9 september 2013 - FARO Alexander Vander Stichele Bezoekersregistratie en publieksonderzoek in musea...
-
Upload
jelle-koster -
Category
Documents
-
view
213 -
download
0
Transcript of 9 september 2013 - FARO Alexander Vander Stichele Bezoekersregistratie en publieksonderzoek in musea...
9 september 2013 - FARO
Alexander Vander Stichele
Bezoekersregistratie en publieksonderzoek in musea
Reflectie en overleg
REFLECTIENAMIDDAG
Context: Toenemende interesse voor publieksonderzoek Peilen naar interesse en mogelijkheden voor traject 2 insteken:
- Inhoudelijk- Methodologisch
AGENDA
13.30: verwelkoming 13.40: uniforme bezoekersregistratie Kristien Gerets (de Singel) 14.00: publieksonderzoek
Alexander Vander Stichele 14.30: groepsgesprekken 15.20: terugkoppeling 15.40: voorstelling handleiding 16.00: einde
PUBLIEKSONDERZOEK – WAT?
Wat is publieksonderzoek?
Alle onderzoeksinitiatieven met als voornaamste doel het in kaart brengen van:
- het publiek of de bezoeker van specifieke instellingen of gebouwen
- de deelnemers aan of bezoekers van specifieke evenementen of activiteiten die door de instelling worden georganiseerd
- de gebruikers van specifieke diensten of faciliteiten die door de instelling worden aangeboden
PUBLIEKSONDERZOEK – WAT?
Verschillende types publieksonderzoek
- Kwalitatief vs. Kwantitatief- Eenvoudig vs. Complex- Goedkoop vs. Duur
Focus traject: Kwantitatief publieksonderzoek via surveys
PUBLIEKSONDERZOEK – WAT?
kwalitatief
verkennen
diepgaand
betekenisgeving
kwantitatief
veralgemenen / vergelijken
representatief
relaties
PUBLIEKSONDERZOEK – WAAROM? Startpunt ieder onderzoek: probleemervaring of kennislacune
Wat willen we
weten?
Met welk doel?
Welke info
nodig?Hoe?
PUBLIEKSONDERZOEK – WAAROM?
Mogelijke onderzoeksvragen: wat wil je te weten komen van je publiek?
1. Wie zijn ze? Waar komen ze vandaan? Socio-demografische
samenstelling
2. Wat vinden ze van collectie, dienstverlening,
werking,
personeel of infrastructuur?
Publiekstevredenheid
3. Waarom komen ze? Wat verwachten ze? Bezoekmotivatie en
verwachtingen
4. Hoe zijn ze in contact gekomen met de instelling? Informatiekanalen
5. Met wie komen ze? Wat is de reden van hun bezoek? Bezoekgezelschap + context
6. Wat doen ze allemaal in je instelling?
Gaan ze nog naar andere musea?
Gedragingen en andere
activiteiten
7. Hoe vaak komen ze? Bezoekfrequentie
8. Welke extra diensten zouden ze op prijs stellen? Extra diensten
9. Welke belemmeringen ervaren ze om niet vaker te
komen?
