ABC jaarverslag2011

68
meer door minder Algemene Bezwaarschriftencommissie Rotterdam Jaarverslag 2011 De ABC in een veranderende (roerige) omgeving

description

Jaarverslag van de Algemene Bezwaarschriftencommissie van gemeente Rotterdam

Transcript of ABC jaarverslag2011

meer door minder

Algemene Bezwaarschriftencommissie Rotterdam

Jaarverslag 2011 De ABC in een veranderende (roerige) omgeving

A

lgem

ene Bezw

aarschriftencom

missie R

otterd

am

Jaarverslag 2011 m

eer do

or m

ind

er

Het jaarverslag 2011 van de ABC Rotterdam is een uitgave van Juridische diensten,

onderdeel van de Servicedienst van de gemeente Rotterdam.

Postadres Postbus 1011, 3000 BA Rotterdam

Advies en redactie Communicatiediensten, Claudie Post en Marsha Correljé

Eindredactie en coördinatie Theresia Soenveld en Marko Stupar

Fotografie © Arnoud Verhey, Rotterdam

Ontwerp en productiebegeleiding Identity Design, bv Rotterdam

Drukwerk MediaCenter Rotterdam

Oplage 400

april 2012

InhoudVoorwoord 2Meer door minder

Resultaten 2011 4 Binnengekomen en afgehandeld 4 Wettelijke afhandeltermijnen 4 Dwangsom bij niet tijdig beslissen 5 Trend uitkomst bezwaarprocedures 5 Burgertevredenheid 5

Interview Arjan van Gils, gemeentesecretaris Rotterdam: 6“We zijn gas blijven geven met de file in zicht”

Bezwaarschriftenbehandeling Kamer I 9

Kamer II 14

Kamer III 19

Interview Peter Hanenberg van het AdvokatenKollektief Oud-Charlois: 20“Soms zit het gewoon tegen in iemands leven”

Kamer IV 23

Kamer V 28

Interview Luc Severijnen, directeur bij Sociale Zaken en Werkgelegenheid: 32“Ondanks je problemen, ga je aan de slag”

Kamer VI 35

De kamers vergeleken 40Contrairprocedure 42

Interview P&O-adviseur Conny Wismeyer: 44“Alsof je in een slechte film zit”

Ontwikkelingen 47Aanbevelingen 50Deelgemeenten 56

Interview Peter Santema (Rechtbank Rotterdam en Dordrecht) 58“Onze nieuwe werkwijze past binnen pleidooi van informele overheid”

Geschillen bij de rechter 61

Overzicht ABC 64

meer door minder

Algemene Bezwaarschriftencommissie Rotterdam

Jaarverslag 2011 De ABC in een veranderende (roerige) omgeving

meer door minder

2

Algem

ene Bezw

aarschriftencomm

issie Rotterd

amJaarverslag 2011

Mr. H

ugo

Pennarts

Meer bezuinigingen op verschillende terreinen: uitkeringen,

subsidies, de eigen organisatie. De tekenen van veranderende

omstandigheden hebben zich in 2011 echt aangediend.

De Algemene Bezwaarschriftencommissie (ABC) heeft deze

ont wikkelingen het afgelopen jaar goed kunnen merken door

een verandering in de aantallen en soorten zaken op de ver­

schillende gebieden. Dit heeft geleid tot een instroom van 20%

meer zaken, totaal meer dan 12.000 bezwaarschriften.

Voor de commissie betekende dit ook meegaan in deze

veranderende beweging. Met daarbij aan de ene kant met

enige afstand begrip voor de noodzakelijke maatregelen, en

aan de andere kant kritisch op de afwegingen en de scherpe

kantjes bij de uitvoering daarvan.

In dit jaarverslag vindt u een weerspiegeling van deze verande­

rende tijdgeest met voor de gemeente Rotterdam ongekende

bezuinigingen. Maar ook de uitdaging voor de organisatie om

de termijnen te blijven halen en de kwaliteit van de beslissingen

op peil te houden en zo de burgers van Rotterdam ten dienste

te zijn. Reden om creatief na te denken over het organiseren

van het werk.

Voorwoord

3

Mr. M

arko Stup

ar en Mr. H

ugo Pennarts

Voorwoord

Mr. M

arko S

tupar

Meer dan ooit doet dit een beroep op creativiteit en het

ver mogen kritisch te kijken naar de positie van de bezwaar­

procedure. De leereffecten zijn geïntensiveerd. Dat is te her­

leiden tot meer contact met de diensten om bevindingen van

de ABC terug te koppelen. Daarom staan in dit jaarverslag niet

alleen de aanbevelingen, maar ook de suggesties die in de

loop van het jaar aan de organisatie zijn gedaan en opgepakt.

De andere beweging is om meer alternatief af te doen.

Dus: niet de gehele formele bezwaarprocedure, maar in een

vroegtijdig stadium contact met de bezwaarmaker om zo te

kijken wat het probleem is en hoe dat kan worden opgelost.

Deze manier van werken wordt in

2012 nog verder uitgebouwd.

Verschillende partijen krijgen te maken met deze

in houdelijke wijzigingen van de organisatie. In de inter­

views in dit jaarverslag worden die verschillende

in valshoeken belicht. De gemeentesecretaris vanuit

de verandering van de organisatie, de P&O­adviseur die

direct wordt geconfronteerd in haar werk met deze ver­

anderingen, de directeur uitvoering van Sociale Zaken en

Werkgelegenheid die te maken heeft met ingrijpend ver­

anderend beleid, de advocaat die geconfronteerd wordt met

de gevolgen van het gemeentelijke beleid, de rechtbank die

besluiten van de gemeenten ziet in beroep.

Algemene beweging is dat er meer bezwaren komen, doordat

er minder te verdelen is. Daarbij moeten de werkzaamheden

door minder mensen worden gedaan. Het is een periode van

de ‘spreekwoordelijke’ broekriem aanhalen.

Mr. Marko Stupar

Secretaris ABC en Hoofd Juridische diensten

Mr. Hugo Pennarts

Voorzitter ABC

4

Algem

ene Bezw

aarschriftencomm

issie Rotterd

amJaarverslag 2011

Resultaten 2011Juridische diensten nog steeds de ‘oude’, minder

lange termijnen voor ogen: 14 weken voor commissie­

zaken en 10 weken voor ambtelijk horen. Ondanks de

toename van het aantal zaken is het gelukt om bijna

alle zaken (90%) binnen deze termijn af te handelen.

Driekwart van alle zaken is ambtelijk gehoord.

% Bezwaarschriften binnen de wettelijke termijn (10 - 14 weken): Kamer I-VI (periode 2008-2011)

De gemiddelde doorlooptijd lag met 7,1 weken

overigens een stuk lager dan de hiervoor genoemde

termijn van 10/14 weken. Dat betekent dat de meeste

zaken een stuk sneller zijn afgehandeld.

Gemiddelde netto doorlooptijd in weken

Gemeentelijke dienst (levertijd stukken) 1,5

Juridische diensten 5,5

Totale doorlooptijd in weken 7,1

Een goede samenwerking met de gemeentelijke

diensten is van groot belang. Niet alleen om de

ter mijnen te kunnen halen, maar ook om zorgvuldig

juridisch advies uit te brengen. Het is de afspraak dat

de diensten binnen drie weken stukken aanleveren.

Ze deden er in 2011 gemiddeld 1,5 week over om

stukken aan te leveren voor commissiezaken en

ambtelijk horen. Overigens is de termijn voor het

aanleveren van stukken in 2011 teruggebracht tot

twee weken.

Binnengekomen en afgehandeldHet aantal binnengekomen en afgehandelde

bezwaarschriften bij de Algemene Bezwaarschriften­

commissie (ABC) was het afgelopen jaar hoger dan

ooit tevoren. In 2011 zijn 12.143 bezwaarschriften

ont vangen en 11.892 zaken afgehandeld. Een stijging

van bijna 20% ten opzichte van vorig jaar.

Aantal binnengekomen/afgehandelde bezwaarschriften: Kamer I-VI (periode 2008-2011)

De toename van het aantal zaken had ook een stijging

van de werkvoorraad tot gevolg. Het aantal zaken in

behandeling steeg met ruim 200 zaken.

Ontwikkeling werkvoorraad: Kamer I-VI (periode 2008-2011)

Wettelijke afhandeltermijnenDe termijnen voor het afhandelen van bezwaar­

schriften zijn sinds 1 oktober 2009 verruimd. Voor de

bezwaarschriften die de ABC behandelt, geldt een

termijn van 18 weken. Bij ambtelijk horen is dat

12 weken. Als het om afhandelen gaat, heeft

0%

10%

20%

40%

60%

30%

50%

70%

90%

80%

100%

commissie

92% 92%90%

96%

ambtelijk horen

2008 2009 2010

91%86% 90% 90%

2011

0

2.000

4.000

8.000

12.000

6.000

10.000

binnengekomen

12.143 11.892

9.570 9.777 9.78010.388

9.7689.543

afgehandeld

2008 2009 2010 2011

0

500

1.000

2.000

1.500

2.500

3.000

werkvoorraad per 31 december

2008 2009 2010 2011

0

5%

10%

15%

20%

25%

30%

35%

40%

45%

50%

(deels) gegrond

2008 2009

ingetrokkentegemoet gekomen na terugkoppeling dienst

niet-ontvankelijkongegrondoverige

1.969

2.578

2.817

1.934

4% 4%

0%

4%

2010 2011

3%

13%

12%

14%

12%

20%

10%

20%

0

200

400

600

1.000

1.200

1.400

1.600

1.800

800

31 december 2010 31 december 2011

Kamer I Kamer II Kamer III Kamer IV Kamer V Kamer VI

4338

270270

0 2

594

880

140 182

1.4361.536

42% 42%43% 47%

28%

25%27%

0%

10%

20%

40%

60%

30%

50%

70%

90%

80%

100%

commissie

92% 92%90%

96%

ambtelijk horen

2008 2009 2010

91%86% 90% 90%

2011

0

2.000

4.000

8.000

12.000

6.000

10.000

binnengekomen

12.143 11.892

9.570 9.777 9.78010.388

9.7689.543

afgehandeld

2008 2009 2010 2011

0

500

1.000

2.000

1.500

2.500

3.000

werkvoorraad per 31 december

2008 2009 2010 2011

0

5%

10%

15%

20%

25%

30%

35%

40%

45%

50%

(deels) gegrond

2008 2009

ingetrokkentegemoet gekomen na terugkoppeling dienst

niet-ontvankelijkongegrondoverige

1.969

2.578

2.817

1.934

4% 4%

0%

4%

2010 2011

3%

13%

12%

14%

12%

20%

10%

20%

0

200

400

600

1.000

1.200

1.400

1.600

1.800

800

31 december 2010 31 december 2011

Kamer I Kamer II Kamer III Kamer IV Kamer V Kamer VI

4338

270270

0 2

594

880

140 182

1.4361.536

42% 42%43% 47%

28%

25%27%

0%

10%

20%

40%

60%

30%

50%

70%

90%

80%

100%

commissie

92% 92%90%

96%

ambtelijk horen

2008 2009 2010

91%86% 90% 90%

2011

0

2.000

4.000

8.000

12.000

6.000

10.000

binnengekomen

12.143 11.892

9.570 9.777 9.78010.388

9.7689.543

afgehandeld

2008 2009 2010 2011

0

500

1.000

2.000

1.500

2.500

3.000

werkvoorraad per 31 december

2008 2009 2010 2011

0

5%

10%

15%

20%

25%

30%

35%

40%

45%

50%

(deels) gegrond

2008 2009

ingetrokkentegemoet gekomen na terugkoppeling dienst

niet-ontvankelijkongegrondoverige

1.969

2.578

2.817

1.934

4% 4%

0%

4%

2010 2011

3%

13%

12%

14%

12%

20%

10%

20%

0

200

400

600

1.000

1.200

1.400

1.600

1.800

800

31 december 2010 31 december 2011

Kamer I Kamer II Kamer III Kamer IV Kamer V Kamer VI

4338

270270

0 2

594

880

140 182

1.4361.536

42% 42%43% 47%

28%

25%27%

5

Resultaten 2011

bij de bezwaarbehandeling komen hiermee duidelijk

naar voren. Samen met de dienst kijkt Juridische

diensten of het bezwaarschrift aanleiding geeft om

een nieuw besluit te nemen. Dat was in een vijfde van

de zaken het geval. In voorgaande jaren werden deze

zaken meegeteld bij de niet­ontvankelijk verklaarde

zaken. Vandaar de forse daling (van 27% naar 12%) in

deze laatste categorie. Ook de daling van het aantal

ingetrokken zaken (van 12% naar 4%) heeft hiermee

te maken. Als de heroverweging door de dienst leidde

tot intrekking van het bezwaarschrift, is deze uiteraard

ook meegerekend in de categorie ‘tegemoetgekomen

na terugkoppeling dienst’.

Uitslag bezwaarbehandeling:Kamer I-VI (periode 2008-2011)

BurgertevredenheidDe tevredenheid van bezwaarmakers over de

af handeling van hun zaak is in 2011 gedaald naar een

5,9 (was in 2010 nog een 6,4). Die tevredenheid hangt

vooral samen met de vraag of de burgers gelijk

kregen in bezwaar. En dat is door gemeentelijke

bezuinigingen en een verscherpt handhavingsbeleid

minder het geval dan in voorgaande jaren. Burgers die

gelijk kregen in bezwaar, gaven een waardering van

een 7,2 (was in 2010 een 7,5). Burgers van wie de

zaak ongegrond of niet­ontvankelijk werd verklaard,

gaven een waardering van een 5,0 (vorig jaar nog

een 5,7).

Dwangsom bij niet tijdig beslissenVoor elke dag dat de afhandeltermijn overschreden

wordt, kan een bezwaarmaker vanaf twee weken na

een ingebrekestelling, een dwangsom vorderen tot

een bedrag van maximaal € 1.260 euro. In 2011

kwamen er 79 ingebrekestellingen binnen. Het jaar

daarvoor waren dat er 46. Dit lijkt een behoorlijke

stijging. Toch gaat het om nog geen 0,7% van alle

afgehandelde bezwaarschriften.

Bij elf zaken is er ook daadwerkelijk een dwangsom

toegekend. Waarvan in drie gevallen het maximum

bedrag van € 1.260. Totaal is er € 5.760 aan dwang­

sommen uitgekeerd (in 2011 lag dat op € 2.690). Toen

waren er ook minder ingebrekestellingen. Het over­

schrijden van de behandelingstermijn in 2011 heeft

verschillende oorzaken. Voor de meeste bezwaar­

schriften waarbij een dwangsom is uitgekeerd, gold

dat het complexe zaken waren. Er was aanvullend

onderzoek nodig en/of het college van B&W moest

zich erover buigen.

Verder behandelde de ABC 32 bezwaarschriften tegen

afwijzingen van een dwangsom door de verschillende

diensten. In vijf gevallen werden de bezwaren gegrond

verklaard. De betreffende diensten moesten alsnog

een dwangsom verstrekken.

Dwangsommen

bezwaar: input ingebrekestelling 40

bezwaar: € toegekend € 5.700

bijstand: input ingebrekestelling 39

bijstand: € toegekend € 60

Totaal dwangsommen: aantal binnen 79

Totaal dwangsommen: € toegekend € 5.760

Trend uitkomst bezwaarproceduresHet aantal ongegronde zaken is toegenomen.

De afgelopen jaren lag dat rond de 40%, maar in

2011 is dat gestegen naar 47%. Hier zijn meerdere

ver klaringen voor. De besluitvorming van primaire

be sluiten is verbeterd, er worden meer gebreken in

de bezwaarfase hersteld en in sommige regelgeving

is weinig ruimte om te individualiseren. Zoals bijvoor­

beeld bij de arbeidsvoorwaardelijke maatregelen.

Nieuw is de categorie ‘tegemoetgekomen na terug­

koppeling dienst’. De voordelen van een goede

samenwerking tussen diensten en Juridische diensten

0%

10%

20%

40%

60%

30%

50%

70%

90%

80%

100%

commissie

92% 92%90%

96%

ambtelijk horen

2008 2009 2010

91%86% 90% 90%

2011

0

2.000

4.000

8.000

12.000

6.000

10.000

binnengekomen

12.143 11.892

9.570 9.777 9.78010.388

9.7689.543

afgehandeld

2008 2009 2010 2011

0

500

1.000

2.000

1.500

2.500

3.000

werkvoorraad per 31 december

2008 2009 2010 2011

0

5%

10%

15%

20%

25%

30%

35%

40%

45%

50%

(deels) gegrond

2008 2009

ingetrokkentegemoet gekomen na terugkoppeling dienst

niet-ontvankelijkongegrondoverige

1.969

2.578

2.817

1.934

4% 4%

0%

4%

2010 2011

3%

13%

12%

14%

12%

20%

10%

20%

0

200

400

600

1.000

1.200

1.400

1.600

1.800

800

31 december 2010 31 december 2011

Kamer I Kamer II Kamer III Kamer IV Kamer V Kamer VI

4338

270270

0 2

594

880

140 182

1.4361.536

42% 42%43% 47%

28%

25%27%

6

Algem

ene Bezw

aarschriftencomm

issie Rotterd

amJaarverslag 2011 ‘We zijn

gas blijven geven met de file in zicht’

Arjan van Gils

7

We zijn gas b

lijven geven met d

e file in zichtA

rjan van GilsRotterdam staat in 2011 en de jaren daarna voor een

enorme bezuinigingsopgave. Gemeentesecretaris Arjan

van Gils ziet daar niet tegenop. Integendeel. “Het is goed

voor de vitaliteit van een organisatie om eens kritisch te

kijken naar wat we doen en of we dat goed doen.

Natuurlijk moeten we daarbij moeilijke keuzes maken en

dat is niet altijd even leuk.”

Het aantal ambtenaren dat een

bezwaarschrift indiende bij de

Algemene Bezwaarschriften­

commissie is in 2011 bijna ver­

dubbeld. Kamer V – specifiek

voor ambtenaren – had het vooral

druk met bezwaren tegen het

beëindigen van tijdelijke aanstel­

lingen en bezoldiging. Gemeente­

secretaris Arjan van Gils kijkt daar

niet van op. “De concerndirectie

moet beslissingen nemen die voor

veel mensen vervelend uitpakken.

Dus nee, die toename verbaast me

niet. Maar als je iedereen tevreden

wilt houden, dan red je het niet.

Zo simpel is het.”

NaïefArjan noemt het wel een noodstop.

Eentje die iedereen heeft gevoeld.

Want hoewel de harde organisa­

torische ingrepen van het afgelo­

pen jaar echt nodig waren, had het

volgens hem ook anders gekund.

“Er is te vaak en te lang gewacht

met het doorvoeren van verande­

ringen. Deels door de politiek,

maar ook vanwege management.

Managers binnen de organisatie

die dachten: deze crisis is tijdelijk,

het trekt wel weer aan. Of: we

gaan pas bezuinigen als we een

taakstelling krijgen. Dat is tamelijk

naïef.”

HandremDe gemeentelijke organisatie is

op onderdelen gas blijven geven,

terwijl de file al in zicht was, meent

Arjan. “Op een gegeven moment

moet je dan keihard aan de hand­

rem trekken. We hadden ook met

z’n allen kunnen denken: ik weet

dat ik in een file terechtkom, dus

ik neem nu vast wat gas terug.

Dan was de klap veel minder hard

geweest.”

Het is de bedoeling dat Rotterdam

na alle ingrepen een flexibele

organisatie wordt die passend is

bij de opgaven van de stad. Dat

betekent: centralisatie, versimpe­

len van de dienstverlening en meer

overlaten aan de markt. Tijdens dit

proces loopt de concerndirectie

geregeld tegen bepaalde spel­

regels aan, die vertragend of zelfs

verlammend kunnen werken.

“Een aantal van die regels is

echt onwerkbaar. Wat je allemaal

niet moet doen om te kunnen

reorganiseren. Echt te gek voor

woorden. Zo enorm bureaucratisch

en het kost allemaal zoveel tijd.

En die hebben we niet. Als je om

je heen kijkt en ziet hoe snel alles

verandert, dan werken wij toch in

een postkoetsorganisatie?”

Op zoek naar nieuwe, snellere

manieren om te ‘reorganiseren’

heeft de concerndirectie besloten

eerst te sturen op geld en bezet­

ting. “Met de beste bedoelingen

8

Algem

ene Bezw

aarschriftencomm

issie Rotterd

amJaarverslag 2011

om de belangen van medewerkers

en de organisatie goed te ver­

enigen, hebben we heel ingewik­

kelde en vooral tijdrovende spel­

regels gemaakt. Die tijd is er veelal

niet. Dus sturen we primair op

geld, daarna op bezetting en dan

op formatie. De organisatie kan

niet meebewegen met meer werk

van opdrachtgevers of juist minder.

Dat moet sneller en anders in de

toekomst. Juist ook om sneller

duidelijkheid te bieden aan mede­

werkers en de organisatie bij de

tijd te houden.”

RelativerenTerugkijkend heeft Arjan de

grootste moeite gehad met het

gedwongen vertrek van veel jonge

medewerkers. “Ze kwamen hier

werken met het idee te kunnen

blijven als ze hard werkten en hun

best deden. Het is heel pijnlijk dat

we van die collega’s afscheid

moesten nemen. Het doet pijn,

maar het is te overzien. En ambte­

naren die zeggen: ‘Er is zoveel

gebeurd en wat hebben we er last

van’, wil ik het advies geven: durf

te relativeren. Het is behapbaar.

Zeker als je het vergelijkt met de

klappen die elders zijn gevallen.”

IntegriteitOf er het afgelopen jaar een zaak

bij de ABC is geweest van een

ambtenaar die Arjan is bijge­

bleven? Het blijft even stil, de

wenkbrauwen gaan vragend

omhoog. Dan: “Nee. Er is wat dat

betreft weinig spannends gebeurd.

Ik kan me geen opmerkelijke of

noemenswaardige zaak herinne­

ren. Er wordt wel scherper op

integriteit gestuurd. De afgelopen

tijd is er veel geïnvesteerd in onze

leidinggevenden. Mensen worden

eerder aangesproken op hun

gedrag en de regels zijn aan­

gescherpt. Dat zie je terug in de

aard van de bezwaarschriften.”

In het verleden heeft de gemeente­

secretaris weleens kritiek geuit op

de ABC. De commissie had in een

aantal gevallen een verkeerde

rolopvatting, vond Arjan. “Het is

voorgekomen dat bij integriteits­

kwesties de kant van het ‘slacht­

offer’ gekozen werd. Zonder

ju ridische onderbouwing. Dat vond

ik echt kwalijk. Als ambtenaren

willens en wetens over de schreef

zijn gegaan, dan zijn ze dader.

Natuurlijk zit daar een slachtoffer­

kant aan die ik zeker niet wil ver­

ontachtzamen, maar laten we niet

vergeten dat ze iets gedaan heb­

ben wat niet mocht. Gelukkig komt

dat nu niet meer voor.”

Het is goed dat de ABC er is, zegt

Arjan tot slot. “Ik zou het veront­

rustend vinden als de ABC de

gemeente altijd gelijk gaf. Maar

ook als we altijd ongelijk kregen.

Beide zijn niet het geval, een teken

dat het werkt.”

‘Als ambtenaren willens en wetens over de schreef zijn

gegaan, zijn ze dader’

9

Jaarverslag 2011A

lgemene B

ezwaarschriftencom

missie R

otterdam

KamerBezwaarschriftenbehandeling

Kamer I adviseert over bezwaarschriften tegen

besluiten van de burgemeester. Het werkterrein

beslaat voornamelijk openbare orde en veiligheid.

1

10

Algem

ene Bezw

aarschriftencomm

issie Rotterd

amJaarverslag 2011

Uitkomst afgehandelde bezwaarschriften: Kamer IToelichting op de cijfers

Er zijn in 2011 niet alleen meer bezwaarschriften

ontvangen ten opzichte van 2010, maar ook meer

bezwaarschriften afgehandeld. Ook is het percentage

tijdig afgehandelde zaken flink omhoog gegaan.

Vergeleken met vorig jaar is het aantal gegronde

bezwaarschriften gedaald van 17 naar 10.

