Beatrijs. Het middeleeuwse verhaal van de verliefde non

61
Beatrijs. Het middeleeuwse verhaal van de verliefde non Anke Passenier bron Anke Passenier, Beatrijs. Het middeleeuwse verhaal van de verliefde non. Uitgeverij Boekenbent, Barneveld 2007. Zie voor verantwoording: http://www.dbnl.org/tekst/pass025beat01_01/colofon.php © 2012 dbnl / Anke Passenier

Transcript of Beatrijs. Het middeleeuwse verhaal van de verliefde non

Page 1: Beatrijs. Het middeleeuwse verhaal van de verliefde non

Beatrijs. Het middeleeuwse verhaal van deverliefde non

Anke Passenier

bronAnke Passenier, Beatrijs. Het middeleeuwse verhaal van de verliefde non. Uitgeverij Boekenbent,

Barneveld 2007.

Zie voor verantwoording: http://www.dbnl.org/tekst/pass025beat01_01/colofon.php

© 2012 dbnl / Anke Passenier

Page 2: Beatrijs. Het middeleeuwse verhaal van de verliefde non

6

Voorwoord

DeBeatrijs is zonder twijfel één van demeest beroemdeMiddelnederlandse verhalen,een echte topper, waarmee sinds jaar en dag talloze scholieren in hetliteratuuronderwijs hebben kennisgemaakt.Wie kent het verhaal niet van de verliefdenon, die met haar geliefde het klooster ontvlucht en na vele jaren berooid enberouwvol terugkeert om dan te ontdekken datMaria al die tijd haar plaats als kostereshad ingenomen? Opvallend genoeg is de tekst van de Beatrijs echter maar in éénenkel middeleeuws handschrift overgeleverd, wat de indruk wekt dat het verhaal inde middeleeuwen slechts bij een klein publiek bekend was. Toch is dat ook weer nietwaarschijnlijk. De tekst uit de prachtig verluchte verzamelband - die nu verblijft inde Haagse Koninklijke Bibliotheek - gaat duidelijk terug op oudere versies en deBeatrijs moet voor de optekening rond 1374 al langer bekend zijn geweest alsvoordrachtstekst. Men neemt tegenwoordig aan dat de oorspronkelijke componistvan de Beatrijs een rondtrekkende Brabantse beroepsdichter was, een zogenaamdeminstreel of sprookspreker, die verhalen op rijm maakte om voor te dragen voor hetcultuurminnende publiek in de kastelen en in de steden. Dit blijkt bijvoorbeeld uitde beroemde openingsregels ‘Van dichten comt mi cleine bate’, waarin typisch debroodschrijver zijn nood klaagt.De Beatrijs moet zijn ontstaan in de 14e eeuw en is duidelijk bedoeld voor een

hoofs, aristocratisch publiek, misschien zelfs specifiek voor het Brabantse hof. Dedichter/voordrager heeft voor zijn verhaal een oudere Latijnse bron gebruikt, maarop basis van dat summiere verhaal een heel eigen uitgebreide versie vervaardigd,vol met verwijzingen naar het hoofse leven. Beatrijs wordt in zijn bewerking nietzoals in de Latijnse bron door zomaar een man verleid, maar er is sprake van ware,we-

Anke Passenier, Beatrijs. Het middeleeuwse verhaal van de verliefde non

Page 3: Beatrijs. Het middeleeuwse verhaal van de verliefde non

7

derzijdse liefde tussen beschaafde, hoogstaande mensen. De dichter verweeft in zijnverhaal allerlei hoofse motieven, zoals het smachtende zuchten van de gelieven achtertralies, de rozenstruiken in de appelboomgaard als ontmoetingsplek, de luxueuzekleding die de jongeman zijn geliefde schenkt en de beschrijving van het idyllischeplekje aan de bosrand waar vogels kwelen uit duizend kelen. De romantiek wordtbreed uitgesponnen. Hier wordt het hoofse leven bezongen - schoonheid, luxe,rijkdom, fraaie kleding, genieten met alle zintuigen van alles wat de wereld te biedenheeft. Het aristocratische publiek zal ervan gesmuld hebben. Maar... het loopt nietgoed af met onze hoofse non. Al vanaf het begin laat de dichter doorschemeren datdeze hoofse liefdesrelatie, hoe mooi ook, uiteindelijk tot mislukken gedoemd is. Nogmaar net is het paar op weg of het hoofse minnegesprek glijdt af naar een fikse ruzieover het onhoffelijke voorstel om bloemetjes te gaan plukken en elkaar maar meteenin het gras te beminnen. Wat!, zegt Beatrijs woedend, zou ik in de berm gaan liggenals de eerste de beste tippelaarster?! Deze felle uitval blijkt een omineuzevooruitwijzing. Na zeven jaren van luxe en lustig leven volgt zodra het goede geldop is bittere armoede, er ontstaat verwijdering tussen de geliefden, hij laat haar zittenmet twee kinderen en Beatrijs ziet geen andere oplossing dan het verkopen van haarlijf om te kunnen overleven. In haar ogen nog net iets minder beschamend dan openlijkte gaan bedelen. Zo eindigt dus het hoofse geluk, weinig verheffend.Nu zet de dichter met volle kracht in op de religieuze liefde tot God en het hemelse

geluk, waartoe hij zijn hoofse publiek wil opwekken. Na weer zeven jaar wordtBeatrijs, die overigens gedurende heel haar wereldse leven trouw tot Maria wasblijven bidden, overvallen door hevig berouw. Ze kapt met ‘het leven’, geeft haarlaatste restje kapsones op en trekt met haar kinderen bedelend door het land om opeen gegeven ogenblik op haar oude klooster te stuiten. Wanneer ze daar in de buurtbij

Anke Passenier, Beatrijs. Het middeleeuwse verhaal van de verliefde non

Page 4: Beatrijs. Het middeleeuwse verhaal van de verliefde non

8

een menslievende weduwe overnacht, komt zij desgevraagd te weten dat de kosteresvan het klooster haar taak al die jaren op onberispelijke wijze heeft vervuld en nooitafwezig is geweest. En die kosteres is onmiskenbaar zijzelf! In haar dromen krijgtBeatrijs daarop tot drie maal toe te horen dat Maria haar plaats heeft ingenomentijdens haar afwezigheid en dat zij terug moet gaan naar het klooster. Uiteindelijkgeeft zij aan de oproep gehoor, dekt haar kinderen toe met haar kleren en keert 'snachts terug naar de abdij, waar zij haar nonnenkleren terugvindt bij het altaar enhaar plaats als kosteres weer inneemt zonder dat iemand er ook maar iets van merkt.Aldus had Maria Beatrijs' terugkeer gewaarborgd en haar reputatie gered. Ze bleefhaar hele verdere leven in het klooster zonder dat haar vroegere misstap ooit werdontdekt.Was het verhaal daarmee afgelopen? Was de auteur dan een liberale geest die

meende dat een berouwvolle zondaar goddelijke genade kon vinden zonder biechten zonder tussenkomst van priester en kerk? Heeft een conservatieve geestelijke deslotpassages over het lot van de kinderen en over Beatrijs' biecht later toegevoegdom de positie van kerk en gezin veilig te stellen? Dit wordt wel aangenomen, zij hetook op uiteenlopende gronden.Maar misschienmoet de subtiliteit van onze Brabantsedichter niet worden onderschat. Hij wilde wellicht bewust bij zijn hoofse publiek deindruk wekken dat met de terugkeer van Beatrijs de kous af was. De familie-eer wasimmers gered, de schande voorkomen, de misstap voorgoed in de doofpot en dekinderen waren weggemoffeld. Deftige dames en heren konden een zucht vanverlichting slaken. Maar dan neemt de dichter tegen de verwachting in het verhaalopnieuw op. Nee beste mensen, we zijn er nog niet!, lijkt hij te willen zeggen. Erzijn nog een paar losse eindjes, die vragen om een verdere ontknoping. Ten eerstehet lot van de kinderen, de aardse gevolgen van Beatrijs' misstap, die zich niet zomaarlaten uitwissen. De barmhartigheid van Maria als moeder bij uitstek moest zich

