Alles uit Genade, C.H. Spurgeon - WordPress.com · 2017. 3. 15. · Zijn almachtige liefde, geheel...

57
Alles uit Genade, C.H. Spurgeon Met betrekking tot de oorspronkelijke uitgave Jaar van uitgave: 1886 Plaats van uitgave: UtrechtUitgever: Bijleveld Vertaald uit: Engels (Overige) personen Vertaling: Elisabeth Freystadt 1e dr. Nederlandse uitg.: Utrecht : Bijleveld, 1886. Herziening: Paul Vogelaar © 2017 Aan u! Het doel van dit boek is de zaligheid van de lezer. Hij, die het geschreven heeft zal erg teleurgesteld zijn, als het niet het middel is, waardoor velen tot de Heere Jezus geleidt worden. Het wordt uitgezonden in kinderlijke afhankelijkheid van God, de Heilige Geest, om, indien het Hem behaagd, het te gebruiken voor de bekering van miljoenen. Ongetwijfeld zullen vele mannen en vrouwen dit boekje in de hand nemen, en de Heere zal hen bezoeken in genade. Om dit doel te bereiken, heb ik mij bediend van de eenvoudigste taal, heb ik de meest gewone en gebruikelijke bewoordingen en uitdrukkingen gekozen. Als echter personen van hogere stand en van grotere ontwikkeling een blik mochten werpen op deze bladzijden, dan kan de Heilige Geest er ook hun hart door bereiken. Immers, wat door de ongeletterden begrepen kan worden, is zeker niet minder aantrekkelijk voor hen, die goed onderwezen zijn. Ach! dat het gelezen mocht worden door velen, die ook zelf daarna vele zielen voor Christus zullen winnen! Wie weet, hoe velen tot vrede zullen komen door hetgeen zij hier zullen lezen? Een belangrijke vraag voor u, geachte lezer, is: Zult u bij hen horen? Een zekere man plaatste eens een fontein aan de kant van een weg, en aan die fontein hing hij een beker aan een kleine ketting, Daarna werd hem meegedeeld, dat een groot kunstkenner erg veel gebreken vond in het plan, waarnaar de fontein gemaakt was. “Maar,” zei hij, “zijn er veel dorstige mensen, die uit de fontein zijn gaan drinken?” Toen zei men hem, dat duizenden arme mensen: mannen, vrouwen en kinderen, er hun dorst zijn gaan lessen. En hij glimlachte, en zei, dat hij de aanmerkingen van de criticus graag over zich heen liet komen. Hij hoopte slechts dat hij – de criticus – op een zwoele zomerdag zelf er de beker zou gaan vullen, en erdoor verfrist zou worden, en de Naam van de Heere zou loven. Hier is mijn fontein, en hier is mijn beker. Vind er gebreken aan, als het u behaagd, maar ach! drink van het water des levens. Dat is het enige, wat ik begeer, het enige, dat mij aan het hart ligt. Het zou voor mij heerlijker zijn om een zegen te zijn voor de geringste arbeider, voor de armste bedelaar, dan een prins met adellijk bloed te behagen, zonder hem tot God te kunnen brengen. Lezer, is het u ernst, terwijl u deze bladzijden leest? Is het u te doen om het heil van uw ziel? Zo ja, dan zijn wij het al bij de aanvang samen eens. Maar dan moet het ook om niets minder te doen zijn dan om Christus en de hemel te vinden. Ach, mochten wij dit samen zoeken! Ik doe dit, door dit kleine boek toe te wijden door gebed. Wilt u zich niet met mij verenigen, en opzien tot God, en Hem vragen om u te zegenen, terwijl u dit leest? Door Gods besturende voorzienigheid zijn deze bladzijden in uw handen gekomen. U hebt een paar ogenblikken waarin u ze kunt lezen, en u voelt u geneigd om er uw aandacht aan te schenken. Dat zijn goede tekenen. Wie weet, of de gezette tijd van zegen voor u nu niet gekomen is! Hoe het ook zij: De Heilige Geest zegt: “Heden, indien gij Zijn stem hoort, Zo verhardt uw harten niet.”

Transcript of Alles uit Genade, C.H. Spurgeon - WordPress.com · 2017. 3. 15. · Zijn almachtige liefde, geheel...

Page 1: Alles uit Genade, C.H. Spurgeon - WordPress.com · 2017. 3. 15. · Zijn almachtige liefde, geheel en al onwaardig, vol bederf en zonde. Ik weet, en ben ten volle verzekerd, dat ik

Alles uit Genade, C.H. Spurgeon Met betrekking tot de oorspronkelijke uitgave Jaar van uitgave: 1886Plaats van uitgave: UtrechtUitgever: Bijleveld Vertaald uit: Engels(Overige) personen Vertaling: Elisabeth Freystadt1e dr. Nederlandse uitg.: Utrecht : Bijleveld, 1886. Herziening: Paul Vogelaar © 2017

Aan u!

Het doel van dit boek is de zaligheid van de lezer. Hij, die het geschreven heeft zal erg teleurgesteld zijn, als het niet het middel is, waardoor velen tot de Heere Jezus geleidt worden. Het wordt uitgezonden in kinderlijke afhankelijkheid van God, de Heilige Geest, om, indien het Hem behaagd, het te gebruiken voor de bekering van miljoenen. Ongetwijfeld zullen vele mannen en vrouwen dit boekje in de hand nemen, en de Heere zal hen bezoeken in genade. Om dit doel te bereiken, heb ik mij bediend van de eenvoudigste taal, heb ik de meest gewone en gebruikelijke bewoordingen en uitdrukkingen gekozen. Als echter personen van hogere stand en van grotere ontwikkeling een blik mochten werpen op deze bladzijden, dan kan de Heilige Geest er ook hun hart door bereiken. Immers, wat door de ongeletterden begrepen kan worden, is zeker niet minder aantrekkelijk voor hen, die goed onderwezen zijn. Ach! dat het gelezen mocht worden door velen, die ook zelf daarna vele zielen voor Christus zullen winnen! Wie weet, hoe velen tot vrede zullen komen door hetgeen zij hier zullen lezen? Een belangrijke vraag voor u, geachte lezer, is: Zult u bij hen horen? Een zekere man plaatste eens een fontein aan de kant van een weg, en aan die fontein hing hij een beker aan een kleine ketting, Daarna werd hem meegedeeld, dat een groot kunstkenner erg veel gebreken vond in het plan, waarnaar de fontein gemaakt was. “Maar,” zei hij, “zijn er veel dorstige mensen, die uit de fontein zijn gaan drinken?” Toen zei men hem, dat duizenden arme mensen: mannen, vrouwen en kinderen, er hun dorst zijn gaan lessen. En hij glimlachte, en zei, dat hij de aanmerkingen van de criticus graag over zich heen liet komen. Hij hoopte slechts dat hij – de criticus – op een zwoele zomerdag zelf er de beker zou gaan vullen, en erdoor verfrist zou worden, en de Naam van de Heere zou loven. Hier is mijn fontein, en hier is mijn beker. Vind er gebreken aan, als het u behaagd, maar ach! drink van het water des levens. Dat is het enige, wat ik begeer, het enige, datmij aan het hart ligt. Het zou voor mij heerlijker zijn om een zegen te zijn voor de geringste arbeider, voor de armste bedelaar, dan een prins met adellijk bloed te behagen, zonder hem tot God te kunnen brengen. Lezer, is het u ernst, terwijl u deze bladzijden leest? Is het u te doen om het heil van uw ziel? Zo ja, dan zijn wij het al bij de aanvang samen eens. Maar dan moet het ook om niets minder te doen zijn dan om Christus en de hemel te vinden. Ach, mochten wij dit samen zoeken! Ik doe dit, door dit kleine boek toe te wijden door gebed. Wilt u zich niet met mij verenigen, en opzien tot God, en Hem vragen om u te zegenen, terwijl u dit leest? Door Gods besturende voorzienigheid zijn deze bladzijden in uw handen gekomen. U hebt een paar ogenblikken waarin u ze kunt lezen, en u voelt u geneigd om er uw aandacht aan te schenken. Dat zijn goede tekenen. Wie weet, of de gezette tijd van zegen voor u nu niet gekomen is! Hoe het ook zij: De Heilige Geest zegt: “Heden, indien gij Zijn stem hoort, Zo verhardt uw harten niet.”

Page 2: Alles uit Genade, C.H. Spurgeon - WordPress.com · 2017. 3. 15. · Zijn almachtige liefde, geheel en al onwaardig, vol bederf en zonde. Ik weet, en ben ten volle verzekerd, dat ik

Wat willen wij?

Eens hoorde ik een verhaal, wat, naar ik meen, in het Noorden van Engeland gebeurd is. Een predikant ging een bezoek brengen bij een arme vrouw, met het voornemen haar wat geld te geven, omdat hij wist, dat zij zeer arm was. Met zijn geld in de hand klopte hij aan de deur, maar kreeg geen antwoord. Hij dacht dat ze niet thuis was, en ging weg. Kort daarna ontmoette hij haar bij de kerk, en vertelde haar dat hij had gedacht aan haar nood: “Ik ben bij u thuis geweest en heb verschillende keren geklopt,en ik dacht dat u niet thuis was, want ik kreeg geen antwoord.” “Hoe laat was het meneer?” “Het was rond twaalf uur.” “Ach!” zei ze, “ik was wel thuis, en ik hoorde ook wel het kloppen, maar ik dacht dat het de huisbaas was om de huur.” Menige armevrouw weet wat dat betekent. Welnu, het is mijn verlangen om gehoord te worden, en daarom wil ik zeggen dat ik niet om de huur kom. Ja echt waar, het doel van dit boek is niet om iets van u te vragen, maar om u te zeggen dat de zaligheid geheel uit genade is, dat is, dat zij gratis, dat zij voor niets is.

Regelmatig gebeurt het, wanneer wij erg begerig zijn om de opmerkzaamheid van onze hoorders of lezers te trekken, dat zij denken: “Ach, nu zal ik op mijn plichten worden gewezen. Het is de man, die komt om hetgeen ik aan God verschuldigd ben, en ik ben er zeker van dat ik niets heb om mee te betalen. Ik zal maar doen, alsof ik niet thuis ben.” Welnu dit boek komt niet om iets van u te eisen, maar om u iets te brengen. We zullen niet spreken over wet, plicht of straf, maar over liefde, goedertierenheid, vergeving, genade en het eeuwige leven. Doe dus niet, alsof u niet thuis bent, houdt u niet doof, koester geen onverschilligheid in uw hart. Ik vraag niets van u – noch voor God noch voor de mensen. Het is mijn bedoeling niet om iets te eisen of begeren uit uw hand. Integendeel, in de Naam van God kom ik u een vrije gave brengen, en het zal u tot eeuwige vreugde zijn, als u haar wil ontvangen. Open dedeur, en laat mijn gebed bij u binnenkomen. “Komt dan, en laat ons samen richten.” De Heere zelf nodigt u uit tot een gesprek over uw tijdelijk en uw eeuwig geluk, en Hijzou dit niet hebben gedaan, als Hij uw heil niet op het oog had. De Heere Jezus klopt aan uw deur, weiger niet om Hem open te doen, want Hij klopt met een hand die aan het kruis was genageld voor dezulken als dat u bent. Aangezien Hij nu enkel en alleen uw heil op het oog heeft, zo neig uw oor en kom tot Hem. Hoor aandachtelijk, en laat het goede woord doordringen tot uw ziel. Het zou zo kunnen zijn, dat het uur gekomenis, waarin u zult ingaan tot het nieuwe leven, dat het begin is van het zalige leven in de hemel. Het geloof is uit het gehoor, en lezen is een soort van horen. Het geloof kan tot u komen, terwijl u dit boek leest. Waarom niet? O gezegende Geest van genade, geeft U dat het zo mag zijn!

Hoofdstuk 1. God rechtvaardigt de goddelozen.

Wilt u naar een kort woord luisteren over een tekst die u vindt in de brief aan de Romeinen, in het vierde hoofdstuk, het vijfde vers:

'Doch dengene, die niet werkt, maar gelooft in Hem, Die den goddeloze rechtvaardigt,wordt zijn geloof gerekend tot rechtvaardigheid.'

Ik vraag uw aandacht voor deze woorden: 'Hem, Die den goddeloze rechtvaardigt'. Het lijkt voor mij, dat het erg wonderlijke woorden zijn. Verwondert het u niet, dat er zulk een uitdrukking in de Bijbel gevonden wordt: 'Die de goddeloze rechtvaardigt'? Ik heb het als een beschuldiging horen inbrengen tegen God door mensen, die de leer

Page 3: Alles uit Genade, C.H. Spurgeon - WordPress.com · 2017. 3. 15. · Zijn almachtige liefde, geheel en al onwaardig, vol bederf en zonde. Ik weet, en ben ten volle verzekerd, dat ik

van het kruis haten, dat Hij goddelozen aanneemt. Zie nu, hoe dit Schriftwoord de beschuldiging bevestigt, en het feit eenvoudig vaststelt. Door de mond van zijn dienstknecht Paulus, door de ingeving van de Heilige Geest noemt Hij zich: 'Hem, diede goddeloze rechtvaardigt'. Hij maakt hen rechtvaardig, die onrechtvaardig zijn. Hij vergeeft hen, die verdienen gestraft te worden. Hij bewijst gunst aan hen, die geen gunst verdienen. Niet waar? U hebt gedacht, dat de zaligheid was voor de deugdzamen; dat Gods genade was voor de reinen en heiligen, voor hen, die vrij zijn van zonde? Het is in uw hart opgekomen, dat, als u voortreffelijk zou zijn, God u zou belonen. En u hebt gedacht, dat, aangezien u onwaardig bent, het onmogelijk voor u is om Gods gunst deelachtig te worden. U moet wel enigszins verrast zijn bij het lezen van een tekst als deze: 'Hem, Die de goddelozen rechtvaardigt'. Het verwondert mij niet, dat u verbaast bent; want hoezeer ik ook hartelijk bekend ben met Gods grote genade, toch heb ik nooit opgehouden mij er over te verwonderen. Het is dan ook wel verwonderlijk, niet waar, dat het mogelijk is voor een heilig God om een onheilig mens te rechtvaardigen. Naar de wettische natuur van ons hart spreken wij ook altijd van onze eigen goedheid en waardigheid, en wij blijven hardnekkig volhouden, dat er iets goeds in ons moet zijn, als wij de aandacht van God waardig willen zijn. Maar God, die door alle bedrog heen kijkt, weet, dat er helemaal geen goed in ons is. Hij zegt: 'Niemand is rechtvaardig, ook niet n.' Hij weet dat, 'al onze gerechtigheden éézijn als een wegwerpelijk kleed.' En daarom is de Heere Jezus dan ook niet in de wereld gekomen, om goedheid en gerechtigheid te vinden onder de mensen, maar om goedheid en gerechtigheid met zich mee te brengen, en die te schenken aan hen, die ze in zichzelf niet bezitten. Hij komt, niet omdat wij rechtvaardig zijn, maar om ons rechtvaardig te maken: Hij rechtvaardigt de goddeloze.

Als een rechtsgeleerd raadsman voor de rechtbank verschijnt, verlangt hij, als hij een eerlijk man is, de zaak van een onschuldige te bepleiten. Met als doel hem voor het hofte rechtvaardigen van de dingen, waarvan hij vals beschuldigd wordt. Het doel en het streven van de advocaat moet zijn om onschuldigen te rechtvaardigen, niet om schuldigen vrij te pleiten. De mens heeft noch het recht, noch de macht om schuldigen te rechtvaardigen. Dat is een wonder, dat door God alleen tot stand kan worden gebracht. God, de oneindig rechtvaardige Soeverein, weet dat op aarde niemand rechtvaardig is, dat er niemand is, die goed doet, dat er niemand is, die niet zondigt. Endaarom heeft Hij in de oneindige vrijmacht van zijn goddelijke natuur en in de majesteit van zijn onuitsprekelijke liefde het ondernomen, niet om de rechtvaardigen te rechtvaardigen, maar om goddelozen te rechtvaardigen. God heeft wegen en middelen bedacht om de goddeloze rechtvaardig voor Zijn aangezicht te doen verschijnen. Hij heeft het middel gevonden, waardoor Hij met volkomen rechtvaardigheid de schuldige kan aanzien en behandelen, alsof hij zijn gehele leven lang vrij was gebleven van overtreding. Ja, Hij kan hem behandelen alsof hij volstrekt zondeloos was. Hij rechtvaardigt de goddeloze.

Jezus Christus is in de wereld gekomen om zondaren zalig te maken. Dat is een zeer verwonderlijke zaak – een zaak waarover zij, die er van genieten, het meest van allen verwonderd moeten zijn. Ik weet, dat het mij tot op deze dag het grootste wonder is, waarvan ik gehoord heb, dat God mij rechtvaardigt. Ik voel me, buiten de invloed van Zijn almachtige liefde, geheel en al onwaardig, vol bederf en zonde. Ik weet, en ben ten volle verzekerd, dat ik gerechtvaardigd ben door het geloof, hetwelk in Christus Jezus is. En dat God met mij handelt, alsof ik volkomen recht was geweest, en dat ik een erfgenaam van God ben geworden en een mede-erfgenaam van Christus. En toch moet ik mij van nature rangschikken onder de grootste zondaren. Ik, die geheel en al

Page 4: Alles uit Genade, C.H. Spurgeon - WordPress.com · 2017. 3. 15. · Zijn almachtige liefde, geheel en al onwaardig, vol bederf en zonde. Ik weet, en ben ten volle verzekerd, dat ik

onwaardig ben, word behandeld alsof ik een verdienstelijk man was. Ik word bemind met evenveel liefde, alsof ik altijd godvruchtig was geweest, terwijl ik toch te voren ongodvruchtig was. Hoe kan men anders dan zich hierover zeer te verbazen? Dankbaarheid voor zo'n genade bekleedt zich met het gewaad van verwondering. Aangezien dit nu zo zeer verwonderlijk is, vraag ik u om op te merken, hoezeer dit het evangelie bruikbaar maakt voor u en voor mij. Als God de goddelozen rechtvaardigt, dan mijn vriend, kan Hij ook u rechtvaardigen. De goddeloze – is dat niet juist zo iemand als u bent? Als u tot op dit uur nog onbekeerd bent, dan is die benaming volkomen toepasselijk op u. U hebt geleefd zonder God; u bent het tegenovergestelde van godvruchtig geweest. In n woord, u was en u bent éé goddeloos. Wellicht bezoekt uop de zondag niet eens een huis van gebed, maar leeft u zonder Zijn dag waar te nemen, zonder naar Zijn huis toe te gaan, zonder aan Zijn Woord te denken – en dit bewijst, dat u goddeloos bent. Erger nog – u hebt geprobeerd te twijfelen aan Gods bestaan, en bent wellicht zelfs zo ver gekomen om te zeggen, dat u dat doet. U hebt geleefd, op deze mooie aarde, die vol is van de tekenen van Gods tegenwoordigheid, en u hebt uw ogen gesloten voor de duidelijke bewijzen van Zijn macht en Godheid. Uhebt geleefd, alsof er geen God was. Ja, u zou er een groot genoegen in hebben gehad, als u het voor uzelf duidelijk had kunnen bewijzen, dat er volstrekt geen God is. Wellicht hebt u vele jaren zo geleefd, zodat u nu vrij sterk hiervan overtuigd bent geraakt, en met vaste stappen deze weg bewandelt, terwijl God daar toch niet met u is. Als men een opschrift op u plaatste met het woord 'Goddeloos', dan zou uw karakter daar even juist mee zijn aangeduid, als wanneer men zout water schreef boven de zee. Is het niet waar?

Of wellicht bent u een geheel ander mens. U hebt voor het uitwendige alle vormen vande Godsdienst waargenomen, en toch was uw hart er niet in maar was u in werkelijkheid goddeloos. Hoewel u omgang hebt gehad met het volk van God, hebt u toch geen gemeenschap geoefend met God Zelf. U hebt geleefd zonder liefde tot God in uw hart, zonder acht te slaan op Zijn geboden in uw manier van leven. Welnu, dan bent u juist de man, tot wie dit evangelie gezonden wordt – dit evangelie, dat zegt, dat God de goddelozen rechtvaardigt. Het is zeer verwonderlijk, maar het gelukkig zeer nuttig voor u. Het is juist wat u nodig hebt. Is het niet zo? Ach! hoe wenste ik, dat u hetmocht aannemen. Als u verstandig bent, zult u de merkwaardige genade van God opmerken, waardoor Hij voor iemand, als u bent, heeft willen zorgen, en u zult bij uzelf zeggen: 'Die goddelozen rechtvaardigt! Waarom zou ik dan niet, en dat wel meteen, gerechtvaardigd worden?'

En merk verder op: dat het zo zijn moet – dat de zaligheid van God is voor hen, die haar niet verdienen, die haar niet waard zijn. Het is goed en nodig, dat dit in de Bijbel op een stellige manier wordt uitgesproken, want, mijn vriend, niemand anders heeft rechtvaardiging nodig dan zij, die in zichzelf geen rechtvaardiging hebben. Als iemand onder mijn lezers volkomen rechtvaardig is, dan heeft hij het niet nodig om gerechtvaardigd te worden. U bent u bewust, dat u uw plicht goed volbrengt, dat de hemel u eigenlijk nog dank schuldig is. Waartoe zou u een Zaligmaker nodig hebben? Wat hebt u met genade van doen? Waartoe zou u rechtvaardigmaking dienen? U zult mijn boek al wel zat zijn, want u kunt er geen belang in stellen.

Mocht iemand onder u zulke hoogmoedige gedachten koesteren, luister dan een ogenblik naar mij. Zo waarachtig als u leeft, u zult op die manier verloren gaan. U, rechtvaardig mens, van wie de gerechtigheid geheel van eigen makelij is, bent of bedriegers, of bedrogenen. Want de Schrift kan niet liegen, en zij zegt duidelijk: 'Er is

Page 5: Alles uit Genade, C.H. Spurgeon - WordPress.com · 2017. 3. 15. · Zijn almachtige liefde, geheel en al onwaardig, vol bederf en zonde. Ik weet, en ben ten volle verzekerd, dat ik

niemand die rechtvaardig is, nee, niet een.' In elk geval heb ik geen evangelie om te prediken aan de eigenrechtigen – nee, ik heb voor hen geen enkel evangeliewoord. Jezus Christus zelf is niet gekomen om rechtvaardigen te roepen, en ik zal niet gaan doen, wat Hij niet gedaan heeft. Als ik u al riep, u zou niet willen komen, en daarom zal ik u niet roepen in die toestand. Nee, ik vermaan u veleer, om deze gerechtigheid van u eens van dichtbij te bekijken, en te zien wat voor hersenschim ze is. Zij is niet half zo re el als een spinneweb. Laat haar varen! Vliedt van haar! O mijn vrienden, de ëenige mensen, die nodig hebben gerechtvaardigd te worden, zijn zij, die in zichzelf niet rechtvaardig zijn. Zij hebben het nodig, dat er iets voor hen gedaan wordt, om hen rechtvaardig te doen staan voor Gods rechterstoel. Geloof het vrij: de Heere doet alleen wat nodig is. De oneindige wijsheid beproeft nooit hetgeen wat niet nodig is. Jezus onderneemt nooit een zaak of een werk, dat overbodig is. Hem te rechtvaardigen, die rechtvaardig is, is geen werk van God – dat zou de arbeid zijn van een dwaas. Maar hem te rechtvaardigen, die onrechtvaardig is – dat is het werk van de oneindige liefde en genade. De goddelozen te rechtvaardigen – dat is een wonder, Gode waardig. En dat is het zeker.

En nu zie. Als er ergens in de wereld een geneesheer is, die kostelijke en onfeilbare geneesmiddelen heeft ontdekt, tot wie wordt die arts dan gezonden? Tot hen, die een volmaakt goede gezondheid genieten? Ik denk van niet! Breng hem in een streek, waargeen zieken zijn, en hij zal vinden, dat hij er niet op zijn plaats is. Er is daar niets voor hem te doen. 'Die gezond zijn hebben de medicijnmeester niet van node, maar die ziekzijn.' Is het niet even duidelijk, dat de grote geneesmiddelen van genade en verlossing bestemd zijn voor hen, van wie de ziel ziek is? Zij kunnen niet bestemd zijn voor de gezonden, want voor hen zijn zij niet van nut. Als u, mijn vriend, u bewust bent dat u geestelijk ziek bent, dan is de Medicijnmeester voor u in de wereld gekomen. Als u, vanwege uw zonde, geheel verloren, geheel vernietigd bent, dan bent u juist de persoon voor wie het plan van de verlossing gemaakt is. Ik zeg, dat de liefdevolle Heerjuist dezulken, als u bent, op het oog had, toen Hij het plan van genade uitgewerkt heeft. Stel eens, dat een edelmoedig, vrijgevig man het besluit genomen had, om iedereen die hem iets schuldig zijn, hun schuld kwijt te schelden, dan is het duidelijk, dat er alleen van werkelijke schuldenaars sprake kan zijn. De een is hem duizend euro schuldig, een ander vijftig euro. Voor een ieder hoeft de rekening slechts kwijtgescholden te worden, en de schuld is vernietigd. Maar de edelmoedigste mens kan geen schulden kwijtschelden van hen, die hem niets schuldig zijn. Het is niet in demacht van de almacht om ons te vergeven, waar geen zonde is. De vergeving kan dus niet zijn voor u die geen zonde hebt. Vergeving is voor de schuldigen. Vergeving is voor hen, die zondig zijn. Het zou ongerijmd zijn om van vergeving te spreken tot hen,die geen vergeving nodig hebben – om hen te begenadigen, die nooit iets misdreven hebben.

Denkt u, dat u verloren moet gaan omdat u een zondaar bent? Dit is juist de reden, waarom u behouden kunt worden. Omdat u uzelf als zondaar erkent, wens ik u aan te moedigen om te geloven, dat de genade verordineerd is voor dezulken zoals u bent. Het is werkelijk waar, dat Jezus zoekt en zalig maakt, wat verloren is. Hij stierf, en heeft een werkelijke verzoening aangebracht voor werkelijke zondaren. Als de mensen niet met woorden spelen, als zij zich niet maar voor de schijn 'ellendige zondaren' zouden noemen, omdat het nu eenmaal het aangenomen woord, de gangbareterm is, dan voel ik een onuitsprekelijke blijdschap om hen te ontmoeten. Het zou mij verheugen om de hele nacht met mensen te spreken, die zich van harte en oprecht gemeend, als zondaars erkennen. De herberg van genade sluit nooit haar deuren voor

Page 6: Alles uit Genade, C.H. Spurgeon - WordPress.com · 2017. 3. 15. · Zijn almachtige liefde, geheel en al onwaardig, vol bederf en zonde. Ik weet, en ben ten volle verzekerd, dat ik

dezulken, noch in de week noch op zondag. Onze Heere Jezus is niet voor denkbeeldige zonden gestorven; zijn hartebloed werd gestort om de scharlakenrode vlekken af te wassen, die door niets anders afgewassen kunnen worden. Hij, die een zwart zondaar is, is juist de man, voor wie Jezus Christus gekomen is om hem wit te maken. Een leraar heeft eens gepredikt over Matthe s 3:10 'En ook is alrede de bijl aanüden wortel der bomen gelegd,' en hij preekte op zo'n manier, dat een van zijn hoorders tot hem zei: 'Men zou gedacht hebben, dat u voor misdadigers hebt gepreekt. U hadt die leerrede in de gevangenis moeten houden.' 'O nee,' antwoordde hij, 'als ik in de gevangenis zou preken, zou ik niet over die tekst preken, d r zou ik de tekst nemen: 1 ááTimothe s 1:15 'Dit is een getrouw woord, en alle aanneming waardig, dat Christus üJezus in de wereld gekomen is, om de zondaren zalig te maken.' Juist, de wet is voor de eigengerechtigen om hun hoogmoed te vernederen, het evangelie is voor de verlorenen, om hun wanhoop weg te nemen.

Als u niet verloren bent, wat doet u dan met een Zaligmaker? Zou de herder de schapen gaan zoeken, die nooit afgedwaald zijn? Waarom zou de vrouw haar huis met bezemen keren om de geldstukken te vinden, die zij nooit uit haar beurs verloren heeft? Nee, het medicijn is voor de zieken; het levend maken is voor de doden; de vergiffenis is voor de schuldigen; de losmaking is voor hen, die gebonden zijn; het openen van de ogen is voor de blinden. Hoe kan men de Zaligmaker, Zijn sterven aan het kruis, en het evangelie van genade verklaren, tenzij dat men veronderstelt, dat de mens schuldig en doemwaardig is? De zondaar is de reden van bestaan voor het evangelie. U, mijn vriend, tot wie dat woord nu komt, als u onwaardig, als u doemwaardig bent, dan bent u juist de man voor wie dit evangelie is verordineerd, en beschikt, en verkondigd. God rechtvaardigt de goddelozen.

Ik zou dit graag heel duidelijk maken. Ik hoop, dat ik dat reeds gedaan heb, maar toch! Hoe duidelijk het ook zij, de Heere alleen kan het de mens doen begrijpen. Op het eerste gezicht lijkt het voor iemand, die ontwaakt is, iets zeer verwonderlijks, iets dat buitengewoon verbaast, dat de zaligheid voor hem, verloren en schuldig mens, bestemd is. Hij denkt, dat hij de zaligheid deelachtig kan worden, als hij berouw heeft,maar hij vergeet dat zijn berouw een deel uitmaakt van zijn zaligheid, 'Ach.' zegt hij, 'maar ik moet dit zijn, of dat zijn' en dat is heel waar, want hij zal dit en dat zijn als het gevolg van de zaligheid of van de verlossing. Maar de zaligheid, de verlossing komt tot hen v r de gevolgen van de verlossing in hem aanwezig zijn. Zij komt tot hem, óóterwijl er nog geen ander woord is, dat zijn karakter kan beschrijven, dan dat naakte, ellendige, afschuwelijke woord: 'goddeloos'. Dat is alles, wat hij is, als Gods evangelie komt om hem te rechtvaardigen.

Mag ik er dan bij hen, die niets goeds in zich hebben – die vrees, dat er niet eens een goed gevoel, een enkele gewaarwording in hen is, die hen bij God kan aanbevelen – op aandringen om vast te geloven, dat onze genadige God machtig en gewillig is, om hen aan te nemen zonder iets, dat hen aannemelijk maakt. En hun geheel vrijwillig en uit eigen beweging te vergeven, niet omdat zij goed zijn, maar omdat Hij goed is. Geeft Hij geen vruchtbare jaargetijden? Zendt Hij geen regen en zonneschijn op hun tijd op de goddeloosten van de volken? Ja, zelfs Sodom had zijn zon, en Gomorra had zijn dauw. O mijn vriend, de grote genade van God gaat mijn begrip te boven, gaat uw begrip te boven, en ik wens, dat u er voor uzelf een waardig denkbeeld van zult vormen. Zo hoog de hemel is boven de aarde, zo hoog zijn Gods gedachten boven onze gedachten. Hij kan overvloediglijk genade schenken. Jezus Christus is in de wereld gekomen om zondaren zalig te maken; vergeving is voor de schuldigen.

