ARBOKENNISSYSTEEM 28.A: Algemene risico's en...

of 61 /61
ARBOKENNISSYSTEEM 28.A: Algemene risico's en oplossingen bij het bewerken van asfalt- en betonwegen M 0028-0001 Voor een volledig overzicht van arborisico's en oplossingsmogelijkheden is het noodzake- lijk ook de volgende documenten te raadplegen: 28.01 Gritstralen 28.02 Werpstralen 28.03 Frezen van beton/asfalt 28.04 Zagen van beton/asfalt en frezen van sleuven 28.05 Vegen van verhardingen (handmatig) 28.06 Vegen van verhardingen (machinaal) Voor hakken/breken van beton/asfalt zie de groep “Bewerken van steenachtige materialen en sloopwerk”. Raadpleeg voor richtlijnen met betrekking tot het bewerken van teerbevattend asfalt het daartoe opgestelde protocol (VBW-Asfalt/Arbouw). 1

Embed Size (px)

Transcript of ARBOKENNISSYSTEEM 28.A: Algemene risico's en...

  • ARBOKENNISSYSTEEM

    28.A: Algemene risico's en oplossingen bij het bewerken van asfalt- en betonwegen

    M 0028-0001

    Voor een volledig overzicht van arborisico's en oplossingsmogelijkheden is het noodzake-

    lijk ook de volgende documenten te raadplegen:

    28.01 Gritstralen

    28.02 Werpstralen

    28.03 Frezen van beton/asfalt

    28.04 Zagen van beton/asfalt en frezen van sleuven

    28.05 Vegen van verhardingen (handmatig)

    28.06 Vegen van verhardingen (machinaal)

    Voor hakken/breken van beton/asfalt zie de groep “Bewerken van steenachtige materialen

    en sloopwerk”.

    Raadpleeg voor richtlijnen met betrekking tot het bewerken van teerbevattend asfalt het

    daartoe opgestelde protocol (VBW-Asfalt/Arbouw).

    1

  • 1. ALGEMEEN

    028-0002

    In dit document worden de veel voorkomende risico's, maatregelen en oplossingen bij het

    bewerken van asfalt en beton beschreven.

    Materialen:

    - Asfalt bestaande uit een mengsel van mineraal aggregaat en bitumen (ca. 5

    gewichtsprocenten). In het asfalt kan teer aanwezig zijn. Soms zijn andere materia-

    len toegevoegd zoals polymeren, afdruipremmers (vezels), secundaire grondstoffen.

    - Beton bestaande uit een mengsel van mineraal aggregaat en cement als bindmiddel. - Steenachtige materialen al of niet gebonden met cement (steenmengsel, slakken,

    puingranulaat, asfaltgranulaat).

    - Stralen: diverse soorten grit zoals smeltslak, koperslak, vasilgrit of aluminiumsilikaat (straalmiddel mag niet meer dan 1% kwarts bevatten)

    Materieel:

    - Vrachtwagen (voor vervoer (vrijkomende) materialen of materieel) - Mechanische veger, veeg-/zuigwagen - Zaagmachine (met of zonder watertoevoer) met benzine- of dieselmotor. Handzaag

    (gewicht ca 10 kg) voor kleine klussen en zaagsneden van beperkte diepte. Voor

    grotere klussen en/of diepe zaagsneden wordt een zaagmachine op een verrijdbaar

    onderstel gebruikt, soms voorzien van een plateau waarop de bediener plaatsneemt.

    - Freesmachine op verrijdbaar onderstel die kan worden voorzien van verschillende soorten frezen.

    - Werpstraalapparaat - Straalapparatuur; compressor - Auto met aanhangwagen voor vervoer van het materieel. - Waterreservoir

    Gereedschappen:

    - Schop, veger, kruiwagen - Handgereedschap voor onderhoud en het verhelpen van storingen

    2

  • 2. ARBORISICO'S

    028-0003

    Toxische stoffen:

    Stof:

    Bij diverse werkzaamheden (zagen, stralen, frezen, vegen) wordt men blootgesteld aan stof

    vrijkomend uit asfalt of beton, waarin doorgaans kwarts en verder ook PAK aanwezig

    kunnen zijn. De hoogste concentraties zijn te verwachten in situaties waarin de luchtver-

    versing gering is bijvoorbeeld bij windstil weer, bij wegen omzoomd door bomen en in

    tunnels. De grenswaarde voor hinderlijk stof (10 mg/m3 voor inhaleerbaar stof) kan worden

    overschreden. Kwartsstof kan bij langdurige blootstelling aan te hoge concentraties tot

    silicose leiden. Ook is aangetoond dat blootstelling aan kwartsstof bij de mens longkanker kan

    veroorzaken. De grenswaarde voor respirabel kwartsstof (0,075 mg/m3) zal bij diverse

    werkzaamheden regelmatig worden overschreden.

    In asfaltstof kan een geringe hoeveelheid polycyclische aromatische koolwaterstoffen (PAK)

    aanwezig zijn. De PAK-concentratie is hoger indien het asfalt teer bevat. PAK staan op de

    lijst van kankerverwekkende stoffen en processen en kunnen longkanker veroorzaken. Bij

    bewerking van asfalt met teer zijn maatregelen nodig om werknemers tegen PAK te

    beschermen.

    Uitlaatgassen:

    Uitlaatgassen zijn afkomstig van het materieel waarmee wordt gewerkt (freesmachine,

    veeg-zuigwagen, vrachtwagen, zaagmachine, ander materieel) en langsrijdend verkeer.

    3

  • Toxische bestanddelen zijn gassen zoals koolmonoxyde (CO), stikstofoxide (NO2) en

    roetdeeltjes. Dieseluitlaatgassen staan op de lijst van kankerverwekkende stoffen en

    processen en kunnen longkanker veroorzaken. In hoge concentraties treedt irritatie van

    ogen en luchtwegen op. Voor de lange termijneffecten van DME (dieselmotoremissies) is

    (nog) geen grenswaarde vastgesteld. Gezien de kankerverwekkende eigenschappen van

    dieseluitlaatgassen moet de blootstelling eraan zo veel mogelijk worden beperkt. De

    hoogste concentraties zijn te verwachten bij windstil weer. De mate van blootstelling is

    verder afhankelijk van de lengte en plaatsing van de uitlaat en onderhoudstoestand van de

    motor.

    Geluid:

    M 028-0004

    De blootstelling aan geluid is het gevolg van het geluid veroorzaakt door het materieel

    waarmee, of in de omgeving waarvan, men werkt en bedraagt vaak 90 dB(A) of meer. De

    grenswaarde (zie Voorschriften) wordt bij veel werkzaamheden overschreden en bij

    onvoldoende bescherming is er kans op gehoorschade.

    Trillingen:

    Machinisten en chauffeurs worden blootgesteld aan lichaamstrillingen via het zitvlak en/of

    via de plaat onder de voeten. Per dag vindt ca. 4 tot 6 uur blootstelling plaats. Blootstelling

    aan lichaamstrillingen kan leiden tot vermoeidheid en op lange termijn tot gezondheidsef-

    fecten zoals aandoeningen van de wervelkolom. De grenswaarden voor lichaamstrillingen

    (zie Voorschriften) kunnen worden overschreden.

    Klimaat:

    4

  • 028-0005

    Het werk vindt, met meestal buiten plaats. Bij slecht weer staat men bloot aan kou, wind en

    neerslag. Dat kan bij onvoldoende bescherming leiden tot spier- en gewrichtsklachten en tot

    verkoudheid. Met name in de zomerperiode en bij zonnig weer treedt blootstelling op aan

    UV-straling die kan leiden tot huidverbranding en oogirritatie. Jarenlange blootstelling kan

    leiden tot huidkanker op latere leeftijd.

    Veiligheid:

    5

  • 028-0006

    Diverse oorzaken kunnen aanleiding zijn tot ongevallen, zoals stoten, bekneld raken tussen

    onderdelen van de machine, overreden/aangereden worden door materieel of langsrijdend

    verkeer, overrijden/aanrijden van collega's. Vooral in de winter is het in de ochtend soms

    te donker om goed bij te kunnen werken en is verlichting van de werkplek noodzakelijk.

    Dat geldt ook voor werk in de nacht. Onvoldoende verlichting belemmert het werk en

    vergroot de kans op ongevallen. Weersomstandigheden, met name mist, kunnen leiden tot

    slecht zicht en daardoor tot aanrijdingen. Een glad wegdek kan een langere remweg

    betekenen en daardoor de kans op aanrijdingen vergroten.

    Fysieke belasting:

    6

  • 028-0007

    Bij machinisten/chauffeurs is vaak sprake van een statische werkhouding. Machinisten van

    freesmachines en veegmachines zitten regelmatig langdurig in een gedwongen

    werkhouding. Dat is een gevolg van de soms slechte inrichting van de cabine en de

    situering van bedieningsmiddelen. Ook regelmatig in- en uitstappen kan belastend zijn. Het

    werk van de machinisten/chauffeurs is niet energetisch zwaar belastend. Dat geldt wel voor

    het werk van werknemers die met handgereedschap werken (vegen, pneumatisch hakken).