Kamer I 2010 2011

% Afgehandeld binnen 14 weken (commissie) 65% 95%

Binnengekomen bezwaarschriften 149 167

Afgehandelde bezwaarschriften 146 162

Werkvoorraad (per 31/12) 38 43

Kamer I

(deels) gegrond

tegemoet gekomen na terug-

koppeling dienst

ingetrokken niet-ont-vankelijk

ongegrond overige eindtotaal % gegrond per

onderwerp

Paspoort en rijbewijs 4 2 42 48 0%

Exploitatievergunning 3 3 1 7 27 5 46 7%

Sluiting 5 2 16 1 24 21%

bestuursdwang en dwangsom 7 1 8 0%

Drank­ en horecawet 1 1 1 3 0%

evenementenvergunning 1 2 3 0%

Voetbalwet 1 1 2 0%

Wet openbaarheid bestuur 1 1 2 0%

Gebiedsontzegging 1 1 0%

Wet openbare manifestatie 1 1 100%

Diversen 1 3 1 6 8 5 24 4%

Totaal Kamer I 10 7 4 20 65 56 162

Percentages 2011 (2010) 6% (12%) 4% (nb) 2% (10%) 12% (14%) 40% (50%) 35% (14%) 100%

(deels) gegrond: 6%

tegemoetgekomen na terugkoppeling dienst: 4%

ingetrokken: 2%

niet-ontvankelijk: 12%

ongegrond: 40%

overige: 35%

(deels) gegrond: 14%

tegemoetgekomen na terugkoppeling dienst: 14%

ingetrokken: 15%

niet-ontvankelijk: 10%

ongegrond: 40%

overige: 8%

(deels) gegrond: 10%

tegemoetgekomen na terugkoppeling dienst: 24%

ingetrokken: 4%

niet-ontvankelijk: 11%

ongegrond: 48%

overige: 3%

(deels) gegrond: 4%

tegemoetgekomen na terugkoppeling dienst: 26%

ingetrokken: 7%

niet-ontvankelijk: 23%

ongegrond: 28%

overige: 12%

(deels) gegrond: 17%

tegemoetgekomen na terugkoppeling dienst: 13%

ingetrokken: 3%

niet-ontvankelijk: 14%

ongegrond: 49%

overige: 5%

11

Kam

er I

kritisch op bij een confrontatie met de sluiting van een

woning. De ABC verzoekt de burgemeester om juist

in de gevallen waarin na een eerste constatering de

woning wordt gesloten, nadrukkelijk te motiveren

waarom dat gebeurt en waarom een waarschuwing

niet volstaat.

Last onder dwangsom illegale seksinrichting in woningDe commissie heeft vorig jaar voor de eerste keer

een bezwaarschrift behandeld over een aangetroffen

illegale seksinrichting. Op grond van de Algemene

Plaatselijke Verordening Rotterdam 2008 (APV) is het

– kort gezegd – verboden om een seksinrichting te

exploiteren zonder vergunning. Deze bepaling is in de

APV opgenomen na opheffing van het wettelijk

bordeel verbod per 1 oktober 2000. Met dit verbod

heeft de wetgever voor ogen om aansluiting te zoeken

bij de maatschappelijke realiteit. Dat prostitutie een

maatschappelijk verschijnsel is, valt nu eenmaal niet

te ontkennen. Door dit verbod kunnen gemeenten een

vergunningstelsel voor prostitutie introduceren en een

adequaat, zorgvuldig en effectief prostitutiebeleid

voeren. Het gemeentelijk beleid ziet onder andere toe

op bescherming van prostituees, bescherming van

de openbare orde en in ruime zin het woon­ en leef­

klimaat. De gemeente stelt strenge eisen aan seks­

inrichtingen om criminele activiteiten te voorkomen.

Denk aan mensenhandel of het inschakelen van

prostituees zonder geldige verblijfstitel voor het

ver richten van werk. Bij exploitatie zonder vergunning

onttrekt de inrichting zich aan het toezicht wat

bijvoorbeeld criminele activiteiten, overlast voor

omwonenden en een slechte positie van de prostitutie

in de hand kan werken.

Bij het runnen van een seksinrichting zonder

ver gunning – dus een overtreding van het voorschrift

uit de APV – wordt een last onder dwangsom

op gelegd aan de overtreder. Doel van de last is een

einde te maken aan de overtreding en te voorkomen

dat deze opnieuw wordt begaan. De exploitatie van

de illegale seks inrichting moet direct beëindigd

worden en er mag niet opnieuw een seksinrichting

worden ge ëxploiteerd zonder vergunning. Gebeurt

dat toch, dan moet bij elke constatering dat men nog

steeds of opnieuw in overtreding is, een dwangsom

worden betaald van € 5.000.

In het oog springende

ontwikkelingen

Eerste sluiting woning op grond van artikel 13b OpiumwetEen aantal bezwaren tegen woningsluitingen op

grond van artikel 13b Opiumwet is vorig jaar in

Kamer I behandeld. Dat was op het moment dat het

ge wijzigde beleid nog niet was vastgesteld. Dat

laatste gebeurde op 20 april 2011. Vóór de inwerking­

treding van deze beleidswijziging werd bij de eerste

constatering volstaan met een waarschuwing. In het

gewijzigde beleid is opgenomen dat in beginsel wordt

besloten tot een sluiting, nadat voor de eerste maal

een handelshoeveelheid verdovende middelen wordt

aangetroffen in een woning. Er wordt nadrukkelijk

bekeken of een waarschuwing voldoende is vanwege

bepaalde feiten en omstandigheden van het speci­

fieke geval. In één bezwaar heeft de ABC gegrond

geadviseerd. Ook door de afwijking van het beleid dat

toen gold om de eerste maal niet direct tot woning­

sluiting over te gaan, maar te volstaan met een waar­

schuwing. In andere soortgelijke bezwaren gaf de

ABC het advies tot ongegrondverklaring van de

bezwaren. De ABC gaf hierbij expliciet aan waarom

de burgemeester volgens de commissie kon afwijken

van zijn beleidslijn om bij de eerste constatering te

volstaan met een waarschuwing.

Gemengde gevoelens

De ABC concludeerde in eerdere gevallen dat de

burgemeester op goede gronden van zijn beleid is

afgeweken om bij een eerste overtreding te volstaan

met een waarschuwing. Toch heeft de ABC gemengde

gevoelens over het gewijzigde beleid. Het beleid om

bij een eerste constatering in beginsel te volstaan met

een waarschuwing, is namelijk omgedraaid. Omdat

er nu in beginsel wordt gesloten, tenzij er indicatoren

zijn die erop wijzen dat in een specifieke geval een

waarschuwing voldoende is. In het beleid erkent de

burgemeester dat bij woningen een sluiting zwaarder

ingrijpt in de persoonlijke levenssfeer van de betrok­

kene(n). De beginselen als ‘recht op ongestoord

woongenot’ (artikel 8 van het Europees Verdrag voor

de Rechten van de Mens) en ‘huisvredebreuk’ ver­

eisen een zorgvuldige afweging als het gaat om

woningen. Juist vanwege de inbreuk op de persoon­

lijke levenssfeer en beginselen stelt de ABC zich

12

Algem

ene Bezw

aarschriftencomm

issie Rotterd

amJaarverslag 2011

Het komt erop neer dat bezwaarmaker verantwoorde­

lijk is voor dat wat is voorgevallen. Daarnaast had hij

als hoofdhuurder de mogelijkheid om de illegale

situatie te beëindigen.

Wet openbare manifestaties (Wom)De ABC heeft vorig jaar weer eens een bezwaar

behandeld dat was gericht tegen een kennisgeving als

bedoeld in de Wet openbare manifestaties. ‘Gewoon

homo zijn’. Onder die naam had een particulier per­

soon een kennisgeving van een betoging ingediend

bij de burgemeester. Twee dagen later gaf de burge­

meester een bewijs van kennisgeving af. Zowel in het

bewijs van kennisgeving zelf als in de bijlage van dit

bewijs, had de burgemeester allerlei bepalingen en

voorschriften opgenomen. Daarmee was de bezwaar­

maker het niet eens. Hij voelde zich door deze voor­

schriften onder meer aangetast in zijn grondrechten

en zag geen mogelijkheid de samenkomst voort te

zetten door de striktheid van de voorschriften.

Artikel 5 van de Wet openbare manifestaties maakt

de burgemeester bevoegd om naar aanleiding van

een kennisgeving van een betoging voorschriften of

beperkingen te stellen of om een verbod te geven.

Dat mag alleen om de gezondheid te beschermen,

als het in het belang van het verkeer is en om

wanordelijk heden te bestrijden of te voorkomen. Met

name de voorschriften over de aansprakelijkheid en

het vrij waren van de gemeente en politie voor schade,

waren bezwaarde een doorn in het oog. Bij de hoor­

zitting gaf de ambtelijk vertegenwoordiger van de

burgemeester aan dat deze voorschriften ervoor zijn

om voor schriften of beperkingen op te leggen als

bedoeld in artikel 5 van de Wet openbare manifesta­

ties. Bezwaarmaker werd zo geïnformeerd over zaken

die civielrechtelijk al opgaan.

In het nauw

De ABC was echter van mening dat bezwaarde de

betreffende bepalingen wel als beperkingen in de zin

van artikel 5 van de wet had mogen duiden, omdat

deze onderdeel waren van het besluit. De ABC heeft

geadviseerd het bezwaar gegrond te verklaren, aan­

gezien de bepalingen niet onder de reikwijdte konden

worden gebracht van de belangen zoals neergelegd

in de Wom.

De ABC kon zich ook voorstellen dat de bezwaar­

maker zich in het nauw gedreven voelde en geen

Politieonderzoek

In de zaak die in bezwaar aan de orde was, zijn

seksuele activiteiten tegen betaling aangeboden

vanuit een woning. Dit is aan het licht gekomen bij

politieonderzoek naar internetsites en nader onder­

zoek dat daarop volgde. Het was duidelijk dat er geen

vergunning was verleend om een seksinrichting te

drijven vanuit de woning. Ook was er geen discussie

over dat er sprake was van overtreding van het voor­

schrift uit de APV. De huurder van de woning is aan­

gemerkt als overtreder en kreeg de last onder dwang­

som opgelegd.

Het bezwaar handelde met name over de vraag of

de huurder terecht als overtreder is aangemerkt.

Bezwaarmaker (de huurder) was van mening dat hij

niet de overtreder was, omdat hij niet in Nederland

verbleef in de periode dat prostituees actief waren in

zijn woning. Hij was voor lange tijd in het buitenland

en zijn kinderen bleven achter in de woning. Een van

hen stelde de woning beschikbaar aan een vriend, die

de woning vervolgens ter beschikking heeft gesteld

aan de prostituees. Het standpunt van de bezwaar­

maker: hij kon niet verantwoordelijk worden gehouden

voor het handelen van zijn volwassen kinderen. Het

lag niet in zijn macht om de illegale situatie te

be ëindigen gedurende zijn afwezigheid. Ook stelde

hij dat hij niet op de hoogte was het feit dat vanuit zijn

woning een illegale seksinrichting werd gedreven.

Hoofdhuurder

De commissie heeft de bezwaren ongegrond ver­

klaard. Duidelijk was dat bezwaarmaker zelf niet in

Nederland verbleef toen de illegale activiteiten werden

gepleegd vanuit zijn huurwoning. Toch blijft hij als

hoofdhuurder wel verantwoordelijk voor de woning.

Als huurder van de woning heeft hij een zorgplicht ten

aanzien van de woning. De commissie heeft zich

aangesloten bij het oordeel van de burgemeester dat

bezwaarmaker tekort is geschoten in deze verant­

woordelijkheid. Hij had moeten zorgen voor goed en

betrouwbaar toezicht op de woning. Dat bezwaar­

maker misschien niet op de hoogte was van wat zich

voordeed in de woning tijdens zijn afwezigheid, brengt

hier geen verandering in.

Bezwaarmaker is volgens de commissie dan ook

terecht als overtreder aangemerkt en de last onder

dwangsom is terecht aan bezwaarmaker opgelegd.

13

Kam

er I

andere uitweg zag dan de manifestatie af te blazen.

Dit door de gebruikte bewoordingen en de formulering

van de bepalingen in samenhang met de overige

bepalingen. Helaas was er over het besluit niet tijdig

gecommuniceerd en was de communicatie niet

toegespitst op de inhoud. Wellicht had dat de kou

uit de lucht kunnen nemen.

Het voorschrift dat het terrein schoon moest worden

achtergelaten, vormde een andere onduidelijkheid.

De burgemeester bracht naar voren dat het hier zou

gaan om een voorschrift zoals neergelegd in de

Afval stoffen verordening 2009 en dat het eigenlijk

bedoeld was om betrokkene hierover te informeren.

De ABC zag dat anders en vond het logisch dat bij

bezwaarmaker de indruk was gewekt dat het hier ging

om een voorschrift als bedoeld in artikel 5 van de

Wom. De ABC is daar dan ook van uitgegaan. Het

verband tussen het voorschrift en de belangen in de

Wom, was ver te zoeken. Daarom achtte de ABC ook

deze bezwaargrond van bezwaarmaker gegrond.

Communicatie

De ABC vond het wel een goede zaak dat de

be trokkene informatie kreeg over de geldende regel­

geving. Wat dit betreft werd de ABC op haar wenken

bediend. De vertegenwoordiger van de burgemeester

lichtte de ABC op de hoorzitting in over het nieuwe

model ‘bewijs van kennisgeving’. Dat is inmiddels

ontworpen. Bezwaarmaker heeft hierbij veel inbreng

gehad. Aandachtspunten daarbij waren onder andere

de toonzetting van de brief, formulering en uitleg van

de voorschriften en verdeling van verantwoordelijk­

heden tussen politie en organisatie. Het mag duidelijk

zijn dat de ABC dit een goede zaak vond. Het stemde

de commissie tevreden dat op communicatiegebied

met bezwaarde stappen zijn gezet. Ook werd ge con­

stateerd dat bezwaarmakers recht op demon stratie

niet teruggedraaid kon worden.

14

Algem

ene Bezw

aarschriftencomm

issie Rotterd

amJaarverslag 2011 2

BezwaarschriftenbehandelingKamer

In Kamer II komen bezwaarschriften aan

de orde tegen collegebesluiten op tal van

gemeentelijke terreinen. De kamer behandelt

onderwerpen als bouwvergunningen,

bestuursdwang, woningonttrekkingen,

monumenten en illegale hennepkwekerijen.

15

Kam

er II

Toelichting op de cijfers

In Kamer II zijn vorig jaar ongeveer net zoveel zaken

afgehandeld als ontvangen. Het percentage afgehan­

delde zaken binnen de termijn steeg naar 91%, dat is

een mooi resultaat. Het aantal gegronde zaken zakte

naar 4%. In de twee (samenhangende) contrairproce­

dures die in 2011 gevoerd zijn, sloot het college zich

aan bij het advies van de ABC. Opvallend is het hoge

percentage bezwaarschriften waarin tegemoetgeko­

men is aan de bezwaren: meer dan een kwart van het

aantal zaken. Dit hoge aantal komt vooral door de

heroverweging van de afdeling Huisvestings­

vergunningen van de dienst Publiekszaken. De dienst

doet dat na ontvangst van een bezwaarschrift tegen

een geweigerde huisvestingsvergunning.

Kamer II 2010 2011

% Afgehandeld binnen 14 weken (commissie) 79% 91%

Binnengekomen bezwaarschriften 346 339

Afgehandelde bezwaarschriften 297 332

Werkvoorraad (per 31/12) 270 270

Kamer II

(deels) gegrond

tegemoet gekomen na terug-

koppeling dienst

ingetrokken niet-ont-vankelijk

ongegrond overige eindtotaal % gegrond per

onderwerp

Bestuursdwang en dwangsom 6 14 6 24 32 9 91 7%

Huisvestingsvergunning 1 37 5 15 14 1 73 1%

Omgevingsvergunning en

bouwvergunning 1 6 1 10 8 10 36 3%

Woningsamenvoeging 11 2 2 2 17 0%

Woningonttrekking 1 2 4 3 10 10%

Monument 1 1 2 2 2 8 13%

Aanwijzingsbesluit 1 3 2 6 0%

Subsidies 1 1 2 1 5 0%

Verkeersbesluit 3 3 0%

Wet openbaarheid bestuur 1 1 0%

Diversen 3 13 5 17 26 18 82 4%

Totaal Kamer II 13 86 22 77 93 41 332

Percentages 2011 (2010) 4% (10%) 26% (nb) 7% (23%) 23% (28%) 28% (28%) 12% (4%) 100%

Uitkomst afgehandelde bezwaarschriften: Kamer II

(deels) gegrond: 6%

tegemoetgekomen na terugkoppeling dienst: 4%

ingetrokken: 2%

niet-ontvankelijk: 12%

ongegrond: 40%

overige: 35%

(deels) gegrond: 14%

tegemoetgekomen na terugkoppeling dienst: 14%

ingetrokken: 15%

niet-ontvankelijk: 10%

ongegrond: 40%

overige: 8%

(deels) gegrond: 10%

tegemoetgekomen na terugkoppeling dienst: 24%

ingetrokken: 4%

niet-ontvankelijk: 11%

ongegrond: 48%

overige: 3%

(deels) gegrond: 4%

tegemoetgekomen na terugkoppeling dienst: 26%

ingetrokken: 7%

niet-ontvankelijk: 23%

ongegrond: 28%

overige: 12%

(deels) gegrond: 17%

tegemoetgekomen na terugkoppeling dienst: 13%

ingetrokken: 3%

niet-ontvankelijk: 14%

ongegrond: 49%

overige: 5%

16

Algem

ene Bezw

aarschriftencomm

issie Rotterd

amJaarverslag 2011

bezwaar/beroep. In de Monumentenverordening

Rotterdam 2003 was de mogelijkheid tot zienswijze

niet opgenomen. De ABC weet dat uit behandelde

bezwaren voor inwerkingtreding van de Awb. Destijds

werd in de praktijk in de primaire besluitvormings­

procedure ook al gewerkt met de mogelijkheid tot

zienswijze tegen de voorlopige aanwijzing.

De ABC juicht het toe dat er een herbezinning komt

op de besluitvormingsprocedure (zoals opgenomen in

de Monumentenverordening).

Afdeling 3.4 Awb-procedure

De invoering van een afdeling 3.4 Awb­procedure

zou de oplossing kunnen zijn voor het gesignaleerde

knelpunt. Overigens moet er wel rekening mee

worden gehouden dat daardoor tegen het besluit tot

definitieve aanwijzing alleen rechtstreeks beroep

openstaat (zonder voorafgaand bezwaar). Dat de

invoering van zo’n procedure onwenselijk is door

kosten of om andere goed verdedigbare redenen,

staat los van het gesignaleerde knelpunt en de

problematiek die daar mogelijk mee samenhangt.

Overigens vraagt de ABC zich af hoeveel meerkosten

met een afdeling 3.4 Awb­procedure gemoeid zijn en

of deze procedure zwaarder is. De procedure die

momenteel in de Monumentenverordening 2010 is

neergelegd, komt qua gewicht al in die richting.

Het wezenlijke verschil tussen de twee bedoelde

procedures lijkt de openbare kennisgeving in de

afdeling 3.4 Awb­procedure. Juist deze kennisgeving

moet niet al te zwaar worden beoordeeld bij een

aanwijzing van een complex tot gemeentelijk

monument dat bijna een gehele straat beslaat. Zoals

ook het geval was in de zaak waaruit deze aan­

beveling voortvloeit. Problemen kunnen dan voor­

komen worden. Het is merkwaardig dat in de reactie

op de mogelijke aanbeveling wordt ingespeeld op het

belang van de burger. Maar dat een procedure waar­

mee het belang meer wordt gediend, als (altijd) te

zwaar wordt beoordeeld.

Kern discussie

Vervolgens komen we aan bij de kern van de discus­

sie. Het oordeel in de jurisprudentie dat het cluster

Stadsontwikkeling in deze kwestie aanhaalt – waaruit

naar voren komt dat tegen een voorlopige aanwijzing

geen bezwaar openstaat – is niet (analoog) toe te

In het oog springende

ontwikkelingen

MonumentenVolgens de primaire besluitvormingsprocedure, zoals

neergelegd in de Monumentenverordening Rotterdam

2010, neemt het college van B&W eerst een voorlopig

aanwijzingsbesluit. Betrokkenen kunnen daar een

zienswijze tegen indienen waarop een definitief aan­

wijzingsbesluit volgt. Hierin zijn de zienswijzen

meegenomen.

Bij de behandeling van een bezwaar tegen een

de finitieve aanwijzing, is bij de ABC een bezwaar

naar boven gekomen waarvan het bezwaar tegen de

daaraan voorafgegane voorlopige aanwijzing nog niet

behandeld was. Dit (pro forma) bezwaar is destijds

binnengekomen bij de dienst, maar nooit naar de ABC

doorgezonden. Er werd aangenomen dat het om een

zienswijze zou gaan. Betrokkene gaf in zijn bezwaar­

schrift aan dat er nog niet is beslist op het bezwaar

tegen de voorlopige aanwijzing. En dat dit dus nog

open staat. De ABC kan niet anders dan de juistheid

van het standpunt van betrokkene erkennen.

Vreemde situatie

In de verordening is sprake van een zienswijze zonder

dat daarbij verwezen wordt naar afdeling 3.4 Awb.

Naast de inspraak die de zienswijze biedt over de

voorlopige aanwijzing (zoals bedoeld in de gemeente­

lijke verordening), is er ook een bezwaarmogelijkheid

(als bedoeld in de Algemene wet bestuursrecht).

Er bestaat dan een dubbele rechtsbescherming. Een

merkwaardig gevolg van het openstaan van het

bezwaar tegen de voorlopige aanwijzing is dat er

sprake kan zijn van een nog niet onherroepelijke

voorlopige aanwijzing op het moment dat de defini­

tieve aanwijzing plaatsvindt. Zoals in de Wet voor­

keursrecht gemeenten wel het geval is, is op dit punt

geen regeling te vinden in de gemeentelijke monu­

mentenverordening. Kortom, een vreemde situatie in

Awb­perspectief bezien.

Een voorlopig aanwijzingsbesluit is door de rechts­

gevolgen die daaraan verbonden zijn, niet alleen aan

te merken als een voornemen tot een appellabel

besluit. Het is een appellabel besluit. Overigens niet in

de Awb of andere formele wetgeving uitgesloten van

17

Kam

er II

het de verzending van het besluit niet aantonen?

Dan is het niet uitgesloten dat de burger het voordeel

van de twijfel krijgt. Dan moet worden uitgegaan van

een vergunning van rechtswege, eventueel met

na delige gevolgen die ermee gepaard gaan.

Ari

De ABC kreeg het afgelopen jaar op dit gebied een

interessante zaak onder ogen. Deze zaak zegt tevens

iets over het systeem Ari en de kinderziektes die het

nog heeft. Ari is het interne systeem van de gemeente

Rotterdam, waarin het Bureau Omgevingsvergunning

het proces van besluitvorming dat gaat over Wabo­

vergunningen bijhoudt en documenteert. Bezwaarde

voegde bij haar bezwaarschrift een kopie van een

besluit van 27 april 2011 als bestreden besluit. De

gevraagde omgevingsvergunning was in dat besluit

geweigerd. In Ari was alleen een besluit dat vrijwel

identiek was opgenomen met de datum 20 april 2011.

Het systeem liet zien dat er op 27 april 2011 ook een

stuk was aangemaakt, maar zonder relevante inhoud.

De bezwaarde gaf op de hoorzitting van de ABC aan

dat de gemeente niet bekend was met een besluit van

20 april 2011. De positie van bezwaarde stond of viel

met het kunnen aantonen dat het bestuursorgaan het

besluit van 20 april 2011 had verzonden. Indien deze

verzending niet voldoende aannemelijk was, miste het

besluit van 27 april 2011 een rechtsgrondslag. De

vergunning was dan inmiddels van rechtswege ont­

staan; 26 april 2011 was namelijk de uiterste beslis­

datum. Kon de verzending wel voldoende aannemelijk

worden gemaakt, dan moest ervan worden uitgegaan

dat het bezwaar was ingediend buiten de wettelijke

bezwaartermijn. Dan was het bezwaar in principe

niet­ontvankelijk. Bij het Bureau Omgevingsvergun­

ning was het besluit van 20 april 2011 niet aangete­

kend verzonden. Het post­verzendregistratiesysteem

ontbrak en in dit geval kon de verzending ook niet op

een andere wijze worden aangetoond. Bezwaarde

kreeg het voordeel van de twijfel.

