Agri & food Special

22
Agri & Food Special ‘De Nederlandse agri- & foodsector floreert’ Kwalitatief goede producten, innovatie en een hoge produc- tiviteit. Nederland bezet de tweede plaats op de wereld- markt voor agri- en foodpro- ducten. Volgens Cees ’t Hart, boegbeeld van de Topsector Agri&Food, een reden voor trots. “De sector zorgt voor een fors aandeel in de werk- gelegenheid en 10 procent van het bruto nationaal product.” “De bedrijven die actief zijn in de Nederlandse agri- en foodsector zorgen ervoor dat u als consument elke dag vers en gezond voedsel op uw bord krijgt. Boeren, tuinders, voedingsmiddelenbedrijven, supermarkten, speciaalza- ken, cateraars en horeca doen dat met veel kennis van za- ken. Ze verbouwen, telen of bereiden voeding van hoge kwaliteit op een zo efficiënt mogelijke manier, zonder het milieu onnodig te belasten. Gezonde en lekkere voeding die rijk is aan waardevolle voedingsstoffen. De Nederlandse agri- & foodsector floreert en is be- langrijk voor Nederland. Ze draagt bij aan de economie en de werkgelegenheid. Ook hier in Friesland. Nederland bezet de tweede plaats op de we- reldmarkt voor agri- en food- producten. In het buitenland worden we gewaardeerd om onze kwalitatief goede pro- ducten, innovatie en een hoge productiviteit. In de agri- en foodsector zijn een paar grote ondernemin- gen actief met vestigingen over de hele wereld, maar het midden- en kleinbedrijf do- mineert. Duizenden mannen en vrouwen, vaak voorlopers in vernieuwingen. Ook inter- nationaal zijn het deze mk- b’ers die voorop lopen en met gezond verstand en onderne- merschap posities in het bui- tenland veroveren. Dat is iets om trots op te zijn. Cees ’t Hart, Boegbeeld van de Topsector Agri&Food en CEO Royal FrieslandCampina www.vreugdenhildairyfoods.nl LTO NOORD FRYSLAN Intermediair tussen boeren, burgers en overheid Tekst: Fred Ootjers Terwijl andere sectoren zuch- ten onder de recessie, scoren de resultaten in de landbouw verrassend stabiel. Niet in de laatste plaats dankzij de enorme ontwikkelingen die met name door de zogenaamde ‘periferie’ in gang is gezet. Geart Kooistra, voorzitter van het provinciaal bestuur van LTO Noord Fryslân en zelf veehouder, over schijn- baar tegenstrijdige belangen, Haagse politiek en innovatie. LTO Noord Fryslân behartigt de belangen van alle bij haar aan- gesloten leden, hoe divers die belangen ook zijn. “Zo uiteen- lopend als de landbouw is met onder andere de veehouderij, de akkerbouw en de tuinbouw, uiteindelijk liggen de belan- gen heel dicht bij elkaar. Een stringentere regelgeving om de mestproductie te beteugelen heeft niet alleen consequen- ties voor de veehouder, maar ook voor de akkerbouwer die mest en mineralen nodig heeft om het beste rendement uit zijn gewassen te halen. Binnen het LTO worden al die belan- gen verenigd en verdedigd, met name ook naar de Haagse poli- tiek toe. Dat laatste is bepaald geen sinecure, omdat de prak- tijk al te vaak laat zien dat de politiek achter de ontwikkelin- gen in de landbouw aanloopt. Zeker als die ontwikkelingen in een hogere versnelling terecht zijn gekomen.” Zichtbaar Ter illustratie noemt Kooistra t bedrijf HZPC in Joure dat pootaardappelen veredelt en wereldwijd verhandelt, zui- velcoöperatie Friesland Cam- pina en Hogeschool Van Hall in Leeuwarden. “Bedrijven en onderwijsinstellingen die dage- lijks bezig zijn de innovatie en groeipotentie in de landbouw verder te ontwikkelen en zicht- baar te maken. De aandacht van LTO Noord richt zich uiter- aard het meest op de primaire bedrijven in de landbouw. De bedrijven in het veld die zich richten op de productie van dierlijke en plantaardige pro- ducten. Het is deze groep van boeren en tuinders die zorgen voor de stabiliteit van de pro- ductie en die door vernieuwing van het productieproces door kunnen blijven groeien.” Periferie “Groei zit echter ook in de pe- riferie. Dat zijn alle bedrijven die op welke wijze dan ook aan de primaire landbouw zijn ge- relateerd en waar innovaties nodig blijven. Bedrijven ook die schreeuwen om goed opgeleide mensen. Wie nu kiest voor een ‘groene’ opleiding is welhaast zeker van een baan. De land- en tuinbouw is een belangrijke steunpilaar van de nationale economie en zet een presta- tie van wereldformaat neer. Een feit waar we vooral ook in Friesland trots op kunnen zijn. We halen het echter niet met alleen te roepen hoe goed we zijn. Als LTO Noord hebben we een verantwoordelijkheid naar onze leden. Maar om te kunnen blijven produceren ook naar de maatschappij toe. Strikt ge- nomen zijn we een intermedi- air tussen boeren, burgers en overheid en is onze missie -in het belang van onze leden- het streven naar consensus tussen al deze verschillende partijen.” www.ltonoord.nl Dag van LTO Noord Fryslân Georganiseerd in samenwer- king met Rabobank en AJF. Vooruit boeren met open vizier! Woensdag 11 december 2013 Inloop vanaf 19.15 uur, aanvang 20.00 uur. WTC Congrescentrum Leeuwarden GEART KOOISTRA: 'DE NEDERLANDSE LANDBOUW ZET EEN PRESTATIE VAN WERELDFORMAAT NEER'

description

Leeuwarder Courant

Transcript of Agri & food Special

Page 1: Agri & food Special

Agri & Food Special

Agri & Food Special

‘De Nederlandse agri- & foodsector floreert’Kwalitatief goede producten, innovatie en een hoge produc-tiviteit. Nederland bezet de tweede plaats op de wereld-markt voor agri- en foodpro-ducten. Volgens Cees ’t Hart, boegbeeld van de Topsector Agri&Food, een reden voor trots. “De sector zorgt voor een fors aandeel in de werk-gelegenheid en 10 procent van het bruto nationaal product.”

“De bedrijven die actief zijn

in de Nederlandse agri- en

foodsector zorgen ervoor dat

u als consument elke dag

vers en gezond voedsel op uw

bord krijgt. Boeren, tuinders,

voedingsmiddelenbedrijven,

supermarkten, speciaalza-

ken, cateraars en horeca doen

dat met veel kennis van za-

ken. Ze verbouwen, telen of

bereiden voeding van hoge

kwaliteit op een zo efficiënt

mogelijke manier, zonder het

milieu onnodig te belasten.

Gezonde en lekkere voeding

die rijk is aan waardevolle

voedingsstoffen.

De Nederlandse agri- &

foodsector floreert en is be-

langrijk voor Nederland. Ze

draagt bij aan de economie en

de werkgelegenheid. Ook hier

in Friesland. Nederland bezet

de tweede plaats op de we-

reldmarkt voor agri- en food-

producten. In het buitenland

worden we gewaardeerd om

onze kwalitatief goede pro-

ducten, innovatie en een

hoge productiviteit.

In de agri- en foodsector zijn

een paar grote ondernemin-

gen actief met vestigingen

over de hele wereld, maar het

midden- en kleinbedrijf do-

mineert. Duizenden mannen

en vrouwen, vaak voorlopers

in vernieuwingen. Ook inter-

nationaal zijn het deze mk-

b’ers die voorop lopen en met

gezond verstand en onderne-

merschap posities in het bui-

tenland veroveren. Dat is iets

om trots op te zijn.

Cees ’t Hart, Boegbeeld van de Topsector Agri&Food en CEO Royal FrieslandCampina

www.vreugdenhildairyfoods.nl

LTO NOORD FRYSLAN

Intermediair tussen boeren, burgers en overheid Tekst: Fred Ootjers

Terwijl andere sectoren zuch-ten onder de recessie, scoren de resultaten in de landbouw verrassend stabiel. Niet in de laatste plaats dankzij de enorme ontwikkelingen die met name door de zogenaamde ‘periferie’ in gang is gezet. Geart Kooistra, voorzitter van het provinciaal bestuur van LTO Noord Fryslân en zelf veehouder, over schijn-baar tegenstrijdige belangen, Haagse politiek en innovatie.

LTO Noord Fryslân behartigt de

belangen van alle bij haar aan-

gesloten leden, hoe divers die

belangen ook zijn. “Zo uiteen-

lopend als de landbouw is met

onder andere de veehouderij,

de akkerbouw en de tuinbouw,

uiteindelijk liggen de belan-

gen heel dicht bij elkaar. Een

stringentere regelgeving om

de mestproductie te beteugelen

heeft niet alleen consequen-

ties voor de veehouder, maar

ook voor de akkerbouwer die

mest en mineralen nodig heeft

om het beste rendement uit

zijn gewassen te halen. Binnen

het LTO worden al die belan-

gen verenigd en verdedigd, met

name ook naar de Haagse poli-

tiek toe. Dat laatste is bepaald

geen sinecure, omdat de prak-

tijk al te vaak laat zien dat de

politiek achter de ontwikkelin-

gen in de landbouw aanloopt.

Zeker als die ontwikkelingen in

een hogere versnelling terecht

zijn gekomen.”

ZichtbaarTer illustratie noemt Kooistra

t bedrijf HZPC in Joure dat

pootaardappelen veredelt en

wereldwijd verhandelt, zui-

velcoöperatie Friesland Cam-

pina en Hogeschool Van Hall

in Leeuwarden. “Bedrijven en

onderwijsinstellingen die dage-

lijks bezig zijn de innovatie en

groeipotentie in de landbouw

verder te ontwikkelen en zicht-

baar te maken. De aandacht

van LTO Noord richt zich uiter-

aard het meest op de primaire

bedrijven in de landbouw. De

bedrijven in het veld die zich

richten op de productie van

dierlijke en plantaardige pro-

ducten. Het is deze groep van

boeren en tuinders die zorgen

voor de stabiliteit van de pro-

ductie en die door vernieuwing

van het productieproces door

kunnen blijven groeien.”

Periferie“Groei zit echter ook in de pe-

riferie. Dat zijn alle bedrijven

die op welke wijze dan ook aan

de primaire landbouw zijn ge-

relateerd en waar innovaties

nodig blijven. Bedrijven ook die

schreeuwen om goed opgeleide

mensen. Wie nu kiest voor een

‘groene’ opleiding is welhaast

zeker van een baan. De land-

en tuinbouw is een belangrijke

steunpilaar van de nationale

economie en zet een presta-

tie van wereldformaat neer.

Een feit waar we vooral ook in

Friesland trots op kunnen zijn.

We halen het echter niet met

alleen te roepen hoe goed we

zijn. Als LTO Noord hebben we

een verantwoordelijkheid naar

onze leden. Maar om te kunnen

blijven produceren ook naar de

maatschappij toe. Strikt ge-

nomen zijn we een intermedi-

air tussen boeren, burgers en

overheid en is onze missie -in

het belang van onze leden- het

streven naar consensus tussen

al deze verschillende partijen.”

www.ltonoord.nl

Dag van LTO Noord Fryslân

Georganiseerd in samenwer-

king met Rabobank en AJF.

Vooruit boeren met

open vizier!

Woensdag 11 december 2013

Inloop vanaf 19.15 uur,

aanvang 20.00 uur. WTC

Congrescentrum Leeuwarden

GeART KOOiSTRA: 'De NeDeRLANDSe LANDbOuw zeT eeN pReSTATie vAN weReLDFORmAAT NeeR'

Page 2: Agri & food Special

Agri & Food Special

biObRuG

Leidende rol in groene economieTekst: Roeline Kuiper, Rotenco Communicatie

BioBrug is het matchmaking-bureau van de Rijksuniversiteit Groningen (RUG) dat sinds no-vember 2011 universitaire ken-nis en bedrijfsleven bij elkaar brengt. Door de deskundigheid van hoogleraren, studenten en bedrijfsleven samen te brengen worden gezamenlijk nieuwe technologieën ontwikkeld en vermarkt.

BioBrug wordt geleid door prof.

dr. Gert Jan Euverink en dr.

Janneke Krooneman. Euverink

vertelt: ‘We richten ons op bio-

based economy projecten in de

3 noordelijke provincies. Bioba-

sed wil zeggen projecten op het

gebied van groene energie en

materialen, waarbij biotechno-

logie een grote rol speelt. Aan-

gezien de aanverwante agro- en

foodsector in het Noorden sterk

vertegenwoordigd is en een

heel betrokken MKB kent, ligt

hier veel potentie. Het Noorden

speelt een leidende rol in een

groene economie, dat willen we

verder uitbouwen.’

Ondernemerschap en excellent presterenBioBrug wordt mogelijk ge-

maakt door het samenwer-

kingsverband RUG, SNN, Ra-

bobank, Bio MCN, Provincie

Groningen, de gemeente Gro-

ningen en Rijks- en Europese

financiering. Euverink vertelt:

‘Ondernemerschap en excel-

lent presteren zijn voor onder-

wijsinstellingen erg belangrijk.

We willen onze maatschappe-

lijke en ondersteunende functie

in de regio verder uitbreiden en

voor die leidende noordelijke

rol is het belangrijk dat onze

onderzoeken en kennis op de

markt terecht komen. BioBrug

vormt een laagdrempelig aan-

spreekpunt voor het bedrijfs-

leven en leidt tot meer contact.

De animo is enorm.’

Kosteloos ‘We zorgen dat het team zo

goed mogelijk aansluit bij de

wensen van het betrokken be-

drijf. De studenten komen uit

alle richtingen,variërend van

biologiestudenten, technische

bedrijfskunde tot life sciences,

maar ook rechten- of marke-

tingstudenten. De projecten

variëren van onderzoeken,

brainstormsessies, markt-

scans en innovatie-scans tot

technische haalbaarheidstudies

en hebben een looptijd van en-

kele weken tot een half jaar. Op

onze website zijn lopende pro-

jecten te vinden. Zoals onder-

zoek naar het rendabel zelf ver-

bouwen van koolzaad voor het

produceren van eigen brandstof

tot een studie naar belem-

merende regelgeving rondom

biobased economy. De samen-

werking is geheel kosteloos en

de ondernemers mogen vrijelijk

beschikken over alle resultaten.

Zo bouwen we ook aan langdu-

rige relaties voor de toekomst.’

www.biobrug.nl

CARbOhYDRATe COmpeTeNCe CeNTeR

Multidisciplinair onderzoek voor vitale kenniseconomieTekst: Roeline Kuiper, Rotenco Communicatie

Het Carbohydrate Competence Center (CCC) is een toonaangeven-de publiek-private samenwerking op het gebied van koolhydratenon-derzoek. De koolhydratenverwer-kende industrie en aanverwante sectoren verzorgen maar liefst 48% van de Nederlandse export. Kennisvoorsprong, valorisatie en innovatie zijn bepalend voor de Nederlandse economie.

Prof. dr. Lubbert Dijkhuizen is

hoogleraar microbiologie aan de

Rijksuniversiteit Groningen en

wetenschappelijk directeur van

het Carbohydrate Competence

Center (CCC). Het CCC is gericht op

opbouwen van kennis en exper-

tise op het gebied van koolhy-

draten met als doel innovatie en

het verbeteren van het concur-

rentievermogen van de koolhy-

dratenverwerkende industrie.

Dijkhuizen is in 2012 verkozen tot

één van de meest ondernemende

hoogleraren van Nederland.

Grootste banenmotorDijkhuizen vertelt: ‘Het CCC

is een unieke publiek-private

samenwerking tussen de uni-

versiteiten van Groningen, Wa-

geningen en Utrecht, de drie

noordelijke provincies, SNN, het

ministerie van EZ, de Europese

Unie, gemeente Groningen en on-

geveer twintig industriële agro en

food partners. Zoals Suikerunie,

AVEBE, Cosun, FrieslandCampina

en MKB partijen. CCC creëert een

intensieve vorm van kruisbestui-

ving tussen fundamenteel onder-

zoek en marktgerichte innovatie.

De valorisatie (ten gelde maken

van kennis en techniek) leidt tot

nieuwe producten, processen en

arbeidsplaatsen. De basis van

CCC ligt in Noord-Nederland om-

dat de agrarische sector hier sterk

ontwikkeld is en het de thuisbasis

is van veel hoogwaardige indus-

trie. De koolhydraat gestuurde

agro-industriële sector is veruit

de grootste banenmotor in de

regio en verzorgt 48% van de Ne-

derlandse export.’

Koolhydraten, ook suikers ge-

noemd, leveren energie en vor-

men het belangrijkste voedings-

bestanddeel van veel dieren en

de mens. In Noord-Nederland

zijn koolhydraten omvangrijk

aanwezig door de vele cultuur-

gewassen. Denk aan koolhy-

draten zoals aardappelzetmeel,

suikerbietsuiker en melksuiker.

Koolhydraten worden niet alleen

gebruikt voor ons voedsel, maar

ook voor diverse industriële toe-

passingen. Vooral voor nieuwe en

/ of hernieuwbare grondstoffen

en materialen zoals bioplastics,

alsmede non-food toepassingen

zoals in de farmaceutische in-

dustrie. ‘Investeren in uitstekend

koolhydraatonderzoek biedt kan-

sen in opkomende sectoren zoals

gezond ouder worden (Healthy

Ageing), de farmaceutische in-

dustrie en de biobased economy

(economie gebaseerd op het zo

efficiënt mogelijk gebruik maken

van groene grondstoffen).’

Leidende rolBinnen het CCC lopen op dit mo-

ment 22 unieke marktvraagge-

stuurde onderzoeksprojecten,

waarbij ruim 100 onderzoekers

betrokken zijn en een onder-

zoeksvolume van circa € 30 mil-

joen. De projecten zijn onder

te verdelen in onderzoek naar

“koolhydraten in relatie tot voe-

ding en gezondheid” en “bioba-

sed toepassingen” van koolhy-

draten. Investeren geschiedt op

basis van gelijkheid en partijen

worden gezamenlijk eigenaar

van de onderzoeksresultaten. De

lokale, regionale en nationale

overheid draagt 50% van de on-

derzoekskosten. De verschillende

samenwerkingsinitiatieven zijn

succesvol en hebben al tot een

fors aantal patenten geleid.

‘Uit onze onderzoeken blijkt een

enorme variatie in het type mole-

culen in verschillende koolhydra-

ten en de verbindingen die deze

moleculen aangaan. Met deze

detailkennis zijn we in staat te

onderzoeken welke verbindingen

meer functioneel zijn dan ande-

re. Die kennis leidt tot innovatie

en gezondere producten. Denk

aan aardappelrassen met lang-

zamer verteerbaar zetmeel dat

minder snel wordt omgezet in het

lichaam. Maar ook meerwaarde

uit landbouwproducten halen en

verduurzaming, zoals hoogwaar-

dige uitgangsstoffen uit agrari-

sche biomassa. Nationaal is CCC

leidend op het gebied van on-

derzoek en kennis rond koolhy-

draten. Onze doelstelling is ook

wereldwijd de koppositie te be-

kleden. Investeren in multidisci-

plinair fundamenteel onderzoek

is de belangrijkste voorwaarde

voor een levensvatbare en vitale

Nederlandse kenniseconomie.’

www.cccresearch.nl

pROFeSSOR DR. LubbeRT DijKhuizeN, weTeNSChAppeLijK DiReCTeuR CARbOhYDRATe COmpeTeNCe CeNTeR (CCC)

hANzehOGeSChOOL

Ingrediënten voor excellente scholing en ondernemerschap Tekst: Roeline Kuiper, Rotenco Communicatie

De huidige trend binnen bedrij-ven en industrie is het ontwik-kelen van ingrediënten en voe-dingsproducten die bijdragen aan een gezonde voeding, en daarmee aan een levenslange gezondheid. De opleidingen van de Hanzehogeschool zijn ver-weven met onderzoek in het be-drijfsleven en samenwerkings-verbanden rond onder andere voeding en gezondheid.

Dr. Doede Binnema is Lector In-

grediënten en Gezondheid aan

de Hanzehogeschool Gronin-

gen. ‘Maatschappelijk gezien is

er steeds meer aandacht voor

de relatie tussen voeding en ge-

zondheid. Deze tendens stuurt

ook de vraag naar excellente

scholing, onderzoek en onder-

nemerschap op dit gebied. De

Hanzehogeschool maakt kennis

beschikbaar voor het bedrijfs-

leven en de industrie op het ge-

bied van voeding en gezondheid.

Wij verbeteren de afstemming

tussen opleiding en de vraag van

bedrijven en industrie, onder

andere door vraaggestuurde sa-

menwerking.’

Energie en Healthy ageing‘De speerpunten van de Han-

zehogeschool zijn ‘Energie’ en

‘Healthy Ageing’ (gezond ouder

worden). Healthy Ageing speelt

een belangrijke rol in het Noor-

den. Zo is Noord-Nederland in

juli 2013 door de Europese Com-

missie uitgeroepen tot voor-

beeldregio op het gebied van ac-

tief en gezond ouder worden. De

Hanzehogeschool doet binnen

haar thema Healthy Ageing on-

derzoek naar enerzijds Gezonde

Voeding en Voedingswaarde en

anderzijds naar Voeding en Be-

weging. In ons onderwijs komt

terug dat voeding onderdeel

is van je leefpatroon en dat de

combinatie Voeding en Bewe-

ging aandacht verdient’, aldus

Binnema.

Vergaand onderzoek en samen-werkingsverbanden‘Vanuit de richting Voeding en

Voedingswaarde kijken wij bij-

voorbeeld samen met een aantal

bedrijven, ziekenhuizen en zor-

ginstellingen naar ondervoe-

ding en obesitas (overvoeding)

en welke voedingsmiddelen

hiervoor het best ontwikkeld

kunnen worden. Ook partici-

peert de Hanzehogeschool in

een groot aantal samenwer-

kingstrajecten zoals het HAN-

NN (Healthy Ageing Network

Noord-Nederland) en Food Cir-

cle, een samenwerkingsverband

tussen bedrijven, overheid en

kennisinstellingen dat innova-

tie en onderzoek op het gebied

van voeding voor levenslange

gezondheid stimuleert. Met het

Carbohydrate Competence Cen-

ter (zie elders deze special) doen

we vergaand onderzoek naar

toepassingsmogelijkheden van

koolhydraten en ontwikkeling

van gezondere koolhydraten.

De Hanzehogeschool zorgt dat

excellent onderwijs en onderne-

merschap door samenwerking

en praktijkgerichte toepassin-

gen hand in hand gaan.’

www.hanze.nl

Page 3: Agri & food Special

Agri & Food Special

ReiN (R.w.) muNNiKSmA, GeDepuTeeRDe

pROviNCie DReNThe

jOhANNeS (j.G.) KRAmeR, GeDepuTeeRDe pROviNCie FRieSLAND

heNK (h.) STAGhOuweR, GeDepuTeeRDe pROviNCie GRONiNGeN (FOTO: RieN vAN LiNThOuT)

SAMENWERKINGSVERBAND NOORD-NEDERLANDDIT PROJECT WORDT MEDEGEFINANCIERD DOOR HETEUROPEES FONDS VOOR REGIONALE ONTWIKKELINGEN DOOR HET MINISTERIE VAN ECONOMISCH ZAKEN

EN PROVINCIE DRENTHE, PROVINCIE GRONINGEN,PROVINCIE FRYSLAN, GEMEENTE GRONINGEN,GEMEENTE LEEUWARDEN

SAMENWERKINGSVERBAND NOORD-NEDERLANDDIT PROJECT WORDT MEDEGEFINANCIERD DOOR HETEUROPEES FONDS VOOR REGIONALE ONTWIKKELINGEN DOOR HET MINISTERIE VAN ECONOMISCH ZAKEN

EN PROVINCIE DRENTHE, PROVINCIE GRONINGEN,PROVINCIE FRYSLAN, GEMEENTE GRONINGEN,GEMEENTE LEEUWARDEN

RONDe TAFeL GeSpReK

Enorme kansen in samen- werking voor Noord-NederlandTekst: Roeline Kuiper, Rotenco Communicatie

Noord-Nederland werkt actief aan de ambities en doelstellingen van de Europese 2020 strategie: slimme en duurzame economische groei, rekening houdend met maatschap-pelijke uitdagingen in de regio. Daarnaast is deze regio ook actief op het gebied van actief en gezond ouder worden. Een gesprek met betrokkenen vanuit overheid, on-derwijs en kennisinstellingen over de enorme kansen die dit biedt voor het Noorden -onder andere op agro en food gebied- en het belang van samenwerken.

Agro-Food ketenPeter Abbink, Allard Steenstra en Ina Warmelts: senior beleidsadvi-seurs landbouw voor respectieve-lijk de Provincie Groningen, Fries-land en Drenthe. ‘Noord-Nederland (Drenthe,

Groningen, Friesland) heeft een

eigen ontwikkelingsstrategie

ontwikkeld om de EU2020 doe-

len te halen. Wij focussen op vier

maatschappelijke uitdagingen:

goede gezondheid, gezond voed-

sel, schoon water en duurzaam

energiegebruik. Deze uitdagingen

kunnen alleen aangepakt worden

door samenwerking tussen be-

drijfsleven, kennisinstellingen,

maatschappelijke organisaties en

overheden.’

Voor de agro & foodsector, waar-

in veel van de vier uitdagingen

samen komen, is een belangrij-

ke stap gezet. In juli 2013 hebben

boeren, agro- en foodindustrie,

kennisinstellingen en overheden

de AgroAgenda Noord-Nederland

opgesteld. Abbink, Steenstra en

Warmelts: ‘Aanleiding voor de

AgroAgenda is dat de Noord-Ne-

derlandse landbouw voor grote

uitdagingen staat: een forse da-

ling van de inkomenssteun van-

uit Brussel en het wegvallen van

het melkquotum. Doel van deze

agenda is de ontwikkeling naar

een duurzame en rendabele land-

bouw te stimuleren. De AgroAgen-

da is een paraplu voor projecten

gericht op verduurzaming van de

productie op het landbouwbedrijf;

meer toegevoegde waarde in de

agro & foodketen; aandacht voor

de fysieke en maatschappelijke

omgeving (landschap, natuur,

dierenwelzijn, volksgezondheid);

infrastructuur (verkaveling en wa-

terhuishouding); samenwerking

tussen de landbouwpraktijk en het

onderwijs en onderzoek. Binnen al

deze programmalijnen is samen-

werking tussen de diverse partijen

van de AgroAgenda een must. Daar

staan wij als 3 noordelijke provin-

cies voor.’

