Advies jong rotterdam sport wijs boekje

44

description

Voor u ligt het advies ‘Jong Rotterdam SportWijs’, uitgebracht door de Rotterdamse Jongerenraad. De Rotterdamse Jongerenraad vertolkt de stem van de jongeren op een beleidsmatige wijze. Hierdoor kunnen wij verschillende instanties die zich be- zighouden met jongeren vertellen ‘hoe de jongeren over bepaalde zaken denken’.

Transcript of Advies jong rotterdam sport wijs boekje

Page 1: Advies jong rotterdam sport wijs boekje
Page 2: Advies jong rotterdam sport wijs boekje

2

De Rotterdamse Jongerenraad is het offi ciële adviesorgaan van de gemeente Rotterdam op het gebied van jeugdbeleid. Hierdoor kunnen wij gevraagd en ongevraagd advies geven aan het Rotterdamse college van burgermeester en wethouders. Samen met de aangesloten lidorganisaties geven wij een stem aan de jongeren in Rotterdam. Dit doen wij door middel van het uitbrengen van gevraagde en ongevraagde adviezen, maar ook door het organiseren van activiteiten waarmee we onder andere jongeren bij de politiek betrekken en andersom.

De RJR wil graag de volgende mensen willen bedanken voor hun medewerking aan dit advies: Mohammed Akkai, Remco van Gorcum (Rotterdam Sportsupport), Hugo van den Berg (coördinator SchoolSportVereniging Beverwaard), Marco Lansbergen (Ambition Sportburo), Arnoud van Amersfoort (Sport & Recreatie Rotterdam), Giulia de Goede, Mitchell Lieveld, Claire Verhage, Dwight Krolis, Harvey Bijnaar, Marije Vermeulen (Wolfert van Borselen), Rotterdam TopSport, Beppie Hagenaars-Baldee (CDA Rotterdam), Ronald Buijt (Leefbaar Rotterdam), Arno Bonte (GroenLinks Rotterdam), Liesbeth Hoogenboom (SP Rotterdam), Wilco de Bel (ChristenUnie-SGP Rotterdam), Rogier van Veen (VVD), Maurits Hekking(D66)

Grafi sch OntwerpMarl Point

© Rotterdamse Jongeren Raad 2010Alles uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd, opgeslagen, gekopieerd op welke wijze dan ook. Voorwaarde is correcte bronvermelding.

ColofonAuteurs

Timothy John BusropanElson Lopes Ramos

Beleidsondersteuning Laura Kroes

Commissie SportadviesTimothy Busropan

Elson Lopes Ramos Stephan Haksteeg (CDJA)

Marlou van Vianen (Radio Stanvaste) Jurgen Valies (Radio Stanvaste)

Theo Koppe (vrijwilliger)

De RotterdamseJongeren Raad

Page 3: Advies jong rotterdam sport wijs boekje

3

Beste lezer,

Voor u ligt het advies ‘Jong Rotterdam SportWijs’, uitgebracht door de Rotterdamse Jongerenraad. De Rotterdamse Jongerenraad vertolkt de stem van de jongeren op een beleidsmatige wijze. Hierdoor kunnen wij verschillende instanties die zich be-zighouden met jongeren vertellen ‘hoe de jongeren over bepaalde zaken denken’.

Voorwoord

Timothy Busropan Elson Lopes Ramos

Bestuurslid Adviezen

De Rotterdamse jongerenraad gaat met dit ad-vies vooral in op het gebied sport. Sport is ja-renlang een punt dat aan bod komt op het ver-kiezingsprogramma van verschillende politieke partijen en staat daardoor hoog op de politieke agenda. Alom wordt sport geprezen als een zeer krachtig instrument om de hedendaagse problematiek met jeugd aan banden te leggen, dit wordt echter niet of nauwelijks opgepakt. De hoofdreden om een advies over sport uit brengen is dat wij denken dat veel meer jonge-ren moeten en kunnen sporten. Doordat ze spor-ten creëren ze een sportmentaliteit. Maar hoe zetten we sport in, wat is het bereik van sport en hoe gaan we het vormgeven?

Dit zijn vragen waar we allemaal over na moe-ten denken en samen actie op moeten onderne-men. De Rotterdamse jongerenraad doelt er met dit advies op een voorzetje te geven vanuit het perspectief van de jongeren.

Rotterdam is een sportstad met grote sporteve-nementen, topsporters, breedtesporters, talen-ten, sportverengingen en sportvoorzieningen en diensten. Het is tijd dat al deze organisaties gaan samenwerken om de jeugd weer aan het sporten te krijgen.

Page 4: Advies jong rotterdam sport wijs boekje

4

Page 5: Advies jong rotterdam sport wijs boekje

5

Inhoudsopgave

5

6

7

8

12

18

30

32

34

41

42

Inhoudsopgave

Inleiding

Afbakening

Hoofdstuk 1: Effecten van sport op het individu

Hoofdstuk 2: Effecten van sport op de samenleving

Hoofdstuk 3: Sportinfrastructuur

Hoofdstuk 4: Enquêtes

Hoofdstuk 5: Conclusies & aanbevelingen

Politieke partijen

Bijlage: Enquête

Bronvermelding

Page 6: Advies jong rotterdam sport wijs boekje

6

InleidingWe weten allemaal dat sporten goed voor je is. Sporten zorgt voor meer energie, het helpt je lichaamsgewicht onder controle te houden en het helpt ziekten, zoals hart- en vaatziekten, te voorkomen en/of te bestrijden. Vaak sporten mensen omdat ze een mooier lichaam willen, een vitaler lichaam willen of gewoon omdat ze het leuk vinden. Wat veel mensen niet weten is dat sporten óók goed is voor de geest. Het kan je stemming verbeteren, het geeft je een gevoel van welbehagen en zorgt ervoor dat je beter slaapt.

In het eerste deel van het advies zullen we de effecten van sport op het individu uiteenzetten. Hierbij zullen de psychologische en biologische effecten aan bod komen. Het tweede deel van het advies ligt in het verlengde van het eerste deel: de effecten van sport op de samenleving. Sport heeft namelijk een effect op het individu en dat individu beïnvloedt op zijn beurt de samenleving. Ver-volgens zullen we de sportinfrastructuur onder de loep nemen; wat bestaat er al, wat gaat er komen en nog belangrijker: wat zou er moeten komen?

De RJR heeft voor dit advies expliciet de mening van 300 Rotterdamse middelbare scholieren gevraagd door middel van een enquête. De uitkomsten en analyses van deze enquête staan in het vierde hoofdstuk beschreven. Tot slot beschrijven wij in hoofdstuk vijf de conclusies en aanbevelingen.

Page 7: Advies jong rotterdam sport wijs boekje

7

Het advies informeert beroepskrachten over de doelgroep 12 tot en met 18 jaar. Dit zijn jongeren die vaak nog op het voortgezet onderwijs zitten. De reden om ons toe te spitsen op deze doelgroep is, dat onder deze jongeren nauwelijks of helemaal niet wordt gesport.

De jongeren in de leeftijdscategorie 4 tot en met 12 jaar, die op een basisschool zitten, zijn goed enthousiast te maken om te gaan sporten. Dit is één van de redenen dat pro-gramma’s als: OverschieSportGratis, Lekker fi t! en schoolsportverenigingen aanslaan.

Van jongeren ouder dan 18 jaar wordt verwacht dat zij volwassen genoeg zijn om zelf te beslissen of ze wel of niet sporten.

Afbakening

Page 8: Advies jong rotterdam sport wijs boekje

8

Hoofdstuk 1

Effecten van sport op het individuAlgemeen welbevindenDe tijd dat men de psyche loskoppelde van het lichamelijke ligt ver achter ons. Er wordt vaak gezegd: als je je goed voelt, zie je dat ook. Andersom geldt het ook: als je er goed uitziet, voel je je vaak ook beter. Iedere sporter kan je vertellen dat een groot gedeelte van de prestatie afhangt van hoe men mentaal in elkaar zit die dag. Ook het mannelijke hormoon testosteron wordt aangemaakt tijdens een sportieve inspan-ning. Testosteron versterkt spieren en vergroot de spierkracht en het geeft de geest het signaal ‘om je goed te voelen’. Door het lichaam te trai-nen wordt het zowel mentaal als fysiek sterker. Onbewust manipuleert men ook de geest door lichamelijke training. Sport kan in veel gevallen helpen het zelfvertrouwen te vergroten. Wan-neer men merkt dat de lichamelijke weerstand en kracht groter wordt, heeft dit vaak een posi-tief effect op de geest. Ook wordt, als je sport, in rust de hartslag lager en is het gunstig voor de bloeddruk. Kortom, allerlei factoren die ertoe bijdragen dat je je beter gaat voelen.

LeervermogenAlgemeen wordt aangenomen dat fysieke activi-teit bij jongere kinderen de (cognitieve) ontwik-keling stimuleert. Het bewegen is voor het jonge kind bij uitstek de brug naar de ander. Er is veel wetenschappelijk onderzoek gedaan naar de verhouding tussen sport en leervermogen. De vraagstellingen zijn in grote lijnen de volgende: (1) hebben fysieke activiteiten een direct effect

op de erop volgende cognitieve leerprestaties? (2) is er een relatie tussen langdurige activiteits-programma’s en de cognitieve leerprestaties, c.q. tussen het motorische en het cognitieve pres-tatievermogen?Het antwoord op de eerste onderzoeksvraag luidt in de regel bevestigend. Fysieke activiteit leidt – bij een adequate belastingsdosering – tot een toename van de doorbloeding in verschil-lende gebieden van de hersenen, wat leidt tot een vergrote ‘leerbereidheid’: er wordt beter opgelet en de concentratie neemt toe. Ook ten aanzien van de tweede onderzoeksvraag zijn de bevindingen (voorzichtig) positief.Meerdere studies laten zien dat de schoolpresta-ties van leerlingen die meer tijd aan lichamelijke opvoeding besteden (ten koste van de lestijd voor andere vakken) gelijk bleven of verbeter-den. In andere studies, waarbij sportief actieve groepen met niet-sportief actieve groepen wer-den vergeleken, kon worden aangetoond dat het cognitieve functioneren positief werd beïnvloed. Er zijn aanwijzingen dat door fysieke activiteit de instelling tot leren, de algemene prestatiemo-tivatie positief wordt beïnvloed.

Sociaal vermogenVia sport komen ook andere aspecten zoals tolerantie/respect, moreel redeneren en verant-woordelijkheidsgevoel naar boven bij de mens. Tijdens het sporten, vooral in teamverband, leert men omgaan met teamgenoten, maar ook

Page 9: Advies jong rotterdam sport wijs boekje

9

tegenstanders. Zo worden waarden zoals tole-rantie bijgebracht. Verantwoordelijkheidsgevoel via sport verwijst naar bijvoorbeeld het besef dat men deelneemt aan een spel met allerlei re-gels of het besef dat men lid is van een team of vereniging en daarvoor verantwoordelijkheid draagt.

Voorkomen van ziektenBewegen kan niet alleen ziekten voorkomen, uit onderzoek blijkt dat mensen die actief zijn een kleinere kans hebben om vroegtijdig te overlij-den dan mensen die inactief zijn. De kans om eerder te overlijden is voor inactieve mensen on-geveer 30 tot 40% groter dan actieve mensen. Ook is volgens onderzoek duidelijk dat je door te weinig bewegen een grotere kans hebt om bijvoorbeeld hart- en vaatziekten en diabetes te krijgen.

