Bachelor Informatica · Wiskunde en Informatica zijn ingesteld; in deel III zijn de aanvullende...

23
Bachelor Informatica

Transcript of Bachelor Informatica · Wiskunde en Informatica zijn ingesteld; in deel III zijn de aanvullende...

Page 1: Bachelor Informatica · Wiskunde en Informatica zijn ingesteld; in deel III zijn de aanvullende specifieke bepalingen per opleiding opgenomen 2. De regeling geldt voor alle studenten

BachelorInformatica

Page 2: Bachelor Informatica · Wiskunde en Informatica zijn ingesteld; in deel III zijn de aanvullende specifieke bepalingen per opleiding opgenomen 2. De regeling geldt voor alle studenten

Deze OER bestaat uit meerdere gedeeltes: 

 

Deel I: Algemene bepalingen 

Deel II: Algemeen deel 

Deel III: Opleidingsspecifieke bepalingen 

Deel IV: Overgangs‐ en slotbepalingen 

Bijlages (2x) 

 

Deel I en II kennen een gezamenlijke inhoudsopgave 

Deel III heeft een eigen inhoudsopgave 

Deze inhoudsopgaves zijn te vinden bij de start van deze delen 

Page 3: Bachelor Informatica · Wiskunde en Informatica zijn ingesteld; in deel III zijn de aanvullende specifieke bepalingen per opleiding opgenomen 2. De regeling geldt voor alle studenten

Deel I Algemene bepalingen en deel II Facultair deel BACHELOR Vastgesteld 29‐8‐2016  

1  

OER2016‐2017BACHELORAlgemeengedeelte 

OER 2016‐2017 BACHELOR Algemeen gedeelte ........................................................................................... 1 

DEEL I Algemene bepalingen ..................................................................................................................... 2 

Paragraaf 1 Algemene bepalingen ........................................................................................................ 2 

Artikel 1.1 Toepasselijkheid van de regeling ..................................................................................... 2 

Artikel 1.2 Begripsbepalingen ........................................................................................................... 3 

Deel II Algemeen deel................................................................................................................................ 4 

Paragraaf 2 Toegang opleiding en onderwijs ........................................................................................ 4 

Artikel 2.1 Vooropleidingseisen ........................................................................................................ 4 

Artikel 2.1a Vervangende eisen deficiënte vooropleiding ................................................................ 4 

Paragraaf 3 Inrichting en vormgeving ................................................................................................... 4 

Artikel 3.1 Examen, graad en judicium .............................................................................................. 4 

Artikel 3.2 Algemene eindtermen ..................................................................................................... 4 

Artikel 3.3 Curriculum ....................................................................................................................... 5 

Artikel 3.4 Volgorde van onderwijs en tentamens ............................................................................ 6 

Artikel 3.5 Vorm van tentamens ....................................................................................................... 7 

Artikel 3.6 Vrijstelling ........................................................................................................................ 7 

Artikel 3.7 Geldigheidsduur behaalde tentamens............................................................................. 8 

Paragraaf 4 Toetsing .............................................................................................................................. 8 

Artikel 4.1 Frequentie tentamens ..................................................................................................... 8 

Artikel 4.2 Aanmelding voor tentamens ........................................................................................... 8 

Artikel 4.3 Vaststelling uitslag tentamens ......................................................................................... 9 

Artikel 4.4 Bekendmaking uitslag tentamens .................................................................................... 9 

Artikel 4.5 Inzage‐ en kennisnamerecht .......................................................................................... 10 

Artikel 4.6 Vaststelling uitslag examen ........................................................................................... 10 

Artikel 4.7 Toekenning judicium ...................................................................................................... 10 

Artikel 4.8 Fraude en plagiaat ......................................................................................................... 11 

Page 4: Bachelor Informatica · Wiskunde en Informatica zijn ingesteld; in deel III zijn de aanvullende specifieke bepalingen per opleiding opgenomen 2. De regeling geldt voor alle studenten

Deel I Algemene bepalingen en deel II Facultair deel BACHELOR Vastgesteld 29‐8‐2016  

2  

Paragraaf 5 Studievoortgang, ‐ begeleiding en –advies ...................................................................... 11 

Artikel 5.1 Studievoortgang en studiebegeleiding .......................................................................... 11 

Artikel 5.2 BSA‐regeling ................................................................................................................... 12 

Artikel 5.3 Voorlopig advies ............................................................................................................ 12 

Artikel 5.4 Persoonlijke omstandigheden ....................................................................................... 13 

Artikel 5.5 Duur afwijzing ................................................................................................................ 13 

Artikel 5.6 Geen bindende afwijzing of aanhouding beslissing ....................................................... 13 

 

DEELIAlgemenebepalingen

Paragraaf1Algemenebepalingen

Artikel1.1Toepasselijkheidvanderegeling1. Deze onderwijs‐ en examenregeling (hierna verder OER) is van toepassing op de 

bacheloropleidingen die in de Faculteit der Natuurwetenschappen, Wiskunde en Informatica zijn 

ingesteld en beschrijft de geldende procedures, rechten en plichten met betrekking tot het 

onderwijs, de tentamens en de examens. Deel II van de OER omvat bepalingen die van 

toepassing zijn op alle initiële bacheloropleidingen die in de faculteit der Natuurwetenschappen, 

Wiskunde en Informatica zijn ingesteld; in deel III zijn de aanvullende specifieke bepalingen per 

opleiding opgenomen 

2. De regeling geldt voor alle studenten die in het studiejaar 2016‐2017 voor het eerst voor een 

opleiding aan de Faculteit der Natuurwetenschappen, Wiskunde en Informatica zijn 

ingeschreven waarvoor ze niet eerder waren ingeschreven. 

3. In de faculteit zijn de volgende bacheloropleidingen ingesteld: 

a. Biologie; 

b. Informatica; 

c. Moleculaire Levenswetenschappen; 

d. Natuur‐ en Sterrenkunde; 

e. Scheikunde; 

f. Science; 

g. Wiskunde. 

4. Lid 4: De opleidingen hebben een studielast van 180 ec: de propedeutische fase valt samen met het eerste studiejaar en heeft een studielast van 60 ec; de postpropedeutische fase heeft een studielast van 120 ec. 

5. Lid 5: De opleidingen worden uitsluitend voltijds verzorgd.  

Page 5: Bachelor Informatica · Wiskunde en Informatica zijn ingesteld; in deel III zijn de aanvullende specifieke bepalingen per opleiding opgenomen 2. De regeling geldt voor alle studenten

Deel I Algemene bepalingen en deel II Facultair deel BACHELOR Vastgesteld 29‐8‐2016  

3  

Artikel1.2Begripsbepalingen1. De in deze OER voorkomende begrippen hebben, indien die begrippen ook voorkomen in de Wet 

op het Hoger onderwijs en Wetenschappelijk onderzoek (hierna verder: de WHW) de betekenis 

die de WHW daaraan geeft. 

