Academie Bedrijfskunde & ondernemen Bouwtechnische ... hajee - BIM bij aannemers... · Academie...

44
Academie Bedrijfskunde & ondernemen Bouwtechnische bedrijfskunde 2009/2010 Titel : Status van de integratie van BIM in de Twentse Bouwpraktijk Omschrijving : Marktonderzoek naar de huidige situatie omtrent BIM in de Twentse bouwsector. Datum publicatie : zaterdag 17 juli 2010 Status : Definitief Versie : 4.2 Auteur : T. Hajee [email protected] Stagebegeleider : Drs. B. Platier, Saxion Hogescholen Bedrijfscoach : Ir. B van der Veen, Lector VOiB Opdrachtgevers : Lectoraat Vernieuwend Ondernemen in de Bouw Saxion Hogescholen M.H. Tromplaan 28 7513 AB Enschede Stichting Pioneering Werkplaats BIM Postbus 70.000 7500 KB Enschede

Transcript of Academie Bedrijfskunde & ondernemen Bouwtechnische ... hajee - BIM bij aannemers... · Academie...

Academie Bedrijfskunde & ondernemen

Bouwtechnische bedrijfskunde

2009/2010

Titel : Status van de integratie van BIM in de Twentse Bouwpraktijk

Omschrijving : Marktonderzoek naar de huidige situatie omtrent BIM in de

Twentse bouwsector.

Datum publicatie : zaterdag 17 juli 2010

Status : Definitief

Versie : 4.2

Auteur : T. Hajee [email protected]

Stagebegeleider : Drs. B. Platier, Saxion Hogescholen

Bedrijfscoach : Ir. B van der Veen, Lector VOiB

Opdrachtgevers : Lectoraat Vernieuwend Ondernemen in de Bouw

Saxion Hogescholen

M.H. Tromplaan 28

7513 AB Enschede

Stichting Pioneering

Werkplaats BIM

Postbus 70.000

7500 KB Enschede

Toepassingen van

Building Information Modeling

in de Twentse Bouwpraktijk

P a g i n a | I

Voorwoord

Dit rapport is het eindresultaat van mijn stageonderzoek dat ik heb uitgevoerd voor de Stichting

Pioneering en het lectoraat Vernieuwend Ondernemen in de Bouw (VOiB). In dit geval praten we

over een ‘verdiepende’ stage. Deze stage maakt deel uit van de postpropedeutische fase de

opleiding Bouwtechnische Bedrijfskunde van de Academie Bedrijfskunde & Ondernemen van de

Saxion. In de stage is voldaan aan de eisen die gesteld worden in het document ‘Stagegids BTB 2009-

2010 tweede stage’.

Ik zocht een stageopdracht waar ik mijn spreekwoordelijke ei in kwijt kon. Naar zes maanden kan ik

u vertellen dat wat ik zocht in een stage ook heb gekregen. Het werd een stageopdracht voor de

stichting Pioneering.

De stichting Pioneering is sinds één jaar bezig met het opzetten van een werkplaats (werkgroep)

voor het thema BIM. De term is inmiddels verheven tot een officieus werkwoord. Het doel van het

onderzoek is om de werkplaats BIM een beeld te geven over hoe ver de Twentse bouwsector

gevorderd is met de implementatie van BIM.

De periode kan ik omschrijven als uitdagend, veel eisend en vooral ontzettend leuk. Vooral mijn

zelfstandigheid en doorzettingsvermogen zijn in deze periode getest. Daarnaast kon ik geheel een

eigen invulling geven aan mijn stageperiode. Ik heb heel veel leuke en interessante mensen leren

kennen waar ik van veel geleerd heb. Hiervoor mijn dank, sommige personen verdienen echter een

persoonlijk dankwoord. Jan Kees Pikkaart en Willem Pel bedankt voor het mee mogen maken van de

BIMCaseweek. Maarten van den Berg bedankt voor de vele literaire bronnen. En natuurlijk wil ik Bas

van der Veen, Ben Platier en Michel Mossel bedanken voor de alle begeleiding tijdens mijn stage.

Tenslotte wil alle mensen die ik voor het marktonderzoek heb mogen interviewen bedanken voor

hun tijd.

Enschede, zaterdag 17 juli 2010

Thijs Hajee

Bouwtechnische Bedrijfskunde student

Toepassingen van

Building Information Modeling

in de Twentse Bouwpraktijk

P a g i n a | II

Inhoudsopgave

Voorwoord I

Samenvatting III

Lijst met definities & afkortingen VI

1 Inleiding 3

1.1 Aanleiding 3 1.2 Leeswijzer 4

2 Onderzoeksaanpak 5

2.1 Probleemstelling 5 2.2 Doelstelling 5 2.3 Vraagstelling 5 2.4 Onderzoeksstrategie 5

2.4.1 Theoretisch kader 5 2.4.2 Het marktonderzoek 6 2.4.3 Beantwoording van de vraagstelling 7

3 Theoretisch Kader 8

3.1 Wat is Building Information Modeling? 8 3.2 Virtueel bouwen & BIM-systemen 10 3.3 Waarom BIM? 10 3.4 Valkuilen & problemen rondom BIM 12 3.5 Wat kan BIM nu en in de toekomst 13 3.6 Belanghebbenden van BIM 14 3.7 BIM & Vernieuwend ondernemen in de bouw 14 3.8 De BIMCaseweek 2010 14

4 Marktonderzoeksresultaten 15

4.1 Deskresearch 15 4.2 Diepte-interviews 17

4.2.1 Overeenkomsten tussen de geïnterviewde organisaties 17 4.2.2 Proces 17 4.2.3 Actoren 19 4.2.4 Technologie 20 4.2.5 Kenmerken BIM projecten 21

5 Conclusies 22

5.1 Theoretisch kader 22 5.2 Marktonderzoek 22 5.3 Beantwoording van de vraagstelling 24

6 Aanbevelingen 25

6.1 Bouwbedrijven 25 6.2 Pioneering werkplaats BIM 26

Bronnen 27

Bijlagen 28

Bijlage 1 Plan van Aanpak Bijlage 2 Telefoonscript Bijlage 3 Checklist diepte interview Bijlage 4 Bedrijvenlijst Bijlage 5 Procentuele verdeling per omzetcategorie Bijlage 6 Uitleg verdeling respons in categorieën Bijlage 7 Samenvatting BIM framework van dhr. B. Succar Bijlage 8 Extra informatiebronnen

Toepassingen van

Building Information Modeling

in de Twentse Bouwpraktijk

P a g i n a | III

Samenvatting

Aanleiding

De werkplaats BIM van de stichting Pioneering is in oprichting maar heeft geen duidelijk beeld van

de situatie van BIM rondom de Twentse bouwbedrijven. De belemmerende en stimulerende

factoren rondom Bouw Informatie Modellering (BIM) bij deze bedrijven zijn door dit onderzoek zo

goed mogelijk in kaart gebracht en verwerkt tot een rapport. Op basis van deze gegevens kan de

werkplaats BIM in spelen op de behoeftes van uit de Twentse bouwbedrijven op het gebied van BIM.

Onderzoeksopzet

Het onderzoek is opgebouwd uit twee delen. Het eerste deel vormt de theoretische basis om

voldoende kennis over het complexe onderwerp BIM te hebben. Het tweede deel is een

marktonderzoek onder Twentse bouwbedrijven.

Resultaten

BIM kan worden omschreven als een nieuwe samenwerkingsmethodiek met als fundering een bouw

informatie model met daarin alle relevante informatie dat centraal, actueel en real-time

beschikbaar is voor alle betrokken partijen. De informatie dient beschikbaar te zijn tijdens de gehele

levenscyclus van het bouwobject.

Deze manier bouwen vereist wel een andere instelling van de betrokken partijen ten opzichte van de

huidige situatie. Tevens dienen de bestaande contractvormen mee te veranderen om deze

ketenintegrale manier van samenwerken te ondersteunen en te stimuleren. Het Expertise Centrum,

onderzoeksorgaan van de overheid op het gebied van ICT en bestuur, claimt dat er met behulp van

BIM er minimaal tien procent op de bouwkosten en zeven procent op de bouwtijd bespaard kan

worden.

Conclusies

Uit het marktonderzoek blijkt echter dat de Twentse bouwbedrijven nog niet zover zijn. Een kwart

van de bouwbedrijven is actief bezig met BIM. Echter als er gekeken wordt op welk niveau de

bedrijven zitten dan blijkt dat acht van de dertien geïnterviewde nog in het preBIM stadium zitten.

Het eerste deel van de vraagstelling : “Hoe ver zijn uitvoerende bouwbedrijven in Twente met BIM?”

wordt samengevat in het volwassenheidsmodel van dhr. B. Succar dat hieronder te zien is. Door het

korte tijdsbestek van de interviews is de plaatsing van de Twentse bouwsector slechts in een

indicatie.

geïnterviewde bedrijven geplaatst in het model van B. Succar

Toepassingen van

Building Information Modeling

in de Twentse Bouwpraktijk

P a g i n a | IV

Het tweede deel van de vraagstelling : “Welke beperkende en stimulerende factoren komt men tegen

tijdens de implementatie en het gebruik van BIM tegen?” vereist een wat langer antwoordt. De

meest voorkomende belemmerende factoren rondt BIM bij Twentse bouwbedrijven zijn:

Beperkende factoren rondom het gebruik van BIM en de implementatie ervan :

• Het overgrote deel van de Twentse bouwbedrijven werkt zonder een duidelijk doel en/of

plan aan een BIM-implementatie dit tot in tegenstelling wat de meeste BIM-experts

adviseren. Uit het marktonderzoek blijkt dat hierdoor het implementatieproces langzamer

verloopt.

• Het creëren van draagvlak. Zowel top-down als bottom-up is het verkrijgen van voldoende

steun een cruciale maar erg lastige opgave.

• Ketenintegratie en transparant samenwerken is lastig en nieuw voor de meeste mensen uit

de bouwsector. Zeker als er gekeken wordt naar de huidige economische situatie en de

gemiddelde uitzuig mentaliteit in de sector. Deze cadans doorbreken is niet makkelijk en

vergt veel tijd en energie van iedereen.

• Elk bedrijf probeert op zijn eigen manier te bimmen en kijkt nog niet verder dan dat. Dit

werkt het samenwerking en ketenintegratie gedeelte van het bimmen tegen.

• Opdrachtgevers, de overheid, onderaannemers en leveranciers beseffen nog niet wat BIM

voor ze kan opleveren en stimuleren het gebruik er niet van.

• Bimmen vereist een hoop kunde en kennis. Er is een te kort aan goed opgeleid personeel

dat daadwerkelijk verstand heeft van modelleren.

• Harde financiële voordelen van BIM zijn moeilijk te bewijzen.

Stimulerende factoren rondom het gebruik van BIM en de implementatie ervan :

• De huidige economische situatie dwingt bedrijven tot nieuwe wegen te vinden.

• Er zijn in andere sectoren en in het buitenland genoeg succes cases te vinden.

Aanbevelingen voor bouwbedrijven

• Procesnotatie

• Om het primaire proces te kunnen veranderen moet je eerst inzicht hebben in het huidige

primaire proces. Een fundamentele verandering in het primaire proces kan niet in één keer

maar dient stapsgewijs uitgevoerd te worden. Om dit goed te verlaten lopen moet je wel

weten welke activiteiten en producten relaties met elkaar hebben, zodat de stappen goed

gegroepeerd zijn. Standaardisatie en notatie van de primaire processen is de eerste stap.

• Bewust zijn van de implicaties

BIM is een totale andere manier van werken, zowel intern als extern processen

veranderen. Het vereist een niveau van procesnotatie, communicatie en samenwerking die

voor veel bouwbedrijven volstrekt nieuw is.

• Werk op een gestructureerde manier

Zorg er voor dat er een plan ligt waarin geschreven staat wat er bereikt dient te worden

met BIM en hoe en wanneer het doel ongeveer bereikt dient te zijn.

• Draagvlak is cruciaal

Zorg er voor dat er een solide draagvlak is onder het personeel alvorens er begonnen

wordt met BIM. Mensen moet begrijpen dat de overstap naar een ander primair proces

noodzakelijk is en uitdagingen en valkuilen met zich meebrengt. Een directie kan nimmer

een verandering van het formaat dat BIM heet bewerkstelligen zonder het overige

personeel. Deze groep moet dusdanig in de verandering geloven, zodat de benodigde extra

inspanningen geleverd kunnen worden.

Toepassingen van

Building Information Modeling

in de Twentse Bouwpraktijk

P a g i n a | V

• Kosten

Ondanks dat het vaak in eerste instantie lijkt alsof software,hardware en de

implementatiebegeleiding de grootste kostenposten zijn is dat niet het geval. Het niet

correct gebruiken van het BIM-systeem en op een oncontroleerbare manier toch in oude

routines blijven werken zorgen uiteindelijk voor meer kosten dan het hele

implementatieproces.

