ACTIVITEITENPLAN DRUGPUNT SMAKdrugpunt.be/files/attachments/Activiteitenplan Drugpunt...Feestwijzer:...
Transcript of ACTIVITEITENPLAN DRUGPUNT SMAKdrugpunt.be/files/attachments/Activiteitenplan Drugpunt...Feestwijzer:...
Actieplan 2014 – 2016 1
ACTIVITEITENPLAN DRUGPUNT SMAK 2014-2016
INLEIDING/SITUERING
Voor u ligt het activiteitenplan van de Interlokale vereniging Drugpreventie West-Meetjesland, beter
gekend onder de roepnaam Drugpunt SMAK, de gezamenlijke preventiedienst van de gemeentes
Maldegem, Aalter en Knesselare. Dit actieplan is opgesteld en goedgekeurd door het beheerscomité van de
interlokale vereniging in sterke samenwerking met het lokaal drugoverleg, dat alle lokale partners die in
aanraking komen met drugs en genotsmiddelen op regelmatige basis samenbrengt. Het actieplan sluit ook
aan de ruimere Vlaamse en Provinciale visie op drugpreventie en op de engagementen die binnen het
samenwerkingsverband ‘Drugpunt, preventiedienst’ genomen werden.
Dit activiteitenplan vertrekt vanuit de missie, de visie en de strategische doelstellingen die de voorbije
jaren in sterk overleg met alle lokale partners binnen het lokaal drugoverleg vorm kregen. Op basis van
overleg met deze partners is gekomen tot een concreet actieplan dat de krijtlijnen voor de volgende jaren
vastlegt. Er is gekozen om het actieplan te formuleren op een middellange termijn van drie jaar. De
omgeving van drugs en andere genotsmiddelen is immers steeds in beweging en het is belangrijk dat er op
concreet niveau steeds kort op de bal gespeeld kan worden.
Het activiteitenplan bevat alle operationele doelstellingen alsook de concrete acties van de drugpreventie-
dienst die gepland zijn in de periode januari 2014 tot en met december 2016. Het activiteitenplan is met
andere woorden een opsomming van allerlei mogelijk activiteiten en doelstellingen. Belangrijk is dat de
dienst niet alleen via vastgelegde activiteiten een aanbod lanceert, maar dat ook individuen, organisaties,
verenigingen, etc. steeds met hun vragen terecht kunnen bij de drugpreventiedienst. Bijgevolg wordt
binnen dit activiteitenplan voldoende ruimte gelaten om vragen en behoeften van externen te kunnen
beantwoorden. Jaarlijks wordt van alle gerealiseerde activiteiten, projecten en campagnes een
werkingsverslag opgemaakt.
Nieuw in dit activiteitenplan is het opnemen van een aantal tactische doelstellingen, die op basis van de
het bestaande aanbod van de dienst, een uitgebreide bevraging van de partners en de omgevingsanalyse,
een aantal zeer concrete keuzes vooruitschuiven. Deze tactische doelstellingen geven aan op welke
problemen en thema’s primair ingezet zal worden.
OMGEVINGSANALYSE
REGIO
Drugpunt SMAK is één van de zes Oost
de regio West-Meetjesland. SMAK staat voor de Samenwerking tussen de gemeentes Maldegem, Aalter en
Knesselare. Het totaal aantal inwoners voor de regio is: 51.358
- Aalter: 20.018 inwoners (
- Knesselare: 8.266 inwoners (
- Maldegem: 23.134 inwoners (31/12/2012
Actieplan 2014 – 2016
zes Oost-Vlaamse intergemeentelijke drugspreventiediensten en
Meetjesland. SMAK staat voor de Samenwerking tussen de gemeentes Maldegem, Aalter en
Het totaal aantal inwoners voor de regio is: 51.358
inwoners (25/11/2013)
inwoners (25/11/2013)
23.134 inwoners (31/12/2012)
2
preventiediensten en is actief in
Meetjesland. SMAK staat voor de Samenwerking tussen de gemeentes Maldegem, Aalter en
Actieplan 2014 – 2016 3
MIDDELENGEBRUIK
Specifieke cijfers achterhalen voor het gebruik van genotsmiddelen in de regio is moeilijk haalbaar. Waar
mogelijk gebruiken we hier cijfers uit onze eigen registratie, anders maken we gebruik van de meest
relevante beschikbare cijfers.
ALCOHOL & DRUGGERELATEERDE CRIMINALITEIT BINNEN DE REGIO
2000 2005 2006 2007 2008 2009 2010 2011
Drugs 42 32 27 21 27 29 34 22
Bron: FPF/CGOP/Beleidsgegevens - Politiële Criminaliteitsstatistieken d.m.v. Datawarehouse (Afsluitingsdatum: 16/11/2012)
Bovenstaande grafiek toont het aantal unieke processen verbaal die per jaar werden uitgeschreven voor
druggerelateerde feiten. Algemeen merken we de voorbije 10 jaar een daling van dit aantal.
De mate waarin de drugproblematiek in die periode de detectie en aanpak een prioriteit was voor de
lokale politie zal vanzelfsprekend een belangrijke invloed gehad hebben op de cijfers per jaar. Bovendien
wordt voor kleinere druggerelateerde feiten niet steeds een PV opgemaakt omwille van de
decriminalisatie van cannabisgebruik in 2003.
DRUGGEBRUIK VANUIT EEN GEZONDHEIDSPERSPECTIEF
TABAK
Percentage jongeren onder 16 jaar dat in het voorbije jaar gerookt heeft.
Bron: VAD-leerlingenbevraging in het kader van een drugbeleid op school - Syntheserapport schooljaar 2010-
2011
0
10
20
30
40
50
2000 2005 2006 2007 2008 2009 2010 2011
14,4%
12,8%
15,0%
13,8%14,3%
13,5%
11,0%
12,0%
13,0%
14,0%
15,0%
16,0%
2004-2005 2005-2006 2007-2008 2008-2009 2009-2010 2010-2011
Actieplan 2014 – 2016 4
Percentage regelmatige / dagelijkse rokers in België vanaf 15 jaar en ouder
Bron: Onderzoeks- en Informatiecentrum van de Verbruikersorganisaties (OIVO)
We merken een duidelijk dalende trend in het aantal regelmatige rokers. De voorbije jaren werden veel
inspanningen geleverd om het aantal rokers terug te dringen. Deze inspanningen situeren zich binnen een
driesporenbeleid met initiatieven zowel op het vlak van preventie, reglementering en bewustwording.
Sinds 2011 neemt Drugpunt SMAK ook initiatieven rond preventie en adviezen rond reglementering over
tabaksgebruik op en volgt het, in samenwerking met de Sociale Raad, een begeleidingsgroep rond stoppen
met roken op.
ALCOHOL
Percentage jongeren onder 16 jaar dat meer dan één keer per maand alcohol drinkt
Percentage personen met een overconsumptie alcohol (>21 eenheden/week bij mannen en >14
eenheden/week bij vrouwen)
2008 2004 2001 1997
geslacht man 9,7 12,8 13,0 11,0
vrouw 6,1 5,4 7,2 4,3
leeftijd 15-24 9,7 11,1 8,8 7,8
25-34 5,0 8,0 9,3 5,4
35-44 7,1 9,6 11,4 10,0
45-54 7,9 10,8 12,4 10,4
55-64 13,8 8,7 12,4 6,7
65-74 6,3 7,6 8,4 4,7
75+ 3,1 4,2 3,4 4,6
opleiding lager onderwijs 4,8 5,5 9,1 8,5
0
10
20
30
40
50
60
201120092007200520032001199919971995199319911989198719851983
mannen
vrouwen
14,4%12,8%
15,0%13,8% 14,3% 13,5%
0,0%
5,0%
10,0%
15,0%
20,0%
2004-2005 2005-2006 2007-2008 2008-2009 2009-2010 2010-2011
Actieplan 2014 – 2016 5
lager secundair 6,1 6,6 9,0 10,9
hoger secundair 8,5 11,5 11,5 6,8
hoger onderwijs 8,6 9,5 9,8 6,5
totaal 7,9 9,0 10,1 7,7
Bron: Wetenschappelijk Instituut Volksgezondheid, Gezondheidsenquête
Bij het percentage personen met een overconsumptie van alcohol merken we dat de algemene tendens
dalend is, vooral bij de mannen. Bij de leeftijdscategorie valt vooral een verschuiving op van de categorie
45-55 naar de categorie 55-65.
We merken, in vergelijking met 10 jaar geleden, ook een aanzienlijke daling bij personen met een
opleiding lager secundair. Waar 10 jaar geleden de grootste groep personen met een overconsumptie
alcohol zich voornamelijk in die groep bevonden, merken we nu een verschuiving naar eerder hoger
opgeleide groepen.
ILLEGALE DRUGS
Percentage jongeren onder 18 dat illegale drugs gebruikten
Het aantal cannabisgebruikers blijft licht stijgen, waarbij vooral opvalt dat steeds meer mannen cannabis
gebruiken, terwijl het percentage vrouwen nagenoeg stabiel blijft. In vergelijking met 2001 merken we
ook dat de grootste groep cannabisgebruikers verschuift van 15- tot 24- jarigen naar de groep 25- tot 34-
jarigen.
