€¦ · 3. Jan Willem Hubert Willems (52 jaar) op 10 augustus 1868. Zij is 38 jaar. Jan Willem...

209

Transcript of €¦ · 3. Jan Willem Hubert Willems (52 jaar) op 10 augustus 1868. Zij is 38 jaar. Jan Willem...

Page 1: €¦ · 3. Jan Willem Hubert Willems (52 jaar) op 10 augustus 1868. Zij is 38 jaar. Jan Willem Hubert sterft op 13 december 1869. Zoon Jan Hubert uit dit huwelijk sterft 17 dagen
Page 2: €¦ · 3. Jan Willem Hubert Willems (52 jaar) op 10 augustus 1868. Zij is 38 jaar. Jan Willem Hubert sterft op 13 december 1869. Zoon Jan Hubert uit dit huwelijk sterft 17 dagen
Page 3: €¦ · 3. Jan Willem Hubert Willems (52 jaar) op 10 augustus 1868. Zij is 38 jaar. Jan Willem Hubert sterft op 13 december 1869. Zoon Jan Hubert uit dit huwelijk sterft 17 dagen
Page 4: €¦ · 3. Jan Willem Hubert Willems (52 jaar) op 10 augustus 1868. Zij is 38 jaar. Jan Willem Hubert sterft op 13 december 1869. Zoon Jan Hubert uit dit huwelijk sterft 17 dagen

1

Driemaandelijks tijdschrift voor de studie van natuur en heemkunde

jaargang 41 nummer 1 - 2018

Heemklank is een uitgave van de Vereniging van Natuurvrienden Susteren

Inhoud Heemklank 2018 nummer 1 Weurdje van de redaksie – Wil Schulpen ................................................................ 3 van de vereniging ..................................................................................................... 4

Jaarvergadering 19 april 2018 .............................................................................. 4 100 jaar Mariaveld 24 mei 2018 ........................................................................... 4 Wij gaan weer op reis – Annie Schreuders-Derks ................................................ 5

Van de werkgroep Genealogie – Hans van Engeland .............................................. 6 Nieuwe oproep vanuit Friesland om contact te krijgen met evacuées uit 1944. .. 6 Wetenswaardigheden: ........................................................................................... 6 Familie Rours in Friesland (1944-1945) .............................................................. 8

Durst wird durch Bier erst schön – Loek Storken .................................................... 9 Oliemolens in Susteren – Gerrit Houben ................................................................ 12 De wereld draait door – Gerard Janssen ................................................................. 22 Oet ’t geweun laeve van geweun luuj: Belsje crematie – Jean Dewaide ................ 24 FINANCIËN oftewaal VÄÖL GELDJ IS SJLECH VEUR UCH! – Loek Storken 26 Wetenschappelijk onderzoek bij Visdieven aan de Banter See, de Duitse Noordzeekust – Jan Smeets .................................................................................... 28 Gotische elementen aan de Amelbergakerk – Wil Schulpen .................................. 35 Dramatische insectenafname in Duitsland – Jan Smeets ........................................ 40 Een historisch verhaal over Susteren (I) – Wil Schulpen ...................................... 42

De Ripuarische Franken ..................................................................................... 43 Het wetboek van de Ripuariërs. .......................................................................... 44 De eerste nederzetting ........................................................................................ 45 Een zelfvoorzienende samenleving .................................................................... 48

Effe raoje deil 11 – Annie Schreuders-Derks ......................................................... 51 Programma 2018 .................................................................................................... 52 De oplossinge van Effe Raoje. ................................................................................ 52 Colofon ................................................................................................................... 52

Page 5: €¦ · 3. Jan Willem Hubert Willems (52 jaar) op 10 augustus 1868. Zij is 38 jaar. Jan Willem Hubert sterft op 13 december 1869. Zoon Jan Hubert uit dit huwelijk sterft 17 dagen

2

Page 6: €¦ · 3. Jan Willem Hubert Willems (52 jaar) op 10 augustus 1868. Zij is 38 jaar. Jan Willem Hubert sterft op 13 december 1869. Zoon Jan Hubert uit dit huwelijk sterft 17 dagen

3

Weurdje van de redaksie Veur uch ligk d’n ieëste Heemklank van ’t achenvieërtigste verengingsjaor. ’t Jaor is waal nog jóngk, mer ’t haet al ein hoagverdeende waardering gebrach veur ós besjtuurs- en redaksielid Annie. Oet henj van wèthauwer Peter Pustjens óntving Annie de cutuurpries 2017 van de gemeinte Ech-Zöstere. Annie ouch langs deze waeg nog éns de felicitasies.

W’r zeen ’t jaor begoos mit eine sjoane aovend verzörg door Annie mit verhaole oet häöre ónvolpreze en ónoetpöttelike Santekraom. Mer ’t jaor haet veur uch nog mieë in ’t vaat. Veurdet de volgende Heemklank bie uch op de mat vilt, höbbe w’r de jaorvergadering in april, einen aovend euver einen ieëw Mariaveldj en ’n reis nao ’t vleegveldj Baek en Eersel. Hiej euver vèntj geer nog ènnige informatie in deze Heemklank. Vergaet ouch neet effe nao de lètste bladzij te gaon en de daag in eure agenda te sjrieve.

Ein paar vaste sjrievers höbbe ós dees reis in de sjteek gelaote. Weer zeen d’r van euvertuug det ze ós de volgende kieër weer mit get sjoans verrasje. Toch zeen w’r d’r zeker van det de euvergebleve sjrievers genóg biejein höbbe gebrach veur ein uurke laesplezeer. Ein verhaol van Gerrit Houben euver de Zösterse aoliemeules en de natuurverhaole van Jan Smeets verdene eure aandach. Trouwes, die angere ouch. 19 april, 24 mei, 21 juni (zónnewende) zeen weer ós toch!?

WEURDJE VAN DE REDAKSIE

Page 7: €¦ · 3. Jan Willem Hubert Willems (52 jaar) op 10 augustus 1868. Zij is 38 jaar. Jan Willem Hubert sterft op 13 december 1869. Zoon Jan Hubert uit dit huwelijk sterft 17 dagen

4

van de vereniging

JAARVERGADERING 19 APRIL 2018 Aanvang 19:30 uur. Locatie: recreatiezaal van Vastrada. Zoals gebruikelijk zijn de stukken van de jaarvergadering bijeengebracht in een apart boekwerkje dat bij u thuis bezorgd wordt. Indien u het niet ontvangen heeft, kunt u alsnog bij het secretariaat een exemplaar krijgen. Na de jaarvergadering is er een pauze. Daarna zal een inleiding gegeven worden over het voedselbos dat tussen Heide en Slek aangelegd wordt. Vervolgens zullen enige filmbeelden vertoond worden. Laat u verrassen!

100 JAAR MARIAVELD 24 MEI 2018 Dit jaar wordt door de parochie Mariaveld herdacht dat op 5 augustus 1918 de kerk van Mariaveld door de bisschop van Roermond ingewijd werd. Onze vereniging heeft gemeend hieraan ook aandacht te moeten besteden. Wij willen een thema-avond hieraan wijden. De avond zal uit vier korte blokken van een klein half uur bestaan: - Een Powerpointpresentatie over historische wetenswaardigheden van het gebied

dat in de afgelopen honderd jaar de parochie Mariaveld omvatte; - Een film over de monumenten en bezienswaardigheden van de parochie

Mariaveld in een korte toer door het gebied; - Een Powerpointpresentatie over de Lazaristen die een rol hebben gespeeld

hebben in het wel en wee van Mariaveld; - Film- en videobeelden van en uit de parochie Mariaveld uit de laatste halve

eeuw.

VAN DE VERENIGING

Page 8: €¦ · 3. Jan Willem Hubert Willems (52 jaar) op 10 augustus 1868. Zij is 38 jaar. Jan Willem Hubert sterft op 13 december 1869. Zoon Jan Hubert uit dit huwelijk sterft 17 dagen

5

WIJ GAAN WEER OP REIS Donderdag 21 juni 2018. Een midzomerreis. Wij vertrekken om 09.00 uur vanaf het Raadhuisplein. Voor degene die nog niet in het vliegtuig zijn gestapt voor de zomervakantie gaan wij naar “vleegveldj Baek”. (Aachen Airport Maastricht). Ontvangst met koffie/thee vlaai. Een spannende ontdekkingstocht achter de schermen van de luchthaven. Het professionele team dat de rondleiding verzorgt, geeft u op onderhoudende wijze een terugblik in de geschiedenis, de actuele situatie en de toekomst van de luchthaven. 12.00 uur vertrek naar Eersel: 13.30-17.00 uur bezoek aan de Tinteltuin in Eersel/rondleiding met gids. Bij het ontwerp van de Tinteltuin is uitgegaan van een drietal beginselen: - het moest een toegankelijke tuin worden - het moest een nuttige tuin worden - het moest een mooie tuin worden.

Omdat het een nuttige tuin moest worden, zijn nagenoeg alle planten die in de tuin staan op een bepaalde manier nuttig, dat wil zeggen, dat we ze ergens voor kunnen gebruiken. Er is een overdekt terras, zodat u altijd droog zit, en een terras in de tuin tussen de bloemen. Ook kunt u binnenzitten in de serre. Hier kunt u terecht voor een kop koffie of thee, een glaasje wijn, gebak, broodje etc. etc. 17.30-19.30 uur diner in Soerendonk Retour: 19.30 uur - Thuiskomst: 20.15 uur te Susteren. Arrangement: Inclusief busreis, bezoek met gids/rondleiding op het luchthaventerrein + koffie/gebak, bezoek met rondleiding aan de Tinteltuin en een diner bedraagt de prijs per persoon € 55,00.

Datum: Donderdag 20 september 2018. Vertrek: 09.00 uur vanaf het Raadhuisplein 09.30-11.30 uur bezoek bij L1 te Maastricht. Altijd al willen weten hoe radio- en tv-programma's worden gemaakt? L1 laat het u zien! Een rondleiding bestaat uit ontvangst met koffie/thee en vlaai, het bekijken van een bedrijfsfilm en een bezoek aan de radio- en tv-studio's, de diverse technische ruimtes en de nieuwsredactie. 12.00-13.30 uur vrije tijd in Kerkrade Centrum 14.00-17.00 uur bezoek met rondleiding + koffie/vlaai in Columbus Earth Experience, een reis die ook jouw leven zal veranderen! Beleef het overvieweffect zelf en kijk naar de aarde zoals alleen een astronaut dat kan. Een “buitenaardse” beleving, wereldwijd uniek, die je moet erváren! Bekijk de wereld als nooit tevoren en maak het Overvieweffect zelf mee in een groots theater! 17.30-19.30 uur diner in de Wilhelminatoren te Vaals. Thuiskomst: 20.15 uur te Susteren. Arrangement: Busreis, bezoek met gids/rondleiding L1 + koffie/gebak, bezoek met rondleiding aan Columbus Earth Experience + koffie/gebak en een diner bedraagt de prijs: per persoon € 55,00.

Page 9: €¦ · 3. Jan Willem Hubert Willems (52 jaar) op 10 augustus 1868. Zij is 38 jaar. Jan Willem Hubert sterft op 13 december 1869. Zoon Jan Hubert uit dit huwelijk sterft 17 dagen

6

Van de werkgroep Genealogie Hans van Engeland

NIEUWE OPROEP VANUIT FRIESLAND OM CONTACT TE KRIJGEN MET EVACUÉES UIT 1944. In de Heemklank 2017/3 hebben wij verslag gedaan van de succesvolle zoektocht van Eelco Wassenaar uit Leeuwarden naar familieleden van de familie Rours-Stelten uit de Feurthstraat. Inmiddels is er een samenkomst geweest in Vastrada. (Zie ook elders in dit blad). Wij zijn blij dat wij als werkgroep hebben kunnen bemiddelen. Begin december 2017 kwam er een tweede verzoek uit Friesland, de Stichting Historische Kring Gerkesklooster Stroobos was op zoek naar de families Savelkoul-Wagemans en Reinners -Weijzen, dit laatste gezin woonde toen eveneens in de Feurthstraat. Met de eerder opgedane ervaringen zaten we snel op het goede spoor. Op dit moment wordt er informatie uitgewisseld.

WETENSWAARDIGHEDEN: a. Hoge kindersterfte. Dit was tot circa een eeuw geleden een veel voorkomend verschijnsel. Door de mindere hygiëne en behuizing, beperkte voeding en geringere kennis van de medische wetenschap stierven vaak veel jonge kinderen, zeker als er dan ook nog eens epidemieën waren.

Hierbij enkele voorbeelden: - Het gezin Maas- van Osch, wonende te Urmond: Vader Peter en moeder Maria overleefden hun 4 kinderen, waarbij in 1920 er 3 stierven, respectievelijk 9 maanden, 3 en 5 jaar oud. Mogelijk was de toen heersende Spaanse griep de oorzaak.

GENEALOGIE

Page 10: €¦ · 3. Jan Willem Hubert Willems (52 jaar) op 10 augustus 1868. Zij is 38 jaar. Jan Willem Hubert sterft op 13 december 1869. Zoon Jan Hubert uit dit huwelijk sterft 17 dagen

7

- Het gezin Moors-Beulen, wonende “op het” Hingen. Victor Hubertus en Maria Catharina kregen maar liefst 17 kinderen. De eerste 4 kinderen werden volwassen en stichtten een gezin, maar daarna liep het faliekant mis. Zoon Leonardus Hubertus stierf op 17 maart 1911, slechts 2 maanden oud. Dochter Catharina Elisabeth stierf op 8 mei 1912, eveneens 2 maanden oud. Dochter Anna Maria Cornelia stierf op 17 januari 1913, 4 dagen oud. Dochter Catharina Agnes stierf op 9 februari 1920, 1 dag oud. Ook werden er 9 kinderen doodgeboren!! Moeder Maria Catharina stierf op 25 januari 1924 in het kraambed van haar doodgeboren kind.

- Het gezin Mocken-van der Schuren wonende te Limbricht. Joseph en Maria Cornelia kregen 11 kinderen, slechts dochter Maria Helena werd volwassen en stichtte een eigen gezin. Een jaar nadat Joseph was gestorven, hertrouwde Maria Cornelia in 1880. De uit dit huwelijk geboren dochter Maria Ida stierf op 19 oktober 1882, slechts 2 maanden oud. Zelf stierf Maria Cornelia van der Schuren op 31 oktober 1904 te Limbricht, 64 jaar oud. b. Naamswijzigingen door fonetische weergave (opschrijven zoals het men het denkt te horen) Dat namen drastisch konden wijzigen, wordt erg duidelijk bij de levensloop van het gezin van Jan Lidvinius Maitrejean, apotheker te Susteren. Hij wordt in het Geneeskundig Jaarboekje 1845 voor het Koningrijk der Nederlanden als volgt vermeld: Jan werd geboren op 26 mei 1778 in Borgloon. Hij trouwde in 1799 in Nuth met Helena Frissen, in de trouwakte wordt hij overigens als landbouwer vermeld! Nadat Helena in circa 1815 is overleden, trouwt hij met Carolina (Maria Theresia Carolina) Bertling. Deze Carolina is in Düsseldorf geboren en dit is waarschijnlijk een van de redenen dat haar naam in de geboorteaktes van haar 7 kinderen vaak anders geschreven werd. De geboorteaangifte bij de “ambtenaar van de burgerlijke stand” geschiedde mondeling en de locatie was vaak een café. Dat er dan natuurlijk op de boreling geklonken werd, is bepaald niet uitgesloten. Zo kon het dus vaak gebeuren dat er bij het vastleggen van de gebeurtenis onduidelijk gesproken werd, niet goed geluisterd of onjuist genoteerd werd. Zodoende werd bij de geboorte van haar kinderen haar naam als volgt geschreven: Bertling, Baerling, Bartelings, Bertelings, Bertelin en Berthing. In de overlijdensakte van dochter Jean Antoinette Maitre wordt vader Jan vermeld als Jean Ludivicus Maitre en moeder als Theresia von Bessemer. Overigens stierven ook in het huwelijk van Jan en Carolina 5 van de 7 kinderen zeer vroegtijdig (zie a).

Page 11: €¦ · 3. Jan Willem Hubert Willems (52 jaar) op 10 augustus 1868. Zij is 38 jaar. Jan Willem Hubert sterft op 13 december 1869. Zoon Jan Hubert uit dit huwelijk sterft 17 dagen

8

c. Ketting- of verstandshuwelijken Ketting- of verstandshuwelijken kwamen in het verleden veelal voort uit bittere noodzaak. Als de partner stierf, bleef de ander vaak achter met kinderen en/of een boerderij(tje). Sociale voorzieningen waren er niet. Daardoor werd er meestal niet lang gerouwd, daar was geen tijd voor. Leeftijd van de nieuwe partner was meestal van ondergeschikt belang. Het leven van Maria Catharina Ingendael is daar een goed voorbeeld van. Zij is geboren op 28 december 1829 te Limbricht. Zij trouwt achtereenvolgens met: 1. Theodorus Borkelmans (36 Jaar) op 23 september 1854.Zij is 24 jaar. Theodorus

sterft in 1857. 2. Jacobus van Ophoven (34 jaar) op 29 mei 1859. Zij is 29 jaar. Jacobus sterft in

1865. Uit dit huwelijk 5 kinderen. Jacobus sterft in 1865. 3. Jan Willem Hubert Willems (52 jaar) op 10 augustus 1868. Zij is 38 jaar. Jan

Willem Hubert sterft op 13 december 1869. Zoon Jan Hubert uit dit huwelijk sterft 17 dagen later op 30 december 1869.

4. Joannes Wilhelmus Josephus Omloo (35 jaar) op 14 april 1871. Zij is 41 jaar. Maria Catharina Ingendael sterft op 27 oktober 1873 te Echt, 43 jaar oud.

N.B. De meeste gegevens uit bovenstaande zijn ontleed aan de databank van Har Princen.

