zich “The well of Healing” alwaar opmerkelijke genezingen zouden hebben plaatsgevonden. Op een heldere dag is vanaf de top de Ben More, de enige Munro1 van Mull te zien. Het eiland heeft de vorm van een adelaar. Tussen het ruige landschap is er op de weiden ruimte voor schapen en kleinschalige landbouw. Samen met het toerisme is dit de belangrijkste bron van inkomsten op het eiland. Iona zou in de prehistorie al een heilige plaats zijn geweest waar aarts druïden Gwendollau en Myrddin, de laatste is Merlijn uit de legende van Arthur, leefden. Er zou ook zou er een druïden school hebben bestaan. Hoewel Iona een klein eiland is heeft het grote invloed gehad op de christianisatie2 van Europa. Dit begon met de komst van St. Columba, die een belangrijke rol speelde in de geschiedenis van het eiland. Hij bracht het christendom vanuit Ierland naar het strategisch gelegen Iona, van waar uit monniken werden uitgezonden om te bekeren. Het aanzien veranderde en ook het uiterlijk van het eiland door de bouw van een kerk, een klooster, kruizen, en een christelijke begraafplaats. Drie Latijnse hymnen worden aan hem toegeschreven. Hij en zijn opvolgers kopieerden evangeliën, psalmen en andere boeken met rijkelijke illustraties, zoals The book of Kells. Hierdoor werd het (naast Lindisfarne en Glastonbury) een belangrijke plaats voor de Keltische Insular Illumination3. Door de eeuwen van invasies en oorlogen heen groeide de reputatie van Iona als heilig eiland. Het werd een monument van eeuwigdurend leren en religie: het spirituele licht van het noordwesten. Het stak als een baken van vuur uit boven de zee van arrogantie en barbarisme.                                                                                                                1  Schotse berg van 3000 voet (914,4 meter)  2  Kerstening  3  Eiland verluchting  

Page 6: Beeldenreeks Iona 19 RdV · picten in het noorden en de scotiti in het zuiden was het een ideale vertrekplaats voor zendelingewerk. Na Dalriada ging hij samen met kameraden Comgall

  6  

2. Saint Columba

St. Columba (glas in lood in Gloucester Kathedraal) en fragment uit Cathach (psalmenboek door Columba) St. Columba, ook bekend onder de naam Cholaim Chille werd geboren in Garton op 7 december 521. Hij is Schotlands bekendste heilige. Hij zou een breed en krachtig postuur en een luide stem hebben gehad. Hij combineerde studie en gebed met handenarbeid en zeilen. Hij las veel en verzamelde psalmboeken, bijbels en manuscripten. Hij had blauw bloed vanwege zijn vader, Fedhlimidh of Phelim (achterkleinkind van Niall van de negen gijzelaars, opperheer van Ierland) en zijn moeder, Eithne (prinses van Dalriada4 en afstammelinge van Leinsterse koning). Als jonge man was hij meer geïnteresseerd in de kerk dan in het koningschap. Hij werd gedoopt in Tulach-Dubhglaise (Temple-Douglas) en begon zijn monastieke training in Moville, in het graafschap Devon alwaar hij studeerde onder de Ierse bisschop St. Finnian. Op zijn 20e werd hij tot diaken geweid en na deze studie vertrok hij naar Leinster alwaar hij onder de Ierse theoloog en bard (bewaarders van de Ierse kennis) Gemman studeerde, die hem inspireerde om te dichten. Hierna studeerde hij verder op een door St. Finnian opgerichte school in Clonard in Neath. Hij werd een van de 12 apostelen van Ierland, ook bekend onder de 12 apostelen van Erin. Hij leefde bij St. Mobhi van Glasnevin, een van de andere 11 en werd in 551 tot priester geweid in 551 in Clonard of in Glasnevin. Vanwege de pest verhuisde hij daarna naar Ulster, van waaruit hij verschillende kerken en kloosters stichtte: Daire Calgaich in Derry en Dair-Magh in Durrow en Leabhar Cheanannais in Kells.                                                                                                                4  Het huidige Argyll  

Page 7: Beeldenreeks Iona 19 RdV · picten in het noorden en de scotiti in het zuiden was het een ideale vertrekplaats voor zendelingewerk. Na Dalriada ging hij samen met kameraden Comgall

  7  

Er zijn verschillende theorieën over de reden van zijn vertrek naar Iona. Een mogelijke reden houdt verband met koning Diarmaid en begint met het ongeoorloofd kopiëren van St. Jorome’s vulgaat5, dat St. Finnian in 540 meenam uit Rome. St. Columba mocht het boek inzien maar niet kopiëren. St. Finnian eist het origineel en de kopie op wanneer hij er achter komt dat St. Columba toch een kopie maakt maar St. Columba weigerde dit. St. Finnian won de zaak die voor koning Diarmaid werd gebracht. Deze koning kreeg korte tijd later een belangrijke rol in het uiteindelijke vertrek van Columba naar Iona. Toen een prins na een duel zijn toevlucht zocht in een kerk werd hij hierin door Diarmaid’s onderdanen vermoord. Omdat de heilige rechten van de kerk waren geschonden brak er een oorlog uit tussen St. Columba’s clan en de clans die trouw waren aan de koning. Nadat de oorlog werd gewonnen door de aanhangers van de koning moest St. Columba ver genoeg vertrekken naar een plaats waar hij Ierland niet meer kon zien. Een andere mogelijkheid is dat de oorlog werd gewonnen door Columba’s clan op Cuil Dremne, waar hij later verantwoordelijk werd gehouden voor de dood van 3000 mensen en bijna uit zijn functie werd gezet. St. Brendan voorkwam dit op een synode die plaatsvond in Tailltiu. St. Columba kreeg last van gewetensbezwaren en besloot als boetedoening in ballingschap te gaan en te proberen evenveel mensen te bekeren als dat er tijdens de oorlog gestorven waren.