Binnen de groep iets hoger opgeleiden merken we het hoogste percentage cannabisgebruikers. Algemeen
meren we een lichte stijging van het aantal cannabisgebruikers.
26,8% 27,1%
23,5%21,4%
19,2% 19,8%
14,4%12,8%
15,0%13,8% 14,3% 13,5%
0,0%
5,0%
10,0%
15,0%
20,0%
25,0%
30,0%
2004-2005 2005-2006 2007-2008 2008-2009 2009-2010 2010-2011
Ooit-gebruik Laatste jaar gebruik
Actieplan 2014 – 2016 6
AANTAL VROEGINTERVENTIE BEGELEIDINGEN
Na een grote stijging van het aantal begeleidingen in 2010 noteren we de voorbije 2 jaar een dalende
trend in het aantal begeleidingen. Door verhoogde samenwerking met potentiële doorverwijzers en
verhoogde inspanningen om het aanbod bekend te maken, kunnen we het afgelopen jaar opnieuw een
sterk stijgend aantal begeleidingen noteren.
De komende jaren is het belangrijk om de inspanningen te verhogen om het begeleidingsaanbod meer op de
kaart te plaatsen.
Het wordt dan van groot belang om de huidige samenwerkingsverbanden in het kader van doorverwijzingen te
versterken, en nieuwe structurele samenwerking aan te gaan met nieuwe partners zoals justitie en huisartsen.
BEVRAGING LOKALE PARTNERS
Tijdens het lokaal drugoverleg van de werkgroepen Aalter/Knesselare en Maldegem bevroegen we dit
jaar onze partners naar wat zij als prioritair beschouwen voor een lokale preventiedienst.
Dit zijn de belangrijkste resultaten uit de denkoefeningen van de twee werkgroepen.
PRIORITEIT MINDER PRIORITAIR BIJKOMEND INVESTEREN
Vroeginteventie- Begeleidingen Ondersteunen bij uitwerking van alcohol, tabak en drugbeleid ondersteunen van intermediaire partners (bijvoorbeeld scholen via unplugged) Dienst bekendmaken (vb via digitale media) vooral in functie van intermediaire partners. Alcoholgebruik bij jongeren
Bekendmaking: we doen veel met drugpunt, maar slagen er te weinig in om dit kanbaar te maken. Gebruik maken van nieuwe media en sociale media, gerichte bekendmaking naar specifieke doelgroepen, linken binnen lokale websites van onze
Zelf preventieacties naar de jongeren uitvoeren (voordeel is dat mensen ons gezicht wat kennen) Informatieoverdracht Gezien het LOD jongeren als voornaamste doelgroep naar voor schuift, vinden ze de medicatiecampagne en Maak jezelf geen blaasjes wijs minder prioritair. Nut van een gezamenlijk LOD wordt in vraag gesteld. Volgens het LOD is er een drempel om naar een andere gemeente te gaan. Ze zien wel het voordeel van een gezamenlijk LOD om de beleidsdocumenten jaarlijks voor te leggen. De bedenking is om op
Wat meer aanklampend werken,
naar de context toegaan indien de
situatie dit vraagt. (haalbaarheid
verder te onderzoeken)
Vooral het aanbod naar fuiven en alcoholpreventie verder uitbreiden Meer structureel overleg organiseren.
0
10
20
30
40
2003 2004 2005 2006 2007 2008 2009 2010 2011 2012 2013
Totaal begeleidingen
Aanmeldingen
Streefwaarde
Actieplan 2014 – 2016 7
partners, regelmatig artikels laten verschijnen in lokale bladen, … zijn mogelijke kanalen om deze bekendheid te verhogen.
Hoofddoelgroep: het LOD schuift nadrukkelijk kinderen en jongeren naar voor als primaire doelgroep. Jeugdbewegingen en koepelorganisaties zoals chiro en scouts proberen benaderen
Overleg: gaan voor structureel overleg met verschillende partners, eerder dan ad hoc samen te zitten ifv een campagne.
Begeleiding: is prioritair om hier verder op in te zetten. Structureel overleg met mogelijke doorverwijzers kan hier bij helpen.
Feestwijzer: aanbod rond veilig fuiven en alcoholgebruik verder uitbouwen.
voorhand goed te bekijken welke inhoud het overleg heeft en dan gericht deelnemers uit te nodigen. Gaat het over strategisch overleg, dan is het beter om beleidsmensen uit te nodigen, is de inhoud vooral operationeel dan nodigen we beter deelnemers uit die zelf operationeel werken.
Als voornaamste conclusies kunnen we hieruit het volgende weerhouden:
• Het lokaal drugoverleg schuift jongeren naar voor als voornaamste doelgroep
• Het begeleidingsaanbod dient verder te worden uitgebouwd en verstevigd
• Er ligt een belangrijke taak in het samenbrengen en ondersteunen van intermediairs
• Creëren van een verantwoord fuifklimaat en alcoholpreventie zijn belangrijke prioriteiten
• Werken aan bekendmaking van wat de dienst doet, zowel naar de bevolking als naar het beleid.
ALGEMENE CONCLUSIE
We hebben een ruim lokaal netwerk van geëngageerde partners die een gezamenlijk en integrale aanpak
van het middelengebruik in de regio nastreven. Het lokaal netwerk ziet een belangrijke rol voor de
preventiedienst in het samenbrengen van lokale partners. Op die manier creëren we een platform waar
ruimte is voor uitwisseling van kennis en aanbod en kunnen we gezamenlijke acties uitwerken.
Zowel uit de omgevingsanalyse als uit de bevraging van onze partners blijkt duidelijk dat alcohol een
belangrijk thema wordt voor de komende jaren. Jongeren zijn hierin een belangrijke doelgroep voor de
preventiedienst.
Actieplan 2014 – 2016 8
LOKAAL DRUGBELEID
MISSIE DRUGPUNT
Het is de missie van de intergemeentelijke drugspreventiedienst om te investeren in het welzijn, de
gezondheid en de veiligheid van de algemene bevolking. Enerzijds via het samen groeien naar een
verantwoord gebruik van genotsmiddelen en anderzijds om het verlies aan levenskwaliteit bij de
beginnend gebruiker en zijn/haar omgeving te verminderen.
BASISDOELSTELLING
De bevolking (jong en oud) van Aalter – Knesselare - Maldegem verantwoord met alcohol, drugs en
andere genotsmiddelen leren omgaan en hulp bieden bij problemen als gevolg van gebruik.
ENGAGEMENTSVERKLARING DRUGPUNT
Als partner binnen de samenwerking en drager van een gemeenschappelijke naam: “Drugpunt,
preventiedienst”, wordt zorg gedragen voor de uniformiteit en herkenbaarheid van de dienstverlening.
De partners onderschrijven daarbij de missie van “Drugpunt”:
Drugpunt is een laagdrempelige dienst die lokaal op een kwaliteitsvolle manier informatie met
betrekking tot het drugfenomeen verspreidt, drugpreventieactiviteiten organiseert en faciliteert.
Drugpunt biedt vroeginterventie aan met bijzondere aandacht voor de vertrouwelijkheid.
Drugpunt streeft naar maximale afstemming en samenwerking met en ondersteuning van alle
betrokken lokale organisaties en actoren.
Drugpunt verstaat onder drugs zowel illegale als legale genotsmiddelen en verwante fenomenen als
gokken en gamen.
STRATEGISCHE KEUZES
Om tot een integrale aanpak van middelengebruik te komen, dient er een goed evenwicht te zijn tussen
preventie, begeleiding en regelgeving/handhaving (figuur 1)
beleidstekst van Drugpunt, zoals goedgekeurd door de verschillende gemeenteraden en het lokaal
drugoverleg. Het spreekt dan ook voor zich dat we deze drie pijl
strategische doelstellingen.
Figuur 1: Beleidsmodel van een universeel integraal alcoholbeleid, Reynolds (2003)
SD-1: DE DOELGROEP VERANTWOORD EN KRITI
GENOTSMIDDELEN.
Deze doelstelling focust zich voor
Preventie wordt ingedeeld in universele, selectieve en geïndiceerde preventie.
Universele preventie is gericht op de algemene bevolking of een deelpopulatie die niet geïdentificeerd is
op basis van een individuele risicofactor, bijvoorbeeld massamediale campagnes voor de gehele bevolking.
Selectieve preventie is gericht op hoogrisicogroepen zoals bijvoorbeeld kinderen van verslaafde ouders.
Geïndiceerde preventie is gericht op individuen
potentieel problematisch middelengebruik, maar die (nog) niet voldoen aan diagnostische criteria zoals
beschreven in de DSM-4 (Diagnostic en Statistical Manual of Mental Disorders
Bij universele en selectieve preventie zal het voornamelijk gaan over educatie en bewustwording, terwijl
het begeleidingsaanbod vooral onder de geïndiceerde preventie valt.
binnen een continuüm met hulpverlening (figuur 2). Vr
een brug slaat tussen de geïndiceerde preventie en de hulpverlening.
