Actuele inzetbaarheid deel 1

17
ACTUELE INZETBAARHEID VAN OUDERE WERKNEMERS Deel 1 swa.nl facebook.com/swa linkedin.com/company/swa

Transcript of Actuele inzetbaarheid deel 1

Page 1: Actuele inzetbaarheid   deel 1

ACTUELE INZETBAARHEID VAN

OUDERE WERKNEMERSDeel 1

swa.nl facebook.com/swa linkedin.com/company/swa

Page 2: Actuele inzetbaarheid   deel 1

Actuele inzetbaarheid van oudere werknemers SWA organiseert op 3 november een seminar over de actuele inzetbaarheid van oudere werknemers. Tot voor kort maakte veel werknemers gebruik van VUT- of prepensioenregelingen. Zestigjarigen waren op de werkvloer eerder uitzondering dan regel. Dat is wel veranderd!

De gemiddelde pensioenleeftijd ligt nu boven de 64 jaar. De arbeidsparticipatie van 55-plussers is verdubbeld. En daar blijft het niet bij. De AOW-leeftijd stijgt naar 67 jaar in 2021 en dan verder. Helaas kunnen niet alle oudere werknemers mentaal of fysiek voldoen aan de werkeisen. Mede door automatisering en robotisering verandert het werk. Dit leidt al snel tot een misfit tussen werkeisen en capaciteiten. Vooral laagopgeleide werknemers zijn hier kwetsbaar en als ouderen eenmaal werkloos zijn vinden zij moeilijk ander werk.

SWA heeft zich de vraag gesteld welk routes werknemers kunnen volgen om gezond hun pensioengerechtigde leeftijd te bereiken. Daarnaast zijn we bezig met de vraag hoe werkgevers de vergrijzing op de werkvloer sociaal en economisch zo goed mogelijk kunnen aanvliegen. Zoals u van SWA kunt verwachten wordt het thema breed verkend. In deze whitepaper vind u alvast wat achtergrondinformatie over deze vraagstukken.

Tijdens ons seminar, op 3 november, vertellen ook diverse sprekers vanuit het bedrijfsleven, de wetenschap en de overheid hun visie op dit thema. Het programma is een mooie mix van toegepaste wetenschap, overheid en praktijk geworden. We sluiten het programma af met een netwerklunch. Dit is altijd een mooi moment om ervaringen en contacten met sprekers en andere deelnemers uit te wisselen.

Sprekers:> Jos Sanders – TNO, keynote spreker > Sandhya Badel van het Ministerie SZW > HR-manager van Alkor Draka> HR-manager van Crown Van Gelder> Jos van Rijswijk, consultant/trainer bij VAPRO/OVP, neemt het deel ‘interactie en discussie’ voor zijn rekening.

swa.nl facebook.com/swa.werkt linkedin.com/company/swa-uitzenden-en-detacheren

Page 3: Actuele inzetbaarheid   deel 1

Wat vertellen de cijfers?In de meeste ontwikkelde landen stijgt het aantal oudere werknemers. Ook in Nederland kleurt de werkvloer grijs. Vanaf 2006 zijn VUT en prepensioenregelingen afgebouwd. Vanaf 2014 neemt de AOW-leeftijd tot 2021 stapsgewijs toe naar 67 jaar. Het effect is dat zowel de gemiddelde feitelijke pensioenleeftijd als de netto arbeidsparticipatie van 55-plussers stijgt, dit ondanks de stijgende werkloosheid in de afgelopen jaren.

In 1996 had 28% van de 55-plussers een baan. Dat percentage is nu verdubbeld, vooral binnen de groep van 60-65 jaar. 50-plussers worden niet vaker werkloos dan andere leeftijdsgroepen, maar als zij eenmaal werkloos zijn, slagen weinig mensen er in nieuw werk te vinden. De gemiddelde duur om een baan te vinden in de leeftijdsgroep 55-65 jaar is 26 maanden (CBS, 2014). Dat betekent dat veel 55-plussers werkloos blijven, ontmoedigd raken en uiteindelijk uit de statistieken verdwijnen. De kansen op de arbeidsmarkt voor 55-plussers zijn, vooral in Nederland, laag.