Profetie van Columba op borduurwerk in Abbey (Robert 2010) Op 12 mei 563 kwamen St. Columba en 12 discipelen aan met een kleine boot gemaakt van huiden gespannen over ribben van hout op de baai die nu de naam Columba Bay draagt, in het zuiden van het Iona. Toen ze over het punt van een kleine berg waren zou St. Columba hebben opgemerkt dat ze voldeden aan de wens van de Ierse koning, Ierland was niet meer zichtbaar. Ze richtte een kruis op en bouwden ze een klooster. Het eiland groeide snel uit tot het centrum van het Keltische christendom. Door de centrale ligging van het eiland tussen de picten in het noorden en de scotiti in het zuiden was het een ideale vertrekplaats voor zendelingewerk. Na Dalriada ging hij samen met kameraden Comgall en Kenneth naar het kasteel van koning Brude in Inverness. De legende gaat dat de koning had orders gegeven ze niet binnen te laten maar toen St. Columba een kruisteken maakte viel de deur vanzelf open. De koning was onder de indruk en schonk hem Iona (zo iemand kun je maar beter te vriend houden). Vanaf het eiland ontstond een netwerk van kloosters en bisdommen, monniken vertrokken er als missionaris naar Aberdeenshire, Orkney, Shetland en

                                                                                                               5  Bijbelvertaling in Latijns  

Page 8: Beeldenreeks Iona 19 RdV · picten in het noorden en de scotiti in het zuiden was het een ideale vertrekplaats voor zendelingewerk. Na Dalriada ging hij samen met kameraden Comgall

  8  

Northumbria, het Saksische gebied van koning Oswiu, later vervlgden ze hun weg in Europa. St. Columba behield contact met Ierland, iets wat zijn mogelijke verbanning tegen zou kunnen spreken. Hij zegende en huldigde Aidan MacGarbrain van Dundadd in als koning van Dalraida. Hij was de opvolger van koning Conall wiens land zich uitstrekte van de Orkney eilanden tot het eiland Man en delen van Ierland. Hij begeleidde hem naar Ierland in 575 en neemt een leidende adviserende rol in de raad van Drium Cetta in het graafschap Meath. Deze rol kwam voort uit de traditie van de druïden, de regionale heersers hadden een priester of ziener als orakel. Vaak was hij op Iona waar hij kopieerde en boeken schreef zoals de Cathach, een psalmboek in de oude Ierse taal. De laatste jaren van zijn leven bracht hij uitsluitend hier door. In de nacht van 9 juni 597 haastte hij zich naar de kerk toen de klokken luidden voor de middernachtdienst. Hij knielde voor het altaar en sloot zijn ogen. Zijn bediende die hem was gevolgd, zag een engelachtig licht dat St. Columba omkranste en de kerk vervulde. Toen zijn broeders met licht aankwamen in de kerk zagen ze dat St. Columba nog een keer zijn ogen opende en hen aankeek met een wonderbaarlijke glans van vreugde en tevredenheid omdat de engelen voor hem kwamen. Hij werd eerst op het eiland begraven en later herbegraven in Ierland in de kathedraal van Down, vlakbij St. Patrick en St. Bridget. Zijn werk werd voortgezet door zijn leerlingen en volgelingen. Veel van de informatie die we hebben over St. Columba is 100 jaar na zijn dood opgetekend door Adomnán, patroonheilige van bisdom Raphoe die geboren werd te Drumhome in 628 en stierf op Iona op 23 september 704, zijn feestdag. Hij schreef “Leven van St. Columba” en “Over de heilige plaatsen”. Ook was hij verantwoordelijk voor het feit dat 51 koningen en 40 geestelijke leiders de Cáin Adomnáin (de wet van Adomnáin) aannamen die de positie van vrouwen en geestelijken regelden.

Abbey vanaf Sound of Iona (Robert 2010)

Page 9: Beeldenreeks Iona 19 RdV · picten in het noorden en de scotiti in het zuiden was het een ideale vertrekplaats voor zendelingewerk. Na Dalriada ging hij samen met kameraden Comgall

  9  

3.1 Abbey Datgene wat we tegenwoordig zien markeert de plaats van de oorspronkelijke kerk uit de 6e eeuw. Twee van de zeven oorspronkelijke kapellen zijn bewaard gebleven en een aantal gesneden stenen zijn nog ouder. In de periode van 795 tot de 10e eeuw vielen de heidense Noorse Vikingen het eiland herhaaldelijk binnen. Lange tijd bleef de Abbey gespaard vanwege het bijgeloof van het noordelijke stamhoofd Magnus III die het heilige gebouw niet durfde te betreden. In 806 werd het oorspronkelijke klooster alsnog door de Vikingen verwoest. De 68 monniken werden onthoofd op Martyr’s Bay. In 849 werden de relieken van St. Columba ondergebracht in Kells. De Benedictijnse Abbey St. Mary werd gebouwd door de, inmiddels tot het christendom bekeerde Noren in ieder geval voor 9 december 1203, wanneer het voor de eerste keer in een brief wordt vernoemd. Het werd opgenomen in het bisdom van The Isla of Man wat onder de aartsbisschop van Trondheim viel, totdat de Hebriden in 1266 aan Schotland werden afgestaan. Rond 1200 werd er, dichtbij de Abbey, een Nunnery met eigen kerk gebouwd. Grondlegger Earl Reginald gaf de leiding voor het klooster, waar de eerste jaren voornamelijk Ierse nonnen verbleven, aan zijn zus Bethoc. De nonnen leefden, net als hun mannelijke collega’s in de Abbey, een sober en afgezonderd. Veel vooraanstaande vrouwen uit de weide omgeving werden na hun overlijden naar dit klooster gebracht om er hun laatste rustplaats te vinden. Dit gebeurde nog lang nadat het gebouw als klooster functioneerde. Nadat het rond 1560 werd verlaten stortte in 1830 het dak in. Het westelijke deel van het klooster, alwaar de gastverblijven waren, is vrijwel geheel verdwenen bij de aanleg van een weg. De Abbey raakte in verval vanwege de ontbinding van de kloosters door Hendrik VIII, die omdat de paus zijn eerste huwelijk (hij huwde hierna nog 5 keer) niet wilde ontbinden, zich afsplitste van Rome en de Church of England (Anglicaanse kerk) stichtte in 1534. In 1635 werd een poging gedaan om de kerk te restaureren om als Cathedral of the Isles door het leven te gaan, maar dit plan werd in de ijskast gezet. Rond 1693 werd het eiland aan de Cambells van Argyll doorgegeven en in 1899 werd de abdij door de 8e hertog van Argyll aan de Kerk van Schotland gegeven. Met de restauratie van de Abbey, die in zeer slechte staaat verkeerde, werd pas in de 20e eeuw begonnen. In 1938 richtte George MacLeod, predikant van Govan in een “Vogelaarwijk” in Glasgow, de Iona Community6 op. Het was in een tijd van economische en geestelijke crisis dat, met goedkeuring van de Kerk van Schotland, begonnen werd met de restauratie van de kerk door de community. In 1959 werd de Abbey ingewijd, de volledige restauratie werd afgerond in 1967. Oorspronkelijk was er op het terrein tussen de omheiningen, die de grens aangaf tussen de seculiere en de spirituele wereld, in ieder geval een kerk. Daarnaast

                                                                                                               6  Oecumenische gemeenschap met als doel het christendom een nieuwe vitaliteit te geven en de kloof te slechten tussen het spirituele en werkelijke leven. waarvan de leden drie seizoenen in Glasgow wonen en in de zomer Iona. Ze helpen bij het onderhoud en kleinere restauraties, ze bidden en bestuderen de bijbel. De idealen van de gemeenschap vinden hun grondslag in het gedachtengoed van St.Columba.  

