Antistolling in de keten
description
Transcript of Antistolling in de keten
Naam spreker
Datum
Antistolling in de keten
Programma
0.00 uur Inleiding en doel
0.15 uur Presentatie - problematiek en aanbevelingen - LESA Antistolling- werkwijze trombosedienst
0.25 uur Huidige situatie
0.35 uur Stellingen verantwoordelijkheid
1.05 uur Casuïstiek communicatie
1.35 uur Maken van afspraken
2.05 uur Afsluiting
Vul hier uw eigen tijdstippen in.
VOORSTELRONDE
Doel
De deelnemers:
• kennen de risico’s en (vermijdbare) schade bij antistollingsmedicatie en de kernpunten van de LESA Antistolling
• hebben inzicht in de bestaande situatie bij de trombosezorg in hun dagelijkse praktijk en in de keten
• benoemen verbeterpunten voor de trombosezorg in hun praktijk en in de keten
• maken afspraken over taken, verantwoordelijkheden en informatie-uitwisseling om de kwaliteit van de lokale (of regionale) ketentrombosezorg te bevorderen
PROBLEMATIEK
Antitrombotische behandeling
Indicaties:
• bij (een verhoogde kans op) arteriële trombose
• bij (een verhoogde kans op) veneuze trombo-embolie
Medicatie (afhankelijk van indicatie):
• trombocytenaggregatieremmer
• cumarinederivaat
• laagmoleculair heparine
• remmer van factor Xa
• trombineremmer
Gebruikers in Nederland in 2009
Trombocytenaggregatieremmers:
ongeveer 1,2 miljoen gebruikers = 7,3% van bevolking
Cumarinederivaten:
bijna 400.000 gebruikers = 2,1% van bevolking
Laagmoleculaire heparines:
140.000 gebruikers = 0,9% procent van bevolking
Bron: GIPdatabank, www.gipdatabank.nl
Trombosediensten
• monitoren van patiënten met cumarinederivaten
• ruim 385.000 patiënten in 2009 bij 57 van de 60 trombosediensten
in Nederland
• 84,3% heeft arteriële indicatie
• 15,7% heeft veneuze indicatie
• steeds meer langdurige indicaties
• een kwart zijn nieuwe patiënten (in 2005 nog een derde)
Bron: Adriaansen en de Bruijn-Wentink (2010)
Problemen bij antistolling
• optreden van bloedingen
• optreden van trombose
Cumarinederivaten en trombocytenaggregatieremmers behoren tot de
belangrijkste geneesmiddelgroepen die leiden tot potentieel
vermijdbare (geneesmiddelgerelateerde) ziekenhuisopnames: vooral
gastrointestinale of andere bloedingen
Bronnen: HARM-onderzoek (2006), IPCI studie (Sturkenboom en Dieleman, 2006)
Risicofactoren
Therapiegerelateerd
• beginfase van antistollingsbehandeling
• mate van antistolling
• toenemende behandelduur
Patiëntgerelateerd:
• hogere leeftijd
• verminderde nierfunctie
• bloeding in de anamnese
• interacties met andere geneesmiddelen
Bron: rapport HARM-Wrestling (2009)
Aanbevelingen HARM-Wrestling
Gericht op:
• voorlichting aan patiënt
• preventieve medicamenteuze maatregelen
• strikte indicatiestelling en vaststellen therapieduur
• zorgvuldige monitoring van risicopatiënten
• schatting van kans op onregelmatig gebruik
• rechtstreekse communicatie tussen betrokken zorgverleners bij
farmaceutische zorg van patiënt bij bloedingen, veranderingen in
comorbiditeit en interacties met andere geneesmiddelen
• genotypering als diagnostische hulpmiddel
Gebrekkige afstemming
• onvoldoende informatie voor beslissingen over aanpassen van
medicatie
• geen formele afspraken met andere zorgverleners over afstemming
van behandeling en uitwisseling en overdracht van informatie
• ontbreken protocollen of bestaande protocollen verschillen per
trombosedienst
• praktische problemen bij informatieoverdracht door slechte
bereikbaarheid van zorgverleners en patiënt en gebruik van
storingsgevoelige communicatiemiddelen
Bronnen: onderzoek IGZ (2010) en onderzoek RIVM (Lambooij en Drewes, 2010).
Maatregelen IGZ
• maken en implementeren van afspraken op initiatief van de
trombosediensten in samenwerking met de andere partners in de
keten van de trombosezorg
• ontwikkelen van landelijk modelovereenkomst met als onderdeel
een communicatieprotocol op basis waarvan de regio
samenwerkingsafspraken kan maken
• realisatie van een 'case-manager' per patiënt met
trombosemedicatie die als coach of regisseur voor de patiënt
optreedt op basis van de KNMG handreiking
'Verantwoordelijkheidsverdeling bij samenwerking in de zorg'
LESA Antistolling (2011)
• hulpmiddel bij voorkomen van vermijdbare bloedingen en trombose
• beschrijving van taken en verantwoordelijkheden van huisarts, apotheker, trombosedienstarts en tandarts
• onderscheid tussen taken en verantwoordelijkheden bij gebruikers van cumarinederivaten en bij gebruikers van andere antistollingsmedicatie
• onderscheid in nieuwe en bestaande patiënten en patiënten die stoppen met de medicatie
Werkwijze regionale/lokale trombosedienst
Informatieoverdracht: bij nieuwe patiënten
Vul hier de werkwijze van uw eigen trombosedienst in.