FAMILIE ROURS IN FRIESLAND (1944-1945) In Heemklank 2017/3 is het verhaal gepubliceerd over de zoektocht uit Friesland. De reünie heeft inmiddels plaats gevonden op zondagmiddag 22 oktober jl. in Vastrada. Hierbij een foto van het gezellige treffen. Opmerkelijk was dat alle drie de dames van de evacuatietijd zich nog heel veel haarscherp wisten te herinneren.

De zussen Rours en de heer Eelco Wassenaar uit Friesland

Page 12: €¦ · 3. Jan Willem Hubert Willems (52 jaar) op 10 augustus 1868. Zij is 38 jaar. Jan Willem Hubert sterft op 13 december 1869. Zoon Jan Hubert uit dit huwelijk sterft 17 dagen

9

Durst wird durch Bier erst schön Loek Storken

Waarsjienlik bèn ich toch waal ei bietje erfelik veurbelas, want ich bèn baove ein café gebaore, en den krisse dao waarsjienlik toch altied waal ei reifelke van mit. Die café woor café Verjans aan de Sjtasiewaeg op den hook mit de Vincentiuslaan, op biesjtaonde foto rechs. Vreuger woor det café Wil Boane (Bohnen), miene opa. Dae opa haw dao euverdaag vrachriejersbedrief en boerebedrief mit veer dikke Ardenners of Braobenjers en eine mallejan en ’s aoves café. ‘t Is ouch ’t awwershoes van mien mam, en achter ein van die veer rame rechsbaove bèn ich in ’45 gebaore. Noe dus tandartsepraktijk Kretzers, c.q. Molenbeecke. Euveral wo weer noe ónger ’t wanjele nog zó’n klein awd cafeke taengekómme, dao wil ich toch waal èns effe bènne gaon kieke. En meistal neet allein gaon kieke. Den truf mich waarsjienlik ónmiddelik ’t heimwee. En bie ’t wanjele hie in Limburg en door gans Belsj tót in Luxemburg toe, koomse gelökkig nog hieël get van die etablissementjes taenge (allewiele jaomergenóg al hieël get minder). En esse dao gings kieke, koossse natuurlik ouch neet weer nao boete loupe zónger dich “eine” te drènke. Zoa bèn ich ónger det wanjele begós óm van elk saort of merk beer det w’r taengekome, d’r èns eine van te probere. Ze zeen neet allemaol lekker, mer de meiste waal. En sommige verrekdes lekker. Toch gluif ich neet det ’t mich in mien laeve lök óm ze allemaol gepreuf te kriege. Mer allein al ‘t probere, is mieë es de meujte waerd en eine “wunderschöne“ hobby. Zoa heuërse waal èns zégke: “Drank halveert dien laeve!” Mer ’t is natuurlik waal ouch zoa: Doe zuus döbbel zoa väöl. En ich zou dao nog aan toe wille voege: Esse oetkiks mit waem desse dich eine drunks, lachse ouch döbbel zoa väöl!

DIALEK

Page 13: €¦ · 3. Jan Willem Hubert Willems (52 jaar) op 10 augustus 1868. Zij is 38 jaar. Jan Willem Hubert sterft op 13 december 1869. Zoon Jan Hubert uit dit huwelijk sterft 17 dagen

10

Det drènke is ouch neet oetgevónje door de moderne minsj, mer waarsjienlik door de Vattebiere. Ouch aan de “hoven” op de kesjtieële woort flink gepimpeld. Die edele van vreuger, det wore toch ouch waal echte “zoepnikkele”. Daen Hertog Jan, dae maakde ’t gans sjpannend, dae haw zelfs ein eige broewerie, en dae van den 80-jaorige oorlog, daen Hertog van Alpha ouch al. Die broewerie besjtuit trouwens noe nog. Die haet dae Meens van Thull-Sjinne van dem euvergenómme. Dae haw waarsjienlik nog get losse pesetas ligke. Det wore vreuger trouwes toch allemaol van die Alfamenkes. Die lete zich van nemes ’t beer oetzoepe. En ouch neet de kieës van ’t broad aete. Allein die gekke Hollenjers, die zónge: “Jij komt niet aan mijn komkommmertje!” Mer ja, die höbbe d’r noait väöl van gesjnap. Ouch neet van de vastelaovend. Ouch de paters Trappiste wore men wose van op aan koos. Die wiste ouch precies wat ze miste: Aaf en toe eine sjtevige pot beer en ei flink pittig sjtökske kieës. De vrouw, die zag waal èns dèkker: “Doe mós toch mer èns get minder gaon drènke”, mer : Toen ich loos Wat drank allemaol kan aanrichte Bèn ich gesjtop mit laeze. Esse mit die wanjelmen in zó’n leuk klein cafeke aan zó’n täöfelke bieëinzits, den kómme d’r soms ouch allemaol van die hoesgezingeheimkes ter sjpraoke. Doe heuërs óntiechelik väöl kal aan zó’n täöfelke. Zoa zag eine bieveurbeeld èns: “Tjuu nog, d’r wurt hie aan taofel toch väöl gekald. Bie ós aan de taofel is ’t väöl sjtiller!” “Tja”, zaet einen angere, “det is thoes noe einmaol zoa. Doe kèns toch neet de gansen daag ruzie make!” En es ze t’r den ei paar ophöbbe, den waere de tekste pas ech väöl intelligenter. Zoa vertèlde eine desse bie CZ ein gratis gehoortest koos doon. “Wat eine kwatsj”, zaet eine. “Weer zeen op ózze laeftied gaar neet “slechthorend”. Weer zeen “slecht luisterend”! Ich heuër thoes allein mer wat ich wil heuëre!” “En noe vertèl èns”, zaet weer einen angere. “Woor det ein NUUJ- of ein AWHOOR-test?” “Sinds wienieë waere die den noe ouch al weer getes ?”, kump nummer drie d’rtösje. Mesjien mósse waal einen op höbbe, óm dees “redenatie” te kènne volge, mer probeer ’t toch mer èns! En es gepensioneerde kèn ich uch zoawiezoa mer eine gooie raod gaeve: GANGK D’R OP OET, WANT W’R GAON DR ZOÁWIEZOA ELK JAOR OP ACHTEROET! En maak dich gein zörg euver de toekoms. Die kump zoawiezoa gaw genóg.

Van Jan moos ich uch trouwes nog eine gooje raod gaeve:

In geval van noad sjmaak woosj ouch zónger broad, in geval van doosj sjmaak beer ouch zónger woosj.

Page 14: €¦ · 3. Jan Willem Hubert Willems (52 jaar) op 10 augustus 1868. Zij is 38 jaar. Jan Willem Hubert sterft op 13 december 1869. Zoon Jan Hubert uit dit huwelijk sterft 17 dagen

11

Toch is allewiele waal wie me det zaet den ergste doos euver. Weer in ós wanjelclupke zeen allemaol baove de sevetig, en w’r gaeve ’t neet gaer toe, mer den ergsten doos is euver. Mer wie ich geheuërd höb, zeen weer neet de ènnigste. Bie de tennisclub, wo w’r nog waal èns aanlanje, en op eine verjaordaag of ein anger fieëske, doon w’r nog waal èns ein “schuchtere poging” óm ‘t (drènk)tempo van die jónger men ein tiedje te volge, mer helaas pindakieës, den mósse toch al halverwaege de etappe ’t peloton losse. Wiese ’t ouch dreijs, waat gewaes is is gewaes, en doe kumps aan ’t passe. Det probere bie te hawte, det kènne w’r dus baeter achterwaege laote, hunnen tied kump ouch nog waal. Net zoa good desse get minder geis aete, is ouch dae sjrikkeliken doos van vreuger neet mieë wat ’t gewaes is. Kooste w’r d’r vreuger nao ein paar uurkes flink tennisse waal ein klein ummerke op, allewiele mótte w’r ’t höbbe van röstigaan ei pötje drènke. En w’r mótte ’t noe ouch mieë höbbe van ’t moele tösjedoor es van ’t drènke. Det is trouwes zeker zoa gezellig, ’t is dus mer de vraog of det allemaol zoa erg is. Einen tied trök troffe w’r op de Hei baove aan den tunnel nog eine, dae haw ‘m vreuger good gelös. Dae sjloog toen ouch niks aaf es vlege. Dae raakde ‘m mit zeer groate regelmaot. Noe drónk d’r prakties gaar niks mieë. “En ich woor vreuger neet vies d’r van”, zag dae jóng. “Dao koosse volges mich noe mekkelik de gansen tunnel mit volsjötte”. Es ich zoa get heuër, den mót ich ummer weer dènke aan eine leuke Belsj, dae w’r èns taengekome. Wèt g’r waat dae zag euver det drènke? Nou: “As ge enen flinke kater hebt, geniet er van, want ge hebt er voor betaald!” D’r wurt óngerós dèks gezag det w’r de meiste „middige“ op höbbe, mer volges mich dus ouch de meiste pinte. Allein van dae zeiver tösjedoor en van de sjoan maedjes die ’s zomers langs die terrasse veurbiekómme, dao kriege die aw gekke neet genóg van. Mer det lètste sjient toch nog hieél gezóndj te zeen. Volges mich höbbe w’r det van G.v.d.B., dae vreuger op den danszaal bie de jes of bie den entree zoot. “Tjuu”, zag dae ummer, “de vrouwluuj waere mit ’t jaor sjónder!” Ich geluif neet det dae väöl jes gezeen haet in daen tied. Nao eine jas kieke is veur mansluuj trouwens ouch verlaoren tied. Ouch noe is wat die vrouwluuj betref neet väöl verangerd. De tieje verangere, teminste det zènge ze ummer: todo cambio. Mer sommige dènger blieve toch ouch hieël lang ’t zelfde. Alles doert zoa lang es ’t doert. Óndanks det w’r d’r dus neet mieë zoa väöl op kriege, wole w’r toch ’t motto det w’r toch mer van ós bure höbbe euvergenómme nog troew blieve: Was ihr heute könnt entkorken, verschieb das nicht auf morgen. Want es ’t good is, kump mörge weer eine nujen daag. En daoveur guljt ’t zelfde: Man muss die Feste feiern wie sie fallen. En esse neet valle, mósse ze aaf en toe èns laote valle. D’r is al ieëlenj genóg. Vreuger koomse mit die men nurges langs ein Wirtschaft door. Es w’r op ’t Pruusjes wanjelde, en w’r kome dao langs zó’n klein cafeeke, en det woor aope, den kooste ze den drang neet weersjtaon óm in te gaon. En es w’r den weer boete kome, den kooste ze dèks ouch neet mieë zoa good sjtaon. Allewiele wurt dus ouch al èns ein deurke euvergesjlage.

Page 15: €¦ · 3. Jan Willem Hubert Willems (52 jaar) op 10 augustus 1868. Zij is 38 jaar. Jan Willem Hubert sterft op 13 december 1869. Zoon Jan Hubert uit dit huwelijk sterft 17 dagen

12

Oliemolens in Susteren Gerrit Houben

Watermolens Een watermolen op een kleinere waterloop kan alleen functioneren als het water ter plaatse kan en mag worden opgestuwd. Dit opstuwen gebeurde in de beek. Het accumulerende vermogen werd soms vergroot door een vergaarvijver (molenwijer) te graven of aangrenzende beemden onder water te zetten. De oudste vermelding van een watermolen in Nederland is de Loondermolen onder Waalre in het jaar 704. De oudste generaties watermolens zijn gesticht door kasteelheren en abdijen; vooral in de 12e en 13e eeuw zijn er in Nederland honderden gebouwd. Voor de Franse Tijd waren zowel stuw- als maalrecht heerlijke rechten; ze waren in het bezit van de leenheer. De leenheer verplichtte zijn inwoners om enkel te laten malen op zijn molen, de z.g. dwang- of banmolen. In 1798 werden de meeste heerlijke rechten afgeschaft, enkele rechten zoals het stuwrecht bleven in aangepaste versie bestaan. Immers de regelmatige afvoer van waterlopen moest worden geregeld. Limburg was rijk aan watermolens. Omstreeks 1840 werden de eerste kadastrale leggers aangelegd. Uit een telling blijkt, dat er toen in Limburg 174 watermolens en 62 windmolens stonden (16). Op 5 december 2017 heeft Unesco het ambacht van de molenaar op de Lijst Immaterieel Erfgoed gezet.

Gebruik van Oliemolens Na de graanmolen is de oliemolen de oudste en meest verbreide watermolen. Oliemolens zijn molens die zijn ingericht om uit oliehoudende zaden, zoals kool-, raap- of lijnzaad (van de vlasplant), olie (“sjmawt”) te persen. De eerste oliemolens waren rosmolens en watermolens. Rosmolens werden door paard of os aangedreven. Vanaf ca. 1600 werden ook wind-oliemolens toegepast. Het productieproces van een oliemolen was ingewikkelder dan van een graanmolen en de oliemolen was dan ook duurder. Een nieuwe volmolen was nog duurder en kostte weer ongeveer het dubbele van een oliemolen (4) . In Limburg werd overwegend olie gewonnen uit ter plaatse geteelde gewassen zoals kool- en raapzaad. Akkers met koolzaad krijgen een fraai geel aanzien en worden graag door de bijen bezocht. Raapzaad (zie foto) was de belangrijkste grondstof en de olie werd gebruikt als spijsolie voor het bakken en braden van voedsel. Ook vond hij toepassing als smeerolie en als brandstof voor olielampjes (“sjmawtlempkes”). De lijnolie werd vooral gebruikt voor de fabricage van verf en van zeep. Zowel vlas- als koolzaad bevatten ca 40 % olie die voor het grootste deel kon worden gewonnen, in de zaadkoeken bleef nog ca. 8 % achter. Olie uit kempzaad (hennep) werd enkel gebruikt in zeepziederijen voor de productie van groene zeep. Voor de productie van margarine, die op het einde van de 19e eeuw sterk op kwam, werd naast enig dierlijk vet veel zonnepitolie en palmolie gebruikt. Omstreeks 1900 is de

HISTORIE

Page 16: €¦ · 3. Jan Willem Hubert Willems (52 jaar) op 10 augustus 1868. Zij is 38 jaar. Jan Willem Hubert sterft op 13 december 1869. Zoon Jan Hubert uit dit huwelijk sterft 17 dagen

13

teelt van kool- en raapzaad sterk afgenomen. Op het platteland kwamen de petroleumlampen in zwang zodat de lampolie verdween. Tijdens WO II beleefde de teelt van raapolie een korte revival t.b.v. de margarine-industrie; misschien gaan we binnenkort een tweede revival zien als biobrandstof.

Het proces in de oliemolen bestond uit drie hoofd-stappen: Het pletten/kneuzen van het zaad in de kollergang. Twee zware hardstenen

kantstenen rollen rond een verticale spil waaraan ze met een houten raam zijn bevestigd rond op een hardstenen ligger. De stenen draaien in cirkels van verschillende diameters rond om zodoende een groter oppervlak te kunnen bestrijken. De beide stenen hebben meestal dezelfde diameter doch vaak een verschillende dikte. Typische maten zijn: diameter 150 tot 220 cm en dikte 30 cm tot 50 cm. Vaak is de binnensteen dikker maar soms ook de buitensteen.

Het verwarmen van het geplette zaad op de vuister; een gemetseld fornuis dat is afgedekt met een ijzeren verwarmings-plaat. Om aanbakken te voorkomen werd hierop een roerijzer rondgedraaid. De temperatuur werd zodanig geregeld dat water verdampte en de olie in het geplette zaad bleef. Dit fornuis was niet op een schoorsteen aangesloten en de rook verspreidde zich in de molen.

Het warme en geplette zaad werd in builen (sterke wollen perszakjes) gedaan, deze builen werden daarna tussen leren omslagen (haaren) in de slagbank ingeklemd en in wigpersen uitgeperst met slagheien in ca. 50 slagen. Via een gootje liep de olie in een opvangschaal.

De kleinere hoeveelheden en voor huishoudelijk gebruik gewonnen olie werden verzameld in Duits steengoed (Keulse kannen). Grote hoeveelheden in vaten.

Vroeger stond in keukens vaak een open rek tegen de muur, de “kroekebank” genoemd. Hier vond men de “sjmawtkroeke” op de onderste plank omdat hiermee vaak werd geknoeid. In het bovenste rek stonden rechtop de “tejjers” en op de tussenliggende planken stonden de “döppe” en soms nog enkele “kèlle”. Het gehele gaandewerk zoals kollergang, roerijzer en slagheien kon worden aangedreven door het molenrad. Vaak moest het zaad vooraf nog door de wanmolen voor een schoning. Het olieslaan gebeurde normaliter in twee sessies, de voor- en de naslag. Bij de voorslag was het zaad ca. 40 ⁰C warm. Na de voorslag werd het geplette zaad nogmaals in de kollergang bewerkt. Voor de naslag werd het tot een hogere temperatuur opgewarmd, b.v. tot 80 ⁰C. De olie van de naslag was van een mindere kwaliteit en minder zuiver zodat deze olie overwegend als smeer- en verlichtings-olie werd gebruikt. De na het olieslaan overblijvende zaadkoeken werden aan het rundvee gevoerd. Vooral de lijnkoeken waren ’s winters zeer gewild. Het was een discontinu proces, d.w.z. het zaad werd in charges van b.v. 15 à 30 kg in de kollergang gebracht en daarna gedurende een half uur geplet en gekneusd. Nevenstaand schetsje geeft een kollergang weer. Een oliemolen werd meestal door twee molenaars bediend; eentje bediende het waterrad en de kollergang en de andere de slagbank, de laatste was leading in de productie.

Page 17: €¦ · 3. Jan Willem Hubert Willems (52 jaar) op 10 augustus 1868. Zij is 38 jaar. Jan Willem Hubert sterft op 13 december 1869. Zoon Jan Hubert uit dit huwelijk sterft 17 dagen

14

De enige nog complete olieslaande watermolens in Nederland zijn de Sint Ursulamolen in het Leudal bij Haelen en op de Veluwe de oliemolen van Eerbeek. Voor hen die meer willen weten over het productie-proces of de techniek van oliemolens verwijs ik naar Bernet Kempers (12) en Van Bussel (17). De personen die de oliemolen bedienden werden slagmulder, smoutslager of olieslager genoemd; familienamen als Slagmulder of Olieslagers herinneren nog aan dit ambacht.