Aantoonbaarheid

Het belang van aantoonbaarheid van verzending geldt

ook voor stukken die eerder in het primaire besluit­

vormingstraject de deur uitgaan. Bijvoorbeeld als een

verzoek tot indiening van nadere gegevens bij de

aanvrager wordt gedaan. Zo’n verzoek schort de

beslistermijn op en daarmee de termijn voor ver­

gunning van rechtswege.

passen. Dat heeft alles te maken met tussentijdse

wijziging in regelgeving, de systematiek in die regel­

geving en de redactie daarvan. Op het moment van

de genoemde uitspraak in de voorlopige voorziening

gold de Monumenten verordening Rotterdam 1991. Na

de Monumentenverordening Rotterdam 2003, geldt

nu de Monumenten verordening Rotterdam 2010. Om

die reden blijft de ABC van mening dat een besluit tot

voorlopige aanwijzing tot gemeentelijk monument als

bedoeld in deze laatste verordeningen niet (meer) op

gelijke voet staat met een mededeling als bedoeld in

artikel 3/5 van de Monumentenwet 1988. Een dergelijk

besluit lijkt de ABC – nu dit is gericht op rechtsgevolg

– wél een besluit in de zin van artikel 1:3, lid 1, Awb.

Bewijs van verzending en WaboZaken waarin burgers de ontvangst van een besluit of

een stuk ontkennen, kwam de ABC in 2011 geregeld

tegen. Is een besluit werkelijk niet ontvangen, dan kan

dat soms leiden tot verschoonbaarheid in de over­

schrijding van de bezwaartermijn. Of tot allerlei andere

juridische consequenties voor de inwerkingtreding en

onherroepelijkheid van besluiten, die een beslissende

rol kunnen spelen in de oordeelsvorming van de ABC.

Er bestaat uitgebreide jurisprudentie over hoe je

omgaat met situaties waarin te twijfelen valt aan de

ontvangst of de verzending van het bestreden besluit.

Onder meer van de afdeling Bestuursrechtspraak van

de Raad van State. Als de burger ontkent een besluit

te hebben ontvangen, moet het bestuursorgaan onder

bepaalde omstandigheden de verzending aantonen.

Kan het bestuursorgaan dat niet, dan kan dat voor de

houdbaarheid van het besluit fataal zijn.

Een en ander is met name van belang in situaties

waarin een vergunning van rechtswege ontstaat. In

sommige wettelijke regelingen wordt een vergunning

automatisch verleend als het bestuursorgaan niet

tijdig beslist. Dit principe van lex silencio positivo is

ook van toepassing bij de reguliere procedure uit de

Wet algemene bepalingen omgevingsrecht (Wabo)

tot verkrijgen van een omgevingsvergunning. Een

vergunning van rechtswege kan problemen geven.

Bijvoorbeeld als de vergunningverlening maatschap­

pelijk gezien onwenselijk is en schadelijk voor het

algemeen belang. En het bestuursorgaan de ver­

gunning dus tijdig had moeten weigeren.

Heeft het bestuursorgaan wel tijdig beslist, maar kan

18

Algem

ene Bezw

aarschriftencomm

issie Rotterd

amJaarverslag 2011

besluiten ook beantwoord worden. Toch gelden hier

striktere eisen, waar sprake is van een zogenoemde

criminal charge in de zin van artikel 6 EVRM. Het

vraagt ook een andere toetsing. Want waar over het

algemeen rekening gehouden moet worden met

gewijzigde feiten en omstandigheden, is de richtlijn

bij een bestuurlijke boete het plaatsvinden van een

verboden gedraging. Met andere woorden: de ABC

dient in het geval van een bestuurlijke boete de zaak

ex tunc (zoals de situatie toen was) te beoordelen.

En niet zoals gebruikelijk, ex nunc (zoals de situatie

nu is). In zoverre is dit nieuw in het bestuursrecht.

Ook voor de commissie is dat wennen.

Het instrument bestuurlijke boete is op 1 juli 2009 in

de Awb opgenomen en wordt nog op slechts enkele

beleidsterreinen gehanteerd. Het geldt nu nog hoofd­

zakelijk voor huisvestingszaken en hennepzaken etc.,

maar naar ver wachting geldt het binnen afzienbare tijd

ook voor andere beleids terreinen. Hierdoor krijgen

mogelijk andere kamers van de ABC ook dit soort

zaken onder ogen.

De ABC kwam afgelopen jaar nog een keer in aan­

raking met een zaak waarbij nogmaals in dat verband

aan bezwaarde het voordeel van de twijfel moest

worden gegeven. Bij de ABC passeerde in 2011

overigens ook een zaak waarin in het besluitvormings­

traject wél aangetekend was verzonden. Stads­

ontwikkeling kon het bewijs daarvan voor het

bestuurs orgaan leveren en een besluit redden.

Bestuurlijke boeteDe bestuurlijke boete, een nieuw fenomeen in het

bestuursrecht waarmee de ABC in 2011 voor het

eerst is geconfronteerd. De Awb definieert dit als de

bestraffende sanctie, die een onvoorwaardelijke

verplichting tot betaling van een geldsom inhoudt.

Het is een strafsanctie die een bestuursorgaan kan

op leggen voor een overtreding, een verboden

ge draging. Hierin onderscheidt de bestuurlijke boete

zich van een bestuurlijke dwangsom. De laatste heeft

als doel een onrechtmatige situatie te voorkomen, te

beëindigen of ongedaan te maken.

Aangezien een besluit tot het opleggen van een

bestuurlijke boete vatbaar is voor bezwaar en beroep,

is het aan de ABC om het bestuursorgaan te advise­

ren dat zo’n besluit heeft genomen. Gezien de aard

van dit soort besluiten, is het duidelijk dat dit een

geheel nieuwe aanpak vraagt. Een bestuurlijke boete

is namelijk een strafsanctie en moet ook op die

manier beoordeeld worden. Het maakt de ABC tot

instantie die in beroep moet beoordelen of de straf al

dan niet terecht is opgelegd. Ook moet worden

be keken of de voorgeschreven procedure wel correct

is gevolgd. Omdat het hier om een strafmaatregel

gaat, dient de overtreder bijvoorbeeld vooraf de cautie

gegeven te worden. Dat is de mededeling dat hij niet

tot antwoorden verplicht is. Ook is het opmaken van

een boeterapport in de meeste gevallen verplicht.

Strafrechtelijk karakter

De vragen die de ABC bij een opgelegde bestuurlijke

boete verder in de bezwaarprocedure moet beant­

woorden, hebben min of meer een strafrechtelijk

karakter. Heeft er daadwerkelijk een overtreding

plaatsgevonden? Is degene aan wie de bestuurlijke

boete is opgelegd wel de overtreder? Kan de over­

treding hem verder wel worden verweten? Is de

hoogte van de opgelegde bestuurlijke boete gerecht­

vaardigd? Dit soort vragen moeten bij andersoortige

19

Jaarverslag 2011A

lgemene B

ezwaarschriftencom

missie R

otterdam

3KamerBezwaarschriftenbehandeling

Kamer III behandelt en adviseert over

bezwaarschriften die gericht zijn tegen besluiten

van de gemeenteraad.

Toelichting op de cijfers

Gezien het geringe aantal bezwaarschriften valt hier dit jaar niets over te

vertellen.

Kamer III 2010 2011

% Afgehandeld binnen 14 weken (commissie) 11% 0%

Binnengekomen bezwaarschriften 2 2

Afgehandelde bezwaarschriften 9 0

Werkvoorraad (per 31/12) 0 2

20

Algem

ene Bezw

aarschriftencomm

issie Rotterd

amJaarverslag 2011 ‘Soms zit

het gewoon tegen in iemands leven’

Peter Hanenberg

21

Som

s zit het gewoon tegen in iem

ands leven

Peter H

anenberg

De gemeente Rotterdam moet fors

bezuinigen en dat laat zijn sporen

na in de stad. Advocaat Peter

Hanenberg wordt hier dagelijks

mee geconfronteerd tijdens zijn

werk. Hij is specialist in arbeids­

recht en sociale zekerheidsrecht.

De zaken die hij behandelt, hebben

veel te maken met geld. Of beter

gezegd: gebrek daaraan. “Ik zie

mensen die steeds bozer en

moede lozer worden. De stemming

wordt steeds grimmiger en harder.

Ik ben bang dat veel mensen

afhaken, omdat ze zich in de steek

gelaten voelen.”

Een groep pas afgestudeerde

rechtenstudenten richtte het

Advokaten Kollektief Oud­Charlois

begin jaren ’90 op. Een van hen

was Peter Hanenberg. Hij kwam op

het idee om de richting van de

sociale advocatuur te kiezen door

het vrijwilligerswerk dat hij tijdens

zijn studie deed bij de rechtswinkel

in Rotterdam. “Ik kwam daar in

contact met mensen voor wie ik

echt iets kon betekenen. Het was

toen net zo’n beroerde tijd als nu.

Hoge werkloosheid, veel mensen

die in de financiële problemen

zaten. Wat je leert tijdens je studie,

werkt niet altijd zo in de praktijk, zo

bleek. Regels zijn niet altijd even

helder of conflicteren soms met

elkaar. Ook komt het voor dat er

verkeerde uitvoering wordt gege­

ven aan wettelijke voorschriften. Ik

wil anderen graag helpen om uit

een situatie te raken waarin ze

zijn vastgelopen. Soms kan het

gewoon tegenzitten in iemands

leven, of doet iemand iets wat niet

zo slim is. Dan is het toch fijn als er

iemand is die je de helpende hand

toesteekt.”

StrengerDe bezuinigingen van de gemeente

Rotterdam hebben ertoe geleid dat

de dienst Sociale Zaken en Werk­

gelegenheid (SoZaWe) zijn werk­

wijze op bepaalde onderdelen

heeft aangepast en aangescherpt.

In hartje Charlois aan de Rockanjestraat zetelt het

AdvokatenKollektief Oud-Charlois. Een advocaten kantoor

met een grote maatschappelijke betrokkenheid. Waar

mensen terecht kunnen voor betaalbare, juridische hulp.

Een van de advocaten Peter Hanenberg ziet dagelijks hoe

mensen vanwege financiële problemen in de knel raken:

“Op papier is alles netjes geregeld in Nederland, maar in

de praktijk pakt dat toch vaak anders uit.”

Zo krijgt een aanvrager niet meer

direct een bijstandsuitkering, maar

geldt een zogenoemde

inspannings verplichting voor de

eerste vier weken. Dat betekent

dat je je in deze periode moet

inschrijven bij uitzendbureaus,

moet solliciteren en bijvoorbeeld

kinderopvang moet regelen. Pas

daarna kun je in aanmerking

komen voor een uitkering. Het

uitgangspunt is dat iemand in deze

maand zelf een baan vindt en geen

gebruik hoeft te maken van de

bijstand.

Peter zet zijn vraagtekens bij dit

nieuwe beleid. “Juridisch gezien is

het op het randje als je het mij

vraagt. Voor degenen die het al

moeilijk hadden, wordt het er niet

beter op. Een voorbeeld. Ik heb

iemand bij me op kantoor gehad

die echt heel ziek was. Die alle

keuringsrapporten in huis had,

waarin stond dat hij arbeidson­

geschikt was. Omdat zijn relatie

was verbroken, moest hij voor

zichzelf een uitkering aanvragen.

Ook híj kreeg te horen dat hij een

inspanningsverplichting had.

Gelukkig wist deze man de weg

naar juridische hulp te vinden. Ik

heb vervolgens direct een bericht

gestuurd naar zijn klantmanager bij

de gemeente om ervoor te zorgen

dat hij niet langer dan nodig,

hoefde te wachten. Maar er zijn

genoeg mensen die niet zo goed

voor zichzelf opkomen en zich weg

laten sturen. Die moeten een

maand overbruggen zonder

in komsten. En dat is heel lang als

je geen reserves hebt.”

Een andere gemeentelijke

be zuinigingsmaatregel is het

schrappen van de vergoeding voor

22

Algem

ene Bezw

aarschriftencomm

issie Rotterd

amJaarverslag 2011

rechtsbijstand uit de bijzondere

bijstand. “Iemand die zijn advocaat

niet kan betalen, kan een

zo geheten toevoeging aanvragen

bij de Raad voor Rechtsbijstand.

Je betaalt een eigen bijdrage die

afhankelijk is van je inkomen”, legt

Peter uit. “Als je een bijstands­

uitkering ontvangt, kon je de

juridische kosten tot voor kort via

de bijzondere bijstand terugvragen.

Dat kan nu niet meer. Tel daarbij op

dat je het griffierecht sinds juli

2011 door de beperking van de

bijzondere bijstand ook zelf moet

betalen om naar de rechter te

kunnen stappen. Dan wordt de

drempel voor veel mensen wel heel

hoog om hun recht te halen.”

Niet rijkIn het verleden wilde het

Advokaten Kollektief nog weleens

zaken voorfinancieren. Maar van­

wege de toegenomen vraag, is dat

bijna niet meer te doen. Met als

gevolg dat cliënten gaan shoppen

en bij meerdere kantoren open­

staande rekeningen hebben.

“Iemand die zwaar in de proble­

men zit, moet je helpen. Dat vind ik

echt. Wij hoeven niet rijk te worden

van ons werk, maar we moeten wel

uit de kosten kunnen komen.

Op de lange termijn kunnen wij het

niet dragen om deze kosten te

blijven voorschieten en het

incasso risico voor lief te nemen.

Hoe erg dat ook is. Want een zaak

kan daardoor niet meer voorgelegd

worden aan het bestuursorgaan of

aan de rechter. Zo mis je kansen

om iets recht te kunnen zetten.”

ExcusesPeter heeft al veel cliënten

be geleid met het indienen van

bezwaarschriften. Ook gaat hij mee

naar de hoorzittingen van de

Algemene bezwaarschriften­

commissie. Peter vindt het jammer

dat daar niet altijd ambtenaren van

Sociale Zaken meer bij aanwezig

zijn om een toelichting te geven.

“Standpunten uitwisselen tussen

de dienst en de cliënt, kan nu niet

meer. Terwijl het voor mijn cliënten

heel waardevol is om direct van

een medewerker van de dienst te

horen hoe een bepaalde kwestie

volgens SoZaWe verlopen is.

Helemaal plezierig is het als erkend

wordt dat iets fout is gegaan en

dat daarvoor excuses worden

aangeboden. Aanvullende vragen

kun je nu ook niet meer aan elkaar

stellen om zaken snel te verhelde­

ren. Direct contact vergroot het

vertrouwen in de overheid juist.

Het is daarom echt een gemis dat

de dienst zich net meer werkelijk

laat vertegenwoordigen bij de

hoorzitting.”

Eigen verantwoordelijkheid. Daar

draait het bij de gemeente de

laatste tijd blijkbaar vooral om,

zegt Peter. “Natuurlijk moet je je

eigen verantwoordelijkheid nemen.

Maar wat betekent dat dan?

Toch niet dat je tegen iemand

met enorme kiespijn zegt, die geen

tandartsverzekering heeft en sinds

kort geen vergoeding via de bij­

zondere bijstand krijgt: ‘Zorg dan

dat je goed verzekerd bent, dat is

jouw verantwoordelijkheid.’ Som­

mige mensen hebben daar helaas

onvoldoende besef van of hebben

eenvoudigweg geen geld om het te

regelen. Daarom hebben zij af en

toe een steuntje in de rug nodig.

De keerzijde is namelijk dat iemand

die er steeds armoediger uitziet,

half tandeloos is, ook veel moeilij­

ker aan een baan komt en nóg

verder afglijdt. Er is een groep die

al zo weinig uit zichzelf te halen

heeft. Die niet geleerd heeft zich­

zelf staande te houden. Moet je die

mensen dan maar aan hun lot

overlaten met een beroep op hun

eigen verantwoordelijkheid?”

‘Iemand die half tandeloos is, komt ook moeilijker aan een baan. En glijdt nóg verder af’

23

Jaarverslag 2011A

lgemene B

ezwaarschriftencom

missie R

otterdam

KamerBezwaarschriftenbehandeling

Kamer IV beslaat de rechtsgebieden

bestuursrecht algemeen en subsidierecht.

Onder ‘bestuursrecht algemeen’ vallen onder

andere bezwaarschriften op het gebied van

huishoudelijke afvalstoffen, parkeervergunningen,

Gemeentelijke Basisadministratie (GBA),

markt/standplaatsen, leerlingenvervoer/

schoolverlof en verzoeken in het kader van

de Wet openbaar bestuur (Wob).

4

24

Algem

ene Bezw

aarschriftencomm

issie Rotterd

amJaarverslag 2011

Bezwaren werden ingetrokken of niet­ontvankelijk

verklaard, bijvoorbeeld vanwege ontvallen belang. In

veel gevallen had dit te maken met stukken die tijdens

het bezwaar alsnog de situatie verduidelijkten of

waarvoor bij de geautomatiseerde aanvraag geen

ruimte of mogelijkheid was.

Er was een verdubbeling van gegronde bezwaar­

schriften op grond van de Wegsleepregeling. Dat

kwam doordat in 2011 veel fietsen (nog meer dan

vorige jaren) in de buurt van het Centraal Station met

toepassing van spoedeisende bestuursdwang zijn

verwijderd.

 

Bij Wob­bezwaarschriften blijft het aantal gegrond

zaken relatief hoog gezien de terughoudendheid van

diensten om stukken openbaar te maken.

Uitkomst afgehandelde bezwaarschriften: Kamer IV

Kamer IV 2010 2011

% Afgehandeld binnen 14 weken (commissie) 90% 94%

% Afgehandeld binnen 10 weken (ambtelijk horen) 89% 91%

Binnengekomen bezwaarschriften 3.085 3.995

Afgehandelde bezwaarschriften 2.989 3.704

Werkvoorraad (per 31/12) 594 880

Toelichting op de cijfers

In Kamer IV zijn in 2011 meer zaken binnengekomen

en afgehandeld dan in 2010. De groei van vorig jaar

heeft vooral te maken met een stijging van het aantal

bezwaarschriften huishoudelijk afval, met name in de

laatste maanden van het jaar. In 2010 had de groei

nog te maken met een herindeling van werk­ en

rechtsgebieden (meer hierover op pagina 27).

De afhandelingstermijnen zijn opnieuw gunstig en

zelfs beter ten opzichte van 2010. Dat komt door veel

ambtelijk (telefonisch) horen, in een vroeg stadium

terugkoppelen naar de dienst en zittingsgericht

inroosteren. Ook is er de wettelijke mogelijkheid tot

uitstel met toestemming van bezwaarmaker (artikel

7:10 lid 4 Awb). De kwaliteit bleef hierdoor behouden

vanwege de zeefwerking, uitkomsten in beroep, de

vele terugkoppelingen en alsnog ingetrokken

be sluiten door de diensten zelf.

Het aantal gegronde zaken bij markt/standplaats­

bezwaarschriften nam ruim 11 keer toe. Dat had te

maken met een cluster van 39 bezwaarschriften. Deze

bezwaren richtten zich tegen uitstel van het plaats­

kiezen op de markt Zuid­Woensdag voor de branche

kramerij. Een terecht bezwaar, zo oordeelde de

commissie.

ParkeerzakenSlechts een klein percentage bezwaarschriften bij

parkeerzaken werd ongegrond verklaard. Net als in

2010 kwam de commissie in veel gevallen tegemoet

aan de bezwaren na terugkoppeling naar de dienst.

(deels) gegrond: 6%

tegemoetgekomen na terugkoppeling dienst: 4%

ingetrokken: 2%

niet-ontvankelijk: 12%

ongegrond: 40%

overige: 35%

(deels) gegrond: 14%

tegemoetgekomen na terugkoppeling dienst: 14%

ingetrokken: 15%

niet-ontvankelijk: 10%

ongegrond: 40%

overige: 8%

(deels) gegrond: 10%

tegemoetgekomen na terugkoppeling dienst: 24%

ingetrokken: 4%

niet-ontvankelijk: 11%

ongegrond: 48%

overige: 3%

(deels) gegrond: 4%

tegemoetgekomen na terugkoppeling dienst: 26%

ingetrokken: 7%

niet-ontvankelijk: 23%

ongegrond: 28%

overige: 12%

(deels) gegrond: 17%

tegemoetgekomen na terugkoppeling dienst: 13%

ingetrokken: 3%

niet-ontvankelijk: 14%

ongegrond: 49%

overige: 5%

25

Kam

er IV

Namelijk: vanwege een tijdelijke situatie (hier was dus

geen sprake van) niet kunnen beschikken over feitelijke

parkeerruimte en om die reden afgeven van een

parkeer vergunning voor zes maanden.

Overwegingen

De volgende tekst werd opgenomen onder de over­

wegingen: “Wij zijn van mening, zowel grammaticaal

als met name naar teleologie (naar de strekking,

(be)doel(ing) en interpretatie van de tekst) dat het de

bedoeling is dat iemand gebruikmaakt van eigen

parkeerruimte en als deze er niet is, alles in het werk

stelt om gebruik te kunnen maken van andere op

korte of lange(re) termijn vrijkomende parkeerruimte in

het complex waarin de aanvrager woont. Vandaar ook

de mogelijkheid van een tijdelijke vergunning. Deze

heeft alleen zin/toegevoegde waarde, als iemand op

korte of lange(re) termijn ook feitelijk kan beschikken

over een parkeerruimte die vrijkomt. Op het moment

dat vaststaat, danwel onvoldoende onderzocht is dat

er op korte of lange termijn weliswaar parkeerruimte

vrijkomt, maar dat deze feitelijk nooit gebruikt/

ge ëffectueerd kan worden (in casu de situatie van

verbod verkoop en verhuur van parkeerruimte los van

appartement), is het niet zorgvuldig/nodig/in overeen­

stemming met om iemand een permanente parkeer­

vergunning af te wijzen en te adviseren een tijdelijke

parkeervergunning aan te vragen.”

Kamer IV

(deels) gegrond

tegemoet gekomen na terug-

koppeling dienst

ingetrokken niet-ont-vankelijk

ongegrond overige eindtotaal % gegrond per

onderwerp

Huishoudelijk afvalstoffen 485 169 33 306 1.334 16 2.343 21%

Parkeervergunning 42 190 41 86 159 50 568 7%

Markt / standplaats 45 23 3 8 49 6 134 34%

Gemeentelijke basisadministratie 6 34 8 16 57 11 132 5%

Subsidies 10 17 15 39 34 5 120 8%

Wegsleepregeling 22 4 5 58 3 92 24%

Invalidenparkeerkaart 3 7 5 2 43 4 64 5%

Wet openbaarheid bestuur 8 3 4 4 8 10 37 22%

Leerlingenvervoer 4 5 5 2 18 34 12%

Bestuursdwang en dwangsom 2 5 3 11 8 2 31 6%

Schoolverlof en ­huisvesting 3 5 13 21 0%

Schadebesluit / schadevergoeding 1 1 1 6 5 14 7%

Wet kinderopvang 3 1 1 5 0%

Diversen 4 5 1 26 11 62 109 4%

Totaal kamer IV 632 465 123 511 1.799 174 3.704

Percentages 2011 (2010) 17% (12%) 13% (nb) 3% (15%) 14% (27%) 49% (42%) 5% (4%) 100%

In het oog springende

ontwikkelingen

ParkeervergunningEen parkeersituatie in het gebouw ‘Red Apple’ was

aanleiding om een aantal bezwaarschriften in 2011

gegrond te verklaren. Wat speelde zich precies af?