Psychisch welbevinden Er is met name duidelijke evidentie voor de gun-stige effecten van fysieke activiteit op depressie. Fysieke activiteit vermindert de depressie, zowel bij patiënten als bij niet-klinische populaties. Het lijkt erop dat duurtrainingsactiviteiten het meest effectief zijn. Ook is er een negatieve samen-hang tussen fysieke activiteit en angst en depres-sie. Ook bij jongeren is het van groot belang fysieke activiteit als bijkomend middel in de opvoeding en de eventuele behandeling op te nemen. Valois et al. (2004) geven aan dat er bij tieners een signifi cante relatie bestaat tussen fy-sieke activiteit en angst en depressie en relaties met ouders.

Page 10: Advies jong rotterdam sport wijs boekje

10

Ik ben Giulia de Goede en ben 14 jaar. Ik doe aan ballet en zit nu op de School voor Jong Talent, het Koninklijk Conservatorium in Den Haag. Ik ben begonnen op m’n zevende bij Dance Point Fitness Center en mocht meteen meedoen met de selec-tiegroep. M’n juf had m’n moeder voorgesteld om auditie te doen op het Koninklijk Conservatorium en op m’n achtste had ik het waargemaakt, maar ik moest eerst wel een jaar wachten omdat ik nog te jong was, maar was wel al door.

Eerst begon ik met twee jaar oriëntatielessen en ik moest dan op elke zaterdag vroeg naar Den Haag voor de balletles. Toen die twee jaar voor-bij waren moest ik meedoen aan de slotauditie om daar op school te komen. Die auditie heb ik ook gehaald en ik kon op de basisschool in groep zeven meedoen. Nu zit ik in de tweede klas en doe gymnasium. Ik heb vijf dagen per week dans van anderhalf uur en op sommige dagen zelfs drie uur. De danslessen zijn balletlessen, modern en caractere (volksdans op toneel).

Omdat ik in Rotterdam woon moet ik elke dag on-geveer een uur reizen om naar school te komen. Ik sta om ongeveer zes uur op en moet om zeven uur vertrekken om de bus te halen en dan met de metro zodat ik de Randstadrail kan nemen die me dan ongeveer voor m’n school afzet. Maar je kunt net zo goed de trein nemen. Ook heb ik vrijdag pianoles, omdat je als balletleerling een instrument moet kunnen spelen en krijg je privéles, waarvan je mag kiezen tussen drie instrumenten: piano, gitaar of blokfl uit. Ook heb ik elk jaar een beoordeling/auditie om op het conservatorium te blijven.

Veel mensen zien ballet als iets anders dan een sport. Vroeger werd ik daar op de basisschool erg mee geconfronteerd, bijna iedereen lachte je uit en deden je raar na als je zei dat je op ballet zat. Veel mensen hebben niet door dat ballet een echte topsport is, het is hard werken en je hebt er veel doorzettingsvermogen en uithoudingsver-mogen voor nodig. Ook moet je elegant kunnen bewegen en uitstraling hebben. En je moet maar net geluk hebben met je fysieke mogelijkheden.

Mijn school is anders dan meeste scholen. Zo zitten bijvoorbeeld de basisschool, middelbare school en het hbo in hetzelfde gebouw. Hierdoor kan er veel contact ontstaan tussen alle leerlingen van alle niveaus, waardoor ik mij meer thuis voel. De kantine aan de andere kant verschilt niet veel van meeste schoolkantines, want ondanks dat we moeten oppassen met wat we eten, hoeven de muziekleerlingen en beeldendekunstleerlingen dat niet, waardoor er alsnog veel snacks worden verkocht, wat soms bij de balletleerlingen tot frus-tratie kan leiden.

Omdat ik meer tijd besteed aan mijn school en ballet in Den Haag ben ik niet vaak in Rotterdam, maar wat ik wel merk van de relatie tussen ballet en Rotterdam, is dat er nauwelijks klassiek ballet is, het is meer gericht op modern. Ook zijn de meeste klassiekballetvoorstellingen eerder in Den Haag en Amsterdam te vinden. Dit kan wellicht een kwestie van smaak zijn.

Als ik me zou moeten voorstellen dat ik nooit aan ballet was begonnen dan denk ik dat ik best lui zou zijn en niet al te slank. Ook door ballet heb ik geleerd wat discipline is en ik heb geleerd hoe

Column 1

Giulia de Goede

Page 11: Advies jong rotterdam sport wijs boekje

11

Topsport en studeren. De vraag komt vaak naar voren of de twee wel te combineren zijn. Uit ei-gen ervaring kan ik op die vraag volmondig JA antwoorden. Ik hockey bij HCR, het Nederlands elftal en doe een master Psychologie aan de Erasmus Universiteit Rotterdam. Daarnaast ben ik ook nog lid geweest van een studentenvereni-ging. Een succesvolle combinatie is gewoon een kwestie van planning en prioriteiten stellen.

Afgelopen jaar heeft zich dat voor mij eindelijk uitbetaald in een prestatie waar ik persoonlijk erg trots op ben: het behalen van mijn bachelor. Net als bij topsport krijg je er op zo’n moment dan eindelijk wat voor terug. Daarvoor het ik oneindig veel gemaild en gesproken met de stu-dieadviseurs, topsportdecanen en coördinato-ren. Het kost namelijk erg veel moeite om alles rond je sport te plannen. In mijn geval heb ik erg veel problemen om aan de aanwezigheids-plicht te voldoen. De dagen waarop ik werk-groepen heb, komen overeen met trainings-dagen en geen van beide kan ik verschuiven. Hierdoor moet ik inhaalopdrachten maken die zo veel tijd kosten dat het direct inspeelt op mijn privéleven. Een vrije zaterdag zit er dan niet in. Dit soort situaties zijn behoorlijk demotiverend en komen je sport ook zeker niet ten goede. Iedere topsporter weet dat rust net zo belangrijk

is als training en van een dag achter je compu-ter studeren gaat niemand beter presteren.

Het is daarom van belang dat topsporters we-ten waar zij aan beginnen voordat zij zich in-schrijven bij een instelling. Zij zouden eigenlijk een gesprek moeten hebben met een topsport-decaan die met hen een planning maakt voor alle studiejaren. Zo kan de topsporter van te voren een afweging maken bij het kiezen van een studie of instelling en komen zij niet voor verrassingen te staan. Als ik namelijk had ge-weten wat voor problemen er allemaal op mijn pad waren gekomen, had ik niet dezelfde keus gemaakt als vijf jaar geleden. Het heeft mij erg veel energie gekost om bij de EUR alles volgens de regels uit te voeren. Een hogeschool specifi ek voor topsporters is dan een veel betere uitkomst, omdat daar meer rekening gehouden wordt met je topsport. Op die manier gaat het halen van een papiertje ook een stuk makkelijker. De be-langrijkheid van een diploma moet niet worden onderschat. Er komt namelijk een periode dat de topsport voorbij is en wat ga je dan doen met je leven? Dus stay in school dan voorkom je uitspraken zoals die van Jason Kidd.

Claire Verhage

ik moet omgaan met emotionele gebeurtenissen. Ik ben erg zelfstandig geworden. En ik ben altijd non-stop bezig met ballet, niet omdat ik het moet doen, maar ook gewoon omdat ik het zelf wil.

Ook al zijn er wel altijd ups en downs, ik zou m’n leven zonder ballet niet kunnen voorstellen. En dit heb ik uiteindelijk allemaal te danken aan leraren die mijn talent en potentie voor ballet zagen.

“We’re going to turn this team around 360 degrees.” - Jason Kidd (NBA-speler) -Column 2

Claire Verhage

Page 12: Advies jong rotterdam sport wijs boekje

12

Hoofdstuk 2

Effecten van sport op de samenleving

GezondheidDe laatste jaren zijn mensen meer gaan eten en minder gaan bewegen. Dit is te herleiden uit het feit dat er meer mensen met overgewicht zijn dan in de jaren ’80. In Nederland leidt 51% van de mannen en 42% van de vrouwen aan overge-wicht. Bij de jeugd is dit 16% bij de jongens en 16% bij de meisjes. Kortom, overgewicht en obe-sitas behoren tot de grote volksgezondheidspro-blemen. In Rotterdam blijkt uit onderzoek van de GGD dat ongeveer 1 op de 4 á 5 leerlingen uit de brugklas en derde klas van het voortgezet on-derwijs overgewicht heeft. Vooral bij meisjes in de brugklas wijken de cijfers in Rotterdam sterk af van het landelijke beeld: 27% heeft overge-wicht tegenover 16% landelijk. Bij jongens in de derde klas van de middelbare school is dezelfde verhouding te zien: 22% met overgewicht in Rot-terdam tegen 16% landelijk.

Als je kijkt naar hoe de maatschappij zich in jaren ontwikkeld heeft is het niet raar. De automatisering en individualisering van de samenleving heeft teweeg gebracht dat mensen luier zijn gaan worden. Alles is te bestellen via internet. Kinderen zijn niet weg te halen bij computerspelletjes. De prijzenoorlog bij de supermarkten heeft ervoor gezorgd dat ongezond goedkoop eten nog goedkoper is geworden.

Overgewicht is een probleem voor de samen-leving, omdat er bewezen is dat mensen met overgewicht eerder een minder positief zelfbeeld hebben en eerder kans hebben op depressiviteit. Overgewicht en andere gezondheidsproblemen zijn tegen te gaan door middel van bewegen. Er is bewezen dat sporters een positiever zelfbeeld hebben en positiever in het leven staan dan niet-sporters.

OnderwijsDe vraag die in dit stuk centraal staat is duidelijk. Stijgen de schoolprestaties op het moment dat er structureel gesport wordt? De Nederlandse onder-zoeken hiernaar zijn schaars. Voor wetenschap-pelijke antwoorden raadplegen wij onderzoeken uit Groot-Brittannië: ”Sport leidt bij een adequate belastingsdosering tot een toename van de door-bloeding in verschillende gebieden van de herse-nen, wat leidt tot een vergrote ‘leerbereidheid’: er wordt beter opgelet en de concentratie neemt toe” (bijv. Dordel & Breithecker, 2003; Metzler, z.j.; Hollmann & Strüder,2003; Raviv). Kortom, het is goed mogelijk dat de leerlingen beter op-letten en langer geconcentreerd zijn wanneer zij sporten. Dat betekent dat wanneer sport centraal staat in het onderwijs de schoolprestaties

Zoals beschreven in hoofdstuk 1 heeft sport een positief effect op de psychische en fysieke gesteldheid van het individu. Waarom weten wij dat? Omdat er namelijk voldoende onderzoeken naar zijn ge-daan. Effecten van sport op de samenleving is moeilijk meetbaar, de onderzoeken zijn vaak langdurig en grootschalig opgezet. Hieronder trachten wij uiteen te zetten wat wij hebben kunnen vinden over wat de effecten van sport zijn op de samenleving.

Page 13: Advies jong rotterdam sport wijs boekje

13

omhoog gaan en uiteindelijk meer mensen een hoger niveau zouden kunnen halen. In de maat-schappij versterkt dit onze economie, waar wij het in Nederland van moet hebben.

IntegratieIn een samenleving waarin verschillende nationa-liteiten naast elkaar moeten wonen is er constant spanning. Dit komt doordat de verschillende na-tionaliteiten elkaar niet kennen en elkaars gebrui-ken niet kennen. Nederland is een multiculturele samenleving en ondergaat dit probleem. Het po-litieke debat over integratie is aan orde van de dag en wordt heftig gevoerd.