Anke Passenier, Beatrijs. Het middeleeuwse verhaal van de verliefde non

Page 5: Beatrijs. Het middeleeuwse verhaal van de verliefde non

9

toch ook tot hen uitstrekken? In de tweede plaats is het verhaal niet af, omdat naarreligieuze maatstaven het redden van Beatrijs' reputatie niet het hoogste doel konzijn van Maria's ingrijpen, al zou dat misschien naar wereldse normen nog zoaantrekkelijk lijken. Beatrijs zou haar aristocratische trots moeten overwinnen enbiechten, anders kon geen enkele religieuze inspanning haar baten en was haarnonnenleven voor niets. Het visioen van de jongeman met het dode kind maakt ditop een indringende manier duidelijk. Pas met de biecht is het verhaal werkelijk teneinde en worden ook de toehoorders in het gebed tot Maria opgenomen. De dichterdwingt ze met de slotepisodes van het verhaal als het ware om verder te kijken danhun adellijke neus lang is. Je goede naam is één, maar innerlijke ommekeer is twee- dat was wat hij zijn publiek uiteindelijk wilde meegeven.Al met al is de Beatrijs een oervroom verhaal, qua inhoud bepaald andere koek

dan demiddeleeuwse ridderromans, ook al kennen deze soms ook de dubbele structuurvan het avontuur in de wereld dat door een geestelijke queeste wordt gevolgd. Hetverhaal bevat lange gebeden en heeft een duidelijke catechetische strekking: hetonderwijst over zonde, genade, boete, gebed en de barmhartigheid van Maria. Tochspreekt het ook nu nog aan, ondanks de tijdskleur, om de originele manier waaropde dichter wereldse en spirituele waarden tegen elkaar afzet en oproept om van eenbuitenkantmentaliteit naar een binnenkantmentaliteit te gaan. Om de onnavolgbarewijze ook waarop de dichter de grenzeloze barmhartigheid van ‘Onze Lieve Vrouwe’heeft uitgebeeld met een letterlijke plaatsbekleding. Instaan voor een ander kanmoeilijk verder gaan. Ingenieus is de manier waarop hij dit gegeven plastisch uitwerktmet het verwisselen van kleding: Beatrijs neemt het blauw en rood - de kleuren vanMaria! - aan, Maria trekt Beatrijs' habijt aan. De auteur moet haast zelf eenkledingfanaat zijn geweest met een passie voor verkleedpartijen. Opvallend is hoehij met onverholen ple-

Anke Passenier, Beatrijs. Het middeleeuwse verhaal van de verliefde non

Page 6: Beatrijs. Het middeleeuwse verhaal van de verliefde non

10

zier beschrijft hoe Beatrijs' lover fraaie, modieuze kleding en allerlei accessoiresvoor haar koopt, hoe zij in haar hemd in de appelboomgaard verschijnt en daar vaneen grauw nonnetje wordt omgetoverd tot schone jonkvrouw. Dit is één van decharmantste aspecten van het verhaal, dat juist ook het vrouwelijke publiek zal hebbenaangesproken.

Deze nieuwe bewerking op rijm van de Beatrijs heb ik te boek gesteld om hetmiddeleeuwse verhaal leesbaar en invoelbaar te maken voor een breed publiek, maarook om scholieren op een prettige manier kennis te laten maken met de tekst. Evenalsmijn eerder verschenen berijmde bewerking van ‘Karel ende Elegast’ (Karel enElegast 2006), die ik inmiddels enkele malen op scholen ten gehore mocht brengen,is deze Beatrijs vooral ook een tekst om voor te dragen en door hedendaagseminstreels tot leven te wekken.Hoewel ik in mijn bewerking de originele tekst vrijwel geheel op de voet volg, is

het toch geen letterlijke vertaling. Hier en daar is een enkele regel weggelaten of zijnenkele woorden toegevoegd. Om de leesbaarheid te vergroten heb ik de tekst inhoofdstukken verdeeld en strofen van vier regels gemaakt. Verder heb ik in mijnwoordkeuze zoveel mogelijk het beeldende karakter en de emotionele lading van hetoorspronkelijke verhaal willen laten uitkomen.Tot slot wil ik graag Margot de Wit, docente Nederlands te Culemborg, hartelijk

danken voor het meelezen van de tekst, het uitproberen ervan in de klas en vooralvoor haar enthousiaste bemoediging!

Anke Passenier

Anke Passenier, Beatrijs. Het middeleeuwse verhaal van de verliefde non

Page 7: Beatrijs. Het middeleeuwse verhaal van de verliefde non

13

Eerste DeelDe verliefde non

De dichtkunst levert weinig opWaarom ik er dan niet mee stopVoordat ik overspannen raak?Die vraag hoor ik maar al te vaak

Maar dichten is gewoon mijn lot...Tot eer van Maria, de moeder van GodDie altijd maagd bleef heel haar levenHeb ik een mooi mirakel beschreven

Het overkwam een vrome non't Is geen verhaal dat ik verzonEen oude monnik met veel boekenDeed het mij eens uit de doeken

Die non was zeer beschaafd en waardigVoornaam, maar ook bijzonder aardigZo vind je ze - dat spijt me zeerVandaag de dag beslist niet meer

Ze was ook buitengewoon knapMaar denk niet dat ik iets verklapOver haar fysieke schoonheidDie blijft bedekt met het habijt

Anke Passenier, Beatrijs. Het middeleeuwse verhaal van de verliefde non

Page 8: Beatrijs. Het middeleeuwse verhaal van de verliefde non

14

U hoort dus geen bijzonderhedenOver haar bekoorlijkhedenEn hoe aantrekkelijk ze wasIk zwijg erover - 't geeft geen pas

Maar wat zij in het nonnenkleedVoor werk in het klooster deedIs geen geheim - heel lang was zijDe kosteres van de abdij

Het was een ijverige vrouwDag en nacht was zij in touwNooit was zij langzaam, lui of traagMaar ze werkte vlot en graag

Ze luidde de klokken van de kerkDat was haar voornaamste werkZe liet de nonnen 's morgens opstaanEn zij stak de kaarsen aan

Maar zij werd verliefd, die nonZe begreep niet hoe het kon't Overkwam haar als een wonderEn toen kon zij niet meer zonder

De liefde is zo groot en sterkWie kan er op tegen haar werk?Ze brengt ons blijdschap en verdrietDe één geluk, de ander niet

Anke Passenier, Beatrijs. Het middeleeuwse verhaal van de verliefde non

Page 9: Beatrijs. Het middeleeuwse verhaal van de verliefde non

15

Slimme mensen maakt zij domZij geven er niet eens meer omAls zij door haar te gronde gaanEr is gewoon geen redden aan

Menigeen is goed de kluts kwijtEn twijfelt maar de hele tijdOf hij nu spreken moet of zwijgenOm zijn liefje om te krijgen

De liefde krijgt zelfs vrekken kleinWie krenterig en gierig zijnLaat ze gul hun geld bestedenWat ze zonder haar nooit deden

Toch zijn er mensen voor het levenDoor liefde aan elkaar gegevenZij delen alles - vreugd' en rouwEn zulke liefde noem ik trouw

Maar... niemand die het overzietHoeveel geluk en ook verdrietUit de liefde voort kan komenWees dus niet vooringenomen

Heb medelijden met die nonOmdat zij niet ontsnappen konAan liefde, die haar had gevangenIn haar netten van verlangen

Anke Passenier, Beatrijs. Het middeleeuwse verhaal van de verliefde non

Page 10: Beatrijs. Het middeleeuwse verhaal van de verliefde non

16

De duivel zelf had haar verleidMet zijn bekende listigheidDag en nacht, van vroeg tot laatLokt hij de mensen tot het kwaad

Hij sloop haar na in de abdijEn prikkelde haar zó, dat zijSteeds droomde dat zij werd gekustEn bijna stierf van liefdeslust

Ze bad: Wees mij genadig HeerDe liefde doet zo vrees'lijk zeer- U weet het, U weet alles al -· Dat ik er gek van worden zal

't Habijt moet ik nu op gaan gevenEn kiezen voor een ander levenVer van de abdij vandaanIk kan niet anders, ik moet gaan...