Een bewoner van het gebouw had bezwaar gemaakt,

omdat hij geen permanente parkeervergunning had

gekregen voor zijn tweede auto. De Red Apple

beschikte over parkeerplaatsen. Aan een zo genoemde

volverklaring van de beheerder of eigenaar kon hij

niet komen vanwege de eigendomsconstructie. De

apparte menten kenden één parkeerplaats per apparte­

ment. Hierbij was bepaald dat de parkeerplaats niet los

kon of mocht worden verhuurd danwel verkocht. En

dat een plaats gekoppeld was aan het appartement.

Juridische diensten heeft het conceptbesluit aan het

college van B&W voorgelegd om de bezwaren gegrond

te verklaren. Bezwaarmaker woonde weliswaar in een

complex met een aanwezige parkeer voorziening, maar

hij zou hier gezien de eigendomsconstructie voor zijn

tweede auto nooit gebruik van kunnen maken. Daar

komt bij dat in deze situatie het afgeven van een

tijdelijke parkeervergunning tegenstrijdig was aan de

systematiek van een tijdelijke parkeervergunning.

26

Algem

ene Bezw

aarschriftencomm

issie Rotterd

amJaarverslag 2011

In twee zaken in 2011 vond de commissie echter dat

het college onvoldoende rekening had gehouden met

de specifieke omstandigheden bij de subsidieont­

vanger. In de ene zaak moest er alsnog een subsidie­

bedrag worden toegekend ten behoeve van de frictie­

kosten. Het betrof een beslissing waarbij volgens de

commissie de redelijke termijn niet in acht was

ge nomen, omdat het concrete bedrag van subsidie­

vermindering drie maanden na aanvang van het

schooljaar voor het eerst werd medegedeeld. Het

college heeft het advies van de commissie niet

gevolgd, omdat de subsidieontvanger in een brief vier

maanden voorafgaand aan het schooljaar naar zijn

mening al voldoende concreet was aangekondigd dat

re kening gehouden moest worden met een subsidie­

vermindering voor het schooljaar 2010­2011.

In een andere zaak betrof het een beslissing waarbij

de subsidie over een periode van drie jaren werd

afgebouwd. Hoewel de commissie van oordeel was

dat de subsidieontvanger tijdig was ingelicht over de

afbouwregeling en dat er dus een redelijke termijn in

acht was genomen, vond de commissie dat een

tegemoetkoming in de kosten van het beëindigen

van arbeidsovereenkomsten op zijn plaats was. Het

college heeft ook dit advies niet gevolgd, omdat

de subsidieontvanger zelf heeft gekozen voor een

structurele inkrimping van de personele formatie. Voor

zover de subsidieontvanger over onvoldoende liquide

middelen zou beschikken, kon de stichting gebruik­

maken van de aangehouden financiële reserve.

Bewijs

Verder is het opvallend dat veel bezwaarschriften over

subsidies niet­ontvankelijk zijn verklaard. Reden

daarvoor is dat de commissie in alle gevallen vraagt

om een bewijs dat de bezwaarmaker bevoegd is tot

het maken van bezwaar. Bijvoorbeeld door een

uittreksel uit het handelsregister van de Kamer van

Koophandel en/of statuten te verstrekken. Bij sub­

sidies die doorgaans worden verleend aan rechts­

personen, werd en wordt die bevoegdheid vaak niet

afdoende aangetoond.

WobIn het afgelopen jaar heeft de Wet openbaarheid van

bestuur (Wob) ruime belangstelling van de media

mogen genieten. Reden daarvoor waren de voor­

stellen van de minister van Binnenlandse Zaken en

Vergelijkbare, latere bezwaarschriften werden om

dezelfde reden gegrond verklaard. In het nieuwe

Uitvoeringsbesluit parkeren Rotterdam 2012 (dat per

1 januari 2012 is ingegaan) wordt dit soort situaties

voorkomen door de betreffende wetgeving (artikel 5)

aan te scherpen en verder te verduidelijken. En door

de toelichting hierop aan te vullen.

SubsidiesTegen de verwachting in was er in 2011 geen sprake

van een toename van het aantal subsidiezaken. Nu

waren er in 2010 al veel meer bezwaarschriften op dit

gebied. Dat aantal is in 2011 net zo hoog gebleven.

Wel gingen er meer zaken over de redelijke termijn die

in acht genomen moet worden als er subsidie wordt

stopgezet. Of als de subsidie wordt verminderd terwijl

die gedurende drie of meer achtereenvolgende jaren

is verleend.

Voorop staat dat het college van B&W in ruime mate

beleidsvrijheid heeft om nieuw beleid te formuleren en

uit te voeren, daartoe al dan niet genoodzaakt door

bezuinigingsoverwegingen. Een dergelijk nieuw beleid

kan worden aangemerkt als “gewijzigde inzichten” als

bedoeld in artikel 4:51 van de Algemene wet bestuurs ­

recht (Awb). Er is in dat geval geen plicht tot afbouw­

subsidie of schadevergoeding. De redelijke termijn

begint te lopen vanaf het moment dat de aankondiging

is bekendgemaakt. De redelijke termijn is bedoeld om

de subsidieontvanger in staat te stellen maatregelen te

treffen die de gevolgen van de be ëindiging of vermin­

dering van de subsidie onder vangen.

Redelijke termijn

In de meeste zaken vond de ABC dat de redelijke

termijn in acht was genomen. Het was daarbij van

belang dat de omvang van de redelijke termijn kon

worden beïnvloed door mededelingen die het

bestuursorgaan deed voor bekendmaking van het

besluit. De subsidieontvanger kon hieruit afleiden dat

er waarschijnlijk iets in zijn subsidierelatie met het

bestuursorgaan zou veranderen. Vaak hadden dien­

sten en de wethouder de subsidieontvangers al

schriftelijk gewezen op het gedeeltelijk of volledig

vervallen van subsidies wegens de verslechterde

economische omstandigheden. Ook in mondelinge

contacten tussen subsidieontvangers en de diensten

zijn de bezuinigingen regelmatig onderwerp van

gesprek geweest.

27

Kam

er IV

gerealiseerd. Dat voorkomt dat bezwaarschriften

gegrond moeten worden verklaard wegens niet tijdige

aanlevering van bewijsstukken.

Terugkoppeling Stadstoezicht

De samenwerking tussen Juridische diensten en

de dienst Stadstoezicht is in 2011 geïntensiveerd.

In frequent overleg werden bij de afhandeling van

bezwaarschriften gesignaleerde onvolkomenheden

teruggekoppeld. Stadstoezicht heeft bijzonderheden

uit uitspraken van de Raad van State op deze wijze

ook als richtlijn voor de handhaving ingevoerd. Het

percentage gegronde bezwaarschriften is hierdoor

teruggelopen ten opzichte van 2009.

De werkvoorraad bezwaarschriften nam in 2011 toe

vergeleken met 2010. Van de 2.709 binnengekomen

bezwaarschriften werden er 2.343 afgehandeld in 2011

(dat was 303 eind december 2010 en 640 eind decem­

ber 2011). Deze toename van de werkvoorraad is

hoofdzakelijk veroorzaakt door de aantallen in de

maanden november en december 2011 binnen­

gekomen bezwaarschriften, respectievelijk 440 en 352.

Koninkrijksrelaties om oneigenlijk gebruik van de Wob

in te perken.

De commissie heeft zich gebogen over een beperkt

aantal bezwaarschriften dat zich richtte tegen

be sluiten die zijn genomen op grond van de Wob.

Opvallend is het relatief hoge aantal bezwaarschriften

waarbij de commissie tot gegrondverklaring advi­

seerde. Diensten blijken terughoudend met het open­

baar maken van (onderdelen) van documenten. Als

de commissie vindt dat bepaalde onderdelen van

documenten alsnog openbaar gemaakt moeten

worden, leidt dat tot een (gedeeltelijke) gegrond­

verklaring van het bezwaar.

Spoedeisende bestuursdwang verwijdering huishoudelijk afvalAls huisvuil verkeerd wordt aangeboden, past de

gemeente Rotterdam spoedeisende bestuursdwang

toe. Dat wil zeggen dat een handhaver van de dienst

Stadstoezicht het huisvuil doorzoekt en vervolgens

afvoert. Bij doorzoeking van het huisvuil kan een

adreslabel of poststuk dat in het huisvuil wordt

aan getroffen naar de overtreder leiden. Die krijgt

vervolgens de kosten van de toepassing van spoed­

eisende bestuursdwang gepresenteerd. Deze kosten

be droegen in 2011 € 115,­ per aangetroffen eenheid.

Tegen deze beslissing staat bezwaar open en een

beroep bij de Raad van State.

Tegen belastende beschikkingen zoals deze wordt

meer dan gemiddeld in bezwaar gegaan. Er is daarbij

wel een aanzienlijke fluctuatie in de tijd te zien. In

2009 werden er 3.975 bezwaarschriften ingediend, in

2010 waren dat er slechts 1.527. En in 2011 kwamen

2.709 bezwaarschriften binnen. Het wisselend aantal

bezwaarschriften heeft te maken met het aantal

primaire besluiten dat is genomen. In de onder­

staande tabel is dat zichtbaar:

2009 2010 2011

Primaire besluiten 11.552 5.639 10.133

Bezwaarschriften 3.975 1.527 2.709

% Bezwaar 34% 27% 27%

Omdat het aanleveren van de benodigde stukken om

het bezwaarschrift te behandelen vrij omslachtig was,

is in 2011 een directe toegang tot het bedrijfs­

processensysteem (HAS) van de dienst Stadstoezicht

28

Algem

ene Bezw

aarschriftencomm

issie Rotterd

amJaarverslag 2011

BezwaarschriftenbehandelingKamer

Kamer V behandelt niet zozeer bezwaarschriften

van burgers, maar specifiek van ambtenaren van

de gemeente Rotterdam. De bezwaarschriften

zijn gericht tegen besluiten waarbij de rechts­

positie van de ambtenaar in het geding is. Zoals

bij een (disciplinair) ontslag of een overplaatsing.

5

29

Kam

er V

Toelichting op de cijfers

Kamer V van de ABC bracht vorig jaar over 368

bezwaarschriften advies uit. Dat waren er 120 meer

dan in 2010. Ook kwamen vorig jaar beduidend meer

zaken binnen dan het jaar daarvoor: 413 tegen 262.

In 2011 kwam de commissie vaker tot het advies om

het bezwaarschrift ongegrond te verklaren. In 40%

van de zaken luidde het advies ongegrond (in 2010

was dat nog 30%).

De top van diensten met de meeste bezwaarschriften

in 2011 wordt aangevoerd door de dienst Stadstoezicht

met 92 bezwaarschriften, gevolgd door de dienst

SoZaWe met 60 zaken en Roteb met 48. De commissie

adviseerde in 14% van de zaken gegrond. Dat was in

2010 nog 21%. In 2011 is echter een nieuwe categorie

toegevoegd: in 14% van de gevallen is aan de bezwaren

tegemoetgekomen na terugkoppeling met de dienst.

Maatregelen arbeidsvoorwaardenKamer V van de ABC heeft vooral op twee gebieden

te maken gehad met veranderde omstandigheden en

strenger beleid. Zo zijn ook vorig jaar weer veel

bezwaarschriften behandeld die zijn ingediend na

invoering van het concernbrede functiehuis. Verder

besloot het college van B&W in mei 2011 tot het treffen

van enkele arbeidsvoorwaardelijke maatregelen, die

nodig waren om de bezuinigingsdoelstellingen te halen.

Met name het laatste onderwerp zorgde bij de com­

missie voor veel meer zittingen dan gebruikelijk. Hier­

onder worden beide ontwikkelingen meer toegelicht.

Uitkomst afgehandelde bezwaarschriften: Kamer V

Kamer V 2010 2011

% Afgehandeld binnen 14 weken (commissie) 67% 63%

Binnengekomen bezwaarschriften 262 413

Afgehandelde bezwaarschriften 248 368

Werkvoorraad (per 31/12) 140 182

Kamer V

(deels) gegrond

tegemoet gekomen na terug-

koppeling dienst

ingetrokken niet-ont-vankelijk

ongegrond overige eindtotaal % gegrond per

onderwerp

Bezoldiging 7 14 8 6 19 4 58 12%

Beëindiging tijdelijke aanstelling 5 7 10 2 33 57 9%

Functiehuis 4 7 5 21 1 38 11%

Ontslag 5 2 5 2 21 1 36 14%

Beoordeling 5 4 4 1 9 1 24 21%

Aanstelling 1 4 2 10 5 1 23 4%

Herplaatsing 1 3 8 6 3 21 5%

Disciplinaire straf / ontslag 6 2 1 1 9 1 20 30%

Schorsing in belang dienst 4 3 1 1 8 2 19 21%

Functiebeschrijving en ­waardering 1 1 6 8 13%

Vakantie en verlof 4 1 1 1 1 8 50%

Reorganisatie 2 1 1 2 6 0%

Diversen 7 9 6 6 13 9 50 14%

Totaal Kamer V 50 52 54 36 146 30 368

Percentages 2011 (2010) 14% (21%) 14% (nb) 15% (28%) 10% (17%) 40% (30%) 8% (4%) 100%

(deels) gegrond: 6%

tegemoetgekomen na terugkoppeling dienst: 4%

ingetrokken: 2%

niet-ontvankelijk: 12%

ongegrond: 40%

overige: 35%

(deels) gegrond: 14%

tegemoetgekomen na terugkoppeling dienst: 14%

ingetrokken: 15%

niet-ontvankelijk: 10%

ongegrond: 40%

overige: 8%

(deels) gegrond: 10%

tegemoetgekomen na terugkoppeling dienst: 24%

ingetrokken: 4%

niet-ontvankelijk: 11%

ongegrond: 48%

overige: 3%

(deels) gegrond: 4%

tegemoetgekomen na terugkoppeling dienst: 26%

ingetrokken: 7%

niet-ontvankelijk: 23%

ongegrond: 28%

overige: 12%

(deels) gegrond: 17%

tegemoetgekomen na terugkoppeling dienst: 13%

ingetrokken: 3%

niet-ontvankelijk: 14%

ongegrond: 49%

overige: 5%

30

Algem

ene Bezw

aarschriftencomm

issie Rotterd

amJaarverslag 2011

vragen over het functiehuis en de inpassing van de

functie te beantwoorden.

Er zijn 38 bezwaren behandeld. De commissie achtte

21 bezwaren ongegrond en vier gegrond. De rest van

de bezwaren is niet ontvankelijk verklaard, ingetrok­

ken of is op andere wijze afgedaan. De bezwaar­

makers voerden veelal aan dat het nieuwe functie­

profiel niet overeenkwam met de taken die zij in hun

huidige functie vervullen. In de adviezen die de com­

missie ongegrond heeft verklaard, heeft zij het vol­

gende standpunt aangenomen: bij de inpassing van

een functie in één van de functieprofielen is de laatste

formele beschrijving van de (oude) functie in de vorm

van een functiebeschrijving leidend. En niet de

feitelijke werkzaamheden die worden verricht.

De verwachting was dat tegen de definitieve besluiten

tot inpassing van functies veel bezwaar zou worden

gemaakt. Gelet op de aantal ingediende bezwaar­

schriften in 2011 (en in 2010) kan geconcludeerd

worden dat de bedenkingenfase veel bezwaren heeft

kunnen voorkomen.

BezuinigingsmaatregelenHet college van B&W besloot op 31 mei 2011 tot het

treffen van enkele arbeidsvoorwaardelijke maat­

regelen, die noodzakelijk werden geacht voor het

realiseren van de bezuinigingsdoelstellingen.

De maatregelen zijn: een externe vacaturestop,

bevriezing beloningsregeling topkader, bevriezing

prestatiebeloningen conform de regelingen PPT en

PPU en het niet toestaan van verlenging van tijdelijke

aanstellingen op het moment dat die van rechtswege

aflopen. Met name de laatste maatregel heeft tot veel

bezwaarschriften geleid.

Voor de meeste tijdelijke aanstellingen is het vanzelf­

sprekend dat de werkgever na afloop daarvan niet

gehouden is een vaste of nieuwe tijdelijke aanstelling

te verlenen. Bij een tijdelijke aanstelling wegens proef

is echter de intentie aanwezig de medewerker aan­

sluitend een vaste aanstelling te geven wanneer hij of

zij aan de gestelde functie­eisen voldoet.

Een stap verder

Directeur Middelen en Control heeft al in september

2010 aan de hoofden van dienst kenbaar gemaakt dat

In het oog springende

ontwikkelingen

FunctiehuisHet concernbrede functiehuis is sinds 1 maart 2010

ingevoerd. Voorheen had iedere organisatie eigen

functies en functiebeschrijvingen. Kern van het

functie huis is de stroomlijning en uniformering van

functies. Gelijksoortige functies hebben dezelfde

benaming, beschrijving en waardering gekregen.

Ongeveer 4.000 functiebeschrijvingen zijn terug­

gebracht naar 91 korte functieprofielen, die weer zijn

ingedeeld in acht functiefamilies. Het aantal te

beschrijven functies is hierdoor sterk ingeperkt. Met

als gevolg dat de organisatieopbouw overzichtelijker

en transparanter wordt. Het nieuwe functiehuis moet

ervoor zorgen dat de personeelsplanning en het

uitzetten van loopbaanpaden makkelijker worden en

dat de organisatie slagvaardiger is. Het is niet alleen

van toepassing op de ambtenaren die werkzaam zijn

bij de verschillende diensten van de gemeente

Rotterdam, maar ook op de ambtenaren die werken

bij de deelgemeenten.

Voordat alle circa 13.000 ambtenaren een definitief

besluit ontvingen over de inpassing van hun functie

in het functiehuis, kregen zij de mogelijkheid beden­

kingen kenbaar te maken. In totaal hebben 1.093

ambtenaren dat gedaan. De Centrale Toetsings­

commissie heeft de bedenkingen behandeld en

bracht daarover aan het hoofd van dienst advies uit.

Het hoofd van dienst bracht vervolgens advies uit aan

het college van B&W. Hierna zijn de definitieve

be sluiten tot inpassing genomen. Degenen die geen

bedenkingen hadden ingediend, zijn al eind maart

2010 geïnformeerd over de definitieve inpassing van

hun functie.

Mondelinge toelichting

De commissie heeft vorig jaar de bezwaren behandeld

van ambtenaren die eerst de bedenkingenprocedure

hadden gevolgd. De commissie heeft zich in de

bezwaarzaken laten adviseren door de adviseur

functiehuis bij de advisering aan het college. De

adviseur functiehuis heeft schriftelijk advies uitge­

bracht. In de meeste gevallen was deze adviseur op

de hoorzitting aanwezig om de commissie monde­

linge toelichting te geven op het advies. En verder om

31

Kam

er V

Daarom vond de commissie dat deze aanstelling niet

had mogen worden beëindigd.

Het college van B&W heeft in de contrairprocedure

alsnog besloten de bezwaren ongegrond te verklaren.

Daarbij werd overwogen dat ook hier het besluit gold

van 31 mei 2011 om alle tijdelijke aanstellingen te

beëindigen. Tenzij de concerndirectie in het kader van

de escalatieprocedure anders zou besluiten. De

escalatieprocedure was al in werking gesteld en de

afloop daarvan moet worden afgewacht. In de tussen­

tijd kan echter geen andere beslissing worden

ge nomen dan de tijdelijke aanstelling per 15 maart

2012 te beëindigen.

De commissie zal de invloed van de bezuinigings­

maatregelen ook in 2012 merken. En niet alleen

vanwege het beëindigen van de tijdelijke aan­

stellingen. Naar verwachting komen er ook meer

bezwaarschriften binnen die gericht zijn tegen

be vriezing van de prestatiebeloningen.

uit jurisprudentie blijkt dat de werkgever niet altijd

verplicht is om een tijdelijke aanstelling wegens proef

voort te zetten. Dat geldt op momenten waarop dat uit

financieel­economisch opzicht niet verantwoord wordt

geacht. En ook wanneer op het functioneren van de

medewerker niets valt aan te merken. Met het besluit

van 31 mei 2011 gaat het college nog een stap verder

en legt de mogelijkheid op als een verplichting om de

tijdelijke aanstelling – dus ook die wegens proeftijd –

niet te verlengen. Met dien verstande dat het in

in dividuele gevallen voor bepaalde functies die door

de maatregel onevenredig zouden worden getroffen,

naar de concerndirectie kan worden geëscaleerd.

Als gevolg van deze maatregel werden 95 bezwaar­

schriften bij de ABC ingediend. Inmiddels zijn 59

zaken afgehandeld. De commissie adviseerde in

33 zaken ongegrond en in 5 zaken gegrond.

De overige zaken werden ingetrokken of als niet­

ont vankelijk afgedaan.

Het juridische kader biedt weinig ruimte en de

bewuste circulaire was goed gemotiveerd. Bovendien

blijkt uit jurisprudentie dat de werkgever niet altijd

verplicht is om een tijdelijke aanstelling wegens proef

voort te zetten wanneer dit op dat moment in financieel­

economisch opzicht niet verantwoord wordt geacht.

Daarom kon de commissie in het merendeel van de

zaken niets anders dan ongegrond adviseren. Ook als

duidelijk bleek dat mensen erop hadden gerekend dat

zij een vaste aanstelling zouden krijgen en zij ook

volgens hun leidinggevenden prima functioneerden.

De commissie vond dat niet altijd even makkelijk. Elke

zaak moest individueel bekeken worden. Er kon

namelijk ook sprake zijn van een bevoegdelijke toe­

zegging waar een gerechtvaardigd vertrouwen aan

mocht worden ontleend dat onder alle omstandig­

heden tot een vaste aanstelling zou moeten worden

besloten. De commissie vond dat van een dergelijke

toezegging bij drie zaken sprake was.

Specifieke deskundigheid

In een andere zaak waarbij de commissie gegrond

adviseerde, was er sprake van een speciaal project

waarvoor ook specifieke deskundigheid nodig was.

Bij de start van het project bleek het al moeilijk per­

soneel te werven. Verder speelde mee dat het project

ook al gefinancierd was. Bij het wegvallen van deze

specifieke medewerker zou het lastig zijn het project

zonder vertraging en met dezelfde visie uit te voeren.

32

Algem

ene Bezw

aarschriftencomm

issie Rotterd

amJaarverslag 2011 ‘Ondanks je

problemen ga je aan de slag’

Luc Severijnen

33

Ond

anks je prob

lemen ga je aan d

e slagLuc S

everijnenEen miljoenentekort op de begroting voor de Wet werk

en bijstand zette de discussie in Rotterdam rondom de

bezuinigingen op uitkeringen vorig jaar op scherp. Zijn

we eigenlijk wel streng genoeg? Kan het ook anders?

Hoe kunnen we zoveel mogelijk mensen aan het werk

krijgen? Luc Severijnen, directeur bij Sociale Zaken en

Werkgelegenheid, kan zich het omslagpunt in mei nog

levendig herinneren. “De discussie bereikte toen zijn

climax en het roer ging om.”

Van werken word je gelukkig.

Dat is de stellige overtuiging van

Luc Severijnen. Hij is sinds drie

jaar directeur uitvoering Wet werk

en bijstand en Wet investeren in

jongeren bij Sociale Zaken en

Werk gelegenheid (SoZaWe) van

de gemeente Rotterdam. “Veel

be lemmeringen die mensen

er varen als ze bij ons aankloppen

voor een uitkering, verdwijnen ook

weer als ze eenmaal aan het werk

zijn. Dat zeg ik niet alleen, er zijn

genoeg onderzoeken die hetzelfde

uitwijzen. Rotterdam wil dan ook

dat iedereen aan het werk gaat.”

In de Maasstad is het sinds vorig

jaar moeilijker geworden om een

bijstandsuitkering aan te vragen.

Ook wordt fraude harder aange­

pakt en worden jongeren gekort

op hun uitkering als ze niet willen

werken of niet naar school gaan.

Reden voor deze maatregelen was

het tekort op de begroting voor de

Wet werk en bijstand. Vorig jaar

opgelopen tot 120 miljoen euro.

Andere koersHet gat in de begroting is deels

te wijten aan een stijging van

de instroom van bijstands­

gerechtigden ten opzichte van de

uitstroom. Luc: “Daar bovenop

kwamen ook nog eens de kortin­

gen van het Rijk. De politieke

discussies logen er niet om. In het

voorjaar koos het college van B&W

voor een koers die ervoor moest

zorgen dat de instroom direct werd

beperkt en de uitstroom vergroot.”