2. Naast de in lid 1 bedoelde begrippen, wordt in deze regeling verstaan onder 

a. Fraude: elke opzettelijke handeling van een student waardoor het vormen van een juist 

oordeel omtrent zijn kennis, inzicht en vaardigheden geheel of gedeeltelijk onmogelijk 

maakt; 

b. Opleiding: de bacheloropleiding bedoeld in artikel 7.3a, lid 1 van de WHW; 

c. Onderdeel: een onderwijseenheid zoals bedoeld in art 7.3, lid 2 en 3 van de WHW; 

d. Student: hij of zij die is ingeschreven aan de Radboud Universiteit voor het volgen van 

onderwijs en/of het afleggen van tentamens en examens van de opleiding; 

e. Propedeuse: de propedeutische fase van de opleiding, als onderdeel van de opleiding, 

genoemd in artikel 7.8 van de WHW; 

f. Practicum: een praktische oefening als bedoeld in art. 7.13, lid 2 onder d van de WHW, 

in één van de volgende vormen: 

i. Het maken van een scriptie 

ii. Het maken van een werkstuk of een proefontwerp 

iii. Het uitvoeren van een ontwerp‐ of onderzoeksopdracht 

iv. Het verrichten van een literatuurstudie 

v. Het schrijven van een computerprogramma 

vi. Het verrichten van een stage 

vii. Het deelnemen aan veldwerk of een excursie 

viii. Het uitvoeren van proeven of experimenten 

ix. Het deelnemen aan een andere onderwijsactiviteit die gericht is op het bereiken 

van bepaalde vaardigheiden 

g. Tentamen: een onderzoek naar de kennis, het inzicht en de vaardigheden van de student 

met betrekking tot een bepaald onderdeel, alsmede de beoordeling van het onderzoek 

door minstens één daartoe door de examencommissie aangewezen examinator; 

h. Examen: toetsing, waarbij door de examencommissie wordt vastgesteld of alle 

tentamens van tot de propedeuse behorende onderdelen resp. van alle tot de bachelor 

behorende onderdelen met goed gevolg zijn afgelegd, voor zover de examencommissie 

niet heeft bepaald dat het examen tevens omvat een door haar zelf te verrichten 

onderzoek naar de kennis, inzicht en vaardigheden van de examinandus, alsmede de 

beoordeling van de uitkomsten van dat onderzoek (conform artikel 7.10 van de WHW); 

i. Examencommissie: de examencommissie van een opleiding, ingesteld conform artikel 

7.12 van de WHW. Zie ook Structuurregeling RU; 

j. Examinator: degene die door de examencommissie wordt aangewezen ten behoeve van 

het afnemen van tentamens, conform artikel 7.12 van de WHW; 

k. Ec: European Credits, zijnde de eenheid van studielast conform het European Credit 

Transfer System. Eén ec is gelijk aan 28 uren studie; 

Page 6: Bachelor Informatica · Wiskunde en Informatica zijn ingesteld; in deel III zijn de aanvullende specifieke bepalingen per opleiding opgenomen 2. De regeling geldt voor alle studenten

Deel I Algemene bepalingen en deel II Facultair deel BACHELOR Vastgesteld 29‐8‐2016  

4  

l. Werkdag: maandag t/m vrijdag m.u.v. de erkende feestdagen en overige door de RU als 

collectieve vrije dagen aangemerkte dagen; 

m. Uitreiking van het getuigschrift: de formele vaststelling dat aan de verplichtingen voor 

het examen is voldaan; 

n. Studiegids: de gids voor één van de opleidingen van de faculteit der 

Natuurwetenschappen, Wiskunde en Informatica bevattende de specifieke informatie 

voor de bacheloropleiding;  

o. De universiteit: de Radboud Universiteit; 

p. De faculteit: de Faculteit der Natuurwetenschappen, Wiskunde en Informatica 

q. Minor: een samenhangend pakket onderdelen; 

r. Vrije keuze: universitair en toetsbaar onderdeel. 

 

DeelIIAlgemeendeel

Paragraaf2Toegangopleidingenonderwijs

Artikel2.1VooropleidingseisenVoor toelating tot de opleiding dient de student te voldoen aan de voor inschrijving bij of krachtens de 

WHW gestelde (nadere) vooropleidingseisen. 

Artikel2.1aVervangendeeisendeficiëntevooropleidingDe bezitter van een vwo‐diploma die niet voldoet aan de in artikel 2.1 genoemde nadere 

vooropleidingseisen, kan, met inachtneming van het bepaalde in artikel 7.25 lid 5 van de WHW, toch 

worden ingeschreven onder de voorwaarden dat blijkens een onderzoek is voldaan aan de inhoudelijk 

daarmee vergelijkbare eisen. Het onderzoek en de eisen zijn nader omschreven in het 

opleidingsspecifieke deel van deze regeling.  

Paragraaf3Inrichtingenvormgeving

Artikel3.1Examen,graadenjudicium1. Het eerste jaar van de opleiding, zijnde de propedeutische fase, wordt afgesloten met het 

propedeutisch examen. De bacheloropleiding wordt afgesloten met het bachelorexamen. 

2. Aan degene die het examen van de opleiding met goed gevolg heeft afgelegd wordt de graad 

Bachelor of Science verleend. 

3. De graad, bedoeld in het tweede lid wordt uitsluitend verleend indien de student ten minste de 

helft van de ec’s aan deze universiteit heeft behaald. 

4. Aan degene die het examen van de opleiding met goed gevolg heeft afgelegd kan door de 

examencommissie een judicium worden toegekend. De regels voor de toekenning van het 

judicium zijn opgenomen in artikel 4.7 van deze OER. 

Artikel3.2Algemeneeindtermen1. De opleiding beoogt de student: 

a. Kennis, inzicht en vaardigheden op het desbetreffende gebied bij te brengen 

Page 7: Bachelor Informatica · Wiskunde en Informatica zijn ingesteld; in deel III zijn de aanvullende specifieke bepalingen per opleiding opgenomen 2. De regeling geldt voor alle studenten

Deel I Algemene bepalingen en deel II Facultair deel BACHELOR Vastgesteld 29‐8‐2016  

5  

b. Academisch te vormen 

c. Voor te bereiden op een verdere (studie‐)loopbaan 

2. Studenten aan wie voor één van de bacheloropleidingen van de faculteit een graad als bedoeld 

in artikel 7.10a, eerste lid van de WHW is verleend, worden onvoorwaardelijk toegelaten tot ten 

minste één van de masteropleidingen van de faculteit. 

Artikel3.3Curriculum1. De opleiding bestaat uit het in het opleidingsspecifieke deel van deze regeling omschreven 

geheel van onderdelen gericht op de verwezenlijking van de in artikel 3.2.1 beschreven 

doelstellingen. 

2. De bacheloropleidingen omvatten een onderdeel met een omvang van 3 ec ten behoeve van 

reflectie op de studievoortgang en –planning, alsmede ten behoeve van de ontwikkeling van 

academische vaardigheden 

3. De postpropedeuse omvat een vrije keuzeruimte met een minimum omvang van 6 ec. 

4.  a. Studenten kunnen een minor aan hun bachelorprogramma toevoegen. Zij kunnen kiezen voor 

een minor Educatie van 30 ec of een andere minor met een omvang van 15 t/m 30 ec. 

b. Op facultair niveau worden de volgende minoren aangeboden 

i. Physical Organic Chemistry (18 ec); bestaande uit de cursussen 

Cursuscode  Cursusnaam  Ec 

NWI‐MOL101  Essentials of organic chemistry  6 

NWI‐MOL057  Magnetic resonance  6 

NWI‐MOL071  Kristalgroei  3 

NWI‐MOL094  Physical organic chemistry 3 

 

ii. Bio‐organic Chemistry (18 ec); bestaande uit de cursussen 

Cursuscode  Cursusnaam  Ec 

NWI‐MOL101  Essentials of organic chemistry  6 

NWI‐MOL053  Pharmacochemistry  6 

NWI‐MOL078  Nanobiotechnology  6 

 

iii. Sustainable Chemistry (15 ec); bestaande uit de cursussen 

Cursuscode  Cursusnaam  Ec 

NWI‐MOL101  Essentials of organic chemistry  6 

NWI‐BM021B  Geographic information systems  6 

NWI‐MOL091  Green chemistry  3 

 

iv. Informatica (15 ec); bestaande uit de cursussen 

Cursuscode  Cursusnaam  Ec 

Keuze uit NWI‐IPC014 Samen met NWI‐IPC015 

Keuze uit Imperatief Programmeren 1 Samen met Imperatief Programmeren 2 

 3 + 3  

Page 8: Bachelor Informatica · Wiskunde en Informatica zijn ingesteld; in deel III zijn de aanvullende specifieke bepalingen per opleiding opgenomen 2. De regeling geldt voor alle studenten

Deel I Algemene bepalingen en deel II Facultair deel BACHELOR Vastgesteld 29‐8‐2016  

6  

 Of enkel NWI‐IBC027 

 Of enkel Algoritmen & Datastructuren 

   6 

NWI‐IPC027  Security  6 

Keuze uit NWI‐IPC002 Of NWI‐IBC019 

Keuze uit Talen & Automaten Of Operating Systems 

 3   3 

 

v. Informatiekunde (15 ec); bestaande uit de cursussen 

Cursuscode  Cursusnaam  Ec 

NWI‐IPC019   Modelleren  3 

NWI‐IPC021   Security  6 

NWI‐IPC023   Requirements Engineering  3 

Keuze uit NWI‐IBC020  Of NWI‐IBC019  

Keuze uit Informatiesystemen  Of Operating Systems 

  3  3 

 

c. Indien een minor niet toegankelijk is voor studenten van een specifieke 

bacheloropleiding staat dit in het opleidingsspecifieke deel van deze OER vermeld. 

d. De student kan zelf een minor samenstellen met een omvang van 15 t/m 30 ec en ter 

goedkeuring voorleggen aan de examencommissie. 