Anke Passenier, Beatrijs. Het middeleeuwse verhaal van de verliefde non

Page 11: Beatrijs. Het middeleeuwse verhaal van de verliefde non

17

Tweede DeelOntmoeting achter tralies

Hoor nu hoe het verderging:Zij schreef de schone jongelingDie haar dierbaar was en liefEen uitnodigende brief

Ze verzocht hem: AlsjeblieftAls het jou niet erg ontrieftKom dan hier in snelle drafJe geluk hangt ervan af

Een bode reed toen in 't geheimNaar waar de jongeling moest zijnEn overhandigde de briefDie hem gestuurd was door zijn lief

De jongen nam hem aan en lasWat er door haar geschreven wasHij was het lange wachten moeEn wou meteen naar 't klooster toe

Want al sinds hun twaalfde jaarBeminden deze twee elkaarZe moesten dus van toen af aanVeel verdriet en pijn doorstaan

Anke Passenier, Beatrijs. Het middeleeuwse verhaal van de verliefde non

Page 12: Beatrijs. Het middeleeuwse verhaal van de verliefde non

18

Hij deed precies zoals zij zeiEn reed met spoed naar de abdijWaar hij bij het raampje plaatsnamEn wachtte tot zijn lief eraan kwam

't Duurde niet lang tot zij verscheenEn door de ijzeren tralies heenProbeerde ze zijn blik te vangenHevig smachtend van verlangen

Vaak zuchtten zij toen diep en luidZe hielden het haast niet meer uitOmdat hij buiten en zij binnen zatEn liefde hen gevangen had

Zo zaten ze daar lange tijdEn waren helemaal de kluts kwijtZe bloosden om de haverklapEn werden dan weer bleek en slap

O God, zei zij, het doet zo'n pijnHoe kan ik zo ellendig zijn?O allerliefste, troost me danIk word er zo wanhopig van!

De liefde heeft mij diep verwond'k Word nooit meer vrolijk en gezondEn nooit zal ik gelukkig wezenAlleen jij kunt mij genezen

Anke Passenier, Beatrijs. Het middeleeuwse verhaal van de verliefde non

Page 13: Beatrijs. Het middeleeuwse verhaal van de verliefde non

19

Mismoedig antwoordde hij toenOch vriendin, wat kan ik doen?Je weet hel toch, al zoveel jaarVoelen wij liefde voor elkaar

Maar ach, wij hadden nooit de tijdEn nimmer de gelegenheidOm elkaar een keer te kussenAltijd kwam er wel iets tussen

God moet Venus maar verdoemenDie zulke wondermooie bloemenLaat verwelken en vergaanZij heeft ons dit aangedaan!

Als je 't habijt maar af wou leggenEn mij de juiste tijd zou zeggenOm je hiervandaan te halenHeus, dan kwam ik zonder dralen

Ik pakte al mijn koffers volMet mooie kleren van zuiver wolMantels, rokken en warme stola'sMet bont geveerd van vos en haas

En wat er ook gebeuren zal'k Verlaat je nooit - in geen gevalIk stort mi in dit avontuurVoor lief en leed, voor zoet en zuur

Anke Passenier, Beatrijs. Het middeleeuwse verhaal van de verliefde non

Page 14: Beatrijs. Het middeleeuwse verhaal van de verliefde non

20

Zo zwoer hij haar voor eeuwig trouwDaarop zei de schone jonkvrouw:Graag neem ik je woorden aanLiefste, ik zal met je meegaan

Zo ver, dat niemand in d'abdijTe weten komt waarheen je mijHebt weggevoerd en in 't conventGeen mens nog mijn verblijfplaats kent

Kom dan over een nacht of acht't Is 't beste dat je op me wachtIn de kloosterboomgaard hierBij de wilde egelantier

Blijf daar staan. Ik kom de poort uitEn dan word ik graag je bruidDie met je meegaat overalWat er ook gebeuren zal

Als er geen problemen zijnDoor ziekte, koorts of erge pijnDan zal ik zeker bij je komenDaarginds onder de appelbomen

Ik hoop toch zo, mijn liefste manDat ik jou dan vinden kanEn dat jij daar in de nachtIn het maanlicht op me wacht

Anke Passenier, Beatrijs. Het middeleeuwse verhaal van de verliefde non

Page 15: Beatrijs. Het middeleeuwse verhaal van de verliefde non

21

Derde deelDe vlucht voorbereid

Dit kwamen ze toen overeenHij nam afscheid en meteenLiep hij haastig naar zijn paardEn sprong erop met grote vaart

Toen reed hij in een snelle drafRecht op zijn bestemming afDoor de velden naar de stadWaar hij allerlei te doen had

Hij vergat zijn missie nietHij ging de stad in en hij lietZijn oog over de grote balenMet fijne, dure stoffen dwalen

Wat paste bij de schone jonkvrouw?Hij koos uiteindelijk voor blauwEn voor donkerrood scharlakenDaarvan liet hij kleding maken

Een mantel met een kraag, heel breedEn een japon met overkleedAlles gevoerd en mooi genaaidEn met het zachtste bont verfraaid

Anke Passenier, Beatrijs. Het middeleeuwse verhaal van de verliefde non

Page 16: Beatrijs. Het middeleeuwse verhaal van de verliefde non

22

Niemand die ooit beter bontOnder vrouwenkleding vondElke vrouw en elke manPrees de kwaliteit ervan

Hij kocht ook nog, al was het duurEen mes, een geldtas, een ceintuurWat haarnetjes en gouden ringenEn nog veel meer mooie dingen

Naar elk sieraad liet hij vragenDat een bruid maar kon behagenToen hij tenslotte alles hadVerliet hij 's avonds laat de stad

Met heel veel geld en kostbaarhedenIs hij stiekem weggeredenOp 't zwaarbeladen paard ging hijBehoedzaam richting de abdij

Daar steeg de jongen van zijn paardEn in de stille kloosterboomgaardGing hij zitten in het grasZoals afgesproken was

Bij de egelantier vol rozenDie zijn lief had uitgekozenWachtte hij tot zij zou komen't Liefste meisje van zijn dromen

Anke Passenier, Beatrijs. Het middeleeuwse verhaal van de verliefde non

Page 17: Beatrijs. Het middeleeuwse verhaal van de verliefde non

23

Daar laat ik hem nog even blijvenWant ik wil nu eerst beschrijvenHoe de mooie non het hadDie binnen in het klooster zat

Anke Passenier, Beatrijs. Het middeleeuwse verhaal van de verliefde non

Page 18: Beatrijs. Het middeleeuwse verhaal van de verliefde non

24

Vierde DeelHet vertrek

Zij, die alsmaar aan hem dachtLuidde kort voor middernachtNog de klokken van de kerkMet kloppend hart deed zij haar werk

Toen de metten waren gezongenEn alle nonnen, ouden en jongenWeer naar bed waren gegaanBleef zij in de koorbank staan

Daar deed zij eenzaam haar gebedenZoals zo vaak in het verledenZe knielde bevend voor het altaarEn als in doodsangst bad zij daar:

Maria, moeder, lieflijke naamHoe kan ik nu mijn zondig lichaamNog vroom bedekken met 't habijt?Want ik ben mijn roeping kwijt!

U kent het hart van alle mensenHun streven en hun diepste wensenIk heb gevast en veel gebedenMezelf gegeseld en geleden

Anke Passenier, Beatrijs. Het middeleeuwse verhaal van de verliefde non

Page 19: Beatrijs. Het middeleeuwse verhaal van de verliefde non

25

't Was tevergeefs, wat ik ook deedMijn bloed, mijn tranen en mijn zweetWant liefde heeft mij in haar macht't Is nu de wereld die mij wacht

O Heer, U hing toch aan het kruisTussen moordenaarsgespuis?U gaf zich toch met zondaars afEn riep zelfs doden uit hun graf?

Zie dan ook mij in al mijn nood!En ook al is mijn misdaad groot -U kunt de zonden toch vergevenWaarmee ik nu zal moeten leven

Daarop verliet zij snel het koorEn liep zij naar een beeld waarvoorZij biddend knielde op de grondHet was Maria die daar stond

Tot haar sprak zij frank en vrij:Dag en nacht hoorde U mijKlagen over mijn verdrietMaar geholpen heeft het niet

Al jammerde en bad ik luidHet maakte allemaal niets uitAls ik nu blijf in dit habijtDan raak ik mijn verstand nog kwijt!