Page 7: Alles uit Genade, C.H. Spurgeon - WordPress.com · 2017. 3. 15. · Zijn almachtige liefde, geheel en al onwaardig, vol bederf en zonde. Ik weet, en ben ten volle verzekerd, dat ik

Probeer niet om uzelf op te sieren en u anders voor te doen dan u werkelijk bent; maar kom, zoals u bent tot Hem, die de goddelozen rechtvaardigt. Een groot kunstenaar had eens een schilderij gemaakt, waarop hij een optocht van de leden van de gemeenteraadhad voorgesteld, en om een historische betekenis aan zijn schilderij te geven, wilde hijer ook de portretten van personen op brengen, die goed bekend waren in de stad. Een straatveger met verwilderde haren, vuil en in lompen gehuld, was bij iedereen in de stad bekend, en er was voor hem een geschikte plaats op het schilderij. De schilder zei tot die ruwe en haveloze man: 'Ik zal u goed betalen, als u in mijn atelier wilt komen, en mij uw portret wilt laten schilderen.' Hij kwam de volgende morgen, maar werd al gauw weer weggestuurd, want hij had zijn gezicht gewassen, zijn haar gekamd, en fatsoenlijke kleren aangetrokken. Men had hem nodig als bedelaar, en in geen andere hoedanigheid was hem verzocht geworden om op het atelier van de schilder te komen. Net zo zal het Evangelie u in zijn zalen ontvangen, als u komt als zondaar, maar niet anders. Wacht niet, tot u uzelf verbeterd hebt, maar kom meteen om verlossing te vinden. God rechtvaardigt de goddelozen en daarmee wordt u bedoeld, wordt u opgezocht op het punt waar u zich nu bevindt. U wordt gezocht en zalig gemaakt, terwijl u nog in uw ergste toestand bent.

Kom in uw dagelijkse kleren, niet in uw zondagse kleding. Ik bedoel: komt tot uw hemelse Vader met al uw zonde en al uw zondigheid. Kom tot Jezus, zoals u bent, melaats, onrein, naakt, niet geschikt om te leven, en niet bereid om te sterven. Kom, gij, die tot het uitvaagsel van de mensheid behoort; kom, zelfs als u nauwelijks naar iets anders dan de dood durft uit te zien. Kom, zelfs als de wanhoop om u heen is, en als een akelige nachtmerrie op uw borst drukt. Kom, en vraag de Heere om nog een goddeloze te rechtvaardigen. Waarom zou Hij het niet doen? Kom, want deze grote genade Gods is bestemd voor de zodanigen als dat u bent. Ik zeg het u in de woorden van de tekst, en ik kan het niet in krachtigere bewoordingen uitdrukken: de Heere Godneemt deze heerlijke, genaderijke titel aan: 'Hem, die de goddelozen rechtvaardigt.' Hij maakt hen, die van nature goddeloos zijn, rechtvaardig, en behandelt hen alsof zij rechtvaardig waren. Is dat geen wondervol, heerlijk woord voor u? Lezer, sta niet op van uw plaats, voor u deze zaak goed bij uzelf overwogen hebt.

Hoofdstuk 2. 'God is het Die rechtvaardig maakt', Romeinen 8:33.

Een heerlijke zaak is dit gerechtvaardigd worden, of rechtvaardig gemaakt zijn. Als wij nooit Gods wetten hadden verbroken, zouden wij dat niet nodig hebben, want dan zouden wij in onszelf rechtvaardig zijn. Hij die zijn leven lang de dingen gedaan heeft die hij heeft moeten doen, en nooit iets gedaan heeft dat hij had moeten laten, is door de wet gerechtvaardigd. Maar u, waarde lezer, behoort niet tot dezen, daarvan ben ik geheel overtuigd. U bent te eerlijk om te zeggen, dat u zonder zonde bent, en daarom hebt u nodig gerechtvaardigd te worden.

Als u nu uzelf rechtvaardigt, dan zult u uzelf eenvoudig bedriegen. Doe daar dus geen moeite voor. Het is de moeite niet waard. Als u uw medestervelingen vraagt om u te rechtvaardigen, wat kunnen zij doen? U kunt heel goedkoop bewerken, dat sommigen van hen goed van u spreken, en anderen zullen nog goedkoper – dat is voor niets – kwaad van u spreken. Hun oordeel heeft niet veel waarde. Onze tekst zegt: 'God is het, die rechtvaardig maakt' en daar komt het oneindig meer op aan. Het is een verbazingwekkend feit, dat wij zorgvuldig moeten overwegen. Komen zie.

Page 8: Alles uit Genade, C.H. Spurgeon - WordPress.com · 2017. 3. 15. · Zijn almachtige liefde, geheel en al onwaardig, vol bederf en zonde. Ik weet, en ben ten volle verzekerd, dat ik

In de eerste plaats: niemand dan God zou er ooit aan gedacht hebben om schuldigen rechtvaardig te maken. Zij hebben geleefd in openlijke opstand. Zij hebben met beide handen kwaad gedaan. Zij zijn gegaan van kwaad tot erger. Zij zijn teruggekeerd tot de zonde, zelfs nadat zij door hunne zonden geleden hadden, en dus voor een tijd gedwongen waren geweest om haar te verlaten. Zij hebben de wet verbroken, en het evangelie met voeten getreden. Zij hebben geweigerd de genade aan te nemen, en hebben volhard in goddeloosheid. Hoe kan hun vergeving geschonken; hoe kunnen zijgerechtvaardigd worden? Hunne medemensen wanhopen aan hen en zeggen: 'Er is niets meer aan hen te doen.' Zelfs de Christenen beschouwen hen met meer smart dan hoop. Maar hun God niet. Hij, die in de majesteit van Zijn verkiezende genade sommigen van hen van v r de grondlegging van de wereld heeft uitverkoren, zal niet óórusten v r dat Hij hen heeft gerechtvaardigd en hen heeft aangenomen in de Geliefde. óóIs er niet geschreven: 'Die Hij tevoren verordineerd heeft, deze heeft Hij ook geroepen; en die Hij geroepen heeft, dez eheeft Hij ook gerechtvaardigd; en die Hij gerechtvaardigd heeft, deze heeft Hij ook verheerlijkt'? U ziet dus dat er sommigen zijn, die de Heere besloten heeft te rechtvaardigen: waarom zouden u en ik niet tot hungetal behoren?

Niemand dan God zou er ooit aan gedacht hebben om mij te rechtvaardigen. Ik ben voor mijzelf een wonder. Ik twijfel niet, of dezelfde genade is ook in anderen verheerlijkt geworden. Zie Saulus van Tarsen, die woedde tegen de dienstknechten van God. Als een hongerige wolf kwelde en scheurde hij de lammeren en schapen rechts en links; en toch heeft God hem nedergeworpen op de weg naar Damascus, zijnhart veranderd en hem zo volkomen gerechtvaardigd, dat hij na een korte tijd de grootste prediker van de rechtvaardiging door het geloof is geworden, die ooit geleefd heeft. Heel regelmatig moet deze man er zich over verwonderd hebben, dat hij ooit gerechtvaardigd is geworden door het geloof in Christus Jezus; want eenmaal was hij zeer gesteld op de zaligheid door de werken van de wet. Niemand dan God zou er ooit aan gedacht hebben om een man als Saulus de vervolger was, te rechtvaardigen; maar de Heere God is majestueus in genade.

Maar zelfs, als iemand er al aan gedacht zou hebben om de goddelozen te rechtvaardigen, zou toch niemand dan God alleen bij machte zijn geweest om het te doen. Het is volstrekt onmogelijk dat iemand misdaden zou kunnen vergeven, die niet tegen hemzelf begaan zijn. Iemand heeft u geweldig beledigd; u kunt hem vergeven, en ik hoop, dat u hem ook wilt vergeven; maar geen derde is in staat om hem, buiten u om, vergiffenis te schenken. Als het onrecht u aangedaan is, moet de vergiffenis van u komen. Als wij tegen God hebben gezondigd, heeft God het in Zijn macht om te vergeven, want de zonde is gepleegd tegen Hem. Daarom is het dat David zegt in de eenenvijftigste Psalm: 'Tegen U, U alleen, heb ik gezondigd, en gedaan, dat kwaad is in Uw ogen'; want nu kan God, tegen Wie de zonde gepleegd is, de zonde ook wegnemen. Hetgeen we aan God schuldig zijn, kan onze grote Schuldeiser ons kwijt schelden, als het Hem behaagt, en als Hij ons kwijtscheldt, is het kwijtgescholden. Niemand dan de grote God, tegen Wie wij de zonde gepleegd hebben, kan die zonde uitdelgen. Laat ons dan niet dralen om tot Hem te gaan en genade van Hem te ontvangen. Laat ons niet ter zijde afgeleid worden door de priesters, die willen dat onze zonden aan hen zullen belijden. Zij worden door het Woord van God niet gemachtigd om ons deze eis te stellen. Maar al waren zij ook verordineerd om in de Naam van God vergeving van zonden uit te spreken, dan moet het toch nog beter zijn om tot de Heere te naderen door Jezus Christus, de Middelaar, en uit Zijn hand de vergiffenis te verkrijgen, omdat wij er toch zeker van zijn, dat dit de juiste weg is.

Page 9: Alles uit Genade, C.H. Spurgeon - WordPress.com · 2017. 3. 15. · Zijn almachtige liefde, geheel en al onwaardig, vol bederf en zonde. Ik weet, en ben ten volle verzekerd, dat ik

Godsdienst bij volmacht, dat is: mijn godsdienstige belangen door een ander te laten behartigen, is al te gewaagd. Veel beter is het, dat uzelf de belangen van uw ziel behartigt, en ze aan niemand anders overdraagt.

God alleen kan de goddelozen rechtvaardigen; en Hij kan het doen op volmaakte wijze. Hij werpt onze zonden achter Zijn rug. Hij delgt ze uit. Hij zegt, dat zij, als men ze zoekt, toch niet gevonden zullen worden. Om geen andere reden dan om Zijn oneindige goedheid heeft Hij een heerlijk middel beschikt, waardoor Hij scharlakenrode zonden wit kan maken als sneeuw, en waardoor Hij onze overtreding, zo ver het Oosten is van het Westen, van ons weg kan doen. Hij zegt: 'Ik zal uwe zonden niet meer gedenken.' Hij gaat zelfs z ver, dat Hij een einde maakt aan de ózonde. Iemand heeft vanouds in verwondering uitgeroepen: 'Wie is een God gelijk Gij, die de ongerechtigheden vergeeft, en de overtreding van het overblijfsel Zijner erfenis voorbijgaat? Hij houdt Zijn toorn niet in eeuwigheid: want Hij heeft lust aan goedertierenheid.' Nu spreken wij niet van recht, en ook niet van Gods handelingen met de mensen naar hun werken. Als u verklaart met de rechtvaardige Heere te willen handelen naar de regel van de wet, dan dreigt u de eeuwige toorn, want dat is het, wat u verdient. Geloofd zij Zijn Naam, Hij heeft niet met ons gedaan naar onze zonden; maar Hij handelt met ons overeenkomstig de regels van vrije genade en van de oneindige ontferming, en Hij zegt: 'Ik zal hen in genade ontvangen en hen vrijwillig liefhebben.' Geloof het, want het is waar, dat de grote God machtig is om de schuldigen met overvloedige genade te behandelen; ja, Hij is machtig om met de goddelozen te handelen alsof zij altijd godvruchtig waren geweest. Lees met aandacht de gelijkenis van de verloren zoon, en zie hoe de vergevende Vader de terugkerende afgedwaalde met evenveel liefde ontvangt, alsof hij nooit van zijn Vader was weggegaan, en zich nooit met hoeren had verontreinigd. Z ver zelfs ging hij hierin, ódat de oudste broer er ontevreden om werd; maar de Vader heeft zijn liefde daarom toch niet teruggehouden. O mijn broeder, hoe schuldig u ook bent, als u slechts terug zal keren tot uw God en Vader, zal Hij met u handelen alsof u nooit iets verkeerds gedaan hadt. Hij zal u aanzien alsof u rechtvaardig was, en dienovereenkomstig met u handelen. Wat zegt u hiervan? Ziet u niet – want ik wens duidelijk te laten uitkomen, wat voor heerlijke zaak dit is – dat, als er niemand dan God aan gedacht zou hebben om de goddelozen te rechtvaardigen, en als er niemand dan God dit ook kon doen, God het echter wel wezenlijk kan? Zie het triomfantelijke woord van de apostel: 'Wie zal beschuldiging inbrengen tegen de uitverkorenen Gods? God is het, die rechtvaardigt.' Als God iemand rechtvaardigt, dan is hij gerechtvaardigd, en wel voor eeuwig. Ik las onlangs in een boek, dat vol venijn is tegen het evangelie en tegen hen, die het verkondigen, dat wij een soort van theorie voorstaan, waardoor wij ons inbeelden, dat de zonde kan weggenomen worden van de mensen. Maar wij staan geentheorie voor, wij verkondigen een feit. Het meest grootse, het meest majestueuze feit op de aarde is dit – dat Christus door Zijn dierbaar bloed de zonde werkelijk wegdoet, en dat God, om Christus' wil, met de mensen handelt naar Zijn goddelijke barmhartigheid, de schuldigen vergeeft en rechtvaardigt, niet om iets, dat Hij ziet in hen, of om iets, dat Hij voorziet, dat in hen wezen zal, maar naar de rijkdom van Zijn genade, die er in Zijn eigen hart is. Dit hebben wij gepredikt, dit prediken wij, end it zullen wij prediken, zolang als er adem in ons is. 'God is het, die rechtvaardigt' – die de goddelozen rechtvaardigt. Hij schaamt zich niet om dit te doen, en wij schamen onsook niet om dit te prediken.

De rechtvaardiging, die van God zelf komt, is boven alle twijfel verheven. Als de Rechter mij vrijspreekt, wie kan mij dan veroordelen? Als het hoogste gerechtshof in

Page 10: Alles uit Genade, C.H. Spurgeon - WordPress.com · 2017. 3. 15. · Zijn almachtige liefde, geheel en al onwaardig, vol bederf en zonde. Ik weet, en ben ten volle verzekerd, dat ik

het heelal mij rechtvaardig heeft verklaard, wie zal dan beschuldiging tegen mij inbrengen? Rechtvaardigmaking door God is een bevredigend antwoord voor een ontwaakt geweten. Door die rechtvaardigmaking geeft de Heilige Geest vrede in ons hart, en dan zijn wij niet langer angstig. Met deze rechtvaardigmaking kunnen wij antwoorden op al het brullen en smalen van Satan en van alle goddeloze mensen. Daarmee zullen wij kunnen sterven, daarmee zullen wij opstaan uit de doden en met vrijmoedigheid de laatste grote rechtszaak tegemoet kunnen gaan, want:

'Nu ken ik die waarheid, zo diep als gewist, Dat Christus alleen mijn Gerechtigheid is, Nu tart ik de dood, nu verwin ik het graf, Nu neemt mij geen Satan de zegekroon af.'

Vriend, de Heere is machtig om al uw zonden uit te delgen. Ik doe geen schot in het wilde als ik dit zeg. 'Alle zonde en lasterig zal de mensen vergeven worden.' Al was u geheel en al gedompeld in misdaden en ongerechtigheden, met n enkel woord kan ééHij de bezoedeling van u wegnemen en zeggen: 'Ik wil, word gereinigd.' De Heere is groot van ontferming. 'Ik geloof in de vergeving der zonden.' U ook? Hij kan in dit uur de verklaring uitspreken: 'Uw zonden zijn u vergeven, ga heen in vrede' ; en als Hij dit doet, is er geen macht in de hemel, of op de aarde of onder de aarde, die u onder verdenking kan brengen, veel minder nog onder de toorn. Twijfel niet aan de kracht van de almachtige liefde. U zou uw medemens niet kunnen vergeven, als hij u wat had misdreven, zoals u tegen God hebt misdreven; maar u moet Gods koren ook niet meten met uw maat. Zoals de hemelen hoger zijn dan de aarde, zo zijn Gods wegen hoger dan uw wegen en Zijn gedachten dan uw gedachten. 'Nou' zegt u, 'het zou wel een groot wonder zijn, als de Heere mij vergeving schonk.' Dat is ook zo. Het zou een zeer groot wonder zijn, en daarom zal Hij het doen; want Hij doet 'grote dingen, die men niet doorzoeken kan,' en die wij niet verwacht hadden. Ik zelf ging gebukt onder een vreselijk gevoel van schuld, waardoor mij het leven ondragelijk werd; maar toen ik het bevel hoorde: 'Wendt U naar Mij toe, wordt behouden, alle gij einden der aarde! want Ik ben God, en niemand meer.' – toen heb ik op Hem gezien, en in n ogenblik had de Heere mij gerechtvaardigd. Ik zag Jezus ééChristus, zonde gemaakt voor mij, en dat gaf mij rust. Toen zij, die door de vurige slangen gebeten waren in de woestijn, naar de koperen slang opzagen, werden zij terstond genezen; en zo was het mij toen ik op de gekruisigde Heiland zag. De HeiligeGeest, die mij in staat stelde om te geloven, gaf mij vrede door het geloof. Ik was er even zeer van verzekerd, dat ik vergeving had verkregen, als ik ervoor er van overtuigd was, dat ik veroordeeld zou worden. Ik was tevoren overtuigd veroordeeld te zullen worden, omdat het Woord van God dit zegt en mijn geweten er van getuigde;maar toen de Heere mij had gerechtvaardigd, was ik daar evenzeer van overtuigd, en wel door deze zelfde getuigenis. Het woord van de Heere in de Schrift luidt: 'Die in Hem gelooft, wordt niet veroordeeld,' en mijn geweten gaf getuigenis, dat ik geloofde,en dat God, door mij te vergeven, rechtvaardig is. Zodoende heb ik het getuigenis van de Heilige Geest en het getuigenis van mijn eigen geweten, en deze twee komen samen overeen. O! Hoe wenste ik, dat ook mijn lezer het getuigenis van God hierin mocht ontvangen, want dan zou hij zeer spoedig ook het getuigenis in zichzelf hebben.Ik durf het aan om te zeggen, dat een zondaar, gerechtvaardigd door God, op nog vaster grond staat, dan een rechtvaardige, die door zijn werken gerechtvaardigd is, als zo iemand dan ook zou kunnen bestaan. Wij zouden er nooit zeker van kunnen zijn, dat wij genoeg goede werken gedaan hebben. Het geweten zou altijd verontrust wezendoor de mogelijkheid, dat wij toch nog tekort komen, en wij zouden slechts de

Page 11: Alles uit Genade, C.H. Spurgeon - WordPress.com · 2017. 3. 15. · Zijn almachtige liefde, geheel en al onwaardig, vol bederf en zonde. Ik weet, en ben ten volle verzekerd, dat ik

aarzelende uitspraak van een feilbaar oordeel hebben om op te steunen. Maar als God zelf rechtvaardigt, en de Heilige Geest daarvan getuigt door ons vrede te schenken metGod, dan dragen wij de bewustheid in ons om, dat de zaak werkelijk tot stand is gekomen, en hebben wij rust. Geen tong kan uitspreken hoe diep de eeuwige kalmte isdie over de ziel komt, die de vrede van God heeft verkregen, die alle verstand te bovengaat. Vriend, O! Zoek die vrede terstond.

Hoofdstuk 3. Rechtvaardig en Die rechtvaardig maakt.

Wij hebben de goddeloze gerechtvaardigd gezien, en de grote waarheid overwogen dat God alleen de mens kan rechtvaardigen. Nu gaan wij nog een stap verder en vragen: Hoe kan een rechtvaardig God schuldige mensen rechtvaardigen. En op die vraag ontvangen wij een volledig antwoord in de woorden van Paulus in Romeinen 3:21-26. Wij zullen de zes verzen van dit hoofdstuk lezen, zodat wij dit stuk van de Bijbel in haar volle samenhang kunnen nagaan.

'Maar nu is de rechtvaardigheid Gods geopenbaard geworden zonder de wet, hebbende getuigenis van de wet en de profeten: Namelijk de rechtvaardigheid Gods door het geloof van Jezus Christus, tot allen, en over allen, die geloven; want er is geen onderscheid. Want zij hebben allen gezondigd, en derven de heerlijkheid Gods; En worden om niet gerechtvaardigd, uit Zijn genade, door de verlossing, die in Christus Jezus is; Welken God voorgesteld heeft tot een verzoening, door het geloof in Zijn bloed, tot een betoning van Zijn rechtvaardigheid, door de vergeving der zonden, die te voren geschied zijn onder de verdraagzaamheid Gods; Tot een betoningvan Zijn rechtvaardigheid in dezen tegenwoordigen tijd; opdat Hij rechtvaardig zij, enrechtvaardigende dengene, die uit het geloof van Jezus is.'

Vergun mij om hier iets mee te delen van een persoonlijke ervaring. Toen ik mij onderde hand van de Heilige Geest bevond en van zonde overtuigd was, had ik een zeer duidelijk besef van Gods rechtvaardigheid. De zonde – wat zij ook voor andere mensen mocht zijn – werd voor mij een ondragelijke last. Ik was niet zo zeer bevreesd voor de hel; ik was bevreesd voor de zonde. Ik kende mijzelf z schuldig, dat ik óvoelde, dat als God mij niet strafte voor de zonde, Hij dit dan toch behoorde te doen. Ik was er van overtuigd, dat de Rechter van de gehele aarde zulke zonde, als de mijne was, behoorde te veroordelen. Ik zat op de rechterstoel, en ik veroordeelde mijzelf tot de dood, want ik beleed, dat, als ik God was geweest, ik niet anders had kunnen doen, dan zo'n zondig, schuldig schepsel tot de diepste diepten van de hel te veroordelen. Engedurende al die tijd was het mij heel erg te doen om de eer van Gods Naam en de onschendbaarheid van Zijn zedelijke regering. Ik was mij bewust, dat het mijn geweten niet bevredigd zou hebben, als ik op een onrechtvaardige manier vergeving kreeg. De zonde die ik had bedreven, moest gestraft worden. Maar nu deed zich de vraag voor, hoe God rechtvaardig kan zijn en mij toch kon rechtvaardigen, die zo schuldig ben geweest. 'Hoe kan Hij rechtvaardig zijn en toch tegelijk ook de Rechtvaardiger zijn?' vroeg ik aan mijzelf. Ik werd gekweld en beangstigd door deze vraag, en ik kon er geen antwoord op vinden. Werkelijk, nooit zou ik een antwoord hebben kunnen uitdenken, dat mijn geweten zou hebben bevredigd.

De leer van de verzoening is voor mijzelf een van de stelligste bewijzen van de goddelijke ingeving van de Heilige Schrift. Wie zou hebben kunnen denken, dat de rechtvaardige Heerser zou sterven voor onrechtvaardige rebellen? Dit is geen leerstelling van de menselijke godenleer, geen droom van een dichterlijke

Page 12: Alles uit Genade, C.H. Spurgeon - WordPress.com · 2017. 3. 15. · Zijn almachtige liefde, geheel en al onwaardig, vol bederf en zonde. Ik weet, en ben ten volle verzekerd, dat ik

verbeelding. Deze manier van verzoening is alleen bekend geworden onder de mensen, omdat zij een feit is. Niemand zou in staat zijn geweest om zoiets te verzinnen. God zelf heeft haar verordineerd; het is geen zaak van verbeelding. Ik had van het plan van de zaligheid door Jezus' offer gehoord van mijn jeugd af. Maarin het binnenste van mijn ziel wist ik er even weinig van, alsof ik een Hottentot was geweest. Het licht was daar, maar ik was blind. Het was volstrekt noodzakelijk dat de Heere Zelf mij de zaak duidelijk zou maken. Het was mij als een nieuwe openbaring, alsof ik ervoor nooit in de Schrift had gelezen dat Jezus werd verklaard een verzoening voor de zonde te zijn zodat God rechtvaardig zou zijn. Ik geloof dat het als een openbaring moet komen tot de ziel van ieder wedergeboren kind van God, elke keer als hij de heerlijke leer ontmoet van het plaatsbekledend lijden van de Heere Jezus. Ik begon te begrijpen dat de zaligheid mogelijk was door een offer dat voor mij was gebracht, en dat er in zulk een offer door God is voorzien. Het werd mij te zien gegeven dat Hij, die de Zoon van God is, gelijk met de Vader, van ouds was aangesteld tot het Verbondshoofd van een verkoren volk, zodat Hij in deze hoedanigheid voor hen zou lijden en hen zou behouden.

Aangezien onze val in het begin niet persoonlijk was, omdat wij in onze gemeenschappelijke vertegenwoordiger, de eerste Adam, zijn gevallen, is het mogelijk voor ons geworden om weer opgericht te worden door een tweede Vertegenwoordiger, door Hem namelijk, die het ondernomen heeft, om het Verbondshoofd te zijn van Zijn volk, zodat Hij hun tweede Adam is. Ik zag, dat ik v róóik nog daadwerkelijk gezondigd had, toch al gevallen was door de zonde van mijn eerste vader; en ik verblijdde mij, omdat het nu volgens wet en recht mogelijk was geworden, om door een tweede Verbondshoofd en Vertegenwoordiger weer op te staan van die val. De val in Adam liet een mogelijkheid ter ontkoming. De tweede Adam kan het verderf wegnemen, dat de eerste Adam over ons had gebracht. Toen ik gekweld werd door de vraag of het voor een rechtvaardig God mogelijk zou zijn om mij te vergeven, begreep ik, zag ik door het geloof, dat Hij, die de Zoon van God is, mens is geworden en in Zijn eigen gezegend lichaam mijn zonden gedragen heeft aan het kruis. Ik zag dat de straf die mij de vrede aanbrengt, op Hem was gelegd, en dat door Zijn striemen mij genezing was geworden. Waarde vriend, hebt u dit ooit gezien?Hebt u ooit begrepen, hoe God ten volle rechtvaardig kan zijn; hoe Hij geen straf terughoudt en de scherpte van het zwaard niet stomp maakt, en toch de goddeloze die zich tot Hem wendt, kan rechtvaardigen? Het was omdat de Zoon van God, de Hoogverhevene, het ondernomen heeft de wet te rechtvaardigen en te handhaven door de straf te ondergaan die ik had moeten ondergaan, dat God mijn zonde kan voorbijgaan. De wet van God is meer gerechtvaardigd door de dood van Christus, dan wanneer alle zondaren in de diepte van de hel waren geworpen. Want, dat de Zoon vanGod voor de zonde heeft geleden, was een heerlijkere bevestiging van Gods regering, dan wanneer het hele menselijke geslacht zou hebben geleden.

Jezus heeft voor ons de doodstraf ondergaan. Aanschouw het wonder! Daar hangt Hij aan het kruis! Dit is het grootste, het meest wonderlijke gezicht, dat uw ogen ooit kunnen aanschouwen. Zoon des mensen – daar hangt Hij, ondragelijke pijn aan het lijden, Hij, de Rechtvaardige, voor ons, de onrechtvaardigen, om ons tot God te kunnen brengen. O, de heerlijkheid van dat gezicht! De Onschuldige gestraft! De Heilige veroordeeld! De Eeuwig-Gezegende tot een vloek gemaakt! De oneindig Heerlijke op een smadelijke manier ter dood gebracht! Hoe meer ik zie op het lijden van de Zoon van God, hoe meer ik er zeker van ben, dat dit het is, dat in mijn nood voorziet. Waarom heeft Hij geleden, als het niet was om de straf van ons af te wenden?

Page 13: Alles uit Genade, C.H. Spurgeon - WordPress.com · 2017. 3. 15. · Zijn almachtige liefde, geheel en al onwaardig, vol bederf en zonde. Ik weet, en ben ten volle verzekerd, dat ik

Als Hij haar dan door Zijn dood van ons heeft afgewend, dan is zij afgewend en zij diein Hem geloven, hoeven niets te vrezen. Het moet wel zo zijn, dat, aangezien de verzoening gedaan is, God ook de zonde kan vergeven zonder de grondvesten van Zijntroon te doen wankelen, of ook maar op de minste manier Zijn eigen wetten te schenden. Het geweten ontvangt een vol en bevredigend antwoord op zijn ontzaglijke vraag. De toorn van God tegen de ongerechtigheid, waarin die dan ook bestaat, moet vreselijk zijn boven alle dingen, die wij ons voor kunnen stellen. Terecht heeft Mozes gezegd: 'Wie kent de sterkte Uws toorns?' Maar als wij de Heere van de heerlijkheid horen uitroepen: 'Waarom hebt Gij Mij verlaten?' en Hem de geest zien geven, dan voelen wij aan dat de gerechtigheid van God ten volle voldaan is door een gehoorzaamheid z volkomen, door een dood z vreselijk, door een Persoon z ó ó ógoddelijk. Als God zelf buigt voor Zijn eigen wet, wat kan er dan nog meer gebeuren? De verdienste van de verzoening is groter dan de strafschuldigheid van de zonde. In degrote diepte van Jezus' liefdevolle zelfopoffering kunnen alle bergen van onze zonde wegzinken. Omwille van de oneindige goedheid van deze ene vertegenwoordigende Mens kan de Heere wel in gunst neerzien op alle andere mensen, hoe onwaardig zij in zichzelf ook mogen zijn. Het was een wonder der wonderen dat de Heere Jezus Christus in onze plaats zou staan, 'En tot ons eeuwig leedbevrijden; Het wreedste jammer wilde lijden.' – Bilderdijk. Maar Hij heeft het gedaan. 'Het is volbracht.' God zal de zondaar sparen omdat Hij Zijn Zoon niet heeft gespaard. God kan uw overtredingen voorbijgaan omdat Hij die overtredingen op Zijn Eniggeboren Zoon heeft gelegd. Als u gelooft in Jezus (en dat is de zaak, waar het op aankomt) dan zijn uw zonden weggedragen door Hem die om ons tot zonde werd gemaakt en de straf op de zonde in onze plaats heeft geleden.

Wat is in Hem geloven? Het is niet slechts te zeggen: 'Hij is God en de Zaligmaker,' het is Hem geheel en ten volle te vertrouwen, en Hem van nu aan tot in alle eeuwigheid aan te nemen als uw zaligheid – uw Heer, uw Meester, uw Alles. Als u Jezus wilt hebben, dan heeft Hij u reeds. Als u in Hem gelooft, dan zeg ik dat u niet naar de hel kan gaan: want dat zou het offer van Christus teniet doen. Het is onmogelijk dat een offer aangenomen zou worden terwijl toch de ziel zou sterven voorwie dat offer ontvangen werd. Als een ziel die gelooft veroordeeld kan worden, waartoe dient dan het offer? Als Jezus in mijn plaats is gestorven, waarom zou ik dan moeten sterven? Iedere gelovige heeft het recht te zeggen dat het offer voor hem gebracht werd. Door het geloof heeft hij er zijn handen op gelegd en het zich toege igend en daarom kan hij er van verzekerd zijn dat hij nooit zal omkomen. De ëHeere zou dit offer voor ons niet kunnen aannemen, en ons daarna toch veroordelen om te sterven. De Heere kan onze vergeving niet lezen in het bloed van Zijn eigen Zoon, en ons dan toch treffen door Zijn toorn. Dat zou onmogelijk zijn. Ach! dat u meteen de genade mocht ontvangen om op Jezus te zien en te beginnen met het begin, namelijk met Jezus die de bron en oorzaak is van genade voor schuldige mensen! 'Hij rechtvaardigt de goddelozen.' 'God is het die rechtvaardigt.' Daarom, en daarom alleenkan het gebeuren en Hij doet het door het zoenoffer van Zijn Zoon. Daarom kan het rechtvaardig gebeuren, z rechtvaardig dat niemand er iets tegen in te brengen kan óhebben, en z volkomen dat op de laatste ontzaglijke dag, als hemel en aarde óvoorbijgaan, er niemand zal zijn die de geldigheid van die rechtvaardiging zal kunnen betwisten. 'Wie is het, die verdoemt? Christus is het, die gestorven is. Wie zal beschuldiging inbrengen tegen de uitverkorenen Gods? God is het die rechtvaardig maakt.'