Voor SoZaWe betekende deze

koerswijziging een andere manier

van werken. “We hebben een

aantal belangrijke stappen moeten

zetten. Als eerste doen we tegen­

woordig een maximaal beroep op

de zelfredzaamheid van mensen.

Niet meer: wat kan de gemeente

voor u doen? Maar: wat kunt u zelf

doen? Kom je bij ons aan de balie

voor een bijstandsuitkering, dan

krijg je te horen dat je de eerste

vier weken op zoek moet naar

werk. Dat noemen we de inspan­

ningsverplichting. Is het je na die

vier weken niet gelukt, dan gaan

we samen op zoek naar werk.”

Ook zijn mensen die meervoudige

problematiek hebben, niet meer

automatisch vrijgesteld van het

zoeken naar een baan en is het

sanctiebeleid van SoZaWe aan­

gescherpt. “Ondanks je proble­

men, ga je aan de slag. Dat is onze

boodschap. Je ziet dat veel van

die problemen verdwijnen op het

moment dat iemand weer werkt.

Het aanscherpen van de regels

heeft ertoe geleid dat de vrij­

34

Algem

ene Bezw

aarschriftencomm

issie Rotterd

amJaarverslag 2011

blijvendheid er vanaf is. Kwamen

cliënten voorheen regelmatig niet

op afspraken, dan merkten ze daar

niet zoveel van. Maar op die

manier kun je hen ook niet helpen.

Dat doen we nu dus anders.”

Juridisch adviesBij medewerkers van SoZaWe was

er aanvankelijk wel de angst dat zij

veel last zouden krijgen van de

Algemene Bezwaarschriftencom­

missie. Want waarschijnlijk zouden

meer mensen een bezwaar indie­

nen. “Het aantal bezwaarschriften

is iets gestegen. Dat gedeelte

klopt. Ik heb bij aanvang uitvoerige

gesprekken gehad met Juridische

diensten en ons beleid uitgelegd.

Dat heeft heel positief uitgepakt en

ervoor gezorgd dat we intensief

met elkaar samenwerken. Natuur­

lijk is het hun taak om kritisch naar

ons werk te kijken en dat doen ze

ook. Maar tegelijkertijd adviseren

ze ook aan de voorkant over wat

juridisch kan en wat niet. Dat

voorkomt dat we elkaar aan het

eind van de rit bij de commissie

weer tegenkomen.”

Al na drie weken oogstte het

nieuwe pakket aan maatregelen

succes. Met als resultaat dat

Rotterdam de groei van de uitke­

ringslast in 2011 heeft weten te

beperken tot 1,8 procent. “Dat is

de laagste groei van de G4 en zit

onder het landelijke gemiddelde”,

vertelt Luc. “En dat terwijl we in

juni nog ver boven dat gemiddelde

zaten. We hebben door in te

grijpen 15,5 miljoen euro minder

uitgegeven aan uitkeringen.”

VoorschotLuc weet dat er ook kritiek is op

het Rotterdamse beleid. “Het is

een illusie om te denken dat ieder­

een zelfredzaam is. Maar als je

echt niet kunt, is er een vangnet.

Voor die groep moet ook zeker niet

te weinig aandacht zijn. Aan de

andere kant: onze medewerkers

zijn professioneel genoeg om een

juiste inschatting te maken als

iemand zich bij ons meldt. Heb je

bijvoorbeeld een ernstige psychi­

sche stoornis, dan word je echt

niet verplicht in een kas aan het

werk gezet. Ben je moeder en heb

je kleine kinderen en helemaal

geen geld meer om eten te kopen,

dan kun je gebruikmaken van de

broodnoodregeling. Hiermee je de

belangrijkste boodschappen de

eerste vier weken kunt kopen.

Verder bestaat er een voorschotre­

geling, waardoor iedereen die daar

recht op heeft binnen een maand

een voorschot heeft. Weet je wat

erg is? Mensen opgeven en ver­

stoppen in een uitkering waar ze

niet meer uitkomen.”

‘Door in te grijpen hebben we miljoenen minder

uitgegeven aan uitkeringen’

35

Jaarverslag 2011A

lgemene B

ezwaarschriftencom

missie R

otterdam

KamerBezwaarschriftenbehandeling

Kamer VI behandelt bezwaarschriften tegen

besluiten op het gebied van de wet

maatschappelijke ondersteuning en tegen

besluiten op het gebied van sociale zaken

en werkgelegenheid.

6

36

Algem

ene Bezw

aarschriftencomm

issie Rotterd

amJaarverslag 2011

Verder is de categorie ‘intrekking’ verminderd naar 4%

in 2011 (in 2010 was dat 9%). De categorie ‘zou

gegrond geweest zijn’ en ‘zou niet­ontvankelijk

geweest zijn’ is nu bij tegemoetkomingen gevoegd,

omdat het feitelijk om nieuwe besluiten van de dienst

Sociale Zaken en Werkgelegenheid gaat. Voor het

overige zijn de uitkomsten vrijwel gelijk aan die in 2010.

De werkvoorraad nam af van 1.536 naar 1.436 zaken.

Uitkomst afgehandelde bezwaarschriften: Kamer V

Kamer VI 2010 2011

% Afgehandeld binnen 14 weken (commissie) 91% 94%

% Afgehandeld binnen 10 weken (ambtelijk horen) 92% 90%

Binnengekomen bezwaarschriften 6.544 7.227

Afgehandelde bezwaarschriften 6.079 7.326

Werkvoorraad (per 31/12) 1.536 1.436

Toelichting op de cijfers

Kamer VI ontving in 2011 een record aantal Wwb­ en

Wmo­zaken. Namelijk 7.227. Dat zijn er ruim 700

meer dan in 2010. Het aantal afgehandelde zaken

bedroeg vorig jaar 7.326 (in 2010 nog 6.079). Dat

betekent dat er geen achterstanden zijn.

De commissie is erop ingericht op korte termijn

(tijdelijke) maatregelen te kunnen nemen. Naast het

slimmer organiseren van werkprocessen, wordt er ook

gebruikgemaakt van detacheringen en stagiairs. De

uitkomst van de afgehandelde zaken is opvallend

toegenomen als je kijkt naar tegemoetgekomen zaken

na terugkoppeling (24%). In 2010 werd deze categorie

nog niet apart geregistreerd en viel toen onder ‘niet­

ontvankelijk’. Dat verklaart tevens de afname van de

‘niet­ontvankelijk’­verklaringen. De grootste wijziging

is 5% minder gegrond zaken dan het jaar daarvoor.

Te weten: 10% in 2011. Dat was ook een doelstelling:

leren van bezwaar. Hieruit kan voorzichtig worden

vastgesteld dat er veel meer contact is gelegd en

meer geleerd is van eerdere zaken.

Kamer VI

(deels) gegrond

tegemoet gekomen na terug-

koppeling dienst

ingetrokken niet-ont-vankelijk

ongegrond overige eindtotaal % gegrond per

onderwerp

Bijzondere bijstand 86 225 57 115 1067 57 1607 5%

Terugvordering regulier 109 282 53 165 385 34 1028 11%

Wet investering jongeren 46 129 17 47 158 2 399 12%

Afwijzing uitkering 41 101 4 22 188 13 369 11%

Maatregel algemeen (geen fraude) 42 61 8 42 192 1 346 12%

Maatregel door ABO/100%/agressie 57 45 4 24 151 1 282 20%

Buitenbehandelingstelling 16 84 9 34 118 2 263 6%

Langdurigheidstoeslag 13 65 23 11 144 3 259 5%

Beëindiging uitkering 26 87 7 32 96 3 251 10%

Hoogte uitkering: norm,

toeslag, korting6 43 10 33 73 4 169 4%

Ingangsdatum/beëindigingsdatum 16 22 4 17 94 3 156 10%

Terugvordering ABO (fraude) 25 12 3 15 93 6 154 16%

(deels) gegrond: 6%

tegemoetgekomen na terugkoppeling dienst: 4%

ingetrokken: 2%

niet-ontvankelijk: 12%

ongegrond: 40%

overige: 35%

(deels) gegrond: 14%

tegemoetgekomen na terugkoppeling dienst: 14%

ingetrokken: 15%

niet-ontvankelijk: 10%

ongegrond: 40%

overige: 8%

(deels) gegrond: 10%

tegemoetgekomen na terugkoppeling dienst: 24%

ingetrokken: 4%

niet-ontvankelijk: 11%

ongegrond: 48%

overige: 3%

(deels) gegrond: 4%

tegemoetgekomen na terugkoppeling dienst: 26%

ingetrokken: 7%

niet-ontvankelijk: 23%

ongegrond: 28%

overige: 12%

(deels) gegrond: 17%

tegemoetgekomen na terugkoppeling dienst: 13%

ingetrokken: 3%

niet-ontvankelijk: 14%

ongegrond: 49%

overige: 5%

37

Kam

er VI

Bureau zelfstandigen 5 34 9 19 54 3 124 4%

Overige niet periodieke bijstand

(Win, Wik, kinderopvang)102 149 33 115 198 38 635 16%

WMO ­ huishoudelijke verzorging 81 103 22 47 321 15 589 14%

WMO ­ PGB terugvordering 75 269 23 28 64 7 466 16%

WMO ­ vervoersvoorziening 2 29 5 11 57 3 107 2%

WMO ­ woonvoorziening 10 14 2 13 47 2 88 11%

WMO ­ rolstoelvoorziening 4 2 4 18 3 31 0%

WMO ­ diversen 1 2 3 0%

Totaal Kamer VI 758 1.758 295 795 3.520 200 7.326

Percentages 2011 (2010) 10% (15%) 24% (nb) 4% (9%) 11% (28%) 48% (45%) 3% (3%) 100%

In het oog springende

ontwikkelingen

RechtsbijstandVoor de bijzondere bijstand gelden met ingang van

1 juli 2011 nieuwe beleidsregels. Omdat de gemeente

moet bezuinigen, is beleid afgeschaft dat gunstiger is

dan de wet voorschrijft. Zo wordt er voor de eigen

bijdrage in de kosten van rechtsbijstand geen bijstand

meer toegekend. Naar aanleiding van bezwaarschriften

hiertegen is na overleg met enkele gemachtigden

afgesproken dat er rechtstreeks beroep plaatsvindt.

De behandeling in bezwaar wordt overgeslagen. Aan

de andere indieners van een bezwaarschrift over de

kosten van rechtsbijstand, is gevraagd om de

be handeling van het bezwaar uit te stellen tot de

uitspraak van de rechtbank. Ruim 50 bezwaarmakers

hebben hiermee ingestemd. De bezwaren worden

overeenkomstig de uitspraak van de rechtbank

af gehandeld. De kwestie is op 8 februari 2012

be handeld. Helaas was de uitspraak nog niet bekend

bij het ter perse gaan van dit jaarverslag.

WerkDirectWat wordt verstaan onder algemeen geaccepteerde

arbeid? In de uitspraak van de Centrale Raad Van

Beroep LJN BR7098 van 6 september 2011 heeft de

Raad geoordeeld dat de aangeboden functie bij Roteb

in het kader van het project WerkDirect geen algemeen

geaccepteerde arbeid is. Het was wel een voorziening

gericht op arbeidsinschakeling. Daarbij achtte de Raad

onder meer van belang dat er sprake was van gesubsi­

dieerd werk. Terwijl in de rapportages was opgenomen

dat de belanghebbende bij aan vaarding van de functie

bij Roteb intensief zou worden begeleid, bemiddeld en

ondersteund richting een ‘reguliere’ baan. De aan­

geboden baan was te beschouwen als een soort

werkervaringsplaats. Om die reden had volgens de

Raad gedurende een maand geen maatregel van

100%, maar slechts van 20% mogen worden

opgelegd.

De dertig zaken die zich in de beroepsfase bevonden

en waar deze uitspraak gevolgen voor heeft, worden

afgehandeld conform de uitspraak. Per 1 juli 2011 is de

Verordening afstemming en handhaving 2009 overi­

gens gewijzigd. Daarin staat nu dat degene die niet

meewerkt aan een aanbod van het college van B&W

dat gericht is op arbeidsinschakeling, een maatregel

van 100% gedurende een maand krijgt opgelegd.

MaatregelenHet maatregelenbeleid is sinds 1 juli 2011 aangepast.

Het is sterk vereenvoudigd en ook strenger. Dit nieuwe

beleid bestaat uit:

■ een schriftelijke waarschuwing

■ een maatregel van 30% gedurende een maand

■ een maatregel van 100% gedurende een maand

Het striktere beleid heeft invloed gehad op het aantal

bezwaarschriften dat de ABC heeft ontvangen tegen

opgelegde maatregelen. Gemiddeld kwamen er voor

de invoering van het nieuwe beleid maandelijks

38 bezwaren binnen tegen een maatregelbesluit. Na

invoering is dat aantal flink hoger geworden: gemiddeld

80 per maand. Een ruime verdubbeling dus.

Het percentage gegrondverklaringen was voor de

catergorie ‘maatregel algemeen’ in 2010 20%. In 2011

zakte dit naar 12%. Het percentage maatregelen ABO

(fraude) steeg iets van 15% in 2010 naar 20%.

38

Algem

ene Bezw

aarschriftencomm

issie Rotterd

amJaarverslag 2011

individuele voorziening als oplossing voor een pro­

bleem op het gebied van huishoudelijke verzorging,

wonen of vervoer.

Zorgtijd

Wat betekent de Wmo bijvoorbeeld op het terrein van

huishoudelijke verzorging? Degenen met een door de

gemeente voorgezette indicatie van het Centrum

Indicatiestelling Zorg, kregen ook het afgelopen jaar

minder zorgtijd voor de huishoudelijke taken toe­

gekend. Naar verwachting is er nog tot 2013 sprake

van dergelijke, voortgezette indicaties (onder de

AWBZ en in het kader van de Wmo verstrekt).

Verder valt op dat huishoudelijke verzorging die is

verstrekt op basis van een persoonsgebonden budget

(pgb), in 2011 nog te vaak leidde tot een gebrekkige

verantwoording van de geleverde zorg. In veel geval­

len leveren de bureaus de verantwoording, die zowel

de zorg leveren als ook de administratie afhandelen.

De afdeling Individuele Voorzieningen van SoZaWe en

Juridische diensten krijgen hierdoor extra werk in de

vorm van terug vorderingsbesluiten en de daartegen

gerichte bezwaar schriften.

Kwaliteit

Een aanbeveling kan zijn om eens kritisch te kijken of

de verstrekking van huishoudelijke verzorging met een

pgb wel zo wenselijk is. De kwaliteit van de geleverde

zorg kan minder worden gecontroleerd. Bij zorg in

natura – hoewel dat duurder is dan zorg door middel

van een pgb – kunnen leveranciers beter gecontro­

leerd worden op kwaliteit.

De normtijden voor huishoudelijke taken zijn per

1 oktober 2010 aangepast. Sinds 1 juli 2011 kan ook

een gedeelte van de geldende normtijd worden toe­

gekend. Uit onderzoek moet dan blijken dat de hulp­

behoevende een deel van die taak zelf kan uitvoeren.

Een substantieel deel van de gegrondverklaringen van

bezwaarschriften in 2011 (15%) is terug te voeren op

een onjuiste afronding van de normtijden in het eerste

half jaar.

Opvallend is verder het percentage gegrond ver­

klaringen in de categorie woonvoorzieningen (12% in

2011). Voorbeelden van oorzaken: alsnog toe gekende

verhuiskostenvergoeding, onzorgvuldig onderzoek en

bepaalde kleinere woonvoorzieningen die toch

werden toegekend.

Rapportages bij huisbezoek en maatregelen De ABC wil aandacht vragen voor de rapportages die

medewerkers van Sociale Zaken en Werkgelegenheid

(SoZaWe) maken. Het valt de commissie op dat deze

rapportages nogal eens een te globale beschrijving

geven. Dat geldt met name voor de aangetroffen

situatie in een woning na een huisbezoek en van

verwijtbare gedragingen bij het opleggen van een

maatregel. Ook wordt te summier gerapporteerd

over bijvoorbeeld data bij uitnodigingen, afspraken,

berichtjes hierover per sms en telefoontjes. Of over

ingesproken voicemailberichtjes van medewerkers

naar klanten.

Als rapportages te globale of onduidelijke bevindingen

bevatten die in de bezwaarprocedure niet meer (tijdig)

kunnen worden opgehelderd, bestaat het risico dat

bezwaren gegrond worden verklaard. Dat is geen

goed signaal naar de burger toe, omdat het voor­

komen had kunnen worden door een zorgvuldig

onderzoek. In het systeem RAAK van SoZaWe ziet

de commissie ook steeds vaker e­mails terug die

niet altijd een zakelijke inhoud hebben. Het zou de

pro fessionaliteit ten goede komen als de rapportages

en e­mails zakelijk en correct blijven.

Wet maatschappelijke ondersteuning De Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo)

bestaat ruim 5 jaar en heeft inmiddels ook al de nodige

jurisprudentie opgeleverd. Het compensatiebeginsel is

waar het in deze wet om draait. De gemeente heeft dat

in haar verordening en beleids regels vertaald in con­

crete verstrekkingen van individuele voorzieningen.

Belangrijk uitgangspunt destijds bij het maken van het

wetsvoorstel was te stimuleren dat mensen die daar­

toe in staat zijn, zelf oplossingen zoeken voor proble­

men waar ze mee worden geconfronteerd. Eventueel

met hulp van de eigen sociale omgeving.

Deze trendbreuk met het verleden zien velen vertaald

in hun primaire besluit. De afwijzing van een aanvraag

is een onaangename verrassing. Vaker dan voor de

invoering van de Wmo, wordt een appèl gedaan op de

eigen creativiteit en de eigen verantwoordelijkheid om

in het sociale verband tot een oplossing te komen.

Of om gebruik te maken van alternatieve mogelijk­

heden en zo de ervaren belemmeringen te compen­

seren. De gemeente verstrekt niet automatisch een

39

Kam

er VI

Telefonisch

Klantvriendelijke maatregelen – zoals het ambtelijk

horen – worden steeds vaker gebruikt. Ook bij zaken

met een woonvoorziening als onderwerp. Er wordt in

een eerder stadium telefonisch contact opgenomen

met bezwaarmaker en waar mogelijk vindt het horen

telefonisch plaats.

40

Algem

ene Bezw

aarschriftencomm

issie Rotterd

amJaarverslag 2011

De kamers vergeleken% bezwaarschriften binnen de termijn (10/14 weken)

commissie ambtelijk horen

Kamer I 95% nvt

Kamer II 91% nvt

Kamer III 0% nvt

Kamer IV 94% 91%

Kamer V 63% nvt

Kamer IV 94% 90%

Totaal 90% 90%

Aantallen per kamer (binnengekomen, afgehandeld en werkvoorraad)

  binnengekomen afgehandeld

2010 2011 2010 2011

Kamer I 149 167 146 162

Kamer II 346 339 297 332

Kamer III 2 2 9 0

Kamer IV 3.085 3.995 2.989 3.704

Kamer V 262 413 248 368

Kamer VI 6.544 7.227 6.079 7.326

Totaal 10.388 12.143 9.768 11.892

Ontwikkeling werkvoorraad per kamer

Kamer I en IIIn deze kamers zijn geen grote afwijkingen ten

opzichte van 2010 als het gaat om aantallen. Wel als

je kijkt naar de termijnen. In kamer I wordt nu 95%

van de zaken binnen de termijn afgedaan (in 2010 was

dat nog 65%). Voor Kamer II is dat nu 91% en dat

was in het vorige jaarverslag 79%. Een verklaring

hiervoor is dat de personele problemen van 2010 zijn

opgelost.

Kamer IIIIn Kamer III worden bezwaarschriften tegen gemeen­

teraadsbesluiten behandeld. Gemeenteraadsbesluiten

worden heel weinig genomen. Hierdoor zijn er ook

maar twee bezwaarschriften binnengekomen.

Kamer IVIn Kamer IV zijn bijna 1.000 zaken extra ontvangen

(dit is meer dan 33%) dan het jaar daarvoor. Dat heeft

vooral te maken met de toename van bezwaar­

schriften huishoudelijk afval.

Kamer VIn Kamer V is een toename van het aantal zaken te

zien (door bezuinigingen en strenger beleid). Over het

algemeen zijn de zaken in Kamer V gecompliceerd en

dienen vaak aan het college van B&W voorgelegd te

worden. Dat verklaart de langere afhandelingsduur

van de bezwaarschriften.

Kamer VIDe toename van het aantal zaken in Kamer VI is ook

te wijten aan aangescherpt beleid. Verder is het aantal

bezwaarschriften betreffende de Wet WIJ met 30%

toegenomen ten opzichte van 2010. Ook zijn er veel

meer bezwaarschriften gericht tegen maatregelen

(verdubbeld) en is er een lichte stijging te zien van

beëindigingen, terugvorderingen en bijzondere

bijstand.

0%

10%

20%

40%

60%

30%

50%

70%

90%

80%

100%

commissie

92% 92%90%

96%

ambtelijk horen

2008 2009 2010

91%86% 90% 90%

2011

0

2.000

4.000

8.000

12.000

6.000

10.000

binnengekomen

12.143 11.892

9.570 9.777 9.78010.388

9.7689.543

afgehandeld

2008 2009 2010 2011

0

500

1.000

2.000

1.500

2.500

3.000

werkvoorraad per 31 december

2008 2009 2010 2011

0

5%

10%

15%

20%

25%

30%

35%

40%

45%

50%

(deels) gegrond

2008 2009

ingetrokkentegemoet gekomen na terugkoppeling dienst

niet-ontvankelijkongegrondoverige

1.969

2.578

2.817

1.934

4% 4%

0%

4%

2010 2011

3%

13%

12%

14%

12%

20%

10%

20%

0

200

400

600

1.000

1.200

1.400

1.600

1.800

800

31 december 2010 31 december 2011

Kamer I Kamer II Kamer III Kamer IV Kamer V Kamer VI

4338

270270

0 2

594

880

140 182

1.4361.536

42% 42%43% 47%

28%

25%27%

41

De kam

ers vergeleken

Uitkomst afgehandelde bezwaarschriften (totaal en per kamer)

(deels) gegrond

tegemoet gekomen na terug-

koppeling dienst

ingetrokken niet-ont-vankelijk

ongegrond overige eindtotaal

Totaal kamer I 10 7 4 20 65 56 162

Kamer II 13 86 22 77 93 41 332

Kamer III 0 1 2 3 4 5 0

Kamer IV 632 465 123 511 1.799 174 3.704

Kamer V 50 52 54 36 146 30 368

Kamer VI 758 1.758 295 795 3.520 200 7.326

Totaal kamer I-VI 1.463 2.369 500 1.442 5.627 506 11.892

Percentage 2011 (2010) 12% (14%) 20% (nb) 4% (12%) 12% (27%) 47% (43%) 4% (4%) 100%

Voor een toelichting zie “trend uitkomst bezwaarprocedures” (pagina 5)

42

Algem

ene Bezw

aarschriftencomm

issie Rotterd

amJaarverslag 2011

geadviseerd tot volledig ongegrond. Het college heeft

be sloten tot deels gegrond. Beide zijn in beroep

gegaan tegen het besluit in bezwaar.

Kamer III Geen contrairzaken.

Kamer IVIn deze kamer waren zeven contrairzaken. Het betrof

vijf subsidiezaken, waarbij de dienst is gevolgd. In een

schadezaak en een parkeerzaak is het ABC­advies

gevolgd. 

Kamer VEr zijn vijftien contrairzaken geweest. In acht gevallen

werd het contrairadvies gevolgd.

Kamer VIEr zijn zes contrairzaken geweest. Voor een deel

hangen deze samen met het feit dat niet altijd duide­

lijk is wat de reikwijdte van de regelgeving is. Zo zijn

er bijvoorbeeld twee contrairzaken geweest over de

vraag of de belanghebbende op de juiste wijze aan

Sociale Zaken en Werkgelegenheid informatie had

gemeld die van belang kon zijn voor het recht op een

uitkering. In één van deze zaken had de belang­

hebbende informatie verstrekt aan een ander

bestuursorgaan. SoZaWe kon deze informatie zelf

raadplegen. De commissie concludeerde dat de

belanghebbende zijn informatieplicht niet had

geschonden. In contrair is het advies van de ABC

gevolgd en is het bezwaar gegrond verklaard.

