Web viewKwaliteitsverbetering voor schrijftolken. Een onderzoek naar de kwaliteiten van...

96
Een onderzoek naar de kwaliteiten van schrijftolken en welke er, volgens haar klanten, verbeterd moeten worden. Lieske Draeck Id-code: 1217798 Onderzoek in het kader van de Master Dovenstudies aan het instituut voor Gebaren, Taal & Dovenstudies Begeleider/eerste beoordelaar: Dr. B. van den Bogaerde Begeleider OM: Dr. Annemiek Hammer Tweede beoordelaar: Drs. R. Gertsen 0 Kwaliteitsverbeteri ng voor schrijftolken

Transcript of Web viewKwaliteitsverbetering voor schrijftolken. Een onderzoek naar de kwaliteiten van...

Page 1: Web viewKwaliteitsverbetering voor schrijftolken. Een onderzoek naar de kwaliteiten van schrijftolken en welke er, volgens haar klanten, verbeterd moeten worden

Een onderzoek naar de kwaliteiten van schrijftolken en welke er, volgens haar klanten, verbeterd moeten worden.

Lieske DraeckId-code: 1217798

Onderzoek in het kader van de Master Dovenstudies aan het instituut voor Gebaren, Taal & Dovenstudies

Begeleider/eerste beoordelaar: Dr. B. van den BogaerdeBegeleider OM: Dr. Annemiek HammerTweede beoordelaar: Drs. R. Gertsen

Mei 2014

0

Kwaliteitsverbetering voor schrijftolken

Page 2: Web viewKwaliteitsverbetering voor schrijftolken. Een onderzoek naar de kwaliteiten van schrijftolken en welke er, volgens haar klanten, verbeterd moeten worden

Samenvatting

In dit onderzoek is de volgende onderzoeksvraag gesteld: Welke kwaliteiten vinden schrijftolkgebruikers het belangrijkst voor een schrijftolk op het gebied van interactievaardigheden, tolkvaardigheden en algemene vaardigheden?

De bijbehorende onderzoeksvragen zijn als volgt:1) Welke kwaliteiten willen schrijftolkgebruikers verbeterd zien bij de huidige schrijftolken op het gebied van interactievaardigheden, tolkvaardigheden en overige vaardigheden?2) Aan welke eisen dienen schrijftolken op het gebied van interactievaardigheden en tolkvaardigheden, volgens schrijftolkgebruikers, te voldoen?

Om een antwoord te krijgen op deze vragen is een enquête verspreid. De enquête bestond uit drie onderdelen; achtergrondinformatie van de respondenten, schaalwaardering van tolkvaardigheden, interactievaardigheden en algemene vaardigheden en adviesformulering voor de schrijftolken en de Associate degree schrijftolkenopleiding.De enquête is verspreid onder meerdere organisaties binnen de slechthorende/dovenwereld. Hierop zijn 38 volledig ingevulde enquêtes binnengekomen. De achtergrondgegevens van de respondenten en de schaalwaarderingen zijn verwerkt in Excel. Deze gegevens zijn vervolgens in grafieken gezet en aan de hand van de adviezen is er een tekstanalyse gemaakt. Na de resultaten te hebben bekeken is er een conclusie geschreven. De conclusie van dit onderzoek is dat de volgende kwaliteiten als belangrijk worden bevonden door schrijftolkgebruikers:-Op het gebied van tolkvaardigheden: De schrijftolk moet snel kunnen typen en hoeft daarom niet te kunnen samenvatten maar alle essentiële informatie moet worden weergegeven-Op het gebied van interactievaardigheden: De schrijftolk is professioneel.-Op het gebied van algemene vaardigheden: De schrijftolk komt op tijd.Naast de bovenstaande kwaliteiten zijn nog meer kwaliteiten als belangrijk te bestempelen maar de bovenstaande kwaliteiten zijn dominant op hun eigen gebied.

Daarnaast dienen schrijftolken, volgens schrijftolkgebruikers, de volgende kwaliteiten te bezitten (onderzoeksvraag 1). *Tolkvaardigheden: Snelheid;

Op de hoogte zijn van technische ontwikkelingen;Beheersing van het Nederlands;Volledige tolktekst kunnen tolken.

*Interactievaardigheden: Correcte houding;Afstemming met de klant.

*Voor de algemene vaardigheden zijn er geen kwaliteiten benoemd.Verbanden tussen de achtergrondinformatie en de waardering van de tolkvaardigheden, interactievaardigheden en de algemene vaardigheden zijn er niet gevonden.

Naar aanleiding van dit onderzoek zijn er diverse aanbevelingen geformuleerd voor de Associate degree schrijftolkopleiding aan Hogeschool Utrecht, Stichting Register Tolken Gebarentaal en schrijftolken en de Nederlandse Schrijftolken Vereniging. In de aanbevelingen worden de eisen benoemd waar schrijftolken, volgens de respondenten, aan moeten voldoen en hoe de instanties daar eventueel op kunnen inspringen met scholing en bijscholingen.

1

Page 3: Web viewKwaliteitsverbetering voor schrijftolken. Een onderzoek naar de kwaliteiten van schrijftolken en welke er, volgens haar klanten, verbeterd moeten worden

Voorwoord

Dit onderzoek is het afsluitende deel van de masteropleiding Dovenstudies van het Instituut voor Gebaren, Taal & Dovenstudies (IGT&D) van Hogeschool Utrecht. Het IGT&D biedt de volgende opleidingen: de bacheloropleiding Leraar Nederlandse Gebarentaal, de bacheloropleiding Tolk Nederlandse Gebarentaal, Associate degree schrijftolk (Ad schrijftolk), de Master Dovenstudies/Leraar Nederlandse Gebarentaal (MADS), Special Educational Needs Auditief Gehandicapten en Specials Educational Needs Communicatief Gehandicapten.Inmiddels heb ik bij het IGT&D de opleidingen bachelor Leraar Nederlandse Gebarentaal, bachelor Tolk Nederlandse Gebarentaal en de AD schrijftolkenopleiding afgerond en heb ik twee jaar gewerkt bij het IGT&D als docent bij de AD schrijftolkenopleiding. Tijdens dit werk en mijn werk als schrijftolk en tolk NGT heb ik ervaren dat er altijd ruimte is voor verbetering. Een uitgangspunt is samenwerking zoeken met het werkveld: dove en slechthorende mensen die een schrijftolk inzetten. Deze groep kan om feedback worden gevraagd op het gebied van ethische kwesties, houdingsaspecten en het technische gedeelte van vertalen/tolken. Naar deze gebieden is tot op heden alleen onderzoek gedaan wanneer het gebarentaal betreft. Er is geen onderzoek gedaan naar deze aspecten op het gebied van schrijftolken (zie hoofdstuk 2). Het leek mij daarom van belang om aan dit onderzoek te beginnen daar ik van mening ben dat een (schrijf)tolk zich altijd dient te ontwikkelen. Daarom dit onderzoek dat zich richt op het vaststellen van de belangrijkste kwaliteiten, volgens schrijftolkgebruikers, van schrijftolken en welke er verbeterd kunnen worden.

Ik wil dit voorwoord gebruiken om mijn dank uit te spreken aan de volgende personen, dr. Beppie van den Bogaerde als mijn begeleider/eerste beoordelaar en Dr. Annemieke Hammer wil ik bedanken voor haar begeleiding op methodologisch gebied. Zonder hun waardevolle feedback en begeleiding zou dit onderzoek niet zo zijn geworden zoals het nu voor u ligt.Ook dr. Jan Nijen Twilhaar wil ik bedanken voor zijn steun en motivatie tijdens het volgen van de Master Dovenstudies en bij het afronden van mijn onderzoek. Daarnaast wil ik drs. Rob Gertsen bedanken dat hij de tijd heeft genomen om als tweede beoordelaar mijn masterproef te voorzien van feedback, voorafgaand aan de beoordeling.Tot slot wil ik mijn partner bedanken voor de rust en de ondersteuning die hij mij heeft gegeven tijdens het volgen en afronden van mijn studie. Door deze steun en ondersteuning voelde ik mij gesterkt tijdens het schrijven en uitvoeren van mijn onderzoek.

Lieske DraeckMei 2014

2

Page 4: Web viewKwaliteitsverbetering voor schrijftolken. Een onderzoek naar de kwaliteiten van schrijftolken en welke er, volgens haar klanten, verbeterd moeten worden

Inhoudsopgave

Samenvatting 1

Voorwoord 2

Inleiding 5

1. Praktijkprobleem en onderzoeksvraag 61.1 Achtergrondinformatie ‘schrijftolk’ 61.1.1 Werking schrijftolk 61.1.2 Aanvragen schrijftolk 61.1.3 Voorbeeldsituatie inzet schrijftolk 71.1.4 Opleiding schrijftolk 71.2 Praktijkprobleem 81.3 De onderzoeksvragen 9

2. Theoretische verkenning 10

2.1 Inleiding 102.2 Schrijftolk in Nederland 102.2.1 Beroepsprofiel en –code schrijftolk 102.2.2 Curriculum Ad schrijftolk 122.2.3 Kwaliteiten van schrijftolken volgens NSV en IGT&D 142.3 Kwaliteiten tolk gebarentaal 142.3.1 Kwaliteiten van tolken gebarentaal volgens tolkgebruikers 152.3.2 Kwaliteiten van tolken gebarentaal volgens studenttolken 162.3.3 Kwaliteiten van tolken gebarentaal volgens tolken gebarentaal 192.4 Kwaliteiten tolk gebarentaal vertaalt naar schrijftolken 212.5 Samenvatting 22

3. Onderzoeksopzet 23

3.1 Onderzoeksgroep 233.2 Onderzoeksmethode 243.2.1 Procedure 253.2.2 Analyse 26

4. Resultaten 28

4.1 Uitkomsten achtergrondinformatie 284.2 Uitkomsten kwaliteitswaarderingen 324.3 Adviezen van respondenten 354.4 Uitkomsten in relatie met achtergrondinformatie 39

3

Page 5: Web viewKwaliteitsverbetering voor schrijftolken. Een onderzoek naar de kwaliteiten van schrijftolken en welke er, volgens haar klanten, verbeterd moeten worden

5. Conclusies en discussie 40

5.1 Inleiding 405.2 Conclusies eisen kwaliteiten schrijftolken 405.3 Conclusies kwaliteiten schrijftolken 415.4 Discussie 425.5 Tot slot 42

6. Toepassing en aanbevelingen 43

6.1 Toepassing van de resultaten in de praktijk 436.2 Aanbevelingen 436.2.1 Aanbevelingen NSV en Stichting RTG 436.2.2 Aanbevelingen Ad schrijftolkenopleiding 44

Bronnenlijst 47

Bijlage I Curriculum Ad schrijftolk 49

Bijlage II Competentiekaarten Ad schrijftolk 50

Bijlage III Enquête 55

Bijlage IV Tekstanalyse ‘verbeterpunten schrijftolken’ 58

Bijlage V Tekstanalyse ‘adviezen HU’ 60

Bijlage VI Tekstanalyse ‘positieve punten schrijftolken’ 62

Bijlage VII Tekstanalyse ‘negatieve punten schrijftolken’ 64

4

Page 6: Web viewKwaliteitsverbetering voor schrijftolken. Een onderzoek naar de kwaliteiten van schrijftolken en welke er, volgens haar klanten, verbeterd moeten worden

InleidingDit onderzoek richt zich op de kwaliteiten van schrijftolken en aan welke eisen zij, volgens haar klanten, moet voldoen. Tot op heden is een dergelijk onderzoek niet gehouden onder schrijftolkgebruikers en daarom is dit een eerste verkenning op het gebied van de verbetering van de kwaliteiten van schrijftolken.

Dit onderzoeksverslag is onderverdeeld in zes hoofdstukken. In hoofdstuk 1 wordt achtergrondinformatie gegeven over het beroep ‘schrijftolk’ en de opleiding tot schrijftolk. Tevens worden het praktijkprobleem en de onderzoeksvragen in dit hoofdstuk uiteengezet.In hoofdstuk 2 worden de kwaliteiten van schrijftolken beschreven zoals deze zijn vastgesteld door het Instituut Gebaren, Taal & Dovenstudies (IGT&D). Daarnaast wordt er in dit hoofdstuk gekeken naar overige literatuur rondom dit onderwerp. Deze theoretische verkenning heeft als basis gediend voor een enquête. In hoofdstuk 3 worden de onderzoeksmethode en –groep toegelicht. Daarnaast wordt ook de analyse van de resultaten uiteengezet. De resultaten worden vervolgens in hoofdstuk 4 toegelicht. Hierbij is er onderscheid gemaakt tussen de achtergrondinformatie van de respondenten, stellingen die zijn gewaardeerd, de resultaten omtrent de inzet van schrijftolken en de adviezen die de respondenten hebben geformuleerd bij het invullen van de enquête.In hoofdstuk 5 worden de resultaten vertaald naar een conclusie en discussie. Daarbij wordt antwoord gegeven op de onderzoeksvragen.Tot slot is in hoofdstuk 6 de toepassing beschreven; in hoeverre kunnen de resultaten die uit dit onderzoek naar voren zijn gekomen, worden toegepast in de schrijftolkenwereld? In dit hoofdstuk staan ook aanbevelingen voor eventueel verder onderzoek of verbeteringen die kunnen worden toegepast wanneer een dergelijk onderzoek opnieuw wordt uitgevoerd.

5

Page 7: Web viewKwaliteitsverbetering voor schrijftolken. Een onderzoek naar de kwaliteiten van schrijftolken en welke er, volgens haar klanten, verbeterd moeten worden

Hoofdstuk 1. Praktijkprobleem en onderzoeksvraag

1.1 Achtergrondinformatie ‘schrijftolk’1.1.1 Werking schrijftolkEen schrijftolk is een tolk die tolkt tussen dove of slechthorende en horende mensen. Een schrijftolk wordt voornamelijk aangevraagd door dove of slechthorende personen die geen tot weinig gebarentaal beheersen en daarom geen gebruik kunnen maken van een tolk Nederlandse gebarentaal (NGT). Wanneer een cliënt, de dove of slechthorende persoon, een gesprek, een vergadering of een les heeft, waar in Nederlands wordt gesproken, kan er een schrijftolk worden ingezet. De schrijftolk heeft altijd een laptop of tablet en een veyboard of velotype bij zich (zie figuur 1). Deze twee worden op elkaar aangesloten. Alles wat er wordt gezegd, wordt door de schrijftolk ingetypt op dit toetsenbord. Dit kan letterlijk zijn maar wanneer er snel wordt gesproken zal er worden samengevat door de schrijftolk.Met een speciaal toetsenbord (zie figuur 1) typt de schrijftolk lettergrepen en geen losse letters. Hierdoor kan de schrijftolk, zo goed als, de spreeksnelheid bijhouden. Afhankelijk van de spreeksnelheid typt de schrijftolk letterlijk of samengevat in wat er wordt gezegd. Deze tekst verschijnt op het scherm van de laptop van de schrijftolk en kan hiervan worden afgelezen door de dove of slechthorende klant. Ook wordt door de schrijftolk aangegeven wie er aan het woord is. Op deze manier wordt er - een snellere - communicatie tussen de dove of slechthorende klanten en de horende aanwezigen mogelijk gemaakt (NSV, 2012). Een horend persoon kan in een situatie luisteren en aantekeningen tegelijkertijd maken. Door middel van een schrijftolk is het mogelijk voor schrijftolkgebruikers om aantekeningen te maken aan de hand van de tekst die een tijd in beeld blijft staan. Een bijkomende taak van de schrijftolk is om tijdens de situatie geluiden weer te geven; bijvoorbeeld wanneer er op de deur wordt geklopt, als er een mobiele telefoon af gaat en gelach. Op deze manier blijft de cliënt optimaal in communicatie. (NSV, 2009).

1.1.2 Aanvragen schrijftolkEen schrijftolk wordt voor doven en slechthorenden vergoed. Wanneer men een schrijftolk wil inzetten bij werksituaties kan dit worden aangevraagd bij het UWV (z.j.a). Er is dan een bewijs nodig dat de persoon in kwestie doof of slechthorend is. Dit kan door middel van een audiogram. Er wordt dan 15% van de gewerkte uren vergoed. Dus wanneer iemand 40 uur per week werkt, dan worden er zes tolkuren per week toegekend.In geval van onderwijs, dus wanneer iemand een opleiding volgt of op de middelbare school zit, dan worden alle uren vergoed, mits men jonger is dan 30 jaar. Deze uren dienen ook bij het UWV aangevraagd te worden (UWV, z.j.b).

Tolkuren voor leefsituaties, dus het bezoek aan een dokter, een verjaardag, een bruiloft of een begrafenis moeten worden aangevraagd bij Menzis. Er worden 30 tolkuren per jaar toegekend aan doven en slechthorenden. Doofblinden krijgen 168 uur per jaar. Wanneer

6

Figuur 1a Veyboard Figuur 1b Velotype

Page 8: Web viewKwaliteitsverbetering voor schrijftolken. Een onderzoek naar de kwaliteiten van schrijftolken en welke er, volgens haar klanten, verbeterd moeten worden

deze uren niet toereikend zijn kunnen er meer uren worden aangevraagd, mits goed beargumenteerd (Menzis, z.j.).

Wanneer men een schrijftolk vervolgens wil aanvragen kan dit op verschillende manieren. Sinds 2005 kunnen schrijftolken zich inschrijven bij de Stichting RTG1, wat staat voor Stichting Register Tolken Gebarentaal en Schrijftolken. In december 2013 stonden er 91 schrijftolken geregistreerd bij de Stichting RTG (Stichting RTG, 2013). Daarnaast is er ook een bemiddelingsbureau genaamd Tolknet.2 Op de website van Tolknet kan een tolkopdracht worden geplaatst. Schrijftolken kunnen hier op reageren. Als een cliënt dat wil, kan hij ook een schrijftolk persoonlijk benaderen. Op deze manier krijgen cliënten ‘vaste’ tolken (Tolknet, 2012-2014).

1.1.3 Voorbeeldsituatie inzet schrijftolkWanneer de tolkuren en de schrijftolk zijn aangevraagd, komt deze op de afgesproken tijd naar de afgesproken plek en hier ontmoeten de schrijftolk en de klant elkaar. Een voorbeeldsituatie kan zijn dat een schrijftolk wordt ingezet bij een vergadering. De schrijftolk wordt aangevraagd en komt naar de locatie waar de vergadering plaats vindt. Bij binnenkomst stelt de schrijftolk zich voor aan alle aanwezigen en stemt vervolgens verschillende zaken met de dove/slechthorende klant af. Zo worden het lettertype en de lettergrootte van de tekst afgesproken. Ook de plek waar de klant in de ruimte wil zitten worden afgestemd. Tot slot kan er vakjargon en de namen van de aanwezigen worden doorgegeven. Wanneer de horende aanwezigen niet bekend zijn met het werken met een schrijftolk dient de schrijftolk nog enkele zaken te benoemen: -Geheimhouding, de schrijftolk zal de informatie die tijdens de vergadering wordt gedeeld niet met derden delen.-Dat er onderbroken kan worden door de schrijftolk wanneer er te snel wordt gesproken of wanneer er door elkaar wordt gesproken.-Dat de schrijftolk zelf niet deel neemt aan het gesprek.-Eventuele pauzes kunnen worden afgestemd.Na de vergadering kan de tolktekst worden opgeslagen mits alle aanwezigen daar mee akkoord gaan. Daarnaast dient de klant een formulier te tekenen waarbij hij aangeeft dat de schrijftolk is geweest en hoeveel uren deze heeft getolkt. Dit formulier zal de schrijftolk vervolgens opsturen naar het UWV of Menzis met de bijbehorende factuur, waarna uitbetaling volgt.

1.1.4 Opleiding schrijftolkVoordat de minor schrijftolk en de Ad schrijftolk opleiding was gestart was het mogelijk schrijftolk te worden door het volgen van een cursus veyboardvaardigheid of door de grepen zelf aan te leren. Na deze periode zijn er met de invoering van het bachelor-master (BaMa) stelsel (studiejaar 2002-2003) de minoren Schrijftolk 1 en 2 ingevoerd. Een minor is een samenhangend pakket cursussen in een bepaald vakgebied, dat in principe gevolgd wordt ter verbreding van de kennis. De minoren Schrijftolk 1 en 2 beslaan samen 60 studiepunten (ec’s) en elk studiepunt bestaat uit 28 studieuren. De minoren bestonden uit modules die voor een deel onderdeel uitmaakten van het major-programma tolk NGT. Daarnaast maakten deze modules deel uit van de keuzecursus schrijftolk die, tot en met studiejaar 2006-2007, kon worden gevolgd binnen de profileringsruimte van de opleiding tolk NGT (van der Neut, 2013, persoonlijke communicatie). Vervolgens is er in 2007 een tweejarige

1 Voor meer informatie zie: www.stichtingrtg.nl 2 Voor meer informatie zie: www.tolknet.org

7

Page 9: Web viewKwaliteitsverbetering voor schrijftolken. Een onderzoek naar de kwaliteiten van schrijftolken en welke er, volgens haar klanten, verbeterd moeten worden

Associate degree opleiding (Ad opleiding) opgezet. Tijdens de Ad schrijftolkenopleiding leren de studenten om op spreeksnelheid mee te typen en zo het gesproken Nederlands om te zetten in de geschreven taal. Daarnaast krijgen de studenten ook les in interactievaardigheden en NGT (IGTD, 2013, p. 7). Het volledige curriculum dat wordt aangeboden door de Ad schrijftolkenopleiding staat weergegeven in bijlage I.

1.2 PraktijkprobleemSinds 2009 ben ik werkzaam als schrijftolk. Van september 2011 tot en met september 2013 ben ik werkzaam geweest bij de Ad schrijftolkenopleiding. In deze opleiding gaf ik les in schrijftolkvaardigheden. Dit hield in dat ik de studenten leerde typen, op spreeksnelheid, op het veyboard of op de velotype. Daarnaast gaf ik les gaf in interactievaardigheden. Door deze werkzaamheden ben ik veel in contact gekomen met schrijftolken, schrijftolkgebruikers en schrijftolkstudenten. In dit contact gaven alle drie de groepen aan dat zij meenden dat er ruimte was voor verbetering binnen de Ad schrijftolkenopleiding en het werkveld. Zowel op het gebied van tolkvaardigheden, interactievaardigheden als algemene vaardigheden. Bij tolkvaardigheden kan worden gedacht aan typsnelheid, foutloos typen en kunnen samenvatten tijdens het tolken. Onder interactievaardigheden vallen de kwaliteiten: flexibiliteit, professionaliteit en zelfverzekerdheid. Algemene vaardigheden zijn zaken zoals op tijd komen, gepaste kleding en kennis hebben van eigen apparatuur.