Een oplossing om de verschillende nationaliteiten dichter bij elkaar te brengen en elkaars cultuur beter te leren kennen is sport. 1Sport heeft vaak de eigenschap om verschillen tussen burgers in opleiding, religie, politieke voorkeur, klasse, sek-suele geaardheid of kleur te overbruggen.

Door te sporten komen mensen uit verschillende culturen en uit verschillenden steden met elkaar in contact. Hierdoor breiden zij hun sociale net-werk uit. Het brengt met zich mee dat mensen die zich voorheen niet geaccepteerd voelden, dat nu wel voelen doordat ze zijn gaan sporten.

Het gemeenschapsgevoel dat sport teweeg kan brengen heeft een positief effect op de samenle-ving. Het maakt dat iedereen trots is op de sport-prestaties van onze topsporters die goed pres-

teren op internationale toernooien. Het is niet alleen het wij-gevoel wanneer het Nederlands elftal speelt, maar het wij-gevoel treedt ook op bij een niet al te populaire sport zoals waterpolo. Nederland ging massaal achter de televisie zit-ten om Barry van Galen en zijn team in de fi nale te steunen. Niemand had dit verwacht.

De Knop (2006) concludeert in zijn onderzoek dat sport en topsport inderdaad kunnen bijdra-gen aan een groter gemeenschapsgevoel. Daar-naast blijkt uit het onderzoek dat 83% van de Nederlandse bevolking trots op Nederland is vanwege de prestaties die de topsporters neer-zetten. Daarmee zijn sportprestaties de belang-rijkste reden waarom mensen trots zijn op Ne-derland.

EconomischSporten bij een vereniging verplicht je tot een bijdrage. Hierdoor is er al sprake van een eco-nomisch aspect van sport. Tegenwoordig hoef je als professionele topsporter niet meer een extra baan te zoeken, want de salarissen zijn zo hoog dat sommige topsporters na hun 30ste nooit meer hoeven te werken zoals Real Madrid-ster Christiano Ronaldo.

Kleine en grote bedrijven profi teren van sport. Een winkelbedrijf dat sportspullen verkoopt is een simpel voorbeeld. Tegenwoordig hebben bedrijven die in eerste instantie niets met sport te maken hebben de grootste profi jt hiervan in de vorm van sponsorschap.

1 Ministerie van WVS Den haag, tijd voor sport 2005

Page 14: Advies jong rotterdam sport wijs boekje

14

Onze nationale sporthelden zijn wandelende reclameborden geworden, het is moeilijk deze bedrijven over het hoofd te zien als zij hun naam op de shirts, schoenen, petten, trainingjacks, boardings en op de sporttassen hebben staan. Zelfs bedrijven die geen sportartikelen verkopen of sponsor zijn, profi teren van een in de nabij-heid gelegen grote sportaccommodatie.

Gemeentes investeren in sportbeleid en bouwen sportknooppunten. De bouw zelf al zorgt voor werkgelegenheid. Vervolgens, als het af is, zorgt het ook voor werkgelegenheid en een gunstige ligging voor het bedrijfsleven. Het gebied kent een pullfactor.

Op het moment dat de bevolking massaal zal gaan sporten, betekent dit dat de bevolking ge-zonder en fi tter zal zijn en de kans op gezond-heidsproblemen zal teruglopen.Economisch gezien zal er minder geld uitgege-ven worden aan welzijns- en gezondheidskos-ten. Ook gezondere, fi ttere en positieve mensen kunnen meer plezier hebben in een hun werk, omdat ze zich goed voelen. Gevolg is dat de arbeidsproductiviteit omhoog zal gaan, waardoor er sprake is van minder werkloosheid en arbeidsongeschikten.

GedragIedere sport kent zijn eigen spelregels. Net als in de samenleving wordt bij het overtreden van spelregels de een zwaarder bestraft dan de an-der. Dit werkt bij sporters door in de samenle-ving, zij zouden minder overtredingen begaan dan een niet-sporter. Weinig onderzoeken kun-nen dit onderbouwen. De strekking ervan is dat de criminaliteit verminderd zou kunnen worden door sport. Jongeren die hangen en misschien voor overlast zorgen, kunnen verveling verdrij-ven door te sporten. Zo zullen minder jongeren

hangen op straat, vanwege verveling. Ouders brengen hun kinderen normen en waarden bij tijdens hun opvoeding. Sport zou in dat opzicht een ondersteuning kunnen zijn. Sportverenigin-gen vormen een extra opvoedkader, iedereen spreekt elkaar aan op hun gedrag en een kind krijgt te maken met verschillende ouders en een trainer die hem op zijn gedrag kunnen wijzen.

Het kind leert omgaan met winnen en verlie-zen en met discipline en verantwoordelijkheid. Hoe jonger een kind dit aanleert door middel van sport, des te meer profi jt hij of zij ervan zal hebben later. De maatschappij kan mee profi te-ren, bijvoorbeeld in de vorm van actief burger-schap.

MediaDagelijks worden wij met zijn allen beïnvloed door de media. De kracht van de media is zeer groot en kan zowel positief als negatief uitpak-ken. Het betreft een informerende en amuseren-de functie.

Sport en de media hebben elkaar nodig. Sport heeft de media nodig om beelden uit te zenden, want anders kunnen we onze topsporters waar we trots op zijn niet volgen. De media hebben de sport nodig, want bij grote sportevenemen-ten en goede prestatie van nationale topsporters volgt iedereen het via een mediakanaal en is het aantrekkelijk om via een mediakanaal te adver-teren. Het levert aan beiden kanten veel geld op. Kortom, media en sport zijn constant met elkaar in wisselwerking.

Media kunnen een informerende functie vertol-ken. Snoepreclames worden tegenwoordig be-vochten met de ‘eet gezond’-reclames. Met bij-voorbeeld het ik kies bewust-logo ondersteunt de overheid het creëren van een sportcultuur waar

Page 15: Advies jong rotterdam sport wijs boekje

in sport en gezond eten de normaalste zaak van de wereld is. De bevolking wordt geprikkeld om gezond te gaan eten, het levert gezondere men-sen op daarmee minder gezondheidskosten.

Bekende topsporters worden overal op de voet gevolgd door de media en de gewone burger wil graag alles weten over zijn held. Topsporters die internationaal topprestaties hebben geleverd zijn rolmodellen voor de jeugd in eigen land. Zij

inspireren en stimuleren de jongeren om te gaan sporten.

Kortom, de media kunnen het effect van sport op een grootschalige wijze beïnvloeden met recla-mes voor gezond eten en met het uitzenden van topsportevenementen. En het verheffen van top-sporters tot volkshelden die een inspiratiebron zijn voor de jeugd.

15

Page 16: Advies jong rotterdam sport wijs boekje

16

Mijn naam is Dwight Krolis en ik ben met de RJR in contact gekomen door o.a. mijn werkzaamheden voor YOUR WORLD (project Dynamic Duo’s). Ook tijdens mijn werkzaamheden voor Stichting Young UP kwam ik contact met een aantal van deze in-spirerende jongeren. De jongeren van de RJR heb ik ervaren als jongeren die zich één voor één met hart en ziel voor de stad inzetten.

Zelf ben ik een geboren en getogen Rotterdam-mer, die helemaal gek is op sporten en dan met name voetballen. Ik acteer wekelijks in de zater-dag hoofdklasse A bij v.v. Katwijk, maar vind het ook ontzettend leuk om me bezig te houden met jeugdige voetballers. Zo organiseer ik al vier jaar het voetbalproject Vriendschap Rotterdam (‘sport verbroedert’) en ben ik vorig jaar de Arsenal Soc-cer School Rotterdam gestart. Met deze projecten proberen we de Rotterdamse jongeren exclusieve voetbalervaringen aan te bieden. Doordat ik van kleins af aan gesport heb, heb ik mezelf een ge-zonde levensstijl aangemeten en heb ik ontzettend veel mensen leren kennen. Sporten heeft echter ook een concrete bijdrage geleverd aan mijn maatschappelijke ontwikkeling. Ik moest immers leren samenwerken, kwam in aanraking met diver-se disciplinaire elementen (op tijd komen, luisteren naar je medespelers e.d.), maar heb ook geleerd hoe ik teleurstellingen en successen moet verwer-ken. Mijn voetbaljaren zijn dus meer dan alleen een hobby, maar hebben juist een grote bijdrage geleverd aan mijn persoonlijke ontwikkeling.

Mede doordat sport een positieve invloed op mijn leven heeft gehad ben ik vorig jaar de Arsenal Soccer School Rotterdam gestart. Met deze voet-balschool bieden wij gratis (trainings)programma’s

aan, mede doordat wij de steun hebben weten te verkrijgen van een aantal sponsors. Hierdoor hebben we ruim 70 jonge voetballiefhebbers in de leeftijd van 10 t/m 19 jaar een gratis, maar vooral bijzondere voetbalervaring kunnen bieden. Zij hebben namelijk “The Arsenal Way” kunnen trainen en hebben daarnaast het offi ciële tenue van de Arsenal Soccer School Rotterdam ontvan-gen. Doordat we ook met jonge trainers in de leef-tijd van 20 t/m 25 jaar werken, bieden we deze jongeren op jonge leeftijd ook nog eens een waar-devolle praktijkervaring aan. Op beide groepen proberen we met de Arsenal SS Rotterdam dan ook sport te gebruiken als positieve stimulans op het leven van jeugdige Rotterdammers, net zoals dit bij ons altijd het geval is geweest.

Rotterdam is met inwoners van allerlei verschillen-de culturele achtergronden een van de kleurrijkste steden in het land en ik geloof erin dat sport een van de middelen is om mensen bij elkaar te bren-gen. Net als muziek, theater en dans, heeft sport een verbindend effect door de passie die men hier-voor deelt. Ook stimuleert het je om het beste uit jezelf te halen. Het mooie is ook dat iedereen voor zichzelf kan bepalen wat dat precies is. Waar de één kiest om koste wat kost het hoogste niveau te halen, doet de ander het slechts voor wat (extra) beweging. Vaak kom je ook nog eens in contact met mensen die je (sport)passie op dezelfde ma-nier beleven en dat heeft bij mij in ieder geval geleid tot nieuwe en bijzondere vriendschappen. Sport is namelijk universeel en hierbij maakt het niet uit waar je vandaan komt, wie je bent of wat je achtergrond is. Voor mij bestaat er geen betere manier om plezier, verbroedering, respect en en-thousiasme te combineren.

Column 3

Dwight Krolis

Page 17: Advies jong rotterdam sport wijs boekje

17

Als voormalig topsprinter en fi nalist van kampi-oenschappen ben ik degene die Street Challenge heeft bedacht, ontwikkeld en gerealiseerd. Street Challenge staat voor verbinding, plezier, bewe-gen & gezondheid, bottom up, en stapje voor stapje met een vleugje muziek, dans en entertai-ners. Het wordt op straat georganiseerd en is in elke wijk toepasbaar; ook worden alle buurtbewo-ners uitgenodigd om deel te nemen. Street Chal-lenge werd de afgelopen 3 jaar georganiseerd in verschillende steden in Nederland (Rotterdam, Amsterdam en Zaandam). Daarnaast gaat Street Challenge verder en is er afgelopen jaar een pi-lotproject met succes in Suriname opgezet. Voor 2010 zullen er wederom Street Challenge in Ne-derland en Suriname worden georganiseerd.