Page 10: Beeldenreeks Iona 19 RdV · picten in het noorden en de scotiti in het zuiden was het een ideale vertrekplaats voor zendelingewerk. Na Dalriada ging hij samen met kameraden Comgall

  10  

waren er verblijfplaatsen voor monniken, gasten en pelgrims en gebouwen die in dienst stonden van de gemeenschap zoals keukens en werkruimten. De restanten van de bakkerij en brouwerij zijn nog zichtbaar. De tarwe kwam van het nabijgelegen Tiree, dat ondanks zijn noordelijke ligging meer zonnen uren heeft dan andere delen van Brittannië. Naast het gerestaureerde huis van de abt is ook de ruïne van het huis van de bisschop nog aanwezig. De voormalige ziekenzaal doet nu dienst als gift shop.

Abbey west zijde 1903 (canmore.rcahms.gov.uk 2010) Het belangrijkste gebouw van de Abbey was de kerk alwaar er, naast de 8 dagelijkse diensten, plechtigheden (zoals begrafenissen) en processies plaatsvonden. Het oudste gedeelte van deze kerk had de vorm van een kruis. In de vierkante hoofd stond het altaar en in de armen en het middelpunt was er ruimte voor de monniken. De lange zijde was het schip. Vanwege het bezoek van vele pelgrims werd er vrij snel na de voltooiing in oostelijke richting uitgebreid. Het altaar werd verder oostwaarts geplaatst en het koor van de monniken verplaatste zich ook in die richting. Later in dezelfde eeuw werd het schip aangepast en aan de zuidelijke zijde uitgebouwd, werk dat in de 15e eeuw ongedaan gemaakt werd.

Sedilia (Robert 2010)

Page 11: Beeldenreeks Iona 19 RdV · picten in het noorden en de scotiti in het zuiden was het een ideale vertrekplaats voor zendelingewerk. Na Dalriada ging hij samen met kameraden Comgall

  11  

Plattegrond (Historic Scotland 2004) Het publieke domein van deze Abbey is zoals gebruikelijk bij een kerk altijd een rechthoekig schip. Hier moest het meest aan verspijkerd worden rond 1910. Hier zijn delen uit de 13e, de 15e en de 20e eeuw zichtbaar. Bij het slopen van de zuidelijke muur in de 15e is de onderste laag blijven zitten waardoor er hoogteverschil is ontstaan. Onder de vloer zijn de waarschijnlijke oude muren gevonden van de kerk van St. Columba.

Page 12: Beeldenreeks Iona 19 RdV · picten in het noorden en de scotiti in het zuiden was het een ideale vertrekplaats voor zendelingewerk. Na Dalriada ging hij samen met kameraden Comgall

  12  

De noordelijke arm is het best bewaarde deel van de benedictijnse kerk. Het is gebouwd in Romaanse stijl met Ierse en Scandinavische invloeden zoals de vormen en versieringen van de ramen laten zien. Er zijn 2 kapellen met daartussen nog de voeten van een beeld. Het is zeer waarschijnlijk dat de voeten van het beeld toebehoorden aan St. Columba. Het grootste zichtbare gedeelte van het kruis is uit de 15e eeuw, maar ook hier is het noordelijke deel bewaard gebleven. In dit deel van de Abby zijn de bogen van de 13e eeuwse kerk. De klok en de bel zijn uit de 20e eeuw. Op de bogen staan Bijbelse taferelen, ornamenten van dieren en planten en andere afbeeldingen uit het dagelijks leven zoals een ridder te paard, een soldaat en de slachting van een koe.

Abbey (Thomas Keith 1856) Vanwege de belangrijke plaats die het koor inneemt is deze vaak aangepast. Er zijn veel verschillende stijlen zichtbaar waarbij vooral de drie zetels (Sedilia), met organische ornamenten, van de priesters in de stijl van de West Highlands in het oog springen. De vloer laat zien waar het oorspronkelijke kruishoofd met altaar was door het gebruik van verschillende vloertegels vanwege een oud hoogteverschil (oorspronkelijk lag het altaar hoger). De deuropening naar de sacristie en de ramen zijn in de uitbundige stijl gesneden.

Abbey (Thomas Keith 1856)

Page 13: Beeldenreeks Iona 19 RdV · picten in het noorden en de scotiti in het zuiden was het een ideale vertrekplaats voor zendelingewerk. Na Dalriada ging hij samen met kameraden Comgall

  13  

Het kloostergedeelte, de gemeenschapshuizen, waarin monniken leefden zijn in West Europa allen naar romeins voorbeeld gebouwd: rondom een atrium zijn vier kloostergangen waarachter kamers en in en uitgangen bevinden. De kloostergangen werden gebruikt voor meditatie en als processie route naar de kerk. De gebouwen die zich aan de gangen bevinden zijn moderne versies van de middeleeuwse voorgangers en zijn in gebruik door de Iona Community. Het dak van de galerij wordt aan de atriumzijde gestut door per paar gegroepeerde zuilen. Een aantal originelen waren nog in dienstbare staat, veel zijn er tijdens de restauratie van eind jaren 50 van de vorige eeuw vervangen. De nieuwe zuilen zijn gedecoreerd met vogels en planten.

Zuilen (Robert 2010) St Columba’s schrijn7 stond tot 1200 los van de Abbey. De Sràid nam Marbh8 liep tussen de kerk en de schrijn door tot de 15e eeuw. Vanwege de (oude) naamgeving wordt aangenomen dat hij op deze plaats voor het eerst is begraven. De onderste steenlaag dateert vermoedelijk uit de 9e eeuw. Het kleine gebouw, dat nu ingebouwd staat tussen de kerk en de kloostergangen is in 1962 gerestaureerd.

                                                                                                               7  Kapel met relikwieën  8  Straat der Doden, middeleeuws voetpad dat naar de Abbey loopt. In vroeger tijden werden over deze weg werden vele koningen naar hun laatste rustplaats gedragen. Oorspronkelijk liep deze weg door tot voorbij de pier. Hoewel de naam in verband staat met de weg naar het kerkhof kun je de manier van stenen leggen in het gras associëren met schedels en geeft dit een andere dimensie aan de naam.  

Page 14: Beeldenreeks Iona 19 RdV · picten in het noorden en de scotiti in het zuiden was het een ideale vertrekplaats voor zendelingewerk. Na Dalriada ging hij samen met kameraden Comgall

  14  

Straat der Doden (Historic Scotland 2004) en Schrijn (Robert 2010) Volgens overleveringen had St. Columba een werkruimte buiten de Abbey, op Tòrr an Aba (heuvel aan het hoofd van de kerk). Daar de oude kerk kleiner was kon hij vanaf deze plaats over The sound of Iona uitkijken naar Mull. Hier zie je ook nog een deel van de oorspronkelijke omheiningen van gestapelde stenen, waarbinnen de oude kerk stond. Op de heuvel bevindt zich een stenen sokkel van een middeleeuws kruis. 3.2 Begraafplaats De begraafplaats Releig Odhrain is al meer dan 1000 jaar in gebruik. Het is de laatste rustplaats van koningen van Schotland, Ierland en Noorwegen (en waarschijnlijk ook uit Engeland en Frankrijk) en leden van andere invloedrijke families, zoals clanleiders van de MacDonalds, MacKinnons, MacLeans en MacLoads. Men koos deze begraafplaats vanwege de zwarte steen9, uit respect voor Columba en/of omdat het heilige eiland volgens een legende het enige eiland zou zijn dat niet zou worden verzwolgen door de zee.