5. De postpropedeuse omvat tevens één of meerdere onderdelen met een wijsgerig karakter met 

in totaal een minimum omvang van 3 ec, alsmede een onderdeel schrijfvaardigheid met een 

omvang van 3 ec. 

6. De postpropedeuse omvat tenslotte een individuele afsluitende proeve van bekwaamheid 

(bacheloreindwerkstuk) van minimaal 9 en maximaal 15 ec. Voor een student die wordt 

toegelaten tot de Radboud Honours Academy FNWI kan deze uitgebreid worden met een stage, 

al dan niet te verrichten in het buitenland, van een nader te bepalen omvang passend in het 

programma van de Radboud Honours Academy FNWI.  

7. Het bachelorprogramma wordt ten minste zes maanden voor de beoogde examendatum ter 

goedkeuring voorgelegd aan de examencommissie. De examencommissie beslist binnen een 

maand na indiening omtrent de goedkeuring. 

Artikel3.4Volgordevanonderwijsententamens1. Voor de toelating tot de postpropedeutische fase geldt als eis het met goed gevolg hebben 

afgelegd van het propedeutisch examen van de betreffende opleiding. 2. In afwijking van het eerste lid mogen studenten die na het eerste jaar niet voldoen aan de eisen 

van het propedeutisch examen, reeds tentamens van het tweede studiejaar (postpropedeutische fase) afleggen indien ze in de propedeutische fase van de opleiding minimaal 39 ec hebben behaald. 

Page 9: Bachelor Informatica · Wiskunde en Informatica zijn ingesteld; in deel III zijn de aanvullende specifieke bepalingen per opleiding opgenomen 2. De regeling geldt voor alle studenten

Deel I Algemene bepalingen en deel II Facultair deel BACHELOR Vastgesteld 29‐8‐2016  

7  

3. Op verzoek van de student kan de examencommissie hem toelaten tot het deelnemen aan bepaalde onderdelen en tot het afleggen van bepaalde tentamens van de postpropedeutische fase indien minder dan 39 ec zijn behaald. Hiertoe dient de student in overleg met de studieadviseur een planning te maken. De examencommissie stelt op basis van de gemaakte planning de geldigheidsduur vast van de verleende toegang. 

4. Met de afsluitende proeve van bekwaamheid (bacheloreindwerkstuk) kan niet worden begonnen dan nadat het propedeutisch examen is behaald en tevens minimaal 60 ec van het postpropedeutische programma zijn behaald. 

5. In het opleidingsspecifieke deel van deze OER kunnen nadere eisen worden gesteld aan de 

volgorde van onderdelen en de bijbehorende tentamens. 

Artikel3.5Vormvantentamens1. Onderdelen worden afgerond met een tentamen. Tentamens kunnen uit meerdere 

deeltentamens bestaan en kunnen op de volgende wijze worden afgelegd: 

a. Schriftelijk (papier en/of digitaal) en/of 

b. Mondeling en/of 

c. Presentatie en/of 

d. Practicum en bijbehorend verslag. 

2. Op verzoek van de student kan de examencommissie toestaan dat een tentamen op een andere 

wijze dan vooraf bedoeld wordt afgelegd. 

3. Aan studenten met een functiestoornis wordt de gelegenheid geboden de tentamens op een 

zoveel mogelijk aan hun individuele handicap aangepaste wijze af te leggen. De 

examencommissie wint zo nodig deskundig advies in alvorens te beslissen. Indien de betreffende 

studenten bij een tentamen bepaalde faciliteiten nodig hebben, dienen zij deze uiterlijk twee 

weken voor het tentamen bij de Onderwijs‐ en Examenadministratie van de faculteit aan te 

vragen. 

4. Mondeling wordt niet meer dan één persoon tegelijk getentamineerd, tenzij de 

examencommissie anders heeft bepaald. 

5. Een mondeling tentamen is niet openbaar, tenzij de examencommissie in een bijzonder geval 

anders heeft bepaald. 

6. Een mondeling tentamen geschiedt in aanwezigheid van een tweede examinator of een door de 

examencommissie aangewezen waarnemer. In bijzondere gevallen kan de examencommissie 

bepalen dat een geluidsopname wordt gemaakt van het tentamen. 

7. Per onderdeel wordt vóór het begin van het studiejaar door de examinator en onder 

goedkeuring van de examencommissie bekend gemaakt op welke wijze de tentaminering zal 

plaatsvinden. In bijzondere gevallen kan de examinator de wijze van tentaminering later in het 

studiejaar wijzigen; dit zal in alle gevallen gebeuren voor aanvang van het betreffende onderdeel 

en met goedkeuring van de examencommissie. 

 

Artikel3.6Vrijstelling1. De examencommissie kan een student op diens verzoek, gehoord de desbetreffende 

examinator, geheel of gedeeltelijk vrijstelling verlenen van een tentamen indien de student: 

Page 10: Bachelor Informatica · Wiskunde en Informatica zijn ingesteld; in deel III zijn de aanvullende specifieke bepalingen per opleiding opgenomen 2. De regeling geldt voor alle studenten

Deel I Algemene bepalingen en deel II Facultair deel BACHELOR Vastgesteld 29‐8‐2016  

8  

a. Hetzij een qua inhoud en niveau overeenkomstig onderdeel van een universitaire of 

hogere beroepsopleiding heeft voltooid; 

b. Hetzij aantoont door relevante werk‐ of beroepservaring over voldoende kennis en 

vaardigheden te beschikken ten aanzien van het desbetreffende onderdeel. 

2. Het bacheloreindwerkstuk is van de in lid 1 bedoelde vrijstellingsmogelijkheid uitgezonderd. 

Artikel3.7Geldigheidsduurbehaaldetentamens1. De geldigheidsduur van behaalde tentamens is onbeperkt. 

2. In afwijking van het bepaalde in het eerste lid kan de examencommissie voor een onderdeel 

aanvullende dan wel vervangende eisen stellen, indien naar haar oordeel de eisen met 

betrekking tot dat tentamen aanzienlijk afwijken van de eisen die gesteld werden ten tijde van 

het afleggen van het tentamen. 

Paragraaf4Toetsing

Artikel4.1Frequentietentamens1. Tot het afleggen van tentamens wordt ten minste tweemaal per jaar de gelegenheid gegeven, 

met uitzondering van practica of het praktische gedeelte van onderdelen, die ten minste 

eenmaal per studiejaar kunnen worden afgelegd. Tentamens worden afgenomen aansluitend 

aan het onderwijs, alsmede gedurende een nader te bepalen periode.  

2. In afwijking van het bepaalde in het eerste lid, wordt tot het afleggen van het tentamen van een 

onderdeel, waarvan het onderwijs in een bepaald studiejaar voor het laatst gegeven is, in het er 

op volgende studiejaar ten minste eenmaal de gelegenheid gegeven om het tentamen af te 

leggen. 

3. Als in enig jaar een bepaald onderdeel niet gegeven wordt, dan wordt eenmaal in dat jaar 

gelegenheid tot tentaminering geboden in zoverre de tentaminering schriftelijk of mondeling 

kan geschieden. 

Artikel4.2Aanmeldingvoortentamens1. De student die zich via Osiris inschrijft voor onderdelen behorende bij de opleiding waarvoor hij 

is ingeschreven, is tevens aangemeld voor de eerstvolgende tentamengelegenheid in het 

desbetreffende studiejaar. Indien een student niet wenst deel te nemen aan het tentamen dient 

hij zich uiterlijk de dag vóór de tentamendatum af te melden via Osiris. Daarna kan de student 

zich tot uiterlijk de start van het tentamen afmelden bij de docent. Dit wordt als ND verwerkt in 

de tentamenadministratie.  

