3vh7intervallen
-
Upload
muhtadi-al-awwadi -
Category
Documents
-
view
101 -
download
0
Transcript of 3vh7intervallen
Klas 3vwo hoofdstuk 7 intervallen.
beschrijving notatie
x groter dan 3
x kleiner dan -1 of groter dan 4
x tussen -3 en 2
tekening
Klas 3vwo hoofdstuk 7 intervallen.
beschrijving notatie
x groter dan 3
x kleiner dan -1 of groter dan 4
x tussen -3 en 2
tekening
x >3
Klas 3vwo hoofdstuk 7 intervallen.
beschrijving notatie
x groter dan 3
x kleiner dan -1 of groter dan 4
x tussen -3 en 2
tekening
x >3
Klas 3vwo hoofdstuk 7 intervallen.
beschrijving notatie
x groter dan 3
x kleiner dan -1 of groter dan 4
x tussen -3 en 2
tekening
x >3
x < -1 v x > 4
Klas 3vwo hoofdstuk 7 intervallen.
beschrijving notatie
x groter dan 3
x kleiner dan -1 of groter dan 4
x tussen -3 en 2
tekening
x >3
x < -1 v x > 4
Klas 3vwo hoofdstuk 7 intervallen.
beschrijving notatie
x groter dan 3
x kleiner dan -1 of groter dan 4
x tussen -3 en 2
tekening
x >3
x < -1 v x > 4
Klas 3vwo hoofdstuk 7 intervallen.
beschrijving notatie
x groter dan 3
x kleiner dan -1 of groter dan 4
x tussen -3 en 2
tekening
x >3
x < -1 v x > 4
−3 < x < 2
Klas 3vwo hoofdstuk 7 intervallen.
beschrijving notatie
x groter dan 3
x kleiner dan -1 of groter dan 4
x tussen -3 en 2
tekening
x >3
x < -1 v x > 4
−3 < x < 2
Klas 3vwo hoofdstuk 7 intervallen.
beschrijving notatie
x groter dan 3
x kleiner dan -1 of groter dan 4
x tussen -3 en 2
tekening
x >3
x < -1 v x > 4
−3 < x < 2
a) x is een getal kleiner dan 3 of groter dan 5b) x is een getal tussen 2 en 7
Op 1. Noteer de intervallen van
Klas 3vwo hoofdstuk 7 intervallen.
beschrijving notatie
x groter dan 3
x kleiner dan -1 of groter dan 4
x tussen -3 en 2
tekening
x >3
x < -1 v x > 4
−3 < x < 2
a) x is een getal kleiner dan 3 of groter dan 5 b) x is een getal tussen 2 en 7 x< 3 v x> 5
Op 1. Noteer de intervallen van
Klas 3vwo hoofdstuk 7 intervallen.
beschrijving notatie
x groter dan 3
x kleiner dan -1 of groter dan 4
x tussen -3 en 2
tekening
x >3
x < -1 v x > 4
−3 < x < 2
a) x is een getal kleiner dan 3 of groter dan 5 b) x is een getal tussen 2 en 7 x< 3 v x> 5
2<x <7
Op 1. Noteer de intervallen van
Klas 3vwo hoofdstuk 7 intervallen.beschrijving notatie
x groter dan 3
x kleiner dan -1 of groter dan 4
x tussen -3 en 2
tekening
x >3
x < -1 v x > 4
−3 < x < 2
a) x is een getal kleiner dan 3 of groter dan 5 b) x is een getal tussen 2 en 7 x< 3 v x> 5
2<x <7
Op 1. Noteer de intervallen van
Klas 3vwo hoofdstuk 7 intervallen.beschrijving notatie
x groter dan 3
x kleiner dan -1 of groter dan 4
x tussen -3 en 2
tekening
x >3
x < -1 v x > 4
−3 < x < 2
a) x is een getal kleiner dan 3 of groter dan 5 b) x is een getal tussen 2 en 7 x< 3 v x> 5
2<x <7
Op 1. Noteer de intervallen van
6
Klas 3vwo hoofdstuk 7 intervallen.beschrijving notatie
x groter dan 3
x kleiner dan -1 of groter dan 4
x tussen -3 en 2
tekening
x >3
x < -1 v x > 4
−3 < x < 2
a) x is een getal kleiner dan 3 of groter dan 5 b) x is een getal tussen 2 en 7 x< 3 v x> 5
2<x <7
Op 1. Noteer de intervallen van
6
voor x< 1 v x> 6
Klas 3vwo hoofdstuk 7 intervallen.beschrijving notatie
x groter dan 3
x kleiner dan -1 of groter dan 4
x tussen -3 en 2
tekening
x >3
x < -1 v x > 4
−3 < x < 2
a) x is een getal kleiner dan 3 of groter dan 5 b) x is een getal tussen 2 en 7 x< 3 v x> 5
2<x <7
Op 1. Noteer de intervallen van
6
voor x< 1 v x> 6
-1
Klas 3vwo hoofdstuk 7 intervallen.beschrijving notatie
x groter dan 3
x kleiner dan -1 of groter dan 4
x tussen -3 en 2
tekening
x >3
x < -1 v x > 4
−3 < x < 2
a) x is een getal kleiner dan 3 of groter dan 5 b) x is een getal tussen 2 en 7 x< 3 v x> 5
2<x <7
Op 1. Noteer de intervallen van
6
voor x< 1 v x> 6
-1
voor-1<x <5
Klas 3vwo hoofdstuk 7 intervallen.beschrijving notatie
x groter dan 3
x kleiner dan -1 of groter dan 4
x tussen -3 en 2
tekening
x >3
x < -1 v x > 4
−3 < x < 2
a) x is een getal kleiner dan 3 of groter dan 5 b) x is een getal tussen 2 en 7 x< 3 v x> 5
2<x <7
Op 1. Noteer de intervallen van
6
voorx< 1 v x> 6
-1
voor-1<x <5
Klas 3vwo hoofdstuk 7 intervallen.beschrijving notatie
x groter dan 3
x kleiner dan -1 of groter dan 4
x tussen -3 en 2
tekening
x >3
x < -1 v x > 4
−3 < x < 2
a) x is een getal kleiner dan 3 of groter dan 5 b) x is een getal tussen 2 en 7 x< 3 v x> 5
2<x <7
Op 1. Noteer de intervallen van
6
voor x< 1 v x> 6
-1
voor0<x <5
voor-1<x <5
Klas 3vwo hoofdstuk 7 intervallen.
