•A L - VPCO · 2020. 9. 23. · wipneus l ! popster 8 ~ schommelstoel handschoen ~ tuinslang ~ ~...
Transcript of •A L - VPCO · 2020. 9. 23. · wipneus l ! popster 8 ~ schommelstoel handschoen ~ tuinslang ~ ~...
. the:ma S &!!1.----spelling
72
Dit heb je geleerd Je hebt geleerd hoe je woorden met meervoud op
-eren schrijft en hoe je woorden schrijft die
eindigen op -elen, -enen of -eren.
kinderen
Weet je nog?
kinderen
hersenen
hersenen
Je hoort twee keer E.J Je schrijft kinderen.
Je hoort twee keer ~
Je schrijft hersenen.
D 1 Schrijf het woord op. Kies uit:
~ gisteren ~ ~ redenen ! ~ aardappelen f ~ runderen ~ ~ mosselen f
~ bladeren ~ ~ kinderen f ~ eieren f ~ hersenen f ~ aarzelen !
_De kok staat in zijn kookboek te 1 blad • . Hij gaat
,ets maken met 2 ei-en gebakken 3 aardappel •.
Zal_ hij er 4 mossel• bij koken? Nee, dat heeft hij
5 g,sterll al gedaan. Misschien biefstuk van Ierse
6 rund., want die is erg lekker. Wat ook zou
kunnen: gestoomde 7 hersenlf vinden de klanten
vast eng. Er zijn nog wel meer 8 redena om geen
hersenen te nemen: ze zijn erg duur en 9 kind.
lusten die al helemaal niet. Nog even staat de kok
te 10 aarzela. Dan heeft hij een idee. Spruitjes!
1 ~ 2
3
4
5
6
7
8
9
10 ---------
hriJ·f het woord op.
9 i se
De onderwijzer leert de kind-
taal en reken •.
2 De verkeersagenten regel■ het verkeer.
3 De dierenarts behandelt vandaag
dekalv--
Gisterll deed hij de lam-en
eergisterll de rund • .
4 De koordirigent zoekt geschikte
lie-uit voor zijn koor.
~
ei 3 Schrijf het woord op. Woorden op -eren of -elen.
Als je als beroemdheid over straat loopt, hoor je mensen vaak over je 1 fluis.,
2 rod- en 3 giech •. Tip: niet 4 luis- en je er vooral niet aan 5 er-!
Want wat ze 6 bew- is toch vaak onzin. Denk maar: het kan me lekker niks
7 sch-! Want er zijn _?Ok grote 8 voor • . Jij mag namelijk vaak 9 schi.,
10 glin- en 11 fonk9, op peperdure feestjes. En zij lekker niet!
2
3
4
5
6
7
8
9
10 --------
11
a Ik kan woorden met meervoud op -eren, .e)en
of -enen goed schrijven.
0 ja 0 een beetje
O nee
73
·~ thema ~ lmmt L le s 15 j
a , Kies een plaatje uit rij 1. Trek een lijn naar een plaatje uit rij 2 . Schrijf het nieuwe woord op. Kies uit:
~ wipneus l ! popster ~ 8 ~ schommelstoel ~ ~ handschoen ~
~ tuinslang ~ ~ voetbal ~ ~ inktvis ~
(
u ~
A
T .~ t' j
tuin
-74
spelling
Dit heb je geleerd Je hebt geleerd hoe je woorden schrijft die bestaan uit twee andere woorden.
hijskraan ~
Weet je nog> De twee woorden vormen samen een nieuw woord. Je schrijft het woord aan elkaar.
hijs + kraan -> hijskraan sport+ tas -> sporttas uit+ spraak -> uitspraak
fj •A ak samengestelde woorden. Begin steeds met (j i ,v,a een groen woord.
~ -zet vaart slag halen
spraak al druk weg
-- ------
uit 0 ver
in
3 Maak zelf samengestelde woorden. Het eerste deel staat er al.
1 tui~ 5 zwem 9 draai
2 vuur 6 auto 10 neus
3 brood 7 verf 11 water
4 frui 8 pata 12 luch
ia 4 Welk samengesteld woord past erbij? Schrijf het woord op. Begin met het groene woord. Tip: Het moeten zelfstandige naamwoorden zijn.
1 Mensen spreken iets af. de 4t111/1,Q,QJ 2 Een dief steelt iets. de _ _____ __,.
3 Hij spreekt het niet goed uit. de
4 Hij roept namen af. de
5 In die stoel lig je lekker. de
6 Hij loopt wel heel hard! de
7 Zij staat model voor Il Ik kan samengeste\~e de fotograaf. het woorden goed scbn1ven·
8 Die bel zit op mijn fiets. de 0 ia 0 eenbeetie
9 Die pet zit als een deksel O nee
op mijn hoofd. het 75
l_
Dit h<'b jr gelrrrd
Je hebt geleerd hoe je woorden met -eren schrijft en hoe je woorden sch ~-efie~oud op · d' n1td1e
em 1gen op -den. -enen of •eren.
kinderen
Weet je nog? kinderen
Je hoort twee keer E.J Je schrijft kinderen.
hersenen
hersenen
Je hoort twee keer ~ Je schrijft hersenen.
