7080 215-01 CN 606 - Liebherr

7
7080 215-01 CN 50 606 Gebruiksaanwijzing koel-vriescombinatie NL

Transcript of 7080 215-01 CN 606 - Liebherr

Page 1: 7080 215-01 CN 606 - Liebherr

7080 215-01

CN 50 606

Gebruiksaanwijzing koel-vriescombinatie

NL

Page 2: 7080 215-01 CN 606 - Liebherr

14

Boter- en kaasvak

Verplaatsbare plateaus

Verplaatsbare opbergvakken

Groenteladen

Typeplaatje

Stelpoten

Diepvriesladen

Bedienings- en controleelementen

Diepvriesplan

Afmetingen (mm)

KlimaatklasseHet apparaat is ontworpen voor een bepaalde klimaatklasse d.w.z. een maximale temperatuur waarboven het apparaat niet gebruikt mag worden. U vindt de klimaatklasse van het apparaat op het typeplaatje. Hierbij worden de volgende afkortingen gebruikt:

Klimaatklasse Omgevingstemperaturen

SN + 10° tot + 32 °CN + 16° tot + 32 °CST + 18° tot + 38 °CT + 18° tot + 43 °C

Overzicht van apparaat en uitrusting

Veiligheidsaanwijzingen en waarschuwingen• Voorkom blessures en beschadigingen: pak het apparaat altijd

met twee personen uit en stel hem samen op.• Neem bij beschadiging van het apparaat onmiddellijk - nog vóór

het aansluiten - contact op met de leverancier.• Stel het apparaat volgens de aanwijzingen in deze gebruiksaan-

wijzing op en houd u aan de aansluitvoorschriften om zeker te zijn van een goede werking.

• Koppel het apparaat bij storingen los van de netspanning: trek de stekker uit het stopcontact of draai de zekering in de meterkast eruit.

• Trek de stekker niet aan het netsnoer uit het stopcontact maar pak de stekker vast.

• Laat reparaties en ingrepen aan het apparaat uitsluitend door de technische dienst of een installateur uitvoeren, aangezien anders grote gevaren voor uzelf en anderen kunnen ontstaan. Hetzelfde geldt voor het vervangen van het netsnoer.

• Gebruik in het apparaat nooit open vuur of ontstekingsbronnen. Let er daarom tijdens het vervoeren en reinigen van het apparaat goed op dat het koelcircuit niet wordt beschadigd. Mocht het koelcircuit desondanks beschadigd raken, houd het apparaat dan uit de buurt van open vuur. Zorg voor goede ventilatie in het vertrek.

• Ga nooit op de sokkel, laden, deur enz. staan of leunen om ergens bij te kunnen.

• Dit apparaat is niet bedoeld voor personen (ook kinderen) met fysieke, sensorische of mentale gebreken of personen, die niet over voldoende ervaring en kennis beschikken, tenzij zij door een persoon, die voor hun veiligheid verantwoordelijk is, in het gebruik van het apparaat worden onderwezen of die aanvankelijk toezicht uitoefent. Kinderen mogen niet zonder toezicht ach-terblijven om te voorkomen dat ze met het apparaat spelen.

• Voorkom voortdurend huidcontact met koude oppervlakken of te koelen/te bevriezen levensmiddelen want dat kan een pijnlijk of dof gevoel en bevriezing veroorzaken. Bij langdurig huidcontact veiligheidsmaatregelen treffen, bijv. handschoenen dragen.

• Eet consumptieijs, met name waterijsjes of ijsblokjes, niet direct op nadat u het uit het apparaat genomen hebt. Extreem lage tempera-turen kunnen blaren aan uw handen of in uw mond veroorzaken.

• Consumeer geen levensmiddelen die al over de verbruiksdatum heen zijn of te lang in het apparaat liggen aangezien u hierdoor een voedselvergiftiging kunt oplopen.

• De koel-vriescombinatie is bedoeld voor het koelen, invriezen en bewaren van levensmiddelen evenals het maken van ijs. Het apparaat werd ontworpen voor huishoudelijk gebruik. Bij profes-sioneel gebruik (in de horeca, detailhandel enz.) moeten de op de betreffende bedrijfstak van toepassing zijnde voorschriften worden opgevolgd.