Tijdens bijscholingen vermeldden schrijftolken bijvoorbeeld dat zij weinig kennis hebben van het schrijftolken in het Engels. Dit terwijl er steeds meer situaties opkomen die vragen om een schrijftolk die vanuit het Engels kan tolken naar geschreven Engels of Nederlands. Daarnaast hebben gebruikers aangegeven teleurgesteld te zijn in schrijftolken wanneer deze niet de spreeksnelheid kunnen bijhouden en dan gaan samenvatten terwijl de klant dit zelf niet wenst. Ook tijdens het lesgeven op de opleiding gaven studenten aan dat zij lessen Nederlands missen in de opleiding en weinig kans krijgen om praktijkervaring op te doen. Door het observeren van deze voorstellen tot verbetering werd duidelijk dat een onderzoek naar de gewenste kwaliteiten van een schrijftolk tot nu toe ontbraken. Tevens kan er worden gekeken naar welke klachten er nu daadwerkelijk zijn.

Wanneer men naar de bestaande literatuur kijkt kan er worden geconcludeerd dat er veel wordt gesproken over de kwaliteiten van tolken NGT. Zo is er op Youtube een filmpje waarin wordt uitgelegd dat er geen criteria bestaan voor kwaliteiten van tolken NGT3. Tolkgebruikers dienen er zelf achter te komen welke tolk NGT bepaalde vaardigheden bezit. Met dit filmpje willen tolk NGT-gebruikers duidelijk maken dat zij door middel van een registratiesysteem, vooraf aan een tolkopdracht, willen zien welke vaardigheden een tolk NGT bezit. Een voorstel voor dit systeem is ‘De Tolkenmeter’. Hieruit kan worden geconcludeerd dat dit onderwerp leeft onder de tolk gebarentaal-gebruikers; zij willen weten welke kwaliteiten een tolk bezit. Wanneer een tolk bepaalde kwaliteiten niet bezit kan de tolk hier zelf aan werken. Daarnaast is er een onderzoek gehouden onder tolk NGT-gebruikers over welke kwaliteiten zij belangrijk vinden bij een tolk NGT (NBTG, 2013). Ook zijn er verschillende onderzoeken gehouden onder doven en slechthorenden die tolken gebarentaal inzetten. Deze onderzoeken zijn in de Verenigde Staten uitgevoerd door onder andere J. Napier, M. Rohan en K. Bontempo (2007). Door de vele literatuur die er rondom tolken gebarentaal is

3 http://www.youtube.com/watch?v=-vimAvvfAxM

8

Page 10: Web viewKwaliteitsverbetering voor schrijftolken. Een onderzoek naar de kwaliteiten van schrijftolken en welke er, volgens haar klanten, verbeterd moeten worden

geschreven ben ik gaan bekijken welke literatuur er rond schrijftolken te vinden is. Dit blijkt zeer minimaal te zijn.

Er zijn enkele artikelen over schrijftolken, ook wel speech to text reporters genoemd, maar dit lijkt nog erg in de kinderschoenen te staan. Er wordt voornamelijk gesproken over de mogelijkheid van het inzetten van een schrijftolk (Eisenberg, Horn, Larson, Levitt, & Stuckless, 1999) en welke technieken er dan kunnen worden gebruikt en welke voor- en nadelen daaraan kleven (Wagner, 2005). In één artikel wordt wel gesproken over hoe een schrijftolk zich kan blijven ontwikkelen en welke vaardigheden en kennis hij daarvoor nodig heeft (NOS, 2012). Dit is echter zeer summier. Een onderzoek naar de mening van schrijftolkgebruikers is tot op heden niet gedaan. Een dergelijk onderzoek, naar de mening van schrijftolkgebruikers over de kwaliteiten van schrijftolken op gebied van interactievaardigheden, tolkvaardigheden en algemene vaardigheden, zal daarom kunnen bijdragen aan de bestaande literatuur over schrijftolken. Daarnaast kunnen schrijftolken en schrijftolkopleidingen hier lering uit trekken. Welke kwaliteiten worden belangrijk gevonden en waar dient men zich dan op te richten, wanneer men werkzaam is als schrijftolk?Dit alles leidde er toe dat ik een onderzoek heb gehouden onder schrijftolkgebruikers, in Nederland. Door middel van dit onderzoek wil ik de klachten, die ik nu via-via hoor, duidelijk in kaart brengen en op basis van dit onderzoek wil ik aanbevelingen doen richting de schrijftolken in Nederland en daarmee indirect aan de Nederlandse Schrijftolken Vereniging4 en de Ad schrijftolkenopleiding. In het kort kan worden gesteld dat er geen beeld is van welke kwaliteiten schrijftolken volgens schrijftolkgebruikers moeten bezitten en ontwikkelen. Naar aanleiding van dit praktijkprobleem zijn er onderzoeksvragen geformuleerd in paragraaf 1.3.

1.3 De onderzoeksvraagNaar aanleiding van paragraaf 1.2, het praktijkprobleem, kan de volgende onderzoeksvraag worden geformuleerd:Welke kwaliteiten vinden schrijftolkgebruikers het belangrijkst voor een schrijftolk op het gebied van interactievaardigheden, tolkvaardigheden en algemene vaardigheden?

De bijbehorende onderzoeksvragen zijn als volgt:Onderzoeksvraag 1Welke kwaliteiten willen schrijftolkgebruikers verbeterd zien bij de huidige schrijftolken op het gebied van interactievaardigheden, tolkvaardigheden en overige vaardigheden?

Onderzoeksvraag 2Aan welke eisen dienen schrijftolken op het gebied van interactievaardigheden en tolkvaardigheden, volgens schrijftolkgebruikers, te voldoen?

In het volgende hoofdstuk staat literatuur rondom schrijftolken en tolken gebarentaal.

Hoofdstuk 2. Theoretische verkenning

2.1 InleidingIn deze theoretische verkenning wordt in paragraaf 2.2.1 gekeken naar de beroepscode en –

4 Voor meer informatie zie: www.schrijftolk.org

9

Page 11: Web viewKwaliteitsverbetering voor schrijftolken. Een onderzoek naar de kwaliteiten van schrijftolken en welke er, volgens haar klanten, verbeterd moeten worden

profiel van schrijftolken. Met behulp van dit profiel en deze code heeft het IGT&D de inhoud voor de Ad schrijftolkopleiding opgesteld. Tevens wordt hier beschreven hoe bijscholingen verlopen voor afgestudeerde schrijftolken. De inhoud en daarbij het curriculum van de opleiding Ad schrijftolk en de gewenste competenties van een studenttolk en een schrijftolk staan beschreven in paragraaf 2.2.2. In paragraaf 2.2.3 staan vervolgens de competenties die een schrijftolk moet bezitten volgens het IGT&D, kort weergegeven. In paragraaf 1.2 is reeds besproken dat er weinig literatuur is over schrijftolken en welke competenties zij moeten bezitten, volgens haar gebruikers. Daarom zal in paragraaf 2.3 worden in gegaan op onderzoeken die zijn gehouden onder tolken gebarentaal, haar gebruikers en studenttolken. Deze onderzoeken gaan in op de mening van deze drie groepen en welke kwaliteiten tolken gebarentaal volgens hen moeten hebben.Deze literatuur is bruikbaar omdat het werk van schrijftolken en tolken gebarentaal veel overeenkomsten heeft. Beide tolken werken met en voor doven en slechthorenden en maken betere communicatie mogelijk tussen hen en horenden. Het verschil ligt hem echter in het feit dat tolken gebarentaal tolken tussen twee talen en schrijftolken tolken binnen één taal maar maakt hierbij gebruik van een andere modaliteit.. Een ander verschil is dat tolken gebarentaal ook de gebaren van de dove klant dienen om te zetten in gesproken taal. Een schrijftolk hoeft dit vrijwel nooit te doen (SIGV, 2007). Daarom wordt in paragraaf 2.4 een vertaalslag gemaakt van de kwaliteiten van een tolk gebarentaal naar die van een schrijftolk. In paragraaf 2.5 worden de gevonden kwaliteiten samengevat en verdeeld in drie schalen; interactievaardigheden, tolkvaardigheden en algemene punten.

In dit hoofdstuk wordt gesproken over ‘vaardigheden’, ‘competenties’ en ‘kwaliteiten’. Vanuit het IGT&D wordt de term ‘competenties’ gehanteerd. Dit zijn vaardigheden die de student bezit of nog dient te leren/beheersen. De competenties worden door het IGT&D onderverdeeld in drie schalen zoals hier boven staat beschreven. Echter, in de verschillende literatuur wordt ook gesproken over kwaliteiten. Daarom komen in dit (literatuur)onderzoek verschillende termen voor maar uiteindelijk wordt als eindterm ‘kwaliteiten’ gebruikt.

2.2 Schrijftolk in Nederland2.2.1 Beroepsprofiel- en code schrijftolkDe Nederlandse Schrijftolken Vereniging heeft in 2009 een beroepsprofiel en een beroepscode opgesteld voor schrijftolken. In het beroepsprofiel staat omschreven welke functie en welke taken een schrijftolk heeft. Hieronder staat een verkorte weergave van het beroepsprofiel.

Functie; een schrijftolk tolkt van het gesproken Nederlands naar het geschreven Nederlands met behulp van een laptop en veyboard of velotype en eventueel met een beamer. Daarbij tolkt de schrijftolk het gesproken woord letterlijk of de kern van het gesproken woord. Wanneer de schrijftolk iets niet heeft verstaan of het te snel gaat zal zij moeten onderbreken en om herhaling vragen.

Administratieve handelingen; de schrijftolk houdt een agenda bij omtrent tolkopdrachten. Daarbij verzamelt zij ook de gegevens van de klanten en voor elke tolkopdracht maakt zij een uitvoeringsformulier waar de getolkte uren en de gereisde kilometers op staan. Dit uitvoeringsformulier wordt door de tolk samen met een factuur naar de desbetreffende

10

Page 12: Web viewKwaliteitsverbetering voor schrijftolken. Een onderzoek naar de kwaliteiten van schrijftolken en welke er, volgens haar klanten, verbeterd moeten worden

Afstemming; de schrijftolk stemt met de klant af in welke modaliteit er wordt gecommuniceerd. In deze modaliteit wordt er dan afgestemd waar de schrijftolk zal gaan zitten, of de woordvoerders moeten worden aangegeven en of er omgevingsgeluiden en emoties moeten worden weergegeven. Tot slot stemt de tolk met de klant af welke kleuren en grootte de letters moeten hebben en of de getypte tekst achteraf wordt meegegeven aan de klant ja of nee. Zelfreflectie; de schrijftolk moet kunnen nagaan of zij een bepaalde tolkopdracht aan kan. Is de opdracht op een te hoog niveau dan dient de schrijftolk de opdracht niet aan te nemen. Daarnaast dient een tolk na de tolkopdracht te reflecteren op haar eigen functioneren en kan daarbij ook feedback vragen aan klanten of collega-tolken. Interactie met klanten; schrijftolk maakt kennis met de klant(en) en heeft tijdens het informeren van de andere aanwezigen, over haar functie, een assertieve en professionele houding. Met de klant worden afspraken gemaakt over de verloop van de situatie. Tijdens het tolken dient de schrijftolk een neutrale houding te hebben en dient zij te anticiperen op wat er gebeurt in de situatie.

Uitvoering tolkopdracht; tijdens de opdracht heeft de schrijftolk een professionele houding. Dit houdt bijvoorbeeld in dat de tolk op tijd komt, zich netjes gekleed, zelfvertrouwen uitstraalt en geen storend gedrag vertoond. Wanneer er wordt getolkt dient dit in correct Nederlands te zijn, zowel op grammaticaal als op spellingsgebied. Ook kent de tolk haar apparatuur en weet hier adequaat mee om te gaan. Tot slot neemt de schrijftolk op gepaste wijze afscheid van haar klant(en).

Professionalisering; de schrijftolk onderhoudt en ontwikkelt haar eigen professionaliteit door het volgen van nascholing. (NSV, 2009a).

De schrijftolkencode bevat de volgende punten:

1) De tolk is op de hoogte van de wet- en regelgeving in haar werkveld en leeft deze na.2) De schrijftolk gaat voor zichzelf na, bij het aannemen van een tolkopdracht, of zij

voldoet aan de functieomschrijving van een schrijftolk, of zij voldoende deskundig en voldoende vaardigheden heeft om de tolkopdracht uit te voeren en of zij met haar persoonlijke, maatschappelijke en ethische opvattingen de tolkopdracht kan uitvoeren. Wanneer dit niet zo is, dient de schrijftolk de opdracht te weigeren. Als dit tijdens de opdracht blijkt dient zij dit te communiceren naar de klant en als er geen oplossing wordt gevonden beëindigt de schrijftolk de uitvoering van de tolkopdracht.

3) De schrijftolk:-Informeert klanten over de beroepscode.-Laat zien in haar gedrag dat zij de zelfstandigheid van de klant respecteert.-Heeft een professionele attitude richting klanten.

4) -De schrijftolk creëert in overleg met klant(en) randvoorwaarden voor optimale communicatie en uitoefening van haar werkzaamheden. -De schrijftolk maakt de gesproken boodschap leesbaar en doet dit naar eer en geweten.-De schrijftolk is neutraal qua uiterlijk, is geen deelnemer aan de situatie, houdt een gepaste afstand tot de klanten, reageert neutraal op de inhoud van de situatie, is zich bewust van haar eigen normen en waarden en voorkomt dat deze van invloed zijn op de tolktekst.-De schrijftolk tolkt alleen indeen de auditief beperkte klant bij de tolkopdracht aanwezig is.

11

Page 13: Web viewKwaliteitsverbetering voor schrijftolken. Een onderzoek naar de kwaliteiten van schrijftolken en welke er, volgens haar klanten, verbeterd moeten worden

-De schrijftolk overhandigt de tolktekst alleen op verzoek van klanten en wanneer alle partijen daar mee instemmen.

5) De schrijftolk heeft zwijgplicht en behandelt alle informatie als vertrouwelijk. Wanneer de schrijftolk tijdens de beroepsuitoefening een sterk vermoeden heeft dat het mentale en/of fysieke welzijn van mensen in gevaar kan komen, dan meldt zij aan de klant dat zij haar zwijgplicht doorbreekt en de betreffende informatie aan de daartoe aangewezen instanties meldt.

6) De schrijftolk vraagt en geeft, indien gewenst, ondersteuning aan collega-tolken en geeft indien gewenst feedback aan collega-tolken en klanten (NSV, 2009b).

Afgestudeerde (schrijf)tolken dienen zich aan deze beroepscode en dit beroepsprofiel te houden, wanneer zij staan ingeschreven bij stichting Register Tolken Gebarentaal en schrijftolken. Tevens heeft elke tolk de plicht om nascholing te volgen en daarmee te investeren in het behouden en bevorderen van zijn individuele kwaliteiten voor de uitvoering van het beroep als tolk. Per 4-jarige nascholingsperiode dient de tolk tenminste 60 uur aan nascholing te hebben besteed. Hiervan moet minimaal 30 uur worden besteed aan de categorie Taal- en tolkvaardigheden, 20 uur in de catergorie Attitude en minimaal 10 uur in de categorie Doelgroepen (Stichting RTG, z.j.).

Het IGT&D heeft bij de inrichting van de Ad schrijftolkopleiding de punten van het beroepsprofiel en de beroepscode meegenomen. In 2.2.2 wordt het curriculum van de opleiding weergegeven waarbij deze punten in acht zijn genomen.

2.2.2 Curriculum Ad schrijftolkDe opleiding Ad schrijftolk biedt in de twee studiejaren diverse modules aan. Zoals Nederlandse gebarentaal, schrijftolkvaardigheden, dovenstudies, sociaal bewustzijn, taalkunde en stages (zie bijlage I). In deze modules wordt er gewerkt aan verschillende competenties. Deze compententies staan weergegeven in de competentiekaarten van het IGT&D. In elke kaart staat een competentie omschreven en de twee bijbehorende niveau’s. Niveau 1 (hoofdfasebekwaam) dient een schrijftolkstudent na het eerste jaar te hebben behaald en niveau 2 (startbekwaam) na het tweede en tevens laatste studiejaar. Tot slot staat er in de kaart welke indicatoren er zijn om te bepalen of de student de competentie beheerst. De complete competentiekaarten staan weergegeven in bijlage II. Hieronder zijn de competentiekaarten opgesomd met daarbij een korte toelichting.

Interpersoonlijk competent: De schrijftolk zorgt ervoor dat er aan de voorwaarden is voldaan om een optimale communicatie tot stand te brengen tussen de klanten en zichzelf. Indicatoren: De student…-vertoont de gewenste culturele houding en gedragingen.-kan tolkstrategieën voor optimale communicatie toepassen en evalueren. -kan op metaniveau reflecteren op eigen en andermans functioneren op verschillende gebieden (gedrag, talig, schrijftolkmatig).

Competent in samenwerken met collega’s: De schrijftolk zet zijn eigen deskundigheid en ervaring in ter ondersteuning van collega-tolken. Hij uit geen kritiek op zijn collega-tolken en klanten tijdens een tolksituatie, maar geeft zijn feedback buiten de situatie.Indicatoren: De student…-stelt eigen grenzen vast: is duidelijk over wat hij (niet) wil of kan.-verantwoordt zijn opvattingen en werkwijze aangaande samenwerken met collega’s binnen de organisatie/instelling.-is in staat om te tolken in teamverband.

Competent in samenwerken met de omgeving: De schrijfolk onderhoudt goed contact met zijn klanten en zijn omgeving. Hij zorgt ervoor dat er een vertrouwensband onstaat tussen hem, de klanten en de omgeving.

12

Page 14: Web viewKwaliteitsverbetering voor schrijftolken. Een onderzoek naar de kwaliteiten van schrijftolken en welke er, volgens haar klanten, verbeterd moeten worden

Indicatoren: De student…-heeft tijdens de introductie en het ingrijpen een assertieve en professionele houding.-maakt afspraken over het verloop van de tolksituatie.-anticipeert op wat gebeurt in de tolksituatie.-stemt de wensen en behoeften af van de klant van bijvoorbeeld het aangeven van de woordvoerders, het ingrijpen en vragen op herhaling en tolkstrategieën.-heeft een signalerende en informerende functie met betrekking tot de communicatie in de tolksituatie.-maakt afspraken met de klanten over het, indien gewenst, afgeven van de tolktekst.

Competent in reflectie en ontwikkeling: De schrijftolk is verantwoordelijk voor zijn verdere ontwikkeling en professionalisering. Indicatoren: De student…-volgt ontwikkeling op zijn vakgebied.-benut verschillende mogelijkheden om zichzelf te ontwikkelen.-staat open voor andere visues en ideeën en probeert deze daadwerkelijk uit.-beschrijft gericht op feitelijke situaties de eigen kwaliteit en beperkingen.

Tolktechnisch competent: De schrijftolk vertaalt van gesproken taal naar geschreven taal, zo accuraat en letterlijk of woordelijk mogelijk en/of de kern van het gesprokene door het inzetten van tolkstrategieën. Ook relevante omgevingsgeluiden en visuele informatie worden leesbaar gemaakt. Hij kan zich aanpassen aan zijn klanten en is in staat om in verschillende settings zijn tolkopdracht adequaat uit te voeren, Hij is vaardig in het omgaan met verschillende ICT-materialen die nodig zijn voor het schrijftolk, zoals het Veyboard of Velotype pro toetsenbord, laptop en beamer.Indicatoren: De student…-geeft omgevingsgeluiden, visuele informatie en emoties weer in de tolktekst, daar waar hij de communicatie beïnvloeden.-heeft 500 tekens per minuut.-geeft in de tolktekst correcte verbanden weer, conform de woordvoerder.-grijpt in op momenten dat hij niet in staat is te tolken in de afgestemde modaliteit en vraagt de spreker om herhaling.-is alert dat de frequentie van het aantal ingrepen niet van invloed is op de tolksituatie.-maakt efficiënt gebruik van kleine pauzes tijdens het tolken en van tolkpauzes, zodat hij zich qua concentratie en lichaamshouding ontspant.

Vakinhoudelijk competent : Een schrijftolk beheerst het Nederlands op C1-niveau in woord en schrift en de NGT op A2-niveau (binnen het Europees Referentiekader). Hij heeft grondige kennis van de dovengeschiedenis en dovencultuur en relateert deze kennis aan algemene kennis over maatschappelijke en sociale structuren.Indicatoren: De student…-tolk correct (Nederlands) qua grammatica en spelling, waarbij de stijl en het register van de woordvoerder worden gevolgd.-gaat creatief om met onbekende woorden en jargon door deze fonetisch te typen.-vertoont passend gedrag in een tolksituatie.

Organisatorisch competent: De schrijftolk draagt zorg voor organisatorische zaken en alle aspecten die samenhangen met zijn tolkopdracht De tolk zorgt voor een gedegen voorbereiding op de uit te voeren tolkopdracht door zich te laten informeren over plaats, tijd en inhoud van de opdracht. Hij stemt met de klanten af over de te gebruiken communicatiemethode en –modaliteit, bepaalt samen met de klanten zijn plaats in de setting en draagt mede zorg voor optimale omstandigheden van licht en geluid.Indicatoren: De student…-maakt een planning.-verzamelt gegevens van de klant.

13

Page 15: Web viewKwaliteitsverbetering voor schrijftolken. Een onderzoek naar de kwaliteiten van schrijftolken en welke er, volgens haar klanten, verbeterd moeten worden

-bevestigt de klant schriftelijk dat er een tolkafspraak tot stand gekomen is en verwijst naar de leveringsvoorwaarden en beroepscode schrijftolk.-maakt het uitvoeringsformulier voor de tolkopdracht (Hammer, 2013).

Wanneer naar de inhoud van de competenties wordt gekeken, kan een driedeling worden aangebracht. De competenties Interpersoonlijk competent, Competent in samenwerken met de omgeving en Competent in reflectie en ontwikkeling gaan met name over de houding en de interactievaardigheden van een schrijftolk. De competenties Tolktechnisch competent enVakinhoudelijk competent bespreken met name de tolkvaardigheden en Organisatorisch competent valt onder overige vaardigheden. In dit onderzoek worden de vaardigheden ook op deze manier opgesplitst. Er onstaat dus een driedeling: Interactievaardigheden, tolkvaardigheden en overige/algemene vaardigheden.

Door bovenstaande paragrafen is duidelijk geworden welke competenties een schrijftolk wordt geacht te bezitten op het gebied van interactievaardigheden, tolkvaardigheden en overige vaardigheden volgens de NSV en het IGT&D. Deze competenties staan in paragraaf 2.2.3 kort en overzichtelijk weergegeven.

