1.

Ik ben hierheen gekomen

met alles wat ik ben,

met hart en ziel en lichaam

met handen en mijn stem.

Ik ben hier met mijn vragen

mijn twijfel en mijn hoop,

met hemelsbreed vertrouwen

en wankelend geloof.

2.

Ik wil je hier ontmoeten

als kennis of als vriend,

met jou de wegen zoeken

waarop je vrede vindt.

Ik wil hier met je vieren

dat God het leven is,

voorzichtig gaan ontdekken

hoe groot bevrijding is

3.

Mijn God, ik wil U zoeken,

geef mij een open hart.

Ik zoek naar levenstekens

geef mij een nieuwe start.

Ik ben hier voor de woorden,

ze geven richting aan.

Ze vormen diep van binnen

de bron van mijn bestaan.

( /

“O

ho

ofd

vo

l b

loe

d e

n w

on

de

n”)

(hu

ub

oo

ste

rhu

is/

be

rna

rdh

uijb

ers

)

Wat ik gewild heb, wat ik gedaan heb

wat mij gedaan werd, wat ik misdaan heb,.

Wat ongezegd bleef wat onverzoend bleef,

wat niet gekend werd wat ongebruikt bleef

al het beschamende neem het van mij

en dat ik dit was en geen ander

dit overschot van stof van de aarde:

dit was mijn liefde. Hier ben ik.

(Oosterhuis/Oomen)

Wakend weten

dat mensen zijn,

stof van de aarde;

klei in Gods handen.

(peter biesbrouck / taizé)

Nada te turbe, nada te espante:

quien a Dios tienne nada te falta

Nada te turbe, nada te espante:

só lo Dios basta.

Laat niets je verontrusten,

laat niets je beangstigen.

Wie God heeft, ontbreekt niets,

God alleen is genoeg(Taizé)

(

(de B

ruijn

e M

arijk

e / a

ls G

ezang 3

87)