    Bij het vegen met een bezem is de werkhouding ongunstig doordat men in een gedraaide

    houding moet werken. Het is fysiek belastend door de ongunstige werkhouding in

    combinatie met het repeterende karakter.

    7

  • 3. OPLOSSINGS- EN VERBETERINGSMOGELIJKHEDEN

    Technisch:

    Hou rekening met de oplossingen beschreven in het blad Aanpak dieselmotoremissies in

    de bouwnijverheid

    Voor groot materieel buiten:

    • Uitlaat verlengen naar boven • Onderhoud volgens specificaties • Alle materieel volgens Euro-2-norm • Gebruik van een zelfregenererend combifilter (CRT); een CRT moet in

    samenspraak met de leverancier op het motorvermogen worden afgestemd.

    Voor klein materieel buiten:

    • Motoren onderhouden en afstellen volgens schema • Uitlaat van de werknemer af • Oxydatiekatalysator

    Overige oplossingen:

    - Materieel moet goed toegankelijk zijn en voorzien zijn van een stoel en een bedie-

    ningspaneel die voldoen aan ergonomische criteria; het zicht op het werk moet

    zodanig zijn dat het buiten de cabine leunen niet noodzakelijk is; de geluidemissie

    moet zo gering mogelijk zijn en de machine moet zijn voorzien van een stoel en een

    bodemplaat met trillingsdemping.

    - Het materieel moet zijn voorzien van een glij-vaste op- en afstapmogelijkheid en leuningwerk en van een noodstop.

    - Oplossingen in verband met stof: watertoevoer; afzuiging; overdrukcabine

    - Plaats het juiste type afzetting conform de van toepassing zijnde richtlijnen.

    - Stofvorming door heen en weer rijdend materieel kan worden voorkomen door

    regelmatig sproeien met een waterwagen.

    - Maatregelen gericht op het beperken van de blootstelling aan geluid:

    - geluidreducerende vloermatten

    - geen onnodig hoog toerental; rustig rijden

    - goede isolatie van materieel

    - gesloten houden van ramen en deur

    - zo kort mogelijk buiten de cabine verblijven

    - omkastingen gesloten houden en kieren dichtmaken

    - PBM met ingebouwd communicatiemiddel (kan de cabine gesloten blijven) 8

  • Organisatorisch:

    - Hou rekening met de voorschriften die gelden wat betreft de Risico-Inventarisatie en -Evaluatie en het V&G-plan (zie het hoofdstuk “Voorschriften”).

    - Indien teer of asbest-bevattende materialen aanwezig kunnen zijn, voer het werk dan

    uit conform de regels die gelden voor het werken met kankerverwekkende stoffen

    - Tref alle voorzieningen en maak afspraken (met alle betrokken instanties) om de

    kans op ongevallen door langsrijdend verkeer tot een minimum te beperken (zie

    voor de organisatorische aspecten “Handleiding Veilig werken aan wegen” en voor

    specifieke maatregelen de geldende richtlijnen (zie literatuurlijst)); zorg (in overleg

    met de opdrachtgever/wegbeheerder) waar dat mogelijk is voor een volledige

    afsluiting van de weg voor verkeer; verkeersmaatregelen aanpassen aan de

    plaatselijke omstandigheden, b.v. in geval van gladheid borden met langere remweg

    plaatsen en het begin van de afzetting op grotere afstand plaatsen. Bij een project

    RI&E moet dit naar voren komen.

    - Bevorder de samenwerking tussen machinisten en andere werknemers door hand- en armseinen via vast patroon.

    - Indien dichte mist en gladheid tot een onveilige situatie leiden, de werkzaamheden stoppen.

    - Regel het inzetten van een waterwagen, indien op grond van de uit te voeren werkzaamheden stofvorming wordt verwacht (volgens de door VIANED

    voorgestelde methode; bij droge en warme condities 1 keer per uur sproeien, zie

    CROW rapport 02-07)

    - Voorlichting over het op een juiste wijze uitvoeren van de werkzaamheden. - Zorg voor goede hygiënische omstandigheden, schaft- en sanitaire voorzieningen.

    - Gebruik alleen schone handschoenen.

    - Laat werkkleding regelmatig chemisch reinigen.

    - Zorg voor goede voorzieningen in het kader van de bedrijfshulpverlening (onder meer brandblussers, EHBO-voorzieningen, brandcard).

    - Bij zwaar werk en bij langdurig innemen van dezelfde houding (machinisten), de mogelijkheid bieden om regelmatig een korte pauze te nemen.

    Individueel:

    - Neem de voorschriften geldend voor werk- en rusttijden in acht.

    - Instructie hoe veilig te werken. - Gebruik voor het reinigen van handen of kleding geen gasolie of benzine. 9

  • - Neem de voorschriften die gelden voor het veilig werken langs de weg (zie “Handleiding Veilig werken aan wegen” en overige relevante publicaties van het

    CROW). Dat houdt onder meer in:

    - let goed op en werk met het gezicht in de rijrichting

    - werk vanuit een veilige plaats (b.v. berm, voetpad)

    - zorg voor goede zichtbaarheid (schone signaalkleding, verlichting)

    - blijf altijd binnen de verkeersafzetting

    - loop via de berm naar de werkplek

    - steek haaks over

    - plaats borden van buiten naar binnen en verwijder ze van binnen naar buiten

    - zorg voor goede leesbaarheid, zichtbaarheid (ten minste 200 meter) en stabiele

    opstelling (niet kunnen wegrollen, wegglijden, verdraaien of omwaaien)

    - kegels en geleidebakens niet door elkaar gebruiken

    - hou tenminste 60 centimeter afstand tussen de feitelijke werkplek en de rijbaan

    - parkeer auto’s op een veilige plek (voldoende afstand, op de handrem)

    - laat afzettingen niet onnodig lang staan om irritatie bij weggebruiker te voorkomen

    - breng borden die tijdelijk zijn afgedekt terug in de oorspronkelijke staat

    10

  • 4. VOORSCHRIFTEN

    RI&E en V&G-plan:

    Bedrijven zijn verplicht op grond van de Arbowet een Risico-Inventarisatie en Evaluatie

    (RI&E) op te stellen en bijbehorend Plan Van Aanpak (PVA). De aard van de risico’s en de

    te treffen maatregelen verschillen echter vaak per bouwproject. Bovendien zijn bij een

    project vaak meerdere aannemers betrokken. Daarom moet ook een project-RI&E worden

    opgesteld. Voor bouwprojecten wordt de project-RI&E en het bijbehorende V&G-plan,

    opgesteld door de aannemer/werkgever die door de opdrachtgever is belast met de

    veiligheids- en gezondheidscoördinatie.

    Alle betrokken aannemers dienen de V&G-coördinator in staat te stellen het V&G-plan op

    te stellen, door aanleveren van de noodzakelijke informatie over te verwachten risico’s en

    te treffen maatregelen van de eigen werkzaamheden. Dat kan door aanleveren van de RI&E

    met betrekking tot de eigen werkzaamheden op het project leidend tot een ‘deel-V&G-

    plan’. De V&G-coördinator verwerkt die informatie in het V&G-plan voor het gehele

    project.

    Het V&G-plan moet tijdens de looptijd van het project regelmatig worden geëvalueerd en

    waar nodig bijgesteld.

    Fysieke belasting:

    Fysieke belasting mag geen gevaren voor de gezondheid van de werknemers met zich

    meebrengen, indien dit wel het geval is, moet de werkgever maatregelen nemen om de

    risico's af te wenden. Fysieke belasting heeft betrekking op de werkhoudingen, uit te

    voeren bewegingen en uit te oefenen krachten.

    Arbeidsmiddelen:

    De werkgever moet de nodige maatregelen treffen om ervoor te zorgen dat alle ter

    beschikking gestelde arbeidsmiddelen zodanig zijn uitgerust en/of aangepast dat de

    veiligheid en gezondheid van de werknemer tijdens het gebruik zijn gewaarborgd. Hiertoe

    dienen de risico's te worden geïnventariseerd en maatregelen te worden genomen om deze

    weg te nemen dan wel te verminderen. Voorschriften voor constructie en gebruik van

    arbeidsmiddelen zijn vastgelegd in de arboregelgeving en in NEN-normen.

    Toxische stoffen:

    Voor stoffen die bij inademen in stofvorm of gasvorm, schadelijk kunnen zijn voor de

    gezondheid worden grenswaarden (MAC-waarden of wettelijke grenswaarden) opgesteld. 11

  • De grenswaarde is in het algemeen een tijdgewogen gemiddelde concentratie (TGG) over

    een periode van 15 minuten en/of een periode van 8 uur.