                                                                                                               9  De zwarte steen, tegenwoordig niet meer aanwezig op Iona, maar volgens een legende afkomstig van de begraafplaats van Iona is The Liath Fàil (de sprekende steen, ook bekend onder namen als The Black Stone of Destiny, Coronation Stone en Stone of Scone). Hij zou gebruikt zijn door de druïden en St. Columba, Koning Aedan zou er nog tot koning gekroond zijn. Later is de steen verhuisd naar Scene en werd gebruikt voor de kroning van schotse koningen. De Engelsen hebben de steen in 1296 gestolen en brachten deze naar Westminster Abbey waar het verbleef tot 15 november 1996. Op deze datum gaf de Britse regering de steen terug aan Schotland en de rechtmatige schotse zetel van de macht in Scone Pallace.  

Page 15: Beeldenreeks Iona 19 RdV · picten in het noorden en de scotiti in het zuiden was het een ideale vertrekplaats voor zendelingewerk. Na Dalriada ging hij samen met kameraden Comgall

  15  

Zwarte steen en grafsteen (Robert 2010) Hoewel het niet zeker is gaat men er vanuit dat er zo’n veertig koningen hun laatste rustplaats in deze begraafplaats hebben waaronder Duncan met vlak naast hem MacBeth en Lulach. Toen koning Malcolm III in 1093 stierf was het eiland in Noorse handen. Hij en zijn opvolgers werden hierdoor niet meer op Iona begraven maar in Dunfermline Abbey in Five. In 1994 is op een nieuw gedeelte van het kerkhof voormalig Labour leider John Smith begraven. Het meest opvallende grafmonument is een uit een stuk rood graniet gehakt 14 meter hoog kruis. Het staat vol met rune inscripties. Vanwege de slechte staat van veel grafstenen zijn er een aantal verhuisd naar het museum. Ook bevindt zich er een in een hoek van de kloostergangen. De stijl van de grafstenen is die van de School of Iona, ontwikkeld in de veertiende eeuw. Er zijn vaak organische vormen te zien met scenes van de jacht en menselijke figuren. Op de begraafplaats is de 12e eeuwse kapel St. Oran te zien. Deze staat los van de andere gebouwen. Volgens sommige bronnen is het gewijd aan een druïde die zich aansloot bij Colomba. Het is waarschijnlijk gebouwd door de in 1164 gestorven Somerled, koning van de eilanden Isle of Skye tot Isle of Man, of door zijn zoon Reginald. De kleinzoon van Somerled was Donald, die aan de basis stond van de machtige clan MacDonald. De architectuur en met name de rijkelijk versierde deuropening hebben sterke Ierse invloeden.

Page 16: Beeldenreeks Iona 19 RdV · picten in het noorden en de scotiti in het zuiden was het een ideale vertrekplaats voor zendelingewerk. Na Dalriada ging hij samen met kameraden Comgall

  16  

4. Insulaire kunst op kruisen en in boeken De Ierse kerk was de verspreider van Keltische ornamenten in Brittannië. De Ierse kloosterbeweging bracht een kunst van hoge kwaliteit en afwijkend van andere bestaande kunstvormen. Haar oorsprong is omstreden. Logisch lijkt dat Ierse monniken Ierse kunst meebrachten, maar hoe verhouden zich de uitbundige illustraties in de boeken en op de kruizen tot de sobere arme levensstijl van de grondlegger St. Columba. Er zijn onderzoeken geweest die aan hebben getoond dat Cathach, het enige overgebleven manuscript van St. Columba vrijwel geen illustraties en majuskeln10 bevatte, die aanleiding gaven tot versiering. Volgens deze theorie zou St. Columba even sober tot het leven als tot het schrijven staan. Ten tijde van de oprichting van het klooster van Lindisfarne door Aidan, een leerling van St. Columba zouden de Christelijke Kelten hun uitbundige thema’s weer nieuw leven hebben ingeblazen. Hoe het ook zij er werden kruizen verheven, boeken geschreven en gekopieerd in Hiberno Saxon11 stijl . 5. Kruisen Een kruis is een van oorsprong een oosters martelwerktuig waaraan mensen werden vastgebonden of gespijkerd, nadat soms de botten eerst werden gebroken. Nadat een kruis horizontaal was opgericht trok het lichaam zichzelf langzaam uit elkaar. Via Noord Afrika kwam deze methode bij de romeinen terecht. Het kruis is een opvolging van een paal waaraan mensen werden vastgebonden en gemarteld en al dan niet in brand werden gestoken. Onder Constatijn de Grote wordt het kruis ingevoerd als symbool van Christendom en niet meer als martelwerktuig gebruikt. De kerk nam vele plaatsen en symbolen over van de bekeerde heidenen. Voor deze nieuwe christenen was deze geloofsbelijdenis daardoor een logisch vervolg op wat ze voorheen geloofden. Voor de christenen symboliseert het kruis de hemelse en aardse wereld. De verticale as verwijst naar de instroming van het goddelijke licht dat in de wereld straalt en de horizontale as verwijst naar het leven in deze wereld, Het Keltisch kruis is een symbool van het Keltische christendom. Het is een christelijk kruis met het heidense zonnerad, symbool van het grote wiel des levens, de energie van de zon dat staat voor leven, voor en na de dood. MacLean’s Cross Dit meer dan 3 meter hoge, smalle en rondvormige kruis met uitgebreide Keltische plantvormige patronen bevind zich aan de kruising van drie middeleeuwse wegen. Halverwege tussen St. Ronain’s port (de huidige pier) en de Abbey en voor de parochiekerk Teampul Rònain12. Het vrijstaande kruis is opgericht rond 1500 en gemaakt uit een stuk. Het staat op een nieuwere sokkel en dit zou kunnen duiden op de mogelijkheid dat het kruis eerder ergens anders stond, mogelijk op het grondgebied van de Nunnery. Het is een goed voorbeeld

                                                                                                               10  Grote hoofdletters in oude handschriften  11  Insulaire kunststroming van na de romeinse tijd op de Britse eilanden en fusie van Keltische en Christelijke stijlen.  12  Teampull Rònan = hervormde kerk uit 1828 die in de vorige eeuw twee keer gerenoveerd werd. Hiervoor stond op dezelfde fundering een gebouw dat tussen 1200 en 1500 dienst deed als hervormde kerk. De kerk is sober en klein maar vanwege het ontbreken van zitplaatsen bij middeleeuwse kerken groot genoeg voor het eiland.  