Baanbehoud is voor oudere werknemers erg belangrijk nu eerder stoppen geen optie meer is. Een werknemer van 55 jaar moet nog minstens twaalf jaar werken! Maar lukt dat ook? Zeker voor de groep laagopgeleide 55-plussers is dat maar zeer de vraag...

swa.nl facebook.com/swa.werkt linkedin.com/company/swa-uitzenden-en-detacheren

Page 4: Actuele inzetbaarheid   deel 1

Beeldvorming ten opzichtevan ‘ouderen’De angst van 50-plussers voor baanverlies en langdurige werkloosheid is reëel. Een kwart van de 50-plussers verwacht hun baan te verliezen. Dertig procent maakt zich daar grote zorgen over. In Europees opzicht is dit een opmerkelijk hoog cijfer.

Redenen die werkgevers, al dan niet uitgesproken, aanvoeren om ouderen niet aan te nemen zijn:

• hogere loonkosten,

• lagere productiviteit vooral bij fysiek zware functies,

• minder productieve uren door ‘ontziemaatregelen’,

• hogere pensioenlasten,

• hoger risico op ziekte en arbeidsongeschiktheid,

• lage veranderingsbereidheid en motivatie,

• niet passende of verouderde kennis en vaardigheden,

• hogere kosten bij ontslag, etc.

We kunnen gevoeglijk aannemen dat deze redenen niet alleen opgaan bij werving, maar ook als het werk vervalt. Onderzoek bevestigt dat 55-plussers over het algemeen genomen minder voldoen aan fysieke en psychische werkeisen en lager scoren op algemene gezondheid dan 45-minners. We zien dit ook terug in de WAI score in de relatie leeftijd naar werkvermogen. Dat geldt in het bijzonder voor laagopgeleide oudere werknemers. Maar gemiddelden zeggen weinig over het individu.

swa.nl facebook.com/swa.werkt linkedin.com/company/swa-uitzenden-en-detacheren

Page 5: Actuele inzetbaarheid   deel 1

Liever oudere werknemersIn verschillende onderzoeken en publicaties worden de werkgevers-argumenten tegengesproken.

Zo wordt gesteld dat ouderen een schat aan kennis en ervaring hebben, evenwichtiger zijn en

minder gevoelig zijn voor stress. Ze zijn minder frequent ziek en zorgen voor een evenwichtig

personeelsbestand. Het loon is niet hoger dan dat van een 45-jarige en de pensioenlasten zijn bij

een doorsnee premie gelijk. Bovendien zijn er verschillende sociale regelingen die het aantrekkelijk

maken om oudere werknemers in dienst te nemen. Regelingen om oudere werknemers in bedreigde

posities in dienst te houden zijn er helaas veel minder.

Uit studies van de Stichting van de Arbeid en anderen komt een genuanceerd beeld naar voren. Met

wat plussen en minnen lijken de verschillen tussen jongere en oudere werknemers minder groot

dan wat wordt afgespiegeld. In de perceptie worden 50-plussers dikwijls gezien als een homogene

groep terwijl dit geenszins het geval is. Daarvoor zijn de verschillen in functie- en opleidingsniveau,

kennis, vaardigheden en ervaring te groot. Door een generale, meestal negatieve beeldvorming

overschatten werkgevers het risico om 50-plussers aan te nemen.

Het werkvermogen van 60-plussers stijgt weer, dit wordt wel het healthy worker effect genoemd.

Sixth European Working Conditions Survey 2015, Eurofond, November 2015 Monitor duurzame inzetbaarheid, resultaten 2014, TNO, 2016

swa.nl facebook.com/swa.werkt linkedin.com/company/swa-uitzenden-en-detacheren

Page 6: Actuele inzetbaarheid   deel 1

Wat doet de overheid?

Door de overheid en sociale partners zijn veel maatregelen genomen om de positie van 50-plussers

te verbeteren. Op branche- en bedrijfsniveau hebben sociale partners afspraken gemaakt om de

duurzame inzetbaarheid van werknemers te vergroten. In vier van de vijf vorig jaar afgesloten CAO’s

zijn afspraken gemaakt over de duurzame inzetbaarheid van werknemers.