Anke Passenier, Beatrijs. Het middeleeuwse verhaal van de verliefde non

Page 20: Beatrijs. Het middeleeuwse verhaal van de verliefde non

26

En ter plekke trok zij daarToen haar pij uit. Op het altaarLegde ze 'm en tot besluitDeed ze ook haar schoenen uit

Haar sleutels nam zij ook daarnaEn hing ze op vlak voor MariaZe hoorden bij het kosterswerkDat zij gedaan had in de kerk

Ze hing de sleutels daar met opzetZodat ze 's morgens bij 't gebedAan niemands oog ontsnappen kondenEn meteen werden gevonden

Geen non zou langs Maria gaanZonder acht op haar te slaanWant ieder bad zoals het moetBij het beeld een Weesgegroet

Daaraan had zij dus gedachtToen zij midden in de nachtHaar sleutels bij Maria lietEen beter plekje was er niet

Daar ging zij dan in al haar noodIn een hemdje, bijna blootIs zij naar een deur geslopenDeed die toen voorzichtig open

Anke Passenier, Beatrijs. Het middeleeuwse verhaal van de verliefde non

Page 21: Beatrijs. Het middeleeuwse verhaal van de verliefde non

27

Ongemerkt ging zij de deur uitStilletjes zonder geluidEn rende toen met grote vaartNaar haar liefste in de boomgaard

Rillend liep zij onder de bomenEn de jongen zag haar komenHij zei: Meisje, schrik maar niet't Is je vriend, die je hier ziet

Maar toen zij daar samenkwamenBegon zij zich opeens te schamenOmdat zij hem op blote voetenEn zomaar in haar hemd begroette

Wat ben je mooi, lief, zei hij toen't Is tijd om kleren aan te doenDie beter bij jouw schoonheid passenVerfijnde sjaals en chique jassen

Kom, ik geef je snel je klerenJe hoeft je echt niet te generenHij bracht haar bij de egelantierEn zei: Kijk, ik heb alles hier!

De jongen gaf zijn lieve schatAlles wat zij nodig hadVan alle kleding gaf hij haarOok meteen een dubbel paar

Anke Passenier, Beatrijs. Het middeleeuwse verhaal van de verliefde non

Page 22: Beatrijs. Het middeleeuwse verhaal van de verliefde non

28

Het blauw vond zij het beste staanBewonderend keek hij haar aanEn lachte: Lief, dit hemelsblauwKleurt beter dan dat kloostergrauw

Zij koos voor kousen, fijn en teerEn schoenen van het zachtste leerDie beter dan haar opgebondenOude touwsandalen stonden

Voorzichtig overhandigde hijHaar witte sluiers van echte zijDie zij om haar hoofd heen haakteWat haar nóg veel mooier maakte

Ademloos keek de jongelingHet scheen hem of de zon opgingToen zij daar zo voor hem stondEn hij kuste zacht haar mond

't Was hoogste tijd en zonder dralenIs hij vlug zijn paard gaan halenHij zwaaide haar het zadel opEn zij vertrokken in galop

Anke Passenier, Beatrijs. Het middeleeuwse verhaal van de verliefde non

Page 23: Beatrijs. Het middeleeuwse verhaal van de verliefde non

29

Vijfde DeelOnderweg

Zolang het niet begon te dagenEn achtervolgers hen niet zagenGaf hij het paard geducht de sporenTot aan het eerste ochtendgloren

Toen het licht werd in het oostenZei ze: God, wie zal ons troosten?U alleen kunt ons bewarenDe lucht begint al op te klaren

Was ik het klooster nog niet uitDan had ik nu de klok geluidDat was immers wat ik toenOp dit tijdstip placht te doen

'k Ben bang dat het mij zal berouwenKan ik de wereld wel vertrouwenDie als een sluwe zakenmanWat blik voor goud verkopen kan?

Wat zeg je nu toch, zei hij, schoonheidIk blijf bij je - 't is voor altijdEn als ik je ooit teleurstelMag God me straffen in de hel!

Anke Passenier, Beatrijs. Het middeleeuwse verhaal van de verliefde non

Page 24: Beatrijs. Het middeleeuwse verhaal van de verliefde non

30

Waar we ook maar zullen heengaanOveral zal ik je bijstaanEn geen nood is mij te grootNiets kan ons scheiden dan de dood

Hoe kun je aan mij twijfelenHeb je me ooit zien weifelen?Gedroeg ik mij ooit trouweloosWas ik ooit gemeen of boos?

Ik koos voor jou - geen keizerinKomt me nu nog in de zinZelfs als ik die krijgen konBleef ik bij jou, mijn liefste non

Vijfhonderd ponden welgeteldHeb ik hier aan zilvergeldIk geef ze allemaal aan jouAls teken van mijn goede trouw

Ik heb voor zeven jaar contantAl gaan we naar het buitenlandWe zullen niet in geldnood rakenJe moet je dus geen zorgen maken

Al dravend waren zij belandBij een schitterende bosrandWaar vogels vrolijk kwinkeleerdenEn hen op een concert trakteerden

Anke Passenier, Beatrijs. Het middeleeuwse verhaal van de verliefde non

Page 25: Beatrijs. Het middeleeuwse verhaal van de verliefde non

31

Elk beestje kweelde zo te horenZoals het hem was aangeborenZe zongen er zo luid op losHet schalde door het hele bos

Ook bloemen waren daar ontlokenIn 't groene gras, die heerlijk rokenEn vol in blad stonden de bomenIn blauwe luchten weg te dromen

De jongen keek toen naar zijn schatDie hij trouw en innig liefhadLiefste, zei hij, laat ons bukkenOm wat bloemetjes te plukken

En dan - als het ook jouw wens wasHier gaan liggen in het grasEn het liefdesspel beginnenGraag zou ik je hier beminnen

Wat zeg je?!, zei zij, lompe boer!Moet ik gaan liggen als een hoerDie haar lijf verkoopt voor geldZomaar in het open veld?

'k Zou van schaamte door de grond gaanZo'n voorstel had je nooit gedaanAls je geen boerenkinkel wasWant het geeft beslist geen pas

Anke Passenier, Beatrijs. Het middeleeuwse verhaal van de verliefde non

Page 26: Beatrijs. Het middeleeuwse verhaal van de verliefde non

32

Ik krijg nu al behoorlijk spijtDat ik tot vluchten werd verleidEn zoiets wil ik niet meer horenOf je krijgt de wind van voren!

Hoor! De vogels in de dalenZe kwetteren in alle talenAls je luistert naar hun liedVerveel je je tenminste niet

Maar als ik vanavond naaktIn een bed, goed opgemaaktBij je lig, dan mag je 't wagenOm het mij nog eens te vragen

Dan kun je doen wat je behaagtAlles waar je hart om vraagtMaar ik ben nog steeds witheetDat je mij dit voorstel deed

Hij zei: Ach liefste, wees niet kwaadVenus gaf me deze raadLaat God me straffen met zijn plagenAls ik het ooit weer durf te vragen

Ze zei: Goed, ik vergeef je danJe bent en blijft de enige manVan allen die op aarde levenDie mij echt geluk kan geven

Anke Passenier, Beatrijs. Het middeleeuwse verhaal van de verliefde non

Page 27: Beatrijs. Het middeleeuwse verhaal van de verliefde non

33

Al kon ik ook in weelde wonenMet Absalom, de wonderschoneEn wel duizend jaren lang -Dat was niet wat ik verlang

Jou, liefste, heb ik uitverkorenIk heb aan jou mijn hart verlorenEn 't zal me nooit worden verwetenDat ik jou zomaar was vergeten

O, als ik in de hemel troondeEn jij hier op de aarde woondeDan daalde ik toch zonder meerVanuit de hemel naar jou neer

O God, vergeef me wat ik zeiWant het was pure zotternij!De blijdschap in het hemelrijkIs aan geen vreugde hier gelijk

Daar is de liefde zo volmaaktDat elke ziel voortdurend haaktNaar Gods liefd' en anders geenGod bemint zij heel alleen

Al het aardse is ellendeAlles wat je daar ooit kendeAlles wat je daar ooit zietHaalt het bij de hemel niet!