Page 17: Beeldenreeks Iona 19 RdV · picten in het noorden en de scotiti in het zuiden was het een ideale vertrekplaats voor zendelingewerk. Na Dalriada ging hij samen met kameraden Comgall

  17  

van de beeldhouwkunst van Iona die we ook terugzien op de grafstenen uit deze tijd. Onderin is een gewapende ruiter te zien, waarschijnlijk duidend op de opdrachtgever uit een van de invloedrijkste clans en Lords of the Isles, de MacLean’s die zetelde op Duart Castle op het eiland Mull. Aan de oostzijde zien we fijnmazige patronen in het ronde kruishoofd, daaronder zijn twee dieren afgebeeld. Boven het kruishoofd en onder de dieren zien we grotere plantvormen. Op de westzijde staat een zwaar verweerde afbeelding van de kruisiging in het kruishoofd. Een groot blad staat hierboven en onder het ronde kruishoofd zijn weer fijnere ornamenten te vinden.  

MacLean's Cross voor de parochiekerk op Iona en close

St. Martin’s Cross Dichtbij en ten westen van de Abbey bevind zich het kruis van St. Martin. Het is een van de best bewaarde Keltische kruizen en werd opgericht tussen 750 en 800 uit een epidioriete steen uit Argyl. De sokkel is van graniet. Het kruis is 4,3 meter hoog en 1,2 meter breed. Aan het einde van de armen bevinden zich gaten waar mogelijk versierde panelen hebben aangehangen. Aan beide kanten zijn sierlijsten te zien, de ornamenten staan een stukje van alle kanten af. Op de van de kerk afgerichte westzijde bevinden zich vier scenes uit de bijbel. Ze zijn niet omkaderd. Boven het kruishoofd zijn 2 paren van 3 diervormen afgebeeld. In beide armen zijn leeuw achtige dieren gemaakt. In het ronde kruishoofd zien we Maria met Jezus, geflankeerd door vier engelen. Daaronder Daniël zittend tussen twee leeuwen, rechtsboven de drie figuren bevind zich een

Page 18: Beeldenreeks Iona 19 RdV · picten in het noorden en de scotiti in het zuiden was het een ideale vertrekplaats voor zendelingewerk. Na Dalriada ging hij samen met kameraden Comgall

  18  

klein figuur, mogelijk duidend op een derde leeuw. Dan het offer van Abraham. Hij staat met zwaard in de aanslag om Isaac te offeren. Hij heeft Isaac bij de haren vast die met zijn handen over een altaar ligt. Links duidt een kleine gevleugelde figuur op een engel. Daaronder vinden we David, in geknielde houding als op het St. Oran’s Cross, die harp speelt samen met een muzikant die een fluit met drie buizen bespeeld. Tussen hen een rechthoekige vorm die een boek kan symboliseren en het auteurschap van de psalmen van David kan symboliseren. Dan David met Goliath en David met Saul en onderaan twaalf in elkaar vervlochten slangachtige figuren die om zes cirkels draaien. Op het onderste gedeelte bevinden zich vage inscripties, waarschijnlijk heeft ook hier de naam van de opdrachtgever gestaan. De naar de kerk toe gerichte oostzijde staat vol met slangachtige ornamenten draaiend rondom cirkels. Onderin bevinden zich hiervan drie medaillons die een grovere versie lijken te zijn van de op dezelfde positie bevindende ornamenten van het St. John’s cross. In en rondom het ronde kruishoofd zijn in totaal vijf grotere bolvormen waarvan de bol in het midden omkaderd is.

St. Martin’s Cross Maria en Jezus (canmore.rcahms.gov.uk 2010)

Page 19: Beeldenreeks Iona 19 RdV · picten in het noorden en de scotiti in het zuiden was het een ideale vertrekplaats voor zendelingewerk. Na Dalriada ging hij samen met kameraden Comgall

  19  

St. Martin’s Cross Westzijde met Bijbelse taferelen en Keltische ornamenten (Historic Scotland 2004 / Robert 2010)

Page 20: Beeldenreeks Iona 19 RdV · picten in het noorden en de scotiti in het zuiden was het een ideale vertrekplaats voor zendelingewerk. Na Dalriada ging hij samen met kameraden Comgall

  20  

St. Martin’s Cross (Robert 2010) St. John’s Cross Het kruis dichterbij de Abbey en voor de schrijn van St. Columba is een betonnen replica uit 1970 van het kruis van St. John. Het origineel uit de 7e of 8e eeuw, waarvan de (gemodificeerde) sokkel wel in gebruik is, bevindt zich in het Abbey museum. Het kruis is bijna 2,2 meter breed en daarmee een van de wijdste kruizen van de Britse eilanden. Eerder werd het kruis dat nu bekent staat als St. Matthew’s Cross aangeduid als St. John’s Cross. Het oude kruis bestond uit vier delen en had oorspronkelijk geen uit vier segmenten bestaande ring. Deze ring met insteeksloten werd later toegevoegd om het kruis steviger te maken. Het is gemaakt van groene chloriet leisteen afkomstig uit de omgeving van het Loch Sween en van grijze mica leisteen uit Mull. Het lijkt het erop dat het origineel vrij snel na de oprichting is ingestort. Het hachelijke van de recente geschiedenis van het originele kruis is dat het opnieuw is opgericht met cement in 1927 en in 1951. Beide keren stortte het kruis tijdens een hevige storm ter aarde. In 1957 is besloten een replica te bouwen en het origineel in het museum te bewaren. Beide zijden zijn voorzien van halfronde sierlijsten en zijn ruim voorzien van slang en plant motieven, met name in de armen, die allen vernauwd zijn. De kruishoofden aan beide zijden hebben een ronde gecentreerde vorm met ornamenten eromheen. De ronde bal die hierdoor ontstaat ligt naar binnen ten opzichte van de rest van het kruis. Boven het hoogste arm is een beschadigde kruisbloem zichtbaar. Op de oostzijde staan drie omkaderde panelen met verschillende ornamenten. In de onderste hiervan bevinden zich twee medaillons met spiraal achtige slang vormen die naar elkaar bijten. Hierboven een paneel met ruitmotieven en een met zes grotere ronde vormen met vele kleinere te ontwaren. De westzijde heeft onderin vier panelen die niet van elkaar gescheiden zijn. De opvallendste bevindt zich bovenin, met vogelnesten en andere ronde vormen van verschillende grootte. De onderste laat een rijkelijk geïllustreerd andreas13 kruis                                                                                                                13  X vormig kruis  

Page 21: Beeldenreeks Iona 19 RdV · picten in het noorden en de scotiti in het zuiden was het een ideale vertrekplaats voor zendelingewerk. Na Dalriada ging hij samen met kameraden Comgall

  21  

zien, die lijkt op die van het St. Oran’s Cross.. De twee ertussen hebben zeven en acht grotere ronde vormen een met kleinere cirkels de ander met een soort doolhof eromheen.

