ABN Amro Visie op sectoren
Embed Size (px)
Transcript of ABN Amro Visie op sectoren

Visie op Sectoren 2014

‘Goedkoop, maarniet tegen elke prijs’
5 v ra ge n a a n Albe rt v a n B olde re n5 v ra ge n a a n Albe rt v a n B olde re n
CFO Zeeman Groep BV
Jan Zeeman opende de deuren van de eersteZeeman-vestiging in 1967, in Alphen aanden Rijn. De tweede volgde een halfjaarlater. En anno 2014 is het familiebedrijfZeeman met 1.250 winkels in Nederland,België, Luxemburg, Duitsland en Frankrijkéén van de grootste textielsupers vanEuropa. Het bedrijf valt op in dewinkelstraten, met zijn felgele en blauwehuisstijl en de matroos in het logo. Maarmisschien nog wel meer door de rotsvastestrategie, een zeer gunstige prijs-kwaliteitverhouding. Wat er ook gebeurt. En daarbijblijft maatschappelijk verantwoordondernemen hoog op de agenda. Want, zegtCFO Albert van Bolderen: ‘We zijn goedkoop,maar niet tegen elke prijs.’
1. Zeeman lijkt het onverenigbare1. Zeeman lijkt het onverenigbarete kunnen combineren: kleding ente kunnen combineren: kleding entextie l goedkoop en tegelijk mettextie l goedkoop en tegelijk metoog voor milieu enoog voor milieu enarbeidsomstandigheden verkopen.arbeidsomstandigheden verkopen.Op een lijst van het Minister ie vanOp een lijst van het Minister ie vanEZ met duurzame reta ilers staatEZ met duurzame reta ilers staatZeeman in de top 5 . Wat is hetZeeman in de top 5 . Wat is hetgeheim?geheim?
‘Wij kunnen de prijs laag houden door heel grote volumes te
laten produceren in het Verre Oosten: China, Bangladesh,
Filipijnen, Indonesië, India, Turkije en Pakistan. Met bijna alle
toeleveranciers hebben we langlopende relaties. Andere
retailers willen nog wel eens van de éne fabrikant naar de
andere hoppen, omdat ze dan een nét iets lagere prijs betalen.
Zonder te weten of ze wel de gewenste kwaliteit krijgen. Het zit
in de genen van een familiebedrijf zoals Zeeman, om
winstmaximalisatie op de korte termijn niet voorop te stellen.
Ben je ergens lang klant, dan zorgen ze goed voor je. Dus
streven we naar goede relaties met leveranciers op de lange
termijn.’
Visie op Sectoren 2014

2. Hoe doet Zeeman dat?2. Hoe doet Zeeman dat?
‘Een voorbeeld. Zodra de producten in containers klaar staan
voor vervoer naar Europa, betalen wij onmiddellijk. Dat is
prettig voor de leverancier, maar indirect ook voor ons. Een
leverancier moet bij de lange betalingstermijnen die je soms
ziet in onze sector, van soms wel 120 dagen, geld lenen om zijn
rekeningen te voldoen. Lenen kost geld, en die kosten
berekenen leveranciers weer door in de prijzen die ze ons
rekenen. En dat willen we niet. Als pure volumespeler let je op
iedere cent onkosten, – marges zijn dun. Vandaar dat wij goed
op de verpakkingskosten letten en dus ook de
productverpakkingen zoveel mogelijk willen beperken.’
3. Hoe hebben goede3. Hoe hebben goedearbeidsomstandigheden in dearbeidsomstandigheden in delagelonen-landen de aandacht vanlagelonen-landen de aandacht vanZeeman?Zeeman?
‘Van onze toeleveranciers heeft 100% onze gedragscode
getekend. Daarin staan helder onze normen: geen kinderarbeid,
veilige en hygiënische arbeidsomstandigheden, keuzevrijheid
van werken, wettelijke werktijden en lonen naleven, en
mensenrechten naleven. We vinden het steeds belangrijker om
dit verhaal te vertellen, omdat mensen het moeilijk vinden om
te geloven: zó goedkoop en dan ook nog maatschappelijk
verantwoord ondernemen. Dat vraagt om uitleg. We gaan, voor
een grotere transparantie van het productieproces, met
filmpjes op onze website laten zien hoe onze kleding gemaakt
wordt. Ons winkelpersoneel scholen we over onze werkwijze,
zodat ze die kunnen doorvertellen. In de winkels hangen
posters, en alles staat ook op www.zeeman.com/mvo. Om te
controleren of onze leveranciers zich houden aan de
gedragscode, worden audits uitgevoerd door onszelf, maar
ook door een onafhankelijke partij. We ondertekenden in Mei
2013 het ‘Bangladesh Accord on fire and building safety’. Een
welkome aanvulling op ons beleid. Dat akkoord is een
uitvloeisel van de afschuwelijke ramp met de kledingfabriek in
Bangladesh.’
4. En wat doet Zeeman aan het4 . En wat doet Zeeman aan hetterugdringen van de druk op hetterugdringen van de druk op hetmilieu?milieu?
‘Veel. En ook echt op zijn Zeemans. We betalen bijvoorbeeld
geen cent verontreinigingsheffing. Waarom? We halen al het
afval uit onze winkels op met dezelfde vrachtwagens waarmee
wij de goederen aan de filialen beleveren. Karton, plastic en
ander afval wordt allemaal door onszelf naar het
distributiecentrum Alphen aan den Rijn gebracht. Van daaruit
gaat bijvoorbeeld het karton, geperst en wel, naar de fabriek,
waar het wordt hergebruikt. Ook onze aanbieding voor
rompertjes van biokatoen, bekend ook van tv-reclame, is een
groot succes. We zijn learning member van BCI, Better Cotton
Initiative, een wereldwijd programma van NGO’s als het Wereld
Natuur Fonds, producenten als Nike en internationale retailers
als Ikea en H&M. Dat programma traint onder meer lokale
katoenboeren om zuiniger en gezonder te telen, met vijftig
procent minder pesticiden en water, en dertig procent minder
kunstmest. De besparing levert boeren betere winsten op. Ons
doel is dat in 2020 tien procent van onze textiel afkomstig is van
duurzame materialen. We nemen sinds kort oude kleding in
van klanten. Kleding die na de sale nog overblijft gaat naar
Ghana of Oost-Europa. We introduceerden onze statiegeldtas,
voor 1 euro, als duurzaam alternatief, om uitgifte van plastic
tassen terug te dringen. In de Belgische winkels hangt nu LED-
verlichting, een investering die zichzelf op de korte termijn
terugverdient door energiebesparing.’
5. In 2011 zijn de resultaten bij5 . In 2011 zijn de resultaten bijZeeman onder druk komen te staan.Zeeman onder druk komen te staan.Nooit gedacht aan pr ijsverhogingenNooit gedacht aan pr ijsverhogingenvoor de klant?voor de klant?
‘In die periode werd de inkoop maar liefst 30% duurder door
sterk stijgende katoenprijzen en hogere loonkosten in de
producerende landen. We hebben geen moment overwogen de
prijzen te verhogen, daar zijn onze klanten heel gevoelig voor.
Helemaal in tijden dat de consumentenbestedingen onder druk
staan. Liever kozen we voor een tijdelijke verlaging van de winst,
nogmaals, het gaat om de lange termijn. Zonder uiteraard te
vergeten aan de juiste knoppen te draaien om de kosten te
beheersen. Onder meer door het logistieke proces te
optimaliseren. Door een betere beladingsgraad kunnen we een
half miljoen kilometers besparen. In 2012 hebben we miljoenen
kunnen investeren in winkels, IT en logistiek. We bewijzen dat
het mogelijk is: op de lange termijn rendabel zijn, blijvend lage
prijzen voor consumenten rekenen, én tegelijkertijd
maatschappelijk verantwoord ondernemen. Oók in crisisjaren.’
Visie op Sectoren 2014