Nu dan, arme, nooddruftige ziel, wilt u in deze reddingsboot komen zoals u bent? Hier

Page 14: Alles uit Genade, C.H. Spurgeon - WordPress.com · 2017. 3. 15. · Zijn almachtige liefde, geheel en al onwaardig, vol bederf en zonde. Ik weet, en ben ten volle verzekerd, dat ik

kunt u gered worden uit de schipbreuk! Neem deze stellige verlossing aan. 'Er is niets in mij', zegt u. Mensen die moeten vluchten om hun leven te redden, moeten zelfs hun kleren achterlaten. Om u aan te moedigen zal ik u iets vertellen over mezelf. Mijn enige hoop op de hemel ligt in de volle verzoening die op Golgotha is gedaan voor de goddelozen. Daarop steun ik met alle macht. Nergens anders is er ook maar een schaduw van hoop voor mij. U bevindt u in dezelfde toestand als waarin ik mij bevind,want niemand onder ons heeft in zichzelf iets dat als een grond van hoop door ons aangemerkt kan worden. Zo laat ons dan elkaar de hand geven, en op die manier, hand in hand, staan aan de voet van het kruis en onze zielen, eens en voor altijd, aan Hem toevertrouwen die Zijn bloed heeft gestort voor de schuldigen. Wij zullen door n en éédezelfde Zaligmaker behouden worden. Als u, op Hem vertrouwend, omkomt, dan moet ik ook omkomen. Wat kan ik meer doen om mijn eigen vertrouwen te bewijzen in het evangelie dat ik u heb voorgesteld?

Hoofdstuk 4. Betreffende de Verlossing van de Zonde.

Nu zou ik een eenvoudig woord willen spreken tot hen, die wel kennis hebben aan de rechtvaardigmaking door het geloof, hetwelk is in Christus Jezus, maar van wie de moeilijkheid daarin bestaat dat zij niet kunnen ophouden te zondigen. Nooit kunnen wij gelukkig zijn, gemoedsrust smaken of geestelijk gezond zijn, v rdat wij heilig óóworden. Wij moeten verlost worden van de zonde, maar hoe zal die verlossing tot stand komen? Dit is voor velen een vraag van leven of dood. De oude natuur is zeer krachtig, en zij hebben het beproefd om haar te bedwingen, maar zij wil zich niet laten bedwingen, en zo voelen de zielen die er door geteisterd worden, zich eerder slechter dan beter worden. Het hart is z hard, de wil z onbuigzaam, de hartstochten z fel, de ó ó ógedachten z vluchtig, de verbeelding z tomeloos, de begeerten z ontembaar, dat het ó ó óvoor de mens is alsof hij een hol van wilde dieren in zijn hart heeft, die hem eerder zullen verslinden dan dat zij zich door hem zullen laten bedwingen. Wij kunnen van onze oude mens zeggen wat de Heere tot Job van de Leviathan zei: 'Zult gij met hem spelen gelijk met een vogeltje, of zult gij hem binden voor uw jonge dochters?' De mens zou even goed kunnen hopen de noordenwind te houden in het holle van zijn hand als door zijn eigen kracht de onstuimige hartstochten te bedwingen die in hem woelen en werken. Dat is een groter werk dan alle fabelachtige werken van Hercules: God is hier nodig.

'Ik zou wel kunnen geloven dat Jezus de zonde vergeeft', zegt iemand, 'maar mijn smart wordt hierdoor veroorzaakt, en mijn moeilijkheid is hierin gelegen, dat ik telkens opnieuw zondig, en dat ik zulke ontzettende zondige neigingen in mij bespeur.Even zeker als een steen die men in de lucht werpt spoedig terug op de aarde zal vallen, net zo zeker keer ik terug tot mijn toestand van gevoelloosheid hoewel de ernstige, getrouwe prediking van het evangelie mij had opgevoerd tot de hemel. Helaas! ik word spoedig aangetrokken en als betoverd door de basiliskusogen van de zonde. Ik word erdoor vastgehouden zodat ik van mijn eigen dwaasheid niet kan ontkomen.'

Mijn vriend, de verlossing zou zeer onvolkomen zijn als zij niet ook in die nood voorzag. Wij hebben reiniging zowel als begenadiging nodig. Rechtvaardigmaking zonder heiligmaking zou geen verlossing zijn. Dat zou wezen om de melaatse rein te noemen en hem te laten sterven aan zijn ziekte. Dat zou wezen de opstand te vergeven,en de opstandeling een vijand te laten blijven van zijn vorst. Dat zou wezen de gevolgen weg te nemen, en de oorzaak voorbij te zien; dit zou een eindeloze en

Page 15: Alles uit Genade, C.H. Spurgeon - WordPress.com · 2017. 3. 15. · Zijn almachtige liefde, geheel en al onwaardig, vol bederf en zonde. Ik weet, en ben ten volle verzekerd, dat ik

hopeloze taak op onze schouders laten. Het zou de stroom voor een ogenblik tegenhouden terwijl er een fontein van onreinheid openbleef, die vroeg of laat met des te meer kracht en geweld zal opbruisen. Herinner u dat de Heere Jezus gekomen is om op drie manieren de zonde weg te nemen: Hij is gekomen om de straf van de zonde, de macht van de zonde, en ook om de tegenwoordigheid van de zonde weg te nemen. U kunt meteen het tweede punt bereiken – de macht van de zonde kan onmiddellijk worden verbroken, en dan bent u ook op weg naar het derde punt, namelijk de wegneming van de tegenwoordigheid van de zonde. 'Gij weet, dat Hij geopenbaard is;opdat Hij onze zonden zou wegnemen.'

De engel zei van onze Heere: 'gij zult Zijn naam heten JEZUS; want Hij zal Zijn volk zalig maken van hun zonden.' Onze Heere Jezus is gekomen om in ons de werken van de duivel te verbreken. Wat bij de geboorte van onze Heere gezegd werd is ook verklaard bij Zijn dood, want toen de krijgsknecht Zijn zijde doorstak, kwam er meteen bloed en water uit. Daardoor werd de dubbele genezing aangetoond waardoor wij verlost zijn van de schuld en van de onreinheid van de zonde. Wordt u echter gekweld en benauwd door de macht van de zonde – wat goed zou kunnen –, en door de boze neigingen van uw natuur, zie hier dan een belofte voor u. Geloof in die belofte, want zij staat geschreven in dat verbond van genade dat in alles verordineerd en betrouwbaar is. God, die niet kan liegen, zegt in Ezechi l 36:26: ë

'En Ik zal u een nieuw hart geven, en zal een nieuwen geest geven in het binnenste vanu; en Ik zal het stenen hart uit uw vlees wegnemen, en zal u een vlesen hart geven.'

U ziet: het is voortdurend 'Ik zal, Ik zal.' 'Ik zal geven,' en 'Ik zal wegnemen.' Dit is de koninklijke stijl van de Koning der koningen, die machtig is om al Zijn wil te volbrengen. Geen van Zijn woorden zal ooit ter aarde vallen. De Heere weet zeer goed, dat u zelf uw hart niet kunt veranderen, dat u zelf uw natuur niet kunt reinigen; maar Hij weet ook dat Hij het w l kan. Hij kan de huid van de éMoorman, en de vlekken van het luipaard veranderen. Hoor dit, en wees verbaasd: Hijkan u herscheppen, Hij kan u wederom geboren doen worden. Dit is een wonder van genade, maar de Heilige Geest zal dat wonder tot stand brengen. Het zou een wondervolle zaak zijn als iemand aan de voet van de Niagara waterval stond en door een enkel worod te spreken de St.-Laurensrivier stroomopwaarts kon doen vloeien, zodat de wateren die zich nu met zulk een ontzaglijk geweld naar de diepte storten, uit de afgrond naar boven sprongen. Gods almacht alleen zou zulk een wonder kunnen werken; maar dat zou niets dan een juiste vergelijking zijn met hetgeen plaats zou hebben als de loop van uw natuur geheel van richting veranderde. Alle dingen zijn mogelijk bij God. Hij kan de richting veranderen van uw begeerten en van de stroom van uw leven, en, in plaats van afwaarts te gaan en van God weg, kan Hij uw hart zo neigen dat uw gehele wezen opwaarts streeft, naar God. Dat is het nu feitelijk wat de Heere beloofd heeft te doen voor allen die in het verbond zijn, en wij weten uit de Schrift dat alle gelovigen in het verbond zijn. Laat mij deze woorden nog een keer lezen:

'En Ik zal u een nieuw hart geven, en zal een nieuwen geest geven in het binnenste vanu; en Ik zal het stenen hart uit uw vlees wegnemen, en zal u een vlesen hart geven.'

Wat een heerlijke belofte! En het is 'Ja en Amen' in Christus Jezus tot de eer van God in ons. Laten wij het vastgrijpen; het aannemen als waar, en het toepassen op onszelf. Dan zal het in ons vervuld worden, en zullen wij, in de dagen en jaren die nog volgen,

Page 16: Alles uit Genade, C.H. Spurgeon - WordPress.com · 2017. 3. 15. · Zijn almachtige liefde, geheel en al onwaardig, vol bederf en zonde. Ik weet, en ben ten volle verzekerd, dat ik

zingen van die heerlijke verandering die de soevereine genade van God in ons heeft bewerkt.

Het is wel de moeite waard om na te denken over het feit, dat, wanneer de Heere het stenen hart wegneemt, dit dan ook geschied is, en dat dan geen macht ter wereld in staat zou zijn om het nieuwe hart, dat Hij schept, of die rechte geest, die Hij in het binnenste van ons geeft, uit ons weg te nemen. 'De genadegiften en de roeping Gods zijn onberouwelijk,' dat is onberouwelijk van Zijn kant. Hij zal niet ontnemen wat Hij eens gegeven heeft. Laat Hij u vernieuwen, en u zult vernieuwd zijn. De levensverbeteringen en de levensreinigingen van de mens komen spoedig tot een einde, want de hond keert weder tot zijn eigen uitbraaksel; maar als God ons een nieuw hart geeft, dan hebben wij dat nieuwe hart voor altijd, en nooit zal het zich weer tot steen verharden. Hij, die dat vlesen hart gemaakt heeft, zal het een vlesen hart latenblijven. Hierin kunnen wij ons verheugen; ja, wij kunnen ons voor eeuwig verblijden in hetgeen God in het rijk van de genade geschapen heeft.

Laat mij u de zaak heel duidelijk mogen voorstellen. Hebt u ooit gehoord van Rowland Hill's gelijkenis van de kat en de zeug? Ik zal haar u voorstellen in mijn eigenwoorden om de veelzeggende uitspraak van de Heiland – 'Gij moet wederom geboren worden,' te illustreren. U ziet deze kat? Wat een zindelijk dier is het! Hoe goed weet zijzich met haar tong en haar poten te wassen? Het is werkelijk heel aardig om aan te zien! Hebt u dat ooit een zeug zien doen? Nee, nietwaar? Dat is tegen haar natuur. Zij wentelt zich liever in het slijk. Ga en leer deze zeug zich te wassen, en zie hoe bitter weinig u dit zal lukken. Het zou een grote verbetering zijn, die zeer bevorderlijk zou zijn voor de gezondheid, als varkens zindelijk konden worden. Leer ze zich te wassen en te reinigen zoals de kat dat doet! Vergeefse moeite! U kunt die zeug wassen met geweld, maar zij spoedt zich meteen weer naar de modder, en spoedig is zij weer even vuil als ooit tevoren. Het enige middel om een zeug zich te doen wassen is om haar in een kat te veranderen, dan zal zij zich wassen en zindelijk zijn, maar ook niet eerder! Stel nu, dat die verandering heeft plaats gehad, dan zal, wat eerst moeilijk, ja onmogelijk was, zeer gemakkelijk en als vanzelf gaan; het varken zal van nu voortaan in uw huiskamer kunnen wonen. Net zo is het met de ongodvruchtige mens. U kunt hem niet dwingen om te doen wat een vernieuwd, een wedergeboren man van harte doet. U kunt hem onderwijs geven; u kunt hem een goed voorbeeld geven; maar hij kan de kunst van de heiligheid niet leren, want hij is er niet toe geschikt. Zijn natuur leidt hem in een hele andere richting. Als de Heere hem echter tot een nieuw mens maakt, dan zal alles van gedaante veranderen. Die verandering is z groot, dat ik eens óeen bekeerde heb horen zeggen: 'Of de wereld is veranderd, of ik ben veranderd.' De nieuwe natuur volgt het goede na even natuurlijk en als vanzelf, als de oude natuur het kwade heeft nagewandeld. Wat een zegen om zo'n natuur te ontvangen! De Heilige Geest alleen kan haar geven.

Is het ooit in uw gedachten gekomen dat het een zeer heerlijke zaak is, dat de Heere een nieuw hart en een rechte geest geeft aan de mens? U hebt misschien wel eens een zeekreeft gezien, die in een gevecht met een andere zeekreeft een van zijn poten verloren had, en dat er toen een nieuwe poot was gegroeid. Dat is iets merkwaardigs, maar veel meer verbazingwekkend is het feit, dat aan de mens een nieuw hart gegeven zou worden. Dat is zeker een wonder dat de kracht van de natuur te boven gaat. Daar iseen boom. Als u er een tak afhakt, zal een andere in zijn plaats groeien; maar kunt u deaard van de boom veranderen; kunt u de zure sappen zoet maken; kunt u de doornenboom vijgen doen voortbrengen? U kunt er iets beters inenten, en dat is de

Page 17: Alles uit Genade, C.H. Spurgeon - WordPress.com · 2017. 3. 15. · Zijn almachtige liefde, geheel en al onwaardig, vol bederf en zonde. Ik weet, en ben ten volle verzekerd, dat ik

overeenkomst die de natuur ons aanbiedt met het werk van de genade. Maar om de levenssappen geheel en al te veranderen, dat zou zeker een wonder zijn! Zo'n wonder, nu, en zo'n verborgenheid van kracht werkt God in allen, die in Jezus geloven. Als u uzelf overgeeft aan deze goddelijke werking, dan zal de Heere uw natuur veranderen, dan zal Hij de oude natuur in u ten onder brengen en een nieuw leven in u scheppen. Vestig uw vertrouwen op de Heere Jezus Christus, en Hij zal het stenen hartuit uw vlees wegnemen en u een vlesen hart geven. Waar alles hard was, zal nu alles teder worden; waar alles verdorven was, zal nu alles deugdelijk worden, waar alles een neerwaartse strekking had, zal nu alles met alverwinnende kracht opwaarts streven. De leeuw van de toorn zal plaats maken voor het lam van de zachtmoedigheid; de raaf van de onreinheid zal wegvlieden voor de duif van de reinheid; de lage slang van het bedrog zal onder de voet van de waarheid worden verpletterd.

Ik heb met mijn eigen ogen zulke heerlijke veranderingen in zedelijke en geestelijke karakters gezien, dat ik aan niemand wanhoop. Ik zou, als dit betaamde, vrouwen kunnen aanwijzen die eens een onkuis leven leidden, en nu zo rein zijn als vers gevallen sneeuw; en mannen die godslasteraars waren, en nu allen, die hen omringen verkwikken door hun godsvrucht. Dieven werden eerlijke lieden, dronkaards werden matig, leugenaars werden waarheidlievend en spotters werden ijverig in de dienst van de Heere. Overal, waar de genade van God in een mens is verschenen, heeft zij er hem toe gebracht om ongodvruchtigheid en wereldse lusten na te laten, en matig, rechtvaardig en godvruchtig te leven in deze tegenwoordige boze wereld; en, waarde lezer, hetzelfde zal zij ook voor u doen.

'Ik kan deze verandering niet tot stand brengen', zegt iemand. Wie beweert dat u dat wel kunt? De Schrift die wij aangehaald hebben, spreekt niet van hetgeen de mens zal doen, maar van hetgeen God zal doen. Het is Gods belofte, en Hij zal hetgeen volbrengen waartoe Hij zich verbonden heeft. Vertrouw op Hem om Zijn woord aan u te vervullen, en het zal gebeuren.

'Maar hoe zal het gebeuren?'Wat hebt u hiermee van doen? Moet de Heere Zijn maniervan werken voor u verklaren, voordat u Hem wilt geloven? De werking van de Heere in deze zaak is een grote verborgenheid: het is de Heilige Geest die het tot stand brengt. Hij die de belofte gedaan heeft, heeft het ook voor Zijn verantwoordelijkheid om die belofte te houden, en Hij is er volkomen toe in staat. God, die deze heerlijke verandering belooft, zal haar zekerlijk ook tot stand brengen in allen die Jezus ontvangen, want aan al diegenen geeft Hij macht om kinderen van God te worden. Ach! dat u het wilde geloven! Dat u de liefdevolle Heer het recht wilde doen, om te geloven dat Hij dit voor u doen kan en doen wil, wat een groot wonder het ook mag zijn! Dat u wilde geloven dat God niet kan liegen! Dat u op Hem wilde vertrouwen omeen nieuw hart te ontvangen, en een vaste geest, want Hij kan het u geven! Mag de Heere u geloof schenken in Zijn belofte, geloof in Zijn Zoon, geloof in de Heilige Geest, geloof in Hemzelf, en Hem zij lof, en eer, en heerlijkheid van nu aan tot in alle eeuwigheid! Amen.

Hoofdstuk 5. Uit Genade door het Geloof.

'Uit genade zijt gij zalig geworden door het geloof.' – Efeze 2:8

Laat ons nu een tijd stilstaan om met aanbidding de bron van onze zaligheid te beschouwen, wat de genade Gods is. 'Uit genade zijt gij zalig geworden'. Omdat God

Page 18: Alles uit Genade, C.H. Spurgeon - WordPress.com · 2017. 3. 15. · Zijn almachtige liefde, geheel en al onwaardig, vol bederf en zonde. Ik weet, en ben ten volle verzekerd, dat ik

genadig is, hebben zondige mensen vergeving verkregen, zijn zij bekeerd, zijn zij gereinigd, zijn zij zalig geworden. Het is niet om iets dat in hen is, of iets dat ooit in hen wezen kan, dat zij zalig zijn geworden, maar vanwege de grenzeloze liefde, goedheid, barmhartigheid en grote genade van God. Dus vertraag dan een ogenblik bijdeze bron. Beschouw de zuivere rivier van het water des levens, zoals zij voorkomt uitde troon van God en van het Lam.

Hoe ontzaglijk ruim en diep is de genade Gods! Wie kan haar breedte meten? Wie is instaat haar diepte te peilen? Zij is net als alle andere eigenschappen van God, oneindig, onbegrensd. God is vol van liefde, want 'God is liefde.' God is vol van goedheid: de naam 'GOD' zelf is niets dan een verkorting voor 'goed'. Oneindige liefde en goedheidbehoren tot het wezen van God. Het is omdat 'Zijn goedertierenheid tot in eeuwigheid is,' dat de mensen niet vernield zijn, en omdat 'Zijn barmhartigheden geen einde hebben', dat zondaren tot Hem worden gebracht en vergeving verkrijgen. Houd dit goed in uw gedachten, want anders zou u allicht door zoveel te zien op het geloof, dat het kanaal is van de zaligheid, in de dwaling kunnen vervallen van de genade te vergeten, die de bron is van het geloof. Het geloof is het werk van Gods genade in ons. Niemand kan zeggen dat Jezus is de Christus, dan door de Heilige Geest. 'Niemand kan tot Mij komen,' zegt Jezus, 'tenzij dat de Vader, die Mij gezonden heeft, hem trekke.' Zodat geloof, wat is tot Christus komen, het gevolg is van dat goddelijk trekken. Genade is de eerste en de laatste beweegreden van de zaligheid; en het geloof, hoe volstrekt een vereiste het ook mag zijn, is niets dan een van de gewichtigste werktuigen die door de genade worden gebruikt. Wij zijn zalig geworden 'door het geloof', maar die zaligheid is 'uit genade'. Verkondig dan deze woorden als met de bazuin van de aartsengel: 'Uit genade zijt gij zalig geworden.' Wateen blijde tijding is dit voor de onwaardigen!

Het geloof doet dienst als kanaal. De genade is de bron en de stroom; het geloof is als de waterleiding, waardoor de stroom van de genade heenvloeit om de dorstige mensenkinderen de dorst te lessen. Als die waterleiding gebroken is, dan is dit zeer te betreuren. Het is een mistroostig gezicht om de vele prachtige waterleidingen rondom Rome te zien die geen water meer naar de stad voeren, omdat de gewelven gebroken zijn en de mooie gebouwen in puin zijn gevallen. De waterleiding moet in goede orde worden gehouden, als zij de stroom zal willen geleiden, en net zo moet het geloof oprecht en gezond zijn, opdat het een bruikbaar kanaal van de genade mag zijn voor onze ziel.

En toch herinner ik u er nogmaals aan, dat het geloof niets is dan het kanaal of de waterleiding, en niet de bron, en wij moeten het niet hoger stellen dan de Goddelijke bron en oorsprong van alle zegeningen, die ligt in Gods genade. Maak van uw geloof nooit een Christus, en beschouw het geloof evenmin als de onafhankelijke bron van uw zaligheid. Ons leven vinden wij in 'het zien op Jezus,' en niet in het zien op ons geloof. Door het geloof wordt alles mogelijk voor ons. Toch is de kracht niet in het geloof, maar in God, op Wie het geloof steunt. De genade is als de locomotief, en het geloof is de keten waarmee het voertuig van de ziel vastgemaakt is aan die grote beweegkracht. De gerechtigheid van het geloof is niet de zedelijke voortreffelijkheid van het geloof, maar de gerechtigheid van Jezus Christus die het geloof aangrijpt en het zich toe igent. Die vrede in de ziel is niet ontleend aan de beschouwing van ons ëeigen geloof; nee! hij komt tot ons van Hem die onze vrede is. Het geloof raakt de zoom van Zijn kleed aan, en er gaat kracht van Hem uit die doordringt tot onze ziel.

Page 19: Alles uit Genade, C.H. Spurgeon - WordPress.com · 2017. 3. 15. · Zijn almachtige liefde, geheel en al onwaardig, vol bederf en zonde. Ik weet, en ben ten volle verzekerd, dat ik

Aanmerk dan, mijn vriend, dat de zwakheid van uw geloof u niet zal doen omkomen. Het heil van de Heere kan tot ons komen hoewel ons geloof niet groter is dan een mosterdzaadje. De kracht ligt in Gods genade, en niet in ons geloof. Belangrijke tijdingen kunnen door dunne ijzerdraden worden overgebracht; en de vrede gevende getuigenis van de Heilige Geest kan het hart bereiken door middel van een geloof dat gering en nietig is, als een draad, die bijna niet in staat lijkt om zijn eigen gewicht te dragen. Denk meer aan Hem op Wie u ziet, dan aan dat zien zelf. U moet afzien ook van uw eigen zien, en niets zien dan Jezus, en de genade Gods die in Hem is geopenbaard.

Hoofdstuk 6. Wat is Geloof?

Wat is dit geloof waarvan gezegd werd: 'Uit genade zijt gij zalig geworden door het geloof'? Er zijn vele verklaringen van het geloof; maar bijna al de omschrijvingen ervan, die ik gehoord heb, hebben mij niet beter doen begrijpen wat geloof is, dan v r óóik die omschrijvingen gehoord of gelezen had. Toen een zeker neger dit hoofdstuk hadgelezen, zei hij, dat hij het wilde verwarren; en zeer waarschijnlijk heeft hij dit ook gedaan, hoewel hij bedoelde te zeggen, dat hij het wilde verklaren. Wij kunnen zolang zeggen wat geloof is, totdat niemand het meer begrijpt. Ik hoop dat ik niet dezelfde fout zal begaan. Het geloof is de eenvoudigste zaak in de wereld, en wellicht is het juist vanwege die eenvoud zo moeilijk om het te verklaren.

Wat is geloof? Geloof is ten eerste kennis. 'Hoe zullen zij in Hem geloven, van Welken zij niet gehoord hebben?' V r dat ik een feit geloof, moet het eerst tot mijn óókennis zijn gekomen. 'Het geloof is uit het gehoor.' Wij moeten horen om te kunnen weten wat wij geloven moeten. 'Die Uwen Naam kennen, zullen op U vertrouwen.' Er is een mate van kennis die volstrekt noodzakelijk is voor het geloof: vandaar dat het van zoveel gewicht is, om die kennis te verkrijgen. 'Neigt uw oor en komt tot Mij, hoort en uw ziel zal leven,' zo luidde het woord van de profeet van ouds en zo luidt ook nu nog de boodschap van het Evangelie. Onderzoek de Schriften, en zie wat de Heilige Geest leert over Christus en Zijn heil. Zoek God te kennen: 'Want die tot God komt, moet geloven dat Hij is, en een beloner is dergenen die Hem zoeken.' Mag de Heilige Geest u de Geest van kennis schenken en van de vreze des Heeren! Ken het evangelie: weet, wat de goede tijding bevat, dat zij spreekt van vrije vergeving, en vanhartvernieuwing, van aanneming in het huisgezin van God, en van talloze andere zegeningen. Ken in het bijzonder Christus Jezus, de Zoon van God, de Zaligmaker vande mensen, die met ons verenigd is door Zijn menselijke natuur, en die toch ook n is éémet God, en die dus in staat is om als Middelaar op te treden tussen God en de mens, en machtig is om Zijn hand te leggen op beide en de verbindende schakel te zijn tussende zondaar en de Rechter van de ganse aarde. Probeer voortdurend meer te weten van Christus Jezus. Probeer in het bijzonder de leer te kennen van Christus' offer, want het punt waarop het zaligmakend geloof zich verstigt, is dit – 'God was in Christus de wereld met zich Zelven verzoenende, hunne zonden hun niet toerekenende.' Weet, dat Jezus 'een vloek geworden is voor ons; want er is geschreven: vervloekt is een iegelijk, die aan het hout hangt'. Word geheel en al doordrongen van de leer van het plaatsbekledend werk van Christus: want daarin ligt de liefelijkste vertroosting voor de schuldige mensenkinderen, omdat de Heere 'Hem zonde voor ons heeft gemaakt, opdat wij zouden worden rechtvaardigheid Gods in Hem.' Het geloof begint met kennis.

Page 20: Alles uit Genade, C.H. Spurgeon - WordPress.com · 2017. 3. 15. · Zijn almachtige liefde, geheel en al onwaardig, vol bederf en zonde. Ik weet, en ben ten volle verzekerd, dat ik

En daarna wordt het hart dan geneigd om aan te nemen dat deze dingen waar zijn. De ziel gelooft dat God is, en dat Hij het geroep hoort dat uit oprechte harten tot Hem opgaat; dat het evangelie van God is; dat de rechtvaardigmaking door het geloof de grote waarheid is die God in deze laatste dagen door Zijn Geest duidelijker heeft geopenbaard dan ooit tevoren. Dan gelooft het hart dat Jezus inderdaad en in waarheidonze God en Zaligmaker is, de Verlosser van de mensen, de Profeet, Priester en Koning van Zijn volk. Dit alles wordt aangenomen als zekere waarheid, die niet in twijfel kan getrokken worden. Ik bid God dat u meteen hiertoe mocht komen. Neem vast en zeker aan dat 'het bloed van Jezus Christus, Gods Zoon, ons reinigt van alle zonde,' dat Zijn offer volkomen is en volkomen door God wordt aangenomen ten gunste van de mensen, zodat hij die in Jezus gelooft, niet veroordeeld wordt. Neem deze waarheden aan zoals u andere feiten aanneemt, want het verschil tussen een gewoon, een algemeen geloof, en het zaligmakend geloof ligt bovenal in het voorwerpvan het geloof. Neem de getuigenis van God aan, zoals u de getuigenis aanneemt van uw vader of van uw vriend. 'Indien wij de getuigenis der mensen aannemen, de getuigenis van God is meerder.'

Zodoende bent u al vergevorderd met het geloof, en er is nog maar n bestanddeel éénodig om het volledig te maken, en dat bestanddeel is vertrouwen. Geef uzelf over aande barmhartige God. Vestig uw hoop op het evangelie van genade. Vertrouw uw ziel toe aan de stervende en levende Heiland. Was uw zonde af in het bloed van de verzoening. Neem zijn volkomen gerechtigheid aan, en alles zal goed zijn. Vertrouwen is het hartebloed van het geloof. Zonder vertrouwen is er geen zaligmakend geloof. De Puriteinen hadden de gewoonte het geloof te omschrijven door het woord 'nederliggen', waarmee zij bedoelden, het steunen op, of het rusten in een zaak. Steun met alle macht op Christus. Beter nog zou de verklaring zijn, als ik zei: Werp u neer met uw gehele gewicht op de Rots der eeuwen, en blijf erop rusten. Ja, werp uzelf op Jezus. Rust in Hem, geef uzelf over aan Hem. Als u dat doet, dan oefent u het zaligmakend geloof. Het geloof is niet blind; want het geloof begint met kennis. Het is niet bespiegelend, want het neemt de feiten aan, waarvan het overtuigd is dat ze waarheid zijn. Het geloof is niet onpraktisch, niet vaag of dromerig, want het geloof vertrouwt, en stelt zijn lot en leven in de waagschaal voor de waarheid van de openbaring. Dat is een manier van verklaring van wat het geloof is: zou ik het nu ook al 'verward' hebben?

Laat mij het nog eens proberen. Geloven is vetrouwen dat Christus is, wat Hij gezegd wordt te zijn, en dat Hij zal doen wat Hij beloofd heeft te zullen doen, en dit dan ook van Hem te verwachten. De Schrift spreekt van Jezus Christus als God, God verschenen in menselijk vlees. De Schrift spreekt van Hem als volkomen in wezen. Zijzegt dat Hij om onzentwil tot zondoffer is gemaakt, dat Hij onze zonden in Zijn lichaam gedragen heeft op het hout. De Schrift zegt dat Hij de overtreding heeft gesloten, de zonde heeft verzegeld en een eeuwige gerechtigheid heeft aangebracht. De heilige boekrollen zeggen ons verder dat Hij 'opgestaan is van de doden,' dat Hij 'altijd leeft om voor ons te bidden,' dat Hij ingegaan is tot de heerlijkheid, en ten gunste van Zijn volk bezit heeft genomen van de hemel, en dat Hij spoedig terugkomen zal om 'de wereld te richten in gerechtigheid en de volken in alle rechtmatigheid.' Wij moeten zeer vast geloven dat dit zo is, want dit is de getuigens van God de Vader, als Hij zegt, 'deze is Mijn geliefde Zoon, hoort Hem.' Dat wordt ook getuigd door God de Heilige Geest, want de Geest van Christus getuigt, in het door God ingegeven Woord, en zijn door verschillende wonderen, en door Zijn werking in het hart van de mensen. Dit getuigenis moeten wij aannemen als waarheid.

Page 21: Alles uit Genade, C.H. Spurgeon - WordPress.com · 2017. 3. 15. · Zijn almachtige liefde, geheel en al onwaardig, vol bederf en zonde. Ik weet, en ben ten volle verzekerd, dat ik

Het geloof vertrouwt dat Christus doen zal, wat Hij heeft beloofd te zullen doen, en dat, aangezien Hij beloofd heeft niemand van hen die tot Hem komen te zullen uitwerpen, het ook vast en zeker is, dat Hij ons niet zal uitwerpen als wij tot Hem komen. Het geloof neemt aan dat, aangezien Jezus gezegd heeft: 'Het water dat Ik hemzal geven, zal in hem worden een fontein van water, springende tot in het eeuwige leven.', dit ook waar moet zijn, en dat, als wij dit levende water van Christus verkrijgen, het ook in ons zal blijven, en in ons stromen van een heilig leven zal doen opwellen. Al wat Christus beloofd heeft zal Hij doen, en wij moeten dit geloven, zodatwij tot Hem opzien om genade, rechtvaardigmaking, bewaring en eeuwige heerlijkheid te verkrijgen overeenkomstig Zijn belofte, waarmee Hij beloofd heeft dit te zullen geven aan hen die in Hem geloven.