• Partners

Als er intentie is om integraal samen te gaan werken selecteer partners dan op een

objectieve basis en zorg dat de kennis en kunde volledig gedeeld wordt om vertrouwen en

samenhorigheid te scheppen. Leg goed vast waar elkaars rechten, plichten, eigendommen

en bevoegdheden liggen voordat er daadwerkelijk informatie uitgewisseld wordt.

Aanbevelingen voor Pioneering werkplaats BIM

• Focus op regels en proces

Zoals het marktonderzoek aangeeft is de technologie op het moment rijp genoeg om

daadwerkelijk mee te kunnen bimmen. De processen en interorganisatorische afspraken

zijn punten waar Pioneering zich op moet gaan focussen. Hoe moet een model opgebouwd

worden, zodat de rest van de keten er ook mee uit de voeten kan. Het testen en

uitproberen van internationale regel- en procesafspraken. Dit is slechts enkele van de vele

voorbeelden waarin Pioneering het voortouw kan nemen op het gebied van afspraken en

processen.

• Bouwbibliotheek

Ontwikkel samen met benodigde partijen een framework voor het opzetten van

componenten voor een universele bibliotheek. Het ontbreekt aan bedrijfsoverstijgende

uniformiteit op het gebied van proces en regels maar ook op het gebied van componenten.

Wil men in Nederland echt integraal samenwerken dan zal er een uniforme manier moeten

komen om platform onafhankelijke componenten te maken. Twente is een gebied waar de

bouw een grote rol speelt en kan hier de leiding in nemen. Opleidingen van allerlei niveaus

en richtingen kunnen een bijdrage hierin leveren.

• Focus van pilotproject

Richt per pilotproject op een bepaald aspect van BIM. Alles in één project stoppen is niet

realisaties.

Toepassingen van

Building Information Modeling

in de Twentse Bouwpraktijk

P a g i n a | VI

Lijst met definities & afkortingen

Early adopters

Is de groep mensen/bedrijven die volgens de Bell Curve van E.M. Rogers, snel innovaties adopteren.

De enige groep die nog actiever zijn de innovators.

Early majority

Deze groep mensen/bedrijven volgens de Bell Curve de early adaptors en samen met de late

majority het overgrote deel van het totaal.

TCO

Deze afkorting staat voor Total Cost of Ownership. Dit betekent de totale kosten van een object, niet

alleen de realistatiekosten maar ook onderhouds en stookkosten in het geval van een gebouw.

Bouwobject

Alle objecten die door de utiliteits-, burgelijke en civiele bouw gebouwd worden.

IFC

Deze afkorting betekent Industry Foundation Classes. Dit is een open en neutral datamodel dat is

ontwikkelt door buildingSMART alliantie.

IPD

Deze afkorting staat voor integrated project delivery. Dit houdt in dat alle partijen die betrokken zijn

bij het ontwerpen en bouw van een bouwobject al in het beginstadium samen werken om een

kwalitatief en kostengunstig object te creëren.

FIM

FIM staat voor Facilitie Informatie Model. Dit is een datamodel zoals BIM maar dan speciaal voor het

facilitiemangement van een bouwobject.

Micro-omgeving

Als er gesproken wordt van micro-omgeving dan wordt er in dit rapport intern in het bedrijf

bedoeld.

Meso-omgeving

De meso-omgeving kan omschreven worden als de bedrijfstak/bouwsector.

Macro-omgeving

De macro-omgeving is de gehele beinvloedingswereld rondom een organisatie.

DBMFO

Dit is een relatief nieuwe vorm van gunning. In plaats van een design �bid � build gunningsvorm

krijgt één partij de gunning voor het ontwerp, de bouw, de financiering en het onderhoud.

PPS

Publiek private samenwerking is een samenwerkingsvorm tussen overheid instanties en

ondernemingen. De overheid legt alleen de uitkomst van het project vast en de andere partijen

moeten het realiseren voor de vast gelegde prijs in de aangegeven tijd.

Actor

Is een persoon die een bepaalde functie bekleedt of verricht.

Toepassingen van

Building Information Modeling

in de Twentse Bouwpraktijk

P a g i n a | 3

1 Inleiding

In dit hoofdstuk wordt uitgelegd waarom en op welke manier het onderzoek is uitgevoerd. Paragraaf

1.1 legt eerst uit wat het probleem is en waarom het opgelost dient te worden. Vervolgens wordt er

in paragraaf 1.2 er uit gelegd hoe het rapport is ingedeeld.

1.1 Aanleiding

Zoeken naar antwoorden voor leefomgevingvraagstukken in een stedelijke context. In één regel

samengevat waar het Kenniscentrum Leefomgeving van Saxion zich mee bezighoudt. Acht lectoraten

werken samen aan deze opdracht. Het lectoraat Vernieuwend Ondernemen in de Bouw is een

onderdeel van het Kenniscentrum Leefomgeving en houdt zich voornamelijk bezig met de

onderzoekslijn ‘Governance & ondernemen’. Dit doet het lectoraat veelal in samenwerking met de

stichting Pioneering en ondernemingen uit de bouwsector.

De stichting Pioneering maakt deel uit van het Cluster Bouw van het Innovatieplatform Twente, een

initiatief dat gesubsidieerd wordt door de provincie Overijssel en Regio Twente. De stichting

Pioneering stimuleert innovaties en ontwikkelingen in technologie en ondernemerschap. Het doel

hiervan is om de bouwsector van Twente, een economische zwaarwegende sector in de regio, een

betere concurrentiepositie te geven en zodoende de werkgelegenheid en welvaart in Twente te

bevorderen.

De stichting Pioneering is op het moment opgedeeld in tien verschillende werkgroepen. In deze

‘werkplaatsen’ werken ondernemers, kennisinstellingen, overheid en opdrachtgevers samen aan

specifieke doelstellingen. Een werkplaats in oprichting is de werkplaats BIM.

Het doel van BIM is simpel gezegd het volgende:

Informatie gebruiken, hergebruiken en uitwisselen (elektronische documenten zijn slechts één

onderdeel hiervan)

De juiste informatie beschikbaar maken voor de juiste persoon op het juiste tijdstip. (just-in-time

information management)

Betrokkenen bezig laten zijn met hun corebusiness . (Ontwerpers met ontwerpen en ingenieurs met

bouwkundige oplossingen.)

BIM begint langzaam door te dringen tot de bouwsector. De grote bouwbedrijven hebben speciale

BIM-managers en werken soms al enkele jaren met programma’s als Revit en Allplan. Ook zijn er

verschillende partijen bezig met eigen methodieken en procesmatige oplossingen te bedenken met

BIM als achterliggende tool. Echter dit gaat langzaam en er is nog veel onbekend over BIM in de

Twentse bouwsector. Om BIM in een organisatie te integreren zal men flink wat problemen moeten

overwinnen. Vastgeroeste macht- en positiedenkbeelden, verkoopgedreven ICT-bedrijven en

weerstand tegen digitaliseren zijn slechts enkele voorbeelden van de problemen die men tegenkomt

als ze aan de slag gaan met BIM . De beperkte innovatiedrang die bijbehorend is aan de houding en

financiële staat van voornamelijk de midden- en kleinbouwbedrijven maakt het voor systemen als

BIM alleen nog maar lastiger.

De stichting Pioneering ziet de potentie van BIM in en wil er voor zorgen dat het algemene

kennisniveau over BIM in de Twentse bouwsector verhoogd wordt. Tevens wil de stichting deze

kennis inbrengen in het regionale bouwonderwijs.

Een probleem om dit te verwezenlijken is de terughoudendheid van bouwbedrijven om zich te

voegen bij de werkplaats BIM. De redenen hiervoor zijn niet duidelijk.

Toepassingen van

Building Information Modeling

in de Twentse Bouwpraktijk

P a g i n a | 4

In opdracht van het lectoraat Vernieuwend Ondernemen in de Bouw zal er een explorerend

onderzoek gaan worden uitgevoerd naar de huidige status en ontwikkelingen van BIM in de Twentse

bouwsector.

Hierbij is het interessant om op zoek te gaan naar antwoorden op de volgende vragen :

• Wat weet men over BIM?

• Waarom verloopt de integratie van BIM in de Twentse bouwsector zo traag?

• Wat moet BIM voor verschillende partijen brengen?

• Wat kan BIM op het moment brengen?

1.2 Leeswijzer

De opbouw van het rapport is als volgt. In hoofdstuk twee wordt er uitgelegd hoe het onderzoek is

aangepakt en waarom. In hoofdstuk drie wordt de eerste hoofdonderzoeksvraag beantwoordt

doormiddel van een beschrijving van de theorie. Vervolgens wordt er hoofdstuk vier het

marktonderzoek besproken. Dit hoofdstuk is opgedeeld in twee stukken namelijk het desk- en

fieldresearch gedeelte. In hoofdstuk vijf worden er conclusies getrokken op basis van de voorgaande

hoofdstukken. Tenslotte in hoofdstuk worden er aanbevelingen gegeven voor de werkplaats BIM van

de stichting Pioneering en de bouwbedrijven.

Toepassingen van

Building Information Modeling

in de Twentse Bouwpraktijk

P a g i n a | 5

2 Onderzoeksaanpak

Het stageonderzoek is verdeelt in twee delen. Allereerst is er een theoretisch kader gevormd om

vervolgens goed voorbereid te beginnen aan het marktonderzoek.. Voor een verdere uitwerking zie

bijlage 1

2.1 Probleemstelling

Uit de situatie is de volgende probleemstelling te halen:

“De stichting Pioneering heeft niet duidelijk in beeld hoe ver de Twentse bouwsector is met BIM.

Tevens is het voor de stichting niet duidelijk tegen welke beperkende factoren de sector aanloopt

tijdens de implementatie en toepassing van BIM. Hierdoor heeft de werkplaats BIM nog geen

duidelijk doel gekozen en komt het project niet goed van de grond.”

2.2 Doelstelling

Het onderzoek levert informatie en gegevens op. De onderstaande doelstelling geeft de zin en nut

van de informatie aan. In andere woorden wat moet het onderzoek opleveren.

“Het verkrijgen van inzicht van alle factoren rondom BIM bij ontwikkelende/uitvoerende

bouwbedrijven. Hieruit volgt wat de behoefte aan begeleiding/ondersteuning, van uit de stichting

Pioneering, in de regio is. Vanuit deze behoefte wordt er een projectagenda opgesteld en kan de

werkplaats BIM zorgen voor een stimulans om de Twentse bouwsector te laten innoveren.”

2.3 Vraagstelling

In andere woorden de hoofdvraag van het onderzoek, de allesomvattende vraag waar in het

onderzoek antwoord op gevonden dient te worden.

“Hoe ver zijn uitvoerende bouwbedrijven in Twente met BIM en welke beperkende en stimulerende

factoren komt men tegen tijdens de implementatie en het gebruik ervan? Status van BIM bij de

bedrijven wordt gecategoriseerd aan de hand van een volwassenheidsmodel.”

2.4 Onderzoeksstrategie

2.4.1 Theoretisch kader

Hiervoor is geen onderzoeksplan van te voren opgezet. Wel zijn er een aantal onderzoeksvragen

geformuleerd. Deze vragen worden beantwoord in hoofdstuk twee.

1. Wat is BIM precies?

1.1. Is er een onderverdeling te maken als je het hebt over BIM?

1.2. Wat zijn de voor- en nadelen van BIM?

1.3. Wat kan BIM op dit moment allemaal en wat kan het in de toekomst?

1.4. Voor welk type bedrijven is het geschikt?

1.5. Wat heeft BIM voor een meerwaarde voor het thema ‘Vernieuwend ondernemen in

de bouw’?

Deze vragen zijn beantwoord door gesprekken met de deelnemers van de werkplaats BIM,

verschillende andere partijen zoals softwareleveranciers, architecten, engineers en

constructeurs . Daarnaast heeft het lezen van vele boeken, scripties, thesissen, publicaties en

presentaties bijgedragen, evenals het bijwonen van de BIMCaseweek 2010. Tenslotte heeft het

‘spelen’ met verschillende softwarepakketten ook bijdrage geleverd aan het beantwoorden van

de bovenstaande vragen.

Toepassingen van

Building Information Modeling

in de Twentse Bouwpraktijk

P a g i n a | 6

2.4.2 Het marktonderzoek

Om het marktonderzoek in de beschikbare tijd te uitvoeren zijn er een aantal kaders opgesteld.

Deze worden hieronder toegelicht.

2.4.2.1 kader Het kader is gebaseerd op de ledenlijst regio Oost van de organisatie Bouwend Nederland

(1).

Uit deze lijst is op postcode en formaat een selectie gemaakt van de leden. De leden die aan

de volgende eisen voldeden zijn opgenomen in de populatie.

• Postcode 7400 t/m 7699 (regio Twente)

• Formaat omzet vanaf 3 miljoen volgens de secties van Bouwend Nederland.