St. John’s Cross Details (canmore.rcahms.gov.uk 2010)

Page 22: Beeldenreeks Iona 19 RdV · picten in het noorden en de scotiti in het zuiden was het een ideale vertrekplaats voor zendelingewerk. Na Dalriada ging hij samen met kameraden Comgall

  22  

 

  St.  John’s Cross  Detail (canmore.rcahms.gov.uk 2010), Replica voor St. Columba’s schrijn en Origineel in Abbey museum (Robert 2010)

 

Page 23: Beeldenreeks Iona 19 RdV · picten in het noorden en de scotiti in het zuiden was het een ideale vertrekplaats voor zendelingewerk. Na Dalriada ging hij samen met kameraden Comgall

  23  

Abbey en St John's Cross (Robert 2010)

St Matthew’s Cross Voorheen droeg dit kruis de naam St. John’s Cross. Van het zandstenen kruis van St. Matthew’s, dat tussen 800 en 850 opgericht, is niet veel over. Voor de Abbey staat nog de granieten sokkel, de overblijfselen staan sinds 1994 in het Abbey museum. Het kruis lag in stukken en door verwering is er weinig van de decoratie overgebleven. Een groot deel van het kruishoofd en de armen zijn helemaal verdwenen. Tekeningen van Walker (1764) en Graham (1850) geven een goed beeld van het verval van dit kruis. Oorspronkelijk moet het kruis rond de twee meter hoog en anderhalve meter breed zijn geweest. Het ronde kruishoofd was 1 meter. Aan de oostzijde is onderaan een paneel met cirkels met diagonale lijnen te zien. Hierboven staat een afbeelding van het verhaal over de verleiding van Adam en Eva zichtbaar. Ze staan onder een vruchtdragende boom waarbij de slang rondom de stam gekronkeld met zijn staart om de wortels op dezelfde manier als op het gebroken kruis van Kells. Het overgebleven deel van de westzijde laat onderin vergelijkbare ornamenten als die van de oostzijde zien. Hierboven heeft vermoedelijk een afbeelding van de kruisiging gestaan.

Page 24: Beeldenreeks Iona 19 RdV · picten in het noorden en de scotiti in het zuiden was het een ideale vertrekplaats voor zendelingewerk. Na Dalriada ging hij samen met kameraden Comgall

  24  

 

St. Matthew’s Cross Details (canmore.rcahms.gov.uk 2010)

St Oran’s Cross Het bijna 3,5 meter hoge en 2 meter brede kruis uit de 8e eeuw van St Oran's stond waarschijnlijk oorspronkelijk in de buurt van de kapel van St. Oran's. Het is onduidelijk of het kruis er heeft gestaan, als dat zo was voor hoe lang en wat de west en oostzijde waren. De brokstukken zijn verplaatst naar het museum. Van een aantal delen is niet vast te stellen of ze van dit kruis kwamen. Het kruis

Page 25: Beeldenreeks Iona 19 RdV · picten in het noorden en de scotiti in het zuiden was het een ideale vertrekplaats voor zendelingewerk. Na Dalriada ging hij samen met kameraden Comgall

  25  

bestond uit drie delen van twee steensoorten, mica granuliet en mica schist, beide afkomstig uit The Ross of Mull. Beide zijden zijn versierd met slangmotieven en ronde vogelnest vormen. De armen hebben vernauwingen. Aan een zijde zijn op een paneel twee x kruisvormige groepen zichtbaar met vogelnest achtige vormen. Hieronder en in de armen dezelfde motieven aangevuld met slangen. Hierboven en onder het kruishoofd zien we Maria en Jezus ingesloten door twee engelen die met hun beide binnenste vleugels een paraplu vormen. Hierboven bevindt zich het kruishoofd waarop aan een zijde een leeuwachtig dier en Daniel of David te zien zijn. Er is geen strijd of slachting zichtbaar in deze afbeelding. Daarnaast op de linkerarm zien we vijf ronde vormen. Van de rechterarm is aan deze zijde weinig over. De bovenarm is voorzien van ronde vormen van verschillende grootte in spiraalachtige samenstelling, met vier medaillons waaruit slangen met hun bek open komen. Aan de achterzijde hebben de armen x kruisvormige patronen met vier grote ronde vormen. Op de linker arm ter hoogte van de vernauwing bespeelt iemand een harp en op de rechter staan twee figuren, naar alle waarschijnlijkheid zijn dit een tronende Jesus en een staande Pilatus. De bovenste arm is voorzien van zes ronde vormen waarlangs slangen kronkelen.

St. Oran’s cross (canmore.rcahms.gov.uk 2010)

Page 26: Beeldenreeks Iona 19 RdV · picten in het noorden en de scotiti in het zuiden was het een ideale vertrekplaats voor zendelingewerk. Na Dalriada ging hij samen met kameraden Comgall

  26  

Details (canmore.rcahms.gov.uk 2010)

Page 27: Beeldenreeks Iona 19 RdV · picten in het noorden en de scotiti in het zuiden was het een ideale vertrekplaats voor zendelingewerk. Na Dalriada ging hij samen met kameraden Comgall

  27  

6. Boeken Voor de boekdrukkunst was de tijd die een monnik nodig had om een bijbel te vervaardigen meer dan een jaar. Ze werden met illustraties en majuskeln verlucht en waren kunstwerken op zich.

Iconografie van schrijvende heiligen St.Gregorius met duif van heilige geest die in oor dicteert terwijl onder 3 monikken kopieren (ivoren beeld Weens kunsthistorisch museum), Ezra in Codex Amiatinus en St. Matthew in Lindisfarne gospel Een Romijns voorbeeld van een door monniken vervaardigd manuscript is het uit 597 afkomstige St. Augustine Gospels. Waarschijnlijk nam St. Augustine dit boek met evangeliën mee uit Rome naar Canterbury, waar het zich nu nog bevind. Mogelijk is dit de oudste Latijnse gospel die nog bestaat. Het boek, met correcties uit de 7e of 8e eeuw, laat figuren met meer diepte zien als de manuscripten van de Keltische christenen en bevat een andere verluchting.

St. Augustine gospels

Page 28: Beeldenreeks Iona 19 RdV · picten in het noorden en de scotiti in het zuiden was het een ideale vertrekplaats voor zendelingewerk. Na Dalriada ging hij samen met kameraden Comgall

  28  

Het vulgaat14 Codex Amiatinus werd gemaakt op Monkwearmouth rond 700 als een cadeau voor de paus heeft dezelfde illuminaties als een aantal grote stenen kruizen uit de 7e en 8e eeuw in het noorden van Brittannië. Codex Amiatinus wordt bewaard in de bibliotheek van Florence. Het naturalisme van de klassieke wereld werd niet alleen gekopieerd maar ook gebruikt als vertrekpunt voor platte abstracte figuren in dezelfde stijl als de dieren-en mensfiguren uit de manuscripten.