Op 1. Los opa) x2 +6x+8 =0 b) −8x2 +10x =0
c) x2 -25=0
Klas 3vwo hoofdstuk 7 intervallen.
Op 1. Los opa) x2 +6x+8 =0 b) −8x2 +10x =0 c) x2 -25 =0 (x+4)(x+2)=0
Klas 3vwo hoofdstuk 7 intervallen.
Op 1. Los opa) x2 +6x+8 =0 b) −8x2 +10x =0 c) x2 -25 =0 (x+4)(x+2)=0 x = −4 v x= −2
Klas 3vwo hoofdstuk 7 intervallen.
Op 1. Los opa) x2 +6x+8 =0 b) −8x2 +10x =0 c) x2 -25 =0 (x+4)(x+2)=0 −2x(4x −5) =0 x = −4 v x= −2
Klas 3vwo hoofdstuk 7 intervallen.
Op 1. Los opa) x2 +6x+8 =0 b) −8x2 +10x =0 c) x2 -25 =0 (x+4)(x+2)=0 −2x(4x−5) =0 x = −4 v x= −2 −2x =0 v 4x −5 =0
Klas 3vwo hoofdstuk 7 intervallen.
Op 1. Los opa) x2 +6x+8 =0 b) −8x2 +10x =0 c) x2 -25 =0 (x+4)(x+2)=0 −2x(4x−5) =0 x = −4 v x= −2 −2x =0 v 4x −5 =0
x =0 v x = 1 ¼
Klas 3vwo hoofdstuk 7 intervallen.
Op 1. Los opa) x2 +6x+8 =0 b) −8x2 +10x =0 c) x2 −25 =0 (x+4)(x+2)=0 −2x(4x−5) =0 (x−5)(x+5) =0 x = −4 v x= −2 −2x =0 v 4x −5 =0
x =0 v x = 1 ¼
Klas 3vwo hoofdstuk 7 intervallen.
Op 1. Los opa) x2 +6x+8 =0 b) −8x2 +10x =0 c) x2 −25 =0 (x+4)(x+2)=0 −2x(4x−5) =0 (x−5)(x+5) =0 x = −4 v x= −2 −2x =0 v 4x −5 =0 x =5 v x = −5
x =0 v x = 1 ¼
Klas 3vwo hoofdstuk 7 intervallen.
Op 1. Los opa) x2 +6x+8 =0 b) −8x2 +10x =0 c) x2 −25 =0 (x+4)(x+2)=0 −2x(4x−5) =0 (x−5)(x+5) =0 x = −4 v x= −2 −2x =0 v 4x −5 =0 x =5 v x = −5
x =0 v x = 1 ¼
Kwadratische vergelijkingen
Klas 3vwo hoofdstuk 7 intervallen.
Op 1. Los opa) x2 +6x+8 =0 b) −8x2 +10x =0 c) x2 −25 =0 (x+4)(x+2)=0 −2x(4x−5) =0 (x−5)(x+5) =0 x = −4 v x= −2 −2x =0 v 4x −5 =0 x =5 v x = −5
x =0 v x = 1 ¼
Kwadratische vergelijkingen
Als je gelijkstelt aan 0,
Klas 3vwo hoofdstuk 7 intervallen.
Op 1. Los opa) x2 +6x+8 =0 b) −8x2 +10x =0 c) x2 −25 =0 (x+4)(x+2)=0 −2x(4x−5) =0 (x−5)(x+5) =0 x = −4 v x= −2 −2x =0 v 4x −5 =0 x =5 v x = −5
x =0 v x = 1 ¼
Kwadratische vergelijkingen
Als je gelijkstelt aan 0, Dan bereken je snijpunt
Klas 3vwo hoofdstuk 7 intervallen.
Op 1. Los opa) x2 +6x+8 =0 b) −8x2 +10x =0 c) x2 −25 =0 (x+4)(x+2)=0 −2x(4x−5) =0 (x−5)(x+5) =0 x = −4 v x= −2 −2x =0 v 4x −5 =0 x =5 v x = −5
x =0 v x = 1 ¼
Kwadratische vergelijkingen
Als je gelijkstelt aan 0, Dan bereken je snijpunt x-as
Klas 3vwo hoofdstuk 7 intervallen.
Op 1. Los opa) x2 +6x+8 =0 b) −8x2 +10x =0 c) x2 −25 =0 (x+4)(x+2)=0 −2x(4x−5) =0 (x−5)(x+5) =0 x = −4 v x= −2 −2x =0 v 4x −5 =0 x =5 v x = −5
x =0 v x = 1 ¼
Kwadratische vergelijkingen
Als je gelijkstelt aan 0, Dan bereken je snijpunt x-as
y
Klas 3vwo hoofdstuk 7 intervallen.
Op 1. Los opa) x2 +6x+8 =0 b) −8x2 +10x =0 c) x2 −25 =0 (x+4)(x+2)=0 −2x(4x−5) =0 (x−5)(x+5) =0 x = −4 v x= −2 −2x =0 v 4x −5 =0 x =5 v x = −5
x =0 v x = 1 ¼
Kwadratische vergelijkingen
Als je gelijkstelt aan 0, Dan bereken je snijpunt x-as
y
x
1 2x
y
Klas 3vwo hoofdstuk 7 intervallen.