Pietie Kloosterman, senior be-leidsmedewerker agrofood pro-vincie Fryslân ‘Als provincie ondersteunen we

samenwerking tussen bedrijven,

overheden en kennisinstituten als

MBO, HBO en WO waar mogelijk.

De grote toename van samen-

werkingsinitiatieven is prachtig

om te zien. Uiteindelijk moet dit

echter wel leiden tot meer inno-

vaties, meer werkgelegenheid en

een sterke kennisinfrastructuur,

in dit geval op het gebied van de

agrofood. Met de Dairy Campus,

de Dairy Chain Friesland en vele

andere innovatieve projecten

waarbinnen wordt samengewerkt

met andere sectoren, zijn we op de

goede weg. De noordelijke ambi-

ties sluiten prima aan op de doelen

van Europa 2020.’

Voeding voor levenslange gezond-heidNoord-Nederland is in juli 2013

door de Europese Commissie uit-

geroepen tot voorbeeldregio op het

gebied van actief en gezond ouder

worden. Food Circle stelt voeding

voor levenslange gezondheid cen-

traal. Dit samenwerkingsverband

is mede opgericht door Innexus

(netwerk Food-MKB bedrijven)

en Avebe, om de innovatie in

Noord-Nederland te stimuleren.

Food Circle helpt technische en

andere vraagstukken oplossen

voor bedrijven in de voedselin-

dustrie in samenwerking met de

hogeschool Van Hall Larenstein in

Leeuwarden, de Hanzehogeschool

in Groningen. ‘Bedrijven kunnen

met vragen over gezonde voeding

bij ons terecht, wij zoeken daar de

juiste partners bij’, aldus Saskia

van Gend, projectmanager Food

Circle bij TechnologieCentrum

Noord-Nederland.

Doede Binnema, één van de bij

Food Circle betrokken lectoren,

heeft in zijn lectoraat bij de Han-

zehogeschool een focus op in-

grediënten en gezondheid. De

opleidingen van deze school zijn

verweven met onderzoek in het

bedrijfsleven en verschillende sa-

menwerkingsverbanden, zoals het

HANNN (Healthy Ageing Network

Noord-Nederland) en het Carbo-

hydrate Competence Center (CCC,

zie elders in deze special). ‘We kij-

ken bijvoorbeeld samen met een

aantal bedrijven, ziekenhuizen en

zorginstellingen naar ondervoe-

ding en welke voedingsmiddelen

hiervoor het best ontwikkeld kun-

nen worden. Op deze manier wordt

gebruik gemaakt van alle kennis

die wij hier in de regio hebben.’

Barend Spliethoff, kwartiermaker Dairy Chain Friesland, Van Hall Larenstein‘Om optimale samenwerking te

bewerkstelligen moeten ook op-

leidingen meer in het teken van

de vraag vanuit het bedrijfsleven

staan. Veel opleidingen werken

hieraan. Mooi voorbeeld is de zui-

velsector, waar door investeringen

en uitbreidingen naar verwachting

de arbeidsmarkt tot 2020 flink

onder druk komt te staan. Het is

erg belangrijk om meer studenten

op te leiden en werkzoekenden

uit andere sectoren om te scho-

len voor deze sector. Met de op-

zet van ‘Dairy Chain Friesland’,

een samenwerking tussen Van

Hall Larenstein/NHL hogeschool/

Nordwin -en Friesland Colle-

ge, FrieslandCampina, Innexus

(netwerk Food-bedrijven Noord

Nederland), provincie Fryslân en

de gemeenten Leeuwarden en

Heerenveen, werken we aan een

doorlopende leerlijn. Ambitie is

doorontwikkelen naar een inter-

nationaal toonaangevend instituut

op het gebied van opleidingen,

trainingen en toegepast onderzoek

voor de zuivelindustrie.�

Rudolf Botma, Projectmanager Projectbureau A7Westergo‘Projectbureau A7Westergo ini-

tieert en ondersteunt projecten

op het gebied van duurzaamheid,

biobased economy en innovatie,

door mensen en organisaties sa-

men te brengen, evenementen

te organiseren en inhoudelijke

en financiële ondersteuning te

bieden. We zijn actief binnen een

groot scala van actuele projecten

in de A7Westergo regio, van aard-

warmte voor tuinbouw tot biolo-

gische teelt van streekproducten.

Mooi zijn ook de koploperprojec-

ten rond duurzaam ondernemen.

Deze zijn zo’n groot succes dat

steeds meer bedrijven en regio’s

in Friesland volgen, inmiddels zijn

er al 120 koploperbedrijven en 13

koploperprojecten. Daarbij wordt

ook buiten de provincie samenge-

werkt.‘

Eisse Luitjens, programmamana-ger Cluster Agrifood & Biobased Economy Greenlincs bij de NOM‘Het cluster Agrifood&Biobased

Economy Greenlincs, uitgevoerd

door de NOM, houdt zich bezig

met ontwikkeling en innovatie.

Het cluster is actief in het ont-

wikkelen van nieuwe agrifood

en biobased bedrijvigheid met

Noord-Nederlandse ondernemers

en ondernemingen, inclusief fi-

nanciering. Greenlincs verbindt

actief tussen verschillende on-

dernemingen en netwerken om

de kansen te vergroten. Er zijn

inderdaad al legio voorbeelden van

samenwerkingsprojecten inzake

de vier speerpunten. In Drenthe

bijvoorbeeld IJkkas waar partijen

als Tuinbouw Emmen, LTO Noord

Glaskracht, bedrijfsleven en ken-

nisinstellingen samenwerken aan

tuinbouw, sensortechnologie en

watertechniek. Ook in Drenthe:

duurzame energie voor het LOFAR

radiotelescoop project. En ‘Water-

schoon’, een duurzaam innovatief

sanitatiesysteem voor woonwijken

in het Noorden.’

Gedeputeerden landbouw Henk Staghouwer (Groningen), Johan-nes Kramer (Fryslân) en Rein Munniksma (Drenthe)‘Als provincies vinden we de

AgroAgenda Noord-Nederland

een heel belangrijk initiatief en

dat ondersteunen wij van harte.

De lichten staan op groen om in

Noord-Nederland met elkaar con-

creet stappen te maken naar een

duurzame en rendabele agro &

foodsector. Het moet nu wel ge-

beuren! Wij roepen de sector op

om met goede projectvoorstellen

te komen. Wij zullen zulke voor-

stellen ondersteunen. Zo kunnen

we met elkaar de kansen voor een

duurzame landbouw in Noord-Ne-

derland verzilveren.’

heT pROjeCT FOOD CiRCLe - FOOD FOR heALThY AGeiNG wORDT meDeGeFiNANCieRD DOOR

SAmeNweRKiNGSveRbAND NOORD-NeDeRLAND, heT euROpeeS FONDS vOOR ReGiONALe

ONTwiKKeLiNG eN DOOR heT miNiSTeRie vAN eLi, pieKeN iN De DeLTA

SAMENWERKINGSVERBAND NOORD-NEDERLANDDIT PROJECT WORDT MEDEGEFINANCIERD DOOR HETEUROPEES FONDS VOOR REGIONALE ONTWIKKELINGEN DOOR HET MINISTERIE VAN ECONOMISCH ZAKEN

EN PROVINCIE DRENTHE, PROVINCIE GRONINGEN,PROVINCIE FRYSLAN, GEMEENTE GRONINGEN,GEMEENTE LEEUWARDEN

vLNR: RuDOLF bOTmA, SASKiA vAN GeND, DOeDe biNNemA, bAReND SpLieThOFF, ALLARD STeeNSTRA, pieTie KLOOSTeRmAN eN peTeR AbbiNK.

Page 4: Agri & food Special

Agri & Food Special

Wereldspeler in melk-meetinstrumenten

In de assemblagehal van Delta Instruments in Drachten staat een in eigen beheer ontwikkeld en vervaardigd analyseapparaat voor melk, die in staat is om binnen zes seconden uit een van een koe getrokken melkmonster vijftig verschillende stoffen te analyseren. Een staaltje van innovatie en techniek waar ze vijfendertig jaar ge-leden bij Delta Instruments zelf nog geen idee hadden dat het bedrijf zich tot dit topniveau zou ontwikkelen.

De roots van Delta Instruments

liggen in Surhuisterveen waar

een distributeur van een bedrijf

in gelijksoortige apparatuur

ruim drie decennia geleden voor

zichzelf begon. Eerst nog als

distributeur maar vanaf begin

jaren negentig werd de appa-

ratuur zelf ontwikkeld en ge-

maakt. Wopke Beukema, sales &

marketing director Delta Instru-

ments: “Die werden nog echt

met de soldeerbout gebouwd.

Later werd het bedrijf verkocht

aan een investeringsbedrijf, tot

het in 2003 werd overgenomen

door het Amerikaanse Advanced

Instruments uit Norwood. Vanaf

dat moment is het hard gegaan.

De Amerikanen stopten veel

geld in Research & Development

en in de jaren daarna hebben we

ons ontwikkeld tot een speler

van wereldformaat.”

Delta Instruments is beden-

ker en bouwer van innovatieve

meet-en analyse instrumenten

voor zuivellaboratoria. “Onze

markt bestaat ruwweg uit twee

segmenten: apparatuur voor de

controletestmarkt en instru-

menten voor de processors, de

melkfabrieken. Bij die eerste

hebben we het over grote on-

afhankelijke laboratoria die de

regulier afgenomen melkmon-

sters van elke koe analyse-

ren. Laboratoria in Nederland,

maar ook daarbuiten. Slechts

tien procent van wat we hier

in Drachten maken is bestemd

voor de Nederlandse markt; de

rest wordt geëxporteerd naar 50

landen via 47 distributeurs. Bij

de melkfabrieken is de toepas-

sing vooral gericht op de stan-

daardisatie van de producten.

Elke minieme afwijking in de

samenstelling van de melk kan,

vanwege de enorme volumes

in de zuivelindustrie, immers

grote financiële consequenties

hebben.”

De producten van Delta In-

struments worden slechts voor

een deel vervaardigd in de pro-

ductiehal aan de Kelvinlaan in

Drachten. “Tachtig procent van

de onderdelen van de appa-

ratuur laten we maken in een

straal van dertig kilometer rond

ons bedrijf, waarna het hier

wordt geassembleerd. Er zit een

enorme expertise in deze regio,

dus waarom geen gebruik ge-

maakt van die synergie in plaats

van alles zelf te willen doen?”

Delta Instruments

Kelvinlaan 3, Drachten

(0512) 58 22 22

www.deltainstruments.com

KAASmAKeRij heNRi wiLLiG

Pionier in zuivelstad HeerenveenHet duurt niet lang meer en wie dan ‘Heerenveen’ zegt, zegt ‘zui-velstad’. Op dit moment verrijst er langs de A7 een grote zuivel-fabriek en in het voorjaar van 2014 wordt niet ver daarnaast de eerste paal geslagen voor nóg een zuivelfabriek. Maar er kan er altijd maar één de eerste zijn. Dat was in 2002 Kaasmake-rij Henri Willig, die in dat jaar in datzelfde Heerenveen begon met de productie van koe-, geit- en schapenkazen.

Het begin van Kaasmakerij

Henri Willig ligt in 1974 wan-

neer de naamgever van het

bedrijf in het Noord-Hollandse

Katwoude vanuit zijn ‘Jacob’s

Hoeve’ bescheiden begint met

de verkoop van ambachtelijk

gemaakte kaas. We schrijven

krap veertig jaar later en in-

middels worden de kazen van

Henri Willig naar een goede

vijfentwintig landen geëxpor-

teerd en zijn de drie zonen van

de oprichter allemaal werk-

zaam in het bedrijf.

Groeispurt“De echte groeispurt van het

bedrijf werd gemaakt vanaf be-

gin 2000 toen we het biologi-

sche kaasmerk ‘Hooidammer’

overnamen”, vertelt algemeen

directeur Wiebe Willig. “We

hadden een productielocatie

in Katwoude, maar zochten en

vonden in Heerenveen de plek

om fors uit te breiden. In 2002

zijn we daar nieuw gaan bouwen

en een jaar later rolden de eer-

ste kazen uit de fabriek. Aan-

vankelijk gebruikten we slechts

twintig procent van de ruimte,

maar dat groeide al snel door

naar tachtig procent.”

NieuwbouwDe populariteit bij de consu-

ment van de kazen van Henri

Willig zet gestaag door, niet in

de laatste plaats dankzij het rij-

ke en gevarieerde assortiment

aan smaken. “We zijn een mid-

delgrote kaasproducent met

een productie van zo’n vijfdui-

zend ton kaas per jaar. We voe-

ren een vijftigtal verschillende

kazen, regulier en biologisch

en gemaakt van koe-, geiten-

en schapenmelk. Je vindt onze

Polderkaas bij de grote supers

als Jumbo en Albert Heijn en de

biologische Hooidammer kazen

in de betere natuurvoedings-

winkel. Daarnaast zijn onze

kazen te vinden in onze eigen

Cheese & More by Henri Willig

winkels. De groei van onze af-

zet maakt dat we op dit moment

een grote hal aan de fabriek la-

ten bouwen die vanaf voorjaar

2014 gebruikt gaat worden voor

de opleg van de kazen. En dat

begon dus allemaal met een

kaasboerderij in Katwoude...!”

Kaasmakerij Henri Willig

Venus 16-18, Heerenveen

(0513) 48 43 60

www.henriwillig.nl

FOTO: mAAiKe De jONG

iNNexuS, Nieuwe KOeRS

Innexus zoekt de breedte én de diepteTekst: Loek mulder van man en woord.

Met een nieuwe aanpak wil de netwerkorganisatie Innexus de komende jaren een steviger bij-drage leveren aan versterking van de voedingsmiddelenindustrie in Noord-Nederland.

Innexus is een verband van noor-

delijke producenten en dienst-

verlenende mkb-bedrijven in de

food die enkele jaren geleden de

handen ineen hebben geslagen.

Met elkaar zouden de onderne-

mingen meer kunnen bereiken

dan elk voor zich. In die opzet is

de netwerkorganisatie geslaagd,

zegt Paul Visschedijk, voorzitter

van Innexus en voormalig direc-

teur van CSK Food Enrichment

in Leeuwarden. De tien deelne-

mende bedrijven wisselen kennis

uit en hebben samen projecten

opgezet. Een van de meest in het

oog springende resultaten is het

programma Food Circle, waarin

Innexus een van de leidende par-

tijen is. Onder de vlag van Food

Circle is een reeks innovatie-ini-

tiatieven gestart.

Volgens Visschedijk kan de inno-

vatiekracht van Innexus echter

worden vergroot. “We zijn gestart

als samenwerkingsverband van

ingrediëntenleveranciers”, legt

hij uit. “Later zijn daar ook alge-

mene voedingsbedrijven bijge-

komen. De voedingsmiddelenin-

dustrie is echter een brede sector

en we hebben onlangs vastgesteld

dat binnen onze groep bedrijven

weinig overlap is.” Dat staat vol-

gens Visschedijk gezamenlijke

innovatieve projecten in de weg.

Versterking van de onderlinge

binding kan komen uit de bijdrage

van de verticale keten, aldus Vis-

schedijk. “We willen daarom nu

ook afnemers en de leveranciers

van kennis en apparatuur als

partners in Innexus betrekken.

Zo willen we de basis van Innexus

verbreden.”

Daarnaast blijft Innexus zich via

haar Human Capital Agenda sa-

men met mbo- en hbo-scholen

en universiteiten inzetten voor

het opleidingsniveau en vakman-

schap van personeel in de sector.

www.innexus.eu

ThemATiSChe iNNexuS bijeeNKOmST.

FRiSiAN eGG, ééN vAN De LeDeN vAN iNNexuS.

CvO eN RuG

Alle zeilen bijzetten voor samenwerkingTekst: Roeline Kuiper, Rotenco Communicatie

De Rijksuniversiteit Groningen (RUG) stimuleert ondernemer-schap in het hoger onderwijs, faciliteert publiek-private part-nerschappen en zoekt actief naar innovatieve ideeën in de markt. Ondernemerschap en valorisatie -het verzilveren van wetenschappelijke kennis en techniek- behoren tot de dage-lijkse gang van zaken bij de uni-versiteit.

Annemieke Galema is directeur

Research & Valorisatie (R&V) bij

de RUG. Samen met het UMCG,

de Hanzehogeschool, Rabobank

en overheden maakt de RUG

deel uit van het Consortium

voor Valorisatie en Onderne-

merschap (CVO) . ‘Met het CVO

zetten wij ons in voor een breed

scala aan activiteiten op het

gebied van ondernemerschap

en valorisatie. We realiseren

samenwerking in de regio op

de speerpunten van Noord-Ne-

derland: healthy ageing, agri/

food/biobased, water, sensoren

en energie’, aldus Galema.

Perspectieven zienDe RUG biedt een breed palet

aan onderwijs en onderzoek,

een deel hiervan is aanverwant

aan de agro en foodbusiness.

‘We hebben, als RUG/UMCG in

de samenwerking vanuit het

CVO, een brede expertise op

het gebied van agro en food. De

RUG zet ook voor agro en food

in op de maatschappelijke the-

ma’s healthy ageing, energie en

duurzame samenleving. In alle

faculteiten wordt aandacht be-

steed aan deze thema’s. Onze

doelstelling is mensen op de ar-

beidsmarkt te zetten die in deze

velden de perspectieven zien en

toegevoegde waarde bieden door

een hoog kennisniveau.’

Vooroplopen in innovatieRUG/UMCG en Hanzehogeschool

spelen via het CVO een promi-

nente rol bij veel andere sa-

menwerkingsverbanden tussen

kennisinstellingen, overheid en

marktpartijen; zoals het CCC,

HANNN, BioBrug, Life Lines en

Food Circle (zie elders deze spe-

cial voor toelichting). Alsmede

in de ontwikkeling van ZAP, een

pilot faciliteit op het Zernike

complex Groningen met pro-

cestechnologische apparatuur

en aanpalende instrumenten

om agro-grondstoffen en rest-

stromen te verwerken tot hoog-

waardige halffabricaten. ‘Alleen

door samenwerking tussen be-

drijfsleven, kennisinstellingen,

maatschappelijke organisaties

en overheden zijn we in staat de

maatschappelijke uitdagingen

voor de noordelijke speerpunten

aan te gaan. We lopen voorop in

innovatie, nieuwe producten en

processen, om de internationa-

le marktpositie van Nederland

te versterken. De RUG zet alle

zeilen bij om te komen tot noor-

delijke samenwerking. Benader-

baar zijn we ook: www.cvo.nl;

www.rug.nl/rv; www.umcg.nl;

www.hanze.nl”, aldus Galema.

Page 5: Agri & food Special

Agri & Food Special

jOhANNeS KRAmeR, LANDbOuwGeDepuTeeRDe pROviNCie FRYSLâN:

‘Het gaat goed met de land-bouwsector, maar achterover leunen doen we allerminst’Landbouw is van groot belang voor de provincie Fryslân. Als beheerder van het landelijk gebied, maar ook economisch gezien. Het is de enige sector die nog groeit, de crisis goed doorstaat en daarmee zorgt voor werk. Werk in de bouw, maar bijvoorbeeld ook bij toeleve-ranciers, verwerkingsbedrijven, banken en transportbedrijven. Gedeputeerde Johannes Kramer over het provinciale beleid van Fryslân en de kansen binnen de agrarische sector.

Sterke sector“Met name de zuivel is in Frys-

lân een sterke sector”, aldus

Kramer. “Met zo’n drieduizend

moderne melkveehouderijbe-

drijven die nationaal en inter-

nationaal goed staan aange-

schreven. Dat trekt weer andere

bedrijven en instellingen aan.

Denk aan de Dairy Campus,

die zich, onder meer vanwege

het goede imago van Fryslân,

in Leeuwarden heeft gevestigd.

En de Dairy Campus trekt weer

bedrijven aan zoals CSK, die in-

grediënten levert voor de voe-

dingsmiddelenindustrie met

het accent op zuivel. Maar ook

voelen bedrijven als Cowhouse

en CRV -organisatie voor rund-

veeverbetering- zich aange-

trokken tot onze provincie. En

dat zuivelverwerkingsbedrijven

als Aware, Fonterra en Ausnu-

tria Hyproca zich in Heeren-

veen vestigen, is ook mede toe

te schrijven aan de sterke sec-

tor die we hier hebben. De ster-

ke economische positie van de

landbouw maakt echter niet dat

we nu maar tevreden achter-

over kunnen leunen”.

Dairy Chain “Zo moeten nieuwe zuivelbe-

drijven alle zeilen bijzetten om

voldoende personeel met de

juiste kwalificaties binnen te

halen. Werkgelegenheidsin-

stellingen, zuivelverwerkers en

opleidingsinstellingen, waar-

onder Nordwin en Van Hall,

hebben daartoe de handen

ineen geslagen. Dit om zowel

jonge mensen als volwassenen

zonder werk op te leiden voor

werk in de die zuivelketen. De

provincie steunt dit program-

ma, Dairy Chain genaamd, met

middelen vanuit het investe-

ringsprogramma Wurkje foar

Fryslân, de NUON-gelden.”

Verduurzaming“De provincie heeft er belang bij

dat de landbouw in Fryslân een

sterke sector blijft”, vervolgt

Kramer. “Met sterk bedoelen

we: modern en renderend. Er

moet een boterham worden

verdiend en agrariërs moeten

kunnen investeren in verduur-

zaming. Ze moeten schoon en

zuinig kunnen produceren, in

harmonie met de omgeving.

Landbouwdoelen zoals die in

de Agro Agenda Noord Neder-

land zijn geformuleerd en ook

de doelstellingen uit de Friese

landbouwagenda omvatten.”

Dierrechten“Met het oog op schoon en zui-

nig produceren staan wij af-

wijzend tegenover eventuele

plannen van het Rijk om na het

vervallen van de melkquotering

in 2015 dierrechten in te voe-

ren. Dat jaagt de boeren op kos-

ten. Wij zien liever dat ze hun

winst in verdere verduurza-

ming van hun bedrijven steken.

Bijvoorbeeld in emissiearme

stallen -met minder uitstoot

van ammoniak en broeikas-

gassen-, mestverwerking en

aankoop van extra grond. Dat

draagt meer bij aan schoon en

zuinig produceren dan dier-

rechten. Als we het hebben

over landbouw in harmonie

met de omgeving, dan denk ik

in de eerste plaats aan bescher-

ming van de weidevogels. Op

korte termijn wordt het wei-

devogelbeheer geconcentreerd

binnen zogenaamde ‘weide-

vogellandschappen’. Het zou

mooi zijn als ook buiten die be-

heersgebieden de boeren meer

rekening met de weidevogels

zouden houden. Samen met de

boeren willen we bekijken wat

daarvoor de mogelijkheden zijn

en hoe dat in de gangbare agra-

rische praktijk in te passen is.

Dit is ook wat de initiatiefgroep

‘Kening fan de Greide’ beoogt.

In het kielzog van dit project

wordt gewerkt aan het in de

markt zetten van zogenaamde

weidevogelmelk. Dit is melk

van boeren die aan weidevo-

gelbeheer doen en waarvan de

melk, tegen een kleine meer-

prijs, in de schappen van de

supermarkt moet komen. Als

de Friese consument duidelijk

kiest voor die melk, is dat een

mooie stimulans voor het wei-

devogelbeheer. Het uiteinde-

lijke doel is dat de vergoeding

van de overheid aangevuld -of

liever nog vervangen- kan wor-

den door een meerprijs uit de

markt.”

De Nije Pleats“Ik koester veel waardering

voor de agrarische sector. Voor

alle land- en tuinbouwers die

dagelijks hard werken om een

boterham te verdienen, een be-

drijf draaiende moeten houden

en enorme investeringen terug

moeten zien te verdienen. En

tegelijkertijd aan steeds hoge-

re eisen moeten voldoen op het

gebied van milieu, dierwelzijn

en landschappelijke inpassing.

Een mooi voorbeeld van een

project met betrekking tot deze

laatste uitdaging is De Nije Ple-

ats, De Nieuwe Boerderij. Dit is

een werkwijze die de provincie

Fryslân heeft laten ontwikke-

len met als doel om grote agra-

rische gebouwen beter in het

Friese landschap in te passen.”

Project SpaarwaterFryslân is niet alleen melkvee-

houderij, maar kent ook een

sterke akkerbouwsector. Die

akkerbouw levert vooral poot-

goed voor de aardappelteelt.

Kramer: “Het Friese pootgoed

gaat de hele wereld over en

voedt daarmee miljoenen men-

sen. Deze sector staat voor de

uitdaging: hoe houden we de

bodem gezond? En hoe gaan

we slim om met het zoete wa-

ter dat steeds schaarser wordt?

In dit verband juichen wij een

project als Spaarwater toe, een

initiatief van akkerbouwers en

waterschappen. Zij onderzoe-

ken hoe akkerbouwers in hun

bedrijfsvoering de toenemende

verzilting van grond- en op-

pervlaktewater tegen kunnen

gaan. Anderzijds kunnen ak-

kerbouwers er ook voor kiezen

om over te stappen op rassen

die beter tegen zout kunnen.

De provincie is daarnaast ook

heel enthousiast over het pro-

ject van Koopmansmeel en

akkerbouwers in Fryslân en

Groningen. Zij gaan bakkerijen

regionaal geteelde tarwe aan-

bieden voor brood van regiona-

le oorsprong. Koopmansmeel

onderscheidt zich hiermee op

de markt van baktarwe en het

biedt akkerbouwers de kans om

hun inkomen te verhogen.”

Glastuinbouw“En ook de glastuinbouw in

Noordwest-Fryslân is een ster-

ke economische sector. Een

kleine sector weliswaar, maar

met relatief veel werkgelegen-

heid, ook voor lager opgelei-

den. Hier ligt de uitdaging in

energiezuinige kassen en het

gebruik van duurzame energie,

zoals aardwarmte. De eerste

boring naar aardwarmte wordt

voorbereid in Sexbierum. Als

dat slaagt, is het een geweldige

opsteker voor de glastuinbouw

in de hele regio!”