2.2.3 Kwaliteiten van schrijftolken volgens NSV en IGT&DAan de hand van de kwaliteiten, genoemd in 2.2.1 en 2.2.2, kan worden gesteld dat schrijftolken, zoals beschreven door het IGT&D, de volgende competenties moeten bezitten:

Op typsnelheid 500 tekens per minuut kunnen tolken. Beheersing van gesproken brontaal (Nederlands) op hbo-niveau. Simultaan een gesprokentaal-uiting tolken naar geschreven taal-uiting. Ethisch kunnen handelen. Kennis hebben van de dovenwereld en haar cultuur. Kunnen omgaan met cultuurverschillen tijdens zijn/haar werk. Een eigen administratie kunnen voeren. Open en flexibel zijn. Iedereen gelijkwaardig behandelen en onbevooroordeeld te werk gaan. Handelen naar de tolkencode en het beroepsprofiel (Studiegids Associate degree

schrijftolk, 2013).

In de volgende paragraaf zal de theoretische verkenning zich richten op onderzoeken omtrent tolken gebarentaal daar er geen onderzoeken zijn gedaan naar de mening van schrijftolken, schrijftolkgebruikers en studentschrijftolken. De onderzoeken die worden aangehaald, hebben tolken gebarentaal, tolk gebarentaalgebruikers, en studenttolken gebarentaal bevraagd naar welke kwaliteiten een tolk gebarentaal zou moeten bezitten. Vervolgens zullen deze genoemde kwaliteiten worden bekeken of en hoe deze toepasbaar zijn voor schrijftolken.

2.3 Kwaliteiten tolk gebarentaalDe afgelopen jaren zijn er verschillende onderzoeken gedaan naar welke verwachtingen men heeft van een tolk gebarentaal. Zo zijn er onderzoeken gedaan onder afgestudeerde tolken gebarentaal, onder tolkgebruikers en studenttolken. Deze onderzoeken zijn hieronder uiteengezet. Vervolgens is gekeken welke kwaliteiten ook gelden voor schrijftolken. Het is namelijk niet vanzelfsprekend dat de kwaliteiten van tolken gebarentaal ook gelden voor schrijftolken. Er wordt namelijk door tolken gebarentaal getolkt tussen twee talen en schrijftolken tolken tussen twee modaliteiten. Deze verschillen en overeenkomsten staan beschreven in paragraaf 2.4 en de uiteindelijke opsomming van de kwaliteiten van schrijftolken staat in paragraaf 2.5.

14

Page 16: Web viewKwaliteitsverbetering voor schrijftolken. Een onderzoek naar de kwaliteiten van schrijftolken en welke er, volgens haar klanten, verbeterd moeten worden

2.3.1 Kwaliteiten van tolken gebarentaal volgens tolken gebarentaalIn 2007 hebben Bontempo en Napier een onderzoek gehouden onder 110 tolken gebarentaal in Australië (Bontempo&Napier, 2007). Het doel van het onderzoek was om te kijken welke competenties de tolken belangrijk vinden voor hun eigen beroep en in hoeverre zij deze competenties ook bezitten. Uit dit onderzoek blijkt dat tolken gebarentaal met name de onderstaande 21 kwaliteiten belangrijk vinden.

De tolken is toen gevraagd of ze wilden aangeven wat de ‘importance’ van een kwaliteit was en vervolgens of ze wilden aangeven in hoeverre zijn zelf ‘competent’ zijn in de genoemde vaardigheid. Aan de hand van deze twee ontstond er een ‘gap’. De tolken gaven een score op een schaal van nul tot vijf. Nul is zeer onbelangrijk en vijf is zeer belangrijk. De antwoorden van de tolken gebarentaal zijn geanalyseerd door middel van een gepaarde steekproef t-test. De resultaten hiervan staan in onderstaande tabel.

Tabel 1 Belang, competentie en verschil in competentie van gebarentaal tolken(Bontempo & Napier, 2007, p. 284-285, table 1)

Belang Competentie GapSign language 4.91 3.51 1.40Interpreting/translating skills 4.88 3.58 1.30Memory skills 4.33 3.47 0.86Concentration skills 4.63 3.81 0.82Contextueal knowledge 4.47 3.69 0.78English 4.91 4.16 0.75Listening skills 4.72 3.97 0.75Self-confidence 4.3 3.57 0.73Self-monitoring skills 4.43 3.72 0.71World knowledge 4.15 3.54 0.61Reputation 4.49 3.90 0.59Objectivity 4.46 3.88 0.58Cultural sensitivity 4.74 4.17 0.57Specialist knowledge 3.89 3.37 0.52Spelling skills 4.40 3.92 0.48Ability to use tact and judgement 4.55 4.10 0.45Situational management skills 4.24 3.81 0.43Professionalism 4.85 4.43 0.42Ethical responsibility 4.87 4.46 0.41Self discipline 4.33 3.93 0.40General intelligence 4.4 4.02 0.38

In de tabel zijn de competenties die vetgedrukt zijn, het belangrijkst bevonden door de tolken gebarentaal, die zijn bevraagd. De competenties die schuingedrukt en onderstreept zijn werden door de tolken als ‘minder belangrijk’ bestempeld.Uit bovenstaande tabel kan worden afgeleid dat tolken gebarentaal met name hun vaardigheid in de gebarentaal en in de gesproken taaluiting zeer belangrijk vinden. Daarbij komt ook dat zij hun vertaalvaardigheden of ook wel tolkvaardigheden zeer belangrijk vinden, dat zij professioneel zijn en dat zij ethisch verantwoord handelen. Ook het aanvoelen van cultuurverschillen en daar respectvol mee omgaan vinden tolken belangrijk.Minder belangrijk, voor hun beroep, vinden de tolken hun kennis van de wereld, hun specialistische kennis en situatie afhankelijker managment vaardigheden.

15

Page 17: Web viewKwaliteitsverbetering voor schrijftolken. Een onderzoek naar de kwaliteiten van schrijftolken en welke er, volgens haar klanten, verbeterd moeten worden

Opvallend is dat de twee belangrijke competencies, dat deze ook de grootste ‘gaps’ vertonen. Dit gaat om ‘sign language’ en ‘interpreting/translating skills’. Het blijkt dus dat er voor de Australische tolken, over het algemeen, nog veel valt te leren op deze twee gebieden, volgens hun eigen inschattingen.

Wanneer bovenstaande puntsgewijs wordt bekeken kan worden geconcludeerd dat tolken gebarentaal de volgende competenties belangrijk vinden voor een tolk gebarentaal:

Gebarentaalvaardigheid Tolk-/vertaalvaardigheden Vaardigheid in het Engels (spreken/spelling/verstaan) Professionaliteit Etisch handelen Omgang met cultuur(verschillen) Luistervaardigheid Concentratie

Daarnaast wordt er ook gesproken over: Geheugen Kennis van de context Zelfvertrouwen Zelfreflectie-vaardigheden Kennis van de wereld Reputatie Objectiviteit Specialistische kennis Spellingsvaardigheden De vaardigheid om tact en oordeel te gebruiken Situatie afhankelijke managment vaardigheden Zelfdiscipline Algemene intelligentie

De kwaliteiten die in paragraaf 2.3 zijn genoemd zijn gebaseerd op onderzoeken die zijn gehouden onder tolken gebarentaal, studenttolken en dove tolkgebruikers. Dit onderzoek richt zich echter op schrijftolken. Daarom zal in paragraaf 2.4 worden gekeken naar welk kwaliteiten, van de tolken gebarentaal, van toepassing zijn op schrijftolken.

2.3.2 Kwaliteiten van tolken gebarentaal volgens tolkgebruikers Aangezien de tolkgebruikers de cliënten zijn van de tolken is het belangrijk om te weten wat de tolkgebruikers verwachten van tolken.Hiernaar is in 1990 onderzoek gedaan door Locker in Amerika.5 Locker heeft in zijn onderzoek drie dove studenten, die met grote regelmaat een tolk gebarentaal inzetten bij het volgen van onderwijs, ondervraagd over hun ervaringen met tolken. Deze tolkgebruikers gaven aan dat zij het prettig vinden, bij het volgen van onderwijs, dat de tolk tolkt van het Engels naar American Sign Language (ASL) en niet dat er een letterlijke vertaling wordt gegeven (sign-for-word).In 1996 heeft Moser (zoals geciteerd in Napier & Rohan, 2007) onderzoek gedaan onder 200 horende gesproken taal gebruikers. In dit onderzoek kwam naar voren dat de tolkgebruikers het belangrijk vinden dat ze hun tolken kunnen vertrouwen. Ook vinden zij het belangrijk dat hun tolken een leuke persoonlijkheid hebben en deze tonen.In 2004 is er een panelbijeenkomst georganiseerd door Napier en Barker (zoals geciteerd in Napier & Rohan, 2007) met vier Australische dove universitair studenten. Uit deze bijeenkomst bleek dat de dove tolkgebruikers zowel een op betekenis gebaseerde

5 http://jdsde.oxfordjournals.org/content/9/2/228.full.pdf?origin=publication_detail

16

Page 18: Web viewKwaliteitsverbetering voor schrijftolken. Een onderzoek naar de kwaliteiten van schrijftolken en welke er, volgens haar klanten, verbeterd moeten worden

vertaling willen als een letterlijke benadering wanneer dit nodig is, om zo toegang te krijgen tot academisch Engels en vaktermen.

In 2004 hebben ook Kurz en Langer (geciteerd in Napier & Rohan, 2007) een onderzoek gedaan onder 29 dove studenten. Er is aan de deelnemers gevraagd om een wensenlijst te maken van wat zij vinden dat een tolk moet doen. Door de tolkgebruikers werden de volgende punten benoemd:

1. Ik wil dat ze alles vertalen2. Ik wil niet dat hun persoonlijke stijl invloed heeft op het onderwijs van de dove

persoon.3. Ik wil dat ik mijn eigen beslissingen kan maken.4. Ik wil niet dat de tolk leunt op mij als tolkgbruiker.5. Ik wil dat wanneer mijn gebaren worden gestemtolkt6, de tolk mijn manier van

gebaren laat terug komen in zijn/haar intonatie en woordkeuze.6. Ik wil dat de gebarentaalstijl van de tolk overeenkomt met de spreekstijl van de

spreker.7. Ik wil dat de tolken hun beperkingen kennen.8. Ik wil dat de tolk zijn/haar grenzen stelt maar daarnaast menselijk blijft.9. Ik wil dat de tolk voorbereid is.10. Ik wil dat de tolk om herhaling vraagt als hij/zij het niet zeker weet.11. Ik wil dat de tolk mij bijvalt wanneer dat gepast/nodig is.12. Ik wil dat de tolk zich op juiste wijze positioneert, zodat hij/zij in mijn gezichtsveld zit.13. Ik wil dat de tolk mij mijn ruimte geeft.14. Ik wil dat de tolk gezichtsuitdrukkingen, oogcontact en vingerspellen gebruikt.

Witter-Merithew en Johnson (zoals geciteerd in Napier & Rohan, 2007) hebben een onderzoek gedaan onder tolken, tolkvaardigheden-docenten, studenttolken en dove mensen, werknemers en beleidsmakers in 2005. Na het interviewen van 25 tolkgebruikers en het houden van bijeenkomsten met 56 tolkgebruikers kwam naar voren dat opleidingen voor tolken niet voldoen aan de wensen van dove tolkgebruikers en daarbij bleek ook dat de band tussen dove tolkgebruikers en tolken complex is en daarbij gaven de tolkgebruikers de volgende vijf verbeterpunten aan voor tolken op de volgende vijf gebieden:

1. Theorie en kennis2. Sociale relaties3. Taalvaardigheden4. Tolkvaardigheden5. Professionaliteit

Voor het punt theorie en kennis wordt aangegeven dat de tolken een betere academische fundering moeten hebben en dat hun algemene ontwikkeling verbeterd kan worden. Wanneer de tolken namelijk een betere, bredere kennis zouden hebben, zouden zij meer tolksituaties beter kunnen tolken. Bij sociale relaties zouden de tolkgebruikers graag zien dat de interpersoonlijke kwaliteiten verbeterd worden. Daarmee wordt bedoeld dat tolken hun cliënten beter aanvoelen en op een prettige manier met ze omgaan.De tolkgebruikers vinden de taalvaardigheden van tolken gebarentaal soms niet voldoende, dit gaat om zowel gebarentaal als gesproken taal. Dit is het derde punt van verbetering voor de tolken.Het verbeterpunt voor tolkvaardigheden houdt in dat de tolken gebarentaal hun technische vaardigheden op het gebied van onderwerpen en situaties kunnen verbeteren. Hiermee wordt bedoeld dat tolken continu aan hun lexicon kunnen werken van de gebarentaal en zich altijd op het gebied van tolkvaardigheden kunnen blijven ontwikkelen om zo beter te kunnen tolken.

6 Voor meer informatie: http://www.tolknet.nl/informatie/infotheek/tolkmethodes/stemtolken

17

Page 19: Web viewKwaliteitsverbetering voor schrijftolken. Een onderzoek naar de kwaliteiten van schrijftolken en welke er, volgens haar klanten, verbeterd moeten worden

En als laatste verbeterpunt wordt professionaliteit genoemd. Hierbij geven de tolkgebruikers aan dat zij graag zien dat de tolken op het gebied van normen, gewoonten en gebruiken een verbeterslag gaan maken.

Napier en Rohan (2007) hebben een onderzoek gedaan onder 31 tolkgebruikers. Hieruit kwamen een aantal positieve en negatieve aspecten naar voren op het gebied van tolkvaardigheden en interactievaardigheden.-Op het gebied van professionaliteit vinden de gebruikers het positief als de tolk gepast gekleed komt en op tijd aanwezig is. Maar daarentegen hebben ze liever niet dat de tolk te informeel is en haar eigen mening tijdens het tolken laat merken.-Wat betreft gebarentaalvaardigheden willen tolkgebruikers dat hun tolk duidelijk gebaard, vloeiend en expressief is. Ze zijn negatief over tolken als zij niet afgeronde handvormen gebruiken, nerveus gebaren, gebrek hebben aan gebarentaalkennis en niet kunnen vingerspellen.-Graag willen tolkgebruikers dat een tolk flexibel, geduldig, vriendelijk is en een goed gevoel voor humor heeft.-Een correcte vertaling vinden de tolkgebruikers ook erg belangrijk en ze zijn dan ook niet te spreken over een tolk als hij/zij niet alles tolkt wat er gezegd wordt, de spreker niet kan bijhouden en niet om herhaling wil vragen als het nodig is.-De tolkgebruikers zijn wel te spreken over het inzicht dat tolken hebben in situaties, maar ook over de kennis van de situatie waarover tolken beschikken.

Uit bovenstaande kan worden geconcludeerd dat tolkgebruikers de volgende competenties in een tolk belangrijk vinden:

Professionaliteito Netjes kledeno Op tijd aanwezig zijno Niet te informeel gedrageno Geen mening laten merkeno Flexibiliteito Geduldig zijno Vriendelijk zijno Goed gevoel voor humor

Gebarentaalvaardigheido Vertalingen duidelijk neerzetteno Vloeiend gebareno Expressieve mimieko Afgeronde handvormeno Zelfverzekerd zijn o Kunnen vingerspellen

Tolkvaardigheido Correcte vertaling neerzetteno Alles tolken wat er gezegd wordto Herhaling vragen als het nodig is

Kennis en inzichto Inzicht in de situatieo Kennis van situatieso Kennis van gebarentaal

In de volgende paragraaf worden de verwachtingen van studenttolken over de kwaliteitenvan tolken gebarentaal beschreven aan de hand van een onderzoek verricht door Shaw & Hughes, in 2004.

18

Page 20: Web viewKwaliteitsverbetering voor schrijftolken. Een onderzoek naar de kwaliteiten van schrijftolken en welke er, volgens haar klanten, verbeterd moeten worden

2.3.3 Kwaliteiten van tolken gebarentaal volgens studenttolkenNaast dat verschillende opleidingen voor tolk gebarentaal en dove tolkgebruikers hun verwachtingen hebben van wat een tolk gebarentaal moet kunnen, hebben ook studenten een beeld van wat er van een tolk gebarentaal wordt verwacht. Shaw & Hughes (2006) hebben dit onderzocht door middel van een vragenlijst onder 1236 studenten die een opleiding tot tolk gebarentaal volgden in Oostenrijk, Canada, Groot-Brittanië en de Verenigde staten. In deze vragenlijst werden de volgende drie domeinen bevraagd: academische vaardigheden, informatieverwerking en persoonlijke kenmerken. Er werd aan de deelnemers gevraagd om voor de eigenschappen, die waren toegeschreven aan bovenstaande domeinen, aan te geven hoe belangrijk deze waren en in hoeverre deze nog verder ontwikkeld moesten worden. In tabel 2 staan de meest opvallende resultaten van dit onderzoek.

Tabel 2: Items rated as most important and needing most development (percentages) (Shaw &Hughes (2006) Table 1, 195 – 221)Scale Item Most

importantNeeding most development

Academic Strong desire to learn 26 2habits and skills

Spoken native language/L1 compentency 15 6

Spelling accuracy 2 13Self-regulation learning 17 13Independent involvement with a native L2 users

18 18

Broad knowledge base about world events 3 17Information Open mindedness 10 1processing skills

Mental mapping of information 7 13

Abillity to multi-task 14 7Abillity to distinguish figure-ground 10 8Rapid visual processing 1 15Rapid auditory processing 9 11

Personality Self-motivated 15 11characteristics Able to seperate my ego from my

performance8 14

Flexible 12 9Self-convident 12 15Accepting of instructor feedback 13 12

De cijfers die in tabel 2 staan, staan voor het percentage. Het gaat hier om het percentage studenten die vinden dat de genoemde competenties belangrijk zijn voor tolken gebarentaal (kolom 3) en voor de competenties waarvan zij vinden dat zij die zelf nog verder moeten ontwikkelen (kolom 4). In bovenstaande tabel zijn de dikgedrukte percentages de competenties die studenten het belangrijkste vinden voor een tolk gebarentaal om te bezitten. De schuingedrukte percentages zijn de competenties waarvan de studenten vinden dat zij deze bij zichzelf nog het meeste moeten ontwikkelen willen zij een goede tolk gebarentaal worden.

Uit de tabel kan worden geconcludeerd dat studententolken het belangrijk vinden dat wanneer iemand tolk gebarentaal wil worden, hij/zij een sterke behoefte moet hebben om te

19

Page 21: Web viewKwaliteitsverbetering voor schrijftolken. Een onderzoek naar de kwaliteiten van schrijftolken en welke er, volgens haar klanten, verbeterd moeten worden

leren en dat hij/zij gemotiveerd moet zijn. Dit gaat in principe om het volgen van de opleiding. Wanneer de studenten kijken naar de persoonlijke kenmerken dan vinden zij het belangrijk dat de tolk flexibel en zelfverzekerd is. Dat de tolk openstaat voor andere ideeën en culturen, openstaat voor feedback en het ego kan scheiden van de tolkprestaties.

Gekeken naar tolkvaardigheden noemen de studenten dat multitasken, mindmappen en goed kunnen gebaren vaardigheden zijn die een tolk moet bezitten op dit gebied. De studenten zijn daarbij van mening dat een goed gebarenniveau verkregen kan worden door de omgang met dove gebarentaal gebruikers.De studenten vinden ook dat de tolk visueel moet zijn ingesteld, de gesproken taal goed moet beheersen. Daarbij vinden de studenten ook dat tolken kennis moeten hebben van de spelling van woorden en dat de auditieve informatie snel moet kunnen worden verwerkt/vertaald. Tot slot zijn zij ook van mening dat de tolk kennis moet hebben van wat zich in de (doven)wereld afspeelt.

Er is aan de studenten gevraagd of zij punten missen in deze vragenlijst. Op het gebied van persoonlijke vaardigheden gaven zij de volgende punten aan waarvan zij denken dat die ook belangrijk zijn om zich als studenttolk gebarentaal te ontwikkelen: het kunnen werken in teams, het laten zien van interpersoonlijke vaardigheden, sociaal zijn, alle betrokkenen gelijkwaardig tegemoet treden, neutraliteit, onpartijdig, tolerant zijn, respect voor alle culturen waarmee de tolk in aanraking kan komen, tonen van bepaalde volwassenheid, humor en het kunnen nemen van goed beargumenteerde ethische beslissingen.

Naast bovenstaand onderzoek zijn er ook onderzoeken gedaan onder docenten die studenttolken doceren en studenttolken zelf. Hieronder zijn de belangrijkste uitkomsten te lezen:

Schein (1974): Rigide, overdreven angstig en afhankelijke persoonlijkheden zijn niet vertegenwoordigd in het tolken gebarentaalprofiel

Lambert (1991): assertief zijn en kunnen omgaan met stress. Ehrman en Oxford (1995): Motivatie en zelfvetrouwen zijn belangrijk bij het aan leren

van een nieuwe/tweede taal. Het cognitieve niveau is ook belangrijk voor het aanleren van een nieuwe/tweede taal.

Napier en Barker (2004): Het is belangrijk dat studenten reflecteren op hun eigen denkproces tijdens het tolken. Cognitief een hoog niveau hebben zodat de tolk zich bewust blijft van de taalkundige beslissingen die hij/zij neemt tijdens het tolken.

Seal (2004): Tolken gebarentaal moeten abstract kunnen redeneren, snelle informatieverwerking hebben en concentratie behouden ondanks afleiding.

(Allen geciteerd in Shaw & Hughes, 2006)

Aan de hand van bovenstaande kan worden geconcludeerd dat studenttolken de volgende competenties belangrijk vinden voor een tolk gebarentaal:

o Persoonlijke kenmerkeno Flexibiliteito Zelfverzekerdo Openstaan voor andere ideeëno Openstaan voor andere cultureno Openstaan voor feedbacko Ego kunnen scheiden van tolkprestatieso Gemotiveerd zijno Behoefte om te lereno Visueel ingesteld zijn

o Tolkvaardigheid

20

Page 22: Web viewKwaliteitsverbetering voor schrijftolken. Een onderzoek naar de kwaliteiten van schrijftolken en welke er, volgens haar klanten, verbeterd moeten worden

o Multitaskeno Informatie kunnen structurereno Goed kunnen gebareno Omgang met dove gebarentaakgebruikers zorgt voor beter gebarentaal

niveauo Auditieve informatie snel kunnen verwerken/vertalen

o Taalvaardigheido Gesproken taal goed beheerseno Spelling gesproken taal (vingerspelling)

o Kennis en inzichto Kennis hebben van wat er in de (doven)wereld gebeurt

In deze paragraaf zijn de verwachtingen van studenttolken ten aanzien van de kwaliteiten van tolken gebarentaal beschreven. In de volgende paragraaf worden de verwachtingen van tolken gebarentaal ten aanzien van hun eigen kwaliteiten uiteengezet.