Regelgeving
Actieplan 2014 – 2016
Om tot een integrale aanpak van middelengebruik te komen, dient er een goed evenwicht te zijn tussen
regelgeving/handhaving (figuur 1), zoals eveneens aangehaald in de visie
beleidstekst van Drugpunt, zoals goedgekeurd door de verschillende gemeenteraden en het lokaal
ook voor zich dat we deze drie pijlers terugvinden in de formulering van
Figuur 1: Beleidsmodel van een universeel integraal alcoholbeleid, Reynolds (2003)
VERANTWOORD EN KRITISCH LEREN OMGAAN MET
Deze doelstelling focust zich vooral op het preventieve, informatieve en educatieve luik van de werking.
Preventie wordt ingedeeld in universele, selectieve en geïndiceerde preventie.
Universele preventie is gericht op de algemene bevolking of een deelpopulatie die niet geïdentificeerd is
op basis van een individuele risicofactor, bijvoorbeeld massamediale campagnes voor de gehele bevolking.
Selectieve preventie is gericht op hoogrisicogroepen zoals bijvoorbeeld kinderen van verslaafde ouders.
Geïndiceerde preventie is gericht op individuen die wel tekens, klachten of symptomen hebben van
potentieel problematisch middelengebruik, maar die (nog) niet voldoen aan diagnostische criteria zoals
Diagnostic en Statistical Manual of Mental Disorders)
Bij universele en selectieve preventie zal het voornamelijk gaan over educatie en bewustwording, terwijl
het begeleidingsaanbod vooral onder de geïndiceerde preventie valt. Preventie wordt steeds gezien
binnen een continuüm met hulpverlening (figuur 2). Vroeginterventie is de begeleidingsmethodiek die
een brug slaat tussen de geïndiceerde preventie en de hulpverlening.
Educatie
&
Bewustwording
BegeleidingRegelgeving
9
Om tot een integrale aanpak van middelengebruik te komen, dient er een goed evenwicht te zijn tussen
, zoals eveneens aangehaald in de visie- en
beleidstekst van Drugpunt, zoals goedgekeurd door de verschillende gemeenteraden en het lokaal
vinden in de formulering van de
SCH LEREN OMGAAN MET
al op het preventieve, informatieve en educatieve luik van de werking.
Universele preventie is gericht op de algemene bevolking of een deelpopulatie die niet geïdentificeerd is
op basis van een individuele risicofactor, bijvoorbeeld massamediale campagnes voor de gehele bevolking.
Selectieve preventie is gericht op hoogrisicogroepen zoals bijvoorbeeld kinderen van verslaafde ouders.
die wel tekens, klachten of symptomen hebben van
potentieel problematisch middelengebruik, maar die (nog) niet voldoen aan diagnostische criteria zoals
Bij universele en selectieve preventie zal het voornamelijk gaan over educatie en bewustwording, terwijl
Preventie wordt steeds gezien
oeginterventie is de begeleidingsmethodiek die
Figuur 2: Interventiespectrum, Mrazek & Haggerty (1994)
SD-2: BEGELEIDING BIEDEN B
PROBLEEMVORMING M.B.T. GENOTSMI
NODIG.
Naast preventie is het noodzakelijk een antwoord te kunnen bieden aan de gebruiker. De weg naar
hulpverlening moet mogelijk en laagdrempelig gemaakt worden. Aangezien het onmogelijk is om binnen
de gemeenten Aalter, Knesselare en Maldegem een gespecialiseerde voorziening inzake
drugshulpverlening te installeren, wordt een laagdrempelig aanspreekpunt voorzien waar
experimenterende en regelmatige gebruikers een eerste opvang en doorverwijsmogelijkheid
krijgen. Deze vroeghulp situeert zich tussen preventie en hulpverlening. Er wordt gewerkt rond
bewustwording, ondersteuning en verwijzing. Vanuit de welzijnsinvalshoek richt men zich voornamelijk
naar de kwaliteiten van de gebruiker en zijn omge
mogelijk antwoord kunnen vormen.
Voor het begeleidingsaanbod kiezen we voor de methodiek vroeginterventie
vroeginterventie als alle methodologisch onderbouwde acties die professionelen uit de welzijns
gezondheidssector en andere relevante sectoren toepassen met de bedoeling personen met riskant of
problematisch middelengebruik zo vroeg mogeli
gedragsverandering en verder te ondersteunen bij deze veranderingstrategie. De doelstelling van
vroeginterventie is het reduceren van de (risico’s op) schade die bij het verder zetten van dit
gebruikspatroon (zou) optreden.
We proberen dus zo vroeg mogelijk een aantal interventies te doen om jongeren te motiveren hun gedrag
te veranderen (figuur 3). Het spreekt voor zich dat, hoe vroeger men optreedt, hoe groter de
perspectieven zijn op gedragsverandering en de kans
Actieplan 2014 – 2016
Figuur 2: Interventiespectrum, Mrazek & Haggerty (1994)
BEGELEIDING BIEDEN BIJ JONGEREN EN HUN OMGEVING MET BEGINNEN
MING M.B.T. GENOTSMIDDELEN EN DOORVERWIJ
Naast preventie is het noodzakelijk een antwoord te kunnen bieden aan de gebruiker. De weg naar
hulpverlening moet mogelijk en laagdrempelig gemaakt worden. Aangezien het onmogelijk is om binnen
gemeenten Aalter, Knesselare en Maldegem een gespecialiseerde voorziening inzake
drugshulpverlening te installeren, wordt een laagdrempelig aanspreekpunt voorzien waar
experimenterende en regelmatige gebruikers een eerste opvang en doorverwijsmogelijkheid
krijgen. Deze vroeghulp situeert zich tussen preventie en hulpverlening. Er wordt gewerkt rond
bewustwording, ondersteuning en verwijzing. Vanuit de welzijnsinvalshoek richt men zich voornamelijk
naar de kwaliteiten van de gebruiker en zijn omgeving, om van daaruit alternatieven te zoeken, die een
mogelijk antwoord kunnen vormen.
Voor het begeleidingsaanbod kiezen we voor de methodiek vroeginterventie
vroeginterventie als alle methodologisch onderbouwde acties die professionelen uit de welzijns
gezondheidssector en andere relevante sectoren toepassen met de bedoeling personen met riskant of
problematisch middelengebruik zo vroeg mogelijk te identificeren, hen te motiveren tot
gedragsverandering en verder te ondersteunen bij deze veranderingstrategie. De doelstelling van
vroeginterventie is het reduceren van de (risico’s op) schade die bij het verder zetten van dit
zo vroeg mogelijk een aantal interventies te doen om jongeren te motiveren hun gedrag
Het spreekt voor zich dat, hoe vroeger men optreedt, hoe groter de
perspectieven zijn op gedragsverandering en de kans op herstel. De mogelijkheden van de betrokkene om
10
MGEVING MET BEGINNENDE
DDELEN EN DOORVERWIJZEN INDIEN
Naast preventie is het noodzakelijk een antwoord te kunnen bieden aan de gebruiker. De weg naar
hulpverlening moet mogelijk en laagdrempelig gemaakt worden. Aangezien het onmogelijk is om binnen
gemeenten Aalter, Knesselare en Maldegem een gespecialiseerde voorziening inzake
drugshulpverlening te installeren, wordt een laagdrempelig aanspreekpunt voorzien waar
experimenterende en regelmatige gebruikers een eerste opvang en doorverwijsmogelijkheid aangeboden
krijgen. Deze vroeghulp situeert zich tussen preventie en hulpverlening. Er wordt gewerkt rond
bewustwording, ondersteuning en verwijzing. Vanuit de welzijnsinvalshoek richt men zich voornamelijk
ving, om van daaruit alternatieven te zoeken, die een
Voor het begeleidingsaanbod kiezen we voor de methodiek vroeginterventie. We definiëren
vroeginterventie als alle methodologisch onderbouwde acties die professionelen uit de welzijns- en
gezondheidssector en andere relevante sectoren toepassen met de bedoeling personen met riskant of
jk te identificeren, hen te motiveren tot
gedragsverandering en verder te ondersteunen bij deze veranderingstrategie. De doelstelling van
vroeginterventie is het reduceren van de (risico’s op) schade die bij het verder zetten van dit
zo vroeg mogelijk een aantal interventies te doen om jongeren te motiveren hun gedrag
Het spreekt voor zich dat, hoe vroeger men optreedt, hoe groter de
op herstel. De mogelijkheden van de betrokkene om
gedragskeuzes te maken zijn op dat ogenblik immers nog groter dan wanneer er sprake is van een
middelengerelateerde stoornis. Gevolgen op het vlak van gezondheid en andere levensdomeinen zijn,
gezien het vroege stadium van detectie, meestal minder ernstig en dus meer hanteerbaar. De relatie met
de directe omgeving is bovendien nog niet in die mate verstoord zodat partner, ouders en vrienden in het
verdere verloop nog een ondersteunende en beschermende rol k
die afgestemd zijn op riskante en problematische gebruikers, hebben het voordeel dat ze voor de
doelgroep meer aanvaardbaar zijn dan een intensieve klassieke behandeling. Ze zijn immers van korte
duur en gooien het dagelijks leven van de gebruiker minder overhoop.