• Bewaar geen explosieve stoffen of spuitbussen met brandbare drijf-gassen (bijv. butaan, propaan, pentaan) in het apparaat. Eventueel vrijkomend gas kan door de elektrische componenten ontstoken worden. U herkent dergelijke spuitbussen aan het waarschuwings-symbool bestaande uit enkele vlammen met eronder de tekst "Licht ontvlambaar" dan wel aan de tekst op de spuitbus.

• Geen elektrische apparaten binnen het apparaat gebruiken.

Deze gebruiksaanwijzing is voor verscheidene modellen geldig, afwijkingen zijn daarom mogelijk.

Aanwijzing m.b.t. afdankenDe verpakking is van recyclebare materialen gefabriceerd.- Golfkarton/karton- Voorgevormde delen van geschuimd polystyreen- Folies van polyetheen- Spanbanden van polypropeen• Verpakkingsmateriaal is geen speelgoed voor kinderen -

verstikkingsgevaar door folies!• Breng a.u.b. de verpakking naar een officiële inzamelpunt.Het afgedankte apparaat bevat nog waardevolle materialen en moet gescheiden van het ongesorteerde afval worden afgevoerd.• Afgedankte apparaten onbruikbaar maken: trek de

stekker uit het stopcontact, snijd het netsnoer door en zet de sluiting buiten werking zodat kinderen zich niet kunnen opsluiten.

• Let erop dat het koelmiddelcircuit tijdens het transport van het afgedankte apparaat niet wordt beschadigd.

• Informatie over het gebruikte koelmiddel vindt u op het type-plaatje.

• Het recyclen van afgedankte apparaten moet vakkundig ge-beuren overeenkomstig de plaatselijk geldende voorschriften en wetten.

Page 3: 7080 215-01 CN 606 - Liebherr

15

In- en uitschakelenWij adviseren u om het apparaat te reinigen voordat u het in gebruik neemt (zie verder onder "Reinigen").Schakel het apparaat ca. 2 uur voordat u de eerste levensmid-delen erin plaatst in. Leg de in te vriezen levensmiddelen er pas in als het temperatuurdisplay ten minste -18 °C aangeeft. Koel- en vriesgedeelte kunnen onafhankelijk van elkaar gebruikt worden.

Temperatuur instellenHet apparaat is standaard ingesteld voor normaal bedrijf. Voor het koelgedeelte adviseren wij +5 °C, voor het vriesgedeelte -18 °C.

Temperatuur verlagen/kouder:Druk op de DOWN-tiptoets, links voor het koelgedeelte, rechts voor het vriesgedeelte.Temperatuur verhogen/warmer: Druk in beide gevallen op de UP-tiptoets.

- Tijdens het instellen knippert de ingestelde temperatuur op het temperatuurdisplay.

- De eerste keer dat u op een temperatuur-tiptoets drukt toont het temperatuurdisplay de laatst ingestelde temperatuur van het vries- of koelgedeelte.

- Door meermaals kort op een tiptoets te drukken, laat u de ingestelde temperatuur in stapjes van 1 °C verspringen. Houdt u de tiptoets langer ingedrukt dan verandert de temperatuur doorlopend.

- Ongeveer 5 seconden nadat u de tiptoetsen hebt losgelaten schakelt het temperatuurdisplay automatisch over op de wer-kelijke vries- of koeltemperatuur.

- De temperatuur is instelbaar: in het koelgedeelte tussen 11 °C en 2 °C, in het vriesgedeelte tussen -14 °C en -28 °C.

Inschakelen: Druk op de Aan/Uit-tiptoetsen (links voor koelgedeelte, rechts voor vriesgedeelte); de temperatuurdisplays lichten op/knipperen.

Uitschakelen: Druk op de Aan/Uit-tiptoets; de verlichte tempe-ratuurdisplays gaan uit.

Tips om energie te besparen• Laat de deur niet onnodig lang open staan.• Laat warme gerechten eerst tot kamertemperatuur afkoelen

voordat u ze in in het apparaat plaatst.

AansluitenDe stroom (wisselstroom) en spanning op de opstelplaats moeten overeenkomen met de gegevens op het typeplaatje. Het typeplaatje bevindt zich aan de linker binnenkant, naast de groenteladen. Het stopcontact moet d.m.v. een zekering van 10 A of zwaarder beveiligd zijn, buiten de achterzijde van het apparaat liggen en goed toegankelijk zijn.