‘Duurzaamheid ismodewoord, maar ismode ookduurzaam?’
C hris Me i je rsC hris Me i je rs
Sectorbanker Retail
Bedrijven vallen over elkaar heen om hunbijdrage aan duurzaamheid te benadrukken.Belangenorganisaties stellen dat nog veelwerk aan de winkel is. Duurzaamheidbetekent voor mij dat we in onze behoeftenvoorzien, zonder dat we mens, milieu ofeconomie in gevaar brengen, nu en in detoekomst.
Kijkend naar de mode-industrie zien we eenpijnlijke opsomming van weinig duurzameaspecten. Een kwart van alle pesticiden in delandbouw wordt gebruikt in de katoenteelt.Voor de productie van kleding zijn enormehoeveelheden water nodig. Textiel is goedvoor tien procent van de wereldwijde CO2–
uitstoot. Een zesde van de wereldbevolking-veelal inwoners van ontwikkelingslanden,werkt in de kledingindustrie. Onder wie veelmensen die vaak niet kunnen rondkomenvan hun inkomen. Resultaat: de mode-industrie heeft zich in de afgelopen jarenontwikkeld tot één van de meest vervuilendeen mensonvriendelijke bedrijfstakken.Fashion-retailers lijken zich in 2013 eindelijkte realiseren dat duurzaamheid meer is daneen modewoord.
Smart FashionSmart Fashion
Begin april werd aan premier Rutte het een rapport over Smart
Industry uitgereikt. Met aanbevelingen om sociale vraagstukken
op een innovatieve (duurzame) wijze aan te pakken. De
Nederlandse industrie is goed gepositioneerd om hier invulling
aan te geven; de noodzakelijke (cross-sectorale) samenwerking
zit in onze genen. Bestaat “Smart Fashion” eigenlijk? En wat
zou een goede betekenis daarvan zijn?
Smart Fashion als benaming voor een duurzame mode-
industrie? Met eerlijke arbeidsomstandigheden in
productielanden en zo weinig mogelijk schade aan het milieu?
Een hele klus met de twijfelachtige positie van de mode-
industrie op dit moment. Maar Smart Fashion is dichterbij dan
gedacht. Want Nederland blinkt uit als netwerkland en hier
liggen juist genoeg kansen voor samenwerking in de keten.
Visie op Sectoren 2014

Van verbruik naar gebruik Van verbruik naar gebruik
Een aansprekend voorbeeld is samenwerking met een
leverancier, ook op het gebied van recycling. Om invulling te
geven aan de circulaire economie, met in het achterhoofd de
trend ‘Van verbruik naar gebruik’. Een bedrijf als Mudjeans
heeft een lease-a-jeans concept waarbij een spijkerbroek
geleased kan worden die na afloop van de leaseperiode volledig
hergebruikt wordt. Duurzaam met hoofdletters! Of G-star die
kleding gaat maken met gerecyclede materialen uit de oceaan.
En 3D-geprinte kleding is al een feit. Aansprekende initiatieven,
maar is Smart Fashion breder inzetbaar?
Ik denk het wel. Samenwerking als toverwoord dus. En dat kan
op meerdere niveaus, met bedrijfseconomische voordelen.
Maak keuzes voor het soort materiaal dat je gebruikt met je
leverancier. Biologisch katoen is katoen waar veel minder water
voor nodig is en dat prima toepasbaar is. Maar ook op het
gebied van logistiek liggen verbeteringen onder de noemer van
Smart Fashion voor de hand. Te veel uitstoot van uitlaatgassen
door inefficiënte distributieroutes? Hoeft niet. Hoe ga je als
kledingbedrijf om met verpakkingsafval? Een bedrijf als
Zeeman kiest eral het afval, zoals karton en plastic, mee terug te
nemen met dezelfde vrachtwagens waarmee zij levert en
centraal te recyclen.
Fast Smart FashionFast Smart Fashion
Smart Fashion en Fast Fashion, gaat dat wel samen? Fast
Fashion is een model dat in de fashion vaak wordt
gepropageerd. Hoge omloopsnelheden met veel wisselingen
van betaalbare collecties in de winkel om de steeds minder
loyale en meer prijsbewuste consument de winkels in te lokken.
Maar ook een model waarbij modeketens vaak samenwerken
met leveranciers die nog sneller en goedkoper kunnen
produceren. Internationale ketens als H&M en Zara zijn bekende
voorbeelden van Fast Fashion. Klanten van deze ketens, vaak de
jongere generatie, zijn opgegroeid met het fenomeen dat
kleding elke paar maanden wordt afgedankt. Dit houdt het Fast
Fashion-model dus in stand. Of zou Fast Smart Fashion de
perfect match zijn? Economisch en duurzaam voor de
moderetailer, bewust en aantrekkelijk voor de jonge klant. Met
gratis reclame als toegift. Ik ben benieuwd.
Overigens begint een meer duurzame mode-industrie echt bij
onszelf. Het grootste gedeelte van de CO2-uitstoot en het
energiegebruik van een kledingstuk wordt namelijk niet
veroorzaakt door materiaal, productie en distributie, maar door
wassen en andere ‘nazorg’. Koop minder en vooral minder
jeans. Spijkerbroeken zijn de populairste kledingstukken van
Nederland: wij kopen er kennelijk 15 miljoen per jaar en hebben
er gemiddeld ruim 5. Maar jeans is katoen, er is veel verf voor
nodig en het ‘zandstralen’ waardoor ze ‘er gedragen’ uitzien,
veroorzaakt stoflongen bij arbeiders. Gooi dus nooit textiel in
de prullenbak. Twee derde van het textiel dat in Nederland
wordt weggegooid, kan worden hergebruikt. De helft ervan kan
zelfs direct weer worden gedragen.
Hoe smart met fashion ben jij?
Visie op Sectoren 2014

10,610,6miljard euro bedroeg de totale omzet
van Nederlandse webwinkels in 2013.
Dit is inclusief uitgaven aan diensten
als reizen en telecomabonnementen.
Dit bedrag lag 8,5% hoger dan in 2012.
99bestellingen plaatste een consument
gemiddeld in 2013 online. In 2012 was
dat nog 8,3. Consumenten bestellen
steeds vaker online.
982982euro gaven consumenten gemiddeld
online uit in 2013 (inclusief reizen). Dit
bedrag ligt 6% hoger dan in 2012. Wel
is het bedrag per bestelling 2% lager
dan in 2012. Consumenten plaatsen
dus vaker kleinere bestellingen.
Bron: Thuiswinkel.org
Branche in cijfersBranche in cijfers
Visie op
Online retailUpdate 2014
Omzetgroei zwakt af, maar blijft substantieel
Verschil tussen branches neemt af
Consument denkt in wensgedreven koopmomenten, niet in kanalen
Trends en ontwikkelingenTrends en ontwikkelingen
De retailsector in Nederland zucht onder de economische crisis, die de consumentenbestedingen
en daarmee de volumes de afgelopen jaren fors onder druk heeft gezet. De terugvallende
volumes hebben ook structurele veranderingen binnen de retail blootgelegd: de opkomst van
online retail en de integratie van dit kanaal in het winkelgedrag van de consument. De afgelopen
jaren nam het aandeel van de online bestedingen in de totale retailbestedingen van consumenten
een vlucht. Terwijl de offline omzet van retailers daalde in 2013, steeg de online omzet aan
producten met 12%. Online bestedingen beslaan nu 6,9% van de totale retailbestedingen.
Dit lijkt op het eerste gezicht een laag percentage, maar schijn bedriegt. Er is namelijk een groot
verschil tussen branches. Zo kent consumentenelektronica al een online aandeel van ruim 20% in
de bestedingen. Bij kleding is dat 8,5%, maar bij voorverpakt voedsel slechts 2%. Vooral deze
laatste categorie, die offline een groot deel van de bestedingen uitmaakt, drukt het totale aandeel
van online retail fors omlaag.
Met het stijgend aantal smartphones en tablets in gebruik, stijgt ook het aandeel mobiele
aankopen binnen de online retail. Het feit dat via mobiele apparaten altijd en overal gekocht kan
worden, geeft een boost aan de online verkopen. Toch is nog niet iedere webshop
geoptimaliseerd voor bezoek via mobiele apparaten.
Onze visieOnze visie
Ondanks dat de online omzet aan producten sinds 2008 met 154% is gegroeid, gaat het tempo er
nog niet uit. De online omzet aan diensten, vooral die aan reizen, wijst op het potentieel dat
bestaat: meer dan de helft van alle reizen wordt inmiddels online geboekt. En hoewel de online
markt voor consumentelektronica al volwassen trekjes begint te vertonen, kan het huidige
aandeel van 20% de komende jaren zeker verder groeien naar 25% of zelfs 30%.
De grootste groei valt echter te behalen in die segmenten die nu nog achterblijven, of waar de
ommezwaai naar online pas net is begonnen. Het groeiend aandeel mobiele shoppers draagt
hieraan bij. Tablets en zeker smartphones zorgen ervoor dat er altijd en overal vergeleken en
gewinkeld kan worden. De integratie met apps vergroot ook de mogelijkheden voor de online winkelier op het gebied van presentatie, interactie en
navigatie.
Ook kan via deze apps een brug worden geslagen naar fysieke winkels, via augmented reality of QR-codes. De consument denkt niet meer in
afzonderlijke kanalen, maar wil gewoon op ieder gewenst moment op de gewenste manier informatie kunnen krijgen en overgaan tot een aankoop.
Online of offline is hieraan ondergeschikt. Retailers die zich toch primair op online willen richten, hebben de meeste kans in nichemarkten. Hier kunnen
zij ’superspecialist’ zijn, wat hun vindbaarheid helpt te verbeteren. Niet voor niets openen veel online ’warenhuizen’ verschillende sites voor de
individuele productcategorieën binnen hun aanbod.
Visie op Sectoren 2014

