ATMosfeer editie 2 - juni 2007

24
Magazine van en over ATM Moerdijk, een Shanks bedrijf Van pruttelpot tot pyro Milieujaarverslag Slibverwerking nr. 2 - juni 2007

description

De tweede editie van ons relatiemagazine!

Transcript of ATMosfeer editie 2 - juni 2007

Page 1: ATMosfeer editie 2 - juni 2007

M a g a z i n e v a n e n o v e r AT M M o e r d i j k , e e n S h a n k s b e d r i j f

Van pruttelpot tot pyro

Milieujaarverslag

Slibverwerking

nr. 2 - juni 2007

Page 2: ATMosfeer editie 2 - juni 2007

2

Van de redactie

Na het uitbrengen van de eer-ste ATMosfeer was het voor

ons, als redactie, spannend hoe het magazine ontvangen zou worden. Het eigen personeel, de klanten, de inwoners van Moerdijk, iedereen leest het blad immers vanuit een eigen invalshoek.

Het was “een pak van ons hart” en bemoedigend wat we te horen kre-gen. De kritieken waren lovend en varieerden van professioneel, een blad dat je bewaard, glossy, apart, duidelijk, goed leesbaar tot een pri-ma initiatief.We kregen er spontaan een blos van op onze wangen, maar we re-aliseerden onszelf dat het makkelij-ker is om aan de top te komen dan om er te blijven, om maar eens een statement uit de sportwereld te ge-bruiken. Met de tweede uitgave hopen we de lezer weer te kunnen boeien met artikelen, waaruit blijkt dat er in de afvalbranche serieus met afval en milieu wordt omgegaan. Ook zal het menigeen verbazen wat er al-lemaal komt kijken bij een goede en verantwoorde afvalverwerking.

We laten de afdeling PPC, die de logistiek verzorgt, aan het woord. Interviews met de klanten Teeuw-issen, Sita en ons zusterbedrijf Van Vliet in Nieuwegein over hun rela-tie met ATM. De inbreng van afval uit het buiten-land komt aan de orde, terwijl de directie in een milieu- en fi nancieel overzicht het boekjaar 2006/2007 laat passeren.

We gunnen U een blik in de keuken van de slibverwerking, een zeer be-langrijke schakel bij de verwerking van vloeibaar afval.Als technisch onderwerp vonden we verf een goede link hebben met de Pyrolyse installatie, die in dit nummer wordt geïntroduceerd.Dan is er natuurlijk nog de recht-zaak die een aantal maanden een nadrukkelijk stempel drukte op de sfeer bij ATM. Directeur Jack Droog geeft weer wat er zich allemaal in de rechtzaal en daarbuiten afspeelde.

Verder kunnen we nog melden dat het dorp Strijen Sas ook tot het verspreidingsgebied gaat behoren.De inwoners krijgen dus vanaf nu dit magazine ook in de brievenbus.

Wij hopen dat U het magazine, net als vorige uitgave, zult waarderen en wensen U daarbij veel leesplezier.

Namens de redactie,

Arno Nijssen

2

Eindredactie:Jack DroogArno NijssenPiet Rolloos

Tel: 0168-389225Fax: 0168-389270

E-mail: [email protected]

Interviews:Michel van Straten

Vormgeving:Artfull Media, [email protected]

Druk:Drukkerij Van der Louw, Berkel & Rodenrijs

Dit magazine is een uitgave van: ATMAfvalstoffen Terminal Moerdijk B.V. Industrieterrein - Seaport M152Vlasweg 12, 4782 PW MoerdijkPostbus 30, 4780 AA MoerdijkNederland

Indien u dit magazine niet wenst te ontvangen bel, fax of e-mail naar de redactie.

COLOFON

Inhoud

2

3

4

6

8

10

12

14

16

18

20

21

22

Van de redactie

Van de directie

Slibverwerking

Teeuwissen

Van Vliet, Nieuwegein

Verf

Van pruttelpot tot pyro Buitenland

Sita

Ontvangstcomité

Rechtzaak

Milieujaarverslag

Nieuwsfl its

Na het uitbrengen van de eer-ste ATMosfeer was het voor

ons, als redactie, spannend hoe het magazine ontvangen zou worden. Het eigen personeel, de klanten, de inwoners van Moerdijk, iedereen leest het blad immers vanuit een eigen invalshoek.

Het was “een pak van ons hart” en bemoedigend wat we te horen kre-gen. De kritieken waren lovend en varieerden van professioneel, een blad dat je bewaard, glossy, apart, duidelijk, goed leesbaar tot een pri-ma initiatief.We kregen er spontaan een blos van op onze wangen, maar we re-aliseerden onszelf dat het makkelij-ker is om aan de top te komen dan om er te blijven, om maar eens een statement uit de sportwereld te ge-bruiken. Met de tweede uitgave hopen we de lezer weer te kunnen boeien met artikelen, waaruit blijkt dat er in de afvalbranche serieus met afval en milieu wordt omgegaan. Ook zal het menigeen verbazen wat er al-lemaal komt kijken bij een goede en verantwoorde afvalverwerking.

We laten de afdeling PPC, die de logistiek verzorgt, aan het woord. Interviews met de klanten Teeuw-issen, Sita en ons zusterbedrijf Van Vliet in Nieuwegein over hun rela-tie met ATM. De inbreng van afval uit het buiten-land komt aan de orde, terwijl de directie in een milieu- en fi nancieel overzicht het boekjaar 2006/2007 laat passeren.

We gunnen U een blik in de keuken van de slibverwerking, een zeer be-langrijke schakel bij de verwerking van vloeibaar afval.Als technisch onderwerp vonden we verf een goede link hebben met de Pyrolyse installatie, die in dit nummer wordt geïntroduceerd.Dan is er natuurlijk nog de recht-zaak die een aantal maanden een nadrukkelijk stempel drukte op de sfeer bij ATM. Directeur Jack Droog geeft weer wat er zich allemaal in de rechtzaal en daarbuiten afspeelde.

Verder kunnen we nog melden dat het dorp Strijen Sas ook tot het verspreidingsgebied gaat behoren.De inwoners krijgen dus vanaf nu dit magazine ook in de brievenbus.

Wij hopen dat U het magazine, net als vorige uitgave, zult waarderen en wensen U daarbij veel leesplezier.

Namens de redactie,

Arno Nijssen

Page 3: ATMosfeer editie 2 - juni 2007

33

ATM in 2006: “Het was me het jaartje wel”

3

Milieu normaal, maar veel in het nieuws

Financieel een redelijk goed jaar

De Mensen

Op 31 maart 2007 is het gebro-ken fi nanciële boekjaar ge-

eindigd. Deze datum is tevens de deadline waarop het milieujaarver-slag moet worden ingediend bij de Provincie en het Waterschap. Een goed moment dus voor een terug-blik over het afgelopen jaar. En de eerste gedachte daarbij is: “het was me het jaartje wel.”

Op milieugebied hadden we een jaar vergelijkbaar met voorgaande jaren. Verder in dit blad wordt dat uitgelegd in het artikel over het milieujaarverslag. Wel zijn we in 2006 veelvuldig in het nieuws ge-weest als gevolg van verschillende bijzondere gebeurtenissen.

In april 2006 kregen we meldingen van een stankgolf (bijna 100 klach-ten) in het dorp Moerdijk, waarna ATM als (mogelijke) bron volop is onderzocht. Dit is gedaan door de meetdienst van de provincie, door het RIVM en, in onze opdracht, door het bureau Witteveen+Bos. De geuremissies die bij deze on-derzoeken zijn gemeten waren te laag om de stankgolf in het dorp Moerdijk te verklaren. Ook is van-uit de bedrijfsvoering van ATM onduidelijk waarom er geen stank-klachten waren in de rest van het jaar. Uit voorzorg is wel besloten de grootste geurbron, de waterzui-vering, te voorzien van een damp-vernietiging. Deze is in oktober in gebruik genomen. Uiteindelijk is de onduidelijkheid rond de oorzaak van de geurklachten ook voor ons een onbevredigende conclusie.

In september 2006 was het schip Probo Koala uitgebreid in het

nieuws vanwege afvaldumping in Ivoorkust. De Probo Koala had eerder dit afval aangeboden aan een HOI (HavenOntvangstInstal-latie) in de haven van Amsterdam. Als gevolg van alle berichtgeving hierover is het eerstvolgende schip, dat afkomstig was van die HOI in Amsterdam, de Martens 7, aan de ketting gelegd aan onze steiger. Na veel onderzoek is door verschil-lende overheden vastgesteld dat de Martens 7 normaal scheepsaf-val bevatte, waarna de verwerking ervan zonder verdere problemen in onze installaties is uitgevoerd. In oktober 2006 is in het gemeente-huis Moerdijk een voorlichtings-avond voor inwoners van Moerdijk gehouden over de Martens 7.

In 2006 is ook de milieuzaak uit 1999 door de rechtbank Breda be-handeld en ook dat heeft veel pu-bliciteit opgeleverd. Zie voor een uitgebreider verslag blz. 20.

ATM is onderdeel van een groter afvalbedrijf, namelijk Shanks, dat aan de Engelse beurs is genoteerd. De jaarcijfers van ATM worden daarom in juni 2007 gepubliceerd als onderdeel van de jaarcijfers van Shanks (www.shanks.co.uk). De omzet van ATM is met ruim 9% gestegen tot € 68 miljoen. De winst voor belasting is echter wat lager uitgekomen op € 4,1 miljoen (vo-rig jaar € 4,3 miljoen). Deze lagere winst is het gevolg van onverwach-te accijnsheffi ng op afvalolie en door de aanlevering van een partij kwikhoudend afval, wat veel extra kosten tot gevolg heeft gehad. Het algemene beeld over 2006 is dat er meer afval is verwerkt, maar dat de prijzen daarvoor, als gevolg van

de (Europese) concurrentie, lager zijn.

ATM heeft zich in 2006 ook weer ingespannen voor een goede ver-houding met de omgeving. We hebben deelgenomen aan de bij-eenkomsten van de burenraad, we participeren actief in de stuur- en werkgroepen van Duurzaam Ha-ven- en Industrieterrein Moerdijk en hebben diverse bezoeken en presentaties georganiseerd voor omwonenden en belangstellenden. Ook het 2x per jaar uitbrengen van de “ATMosfeer” voor de buurbe-drijven, omgeving en relaties maakt deel uit van deze inspanning.

Voor de eigen (en ingehuurde) medewerkers is veiligheid en ge-zondheid een belangrijk aspect. Hiervoor werken we met een zorgsysteem: OSHAS 18001. We zijn erg tevreden dat er geen se-rieuze ongevallen zijn geweest en dat het ziekteverzuim laag is: 3,5%. Voor onze medewerkers en hun familie en kennissen is in 2006 het 25-jarig bestaan van ATM gevierd met een open dag. Vooral voor onze medewerkers is alle, vaak negatieve, publiciteit over ATM vervelend en soms frustrerend ge-weest. Juist zij worden er door hun omgeving op aangesproken, terwijl zij weten hoeveel moeite wordt gedaan om het afval op een goede manier te verwerken. Alle reden dus om te proberen om het (nog) beter te doen. Er bestaat geen en-kele twijfel dat onze medewerkers daar klaar voor staan.

Jack Droog, directeur

Op 31 maart 2007 is het gebro-ken fi nanciële boekjaar ge-

eindigd. Deze datum is tevens de deadline waarop het milieujaarver-slag moet worden ingediend bij de Provincie en het Waterschap. Een goed moment dus voor een terug-blik over het afgelopen jaar. En de eerste gedachte daarbij is: “het was me het jaartje wel.”

Op milieugebied hadden we een jaar vergelijkbaar met voorgaande jaren. Verder in dit blad wordt dat uitgelegd in het artikel over het milieujaarverslag. Wel zijn we in 2006 veelvuldig in het nieuws ge-weest als gevolg van verschillende bijzondere gebeurtenissen.