Wanneer een student zich niet tijdig afmeldt, wordt het niet verschijnen als een gebruikte 

tentamenpoging aangemerkt, tenzij de examencommissie in bijzondere gevallen anders beslist. 

2. De student dient zich uiterlijk zeven dagen voor de tentamendatum conform de daarvoor 

vastgestelde richtlijnen en aanwijzingen in te schrijven voor een tentamen.  

3. Indien een tentamen twee of meer keren wordt herkanst, worden in de regel aanvullende eisen 

gesteld voor tentamendeelname.  

4. De ‘Regeling tentamendeelname’ bij deze OER is hierbij van toepassing. 

Page 11: Bachelor Informatica · Wiskunde en Informatica zijn ingesteld; in deel III zijn de aanvullende specifieke bepalingen per opleiding opgenomen 2. De regeling geldt voor alle studenten

Deel I Algemene bepalingen en deel II Facultair deel BACHELOR Vastgesteld 29‐8‐2016  

9  

Artikel4.3Vaststellinguitslagtentamens1. De uitslag van een tentamen wordt door een examinator vastgesteld in de vorm van een cijfer 

op een schaal van 1 (= laagst te behalen beoordeling) tot en met een 10 (= hoogst te behalen 

beoordeling), waarbij alleen hele en halve cijfers worden gegeven. Het cijfer 5,5 wordt echter 

niet gegeven. Bij afronding tussen 5 en 6 geldt dat een cijfer lager dan een 5,5 wordt afgerond 

naar een vijf (5), een onvoldoende, hetgeen betekent dat dit onderdeel van het 

onderwijsprogramma niet is behaald; een cijfer 5,5 en hoger wordt afgerond naar een zes (6), 

een voldoende, hetgeen betekent dat dit onderdeel van het onderwijsprogramma is behaald. 

Naast uitslagen in de vorm van een cijfer kunnen ook de uitslagen “voldaan”en “niet voldaan” 

worden toegekend. 

2. Wanneer een tentamen wordt herkanst, is het laatst behaalde cijfer bepalend voor het resultaat. 

Artikel4.4Bekendmakinguitslagtentamens1. De examinator stelt op de dag van het afnemen van een mondeling tentamen de uitslag vast en 

reikt de student een desbetreffende schriftelijke verklaring uit. 

2. De examinator stelt de uitslag van een schriftelijk tentamen vast binnen 10 werkdagen na de dag 

waarop het is afgelegd voor tentamens uit de propedeutische fase en binnen 15 werkdagen voor 

tentamens uit de postpropedeuse. Hierbij is de randvoorwaarde dat er minimaal 10 werkdagen 

tussen datum van de bekendmaking van de uitslag in Osiris en de datum van het hertentamen 

zitten. De examinator verschaft de administratie van de faculteit de nodige gegevens ten 

behoeve van de uitreiking van het bewijsstuk omtrent de uitslag aan de student. Binnen twee 

werkdagen na vaststelling van de uitslag zal de uitslag beschikbaar zijn voor de student.  

3. In afwijking van het bepaalde in lid 2 stelt de examinator de uitslag van een schriftelijk tentamen 

van het vierde kwartaal uit de propedeutische fase vast binnen vijf werkdagen na de dag waarop 

het tentamen is afgelegd. Eveneens in afwijking van het bepaalde in lid 2 zit er tussen de datum 

van de bekendmaking van de uitslag in Osiris van een tentamen en de datum van een 

hertentamen van het vierde kwartaal van de propedeutische fase minimaal 9 werkdagen. Binnen 

één werkdag na vaststelling van de uitslag zal de uitslag beschikbaar zijn voor de student. 

4. In bijzondere gevallen kan de examencommissie de termijn van het vaststellen van de uitslag 

bedoeld in het tweede lid met maximaal 10 werkdagen verlengen. 

5. In afwijking van het bepaalde in lid 2 en 3 kan het faculteitsbestuur voor de onderdelen die deel 

uitmaken van de propedeuse een nadere regeling vaststellen voor termijnen waarbinnen de 

uitslagen van tentamens van die onderdelen moeten zijn vastgesteld, met name met het oog op 

het bepaalde in paragraaf 5. 

6. Voor een op andere wijze dan mondeling of schriftelijk af te leggen tentamen bepaalt de 

examencommissie tevoren op welke wijze en binnen welke termijn de student een verklaring 

omtrent de uitslag zal ontvangen. Deze termijn is niet langer dan 30 dagen na het afleggen van 

het tentamen. 

7. Op de verklaring omtrent de uitslag van een tentamen wordt de student gewezen op het 

inzagerecht, bedoelt in artikel 4.5 alsmede op de beroepsmogelijkheid bij het college van beroep 

voor de examens. 

Page 12: Bachelor Informatica · Wiskunde en Informatica zijn ingesteld; in deel III zijn de aanvullende specifieke bepalingen per opleiding opgenomen 2. De regeling geldt voor alle studenten

Deel I Algemene bepalingen en deel II Facultair deel BACHELOR Vastgesteld 29‐8‐2016  

10  

8. De termijn waarin studenten tegen een beslissing van de examencommissie in beroep kunnen 

gaan bij het college van beroep voor de examens is zes weken. 

Artikel4.5Inzage‐enkennisnamerecht1. Gedurende ten minste 30 dagen na de bekendmaking van de uitslag van een schriftelijk 

tentamen, krijgt de student op zijn verzoek inzage in zijn beoordeeld werk. Tevens wordt hem op 

zijn verzoek tegen kostprijs een kopie verschaft van dat werk, voor wat betreft de “open” vragen. 

2. Gedurende de in het eerste lid genoemde termijn kan elke getentamineerde kennis nemen van 

vragen en opdrachten van het desbetreffende tentamen, alsmede van de normen aan de hand 

waarvan de beoordeling heeft plaatsgevonden. 

3. De examencommissie kan bepalen dat de inzage of de kennisneming geschiedt op een vaste 

plaats en op ten minste twee vaste tijdstippen. Indien de betrokkene aantoont door overmacht 

verhinderd te zijn of te zijn geweest op een aldus vastgestelde plaats en tijdstip te verschijnen, 

wordt hem een andere mogelijkheid geboden, zo mogelijk binnen de in het eerste lid genoemde 

termijn. 

4. In alle gevallen, mits tijdig door de student aangevraagd, vindt inzage plaats tot uiterlijk vijf 

werkdagen voorafgaand aan de herkansing van een tentamen. 

5. De examencommissie bewaart schriftelijke tentamens en andere schriftelijke onderdelen van 

tentamens die meetellen bij de bepaling van de uitslag zoals werkstukken, opdrachten en 

dergelijke, ten minste twee jaar nadat het tentamen heeft plaatsgevonden. Bachelorverslagen 

en bachelorscripties dienen beschikbaar te blijven voor visitaties, accreditaties en de inspecteur 

en dienen zeven jaar te worden bewaard. 

Artikel4.6Vaststellinguitslagexamen1. Tot het afleggen van het examen wordt de gelegenheid geboden nadat de student voldoende 

bewijzen heeft overlegd van de door hem behaalde onderdelen van dat examen. 

2. De examencommissie stelt de uitslag van het examen vast, alsmede de regels met betrekking tot 

de wijze waarop de uitslag van het examen wordt vastgesteld. 

3. Alvorens de uitslag van het examen vast te stellen kan de examencommissie zelf een onderzoek 

instellen naar de kennis van de student met betrekking tot één of meer onderdelen of aspecten 

van de opleiding, indien en voor zover de uitslagen van de desbetreffende tentamens haar 

daartoe aanleiding geven. 

Artikel4.7Toekenningjudicium1. Met inachtneming van het in dit artikel bepaalde is de examencommissie het orgaan dat 

vaststelt of een, en zo ja welk, judicium wordt toegekend. 