In april 2016 namen 245 duizend werknemers deel aan maatregelen uit een sectorplan, waarvan

28.000 in leerwerktrajecten. Maar de praktijk is weerbarstig. 245 duizend deelnemers lijkt fors, maar

het is niet meer dan 3% van de beroepsbevolking. Critici beweren dat veel maatregelen zoals scholing,

leerwerktrajecten en gezondheidsprogramma’s er zonder steun van de sectorplannen ook wel waren

uitgevoerd. Er zijn geen betrouwbare cijfers te vinden over de omvang en resultaten van CAO-afspraken.

Beperkte baanmobiliteit van 50-plussersAls oorzaak voor de moeilijke positie van 50-plussers wordt ook wel de ‘beperkte baanmobiliteit’

genoemd. Baanspecialisatie, die dikwijls gepaard gaat met lange dienstverbanden, vormen een extra

groot risico voor 50-plussers, in het bijzonder voor mensen met een lage basisopleiding. Bij verlies

van werk blijkt dat specialistische bedrijfsgebonden kennis en vaardigheden van weinig waarde zijn

op de externe arbeidsmarkt. Bij een laag basisopleidingsniveau is de afstand tot de vereiste kennis

moeilijk te overbruggen. Werkgevers achten de tijd te kort om de investering van een intensief

opleidingstraject te motiveren. Bij oudere werknemers ontbreekt dikwijls de motivatie en het

vertrouwen om aan een scholingstraject te beginnen. Een ouder werknemer hierover: “Ik ben bijna

57, waarom zou ik nog beginnen aan een opleiding tot ……”

swa.nl facebook.com/swa.werkt linkedin.com/company/swa-uitzenden-en-detacheren

Page 7: Actuele inzetbaarheid   deel 1

Perspectief voor 50-plussersDe aandacht voor duurzame inzetbaarheid neemt toe, maar we zien nog weinig

concrete baanbrekende resultaten. Activiteiten op bedrijfsniveau zijn vooral gericht op

gezondheidsbevordering, werktijden en stimuleren van individuele ontwikkeling. Ook het

terugdringen van ontziemaatregelen wordt regelmatig genoemd. De rol van de vakbeweging is niet

altijd stimulerend, zeker niet in situaties waar uitruil van arbeidsvoorwaarden ter sprake komt.

Het kabinet en sociale partners willen de positie van 50-plussers op de arbeidsmarkt snel en

structureel versterken en hebben de ambitie dat er in 2020 geen onderscheid meer is tussen

50-plussers en 50-minners. Daarvoor is het actieplan ’Perspectief voor 50-plussers’ opgesteld met

als doelen:

● hogere arbeidsparticipatie;

● minder kans op langdurige werkloosheid;

● kennis van dit maatschappelijke probleem vergroten;

● beeldvorming verbeteren;

● wendbaarheid verbeteren;

● toename van scholingsinspanning.

De resultaten van plannen om de positie van 50-plussers te verbeteren valt tot nu toe tegen.

De overheid heeft veel inzet gepleegd op het ondersteunen van werklozen. Maar zoals eerder

gesteld, 50-plussers worden niet vaker werkloos dan andere leeftijdsgroepen, maar als zij eenmaal

werkloos zijn vinden ze moeilijk ander werk

swa.nl facebook.com/swa.werkt linkedin.com/company/swa-uitzenden-en-detacheren

Page 8: Actuele inzetbaarheid   deel 1

Versterk de positie van werkende 50-plussers

Het versterken van de positie van werkende 50-plussers lijkt de beste strategie. Dit is voor een deel

ook de inzet van de sectorplannen en het actieplan ‘Perspectief voor 50-plussers’.

Het actieplan ’Perspectief voor 50-plussers’ is een combinatie van bestaande en nieuwe

maatregelen. Nieuwe maatregelen zijn:

1. de introductie van het tweede loopbaanadvies in combinatie met het centraal

aanspreekpunt voor werkgevers om de wendbaarheid van werkende 50-plussers op de

arbeidsmarkt te vergroten;

2. de intensieve ondersteuning aan werkzoekenden die het hoogste risico hebben op

langdurige werkloosheid;

3. het wegnemen van belemmeringen bij de aansluiting tussen vraag en aanbod in combinatie

ondersteuning (mkb-)ondernemingen;

4. het verlagen van de no-risk polis naar 56 jaar;

5. experimenten meer werk;

6. een campagne om de beeldvorming over 50-plussers te verbeteren.