Bron: Bron: Blauw Research / Thuiswinkel.org
Bron: Bron: CBS / ABN AMRO Economisch Bureau
Omzetgroei in lagere versnellingOmzetgroei in lagere versnelling
In 2013 is in Nederland voor ruim EUR 5,57
miljard via internet gewinkeld (excl. diensten).
Een groei van 12% ten opzichte van 2011.
•
De online bestedingen nemen nu naar schatting
6,9% in van de totale bestedingen in de retail,
maar het groeitempo zwakt af.
•
De komende jaren verwacht ABN AMRO
aanhoudende groei, met groeipercentages
tussen de 7% en 9%. Groeicijfers van 30 tot 40%
over de hele lijn lijken verleden tijd.
•
Aantal frequente e-shoppers stijgtAantal frequente e-shoppers stijgt
Circa 97% van de Nederlanders tussen 12 en 75
jaar beschikt over een internetaansluiting.
Daarvan deed in 2013 meer dan 80% één of meer
aankopen via internet.
•
In de grafiek staan de percentages van alle
Nederlanders tussen 12 en 75 jaar die aankopen
via internet doen. In 2013 was dit 78% van deze
groep.
•
Vooral het aantal frequente online shoppers
neemt toe. Nu bijna 80% van alle Nederlanders al
online aankopen doet, is de volgende logische
stap hen te verleiden vaker aankopen online te
doen.
•
Visie op Sectoren 2014

Bron: Bron: Blauw Research / Thuiswinkel.org
Aantal mobiele kopers neemt toeAantal mobiele kopers neemt toe
Het aantal mobiele kopers stijgt steeds sneller.
Sinds de tweede helft van 2010 groeide het
aantal online shoppers vanaf mobiele apparaten
297% en het plafond is nog niet bereikt. In de
eerste helft van 2013 groeide het aantal mobiele
shoppers met 36% ten opzichte van de
voorgaande periode.
•
Was de smartphone vorig jaar nog het
populairst, nu is dat de tablet: 64% van de
mobiele bestellingen gebeurt via de tablet.
•
Het bedrag per bestelling ligt op mobiele
apparaten met EUR 46 wel lager dan het
gemiddelde bedrag van alle online bestellingen
(EUR 109).
•
Visie op Sectoren 2014

2.3052.305doe-het-zelfzaken waren er in 2013:
710 bouwmarkten, 421
breedpakketzaken en 1.174
speciaalzaken (in zowel ijzerwaren als
verf en behang). Van deze zaken was
61% ketengebonden.
9,3%9,3%daalde het volume van doe-het-
zelfzaken in 2013. Het zevende jaar
met krimp op rij en bovendien het
jaar waarin deze krimp het sterkst
was. Cumulatief is de volumedaling
inmiddels ruim 33%.
13%13%groeiden in 2013 de online aankopen
van huis & tuin artikelen, waar het
assortiment van doe-het-zelfzaken
onder valt. De totale online uitgaven
in deze categorie komen daarmee uit
op EUR 180 miljoen, 5,6% van de
totale omzet van doe-het-zelfzaken in
2013.
Bron: CBS; Locatus; Vakblad Mix
Branche in cijfersBranche in cijfers
Visie op
Doe-het-zelfartikelenUpdate 2014
Ruimte voor groei ontstaat in 2014
Lichtpuntjes op woningmarkt goed teken voor dhz-branche
Grote ketens hebben online kanaal inmiddels omarmd
Trends en ontwikkelingenTrends en ontwikkelingen
Sinds 2008 lopen de volumes in de doe-het-zelfmarkt (dhz) sterk terug, cumulatief met bijna 40%.
De oorzaak hiervan ligt bij de stagnerende woningmarkt, waar de dhz-branche nauw mee
verbonden is.
Als reactie vergrootte de branche het assortiment door branchevreemde artikelen toe te voegen.
Denk hierbij aan fietsen of witgoed. Daarnaast is gezocht naar manieren om de marge te
verhogen. Onder meer door het aandeel private label te verhogen en door sterker in te zetten op
producten met een hogere toegevoegde waarde. Verder is ingezet op differentiatie: ketens kozen
voor een duidelijker eigen profilering om zich te onderscheiden en directer te kunnen concurreren
met speciaalzaken.
De trend van schaalvergroting heeft verder doorgezet. Sinds 2007 verminderde het aantal
verkooppunten met 15,5% (425 winkels). Het gemiddelde vloeroppervlakte is echter flink
uitgebreid. Een gemiddelde bouwmarkt is nu 2.950 m2 groot. Niet alleen bouwmarkten zijn
gegroeid, ook de gemiddelde vloeroppervlakte van breedpakketzaken en speciaalzaken werd
groter. Maar in deze segmenten daalde het aantal verkooppunten wel ook het hardst.
Zelfstandige, niet-gebonden ondernemers hebben het het zwaarst. Hun inkoopkracht, en
daarmee hun prijskracht, blijft achter bij die van ketengebonden concurrenten. Ook is
schaalvergroting voor deze groep vaak moeilijker te realiseren, wat hun positie in de huidige
markt verder bemoeilijkt.
Onze visieOnze visie
De dhz-branche is de afgelopen jaren dubbel geraakt. Waar de detailhandel als geheel werd
geraakt door een vraaguitval bij de consument, werd dit bij de dhz-branche versterkt door de
terugval in woningtransacties tijdens de crisis. Herstel van de woningmarkt is een voorwaarde
voor duurzaam herstel in de dhz-branche. Gelukkig voor de branche lijkt hier langzaam
verbetering in te komen. Met het herstel van het aantal transacties op de woningmarkt krijgt ook
het volume van doe-het-zelfzaken een impuls.
Wel zal deze vertraagd optreden. De bestedingsruimte van huishoudens staat nog steeds onder
druk en ook het meefinancieren van een verbouwing via de hypotheek wordt verder aan banden
gelegd. Daarnaast heeft de waardedaling in de huizenmarkt een naslepend, dempend effect op de bestedingen.
Een segment dat momenteel wel groeit, is de online verkoop van doe-het-zelfartikelen. De online dhz-retail kwam relatief laat op gang. Pas nadat
branchevreemde online warenhuizen dhz-artikelen begonnen aan te bieden, zijn de bekende ketens gevolgd. Inmiddels zijn de grootste ketens allemaal
online te vinden. Onderscheidend vermogen ten opzichte van andere online aanbieders wordt gezocht middels een breed assortiment en het geven van
inspiratie en advies over de totale klus. Ook offline blijven dit, samen met de directe beschikbaarheid van de producten en de aanwezigheid van
nevenproducten, de belangrijkste selling points van doe-het-zelfzaken.
Visie op Sectoren 2014

Bron: Bron: Mixonline, GfK, ABN AMRO Economisch Bureau
Bron: Bron: CBS, *verwachting ABN AMRO Economisch Bureau
Omzet daalt minder hardOmzet daalt minder hard
In 2013 daalde de omzet met 7%. Dit was het
zesde jaar op rij dat de omzet daalde. Wel was de
daling minder sterk dan een jaar eerder (11%).
•
De hardste klappen vielen in 2013 bij de
speciaalzaken in ijzerwaren en in verf & behang,
met een omzetdaling van respectievelijk 10,4%
en 9%.
•
Bouwmarkten blijven marktaandeel winnen, ook
in een neergaande markt, ten koste van de
speciaalzaken.
•
Omzet dhz-branche beweegt mee met woningmarktOmzet dhz-branche beweegt mee met woningmarkt
Tussen de ontwikkeling van de woningmarkt en
de omzet in de dhz-branche is een duidelijk
verband zichtbaar.
•
Sinds 2008, aan het begin van de crisis, daalde de
omzet in de dhz-branche met 25%. Het aantal
woningtransacties lag in 2013 40% lager dan in
2008.
•
Een afname van het aantal verhuizingen leidt tot
lagere dhz-omzetten, maar dit verband is niet
één op één. Uitstel van verhuizen, of zelfs afstel,
bevordert ook verbouw en onderhoud aan
bestaande huisvesting.
•
Visie op Sectoren 2014

Bron: Bron: Vakblad Mix, Locatus, ABN AMRO Economisch Bureau
Ketens maken de dienst uitKetens maken de dienst uit
De ketenvorming bij bouwmarkten en
breedpakketzaken is ongekend. Bijna 80% van de
winkels is aangesloten bij een keten. Drie grote
partijen (DGN, Intergamma en Maxeda)
beheersen 95% van deze markt via bekende
formules als Gamma, Praxis en Multimate .
•
Het totaal aantal vestigingen in de dhz-
detailhandel neemt af, maar vooralsnog weten
bouwmarkten en breedpakketzaken hun
marktaandeel alleen maar uit te breiden. In 2013
waren zij goed voor 85% van de totale omzet in
de branche.
•
Dit gaat ten koste van speciaalzaken in
ijzerwaren en verf & behang. Ondanks een groter
aantal vestigingen, zijn zij goed voor slechts 15%
van de omzet van de branche.
•
Visie op Sectoren 2014