2. Het judicium 

a. “cum laude” wordt toegekend indien de gewogen gemiddelde uitslag van de 

eindbeoordeling van de in lid 3 bedoelde onderdelen groter is dan of gelijk is aan 8,0, óf 

b. “summa cum laude” wordt toegekend indien de gewogen gemiddelde uitslag van de 

eindbeoordeling van de in lid 3 bedoelde onderdelen groter is dan of gelijk is aan 9,0. 

Page 13: Bachelor Informatica · Wiskunde en Informatica zijn ingesteld; in deel III zijn de aanvullende specifieke bepalingen per opleiding opgenomen 2. De regeling geldt voor alle studenten

Deel I Algemene bepalingen en deel II Facultair deel BACHELOR Vastgesteld 29‐8‐2016  

11  

3. Het judicium wordt berekend over alle onderdelen van het examenprogramma waarvoor een 

cijfer is toegekend op een schaal van 1 tot en met 10, met uitzondering van de extra‐curriculaire 

onderdelen. 

4. Als weegfactor bij de berekening van de gewogen gemiddelde uitslag, geldt het aantal ec’s van 

het onderdeel als bedoeld in lid 3, tenzij in het opleidingsspecifieke deel anders is bepaald. 

5. Het judicium wordt niet toegekend indien meer dan 10 procent van de totale studielast van het 

examenprogramma (zijnde een of meer onderdelen) is herkanst of als tentamens meer dan 

éénmaal zijn herkanst, behoudens de bevoegdheid van de examencommissie om gemotiveerd 

anders te beslissen. 

6. Het judicium wordt niet toegekend indien bij een van de onderdelen van het gehele examenprogramma fraude is geconstateerd. 

 

Artikel4.8Fraudeenplagiaat1. Wanneer een examinator of surveillant tijdens een (deel)tentamen of bij het nakijken van een 

(deel)tentamen of een werkstuk fraude, plagiaat of andere onregelmatigheden constateert of 

vermoedt, deelt hij dit schriftelijk mede aan de examencommissie van de betrokken opleiding en 

aan de betrokken student. De student mag wel het (deel)tentamen afmaken. 

2. De examencommissie beslist vervolgens zo spoedig mogelijk maar uiterlijk binnen  20  

werkdagen of er inderdaad sprake is van fraude of plagiaat en over de eventueel te nemen 

maatregelen. De examencommissie beslist niet voordat de student die het betreft door haar is 

gehoord, of althans daartoe in de gelegenheid is gesteld. Van het horen wordt een schriftelijk 

verslag gemaakt. 

3. In geval van fraude of plagiaat wordt hiervan een aantekening gemaakt in het dossier van de 

student. 

4. In geval van fraude tijdens het (deel)tentamen wordt van het betreffende (deel)tentamen geen 

uitslag vastgesteld. De student heeft hiermee één van zijn tentamenkansen verspeeld. 

5. Conform WHW art. 7.12b lid 2 kunnen de door de examencommissie in geval van fraude of 

plagiaat te nemen maatregelen inhouden dat de student gedurende een door de 

examencommissie te bepalen termijn van ten hoogste 12 maanden het recht wordt ontnomen 

één of meer aan te wijzen tentamens en/of examens aan de instelling af te leggen. 

6. Bij ernstige fraude kan het College van Bestuur op voorstel van de examencommissie de 

inschrijving voor de opleiding van de betrokkene definitief beëindigen. 

7. In aansluiting op de in lid 5 genoemde maatregelen kan een examencommissie in geval van 

plagiaat de student de verplichting opleggen een nieuw werkstuk te schrijven over een door de 

voor het examenonderdeel verantwoordelijke examinator vast te stellen onderwerp. 

Paragraaf5Studievoortgang,‐begeleidingen–advies

Artikel5.1Studievoortgangenstudiebegeleiding1. De decaan draagt zorg voor een zodanige registratie van de studieresultaten, dat de 

examencommissie aan elke student desgevraagd binnen een redelijke termijn een overzicht kan 

verschaffen van de op dat moment behaalde resultaten. 

Page 14: Bachelor Informatica · Wiskunde en Informatica zijn ingesteld; in deel III zijn de aanvullende specifieke bepalingen per opleiding opgenomen 2. De regeling geldt voor alle studenten

Deel I Algemene bepalingen en deel II Facultair deel BACHELOR Vastgesteld 29‐8‐2016  

12  

2. De decaan draagt zorg voor een adequate studiebegeleiding. 

Artikel5.2BSA‐regeling1. De commissie Studieadvies Eerste Jaar brengt namens de decaan aan het einde van het eerste 

studiejaar waarin een student staat ingeschreven voor de propedeutische fase van de voltijdse 

bacheloropleiding, uiterlijk op 31 augustus, een advies uit over de voortzetting van de opleiding, 

zoals bedoeld in artikel 7.8b van de WHW. 

2. De propedeutische fase van de bacheloropleidingen omvat het programma van het eerste 

studiejaar van de bacheloropleiding met een studielast van 60 ec. 

3. De commissie Studieadvies Eerste Jaar brengt een positief studieadvies uit aan de student die 

ten minste 39 ec van de in het tweede lid bedoelde propedeutische fase heeft behaald. 

4. De commissie Studieadvies Eerste Jaar brengt aan de student die niet voldoet aan de 

voorwaarde genoemd in het derde lid een negatief studieadvies uit, tenzij sprake is van een of 

meer van de bijzondere persoonlijke omstandigheden zoals bedoeld in artikel 5.4 van deze 

regeling. 

5. De commissie Studieadvies Eerste Jaar brengt een voornemen betreffende een bindend 

afwijzend studieadvies ter kennis van de student en stelt de student in de gelegenheid door haar 

te worden gehoord, voordat het bindend afwijzende studieadvies wordt uitgebracht. 

6. Om te bepalen of het aantal vereiste ec’s bedoeld in het derde lid is behaald, worden ec’s 

toegekend voor vrijstellingen, niet meegerekend. Indien meer dan 18 ec aan vrijstellingen zijn 

verleend, kunnen behaalde postpropedeutische onderdelen worden meegeteld om te voldoen 

aan het vereiste in lid 3. 

7. De commissie Studieadvies Eerste Jaar verstrekt aan studenten die zich na 31 januari inschrijven 

voor een voltijdse opleiding het bindend studieadvies aan het eind van het tweede studiejaar. De 

commissie Studieadvies Eerste Jaar brengt dan een positief advies uit indien de propedeuse is 

behaald. 

Studenten die na 31 januari van opleiding veranderen binnen de bacheloropleidingen 

Scheikunde, Moleculaire levenswetenschappen en Science, ontvangen het bindend studieadvies 

zoals bedoeld in lid 1 wel aan het einde van het eerste studiejaar. 

8. De decaan is ten aanzien van het in deze regeling bedoelde studieadvies bevoegd nadere regels 

vast te stellen voor studenten die zijn ingeschreven voor een bij of krachtens deze regeling 

erkende dubbelstudie. 

9. Studenten die de inschrijving beëindigen vóór 1 maart ontvangen dat studiejaar geen 

studieadvies. Indien zij zich het daarop volgende studiejaar opnieuw inschrijven voor deze 

opleiding ontvangen zij het bindend studieadvies aan het einde van het tweede jaar. Het 

bepaalde in de tweede volzin van het zevende lid is van overeenkomstige toepassing. 

10. Tegen de bindende afwijzing kan een student binnen zes weken beroep aantekenen bij het 

college van beroep voor de examens. Het beroep heeft geen schorsende werking. 

Artikel5.3Voorlopigadvies1. De commissie Studieadvies Eerste Jaar brengt na afloop van het eerste semester, maar uiterlijk 

op 28 februari aan de student vooruitlopend op het advies bedoeld in artikel 5.2, een voorlopig 

studieadvies uit op basis van de tot dan toe geregistreerde resultaten. 