    Indien de grenswaarde wordt overschreden moeten maatregelen worden getroffen om de

    concentratie tot onder de grenswaarde te verlagen. Indien het technisch (nog) niet mogelijk

    is de concentratie tot onder de grenswaarde te verlagen is het gebruik van

    ademhalingsbescherming noodzakelijk.

    Bij sommige stoffen kan ook een concentratie lager dan de grenswaarde tot

    gezondheidsschade leiden. Dat geldt met name voor kankerverwekkende stoffen waarvoor

    geen drempelwaarde kan worden vastgesteld. Bij die stoffen kan het dragen van

    ademhalingsbescherming ook bij een concentratie lager dan de grenswaarde noodzakelijk

    zijn.

    Geluid:

    Bij geluidsniveaus hoger dan 80 dB(A) moeten gehoorbeschermingsmiddelen ter beschik-

    king worden gesteld en moet voorlichting worden verstrekt. Bij geluidsniveaus hoger dan

    85 dB(A) moeten maatregelen worden getroffen om het geluidsniveau te verlagen, moet de

    gevarenzone worden gemarkeerd en moet gehoorbescherming worden gebruikt.

    Trillingen:

    Voor lichaamstrillingen geldt een drempelniveau van 0,25 m/s2, een actieniveau van 0,5

    m/s2 en een maximumniveau van 0,7 m/s2.

    Voor hand-arm trillingen geldt een drempelniveau van 1 m/s2, een actieniveau van 2,5 m/s2

    en een maximumniveau van 5 m/s2.

    Bovenstaande niveaus gelden voor een blootstellingsduur van 8 uur per dag.

    Boven het drempelniveau is voorlichting verplicht. Boven het actieniveau zijn maatregelen

    ter vermindering van de blootstelling verplicht, tenzij dit redelijkerwijs niet kan worden

    gevraagd. Boven het maximumniveau moet de blootstelling worden verlaagd door onder

    meer een beperking van de blootstellingsduur.

    Persoonlijke beschermingsmiddelen:

    Indien de werknemer aan gevaren wordt blootgesteld moeten die worden bestreden. Zolang

    dat (nog) niet op afdoende wijze is gebeurd moeten doelmatige, passende, op de werknemer

    afgestemde persoonlijke beschermingsmiddelen door de werkgever ter beschikking worden

    gesteld en door de werknemer worden gebruikt. Om een goed functioneren te realiseren

    zijn voorlichting over het gebruik, periodiek onderhoud en reiniging/ontsmetting

    noodzakelijk. 12

  • 5. LITERATUUR

    Stichting Arbouw:

    - Handboek Arbozorg en Verzuimbegeleiding in de bouwnijverheid; deel 2 en 3:

    Bouwberoepen en specifieke werkzaamheden, 1997.

    - Gezondheidsrisico's in de asfaltwegenbouw, 1993. - Inventarisatie stofarme sloopapparatuur, 2000. - Kwartsstofblootstelling bij freeswerkzaamheden in de asfaltwegenbouw, 2000. - Kwarts- en PAK-blootstelling bij freeswerkzaamheden; de invloed van maatregelen,

    2002.

    - Lawaai in de bouwnijverheid; bijlagen, 2002. - Inventarisatie van eenvoudige lawaaibeheersmaatregelen op de bouwplaats, 2002. - Ergonomie van cabines voor mobiele machines, april 2002. - Stof in de bouwnijverheid. - Blootstelling aan PAK in de wegenbouw. Arbouw/CROW, april 1993.

    - Werk en werkomstandigheden in de asfaltwegenbouw, Informatiepakket, 1993. - Aanpak dieselmotoremissies in de bouwnijverheid, 1999. - Diverse rapporten in het kader van: Project Onderzoek (On)Veiligheid Wegwerkers. - Arbouw-adviezen voor de bouwnijverheid.

    - no 1: Hygiënische voorzieningen op de bouwplaats.

    - no 2: Wegafzettingen Bebording Bebakening.

    - no 5: Persoonlijke beschermingsmiddelen.

    Aboma+Keboma:

    - Abomafoon nr. 1.39 Besluit Arbeidsmiddelen.

    - Abomafoon nr. 2.05 Wegafzettingen en verkeersvoorzieningen

    - Abomafoon nr. 3.02 Beveiliging van achteruitrijdende voertuigen.

    CROW:

    Diverse publicaties met betrekking tot wegafzettingen en verkeersvoorzieningen:

    - Richtlijnen voor maatregelen bij werken in uitvoering op autosnelwegen (publ. 96a) - Richtlijnen voor maatregelen bij werken in uitvoering op niet-autosnelwegen buiten

    de bebouwde kom (publicatie 96b)

    - Tijdelijke afschermingsvoorzieningen bij werken in uitvoering op autosnelwegen. - Handboek wegafzettingen op autosnelwegen (kantonniersboekje) - Verkeersvoorzieningen bij werken in uitvoering in de bebouwde kom (publ. 35). 13

  • - Handleiding veilig werken aan wegen (publicatie 129). - Stofbestrijding bij werkzaamheden in de wegenbouw (rapport 02-07) 2002.

    Overige:

    - EAPA/VBW-Asfalt: Veiligheid en gezondheid in de asfaltwegenbouw; leidraad voor

    het management, oktober 1992.

    14

  • 6. CHECKLIST

    Ontwerp/V&G-plannen/werkvoorbereiding:

    - Hou rekening met de voorschriften wat betreft het opstellen van RI&E en V&G-plan (zie het hoofdstuk “Voorschriften”).

    - Stel vast welke maatregelen / voorzieningen noodzakelijk zijn om veilig en gezond werken in de uitvoeringsfase mogelijk te maken; regel dat deze worden gerealiseerd.

    - Stel vast of teer of asbest-bevattende materialen aanwezig zijn en voer het werk in dat

    geval uit conform de voorschriften die gelden voor het werken met deze materialen.

    - Tref voorzieningen en maak afspraken (met alle betrokken instanties) om de kans op

    ongevallen door langsrijdend verkeer tot een minimum te beperken; zorg waar dat

    mogelijk is voor een volledige afsluiting van de weg voor verkeer en spreek daar zo

    nodig de opdrachtgever op aan.

    - Tref waar nodig maatregelen om een te hoge blootstelling aan stof, geluid, dieseluit-laatgassen, en dergelijke te verminderen en de veiligheid en ergonomische aspecten

    (toegankelijkheid materieel, werkhouding, bediening) zo goed mogelijk te maken

    (zie oplossingsvoorstellen in dit document en bij de verschillende

    deelwerkzaamheden).

    - Regel dat voorlichting/instructie over het op een veilige/gezonde wijze uitvoeren

    van de werkzaamheden wordt verstrekt en betrek daarbij ook de samenwerking/-

    communicatie tussen machinisten en andere werknemers.

    - Zorg dat er op het werk goede hygiënische- en sanitaire voorzieningen (toilet,

    schaftgelegenheid, mogelijkheid tot handen wassen) aanwezig zijn, inclusief schone

    handschoenen en werkkleding. Verontreinigde werkkleding chemisch reinigen.

    - Zorg voor het aanwezig zijn van de nodige beschermingsmiddelen, afgestemd op de

    te verwachten risico’s.

    Uitvoeringsfase:

    - Controleer of de vereiste (zie onder meer V&G-plan) voorzieningen / maatregelen om veilig en gezond werken mogelijk te maken, zijn gerealiseerd.

    - Zorg ervoor dat het personeel geïnstrueerd is in het gebruik van de persoonlijke beschermingsmiddelen en overtuigd is van het belang ervan. Controleer of de te

    dragen middelen aanwezig zijn en ook daadwerkelijk worden gebruikt.

    - Verontreinigde handschoenen/kleding moeten worden vervangen.

    - Controleer of de voorschriften in verband met veiligheid en gezondheid in acht

    worden genomen, gegeven instructies regelmatig herhalen. 15

  • ARBOKENNISSYSTEEM

    Werkzaamheid 28.01:

    Gritstralen

    M 028-0008

    Voor een volledig overzicht van arborisico's en oplossingsmogelijkheden is het noodzake-

    lijk ook de volgende documenten te raadplegen:

    28.A: “Algemene risico's en oplossingen bij het bewerken van wegen”.

    Verder wordt ook verwezen naar de groep “Oppervlakbehandeling en reiniging”.

    16

  • 1. ALGEMEEN

    Omschrijving van de werkzaamheid:

    028-0009

    Gritstralen van een beton-, asfalt-, of metaaloppervlak om een (aangetaste) bovenlaag te

    verwijderen (b.v. markeringen), of het oppervlak geschikt te maken voor het aanbrengen van

    nieuwe lagen. Bij gritstralen wordt perslucht vermengd met (staal)grit onder druk via een

    slang en een spuitpistool op de ondergrond geblazen. De straler wordt meestal geassisteerd

    door iemand die de compressor en de toevoer van grit bedient.