Op 1. Los opa) x2 +6x+8 =0 b) −8x2 +10x =0 c) x2 −25 =0 (x+4)(x+2)=0 −2x(4x−5) =0 (x−5)(x+5) =0 x = −4 v x= −2 −2x =0 v 4x −5 =0 x =5 v x = −5
x =0 v x = 1 ¼
Kwadratische vergelijkingen
Als je gelijkstelt aan 0, Dan bereken je snijpunt x-as
y
x
1 2x
y
x5−5
schets
Klas 3vwo hoofdstuk 7 intervallen.Op 1. Los opa) x2 +6x+8 =0 b) −8x2 +10x =0 c) x2 −25 =0 (x+4)(x+2)=0 −2x(4x−5) =0 (x−5)(x+5) =0 x = −4 v x= −2 −2x =0 v 4x −5 =0 x =5 v x = −5
x =0 v x = 1 ¼
Kwadratische vergelijkingen
Als je gelijkstelt aan 0, Dan bereken je snijpunt x-as
Op 2. Los opa) x2 +7x+10 >0 b) x2 −16 <0 c) −2x2 +10x <4x
y
x
1 2x
y
x5−5
schets
Klas 3vwo hoofdstuk 7 intervallen.Op 1. Los opa) x2 +6x+8 =0 b) −8x2 +10x =0 c) x2 −25 =0 (x+4)(x+2)=0 −2x(4x−5) =0 (x−5)(x+5) =0 x = −4 v x= −2 −2x =0 v 4x −5 =0 x =5 v x = −5
x =0 v x = 1 ¼
Kwadratische vergelijkingen
Als je gelijkstelt aan 0, Dan bereken je snijpunt x-as
1 2
schets
Op 2. Los op
Kwadratische Ongelijkheden
a) x2 +7x+10 >0 b) x2 −16 <0 c) −2x2 +10x <4x
y
x
1 2x
y
x5−5
schets
Klas 3vwo hoofdstuk 7 intervallen.Op 1. Los opa) x2 +6x+8 =0 b) −8x2 +10x =0 c) x2 −25 =0 (x+4)(x+2)=0 −2x(4x−5) =0 (x−5)(x+5) =0 x = −4 v x= −2 −2x =0 v 4x −5 =0 x =5 v x = −5
x =0 v x = 1 ¼
Kwadratische vergelijkingen
Als je gelijkstelt aan 0, Dan bereken je snijpunt x-as
1 2x
Op 2. Los opa) x2 +7x+10 >0 b) x2 −16 <0 c) −2x2 +10x <4x
Stappenplan kwadratische ongelijkheden oplossen:
1) Rechts 0 maken2) Vervang > of < door = en los op (ontbind of abc-formule)3) Maak een schets4) Vergelijk je schets met stap 1 en geef daarna je interval
y
x
1 2x
y
x5−5
schets
Klas 3vwo hoofdstuk 7 intervallen.Op 1. Los opa) x2 +6x+8 =0 b) −8x2 +10x =0 c) x2 −25 =0 (x+4)(x+2)=0 −2x(4x−5) =0 (x−5)(x+5) =0 x = −4 v x= −2 −2x =0 v 4x −5 =0 x =5 v x = −5
x =0 v x = 1 ¼
Kwadratische vergelijkingen
Als je gelijkstelt aan 0, Dan bereken je snijpunt x-as
1 2x
Op 2. Los opa) x2 +7x+10 >0 b) x2 −16 <0 c) −2x2 +10x <4x
Stappenplan kwadratische ongelijkheden oplossen:
1) Rechts 0 maken2) Vervang > of < door = en los op (ontbind of abc-formule)3) Maak een schets4) Vergelijk je schets met stap 1 en geef daarna je interval
1)
y
x
1 2x
y
x5−5
schets
f(x)
Klas 3vwo hoofdstuk 7 intervallen.Op 1. Los opa) x2 +6x+8 =0 b) −8x2 +10x =0 c) x2 −25 =0 (x+4)(x+2)=0 −2x(4x−5) =0 (x−5)(x+5) =0 x = −4 v x= −2 −2x =0 v 4x −5 =0 x =5 v x = −5
x =0 v x = 1 ¼
Kwadratische vergelijkingen
Als je gelijkstelt aan 0, Dan bereken je snijpunt x-as
1 2x
Op 2. Los opa) x2 +7x+10 >0 b) x2 −16 <0 c) −2x2 +10x <4x
Stappenplan kwadratische ongelijkheden oplossen:
1) Rechts 0 maken2) Vervang > of < door = en los op (ontbind of abc-formule)3) Maak een schets4) Vergelijk je schets met stap 1 en geef daarna je interval
1)
y
x
1 2x
y
x5−5
schets
2) (x+2)(x+5) =02) x =−2 v x =−5
f(x)
Klas 3vwo hoofdstuk 7 intervallen.Op 1. Los opa) x2 +6x+8 =0 b) −8x2 +10x =0 c) x2 −25 =0 (x+4)(x+2)=0 −2x(4x−5) =0 (x−5)(x+5) =0 x = −4 v x= −2 −2x =0 v 4x −5 =0 x =5 v x = −5
x =0 v x = 1 ¼
Kwadratische vergelijkingen
Als je gelijkstelt aan 0, Dan bereken je snijpunt x-as
1 2x
Op 2. Los opa) x2 +7x+10 >0 b) x2 −16 <0 c) −2x2 +10x <4x
Stappenplan kwadratische ongelijkheden oplossen:
1) Rechts 0 maken2) Vervang > of < door = en los op (ontbind of abc-formule)3) Maak een schets4) Vergelijk je schets met stap 1 en geef daarna je interval
1)
x−2
−5
schets
y
x
1 2x
y
x5−5
schets
f(x)>0 voor
2) (x+2)(x+5) =02) x =−2 v x =−5
3)
f(x)
f
Klas 3vwo hoofdstuk 7 intervallen.Op 1. Los opa) x2 +6x+8 =0 b) −8x2 +10x =0 c) x2 −25 =0 (x+4)(x+2)=0 −2x(4x−5) =0 (x−5)(x+5) =0 x = −4 v x= −2 −2x =0 v 4x −5 =0 x =5 v x = −5
x =0 v x = 1 ¼
Kwadratische vergelijkingen