Vroeginterventie kan bovendien een brug vormen tussen preventie en hulpverlening (figuur 2).
komen op een laagdrempelige manier in aanraking met een eerste vorm van begeleiding, waardoor de
kans stijgt dat ze, als ze op latere leeftijd echt in de problemen komen, de stap naar de hulpverlening
sneller zetten. Ze hebben op dat moment immers een eerste positieve ervaring gehad met hulpverlening.
Figuur 3: Stages of change model, Prochaska & Di
Actieplan 2014 – 2016
gedragskeuzes te maken zijn op dat ogenblik immers nog groter dan wanneer er sprake is van een
middelengerelateerde stoornis. Gevolgen op het vlak van gezondheid en andere levensdomeinen zijn,
roege stadium van detectie, meestal minder ernstig en dus meer hanteerbaar. De relatie met
de directe omgeving is bovendien nog niet in die mate verstoord zodat partner, ouders en vrienden in het
verdere verloop nog een ondersteunende en beschermende rol kunnen spelen. Vroegtijdige interventies,
die afgestemd zijn op riskante en problematische gebruikers, hebben het voordeel dat ze voor de
doelgroep meer aanvaardbaar zijn dan een intensieve klassieke behandeling. Ze zijn immers van korte
dagelijks leven van de gebruiker minder overhoop.
Vroeginterventie kan bovendien een brug vormen tussen preventie en hulpverlening (figuur 2).
komen op een laagdrempelige manier in aanraking met een eerste vorm van begeleiding, waardoor de
ijgt dat ze, als ze op latere leeftijd echt in de problemen komen, de stap naar de hulpverlening
sneller zetten. Ze hebben op dat moment immers een eerste positieve ervaring gehad met hulpverlening.
ges of change model, Prochaska & DiClemente (1983)
11
gedragskeuzes te maken zijn op dat ogenblik immers nog groter dan wanneer er sprake is van een
middelengerelateerde stoornis. Gevolgen op het vlak van gezondheid en andere levensdomeinen zijn,
roege stadium van detectie, meestal minder ernstig en dus meer hanteerbaar. De relatie met
de directe omgeving is bovendien nog niet in die mate verstoord zodat partner, ouders en vrienden in het
Vroegtijdige interventies,
die afgestemd zijn op riskante en problematische gebruikers, hebben het voordeel dat ze voor de
doelgroep meer aanvaardbaar zijn dan een intensieve klassieke behandeling. Ze zijn immers van korte
Vroeginterventie kan bovendien een brug vormen tussen preventie en hulpverlening (figuur 2). Jongeren
komen op een laagdrempelige manier in aanraking met een eerste vorm van begeleiding, waardoor de
ijgt dat ze, als ze op latere leeftijd echt in de problemen komen, de stap naar de hulpverlening
sneller zetten. Ze hebben op dat moment immers een eerste positieve ervaring gehad met hulpverlening.
Actieplan 2014 – 2016 12
SD 3: DRUGPUNT NEEMT DE REGIEROL OP BINNEN EEN RUIMER LOKAAL OVERLEG
JONGERENWELZIJN
1. Een platform creëren waar ruimte is om aanbod en kennis uit te wisselen en op elkaar af te
stemmen.
2. Samenwerking tussen de lokale partners stimuleren en gezamenlijk uitgewerkte acties mee
ondersteunen.
De consensus over het te volgen traject voor tabak-, alcohol- en illegaledrugpreventie is zeer groot omdat
onderzoek hieromtrent eenduidig en sterk is. Een integrale benadering leidt tot een daling van het
aantal gebruikers en een vermindering van de schade als gevolg van gebruik. Bovendien is voor tabak,
alcohol en illegale drugs ook de kosteneffectiviteit van de integrale benadering becijferd én aangetoond.
(Vlaams actieplan alcohol, tabak en drugs 2009-2015)
Ook voor onze regio is het dus uitermate belangrijk om samen te werken. Als iedereen vanuit zijn
discipline en expertise samen werkt, heeft dit niet alleen een positief effect op de doelstellingen, maar kan
men ook expertise uitwisselen en dus het functioneren van de eigen dienst naar een hoger niveau tillen.
Drugpunt is, door zijn centrale positie, uitstekend geplaatst om partners vanuit verschillende disciplines
samen te brengen rond eenzelfde thema. We willen de komende jaren dan ook deze netwerkfunctie
verder uitbouwen en structureel verankeren. Enerzijds betekent dit de verdere uitbouw van het lokaal
drugoverleg (LOD) waar gezamenlijk strategieën kunnen worden uitgewerkt om lokale situaties, die te
maken hebben met middelengebruik, aan te pakken. Anderzijds betekent dit ook de uitbouw van
structureel overleg met al onze intermediairs, zodat we lokaal en op maat gezamenlijke acties kunnen
ontwikkelen.
Maatschappelijk en lokale analyses vragen echter ook en verruiming van de thema’s die op een lokaal
overleg aan bod kunnen komen. Momenteel bestaat er een lokaal drugoverleg en een lokaal overleg
opvoedingsondersteuning. Enerzijds zijn er inhoudelijk veel raakpunten en anderzijds zitten daar vaak
dezelfde partners rond te tafel. Om dit overleg efficiënt en dynamisch te kunnen houden, kiezen we er
voor om deze twee overlegstructuren te laten samenvloeien in een ruimer overleg jongerenwelzijn. Dit
heeft als voordeel dat we meer partners rond te tafel krijgen en dat er een ruimer platform ontstaat waar
ruimte is om kennis en aanbod uit te wisselen en gezamenlijke strategieën te ontwikkelen.
Bovendien zal een versterkte samenwerking ook voor een vlottere doorverwijzing richting ons
begeleidingsaanbod zorgen. Dit maakt dat we, samen, jongeren die beginnend problematisch gebruiken,
sneller en adequater kunnen helpen binnen het aanbod van drugpunt. Bovendien kunnen we binnen dit
ruimer overleg ook jongeren en/of ouders die met andere problemen kampen, helpen om gepaste
ondersteuning te vinden.
Actieplan 2014 – 2016 13
TACTISCHE KEUZES
Op basis van de omgevingsanalyse, de bevraging bij onze partners en het vooruitgeschoven beleid van de
dienst formuleerde het beheerscomité van Drugpunt SMAK onderstaande tactische doelstellingen
waaraan de komende jaren actief gewerkt zal worden, de specifieke motivatie voor deze tactische keuze
worden in dit deel verder uitgewerkt. Gelijktijdig is er een bondige determinantenanalyse gemaakt, die
onderzoekt hoe het gestelde probleem in concrete actieplannen en acties voor de komende jaren kan
vertaald worden.
TD 1: HET (OVERMATIG) ALCOHOLGEBRUIK BIJ JONGEREN TERUGDRINGEN.
Alcohol is de meest ingeburgerde drug bij scholieren, studenten en de Vlaamse bevolking. Op 18-jarige
leeftijd heeft 95% van de leerlingen alcohol gedronken. 67% van de bevolking drinkt wekelijks alcohol.
Scholieren starten over het algemeen al op 13 jaar met drinken. Dit staat haaks op de huidige wetgeving
die zegt dat het verboden is om alcohol (bier en wijn) te schenken aan jongeren onder de 16 jaar. De
laatste jaren is het gebruik van alcohol bij scholieren constant gebleven. Bij de Vlaamse bevolking neemt
men een lichte stijging in het regelmatige gebruik van alcohol waar.
Alcohol veroorzaakt naast fysieke gezondheidsproblemen ook psychische /psychiatrische problemen,
economische schade (als gevolg van werkverzuim, niet functioneren, gemiste opleidingskansen),
veiligheidsproblemen (in verkeer en op het werk), schade op omgevingsvlak (als slachtoffer van
ongevallen, maar ook van geweld in gezinnen, van overlast) enz.
De lage drempel van alcoholgebruik voor jongeren verdient specifieke aandacht. In België zijn
alcoholische dranken bijna overal, op elk moment van de dag en bijna door iedereen te verkrijgen. De
beschikbaarheid ligt zeer hoog, zeker in vergelijking met een aantal Noord-Europese landen.
Onderzoek toont aan dat het gebruik van alcohol op jonge leeftijd schadelijke invloed heeft op de zich nog
ontwikkelende hersenen van jongeren. Bovendien blijkt dat adolescenten minder gevoelig zijn voor de
verdovende effecten van alcohol en dat zij minder last hebben van verstoring van coördinatie en motoriek
dan volwassenen. Dit maakt dat adolescenten meer kunnen drinken dan volwassenen, zonder verstoring
te merken. Echter, dat verhoogt het risico op schade, met name aan functies als leren en herinneren
(Crews e.a., 2006; Hiller-Sturmhöfel en Swartzwelder, 2004; Silveri en Spear, 1998; White, 2004).