Verbindende factor van sportAls voormalig topsprinter en veelvuldig fi nalist van vele kampioenschappen ben ik degene die Street Challenge heeft bedacht, ontwikkeld en ge-realiseerd. Als atleet zocht ik altijd de tegenstand van de internationale topsprinters op. Zo trainde ik ondermeer met wereld- en Olympisch kampioe-nen zoals Kim Collins, Bernard Williams en Usian Bolt. Hierdoor heb ik een uitgebreid netwerk aan sporters, organisatoren en sponsors overgehou-den. Dat sport verbindt, heb tijdens mijn sport-carrière ervaren. Sport speelt een belangrijke ver-bindende factor omdat het boven alle culturele, religieuze en sociale categorieën uitstijgt. Sport brengt mensen op een eenvoudige manier met el-kaar in contact. Street Challenge is een uniek pro-ject dat zich richt op het bevorderen van buurtpar-ticipatie en het versterken van de relaties tussen de buurtbewoners. Het project gebruikt sport als middel om een ontmoetingsplek te realiseren met

alle buurtbewoners en biedt hiermee een platform om elkaar op regelmatige basis te ontmoeten. Dit zijn belangrijkere stappen binnen het integratie-proces. Ofwel de verbindende factor van sport!

Mijn kijk op sport in NederlandSport is een belangrijk item binnen de heden-daagse maatschappij waar kinderen en jongeren steeds minder buiten actief zijn en voor passieve activiteiten kiezen. Kinderen, jongeren maar ook ouderen zouden meer in beweging moeten zijn. In de nota van sport (VWS) vindt men dat ook. Maar hoe bereik je dat? Een van de speerpunten is meer leden werven voor de sportverenigingen, want immers infrastructuur (voorzieningen & ver-enigingen) is al aanwezig. Een logische stap lijkt het. Maar zo eenvoudig is het niet om meer leden naar verenigingen te krijgen. De belangrijkste vraag is: zijn de verenigingen daarop toegerust? Hebben zij voldoende kader om de stroom (als die er überhaupt is) aan nieuwe leden op te vangen? en ander punt van aandacht is, hoe krijgt men de mensen zover om structureel te gaan sporten?

Mijn advies naar de overheid en overige partijen luidt: maak de duidelijke keuze om mensen eerst en vooral eerst enthousiast te maken voor sport. Zorg voor een toestroom van toeschouwers naar de wedstrijden en/of activiteiten van verenigin-gen. Hoe meer enthousiaste toeschouwers hoe meer leden en vrijwilligers, is mijn mening en ervaring. Deze stappen dienen kwalitatief en structureel goed te worden uitgevoerd. Hierdoor ontvangt men meer steun vanuit de bevolking en komt het realiseren van de Olympisch Spelen 2024 of 2028 ook een stap dichterbij. Wacht niet tot morgen maar begin nu!

Column 4

Harvey Bijnaar

Street Challenge is in 2006 opgericht door ex-Topatleet Harvey Bijnaar

Page 18: Advies jong rotterdam sport wijs boekje

18

Hoofdstuk 3

Sportinfrastructuur

Rotterdam SportstadRotterdam heeft sinds 2001 een ‘echt’ sport-beleid. Dit beleid is een voorstel voor de ko-mende 10 jaar, opgesteld door de drie grote Rotterdamse sportorganisaties, namelijk: Sport en Recreatie, Rotterdam Topsport en Rotterdam Sportsupport. Deze sportorganisaties zijn ermee aan de slag gegaan en doordat er meer daden werden verricht dan dat er woorden werden ge-sproken, zijn ze op weg om de doelstellingen te behalen. Het hoogtepunt van de eerste 5 jaar van het sportbeleid is de benoeming van Rotter-dam tot ‘European Capital of Sports’, zodoende werd Rotterdam Sportjaar 2005 georganiseerd. Het jaar daarop is Rotterdam verkozen tot sport-gemeente van 2006. Niettemin staat in Rotter-dam-Lombardijen de sportiefste basisschool van Nederland, namelijk de Catamaran. De RJR ziet deze ontwikkeling als zeer positief, omdat het inhoudt dat buitenstaanders en deskundigen het Rotterdams sportbeleid opgemerkt hebben en dat er daadwerkelijk actie ondernomen wordt om de jongeren meer aan het sporten te krijgen. Rotterdam Sportstad heeft tevens de doelstelling om grote topsportevenementen met allure bin-nen te halen. Op dit gebied doet Rotterdam het goed; er zijn veel nationale en internationale

topsportevenementen binnengehaald, zoals Champions Trophy 2008 (hockey), WK Judo 2009, WK Turnen 2010, Tour de France 2010, WK Tafeltennis 2011, EK Dressuur 2011 en EK Handbal 2012. Daarnaast hebben we natuur-lijk de jaarlijkse marathon en zaalkorfbalfi nale in Ahoy. Rotterdam heeft na 2005 de doelstel-lingen van het beleid ‘Rotterdam Sportstad’ aan-gepast en verwerkt in het “Tienpuntenplan Rot-terdam Sportstad” om Rotterdam de komende jaren een nog betere sportstad te maken.

Sportverenigingen Rotterdam is rijk aan sportverenigingen, maar desondanks loopt het ledenaantal fors terug.Clubs hebben moeite om nieuwe leden aan te trekken en vast te houden. Er zijn hiervoor verschillende redenen te noemen vanuit het per-spectief van de clubs, maar zeker ook vanuit het oogpunt van de jongeren. Clubs wijzen de volgende redenen aan: jongeren gaan steeds eerder roken en alcohol gebruiken en houden er een ongezonde leefstijl aan over, de nieuwe belevingswereld van computerspelletjes, minder ouderbetrokkenheid, het fi nanciële aspect en transport. Daarnaast speelt dat, met het lage vrij-willigersbestand, het voor clubs moeilijk is om

In het hoofdstuk sportinfrastructuur benoemen wij een aantal door de gemeente ingevoerde programma´s en voorzieningen op het terrein van sport in Rotterdam. Daarnaast beschrijven wij de situatie van de fysieke sportinfrastructuur per deelgemeente in Rotterdam.

Aan bod komen de bestaande programma´s: Rotterdam sportstad, sportverenigingen, Lekker fi t!-scho-len, schoolsportverenigingen en OverschieSportGratis. Een beschrijving van de fysieke infrastructuur volgt, waarna wij een blik werpen op de toekomst en de komst van het stadionpark bespreken, net als de kandidatuur van Rotterdam voor de Olympische Spelen van 2028.

Page 19: Advies jong rotterdam sport wijs boekje

19

nieuwe leden aan te trekken en te behouden.Vanuit het oogpunt van de jongeren is een sport-vereniging een verplichting. De vaste trainings-tijden brenent discipline met zich mee, wat een positief effect kan hebben op de jongeren, maar tegelijk worden zij hierdoor minder fl exibel in het indelen van hun tijd. Daarnaast brengt het met zich mee dat jongeren niet kunnen sporten wanneer ze willen, waar ze wellicht wel zouden willen sporten. De sportverenigingen zijn hecht, en als nieuw lid ben je al snel een buitenbeentje. Dit ervaren de meeste jongeren als eng en een reden om niet lid te worden. Afstand speelt ook een rol. In bepaalde wijken bevinden zich geen sportclubs, waardoor de afstand die overbrugd moet worden, wordt ervaren als te groot.

Lekker fi t scholenActieprogramma Lekker fi t! is een initiatief van de GGD, Sport & Recreatie en de Dienst stede-lijk onderwijs om overgewicht en bewegingsar-moede tegen te gaan. In Rotterdam lijdt één op de vier jongeren aan overgewicht.

Lekker fi t! is een programma, gericht op het ba-sisonderwijs. Het wordt zowel ingezet tijdens en na schooltijd. Het programma valt uiteen in twee elementen: het is eerste element is bewegen en het tweede element is voeding. De RJR ziet deze twee elementen onlosmakelijk met elkaar ver-bonden om overgewicht en bewegingsarmoede tegen te gaan.

Het eerste element is bewegen. Doordat de jon-geren bewegen zullen ze fi tter worden en zal

het uiteindelijk in hun eigen voordeel werken. De kinderen krijgen 3 gymlessen in de week in plaats van 2. Daarnaast krijgen de kinderen les in het gezonde leven. Het bewegingsonderwijs wordt gegeven door een vakleerkracht ‘nieuwe stijl’. Dit houdt in dat de kinderen les krijgen van een iemand die op de HALO is afgestudeerd. Zij krijgen tijdens hun studie niet alleen te maken met sport en bewegen, maar ook met voeding, communicatie en mental coaching. Ook doelt het programma Lekker fi t! erop om sportclubs te-rug in de wijken te brengen. Door ruimtegebrek zijn de meeste sportverenigingen verhuisd naar de rand van de stad. Weinig sportverenigin-gen zitten nog in de wijken. De RJR ziet dit als een belemmering voor potentiële jonge leden, van wie de ouders geen auto hebben om hun kind naar de rand van de stad te brengen. Het tweede element is voeding. De kinderen krijgen lessen over gezond leven en over het maken van gezonde keuzes. Naast meer bewegen voor het plezier en lessen over gezond leven worden de kinderen serieus getest op hun fi theid met de Eurofi ttest, hierdoor wordt er bijgehouden of kinderen conditioneel vooruitgang hebben ge-boekt. Wordt er bij een kind geen vooruitgang geboekt en de BMI (Body Mass Index) wijst op overgewicht, dan wordt er doorverwezen naar de schooldiëtist om met de ouders en het kind dit probleem te verhelpen.

Op middelbare scholen Op 15 van de 25 scholen voor voortgezet on-derwijs wordt er een zelfde soort project als Lek-ker fi t! gegeven, alleen heet het dan Super fi t.

Page 20: Advies jong rotterdam sport wijs boekje

20

Ook hier bestaat het programma uit bewegen, conditie en voeding.

De leerlingen maken kennis met verschillende soorten sporten tijdens de les, vervolgens kun-nen zij na schooltijd de gekozen sport beoefe-nen en zich in het schoolteam spelen. Met het schoolteam doen de leerlingen mee aan de schoolteamcompetitie.

De leerlingen op de vo-scholen ondergaan net als de leerlingen van de basisschool tweemaal per jaar een sport-medische test. Hieruit moet blijken dat een leerling conditioneel vooruitgang heeft geboekt. Naast de extra sportlessen en de conditietesten, volgen de leerlingen lessen over gezond leven en gezond eten, bijvoorbeeld: de schoolkantine verkoopt gezonde maaltijden tij-dens de pauzes.

OverschieSportGratisHet programma OverschieSportGratis is een ini-tiatief van de deelgemeente Overschie. De co-alitie van Overschie ziet sport als een geschikt instrument om proactief te handelen. Sporten moet helpen om de kinderen in Overschie fi tter te krijgen, maar ook om overgewicht, verveling en wangedrag tegen te gaan. Bovendien brengt het de mensen in de wijk dichter bij elkaar.

De insteek van deelgemeente Overschie is dat ieder kind zou moeten kunnen sporten ongeacht de achtergrond. Het is wel een grote stimulans voor de groep jongeren, waarvan de ouders de contributie van de sportverenigingen niet kun-nen opbrengen.