1.7961.796winkels in consumentenelektronica
waren er in Nederland in 2013. De
grootste groep hiervan (1.056 zaken)
waren electrowinkels, die een
algemeen assortiment aanbieden.
455455vierkante meter
verkoopvloeroppervlakte heeft de
gemiddelde electrowinkel. De winkels
van grote ketens zijn over het
algemeen groter, tot wel 4.000 m2.
Zelfstandigen zijn het kleinst:
gemiddeld 163 m2.
53%53%van de winkels in
consumentenelektronica is
aangesloten bij een keten. Het
percentage zelfstandigen is het
grootst bij de winkels in radio- en TV-
artikelen (88%) en bij winkels in
witgoed (75%).
Bron: Locatus
Branche in cijfersBranche in cijfers
Visie op
ElektronicaUpdate 2014
Omzet daalt door gebrek aan nieuwe producten en zuinige consument
Online verkoop biedt ook voor fysieke winkel nog voldoende kansen
Consolidatie in de sector zet door
Trends en ontwikkelingenTrends en ontwikkelingen
De economische crisis, die de resultaten in de retail nu al jaren drukt, gaat ook zeker niet voorbij
aan de elektronicabranche. Ondanks de stijgende invloed van elektronica op onze levensstijl, zien
verkopers de omzetten alleen maar dalen; in 2013 met 8,5%. De volumestijging in de
elektronicabranche is opvallend. De overige branches binnen de retail hebben al sinds 2008 te
maken met vraaguitval en de daarbij horende volumedalingen. De opkomst van onder andere
smartphones en een agressief prijsbeleid hebben de branche hierin gesteund. Pas vanaf 2012 (-
0,1%) en 2013 (-7,6%) staat het volume in de branche echt onder druk. De groei van de
voorgaande jaren wordt hiermee wel in één klap ongedaan gemaakt.
De omzetontwikkeling verliep juist veel meer in lijn met de overige retailbranches en daalt sinds
2007. Dit komt doordat de prijzen in de branche al jaren sterk onder druk staan. Veel andere
branches compenseerden het volumeverlies met prijsbeleid, maar bij consumentenelektronica
zorgde juist de continue prijsdruk voor een omzetdaling.
De opkomst van online retail is in deze branche zeer voortvarend gegaan en het aandeel online in
de verkopen is, met ruim 20%, hoger dan gemiddeld. Elektronica laat zich goed vergelijken op het
internet; vaak met duidelijke reviews. Dit alles heeft geleid tot een forse daling van het aantal
winkels. Sinds 2007 is het aantal elektronicawinkels met bijna 30% gedaald. Ook bekende namen
bleven hierbij niet gespaard en verdwenen uit het straatbeeld.
Onze visieOnze visie
Het relatief hoge aandeel online verkopen wijst erop dat, hoewel er zeker nog wel ruimte is voor
(lichte) groei, internet als verkoopkanaal in deze branche langzaam volwassen aan het worden is.
Fysieke winkels blijven echter populair. Consumenten oriënteren zich vaak juist online, maar
vergelijken en kopen uiteindelijk vaak nog offline. Ze zeggen vooral naar de winkel te komen voor
advies en het vasthouden en vergelijken van de artikelen en om eventueel afspraken te maken over
bezorging en aansluiting van de gekochte producten.
Vooral high-end merken spelen hier op in door steeds hogere eisen te stellen aan de
winkelinrichting, de grootte van hun vloeroppervlakte en de kennis van verkopers. Toch moeten
retailers beseffen dat zij niet meer zonder internetaanwezigheid kunnen. De toekomst ligt in het
integreren van de twee kanalen tot een vloeiende, crosschannel verkooporganisatie waar de consument naar believen gebruik kan maken van on- en
offline.
Maar internet is meer dan een verkoopkanaal. Smart apparatuur eist een steeds groter deel van de markt op. Apparaten kunnen via internet met elkaar
of met externe partijen communiceren. Hierdoor kan er bijvoorbeeld op elkaar of op de behoeften van de consument geanticipeerd worden. Veel meer
zaken worden automatisch, zonder bediening door de consument, afgehandeld. Hoewel deze technieken zeker een vlucht zullen gaan maken, is het
nog maar de vraag hoe snel en in hoeverre de consument de controle uit handen wil geven. De steeds verdergaande rol van internet in ons leven gaat
immers ook vaak met flink wat weerstand gepaard. Denk hierbij ook aan google glass en de privacydiscussie die speelt rondom de introductie van deze
bril.
Visie op Sectoren 2014

Bron: Bron: CBS
Bron: Bron: HBD, Locatus
Grootste omzetdaling sinds 2009Grootste omzetdaling sinds 2009
De omzet van winkels in
consumentenelektronica daalde in 2013 met
8,5%. Het volume daalde met 7,6%, terwijl de
prijzen met 1% omlaag gingen.
•
Dit was de grootste daling van de omzet sinds
2009. Het volume daalde met harder dan ooit.
•
Vooral in juni, juli en september daalde de omzet
sneller dan een jaar eerder. In juni en juli
vanwege het ontbreken van een echte
sportzomer (2012 had de Olympische Spelen en
een EK-voetbal). September 2012 piekte vanwege
een anticiperende consument op de btw-
verhoging in oktober dat jaar.
•
Grootste omzetdaling sinds 2009Grootste omzetdaling sinds 2009
Het aantal elektronicawinkels daalt verder. Vooral
winkels in wit- en bruingoed en electrowinkels,
met een algemeen assortiment, verdwijnen snel.
•
Sinds 2008 is meer dan 25% van de winkels in
bruin- en witgoed verdwenen. Computershops
verloren in dezelfde periode 15% van het aantal
winkels.
•
De telecombranche hield in 2012 en 2013 de groei
erin. Het aantal winkels steeg in 2013 met 8,1%.
Sinds 2008 steeg het aantal winkels met 6,6%.
•
Visie op Sectoren 2014

Bron: Bron: VLEHAN
Koffieapparaten in trek Koffieapparaten in trek
De meeste huishoudelijke apparaten worden pas
vervangen als ze defect zijn. Dat betekent een vrij
stabiele markt. Toch was in 2013 de
tegenvallende conjunctuur zichtbaar: de omzet
daalde in iedere productgroep.
•
Koffiezetapparaten doen het al enkele jaren
opvallend goed en strijkijzers komen ook goed
mee. Opvallend zijn de prestaties van
magnetrons en fornuizen/ovens, vergeleken met
die van overige keukenapparatuur (vooral
kookplaten). Wellicht speelt de populariteit van
losstaande, complete fornuizen hier een rol in.
•
Visie op Sectoren 2014

2,9%2,9%daalde de omzet voor het segment
herenkleding. Dit maakt herenmode
het ‘best’ presterende segment
binnen de kledingbranche.
1212graden was de gemiddelde
temperatuur van de maand oktober.
Daarmee stond de maand in de top
10 van warmste oktobermaanden. Dit
beïnvloedde de verkoop van
winterkleding.
11,5%11,5%daalde in het eerste kwartaal van 2013
de omzet uit baby- en kinderkleding.
Het segment sloot 2013 met een
daling van 3,2% af.
Bron: Inretail, Weerstatistieken.nl
Branche in cijfersBranche in cijfers
Visie op
KledingzakenUpdate 2014
Omzet kledingzaken zesde jaar op rij gedaald
Inspelen op vernieuwingen en consumententrends bepaalt succes toekomst
Authenticiteit en inspiratie creëren meest kansrijke verkoopmomenten
Trends en ontwikkelingenTrends en ontwikkelingen
De kledingbranche heeft in 2013 4% minder omgezet dan in 2012. Het was het zesde jaar op rij
waarin de omzet daalde. De segmenten damesmode, herenmode en kinderkleding sloten zonder
uitzondering 2013 met een min af. Vooral het eerste kwartaal was slecht, met een daling van bijna
12%. Het segment herenkleding presteerde over de gehele linie beter en sloot het derde kwartaal
zelfs met een kleine plus af.
De kledingwinkels hebben te lijden onder de economische crisis en de zuinige, prijsbewuste
consument. Maar er zijn andere, meer structurele, ontwikkelingen die de branche parten spelen.
Bijvoorbeeld de steeds levendiger recommerce (kopen en verkopen van tweedehandskleding),
meer concurrentie van internationale concerns in het Nederlandse winkellandschap en de snelle
opkomst van online kledingverkoop.
Daarnaast blijft het voor de fysieke winkelier een uitdaging om zijn klant naar de winkel te lokken.
Het winkelgebied speelt hier een belangrijke rol in. Deze gebieden verliezen steeds vaker hun
aantrekkelijkheid door leegstand en gebrek aan diversiteit. Om de kwaliteit van winkelgebieden te
verbeteren bundelen ondernemers hun krachten. Ze voeren gezamenlijk
winkelstraatmanagement of zetten een gezamenlijke marketing (on- en offline) op. Toch is er
hoop. Uit onderzoek van ABN AMRO blijkt dat consumenten nog steeds graag naar een fysieke
winkels gaan. Maar liefst 74% van de consumenten zegt niet zonder fysieke winkel te kunnen.
Onze visieOnze visie
De crisis eist nog steeds haar tol. In 2014 valt de particuliere consumptie nog tegen. Pas in 2015
verwacht ABN AMRO weer groei. De omzet van de kledingbranche daalt in 2014 nog licht. Wel
worden duidelijke verschillen tussen de winkels zichtbaar. Kledingwinkels en -merken die zich
goed weet aan te passen aan de veranderende omgeving en consument, zullen al sneller herstel
zien.
Daar passen ook steeds bewustere duurzaamheidskeuzes bij, zowel aan de productiekant als aan de verkoopkant. Een goed duurzaamheidsbeleid is
hierbij essentieel. De winkel die hierin niet meegaat, krijgt het niet alleen dit jaar lastig, maar houdt ook in de toekomst een probleem.
Het is belangrijk om als fysieke winkel te inspireren en te informeren. Waar de aankoop vervolgens plaatsvindt is van ondergeschikt belang. Daarnaast
spelen social media een steeds grotere rol in de aankoopbeslissingen en het opdoen van inspiratie. Online aanwezigheid en vindbaarheid is een
voorwaarde om de klant van nu te kunnen bedienen.
De focus op prijs die uitmondt in een race to the bottom is niet vol te houden, betoogden wij vorig jaar al. Dus zal de branche moeten concurreren op
andere factoren. Voorbeelden hiervan zijn excellente service en het aanbieden van exclusieve producten.
Visie op Sectoren 2014