In april 2006 kregen we meldingen van een stankgolf (bijna 100 klach-ten) in het dorp Moerdijk, waarna ATM als (mogelijke) bron volop is onderzocht. Dit is gedaan door de meetdienst van de provincie, door het RIVM en, in onze opdracht, door het bureau Witteveen+Bos. De geuremissies die bij deze on-derzoeken zijn gemeten waren te laag om de stankgolf in het dorp Moerdijk te verklaren. Ook is van-uit de bedrijfsvoering van ATM onduidelijk waarom er geen stank-klachten waren in de rest van het jaar. Uit voorzorg is wel besloten de grootste geurbron, de waterzui-vering, te voorzien van een damp-vernietiging. Deze is in oktober in gebruik genomen. Uiteindelijk is de onduidelijkheid rond de oorzaak van de geurklachten ook voor ons een onbevredigende conclusie.

In september 2006 was het schip Probo Koala uitgebreid in het

nieuws vanwege afvaldumping in Ivoorkust. De Probo Koala had eerder dit afval aangeboden aan een HOI (HavenOntvangstInstal-latie) in de haven van Amsterdam. Als gevolg van alle berichtgeving hierover is het eerstvolgende schip, dat afkomstig was van die HOI in Amsterdam, de Martens 7, aan de ketting gelegd aan onze steiger. Na veel onderzoek is door verschil-lende overheden vastgesteld dat de Martens 7 normaal scheepsaf-val bevatte, waarna de verwerking ervan zonder verdere problemen in onze installaties is uitgevoerd. In oktober 2006 is in het gemeente-huis Moerdijk een voorlichtings-avond voor inwoners van Moerdijk gehouden over de Martens 7.

In 2006 is ook de milieuzaak uit 1999 door de rechtbank Breda be-handeld en ook dat heeft veel pu-bliciteit opgeleverd. Zie voor een uitgebreider verslag blz. 20.

ATM is onderdeel van een groter afvalbedrijf, namelijk Shanks, dat aan de Engelse beurs is genoteerd. De jaarcijfers van ATM worden daarom in juni 2007 gepubliceerd als onderdeel van de jaarcijfers van Shanks (www.shanks.co.uk). De omzet van ATM is met ruim 9% gestegen tot € 68 miljoen. De winst voor belasting is echter wat lager uitgekomen op € 4,1 miljoen (vo-rig jaar € 4,3 miljoen). Deze lagere winst is het gevolg van onverwach-te accijnsheffi ng op afvalolie en door de aanlevering van een partij kwikhoudend afval, wat veel extra kosten tot gevolg heeft gehad. Het algemene beeld over 2006 is dat er meer afval is verwerkt, maar dat de prijzen daarvoor, als gevolg van

de (Europese) concurrentie, lager zijn.

ATM heeft zich in 2006 ook weer ingespannen voor een goede ver-houding met de omgeving. We hebben deelgenomen aan de bij-eenkomsten van de burenraad, we participeren actief in de stuur- en werkgroepen van Duurzaam Ha-ven- en Industrieterrein Moerdijk en hebben diverse bezoeken en presentaties georganiseerd voor omwonenden en belangstellenden. Ook het 2x per jaar uitbrengen van de “ATMosfeer” voor de buurbe-drijven, omgeving en relaties maakt deel uit van deze inspanning.

Voor de eigen (en ingehuurde) medewerkers is veiligheid en ge-zondheid een belangrijk aspect. Hiervoor werken we met een zorgsysteem: OSHAS 18001. We zijn erg tevreden dat er geen se-rieuze ongevallen zijn geweest en dat het ziekteverzuim laag is: 3,5%. Voor onze medewerkers en hun familie en kennissen is in 2006 het 25-jarig bestaan van ATM gevierd met een open dag. Vooral voor onze medewerkers is alle, vaak negatieve, publiciteit over ATM vervelend en soms frustrerend ge-weest. Juist zij worden er door hun omgeving op aangesproken, terwijl zij weten hoeveel moeite wordt gedaan om het afval op een goede manier te verwerken. Alle reden dus om te proberen om het (nog) beter te doen. Er bestaat geen en-kele twijfel dat onze medewerkers daar klaar voor staan.

Jack Droog, directeur

Page 4: ATMosfeer editie 2 - juni 2007

4

Goede wijn behoeft geen krans, maar wel decanteren

De lezer zal zich afvragen wat wijn te maken heeft met af-

valverwerking. Is de verwerking van het afval zo goed, dat er ver-der geen reclame gemaakt hoeft te worden? Dit is immers de bete-kenis van het spreekwoord. Of is het zo dat er afval van de wijnpro-ductie bij ATM verwerkt wordt.Geen van beide is waar, maar de titel van dit artikel heeft ermee te maken dat zowel bij de wijnpro-ductie als bij de afvalverwerking de techniek van het decanteren wordt toegepast. Decanteren is het verwijderen van sediment/be-zinksel uit vloeistof. Bij wijn een dusdanig belangrijke bewerking

dat er zelfs een wijntijdschrift be-staat dat Decanter heet. Maar ook voor ATM is decanteren als voor-scheiding voor de waterzuivering en oliebewerking een onmisbare bewerking geworden.

Decanteren wordt sinds enige jaren bij ATM toegepast met zgn. driefasendecanters. Afgekeken van de industriële toepassing uit de olijfolieproductie waar de schil-len e.d. gescheiden worden van de olijfolie. De voeding komt aan de rechterkant de centrifuge bin-nen en komt terecht in een kleine trommel met gaten (midden). Van hieruit wordt bij een toerental

van ca. 2000 omwentelingen per minuut het slib naar buiten ge-slingerd. Wat een hoge dichtheid heeft (sediment) wordt het verst naar buiten geslingerd.Het (blauwe) schraapmechanisme draait onafhankelijk van de centri-fuge maar bij een iets hoger toe-rental, waardoor dit sediment, dat decanterkoek genoemd wordt, uit de centrifuge wordt gedraaid. Het holle gedeelte achter het schraap-mechanisme is gevuld met, keu-rig van elkaar gescheiden, olie en water. Door de aftappunten voor deze twee op verschillende hoog-tes te maken komen beide stro-men gescheiden uit de centrifuge.

We zijn op zoek gegaan naar Boudie van de Geer, die de dage-lijkse leiding heeft over de instal-latie, die de SOVI wordt genoemd. De Slib Ontvangst en Verwerkings Installatie is niet meer weg te denken bij ATM. Er wordt onder-scheid gemaakt in extern en intern slib. Extern slib wordt door onze klanten aangeleverd en intern slib maakt ATM zelf. Dit interne slib wordt ook door de SOVI ver-werkt. Als we de controlekamer binnenlopen is alleen het mono-tone geluid van de decanters te horen. Verder is het eigenlijk een saaie boel: de decanters staan stil en er beweegt niets. Op de beeld-

schermen is te volgen wat er nu eigenlijk gebeurt.We treffen Boudi buiten aan, druk gebarend dat een wagen, die wil gaan lossen, niet precies voor de losplaats staat. Enige minuten later doen we ons tegoed aan een bakje koffi e, luisterend naar wat Boudie ons te vertellen heeft.“Naast de slibverwerking houden we hier ook de FFU (Flocculatie Flotatie Unit) bij. Dat is de eerste stap van de waterzuivering, waar

4

Techniek

Verwerking

1. Sedimentafvoer2. Waterafvoer

3. Olieafvoer4. Slibtoevoer

1 23

4

Losplaats Sovi

Boudie van de Geer

Page 5: ATMosfeer editie 2 - juni 2007

5

overigens ook slib bij vrijkomt.” Maar daar willen we het nu niet over hebben. Het gaat erom hoe al dat slib wordt verwerkt. Boudie legt uit; “Wij verwerken een grote variatie aan slib, zoals slib uit rio-len en pompgemalen, maar vooral

slib uit de industriële reiniging van tanks en installaties. Belangrijk is, voordat een wagen wordt gelost, dat wordt vastgesteld of het ma-teriaal überhaupt te scheiden is. Dat wordt als eerste onderzocht, door middel van een centrifuge-test in het laboratorium. Is het materiaal te scheiden en voldoet het aan de acceptatie-eisen, dan kan de wagen gelost worden in de losbak van de SOVI. Deze losbak fungeert eigenlijk als een soort fi l-ter om het grove en harde materi-aal buiten de installatie te houden. De volgende stap is dat de vloei-bare inhoud van de losbak naar de voedingstank van de decanters gepompt wordt. Dit doen we om een egale samenstelling van het slib te krijgen en om het te kun-nen opwarmen. Het doel van ver-warmen is om een betere schei-ding te krijgen. Een vloeistof die

warm is, wordt meestal dunner, de viscositeit wordt lager en ook de dichtheid veranderd. Voor ons zijn dat belangrijke zaken omdat decanters nu eenmaal werken op een verschil in dichtheid.Uiteindelijk komen er drie stro-men uit de decanter, vandaar ook de naam driefasendecanter. Je krijgt een stroom vast sediment, wat met een worm naar buiten wordt getransporteerd om verder verwerkt te worden in de Pyro. Daarnaast komen er twee vloei-bare stromen vrij. Een waterige stroom die wordt verwerkt in de waterzuivering en een oliestroom die we apart opslaan en later, na analyse, overpompen naar een brandstoftank. Deze brandstof

wordt gebruikt in de thermische reinigingsinstal-latie, waarmee vervuilde grond en teerhoudend asfalt wordt ge-reinigd.”

De gemiddelde samenstelling van

slib: 20% drijfl aag (olie e.d.), 40% water en 40% sediment. Globaal blijft er na verwerking van elke ton slib slechts 100 kg restafval over.We vinden de uitleg verhelderend maar vragen ons wel af of het al-lemaal wel zo simpel is. Het blijkt dat er toch wel wat ad-dertjes onder het gras zitten.Zo is het belangrijk om bij de ge-produceerde decanterkoek op het kwikgehalte te letten. De olie- en gaswinning bijvoorbeeld, waarvan veel slib bij ATM wordt aangele-verd, hebben van nature kwikhou-dende sedimenten. Deze afval-stromen worden dan ook apart opgeslagen en apart verwerkt. Als controlemiddel worden er dan ook dagelijks, meerdere malen, monsters genomen, die door het lab op kwik worden geanalyseerd.Sediment met een hoog kwikge-halte wordt afgevoerd naar een

andere verwerker om verbrand te worden. De overige decanter-koek wordt bij ATM verwerkt in de Pyro.„Ook is het belangrijk dat je geen reacties krijgt tussen de verschil-lende slibsoorten, maar dat is een leerschool die je met vallen en opstaan doorloopt, terwijl je ook goed de dichtheid van de olie in de gaten moet houden, want je wilt geen olie bij het water hebben of andersom,” zo doceert Boudie ons.

Door vergaande automatisering is het mogelijk dat één operator zo-wel de SOVI als de FFU bijhoudt, terwijl hij daarnaast ook nog het lossen van de vrachtwagens in goede banen moet leiden.Een prestatie van formaat als je bedenkt dat er jaarlijks bijna 150.000 ton slib door deze instal-latie wordt verwerkt.Tankwagens kunnen na het lossen ook nog inwendig gereinigd wor-den bij de SOVI. „Dit moet gezien worden als een extra service voor onze klanten,” is de stelling van Boudie. „Commerciële tankwa-genreiniging laten we graag over aan andere bedrijven, die elders op het industrieterrein gevestigd zijn.” Ter afsluiting heeft Boudie nog een nieuwtje: „Door de toename van de hoeveelheid afvalwater en slib is besloten de SOVI uit te breiden met een nieuwe decanter.Ik verwacht dat die in oktober operationeel zal zijn, dus kom dan nog maar eens terug voor een mooie foto in de ATMosfeer.”