En dan komt de volgende noodzakelijke stap. Jezus is wat Hij gezegd wordt te zijn. Jezus zal doen wat Hij gezegd heeft te zullen doen. Daarom moeten wij, een ieder van ons, Hem vertrouwen, en zeggen: 'Hij zal voor mij zijn, wat Hij zegt te zijn, en Hij zal voor mij doen, wat Hij beloofd heeft te zullen doen. Ik geef mij over in de handen van Hem, die verordineerd is om te behouden, opdat Hij mij zal behouden. Dit is het zaligmakend geloof, en de mens die het bezit, heeft het eeuwige leven. Wat de gevarenen moeilijkheden ook zijn, wat voor duisternis ook over hem heen komt, wat zijn zwakheden en zonden ook mogen zijn, als hij zodanig in Christus Jezus gelooft, zal hijniet worden veroordeeld, en komt hij niet in de verdoemenis.

Mag deze uitlegging van enig nut zijn! Ik vertrouw dat zij door de Geest van God gebruikt zal worden om mijn lezer tot onmiddellijke vrede te leiden. 'Vrees niet; geloof alleenlijk.' Vertrouw en kom tot rust.

Wat ik vrees, is, dat de lezer zich tevreden zal stellen met slechts te begrijpen wat gedaan moet worden, zonder het te doen. Beter is het zwakste geloof, dat echt is en datwerkelijk in beoefening wordt gebracht, dan het schoonste ideaal van wat geloof wezen moet, en dat tot het gebied van de bespiegeling beperkt blijft. De grote zaak is om de Heere Jezus Christus meteen te geloven. Bezorg u niet om verklaringen en uitleggingen. Wie honger heeft eet, zonder precies te weten uit welke bestanddelen zijn voedsel bestaat, zonder iets te weten van de ontleedkunde van zijn mond, of van het proces van de spijsvertering. Hij leeft omdat hij eet. Een ander die oneindig veel meer kennis en bekwaamheid heeft, begrijpt volkomen de wetenschap van de voeding,maar ondanks al zijn wetenschap – als hij niet eet, zal hij sterven. Er zijn ongetwijfeld nu velen in de hel die de leer van het geloof zeer goed begrepen hebben, maar die dezeleer niet hebben geloofd en omhelsd. En van de andere kant! niet n van hen die op deééHeere Jezus hebben vertrouwd, is ooit uitgeworpen geworden, hoewel zij nooit in staat waren om hun geloof helder uiteen te zetten of te verklaren. O mijn lezer, ontvang de Heere Jezus in uw ziel, en u zult eeuwig leven. 'Die in Hem gelooft heeft het eeuwige leven.'

Hoofdstuk 7. Hoe het geloof kan toegelicht worden

Met als doel om de zaak van het geloof nog duidelijker te maken, zal ik proberen het door een paar voorbeelden toe te lichten. Hoewel de Heilige Geest alleen de lezer kan doen zien, is het toch mijn plicht en mijn blijdschap om zoveel licht te verspreiden als ik kan, en om de Heere te bidden de ogen van de blinden te openen. Ach, dat mijn lezer ook zelf dit gebed naar de hemel mocht opzenden.

Page 22: Alles uit Genade, C.H. Spurgeon - WordPress.com · 2017. 3. 15. · Zijn almachtige liefde, geheel en al onwaardig, vol bederf en zonde. Ik weet, en ben ten volle verzekerd, dat ik

Er is een overeenkomst op te merken tussen het zaligmakend geloof en het menselijk lichaam. Het is het oog dat ziet. Door het oog wordt ons hetgeen verwijderd is nabij gebracht. Door een blik van ons oog kunnen wij de zon en de zo ver van ons verwijderde sterren dichtbij ons verstand of onze bevatting brengen. Net zo kunnen wij door ons vertrouwen de Heere Jezus dichtbij brengen, en hoewel Hij in de hemel is, en dus ver van ons verwijderd, komt Hij dan toch in ons hart. Zie slechts op Jezus, want de dichter spreekt volkomen de waarheid, als hij zegt:

'Door een blik op het kruis is er leven en heil, is er leven voor u en voor mij.'

Het geloof is de hand die aangrijpt. Als onze hand iets aangrijpt om het tot zich te nemen, dan doet zij precies hetzelfde wat het geloof doet, als het zich Christus en de zegeningen van Zijn verlossing toe igent. Het geloof zegt: 'Jezus is de mijne.' Het ëgeloof hoort van het bloed van de verzoening, en het roept uit: 'ik neem het aan, opdat het verzoening zal doen voor mij.' Het geloof verklaart de nalatenschap van de stervende Jezus te aanvaarden, en tot zijn eigendom te maken, want het geloof is Christus' erfgenaam. Hij heeft zich Zelf met alles wat Hij heeft, geschonken aan het geloof. Neem dan aan, o vriend, wat de genade voor u beschikt en bereid heeft. U zult het u niet onwettig toe-eigenen, want u hebt de goddelijke vergunning, welke luidt: 'Die wil, neme het water des levens om niet.' Hij die een schat kan krijgen, eenvoudig door de hand uit te steken en hem aan te nemen, zal wel dwaas zijn, als hij arm blijft.

Het geloof is de mond die zich voedt met Christus. Voordat het eten ons tot voedsel kan zijn, moeten wij het tot ons nemen. Het is een zeer eenvoudige zaak – dat eten en drinken. Datgene wat voedsel voor ons is, nemen wij graag in de mond, en wij bewilligen er in, dat het doordringt tot ons inwendig lichaam, waar het dan, wanneer het opgenomen is, met ons lichaam wordt vereenzelvigd. Paulus zegt in het tiende hoofdstuk van zijn brief aan de Romeinen: 'Nabij u is het woord, in uwen mond.' Nou,alles wat dus vereist wordt, is, om het in zich op te nemen, om het te laten doordringentot de ziel. Ach, dat de mensen begeerte hadden tot die spijze! Want, wie honger heeft en brood voor zich ziet, hoeft niet te leren eten. Vast en zeker, een ziel die hongert en dorst naar Christus, hoeft slechts te weten dat die Christus haar uit vrije liefde geschonken is, en zij zal Hem terstond aannemen. Als mijn lezer zich in die toestand bevindt, laat hij niet aarzelen om Jezus te ontvangen, want hij kan er van verzekerd zijn, dat hij hierom nooit bestraft of berispt zal worden. Want 'zovelen Hem aangenomen hebben, dien heeft Hij macht gegeven kinderen Gods te worden.' Nooit zal Hij iemand afstoten; maar allen die tot Hem komen, geeft Hij voor altijd de macht om kinderen Gods te blijven. Het geloof kan ook in velerlei opzichten toegelicht worden door ons werken en streven in het dagelijks leven. De landbouwer legt goed zaad in de aarde, en hij verwacht niet alleen dat het zal blijven leven, maar dat het zich zal vermenigvuldigen. Hij heeft geloof in de beschikkingen van het verbond, dat zaaitijd en oogst niet zullen ophouden, en hij wordt beloond voor dit geloof. De koopman stort zijn geld bij een bankier. Hij vertrouwt volkomen op zijn eerlijkheiden betrouwbaarheid. Hij geeft zijn geld uit de handen, en is nu veel geruster dan wanneer hij zijn goede gouden muntstukken in een brandkast had weggeborgen. De zeeman vertrouwt zich toe aan de zee. Als hij zwemt heft hij zijn voet op van de grond, en rust op de wiegelende golven. Hij zou niet kunnen zwemmen, als hij zich niet geheel en al in het water wierp. De goudsmid doet kostbare metalen in het vuur dat gereed lijkt om ze te verteren; maar hij ontvangt ze terug uit de smeltkroes, aangezien de hitte ze niet geschaad, maar

Page 23: Alles uit Genade, C.H. Spurgeon - WordPress.com · 2017. 3. 15. · Zijn almachtige liefde, geheel en al onwaardig, vol bederf en zonde. Ik weet, en ben ten volle verzekerd, dat ik

wel gezuiverd heeft.

Waarheen u uzelf keert of wendt in het dagelijks leven, overal zult u geloof in beoefening zien gebracht worden tussen mens en mens, of tussen de mens en de wet van de natuur. Welnu, net zoals wij vertrouwen oefenen in het dagelijks leven, net zo moeten wij vertrouwen stellen in God zoals Hij zich heeft geopenbaard in Christus Jezus. In verschillende personen is het geloof in verschillende mate aanwezig, overeenkomstig de mate van hun kennis of hun wasdom in de genade. Soms is het geloof weinig meer dan een zich vastklemmen aan Christus, een gevoel of besef van afhankelijkheid met de gewilligheid om zo afhankelijk te zijn. Als u op het strand bent, kunt u een zeker schelpdier zien, vastgehecht aan de rots. Loop er zachtjes heen, en u zult door een snelle slag met uw wandelstok het dier van de rots afkrijgen. Maar beproef het nu eens met een andere, die er naast zit. U hebt het gewaarschuwd, het heeft de slag gehoord waarmee zijn makker van de rots werd geslagen, en nu klemt hetzich des te vaster aan de steen, en het zal u niet lukken om het eraf te krijgen. Sla zoveel u wilt, u kunt eerder de rots breken dan het dier ervan losmaken. Onze kleine vriend, het schelpdier, weet niet veel, maar wel weet het zich vast te klemmen. Ook heeft het iets gevonden waaraan het zich vastklemmen kan. Dit is nu zijn gehele schat van wetenschap, maar die weinige wetenschap wendt het aan tot zijn veiligheid, tot zijn behoud. Voor dat schelpdier is er het leven mee gemoeid om vastgeklemd te blijven aan de rots; en het leven van de zondaar is er mee gemoeid om zich vast te klemmen aan Jezus. Er zijn duizenden van Gods volk, die niet meer geloof hebben dandat. Zij weten genoeg om zich aan Jezus vast te klemmen met hart en ziel, en dit is voldoende voor hun tegenwoordige vrede en voor hun toekomstige, eeuwige zaligheid. Jezus Christus is voor hen een Zaligmaker, machtig en sterk; een rots, onbewegelijk en onveranderlijk. Zij klemmen zich aan Hem vast omwille van hun leven, en dit vastklemmen is hun behoud. Lezer, kunt u zichzelf niet vastklemmen? Ach, doe het, meteen! Er wordt geloof geopenbaard als de ene mens zich verlaat op een ander mens, omdat hem de meerderheid van die ander wel bekend is. Dit is een hoger geloof, een geloof, dat de reden kent voor zijn afhankelijkheid, en dat er naar handelt. Ik denk niet dat het schelpdier heel veel weet van de aard en het samenstel van de rots; maar naarmate het geloof toeneemt, neemt het ook toe in kennis en begrip. Een blinde vertrouwt zich toe aan zijn gids omdat hij weet, dat deze, zijn vriend en leidsman, zien kan; en zo vertrouwend, gaat hij waar zijn gids hem heenvoert. Als die arme man blindgeboren is, weet hij niet wat het gezicht is: maar wel weet hij dat er iets bestaat, dat men gezicht noemt, en dat dit iets in het bezit is van zijn vriend, en daarom legt hij gewillig zijn hand in die van de ziende, en volgt zijn leiding. 'Wij wandelen door geloof en niet door aanschouwen.' 'Zalig zijn zij, die niet zullen gezien hebben, en nochtans zullen geloofd hebben.' Dit is een zo goed mogelijk beeld van het geloof. Wij weten dat Jezus verdienste, macht en zegeningen in Zich heeft, die wijzelf niet bezitten, en daarom vertrouwen we ons graag toe aan Hem, opdat Hij voor ons zou zijn wat wij voor onszelf niet kunnen zijn. Wij vertrouwen Hem, zoals de blinde zijn leidsman vertrouwt. Hij stelt dit vertrouwen nooit teleur; want 'Hij is ons geworden wijsheid van God, en rechtvaardigheid, en heiligmaking en verlossing.'

Iedere jongen die naar school gaat, moet geloof oefenen terwijl hij leert. Zijn onderwijzer leert hem de aardrijkskunde en spreekt hem van de vorm van de aarde, en van het bestaan van bepaalde grote steden en machtige koninkrijken. De jongen zelf weet niet dat deze dingen waar zijn, maar hij gelooft zijn onderwijzer en het boek, dat

Page 24: Alles uit Genade, C.H. Spurgeon - WordPress.com · 2017. 3. 15. · Zijn almachtige liefde, geheel en al onwaardig, vol bederf en zonde. Ik weet, en ben ten volle verzekerd, dat ik

deze hem in handen heeft gegeven. Dat is het nu wat u te doen hebt ten opzichte van Christus, als u zaligheid wilt worden. U moet weten, eenvoudig omdat Hij het u zegt; geloven, omdat Hij u verzekert dat het zo is; uzelf aan Hem toevertrouwen, omdat Hij u belooft dat uw zaligheid daarvan het gevolg zal zijn. Bijna alles wat u en ik weten, istot ons gekomen door geloof. Men heeft een wetenschappelijke ontdekking gedaan,en wij geloven haar. Op welke grond? Op het gezag van een zekere bekende geleerde van wie de naam en faam gevestigd is. Wijzelf hebben hun ervaringen en proefnemingen nooit bijgewoond of gezien, maar wij geloven hun getuigenis. U moet hetzelfde doen ten opzichte van Jezus. Omdat Hij u zekere waarheden onderwijst, moet u Zijn discipel zijn en Zijn woorden geloven. Omdat Hij bepaalde daden tot stand heeft gebracht, moet u zijn afhankelijke beschermeling zijn en uzelf aan Hem toevertrouwen. Hij is in oneindige mate uw Meerdere, en Hij eist uw vertrouwen als uw Meester en Heer. Als u Hem wilt ontvangen en Zijn woorden wilt aannemen, dan bent u behouden. Een andere en nog hogere vorm van geloof is het geloof dat ontstaat uit liefde. Waarom heeft een jongen vertrouwen in zijn vader? Het is omdat hij hem liefheeft. Zalig zijn zij, die een liefelijk geloof bezitten in Jezus, een geloof, dat ineengestrengeld is met diepe genegenheid voor Hem, want dit wekt dan een kalm en rustgevend vertrouwen. Deze liefhebbers van Jezus zijn bekoord door Zijn wezen, vinden genot in Zijn zending, zijn als weggevoerd door de goedertierenheid die Hij heeft ten toon gespreid. Zij kunnen niet anders dan op Hem vertrouwen, aangezien zij Hem zo zeer bewonderen, vereren en liefhebben.

De manier waarop men zulk een liefdevol vertrouwen heeft op de Heiland, kan zo worden voorgesteld. Een vrouw is de echtgenote van de bekwaamste geneesheer van zijn tijd. Zij wordt aangetast door een gevaarlijke ziekte, en als terneergeworpen door zijn kracht. Toch is zij zeer kalm en gerust, want haar echtgenoot heeft juist deze ziekte tot zijn bijzondere studie gemaakt, en duizenden die er door aangetast waren, zijn door hem genezen geworden. Zij is niet in het minst bevreesd, want zij voelt zich volkomen veilig in de handen van iemand die haar zo dierbaar is, en bij wie bekwaamheid en liefde in de hoogste mate zijn verenigd. Haar geloof is redelijk en natuurlijk; haar echtgenoot verdient het ten volle. Dit nu is het soort geloof dat door degelukkigste volgelingen van Christus ten aanzien van hun Heere wordt geoefend. Er isgeen medicijnmeester zoals Hij. Er is niemand die kan behouden, zoals Hij kan behouden. Wij hebben Hem lief, en Hij heeft ons lief, en daarom stellen wij ons in Zijn handen, nemen wij aan wat Hij ons geeft, doen wat Hij ons gebiedt. Wij weten, dat niets verkeerd kan gaan, zolang als Hij de Bestuurder is van ons leven en van onze handelingen; want Hij heeft ons te lief om ons te laten omkomen, of ons ook maar n ééonnodige smart te laten lijden. Het geloof is de wortel van de gehoorzaamheid, en dit kan duidelijk gezien worden in de zaken van het dagelijks leven. Als de kapitein zijn schip toevertrouwt aan de loods om het in de haven te brengen, dan zal hij het schip besturen volgens de aanwijzingen van die loods. Als een reiziger een gids aanneemt om hem over een moeilijke bergpas te voeren, dan volgt hij het spoor dat die gids hem aanwijst. Als een zieke vertrouwen stelt in zijn geneesheer, dan volgt hij nauwkeurig zijn voorschriften. Het geloof dat weigert om te gehoorzamen aan de geboden van de Heiland, is niets dan schijngeloof, en zal de ziel niet kunnen behouden. Wij vertrouwen Jezus om ons te redden, om ons zalig te maken: Hij geeft ons inlichtingen en aanwijzingen wat betreft de weg van de zaligheid. Die aanwijzingen volgen wij, en wij zijn behouden. Laat mijn lezer dat niet vergeten. Vertrouw op Jezus, en toon uw vertrouwen door te doen wat Hij u gebiedt.

Page 25: Alles uit Genade, C.H. Spurgeon - WordPress.com · 2017. 3. 15. · Zijn almachtige liefde, geheel en al onwaardig, vol bederf en zonde. Ik weet, en ben ten volle verzekerd, dat ik

Een voortreffelijke vorm van geloof onstaat u welbevestigde kennis. Dit verkrijgen wij door toeneming in de genade, en dit is het geloof dat gegrond is op het kennen van Christus, het geloof dat Christus vertrouwt omdat het bevonden heeft dat Hij onwankelbaar is in Zijn trouw. Een oude Christin had de gewoonte om een B. en een W. op de kant van het Bijbelblad te schrijven, elke keer als zij een belofte ontmoette die zij beproefd had, en waar had bevonden. Hoe gemakkelijk is het om te vertrouwen op een Zaligmaker die beproefd is en getrouw is bevonden! Nu kunt u dit nog niet, maar eens zult u ertoe komen. Alles moet een begin hebben. Op de gezette tijd zult u het standpunt van het krachtige geloof bereiken. Dit rijp geloof vraagt om geen tekenen, maar oefent een standvastig vertrouwen. Zie op het geloof van de zeeman – ik heb mij er vaak over verwonderd. Hij maakt zijn kabel los en stoomt weg van het land. Dagen, weken, ja maanden lang ziet hij zeil noch kust; toch stoomt hij door, onbevreesd, nacht en dag, totdat hij zich op een goede morgen aan de ingang bevindt van de haven die hij wilde bereiken en waarheen hij zijn schip heeft gestuurd. Hoe heeft hij de weg kunnen vinden over de eenzame diepte? Hij heeft zich toevertrouwd aan zijn kompas, aan zijn zeevaartkundige almanak, aan zijn barometer en aan de hemellichamen. En hun leiding volgende, heeft hij, zonder land te zien, z nauwkeurigózijn schip in de juiste richting gestuurd, dat hij geen ogenblik van koers hoefde te veranderen om de haven te bereiken. Het is een heerlijke zaak dat stomen of zeilen op volle zee. In het geestelijke is het zalig om alle kusten maar geheel en al uit het gezichten het gevoel te hebben en 'vaarwel' te zeggen aan alle innerlijke gewaarwordingen en bemoedigende ervaringen, aan alle tekenen en wonderen, en wat er nog meer kan zijn. Het is heerlijk om ver weg te zijn op de oceaan van de goddelijke liefde, gelovend in God, en recht aansturend op de hemelse haven, geleid wordend door het Woord van God. 'Zalig zijn zij die niet zullen gezien hebben en nochtans zullen geloofd hebben.' Hun zal een veilige reis en een ruime ingang geschonken worden. Wil nu mijn lezer zijn vertrouwen niet stellen op God in Christus Jezus? D r mag ik zelf rusten met een ááblijmoedig vertrouwen. Broeder, ga met mij, en geloof onze Vader en onze Heiland. Kom nu.

Hoofdstuk 8. Waarom zijn wij zalig geworden door het geloof?

Waarom is het geloof gekozen tot het kanaal van de zaligheid? Deze vraag zal ongetwijfeld vaak worden gesteld. 'Uit genade zijt gij zalig geworden door het geloof,'dit is zeker de leer van de Heilige Schrift en de instelling van God; maar waarom? Waarom is het geloof daartoe gekozen, en niet de hoop, of de liefde, of het geduld?

Het voegt ons om bescheiden te zijn bij het beantwoorden van zo'n vraag, want Gods wegen worden niet altijd begrepen, noch is het ons veroorloofd onbescheiden vragen te stellen. Met nederigheid en eerbied hopen wij dus te antwoorden, dat – naar ons inzien – het geloof gekozen is als het kanaal van de genade, omdat er in het geloof een natuurlijke geschiktheid is om gebruikt te worden als ontvanger. Stel eens dat ik op hetpunt sta om aan een arme een aalmoes te geven. Ik leg die aalmoes dan in zijn hand. Waarom? Nou, het zou niet heel geschikt zijn om hem in zijn oor te leggen of op zijn voet. De hand schijnt gemaakt te zijn om te ontvangen. En, in onze geestelijke gesteldheid, is het geloof geschapen met als doel om de ontvanger te zijn: het is de hand van de mens, en het is dus heel passend om door middel van het geloof genade te ontvangen.

Ik zal proberen u dit heel duidelijk te maken. Het geloof dat Christus ontvangt is even eenvoudig, als wanneer een kind een appel van u aanneemt, terwijl u hem die appel

Page 26: Alles uit Genade, C.H. Spurgeon - WordPress.com · 2017. 3. 15. · Zijn almachtige liefde, geheel en al onwaardig, vol bederf en zonde. Ik weet, en ben ten volle verzekerd, dat ik

toereikt en belooft hem de appel te geven als hij er om bij u komt. Het geloof en het ontvangen hebben hier slechts betrekking op de appel, maar zij volbrengen dezelfde daad als het geloof dat betrekking heeft op de eeuwige zaligheid. Wat de hand van het kind is voor de appel, dat is uw geloof voor de volmaakte zaligheid van Christus. De hand van het kind maakt de appel niet zelf, maakt de appel ook niet voortreffelijker en verdient de appel ook niet; – zij ontvangt slechts. En het geloof is door God gekozen om de ontvanger te zijn van de zaligheid, omdat het niet pretendeert de zaligheid te scheppen, noch om te helpen bij het scheppen van de zaligheid, maar tevreden is om haar nederig te ontvangen. 'Het geloof is de tong, die om vergeving vraagt, de hand, die haar aanneemt en het oog, dat haar ziet; maar het is niet de prijs, die haar koopt.' Het geloof pleit nooit op zichzelf; het grondt al zijn pleitredenen op het bloed van Christus. Het wordt een goed dienstknecht om de schatten van de Heere Jezus tot de ziel te brengen, omdat het zegt van waar het die schatten genomen heeft, en erkent, datde genade alleen ze geschonken heeft.

En opnieuw: het geloof is ongetwijfeld gekozen omdat het God al de eer geeft. Het is door het geloof opdat het zij uit genade, en het is uit genade opdat er geen roemen zij, want God kan geen hoogmoed verdragen. 'Den verhevene kent Hij van verre' en Hij wenst niet dichter tot hem te naderen. Hij wil geen zaligheid schenken op een wijze die hoogmoed zou kunnen kweken. Paulus zegt: 'Niet uit de werken, opdat niemand roeme.' Het geloof nu sluit alle roem buiten. De hand die de aalmoes ontvangt, zegt niet: 'Men is mij dank schuldig, omdat ik de gave wel heb willen aannemen.' Dat zou in strijd zijn met het gezonde verstand. Als de hand het brood naar de mond brengt zegt zij niet tot het lichaam: 'Geef mij erkenning, want ik heb u gevoed.' Het is een ergeenvoudig iets dat door de hand verricht wordt, hoewel ook een zeer nuttig, ja onmisbaar iets, en nooit zal zij zich eer toekennen voor hetgeen zij doet. God heeft ook zo het geloof gekozen om de onuitsprekelijke gave van Zijn genade te ontvangen, omdat het zichzelf geen verdienste daarvoor kan toeschrijven, maar de genadige God moet aanbidden, die de Gever is van alle goede gaven. Het geloof zet de kroon op het hoofd waar zij behoort, en daarom plaatst de Heere Jezus de kroon op het hoofd van het geloof, wanneer Hij zegt: 'Uw geloof heeft u behouden, ga heen in vrede.'

En vervolgens: God kiest het geloof als kanaal van de zaligheid, omdat dit de rechte orde is, een orde, waardoor de mens in verbinding gebracht wordt met God. Als de mens op God vertrouwt, dan is er tussen God en de mens een punt van vereniging, en die vereniging waarborgt zegen. Door het geloof worden wij zalig, omdat het ons doet vastklemmen aan God, en zo brengt het ons met Hem in verbinding. Ik heb vaak de volgende vergelijking gebruikt, en ik zal haar ook nu gebruiken, omdat ik geen betere weet. Jaren geleden sloeg er op de rivier dicht bij de Niagara waterval een boot om, waarin twee mannen waren gezeten, die toen beiden met de stroom werden meegevoerd. Maar er stonden mensen op de oever, die het lukte om hun een touw toe te werpen, het touw werd door beide mannen gegrepen. Een van hen hield zich er aan vast, en werd behouden naar de over getrokken. Maar de ander zag een groot blok houtdat er net aan kwam drijven, en was onverstandig genoeg om het touw los te laten en zich vast te klemmen aan het blok, omdat dit groter was, en hem geschikter leek om zich er aan vast te houden. Helaas! het blok ging met de man samen naar de afgrond, omdat er geen verbinding was tussen het blok en de oever. De grootte van het blok hadgeen nut voor de man, die er zich aan had vastgeklemd. Er was verbinding nodig met de oever om redding te verkrijgen. En net zo, wanneer iemand vertrouwt op zijn werken, of op sacramenten, of op iets anders van die aard, dan zal hij niet behouden worden, want er is geen punt van vereniging of samenvoeging tussen hem en Christus.

Page 27: Alles uit Genade, C.H. Spurgeon - WordPress.com · 2017. 3. 15. · Zijn almachtige liefde, geheel en al onwaardig, vol bederf en zonde. Ik weet, en ben ten volle verzekerd, dat ik

Maar het geloof, hoewel het slechts een dun, zwak koord lijkt, bevindt zich in de hand van God aan de oever. De oneindige kracht van God trekt aan die verbindingslijn, en redt zo de mens van de ondergang. O hoe heerlijk, hoe zalig is het geloof, omdat het ons verenigt met God!

En opnieuw: het geloof is gekozen omdat het de bron van de menselijke handelingen aanraakt. Zelfs in het heel gewone, in het alledaagse, ligt toch altijd een soort van geloof aan de wortel van alles. Ik vraag me af of ik het verkeerd zou hebben, als ik zouzeggen dat wij nooit iets doen zonder het een of ander geloof beoefening te brengen? Als ik in mijn studeerkamer op en neer wandel, dan is het omdat ik geloof dat mijn benen mij zullen dragen. De mens eet omdat hij gelooft in de noodzakelijkheid van voedsel. Hij gaat naar zijn kantoor omdat hij gelooft in de waarde van het geld. Hij neemt een bankbiljet in betaling aan omdat hij gelooft, dat de bank het tegen goud of zilver zal inwisselen. Columbus ontdekte Amerika, omdat hij geloofde dat zich aan de overzijde van de oceaan het vasteland bevond; en de Pelgrimvaders hebben Amerika gekoloniseerd, omdat zij geloofden dat God met hen zou zijn aan die rotsige kusten. De meest grote daden zijn geboren uit geloof. Het geloof werkt wonderen in de mens die het bezit, hetzij voor goed of voor kwaad. In zijn natuurlijke vorm is geloof een alles verwinnende macht, die doordringt tot alle werk en bezigheid van de mensen. Hijdie spot met het geloof in God, is mogelijk juist de man die het grootste geloof heeft indeze boze vorm, ja, hij zal gewoonlijk in een goedgelovigheid vervallen die belachelijk zou zijn, als zij niet onterend was. God schenkt de zaligheid door het geloof, omdat Hij, door het geloof in ons te scheppen, de voornaamste beweegoorzaakaanraakt van onze gemoedsbewegingen en van onze daden. Als wij in Christus geloven, en het hart in het bezit is geraakt van God, dan zijn wij gered van de zonde, dan worden wij gedreven tot berouw, tot heiligheid, tot ijver, tot gebed, tot toewijding en overgave van het hart, tot alle werkingen van de genade in de ziel. 'Wat de olie is voor de raderen, wat de gewichten zijn voor een klok, wat de vleugels zijn voor een vogel, wat de zeilen zijn voor een schip, dat is het geloof voor alle heilige plichten en voor alle arbeid in de dienst van de Heere.' Heb geloof, en alle andere genadegaven zullen volgen en hun loop voortzetten.

En opnieuw: het geloof heeft de macht om te werken door liefde. Het oefent zijn invloed op de genegenheden ten opzichte van God, en trekt het hart naar hetgeen goed is. Hij, die in God gelooft, zal zeker en zonder twijfel ook God liefhebben. Het geloof is een daad van het verstand; maar het komt ook voort uit het hart. 'Met het hart gelooft men ter rechtvaardigheid.' Vandaar dat God de zaligheid schenkt aan het geloof, omdat het naast de genegenheden woont, en nauw verwant is aan de liefde; en liefde is de moeder en de voedster van iedere heilige gewaarwording en iedere heilige daad. Liefde tot God is gehoorzaamheid, liefde tot God is heiligheid. God lief te hebben, en de mens lief te hebben is het beeld van Christus gelijkvormig te zijn gemaakt, en dit is de zaligheid.

En voorts: het geloof schept vrede en blijdschap. Hij die het bezit, rust, is kalm, is blij en vrolijk, en dit is een voorbereiding op de hemel. God geeft alle hemelse gaven aan het geloof, onder andere om deze reden, dat het geloof het leven en de gezindheid in ons werkt, die eeuwiglijk in de betere wereld hier Boven geopenbaard moeten worden.Het geloof voorziet ons met een krijgsrusting voor dit leven, en voedt ons op voor het leven hiernamaals. Het stelt de mens in staat om zonder vrees te leven en te sterven. Het bereidt hem toe beide om te handelen en om te lijden. Vandaar dat de Heere het kiest als het geschiktste middel om ons genade te geven, en ons op die manier de

Page 28: Alles uit Genade, C.H. Spurgeon - WordPress.com · 2017. 3. 15. · Zijn almachtige liefde, geheel en al onwaardig, vol bederf en zonde. Ik weet, en ben ten volle verzekerd, dat ik

eeuwige heerlijkheid te verzekeren.

Zeker, het geloof doet voor ons wat niets anders voor ons kan doen. Het geeft ons blijdschap en vrede, en doet ons ingaan in de rust. Waarom proberen de mensen de zaligheid te verkrijgen door andere middelen? Een oud godgeleerde zei: 'Men zegt eenknecht de deur te openen. Hij zet er zijn schouder tegen aan en duwt met alle macht, maar de deur beweegt zich niet, en hij kan niet binnenkomen, welke kracht hij ook aanwendt om op die manier de deur te openen. Maar een ander komt met een sleutel, draait de deur open, en gaat zeer gemakkelijk naar binnen. Zij die door de werken zalig willen worden, duwen met alle macht tegen de poort van de hemel, maar zonder enig gevolg. Het geloof is de sleutel die deze poort dadelijk ontsluit.' Lezer, wilt u die sleutel niet gebruiken? De Heere gebiedt u te geloven in Zijn dierbare Zoon, daarom kan en mag u dit ook doen, en als u het doet zult u leven. Is dit niet de belofte van het Evangelie? 'Die geloofd zal hebben, en gedoopt zal zijn, zal zalig worden.' (Markus 16:16) Welke bedenking kunt u hebben tegen een weg tot de zaligheid die door de genade en de wijsheid van onze barmhartige God is aangewezen?

Hoofdstuk 9. Helaas! Ik kan niets doen!