Gratis sporten is de vorm die deelgemeente Overschie heeft gekozen om sportparticipatie in Overschie naar een hoger niveau te brengen. Op school maken de leerlingen kennis met ver-

schillende sporten. De leerlingen kunnen zich verdiepen in een sport die ze leuk vinden door clinics te volgen. De leerlingen die verder willen gaan met de sport kunnen doorstromen bij een sportvereniging. Ieder nieuw lid die zich bij een sportvereniging in Overschie inschrijft via Over-schieSportGratis hoeft zijn eigen contributie niet te betalen. De deelgemeente betaalt de contri-butie van alle jongeren tussen 4 en 18 jaar oud. Voordat de contributie betaald wordt, moeten de ouders een overeenkomst tekenen dat ze het goed vinden dat hun kind bij een sportvereni-ging gaat sporten en dat ze bereid zijn ook thuis hun kind te stimuleren. Wil een kind vervolgens niet meer sporten, dan moeten zijn ouders als-nog de helft van de contributie betalen.

In het sportbeleid van Overschie staan de ver-enigingen centraal. Veel sportverenigingen kam-pen de laatste jaren met een te lage aanwas van nieuwe leden. Bijvoorbeeld: een tennisvereni-ging in Overschie die normaal genoegen moet nemen met twee nieuwe leden per jaar, heeft door OverschieSportGratis 99 nieuwe leden in anderhalf jaar tijd ingeschreven. Dit houdt in dat de verenigingen weer toekomst hebben. Nieuwe leden betekent ook meer werk voor de vrijwilligers die nu al werk verrichten voor de sportvereniging. In het beleid van de deelge-meente is er ook gedacht aan de ondersteuning voor de vereniging in zaken als vervoer, bestuur, vrijwilligers en clubhuis. Tot nu toe heeft Over-schieSportGratis ervoor gezorgd dat 25% van alle jongeren uit Overschie een lidmaatschap hebben en dus gratis sporten bij een sportver-eniging in Overschie. Vorig jaar lag dit percen-tage rond de 40%, bij de leeftijdscategorie 6-13 jaar. Nu ligt het lager, omdat het sinds 1 januari 2009 gratis is voor jongeren tussen de 4 en 18 jaar oud.

Page 21: Advies jong rotterdam sport wijs boekje

21

Schoolsportvereniging De schoolsportvereniging is een initiatief van Rot-terdam Sportsupport om overgewicht bij de jeugd aan te pakken en tegelijkertijd de teruglopende ledenaantallen in Rotterdam tegen te gaan.

De schoolsportvereniging is een sportvereniging in de buurt van een school en dus gevestigd in de wijk. De scholen in de wijk kunnen zich aan-melden bij een schoolsportvereniging. Een doel van een SSV is om de sportvereniging terug te brengen in de wijken, waar weinig sportvereni-gingen zitten.

Kinderen wordt op de basisschool gevraagd wel-ke sporten zij leuk vinden, vervolgens worden er proefl essen gegeven van de vier populairste sporten. De proefl essen worden gegeven door sportverenigingen in de buurt die aangesloten zijn bij de SSV. Na de proefl essen kunnen de kinderen zich binden aan een sportvereniging die de proefl essen heeft gegeven. De kinderen hoeven dan niet naar de sportvereniging toe, de training wordt in de wijk na schooltijd gegeven door een trainer van de sportvereniging. Op het moment dat de kinderen de basistechnieken be-heersen kunnen ze deelnemen aan de reguliere competitie van de vereniging.

Heel belangrijk is dat de ouders erbij betrokken worden. Ouders zien het niet aankomen dat ze voor vervoer moeten zorgen, shirtjes moeten wassen of achter de bar moeten staan om de zo-veel weken als kun kind bij een sportvereniging zit. De coördinator van de schoolsportvereniging in de wijk organiseert op de school speciale ou-derbijeenkomsten, waar ouders wordt verteld hoe het verenigingsleven eruit ziet en wat er van ze verwacht wordt als ouders. Verenigingen die te kampen hebben met teruglopend ledenaantal kunnen optimaal profi teren van de schoolsport-

vereniging. Het zorgt voor nieuwe leden en nieuwe vrijwilligers voor de sportverenigingen. Door ouders goed in te lichten en de kinderen via school in aanraking te laten komen met an-dere leden van een sportvereniging hebben de kinderen een bekend gezicht op het moment dat het kind gaat trainen bij de vereniging in plaats van de bij de SSV.

Aantal sportverenigingenper deelgemeenteDe RJR vraagt zich af of er verbanden zijn te leg-gen tussen de woonplaats, het aantal mensen en het aantal sportverenigingen in de woonplaats.

Hypothetisch gezien kun je je afvragen of als er minder sportverenigingen in deelgemeente aanwezig zijn er minder sporters uit diezelfde deelgemeente komen. Wanneer dit geconclu-deerd kan worden kan er een gericht plan van aanpak worden gemaakt om de mensen uit een deelgemeente meer aan het sporten te krijgen. Dit kan van stadbrede aanpak overvloeien in deelgemeenteniveau tot zelfs wijkniveau.

Page 22: Advies jong rotterdam sport wijs boekje

22

Hieronder een overzicht van de fysieke gesteldheid van de sportinfrastructuur per deelgemeente.

Deelgemeente Prins Alexander Centrum Charlois

Inwoners (2008) 89225 30071 62292% zegt niet te sporten 25% 24% 41%% leden 14.63% 45.71% 19.64%Aantal verenigingen 48 29 46Aantal in ver. % van totaal 13% 7.80% 12.4Aantal inw. % totaal 15.30% 5.20% 10.70%Gem. clubs per inwoner 1859 1036.931 1354.174Gemiddeld aantal leden 272 474 266Leden totaal 13056 13746 12236Bijzonderheid Rolstoelsport, Geen voetbal Veel clubs, honkbal/ schaats en ski American Football

Deelgemeente Delfshaven Feijenoord Hillegersberg-Schiebroek

Inwoners (2008) 69903 68914 40845% zegt niet te sporten 40% 42% 37%% leden 4.89% 3.06% 46.22%Aantal verenigingen 13 10 40Aantal in ver. % van totaal 3.50% 2.70% 10.80%Aantal inw. % totaal 12% 11.80% 7%Gem. clubs per inwoner 5377.154 6891 1021Gemiddeld aantal leden 263 211 472Leden totaal 3419 2110 18880Bijzonderheid Weinig voorzieningen, Geen voetbal/ Veel tennis wel 7 speeltuinver. turnvereniging

Deelgemeente Hoek van Holland Hoogvliet IJsselmonde

Inwoners (2008) 9401 34910 57986% zegt niet te sporten Onbekend Onbekend 40%% leden Onbekend Onbekend 19.77%Aantal verenigingen 6 7 39Aantal in ver. % van totaal 1.60% 1.90% 10.50%Aantal inw. % totaal 1.60% 6% 9.90%Gem. clubs per inwoner 1566.833 4987.143 1486.821Gemiddeld aantal leden Onbekend Onbekend 294Leden totaal Onbekend Onbekend 11466Bijzonderheid 2x voetbal/tennis/ Weinig 10 x voetbalver. 2x jeu de bouls/turnen voorzieningen, 3 tafeltennis, handbal, 2 turnver. 2x voetbal

Page 23: Advies jong rotterdam sport wijs boekje

23

Deelgemeente Kralingen-Crooswijk Noord Overschie

Inwoners (2008) 49216 49429 15768% zegt niet te sporten 31% 33% 32%% leden 54.19% 18.18% 46.52%Aantal verenigingen 70 28 28Aantal in ver. % van totaal 18.90% 7.60% 7.60%Aantal inw. % totaal 8.40% 8.50% 2.70%Gem. clubs per inwoner 746 1767 536Gemiddeld aantal leden 381 321 262Leden totaal 26670 8988 7336Bijzonderheid Veel ver. Kanovaren, 7 Lekker Fit!-scholen 3 speeltuinver. klimmen, atletiek cricket, boksen Deelgemeente Pernis TOTAAL Rotterdam

Inwoners (2008) 4737 582949 % zegt niet te sporten 37% 31.80% % leden 30.27% 27.60% Aantal verenigingen 6 370 Aantal in ver. % van totaal 1.60% 19.94% Aantal inw. % totaal 0.80% 100% Gem. clubs per inwoner 798 2675 Gemiddeld aantal leden 239 314 Leden totaal 1434 116213 Bijzonderheid Ruiter, jeu de boules, Zie advies Gymnastiek

Conclusies: • Te weinig clubs in Delfshaven en Feijenoord. • Charlois, Delfshaven, Feijenoord en IJsselmonde hebben te veel niet-sporters.

Page 24: Advies jong rotterdam sport wijs boekje

24

Inwoners vs Clubs %

Niet Sporters vs Aantal Leden

0.00%1

Prins Alexander

3Charlois

5Feijenoord

7Hoek van Holland

9IJssel-

monde

11Noord

2Centrum

4Delfshaven

6Hillergersb/ Schiebroek

8Hoogvliet

10Kralingen/ Crooswijk

12Overschie

13Pernis

2.00%

4.00%

6.00%

8.00%

10.00%

12.00%

14.00%

14.00%

18.00%

20.00%

Aantal inwoners % Rotterdam Aantal clubs % totaal

Aantal niet sporters Totaal aantal leden clubs (gem)

0

5000

10000

15000

20000

25000

30000

1Prins

Alexander

3Charlois

5Feijenoord

7IJssel-

monde

9Noord

11Pernis

2Centrum

4Delfshaven

6Hillergersb/ Schiebroek

8Kralingen/ Crooswijk

10Overschie

Page 25: Advies jong rotterdam sport wijs boekje

25

Aantal inwoners per club

01

Prins Alexander

3Charlois

5Feijenoord

7Hoek van Holland

9IJssel-

monde

11Noord

2Centrum

4Delfshaven

6Hillergersb/ Schiebroek

8Hoogvliet

10Kralingen/ Crooswijk

12Overschie

13Pernis

1000

2000

3000

4000

5000

6000

7000

Aantal inwoners per club

Deelgemeente Inwo-ners (2008)

% zegt niet te sporten

Inwoners die niet sporten

% leden Aantal Ver.

Aantal in ver. % van totaal

Aantal inw. % totaal

Gemid-deld aantal leden

Leden totaal

Gem. Clubs per in-woner

1 Prins Alexander 89225 25% 22306 14.63% 48 12.97% 15.31% 1859 272 13056

2 Centrum 30071 24% 7217 45.71% 29 7.84% 5.16% 1037 474 13746

3 Charlois 62292 41% 25540 19.64% 46 12.43% 10.69% 1354 266 12236

4 Delfshaven 69903 40% 27961 4.89% 13 3.51% 11.99% 5377 263 3419

5 Feijenoord 68914 42% 28944 3.06% 10 2.70% 11.82% 6891 211 2110

6 H.Berg/Schriebroek 40845 37% 15113 46.22% 40 10.81% 7.01% 1021 472 18880

7 Hoek van Holland 9401 ONB ONB 0% 6 1.62% 1.61% 1567 ONB ?

8 Hoogvliet 34910 ONB ONB 0% 7 1.89% 5.99% 4987 ONB ?

9 IJsselmonde 57986 40% 23194 19.77% 39 10.54% 9.95% 1487 294 11466

10 Kralingen/Crooswijk 49216 31% 12304 54.19% 70 18.92% 8.44% 746 381 26670

11 Noord 49429 33% 16312 18.18% 28 7.57% 8.48% 1767 321 8988

12 Overschie 15768 32% 5046 46.52% 28 7.57% 2.70% 536 262 7336

13 Pernis 4737 37% 1753 30.27% 6 1.62% 0.81% 798 239 1434

TOTAAL 582949 31.83% 145737 27.56% 370 1 100% 2675 314.091

(+ buitengebieden)

De RJR concludeert dat er te weinig sportverenigingen zijn in de deelgemeenten Delfshaven en Feijenoord. De deelgemeenten Charlois, Feijenoord en IJselmonde hebben het grootste aantal niet-sporters. De RJR heeft met verzamelde gegevens hierin geen onderscheid kunnen maken in leeftijdsgroepen en herkomst.