Na de afronding van dit gesprek zijn we toch wel onder de indruk van wat hier allemaal gebeurt en een krans zou dikverdiend zijn.

Kwik (Hg)

Service

Westfalia decanter

Page 6: ATMosfeer editie 2 - juni 2007

6

De bedrijfswagens van Teeuwis-sen Rioolreiniging B.V. kleuren

Midden-Nederland, het voornaam-ste werkgebied van het bedrijf, in behoorlijke mate groengeel. Aan het eind van de dag, wanneer de chauffeurs terugkeren van hun opdrachten, komt het groengeel samen op het Huizense industrie-gebied ‘t Plaveen. Veertig kilometer verderop bij de nevenvestiging in Barneveld gebeurt hetzelfde, zij het op kleinere schaal. Laatgenoemde vestiging kwam er in 2004 bij en is bedoeld om de aanrijtijden naar de klanten te bekorten.

Op vrijdagmiddag is de agenda van algemeen directeur Kees Teeuw-issen (61) vanaf vier uur strijk en zet geblokkeerd. Na een week van hard werken is het dan tijd voor een ontspannend praatje met de terugkerende chauffeurs. Zijn werkkamer verruilt hij dan graag

voor de kantine.,,Het zijn momenten waar ik erg aan hecht,’’ vertelt Teeuwissen. ,,Het is dan niet alleen gezellig, maar ik krijg ook een goed beeld van wat er onder het personeel leeft. Andersom wordt het ook op prijs gesteld, dat ik er tijd voor vrij maak. Daarom ben ik er op vrijdag tot de laatste chauffeur binnen is. Het kan dan wel eens latertje wor-den, maar dat neem ik graag voor lief.’’

Teeuwissen Rioolreiniging is ge-specialiseerd in het reinigen, in-specteren en onderhouden van (hoofd)riolen en alles wat daaraan gelieerd is. Hierbij valt te denken aan olie- en vetafscheiders, pomp-gemalen, straatkolken, enz.Het Huizense bedrijf is ontstaan vanuit een melkveehouderij, waar de giertank niet alleen voor ei-gen gebruik bleef gereserveerd.

,,We kregen in de buurt geregeld de vraag of we even langs wilden komen voor het leeghalen van een putje. Van het een kwam het ander,’’ herinnert Kees Teeuwissen zich, die eind jaren zestig van de vorige eeuw samen met zijn broer Jacob de basis legde voor de hui-dige middelgrote onderneming. Een familiebedrijf is het nog altijd. Ook Gea, de dochter van Kees Teeuwissen, en zijn zonen Joost en Wim zijn in het bedrijf werkzaam.

De ligging van het huidige bedrijfs-complex mag best bijzonder ge-noemd worden. Kees Teeuwissen wijst op een oude zwart-wit foto van de vroegere boerderij. ,,We zitten nu weer op dezelfde plaats als waar we vroeger ons land had-den. We hebben destijds de bakens niet alleen verzet, omdat er vraag was naar onze giertank, maar ook

‘We zijn meer dan zo maar puttenzuigers’Kees Teeuwissen: ‘We kunnen een totaalpakket op maat leveren’

Door Michel van Straten

Vertrouwde plek

Page 7: ATMosfeer editie 2 - juni 2007

7

omdat er voor de melkveehoude-rij geen ruimte meer was. Huizen was aangewezen als groeikern en er moest een industrieterrein ko-men. We zijn toen verhuisd, maar na jaren weer teruggekeerd op onze vertrouwde plek. Gefaseerd zijn we vervolgens met ons be-drijfscomplex gegroeid tot een op-pervlakte van 1,6 hectare.”Het complex biedt ruimte aan kantoren, maar ook aan meerdere installaties voor de verwerking van olie- en vethoudend water, als-mede riool-, kolk-, gemaalslib en veegvuil.,,Uiteindelijk resteert er bij ons een hoeveelheid slib, waarvoor dan de Shanks Group in beeld komt. In denk dat we jaarlijks over zo’n 10.000 kuub mogen praten,’’ schat Kees Teeuwissen. ,,En weer een belangrijk deel daarvan gaat naar ATM Moerdijk. Anderzijds mogen we ook andere bedrijven van de Shanks Group zoals Reym tot onze klanten rekenen. We zijn er dus voor elkaar.’’

,,We zijn dus meer dan zomaar puttenzuigers,’’ benadrukt Teeuw-issen met een blik op het complex aan de Bestevaer. ,,We hebben de mogelijkheden in huis om de klant een totaalpakket op maat te leve-ren. Bij de bouw van een restaurant of een benzinestation zijn we het liefst van begin af aan betrokken. Met onze kennis zijn we in staat om een plan van aanpak te maken en kunnen we ook die voorzienin-

gen aanbrengen die nodig zijn met het oog op de te verwachten af-valstoffen.’’

Het bedrijf aan de Bestevaer mag gezien worden. Er is duidelijk ge-investeerd in een hoogwaardige werkomgeving. Dat geldt voor de kantoren, maar even goed voor de bedrijfshallen waar de verwer-kingsinstallaties in zijn gevestigd. Ook het rijdend materieel ziet er onberispelijk uit en is uitgerust met de laatste technologische snufjes. Er wordt niet alleen in ma-teriaal, maar zeker ook in mensen geïnvesteerd.,,Scholing neemt bij ons een be-langrijke plaats in,’’ weet Kees Teeuwissen. ,,Onze mensen wor-den voortdurend bijgeschoold op het gebied van veiligheid en wet- en regelgeving op milieugebied. Voor een groot deel laten we die

bijscholing hier op het bedrijf verzorgen.Scholing heeft bijna altijd een dubbel effect. Het is niet al-leen goed voor het bedrijf, maar ook voor de personeels-leden zelf. Het brengt per-sonen op een

hoger plan. Je ziet mensen in hun totaliteit opbloeien. Heel waarde-vol.’’

Kees Teeuwissen weet als geen an-der dat zijn bedrijf in belangrijke mate afhankelijk is van een over-heid die in de achterliggende jaren de eisen op milieugebied steeds verder heeft aangescherpt. ,,Ik vind dat wij op dat gebied uitstekend presteren,’’ meent de algemeen directeur. ,,Ik maak graag even de vergelijking met een voetbalwed-strijd. Je kunt precies volgens de spelregels fl uiten of in de geest van de wedstrijd. Dat laatste kan door-gaans op meer steun rekenen. In de milieubranche komen we soms helaas overheidsdienaren tegen die de regelgeving tot op de pun-ten en de komma’s als uitgangs-punt nemen. En dat levert frictie op. Een voorbeeld? Laatst voerde de politie hier in de buurt nog een grootscheepse controle uit op mensen die met hun auto grof vuil naar de stortplaats kwamen bren-gen. Het regende bekeuringen, omdat een aanhangwagentje iets te zwaar beladen was of omdat er iets net te ver uitstak. Kijk, dan fl uit je niet in de geest van de wedstrijd, maar dan geef je als overheid een verkeerd signaal af aan burgers die met de beste bedoelingen hun af-val komen aanbieden.’’

Totaalpakket

Spelregels

Vacuümwagen opgesteld tijdens de open dag

Page 8: ATMosfeer editie 2 - juni 2007

8

Wanneer de mobiele tele-foon van Sandor Karreman

(39) gaat, kijkt hij meteen uit het raam van de ontvangstkamer. Hij heeft een berichtje gekregen dat het binnenvaartschip Con Amore met 698 ton versnipperd houtaf-val aan boord de trossen los heeft gegooid en aan zijn reis naar het Duitse Papenburg is begonnen. De blik uit het raam biedt een pano-ramische blik over het enorme terrein van de Van Vliet Groep in Nieuwegein. De Con Amore is in de verte nog even in beeld, totdat het vrachtschip via het water van het Amsterdam-Rijnkanaal uit het zicht verdwijnt. Bij onze ooster-buren zal het versnipperde hout benut worden in een energiecen-trale.

De Van Vliet Groep, onderdeel van Shanks Nederland B.V., richt zich vooral op het inzamelen van bouw- en sloopafval, bedrijfsafval, gevaarlijk afval, reststoffen, medisch afval en groenafval. Tot de klanten-kring mag men grote ‘jongens’ als BAM en Dura Vermeer rekenen, maar ook eenmans klusbedrijven. Advisering op het gebied van afval-beheer wordt echter ook steeds

belangrijker. Daarnaast beschikt de Van Vliet Groep van oudsher - oprichter C.A. van Vliet begon in 1931 met sloopwerken en zand- en grindtransport - over een scala aan inzamelmiddelen. En waar het bedrijf zelf de kennis of de midde-len niet in huis heeft, weet het de klanten adequaat te verwijzen naar zusterbedrijven als Van Vliet Con-trans (kiptrailers), Reym (gespecia-liseerd in vervoer van vloeistoffen) en Vliko (veegwerkzaamheden).

Sandor Karreman is als adjunct-directeur verantwoordelijk voor het dagelijkse reilen en zeilen in Nieuwegein, waar afval gebulkt, ge-sorteerd en verwerkt wordt. Een belangrijk deel van het afval wordt daar aangevoerd vanaf de opslag- en overslaglocaties bij dochter-bedrijven in Mijdrecht (Bos) en Den Dolder (De Kleijn).

Karreman komt nog even terug op de lading van de zojuist vertrokken Con Amore. ,,Die houtsnippers le-veren we in een drietal kwaliteiten. De laagste kwaliteit gaat dus naar energiecentrales. Dan zijn er ook nog de kwaliteiten 1 en 2. Die gaan

naar fabrieken waar er spaanplaat of underlaymentplaat van gemaakt wordt. Vooral in België is er veel vraag naar. Kwaliteit 1 is het zui-verst. Daar kom je geen verfrestje meer in tegen. Met deze produc-ten zitten we ook goed op de ‘Ladder van Lansink’, een principe dat al jaren oud is, maar nog steeds uitstekend van toepassing is op de afvalbranche.’’ (Zie ook het kader bij dit artikel.) Aan de ‘Ladder van Lansink’ wordt ook recht gedaan door middel van de samenwerking met zusterbedrijven. Icova werkt bedrijfsafval op tot brandstofpel-lets die gebruikt worden in de energiesector. Van Vliet Contrans heeft de mogelijkheden om puin te verwerken tot granulaat dat on-der meer wordt toegepast in de beton- en asfaltindustrie.

,,De afvalbranche is een vecht- of een verdringingsmarkt,’’ weet Kar-reman. ,,Nu liften we met z’n al-len mee op de economische groei, maar wil je echt een groter markt-aandeel, dan moet dat ten koste gaan van een ander. En dat kan ge-beuren door felle concurrentie of door overnames. De verwerking

Sandor Karreman ziet nog groei-

mogelijkheden voor de

Van Vliet Groep

‘We staan er in de buurt redelijk op’

Door Michel van Straten

Groei

Houtsnippers

Groei

Page 9: ATMosfeer editie 2 - juni 2007

99

tot houtsnippers biedt echter nog min of meer natuurlijke groeimo-gelijkheden. Wij zouden onze ver-werkingscapaciteit nog op kunnen voeren door over te gaan van de huidige tweeploegen- naar een drieploegendienst. Maar bij zo’n volcontinudienst komt er meer kijken dan louter een derde ploeg aan het werk zetten. Zo vraagt het ook om extra geluidsmaatregelen. Maar goed, hier is nog een slag te maken. Kansen liggen er natuurlijk ook bij stijgende energieprijzen. Het wordt dan eerder aantrek-kelijk om de energetische waarde van afval te benutten.’’