Samen staan we sterk“Van belang in de gehele Frie-

se agrofoodsector is de samen-

werking. De landbouw kan niet

zonder toelevering van stallen

en machines en veel landbouw-

producten moeten verwerkt

worden voor ze de markt op

kunnen. Omgekeerd: zonder

landbouw zijn er geen stalbou-

wers en mechanisatiebedrijven

nodig en staan de grote zuivel-

verwerkers met lege handen.

Alle partijen in de agrofoodke-

ten hebben elkaar nodig. Ook

innoveren moeten ze samen

doen. Vooral met bedrijven uit

andere sectoren, zoals ener-

gie-, water- of sensortech-

nologie. We moedigen dat als

provincie aan onder het motto:

‘Samen staan we sterk’. Op het

gebied van agrofood werken

we als provincie Fryslân steeds

meer samen met Groningen en

Drenthe. Dat leverde een mooie

gezamenlijke Agro Agenda op.

Daar zetten we, met het be-

drijfsleven en de kennisinstel-

lingen in Noord Nederland,

de schouders onder. De agro-

foodsector in het noorden is

van groot belang, heeft de po-

tentie om verder te groeien en

kan op onze volledige steun re-

kenen!”

www.fryslan.nl

FOTO: SimON vAN DeR wOuDe

Page 6: Agri & food Special

Agri & Food Special

Puur vanuit de oorsprongTekst: Fred Ootjers

Een stap terug zetten in de ke-ten om daarmee voorwaarts te kunnen innoveren . Koopmans Koninklijke Meelfabrieken (KKM) in Leeuwarden is onder de bezielende leiding van alge-meen directeur Dirk Lodewijk het afgelopen jaar het program-ma ‘Puur vanuit de oorsprong’ gestart om transparante, winst-gevende ketensamenwerking te realiseren.

Wie kent ze niet? De vertrouwde

producten van Koopmans? De

pakken mix voor pannenkoe-

ken, poffertjes en oliebollen.

Hele generaties zijn er mee op-

gegroeid. In het jaar 2000 is dit

consumentenmerk echter ver-

kocht: Lodewijk: “Dat is destijds

een goede strategische keuze

geweest. Sinds de oprichting in

1846 is Koopmans een fabriek

die voor de bakkerijen meel en

bloem produceerde, Het was

destijds een logische stap van

de nazaten van oprichter Uilke

Klazes Koopmans om ook con-

sumentenproducten en pro-

ducten voor diervoeding te gaan

maken. De schaalvergroting

zoals die zich eind vorige eeuw

ook in onze branche steeds ver-

der doorzette, heeft Koopmans

de bakens doen verzetten en er

zijn bewuste keuzes gemaakt.

Groeien we mee de breedte in of

kiezen we voor een verdieping?

In de race naar wie de grootste

wordt, kan er altijd maar één de

winnaar zijn. Koopmans heeft

zich als middelgroot bedrijf ge-

richt op de toekomst als busi-

ness to business leverancier van

ingrediënten aan de bakkerij

en voedingsmiddelenindus-

trie. Terug bij haar oorsprong,

maar wel op basis van moderne

bloemtechnologie.”

FamiliebedrijfKoopmans is nog steeds een

100% familiebedrijf “Dat geeft

het bedrijf een unieke positie.

We zijn daarmee sterk veran-

kerd in de regio en in de Ne-

derlandse markt en hebben in

de afgelopen 167 jaar letterlijk

een gezicht behouden. Zelf

ben ik de tweede externe di-

recteur: daarvoor hebben leden

van de familie Koopmans zon-

der onderbreking de directie

gevoerd. Vakmanschap, pas-

sie en ondernemerschap zijn

altijd al belangrijke waarden

geweest in het bedrijf. Recent

zijn deze waarden letterlijk be-

noemd en worden ze vertaald

naar producten, concepten en

klantaanpak om daarmee het

verschil te blijven maken in de

keten ‘van Akker tot Bakker’ en

consument.”

Duurzaam waardeWeten wat je eet en waar je

voedsel vandaan komt, “Een

groeiende groep consumen-

ten laat zich in het koopgedrag

leiden door de herkomst, au-

thenticiteit en de voortbren-

gingsketen van voedsel. Bin-

nen Koopmans zien we dit als

een kans waar we samen met

onze leveranciers en klanten

op inspelen. Niet voor niets is

duurzame waarde realiseren uit

graan de ambitie van de orga-

nisatie. Duurzaam betekent dat

we er over 100 jaar nog willen

zijn voor onze medewerkers, ei-

genaren en onze omgeving. Zo

zijn we eerder dit jaar als eerste

bloemproducent lid geworden

van de Stichting Veldleeuwe-

rik. De Stichting ondersteunt

middels een tien stappenplan

agrarische ondernemers om

de bedrijfsvoering te verduur-

zamen. Daarmee wordt ook de

sociale context tussen consu-

ment en producent hersteld.

Daarnaast heeft Koopmans

zich aangesloten bij het FNLI

duurzaamheidsinitiatief ‘In de

versnelling’. Met deze onder-

tekening behoort Koopmans tot

de kopgroep van 53 Nederland-

se levensmiddelen fabrikanten

die concrete stappen zet op het

gebied van duurzaamheid. Sa-

menwerking is cruciaal om de

toekomstige beschikbaarheid

van onze strategische grondstof

graan veilig te stellen.”

Samenwerking“De werkwijze van Koopmans

is gericht op waardecreatie:

onze klanten door een goede

ondersteuning helpen bete-

re producten te maken met zo

weinig mogelijk toevoegingen

en hulpstoffen. Daarmee slui-

ten we aan op de consumenten-

trend van Gezondheid, Genie-

ten en Goed geweten. Hiervoor

is een stap terug in de keten

essentieel. Wij willen maximale

waarde uit de graankorrel halen

en veel beter kunnen sturen op

kwaliteit. Graan blijft uitein-

delijk een natuurproduct waar

weersomstandigheden een be-

langrijke rol spelen. Hiervoor is

kennis nodig van rassen, her-

komst en teeltbegeleiding. Re-

den voor het bedrijf om samen

met haar projectpartners in te

zetten op de verwerking van

duurzaam verbouwd graan uit

de regio Noord- Nederland. De

eerste partij duurzame baktar-

we uit Noord Friesland vanuit

de nieuwe oogst 2013 is inmid-

dels binnen. Dit biedt klanten

prachtige mogelijkheden om

authentieke streekproducten

te maken en een gesloten keten

op te zetten.”

www.kkmgroep.nl

Met haar twee bedrijfsonderdelen Koopmans Meel BV en Laco

Crumbs BV, verwaardt Koopmans Koninklijke Meelfabrieken

BV de strategische grondstoffen tarwe en graan tot respectie-

velijk meel, bloem en mixen en tot Food Coating-oplossingen

als paneermeel, batters en coatings. Het is haar ambitie om

duurzame waarde uit granen te halen.

Het wonder van DOC KaasTekst: Fred Ootjers

De explosieve groei van de zui-velsector is niet alleen een won-der van Friesland. Ook het in het Drentse Hoogeveen gevestigde DOC Kaas heeft vanaf 2000 een spectaculaire groei laten zien, waarbij de hoeveelheid verwerk-te melk van eigen leden/melk-veehouders verdrievoudigde.

Dit jaar wordt bij DOC

(Drents-Overijsselse Coöperatie)

de magische grens van 1 miljard

kg van eigen veehouders ontvan-

gen melk bereikt. “Een resultaat

waar we trots op zijn”, glundert

algemeen directeur Jannes Oos-

terveld. “Werd er in 2000 nog

50.000 ton kaas gemaakt in de

vestiging aan de Alteveerstraat in

Hoogeveen, inmiddels zitten we

na investeringen in het moderne

Zuivelpark op een totale capaciteit

van ca 140.000 ton per jaar. We

zijn daarmee de op één na grootste

kaasproducent van Nederland.”

StrategieEerder dit jaar werd de capaciteit

van de kaaslijn op het Zuivelpark

met vijftien procent uitgebreid en

vernieuwd. “Er kan nu meer melk

van de leden worden afgenomen

en er kan tegen vrijwel gelijkblij-

vende kosten meer omzet worden

gegenereerd. Wij zijn nog een ech-

te coöperatie waarbij leden invloed

en zeggenschap hebben in onze

gekozen strategie. Ons doel is om

een zo hoog mogelijke melkprijs

en afnamegarantie voor de leden

te realiseren. Dat doen we op twee

manieren. Aan de productiekant

zijn we in staat om heel efficiënt

en dus kostenbewust kaas en wei-

producten te produceren. Aan de

verkoopkant spelen we in op zo

hoog mogelijke rendementen. Als

uitvloeisel van onze commerciële

en operationele strategie hebben

we ruim een jaar geleden het han-

delshuis Cheese Partners Holland

overgenomen, dat we -onder de

naam Dutch Original Cheese- als

tool inzetten om ons wereldwijd

op nieuwe groeimarkten te rich-

ten. Daarnaast is DOC Kaas samen

met Volac International via DV-

Nutrition actief met de productie

en afzet van producten op basis

van wei. Daarmee wordt volop in-

gespeeld op de mogelijkheden die

zich in de markt voor babyvoeding

en lifestyle producten voordoen.”

RegieTot de volledige overname van

Cheese Partners Holland was DOC

al voor 42% eigenaar van het han-

delshuis. “Met de overname heb-

ben we een belangrijke volgende

stap gezet in de keten richting

consument en verwerkingsindus-

trie. Mede door onze 50% deelna-

me in KraatsKaas hebben we nu

de regie over de hele kaasketen,

wat van belang is om de klant op

de beste wijze te bedienen. We

beschikken nu als producent over

een sterke commerciële infra-

structuur naar onze afnemers: de

grootwinkelbedrijven, de kaasver-

werkende industrie en de out of

home markt in Nederland, Europa

en in andere werelddelen.”

Gouden landenRuim zeventig procent van de

producten van DOC gaat de grens

over naar landen binnen en bui-

ten Europa. “Binnen de EU is

Duitsland onze grootste afne-

mer. We verkopen naar meer

dan veertig landen en zien in de

mondiale kaasmarkt nog grote

groeimogelijkheden. De focus ligt

de komende jaren op een aantal

key markets, die wij ‘de gouden

landen’ noemen. We hebben een

selectie gemaakt waar wij ons met

DOC op willen toespitsen. Je kunt

immers niet met de hele wereld

tegelijk bezig zijn. We richten ons

op landen en regio’s die aan drie

criteria voldoen: potentieel voor

de markt, toegang tot de markt

en het feit of we ons kunnen on-

derscheiden met ons product en

concept. We zoeken daarbij doel-

gericht naar samenwerking met

partners om zo dicht mogelijk op

de klant te zitten.”

Joint ventureDe recente aangegane samenwer-

king met het Duitse Hochwald

past wat dat betreft naadloos bin-

nen de operationele strategie om

nieuwe markten actief te zijn. “De

échte groei van een onderneming

wordt immers gerealiseerd uit de

vermarkting van je product. Met

Hochwald hebben we een part-

ner waar we kennis en kunde mee

delen. We opereren in dezelfde

sector, zijn allebei een coöperatie,

delen dezelfde cultuur en vullen

elkaar dus perfect aan.”

ProductontwikkelingDaarnaast wordt een verdere groei

van de productie gerealiseerd uit

het introduceren van nieuwe pro-

ducten. “We zijn voortdurend be-

zig met productontwikkeling en

innovatie waarbij we ons richten

op producten met een toegevoeg-

de waarde. Nieuwe producten die

aansluiten bij de vraag en ver-

wachting van de klant en waarmee

wij onze groei en het leveren van

een hoger rendement op het ver-

werken van melk voor onze leden

kunnen realiseren.”

www.dockaas.nl

Page 7: Agri & food Special

Agri & Food Special

hOChwALD FOODS NeDeRLAND b.v.

Topspeler in niche productenTekst: Fred Ootjers

Doen waar je goed in bent en dat dan ook heel goed doen. Dat is in essentie de filosofie van Hochwald Foods Nederland b.v.. En dat ze het goed doen bewijst de melkverwerkende fabriek in Bolsward al bijna 120 jaar. Waar ze in hoofdzaak producten voor niche markten maken die voor 95 procent voor de export zijn bestemd. Met als belangrijkste product: gesuikerde geconden-seerde melk in blik.

Bij de bezoekersentree van de

fabriek is een historische ge-

denksteen ingemetseld met

de tekst: ‘De eerste steen werd

gelegd den 22 Augustus 1893

door Jan Maurits Hummelinck

van Vlaardingen’. “Jan Maurits

Hummelinck was afkomstig

uit Vlaardingen, waar zijn va-

der in 1882 de eerste Hollandia

condensfabriek had geopend.

Vandaar de toevoeging”, weet

directeur Leo van Sijll. “En in

tegenstelling tot de vele coö-

peratieve melkfabrieken die er

in die jaren in heel Friesland

verrezen, was Hollandia een

private onderneming. Hier in

de omgeving is de fabriek nog

altijd bekend onder die naam.

Ondanks dat ze al in 1929 is

overgenomen door Nestlé en in

2006 voor honderd procent in

eigendom kwam van het Duitse

Hochwald.”

ExportHet hoofdproduct dat in Bols-

ward werd en wordt vervaardigd

is gesuikerde gecondenseerde

melk. “Dat was het eerste lang

houdbare melkproduct en een

product dat vanaf de eerste dag

dat de fabriek in 1894 ging draai-

en bedoeld was voor de export, in

de eerste jaren vooral naar Enge-

land. Een product ook dat niet of

nauwelijks bekend is in Neder-

land. In ons land is de afstand

naar melk nooit ver geweest

en is de noodzaak voor lange-

re houdbaarheid dus minder

groot. Voor heel veel landen in

de wereld geldt dat niet en vaak

is melk daar meer een luxe pro-

duct. Waar wij als Nederlanders

het normaal vinden om voor een

flesje bronwater dubbel zoveel te

betalen als voor een liter melk,

daar heeft melk in een wereld-

deel als Afrika en landen als

India en China een veel hogere

status.”

ToepassingenHet gebruik van gesuikerde ge-

condenseerde melk hangt sterk

af van de landen waar ze naar

wordt geëxporteerd. “Ruwweg

genomen zijn er vier toepassin-

gen: in landen in Afrika wordt

ze nog steeds met water aange-

lengd en krijg je dus een drink-

bare zoete melk. Ook wordt

het daar direct geconsumeerd

als zoete melksnack, als een

soort KitKat of Mars. In lan-

den als Spanje, Italië, Frankrijk

en landen in Zuid-Oost Azië is

het melk en suiker ineen voor

gebruik in koffie en thee. In

Zuid-Amerika wordt het product

veel gebruikt om toetjes mee

te maken. En wereldwijd is het

voor de industrie maar ook voor

de particulier de basisgrondstof

voor karamel.”

Toegevoegde waardeNaast de gesuikerde geconden-

seerde melk wordt er in de fa-

briek in Bolsward gesteriliseerde

room gemaakt en verschillende

ready to drinks. In hoofdzaak

onder eigen Hochwald merken,

maar ook voor derden als Nestlé.

“Toen Nestlé zich in 2006 uit de

fabriek terug trok zag Hochwald

direct mogelijkheden, met name

waar het de export betreft. Wij

hebben ons al vanaf de oprich-

ting van de fabriek sterk gericht

op die export en het is juist daar-

mee dat we voor het interna-

tionaal gerichte Hochwald een

belangrijke toegevoegde waarde

hebben. Wereldwijd is er spra-

ke van een structurele groei in

de vraag naar zuivelproducten

en de overname door Hoch-

wald komt dan ook niet alleen

de Duitse melkveehouders c.q.

eigenaren ten goede, maar ook

de ongeveer 150 leveranciers bij

ons in Friesland. Sinds we een

volledige dochtermaatschappij

zijn van Hochwald Foods zien

we de omzet bij ons jaarlijks toe-

nemen. Het toekomstconcept

van Hochwald Foods is gericht

op ‘Toegevoegde waarde door

Internationalisering en Groei’.

Daar past Hochwald Foods Ne-

derland perfect in met onze ex-

port naar 87 landen. We leveren

sinds 2006 dan ook een wezen-

lijke bijdrage aan dat concept

voor de toekomst.”

Profit CentreHochwald Foods Nederland is

voor het moederbedrijf een zo-

genaamd ‘profit centre’ wat alles

te maken heeft met de oorsprong

van het oude Hollandia. “Wij

zijn altijd een private onderne-

ming geweest, waarbij boeren

geen eigenaar van de melkfa-

briek waren, maar zelfstandige

leveranciers. Terwijl Hochwald

in Duitsland van oudsher een

coöperatie is, waar de veehou-

ders dus de eigenaren zijn. Twee

verschillende achtergronden die

je schijnbaar niet zo maar bij

elkaar brengt. De oplossing is

gevonden in het fenomeen ‘pro-

fit centre’, wat er in de praktijk

op neerkomt dat wij ons hier in

Bolsward puur richten op het

produceren van winstgevende

producten. De winst wordt aan-

gewend om de Duitse boeren/ei-

genaren een goede melkprijs uit

te betalen. Grote hoeveelheden

melk verwerken is voor ons in

Bolsward geen doel op zich. We

verwerken gestaag de groeiende

melkplas van onze leveranciers

in winstgevende niche produc-

ten. Tegelijk moeten we onze

melkleveranciers natuurlijk wel

een melkprijs betalen, die regi-

onaal mee kan komen.”

BlikIs het product ‘gesuikerde ge-

condenseerde melk’ al nauwe-

lijks bekend bij de gemiddelde

consument en evenmin het feit

dat die in enorme hoeveelheden

in Bolsward wordt gemaakt, nog

minder is het ‘common know-

ledge’ dat de helft van het be-

drijvencomplex van Hochwald

Foods Nederland in gebruik is

als.... blikfabriek. “Ook dat is

historisch bepaald. Ons hoofd-

product is altijd in blik verpakt

geweest, al vanaf het moment

dat 120 jaar geleden de fabriek

ging draaien. De blikfabriek

heeft dan ook altijd onderdeel

uitgemaakt van de melkfabriek.

Naast verpakkingsmiddel voor

onze eigen producten, maken

we ook blikverpakking voor het

moederbedrijf in Duitsland en

produceren we in toenemende

mate lege blikken, die pas bij

onze afnemers worden afgevuld.

Een belangrijke groeimarkt in

dit verband zijn bijvoorbeeld de

poederbussen voor babyvoe-

ding. We hebben de laatste jaren

dan ook flink geïnvesteerd in de

blikverpakkingsfabriek.”

ImagoHet imago van de Nederland-

se agro-industrie en ook van

de zuivelsector behoort we-

reldwijd tot de top. Maar - net

als dat geldt voor veel andere

bedrijven in de agro-verwer-

kende industrie -, ook Hoch-

wald Foods Nederland voorziet

de komende jaren een tekort

aan goed geschoold personeel.

“Dat is een van onze grootste

uitdagingen voor de komende

tien jaar: gedegen geschoolde

mensen vinden. Waarbij tech-

niek en levensmiddelentech-

nologie gewenste opleidingen

zijn met heel goede carrière-

perspectieven. Waar we in Ne-

derland vooral mee te maken

hebben is een achterhaald

imago. Agro-industrie is niet

cool bij de jeugd. En veel vaker

nog: ook niet bij de ouders. Als

sector hebben we een missie te

vervullen in het ombuigen van

dat imago. Waarbij juist de high

tec die bij de productverwerking

steeds intensiever wordt toege-

past, de verbindende schakel

kan zijn om voor een opleiding

in de agro-industrie te kiezen.

Technics4U, Girlsday, Zuivel-

academie met collega’s in de-

zelfde branche, zijn voorbeel-

den van initiatieven voor het

interesseren van jongeren voor

de industrie en waarin Hoch-

wald participeert.”

Hochwald Foods Nederland b.v.

Harlingerstraat 65, Bolsward

0515 - 57 88 88

www.hochwald.de

Hochwald Foods GmbHHochwald Foods GmbH, gevestigd in Thalfang, noteerde in

2012 een melkverwerkingsvolume van meer dan 2,04 miljard

kg en telde rond de 5500 melkproducenten, waarbij een omzet

van 1,25 miljard euro werd geboekt. Met productielocaties in

Duitsland en Nederland beslaat Hochwald het totale spectrum

aan verse en houdbare melkproducten, die in 122 landen van

de wereld worden gedistribueerd. Het exportpercentage van de

onderneming bedroeg in 2012 circa 37 %.

Bij Hochwald Foods Nederland wordt jaarlijks ca. 110 miljoen

liter melk verwerkt en ca. 25 miljoen kilo suiker. Het bedrijf

kent 175 medewerkers in vaste dienst en behoort tot de top tien

van werkgevers in Z.W.-Friesland.

Page 8: Agri & food Special

Agri & Food Special

eRiK peL, mARKeT DeveLOpmeNT mANAGeR

DeLAvAL

Lang leve de koeNederland is wereldwijd kop-loper als het gaat om automa-tisering in de melkveehouder-ijsector. Marktleider DeLaval ontwikkelt producten voor de melkveehouderij. “Of het nou om dertig, driehonderd of drie-duizend koeien gaat, wij pro-beren het leven van de melk-veehouder gemakkelijker te maken,” zegt Erik Pel, Market Development Manager bij De-Laval. “Maar het gaat verder dan alleen melken. Het gaat om het managen van de veestapel.”

DeLaval focust zich op de vee-

houderij van de toekomst met

sensortechnologie, verdere

automatisering en roboti-

sering. Erik Pel: “Een goed

voorbeeld is het mini-labo-

ratorium dat wij hebben ont-

wikkeld, de Herd Navigator.

Sensortechnologie maakt het

mogelijk om hormonen, zo-

als bijvoor-beeld progesteron,

in de melk te analyseren en

daarmee de gezondheidssta-

tus van elke melkkoe indivi-

dueel te kunnen monitoren.

Hiermee kun je zeer proactief

werken. Mocht er iets mis zijn

dan krijgt de veehouder direct

advies. Het heeft dus niet een

curatieve, maar een preventie-

ve werking.”

Volgens Pel draagt DeLaval als

bedrijf een verantwoordelijk-

heid. Niet alleen als het gaat

om voedselveiligheid, maar

ook bij de duurzaamheid van

de melkveehouderij. “We zijn

al meerdere jaren bezig om de

melkvee-houderij te helpen

bij het verduurzamen,” zegt

Pel. “We zijn onlangs gestart

met de campagne Lang leve de

koe.

Het doel van deze campagne is

om het voor de melkveehou-

der zo gemakkelijk mogelijk

en voor de koe zo aangenaam

mogelijk te maken om zo extra

lactaties te realiseren.”

InnovatiesHet aantal melkkoeien per be-

drijf groeit in Nederland. Het

aantal bedrijven neemt echter

af. Pel: “De bedrijven die over

blijven worden fors groter.

Concreet betekent dit dat er

meer koeien gemolken moeten

worden met dezelfde arbeids-

inzet. Met automati-sering,

management tools en robo-

tisering kan dit opgevangen

worden. Niet alleen de mel-

krobot, maar ook innovaties

als de mestrobot en voerrobot

kunnen voor oplos-singen

zorgen. Het aantal liters melk

per vierkante kilometer is ner-

gens zo hoog als in Nederland.

Twee-derde van de melk die

wordt geproduceerd wordt ge-

exporteerd. De sector levert zo

een substantiële bijdrage aan

de Nederlandse economie.

“Daar mogen we best trots op

zijn,” vindt Pel, die consta-

teert dat ook de burger zich

bezighoudt met de koe in de

wei. “Dat is po-sitief. De bur-

ger is gefocust op het bewei-

den van koeien. Dat vinden wij

ook, maar je moet ook reke-

ning houden met de koe zelf.

We geven de koe zelf liever de

keuze.

Met intelligente selectieme-

thoden kunnen wij de koe zelf

laten kiezen of ze naar buiten

wil gaan of niet. Wat je dan ziet

is dat de koe dan soms binnen

een uur terugkomt, of pas zes

uur later. Terwijl de opinie van

het pu-bliek is dat ze tien uur

buiten moeten staan, omdat

het zo hoort.”

DeLaval BV, Steenwijk

www.delaval.nl

KLAAS De jONG, COO A-wARe FOOD GROup hANS beRGhORST, pROjeCTDiReCTeuR FONTeRRA

De vraag naar zuivelproducten groeit. In onder meer China en Zuid Amerika groeit de econo-mie flink. Met de toename van de welvaart neemt daar ook de vraag naar zuivelproducten toe. “Zeker in in landen buiten Eu-ropa is er volop ruimte voor Ne-derlandse kaas.” Aldus Klaas de Jong COO A-ware Food Group.

Achterwaartse integratie in de

keten met een eigen kaasfabriek

is dus een logische uitbreiding

van het dienstenpakket van

A-ware Food Group. Naast rij-

pen, versnijden, verpakken, op-

slaan en transporteren van kaas

kan dit familiebedrijf vanaf eind

2014 haar eigen kaas produceren.

De Nieuw Zeelandse zuivelco-

operatie Fonterra bouwt naast

de kaasfabriek een ingrediën-

tenfabriek waar de wei, die vrij-

komt bij het kaasmaken, wordt

verwerkt tot ingrediënten voor

voeding voor baby’s, sporters

en senioren. Hans Berghorst,

projectdirecteur Fonterra. “De

consumptie van producten op

basis van wei bestanddelen als

lactose en weieiwitten neemt

een grote vlucht. In onder meer

China en Zuid Amerika groeit de

economie flink. Fonterra heeft

sterke marktposities in deze

groeimarkten. Een deel van de

producten voor deze groeimark-

ten wordt straks in Heerenveen

geproduceerd.”

Op Friese bodemA-ware Food Group en Fonterra

hebben voor Heerenveen geko-

zen wegens de 25 hectare grond,

de bereikbaarheid en de beschik-

baarheid van duurzame energie.