Nadat het bekommerde hart de leer van de verzoening heeft aangenomen, en de grote waarheid heeft geleerd, dat de zaligheid door het geloof in de Heere Jezus is, wordt hetnog vaak gekweld door het gevoel van onmacht voor het goede. Velen slaken de verzuchting: 'Ik kan niets doen.' Zij maken hieruit geen verontschuldiging, maar zij zuchten er onder als onder een voortdurende last. Zij zouden graag willen geloven, als zij het maar konden. Een ieder van hen kan met een goed geweten verklaren 'Het willen is wel bij mij, maar het goede te doen, dat vind ik niet.' Dat gevoel schijnt het hele Evangelie van nul en geen enkele waarde te maken. Want wat voor nut trekt iemand die honger heeft, uit voedsel dat hij niet bereiken kan? Wat helpt ons de rivier van het water des levens, als wij er niet uit kunnen drinken? Er is een geschiedenis van een dokter en het kind van een arme vrouw. De wijze geneesheerverklaarde aan de moeder, dat haar knaapje wel gauw beter zou zijn, als hij maar ondergoede behandeling kwam! Het was dus geheel noodzakelijk dat hij geregeld van de allerbeste portwijn zou drinken, en dat hij enige tijd in een Duitse badplaats zou doorbrengen. En dit aan een weduwe, die nauwelijks aan brood wist te komen! En nu schijnt het voor het bekommerde hart zeer vaak, dat het eenvoudig Evangelie van 'geloof en leef,' toch ondanks alles niet zo eenvoudig is, want het eist van de arme zondaar, dat hij zal doen, wat hij niet in zijn macht heeft om te doen. Voor hen die wel werkelijk ontwaakt, maar slechts half onderwezen zijn, is het, alsof er ergens een schakel ontbreekt in de keten. Daar in de verte is de zaligheid van Jezus, maar hoe haarte bereiken? De ziel is zonder kracht, en weet niet wat te doen. Zij heeft de vrijstad in zicht, maar kan haar poort niet binnengaan.

Is er in het plan van de verlossing voorzien in dit gebrek aan kracht? Jazeker. Het werkvan de Heere is volkomen. Het begint op het punt waar wij zijn, en vraagt niets van ons om het te voleindigen. Toen de Samaritaan de reiziger gewond en half dood op de weg zag liggen, zei hij hem niet op te staan en tot hem te komen, en de ezel te bestijgen om naar de herberg te rijden. Nee, 'hij kwam omtrent hem,' 'hij ging tot hem,'en verpleegde hem, en toen hij hem opgeheven had op zijn eigen beest voerde hij hem in de herberg en verzorgde hem. Zo handelt ook de Heere Jezus met ons als wij ons in die treurige toestand van onmacht bevinden. Wij hebben gezien dat God rechtvaardigt; dat Hij de goddelozen rechtvaardigt; en dat hij hen rechtvaardigt door

Page 29: Alles uit Genade, C.H. Spurgeon - WordPress.com · 2017. 3. 15. · Zijn almachtige liefde, geheel en al onwaardig, vol bederf en zonde. Ik weet, en ben ten volle verzekerd, dat ik

het geloof in het dierbaar bloed van Jezus. Nu moeten wij zien in welke toestand die goddelozen zich bevinden, als Jezus hun zaligheid werkt. Vele die ontwaakt zijn, zijn niet alleen verontrust over hun zonden, maar ook over hun zedelijke zwakheid. Zij hebben de kracht niet om uit de modderpoel te raken waarin zij gevallen zijn, noch omer later niet weer opnieuw in te vallen. Zij treuren niet alleen over hetgeen zij gedaan hebben, maar over hetgeen zij niet kunnen doen. Zij voelen zich machteloos, hulpeloos, en in geestelijke zin ook levenloos. Het klinkt vreemd om te zeggen, dat zij zich dood voelen, en toch is dit zo. Zij zijn naar hun eigen schatting onbekwaam tot enig goed. Zij kunnen niet reizen op de weg naar de hemel, want hun botten zijn verbroken. 'Geen van de dappere mannen hebben hunne beenderen gevonden.' ja werkelijk, zij zijn 'krachteloos'. Gelukkig is er geschreven als een bewijs van Gods grote liefde voor ons: 'Christus, als wij nog krachteloos waren, is te zijner tijd voor de goddelozen gestorven.' Romeinen 5:6.

Hier zien wij deze zich bewuste hulpeloosheid bijgestaan; bijgestaan door de tussenkomst van de Heere Jezus. Onze hulpeloosheid is uiterst groot, is volstrekt. Er isniet geschreven: 'Toen wij, vergelijkenderwijs gesproken, zwak waren, is Christus voor ons gestorven'; of wel, 'Toen wij slechts weinig kracht hadden'; nee! de hulpeloosheid is volstrekt, onbeperkt: 'Als wij nog krachteloos waren.' Wij hadden hoegenaamd geen kracht die ons zou kunnen helpen om zalig te worden. De uitspraak van onze Heere is waar in de volle, nadrukkelijke zin van het woord: 'Zonder Mij kuntgij niets doen.' En laat mij nog verder gaan en u doen terugdenken aan de grote liefde, waarmee de Heere ons heeft liefgehad 'daar wij dood waren door de misdaden en de zonden.' Dood te zijn is nog erger dan krachteloos te zijn.

Het enige, waarop de arme, krachteloze zondaar zijn aandacht moet verstigen, dat hij vast moet houden als zijn enige grond van hoop, is de goddelijke verzekering, dat 'Christus te zijnder tijd voor de goddelozen is gestorven.' Geloof dit en alle onbekwaamheid zal wijken. Zoals de fabel verhaalt, dat alles wat door Midas werd aangeraakt in goud veranderede, zo is het waar dat alles wat door het geloof wordt aangeraakt, in goed verandert. Onze noden zelfs en onze zwakheden worden zegeningen als het geloof er mee handelt.

Laat ons stilstaan bij zekere vormen van dit gebrek aan kracht. De een zal zeggen: 'Ik schijn niet eens de kracht te hebben om mijn gedachten te verzamelen en ze gericht te houden op dit gewichtig onderwerp dat toch mijn zaligheid betreft. Het is bijna meer dan ik aankan, om een paar minuten te bidden. Dit is misschien gedeeltelijk door natuurlijke zwakheid, en gedeeltelijk omdat ik mezelf schade heb aangedaan door afleiding, en ook omdat ik mezelf kwel met allerlei wereldse zorgen, zodat ik niet in staat ben om mij te verheffen tot die hoge gedachten en gewaarwordingen, die nodig zijn voordat een ziel zalig kan worden.' Dit is een erg gewone vorm van zondige zwakheid. Luister. U bent krachteloos op dit punt, en er zijn velen die op u lijken. Zij zouden niet geregeld over iets kunnen denken, al hing hun leven ervan af. Veel arme mannen en vrouwen zijn ongeletterd en onontwikkeld en ze zouden het een erg zwaar en moeilijk werk vinden om diep te moeten denken. Anderen zijn zo lichtzinnig en onbenullig van aard, dat zij niet meer in staat zijn om lang en diep over iets te denken, dan zij in staat zijn om te vliegen. Nooit zouden zij tot de kennis van een diepe verborgenheid kunnen geraken, al zouden zij ook hun leven doorbrengen in de poging daartoe. U hoeft dus niet te wanhopen. Wat nodig is tot de zaligheid is geen diep en geregeld denken, maar een eenvoudig zich verlaten op Jezus. Houdt u slechts vast aan dit feit: 'Te zijner tijd is Christus voor de goddelozen gestorven.' Deze waarheid eist

Page 30: Alles uit Genade, C.H. Spurgeon - WordPress.com · 2017. 3. 15. · Zijn almachtige liefde, geheel en al onwaardig, vol bederf en zonde. Ik weet, en ben ten volle verzekerd, dat ik

geen diep nadenken, geen diepzinnige redenering van u; daarvoor hoort u geen gewichtige argumenten mee te brengen. Daar staat het: 'Te zijner tijd is Christus voor de goddelozen gestorven.' Houd u hieraan vast. Laat dit in uw hart en in uw gedachten verblijven. Laat dit ene grote, genaderijke, heerlijke feit in uw ziel verblijven, totdat al uw gedachten ervan doorgeurd zijn en het u doet juichen, ondanks dat u krachteloos bent, omdat u ziet, dat de Heere Jezus uw kracht en uw lied is geworden, ja dat Hij u tot heil is geworden. Volgens de Schrift is het een geopenbaard feit dat Christus te zijner tijd voor de goddelozen is gestorven toen zij nog krachteloos waren. U hebt die woorden wellicht honderde keren gehoord, zonder dat toch ooit hun betekenis tot u is doorgedrongen. Nietwaar? Er is iets bemoedigends wat erin doorklinkt is het niet? Jezus is niet gestorven voor onze gerechtigheid; Hij is gestorven voor onze zonden. Hij is niet gekomen om zalig te maken omdat wij het waard zijn om zalig gemaakt te worden, maar wel omdat wij volstrekt onwaardig zijn, omdat wij bedorven, omdat wij helemaal verloren zijn. Hij is niet op aarde gekomen om een reden die in ons was, maar enkel en alleen om redenen, die Hij vond in de diepte van Zijn eigen goddelijke liefde. Te zijner tijd is hij gestorven voor hen die hij aanduidt – niet als godvruchtig, maar als goddeloos, waardoor hij hun dus een hoedanigheid toekent, z hopeloos, als ómen zich die maar indenken kan. Als u maar weinig verstand hebt, richt dan dit beetje verstand op deze waarheid die geschikt is voor het kleinste begrip, en in staat is om hetzwaarmoedigste hart te bemoedigen en te verblijden. Mensen die nooit geschitterd hebben in de wetenschappen, noch de geringste oorspronkelijkheid van geest aan de dag hebben gelegd, zijn toch volkomen in staat geweest om de leer van het kruis aan tenemen, en zij zijn er door behouden geworden. Waarom u dan ook niet?

Nu hoor ik een ander, die uitroept: 'Ach! Mijn gebrek aan kracht is voornamelijk hierin gelegen, dat ik niet voldoende berouw kan voelen.' De mensen hebben wonderlijke denkbeelden over wat berouw is! Velen beelden zich in, dat er zo en zovele tranen gestort, zo en zoveel zuchten geslaakt, zo en zoveel wanhoop in het hart ervaren moet worden voordat zij mogen geloven dat er werkelijk berouw in hun hart is. Vanwaar komen deze onredelijke denkbeelden? Ongeloof en wanhoop zijn zonden;en daarom kan ik niet inzien hoe zij de elementen kunnen zijn van een berouw wat welbehagelijk is voor God. Toch zijn er velen die ze beschouwen als een onmisbaar deel van de Christelijk ervaring. Zij verkeren in een grote dwaling. Toch begrijp ik wel wat zij eigenlijk bedoelen, want in de dagen van mijn duisternis koesterde ik dezelfde gevoelens. Ik wenste berouw te hebben, maar ik dacht dat ik er niet toe in staat was, terwijl ik toch wezenlijk al die tijd wel berouw had over mijn zonden. Hoe vreemd dit ook mag klinken: ik voelde dat ik niet kon voelen. Ik ging naar eenzame plaats om te huilen, omdat ik niet kon huilen; en ik gaf mij over aan een diepe, bittere smart, omdat ik geen smart voelde over de zonde. Wat een warboel is het allemaal als wij in onze toestand van ongeloof over onze toestand gaan oordelen! Het is als een blinde die zijn eigen ogen wil zien. Mijn hart versmolt van angst omdat ik dacht, dat mijn hart zo hard was als graniet. Mijn hart brak omdat ik bedacht dat het niet verbroken wilde worden. Nu weet ik, dat ik juist datgene ten toon spreidde dat ik dachtniet te bezitten. Maar toen wist ik dat niet. Ach, dat ik anderen tot het licht kon brengen, waardoor ik nu zelf word bestraald! Zo graag zou ik een woord willen spreken dat de tijd van hun verbijstering kon verkorten. Zo zal ik dan een paar woorden hierover zeggen en 'de Trooster' bidden, dat Hij ze zal toepassen op hun hart.

Bedenk u, dat de mens die werkelijk berouw heeft, nooit tevreden is met zijn eigen berouw. Wij kunnen evenmin een volmaakt berouw hebben als wij een volmaakt leven kunnen leiden. Hoe zuiver onze tranen ook zijn, altijd zal er nog iets onreins in

Page 31: Alles uit Genade, C.H. Spurgeon - WordPress.com · 2017. 3. 15. · Zijn almachtige liefde, geheel en al onwaardig, vol bederf en zonde. Ik weet, en ben ten volle verzekerd, dat ik

zijn. Er zal in ons berouw nog altijd iets zijn waarover wij berouw moeten hebben. Maar luister! Berouw te hebben, dat is van gedachten te veranderen over de zonde, en over Christus, en over alle grote dingen van God. Hierin zit verdriet; maar het voornaamste is toch dat het hart van de zonde afgekeerd en tot Christus wordt gekeerd.Als die ommekeer bij u is ontstaan dan bezit u het wezen van het ware berouw, al zou dan ook nooit angst of wanhoop hun schaduw over uw ziel hebben geworpen.

Als u geen berouw kunt voelen zoals u dit zou willen, dan zult u hierin geweldig geholpen worden, als u vast zult geloven dat 'te zijner tijd Christus voor de goddelozenis gestorven.' Denk hieraan telkens en opnieuw. Hoe kunt u hard van hart blijven als u weet, dat Christus uit de grote liefde van zijn hart 'voor de goddelozen is gestorven'? Laat mij u dringen om zo met uzelf te redeneren: – Hoe goddeloos ik ook ben, hoe erg mijn harde hart ook niet wil buigen en ik mij tevergeefs op de borst sla, toch is Hij voor zo een als ik ben gestorven, aangezien Hij voor de goddelozen is gestorven. Ach! mocht ik dit geloven en er de kracht van ervaren in mijn hart!

Doe alle andere overdenkingen weg uit uw ziel, en ga zitten, uren lang, en overdenk deze schitterende tentoonspreiding van onverdiende, ongedachte, voorbeeldloze liefde. 'Christus is voor de goddelozen gestorven.' Lees aandachtig de geschiedenis over van het sterven van de Heere, zoals u hem beschreven vindt in de vier Evangeli n. Als er iets is dat uw halstarrige hart gevoelig kan maken, dan zal het de ëaanblik zijn van het lijden van Jezus, en de overweging dat Hij dit alles voor Zijn vijanden heeft geleden.

'k Werp me, o Heiland voor U neer; Zie mijn onmacht, red, o red! Geef mij Uw vertroosting weer, En verhoor mijn noodgebed. Ach! wie kan er tot U vliedenU zijn hart ten offer bieden, Als U Zelf hem dit belet? Hem belet! – Helaas, beletten! Nee, Uw liefde zoekt ons heil; Geen vernielen, geen verpletten! Hiervoor was Uw bloed niet veil. [in het openbaar verkocht, geveild]Nee, als Redder en Behouder, Nam Ge 't vloekhout op Uw schouder, Met een goedheid zonder peil.

Voorzeker, het kruis is die wonder-werkende staf die water te voorschijn kan brengen uit de rots. Als u de volle betekenis begrijpt van Jezus' offer, dan moet u er berouw van hebben dat u Iemand, die zo vol is van liefde, ooit hebt kunnen tegenstaan. Er is geschreven: 'Zij zullen Mij aanschouwen, die zij doorstoken hebben, en zij zullen over Hem rouwklagen als met de rouwklage over een eerstgeborene.' Het berouw zal uChristus niet doen zien, maar het zien van Christus zal berouw bij u wekken. U mag van uw berouw geen Christus maken, maar u moet opzien tot Christus om berouw te ontvangen. Als de Heilige Geest ons tot Christus wendt, wendt Hij ons af van de zonde. Zie dan af van uw eigen berouw, op de Heere Jezus Die verhoogd is om bekering en vergeving van zonde te geven. En opnieuw heb ik een ander horgen zeggen 'Ik word gekweld door afschuwelijke gedachten. Waar ik sta of ga, overal word ik vervolgd door lasterlijke denkbeelden. Vaak gebeurt het, dat terwijl ik aan

Page 32: Alles uit Genade, C.H. Spurgeon - WordPress.com · 2017. 3. 15. · Zijn almachtige liefde, geheel en al onwaardig, vol bederf en zonde. Ik weet, en ben ten volle verzekerd, dat ik

mijn werk ben, ontzettende influisteringen zich aan mij opdringen; en zelfs op mijn bed word ik opgeschrikt uit mijn slaap door influisteringen van de boze. Ik weet die ontzettende verzoekingen niet te ontkomen.' Vriend, ik weet wat dat is; want ik ben zelf opgejaagd door die wolf. Men zou even goed kunnen hopen een zwerm vliegen te bevechten met een zwaard, als zijn eigen gedachten meester te worden als zij door de duivel worden ingefluisterd. Een ziel die door Satans influisteringen wordt gekweld, isals een reiziger van wie ik eens gelezen heb, om wiens hoofd en oren een zwerm toornige bijen dwarrelden. Hij kon ze noch afweren, noch ontvluchten. Zij staken hem overal, en hij scheen ten laatste door hen gedood te zullen worden. Het verwondert mijniet dat u zich machteloos voelt om deze afschuwelijke gedachten te verdrijven, die deSatan u ingeeft. Toch zou ik u willen herinneren aan de Schriftwoorden die wij voor ons hebben – 'Christus, als wij nog krachteloos waren, is te zijner tijd voor de goddelozen gestorven'. Jezus wist waar wij waren, en waar wij zouden zijn. Hij zag dat wij de overste van de machten in de lucht niet kunnen overwinnen. Hij zag dat wij uitermate door hem gekweld zouden worden, maar juist toen Hij ons in die toestand zag, is Christus voor de goddelozen gestorven. Werp hier uw anker van het geloof uit. De duivel zelf kan u niet zeggen dat u niet goddeloos bent, geloof dan, dat Jezus juist voor zo iemand als u bent is gestorven. Bedenk op welke manier Maarten Luther de duivel met zijn eigen zwaard het hoofd heeft afgehouwen. 'O!' zei Satan tot Luther, 'u bent een zondaar.' 'Dat is zo,' antwoordde hij, 'Christus stierf om zondaren zalig te maken.' Zo versloeg hij hem met zijn eigen zwaard. Verberg u in deze schuilplaats en blijf er: 'Te zijner tijd is Christus voor de goddelozen gestorven.' Als u stand houdt bij deze waarheid, zullen uw lasterlijke gedachten, waarvan u de kracht niet hebt om die te verdrijven, van zelf weggaan, want Satan zal merken dat hij zijn doel toch niet kan bereiken door u ermee te kwellen.

Als u deze gedachten haat en verafschuwt, dan zijn ze niet van u, maar dan zijn het influisteringen van de duivel waarvoor hij verantwoordelijk is, en niet u. Als u er tegen strijdt, dan zijn zij niet meer van u dan de vloeken en lasteringen van geweldmakers op straat. Het is door middel van deze gedachten dat de duivel u tot wanhoop wil brengen, of u tenminste wil proberen te weerhouden van op Jezus te vertrouwen. De arme vrouw, die zo lang door een ziekte bevangen was geweest, kon tot Jezus niet komen vanwege het gedrang, en u bevindt zich in ongeveer dezelfde toestand vanwege de toeloop en het gedrang van die vreselijke gedachten. Maar toch! zij stak haar vinger uit, en raakte de zoom van het kleed van de Heere aan, en ze was genezen. Doet u hetzelfde.

Jezus is gestorven voor hen die schuldig zijn aan 'alle zonde en lastering', en daarom ben ik er zeker van, dat Hij hen niet zal uiterwerpen die onwillig gevangen worden gehouden door boze gedachten. Werp uzelf op Hem, met uw gedachten en al, en zie ofHij niet machtig is om u te verlossen. Hij kan die afschuwelijke influisteringen van Satan doen ophouden, of Hij kan u in staat stellen om ze te kennen voor wat ze zijn, zodat u er niet langer door gekweld wordt. Op zijn eigen manier kan Hij en zal Hij u zalig maken, en u uiteindelijk volkomen vrede geven. Vertrouw alleen op Hem hiervoor, net als voor al het andere.

Erg verslagen wordt men door die vorm van onmacht, die bestaat uit een verondersteldgebrek aan kracht om te geloven. Velen blijven jaren lang in de duisternis, omdat zij, zoals zij zeggen, de macht niet hebben om dat te doen, wat een opgeven is van alle kracht in zichzelf; en een rusten is in de kracht van een Ander, namelijk in de kracht van de Heere Jezus. Die hele zaak van geloven is echt heel vreemd, want de mensen

Page 33: Alles uit Genade, C.H. Spurgeon - WordPress.com · 2017. 3. 15. · Zijn almachtige liefde, geheel en al onwaardig, vol bederf en zonde. Ik weet, en ben ten volle verzekerd, dat ik

komen niet veel verder doordat zij proberen te geloven. Het geloof komt niet doordat wij ons best doen om te geloven. Als iemand verhaal deed van iets dat recent gebeurd is, dan zou ik hem niet zeggen dat ik zal proberen om hem te geloven. Als ik geloofde in de waarheidsliefde van de man die mij het voorval meedeelt, en mij zegt dat hij het heeft zien gebeuren, dan zou ik zijn verhaal meteen voor waarheid aannemen. Als ik achtte dat hij niet geloofwaardig is, zou ik hem natuurlijk niet geloven, maar van een proberen, kan geen sprake zijn in dezen. Nou, als God verklaart dat er zaligheid is in Christus Jezus, dan moet ik Hem of terstond geloven, of Hem voor een leugenaar houden. U kunt werkelijk niet aarzelen over de weg die u hierin te volgen hebt. De getuigenis van God moet waarachtig zijn, en wij zijn verplicht om meteen in Jezus te geloven. Maar u hebt wellicht al te hard geprobeerd om te geloven. Zoek dan niet naar de hoge dingen. Wees tevreden met een geloof te hebben, dat deze ne waarheid in ézijn hand kan houden: 'Christus, als wij nog krachteloos waren, is te zijner tijd voor degoddelozen gestorven.' Hij heeft Zijn leven gegeven voor de mensen toen zij nog niet in Hem geloofden, ja toen zij nog niet de macht hadden om in Hem te geloven. Hij is gestorven voor de mensen die geen gelovigen, maar die zondaars zijn. Hij is gekomen om deze zondaren tot gelovigen en heiligen te maken; maar toen Hij voor hen stierf, beschouwde Hij hen als volkomen krachteloos. Als u vasthoudt aan de waarheid dat Christus voor de goddelozen is gestorven, en als u dit wil geloven, dan zal uw geloof ubehouden, en dan kunt u heengaan in vrede. Als u uw ziel wil toevertrouwen aan Jezusdie voor de goddelozen is gestorven – al kunt u dan niet alles geloven, en al kunt u geen bergen verzetten noch wonderen doen – dan bent u behouden. Het is geen groot geloof, maar waar geloof dat zalig maakt, en de zaligheid ligt niet in het geloof, maar in de Christus op wie het geloof vertrouwt. Een geloof als een mosterdzaadje zal de zaligheid schenken. Het is niet de mate van geloof, maar de oprechtheid van het geloofwaar het op aankomt. Voorzeker, men kan geloven wat men weet waar te zijn, en aangezien u weet dat Jezus waar is, mijn vriend, kunt u ook in Hem geloven.

Het kruis dat het voorwerp van het geloof is, is er ook door de kracht van de Heilige Geest de oorzaak van. Ga zitten, en zie de stervende Heiland totdat het geloof als vanzelf in uw hart opwelt. Geen plaats is zo geschikt als Golgotha om vertrouwen op te wekken. De lucht van die heilige heuvel is zeer versterkend voor het sidderend geloof. Menigeen, die daarheen zijn blik had gericht heeft uitgeroepen:

'Mijn Verlosser hangt aan 't kruis; En Hij hangt er mijnentwegen, mij ten zegen. Van de vloek maakt Hij mij vrij, en Zijn sterven zaligt mij.'

'Helaas!' roept weer een ander, 'mijn krachteloosheid bestaat hierin, dat ik niet aflaten kan van mijn zonde, en ik weet toch, dat ik met mijn zonde niet in de hemel kan komen.' Het verheugt mij dat u dat weet, want het is volkomen waar. U moet scheiden van uw zonde, of u kunt niet verbonden zijn met Christus. Denk aan de vraag die plotseling in het hart van de jonge Bunyan opkwam, toen hij zich op de Zondag aan wereldse vermaken overgaf: 'Wilt u uw zonde behouden en naar de hel gaan, of wilt u ophouden met uw zonde en naar de hemel gaan?' Dit bracht hem tot stilstand, en zette hem aan het nadenken. Dat is een vraag waarop iedereen een antwoord zal hebben te geven; want men kan niet naar de hemel gaan terwijl men de zonde blijft aanhouden. Dat kan niet zo zijn. U moet ophouden met uw zonde of ophouden om te hopen op de hemel. Zegt u: 'Ja, dat wil ik. Het willen is wel bij mij, maar het goede te doen, dat

Page 34: Alles uit Genade, C.H. Spurgeon - WordPress.com · 2017. 3. 15. · Zijn almachtige liefde, geheel en al onwaardig, vol bederf en zonde. Ik weet, en ben ten volle verzekerd, dat ik

vind ik niet. De zonde overmeestert mij, en ik ben krachteloos.' Nu dan, als u krachteloos bent, dan blijft deze tekst waar: 'Christus, als wij nog krachteloos waren, is te zijner tijd voor de goddelozen gestorven.' Kunt u dat nog geloven? Wilt u het geloven, hoezeer het ook door andere dingen tegengesproken lijkt te worden? God heeft het gezegd, en het is een feit. Houd u er dan aan vast met alle macht, want hierin is uw enige hoop gelegen. Geloof dit en vertrouw op Jezus; en u zult al gauw de krachtontvangen om uw zonde te verslaan. Maar buiten Hem zult u voor altijd de slaaf blijven van de gewapende sterke. Ik zelf zou nooit mijn eigen zondigheid hebben kunnen overwinnen. Ik heb het beproefd en heb gefaald. Mijn boze neigingen waren mij te sterk, totdat ik in het geloof dat Christus voor mij gestorven is, mijn schuldige ziel op Hem heb geworpen, en toen ontving ik de overwinnende kracht waardoor ik mijn zondige aard kon verslaan. De leer van het kruis kan gebruikt worden om de zonde te verslaan, net zoals de oude krijgers hun grote tweesnijdende slagzwaarden gebruikten om bij iedere houw een vijand neer te vellen. Niets is zo heerlijk als geloof in de Vriend van zondaren; het overwint alle kwaad. Als Christus voor mij is gestorven, zo goddeloos als ik ben, zo krachteloos als ik ben, dan kan ik niet langer leven in de zonde, dan moet ik mij verheffen om Hem lief te hebben en te dienen, die mij heeft verlost. Ik kan niet spelen met het kwaad, dat mijn beste Vriend heeft gedood. Om zijnentwil moet ik heilig zijn. Hoe kan ik in de zonde leven, als Hij is gestorven om er mij van te bevrijden?

Zie, wat een heerlijke hulp is dit voor u die krachteloos bent, om te weten en te geloven dat Christus te zijner tijd voor de goddelozen, zoals u bent, is gestorven. Is dit denkbeeld nu tot u doorgedrongen? Het is voor ons verduisterd, bevooroordeeld en ongelovig verstand eigenlijk zo moeilijk om de aard van het Evangelie te begrijpen. Soms heb ik gedacht dat ik het Evangelie zo helder en duidelijk had voorgesteld in mijn prediking, dat niets duidelijker of eenvoudiger kon zijn, en toch heb ik dan gemerkt, dat zelfs wel ontwikkelde hoorders niet begrepen hebben, wat de betekenis isvan het Schriftwoord: 'Wendt u naar Mij toe en wordt behouden.' De bekeerden zeggen gewoonlijk dat zij het Evangelie niet gekend hebben v r dit of dat tijdstip. En óótoch hadden zij het jaren lang horen verkondigen. Het Evangelie is onbekend, niet omdat het niet gepredikt, verklaard of uitgelegd werd, maar omdat het niet persoonlijkwerd geopenbaard. Dit nu is de Heilige Geest bereid voor u te doen, en Hij zal het doen voor hen die er Hem om vragen. Maar wanneer het dan gebeurt is, zal de som van de geopenbaarde waarheid helemaal en volkomen door deze woorden worden uitgedrukt: 'Christus is voor de goddelozen gestorven.'

En opnieuw een ander hoor ik de weeklacht uiten: 'Ach, mijn zwakheid bestaat hierin,dat ik niet lang in n stemming lijk te kunnen blijven. Op Zondag hoor ik het Woord ééen ontvang ik indrukken; maar in de week kom ik onder de macht van slechte vrienden, en al mijn indrukken zijn uitgewist. Mijn kameraden in de werkplaats geloven niets, zij zeggen zulke ontzettende dingen, en ik weet er hun niet op te antwoorden, en zodoende word ik dan meegesleept.' Ik ken die buigzame zwakkeling wel, en ik sidder voor hem. Maar toch, als hij maar oprecht is, kan in zijn zwakheid door de goddelijke genade voorzien worden. De Heilige Geest kan de boze geest van mensenvrees uitwerpen. Hij kan de lafhartige moedig maken. Denk er aan, mijn arme, wankelende vriend, dat u niet lang moet blijven in die toestand. Het betaamt niet dat u op die manier in het stof kruipt. Hef u op, kijk naar uzelf, en zie, of u er ooit toe bestemd was om als een kikker onder een ploeg te zijn, dodelijk beangst om stil te staan of u te bewegen. Ach, heb toch zelf een wil! Dit betreft niet alleen het geestelijk leven, maar wel de heel normale mannelijkheid van karakter. Ik zou veel willen doen

Page 35: Alles uit Genade, C.H. Spurgeon - WordPress.com · 2017. 3. 15. · Zijn almachtige liefde, geheel en al onwaardig, vol bederf en zonde. Ik weet, en ben ten volle verzekerd, dat ik

om mijn vrienden te behagen; maar naar de hel te gaan om hun een plezier te doen, datmoeten zij niet van mij eisen. Het is erg goed om er veel voor over te hebben om elkaar vriendschap en welwillendheid te bewijzen, maar nooit behoort men de vriendschap met God te verliezen, om die van mensen te behouden. 'Dat weet ik,' zegt iemand, 'maar toch! hoewel ik het weet, kan ik nog steeds geen moed vatten. Ik durf geen kleur te bekennen. Ik kan niet standvastig zijn.' Nu, ook aan u heb ik ditzelfde woord te brengen; 'Christus, als wij nog krachteloos waren, is te zijner tijd voor de goddelozen gestorven.' Als Petrus hier was, zou hij zeggen: 'De Heere Jezus is voor mij gestorven toen ik nog zo'n arm, krachteloos schepsel was, dat de dienstmaagd die het vuur moest aanhouden, mij ertoe gebracht heeft om te liegen en te zweren dat ik deHeere niet kende.' Ja, Jezus is gestorven voor hen die Hem verlaten hebben en gevlucht zijn. Doordring u van deze waarheid, grijp haar aan en laat haar niet los: 'Christus is voor de goddelozen gestorven, toen zij nog krachteloos waren.' Geloof, datHij voor u en in uw plaats heeft geleden, en dat Hij een volkomen verzoening voor u heeft aangebracht. Als u dit feit gelooft, dan zult u merken, dat u zich niet kunt schamen voor Hem die voor u is gestorven. De volle overtuiging dat dit waar is, zal u bezielen met moed. Zie op de heiligen in de tijd van de martelaren. In de eerste eeuwen van het Christendom, toen deze grote, verheffende gedachte van Christus' uitnemende liefde nog met al haar kracht en frisheid heerste in de gemeente, waren de mens niet alleen bereid om te sterven, maar het was hun eer om te mogen lijden; en bijhonderden kwamen zij voor de rechtbanken van de heersers om hun geloof in Christuste belijden. Ik zeg niet dat zij verstandig handelden om de marteldood te zoeken; maarhet bewijst de waarheid van mijn zeggen, dat het gevoel van Jezus' liefde de geest verheft boven de vrees voor wat mensen ons kunnen doen. Waarom zou dit dan niet dezelfde uitwerking hebben in u? Ach, dat het u nu het moedig besluit mocht ingeven om u aan de zijde van de Heere te voegen en tot het einde toe Zijn volgeling te zijn!