Bron: Bron: CBS
Bron: Bron: HBD, CBS, ABN AMRO Economisch Bureau
Vooral eerste kwartaal 2013 slecht Vooral eerste kwartaal 2013 slecht
De totale kledingverkoop daalde in 2013 met 4%.
Door een min of meer gelijkblijvende prijs is de
omzet met eenzelfde percentage gedaald. Vooral
in het eerste kwartaal presteerden de
kledingwinkels slecht.
•
De branche kampt al sinds het begin van de
crisis in 2008 met dalende verkopen.
•
De omzet in alle segmenten nam af.
Dameskleding presteerde met een daling van
4,5% het slechtst.
•
Bestedingen per huishouden gedaaldBestedingen per huishouden gedaald
Circa 4% van de binnenlandse consumptie gaat
naar kleding.
•
In 2013 daalden de totale bestedingen met 2,2%.
De bestedingen per huishouden zijn met 3%
scherper gedaald.
•
In totaal werd in 2013 EUR 11,3 miljard besteed
aan textiel en kleding. Dit is EUR 500 miljoen
minder dan in 2011.
•
Visie op Sectoren 2014

Bron: Bron: Thuiswinkel.org, Blauw
Online kledingverkoop blijft met dubbele cijfers stijgen Online kledingverkoop blijft met dubbele cijfers stijgen
In 2013 steeg de online kledingverkoop met 16%,
terwijl de totale internetverkoop met ‘slechts’ 8%
steeg. Hierdoor steeg het aandeel kleding in de
onlineverkopen dan ook van 7% in 2012 naar 8%
in 2013.
•
In totaal is EUR 850 miljoen omgezet in online
kledingverkopen. Dat betekent dat online
verkopen met circa 9% van de totale omzet,
stevig verankerd zijn in de Nederlandse fashion
retail.
•
Visie op Sectoren 2014

5,6%5,6%daalde in 2013 de omzet van
schoenenwinkels in Noord-
Nederland. Dit was de grootste
omzetdaling sinds het begin van de
crisis. In de Randstad daalde de
omzet het minst.
33%33%procent van de
schoenenondernemers behaalde in
2013 een positief resultaat.
8585winkels per 100.000 inwoners staan
leeg. Dit betekent dat er meer winkels
in de gehele sector leegstaan, dan dat
er mode- en schoenenwinkels zijn. In
totaal zijn er (exclusief leegstand)
1.013,6 winkels per 100.000 inwoners.
Bron: Inretail, Weerstatistieken.nl
Branche in cijfersBranche in cijfers
Visie op
SchoenenUpdate 2014
Schoenverkopen namen duikvlucht in 2013
Prijs blijft belangrijk, maar is zeker niet enige onderscheidend aspect
Aantal online verkopen stijgt hard
Trends en ontwikkelingenTrends en ontwikkelingen
De schoenbranche heeft het zwaar in de crisis en ziet de volumes al enkele jaren op rij dalen.
Sinds 2007 is het aantal verkochte schoenen met bijna een kwart gedaald. De omzet is in deze
periode met 15% afgenomen. Vooral in 2013 namen de schoenverkopen een duikvlucht. De omzet
daalde met 9%. Belangrijkste oorzaak van de geslonken verkoopaantallen is de bezuinigende
consument.
Het midden en hoog segment lijdt het meest onder de terughoudende consument. Het laag
segment, met goedkopere schoenen, doet het relatief goed. Binnen dit prijssegment wist 51%
van de winkels zelfs een omzetgroei te realiseren in 2013.
De consument kijkt dus duidelijk naar prijs, maar ook service, kwaliteit en advies zijn steeds
belangrijker. Daarnaast blijkt dat de consument steeds meer betrokken wil worden bij het
ontwerp en de creatie van de schoen. Een bedrijf als Nike speelt met NikeID al een poos op deze
trend in. Exclusiviteit en individualiteit blijken belangrijk bij een steeds groter wordende groep
consumenten.
Pop-up stores spelen ook in op deze trend. Vanwege hun tijdelijke karakter en vaak bijzondere
collectie creëren zij vraag bij de consument. Conceptstores en flagship stores bieden het
winkelende publiek ook meer dan enkel het product. In conceptstores combineren verschillende
disciplines hun krachten. Een winkel waar je schoenen koopt bijvoorbeeld, maar ook een kop
koffie kunt drinken en meteen de nieuwste collectie zonnebrillen kunt bewonderen.
Een andere belangrijke trend is duurzaamheid. Niet alleen duurzame materialen, maar ook het
hergebruik van goederen valt hier onder. Verschillende ketens spelen hier al op in. Onder andere
door het innemen van oude schoenen in ruil voor korting.
Onze visieOnze visie
De economie trekt aan, maar in 2014 volgen de consumentenbestedingen nog niet. ABN AMRO
verwacht dat de bestedingen pas in 2015 echt gaan groeien. De omzet in de schoenenbranche daalt als gevolg hiervan in 2014 nog licht en komt pas in
2015, als de consument meer gaat uitgeven, in de plus.
De tegenvallende bestedingen zijn niet de enige uitdaging voor de branche. Grote buitenlandse online spelers blijken steeds meer omzet weg te
snoepen. Een voorbeeld hiervan is Zalando, sinds 2010 actief in Nederland. Vorig jaar steeg de omzet van deze online gigant wereldwijd met 50%.
Online worden steeds meer schoenen verkocht en uit onderzoek van ABN AMRO blijkt vooral cross channel shopping een enorme vlucht te gaan
nemen. ABN AMRO verwacht dat dit jaar het percentage consumenten dat crosschannel (zowel online als offline) zijn schoenen koopt, groeit naar 39%.
Ongeveer 10% van de consumenten koopt puur online schoenen en 50% koopt enkel offline. In 2020 koopt naar verwachting 55% van de consumenten
hun schoenen crosschannel. Voor de fysieke winkels geldt dus dat online aanwezigheid en een passende strategie noodzakelijk is om de klant optimaal
te kunnen blijven bedienen.
Visie op Sectoren 2014

Bron: Bron: CBS
Bron: BRON: InRetail Schoenmonitor
Grootste omzetdaling sinds de crisis Grootste omzetdaling sinds de crisis
Vooral het eerste kwartaal heeft een scherpe
omzetdaling laten zien. De volumes daalden in
dat kwartaal met bijna 20%.
•
De tegenvallende verkoopcijfers hangen samen
met een laag consumentenvertrouwen. Ook het
koude weer in maart speelde de branche parten.
•
Voor 2014 verwacht ABN AMRO een lichte daling
van de omzet.
•
Ook segment kinderschoenen presteert s lecht Ook segment kinderschoenen presteert s lecht
Ook hier zien we dat het eerste kwartaal zeer
slecht was. De pijn was vooral te voelen in het
segment kinderschoenen. Hier werd flink
minder besteed. In dit segment daalde de omzet
met 2,9% in 2013.
•
Ook het aantal verkochte damesschoenen daalde
drastisch in het eerste kwartaal.
•
De herenschoen sloot 2013 met -1,2% het minst
negatief af.
•
Visie op Sectoren 2014