De inzameling van gevaarlijke stof-fen is ook een belangrijke poot van de Van Vliet Groep. Vanuit Nieuwe-gein haalt men landelijk afvalstof-fen op bij garagebedrijven. Met een aantal grote klanten als Kwik-Fit en Autorecycling Nederland (ARN) is men verzekerd van een gestage aanvoer. ,,Kijk ik naar de aange-boden stoffen, dan is het in negen van de tien gevallen een abc’tje voor ons. Uit die garagebedrijven komen nauwelijks verrassingen voor onze acceptanten,’’ verzekert Karreman. Ook blijft er na het verwerken van de immense hoe-veelheid bouw- en sloopafval nog een groep gevaarlijke stoffen over. Karreman verduidelijkt: ,,Denk aan lijm, kitten, verfresten en vervuilde grond. Met deze stoffen komen we dan uiteindelijk, natuurlijk bij ATM terecht.’’

De Van Vliet Groep, die momen-teel 200 medewerkers telt, was in 1994 de eerste bewoner van het industriegebied Liesbosch. Inmiddels wordt het bedrijf om-ringd door tal van bedrijven (zoals bouwmarkten), die voor de nodige consumentenbewegingen zorgen. ,,Op zich zijn we nog steeds te-vreden over het complex,’’ vertelt Karreman. De ontsluiting over het water is uitstekend, maar over de

weg is er soms geen door-komen aan. Vandaar dat we bij de verantwoordelijke instanties hebben aange-drongen op de realisatie van een tweede ontslui-tingsmogelijkheid.’’Tot besluit: ,,Kijk ik naar het type bedrijf dat we voeren, dan denk ik dat we er in de buurt redelijk op staan. Slechts een enkele keer

komt er een klacht van de bewoners in de wijk aan de overkant van het kanaal. Wanneer ze ‘s zo-mers buiten zitten, horen ze wel eens een piepende transportband. Dat lossen we dan snel op met een beetje bijstellen en een druppeltje olie.’’

Buren

Ladder van LansinkDeze voorkeursvolgorde is het uitgangspunt van het afvalbeleid. Op de eerste plaats staat preventie, op de laatste plaats storten. De ladder is genoemd naar het voormalige Tweede Kamerlid Lansink, die de volgorde introduceerde in 1979. 1. preventie (voorkom het ontstaan van afval)2. preventie (ontwerp producten met het oog

op afvalpreventie en nuttige toepassing)3. nuttig toepassen door producthergebruik;4. nuttig toepassen door materiaalhergebruik;5. nuttig toepassen als brandstof;6. verwijderen: verbranden7. verwijderen: storten

Gevaarlijke stoffen

Page 10: ATMosfeer editie 2 - juni 2007

Verf wordt al zolang gebruikt als dat de beschaving oud is.

Denk daarbij aan de grotschilde-ringen, die over heel de wereld te vinden zijn en die duizenden jaren geleden al werden gemaakt. De beroemdste zijn te vinden in het Franse Lascaux.Men wilde op deze manier wat duidelijk maken aan het nageslacht, maar ook om het geheel wat fl eu-riger te maken. Ook het zichzelf beschilderen door de mens dien-de bepaalde doelen.Men moest het doen met mate-rialen van natuurlijke oorsprong: kleurstoffen, die over het alge-meen niet gemakkelijk te verkrij-gen waren. Hier ging veel kook en pruttelwerk aan vooraf. Als bind-middel werden dierlijke vetten, bijenwas en soms zelfs bloed ge-bruikt. Dit bleef eeuwenlang zo, tot de Egyptenaren op het idee kwa-

men om verf als be scherm ing

te gaan gebruiken. Tot die tijd ge-bruikte men teer en pijnboomhars ter bescherming van schepen.Men vermoedt dat rond 1100 na Chr. voor het eerst lijnolie (nog steeds grondstof in huidige alkyd-verven) in verf werd toegepast.Vanaf 1600 na Chr. namen ontdek-kingsreizigers de eerste harsen mee uit de tropen. Door dit hars

met lijnolie te mengen kon men hoogglanzende verf maken die bo-vendien beter kon vloeien.Een schilderij maken, zoals hier-naast “het huwelijk” van Breugel, vergde van de kunstenaar de no-dige kennis, geduld, vasthoudend-

heid en geld om aan de juiste kleurstoffen te komen. Later gingen vooral schilders, die van het maken van schilderijen niet konden leven, zich toeleggen op het ma-ken en verkopen van verf. De eerste aanzet tot de verfi ndustrie is hiermee gegeven.

Uit de meekrapplant (Rubia Tinc-torem) werd vroeger uit de wor-tels de rode kleurstof alizarine ge-wonnen, ook wel Turks Rood ge-noemd. Voor Zeeland en de Zuid-Hollandse eilanden maar ook in West-Brabant was dit een aantal eeuwen een belangrijke inkom-

stenbron. Overal in deze gebieden kom je straatnamen als Meestoof (plaats waar de meekrapwor-tels werden gekookt), Meekrap-straat of afgeleiden hiervan tegen als herinnering aan dit prachtige plantje. Stampersgat spant echter de kroon. Tijdens carnaval heet het dorp “Meekrapdurp” met de heks Rubia als mascotte. Ook staat hier een beeldje met de naam “De Meekrapsteker” die aangeeft hoe belangrijk dit product geweest is voor het dorp.

In de loop van de 19e eeuw be-gon men de chemie te ontdek-ken. Toen in 1868 in Duitsland werd ontdekt hoe alizarine langs synthetische weg kon worden be-reid (uit steenkoolteer), ging het snel bergafwaarts met de mee-krapteelt. Echter, door de gerin-ge opbrengsten van de normale landbouwproducten, zoekt men tegenwoordig naar alternatieven. In het kader van duurzaamheid en afkeer van chemische processen is het plantje bezig aan een come

Verf geeft kleur aan het leven

10

Chemie

Page 11: ATMosfeer editie 2 - juni 2007

Bindmiddel

Vulmiddel

Indigo

11

Kleurstof

Poederlakken

Oplosmiddel en verdunningsmiddel

Afvalstoffen

back. Inmiddels is er alweer 80 ha aangeplant, die over 3 jaar geoogst kan worden.In 1879 wist Adolf Bayer de struc-tuur van de belangrijke kleurstof indigo (spijkerbroekenblauw) te ontrafelen en wat belangrijker was, hij wist de kleurstof op che-mische wijze te maken, al duurde het tot 1896 voordat dit op com-merciële basis werd gedaan. Het was de doodsteek voor de indigo industrie in Azië (India, China en Japan).

In de Zweedse provincie Dalarna worden al sinds eeuwen de hui-zen geschilderd met zgn. kookverf. Dit is een natuurverf gemaakt van lijnolie, waar als bindmiddel het zetmeel van rogge voor wordt gebruikt. Om het zetmeel vrij te maken moet de oplossing ge-kookt worden. De kleurstof komt uit de lokale kopermijnen, waar ook ijzerertsen te vinden zijn met een laag kopergehalte, die samen met het zetmeel voor de typische kleur zorgen.Na de Tweede Wereldoorlog was er een overschot aan nitrocellu-lose (grondstof voor explosieven). Dit kon worden verwerkt in ni-trocelluloselak, die zijn toepassing vond in de meubelindustrie en be-kend is geworden onder de naam vernis.

De kleurstof of pigment is slechts een klein onderdeel van verf, maar wel de opvallendste en voor de ge-bruiker vaak wel het belangrijkst!

De grove samenstelling van verf: bindmiddel, oplosmiddel, vulmid-del, kleurstof en additieven.

Bindmiddelen zijn verantwoor-delijk voor eigenschappen als:

hardheid, glans, elasticiteit, water-vastheid, slijtvastheid, hechting, soepelheid en duurzaamheid. Het bindmiddel is meestal een kunst-stof. Verfsoorten worden dan ook meestal naar het bindmiddel genoemd: alkydverf, acrylaatverf, epoxyverf, chloorrubberverf, po-lyurethaanverf etc.

Het oplosmiddel is nodig om de verf goed aan te kunnen brengen. Er zijn verschillende soorten oplosmiddelen in gebruik: thin-ner, terpentine, terpentijn en gly-colachtigen (waterverdunbaar).Tegenwoordig mogen omwille van het milieu en de schilder steeds minder organische oplosmiddelen worden gebruikt. In dit kader zijn ook de zgn. High Solids verven ontwikkelt. Hierin is het gehalte aan oplosmiddel teruggebracht van ca. 50% naar 20%.

Het vulmiddel zorgt ervoor dat de verf dekkend wordt en dat kleine oneffenheden gladgestreken wor-den. Titaandioxide is een veel toe-gepast vulmiddel en is tevens een pigment voor verf. Ook krijt, talk, zwaarspaat, calciet, mica, kwarts en kaoline worden vaak gebruikt als vulmiddel.

De gebruikte kleurstoffen zijn vaak metaalhoudende verbindin-gen (molybdaatrood, chroomaat-geel, cadmiumgeel (oude kratjes van Heineken). Corrosiewerende verven als loodmenie hebben een kleur, maar dat is slechts bijzaak.Men schakelt steeds meer over op organische kleurstoffen, die an-ders/minder milieubezwaarlijk zijn dan de metaalhoudende kleurstof-fen.

Dit is een aparte vorm van ver-ven, die we toch niet ongenoemd willen laten. Een manier van een

beschermlaag aanbrengen zonder gebruik te maken van oplosmidde-len, maar door het opwarmen in een oven tot ca. 250 ºC. Dit wordt veelvuldig in de industrie gebruikt voor het coaten van wasmachines, fi etsen, auto’s etc. Deze vorm van “verven” is nog niet zo oud. De laatste ontwikkelingen op dit ge-bied is het poedercoaten met UV licht. Hiermee wordt hetzelfde re-sultaat bereikt, maar dan met een lagere temperatuur (ca. 110 ºC), zodat ook andere materialen dan ijzer en staal in aanmerking komen om gepoedercoat te worden.

Welke afvalstoffen ontstaan er bij het werken met verf?Om te beginnen natuurlijk de ver-pakking. Als die leeg is dan is niet alle verf verdwenen. Je krijgt dus veel blik en plastic emmers als af-val.Ten tweede; het materiaal waar de verf mee aangebracht wordt: kwasten en rollers.Ook poetslappen, handschoenen, stopverf, vulmiddelen, lege kitspui-ten, afplakband, roerhoutjes, pri-mer, verdunners c.q. schoonmaak-middelen en afbijtmiddelen vinden hun weg naar het klein chemisch afval. Bij verfproducenten leveren mis-producties, overjarige chemica-liën, schoonmaak van reactoren en verfmenginstallaties het nodige afval op.

Op het Internet is veel te vinden over het onderwerp verf: -www.veiligmetverf.nl - www.kennislink.nl- www.zibb.nl

back. Inmiddels is er alweer 80 ha aangeplant, die over 3 jaar geoogst kan worden.In 1879 wist Adolf Bayer de struc-tuur van de belangrijke kleurstof indigo (spijkerbroekenblauw) te ontrafelen en wat belangrijker was, hij wist de kleurstof op che-mische wijze te maken, al duurde het tot 1896 voordat dit op com-merciële basis werd gedaan. Het was de doodsteek voor de indigo industrie in Azië (India, China en Japan).

In de Zweedse provincie Dalarna worden al sinds eeuwen de hui-zen geschilderd met zgn. kookverf. Dit is een natuurverf gemaakt van lijnolie, waar als bindmiddel het zetmeel van rogge voor wordt gebruikt. Om het zetmeel vrij te maken moet de oplossing ge-kookt worden. De kleurstof komt uit de lokale kopermijnen, waar ook ijzerertsen te vinden zijn met een laag kopergehalte, die samen met het zetmeel voor de typische kleur zorgen.Na de Tweede Wereldoorlog was er een overschot aan nitrocellu-lose (grondstof voor explosieven). Dit kon worden verwerkt in ni-trocelluloselak, die zijn toepassing vond in de meubelindustrie en be-kend is geworden onder de naam vernis.