Als je gelijkstelt aan 0, Dan bereken je snijpunt x-as
1 2x
Op 2. Los opa) x2 +7x+10 >0 b) x2 −16 <0 c) −2x2 +10x <4x
Stappenplan kwadratische ongelijkheden oplossen:
1) Rechts 0 maken2) Vervang > of < door = en los op (ontbind of abc-formule)3) Maak een schets4) Vergelijk je schets met stap 1 en geef daarna je interval
1)
x−2
−5
schets
y
x
1 2x
y
x5−5
schets
f(x)>0 voorx < −5 v x > −2
2) (x+2)(x+5) =02) x =−2 v x =−5
3)
f(x)
f
Klas 3vwo hoofdstuk 7 intervallen.Op 1. Los opa) x2 +6x+8 =0 b) −8x2 +10x =0 c) x2 −25 =0 (x+4)(x+2)=0 −2x(4x−5) =0 (x−5)(x+5) =0 x = −4 v x= −2 −2x =0 v 4x −5 =0 x =5 v x = −5
x =0 v x = 1 ¼
Kwadratische vergelijkingen
Als je gelijkstelt aan 0, Dan bereken je snijpunt x-as
1 2x
Op 2. Los opa) x2 +7x+10 >0 b) x2 −16 <0 c) −2x2 +10x <4x
Stappenplan kwadratische ongelijkheden oplossen:
1) Rechts 0 maken2) Vervang > of < door = en los op (ontbind of abc-formule)3) Maak een schets4) Vergelijk je schets met stap 1 en geef daarna je interval
1)
x−2
−5
schets
y
x
1 2x
y
x5−5
schets
f(x)>0 voorx < −5 v x > −2
2) (x+2)(x+5) =02) x =−2 v x =−5
3)
f(x)
f
f(x)
Klas 3vwo hoofdstuk 7 intervallen.Op 1. Los opa) x2 +6x+8 =0 b) −8x2 +10x =0 c) x2 −25 =0 (x+4)(x+2)=0 −2x(4x−5) =0 (x−5)(x+5) =0 x = −4 v x= −2 −2x =0 v 4x −5 =0 x =5 v x = −5
x =0 v x = 1 ¼
Kwadratische vergelijkingen
Als je gelijkstelt aan 0, Dan bereken je snijpunt x-as
1 2x
Op 2. Los opa) x2 +7x+10 >0 b) x2 −16 <0 c) −2x2 +10x <4x
Stappenplan kwadratische ongelijkheden oplossen:
1) Rechts 0 maken2) Vervang > of < door = en los op (ontbind of abc-formule)3) Maak een schets4) Vergelijk je schets met stap 1 en geef daarna je interval
1)
x−2
−5
schets
y
x
1 2x
y
x5−5
schets
f(x)>0 voorx < −5 v x > −2
2) (x+2)(x+5) =02) x =−2 v x =−5
3)
f(x)
f
2) (x+4)(x−4) =0f(x)
Klas 3vwo hoofdstuk 7 intervallen.Op 1. Los opa) x2 +6x+8 =0 b) −8x2 +10x =0 c) x2 −25 =0 (x+4)(x+2)=0 −2x(4x−5) =0 (x−5)(x+5) =0 x = −4 v x= −2 −2x =0 v 4x −5 =0 x =5 v x = −5
x =0 v x = 1 ¼
Kwadratische vergelijkingen
Als je gelijkstelt aan 0, Dan bereken je snijpunt x-as
1 2x
Op 2. Los opa) x2 +7x+10 >0 b) x2 −16 <0 c) −2x2 +10x <4x
Stappenplan kwadratische ongelijkheden oplossen:
1) Rechts 0 maken2) Vervang > of < door = en los op (ontbind of abc-formule)3) Maak een schets4) Vergelijk je schets met stap 1 en geef daarna je interval
1)
x−2
−5
schets
y
x
1 2x
y
x5−5
schets
f(x)>0 voorx < −5 v x > −2
2) (x+2)(x+5) =02) x =−2 v x =−5
3)
f(x)
f
2) (x+4)(x−4) =02) x= −4 v x = 4
f(x)
Klas 3vwo hoofdstuk 7 intervallen.Op 1. Los opa) x2 +6x+8 =0 b) −8x2 +10x =0 c) x2 −25 =0 (x+4)(x+2)=0 −2x(4x−5) =0 (x−5)(x+5) =0 x = −4 v x= −2 −2x =0 v 4x −5 =0 x =5 v x = −5
x =0 v x = 1 ¼
Kwadratische vergelijkingen
Als je gelijkstelt aan 0, Dan bereken je snijpunt x-as
1 2x
Op 2. Los opa) x2 +7x+10 >0 b) x2 −16 <0 c) −2x2 +10x <4x
Stappenplan kwadratische ongelijkheden oplossen:
1) Rechts 0 maken2) Vervang > of < door = en los op (ontbind of abc-formule)3) Maak een schets4) Vergelijk je schets met stap 1 en geef daarna je interval
x−2
−5
schets
y
x
1 2x
y
x5−5
schets
f(x)>0 voorx < −5 v x > −2
2) (x+2)(x+5) =02) x =−2 v x =−5
3)
f(x)
f
2) (x+4)(x−4) =02) x= −4 v x = 4
x−4 4
f(x)
f
f(x)<0 voor
Klas 3vwo hoofdstuk 7 intervallen.Op 1. Los opa) x2 +6x+8 =0 b) −8x2 +10x =0 c) x2 −25 =0 (x+4)(x+2)=0 −2x(4x−5) =0 (x−5)(x+5) =0 x = −4 v x= −2 −2x =0 v 4x −5 =0 x =5 v x = −5
x =0 v x = 1 ¼
Kwadratische vergelijkingen
Als je gelijkstelt aan 0, Dan bereken je snijpunt x-as
1 2x
Op 2. Los opa) x2 +7x+10 >0 b) x2 −16 <0 c) −2x2 +10x <4x
Stappenplan kwadratische ongelijkheden oplossen:
1) Rechts 0 maken2) Vervang > of < door = en los op (ontbind of abc-formule)3) Maak een schets4) Vergelijk je schets met stap 1 en geef daarna je interval
1)
x−2
−5
schets
y
x
1 2x
y
x5−5
schets
f(x)>0 voorx < −5 v x > −2
2) (x+2)(x+5) =02) x =−2 v x =−5
3)
f(x)
f
2) (x+4)(x−4) =02) x= −4 v x = 4
x−4 4
f(x)
f
f(x)<0 voor−4<x<4
Klas 3vwo hoofdstuk 7 intervallen.Op 1. Los opa) x2 +6x+8 =0 b) −8x2 +10x =0 c) x2 −25 =0 (x+4)(x+2)=0 −2x(4x−5) =0 (x−5)(x+5) =0 x = −4 v x= −2 −2x =0 v 4x −5 =0 x =5 v x = −5
x =0 v x = 1 ¼
Kwadratische vergelijkingen
Als je gelijkstelt aan 0, Dan bereken je snijpunt x-as
1 2x
Op 2. Los opa) x2 +7x+10 >0 b) x2 −16 <0 c) −2x2 +10x <4x
Stappenplan kwadratische ongelijkheden oplossen:
1) Rechts 0 maken2) Vervang > of < door = en los op (ontbind of abc-formule)3) Maak een schets4) Vergelijk je schets met stap 1 en geef daarna je interval
1)
x−2
−5
schets
y
x
1 2x
y
x5−5
schets
f(x)>0 voorx < −5 v x > −2
2) (x+2)(x+5) =02) x =−2 v x =−5
3)
f(x)
f
2) (x+4)(x−4) =02) x= −4 v x = 4
x−4 4
f(x)
f
f(x)<0 voor−4<x<4
1) −2x2 +6x <0
f(x)
Klas 3vwo hoofdstuk 7 intervallen.Op 1. Los opa) x2 +6x+8 =0 b) −8x2 +10x =0 c) x2 −25 =0 (x+4)(x+2)=0 −2x(4x−5) =0 (x−5)(x+5) =0 x = −4 v x= −2 −2x =0 v 4x −5 =0 x =5 v x = −5
x =0 v x = 1 ¼
Kwadratische vergelijkingen
Als je gelijkstelt aan 0, Dan bereken je snijpunt x-as
1 2x
Op 2. Los opa) x2 +7x+10 >0 b) x2 −16 <0 c) −2x2 +10x <4x
Stappenplan kwadratische ongelijkheden oplossen:
1) Rechts 0 maken2) Vervang > of < door = en los op (ontbind of abc-formule)3) Maak een schets4) Vergelijk je schets met stap 1 en geef daarna je interval
1)
x−2
−5
schets
y
x
1 2x
y
x5−5
schets
f(x)>0 voorx < −5 v x > −2
2) (x+2)(x+5) =02) x =−2 v x =−5
3)
f(x)
f
2) (x+4)(x−4) =02) x= −4 v x = 4
x−4 4
f(x)
f
f(x)<0 voor−4<x<4
1) −2x2 +6x <0
2) −2x2 +6x =0
f(x)
Klas 3vwo hoofdstuk 7 intervallen.Op 1. Los opa) x2 +6x+8 =0 b) −8x2 +10x =0 c) x2 −25 =0 (x+4)(x+2)=0 −2x(4x−5) =0 (x−5)(x+5) =0 x = −4 v x= −2 −2x =0 v 4x −5 =0 x =5 v x = −5
x =0 v x = 1 ¼
Kwadratische vergelijkingen
Als je gelijkstelt aan 0, Dan bereken je snijpunt x-as
1 2x
Op 2. Los opa) x2 +7x+10 >0 b) x2 −16 <0 c) −2x2 +10x <4x
Stappenplan kwadratische ongelijkheden oplossen:
1) Rechts 0 maken2) Vervang > of < door = en los op (ontbind of abc-formule)3) Maak een schets4) Vergelijk je schets met stap 1 en geef daarna je interval
1)
x−2
−5
schets
y
x
1 2x
y
x5−5
schets
f(x)>0 voorx < −5 v x > −2
2) (x+2)(x+5) =02) x =−2 v x =−5
3)
f(x)
f
2) (x+4)(x−4) =02) x= −4 v x = 4
x−4 4
f(x)
f
f(x)<0 voor−4<x<4
1) −2x2 +6x <0
2) −2x2 +6x =0 −2x(x −3) =0
f(x)
Klas 3vwo hoofdstuk 7 intervallen.Op 1. Los opa) x2 +6x+8 =0 b) −8x2 +10x =0 c) x2 −25 =0 (x+4)(x+2)=0 −2x(4x−5) =0 (x−5)(x+5) =0 x = −4 v x= −2 −2x =0 v 4x −5 =0 x =5 v x = −5
x =0 v x = 1 ¼
Kwadratische vergelijkingen
Als je gelijkstelt aan 0, Dan bereken je snijpunt x-as
1 2x
Op 2. Los opa) x2 +7x+10 >0 b) x2 −16 <0 c) −2x2 +10x <4x
Stappenplan kwadratische ongelijkheden oplossen:
1) Rechts 0 maken2) Vervang > of < door = en los op (ontbind of abc-formule)3) Maak een schets4) Vergelijk je schets met stap 1 en geef daarna je interval
1)
x−2
−5
schets
y
x
1 2x
y
x5−5
schets
f(x)>0 voorx < −5 v x > −2
2) (x+2)(x+5) =02) x =−2 v x =−5
3)
f(x)
f
2) (x+4)(x−4) =02) x= −4 v x = 4
x−4 4
f(x)
f
f(x)<0 voor−4<x<4
1) −2x2 +6x <0
2) −2x2 +6x =0 −2x(x −3) =0 −2x =0 v x −3=0 x =0 v x =3
f(x)
Klas 3vwo hoofdstuk 7 intervallen.Op 1. Los opa) x2 +6x+8 =0 b) −8x2 +10x =0 c) x2 −25 =0 (x+4)(x+2)=0 −2x(4x−5) =0 (x−5)(x+5) =0 x = −4 v x= −2 −2x =0 v 4x −5 =0 x =5 v x = −5
x =0 v x = 1 ¼
Kwadratische vergelijkingen
Als je gelijkstelt aan 0, Dan bereken je snijpunt x-as
1 2x
Op 2. Los opa) x2 +7x+10 >0 b) x2 −16 <0 c) −2x2 +10x <4x