Mag de Heilige Geest ons in staat stellen om zover te komen door het geloof in de Heere Jezus, en alles zal goed met ons zijn!

Hoofdstuk 10. De vermeerdering van geloof.

Hoe kunnen wij geloof verkrijgen en ons geloof vermeerderen? Dit is voor velen een zeer ernstige vraag. Ze zeggen, dat ze wensen te geloven, maar het niet kunnen. Er wordt heel veel onzin gesproken over dit onderwerp. Laat ons strikt praktisch zijn bij de behandeling ervan. Gezond verstand is in de godsdienst net zo nodig als in alle andere zaken. 'Wat moet ik doen om te geloven?' Iemand aan wie eens gevraagd werd,wat de beste manier was om een heel eenvoudige zaak te doen, antwoordde, dat de beste manier om die zaak te doen was om haar meteen te doen. Wij brengen de tijd door met het bespreken van methodes, terwijl de daad toch zo eenvoudig is. De kortstemanier om te geloven is – te geloven. Als de Heilige Geest u eenvoudig en oprecht heeft gemaakt, dan zult u geloven zodra de waarheid u is voorgesteld. U zult de waarheid geloven omdat het de waarheid is. Het gebod van het Evangelie is duidelijk: 'Geloof in de Heere Jezus Christus, en gij zult zalig worden.' Men kan dit gebod niet ontwijken door vragen van twijfel op te werpen. Het gebod is duidelijk, laat het gehoorzaamd worden.

Maar toch: als u moeilijkheden hebt, breng ze tot God in het gebed. Vertel de grote Vader precies wat het is, dat u in verlegenheid brengt, en vraag Hem, om door Zijn Heilige Geest de moeilijkheid op te lossen. Als er iets in een boek staat dat ik niet kan geloven, dan ben ik blij als ik naar de schrijver kan gaan om hem te vragen, wat zijn

Page 36: Alles uit Genade, C.H. Spurgeon - WordPress.com · 2017. 3. 15. · Zijn almachtige liefde, geheel en al onwaardig, vol bederf en zonde. Ik weet, en ben ten volle verzekerd, dat ik

bedoeling geweest is. En als hij een oprecht, waarheidlievend man is, zal zijn verklaring of opheldering mij voldoen. Hoe veel te meer zal dan de goddelijke verklaring van de moeilijke punten in de Schrift het hart van de oprecht zoekende niet bevredigen! De Heere is bereid om Zich bekend te maken. Ga tot Hem, en zie, of dit niet zo is. Ga dan meteen naar uw binnenkamer, en roep: 'O Heilige Geest, leid mij in Uw waarheid. Leer U mij wat ik niet weet.'

En verder, als het geloof moeilijk lijkt, dan is het ook mogelijk dat God, de Heilige Geest, u in staat zal stellen om te geloven als u heel vaak en met ernst luistert naar wat u bevolen is te geloven. Wij geloven veel zaken, omdat wij ze zo vaak horen zeggen. Vindt u het niet waar in het gewone leven, dat als u iets de hele dag hoort, u eindigt met het te geloven? Sommige mensen zijn er op die manier toe gekomen om zeer onwaarschijnlijke dingen te geloven. Daarom verwondert het mij niet dat de Heilige Geest zo vaak een zegen legt in het horen van de waarheid en het gebruikt om geloof te werken voor hetgeen geloofd moet worden. Er is geschreven: 'Het geloof is uit het gehoor'; luister dan veel en vaak. Als ik ernstig en aandacht luister naar het Evangelie,dan zal ik al gauw ontdekken dat ik door de gezegende werking van Gods Geest in mijn hart geloof wat ik hoor. Maar let wel goed op, dat 't het Evangelie is wat u hoort; maar vermoei u niet met te luisteren of te lezen wat in staat is om u in verwarring te brengen.

Als u echter vindt dat deze raad van weinig betekenis voor u is, dan zou ik u willen voorstellen om het getuigenis van anderen bij uzelf te overwegen. De Samaritanen geloofden om hetgeen de vrouw hun van Jezus gezegd had. Er is heel veel dat wij geloven op de getuigenis van anderen. Ik geloof dat er een land is, dat Japan heet; ik heb het nooit gezien, en toch geloof ik dat dit land bestaat, omdat anderen er geweest zijn. Ik geloof dat ik zal sterven. Ik ben nooit gestorven; maar velen, die ik gekend hebzijn wel gestorven, en daarom is eht mijn overtuiging dat ik ook zal sterven. Het getuigenis van zovelen geeft mij de overtuiging van dat feit. Luister net zo naar hen die u zeggen dat zij verlost zijn, dat zij vergeving hebben gekregen, dat hun hart werd veranderd. Als u de zaak van dichtbij wilt bekijken, dan zult u merken dat mensen, die in dezelfde toestand waren als waarin u zich bevindt, verlost en behouden zijn geworden. Als u een dief bent geweest, dan zult u zien dat een dief zich verblijd heeft, toen hij zijn zonden afgewassen zag in het bloed van Jezus. Als u onkuis bent geweest,dan zult u merken dat mannen en vrouwen, die in de zonde waren vervallen, gereinigd en veranderd zijn geworden. Als u in wanhoop bent verzonken, dan hoeft u enkel onder Gods volk te gaan en er navraag te doen, en u zult vernemen dat sommigen van de heiligen eveneens een prooi voor de wanhoop zijn geweest, en het zal heerlijk voor hun zijn om u te vertellen, hoe de Heere hen heeft bevrijd. En terwijl u dan van de een na de ander hoort, hoe zij het Woord Gods hebben onderzocht en waar bevonden, zal de Geest van God u leiden om er evenzeer in te geloven. Een zendeling vertelde eens aan een Afrikaan, dat het water soms z hard wordt, dat men er op lopen kan. Hij – de óAfrikaan – verklaarde toen, dat hij heel veel dingen die de zendeling hem had verteld, geloofde; maar dat zou hij nooit geloven. Nu gebeurde het, dat hij naar Engeland ging,en dat hij daar op een koude winterdag een rivier bevroren zag; maar hij wilde zich toch niet wagen op het ijs. Hij wist dat de rivier diep was, en hij hield zich er van overtuigd, dat hij zou verdrinken als hij er zich op waagde. Hij kon niet overtuigd worden om op de bevroren rivier te gaan, totdat zijn vriend en nog veel anderen er op gingen. Toen was hij overtuigd, en kon hij met vertrouwen gaan, waar hij anderen veilig had zien gaan. En zo kan het gebeuren, dat u, terwijl u anderen ziet geloven in het Lam van God, en hun vrede en blijdschap opmerkt, ook zelf geleid zult worden om

Page 37: Alles uit Genade, C.H. Spurgeon - WordPress.com · 2017. 3. 15. · Zijn almachtige liefde, geheel en al onwaardig, vol bederf en zonde. Ik weet, en ben ten volle verzekerd, dat ik

te geloven net als zij. De ervaring van anderen is n van Gods middelen om ons te ééhelpen te geloven. Hoe dit zij, u moet of in Jezus geloven of sterven. Er is geen hoop voor u dan in Hem.

Beter nog: let op het gezag van Hem, die u gebiedt te geloven, en dit zal u zeer van paskomen voor uw geloof. Het is niet mijn gezag, of u zou het kunnen verwerpen. Het is zelfs niet het gezag van de Paus, of u zou het kunnen betwisten. Nee, op het gezag van God Zelf wordt u bevolen te geloven. Hij gebiedt u te geloven in Jezus Christus, en u moet niet weigeren uw Maker te gehoorzamen. De meesterknecht op een zekere fabriek in het noorden van Engeland had vaak het Evangelie horen verkondigen, maar hij werd gekweld door de vrees, dat hij toch niet tot Christus mocht komen. Zijn goedemeester zond hem toen eens een briefkaart naar de fabriek, waarop geschreven stond: 'Kom dadelijk na het werk bij mij aan huis.' De man verscheen aan de deur van zijn meester, en deze kwam naar buiten en vertelde hem op enigszins ruwe toon: 'Wat wilt u, Jan, waarom komt u mij storen? Het werk is afgelopen, welk recht hebt u om hier te komen?' 'Meneer,' antwoordde hij, 'ik heb een briefkaart van u ontvangen, waarop stond dat ik na het werk bij u moest komen.' 'Denkt u dan, dat u, alleen maar omdat u een briefkaart van mij hebt ontvangen, bij mij aan huis mag komen om mij te storen?' 'Wel meneer,' zei de meesterknecht, 'ik begrijp u niet; het lijkt mij, dat ik, omdat u mij ontboden hebt, het recht had om bij u te komen.' 'Kom binnen, Jan,' zei toen zijn meester, 'ik heb nog een andere boodschap voor u, die ik u wil voorlezen.' En hij ging zitten en las deze woorden: 'Komt allen tot Mij, die vermoeid en belast zijt, Ik zal u rust geven.' 'Denkt u dat u, na zo'n boodschap van Christus te ontvangen, verkeerd kunt doen als u tot Hem gaat?' De arme man begreep toen de zaak terstond, en geloofde in de Heere Jezus en ontving het eeuwige leven, omdat hij zag dat hij door een onbetwistbaar gezag gemachtigd was om te geloven. Net zo is het met u; u hebt deugdelijke, onbetwistbare volmacht om tot Christus te komen, want de Heere Zelf gebiedt u om op Hem te vertrouwen.

Als dit nu nog geen geloof bij u teweeg kan brengen, denk dan na over de zaak die u moet geloven, – namelijk dat de Heere Jezus Christus geleden heeft voor en in de plaats van zondaren, en dat Hij machtig is om allen zalig te maken, die op Hem vertrouwen. Dit is het heerlijkste feit dat ooit de mens gezegd werd te geloven, de meest passende, de meest troostrijke, de meest goddelijke waarheid, die ooit tot de geest van een sterveling is gebracht. Ik raad u aan om er veel over na te denken, en de genade en liefde te onderzoeken die daarin is opgesloten. Bestudeer de vier evangelisten; bestudeer de brieven van Paulus, en zie dan of die boodschap niet z ógeloofwaardig is, dat u wel gedwongen bent om haar aan te nemen.

En als dit nu nog niet helpt, denk dan na over de Persoon van Jezus Christus – bedenk wie Hij is, en wat Hij deed, en waar Hij is, en wat Hij is. Hoe kunt u aan Hem twijfelen? Het is wreed om de altijd waarachtige Jezus te wantrouwen. Hij heeft niets gedaan om wantrouwen te verdienen; integendeel, het zou voor ons heel gemakkelijk moeten zijn om op Hem te vertrouwen. Waarom Hem opnieuw kruisigen door ons ongeloof? Is dat niet Hem opnieuw met doornen kronen? Hem opnieuw in het gezicht te bespugen? Hoe! is Hij niet betrouwbaar? Welke belediging hebben de krijgsknechten Hem aangedaan, die groter is dan deze? Zij hebben Hem tot een martelaar gemaakt, maar u maakt Hem tot een leugenaar – en dat is veel verdrietiger. Vraag niet: hoe kan ik geloven? Beantwoord liever deze vraag: Hoe is het mogelijk, dat u niet gelooft?

Page 38: Alles uit Genade, C.H. Spurgeon - WordPress.com · 2017. 3. 15. · Zijn almachtige liefde, geheel en al onwaardig, vol bederf en zonde. Ik weet, en ben ten volle verzekerd, dat ik

Als niets van dat alles u helpt, dan moet er iets bij u zijn, dat helemaal verkeerd is, en mijn laatste woord is: onderwerp u aan God! Op de bodem van dit ongeloof schuilt vooroordeel of hoogmoed. Mag de Geest van God uw vijandschap wegnemen en u doen buigen. U bent een hoogmoedige rebel, en daarom is het, dat u uw God niet kunt geloven. Stop met uw opstand tegen God: werp uw wapenen weg; geef u over op genade of ongenade; onderwerp u aan uw Koning. Ik ben er van overtuigd dat er nooiteen ziel was die wanhoopte aan zichzelf, en uitriep: 'Heere, ik buig mij en geef mij aanU over,' of het geloof werd al gauw heel gemakkelijk voor die ziel. Het is omdat u nog met God twist en besloten bent om uw eigen zin en wil door te drijven, dat u niet geloven kan. 'Hoe kunt gij geloven,' zei Christus, 'gij, die eer van elkander neemt?' Hettrotse eigen-ik schept ongeloof. Onderwerp u, o mens! Geef u over aan uw God, en dan zult u op liefelijke wijze in uw Heiland kunnen geloven. Mag de Heilige Geest u nu in het verborgen, maar toch krachtig bewerken, en u in dit ogenblik tot het geloof brengen in de Heere Jezus! Amen.

Hoofdstuk 11. De wedergeboorte en de Heilige Geest.

'Gijlieden moet wederom geboren worden.' Dit woord van de Heere Jezus heeft menigeen in de weg gestaan, net als het vlammende zwaard van de cherub aan de poort van het Paradijs. Zij hebben gewanhoopt, aangezien de verandering volkomen buiten hun macht is. De nieuwe geboorte is van Boven, en daarom is zij niet in de macht van het schepsel. Nu zij het verre van mij om een waarheid te ontkennen, ja zelfs om een waarheid te verhelen, met als doel om een valse troost te kunnen aanbieden. Ik erken ten volle, dat de nieuwe geboorte bovennatuurlijk is, en dat zij door de zondaar zelf niet kan worden bewerkt. Het zou mijn lezer bitter weinig helpen,als ik zo laag was, om hem te bemoedigen door hem over te halen om datgene te verwerpen of vergeten, dat buiten allen twijfel waar is.

Maar is het niet merkwaardig dat ditzelfde hoofdstuk, waarin deze scherpe, stellige verklaring wordt afgelegd, ook tegelijk de helderste, duidelijkste verklaring staat over de zaligheid door het geloof? Lees het derde hoofdstuk van het Johannes' Evangelie helemaal door, en blijf niet staan bij de eerste zinnen alleen. Het is waar dat het derde vers aldus luidt:

'Jezus antwoordde en zeide tot hem: Voorwaar, voorwaar zeg Ik u, tenzij dat iemand wederom geboren wordt, hij kan het Koninkrijk Gods niet zien.'

Maar het veertiende en vijftiende vers zeggen ons:

'En gelijk Mozes de slang in de woestijn verhoogd heeft, alzo moet de Zoon des Mensen verhoogd worden; opdat een iegelijk die in Hem gelooft, niet verderve, maar het eeuwige leven hebbe.'

Het achttiende vers herhaalt deze heerlijke, zalig leerstelling, en dat wel in de ruimste bewoordingen:

'Die in Hem gelooft, wordt niet veroordeeld, maar die niet gelooft, is alrede veroordeeld, dewijl hij niet heeft geloofd in de naam des eniggeboren Zoons van God.'

Het zal iedere lezer duidelijk zijn, dat deze twee verklaringen overeen moeten komen, aangezien zij door dezelfde lippen werden uitgesproken en vermeld staan op dezelfde

Page 39: Alles uit Genade, C.H. Spurgeon - WordPress.com · 2017. 3. 15. · Zijn almachtige liefde, geheel en al onwaardig, vol bederf en zonde. Ik weet, en ben ten volle verzekerd, dat ik

door de Heilige Geest ingegeven bladzijde. Waarom zouden wij nu ook zwarigheid zien, waar geen zwarigheid is? Als de ene uitspraak ons verzekert, dat er voor onze zaligheid iets nodig is, dat God alleen kan geven; en als de andere uitspraak ons verzekert, dat de Heere ons zalig wil maken als wij in Jezus geloven, dan kunnen wij daar veilig uit besluiten, dat de Heere aan hen, die geloven, alles zal geven wat tot de zaligheid nodig is. En, inderdaad, de Heere brengt deze nieuwe geboorte tot stand in allen die in Jezus geloven, en hun geloven is het stelligst bewijs, dat zij wedergeboren zijn.

Wij vertrouwen op Jezus voor datgene, wat wijzelf niet kunnen doen. Als wij het wel zouden kunnen, waartoe zou het dan nodig zijn om op Hem te zien? Aan ons is het om te geloven; aan de Heere is het, om ons te doen wedergeboren worden. Hij wil niet voor ons geloven, noch moeten wij Zijn werk van de wedergeboorte willen doen. Voor ons is het genoeg om te gehoorzamen aan het genaderijke gebod; aan de Heere is het om de nieuwe geboorte in ons te werken. Hij, die z ver kon gaan om aan het ókruis voor ons te sterven, kan en wil ons alles schenken, wat tot onze eeuwige zaligheid nodig is.

'Maar een zaligmakende verandering van hart is het werk van de Heilige Geest.' Ook dit is volkomen waar, en verre zij het van ons, om het in twijfel te trekken of te vergeten. Maar het werk van de Heilige Geest gebeurt in het verborgene, en kan alleengezien worden in zijn gevolgen. Er zijn verborgenheden met betrekking tot onze natuurlijke geboorte, en om die te onderzoeken zou een onheilige nieuwsgierigheid verraden. Nog meer zou dit het geval zijn met betrekking tot de heilige werkingen van Gods geest in de ziel 'De wind blaast, waarheen hij wil, en gij hoort zijn geluid, maar gij weet niet, van waar hij komt en waar hij heengaat; alzo is een iegelijk die uit den Geest geboren is.' Dit weten wij echter: – het verborgen werk van de Heilige Geest kan geen reden zijn waarom wij zouden weigeren in Jezus te geloven, van wie diezelfde Geest getuigt.

Als aan iemand bevolen wordt een veld te bezaaien, en hij doet het niet, dan zal hij zijn verzuim niet kunnen verontschuldigen door te zeggen, dat het nutteloos is om te zaaien, als God de wasdom niet geeft. Hij zou niet gerechtvaardigd zijn in zijn nalatigheid van de grond te bebouwen, omdat de in het verborgene werkende kracht van God alleen de oogst kan scheppen. In de gewone bedrijven van het leven laat niemand zich hinderen of terughouden door het feit, dat, zo de Heere het huis niet bouwt, deszelfs bouwlieden tevergeefs daaraan arbeiden. Zeker is het, dat niemand diein de Heere Jezus gelooft ooit zal ondervinden, dat de Heilige Geest weigert om in hem te werken. Feitelijk is zijn geloof het bewijs, dat de Geest al werkt in zijn hart.

God werkt in de voorzienigheid, maar daarom zitten de mensen niet stil. Als God hun geen leven en kracht verleende, zouden zij zich niet kunnen bewegen; toch gaan zij hun eigen weg zonder wat dat betreft enige twijfel te koesteren. Die kracht wordt hun van dag tot dag geschonken door Hem, in wiens hand hun adem is, en bij wie al hun paden zijn. Zo is het ook in de genade. Wij bekeren ons en geloven, hoewel wij tot geen van beide bij machte zouden zijn geweest, als de Heere er ons niet toe in staat had gesteld. Wij verlaten de zonde en vertrouwen op Jezus, en dan bemerken wij, dat de Heere in ons bewerkt heeft beide het willen en het werken naar Zijn welbehagen. Het is dwaasheid om te beweren dat er een wezenlijke moeilijkheid in de zaak is gelegen.

Page 40: Alles uit Genade, C.H. Spurgeon - WordPress.com · 2017. 3. 15. · Zijn almachtige liefde, geheel en al onwaardig, vol bederf en zonde. Ik weet, en ben ten volle verzekerd, dat ik

Sommige waarheden, die moeilijk in woorden zijn te verklaren, zijn heel eenvoudig inde ervaring. Er is geen verschil tussen de waarheid, dat de zondaar gelooft, en de waarheid dat zijn geloof in hem gewerkt is door de Heilige Geest. Dwaasheid alleen kan de mens er toe brengen om zich te kwellen rondom zeer eenvoudige zaken, terwijlal die tijd hun ziel in gevaar is. Niemand zou weigeren om in een reddingsboot te gaan, omdat hij het gezamenlijke gewicht van de lichamen niet kende; noch zou iemand die bijna sterft van honger, weigeren te eten, voordat hij het hele voedingsproces goed had begrepen. Als u, mijn lezer, niet wilt geloven v r dat u alle óóverborgenheden begrijpt, dan zult u nooit behouden worden. En als u toelaat dat uw eigenbedachte moeilijkheden u weerhouden van vergeving aan te nemen door uw Heere en Zaligmaker, dan zult u omkomen door een veroordeling, die u rijkelijk hebt verdiend. Bega dus geen geestelijke zelfmoord door uw liefde voor bovennatuurkundige haarkloverijen. U wordt tot andere en betere dingen geroepen.

Hoofdstuk 12. 'Mijn Verlosser Leeft'

Ik heb tot de lezer voortdurend gesproken over Christus gekruisigd, die de heerlijke hoop is voor de schuldigen; maar wij zullen wijs handelen als wij ons ook herinneren, dat de Heere van de doden is opgestaan en dat Hij voor ons eeuwig leeft.

Er wordt u niet gevraagd om te vertrouwen op een dode Jezus, maar op een, die hoewel gestorven om onze zonden, ook opgewekt is om onze rechtvaardigmaking. U kunt meteen tot Jezus gaan als tot een levende en aanwezig zijnde Vriend. Hij is niet maar een herinnering, Hij is een voortdurend bestaand Persoon, die uw gebeden zal horen en verhoren. Hij leeft om het werk voort te zetten, waarvoor Hij eens Zijn leven heeft afgelegd. Aan de rechterhand van de Vader bidt Hij voor de zondaren, en daaromkan Hij ook volkomen zaligmaken degenen die door Hem tot God gaan. Kom, en beproef nu deze levende Zaligmaker, als u dit nooit eerder gedaan heeft.

Deze levende Jezus is ook verheven tot het hoogste toppunt van heerlijkheid en macht.Hij treurt niet 'als een verootmoedigd man voor het aangezicht Zijner vijanden,' Hij arbeidt niet als de 'Zoon des timmermans,' maar Hij is verhoogd verre boven alle overheid, en macht, en kracht, en heerschappij, en alle naam, die genaamd wordt. De Vader heeft Hem alle macht gegeven in hemel en op aarde, en Hij oefent die macht uit door het werk van de genade te volvoeren. Hoor wat Petrus en de andere apostelen voor de hogepriester en de Joodse raad van Hem getuigden:

'De God onzer vaderen heeft Jezus opgewekt, welken gij omgebracht hebt, hangende Hem aan het hout. Dezen heeft God door Zijn rechterhand verhoogd tot een Vorst en Zaligmaker, om Isra l te geven bekering en vergeving der zonden.' Handelingen ë5:30,31

De heerlijkheid die de naar de hemel gevaren Heiland omstraalt, moet hoop wekken inhet hart van ieder gelovige. Jezus is geen gering Persoon – Hij is 'een groot Zaligmaker.' Hij is 'de gekroonde Verlosser van de mensen.' Hij bezit het koninklijke kroonrecht van leven en dood. De Vader heeft alle mensen onder de Middelaars-heerschappij gesteld van de Zoon, zodat Hij levend kan maken wie Hij wil. Hij opent en niemand sluit. Op Zijn woord kan de ziel, welke gebonden is door de koorden van de zonde en de veroordeling, in n ogenblik worden losgemaakt. Hij strekt Zijn éézilveren scepter uit, en wie hem aanraakt, leeft.

Page 41: Alles uit Genade, C.H. Spurgeon - WordPress.com · 2017. 3. 15. · Zijn almachtige liefde, geheel en al onwaardig, vol bederf en zonde. Ik weet, en ben ten volle verzekerd, dat ik

Het is goed voor ons, dat, aangezien de zonde leeft, en het vlees leeft, en de duivel leeft, ook Jezus leeft. En net zozeer is het goed voor ons, dat wat er ook voor kracht zijin die allen om ons te verderven, Jezus toch nog grotere macht heeft om ons te behouden.

Al Zijn verhoging en macht worden aangewend ten gunste van ons. Hij is verhoogd om 'te zijn,' en Hij is verhoogd om 'te geven'. Hij is verhoogd om een Vorst en Zaligmaker te zijn, opdat Hij ons alles zou kunnen geven wat nodig is tot de zaligheid van allen, die onder Zijn heerschappij worden gebracht. Jezus heeft niets, dat Hij niet zal gebruiken voor de zaligheid van de zondaar; en Hij is niets, dat Hij niet zal tentoonspreiden in de overvloed van Zijn genade. Hij verbindt Zijn Koninklijk ambt met Zijn Zaligmakersambt, alsof Hij het ene niet wil zijn zonder ook het andere te wezen; en Hij spreekt van Zijn verhoging, als bestemd om de mens zegen aan te brengen, alsof dit de bloem, de kroon was van zijn heerlijkheid. Zou er iets kunnen zijn dat meer berekend is om de hoop op te wekken van zoekende zondaars, van wie het oog op Christus is gericht?

Jezus heeft de uiterste vernedering ondergaan, en daarom was er plaats voor Hem om verhoogd te worden. Door de vernedering heeft Hij de wil van de Vader geleden en volbracht, en daarom werd Hij beloond door verheven te worden tot de heerlijkheid. Die verhoging gebruikt Hij ten gunste van Zijn volk. Laat mijn lezer zijn ogen opheffen tot die bergen van heerlijkheid, vanwaar zijn hulp moet komen. Laat hij de grote heerlijkheid aanschouwen van de Vorst en Zaligmaker. Is het niet uitermate bemoedigend voor de mens, dat een Mens al gezeten is op de troon van het heelal? Is het niet heerlijk, dat de Heere van allen de Zaligmaker is van zondaren? Wij hebben een Vriend in het paleis, ja, wij hebben een Vriend op de troon. Hij zal al Zijn invloed aanwenden ten gunste van hen, die Hem hun zaak toevertrouwen.

Kom, mijn vriend, vertrouw uzelf met al uw belangen toe aan de handen die eenmaal doorboord waren, maar die nu verheerlijkt zijn door de zegelring van de koninklijke eer en macht. Nooit werd door deze Advocaat een pleit verloren.

Hoofdstuk 13. Berouw over de zonde moet samengaan met vergeving van de zonden.

Uit de tekst die wij het laatst aangehaald hebben, blijkt duidelijk dat berouw over de zonde onafscheidelijk verbonden is aan vergeving van de zonde. In Handelingen 5:31 lezen wij, dat Jezus 'verhoogd is om te geven berouw en vergeving van zonden' Deze twee zegeningen komen uit de heilige hand die eenmaal aan het kruis was genageld, maar die nu verheerlijkt is. Berouw en vergeving zijn samengesnoerd door het eeuwige voornemen van God. Wat God heeft samengevoegd, zal geen mens scheiden.

Berouw over de zonde moet samengaan met kwijtschelding, en als u een klein beetje nadenkt over de zaak, zult u zien dat het zo is. Het kan niet zo zijn, dat vergeving van zonde wordt geschonken aan een onboetvaardige zondaar. Dat zou hetzelfde zijn als hem bevestigen op zijn slechte wegen, en hem te leren om het kwaad niet zo erg te vinden. Als de Heere zei: 'U hebt de zonde lief, u leeft in de zonde, en u gaat van kwaad tot erger; maar dat doet er niet toe, ik vergeef u,' dan zou dit een afschuwelijke afkondiging zijn van vrijheid om te zondigen. De grondslagen van de orde in de maatschappij zouden omver gerukt worden en een zedelijke regeringloosheid zou het gevolg ervan zijn. Ik kan het onberekenbaar kwaad niet uitspreken, dat er uit voortvloeien zou, als u berouw over de zonde en vergeving van de zonde van elkaar

Page 42: Alles uit Genade, C.H. Spurgeon - WordPress.com · 2017. 3. 15. · Zijn almachtige liefde, geheel en al onwaardig, vol bederf en zonde. Ik weet, en ben ten volle verzekerd, dat ik

kon scheiden; als de zonde voorbij werd gezien, terwijl de zondaar haar nog even liefhad als ooit tevoren. Het ligt in de aard van de zaak, dat als wij geloven in de Heiligheid van God, en toch volharden in de zonde en er ons niet van willen bekeren, wij de gevolgen van onze hardnekkigheid zullen moeten oogsten. Overeenkomstig de oneindige goedertierenheid van God is ons beloofd, dat, als wij de zonde zullen nalaten en haar willen belijden, en door het geloof de genade willen aannemen die geschonken is in Christus Jezus, God getrouw en rechtvaardig is, om ons onze zonden te vergeven en ons te reinigen van ongerechtigheid. Maar zolang als God leeft, kan er geen belofte van genade zijn voor hen, die hun slechte weg blijven bewandelen, en hun slechte handelingen weigeren te erkennen. Voorzeker, geen opstandeling kan wensen dat de Koning zijn verraad zal vergeven, terwijl hij zich nog openlijk in opstand bevindt. Niemand kan zo dwaas zijn om zich voor te stellen dat de Rechter van de hele aarde onze zonde weg zal doen, als wijzelf weigeren om haar weg te doen.

Dat moet ook zo zijn vanwege de volkomenheid van de goddelijke genade. De genade, die de zonde kan vergeven en de zondaar toch kan laten leven in de zonde, zoueen erg oppervlakkige genade zijn. Het zou een onevenredige en misvormde genade zijn, lam aan twee voeten en verdord in n van haar handen. Wat denkt u dat een éégroter voorrecht is: gereinigd te worden van de zonde, of bevrijd te zijn van de macht van de zonde? Ik zal het niet beproeven om twee zulke uitnemende blijken van genade tegen elkaar in de weegschaal te leggen. Geen van beide zou ons geschonken kunnen worden zonder het dierbare bloed van Jezus. Toch lijkt het mij, dat de zegen van bevrijd te zijn van de heerschappij van de zonde, heilig en aan God gelijkvormig gemaakt te zijn, van die twee het grootste voorrecht geacht moet worden, als men ze nou eenmaal met elkaar wil vergelijken. Vergeving te hebben ontvangen is een uitnemende gunst. Een van de liefelijkste tonen in onze lofpsalmen is: 'Die al uw ongerechtigheden vergeeft.' Maar als wij vergeving konden verkrijgen, terwijl ons toch toegelaten werd om de zonde lief te hebben, om ons te verlustigen in de ongerechtigheid, waartoe zou die vergeving ons dan nut zijn? Zou zij niet blijken een zoet vergif te zijn, dat ons zal doden? Om gewassen te zijn, en toch in het slijk te blijven liggen; rein verklaard te zijn, en de witte melaatsheid toch aan ons voorhoofd te hebben: dat zou niets dan een bespotting zijn van de genade. Wat betekent het om een mens uit het graf te halen, als u hem dood laat blijven? Waartoe voert men iemand in het licht, die nog blind is? Wij danken God, dat Hij, die onze ongerechtigheden vergeeft, ons ook van onze krankheden geneest. Hij, die ons wast van de vlekken van het verleden, heft ons ook op uit de onreinheid van het heden, en behoedt ons voor vallen in de toekomst. Wij moeten met blijdschap beide de bekering en de vergeving van de zonden aannemen. Zij kunnen niet gescheiden zijn. De erfenis van het verbond is n en ondeelbaar, en moet niet in stukken worden gedeeld. Het werk van de genade ééte verdelen: dat zou zijn het levende kind in twee n te snijden; en zij, die dit zouden ëwillen toelaten, tonen, dat zij geen belang bij de zaak hebben, dat zij er geen deel aan hebben.