Oliemolens in Susteren In en nabij Susteren hebben in de recente eeuwen vier watermolens gemalen, de laatste is in 1953 uit bedrijf genomen. Hiervan hebben er, voor zover mij bekend, twee dienst gedaan als oliemolen. In de late middeleeuwen is er ook nog een watermolen in bedrijf geweest op het Root, deze was eigendom van het Kapittel van Sint Salvator. Deze graan- en oliemolen op de Rode Beek is omstreeks 1500 stil komen te liggen (19).

In een protocol-register van de schepenbank Echt (1) zijn door de schepen en secretaris Werner Horst twee overdrachten ingeschreven waaruit blijkt dat er in 1648 een zekere Maes de olieslager was op de oliemolen van Susteren. Deze bezat land binnen de gemeente Maasbracht op “Cruechter-felt” gelegen. Op welke molen hij olie sloeg is me niet bekend.

De Volmolen werd in 1761 vervangen of omgebouwd tot oliemolen; de oliemolen werd in 1914 uitgebroken.

Op de eerste kadastrale minuutplans van Susteren, die omstreeks 1820 zijn getekend, wordt de Volmolen aangeduid als oliemolen.

Op 19 september 1826 wordt door Edmundus Nijbelen uit Aken een graan-, olie- en pelmolen genaamd de Volmolen, verkocht aan Jan Renier van de Berg te Susteren (6).

In 1835 zijn er in Susteren vier watermolens: een oliemolen, een olie- en graanmolen en twee graanmolens (8).

In 1839 was Reinerus van de Berg oliemolenaar op de Volmolen in Susteren.

Page 18: €¦ · 3. Jan Willem Hubert Willems (52 jaar) op 10 augustus 1868. Zij is 38 jaar. Jan Willem Hubert sterft op 13 december 1869. Zoon Jan Hubert uit dit huwelijk sterft 17 dagen

15

In de Aanwijzende Tafels van 1841 bij de eerste kadastrale minuut-plans wordt de “Volmolen” oliemolen genoemd en de Katzbeckermolen een water-graanmolen.

In 1848, 1850, 1852 en 1854 wordt Theodorus van de Berg genoemd als olieslager op de Volmolen in Susteren.

In 1854 werd als bestemming van de “Volmolen” aangegeven “slaan van oliezaad” en bij de Katzbecker molen “malen van granen” (7).

In 1863 was Cornelis Penners olieslager in Susteren; ik neem aan op de Volmolen.

Volgens de opneming van 1872 was de Katzbecker molen bestemd voor het malen van granen en oliezaad en volgens de opneming van 1883 was ook de “Volmolen” bestemd voor het malen van granen en oliezaad (7).

In 1877 werd de graan- en oliewatermolen de “Volmolen” te pacht aangeboden door Theodorus van den Berg (14), als toust gold 9 jaar. De tijdsduur van de toust was vroeger een veelvoud van 3 jaar, b.v. 6, 9 of 12 jaar. Deze duur was nog een erfenis uit de tijd dat de halfers op pachthoeven het drieslag-stelsel toepasten. De Katzbecker molen maalde zowel graan als olie; omstreeks 1934 is de oliemolen uitgebroken. De graanmolen bleef tot 1953 in bedrijf. Omstreeks 1952/53 ben ik er meermalen vanuit de Slek als kind heen gefietst. Mijn moeder vulde dan een jutenzak voor de helft met tarwe en gaf behalve een kussensloop nog de opdracht mee: “Waal laote buujele!” Zowel de bloem als de zemelen kwamen gescheiden mee terug naar huis. Het bruisend geluid van het water in het turbinehok heeft indertijd grote indruk op me gemaakt.

Molenaars op de Volmolen: De molenaars op de Volmolen die mij bekend zijn:

1574 Kalt van der Falderen werd als wederdoper verbannen (11)

1761 - 1766 Pellemans, Theodorus oo 1. Van den Broeck, 2. Van Deursen

1799 Kohten, Theodorus was een weduwnaar met vier kinderen

1839 Van den Berg, Reinerus oo 1. Van Hinsberg, 2. Maessen

1848 - 1860 Van den Berg, Theodorus oo Schleijpen

1863 – 1868 Penners, Cornelis oo Zentis

1860 – 1872 Ramacher, Jacob oo Wolters

1878 – 1886 Van de Winkel, Jacob oo 1. Hoogmans, 2. Henkens

1887 – 1910 Peters, Alphons oo Van de Bergh

1911 - 1915 Peters, Hendrik oo Custers

1935 – 1954 Derks, Cornelis oo 1. Van den Boomen, 2. Teurlings

1954 – 1972 Derks, Jan oo Liesen

Page 19: €¦ · 3. Jan Willem Hubert Willems (52 jaar) op 10 augustus 1868. Zij is 38 jaar. Jan Willem Hubert sterft op 13 december 1869. Zoon Jan Hubert uit dit huwelijk sterft 17 dagen

16

De aangegeven perioden berusten op vermeldingen doch zullen soms langer zijn geweest.

Volmolen vervangen door Oliemolen In 1761 is de Volmolen vervangen of omgebouwd tot oliemolen. Een in de gevel ingemetselde gevelsteen is afkomstig van het oude molenhuis en vermeldt: RENOVA 1761. De bouw van de oliemolen vond plaats in het “houten tijdperk” van de machinebouw. Molenmakers waren timmerlieden en maakten waterraderen, spillen, kamraderen, molensteen-raamwerken en slagbanken van hout. IJzer werd gebruikt voor versterkingsbeugels, spijkers, bouten en as-tappen. Vanaf het midden van de 19e eeuw werd gietijzer meer en meer toegepast als constructie-materiaal. Eerst voor molenassen en later ook voor waterraderen en kamwielen.

In een niet al te grote oliemolen (b.v. een rosmolen) kon 40 liter per dag worden geslagen. Rekening houdend met zon- en feestdagen en enig noodzakelijk onderhoud dus maximaal zo’n 12 m3 per jaar.

Nevenstaande schets is getekend aan de hand van blad 2 van sectie E en blad 2 van Sectie F van de eerste kadastrale minuutplans. Ter oriëntatie is het tracé van de randweg ook nog ingetekend. De omgeving van deze molen was erg drassig; de schets laat veel greppels zien die afwateren op de Rode Beek. Ook is in de Aanwijzende Tafels een perceel aangeduid als moeras. De percelen bij de molen die in 1841 eigendom waren van Reinerus van den Berg heb ik grijs gekleurd. De bebouwing bestond aanvankelijk uit een molen met een er aan vast gebouwd woonhuis. In 1856 heeft olieslager Theodoor van de Berg vernieuwingen aan de oliemolen uitgevoerd. Bij hernieuwde opneming bleek echter dat hij de oude maten van de waterwerken niet precies had aangehouden; Provinciale Staten berustten echter in de nieuwe afmetingen. Theodoor werd later gemeente-ontvanger. De weg naar de molen liep aan de overzijde van de Rode Beek en de molen was te bereiken via een houten vonder (bruggetje). Dit is een aanwijzing dat de (hoofd-)functie van de molen niet het malen van granen was; molenkarren moesten immers tot vlak voor de graanmolen kunnen rijden. In de pachtovereenkomst van 1877 is gesteld dat nooit tegelijkertijd olie mocht worden geslagen en graan gemalen. Ik denk dat de molen vanaf 1761 tot in het begin van de

Page 20: €¦ · 3. Jan Willem Hubert Willems (52 jaar) op 10 augustus 1868. Zij is 38 jaar. Jan Willem Hubert sterft op 13 december 1869. Zoon Jan Hubert uit dit huwelijk sterft 17 dagen

17

tweede helft van de 19e eeuw enkel is gebruikt om olie te slaan. Bij de “Volmolen” ben ik in de periode 1761 tot 1877 behalve in de verkoopakte van 1826 (6) de vernoemingen graanmolen of graanmolenaar nog niet éénmaal tegengekomen.

Bij de ombouw van de aandrijving van waterrad naar -turbine in 1914 werd de oliemolen uitgebroken. Ter plekke zijn nog enkele stenen van een oude kollergang aanwezig; eentje met diameter 150 en breedte 33 cm en een massa van ca. 1500 kg. Kantstenen van de kollergang hebben vlakke zijkanten zonder scherpsel (bilsel) en een vierkant asgat; hieraan zijn ze goed te herkennen. Meestal zijn de stenen van een kollergang iets breder (b.v. 40 cm). In het vierkante asgat (van b.v. 22 x 22 cm) wordt een houten as voorzien van ijzeren lagertappen gestoken. De graanmolen bleef tot 1972 in bedrijf; vanaf 1953 werd echter met een hamermolen gemalen die door een elektromotor werd aangedreven.

Bovenstaande schets uit 1859 gaf de Westgevel van de “Volmolen” weer. De vorm van de daar naast geplaatste ark met molenrad is fantasie doch is een typische uitvoering voor die tijd. Ik heb ze geschetst om enkele maten aan te kunnen geven die afkomstig zijn van twee Processen-verbaal van opnemingen van de Volmolen (7) en wel van 19 juni 1854 (aangevuld met commentaar uit 1857) en van 30 augustus 1883. In 1854 werd als bestemming aangegeven “slaan van oliezaad” en in 1883 “malen van granen en het slaan van oliezaad”. Bij opnemingen werden de relevante maten altijd gemeten t.o.v. het verken-merk. Dit was een in de gevel geslagen ijzeren bout met platte kop die voorzien was van een merkteken in de vorm van een kruis. De plaats van deze z.g. kruisbout werd nauwkeurig opgemeten en omschreven. Hieraan gerelateerd was ook het hoogste waterpeil waarboven de molenaar verplicht was om de lossingssluizen te trekken.

Page 21: €¦ · 3. Jan Willem Hubert Willems (52 jaar) op 10 augustus 1868. Zij is 38 jaar. Jan Willem Hubert sterft op 13 december 1869. Zoon Jan Hubert uit dit huwelijk sterft 17 dagen

18

Wie was de bouwer: Het overlijdensregister van de H. Amelberga-parochie (5) vertelt ons wie de bouwer van deze oliemolen was:

Anno 1766, 21ma Februarij necessariis rite sacramentis praemunitus, ex longa phthijsi exhaustus obiit Theodorus Bellmans maritus, et exstructor novae olei molendinae. R.I.P.

Theodorus Bellmans was dus de bouwer van de nieuwe oliemolen en stierf aan de tering, wij zouden nu zeggen aan TBC. Zijn vrouw was nog in leven.

Maar wie was zijn vrouw? Het overlijdensregister geeft weer het antwoord:

Anno 1773, 2da Januarij necessariis saepe sacramentis praemunita, sed ex cancrino interioris capitis vulnere miserrime exhausta abdormivit in Domino Joanna van Dursen relicta vidua Theodori Bellmans, qui fuerat exstructor novae molendinae. R.I.P.

Zijn vrouw heette Joanna van Dursen en overleed aan een tumor in haar hoofd.

Familie Pellemans: In de registers van Susteren staan ook nog twee dopen op naam Bellmans vermeld:

Anno 1762, 30ma Julij baptisata fuit Maria Catharina Bellemans filia Petri Bellemans et Maria Bennebrock conjugum, susceptores fuêre Antonius Bellemans, cujus loco ad fontem stetit Theodorus Bellemans et matrina Petronelle Bennenbrock, cujus loco ad fontem fuerat Maria Catharina Pesgens.

Anno 1765, 14ta Martij baptisatus est Henricus Bellmans filius Theodori Bellmans et Joanna van Dürsen conjugum, susceptores fuerunt Henricus van Dürsen et Maria Elisabetha Bellmans. Pellemans was vroeger een bekende molenaarsfamilie. De familieleden hebben gemalen op vele molens in Noord-Brabant, Nederlands en Belgisch Limburg. Vóór 1800 waren molenaars meestal pachters en verhuisden dan ook vaak naar andere molens; genealogisch onderzoek vóór 1800 is dan ook bij molenaarsfamilies zeer tijdrovend. Theodorus Pellemans was twee maal gehuwd, in 1746 te Roermond met Maria van den Broeck en daarna in 1755 te Budel met Joanna van Deursen. Voor zijn eerste

Page 22: €¦ · 3. Jan Willem Hubert Willems (52 jaar) op 10 augustus 1868. Zij is 38 jaar. Jan Willem Hubert sterft op 13 december 1869. Zoon Jan Hubert uit dit huwelijk sterft 17 dagen

19

huwelijk woonde hij in Stevensweert. In Stevensweert werden 3 + 4 kinderen geboren en een laatste kind in Susteren, dus 8 in totaal. Ik vermoed dat hij daar olieslager is geweest op de hoge stenen windmolen. Deze stellingmolen was in opdracht van graaf Vincent de Hompesch door Pleun van Boles gebouwd als graan- en oliemolen, later werd dit de banmolen. Lambertus van Deursen was in 1734, 1743 en 1745 pachter op deze molen (10). Hij was tweemaal gehuwd, eerst met De Waes en daarna met Everaerts. Waarschijnlijk was hij een oom van de tweede vrouw van Theodorus Pellemans. Omstreeks 1762 verhuisde Theodorus naar Susteren waar hij de oliemolen bouwde en tot zijn levenseinde bleef wonen. Petrus Pellemans is in 1732 geboren in Aldeneik. Zijn vader Ludovicus werd later molenaar te Rotem en was toen hij nog in Aldeneik woonde, naar ik vermoed, molenaar op een watermolen op de Bosbeek. Petrus heeft Theodorus geholpen op de oliemolen in Susteren, mogelijk ook al bij de bouw. Petrus en Theodorus zullen ongetwijfeld familie van elkaar zijn geweest; ik vermoed dat Theodorus een (half)oom was van Petrus, ik heb hiervoor wel aanwijzingen doch nog geen bewijs gevonden. Petrus bleef niet lang in Susteren, omstreeks 1764 vertrok hij naar Leveroy. Petrus wordt eerst molenaar in de watermolen van Leveroy en daarna in de windmolen te Ell. Petrus was twee maal gehuwd, in 1761 te Someren met Maria Bennenbroeck en daarna in 1784 te Neeritter met Elisabeth van de Winckel. Behalve het eerste kind in Susteren werden in Hunsel nog 6 + 8 kinderen geboren, dus 15 in totaal. Hij overleed in 1822 op de Uffelse watermolen onder Hunsel.

In Echt overleed Arnoldus Pellemans die net als Don Quichot de la Mancha de krachtmeting met een molen had verloren en sindsdien niet meer kon praten. In 1758 was een Arnoldus Pellemans doopheffer bij een dochter van Theodorus. Er zijn meer aanwijzingen dat hij waarschijnlijk een broer was van Lambertus. De tekst uit het begraafregister van de St. Landricusparochie:

1768, 8 Januarius sepultus est Arnoldus Pellemans caelebs, absulutus, et extrema unctione tantum munitus, quia ob casionem capitis ad rotam molendine, loquela destitutus erat.

Pleun van Boles heeft in opdracht van Graaf de Hompesch, over beiden kom ik later te spreken, meermalen contact gehad met molenaars in Nederwetten (per brief en in persoon) om ze over te halen in Stevensweert te komen malen. Ik vermoed dat Ludovicus, Theodorus en Arnoldus (half)broers van elkaar waren en afkomstig waren uit Nederwetten bij Nuenen. Als dit klopt, dan is hun vader de molenaar Joannes Pellemans die in 1718 in Nuenen met Maria Janssen trouwde, mogelijk was Joannes vóór dit huwelijk weduwnaar met kinderen. De opmerking “celebs” (ongehuwd) bij Arnoldus in het begraafregister van Echt is mogelijk te verklaren doordat zijn tweede vrouw in 1761 te Meerlo is overleden en hij zelf niet meer kon praten.

Op 11 mei 1770 legt een Joannes Pellemans voor de schepenbank van Echt de eed van molenknecht af (3). Hij was knecht bij Cornelis Smeets die molenbaas was op de banaal-molen van Echt. Of dit ook familie was?

Page 23: €¦ · 3. Jan Willem Hubert Willems (52 jaar) op 10 augustus 1868. Zij is 38 jaar. Jan Willem Hubert sterft op 13 december 1869. Zoon Jan Hubert uit dit huwelijk sterft 17 dagen

20

Architect Pleun van Boles Pleun was geboren in Ridderkerk en zijn familie woonde rond Rotterdam. Hij was architect en bouwmeester. Hij werkte hard en reisde veel voor zijn werk. Hij was gehuwd met Aldegonda Seegers ex Roermond en liet in Stevensweert vier kinderen dopen. Hij voerde diverse verbouwingen uit aan kasteel Walborg. Hij ontwierp o.a. herenhuizen, molens, sluisjes, brouwhuizen en veerschuiten; ook liet hij kiezelwegen en waterlopen verbeteren. Een neef Ary van Boles heeft hem jarenlang met diverse klussen bijgestaan. Zo heeft Pleun in opdracht van de rentmeesters van de Montfortse Domeinen, de heren Van Ravesteijn en Stille, in 1722 de waterafvoer vanuit het Reigersbroek, Boortmoer en Rozendaalse huizen via de Leijgraaf naar Linne verbeterd en liet hij in de waterloop in het Reigersbroek een sluisje plaatsen (4). Hij heeft veel gewerkt voor graaf Vincent de Hompesch, heer van Stevensweert, maar ook voor prins Willem van Hessen-Kassel, heer van Tilburg en Goilre. Het is goed mogelijk dat in het Tilburgse ook nog kinderen zijn geboren.