Acties voor werkenden

Zonder afbreuk te willen doen aan het actieplan constateren we dat veel maatregelen gericht zijn

op het ondersteunen van werkzoekenden en het verbeteren van aannamecondities. In de visie

van SWA verdient het versterken van de positie van werkende 50-plussers in de bedrijven een

hoge prioriteit. Want eenmaal werkloos, is het voor de vijftigplusser lastig - zo niet onmogelijk -

om op hetzelfde niveau werk te vinden. Dat geldt in het bijzonder voor werknemers met minder

scholing of zeer specifieke bedrijfservaring. Het hervinden van ander werk is vanuit een werkende

positie bovendien eenvoudiger dan vanuit een inactieve positie.

swa.nl facebook.com/swa.werkt linkedin.com/company/swa-uitzenden-en-detacheren

Page 9: Actuele inzetbaarheid   deel 1

Fit en misfitIn onderstaand dynamisch model worden twee vormen van mismatch aangegeven:

1. skills mismatch

2. motivation mismatch.

Skill mismatch

Dit ontstaat wanneer de eisen van het werk in fysiek en mentaal opzicht of vereiste kennis en

ervaring niet meer aansluiten bij wat de werknemer te bieden heeft. Bij lange dienstverbanden en

een geringe baanmobiliteit zal de kennis en ervaring geleidelijk afnemen. Als de functie, bijvoorbeeld

door automatisering, verandert neemt niet alleen de productiviteit maar ook de arbeidsmarktwaarde

snel af. Skill mismatch kan ook ontstaan als een werknemer fysiek of mentaal niet meer in staat is

te voldoen aan de eisen van het werk. Te denken valt aan moeite hebben met wisselende diensten,

hoge werkdruk, veranderingen in werk of organisatie, lichamelijke beperkingen, chronische ziekte, et

cetera.

Motivation mismatch

Ontstaat als de functie niet meer aansluit bij de werk gerelateerde behoefte en/of waarden van de

werknemer. De vakman die gewend was zijn werk zelfstandig uit te voeren, wordt verplicht al zijn

werkzaamheden protocollair uit te voeren en nauwkeurig te registreren. Na een fusie waait een

andere wind door een bedrijf, oude waarden verdwijnen. Oudere werknemers voelen zich niet meer

thuis en raken gedemotiveerd. De werknemer wil meer tijd besteden aan familie en mantelzorg maar

de werkdruk laat dit niet toe.

swa.nl facebook.com/swa.werkt linkedin.com/company/swa-uitzenden-en-detacheren

Page 10: Actuele inzetbaarheid   deel 1

InterventiesJos Sanders (TNO) stelt in zijn promotieonderzoek de vraag hoe laagopgeleide werknemers gestimuleerd kunnen worden een development, mobility of work-redesign route te volgen. Welke route is het meest effectief? Aan de drie routes van Sanders voegen we er twee toe: de ‘health route’ en de ‘employment conditions route’.

Verbeteren opleiding & trainingDevelopment route

Sanders toont aan dat laagopgeleide medewerkers veel minder vaak participeren in opleidingen dan middelbaar en hogere opgeleide medewerkers. Bovendien vinden lager opgeleide medewerkers ontwikkelingsmogelijkheden minder belangrijk en zijn ze minder gemotiveerd om deel te nemen aan formele opleidingen. Dit terwijl opleiding en training cruciaal is voor inzetbaarheid en arbeidsmarktwaarde.

Uit onderzoek van de Intelligence Group blijkt dat met name kwetsbare groepen op de arbeidsmarkt zoals werklozen (86%), laagopgeleiden (88%) en 50-plussers (86%) géén opleiding volgen om hun kansen op de arbeidsmarkt te vergroten.