Bovendien zijn er sterke aanwijzingen voor een verband tussen vroeg beginnen met alcoholgebruik en
alcoholproblematiek in het latere leven. Waarschijnlijk is alcoholgebruik op jonge leeftijd een risicofactor
voor het ontstaan van alcoholproblematiek op latere leeftijd. Daarnaast lijken echter ook andere
mechanismen een rol te spelen bij dit verband. Zo zijn er aanwijzingen dat genetische kenmerken,
omgevingskenmerken (opvoedgedrag, alcoholproblematiek ouders) en individuele kenmerken
(probleemgedrag van jongeren) van invloed zijn op zowel een jonge beginleeftijd als op latere
alcoholproblematiek.
Samenvattend, alcoholgebruik op jonge leeftijd lijkt een deel te zijn van een complex geheel aan factoren
(figuur 5) die bij kunnen dragen aan de ontwikkeling van alcoholproblematiek op latere leeftijd.
Figuur 5: Het 3M- model: Mens – Middel
Op basis van het voorgaande lijkt het zinvol
(leeftijd waarop adolescenten beginnen met alcoholgebruik)
van alcoholproblematiek ook op andere risicofactoren te richten, zoals opvoedingsgedrag v
probleemgedrag van jongeren. Grootschalig onderzoek uit Nederland toont immers aan dat het bereiken
van ouders essentieel is om invloed te kunnen uitoefenen op het alcoholgebruik van jongeren (
of alcohol use in early adolescents: A
Gezien de complexiteit van de aanpak van alcoholgebruik op jonge leeftij
aanpak vereist zijn. Samenwerking met alle partners is dan ook essentieel als we hierin stappen
willen zetten.
Actieplan 2014 – 2016
Middel – Milieu
Op basis van het voorgaande lijkt het zinvol om preventie te richten op het uitstellen van
(leeftijd waarop adolescenten beginnen met alcoholgebruik). Daarnaast lijkt het verstandig om preventie
van alcoholproblematiek ook op andere risicofactoren te richten, zoals opvoedingsgedrag v
Grootschalig onderzoek uit Nederland toont immers aan dat het bereiken
van ouders essentieel is om invloed te kunnen uitoefenen op het alcoholgebruik van jongeren (
of alcohol use in early adolescents: A joint venture of school and parents, I. Koning, 2011)
Gezien de complexiteit van de aanpak van alcoholgebruik op jonge leeftijd, zal ook hier een integrale
aanpak vereist zijn. Samenwerking met alle partners is dan ook essentieel als we hierin stappen
14
om preventie te richten op het uitstellen van de startleeftijd
. Daarnaast lijkt het verstandig om preventie
van alcoholproblematiek ook op andere risicofactoren te richten, zoals opvoedingsgedrag van ouders en
Grootschalig onderzoek uit Nederland toont immers aan dat het bereiken
van ouders essentieel is om invloed te kunnen uitoefenen op het alcoholgebruik van jongeren (Prevention
joint venture of school and parents, I. Koning, 2011)
, zal ook hier een integrale
aanpak vereist zijn. Samenwerking met alle partners is dan ook essentieel als we hierin stappen vooruit
Actieplan 2014 – 2016 15
TD 2: CREËREN VAN EEN GEZOND EN KWALITEITSVOL UITGAANSKLIMAAT
In onze regio gaan jaarlijks tal van evenementen door waarbij jongeren elkaar kunnen ontmoeten en
samen feest vieren. Op basis van het aantal verdeelde polsbandjes in 2012 gaat het hier in totaal over
22640 jongeren en jongvolwassenen.
Het is dan ook onze doelstelling om er mee voor te zorgen dat deze jongeren op een kwaliteitsvolle en
gezonde manier kunnen uitgaan. Dit vraagt inspanningen van verschillende partijen, niet in het minst van
organisatoren. Er is een wetgeving voor alcohol, roken, geluidsnormering, schenken van bereide
voedingswaren, interne en externe veiligheid, brandveiligheid, enz.
Om dit alles in goede banen te kunnen leiden, en om organisatoren te kunnen ondersteunen, willen we
blijvend inzetten op een goede coördinatievergadering voor elk evenement. Deze methodiek zorgt er voor
dat we, vanuit elke discipline, gericht informatie kunnen verspreiden en afspraken kunnen maken.
Het doel moet immers steeds zijn om jongeren een gezond en veilig klimaat te geven waarbinnen ze
kunnen feesten, en om risico’s en overlast tot een minimum te beperken.
Naast ons aanbod naar lokale fuiven en evenementen, willen we ook verder inzetten op projecten die de
lokale horeca ondersteunen en stimuleren om te kiezen voor een verantwoord en kwaliteitsvol aanbod.
Voor onze dienst betekent dit concreet dat we horeca- uitbaters helpen om een gedegen beleid op te
stellen over alcohol, tabak en illegale drugs.
TD 3: ONDERSTEUNEN VAN HET ONDERWIJS OM JONGEREN TE LEREN OMGAAN
MET GENOTSMIDDELEN
Niettegenstaande de dalende evolutie die we kunnen opmerken over het percentage jongeren onder 18
jaar die ooit illegale drugs gebruiken, blijft het belangrijk om kinderen en jongeren voor te bereiden op de
confrontatie met deze genotsmiddelen en, wanneer ze er reeds mee geconfronteerd worden, ze de
instrumenten te geven om hier correct mee om te gaan.
Enerzijds kunnen we dit bereiken door leerkrachten, leerlingbegeleidiers en clb- medewerkers te
ondersteunen om zelf met het thema aan de slag te gaan. Anderzijds kunnen we zelf als “expert” ook een
aantal vormingen geven aan jongeren. De invalshoek is hierbij steeds dat we jongeren proberen weerbaar
maken en hen een aantal handvaten willen aanreiken waardoor ze beter gewapend zijn om zel om te gaan
met genotsmiddelen. Genotsmiddelen zien we hier in de ruimste zin van het woord. Dit wil zeggen dat we
niet focussen op illegale drugs, maar ook legale drugs en verwante fenomenen zoals gamen en gokken
willen behandelen.
Daarnaast is het natuurlijk belangrijk om problemen met drugs of drugsgebruik op school te voorkomen.
Om dit te realiseren is het belangrijk dat elke educatieve actie kadert binnen een integraal beleid. Hierbij
zijn volgende pijlers essentieel: regelgeving, begeleiding, educatie en structurele maatregelen. Waar
mogelijk wordt zoveel mogelijk gezocht naar afstemming met het ruimere gezondheids- en welzijnsbeleid
van de school.
Actieplan 2014 – 2016 16
TD 4: GERICHT INSPELEN OP NIEUWE TENDENSEN EN LOKALE NODEN
Middelengebruik is een fenomeen wat steeds evolueert en in beweging blijft. Het is dan ook belangrijk dat
we als lokale dienst snel en adequaat kunnen inspelen op nieuwe tendensen. We werken als dienst nauw
samen met de andere provinciale drugpunten, met de CGG en de LOGO en met de VAD als Vlaams
expertisecentrum voor alcohol en illegale drugs. Op die manier zijn we snel op de hoogte van nieuwe
ontwikkelingen en maken we deel uit van een ruimer netwerk waarbinnen gezamenlijke strategieën
worden ontwikkeld.
Daar naast is het belangrijk om snel te kunnen inspelen op lokale noden. Hiervoor is het lokaal overleg
jongerenwelzijn een ideaal platform om de vinger aan de lokale pols te houden. Samenwerken binnen dit
lokaal netwerk biedt ook de kans om gezamenlijk bepaalde lokale fenomenen aan te pakken.
ESSENTIËLE RANDVOORWAARDEN
Expertise uitbouwen
We willen onze dienst de komende jaren blijven profileren als lokaal expertisecentrum voor alles wat met
middelengebruik te maken heeft. Dit betekent dat we op een laagdrempelige manier bereikbaar willen zijn
voor alle burgers en professionelen die vragen hebben over middelengebruik. Om dit te bereiken volgen
we actief nieuwe tendensen op binnen ons werkveld en willen we ons als preventiewerkers gericht blijven
bijscholen. Dit betekent ook dat we de meest recente informatiebrochures steeds ter beschikking zullen
hebben en dat we lokaal en op maat advies kunnen geven.
Samenwerking
Zoals hierboven reeds uitvoerig besproken, willen we komen tot een integrale aanpak van
middelengebruik in onze regio. Om dit te kunnen realiseren is het essentieel om
samenwerkingsverbanden aan te gaan met onze lokale en bovenlokale partners.
We zullen de komende jaren dan ook inzetten op structureel overleg met onze intermediaire partners
zoals scholen, CLB, jeugdwerking, huisartsen, politie, OCMW, centra geestelijke gezondheid (CGG), logo
gezond +, de VAD, enz.
Naast deze structurele overlegmomenten vinden we het ook zeer belangrijk om het lokaal drugoverleg
(LOD) te blijven organiseren. Het LOD is immers het overlegplatform bij uitstek waar we lokaal en op
maat kunnen samenwerken met al onze partners.
Communicatie/pr
Om ons lokaal draagvlak te kunnen behouden en versterken, is het belangrijk dat we op een gerichte
manier kunnen communiceren wat we doen. Deze communicatie kan langs verschillende kanalen en richt
zich naar verschillende doelgroepen.