Het apparaat alleen via een correct geïnstalleerd randaarde-stopcontact aansluiten.

Opstellen• Plaats het apparaat bij voorkeur niet in direct zonlicht, naast het

fornuis, een radiator enz.• De ondergrond moet vlak en waterpas zijn. Staat het apparaat

niet stabiel, verdraai dan met de bijgeleverde sleutel één of meer stelpoten.

• Dek de ventilatieopeningen nooit af. Zorg altijd voor een goede luchttoevoer en -afvoer!

• Plaats geen apparaten die warmte afgeven op het apparaat, bijv. magnetron, broodrooster enz.

• De plaatsingsruimte van uw apparaat moet volgens de norm EN 378 pro 8 g koelmiddelmassa R 600a 1 kubieke m bezitten zodat er in geval van een lekkage in het koelmiddelcircuit geen ontvlambare gas-lucht-mengeling in de plaat-singsruimte van het apparaat kan ontstaan. Informatie over de hoeveelheid koelmiddel vindt u op het typeplaatje aan de binnenkant van het apparaat.

• Het apparaat niet samen met andere apparaten aansluiten via een verlengkabel - gevaar voor oververhitting.

NL

Temperatuurdisplays In normaal bedrijf toont- temperatuurdisplay de gemiddelde tem-

peratuur in het koelgedeelte en- temperatuurdisplay de hoogste tempera-

tuur van de ingevroren levensmiddelen.Direct nadat het apparaat in bedrijf werd gesteld en wanneer het apparaat warm is, staan er streepjes op het tempera-tuurdisplay totdat de temperatuur ver genoeg gedaald is (tussen 19 °C - 0 °C in het koelgedeelte, onder de 0 °C in het vriesgedeelte).Het temperatuurdisplay knippert wanneer u- de ingestelde temperatuur verandert en wanneer- de temperatuur enkele graden gestegen is. Hierdoor wordt u

erop geattendeerd dat de temperatuur is opgelopen. Dit kan gebeuren wanneer u verse levensmiddelen op kamertempera-tuur in het apparaat gelegd hebt of wanneer u het apparat lang open liet staan en er warme lucht in kon stromen.

Verschijnt op het temperatuurdisplay een foutmelding F1 tot F5 dan is sprake van een storing. Neem in dit geval contact op met de technische dienst van de leverancier van het apparaat.

Waarschuwingszoemer Het apparaat is met een alarmfunctie uitgerust.

Alarm - deur van het apparaat open:Als één van de deuren van het apparaat langer dan 60 seconden open blijft, weerklinkt het geluidssignaal. Door het indrukken van de Alarm-toets kan het geluidssignaal worden uitgeschakeld. Na het sluiten van de deur is het alarm weer functioneel.

Alarm - temperatuur in het vriesgedeelte te hoog:De zoemer wordt ingeschakeld wanneer het in het vriesgedeelte niet koud genoeg is. Tegelijkertijd knippert het temperatuurdisplay;

Het alarm stopt wanner u op de "ALARM" toets drukt. Het temperatuurdisplay blijft knipperen totdat de alarmsituatie beëindigd is.

Dit geval kan optreden:• Wanneer de deur van het vriesgedeelte lang open blijft zodat er

warme lucht naar binnen stroomt;• Na een langdurige stroomonderbreking;• Bij een defect van het apparaat.

Controleer in alle gevallen of er levensmiddelen opgedooid of bedorven zijn.

Bedienings- en controleelementen

Vriesgedeelte➊ Temperatuurdisplay➋ Tiptoetsen voor temperatuur➌ Aan/Uit-toets➍ SuperFrost-toets➎ Alarm toets➏ Kinderbeveiliging

Koelgedeelte➐ Temperatuurdisplay➑ Tiptoetsen voor temperatuur➒ Aan/Uit toets➓ SuperCool-toets

Page 4: 7080 215-01 CN 606 - Liebherr

16

UitvoeringDesgewenst kunt u de plateaus verplaat-sen. Til de plateaus van voren op, trek ze er half uit en kantel ze omhoog/omlaag om ze eruit te halen.Bij het terugzetten moet de opstaande rand achter omhoog wijzen aangezien er anders levensmiddelen aan de achterwand kunnen vastvriezen.

FlessenvakroosterMet het flessenvakrooster creëert u extra ruimte voor het koelen van dranken.