Redenen die worden aangevoerd om niet te investeren in blijvende ontwikkeling zijn:

● de angst om te leren;

● laag zelfvertrouwen;

● eerder opgedane negatieve leerervaringen;

● weinig zicht op de toekomst;

● niet overtuigd van de noodzaak;

● smalle kennis en ervaringsbasis vooral gericht op de huidige functie;

● geringe stimulering en sociale steun uit de werkomgeving;

● misfit tussen leermethoden en leerstijl van ouderen;

● het ontbreken van faciliteiten (geld en tijd).

swa.nl facebook.com/swa.werkt linkedin.com/company/swa-uitzenden-en-detacheren

Page 11: Actuele inzetbaarheid   deel 1

Versterken van baanmobiliteit Mobility route

Veel ouderen en vooral laagopgeleide medewerkers missen ervaring met arbeidsmobiliteit. Ze zijn minder gewisseld van functie, en als er van functie is gewisseld, dan was dit meestal intern. Externe mobiliteit is voor deze generatie niet vanzelfsprekend. Externe mobiliteit is vaak geen eigen keus, maar het gevolg van…

● het vervallen van de functie

● het niet meer kunnen voldoen aan de werkeisen

● een degradatie in functie

● of reorganisatie.

Sanders beschrijft in zijn onderzoek dat de mogelijkheden voor laagopgeleide medewerkers naar opwaartse interne loopbaantrajecten over het algemeen beperkt zijn. Laagopgeleide medewerkers lopen tevens een groter risico dat hun werk wordt geautomatiseerd. Dit bedreigt niet alleen de baan, maar het beperkt ook de mogelijkheden om een nieuwe baan te vinden. Geringe mobiliteit leidt er mede toe dat medewerkers zich specialiseren, soms een arbeidsleven lang, op een bepaalde functie (functiespecialisatie). Dat hoeft in een continuerende situatie geen probleem te zijn, het probleem doet zich pas voor als de functie verdwijnt.

Degradatie (tegenovergestelde van promotie) is een vorm van neerwaartse mobiliteit die in de praktijk wel voorkomt, maar vaak niet als zodanig wordt benoemd. Bij degradatie als gevolg van verdwijnen van taken blijft het inkomen meestal in stand. Het is dikwijls een geforceerde situatie die gemakkelijk kan leiden tot demotivatie.

Respectvolle degradatie, daaronder verstaan we een situatie waarin in goed overleg werk op

een lager niveau wordt overeengekomen, kan een oplossing zijn om de capaciteiten van de

werknemer in evenwicht te brengen met de werkeisen. Respectvolle degradatie vereist een goede

vertrouwensbasis en een open cultuur. Overigens blijkt dat vrijwillige degradatie geen garantie is tot

succes.

swa.nl facebook.com/swa.werkt linkedin.com/company/swa-uitzenden-en-detacheren

Page 12: Actuele inzetbaarheid   deel 1

Aanpassen van het werk Work-Redesign route Een model om naar de fit tussen persoon en werk te kijken is het Job Characteristics Model (JCM), van Hackman & Oldham (1976). Zij stellen dat een medewerker een hoge werkmotivatie, arbeidstevredenheid en 'groeisatisfactie' zal tonen en een kwalitatief hoogwaardige arbeidsprestatie zal leveren als drie zogenaamde 'critical psychological states' in het werk aanwezig zijn:1. de werknemer ervaart de arbeid als betekenisvol; wanneer een taak afwisselend, volledig en belangrijk is; 2. de werknemer voelt zich persoonlijk verantwoordelijk voor de resultaten van het werk; vrijheid in de taakuitvoering leidt tot een gevoel van verantwoordelijkheid voor het eindresultaat.3. de werknemer kent de resultaten van zijn werkzaamheden. Tenslotte leidt feedback tot kennis van de resultaten.

De kerndimensies van werk zijn volgens dit model: ● Variëteit van benodigde vaardigheden. Als er beperkt beroep wordt gedaan op vaardigheden dan zal de werknemer daar compensatie voor zoeken. Bekend zijn de verhalen van laag ingeschaalde werknemers die in hun vrije tijd een grote vereniging besturen of strijdig voorzitter van een ondernemingsraad zijn.

● Mate van identificeren met het werk. Spreekt het product, proces of het bedrijf de werknemer aan. Kan hij thuis enthousiasme over zijn werk vertellen? Verandert het werk of de waarden van het bedrijf, bijvoorbeeld na een overname, dan kan dit leiden tot motivation mismatch. Andersom, als een bedrijf werk maakt van haar imago en medewerkers meeneemt in de ontwikkeling van processen, producten en markt, zal dat leiden tot een hogere identificatie met het werk.

