A medieval heart ~ Hoofdstuk 4;brieven over Luc

26
A MEDIEVAL HEART Hoofdstuk 4 ~ Brieven over Luc
  • Upload

    -
  • Category

    Travel

  • view

    156
  • download

    1

description

 

Transcript of A medieval heart ~ Hoofdstuk 4;brieven over Luc

Page 1: A medieval heart ~ Hoofdstuk 4;brieven over Luc

A MEDIEVAL HEART

Hoofdstuk 4 ~ Brieven over Luc

Page 2: A medieval heart ~ Hoofdstuk 4;brieven over Luc

Vrolijk kom ik de bar na mijn dagelijkse wandeling

binnenlopen. “Is er al post?” De vraag is haast routine

geworden. De dagen zakken weg in lange draaikolken van

gewoontes. Sophie laat geschrokken bijna een fles wijn uit

haar handen vallen. “Ben je er weer Anne?” glimlacht ze.

“Ook goedemorgen.” Zelfs aan de schuilnaam ben ik

gewend geraakt, besef ik spijtig.

Page 3: A medieval heart ~ Hoofdstuk 4;brieven over Luc

“Ja.” grinnik ik. “Maar is er al een brief voor mij?” Sophie schud

haar hoofd. “Het spijt me meis, nog geen post.” “Oh.” zucht ik.

Ik loop naar Sophie toe en help haar de fles open te maken.

Page 4: A medieval heart ~ Hoofdstuk 4;brieven over Luc

Zodra Sophie de glazen volgeschonken op een ijzeren

dienblad heeft geplaatst kijkt ze me serieus aan. “Die brief is

belangrijk voor je he?” Ik knik. Heel belangrijk. Belangrijker

dan ze ooit zou kunnen begrijpen. Ik houd het niet veel

langer uit, ik mis Luc. Ik moet hem zien.

Page 5: A medieval heart ~ Hoofdstuk 4;brieven over Luc

Sophie komt achter de bar vandaan en loopt naar me toe om

me te omhelzen. Ik neem het warme gebaar dankbaar aan.

De von Scüburs zijn goed voor me. Ze zijn haast familie van

me geworden. Haast broer en zus. Haast.

Page 6: A medieval heart ~ Hoofdstuk 4;brieven over Luc

De deur vliegt open en geschrokken kijken we op. Een man

beent vluchtig het pand binnen en loopt op ons af. “Is een van

jullie Anne Bakker?” Ik knik. Zou dit dan de brief zijn, de brief

terug van Luc?

Page 7: A medieval heart ~ Hoofdstuk 4;brieven over Luc

“Er is een brief voor je.” hij overhandigt me, na er een tijd in zijn

buidel naar gezocht te hebben, keurig de brief. Ik gooi wat munten

in zijn hand ter betaling. “Ik hoop dat dit het waard was, want mijn

paard is nu uitgeput.” mompelt de man, waarna hij wegloopt. Ik

glimlach en bekijk het papier. Als dit is wat ik denk, is het het zeker

waard geweest. Nieuwsgierig vouw ik de brief open.

Page 8: A medieval heart ~ Hoofdstuk 4;brieven over Luc
Page 9: A medieval heart ~ Hoofdstuk 4;brieven over Luc

En ik doe wat hij zegt. Natuurlijk doe ik wat hij zegt. Een

paar uren later sta ik aan de oever van een klein meertje.

Niet wetende wat er hier allemaal kan gebeuren. Kan

gebeuren in het komende uur.

Page 10: A medieval heart ~ Hoofdstuk 4;brieven over Luc

Ik kijk rond op de kleine open plek. In een hoek waar het bos

opnieuw begint, fladderen vlinders rustgevend heen en weer. Het is

net alsof ze óók wachten.

Page 11: A medieval heart ~ Hoofdstuk 4;brieven over Luc

Over het vijvertje, vlak voor me, dansen libellen zorgeloos

over het water. De natuur is mooi. Ik heb me er nooit zo

over gefascineerd, ook al is er niets fascinerender dan de

natuur. Dat heb ik de afgelopen maanden wel gemerkt.

Page 12: A medieval heart ~ Hoofdstuk 4;brieven over Luc

Ik schrik op uit mijn overpeinzingen als de struiken achter

me ritselen. Luc?! Of een vogel. Of een stuikrover… Ik

houd mijn adem in en blijf zo stil mogelijk staan. Het

antwoord komt al snel als er achter me een vogel opvliegt.

Opnieuw ritselen de struiken. Ik blijft ontspannen staan.

“Dag schoonheid.” klinkt een zware stem. Ik gil. Zacht en

gedempt vanonder een zachte hand over mijn lippen.

Page 13: A medieval heart ~ Hoofdstuk 4;brieven over Luc

Als ik geen poging meer doe om te gillen, sluiten de warme

armen zich om mijn lichaam. “Sst prinses.” stelt de man me

gerust. “Je had het beter kunnen beschrijven lief, de plek was

moeilijk te vinden.” Ik glimlach als ik besef wie achter me staat.

“Luc?” fluister ik. Ik voel het hoofd achter de mijne knikken.

Page 14: A medieval heart ~ Hoofdstuk 4;brieven over Luc

“Ik heb je gemist Luc.” fluister ik. “Elke dag was er een teveel.”

Voorzichtig sluit Luc me in zijn armen als antwoord.