De energiebehoefte van de fa-

brieken is groot. Daarom wor-

den de mogelijkheden verkend

om zelf energie op te wekken via

geothermie en wellicht ook via

wind- en zonne-energie. ‘Klaas

de Jong, COO A-ware Food Group

vult aan. ‘Dit alles, in combina-

tie met de centrale ligging in een

gebied met veel melkveebedrij-

ven hebben uiteindelijk de door-

slag gegeven.’ Ook verwachten

wij dat het positieve imago van

Friesland op het gebied van zui-

vel onze nationale en internatio-

nale klanten aanspreekt’.

Exact volgens planningDe kaasfabriek heeft een capaci-

teit van ca. 100.000 ton kaas per

jaar en de ingrediëntenfabriek

van 50.000 aan wei derivaten.

‘Alles loopt strak op schema en

het processing deel van kaasfa-

briek is wind- en waterdicht en

de leveranciers zijn al gestart

met het instaleren van de proces

onderdelen van onze voorfa-

briek.’ Vertelt Klaas de Jong. Op

1 december is het hoogste punt

van de bouw van de zuivelfa-

brieken bereikt. ‘De poederto-

ren van Fonterra is dertig meter

hoog.’ vertelt Hans Berghorst.

‘De wanden voor de toren zijn

gemaakt via een glijbekisting.

De bouwvakkers hebben 24 uur

per dag, 7 dagen per week onaf-

gebroken gewerkt om zo 3 meter

per 24 uur te kunnen bouwen.’

Meer dan 500 mensen leveren

een bijdrage aan de bouw van de

fabrieken.

Leergierige collega’sIn de zuivelfabrieken komen

straks ongeveer honderd vijftig

mensen te werken. In de loop

van januari 2014 maken A-ware

Food Group en Fonterra bekend

voor welke functies zij collega’s

zoeken. Beide zuivelfabrieken

willen werken met gemotiveer-

de medewerkers die bereid zijn

om te leren. Naast ervaren me-

dewerkers zijn ook gemotiveer-

de mensen zonder opleiding in

de richting van procesoperator

of levensmiddelentechnologie

welkom. Deze mensen bieden

A-ware Food Group en Fonterra

passende opleidingen aan.

A-ware Food GroupA-ware Food Group is een

oer-Hollands familiebedrijf

gespecialiseerd in het rijpen,

versnijden, verpakken, op-

slaan en transporteren van

kaas en andere foodproducten

onder geconditioneerde om-

standigheden. Dit bedrijf is

in 2010 ontstaan door de fusie

van Anker Cheese (1962) en

Bouter Cheese (1890). A-ware

Food Group heeft de ambitie

uit te groeien tot de meest ge-

waardeerde ketenpartner in

Europa in de food- & agribusi-

ness. Daarnaast is zij in toe-

nemende mate buiten Europa

actief. Een belangrijk deel van

de melk voor de kaasfabriek

wordt geleverd door melkvee-

houders uit Noord Nederland .

www.a-warefood.com

Fonterra Europe Fonterra is een wereldspeler in zuivel; een toonaangevende leve-

rancier van zuivelingrediënten aan veel van de werelds grootste

voedingsbedrijven. Fonterra is marktleider met eigen consumen-

tenmerken in Australië en Nieuw-Zeeland, Azië en Afrika, Midden

Oosten en Latijns Amerika. Als Nieuw-Zeelandse coöperatie, in

eigendom van boeren, is het de grootste verwerker van melk in de

wereld en produceert het meer dan twee miljoen ton zuivelpro-

ducten en toegevoegde waarde ingrediënten per jaar. Met tiental-

len jaren ervaring in zuivel is Fonterra een van de grootste inves-

teerders in zuivel onderzoek en innovatie in de wereld. De 16.000

medewerkers werken wereldwijd aan een wijd spectrum van acti-

viteiten; van het adviseren van boeren over het duurzaam houden

van melkvee tot het verzekeren van de kwaliteitseisen voor onze

producten, elke dag maken we onze belofte waar aan klanten en

consumenten in meer dan 100 markten in de wereld.

www.fonterra.com

AFbeeLDiNG: beRT vAN DeR pLOeG ARChiTeCTuuR, STeDeNbOuw, ADvieS

Zuivel van Friese bodem

Page 9: Agri & food Special

Agri & Food Special

mueLLeR bv

Simply the best in rvs-tanksTekst: Fred Ootjers

De roestvast stalen melkkoel-tanks van Mueller staan bij zo’n 13.000 veehouders in Nederland. En binnenkort maken ze voor een boer in de Flevopolder een liggende tank van maar liefst 36.000 liter, de tweede grootste tank ter wereld van dit type (de eerste staat overigens ook in Nederland). Prestaties van (we-reld)formaat dat begon met een verwarmings- en plaatstaalfa-briekje in Springfield USA.

Wytze Tjepkema, general ma-

nager van Mueller BV in Neder-

land is net terug uit een van de

vijftig landen waar Mueller zijn

tanks naar exporteert. “Ze heb-

ben bij Mueller de administratie

altijd goed op orde gehad en een

optelsom leert dat er vanaf 1955

–het jaar waarin de eerste melk-

koeltanks werden gefabriceerd-

er wereldwijd inmiddels ruim

72.000 zijn geleverd. In Neder-

land zijn de melkbussen vanaf

1960 geleidelijk aan vervangen

door de melkkoeltanks, die on-

der andere werden vermarkt

door de firma Meko.

Die kochten in, in Lichten-

voorde bij een fabriek waar in

licentie Mueller tanks werden

vervaardigd. Separaat hadden

ze in Wesepe een afdeling Ser-

vice en werd vanuit Assen de

verkoop gedaan. Na wat overna-

mewisselingen nam Paul Muel-

ler Company in 2008 het bedrijf

over en sindsdien produceren

we voor Mueller melkveehoude-

rijapparatuur, biertanks en een

complete serie producten voor

warmteoverdracht en proces-

apparatuur voor de industriële

markt.”

GroeimarktRecent sloot Mueller Sales in

Assen een lucratieve overeen-

komst met Oeganda voor de le-

vering van 100 melkkoeltanks.

“Afrika is een echte groeimarkt

voor ons. Parallel aan de expor-

tactiviteiten van bijvoorbeeld

FrieslandCampina, proberen we

veehouders en de zuivelwerken-

de bedrijven in die opkomende

markten te overtuigen dat een

Mueller-tank ‘simply the best

in rvs is’. De export van melk-

koeltanks maakt echter slechts

een kwart van onze omzet uit:

de overige driekwart blijft in

Nederland. De meest gang-

bare en gebruikte grootte van

een tank is tussen de 12.000 en

34.000 liter, gelijk aan wat er in

een tankauto kan. De groei van

de zuivelsector en de schaalver-

groting van de bedrijven, maakt

dat sommige boeren zelfs een

tweede tank plaatsen. Een wei-

nig efficiënte oplossing, omdat

het voor de melkrijder extra

handelingen geeft.

LogistiekAl vanaf het begin van de in-

troductie van de melkkoeltank

wordt gezocht naar methoden

om de logistiek te vereenvoudi-

gen. “Tachtig procent van melk

bestaat uit water. Waarom dat

water niet al aan de bron ge-

scheiden, op de boerderij? Tech-

nisch gezien is dat al mogelijk,

maar de uitvoering betekent een

revolutie in de melkkoelruimte,

iets waar de wet- en regelgeving

nog geen antwoord op heeft.”

EnergieneutraalBinnen de branche waarin Mu-

eller werkzaam is, is als doel

gesteld dat in 2020 op in de zui-

velketen energieneutraal wordt

gewerkt. “Centraal in het werk

van Mueller staat de jarenlan-

ge ervaring in het ontwikkelen

en produceren van een uniek

warmteoverdracht systeem,

de Temp-Plate. De warmte die

ontstaat tijdens het koelen van

de melk, wordt normaal ge-

sproken afgegeven aan de bui-

tenlucht.

Met de Mueller Fre-Heater kan

die warmte benut worden voor

het kosteloos verwarmen van

water. Water dat door middel

van doorverwarming via een

boiler benut kan worden voor

het reinigen van de melkstal en

melkkoeltank, maar ook voor

de privéwoning van de vee-

houder. En we gaan als Mueller

zelfs nog een stapje verder. Op

dit moment draaien er proe-

ven waarin we alle warmte die

vrijkomt in een veehouderij,

omzetten in bruikbare ener-

gie. Je kunt daarbij denken aan

de warmte van de koeien, de

lampen, het ingekuilde voer,

noem maar op. Warmte die nu

zó de lucht in gaat en die geen

enkel rendement oplevert. Ver-

spilling en in een tijd die om

duurzaamheid vraagt, onver-

antwoord.”

TotaaloplossingMueller is meer dan alleen

melkkoeltanks. Zo leveren ze

rvs-installaties voor de proces-

industrie, die gebruik maken

van chemische, biochemische,

mechanische en/of fysische

processen. “Complete appara-

ten waarin warmtewisselaars

zijn geïntegreerd, worden als

totaaloplossing geleverd aan

onder andere de chemische in-

dustrie. Naast integratie in de

afzonderlijke producten, kun-

nen warmtewisselaars echter

ook apart worden geleverd. Zo

worden ze onder andere toege-

past door een bedrijf in Duits-

land, die met de warmtewis-

selaars windenergie omzet in

methaangas. Windenergie kun

je namelijk niet opslaan: me-

thaangas wel.”

KelderbiertanksDe echte groeimarkt voor Mu-

eller zit momenteel in het

fabriceren en plaatsen van

biertanks. “De Nederlandse

markt is wat dat betreft rede-

lijk verzadigd, maar in Duits-

land en vooral Engeland ligt er

nog een enorme groeipotentie.

Voor Engeland hebben we een

partner gevonden die samen

met ons de Engelse horeca aan

de kelderbiertank wil krijgen.

We hebben al proefgedraaid op

verschillende festivals en de re-

sultaten zijn heel positief. Ons

doel is nu om alle fusten in het

Wembley stadion te vervan-

gen door biertanks. Als je weet

dat er tijdens een gemiddelde

match in goed anderhalf uur

80.000 liter bier wordt gedron-

ken, kun je je voorstellen wat

een werk dat geeft bij het aan-

en loskoppelen van de fusten.

Een biertank is de oplossing en

geeft de horecaondernemer ook

nog eens de vrijheid om voor

zijn eigen merk bier te kiezen,

zonder zich te hoeven verbin-

den aan één leverancier. Dat

laatste geldt voor de Engelse

horecaondernemer, maar ook

voor zijn Nederlandse collega.”

Missie“Om welk soort koeltank het

ook gaat en voor welke toe-

passing dan ook, onze missie

is eenduidig: als rvs-specialist

willen we op een duurzame en

maatschappelijk verantwoorde

manier een bijdrage leveren aan

een goede en gezonde voedsel-

voorziening op de wereldmarkt.

Dit doen we door middel van

het leveren van hoogwaardige

producten, uitstekende service

en innovatieve oplossingen

voor kwalitatief hoogwaardige,

al dan niet geconditioneerde,

opslag van vloeistoffen.”

www.paulmueller.nl

mueLLeR SiLOTANKS meT eeN TOTAALiNhOuD vAN 3 x 55.000 LiTeR bij eeN GeiTeNbeDRijF iN LimbuRG.

wYTze TjepKemA, GeNeRAL mANAGeR mueLLeR bv NeDeRLAND: “we pRObeReN veehOuDeRS eN De zuiveLweRKeNDe beDRijveN iN OpKOmeNDe

mARKTeN Te OveRTuiGeN DAT eeN mueLLeR-TANK ‘SimpLY The beST iN RvS iS’.’

zONNepANeLeN meT KOeLbAK iN eThiOpië.

Page 10: Agri & food Special

Agri & Food Special

Focus op de periferieRuim negentig procent van de mbo leerlingen melkvee en ak-kerbouw aan het Groenhorst Emmeloord volgt een opleiding in het kader van bedrijfsopvol-ging.Het resterende percentage beweegt zich, naar de woorden van directeur Anne Dijk, ‘in het gebied van de periferie’. En het is juist uit die aan de agro ge-relateerde periferie dat er een grote en toenemende vraag is naar geschoolde en vakbekwa-me mensen.

Van de honderd meest concur-

rerende economische clusters

van Nederland behoort meer

dan éénderde tot sector Agro

& Food. Dat is fundamentele

kracht, die voortkomt uit spe-

cialisatie, ondernemerschap

en innovatie. Goed opgeleide

werknemers zijn essentieel

voor het ontwikkelen, invoe-

ren en vermarkten van nieuwe

producten om deze concurren-

tievoorsprong te behouden.

Anne Dijk: “Om een paar cijfers

te noemen: vijftien tot achttien

procent van ons bruto nationaal

product komt voor rekening

van Agro & Food en we staan

tweede op de wereldranglijst

van Agro & Food exporterende

landen.”

Vertekend beeldAgro & Food is echter veel meer

dan alleen de traditionele pri-

maire akkerbouw en veeteelt.

“Het werkgebied van Agro &

Food bestaat uit de primaire

productie, verwerking, toele-

verende industrie en handel in

de Agro en Food sectoren. Het

feit dat ruim negentig procent

van onze leerlingen het onder-

wijs volgt in het kader van be-

drijfsopvolging, geeft dan ook

een vertekend beeld. Juist uit

het gerelateerde bedrijfsleven

is een grote vraag naar goed

geschoold personeel. Op dit

moment hebben we op mbo en

hbo niveau in de akkerbouw een

jaarlijkse uitstroom van zo’n

tweehonderd afgestudeerde

leerlingen, terwijl er een vier-

voudige vraag is. Bij de veeteelt

zijn die cijfers achthonderd

leerlingen en is de vraag het

dubbele. En over tien jaar zelfs

een veelvoud daarvan.”

CIV (Centrum Innovatie Vakman-schap)Als uitvloeisel van het Topsec-

torenbeleid zijn landelijk een

aantal Centra voor Innovatief

Vakmanschap (CIV) ingesteld.

Zij richten zich op een betere

afstemming van de behoeften

uit het bedrijfsleven en een

meer innovatieve houding van

deelnemers en bedrijven. Het

CIV Agro & Food bestaat weer

uit acht zogenaamde Meeting

Points, regionale en sectora-

le consortia van bedrijven en

scholen, die samen zorgen voor

krachtige, uitdagende leerom-

gevingen die het beste in de

deelnemers naar voren halen.

Voor de sectoren Akkerbouw’

en ‘Melkvee’ zijn de Groen-

horst Emmeloord en Dronten

tot Meeting Points verkozen.

Meeting Points hebben een

draagvlak, een bewezen inno-

vatief vermogen en herken-

baarheid in de sector, met een

actieve participatie van bedrij-

ven.

Participatie“Het mes snijdt aan alle kan-

ten”, aldus Anne Dijk. “Werk-

gevers zorgen voor aan-

trekkelijke startbanen met

perspectieven, het onderwijs

biedt opleidingen aan met vol-

doende kwaliteit en relevante

inhoud, en de overheid ruimt

belemmerende regelgeving uit

de weg. De inbreng van het be-

drijfsleven bestaat uit kennis,

apparatuur, materialen, sa-

menwerkingsrelaties en vooral

uit de authentieke praktijksi-

tuaties die uitdagen tot actief

leren.

Bedrijven hebben om verschil-

lende redenen direct belang

bij participatie in een Meeting

Point: studenten werken met

de nieuwste machines en tech-

nologieën, ze leren de meer-

waarde daarvan te onderken-

nen en kunnen de introductie

ondersteunen. Daarnaast heeft

de ondernemer de mogelijk-

heid om studenten aan zich te

binden, vacatures sneller te

vervullen en zo te besparen op

wervingskosten. En last but not

least draagt participatie in een

Meeting Point bij aan algeme-

ne goodwill en een beter imago

van de sector.”

Open Huis Groenhorst College

Donderdag 16 januari

18.30 - 21.00 uur

Groenhorst Emmeloord

De Balkan 16, Emmeloord

(0527) 25 64 00

www.groenhorst.nl

peeT FeRweRDA (ReChTS) eN AAD vAN De buRG

Civ AGRi & FOOD

Werken aan excellent talentTekst: Fred Ootjers

De groeispurt die vooral de Friese melkveehouderij en de zuivelverwerkende industrie op dit moment doormaakt en die een voorbode is van een verdere expansie, gaat gepaard met een nijpend tekort aan vakbekwaam en geschoold personeel, voor-al op MBO niveau. Het Centrum voor Innovatief Vakmanschap (CIV) voor de sector Agri & Food moet voor de korte en lange ter-mijn de structurele oplossing bieden voor dit probleem.

Het CIV Agri & Food is talen-

tencentrum waar bedrijven en

scholen samenwerken om een

voldoende aantal studenten en

werkenden door te laten groei-

en tot innovatieve vaklui. Ta-

lent dat openstaat voor nieuwe

ontwikkelingen, deze ontdekt

en binnen de topsector Agri &

Food in de praktijk brengt. Het

CIV richt zich met name op mbo

3- en 4-niveau en op levenlang

leren.

Topsectoren“De CIV’s zijn een direct uit-

vloeisel van het topsectoren-

beleid van de overheid, zoals

dat twee jaar geleden is geïni-

tieerd”, aldus Peet Ferwerda,

directeur Mbo Life Sciences van

Nordwin College in Leeuwar-

den. “Het topsectorenbeleid

richt zich op de sectoren die be-

langrijk zijn voor de concurren-

tiepositie van Nederland. Dat

zijn bijvoorbeeld sectoren met

een hoge kennisintensiteit en

exportoriëntatie. Het toenmali-

ge kabinet heeft negen topsec-

toren aangewezen, waaronder

Agri & Food. Agri & Food omvat

alles rond voedsel, zowel de pri-

maire productie als het bewer-

ken, verwerken, vermarkten en

de distributie ervan.”

Meeting PointsOm uitvoering te geven aan het

overheidsbeleid zijn aan de ne-

gen topsectoren een groot aan-

tal CIV’s gekoppeld, verspreid

over Nederland. “Dat zijn re-

gionale en sectorale consortia

van bedrijven en scholen. Sa-

men zorgen ze voor krachtige

en uitdagende leeromgevingen

die het beste in de deelnemers

naar voren halen. Het CIV Agri

& Food is onderverdeeld in

acht Meetingpoints. Die van de

Melkveehouderij en Zuivel zijn

gevestigd in Leeuwarden, bin-

nen Nordwin College en mbo

Life Sciences, een samenwer-

king tussen Friesland College

en Nordwin College. Let wel:

het gaat hier dus niet om een

exclusief Fries gebeuren, maar

we hebben met de Meeting-

points een voortrekkersrol voor

heel Nederland. De leermodu-

les die we hier ontwikkelen –in

nauwe samenwerking met ge-

lijksoortige opleidingsinstitu-

ten in Nederland- worden uit-

eindelijk landelijk uitgerold.”

Participatie bedrijfslevenCruciaal binnen de CIV’s is de

participatie van het bedrijfs-

leven. Aad van der Burg, di-

recteur MBO 3&4/BBL van het

Nordwin College in Leeuwarden

“De ervaring leert dat je moet

blijven investeren in de af-

stemming tussen het agrarisch

onderwijs en de beroepsprak-

tijk. Dat is gemakkelijk gezegd,

maar vraagt van zowel het on-

derwijs als de beroepspraktijk

voortdurend inspanningen. De

CIV’s -en daarmee de Meeting

Points- hebben directe lijnen

met onder de Dairy Chain en

de Dairy Campus, kennis- en

praktijkleercentra waarin het

bedrijfsleven een prominente

rol speelt.”

Excellent niveau“Waar in het verleden vooral de

opleidingsinstituten bepaalden

welke onderwijsinhouden no-

dig zijn, is de rol nu omgedraaid

en wordt ze afgestemd op de

vraag uit het bedrijfsleven. Die

vraag staat centraal en het is

aan ons als CIV om daar onder-

wijs van te maken.

De verantwoordelijkheid voor

het opleiden van vaklieden ligt

niet langer alleen bij het onder-

wijs, maar bij onderwijs, werk-

gevers en overheid gezamen-

lijk. Werkgevers zorgen voor

aantrekkelijke startbanen met

perspectieven, het onderwijs

biedt opleidingen aan met vol-

doende kwaliteit en relevante

inhoud, en de overheid ruimt

belemmerende regelgeving uit

de weg. Met als uiteindelijk doel

het leveren van vakspecialisten

op excellent niveau!”

www.civ-agri-food.nl

Page 11: Agri & food Special

Agri & Food Special

Friese opleidingen vormen stevig fundament voor succesvolle melk-veehouderij en zuivelindustrieWie Nederland zegt, zegt zui-velland. De melkveehouderij en zuivelindustrie zijn samen goed voor tienduizenden banen en miljarden euro’s aan omzet. De Nederlandse zuivelsector is een van de productiefste ter wereld en bezit de kennis, technologie en natuurlijke omstandigheden om in te kunnen spelen op de groeiende wereldvraag. Met het verdwijnen van het melkquotum in 2015 zal de productie naar ver-wachting met 20 tot 30% stijgen.

De toenemende wereldvraag

naar zuivel en de verwachte

productiestijging vragen om

meer goed opgeleid personeel.

Om aan die vraag te kunnen

voldoen, is op initiatief van het

Friese bedrijfsleven het plan

Dairy Chain Friesland opge-

steld. Het plan is een samen-

werking tussen de opleidingen

van Life Sciences & Technology

Leeuwarden (Hogeschool VHL

en NHL) en Mbo Life Sciences

(Nordwin College en Friesland

College). Vanaf 1 januari 2014

spannen beide scholen zich

in om jaarlijks ten minste 200

geschoolde werknemers op te

leiden voor de melkveehou-

derij en zuivelindustrie. Naast

het bedrijfsleven participeren

de provincie Friesland, de ge-

meenten Leeuwarden en Hee-

renveen en diverse noordelijke

onderwijsinstellingen.

Andere houdingDe komst van de bedrijven

A’Ware, Fonterra en Ausnutria

naar Heerenveen en de uitbrei-

dingsplannen van Friesland-

Campina in Leeuwarden zor-

gen de komende twee jaar voor

meer dan € 500 miljoen aan

investeringen in de Friese zui-

velsector. Voor studenten biedt

dit een mooi uitzicht op een

goede baan. “Op korte termijn

zijn er bij zuivelbedrijven en

in toeleverende, verwerkende

en dienstverlenende sectoren

operators, analisten, labo-

ranten, kwaliteitsmanagers,

technologen en procestechnici

nodig”, vertelt Peet Ferwerda,

directeur Mbo Life Sciences.

“Het is van het grootste belang

dat we meer studenten oplei-

den voor de zuivelsector.”

Maar ook de primaire melk-

veehouderij, waarin de boeren

en adviseurs werken, heeft

behoefte aan meer goed op-

geleid personeel en onderne-

mers, zegt Jan van der Valk,

directeur van onder meer de

opleiding Melkveehouderij van

Hogeschool VHL. De opleiding

Melkveehouderij speelt nu al

in op de ontwikkelingen in de

zuivelsector door de studenten

meer vanuit het welzijn van de

koeien te laten denken. Met

andere woorden: ‘duurzamer’

omgaan met de koe. Van die

kennis heeft de gehele zuivel-

keten straks enorm veel pro-

fijt. “Een koe die langer leeft

en langer gezond blijft, geeft

nu eenmaal meer melk. Beter

voor iedereen dus!”

Kansen voor iedereenIn het plan Dairy Chain Fries-

land ontwikkelen onderwijs

en bedrijfsleven samen pas-

sende onderwijsprogramma’s

die aansluiten op de praktijk.

Het onderwijs stelt studen-

ten en kennis beschikbaar

aan het bedrijfsleven voor

toegepast onderzoek en in-

novaties. Het bedrijfsleven

geeft op zijn beurt studenten

de mogelijkheid om stage te

lopen.

Dairy Chain Friesland bedient

de gehele keten. “Het MBO

leidt met name mensen op

die kennis op het gebied van

producttechnologie en proces-

techniek in huis hebben. Pre-

cies waar het bedrijfseven om

vraagt”, aldus Ferwerda. De

opleiding Melkveehouderij van

Van der Valk is, als onderdeel

van de Dairy Campus, al langer

bezig is om in te spelen op de

ontwikkelingen in de melk-

veehouderij en zuivelsector.

“Dankzij Dairy Chain Fries-

land profiteert nu de complete

keten, ‘van gras tot glas’, van

de kennis en kunde binnen

Hogeschool VHL; van Melk-

veehouderij tot Voedingsmid-

delentechnologie en de Life

Sciences-opleidingen”, is de

opleidingsdirecteur overtuigd.

“Door deze integratie van

onderwijs en bedrijfsleven

kunnen wij meer toegepast

onderzoek doen en innova-

ties bewerkstelligen. Daarmee

houden we onze opleiding

interessant voor toekomsti-

ge studenten.” En dat heeft

weer een positieve invloed op

de instroom van studenten in

de opleidingen van Mbo Life

Sciences en LS&T Leeuwarden.

Het mes snijdt dus aan twee

kanten, vindt ook Ferwerda.

“Dairy Chain Friesland zorgt

ervoor dat we de benodigde

200 mensen per jaar kunnen

opleiden voor de zuivelsec-

tor.”

Ook voor mensen die momen-

teel geen werk hebben, bieden

de ontwikkelingen in de melk-

veehouderij en zuivelindustrie

kansen. Ferwerda legt uit: “Via

een verkort leertraject kunnen

zij zich laten om- of bijscholen

en zo vrijwel direct aan de slag

in de zuivelindustrie. Eenmaal

aan het werk kunnen zowel

jonge als ervaren professio-

nals hun kennis verder ver-

breden en verdiepen door het

volgen van een breed aanbod

aan deeltijdopleidingen van op

MBO en op HBO niveau. Vol-

waardige studies die opleiden

tot een erkend vakdiploma.”

Unieke samenwerkingDe samenwerking tussen Life

Sciences & Technology (LS&T)

Leeuwarden en Mbo Life Sci-

ences zorgt voor een stevig

fundament voor een succes-

volle uitvoering van Dairy

Chain Friesland. De geza-

menlijke leeromgeving is een

unicum in Nederland. Omdat

LS&T en Mbo Life Sciences ge-

bouw, docenten en apparatuur

delen, ontstaat er een uitzon-

derlijke synergie en zijn er

prima doorstroommogelijk-

heden. Bijvoorbeeld naar op-

leidingen als Voedingsmidde-

lentechnologie, Bedrijfskunde

& Agribusiness en Biotechno-

logie.