Opbergvakken in de deur verplaatsen- Druk het opbergvak omhoog en neem het

naar voren weg. Zet het in de omgekeerde volgorde op de gewenste hoogte terug.

- Desgewenst kunt u de flessenhouder verschuiven om te voorkomen dat de flessen bij het openen/sluiten van de deur kantelen.

- Hebt u ruimte voor grote flessen nodig dan kunt u een half glasplaat eenvoudig naar achteren schuiven.

Indicatie bij stroomuitval Frost-control - meldingStaat op het display nA, dan betenket dit: De temperatuur van de ingevroren levensmiddelen is door een stroomuitval, door een netspan-ningsonderbreking in de afgelopen uren of dagen te veropgelopen.

Wanneer u tijdens de meling nA op de "ALARM" toets drukt, ziet u op het display hoe ver de tempera-tuur gedurende de stroomonderbreking is opgelopen. Controleer, afhankelijk van de temperatuurstijging of zelfs ontdooiing, of de levensmiddelen nog geschikt zijn voor consumptie!

De hoogste temperatuur tijdens de stroomonderbreking is ca. 1 min. zichtbaar. Daarna toont het display weer de tempera-tuur die de levensmiddelen op dat moment hebben. Druk meermaals op de "ALARM" toets om de weergave van de hoogste temperatuur voortijdig af te breken.

De binnenverlichtingwordt automatisch uitgeschakeld wanneer het apparaat langer dan ca. 15 minuten open staat. De verlichting bevindt zich achter een afdekking bovenaan in de binnenruimte en bestaat uit twee gloeilampen. Neem de volgende punten bij een defecte lamp in acht.

Type gloeilamp: max. 25 W, de stroom en spanning moeten over-eenkomen met de gegevens op het typeplaatje, E14-fitting.

Vervangen van de gloeilamp:• Trek de stekker uit het stopcon-

tact of schakel de zekering in de meterkast uit.

• Houderlijst ➊ afschroeven en in de richting van de pijl wegnemen.

• Glasplaat ➋ verwijderen.• Defecte lamp vervangen. Let er

tijdens het indraaien van de nieuwe lamp op dat de afdichting ➌ perfect passend in de lampfitting zit.

• Glasplaat ➋ en houderlijst ➊ terug monteren.

Extra functiesVia de instelmodus kunt u de kinderbeveiliging gebruiken en de lichtintensiteit van het display verandern.

Instelmodus activeren:• SuperFrost-toets ca. 5 sec drukken - de SuperFrost-toets knip-

pert - het display toont c voor kinderbeveiliging. Aanwijzing: de waarde die dient te worden veranderd, knip-

pert.• Door op de Up/Down-toets te drukken, de gewenste functie

kiezen:

c = kinderbeveiliging, h = lichtintensiteit

• Nu door kort op de SuperFrost-toets te drukken, de functie selecteren/bevestigen:

> Bij c = kinderbeveiliging door op de Up/Down-toets te drukken c1 = kinderbeveiliging AAN of c0 = kinderbeveiliging UIT kiezen en met de

SuperFrost-toets bevestigen.

Als het symbool licht, is de kinderbeveiliging actief.

> Bij h = lichtintensiteit door op de Up/Down-toets te drukken h1 = minimale tot h5 = maximale intensiteit selecteren en met de

SuperFrost-toets bevestigen.

Instelmodus verlaten:• Door op de On/Off-toets te drukken, de instelmodus beeindigen;

na 2 min. schakelt de electronica automatisch om. Het standaard regelbedrijf is weer actief.

Page 5: 7080 215-01 CN 606 - Liebherr

17

InvriezenDe verse levensmiddelen moeten zo snel mogelijk door en door bevroren worden en reeds opgeslagen produkten moeten een `koudereserve´ krijgen. Hiervoor kunt u de Superfrost-functie ge-bruiken.

Op het typeplaatje (zie onder ̀Invries-capaciteit´ ) vindt u hoeveel kilo verse levensmiddelen u binnen 24 uur mag invriezen. De invriescapaciteit is afhankelijk van het model en de klimaatklasse van het apparaat.