Formaat Omzet Voldoet aan de eis

1 Klein 0 < 3 Nee

2 Middel 3 < 15 Ja

3 Middelgroot 15 < 50 Ja

4 Groot > 50 Ja

tabel 1 : omzet schaalverdeling volgens Bouwend Nederland

Dit kader is gekozen, omdat Pioneering zich focust op de regio Twente (2)

en er wordt

aangenomen dat de kleinere bouwbedrijven beter omschreven kunnen worden als

capaciteitsverstrekker en daarom weinig tot niet bezig zijn met complex tekenwerk en

innovatie. Dit wordt bevestigd door het onderzoek zelf zie tabel 3.

2.4.2.2 Populatie Na uitvoering van het deskresearch naar de grootte van de populatie is gebleken dat 70

bedrijven voldeden aan de bovengenoemde eisen. Gezien de kleine populatie is er gekozen

voor een populatieonderzoek (3 p. 26 )

. Hierdoor is het niet nodig geweest om een

steekproefberekening te doen zoals normaal gesproken bij grote populaties wel het geval is.

Om de gehele populatie consistent telefonisch te benaderen is er eerst een telefoonscript

opgesteld zie Bijlage 2. De inzet was om op een zo’n hoog mogelijk niveau mensen

betrokken te krijgen bij het onderzoek. Bij de bedrijven van middel formaat ging het al snel

om een directeur en bij de grotere bedrijven om hoofden van de voorbereiding of BIM-

managers. Dit had wel als nadeel dat het streven om niet meer dan driemaal contact te

leggen met een bedrijf soms overschreden werd. De meest voorkomende reden hiervoor

was dat de personen vaak druk bezet waren.

2.4.2.3 Methode Vanwege de kleine populatie en het lage verwachtingspatroon dat uiteindelijk vijftien

procent van de populatie mee zal werken aan het onderzoek is er gekozen voor een

kwalitatief marktonderzoek (4)

en als methode diepte-interviews (5 p. 55)

. Voor deze methode is

gekozen, omdat het de meeste informatie oplevert. Gezien de grote diversiteit in de

ontwikkeling van BIM bij deze bouwbedrijven vereiste de methode ook een grote mate van

flexibiliteit . Er zitten echter wel nadelen aan deze methode. Behalve dat het veel tijd kost

van de onderzoeker en de geïnterviewde, vereist het ook nog eens een onderzoeker met

enige ervaring in het stellen van de juiste vragen. Om dit te vergemakkelijken is er gebruik

gemaakt van een checklist (zie bijlage 3). Deze lijst zorgt er voor dat alle benodigde gegevens

ook boven tafel komen. Tevens geeft het structuur aan het gesprek door met verschillende

thema’s en tijdsschema’s te werken.

Toepassingen van

Building Information Modeling

in de Twentse Bouwpraktijk

P a g i n a | 7

2.4.2.4 Onderzoeksvragen Het uiteindelijke doel van het marktonderzoek is om de onderstaande vragen beantwoord te

krijgen. Deze vragen vormen samen met de vragen uit paragraaf Fout! Verwijzingsbron niet

gevonden. de vragenlijst die opgesteld is in het onderzoeksplan zie bijlage 1.

2. Welke bedrijven kijken met interesse naar BIM?

3. Welke bedrijven werken er met BIM?

3.1. Welke bedrijven lopen voorop?

3.2. Welke kenmerken hebben bedrijven die met BIM werken gemeenschappelijk?

3.2.1. Welke doelstelling hebben de bedrijven zich zelf gesteld?

3.2.2. Hoe ver zijn met het bereiken van die doelstelling?

3.2.3. Maken de bedrijven gebruik van professionele begeleiding?

3.2.4. Is ondersteuning/begeleiding van uit een onafhankelijk partij wenselijk?

3.2.5. Wat is allemaal gedaan om de doestelling te bereiken

3.2.5.1. Op het gebied van processen?

3.2.5.2. Op het gebied van personeel?

3.2.5.3. Op het gebied van partners?

3.2.5.4. Op het gebied van ICT?

3.3. Welke functies gebruiken de bedrijven?

3.3.1. Welke functies ze al optimaal?

3.3.2. Welke functies zouden ze willen gebruiken maar werken nog niet goed?

3.3.3. Welke functies missen ze?

4. Wat zijn de reacties van de partijen?

4.1. Hoe reageren werknemers op het gebruik van BIM?

4.2. Hoe reageren partners, die ook BIM gebruiken?

4.3. Hoe reageren partners, die nog geen BIM gebruiken, op het onderwerp BIM?

4.3.1. Zijn deze partijen overtuigd geraakt van de waarde van BIM?

5. Wat levert nu al BIM op?

5.1. Levert de verwachte voordelen op of zijn deze overtroffen?

5.2. Welke nadelen zitten aan het gebruik van BIM?

6. Hoe verloopt de samenwerking als er met BIM gewerkt wordt?

6.1. Wat verandert er aan de interne samenwerking?

6.2. Wat verandert er aan de samenwerking met externe partijen?

2.4.3 Beantwoording van de vraagstelling

Het uiteindelijke doel van het marktonderzoek is om de

Twentse bouwbedrijven in te schalen in een

volwassenheidsmodel. De antwoorden op de

onderzoeksvragen geven gezamenlijk antwoord op de

vraagstelling. In eerste instantie was er gekozen om

hiervoor de BIMladder van TNO te gebruiken. Deze

ladder was niet op tijd beschikbaar. Daarom is er voor

gekozen om de bedrijven in te schalen volgens het

volwassenheidsmodel van dhr. B. Succar (6 p. 14)

. Dit

volwassenheidsmodel is een onderdeel van het

framework dat door dhr. B. Succar is ontwikkeld. Helaas

verder dan een inschatting op basis van dit model komt

het niet gezien de beperkte informatie die te halen valt

uit een interview van hooguit één uur. Voor meer

informatie over het framework zie bijlage 7.

figuur 1 : BIM framework B. Succar - tri-axial modell

Toepassingen van

Building Information Modeling

in de Twentse Bouwpraktijk

P a g i n a | 8

figuur 2 : Wat is BIM?

3 Theoretisch Kader

In dit hoofdstuk wordt in enkele pagina’s getracht om uit te leggen wat BIM is en inhoudt.

3.1 Wat is Building Information Modeling?

Het korte antwoord op de vraag ‘Wat is Building

Information Modeling’ (7)

: door middel van een 3D-

model samenwerken aan de realisatie en beheer van

een bouwwerk. Dit antwoord roept waarschijnlijk

meer vragen op dan het antwoord geeft en geeft niet

duidelijk weer geeft wat BIM nou echt is en kan. Zelfs

de experts zijn veelal het niet eens met elkaar wat de

term BIM nou precies is. Om uit te leggen wat BIM

dus inhoudt vereist een uitgebreider antwoord en een

definitie. In dit rapport wordt de definitie gebruikt die

dhr. H. Hendrinks heeft opgesteld.

BIM is een methodiek waarbij men zorgdraagt dat alle

relevante informatie gedurende de hele levenscyclus

wordt opgeslagen, gebruikt,beheerd en ondersteund door

een digitaal (3D) gebouwmodel. Alle partijen die bij het

bouwproces betrokken zijn werken met dezelfde informatie en zien dus van elkaar wat er gebeurt. De

informatie is dan ook continu beschikbaar en altijd actueel. (8)

Building Information Modeling is de volgende stap in het digitaliseren en virtualiseren van de bouw.

Waar in het verleden de stap is gemaakt van handmatig tekenen naar CAD-tekenen, wordt

tegenwoordig door middel van BIM-systemen de stap gemaakt van tekenen naar modelleren.

Tweedimensionale tekeningen samen met vele andere documenten geven voor de huidige complexe

bouwwerken niet genoeg informatie of zorgen onder andere voor onnodige verspillingen en

communicatiefouten. Een 3D-model gekoppeld aan een database met alle relevante informatie van

het te realiseren gebouw voorkomt dit. Eerst wordt het gebouw virtueel gecreëerd om zo vooraf

fouten en knelpunten op te lossen. BIM is dus niet even een softwarepakket en zeker niet de

oplossing maar een middel om problemen te kunnen aanpakken. BIM is meer veel meer. BIM vereist

een intensievere en transparantere vorm van samenwerking, zowel intern in een organisatie en

tussen de partijen die betrokken zijn met de bouw van een object. Dus naast een overstap naar een

nieuw ICT-systeem vereist werken met BIM onder andere procesbeheersing en ketenintegratie met

de bijbehorende ketenregisseur (BIM-regisseur). Daarnaast zullen processen en de manier van

werken en denken in de gehele keten moeten veranderen. Systems Engineering (SE) is een

voorbeeld van een werkmethodiek die zich prima leent om zich te laten ondersteunen door een

BIM-systeem. BIM zorgt voor een compleet nieuwe basis voor het bouwproces.

Het doel van BIM is simpel gezegd het volgende:

• Informatie gebruiken, hergebruiken en uitwisselen (elektronische documenten zijn slechts één

onderdeel hiervan)

• De juiste informatie beschikbaar maken voor de juiste persoon op het juiste tijdstip. (just-in-

time information management)

• Betrokkenen bezig laten zijn met hun corebusiness . (Ontwerpers met ontwerpen en

ingenieurs met bouwkundige oplossingen.)

Toepassingen van

Building Information Modeling

in de Twentse Bouwpraktijk

P a g i n a | 9

figuur 3 : mate van innovatie (11)

BIM is de motor die de bouwsector in navolging van de auto- en vliegtuigindustrie de stap laat

maken naar een transparante en geïntegreerde manier van samenwerken met partijen in de keten

met als basis een intelligent 3D-model. Het kopen en installeren van een compleet BIM-systeem is

pas het begin en het meest makkelijke deel van het hele veranderproces. Het bimmen begint dan

pas!

De verandering van de papieren tekening naar de CAD-tekening was een transformatie van analoog

naar digitaal. Werken met BIM is een transformatie van twee dimensionaal denken naar het voor de

mens natuurlijke drie dimensionaal denken en daar voorbij (9)

. BIM is meer dan de geometrische

dimensies, de drie meetkundige dimensies zijn te koppelen aan de dimensies tijd, kosten, milieu en

alle andere dimensies de bij de levensloop van een gebouw komen kijken.

BIM is dus niet : BIM is wel :

• 3D-modelleren

• Software /

database

• De oplossing

• Een doel op zich

• Uitontwikkeld

• Informatie management

• Nieuwe informatiedrager

• Samenwerken/Ketenintegratie/Supply chain management

• Informatie eenzijdig, consequent en realtime beschikbaar

• Transparante en gestructureerde processen

• Verandermanagement

• Onderdeel van het primaire proces

BIM de grootste bouwinnovatie in eeuwen

Zoals dhr. H.M. Robbemondt in zijn afstudeerscriptie omschrijft (10)

liggen de fundamenten van het

traditionele bouwproces in de tijd van de Romeinen. Men kende toen al stapel-, skelet- en een vorm

van betonbouw. Het ontwerp kwam van architecten en het bouwobject werd gerealiseerd door een

bouwbedrijf. In de middeleeuwen verdwenen deze technieken weer. De vergaande specialisatie van

persoon en bedrijf begon toen al. In al die eeuwen is de basis van de bouw niet significant gewijzigd.

Wel zijn er in loop van de tijd wijzigingen doorgevoerd. Denk hierbij aan nieuwe materialen en

gereedschappen. Prof.dr.ir. J.J.N. Lichtenberg introduceerde in 2004 hiervoor zelfs een speciale

term :’Innovation by addition’. Hiermee bedoelt hij dat de bouw voornamelijk innovatie kent door

zaken toe te voegen aan de al bekende technieken en methoden. Of er dus sprake is van echte

innovatie zoals Paul van Voort stel in zijn boek (11)

laten we in het midden. Daarnaast stelden André

Manseu en Rob Shields in 2005 vast dat de bouwsector een reagerende sector waarbij de sector zelf

niet innoveert maar de innovatie

adopteert van andere industrieën. Bij

BIM is dit niet anders. Gezamenlijk

werken via informatiemodellen is in de

auto- en vliegtuigsector niks nieuws.

Dus volgens de innovatiegrafiek (zie

figuur 3) van Paul van Voort is BIM

voor de bouwsector een grote

innovatie.

Toepassingen van

Building Information Modeling

in de Twentse Bouwpraktijk

P a g i n a | 10

figuur 4 : Informatie beschikbaarheid

3.2 Virtueel bouwen & BIM-systemen

Om BIM meer is dan alleen het informatie model wordt er doorvelen (12) (13) (14)

een scheiding

gemaakt tussen het werkwoord bimmen en het zelfstandignaamwoord BIM. Om dit verschil kracht

bij te zetten noemt men de methodiek BIM of te wel het bimmen ‘Virtueel Bouwen’ en het

modelsysteem (BIM) BIM-systemen. Dus als er gepraat wordt over BIM moet men praten over

Virtueel Bouwen met als basistool een BIM-systeem. Echter, zoals figuur 2 laat zien is eigenlijk het

‘Virtueel Bouwen’ maar een derde van wat BIM is. Toch wordt deze term veelal gebruikt om het

verschil aan te geven.