Anke Passenier, Beatrijs. Het middeleeuwse verhaal van de verliefde non

Page 28: Beatrijs. Het middeleeuwse verhaal van de verliefde non

34

Dat is wijsheid - 'k weet het goedOok nu ik hier dwalen moetEn mij in zonde ga begevenLiefste, door met jou te leven

Zo verliepen hun gesprekkenOnderwijl bleven ze trekkenDwars door bergen en door dalenLanger dan ik kan verhalen

Anke Passenier, Beatrijs. Het middeleeuwse verhaal van de verliefde non

Page 29: Beatrijs. Het middeleeuwse verhaal van de verliefde non

35

Zesde DeelIn de steek gelaten

Ze reden alsmaar voort totdatZe kwamen bij een grote stadIn een dal, heel fraai gelegenEn daar zijn ze afgestegen

Ze bleven daar een jaar of zevenEn leidden er een luxe levenGenietend van de liefde samenWaar twee kinderen van kwamen

Maar toen zij na die zeven jarenToch door al hun geld heen warenMoest hun bezit worden verpandEn ging er steeds meer van de hand

Kleren, sieraden en paardenVerkochten zij voor halve waardeEn 't geld was snel weer uitgegevenZo bleef er niets om van te leven

Al snel was er geen redden aanZe konden nergens van bestaanZij kon niet naaien en niet spinnenOm voor hen de kost te winnen

Anke Passenier, Beatrijs. Het middeleeuwse verhaal van de verliefde non

Page 30: Beatrijs. Het middeleeuwse verhaal van de verliefde non

36

Toen kwam er schaarste in het landDe prijzen stegen hand over handVan etenswaren, wijn en bierVan alle spijs voor mens en dier

Zo leefden ze in grote zorgenMet voortdurend angst voor morgenMaar beiden gingen liever doodDan te bedelen om brood

De armoe dreef hen uit elkaarWat verdrietig was, maar waarDe man bleef haar niet langer trouwLiet haar alleen in diepe rouw

Hij ging naar huis toe en nadienHeeft zij hem nooit meer weergezienDe mooie kinderen bleven daarZe leken allebei op haar

Ze zei: Dit heb ik steeds gevreesdVoortdurend ben ik bang geweestEn ik moest er vaak van dromenDat ik zo terecht zou komen

Hij, de man op wie ik bouwdeAan wie ik me toevertrouwdeHeeft mij in de steek gelatenEn ik ben in alle staten

Anke Passenier, Beatrijs. Het middeleeuwse verhaal van de verliefde non

Page 31: Beatrijs. Het middeleeuwse verhaal van de verliefde non

37

Moeder Maria, 'k bid U voor mijEn voor mijn kinderen dat wijNiet van de honger om gaan komenNu alles ons is afgenomen

Wat moet ik doen als arme vrouw?Mijn ziel en lichaam moet ik nouBezoedelen met slechte dadenAch Lieve Vrouw, schenk mij genade!

Al kon ik wol of garen spinnenIk zou er bijna niets mee winnenIn een week ternauwernoodVoor ons alle drie een brood

Dus moet ik buiten in het veldMijn lijf verkopen voor wat geldZodat mijn kinderen overlevenIk moet ze toch te eten geven?

Zo leidde zij wel zeven jaarEen zondig leven, 't is echt waarZe ging de baan op als prostitueeEn liep met alle kerels mee

't Was schandelijk en ver van eerzaamHoe ze moest werken met haar lichaamPlezier gaf het haar allerminstEn het bracht maar weinig winst

Anke Passenier, Beatrijs. Het middeleeuwse verhaal van de verliefde non

Page 32: Beatrijs. Het middeleeuwse verhaal van de verliefde non

38

Voor haar kinderen deed ze datVoor wie ze alles over hadEn die ze onderhouden wouWat het haar ook kosten zou

Ach, ik wil er niet naar strevenOm tekst en uitleg te gaan gevenHoe groot de schande was en zwaarWaarin zij leefde veertien jaar

Maar... één ding vergat zij nietIn al haar wanhoop en verdriet:Nooit ofte nimmer liet zij naOm te bidden tot Maria

Ze bad de getijden tot haar eerIn de hoop om ooit een keerAan dit leven te ontsnappenEn dan radicaal te kappen

Veertien jaren leefde zijNu al buiten de abdijDe tijd was snel voorbijgegaanZe had er niet bij stilgestaan

Eerst had ze zeven jaar een manDaar kwamen ook twee kinderen vanToen liet hij haar in de ellendeZodat ze enkel zorgen kende

Anke Passenier, Beatrijs. Het middeleeuwse verhaal van de verliefde non

Page 33: Beatrijs. Het middeleeuwse verhaal van de verliefde non

39

Dat duurde alles bij elkaarOok weer rond de zeven jaarDaarover hebt u al gehoordLuister goed, we gaan nu voort!

Anke Passenier, Beatrijs. Het middeleeuwse verhaal van de verliefde non

Page 34: Beatrijs. Het middeleeuwse verhaal van de verliefde non

40

Zevende DeelHet berouw

Na veertien jaar gaf God haar berouwZo groot, dat zij liever sterven zouEn haar hoofd eraf liet slaanDan met dit leven door te gaan

Haar lijf verkopen, keer op keerHet was genoeg - ze kon niet meerZe huilde steeds, kon het niet helpenHaar tranen waren niet te stelpen

Maria, zei ze, Moeder van GodLaat mij niet over aan mijn lotIk zweer het U, 'k heb heel de tijdVan al mijn zonden vrees'lijk spijt

't Zijn er zoveel, ik weet niet meerWanneer het was en hoeveel keerMet wie allemaal en waarHet is werkelijk ontelbaar

O, ik zondigde zoveelEn ik vrees het Laatste OordeelWaar de zonden zullen blijkenVan de armen en de rijken

Anke Passenier, Beatrijs. Het middeleeuwse verhaal van de verliefde non

Page 35: Beatrijs. Het middeleeuwse verhaal van de verliefde non

41

Dan wordt elke fout gewrokenDie men niet heeft uitgesprokenIn de biecht zoals het moetEn die niet is uitgeboet

Dit is iets wat ik zeker weetAl droeg ik ook een boetekleedVan ruwe stof, mijn leven langHet zou niet baten, ben ik bang

Al kroop ik dwars door alle landenOp mijn knieën en mijn handenZonder schoenen aan mijn voeten -Ik zou niet voldoende boeten

Nooit word ik van zonden vrijMoeder Maria, sta me bijBron van liefde en van levenU kunt mij genade geven

U redde zelfs een grote zondaarDie zichzelf met huid en haarAan de duivel toevertrouwdeWat hem later toch berouwde

O Lieve Vrouwe, denk eraanBij alles wat ik heb misdaan:In mijn vrees'lijke verledenHeb ik steeds tot U gebeden

Anke Passenier, Beatrijs. Het middeleeuwse verhaal van de verliefde non

Page 36: Beatrijs. Het middeleeuwse verhaal van de verliefde non

42

'k Zei elke dag een WeesgegroetEn ik weet dat wie dit doetOndanks hopeloos gedragOp uw bijstand hopen mag

Maria, uitverkoren bruidOoit zond God een bode uitDie U in Nazareth ontmoetteEn U met ‘Ave Maria’ groette

Daarom hoort U ook vandaagDeze groet nog steeds zo graagEn kunt U iedereen waarderenDie U daarmee wil vereren

Al leidt hij nog zo'n zondig bestaanU ziet hem in genade aanEn U zult hem niets verwijtenMaar bij Christus voor hem pleiten

Zo bleef de zondares maar klagenZe bad en smeekte hele dagenZe nam een kind aan elke handEn zo doorkruiste zij het land

Ze ging maar voort van stad naar stadOmdat zij niets te eten hadZij bedelden en moesten levenVan wat de mensen wilden geven

Anke Passenier, Beatrijs. Het middeleeuwse verhaal van de verliefde non

Page 37: Beatrijs. Het middeleeuwse verhaal van de verliefde non

43

Achtste DeelIn het huis van de weduwe

Tenslotte zwierf ze zolang rondDat zij opeens voor 't klooster stondWaar zij ooit als non geleefd hadMensen, wat een schok was dat!