Iets over de oliemolens te Echt van graaf De Hompesch Pleun heeft de grote windmolen in Stevensweert ontworpen, de materialen gekocht en toezicht gehouden op de bouw (4). Het was een gecombineerde koren- en oliemolen. ’s Avonds 10 april 1721 heeft hij namens graaf de Hompesch de eerste steen gelegd. Aannemer meester Joannes Peeters voerde het metselwerk uit. De molenstenen werden in september 1721 besteld in Neuss. Op 23 september 1721 werd de wentelas ingehesen. Meermaals moest hij de hofmeester Mintert van kasteel Walborg geld voorschieten omdat “het aeneemers-volk” het werk wilde staken wegens betalings-achterstand. Ook ontwierp hij voor de graaf een nieuwe dubbele watermolen te Echt, de Slagmolen. Deze verving een oudere oliemolen die enkele jaren eerder was verkocht door de erven van Jan Groenen aan Elisabeth Meijs (2) die ze al rap weer aan de graaf De Hompesch moet hebben verkocht. Het bestek hiervoor maakte hij af op 2 september 1725. Dit waren een volmolen en een oliemolen waarvan de bouw op 4 september werden gegund aan Cornelius van der Leeuw; de oliemolen voor 1100 gulden Hollands en de volmolen voor 2200 gulden Hollands. Pleun van Boles voerde ook het toezicht op de bouw uit. Joannes Peeters heeft ook aan beide molens gewerkt, ik neem aan als onderaannemer. In november 1725 startte men met de bouw van de

Page 24: €¦ · 3. Jan Willem Hubert Willems (52 jaar) op 10 augustus 1868. Zij is 38 jaar. Jan Willem Hubert sterft op 13 december 1869. Zoon Jan Hubert uit dit huwelijk sterft 17 dagen

21

oliemolen. Op 30 april 1726 sloeg de oliemolen zijn eerste olie. In 1727 werd in deze oliemolen al 90 aam olie geslagen, dus zo’n 13 à 14 m3. Op 20 oktober 1725 is de eerste steen gelegd voor de volmolen. Na de nodige discussies over de fundering onder de komblokken werden op 20 augustus 1726 de heipalen geslagen voor de fundering; de komblokken kwamen 23 augustus op hun plaats te staan. Op 27 september 1726 kwam de volmolen klaar. De eerste meester volder was Joannes Seegers. De stoffen, laken (wol) en tierenteynen (half wol ), werden met de kar afgehaald bij laken-fabrikanten in Weert en Geldrop waarmee men contracten afsloot. Op 5 oktober 1726 laadde men te Weert de eerste stoffen op de kar. De volmolen heeft in het begin veel problemen opgeleverd doordat veel stoffen tijdens het vollen beschadigd raakten en de schade aan de wevers moest worden vergoed. Dit vroeg om aanpassingen aan het komwerk en aan de komblokken. De volmolen is vóór 1767 omgebouwd tot een tweede oliemolen; in dat jaar verpacht de graaf van Heiden-Hompesch een dubbele oliemolen aan Arnoldus Otten (9). Nog later is deze tweede molen weer omgebouwd naar korenmolen. Wanneer deze ombouw plaats vond is me niet bekend, in elk geval vóór 1828; volgens Van Bussel in de Franse Tijd.

Referenties en literatuur: 1. Archief schepenbank Echt, Protocol-register 1645 – 1653; inventaris nr. 34 2. Archief schepenbank Echt, Protocol-register 1720 – 1735; inventaris nr. 38 3. Archief schepenbank Echt, Protocol-register 1757 – 1771; inventaris nr. 41 4. Archief kasteel Walborg, Memoriaal van Pleun van Boles, inventaris nr. 2 5. Doop-, huwelijks- en overlijdensregister RK parochie H. Amelberga (deel 1748

– 1796) 6. Akte d.d. 19 september 1826 verleden voor notaris Helgers te Maastricht; betreft

de verkoop van een graan-, olie- en pelmolen genaamd de “Volmolen” te Susteren.

7. Archief gemeente Susteren, inventaris nr. 1487, Processen-Verbaal van opneming van molens en bijbehorende sluis- en waterwerken.

8. Ph. Vander Maelen, Dictionaire Géographique du Limbourg, Bruxelles 1835. 9. A. Welters, Publications S.H.A.L. 1925, p. 328 10. E. Boere, 750 jaar Hompesche molen, Maastricht 1972 11. R. Jansen e.a., Born een koninklijk domein met een boeiend verleden (p. 121),

Born 1978 12. A.J. Bernet Kempers, Oliemolens, Arnhem 1979 13. P. Nijhof, Watermolens in Nederland, Zwolle 1982 14. Harry Strijkers, Zwerftochten door het Maaslands Verleden - Deel 2, (De

Volmolen van Susteren p. 54 t/m 60), Berg a/d Maas 1983; eerder verschenen in De Trompetter van 9 maart 1983.

15. M. Meerman, Gids voor het onderzoek naar de geschiedenis van Water- en Windmolens in Limburg, Maastricht 1989.

16. P.W.E.A. van Bussel, De molens van Limburg, Eindhoven 1991 17. P.W.E.A. van Bussel, Oliemolens, Eindhoven 2006 18. Wil Schulpen, De abdissenmolen,Heemklank 2009 nummer2

Page 25: €¦ · 3. Jan Willem Hubert Willems (52 jaar) op 10 augustus 1868. Zij is 38 jaar. Jan Willem Hubert sterft op 13 december 1869. Zoon Jan Hubert uit dit huwelijk sterft 17 dagen

22

De wereld draait door Gerard Janssen

Het vogeljaar 2017 is voorbij. DWDD. Het driemaandelijks tijdschrift voor studie van natuur- en heemkunde houdt daartoe een kleine achterstand met de werkelijke toestand van de fauna. Aangezien het vogelleven sterk varieert per seizoen en afhankelijk is van weersinvloeden zullen wij het moeten verdragen dat het anders kan zijn dan wij graag willen. Heel veel trekvogels gebruiken de grens van land en water. Dicht in de buurt van Breskens komen de meeste vogels ons land binnen. Ontelbaar veel. De Pyreneeën zijn een oversteek naar de Middellandse zee. Het blijft een wonder dat zelfs vlinders die bergen overwinnen. In de zomer en het najaar was de atalanta het vaakst gezien, daarna kwam de kleine vos en de dagpauwoog. Het ANP Wageningen verzamelt de aantallen door tellers in het land. Ook hier zijn vlinders gezien in de hofperkjes. Zelfs de koninginnepage liet zich diverse keren zien, zelfs meen ik een argusvlinder gezien te hebben, maar ik kon het niet vastleggen op foto. Tweemaal is in de krant vermeld een groot gebrek aan insecten waartoe ook de vlinders behoren. De oorzaak is nog steeds niet bekend. Ook mij is 2017 tegengevallen wat natuur betreft. In ’t Hout 5 reëen, 2 konijnen - bij tom en jerrie- 1 fazantenhen- en in een maïsveld een -haan. Op een omgeploegde akker geen regenwormen of engerlingen (meikever) gezien, vandaar ook geen voedsel . De ijsvogel vliegt van hot naar haar voor een mooi nest te graven in de oever met een mooi takje of struik om te kunnen zitten. Echter de zwarte els heeft de hele winterperiode knoppen waar de winterharde vogeltjes van kunnen eten. Als men even in de kroon wil kijken, ziet men staartmezen, koolmezen, pimpelmezen, goudhaantjes en de groenlingen soms in zwermen door de kruin struinen. Ervaren vogelaars treffen soms de barmsijs aan, kenbaar door zijn rood voorhoofd en een kleine zwarte vlek onder de keel. Omdat het een zeer schaarse broedvogel is in Nederland , krijgt de waarnemer even een rood voorhoofd van deze schoonheid. Het jaar 2017 is geëindigd met een gouden rand versierd door de grote aanwezigheid van leden ter stemming van een nieuwe voorzitter.Ook het aftreden van de voorzitter is in alle eer en glorie gebeurd. Daarna werd deel 4 gepresenteerd van de serie Susteren weerspiegeld, en gratis verstrekt aan elk lid van de vereniging. Omdat ik het einde van de oorlog en de wederopbouw van Susteren heb meegemaakt, ben ik geraakt en dankbaar voor het bezit van het boek ‘Susteren weerspiegeld’. Inmiddels is het januari. Grote groepen roeken, kauwtjes, kraaien, eksters komen bij de huizen voor voedselrestanten. Zelfs de grote bonte specht komt zijn buik vullen aan de vetbollen voor de mezen. De eksters gaan zeer binnenkort hun grote nesten in orde maken. In februari gaan ze al broeden. Bovendien was er een uitzonderlijk begin van het nieuwe jaar wat een natuurelement betreft. Het was 2x volle maan in januari. De eerste maan was op dinsdag 2 januari onder de naam ‘de Reebok’ met als krachtdier ook een reebok. Je ziet in deze maancyclus hoe de natuur haar vertrouwen bewaart in de toekomst. De krachtboom die bij deze maan hoort, is de berk, ook wel de vrouw van het woud genoemd. Dan volgde er een tweede volle maan in januari en een tweede volle maan, noemt men een blauwe maan. Maar omdat hij in vele delen van de wereld als rood/oranje zichtbaar zou zijn, werd het ook wel bloedmaan genoemd.

NATUUR

Page 26: €¦ · 3. Jan Willem Hubert Willems (52 jaar) op 10 augustus 1868. Zij is 38 jaar. Jan Willem Hubert sterft op 13 december 1869. Zoon Jan Hubert uit dit huwelijk sterft 17 dagen

23

Hier in Limburg was alleen een rode rand rondom de maan te zien en dit noemt men ook wel een halo. Dit was op 31 januari. En deze maan heette ‘de overstroming’ met als krachtdier de kraanvogel en als krachtboom de lijsterbes. De lijsterbes wordt wel de magische boom van het woud genoemd. Als je in deze maancyclus naar buiten gaat, ervaar je hoe de natuur moed verzamelt om naar buiten te treden. Zaden zwellen op en vullen zich met water.

Ook ik ga weer erop uit dit jaar en maak mijn plannen hiervoor. Binnenkort gaan we op pad naar Ameland en verblijven we een week op dit mooie waddeneiland. Daarna worden de natuurgebieden van de Maasvlakte bezocht. Via Oostvoorne en het Voornsemeer naar de rustplaat Gat Van Hawk, dat gespaard is gebleven van de uitbreiding Maasvlakte. De rustplaat is een vogelgebied dat door getijden nat of droog valt. Vanaf de Slufter- hoogte zijn bij goed weer ontelbare watervogels te zien bij het fourageren. Als het lukt doen wij verslag.

In maart is er weer iets bijzonders aan de hand met de maanstand. Ook deze maand krijgen we weer 2 volle manen en dat 2x in 1 jaar maakt het helemaal uniek. De eerste volle maan in maart is op 2 maart en deze maan heet ‘de wind’ met als krachtboom de es, ook wel de wereldboom genaamd. Het krachtdier bij deze maan is ‘de uil’. In deze cyclus ervaar je hoe de natuur ruimte schept om zichzelf te laten zien. De tweede volle maan in maart is dus weer een blauwe maan en wel op 31 maart. Deze maan heet ‘de traan van de zon’ en bij deze maan hoort als krachtboom de ‘els’, ook wel de beschermer van het hart genoemd. Het bijbehorende krachtdier is de adelaar. In deze cyclus laat de natuur zien hoe ze zich onstuimig en snel ontpopt. Overal zie je groene knoppen ontstaan, die onverwacht openspringen tot een fris blad. Soms gaat het mis en blijven knoppen dicht. Hopelijk gaat de éénbes groeien, deze is bij ons in het Hout te vinden en dit is ook een zeer bijzondere plant/bloem. De uitleg rondom de maancyclus heb ik m.b.v. mijn jongste dochter Audrey geschreven die de natuur volgt aan de hand van de maanstanden. In de onoverzichtelijke bocht bij de pannenfabriek Susteren kon ik nog net twee vogels ontwijken met de auto. Een ekster en een sperwer waren in gevecht. Beiden waren doodmoe en hurkten op het asfalt. Toen ik de auto achteruit liet lopen, tot vlak naast de vechtjassen, kon ik in de ogen van beide kijken. De snavels waren hooguit één

centimeter van elkaar. De rechte snavel van de ekster was een beter wapen dan de gebogen snavel van de roofvogel, maar de klauwen van de sperwer kon ik niet zien. Waarschijnlijk waren ze zodanig verward dat het gevecht niet klaar was. Een dag later waren geen veren te zien. !Gelukkig!

Page 27: €¦ · 3. Jan Willem Hubert Willems (52 jaar) op 10 augustus 1868. Zij is 38 jaar. Jan Willem Hubert sterft op 13 december 1869. Zoon Jan Hubert uit dit huwelijk sterft 17 dagen

24

Oet ’t geweun laeve van geweun luuj: Belsje crematie Jean Dewaide

Nónk Mathieu waor gesjtórve, eine broor van de sjoanmoder. De ganse femilie waor in depe rouw. Hae waor ein van de auwere van die gans groate femilie. In Leuven hauw ‘r gesjtudeerd: landbouwkundig ingenieur. Hae waor getrouwd mit ein Belsje, tant Lucie. Same hauwe ze hun gelök gezeuk in de Belsje Congo. Ze waore allebei nogal natuurlik aangelag en daobie sjtóng hun óntwikkelingswerk veurop. Jaore hauw de nónk in die Belsje Kolonie op landbouwkundig gebied gepioneerd. Jaorelangk hauw dat zoa good gegange, tótdat de Congolese eigenheimers taege de Belsje in opsjtandj kaome. Name, wie Loemoemba en Kasavoeboe doon ós dao nog good aan herinnere. Alle Belsje droet! Weg! Wat ze koosjte drage, maogde ze nog mitnumme. Hoes, landj en anger bezittinge woorte verbeurd verklaord en waore ze kwiet. Ze moosjte vertrèkke, kaome nao ’t Belsj trök en ginge wone in ein dörpke vlak bie Leuven wo ze hun toch al gevorderde laevesjaore wiejer doorbrachte. In de Congo waor hae ónger angere bezig gewaes mit allerlei experimente. Ónger angere óm van begonia’s wien te make. Dat waor, trök in ’t Belsj, ziene groate hobby gewore. Nao get gelökkige jäörkes same, woort nónk Mathieu krank en sjtórf. De tant, de kènjer en de groate femilie waore (wie al gezag) in depe rouw. Zjwarte kleier en groate heud woorte gedrage. ’t Condolere waor nog aan ’t sjterfhoes. Van dao aaf trok de begrafenissjtoet te voot nao de kirk. ’t Waor ein hieël sjtömmige requiem-mès. Daonao mit auto’s nao ’t crematorium. Me kènt zich de hieël bedrökte sjtömming bie ’t ingaon van ’t crematorium good veursjtèlle.

DIALEK

Page 28: €¦ · 3. Jan Willem Hubert Willems (52 jaar) op 10 augustus 1868. Zij is 38 jaar. Jan Willem Hubert sterft op 13 december 1869. Zoon Jan Hubert uit dit huwelijk sterft 17 dagen

25

Veer verwachde, sjus wie dat in Nederlandj geit, in ein ontvangsruimte te kómme, óm daonao nao de aula te gaon. Mer nei, veer woorte bènne geleid in eine groate zaal, wo de Belsje koffie al geurde en wo rieje taofele gedèk waore mit kedètjes en alles wat op ein koffietaofel thoes heuërt. Enne…… op edere teijer sjtóng ein glaeske port! Waat waor de bedoeling?? Óngertösje dat de koffietaofel doerde, vónj de crematie al plaats. Daonao moosj nao de aula waere gegange, wo de urn mit esj gereid sjtóng, óm oetgesjtruijt te waere. Óm ’t leid get te verzachte en de tied get te rèkke, woort (veur dae dat wól) nog ein portje ingesjöd. De sjtömme waore al get losser gewore en bie ós aan de taofel woort ónger ’t aete al èns ’n möpke vertèld. Wie ’t good gesjmaak haw en de sjouw flink gesjwaamp, woort v’r verzeuk óm mit nao de aula te gaon. De urn sjtóng dao aaf te keule……….. Hiej vónj nog ein gedechtenis plaats en woort nog gebaejd. Daonao ging v’r in percessie achter d’n urndraeger aan, dae hieël plechtig de urn veur zich oet droog. ’t Waor nogal wènjerig waer en v’r moosjte ein hieël sjtök volge tót aan ’t oetsjtruijveldj, wo sjtil woort gesjtange. Wie ederein op zien plaats sjtóng, trok de urndraeger ’t sjuufke aan de óngerkantj aope én …………. opèns …… in ein wènjerige wolk van sjtöb, sjpróng eine haas op, dae zich versjrik d’r tösje oet maakde! De luuj sjtónge wie aan de gróndj genaegeld, tótdat d’r Herman de groate sjtilte doorbrook en reep: “Dao löp d’r Mathieu!”. Mer daomit haw hae ‘t, es sjwaoger van de aafgesjtórvene en zéker bie de sjoanmoder, danig verbruujd! Zoa waore veer allemaol nao die Belsje CREMATIE, óuch nog getuge van ein Belsje “REÏNCARNATIE”!