Wendy Zuidema-Haans, di-

recteur LS&T Leeuwarden, is

blij met de samenwerking die

in Dairy Chain Friesland wordt

gerealiseerd. “We delen dit

succes met de bedrijven, zij

hebben op tijd de goede vragen

gesteld. En uiteraard ook met

de overheden; de provincie

Friesland steunt het plan fi-

nancieel, dat is geweldig! Wel-

ke dairyopleiding de student

ook kiest, twee dingen kunnen

we garanderen: een baan en

collega’s die staan voor de in-

houd van hun vak.”

iNGRiD De bOeR eN hAYCO vAN DeR veeN

Page 12: Agri & food Special

Agri & Food Special

NieLSeN-mASSeY vANiLLAS

‘Pure, 100% natuurlijke extracten’Tekst: Roeline Kuiper, Rotenco Communicatie

Nielsen-Massey Vanillas, met vestigingen in Leeuwarden en de Verenigde Staten, behoort we-reldwijd gezien tot de 3 grootste producenten van pure, 100% na-tuurlijke extracten op basis van koude-extractie. In Leeuwarden worden vanille-extracten gepro-duceerd voor onder andere de industrie, foodservice en retail.

Nielsen-Massey Vanillas In-

ternational B.V. in Leeuwar-

den maakt onderdeel uit van

het Amerikaanse familiebedrijf

Nielsen-Massey Vanillas, waar

sinds 1907 inmiddels de derde

generatie Nielsen aan het roer

staat. Het concern produceert

verschillende pure extracten

van vanille, chocolade, koffie,

amandel, citroen, sinaasap-

pel, sinaasappelbloesemwater

en pepermunt. Deze extracten

worden wereldwijd toegepast in

de voedingsmiddelensector.

Verfijnde geur en smaakAlgemeen directeur Bouwe de

Vries vertelt: ‘In Leeuwarden

produceren we sinds 1995 va-

nille-extracten en zijn distri-

buteur van de andere extracten

die in de Verenigde Staten vol-

gens hetzelfde productiepro-

cedé worden gemaakt. In sep-

tember 2013 zijn we verhuisd

naar de Apolloweg 8 in Leeu-

warden. Dit pand is middels een

half jaar durende verbouwing

aangepast naar onze wensen en

alle normen voor de voedings-

middelenindustrie. Tijdens een

spectaculaire opening in okto-

ber hebben we met personeel

en klanten gevierd dat onze

productieruimte is verdriedub-

beld en de kantoorruimte is

vertienvoudigd.’

In de productiehal wordt het lei-dingwater gefilterd middels een ozon installatie. Vervolgens worden door middel

van koude-extractie vele soor-

ten vanille-extracten geëx-

traheerd (onttrokken) uit peu-

len van verschillende soorten

vanilleplanten van plantages

wereldwijd. De peulen wor-

den geplukt als ze nog niet rijp

zijn, waarna ze vochtig verhit

en voorts langzaam gedroogd

worden. Door dit fermenta-

tieproces verandert de onrij-

pe, niet-aromatische vrucht

in een zwart vanillestokje met

een verfijnde geur en smaak.

De gedroogde peulen worden in

Leeuwarden versneden. Tijdens

verschillende sessies -waarbij

suikers, water en alcohol wor-

den toegevoegd- is het mogelijk

om de circa 300 verschillende

geur- en smaakcomponenten

uit de peul en de zaadjes (het

vanillemerg) te extraheren. Het

procedé koude-extractie staat

garant voor optimale kwaliteit

en smaak.

Groeimarkten foodservice en consumenten‘Wereldwijd is er meer vraag

naar vanille dan er geleverd kan

worden’, aldus de Vries. ‘Veel

producenten nemen daarom

hun toevlucht tot het maken

van synthetische vanille. Wij

gebruiken voor al onze extrac-

ten alleen puur natuurlijke

grondstoffen. Onze biologische

producten voldoen aan de Skal

en USDA/NOP eisen. De zeer di-

verse vanille-extracten worden

gebruikt in allerhande gerech-

ten van cupcake tot de verfijnde

keuken, maar ook voor medicij-

nen en parfum.’

‘Onze grootste groei zit in de

consumentenmarkt en food-

service branche. Mooie ge-

rechten maken met heerlijke

ingrediënten heeft een enorme

vlucht genomen. Ook de diver-

se kookprogramma’s op TV zijn

hier debet aan. Al onze extrac-

ten zijn verkrijgbaar in verpak-

kingen van 60 ml tot ieder ge-

wenst formaat en we leveren in

vrijwel alle landen wereldwijd.

De consument vindt op onze

website altijd een detailhandel/

delicatessenzaak in de buurt.

De vestiging Leeuwarden telt

10 medewerkers. We zijn be-

zig met het vormen van een

management team. Hiervoor

zijn we op zoek naar een Qua-

lity Control manager en een

Production Planner. Mochten

mensen geïnteresseerd zijn

in één van deze functies dan

kunnen ze de QR code scannen

voor meer informatie. Op korte

termijn zullen we in meer func-

ties uitbreiden. Tot slot staat

de bouw van een proefkeuken

gepland voor demonstraties.

De groei zit er goed in dus volle

kracht vooruit.’

www.nielsenmassey.com

Innovatief groothandel- concept voor de horecaHet was in 1998 dat vier man-nen uit de branche -Jan Veen-stra, Bert Geuze, Evert Blaauw en Koenraad Winter- de koppen bij elkaar staken voor een inno-vatief groothandelconcept voor de horeca. Het was twee jaar later -om precies te zijn op 24 januari 2000- dat VHC ActiFood een feit was.

“Belangrijkste doelstelling

was en is: een nieuw soort

groothandel te zijn voor de

ondernemer in de horeca, met

een breed assortiment en een

ongekend hoge servicegraad”,

aldus Evert Blaauw, een van

de directeuren van VHC Acti-

Food. “Vanaf dag één hebben

we gekozen om niet alleen een

leverancier, maar ook en voor-

al een partner te zijn voor de

horeca. Alles wat we doen, elke

zakelijke stap die we zetten, is

afgestemd op de behoefte van

onze klanten.”

In de afgelopen dertien jaar

maakte VHC ActiFood een

spectaculaire groei door, met

als voorlopig sluitstuk in het

voorjaar van 2013 een aan-

zienlijke uitbreiding en reno-

vatie van het bedrijfspand op

het industrieterrein Veneko-

ten in het Friese Oosterwolde.

In die jaren is VHC ActiFood

uitgegroeid tot een totaalleve-

rancier voor de meest uiteen-

lopende horecagelegenheden.

Met meer dan 20.000 artikelen

vinden cafetaria’s, kantines,

restaurants, café’s, hotels,

instellingen en sociale werk-

plaatsen altijd precies datgene

waar ze naar op zoek zijn.

Het partner willen zijn voor de

ondernemer in de horeca ver-

taalt zich onder andere in de

uitbreiding van de adviesfunc-

tie van VHC ActiFood. “Onze

specialisten zijn niet alleen een

klankbord voor ondernemers,

maar ze denken ook actief mee

waar het gaat om assortiment,

kwaliteit en voorraad. En om

nog een stapje verder te gaan:

in onze nieuwbouw kunnen

horecaondernemers kokke-

rellen in de demokeuken om

nieuwe gerechten en smaken

te proberen en worden er in

onze trainingsruimte de meest

uiteenlopende workshops en

trainingen gegeven. Kijk: en

dat bedoelen we dus met een

‘innovatief groothandelcon-

cept’.”

VHC ActiFood

Buurstede 1, Oosterwolde

(0516) 56 71 07

www.actifood.nl

CSK FOOD eNRiChmeNT

Say cheese to taste!CSK Food Enrichment in Leeu-warden. Een eigentijdse be-drijfsnaam, maar de letters ‘CSK’ gaan terug tot het jaar 1905 wanneer een achttiental Friese zuivelfabrieken de Coöperatie-ve Stremsel- en Kleurselfabriek oprichtten. Doel was om met zui-velcultures smaak aan kaas te geven, iets wat tot op de huidige dag de corebusiness van CSK is gebleven. Ruim honderd jaar geleden voor die achttien zui-velfabriekjes in Friesland: anno 2013 worden de producten van-uit Leeuwarden naar ruim dertig landen over de hele wereld ge-exporteerd.

“Men kent ons in de branche

als ‘de tastemakers’”, vertelt

Sanne Melles, algemeen direc-

teur van CSK. “Wij bepalen de

smaak van allerlei producten

die van melk worden gemaakt.

Dat is vooral kaas, maar bij-

voorbeeld ook yoghurt, kwark

en boter. Die smaak komt van

melkeigen bacteriën, het zo-

genaamde zuursel, waarvan

wij honderden varianten pro-

duceren. Van zichzelf smaakt

alle melk hetzelfde, maar het

verschil zit hem in de bacterie.

Er zijn talloze soorten bacteri-

en die melkzuur produceren en

daarbij hun eigen karakteris-

tieke smaak en aroma aan het

zuivelproduct meegeven.”

Flavour wheel“In ons laboratorium in Ede ma-

ken we voortdurend selecties van

die bacteriën, afgestemd op de

vraag van de klant. Die klant wil

bijvoorbeeld een laagvet kaas.

Probleem van dit type kaas is dat

ze vrijwel geen smaak heeft en

dat ook de textuur niet uitnodigt

tot consumptie. Met hulp van

ons ‘Flavour wheel’ -een pallet

van smaken- gaan we in nauwe

samenwerking met de klant op

zoek naar de gewenste smaak en

passen tegelijk de textuur aan.

Alles met inzet van authentieke,

hoogwaardige zuivelingrediën-

ten, puur natuurlijk en die naad-

loos aansluiten op een gezonde,

verantwoorde en duurzame ma-

nier van leven.”

NieuwbouwOm aan de toenemende we-

reldwijde vraag te voldoen is

recent bij de bestaande strem-

selfabriek aan de Pallasweg in

Leeuwarden een nieuwe zuur-

selfabriek gebouwd. “Met de

nieuwbouw zijn alle kernacti-

viteiten van CSK op één plek

samengebracht. Kaas is nog

altijd onze corebusiness, maar

er is steeds meer vraag naar

gefermenteerde producten als

yoghurt en kwark. De nieuwe

fabriek heeft een dubbele capa-

citeit ten opzichte van de oude

situatie en met uitbreidings-

mogelijkheden naar de toe-

komst.”

CSK Food Enrichment

Pallasweg 1, Leeuwarden

(058) 284 42 42

www.cskfood.com

Page 13: Agri & food Special

Agri & Food Special

SmeDiNG:

AGF grootleverancier en koploper in duurzaamheidTekst: Fred Ootjers

Het begint in 1934, wanneer Rients Smeding in Wommels ‘R. Smeding’s Aardappelen-Groen-ten-Fruit’ begint. Bijna tachtig jaar later is het eenmansbedrijf-je uitgegroeid tot een professio-nele groothandelsorganisatie in aardappelen, groenten en fruit (AGF) met landelijke dekking en staan twee kleinzonen Smeding aan het hoofd van een onder-neming die inmiddels zo’n 350 werknemers telt.

Smeding Groenten Fruit is ge-

vestigd op bedrijventerrein De

Wissel in Sint Annaparochie in

een enorm distributiecentrum.

Op een willekeurige dag staan

bij de tientallen haal- en breng

docks in slagorde evenzovele

vrachtwagens met de vertrouw-

de ‘Smeding’ belettering op-

gesteld, terwijl langs de straat

vrachtwagens uit binnen- en

buitenland in colonne wachten

om geladen of gelost te wor-

den. Marco Duineveld verant-

woordelijke voor commercie bij

Smeding: “Alles bij Smeding is

gericht op snelheid. Groente en

fruit vormen immers ultra ver-

se producten met een zeer be-

perkte houdbaarheid. Eenmaal

geoogst is het zaak de produc-

ten zo snel mogelijk bij de klant

te krijgen. Vanaf het moment

dat de producten bij ons bin-

nen komen, vinden ze via een

volledig geautomatiseerd sys-

teem uiteindelijk hun weg naar

de klant. Een systeem dat ons

in staat stelt zowel volle colli’s

(dozen, kratjes) richting retail,

als gemengde colli’s richting

horeca op een efficiënte wijze

uit te leveren.”

Foodretail & Foodservice De diensten van Smeding wor-

den onderverdeeld in Foodre-

tail en Foodservice. Als Fresh

Partner van Sligro Food Group

levert Smeding wekelijks zowel

via de bezorgservice als via de

Sligro Zelfbedieningswinkels

aan 7000 horeca ondernemers.

“We hebben een groot klanten-

spectrum, zoals ziekenhuizen,

recreatieondernemingen, cate-

raars, warenhuizen, scholenge-

meenschappen, hobbykoks en

een groot scala aan restaurants.

Van sterrenzaak tot snackbar.

Klanten zijn onder andere Re-

derij Doeksen en De Walrus,

maar ook De Efteling, Dieren-

park Amersfoort, Center Parcs,

De Zwaluwhoeve en IKEA. Aan-

vullend beleveren we dagelijks

de retailformules EMTE, SPAR

en MARQT. Hoewel het klant-

portfolio groot is, is elke klant

-groot of klein- even belang-

rijk. Immers, we weten waar we

vandaan komen.”

OntzorgenSmeding koopt haar produc-

ten in binnen- en buitenland

direct van de boer om daarmee

de doorlooptijd tussen oogst en

uitlevering naar de klant zoveel

mogelijk te beperken. “We zit-

ten heel dicht op de eindklant,

maar ook op de producent”,

geeft Marco aan. “Gevolg is dat

onze rol zich geëvolueerd heeft

van traditionele groenteboer

naar adviseur. Zaak is om onze

klanten te ontzorgen en door de

seizoenen heen de juiste keuzes

te laten maken. Gelukkig begint

het besef weer langzaam door

te dringen dat groente en fruit

bij uitstek gekenmerkt wordt

door de seizoenen.

En dat de seizoenen zeer bepa-

lend zijn voor zowel de kwali-

teit als de prijs van het product.

Waarom producten van dui-

zenden kilometers ver halen,

terwijl er prachtige lokale al-

ternatieven voorhanden zijn?

Waarom in de winter in het

zomeraanbod blijven hangen,

terwijl er een enorme variatie

aan zogenaamde wintergroen-

ten bestaat? Variërend van een

keur aan bieten-, peen- en

koolsoorten. In dit verband

wellicht leuk om te vermelden

is dat onze vertrouwde Hol-

landse boerenkool in New York

helemaal hot is en als super-

food tegen navenante prijzen

wordt verkocht! Een ontnuch-

terende conclusie terwijl wij de

Amazone aan het afstropen zijn

naar het volgende superfood.

Zaak is dat we onze eigen keu-

ken opnieuw leren waarderen,

de seizoenen weer leren kennen

en ons de kennis rond bereiding

van deze traditionele groenten

weer eigen maken. Smeding

zet zich actief in om deze ken-

nis actief bij te brengen door

het organiseren van inspira-

tiesessies, het ontwikkelen van

receptkaarten en menu-engi-

neering. Ofwel: het actief on-

dersteunen bij het ontwikkelen

van de menukaart.”

Duurzamere teeltwijze“Naast onze klanten helpen

wij ook onze telers gericht te

innoveren zowel op het gebied

van product als verpakkings-

innovatie. De tijd van de zo-

genaamde ‘wasser-bombe’ als

metafoor voor de vervlakking

van onze groente en fruit van

eigen bodem ligt inmiddels ver

achter ons. De soortenrijkdom

naar smaak, vorm en kleur is

bijna onuitputtelijk. Ook inspi-

reren we onze telers om de om-

schakeling te maken naar een

duurzamer teeltwijze waarin

natuurlijke gewasbescherming

steeds meer de norm wordt.

dit assortiment is herkenbaar

onder de labels ‘Alle Dag Vers

Natuurlijk Eerlijk & Heerlijk’ en

‘Mijnboer’ en is sterk groeiend.

Ik durf gerust te stellen dat we

een echte voortrekker en kop-

loper zijn in duurzaamheid. Zo-

wel gedreven vanuit de klant-

vraag als vanuit een intrinsieke

motivatie, die verder reikt dan

het korte termijn rendement.

In dat kader binden we ons ook

steeds meer aan lokale telers

om zodoende een nog grotere

bijdrage te leveren aan de re-

gionale economie en het aan-

tal aanvoerkilometers verder-

gaand te minimaliseren.”

Kristallisatiepunt“We zijn gevestigd in een ge-

bied dat van oorsprong geken-

merkt wordt door veel groente-

en fruitteelt. Wij willen bewust

een bijdrage leveren aan een

actief herstel van deze oor-

spronkelijke basis. Als Neder-

landers zijn we geneigd om bij

eerlijke handel of duurzaam-

heid direct naar het buitenland

te kijken. Maar de uitdagingen

waarvoor we dagelijks staan in

het sentiment van de huidige

prijzenoorlogen, zijn zeker zo

groot. Met het omarmen van

onder andere Kwekerij ’t Wiid

in Wier ontwikkelen we -samen

met EMPATEC- een kristallisa-

tiepunt, waar kennisuitwisse-

ling en duurzame teelt het uit-

gangspunt vormen. Hier gaan

we op het terrein van het reeds

bestaande teeltbedrijf in de ko-

mende jaren een inspiratiekeu-

ken, trainingscentrum en land-

schapstuin met een veelheid

aan oorspronkelijke appel- en

perenrassen realiseren.”.

Groente en Fruit revolutieGroente en fruit zijn een hot

item. In de Boeken Top 10 staat

steevast een aantal boeken die

de nadruk leggen op de gezond-

heidsaspecten van groente en

fruit. Een goed voorbeeld is De

Voedselzandloper van Kris Ver-

burg. Marco: “Vijftig procent

van alle ziektes is aan voeding

gerelateerd. Meer dan een mil-

joen mensen zijn diabetes type

2 patiënt. Obesitas is zo langza-

merhand verworden tot volks-

ziekte nummer 1. Niet alleen

onder volwassenen, maar heel

nadrukkelijk ook onder kinde-

ren. De oorzaak is simpel: we

eten te veel van alles, we eten

te eenzijdig, we eten te veel

koolhydraten (suikers) en we

bewegen te weinig. Steeds meer

onderzoekers en artsen pleiten

dan ook voor een drastische

aanpassing van ons voedings-

patroon. Groente en fruit zou-

den veel meer de basis moeten

vormen van ons voedingspa-

troon, door de aanwezigheid

van onder andere vitaminen,

mineralen, fytonutriënten en

vezels. In dat kader is het dan

ook onbegrijpelijk dat groente

al decennia lang laagwaardig

wordt weggezet en zo zoetjes-

aan de status van een side dish

heeft gekregen. De tijd is rijp

dat groente en fruit een pro-

minentere positie verwerven

op het etensbord thuis, in het

restaurant, in het ziekenhuis of

onderweg. We zien het als onze

missie telers en klanten op een

inspirerende wijze te helpen

om deze omslag mogelijk te

maken. Een omslag die vanuit

het oogpunt van duurzaamheid,

gezondheid en food costs alleen

maar winnaars kent!”

www.smeding.nl

mARCO DuiNeveLD vAN SmeDiNG GROeNTeN eN FRuiT

iNSpiRATieSeSSie bij biOLOGiSChe TeLeR GeRjAN SNippe iN zeewOLDe

KweKeRij iT wiiD iN wieR

heT hOOFDKANTOOR eN DiSTRibuTieCeNTRum vAN SmeDiNG iN SiNT ANNApAROChie

Page 14: Agri & food Special

Agri & Food Special

KLAAS hAANSTRA, DiReCTeuR AGRiTeAm FRYSLâN

‘Voor elk goed agrarisch onder- nemersplan hebben wij geld over’Tekst: Fred Ootjers

Ze staan als Agriteam ABN AMRO heel dicht op hun klan-ten, de agrariër en de daaraan gerelateerde agribusiness. Let-terlijk heel dichtbij: de meeste gesprekken vinden plaats op het boerenerf, aan de keukenta-fel of in de stal. Klaas Haanstra, directeur Agriteam Fryslân en zelf boerenzoon, over affiniteit, grondprijzen en een fabel.

ABN AMRO heeft verdeeld over

Nederland elf Agriteams. De

teams bestaan uit agrarisch re-

latiemanagers, die weten wat

er speelt in de agrarische sec-

tor. Hun kennis vormt de basis

voor het financiële advies, dat

volledig afgestemd wordt op

de persoonlijke situatie. Haan-

stra: “ABN AMRO heeft in 2011

gekozen voor een verdere pro-

fessionalisering van de dienst-

verlening en bundeling van

mensen en kennis.. Verdeeld

over de verschillende sectoren

-waaronder de agrarische- zijn

er teams van specialisten op-

gezet die precies weten wat er

in de betreffende sector leeft.

De medewerkers hebben vrij-

wel zonder uitzondering zelf

een agrarische achtergrond en

daarom een grote mate, haast

vanzelfsprekende affiniteit met

de doelgroep. Gekscherend noe-

men we onszelf wel ‘de boeren

binnen de bank’. Veel hebben

een hogere agrarische opleiding

gevolgd, wat ze in staat stelt

mee te denken in de bedrijfs-

strategie van de agrarische on-

dernemer.”

RisicoHaanstra benadrukt dat het

Agriteam niet op de stoel van

de agrarische ondernemer

gaat zitten. “De boer blijft on-

dernemer. Hij kan ons advies

met betrekking tot zijn finan-

ciële bedrijfsvoering ter harte

nemen, maar hij kan het ook

naast zich neer leggen. Wij

zijn niet dwingend of sturend,

maar denken mee en vooruit in

de consequenties die bijvoor-

beeld het aankopen van grond

kunnen hebben. De landbouw

toont zich crisisbestendig. Zo-

wel in de melkveehouderij als

de akkerbouw vindt schaalver-

groting plaats met een stijging

van de grondprijzen tot gevolg.

Wat te doen? Nu grond kopen

voor schaalvergroting met het

risico dat er op een later mo-

ment geen middelen beschik-

baar zijn voor uitbreiding van

de gebouwen? Belangen die

zorgvuldig tegen elkaar moeten

worden afgewogen en waar-

in wij de agrariër vanuit onze

expertise en affiniteit met het

onderwerp een gedegen advies

kunnen geven.”

BeoordelingAls directeur van het Agriteam

Fryslân heeft Haanstra de eer-

ste beslissingsbevoegdheid in

het beoordelen van een onder-

nemersplan. “Juist het gegeven

dat we als Agriteam heel dicht

bij de boerengezinnen staan,

maakt dat we goed inzicht heb-

ben in alle relevante factoren

die van belang zijn bij een mo-

gelijke financiering. We nemen

de plannen op de vertrouwde

eigen locatie van de onderne-

mer zorgvuldig door en als we

er een reële kans van slagen in

zien, geven we ter plekke een

principe-akkoord. Een princi-

pe-akkoord dat in de regel leidt

tot een definitieve beslissing

om het plan te financieren.”

VerdienmodelVan doorslaggevend belang is

het feit dat het verdienmodel

van de agrarisch ondernemer

gezond moet zijn. “Er wordt

vaak gedacht dat zekerheid

-zoals grond- de belangrijkste

factor is voor de financierbaar-

heid van bedrijven. Zo zien wij

dat niet. Een structureel gezon-

de bedrijfsvoering biedt meer

financiële garantie voor de

toekomst, dan je voortbestaan

als agrarisch ondernemer te

verbinden aan de grond. Ver-

leidelijk en vanuit het wezen

van de boer begrijpelijk, maar

de sterke schommelingen in de

grondprijzen van de afgelopen

decennia laten zien hoe relatief

die zekerheid is.”

VertrouwenEn om een hardnekkig misver-

stand uit de wereld te helpen: de

kredietkraan van de ABN AMRO

is allerminst dicht gedraaid.

“Tot in de vakbladen aan toe

verschijnen er berichten dat wij

als bank geen kredieten meer

zouden verschaffen. Een fa-

bel die een eigen leven is gaan

leiden en volkomen ongegrond

is. Als ABN AMRO en zeker als

Agriteam hebben wij alle ver-

trouwen in de toekomst van

de agrarische sector, zowel op

korte als lange termijn. Voor elk

goed agrarisch ondernemers-

plan hebben wij geld over. Zo

eenvoudig is dat. Wie een plan

heeft kan mij bellen en dan ma-

ken we direct een afspraak. Niet

bij ons op kantoor, maar bij de

ondernemer thuis.”

Nieuwsgierig? Bel Klaas Haan-

stra op (06) 10 91 62 45.

www.abnamro.nl/agrarisch

pieR bAKKeR vAN AGRi vASTGOeD:

‘We denken als agrariërs’Ze hebben hun roots in Fries-land, zijn als vastgoedmakelaar voor de agro marktleider in de provincie en ze voelen zich sterk verbonden met de doelgroep. Agri Vastgoed in Leeuwarden viert in 2014 haar vijftigjarig bestaan, een periode waarin de makelaardij uitgroeide van een enkele medewerker, tot een bu-reau waarin negen specialisten vooral de Friese agrariërs van dienst zijn in onroerend goed zaken.

Het begint in 1964 wanneer het

Friese Accountantsbureau be-

sluit een bescheiden vastgoed-

poot te openen. Pier Bakker,

directeur Agri Vastgoed: “Vanaf

de start is het een puur agrari-

sche makelaardij geweest. Het

merendeel van het werk in die

beginjaren bestond uit fiscale

transacties. Geleidelijk kwamen

daar de echte makelaarsactivi-

teiten bij en groeide het kantoor

uit tot een volwaardig vastgoed-

bedrijf. In 2006 werd AVM over-

genomen door ACCON en ging

het accountantskantoor verder

als ACCON-AVM. Een jaar later

maakte de vastgoedpoot zich los

van het moederbedrijf en waren

we vanaf dat moment als Agri

Vastgoed een geheel zelfstandi-

ge onderneming.”

VakspecialistenAgri Vastgoed houdt zich onder

andere bezig met verkoop, aan-

koop, pachtzaken, emigratie,

semigratie en onteigenings-

zaken. “Op elk gebied hebben

we vakspecialisten zitten. De

meeste van ons hebben een

agrarische achtergrond en we

staan heel dicht bij de onderne-

mer. We denken als agrariërs.”