Toen de zon was ondergegaanKlopte zij bij een weduwe aanDie zij vriendelijk verzochtOf zij daar overnachten mocht

Ach, zei de vrouw, met die twee blagenZou 't wreed zijn om u weg te jagenZe lijken me ontzettend moeRust maar wat uit, ga zitten toe!

Wat ik heb om van te leven't Brood dat God me heeft gegevenDaarvan schenk ik u een deelOok al is het niet zoveel

Ze bleef dus met haar kinderen etenEn toen wou ze heel graag wetenHoe 't er in het klooster voorstondDat zij onverwachts terugvond

Anke Passenier, Beatrijs. Het middeleeuwse verhaal van de verliefde non

Page 38: Beatrijs. Het middeleeuwse verhaal van de verliefde non

44

Beste vrouw, vroeg ze in vertrouwenIs dat het klooster van edelvrouwen?Ja, zei zij, 't is zo chique en rijkGeen ander is eraan gelijk

Over de nonnen daar - geen kwaad woord!'k Heb nooit iets vreemds van ze gehoordZe hebben een zeer goede naamEn staan bekend als vroom en deugdzaam

Zij, die bij haar kinderen zatVroeg: Waarop baseert u dat?Want ik hoorde deze weekToch nog iets waar ik van opkeek

Dat zo'n veertien jaar geledenEen kosteres is uitgetredenDie 's nachts de kerk uit is geslopenEn met een man is weggelopen!

Niemand die het weet waarheenZe zo plotseling verdweenEn waar ze ooit gebleven isEn of zij nog in leven is

Wát!, zei de weduwe toen kwaadWat is dit nu voor roddelpraat?De kosteres heeft niets misdaanHou uw mond of u kunt gaan!

Anke Passenier, Beatrijs. Het middeleeuwse verhaal van de verliefde non

Page 39: Beatrijs. Het middeleeuwse verhaal van de verliefde non

45

Al meer dan veertien jaar is zijDe kosteres van de abdijEn ze verzuimde nog geen dagBehalve als ze ziek op bed lag

Dus wie kwaad spreekt over haarIs een gemene leugenaar!Want zij is zo goed en reinAls mensen dat maar zelden zijn

Al ging je alle kloosters rond -'k Wil wedden dat je niemand vondDie zo'n goede inborst heeftEn zo vroom en zuiver leeft!

Voor haar, die zolang had gezondigdWas dat zoiets werd verkondigdOver de kosteres, heel raar't Was gewoonweg onvoorstelbaar

Mevrouw, zei ze, ik zou graag wetenHoe haar beide ouders hetenZe kreeg hun namen allebeiToen wist ze 't: Dit gaat over mij!

God, wat huilde zij die nachtDie ze in dat huisje doorbrachtVoor het bed op blote knieënWaar ze sliepen met hun drieën

Anke Passenier, Beatrijs. Het middeleeuwse verhaal van de verliefde non

Page 40: Beatrijs. Het middeleeuwse verhaal van de verliefde non

46

O Maria, Lieve VrouwBad zij, ik heb zo'n berouwVan al mijn zonden heb ik spijtAch, toon mij uw barmhartigheid!

Als hier een hete oven stondDie vlammen braakte uit zijn mondVurig gloeiend als de zonKroop ik erin, zo snel ik kon

Ik greep het aan met beide handenOm mijn zonden weg te brandenO God, ik zie geen uitweg meerWees me toch genadig, Heer

Maar U wilt niets van wanhoop wetenEn dat mag ik niet vergetenAl raak ik ook mijn angst niet kwijtToch hoop ik op barmhartigheid

Sinds U als mens op aarde kwamEn daar het lijden op U namAan het kruis tot in de doodWas geen zondaar U te groot

Elke zondaar die met spijtSmeekte om barmhartigheidKreeg vergeving voor zijn misdaadOok al kwam hij nog zo laat

Anke Passenier, Beatrijs. Het middeleeuwse verhaal van de verliefde non

Page 41: Beatrijs. Het middeleeuwse verhaal van de verliefde non

47

Zoals we weten allemaalBlijkt dit vooral uit het verhaalVan hoe het Gisemast vergingDie met U, Heer, aan het kruis hing

U zei tot hem dat hij gelijkMet U zou komen in uw rijkZo bleef die moordenaar behoudenOmdat zijn zonden hem berouwden

En toch is het ons duid'lijk datDie zondaar om genade badPas op het einde van zijn levenEn dus niets meer had te geven

Geen and're schat, geen geld of goudGaf hij aan U voor zijn behoudDan alleen oprecht berouwDat was het, wat hem redden zou

Uw genade is niet te doorgrondenIs groter dan de grootste zondenAls de zee die men niet leegscheppen kanMen raakt er nooit de bodem van

Dus is er ook nog hoop voor mijEn daarom durf ik frank en vrijTe vragen om barmhartigheidWant ook ik heb grote spijt

Anke Passenier, Beatrijs. Het middeleeuwse verhaal van de verliefde non

Page 42: Beatrijs. Het middeleeuwse verhaal van de verliefde non

48

Negende DeelDe droom

Midden onder deze gebedenIs zij opeens in slaap gegledenEn toen is er in haar dromenEen visioen tot haar gekomen

Ze hoorde waar zij lag en sliepHoe een luide stem haar riep:Vrouw, je hebt zo lang gekermdDat Maria zich ontfermt

Ze heeft in haar barmhartigheidZelf bij God voor je gepleitAarzel niet en ga nu vlugNaar je oude klooster terug!

Je vindt de deur wijd open staanWaardoor je ooit bent weggegaanMet je liefste, die jongelingDie er in de nood vandoor ging

Je habijt is op het altaarAlles ligt daar voor je klaarJe sluier, pij en je sandalenWachten tot je ze komt halen

Anke Passenier, Beatrijs. Het middeleeuwse verhaal van de verliefde non

Page 43: Beatrijs. Het middeleeuwse verhaal van de verliefde non

49

Bedank hiervoor Maria maarOok je sleutels vind je daarDie je voor haar stenen beeld hingToen je 's nachts de deur uitging

Zij heeft ze steeds willen bewarenZodat in die veertien jarenNiemand jou ooit heeft gemistEn geen mens er iets van wist

Dat deed Maria, je trouwe vriendinZij nam al die tijd je plaats inEn deed in jouw gedaante het werkDat jij doen moest in de kerk

Voor jou heeft de Hemelse Vrouw dit gedaanZij roept je nu op naar het klooster te gaanJe zult het zien, je bed is vrijGod gaf dit bericht aan mij

Toen zij iets later met een schokUit haar dromen wakkerschrokZei ze: O God allemachtig'k Heb al genoeg verdriet waarachtig

Als ik naar de abdij zou gaanDan zien ze mij toch zeker aanVoor een luizige dievegge?En wat zouden ze dan zeggen?

Anke Passenier, Beatrijs. Het middeleeuwse verhaal van de verliefde non

Page 44: Beatrijs. Het middeleeuwse verhaal van de verliefde non

50

Daar kwam vast nog meer schande vanDan van 't vluchten met een manGod bewaar me, dat mijn dromenVan de duivel zijn gekomen!

Almachtig God, zo wijs en goedOmwille van uw kostbaar bloedDat vroeger uit uw zijde stroomdeZou het waar zijn wat ik droomde?

Als de stem die ik vernamWerk'lijk uit de hemel kwamLaat hij zich nóg eens openbarenEn 't tot drie maal toe verklaren

Dan is het geen bedrog of waanEn zal ik naar het klooster gaanHeus, dan zal ik wel gelovenIn een boodschapper van boven

De nacht daarop hoorde ze weerPrecies zoals de eerste keerEen luide stem die tot haar zei:Vrouw, ga terug naar je abdij!

Je treuzelt nu al veel te langGod zal je bijstaan, wees niet bangDoe wat Maria je gebiedtIk ben haar bode, twijfel niet!