3.3 Waarom BIM?

De werkgroep Virtueel Bouwen van Bouwend Nederland stelt dat BIM zo goed als de enige oplossing

is om complexe of ingewikkelde omgevingen de juiste informatie op het juiste moment bij de juiste

persoon te brengen (13)

. Hiernaast blijkt uit onderzoek (15)

naar BIM-technologie in het buitenland en

in andere bedrijfstakken, door Het Expertise CentrumI dat het gebruik van BIM de volgende

voordelen oplevert:

• 40% minder financieel onvoorziene wijzigingen

• Foutmarge kostenberekening binnen de drie procent

• 80% minder tijd om een kostenberekening op te stellen

• 10% besparing op de bouwkosten door vroegtijdige fouten te identificeren

• 7% besparing in de bouwtijd

• De investeringen voor het inzetten van software worden 5 tot 10 keer terugverdiend

Hierbij moet opmerkt worden dat door de voortdurende verbetering van de processen, afspraken en

software rondom BIM deze voordelen alleen maar groter zullen worden.

Aan de boven genoemde voordelen

van BIM ligt natuurlijk een oorzaak ten

grondslag. Figuur 3 is hiervan een

visualisatie van één oorzaak van de

voordelen. Het algemeen bekende

gezegde ‘Kennis is macht’ bewijst ook

in dit geval weer haar waarde. Door

het gebruik van een BIM-systeem is er

in een vroeg stadium van het

bouwproces al een dusdanige

hoeveelheid informatie beschikbaar.

Dit heeft tot gevolg dat bepaalde

keuzes gefundeerd worden door

informatie en niet meer door

inschatting en ervaring.

I Het Expertise Centrum is een instantie die de publieke en semipublieke organisaties helpt met zoeken naar

oplossingen op het gebied van ICT en organisatorische problemen.

Toepassingen van

Building Information Modeling

in de Twentse Bouwpraktijk

P a g i n a | 11

Bimmen heeft ook indirecte voordelen. Denk bij hier aan het milieu en de hippe term

‘duurzaamheid’. Doordat er minder fouten worden gemaakt is er minder afval. Ook door het gebruik

van een BIM-systeem kunnen er meerdere ontwerpopties op productopties worden afgewogen om

zo mogelijk een duurzamer alternatief af te wegen of beter gebruik te maken van zonlicht of de

wind.

Een ander gevolg van het gebruik van een BIM-systeem is dat de stroom van tekeningen en brieven

tussen de partijen in de bouwketen sterk verminderd wordt.

Een ander groot voordeel is dat de opdrachtgever voor de bouw al een compleet beeld heeft van

hoe het object er uit gaat zien en kan het object toetsen aan het programma van eisen. De

opdrachtgever kan met het BIM-model de complete faciliteitmanagement organiseren. Men spreekt

dan niet meer van een BIM-model maar van een FIM-model. De voordelen voor een opdrachtgever

houden dus niet op bij de oplevering van het object. Inzichtelijk krijgen van de TCO is door het

gebruik van FIM is een feit.

Mogelijk het grootste voordeel voor de sector is dat door standaardisatie en notatie van processen

en de daar opvolgende ketenintegratie en de efficiëntere en effectievere manier van samenwerken

er een vriendelijkere en openlijkere sfeer ontstaat. In figuur 5 is illustreert precies wat BIM teweeg

brengt. De hele sector maakt gezamenlijk een grote kwaliteitsslag.

figuur 5 : Het gevolg

bron : www.crow.nl/visie

Toepassingen van

Building Information Modeling

in de Twentse Bouwpraktijk

P a g i n a | 12

3.4 Valkuilen & problemen rondom BIM

BIM is dus niet iets dat je even invoert of koopt en als organisatie alleen lukt het ook niet, al begint

het veranderproces wel met onderzoek naar wat het startpunt is. En dit is meteen één van de

grotere valkuilen bij BIM: het management schaft een soft- en hardware aan en laat mensen een

cursus doen en verwacht vervolgens dat mensen kunnen bimmen. De gevolgen die BIM teweeg

mogen niet onderschat worden (zie paragraaf 3.1)!

Om naar punt B te komen moet men eerst weten wat punt A is. Veel bedrijven zijn enthousiast en

zien de potentie van BIM maar waar te beginnen? Dr. ir. A.M. Adriaanse heeft voor het

veranderingsproces rondom ICT-implementaties in de bouw een adoptiemodel ontwikkelt. Hij is niet

de enige, Balance & Result heeft in opdracht van Bouwend Nederland een vergelijkbaar model

ontwikkeld en andere promoten eigen implementatie modellen. De kern van de modellen is te zien

in figuur 6.

figuur 6 : Adoptiemodel

(16)

In de kern proberen ze allemaal het zelfde te vertellen namelijk om het volgende te doen:

• Bepaal wat de toegevoegde waarde is

• Werk met een plan van aanpak en stel doelen op

• Zorg voor een draagvlak, zowel bij personeel als bij het management

• Werk in haalbare stappen, probeer niet in één etappe Utopia te bereiken

In andere woorden, bepaal waar je vandaan komt, waar je heen gaat, hoe je er heen gaat, met wie je

er heen gaat en vooral waarom.

Andere veel voorkomende problemen & valkuilen rondom BIM staan hier onder kort beschreven:

Problemen rond soft- en hardware

• De mogelijkheid tot uitwisseling van informatie tussen verschillende software systemen wordt

tegen gewerkt door het introductie van eigen bestandsformaten van softwarebedrijven en veel

pakketten claimen dat ze volledig informatie uitwisselen via het bestandsformaat IFC terwijl uit

het onderzoek van ing. H.M. Robbemondt (10)

blijkt dat slechts 87% van alle data daadwerkelijk

uitwisselbaar is doormiddel van IFC.

• Een landelijke modelbibliotheek is er nog niet dit zorgt er voor dat bedrijven alles eerst zelf

moeten modelleren of ze schaffen verschillende bibliotheken aan. Dit kost veel tijd en geld.

• Veel ICT-bedrijven noem hun pakket een BIM-systeem terwijl dat het eigenlijk niet is.

• De ontwikkelingen van soft- en hardware gaan snel en de keuze in pakketten wordt als maar

groter dit maakt het lastig om het juiste pakket te kiezen.

• Technisch gezien nog niet alles mogelijk zie paragraaf 3.5.

Het kunnen gebruiken van BIM

• Het vinden van partners, die kunnen en willen mee gaan met ontwikkelingen, in een sterk

gefragmenteerde sector is een hele opgave. Een voorbeeld van bedrijven die dit probleem

proberen te beslechten is www.innoconceptbouwen.nl

• De meerwaarde van BIM laten inzien bij opdrachtgevers. Zij moeten er immers in het begin tijd

en geld er voor vrijmaken (zie paragraaf 3.3).

Toepassingen van

Building Information Modeling

in de Twentse Bouwpraktijk

P a g i n a | 13

Ontwikkelingen op het gebied van afspraken en processen

Door er in de bouwsector steeds sprake is van projectteams die naar afronding van het project weer

uit elkaar gaan. Om de communicatie en de samenwerking goed te verlaten lopen zijn er eenduidige

afspraken nodig. Die zijn op het moment vol op in ontwikkeling. Voor 3D-bouwobjecten is dit in

Nederland COINS ( www.coinsweb.nl ).

Juridische onduidelijkheden

Veel ontwerpende partijen zetten grote vraagtekens bij het gebruik van een 3D-model. Gelijktijdig

werken met meerdere partijen aan één model. De vraag die dan naar voren komt is: ‘Van wie is het

ontwerp?’. Volgens M.A.B. Chao-Duivis is dit geen probleem en beschrijft dit in een publicatie in het

tijdschrift voor Bouwrecht (17)

.

Vertrouwen in de keten

Een andere groot probleem is dat de andere partijen moeten gaan vertrouwen op het model van

andere partijen.

3.5 Wat kan BIM nu en in de toekomst

De ontwikkelingen op het gebied van soft- en hardware en op

het gebied van afspraken en processen volgens elkaar snel op.

Dit is eigenlijk altijd met een innovatief onderwerp en zorgt er

voor dat het lastig is om een goed en up-to-date beeld te geven

van wat BIM allemaal kan. Een voorbeeld hiervan is de

Mindmap die de werkgroep Virtueel Bouwen heeft op gesteld in

mei 2009 (18). Wel stelt de BIR (19)

dat een succesvolle

introductie van BIM in de Nederlandse bouwsector niet alleen

een sterke ontwikkeling op technische gebied vereist. Maar een

ontwikkeling op drie assen (20)

. Figuur 7 is hiervan de

visualisatie. Op alle drie de fronten gaan de ontwikkelingen

verder. Internationaal werkt de organisatie Building Smart aan

de uitwisseling van gegevens.

Organisaties zoals BIR, CROW en Coins timmeren op het

gebied van

processen en afspraken in Nederland hard aan de weg.

Op een ander niveau zijn groeperingen als Stumico,

Revitgebruikersgroep en Innoconceptbouwen bezig

bedrijven dichter bij elkaar te brengen en informatie uit

te wisselen. De ontwikkelingen van de technologie

hebben zich volgens Roy Meenhuis van Itannex tot op

heden nog teveel gefocust op modelleren en niet op de

uitwisselingen van informatie. Elk softwarepakket kan

goed modelleren maar de communicatie tussen

pakketten gaat nog erg moeizaam, dit word bevestigd

door de IFC-benchmark van Henk Robbemondt (10)

.

figuur 8 : BIM volgens Roy MeenhuisFiguur 8 laat zien hoe

Roy meenhuis de verhouding tussen alle facetten van

BIM ziet.

figuur 7: Ontwikkelingsrichting BIM

figuur 8 : BIM volgens Roy Meenhuis (24)

Toepassingen van

Building Information Modeling

in de Twentse Bouwpraktijk

P a g i n a | 14

3.6 Belanghebbenden van BIM

Voor iedereen die maar betrokken is bij het gebruik en de realisatie van een bouwobject. Dus de

gehele bouwsector inclusief leveranciers en producenten (21 pp. 149-282)

. Daarnaast hebben de volgende

partijen ook belang bij de ontwikkeling en acceptatie van BIM de leveranciers :

• Soft- en hardware leveranciers hebben een belang bij de ontwikkeling van BIM. De verkoop

van BIM-systemen.

• Opdrachtgevers hebben in alle waarschijnlijk het grootste belang (21 pp. 93 - 145)

. Die kan door BIM

namelijk een beter en sneller voltooid bouwobject voor een lagere prijs krijgen. En met het

behulp van FIM kan het gehele beheer van het bouwobject kosten besparend.

3.7 BIM & Vernieuwend ondernemen in de bouw

BIM verandert het primaire proces bij alle partijen die een bijdrage leveren aan de bouw van een

object. Wat en hoe er gecommuniceerd wordt, de manier van samenwerking en verhouding tussen

afdelingen en partijen veranderen door BIM. De impact van BIM is enorm maar of organisaties

geschikt zijn voor BIM en andersom? Het antwoord hierop is lastig en niet direct te beantwoorden.

Dit blijkt ook uit het onderzoek van Robbemondt (10).

Gezien de lage marges en hoge faalkosten in de

bouwsector en de bewezen voordelen van BIM is het eigenlijk niet de vraag of organisaties moeten

gaan bimmen maar wanneer. Pioneers op BIM gebied zijn al tien tot vijftien jaar bezig en de early

adopters hebben inmiddels de eerste stappen gezet. Het is technologisch en economisch gezien de

juiste tijd om de omschakeling nu in te zetten voor de early majority. Dit vereist inzicht,kennis en lef

van bedrijven en dus innovatief ondernemingsschap.

3.8 De BIMCaseweek 2010

De BIMCaseweek (22)

is een week waar in drie teams strijden aan de hand van de aangeleverde

modellen om in vier dagen om het bouwobject zover mogelijk uit te werken doormiddel van BIM. Dit

alles vindt plaats in de Jaarbeurs Utrecht van 14 tot en met 18 maart. Dit is gelijktijdig met de Bouw

& ICT beurs. Het doel van de week? In een competitieve en informele sfeer de kennis en

samenwerking van alle partijen die bezig zijn met BIM vergroten.

Om de BIMCaseweek een unieke ervaring bied om te zien en te ervaren wat BIM teweeg brengt

houdt de auteur van dit rapport een blog bij. Deze is te vinden op de volgende link :

http://maudenthijs.nl/index.php/category/bimcaseweek/ . Daarnaast komt er een eindrapport

gemaakt door het jurypanel en de organisatie. Het eindrapport zal ter zijne tijd verschijnen op de

site van de BIMCaseweek.

Toepassingen van

Building Information Modeling

in de Twentse Bouwpraktijk

P a g i n a | 15

4 Marktonderzoeksresultaten

In dit hoofdstuk worden de resultaten van de gegevens die gevonden zijn tijdens het desk- en

fieldresearch voor het marktonderzoekgedeelte van de stage besproken en geanalyseerd. Om het

overzichtelijk te houden is het hoofdstuk opgedeeld in twee delen. Het eerste deel gaat over het

deskresearch dus alle gegevens die verzameld zijn voor de diepte-interviews. In de tweede paragraaf

van dit hoofdstuk worden de resultaten van de diepte-interviews besproken.