fl 1 Schrijf het woord op. Kies uit:
72
B ~ redenen ~ ~ aardappelen ! 1 runderen I l mosselen I ~ bladeren ~ ~ kinderen ~ ~ eieren ~ ~ hersenen ~ f aarzelen ~
De kok staat in zijn kookboek te 1 blad •. Hij' gaat !} !} J
t k - 1 ÁIV2-<lRl1.P/ll, ie s ~a en met 2 ei en gebakken 3 aardappel • . Za( hij er 4 mossel■ bij koken? Nee, dat heeft hij 2 eieren 5 g1sterll al gedaan. Misschien biefstuk van Ierse 6 rund., want die is erg lekker. Wat ook zou kunnen: gestoomde 7 hersen.vinden de klanten ~ast eng. Er zijn nog wel meer 8 reden■ om geen 1 ersene~ te nemen: ze zijn erg duur en 9 kindusten die al helemaal niet. Nog even staat de kok te 10 aarzel■. Dan heeft hij een idee. Spruitjes!
3 aardappelen
4 mossele
5 giste.ren
6 rurJderen
7 be.r:s.enen
8 redenen
9 kinderen
10 aarzel.""e ...... n _ __ _
1
'
h ··f het woord op.
j se ry -9 nderwljzer leert de kind-
1 DeO
taal en reken • .
De verkeersagenten regel• het verkeer. 2
3 De dierenarts behandelt vandaag
dekalv-·
Giste" deed hij de lam-en
eergiste" de rund • .
4 De koordirigent zoekt geschikte
lie- uit voor zijn koor.
~ rekenen
regelen
kalveren
Glsterel'.1
eergisteren
Uederen
lammeren
runderen
ei 3 Schrijf het woord op. Woorden op -eren of-elen.
Als je als beroemdheid over straat loopt, hoor je mensen vaak over je 1 fluis. ,
2 rod- en 3 giech • . Tip: niet 4 luis- en je er vooraf niet aan 5 erg81! Want wat ze 6 bew- is toch vaak onzin. Denk maar: het kan me lekker niks
7 sch-1 Want er zijn ook grote 8 voor • . Jij mag namelijk vaak 9 schi. ,
10 glin- en 11 fonk., op peperdure feestjes. En zij lekker niet!
1 f l.1.üs__teretJ __ _
2 roddelen,___ __
3 giechelen__ __
4 luis_te.ren~--
s erge.ren__
6 lze.we.r.en... -----7 s.cbemle.,_.n.,_ _ __ _
B w.ardele ..,_ __ _ 9 scbittereri
10 gl.in.s.te.ren_
11 fan kelen_
p Ik kan woorden rntt rvoud op ,t rtn, .den
mee , . of~""" goed schn1vt,1L
0 ja O een t,cetje
once 73
74
il
a 1 Kres een pl,HtJe Uli rrj 1. Trek een lr1n naar een plntJe urt rrJ 2. Schrr1f het nieuwe woord op. K1~ ur l:
wipneus popster eiland
schommelstoel handschoen
turn slang voetbal inktvis
-, i( f ...
- ~Jt~
D11 hd, lt' l:"l('(' rd Je hebt geleerd hoe d IC Woorde ie bestaan uu twee d n 1<hnp1 an erewoordtn
hijskraan ~
"' ""' j" noic> De tWtt woorden vormen •·
-rneneen nreuw woord. Je 1<.hrr1fl ht't"' elk.lar 'OOrd ~ n
h11s + kraan -) h11skraan sport + las --> sporttas uit + spraak _,) urtspraa~
.:ichomnielst oel
tuinsLrn11
handsc,hocn
w pneus
1nkt v1s
popster
eiland
k sarnenges telde woorden. Begin steeds met een groen woord.
!IP Maa • ,, J "j,,, /l lo.spraak_ zet vaart ~ d ov_er_slag
slag spraak
halen uitzet. ind r u k.. O.Yerdruk
al druk weg uit vaart_ inzet _ OY..e.ral
uit halen __ inhalen_ _ ov.erhalen uitspraak inslag overweg
uitweg
lf engestelde woorden. Het eerste deel staat er ;il. Maak ze sam
i. . u AA r,. 5 zwembad 1 tu1nnY1JVV.r r
k rf 6 autoband 2 vuur ,0
3 broodplzmk
4 fruitma nd
7 verfdoos_
8 patatzak
2a 4 Welk samengesteld woord past erb11? Schn1fhet woord op. Begin met het groe~ woord. Tip: Het moeten zelfstandige naamwoorden z11n.
1 Mensen spreken iets af. de ~
2 Een dief steelt iets. de diefstal 3 Hij spreekt het niet goed "' t de uit-spraak
4 Hij roept namen af. de 3froep 5 In die stoel lig je lekker. de h~t.oel
6 Hi1 loopt wel heel h~rd! de hardloper
9 draaïtOI
10 neusvleugel
11 waterStraaL
12 luchtbed
7 211 staat model voor
a~~ d, fotograaf. het fotomodel
8 Di, bel zit op mi1n fi, ts. de f1etsl..,el c~ Qttll~
9 Die pet zit als een deksel C n"' op m11n hoofd . h,t hoofddeksel
'\ 75 ,
t -