Gepercipieerde belemmeringen
10. In welke thema’s of onderwerpen met betrekking tot de collectie, het archief of het verleden zijn ze geïnteresseerd?
Interesse
PUBLIEKSONDERZOEK – WAAROM? Noodzaak voor publieksonderzoek kan zowel van binnen als van buiten de instelling komen
MAAR uiteindelijke doel blijft:
- Verbeteren van de interne werking van de instelling - Verbeteren van de relatie tussen publiek en instelling- Verbeteren van de relatie tussen instelling en derden- Vergroten van draagvlak (maatschappelijk, politiek, financieel)
voor instelling en creëren van goodwill
PUBLIEKSONDERZOEK – WAAROM? Publieksonderzoek laat immers toe om te:
► Diagnostiseren: sterke en zwakke punten vaststellen► Remediëren: verbeteracties opstellen► Evalueren: vergelijkingen doorheen tijd► Benchmarken: vergelijkingen doorheen de ruimte
Daarom is het belangrijk om: - publieksonderzoek te zien als een essentieel instrument voor
een goede museumwerking
- publieksonderzoek structureel in te bouwen in museumwerking
Niet vanzelfsprekend
Stappenplan voor publieksonderzoek
Onderwerp afbakenen
Vragenlijst opstellen
Steekproef trekken
Data verzamelen
- Planningsteam samenstellen- Beschikbare informatie verzamelen- Doelstelling & onderwerp bepalen
- Vragenlijst overnemen/maken- Voorleggen aan planningsteam
- Testenquête afnemen
- Populatie en steekproefomvang vastleggen
- Enquetering per post/ter plaatse- Toevalssteekproef trekken
- Bezoekers aanspreken/aanschrijven - Respons maximaliseren (TDM)
- Non-respons bijhouden
PUBLIEKSONDERZOEK – SUCCESFACTOREN Succesfactoren voor bruikbaar onderzoek:
Eva M. Reussner (2010) : ‘Publikumsforschung für Museen. Internationale Erfolgsbeispiele’
Twaalf factoren die bijdragen tot succesvol
publieksonderzoek
PUBLIEKSONDERZOEK – SUCCESFACTOREN Succesfactoren voor bruikbaar onderzoek:
1. Integratie
Mate waarin publieksonderzoek integraal deel uitmaken van de interne museumplanning en –processen.
2. Aanvaarding
Mate waarin publieksonderzoek door alle medewerkers aanvaard en ondersteunt wordt als integraal deel van de museumwerking.
PUBLIEKSONDERZOEK – SUCCESFACTOREN
3. Ondersteuning door leidinggevenden
Mate waarin publieksonderzoek door leidinggevenden in museum ondersteund wordt.
4. Gerichtheid op het publiek
Mate waarin er binnen de museumwerking rekening wordt gehouden met en aandacht is voor de interesses, noden en behoeften van het publiek.
PUBLIEKSONDERZOEK – SUCCESFACTOREN
5. Bruikbaarheid
Mate waarin de bruikbaarheid en doelgerichtheid van het publieksonderzoek centraal staat bij de opzet van het onderzoek.
6. Kwaliteit van het onderzoek
Mate waarin publieksonderzoek wordt geconcipieerd en opgezet volgens hoogstaande wetenschappelijke standaarden.
PUBLIEKSONDERZOEK – SUCCESFACTOREN
7. Communicatie
Mate waarin er binnen het museum gecommuniceerd en
gesproken wordt over het publieksonderzoek en de zin of onzin er van.
8. Inzicht en begrip
Mate waarin er binnen de organisatie inzicht in en begrip
van de mogelijkheden en methoden voor publieks- onderzoek is.
PUBLIEKSONDERZOEK – SUCCESFACTOREN
9. Verantwoordelijkheid
Mate waarin iedereen binnen de organisatie zich verantwoordelijk voelt voor het welslagen van het onderzoek.
10. Bereidheid tot verandering
Mate waarin er binnen het museum bereidheid bestaat om de resultaten van het publieksonderzoek te erkennen, te aanvaarden en te gebruiken. Ook al vraagt dit verandering.
PUBLIEKSONDERZOEK – SUCCESFACTOREN
11. Medewerking
Mate waarin de verschillende medewerkers hun medewerking verlenen aan de opzet en uitvoering van publieksonderzoek.
12. Financiële middelen
Mate waarin er voldoende financiële middelen ter beschikking worden gesteld voor de opzet en het uitvoeren van een kwaliteitsvol publieksonderzoek enerzijds en de analyse en implementatie van de resultaten anderzijds.
REFLECTIE EN OVERLEG
50 minuten 2 of 3 groepen 4 thema’s/vragenblokken:
1. Algemene perceptie?2. Organisatorische haalbaarheid?3. Wat willen we weten? 4. Afstemming met andere(n) initiatieven?