� Naar onze beheerders zullen we via een concreet actieplan communiceren waar we het komende
jaar willen aan werken, wat onze doelstellingen zijn. Om de beheerders de mogelijkheid te geven
dit proces van dichtbij op te volgen, organiseren we minstens vier keer per jaar een
beheerscomité, en leggen we de kwartaalverslagen van onze dienst ter informatie op de colleges
van de drie gemeenten Aalter, Knesselare en Maldegem.
� Naar de inwoners van onze regio zullen we regelmatig artikels schrijven in de gemeentelijke
infobladen. Voor specifieke campagnes organiseren we persmomenten, zodat de bevolking via
lokale media op de hoogte wordt gebracht van onze activiteiten.
Actieplan 2014 – 2016 17
� Naar onze intermediaire partners versturen we drie keer per jaar een nieuwsbrief, en kunnen we
het LOD ook als communicatiekanaal gebruiken.
� Algemeen willen we ook onze website www.drugpunt.be/smak verder promoten als
communicatiekanaal, zowel naar de inwoners van onze regio als naar onze intermediairs.
Het uitgewerkte aanbod is kwalitatief.
We willen boven alles een professionele dienst zijn die kwaliteitsvol werkt. Binnen de
drugpuntsamenwerking werd een kwaliteitshandboek ontwikkeld, waar wij als dienst aan hebben
meegewerkt. Dit kwaliteitshandboek wil een aantal krijtlijnen meegeven om de drugpuntsamenwerking
verder uit te bouwen als professionele organisatie.
Voor onze dienst willen we op verschillende niveaus kwalitatief blijven werken. Enerzijds werken we voor
de uitwerking van campagnes met het iplan. Dit is een methodiek voor planmatig werken, ontwikkeld
door de VAD. Door met deze methodiek te werken kunnen we rekening houden met verschillende
determinanten en hebben we en goede basis om achteraf de campagne te evalueren.
Anderzijds willen we ook ons begeleidingsaanbod kwalitatief hoogstaand houden. Dit vereist een goede
vorming van de preventiewerkers, maar ook een methode om de begeleidingen te evalueren. Binnen de
werkgroep vroeginterventie van de drugpuntsamenwerking zullen we begin 2014 starten met een
evaluatiemethodiek voor de begeleidingen. Om relevante gegevens te kunnen evalueren dienen we er
eerst en vooral voor te zorgen dat we voldoende begeleidingen hebben. 25 begeleidingen per jaar lijkt ons
hier een minimum.
DOELSTELLINGENSTRUCTUUR
Binnen de Drugpunt-samenwerking is er gekozen voor een aantal vaste operationalisaties van de
geformuleerde doelstellingen. Deze operationele doelstellingen vormen een leidraad doorheen alle
actieplannen van de verschillende Drugpunten. Ze vormen als het ware een ‘productcatalogus’ waardoor
iedereen weet voor welke zaken je een beroep kan doen op Drugpunt. Voor elke tactische doelstelling die
Drugpunt SMAK formuleert worden verschillende van deze ‘operationalisaties’ gebruikt.
Daarnaast is het mogelijk dat er vragen binnenkomen die naast de bestaande tactische doelstellingen
vallen. Omdat Drugpunt, naast haar eigen beleidsdoelstellingen, ook ruimte wil laten voor vragen die
opduiken, dienen deze operationele doelstellingen om na te kijken op welke vragen ingegaan kan worden.
Ten slotte geven deze operationele doelstellingen een stuk zicht op het ‘gelijkblijvende beleid’ van
Drugpunt, het basisaanbod dat niet expliciet in acties of strategische of tactische doelstellingen is
opgenomen in het activiteitenplan.
Volgende doelstellingen worden geformuleerd:
S.D.1. De doelgroep verantwoord en kritisch leren omgaan met genotsmiddelen.
O.D.1.1. De bevolking heeft kennis m.b.t. genotsmiddelen en het gebruik ervan.
O.D.1.2. De bevolking is gestimuleerd tot een verantwoorde omgang met genotsmiddelen.
O.D.1.3. Specifieke groepen ontwikkelen meer vaardigheden en weerbaarheid ten aanzien van
genotsmiddelen.
O.D.1.4. Intermediairen ontwikkelen meer kennis en vaardigheden omtrent het alcohol- en
drugthema.
Actieplan 2014 – 2016 18
O.D.1.5. Verschillende organisaties zijn gestimuleerd en ondersteund in het uitvoeren van een
eigen, dynamisch drugbeleidsplan.
O.D.1.6. De verschillende lokale sectoren/actoren bundelen hun competenties binnen een lokaal
netwerk.
S.D.2. Begeleiding bieden bij jongeren en hun omgeving met beginnende probleemvorming m.b.t.
genotsmiddelen en doorverwijzen indien nodig.
O.D.2.1. Vroeginterventie wordt aangeboden zoals beschreven in de brochure: “Vroeginterventie
als eerstelijnshulp binnen een lokaal drugpreventiebeleid”.
O.D.2.2. De bevolking en intermediairen kennen het vroeginterventieaanbod en doen een beroep
op de ondersteuning van de drugpreventiedienst.
O.D.2.3. Er is structurele samenwerking met gespecialiseerde hulpverlening en met lokale
diensten i.f.v. doorverwijzing van cliënten.
SD 3.: Drugpunt SMAK neemt de regierol op binnen een ruimer lokaal overleg jongerenwelzijn
0D 3.1: Een platform creëren waar ruimte is om aanbod en kennis uit te wisselen en op elkaar af
te stemmen.
OD 3.2 Samenwerking tussen de lokale partners stimuleren en gezamenlijk uitgewerkte acties
mee ondersteunen.
Essentiële randvoorwaarden
1. De bevolking en intermediairs kennen het aanbod van de dienst
1.1. Continue herhaling van de persoonlijke sectorbezoeken om een optimale samenwerking en
communicatie te garanderen.
1.2. Tijdens preventieactiviteiten wordt aandacht besteed aan de werking van de dienst.
1.3. De website www.drugpunt.be wordt up-to-date gehouden en gecommuniceerd naar de
bevolking en de intermediairs
2. Het uitgewerkte aanbod is kwalitatief
2.1. De preventiewerkers verwerven stelselmatig meer expertise
2.1.1. De preventiewerkers nemen deel aan relevante vormingen en/of opleidingen
2.1.2. Drugpunt SMAK neemt deel aan de studiedag van de VAD
2.1.3. Het interne opleidingsaanbod van de gemeente Aalter wordt opgevolgd en bijgewoond
2.1.4. De drugpreventiewerker leest specifieke literatuur om de expertise te verhogen
2.2. De beschikbare middelen worden op een verantwoorde wijze ingezet
2.2.1. Het budget wordt opgesteld en opgevolgd zoals voorzien in de begroting
2.2.2. De middelen worden duurzaam besteed en geïnvesteerd
2.2.3. De beschikbare tijd wordt op een evenwichtige manier verdeeld over de verschillende
aangesloten gemeenten
2.3. De werking van Drugpunt SMAK wordt nauwgezet geregistreerd en gerapporteerd
2.3.1. Als registratieprogramma voor preventie wordt “Ginger”, ontwikkeld door de VAD,
gebruikt.
2.3.2. De vroeginterventie wordt geregistreerd volgens het registratieprogramma ontwikkeld
door het steunpunt LOVI
2.3.3. De leden van het beheerscomité en het college van Burgemeester en schepenen ontvangen
het kwartaalverslag van de dienst
Actieplan 2014 – 2016 19
2.3.4. Het jaarverslag wordt opgemaakt en bezorgd aan de leden van het beheerscomité, de
gemeenteraad, het college van Burgemeester en schepenen, het LOD Aalter/Knesselare en
het LOD Maldegem.
3. Het uitgewerkte aanbod sluit aan bij de Drugpuntsamenwerking, de provinciale en Vlaamse visie
3.1. Drugpunt SMAK werkt mee aan de uitbouw van de structurele samenwerking tussen de
verschillende intergemeentelijke preventiediensten
3.2. Drugpunt SMAK organiseert, samen met de andere provinciale Drugpunten, een studiedag voor
intermediairs.
3.3. Drugpunt SMAK is lid van de VAD (Vereniging voor Alcohol- en andere Drugproblemen vzw)
3.4. Drugpunt SMAK neemt deel aan de algemene vergadering van de VAD
3.5. Actie sen campagnes worden opgesteld of bijgestuurd aan de hand van de projectfiches op basis
van het i-plan 2.0
3.6. Er wordt gebruik gemaakt van effectmeting voor de evaluatie van projecten
3.7. Er wordt gebruik gemaakt van tevredenheidsmeting voor de evaluatie van de vroeginterventie
OMKADERING
TEAM
Het team omvat 1 fte op B- niveau en wordt aangestuurd door het beheerscomité met de drie politieke
vertegenwoordigers van de drie respectieve gemeenten. Het personeel wordt aangeworven, betaald en
geëvalueerd door de gemeente Aalter als beherende gemeente van de interlokale vereniging.
LOGISTIEK
De preventiedienst heeft een vast bureau binnen de cel welzijnszaken van de gemeente Aalter en kan
gebruik maken van een bureau en gespreksruimte in het OCMW van Knesselare en het Lokaal
Dienstencentrum Oud Sint- Jozef in Maldegem.