2.4 Kwaliteiten tolk gebarentaal vertaalt naar schrijftolkenWanneer wordt teruggekeken naar paragraaf 2.3 zijn er meedere kwaliteiten die opgaan voor zowel tolken gebarentaal als schrijftolken. Hier gaat het om de algemene kwaliteiten en kwaliteiten op het gebied van interactievaardigheden. Het verschil zit hem in de tolkvaardigheden daar een schrijftolk translitereert van gesproken naar geschreven taal, en een tolk gebarentaal tolkt van de gesproken taal naar de gebarentaal en van de gebarentaal naar de gesproken taal.In paragraaf 2.3 wordt gesteld dat tolken gebarentaal de gebarentaal goed moeten beheersen. Een schrijftolk maakt gebruik van de geschreven taal en zou daarom snel en foutloos moeten kunnen typen. Wanneer de schrijftolk echter minder snel typt zou deze het gesprokene goed moeten kunnen samenvatten bij het consecutief tolken (TVCN, 2011). Daarbij dient de schrijftolk ook de Nederlandse taal goed te beheersen, zowel op spellingsgebied als grammaticaal gebied.Een ander punt dat wordt genoemd voor tolken gebarentaal is dat de gebruikers vinden dat de tolken alles dienen te tolken. Dit gaat ook op voor schrijftolken daar ook hun cliënten alles willen kunnen volgen. Ook het vragen om herhaling gaat voor beide tolken op.

In paragraaf 2.5 worden alle kwaliteiten opgesomd die een schrijftolk zou moeten beheersen volgens dit literatuur onderzoek. Deze kwaliteiten worden hier ingedeeld in drie schalen daar in de literatuur meerdere keren het verschil van interactievaardigheden en tolkvaardigheden naar voren komt. Deze indeling is met name terug te zijn bij paragraaf 2.2.2. In paragraaf 2.3.1 en 2.3.2 is deze tweedeling ook terug te zien. In paragraaf 2.3.1 is een splitsing tussen gebarentaalvaardigheden/tolkvaardigheden en professionaliteit aangebracht. In paragraaf 2.3.2 staat de tweedeling: tolkvaardigheid/taalvaardigheid en persoonlijke kenmerken. Een derde schaal wordt in paragraaf 2.5 toegevoegd, overige/algemene punten. Dit omdat er in de theoretische verkenning kwaliteiten naar voren zijn gekomen die niet onder de kopjes tolkvaardigheden en interactievaardigheden vallen.

2.5 SamenvattingOp basis van de literatuurstudie van onderzoeken onder studenttolken, tolken en

21

Page 23: Web viewKwaliteitsverbetering voor schrijftolken. Een onderzoek naar de kwaliteiten van schrijftolken en welke er, volgens haar klanten, verbeterd moeten worden

tolkgebruikers, zouden we de volgende kwaliteiten als belangrijk kunnen veronderstellen voor schrijftolken op het gebied van tolkvaardigheden:1) De schrijftolk heeft kennis van verschillende tolksituaties (onderwijs-, werk- en leefsituaties)2) De schrijftolk typt snel3) De schrijftolk typt foutloos4) De schrijftolk kan goed samenvatten5) De tolk beheerst goed de Nederlandse taal, zowel op spellingsgebied als op grammaticaal gebied6) De schrijftolk geeft (met namen) aan wie er spreekt7) De schrijftolk beheerst NGT/NmG8) De schrijftolk tolkt alles wat er wordt gezegd 9) De schrijftolk vraagt de spreker om herhaling wanneer dit nodig is

Op het gebied van interactievaardigheden zijn de volgende kwaliteiten van belang:1) De schrijftolk is flexibel, kan zich aanpassen aan de situatie2) De schrijftolk is zelfverzekerd en assertief3) De schrijftolk is professioneel4) De schrijftolk moet open zijn, in zijn voor een gesprek en enig gevoel voor humor hebben5) De schrijftolk mengt zich op de juiste en gepaste wijze in het gesprek6) De schrijftolk heeft een goede luisterhouding7) De schrijftolk is alert en geconcentreerd.8) De schrijftolk kan goed, snel en makkelijk haar functie uitleggen aan derden9) De schrijftolk vraagt op gepaste wijze de spreker om herhaling

Tot slot zijn de volgende algemene competenties van belang:1) De schrijftolk komt op tijd2) De schrijftolk kent haar eigen apparatuur en weet snel instellingen op de laptop aan te passen.3) De schrijftolk heeft kennis van beamersituaties (instellingen van beamer)4) De schrijftolk kleedt zich netjes

De vraag die bij deze kwaliteiten kan worden gesteld is: Welke kwaliteiten vinden schrijftolkgebruiker het belangrijkst voor een schrijftolk op het gebied van interactievaardigheden, tolkvaardigheden en algemene vaardigheden?

Door middel van dit onderzoek kan dit worden vastgesteld. In de volgende paragraaf zal worden omschreven hoe het onderzoek is opgezet en hoe het onderzoek is verlopen en uitgevoerd is.

3. Onderzoeksopzet In dit hoofdstuk wordt in paragraaf 3.1 de achtergrond van de respondenten uiteengezet.

22

Page 24: Web viewKwaliteitsverbetering voor schrijftolken. Een onderzoek naar de kwaliteiten van schrijftolken en welke er, volgens haar klanten, verbeterd moeten worden

Vervolgens wordt de onderzoeksmethode toegelicht. Welke vorm van onderzoeken er is gekozen en waarom deze vorm. In paragraaf 3.3 wordt uitgelegd welke procedure er plaats heeft gevonden. Tot slot staat in 3.4 beschreven welke analyse er is uitgevoerd op de gegevens van het onderzoek.

3.1 OnderzoeksgroepNa een enquête te hebben verspreid onder verschillende instanties zijn er 42 enquêtes binnengekomen waarvan er 38 bruikbaar zijn. De enquête heeft zeven weken opgestaan. Vier enquêtes waren niet bruikbaar omdat deze enquêtes maar deels waren ingevuld.

In de tabel 3 staan de respondenten, genummerd, met daar achter hun sekse, leeftijd en hoogst behaalde opleiding. Vervolgens staan er in de vijfde kolom de resultaten op de vraag: Waar let u meer op; op de laptop en dus op de tolktekst of kijkt u zelf veel naar de spreker(s) en gebruikt u de tolktekst meer als een ondersteuning? In de een na laatste kolom staat hoeveel de respondenten een schrijftolk gemiddeld inzetten en in de laatste kolom in welke situatie de respondenten het meest een schrijftolk inzetten; in leef-, werk- of onderwijssituaties. De tabel is geordend op basis van inzet (vierde kolom) en daarna op basis van de situatie. Er kan namelijk worden gesteld dat de respondenten die vaak een schrijftolk inzetten meer ervaring hebben met schrijftolken. In de laatste kolom is de ordening als volgt: Werk – onderwijs – leef.

Tabel 3 Achtergrondinformatie respondenten

Res-pondent

Sekse Leeftijd Hoogst behaalde opleiding (diploma)

Laptop/tekst versus spreker(s)

Inzet schrijftolk Inzet schrijftolk situatie

2 Vrouw 16 havo Spreker(s) 5x per week Onderwijs35 Vrouw 37 Hbo Spreker(s) 2x per week Werk11 Vrouw 66 hbo Laptop/tolktekst 2x per week Leef30 Vrouw 25 hbo Laptop/tolktekst 2x per week Leef5 Vrouw 48 mbo Laptop/tolktekst 1x per week Werk29 Vrouw 47 hbo Spreker(s) 1x per week Werk38 Man 51 Hbo Spreker(s) 1x per week Werk23 Vrouw 23 Havo Spreker(s) 1x per week Onderwijs33 Man 59 Hbo Laptop/tolktekst 1x per week Leef3 Man 59 Hbo Laptop/tolktekst 2x per maand Werk10 Man 42 Universiteit Laptop/tolktekst 2x per maand Werk13 Vrouw 52 Hbo Laptop/tolktekst 2x per maand Werk16 Vrouw 91 Hbo Laptop/tolktekst 2x per maand Werk28 Vrouw 42 Universiteit Spreker(s) 2x per maand Werk8 Vrouw 58 Mbo Spreker(s) 2x per maand Onderwijs20 Man 22 Vwo-gymnasium Spreker(s) 2x per maand Onderwijs18 Man 33 Mbo Laptop/tolktekst 2x per maand Leef22 Vrouw 57 Mavo-mbo Laptop/tolktekst 2x per maand Leef4 Vrouw 45 Mbo Laptop/tolktekst 1x per maand Werk6 Man 44 hbo Laptop/tolktekst 1x per maand Werk24 Vrouw 46 Hbo Laptop/tolktekst 1x per maand Werk26 Vrouw 36 Hbo Laptop/tolktekst 1x per maand Werk34 Vrouw 40 Hbo Laptop/tolktekst 1x per maand Werk

23

Page 25: Web viewKwaliteitsverbetering voor schrijftolken. Een onderzoek naar de kwaliteiten van schrijftolken en welke er, volgens haar klanten, verbeterd moeten worden

37 Man 49 Hbo Laptop/tolktekst 1x per maand Werk19 Vrouw 62 Universiteit Laptop/tolktekst 1x per maand Onderwijs32 Vrouw 27 Mbo Laptop/tolktekst 1x per maand Onderwijs7 Man 57 Mbo Laptop/tolktekst 1x per maand Leef9 Man 53 Vwo-gymnasium Laptop/tolktekst 1x per maand Leef14 Vrouw 59 Universiteit Laptop/tolktekst 1x per maand Leef25 Man 71 Mavo-mbo Laptop/tolktekst 1x per maand Leef27 Vrouw 47 Havo Spreker(s) 1x per maand Leef12 Man 69 Universiteit Laptop/tolktekst 1x per half jaar Werk21 Vrouw 50 Hbo Laptop/tolktekst 1x per half jaar Werk15 Man 65 Universiteit Spreker(s) 1x per half jaar Leef17 Vrouw 82 Hbo Laptop/tolktekst 1x per half jaar Leef31 Vrouw 29 Mbo Laptop/tolktekst 1x per half jaar Leef36 Vrouw 27 Hbo Laptop/tolktekst 1x per jaar Leef

In Nederland zijn er +4000 mensen die een schrijftolk en/of een tolk NGT inzetten. 7 Er is echter niet bekend hoeveel van deze 4000 personen een schrijftolk en hoe vaak een tolk inzetten. Het is dus niet bekend onder hoeveel mensen de enquête is uitgezet en daarom kan er niet worden vastgesteld of dit onderzoek, met 38 reacties, representatief is maar er kan wel worden gesteld dat dit aantal erg laag is. Daarom kan er ook niet met zekerheid worden gezegd of alle onderdelen van het onderzoek representatief zijn.Wel kan er worden gekeken naar het aantal keren dat de respondenten een schrijftolk inzetten per jaar. Wanneer een schrijftolkgebruiker maar één of twee keer per jaar een schrijftolk inzet heeft zij of hij maar weinig ervaring met een schrijftolk en kan minder goed, vanuit eigen ervaring, een schrijftolk beoordelen. In dit onderzoek blijkt echter dat 32 respondenten één keer per maand of meer een schrijftolk inzetten. Deze respondenten hebben daarom wel veel ervaring met een schrijftolk.

3.2 OnderzoeksmethodeBij dit onderzoek is er gekozen voor survey: het verspreiden van een enquête. Hiervoor is gekozen omdat er op deze manier veel reacties konden worden verwerkt. Wanneer er was gekozen voor het afnemen van interviews of het bijeen brengen van een focusgroep had het meer tijd gekost om een even grote groep te bereiken als met de enquête. Bij de enquête is er onder andere gekozen voor een Likertschaal zodat er een waardering kan worden toegekend aan de competenties.

7 www.wereldvangebaren.nl/hoeveel-tolkgebruikers.php

24

Page 26: Web viewKwaliteitsverbetering voor schrijftolken. Een onderzoek naar de kwaliteiten van schrijftolken en welke er, volgens haar klanten, verbeterd moeten worden

3.2.1 ProcedureIn onderstaande tabel staat het verloop van het onderzoek schematisch weergegeven.

Stappenplan methodologie

Datum Handeling

Stap 1 1-20 mei 2013 Plan van aanpak geschrevenStap 2 20-26 mei 2013 Onderzoeksvragen opgesteldStap 3 29 mei 2013 Feedback van coach verwerkt

Start onderzoekStap 4 18 juni 2013 Literatuur onderzoek is afgerondStap 5 18 juni - 15 juli 2013 Enquête is opgesteldStap 6 16-20 juli 2013 Enquête is verspreid via:

-Facebookpagina NSV-Facebookpagina Sh-jong-Website Doofblindennetwerk-E-mail aan alle schrijftolken (leden van NSV)-Facebookpagina van Stichting Plotsdoven

Stap 7 11 september 2013 Enquête is geslotenStap 8 26 september 2013 Analyse onderzoek is gestart

De enquête is opgesteld naar aanleiding van het literatuuronderzoek. In de enquête is er gevraagd naar de achtergrond van de respondenten en de mening die zij hebben over de kwaliteiten van schrijftolk, welke er belangrijk zijn en welke minder of niet. Tot slot is de respondenten gevraagd een advies te formuleren voor de opleiding schrijftolk en voor de schrijftolken die reeds werkzaam zijn als schrijftolk. De enquête is via Facebook verspreid en is geplaatst op de Facebooksite van de Nederlandse Schrijftolken Vereniging8 en op de SH-jong website9. Daarnaast is de instantie Tolknet, die bemiddeld tussen schrijftolken en schrijftolkgebruikers, gemaild met de vraag of zij de enquête kunnen verspreiden. Hier is geen reactie op gekomen. De NSV is ook gemaild met de vraag of zij alle leden willen e-mailen met de vraag of de schrijftolken hun vaste klanten willen mailen met de vraag of zij de enquête willen invullen. De NSV heeft aan dit verzoek voldaan. Tot slot heeft de webredacteur van de Facebookpagina van stichting Plotsdoven, de link van de enquête gedeeld op de Facebookpagina van stichting Plotsdoven. In augustus is ook de Nederlandse Vereniging Voor Slechthorenden benaderd maar de instantie heeft niet gereageerd. Dankzij een contactpersoon binnen het Doofblindennetwerk is de enquête ook gedeeld op de website van het Doofblindennetwerk. Op deze manier is de enquête vrij ruim uitgezet.Nadat de enquête 7 weken heeft open gestaan is de enquête gesloten en vervolgens zijn de binnengehaalde gegevens geanalyseerd. De analyse die is uitgevoerd staat beschreven in paragraaf 3.2.2.

8 https://www.facebook.com/groups/197551243620497/9 https://www.facebook.com/groups/shjong/

25

Tabel 4 Schematische weergave onderzoek

Page 27: Web viewKwaliteitsverbetering voor schrijftolken. Een onderzoek naar de kwaliteiten van schrijftolken en welke er, volgens haar klanten, verbeterd moeten worden

3.2.2 AnalyseNadat de enquête was gesloten in september 2013 is zijn de gegevens geanalyseerd. In deze paragrafen wordt de analyse van de achtergrondinformatie, kwaliteitswaarderingen en de adviezen beschreven.

AchtergrondinformatieIn de enquête (zie bijlage I) zijn er meerdere vragen gesteld aan de respondenten die informatie verschaffen over de achtergrond van de respondenten. Het gaat hierbij om vraag één tot en met zes en tien tot en met 13. De resultaten van deze vragen zijn in hoofdstuk 4 weergegeven met behulp van staafdiagrammen.

KwaliteitswaarderingenDe vragen zeven, acht en negen zijn stellingen die de respondenten mochten waarderen. Dit is gedaan door middel van de Likertschaal. De schaal heeft de volgende indeling:Erg belangrijk; belangrijk; neutraal; onbelangrijk; erg onbelangrijk.

Doordat er hier gebruik wordt gemaakt van een Likertschaal dient er worden gekeken naar de samenhang tussen de items. De samenhang kan worden berekend met behulp van de Cronbach’s Alfa. De Cronbach’s Alfa kijkt naar de onderlinge correlaties en zegt dus iets over de betrouwbaarheid van de schaal. Uit de Cronbach’s alpha komt een score tussen 0 en 1. De grens ligt op 0.69. Wanneer de Cronbach’s Alfa lager ligt dan deze waarde kan er worden gekeken of er items verwijderd kunnen worden waardoor de Cronbach’s Alfa hoger komt te liggen. Per schaal en dus per vraag zal de Cronbach’s Alfa worden berekend en wanneer nodig items worden verwijderd. De Cronbach’s Alfa formule werkt als volgt:

Figuur 2 Cronbach's Alfa formule10

Nadat de Cronbach’s Alfa is berekend kan er worden gekeken naar de (resterende) items. De items die het meest de waardering ‘belangrijk’ hebben gekregen kunnen worden gezien als stellingen en dus kwaliteiten die belangrijk zijn voor een schrijftolk om te bezitten.

Adviezen

Vraag 14 tot en met 18 zijn open vragen waarbij de respondenten is gevraagd drie adviezen

10 http://www.moaweb.nl/kenniscentrum/digitaal-woordenboek/afbeeldingen/form_crombach_a.jpg/view

26

Page 28: Web viewKwaliteitsverbetering voor schrijftolken. Een onderzoek naar de kwaliteiten van schrijftolken en welke er, volgens haar klanten, verbeterd moeten worden

te formuleren. Ten eerste is hen gevraagd een advies te formuleren voor schrijftolken die zij niet meer terugvragen, welke kwaliteiten zij dienen te verbeteren. Ten tweede om een advies te formuleren voor de huidige schrijftolkenpopulatie en tot slot om een advies te geven aan de schrijftolkenopleiding van het IGT&D. Bij deze laatste vraag is in acht genomen dat niet alle schrijftolkgebruikers op de hoogte zijn van de inhoud van de opleiding. Daarom wordt er kritisch gekeken naar deze adviezen daar de respondenten niet vanuit ervaring spreken.Doordat de vragen open waren zijn de reacties weergegeven in eigen woorden. Daarom is er een tekstanalyse uitgevoerd op deze resultaten. Verschillende kwaliteiten worden daarbij op een rijtje gezet en elke reactie wordt nagegaan of hierin adviezen worden genoemd die aansluiten bij de kwaliteiten (De Lange, Schuman & Montessori 2010). Deze resultaten worden vervolgens weergegeven in een grafiek, dus welke kwaliteitsverbetering wordt het meest benoemd; dit is dan terug te vinden in de grafiek.De driedeling in de advies-vragen is aangebracht omdat het hier over drie groepen gaat: Schrijftolken die niet meer worden teruggevraagd, schrijftolken in het algemeen en over studentschrijftolken/de opleiding Ad schrijftolk. De eerste groep komt via deze adviezen te weten welke vaardigheden zij verder kunnen ontwikkelen. De tweede groep bevat ook schrijftolken die worden teruggevraagd maar kunnen op deze manier zich blijven ontwikkelen en de laatste groep komt op deze manier te weten welke vaardigheden belangrijk zijn om te ontwikkelen en daarbij kunnen de studenten en de opleiding eventuele stappen ondernemen om de genoemde vaardigheden verder te ontwikkelen.

Relatie tussen resultaten en achtergrondformatieIn de enquête wordt de respondenten gevraagd naar hun achtergrond. Leeftijd, sekse, inzet van schrijftolken; hoeveel en in welke situaties enzovoorts. Daar de gegevens voor handen zijn is het interessant om te bekijken of deze kenmerken invloed hebben op de waarderingen van de kwaliteiten. In paragraaf 4.4 wordt er gekeken of er een relatie is tussen deze waarderingen en de achtergrondinformatie. Er zijn vijf koppelingen gemaakt:1) Opleidingsniveau versus waardering van de kwaliteiten;2) inzet van een schrijftolk versus de waardering van de kwaliteiten;3) leeftijd versus de waardering van de kwaliteiten;4) situatie versus de waardering van de kwaliteiten;5) bekijken van tolktekst of spreker(s) versus de waardering van de kwaliteiten.Per relatie worden de respondenten ingedeeld in groepen. Bij relatie 1 zijn de groepen universiteit-hbo en vwo-gymnasium-havo-mbo-vmbo gevormd. Van elke groep wordt berekend wat de gemiddelde somscore is. Alle somscores worden bij elkaar opgeteld en dit getal wordt gedeeld door het aantal respondenten die bij deze groep behoren. Vervolgens wordt deze uitkomst omgerekend. In de enquête is namelijk de waardering ‘belangrijk’ 1 punt en ‘onbelangrijk’ 5 punten. Om een beter overzicht te krijgen wordt dit omgerekend. Bij relatie 2 worden de respondenten ingedeeld in twee groepen; groep 1 bestaat uit de respondenten die één keer per maand of minder gebruik maken van een schrijftolk en groep 2 zijn de respondenten die een schrijftolk twee keer per maand of meer inzetten.Bij relatie 3 worden de respondenten ingedeeld in twee groepen; 48 jaar en jonger en 49 jaar en ouder. Het omslagpunt ligt bij 48 omdat de mediaan en het gemiddelde 48 jaar zijn. Bij relatie 4 worden de respondenten ingedeeld in drie groepen; leefsituaties, werksituaties en onderwijssituaties. Tot slot relatie 5, daarbij worden de respondenten ingedeeld in twee groepen; schrijftolkgebruikers die met name naar de tolktekst kijken en schrijftolkgebruikers die met name naar de spreker(s) kijken. Hierbij zal alleen worden gekeken naar de waardering van de tolkvaardighedenkwaliteiten omdat interactievaardigheden en de overige

27

Page 29: Web viewKwaliteitsverbetering voor schrijftolken. Een onderzoek naar de kwaliteiten van schrijftolken en welke er, volgens haar klanten, verbeterd moeten worden

punten losstaan van het wel of niet kijken naar de tolktekst. Deze laatste vergelijking brengt echter één probleem met zich mee en dat is dat er slechts tien respondenten waren die met name naar de spreker(s) kijken. De vraag is daarom of deze relatie wel representatief is.

In hoofdstuk 4 zijn de resultaten van dit onderzoek te vinden. Ook hierbij wordt een onderscheid gemaakt tussen de achtergrondinformatie, kwaliteitswaarderingen en adviezen.

4. ResultatenIn dit hoofdstuk staan de resultaten van de achtergrondinformatie van de respondenten en

28

Page 30: Web viewKwaliteitsverbetering voor schrijftolken. Een onderzoek naar de kwaliteiten van schrijftolken en welke er, volgens haar klanten, verbeterd moeten worden

de kwaliteitswaarderingen op het gebied van tolkvaardigheden, interactievaardigheden en algemene vaardigheden. Ook de adviezen van de respondenten staan in dit hoofdstuk. De resultaten zijn weergegeven in absolute getallen omdat het aantal reacties op de enquête laag was.