Informatieoverdracht: bij wijzigingen/stoppen van medicatie
Vul hier de werkwijze van uw eigen trombosedienst in.
Voorlichting aan de patiënt
Vul hier de werkwijze van uw eigen trombosedienst in.
HUIDIGE SITUATIE
Aantal patiënten arts
trombosedienst
(huis)arts apotheker verpleging/
verzorging
Nieuw per jaar + schatting
aandeel 1e lijn
-- -- --
Ontbreken gegevens bij
aanmelding uit 1e lijn
-- -- --
Ontbreken relevante
informatie
-- -- --
Signalen problemen --
Starten medicatie --
Stoppen medicatie --
Ingreep --
Anders --
STELLINGEN VERANTWOORDELIJKHEID
Stelling 1
De initiërend voorschrijver van een cumarinederivaat meldt de patiënt
schriftelijk aan bij de trombosedienstarts.
Stelling 2
De initiërend voorschrijver van een cumarinederivaat bewaakt de duur
van de behandeling.
Stelling 3
De trombosedienstarts geeft de patiënt of diens wettelijke
vertegenwoordiger alle relevante informatie over de behandeling met
een cumarinederivaat.
Stelling 4
De trombosedienstarts past het antistollingsbeleid aan na een ingreep.
Stelling 5
De apotheker controleert op interacties tussen een cumarinederivaat
en andere geneesmiddelen.
Stelling 6
De apotheker controleert de noodzaak van maagprotectie bij patiënten
met antistollingsmiddelen.
Stelling 7
De tandarts vermijdt mandibulair blok verdoving bij patiënten met een
cumarinederivaat.
Stelling 8
De tandarts schrijft tijdig een recept uit voor tranexaminezuur
mondspoeling.
Stelling 9
De verpleging en verzorging geven signalen van een bloeding bij
patiënten met antitrombotische medicatie door aan de huisarts en
trombosedienst.
Stelling 10
De verpleging en verzorging geven signalen van onregelmatig gebruik
van geneesmiddelen bij patiënten door aan de huisarts, apotheker of
trombosedienst.
CASUÏSTIEK COMMUNICATIE
Casus 1: mevrouw Vissers (69 jaar)
• opname door hemodynamische instabiliteit door atriumfibrilleren
• nu thuis, vanavond herstart hulp thuiszorg bij innemen medicatie
• medicatie:
acenocoumarol 1 mg op geleide trombosedienst
metoprolol mga 100 mg 1dd1 digoxine 0,125 mg 1dd1
glucosaminesulfaat 2 g 1dd1 ibuprofen 400 mg zn 1
metformine 500 mg 2dd1 nitrofurantoïne 50 mg 1dd1
pantoprazol 20 mg 1dd1 simvastatine 40 mg an 1
temazepam 10 mg an 1
• licht dementerend, houdt van glaasje wijn, volgende week
afspraak bij tandarts
Wat overlegt of communiceert u doorgaans met wie?
Welke informatie ontvangt u doorgaans van wie?
Welke (andere) informatie zou u willen ontvangen en van wie?
Casus 2: meneer Pasmans (75 jaar)
• trombosebeen (drie maanden geleden)
• medicatie:
fenprocoumon op geleide van trombosedienst (INR stabiel)
acetylsalicylzuur 80 mg 1dd1 isosorbidedinitraat 5 mg zn 1 sl
metoprolol retard 100 mg 1dd1 rosuvastatine 10 mg 1dd1
• sinds vorige week Baxterzakjes, toediening alle medicatie door
verzorging
• cholesterolgehalte onvoldoende onder controle; voorstel
praktijkondersteuner: verhogen D van rosuvastatine
• opgeroepen voor jaarlijkse griepprik
Wat overlegt of communiceert u doorgaans met wie?
Welke informatie ontvangt u doorgaans van wie?
Welke (andere) informatie zou u willen ontvangen en van wie?
MAKEN VAN AFSPRAKEN
Afspraak 1
Afspraak
Actie
Resultaatdoelstelling
Vul hier uw eigen voorstel in.
Afspraak 2
Afspraak
Actie
Resultaatdoelstelling
Vul hier uw eigen voorstel in.
Afspraak 3
Afspraak
Actie
Resultaatdoelstelling
Vul hier uw eigen voorstel in.
Vervolgafspraken
• afspraken opnemen in verslag
• vaststellen datum voor evaluatie van afspraken
• rondsturen van verslag (ook naar relevante afwezigen)
Bedankt voor uw aandacht!
Disclaimer
NEO/LVG en het Instituut voor Verantwoord Medicijngebruik (IVM) hebben de grootst mogelijke zorg besteed aan de totstandkoming van deze presentatie. NEO/LVG en het IVM zijn niet verantwoordelijk en aansprakelijk voor wijzigingen en toevoegingen aan de presentatie door de gebruiker.
Aan de inhoud van de presentatie kunnen geen rechten ontleend worden. NEO/LVG en het IVM zijn niet aansprakelijk voor directe of indirecte schade die het gevolg is van het gebruik van de informatie die door middel van deze presentatie is verkregen.