    De werkzaamheid heeft betrekking op het beroep:

    - Gritstraler

    Materialen:

    - Ondergrond: asfalt, beton, steen of metaal; diverse soorten grit zoals smeltslak,

    koperslak, vasilgrit of aluminiumsilikaat (straalmiddel mag niet meer dan 1% kwarts

    bevatten)

    Materieel:

    - Straalapparatuur; compressor; vrachtwagen voor vervoer van de apparatuur

    Gereedschappen:

    - Schop, bezem, handgereedschap.

    17

  • Samenvatting belastende factoren:

    Beoordeling per factor:

    geel: verhoogd risico, maatregelen opnemen in een plan van

    aanpak

    rood: sterk verhoogd risico, maatregelen direct noodzakelijk

    toxische stoffen (bij

    droog stralen zonder

    stofafzuiging):

    (kwarts)stof*

    PAK**

    overige***

    uitlaatgas

    sen

    - binnen/overdekt

    - buiten

    - rood

    - rood

    - rood

    - rood

    - geel/rood

    - geel/rood

    - geel?

    fysische factoren:

    geluid

    hand-arm-

    trillingen

    - rood - geel?

    fysieke belasting:

    statische belasting

    (nek, schouders):

    duwen en

    trekken

    - rood - rood

    veiligheid:

    - kans op ongevallen door langsrijdend verkeer

    - grotere kans op ongevallen bij werk in de nacht en bij belemmering van het zicht door

    de stofnevel

    - kans op ongevallen door onder hoge druk vrijkomend grit

    * Geldt alleen indien de gestraalde ondergrond kwarts bevat zoals asfalt en beton.

    ** Geldt alleen indien teer aanwezig is; in dat geval kan ook sprake zijn van blootstelling

    aan teer via huidcontact.

    *** Bij het stralen van materialen met een coating, komen eventuele toxische stoffen in de

    coating vrij.

    18

  • 2. ARBORISICO'S

    028-0010

    Toxische stoffen:

    De werknemers worden bij het stralen blootgesteld aan uitlaatgassen van de compressor,

    vrachtwagen en ander materieel in de omgeving, waaronder dieseluitlaatgassen. Ook is

    blootstelling mogelijk aan uitlaatgassen afkomstig van het langsrijdende verkeer. Onder

    ongunstige condities kunnen klachten optreden, bijvoorbeeld door emissies van verouderd

    of slecht onderhouden materieel in combinatie met een ongunstige windrichting.

    Het materiaal dat wordt gestraald bestaat soms grotendeels uit een minerale fractie (asfalt of

    beton), waarvan een aanzienlijk deel kan bestaan uit kwartsbevattende materialen.

    Bij droog stralen zonder afzuiging komt zeer veel stof vrij. De grenswaarde voor hinderlijk

    stof en kwartsstof worden in het algemeen ver overschreden. Bij droogstralen zonder

    afzuiging worden behalve de gritstraler ook andere werknemers in de omgeving aan hoge

    stofconcentraties blootgesteld. Bij gritstralen met afzuiging en bij nat-gritstralen komt veel

    minder stof vrij. Ook bij nat-gritstralen kan in situaties met weinig ventilatie de grenswaarde

    voor respirabel kwartsstof echter worden overschreden.

    Indien een coating of een markeringslaag door stralen wordt verwijderd zullen de daarin

    aanwezige toxische stoffen in het stof aanwezig zijn. Indien een teerbevattende laag wordt

    gestraald zullen PAK vrijkomen en kan de straler aan een te hoge concentratie PAK worden

    blootgesteld.

    Geluid:

    M 028-0011

    Blootstelling aan geluid door het onder hoge druk (2 tot 8 bar) en met grote snelheid (200

    m/s) vrijkomende straalgrit. Terugslaand en tegen de straalhelm komend split kan eveneens

    een bijdrage leveren. Het gemiddelde geluidsniveau bij het gritstralen is ca. 110 dB(A). De

    grenswaarde voor geluid (85 dB(A)) wordt ver overschreden. Ook de gemiddelde

    blootstelling over een 8-urige werkdag ligt in het algemeen ver boven de grenswaarde.

    Trillingen:

    Het is niet bekend in welke mate de gritstraler wordt blootgesteld aan handarmtrillingen en of

    die blootstelling tot effecten op de gezondheid zou kunnen leiden.

    Veiligheid:

    19

  • 028-0012

    Ongevallen kunnen optreden door overreden/aangereden worden door materieel of

    langsrijdend verkeer, struikelen, geraakt worden door wegspringend gruis, niet gebruiken

    van veiligheidsvoorzieningen. Bij werken op hoogte bij het stralen van constructies is er kans

    op vallen, indien de beveiliging van de werkplek onvoldoende is of ontbreekt. De hoge

    snelheid waarmee het grit/lucht-mengsel uit de straalpijp komt kan leiden tot ongevallen

    indien de straal in aanraking komt met lichaamsdelen. Daartoe moet de straalpijp zijn

    voorzien van een dodemansknop. Onvoldoende zicht (bij droog gritstralen zonder afzuiging)

    en verlichting belemmeren het werk en vergroten de kans op ongevallen.

    Fysieke belasting:

    028-0013

    Bij het gritstralen is sprake van fysiek zwaar belastend werk. Over een werkdag wordt veelal

    meer dan 4 uur gewerkt. Er wordt staand/lopend gewerkt. Het onder controle houden van de

    slang en de straalpijp en het verplaatsen van de slang vergt veel kracht (meer dan 200

    Newton). Het onder een bepaalde hoek en in een bepaalde positie houden van de straalpijp

    kan leiden tot een aanzienlijke statische belasting van nek en schouders. Gemiddeld wordt

    meer dan 4 uur per dag het hoofd tussen 25 en 85 graden gebogen en de bovenarm meer dan

    60 graden geheven. De energetische belasting wordt vergroot doordat in een afgesloten pak

    wordt gewerkt.

    20

  • 3. OPLOSSINGS- EN VERBETERINGSMOGELIJKHEDEN

    Technisch:

    - Vocht/nevel gritstraalapparatuur (ca. 5 tot 30 liter waterdosering per uur), waardoor

    het vrijkomen van fijnstof sterk wordt beperkt (ca. 95% reductie).

    - Zuigkopstralen (vrijkomende grit/stof afgezogen door afzuigmond die rondom de

    straalpijp is aangebracht).

    - Werpstralen (stalen kogels worden tegen het oppervlak geslingerd waarbij vrijkomend

    stof wordt afgezogen) bij het stralen van verhardingen.

    - Reinigen met water onder hoge druk. - Straalapparatuur gemonteerd op een mobiel frame, zodat de straalpijp alleen hoeft te

    worden gericht, met spatscherm ter bescherming tegen terugspringend grit.

    - Geluidgedempt materieel. - Verwijder stof/gruis met een stofzuiger/afzuigapparatuur. - Straalapparatuur met een goed functionerende dodemansknop die in geval van

    struikelen, etc., de toevoer (ter plaatse van de straalpijp) afsluit.

    - Leuningen aanbrengen bij werken op hoogte.

    Organisatorisch:

    - Maak gebruik van een communicatiesysteem waardoor tijdens het (grit)stralen overleg

    met de straler mogelijk is

    - Zorg bij het gritstralen (in verband met de belasting die het werk met zich meebrengt)

    voor regelmatig in lassen van rustpauzes, bijvoorbeeld werkperiodes van 40 minuten

    afgewisseld met pauzes van 20 minuten

    - Stem het werk af met andere werkzaamheden (zo mogelijk niet gelijktijdig)

    - Het werkgebied afzetten.

    Individueel:

    028-0014

    - persoonlijke beschermingsmiddelen (gehoorbescherming (geluidreductie 35 dB);

    ademhalingsbescherming (bij droog stralen zonder afzuiging een kap/helm met

    toevoer van gefilterde perslucht; werknemers in de omgeving ademhalingsbescher-

    ming voorzien van aangedreven gefilterde (P3-filter) lucht; bij nat stralen of stralen

    met afzuiging wordt bij weinig ventilatie (b.v. kelders, tunnels) gebruik van

    ademhalingsbescherming met aangedreven gefilterde (P3-filter) lucht aangeraden;

    21

  • gelaatsbescherming; veiligheidsschoenen; handschoenen; kleding die afdoende

    bescherming biedt tegen kou/wind/regen; veiligheidsvest/signaleringskleding.