KoelenIndelingsvoorbeeld➊ boter, kaas➋ eieren➌ flessen, conservenblikken, tu-

bes➍ grote flessen➎ diepvriesprodukten/ijsblokjes➏ vlees, worst, zuivelprodukten➐ gebak, kant-en-klare maaltijden➑ fruit, groente, sla

Opmerkingen• Bewaar vloeistoffen en levens-

middelen die snel geur of smaak afgeven of aannemen altijd in een gesloten koelkastdoos of afge-dekt. Bewaar sterke alcoholica uitsluitend in een goed gesloten, rechtop staande fles.

• Fruit, groente en sla kunt u onver-pakt in de groenteladen bewaren.

Invriezen met SuperfrostDruk kort op de Superfrost-toets; het controlelampje licht op. De temperatuur daalt; het apparaat werkt met maxi-male koeling.

• Bij een geringe hoeveelheid in te vriezen levensmiddelen ca. 6 uur voorvriezen - gewoonlijk is dit lang genoeg. Wacht bij de maximale hoeveelheid levensmiddelen, zie het typeplaatje onder "Invriescapaciteit", ca. 24 uur.

• Daarna de verse levensmiddelen erin leggen, bij voorkeur in de bovenste laden.

- Superfrost wordt automatisch uitgeschakeld, afhankelijk van de ingevroren hoeveelheid (variërend van 30 tot 65 uur). Na het invriezen gaat het Superfrost-lampje uit.

Schakel Superfrost niet in - wanneer u reeds ingevroren diepvriesproducten in het apparaat

legt;- bij het invriezen van minder dan 2 kg verse levensmiddelen per

dag.

Het diepvriesplanHet diepvriesplan geeft de houdbaarheid in maanden voor enkele symbolisch weergegeven produkten.De werkelijke houdbaarheid d.w.z. of de kortste of de lang-ste bewaartijd van toepassing is hangt af van de kwaliteit van de levensmiddelen, de behandeling vóór het invrie-zen, en de kwaliteit die u na het ontdooien wenst. Voor de wat vettere levensmid-delen geldt steeds de kortste bewaartijd.

Supercool Met de functie "Supercool" schakelt u het koelgedeelte over op maximale koeling. Deze functie is bijzonder geschikt om grote hoe-veelheden levensmiddelen, dranken, vers gebak of vers bereide levensmiddelen zo snel mogelijk af te koelen.

Inschakelen: Druk kort op de Supercool-toets; het con-trolelampje licht op. De koeltemperatuur daalt tot op de koudste waarde.

Opmerking: "Supercool" verbruikt iets meer stroom. Na ca. 6 uur schakelt de elektronica echter weer automatisch naar de energie-besparende stand terug. Desgewenst kunt u de Supercool-functie ook van tevoren uitschakelen.

Uitschakelen: Druk nogmaals kort op de Supercool-toets; het controlelampje gaat uit.

NL

Page 6: 7080 215-01 CN 606 - Liebherr

18

Buiten werking stellenWilt u het apparaat voor langere tijd buiten werking stellen, scha-kel het dan uit, trek de stekker uit het stopcontact of draai de zekeringen in de meterkast eruit. Reinig het apparaat en laat het apparaatdeur open staan om geurvorming te voorkomen.

Het koelmiddelcircuit werd op lekkages gecontroleerd .Het apparaat is radio- en tv-ontstoord volgens EN 55014 en voldoet zodoende aan EG-richtlijn 87/308/EEG.

De fabrikant werkt voortdurend aan de verdere ontwikkeling van alle typen en modellen. Hebt u er daarom a.u.b. begrip voor dat wij ons wijzigingen in vorm, uitvoering en techniek moeten voorbehouden.

Aanwijzingen voor het invriezen en bewaren• Leg de levensmiddelen altijd soort bij soort. • De volgende levensmiddelen kunt u invriezen: vlees, wild,

gevogelte, verse vis, groente, fruit, zuivelprodukten, brood, bakkerijprodukten, kant-en-klare maaltijden. Ongeschikt zijn: kropsla, rammenas, druiven, hele appels en peren, vet vlees.

• Verpak levensmiddelen die u zelf invriest altijd in afgemeten porties. Om deze porties meteen door en door te laten bevriezen, doet u er goed aan de volgende maximale hoeveelheden per portie aan te houden:

fruit, groente: max. 1 kg, vlees: max. 2,5 kg.• Blancheer groenten na het wassen en afmeten van de porties

door ze 2-3 minuten in kokend water onder te dompelen en vervolgens snel onder koud water af te spoelen.