Page 26: Advies jong rotterdam sport wijs boekje

26

StadionparkRotterdammers zijn trotse mensen en zeker op de uitstraling van hun stad. Het Stadionpark moet Rotterdam straks nog meer op de kaart gaan zetten. Het moet een knooppunt worden van sport, bedrijven, onderwijs en wonen.

De bouw van Stadionpark gaat plaatsvinden op Rotterdam-Zuid in het gebied rond de Kuip. Het gebied moet met de voorzieningen die er gebouwd worden de gewenste sportcultuur van de Rotterdamse gemeente ondersteunen.

Niet alleen topsporters moeten profi teren van het gebied, maar ook breedtesporter en mensen die van sport genieten. Er komt een 400-meter kunstijsbaan en voor sportclubs en de profvoetballers van Feyenoord worden moderne velden aangelegd. Een eyecatcher wordt de nieuwe Kuip, die een prominente plek krijgt aan de Maas en goed bereikbaar zal zijn dankzij een nieuw ov-knooppunt. Op de sportcampus moeten verschillende sporten te beoefenen zijn door de schoolgaande jeugd en topsporters. Ook het bedrijfsleven moet optimaal profi teren van de komst van het stadionpark.

Page 27: Advies jong rotterdam sport wijs boekje

27

Olympische SpelenNederland is van plan het grootste sportevene-ment van de wereld binnen te halen door zich kandidaat te stellen voor de Olympische Spelen-van 2028. NOC NSF presenteert in het Olym-pische Plan 2028 acht ambities. Die betreffen de topsport, de breedtesport, de sociaal-maat-schappelijke effecten, welzijn, economie, ruimte-lijke ordening, de organisatie van evenementen en de media-aandacht.

De laatste keer dat Nederland de Olympische spelen organiseerde, was in 1928 in Amster-dam. De Nederlandse sporters eindigden zesde in het eindklassement met 6 gouden, 9 zilveren en 4 bronzen medailles. Toen was de gouden medaille van Bep van Klaveren de mooiste pres-tatie voor Rotterdam.

Na een eeuw wil Amsterdam als hoofdstad van Nederland de organisatie van het Olympische Spelen op zich nemen. Deze strijd moeten zij vervolgens aangaan met Rotterdam. Afgelopen Olympische Spelen in Beijing was Rotterdam goed vertegenwoordigd en behaalde zelfs 4 medailles, waaronder twee bronzen medailles voor judokadames Edith Bosch en Elisabeth Wil-leboordse, één zilveren medaille voor judoka Deborah Gravenstijn en een gouden plak voor hockeydame Fatima Moreira de Melo.

Rotterdam is een sportstad en probeert dit ver-der te ontwikkelen. Het beleid heeft opgeleverd dat meer jongeren zijn gaan sporten en dat na-tionale en internationale sportevenementen bin-nen worden gehaald. Bovendien is Rotterdam een uitstekende plek voor atleten om zich voor te bereiden op de Olympische Spelen 2012 in Londen. Rotterdam heeft hiervoor het project ‘Gateway to the games’ opgezet. Naast deze ontwikkelingen moet ook het Stadionpark gere-aliseerd worden

De Olympische Spelen brengen veel internatio-nale aandacht met zich mee. Gedurende deze periode staan het land en de stad vol in de spot-lights. Voorafgaand aan de Olympische Spelen kunnen het bedrijfsleven, sportverenigingen, media, onderwijs, infrastructuur en velen andere zaken optimaal profi teren.

Page 28: Advies jong rotterdam sport wijs boekje

28

IntroductieIk ben Mitchell Lieveld en ben 19 jaar. Ik beoefen de sport basketbal. Dit doe ik sinds enkele jaren op landelijk niveau. Ik begon op 10-jarige leeftijd bij de club Alexandria’66 met basketballen. Deze sport had met name mijn interesse gewekt na het zien spelen van mijn neef in het eerste team van Rotterdam Basketbal (het enige eredivisieteam van Rotterdam). Op 13-jarige leeftijd kwam ik in het re-gioteam van Rotterdam. Dat is een selectie van de beste jongens onder de veertien jaar uit de regio Rotterdam. Een jaar later kwam ik in het rayonteam, een selectie van de beste jongens onder de vijftien uit de regio Rotterdam, Utrecht en Den Haag. Na vijf jaar gespeeld te hebben bij Alexandria’66 was de tijd rijp voor een stap omhoog. De keuze viel op Rotterdam Basketbal. Ik kon daar vijf keer in de week trainen en op het hoogste niveau spelen. Met dit team wonnen wij het rayonkampioenschap en behaalden de 2e plaats op het Nederlands kampioenschap. Het seizoen daarop ging ik naar CBV Binnenland, de club waar ik nog steeds actief ben. In mijn eerste jaar in het u18 team verloren wij de rayonfi nale van Den Haag. In mijn 2e seizoen werd ik als 2e jaar onder18- speler doorgeschoven naar het onder20-team. Met dat team eindigden we twee jaar achter elkaar in de middenmoot van de competitie. Hoogtepunt was het bereiken van de halve fi nale van de beker en mijn debuut in het eerste team van CBV Binnenland. Dit jaar hebben wij wederom de halve fi nale van de beker bereikt en doen we mee om een goede eindklassering in de competitie.

SportSport gaat voor mij verder dan een beetje bewe-gen. Sporten is een levensstijl. Ik heb de keuze ge-

maakt om zo hoog mogelijk te spelen en dat kost wat. De discipline die dat vraagt zie je terug in mijn leven, naast het sporten. Ik studeer bedrijfskunde aan de universiteit van Rotterdam, inmiddels zit ik in mijn derde jaar en hoop dit jaar mijn bachelor te behalen. Daarnaast topsport beoefenen vraagt heel wat van mij. Naast het studeren moet ik letten op mijn voeding, rust, en energieverbruik. Dit is onmo-gelijk als je geen discipline hebt. Deze discipline is het resultaat van het jarenlang functioneren in een teamsport. In een team heeft namelijk elk individu zijn/haar eigen verantwoordelijkheid. Het team is zo sterk als de zwakste schakel. Van kleins af aan is dit aan mij geleerd. Daarom is het belangrijk dat ik geleerd heb om met verantwoordelijkheid om te gaan. Deze verantwoordelijkheid neem ik ook in de keuzes die ik maak naast het sporten. Omdat je in een team speelt en samen een doel nastreeft, ontstaat er een band tussen de teamleden. Je gaat voor elkaar door het vuur als het moet. Dus naast discipline en verantwoordelijkheid naar jezelf en anderen toe, heeft het sporten mij ook geleerd er te zijn voor anderen. Als een teamgenoot een min-dere dag heeft, moeten er anderen opstaan die het team weer sterk maken. Het mooie van sporten is dat het verbroedert. Dat klinkt misschien cliché, maar dat is het zeker niet. Vanaf kleins af aan, toen ik nog voetbalde, speelde ik samen met jongens en meisjes uit verschillende culturen en dit heeft nog nooit tot enig confl ict geleid. In een team streef je namelijk hetzelfde doel na en dat maakt je kleuren-blind. Sport is de rode draad in mijn leven en heeft mij gemaakt tot de persoon die ik nu ben.

RotterdamVoor mij zijn sport en de stad Rotterdam onafschei-delijk van elkaar. Naast basketballiefhebber ben

Column 5

Mitchell Lieveld

Page 29: Advies jong rotterdam sport wijs boekje

29

Kijkend naar de afgelopen drie jaar: voor mij is het naast heel veel mooie momenten vaak ook teleur-stellend … Het wordt de laatste tijd al vaak geroe-pen, maar het is toch echt hoog tijd dat de meeste groots opgezette evenementen, die grotendeels ge-fi nancierd worden vanuit de gemeente, niet meer georganiseerd gaan worden.

Wij als Rotterdam zijn ten opzichte van de rest van Nederland een goed voorbeeld als het gaat om creativiteit met betrekking tot nieuwe producten concepten etc. Nu wordt het tijd om creatief om te gaan met onze budgetten. Nu doel ik op het feit dat de komende jaren fl ink bezuinigd gaat worden en vind ik het noodzaak om hier mijn mening over uit te spreken. Zelf ben ik iemand die graag jon-geren helpt en alles bekijkt vanuit the point of view van de kids. Het belangrijkste is dat we structurele projecten opzetten, waarin resultaten van jongeren naar boven komen. Nu heb ik het over resultaten waar jongeren zelf trots op worden en op die ma-nier vinden dat ze erkend worden als een gewaar-deerde persoon in zijn/haar omgeving.

Straatvoetbalschool “Akkademie” is een goed voorbeeld van beleving en zelfrespect. Jongeren

worden hier op de school niet beoordeeld op hun kwaliteit, maar op de ontwikkeling. Hierdoor trai-nen kinderen op hun eigen niveau en is de inten-siviteit en beleving net zo groot als bijvoorbeeld profvoetballers. De profs willen kampioen van Ne-derland worden, maar zijn ook regelmatig in het hele land te zien. De straatvoetballers blijven in de stad Rotterdam en strijden op hun manier ook voor een mooi kampioenschap. De profvoetballers komen op de landelijke tv, terwijl de straatvoetbal-lers zichzelf terug kunnen zien op de Akkademy-tv op www.akkademy.nl. Profs worden geïnterviewd door onder andere Hugo Borst (waar ik liefhebber van ben) en de kids van de Akkademy door stu-denten. Voor de jongeren maakt het niet uit door wie ze geïnterviewd worden, want ze vinden het al mooi op zich dat hun mening gevraagd wordt.

Mijn advies naar de gemeente toe is om alle bud-getten te stoppen in structurele projecten waarvan al bewezen is dat er resultaat uit wordt gehaald. Met resultaat heb ik het over jongeren die regelma-tig naar een plek gaan en sporten of bijvoorbeeld dansen en het project als een thuisbasis zien …

Soufi ane Touzani

ik vooral een sportliefhebber. Voor de jeugd is het van groot belang dat de stad grote evenementen blijft organiseren. Het is namelijk zo dat bij succes van een georganiseerd evenement in de stad het ledenaantal van de desbetreffende sport stijgt. Als je jongeren aan het sporten krijgt, dan krijgen ze een bepaalde regelmaat in hun leven. Dat is vaak wat ontbreekt in het leven van jongeren. Ze leven

er maar een beetje op los. Het is een enorme boost voor de stad dat de Tour de France begint in Rot-terdam. Het WK of de Olympische Spelen in Rotter-dam zou nog mooier zijn. Het is daarom goed dat in al deze plannen de stad Rotterdam een grote rol van betekenis speelt. Het is daarom goed dat men-sen zich hard maken om deze grote evenementen naar de stad te halen.

Column 6

Soufi ane Touzani

“Weg met de eenmalige groots opgezette evenementen!”

Page 30: Advies jong rotterdam sport wijs boekje

30

Hoofdstuk 4

Enquêtes

Allereerst geeft 66% van de ondervraagde jon-geren aan dat zij al sporten. Dit is op zich al po-sitief. De meerderheid van de jongeren sport al.

Wanneer we echter doorvragen blijkt bijna de helft van de jongeren niet bij een sportschool en/of vereniging te sporten. Deze jongeren be-oefenen hun sport dus buiten en/of op eigen gelegenheid, zoals skaters of joggers.