4.1 Uitkomsten achtergrondinformatieIn de onderstaande grafieken is de achtergrondinformatie van de respondenten weergegeven in absolute getallen daar het aantal reacties laag was. Daarnaast kan van geen enkel resultaat worden gezegd of dit representatief is daar er geen gegevens bekend zijn van de niet-respondenten.

Sekse (vraag 1)Van de 38 respondenten waren er 14 man en 24 vrouw.

Leeftijd (vraag 2)De gemiddelde leeftijd en de mediaan van de respondenten is 48 jaar.

10 t/m 20 jaar

21 t/m 30 jaar

31 t/m 40 jaar

41 t/m 50 jaar

51 t/m 60 jaar

61 t/m 70 jaar

71 t/m 80 jaar

81 t/m 91 jaar

0tan28aa566028

0tan1aa56601

0tan3aa56603

0tan5aa56605

0tan7aa56607

0tan9aa56609

0tan11aa566011

Leeftijd (N=38)

Aant

al re

spon

dent

en

Figuur 3 Grafiek Leeftijd

Voorkeur communicatievorm (vraag 3 en 4)In de enquête zijn er twee vragen gesteld over de communicatievorm. Welke voorkeur

29

Page 31: Web viewKwaliteitsverbetering voor schrijftolken. Een onderzoek naar de kwaliteiten van schrijftolken en welke er, volgens haar klanten, verbeterd moeten worden

hebben de respondenten in de communicatie met hun schrijftolk en met hun omgeving? In figuur 4 en 5 zijn de reacties weergegeven.

0tan19aa566019

0tan5aa56605

0tan7aa56607

0tan29aa5660290tan2aa56602

Voorkeur communicatievorm met schrijftolk (N=38)

Gesproken NederlandsGeschreven NederlandsNederlands met gebarenNederlandse gebarentaalGeen voorkeur

Figuur 4 Grafiek Voorkeur communicatievorm met schrijftolk (N=38)

20

4

7

7

Voorkeur communicatievorm met anderen (N=38)

Gesproken NederlandsGeschreven NederlandsNederlands met gebarenNederlandse gebarentaalGeen voorkeur

Figuur 5 Grafiek Voorkeur communicatievorm met anderen (N=38)

De zeven mensen die “anders…” hebben ingevuld bij figuur 5 hebben over het algemeen aangegeven dat zij vooral gesproken Nederlands gebruiken bij horenden die geen NmG of NGT beheersen, en NmG of NGT bij doven of slechthorenden. Hieruit kan dus worden geconcludeerd, als men figuur 4 en 5 vergelijkt, dat 14 respondenten in hun privé leven graag NmG gebruiken tegenover negen mensen die in NmG of NGT communiceren met een schrijftolk. Hieruit kan worden geconcludeerd dat de schrijftolkgebruikers minder NmG/NGT gebruiken richting schrijftolken.

Laptop versus sprekers (vraag 5)In de enquête is ook gevraagd waar de schrijftolkgebruikers meer op letten en naar kijken; naar de laptop met de tolktekst of naar de sprekers. Hierbij gaven 28 respondenten aan vooral naar de laptop te kijken en tien van de 38 respondenten gebruiken de tolktekst meer

30

Page 32: Web viewKwaliteitsverbetering voor schrijftolken. Een onderzoek naar de kwaliteiten van schrijftolken en welke er, volgens haar klanten, verbeterd moeten worden

als ondersteuning en kijken met name naar de spreker(s). Er kan worden gesteld dat schrijftolkgebruikers die met name naar de laptop/tolktekst kijken meer belang hechten aan een complete, foutloze tolktekst; meer dan schrijftolkgebruikers die de tolktekst meer als ondersteuning ervaren.

Opleiding (vraag 6)Bij vraag 6 is de respondenten gevraagd naar hun hoogst behaalde opleiding, afgerond met diploma. De resultaten zijn te vinden in onderstaande grafiek. Opvallend is dat een ruime meerderheid een hbo opleiding of hoger heeft genoten. Echter; of dit representatief is, is niet bekend daar er geen gegevens van de niet-respondenten bekend is.

mavo-vmbo havo vwo-gymnasium mbo hbo universiteit0tan28aa566028

0tan1aa56601

0tan3aa56603

0tan5aa56605

0tan7aa56607

0tan9aa56609

0tan11aa566011

0tan13aa566013

0tan15aa566015

0tan17aa566017

Opleidingsniveau (N=38)

Aant

al re

spon

dent

en

Figuur 6 grafiek Opleidingsniveau schrijftolkgebruikers

Inzet schrijftolken (vraag 10 en 11)Bij de vragen 10 en 11 wordt de respondenten gevraagd naar hun inzet van schrijftolken; hoe vaak ze deze gemiddeld inzetten en in welke situatie het meest. In onderstaande grafieken zijn deze gegevens weergegeven.

31

Page 33: Web viewKwaliteitsverbetering voor schrijftolken. Een onderzoek naar de kwaliteiten van schrijftolken en welke er, volgens haar klanten, verbeterd moeten worden

Globaal zijn de gegevens in grafiek 7 in te delen in de groep van respondenten die minder dan één keer per week een schrijftolk inzet (28) en de groep die meer dan één keer per week een schrijftolk inzet (10). In grafiek 8 wordt duidelijk dat er 17 respondenten zijn die een schrijftolk vooral inzetten bij een werksituatie: een vergadering, werkoverleg of functioneringsgesprek. 15 respondenten zetten een schrijftolk het meest in bij leefstiuatie. Hierbij kan worden gedacht aan een bruiloft, doktersbezoek of verjaardag. Slechts 7 respondenten zetten een schrijftolk vooral in bij het volgen van onderwijs. Dit is een mogelijk gevolg van de gemiddelde leeftijd, deze is 48 jaar. Met name jongeren zullen een schrijftolk inzetten in het onderwijs daar ouderen vaak geen langdurige opleidingen meer volgen.

1 keer per jaar

1 keer per half jaar

1 keer per maand

2 keer per maand

1 keer per week

2 keer per week

5 keer per week

0

2

4

6

8

10

12

14

16

Inzet schrijftolken (N = 38)

Aant

al re

spon

dent

en

Figuur 7 Grafiek Inzet schrijftolken

Werksituatie Leefsituatie Onderwijssituatie0tan28aa566028

0tan1aa566010tan3aa566030tan5aa566050tan7aa566070tan9aa56609

0tan11aa5660110tan13aa5660130tan15aa5660150tan17aa566017

Situatie inzet schrijftolken (N=38)

Figuur 8 Grafiek Situatie inzet schrijftolken

Vaste schrijftolken (vraag 12 en 13)De respondenten is gevraagd of zij schrijftolken hebben die zij standaard vragen voor tolkopdrachten. Een schrijftolk die vaker voor dezelfde klant tolkt noemt met een vaste schrijftolk. Tien procent van de ondervraagden hebben geen vaste schrijftolk. De overige 90 procent heeft één of meer vaste tolken. In vraag 13 konden de respondenten aangeven om

32

Page 34: Web viewKwaliteitsverbetering voor schrijftolken. Een onderzoek naar de kwaliteiten van schrijftolken en welke er, volgens haar klanten, verbeterd moeten worden

welke reden(en) deze schrijftolk(en) hun vaste schrijftolk is. De gegevens staan weergegeven in figuur 9.

Persoonlijk

e klik

Hoge typ

snelheid

Foutlo

os/nau

wkeurig

typen

Schrijft

olk woont d

ichtbij

Overig

0tan28aa566028

0tan4aa56604

0tan9aa56609

0tan14aa566014

0tan19aa566019

0tan24aa566024

0tan29aa5660290tan27aa5660270tan23aa566023

0tan18aa566018

0tan4aa566040tan2aa56602

Reden vaste tolken (N = 38)

Figuur 9 Grafiek Reden vaste tolken (N=38)

De respondenten mochten bij deze vraag meerdere opties aanklikken. In totaal waren er 79 reacties. Naast de gegeven opties waren er drie respondenten die een andere reden aangaven. Zo is er één keer aangegeven dat de respondent de schrijftolk als vaste schrijftolk heeft omdat deze Engels kan tolken. Daarnaast is er twee keer aangegeven dat de tolken kennis hebben van de materie en daarbij ook van de situatie van de klant.

4.2 Uitkomsten kwaliteitswaarderingenIn deze paragraaf worden resultaten van de vragen 7, 8 en 9 behandeld. Bij deze vragen zijn er drie verschillende Likertschalen weergegeven voor tolkvaardigheden, interactievaardigheden en algemene vaardigheden. Elke schaal bevat competenties die (mogelijk) gewenst zijn bij een schrijftolk. De respondent diende de verschillende stellingen te waarderen met ‘belangrijk’ tot ‘onbelangrijk’. Daarmee liep de schaal van 1 (belangrijk) tot 5 (onbelangrijk). De waarderingen 1 en 2 zijn in de grafieken samengevat in ‘belangrijk’. Waardering 3 wordt weergegeven met ‘neutraal’ en waarderingen 4 en 5 worden weergeven met ‘onbelangrijk’. Voor deze indeling is gekozen omdat op deze manier de resultaten en de grafieken overzichtelijk blijven. De resultaten zijn weergegeven in figuren 12, 13 en 14.

Waardering tolkvaardigheden (vraag 7)In de enquête zijn negen stellingen aan de respondenten voorgelegd op het gebied van tolkvaardigheden (zie bijlage III). In figuur 10 zijn bij ‘foutloos typen’ 37 reacties binnengekomen. Bij ‘NGT/NmG beheersen’ zijn slechts 36 reacties binnen gekomen. Aan de hand van figuur 10 kan worden geconcludeerd dat op het gebied van tolkvaardigheden ‘snel typen’ als belangrijkste competentie wordt gewaardeerd door de respondenten. Er waren negen items bevraagd maar met de zeven items in figuur 5 wordt een Cronbach’s alfa van 0,7 behaald waarmee wordt aangetoond dat deze items een goede samenhang hebben. De items ‘De schrijftolk heeft kennis van de verschillende tolksituaties’ en ‘De schrijftolk kan goed samenvatten’ zijn weggelaten omdat deze zorgden voor een

33

Page 35: Web viewKwaliteitsverbetering voor schrijftolken. Een onderzoek naar de kwaliteiten van schrijftolken en welke er, volgens haar klanten, verbeterd moeten worden

lagere Cronbach’s alfa. Bijzonder is dat ‘de schrijftolk kan goed samenvatten’ zorgt voor een lagere Cronbach’s alfa en dus niet wordt meegenomen in het onderzoek. Het is immers erg belangrijk voor een schrijftolk om te kunnen samenvatten, want wanneer er te snel wordt gesproken moet de schrijftolk wel samenvatten, om niet te ver achter te geraken. Wel is het aan de hand van de resultaten te verklaren. Het meest belangrijke vinden de schrijftolkgebruikers dat schrijftolken snel typen en dus alles letterlijk kunnen tolken. Hiermee geven zij impliciet aan dat een schrijftolk snel moet kunnen typen en daarom niet hoeft te kunnen samenvatten.

NGT/NmG beheersenFoutloos typen

Spreker(s) aangevenBeheersing Nederlands

Alles tolkenOm herhaling vragen

Snel typen

0tan28aa5

66028

0tan9aa

56609

0tan19aa5

66019

0tan29aa5

66029

0tan9aa

56609

0tan9aa566090tan4aa56604

0tan29aa5660290tan29aa5660290tan29aa566029

0tan28aa5660280tan28aa566028

0tan7aa566070tan2aa56602

0tan6aa566060tan4aa56604

0tan3aa566030tan2aa56602

0tan29aa566029

0tan17aa5660170tan28aa5660280tan29aa5660290tan1aa56601

0tan2aa566020tan4aa56604

0tan6aa56606

Waardering tolkvaardigheden(N=38)

OnbelangrijkNeutraalBelangrijk

Aantal respondenten

Figuur 10 Grafiek Waardering tolkvaardigheden

Waardering interactievaardigheden (vraag 8)In figuur 11 zijn bij ‘zelfverzekerd/assertief’ en ‘alert/geconcentreerd’ 37 reacties binnengekomen. Aan de hand van deze figuur kan worden geconcludeerd dat op het gebied van interactievaardigheden ‘professionaliteit’ als belangrijkste competentie wordt gewaardeerd door de respondenten. Deze items hangen goed met elkaar samen daar de Cronbach’s alfa 0,74 is.

34

Page 36: Web viewKwaliteitsverbetering voor schrijftolken. Een onderzoek naar de kwaliteiten van schrijftolken en welke er, volgens haar klanten, verbeterd moeten worden

juiste wijze in gesprek mengenopen / humor

goed functie uitleggengoede luisterhouding

zelfverzekerd/assertiefop gepaste wijze om herhaling vragen

alert / geconcentreerdfexibiliteit

professionaliteit

0tan28aa566028 0tan19aa566019 0tan9aa56609

0tan3aa566030tan3aa56603

0tan29aa5660290tan1aa56601

0tan29aa5660290tan29aa566029

0tan28aa5660280tan28aa5660280tan28aa566028

0tan7aa566070tan6aa56606

0tan7aa566070tan4aa56604

0tan2aa566020tan1aa56601

0tan1aa566010tan1aa56601

0tan28aa566028

0tan25aa5660250tan26aa566026

0tan28aa5660280tan30aa566030

0tan2aa566020tan4aa56604

0tan4aa566040tan5aa56605

0tan7aa56607

Waardering interactievaardigheden(N=38)

OnbelangrijkNeutraalBelangrijk

Aantal respondenten

Figuur 11 Waardering interactievaardigheden

Waardering overige vaardigheden (vraag 9)Aan de hand van de resultaten in figuur 12 kan worden geconcludeerd dat ‘de tolk komt op tijd’ het hoogst wordt gewaardeerd door de respondenten. Bij deze schaal zijn er geen items verwijderd doordat de vier items samen reeds een hoge Cronbach’s alfa geven. Namelijk een Cronbach’s alfa van 0,76.

De tolk kleedt zich netjes

De tolk heeft kennis van beamersituaties

De tolk heeft kennis van eigen apparatuur

De tolk komt op tijd

0tan28aa566028 0tan19aa566019 0tan9aa56609

0tan3aa56603

0tan3aa56603

0tan29aa566029

0tan28aa566028

0tan8aa56608

0tan5aa56605

0tan1aa56601

0tan29aa566029

0tan24aa566024

0tan27aa566027

0tan4aa56604

0tan6aa56606

Waardering overige vaardigheden(N=38)

OnbelangrijkNeutraalBelangrijk

Aantal respondenten

Figuur 12 Grafiek Waardering overige vaardigheden

4.3 Adviezen van respondentenIn deze paragraaf zijn de resultaten van vraag 14 tot en met 18 weergegeven. Bij deze vragen is er naar de mening van de respondenten gevraagd omtrent de kwaliteiten van schrijftolken; welke zij reeds bezitten en welke zij dienen te verbeteren.

Niet teruggevraagde schrijftolken en de minpunten (vraag 14 en 15)In vraag 14 wordt de respondenten gevraagd of er schrijftolken zijn die zij niet nogmaals vragen voor een tolkopdracht. Van de 38 respondenten zijn er 21 die een schrijftolk niet

35

Page 37: Web viewKwaliteitsverbetering voor schrijftolken. Een onderzoek naar de kwaliteiten van schrijftolken en welke er, volgens haar klanten, verbeterd moeten worden

meer terugvragen. Bij vraag 15 wordt deze respondenten gevraagd waarom zij deze schrijftolken niet meer terugvragen. Vraag 15 is een open vraag. De reacties zijn geanalyseerd en daaruit kwamen verschillende minpunten uit naar voren. In figuur 13 staan de minpunten weergegeven.

Te lag

e typ

snelh

eid

Onprettige

werkhouding

(Onaan

gekondigd

) samen

vatten

Tevee

l typfouten

Slechte

behee

rsing N

ederl

ands

Overig

0tan28aa566028

0tan1aa56601

0tan3aa56603

0tan5aa56605

0tan7aa56607

0tan9aa56609

0tan11aa566011

0tan13aa566013

Minpunten schrijftolken (N = 21)

Aant

al re

actie

s

Figuur 13 Grafiek Minpunten schrijftolken

Respondenten konden bij deze vraag meerdere punten aangeven. In totaal hebben de 21 respondenten 41 reacties gegeven waarbij het meest werd aangegeven dat de schrijftolken een te lage typsnelheid hebben. Daarnaast werd er aangegeven dat er ‘teveel typefouten’ werden gemaakt door sommige schrijftolken. Doordat de schrijftolken de fouten gingen verbeteren vonden de respondenten het dan onrustig en niet prettig lezen. Bij ‘onprettige houding’ werd er aangegeven dat de tolken geen fijne werkhouding hadden, veel met zichzelf bezig waren en een 9-tot-5-mentaliteit hadden. Het ‘onaangekondigd samenvatten’ is ook vaak als reden gegeven en daarbij vinden respondenten het sowieso niet fijn dat er wordt samengevat. Andere respondenten vinden het samenvatten geen probleem maar willen dan wel dat de schrijftolk het aangeeft dat ze samenvat, dan kan de klant daar rekening mee houden. Bij de overige punten wordt er gesproken over -Het niet kunnen weergeven van statistische formules.-Het ontbreken van professionaliteit.-Een gebrek aan kennis van eigen apparatuur.-Het niet op tijd komen van de schrijftolk.-Over schrijftolken die overrompeld zijn door de inhoud van de tolkopdracht..

36

Page 38: Web viewKwaliteitsverbetering voor schrijftolken. Een onderzoek naar de kwaliteiten van schrijftolken en welke er, volgens haar klanten, verbeterd moeten worden

Advies naar schrijftolkenopleiding door schrijftolkgebruikers (vraag 16)Bij de vraag een advies te formuleren naar de Ad schrijftolkenopleiding zijn de volgende punten benoemd door 27 respondenten (zie figuur 14). De respondenten mochten meerdere adviezen formuleren. Zo zijn er door de 27 respondenten 48 adviezen geformuleerd. Het meest genoemde punt is dat de respondenten willen dat net afgestudeerde schrijftolken sneller typen. Momenteel studeren schrijftolken af met een typsnelheid van 500 tekens per minuut. Wanneer de schrijftolken afstuderen met een hogere snelheid zouden zij, volgens de respondenten, meer aan de schrijftolkgebruikers kunnen meegegeven tijdens de tolksituatie en hoeft er minder te worden samengevat.

Een ander veel genoemd punt is de houding van de net afgestudeerde schrijftolken. Hierbij werd vooral de omgang met dove en slechthorende klanten benoemd. Daarnaast zijn net afgestudeerde schrijftolken wat onzeker en zij mogen zich assertiever opstellen van de respondenten. Het derde punten hangt samen met punt 1, de snelheid ligt laag en daarbij worden ook veel typefouten gemaakt. Momenteel mogen studenten één procent fouten maken. Dus wanneer zij 2500 tekens typen, mogen zij 25 typefouten maken. Volgens de respondenten is dit een te hoog percentage en de schrijftolkenopleiding moet daar volgens hen meer aandacht aan besteden.

Hogere t

ypsnelh

eid

Houding

Foutlo

os typen

Volledigh

eid (o

nderbrek

en)

Afstem

ming klan

ten

NGT/NmG/V

ingersp

ellen

Engel

s/vakj

argon ty

pen

Nederl

andse

spelling/g

rammati

ca

Algemen

e ontw

ikkelin

g

ICT ken

nis 0tan28aa566028

0tan1aa56601

0tan3aa56603

0tan5aa56605

0tan7aa56607

0tan9aa56609

Verbeterpunten opleiding Ad schrijftolk (N = 32)

Aant

al re

actie

s

Figuur 14 Grafiek Verbeterpunten opleiding Ad schrijftolk

37

Page 39: Web viewKwaliteitsverbetering voor schrijftolken. Een onderzoek naar de kwaliteiten van schrijftolken en welke er, volgens haar klanten, verbeterd moeten worden

Positieve punten van de reeds werkzame schrijftolken (vraag 17)Bij de vraag om drie positieve punten te benoemen zijn er 34 reacties binnengekomen. Daarvan waren er 31 bruikbaar. Drie van de respondenten hadden aangegeven de vraag niet te snappen. Door deze 31 respondenten zijn er 85 positieve punten benoemd. De punten zijn weergegeven in figuur 15.Er is bij deze vraag aangegeven dat de houding van de huidige schrijftolken een belangrijk punt is. Negentien van de 31 respondenten hebben aangegeven dat het een positief punt is van de huidige schrijftolken. Wel is dit een vrij breed begrip. Hieronder wordt namelijk het volgende verstaan: assertief (4), humor (2), vriendelijk (2), gezellig, klik, aardig, geen vooroordelen, betrokken (5), behulpzaam en de omgang met jongeren. Op de tweede plaats komt de typsnelheid, dit is zestien maal benoemd. In de grafiek hieronder ziet u ook ‘overige’. Er zijn namelijk verschillende punten die slechts één of tweemaal zijn benoemd. Zoals -de schrijftolken zijn alert-de schrijftolken hebben een goede Nederlandse beheersing -de schrijftolken onderbreken wanneer nodig-de schrijftolken vermelden de namen van de aanwezigen-de schrijftolken hebben kennis heeft van de materie/vakjargon-de schrijftolken zijn vaak beschikbaar -de schrijftolken zijn kwalitatief goed-de schrijftolken zijn niet bezig met wat er wordt gezegd (geen invloed/afleiding van eigen mening)-de schrijftolken staan niet te lang stil bij gemaakte fouten

Deze punten zijn slechts één keer benoemd. De volgende punten zijn tweemaal benoemd:-De schrijftolken hebben kennis van hun apparatuur en de vernieuwingen-De schrijftolken hebben een goede inzet-De schrijftolken geven de tolktekst mee

Houding

Snelh

eid

Flexib

el

Nauwkeu

righeid

Profes

sionee

l

NmG/Geb

aren

Kennis s

ituati

eOp tijd

Overige

0tan28aa5660280tan1aa566010tan3aa566030tan5aa566050tan7aa566070tan9aa56609

0tan11aa5660110tan13aa5660130tan15aa5660150tan17aa5660170tan19aa566019

Positieve punten huidige schrijftolken (N=31)

Aant

al re

actie

s

Figuur 15 Positieve punten huidige schrijftolken (N=31)

De vraag is echter wel of de vraag goed geformuleerd was, daar er drie respondenten waren die de vraag niet goed begrepen. Het gaat hierbij namelijk in de schrijftolkengroep in zijn algemeen. Dus ook de schrijftolken die eventueel niet worden teruggevraagd. Maar hierbij

38

Page 40: Web viewKwaliteitsverbetering voor schrijftolken. Een onderzoek naar de kwaliteiten van schrijftolken en welke er, volgens haar klanten, verbeterd moeten worden

kan wel worden gesteld dat de houding van vele schrijftolken prettig is, dat zij betrokken en vriendelijk zijn. Ook hebben veel schrijftolken een hoge typsnelheid en met de diversiteit in de antwoorden kan worden vastgesteld dat elke schrijftolkgebruiker weer een ander punt als positief ervaart. Zo heeft iedereen dus een persoonlijke voorkeur.