Page 15: Bachelor Informatica · Wiskunde en Informatica zijn ingesteld; in deel III zijn de aanvullende specifieke bepalingen per opleiding opgenomen 2. De regeling geldt voor alle studenten

Deel I Algemene bepalingen en deel II Facultair deel BACHELOR Vastgesteld 29‐8‐2016  

13  

2. Het voorlopig studieadvies is vooral als waarschuwing bedoeld voor studenten die onvoldoende 

studievoortgang hebben geboekt. De daarvoor in aanmerking komende studenten worden 

uitgenodigd voor een gesprek met de studieadviseur om te bezien op welke wijze het 

studieresultaat kan worden verbeterd dan wel welke andere opleiding een alternatief zou 

kunnen zijn. 

Artikel5.4Persoonlijkeomstandigheden1. Bij het besluit betreffende de bindende afwijzing betrekt de commissie Studieadvies Eerste Jaar 

in de afweging de persoonlijke omstandigheden bedoeld in artikel 2.1 van het Uitvoeringsbesluit 

WHW, voor zover deze omstandigheden onverwijld door of namens betrokkene zijn gemeld aan 

de studieadviseur, een studentendecaan of een andere daartoe aangewezen persoon. Aan de 

student kan worden gevraagd het beroep op persoonlijke omstandigheden nader te 

onderbouwen of aannemelijk te maken. 

2. Als persoonlijke omstandigheden komen uitsluiten in aanmerking de omstandigheden die bij of 

krachtens de wet zijn genoemd. 

Artikel5.5Duurafwijzing1. Studenten die een negatief bindend studieadvies hebben ontvangen mogen zich gedurende een 

periode van drie jaren niet meer inschrijven voor de desbetreffende bacheloropleiding, dan wel 

voor door de decaan aan te wijzen bacheloropleidingen die de desbetreffende propedeutische 

fase geheel of gedeeltelijk gemeen hebben. Dit betreft in ieder geval de bacheloropleidingen 

Scheikunde, Moleculaire levenswetenschappen en Science. 

2. Indien een student zich na de periode genoemd in het eerste lid opnieuw inschrijft voor de 

opleiding geldt dat voor toepassing van deze paragraaf als een eerste inschrijving en zijn de 

desbetreffende bepalingen onverkort van toepassing. 

Artikel5.6Geenbindendeafwijzingofaanhoudingbeslissing1. Op grond van de omstandigheden genoemd in artikel 5.4 van deze regeling kan de decaan, 

gehoord de commissie Studieadvies Eerste Jaar, besluiten aan een negatief advies geen 

bindende afwijzing te verbinden. Ook kan de decaan, gehoord genoemde commissie, op grond 

van genoemde omstandigheden, besluiten aan een negatief advies vooralsnog geen bindende 

afwijzing te verbinden. 

2. Indien aan een negatief studieadvies vooralsnog geen bindende afwijzing als bedoeld in lid 1 is 

verbonden, brengt de commissie Studieadvies Eerste Jaar voor het einde van het tweede 

studiejaar alsnog een studieadvies uit zoals bedoeld in artikel 5.2 indien op dat moment niet alle 

60ec van de propedeutische fase zijn behaald. 

Page 16: Bachelor Informatica · Wiskunde en Informatica zijn ingesteld; in deel III zijn de aanvullende specifieke bepalingen per opleiding opgenomen 2. De regeling geldt voor alle studenten

Deel III Opleidingsspecifiek deel BACHELOR INFORMATICA Vastgesteld 29‐8‐2016 

1  

DEELIIIOpleidingsspecifiekebepalingenBACHELORINFORMATICA 

DEEL III Opleidingsspecifieke bepalingen BACHELOR INFORMATICA ................................................. 1 

Paragraaf 6 Toegang opleiding en onderwijs .................................................................................. 1 

Artikel 6.1 Vervangende eisen bij deficiënte vooropleiding ....................................................... 1 

Artikel 6.2 Gelijkwaardige vooropleiding .................................................................................... 1 

Artikel 6.3 Toelating op grond van hbo‐propedeuse diploma .................................................... 1 

Artikel 6.4 Colloquium doctum ................................................................................................... 1 

Artikel 6.5 Toelating Duitse scholieren ....................................................................................... 2 

Paragraaf 7 Inrichting en vormgeving ............................................................................................. 2 

Artikel 7.1 Opleidingsspecifieke eindtermen .............................................................................. 2 

Artikel 7.2 Studielast van de opleiding ........................................................................................ 3 

Artikel 7.3 Vorm van de opleiding ............................................................................................... 3 

Artikel 7.4 Taal van de opleiding ................................................................................................. 3 

Artikel 7.5 Samenstelling van de propedeutische fase ............................................................... 4 

Artikel 7.6 Samenstelling postpropedeutische fase .................................................................... 4 

Artikel 7.7 Niet toegestane minoren ........................................................................................... 5 

 

Paragraaf6Toegangopleidingenonderwijs

Artikel6.1Vervangendeeisenbijdeficiëntevooropleiding1. Deficiënties in de vooropleiding zoals bedoeld in het algemeen deel van deze OER worden 

vervuld door het ten genoegen van de examencommissie afleggen van de nader te bepalen 

toets op het niveau van het vwo/eindexamen: Nederlands, Engels, wiskunde B. 

2. De examencommissie wijst een of meerdere examinatoren aan die belast zijn met het 

afnemen van de in lid 1 genoemde toets(en). 

Artikel6.2GelijkwaardigevooropleidingNiet van toepassing. 

Artikel6.3Toelatingopgrondvanhbo‐propedeusediplomaStudenten met een HBO‐propedeuse en met aantoonbare kennis op vwo‐niveau voor de vakken 

Nederlands, Engels en Wiskunde B kunnen met een verklaring van de examencommissie worden 

toegelaten tot de bacheloropleiding informatica. 

Artikel6.4ColloquiumdoctumHet toelatingsonderzoek, bedoeld in artikel 7.29 van de WHW, heeft betrekking op de volgende 

vakken op vwo‐eindexamenniveau: Nederlands, Engels en Wiskunde B. 

Page 17: Bachelor Informatica · Wiskunde en Informatica zijn ingesteld; in deel III zijn de aanvullende specifieke bepalingen per opleiding opgenomen 2. De regeling geldt voor alle studenten

Deel III Opleidingsspecifiek deel BACHELOR INFORMATICA Vastgesteld 29‐8‐2016 

2  

Artikel6.5ToelatingDuitsescholierenDuitse scholieren die de Leistungskurs Mathematik of de combinatie Grundkurs Mathematik met de  Leistungskurs of Grundkurs Informatik in het examenpakket voor hun Abitur hebben opgenomen  worden toegelaten tot de bacheloropleiding informatica. 

Paragraaf7Inrichtingenvormgeving

Artikel7.1OpleidingsspecifiekeeindtermenIn aanvulling op de algemene eindtermen genoemd in het algemene deel van deze OER beoogt de 

opleiding informatica studenten zodanig op te leiden dat zij aan het einde competent zijn in de 

volgende activiteiten: 

a. (Systeemontwikkeling) Methoden van systeemontwikkeling beschrijven en selecteren. 

Systeemontwikkelingsvraagstukken op basisniveau oplossen (‘undergraduate level’, dat wil 

zeggen problemen die een combinatie van standaardmethoden vergen, eventueel na lichte 

aanpassing daarvan); in het bijzonder: 

voor een gegeven situatie een idee voor een geschikte applicatie bedenken; 

eisen aan het systeem verzamelen; 

de applicatie ontwerpen en het ontwerp verantwoorden; 

de applicatie realiseren in groepsverband en / of individueel niveau; 

de applicatie evalueren m.b.t. functionele correctheid en gebruikersvriendelijkheid 

(‘usability’); 

het eindproduct schriftelijk documenteren. 

b. (Onderzoek) Onderzoeksmethoden (vakspecifiek en generiek) herkennen en selecteren. 