    22

  • 4. VAN TOEPASSING ZIJNDE RAW- EN STABU-CATEGORIEËN

    RAW:

    31.01.11 Schoonmaken verhardingsoppervlak

    31.01.23 Ruwen oppervlak van beton

    31.01.24 Ruwen oppervlak van asfalt

    31.07.21 Stroef maken verhardingsoppervlak van asfalt

    31.07.22 Stroef maken verhardingsoppervlak van beton

    31.07.51 Behandelen van vette vlekken

    32.01.41 Verwijderen markering

    42.51.02 Bewerken van verharde betonoppervlakken

    56.21.01 Voorbehandelen staal, nieuwbouw

    56.22.01 Voorbehandelen staal t.p.v. roestvorming, onderhoud

    56.22.02 Voorbehandelen staal t.p.v. verflagen, onderhoud

    56.24.01 Voorbehandelen verzinkt staal, t.p.v. de roestvorming, onderhoud

    56.24.02 Voorbehandelen verzinkt staal t.p.v. de verflagen, onderhoud

    23

  • ARBOKENNISSYSTEEM

    Werkzaamheid 28.02:

    Werpstralen

    Voor een volledig overzicht van arborisico's en oplossingsmogelijkheden is het noodzake-

    lijk ook de volgende documenten te raadplegen:

    28.A: “Algemene risico's en oplossingen bij het bewerken van wegen”.

    Verder wordt ook verwezen naar de groep “Oppervlakbehandeling en reiniging”.

    24

  • 1. ALGEMEEN

    Omschrijving van de werkzaamheid:

    Werpstralen van een beton-, asfalt-, of metaaloppervlak om een (aangetaste) bovenlaag te

    verwijderen, of het oppervlak geschikt te maken voor het aanbrengen van nieuwe lagen. Bij

    werpstralen wordt apparatuur gebruikt waarmee een ondergrond wordt bewerkt met metalen

    kogeltjes (gesloten systeem). Vrijkomend stof en gruis worden af-/opgezogen en de kogeltjes

    worden na afscheiden hergebruikt. Werpstralen wordt niet toegepast op verticale vlakken.

    De werkzaamheid heeft betrekking op het beroep:

    - Straler - Betonwerker

    Materialen:

    - Ondergrond: asfalt, beton, steen of metaal

    Materieel:

    - Werpstraalapparaat; vrachtwagen voor vervoer van de apparatuur

    Gereedschappen:

    - Schop, bezem, handgereedschap.

    25

  • Samenvatting belastende factoren:

    Beoordeling per factor:

    geel: verhoogd risico, maatregelen opnemen in een plan van

    aanpak

    rood: sterk verhoogd risico, maatregelen direct noodzakelijk

    toxische stoffen:

    kwartsstof*

    PAK**

    uitlaatgassen

    - binnen/overdekt

    - buiten

    - geel?

    - geel?

    - geel/rood

    fysische factoren:

    geluid

    hand-arm-

    trillingen

    - rood

    - ?

    fysieke belasting:

    duwen en

    trekken

    - rood

    veiligheid:

    - kans op ongevallen door langsrijdend verkeer

    - grotere kans op ongevallen bij werk in de nacht

    * Geldt alleen indien de gestraalde ondergrond kwarts bevat zoals asfalt en beton.

    ** Geldt alleen indien teer aanwezig is; in dat geval kan ook sprake zijn van blootstelling

    aan teer via huidcontact.

    26

  • 2. ARBORISICO'S

    Toxische stoffen:

    Bij het werpstralen treedt blootstelling op aan uitlaatgassen van het werpstraalapparaat en

    ander materieel in de omgeving, waaronder dieseluitlaatgassen. Ook is blootstelling mogelijk

    aan uitlaatgassen afkomstig van het langsrijdende verkeer. Onder ongunstige condities

    kunnen klachten optreden, bijvoorbeeld door emissies van verouderd of slecht onderhouden

    materieel in combinatie met een ongunstige windrichting.

    Het materiaal dat wordt bewerkt bestaat soms grotendeels uit een minerale fractie (asfalt of

    beton), waarvan een aanzienlijk deel kan bestaan uit kwartsbevattende materialen.

    Bij een vlakke doorlopende ondergrond komt in het algemeen weinig stof vrij. Langs randen

    en oneffenheden kan wel stof vrijkomen. De grenswaarde voor kwartsstof kan in

    binnenruimten worden overschreden.

    Geluid:

    Blootstelling aan geluid door het werpstraalapparaat en eventuele andere bronnen in de

    omgeving. Het gemiddelde geluidsniveau bij het werpstralen is niet bekend. De grenswaarde

    voor geluid (85 dB(A)) wordt naar verwachting overschreden. Ook de gemiddelde

    blootstelling over een 8-urige werkdag overschrijdt naar verwachting de grenswaarde.

    Trillingen:

    Het is niet bekend in welke mate de werknemer die het werpstraalapparaat bedient wordt

    blootgesteld aan handarmtrillingen.

    Veiligheid:

    Ongevallen kunnen optreden door overreden/aangereden worden door materieel of

    langsrijdend verkeer, struikelen, bekneld raken.

    Fysieke belasting:

    Bij het bedienen van het werpstraalapparaat is sprake van fysiek belastend werk. Er wordt

    staand/lopend gewerkt, gedurende meer dan 4 uur per dag. Het onder controle houden en

    verplaatsen van het apparaat vergt duw- en trekkracht (meer dan 200 Newton).

    27

  • 3. OPLOSSINGS- EN VERBETERINGSMOGELIJKHEDEN

    Technisch:

    - Reinigen met water onder hoge druk

    - Geluidgedempt materieel - Verwijder stof/gruis met een stofzuiger/afzuigapparatuur en niet door vegen of

    schoonblazen met perslucht

    Organisatorisch:

    Individueel:

    - Persoonlijke beschermingsmiddelen: gehoorbescherming; ademhalingsbescherming

    (in binnenruimtes en bij ongelijkmatig oppervlak waardoor stof vrijkomt),

    bijvoorbeeld middel voorzien van aangedreven gefilterde (P3-filter) lucht; veiligheids-

    schoenen; handschoenen; kleding die afdoende bescherming biedt tegen kou/-

    wind/regen; veiligheidsvest/signaleringskleding; bij zonnig weer crème met UV-

    filter en zonnebril met UV-filter.

    28

  • 4. VAN TOEPASSING ZIJNDE RAW- EN STABU-CATEGORIEËN

    RAW:

    31.01.25 Ruwen oppervlak van beton

    31.01.26 Ruwen oppervlak van asfalt

    31.07.23 Stroef maken verhardingsoppervlak van asfalt

    31.07.24 Stroef maken verhardingsoppervlak van beton

    31.07.52 Behandelen van vette vlekken

    32.01.42 Verwijderen markering

    56.21.02 Bewerken van verharde betonoppervlakken

    29

  • ARBOKENNISSYSTEEM

    Werkzaamheid 28.03:

    Frezen van beton/asfalt

    M 028-0015

    Voor een volledig overzicht van arborisico's en oplossingsmogelijkheden is het noodzake-

    lijk ook de volgende documenten te raadplegen:

    28.A: “Algemene risico's en oplossingen bij het bewerken van wegen”.

    30

  • 1. ALGEMEEN

    028-0016

    Omschrijving van de werkzaamheid:

    Het bedienen van de freesmachine vindt plaats door een machinist en vaak ook een assistent.

    Er wordt gefreesd in dieptes tot maximaal 300 mm en in breedtes tot maximaal 2,1 m.

    Afhankelijk van het te frezen oppervlak, de freesdiepte en -breedte, wordt gesproken over

    frezen ten behoeve van aansluiting, facetfrezen, bakfrezen, profielfrezen, vlak- of

    rijspoorfrezen, oppervlakfrezen of sloopfrezen. Het freesgranulaat kan blijven liggen, maar

    wordt meestal via een transportband op een vrachtwagen gebracht.

    Incidenteel wordt warm gefreesd waarbij de asfaltlaag wordt verwarmd, die techniek wordt

    hier niet besproken.

    De werkzaamheid heeft betrekking op het beroep:

    - Machinist GWW (freesmachine); assistent freesmachine

    Materialen:

    - Asfalt (mengsel van mineraal aggregaat en bitumen (ca. 5 gewichtsprocenten

    bitumen)).

    31

  • - Beton (cementgebonden).

    - Steenachtige materialen al of niet gebonden met cement (steenmengsel, slakken,

    puingranulaat, asfaltgranulaat).

    - Frezen van teerbevattende materialen wordt hier niet besproken

    Materieel:

    - Freesmachines met instelbare werkbreedte/freesdiepte, al of niet voorzien van een

    cabine.

    - Vrachtwagen voor afvoer van het freesgranulaat. - Veegwagen

    Gereedschappen:

    - Gereedschap voor onderhoud en het verhelpen van storingen.