Negatieve punten reeds werkzame schrijftolken (vraag 18)Bij de laatste vraag uit de enquête is de respondenten gevraagd naar welke negatieve punten zij kunnen benoemen van de huidige schrijftolken. Hierbij zijn 60 punten benoemd. Zeven respondenten gaven echter aan dat ze geen negatieve punten kunnen noemen over de huidige schrijftolken en juist zeer tevreden zijn over de huidige schrijftolken (zie kolom ‘tevreden’ in figuur 16). Ook bleek dat deze vraag voor sommige respondenten niet duidelijk was doordat deze vraag wellicht op een onduidelijke manier is geformuleerd. Daardoor zijn er zeven antwoorden binnen gekomen waaruit bleek dat de vraagstelling niet begrepen is. Daarnaast zijn de meest genoemde negatieve punten: een te lage typesnelheid en teveel typefouten. Deze beide punten maken het voor de schrijftolkgebruikers lastig om de tolktekst te kunnen lezen en/of te volgen. In deze grafiek vindt u ook het punt ‘overige’. Hieronder vallen punten die slechts eenmaal zijn benoemd. Deze punten zijn: Geen beheersing van NmG, weinig kennis van medische terminologie, dat er veel vrouwelijke schrijftolken zijn, dat de schrijftolken te weinig kennis hebben van vreemde talen, slecht omgaan met afspraken en dat tolken namen niet vermelden.

Tevred

en

Te wein

ig snelh

eid

Tevee

l typfouten

Onprettige

houding

Te wein

ig tech

nisch in

zicht/s

lechte

appara

tuur

Gebrek

professio

naliteit

Alleen to

lken in

Nederl

ands

Overige

Onduidelijk

0tan28aa566028

0tan1aa56601

0tan3aa56603

0tan5aa56605

0tan7aa56607

0tan9aa56609

0tan11aa566011

0tan13aa566013

Negatieve punten huidige schrijftolken (N=33)

Aant

al re

actie

s

Figuur 16 Grafiek Negatieve punten huidige schrijftolken

39

Page 41: Web viewKwaliteitsverbetering voor schrijftolken. Een onderzoek naar de kwaliteiten van schrijftolken en welke er, volgens haar klanten, verbeterd moeten worden

4.4 Uitkomsten in relatie met achtergrondinformatieBij de enquête is de respondenten gevraagd naar hun achtergrondinformatie; leeftijd, opleidingsniveau, waar zij een schrijftolk het meest inzetten en hoe vaak zij een schrijftolk inzetten. Interessant is te kijken of de achtergrond van de respondenten invloed heeft op de waardering van de kwaliteiten die in vraag 7, 8 en 9 zijn voorgelegd aan de respondenten. De onderzoeker verwacht vijf relaties; opleidingsniveau versus waardering van de kwaliteiten, inzet van een schrijftolk versus de waardering van de kwaliteiten, leeftijd versus de waardering van de kwaliteiten, situatie versus de waardering van de kwaliteiten en bekijken van tolktekst of spreker(s) versus de waardering van de kwaliteiten.

Echter blijkt na analyse dat er geen opvallende relaties zijn tussen de uitkomsten van de enquête en de achtergrondinformatie van de respondenten. In bovenstaande hoofdstuk zijn de resultaten uiteen gezet. Op basis van de resultaten volgen in hoofdstuk 5 de conclusies en de discussie.

40

Page 42: Web viewKwaliteitsverbetering voor schrijftolken. Een onderzoek naar de kwaliteiten van schrijftolken en welke er, volgens haar klanten, verbeterd moeten worden

Hoofdstuk 5. Conclusies en discussie

5.1 InleidingDit onderzoek heeft als doelstelling helder te krijgen hoe de beroepspraktijk verbeterd kan worden. Door middel van een enquête zijn schrijftolkgebruikers bevraagd naar hun ervaringen met schrijftolken en daarbij naar hun mening; welke positieve ervaringen hebben zij met schrijftolken en welke vaardigheden dienen schrijftolken te verbeteren? In de analyse zijn de afzonderlijke punten te lezen maar in dit hoofdstuk worden de conclusies beschreven die zijn geformuleerd aan de hand van de resultaten. In dit hoofdstuk wordt dan ook de hoofdvraag beantwoord; ‘’ Welke kwaliteiten vinden schrijftolkgebruiker het belangrijkst voor een schrijftolk op het gebied van interactievaardigheden, tolkvaardigheden en algemene vaardigheden?

Tevens worden de onderzoeksvragen beantwoord; (1) Welke kwaliteiten willen de schrijftolkgebruikers verbeterd zien bij de huidige schrijftolken? En (2) Aan welke eisen dienen schrijftolken op het gebied van interactievaardigheden en tolkvaardigheden, volgens schrijftolkgebruikers, te voldoen?

5.2 Conclusies eisen kwaliteiten schrijftolkenWanneer onderzoeksvraag 1 wordt beantwoord, ‘welke kwaliteiten willen de schrijftolkgebruikers verbeterd zien bij de huidige schrijftolken?’, kan het volgende geconcludeerd worden:-Op het gebied van tolkvaardigheden wordt benoemd dat de schrijftolken die niet meer worden teruggevraagd moeten werken aan hun typesnelheid. Tevens wordt de lage typsnelheid benoemd bij de negatieve punten van schrijftolken door de respondenten.-Op het gebied van interactievaardigheden wordt door de respondenten benoemd dat de houding van de schrijftolken veel te wensen over laat. Zij zijn veel met zichzelf bezig en vergeten hierbij regelmatig de afstemming met de klanten. Zowel bij de negatieve punten als bij de verbeterpunten van niet teruggevraagde schrijftolken wordt dit punt benoemd.

Om tot deze beantwoording te komen is er gekeken naar vraag 15 en 18. In vraag 15 is de respondenten gevraagd waarom zij bepaalde schrijftolken niet meer terugvragen en hieruit kan dus worden geconcludeerd welke kwaliteiten schrijftolken dienen te verbeteren. Hetzelfde komt uit vraag 18, hierbij is gevraagd naar de ‘negatieve’ punten van de schrijftolken en welke zij dus dienen te verbeteren.

Wanneer onderzoeksvraag 2 wordt beantwoord, ‘Aan welke eisen dienen schrijftolken op het gebied van interactievaardigheden en tolkvaardigheden, volgens schrijftolkgebruikers, te voldoen?’ kan er worden gekeken naar de resultaten van de vragen 15 en 18. In deze vragen wordt gekeken naar welke kwaliteiten schrijftolken kunnen verbeteren volgens haar gebruikers.

Op het gebied van tolkvaardigheden dienen schrijftolken, volgens de respondenten, aan de volgende eisen te voldoen:-Snelheid. De schrijftolkgebruikers vinden het belangrijk dat schrijftolken een hoge typsnelheid hebben. Veel schrijftolken hebben de benodigde snelheid niet en daarbij maken ook veel schrijftolken te veel typefouten. -Technische ontwikkelingen bijhouden. Doordat schrijftolken werken met laptops, iPads

41

Page 43: Web viewKwaliteitsverbetering voor schrijftolken. Een onderzoek naar de kwaliteiten van schrijftolken en welke er, volgens haar klanten, verbeterd moeten worden

en beamers verwachten de schrijftolkgebruikers dat de schrijftolken op de hoogte zijn van de ontwikkelingen op dit gebied maar dit is niet altijd het geval. Het is volgens de respondenten dus van belang dat de schrijftolken hier (meer) kennis en vaardigheden van opdoen.-Nederlandse beheersing. Daar schrijftolken tolken van het gesproken Nederlands naar het geschreven Nederlands dient de beheersing van het Nederlands goed tot zeer goed te zijn. De respondenten vinden echter dat de Nederlandse taalbeheersing hoger moet liggen bij de schrijftolken. Het niveau waarop zij afstuderen, hbo-niveau, zou niet voldoende zijn.-Volledigheid. De respondenten missen geregeld de volledigheid van de tolktekst. Dit punt hangt echter samen met de typsnelheid. Wanneer een schrijftolk minder snel typt zal hij/zij minder kunnen meegeven via de tolktekst omdat er een achterstand tenopzichte van het gesprokene ontstaat. Dit kan ondervangen worden door correct en volledig samen te vatten wanneer de spreeksnelheid te hoog ligt voor de schrijftolk. Samen vatten is daarbij dus ook een verbeterpunt voor de schrijftolken.

Op het gebied van interactievaardigheden dienen schrijftolken, volgens de respondenten, aan de volgende eisen te voldoen: -Houding. Het punt houding is ook veel genoemd door de respondenten. Schrijftolken zouden veel met zichzelf bezig zijn en de respondenten missen een bepaalde betrokkenheid bij de schrijftolken. De schrijftolken zouden een 9-5 mentaliteit hebben terwijl het volgens de respondenten meer een levenstijl is daar het beroep een dienstverlenend beroep is. -Afstemming met de klant. Bij deze kwaliteit menen de respondenten dat de communicatie altijd helder moet verlopen; dat de schrijftolk duidelijk moet communiceren over wanneer er wordt samengevat en wanneer niet . De kennismaking dient volgens de respondenten ook beter te verlopen.

De verbeterpunten en negatieve punten die twee keer of minder zijn benoemd, zijn niet meegenomen in deze conclusie.

5.3 Conclusies schrijftolken

Naast de deelvragen kan ook de hoofdvraag (welke kwaliteiten zoek een schrijftolkgebruiker in een schrijftolk op het gebied van interactievaardigheden, tolkvaardigheden en algemene vaardigheden?) worden beantwoord.-Op gebied van tolkvaardigheden willen schrijftolkgebruikers een schrijftolk die snel typt en daardoor vrijwel niet hoeft samen te vatten en geen essentiële informatie mist.-Op het gebied van interactievaardigheden willen schrijftolkgebruikers een schrijftolk die professioneel is. Dit begrip is echter vaag beleven tijdens het onderzoek en de respondenten hebben hier geen voorbeelden bij genoemd en door de onderzoeker is daar ook niet naar gevraagd.-Op het gebied van overige vaardigheden willen de schrijftolkgebruikers dat hun schrijftolk op tijd komt. Een logische en simpele kwaliteit.

Tot deze conclusie is tot stand gekomen door de resultaten van vraag 7, 8 en 9 te bestuderen. Hierin wordt per kwaliteitsgebied gekeken welke kwaliteit het hoogst werd gewaardeerd.

42

Page 44: Web viewKwaliteitsverbetering voor schrijftolken. Een onderzoek naar de kwaliteiten van schrijftolken en welke er, volgens haar klanten, verbeterd moeten worden

5.4 DiscussieIn deze paragraaf wordt teruggekeken op de conclusie en welke vragen hier bij kunnen worden gesteld. Uit paragraaf 5.2 blijkt dat schrijftolkgebruikers het ‘snel kunnen typen’ en ‘professionaliteit’ en ‘op tijd komen’ de belangrijkste kwaliteiten in een schrijftolk vinden. Hier bij is het echter de vraag wat men verstaat onder ‘snel typen’ en ‘professionaliteit’. Wanneer typt een schrijftolk snel? Wanneer er geen snelheid kan worden vastgesteld kan een schrijftolk niet voor zichzelf nagaan of hij of zij deze kwaliteit bezit.Voor de kwaliteit ‘professionaliteit’ geldt hetzelfde. Wat verstaan schrijftolkgebruikers onder professionaliteit? Pas wanneer dit begrip inhoudelijk duidelijk wordt kunnen schrijftolken voor zichzelf nagaan of zij deze kwaliteit bezitten. Het zou interessant zijn voor een vervolgonderzoek om deze drie begrippen verder uit te diepen.

Uit paragraaf 5.3 blijkt dat er verschillende verbeterpunten zijn genoemd door schrijftolkgebruikers. Door de lage respons is het echter niet mogelijk om harde conclusies te trekken aan de hand van dit onderzoek, en zijn de resultaten niet algemeen generaliseerbaar. De conclusie is daarom niet van toepassing op alle schrijftolken. Het is zaak dat schrijftolken, bij het lezen van de conclusie voor zichzelf nagaan welke kwaliteiten zij bezitten en aan welke er mogelijk nog verder gewerkt kan worden.

Tot slot kunnen de formuleringen van vraag 17 en 18 ter discussie worden gesteld en daarmee de resultaten die bij vraag 17 en 18 naar voren zijn gekomen. In deze vragen zijn de respondenten gevraagd welke positieve en negatieve punten zij kunnen benoemen voor de huidige schrijftolken. Voor enkele respondenten was de vraag niet duidelijk geformuleerd en daarmee kwamen er afwijkende antwoorden naar voren. Hiermee staan de resultaten van vragen 17 en 18 ter discussie. Dit had voorkomen kunnen worden door een proefenquête te maken en te verspreiden. Dit was echter niet mogelijk door tijdgebrek.

5.5 Tot slotEr kan worden geconcludeerd dat op het gebied van tolkvaardigheden schrijftolken hun typsnelheid, het foutloos typen, hun houding, hun technische kennis en de afstemming met hun klanten moeten verbeteren. De resultaten uit dit onderzoek zijn alleen niet algemeen generaliseerbaar en dus dienen schrijftolken voor zichzelf na te gaan welke punten op henzelf van toepassing zijn.

Daarnaast kan worden gesteld dat schrijftolkgebruikers het belangrijk vinden dat een schrijftolk professioneel is, snel typt en op tijd is bij een tolkopdracht.

In het volgende hoofdstuk, hoofdstuk 6, wordt beschreven welke invloed dit onderzoek kan hebben op het werkveld en worden er adviezen geformuleerd voor de Nederlandse Schrijftolken Vereniging, Stichting RTG en de Ad schrijftolkenopleiding.

43

Page 45: Web viewKwaliteitsverbetering voor schrijftolken. Een onderzoek naar de kwaliteiten van schrijftolken en welke er, volgens haar klanten, verbeterd moeten worden

Hoofdstuk 6. Toepassing en aanbevelingen

6.1 Toepassing van de resultaten in de praktijkTot dusver is er nauwlijks onderzoek gedaan de mening van schrijftolkgebruikers en welke kwaliteiten zij belangrijk vinden voor schrijftolken om te bezitten. Dit onderzoek is dan ook een eerste poging om te ontdekken welke competenties belangrijk worden gevonden door schrijftolkgebruikers. Duidelijk is wel dat dit onderzoek een aantal mogelijke handvaten geeft voor nascholingen voor de huidige schrijftolken. Schrijftolken dienen namelijk in een periode van vier jaar 60 uur te besteden aan nascholing. Daarmee is ruimte gecreëerd voor de schrijftolken om te werken aan hun eigen professionaliteit. De Nederlandse Schrijftolken Vereniging en Stichting Register Tolken Gebarentaal en schrijftolken verzorgen nascholingen voor schrijftolken en kunnen aan de hand van dit onderzoek bekijken of zij nieuwe/andere nascholingen kunnen ontwikkelen en aanbieden. Daarnaast blijft het aan de schrijftolken zelf om te bekijken welke kwaliteiten zij kunnen verbeteren. Dit vraagt uiteraard om zelfreflectie maar wanneer een schrijftolk dit regelmatig toepast, kan zij zelf actie ondernemen op zijn leerpunten. Uit het onderzoek komen redelijk eenduidige conclusies naar voren en de NSV en de Stichting RTG zouden hierop kunnen reageren met (aangepaste) nascholingen. Daarom kan er worden gesteld dat de resultaten zeker toepasbaar zijn in de praktijk en ondanks het feit dat de gegevens slechts verkregen zijn uit een kleine onderzoekspopulatie kunnen toch op basis van dit onderzoek enkele aanbevelingen worden gedaan. Deze staan omschreven in paragraaf 6.2.

6.2 Aanbevelingen6.2.1 Aanbevelingen NSV en Stichting RTGWanneer wordt gekeken naar de analyse komt naar voren dat de schrijftolkgebruikers het belangrijk vinden dat schrijftolken een hoge typsnelheid hebben en dat veel schrijftolken deze snelheid niet hebben en daarbij ook te veel typefouten maken. Dit zou aanleiding kunnen zijn voor de NSV en Stichting RTG om verschillende cursussen aan te bieden. Zo kan er een cursus worden aangeboden waarbij er klassikaal aan de snelheid wordt gewerkt en het foutenpercentage. Een enkele middag zal bij deze competentie niet toereikend zijn maar wellicht meerdere bijeenkomsten wel. Hierbij kan worden gedacht aan een cursus van plusminus 12 lessen van twee uur die wordt gedoceerd door een ervaren schrijftolk en daarnaast dienen de cursisten veel tijd te besteden aan zelfstudie. Via deze zelfstudie kunnen de cursisten werken aan de automatisering van de grepen op de Velotype of het Veyboard. Ook kan de competentie volledigheid worden meegenomen in zo’n cursus. Aan de hand van teksten kan worden gekeken wat er echt in de tolktekst moet komen te staan; wat er onmisbaar is voor de klant en wat er kan worden weggelaten uit de tekst wanneer de schrijftolk de spreeksnelheid niet kan bijhouden.

Het punt houding is ook veel genoemd. Hier kan op meerdere manieren invulling aan worden gegeven. Een cursusdag lang kan er worden gediscussieerd en worden gesproken over de houding van de schrijftolken richting de klanten. Hierbij kan het ook uiterst leerzaam zijn wanneer schrijftolkgebruikers worden uitgenodigd en deze mee discussiëren en hun mening geven. Een andere mogelijkheid is het volgen van een cursus van een docent die interactievaardigheden doceert. Wanneer er een stuk of vijf lessen worden georganiseerd kan men in deze lessen meerdere rollenspelen houden waarin verschillende situaties naar

44

Page 46: Web viewKwaliteitsverbetering voor schrijftolken. Een onderzoek naar de kwaliteiten van schrijftolken en welke er, volgens haar klanten, verbeterd moeten worden

voren komen. Naar aanleiding van de rollenspellen kunnen de docent en de schrijftolken(gebruikers) feedback geven op het handelen van de schrijftolk in het rollenspel. Ook kunnen er video opnames worden gemaakt waarna men het handelen van de schrijftolk bespreekt. Daarnaast kunnen praktijkvoorbeelden worden aangehaald en deze kunnen dan vervolgens met de groep worden besproken.

De respondenten hebben ook benoemd dat er wordt samengevat door de schrijftolk, terwijl dit niet wordt aangegeven aan de klant. Dit valt onder afstemming met de klant. Bij deze competentie zou een workshop of een cursusdag mogelijk verbetering kunnen brengen. Een opfriscursus kan worden aangeboden. Hierin kunnen de punten aangestipt worden die belangrijk zijn om te bespreken met je klanten en in een rollenspel kan de introductie/afstemming worden geoefend waarbij wordt gelet op de dienstbaarheid van de schrijftolk richting de schrijftolkgebruiker.

Bij de opleiding wordt er vanuit gegaan dat studenten een basiskennis hebben van laptops en de bijhorende zaken. In de opleiding wordt slechts tijdens één module aandacht besteed aan de laptop, het veyboard / de velotype en het gebruiken van een beamer. Het is echter zo dat de techniek zich blijft ontwikkelen dat er steeds nieuwe uitvindingen worden gedaan die invloed hebben op het schrijftolken. Zo kan er tegenwoordig ook worden getolkt met behulp van een iPad of tablet in plaats van een laptop. Er kan dus een workshopmiddag worden georganiseerd waarin de laatste ontwikkelingen worden aangestipt, geoefend en besproken. Een ervaren schrijftolk die op de hoogte is van de laatste technische ontwikkeling, kan deze cursus verzorgen. Raadzaam voor de cursisten is het om contact met de trainer te houden voor wanneer er vragen ontstaan bij de technische ontwikkelingen.

Voor de beheersing van het Nederlands van de schrijftolken worden er momenteel genoeg nascholingen aangeboden. Wel is het belangrijk dat die blijft bestaan aangezien de schrijftolkgebruikers ook aangeven dat dit een leerpunt is voor schrijftolken.