Stappenplan kwadratische ongelijkheden oplossen:
1) Rechts 0 maken2) Vervang > of < door = en los op (ontbind of abc-formule)3) Maak een schets4) Vergelijk je schets met stap 1 en geef daarna je interval
1)
x−2
−5
schets
y
x
1 2x
y
x5−5
schets
f(x)>0 voorx < −5 v x > −2
2) (x+2)(x+5) =02) x =−2 v x =−5
3)
f(x)
f
2) (x+4)(x−4) =02) x= −4 v x = 4
x−4 4
f(x)
f
f(x)<0 voor−4<x<4
1) −2x2 +6x <0
2) −2x2 +6x =0 −2x(x −3) =0 −2x =0 v x −3=0 x =0 v x =3
x 0 3
f(x)
f
f(x)<0 voor
Klas 3vwo hoofdstuk 7 intervallen.Op 1. Los opa) x2 +6x+8 =0 b) −8x2 +10x =0 c) x2 −25 =0 (x+4)(x+2)=0 −2x(4x−5) =0 (x−5)(x+5) =0 x = −4 v x= −2 −2x =0 v 4x −5 =0 x =5 v x = −5
x =0 v x = 1 ¼
Kwadratische vergelijkingen
Als je gelijkstelt aan 0, Dan bereken je snijpunt x-as
1 2x
Op 2. Los opa) x2 +7x+10 >0 b) x2 −16 <0 c) −2x2 +10x <4x
Stappenplan kwadratische ongelijkheden oplossen:
1) Rechts 0 maken2) Vervang > of < door = en los op (ontbind of abc-formule)3) Maak een schets4) Vergelijk je schets met stap 1 en geef daarna je interval
1)
x−2
−5
schets
y
x
1 2x
y
x5−5
schets
f(x)>0 voorx < −5 v x > −2
2) (x+2)(x+5) =02) x =−2 v x =−5
3)
f(x)
f
2) (x+4)(x−4) =02) x= −4 v x = 4
x−4 4
f(x)
f
f(x)<0 voor−4<x<4
1) −2x2 +6x <0
2) −2x2 +6x =0 −2x(x −3) =0 −2x =0 v x −3=0 x =0 v x =3
x 0 3
f(x)
f
f(x)<0 voorx < 0v x > 3
Klas 3vwo hoofdstuk 7 kwadratische ongelijkheden
Op 2. Los op (zelf maken 10 minuten)
a) x2 +x < 5x b) −2x2 −2x > −24 c) 4x(x+2) <5x+1
Stappenplan kwadratische ongelijkheden oplossen:
1) Rechts 0 maken en noem links f(x)2) Vervang > of < door = en los op (ontbind of abc-formule)3) Maak een schets4) Vergelijk je schets met stap 1 en geef daarna je interval
Klas 3vwo hoofdstuk 7 kwadratische ongelijkheden
Op 2. Los op
a) x2 +x < 5x b) −2x2 −2x > −24 c) 4x(x+2) <5x+1
Stappenplan kwadratische ongelijkheden oplossen:
1) Rechts 0 maken en noem links f(x)2) Vervang > of < door = en los op (ontbind of abc-formule)3) Maak een schets4) Vergelijk je schets met stap 1 en geef daarna je interval
1) x2 − 4x < 0f(x)
Klas 3vwo hoofdstuk 7 kwadratische ongelijkheden
Op 2. Los op
a) x2 +x < 5x b) −2x2 −2x > −24 c) 4x(x+2) <5x+1
Stappenplan kwadratische ongelijkheden oplossen:
1) Rechts 0 maken en noem links f(x)2) Vervang > of < door = en los op (ontbind of abc-formule)3) Maak een schets4) Vergelijk je schets met stap 1 en geef daarna je interval
1) x2 − 4x < 0
2) x2 − 4x = 0f(x)
Klas 3vwo hoofdstuk 7 kwadratische ongelijkheden
Op 2. Los op
a) x2 +x < 5x b) −2x2 −2x > −24 c) 4x(x+2) <5x+1
Stappenplan kwadratische ongelijkheden oplossen:
1) Rechts 0 maken en noem links f(x)2) Vervang > of < door = en los op (ontbind of abc-formule)3) Maak een schets4) Vergelijk je schets met stap 1 en geef daarna je interval
1) x2 − 4x < 0
2) x2 − 4x = 02) x(− 4) = 0
f(x)
Klas 3vwo hoofdstuk 7 kwadratische ongelijkheden
Op 2. Los op
a) x2 +x < 5x b) −2x2 −2x > −24 c) 4x(x+2) <5x+1
Stappenplan kwadratische ongelijkheden oplossen:
1) Rechts 0 maken en noem links f(x)2) Vervang > of < door = en los op (ontbind of abc-formule)3) Maak een schets4) Vergelijk je schets met stap 1 en geef daarna je interval
1) x2 − 4x < 0
2) x2 − 4x = 02) x(− 4) = 02) x =0 v x = 4
f(x)
Klas 3vwo hoofdstuk 7 kwadratische ongelijkheden
Op 2. Los op
a) x2 +x < 5x b) −2x2 −2x > −24 c) 4x(x+2) <5x+1
Stappenplan kwadratische ongelijkheden oplossen:
1) Rechts 0 maken en noem links f(x)2) Vervang > of < door = en los op (ontbind of abc-formule)3) Maak een schets4) Vergelijk je schets met stap 1 en geef daarna je interval
1) x2 − 4x < 0
2) x2 − 4x = 02) x(− 4) = 02) x =0 v x = 4
40 x
f
f(x)
f(x) <0 voor