De kleurstof of pigment is slechts een klein onderdeel van verf, maar wel de opvallendste en voor de ge-bruiker vaak wel het belangrijkst!

De grove samenstelling van verf: bindmiddel, oplosmiddel, vulmid-del, kleurstof en additieven.

Bindmiddelen zijn verantwoor-delijk voor eigenschappen als:

hardheid, glans, elasticiteit, water-vastheid, slijtvastheid, hechting, soepelheid en duurzaamheid. Het bindmiddel is meestal een kunst-stof. Verfsoorten worden dan ook meestal naar het bindmiddel genoemd: alkydverf, acrylaatverf, epoxyverf, chloorrubberverf, po-lyurethaanverf etc.

Het oplosmiddel is nodig om de verf goed aan te kunnen brengen. Er zijn verschillende soorten oplosmiddelen in gebruik: thin-ner, terpentine, terpentijn en gly-colachtigen (waterverdunbaar).Tegenwoordig mogen omwille van het milieu en de schilder steeds minder organische oplosmiddelen worden gebruikt. In dit kader zijn ook de zgn. High Solids verven ontwikkelt. Hierin is het gehalte aan oplosmiddel teruggebracht van ca. 50% naar 20%.

Het vulmiddel zorgt ervoor dat de verf dekkend wordt en dat kleine oneffenheden gladgestreken wor-den. Titaandioxide is een veel toe-gepast vulmiddel en is tevens een pigment voor verf. Ook krijt, talk, zwaarspaat, calciet, mica, kwarts en kaoline worden vaak gebruikt als vulmiddel.

De gebruikte kleurstoffen zijn vaak metaalhoudende verbindin-gen (molybdaatrood, chroomaat-geel, cadmiumgeel (oude kratjes van Heineken). Corrosiewerende verven als loodmenie hebben een kleur, maar dat is slechts bijzaak.Men schakelt steeds meer over op organische kleurstoffen, die an-ders/minder milieubezwaarlijk zijn dan de metaalhoudende kleurstof-fen.

Dit is een aparte vorm van ver-ven, die we toch niet ongenoemd willen laten. Een manier van een

beschermlaag aanbrengen zonder gebruik te maken van oplosmidde-len, maar door het opwarmen in een oven tot ca. 250 ºC. Dit wordt veelvuldig in de industrie gebruikt voor het coaten van wasmachines, fi etsen, auto’s etc. Deze vorm van “verven” is nog niet zo oud. De laatste ontwikkelingen op dit ge-bied is het poedercoaten met UV licht. Hiermee wordt hetzelfde re-sultaat bereikt, maar dan met een lagere temperatuur (ca. 110 ºC), zodat ook andere materialen dan ijzer en staal in aanmerking komen om gepoedercoat te worden.

Welke afvalstoffen ontstaan er bij het werken met verf?Om te beginnen natuurlijk de ver-pakking. Als die leeg is dan is niet alle verf verdwenen. Je krijgt dus veel blik en plastic emmers als af-val.Ten tweede; het materiaal waar de verf mee aangebracht wordt: kwasten en rollers.Ook poetslappen, handschoenen, stopverf, vulmiddelen, lege kitspui-ten, afplakband, roerhoutjes, pri-mer, verdunners c.q. schoonmaak-middelen en afbijtmiddelen vinden hun weg naar het klein chemisch afval. Bij verfproducenten leveren mis-producties, overjarige chemica-liën, schoonmaak van reactoren en verfmenginstallaties het nodige afval op.

Op het Internet is veel te vinden over het onderwerp verf: -www.veiligmetverf.nl - www.kennislink.nl- www.zibb.nl

Page 12: ATMosfeer editie 2 - juni 2007

1212

Op de vorige pagina’s is wat meer verteld over verf. Dat

is gedaan om een idee te geven wat verf nu eigenlijk is. Het maken en gebruiken van verf resulteert uiteraard in afvalstoffen, die op-geruimd moeten worden. Verfafval wordt in Nederland sinds 1990 apart ingezameld als “klein che-misch afval”. Tot die tijd ging het gewoon met het normale huisvuil mee. Deze aparte inzameling was zo succesvol, dat er hiervoor een tekort aan verwerkingscapaciteit ontstond en er behoefte kwam aan aparte installaties voor ver-werking van verfafval.

ATM is daar in 1992 op ingespron-gen en in eerste instantie is er een installatie gebouwd die met oplos-middelen de verfblikken, wat toen de hoofdmoot was van dit afval, schoon waste. Al snel veranderde de samenstelling van het afval in de richting van minder blik en meer

plastic, kwasten etc.De installatie was moei-lijk te bedrijven met deze veranderde samenstelling en ook bleek dat de instal-latie te veel kinderziektes had. Een eigenzinnige in-genieur en analist hebben toen het plan opgevat om eens te kijken of er iets te “kraken” viel aan dit afval. In het laboratorium werd in een kookkolf (=prut-telpot) geëxperimenteerd. De hoeveelheid kraakgas-sen werden gemeten en de samenstelling geanalyseerd. De conclusie was dat het mogelijk moest zijn om dit proces technisch uit te voeren. Hier is uiteindelijk “de Pyro” uit geboren.

De naam Pyro is afkomstig van het Griekse woord “pyrolyse” wat als betekenis heeft “verbranding zonder zuurstof”. Deze vlag dekt niet helemaal de lading, omdat er in deze installatie een klein beetje zuurstof wordt toegelaten om het proces optimaal te laten functio-neren.De essentie van het proces is dat de brandbare stoffen, die in ruime mate in verfafval en oliehoudend afval aanwezig zijn, in de Pyro zelf niet helemaal kunnen opbranden omdat er te weinig zuurstof aan-wezig is. Deze brandbare stoffen worden dan grotendeels omgezet in een brandbaar gas, het zgn. py-rolysegas. Dit pyrolysegas stroomt via een pijpleiding naar de grond-reiniger, waar dit gas als extra brandstof wordt gebruikt voor het reinigen van vervuilde grond.

De chemokar uit de begintijd van de aparte inzameling van chemisch afval rijdt al jaren niet meer. Men wordt tegenwoordig geacht zelf het afval naar de milieustraat te brengen. Het verfafval wordt bij de gemeentelijke afvaldepots en via de inzamelbedrijven ontvangen of opgehaald en naar ATM gebracht. Het verfafval is afkomstig van par-ticulieren en bestaat vooral uit: verfblikken, kwasten, poetsdoeken en oplosmiddelen. Er is ook verf-afval van bedrijven, dus afgekeurde partijen, spuitcabinefi lters, verf-poeders, oplosmiddelen, lijmen, kitten, harsen etc. Het is dus een heel scala aan materialen en stoffen dat verwerkt moet worden. Deze verfmaterialen en stoffen worden ingezameld in allerlei verpakkin-gen, zoals vaten, zakken, dozen en boxpallets. Uit veiligheidsoverwe-gingen voor ons personeel wordt het verfafval vaak met verpakking en al verwerkt.

Het komt wel eens voor dat er andere afvalstoffen tussen het verfafval zitten. Afvalstoffen die er eigenlijk niet in thuis horen, maar uit gemakzucht of per abuis bij het verfafval zijn gekomen. Meestal le-vert dat geen problemen op, maar soms kan dat wel het geval zijn. Zo hebben we in 2006 een incident gehad doordat in het verfafval ook chloortabletten, die gebruikt wor-den in tuinzwembaden, aanwezig waren. Bij de verwerking kwamen deze stoffen met elkaar in contact waardoor er een reactie optrad met een rookwolk tot gevolg.

Het verfafval vormt het grootste deel van het afval dat in de Pyro wordt verwerkt, zo’n 35.000 ton

Van “pruttelpot” tot Pyro

Ontstaan

Inzameling

Pruttelpot

Page 13: ATMosfeer editie 2 - juni 2007

1313

per jaar. Verder wordt ca. 15.000 ton per jaar oliehoudend sediment afkomstig van de SOVI (zie het ar-tikel op blz. 4 en 5) verwerkt.

Aan pyrolyse- of vergassingspro-cessen wordt veel gedacht voor af-valverwerking, maar in de praktijk wordt het nog weinig toegepast. Voor zover bekend, is de Pyro één van de weinige, werkelijk draai-ende installaties voor afval. Het is een installatie die bij ATM zelf in 1997 bedacht en daarna ontwik-keld en gebouwd is. Het systeem is gebaseerd op een droogworm die voor de SOVI werd gebruikt om de vaste stof uit de installatie te “wormen” en te drogen. Er zijn twee belangrijke voordelen voor ATM om afvalstoffen middels py-rolyse te verwerken. De eerste is dat er de beschikking is over een grondreiniger, waar veel brandstof nodig is en waar het pyrolysegas dus nuttig gebruikt kan worden. Verder is de temperatuur in de Pyro iets lager dan in een verbran-dingsinstallatie, waardoor het me-taal (blikken en vaten) dat in het afval zit niet versmelt met de ver-brandingsslakken. Hierdoor kan het metaal apart worden terugge-wonnen voor hergebruik. De installatie bestaat uit 2 lijnen.

In elke lijn wordt het verpakte verfafval in een shredder gebracht, waarin het afval wordt verkleind. Samen met het oliehoudende se-diment wordt het afval met behulp van een grote plunjerpomp via een pijpleiding in de reactor gebracht. In deze reactor is het ca. 800°C, waardoor het water uit het afval verdampt en de brandbare stof-fen, zowel vast als vloeibaar, wor-den omgezet in het pyrolysegas. Het afval wordt door de reactor getransporteerd met een grote transportworm, die het afval lang-zaam vooruitduwt.Aan de reactor wordt net vol-doende zuurstof toegevoegd om deze op de juiste temperatuur te houden. Het gevormde gas wordt afgezogen en gekoeld, waarbij het water condenseert, en vervolgens het gas naar de grondreiniger wordt geleid. Aan het eind van de reactor bevinden zich nabehan-delingsroosters en door een sluis komt het resterende afval, dat dan bestaat uit “slakken”, in een koelschroef terecht. Na koeling worden met magneten het metaal gescheiden van de slakken. Het metaal wordt afgevoerd naar de schrootindustrie voor hergebruik; de slakken worden als reststof af-gevoerd naar andere afvalverwer-kers of stortplaatsen. Wat uitein-delijk overblijft is ongeveer 40%

van wat er aan de voorkant in is gegaan. Om-

dat het een

installatie betreft die redelijk uniek is en die volgens een nieuw con-cept werkt, hebben er al de no-dige aanpassingen plaatsgevonden. Sommige van die aanpassingen hadden daarbij niet het gewenste resultaat en moesten worden te-ruggedraaid. Andere waren wel succesvol. Zo is momenteel de derde generatie, verbeterde reac-toren in gebruik. Ook worden nog steeds verdere wijzigingen door-gevoerd om de kwaliteit van de slakken te verbeteren. Door een nog hoger verbrandingsrende-ment te behalen blijft er nog min-der residu over en wordt er meer gas geproduceerd.De Pyro, ontstaan uit labexperi-menten is een installatie geworden die belangrijk is voor ATM, maar waar telkens nog verbeteringen worden aangebracht door onze eigen ingenieurs.

Proces

Shredder

Droger

Page 14: ATMosfeer editie 2 - juni 2007

14

Doordat ATM ruim 10 jaar on-derdeel is geweest van het

wereldwijd opererende Waste Management, zijn er in die periode de nodige contacten opgedaan met buitenlandse zusterbedrijven. Deze contacten zijn verder uitge-breid en dat heeft er toe geleid dat er afval vanuit heel Europa, en zelfs daarbuiten, naar Moerdijk wordt gebracht om bij ATM op adequate wijze te worden verwerkt.Dat ATM in beeld is voor de af-valverwerking heeft te maken met het gebrek aan verbrandingscapa-citeit in deze landen.Gelukkig leeft ook daar het besef dat men afval op correcte wijze dient te verwerken en daarbij wordt op dit moment gekozen voor verwerking in het buiten-land.„Wij zijn er trots op dat we tot ver over de grens een goede re-putatie hebben opgebouwd” zo stelt Wim Hulshof. Hij is degene die hoofdzakelijk de contacten in Zuid-Europa voor zijn rekening neemt. „Ik ben ontzettend veel op reis, maar doe dat met plezier. Je ziet dat het vruchten afwerpt en dat geeft voldoening,” zo verteld Wim tussen twee telefoontjes door.