Ik vraag u, die de Heere zoekt, of u tevreden zou zijn met slechts n van deze genade-éébetoningen? Zou het u voldoen, mijn lezer, als God uw zonde zou vergeven, en u dan toch zou toelaten om even werelds en goddeloos te zijn als tevoren? O nee! De levendgemaakte geest is meer bevreesd voor de zonde zelf, dan voor de gevolgen van de zonde. De kreet van uw harten is niet 'Wie zal mij verlossen van de straf?' maar: 'ik ellendig mens, wie zal mij verlossen van het lichaam dezes doods? Wie zal mij bekwaam maken, om boven de verzoeking te leven en heilig te worden, zoals God heilig is?' Aangezien nu de eenheid van bekering en vergeving in overeenstemming is

Page 43: Alles uit Genade, C.H. Spurgeon - WordPress.com · 2017. 3. 15. · Zijn almachtige liefde, geheel en al onwaardig, vol bederf en zonde. Ik weet, en ben ten volle verzekerd, dat ik

met godvruchtige verlangens, en aangezien zij nodig is voor de volkomenheid van de zaligheid en omwille van de heiligheid, kunt u ervan verzekerd zijn, dat die eenheid ook zal blijven.

Bekering en vergeving gaan samen op in de ervaring van alle gelovigen. Nooit was er iemand die oprecht en op gelovige wijze berouw had over de zonde, en die geen vergeving heeft ontvangen. En van de andere kant: nooit heeft iemand vergeving gekregen, die zich niet bekeerd heeft van zijn zonde. Ik aarzel niet te zeggen, dat er onder de hemel nooit iemand was, is, of zijn zal, die gewassen werd van de zonde, zonder dat tegelijkertijd zijn hart geneigd werd tot bekering en tot geloof in Christus. De haat tegen de zonden en de bewustheid van de vergeving komen samen in de ziel, en blijven er zo lang als wij leven.

Deze twee zaken hebben een werking en terugwerking op elkaar. De mens zal zich bekeren, omdat hij vergeving heeft gekregen; en de mens die zich bekeert, is er vrijwel zeker van vergeving te zullen verkrijgen. Herinner u ten eerste, dat vergeving leidt tot bekering. Zo graag zingen wij:

'Zo Gij in 't recht wilt treden, O Heer! en gadeslaanOnz' ongerechtigheden; Ach! wie zal dan bestaan; Maar nee, daar is vergevingAltijd bij U geweest; Dies wordt Gij, Heer! met bevingRecht kinderlijk gevreesd.'

Als wij er zeker van zijn dat wij vergeving hebben verkregen, dan verafschuwen wij de ongerechtigheid, en ik denk, dat wanneer het geloof is overgegaan in volle verzekerdheid, zodat wij volkomen weten dat het bloed van Jezus ons witter heeft gemaakt dan sneeuw, de bekering dan eerst tot het hoogste toppunt is gekomen. De bekering groeit met het geloof. Dwaal niet met betrekking tot deze aangelegenheid. De bekering is geen zaak van dagen of weken; het is geen voorbijgaand berouw, geen tijdelijke boete, waarmee men zo spoedig mogelijk afgedaan moet hebben. Nee, zij is, – net als het geloof zelf – een genadeblijk dat het gehele leven duurt. Gods kinderen bekeren zich, en dat doen ook de jongelingen en de vaders. De bekering is de onafscheidelijke gezellin van het geloof. Gedurende al de tijd dat wij wandelen door geloof en niet door aanschouwen, glinstert de traan van het berouw in het oog van het geloof. Het is geen echt berouw, geen oprechte bekering, die niet voortkomt uit het geloof in Jezus; en het is geen echt geloof in Jezus, als het de kleur van het berouw niet vertoont. Naar de mate dat wij geloven in de vergevende liefde van Christus, naar die mate kunnen wij berouw hebben over de zonde en het kwade haten, zullen wij ons verblijden in de volheid van de kwijtschelding, die Jezus ons schenkt. Nooit zult u vergeving waarderen, tenzij u berouw heeft over de zonde; en nooit zult u de diepste teug van berouw drinken, v r dat u weet, dat u vergeving hebt ontvangen. Het mag óóvreemd lijken, maar het is zo – de bitterheid van het berouw en het zoete van de vergeving vloeien samen in de geur van ieder godvruchtig leven, en daaruit ontstaat

Page 44: Alles uit Genade, C.H. Spurgeon - WordPress.com · 2017. 3. 15. · Zijn almachtige liefde, geheel en al onwaardig, vol bederf en zonde. Ik weet, en ben ten volle verzekerd, dat ik

dan een innig, heerlijk geluk.

Deze twee verbondsgaven zijn de wederkerige kenmerken van de echtheid van elkaar. Als ik weet dat ik mij bekeer van de zonde, dan weet ik ook, dat ik begenadigd ben. Hoe zal ik weten, dat ik vergeving heb verkregen, tenzij ik evenzeer weet, dat ik mij afgewend heb van mijn zondige wegen? Een gelovige te zijn is een boetvaardige te zijn. Geloof en bekering zijn maar twee spaken in hetzelfde wiel, twee handvaten aan dezelfde ploeg. Bekering is zeer juist beschreven als een hart dat verbroken is vanwege de zonde en dat gebroken heeft met de zonde. En men kan met evenveel waarheid zeggen, dat het is: het zich keren tot Iemand. Het is een diepe, grondige hartsverandering, die gepaard gaat met verdriet over het verleden en een besluit om zich te beteren in de toekomst.

Wanneer dat nu het geval is, dan kunnen wij er zeker van zijn dat wij vergeving hebben gekregen; want nooit heeft de Heere een hart verbroken vanwege de zonde, zonder ook vergeving te schenken. En als wij, van de andere kant, ons verblijden in de vergeving door Jezus' bloed, gerechtvaardigd zijn door het geloof, en vrede hebben met God door Jezus Christus, onze Heere, dan weten wij, dat onze bekering en ons geloof van de rechte soort zijn.

Beschouw uw bekering niet als een oorzaak voor uw vergeving, maar als haar gezellin. Verwacht niet in staat te zijn om u te bekeren, tenzij u de genade van onze Heere Jezus ziet en Zijn bereidvaardigheid om uw zonde uit te delgen. Laat deze heerlijke zaken ieder op haar eigen plaats, en beschouw ze met betrekking tot elkaar. Zij zijn de Jachin en de Boaz van een zalige ervaring. Ik bedoel, dat zij te vergelijken zijn met Salomo's twee grote pilaren, die in het voorhuis van het huis van de Heere stonden en een majestueuze ingang vormden voor het heilige. Niemand komt op de juiste wijze tot God, tenzij hij doorgaat tussen de pilaren van bekering en vergeving van de zonden. De regenboog van de verbondsgenade heeft zich in al zijn schitterende heerlijkheid op uw hart vertoond, toen het licht van de volle vergeving op de tranen van uw berouw is gevallen. Berouw over de zonde en geloof in de goddelijke genade zijn de schering en inslag van een ware bekering. Aan deze tekenen zult u de ware Isra liet herkennen. ë

Om nu terug te komen op het Schriftwoord wat wij overdenken: beide vergeving en berouw over de zonde komen voort uit dezelfde bron, en worden gegeven door dezelfde Zaligmaker. De Heere Jezus schenkt beide aan dezelfde personen. U moet noch de vergeving, noch het berouw ergens anders zoeken. Jezus heeft ze beide voor ugereed, en Hij is bereid om ze nu te schenken aan allen, die ze uit Zijn hand willen aannemen. Laat het nooit vergeten worden, dat Jezus alles geeft wat wij voor de zaligheid nodig hebben. Het is van het hoogste belang dat allen die zoekend zijn naar de genade, hieraan denken. Het geloof is net zozeer de gave van God, als de Zaligmaker op Wie dat geloof steunt. Bekering van zonde is even zeker het werk van genade, als de verzoening, waardoor de zonde wordt uitgedelgd. De zaligheid is van het begin tot het einde alleen door genade. U zult mij niet verkeerd begrijpen. Het is deHeilige Geest niet, die berouw heeft. Hij heeft nooit iets gedaan, waarover Hij berouw kan hebben. Als Hij berouw kon hebben, dan zou ons dit toch niets baten, want wij moeten zelf berouw hebben over de zonde, of wij zullen nooit verlost worden van haarheerschappij. Het is niet de Heere Jezus Christus, die berouw heeft. Waarover zou Hij berouw hebben? Wijzelf moeten ons bekeren met de volle instemming van ons hart en verstand. De wil, de genegenheden, de gemoedsbewegingen moeten allen van harte

Page 45: Alles uit Genade, C.H. Spurgeon - WordPress.com · 2017. 3. 15. · Zijn almachtige liefde, geheel en al onwaardig, vol bederf en zonde. Ik weet, en ben ten volle verzekerd, dat ik

meewerken tot de gezegende daad van de bekering van zonde. En toch is er op de bodem van deze persoonlijke daad van ons, een verborgen, een heilige invloed die het hart verbreekt, berouw wekt en een volkomen gemoedsverandering teweegbrengt. De Geest van God verlicht ons, om ons te doen zien, wat de zonde is, en haar walgelijk te maken in onze ogen. De Geest van God wendt ons tot heiligheid, doet ons haar hartelijk waarderen, liefhebben en begeren; en zo schept Hij in ons de kracht, waardoor wij van stap tot stap worden voortgeleid op de weg van de heiligmaking. De Geest van God werkt in ons het willen en volbrengen naar het welbehagen van God. Laten wij ons aan die goede Geest overgeven, opdat Hij ons leidt tot Jezus, die ons de dubbele zegen zal schenken van bekering en vergeving van zonde naar de rijkdom vanZijn genade.

'Uit Genade Zijt Gij Zalig Geworden.'

Hoofdstuk 14. Hoe bekering wordt gegeven.

Om nu terug te keren naar dat majestueuze Schriftwoord: 'Dezen heeft God door Zijne rechterhand verhoogd tot een Vorst en Zaligmaker, om Isra l te geven bekering ëen vergeving der zonden.' Onze Heere Jezus Christus is opgevaren, opdat de genade op ons zou kunnen neerdalen. Zijn heerlijkheid werd gebruikt, om een ruimere loop te geven aan Zijn genade. De Heere heeft geen stap omhoog gedaan dan met het doel om de gelovige zondaren met Zich op te voeren. Hij is verhoogd om bekering te geven, endit zullen wij merken, nadat wij ons enige grote waarheden herrinerd zullen hebben.

Het werk dat de Heere Jezus gedaan heeft, heeft bekering mogelijk, geldend en aannemelijk gemaakt. De wet maakt geen melding van bekering, maar zegt duidelijk: 'De ziel die zondigt, zal sterven.' Als de Heere Jezus niet gestorven was, als Hij niet weer opgestaan was van de doden en tot de Vader was gegaan, wat zou onze bekering dan waard zijn? Wij zouden het berouw met al zijn verschrikkingen kunnen voelen, maar nooit de bekering van de zonde hebben gekend met de hoop, die er uit voortvloeit. Berouw, als een natuurlijke gewaarwording is een geheel gewone plicht, die geen grote lof verdient: ja het is over het algemeen zozeer vermengd met een zelfzuchtige vrees voor straf, dat men, met hoeveel vriendelijke welwillendheid men het ook beschouwt, het toch van geen grote waarde kan schatten. Als Jezus geen schat van verdiensten had gewerkt en in de weegschaal had gelegd, dan zouden onze tranen van berouw net als zoveel water zijn, dat op de grond wordt uitgestort. Jezus is verhoogd, opdat door de kracht van Zijn voorbede het berouw een plaats kan vinden voor God. In dit opzicht geeft Hij ons berouw, omdat Hij dat berouw aannemelijk maakt, aangezien het zonder Zijn tussenkomst niet aannemelijk zou kunnen zijn.

Nadat Jezus verhoogd was, is de Geest van God uitgestort geworden om in ons alle nodige genade te werken. De Heilige Geest schept berouw in ons door ons te vernieuwen en door het stenen hart uit ons vlees weg te nemen. Ach, ga niet proberen om het onmogelijke te beproeven, met als doel om tranen te kunnen storten. Het berouw over de zonde komt niet voort uit een onwillige natuur, maar uit vrije en vrijmachtige genade. Ga niet in uw binnenkamer om u op de borst te slaan met als doeluit uw stenen hart gevoelens tevoorschijn te brengen, die daar niet in aanwezig zijn. Ga naar Golgotha, en zie hoe Jezus gestorven is. Zie op naar de bergen vanwaar uw hulp komt. De Heilige Geest is gekomen met het doel om de geest van mensen te overschaduwen en berouw in hen te doen geboren worden, net als Hij eens over de chaos heeft gezweefd om orde te doen ontstaan. Zend de bede op tot Hem:

Page 46: Alles uit Genade, C.H. Spurgeon - WordPress.com · 2017. 3. 15. · Zijn almachtige liefde, geheel en al onwaardig, vol bederf en zonde. Ik weet, en ben ten volle verzekerd, dat ik

'Gezegende Geest, woon in mij. Maak mij gevoelig en nederig van hart, opdat ik de zonde mag haten en er een ongeveinsd berouw over mag hebben.' Uw geroep zal tot Zijn oren komen, en Hij zal u verhoren.

En herinner u ook, dat, toen de Heere Jezus verhoogd was, Hij niet alleen bekering heeft gegeven door de Heilige Geest te zenden, maar door al de werkingen van de natuur en van de voorzienigheid toe te wijden aan het grote doel van onze zaligheid, zodat wij ook daardoor tot bekering kunnen geroepen worden, hetzij dat die werkingen zich openbaren in hanengekraai zoals voor Petrus, of in het openen van de gevangenisdeuren door een aardbeving als voor de stokbewaarder. Van Zijn plaats aanGods rechterhand bestuurt de Heere Jezus alle dingen hier beneden, en doet ze allemaal meewerken tot de zaligheid van Zijn verlosten. Hij gebruikt het bittere en het zoete, de beproeving en de vreugde, om in de zondaren een betere gezindheid te wekken ten opzichte van God. Wees dankbaar voor Gods bestuur, waardoor u arm, of krank, of beproefd bent; want door dat alles werkt Jezus het leven van uw geest en trekt Hij u tot Zich. De barmhartigheid van de Heere vertoont zich heel vaak aan ons oog in de donkere gestalte van de beproeving. Jezus gebruikt onze hele ervaring, om ons te spenen van de aarde en ons te winnen voor de hemel. Christus is verhoogd op detroon van hemel en aarde, om door alle werkingen van Zijn voorzienigheid onze opstandige harten te onderwerpen, en ze onder de verzachtende invloed van de bekering te brengen.

En daar bovendien werkt Hij nu ook nog door alle fluisteringen van het geweten, door Zijn van de Heilige Geest ingegeven Boek, net als door biddende vrienden en liefhebbende, ernstige harten. Hij kan u een woord zenden, dat uw rotsachtig hart slaatals met de staf van Mozes, zodat er stromen van berouw over de zonde uit u voortkomen. Hij kan u een treffend Schriftwoord voor de geest brengen, dat uw hart verbreekt en u al gauw zal verwinnen. Hij kan u op een verborgen manier verzachten en een heilige gezindheid in u brengen, en dat wanneer u dit het minste verwacht. Wees er zeker van, dat Hij, die is ingegaan tot Zijn heerlijkheid, die verhoogd is tot al de glans van Gods majesteit, overvloedige wegen en middelen bezit om bekering en berouw te werken in hen, aan wie Hij vergeving heeft geschonken. Hij is nu bereid, Hij wacht om u bekering te geven. Vraag hem nu slechts om die genade.

Merk op tot uw vertroosting, dat de Heere Jezus die bekering schenkt aan mensen, vanwie men dit volstrekt niet zou denken. Hij is verhoogd om bekering te geven aan Isra lë . Aan Isra l! In de dagen toen de apostelen zo spraken, was Isra l het volk, dat op ë ëde meest grove manier gezondigd had tegen licht en liefde, en zijn laagheid had gekroond door de Heere te kruisigen, terwijl het durfde uit te roepen: 'Zijn bloed komeover ons en onze kinderen.' Ach! Zij waren de moordenaars van Jezus; en toch is Hij verhoogd om hun bekering te geven. Wat een wonder van genade! Luister dan. Als u opgegroeid bent temidden van het helderste licht van het Christendom, en u hebt dat licht verworpen, dan is er toch nog hoop voor u. Als u gezondigd hebt tegen uw geweten en tegen de Heilige Geest, en tegen Jezus' liefde, dan is er toch nog plaats voor bekering. Al was u zo hard als het ongelovige Isra l van ouds, kan er toch ëverzachting over u komen, aangezien Jezus verhoogd is en met onbeperkte macht is bekleed. Voor hen die het verst gegaan zijn in de ongerechtigheid, en onder bijzonder bezwarende omstandigheden hebben gezondigd, is de Heere Jezus verhoogd, met als doel om hun bekering en vergeving van de zonden te geven. Het is voor mij een zalig voorrecht om zo'n vol Evangelie te mogen verkondigen! Heerlijk is uw voorrecht om het te mogen horen!

Page 47: Alles uit Genade, C.H. Spurgeon - WordPress.com · 2017. 3. 15. · Zijn almachtige liefde, geheel en al onwaardig, vol bederf en zonde. Ik weet, en ben ten volle verzekerd, dat ik

Het hart van de kinderen van Isra l was zo hard geworden als graniet. Luther vond het ëonmogelijk om een Jood te bekeren. Verre zij het van ons om het hierin eens met hem te zijn, en toch moeten wij erkennen, dat het zaad van Isra l gedurende al deze eeuwenëuitermate hardnekkig geweest is in hun verwerping van de Zaligmaker. In waarheid heeft de Heere gezegd: 'Israel heeft Mijner niet gewild.' 'Hij is gekomen tot het Zijne, en de Zijnen hebben Hem niet aangenomen.' Toch is de Heere Jezus ten gunste van Isra l verhoogd om hun bekering en vergeving van zonde te geven. Mijn lezer is ëwaarschijnlijk uit de volken; maar toch kan hij een hard en opstandig hart hebben, dat de Heere Jezus al vele jaren heeft weerstaan; en toch kan de Heere ook in hem bekering werken. Het zou wel kunnen zijn dat u nog gedrongen werd om te schrijven, zoals William Hone schreef nadat hij zich had laten buigen voor de goddelijke liefde. Hij was de schrijver van een zeer boeiend en treffend werk, getiteld: 'Het boek voor iedere dag'; maar hiervoor was hij een erg brutale ongelovige geweest. Toen hij onder de macht van Gods genade was gekomen, schreef hij:

'Het meest van snode trotsheid kloppend hart Is, Heer, in mij door Uwe kracht verbroken; De wildste wil, die d'Uwen heeft getart, En U, gelijk uw vijand heeft doorstoken, Werd omgebogen en met U vereend. Uw wil – is 't nu – en niet de mijn, geschiede! 'k Ben thans Uw vlees, en been van Uw gebeent; Mijn Heer en God! Wiens Woord mij thans gebiede; Want roemend in uw kruis stel ik mij U tot knecht Terwijl mijn hart aan U door dankb're min zich hecht.'

De Heere kan bekering geven aan hen, voor wie men dat het alleronwaarschijnlijkst acht. Hij verandert leeuwen in lammeren en raven in duiven. Laat ons Hem zoeken, opdat deze grote verandering in ons wordt bewerkt. Voorzeker, de beschouwing van Christus' dood is het zekerste en snelste middel om bekering in ons geboren te doen worden. Ga niet zitten om te proberen die bekering uit de verdroogde bron van uw verdorven natuur te doen voortkomen. Het druist in tegen alle wetten van de geest om te denken, dat u uw ziel tot die genadestaat kan dwingen. Breng uw hart in het gebed tot Hem die het kent en begrijpt, en zeg: 'Heere, reinig het; Heere, vernieuw het; Heere, werk bekering in mij.' Hoe meer u probeert gewaarwordingen van berouw bij uop te wekken, hoe meer u teleurgesteld zult zijn. Maar als u met geloof denkt aan Jezus die voor u stierf, dan zullen bekering en berouw vanzelf in uw hart komen. Denkerover na, dat de Heere uit liefde voor u Zijn hartebloed heeft gestort. Stel u de doodstrijd, het bloedige zweet, het kruis, het lijden voor de geest; en terwijl u dit doet, zal Hij, die al deze smarten heeft geleden, u aanzien, en met die blik zal Hij voor u doen wat Hij voor Petrus gedaan heeft, zodat ook u naar buiten zult gaan om bitterlijk te wenen. Hij, die voor u is gestorven, kan door Zijn Geest u doen sterven aan de zonde; en Hij, die ten gunste van u is ingegaan tot de heerlijkheid, kan uw ziel tot zich trekken; kan haar afwenden van het kwaad en zich doen wenen tot de heiligheid.

Het is mij genoeg om deze ene gedachte in u te laten blijven: kijk niet onder het ijs omvuur te vinden, en evenmin moet u hopen bekering, dat is berouw over uw zonden, te vinden in een natuurlijk hart. Zie op tot de Levende om leven te vinden. Zie op tot Jezus voor alles wat u nodig hebt tussen de poort van de hel en de poort van de hemel. Zoek nooit ergens anders naar iets, wat Jezus zo graag geeft; maar herriner u, dat

Page 48: Alles uit Genade, C.H. Spurgeon - WordPress.com · 2017. 3. 15. · Zijn almachtige liefde, geheel en al onwaardig, vol bederf en zonde. Ik weet, en ben ten volle verzekerd, dat ik

Christus alles is.

Hoofdstuk 15. De vrees voor het niet volharden van de heiligen.

Het hart van velen die tot Christus komen, wordt gekweld door de ontzettende vrees, dat zij niet zullen volharden tot het einde. Ik heb de zoekende horen zeggen: 'Als ik nuook heel mijn ziel aan Jezus toevertrouwde, dan zou ik misschien toch weer afvallen en zo verloren gaan. Ik heb vroeger ook al goede gewaarwordingen gehad, maar zij zijn verdwenen. Mijn vroomheid was als een morgenwolk en als de vroege dauw. Zij is plotseling opgekomen, heeft een tijdlang geduurd, zij leek veel te beloven, maar is toen opeens verdwenen.'

Lezer, ik geloof dat die angst vaak de vader is van het feit, en dat sommigen die bevreesd waren om Christus te vertrouwen voor altijd en alle eeuwigheid, gefaald hebben, omdat zij maar een tijdelijk geloof hadden, dat nooit ver genoeg kon gaan om hen te behouden. Zij begonnen met een zekere mate van vertrouwen op Jezus, maar ze zien op zichzelf voor de voortdurendheid van hun geloof en de volharding op de weg naar de hemel, en dat begin was al niet goed, en als een natuurlijk gevolg daarvan zijn zij al gauw teruggekeerd. Als wij op onszelf vertrouwen voor onze volharding, dan zullen wij niet volharden. Als wij op Jezus vertrouwen voor een deel van onze zaligheid, zullen wij toch falen, als wij, voor wat het ook is, op onszelf vertrouwen. Geen keten is sterker dan haar zwakste schakel. Als Jezus onze hoop is voor alles, behalve voor n enkele zaak, dan zullen wij volkomen falen, omdat wij in dat ne éé épunt falen. Ik heb niet de minste twijfel of een vergissing rondom de volharding van de heiligen, heeft de volharding verhinderd van velen, die goed liepen. Wat heeft hen verhinderd tot het einde toe goed te lopen? Zij hebben voor dat goede lopen op zichzelf vertrouwd, en daarom konden zij niet voortgaan. Wacht u er voor om ook maar het geringste deeltje van uzelf te vermengen met het cement waarmee u bouwt, of u zult er een onzuiver mengsel van maken, en dan zullen de stenen niet in hun voegen blijven. Hoed u ervoor om, als u op Christus ziet voor het begin, op uzelf te zien voor het einde. Hij is de Alfa; let goed op, dat u Hem ook de Omega laat zijn. Als u begint met de Geest, dan moet u niet hopen of verwachten volmaakt te zullen worden door het vlees. Begin zoals u voorneemt om door te gaan, en laat de Heere alles in alles voor u zijn. O! mocht de Heilige Geest ons duidelijk leren zien, vanwaar de kracht moet komen, waardoor wij bewaard zullen worden tot de dag van de verschijning van de Heere! Zie hier wat Paulus een over dit onderwerp gezegd heeft, toen hij aan de Korinthi rs ëschreef:

'Welke God u ook zal bevestigen tot het einde toe, om onstraffelijk te zijn in den dag van onzen Heere Jezus Christus. God is getrouw, door Welken gij geroepen zijt tot de gemeenschap van Zijn Zoon Jezus Christus, onzen Heere.' 1 Korinthe 1:8,9

Door deze taal wordt stilzwijgend een grote behoefte erkend, aangezien zij ons zegt, hoe er in die behoefte is voorzien. Waar de Heere in Zijn voorzienigheid een beschikking maakt, kunnen wij er zeker van zijn, dat hieraan behoefte was, want er is in het verbond van de genade geen overtolligheid. In Salomo's voorhoven hingen gouden schilden, die nooit gebruikt werden; maar in het tuighuis van God worden zij niet gevonden. Wat God ons geeft, dat hebben wij zeker nodig. Tussen deze tegenwoordige tijd en het tijdstip van de voleinding van alle dingen, zullen al Gods beloften en alle gaven van het verond van de genade vereist worden om in onze noden

Page 49: Alles uit Genade, C.H. Spurgeon - WordPress.com · 2017. 3. 15. · Zijn almachtige liefde, geheel en al onwaardig, vol bederf en zonde. Ik weet, en ben ten volle verzekerd, dat ik

en behoeften te voorzien. De dringende nood nu van de gelovige ziel is bevestiging, voortdurendheid, volharding en bewaring tot het einde. Dit is de grote behoefte van deverst gevorderde gelovigen, want Paulus schreef aan de heiligen te Korinthe, aan mensen die heel hoog stonden en van wie hij kon zeggen: 'Ik dank mijn God allen tijd over u, vanwege de genade Gods, die u gegeven is in Christus Jezus.' Zulke mensen zijn het nu juist, die het meest en het diepst gevoelen, dat zij, om te kunnen volharden, dagelijks opnieuw behoefte hebben aan genade. Als u geen heilige zou zijn, zou u geen behoefte hebben aan meer genade; maar omdat u kinderen van God bent, bent u zich bewust van de dagelijkse vereisten van het geestelijk leven. Een marmeren standbeeld heeft geen voedsel nodig; maar de levende mens hongert en dorst, en hij verblijdt zich, dat zijn brood en water zeker zijn, want anders zou hij zeker bezwijken op de weg. De persoonlijke behoeften van de gelovige maken het noodzakelijk, dat hijdagelijks voorzien wordt van hetgeen hij nodig heeft. Wat zou hij doen, als hij de toevlucht niet kon nemen tot God?

Dit is waar van de meest begaafde mensen onder de heiligen – van die mensen in Korinthe, die in alles rijk zijn geworden in alle rede en alle kennis. Zij hadden het nodig om bevestigd te worden tot het einde, of hun gaven en talenten zouden hen tot het verderf hebben gevoerd. Als wij de talen van de mensen en de engelen spraken, maar niet telkens opnieuw genade ontvingen, waar zouden wij dan zijn? Als wij alle ervaring hadden, zodat wij vaders waren in de kerk – als wij z van God geleerd ówaren, dat wij alle verborgenheden verstonden – zo zouden wij toch geen enkele dag kunnen leven, als het goddelijk leven van ons Verbondshoofd niet in ons vloeit. Hoe zouden wij kunnen hopen om ook maar voor n enkel uur, – veel minder nog voor eenééheel leven – te volharden, tenzij de Heere ons vasthoudt en ons doet volharden? Hij, die het goede werk in ons begonnen heeft, moet het voleindigen tot op de dag van Jezus Christus, of het zal een treurige mislukking blijken te zijn.

Deze grote noodzakelijkheid ontstaat merendeels uit onszelf. In sommigen bestaat eenpijnlijke vrees dat zij niet zullen volharden in de genade, omdat zij zich hun wispelturigheid zo zeer bewust zijn. Sommige mensen zijn van nature erg onvast. Er zijn mensen die van nature behoudend, om niet te zeggen hardnekkig zijn, maar anderen zijn van nature vluchtig en veranderlijk. Net als vlinders fladderen zij van bloem tot bloem, totdat zij al het schone en liefelijke in de hof hebben bezocht, zonder ergens te blijven zitten. Nooit blijven zij ergens lang genoeg om enig goed te doen, zelfs niet voor hun zaken of voor hun verstandelijke werkzaamheden. Zulke mensen mogen wel vrezen, dat tien, twintig, dertig, veertig, wellicht vijftig jaar van voortdurende godsdienstige waakzaamheid te veel is voor hun krachten. Wij zien mensen, die zich dan bij deze, en dan bij die godsdienstige sekte aansluiten, totdat zij tot allemaal hebben behoord. Bij beurte zijn zij alles, maar niets zijn zij heel lang. Zulke mensen hebben het dubbel nodig om te bidden, dat zij door God bevestigd, dat zij standvastig en onbewegelijk mogen worden, want anders zullen zij niet bevonden worden 'altijd overvloedig te zijn in het werk des Heeren.'

Wij allen, zelfs als wij van nature geen bijzondere overhelling hebben tot wispelturigheid, moeten, als wij werkelijk door God zijn levend gemaakt, ons van onze eigne zwakheid bewust zijn. Geachte lezer, vindt u niet, dat er in n enkele dag éégenoeg gelegenheid voor u is om te struikelen? U, die begeert te wandelen in volmaakte heiligheid, u, die een hoge maatstaf stelt voor wat een Christen behoort te zijn – vindt u niet, dat u, v r u nog van uw ontbijttafel opstaat, genoeg dwaasheid hebtóóten toon gespreid om u over uzelf te schamen? Als wij ons gingen opsluiten in een

Page 50: Alles uit Genade, C.H. Spurgeon - WordPress.com · 2017. 3. 15. · Zijn almachtige liefde, geheel en al onwaardig, vol bederf en zonde. Ik weet, en ben ten volle verzekerd, dat ik

eenzame cel van een kluizenaar, zou de verzoeking ons ook daar volgen; want zolang wij onszelf niet kunnen ontvluchten, zullen wij altijd aan verleiding tot zonde blootstaan. Er is in ons hart datgene, dat ons waakzaam en nederig zou moeten maken voor God. Als Hij ons niet bevestigt, zijn wij z zwak, dat wij allen struikelen en óvallen – niet omvergeworpen door een vijand, maar door onze eigne zorgeloosheid. Heere, wees U onze sterkte. Wij zijn de zwakheid zelf.