Klas 3vwo hoofdstuk 7 kwadratische ongelijkheden
Op 2. Los op
a) x2 +x < 5x b) −2x2 −2x > −24 c) 4x(x+2) <5x+1
Stappenplan kwadratische ongelijkheden oplossen:
1) Rechts 0 maken en noem links f(x)2) Vervang > of < door = en los op (ontbind of abc-formule)3) Maak een schets4) Vergelijk je schets met stap 1 en geef daarna je interval
1) x2 − 4x < 0
2) x2 − 4x = 02) x(− 4) = 02) x =0 v x = 4
40 x
f
f(x)
f(x) <0 voor0<x<4
Klas 3vwo hoofdstuk 7 kwadratische ongelijkheden
Op 2. Los op
a) x2 +x < 5x b) −2x2 −2x > −24 c) 4x(x+2) <5x+1
Stappenplan kwadratische ongelijkheden oplossen:
1) Rechts 0 maken en noem links f(x)2) Vervang > of < door = en los op (ontbind of abc-formule)3) Maak een schets4) Vergelijk je schets met stap 1 en geef daarna je interval
1) x2 − 4x < 0
2) x2 − 4x = 02) x(− 4) = 02) x =0 v x = 4
40
f
f(x)
f(x) <0 voor0<x<4
1) −2x2 −2x +24>0f(x)
Klas 3vwo hoofdstuk 7 kwadratische ongelijkheden
Op 2. Los op
a) x2 +x < 5x b) −2x2 −2x > −24 c) 4x(x+2) <5x+1
Stappenplan kwadratische ongelijkheden oplossen:
1) Rechts 0 maken en noem links f(x)2) Vervang > of < door = en los op (ontbind of abc-formule)3) Maak een schets4) Vergelijk je schets met stap 1 en geef daarna je intervalNiet delen voor stap 1
1) x2 − 4x < 0
2) x2 − 4x = 02) x(− 4) = 02) x =0 v x = 4
40
f
f(x)
f(x) <0 voor0<x<4
1) −2x2 −2x +24>0
2) −2x2 −2x +24=0f(x)
Klas 3vwo hoofdstuk 7 kwadratische ongelijkheden
Op 2. Los op
a) x2 +x < 5x b) −2x2 −2x > −24 c) 4x(x+2) <5x+1
Stappenplan kwadratische ongelijkheden oplossen:
1) Rechts 0 maken en noem links f(x)2) Vervang > of < door = en los op (ontbind of abc-formule)3) Maak een schets4) Vergelijk je schets met stap 1 en geef daarna je intervalNiet delen voor stap 1
1) x2 − 4x < 0
2) x2 − 4x = 02) x(− 4) = 02) x =0 v x = 4
40
f
f(x)
f(x) <0 voor0<x<4
1) −2x2 −2x +24>0
2) −2x2 −2x +24=02) x2 +x −12=0
f(x)
Klas 3vwo hoofdstuk 7 kwadratische ongelijkheden
Op 2. Los op
a) x2 +x < 5x b) −2x2 −2x > −24 c) 4x(x+2) <5x+1
Stappenplan kwadratische ongelijkheden oplossen:
1) Rechts 0 maken en noem links f(x)2) Vervang > of < door = en los op (ontbind of abc-formule)3) Maak een schets4) Vergelijk je schets met stap 1 en geef daarna je intervalNiet delen voor stap 1
1) x2 − 4x < 0
2) x2 − 4x = 02) x(− 4) = 02) x =0 v x = 4
40
f
f(x)
f(x) <0 voor0<x<4
1) −2x2 −2x +24>0
2) −2x2 −2x +24=02) x2 +x −12=02) (x+4)(x −3) =02) x =−4 v x = 3
f(x)
Klas 3vwo hoofdstuk 7 kwadratische ongelijkheden
Op 2. Los op
a) x2 +x < 5x b) −2x2 −2x > −24 c) 4x(x+2) <5x+1
Stappenplan kwadratische ongelijkheden oplossen:
1) Rechts 0 maken en noem links f(x)2) Vervang > of < door = en los op (ontbind of abc-formule)3) Maak een schets4) Vergelijk je schets met stap 1 en geef daarna je intervalNiet delen voor stap 1
1) x2 − 4x < 0
2) x2 − 4x = 02) x(− 4) = 02) x =0 v x = 4
40 x
f
f(x)
f(x) <0 voor0<x<4
x
1) −2x2 −2x +24>0
2) −2x2 −2x +24=02) x2 +x −12=02) (x+4)(x −3) =02) x =−4 v x = 3
3−4 x
f
f(x)
f(x) >0 voor
Klas 3vwo hoofdstuk 7 kwadratische ongelijkheden
Op 2. Los op
a) x2 +x < 5x b) −2x2 −2x > −24 c) 4x(x+2) <5x+1
Stappenplan kwadratische ongelijkheden oplossen:
1) Rechts 0 maken en noem links f(x)2) Vervang > of < door = en los op (ontbind of abc-formule)3) Maak een schets4) Vergelijk je schets met stap 1 en geef daarna je intervalNiet delen voor stap 1
1) x2 − 4x < 0
2) x2 − 4x = 02) x(− 4) = 02) x =0 v x = 4
40 x
f
f(x)
f(x) <0 voor0<x<4
x
1) −2x2 −2x +24>0
2) −2x2 −2x +24=02) x2 +x −12=02) (x+4)(x −3) =02) x =−4 v x = 3
3−4 x
f
f(x)
f(x) >0 voor−4<x<3
Klas 3vwo hoofdstuk 7 kwadratische ongelijkheden
Op 2. Los op
a) x2 +x < 5x b) −2x2 −2x > −24 c) 4x(x+2) <5x+1
Stappenplan kwadratische ongelijkheden oplossen:
1) Rechts 0 maken en noem links f(x)2) Vervang > of < door = en los op (ontbind of abc-formule)3) Maak een schets4) Vergelijk je schets met stap 1 en geef daarna je intervalNiet delen voor stap 1
1) x2 − 4x < 0
2) x2 − 4x = 02) x(− 4) = 02) x =0 v x = 4
40 x
f
f(x)
f(x) <0 voor0<x<4
x
1) −2x2 −2x +24>0
2) −2x2 −2x +24=02) x2 +x −12=02) (x+4)(x −3) =02) x =−4 v x = 3
3−4 x
f
f(x)
f(x) >0 voor−4<x<3
1) 4x2+8x<5x+11) 4x2+3x−1<0
f(x)
Klas 3vwo hoofdstuk 7 kwadratische ongelijkheden
Op 2. Los op
a) x2 +x < 5x b) −2x2 −2x > −24 c) 4x(x+2) <5x+1
Stappenplan kwadratische ongelijkheden oplossen:
1) Rechts 0 maken en noem links f(x)2) Vervang > of < door = en los op (ontbind of abc-formule)3) Maak een schets4) Vergelijk je schets met stap 1 en geef daarna je intervalNiet delen voor stap 1
1) x2 − 4x < 0
2) x2 − 4x = 02) x(− 4) = 02) x =0 v x = 4
40 x
f
f(x)
f(x) <0 voor0<x<4
x
1) −2x2 −2x +24>0
2) −2x2 −2x +24=02) x2 +x −12=02) (x+4)(x −3) =02) x =−4 v x = 3
3−4 x
f
f(x)
f(x) >0 voor−4<x<3
1) 4x2+8x<5x+11) 4x2+3x−1<0
2) 4x2+3x−1=0a= 4 b=3 c =−1
f(x)
Klas 3vwo hoofdstuk 7 kwadratische ongelijkheden
Op 2. Los op
a) x2 +x < 5x b) −2x2 −2x > −24 c) 4x(x+2) <5x+1
Stappenplan kwadratische ongelijkheden oplossen:
1) Rechts 0 maken en noem links f(x)2) Vervang > of < door = en los op (ontbind of abc-formule)3) Maak een schets4) Vergelijk je schets met stap 1 en geef daarna je intervalNiet delen voor stap 1
1) x2 − 4x < 0
2) x2 − 4x = 02) x(− 4) = 02) x =0 v x = 4
40 x
f
f(x)
f(x) <0 voor0<x<4
x
1) −2x2 −2x +24>0
2) −2x2 −2x +24=02) x2 +x −12=02) (x+4)(x −3) =02) x =−4 v x = 3
3−4 x
f
f(x)
f(x) >0 voor−4<x<3
1) 4x2+8x<5x+11) 4x2+3x−1<0
2) 4x2+3x−1=0a= 4 b=3 c =−1
f(x)
Klas 3vwo hoofdstuk 7 kwadratische ongelijkheden
Op 2. Los op
a) x2 +x < 5x b) −2x2 −2x > −24 c) 4x(x+2) <5x+1
Stappenplan kwadratische ongelijkheden oplossen:
1) Rechts 0 maken en noem links f(x)2) Vervang > of < door = en los op (ontbind of abc-formule)3) Maak een schets4) Vergelijk je schets met stap 1 en geef daarna je intervalNiet delen voor stap 1
1) x2 − 4x < 0
2) x2 − 4x = 02) x(− 4) = 02) x =0 v x = 4
40 x
f
f(x)
f(x) <0 voor0<x<4
x
1) −2x2 −2x +24>0
2) −2x2 −2x +24=02) x2 +x −12=02) (x+4)(x −3) =02) x =−4 v x = 3
3−4 x
f
f(x)
f(x) >0 voor−4<x<3
1) 4x2+8x<5x+11) 4x2+3x−1<0
2) 4x2+3x−1=0a= 4 b=3 c =−1
f(x)
Klas 3vwo hoofdstuk 7 kwadratische ongelijkheden
Op 2. Los op
a) x2 +x < 5x b) −2x2 −2x > −24 c) 4x(x+2) <5x+1
Stappenplan kwadratische ongelijkheden oplossen:
1) Rechts 0 maken en noem links f(x)2) Vervang > of < door = en los op (ontbind of abc-formule)3) Maak een schets4) Vergelijk je schets met stap 1 en geef daarna je intervalNiet delen voor stap 1
1) x2 − 4x < 0
2) x2 − 4x = 02) x(− 4) = 02) x =0 v x = 4
40 x
f
f(x)
f(x) <0 voor0<x<4
x
1) −2x2 −2x +24>0
2) −2x2 −2x +24=02) x2 +x −12=02) (x+4)(x −3) =02) x =−4 v x = 3
3−4 x
f
f(x)
f(x) >0 voor−4<x<3
1) 4x2+8x<5x+11) 4x2+3x−1<0
2) 4x2+3x−1=0a= 4 b=3 c =−1
¼
x−1f(x)
f
f(x) <0 voor
Klas 3vwo hoofdstuk 7 kwadratische ongelijkheden
Op 2. Los op
a) x2 +x < 5x b) −2x2 −2x > −24 c) 4x(x+2) <5x+1
Stappenplan kwadratische ongelijkheden oplossen:
1) Rechts 0 maken en noem links f(x)2) Vervang > of < door = en los op (ontbind of abc-formule)3) Maak een schets4) Vergelijk je schets met stap 1 en geef daarna je intervalNiet delen voor stap 1
1) x2 − 4x < 0
2) x2 − 4x = 02) x(− 4) = 02) x =0 v x = 4
40 x
f
f(x)
f(x) <0 voor0<x<4
x
1) −2x2 −2x +24>0
2) −2x2 −2x +24=02) x2 +x −12=02) (x+4)(x −3) =02) x =−4 v x = 3
3−4 x
f
f(x)
f(x) >0 voor−4<x<3
1) 4x2+8x<5x+11) 4x2+3x−1<0
2) 4x2+3x−1=0a= 4 b=3 c =−1
¼
x−1f(x)
f
f(x) <0 voorx<−1 v x> ¼