Page 29: €¦ · 3. Jan Willem Hubert Willems (52 jaar) op 10 augustus 1868. Zij is 38 jaar. Jan Willem Hubert sterft op 13 december 1869. Zoon Jan Hubert uit dit huwelijk sterft 17 dagen

26

FINANCIËN oftewaal VÄÖL GELDJ IS SJLECH VEUR UCH! Loek Storken

Ummer mieë kumpse d’r achter det sommige men die in ós landj (en ouch d’r boete) gaon euver de financiën, det die MER GET DOON. Zoa van: GOD ZEGENE DE GREEP, en den mer haope det det achter ein tiedje weer good geit. Trouwes achter ein tiedje zeen weer anger men dao verantwoordelik veur en zeen die van noe verdwene mit ein of anger sjendaal, mit eine gouwe handjdrök, mit eine flinke bonus of mit eine róffel commissariate. Want: DIE TRÖGE BLEIBEN GLEICH NUR DIE SCHWEINE WECHSELN

Ei bietje vrie vertaald in ‘t Plat: De träög woroet die grabbele en graaie blieve ’t zelfde, allein de verkes die det doon, die wissele zich aaf. Vreuger maakde de boekhouders zich drök euver ei paar tientjes, allewiele goaie ze o.a. in dae Griekse crisis mit de miljarde (en den in euro’s) of ze neet op te kriege zeen. W’r kriege ters dao nog väöl mieë veur trök, zègke ZE. En ZE, det zeen die luuj die zich financieel expèrt neume, mer det neet zeen. En die zelf kriege ters dao waal väöl mieë veur trök, neet weer! Die financieel expèrts zeen de lètste tieën jaor mit de karrevrachte opgeleid, mer d’r bliek ouch al tieën jaor det hun opleiding neet doug. Ze weite neet wat ze doon, en wo höbbe w’r det mieë geheuërd? Vreuger in de Bijbel bie de Farizeeërs, en later op ’t Pruusjes. Albert Einstein dae zag vreuger al: „ALS WE WISTEN WAT WE DEDEN, HEETTE HET GEEN ONDERZOEK”.

Ouch dae Franse Jezus van ’t Internationaal Monetair Fonds, Domenique Strauss Kahn, dae deej in New York deepgaond óngerzeuk, en dae wis ouch neet wat d’r deej. Dae haw waarsjienlik get te väöl mit Berlusconi gekald of mit al die vreugere Franse presidente of mit Clinton. Die deje ouch allemaol “breid óngerzeuk”. Mesjien

DIALEK

Page 30: €¦ · 3. Jan Willem Hubert Willems (52 jaar) op 10 augustus 1868. Zij is 38 jaar. Jan Willem Hubert sterft op 13 december 1869. Zoon Jan Hubert uit dit huwelijk sterft 17 dagen

27

haw d’r get te väöl gelaeze euver de femilie Kennedy, ouch gesjpecialiseerd in “óngerzeuk”. Es financieel expert haet d’r bie det zjwart maedje waarsjienlik nao zjwart geldj gezeuk en mit det sjmoesje zal d’r zich sjtrak ouch waal d’r oet wille lulle.(Is geluif ich al gebeurd!) Die men meine ouch det väöl geldj sjlech veur ós is, en daoróm zeen ze ós al jaore aan ‘t vloaje.Óm det geldj veilig te sjtèlle, zeen ze det op hun eige boetelandjse raekeninge aan ’t zètte. Es weer d’r den sjtrak niks mieë aan höbbe, den höbbe zie en hun kènjer teminste nog get, en den haet teminste nog eine get d’raan. Jao, die kènne waal redenere, veural op hun eigen aan. En ouch mit tèlle en raekene, kènne die mer eine kantj oet: op hun eigen aan. Ouch liek ’t d’r de lètsten tied op det luuj die väöl te väöl cente höbbe neet allein neet mit hun vingere van de cente (van anger luuj) kènne aafblieve, mer det die ouch neet mit de vingere van de vrouwluuj (al of neet van anger luuj) kènne aafblieve. ’t Liek d’r verreks väöl op detse det ouch op die financieele “aaftroggelcursusse” lieëre. Det zal waal in de klein letterkes sjtaon. Ze neije dich, en neet allein dich! En dèks döbbel. En wose waal zeker van kèns zeen is ’t volgende : WENN AM SARG DIE WITWE KICHERT DANN WAR DER VERSTORBENE GUT VERSICHERT Zoa wurt eine bankier allewiele ouch ómsjreve es emes dae dich geldj lieënt, ouch es doe aan kèns toane desse ’t neet neuëdig höbs. En esse ’t waal neuëdig höbs, krisse ’t neet. En: Es luuj banke berouve, gaon ze de bak in. Es banke luuj berouve, kriege ze eine bonus. De financiën op ’t Belsj, dao krisse eigelik ouch geine kop aan. Ieës wore ze failliet, en toen hawwe ze ’t opèns weer baeter gedaon es weer. Die Belsje höbbe ummer waal weer ein oplossing. Mer die hawwe ouch eine Italiaan aan de regering. Ze zègke: „Als ge ’t niet meer trekt, moet ge duwen!” Oscar Wilde zag vreuger al: „Heutzutage kennen die Menschen den Preis von allem, und den Wert von nichts!“ Zoa tróf de pap van mien sjoanzöster èns eine bankdirekteur, en dae man vertèlde detter ’t in ziene rögk haw. „Menieër“, haw d’r taenge dem gezag, „det höb g’r ouch neet van ’t in de sjörkar loupe!“ ’t Zou fijn zeen es ouch die grabbelieërs hie in Nederlandj d’r èns achter zouwe kómme, det kriege wasse wils mer hawf zoa belangriek is es gaeve wasse höbs. Daoróm: Ich belègk mien geldj neet, det doon ich waal mit mien bótterham. En ich sjpaar gein geldj, ich sjpaar sjoan momènte. En ich tèl al die sjoan herinneringe es mien geldj. Ich geluif, es geldj zou kènne kalle, zou ’t zjwiege. En woróm? Ich dènk ómdet ’t zich zou sjame euver wat ’t in deze waereld haet aangerich.

Page 31: €¦ · 3. Jan Willem Hubert Willems (52 jaar) op 10 augustus 1868. Zij is 38 jaar. Jan Willem Hubert sterft op 13 december 1869. Zoon Jan Hubert uit dit huwelijk sterft 17 dagen

28

Wetenschappelijk onderzoek bij Visdieven aan de Banter See, de Duitse Noordzeekust Jan Smeets

De Visdief De Visdief is in Nederland de meest algemene sternensoort en broedt zowel langs de kust als aan de binnenwateren. Zijn voorkeur gaat uit naar het Wadden- en Deltagebied en Vogeleiland De Kreupel in het IJsselmeer. In de jaren dertig tot vijftig wordt het aantal broedparen geschat op 45.000. Eind vijftiger jaren stort de populatie in, vooral door landbouwbestrijdingsmiddelen tot 5.000 paren. Door het verbod op funeste pesticiden volgt een langzaam herstel en in 1998-2001 telt Nederland weer 18.000-20.000 paren. De laatste jaren neemt het aantal weer af. In 2015 wordt de populatie geschat op 14.250-15.750 paren. Visdieven broeden koloniegewijs in voedselrijke gebieden op onbegroeide eilandjes met kiezels en op zandplaten met weinig begroeiing. In de Groote Peel wordt de soort als broedvogel gemeld in 1933, maar de aantallen vóór 1960 zijn schaars. Sinds midden zeventiger jaren zijn broedgevallen bekend in het Maasdal. Vanaf begin jaren negentig broedt een klein aantal in de grindgaten langs de Maas bij Thorn en Asselt. Vanaf 2009 wordt gebroed op het grindeiland op de Molenplas Ohé en Laak die in het kader van herinrichting van de grindgaten is aangelegd. De Visdief voedt zich met kleine vissen die hij vlak onder het wateroppervlak met een snelle stootduik weet te vangen. Van oktober tot eind maart overwintert hij langs de West-Afrikaanse kusten van Mauritanië tot Nigeria.

Broedlocatie Banter See Het visdievenbestand op de Duitse waddeneilanden gaat vanaf eind vijftiger jaren achteruit. De oorzaken hiervan kunnen met de toenmalige methoden niet achterhaald worden. Wetenschapper Prof. Dr. Peter Becker verbonden aan het “Institut für Vogelforschung, Vogelwarte Helgoland” start met een team in 1980 een wetenschappelijk broedbiologisch onderzoek naar de oorzaken op de Duitse waddeneilanden Minsener Oog en Mellum. Hij ontwikkelt een systeem dat door individuele herkenning en technische hulpmiddelen het mogelijk maakt de achteruitgang te vervolgen. Logistisch zijn deze eilanden echter minder geschikt voor wetenschappelijk broedvogelonderzoek dat vele jaren onafgebroken dient plaats te vinden. De Banter See aan de Duitse Noordzee bij Wilhelmshaven lijkt geschikter om zijn onderzoek voort te zetten omdat broedbiologische controle op eieren en opgroeiende jongen hier wel mogelijk is. Hiervoor moet echter een kolonie van de Nordhafen in Wilhemshaven verplaatst worden naar de Banter See. Door gebruik te maken van nepvisdieven en geluidsrecorders lukt het de kolonie te verplaatsen naar de 3 km verder gelegen betonnen reparatiewerf voor onderzee- en torpedoboten uit de tweede wereldoorlog. Zes betonnen bakken omgeven met muren, steken als een lange pier uit in de Banter See. De bakken zijn gevuld met zand en kiezelstenen en bieden een “natuurlijk broedhabitat”, waar de jongen de eerste weken veilig kunnen opgroeien.

NATUUR

Page 32: €¦ · 3. Jan Willem Hubert Willems (52 jaar) op 10 augustus 1868. Zij is 38 jaar. Jan Willem Hubert sterft op 13 december 1869. Zoon Jan Hubert uit dit huwelijk sterft 17 dagen

29

Doel van het onderzoek Het doel van het onderzoek is een systeem te ontwikkelen voor studie van vogelobservatie om de populatieontwikkeling en zaken die deze beïnvloeden te vervolgen.

Materiaal en methoden Broedbiologischonderzoek Antennesystemen Markeren Geocolator Bloedafname Geslachtsbepaling Broed- en stresshormoononderzoek Stamboomonderzoek Erfelijkheidsonderzoek Prooionderzoek Verblijf in winterperiode Onderzoek naar levensverwachting en levensomstandigheden Werkwijze Broedbiologischonderzoek In het kader van het broedbiologischonderzoek worden tussen half april en eind september door het onderzoeksteam vele onderzoeken en werkzaamheden verricht om informatie te verkrijgen over de populatieontwikkeling. Om de populatieontwikkeling te vervolgen zijn de broedresultaten en het aantal uitgevlogen jongen belangrijk. Deze zijn afhankelijk van de weersomstandigheden, de voedselbeschikbaarheid, soort- en prooilengte welke wordt aangevoerd en aan welke leeftijd van de jongen. De weersomstandigheden hebben grote invloed op embryo-sterfte, verlaten broedsels, ondervoeding kuikens en infectieziektes. Stelselmatig wordt onderzoek gedaan naar de hoeveelheid micro- en nanoplastics in de maaginhouden en darmkanalen van prooisoorten en dode kuikens. Voor Visdieven is gekozen vanwege hun hoge levensverwachting en omdat ze plaatstrouw zijn.

Antennesystemen Op zitplaatsen en weegschalen worden elektronische antennesystemen geïnstalleerd. Deze antennesystemen staan in verbinding met computers. Wanneer een vogel, voorzien van een transponder, gebruik maakt van een zitplaats, wordt hij automatisch geïdentificeerd en geregistreerd. Aankomstdatum, leeftijd, aantal malen terug op deze locatie, geslacht en broedsucces in vorige jaren zijn hierdoor bekend. Voordeel van dit systeem is dat de vogels niet gevangen hoeven te worden zoals bij de klassieke methode en stress bij de vogels wordt voorkomen. Neemt een getransponderde vogel plaats op een weegschaal dan wordt hij automatisch gewogen. Bij elk nest wordt een mobiel antennesysteem geïnstalleerd

Broedlocatie Banter See

Page 33: €¦ · 3. Jan Willem Hubert Willems (52 jaar) op 10 augustus 1868. Zij is 38 jaar. Jan Willem Hubert sterft op 13 december 1869. Zoon Jan Hubert uit dit huwelijk sterft 17 dagen

30

om te bepalen of de “doelvogel” ook daadwerkelijk hier weer broedt. Dit antennesysteem identificeert en registreert de partnerkeuze.

Markeren Alle kuikens worden geringd met een Duitse nationale ring van “Vogelinstitut Helgoland” en voorzien van een transponder. De transponder wordt onder de huid naast het borstbeen aangebracht. De ring is voor herkenning in het veld. De vogel is door de markering levenslang identificeerbaar.

Geocolator Een aantal overjarige geringde vogels wordt elk jaar gevangen en voorzien van een geocolator. Vogels met een geocolator worden bij terugkomst gevangen. Geocolators bestaan uit een lichtsensor die elke 2 minuten de lichtidentiteit meet en een zeer nauwkeurige klok, waarmee ze continue het lichtniveau in de omgeving door de tijd meten en opslaan in een intern geheugen. Zo gauw de vogel wordt teruggevangen, kunnen de opgeslagen gegevens worden uitgelezen. Op die manier is het mogelijk om de bewegingen van de vogels met geocolators door het jaar heen in kaart te brengen met een nauwkeurigheid van 200 km. Voorheen waren hier honderden ringwaarnemingen voor nodig.

Visdief op antennesysteem

Geocolator om linkerpoot, rechterpoot Duitse nationale ring

Page 34: €¦ · 3. Jan Willem Hubert Willems (52 jaar) op 10 augustus 1868. Zij is 38 jaar. Jan Willem Hubert sterft op 13 december 1869. Zoon Jan Hubert uit dit huwelijk sterft 17 dagen

31

Bloedafname Bloed wordt verkregen door een Mexicaanse roofwants in een speciaal kunstei met gaatjes te plaatsen. Het kunstei wordt bij een broedende vogel in het nest gelegd. De roofwants kan met zijn lange snuit door de gaatjes in het kunstei bij de broedende vogel op de kale broedvlek bloed afzuigen. Door de lichaamswarmte die de broedende vogel afgeeft, kan de roofwants de gastheer vinden. Na circa 20 minuten heeft de wants zich met visdiefbloed gevoed. Het antennesysteem geeft aan in welk nest en bij welke vogel bloed is onttrokken. Het kunstei met de wants wordt uit het nest verwijderd en met naald en spuit wordt visdiefbloed uit de roofwants onttrokken.

De Mexicaanse roofwantsen worden gehouden in een incubator in vochtige omstandigheden bij 27°C. De hongerige roofwantsen worden geclassificeerd op basis van bereidheid om te steken. Deze test wordt gedaan door een vinger op korte afstand van het insect te houden. Insecten die op de

vingertest reageren worden geselecteerd voor gebruik. Het kunstei bestaat uit twee delen, lijkt op een visdiefei en is circa 40x30 mm. Het onderste deel is voorzien van gaatjes. Beide delen worden met een schroefverbinding tegen elkaar geschroefd zodat de wants niet kan ontsnappen.

Kunstei tussen twee visdiefeieren

Hongerige roofwants in kunstei

Roofwants heeft bloed bij Visdief gezogen

Page 35: €¦ · 3. Jan Willem Hubert Willems (52 jaar) op 10 augustus 1868. Zij is 38 jaar. Jan Willem Hubert sterft op 13 december 1869. Zoon Jan Hubert uit dit huwelijk sterft 17 dagen

32

Geslachtsbepaling Geslachtsbepaling wordt verkregen door een DNA-test uit te voeren op enkele borstveertjes van een kuiken.

Broed- en stresshormoononderzoek Aan de hand van broed- en stresshormoononderzoeken willen onderzoekers weten of de leeftijd van de vogel invloed heeft op de hoeveelheid broed- en stresshormoon.

Stamboom- en erfelijkheidsonderzoek Het transpondernummer van de vogel geeft het familieverband aan. DNA-analyses geven de erfelijke factoren aan die ouders overbrengen op het nageslacht.

Prooionderzoek Onderzoek naar ziekteverwekkers door besmette prooisoorten en de negatieve effecten van micro- en nanoplastics.

Verblijf in de winterperiode Vogels voorzien van een geocolator worden bij terugkeer gevangen. De data op de geocolator worden uitgelezen en het verblijf in de winterperiode kan worden bepaald.

Onderzoek naar levensverwachting en levensomstandigheden Voor deze onderzoeken wordt bloed genomen van opgroeiende kuikens, getransponderde ouders en bloedverwanten van alle leeftijden.

Resultaten Broedbiologischonderzoek Voor instandhouding van de populatie is een broedresultaat van 0,8 vogel/jaar/paar noodzakelijk. In slechte jaren wordt dit resultaat niet gehaald. Het onderzoeksteam heeft vastgesteld dat het aantal broedparen de laatste jaren afneemt. Tot 2002 was er nog sprake een toename. De jongen die de broedlocatie hebben verlaten, komen minder vaak terug. De helft van de broedvogels is gemarkeerd. Sinds 1984 worden alle kuikens geringd en voorzien van een transponder. In de periode 1992-2013 zijn ruim 5.500 kuikens gemarkeerd. Kleine haring is cruciaal voor overleving van de kuikens. Haring heeft een hoge energie-inhoud die per soort prooivis verschilt. Het voedsel op de broedlocatie Banter See bestaat in hoofdzaak uit jonge haring, sprot, spiering, spieringlarven, wijting, vislarven en zeenaald. Visdieven zijn zichtjagers en jagen boven visrijk helder water. Regen en harde wind beletten het zicht op voedsel aan het wateroppervlak. De aanvoerfrequentie van voedsel is bij slecht weer lager. Minder voedsel beperkt de groei en de conditie van de jongen. Zeeën en oceanen zijn wereldwijd vervuild met afvalplastics. De hoeveelheden plastics die de vogels binnen krijgen en in de organen terecht komen, ligt ver boven de toegestane grenswaarde. Uit onderzoeken moet nog blijken of plasticdeeltjes de oorzaak zijn van ernstige gezondheidsziektes voor prooisoorten en vogels.