In de twee berichten kunt U le-zen over onze relatie met de firma Distiller in Spanje en over de eer-ste echte grondsanering in Portu-gal.

Circa 15 km ten noorden van Bar-celona bevindt zich de vestiging van Distiller, S.A. in het plaatsje Sta. Perpètua de la Mogoda. Het bedrijf houdt zich voornamelijk bezig met het destilleren van oplosmiddelen. Verder heeft het bedrijf mogelijk-heden afvalwater en verontreinigd slib te verwerken. Bovendien be-schikt het bedrijf over een inza-melvergunning voor verpakt afval

en verontreinigde grond. De tota-le hoeveelheid afval, die het bedrijf jaarlijks inzamelt, bedraagt circa 50.000 ton. Er werken 42 perso-nen en de omzet bedraagt circa 13 miljoen Euro per jaar.

Ruim 10 jaar is het bedrijf de agent voor ATM in Catalonië. Distiller stuurt ongeveer 4.000 ton verpakt verfafval naar ATM ter verwerking

in de Pyrolyse installatie. De huidige direc-teur van het bedrijf, Felix

Tratamiento de la residuos -

Remediaçao de terras contaminadas

Distiller, S.A. al 15 jaar de vaste partner van ATM in Catalonië

Page 15: ATMosfeer editie 2 - juni 2007

15

Piedrafita, is vanaf het begin de gesprekspartner van ATM. Volgens Piedrafita is ATM, voor de verwer-king van zijn restproducten, van essentieel belang, omdat in Spanje dergelijke afvalverwerking nog nauwelijks bestaat. Afgelopen ja-ren is hard gewerkt om de samen-werking uit te breiden op andere vlakken. Dit heeft ertoe geleid dat sinds kort Distiller beschikt over een vergunde opslagplaats voor verontreinigde grond. Van daaruit kan de grond ter reiniging worden aangeboden aan ATM. De eerste transporten hebben inmiddels al plaatsgevonden.

Piedrafita: „ATM is voor ons meer dan een normale verwerker. Het is een verlengstuk van ons bedrijf en ATM heeft bewezen een trouwe partner te zijn die zijn afspraken altijd nakomt. Wij zijn vrienden geworden. Het transport wordt altijd professioneel geregeld met gekwalificeerde transporteurs.”

ATM heeft afgelopen februari een contract ondertekend met EDP, het Portugese elektriciteitsbedrijf, voor het thermisch reinigen van circa 25.000 ton organisch ver-ontreinigde grond. De grond is afkomstig van een terrein waar in het verleden elektriciteit werd op-gewekt. Het terrein bleek vervuild te zijn en EDP besloot het terrein volledig op eigen kosten te sane-ren. Een totale hoeveelheid van circa 125.000 ton werd ontgraven, waarvan 25.000 ton grond ther-misch gereinigd diende te worden. Hervoor zijn in Portugal geen mogelijkheden.

De locatie was Villa Verde, een plaatsje aan de kust, circa 100 km ten zuiden van Oporto. De ver-ontreinigde grond is met schepen via de haven Figueras da Foz naar ATM getransporteerd. Inmiddels is het project afgerond en zijn er 8 scheepsladingen naar ATM afge-voerd. ATM was ook verantwoor-

delijk voor het transport van de grond. Omdat dit nieuw was voor Portugal werd van te voren alles met de havenautoriteiten door-gesproken zodat iedereen op de hoogte was van het feit dat er ver-ontreinigde grond via deze haven werd verladen. Alle verschepingen zijn zonder problemen verlopen en de grond werd in partijen van circa 3.000 ton verscheept naar Moerdijk.

De opdrachtgever heeft inmid-dels ATM met een grote delegatie bezocht om de verwerking met eigen ogen te aanschouwen. Men was zeer onder de indruk van de installaties bij ATM en de verwer-king van de verontreinigde grond.

EDP heeft toegezegd dat er in de toekomst meer van dergelijke ter-reinen gesaneerd zullen gaan wor-den. Men verwacht dat de volgen-de sanering begin 2009 zal worden aangepakt.

Grond uit eerste sanering in Portugal naar ATM

Page 16: ATMosfeer editie 2 - juni 2007

16

SITA, voortgekomen uit het sa-mengaan van BFI en Watco, is

in Nederland een belangrijke spe-ler op het gebied van afvalinzame-ling, -recycling en -verwerking. Het bedrijf valt onder de paraplu van SUEZ, destijds ontstaan als de fi -nancierings-maatschappij voor de aanleg van het Suezkanaal, maar momenteel een internationaal opererende industrie- en dien-stengroep op het gebied van elek-triciteit, water en milieu. Paul Val-ster (41) is bij SITA als districtsdi-recteur verantwoordelijk voor het Rijnmondgebied. Zijn werkgebied loopt aan de noordrand grofweg van Maassluis tot Capelle aan den IJssel, omvat de Zuid-Hollandse eilanden, het Europoort/Botlekge-bied en eindigt in het oosten ter hoogte van Gorinchem/Leerdam. Zijn aandacht verdeelt hij dagelijks over de vestigingen in Schiedam (inzameling en verwerking van ge-vaarlijke en niet gevaarlijke afval-stoffen, bodemsanering en grond-stromen), Dordrecht (inzameling

en verwerking van niet gevaarlijke afvalstoffen) en de steunpuntloca-tie aan de Rotterdamse Waalhaven (standplaats inzamelvoertuigen) waar tevens één van SITA’s schei-dingsinstallatie’s voor bouw- en sloopafval is gesitueerd.

,,We zijn dan klant en dan weer concurrent,’’ schetst Valster de re-latie met ATM en de Shanks Group in het bijzonder. ,,Je mag ook zeg-gen, dat we soms niet zonder el-kaar kunnen. Wanneer het gaat om de eindverwerking van een aantal specifi eke afvalstoffen dan zijn onze eigen mogelijkheden niet altijd toereikend en komt al gauw ATM Moerdijk in beeld. Vooral vanuit de vestiging in Schiedam is er een link met ATM. Op deze locatie houdt SITA zich bezig met zogenaamde integrale afvalzorg, waarbij wij het totale dienstenpakket op het ge-bied van afvalmanagement, inza-meling en verwerking voor onze klanten uitvoeren, maar ook actief zijn op het gebied van het uitvoe-

ren van bodemsaneringen en het inzamelen van grondstromen.In het Europoort- en Botlekgebied mogen we naast de (petro-)chemi-sche sector ook veel scheepson-derhoud, scheepsreparatiebedrij-ven en op- en overslagbedrijven tot onze klantenkring rekenen. Een aantal specifi eke afvalstoffen die wij daar inzamelen, vinden ook veelal hun weg naar Moerdijk. Een voorbeeld hiervan is het gebruikte straalgrit, dat door SITA landelijk wordt ingezameld. Op het mo-ment dat wij in Schiedam ca. 500 ton straalgrit hebben ingezameld, wordt het na bemonstering en analyse afgevoerd naar ATM waar het vervolgens wordt gereinigd tot een nuttig toepasbaar product.SITA kent zo’n vijftig vestigingen in Nederland, verdeeld over negen districten en een aantal business units. Rijnmond is qua oppervlakte het kleinste district,’’ stelt Valster. ,,Maar is qua diversiteit van activi-teiten natuurlijk heel interessant. Het betekent nogal wat wanneer

‘Groot genoeg om ook klein te kunnen denken’Paul Valster: ‘Flexibiliteit is één van de kwaliteiten van SITA’

Door Michel van Straten

Page 17: ATMosfeer editie 2 - juni 2007

17

je het integrale afvalmanagement bij een grote olieraffi naderij mag verzorgen of bij een bedrijf met tal van fi liaalzaken.’’ Valster voegt er echter direct aan toe: ,,Hier-naast betekenen we ook graag iets voor de bakker op de hoek van de straat.’’

,,Je mag dit laatste een van de kernkwaliteiten van SITA noemen. Wij staan fl exibel in de markt en zijn hierdoor in staat om groot en klein te bedienen en houden daar-bij optimaal rekening met de wen-sen van de klant.’’

De landelijke dekking is een andere kwaliteit van SITA. ,,U kunt hierbij denken aan een aannemer die op meerdere bouwplaatsen in Neder-land actief is,’’ schetst Valster. ,,Of die aannemer nu in Rijnmond of in Groningen werkzaam is, overal zijn wij in staat om onze diensten op uniforme wijze en onder dezelfde voorwaarden en conditie’s aan te bieden. Interessant voor ons, maar niet minder voor onze klanten die anders op elke werklocatie aparte afspraken had moeten maken en op deze wijze ook het totale over-zicht kan houden.’’

Een andere kwaliteit die Valster benadrukt is onze integrale afval-zorg.,,SITA is er niet alleen om het afval op te halen, maar kan door bedrijven of instel-lingen ook in huis ge-haald worden

om de interne afvalstromen te be-geleiden en of te beheren. Door de afvalstoffen op het juiste moment en op de juiste plaats te scheiden kun je de totale verwijderingskos-ten gunstig beïnvloeden. Tijdens de bouw of verbouwing van een pand of in de ontwerpfase van een nieuwe of aanpassing van een productielijn wordt met regelmaat een beroep gedaan op onze ex-pertise om mee te denken over de wijze waarop zowel de interne als de externe afvallogistiek het beste georganiseerd kan worden. Er zijn ook al bedrijven en instellingen die voor hun interne housekeeping een zogenaamde site-medewerker van SITA hebben. Onze medewer-ker zorgt er dan voor dat het afval op locatie optimaal beheerd, be-handeld en afgevoerd wordt.’’

,,Afvalinzameling is voor veel men-sen nog steeds geen aantrekkelijke bedrijfstak,’’ weet Paul Valster als geen ander. ,,Maar er komt zo langzamerhand wel bijstelling in positieve zin. Bij het publiek dringt meer en meer door dat we met elkaar verantwoor-delijk zijn voor het afval wat geproduceerd wordt.

Daarnaast zorgt deze maatschap-pelijke verantwoordelijkheid en internationale milieuwetgeving ervoor dat de afvalbranche zich kan ontwikkelen tot een hoog-waardige bedrijfstak in het eco-nomische krachtenveld. Er wordt in onze branche niet voor niets veel gedaan aan scholing. Je moet permanent aandacht besteden aan zaken op het gebied van veiligheid, wetgeving en innovatie. Iets wat mij altijd weer opvalt, is de hoge betrokkenheid van onze mensen bij de organisatie. Of het nu afval-acceptanten , kantoorpersoneel, sorteerders of chauffeurs betreft, allemaal denken ze mee in het be-lang van SITA en leveren ze een bijdrage in de totale verwijderings-keten van afvalstoffen. Neem onze chauffeurs. Die halen bijvoorbeeld de volle containers op, maar zijn ook heel goed in staat om de wen-sen van de klanten op te pikken.

We zijn daar heel blij mee. Zij zijn immers ons dagelijkse

visitekaartje bij de klanten.’’

Kwaliteiten

17

wij in staat om onze diensten op uniforme wijze en onder dezelfde voorwaarden en conditie’s aan te bieden. Interessant voor ons, maar niet minder voor onze klanten die anders op elke werklocatie aparte afspraken had moeten maken en op deze wijze ook het totale over-zicht kan houden.’’