• Voeg geen zout of specerijen toe aan verse levensmiddelen en geblancheerde groenten voordat u ze invriest. Voeg aan overige levensmiddelen slechts weinig zout en specerijen toe. Verschil-lende specerijen veranderen van smaak door het invriezen.

• Als verpakkingsmateriaal zijn geschikt: diepvrieszakjes, voor hergebruik geschikte koelkastdozen van kunststof of metaal (bijv. aluminium).

• Breng in te vriezen levensmiddelen niet in contact met reeds ingevroren produkten. Leg uitsluitend droge verpakkingen in het apparaat zodat ze niet aan elkaar kunnen vastvriezen.

• Noteer altijd datum en inhoud op de verpakkingen. Houd u aan de maximale houdbaarheid.

• Vries geen flessen en pakken met koolzuurhoudende dranken in aangezien deze kunnen exploderen.

• Ontdooien: Haal steeds slechts zoveel levensmiddelen uit het apparaat als u direct nodig hebt. Verwerk eenmaal ontdooide levensmiddelen zo snel mogelijk tot een gerecht.

Ingevroren levensmiddelen kunt u als volgt ontdooien:– in de hete-luchtoven– in de magnetron– bij kamertemperatuur– in de koelkast: de warmte die voor het ontdooien nodig is, wordt

aan de overige produkten in de koelkast onttrokken.Reeds enigszins ontdooide platte porties vlees en vis kunnen heet bereid worden. Groenten kunt u direct bereiden, zonder dat u ze ontdooit (in de helft van de tijd die normaal nodig is om gaar te worden).

OntdooienHet koelgedeelteHet koelgedeelte ontdooit automatisch. Het vrijkomende water stroomt via de dooiwaterafvoer in de achterwand in een verdampingsschaal buiten het apparaat. Hier verdampt het water door de vrijko-mende warmte van de compressor. U hoeft er slechts voor te zorgen dat het dooiwater ongehinderd door de afvoeropening in de achterwand kan wegstromen.

Het vriesgedeelteHet No-frost systeem zorgt ervoor dat het apparaat automatisch wordt ontdooit. Het vrijkomende vocht slaat op de verdamper neer, wordt periodiek ontdooid en verdampt.

ReinigenLet op! Trek vóór het reinigen altijd de stekker uit het stopcon-tact. Is dit niet mogelijk, draai dan in de meterkast de zekering eruit van de groep waarop het apparaat is aangesloten.

Reinig de binnenkant van het apparaat, de accessoires en de buitenwand met lauw water waaraan een beetje afwasmiddel is toegevoegd. Gebruik in geen geval chemische oplosmiddelen of produkten die zand of zuren bevatten.

Gebruik geen stoomreinigingsapparaten!Gevaar voor beschadiging en verwonding.

• Let erop dat er geen water in de elektrische delen of de venti-latierooster dringt.

• Maak alles goed droog met een doek.• Maak het aggregaat en de warmtewisselaar (het metalen rooster

aan de achterkant van het apparaat) minimaal één keer per jaar stofvrij en schoon.

• Beschadig of verwijder het typeplaatje aan de binnenkant van het apparaat nooit: het is belangrijk voor onze technische dienst.

• Bij apparaten in rvs-uitvoering een normaal rvs-schoonmaak-middel gebruiken.

- Behandel het apparaat na de reiniging met een rvs-onderhouds-middel (gelijkmatig in de slijprichting) om het de beste bescher-ming te geven. Donkere plaatsen op de rvs-oppervlakte en een intensievere kleur kort na de reinigingsbeurt zijn normaal.

- Gebruik geen schurende/krassende sponsen, geconcentreerde reinigingsmiddelen evenmin als schoonmaakproducten die zand, chloride of zuur bevatten of chemische oplosmiddelen: die beschadigen de oppervlakte en kunnen corrosie veroorzaken.

IJsblokjes maken (afhankelijk van uitvoering)• IJsblokjeshouder met water vullen. • IJsblokjeshouder in het apparaat zetten

en laten bevriezen.• Vervorm de lade enigszins om de ijsblokjes

eruit te laten springen of houd hem even onder stromend water.

De koudeaccu'sBij stroomuitval voorkomen de bijgevoegde koudeaccu's dat de temperatuur in het apparaat te snel oploopt – de kwaliteit van de levensmiddelen blijft langer bewaard.Wilt u ingevroren levensmiddelen bij een eventuele storing zo lang mogelijk kunnen bewaren, leg dan de accu's in de bovenste lade direct op de ingevroren levensmiddelen.