Page 36: €¦ · 3. Jan Willem Hubert Willems (52 jaar) op 10 augustus 1868. Zij is 38 jaar. Jan Willem Hubert sterft op 13 december 1869. Zoon Jan Hubert uit dit huwelijk sterft 17 dagen

33

Stamboom- en erfelijkheidsonderzoek De oudste vogels hebben meer dan 25 jaar op deze locatie gebroed en voor veel nageslacht gezorgd. “Lotti” is hier geboren in 1989 en broedt vanaf 1992 jaarlijks op de broedlocatie Banter See. “Lotti” heeft drie verschillende partners gehad, 38 jongen grootgebracht en is oma van 99 kleinkinderen. Na 2013 zijn er geen terugmeldingen meer. “Krisi” is geboren in 1990 en heeft voor de eerste maal gebroed in 1993. “Krisi” heeft 5 partners, 20 jongen, geen kleinkinderen en is in 2017 na 27 jaar nog aanwezig. De oudste geregistreerde vogel op broedlocatie Banter See is 33 jaar oud. Visdieven wisselen nogal eens van partner. Als zij bij terugkeer hun partner niet kunnen vinden, verlaten ze vaak de kolonie en gaan op zoek naar een andere partner. Vrouwtjes zoeken door hun broeddrift sneller naar een andere locatie dan mannetjes. Tweedekalenderjaarvogels maken de reis van West-Afrika naar het noorden niet. Zij komen pas in het derde of vierde kalenderjaar als ze broedrijp zijn voor het eerst naar het noorden. Over erfelijkheidsonderzoek naar onder andere het voorkomen van embryo-sterfte door mogelijke overdraagbare ziektes, zijn nog geen publicaties verschenen.

Verblijf in winterperiode Oudere broedvogels keerden in de loop van 1984 tot 2016 gemiddeld 6 dagen eerder terug van West-Afrika. De afstand West-Afrika, Banter See bedraagt 5.000 km. Deze afstand wordt in 1-2 weken afgelegd. De helft van de jongen die geboren zijn op de broedlocatie Banter See keert hier terug. De andere helft komt van buiten de broedlocatie.

Broed- en stressonderzoek Het broedhormoon zorgt dat de vogels rustig broeden en zich om de broedzorg bekommeren. Oudere broedvogels komen eerder terug op de broedlocatie en hebben hogere broedhormoonwaarden dan jongere vogels die voor de eerste maal broeden. Het stresshormoon wordt actief bij gevaar voor broedsel en jongen, bij ruzies met buren, slecht weer en bij te weinig beschikbaar voedsel voor de jongen. Het stresshormoon neemt bij het mannetje toe zodra er jongen zijn. Hij moet voor voedsel zorgen, het vrouwtje bekommert zich om de jongen. Jonge broedvogels hebben bij het eerste broedsel meer stress, verlaten vaker het nest dan oudere broedvogels en brengen minder jongen groot. Oudere vogels tot 15 jaar oud hebben door ervaring betere broedresultaten dan jongere. Voorheen moesten de broedvogels gevangen worden voor bloedafname met een injectienaald. Door inzet van roofwantsen wordt stress bij de vogels voorkomen en zijn de resultaten van broed- en stressonderzoek betrouwbaar. Bloedparameters van de wantsen wijken niet significant af dan verkregen bloed door conventionele methoden.

Onderzoek naar levensverwachting en levensomstandigheden Aan de hand van genetisch onderzoek trachten de onderzoekers meer te weten te komen of de telomeerlengte een meetbare eenheid is die inzicht geeft over de levensverwachting en levensomstandigheden. Een telomeer is de DNA-structuur aan het uiteinde van een chromosoom. Een telomeer wordt bij elke celdeling van lichaamscellen korter. Dit betekent dat lichaamscellen niet oneindig kunnen delen.

Page 37: €¦ · 3. Jan Willem Hubert Willems (52 jaar) op 10 augustus 1868. Zij is 38 jaar. Jan Willem Hubert sterft op 13 december 1869. Zoon Jan Hubert uit dit huwelijk sterft 17 dagen

34

Om antwoord hierop te vinden moet onderzocht worden hoe lang de telomeren van de vogels van verschillende leeftijden zijn. Zo ook moet onderzoek plaatsvinden of succesvolle broedvogels als “Lotti” die vele nakomelingen telt, stabielere telomeren bezit ten opzichte van een vogel die maar weinig jongen heeft grootgebracht. Voor dit onderzoek zijn bloedanalyses nodig van getransponderde vogels van alle leeftijden om deze met elkaar te vergelijken.

Bronvermelding Publicaties “Institut für Vogelforschung Vogelwarte Helgoland” Prof. Dr. Peter Becker, Sandra Bouwhuis en Christina Bauch Sovonrapport 2017/04 Jan Smeets, Jozefstraat 15, 6114 EG Susteren [email protected]

Page 38: €¦ · 3. Jan Willem Hubert Willems (52 jaar) op 10 augustus 1868. Zij is 38 jaar. Jan Willem Hubert sterft op 13 december 1869. Zoon Jan Hubert uit dit huwelijk sterft 17 dagen

35

Gotische elementen aan de Amelbergakerk Wil Schulpen.

Aan de in de elfde eeuw aan Amelberga, Albericus en Gregorius gewijde abdijkerk werden in de loop der tijden diverse herstellingswerkzaamheden verricht. Oorlogen waren oorzaak van vernielingen, maar ook hebben ouderdom e.d. voor restauraties gezorgd. Veel van die activiteiten zijn bij de grote restauratie in de jaren 1890-1892 weer teruggebracht in de ‘oude toestand’, althans volgens de zienswijze in die tijd. Men zou het ook een poging tot reromanisering kunnen noemen. Muren die zeker aan de buitenzijde hersteld waren met baksteen werden verwijderd en vervangen door breuksteen, natuursteen. Het vervangen door maaskeien vond men kennelijk te moeilijk. Wellicht dat ook al sinds de zestiende/zeventiende eeuw veel maaskei aan de buitenzijde van de muur vervangen werd door breuksteen.

Op twee oude foto’s van vóór de restauratie 1890-1892 zien we sporen van diverse herstellingen terug. De foto hier, aan de westzijde van de kerk genomen, toont ons enkele huizen gelegen, wellicht in het verlengde van de oneven panden aan de Salvatorstraat, toen nog Kerkstraat geheten. Deze huizen waren gebouwd nadat de west- en noordvleugel van de abdij – waarschijnlijk door bewoners van Susteren en omstreken voor bouwmateriaal – waren afgebroken. Wanneer we de gegevens juist interpreteren, dan is dat al vóór 1806/1810 gebeurd. De huizen zijn in het tweede kwart van de negentiende eeuw noordwestelijk van de westbouw gerealiseerd. En vermoedlijk rond 1920 weer afgebroken. Als mogelijke reden voor die

merkwaardige afbraak zou men kunnen vermoeden dat men begin twintigste eeuw de behoefte voelde om bij de hoofdingang van de parochiekerk een kerkplein te hebben. In deze tijd liep de Kerkstraat met tweezijdige bebouwing ‘gewoon’ langs de kerk met een bocht. De Kerkstraat liep in mijn herinnering ‘dood’ tegen een hek of zoiets tussen de huidige panden Relindisstraat 1 en 8. Door afbraak van een pand tussen Grachtstraat (nu Bij de Gracht) en het kerkhof/kerk werd het idee van plein nog versterkt. Enige decennia geleden werd ook ten noorden van de kerk een stenen plein gerealiseerd, waardoor de huidige uitstraling van het plein werd bereikt.

HISTORIE

Page 39: €¦ · 3. Jan Willem Hubert Willems (52 jaar) op 10 augustus 1868. Zij is 38 jaar. Jan Willem Hubert sterft op 13 december 1869. Zoon Jan Hubert uit dit huwelijk sterft 17 dagen

36

Het vooraanzicht van de kerk verraadt ons nog meer. Belangrijkste is naar mijn gevoelen dat de foto ons nog laat zien dat omstreeks 1880 de muren van het westwerk óók aan de buitenzijde nog vrijwel geheel opgetrokken waren met maaskeien. Het huidig aanzien met breuksteen is dus pas met de restauratie van 1890-1892 tot stand gekomen. Waarom? Wellicht dat Lambert von Fisenne deze oplossing gekozen heeft omdat grote delen van het westwerk zoals hij het zou herstellen geen maaskei meer konden tonen: groot venster, deur in zuidelijke toren en het verdwenen, ingestorte gedeelte en tevens een stuk van de noordelijke toren. Breuksteen werd aan de buitenkant gebruikt, zodat aan de binnenkant nog grotendeels maaskeien zijn.

We lezen wel dat de noordelijke toren in de eerste helft van de negentiende eeuw geheel is afgebroken en vervangen door een nieuwe. Wat men hiermee bedoelde, laat de foto goed zien. Men bedoelde niet dat de toren tot aan de grond afgebroken werd, maar voor zover hij iets boven de bouw uitstak. Dit torengedeelte werd in baksteen opgetrokken en kreeg een torenspits. Het uurwerk, de klok, is mogelijk nog dezelfde als de huidige, maar dan moeten de letters met goudgeel opgetrokken zijn.

De hoofdingang is in de eerste helft van de negentiende eeuw gemaakt, evenals de toegang tot de begane grond van de zuidelijke toren. Hier was waarschijnlijk een kapel in gevestigd. Het Corpus van de huidige Calvariegroep hing hier. Ook is er een groot gotisch raam als ook een kleiner romaans venster. Mogelijk dat alle vier deze elementen in de negentiende eeuw aangebracht zijn. Dit natuurlijk omdat de abdijkerk voortaan als parochiekerk in gebruik was. De zuidelijke toren was aan het einde van de middeleeuwen ingestort1. Het vermoeden bestaat dat de muren het geweld ten gevolge van het luiden van de vijf klokken van Petrus van Sittert uit 1309 geen weerstand hebben kunnen bieden. De toren is in ieder geval met mergel opgetrokken, zij het slechts twee verdiepingen.

Aan de zuidzijde zijn tegen het zijschip twee steunberen aangebouwd. Moeten we aannemen dat dit werd gedaan om het omvallen van de muur tegen te gaan?

Tegen de kruisbeuk zien we twee hoge steunberen van mergel. De muur van de kruisbeuk is boven met baksteen gebouwd en onder met mergel. Beneden zien we in het midden de vorm van een deur.

1 Vermoedelijk is het instorten te koppelen aan het verloren gaan van aflaten, dus enige jaren vóór 1447. Habets (1869): De voorgevel prijkte oorspronkelijk met twee slanke zijtorens, waarvan de zuidertoren na ingestort te zijn geweest, in de XVde eeuw in mergel werd hersteld.

Page 40: €¦ · 3. Jan Willem Hubert Willems (52 jaar) op 10 augustus 1868. Zij is 38 jaar. Jan Willem Hubert sterft op 13 december 1869. Zoon Jan Hubert uit dit huwelijk sterft 17 dagen

37

Opvallend is dat in de westelijke steunbeer géén deur zit. In de huidige situatie zit er hier wel een. We mogen dus aannemen dat die deur er in een latere fase is ingemaakt. De huidige deur die toegang geeft tot de kruisbeuk is mogelijk in 1890, maar ook mogelijk in of na 1945 aangebracht. Hierbij heeft men de vorm in de muur gerespecteerd. Voor zover de muur van de kruisbeuk buiten te zien is, is deze dus ook geheel in de tijd van de restauratie met breuksteen hersteld. Helemaal rechts is op de foto nog net een ander gebouwtje te zien. Dit is een voormalige sacristie. Deze sacristie is bij de schermutselingen aan het einde van de laatste wereldoorlog vernield. Van deze sacristie zijn meerdere foto’s bekend.

Op de plattegrond hieronder zien we de gotische sacristie ingetekend. Hier kunnen we aflezen dat deze sacristie uitsteekt gelijk aan de breedte van de steunbeer tegen de kruisbeuk. Men zou de grootte kunnen schatten op zes bij vier meter, waarbij dan de sacristie ongeveer anderhalve meter (of iets meer) uitsteekt bij de kruisbeuk. Het gotische raam aan de oostzijde rechtvaardigt de uitspraak van een gotische sacristie. Het zegt niets over

de datering. Waarom dit laat middeleeuws zou zijn, ontgaat mij. Op de plattegrond is ter hoogte van de huidige sacristie een kleinere, rechthoekige ruimte van ongeveer vier bij zes meter getekend. Dit is de gotische sacristie. Deze plattegrond van de kerk is van vóór de restauratie van 1892. Mogelijk van de hand van rijksadviseur Cuijpers. Elementen van vóór de restauratie door L. von Fisenne zijn: de toegang in de zuidelijke toren, slechts één venster in de kruisbeuken een toegang (?) in de zuidelijke cryptemuur.

Page 41: €¦ · 3. Jan Willem Hubert Willems (52 jaar) op 10 augustus 1868. Zij is 38 jaar. Jan Willem Hubert sterft op 13 december 1869. Zoon Jan Hubert uit dit huwelijk sterft 17 dagen

38

Er wordt overgeleverd dat in vroeger dagen de sacristie geen directe verbinding (deur) had met de kerkruimte. Men moest dan via de deur in de zuidelijke kruisbeuk de kerk betreden. Waar het verhaal vanaf komt, is mij onbekend, maar de plattegrond heeft eerstens wél een verbinding met de kerkruimte en tweedens géén deur naar buiten. De plattegrond geeft aanleiding tot de veronderstelling dat de sacristie bereikbaar was via de deur in de kruisbeuk. Uitsnede van een foto gemaakt tussen 1892 en 1944 geeft enkele details van de situatie in de eerste helft van de twintigste eeuw.

Aan de oostzijde van de sacristie is een kleine, lage ruimte aangebouwd. In de zuidmuur is een deur. Ik zou deze schatten anderhalf bij tweeenhalf bij twee meter. Wellicht om gebruiksvoorwerpen van het kerkhof in te bewaren. Vóór de restauratie werd volgens de overlevering de crypte hiervoor gebruikt. Tevens ziet men de twee steunberen tegen de kruisbeuk en er tussen in een gebouwtje in de vorm van de zijbeuk met in de zuidmuur twee gotische vensters en een gotische deur, gezien de vormen in de muur. (Linksboven inzet vorm venster). Gezien de deur in de zuidelijke muur is een deur in de westelijk muur niet echt te verwachten. Dat zou betekenen dat deze deur, de huidige dus, pas na 1945 is gemaakt. Volgens de gegevens die ons overgeleverd zijn, moeten we dus aannemen dat de pastoor of kapelaan omstreeks 1925 eerst de buitendeur moest opensluiten en

Page 42: €¦ · 3. Jan Willem Hubert Willems (52 jaar) op 10 augustus 1868. Zij is 38 jaar. Jan Willem Hubert sterft op 13 december 1869. Zoon Jan Hubert uit dit huwelijk sterft 17 dagen

39

vervolgens na anderhalve meter de deur van de kruisbeuk en vervolgens kon hij via het zijkoor naar de sacristie. Vóór de restauratie was de deur in de kruisbeuk er nog niet (zie foto vóór restauratie en ook bovenstaande grondplan). Men zou bijna denken dat de kerk alleen toegankelijk was via de hoofdingang of een deur in de zuidelijke zijbeuk (die ook op de plattegrond ontbreekt). Alhoewel de plattegrond niet geheel betrouwbaar is, menen we nog een toegangsdeur te kunnen signaleren in de bouw, namelijk in het zuidelijke zijkoor direct naast de sacristie. Naar mijn gevoelen een logische plaats, wanneer men geen deur in de sarcistie wil maken.

Bovenstaande foto geeft mij het idee dat ze gemaakt is tussen 1887 en 1892. De crypte is namelijk in 1887 gerestaureerd en ook de absis is reeds in de ons bekende toestand. Dit laatste is wellicht het eerste resultaat van de kerkrestauratie. In de twee personen zijn mogelijk te zien pastoor Hillen en architect L. von Fisenne. Zij lijken te kijken naar iets tussen de sacristie en crypte in. Die ruimte is hiernaast ietwat uitvergroot en het geeft inderdaad het idee dat er ‘een gat’ is. De mogelijke deur is echter niet te zien.

Page 43: €¦ · 3. Jan Willem Hubert Willems (52 jaar) op 10 augustus 1868. Zij is 38 jaar. Jan Willem Hubert sterft op 13 december 1869. Zoon Jan Hubert uit dit huwelijk sterft 17 dagen

40

Dramatische insectenafname in Duitsland Jan Smeets

Biologen van de ‘Entomologische (insectendeskundige) Vereniging Krefeld’ in Duitsland en onderzoekers van de Radboud Universiteit Nijmegen die de data van het insectenonderzoek verwerkten, zijn op een verontrustende afname van vliegende insecten gestuit. Zij publiceerden op 18 oktober 2017 hierover in PLOS One, een internationaal wetenschappelijk tijdschrift op het gebied van biologie. Driekwart van de ‘vliegende biomassa’ is sinds 1989 verdwenen. Kranten, tijdschriften en websites berichtten hierover. In Engeland kopten de media zelfs met, “Ecologisch Armageddon”. Natuurmonumenten en Vogelbescherming startten eind oktober de petitie ‘Red onze insecten’ en meerdere fracties in de Tweede Kamer hebben de minister gevraagd om de Nederlandse situatie en de kwestie te bespreken met Europese collegaministers. Vogelonderzoek Nederland, de Vlinderstichting en Kenniscentrum Insecten pleitten voor het systematisch meten van het insectenbestand in Nederland.

Onderzoek Het onderzoek heeft plaatsgevonden in 63 beschermde natuurgebieden in de deelstaten Nordrhein-Westfalen, Rheinland-Pfatz en Brandenburg over een periode van 27 jaar. Onderzoekers van de Radboud Universiteit hebben deze data geanalyseerd en concluderen dat het gemiddelde totale gewicht in 27 jaar met 76 procent is afgenomen. In de zomer, als het insectenaantal zijn piek bereikt, zien ze zelfs een afname van 82 procent. De oorzaak van deze dramatische afname, is de onderzoekers tot nog toe onduidelijk. Zij verwijzen wel naar de impact van de intensieve landbouw op de natuur. Veranderingen in weer, landschap en in plantensoortenrijkdom in deze gebieden blijken niet de afname te kunnen verklaren. Er is volgens hen geen enkele reden om aan te nemen dat het in Nederland beter gaat met de insecten dan in de Duitse onderzoeksgebieden. Dat zelfs in beschermde natuurgebieden zo’n dramatische afname te zien is, is ernstiger dan gedacht.