6.2.2 Aanbevelingen Ad schrijftolkenopleidingIn de enquête wordt de respondenten ook gevraagd of zij een advies hebben voor de Ad schrijftolkenopleiding. Deze adviezen geven een indruk van wat de respondenten verbeterd willen zien maar voorzichtigheid is geboden bij de interpretatie van deze adviezen daar de respondenten niet (altijd) een helder beeld hebben over wat er tijdens de opleiding wordt aangeboden en aangeleerd. Echter, het zou waardevol kunnen zijn voor de opleiding om te kijken welke punten worden benoemd door de respondenten. De aanbevelingen die zijn genoemd zijn de volgende:-De typsnelheid van de net afgestudeerde studenten moet hoger liggen. Momenteel studeren de studenten af met een typsnelheid van 500 tekens per minuut. Interessant is om te bekijken welke snelheid wenselijk is. Nieuw onderzoek is hiervoor gewenst. -De net afgestudeerde studenten dienen minder typefouten te maken. Momenteel mogen de studenten één procent fouten maken in een tekst. Interessant hierbij is om te kijken of dit percentage lager moet komen te liggen of dat schrijftolken in het werkveld meer typefouten dan tijdens de toetsen die de studenten moeten afleggen bij de opleiding. Daarnaast geven de respondenten aan dat de schrijftolkstudenten de gemaakte fouten meer moeten negeren. Het verbeteren van de fouten wordt namelijk door de respondenten als storend ervaren. -Respondenten geven, in mindere mate, aan dat zij graag willen dat het niveau van NmG en

45

Page 47: Web viewKwaliteitsverbetering voor schrijftolken. Een onderzoek naar de kwaliteiten van schrijftolken en welke er, volgens haar klanten, verbeterd moeten worden

NGT van de net afgestudeerde schrijftolken hoger ligt. Er zijn respondenten die graag willen overleggen in gebarentaal en nu is het niveau van de schrijftolken niet toereikend. In de opleiding worden meerdere modules NGT en NmG aangeboden. Hierbij kan echter worden gekeken naar de inhoud van de modules; de gebaren die de studenten leren, zijn die ook toepasbaar in de praktijk? Wellicht dat specifiek lexicon moet worden aangeboden waardoor de studenten op hoogwaardig niveau kunnen communiceren in NGT of NmG met de schrijftolkgebruikers tijdens een introductie en afstemming.-Volledigheid is ook een punt dat is genoemd door de respondenten. Zij ervaren dat een tolktekst soms onsamenhangend is. Hierbij kan echter de vraag worden gesteld of dit komt door keuzes van de schrijftolkstudent of van de spreker. Het letterlijk tolken van gesproken taal is is anders dan het omzetten van spontane gesproken taal naar schrijftaal. Interessant is om te kijken of schrijftolkgebruikers graag meer schrijftaal willen dan een letterlijke vertaling. Een letterlijke vertaling kan namelijk ook als onsamenhangend overkomen.De schrijftolkgebruikers willen ook graag de tekst kunnen volgen en willen graag dat grappen ook worden getolkt. Zij willen dan dat de schrijftolk correct samenvat of de spreker(s) onderbreekt wanneer hij/zij het niet kan volgen. Zowel in het samenvatten als in het onderbreken wordt lesgegeven op de Ad opleiding. Toch kan er worden gekeken binnen de opleiding of deze punten meer aan bod kunnen komen of dat een wijziging moet worden aangebracht in de manier van tolken. Misschien blijkt na onderzoek wel dat schrijftolkgebruikers liever schrijftaal lezen dan letterlijk opgeschreven gesproken taal.-Beheersing van het Nederlands is in mindere mate aangegeven door de respondenten. Zij vinden dat het niveau van het Nederlands hoger mag liggen. Voorheen werd er geen les gegeven in het Nederlands omdat de verwachting was dat binnenkomende studenten reeds een goed niveau hadden. Het blijkt dan ook uit een onderzoek dat studenten die binnenkomen met een vwo, hbo of wo niveau gemiddelde hoger scoren op de toetsen die binnen de opleiding worden afgenomen (Nijen Twilhaar, 2008) dan studenten die met een mbo of havo niveau binnenkomen bij de opleiding. Doordat studenten er zelf om hebben gevraagd zijn er extra lessen Nederlands geïntergreerd in de opleiding. Daarmee wordt dit punt wellicht al ondervangen.-Houding is een veel genoemd punt door de respondenten. Zij ervaren dat de net afgestudeerde schrijftolken slecht kunnen werken onder stress, ze missen empathie bij de schrijftolken en zij hebben kritiek op de omgang met doven. Dit punt, zoals beschreven in 5.4, is een punt dat om meer onderzoek vraagt. Welke houding is nu daadwerkelijk gewenst bij schrijftolken? Pas wanneer hier een eenduidig beeld over is ontstaan kan de Ad schrijftolkenopleiding hier eventueel op inspringen. Wel kan er worden gesteld dat ‘houding’ een punt van aandacht is binnen de opleiding daar er zes modules worden gegeven waarvan een onderdeel Interactievaardigheden is en daarnaast krijgen de studenten feedback op hun houding tijdens de stages.-Een gebrek aan algemene ontwikkeling is een punt dat slechts tweemaal is aangedragen. De opleiding biedt tijdens de opleiding geen modules aan waarin studenten aan hun algemene ontwikkeling kunnen verbeteren. Het is daarom zaak dat studenten zelf een brede interesse hebben en zelf hun kennis verbreden. Het is echter ook een basis-eigenschap voor schrijftolkstudenten daar ze in verschillende situaties tolken en daarbij een brede interesse en kennis kunnen inzetten tijdens het tolken. De Ad schrijftolkopleiding kan hierop ook inspringen door studenten te stimuleren in deze ontwikkeling en zij kunnen er eventueel een module aan wijden. -Engels typen, andere talen tolken en vakjargon; deze drie punten zijn de laatste jaren steeds belangrijker geworden doordat steeds meer vergaderingen en congressen in het

46

Page 48: Web viewKwaliteitsverbetering voor schrijftolken. Een onderzoek naar de kwaliteiten van schrijftolken en welke er, volgens haar klanten, verbeterd moeten worden

Engels worden gehouden. Interessant is dus om te kijken in hoeverre dit kan worden aangeboden tijdens de opleiding. Wellicht kan er ruimte worden gecreëerd voor een keuzevak binnen de opleiding waarbij de studenten kunnen kiezen voor het schrijftolken vanuit het Engels of een andere taal.-Kennis van de laptop en de beamer is een belangrijke kwaliteit voor schrijftolken. In de opleiding wordt hier aandacht aan besteed. Toch kan er worden gekeken of hier meer aandacht aan kan worden besteed, zeker gezien het feit er steeds nieuwe technologische ontwikkelingen opkomen waar onder het tolken op een tablet of iPad.

Bovengenoemde adviezen kunnen interessant zijn om binnen de opleiding onder de loep te nemen. Op deze manier wordt er een uitwisseling gecreëerd tussen het werkveld en de opleiding. Binnen elk vakgebied is dit contact belangrijk en is het wijs dat men over en weer naar elkaar luistert en adviezen uitwisselt.

Bronnenlijst

47

Page 49: Web viewKwaliteitsverbetering voor schrijftolken. Een onderzoek naar de kwaliteiten van schrijftolken en welke er, volgens haar klanten, verbeterd moeten worden

Bontempo, K., & Napier, J. (2007) Mind the Gap! A skills analysis of sign language interpreters. The Sign Language Translator and Interpreter, 1(2), 275-299

Bontempo, K., & Napier, J. (2009). Getting it right from the start: Program admission testing of signed language interpreters. In C.V. Angelellie & H.E. Jacobson. Testing and Assesment in Translation and Interpreting Studies. (pp248-249). Philadelphia: John Benjamins B.V.

Eisenberg, S., Horn, C., Larson, J., Levitt, H., & Stuckless, R. (1999). Real-time speech-to-text services. Rochester Institute of Technology, National Technical Institute for the Deaf, Northeast Technical Assistance Center.

Hammer, A. (2013). Competentiekaarten Schrijftolk NGT, Hogeschool Utrecht. Interne publicatie.

HU. (z.j.). Over instituut voor Gebaren, Taal & Dovenstudies. Geraadpleegd op 27 december via http://www.hu.nl/los/igtd

IGT&D, HU. (2013-2014). Studiegids, Associate degree-opleiding Schrijftolk.Utrecht: HU Diensten

Lange, R. de, & Schuman, H. (2010). Praktijkgericht onderzoek voor reflectieve professionals. Maklu

Locker, R. (1990). Lexical equivalence in transliterating for Deaf students in the university classroom: Two perspectives. Issues in Applied Linguistics, 1(2), 167-195

Menzis. (z.j.). Maximum uren en aanvraag extra doventolkuren. Geraadpleegd op 21 december 2013 via http://www.menziszorgkantoor.nl/web/Consumenten/ZorgAanvragen/DoventolkZorg/MaximumUrenEnAanvraag ExtraDoventolkuren.htm

Napier, J., & Rohan, M. (2003). An invitation to Dance: Deaf consumers’ perspectives of signed language interpreters and interpreting In M. Metzger & Fleetwood, E. (2007). Translation. Socialinquistic, and Consumers Issues in Interpreting (pp 159 – 203) Washington, DC: Gallaudet University Press

NBTG. (2013). Persbericht onderzoek kwaliteit tolken gebarentaal. Geraadpleegd 22 december viahttp://www.nbtg.nl/nieuws/2013/03/15/persbericht-onderzoek-kwaliteit-tolken-gebarentaal

Nijen Twilhaar, J. (2008). Over het verband tussen de vooropleiding en de studieresultaten van de eerstejaars studenten van de bacheloropleiding Leraar/Tolk Nederlandse Gebarentaal en de opleiding Associate Degree Schrijftolk. Hogeschool Utrecht

NOS. (2012). Develop your performance as a Speech to Text Reporter. Geraadplaagd op 27 december 2013 via http://nos.ukces.org.uk/NOS%20Directory/NOS%20PDF%20%20CfA/NOSProjectDocuments_281/CFASTTR4.pdf

NSV. (2009a). Beroepsprofiel Schrijftolk. Geraadpleegd 22 december 2013 via www.schrijftolk.org/schrijftolk/beroepsprofiel

48

Page 50: Web viewKwaliteitsverbetering voor schrijftolken. Een onderzoek naar de kwaliteiten van schrijftolken en welke er, volgens haar klanten, verbeterd moeten worden

NSV. (2009b). Beroepscode Schrijftolk. Geraadpleegd 22 december 2013 viawww.schrijftolk.org/sites/default/files/BeroepscodeSchrijftolk2001-11-2009definitief.pdf

NSV. (2012). De schrijftolk. Geraadpleegd op 21 december 2013 via http://www.schrijftolk.org/schrijftolk

Stichting RTG. (z.j.). Nascholingen. Geraadpleegd op 31-03-2014 via http://www.stichtingrtg.nl/nascholingen

Stichting RTG. (2013). Overzicht geregistreerde tolken. Geraadpleegd op 21 december 2013 via http://www.stichtingrtg.nl/het-register

SIGV Vereniging. (2007). Tolken, een kwestie van kwaliteit. Geraadpleegd op 27 december 2013 via http://sigv-vereniging.nl/sites/default/files/Tolkwijzer.pdf

Shaw, S., Hughes, G. (2006). Essential characteristics of sign language interpreting student: perspectives of student and faculty. Interpreting: International Journal of Research & Practice in Interpreting, 8(2), 195 – 221

Tolk en Vertaal Centrum Nederland. (2011). Het verschil tussen consecutief en simultaan tolken. Geraadpleegd op 28 december 2013 via http://www.tvcn.nl/nl/blog/2011/12/29/het-verschil-tussen-consecutief-en-simultaan-tolken/

Tolknet. (2012-2014). Bemiddeling. Geraadpleegd 21 december 2013 via http://www.tolknet.nl/bemiddeling

UWV. (jaartala). Vergoeding diensten voor doven, blinden en motorisch gehandicapten. Geraadpleegd op 21 december 2013 via http://www.uwv.nl/Particulieren/voorzieningen/ik_heb_of_zoek_werk/dienstverlening_doven_blinden_motorisch.aspx

UWV. (jaartalb). Vergoeding voor doventolk op onderwijsplek. Geraadpleegd op 21 december 2013 via http://www.uwv.nl/Particulieren/voorzieningen/ik_zit_op_school/vergoeding_voor_doventolk_op_onderwijsplek.aspx

Wagner, S. (2005). Intraligual speech-to-text-conversion in real-time: Challenges and Opportunities. Geraadpleegd op 27 december 2013 via http://www.euroconferences.info/proceedings/2005_Proceedings/2005_Wagner_Susanne.pdf

Wereld van gebaren. (jaartal). Hoeveel tolkgebruikers zijn er in Nederland? Geraadpleegd op 7 januari 2014 via www.wereldvangebaren.nl/hoeveel-tolkgebruikers.php

Bijlage I

49

Page 51: Web viewKwaliteitsverbetering voor schrijftolken. Een onderzoek naar de kwaliteiten van schrijftolken en welke er, volgens haar klanten, verbeterd moeten worden

Curriculum Ad schrijftolk

(IGT&D, 2013-2014)

50

Page 52: Web viewKwaliteitsverbetering voor schrijftolken. Een onderzoek naar de kwaliteiten van schrijftolken en welke er, volgens haar klanten, verbeterd moeten worden

Bijlage II Competentiekaarten Ad schrijftolk

Competentiekaarten IGT&D: Associate Degree-opleiding Schrijftolk

Het onderwijs binnen de Faculteit Educatie is competentiegericht beroepsonderwijs. Onder een beroepscompetentie wordt verstaan: het integratieve en ontwikkelbare vermogen tot het uitvoeren van beroepstaken resulterend in beroepsgedrag dat bijdraagt aan wenselijke resultaten (Kloppenburg, 2009). Dit betekent dat de student tijdens zijn opleiding door integratie van kennis, vaardigheden en attitude het vermogen ontwikkelt om verantwoorde beslissingen te nemen op basis waarvan hij/zij adequaat kan handelen in meer complexe beroepssituaties.

Voor de AD-opleiding Schrijftolk zijn geen landelijke beroepscompetenties vastgelegd. De zeven geformuleerde competenties zijn afgeleid van het Beroepsprofiel van de Nederlandse Schrijftolken Vereniging (NSV).

Gedurende de tweejarige AD-opleiding ontwikkelt de student zijn/haar competenties. Deze ontwikkeling kent twee niveaus, namelijk:

Niveau 1 = hoofdfasebekwaam

Niveau 2 = startbekwaam

De niveaus worden bepaald door de mate van zelfstandigheid waarmee de student zijn/haar taken uitvoert (respectievelijk van onder begeleiding, naar zelfstandig), de mate van complexiteit van de context (respectievelijk van eenvoudig, naar complex) en de mate van volledigheid van handelen (van observeren en verwoorden, naar analyseren, toepassen en evalueren).

INTERPERSOONLIJK COMPETENTDe Schrijftolk zorgt ervoor dat er aan de voorwaarden is voldaan om een optimale communicatie tot stand te brengen tussen de klanten en zichzelf. Hij staat ten dienste van de klanten en neemt een onafhankelijke positie in die niet verder reikt dan zijn functie als tolk. De Schrijftolk respecteert de zelfstandigheid en de verantwoordelijkheid van de klanten en toont dat in zijn houding en gedrag naar de klanten. Hij signaleert wanneer er tussen hem en de klanten een misverstand dreigt te ontstaan in het geval van het niet aankunnen van de opdracht of gemis aan kennis van de wederzijdse cultuur, taal, normen en gebruiken. Hij maakt dit kenbaar aan de klanten en zoekt naar een oplossing of geeft de opdracht terug.

Niveau 1 Niveau 2De student onderkent het belang van een optimale communicatie tussen de klanten en hemzelf. De student heeft een respectvolle houding naar docenten en medestudenten en heeft elementaire kennis van cultuur, normen en gebruiken. De student beheerst elementaire communicatievaardigheden.

De student neemt een onafhankelijke positie in ten opzichte van de klanten en toont respect voor de zelfstandigheid en de verantwoordelijkheid van de klanten. De student geeft aan bij de klanten als er een misverstand dreigt te ontstaan en overlegt oplossingen.

Indicatoren: de student…-maakt contact met een klant-is respectvol.-communiceert door het hanteren van verbale en non- verbale technieken.

Indicatoren: de student…-vertoont de gewenste culturele houding en gedragingen.-kan tolkstrategieën voor optimale communicatie toepassen en evalueren.-kan op metaniveau reflecteren op eigen en andermans functioneren op verschillende

51

Page 53: Web viewKwaliteitsverbetering voor schrijftolken. Een onderzoek naar de kwaliteiten van schrijftolken en welke er, volgens haar klanten, verbeterd moeten worden

gebieden (gedrag, talig, schrijftolkmatig).

ORGANISATORISCH COMPETENTDe Schrijftolk draagt zorg voor organisatorische zaken en alle aspecten die samenhangen met zijn tolkopdracht. De tolk zorgt voor een gedegen voorbereiding op de uit te voeren tolkopdracht door zich te laten informeren over plaats, tijd en inhoud van de opdracht. Hij stemt met de klanten af over de te gebruiken communicatiemethode en –modaliteit, bepaalt samen met de klanten zijn plaats in de setting en draagt mede zorg voor optimale omstandigheden van licht en geluid. Dit alles om een optimale en effectieve communicatie tot stand te brengen.

Niveau 1 Niveau 2De student plant zijn eigen werkzaamheden (taken en afspraken) en ordent zijn materialen. De student draagt zorg voor een goede administratie van zijn taken.

De student hanteert een effectieve planning voor het uitvoeren van zijn tolkopdracht en overlegt met de klanten de optimale communicatiemethode en modaliteit. De student neemt zijn positie in de ruimte die leidt tot een optimale communicatie.

Indicatoren: de student…-verkent de mogelijkheden van de omgeving om een optimale communicatie tot stand te brengen.-plant zijn eigen werk en heeft zijn materialen op tijd bij de hand.-kent de gehanteerde regels en houdt zich daaraan.

Indicatoren: de student…-maakt een planning.-verzamelt gegevens van de klant.-bevestigt de klant schriftelijk dat er een tolkafspraak tot stand gekomen is en verwijst naar de leveringsvoorwaarden en beroepscode schrijftolk.-maakt het uitvoeringsformulier tolkopdracht.

COMPETENT IN SAMENWERKEN MET COLLEGA’SDe Schrijftolk zet zijn eigen deskundigheid en ervaring in ter ondersteuning van collega-tolken. Hij uit geen kritiek op zijn collega-tolken en klanten tijdens een tolksituatie, maar geeft zijn feedback buiten de tolksituatie. Indien hij meent dat een collega niet volgens de Beroepscode handelt dan wijst hij zijn collega daarop of wendt zich tot de geëigende instanties. De Schrijftolk neemt zijn zwijgplicht in acht tijdens collegiale contacten. De Schrijftolk is in staat om te werken in teamverband en stemt zijn activiteiten af op collega-tolken.

Niveau 1 Niveau 2De student onderkent het belang van het goed onderhouden van contacten met medestudenten. De student geeft en ontvangt feedback en laat zien wat hij hiermee doet. Hij neemt deel aan SLB.

De student geeft en ontvangt feedback van zijn collega’s op zijn werkzaamheden en houdt te allen tijden de Beroepscode in acht voor hemzelf en zijn collega’s. De student zet zijn deskundigheid en ervaring in voor de ontwikkeling van zijn beroepsgebied. De student is in staat om zijn activiteiten af te stemmen op collega-tolken.

Indicatoren: de student…-vraagt naar en benut feedback van docenten op de opleiding en medestudenten.-maakt afspraken met docenten op de opleiding en medestudenten en houdt zich hieraan.-geeft aan wat hij wel/niet kan.

Indicatoren: de student…-stelt eigen grenzen vast: is duidelijk over wat hij (niet) wil of kan.-verantwoordt zijn opvattingen en werkwijze aangaande samenwerken met collega’s binnen de organisatie/instelling.-is in staat een te tolken in teamverband.

52

Page 54: Web viewKwaliteitsverbetering voor schrijftolken. Een onderzoek naar de kwaliteiten van schrijftolken en welke er, volgens haar klanten, verbeterd moeten worden

COMPETENT IN SAMENWERKEN MET DE OMGEVINGDe Schrijftolk onderhoudt goed contact met zijn klanten en zijn omgeving. Hij zorgt ervoor dat er een vertrouwensband ontstaat tussen hem, de klanten en zijn omgeving. Hij bewaart strikte geheimhouding over wat hij tijdens een tolksituatie hoort of ziet en maakt geen misbruik van de informatie die hij door het tolken verkregen heeft. De Schrijftolk reageert op informatie waaruit blijkt dat het mentaal of fysiek welzijn van derden in gevaar kan komen of zelfs hun leven in gevaar kan brengen, door dit te melden bij de daartoe aangewezen instanties. De tolk handelt adequaat in alle mogelijke tolksituaties en houdt daarbij rekening met sociale en culturele verschillen.

Niveau 1 Niveau 2De student onderkent het belang van het onderhouden van een goed contact met zijn klanten en omgeving en het wederzijds vertrouwen.

De student gaat zelfstandig een vertrouwensband aan met de klanten en zijn omgeving. Hij tolkt in alle mogelijke situaties en houdt rekening met sociale en culturele verschillen.

Indicatoren: de student…-maakt op gepaste wijze kennis met de klanten.-heeft tijdens het tolken een neutrale houding.-geeft aan dat hij slechts één spreker tegelijk kan tolken.-geeft aan dat hij werkt conform de beroepscode schrijftolk.-stemt af met de klant(en) wie de uitleg van zij functie doet.-stemt op basis van de werkvormen (bijvoorbeeld monoloog, dialoog, vergadering) af op welke momenten er een tolkpauze is.

Indicatoren: de student…-heeft tijdens de introductie en het ingrijpen een assertieve en professionele houding.-maakt afspraken over het verloop van de tolksituatie.-anticipeert op wat gebeurt in de tolksituatie.-stemt de wensen en behoeften af van de klant van bijvoorbeeld: -het aangeven van de woordvoerders; -het ingrijpen en vragen om herhaling; -de tolkstrategieën.-heeft een signalerende en informerende functie met betrekking tot de communicatie in de tolksituatie.-maakt afspraken met de klanten over het, indien gewenst, afgeven van de tolktekst aan klanten.

53

Page 55: Web viewKwaliteitsverbetering voor schrijftolken. Een onderzoek naar de kwaliteiten van schrijftolken en welke er, volgens haar klanten, verbeterd moeten worden

COMPETENT IN REFLECTIE EN ONTWIKKELINGDe Schrijftolk is verantwoordelijk voor zijn verdere ontwikkeling en professionalisering. Hij denkt regelmatig na over zijn beroepsopvattingen en zijn professionele bekwaamheid en streeft ernaar zijn beroepsuitoefening bij de tijd te houden en te verbeteren (evidence-based practice). Hij benoemt zijn normen, waarden en opvattingen waar hij in zijn tolkwerkzaamheden vanuit gaat. Hij weet goed zijn sterke en zwakke kanten te benoemen en werkt op een planmatige manier aan zijn verdere ontwikkeling. Hij maakt daarbij gebruik van werkgroepen in verenigingsverband ter bevordering van zijn eigen ontwikkeling.

Niveau 1 Niveau 2De student onderkent het belang van het zelf onderzoeken en ontwikkelen van zijn opvattingen en handelen. Hij onderzoekt en verwoordt deze o.a. via sterkte/zwakte analyse, evaluatie, reflectie en feedback.

De student onderzoekt zelfstandig en systematisch zijn werk en betrekt daarbij de feedback van collega’s en klanten. Hij is op de hoogte van actuele ontwikkelingen binnen zijn vakgebied en past zijn handelen hierop aan.

Indicatoren: de student…-beschrijft zijn sterke en zwakke kanten.-reflecteert op eigen gedrag en betrekt hierin de feedback van anderen.-weet aan te geven op welke punten de eigen competentieontwikkeling verbeterd kan worden.-verkent en beschrijft ontwikkelingen rond vak.

Indicatoren: de student…-volgt ontwikkelingen op zijn vakgebied.-benut verschillende mogelijkheden om zichzelf te ontwikkelen (vakliteratuur, workshops, seminars,-staat open voor andere visies en ideeën en probeert deze daadwerkelijk uit.-beschrijft gericht op feitelijke situaties de eigen kwaliteit en beperkingen.

54

Page 56: Web viewKwaliteitsverbetering voor schrijftolken. Een onderzoek naar de kwaliteiten van schrijftolken en welke er, volgens haar klanten, verbeterd moeten worden

TOLKTECHNISCH COMPETENTDe Schrijftolk vertaalt van gesproken naar geschreven taal, zo accuraat en letterlijk of woordelijk mogelijk en/of de kern van het gesprokene door het inzetten van tolkstrategieën. Ook relevante omgevingsgeluiden en visuele informatie worden leesbaar gemaakt. Hij kan zich aanpassen aan zijn klanten en is in staat om in verschillende settings zijn tolkopdracht adequaat uit te voeren. Hij is vaardig in het omgaan met verschillende ICT-materialen die nodig zijn voor het schrijftolken, zoals het Veyboard of Velotype Pro toetsenbord accuraat, laptop en beamer.