4.1 Deskresearch

Na het filteren op de postcodes, zoals in paragraaf 2.4.2.1 is aangeven, van de ledenlijst van

Bouwend Nederland zijn de benodigde extra gegevens aan de hand van de websites van bedrijven

zelf verzameld. Omzetgegevens waren op dit tijdstip nog niet allemaal bekend. Daarom is er

besloten om op de grond van de ervaringen van enkele bouwsectordeskundigen een selectie te

maken. Deze selectie bleek zeer accuraat te zijn. De bedrijven die niet op selectielijsten van de

deskundigen stonden, bleken ook niet aan de omzeteis uit het onderzoekskader te voldoen.

Uiteindelijk is er telefonisch contact gelegd met 70 bedrijven uit de eerste lijst van 105. Van de 35

afvalligen waren er twee systeembouwers en de rest voldeed niet aan de omzeteis. figuur 9 :

bedrijvenlijst in Figuur 9 is een visuele weergave van de gegevens uit de tabel 2. Voor de gehele

populatie zie bijlage 4.

Aantal Percentage Omzet ( in miljoenen euro’s )

Soort bouwbedrijf

2 2% n.v.t. Systeembouwer

33 31% 0 < 3 Klein

17 16% 3 < 15 Middel

43 41% 15 < 50 Middelgroot

10 10% > 50 Groot

70 67% n.v.t. Voldoet tabel 2 : procentuele verdeling bedrijvenlijst

figuur 9 : bedrijvenlijst in cirkeldiagram weergave

Toepassingen van

Building Information Modeling

in de Twentse Bouwpraktijk

P a g i n a | 16

De 70 bedrijven die benaderd zijn, hebben niet allen meegewerkt aan de diepte-interviews. Dit was

ook niet te verwachten. De verwachting dat slechts vijftien procent van de populatie zou deelnemen

aan het onderzoek bleek een redelijk nauwkeurige schatting en valt in dit geval positief uit. Dertien

bedrijven hebben daadwerkelijk tijd vrij willen maken om mee te werken aan het onderzoek.

Omgerekend naar een percentage is dat negentien procent van de populatie. Van de zeventien

bedrijven van het middel formaat is er geen één met BIM bezig. Wel kenden vier bedrijven de term

BIM vaag. Maar ze dachten allemaal dat het BIM en 3D–tekenen het zelfde waren. Voor meer cijfers

zie tabel 3.

Nie

t d

oo

rge

ko

me

n

Ge

en

tij

d/

zin

Wis

t n

iet

wa

t B

IM w

as

BIM

wa

s in

we

lke

vo

rm d

an

oo

k b

ek

en

d

Act

ief

me

t B

IM b

ezi

g

in w

elk

e m

ate

da

n o

ok

Act

ief

me

t B

IM b

ezi

g

en

be

reid

to

t e

en

inte

rvie

w

Aantal % Aantal % Aantal % Aantal % Aantal % Aantal %

om

zets

cha

al

in m

iljo

en

en

eu

ro's

3 < 15 0 0% 4 6% 13 19% 4 6% 0 % 0 0%

15 < 50 9 13% 3 4% 10 14% 6 9% 4 6% 6 9%

> 50 0 0% 0 0% 1 1% 2 3% 1 1% 7 10%

Totaal 9 13% 7 10% 24 34% 12 17% 5 7% 13 19%

tabel 3 : procentuele verdeling populatie

In tabel 3 zijn de bedrijven in de omzetschalen onderverdeeld in een zestal categorieën. Voor een

verdere uitleg van deze categorieën zie bijlage 6.

Tijdens het deskresearch kwamen er duidelijk verschillen tussen de omzetcategorieën naar voren.

Acht van de elf grote bedrijven zijn intensief bezig met BIM terwijl er nul van de eenentwintig

middelformaat bedrijven bezig zijn met BIM. De meest waarschijnlijke verklaring hiervoor is het feit

dat grotere bedrijven meer en makkelijker budget vrij kunnen maken om innovaties te bestuderen

en te implementeren. Wat niet gemeten is in het onderzoek maar wat wel opviel tijdens het

onderzoek was dat de naam Pioneering lang nog niet overal bekend is.

Van de vijf bedrijven die wel met BIM bezig zijn maar geen tijd hadden voor een interview, is wel

bekend dat drie van de middelgrote bouwbedrijven aan het oriënteren zijn en één pas met BIM gaat

werken als het nadrukkelijk wordt geëist vanuit de opdrachtgever. Van het enige grote bouwbedrijf

dat in deze categorie bevindt is geen verdere informatie bekend. Voor een procentuele verdeling per

omzetcategorie zie bijlage 5.

Toepassingen van

Building Information Modeling

in de Twentse Bouwpraktijk

P a g i n a | 17

4.2 Diepte-interviews

Uiteindelijk hebben dertien bedrijven tijd vrij gemaakt om geïnterviewd te worden om zodoende

een goed beeld te krijgen over de huidige status van BIM bij Twentse bouwbedrijven en wat ze in de

toekomst willen gaan bereiken. De resultaten liggen onder de verwachtingen die gevormd werden

door het bijwonen van de BIMCaseweek 2010. Daar werden dingen getoond en op een manier

samengewerkt die tot de Twentse bouwpraktijk nog niet is doorgedrongen. Tijdens deze week werd

er model gebaseerd samengewerkt en in enkele gevallen werden er dingen zelfs integraal

ontworpen. De voorbeelden die in deze paragraaf staan zijn zoveel mogelijk gehaald uit de

interviews.

4.2.1 Overeenkomsten tussen de geïnterviewde organisaties

Hieronder volgen de meest voorkomende overeenkomsten en verschillen tussen de

organisaties waar de onderzoeker op bezoek is geweest voor een interview.

4.2.1.1 Innovatiedrang Een duidelijk kenmerk dat de organisaties gemeen hebben is dat ze ook bezig zijn met

andere innovatieve ontwerpen. Dit blijkt nogmaals uit het feit dat negen van de dertien

bouwbedrijven deelnemen aan Pioneering. Dit heeft mogelijk ook bijgedragen als reden om

tijd vrij te maken voor een interview. Er is echter geen opmerkelijk verschil waargenomen

tussen wel of niet aangesloten zijn bij Pioneering.

4.2.1.2 Doel om te gaan bimmen Negen van de dertien bouwbedrijven gaven aan dat het terugdringen van faalkosten door

voorbereidingsfouten één van de hoofdreden is om te gaan bimmen. De verwachtingen van

hoe BIM de faalkosten gaat verminderen zijn wisselend. Andere voorkomende redenen om

te gaan bimmen zijn :

• Afstemming en controle van plattegronden, doorsneden en aanzichten is niet meer

nodig. Dit scheelt een hoop problemen.

• Controle en afstemming van tekeningen van onderaannemers/leveranciers

• Eenduidige en enkelvoudige informatie opslag

• Betere samenwerking tussen de ontwerpende en bouwende partijen

• Marketingdoeleinden denk hierbij aan 3D-weergaves en animaties

4.2.1.3 Implementatiemethode Tijdens het onderzoek kwam naar voren dat de bouwbedrijven die planmatig en

systematisch werken of ieder geval trachten te werken, meer en sneller vooruitgang boeken

dan de bouwbedrijven die ad hoc te werk gaan. Dit blijkt uit de gegevens die verkregen zijn

uit de interviewthema’s B, C en D; zie bijlage 3 . Bedrijven die gemiddeld twee jaar bezig zijn

zonder duidelijke vorm van procesbegeleiding zijn gemiddeld eigenlijk alleen maar bezig met

3D-modelleren.

4.2.2 Proces

In deze paragraaf wordt in het kort de meeste waargenomen veranderingen in procesgang

beschreven. Er is een verdeling gemaakt tussen de procesgang intern in het bedrijf, de keten en

de wereld. Tevens worden de algemene verwachtingen over deze omgevingen besproken.

• Onduidelijkheid over de status, rechten, eigendom van het model

De helft van de geïnterviewde gaf aan dat er een hoop onduidelijkheden zijn over de

wanneer een model nou een bepaalde status behoord te krijgen. Daarnaast waren een

aantal geïnterviewde angstig over het gebruik van de componenten die zij gemaakt

hebben gebruikt kunnen worden door andere partijen.

Toepassingen van

Building Information Modeling

in de Twentse Bouwpraktijk

P a g i n a | 18

4.2.2.1 Micro-omgeving De algemene mening is dat de interne afdelingen calculatie, tekenkamer, werkvoorbereiding

en dergelijke langzaam naar elkaar toe groeien of zelfs verdwijnen. Een modelleur is tijdens

het maken van het virtuele gebouw ook meteen bezig met de planning en calculatie. Dit

vereist wel meer kennis en de modelleur is eigenlijk dan een engineer. Deze trend is al

zichtbaar bij bouwbedrijven die al enkele jaren bezig zijn met het BIM-implementatieproces.

4.2.2.2 Meso-omgeving • Verschuiving van taken

De algemene verwachting van de dertien geïnterviewde bouwbedrijven is dat

bouwbedrijven zich meer gaan bemoeien met de technische uitwerking van een

gebouw. Volgens de bouwbedrijven zijn de keuzes die architecten maken voor

bepaalde bouwsystemen en/of producten niet de meest gunstige voor de

opdrachtgever. Dit komt, omdat architecten goed zijn in huisvestingsvraagstukken

oplossen maar geen ervaring hebben in het daadwerkelijk bouwen van de

gebouwen. Ook deze verwachting wordt bij sommige bouwbedrijven al zichtbaar.

Het is echter aannemelijker dat dit niet alleen veroorzaakt wordt door BIM maar ook

door het feit het in alle gevallen om conceptuele woningbouw gaat.

• Ketenintegratie

Een andere duidelijke trend is ketenintegratie. Al staat dit nog bij de meeste

bouwbedrijven in de kinderschoenen. Er zijn slechts vier bouwbedrijven die al echt

praten over co-makers.

• Integraal ontwikkelen

Het daadwerkelijk samenwerken met andere partijen zoals architecten,

constructeurs en installatietechnische bedrijven is niet waargenomen tijdens het

marktonderzoek. Wel is er in één geval een diepgaande samenwerking met

meerdere onderaannemers. In vijf andere gevallen is men bezig met gesprekken

met verschillende soorten partners.

• Controle van ontwerpwerk van andere partijen

De algemene verwachting is dat zodra er gecommuniceerd gaat worden via een 3D-

model dit veel minder nodig zal zijn. Afstemmingsfouten door aangepaste maten of

clash tussen leidingen en vloeren worden door een collision-detection scan meteen

zichtbaar.

4.2.2.3 Macro-omgeving

• Overheid

Uit het marktonderzoek blijkt dat de lokale overheid totaal nog niet betrokken is bij

de grootste verandering in de bouw in tijden. Dit in tegenstelling tot de gemeente

Amersfoort. Architectenbureau Atelierpro (22)

heeft twee mensen van de gemeente

opgeleid om het model van een ziekenhuis te toetsen terwijl men nog aan het

ontwerpen was. Dit had tot gevolg dat zodra het model voltooid was, ook de

bouwbesluittoetsing van de gemeente klaar was.

• Opdrachtgevers

Een ander algemeen geluid dat de bouwbedrijven laten horen is dat de markt het

ook niet altijd stimuleert. Een gebouw modelleren kost veel tijd en die tijd is er vaak

niet bij een aanbesteding of een prijsvraag. Een ander probleem dat meerdere

bouwbedrijven naar voren brengen is dat veel gunningsvormen niet aansluiten bij de

gedachte van integraal samenwerken en ontwerpen. Vormen zoals bouwteams en

met name DBMFO en PPS sluiten al wel een stuk beter aan bij deze gedachten of

geven de vrijheid hiertoe.

Toepassingen van

Building Information Modeling

in de Twentse Bouwpraktijk

P a g i n a | 19

4.2.3 Actoren

In deze paragraaf wordt de verzamelde informatie rondom de reacties en houdingen van

actoren beschreven. In deze paragraaf is ook weer gekozen voor een splitsing tussen de micro-,

meso- en macro-omgeving.

4.2.3.1 Micro-omgeving

• Kartrekkers

In elf van de dertien interviews is er gesproken met personen die zichzelf als één van

de kartrekkers zagen van het BIM implementatieproces. In één geval had de persoon

‘het implementatieproces begeleiden’ als hoofdtaak. In de twee andere interviews is

er gesproken met iemand uit het management. Opvallend was dat iedereen een

positieve blik had op de verre toekomst maar vrij kritisch was over de huidige

situatie en nabije toekomst.

• Top down versus Bottoms up

Waar het initiatief lag bij de directie/management of lager uit de organisatie geeft

een verdeeld beeld weer. Bij ongeveer de helft kwam de intentie om te starten met

BIM vanuit de hoogste regionen van de organisatie en bij de andere helft vanuit een

lager niveau.