In een soortgelijke zaak had de belanghebbende

informatie verstrekt aan een re­integratiebedrijf. Deze

informatie was niet voor SoZaWe beschikbaar. In dit

geval had de belanghebbende zijn informatie wel

geschonden en werd het advies van SoZaWe gevolgd.

Nu er recent weer nieuwe regelgeving in werking is

getreden, kunnen vragen over de juiste interpretatie

van deze regelgeving leiden tot contrairzaken in 2012.

Wel of geen maatregel?

Is een maatregel mogelijk als iemand niet in dienst is

van de gemeente Rotterdam? Deze vraag speelde

Contrairprocedure De ABC behandelt alle bezwaarschriften tegen

be sluiten van de bestuursorganen van de gemeente

Rotterdam. Met uitzondering van die van de Gemeen­

telijke Belastingdienst. De commissie brengt advies

uit aan het bestuursorgaan dat het oorspronkelijke

besluit nam. Een advies van de commissie is niet

vrijblijvend. Alleen als het bestuursorgaan dit kan

motiveren, kan hij afwijken van het ABC­advies.

Hoofd Juridische diensten is secretaris van de ABC.

Adviseert de ABC een bezwaarschrift gegrond te

verklaren, dan geeft het hoofd Juridische diensten in

zijn functie als secretaris de betreffende dienst de

gelegenheid om te reageren op het conceptadvies.

De dienst die het bestreden besluit heeft voorbereid,

kan het (gegronde) ABC­advies onaanvaardbaar

vinden en brengt dan een zogeheten contrairadvies

of contramemorie uit. Dat wordt samen met het

pre advies van de commissie voorgelegd aan het

bevoegde orgaan. In de regel het college van B&W,

dat uiteindelijk de knoop moet doorhakken. Als het

bestuursorgaan van het advies wil afwijken, moet

het de reden daarvoor gemotiveerd vermelden in de

beslissing op het bezwaarschrift.

conform ABC

conform contrair

totaal

Kamer I 6 4 10

Kamer II 2 0 2

Kamer IV 2 5 7

Kamer V 7 8 15

Kamer IV 1 6 7

Totaal 18 23 41

Percentages 44% 56%

Kamer I Tien zaken zijn gegrond verklaard. De burgemeester is

vier keer afgeweken van het advies van de ABC.

Kamer IIIn deze kamer zijn twee contrairzaken geweest.

Het betrof twee samenhangende bezwaarschriften

tegen de aanwijzing tot monument. De ABC heeft

geadviseerd de bezwaren volledig gegrond te ver­

klaren. Cluster Stadsontwikkeling heeft in contrair

43

Contrairp

rocedure

een rol in de volgende zaak. Naar aanleiding van

een eerder ingestelde contrairprocedure was er in

deze zaak beroep ingesteld door belanghebbende.

Het betrof een maatregel die was opgelegd omdat

de belanghebbende zich volgens SoZaWe ernstig

had misdragen tegen een medewerker van een re­

integratiebedrijf. Het was de vraag of hiervoor een

maatregel kon worden opgelegd, omdat deze persoon

geen ambtenaar was in dienst van de gemeente

Rotterdam. De ABC heeft in eerste instantie geadvi­

seerd om de bezwaren gegrond te verklaren en de

maatregel ongedaan te maken. In de contrairproce­

dure is de maatregel gehandhaafd. De rechtbank

heeft het beroep van belanghebbende ongegrond

verklaard en de bestreden maatregel in stand gelaten.

44

Algem

ene Bezw

aarschriftencomm

issie Rotterd

amJaarverslag 2011 ‘Alsof je

in een slechte film zit’

Conny Wismeyer

45

Alsof je in een slechte film

zitC

onny Wism

eyer

De procedure rondom de bezwaar­

schriften van collega’s die het niet

eens waren met het besluit dat

hun tijdelijke aanstelling werd

be ëindigd. Conny Wismeyer noemt

dat de minder leuke kant van haar

werk. Als P&O­adviseur heeft ze in

een aantal zaken managers van de

Servicedienst ondersteund bij het

schrijven van verweerschriften.

Ook is ze geregeld bij hoorzittingen

van de Algemene Bezwaar­

schriftencommissie aanwezig

geweest. Over die periode zegt ze:

“Het hoort erbij. Maar het zijn

vervelende situaties die je als

werkgever zoveel mogelijk

probeert te vermijden.”

Collega’s met tijdelijke aanstel­

lingen kregen rond juni te horen

dat er vanwege de bezuinigingen

geen contracten meer werden

verlengd of werden omgezet in

vaste dienstverbanden. In de

zomermaanden is er een forse

stijging van het aantal ingediende

bezwaarschriften door ambtenaren

te zien. Conny: “Daar verbaast

waarschijnlijk niemand zich over.

Het waren gedeeltelijk mensen die

al langere tijd voor de gemeente

werkten. Soms ook al via een

uitzendbureau. Die zich inmiddels

heel verbonden voelden met hun

werkgever. Misschien is het voor

hen wel extra zuur geweest. Som­

migen voerden tijdens de hoor­

zittingen naast feitelijke bezwaren,

ook emotionele argumenten aan.

Het dubbele is; ik snap deze

noodmaatregel ook wel. Het water

stond de gemeente echt tot aan

de lippen.”

Druk en emotieHoe het zit maar haar eigen

e moties? “Zelf kan ik goed afstand

bewaren”, zegt ze. “Ook omdat ik

er vanwege mijn functie en werk­

plek letterlijk verder vanaf sta. Ik

voel me natuurlijk wel als adviseur

betrokken, zeker als het zaken

betreft van medewerkers bij wie ik

zelf tijdens de selectieprocedure

betrokken ben geweest. Maar dat

belemmert me niet in mijn werk.

Wel heb ik bij de managers die ik

adviseer de druk en emotie

gevoeld. Dan vroegen ze aan mij:

‘Moet deze medewerker nou echt

al zijn bureau leegruimen?’ En dan

moest ik ze duidelijk maken dat

dat echt nodig was. Het bezwaar

schort het besluit namelijk niet op.

‘Ja maar, misschien kan hij over

een tijdje wel weer terugkomen.

Dan gaan we hem toch niet weg­

sturen?’, klonk het dan. Dat zijn

lastige situaties. Want ja, mis­

schien was dat ook wel zo.”

Conny heeft meegemaakt dat er

nog een besluit op een bezwaar

moest worden genomen, terwijl de

contractperiode van een mede­

werker officieel al was beëindigd.

Veel medewerkers van de gemeente Rotterdam met een

tijdelijke aanstelling kregen halverwege 2011 het nieuws

dat deze werden beëindigd. Het was een van de vele

bezuinigingsmaatregelen. P&O-adviseur Conny Wismeyer

heeft een aantal van deze personele zaken van dichtbij

meegemaakt. “Natuurlijk, de gemeente moest wel. Maar

voor veel medewerkers is het heel emotioneel geweest.”

46

Algem

ene Bezw

aarschriftencomm

issie Rotterd

amJaarverslag 2011

“Als iemand een bezwaar tegen

zijn ontslag indient, is het voor alle

partijen het beste als je nog voor

de ontslagdatum een uitspraak van

de ABC hebt. Maar dat is helaas

niet altijd mogelijk. Het kan dus

voorkomen dat iemand al weg is,

terwijl de ABC een paar weken

later een besluit neemt dat gunstig

uitpakt voor hem of haar. Dat zijn

heel vervelende situaties. Vooral

voor de medewerker. Voor alle

betrokkenen voelt dat vreemd,

maar vooral voor de medewerker.

Alsof je in een slechte film zit.”

AfgewogenOver de ABC is Conny tevreden.

Ze vindt dat de commissie zorg­

vuldig met bezwaren omgaat. “Ze

stellen kritische vragen, maar

geven medewerkers ook alle

ruimte om hun verhaal te doen. Op

basis van alle informatie nemen ze

afgewogen besluiten. Ik heb wel

gemerkt dat de ABC in de loop der

tijd professioneler is geworden. In

het verleden kreeg ik af en toe de

indruk dat de sociale component in

het handelen van de werkgever te

zwaar meewoog in het besluit. Dat

is nu niet meer aan de orde.”

Op P&O­vlak is er vanwege de

bezuinigingen veel gewijzigd

binnen de gemeente, en dus ook

voor Conny. Als voorbeelden

noemt ze de vacaturestop, de

verplichtingenstop waardoor

bijvoorbeeld het volgen van

op leidingen niet meer zomaar

mogelijk is. En verder: het

be vriezen van de persoonlijke

prestatietoeslagen en de extra

spelregels rondom urenuitbreiding

bij de Servicedienst. “Maar”, zegt

ze, “het heeft ook positieve kanten.

We worden creatiever, gaan samen

veel meer op zoek naar alternatie­

ven. En omdat de gemeente bijna

geen mensen van buiten meer

aanneemt, is er ook veel meer

doorstroming binnen de organisa­

tie. Dat is een goede zaak.”

EnergieDat ‘juridische’ aspect in haar werk

hoort er nu eenmaal bij, zegt

Conny. “Zoals het meeschrijven

aan verweerschriften, het bijwonen

van hoorzittingen en het adviseren

van managers in deze bezwaar­

zaken. Maar dat is het dan ook

wel. Maar het allerliefste houd ik

me bezig met de ontwikkeling van

medewerkers. Daar krijg ik toch

echt de meeste energie van.”

‘Het is een goede zaak dat er veel meer doorstroming is

binnen de gemeentelijke organisatie’

47

Ontw

ikkelingen

Ontwikkelingen beleid en regelgevingZoals in het voorwoord al aangegeven, zijn er veel

ontwikkelingen binnen de gemeentelijke organisatie

en daarbuiten die de werkzaamheden van de ABC en

Juridische diensten raken. Hieronder een overzicht

van de ontwikkelingen die van belang zijn in 2012.

Wet werken naar vermogen en de gezins inkomenstoetsDe Wet werk en bijstand (WWB) is ondanks veel

protesten in 2011 op een aantal punten ingrijpend

gewijzigd. Het wetgevingsproces is heel snel afge­

rond. Zo werd het ontwerp van de wet in juni vorig

jaar ingediend bij de Tweede Kamer, die in oktober

2011 instemde met het wetsvoorstel. De Eerste

Kamer gaf nog voor het kerstreces zijn fiat en de wet

verscheen op 22 december in het Staatsblad.

Gemeenten en hun belangenverenigingen VNG en

Divosa, hebben zich steeds verzet tegen wijziging van

de WWB. Met name omdat zij een stapeling van

negatieve inkomenseffecten voor bijstandsgerechtig­

den voorzien en menen dat de nieuwe wet op onder­

delen zeer fraudegevoelig is. Ondanks dat gemeenten

hebben aangegeven dat een invoering per 1 januari

2012 zou leiden tot onoverkomelijke technische

uitvoeringsproblemen, is de nieuwe wet (de WWB­

2012) sinds die datum toch van kracht.

Wat houdt de nieuwe wet in?

De meest in het oog springende verandering is de

invoering van de zogenoemde huishoudinkomentoets.

Het recht op bijstand wordt afhankelijk van het totale

gezinsinkomen. Onder gezin wordt verstaan: de

ouder(s), met hun eventuele minderjarige kinderen en

hun meerderjarige inwonende kinderen. Uitzonderin­

gen zijn mogelijk als het inwonende meerderjarige

kind studeert en studiefinanciering ontvangt. Of als

een gezinslid verzorgingsbehoevend is en een ander

gezinslid de benodigde zorg verleent.

Een klein voorbeeld. Echtelieden Wim en Toos ont­

vangen een WWB­uitkering als echtpaar. In verband

met een echtscheiding komt hun 35­jarige zoon Albert

bij hen inwonen. Albert heeft als ICT­adviseur een

inkomen van ruim € 3.000,­ netto per maand. Wim en

Toos moeten hun bijstandsuitkering inleveren.

Verder introduceert de nieuwe WWB de mogelijkheid

om bijstandsgerechtigden te verplichten een tegen­

prestatie te leveren voor hun uitkering. De tegen­

prestatie bestaat uit het verrichten van onbeloonde,

maatschappelijk nuttige werkzaamheden. Weigering

kan leiden tot het toepassen van een maatregel.

Jongeren

Wat ook nieuw is, is dat een jongere onder de 27 jaar

die ‘uit ’s Rijks kas’ bekostigd onderwijs kan volgen,

niet langer aanspraak kan maken op een WWB­

uit kering. Het is daarbij niet van belang of het onder­

wijs ook daadwerkelijk wordt gevolgd. Ook de jongere

die wel kan studeren maar dit niet doet, heeft geen

recht meer op bijstand.

De invoering van de nieuwe wet eist veel van gemeen­

ten. Verordeningen, beleidsregels en uitvoerings­

instructies moeten worden gewijzigd, het personeel

moet worden geschoold en de ICT moet ingrijpend

worden aangepast. SoZaWe moet alle zeilen bijzetten

om de nieuwe wet op een verantwoorde manier te

kunnen uitvoeren. Op korte termijn worden ook Juridi­

sche diensten en de ABC geconfronteerd met de

gevolgen van de WWB­2012.

Verhoging griffierechtenHet wetsvoorstel kostendekkende griffierechten heeft

inmiddels landelijk de nodige discussie losgemaakt.

Waarschijnlijk treedt de wet met ingang van 1 juli 2012

in werking.

In het bestuursrecht heeft het wetsvoorstel twee

wijzigingen tot gevolg:

1. Het griffierecht dat de wederpartij betaalt, wordt

verhoogd.

2. Het bestuursorgaan betaalt na afloop van de

pro cedure griffierecht als het in het ongelijk is

gesteld door de bestuursrechter of de

hoger beroeps rechter.

De verhoging van het griffierecht voor de wederpartij

leidt ertoe dat de gemeente tot een hoger griffierecht

wordt veroordeeld bij een toegewezen voorlopige

voorziening of een gegronde (hoger) beroepszaak.

Ontwikkelingen

48

Algem

ene Bezw

aarschriftencomm

issie Rotterd

amJaarverslag 2011

Mediation

Verder kan mediation aan de orde worden gesteld.

Voorafgaand aan de zitting kan de bestuursrechter

vragen stellen over de zaak waardoor de zittingstijd

efficiënter wordt gebruikt. Naar verwachting daalt de

gemiddelde doorlooptijd van een bodemprocedure bij

de rechtbank van tien naar vijf maanden. Uitspraken

gebeuren vaker mondeling en een groter deel wordt

afgedaan zonder uitspraak. Het aantal hoger beroe­

pen neemt hierdoor waarschijnlijk af.

De nieuwe werkwijze vergt nieuwe, mediationachtige

vaardigheden van de juristen van Juridische diensten.

De nieuwe werkwijze van de rechtbank heeft waar­

schijnlijk ook invloed op de wijze waarop bezwaar­

schriften worden behandeld. Want als in beroep

partijen in een substantieel aantal zaken schikken,

dan roept dit de vraag op of een schikking niet al in de

fase van bezwaar kan worden bereikt. Juridische

diensten besteedt hier dit jaar veel aandacht aan.

Interne ontwikkelingen

Stroomlijning juridische functieDe stroomlijning van de juridische functie is vorig jaar

met de rest van de bedrijfvoering in een stroom­

versnelling geraakt. Het meldpunt advocatuur is

inmiddels operationeel en de aanbesteding van de

advocatuur wordt in de eerste helft van 2012 af gerond.

Ook wordt de kennis op het gebied van privacy, regel­

geving en contracten verdiept. Het is bovendien nog

belangrijker geworden om de capaciteit in huis te

hebben en die capaciteit zo effectief en efficiënt

mogelijk in te zetten. Ook om de inzet van externen

nog verder terug te dringen.

De advocaten in dienstbetrekking hebben hun positie

binnen het concern Rotterdam inmiddels gevestigd.

Ze weten daarin goed hun weg te vinden. Daar waar

het om juridische overwegingen gaat, vervullen de

Gemeente Advocaten Rotterdam en de overige civiel

juristen van Juridische Diensten, hun rol met verve.

Daar waar zij in het verleden veelal in processen en

procedures betrokken werden als problemen al een feit

waren, worden zij nu juist steeds meer aan de voorkant

betrokken. Mede als gevolg van de voortgaande

bezuinigingen binnen de gemeente Rotterdam.

Gevolgen verloren zaak

De grootste wijziging is dat het bestuursorgaan het

griffierecht moet betalen bij een verloren procedure.

Als een beroepszaak gegrond wordt verklaard, moet

de gemeente Rotterdam € 5.000,­ betalen. Voor een

toegewezen voorlopige voorziening geldt eveneens

een veroordeling van de gemeente tot betaling van

€ 5.000,­ aan griffierecht. Bij een hoger beroepzaak

kan dat oplopen tot een bedrag van € 12.500,­.

Het griffierecht is verschuldigd na het onherroepelijk

worden van de uitspraak in de bodemprocedure. Bij

een toegewezen voorlopige voorziening tijdens de

bezwaarprocedure is het griffierecht verschuldigd,

nadat het besluit op bezwaar is genomen. De eerste

veroordelingen tot betaling van griffierecht worden

dan ook pas eind 2012 verwacht. Daarnaast worden

de griffierechten voor civiele procedures verhoogd.

Afname aantal beroepen

Wat de effecten zijn voor de mate waarin mensen in

beroep gaan, moet nog blijken. De verwachting is wel

dat er een afname van het aantal beroepzaken is. In

ieder geval is duidelijk dat de financiële consequenties

voor de gemeenten aanzienlijk kunnen zijn. Ook al

neemt het aantal beroepen af.

De nieuwe zaaksbehandeling Alle Rechtbanken in Nederland hanteren in 2012 voor

bestuursrechtelijke geschillen een nieuwe werkwijze.

Aanleiding daarvoor is kritiek uit de samenleving op

de procedures bij de rechtbank. Mensen voelden zich

niet gehoord, het duurde allemaal te lang en de uit­

spraak loste het geschil vaak niet definitief op.

Voor de rechtbank Rotterdam geldt voor procedures

die per 1 oktober 2011 zijn aangespannen, dat een

regiezitting binnen dertien weken plaatsvindt. Voor­

heen stond op de zitting het juridisch geschil centraal,

nu neemt het onderliggend conflict een belangrijke

plaats in. Doel is zoveel mogelijk te komen tot een

definitieve oplossing van het geschil. Het liefst zonder

het doen van uitspraak. Voor elke zaak kiest de recht­

bank een traject dat past bij de aard van het geschil.

De zitting kan gericht zijn op het beproeven van een

schikking. Ook kan het gericht zijn op het onderzoek

in de zaak. Zoals de inbreng van andere stukken of

het verstrekken van een bewijsopdracht.

49

Ontw

ikkelingen

Juristen horen vaak het cliché dat ‘juristerij’ gezien

wordt als een nodeloos complicerende en vertra­

gende factor. Maar binnen de gemeente Rotterdam

lijkt steeds duidelijker te worden dat de Rotterdamse

daadkracht prima samengaat met ‘gezond (juridisch)

verstand gebruiken èn handen uit de mouwen’. Deze

ontwikkeling zet zich in 2012 voort.

Alternatieve afdoening De afgelopen jaren heeft Juridische diensten pilots

gehouden met het snel opnemen van contact met een

bezwaarmaker, nadat een bezwaar is ingediend.

Binnen Juridische diensten is dat vorig jaar steeds

meer een gebruikelijke werkwijze geworden. Ook dit

jaar wordt deze manier van werken nog verder door­

gevoerd. Bezwaarmakers worden er al bij de

be vestiging van hun ontvangst op gewezen dat ze

benaderd kunnen worden om hun bezwaarschrift

‘alternatief’ af te doen. Het alternatieve van het afdoen

neemt daarmee steeds meer af en wordt gewoon. De

ervaring leert namelijk dat het snel contact opnemen

met een bezwaarmaker ertoe leidt dat problemen

sneller kunnen worden opgelost dan dat de volledige

bezwaarprocedure wordt doorlopen. Zeker tegen de

achtergrond van de nieuwe zaaksbehandeling door de

rechtbank, gaat deze manier van afdoen dit jaar een

belangrijkere rol spelen.

Gemeentelijke mediationpool 10 jaarDe toenmalige directie Juridische Zaken van de

Bestuursdienst heeft in 2001 een begin gemaakt met

het opzetten van een project dat gericht was op de

ontwikkeling van alternatieve geschillenbeslechting.

En met name op mediation in rechtspositionele con­

flicten. Is bij het omgaan met conflicten in juridische

procedures escalatie niet ondenkbeeldig, mediation is

juist bedoeld om escalatie te voorkomen, relaties te

herstellen en ­ vaak aanzienlijke ­ kosten te besparen

op juridische steekspellen. Dit initiatief is in oktober

2001 voorgelegd aan het college van B&W, dat op

11 december 2001 met het project heeft ingestemd.

Hiermee is de mogelijkheid geformaliseerd om op

een andere met conflicten om te gaan dan tot dan

gebruikelijk.

Ruim tien jaar later staat mediation, te midden van

een sterk veranderende omgeving, nog steeds stevig

op de kaart. Met dien verstande dat de positionering

nu is: Juridische diensten van de gemeentelijke

Service organisatie. Vanuit Juridische diensten wordt

een pool van mediators aangestuurd die allemaal een

erkende mediationopleiding hebben gevolgd en

werken volgens de reglementen en gedragsregels van

het Nederlands Mediation Instituut. Verder is op hen

het ‘Statuut voor de Interne Mediator bij een

bestuurs orgaan’ van toepassing. Hierdoor kunnen

zij daadwerkelijk autonoom werken.

Mediationtraject

Mediation kan in elk stadium van een geschil plaats­

vinden. Dus niet alleen in de fase waarin er nog geen

voor beroep vatbaar besluit is genomen, maar ook

in de bezwaarfase. Als mediation in een bepaalde

situatie een goede uitweg lijkt te bieden om uit een

conflict te komen, dan kan er contact worden

op genomen met de coördinator van de mediationpool

bij Juridische diensten. Deze coördinator bekijkt of er

inderdaad een mediationtraject van de grond kan

worden gebracht. Zo ja, dan wordt de bezwaar­

procedure met instemming van partijen opgeschort

voor zolang de mediation loopt. In het geval dat de

mediation niet mocht slagen, wordt de reguliere

bezwaarprocedure voortgezet en afgerond. De pool

heeft in de afgelopen 10 jaar in totaal 109 mediations

uitgevoerd.

50

Algem

ene Bezw

aarschriftencomm

issie Rotterd

amJaarverslag 2011

Aanbevelingen om hun werkzaamheden te doen, luidt de aanbeveling

van de commissie.

Stand van zaken Juridische diensten:

In oktober 2011 is bij Toezicht Gebouwen geïnfor­

meerd naar de voortgang van deze aanbeveling.

Toezicht Gebouwen reageerde daar als volgt op.

Het nieuwe Bouwbesluit wordt naar verwachting per

1 januari 2012 van kracht. Hierin wordt de verhuur van

kamers gedefinieerd op basis van het aantal woon­

eenheden in het pand en niet meer op basis van het

aantal bewoners. Een wooneenheid is hierbij een deel

van de woning (woonfunctie) dat bestemd is voor

afzonderlijke bewoning. Of zoals beschreven in een

ander citaat uit de toelichting op het Bouwbesluit:

‘Kenmerkend voor kamergewijze verhuur is dat ervan

uitgegaan wordt dat betrokkenen hun hoofdverblijf in

de wooneenheid hebben. De brandpreventieve maat­

regelen worden dan verplicht gesteld vanaf kamer­

gewijze verhuur aan meer dan vier kamers, ongeacht

het aantal bewoners.’