Codex amiatinus, Ezra the scribe en Christus met 4 evangelisten bij de start van het nieuwe testament St. Matthew in The Book of Durrow is hier een goed voorbeeld van. Hij ziet eruit als een jas met hoofd en voeten. Ook in dit boek, geschreven tussen 650 en 700, is te zien dat de sierraden van goudsmeden niet alleen invloed op de kaften hadden maar ook patronen van hun creaties werden gebruikt als uitgangspunt voor de decoratieve “tapijt” bladzijden van de manuscripten. Ze tonen een doorwerkte ingewikkeldheid die in niets lijkt op de mediterrane kunst. Het werd mogelijk door St. Columba geschreven in Lindisfarne (een belangrijke plaats in Northumbria) of Durrow en bevat de evangelien van Matthew, Mark, Luke en John. Het bevind zich in het bibliotheek van het Trinity College in Dublin.

                                                                                                               14  Bijbelvertaling in het Latijn  

Page 29: Beeldenreeks Iona 19 RdV · picten in het noorden en de scotiti in het zuiden was het een ideale vertrekplaats voor zendelingewerk. Na Dalriada ging hij samen met kameraden Comgall

  29  

Book of Durrow (Celtic Art, The method of construction, George Bain 1951)

Page 30: Beeldenreeks Iona 19 RdV · picten in het noorden en de scotiti in het zuiden was het een ideale vertrekplaats voor zendelingewerk. Na Dalriada ging hij samen met kameraden Comgall

  30  

Book of durrow, St. Matthew, bladzijden met decoratief tapijt en Sutton woo schouder gesp In The Lindisfarne Gospels staat ook een portret van St. Matthew. Dit portret staat duidelijk in relatie met Ezra uit Codex Amiatinus. Grote verschillen zijn dat dit portret volgens de mediterrane traditie een portret van de auteur moet zijn voorafgaand aan de tekst en dat er totaal geen dieptewerking in de afbeelding aanwezig is. Het klooster op Lindisfarne werd door St Aidan uit Iona in 635 gesticht. Het bevind zich nu in de British Library.

Page 31: Beeldenreeks Iona 19 RdV · picten in het noorden en de scotiti in het zuiden was het een ideale vertrekplaats voor zendelingewerk. Na Dalriada ging hij samen met kameraden Comgall

  31  

Lindisfarne Gospels (Celtic Art, The method of construction, George Bain 1951)

Page 32: Beeldenreeks Iona 19 RdV · picten in het noorden en de scotiti in het zuiden was het een ideale vertrekplaats voor zendelingewerk. Na Dalriada ging hij samen met kameraden Comgall

  32  

Lindisfarne gospels, Portret van St Matthew en Liber-generationis-of-the-Gospel-of-Matthew In The Book of Kells, ook bekend onder de naam The book of Columba, zijn op de decoratieve bladzijden goede voorbeelden te zien van het repertoire van de noordelijke barbaren. Ze zijn vervaardigd in de Hiberno-Saksistische stijl met dieren en decoratieve patronen, grotendeels afkomstig van metalen wapens van de Anglo-Saxen en Kelten. Het bevat vier evangeliën uit het nieuwe testament en is het bekendste manuscript uit de vroege middeleeuwen. De benaming verwijst naar het klooster dat werd gesticht door St. Columba. Rond 1006 werd het manuscript gestolen uit de sacristie van de kerk van Cenannas. Het werd teruggevonden maar beroofd van de boekomslag, die zoals in die tijd gebruikelijk was belegd met edelstenen en metalen. Waarschijnlijk gingen toen ook de bladzijden verloren aan het begin en het einde van het boek. In 1654 werd het manuscript uit veiligheidsoverwegingen overgebracht naar Dublin en in 1661 werd het overgedragen aan het Trinity College waar het zich nu nog bevind. In zijn huidige toestand bestaat het werk nog uit 340 bladzijden.

Page 33: Beeldenreeks Iona 19 RdV · picten in het noorden en de scotiti in het zuiden was het een ideale vertrekplaats voor zendelingewerk. Na Dalriada ging hij samen met kameraden Comgall

  33  

Book of Kells (Celtic Art, The method of construction, George Bain 1951)

Page 34: Beeldenreeks Iona 19 RdV · picten in het noorden en de scotiti in het zuiden was het een ideale vertrekplaats voor zendelingewerk. Na Dalriada ging hij samen met kameraden Comgall

  34  

Book of Kells, Arrest of Christ, Decoratieve bladzijde voorafgaand aan tekst en Semi-realistic human portraits (Celtic Art, The method of construction, George Bain 1951)

Page 35: Beeldenreeks Iona 19 RdV · picten in het noorden en de scotiti in het zuiden was het een ideale vertrekplaats voor zendelingewerk. Na Dalriada ging hij samen met kameraden Comgall

  35  

4. Fusie kunst

Omdat de overwinnaars de geschiedenis schrijven werd de Hiberno-Saksistische stroming aan het begin van de vorige eeuw nog als barbaarse kunst gezien. Nadat het westelijke Romeinse rijk in de 5e eeuw uiteenspatte door interne strubbelingen en aanhoudende invasies van de “barbaren” uit noord en oost Europa en in andere tijden (the dark ages) terechtkwam, kreeg de kunst van de Britse eilanden een nieuw repertoire. De Ierse kloosterbeweging bracht een kunst van hoge kwaliteit en afwijkend van andere bestaande kunstvormen. Haar oorsprong is omstreden. De insulaire kunst is verwant is aan de primitieve Keltische kunst. De Kelten bewerkten het metaal van hun wapens en schilden en van edelmetaal maakten ze juwelen. Deze kennis van sieradenkunst kwam later van pas bij het bekleden van lederen kaften van de manuscripten met verluchte handschriften. In Ierland zijn verschillende vondsten gedaan die teruggaan naar de 5e eeuw en waarop repertoire te zien is uit de La Tène15 periode, voordat Romeinen op de eilanden kwamen. Hieronder bevinden zich het Battersea schild en de in Lisnacroghera Grannoch gevonden zwaardscheden. De spiralen van deze voorwerpen zijn terug te vinden op de broche van Arkakillen Grannog en op de Ardach kelk uit de 8e eeuw. De combinatie van deze motieven zijn verwant aan Koptische en Egyptische symbolen en vormen de basis voor de Insulaire kunsten. De weinige versierde initialen van de Cathach zijn voorzien van dezelfde motieven. In de rijker geïllumineerde, vaak in het Iers geschreven manuscripten, valt op dat de Romeinse invloed schittert door afwezigheid. De kunst lijkt te zijn ontstaan buiten de invloedssfeer van Rome. Een groot aantal in het Iers geschreven handschriften is met deze motieven verlucht. Logisch lijkt dat Ierse monniken Ierse kunst meebrachten, maar hoe verhouden zich de uitbundige tierlantijnen in de boeken en op de kruizen tot de sobere arme levensstijl van de grondlegger St. Columba. Naar deze tegenstelling zijn er onderzoeken geweest die aan hebben getoond dat Cathach, het enige overgebleven manuscript van St. Columba vrijwel geen illustraties en grote initialen bevatte, die aanleiding gaven tot versiering. Volgens deze theorie zou St. Columba even sober tot het leven als tot het schrijven staan. De Christelijke Ieren kwamen later in het door de Saksen bezette Engeland in het vaarwater van de door Rome uitgezonden missionarissen. Mogelijk omdat Rome neerkeek op het strenge archaïsche Ierse christendom, wilden de Christelijke Kelten zich onderscheiden door hun uitbundige thema’s nieuw leven in te geblazen. Dit zou hebben gespeeld ten tijde van de oprichting van het klooster van Lindisfarne door Aidan, een leerling van St. Columba De Ierse kerk was verspreider van deze fusie kunst. Er werden kruisen verheven, boeken geschreven en Latijnse en Ierse handschriften werden gekopieerd. Onder de Ierse monniken bevonden zich dichters, historici en kroniekschrijvers. De verluchtingen laten een combinatie van deze traditionele christelijke iconografie met uitzonderlijke Insulaire kunst zien op voorwerpen en in boeken. De invloed van de mediterrane tradities bleef aanwezig doordat er steeds nieuwe kloosters in Ierland en het noordelijke deel van Brittannië gesticht werden. En doordat er vanuit Italië dat, er manuscripten werden meegenomen om