Bron: Bron: CBS
Aantal ondernemingen gedaald Aantal ondernemingen gedaald
Het aantal ondernemingen in de
schoenenbranche daalde in 2013 met 4% ten
opzichte van 2012.
•
Vooral het aantal middelgrote ondernemingen
nam af. Het aantal ondernemingen met 20 tot 50
werknemers daalde met 33%. Het ging in totaal
om tien bedrijven.
•
Het aantal eenmanszaken is min of meer gelijk
gebleven. Met behulp van internet is het
makkelijker om online een schoenenwinkel op te
richten.
•
Visie op Sectoren 2014

4.2164.216supermarkten in Nederland (inclusief
minisupers, exclusief nachtwinkels)
zijn aangesloten bij 26 verschillende
ketens met vijf of meer vestigingen.
Het totaal aantal supermarkten wordt
rond de 4.400 geschat.
254.300254.300betaalde banen zijn er bij de
supermarkten in 2013. In dit getal zijn
ondernemers of uitzendkrachten niet
meegenomen. Ook tijdens de crisis
steeg het aantal banen in deze
branche: met 11% sinds 2007.
51,5%51,5%van iedere foodeuro in Nederland,
wordt in de supermarkt uitgegeven.
Speciaalzaken zijn goed voor 13% en
de markt voor 5%. De rest is voor
restaurants of catering.
Bron: CBL, Distrifood, FSIN, Websitessupermarktketens
Branche in cijfersBranche in cijfers
Visie op
SupermarktenUpdate 2014
Volume supermarkten na vijf jaar crisis ook onder druk
Discounters blijven marktaandeel naar zich toe trekken
Nieuwe bedrijfsmodellen maken online kanaal steeds aantrekkelijker
Trends en ontwikkelingenTrends en ontwikkelingen
Over heel 2013 groeide de omzet van supermarkten met 2%. Dit was volledig toe te schrijven aan
een hoger prijsniveau (+3,2%). Het volume daalde namelijk met 1,1%, de grootste daling sinds het
CBS deze cijfers bijhoudt.
De prijsstijging heeft verschillende oorzaken. Deels is deze, net als in 2012, te wijten aan hogere
grondstofprijzen die doorberekend werden. Ook het verhoogde btw-tarief beïnvloedde de prijzen
in de eerste negen maanden van 2013. Dit effect bleef voor supermarkten echter relatief beperkt,
omdat het grootste deel van hun producten in het lage tarief valt.
De dalende volumes duiden erop dat de crisis, na vijf jaar waarin zij zich nog redelijk staande
wisten te houden, nu ook de supermarkten heeft bereikt. Het groeiende marktaandeel van
discounters en de opkomst van zogenaamde ‘dumpsupers’ is een teken aan de wand.
Dumpsupers zijn winkels die tegen lage prijzen restpartijen van fabrikanten of groothandels
aanbieden. Ondanks dat het prijsniveau hoger ligt dan een jaar geleden en een poging een nieuwe
prijzenoorlog te ontketenen mislukte, hebben supermarkten wel degelijk druk op de prijzen
gehouden.
De promotiedruk ligt aanzienlijk hoger dan een jaar eerder. De branche probeert uit alle macht het
bonbedrag per klant omhoog te krijgen door gerichte reclameacties, meer volumeaanbiedingen
en het verleiden van de consument tot meer impulsaankopen. Voor het eerst daalde overigens
het aandeel private label in de verkopen. Waarschijnlijk juist doordat (promoties met) A-merken
door full-servicesupermarkten worden ingezet als wapen in de strijd tegen discounters.
Onze visieOnze visie
Ondanks het uitblijven van een prijzenoorlog, blijft de focus sterk liggen op prijs als belangrijkste
wapen om klanten te winnen. Ook in 2014 blijft de branche focussen op nieuwe
promotiemaatregelen. Niet alleen om het aantal kassabonnen te verhogen, maar vooral ook om
de daling van het gemiddelde bonbedrag te stoppen.
Kleinere ketens en nieuwkomers in de branche profiteren hiervan: zij zetten juist fors in op service
en onderscheidend vermogen. Ze richten zich op de groep consumenten die steeds minder
onderscheid ziet tussen de gevestigde ketens en bereid is verder te kijken dan de gevestigde namen. Consumenten die op zoek zijn naar service en
daarvoor ook willen (en kunnen) betalen. De onderkant van de markt wordt juist steeds meer gedomineerd door discounters, die hun marktaandeel
zien toenemen. De traditionele full-servicesupermarkt moet oppassen hier niet tussen beklemd te raken.
De supermarktdichtheid in Nederland is ongekend hoog, maar het belang van online retail groeit ook in de supermarktbranche. Naast webwinkels van
de gevestigde ketens, komen er steeds meer initiatieven van nieuwkomers die in de dagelijkse boodschappen voorzien. Sommigen hiervan met
vernieuwende concepten, gebaseerd op maaltijden en recepten in plaats van de ouderwetse boodschappenlijstjes. De komende jaren zal het belang van
het online kanaal toenemen, en zal er– net als eerder in andere branches – een shake-out ontstaan waarbij een beperkt aantal aanbieders de markt
uiteindelijk zal verdelen.
Visie op Sectoren 2014

Bron: Bron: CBS
Bron: Bron: Nielsen
Bron: Bron: PLMA, Efmi
Omzet supermarkten blijft groeienOmzet supermarkten blijft groeien
Ook in deze tijd van laagconjunctuur weten
supermarkten hun omzetontwikkeling positief
te houden, al duikt deze iets onder het
langetermijngemiddelde.
•
Wel is deze groei sterk prijsgedreven. Waar
supermarkten tien jaar geleden nog een
prijzenoorlog ontketenden in de wetenschap dat
hun volumegroei een prijsverlaging kon
opvangen, gaat dit niet langer op.
•
Een dalend volume werd in 2013 volledig
opgevangen door een stijgend prijsniveau. ABN
AMRO verwacht niet dat deze volumedaling zal
doorzetten.
•
Marktaandeel Lidl stijgt forsMarktaandeel Lidl stijgt fors
Voor het derde jaar op rij is Lidl de
supermarktketen die zijn marktaandeel, in omzet
gemeten, het hardst zag groeien. Het
marktaandeel van de discounter groeide in 2013
met 20%, van 7,5% naar 9%.
•
Met de conversie van C1000-winkels naar de
Jumbo-formule, steeg het aandeel van deze
formule weliswaar nog meer, maar het
marktaandeel van de totale Jumbo Group
Holding daalde licht. De omgebouwde winkels
moesten veelal omzet inleveren.
•
Ook in het, voor supermarkten rumoerige, jaar
2013 wist Albert Heijn zijn marktaandeel nog een
beetje te vergroten. Het aandeel van de
marktleider groeide van 33,7% naar 33,8%.
•
Aandeel huismerken krimptAandeel huismerken krimpt
Het omzetaandeel van huismerken groeide de
laatste jaren gestaag richting de 30%. In 2013
daalde het aandeel huismerken in de omzet
echter voor het eerst.
•
Huismerken hadden last van de hoge
promotiedruk op A-merken in 2013. Deze
worden door servicesupermarkten steeds vaker
ingezet als wapen tegen de discounters.
•
Supermarkten lijken zich hiermee in eigen voet
te schieten. Wanneer de consument door de
lagere actieprijs op A-merken sneller de
huismerken laat staan, profiteert de retailer niet
van de hogere marge die huismerken hem
opleveren. Het marktaandeel van discounters
lijkt er vooralsnog niet onder te lijden.
•
Visie op Sectoren 2014