• Overig personeel

Ook bij dit punt komen er geen algemene trends naar voren. Wel kan opgemerkt

worden dat het sterk afhankelijk is van de bedrijfscultuur hoe mensen reageren op

verandering. Hiernaast kan opgemerkt worden dat over het algemeen mensen toch

angstig zijn voor grote veranderingen. Een calculator vertellen dat het creëren van

uittrekstaten voor elk project geen meerwaarde levert voor de klant en met een

BIM-systeem deze taak ook niet meer nodig is levert natuurlijk een hoop spanning

en negatieve sfeer op.

4.2.3.2 Meso-omgeving

• Architecten

Bij drie bouwbedrijven lopen er op het moment initiatieven om samen met een

architect te gaan bimmen. In alle gevallen gaat het om conceptuele woningbouw. In

drie andere gevallen ontwerpen de bouwbedrijven zelf de conceptuele woningen.

Architecten reageren volgens de dertien bouwbedrijven afwisselend op BIM.

Sommige architecten zien bouwbedrijven in een BIM-traject als een bedreiging die

engineeringswerk overnemen. Dit zijn vaak de architectenbureaus die naast het

ontwerpen veel gebouwen uitwerken inclusief de werktekeningen. Andere

architecten zien BIM juist als een kans om het voortouw te nemen in het hele

proces. Exacte getallen zijn in dit onderzoek niet naar boven gekomen.

Een ander kritisch punt vanuit de bouwbedrijven is dat architecten geen rekening

houden met de wensen en eisen van bouwbedrijven als ze beginnen met een 3D-

model. De modellen zijn veelal niet bruikbaar voor gedetailleerde planningen en/of

calculaties, omdat bijvoorbeeld een complete spouwmuur als één object wordt

gemodelleerd terwijl een goed calculatie/planning vereist dat de spouwmuur uit

meerdere componenten is bestaat.

• Constructeurs

De algemene reactie van constructeurs naar het verzoeken van bouwbedrijven om

te gaan bimmen zijn in alle gevallen positief. Wel zijn er nog een hoop technische en

procesmatige problemen op te lossen.

Toepassingen van

Building Information Modeling

in de Twentse Bouwpraktijk

P a g i n a | 20

Bij vijf bouwbedrijven zijn ze bezig met kijken naar hoe er samengewerkt kan

worden met de constructeur door middel van een BIM-model. In twee gevallen is

hier ook al mee geëxperimenteerd.

• Installatiesector

De algemene reactie van de bouwbedrijven is dat de installatiesector achterloopt op

het gebied van BIM. In drie gevallen lopen er initiatieven om installateurs in het BIM-

proces te betrekken.

• Leveranciers/onderaannemers

In twee interviews kwam naar voren dat er contacten gelegd waren om met

betonprefab leveranciers te gaan bimmen. In minimaal twee interviews kwam het

inplakken van 3D-modellen van de trappenleveranciers aan de orde.

4.2.3.3 Macro-omgeving

• Opdrachtgevers

Opdrachtgevers zijn over het algemeen enthousiast. Veel opdrachtgevers hebben

over het algemeen erg veel moeite met het begrijpen en interpreteren van

tekeningen. Door het model heen kunnen vliegen en/of 3D-renders geven een

duidelijker beeld vanhoe het gebouw zowel binnen als buiten er uiteindelijk uit gaat

zien.

• Software leveranciers

Bij elk bouwbedrijf waar gewerkt wordt met Revit als 3D-modelleer programma, is

Itannex de leverancier en vaak ook de partij die de opleiding van het personeel

verzorgd.

• BIM-specialisten

Naast dat Itannex ook advies geeft op het gebied van BIM zijn er meer bedrijven die

dat doen. In het marktonderzoek zijn Hans Hendriks (deBIMspecialist) en Vibes als

twee BIM-specialisten genoemd. Echter een expert die een pasklaar antwoordt heeft

op alle problematiek rondom BIM is er volgende de bouwbedrijven niet.

4.2.4 Technologie

Op enkele uitzonderingen na gebruikt elk bouwbedrijf, dat al keuze heeft gemaakt voor een

modelleerprogramma, Revit Architectuur van Autodesk. De meest voorkomende redenen

hiervoor zijn naast de prijs, de verwachting dat Autodesk sneller kan ontwikkelen, Autodesk een

vertrouwde partij is door AutoCAD en de marktsituatie. Er wordt zelfs soms voor Revit gekozen

terwijl men van mening is dat andere programma’s in bouwkundig opzicht en functionaliteit

‘beter’ zijn maar gezien vorig genoemde redenen toch voor Revit gekozen wordt. Voor het

calculatie gedeelte werd vaak het softwareprogramma Ibis4BIM genoemd. Andere software

voor onder andere planningen en bouwbesluit controle zijn niet aan de orde gekomen. Over het

algemeen wordt hardware niet als probleem ervaren. Wel vereisen de modelleerprogramma´s

stevige computers. Wat wel als een probleem ervaren wordt is het samenwerken via internet.

Het vereist namelijk een internetverbinding met de snelheid van een bedrijfsnetwerk. Ook de

uitwisseling tussen verschillende programma´s wordt als een technologische belemmering

gezien. IFC wordt gezien als utopisch en als niet doorontwikkelt beschouwd en wordt daarom

nog nergens toegepast.

Toepassingen van

Building Information Modeling

in de Twentse Bouwpraktijk

P a g i n a | 21

4.2.4.1 Ontbreken van ‘standaard’ componenten Een veel gehoord probleem is dat het modelleren van componenten veel tijd kost. Tijd die

lang niet altijd terug verdient wordt. Er is een duidelijk vraag naar een

componentenbibliotheek.

4.2.4.2 Gebruik BIM-systeem functies Vier van de bouwbedrijven zijn zich nog bezig met het implementatieproces daarom

gebruiken ze nog geen BIM-systeem. Vier bouwbedrijven zijn bezig met 3D-modelleren en

drie zetten stappen richting het uittrekken van hoeveelheden uit een 3D-model. De

overgebleven twee bouwbedrijven gebruiken de 3D-modelleerpakketten voornamelijk voor

marketingdoeleinden. Van BIM kan in deze twee gevallen nog niet gesproken worden.

4.2.5 Kenmerken BIM projecten

Er is duidelijk een overeenkomst te zien tussen de gekozen BIM pilotprojecten. Acht van de

dertien geïnterviewden gaf aan dat ze de intentie hebben of al bezig zijn met het uitwerken van

conceptuele woningen. Een mogelijke verklaring hiervoor is dat door de herhaling van

technische oplossingen bij conceptuele gebouwen de investering van het in detail virtueel

uitwerken makkelijker en sneller terugverdiend wordt. Door deze herhaling is het ook mogelijk

om op de oude processen terug te vallen mocht het BIM-systeem falen en kan het BIM-proces

vergeleken worden met de oude processen. Andere bedrijven gaven juist aan om uiterst

complexe objecten uit te werken in 3D-model om zo inzicht te krijgen in de complexe vormen

die in 2D-tekeningen lastig te doorgronden zijn.

Toepassingen van

Building Information Modeling

in de Twentse Bouwpraktijk

P a g i n a | 22

5 Conclusies

In dit hoofdstuk wordt bepaald in hoeverre de onderzoeksvragen zijn te beantwoorden met de

gegevens die verzamelt zijn tijdens het onderzoek. Per onderdeel (theoretisch kader en

marktonderzoek) wordt onderbouwing gegeven voor de conclusie. In paragraaf Fout!

Verwijzingsbron niet gevonden. zijn de antwoorden op de onderzoeksvragen de input voor

plaatsing van de Twentse bouwbedrijven in het volwassenheidsmodel van dhr. B. Succar. Zodoende

wordt er antwoordt gegeven op de vraagstelling die voorafgaand aan het onderzoek is opgesteld.

Vraagstelling Vraagstelling

“Hoe ver zijn uitvoerende bouwbedrijven in Twente met BIM en welke beperkende en

stimulerende factoren komt men tegen tijdens de implementatie en het gebruik ervan? Status

van BIM bij de bedrijven wordt gecategoriseerd aan de hand van een volwassenheidsmodel.”

5.1 Theoretisch kader

Wat is BIM precies?

Het onderzoek is gestart met een literair onderzoek en gesimuleerde praktijkervaring om zodoende

kennis en ervaring op te doen over het onderwerp van het onderzoek. Door de ervaring en kennis is

er inzicht gekregen in de on- en mogelijkheden van huidige BIM-systemen en is er tot op zekere

hoogte kennis opgedaan van beperkende en stimulerende factoren rondom BIM bij zowel

bouwbedrijven als andere actoren in de bouwsector. Ook heeft het een verduidelijking gegeven van

de problemen en verhoudingen in de bouwsector die in de loop der jaren gegroeid zijn. Deze

verhoudingen zullen door de acceptatie en implementatie van BIM door de gehele bouwketen

veranderen. Daarnaast heeft het een beeld van hoe de toekomst van de bouwsector er uit kan zien

geschapen.

BIM is een nieuwe en revolutionaire vorm van werken. De fundering voor deze manier van werken is

een 3D-model met een daaraan vast alle relevante informatie omtrent het bouwobject. Het vereist

andere bedrijfsprocessen en – cultuur. Daarnaast vereist het intensieve samenwerking tussen de

betrokken partijen in alle fases van de ontwikkeling van het bouwobject. Dit alles heeft grote

voordelen in kwaliteit van het bouwobject, tijd en economische zin. BIM zorgt

voor transparantere relaties tussen alle betrokken partijen. De klant wordt centraal gesteld in het

bouwproces. Samen het meest optimale bouwobject voor de beste prijs realiseren, de kerngedachte

van intergrated project delivery is het doel. BIM is een complete andere methode om het primaire

proces van bouwbedrijven vorm te geven.

5.2 Marktonderzoek

Welke bedrijven kijken met interesse naar BIM?

Uit het markonderzoek is gebleken dat Twentse

bouwbedrijven van het klein- en middelformaat niet

bezig zijn met oriënteren op BIM. Van de middelgrote

bedrijven is de helft aan het kijken naar BIM en het over

grote deel van de grote bedrijven bevindt zich ook nog in

de preBIM fase.Dit is in tabel 4 weergegeven.

Slechts een kwart van de Twentse bouwbedrijven met

een omzet tussen de 15 en 50 miljoen euro is actief bezig met BIM. De grote Twentse bouwbedrijven

doen het op dit gebied wel beter, bijna driekwart is actief bezig met BIM. Echter als er gekeken

wordt naar hoever de middelgrote en grote Twentse bouwbedrijven zijn met BIM wordt het beeld

een stuk negatiever. Acht van de dertien geïnterviewde bedrijven bevinden zich nog in het pre-BIM

Omzetschaal 15 < 50 > 50

PreBIM 3 5

BIM stadia 1 3 1

BIM stadia 2 1 0

BIM stadia 3 0 0

IPD 0 0 tabel 4 : Punten verdeling in volwasseheidsmodel

één punt representeert één bedrijf

Toepassingen van

Building Information Modeling

in de Twentse Bouwpraktijk

P a g i n a | 23

stadia. Vijf van deze bedrijven zijn wel druk bezig met het maken van een implementatieplan en het

creëren van draagvlak in de organisatie. Slechts bij twee bedrijven is duidelijk waargenomen dat de

grens tussen BIM stadia 1 en 2 gepasseerd is. Opvallend is dat deze bedrijven beide in de

omzetcategorie middelgroot zitten. Gezamenlijk vormen deze twee bedrijven het enige punt in de rij

van BIM fase 2 in tabel 4, omdat ze nog niet aan alle punten voldoen om beide volledig in stadia 2 te

staan.

Welke bedrijven werken er met BIM?

Bij de helft van de gesproken middelgrote bouwbedrijven kan gesproken worden dat ze

daadwerkelijk aan het bimmen zijn. Daarnaast kan slechts bij één bouwbedrijf met een omzet groter

dan 50 miljoen gesproken worden van BIM. Een opvallend feit is dat de bouwbedrijven die bezig zijn

met BIM zich vooral richten op conceptuele woningbouw. De meest aannemelijk reden hiervoor is

dat deze bedrijven het meest ketengeïntegreerd en geïndustrialiseerd zijn van de bouwbedrijven.

Wat zijn de reacties van de partijen?

Op deze vraag is door het marktonderzoek geen eenduidig antwoord op gevonden. Reacties van

architecten wisselen enorm. De algemene reactie van constructeurs is daarin tegen wel positief.

De meeste opdrachtgevers zijn dol enthousiast op de ‘mooie’ plaatjes maar hebben volgens de

bouwbedrijven vaak geen besef van wat BIM inhoudt en wat het de opdrachtgevers kan brengen.

Reacties van onderaannemers & leveranciers zijn niet ten sprake gekomen in het onderzoek.

Wat levert BIM nu al op?

Dit is afhankelijk in welke fase van het volwassenheidsmodel de bouwbedrijven zich bevinden.

Zolang de bedrijven in de preBIM fase zitten zal de implementatie meer kosten dan het oplevert.