Page 15: A medieval heart ~ Hoofdstuk 4;brieven over Luc

Opnieuw ritselen de takken. Ik draai mijn hoofd zo snel dat ik

bijna tegen Luc aankom. Twee gedaantes doemen achter ons op.

Opnieuw gil ik bijna. “Geen paniek Ann, dat zijn Anouk en

Dimitri. Ze hebben me geholpen jou te vinden. Denk je dat we

hier veilig kunnen gaan zitten?” Ik knik. Het is hier nogal

afgelegen.

Page 16: A medieval heart ~ Hoofdstuk 4;brieven over Luc

We gaan zitten. Ik kruip dicht tegen Luc aan. “Ik had je bijna

niet meer herkend, Ann Wilfordshire. Je bent niet meer het

spontane, vrolijke meisje dat je eerst was.” Ann Wilfordshire.

De naam klinkt bijna raar in mijn oren. Hij heeft gelijk. Ik ben

totaal iemand anders geworden. Ik knik spijtig.

Page 17: A medieval heart ~ Hoofdstuk 4;brieven over Luc

Ik kijk naar Anouk en Dimitri. Het is alsof Luc mijn blik ziet. “Anouk

en Dimitri woonden al lang in ons dorp. Ze boden aan te helpen.

Anouk zorgde dat ik niet dood ging door me eten te voeren.” Hij

grinnikt even om zijn eigen grap en ik lach zachtjes als ik Anouk met

haar ogen zie rollen. “En Dimitri hier kon ik ook niet missen toen het

erop aankwam.” vervolgt hij, terwijl hij naar zijn littekens wijst. Ik

knik dankbaar. En luister naar Luc’s verhalen over struikrovers en

café’s.

Page 18: A medieval heart ~ Hoofdstuk 4;brieven over Luc

Ik kijk naar het water. Gek genoeg lijkt het anders. Rustiger. Of,

rustgevender. Ik glimlach. Ik zou hier uren kunnen zitten.

Gewoon, rustig pratend met Luc, Dimitri en Anouk, alsof de

afgelopen maanden niet gebeurd zijn.

Page 19: A medieval heart ~ Hoofdstuk 4;brieven over Luc

“En jij Ann, heb jij nog iets speciaals gedaan? Hoewel, het nieuws dat

je Clovis ontsnapt bent heeft ondertussen het dorp wel berijkt…” Ik

schrik op uit mijn gedachten en vertel over mijn reis, werk en

overleven. De struiken ritelen weer, maar ik kijk inmiddels al niet

eens meer op. Helaas. Dat was een grote fout.

Page 20: A medieval heart ~ Hoofdstuk 4;brieven over Luc

“Ann Wilfordshire.” klinkt een gladde stem waar verzamelde haat

en sarcasme vanaf druipen. Ik kijk onmiddelijk op. Herr Clovis.

Hij heeft me gevonden. Herr Clovis houdt mijn brief omhoog. “Ik

had kunnen weten dat je me ooit ontrouw zou zijn, maar een

boer? Kom nou Ann, je kunt beter krijgen. Ik geef je nog één

kans.”

Page 21: A medieval heart ~ Hoofdstuk 4;brieven over Luc

Ruw trekt Clovis me aan mijn kolder omhoog. Zo dichtbij dat

zijn adem, die in korte stoten naar buiten komt me beangstigt.

Net als de weinige afstand tussen hem en mij. “Trouw met me

Ann Wilfordshire, en we doen niemand pijn.” Ik kijk hem

beledigd aan en spuw woedend in zijn gezicht. Clovis’ blik

verandert in de mijne en hij duwt me zo hard weg dat ik bijna op

de grond val. “Zoals je wilt.”

Page 22: A medieval heart ~ Hoofdstuk 4;brieven over Luc

Wat er dan gebeurt kan ik niet helemaal bevatten. Tranen stromen

over mijn wangen, mijn hoofd bonkt, mijn maag krimpt ineen

door de trappen die Herr Clovis er tegen geeft. Luc stormt

woedend op hem af, “Lafaard!” de woedende woorden komen

over zijn lippen als een draak die vuur spuwt.

Page 23: A medieval heart ~ Hoofdstuk 4;brieven over Luc

Ik staar vanaf mijn plekje op de grond naar de vechtende

mannen. Bloed sijpelt uit de wonden op Luc’s gezicht, in de

kolder op zijn bovenbeen vormt zich langzaam een dieprode

plek. Clovis lijkt ongedeerd. Al mijn angst zet zich om in woede.

Hij doet Luc pijn. Niemand mag Luc pijn doen. Ik haal het

slagersmes opnieuw uit mijn schort en ren met mijn ogen dicht

op de man af die Luc pijn deed.

Page 24: A medieval heart ~ Hoofdstuk 4;brieven over Luc

Met een doffe klap valt hij op de grond. Ik gil. Ik gil om

mijn eigen daad. Staar naar het mes in mijn handen waar

bloed vanaf op het gras druppelt. Hysterisch huilend val

ik op de grond.

Page 25: A medieval heart ~ Hoofdstuk 4;brieven over Luc

Luc helpt me voorzichtig omhoog. Mijn schouders schokken

als hij me omhelst. Langzaam maar zeker kalmeer ik. Ik zie

Luc’s ogen de omgeving afspeuren. “De soldaten zijn weg.”

fluistert hij. “We moeten maken dat we wegkomen Ann,

onmiddelijk!”

Page 26: A medieval heart ~ Hoofdstuk 4;brieven over Luc