    32

  • Samenvatting belastende factoren:

    Beoordeling per factor:

    geel: verhoogd risico, maatregelen opnemen in een plan van

    aanpak

    rood: sterk verhoogd risico, maatregelen direct noodzakelijk

    toxische stoffen:

    stof

    kwartsstof

    PAK*

    uitlaatgassen

    - binnen/overdekt

    - buiten

    - groen/geel

    - rood

    - rood

    - rood

    - rood

    - rood

    - geel/rood

    fysische factoren:

    geluid

    lichaams-

    trillingen**

    - rood

    - geel/rood

    fysieke belasting:

    statische

    belasting

    (nek en lage

    rug):

    klimmen

    tillen

    - rood**

    - geel***

    - geel**

    - rood***

    veiligheid:

    - kans op ongevallen van de machinist en anderen door het door hem gehanteerde

    materieel of door langsrijdend verkeer

    - kans op bekneld raken tussen draaiende delen van de freesmachine

    - grotere kans op ongevallen bij werk in de nacht en bij mist

    * Geldt alleen indien teer aanwezig is; in dat geval zal vaak ook sprake zijn van

    blootstelling aan teer via huidcontact.

    ** Geldt voor de machinist.

    *** Geldt voor de assistent.

    33

  • 2. ARBORISICO'S

    028-0017

    Toxische stoffen:

    Blootstelling aan uitlaatgassen, waaronder dieseluitlaatgassen, afkomstig van de

    freesmachine, ander wegenbouwmaterieel en langsrijdend verkeer. Onder ongunstige

    condities kunnen klachten optreden, bijvoorbeeld door emissies van verouderd of slecht

    onderhouden materieel, ongunstige positionering van de uitlaat in combinatie met een

    ongunstige windrichting.

    Stof ontstaat tijdens het frezen en het transporteren van het granulaat naar de vrachtauto. Ook

    kan stof vrijkomen door andere werkzaamheden in de omgeving (vegen). De grenswaarde

    voor hinderlijk stof zal meestal niet worden overschreden. Dat is vaak wel het geval voor

    de grenswaarde voor respirabel kwartsstof. Bij aanwezig zijn van teer is blootstelling

    mogelijk aan een verhoogde concentratie PAK. Ook kunnen in het vrijkomende stof andere

    toxische stoffen aanwezig zijn, indien in het gefreesde oppervlak secundaire grondstoffen zijn

    verwerkt.

    Geluid:

    M 028-0018

    De blootstelling aan geluid is het gevolg van het geluid veroorzaakt door de freesmachine.

    Tijdens het frezen zijn geluidniveaus gemeten tot 105 dB(A). De grenswaarde voor geluid (85

    dB(A)) wordt ver overschreden. De gemiddelde blootstelling over een 8-urige werkdag ligt,

    afhankelijk van het type freesmachine, tussen 90 en 100 dB(A).

    Trillingen:

    De machinist wordt blootgesteld aan lichaamstrillingen. De trillingsintensiteit is niet precies

    bekend en is afhankelijk van het type frees, de instelling, ondergrond en rijsnelheid. Over-

    dracht vindt plaats via zitvlak en voeten. Per dag vindt circa 4 tot 6 uur blootstelling plaats.

    De grenswaarden voor lichaamstrillingen (zie “Voorschriften”) worden naar verwachting

    overschreden.

    Veiligheid:

    028-0019

    Ongevallen kunnen ontstaan door stoten, bekneld raken tussen onderdelen van de machine,

    overreden/aangereden worden door materieel of langsrijdend verkeer, overrijden/aanrijden

    van collega's. 34

  • Weersomstandigheden, met name mist, kunnen leiden tot slecht zicht en daardoor tot

    aanrijdingen.

    Tijdens het frezen kan aanrijgevaar ontstaan indien de freesmachine bij het draaien buiten het

    afgezette wegvak komt.

    Achterblijvende beton-/asfaltresten kunnen leiden tot ongevallen.

    Manoeuvreren met ingeschakelde frees kan leiden tot terugslag van de freesmachine.

    Verhelpen van storingen terwijl de freesmachine in bedrijf is kan leiden tot ernstige

    ongevallen.

    Tijdens controle van het freesproces treedt de werknemer soms buiten het afgezette wegvak.

    Fysieke belasting:

    Voor de machinist is er geen sprake van fysiek zwaar belastend werk. Er wordt afwisselend

    zittend of staand gewerkt. De werkhouding is vaak ongunstig doordat de machinist ter controle

    van het freesproces in een scheve of gedraaide houding moet werken. Het langdurig (meer dan

    4 uur per dag) in een dergelijke houding werken kan klachten van de nek en de rug

    veroorzaken. De bedieningsmiddelen zijn soms op een ongunstige plaats aangebracht

    waardoor reiken noodzakelijk is. De cabines van freesmachines zijn soms slecht toegankelijk

    waardoor het moeilijk is voor de machinist om op of van de freesmachine te komen.

    De assistent verricht af en toe fysiek zwaar belastend werk bij het verhelpen van storingen en

    het verwisselen van de freestanden. Er wordt langdurig (meer dan 4 uur per werkdag)

    staand/lopend gewerkt. De werkhouding is ongunstig bij het verhelpen van storingen en het

    verwisselen van de freestanden. Er worden regelmatig gewichten van meer dan 15 kg getild,

    vaak in een asymmetrische werkhouding.

    35

  • 3. OPLOSSINGS- EN VERBETERINGSMOGELIJKHEDEN

    Technisch:

    - Draaiende en bewegende delen afschermen.

    - Beveiliging van de freesmachine waardoor de machine automatisch stopt indien er zich

    een werknemer voor/achter zou bevinden.

    - Zorg voor een goede bereikbaarheid van onderdelen van de freesmachine zodat de

    belasting bij het verwisselen van de freestanden (werkhouding, uit te oefenen kracht)

    wordt beperkt.

    - Oplossingen om het vrijkomen van stof tegen te gaan:

    - sproeien/vernevelen van water onder hoge druk tijdens het frezen;

    - zorgen voor voldoende watertoevoer tijdens het frezen (minder stofvorming tijdens

    het frezen en tijdens het transport naar de vrachtwagen);

    - overkappen van de transportband om verwaaien van stof tegen te gaan.

    Organisatorisch:

    - Manoeuvreren met uitgeschakelde freesaandrijving.

    - Storingen alleen verhelpen met een uitgeschakelde machine. Assistent en bestuurder

    van de freesmachine dienen een goede communicatie te hebben.

    - Binnen de afgezette wegvakken blijven.

    - Gefreesd wegdek schoon achterlaten.

    - Zorg voor voldoende watertoevoer tijdens het frezen.

    Individueel:

    - Persoonlijke beschermingsmiddelen: Gehoorbescherming (zware kap of zonodig

    dubbele bescherming (kap + doppen)); ademhalingsbescherming tegen respirabel

    kwartsstof, bijvoorkeur voorzien van aanblaasfilter (tenzij met metingen is vastgesteld

    dat de maatregelen tegen stof hebben geleid tot kwartsstofconcentraties onder de

    grenswaarde); veiligheidsschoenen; handschoenen; kleding die afdoende bescherming

    biedt tegen kou/wind/regen; veiligheidsvest/signaleringskleding; bij zonnig weer

    crème met UV-filter.

    - Instructie hoe de freesmachine veilig te bedienen.

    36

  • 4. VAN TOEPASSING ZIJNDE RAW- EN STABU-CATEGORIEËN

    RAW:

    31.01.21 Frezen asfalt t.b.v. aansluiting

    31.01.22 Verwijderen asfalt d.m.v. frezen

    31.01.23 Ruwen oppervlak van beton.

    31.01.24 Ruwen oppervlak van asfalt.

    31.07.21 Stroef maken verhardingsoppervlak van asfalt.

    31.07.22 Stroef maken verhardingsoppervlak van beton.

    31.07.51 Behandelen van vette plekken.

    31.07.52 Behandelen van grove of schrale plekken.

    37

  • ARBOKENNISSYSTEEM

    Werkzaamheid 28.04:

    Zagen van beton/asfalt en frezen van sleuven

    M 0028-0020

    Voor een volledig overzicht van arborisico's en oplossingsmogelijkheden is het noodzake-

    lijk ook de volgende documenten te raadplegen:

    28.A: “Algemene risico's en oplossingen bij het bewerken van wegen”.

    38

  • 1. ALGEMEEN

    Omschrijving van de werkzaamheid:

    0028-0021

    Met een zaag voorzien van een diamantzaagblad worden zaagsnedes aangebracht in een

    asfalt- of betonverharding. Zaagsnedes met een diepte tot ca 13 cm kunnen worden

    aangebracht met een handzaag. Voor grotere dieptes is het gebruik van een grotere

    verrijdbare zaag noodzakelijk. Er wordt bij diamantzagen meestal gewerkt met waterkoeling.

    Smalle sleuven in het wegdek, zoals bijvoorbeeld bij het herstellen van scheuren, worden met

    een freesmachine aangebracht.

    De werkzaamheid heeft betrekking op het beroep:

    - Vakman GWW

    Materialen:

    - Asfalt (mengsel van mineraal aggregaat en bitumen (ca. 5 gewichtsprocent bitumen)).

    - Beton (cementgebonden).