ProfessionaliseringDe voortgaande professiona-

lisering van de agrarische be-

drijfstak vertaalt zich ook in

het steeds beter documenteren

van gegevens. “Vroeger -nog

niet eens zo heel lang geleden-

werden er zaken beklonken op

de achterkant van een siga-

rendoosje. Dat is niet meer van

deze tijd. De gemiddelde boer is

tegenwoordig meer dan gemid-

deld geschoold. Veel hebben de

hogere landbouwschool gedaan

en ze benaderen hun bedrijf

als een echte onderneming. Ze

hebben voortdurend behoefte

aan actuele en gedetailleerde

informatie, voordat ze een be-

slissing nemen. Bij elke inves-

tering praten we al gauw over

enkele tonnen, geen bedragen

die je alleen op je gevoel in je

bedrijf stopt.”

GrondprijsGemiddeld bestaat de waar-

de van een agrarisch bedrijf in

Friesland voor negentig procent

uit grond, gebouwen en pro-

ductierechten. “De agrarische

sector doet het over de hele li-

nie goed, wat maakt dat ook de

grondprijs goed is. In Friesland

zijn die prijzen per gebied ech-

ter heel verschillend. Feit is dat

goede grond schaars is. Voor

wat betreft de melkveehouderij

zie je dat de boeren zeer streek-

gebonden zijn. Van belang is

wie je buren zijn en in welke

omgeving je terecht komt. Die

factoren bepalen voor een groot

deel de prijs. Het liefst blijft de

boer zitten waar hij zit en pro-

beert hij zoveel mogelijk gron-

den te verkrijgen die aansluiten

op zijn bestaande areaal. Met

als gevolg dat de grondprijs in

die gebieden als hoog wordt

ervaren. In de akkerbouw is er

vooral vraag naar kwalitatief

zeer goede grond. Over het al-

gemeen zie je dat de agrariër bij

voorkeur ook hier in zijn eigen

en vertrouwde regio wil blijven

boeren.”

SchaalvergrotingIn 1984 werd het melkquotum

geïntroduceerd en ging van-

af dat moment een groot deel

van de investeringen van vee-

houder szitten in de aankoop

van melkquota. Er werd niet of

nauwelijks geïnvesteerd in be-

drijfsgebouwen, en stallen die

oorspronkelijk gebouwd waren

voor een afschrijfperiode van

twintig jaar, waren veertig jaar

later nog in gebruik.

“Vanaf 2008 zijn de boeren

weer gaan investeren in de

bouw van stallen, om zich nu

te concentreren op het verwer-

ven van meer grond. De schaal-

vergroting gaat onverminderd

door en behalve in de breedte

wordt er ook veel geld vrijge-

maakt voor een optimalisering

van de bedrijfsinfrastructuur.”

Ondernemend afbouwenEen ontwikkeling waarin Agri

Vastgoed als makelaar ook een

rol speelt, is het ‘ondernemend

afbouwen’. “We hebben het

dan over stakende boeren, boe-

ren die hun bedrijf beëindigen

en verkopen. In het verleden

beurde hij dan een zak met geld,

liet zich een mooi huis bouwen,

kocht een lijfrente en liet het

aan de bank om zijn restkapi-

taal te beleggen. De bankpe-

rikelen van de afgelopen jaren

hebben echter gemaakt dat een

deel van de stakende boeren

zelf hun financiële zaken ter

hand nemen en gaan investe-

ren in de agrarische sector. Ze

verkopen hun land niet, maar

verhuren het. Dat verschaft ze

een geregeld en waardevast in-

komen, ze houden grip en over-

zicht op hun vermogen en last

but not least blijven ze dicht bij

hun oude beroep van boer.”

Agri Vastgoed

Sixmastraat 4, Leeuwarden

(058) 284 91 71

www.agrivastgoed.nl

Page 15: Agri & food Special

Agri & Food Special

AuSNuTRiA hYpROCA

Boomingmarkt voor babyvoedingTekst: Fred Ootjers

In de wachtruimte van de Ausnu-tria Hyproca-locatie in Leeuwar-den hangt aan de muur een schil-derij van een goede twee meter hoog bij drie meter breed. Het doek toont de beschouwer een meer dan levensgrote baby die op de rug liggend in een typisch Fries landschap zich tegoed doet aan een zuigflesje half gevuld met melk die het tussen de tenen geklemd houdt. Een vertederend beeld dat in één oogopslag laat zien waar Ausnutria Hyproca voor staat.

“Flesvoeding gebaseerd op

melkpoeder is inderdaad onze

corebusiness”, vertelt Ger-

rit Bijlsma, managing direc-

tor Lypack Leeuwarden. “Een

business die hier in Leeuwar-

den terug gaat tot het jaar

1912 wanneer de zuivelfabriek

Lijempf -Leeuwarder IJs en

Melkproducten Fabriek- wordt

opgericht. In 1938 wordt met

de ontwikkeling van melkfor-

mules voor baby- en kinder-

voeding begonnen. De fabriek

wordt later overgenomen door

Royal Wessanen en de naam

vanwege de toegenomen con-

tacten in het buitenland veran-

derd in Lyempf. Er volgt nog

een overname door Nutricia

en in 1999 koopt de Hyproca

Dairy Group de fabriek in Leeu-

warden en wordt de naam ve-

randerd in Lypack. De Hypro-

ca Dairy Group had in 1996 al

een zuivelfabriek in Ommen

overgenomen en in 2011 wordt

ze ook eigenaar van een fabriek

in Kampen. Tegenwoordig is

de productie van flesvoeding,

zowel onder eigen merknaam

als op basis van private label

en contract manufacturing, de

kernactiviteit van de fabriek-

en in Leeuwarden en Kampen

en levert de fabriek in Ommen

niet alleen onder eigen merk,

maar ook aan diverse grote in-

ternationale bedrijven hoog-

waardige zuivel-ingrediënten.

Samen met onze collega’s in

Heerenveen en Almelo vormen

wij één organisatie onder de

naam Ausnutria Hyproca”

SynergieDoor de synergie tussen de ver-

schillende bedrijfsonderdelen

garandeert Ausnutria Hyproca

een integraal beheerste pro-

ductieketen, waardoor de or-

ganisatie de kwaliteit in eigen

hand houdt. Het samenvoegen

van de verschillende bedrijfs-

culturen ging echter niet zonder

slag of stoot, wat niet ongebrui-

kelijk is in dit soort processen.

Bijlsma: “Voor je alle neuzen

in dezelfde richting hebt, ben

je inderdaad alweer een poos

onderweg. Maar daarna gaat de

synergie uit dat proces dan ook

als een vliegwiel werken. Ze-

ker wanneer je door veranderde

omstandigheden in de wereld-

markt van flesvoeding de wind

stevig in de rug krijgt.”

Chinese melkpoederschandalenEen van die -vrij plotseling-

veranderende omstandigheden

was het melkpoederschandaal

in China in 2008. Als gevolg

van de vervuiling van het melk-

poeder met melamine kregen

maar liefst driehonderdduizend

baby’s nierstenen en kwamen

er minstens zes kinderen om

het leven. “Ouders van baby’s

in China verloren in één klap

het vertrouwen in het melk-

poeder dat in eigen land werd

gemaakt en kozen massaal

voor geïmporteerde flesvoeding.

Nederland had en heeft wereld-

wijd een uitstekende reputa-

tie op het gebied van zuivel.

Consumenten hebben dan ook

veel vertrouwen in flesvoeding

van Nederlandse oorsprong.

Er volgde in China een ware

stormloop op de winkelschap-

pen naar melkpoeder uit Ned-

erland, een beweging die tot

op de dag van vandaag voortd-

uurt. Recent is er nóg weer een

schandaal in China geweest, nu

omdat importeurs sjoemelden

met de houdbaarheidsdatum

van het melkpoeder. Al met al

maakt het dat Chinese ouders

terecht zeer kritisch zijn in hun

keuze voor flesvoeding en de

afzetmarkt in China enorm is

gegroeid. Alfred Haandrikman,

manager R&D: “De schandalen

in China hebben ook geleid tot

strengere regels voor produ-

centen van babyvoeding die

naar China exporteren. Regels

die hoge eisen stellen aan de

kwaliteit van de ingrediënt-

en en productieprocessen. Wij

als bedrijf verwelkomen deze

strengere eisen en hebben be-

wezen hieraan te voldoen.”

GroeimarktenMaar ook de versoepeling van

het één-kind beleid in China

is een potentiële groeimarkt

voor de afzet van flesvoed-

ing. Froukje Dijkstra, manager

Inkoop & Logistiek: “Decenni-

alang mochten Chinese ouders

niet meer dan één kind nemen.

Onlangs is aangekondigd dat

ze in de toekomst twee kin-

deren mogen krijgen, mits één

van de ouders enig kind is. In

dat besluit liggen voor Ausnu-

tria Hyproca enorme kansen

om de Chinese ouders die geen

borstvoeding kunnen of wil-

len geven, de beste kwaliteit

flesvoeding te kunnen bieden.

Daarnaast profiteren we van de

opkomende markten als Afrika,

het Midden-Oosten, Rusland

en andere delen van Azië met

een groeiende welvarende mid-

denklasse, gekoppeld aan de

ontwikkeling dat steeds meer

vrouwen in die delen van de

wereld voor een baan kiezen.

En dan vaak voor het gemak

voor flesvoeding kiezen. Wij

als organisatie willen bijdra-

gen aan het aanbod gezonde

en nutritionele flesvoeding in

deze landen, zodat ook de oud-

ers daar die geen borstvoeding

kunnen of willen geven, een

goede keus kunnen maken voor

hun kind. Deze wereldwijde

ontwikkelingen maken dat we

vanaf het samengaan van de

verschillende fabrieken onder

de naam Ausnutria Hyproca een

explosieve groei doormaken.

Onze huidige productiecapac-

iteit is echter niet groot genoeg

om aan de stijgende vraag te

voldoen. Dit en onze focus op

kwaliteit vormt de basis voor

onze investeringen, waaronder

de bouw van de nieuwe fabriek

in Heerenveen.”

Werkgelegenheid nieuwbouwHeerenveen Die groei maakt niet alleen uit-

breiding van de productiefa-

ciliteiten noodzakelijk, maar

ook een efficiënt samenvoegen

van enkele verspreid liggen-

de afdelingen. Petra Bakker,

manager HR: “Op dit moment

worden met name de onder-

zoeks- en salesactiviteiten ver-

richt vanuit het hoofdkantoor

in Heerenveen. Met de nieu-

wbouw in Heerenveen komen

meer afdelingen en activiteiten

bij elkaar. De eerste paal voor

de fabriek gaat voorjaar 2014

in de grond en we zijn al druk

bezig met het werven van ge-

kwalificeerde medewerkers.

In eerste instantie gaat het om

tussen de honderd- en hon-

derdtwintig medewerkers. De

vraag is vooral naar operators

die overweg kunnen met de

uiterst strenge hygiëne eisen.

We hebben al diverse gesprek-

ken gehad met sollicitanten,

waaronder zij-instromers. Daar-

naast zijn we een samenwerking

aangegaan met het UWV, de ge-

meente en opleidingsinstituut

mbo Life Sciences, om mensen

die al een kortere of langere tijd

buiten het arbeidsproces val-

len, een opleidingstraject aan te

bieden met in het verschiet een

aanstelling binnen onze organ-

isatie. Het is erg leuk om te zien

hoe enthousiast deze mensen

zijn: ze staan haast te popel-

en om te mogen beginnen! De

plekken voor dit opleiding-

straject zijn helaas al ingevuld;

openstaande vacatures voor

onder andere operators zijn te

vinden op onze website.”

www.ausnutria-hyproca.nl

www.kabritaonline.nl

Geitenmelk uit de zuigflesAusnutria Hyproca steunt de groei en ontwikkeling van baby’s en kinderen wereldwijd door het bieden van nutritionele flesvoeding,

op basis van zowel koe- als geitenmelk.Voor haar geitenmelkproducten ontvangt de organisatie geitenmelk van 40 geitenhouders,

die aangesloten zijn bij haar dochtermaatschappij Holland Geiten Melk BV. Sinds januari 2013 heeft het bedrijf haar leden de toezeg-

ging gedaan de hoogste melkprijs te betalen. In de toekomst wil Ausnutria Hyproca nog meer geitenmelk gaan verwerken, nieuwe

leveranciers zijn dan ook welkom. Bijlsma: “Hoewel babyvoeding op basis van geitenmelk een relatief onbekend product is, merken

wij een wereldwijde stijging van de vraag naar dit product. Met Kabrita, ons merk voor babyvoeding op basis van geitenmelk, willen

we een leidende positie opbouwen en na succesvolle introducties in China, Rusland en het Midden-Oosten is Europa de volgende

markt die we gaan veroveren. Verouderde Europese wetgeving heeft ons jarenlang in de weg gezeten, maar vanaf augustus dit jaar is

geitenmelk officieel toegestaan in zuigelingenvoeding. Vanaf februari 2014 is Kabrita zuigelingenmelk, opvolgmelk en peutermelk

verkrijgbaar via www.kabritaonline.nl, waar men ook alles kan lezen over de voordelen van geitenmelkvoeding.”

Page 16: Agri & food Special

Agri & Food Special

veRKLeY bv

Onzichtbaar en onmisbaarJe ziet nooit iets terug van hun werkzaamheden, maar ze zijn onmisbaar. Zonder hun kennis van zaken kon er geen woning of bedrijf draaien en bereik-ten gas, water en licht nimmer onze verwarming, tappunten en lichtarmaturen. Het werk van Verkley in Drachten ligt name-lijk in de grond. Onzichtbaar en onmisbaar.

Verkley levert ondergrondse

infrastructuren voor gas, wa-

ter, elektra, Kabeltelevisie,

warmtenetten en telecom. Erik

Blauw, algemeen directeur:

“Wij doen, zeg maar, het ont-

werp en aanleg van boven- en

ondergrondse infrastructuur.

Een gas- of voedingsleiding

naar en onder de fabriek leg-

gen, de waterleiding opzij leg-

gen wanneer een weg als de

N381 wordt verbreed of in op-

dracht van Vitens op 27 locaties

in Noordoost Friesland meet-

apparatuur in het waterleiding-

net plaatsen.”

Documenteren“Cruciaal bij elke opdracht is

de voorbereiding, iets waar

onze engineers heel veel tijd

en energie in steken. Het ge-

beurt namelijk maar al te vaak

dat in het verleden de onder-

grondse infrastructuur niet

goed in kaart is gebracht. Wil

bijvoorbeeld een fabriek gaan

uitbreiden, dan weet niemand

meer waar precies de buizen,

kabels en leidingen liggen. Wij

documenteren vooraf alles heel

zorgvuldig met de modernste

technieken, zodat er op een la-

ter moment geen extra kosten

gemaakt hoeven te worden.”

ZuivelindustrieTraditioneel heeft Verkley haar

opdrachtgevers vooral zitten in

de energie- en waterbedrijven,

zowel industrie als overheden.

Zo hebben ze het waterbedrijf

Vitens als vaste opdrachtgever

en zijn ze huisaannemer van di-

verse andere bedrijven. Relatief

nieuw zijn de werkzaamheden

die verricht worden voor de zui-

velindustrie. “Op dit moment

verzorgen we bijvoorbeeld de

verzwaring van de watervoe-

ding naar de nieuwe fabrieken

van A-warefood en Fonterra in

Heerenveen.”

Samenwerking“Onze inbreng en expertise is

de basis voor een optimaal on-

dergronds netwerk. Alles wat

daar omheen gebeurt, doen we

samen met partijen met wie we

al jaren samenwerken en van

wie we zeker weten dat ze de-

zelfde kwaliteit in huis hebben

als wij. De ene keer vervullen

we daarin de rol van aannemer,

de andere keer coördineren we

het project en zorgen we dat

alles van begin tot eind perfect

geregeld is.”

Verkley BV

De Giek 21, Drachten

(0512) 582 900

www.verkley.nl

Wateler ATB innoveert voor welzijn koeienAls koeien in een stal net zo goed kunnen leven als in een wei, dan moet je zorgen dat je dat voor elkaar krijgt. Met die instelling zoekt Wateler Agro Technisch Buro in Minnertsga constant naar innovaties voor een betere stalinrichting.

Een boer ziet zijn koeien graag

liggen. Alle energie van de die-

ren gaat dan naar het aanma-

ken van melk. Wil een koe lang

liggen, dan moet haar plek wel

comfortabel zijn. Daarom heeft

Wateler ATB de Ascon vrijlig-

box uitgevonden. Wanneer een

koe in deze ligbox gaat liggen,

ligt, of weer gaat staan, komt zij

nergens tegenaan. Dat is pret-

tig voor het dier. Hierdoor komt

een koe sneller in de verleiding

om te gaan liggen en voelt ze

minder snel de behoefte om

weer op te staan. De vrijligbox

is gemaakt van recyclebaar en

oersterk kunststof dat Wate-

ler speciaal laat maken bij KLP

(Lankhorst) in Sneek.

Wateler: ‘Verder zijn we mo-

menteel volop bezig met de

ontwikkeling van een makke-

lijk bedienbaar brugdek. Het

brugdek van bijvoorbeeld vijf

bij drie meter groot bestaat uit

twee delen.

Het wordt geplaatst in of op het

voerpad aan palen waaraan te-

vens het voerhek hangt. In deze

palen zit een mechanisme dat

ervoor zorgt dat de besturing

van de brug makkelijk met de

hand te bedienen is. Het brug-

dek is gemaakt van speciale

kunststof en kan het gewicht

van een trekker en/of voer-

mengwagen dragen.’

Wateler ATB ontwikkelt daar-

naast mede een methode

waarmee mest volledig wordt

verwerkt. ‘De overheid wil het

overschot aan mest in vracht-

wagens vervoeren naar fabrie-

ken. Wij willen boeren de mo-

gelijkheid geven om mest op

eigen terrein te verwerken. Via

systemen moet de mest zoda-

nig worden gescheiden dat er

alleen nog maar wat droge, niet

te verteren materialen over-

blijven. De rest kan energie

opwekken. Dus met het mest-

verwerkingsysteem dat wij

mede aan het ontwikkelen zijn,

produceert de boer een product

waarvan hij in ieder geval niet

slechter wordt.’

Het moge duidelijk zijn dat

men bij Wateler ATB niet stil-

zit. Juist door te innoveren, wil

het bedrijf zich onderscheiden

op de markt terwijl het een be-

langrijke bijdrage levert aan het

welzijn van koeien. ‘Een goede

stalinrichting en leefomgeving

kan mede het leven van een

koe één of twee jaar verlengen.

Dat is voor zowel het dier als de

boer een goed gegeven.�

mpC iNDuSTRieS

Opvallende groei in lastige markt Tekst: Roeline Kuiper, Rotenco Communicatie

MPC Industries in Gorredijk behoort tot de top 6 van groot-ste klemmen producenten in Europa, zoals slangklemmen, accuklemmen en leidingklem-men. Managing Director Kris Tirry zette enkele opvallende stappen toen de crisis intrede deed. Anno 2013 is het bedrijf daardoor nog altijd groeiende.

Op het hoofdkantoor van MPC

industries in Gorredijk werken

35 medewerkers aan klemmen.

Voor de agro- en foodsector,

industrie, automotive branche

en huishoudelijke apparaten.

Tirry vertelt: ‘Intern is onze

voertaal Engels maar we spre-

ken 17 talen. Dit maakt ons

uitermate toegankelijk voor

de klant.’ Een deel van de pro-

ductie wordt uitbesteed naar

outsource partners in verschil-

lende landen, waar de circa 150

medewerkers en kwaliteitsbe-

waking worden aangestuurd

door MPC Industries. ‘Onge-

veer 87% van onze omzet ge-

neren we met export naar ruim

25 landen in Europa. De helft

van onze producten gaat naar

groothandels, de andere helft

naar OEM bedrijven (fabrikan-

ten die de klem verwerken in

eigen producten).’

Verbindende visieOndanks de sterke terugloop

van het aantal Europese klem-

menfabrikanten, wist MPC

Industries in 2012 6,3%

omzetgroei te behalen.

Tirry verklaart dit succes

enerzijds door kwali-

teit. ‘Onze ST klemmen

zijn zo geïnnoveerd dat

ze heel licht draaien en

in plaats van de vereiste

6,5Nm minimaal 10Nm aan

trekkrachten kunnen weer-

staan. We denken na over

slimme nieuwe toepassingen

en ontwikkelen oplossingen

op maat.’ Anderzijds zit de

kracht van ons bedrijf in ver-

binding: van onze klemmen

tot onze multiculturele sa-

menstelling en multinationa-

le aanwezigheid. Toen we in

2008 net verhuisd waren naar

dit grotere pand, moesten we

door de crisis mensen ontslaan

en was er geen budget meer

voor de verbouwing. De zit-

tende medewerkers boden aan

in hun avonduren het pand ge-

reed te maken. Die warmte en

kracht heb-

ben onze richting en visie ver-

anderd. Onze boardmeeting

telt 3 vaste leden en steeds 4

willekeurige medewerkers.

Alle 7 hebben we een even gro-

te stem. Samen de richting be-

palen werkt, we genereren veel

nieuwe klanten en begeven

ons ook buiten Europa. Onze

grootste groeimarkt?

De agro- en foodsector, daar

spelen enorm veel technische

ontwikkelingen waarbij onze

kwaliteitsklemmen worden

gebruikt.’

jONGSmA eNGiNeeRiNG SOLuTiONS

Verbindende kracht in de foodindustrieTekst: Roeline Kuiper, Rotenco Communicatie

Jongsma Engineering Solutions B.V. in Oosterwolde vindt voor bedrijven in de voedingsmidde-lenindustrie innovatieve enginee-ringoplossingen. Jongsma werkt internationaal, combineert tech-nische en commerciële kennis en verbindt door zijn enorme netwerk bedrijven in de foodindustrie.

Opgegroeid in een ondernemers-

gezin -vleesgrossier D. Feenstra

en Zonen- leerde hij ondernemen

in de praktijk. Wietze Jongsma

studeerde aan “de Suvelskoalle”

in Bolsward. Daarna bekleedde

hij diverse technische en com-

merciële managementfuncties

voor bedrijven in de vrije zui-

velcoöperatie ZOH, bij Unilever,

Friesland Campina en Norsk Hy-

dro. Zijn inslag is ‘Frysk en Frij’.

In 2004 richtte hij Jongsma Engi-

neering Solutions B.V. op. Hier-

mee is Jongsma bruggenbouwer/

intermediair tussen opdrachtge-

vers en internationale klanten in

de voedingsmiddelenindustrie.

Bedrijven en oplossingen bij el-kaar brengenOpdrachtgevers van Jongsma

Engineering Solutions zijn tech-

nische bedrijven met een direc-

teur/eigenaar en sterk innova-

tief karakter. Jongsma spreekt

de klanttaal en begeleidt projec-

ten. Hij is vaste agent/adviseur

voor een toenemend aantal be-

drijven die hij vanuit zijn grote

netwerk verbindt met de food-

industrie.

Voor het Duitse ALPMA is

Jongsma agent voor innova-

tieve kaasproductie- en mem-

braansystemen. Voor JB BE-

STURINGSTECHNIEK is hij

agent inzake industriële auto-

matisering en klantspecifieke

beeldherkenningssystemen.

Voor NOVOCHEM vervult hij

een agentschap watermanage-

mentsystemen. Hij positioneert

CLAFIS Ingenieus bij de beslis-

sers in de voedingsmiddelenin-

dustrie en EKWADRAAT op het

terrein van duurzame energie

en energiemonitoring. Jongsma

is agent voor POLEM (glasve-

zelversterkte kunststofsilo’s en

tanks) en voor VERKLEY inzake

de engineering en realisatie van

ondergrondse infra.

Kostenbesparing ‘Door mijn bedrijf geïnitieerde

projecten variëren van automati-

seringsprocessen en membraan-

toepassingen binnen de zuivel-

industrie tot het ontwikkelen en

inzetten van hele specifieke Visi-

onsystemen. In de afgelopen tijd

zijn diverse projecten met inno-

vatieve zuivelbedrijven succesvol

afgerond.’

Van 2008 tot de Olympische Spe-

len in Vancouver 2010 was Jongs-

ma manager van topschaatser

Shani Davis. Sinds 2010 is hij als

co-sponsor actief in de schaats-

sport, momenteel voor het Se-

lecTEQ topdivisie marathon-

schaatsteam. ‘Zowel zakelijk

als sportief verbind ik mensen.

Sportief voor sponsoring, zake-

lijk voor slimme innovaties die

kostenbesparing, productiever-

betering en een hoger rende-

ment mogelijk maken.’

www.jongsmasolutions.com

Page 17: Agri & food Special

Agri & Food Special

vAN TYTSjeRKSTeRADieL TOT heT miDDeN-OOSTeN…

Farm Service levert melksyste-men van absolute topkwaliteitFarm Service speelt al jaren een vooraanstaande rol in de moder-ne melkveehouderij. Het bedrijf dat in 1981 is opgericht, verzorgt complete melkinrichtingen voor melkveebedrijven.

,,Niets is standaard’’, zo laat ei-

genaar/directeur Tjepko Bakker

weten die samen met zijn vrouw

de onderneming runt. ,,Elk be-

drijf is anders, elk systeem is an-

ders. Er is niets gelijk, maar Farm

Service zorgt voor maatwerk,

voor een totaaloplossing. Van

het ontwerp en de bouwvoorbe-

reiding tot aan de installatie van

het melksysteem.’’

Zowel grote als kleine bedrij-

ven behoren tot de klantenkring

van Farm service. ,,We werken

voor zowel familieboerderijen

met 50 koeien als voor indus-

triële boerderijen met een paar

duizend koeien. Van Tytsjerk-

steradiel tot het Midden-Oos-

ten. Maar het uitgangspunt is

altijd hetzelfde. We willen maar

één ding: Een optimale melk-

productie en melkkwaliteit. Een

prima melksysteem waar je als

bedrijf jaren mee vooruit kunt.

Daar draait het om. En natuurlijk

speelt een goede service ook een

belangrijke rol. Dat woord is niet

voor niets in de naam van onze

onderneming opgenomen. Zo

verzorgen wij ook trainingen in

het gebruik en onderhoud van de

door ons geleverde apparatuur.’’