                                                                                                               15  periode van Vix cultuur in ijzertijd van 450 voor Chr. tot 100 na Chr.  

Page 36: Beeldenreeks Iona 19 RdV · picten in het noorden en de scotiti in het zuiden was het een ideale vertrekplaats voor zendelingewerk. Na Dalriada ging hij samen met kameraden Comgall

  36  

gekopieerd te worden. Het is mede door deze kopieën dat er veel kennis en insulaire kunst bewaard is gebleven. Een nieuwe opvatting ontstond over decoratie van vormen toegevoegd aan de oude Keltische tradities. De gebruikte patronen waren geabstraheerde krachtige dierlijke vormen. Soms gefragmenteerd, soms bij elkaar op rijke uitgestrekte in elkaar verweven ingewikkelde reptiel achtige patronen. De motieven uit de dierenwereld worden opgenomen in het grote geheel en lijken zich op natuurlijke wijze te voegen in de algemene beweging. Het werd samenstelling uit geometrische elementen en niet-figuratieve thema's. De geometrische decoratie leefde een onafhankelijk bestaan in tegenstelling tot de mediterrane traditie die decoratie gebruikte als omlijsting. In de Insulaire kunst kan het motief een heel paneel vormen op een kruis of een hele pagina vullen in een manuscript. De Bijbelse figuren zelf kregen mede hierdoor in deze stroming minder ruimte dan de met het humanisme en realisme doordrongen kunst uit het zuiden. Ruimtelijkheid werd genegeerd in de insulaire kunst die ook kan worden omschreven als een vorm van naturalisme met de levendige schilderachtige techniek en beelddiepte van de antieke stijl met een christelijke grondslag.

Ulbster grafsteen en Book of Kells (Celtic Art, The method of construction, George Bain 1951)

Page 37: Beeldenreeks Iona 19 RdV · picten in het noorden en de scotiti in het zuiden was het een ideale vertrekplaats voor zendelingewerk. Na Dalriada ging hij samen met kameraden Comgall

  37  

8. Bronnen Books: The uses of images EH Gombrich 1999 Iona Abbey and Nunnery Historic Schotland 2004 The book of art, origins of western art Grolier 1965 Byzantium en vroeg christendom Jean Lassus 1967 De Kelten (Het ontstaan van de mensheid) Duncan Norton-Taylor 1975 Celtic art The methods of construction George Bain 1951 Celtic art and design Ian Zaczec 1995 The art of illuminating WR Tymms 1987 A calendar of scottish saints Dom Michael Barrett 1919 History of the church of scotland WM Hetherington 1841 Life of St. Columba Adomnán 700 Webs: Google: archive.org (old books scanned) http://translate.google.nl/#en|nl| http://www.mijnwoordenboek.nl/vertaal/EN/NL/ http://canmore.rcahms.gov.uk/en/site/21664/details/iona+iona+abbey/ www.britannica.com www.newadvent.org www.nsgvbreda.nl www.simplystonecottages.com celticbritain.net http://www.tcd.ie/ http://www.lindisfarne.org.uk/ another holy island http://www.fordham.edu/halsall/basis/columba-e.html http://www.jstor.org/pss/27712330 http://books.google.nl/books?id=gjrnAAAAMAAJ&pg=PA672&lpg=PA672&dq=st+magnus+of+fame&source=bl&ots=kxxjgVz5LH&sig=uY6ZI8vrz9QT3RIrP5QIRSDwLLg&hl=nl&ei=_87VTOq4F8SfOtyG3boJ&sa=X&oi=book_result&ct=result&resnum=2&ved=0CBwQ6AEwAQ#v=onepage&q=st%20magnus%20of%20fame&f=false http://www.sacred-texts.com/neu/celt/cg1/cg1077.htm http://shetlandnorn.webs.com/hildinaballadthetext.htm http://www.visitorkney.com/webcams.asp http://www.flickr.com/groups/-graveyard-/discuss/72157605425001352/ http://www.motco.com/Series-daniell-voyage/SeriessearchPlatesFulla.asp?mode=query&title=PLATES+FOR+VOLUME+V+&artist=378&other=445&x=11&y=11 http://www.facebook.com/group.php?gid=25675962791#!/group.php?gid=25675962791&v=wall http://ssa.nls.uk/index.cfm http://www.simplystonecottages.com/Iona.html http://www.sabsonline.com/DisplayItem.aspx?itemid=00000042 http://www.catholic.org/saints/saint.php?saint_id=1503 http://www.rozenkruis.nl/symbolen-het-kruis http://www.circuloromanico.com/foro_club_del_romanico/index.php http://www.visual-arts-cork.com/cultural-history-of-ireland/early-christian-art.htm http://www.historyofscience.com/G2I/timeline/index.php?category=Collecting+Books%2C+Manuscripts%2C+Art http://www.isle-of-iona.com/food.htm

Page 38: Beeldenreeks Iona 19 RdV · picten in het noorden en de scotiti in het zuiden was het een ideale vertrekplaats voor zendelingewerk. Na Dalriada ging hij samen met kameraden Comgall

  38  

Red cliffs of Iona (Robert 2010)