Ook is het afhankelijk wat er gesteld is als doel. Zolang men nog niet klaar is met het bereiken van

het vooraf gestelde doel zal er investeert worden in mankracht en materieel. Dit zorgt er mogelijk

voor dat BIM op dat moment niks overlevert. Gezien het feit de meeste bedrijven nog in de preBIM

fase zitten zal BIM op het moment in Twente niks opleveren en alleen maar geld kosten.

Hoe verloopt de samenwerking als er met BIM gewerkt wordt?

Over het algemeen is er nog weinig samenwerking met behulp van een BIM-systeem tussen

bouwbedrijven en andere partijen uit de bouwsector. Bij bouwbedrijven die al wel proberen samen

te werken met behulp van BIM lopen vooralsnog vooral tegen technische problemen op. Onder de

bouwbedrijven is er ook nog veel onduidelijk omtrent de rechten en eigendomsituaties van

onderdelen van het model.

Toepassingen van

Building Information Modeling

in de Twentse Bouwpraktijk

P a g i n a | 24

5.3 Beantwoording van de vraagstelling

Helaas is IPD de komende jaren nog een utopische doelstelling. De afstand tussen de huidige situatie

en het doel is groot. Dit blijkt uit de gegevens die in het marktonderzoek zijn verzameld. Om in één

oogopslag de status van BIM bij de middelgrote en grote bouwbedrijven te kunnen zien is de

verkregen informatie uit het marktonderzoek verwerkt in het model van Bilal Succar (6)

; zie figuur 10.

De grafische weergave in figuur 10 laat duidelijk zien dat er op het gebied van afspraken en

processen er intern en tussen bedrijven stappen gemaakt moeten worden om te kunnen zeggen dat

heel Twente bimt.

Beperkende factoren rondom het gebruik van BIM en de implementatie ervan :

• Het overgrote deel van de Twentse bouwbedrijven werkt zonder een duidelijk doel en/of plan

aan een BIM-implementatie dit tot in tegenstelling wat de meeste BIM-experts adviseren. Uit het

marktonderzoek blijkt dat hierdoor het implementatieproces langzamer verloopt.

• Het creëren van draagvlak. Zowel top-down als bottom-up is het verkrijgen van voldoende steun

een cruciale maar erg lastige opgave.

• Ketenintegratie en transparant samenwerken is lastig en nieuw voor de meeste mensen uit de

bouwsector. Zeker als er gekeken wordt naar de huidige economische situatie en de gemiddelde

uitzuig mentaliteit in de sector. Deze cadans doorbreken is niet makkelijk en vergt veel tijd en

energie van iedereen.

• Elk bedrijf probeert op zijn eigen manier te bimmen en kijkt nog niet verder dan dat. Dit werkt

het samenwerking en ketenintegratie gedeelte van het bimmen tegen.

• Opdrachtgevers, de overheid, onderaannemers en leveranciers beseffen nog niet wat BIM voor

ze kan opleveren en stimuleren het gebruik er niet van.

• Bimmen vereist een hoop kunde en kennis. Er is een te kort aan goed opgeleid personeel dat

daadwerkelijk verstand heeft van modelleren.

• Harde financiële voordelen van BIM zijn moeilijk te bewijzen.

Stimulerende factoren rondom het gebruik van BIM en de implementatie ervan :

• De huidige economische situatie dwingt bedrijven tot nieuwe wegen te vinden.

• Er zijn in andere sectoren en in het buitenland genoeg succescases te vinden.

figuur 10 : geïnterviewde bedrijven geplaatst in het model van B. Succar

Toepassingen van

Building Information Modeling

in de Twentse Bouwpraktijk

P a g i n a | 25

6 Aanbevelingen

Het doel om alle factoren die de implementatie van BIM bij Twentse Bouwbedrijven beïnvloeden te

beschrijven is door dit onderzoek voor een groot deel gehaald. De doelstelling stelde dat alle

factoren beschreven zouden worden. Door de relatief korte onderzoekstijd bij de bedrijven is er

geen garantie dat alle factoren aan bod zijn gekomen. Wel kan er gesteld worden dat de meest

voorkomende en dus belangrijkste factoren beschreven zijn in dit rapport. Hierdoor is het Pioneering

duidelijk waar de behoeftes voor begeleiding en ondersteuning bij middelgrote en grote

bouwbedrijven liggen op het gebied van BIM. Echter om op deze behoeftes een projectagenda van

een werkplaats die de gehele bouwketen behoort te dienen, te formuleren is een doelstelling die na

afronding van het onderzoek als niet verstandig beschouwd wordt. Uit gesprekken met architecten,

softwareleveranciers en BIM-specialisten blijkt dat er vanuit deze en andere partijen ook andere

behoeftes zijn. Naast de behoeftes van bouwbedrijven dient Pioneering ook in te spelen op deze

behoeftes. Wel zijn er een tal van aanbevelingen te geven vanuit het perspectief van bouwbedrijven

waar de werkplaats BIM zich op dient te focussen.

Doelstelling

“Het verkrijgen van inzicht van alle factoren rondom BIM bij ontwikkelende/uitvoerende

bouwbedrijven. Hieruit volgt wat de behoefte aan begeleiding/ondersteuning, vanuit de stichting

Pioneering, in de regio is. Vanuit deze behoefte wordt er een projectagenda opgesteld en kan de

werkplaats BIM zorgen voor een stimulans om de Twentse bouwsector te laten innoveren.”

Uit de verkregen kennis door de gehele stageperiode en met name het onderzoek zijn een aantal

aanbevelingen voor verschillende partijen te halen. Daarom is er in deze paragraaf gekozen voor een

onderverdeling per typen partijen.

6.1 Bouwbedrijven

• Procesnotatie

Om het primaire proces te kunnen veranderen moet je eerst inzicht hebben in het huidige

primaire proces. Een fundamentele verandering in het primaire proces kan niet in één keer

maar dient stapsgewijs uitgevoerd te worden. Om dit goed te verlaten lopen moet je wel

weten welke activiteiten en producten relaties met elkaar hebben, zodat de stappen goed

gegroepeerd zijn. Standaardisatie en notatie van de primaire processen is de eerste stap.

• Bewust zijn van de implicaties

BIM is een totale andere manier van werken, zowel intern als extern processen veranderen.

Het vereist een niveau van procesnotatie, communicatie en samenwerking die voor veel

bouwbedrijven volstrekt nieuw is.

• Werk op een gestructureerde manier

Zorg er voor dat er een plan ligt waarin geschreven staat wat er bereikt dient te worden met

BIM en hoe en wanneer het doel ongeveer bereikt dient te zijn.

• Draagvlak is cruciaal

Zorg er voor dat er een solide draagvlak is onder het personeel alvorens er begonnen wordt

met BIM. Mensen moet begrijpen dat de overstap naar een ander primair proces noodzakelijk

is en uitdagingen en valkuilen met zich meebrengt. Een directie kan nimmer een verandering

van het formaat dat BIM heet bewerkstelligen zonder het overige personeel. Deze groep moet

dusdanig in de verandering geloven, zodat de benodigde extra inspanningen geleverd kunnen

worden.

Toepassingen van

Building Information Modeling

in de Twentse Bouwpraktijk

P a g i n a | 26

• Kosten

Ondanks dat het vaak in eerste instantie lijkt alsof software,hardware en de

implementatiebegeleiding de grootste kostenposten zijn is dat niet het geval. Het niet correct

gebruiken van het BIM-systeem en op een oncontroleerbare manier toch in oude routines

blijven werken zorgen uiteindelijk voor meer kosten dan het hele implementatieproces.

• Partners

Als er intentie is om integraal samen te gaan werken selecteer partners dan op een objectieve

basis en zorg dat de kennis en kunde volledig gedeeld wordt om vertrouwen en

samenhorigheid te scheppen. Leg goed vast waar elkaars rechten, plichten, eigendommen en

bevoegdheden liggen voordat er daadwerkelijk informatie uitgewisseld wordt.

Na een intentieverklaring zet dan ook door en probeer waarnodig om technische en wettelijke

beperkingen heen te werken.

6.2 Pioneering werkplaats BIM

• Focus op regels en proces

Zoals het marktonderzoek aangeeft is de technologie op het moment rijp genoeg om

daadwerkelijk mee te kunnen bimmen. De processen en inter-organisatorische afspraken zijn

punten waar Pioneering zich op moet gaan focussen. Hoe moet een model opgebouwd

worden, zodat de rest van de keten er ook mee uit de voeten kan. Het testen en uitproberen

van internationale regel- en procesafspraken. Dit is slechts enkele van de vele voorbeelden

waarin Pioneering het voortouw kan nemen op het gebied van afspraken en processen.

• Bouwbibliotheek

Ontwikkel samen met benodigde partijen een framework voor het opzetten van componenten

voor een universele bibliotheek. Het ontbreekt aan bedrijfsoverstijgende uniformiteit op het

gebied van proces en regels maar ook op het gebied van componenten. Wil men in Nederland

echt integraal samenwerken dan zal er een uniforme manier moeten komen om platform

onafhankelijke componenten te maken. Twente is een gebied waar de bouw een grote rol

speelt en kan hier de leiding in nemen. Opleidingen van allerlei niveaus en richtingen kunnen

een bijdrage hierin leveren.

• Focus van pilotproject

Richt per pilotproject op een bepaald aspect van BIM. Alles in één project stoppen is niet

reëel.

Toepassingen van

Building Information Modeling

in de Twentse Bouwpraktijk

P a g i n a | 27

Bronnen

1. Ledenlijst Bouwend Nederland regio oost. Ledenlijst Bouwend Nederland Regio Oost.

www.bouwendnederland.nl. [Online] [Citaat van: 9 3 2010.]

http://www.bouwendnederland.nl/oost/overons/ledenlijst/Pages/default.aspx.

2. Doelstelling Pioneering. Pioneering. [Online] [Citaat van: 20 juni 2010.]

http://pioneering.nl/#/doelstelling.

3. Oudemans, K.A.R. Markus A.M. Enquête research. Amsterdam : Wolter-Noordhoff, 2007.

978-90-01-70030-0.

4. Mandemakers, Drs. U. Meier Drs. M. Kwalitatief marktonderzoek. Nijmegen : Wolters-

Noordhoff, 2006. 978-90-01-70028-7.

5. Broefhoff, Ir. M.A. Starten met marktonderzoek. Dieren : Wolters-Noordhoff, 2007. 978-90-

01-70026-3.

6. Building information modelling framework : A research and delivery foundation for industry

stakeholders. Succar, Bilal. Newcastle Australië : Elsevier, 2008.

7. Davies, Nigel. What does BIM mean? Keynsham : Evolve consultancy, 2006.

8. Hendriks, Hans. Meerwaarde door BIM toepassing symposium afstudeeratelier HU ICT in de

bouw. Nijverdal : www.deBIMspecialist.nl, 2010.

9. Film BIM. Bouw Informatie Raad, 2009.

10. Robbemondt, Henk. Hoe het Building SMART concept de bouw kan veranderen : Een IFC

Benchmark. Eindhoven : TU/e, 2008.

11. Voort, Paul van der. HET INNOVATIEBOEK Innoveren van droom tot daad. Den Haag : Sdu

uitgevers, 2009. ISBN 90 5261 550 0.

12. CPI. ik bim, jij bim-t, wij bim-men. Delft : Centre for Process Innovation in building &

construction (CPI), 2008.

13. Ir. Sven van Dijk, Ing. Willem Pel, Drs.ing. Jan straatman. Aan de slag met Virtueel Bouwen.

2009.

14. Schokkin, J.W. Beter voorbereid door BIM: Een onderzoek naar de invoering en toepassing van

Virtueel Bouwen tijdens de voorbereiding van bouwprojecten. Utrecht : sn, 2009.

15. Het Expertise Centrum. Vergelijkend onderzoek naar initiatieven in het buitenland. Den Haag :

sn, 2008.

16. Chao-Duivis, Prof. mr. dr. M.A.B. Juridische implicaties van het werken met BIM. Den Haag :

Instituut voor bouwrecht, 2009.

17. Bouwend Nederland, Virtueel Bouwen. www.bouwendnederland.nl/virtueelbouwen.

Bouwend Nederland / virtueel bouwen. [Online] 19 mei 2009. [Citaat van: 2 februari 2010.]

http://www.bouwendnederland.nl/SiteCollectionDocuments/Virtueel%20Bouwen%2019%200

5%202009.mm.

18. PSI Bouw. BIR en BIM Twee handen op de ICT-buik. Gouda : sn, 2006.

19. Bouw Informatie Raad. Met BIM bouwen aan structuur in de sector. 2008.

20. BIMCaseweek. www.bimcaseweek.nl. [Online]

21. UNStudio. Artist Impression DUO2. Groningen : 2009.

22. Adriaanse, Dr. ir. A.M. THE USE OF INTERORGANISATIONAL ICT IN CONSTRUCTION PROJECTS:

A CRITICAL PERSPECTIVE. Enschede : Universiteit Twente, 2007. 978-90-365-2575-6.

23. 'Na snoeien is het weer tijd om te groeien'. Aterlierpro en Cornelis, Ernstjan. Houten : sn,

2010.