Een andere kwaliteit die Valster benadrukt is onze integrale afval-zorg.,,SITA is er niet alleen om het afval op te halen, maar kan door bedrijven of instel-lingen ook in huis ge-haald worden

sen nog steeds geen aantrekkelijke bedrijfstak,’’ weet Paul Valster als geen ander. ,,Maar er komt zo langzamerhand wel bijstelling in positieve zin. Bij het publiek dringt meer en meer door dat we met elkaar verantwoor-delijk zijn voor het afval wat geproduceerd wordt.

We zijn daar heel blij mee. Zij zijn immers ons dagelijkse

visitekaartje bij de klanten.’’

17

Aantrekkelijk

Page 18: ATMosfeer editie 2 - juni 2007

18

De afdeling van ATM, die deze keer aan de beurt is om na-

der voor het voetlicht gehaald te worden, is de afdeling PPC. PPC staat voor Plant Planning en Co-ordinatie. Kort gezegd; de afdeling die de logistiek regelt.Voor de aanbieders en vervoer-ders van afvalstoffen is dit de af-deling waar men mee te maken heeft. Erica Jochems en Merlien van de Korput verzorgen de plan-ning, zodat bekend is wat er wan-neer aangeleverd of afgevoerd gaat worden en zij voor-zien de portiers en wachtchefs van deze informatie.In de portiersloge huizen naast de vaste medewerkers Bert, Leny, Johan, Manja en Ans, de op-roepkrachten Mer-jam, Ilona en Celesta en onze nieuwe aan-winst, Sofi a. De bezetting van de portiersloge is illustratief voor de groei die ATM in de loop der ja-ren heeft doorgemaakt. Volstond het vroeger met één portier in dagdienst en één weegbrug, tegen-woordig is er een dubbele weeg-brug en is deze van maandag t/m vrijdag van 06:00 uur tot 21:00 uur bezet en als er veel aanleveringen in het weekend worden gepland zijn zij ook van de partij.Reden voor de redactie om eens te gaan kijken hoe hun werkdag eruit ziet. Wat direct opvalt is dat we te maken hebben met een team dat goed op elkaar is ingespeeld. Printers ratelen voortdurend en braken eindacceptatieformulieren, monsterlabels en vervoersdocu-menten uit. De chauffeurs die bin-

nenkomen worden dusdanig snel geholpen dat een bakje koffi e er niet in zit; dat gaat mee voor on-derweg. Terwijl de één de papieren in ontvangst neemt van de chauf-feur, houden de andere twee zich bezig met de weegbruggen.Het is een komen en gaan van vrachtauto’s, wat ook wel blijkt uit het feit dat er jaarlijks meer dan 100.000 wegingen worden ver-richt.“Je moet de hele dag scherp zijn,”

zegt Bert, als er een vrachtwagen arri-veert waarvan de transportdocumen-ten niet in orde zijn. “We controleren de documenten of deze op de juiste manier zijn inge-vuld en we wijzen nieuwe chauffeurs de weg. Grond is linksaf, water en slib rechtdoor en verfafval is rechtsaf. Met behulp van het signaleringssysteem van het GIS (Goederen Informatie Sy-steem) regelen we welke wagens bemonsterd moeten worden. Bij afvoer van afvalstoffen of gereinig-de materialen zorgen we ervoor dat het toegestane tonnage van de wagens niet wordt overschreden.

Bij de grotere grondsaneringen zijn vaak meerdere transporteurs betrokken. Ook dat moet allemaal in het GIS worden geregistreerd. Maken wij een fout, dan gaat die door het hele vervolgtraject heen. Het is een hele papierwinkel waar-mee we te maken hebben.Ondanks de TomTom komen er nogal wat buitenlandse chauffeurs die bij onze buurman het ‘Zeeha-venbedrijf ’ moeten zijn. Zij heb-ben de ingang links van onze in-gang, maar de TomTom stuurt ze ons terrein op. Wij leggen ze dan uit waar ze wel moeten zijn.Tot onze taak behoort ook de controle op identiteit en geldig-heid van de documenten van in-gehuurde krachten tijdens onder-houdstops. Bij een grote stop kun-nen dit wel 50 man zijn.”“Al met al hebben we een verant-

woordelijke taak,” zo stelt Manja. “En daarbij zijn we natuurlijk ook nog het visitekaartje van de fi rma. Onderling hebben we het leuk met elkaar, want veel contact met andere collega’s hebben we niet. Wij zitten hier in onze uitkijkto-ren tussen de vrachtwagens en zijn voortdurend bezig om de door-stroming op gang te houden.”“Ondanks dat het aan- en afvoe-

Het ontvangstcomité

Bediening weegbrug

Afgifte documenten

Page 19: ATMosfeer editie 2 - juni 2007

19

ren soepel verloopt, wordt er toch over gedacht om nog een slag te maken wat effi ciency betreft,” zo weet Bert te melden. Een nieuwe tekening hangt op een prominente plaats, waarbij de weegbruggen een stuk naar voor worden ver-plaatst. Vele discussies zijn er al geweest en vele zullen er nog vol-gen. Maar het is wel spannend om te zien hoe het straks allemaal uit zal pakken. Zover is het nog niet, want het toestemmingstraject is een lange weg. “Zo gaat dat als je in de afvalwereld werkzaam bent en met zoveel instanties te maken hebt,” verzucht Bert.

‘s Morgens worden de vervoers-documenten en weegbrieven van de vorige dag opgehaald door Merlien of Erica, die hier vervol-gens mee aan de slag gaan. Zij tref-fen de voorbereidingen voor de afdeling facturering. Analyses die terugkomen van het laboratorium worden gekoppeld aan de aanleve-ringen en op basis van de offerte wordt de prijscalculatie gemaakt, die moet leiden tot de uiteinde-lijke rekening naar de klant. Ondanks dat bijna alles in het GIS

wordt vastgelegd, liggen er stapels papier bij de dames. Erica geeft aan dat het fantastisch zou zijn als daar eens verandering in kon komen. “Wij hebben veel contact met de klanten,” vertelt Merlien. “Zij bel-len ons om hun aanleveringen te melden en uiteraard houden wij in de gaten of dit allemaal wel past

binnen de planning van de pro-ductieafdelingen. Wijzelf doen ook deze meldingen naar de bedrijven waar wij afvalstoffen naar afvoe-ren.” “En vergeet ook niet het samenstellen van het pakket aan vervoersdocumenten wat nodig

is voor de grens-overschr i jdende transporten,” roept Erica tussen twee telefoontjes door. Dit pakket blijkt te bestaan uit een kopie van de ver-

leende vergunning, een transport-document, een routebeschrijving, een gevarenkaart en het CMR document. CMR staat voor ‘Con-vention Relative au Contrat de Transport International de Mar-chandises par la Route’. Met an-dere woorden: een internationaal transportdocument waarin de

rechten en plichten zijn opgeno-men van de bij het wegvervoer betrokken partijen: afzender, ver-voerder en geadresseerde.Erica babbelt er lustig op los en maakt de redactie duidelijk dat ze met z’n tweeën de hele dag druk

in de weer zijn om het aan- en afvoe-ren van al dat afval in goede banen te leiden.Omdat we tegen-woordig veel grond en TAG reinigen wordt er ook ge-leverd op de TOP (Tijdelijke Opslag Plaats) die elders op het industrieterrein is gevestigd. Bij ATM

is de opslagcapaciteit voor grond beperkt, dus wordt bij de TOP ex-tra ruimte gehuurd. Hier krijgen we ook dagelijks de weegbonnen van, maar ook de rekeningen voor het inhuren van shovels en ander materieel. De dames hebben onderling een taakverdeling gemaakt, maar mocht een van de twee er niet zijn dan kan de ander het werk moeiteloos overnemen. “Al doen we dan natuurlijk niet alles,” ver-telt Merlien lachend. “We zijn na-tuurlijk niet voor niets met ons tweeën.”

Planning

Merlien

Erica

Page 20: ATMosfeer editie 2 - juni 2007

20

Al geruime tijd geleden, in 1999, hebben politie en milieu-auto-

riteiten een onderzoek gedaan of de afvalverwerking bij ATM in de jaren 1997 tot en met 1999 con-form alle regels en vergunningen was. Hierbij is gedurende een aantal maanden administratief onderzoek uitgevoerd, zijn afvalstromen be-monsterd en geanalyseerd en zijn de luchtemissies en waterlozingen gedurende 2 maanden gemeten. Na jaren van “stilte” heeft het open-baar ministerie in 2005 uiteindelijk besloten dat ATM en haar directeur zich op 45 onderwerpen voor de rechtbank moeten verantwoorden.

In de afgelopen maanden heeft de rechtbank van Breda, gedurende de diverse zittingsdagen, zich verdiept in de vraag of er in die jaren sprake is geweest van milieuovertredingen. Ook hebben de rechters een zoge-naamde “schouw” op het terrein van ATM gehouden, om het bedrijf en de bedrijfsvoering in de praktijk te zien. Op vrijdag 13 april 2007 heeft de rechtbank Breda uitspraak gedaan in deze milieuzaak. De rechtbank heeft ATM een boete opgelegd van € 160.000, waarvan € 40.000 voor-waardelijk. De directeur heeft in deze zaak een boete gekregen van € 20.000 voor feitelijk leidinggeven. Deze boetes zijn aanmerkelijk lager dan de eisen van het openbaar mi-nisterie.

Voor het merendeel van de 45 on-derwerpen is het bedrijf door de rechtbank vrijgesproken. De belangrijkste onderwerpen waarvoor ATM is vrijgesproken zijn:

• te hoge uitstoot van stoffen naar

de lucht;

• overschrijden van diverse normen bij lozen van afval-water op het riool;

• overschrijden van de nor-men bij het verwerken van afvalstoffen;

• brandweerplan en brandweerorganisa-tie niet op orde;

• valsheid in geschrif-ten bij het opstellen van lozingsrapportages.

Voor ATM is vooral van be-lang dat er vrijspraak is ge-komen voor de onderwerpen die feitelijk een gevolg kunnen hebben voor het milieu, de omgeving of de brandveilig-heid. Ook de vrijspraak op het onderwerp “valsheid in geschrifte” vindt ATM belangrijk.

De rechtbank verklaarde echter de volgende onderwerpen in de peri-ode 1997-1999 wel bewezen:1. Rapporten te laat opgestuurd;2. Teveel grond gereinigd;3. Opslag in loods zonder juiste

vergunning;4. Rookgasdebiet te hoog;5. EOX in afvalwater te hoog;6. Onjuiste verwerking van een

partij afvalwater;7. Overschrijdingen van enkele

lozingsnormen voor koel- en hemelwater op het Hollands Diep.

Heel feitelijk kan gezegd worden dat de bewezen onderwerpen overtredingen betroffen van de mi-lieuvergunningen uit die periode. Daarna zijn alle milieuvergunningen vernieuwd, waarbij het merendeel van de bewezen geachte overtre-

dingen nu toegestaan zijn

op grond van de voorschriften uit de

nieuwe milieuvergun-ningen. Die overtredin-gen bestaan nu dus niet meer. Dit geldt bijvoor-

beeld voor de doorzet van de grondreiniger, het rookgasdebiet van de grondreiniger, de EOX-lozingsnorm voor afval-water en de lozingsnor-men voor het Hollands Diep.

De principiële kanten van deze strafzaak en

de uitspraak zijn ech-ter zeker relevant

voor ATM. Eén aspect daarvan is dat deze strafzaak -en ook diverse strafzaken bij andere afvalverwer-kers- aantoont dat indien er bij af-valverwerking “fouten” optreden er snel sprake is van een strafrechte-lijk traject. Dit is het gevolg van het grote aantal en de complexiteit van de regels voor afval en de aard en het imago van afvalverwerking. ATM kan zich eigenlijk geen “fouten” per-mitteren en hoe realiseer je dat? Een ander gevolg van de uitspraak is dat ATM moet bekijken of haar milieubeleid, de procedures en werkwijzen en het milieuzorg- en compliance systeem verder aan-gescherpt moeten worden en op welke wijze dat dan moet gebeu-ren. Daar zijn we nog niet helemaal uit; het is in ieder geval een grote klus en in die zin is de uitspraak van deze milieuzaak eerder een begin dan een einde.