Page 7: 7080 215-01 CN 606 - Liebherr

19

StoringenUw kast is zodanig geconstrueerd en gefabriceerd dat storingen nagenoeg uitgesloten zijn en een lange levensduur gegarandeerd is. Doet zich desondanks een storing voor, ga dan a.u.b. na of deze misschien het gevolg is van een verkeerde bediening. Is dit het geval dan moeten we helaas ook tijdens de garantietermijn de reparatiekosten in rekening brengen.

De volgende storingen kunt u zelf opsporen en verhelpen:

Het apparaat werkt niet. Controleer:– of het apparaat is ingeschakeld;– of de stekker goed in het stopcontact zit;– of de zekering in de meterkast nog goed is.Het apparaat maakt te veel lawaai. Controleer:– of het apparaat stabiel staat;– of meubels/voorwerpen naast het apparaat door het draaiende

aggregaat aan het trillen worden gebracht. Bedenk dat een diepvrieskast nooit helemaal geluidloos kan werken.

De temperatuur is niet laag genoeg. Controleer:– of u de temperatuur goed hebt ingesteld (zie onder ̀Temperatuur

instellen´);– of er te grote hoeveelheden verse levensmiddelen in het apparaat

gelegd werden;– of de losse thermometer de juiste waarde aangeeft;– of de ventilatie in orde is;– of het apparaat te dicht bij een warmtebron staat.

Neem, indien geen van de bovengenoemde oorzaken van toe-passing zijn en u de storing niet zelf verhelpen kunt, contact op met de technische dienst van de leverancier van het apparaat. Zorg dat u tijdens het gesprek de type-aanduiding ➊, het index- ➋ en ap-paraatnummer ➌ bij de hand hebt. Het typeplaatje bevindt zich aan de linker binnenkant (Koelgedeelte).

Inbouw in het keukenblokOm het apparaat aan de hoogte van het keukenblok aan te passen kunt u er een opbouwkast ➊ op plaatsen. Houd achter de gehele breedte van de opbouwkast een ventilatieruimte van ten minste 50 mm diepte vrij voor de toevoer en afvoer van lucht. De ventilatie-ruimte moet een minimale doorsnede van 300 cm² hebben.

Plaatst u het apparaat met de scharnierkant naast een muur ➍ neem dan een af-standlijst (breedte ongeveer 40 mm) tussen kast en muur op. Dit in verband met het uitsteken van de deurgreep bij een geopende deur.

➊ opbouwkast ➋ koel-vriescombinatie➌ keukenmeubel➍ muur

NLDeur ombouwen• Haal het afdekdeel 1eraf.• Schroef het scharnier 2eraf. Haal de onderste deur eraf.• Zet het afdekplaatje 4over naar de andere kant.• Zet de scharnierdelen 3van het scharnier 2over naar de

andere kant. • Trek de middelste lagerpen bter naar beneden uit. Haal de

bovenste deur eraf.• Zet het stopje bn over naar de andere kant.• Schroef het scharnier 5eraf. • Zet het afdekdeel 6over naar de andere kant. • Schroef scharnier 5180° gedraaid weer vast.• Trek de lagerbus bueruit en zet hem er van boven weer in.• Haal het afdekdeel 7eraf.• Schroef het scharnier 8eraf.• Zet scharnierpen 9van het scharnier 8over naar de andere

kant.• Zet de plaathoek bl en afdekdeel bm over naar de andere

kant.• Schroef scharnier 8op de linkerkant van het ap-

paraat. De schroef M4 moet in het linker gat van het scharnier worden geschroefd. De twee andere schroeven hebben de maat M5.

• Afdekdeel 7monteren.• Schuif de bovenste deur over scharnierpen 9en sluit hem.• Schuif de middelste lagerpen btvan onder door het scharnier 5in het deurlager.

• Schuif de onderste deur over scharnier 5en sluit hem.• Steek scharnier 2in het onderste deurlager en schroef het

scharnier vast.• Afdekdeel 1vastduwen.• Drukplaatjes bo vooraan loshalen en wegduwen. • Zet de deurgrepen bp en stopjes bq over naar de andere

kant. • Drukplaatjes bo monteren.