VentilatorenElke veehouder weet dat een

goede stalventilatie van groot

belang is. De ventilatoren van

Farm Service zijn de sleutel tot

een gezond stalmilieu. Het be-

drijf levert ze niet alleen in het

warme Midden-Oosten, maar

ook in ons koude kikkerlandje.

,,Je staat er misschien niet snel

bij stil, maar vooral in de zomer

kan de temperatuur in de stal-

len behoorlijk oplopen’’, weet

Bakker uit ervaring. ,,Soms meer

dan 25°C. Dat is een probleem

want als een koe de temperatuur

zelf mocht regelen, dan zou het

in de stal niet warmer zijn dan

4°C. Bij deze temperatuur voelt

een koe zich het lekkerst. Boven

de 22°C verminderen de koei-

en hun voedselinname en heb-

ben ze extra energie nodig om

deze overmatige hitte kwijt te

raken. Het gevolg? Hittestress,

waardoor de gebruikelijke, hoge

melkproductie vermindert. Dat

probleem kan opgelost worden

door het installeren van speciaal

hiervoor ontwikkelde ventilato-

ren. Die zorgen voor frisse lucht

rondom de dieren en voor een

gelijkmatige luchtverdeling in de

stal. Een extra voordeel is dat de

koeien minder last hebben van

vliegen.’’

Binnen en buitenlandFarm Service telt 21 man perso-

neel en is goed voor een miljoe-

nenomzet. Het hoofdkantoor is

gevestigd in Leeuwarden, daar-

naast heeft het bedrijf nog een

filiaal in Ziewent (Farm Service

Oost), een buurtschap bij Lich-

tenvoorde, en een dochteron-

derneming in de Verenigde Ara-

bische Emiraten. ,,We zijn niet

alleen in Nederland, maar ook in

het buitenland actief. In Neder-

land concentreert de handel zich

voornamelijk op Noord-Neder-

land, de kop van Noord-Holland

en de polders. Ongeveer 60 pro-

cent van de werkzaamheden vin-

den in Nederland plaats. Daar-

naast is Farm Service ook in de

Golfregio, in het Midden-Oos-

ten, een begrip. Daar leveren we

niet alleen melksystemen, maar

hebben we ook veel stallen inge-

richt. Denk aan landen als Iran,

Saoedi-Arabië, Oman, de Ver-

enigde Arabische Emiraten, Irak,

en Dubaï.’’ Een nieuwe markt is

Afrika. ,,We zijn voorzichtig aan

het pionieren in Oost-Afrika. Op

dit moment lopen er contacten

met bedrijven in Kenia. Het is

afwachten hoe zich dat verder

ontwikkelt.’’

BouMaticFarm Service is dealer van het

gerenommeerde Amerikaanse

BouMatic, de absolute top onder

de melksystemen. ,,BouMatic

heeft wereldwijd een uitsteken-

de reputatie en staat bekend om

haar innovatieve kwaliteitspro-

ducten’’, zegt Bakker. ,,Natuur-

lijk hangt er aan topkwaliteit

een prijskaartje, maar op ter-

mijn betaalt de investering zich

zeker terug. Alle verschillende

systemen van BouMatic zijn op

duurzaamheid, efficiency, vei-

ligheid en comfort ontwikkeld en

beproefd. Bovendien is de after

sales service van Farm Service/

BouMatic gefocust op de klantte-

vredenheid.”

InstallerenAlle melksystemen worden door

de eigen mensen van Farm Ser-

vice verkocht en geïnstalleerd.

,,We beschikken over een enorme

expertise. Die is bijvoorbeeld in de

Golfregio niet aanwezig. Daarom

klopt de opdrachtgever bij ons aan

de deur. Het is dus niet alleen het

Friese stamboekvee dat je overal

tegenkomt, maar ook de mensen

van Farm Service”, lacht Bakker.

,,Overigens werken we sinds kort

ook met lokale monteurs. Die zijn

werkzaam bij ons dochterbedrijf

in het Midden-Oosten. Die doen

de installatiewerkzaamheden en

de serviceopdrachten, in nauwe

samenwerking met ons bedrijf uit

Leeuwarden.”

Farm Service

Voltastraat 4, Leeuwarden

Telefoon: 058-2134300

www.farmservice.nl

Noord-Nederlandse Landbouwbeurs krijgt internationaal tintjeDe Noord-Nederlandse Land-bouwbeurs vindt pas volgend jaar december plaats. Toch is het aan te raden om 10 tot en met 13 december nu al vrij te houden. De organisatie is namelijk al volop bezig om een uiterst veel-zijdig evenement neer te zetten in WTC Expo.

De voornaamste uitdaging voor

de organisatie van een beurs, is

om telkens weer iets mooiers

neer te zetten. De Noord-Ne-

derlandse Landbouwbeurs 2014

gaat dan ook nog meer bieden

dan de vorige editie. Meer dan

ooit krijgt het internationale

aspect aandacht op de beurs.

Nederlandse agrariërs drijven

steeds meer handel met China,

Turkije en Oost-Europa. Beurs-

manager Tjettje Miedema: "Om

te laten zien met wat voor be-

drijven er wordt samengewerkt

en hoe, willen we een aantal

landenpleinen inrichten."

Nieuw is het thema Agri Food.

Hiermee wil de organisatie van

de Noord-Nederlandse Land-

bouwbeurs het landleven dich-

ter bij de consument brengen.

Bezoekers kunnen zien hoe de

producten van het land uitein-

delijk in de supermarkt belan-

den. Ze krijgen dus een educa-

tief kijkje in de keuken van de

agrariërs.

Miedema legt uit dat land-

bouwwerktuigen het grootste

onderdeel zullen vormen van

de beurs. "Bezoekers kunnen

zien wat de nieuwste machines

zijn en informatie inwinnen

bij de dealers. We hebben een

demonstratiering waar dealers

tonen wat hun werktuigen pre-

cies kunnen. Ook kunnen agra-

riërs tijdens hun bezoek aan de

beurs hun spuitlicentie verlen-

gen."

Verder is tijdens de beurs een

heel scala aan agrarische be-

drijven aanwezig, variërend van

stalinrichters tot veevoerders.

Maar ook accountants, banken

en makelaars die zich richten

op de agrarische markt zijn

present. Om maar wat te noe-

men. In feite kan een agrarisch

ondernemers (in spé) op beurs

allerlei informatie inwinnen die

voor zijn bedrijfsvoering rele-

vant zijn. En dan is er uiteraard

voldoende ruimte om te net-

werken met andere agrariërs.

De Noord-Nederlandse Land-

bouwbeurs van 2011 kon reke-

nen op ongeveer 200 exposan-

ten en ruim 22.000 bezoekers.

Voor de deelnemers heeft de

beurs onder andere als voor-

deel dat hun naamsbekendheid

toeneemt. De dagen bieden ook

ruimte om handel te drijven.

Bezoekers kunnen op hun ge-

mak rondneuzen en informa-

tie inwinnen. Miedema: ‘De

beurs richt zich met name op

Noord-Nederland. Het gros van

de bezoekers vindt het telkens

weer de moeite waard om terug

te komen.’

De Noord-Nederlandse Beurs

2014 vindt plaats op woensdag

10 en donderdag 11 december

van 10.00 tot 22.00 uur en vrij-

dag 12 en zaterdag 13 december

van 10.00 tot 18.00 uur. Bedrij-

ven die zich ook willen laten

zien op de beurs, kunnen zich

inschrijven op www.wtcland-

bouw.nl. Het is de moeite waard

om deze site in de gaten te hou-

den; in aanloop naar de beurs

zullen er regelmatig updates

worden geplaatst.

Meer informatie over de

Noord-Nederlandse Beurs is

te verkrijgen bij Tjettje Mie-

dema, tel.: 058-2941500,

[email protected] mieDemA

Page 18: Agri & food Special

Agri & Food Special

Voor de koe, door de koe

Medisch biotechnoloog prof. Herman de Boer is oprichter/di-recteur van Mastivax. Mastivax ontwikkelt producten uit biest die een stevig alternatief moeten gaan bieden voor antibioticage-bruik in de veehouderij. Tot op de dag van vandaag worden antibi-otica nog steeds volop gebruikt in deze sector, niet alleen voor behandeling van ziekte, maar ook preventief.

Het product dat bij Mastivax in

ontwikkeling is bevat natuurlij-

ke en specifieke antistoffen die

gezuiverd worden uit biest van

melkkoeien. “Vandaag de dag

wordt ongeveer 80% van alle

koeien bij het droogzetten pre-

ventief ingespoten met antibio-

tica in de tepels, ter voorkoming

van mastitis, ofwel uierontste-

king. Ondanks dat echter is

mastitis de grootste ziektekos-

tenpost in de melkveehouderij.

Ook boeren willen daarom graag

alternatieve producten die liefst

nog beter werken dan antibioti-

ca. Mastivax wil een alternatief

bieden voor koeien door het

maken van een antibioticum

dat koe-eigen is: voor de koe,

door de koe. Een puur natuurlijk

product, waarmee wij de melk-

veehouderij op termijn een per-

spectief willen bieden.”

Het zuiveren van biest-anti-

stoffen is een high-tech proces

dat door Mastivax is ontwikkeld.

Ze doet dit in samenwerking

met diverse bedrijven en on-

derwijsinstituten in Noord-Ne-

derland. “Op dit moment werkt

het Mastivax-team nog op

kleinschalige wijze aan de ver-

schillende stappen in het zui-

veringsproces. Binnenkort gaan

we het proces opschalen met

een recent ontwikkeld groot-

schalig high-tech filtratieappa-

raat dat door ons is gebouwd. In

de loop van 2014 denken we met

het eerste prototype product te

komen, dat we willen testen op

Dairy Campus koeien.

De koe krijgt via het tepelkanaal

een zuiver product toegediend

dat van koeien afkomstig is. Er

is niets koe-vreemd aan, puur

natuur, duurzaam en naar we

verwachten effectief. En tegen

dit product kan per definitie

geen resistentie ontstaan”.

Mastivax werkt samen met Van

Hall Larenstein en Dairy Cam-

pus Leeuwarden, Proxcys Nieuw

Amsterdam, Westra RVS/Wa-

filin Elahuizen/Leeuwarden en

Mucosis Groningen.

www.mastivax.nl

heT DOOR mASTivix ONTwiKKeLDe mF/uF AppARAAT.

GroenLeven uniek met haar op-brengstgarantie bij zonnepanelenDat een zonnepaneel energie oplevert, is een vast gegeven. Hoeveel energie precies is vaak onduidelijk. Bij GroenLeven echter niet. Zij leveren jaarlijks een opbrengstrapport met daarin een glashelder overzicht van de opbrengsten.

GroenLeven geeft altijd een

opbrengstgarantie. Deze ga-

rantie is gekoppeld aan het

aantal uren zon gemeten in de

klant haar regio, de zogehe-

ten stralingsuren. Siderea, een

onafhankelijk energieadvies-

bureau, bepaalt het aantal te

verwachten zonuren op basis

van gegevens van het KNMI van

de afgelopen twintig jaar in de

bepaalde regio. Aan de hand

hiervan stelt het bureau een

opbrengstrapport op.

Zo is het kristalhelder wat de

opbrengsten van de zonnepa-

nelen zullen zijn. GroenLeven

is met zijn opbrengstgarantie

uniek in Nederland. GroenLe-

ven: ,,Spreek je niet met je le-

verancier af, met X aantal uren

zon krijg ik Y opbrengst, dan

kun je de werkelijke opbrengst

nooit staven aan feiten, en heb

je dus ook geen verhaal moge-

lijkheden als de opbrengst te-

gen valt”.

De zonnepanelen koopt Groen-

Leven rechtstreeks bij de fabri-

kant in China. Dit scheelt tussen-

handel dus een lagere kostprijs.

Daarnaast heeft GroenLeven één

werknemer in China die constan-

te kwaliteitscontroles uitvoert

bij de fabrikant. Op de panelen

zit 25 jaar vermogensgarantie,

maar de verwachte levensduur

is minimaal 35 jaar. Opvallend is

dat het bedrijf bij grote zonnepa-

neelsystemen kleine omvormers

gebruikt in plaats van één grote.

Hierdoor wordt het systeem in

meerdere segmenten verdeeld.

Dit heeft verschillende voorde-

len.

Als een paneel minder goed

werkt, dan haalt deze direct

het niveau van alle andere pa-

nelen omlaag. Door het sys-

teem in segmenten te verdelen,

blijft dit probleem beperkt tot

het segment waar de zwakke

schakel zit. Op deze manier is

het bovendien makkelijk om

het paneel te traceren die niet

goed functioneert en geen pro-

bleem om deze te vervangen.

Ook haalt deze manier van

werken in Nederland een veel

beter rendement. Verder start

het systeem bij straling snel-

ler op door de kortere kabels

(in Nederland heel belangrijk

met de vele bewolking, gemid-

deld meer dan twintig keer per

dag) en ook de schaduwwerking

wordt zo tot het minimum be-

perkt.

Een bijzonder zonnepanelen-

project die GroenLeven heeft

gerealiseerd, is de geluidswal

langs de A7 bij Tolbert. De ge-

luidswal is aangelegd in op-

dracht van een agrariër die een

energieneutraal bedrijf voert.

De solardijk levert besparingen

op en een deel van die bespa-

ringen wordt gedoneerd aan

een scholenproject in Tanzania.

Over dit project staat van alles

te lezen op www.projecttanza-

nia.nl.

www.groenleven.nl

Onze mensen maken het verschilMechanisatiebedrijven De Blaauw houdt zich bezig met de service en verkoop van trac-toren, landbouwwerktuigen en grondverzetmachines. De klan-tenkring van dit Friese familie-bedrijf bestaat grotendeels uit veehouders en loonwerkers, maar daarnaast ook water-schappen, gemeentes en cam-pings. 

Tjerk de Blaauw is de vierde ge-

neratie binnen het bedrijf en de

beoogd opvolger van zijn vader

Johannes, die momenteel de

directie voert. Het familiebe-

drijf is inmiddels bijna hon-

derd jaar geleden begonnen als

smederij. Door de veranderin-

gen binnen de landbouw, waar

paarden werden ingeruild voor

tractoren, ontstond een geheel

nieuwe branche. De mechani-

satiebranche.

De concurrentie binnen deze

branche is groot en de strijd om

klanten is af en toe hard. Toch

heeft Tjerk de Blaauw duidelijk

voor ogen waarmee hun be-

drijf zich kan onderscheiden.

“In principe doen alle mecha-

nisatiebedrijven hetzelfde. Is

je trekker stuk en bel je onze

concurrent dan zal hij zo snel

mogelijk komen om hem te re-

pareren. Dat doen wij ook. Daar

zit het verschil niet meer. Wij

onderscheiden ons puur en al-

leen door onze mensen.”

Mechanisatiebedrijven De

Blaauw is met drie vestigin-

gen (Sneek, Hemelum en Hee-

renveen) een groot bedrijf en

ook dat maakt verschil. “Onze

klanten hebben drie steunpun-

ten waar zij terecht kunnen en

door onze spreiding kunnen

wij snel ter plaatse zijn.” Daar-

naast spelen de jarenlange er-

varing en de vertrouwensband

met de klant ook een grote rol.

“Net zoals ons bedrijf van ge-

neratie op generatie overgaat,

zien we dat bij onze klanten. En

als iets goed is, is het goed.”

Om het bedrijf wat extra onder

de aandacht te brengen, orga-

niseert Mechanisatiebedrijven

De Blaauw sinds enkele jaren

een Landbouw3Daagse bij hun

grootste vestiging in Sneek.

Deze vond plaats van 12 t/m 14

december. “Dit jaar hadden we

ook een aantal andere bedrij-

ven die binnen de agrarische

sector actief zijn uitgenodigd.

Vanwege het feit dat wij veel

dezelfde klanten hebben, zorg-

de deze nieuwe opzet voor een

grotere aantrekkingskracht.”

Relatiebeheer en verkoop ston-

den centraal tijdens deze drie-

daagse. “Daar hebben we goed

aan kunnen werken, dus we zijn

heel tevreden,” besluit Tjerk de

Blaauw.

Mechanisatiebedrijven

De Blaauw

Kamerlingh Onnesstraat 6

Sneek

Telefoon 0515 - 415235

www.deblaauw.nl

Page 19: Agri & food Special

Agri & Food Special

Slim licht voor slimme boerenCitaat van een veehouder die recent 15 VetSite High Bay ar-maturen van AniLEDLight in zijn stal liet aanbrengen: ‘Iedere ver-tegenwoordiger heeft wel een mooi verhaal. Maar het verhaal van AniLEDLight klopt van be-gin tot eind.’ En dat verhaal is het verhaal van energiezuinige en betrouwbare LED-verlichting voor agrarische toepassing.

Het verhaal van Jacob Hoekstra,

eigenaar van AniLEDLight, be-

gint bij de teleurstellende er-

varingen die hij moest en moet

horen van zijn klanten over de

verlichting in hun stallen. On-

der de naam JHG Agri Totaal

realiseert Hoekstra al decen-

nialang maatwerkoplossingen

voor nieuwbouw en verbouw

van bestaande stallen. In die

stallen hangen veelal conven-

tionele lichtbronnen, zoals me-

taalhalide lampen of hogedruk

natriumlampen. “Op zich pri-

ma lampen omdat ze het ver-

langde witte licht geven, maar

het nadeel is dat ze relatief kort

mee gaan. De beste oplossing

is om die lampen te vervangen

door LED-lampen. Maar voor

veel boeren begint dan pas echt

de ellende”.

DimbaarEen ellende die ze zich, aldus

Hoekstra, vaak zelf aandoen.

“Een LED-lamp is een kost-

bare investering. Nu heb je in

de wereld van de LED lampen

twee partijen: de bonafide die

uitstekende kwaliteit leveren

en de -wat ik noem- container-

handel. Lampen die een stuk

minder kosten, maar waar de

gegarandeerde levensduur van

50.000 uur bij lange na niet

wordt gehaald.

De VetSite High Bay armatuur

die wij leveren is goed voor

60.000 branduren. Dat wil zeg-

gen dat als je hem vandaag aan-

doet en continu laat branden,

dat je hem pas na bijna zeven

jaar hoeft te vervangen. De lam-

pen zijn bovendien dimbaar, wat

nóg minder energiegebruik en

dus nóg lagere kosten betekent.

Tussendoor heb je er geen om-

kijken naar, geen dure vervan-

gingskosten en bovendien het

perfecte witte licht dat een ho-

gere melkopbrengst genereert.”

Meer melkopbrengst Uit het onderzoek ‘Het effect

van lichtkleur en lichtduur op

melkproductie en gedrag van

melkvee’ van de Universiteit

Wageningen bleek al in 2010 dat

het spectrum en de kleurtem-

peratuur van licht van invloed

zijn op het gedrag en de melk-

productie van koeien. Een ander

onderzoek, ‘Het effect van licht

op dierprestaties en gedrag van

melkvee’ door Animal Sciences

Group van diezelfde universi-

teit van Wageningen, toonde

aan dat met meer en beter licht

6 tot 15% meer melkopbrengst

mogelijk is.

TijdklokDe aansturing van de LED-ver-

lichting gebeurt door middel

van een geprogrammeerde,

astronomische tijdklok en dim-

schakeling met daarin de mo-

gelijkheid voor geïntegreerde

nachtverlichting. Ook is de kast

uit te breiden met modules om

meerdere groepen te schake-

len, bijvoorbeeld voor droge

koeien of jongvee.

Ani LED Light

De Finnen 14, Grou

(0566) 600 333

www.aniledlight.nl

ALFA ACCOuNTANTS & ADviSeuRS

Vraagbaak voor agrariërsTekst: Fred Ootjers

Alfa Accountants en Adviseurs heeft voor een belangrijk deel hun roots in de agrarische we-reld, en staan alleen daarom al dicht bij de agrarisch onderne-mer. Vanuit twee kantoren in Friesland –in Leeuwarden en Kollum- biedt Alfa voor agra-riërs én MKB een breed pallet aan diensten, zoals strategi-sche advisering, samenstellen van de jaarrekening, de finan-ciële administratie, fiscaal-ju-ridische advisering, subsidies en adviezen over salaris en personeel.

De agrarische wereld is vol-

op in beweging en continue

onderhevig aan verandering.

Waar de een denkt over be-

drijfsopvolging of bedrijfs-

beëindiging, denkt de ander

hardop na over uitbreiding.

De materie van wet- en re-

gelgeving over wat kan en

niet kan en wat mag en niet

mag, wordt steeds gecompli-

ceerder en voor de gemiddel-

de agrariër onoverzichtelijk.

Rick Hoksbergen, directeur

Agro van Alfa Fryslân: “De

tijd dat een boer zijn adminis-

tratie helemaal in zijn eentje

kon doen, is allang voorbij.

Voor de financiële adminis-

tratie, fiscale optimalisatie

en bedrijfsadvisering doen

de meeste agrarische on-

dernemers een beroep op de

deskundigheid van specia-

listen. Als Alfa volgen wij de

relevante ontwikkelingen op

de voet en kunnen we onze

klanten ontzorgen en van

de meest actuele informatie

voorzien.”

Fiscale adviseringDe fiscale regelgeving rond

bedrijven is een terrein dat de

komende tijd in snel tempo

wordt aangepast. Gekoppeld

aan het gegeven dat grote be-

drijven steeds vaker in een sa-

menwerkingsverband werken

en het feit van sterk fluctue-

rende resultaten, maakt dat

fiscale planning enorm be-

langrijk is. “Onze fiscaal-ju-

risten zitten geregeld met

onze klanten aan tafel om ze

fiscaal helemaal up-to-da-

te te houden. Echt maatwerk

dus.”

MaandrapportageMaatwerk dat zich onder

andere ook vertaalt in een

maandelijkse bedrijfsrap-

portage. “Als Alfa bieden we

deze unieke service, zodat de

ondernemer per maand pre-

cies weet hoe hij er financi-

eel voor staat. Op basis van

de maandrapportages kun-

nen wij samen met de klant

het resultaat optimaliseren.

Daarnaast is het een goede

basis voor investeringsplan-

ning en het in beeld brengen

van het verwachte rendement

en de toekomstige liquiditeit-

sontwikkeling. Informatie die

essentieel is voor een goede

onderbouwing van een finan-

cieringsaanvraag.”

KringloopWijzerNaast financiële dienstverle-

ning is bedrijfsadvisering een

andere discipline waarin Alfa

in de zeventig jaar van haar

bestaan een grote expertise

heeft gebouwd. Maatschap-

pelijk een hot item is al jaren

de bemesting van de land-

bouwgronden, in combinatie

met een strenger wordende

regelgeving. Om toch een ho-

ger rendement uit de bedrijfs-

voering te halen is recent

–ook door Alfa- een conve-

nant ondertekend om melk-

veehouders op een betere,

efficiëntere manier met hun

mineralenhuishouding om te

laten gaan. “Een belangrijke

pijler van het convenant is

de KringloopWijzer. Deze tool

toont de melkveehouder hoe

hij zijn mineralen binnen zijn

bedrijf zo optimaal mogelijk

kan benutten. Door efficiën-

ter om te gaan met mineralen,

creëert hij wellicht ruimte

voor ontwikkeling en/of uit-

breiding, daar waar de wet-

en regelgeving het nu niet

toe staat. Als Alfa vinden wij

het én in het belang van onze

klanten én uit een oogpunt

van maatschappelijke verant-

woordelijkheid dan ook be-

langrijk dat alle melkveehou-

ders met de KringloopWijzer

aan de slag gaan. Iets waarin

wij hen natuurlijk graag van

advies zijn!”

www.alfa.nl

Page 20: Agri & food Special

Agri & Food Special

GezOChT

Magazijnmedewerker (M/V) Landbouwmechanisatiebedrijf D. Kuipers is gestart in 1979 en bestaat op dit moment uit twee moderne bedrijven in Greonterp en Witmarsum. Onze dagelijkse activiteiten bestaan uit de ver-koop, reparatie en service aan tractoren en landbouwmachines gericht op de veeteelt, akker-bouw en tuin & park.

De voornaamste merken die

hierbij worden vertegenwoor-

digd zijn Massey Ferguson, Fella,

Joskin, Strautmann, Grimme en

Husqvarna. Met een gedreven

verkoopteam en solide werk-

plaats kenmerkt het bedrijf zich

als uiterst gedreven en staat

klanttevredenheid hoog in het

vaandel. Door te innoveren en

mee te werken aan nieuwe pro-

ducten zijn de afgelopen jaren

meerdere prijzen gewonnen. Op

het gebied van constructie zijn

vele machines naar klantwens

aangepast of volledig nieuw ge-

bouwd. Wegens de uitbreiding

van onze activiteiten zijn wij

voor onze vestiging in Witmar-

sum op zoek naar een:

Magazijnmedewerker (M/V)

De werkzaamheden bestaan uit:

• Het inrichten en verzorgen van

het magazijn

• Het verrichten van bestellingen

voor monteurs en klanten

• Het verwerken van ontvangen

goederen

• Het verwerken van retourgoederen

• De magazijnmedewerker fun-

geert als aanspreekpunt.

Functie-eisen:

• Technische achtergrond, bij

voorkeur landbouw gericht

• Bekend met moderne compu-

tersystemen en apparatuur

• Praktisch ingesteld en klantgericht

Wij bieden:

• Prettige werksfeer binnen een

enthousiast team

• Marktconform salaris

Voor meer informatie kun je

contact opnemen met K. van der

Zee op 06 – 51 84 43 97 of stuur

je collicitatie met CV binnen 14

dagen naar:

LMB D. Kuipers B.V.

T.a.v. K. van der Zee

Arumerweg 95

8748 AC Witmarsum

Of per e-mail naar:

[email protected]

Ab vAKweRK TOeKOmSTbeSTeNDiG DOOR heRpOSiTiONeRiNG

Werken aan groeiRegeren is vooruitzien en voor ondernemen is dat eigenlijk niet anders. Oog hebben voor ont-wikkelingen en daar adequaat op inspelen. De nieuwe direc-tie die sinds 1 januari van dit jaar aan het roer staat is onder de noemer ‘Werken aan groei’ begonnen aan een herpositione-ring van het bedrijf met als doel de totale organisatie toekomst-bestendig te maken.