Onderzoeksvraagstukken op basisniveau oplossen; in het bijzonder: 

een relevante probleemstelling bepalen; 

hiervoor een bijpassende onderzoeksvraag formuleren en verantwoorden; 

een passend theoretisch kader en onderzoeksmethode beschrijven en 

verantwoorden; 

het onderzoek uitvoeren; 

de resultaten rapporteren en presenteren. 

c. (Communicatie) Vakinhoudelijke informatie op basisniveau op een heldere manier aan 

collega’s (mondeling en schriftelijk) presenteren en oplossingen documenteren. Bij 

samenwerking verschillende rollen vervullen. 

d. (Oriëntatie en reflectie) Voor problemen op basisniveau, relevante informatica‐gebieden 

aangeven en hun bijdragen herkennen, in het bijzonder met betrekking tot de hieronder 

genoemde inhoudelijke vaardigheden: 

reflecteren op de eigen rol als junior‐wetenschapper; 

participeren in een debat over de maatschappelijke implicaties van de 

ontwikkelingen uit eigen vakgebied; 

karakteristieke functies, rollen, activiteiten en competenties van informatici in het 

werkveld benoemen; 

een beredeneerde keuze maken voor een bepaalde vervolgopleiding (of 

loopbaanstart). 

e. Bachelors kunnen bovenstaande handelingen uitvoeren op het gebied van, en met 

gebruikmaking van kennis uit de volgende kennisgebieden: 

Page 18: Bachelor Informatica · Wiskunde en Informatica zijn ingesteld; in deel III zijn de aanvullende specifieke bepalingen per opleiding opgenomen 2. De regeling geldt voor alle studenten

Deel III Opleidingsspecifiek deel BACHELOR INFORMATICA Vastgesteld 29‐8‐2016 

3  

algoritmen en theorie 

programmeren 

computersystemen en security 

informatie‐ en kennissystemen 

wiskunde 

f. Voor de specialisatie Cyber Security: de bachelors kunnen bovendien 

security‐problemen en –oorzaken daarvan analyseren. Technieken, richtlijnen en 

principes voor security beschrijven en toepassen. Daarbij naast technische ook 

persoonlijke en maatschappelijke aspecten zoals privacy, juridische consequenties en 

implementatie in organisaties afwegen. 

g. Voor de specialisatie Computing: de bachelors kunnen bovendien 

(Software Science) gevorderde functionele programmeertechnieken hanteren. 

Platform‐specifieke applicaties voor ingebouwde computers (‘devices’) realiseren. 

Semantiek van programmeertalen uitdrukken in geschikte formalismen. Gedrag van 

programma’s analyseren via berekeningsmodellen en tools. 

(Data Science) technieken onderscheiden voor het extraheren van relevante 

informatie uit grote gegevensverzamelingen. Fundamentele zoekmethoden en hun 

verschillen uitleggen, zoek‐algoritmen selecteren en implementeren. 

Artikel7.2StudielastvandeopleidingDe bacheloropleiding omvat een propedeutische fase, die samenvalt met het eerste studiejaar en 

een studielast heeft van 60 ec, en een postpropedeutische fase van 120 ec. 

Artikel7.3VormvandeopleidingDe opleiding wordt uitsluitend voltijds verzorgd. 

Artikel7.4Taalvandeopleiding1. Het onderwijs in de bacheloropleiding wordt in het Nederland gegeven, de tentamens en de 

examens worden afgenomen in het Nederlands. In afwijking hiervan wordt in de 

postpropedeuse minimaal 6 ec in het Engels gegeven. Ook in het eerste jaar is het mogelijk 

dat een aantal onderdelen in het Engels worden gegeven. Voor het in het Engels verzorgd 

onderwijs is de “Gedragscode vreemde taal” van de universiteit van toepassing (zie bijlage). 

2. Voor deelname aan het onderwijs en tentamens in het Nederlands is voldoende beheersing 

van het Nederlands vereist. Voor niet‐Nederlandstalige studenten geldt dat aan de eis inzake 

voldoende beheersing van de Nederlands taal wordt voldaan door het met goed gevolg 

afleggen van het staatsexamen Nederlands als tweede taal, niveau 2. 

De examencommissie kan in voorkomende gevallen beoordelen of een student de 

Nederlandse taal in voldoende mate beheerst. 

3. Voor deelname aan het in het Engels verzorgde onderwijs en eventueel de tentamens is een 

voldoende beheersing van het Engels vereist. Aan deze eis wordt voldaan, als de student: 

a. In het bezit is van een diploma voorbereidend wetenschappelijk onderwijs; of 

b. In het bezit is van een diploma van voortgezet onderwijs, behaald aan een 

Engelstalige instelling van voortgezet onderwijs binnen of buiten Nederland; of 

c. in het bezit is van een diploma van voortgezet onderwijs, behaald aan een Duitstalige 

instelling van voortgezet onderwijs, met Engels als Grundkurs; of 

d. in het bezit is van een bachelordiploma hoger beroepsonderwijs; of 

Page 19: Bachelor Informatica · Wiskunde en Informatica zijn ingesteld; in deel III zijn de aanvullende specifieke bepalingen per opleiding opgenomen 2. De regeling geldt voor alle studenten

Deel III Opleidingsspecifiek deel BACHELOR INFORMATICA Vastgesteld 29‐8‐2016 

4  

e. in het bezit is van een bachelordiploma behaald aan een Nederlandse universiteit; of 

f. een van de onderstaande toetsen heeft afgelegd: 

i. de TOEFL met een score van 550 of hoger voor de papieren versie; 

ii. de TOEFL met een score van 213 of hoger voor de computer versie; 

iii. de TOEFL met een score van 79 of hoger voor de internet versie; 

iv. de IELTS met een score van 6,0 of hoger; 

v. de Cambridge CAE of CPE met graad C of hoger. 

De examencommissie kan in voorkomende gevallen beoordelen of een student de Engelse 

taal in voldoende mate beheerst. 

Artikel7.5SamenstellingvandepropedeutischefaseMet inachtneming van het bepaalde in het algemeen deel van deze OER omvat de opleiding de 

volgende onderdelen:  

1. Verplichte cursussen (60 ec) 

Cursuscode  Cursusnaam  Ec NWI-IPC018 Wat is informatica?  2 NWI-IPC014 Imperatief Programmeren 1 3 NWI-IPC019 Modelleren 3 NWI-IPC020 Wiskundige Structuren 3 SOW-BKI121 Introductie AI A 4 NWI-IPC021 Security 6 NWI-IPC006 Processoren 3 NWI-IPC002 Talen en Automaten 3 NWI-IPC015 Imperatief Programmeren 2 3 NWI-IPC017 Matrixrekenen 3 NWI-IPC024 Databases 3 NWI-IPC025 Hacking in C 3 NWI-IPI004 Beweren en Bewijzen 6 NWI-IPI005 Object Oriëntatie 6 NWI-IPC026 Web Security 3 NWI-IPC029 Research & Development: Project 6 

 

Artikel7.6SamenstellingpostpropedeutischefaseDe postpropedeuse bestaat uit een gemeenschappelijke basis van 66 ec (onderdeel 1 hieronder) en 

de keuze tussen twee specialisaties van ieder 24 ec, namelijk Cyber Security en Computing 

(onderdeel 2 hieronder). Daarnaast is er een minor‐ruimte van 15 ec en vrije keuze van 12 ec 

(onderdeel 3 hieronder). Tenslotte voldoet de student gedurende de postpropedeutische fase aan 

diens portfolio á 3 ec (onderdeel 4 hieronder). Het totaal aantal ec bedraagt 120. 