Natuurlijk vinden wij van de Rotterdamse Jon-gerenraad dat alle sporters goed bezig zijn, maar willen benadrukken dat de meeste posi-tieve effecten van sport op het individu en maat-schappij, zoals beschreven in hoofdstuk 1 en 2, vooral komen door teamsport en andere sporten in groepsverband.

De Rotterdamse Jongerenraad is heeft ten doel de stem van de Rotterdamse jongeren te laten horen binnen de Rotterdamse politiek. Voor dit advies hebben wij expliciet de mening van de Rotterdamse jongeren gevraagd door middel van afname van enquêtes. In totaal zijn er 320 middelbare scholieren in de leeftijd van 12 t/m 18 jaar ondervraagd. Deze 320 jongeren zijn leerlingen van verschillende middelbare scholen in Rotterdam, waaronder het Erasmiaans Gymnasium, Ibn Ghaldoun en het Gra-fi sch Lyceum, en zijn woonachtig in verschillende deelgemeentes, van Prins-Alexander tot Hoogvliet. We hebben op deze manier veel jongeren met verschillende achtergronden weten te bereiken. De jongeren reageerden vaak enthousiast bij het horen van het onderwerp sport. Veel jongeren gaven, voor de enquête gelezen te hebben, al aan dat de gemeente het sporten meer moet stimuleren. De belangrijkste gegevens van de enquête staan hieronder beschreven.

Sport je?

Zo ja, sport je bij een vereniging en/of sportschool?

Ja Nee

34%

66%

Ja Nee

48%52%

Page 31: Advies jong rotterdam sport wijs boekje

31

Dat sporten kan leiden tot meer sociale cohesie is duidelijk geworden in hoofdstuk 1 en 2. Ook de ondervraagde jongeren erkennen dit. Maar liefst 78% van de jongeren vindt dat sporten leidt tot een groter‘teamgevoel’. Daarnaast vindt ruim 90% van de jongeren dat sport leidt tot een ge-zondere leefstijl. Dat sporten goed is voor het lichaam is dus alom bekend bij jongeren. Wat minder bekend is onder de jongeren, is dat spor-ten ook goed is voor de geest en schoolprestaties. Slechts 38% van de jongeren denkt dat sporten leidt tot betere schoolprestaties. Wij van de Rot-terdamse Jongerenraad vinden dat dit beter kan. Meer jongeren zouden moeten weten dat sporten kan leiden tot betere schoolprestaties. Als meer jongeren dit zouden weten, zouden zij misschien eerder geneigd zijn te gaan sporten.

Van de jongeren die aangeven dat zij niet spor-ten zou een ruime meerderheid positief reageren op ‘gratis sporten bij sportvereniging’. Slechts 27% van de jongeren zegt niet te gaan sporten bij een sportvereniging als het gratis zou zijn.

De RJR heeft de ondervraagde jongeren ge-vraagd naar de redenen waarom zij niet spor-ten bij een sportverening. Jongeren geven aan verschillende redenen te hebben. Als reden voor het niet sporten bij een vereniging geeft 34% van de ondervraagde jongeren aan dat zij hier geen tijd voor hebben en 22% geeft aan geen zin in de verplichtingen tot trainen te hebben. Een koppeling tussen school en sportvereniging zou hier wellicht een oplossing voor zijn.

Wat vind jij van gratis sporten bij een vereniging?

Wat is de reden dat jongeren niet sporten bij een vereniging?

27.27%

32.87%

39.86%

22%

19%10%

15%34%

Teamgevoel door sporten.

Betere cijfers op school door sporten.

Ja Nee

Ja Nee

22%

78%

62%

38%

ik zou zeker gaan sporten

ik zou erover na gaan denken

ik zou alsnog niet gaan sporten

Andere reden

Geen tijd

Geen voorkeur voor een sport

Geen zin in de verplichtingen tot trainen

Mag niet van mijn ouders

Page 32: Advies jong rotterdam sport wijs boekje

32

Conclusies & aanbevelingenConclusies• Het Rotterdamse sportbeleid is er niet alleen op gericht meer mensen aan het sporten te krijgen, maar ook internationale bekendheid en meer bedrijvigheid in de stad te creëren.• De jongeren in de leeftijdscategorie 4 tot en met 12 jaar, die op de basisschool zitten, zijn goed enthousiast te maken om te gaan sporten. Dit is een van de redenen dat programma’s als:

OverschieSportGratis, Lekker fi t! en schoolsportverenigingen aanslaan.• Wetenschappelijke onderzoeken naar het effect van sport op de maatschappij uit Nederland zijn er niet. Er moet gebruik worden gemaakt van Britse onderzoeken.• Het betrekken van ouders bij het sporten gebeurt nog veel te weinig.• Sportverenigingen houden de hedendaagse ontwikkeling niet meer bij.• Sport zorgt voor binding in de samenleving. Trotse burgers leveren een gemeenschapsgevoel op, dit kan gebeuren op lokaal en internationaal niveau. • Een schooldiëtist heb je nodig om overgewicht en obesitas onder de jongeren goed aan te pakken. Het programma Lekker fi t! werkt met schooldiëtisten. • Rotterdam heeft ter ondersteuning van het sportbeleid de komst van de Stadionpark nodig.• Uit enquêtes blijkt 66% van de ondervraagde jongeren sport, maar als je doorvraagt of ze bij een sportvereniging of een sportschool zitten dan zegt 52% nee en 48% ja van de ondervraagde jongeren. Jongeren sporten wel, maar doen dit dus op eigen gelegenheid en wanneer het hun uitkomt.• Uit enquêtes blijkt dat 39,86% van de ondervraagde jongeren bij een sportvereniging zou sporten als het gratis is. 32,87% zou hierover na gaan denken. En 27,27% van de ondervraagde jongeren zou alsnog niet gaan sporten bij een sportvereniging.• Uit enquêtes blijkt dat 34% van de ondervraagde jongeren geen tijd heeft om een bij een sport- verenging te sporten en 22% geeft aan geen zin in de verplichtingen tot trainen te hebben.• Veel jongeren weten niet wat het nut is van sporten bij een sportvereniging.

Page 33: Advies jong rotterdam sport wijs boekje

33

Aanbevelingen• De RJR voorziet dat er een nieuwe tijd aanbreekt voor sportverenigingen, waarbij zij in kunnen spelen op datgene waardoor jongeren wel willen sporten bij een vereniging. Sportverenigingen kunnen bijvoorbeeld onderling een samenwerkingsverband aangaan met verschillende sportdisciplines. Niettemin kan het onderwijs de sportvereniging helpen om aan nieuwe leden te komen. Sportbonden kunnen samenwerking aangaan met het onderwijs om een ‘schoolcompetitie’ tot stand te brengen.• Ga jongeren meer bewust maken van het psychologisch effect van sport. Dit kan jongeren prikkelen om te gaan sporten bij een sportvereniging. • Jongeren moeten bewust worden gemaakt van wat het nut is van sporten bij een sportvereniging. Dat houdt niet alleen regelmatig sporten in, maar ook gekozen worden voor een districtteam of regioteam. Veel jonge kinderen denken alleen bij een voetbalclub hogerop te kunnen komen en later hun beroep er van te maken, dit is niet waar. Om het nut van het lid zijn van een sport- vereniging die aangesloten is bij een nationale sportbond te tonen aan de jongeren, vindt de RJR dat Rotterdam zich kandidaat moet stellen om Jeugd Olympische Spelen te organiseren. Bovendien is dit een test om goed voorbereid te zijn op de Olympische Spelen.• Zorg dat bij de komst van het Stadionpark een onafhankelijk bureau de balans van topsport en breedtesport in de gaten houdt.• Rotterdam moet zich kandidaat stellen voor Olympische Spelen van 2028. Dit zal Rotterdam veel internationale, nationale, en economische profi jt opleveren. Het zal de Rotterdammers onderling een stukje dichter bij elkaar brengen.• Zorg dat alle basisscholen Lekker fi t!-scholen worden. Breng de sportverenigingen terug in de wijk met de schoolsportvereniging. Ieder deelgemeente hoort minimaal 2 schoolsportverenigingen te hebben. • Richt schoolsportverenigingen op het voortgezet onderwijs op in Rotterdam, daarbij aansluitend de schoolcompetitie. Programma Super fi t moet hierbij betrokken worden.• Het programma Lekker fi t! werkt met schooldiëtisten. De RJR ziet dat er een belangrijke rol is weggelegd voor de schooldiëtisten. Zij moeten niet alleen letten op overgewicht en conditie, maar ook op de geestelijke gesteldheid van een leerling en moeten een vertrouwenspersoon worden voor de leerlingen.• Jongeren tussen 12 en 18 jaar stoppen eerder met sporten, omdat ze bijvoorbeeld willen werken. Om ze dan toch hierin tegemoet te komen, moeten jongeren die bij een sportvereniging zitten worden ingezet om als trainer of coach de schoolteams te trainen onder toezicht van een vakleerkracht. Hetzelfde kun je doen met studenten die sporten om trainer of coach te worden van een schoolteam op het voortgezet onderwijs. Dit levert een peer to peer education op die aantrekkelijk is voor jongeren.• Zorg dat sport gratis is voor de jongeren, van wie de ouders het niet kunnen betalen.• Ga meer ouderbijeenkomsten organiseren, via scholen. Dit zorgt ervoor dat ouders goed ingelicht worden, maar ook dat zij elkaar beter leren kennen; zo breng je openheid in de wijk. De ouderbij- eenkomsten hoeven niet alleen gebruikt te worden voor het inlichten over het verenigingsleven. Maar juist over alles wat een ouder moet weten. Het zorgt voor meer ouderbetrokkenheid.

Page 34: Advies jong rotterdam sport wijs boekje

34

Politieke PartijenAls offi ciële adviesorgaan van de gemeente Rotterdam ben je altijd benieuwd naar de visie van de politieke fracties op een bepaald onderwerp.

In het kader van ons advies hebben de fracties 3 stellingen voorgelegd waar wij graag hun mening over horen.

De stellingen zijn:

Stelling 1:

“Om sport te stimuleren moet het tot 18 jaar voor alle jongeren gratis worden gemaakt”

Stelling 2:

“Grootschalige sportevenementen dragen niet tot nauwelijks bij aan meer sportparticipatie onder jongeren”

Stelling 3:

“Actieve sportstimulering door de gemeente draagt bij aan verminderen van maatschappelijke problemen zoals: jeugdcriminaliteit, schoolverzuim en integratieproblematiek”

Page 35: Advies jong rotterdam sport wijs boekje

35

Beppie Hagenaars-Baldee CDA Rotterdam

Voor jongeren voor wie het anders onbetaalbaar wordt te sporten kan dit nodig zijn, maar we hebben hiervoor ook de bijzondere bijstand en het jeugdsportfonds. Er zijn genoeg jongeren die het wel kunnen betalen en toch niet sporten. Volgens mij is het belangrijker je af te vragen hoe dat komt. De CDA-fractie vindt het belangrijk te zorgen dat jongeren en volwassenen dichtbij huis kun-nen sporten en dat de verenigingen goed functioneren. Voor dat laatste hebben we Sportsupport, die overigens ook betrokken is bij het oprichten van schoolsportverenigingen e.d.