NATUUR

Page 44: €¦ · 3. Jan Willem Hubert Willems (52 jaar) op 10 augustus 1868. Zij is 38 jaar. Jan Willem Hubert sterft op 13 december 1869. Zoon Jan Hubert uit dit huwelijk sterft 17 dagen

41

De gemiddelde opbrengst van de vallen is afgenomen van ongeveer 9 gram per dag in 1989 naar 2 gram per dag in 2016, een afname van 76%.

Kritiek op het onderzoek Insectendeskundigen van de Universiteit Wageningen en van de Radboud Universiteit Nijmegen zijn het onderling niet eens over de opzet en de conclusies van het onderzoek. Het ‘Wageningse kamp’ vindt het niet juist dat, - het onderzoek representatief is voor de rest van Duitsland. - in 27 jaar op 37 locaties van de 63 natuurgebieden (Nordrhein-Westfalen 57,

Rheinland-Pfalz 1 en Brandenburg 5) maar één of enkele keren onderzoek is gedaan.

- alle onderzoekgebieden hebben plaatsgevonden in een zeer sterk ge-urbaniseerde en industriële regio in natuurgebieden met hoge luchtverontreiniging en geen enkel in agrarische gebieden.

Verweer ‘De conclusies zijn wel degelijk terecht’, stellen de ‘Nijmeegse onderzoekers’. Het ‘Nijmeegse kamp’ die de statistische analyses heeft uitgevoerd, stelt dat deze zijn gebaseerd op 1.503 datapunten en een totaal aan 16.908 vangstdagen. In de beoordeling van de database, zijn de dagelijkse klimaatgegevens van 1989 t/m 2016 door meer dan 160 weerstations rondom de onderzoeksgebieden, luchtfoto’s en vegetatieonderzoeken van de biotopen opgenomen. Noch de klimaatgegevens, noch veranderingen in de biotoopkenmerken konden de afname verklaren. Andere beïnvloedende factoren, zoals de last van gewasbestrijdingsmiddelen die in de landbouw voorkomen konden vanwege gebrek aan beschikbare gegevens niet in aanmerking worden genomen. Het onderzoek kon niet duidelijk maken hoe groot de invloed is van intensieve landbouw op de toestand van de insectenwereld. Over het piekjaar 1989 zeggen de onderzoekers dat de teruggang net zo fors zou zijn geweest als het onderzoek in 1991 was begonnen. De onderzoeksresultaten zijn representatief voor alle open landhabitats van de Duitse laaglanden.

Geldt de insectenafname ook voor Nederland? Of deze afname ook voor Nederland geldt, is moeilijk te zeggen. De minister van Landbouw heeft naar aanleiding van kamervragen toegezegd de situatie voor Nederland te laten onderzoeken. Een groot nadeel is, dat in Nederland geen eerdere onderzoeken zijn gedaan zoals in Duitsland.

Stel, dat de insectenafname ook voor heel Nederland geldt, is de achteruitgang van de broedvogels die afhankelijk zijn van vliegende insecten als voedselbron, in de afgelopen 30 jaar hier dan een gevolg van? De achteruitgang van de Nederlandse broedvogels is veel complexer. Het is bijna onmogelijk te onderzoeken of dit gevolg opgaat. De vraag blijft: ‘Liggen de problemen in de broedgebieden, in de overwinteringsgebieden of bieden de gebieden die de vogels gebruiken tijdens de trek in voor- en najaar voor op te vetten, niet voldoende geschikt voedsel?’ Dalingen in insectenetende vogels worden in verband gebracht met hoge concentraties gewasbestrijdingsmiddelen. Om het nog complexer

Page 45: €¦ · 3. Jan Willem Hubert Willems (52 jaar) op 10 augustus 1868. Zij is 38 jaar. Jan Willem Hubert sterft op 13 december 1869. Zoon Jan Hubert uit dit huwelijk sterft 17 dagen

42

te maken, niet alle broedvogelsoorten die afhankelijk zijn van insecten gaan achteruit. De Zwartkop en de Tjiftjaf, die overwinteren in Europa nemen toe en de identieke Tuinfluiter en Fitis, die overwinteren ten zuiden van de Sahara nemen af, zo ook de Zomertortel en de Koekoek. Broedvogelonderzoek in ’t Hout en IJzerenbos in de periode 1996-2017 laat dezelfde af- en toenames zien van genoemde soorten.

Is er iets aan de aanhoudende afnemende trend van de insectenafname te doen? Zeker, de insecten zullen zich weer vermeerderen zodra er evenwicht is. Maar dan moeten we de oorzaken opsporen en daar ook daadwerkelijk iets aan doen. Het gaat ons allemaal aan. Het is onvoorspelbaar wat er gaat gebeuren als deze ontwikkeling onverminderd doorgaat. Bron: Vogeltijdschrift Der Falke december 2017 De Limburger 6-11-2017 Petitie Natuurmonumenten en Vogelbescherming De Kroon en Hallmann Radboud Universiteit Nijmegen en Vogelonderzoek Nederland Booij en Heijerman Universiteit Wageningen Sorg, Entomological Society Krefeld Naturblatt Nabu 2018 Jan Smeets, Jozefstraat 15. 6114 EG Susteren [email protected]

Een historisch verhaal over Susteren (I) Wil Schulpen

Diverse culturen zijn in de loop van vele duizenden jaren over onze streken gegaan. Culturen uit de Steentijden, Brons- en IJzertijd. In deze laatste is de Keltische cultuur de meest bekende. Ook op het grondgebied van de oude gemeente Susteren treffen we objecten aan die verwijzen naar rondtrekkende culturen en naar de eerste landbouwers in onze streken, de Bandkeramiekers. Nederzettingen uit de Bronstijd en Keltische cultuur zijn aangetroffen. Ook hier, evenals in onze omgeving, zijn sporen van de Romeinse cultuur aangetroffen. Aan het einde van de Feurthstraat op een veld met de naam Koye (Opkooi) werden al in de negentiende eeuw vele voorwerpen aangetroffen en in het midden van de twintigste eeuw ook de restanten van een grafveld: veertien brandgraven uit de tweede, derde eeuw. Ook dit duidt op een woonkern niet ver van het grafveld. In deze vroege tijden zal de naam Susteren, of een voorloper ervan, nog niet bekend zijn geweest. Wellicht in de tweede helft van de derde eeuw is het gebied onder de Rijn ongeveer tot aan de belangrijke weg Keulen – Maastricht – Calais geheel ontvolkt. Men kan dit constateren omdat er geen bewoning meer uit die periode wordt aangetroffen en dat de natuur de in de Romeinse tijd gecultiveerde gronden weer terugveroverde op de mens. Aan met name grafvelden in onze streken zien we dat al vanaf de vierde eeuw weer sporadisch en later meer bevolking wordt aangetroffen. Denk aan nederzettingen als

HISTORIE

Page 46: €¦ · 3. Jan Willem Hubert Willems (52 jaar) op 10 augustus 1868. Zij is 38 jaar. Jan Willem Hubert sterft op 13 december 1869. Zoon Jan Hubert uit dit huwelijk sterft 17 dagen

43

ten westen van Baakhoven uit de vierde/ vijfde eeuw. Maar ook deze laatste nederzetting was van korte duur. Dit in tegenstelling tot de grafvelden die over langere tijd in gebruik zijn gebleven. Het komt de onderzoekers voor dat de begravingen in de loop van de tweede helft van de zevende eeuw stopten. Men neemt aan dat dit komt doordat de streek gekerstend werd en vanaf die tijd de begravingen bij de kerk plaatsvonden.

Voor onze streek kan men globaal vaststellen dat er op de goed bewoonbare gronden hier en daar nederzettingen werden gesticht zeker vanaf de zesde eeuw. Deze nederzettingen werden later opgenomen in nieuwe vormen, welke tot op de dag van vandaag bestaan. Rond 650 zal hier een kerstening hebben plaatsgevonden. Dit zien we ook aan de opbouw van de kerk in deze streken: Remaclus stichtte de abdij Stavelot in 648 en wordt tot de bisschoppen van Maastricht gerekend. Rond 650 zien we Amandus, de apostel van België, eveneens in die tijd enkele jaren bisschop van Maastricht. En dan natuurlijk de H. Lambertus, stichter van Luik, wordt als laatste bisschop van Maastricht beschouwd, alhoewel anderen Hubertus hier voor houden. Op één à twee dagtochten ten zuiden van Susteren zijn er volop tekenen van missionering en kerstening. Het is dan ook niet vreemd dat enkele decennia later hier in onze streek tekenen van kerstening en kloosters zijn. Maar voordat we verder gaan met de periode van de kerstening en de bouw van kerken en kloosters is er natuurlijk nog de periode dat de bewoners van onze streken nog geen kennis hadden genomen van het Christendom en dus nog heiden waren, en wellicht een meergodendom kenden.

DE RIPUARISCHE FRANKEN Het is een bekend fenomeen dat de lege plaatsen in het landschap na het wegvallen van de Romeinse cultuur en bijbehorende bevolking wellicht al in de derde eeuw en anders in de vierde eeuw weer opgevuld werden met Germaanse stammen afkomstig van gebieden ten noorden en oosten van de Rijn. Er zijn twee grote volkerenverbanden bekend, de Salische en de Ripuarische Franken. De eerste groep kende zijn centrum aanvankelijk bij Doornik en later in Parijs. De tweede groep vestigde zich tussen Rijn en Maas en hadden hun belangrijkste centrum te Keulen. De oudste vermelding in een grote opsomming dateert van omstreeks 870 bij een verdeling van Lotharingen. Hierin worden vijf Ripuarische en vier Maasgouwen, graafschappen, vermeld. Ook de abdij Susteren wordt genoemd. Wellicht vormde Susteren met Wassenberg en Neuss plaatsen aan de noordzijde van het gebied. Aansluitend waren de Ripuarische graafschappen. De Maasgouwen kunnen eveneens aangewezen worden. In grote lijnen zijn het de latere dekenaten Susteren, Aldeneik en Wassenberg. Het vierde is niet duidelijk, maar ligt aan de westzijde van de Maas, mogelijk noordwaarts vanuit Aldeneik. Mogelijk dat de indeling van de Ripuarische tongval en het Maaslands dialect zijn oorsprong vindt in de gouwverdeling. In ieder geval lijken beide dialecten verwantschap te vertonen met onder meer de stoot- en sleeptonen. We kunnen dan ook aannemen dat de volkeren die zich in deze streken vestigden in de laat Romeinse periode behoorden tot de volkerenbond van Ripuarische stammen

Page 47: €¦ · 3. Jan Willem Hubert Willems (52 jaar) op 10 augustus 1868. Zij is 38 jaar. Jan Willem Hubert sterft op 13 december 1869. Zoon Jan Hubert uit dit huwelijk sterft 17 dagen

44

De Ripuarische Franken woonden aan rivieren (middenloop van de Rijn). Hun naam Ripa betekent oever in het Latijn. De Tencteren, Sugambriërs, Cherusken en Chatten worden er gewoonlijk toe gerekend. Zij zijn bekend van de Ripuarische wet, de Lex Ripuaria (Wet van de Rijnfranken). Hun gebied werd Francia Rinensis genoemd en de voornaamste residentie van hun vorsten was Keulen. Het gebied van de Rijnfranken besloeg het gehele Rijngebied, het gebied ten oosten van de Maas en het gebied langs de Moezel. Ten tijde van de volksverhuizingen vestigden de Ripuarische Franken zich aan de deze zijde van de Rijn. Toen de Romeinse macht in betekenis afnam trokken de Ripuarische Franken met de Salische Franken mee naar het zuiden. De verstandhouding tussen deze twee grote stamverbanden was over het algemeen goed. Deze goede verstandhouding blijkt er-uit dat in 496 de Ripuarische Frankenkoning van Keulen de hulp van de Salische Frankenkoning Clovis inriep toen de Alemannen langs de Rijn naar het noorden oprukten om hem aan te vallen. Gezamenlijk versloegen zij de Alemannen. Deze Clovis was in eerste huwelijk verbonden met de Rijnfrankische koningsdochter Amelberga2. Na de overwinning op de Visigoten in 507 voelde Clovis zich sterk genoeg om Francia Rinensis in te lijven. De Ripuarische Franken waren minder geromaniseerd dan de Salische Franken en hun gebied behield als vorstendom binnen het Frankische Rijk zijn eenheid. In de zevende eeuw werd hun gebied bekend onder de naam Austrasië en kreeg ook weer een eigen Merovingische koning. Ten tijde van de Merovinger Dagobert I werd het gewoonterecht van de Rijnfranken op schrift gezet, de zogenaamde Lex Ripuaria ( Wet van de Ripuariërs).

HET WETBOEK VAN DE RIPUARIËRS. Van de Lex Ripuaria zijn vijfendertig handschriften overgeleverd. Deze stammen uit de tijd van Karel de Grote. Men vermoedt dat de Lex Ripuaria omstreeks 630 op schrift werd gesteld in Keulen.

Het eerste deel bevat o.a. de hoogte van het vastgestelde weergeld en de boetes die golden voor het mishandelen en doden van vrije en onvrije mensen. Ook de regels met betrekking tot roof staan er in. Men meent dat dit deel tot stand is gekomen onder Theuderik I (511-533). Weergeld was in het oud-Germaanse recht de vergoeding die door een dader of zijn familie na doodslag aan de familie van het slachtoffer werd betaald. Beëindiging van een vete of twist was niet mogelijk als vijandige handelingen de strijd bleven aan-wakkeren. Er moest een acceptabele zoenovereenkomst worden opgesteld, waarin voor beide partijen billijke bepalingen waren opgenomen. Deze materiële schade-vergoeding stond in de hele middeleeuwen centraal bij verzoeningen. Weer is oud-Germaans voor man, weergeld is dus mangeld, elders vaak bloedgeld genoemd

2 Zij was mogelijk een dochter of zuster van Sigibert von Köln, de lamme, koning van 483-509. (https://de.wikipedia.org/wiki/Rheinfranken)

Page 48: €¦ · 3. Jan Willem Hubert Willems (52 jaar) op 10 augustus 1868. Zij is 38 jaar. Jan Willem Hubert sterft op 13 december 1869. Zoon Jan Hubert uit dit huwelijk sterft 17 dagen

45

Het tweede deel bevat regels over de aanklacht, het proces en de strafmaat voor een bepaalde misdaad. Ook situaties als het niet komen opdagen van de verdachte wor-den behandeld. Er staan ook de verantwoordelijkheden in die een heer heeft voor zijn slaaf in juridische zin. Grote delen zijn overgenomen uit de Lex Salica.

Het derde deel bevat bepalingen aangaande het banaliteitsrecht . Het gaat vooral in op de relatie tussen de koning en diens onderdanen. Zo kan het beledigen of bedrei-gen van de koning met de doodstraf worden vergolden. Banaliteitsrecht is een middeleeuws herenrecht waarbij de grondbezitter (heer) zijn horigen binnen het rechtsgebied (domein of (grond)heerlijkheid) oplegt om gebruik te maken van en te betalen voor het gebruik van de infrastructuur, zoals de wijnpers, de (ban)molen, de brouwerij, het landbouwgereedschap, etcetera. Afgeleid van Latijns bannum, wat rechtsgebied betekent; banaal tot het rechtsgebied behorend.

DE EERSTE NEDERZETTING Om een oudste nederzetting in het latere rechtsgebied van Susteren aan te wijzen is een heikele zaak. Zeker als we deze in een zeer vroege tijd voor onze streek willen plaatsen, zoals de laat-romeinse of vroeg-middeleeuwse periode. Het ontbreken van archeologische vondsten zal vaak als hefboom gebruik worden om een zienswijze af te wijzen. Feit is dat er geen archeologisch onderbouwing is te geven voor een zeer vroege nederzetting. We zullen onze toevlucht dan ook moeten nemen tot andere terreinen, die het bestaan van een nederzetting goed mogelijk maken. Deze terreinen zijn bijvoorbeeld de cartografie, de toponymie, het landschap, aanvaarde zienswijzen ten aanzien van nederzettingen in de middeleeuwen en natuurlijk aanwijzingen uit schriftelijke bronnen. Er zijn drie grotere kernen rond 1400 aan te wijzen: Susteren, Dieteren en Veurth. Landschappelijk ligt Dieteren in een ongunstig gebied om terug te leiden tot de vroege Middeleeuwen. Blijven over Susteren en Veurth. De voorkeur gaat uit naar Feurth om een aantal redenen: het belangrijkste kruispunt van wegen lag in Feurth, het is een lintdorp welk voldoet aan de beschrijving van het vroeg-middeleeuwse type, de toponiemen er om heen sluiten daarbij aan, de ligging van de oudste parochiekerk en de waarschijnlijke ligging van een inheemse nederzetting in de Romeinse tijd. De nederzetting Susteren-kom wordt gezien als ontstaan bij het klooster, welk eind zevende eeuw gesticht is. Dat men de kerstening plaatst in de tweede helft van de zevende eeuw houdt natuurlijk ook in dat er sprake is van bevolking van enige omvang in onze streek. Er zullen dus her en der eilandjes met nederzettingen in het landschap zijn geweest. Heeft zo’n eilandje ook op het latere grondgebied van Susteren gelegen? Dat er een vroeg-middeleeuwse nederzetting vermoed wordt, wil natuurlijk nog niet zeggen dat al rond 650 een nederzetting in het gebied te vinden was. Toch zijn er aanwijzingen die ons doen besluiten dat er inderdaad bewoning was in het midden van de zevende eeuw. Zo is er het document uit 714 waarbij een gebouwencomplex met een kleine kerk en een kloostergebouw vermeld wordt dat verkocht werd aan Pepijn.Deze laat een nieuw onderkomen maken voor Willibrord en de zijnen. Willibrord had vanwege de opvolgingsoorlog tussen de kinderen van Pepijn zijn missiegebied bij de Friezen

Page 49: €¦ · 3. Jan Willem Hubert Willems (52 jaar) op 10 augustus 1868. Zij is 38 jaar. Jan Willem Hubert sterft op 13 december 1869. Zoon Jan Hubert uit dit huwelijk sterft 17 dagen

46

moeten verlaten: koning Radboud van Friesland had Willibrords missiegebied weer terugveroverd op de Franken. Men kan vermoeden dat de gebouwen te Susteren niet meer nodig waren voor de kerstening en dat met name de woongebouwen een andere invulling konden gebruiken. Dat het complex uit de begintijd van de kerstening, dus rond 650, dateerde, is wel aanvaardbaar. Een andere overweging is dat de stichting van een vrouwenklooster in het vierde kwart, aangetoond door de opgravingen onder leiding van Henk Stoepker in de begin jaren negentig van de vorige eeuw, het plausibel maakt dat er voorheen reeds bewoning was: immers een vrouwenklooster sticht men niet in een leeg, heidens gebied. Natuurlijk weegt ook mee dat er de belangrijke verbindingsweg aan de oostzijde van de Maas liep, waarlangs de bevolking zich in de zesde en zevende eeuw langzaam noordwaarts ontwikkelde. Men mag wel aanvaarden dat de oudste nederzetting reeds omstreeks 650 bestond; wanneer ze exact gesticht is, is niet duidelijk, maar kan op basis van wat er om ons heen gebeurde gedateerd worden in de zesde of zevende eeuw.