Anke Passenier, Beatrijs. Het middeleeuwse verhaal van de verliefde non

Page 45: Beatrijs. Het middeleeuwse verhaal van de verliefde non

51

Al was de stem nu teruggekomenEn had zij nog een keer vernomenDat zij naar de abdij moest gaan -Toch durfde zij het nog niet aan

Ze dacht: Als het een boze geestOf soms een demon is geweestDan weer ik mij met al mijn krachtTegen de duivel en zijn macht

En komt hij weer vannacht, die slangHere God, maak hem zo bangDat hij prompt de kluts kwijtraaktEn zich uit de voeten maakt

Dan kan hij mij niet langer plagenEn U, Maria, wil ik vragen:Zend mij de stem een derde keerDan twijfel ik niet langer meer!

Toen waakte zij die derde nachtEn er weerklonk met grote krachtEen stem uit een verblindend lichtDie sprak met goddelijk gewicht:

't Is onterecht dat je nog nietGedaan hebt wat ik jou gebiedAls je niet vlug naar 't klooster gaatDan is het straks misschien te laat

Anke Passenier, Beatrijs. Het middeleeuwse verhaal van de verliefde non

Page 46: Beatrijs. Het middeleeuwse verhaal van de verliefde non

52

Je wachtte hier al veel te langGa nu maar gauw en wees niet bangJe vindt de deur wijd openstaanEn je kunt vrij naar binnen gaan

Je habijt ligt op het altaarAl je kleren vind je daarZo sprak de stem met veel gezagDe arme vrouw toe, die daar lag

Het grote licht verblindde haarEn ze zei zachtjes: 't Is dus waarWie zou daar nog aan twijfelen?Ik mag niet langer weifelen

Deze stem kwam echt van GodHij openbaarde Maria's gebodEn nu zal ik onmiddellijk opstaanOm naar het klooster terug te gaan

Ik zal het doen in goed vertrouwenDat God door Onze Lieve VrouweMijn arme kinderen zal bewarenEn voor ongeluk zal sparen

***

Anke Passenier, Beatrijs. Het middeleeuwse verhaal van de verliefde non

Page 47: Beatrijs. Het middeleeuwse verhaal van de verliefde non

53

Tiende DeelDe terugkeer

Toen deed ze snel haar kleren uitOm stilletjes, zonder geluidDaarmee haar kinderen toe te dekkenWant ze wilde hen niet wekken

Ze kuste ze zachtjes op hun mondEn zei: Ach kinderen, blijf gezond'k Laat jullie hier in het vertrouwenOp Maria, Onze Lieve Vrouwe

Had zij niet voor me ingestaanDan had ik zoiets nooit gedaanVoor al het geld ter wereld niet!Toen ging ze weg in groot verdriet...

In tranen, moederziel alleenRende zij naar 't klooster heenZe kwam de boomgaard ingelopenEn daar stond de poort al open

Ze ging erdoor, gezwind en snelEn zei: Maria, dank u wel'k Ben nu al hier binnen de murenLaat mijn geluk nog even duren

Anke Passenier, Beatrijs. Het middeleeuwse verhaal van de verliefde non

Page 48: Beatrijs. Het middeleeuwse verhaal van de verliefde non

54

Waar ze ook kwam, steeds vond ze daarDe deur wijd openstaan voor haarTenslotte kwam zij in de kerkDaar deed ze ooit haar kosterswerk

Zachtjes zei ze toen: O HeerZorg toch dat ik mijn habijt weerTerugvind op Maria's altaarAl is het ook na veertien jaar

Toen vond ze, ook al klinkt het gekHaar kleren op dezelfde plekWaar zij ze ooit had uitgedaanEn haastig trok zij ze weer aan

Maria, bad zij, schoonste der bloemenOveral moet men U roemenU, die het kind droeg zonder pijnDat voor altijd Heer zal zijn

Onvergelijkelijk is uw waardeWant uw Zoon schiep hemel en aardeGod zelf bewees U deze eerDie verliest U nimmer meer

God de Heer, ons aller broederHij gehoorzaamt U als moederEn U mag zijn dochter heten't Is een troost om dat te weten

Anke Passenier, Beatrijs. Het middeleeuwse verhaal van de verliefde non

Page 49: Beatrijs. Het middeleeuwse verhaal van de verliefde non

55

Ieder die bij U zijn nood klaagtEn U om genade vraagtZelfs op 't einde van zijn levenZult U hulp en redding geven

U bent een toeverlaat in noodAl was mijn leed onzegbaar groot -U wilde het ten goede kerenEn met recht mag ik U eren

Toen zag zij ook meteen daarnaHaar sleutels hangen voor MariaOp dezelfde plek waar zijZe achterliet in de abdij

Zij stak ze bij zich en liep doorNaar het felverlichte koorWaar aan alle hoge wandenVele lampen helder brandden

Vervolgens ging ze naar de boekenEn zorgde snel zonder te zoekenDat zij op hun plekje lagenNet zoals in vroeger dagen

Ze bad tot Maria de hele tijdOm hulp uit alle narigheidOok voor de kinderen die zij verlietDie achterbleven in groot verdriet

Anke Passenier, Beatrijs. Het middeleeuwse verhaal van de verliefde non

Page 50: Beatrijs. Het middeleeuwse verhaal van de verliefde non

56

De dag was intussen voorbijgegaanDe klok van middernacht sloeg aanZe hoorde het en greep toen gauwHet uiteind van het klokkentouw

Ze luidde de klokken toen het netDe tijd was voor het nachtgebedDe nonnen hoorden 't allemaalEn kwamen haastig uit de slaapzaal

Geen van de zusters had het doorDat iemand anders in het koorDe klokken luidde dan daags tevoren -Niemand had het kunnen horen

Toen is de non in 't klooster geblevenGeheel zonder schande haar verdere levenMaria had in haar plaats gewerktEn niemand had het ooit gemerkt

Zo was de zondares bekeerdDankzij Maria, hoog geëerdDie trouw haar vrienden bijstand biedtAls zij in nood zijn of verdriet

***

Anke Passenier, Beatrijs. Het middeleeuwse verhaal van de verliefde non

Page 51: Beatrijs. Het middeleeuwse verhaal van de verliefde non

57

Elfde DeelDe kinderen

De vrouw over wie u dit alles lasIs nu weer non, zoals zij 't wasMaar vergeten we toch nietDe kinderen, die zij achterliet

In 't huis van de weduwe, in grote noodMoesten zij nu, zonder geld, zonder broodAls arme wezen achterblijven -Hun ellende is niet te beschrijven

't Was hartverscheurend hoe zij huildenEn zich bij elkaar verschuildenToen ze hun moeder nergens vondenZe krijsten tot zij niet meer konden

De weduwe zat naast die beidenEn had ontzettend medelijdenZe zei: Ik ga naar de abdisDie weet wel wat het beste is

Dit laat haar vast niet onbewogenWant niemand ziet met droge ogenHet lot van die twee kinderen aanGod zet haar wel tot goeddoen aan

Anke Passenier, Beatrijs. Het middeleeuwse verhaal van de verliefde non

Page 52: Beatrijs. Het middeleeuwse verhaal van de verliefde non

58

Ze kleedde hen, wies hun gezichtEn bond hun schoenen voor hen dichtZe nam ze bij de hand en zei:Kom nu maar mee naar de abdij

Zij liet hen zien aan de abdisVertelde hun geschiedenisEn zei: Ach, trek u toch het lot aanVan deze wezen, die voor u staan

Hun moeder heeft ze in alle statenIn mijn huis achtergelatenToen ze 's nachts opeens verdweenEn we weten niet waarheen

De kinderen zijn nu ontroostbaarEn ze huilen steeds om haarWaar kunnen zij nu nog naar toe?Ik hielp ze graag, maar 'k weet niet hoe

Moederoverste sprak: Ik zal het u lonenAls u hen in uw huis laat wonenU hoeft zich dus geen zorgen te makenIk laat u niet in geldnood raken

Ze krijgen van de liefdadigheidU kunt elke dag hun maaltijdHier per bode laten halenZonder dat u moet betalen

Anke Passenier, Beatrijs. Het middeleeuwse verhaal van de verliefde non

Page 53: Beatrijs. Het middeleeuwse verhaal van de verliefde non

59

De weduwe was ontzettend blijMet wat de moederoverste zeiZe nam de kinderen mee naar huisEn ze voelden zich daar thuis