Nu wordt gewerkt aan het aanpassen van de regel­

geving met betrekking tot kamergewijze verhuur. Dit

sluit aan op het nieuwe Bouwbesluit. Het houdt het

voorstel in om nadere regels gebiedsquota voor kamer­

verhuur 2009 (vastgesteld door college van B&W op

3 februari 2009) te wijzigen. Dat gebeurt als volgt:

■ Het is niet toegestaan in Rotterdam in één woning

woonruimte te verschaffen aan meer dan vier men­

sen die niet één huishouden vormen, zonder een

onttrekkingsvergunning voor kamergewijze verhuur.

■ De voorwaarden voor het verkrijgen van een onttrek­

kingsvergunning voor kamergewijze verhuur zijn:

­ De woning dient over voldoende gebruiksopper­

vlakte te beschikken, zodanig dat per te huisves­

ten persoon minimaal 12 m² gbo beschikbaar is.

­ De woning dient te beschikken over een inpandige

vluchtroute, die alleen door de bewoners van deze

woning gebruikt wordt.

­ Binnen het quotum dat geldt voor de wijk of de

deelgemeente waar de woning zich bevindt, is

voldoende ruimte aanwezig voor het afgeven van

de vergunning.

Aanbevelingen jaarverslag

ABC 2010

Bij de behandeling in het college van B&W van de

aanbevelingen die de ABC in haar jaarverslag heeft

gedaan, is afgesproken dat Juridische diensten de

aanbevelingen opneemt met de diensten die het

betreft. En daarover rapporteert.

Kamer I1. Aanbeveling aan de burgemeester Drank­ en Horecawetvergunningen worden door de

deelgemeente gedaan en de exploitatievergunningen

door de burgemeester. De commissie beveelt aan om

drank­ en horecawetvergunningen en exploitatie­

vergunningen gecombineerd te behandelen.

Stand van zaken Juridische diensten:

Juridische diensten heeft de Directie Veiligheid naar

de voortgang van deze aanbeveling gevraagd. Daar

is als volgt op gereageerd. In de loop van 2012 treedt

de nieuwe Drank­ en horecawet in werking. De pre­

cieze datum is nog onbekend. Het gevolg is dat de

bevoegdheden voor de exploitatievergunning en de

Drank­ en horecawetvergunning bij de burgemeester

komen te liggen. De Directie Veiligheid bereidt besluit­

vorming voor de burgemeester voor en zorgt ervoor

dat besluiten meer op elkaar afgestemd worden.

Zowel inhoudelijk als procesmatig (in tijd). De

bezwaarprocedure voor beide soorten besluiten loopt

bij inwerkingtreding van de wet ook automatisch via

de ABC Blaak, niet meer via de deelgemeentelijke

ABC’s.

Kamer II2. Aanbeveling voor directeur dS+V

Woningonttrekkingszaken

De regelgeving (Huisvestingsverordening Stadsregio

Rotterdam 2006, de Huisvestingsverordening aan­

gewezen gebieden Rotterdam en de nadere regels

Gebiedsquota voor kamerverhuur 2009) hanteert

definities. Dit leidt tot onduidelijkheid in de uitvoering.

Inspecteurs moeten concretere instrumenten krijgen

51

Aanb

evelingen

Stand van zaken Juridische diensten:

Stadstoezicht heeft de aanbevelingen van de ABC ter

harte genomen. De dienst is scherper gaan sturen op

een goede opbouw en onderbouwing van de dos­

siers. Dit leidde tot een zorgvuldige en weloverwogen

besluitvorming. In 2011 zijn alle bezwaren tegen het

beëindigen van de tijdelijke aanstelling ongegrond

verklaard.

Kamer VI5. Aanbevelingen voor directeur Sociale

Zaken en Werkgelegenheid

Meer communicatie tussen domein Werk en domein

Inkomen

Een betere communicatie en afstemming tussen de

domeinen, dat was de aanbeveling van de commissie

om eventueel ongenoegen en misverstanden te

voorkomen.

Stand van zaken Juridische diensten:

De directie van SoZaWe gaf aan dat de interne

communicatie verbeterd wordt. Door diverse overleg­

vormen te organiseren, vergroot dat de betrokken­

heid. Ook worden verbeteringen aangebracht in de

procedures rond de overdrachtsmomenten tussen

de domeinen. De commissie heeft nog niet ervaren

dat dit tot betere resultaten leidt. De indruk blijft

bestaan dat de overdracht van informatie tussen de

domeinen verbeterd moet worden.

Brutering

Het voorstel is om voorafgaand aan de brutering met

lijsten te beoordelen of vorderingen aan de voorwaar­

den voldoen. Dat zou vele bezwaarschriften kunnen

voorkomen.

Stand van zaken Juridische diensten:

Bij een vordering kan sinds 18 mei 2010 in Socrates

specifiek worden aangegeven om hierbij af te zien van

brutering. Dat heeft de directie van SoZaWe laten

weten. Met lijsten worden de bruteringen per werk­

plein en afdeling gecontroleerd. De commissie merkt

op dat dit in 2011 nog niet leidde tot minder bezwaar­

schriften gericht tegen de brutering van vorderingen.

Of eventuele afname van deze bezwaren direct ver­

band houdt met een onjuiste aanpak bij SoZaWe, de

nieuwe procedure, is onduidelijk. Wat wel uit de cijfers

valt op te maken, is dat er iets minder gegronde zaken

Illegale hennepkwekerijen

Het bewijs dat de huurder niet te traceren is, is bij

hennepzaken over het algemeen te mager. Een ste­

viger onderbouwing van bewijs op dit gebied is dan

ook de aanbeveling van de ABC. Met schriftelijke

bewijzen van acties die zijn gedaan.

Stand van zaken Juridische diensten:

In oktober 2011 is bij Toezicht Gebouwen geïnfor­

meerd naar de voortgang van deze aanbeveling.

Toezicht Gebouwen heeft daarop als volgt gerea­

geerd. Deze aanbeveling wordt niet gedragen door

het cluster Stadsontwikkeling. Toezicht Gebouwen

merkt wel op dat ze bezig zijn met een richtlijn/hand­

reiking voor verhuurders of beheerders. Hierin staat

hoe deze partijen een betere invulling kunnen geven

aan goed beheer. De richtlijn wordt uiteindelijk ook

toegankelijk gemaakt.

Kamer IV3. Aanbeveling voor directeur

Publiekszaken Rotterdam Voeg een hardheidsclausule toe voor uitzonderlijke

situaties waar de regelgeving geen ruimte biedt. Dat

was de aanbeveling voor de directeur Publiekszaken.

En wel in het Uitvoeringsbesluit parkeren Rotterdam.

Stand van zaken Juridische diensten:

Op de valreep is eind 2011 het Uitvoeringsbesluit

parkeren Rotterdam 2012 opgesteld. Naast enkele

inhoudelijke en tekstuele wijzigingen en aanvullingen,

bevat het een toevoeging van de hardheidsclausule.

De ingangsdatum was 1 januari 2012. Het nieuwe

besluit kent geen overgangsbepalingen.

Kamer V4. Aanbeveling voor directeur dienst

StadstoezichtHet beëindigen van aanstellingen in tijdelijke dienst

vraagt in het algemeen meer zorgvuldigheid. In prin­

cipe kan tot niet­verlenging van de aanstelling worden

besloten, wanneer de ambtenaar niet beantwoordt

aan de verwachtingen die het bestuursorgaan stelt en

redelijkerwijs mag stellen. De commissie constateert

dat dossiers die zij onder ogen krijgt, niet zelden

summier zijn en weinig onderbouwd. Om die reden

moest zij dit jaar meerdere malen gegrond adviseren.

Een goede dossieropbouw en motivatie van de beslui­

ten bij dit soort ontslag, verdient dan ook aanbeveling.

52

Algem

ene Bezw

aarschriftencomm

issie Rotterd

amJaarverslag 2011

Aanbevelingen ABC 2011

Afgelopen jaar is een nieuwe methodiek geïntrodu­

ceerd. Deze moet ervoor zorgen dat aanbevelingen al

gedurende het jaar kunnen worden opgepakt. Op die

manier is het mogelijk om verbeteringen sneller door te

voeren. Deze procedure start na de zomerperiode met

de zogenoemde ‘voorlopige aanbevelingen’. Het gaat

om het continue verbeterproces. Per kamer worden

eerst de voorlopige aanbevelingen gegeven en daarna

de definitieve aanbevelingen.

Kamer I1a. Voorlopige aanbeveling voor directeur

Veiligheid

Horecazaken

In bezwaarschriftprocedures is de ABC dit jaar gecon­

fronteerd met besluiten waarin artikel 4:5 Awb (buiten

behandeling stellen van de aanvraag) onterecht is

toegepast. Met name in situaties waar het gaat om een

gewijzigde aanvraag.

De ABC beveelt aan om artikel 4:5 Awb alleen toe te

passen in situaties waarvoor het artikel is bedoeld.

Of in situaties waarin sprake is van een onvolledige

aanvraag zonder dat (afdoende) op het verzoek om

aanvulling van de gegevens is gereageerd.

Stand van zaken Juridische diensten:

Door Juridische diensten is geïnformeerd naar de

voorgang van deze aanbeveling. De Directie Veiligheid

heeft als volgt gereageerd. Er zal bij besluitvorming

door de Directie Veiligheid op worden toegezien dat

de aanvraag alleen in voornoemde gevallen buiten

behandeling zal worden gesteld.

1b. Voorlopige aanbeveling voor directeur Veiligheid

Horecazaken

Het opleggen van een last onder dwangsom voor elke

keer dat een specifiek artikel van de APV of een andere

bepaling van paragraaf 2.3 van de APV wordt overtreden.

De ABC beoordeelde een aantal zaken waarbij de last

is opgelegd voor elke keer dat een bepaling van de

APV of een andere bepaling van paragraaf 2.3 van de

APV wordt overtreden.

zijn. Meer worden in stand gelaten in de categorie

‘terugvordering algemeen’, waar ook de bruteringen

onder worden geboekt. In 2012 wordt dit apart

bijgehouden.

Meer communicatie met jongeren

Meer communicatie met de doelgroep jongeren tot

27 jaar. De bezwaarprocedure is vaak te formeel en

jongeren haken af.

Stand van zaken Juridische diensten:

Bovenstaande aanbeveling was gericht aan het secre­

tariaat van de commissie. Het komt regelmatig voor

dat een bezwaarschrift gericht tegen een besluit van

het Jongerenloket niet voldeed aan de vereisten van

artikel 6:5 Awb. Van de mogelijkheid om zo’n verzuim

te herstellen, maakten jongeren opvallend weinig

gebruik. Deze doelgroep is dit jaar schriftelijk en telefo­

nisch benaderd voor een uitleg wat nodig is om een

bezwaarschrift in behandeling te nemen. Het resultaat:

minder niet­ontvankelijk verklaringen van bezwaar­

schriften die zijn ingediend door deze doelgroep.

53

Aanb

evelingen

aard. Of deze laatste categorie in het nieuwe arrange­

ment overeind blijft, moet nog worden beoordeeld.

Aanbeveling aan de burgemeester De ABC beveelt aan het bereik van de last te beper­

ken tot overtredingen van het specifieke artikel van

de APV. Voor een aanvulling van de zinsnede uit het

dictum van het besluit ‘of een andere bepaling van

paragraaf 2.3. van de APV’ is volgens de ABC geen

plaats op het moment dat daarvoor onvoldoende

feitelijke grondslag aanwezig is.

Kamer II2a. Voorlopige aanbeveling voor directeur

StadsontwikkelingRisico van niet aangetekende brieven zonder verzend­

registratiesysteem met betrekking tot Wabozaken.

De ABC wordt in toenemende mate geconfronteerd

met niet aangetekende verzonden brieven/besluiten

door het cluster Stadsontwikkeling. Die worden het

claster fataal in de bezwaarfase. In meerdere gevallen

is het voorgekomen dat een omgevings vergunning

van rechtswege is verleend, omdat de ontvangst van

brieven/besluiten door bezwaarmakers werd ontkend

en waarbij het cluster de verzending van deze brie­

ven/besluiten niet kon aantonen.

Stand van zaken Juridische diensten:

Over deze voorlopige aanbeveling heeft overleg

plaatsgevonden met het hoofd Bureau Omgevings­

vergunning, dat aangaf dat hij slechts als alternatief

ziet om alles aangetekend te versturen. De kosten

daarvan wegen niet op tegen de opbrengsten. Het

probleem heeft de aandacht en Bureau Omgevings­

vergunning onderzoekt verschillende mogelijkheden.

Daarbij blijft het voor het bureau de vraag of een en

ander tot een betaalbare oplossing leidt.

2b. Aanbeveling voor directeur Stadsontwikkeling

De ABC beveelt Bureau Omgevingsvergunning aan

om besluiten of brieven, waarin binnen een fatale

termijn om gegevens wordt verzocht, aangetekend te

verzenden. Of om een postverzendregistratiesysteem

te hanteren.

De ABC oordeelt dat het bereik van de last beperkt

dient te blijven tot overtredingen van het specifieke

artikel van de APV. Voor een aanvulling van de zin­

snede uit het dictum van het besluit ‘of een andere

bepaling van paragraaf 2.3. van de APV’ is volgens de

ABC geen plaats. Hiervoor is onvoldoende feitelijke

grondslag aanwezig. In de zaken die de ABC onder

ogen kreeg, is de commissie van mening dat niet kon

worden geoordeeld dat de kans bestaat dat

bezwaarde in de toekomst de overige bepalingen van

paragraaf 2.3 van de APV overtreedt. Volgens de ABC

dient de zojuist genoemde zinsnede uit het dictum te

komen vervallen.

Stand van zaken Juridische diensten:

Door Juridische diensten is geïnformeerd naar de

voorgang van deze aanbeveling. De Directie Veiligheid

heeft als volgt gereageerd.

Het gaat om APV­bepalingen die de Directie Veiligheid

in een besluit meeneemt en die iets zeggen over de

wijze van exploitatie. Het standpunt van de Directie

Veiligheid: overtredingen van gelijke aard (dus uit

paragraaf 2.3) worden meegenomen in de stapeling.

Concreter moet gedacht worden aan sluitingstijden,

aanwezigheidsplicht, gewijzigde vorm en illegale

uitbreiding exploitatie.

Tussen overtreding van bepalingen uit deze paragraaf

van de APV die een potentieel gevaar opleveren voor

de openbare orde, en het niet getuigen van adequaat

ondernemerschap, zit verschil. Die nuance moet

worden aangebracht. Bepalingen van meer admini­

stratieve aard zijn de aanwezigheid van een raamkaart

voor het raam en de aanwezigheid van de vergunning

in de inrichting. De Directie Veiligheid zou het ook

disproportioneel achten als een aantal keren buiten de

tijden exploiteren leidt tot een last onder dwangsom,

waarbij vervolgens het ontbreken van een raamkaart

als derde constatering tot intrekking leidt. Tot op

heden is het niet voorgekomen. Mocht dit wel zo zijn,

dan beoordeelt de Directie Veiligheid de constatering

op haar eigen merites en kan de directie afwijken van

het beleid.

In de nieuwe horecanota en het handhavingsarrange­

ment wordt gekeken of een onderscheid moet worden

gemaakt tussen overtredingen met potentieel gevaar

voor openbare orde en het niet getuigen van adequaat

handelen versus bepalingen van meer administratieve

54

Algem

ene Bezw

aarschriftencomm

issie Rotterd

amJaarverslag 2011

gesproken zorgen van de ABC heeft het Jongeren­

loket dit punt voor de zomer 2011 al voortvarend

opgepakt. De ABC stelt met genoegen vast dat de

situatie inmiddels is verbeterd.

 

2.  Het ontbreken van vertegenwoordiging in de hoor­

zitting is nog altijd betreurenswaardig. Naar aan­

leiding van signalen van de ABC is terughoudend­

heid in het inroepen van vertegenwoordiging in de

samenwerkingsovereenkomst Juridische diensten

en SoZaWe opgenomen. Wel is het mogelijk om

vertegenwoordiging, in zaken waarin dat duidelijk

een meerwaarde heeft, in te roepen. Over de eerste

gevallen waarin dit aan de hand was, waardeerde

de ABC positief. Het verzoek van de ABC richt zich

niet zozeer op professionele vertegenwoordiging.

Het gaat er meer om in voorkomende gevallen

medewerkers van het werkplein op te kunnen

roepen om ter zitting uit te laten leggen hoe iets

precies is gegaan. Hier is niet in voorzien. 

 

3. De verslaglegging van afgelegde huisbezoeken is

volgens de ABC vaak te gekleurd. En zo samen­

gevat dat de feitelijke situatie er niet meer uit op

valt te maken. Terwijl een goed feitelijk verslag van

de waarneming onontbeerlijk is voor een goede

weging en een goed advies. In een reactie gaf

SoZaWe aan dat het intern opleidings centrum

specifieke trainingen geeft voor de wijze waarop de

verslaglegging van huisbezoeken dient te gebeu­

ren. Het aantal medewerkers dat op huisbezoek

gaat, is de afgelopen periode afgenomen. Hierdoor

is de doelgroep nog beter te bereiken. Naar ver­

wachting verbetert dit de kwaliteit.

Het verzoek is om feedback van Juridische dien­

sten en de ABC op de kwaliteit van de verslag­

legging in concrete casussen. Zo kan nog beter

worden ingezoomd.

De vraag kan wel worden gesteld of het aantal

verslagen dat in bezwaar langskomt, representatief

is voor de kwaliteit in het algemeen.

4. De ABC beveelt aan om zorgvuldig om te gaan met

de spelregels die opgaan voor het inleveren van

stukken. Zeker nu het beleid op inhoud en spelre­

gels strakker wordt. Aan de balie op de werkpleinen

en bij afdelingen van SoZaWe wordt niet altijd een

bevestiging van ontvangst gegeven. Dit leidt op

de hoorzitting vaak tot een bewijstechnisch

Kamer IV 3. Aanbeveling voor alle diensten

Subsidiezaken

Het is de ABC onlangs opgevallen dat niet iedere

dienst een gespreksverslag maakt van de overleggen

met de subsidieontvangers. De commissie beveelt

met klem aan om in alle gevallen een verslag te

maken van het gesprek of de gesprekken met de

(potentiële) subsidieontvanger. Vooral met het oog

op eventuele beëindiging of vermindering van de

subsidie.

Kamer V 4. Aanbeveling voor alle diensten

Aanbeveling 4A

De ABC blijft bij de aanbeveling, maar nu voor alle

diensten, dat het beëindigen van tijdelijke aan­

stellingen meer zorgvuldigheid vraagt. Door de

be zuinigingsmaatregelen vorig jaar zijn veel tijdelijke

aanstellingen beëindigd. De commissie constateerde

meerdere malen dat dossiers die zij onder ogen kreeg,

summier zijn en weinig onderbouwd. De commissie

ziet ook graag meer individualisering.

Aanbeveling 4B

De commissie constateert dat diensten tijdens de

hoorzitting vaak alleen zijn vertegenwoordigd door

een personeelsadviseur. Met name bij beoordelingen,

maar ook bij ontslag en disciplinaire zaken is aan­

wezigheid van een leidinggevende van groot belang.

Voor een goede heroverweging is het gewenst dat

degene die bij de voorbereiding van het besluit

betrokken is geweest, ook aanwezig is tijdens de

hoorzitting. De commissie beveelt de diensten dan

ook aan zich bij hoorzittingen niet alleen te laten

vertegenwoordigen door een ervaren personeels­

adviseur, maar ook door de betrokken

leidinggevenden.

Kamer VI5a. Voorlopige aanbevelingen voor

directeur Sociale Zaken en Werkgelegenheid

1. Bij het Jongerenloket worden in veel dossiers niet

alle stukken aangetroffen. De dossiers zijn vaak

onvindbaar of onvolledig. Ook door de uit­

55

Aanb

evelingen

Aanbeveling 4

Kijk kritisch of de verstrekking van huishoudelijke

verzorging door middel van een persoonsgebonden

budget aan stringentere regels kan worden gebonden.

Dit moet leiden tot een betere verantwoording en

minder terugvorderings besluiten. Zo luidt een aan­

beveling op het terrein van de Wmo.

on mogelijke situatie. Terwijl de overtuiging er soms

wel is dat bezwaarmaker de waarheid spreekt over

dat wat diegene op een bepaalde datum heeft

ingeleverd. Om dit in de toekomst te voorkomen,

beveelt de ABC aan om standaard (en dus altijd)

het inleveren van stukken te bevestigen met een

brief voor ontvangst. Met een aantekening welke

stukken wanneer zijn ingeleverd.

Stand van zaken Juridische diensten:

Als reactie op deze voorlopige aanbeveling is

het verstrekken van een ontvangstbevestiging

op genomen in de servicenormen van SoZaWe. Op

een standaard formulier kan de medewerker exact

aankruisen welk soort document(en) de burger heeft

ingeleverd. In een vrije ruimte kunnen andersoortige

documenten worden vermeld. Feedback vanuit

bezwaar kan aanleiding zijn om gericht meer aan­

dacht in de uitvoering te vragen.

5b. Aanbevelingen voor directeur Sociale Zaken en Werkgelegenheid

Aanbeveling 1

Als het gaat om de aanbeveling die al in 2010 aan

SoZaWe gedaan was, meer communicatie tussen

domein Werk en domein Inkomen, heeft de ABC nog

steeds de indruk dat de overdracht van informatie

tussen de domeinen verbetering nodig heeft. Om die

reden beveelt zij dit nogmaals aan.

Aanbeveling 2

De ABC is verheugd over de mogelijkheid dat

vertegen woordiging door SoZaWe weer in enkele

zaken mogelijk is. Toch beveelt zij uitbreiding van

deze mogelijkheid aan. Daarnaast richt het verzoek

van de ABC zich niet zozeer op professionele ver­

tegenwoordiging. Het gaat er meer om dat in voor­

komende gevallen medewerkers van het werkplein

opgeroepen kunnen worden om ter zitting uit te 

leggen hoe iets precies is gegaan.

Aanbeveling 3

Zie erop toe dat de servicenormen worden

ge hanteerd bij het in ontvangst nemen van stukken en

verstrek een gespecificeerde ontvangstbevestiging.

Dat beveelt de ABC SoZaWe aan.

56

Algem

ene Bezw

aarschriftencomm

issie Rotterd

amJaarverslag 2011

CijfersDe input van bezwaarschriften over 2011 bedroeg

ongeveer 440, uiteenlopend in aantallen van 4 voor

Pernis tot 100 voor deelgemeente Feijenoord. Andere

uitschieters zijn Charlois met ongeveer 75 bezwaar­

schriften en Noord met circa 65 bezwaarschriften.

De overige deelgemeenten zaten hier voornamelijk

onder. Wat onderwerp betreft, kende omgevingsrecht

de meeste bezwaarschriften: zo’n 160. De onderwer­

pen binnen het omgevingsrecht waren bijvoorbeeld

verkeersbesluiten en sloop­ en kapvergunningen.

Zo’n 50 bezwaarschriften waren hennep­gerelateerd,

43 bezwaarschriften hadden betrekking op bestuurs­

dwang of dwangsommen.

De output van bezwaarschriften bedroeg ook zo’n

440 bezwaarschriften. Hiervan waren 70 zaken

(kennelijk) gegrond en 74 ingetrokken. Hiervan zouden

24 gegrond zijn geweest. Niet­ontvankelijk waren

16 bezwaarschriften, omdat volledig tegemoet was

gekomen aan de bezwaren. Verder waren 75 zaken

niet­ontvankelijk, omdat niet was voldaan aan de

voorwaarden die de Algemene wet bestuursrecht

stelt. Van de overige zaken waren er 165 ongegrond,

22 buiten behandeling gesteld en 16 doorgezonden

naar andere instanties.

De werkvoorraad bedroeg aan het eind van 2011

ongeveer 75 zaken. Het overgrote deel had betrekking

op omgevingsrecht en een aanzienlijk gedeelte op

subsidies. Het aantal beroepszaken in 2011 was circa

90, variërend van 1 van Delfshaven tot 21 bij deel­

gemeente Noord. Naast zaken in relatie tot hennep­

teelt, ging dit opnieuw over vooral omgevings­

vergunningen en dwangsommen van allerlei aard.