1. Verplichte cursussen (66 ec) 

Cursuscode  Cursusnaam  Ec NWI-IBC016 Combinatoriek  3 NWI-IBC019 Operating Systems  3 NWI-IPC023 Requirements Engineering 3 NWI-IBC027 Algoritmen en Datastructuren 6 NWI-IBC003 Berekenbaarheid 3 NWI-IBC020 Informatiesystemen 3 NWI-IPC029 Functioneel Programmeren 1 3 NWI-IBC026 Semantiek en Correctheid 3 

Page 20: Bachelor Informatica · Wiskunde en Informatica zijn ingesteld; in deel III zijn de aanvullende specifieke bepalingen per opleiding opgenomen 2. De regeling geldt voor alle studenten

Deel III Opleidingsspecifiek deel BACHELOR INFORMATICA Vastgesteld 29‐8‐2016 

5  

NWI-IBC017 Calculus en Kansrekenen 3 NWI-IBC021 Netwerken en Gedistribueerde Systemen 6 NWI-IBC028 Complexiteit 3 NWI-IBC035 Academisch Schrijven voor informatici 3 NWI-IBI007 Onderzoeksmethoden 3 NWI-I00036 ICT en Samenleving 1 3 NWI-IBI001 Software Engineering 6 NWI-IBC033 Bachelorscriptie 12 

 

2. Keuze cursussen (24 ec) 

Specialisatie Cyber Security: 

Cursuscode  Cursusnaam  Ec NWI-IBC034 Operating Systems Security 3 NWI-IBC023 Introduction to Cryptography 6 NWI-IBC022 Network Security 3 NWI-IBC037 Law for Computer Science 3 NWI-IBC038 Privacy and Identity 3 NWI-IBC039 Organizing Cyber Security 6 

 

Specialisatie Computing: 

Cursuscode  Cursusnaam  Ec NWI-IBI008 Data Mining 6 NWI-IBC030 Functioneel Programmeren 2 3 NWI-IBC031 New Devices Lab 3 NWI-IBC025 Berekeningsmodellen 3 NWI-IBC024 Software Verificatie 3 NWI-IBC036 Big data 6 

 

3. Vrije keuze (12 ec) 

De vrije keuze mag bestaan uit iedere mogelijke combinatie van cursussen die aangeboden worden 

aan de Radboud Universiteit onder de volgende voorwaarden: 

er is geen substantiële inhoudelijke overlap met de door de student gekozen cursussen uit de 

hierboven aangegeven verplichte en keuze‐cursussen, noch uit het door de student gekozen 

minor‐programma; 

de cursussen binnen de vrije keuze hebben onderling geen substantiële inhoudelijke overlap; 

normaliter is een vrije keuze vak afkomstig van de postpropedeuse van een opleiding aan de 

Radboud Universiteit. Indien het vakgebied aantoonbaar geen raakvlakken heeft met 

informatica, dan is het ook toegestaan dat een cursus uit de propedeuse van de 

desbetreffende opleiding afkomstig is. 

 

4. Portfolio (3 ec) 

De cursus NWI‐IBI010: Reflectie & Beroepsorientatie vervult de rol van portfolio in de opleiding 

informatica.  

Artikel7.7NiettoegestaneminorenDe opleiding heeft geen minor educatie zoals bedoeld in artikel 3.3 lid 4 (algemeen gedeelte). De 

facultaire minor informatica kan niet als minor worden opgevoerd binnen de opleiding informatica. 

Page 21: Bachelor Informatica · Wiskunde en Informatica zijn ingesteld; in deel III zijn de aanvullende specifieke bepalingen per opleiding opgenomen 2. De regeling geldt voor alle studenten

Deel IV Overgangs‐ en slotbepalingen  Vastgesteld 29‐8‐2016 

DEELIVOvergangs‐enslotbepalingen 

Paragraaf9OvergangsbepalingenNiet van toepassing in 2016‐2017. 

Paragraaf10Slotbepalingen 

Artikel10.1Vangnetregelingenhardheidsclausule1. In die gevallen waarin deze regeling niet voorziet, of niet duidelijk voorziet beslist de decaan. 

2. De examencommissie respectievelijk de decaan is bevoegd om in geval van onbillijkheden van 

overwegende aard in individuele gevallen ten voordele van de student een uitzondering te 

maken op het bepaalde in deze onderwijs‐ en examenregeling. 

Artikel10.2Vaststellingenwijziging1. Onverminderd het bepaalde in artikel 7 van de structuurregeling, wordt deze regeling 

vastgesteld of gewijzigd door de decaan nadat de opleidingscommissies daarover hebben 

geadviseerd en de facultaire gemeenschappelijke vergadering daarmee heeft ingestemd. 

2. Een wijziging van deze regeling heeft geen betrekking op het lopende studiejaar, tenzij de 

belangen van de student daardoor niet onevenredig worden geschaad. 

Artikel10.3InwerkingtredingDeze regeling treedt in werking op 1 september 2016. 

Artikel10.4Bekendmaking1. De decaan draagt zorg voor een passende bekendmaking van deze regeling alsmede van 

eventuele wijzigingen. 

2. De regeling is voor belanghebbenden in te zien op de website: www.radboudnet/studentenfnwi 

 

 

Aldus vastgesteld door de decaan op 29 augustus 2016 

 

 

Page 22: Bachelor Informatica · Wiskunde en Informatica zijn ingesteld; in deel III zijn de aanvullende specifieke bepalingen per opleiding opgenomen 2. De regeling geldt voor alle studenten

  Regeling tentamendeelname   Deze regeling geldt voor alle studenten van de faculteit der Natuurwetenschappen, Wiskunde en Informatica en betreft het aanmelden/afmelden voor tentamens en de aanvraagprocedure extra tentamenkansen.   1. Voor ieder onderdeel heeft een student twee tentamenkansen.   2. Aanmelding voor een cursus in Osiris betekent automatisch aanmelding voor de eerste kans van het 

tentamen.   3. In afwijking van punt 2 zijn studenten verplicht zich voor alle overige tentamens in te schrijven via Osiris. Dit 

kan tot uiterlijk 7 dagen voor het tentamen.   4. Studenten kunnen zich tot 1 dag voor het tentamen afmelden via Osiris student.   5. Daarna kan de student zich persoonlijk afmelden bij de docent tot het aanvangstijdstip van het tentamen.  6. Als een student niet deelneemt zonder zich tijdig te hebben afgemeld, verspeelt hij een tentamenkans (1 van 

de 2). Dit wordt als ND verwerkt in de tentamenadministratie.   7. Indien de student kan aantonen door overmacht verhinderd te zijn geweest deel te nemen aan het tentamen 

dan wel zich niet tijdig heeft kunnen afmelden, kan de examencommissie besluiten de inschrijving niet als deelname te beschouwen.  

 8. Indien het tentamen na 2 keer nog niet is behaald, is voor iedere volgende keer dat de student aan het 

tentamen wil deelnemen toestemming van de docent vereist. Hiervoor is op de website http://www.radboudnet.nl/studentenfnwi een “aanvraagformulier extra tentamenkans” beschikbaar. De student levert het door de docent getekende formulier in bij de Student Service Desk. De Student Service Desk zorgt voor de inschrijving voor het tentamen. De student kan in Osiris student de inschrijving controleren.  

 9. Deze regeling gaat in per 1‐9‐2016.  

Page 23: Bachelor Informatica · Wiskunde en Informatica zijn ingesteld; in deel III zijn de aanvullende specifieke bepalingen per opleiding opgenomen 2. De regeling geldt voor alle studenten

Gedragscodevreemdetaal,alsbedoeldinartikel7.2subcWHW(vastgesteld door het College van Bestuur)   Binnen de RU geldt de onderstaande gedragscode  Artikel 1 Binnen  de  Radboud  Universiteit  Nijmegen  kan  het  verzorgen  van  onderwijs  en  het  afnemen  van tentamens  en examens  in een  andere  taal dan het Nederlands  geschieden  indien de  specifieke  aard, inrichting of kwaliteit van het onderwijs, dan wel de herkomst van de studenten daartoe noodzaakt.  Artikel 2 Een besluit tot het gebruik van een vreemde taal wordt genomen door de decaan van de desbetreffende faculteit, na  advies  ingewonnen  te hebben  van de opleidingscommissie. De decaan neemt daarbij de volgende uitgangspunten in acht: - de noodzaak van het gebruik van een andere taal dan het Nederlands dient vast te staan; - tentamens en examens van Engelstalige opleidingen worden  in het Engels afgelegd; tentamens van 

in het Engels gedoceerde vakken worden in het Engels afgelegd, tenzij de examencommissie van de desbetreffende opleiding anders beslist; 

- het  anderstalig  onderwijs  voldoet  aan  dezelfde  kwaliteitseisen  als  het  onderwijs  verzorgd  in  het Nederlands. 

 Artikel 3 In de onderwijs‐ en examenregeling van de opleiding wordt het besluit van de decaan verwerkt.  Artikel 4 De decaan van de faculteit brengt jaarlijks het College van Bestuur verslag uit van de door hem genomen besluiten.