Grootschalige sportevenementen zijn op zich voor iedereen leuk om mee te maken en kunnen ook stimulerend werken om zelf te gaan sporten. Dat zie je bijvoorbeeld bij de marathon en straks bij alle activiteiten rond de start van de Tour de France in Rotterdam. Niet alleen kijken, maar ook kun-nen meedoen is belangrijk. De voorbeeldfunctie van bekende topsporters is volgens ons ook een reden om topsportevenementen te organiseren. Het is motiverend te zien dat als je ergens goed in bent, je dat ook mag laten zien. Wel vinden we het belangrijk dat topsporters ook in de stad door bijvoorbeeld clinics en bezoeken aan scholen en sportverenigingen van dichtbij hun inspiratie en talent kunnen laten zien en jongeren daardoor motiveren zelf weer te gaan sporten.

Sportstimulering op zich levert nog niets op, het werkt pas als dat ertoe leidt dat meer mensen gaan sporten. Daarmee worden jongeren zowel fysiek als geestelijk sterker, ze leren samen te werken en zich aan spelregels te houden. Daardoor hebben ze een positieve en actieve tijdbesteding, die volgens ons zeker een positief effect heeft op hun gedrag nu en kansen voor hun toekomst.

1

2

3

Page 36: Advies jong rotterdam sport wijs boekje

Ronald Buijt Leefbaar Rotterdam

Hiervan willen wij eerst de resultaten afwachten van de projecten die nu lopen met gratis sporten.Er zitten voordelen aan, maar ook nadelen.

Voordeel is dat geld nooit meer een reden kan zijn om niet te sporten

Nadeel is dat je het risico loopt dat mensen makkelijk halverwege afhaken (“Het is toch gratis”), ouders niet of minder betrokken zijn.

Daarom kunnen we hier geen eensluidend antwoord op geven.

Grootschalige evenementen dragen niet bij aan sportparticipatie.Niet mee eens. Goed voorbeeld doet volgen. Topsporters hebben bij veel jeugd een voorbeeld-functie. We moeten als Rotterdam trots en zuinig zijn op grote evenementen als de marathon, het ABN/AMRO-tennistoernooi, de Tour de France en het WK judo en turnen. Dat wil niet zeggen dat er hierdoor minder aandacht moet zijn voor breedtesport. Het is voor Leefbaar Rotterdam geen of/of maar en/en.

Sportstimulering draagt bij aan vermindering van maatschappelijke problemen.

Helemaal mee eens. Ben zelf jeugdvoetbaltrainer geweest van jongens in de leeftijd van 15 tot 18 jaar. Bij teamsport leer je samenwerken, discipline en regelmaat. Daarnaast is het een groot wapen in het almaar toenemende aantal kinderen met overgewicht. Wel zijn we geen voorstander van mono-etnische clubs. We zien wel het liefst dat alle Rotterdammers samen sporten en niet eigen clubs voor bij voorbeeld Turkse Rotterdammers.

Het feit dat er momenteel op heel veel basisscholen in Rotterdam iedere dag aan sport wordt ge-daan (Lekker fi t!) is een heel goede zaak. Leefbaar Rotterdam wil dit project het liefst op alle basis-scholen ingevoerd zien.(Lekker Fit) is een hele goede zaak. Leefbaar Rotterdam wil dit project het liefst op alle basisscholen ingevoerd zien.

36

1

2

3

Page 37: Advies jong rotterdam sport wijs boekje

37

Arno Bonte GroenLinks Rotterdam

Deels mee eens. GroenLinks wil alle jongeren tot 18 jaar laten sporten. We willen het aantal school-sportverenigingen verdubbelen en (gratis toegankelijke) sportcompetities in de wijken organiseren. Voor kinderen van ouders met een laag inkomen willen we dat de gemeente de contributie van de sportclub betaalt.

Mee eens. De gemeente geeft in verhouding veel geld uit aan topsportevenementen. GroenLinks wil dat de uitgaven voor topsport en breedtesport meer in evenwicht worden gebracht. We willen dat de gemeente meer geld investeert in het aanleggen van sportveldjes, het opknappen van gymzalen en het verruimen van openingstijden van sportvoorzieningen.

Mee eens. Sport is niet alleen leuk, maar vergroot ook de sociale vaardigheden van jongeren, levert een bijdrage in persoonlijkheidsontwikkeling en zorgt voor een sterke gezondheid. GroenLinks kiest er daarom voor om te bezuinigen op cameratoezicht, mosquito’s en preventief fouilleren en in de komende vier jaar 20 miljoen extra uit te trekken voor sportvoorzieningen voor jongeren.

1

2

3

Page 38: Advies jong rotterdam sport wijs boekje

38

Liesbeth Hoogenboom SP Rotterdam

Voor alle kinderen en jongeren moet sporten en lidmaatschap van een vereniging bereikbaar zijn. Financiële drempels mogen nooit verhinderen dat kinderen en jongeren georganiseerd of ongeor-ganiseerd meedoen aan sport. De SP is er daarom voorstander van om de kosten van sporten voor kinderen en jongeren uit gezinnen met een laag inkomen te vergoeden.

Ook zijn wij voor experimenten om het lidmaatschap van een sportvereniging gratis te maken in wijken waar de sportparticipatie erg laag is.

Als blijkt dat aanmerkelijk meer kinderen en jongeren daardoor gaan sporten, kan overwogen worden om dit voor alle Rotterdamse jongeren en kinderen in te voeren.

De SP is vooral voor versterking van de breedtesport, sterke sportverenigingen en voldoende sport-accommodaties in de buurten en wijken. Daar ligt onze prioriteit. Grootschalige sportevenementen kunnen wel bijdragen aan sportparticipatie van jongeren, maar mogen niet alle aandacht en mid-delen van de gemeente opeisen.

Eens. Stimuleren van sport onder jongeren en sport in de wijken is een belangrijk middel in het bieden van perspectief en sociale samenhang.

1

2

3

Page 39: Advies jong rotterdam sport wijs boekje

Rogier van Veen VVD

Niet eens; voor bepaalde groepen kan het gratis maken van sport bijdragen aan het stimuleren van sportactiviteiten, maar er zijn ook genoeg groepen die het zelf (of hun ouders) kunnen betalen.

Niet eens; bekende sporters die meedoen aan grootschalige sportevenementen kunnen als rolmo-dellen voor de jeugd optreden.

Eens; sport is goed voor het goed samenleven van verschillende bevolkingsgroepen, al moeten er geen wonderen van worden verwacht; het is een breed, integraal verhaal waarbinnen sport een belangrijke plek inneemt.

39

1

2

3

Page 40: Advies jong rotterdam sport wijs boekje

Maurits Hekking D66

Oneens, D66 zet zich in voor het stimuleren van georganiseerde en ongeorganiseerde sportbeoefe-ning, zeker door jongeren. Wat D66 betreft moeten basisscholen dagelijks aandacht besteden aan sport, ook na schooltijd. Ook moet de gemeente inzetten en investeren in sport in wijken, waar wat D66 betreft ook urban sports als BMX, streetrun, skaten en streetdance bij horen. Dit houdt volgens D66 echter niet in dat alle sportbeoefening voor jongeren tot 18 jaar gratis moet zijn.

Oneens, grootschalige evenementen lenen zich juist voor stimulering van grotere participatie. De Tour de France is een mooi voorbeeld. Door projecten rondom dit evenement op lokaal niveau te organiseren, creëer je hele waardevolle spin-off, waardoor meer mensen de fi ets pakken. Het is volgens D66 dan ook essentieel dat bij alle grootschalige sportevenementen wordt nagedacht hoe ze kunnen bijdragen aan sportparticipatie in de stad.

Eens; sport is een heel effectief middel om allerlei problemen die spelen bij jongeren aan te pak-ken. Volgens D66 is sport daarom een belangrijk onderdeel van het jeugdbeleid. D66 is voorstan-der van het inzetten van de Kuip als ‘klaslokaal’. In Groot-Brittannië is deze methodiek erg succes-vol, doordat de speciale omgeving leidt tot veel betere leerprestaties bij achterstandsleerlingen. Als het aan D66 ligt, gebeurt dit in Rotterdam ook.

40

1

2

3

Page 41: Advies jong rotterdam sport wijs boekje

41

1. Geslacht

Jongen Meisje

2. Leeftijd

12-14 15-18 18+

3. Studie

Mavo Havo Vwo/Atheneum/ Gymnasium

4. In welke deelgemeente woon je?

Centrum Charlois Delfshaven Feijenoord Hillegersberg-Schiebroek Hoek van Holland Hoogvliet IJsselmonde Kralingen-Crooswijk Noord Overschie Pernis Prins Alexander

5. Sport je?

Ja, ga verder bij vraag 6 Nee, ga verder bij vraag 7

6. Zo ja, Sport je bij een vereniging of sportschool?

Ja Nee

7. Denk jij dat je door sporten...

Teamgevoel krijgt? Ja Nee

Een gezondere leefstijl krijgt? Ja Nee

Betere cijfers op school haalt? Ja Nee

8. Zou je langer op mogen blijven van je ouders om te sporten?

Ja Nee

9. Wat is de reden dat je niet sport bij een vereniging?

Geen tijd voor Geen zin in de verplichting tot trainen Geen voorkeur voor een sport Mag niet van mijn ouders Andere reden, namelijk

10. Ken je verenigingen in je buurt?

Ja, één Ja, enkele Ja, allemaal Nee ken er geen één

11. Hoe zou je het vinden als je gratis bij een vereniging kon sporten?

Ik zou zeker gaan sporten Ik zou erover na gaan denken om te sporten Ik zou alsnog niet gaan sporten

12. Zou je langer op school blijven om te kunnen sporten?

Ja Nee

EINDE Bedankt voor het invullen!

Bijlage enquête

Page 42: Advies jong rotterdam sport wijs boekje

42

Bronvermelding

www.rotterdamsportstad.nl

www.rotterdamlekkerfi t.nl

www.nocnsf.nl

www.overschiesportgratis.nl

www.schoolsportvereniging.nl

ABN AMRO, Sport scoort (2008). De effecten van sport op de Nederlandse samenleving.

Rekenkamer Rotterdam, Onderzoekopzet Sportparticipatie (2008)Onderzoek naar de doeltreffendheid van de maatregel ‘gemeentelijke verenigingsondersteuning’ als middel om sportparticipatie te vergroten.

Verwey-Jonker-instituut, in opdracht van Rotterdam Support, Sportief in de buurt (2009).De meerwaarde van de schoolsportvereniging.

Gemeente Rotterdam. GGD, Procesevaluatie Overbruggingsplan (2009).De inzet van de schooldiëtist op Lekker Fit! Scholen in de begeleiding van kinderen met overgewicht.

W.J.H. Mulier Instituut, in opdracht van de NOC NSF, Olympisch plan 2028 (2007).Uitwerking van de bouwsteen sportwaarden.

Koerseigen, in opdracht van Rotterdam Sportsupport, De Toekomst van de Schoolsportvereniging. (2009)De hoofdvraag van het onderzoek is: “Hoe kan de schoolsportvereniging in de toekomst blijven bestaan?”

Sport en Gezondheid. W. van Mechelen in: Volksgezondheid en Gezondheidszorg. J.P.Mackenbach en P.J. van der Maas. 2008, p. 337 – 341

Rapportage sport 2006. Koen Breedveld en Annet Tiessen-Raaphorst (red.). SCP, Den Haag, juni 2006.

Nikos Ntoumanis and Stuart J. H. Biddle, The relationship of coping and its perceived effectiveness to positive and negative affect in sport (1997).

Page 43: Advies jong rotterdam sport wijs boekje
Page 44: Advies jong rotterdam sport wijs boekje