Subsidie en aanbestedingDe overgang tussen het verstrekken van subsidies

naar het aanbesteden vorig jaar viel bij een aantal

deelgemeenten op. Het gaat vooral om structurele

subsidies voor welzijnswerk. Enkele deelgemeenten

zijn inmiddels overgegaan tot aanbesteden, waarbij

de bestaande (subsidie)relaties kunnen intekenen.

Andere deelgemeenten hebben laten weten dat

subsidies worden stopgezet in aanloop naar een

Net als in voorgaande jaren verrichtte Juridische

diensten ook in 2011 werkzaamheden voor de deel­

gemeenten. Het gaat om de behandeling van

bezwaarschriften en in enkele gevallen het leveren van

een huisjurist. Dat laatste speelde in Feijenoord,

Rozenburg, Hoogvliet en Hoek van Holland. Ook gaf

Juridische diensten op verzoek juridisch advies aan

de deelgemeenten over uiteenlopende onderwerpen

en vertegenwoordigde deelgemeenten in

beroepszaken.

De dienstverlening verschilde per deelgemeente,

afhankelijk van de gemaakte afspraken. Zo werden

in 9 van de 14 deelgemeenten bezwaarschriften

be handeld. Voor de eigen bezwaarschriftencommissie

en voor de Algemene Bezwaarschriftencommissie.

Bij de deelgemeente Overschie werden alle voor­

komende bezwaren ambtelijk gehoord door een

juridisch adviseur van Juridische diensten. Dit tot

tevredenheid van beide partijen. Het dagelijks bestuur

van de deelgemeente Overschie had nadrukkelijk de

wens om bezwaarmakers te horen zonder aanwezig­

heid van de dienst en vertegenwoordigers van de

deelgemeente. Dat vereiste een andere aanpak van

de juridisch adviseur van Juridische diensten. Deze

adviseur bracht zelf advies uit aan het dagelijks

bestuur, na raadpleging van de betrokken partijen en

andere beschikbare bronnen. Kwamen bij het horen

nieuwe feiten naar voren, dan werden deze terug­

gekoppeld aan de betrokken dienst(en).

HorenDeze manier van horen betekende ook dat de juri­

disch adviseur tijdens de hoorzitting gebruikmaakte

van opnameapparatuur. De adviseur installeerde en

bediende die zelf. De geluidsopname was ter onder­

steuning van de verslaglegging van de hoorzitting.

Zo kon de medewerker zich volledig concentreren op

de zitting. Een niet geheel nieuwe manier van werken

in 2011 overigens. Bij enkele deelgemeenten, zoals

Rozenburg en Hoogvliet, werd al op een vergelijkbare

manier gebruikgemaakt van de aanwezige apparatuur.

Deelgemeenten

57

Deelgem

eenten

nieuwe aanbesteding. Dat laatste heeft te maken met

de verplichting dat de subsidierelatie werkzaamheden

af kan bouwen. Met personele gevolgen en de ver­

plichtingen en contracten die de subsidieontvanger is

aangegaan voor zijn taken moet wel rekening worden

gehouden.

Van rechtswege verleende omgevingsvergunningen

Bezwaarprocedures die betrekking hadden op van

rechtswege verleende omgevingsvergunningen. Ook

die sprongen in het oog vorig jaar. De Wet algemene

bepalingen omgevingsrecht (Wabo) bepaalt dat

re guliere omgevingsvergunningen van rechtswege

verleend worden als niet binnen de gestelde termijn

van acht weken op de aanvraag is beslist. In de

reguliere voorbereidingsprocedure geldt een beslister­

mijn van acht weken (eenmaal met zes weken te

verlengen). Wordt deze overschreden, dan wordt de

omgevingsvergunning verleend. Deze vergunning­

verlening van rechtswege wordt ook wel Lex Silencio

genoemd. Bij onvoldoende bewaking van deze termij­

nen en het niet tijdig verlengen van die termijn,

bestaat het risico dat de omgevingsvergunning van

rechtswege wordt verleend. Enkele deelgemeenten

hebben de gevolgen hier al van ondervonden. Al

behandelt het cluster Stadontwikkeling de aanvragen

voor de omgevingsvergunningen, de deelgemeente

op wiens grondgebied de vergunning betrekking

heeft, is toch eindverantwoordelijk. Ook hebben

deelgemeenten een rol in de bewaking van termijnen.

Tot slotNet als in 2010 stond in 2011 de afbouw van sub­

sidies hoog op de agenda. Vermoedelijk wordt dit het

komende jaar verder doorgezet. In het voorjaar zijn de

subsidies voor 2012 vastgesteld, naar verwachting

stijgt het aantal van 10 bezwaarschriften subsidies

nog in voorraad.

58

Algem

ene Bezw

aarschriftencomm

issie Rotterd

amJaarverslag 2011 ‘Onze nieuwe

werkwijze past binnen pleidooi van informele overheid’

Peter Santema

59

Onze nieuw

e werkw

ijze past b

innen pleid

ooi van informele overheid

Peter S

antema‘Onze nieuwe

werkwijze past binnen pleidooi van informele overheid’

Peter Santema is voor zijn werk

veel onderweg. Zeker sinds hij

naast zijn functie van sectorvoor­

zitter bestuursrecht bij de recht­

bank Rotterdam, waarnemend

sectorvoorzitter publiekrecht van

de rechtbank Dordrecht is. Hij zit

er niet mee, zegt hij. “Ik vind het

juist fijn om onderweg te zijn. Het

is een moment van rust tussen de

vele besprekingen in.”

Het zijn turbulente tijden voor de

rechtspraak in Nederland. In

Rotterdam en Dordrecht staat er

naast alle veranderingen en

be zuinigingen, een fusie op stapel.

Een omvangrijke operatie die grote

gevolgen heeft voor de medewer­

kers. 758 in Rotterdam en 204 in

Dordrecht. De nieuwe rechtbank

Rotterdam moet in oktober een feit

zijn. Peter houdt echter rekening

met een kleine vertraging. “Dat is

niet uitzonderlijk bij zulke grote

operaties. En eerst moet de Eerste

Kamer het voorstel nog goed­

keuren. Ik verwacht dat de nieuwe

organisatie 1 januari 2013 echt

staat.”

GriffierechtenTot het zover is, zijn er genoeg

zaken die Peters aandacht vragen.

Zoals de voorbereidingen die

getroffen moeten worden voordat

het kabinet een definitief besluit

neemt over het verhogen van de

griffierechten. Hij vindt het onbe­

grijpelijk en onverstandig.

“Betaalde je eerst 40 euro, dat

wordt nu in veel gevallen 400 euro.

Als je de procedure wint, krijg je

dat terug. Maar je neemt als burger

wel een risico. Bovendien moet je

altijd eerst zelf het bedrag betalen.

De rechtbanken maken zich ernstig

zorgen over de rechtsbescherming

in ons land. Veel mensen zullen

door deze verhoging wel twee

keer nadenken voordat ze naar

de rechter stappen. En dat kan

volgens mij niet de bedoeling zijn.”

Bij de rechtbank Rotterdam is

vanwege de kabinetsplannen

inmiddels ook een vacaturestop

ingesteld. “Als er minder zaken

zijn, betekent dat automatisch

minder werk. We houden daar nu

al rekening mee. Daarom huren we

medewerkers tijdelijk in als dat

nodig is, om ons personeelsbe­

stand zo flexibel mogelijk te

houden.”

Minder zakenHet lijkt tegenstrijdig, gezien de

stijging van het aantal bezwaar­

schriften dat de Algemene

Bezwaarschriftencommissie in

2011 ontving. Dat aantal was

hoger dan ooit. Afgelopen jaar

werden er 12.143 bezwaren

Te traag en te formeel. De onvrede over de bestuursrecht-

spraak loog er niet om. Ook zou een gang naar de recht-

bank niet altijd leiden tot een definitieve oplossing van

het geschil. De rechtbank heeft zich deze kritiek aan-

getrokken en werkt sinds kort volgens de zogenoemde

nieuwe zaaksbehandeling. Peter Santema van de recht-

bank Rotterdam en Dordrecht: “We gaan veel meer in

gesprek met partijen en stellen ons minder formeel op.”

60

Algem

ene Bezw

aarschriftencomm

issie Rotterd

amJaarverslag 2011

in gediend. Dat is 20 procent meer

ten opzichte van het jaar daarvoor.

“Ja, je zou dus ook een stijging

van het aantal zittingen bij de

rechtbank verwachten. Maar wij

weten nu al dat dat niet zo zal

zijn.”

OnvredeDe bestuursrechtspraak heeft

nogal wat kritiek te verduren

gekregen. Zo duurde het te lang

voordat zaken op zitting kwamen,

was de benadering te formeel en

leidde een gang naar de rechtbank

niet altijd tot een definitieve oplos­

sing van een geschil. Deze lande­

lijke onvrede heeft ertoe geleid dat

de rechtbank sinds oktober op een

andere manier werkt, de zoge­

noemde nieuwe zaaksbehandeling.

“Het komt erop neer dat zaken

eerder op de zitting worden

geplaatst”, legt Peter uit. “Kon het

voorheen wel een jaar duren

voordat een zaak werd behandeld,

nu streven we ernaar om dat na

dertien weken te doen. Ander

belangrijk punt is dat de rechtbank

ook kijkt naar wat er achter een

probleem of geschil schuilgaat. En

of daar wellicht een oplossing voor

het probleem ligt. We gaan veel

meer in gesprek met partijen en

stellen ons minder formeel op. Dat

past binnen het pleidooi van de

ombudsman dat iedereen gebaat

is bij een informele overheid.”

Deze nieuwe werkwijze heeft voor

de Algemene Bezwaarschriften­

commissie geen directe gevolgen,

zegt Peter. “Behalve dan dat wij

eerder van de gemeente de stuk­

ken aangeleverd moeten krijgen,

omdat de zaken al na dertien

weken voor de rechtbank komen.

We merken dat dat nog niet altijd

lukt.”

Zo’n drie jaar geleden nodigde

Peter de ABC uit op de rechtbank.

Hij heeft daar goede herinneringen

aan. “Tijdens die kennismaking

hebben we uitvoerig over elkaars

rollen gesproken. Dat heeft over en

weer tot meer inzichten geleid.

Bestuursrechters kijken vooral naar

de rechtmatigheid. Je stapt pas

naar de rechtbank als er geen

andere oplossing meer mogelijk is.

Terwijl de ABC veel meer de ruimte

heeft om ook naar andere aspec­

ten van een zaak te kijken. Ze

moesten hun taakopvatting ruimer

nemen, gaven mijn collega’s

destijds aan. En daar waren ze het

mee eens. De rechtbank zoekt die

ruimte nu ook wat meer op met de

nieuwe zaaksbehandeling. Dat

betekent overigens niet dat wij het

werk van de ABC nog eens dunne­

tjes overdoen. Wij komen immers

pas aan het eind van de rit.”

TelefoontjePeter hoopt dat de ABC zich ook

minder formeel gaat opstellen. “Ik

krijg dat nog steeds te horen van

mensen. Dat de ABC vaak te

formeel is en dat ze daar een

slecht gevoel aan hebben overge­

houden. Dat is echt jammer. Want

een telefoontje of een persoonlijk

gesprek kan er vaak al toe leiden

dat een bezwaar wordt ingetrok­

ken. En eigenlijk zou de rechtbank

niet nodig moeten zijn. Het is veel

beter voor alle partijen als ze er zelf

uitkomen en niet naar de rechter

hoeven te gaan.”

‘Je stapt pas naar de rechtbank als er geen andere

oplossing meer mogelijk is’

61

Jaarverslag 2011A

lgemene B

ezwaarschriftencom

missie R

otterdam

Na de bezwaarschriftprocedure kan de weg

naar de beroepsprocedure worden bewandeld.

De rechterlijke uitspraken zijn soms weer

leerpunten voor de bezwaarschriftenprocedure.

En leert ons deze kritisch tegen het licht te

houden.

Geschillen bij de rechter

62

Algem

ene Bezw

aarschriftencomm

issie Rotterd

amJaarverslag 2011

gewijzigd en op 22 februari 2011 in werking getreden.

Bij wijziging van de Huisvestingsverordening over­

woog het dagelijks bestuur van de Stadsregio

Rotterdam uitdrukkelijk de wens om geschillen over

beslissingen inzake urgentie en woonruimtetoewijzing

langs publiekrechtelijke weg te bewandelen.

Dergelijke geschillen zijn voor betrokkene laag­

drempelig. Ook het wetsvoorstel voor de nieuwe

Huisvestingswet gaat uit van uitsluitend publiek­

rechtelijke beslissingen over urgentie en woonruimte ­

toewijzing.

Op 14 juli 2011 heeft de rechtbank Rotterdam zich

onbevoegd verklaard om kennis te nemen van het

geschil in een zaak waarbij de gewijzigde Huis­

vestingsverordening van toepassing was. Tegen die

uitspraak is verzet gedaan. Op 9 augustus 2011 heeft

de voorzieningenrechter van de rechtbank Rotterdam

in haar uitspraak overwogen dat de SUWR op grond

van de gewijzigde Huisvestingsverordening dient te

worden aangemerkt als een bestuursorgaan in de zin

van de Algemene wet bestuursrecht. En heeft de zaak

Zeefwerking en beroepszakenAls iemand het oneens is met een uitspraak op een

bezwaarschrift, dan kan diegene in beroep gaan bij

de rechtbank. In 2011 gebeurde dat in 8,2% van de

gevallen (zeefwerking 91,8%). Dat is een verbetering

ten opzichte van het voorgaande jaar: in 2012 werd in

9,3% van de gevallen beroep ingesteld (zeefwerking

90,7%).

De rechter stelde in 77% van de beroepszaken de

gemeente in het gelijk. Dat ligt een stuk hoger dan

voorgaande jaren, toen dat percentage onder de 70%

lag.

Een belangrijke verklaring voor deze stijging staat al in

het jaarverslag 2010 van de ABC: de overgang naar

een nieuw registratiesysteem in 2010 waardoor zaken

eenduidig worden geregistreerd.

Ondanks de stijging van het aantal bezwaarschriften

met zo’n 20%, laten beide resultaten zien dat de

kwaliteit bij de bezwaarafhandeling op hetzelfde

niveau blijft als voorgaande jaren.

Zeefwerking & percentage beroepszaken waarbij de gemeente in gelijk wordt gesteld

Totaal kamer I-VI 2008 2009 2010 2011

zeefwerking bezwaarprocedure 92,8% 91,8% 90,7% 91,8%

% beroepszaken dat stand houdt bij de rechtbank 68% 69% nb (81%) * 77%

* Dit percentage ziet alleen toe op de in het nieuwe systeem geregistreerde zaken.

Uitgesplitst naar Wwb en Awb-overig

Wwb 2010 2011

zeefwerking bezwaarprocedure 90,9% 90,7%

% beroepszaken dat stand houdt bij de rechtbank nb (86%) 79%

Awb-overig 2010 2011

zeefwerking bezwaarprocedure 90,3% 93,8%

% beroepszaken dat stand houdt bij de rechtbank nb (76%) 74%

SUWR bestuursorgaan?De afdeling Bestuursrecht van de Raad van State

bepaalde op 12 januari 2011 dat de Stichting

Urgentie bepaling Woningzoekenden Rijnmond

(SUWR) wat betreft het beslissen op aanvragen om

urgentieverklaringen, geen bestuursorgaan is in de zin

van de Algemene wet bestuursrecht. De rechtbank

was dus onbevoegd om kennis te nemen van het

bij haar ingestelde beroep.

Naar aanleiding van de uitspraak is de Huisvestings­

verordening Stadsregio 2006 op 2 februari 2011

dan ook inhoudelijk behandeld. De rechtbank heeft op

24 november 2011 het verzet gegrond verklaard en

bepaald dat het onderzoek in die zaak wordt voort­

gezet. In 2011 zijn er 19 beroepzaken bij Juridische

diensten binnengekomen van de SUWR. Deze zaken

worden vooralsnog via de bestuursrechter afgehan­

deld waarbij P&A optreedt namens de SUWR. Het zal

nog enige tijd duren voordat bekend is wat de af deling

Bestuursrecht van de Raad van State van de nieuwe

wijziging vindt.

63

Geschillen b

ij de rechter

WWB en de bezuinigingenDoor de bezuinigingen heeft de dienst SoZaWe haar

werkwijze op bepaalde onderdelen aangepast en

aangescherpt. Een van de aanpassingen is de

in voering van de inspanningsverplichting. Iedere

Rotterdammer die zich meldt voor een bijstands­

uitkering, krijgt van SoZaWe eenzijdig de inspannings­

verplichting opgelegd.

Die verplichting ligt vast in een inspanningsplan.

De aanvrager krijgt na de meldingsdatum vier weken

de tijd om een aantal zaken te regelen. Denk aan

kinderopvang, inschrijven bij uitzendbureaus en het

solliciteren op vacatures. Na het verstrijken van deze

termijn kan de aanvrager zich opnieuw melden en

wordt de inspanningsperiode beoordeeld. Pas na het

verstrijken van deze periode kan de aanvrager in

aanmerking komen voor een bijstandsuitkering. Is de

inspanningsverplichting niet (voldoende) nagekomen,

dan wordt een maatregel overwogen.

Baan vinden

Een baan vinden zodat hij of zij geen beroep hoeft

te doen op bijstand, dat is het doel van deze inspan­

ningsperiode. De aanpak leidde tot een toename van

het aantal ontvangen ingebrekestellingen. Deze

komen voornamelijk binnen bij Juridische

diensten/P&A en worden zo spoedig mogelijk door­

gestuurd naar SoZaWe. Volgt op een aanvraag niet

tijdig een beslissing (binnen 8 weken), dan kan een

ingebrekestelling worden gedaan. Hierna heeft de

dienst nog twee weken tijd om alsnog te beslissen

op de aanvraag.

Op enkele uitzonderingen na is dit steeds binnen

twee weken gebeurd. Anders wordt een dwangsom

verbeurd. Over de vraag of de inlassing van een

inspannings periode rechtmatig is, daar heeft tot op

heden nog geen rechter zich over hoeven uitspreken.

64

Algem

ene Bezw

aarschriftencomm

issie Rotterd

amJaarverslag 2011

Overzicht ABC Algemene Bezwaarschriftencommissie Voorzitter De heer mr. H. F. Th. Pennarts

Kamer I VoorzitterDe heer mr. H.F.Th. Pennarts

Plaatsvervangend voorzitterDe heer mr. G.A. Dorsman

De heer Th. Woudenberg

LidDe heer Th. Woudenberg

De heer A. Mosch (raadslid Leefbaar Rotterdam)

De heer drs. P.J. Verveen (raadslid D ’66)

Plaatsvervangend lidDe heer mr. N. van Eck

De heer mr. A.B. Engberts

De heer mr. drs. J. Prieëlle

Kamer II VoorzitterDe heer P.J.H.M. van Dijk

Plaatsvervangend voorzitterDe heer mr. drs. C.O.W. Dubbelman

Mevrouw ir. E.J. Groosman­ van den Brandhof

De heer mr. G.A. Dorsman

Mevrouw mr. M.A.E. in ‘t Veld

LidDe heer mr. drs. C.O.W. Dubbelman

De heer J.C. Siemons

De heer mr. drs. J. Prieëlle

Kamer III Voorzitter De heer mr. drs. J. de Priëlle

Plaatsvervangend voorzitterDe heer mr. D.C. Vissers

De heer Th. Woudenberg

De heer mr. drs. C.O.W. Dubbelman

Mevrouw mr. drs. E.D.M. Knegt (tot september 2011)

LidDe heer mr. D.C. Vissers

De heer mr. J. Velthuizen

Mevrouw mr. G.E. de Jong

Kamer IVVoorzitterDe heer mr. J.D. Wiersma

Plaatsvervangend voorzitterDe heer Th. Woudenberg

De heer mr. drs. C.O.W. Dubbelman

De heer mr. F.W. van der Dussen

De heer O.A. Dijkstra

LidDe heer mr. J.W.M. Velthuizen

Mevrouw mr. G.E. de Jong

De heer J.C.M. Soijer

De heer mr. drs. C.O.W. Dubbelman

Plaatsvervangend voorzitterDe heer mr. Th.J. van Tienen

Plaatsvervangend lidMevrouw mr. O.A.M. Floris

Kamer VVoorzitterDe heer F.J. van der Heijden

Plaatsvervangend voorzitter De heer mr. J.M. van der Stel

De heer drs. L.T. van Ravenhorst Ph.D.

Mevrouw mr. I.M.C.V.T. Kiebert

De heer Th. Woudenberg

LidDe heer mr. N. van Eck

De heer mr. Th.J. van Tienen

De heer mr. B. Engberts

De heer G.W.M. Geraedts

Mevrouw mr. N. Graafland

Plaatsvervangend lid

De heer mr. J.A. Sureveen

De heer mr. J.W.M. Velthuizen

Kamer VIVoorzitterMevrouw mr. E.L. Kuijper

Plaatsvervangend voorzitter De heer mr. drs. C.O.W. Dubbelman

Mevrouw drs. M.J. van Ravesteyn­Kramer

De heer F.J. van der Heijden

De heer mr. J.M. van Stel

De heer drs. L.T. van Ravenhorst Ph.D.

Mevrouw mr. I.M.C.V.T. Kiebert

De heer mr. Th.J. van Tienen

De heer R.A. Motta

Mevrouw mr. drs. E.D.M. Knegt (tot september 2011)

Lid De heer drs. R.H. Maasdam

De heer mr. D.C. Vissers

Mevrouw mr. M. Lint­Zwagemakers

Mevrouw mr. R.A. Badal (tot juni 2011)

De heer H. Lengkeek

Mevrouw L.H.M. Kruse

Mevrouw mr. O.A.M. Floris

Mevrouw D.K. van der Marel

De heer H.A. Sonius

De heer mr. J.A. Sureveen

Mevrouw mr. R. Gainda

Mevrouw A. van Oosten

Mevrouw J. Strörmann

Plaatsvervangend lidDe heer G.W.M. Geraedts

Het jaarverslag 2011 van de ABC Rotterdam is een uitgave van Juridische diensten,

onderdeel van de Servicedienst van de gemeente Rotterdam.

Postadres Postbus 1011, 3000 BA Rotterdam

Advies en redactie Communicatiediensten, Claudie Post en Marsha Correljé

Eindredactie en coördinatie Theresia Soenveld en Marko Stupar

Fotografie © Arnoud Verhey, Rotterdam

Ontwerp en productiebegeleiding Identity Design, bv Rotterdam

Drukwerk MediaCenter Rotterdam

Oplage 400

april 2012

InhoudVoorwoord 2Meer door minder

Resultaten 2011 4 Binnengekomen en afgehandeld 4 Wettelijke afhandeltermijnen 4 Dwangsom bij niet tijdig beslissen 5 Trend uitkomst bezwaarprocedures 5 Burgertevredenheid 5

Interview Arjan van Gils, gemeentesecretaris Rotterdam: 6“We zijn gas blijven geven met de file in zicht”

Bezwaarschriftenbehandeling Kamer I 9

Kamer II 14

Kamer III 19

Interview Peter Hanenberg van het AdvokatenKollektief Oud-Charlois: 20“Soms zit het gewoon tegen in iemands leven”

Kamer IV 23

Kamer V 28

Interview Luc Severijnen, directeur bij Sociale Zaken en Werkgelegenheid: 32“Ondanks je problemen, ga je aan de slag”

Kamer VI 35

De kamers vergeleken 40Contrairprocedure 42

Interview P&O-adviseur Conny Wismeyer: 44“Alsof je in een slechte film zit”

Ontwikkelingen 47Aanbevelingen 50Deelgemeenten 56

Interview Peter Santema (Rechtbank Rotterdam en Dordrecht) 58“Onze nieuwe werkwijze past binnen pleidooi van informele overheid”

Geschillen bij de rechter 61

Overzicht ABC 64

meer door minder

Algemene Bezwaarschriftencommissie Rotterdam

Jaarverslag 2011 De ABC in een veranderende (roerige) omgeving

A

lgem

ene Bezw

aarschriftencom

missie R

otterd

am

Jaarverslag 2011 m

eer do

or m

ind

er