● Het ervaren van het belang van de eigen taak. Weten wat de bijdrage is in het productieproces in belangrijk om het werk als belangrijk te ervaren. Zelfsturende taakteams is een organisatievorm die sterk leunt op task signifcance.

swa.nl facebook.com/swa.werkt linkedin.com/company/swa-uitzenden-en-detacheren

Page 13: Actuele inzetbaarheid   deel 1

Autonomie, de mate van zelfsturend vermogen, hangt af van 3 elementen: regelcapaciteit, stuurcapaciteit en speelruimte. Door de invoering van zorg- en borgsystemen maar ook door rigide automatiseren kan het zelfsturend vermogen en daarmee de motivatie onder druk komen. Door aandacht te besteden aan de inrichting van taken kan een beweging naar meer autonomie worden ingezet.

Feedback is de mate waarin de werknemer terugkoppeling krijgt over zijn bijdrage aan de resultaten van het werk. Feedback, op een juiste manier gebracht, geeft mogelijkheden om gedrag aan te passen.

De prestatie en motivatie zijn afhankelijk van fit tussen vereiste kennis en vaardigheden en mogelijkheden en competenties van de werknemer en van omgevingsfactoren, te denken aan steun en waardering, sociale omgeving, etc.

Job Characteristics Model

swa.nl facebook.com/swa.werkt linkedin.com/company/swa-uitzenden-en-detacheren

Page 14: Actuele inzetbaarheid   deel 1

Het Job Characteristics Model (JCM), van Hackman & Oldham geeft de dimensies en factoren aan

die bij de (her-)inrichting van taken voor de aanpassing van werk aan persoon te beïnvloeden zijn.

Job Crafting is een manier van taakontwerp waarin medewerkers participeren in het ontwerp van taken en betekenis geven aan werk, ofwel baanboetseren. Jos Sanders adviseert HR-professionals te experimenteren met participatie van laag opgeleide en oudere werknemers in work redesign processen. Job Crafters gebruiken drie categorieën job crafting technieken: task, relational, and cognitive crafting.

Task crafting...... houdt in: het veranderen van functies door het toevoegen of het laten vallen van taken, het veranderen van de aard van de taken of het veranderen van tijd, energie en aandacht die aan taken wordt besteed.

Relational crafting........betekent hoe de werknemer zijn taken en relaties ziet. Bijvoorbeeld de lijnoperator ziet zijn taak als het mede produceren van medicijnen die zieke mensen gezond maakt in plaats van het bedienen van de lijn.

Cognitive crafting....... gaat over het aanpassen van de waarde, belang en betekenis die men toekent aan het werk.Taakcomplexiteit heeft effect op cognitive crafting. Bijvoorbeeld kappers die niet alleen haren knippen maar het als een taak zien om mensen zover te krijgen hun levensverhaal te vertellen en empathisch te steunen als iemand ergens mee blijkt te zitten.

swa.nl facebook.com/swa.werkt linkedin.com/company/swa-uitzenden-en-detacheren

Page 15: Actuele inzetbaarheid   deel 1

Gezondheid basis van inzetbaarheidHealth route In het huis van werkvermogen (Illmarinen, 2009) is een goede gezondheid de basis van inzetbaarheid. 50-plussers zijn niet vaker ziek dan hun jongere collega’s, maar als ze ziek zijn verzuimen ze langer. Overigens is de gezondheid van 60-plussers gemiddeld genomen juist beter! Ouderen hebben meer chronische gezondheidsklachten dan jongeren. Een kwart van de werknemers meldt echter dat gezondheidsklachten hoofdzakelijk of voor een deel het gevolg zijn van het werk. Iets meer ouderen dan jongeren melden burn-out en uitputtingsklachten door het werk. Er is dus ruimte voor verbetering.

Opvallend is dat aan 8 van de 10 werknemers in de afgelopen 12 maanden geen preventief

gezondheidsonderzoek is aangeboden. Dat kan betekenen dat werkgevers niet weten welke aanpassingen

ze kunnen doen om de werksituatie van oudere werknemers te verbeteren.