Hun eigen moeder die hen baardeHen droeg en in haar buik bewaardeDie zo gehuild had en gezuchtWas toen enorm opgelucht

Nu de kinderen die zij achterlietIn grote wanhoop en verdrietOpnieuw in goede handen warenKon zij haar zorgen laten varen

Zij leidde voortaan een heilig levenAl dacht ze vaak met angst en bevenAan alles wat ze had misdaanEn wat er ooit was fout gegaan

Schuld drukte zwaar op haar gewetenZe kon haar zonden niet vergetenDie ze in haar hart bewaardeEn aan niemand openbaarde

Ze durfde met geen mens te pratenEn nooit heeft ze iets losgelatenOver haar voormalig levenEn laat staan iets opgeschreven

Anke Passenier, Beatrijs. Het middeleeuwse verhaal van de verliefde non

Page 54: Beatrijs. Het middeleeuwse verhaal van de verliefde non

60

Twaalfde DeelHet visioen

Toen kwam de abt hen visiterenDie eens per jaar moest controlerenOf er geen sprake was van dingenDie niet volgens de regels gingen

Hij voelde de nonnen aan de tandWas er soms iets aan de hand?Hadden zij iets gehoord of gezienDat onbetamelijk was misschien?

De dag dat hij in 't klooster wasBad onze non in 't koor en lasIn stilte haar gebedenboekjeVol twijfels lag zij in een hoekje

De duivel wist haar te verstrikkenEn liet haar haast van schaamte stikkenZij durfde niet meer op te staanOm bij de abt te biecht te gaan

Tijdens het bidden zag zij toenIn een helder visioenNaast haar een schone jongelingDie in witte kleren ging

Anke Passenier, Beatrijs. Het middeleeuwse verhaal van de verliefde non

Page 55: Beatrijs. Het middeleeuwse verhaal van de verliefde non

61

Op zijn arm droeg hij een kind't Had een vale, bleke tint't Was heel stil en helemaal blootEn zij dacht: Dat kind is dood!

De jongen gooide keer op keerEen appel op en ving hem weer't Was voor het kind, bedoeld als spelDat begreep de non nog wel

Vriend, vroeg ze toen, wat is dit toch?Als het geen waan is of bedrogIn Gods naam, openbaar me danDe betekenis hiervan

Die appel is mooi rond en roodMaar het kindje, dat is doodWat heeft het spelletje voor zin?Ik zie het nut er niet van in

Je hebt gelijk, non, inderdaadDat het spel het kind ontgaat't Is dood en kan niet zien of horenDus al mijn moeite is verloren

Precies zo kan ook God niets merkenVan al jouw goedbedoelde werken -Dat je vast en dat je bidtHet helpt je echt geen sikkepit!

Anke Passenier, Beatrijs. Het middeleeuwse verhaal van de verliefde non

Page 56: Beatrijs. Het middeleeuwse verhaal van de verliefde non

62

Begrijp dat het er niets toe doetAl sla je je totdat je bloedtJe blijft zo in je zonden smorenDat God je niet kan zien of horen

Met klem raad ik je daarom aanOnmiddellijk naar de abt te gaanLaat satan je niet meer bedriegenBiecht alles op zonder te liegen

De abt scheldt jou je zonden kwijtWaaronder je zo zucht en lijdtMaar als je ze niet uit wilt sprekenZal God ze vreselijk aan je wreken!

De jongeman verliet haar weerEn vertoonde zich niet meerEn dat was ook overbodigZe had geen aansporing meer nodig

***

Anke Passenier, Beatrijs. Het middeleeuwse verhaal van de verliefde non

Page 57: Beatrijs. Het middeleeuwse verhaal van de verliefde non

63

SlotDe biecht

's Morgens vroeg is zij meteenNaar de abt gegaan, alleenZe zei: 'k Wil graag dat u mijn biecht hoortVan a tot z en woord voor woord

De abt was wijs en zeer bemindHij zei: Jazeker, lieve kindAls jij je rekenschap wilt gevenVan alle zonden in je leven

Kijk eerlijk naar jezelf, oprechtEn overdenk goed wat je zegtBeschrijf me wat je hebt misdaanEn je mag niets overslaan

Spontaan zette de non zich toenNaast vader abt om verslag te doenVan heel haar leven vanaf het beginZe wijdde hem in alles in

Hoe ze ooit zo was bevangenDoor verliefdheid en verlangenDat z'er niet meer tegen konOm te leven als een non

Anke Passenier, Beatrijs. Het middeleeuwse verhaal van de verliefde non

Page 58: Beatrijs. Het middeleeuwse verhaal van de verliefde non

64

Dat zij 's nachts in groot verdrietHaar nonnenkleed op 't altaar lietEn samen met haar liefste schatDe abdij verlaten had

Ook dat zij twee kinderen kreegEr was niets dat ze verzweegGeen geheim was haar te grootZe legde alles voor hem bloot

De abt, die het had aangehoordSprak daarna het verlossende woordHij zei: Je zonden zijn vergevenJe mag in vrede verder leven

Wat je benauwde lange tijdDaar heeft God je van bevrijdLof zij Maria, die altijd geprezenEn bovenal geëerd moet wezen

Hij legde zacht zijn hand op haar hoofdEn zei: 't Is vergeven, God zij geloofdIk zal zijn werken in jouw levenEen grotere bekendheid geven

Ik doe 't omzichtig - wees maar niet bang -Zodat jij en je kinderen levenslangNergens last mee zullen krijgenMaar ik mag dit niet verzwijgen

Anke Passenier, Beatrijs. Het middeleeuwse verhaal van de verliefde non

Page 59: Beatrijs. Het middeleeuwse verhaal van de verliefde non

65

Dit mooie mirakel dat onze HeerVerrichtte tot zijn moeders eerIk wil het verkondigen overalDat iedereen het horen zal

Ik hoop dat velen die het horenDie verdwaald zijn en verlorenZich tot God zullen bekerenEn Gods moeder zullen eren

De wijze, vrome abt beleerdeVoordat hij naar huis terugkeerdeHet convent met dit verhaalHij vertelde 't helemaal

Al wat de non was overkomen,Maar niemand kon erachter komenWie zij was - dat bleef verborgenWant daar zou vader abt voor zorgen

Daarna vertrok de abt in vredeEn is hij terug naar huis geredenTevens nam hij ook haar beideKinderen mee in zijn geleide

Hij kleedde hen in een grauwe pijEn goede mensen werden zijHun moeder heette BeatrijsGod zij eeuwig lof en prijs!

Anke Passenier, Beatrijs. Het middeleeuwse verhaal van de verliefde non

Page 60: Beatrijs. Het middeleeuwse verhaal van de verliefde non

66

Lof zij Maria, die door Gods krachtDit schone wonder heeft volbrachtZij hielp de non uit al haar noodOok al was die nog zo groot

Nu bidden wij allen, groot en kleinDie hiervan getuigen zijnEn het hebben horen lezenDat zij ook ons genadig zal wezenEn voor ons pleit in 't groene dalWaar God de wereld oordelen zal

***

Anke Passenier, Beatrijs. Het middeleeuwse verhaal van de verliefde non

Page 61: Beatrijs. Het middeleeuwse verhaal van de verliefde non

68

Leestips

Wiemeer wil weten over de Beatrijs of deMiddelnederlandse tekst wil lezen, verwijsik in eerste instantie naar:

Beatrijs. Een middeleeuws Maria-mirakel, vertaald door Willem Wilmink, met eeninleiding en een teksteditie door TheoMeder, Amsterdam: Prometheus/Bert Bakker,1999, waar verdere literatuurverwijzingen te vinden zijn.

De Middelnederlandse tekst is ook te vinden op www.dbnl.org, zowel in de editievan Meder als die van Lulofs.

Voor fijnproevers kan de velemalen herdrukteBeatrijs van Boutens, met zijn originelebenadering van het middeleeuwse verhaal, niet onvermeld blijven:P.C. Boutens, Beatrijs. Met eene tekening van Rie Cramer, 41e druk, Bussum:

Van Dishoeck, 1951.

Anke Passenier, Beatrijs. Het middeleeuwse verhaal van de verliefde non