En behalve dat, is er ook nog de vermoeidheid die ontstaat uit een lang leven. Als wij aan de aanvang staan van onze christelijke loopbaan, dan vliegen wij omhoog als op de vleugels van een arend. Daarna hebben wij gerent en zijn niet moe geworden; maarin onze beste tijden wandelen wij zonder moe te worden. Onze gang lijkt langzamer, maar hij is gestadiger. Ik bid God, dat de geestkracht van onze jeugd, voor zover zij door de Heilige Geest is gewekt, en niet de gisting is van het hoogmoedige vlees, ons bij mag blijven. Hij, die lang op weg naar de hemel is geweest, ondervindt, dat er goede redenen waren, waarom hem beloofd was, dat 'zijn schoenen ijzer en koper zouden zijn,' want de weg is ruw. Hij heeft ontdekt dat er 'Heuvelen van Moeilijkheden' en 'Valleien van Vernedering' bestaan; dat er een 'Dal van Doodsschaduwen,' en – nog erger – dat er een 'Ijdelheidskermis' is, en dat men door die allemaal heen moet gaan. Als er 'Verrukkelijke Bergen' zijn, – en, God zij gedankt,zij zijn er ook werkelijk – dan zijn er ook 'Wanhoopskastelen', die maar al te vaak door de pelgrims van binnen zijn gezien. Wanneer men al deze dingen in overweging neemt, zullen zij, die tot het einde toe volharden op de weg van heiligheid, 'mensen zijn over wie men zich verwondert.' (Zach.3:8)

'O wereld van wonderen, minder kan ik niet zeggen.' De dagen van het leven van een Christen zijn evenveel als diamanten van genade, gesnoerd aan de gouden draad van goddelijke trouw. In de hemel zullen wij aan engelen en overheden en machten verhalen van de onnaspeurlijke rijkdommen van Christus, dus aan ons gegeven werden, en waarin wij ons hier beneden hebben verblijd. Wij zijn aan de oever van de dood geweest en werden bij het leven behouden. Ons geestelijk leven was als een vlam die brandde in het midden van de zee, een steen die in de lucht bleef zweven. Hetheelal zal verbaasd zijn, ons op de dag van Jezus Christus vlekkeloos en onstraffelijk de paarlen poorten binnen te zien gaan. Wij behoren vol van dankbare verwondering te zijn, als wij ook maar voor n enkel uur worden bewaard; en ik vertrouw dat wij ditééook zijn.

Als dit nu alles was, dan zou er wel oorzaak zijn voor vrees; maar er is oneindig meer. Wij hebben te bedenken wat een plaats het is, waarin wij leven. Voor veel van Gods kinderen is de wereld een huilende woestijn. Sommigen van ons zijn in de voorzienigheid van God erg zacht, erg toegevend behandeld, maar anderen hebben een erg zware strijd te strijden. Wij beginnen onze dagen met gebed, en zeer vaak wordt de stem van het heilige loflied in ons huis gehoord; maar vele godvruchtigen zijn 's morgens nauwelijks van hun knie n opgestaan, of zij worden met godslastering ëbegroet. Zij gaan naar hun werk, en worden de hele dag, net als de rechtvaardige Lot in Sodom, gekweld door onreine gesprekken. Kunt u tegenwoordig u wel op straat begeven zonder dat uw oren gekwetst worden door goddeloze taal? De wereld is geen vriendin van de genade. Het beste, wat wij met deze wereld doen kunnen, is, om er zo spoedig mogelijk door heen te gaan, want wij bevinden ons op vijandelijk gebied. Achter iedere struik loert een rover. Overal moeten wij reizen met een ontbloot zwaardin de hand, of tenminste met het wapen dat genoemd wordt: 'Bidden zonder ophouden', want iedere voetstap op de weg wordt ons betwist en hebben wij te

Page 51: Alles uit Genade, C.H. Spurgeon - WordPress.com · 2017. 3. 15. · Zijn almachtige liefde, geheel en al onwaardig, vol bederf en zonde. Ik weet, en ben ten volle verzekerd, dat ik

veroveren. Dwaal hierover niet, of u zult erg ruw van uw droombeelden wakker worden geschud. O God! help ons, en beveilig ons tot het einde toe; want waar zou hetanders met ons heen moeten?

De ware Godsdienst is bovennatuurlijk in zijn begin, bovennatuurlijk in zijn voortgang, en bovennatuurlijk bij zijn einde. Van het begin tot het einde is hij het werkvan God. Heel nodig is het, dat de hand van God nog wordt uitgestrekt. Die behoefte wordt door mijn lezer nu gevoeld; en het verblijdt mij, dat hij het gevoelt; want nu zal hij om bewaring opzien tot de Heere, die alleen machtig is om ons voor struikelen te bewaren en ons te verheerlijken met Zijn Zoon.

Hoofdstuk 16. Bevestiging.

Ik wil uw aandacht bepalen bij de veiligheid die Paulus met zoveel vertrouwenverwacht voor de heiligen. Hij zegt – 'Die u ook bevestigen zal tot het einde toe, omonstraffelijk te zijn in den dag van onzen Heere Jezus Christus.' Dit is de bevestigingdie boven alles begeerd moet worden. U merkt dat hier verondersteld wordt, dat diemensen op de goede, rechte weg zijn; en nu komt het er op aan hen op die goede,rechte weg te bevestigen. Het zou iets ontzettends zijn, om iemand te bevestigen op deweg van de zonde en van de dwaling. Stel u eens een bevestigde dronkaard voor, ofeen bevestigde dief, of een bevestigde leugenaar! Het zou erg betreurenswaardig zijnvoor iemand, om bevestigd te worden in ongeloof en goddeloosheid. De goddelijkebevestiging kan alleen maar genoten worden door hen, aan wie de genade van Godgeopenbaard is geworden. Het is het werk van de Heilige Geest. Hij, die geloof geeft,versterkt en bevestigt het ook. Hij, die liefde in ons doet ontstaan, houdt de vlam vandie liefde ook brandende in ons. Wat de Heilige Geest ons leert door Zijn eersteonderwijs, doet Hij ons nog helderder begrijpen en zekerder weten door Zijn volgendonderwijs. Heilige daden worden z bevestigd, dat zij gewoonten worden; en heiligeógewaarwordingen worden z bevestigd, dat zij in blijvende toestanden overgaan. Deóervaring en de praktijk bevestigen ons geloof, onze besluiten en voornemens. Beizeonze vreugde en onze smart, onze voorspoed en onze tegenspoed worden geheiligd tothetzelfde doel, net als de boom door zachte, milde regen en door ruwe windengeholpen wordt om zijn wortels in de grond te bevestigen. Onze geest wordtonderwezen en naarmate wij toenemen in kennis, zien wij meer redenen om tevolharden op de goede weg. Het hart wordt vertroost, daardoor klemt het zich te vasteraan de troostrijke waarheden. De greep wordt vaster, de tred wordt zekerder en demens zelf wordt degelijker en meer betrouwbaar.

Dit is geen puur natuurlijke groei, maar is een werk van de Geest. De Heere zal hetzeker geven aan hen, die op Hem vertrouwen voor het eeuwige leven. Door Zijnwerkingen in ons binnenste zal Hij ons verlossen van 'onbestendig te zijn als water',zal Hij ons geworteld en gegrondvest doen zijn. Het maakt een deel uit van het planwaarnaar Hij ons zalig maakt, om ons op te bouwen in Christus Jezus en ons in Hem tedoen blijven. Geachte lezer, u kunt dit dagelijks verwachten, en u zult nietteleurgesteld zijn. Hij op Wie u vertrouwt, zal u maken als een boom, geplant aan hetwater, z goed bewaard, dat zelfs uw blad niet zal afvallen. ó

Wat een kracht voor een gemeente is een bevestigde Christen! Hij is een troost voor debedrukten, en een hulp voor de zwakken. Zou u dit niet graag willen zijn? Bevestigdegelovigen zijn pilaren in het huis van onze God. Deze worden niet omgevoerd met allewind van leer, noch omvergeworpen door een opkomende storm. Zij zijn een grote

Page 52: Alles uit Genade, C.H. Spurgeon - WordPress.com · 2017. 3. 15. · Zijn almachtige liefde, geheel en al onwaardig, vol bederf en zonde. Ik weet, en ben ten volle verzekerd, dat ik

steun voor anderen, en doen dienst als ankers in tijden van beroering voor de kerk. U,die dit leven pas begint, durft nauwelijks te hopen, dat u zoals hen kunt worden. Maaru hoeft niet te vrezen; de Heere zal in u werken, net zoals in hen. Binnenkort zult u,die nu nog een kind bent in Christus, een vader, of een moeder zijn in de gemeente.Verwacht deze grote zaak; maar verwacht haar als een gave van genade en niet alsloon voor uw werk, of als het voortbrengsel van uw eigen geestkracht.

De apostel Paulus, gedreven door de Heilige Geest, zegt van deze mensen dat zijbevestigd zijn tot het einde. Hij verwachtte dat de genade van God hen persoonlijk zoubewaren tot het einde van hun leven, of tot aan de komst van de Heere Jezus. Ja, hijverwachtte dat de hele kerk van God aan alle plaatsen en in alle tijden bewaard zouworden tot aan het einde van deze bedeling, wanneer de Heere Jezus, als deBruidegom, zal komen om het bruiloftsfeest te vieren met Zijn volmaakte Bruid. Allendie in Christus zijn, zullen in Hem bevestigd worden tot aan die aanzienlijke dag.Heeft Hij niet gezegd: 'Omdat Ik leef, zult ook gij leven'? Hij heeft ook gezegd: 'Ikgeef Mijne schapen het eeuwige leven en zij zullen niet verloren gaan in dereeuwigheid, en niemand zal dezelve uit Mijn hand rukken.' 'Hij die in u een goed werkbegonnen heeft, zal het voleindigen tot op den dag van Jezus Christus.' Het werk vande genade in de ziel is geen oppervlakkige verbetering; het leven dat ingeplant wordtbij de wedergeboorte, komt voort uit een levend en onverderfelijk zaad, dat leeft eneeuwig blijft. En de beloften van God die aan de gelovigen gedaan zijn, zijn niet vanvoorbijgaande aard, maar sluiten in zich de volharding van de gelovigen, totdat zijingaan in de eeuwige heerlijkheid. Wij worden bewaard in de kracht van God door hetgeloof tot de zaligheid. 'De rechtvaardige zal zijn weg vasthouden.' Niet als het gevolgvan onze eigen verdienste of kracht, maar als de gave van vrije en onverdiende gunstworden zij die geloven 'bewaard in Christus Jezus.' Geen enkel schaap van Zijn kuddezal Jezus verliezen; geen lid van Zijn lichaam zal sterven; geen juweel uit Zijnschathuis zal gemist worden op de dag als Hij die juwelen zal tellen. Geachte lezer, dezaligheid die ontvangen wordt door geloof, is geen zaak van maanden en jaren, wantonze Heiland heeft 'eeuwige zaligheid voor ons verkregen', en wat eeuwig is kan geeneinde hebben.

Paulus spreekt ook zijn verwachting uit, dat de heiligen in Korinthe 'onstraffelijkzullen bevestigd worden tot het einde.' Deze onstraffelijkheid maakt een heerlijk deeluit van onze bewaring. Heilig bewaard te blijven is beter dan alleen maar veiligbewaard te blijven. Het is iets vreselijks om godsdienstige mensen van de eneeerloosheid in de andere te zien vervallen: zij hebben niet geloofd in de macht van deHeere om hen onstraffelijk te maken. Het leven van sommige belijders is niets dan eenvoortdurend struikelen; zij zijn nooit helemaal gevallen, maar zij staan zelden stevigop hun voeten. Dit betaamt de gelovige niet. Hij wordt uitgenodigd om te wandelenmet God, en door het geloof kan hij er toe komen om standvastig te volharden en datbehoort hij ook te doen. De Heere is machtig, niet alleen om ons te bewaren voor hetverderf, maar ook om ons voor vallen te bewaren. Wij hoeven niet te zwichten voor deverzoeking. Is er niet geschreven: 'De zonde zal over u niet heersen'? De Heere ismachtig om de voeten van Zijn heiligen voor wankelen te bewaren, en Hij zal hetdoen, als wij daarvoor op Hem vertrouwen. Wij hoeven onze kleren niet te bevlekken;door Zijn genade kunnen wij ze onbesmet bewaren van de wereld. Hiertoe zijn wijgeroepen, want: 'zonder heiligmaking zal niemand de Heere zien.'

De apostel profeteerde voor deze gelovigen wat hij wenst, dat wij zullen zoeken – datzij 'onstraffelijk bewaard mogen blijven tot den dag van onzen Heere Jezus Christus.'

Page 53: Alles uit Genade, C.H. Spurgeon - WordPress.com · 2017. 3. 15. · Zijn almachtige liefde, geheel en al onwaardig, vol bederf en zonde. Ik weet, en ben ten volle verzekerd, dat ik

Beter zou men dit woord misschien kunnen vertalen door onbeschuldigbaar ofonwraakbaar. Mag God geven, dat wij in die laatste grote dag vrij mogen staan vanalle beschuldiging; dat niemand in het hele heelal ons recht zal kunnen betwisten datwe behoren tot de verlosten van de Heere. Wij hebben zonde en zwakheden tebetreuren, maar het zijn niet die soort van gebreken, die bewijzen dat wij buitenChristus zijn. Wij zullen rein zijn van huichelarij, bedrog, haat en genot in de zonde;want het zou ontzettend zijn, als wij van deze dingen beschuldigd konden worden.Ondanks onze tekortkomingen kan de Heilige Geest ons een karakter geven datvlekkeloos is tegenover de mensen, zodat wij, net als Dani l, aan onze vijanden geenëaanleiding zullen geven, om ons van iets te beschuldigen, behalve in de zaken die onzegodsdienst betreffen. Menigten van godvruchtige mannen en vrouwen hebben eenleven geleid dat z helder, en z overeenkomstig hun belijdenis was, dat niemand henó ókon tegenspreken. De Heere zal van menig gelovige kunnen zeggen, wat Hij van Jobzei, toen Satan voor Hem stond: 'Hebt gij ook acht geslagen op Mijn knecht, een man,oprecht en vroom, godvrezende en wijkende van het kwaad?' Dat is het waarnaar mijnlezer moet streven, wat hij moet verwachten uit de hand van de Heere. Dit is de triomfvan de heiligen – om het Lam te blijven volgen, waar het ook heengaat; terwijl wijvasthouden aan onze oprechtheid als voor het aangezicht van de levende God.Mochten wij nooit ter zijde afwijken op slechte wegen en de tegenstander nooitoorzaak geven tot lastering. Van de ware gelovige is er geschreven: 'Hij bewaartzichzelf en de boze vat hem niet.' Mag het ook van ons geschreven zijn. Mijn vriend,die nog maar aan de aanvang staat van het goddelijke leven, de Heere kan u in eenonberispelijke wandel leiden. Hoewel u in uw verleden heel ver gegaan bent in dezonde, kan de Heere u toch volkomen verlossen van de macht van uw vroegeregewoonten, en u een toonbeeld maken van reinheid. Hij kan u niet alleen zedelijkmaken, Hij kan u ook iedere verkeerde weg doen verafschuwen en u alles laten volgenwat heilig is. Twijfel daar niet aan. De voornaamste van de zondaren hoeft helemaalniet achter te blijven bij de reinste heilige. Geloof dit, en u zal geschieden naar uwgeloof. O wat een vreugde zal het zijn om onstraffelijk te zijn in de dag van hetoordeel. Het is liefelijk voor ons om met volle overtuiging te kunnen zingen:

'Zijn kalm, gerust gewetenWordt niet vaneen gereten Door bange vrees voor straf; Het licht van Gods genade Komt zijne nacht te stade, ['stade' betekent goed uitkomen] En glanst hem voor tot over 't graf.'

Hoe zalig zal het zijn om die dappere moed, die kalme onverschrokkenheid te bezittenals hemel en aarde zullen wegvlieden voor het aangezicht van de Rechter van hetheelal! Deze zaligheid zal het deel zijn van een ieder, die alleen ziet op de genade vanGod in Christus Jezus, en in die heilige kracht een onophoudelijke strijd voert tegenalle zonde.

Hoofdstuk 17. Waarom de heiligen volharden.

Wij hebben al gezien, dat de hoop die het hart van Paulus vervulde met betrekking tot de broeders in Korinthe, vol was van vertroosting voor hen die sidderden voor hun toekomst. Maar waarom was het dat hij geloofde, dat deze broeders bevestigd zouden worden tot hun einde toe? Ik wens u op te merken, dat hij er zijn redenen voor noemt. Zji zijn deze:

Page 54: Alles uit Genade, C.H. Spurgeon - WordPress.com · 2017. 3. 15. · Zijn almachtige liefde, geheel en al onwaardig, vol bederf en zonde. Ik weet, en ben ten volle verzekerd, dat ik

'God is getrouw, door Welken gij geroepen zijt tot de gemeenschap van Zijn Zoon Jezus Christus.' 1 Korinthe 1:9.

De apostel zegt niet: 'Gij zijt getrouw.' Helaas! de getrouwheid van mensen is iets waarop erg weinig valt te rekenen; zij is niets dan ijdelheid. Hij zegt niet: 'U hebt getrouwe leraars om u te leiden en te besturen, en daarom geloof ik, dat u veilig zult zijn.' O nee! Als wij door mensen bewaard moeten worden, zullen wij erg slecht beschermd zijn. Hij zeg: 'God is getrouw.' Als wij getrouw bevonden worden, dan is het omdat God getrouw is. De hele last van onze verlossing moet rusten op de trouw van de God van het verbond. Op deze heerlijke eigenschap van God berust de hele zaak. Wij zijn zo veranderlijk als de wind, zo broos als een spinneweb, zo zwak als water. Op onze natuurlijke eigenschappen of geestelijke gaven valt hoegenaamd niet te rekenen; maar God blijft getrouw. Hij is getrouw in Zijn liefde:Hij kent geen veranderlijkheid noch schaduw van omkering. Hij is getrouw aan Zijn doel: Hij zal geen werk beginnen zonder het te voleinden. Hij is getrouw in Zijn betrekkingen tot demensen: als Vader zal Hij Zijn volk niet verloochenen; als Schepper zal Hij het werk van Zijn handen niet laten varen. Hij is getrouw aan Zijn beloften, en Hij zal nooit toelaten dat een enkele belofte faalt voor een enkele gelovige. Hij is getrouw aan Zijn Verbond dat Hij met ons in Christus Jezus heeft gemaakt, en dat Hij bezegeld heeft met het bloed van Zijn offer. Hij is getrouw aan Zijn Zoon, en Hij zal nooit toelaten dat Zijn bloed tevergeefs werd gestort. Hij is getrouw aan Zijn kinderen, aan wie Hij het eeuwige leven heeft beloofd, en van wie Hij zich nooit zal afwenden.

Deze getrouwheid van God is de grondslag en hoeksteen van onze hoop om te volharden tot het einde. De godvruchtigen zullen volharden in heiligheid, omdat God volhardt in genade. Hij volhardt in het zegenen en daarom volharden zij in het zich laten zegenen. Hij blijft Zijn volk bewaren, en daarom blijven zij Zijn geboden houden. Dit is een goede, vaste grond om op te rusten en is ook in heerlijke overeenstemming met de titel van dit boekje: 'Alles uit genade.' Zodoende zijn het de vrije gunst en oneindige genade, die de dageraad van de zaligheid inluiden, en hetzelfde liefelijke klokkenspel blijft ons gedurende de hele dag van genade tegemoetkomen.

U ziet, dat de enige redenen om te hopen dat wij bevestigd zullen worden tot het einde,en op het laatste onstraffelijk zullen worden gevonden, in onze God zijn gelegen; maar in Hem zijn die redenen dan ook heel overvloedig voorhanden.

Zij liggen ten eerst in hetgeen God gedaan heeft. Hij is zover gegaan in het zegenen van ons, dat het niet mogelijk is voor Hem om terug te gaan. Paulus herinnert ons, dat Hij ons 'geroepen heeft tot de gemeenschap Zijns Zoons Jezus Christus.' Heeft Hij onsgeroepen? Dan kan dat roepen niet teniet worden gedaan; want 'de genadegiften en roepingen Gods zijn onberouwelijk.' 'Die Hij geroepen heeft, deze heeft Hij ook gerechtvaardigd; en die Hij gerechtvaardigd heeft, deze heeft Hij ook verheerlijkt.' Ditis de onveranderlijke regel van de goddelijke manier van werken. Er is een algemene roeping, waarvan gezegd is: 'Velen zijn geroepen, maar weinig uitverkoren.' Maar de roeping waaraan wij nu denken, is van een hele andere aard. Die roeping betekent bijzondere liefde en maakt het bezit nodig van datgene waartoe wij geroepen zijn. In zo'n geval is het met de geroepene als met het zaad van Abraham, waarvan de Heere zei: 'Ik heb u geroepen van de einden der aarde, en zeide tot u: Gij zijt Mijn knecht, u heb Ik uitverkoren, en heb u niet verworpen.'

Page 55: Alles uit Genade, C.H. Spurgeon - WordPress.com · 2017. 3. 15. · Zijn almachtige liefde, geheel en al onwaardig, vol bederf en zonde. Ik weet, en ben ten volle verzekerd, dat ik

In hetgeen de Heere gedaan heeft, zien wij sterke redenen voor onze bewaring en toekomstige heerlijkheid, omdat de Heere ons geroepen heeft tot de gemeenschap van Zijn Zoon Jezus Christus. Dat is: tot deelgenootschap met Jezus Christus, en ik wens, dat u goed nagaat wat dit betekent. Als u inderdaad door de goddelijke genade bent geroepen, dan bent u in gemeenschap gekomen met de Heere Jezus Christus, zodat u mede-eigenaar met Hem bent geworden van alle dingen. Van nu af aan bent u in de ogen van de Allerhoogste n met Hem. De Heere Jezus heeft uw zonde in Zijn éélichaam gedragen aan het hout, waar Hij een vloek is gemaakt, en tegelijk is Hij uw gerechtigheid geworden, zodat u in Hem gerechtvaardigd bent. U bent van Christus, en Christus is van u. Net als Adam al zijn afstammelingen vertegenwoordigde, zo steltJezus zich voor allen die in Hem zijn. Net als man en vrouw n zijn, zo is Jezus n éé éémet allen die door het geloof met Hem zijn verenigd, n door de band van het ééhuwelijk, die niet verbroken kan worden. Ja meer, de gelovigen zijn leden van het lichaam van Christus, en zodoende zijn zij n met Hem, door een liefdevolle, levende ééen blijvende vereniging. God heeft ons tot deze eenheid, deze gemeenschap, dit deelgenootschap geroepen, en in dit feit heeft Hij ons het teken en onderpand gegeven om tot het einde toe bevestigd te zullen worden. Als wij buiten Christus beschouwd werden, dan zouden wij arme, vergankelijke eenlingen zijn, al gauw ontbonden en meegevoerd tot de verwoesting; maar omdat wij n zijn met Jezus, zijn wij tot éédeelgenoten gemaakt van Zijn natuur, zijn wij begiftigd met Zijn onsterfelijkheid. Onze bestemming, ons lot is samengebonden met het Zijne, en als Hij niet verdorven kan worden, is het ook niet mogelijk dat wij omkomen. Sta veel stil bij dit deelgenootschap met de Zoon van God, waartoe u geroepen bent; want daarin ligt al uw hoop. Nooit kunt u arm zijn, terwijl Jezus rijk is; want u bent in deelgenootschap met Hem. Gebrek kan u nooit kwellen, want u bent mede-eigenaar met Hem, die de Bezitter is van hemel en aarde. Nooit kunt u falen; want hoewel een van de deelgenoten in deze firma arm en in zichzelf geheel ontoereikend is, aangezien hij niet bij machte is om n cent van de euro te betalen van zijn grote schulden, is de ééandere deelgenoot onuitputtelijk rijk. In zo'n deelgenootschap bent u boven de invloedvan de tijdelijke verdrukkingen, van de wisseling van het fortuin en van de schonk vanhet einde van alle dingen. De Heere heeft u geroepen tot de gemeenschap van Zijn Zoon Jezus Christus, en door die daad heeft Hij u in volkomen veiligheid gebracht.

Als u werkelijk een gelovige bent, dan bent u n met Jezus, en daarom bent u veilig. ééZiet u niet dat dit zo zijn moet? U moet bevestigd worden tot het einde, tot de dag van Zijn openbaring, als u werkelijk n gemaakt bent met Jezus door de onherroepelijke éédaad van God. Christus en de gelovige zondaar zijn in het vaartuig: tenzij Jezus in de golven verzinkt, kan de gelovige nooit door de golven worden verzwolgen. Jezus heeftZijn verlosten zozeer in verbinding met Zichzelf gebracht, dat Hij eerst verslagen, overwonnen, onteerd moet worden, voordat de minste van Zijn vrijgekochten een haarvan het hoofd gekrenkt kan worden. Zijn Naam staat aan het hoofd van de firma, en voordat die Naam onteerd is zijn wij veilig tegen al het gevaar om te falen.

Laten wij dan met volkomen vertrouwen voorwaarts gaan, de onbekende toekomsttegemoet, voor eeuwig samengebonden met Jezus. Als de wereldsen zouden roepen:'Wie is zij, die opkomt uit de woestijn, en liefelijk leunt op haren liefste?' dan zullenwij blijmoedig belijden, dat wij leunen op Jezus, en dat wij al meer en meer op Hemwensen te leunen. Onze getrouwe God is een altijd overvloeiende bron van genot, enonze gemeenschap met de Zoon van God is een volle rivier van vreugde. Dezeheerlijke dingen wetende, kunnen wij niet ontmoedigd zijn, maar wij zullen met de

Page 56: Alles uit Genade, C.H. Spurgeon - WordPress.com · 2017. 3. 15. · Zijn almachtige liefde, geheel en al onwaardig, vol bederf en zonde. Ik weet, en ben ten volle verzekerd, dat ik

apostel uitroepen: 'Wie zal ons scheiden van de liefde Gods, welke is in ChristusJezus, onzen Heere?'

Hoofdstuk 18. Besluit.

Als mijn lezer mij niet van stap tot stap is gevolgd, naarmate hij deze bladzijden heeft gelezen, dan zal mij dit werkelijk tot smart zijn. Het lezen heeft weinig waarde, als de waarheden die ons daarbij voor de geest worden gebracht, niet begrepen en toege igend worden, en als zij dan ook niet daarna in beoefening worden gebracht. Hetëis alsof iemand veel lekkers achter de glazen van een winkel zag uitgestald, en zelf hongerig bleef, omdat hij er niet van eet. Het is alles tevergeefs, geachte lezer, dat u enik elkaar ontmoet hebben, tenzij u werkelijk door het geloof bent gekomen tot Christus, mijn Heere. Van mijn zijde was er een duidelijke begeerte om u goed te doen, en ik heb mijn best gedaan om mijn doel te bereiken. Het doet mij verdriet dat iku geen goed heb kunnen doen, want ik heb erg verlangd naar dat voorrecht. Ik heb aan u gedacht, toen ik deze bladzijden schreef, en ik heb de pen neergelegd en plechtig de knie n gebogen in het gebed voor alles en iedereen die ze zou lezen. Het is mijn vaste ëovertuiging, dat heel veel lezers een zegen zullen ontvangen door dit boekje, al weigert u ook tot hun getal te horen. Maar waarom zou u dit weigeren?

Als u de kostelijke zegen niet wil ontvangen, die ik u wilde brengen, doe mij dan tenminste recht door te erkennen, dat de schuld van uw veroordeling niet op mij rust. Als wij elkaar ontmoeten voor de grote witte troon, dan zult u mij niet kunnen beschuldigen van de aandacht, die u mij wel hebt willen schenken, terwijl u mijn boekje hebt gelezen, ijdel gebruikt te hebben. God weet, dat ik iedere regel geschrevenheb voor uw eeuwig welzijn. In de geest vat ik u nu bij de hand. Voelt u mijn broederlijke handdruk? Terwijl ik u aankijk, komen mij de tranen in de ogen, en ik vraag u: Waarom wilt u sterven? Wilt u niet denken aan uw ziel? Wilt u omkomen enkel door zorgeloosheid? Ach, doe dit niet; maar weeg deze gewichtige zaken, en kom tot een beslissing over de eeuwigheid. Wijs Jezus niet af; weiger Zijn liefde, Zijn bloed, Zijn zaligheid niet. Waarom zou u dit doen? Kunt u het?

Ik smeek u, wend u niet af van uw Verlosser!

Als, aan de andere kant, mijn gebeden verhoord zijn, en u, mijn lezer, geleid bent geworden op op de Heere Jezus te vertrouwen en uit genade de zaligheid van Hem te ontvangen, blijf dan altijd bij deze leer, en volhard in deze manier van leven. Laat Jezus u alles in alles zijn, en laat vrije genade de ne richting zijn waarin u zich ébeweegt. Geen leven is zo heerlijk als dat van iemand, die leeft in de gunst van God. Alles te ontvangen als een gift van vrije genade behoedt het hart voor eigengerechtigde trots en voor zelfbeschuldigende wanhoop. Dat verwarmt het hart met een dankbare liefde, en zodoende wordt er een gevoel gewekt in de ziel, dat oneindige meer welbehagelijk is voor God, dan alles wat uit slaafse vrees voortkomt. Zij, die hopen zalig te worden door te proberen hun best te doen, hebben geen besef van die vurigheid van liefde, van die heilige warmte, die godvruchtige blijdschap in God, die komen met de zaligheid, welke om niet geschonken wordt overeenkomstig de genade van God. De slaafse geest die zichzelf zalig wil maken kan niet vergeleken worden bij de vreugdevolle geest van de aanneming. Er is meer kracht in het kleinste korreltje geloof, dan in al het zwoegen van de slaven van de wet, of in de vermoeiende werken van hen, die in de hemel proberen te komen door het nakomen van allerlei plechtigheden. Het geloof is geestelijk, en daarom kan God, die een Geest is, er Zich

Page 57: Alles uit Genade, C.H. Spurgeon - WordPress.com · 2017. 3. 15. · Zijn almachtige liefde, geheel en al onwaardig, vol bederf en zonde. Ik weet, en ben ten volle verzekerd, dat ik

in verblijden. Gebeden opzeggen, kerkgaan, 'godsdienstplichten' in acht nemen, dat alles zou wel een gruwel kunnen zijn in Gods oog, maar een blik van het oog met oprecht geloof is geestelijk, en is Hem dus welgevallig. 'De Vader zoekt ook dezulken,die Hem alzo aanbidden.' Zie eerst op de innerlijke mens en op hetgeen geestelijk is in de godsdienst, dan zal het overige vanzelf volgen.

Als u zelf verlost bent, zie dan ook uit naar de zielen van anderen. Uw eigen hart zal geen rust hebben v r het helemaal vervuld is van innige belangstelling in het heil van óóuw naaste. Het leven van uw ziel ligt in geloof; de gezondheid van uw ziel ligt in de liefde. Hij, die er niet naar verlangt om anderen tot Jezus te brengen, is zelf nooit onder de macht van Zijn liefde geweest. Zet u aan het werk van de liefde. Begin thuis. Bezoek vervolgens uw buren. Verspreid kennis en licht in het dorp of in de straat waaru woont. Breng het Woord van de Heere aan alle plaatsen, die onder uw bereik zijn.

Als zij die bekeerd zijn, anderen winnen voor de Heere, wie weet, wat er dan nog uit mijn boekje zal voortkomen? Ik begin reeds God te loven voor de bekeringen die erdoor gewerkt zullen worden. Heel waarschijnlijk zullen de meeste vruchten ervan pas gezien worden, als mijn rechterhand, die nu op het papier rust, verstijfd zal zijn in de dood.

Lezer, laat mij u ontmoeten in de hemel!

Ga niet naar de hel. Van dit ellendige verblijf is geen terugkeer mogelijk. Waarom wiltu de weg van de dood betreden, als de poort van de hemel toch voor u openstaat? Weiger niet de vrije vergeving aan te nemen, het volle heil, dat Jezus schenkt aan allendie op Hem vertrouwen. Aarzel niet, en stel niet uit. U hebt nu al genoeg voornemens gemaakt. Kom nu eens tot de daad. Geloof nu in Jezus door een onmiddellijke beslissing van uw hart. Kom heden tot de Heere, ja heden. Herinner u, dat het nu voor u – nu of nooit – kan zijn.

Laat het nu zijn: het zou vreselijk zijn, als het nimmer moest zijn. Vaarwel. Nog eenmaal smeek ik u:

Laat mij u in de hemel ontmoeten.

Einde.