FINANCIEEL
De budgetten van de interlokale vereniging worden jaarlijks ter goedkeuring voorgelegd aan de
gemeenteraden van de deelnemende gemeenten. De preventiewerker zorgt er, in overleg met het
beheerscomité, voor dat de financiële middelen adequaat worden gebruikt en dat het budget onder
controle wordt gehouden. Jaarlijks wordt het bestede budget ter goedkeuring voorgelegd aan de
gemeenteraden van d aangesloten gemeenten.
Actieplan 2014 – 2016 20
ACTIEPLAN 2014-2016
STRATEGISCHE DOELSTELLING 1: DE DOELGROEP VERANTWOORD EN KRITISCH LEREN OMGAAN MET GENOTSMIDDELEN
O.D. 1.1. De bevolking heeft kennis m.b.t. genotsmiddelen en het
gebruik ervan.
Meetpunten
Indicatoren
Timing Gemeente
Folders en brochures over genotsmiddelen worden beschikbaar
gesteld in alle openbare gemeentelijke diensten.
120 folders Jaarlijks Intergemeentelijk
Actueel nieuws inzake genotsmiddelen en/of preventieve
activiteiten wordt verspreid via gemeentelijke infokranten
verspreid.
2 artikels per gemeentelijke infokrant worden
gepubliceerd
Jaarlijks Intergemeentelijk
Actueel nieuws inzake genotsmiddelen en/of preventieve
activiteiten wordt via de lokale media verspreid.
8 artikels worden gepubliceerd Jaarlijks Intergemeentelijk
Er is een verhuisbare informatiedesk voor inwoners. De infodesk wordt op 5 plaatsen opgesteld. Jaarlijks Intergemeentelijk
O.D.1.2. De bevolking is gestimuleerd tot een verantwoorde omgang
met genotsmiddelen.
Meetpunten
Indicatoren
Timing Gemeente
Het project “Maak jezelf geen blaasjes wijs…” wordt georganiseerd
gedurende de eindejaarsperiode gericht naar het gebruik van
alcohol in het verkeer i.s.m. de lokale politiezones, HoReCa
Vlaanderen en Unizo.
95% van alle restaurants nemen deel
Minimum 8000 alcoholtesters worden verspreid.
Jaarlijks
Jaarlijks
Aalter/Knesselare
Het project Effe uitblazen wordt georganiseerd tijdens de
zomermaanden om jongeren die pas hun rijbewijs te sensibiliseren
150 jongeren worden bereikt jaarlijks Aalter/Knesselare
Actieplan 2014 – 2016 21
rond het gebruik van alcohol
Op de werelddag antitabak wordt een actie ondersteund gericht
naar de algemene bevolking.
Voltooid–Niet voltooid
Voltooid – Niet voltooid
Voltooid – Niet voltooid
Jaarlijks:
31 mei
Jaarlijks:
31 mei
Jaarlijks:
31 mei
Aalter
Knesselare
Maldegem
Het Quality Nights charter wordt geïmplementeerd bij grote
evenementen
1 evenement Jaarlijks Aalter/Knesselare
O.D. 1.3. Specifieke doelgroepen ontwikkelen meer vaardigheden
en weerbaarheid ten aanzien van genotsmiddelen.
Meetpunten
Indicatoren
Timing Gemeente
Kinderen (t.e.m. 12 jaar)
Er wordt een pakket rond sociale vaardigheden naar kinderen
aangereikt (Bv. Lol zonder alcohol).
Er wordt een enquête over gamen afgenomen van alle leerlingen
van het 4de, 5de en 6de leerjaar
3 lagere scholen nemen deel
90% van de lagere scholen nemen deel
Eind 2014
Juni 2014
Aalter/Knesselare
intergemeentelijk
Jongeren (12 t.e.m. 25 jaar)
Voor de leerlingen van de eerste graad secundair onderwijs worden
preventielessen (bijvoorbeeld het lessenpakket Unplugged)
50% van alle leerlingen nemen deel
Jaarlijks
Aalter
Actieplan 2014 – 2016 22
gegeven.
Voor de leerlingen van de tweede graad secundair onderwijs wordt
een preventieproject georganiseerd.
Voor de leerlingen van de derde graad secundair onderwijs worden
preventielessen (bijvoorbeeld het lessenpakket Maat in de Shit)
georganiseerd.
De dienst geeft een sessie binnen de vorming fuifstewards van
Meetjesman
1 activiteit wordt gerealiseerd – niet gerealiseerd
Alle leerlingen van het 4de middelbaar
Alle leerlingen van het 5de middelbaar
1 sessie
Jaarlijks
Jaarlijks
juni 2014
Jaarlijks
Aalter
Aalter
Maldegem
Aalter/Knesselare
Volwassenen & Senioren (vanaf 25 jaar)
Een infoavond wordt georganiseerd waarbij genotmiddelen
centraal staan (bijvoorbeeld “Als kleine kinderen groot worden”).
Een infoavond over gamen wordt georganiseerd in samenwerking
met de middelbare scholen
Een infoavond over gamen wordt georganiseerd in samenwerking
met de lagere scholen
20 ouders komen naar de infoavond
20 ouders komen naar de infoavond
20 ouders komen naar de infoavond
2014
2014
2014
Intergemeentelijk
Aalter/Knesselare
intergemeentelijk
Actieplan 2014 – 2016 23
O.D.1.4. Intermediairen ontwikkelen meer kennis en vaardigheden
omtrent genotsmiddelen.
Meetpunten
Indicatoren
Timing Gemeente
In samenwerking met Drugpunt Deinze wordt ‘WorkShOp’ (de
studiedag voor leerkrachten van het secundair onderwijs)
georganiseerd.
2 workshops worden georganiseerd Jaarlijks Intergemeentelijk
Er verschijnt een nieuwsbrief met daarin informatie over
genotsmiddelen en drugspreventie.
2 nieuwsbrieven Jaarlijks Intergemeentelijk
In het kader van het project “Feestwijzer” wordt deelgenomen aan de
coördinatievergaderingen voor de organisatie van evenementen.
10 coördinatievergaderingen worden
bijgewoond
Jaarlijks Intergemeentelijk
In samenwerking met de andere provinciale drugpunten wordt een
studiedag georganiseerd voor onze intermediairs
1 studiedag 2014 Intergemeentelijk
Er wordt een vorming motiverende gespreksvoering georganiseerd
voor OCMW- medewerkers
1 vorming Jaarlijks Aalter/Knesselare
O.D.1.6. Verschillende organisaties zijn gestimuleerd en ondersteund in
het uitvoeren van een eigen, dynamisch drugbeleidsplan.
Meetpunten
Indicatoren
Timing Gemeente
Ondersteuning en opvolging van het drugsbeleid op school. Actie uitgevoerd – niet uitgevoerd Jaarlijks Intergemeentelijk
Ondersteuning en opvolging van het drugsbeleid in jeugdhuizen. Actie uitgevoerd – niet uitgevoerd Jaarlijks Intergemeentelijk
Actieplan 2014 – 2016 24
Er wordt aan agendasetting gedaan binnen de sector sport. Actie uitgevoerd – niet uitgevoerd Jaarlijks Intergemeentelijk
Er wordt aan agendasetting gedaan binnen de sector arbeid. Actie uitgevoerd – niet uitgevoerd Jaarlijks Intergemeentelijk
Organisaties, verenigingen, … kunnen een vraag naar ondersteuning en
opvolging van een eigen drugbeleid sturen naar de dienst.
Lokale verenigingen doen een beroep op de
dienst m.b.t. een drugbeleidsplan.
Jaarlijks Intergemeentelijk
O.D.1.7. De verschillende lokale sectoren/actoren bundelen hun
competenties binnen een lokaal netwerk.
Meetpunten
Indicatoren
Timing Gemeente
In iedere aangesloten gemeente wordt een Lokaal Overleg
Jongerenwelzijn georganiseerd door Drugpunt SMAK.
Er wordt een lokaal drugoverleg georganiseerd
3 intersectorale bijeenkomsten
1 intersectorale bijeenkomst
Jaarlijks
Juni 2014
Aalter-Knesselare
Maldegem
Er worden (inter)lokale actie(s) uitgevoerd vanuit het Lokaal Overleg
Jongerenwelzijn, in de lijn van de visietekst.
lokale actie(s) worden opgezet Jaarlijks LOD Aalter-Knesselare
Er is overleg met de lokale politiezones. 2 overlegmomenten
1 overlegmoment
Jaarlijks
Juni 2014
Aalter-Knesselare
Maldegem
Er is overleg met het OCMW/ Sociaal Huis. 2 overlegmomenten
2 overlegmomenten
Jaarlijks
Jaarlijks
Aalter
Knesselare
Actieplan 2014 – 2016 25
1 overlegmoment Juni 2014 Maldegem
Drugpunt SMAK neemt deel aan de preventie-intervisie georganiseerd
door het Steunpunt LOVI.
6 vergaderingen Jaarlijks Intergemeentelijk
Er wordt een project samen met een ander Drugpunt georganiseerd in
het kader van de provinciale samenwerking “Drugpunt”.