Milieuzaak ATM: na 8 jaar eindelijk uitspraak

Boetes blijven beperkt

Betekenis van de uitspraak

Page 21: ATMosfeer editie 2 - juni 2007

21

ATM is één van de bedrijven die jaarlijks een milieujaarver-

slag moet opstellen en indienen bij de provincie, waterschap en Rijks-waterstaat. Het milieujaarverslag over 2006 is eind maart 2007 aan al deze overheden toegestuurd. In dit jaarverslag worden alle milieu-cijfers van ATM gebundeld, zodat inzicht bestaat over de luchtemis-sies, waterlozingen, afvalstoffen, bodem, energie, etc. In dit artikel willen we een samenvatting geven van de belangrijkste punten uit deze milieucijfers.

Er is in 2006 ruim 1,3 miljoen ton afval verwerkt. De grootste afvalstromen zijn verontreinigde grond, teerhoudend asfalt, afval-water, slib, scheepsafvalstoffen en verfafval. Door de verwerking is van al dit afval 800.000 ton (62%) geschikt gemaakt voor hergebruik en nuttige toepassing, is 390.000 ton (30%) water gezuiverd en ge-loosd op het riool en is 110.000 ton (8%) afgevoerd voor verdere verwerking bij andere afvalbedrij-ven.

Voor de omgeving leveren onze ac-tiviteiten soms klachten op, hoofd-zakelijk in de vorm van stank. Bui-ten de stankgolf in de maand april, zijn er 18 klachten ontvangen, waarvan 15 over stankhinder, vrij-wel allemaal van directe buurbe-drijven. Van deze 15 stankklachten hebben we 11 maal vastgesteld dat wij de oorzaak waren. Los van de klachten hebben we 11 incidenten gemeld bij het bevoegd gezag. Dit betroffen meestal storingen in in-stallaties, maar ook een rookwolk uit een shredder als gevolg van

een onverwachte chemische reac-tie (12 mei) en het aantreffen van een oude granaatkop in een partij verontreinigde grond (4 augustus). Deze granaatkop is door het Ex-plosieven Oprui-mings Commando opgeruimd. Zowel de klachten als de incidenten zijn in-tern onderzocht en waar mogelijk zijn preventieve maat-regelen genomen.De emissies naar lucht zijn vooral afkomstig uit de schoorsteen van de TRI. De jaaremissies lagen op hetzelfde niveau als in voor-gaande jaren en vol-deden aan de vergunningsnormen daarvoor. Ook is vastgesteld dat de wettelijke luchtkwaliteitseisen in de omgeving van ATM niet wor-den overschreden.

De lozing van gezuiverd afvalwa-ter op het riool en vervolgens de waterzuivering van het Wa-terschap Brabantse Delta in Bath bedroeg 390.000 m3. Voor het overgrote deel is dit afvalwater, dat door ATM is gezuiverd, afkom-stig van andere bedrijven en uit de scheepvaart. Uit dit afvalwater is ca. 2 miljoen kilo vervuiling ver-wijderd. Van deze lozing moeten dagelijks en wekelijks een 20-tal stoffen worden gemeten en ge-toetst aan de lozingsnormen. Op een incidentele keer na, voldoen deze metingen aan de lozings-normen. Dit geldt niet voor het verhoudingsgetal CZV/N-totaal, die vaker niet voldoet aan de lo-

zingsnorm. Dit komt door de ver-schillende zuiveringsrendementen van organische vervuiling (CZV) en stikstofverbindingen (N) in de waterzuiveringsinstallatie. Er vindt

overleg plaats met het Waterschap Brabantse Delta of en hoe dit pro-bleem opgelost kan worden.

De lozing van hemel- en koelwa-ter op het Hollands Diep voldeed voor alle meetwaarden van zowel de warmtelast als de vervuilings-waarde aan de lozingsnormen van Rijkswaterstaat. Alleen de hoe-veelheid koelwater die geloosd is, is op enkele (warme) dagen te hoog geweest.

In 2006 hebben zich geen in-cidenten of bijzonderheden voorgedaan met betrekking tot (brand)veiligheid, bodem of geluid. Ook is ons milieuzorgsysteem ISO 14001 gecontroleerd en wederom akkoord bevonden.

ATM en haar milieucijfers over 2006

Vooral hergebruik

Luchtemissies

Lozingen

Meetapparatuur voor luchtemissies

Page 22: ATMosfeer editie 2 - juni 2007

2222

Per 1 juli 2007 mag grond alleen nog gereinigd worden door bedrijven die daarvoor formeel “erkend” zijn door de minister van VROM. Deze erkenningen worden afgegeven in het kader van het Besluit Uitvoe-ringskwaliteit Bodembeheer, misschien beter bekend als “Kwalibo”.

Om erkend te worden toetst de minister op twee zaken: vakbe-kwaamheid en integriteit. Voor de vakbekwaamheid moet het bedrijf aantoonbaar werken volgens de Nationale Beoordelingsrichtlijnen en SIKB-protocollen. Voor de beoordeling van de integriteit wordt door de minister bekeken of er de afgelopen jaren onregelmatigheden zijn geweest.

Op 24 april is door SenterNovem namens de minister een beoorde-ling uitgevoerd op de vakbekwaamheid en de integriteit van de grond-reiniging van ATM. Het oordeel was positief, dus ATM is ruimschoots voor 1 juli erkend door de minister en “Kwalibo-proof”.

Voor de klanten van ATM betekent dit nog meer garantie dat hun grond volgens de regels wordt behandeld: naast de Provincie Noord-Brabant zien nu ook INTRON als certifi cerende instelling en SenterNovem namens de minister toe op een goede gang van zaken.

ATM is erkend door de minister voor het reinigen van grond onder besluitnr. mem-00161-03403. Erkenningen verifi ëren kunt u op www.senternovem/bodemplus.nl.

Nieuwsfl itsMinisteriële erkenning voor ATM

Op 1 mei jl. zijn er bij ATM fi lmopnames ge-maakt van het bemonsteren van tankauto’s. De fi lmopnames zijn gemaakt op verzoek van het ROC West-Brabant “Prinstuin College” dat deze beelden zal gebruiken in haar inter-actieve lesmateriaal. De leerlingen van de middelbare laboratori-umopleiding kunnen via intranet of een DVD gericht op zoek naar achtergrond informatie over diverse onderwerpen. Bij de zoektermen “onderzoek afvalstoffen” en “NVN 5860” ko-men ze automatisch bij het fi lmpje uit dat bij ATM is gemaakt (NVN 5860 is de norm die geldt voor het bemonsteren van tankwagens). ATM heeft hier graag haar medewerking aan verleend.

Filmopname

Page 23: ATMosfeer editie 2 - juni 2007

2323

Uiterlijk 1 januari 2008 zal het Bouwstoffenbesluit worden ingetrokken, en vervangen worden door het Besluit Bodemkwaliteit, kortweg BBK. Vanaf dat moment regelt het BBK de milieuhygiënische kwaliteit van grond en bouw-stoffen. De details van deze nieuwe wet zijn nog niet allemaal bekend: de Ministerraad bespreekt de wet nog op 25 mei, en zo snel mogelijk daarna zal het BBK gepubliceerd worden. Ook al zijn nog niet alle details bekend, de hoofdlijnen lijken wel duidelijk. Daarnaast heeft ATM deelgenomen in een aantal projectgroepen die de technische details van de nieuwe wet moesten invullen. Daarom durven we nu al een doorkijk te geven van de belangrijkste veranderingen waar u als klant van ATM mee te maken krijgt.

Als u toeleverancier bent van verontreinigde grond…… mag u met ingang van 1 juli 2007 deze grond alleen nog laten reinigen door een bedrijf dat daarvoor erkend is door de minister. Als u zaken doet met ATM hoeft u zich daar overigens geen zorgen over te maken: ATM is nu al erkend.

Als u afnemer bent van gereinigde grond …… heeft u deze grond tot nu toe waarschijnlijk toegepast als zogenoemde categorie 1 grond in civieltechnische werken. Deze begrippen bestaan straks niet meer. Het begrip “werk” wordt vervangen door “grootschalige bodemtoepassing”, en de cate-gorie 1 wordt vervangen door “geschikt voor functie industrie”.De eisen waar de grond aan moet voldoen (het maximale gehalte van stofjes) veranderen feitelijk nauwelijks. U kunt de grond van ATM dan ook gewoon blijven gebruiken voor de aanleg van snelwegen.Het ophogen van locaties voor bijvoorbeeld utiliteitsbouw is tot nu toe niet mogelijk met grond van ATM. Straks is dat in veel situaties wel het geval.

Als u afnemer bent van gereinigd teerhoudend asfalt…… dan komt u voor een verassing te staan: onder de nieuwe wet krijgt zand uit gereinigd asfalt de juridische status van grond. Dit is ook logisch, want aan het zand zelf is natuurlijk helemaal niets veranderd tijdens het reinigen van asfalt.

Maar wat er ook allemaal verandert: ATM heeft specialisten in dienst die u altijd met raad en daad terzijde kunnen staan in de lastige overgangsperiode tussen twee wetten.

De vervanger van het Bouwstoffenbesluit: het Besluit Bodemkwaliteit

Nieuwe indikker voor zusterbedrijf Jaartsveld

Nadat begin 2006 een grote praktijkproef was uitgevoerd met het reinigen van sorteerzeefzand bleek dat het voor een ongestoorde reiniging van groot belang was om de drijfl aag apart af te scheiden. Deze drijfl aag van de lichte

bestanddelen veroorzaakte namelijk grote problemen bij de in-dikkers van de reinigingsinstallatie.De nieuwe indikker is eind 2006 per schip aangevoerd, na eerst in de haven van Steenbergen geweest te zijn doordat de schipper zich had vergist in de vaarroute.In januari 2007 kon begonnen worden met het proefdraaien en vanaf het eerste moment liep alles op rolletjes. Ook toen daarna de indikker tijdens het reinigen van grond in het proces werd opgenomen en de slibstroom te verwerken kreeg. Begin februari werd de proef op de som genomen door sorteer-zeefzand, te gaan draaien. En ook nu functioneerde alles prima en bleek dat de lichte deeltjes uit het sorteerzeefzand, die tot dan toe zoveel problemen veroorzaakten bij de indikkers, als drijfl aag werden afgescheiden. Zelfs zodanig dat de bestaande indikkers nagenoeg niets meer af te scheiden hebben. Ook bleek dat de

productiecapaciteit door de nieuwe indikker, zowel bij sorteerzeefzand als grond, met zo’n 5 tot 10 ton per uur is toegenomen. Inmiddels draait de indikker al bijna 4 maanden probleemloos zijn rondjes.

Page 24: ATMosfeer editie 2 - juni 2007

Afvalstoffen Terminal Moerdijk B.V. Industrieterrein - Seaport M152

Vlasweg 12, 4782 PW MoerdijkPostbus 30, 4780 AA Moerdijk

Nederland

Tel.: +31 (0)168 389289Fax: +31 (0)168 389270

E-mail: [email protected]: www.atmmoerdijk.nl

Afvalstoffen Terminal Moerdijk B.V. Industrieterrein - Seaport M152

Vlasweg 12, 4782 PW MoerdijkPostbus 30, 4780 AA Moerdijk

Nederland

Tel.: +31 (0)168 389289Fax: +31 (0)168 389270

E-mail: [email protected]: www.atmmoerdijk.nl