9%9%daalden de volumes in woonzaken in
het eerste kwartaal van 2013. Ook in
de volgende drie kwartalen van 2013
daalden de volumes, maar minder
sterk.
10.03010.030woningen werden verkocht in
februari 2014. Dat is een stijging met
meer dan 10% ten opzichte van de
maand ervoor.
40.30040.300mensen werken in woonzaken. Meer
dan de helft werkt in deeltijd. Anders
dan in de totale detailhandel, werken
er meer mannen dan vrouwen in deze
branche.
Bron: CBS, Detailhandel.info, EysinkSmeets, Locatus
Branche in cijfersBranche in cijfers
Visie op
WoonzakenUpdate 2014
Omzet met 6,5% gedaald in 2013
Hoge concurrentie en haperende huizenmarkt speelt branche parten
Voor 2014 verwacht ABN AMRO stabilisering van de omzet
Trends en ontwikkelingenTrends en ontwikkelingen
De woonzakenbranche is hard getroffen door de crisis. Sinds 2008 is er geen omzetgroei geweest
voor woonwinkels en is ongeveer een derde van de totale omzet verdwenen. Vooral de
afhankelijkheid van het aantal huizentransacties is een probleem gebleken voor de
verkoopaantallen.
Onder invloed van (mobiel) internet is het retaillandschap in rap tempo aan het veranderen.
Online shops vormen geduchte concurrenten van fysieke winkels. Maar ook internationale ketens
en branchevreemde winkels mengen zich in de strijd om de woonconsument. Modemerken en –
winkels, zoals H&M, Zara en – in een hoger segment – bijvoorbeeld Ralph Lauren, verkopen
tevens woonaccessoires. Ook de consument zelf is een aanbieder geworden, bijvoorbeeld door
de verkoop van meubelen via sites als marktplaats.
Maar niet alleen het landschap verandert. Ook de consument verandert wezenlijk. Die heeft veel
meer oog voor de herkomst van producten. Duurzaamheid blijft om deze reden een belangrijk
thema. Hoe en waar de producten tot stand zijn gekomen en welke materialen er in verwerkt
worden, is essentiële informatie voor de consument. En daarmee ook voor de retailer.
Verder is de manier waarop de consument winkelt veranderd (offline versus online), maar ook de
wijze waarop hij zich laat inspireren. Woonbladen zijn al lang niet meer de enige inspiratiebron.
Online inspireren consumenten vooral elkaar. Sites als Pinterest en Welke.nl zijn hiervoor
populaire platforms.
Onze visieOnze visie
Een aantal indicatoren geven een positief signaal voor de woonzakenbranche in 2014. Allereerst
trekt de huizenmarkt aan, onder andere door de verbeterde betaalbaarheid van de woningen. De
woningprijs is flink gedaald en de hypotheekrente is relatief laag. Bovendien is er duidelijkheid
omtrent de aftrekbaarheid van die rente. Voor 2014 verwacht ABN AMRO dan ook een groei van
het aantal huizentransacties.
Ook is het consumentenvertrouwen de afgelopen maanden behoorlijk verbeterd. ABN AMRO verwacht een lichte groei van de economie in 2014. Wel
blijven de consumentenbestedingen nog achter. Die trekken pas in 2015 echt aan.
De marges bij woonzaken zijn dun. Aan de prijs kan door de retailer niet of nauwelijks gesleuteld worden. Er zal dus met een strategisch oog naar de
kosten gekeken moeten worden. Zo moet een fysieke winkel ook inspireren, niet alleen het assortiment uitstallen. Het is de juiste combinatie van offline
en online, die kostenbesparend kan werken en de afzet kan verhogen. Conceptstores, zoals de woonwinkel met café of koffiewinkel, spelen in op deze
trend. Zij proberen de consument vooral te inspireren en te amuseren. Via welk kanaal uiteindelijk de verkoop plaats vindt (offline of online) is van
minder groot belang.
Visie op Sectoren 2014

Bron: Bron: InRetail
Bron: Bron: HBD
Zevende jaar op rij omzetdalingZevende jaar op rij omzetdaling
Keukenspeciaalzaken zijn voornamelijk
afhankelijk van grote uitgaven die samenhangen
met bijvoorbeeld de koop van een huis. Dit
segment voelde dan ook duidelijk de daling van
het aantal huizentransacties in de afgelopen
jaren.
•
Bij woningtextielzaken doet de consument
grote, maar ook kleinere uitgaven. Hierdoor
hebben de woningtextielzaken relatief minder
diepe dalen gekend dan bijvoorbeeld de
keukenspeciaalzaken.
•
Voor 2014 verwacht ABN AMRO een stabilisering
van de omzet voor woonzaken.
•
Woonspeciaalzaken verliezen marktaandeel aan woonwarenhuizenWoonspeciaalzaken verliezen marktaandeel aan woonwarenhuizen
De grafiek geeft de marktaandelen weer van
verkoopkanalen van grote meubels. Onder grote
meubels worden onder andere banken, stoelen,
kasten, bedden en tafels verstaan.
•
Het aandeel woonspeciaalzaken daalt ten gunste
van de woonwarenhuizen.
•
Branchevervaging zet verder door, onder andere
door de opkomst van conceptstores.
•
Visie op Sectoren 2014

Bron: Bron: CBS; ABN AMRO Economisch Bureau
Omzet woonbranche beweegt mee met woningmarktOmzet woonbranche beweegt mee met woningmarkt
De omzet van woonwinkels is in sterke mate
afhankelijk van het aantal woningtransacties.
Wanneer de consument een nieuw huis koopt is
dat een natuurlijk moment voor het vervangen
van de keuken en het kopen van nieuwe
meubels.
•
Het aantal woningtransacties is sinds de crisis
behoorlijk gedaald. Ook de prijs is omlaag
gegaan, in vijf jaar tijd met circa 20%.
•
Woningen zijn betaalbaarder en dat is een van de
redenen waarom de transacties momenteel
weer wat aantrekken.
•
Visie op Sectoren 2014

11,811,8miljard euro was in 2013 de omzet
aan nieuw verkochte personenauto’s.
De gemiddelde verkoopprijs steeg
met 11% naar EUR 28.330. De omzet
uit nieuw verkochte personenauto’s
daalde in 2013 met EUR 1 miljard ten
opzichte van 2012.
5.55.5miljoen APK’s werden in Nederland
uitgevoerd in 2013. In 5 jaar is dat
aantal met circa 0,5 miljoen gedaald.
Het marktaandeel van universele
garages bij het uitvoeren van APK’s
blijft ieder jaar gestaag doorgroeien.
In 2013 bedroeg dit ruim 72%.
325.000325.000occasions werden er in 2012
geëxporteerd. In 2013 daalde dit aantal
met 14% naar 279.000. Belangrijkste
oorzaak was de bijna halvering van de
export naar Libië, dat in 2012 met
ruim 66.000 auto’s nog de grootste
exportbestemming was.
Bron: Rai Vereniging, VWE, Aumacon
Branche in cijfersBranche in cijfers
Visie op
AutoretailUpdate 2014
Bescheiden groei verwacht voor autoretail in 2014
Optimaliseren van kennis over de klant biedt kansen
Flagship showrooms: zowel kans als bedreiging
Trends en ontwikkelingenTrends en ontwikkelingen
De bedrijfsvoering in de autoretail werd afgelopen jaren bemoeilijkt door de conjuncturele
neergang, maar ook door fiscale aanpassingen in de automobiliteit. Die resulteerden in enorme
pieken in de verkopen, gevolgd door maanden van grote stilte in de showrooms. Niet alleen het
aankoopmoment, maar ook de keuze voor merk en model werd hierdoor bepaald. De CO2-
uitstoot is leidend, waardoor er een ongelijk speelveld is ontstaan. De vraag of de plug-in hybride
daadwerkelijk wel eens aan het stopcontact zit, is niet relevant voor het fiscale voordeel. Merken
met een grammetje teveel uitstoot voor een gunstige bijtelling hebben het nakijken.
In 2013 was het gemiddelde dealerrendement 0,34%. Ruim 40% van de dealers draaide een
negatief rendement. Vooral kleinere ondernemingen hadden het zwaar. Bedrijven met een
positief rendement vinden we vooral onder de dealers met een omzet boven EUR 12 miljoen. De
occasionmarkt profiteerde in 2013 van krapte in het aanbod. De export van occasions nam de
afgelopen jaren een hoge vlucht en zorgde voor een afroming van het aanbod. De lagere verkoop
van nieuwe personenauto’s zorgde voor minder inruilauto’s. De occasionprijzen veerden
hierdoor op. De situatie in de aftersales is zorgelijk. Auto’s zijn betrouwbaarder, hebben minder
onderhoudsmomenten nodig en maken minder kilometers. Kortom, een krimpende markt die de
bodem nog niet heeft bereikt. Een markt waar merkdealers de afgelopen jaren een flinke veer
hebben moeten laten ten gunste van universele garagebedrijven.
Onze visieOnze visie
De afgelopen jaren waren veel autobedrijven druk met overleven. De klant en zijn omgeving
veranderden ondertussen verder. Zo is merkentrouw inmiddels een vluchtig begrip, zijn fiscale
impulsen veelal leidend en wijken de mobiliteitswensen van nieuwe generaties af. Het bezit van
een auto is niet langer de ultieme wens van veel goed opgeleide (Rand)stedelingen, maar zij
hebben wel de behoefte om een auto ter beschikking te hebben. Het terrein ligt braak om met
nieuwe producten, die inspelen op deze wensen, deze gesegmenteerde klantgroepen te
bedienen. Samenwerking zoeken in plaats van het wiel zelf uitvinden lijkt de aangewezen weg. Er
zijn al ondernemingen die CRM-systemen en klantcontactcentra optimaal gebruiken voor het
bedienen van de (potentiële) klant, maar branchebreed is er nog veel winst te behalen. Informatie
over de klant ligt voor het oprapen in de eigen systemen. Kennis die bruikbaar is voor het
verkrijgen van extra omzet uit aftersales of bij het vergroten van inzicht in de verkoopkansen.
Door Europa heen zien we dat autofabrikanten steeds meer ‘flagship showrooms’ beginnen. Dit kan de volgende stap zijn in de ontwikkeling van
(online) autoretail. Fabrikanten die via marketing en verkoop directe toenadering tot de koper zoeken. De online verkoop van auto’s is in Nederland nog
een nichemarkt waar de traditionele merkdealer nauwelijks een bedreiging in ziet. Nu fabrikanten zich in dit spel mengen, is aan merkdealers de taak een
rol te krijgen in dit verkoopmodel.
Visie op Sectoren 2014