Niveau 1 Niveau 2De student toont inzicht in het tolkproces en alle aspecten die daarbij een rol spelen en verwerft verschillende tolkstrategieën om de boodschap zo volledig en naar waarheid te tolken.

De student tolkt, zelfstandig, een boodschap vanuit gesproken naar geschreven taal zo volledig en adequaat mogelijk en past tolkstrategieën toe behorend bij de tolksetting.

Indicatoren: de student…-heeft kennis van het tolkproces en van tolkstrategieën.-gebruikt het Veyboard en Velotype pro toetsenbord accuraat evenals andere benodigde apparatuur.-heeft 300 tekens per minuut.-kan de tolksetting opzetten.-herkent situaties wanneer hij niet in staat is te tolken en ingrijpen noodzakelijk is.

Indicatoren: de student…-geeft omgevingsgeluiden, visuele informatie en emoties weer in de tolktekst, daar waar hij de communicatie beïnvloeden.-heeft 500 tekens per minuut.-geeft in de tolktekst correcte verbanden weer, conform de woordvoerder.-grijpt in op momenten dat hij niet in staat is te tolken in de afgestemde modaliteit en vraagt de spreker om herhaling.-is alert dat de frequentie van het aantal ingrepen niet van invloed is op de tolksituatie.-maakt efficiënt gebruik van kleine pauzes tijdens het tolken en van tolkpauzes, zodat zij zich qua concentratie en lichaamshouding ontspant.

VAKINHOUDELIJK COMPETENTEen schrijftolk beheerst het Nederlands op C1-niveau in woord en schrift en de NGT op A2-niveau (binnen het Europees Referentiekader). Hij heeft grondige kennis van de dovengeschiedenis en dovencultuur en relateert deze kennis aan algemene kennis over maatschappelijke en sociale structuren.

Niveau 1 Niveau 2De student heeft en beheerst basale kennis en vaardigheden in de NGT en heeft correcte (grammaticale) spelling in het Nederlands. Hij maakt kennis met de dovencultuur en verwerft inzicht in de verschillende doelgroepen.

De student legt een relatie tussen de horenden – en doven wereld op basis van de opgedane kenis en kent het belang daarvan voor het beroep. De student past de kennis toe tijdens het tolken.

Indicatoren: de student…-heeft kennis van het beroep Schrijftolk Nederlandse Gebarentaal.-Heeft kennis van de dovencultuur en -

Indicatoren: de student…-tolkt correct (Nederlands) qua grammatica en spelling, waarbij de stijl en het register van de woordvoerder worden gevolgd.

55

Page 57: Web viewKwaliteitsverbetering voor schrijftolken. Een onderzoek naar de kwaliteiten van schrijftolken en welke er, volgens haar klanten, verbeterd moeten worden

wereld.-Heeft inzicht in de verschillende doelgroepen waarvoor kan worden getolkt.-Heeft kennis van het leesniveau van doven/slechthorenden.-Gebruikt de kennis van het beroep tolk tijdens het tolken in oefensituaties.

-gaat creatief om met onbekende woorden en jargon door deze fonetisch te typen.-Vertoont passend gedrag in een tolksituatie.

Bijlage III Enquête

1) Ik ben…О ManО Vrouw

2) Mijn leeftijd is ……..

3) Welke communicatievorm heeft uw voorkeur wanneer u communiceert met een schrijftolk?О Gesproken NederlandsО Geschreven NederlandsО Nederlands met gebarenО Nederlandse gebarentaalО Geen voorkeur

4) Welke communicatievorm heeft uw voorkeur wanneer u met anderen communiceert?О Gesproken NederlandsО Geschreven NederlandsО Nederlands met gebarenО Nederlandse gebarentaalО Geen voorkeur

5) Wanneer u een schrijftolk inzet, kijkt u dan voor uw gevoel meer naar de spreker(s) of meer naar de laptop/tolktekst?О Spreker(s)О Laptop/tolktekst

6) Wat is uw hoogstbehaalde opleiding, met diploma?О mavo – vmboО havoО vwo - gymnasiumО mboО hboО universiteit

56

Page 58: Web viewKwaliteitsverbetering voor schrijftolken. Een onderzoek naar de kwaliteiten van schrijftolken en welke er, volgens haar klanten, verbeterd moeten worden

7) Waardeert u aub de volgende stellingen: (van belangrijk-onbelangrijk)1) De schrijftolk heeft kennis van verschillende tolksituaties

(onderwijs-, werk- en leefsituaties)2) De schrijftolk typt snel.3) De schrijftolk typt foutloos4) De schrijftolk kan goed samenvatten5) De schrijftolk beheerst goed de Nederlandse taal,

zowel op spellingsgebied als op grammaticaal gebied.6) De schrijftolk geeft (met namen) aan wie er spreekt.7) De schrijftolk beheerst NGT/NmG8) De tolk tolkt alles wat er wordt gezegd.9) De tolk vraagt de spreker om herhaling wanneer dit nodig is.

8) Waardeert u aub de volgende stellingen: (van belangrijk-onbelangrijk)

1) De schrijftolk is flexibel, kan zich aanpassen aan de situatie.2) De schrijftolk is zelfverzekerd en assertief.3) De schrijftolk is professioneel.4) De schrijftolk moet open zijn, in zijn voor een gesprek en een gevoel voor humor hebben.5) De schrijftolk mengt zich op de juiste en gepaste wijze in het gesprek.6) De tolk heeft een goede luisterhouding.7) De schrijftolk is alert en geconcentreerd.8) De schrijftolk kan goed, snel en makkelijk haar functie uitleggen aan derden.9) De schrijftolk vraagt op gepaste wijze de spreker om herhaling

9) Waardeert u aub de volgende stellingen: (van belangrijk-onbelangrijk)1) De schrijftolk komt op tijd.2) De schrijftolk kent haar eigen apparatuur en weet snel instellingen op de laptop aan te passen.3) De schrijftolk heeft kennis van beamersituaties (instellingen beamer).4) De schrijftolk kleedt zich netjes.

10) Hoe vaak zet u (gemiddeld) een schrijftolk in?О 1 keer per jaarО 1 keer per half jaarО 1 keer per maand О 2 keer per maandО 1 keer per week

57

Page 59: Web viewKwaliteitsverbetering voor schrijftolken. Een onderzoek naar de kwaliteiten van schrijftolken en welke er, volgens haar klanten, verbeterd moeten worden

О 2 keer per weekО 5 keer per week

11) Waar zet u het meest een schrijftolk in?О In leefsituaties ( bezoek arts, bruiloft, verjaardag, begrafenis, kerkdienst)О In werksituaties (vergadering/overleg)О In onderwijssituaties (colleges/lessen)

12) Hoeveel ‘vaste’ tolken heeft u? (tolken die u vaak vraagt/inzet)О GeenО 1О 2О 3О 4О 5 of meer

13) Waarom zijn dit uw vaste tolken? (meerder antwoorden mogelijk)О Ze hebben een hoge typsnelheidО Ze typen zeer nauwkeurig/foutloosО Ik kan het persoonlijk goed vinden met deze schrijftolk(en)О Ze wonen dichtbijО Anders, namelijk…..

14) Zijn er schrijftolken die u niet meer terug vraagt?О Ja (ga door naar vraag 15)О Nee (ga door naar vraag 16)

15) Aan welke vaardigheden/kennis moeten deze schrijftolken (die u niet meer terugvraagt) werken?…..

16) Hieronder kunt een advies formuleren voor de schrijftolkenopleiding. Denkt u hierbij aan vaardigheden die in de opleiding meer aan bod zouden moeten komen.…..

17) Formuleer hier onder a.u.b. minimaal 3 positieve punten van de huidige schrijftolken.-….-….-….

18) Formuleer hier onder a.u.b. minimaal 3 negatieve punten van de huidige schrijftolken.-….-….-….

58

Page 60: Web viewKwaliteitsverbetering voor schrijftolken. Een onderzoek naar de kwaliteiten van schrijftolken en welke er, volgens haar klanten, verbeterd moeten worden

Bijlage IVTekstanalyse ‘verbeterpunten schrijftolken’

Tekstanalyse bij de vraag: Waarom vraagt u bepaalde tolken niet meer terug?

Verbeterpunt Opmerkingen respondentenTe lage typsnelheid 1. snelheid,

2. Typsnelheid,3. Snelheid4. Snelheid ,5. Snelheid,6. onvoldoende typvaardig7. snelheid8. tiksnelheid9. snelheid10. typ snelheid11. Snelheid12. iets minder snel

Teveel typefouten 1. Nauwkeurigheid2. nauwkeurigheid3. foutloos typen4. foutloos typen5. kwaliteit/6. Géén fouten verbeteren

Slechte beheersing Nederlands 1. vaardigheden2. onvoldoende kennis Nederlandse taal3. spelling4. spelling zo goed mogelijk

Onprettige werkhouding 1. minder aandacht voor zichzelf vragen2. t is meer de klik die je samen hebt.3. Houding, uitstraling4. 'sociale' betrokkenheid IPV 9 tot 5

werkhouding5. onzekerheid6. had geen prettige werkhouding7. Omgaan met klanten8. assertiviteit

(Onaangekondigd) samenvatten 1. volledig tolken, dus géén samenvatting2. en juistheid van de tekst3. Secuur typen wat er gezegd wordt4. volledigheid, er vallen te veel gaten.5. als ze dan toch gaan samenvatten dat

èn melden en goed doen en begrijpen wat er gezegd wordt, omdat anders versprekingen door de spreker idiote dingen in de tekst kunnen geven

6. aangeven als ze vergadering niet kan volgen

59

Page 61: Web viewKwaliteitsverbetering voor schrijftolken. Een onderzoek naar de kwaliteiten van schrijftolken en welke er, volgens haar klanten, verbeterd moeten worden

Overige punten 6. statistiek formules kunnen schrijven op het scherm

7. Professionaliteit . Een andere schrijftolk en ik hadden bijna ruzie onderandere omdat ze samenvatte terwijl dat niet van te voren met mij overlegt was. Daarbij moest ze perse bij een stopcontact zitten omdat haar laptop stroom nodig had...(neem dan een extra lang snoer mee)

8. kennis apparatuur9. op tijd10. Ze zijn zo overwhelmed in ene

vergadering.

60

Page 62: Web viewKwaliteitsverbetering voor schrijftolken. Een onderzoek naar de kwaliteiten van schrijftolken en welke er, volgens haar klanten, verbeterd moeten worden

Bijlage VTekstanalyse ‘adviezen HU’

Tekstanalyse bij de vraag: Welke adviezen kunt u meegeven aan de HU?

Advies Reacties respondentenNGT/NmG/vingerspellen 1. meer nmg/ngt vaardigheden

2. vingerspelling voor onderweg situaties3. ook nmg of ngt beheersen4. ook schrijftolk NmG beheersen want hoe

moet ik anders overleggen voor de laptop aan staat.

Foutloos typen 1. Heel veel oefenen2. Ik vind dat het aantal typefouten lager

moet3. Nauwkeurig werken4. Fouten nog sneller negeren, de context

moet bepalen of de fout verbeterd moet worden

5. Foutloze moet omhoog6. doorgaan is belangrijker, dan niet

essentiele typefouten herstellen.7. Blijf vooral niet hangen op gemaakte

fouten. Probeer die alleen te verbeteren als het anders echt niet meer te volgens is

8. foutloos/foutarmTypsnelheid 1. zet radio-1 op de oortjes en ga je gang!

2. goed bij kunnen houden wat e egzegd wordt

3. Ik vind dat de snelheid bij afstuderen hoger zou moeten liggen

4. Snelheid5. Volledigheid door bijvoorbeeld regelmatig

luisterboeken te typen, waardoor snelheid en volledigheid kan worden geoefend.

5. typevaardigheid6. betere typevaardigheid 7. vrij hoge typesnelheid8. snelheid is belangrijk9. typsnelheid moet omhoog

Volledigheid 1. duidelijk aangeven als ze iest niet kunnen volgen

2. volledigheid door bv regelmatig luisterboeken te typen, waardoor snelheid en volledigheid kan worden geoefend.

3. samenvatten bij te hoge snelheid. ingrijpen richting spreker bij te hoge snelheid. ingrijpen bij een volledig onsamenhangend betoog van spreker

61

Page 63: Web viewKwaliteitsverbetering voor schrijftolken. Een onderzoek naar de kwaliteiten van schrijftolken en welke er, volgens haar klanten, verbeterd moeten worden

4. zorg dat de klant kan het kan volgen. samenvatten werkt beter dan snel en veel verbeteren

5. Tik dingen die niet van belang zijn voor je klant. Wel de leuke grappen die er worden gemaakt.

Nederlandse beheersing 1. zeer goede beheersing van de nederlandse taal

2. NederlandsHouding 1. Probeer naast het zakelijke ook jezelf te

blijven.2. belangrijk is dat schrijftolken goed weten

om te gaan met slechthorende/dove mensen.

3. Professionele opstelling4. Werken onder stress5. empathie/betrokkenheid, (schrijf)tolk is

een lifestyle niet een kantoorbaan6. zonder te oordelen over de ander-hier

kan altijd aan gewerkt blijven worden7. Stel je zakelijk op8. Klant is koning.

Afstemming klanten 5 van de 27

1. afstemming met de klant2. Het leren communiceren met klant over

wat er wel en niet getolkt wordt. Zoals wel of niet de vraag uit de groep, of dat wel of niet wordt samengevat.

3. communicatie helder, duidelijk,4. vooraf even bekijken/bespreken wat

belangrijk is kennis maken bij nieuwe tolk, gaan we zitten, ik kan niet spraak af zien en in een ruimte met veel geluid versta ik met CI niks

5. Omgaan met klanten, dus doven, slechthorenden en horenden

Algemene ontwikkeling 2 van de 27

1. dus minimale kennis van onderwerp, dus voldoende algemene ontwqikkeling

2. maar ook een goede algemene ontwikkeling, zodat normale dingen bekend zijn.

Engels typen/andere talen/vakjargon van de 27

1. Engels typen2. meertalig tolken en dit aangeven in het

profiel tbv zoeken geschikte tolk. Wat geeft je weer in tolkmatch, een standaardprofiel uitgebreid wat elke tolk zou moeten invullen

3. vergaderingen met technische termenICT kennis (laptop/beamer) 1. kennis van instellingen laptop/beamer

62

Page 64: Web viewKwaliteitsverbetering voor schrijftolken. Een onderzoek naar de kwaliteiten van schrijftolken en welke er, volgens haar klanten, verbeterd moeten worden

Bijlage VITekstanalyse ‘positieve punten schrijftolken’

Tekstanalyse bij de vraag: Welke 3 positieve punten kunt u noemen van de huidige schrijftolken?

Kwaliteit Reacties van respondentenProfessioneel (7) 1. Professioneel

2. professionaliteit3. De vaste tolken waar ik nu mee

werk zijn professioneel4. professionaliteit5. Houdt zich aan haar opdracht6. professionaliteit7. professioneel

Flexibel (9) 1. Flexibel2. kunnen ter plekke de tekst van

muziek vertalen3. aanpassingsvermogen4. flexibel5. Met het aanpassen naar de situatie

zit het wel goed.6. 1e klas in probleem oplossend

vermogen richting (potentiele)gebruiker

7. Aangepast aan de situatie,8. Ze kan een Engels programma

zonder ondertiteling gewoon vertalen en tegelijk in het Nederlands typen.

9. FlexibelHouding (22)*assertief (4), humor (2), vriendelijk (2), gezellig, klik, aardig, geen vooroordelen, betrokken (5), behulpzaam, jong

1. correcte houding2. vriendelijkheid3. De tolken waar ik nu mee werk

zetten zich volledig in.4. humor5. assertief6. Ook zijn ze vaak assertief op het

moment dat dat nodig is.7. sociaal,8. humorvol9. meedenkend aangaande

tolksituaties10. geen oordelen over wat er gezegd

wordt11. is betrokken in haar houding12. betrokkenheid13. behulpzaam14. assertief15. meesten denken positief mee indien

nodig

63

Page 65: Web viewKwaliteitsverbetering voor schrijftolken. Een onderzoek naar de kwaliteiten van schrijftolken en welke er, volgens haar klanten, verbeterd moeten worden

16. ze accepteren mij zoals ik ben en houden daar rekening mee

17. assertief18. gezellig in omgang19. klik20. betrokken21. Ze is een aardige persoon, ik kan

goed met haar opschieten.22. jong(omgang met jongeren),

Snelheid (17) 1. Tolken letterlijk wat er gezegd is!2. snelheid3. Snelheid4. De tolken waar ik nu mee werk zijn

snel.5. snel6. snelheid7. Snel8. snelheid9. snel(typend),10. snelheid typen11. voldoende snelheid12. kwaliteit voldoende tot goed13. typt snel14. Snel typen15. Ze kan snel ingewikkelde woorden

typen16. snelheid17. goede typ snelheid

Nauwkeurigheid (10) 1. nauwkeurigheid2. nauwkeurigheid3. duidelijk en typvaardig4. foutloos5. volledig6. accuratesse7. accuraat8. accuraat9. nauwkeurigheid10. foutloos

Nmg/Gebaren (4) 1. wat meer NMG2. ze kennen ook gebaren3. NmG vaardig.4. beheersen ook NmG

Kennis situatie (2) 1. begrijpt de situatie waarin het gesprek plaatsvindt

2. bekend met de situatie,.Op tijd (3) 1. op tijd

2. Altijd optijd3. komt op tijd,

Overigen (1 of 2 keer genoemd) Alert 1Nederlandse beheersing 1Onderbreken 1

Kennis apparatuur/vernieuwingen 2

Goede inzet 2

-alert-genoeg aanbod voor in Nederlands-Ze vraagt altijd om herhaling als ze iets niet goed hoort.

-kennis mogelijkheden apparatuur / vernieuwingen-veel techische vaardigheden-goede inzet-Hoge inzet

64

Page 66: Web viewKwaliteitsverbetering voor schrijftolken. Een onderzoek naar de kwaliteiten van schrijftolken en welke er, volgens haar klanten, verbeterd moeten worden

Namen vermelden 1Tolktekst meekrijgen 2

Begrip materie 1Vaak beschikbaar 1Niet bezig met wat er wordt gezegd 1Niet te lang stilstaan bij gemaakte fouten 1Goed samenvatten 1

-namen vermelden-krijg tolktekst mee-zo nodig corrigeren ze achteraf hun tekst voor ze mij die mailen!!-begrip van de materie om te tolken-vaak beschikbaar-niet bezig met de inhoud van het gezegde-niet te lang stil staan bij gemaakt fouten,-goede samenvatter

Bijlage VIITekstanalyse ‘negatieve punten schrijftolken’

Kwaliteit Reacties van respondentenTevreden (vaste tolken) 1. Geen kunnen ontdekken

2. Heb ik niet van mijn vaste tolken.3. nvt4. Niet getrouwd met mij, niet getrouwd met mij,

niet getrouwd met mij :) overdreven uiteraard maar ik kon niets anders bedenken, mijn schrijftolken doen het goud !

5. Geen negatieve punten van mijn vaste schrijftolken, anders zou ik ze niet vragen.

6. Die heb ik niet!!!7. Ik heb geen enkel negatief punt voor mijn

schrijftolkTe weinig snelheid 1. Snelheid.

2. Teveel samenvatten.3. Soms te weinig speelruimte qua uitlopen

tolktijd.4. te weinig typevaardigheid5. De snelheid van het tikken loopt vaak meer

dan 2 zinnen achter wanneer een docent snel spreekt.

6. Typsnelheid nog niet zo hoog,7. snelheid8. de tekst wordt anders geformuleerd, alles

typen wordt op verschillende manieren uitgelegd

9. Traagheid10. Vaak neiging om samen te vatten ipv

verbatim..te langzaam typen11. te langzaam12. er vallen gaten, naijleffect soms erg groot.13. niet snel kunnen typenn (te vaak

samenvattend, de gesproken tekst)Te weinig nauwkeurig 1. Nauwkeurigheid

2. Onnauwkeurig3. slordig en niet altijd te lezen4. Veel type fouten5. Maken van veel fouten6. Preciesie, kan altijd nog beter

65

Page 67: Web viewKwaliteitsverbetering voor schrijftolken. Een onderzoek naar de kwaliteiten van schrijftolken en welke er, volgens haar klanten, verbeterd moeten worden

7. Slordigheid8. Te lang proberen de fouten te verbeteren9. te vaak niet essentiele fouten herstellen,10. veel type fouten11. niet altijd correct de naam/tekst typen

Onprettige houding 1. Nors2. Zenuwachtig3. Soms niet weten wat met de situatie aan

moeten als er in de zaal opmerkingen gemaakt worden over de schrijftolk (wat is dat?? waarom ect)

4. Soms te assertief5. Houding te koel en afstandelijk.6. bemoeien met gesprek zelf.7. Soms te laat met het aangeven van problemen

Apparatuur/technisch 1. te hard typen2. Er wordt te weinig rekening gehouden met

situaties waar een lang snoer nodig is, of een goede laptopaccu, waardoor ik er echt last van heb.

3. luidruchtige apparatuur4. lange opstart van de laptop en het nieuwe

toetsenbord vertoond veel defecten.5. soms mogen ze meer technischer zijn.

Gebrek professionaliteit 1. professionaliteit2. Kwaliteit heel erg achteruit

Weinig in Engels/andere taal typen 1. weinig tolken typen in Engels2. Alleen maar Nederlands tolken

Overige*Geen NmG

*Weinig kennis medische termen*Veel vrouwen *Te weinig taalkennis*Omgang met afspraken

*Namen niet vermelden

-Sommigen kunnen helemaal geen (ondersteunende) gebaren.-Te weinig kennis medische terminologie.-Veel vrouwen-Soms gebrek aan taalkennis-Niet komen als er teveel sneeuw zou liggen, zonder afmelden een collega laten opdraven, (eerdere, ook goede tolken: door privézooi vergeten te komen)-Namen niet vermelden

Vraagstelling onduidelijk/geen punten 1. Daar gaan we niet aan beginnen, daar is deze enquete niet geschikt voor. Bovendien als er al negatieve punten zouden zijn dan bespreek ik die met de schrijftolk zelf en als het punt erg negatief is dan vragen we gewoon een ander.

2. Welke tolken bedoel je?3. ik vind dat ze zich allemaal enorm inzetten,

succes4. Ik heb geen drie algemene negatieve punten.5. Sorry, dat weet ik zo snel niet6. Ze kunnen helaas niet alleen voor mij werken7. idem

66