    - Steenachtige materialen al of niet gebonden met cement (steenmengsel, slakken,

    puingranulaat, asfaltgranulaat).

    39

  • Materieel:

    - Zaagmachine (met of zonder watertoevoer) met benzine- of dieselmotor. Handzaag (gewicht ca 10 kg) voor kleine klussen en zaagsneden van beperkte diepte. Voor

    grotere klussen en/of diepe zaagsneden wordt een zaagmachine op een verrijdbaar

    onderstel gebruikt, soms voorzien van een plateau waarop de bediener plaatsneemt.

    - Freesmachine op verrijdbaar onderstel die kan worden voorzien van verschillende soorten frezen voor het aanbrengen van sleuven van 10 tot 30 mm breed.

    - Auto met aanhangwagen voor vervoer van de zaagmachine. - Waterreservoir

    Gereedschappen:

    - Gereedschap voor onderhoud en het verhelpen van storingen.

    40

  • Samenvatting belastende factoren:

    Beoordeling per factor:

    geel: verhoogd risico, maatregelen opnemen in een plan van aanpak

    rood: sterk verhoogd risico, maatregelen direct noodzakelijk

    toxische stoffen:

    stof

    kwartsstof

    PAK***

    uitlaatgassen**

    ** - binnen/overdekt

    - buiten

    - rood*

    - geel/rood*

    - rood*/rood**

    - rood*/geel**

    - rood*/rood**

    - rood*/geel**

    - rood

    - geel

    fysische factoren:

    geluid

    hand-arm

    trillingen

    - rood

    - groen/rood

    fysieke belasting:

    tillen

    dragen

    lopen

    statische

    belasting (lage

    rug en knieën):

    - geel

    - geel

    - geel

    - geel

    veiligheid:

    - kans op ongevallen van de machinist en anderen door het door hem gehanteerde

    materieel of door langsrijdend verkeer

    - geraakt worden door wegspringende delen

    * Zagen/frezen zonder watertoevoer.

    ** Zagen/frezen met watertoevoer

    *** Geldt alleen indien teer aanwezig is; in dat geval zal vaak ook sprake zijn van

    blootstelling aan teer via huidcontact.

    **** Geldt voor zaag/frees met dieselmotor

    41

  • 2. ARBORISICO'S

    Toxische stoffen:

    0028-0022

    Blootstelling aan uitlaatgassen, waaronder dieseluitlaatgassen, afkomstig van de zaag-

    /freesmachine, ander wegenbouwmaterieel en langsrijdend verkeer. Onder ongunstige

    condities kunnen klachten optreden, bijvoorbeeld door emissies van verouderd of slecht

    onderhouden materieel, ongunstige positionering van de uitlaat in combinatie met een

    ongunstige windrichting.

    Stof ontstaat vooral bij het droog zagen of frezen. De grenswaarde voor hinderlijk stof kan

    bij droogzagen worden overschreden. De grenswaarde voor respirabel kwartsstof kan bij

    nat zagen/frezen worden overschreden en wordt bij droog zagen vaak ver overschreden. Bij

    aanwezig zijn van teer kan ook de grenswaarde voor PAK worden overschreden. Ook

    kunnen andere toxische stoffen in het stof aanwezig zijn indien in de verharding/fundering

    secundaire grondstoffen zijn verwerkt.

    Geluid:

    M 0028-0023

    De blootstelling aan geluid is het gevolg van het geluid veroorzaakt door de zaag-

    /freesmachine. Tijdens het zagen/frezen zijn geluidsniveaus mogelijk van 100 dB(A) of hoger.

    De grenswaarde voor geluid (85 dB(A)) wordt ver overschreden. Ook de gemiddelde

    blootstelling over een 8-urige werkdag ligt in het algemeen boven de grenswaarde.

    Trillingen:

    42

  • 0028-0024

    Blootstelling aan hand-armtrillingen. De trillingsintensiteit bij het werken met handzagen ligt

    gemiddeld op circa 6 tot 7 m/s2. De grenswaarden voor hand-armtrillingen (zie

    “Voorschriften”) kunnen worden overschreden indien langer dan ca. 1 uur per dag met deze

    apparatuur wordt gewerkt. Blootstelling aan lichaamstrillingen is mogelijk bij het werken met

    een zaag/frees, staande op het bedieningsplateau.

    Veiligheid:

    0028-0025

    Ongevallen kunnen ontstaan door stoten, bekneld raken tussen onderdelen van de machine, in

    aanraking komen met draaiende delen, geraakt worden door wegspringende delen, overreden

    of aangereden worden door materieel of langsrijdend verkeer. Weersomstandigheden, met

    name mist, kunnen leiden tot slecht zicht en daardoor tot aanrijdingen.

    Fysieke belasting:

    0028-0026

    Er is sprake van fysiek matig tot zwaar belastend werk. Dat geldt vooral voor laden, lossen

    en verplaatsen van de kleinere zaagmachines, die vaak handmatig worden verplaatst. De

    43

  • grotere machines zijn dermate zwaar, dat handmatig verplaatsen niet mogelijk is. Er wordt

    lopend (verrijdbare zaag) of knielend (handzaag) gewerkt.

    44

  • 3. OPLOSSINGS- EN VERBETERINGSMOGELIJKHEDEN

    Technisch:

    - Draaiende en bewegende delen afschermen.

    - Maak waar mogelijk gebruik van watertoevoer of van een zaag/frees voorzien van stofafzuiging.

    - Gebruik scherpe zaagbladen en frezen.

    Organisatorisch:

    - Zorg voor aanwezig zijn van water en voor voldoende watertoevoer tijdens het zagen/frezen.

    - Maak in verband met de fysieke belasting (en ook de stofblootstelling) waar mogelijk gebruik van een verrijdbare zaag in plaats van een handzaag.

    - Zorg voor aanwezig zijn van een hulpmiddel voor laden en lossen.

    Individueel:

    0028-0027

    Let op 0027 is ook

    gebruikt in 28.06

    45

  • - Persoonlijke beschermingsmiddelen: gehoorbescherming (zware kap of otoplastieken;

    ademhalingsbescherming tegen respirabel kwartsstof, bijvoorkeur voorzien van

    aanblaasfilter (bij droog zagen altijd en bij nat zagen in situaties met weinig ventilatie);

    veiligheidsschoenen; handschoenen; gelaatsscherm; kleding die afdoende bescherming

    biedt tegen kou/wind/regen; veiligheidsvest/signaleringskleding; bij zonnig weer

    crème met UV-filter.

    - Instructie hoe de zaag-/freesmachine veilig te bedienen.

    46

  • 4. VAN TOEPASSING ZIJNDE RAW- EN STABU-CATEGORIEËN

    RAW:

    31.01.22 Verwijderen asfalt d.m.v. frezen

    31.01.41 Zagen verharding

    31.07.31 Repareren van scheuren in asfalt

    31.07.32 Repareren van scheuren in beton

    31.07.61 Herstellen voegvulling in betonverharding

    31.33.01 Aanbrengen dwarsvoegen

    31.33.02 Aanbrengen langsvoeg

    47

  • ARBOKENNISSYSTEEM

    Werkzaamheid 28.05:

    Vegen van verhardingen (machinaal)

    M 0028-0027

    Let op, deze code is

    ook gebruikt in het

    vorige blad

    Voor een volledig overzicht van arborisico's en oplossingsmogelijkheden is het noodzake-

    lijk ook de volgende documenten te raadplegen:

    28.A: “Algemene risico's en oplossingen bij het bewerken van wegen”.

    48

  • 1. ALGEMEEN

    Omschrijving van de werkzaamheid:

    0028-0028

    Verwijderen van gruis/stof van het wegdek door machinaal vegen, bijvoorbeeld aansluitend

    op het frezen van asfaltlagen met een frees, of vegen van overtollig split. De machinist zorgt

    zo nodig ook voor het verplaatsen van de machine naar de plaats van de werkzaamheden;

    verder zorgt hij voor onderhoud en het verhelpen van storingen.

    De werkzaamheid heeft betrekking op het beroep:

    - Machinist GWW

    Materialen:

    - Asfalt/beton/overige verhardingen

    Materieel:

    - Mechanische veger, veeg-/zuigwagen

    Gereedschappen:

    49

  • - Schop, bezem, handgereedschap.

    50

  • Samenvatting belastende factoren:

    Beoordeling per factor:

    geel: verhoogd risico, maatregelen opnemen in een plan van

    aanpak

    rood: sterk verhoogd risico, maatregelen direct noodzakelijk

    toxische stoffen:

    stof

    kwartsstof

    PAK*

    - binnen/overdekt

    - buiten

    - groen/geel

    - rood

    - geel/rood

    - rood

    - geel/rood

    fysische factoren:

    geluid

    lichaamstrillingen

    - geel/rood

    - geel/rood

    fysieke belasting:

    statische belasting

    (lage rug):

    - geel

    veiligheid:

    - kans op ongevallen door langsrijdend verkeer

    - grotere kans op ongevallen bij werk in de nacht en bij mist

    * Geldt alleen indien teer aanwezig is; in dat geval zal vaak ook sprake zijn van

    blootstelling aan teer via huidcontact.