Bron: CBS, *verwachting ABN AMRO Economisch Bureau
Bron: Bron: CBS
Na dal in 2013, kleine omzetgroei in 2014Na dal in 2013, kleine omzetgroei in 2014
De daling van de verkoop van nieuwe
personenauto’s met 17% en lagere volumes in
de aftersales hebben in 2013 geleid tot een
omzetdaling van 7%.
•
De tijd dat de aftersales het stabiele fundament
was onder de dealeromzet is voorbij. De omzet
beweegt steeds meer mee met de pieken en
dalen in de verkopen.
•
Voor 2014 verwacht ABN AMRO een stijging
tussen de 5 en 10% voor nieuwverkopen.
Inclusief de problemen op de aftersalesmarkt,
leidt dit tot een omzetstijging van circa 2%.
•
Autoservicemarkt blijft in de hoek waar de klappen vallenAutoservicemarkt blijft in de hoek waar de klappen vallen
De omzet op de autoservicemarkt krimpt al twee
jaar. In economisch slechte tijden stelt men
reparatie en onderhoud uit of voert het slechts
deels uit.
•
Ook structurele veranderingen spelen een rol. De
onderhoudsintervallen van auto’s worden
langer, de groei van het wagenpark stagneert en
het aantal schadegevallen neemt af. Met
groeiende overcapaciteit tot gevolg.
•
Meer bedrijven voeren werkzaamheden beneden
de kostprijs uit. Veel ondernemingen overleven
uitsluitend door lage financieringslasten.
•
Visie op Sectoren 2014

Bron: Bron: RDC Datacentrum
Kleine middenklassers na vijf jaar weer de grootsteKleine middenklassers na vijf jaar weer de grootste
Na een piek in 2011, toen de segmenten small en
city een marktaandeel hadden van 52,5%, daalde
het aandeel van de kleinere auto’s naar 43%.
•
Het C-segment, de zogenaamde kleine
middenklassers, was in 2013 het grootste
verkoopsegment. De groei komt vooral door de
toename in dit segment van populaire
leasemodellen met lagere fiscale bijtelling.
•
Ook in de duurdere segmenten komen meer
auto’s beschikbaar met lage bijtelling, waardoor
de gemiddelde verkoopprijs sinds 2010 met bijna
20% steeg naar EUR 28.330.
•
Visie op Sectoren 2014

2,72,7miljoen 65-plussers waren er in 2012.
Dit aantal stijgt volgens het CBS tot
4,7 miljoen in 2041. De vergrijzing
biedt kansen voor de
drogisterijbranche.
24.10024.100betaalde banen waren er in 2013 in de
drogisterijbranche.
75%75%van de zelfzorggeneesmiddelen
wordt verkocht via drogisterijen.
Bron: CBS, Detailhandel.info
Branche in cijfersBranche in cijfers
Visie op
DrogisterijenUpdate 2014
Omzet voor het eerst sinds begin crisis gedaald
Margedruk blijft problematisch
Online ontwikkelingen en veranderend koopgedrag ook voor drogisten relevant
Trends en ontwikkelingenTrends en ontwikkelingen
Lange tijd leken drogisterijen de dans te ontspringen, maar in 2013 daalde de omzet voor het eerst
sinds de start van de crisis in 2008 toch, met 3%. Cosmeticaproducten hebben lange tijd de omzet
hoog weten te houden. De drogisten hebben profijt gehad van het zogeheten ‘downshoppen’:
consumenten kochten cosmeticaproducten bij drogisterijen in plaats van bij de duurdere
parfumeries. Daarnaast steeg de afgelopen jaren het marktaandeel van mannencosmetica. De
marges van drogisterijen staan wel al langere tijd onder druk, vooral door hoge concurrentie. Prijs
speelt een belangrijke rol in de concurrentiestrijd tussen drogisterijen. De consument heeft
minder te besteden en blijkt weinig merkvast.
Drogisten onderscheiden zich niet alleen op prijs van de concurrent. Door uitbreiding van het
assortiment proberen ze meer klanten in hun winkel te krijgen. Ook branchevreemde producten
liggen steeds vaker in de schappen. Omgekeerd verkopen ook steeds meer supermarkten en
warenhuizen verzorgingsproducten. Branchevervaging speelt door de hele retailsector, maar valt
bij drogisterijen extra op vanwege het brede aanbod. Branche-eigen producten, zoals
zelfzorggeneesmidddelen, blijven wel belangrijk voor de drogist.
Andere onderscheidende factoren zijn service (persoonlijk advies) en de kwaliteit van huismerken.
Fysieke locaties zullen belangrijk blijven. Sommige drogisten richten zich op een nichemarkt,
zoals biologische producten of natuurproducten.
Onze visieOnze visie
In 2014 dalen de consumentenbestedingen licht en dat betekent dat de druk op de volumes
aanhoudt. Verzorgingsproducten blijken toch niet ongevoelig voor de crisis. Voor 2014 verwacht ABN AMRO een stabilisering van de verkoopaantallen,
de margedruk blijft echter bestaan.
Drogisten moeten net als andere retailers inspelen op het veranderende koopgedrag van consumenten. Vooral het toenemend aantal internetverkopen
vormt een uitdaging voor drogisten. Steeds vaker worden levensmiddelen en verzorgingsproducten online besteld. Advies in de fysieke winkel wordt
daarom steeds belangrijker. Drogisterijen die online hun producten verkopen, krijgen op internet concurrentie van onder andere supermarkten. Maar
ook bedrijven als het internationale Amazon.com en het Nederlandse Bol.com verkopen een groot assortiment aan verzorgingsproducten. Deze
giganten richten zich vooral op A-merken, die zij tegen zeer concurrerende prijzen kunnen aanbieden.
In een branche waar huismerken vanwege de goede prijs-kwaliteit verhouding een significante plek innemen, blijft er een belangrijke rol voor
drogisterijen. Daarnaast biedt een aantal trends kansen voor de drogist. De toegenomen aandacht voor gezondheid kan de verkoop van
(homeopathische) zelfzorgproducten stuwen. Verder wordt, dankzij de vergrijzing, de groeiende groep vitale ouderen een belangrijke klantengroep.
Inspelen op hun specifieke behoeften, met gedegen advies en een juiste productkeuze, kan een concurrentievoordeel opleveren.
Visie op Sectoren 2014

Bron: Bron: CBS
Bron: Bron: InRetail
Omzet blijft stabiel in 2014 Omzet blijft stabiel in 2014
Zowel omzet als volume daalde in 2013. Voor
2014 verwacht ABN AMRO een stabilisering van
de omzet.
•
Ondanks dat de prijzen in 2013 stegen, bleven de
winstmarges voor drogisten krap. Dit kwam
onder meer door hoge huisvestingskosten.
•
Lichaamsverzorging is de belangrijkste bron van
omzet voor drogisten. De vergrijzing zorgt voor
kansen op het gebied van health en vitaliteit. Een
drogist moet daarbij wel rekening houden met
de wensen van deze groep, zoals een hoog
serviceniveau en goed advies.
•
Kruidvat heeft grootste marktaandeelKruidvat heeft grootste marktaandeel
Kruidvat is met meer dan 800 winkels de
grootste drogisterijketen in Nederland. Kruidvat
maakt onderdeel uit van A.S. Watson, net als
Trekpleiser en Ici Paris XL.
•
Minder dan 15% van de drogisterijen behoort
niet tot een keten of formule. Voor deze winkels
is het belangrijk om zich niet zozeer op prijs te
onderscheiden, maar bijvoorbeeld op kennis van
bepaalde niches als homeopathische
gezondheidsmiddelen.
•
Visie op Sectoren 2014

Bron: Bron: CBS
Aantal ondernemingen daaltAantal ondernemingen daalt
Het aantal ondernemingen in de
drogisterijbranche daalt. Dit is vooral te merken
bij de kleinere ondernemingen met maximaal
tien werkzame personen. Dit zijn vooral de niet-
formule drogisten. Het aantal ondernemingen
met twee werkzame personen daalt het snelst
(met 23% in vijf jaar tijd). Het blijkt moeilijk voor
deze kleine zelfstandigen om te concurreren met
grote ketens.
•
Ook het aantal winkels daalt, maar het
winkelvloeroppervlak stijgt. Op deze manier
wordt geprobeerd schaalvoordeel te behalen.
Bovendien komt er meer ruimte voor
branchevreemde producten die, vanwege de
vaak incidentele inkoop, een hogere marge
kennen.
•
Visie op Sectoren 2014