AB Vakwerk is één van de gro-

tere intermediairs in werk in de

regio en is net even anders dan

de anderen. De kracht van AB

Vakwerk zit in de mensen. Al

meer dan 50 jaar heeft AB Vak-

werk ervaring met het invullen

van tijdelijke arbeidsbehoefte

voor uitvoerend en vaktech-

nisch personeel. Hoewel de

wortels in de agrarische sector

liggen, is AB Vakwerk in vele

branches actief, onder andere

in de food, groenvoorziening,

de grond-, weg- en waterbouw,

productie, techniek, transport

& logistiek en de bouw.

Herpositionering Tijden veranderen en de herpo-

sitionering van onze totale or-

ganisatie is dan ook gebaseerd

op de vraag vanuit de markt”,

benadrukt algemeen directeur

Hylke van der Veen. De ruim

4.000 leden zijn onze belang-

rijkste stakeholders. Het geeft

hen de zekerheid dat zij bij

ziekte kunnen rekenen op ver-

vanging van hun bedrijf door

vakmensen en dat zij in drukke

tijden onze vakwerkers kunnen

inzetten.

Maar ook in de agrarische sec-

tor veranderen de tijden. “Be-

drijven in die sector hebben te

maken met schaalvergroting en

vergaande automatisering. Het

is een hele innovatieve sector

geworden met veel speciali-

saties. Door die ontwikkeling

kloppen leden nu met hele an-

dere vragen bij ons aan”, legt

van der Veen uit. “De veran-

derende markt vraagt om een

gedifferentieerde marktbena-

dering.

PrijsdifferentiatieIn het nieuwe concept gaan le-

den minder betalen voor een-

voudig boerenwerk en meer

voor specialistische werkzaam-

heden. Op die manier wordt

de dienstverlening richting de

leden flink verbeterd en kan

er sneller passend maatwerk

worden geleverd. Van der Veen:

“Het is een optimalisering van

het systeem. We kunnen ge-

richt inspelen op de vragen die

we krijgen en weten sneller

waar de behoeften liggen.

Werving & Selectie van HBO-ers en WO-ersAB Vakwerk heeft in 2011 een

nieuwe dienst opgezet; in sep-

tember van dat jaar is Werving

& Selectie van start gegaan.

Deze dienst richt zich op het

vervullen van vacatures op

HBO- en WO-niveau. De pro-

fessionele, nuchtere en prakti-

sche aanpak blijkt een succes.

Werving & Selectie van AB Vak-

werk gaat voor een optimale

bemiddeling van kwalitatief

hoogwaardig personeel, voor-

namelijk in de Agri- en Foods-

ector. Het past uitstekend in

het dienstverleningspakket. De

behoefte aan een goed Werving

& Selectiebureau – met uitge-

breide kennis van deze sectoren

en het regionale bedrijfsleven –

is groot. Dat horen de AB-me-

dewerkers al langere tijd. “Dit

maakt ons in combinatie met

de sterke vertrouwensband die

we opbouwen met klanten en

onze medewerkers tot een so-

lide partner”, aldus consultant

Tineke Jorritsma. “We leveren

vak- en maatwerk op het ge-

bied van personele diensten.”

Werving & Selectie neemt op-

drachtgevers het gehele traject

uit handen: van het opstellen

van een profiel, de voorselec-

tie inclusief psychologische

testen en assessments tot aan

het voorstellen van geschikte

kandidaten. Dit gebeurt uiter-

aard op basis van de wensen

van de opdrachtgever, waarbij

ook wordt gekeken naar de in-

pasbaarheid van kandidaten in

de bedrijfscultuur. “Wij zorgen

voor twee tevreden partijen: de

opdrachtgever en de kandida-

ten” vult haar collega Marjolein

van der Velde aan.

Over AB VakwerkAB Vakwerk is dé regiona-

le personeelsvoorziener in de

agrarische sector en aanver-

wante sectoren zoals: bouw,

grond- weg- en waterbouw,

groenvoorziening, industrie en

logistiek. Met zo’n 1.100 vaste

medewerkers in dienst en ca.

4.000 Nederlandse en EU-me-

dewerkers op uitzendbasis is

AB Vakwerk één van de grootste

werkgevers van Noord-Neder-

land. Meer informatie over AB

Vakwerk is te vinden op www.

abvakwerk.nl.

De pOeL KOeL-& vRieShuiS b.v.

Wij houden het droog en koelVoor alle soorten opslag kunnen transporteurs en levensmidde-lenproducenten terecht bij de Poel Koel- en Vrieshuis B.V. uit Surhuisterveen.

Het was 2011 toen Auke Wee-

ning het bedrijf overnam van

grondlegger Pieter de Poel. Zijn

zoon , Klaas de Poel, is eigenaar

van opslagbedrijf Klaas de Poel

in Surhuisterveen en is gespe-

cialiseerd in droge opslag van

goederen.

Auke Weening: de Poel Koel- en

Vrieshuis B.V. is een bijzon-

dere samenwerking tussen 2

bedrijven: we staan los van el-

kaar. Maar intussen werken we

onder 1 naam nauw samen. Via

het Koel- en Vrieshuis wordt dit

aangestuurd om aan alle vraag

te voldoen. Wij verkopen geen

nee.

We verzorgen opslag in ver-

schillende gecontroleerde tem-

peraturen, deze temperaturen

worden hier automatisch con-

tinu bewaakt. Wij kunnen zo

van vriezen overstappen naar

koelen of andersom. De capa-

citeit bedraagt 15000 pallets en

daarnaast beschikt het bedrijf

over 16000 vierkante meter

droogopslag.

Een zeer belangrijke service

vormt daarnaast het doua-

ne-entrepot. Bedrijven die im-

porteren of exporteren kunnen

hier hun goederen onderbren-

gen. Wanneer je goederen van

bijvoorbeeld Amerika ( via Ne-

derland ) naar China exporteert

hoef je de papierwinkel van in-

voerrechten niet te doorlopen.

Wij zijn een van de weinige be-

drijven in het noorden die deze

service bied. Goederen die het

meest opgeslagen worden zijn

met name vlees, vis, zuivel en

ijs.

Het bedrijf is aangesloten bij

Nekovri: de belangrijkste orga-

nisatie in Nederland op het ge-

bied van logistiek van tempera-

tuurgevoelige producten.

Sinds de overname heeft het

bedrijf een enorme boost ge-

kregen. Weening: Hard werken

is onontbeerlijk voor goed on-

dernemerschap, en dat doen wij

dan ook. Handen uit de mouwen

dus, dat is onze stijl. Er mag ook

best eens iets mis gaan maar

als je in problemen of moeilijk-

heden blijft denken dan kom je

nergens als ondernemer.

www.koelenvrieshuis.nl

Auke Weening

Klaas de Poel

Omzet 2012 € 84 miljoen

Vestigingen Zwaagdijk, Beverwijk, Obdam,

Middenmeer, Texel en Purmerend,

Sneek, Drachten, Dokkum, Berltsum,

Wolvega.

Diensten Uitzenden/detacheren, Payroll,

Agrarische bedrijfsverzorging, Werving

& Selectie, Personeelsadvies

Markten Agri & Food, GWW, Bouw, Groen,

Industrie, Logistiek

Vaste medewerkers +/- 1.150 Nederlandse vakkrachten

Uitzendkrachten +/- 4.000 Nederlandse en EU-

medewerkers

Hylke van der Veen

Leeftijd: 47 jaar

Loopbaan: Van der Veen

werkte onder andere bij uit-

zendorganisatie Randstad en

was daar als regiodirecteur

van Noord-Nederland onder

meer verantwoordelijk voor

de sector Food en Logistiek.

Hij is sinds 1 januari van dit

jaar algemeen directeur van

AB Vakwerk.

Page 21: Agri & food Special

Agri & Food Special

Lieuwe weiDeNAAR: ‘we wORDeN LANGzAAm mAAR zeKeR OOK ‘weReLDbeROemD’ buiTeN De pROviNCieGReNS vAN FRieSLAND’

FAmiLiebeDRijF weiDeNAAR

Méér dan alleen de lekkerste Friese droge worstWie Weidenaar zegt, zegt worst en in dezelfde adem Friesland. De worsten van Weidenaar -anno 1927- hebben in drie ge-neraties familie Weidenaar de-zelfde Fries-authentieke status verworven als beerenburg, het suikerbrood en de nagelkaas. Veel minder bekend -ook bij de Friezen zelf- is het feit dat Wei-denaar naast worst ook andere vleesproducten maakt en vers vlees verkoopt aan supermark-ten.

De oorsprong van Weidenaar

ligt in Niawier, een dorpje

gelegen tussen Dokkum en

de Lauwerszee. Ate Feenstra

opent daar in 1927 een slage-

rij die later door Pake Weide-

naar en zijn echtgenote Beppe

wordt overgenomen. Ook de

zonen van Pake en Beppe doen

hun intrede in het bedrijf, dat

langzaam maar zeker een ge-

leidelijke groei doormaakt.

Er wordt niet alleen vanuit de

slagerij verkocht, maar ook in

de regio gevent. Pas in 1975

wordt het eerste personeels-

lid aangenomen en vooral de

worsten van Weidenaar -naar

geheim recept van Pake- be-

ginnen langzaam maar ze-

ker aan een triomftocht door

Friesland. In 1979 scoren de

worsten voor de eerste keer

een gouden medaille, een

prestatie die in de jaren daar-

na nog meerdere keren wordt

geëvenaard.

Derde generatie“Wat in het succesverhaal van

Weidenaar worst vaak wordt

vergeten is dat we altijd een

slagerij zijn geweest en ook ge-

bleven”, vertelt Lieuwe Weide-

naar, inmiddels de derde gene-

ratie Weidenaar die het bedrijf

runt. “En dat we in 1984 voor

het eerst ook vlees gingen leve-

ren aan supermarkten. Niet al-

leen worst, maar ook alle soor-

ten vers vlees. Braadlappen,

gehakt, biefstukken, rollades,

slavinken, rundersteaks, noem

maar op. Vandaag de dag zijn

onze producten in vrijwel alle

supermarkten in Noord-Ne-

derland verkrijgbaar, en ook in

Noord-Holland en Overijssel.”

RetailDe rundproducten van Wei-

denaar worden gemaakt van

eerste kwaliteit Nederlands

vlees en kent een grote ver-

scheidenheid aan afnemers.

“Het Nederlandse rundvlees,

van biefstuk tot en met su-

kade, leveren we bijvoorbeeld

aan de Spar-supermarkten. Als

smaakspecialist in het vervaar-

digen van regionale produc-

ten maken we onder de naam

‘Slinger’ verse worsten voor

de Achterhoek en ons beroem-

de gekruide gehakt is te koop

in de winkels van Spar, Albert

Heijn en verschillende buurt-

winkels in de noordelijke pro-

vincies. Voor de supermarken

van Poeisz maken we speciale

pompeblêd burgers en binnen-

kort gaan we ook vers vlees le-

veren aan de Hema.”

B2BNaast retailers heeft ook de

horeca de weg gevonden naar

Dokkum, waar Weidenaar in

2002 een nieuw onderkomen

bouwde voor de ambachte-

lijke productie van worst en

verwerking van vers vlees.

“Vooral de gegaarde gehakt-

ballen zijn voor de horeca in

Noord-Nederland een echte

must have”, lacht Lieuwe. “En

in business to business maken

we verder nog gehaktballen

voor de broodjes van Borge-

sius, relatiegeschenken in de

vorm van een droge worstpak-

ket in samenwerking met We-

duwe Joustra in Sneek en leve-

ren we naast de supermarkten

ook aan diverse groothandels.

We zijn zo langzaam aan dus

niet meer alleen ‘wereldbe-

roemd in Friesland’, maar

krijgen ook buiten de provincie

een zekere faam!”

www.friesedrogeworst.nl

Opfokproducten van Sloten B.V. leidende positie wereldwijdSloten B.V. te Deventer is gespe-cialiseerd in de ontwikkeling, productie en verkoop van kwa-liteitsvoeders voor jonge dieren, bekend onder de merken Spray-fo, Spraymes en Nuklospray. Het bedrijf opereert vanuit de visie ‘Life Start sets Life Performan-ce’. In meer dan 55 landen is Sloten B.V. actief. Het heeft zelfs een leidende positie in de we-reldmarkt. Kwaliteit, gekoppeld aan intensieve samenwerking met distributeurs en een effec-tieve marktbewerking, maakt dat Sloten B.V. gestaag groeit.

Technisch directeur Steffen

Rouwers kijkt er niet van op.

“Wij geloven in onze produc-

ten en worden daarbij gesteund

door ervaringen uit de praktijk.

De start bepaalt de levensont-

wikkeling. Hoogwaardige voe-

ding voor jonge dieren, denk

aan kalveren, biggen, lamme-

ren en veulens, in de eerste le-

vensmaanden, is essentieel voor

de latere productie. Dat blijkt

ook uit verschillende onderzoe-

ken.’’

“Weet je, ik vergelijk het vaak

met een topatleet, zoals een

schaatser. Die kan pas een goede

finish neerzetten wanneer z’n

start goed is geweest. Een ae-

rodynamisch pak, klapschaat-

sen… Dat is allemaal mooi,

maar de kracht schuilt in het

trainingsschema, gekoppeld

aan de juiste voeding. Vooral dat

laatste is enorm belangrijk. Dat

geldt ook voor de opfok van jon-

ge dieren. Een juist voersche-

ma, goede ondersteuning van

de veehouder en hoogwaardige

voeding in de juiste hoeveelhe-

den zorgen voor een optimale

groei. Voor een perfecte basis

die het leveren van een toppres-

tatie mogelijk maakt.”

Neem nu de kalveropfok. Die

is vanwege de sterke focus op

de koe en het melkproces vaak

een onderschoven kindje in

het melkveebedrijf. Terwijl de

toekomst van zo’n bedrijf juist

in dat jonge dier schuilt. Een

maximale en ongestoorde groei

in de eerste 2 levensmaanden

geeft de meest duurzame koei-

en. Met hogere (levens)produc-

ties.’’ Goed en gericht voeren

van kalveren kan gedurende de

eerste lactatie maar liefst 1000

liter melk extra opleveren, aldus

Rouwers. “In Nederland ligt de

groei per dag, voor spenen on-

der normale omstandigheden,

op 600 gram per dag. Door het

gebruik van Sprayfo kalvermelk,

ons bekendste product, is 800

gram groei per dag mogelijk.

Ga je dus uit van 200 gram ex-

tra groei per dag, maal 6,7 liter

(gemiddelde van alle wereldwij-

de onderzoeken) extra melkpro-

ductie, dan kom je uit op 1340

liter extra. Tel uit je winst. Ove-

rigens houden we die extra liters

zelf wat lager aan. 1340 liter is

de absolute top, we praten zelf

over 1000 liter extra melk.”

ProductieprocesSprayfo is een hoogwaardige

fokmelk, opgebouwd uit na-

tuurlijke grondstoffen. Voor de

productie ervan worden zuivel-

producten, zoals magere melk-

poeder en eiwitrijk weipoeder,

als grondstof gebruikt. Het pro-

ductieproces dat wordt toepast

is uniek en begint in de eigen fa-

briek in Sloten, Friesland. “Daar

wordt zuivel met vloeibare vet-

ten gemengd die daarna gepas-

teuriseerd en gehomogeniseerd

worden. Vervolgens wordt het

product gesproeidroogd tot

een melk-vetkern. Die bestaat

uit kleine vetbolletjes, omhuld

door melkeiwit. Deze manier

van vetverwerking zorgt voor

een maximale verteerbaarheid.

Na dit proces wordt het melk-

vetconcentraat opgeslagen in

grote silo’s en vervolgens naar

Deventer vervoerd. Daar worden

ze tot eindproducten verwerkt.

Sprayfo, Spraymes en Nuklo-

spray, in de bekende papieren

zakken. De productie vindt dus

plaats in twee fabrieken.”

Veel winst te behalenRouwers weet het zeker. Bij drie-

kwart van de melkveehouders is

met Sprayfo veel winst te beha-

len. “Volgens sommige veehou-

ders hoeft een kalf niet zoveel te

groeien in de eerste maanden.

Die groei halen ze wel in als ze

overschakelen naar ruwvoer

en krachtvoer, zo luidt de ar-

gumentatie. Onderzoek wijst

echter uit dat de uier zich vooral

in de eerste twee levensmaan-

den van het kalf ontwikkelt. De

sleutel voor een goede ontwik-

keling van kalf naar koe ligt dus

écht bij de start van het jonge

kalf. Blijft de groei in de eerste

2 maanden achter, dan kan dat

vanaf de derde maand niet meer

met extra krachtvoer gecom-

penseerd worden.”

Yoghurt voor biggenSprayfo is het bekendste pro-

duct van Sloten B.V., op de

tweede plaats komt Nuklospray.

Nuklopspray staat voor biggen-

melk als bijvoeding tot aan het

spenen en voor hoogwaardige

ingrediënten voor biggenvoe-

ders. “Zonder bijvoeren komen

biggen tekort”, weet Rouwers

uit ervaring. “Zelfs een goede

zeug met 14 goede spenen kan

niet alle biggen voldoende zo-

gen. De absolute melkproductie

is gewoon te laag. De oplossing?

Bijvoeren met het product Nu-

klospray Yoghurt, direct na de

biestperiode. Dit leidt tot een

hoger speengewicht. Nuklos-

pray Yoghurt maakt een serieus

verschil. Ook met dit product

doet Sloten B.V. van zich spre-

ken.”

Sloten B.V.

Postbus 474, Deventer

Telefoon: 0570 - 639 999

www.sloten.comSTeFFeN ROuweRS

Page 22: Agri & food Special

Agri & Food Special

Buma Handel BV denkt mee met agrarisch ondernemerIn de landbouw zijn volop ont-wikkelingen gaande. Buma Handel BV springt hier op in met een breed aanbod van producten voor zowel de landbouw als voor de grond weg- en waterbouw.

Het melkschandaal in China

heeft de hele wereld weer goed

doen beseffen dat kwaliteit in

de melkveesector van groot be-

lang is. Nederland, melkveel-

and bij uitstek, kan die hoge

kwaliteit bieden. De professi-

onalisering, automatisering en

schaalvergroting bij de agrari-

sche bedrijven in Nederland is

de laatste jaren in stroomver-

snelling geraakt.

‘Ik denk dat er een enorme ont-

wikkeling op gang is gekomen.’

Aan het woord is Jan-Willem

Strampel, Directeur van Buma

Handel BV. ‘De projecten wor-

den steeds groter en complexer.

Een boer die zijn bedrijf ont-

wikkelt en/of gaat (ver)bouwen

heeft daardoor mensen nodig

die hem kunnen voorzien van

het juiste advies en de juiste

producten. Wij werken vaak

samen met agrarische loon-

werkers en voegen hun en onze

kennis samen om tot de juiste

oplossing voor de boer te ko-

men.’

Buma Handel BV bestaat ze-

ventien jaar en is in die tijd

uitgegroeid van een eenmans-

bedrijf naar nu een bedrijf waar

dertien personen werken. Zij

zijn bedrijven door heel Neder-

land van dienst. Ook het aan-

bod van Buma Handel is door

de jaren heen flink uitgebreid.

De handelsonderneming biedt

anno 2013 producten die in

agrarische sector en de grond

weg en waterbouw worden ge-

bruikt. Dat varieert van zaaiza-

den, wikkelfolie, afrasterings-

materialen tot betonproducten

en materialen voor de mest-

verwerking en opslag. Voor wat

betreft het laatste heeft Buma

Handel BV het productaanbod

de laatste jaren behoorlijk uit-

gebreid. Waren het eerder al-

leen mestbassins die werden

aangeboden, nu kan ook in de

platen- en betonsilo’s een goe-

de oplossing worden aangebo-

den .

‘We werken met vier buiten-

dienstmensen. Regelmatig

gaan wij mee met de loonwer-

ker om de boer te adviseren.

Het voordeel van een handel-

sonderneming is dat we ruimer

om ons heen kunnen kijken.

Voor de ene situatie is name-

lijk product X meer geschikt

dan product Y. We kunnen in de

meeste gevallen voor een gun-

stige prijs de meest geschikte

en kwalitatief hoogwaardige

oplossingen bieden.’

Zeg je kaas, dan zeg je EisengaEr gaat niets boven kaas. Een Nederlander eet gemiddeld 15 kilo kaas per jaar en ons land behoort tot één van de grootste kaasproducenten van Europa. Ruud Eisenga weet er alles van. Samen met zijn broer Henk runt hij Eisenga Kaas, een familiebe-drijf dat sinds 1898 bestaat.

Eisenga, gevestigd in Ooster-

wolde, is kaasgroothandel en

levert aan detaillisten, kaas-

speciaalzaken, marktkramen

en de ambulante handel. Maar

ook andere groothandels wor-

den van hun producten voor-

zien. Het bedrijf is niet alleen in

Nederland, maar ook buiten de

landsgrenzen actief. In tal van

Europese landen is Eisenga Kaas

een bekende verschijning.

,,De groothandel is onze belang-

rijkste bedrijfstak. Daarnaast

hebben we verschillende formu-

les ontwikkeld’’, vertelt Henk.

,,Voor winkels, marktkramen

en de ambulante handel. Bij dat

laatste moet je denken aan huis

aan huis service, een busje als

vervanger van de buurtsuper,

een rijdende winkel.’’

De Eisenga’s hebben jarenlan-

ge ervaring met het verkopen

van kaas. Die ervaring en kennis

van zaken wordt nu gedeeld met

ondernemers. ,,Wij helpen de

detaillisten kaas te verkopen’’,

vult Ruud aan. ,,Bediend, vers

van het mes. Daarbij nemen wij

hen alle zorg uit handen. Wij

bieden een totaalconcept. Dat

begint met een goede locatie,

kwaliteit, sportieve prijzen en

een breed assortiment waarin

onze merken goed vertegen-

woordigd zijn. Zo werken we o.a.

samen met een ambachtelijke

kaasmakerij uit Veenhuizen,

door UNESCO genomineerd als

werelderfgoed. Die maakt voor

ons echte, regionale specialitei-

ten.’’

Maar de verkoop draait natuur-

lijk niet alleen om een goede lo-

catie. Of om een goed product en

scherpe prijs. Ruud lacht. ,,Dat

klopt, daar komt meer bij kijken.

Vandaar dat we ook zorgen voor

een professionele aankleding

van de winkel of marktkraam,

een eigen, herkenbare huisstijl,

interne trainingen en promotio-

nele activiteiten. Variërend van

reclamemateriaal tot demon-

straties. Eisenga ontzorgt. Dat

alles gebeurt laagdrempelig.’’

Eisenga Kaas

Ploeggang 16, Oosterwolde

Telefoon: 0516-431672

[email protected]

www.eisengakaas.nl

Bosgraaf Food & Hygiënetechniek B.V.Bosgraaf Food & Hygiënetech-

niek B.V. te Joureis leveran-

cier en specialist in RVS be-

drijfsinrich-tingen voor o.a. de

voedingsmiddelenindustrie.

Hierbij moet gedacht worden

aan hygiëneslui-sen, hand-

wasbakken, garderobekasten,

rvsmeubilair en alles op het

gebied van interntransport.

Sinds maart 2013 gevestigd in

een geheel nieuw pand aan de

A7 op de Koevorde9 te Joure

waarbij een grote efficiency

slag isgemaakt. Met meer dan

20 jaar ervaring gaatBosgraaf

Food & Hygiënetechniek net

een stap-je verder als het gaat

om klant specifieke oplos-sin-

gen.

Compost-O maakt van bermgras en tuinafval gemakkelijk compostRinagro BV in Piaam biedt een interessante oplossing voor het snel en eenvoudig composteren van bermgras en tuinafval. Met Compost-O kunnen gemeenten, provincies, bedrijven en parti-culieren duurzaam, versneld en goedkoop composteren. Boven-dien is een hogere eindkwaliteit verzekerd. Rinagro BV is geno-mineerd voor de Succes Award 2013, de grootste ondernemer-sprijs van Nederland.

Kost het composteren van

bermgras door een loonbe-

drijf al gauw 10 euro per kuub,

dankzij de toepassing van de

milieuvriendelijke vloeistof

Compost-O kan dit bedrag tot

1 euro terug gebracht worden.

Geen wonder dat Rinagro groeit

als kool en niet alleen in Neder-

land actief is. Ook in Duitsland,

Denemarken, België en Luxem-

burg zijn inmiddels verkoop-

punten. Sinds kort gaat Rinagro

zelfs overzee en is Canada aan

het lijstje toegevoegd.

Aanvankelijk hield Rinze Jous-

tra, directeur/eigenaar van Ri-

nagro, zich alleen met mest-

bewerking bezig. Veehouders

lopen weg met de door hem

ontwikkelde AgriMestMix. Het

mineralenmengsel zorgt ervoor

dat de kwaliteit van drijfmest

aanzienlijk verbetert. Joustra:

,,De uiteindelijke bemesting

leidt tot een goede bodem-

vruchtbaarheid, een efficiënte-

re en betere teelt en bemesting,

minder nitraatuitspoeling,

duurzamer werken en kosten-

reductie. De agrarische sector is

er blij mee.’’

Van het een kwam het ander.

Joustra paste de ‘Agri-Mest

techniek’ toe op het composte-

ren van bermgras en tuinafval

en ontwikkelde Compost-O.

Een middel dat per liter te koop

is; ook particulieren willen hun

tuinafval gemakkelijk compos-

teren. De werkwijze is simpel.

De vloeistof, die uit minera-

len en aerobe microbacteriën

bestaat, wordt vermengd met

water en over het bermgras of

tuinafval gegoten. Na enke-

le maanden zie je al resultaat.

,,Het mooie is dat het gras niet

belucht hoeft te worden. Er zijn

geen machinale handelingen

nodig, je hebt geen rotten-

de geur, schimmelvorming of

ongedierte en geen broei. Dus

geen uitstoot van broeikas-

gassen. Het eindresultaat? Een

mineralenrijke composthoop

die voor allerlei toepassingen

geschikt is.’’

Rinagro BV

Buorren 4 Piaam

Telefoon 0515-232724

06-55564177

[email protected]

www.rinagro.nl

RiNze jOuSTRA, DiReCTeuR RiNAGRO bv

RuuD (LiNKS) eN heNK eiSeNGA