Academisch denken I

11
CSR: Culture, Science and Religion Academisch denken I Leidenhoven 29 oktober 2010 pagina 1 Academisch denken I een introductie tot filosofie deel I, logica Alfred Driessen [email protected]

description

Dit is deel I (logica) in een serie van 3 inleidingen in het academisch denken. Eerst wordt getoond dat door abstractie van de afzonderlijke dingen men tot het begrip komt. De relaties tussen begrippen leiden tot het logisch oordeel en die kunnen weer in een redenering (syllogisme) tot een samengevoegd worden.

Transcript of Academisch denken I

Page 1: Academisch denken I

CSR: Culture, Science and Religion Academisch denken I Leidenhoven 29 oktober 2010 pagina 1

Academisch

denken I

een introductie tot filosofie

deel I,

logica

Alfred Driessen

[email protected]

Page 2: Academisch denken I

CSR: Culture, Science and Religion Academisch denken I Leidenhoven 29 oktober 2010 pagina 2

Aristoteles, 384-322

filosoof in Athene,

opvoeder van Alexander de Grote

logica: leer over het juiste denken

beter: over de vorm en methodes, niet

over de inhoud

niet wat men moet denken, maar hoe

Page 3: Academisch denken I

CSR: Culture, Science and Religion Academisch denken I Leidenhoven 29 oktober 2010 pagina 3

Het grote probleem

Hoe komen dingen in ons hoofd?

Hoe komen grote objecten

uiteindelijk naar microscopische

oogzenuw en uiteindelijk in de

hersenen?

manier: abstraheren

Page 4: Academisch denken I

CSR: Culture, Science and Religion Academisch denken I Leidenhoven 29 oktober 2010 pagina 4

abstractie: 1e stap, het begrip

Voorbeeld:

stoel: vele vormen, kleuren, materialen,

afmetingen....

1e abstractie:

stoel als zodanig: geen kleur, specifieke vorm,...

een ding, waarop mens kan zitten, met zeker gemak

en ontspannen,

komen tot begrip (concept) van stoel;

van dingen die met zintuigen binnenkomen

concrete stoel

iets wisselend, veranderlijk

begrip stoel:

stabiel, over eeuwen heen: onveranderlijk

met begrippen is wetenschap mogelijk

Page 5: Academisch denken I

CSR: Culture, Science and Religion Academisch denken I Leidenhoven 29 oktober 2010 pagina 5

abstractie: 2e stap,

kunnen dingen bestuderen die

materieel zijn, maar die immaterieel

kunnen worden gedacht

cirkel:

kunnen volledig abstraheren

daarmee niveau van wiskunde

voorbeeld van toenemende abstractie:

2 appels en 3 appels zijn 5 appels

2+3=5

a+b=c

a+b=b+a (optelling is commutatief)

Page 6: Academisch denken I

CSR: Culture, Science and Religion Academisch denken I Leidenhoven 29 oktober 2010 pagina 6

abstractie: 3e stap,

volgende abstractie:

kunnen dingen bestuderen die

immaterieel zijn die ook immaterieel

kunnen worden gedacht

God, engelen, substantie, wezen der

dinge, liefde

niveau van

zijnde op zich, zijnde als zodanig

ontologie of metafysica

bestudeert structuur van het zijnde

relaties tussen zijnde

Page 7: Academisch denken I

CSR: Culture, Science and Religion Academisch denken I Leidenhoven 29 oktober 2010 pagina 7

het logische oordeel I

relatie tussen twee begrippen: het logisch oordeel

voorbeeld: Piet is een mens

maar:

Is Benno een mens?

Benno is een hond

oordeel kan waar en vals zijn

van enorm belang: goede definitie:

want: soms uitspraak waar met de ene definitie, met andere niet

Piet is eigenaar van een bank.

waar: want in zijn tuin heeft hij een tuinbank

niet waar, want loopt in de bijstand en heeft geen aandeel in een

financiële instelling

Page 8: Academisch denken I

CSR: Culture, Science and Religion Academisch denken I Leidenhoven 29 oktober 2010 pagina 8

het logische oordeel II

postief en negatief formuleren:

Ieder huis heeft een dak. Er is geen huis zonder dak.

ontkennen

Alle honden hebben vier benen:

wat moet men aantonen om te bewijzen dat dat niet waar?

Zijn deze oordelen equivalent?

I sommige huizen zijn rood

II er zijn enkele huizen die niet rood zijn?

Page 9: Academisch denken I

CSR: Culture, Science and Religion Academisch denken I Leidenhoven 29 oktober 2010 pagina 9

syllogisme en conclusies

oordelen worden verbonden tot syllogismen (redenering):

leveren nieuwe kennis: conclusie

maior alle mensen zijn sterfelijk

premissen

minor Socrates is een mens

conclusie Socrates is sterfelijk

opletten:

I als het regent of net heeft geregend,

is de straat nat

II de straat is nat

III het regent of het heeft net geregend

(verschillende oorzaken met hetzelfde gevolg)

Page 10: Academisch denken I

CSR: Culture, Science and Religion Academisch denken I Leidenhoven 29 oktober 2010 pagina 10

bewijs

syllogismen kunnen worden samengevoegd tot een bewijs

net conclusie: Socrates is sterfelijk

mensen die bijzondere prestaties leveren zijn onsterfelijk

Socrates heeft bijzondere prestaties geleverd

Socrates is onsterfelijk

Bewijs:

Socrates is sterfelijk

en onsterfelijk

zien voorbeeld van sofisme

Page 11: Academisch denken I

CSR: Culture, Science and Religion Academisch denken I Leidenhoven 29 oktober 2010 pagina 11

basis van bewijs

beginsel van tegenspraak:

Wat is kan niet tegelijk en in hetzelfde opzicht niet-zijn.

daarnaast

beginsel van identiteit:

a=a

beginsel van uitgesloten derde:

tussen zijn en niet-zijn van hetzelfde iets bestaat geen derde

beginsel van voldoende grond

alles heeft zijn grond binnen of buiten zichzelf