1 project wordt gerealiseerd Jaarlijks Intergemeentelijk
Drugpunt SMAK neemt deel aan het provinciaal jaarlijks overleg
georganiseerd door de provincie Oost-Vlaanderen.
1 vergadering Jaarlijks Intergemeentelijk
In samenwerking met het LOD wordt een preventiemaand
georganiseerd.
In overleg Oktober -
Jaarlijks
Intergemeentelijk
Actieplan 2014 – 2016 26
STRATEGISCHE DOELSTELLING 2: BEGELEIDING BIEDEN BIJ JONGEREN EN HUN OMGEVING MET BEGINNENDE
PROBLEEMVORMING M.B.T. GENOTSMIDDELEN EN DOORVERWIJZEN INDIEN NODIG.
O.D.2.1. Vroeginterventie wordt aangeboden, zoals beschreven in de brochure:
“Vroeginterventie als eerstelijnshulp binnen een lokaal drugpreventiebeleid.”
Meetpunten
Indicatoren
Timing Gemeente
Informatie & Adviesgesprek
Inwoners doen een beroep op de informatie en adviesgesprekken van de dienst. 5 gesprekken Jaarlijks Intergemeentelijk
Individuele vroeginterventie voor jongeren met beginnend en experimenteel
gebruik
Jongeren met beginnende drugproblematiek gaan in op het vroeginterventieaanbod. 5 begeleidingen Jaarlijks Intergemeentelijk
Individuele vroeginterventie voor jongeren met regelmatig en problematisch
gebruik
Jongeren met regelmatig en problematisch gebruik gaan in het op
vroeginterventieaanbod.
5 begeleidingen Jaarlijks Intergemeentelijk
Doorverwijsgesprek
Actieplan 2014 – 2016 27
Personen met een ernstige drugproblematiek worden naar gepaste, gespecialiseerde hulp
doorverwezen.
3 doorverwijzingen Jaarlijks Intergemeentelijk
Individuele vroeginterventie voor ouders van experimenterende tot
problematisch gebruikende jongeren
Ouders en anderen die geconfronteerd worden met jongeren met een drugproblematiek
gaan in op het vroeginterventieaanbod.
3 begeleidingen Jaarlijks Intergemeentelijk
O.D.2.2. De bevolking en intermediairen kennen het vroeginterventieaanbod en doen een
beroep op de ondersteuning van de drugpreventiedienst.
Meetpunten
Indicatoren
Timing Gemeente
Vroeginterventie is een thema op het LOD. Op 1 vergadering wordt het V.I.-
aanbod vermeld.
Jaarlijks Intergemeentelijk
Het V.I.-aanbod wordt regelmatig bekend gemaakt binnen de verschillende gemeenten. 100 V.I.-folders worden
verspreid
Jaarlijks Intergemeentelijk
Intermediairen doen een beroep op de expertise van de drugpreventiewerker. 5 gesprekken Jaarlijks Intergemeentelijk
De bevolking en de intermediairs stellen korte info- & hulpvragen aan de dienst 25 info- & hulpvragen Jaarlijks Intergemeentelijk
Actieplan 2014 – 2016 28
O.D.2.3. Er is structurele samenwerking met gespecialiseerde hulpverlening en met lokale diensten i.f.v.
doorverwijzing van cliënten.
Meetpunten
Indicatoren
Timing Gemeente
Er is overleg met het CGG Eclips. 1
overlegmoment
Jaarlijks Intergemeentelijk
Drugpunt SMAK neemt deel aan het teamoverleg van de intergemeentelijke drugpunten (TIP). 15
vergaderingen
Jaarlijks Intergemeentelijk
Drugpunt SMAK neemt deel aan het werkbezoek georganiseerd door het Steunpunt LOVI i.s.m. de
provinciale zorgcoördinator.
2 werkbezoeken Jaarlijks Intergemeentelijk
Actieplan 2014 – 2016 29
STRATEGISCHE DOELSTELLING 3: DE DRUGSPREVENTIEDIENST NEEMT DE REGIEROL OP BINNEN EEN RUIMER OVERLEG
JONGERENWELZIJN
O.D.3.1. Een lokaal overlegplatform creëren waar ruimte is om kennis en aanbod uit te wisselen en
op elkaar af te stemmen
Meetpunten
Indicatoren
Timing Gemeente
Er wordt een lokaal overleg georganiseerd door de preventiedienst, met aandacht voor
druggerelateerde thema’s en thema’s rond jongerenwelzijn
3 overlegmomenten Jaarlijks Aalter/Knesselare
O.D.3.2. Samenwerking tussen de lokale partners stimuleren en gezamenlijk uitgewerkte acties
mee ondersteunen.
Meetpunten
Indicatoren
Timing Gemeente
Er worden (inter)lokale actie(s) uitgevoerd vanuit het Lokaal Drugoverleg, in de lijn van de
visietekst.
1 actie Jaarlijks Intergemeentelijk
De dienst ondersteunt (inter)lokale actie(s) die (gezamenlijk) worden uitgewerkt door lokale
partners
1 actie wordt
ondersteund
Jaarlijks Intergemeentelijk
Actieplan 2014-2016 30
ESSENTIËLE RANDVOORWAARDEN OM DE STRATEGISCHE DOELSTELLINGEN TE KUNNEN HALEN
Randvoorwaarde 1. Het uitgewerkte aanbod is kwalitatief. Meetpunten
Indicatoren
Timing Gemeente
A. De preventiewerkers verwerven stelselmatig meer expertise.
Alle vroeginterventie-activiteiten worden volgens de brochure “Vroeginterventie als
eerstelijnshulp binnen een lokaal drugpreventiebeleid” uitgevoerd.
Gerealiseerd – Niet gerealiseerd Jaarlijks Intergemeentelijk
Drugpunt SMAK neemt deel aan het provinciale vormingsinitiatief PRIMA. 1 vorming Jaarlijks Intergemeentelijk
Drugpunt SMAK neemt deel aan de studiedag van de VAD. 1 studiedag Jaarlijks Intergemeentelijk
Het intern opleidingsaanbod van de gemeente Aalter wordt opgevolgd en bijgewoond. 2 opleidingen Jaarlijks Aalter
De drugpreventiewerker leest specifieke literatuur om de expertise te verhogen. 10 artikels of boeken Jaarlijks Intergemeentelijk
B. De beschikbare middelen worden op een verantwoorde wijze ingezet.
Het budget wordt opgesteld en opgevolgd alsook voorzien in de begroting. Intergemeentelijk
De middelen worden duurzaam besteed en geïnvesteerd. Gerealiseerd – Niet gerealiseerd Jaarlijks Intergemeentelijk
Actieplan 2014-2016 31
De beschikbare tijd wordt op een evenwichtige manier verdeeld over de verschillende
aangesloten gemeenten.
Juni 2014
Jaarlijks
Jaarlijks
Maldegem
Aalter
Knesselare
C. De werking van Drugpunt SMAK wordt nauwgezet geregistreerd en
gerapporteerd.
Als registratieprogramma voor preventie wordt Ginger (VAD) gebruikt. alle preventie- activiteiten
worden via Ginger
geregistreerd
Jaarlijks Intergemeentelijk
De vroeginterventie wordt geregistreerd volgens het registratieprogramma ontwikkeld
door het steunpunt LOVI.
alle VI- activiteiten worden
geregistreerd
Jaarlijks Intergemeentelijk
De leden van het beheerscomité ontvangen het kwartaalverslag met daarin de
werklastmeting van de dienst.
4 verslagen Jaarlijks Intergemeentelijk
De kwartaalverslagen van de dienst worden ter kennisname voorgelegd aan het college 4 verslagen Jaarlijks Intergemeentelijk
Het jaarverslag wordt opgemaakt en bezorgd aan de leden van het beheerscomité, de
gemeenteraad, het college van Burgemeester en schepenen, het LOD Aalter-Knesselare
en het LOD Maldegem.
1 verslag Jaarlijks
Actieplan 2014-2016 32
Randvoorwaarde 2. Het uitgewerkte aanbod sluit aan bij de
Drugpuntsamenwerking, de provinciale en Vlaamse visie.
Meetpunten
Indicatoren
Timing Gemeente
Drugpunt SMAK werkt mee aan de uitbouw van de structurele samenwerking tussen
de verschillende intergemeentelijke preventiediensten.
Jaarlijks Intergemeentelijk
Drugpunt SMAK is lid van de VAD (Vereniging voor Alcohol- en andere
Drugproblemen vzw).
Lidmaatschap Jaarlijks Intergemeentelijk
Drugpunt SMAK neemt deel aan de Algemene Vergadering van VAD. 1 vergadering wordt bijgewoond Jaarlijks Intergemeentelijk
Acties en campagnes worden opgesteld of bijgestuurd aan de hand van de
projectfiches op basis van het i-plan 2.0
80% van alle initiatieven worden o.b.v.
het i-plan 2.0 opgesteld
Jaarlijks Intergemeentelijk
Er wordt gebruik gemaakt van effectmeting voor de evaluatie van projecten. 3 effectmetingen Jaarlijks Intergemeentelijk