24. itannova nummer 1. Itannex. Almelo : sn, 2010.

25. Eastman, Chuck. BIM Handbook A guide to Building Information Modeling for owners,

managers, designers, engineers and contractors.

Toepassingen van

Building Information Modeling

in de Twentse Bouwpraktijk

P a g i n a | 28

Bijlagen

Bijlage 1 Plan van Aanpak

Bijlage 2 Telefoonscript

Bijlage 3 Checklist diepte interview

Bijlage 4 Bedrijvenlijst

Bijlage 5 Procentuele verdeling per omzetcategorie

Bijlage 6 Uitleg verdeling respons in categorieën

Bijlage 7 Samenvatting BIM framework van dhr. B. Succar

Bijlage 8 Extra informatiebronnen

Bijlage 1 Plan van Aanpak

Bijlage 2 Telefoonscript

Bijlage 3 Checklist diepte interview

Bijlage 4 Bedrijvenlijst

Bijlage 5 procentuele verdeling per omzetcategorie

Als de gegevens uit tabel 3 : procentuele verdeling populatietabel 3wisselen van de X- en de Y – as

dan laat de tabel de procentuele verdeling per omzetschaal zien, zie onderstaande tabel.

Omzetschaal in miljoenen euro's

3 < 15 15 < 50 > 50

Aantal % Aantal % Aantal %

Niet doorgekomen 0 0% 9 24% 0 0%

Geen tijd/zin 4 19% 3 8% 0 0%

Wist niet wat BIM was 13 62% 10 25% 1 9%

BIM was in welke vorm dan ook bekend 4 19% 6 16% 2 18%

Actief met BIM bezig in welke mate dan ook 0 0% 4 11% 1 9%

Actief met BIM bezig en bereid tot een interview 0 0% 6 16% 7 64%

Totaal 21 100% 38 100% 11 100%

Procentuele verdeling per omzetschaal

Grafische weergave verdeling omzetschalen

Bijlage 6 Uitleg verdeling respons in categorieën

Deze categorieën vertellen tot waar het onderzoek bij het desbetreffende bedrijf is gekomen. De

verdeling is terug te vinden onder andere in tabel 3.

• Niet doorgekomen

Tijdens het onderzoek is er minstens driemaal geprobeerd om de juiste persoon te pakken te

krijgen maar dit is niet gelukt in verband met drukte van de persoon.

• Geen tijd/zin

Na een korte uitleg over de bedoelingen van het onderzoek, gaf de telefoniste of een andere

persoon direct aan geen interesse te hebben.

• Wist niet wat BIM was

De juiste persoon is telefonisch gesproken maar wist niks van de term BIM en had er ook

nog niet van gehoord. Deze zijn zoals in Bijlage 2 Telefoonscript te lezen is doorverwezen

naar het document ‘Ik bim, hij bim, wij bimmen’ (12)

op de site van de Bouwinformatieraad.

• BIM was in welke vorm dan ook bekend

De juiste persoon is telefonisch gesproken en kende het begrip BIM. Er is niet eenduidig vast

gelegd of de persoon ook kon uitleggen wat het precies was. Ook de bedrijven die in

verband met financiële oorzaken er bewust voor kiezen om BIM op het moment links te

laten liggen zijn ondergebracht in deze categorie.

• Actief met BIM bezig in welke mate dan ook

De persoon die telefonisch is gesproken wist te vertellen dat het bedrijf bezig was met BIM.

Dit kan zijn bezig met oriënteren of al bezig met een implementatietraject .

• Actief met BIM bezig en bereid tot een interview

Deze bedrijven waren zowel actief bezig met BIM en stonden open voor een diepte-

interview. Paragraaf 3.2 is een verdere uitwerking van de verkregen gegevens van deze

groep.

BIM Velden venn diagram

BIM lenzen / perspectieven

Bijlage 7 samenvatting BIM framework van dhr. B. Succar

Het volwassenheidsmodel dat in het onderzoek

gebruikt is om de Twentse bouwbedrijven in te

schalen is ontwikkelt door dhr. Billal Succar. Hij is

een PhD-kandidaat van de Universiteit van

Newcastle Australië. Het framework bestaat uit een

drietal dimensies.

BIM velden (X-as)

Domeinen waarin bepaalde actoren, activiteiten en

producten worden gegroepeerd. In het model

wordt er onderscheid gemaakt tussen drie velden.

Deze drie velden zijn vervolgens onder verdeeld in

meerdere subvelden. Deze velden hebben ook een

bepaalde overlap. Dit komt voor wanneer

bijvoorbeeld een product meerdere activiteiten

vereist.

BIM lenzen (Z-as)

De lenzen zorgen voor een filtering van de waarnemingen.

Het zorgt voor een classificatie van de waarnemingen. Wil je

iets vanuit het projectmanagement perspectief bekijken dan

gebruik je de benodigde lens.

Techniek Proces Beleid

SO Software LD Leiderschap CN Contracten

HA Hardware IN Infrastructuur RG Regelgeving

NT Netwerk HR Human resources PP Onderzoek & educatie

PS Producten & service

Pre-BIM

Stadium 1

Stadium 2

Stadium 3

Matrixweergave van het BIM volwassenheidsmodel

BIM Stadia (Y-as)

Dit zijn de volwassenheidsfase waarin een organisatie zich kan bevinden. Op de volgende pagina is te

zien hoe de keten in elkaar schuift als er in een hoger stadium gebimd wordt.

1. Pre-BIM

Dit is het stadia waar bedrijven zich bevinden als ze nog niet

daadwerkelijk bezig zijn met BIM. Het creëren van virtualisaties

waarachter geen intelligentie zit valt ook onder deze fase. De

samenwerking verloopt zoals figuur 5 aan de linkerkant illustreert.

2. BIM stadium 1 : Object gebaseerd modellering

In deze fase werken de partijen op dezelfde manier samen als bij de

eerste fase maar men is wel degelijk bezig met modelleren met

programma’s zoals Archicad, Revit en Allplan. Deze modellen bevatten

slechts informatie van één discipline en/of één partij bijvoorbeeld de

architect. De grootste voordelen in deze fase worden behaald door de

automatisering en afstemming van producten zoals 2D-tekeningen,

uittrekstaten en 3D-virtualisaties.

3. BIM stadium 2 : Model gebaseerd samenwerken

In deze fase creëren betrokken partijen afzonderlijk een model

en wisselen deze uit via bestandsoverdracht. Een voorbeeld

hiervoor is dat bouwbedrijven modellen van trappen van

leveranciers in hun model stopen. Ook is de uitwisseling tussen

de ontwerpfase, de uitvoeringsfase en de exploitatiefase nog niet aan

de orde.

4. BIM stadium 3 : Netwerk gebaseerde integratie

In deze fase werken partijen uit alle fases integraal samen aan

het model om zo een optimaal gebouw te creëren. Dit gebeurt

door uitwisseling via servers.

5. IPD

Integrated project delivery oftewel integraal ontwerpen met behulp

van virtueel prototypen.

Ontwerpfase Constructiefase Operationele fase

D1 Conceptuele ontwerpen,

programma van eisen,

stichtingskosten

C1 Constructie planning en

detaillering

O1 Bezetting en

openrationalisatie

D2 Architectonische en

constructieve ontwerp

C2 Offeren, prefabriceren

en bouwen

O2 Vermogens- en facilitair

management

D3 Analyse, detaillering en

specificeren

C3 Oplevering en

overdracht

O3 Sloop en verbouw

Bijlage 8 Extra informatiebronnen

Hier staan alle informatiebronnen die wel zijn gelezen en/of bijgewoond maar niet direct terug te

vinden zijn als ‘gebruikte’ bron in het rapport. Wel hebben deze bronnen bijgedragen aan de

beeldvorming van de onderzoeker.

1. Literatuur & publicaties

1.1. Artikelen uit kranten en magazines & nieuwsbrieven • Dhr. Marcel van Rijnbach. Systematische woningbouw in BIM drukt de bouwkosten fors. Cobouw nr. 62 blz.

15

• Dhr. Frans van Velden. Adviesbureau brengt bimmen in praktijk. Cobouw nr. 71.

• Dhr Marcel van Rijnbach. BIM is lastig voor aannemer Meander-ziekenhuis. Cobouw.

• Dhr. Frans van Velden. Bim is meer dan een afbeelding. Cobouw nr. 99.

• Dhr. Frans van Velden. Quickscan beoordeelt ‘BIM-niveau’. Cobouw.

• Alexander Koutamanis. SimsalaBIM en andere toverspreuken van het digitale tijdperk. Real Estate, CREM &

FM nr. 68 blz. 30 – 34.

• BAZ is enorm enthousiast over BIM. CADMagazine nr. 4 2009 blz. 10 – 11.

• VHGP architecten. VHGP GOE’S BIM. 15 maart 2010

• LKSVDD. Integraal ontwerpen als onderdeel van het nieuwe bouwen.

• Beter aanbesteden met een BIM. Nederlandse Staatscourant 04-03-2009

• BIM: meer grip en inzicht, minder faalkosten. BNABLAD #07/08

• Ir. Léon van Berlo. Oproep voor deelname aan BIMserver pilot. TNO|Kennis van zaken.

• Stumico nieuwsbrief nr. 95 april 2009.

• STABU-bulletin maart 2010. Pilot met het nieuwe STABU-Element.

• Nieuwbrief CUR bouw & infra nr. 8 ,9 en 10

• Toekomst voor het bouwproces, een 3D-objectbenadering. COINS

• ItanNOVA. Nieuwsbrieven van Itannex

1.2. Papers • Smartmarket Report Design & Construction Intelligence. Building Information Modeling (BIM) Transforing

Design and Construction to Achieve Great Industry Productivity.

• Dhr. Paul G. Simpson. BIM revolution, ICT waves in the AEC industry.

• Autodesk. Bolder, greener, more confident design.

• Strukton Engineering. Samen bouwen = Eerst Samen Virtueel Bouwen.

• Strukton Engineering. 3D Modelleren & Virtueel Bouwen.

• Dhr. Wubo Hazewinkel. Introdutie van het 3D Bouwwerk Informatie Model BIM.

• Dhr. Jos van der Pas. Ontwikkeling rondom 3D-BIM. Syntens 30 mei 2008.

• DURF 5 Bouw en ICT. PSIBOUW.

• BIR en BIM, twee handen op de ICT-buik. PSI bouw.

• Dhr. Nigel Davies .What does BIM mean? Evolve consultancy.

• Dhr. Nigel Davies .BIM in the parametric world. Evolve consultancy.

• Balance & Result virtueel bouwen. Balance & Result

• Dhr. Timo Hartmand & dhr. Raymond E. Levvitt. Understanding and managing 3D/4d model

implementations at the project team level.

1.3. Academische verslagen • Dhr. Timo Hartman. A Grassroots Model of Decision Support System Implementations by construction

project teams. CIFE center for integrated facility engineering. • Dhr. John Eric Taylor. Three perspectives on innovation in interorganizational networks: SYSTEMIC

INNOVATION, BOUNDARY OBJECT CHANGE, AND THE ALIGNMENT OF INNOVATIONS AND NETWORKS.

Department of civil and environmental Engineering of Stanford University

• Ir. Arjan Adriaanse. The use of interorganisational ICT in construction projects, a critical perspective.

Universiteit Twente

1.4. Hand-outs presentaties • BAM utiliteitsbouw. UPIA Project, BAM Advies & Engineering Strukton Engineering. 3D Modelleren &

Virtueel Bouwen.

• Strukton Engineering. 3D Modelleren & Virtueel.

• Ir. Léon van Berlo. ‘carte blanche’. TNO|Kennis van zaken.

• Hand-outs Congres 13-14 april 2010. BIR.

• Dhr. Dik Spekkink. Krachtig samenwerken met 3D/BIM.

• Hans Hendriks. Operationeel excelleren.

1.5. Boeken • Dhr. Finith Jernigan. Big BIM little bim.

• Ir. Arjan Adriaanse. “Een richtlijn voor de invoering van ICT in bouwprojecten”. PSIBouw

2. Seminars, beurzen, lezingen •••• Beurs ‘BouwRAI 2010’ 14 april 2010

•••• Lezing ‘Evaluatie BIMCaseweek 2010’ Stumico 22 april 2010

•••• Seminar ‘Naar snoeien komt bloeien’ Itannex 27 april 2010

•••• Seminar ‘3D meten is weten. Sneller en efficiënter calculeren met behulp van IBIS4BIM’ Brink groep 6 juni

2010

•••• Seminar Nationaalbimplatform ‘ 18 juni

3. Conversaties •••• Gesprek met Balance & Result 9 februari 2010

•••• Gesprek met Itannex 18 februari 2010

•••• Gesprek met IAA Architecten 2 maart 2010

•••• Gesprek Scia Nederland 26 maart 2010

•••• Gesprek met Twee Snoeken Automatisering 1 april 2010

•••• Gesprek met Saxion Vastgoed 19 maart 2010

•••• Bijwonen van werkplaats vergaderingen op 20 april 2010, 25 me en 29 juni 2010