    51

  • 2. ARBORISICO'S

    Toxische stoffen:

    0028-0029

    Blootstelling aan uitlaatgassen, waaronder dieseluitlaatgassen, afkomstig van wegenbouw-

    materieel en langsrijdend verkeer. Onder ongunstige condities kunnen klachten optreden,

    bijvoorbeeld door emissies van verouderd of slecht onderhouden materieel, ongunstige

    positionering van de uitlaat in combinatie met een ongunstige windrichting.

    Bij het mechanisch vegen komt vaak veel (kwarts)stof vrij. Ook kan stof vrijkomen door

    andere werkzaamheden in de omgeving (frezen). De grenswaarde voor hinderlijk stof zal

    meestal niet worden overschreden. De grenswaarde voor respirabel kwartsstof kan wel

    worden overschreden. Bij aanwezig zijn van teer kan de machinist worden blootgesteld aan

    te hoge concentraties PAK. Bij gebruik van een veeg-/zuigwagen is de hoeveelheid stof die

    wordt geproduceerd in het algemeen kleiner dan bij gebruik van een mechanische veger of

    bij handmatig vegen.

    Geluid:

    M 0028-0030

    Blootstelling aan geluid veroorzaakt door de veeg-/zuigwagen en overig materieel in de

    omgeving. Geluidsniveaus hoger dan 80 dB(A) zijn mogelijk De grenswaarde voor geluid

    52

  • (85 dB(A)) wordt soms overschreden. De gemiddelde blootstelling over een 8-urige werkdag

    ligt naar verwachting tussen 80 en 85 dB(A).

    Trillingen:

    Blootstelling aan lichaamstrillingen. De trillingsintensiteit is niet precies bekend en is

    afhankelijk van het type veeg-/zuigwagen, ondergrond en rijsnelheid. Overdracht vindt

    plaats via zitvlak en voeten. Per dag vindt circa 4 tot 6 uren blootstelling plaats. De

    grenswaarden voor lichaamstrillingen (zie “Voorschriften”) worden naar verwachting

    overschreden.

    Veiligheid:

    0028-0031

    Ongevallen door aangereden worden door materieel of langsrijdend verkeer, door het zelf

    veroorzaken van aanrijdingen. Extra kans op aanrijdingen bij slecht zicht (mist).

    Aanrijdgevaar indien de veegmachine bij draaien buiten het afgezette wegvak komt. Kans

    om geraakt te worden door tijdens het vegen wegspringende delen.

    Fysieke belasting:

    De werkhouding is soms ongunstig doordat de machinist in een scheve of gedraaide houding

    moet werken. Per werkdag wordt 1 tot 4 uur in deze houding gewerkt. Er is sprake van een

    statische belasting van de lage rug. De bedieningsmiddelen zijn soms op een ongunstige

    plaats aangebracht waardoor reiken noodzakelijk is. De wagen is soms slecht toegankelijk

    waardoor het moeilijk is voor de machinist om op of van de veeg-/zuigwagen te komen.

    53

  • 3. OPLOSSINGS- EN VERBETERINGSMOGELIJKHEDEN

    Technisch:

    - Gebruik een veeg-/zuigwagen in plaats van een mechanische veger.

    Organisatorisch:

    - Binnen het afgezette wegvak blijven.

    Individueel:

    - Persoonlijke beschermingsmiddelen: veiligheidsschoenen; handschoenen; ademha-

    lingsbescherming tegen (kwarts)stof; kleding die afdoende bescherming biedt tegen

    kou/wind/regen; veiligheidsvest/signaleringskleding.

    54

  • 4. VAN TOEPASSING ZIJNDE RAW- EN STABU-CATEGORIEËN

    RAW:

    31.01.11 Schoonmaken verhardingsoppervlak

    55

  • ARBOKENNISSYSTEEM

    Werkzaamheid 28.06:

    Vegen van verhardingen (handmatig)

    Voor een volledig overzicht van arborisico's en oplossingsmogelijkheden is het noodzake-

    lijk ook de volgende documenten te raadplegen:

    28.A: “Algemene risico's en oplossingen bij het bewerken van wegen”.

    56

  • 1. ALGEMEEN

    Omschrijving van de werkzaamheid:

    Verwijderen van gruis/stof van het wegdek door handmatig vegen, bijvoorbeeld aansluitend

    op het frezen van asfaltlagen met een frees, of vegen bij oppervlakreparaties.

    De werkzaamheid heeft betrekking op het beroep:

    - Asfaltafwerker - Opperman

    Materialen:

    - Asfalt/beton/overige verhardingen

    Materieel:

    - (Vrachtwagen)

    Gereedschappen:

    - Schop, bezem, kruiwagen.

    57

  • Samenvatting belastende factoren:

    Beoordeling per factor:

    geel: verhoogd risico, maatregelen opnemen in een plan van

    aanpak

    rood: sterk verhoogd risico, maatregelen direct noodzakelijk

    toxische stoffen:

    stof

    kwartsstof

    PAK*

    - binnen/overdekt

    - buiten

    - geel/rood

    - groen/geel

    - rood

    - geel/rood

    - rood

    - rood

    fysische factoren:

    geluid

    - groen/geel

    fysieke belasting:

    statische

    belasting

    (lage rug):

    repeterende

    handelingen

    (schouder):

    - rood

    - rood

    veiligheid:

    - kans op ongevallen van de werknemer die veegt door activiteiten van andere

    werknemers of langsrijdend verkeer

    - grotere kans op ongevallen bij werk in de nacht en bij mist

    * Geldt alleen indien teer aanwezig is; in dat geval zal vaak ook sprake zijn van

    blootstelling aan teer via huidcontact.

    58

  • 2. ARBORISICO'S

    Toxische stoffen:

    Blootstelling aan uitlaatgassen, waaronder dieseluitlaatgassen, afkomstig van materieel in de

    omgeving en langsrijdend verkeer. Onder ongunstige condities kunnen klachten optreden,

    bijvoorbeeld door emissies van verouderd of slecht onderhouden materieel, ongunstige

    positionering van de uitlaat in combinatie met een ongunstige windrichting.

    Bij het handmatig vegen komt vaak veel (kwarts)stof vrij. Ook kan stof vrijkomen door

    andere werkzaamheden in de omgeving (frezen, machinaal vegen). De grenswaarde voor

    hinderlijk stof kan worden overschreden. Dat geldt ook voor de grenswaarde voor

    respirabel kwartsstof. Bij aanwezig zijn van teer kan de werknemer worden blootgesteld

    aan een te hoge concentratie PAK.

    Veiligheid:

    Ongevallen door aangereden/overreden worden door materieel of langsrijdend verkeer.

    Grotere kans op ongevallen bij werk in de nacht of bij mist. Geraakt worden door

    wegspringende delen door werk in de buurt van een veegmachine.

    Fysieke belasting:

    Het handmatig vegen is energetisch zwaar belastend. Het lopen met een kruiwagen,

    scheppen en vegen van materialen vormt een belasting voor de rug en schouders. Tijdens

    het vegen wordt de lage rug statisch belast. Tijdens het vegen worden in een gebogen

    houding (statische belasting rug) duw en trekbewegingen gemaakt, die repeterend van

    karakter zijn (schouder). Deze werkzaamheden worden 1 tot 4 uur per dag verricht.

    De schouder wordt meer dan 60 graden geheven en de lage rug meer dan 20 graden

    gebogen.

    59

  • 3. OPLOSSINGS- EN VERBETERINGSMOGELIJKHEDEN

    Technisch:

    - Gebruik een veeg-/zuigwagen.

    - Ergonomisch vormgegeven handgereedschap.

    Organisatorisch:

    - Zorg voor scheppen en vegers met verschillende steellengtes zodat werknemers een

    optimale steellengte kunnen kiezen.

    Individueel:

    - Verlicht het werk door taakroulatie.

    - Persoonlijke beschermingsmiddelen: veiligheidsschoenen; veiligheidsbril (bij werk

    in de buurt van een veegmachine); handschoenen; ademhalingsbescherming tegen

    (kwarts)stof; kleding die afdoende bescherming biedt tegen kou/wind/regen;

    veiligheidsvest/signaleringskleding; bij zonnig weer crème met UV-filter en

    zonnebril met UV-filter.

    60

  • 61

    4. VAN TOEPASSING ZIJNDE RAW- EN STABU-CATEGORIEËN

    RAW:

    31.01.11 Schoonmaken verhardingsoppervlak

    Verder vormt handmatig vegen een onderdeel van diverse bewerkingen (en de daarop van

    toepassing zijnde RAW-categorieën) van het verhardingsoppervlak