Stimuleren van de gezondheid is altijd verstandig. Het faciliteren van sportactiviteiten is een mooie arbeidsvoorwaarde, maar het is de vraag of ouderen daar gevoelig voor zijn. Mensen zijn wel of niet gemotiveerd voor sport en beweging. Verandering van gedrag laat zich moeilijk sturen, zeker niet voor 50-plussers. Veel voorkomende chronische gezondheidsklachten die door ouderen worden genoemd zijn reuma, artritis, diabetes, RSI en hart- en vaatziekten. Daar kunnen aanpassingen in het werk en de werkplek met succes op worden toegepast!

swa.nl facebook.com/swa.werkt linkedin.com/company/swa-uitzenden-en-detacheren

Page 16: Actuele inzetbaarheid   deel 1

Arbeidsvoorwaarden Employment conditions routeDoorwerken tot aan de pensioengerechtigde leeftijd lukt niet altijd. Soms vanwege persoonlijke beperkingen of behoeften en soms omdat het werk eindigt en geen alternatief voorhanden is.

In de voorbereiding van het seminar ‘actuele inzetbaarheid oudere werknemers’ is het opgevallen dat er actief naar alternatieven voor eerder beëindigen wordt gezocht. Niet meer in de collectieve vorm van prepensioen en VUT maar veel meer in individuele op de situatie toegespitste arrangementen. Voorbeelden daarvan vinden we in de Rotterdamse haven met de senior fit programma, bij gemeenten met het generatiepact, de generatieregeling van USG/Start en in toenemende mate in de vorm van vaststellingsovereenkomsten.

Door slim gebruik te maken van pensioenregelingen in combinatie met partieel werken kan de werkbelasting voor ouderen worden aangepast aan de belastbaarheid. In geval van reorganisatie kunnen herstructureringsgelden worden gebruikt om het verlies aan inkomen bij minder werken op te vangen. Ook uitgespaarde kosten van ontziemaatregelen en het vervangen door jongeren helpt om arrangementen te financieren. Het mes snijdt aan twee kanten. Waardevolle kennis wordt behouden terwijl de capaciteit stapsgewijs en structureel wordt afgebouwd. Dit biedt ouderen de gelegenheid gezond de pensioenleeftijd te bereiken.

Aan veel CAO-tafels wordt gesproken over het verminderen van ontziemaatregelen, dat zijn maatregelen als extra verlof, vrijstelling van overwerk en consignatie, aangepaste werkroosters, etc., op basis van leeftijd. Deze maatregelen beperken de productiviteit van oudere werknemers of anders gesteld het verhoogt de uurlonen. Ontziemaatregelen kunnen de werklast voor oudere werknemers verlichten. Voor 50-plussers die fysiek werk uitvoeren of in ploegendienst werken kan dat verschil maken tussen blijven werken of uitvallen. Het punt is dat ontziemaatregelen een algemeen karakter hebben. De CAO is voor iedereen, ook voor de boekhouder of de planner waarvoor de ontzie-noodzaak ontbreekt. Een gesprek over het uitruilen of individualiseren van ontziemaatregelen blijkt in de praktijk soms het gesprek over echte oplossingen te frustreren.

Welke maatregelen zijn effectief? Op 3 november houdt SWA een seminar over actuele inzetbaarheid oudere werknemers. Door HR-professionals en deskundigen wordt gediscussieerd over de pro’s en contra’s van verschillende maatregelen. Na deze bijeenkomst zal SWA deel 2 van dit whitepaper uitbrengen, waarin de resultaten en praktische voorbeelden van het seminar worden meegenomen.

swa.nl facebook.com/swa.werkt linkedin.com/company/swa-uitzenden-en-detacheren

Page 17: Actuele inzetbaarheid   deel 1

Waarom deze Whitepaper? SWA levert u de juiste vakkrachten op het juiste moment.

Maar als technisch bemiddelingsbureau doen wij meer

dan dat! Als specialist op HR-gebied zijn wij graag uw

deskundige sparringpartner. Want waarom wachten met

praten over HR tot zich écht problemen voordoen?

Regio West-Nederland

T (0251) 27 88 25

E [email protected]

Regio Noord-Nederland

T (0251) 27 88 10

E [email protected]

Regio Midden-Nederland

T (06) 26 96 53 95

E [email protected]

Regio Zuid-Nederland

T (06) 26 96 53 95