Hoe leefde men in een vroeg-middeleeuwse nederzetting?3 In een stukje historisch proza verhaalt Venner de gebeurtenissen van enkele Saksische families die de Rijn overstaken en in Frankisch gebied terecht kwamen. Hoofdpersoon in het korte verhaal is Tura, een dorpshoofd. Wanneer de problemen van de samenleving worden besproken, komen het dorpshoofd en de andere drie gezinshoofden bij elkaar. Dit geeft al een aanwijzing hoe groot een nederzetting geweest kan zijn. In het verhaal zijn het vier boerderijen die het dorp vormden. Voorheen in de Romeinse periode waren de nederzettingen kleiner, althans bevatte de nederzettingen minder boerderijen. In een groot gebied tussen Schelde en Maas en ten zuiden van de Rijn omvatte de nederzettingen één tot drie boerderijen. Een nederzetting van vijf, zes boerderijen zal in de vroege middeleeuwen geen zeldzaamheid geweest zijn.

Er waren verschillende oorzaken dat mensen op zoek gingen naar nieuwe woonoorden. Een veel voorkomend verschijnsel was dat een nederzetting overbevolkt raakte. Nederzettingen waren als een eiland in het landschap en de gronden die geschikte waren voor akkerbouw waren veelal beperkt. De grootte van een nederzetting werd mede bepaald door hetgeen de grond aan voedsel kon opbrengen. In goede tijden kon het aantal eters wel eens teveel worden en dan moesten er mensen verder trekken. Een of meer families vertrokken dan en gingen op zoek naar andere geschikte gronden voor een nederzetting. Via de belangrijkste, oorspronkelijk mogelijk zelfs de enige, grote verbindingsweg trok men verder.

3 Wij laten ons in eerste instantie leiden door hetgeen in het boek Geschiedenis van Limburg deel 1 (van de hand van Jos Venner en uitgegeven door het Limburgs Geschied- en Oudheidkundig Genootschap (LGOG)) over deze vroeg-middeleeuwse periode vermeld staat.

Page 50: €¦ · 3. Jan Willem Hubert Willems (52 jaar) op 10 augustus 1868. Zij is 38 jaar. Jan Willem Hubert sterft op 13 december 1869. Zoon Jan Hubert uit dit huwelijk sterft 17 dagen

47

Op zoek naar een geschikt gebied. Naast grond geschikt voor akkerbouw moest er ook weide- en hooiland zijn. Maar natuurlijk ook voldoende water, bossen voor hout … en natuurlijk alles dichtbij. Men moest niet kilometers moeten lopen, alles moest in de directe omgeving liggen. De boerderijen werden gebouwd op grond voor akkerbouw en wel op de grens met de nattere gronden voor weide- en hooilanden. Een eis was natuurlijk dat voldoende water. In ons gebied herkennen we het systeem nog aan de oude toponiemen: het akkergebied omvatte het Munster-, Middel- en Lentveld. Koye ontstaan uit Koeweide geeft de oorspronkelijke functie aan. Het Lesschenbroek was tot in de negentiende eeuw vooral geschikt als hooiland. Heulst (deel van Helsene) was de houtleverancier. Water werd geleverd door de kreken langs de terrasrand , maar ook de voorbij stromende Rode Beek. Naast voornoemde voorwaarden voor de vorming van een nieuwe nederzetting was er natuurlijk nog een, namelijk deze moest goede verbindingen hebben met ‘de rest van de wereld’. Gelegen aan de grote verbindingsweg oostelijk van de Maas was dit vanzelfsprekend voorhanden, maar vanuit de nederzetting ging ook een moerasweg (de IJsstraat , ontstaan uit Helsene-straat) naar het hoogterras bij Isenbruch-kapel. Hier begonnen twee wegen in oostelijke richtingen in de beekdalen van de Rode Beek en de Saeffelerbach. Tevens begon aan de oostelijke verbindingsweg langs de Maas een weg naar die Maas (Louerstraat en Leurstraat).

En wanneer dan een geschikte locatie gevonden was, dan begon men met een tijdelijke behuizing voor de verschillende families. Het eerst gebouw was een kuilhut. Dit was een gebouwtje dat als basis een kuil had, Bovengronds werd een dakconstructie gemaakt. Het dak reikte tot op de grond. Als deze tijdelijke woonplaats klaar was, begon men aan de bouw van een boerderij. Dergelijke boerderijen waren ongeveer zes meter breed bij vijfentwintig meter lang. Bij zeer grote boerderijen kon de lengte wel zestig meter worden. In dergelijke boerderijen waren woon- en slaapplaatsen, maar er kon ook een werkplaats voorkomen. Tevens waren er stallen voor koe en paard. En kon de schuurfunctie niet ontbreken: voedsel moest opgeslagen kunnen worden. De kuilhutten werden nadat de boerderij klaar was voor andere doeleinden gebruikt. Ze konden worden gebruikt als weefhut, maar ook voor andere werkzaamheden. Men meent dat in een dergelijke boerderij al gauw een vijfentwintig personen woonden. Rondom de boerderij was een erf, waarop kippen, ganzen, varkens rond liepen. Daarom was het erf ook omgeven met een haag of dergelijke om te voorkomen dat de dieren hun eigen weg zochten.

Reconstructie van Sjeng Custers

Page 51: €¦ · 3. Jan Willem Hubert Willems (52 jaar) op 10 augustus 1868. Zij is 38 jaar. Jan Willem Hubert sterft op 13 december 1869. Zoon Jan Hubert uit dit huwelijk sterft 17 dagen

48

EEN ZELFVOORZIENENDE SAMENLEVING De vroeg-middeleeuwse samenleving zorgde voor alle eerste levensbehoeften, waarbij we natuurlijk denken aan huisvesting, eten, kleding, bestuursvorm, veiligheid. Iedere familie zorgde voor zijn eigen eten, kleding, huisvesting. Wellicht zal er ook sprake zijn geweest van burenhulp bij grotere karweien en natuurlijk in geval van nood. De grotere nederzettingen hadden ook gespecialiseerde mensen zoals een smid en iemand die bedreven was in aardewerk maken. En tenslotte waren de contacten met de buitenwereld, onder meer via rondtrekkende handelaren, die met bijzondere producten voorbij kwamen. Hierbij denken we aan producten als zout en bijzonder aardewerk. Hierbij zijn natuurlijk vooral luxueuzere producten. Veelal geschiedde de koop via ruilhandel, waarbij we denken aan dierenhuiden maar ook stoffen die geproduceerd werden.

Voordat de grote toename van de bevolking plaatsvond, werden de gronden bewerkt met ploegen die getrokken werden door ossen. Deze ploegen bestonden uit een eenvoudige eergetouw, een dissel met daaraan een hak die de grond loswoelde. Goed te gebruiken op zandgronden, maar minder geschikt voor zware klei. In de zevende eeuw neemt men een toename van het gebruik van paarden waar en is de ploeg vervangen door een verbeterd model met een kouter. Dit was een verticaal mes dat de grond doorsneed, voordat de wigvormige hak (de schaar) de grond opzij duwde. Ook kon met paard en kouterploeg meer grond worden geploegd. Onkruid en mest konden hierdoor dieper worden ondergeploegd. Dat bevorderde de wortelgroei en de uiteindelijk opbrengst.

Page 52: €¦ · 3. Jan Willem Hubert Willems (52 jaar) op 10 augustus 1868. Zij is 38 jaar. Jan Willem Hubert sterft op 13 december 1869. Zoon Jan Hubert uit dit huwelijk sterft 17 dagen

49

Op de akkergronden stond vooral rogge, gerst, haver, tarwe en vlas. Granen werden verwerkt tot brood, pap, koek. Bekend is natuurlijk het gerstenat, ook wel bier genaamd. Vlas leverde de grondstof voor linnen. Hiermee werd kleding gemaakt. Uit het zaad van het vlas werd eetbare olie geperst.

Het aantal huisdieren was in die tijden al zoals we dat ook in latere tijden aantreffen: paarden, runderen, varkens, schapen, geiten, kippen en tamme ganzen. Het rundvee, koeien, werd veelal in kudde gedreven naar vochtige, grasrijke gebie-den, langs Maas of beek. In het geval Susteren was het een vochtrijk gebied langs de terrasrand. Het kreeg vaak de toepasselijke naam van Koeweide, later Koye. Varkens werden in de zomer en de herfst naar de bossen gedreven. Hier vonden ze eikels en kastanjes. Ook aten ze er jonge planten. Schapen werden op heidegebieden los gelaten. Ook in die tijden leverde het vee veel belangrijk voedsel en andere stoffen. Diverse soorten vlees en natuurlijk eieren en melk. Maar er waren natuurlijk ook andere producten zoals dierenhuiden, die weer tot kleding verwerkt konden worden, schapen werden geschoren en die leverden de wol, waaruit eveneens kleding gemaakt kon worden.

In die tijden had men rondom de boerderij ook tuinen. Uit de tuin haalden men peul-vruchten als erwten en bonen. Ook werden er kruiden verbouwd. In een dergelijke tuin werden ook speciale gewassen verbouwd zoals de wede die een blauwe kleurstof leverde en ook de meekrap waaruit een rode kleurstof was te winnen. De groentetuin en de akkers vlak bij de boerderij werden het best bemest. Verderop gelegen akkers werden vaak één of enkele jaren bebouwd met graan en daarna één jaar niet gebruikt. Het kruid dat er dan op groeide diende als mest voor een volgende oogst.

Een van de vormen om voedsel te verkrijgen was jagen. Er was veel wild en in die vroege middeleeuwen had de adel zich nog niet het alleenrecht om te jagen toegeëigend. Op beperkte wijze zal men ook gejaagd hebben, en vruchten uit de niet in cultuur gebrachte gronden verzameld hebben. Er waren hier rondom de nederzetting, naast de beken, veel plaatsen waar het water poelen en meertjes vormde. In het grote broekgebied aansluitende aan het moeraswoud Helsene werden nog lang de visgronden verpacht

De nederzetting was nagenoeg zelfvoorzienend. Echter er waren ook producten die eenvoudig hier niet te vinden waren of waarvoor de nodige kennis of handvaardigheid binnen de nederzetting ontbrak. Via water of weg bereikten dergelijke producten de nederzetting. Via Maas en Rode Beek was vervoer over water mogelijk en via de grote verbindingsweg aan de oostzijde van de Maas vanuit de omgeving van Maastricht via Susteren naar het noorden. In de nederzetting is waarschijnlijk iemand geweest die kon smeden; maar een edelsmid is eerder zeldzaam en sieraden als broches kunnen van elders gekomen zijn. Zo ook divers aardewerk zal van de belangrijke aardewerkcentra naar Susteren gekomen zijn. Ook een product als zout moet van elders zijn gekomen.

Page 53: €¦ · 3. Jan Willem Hubert Willems (52 jaar) op 10 augustus 1868. Zij is 38 jaar. Jan Willem Hubert sterft op 13 december 1869. Zoon Jan Hubert uit dit huwelijk sterft 17 dagen

50

Bijzonder zijn de Frankische grafkisten (sarcofagen) welke in de Amelbergakerk gevonden zijn. Deze zijn in een groeve, ongeveer zestig kilometer zuidelijk van Verdun, in het stroomgebied van de Seine gekapt. Via de Maas en de Rode Beek zijn deze kisten in Susteren aangekomen. Ook werden zo producten afgezet, waarvan een teveel binnen de nederzetting was. Dit waren vooral goed houdbare producten en niet zozeer voedsel. Immers er waren geen centra in de buurt die veel voedsel uit de omgeving vroegen, als steden en legerplaatsen.

Zowel de Gallo-Romeinen als de Franken droegen genaaide, ruimvallende kleding, bijeengehouden door gespen en riemen. Iedereen droeg een linnen hemd tot op de knieën, daarover een tunica met korte of lange mouwen. De mannen droegen een broek met beenwikkels en (afhankelijk van hun rijkdom) halve laarzen van leer of klompen. De vrouwen droegen over de tunica een lange jurk tot op de hielen. Deze was, om het lopen gemakkelijker te maken, van voren open of hij werd omhoog gehouden door een kettinkje. Bij kou droeg men nog een vest van dierenvacht, of (als de drager rijk was) een fraaie pelsmantel. De Germanen droegen dierenhuiden niet alleen tegen de kou, maar ook in de hoop dat op die manier de sterke eigenschappen van het gedode dier op hen zouden overgaan. In de winter droegen alle boeren dierenhuiden, maar met de harige zijde aan de binnenkant, want door de haren aan de buitenzijde te laten, leken ze te veel op het dier en dan zouden ze er misschien wel door bezeten kunnen raken. Ook droeg men bij kou wel een grote, vierkante, wollen mantel (sagum) die over een schouder werd geslagen en op de andere schouder bijeen werd gehouden door een gesp. Iedereen droeg hetzelfde en men kon alleen maar zien of iemand rijk was aan de kwaliteit van de stoffen, de sieraden en de wapens.

Naakt was men in de vroege middeleeuwen in West-Europa alleen in bad en in bed. De Romeinse publieke badhuizen werden nog een tijd onderhouden, ook in de kloosters, maar werden steeds meer alleen door de zieken gebruikt. Men ging vaker in rivieren baden of bij warme bronnen (zoals bij Aken). Op zaterdag namen de Karolingische vorsten een bad. Hun toiletgerei bestond uit: kam, schaar en epileerpincet.

De Romeinen hadden hun haar bij de nek afgeknipt. De Frankische mannen (koning en onderdanen) droegen hun haren lang, met nek en voorhoofd vrij. De baard werd geëpileerd. Het lange haar was een teken van vrijheid, mannelijkheid en kracht, dus slaven werden geschoren en ook geestelijken die hiermee wilden laten zien dat ze aan Christus toebehoorden. Priesters en monniken hielden slechts een kroontje haar over. De Ierse monniken lieten een strook haar van oor naar oor staan. De Germanen smeerden hun kapsel met boter in (om ze in model te houden). De Romeinen vonden het een smerige, ranzig ruikende gewoonte en ze vonden de Germanen ook nog stinken naar knoflook en ui. De vrouwen knipten hun haar niet en staken het op met lange spelden.

Wordt vervolgd

Page 54: €¦ · 3. Jan Willem Hubert Willems (52 jaar) op 10 augustus 1868. Zij is 38 jaar. Jan Willem Hubert sterft op 13 december 1869. Zoon Jan Hubert uit dit huwelijk sterft 17 dagen

51

Effe raoje deil 11

1.Peetsjelendje 1. Landj wo väöl peetsje zitte 2. Begraafplaats 3. Sjprookjeslandj

2.Pesjtoarsdeig 1. Deig veur hosties 2. Luxe saort broaddeig 3. Sjpeeldeig van kènjer in de zandjbak

3.Loupwage 1. Saort box op raedjes veur kènjer 2. Sjörskar 3. Rollator

4.Moelbandj 1. Moelkörf veur hunj 2. Geluidsbandj 3. Tandjartsgesjieër

5.Aafgelaote mèlk 1. Aafgekolfde modermèlk 2. Aafgeroumde mèlk 3. Kawvermèlk, mèlk die neet nao de fabriek geit

6.Penke trèkke 1. De lup laote hange (pruilen) 2. Kènjersjpel mit sjoalpen 3. Pannedaak restaurere

7.Sjmarre 1. Sjlaeg (kriege) 2. Sjmikkele, lekker aete 3. Hoage toan zènge

8.Óngerwone 1. Op de ungelste etaasj wone 2. Bie eine inwone 3. Hoes laote óngerkómme

9.Veurmunjer 1. Veurpreuver 2. Emes mit ein groate moel 3. Voogd

EFFE RAOJE

Page 55: €¦ · 3. Jan Willem Hubert Willems (52 jaar) op 10 augustus 1868. Zij is 38 jaar. Jan Willem Hubert sterft op 13 december 1869. Zoon Jan Hubert uit dit huwelijk sterft 17 dagen

52

Programma 2018

Donderdag 19 april: jaarvergadering, na pauze thema

Donderdag 24 mei 24 : Thema: 100 jaar Mariaveld.

Donderdag 21 juni: eerste busreis

24 Juli: Gluren bij de Buren (samenwerkingsverband)

Zaterdag 11 augustus, 18:00 uur: Kroedwèsj en fête Champètre

Donderdag 20 september: tweede reis

Donderdag 18 oktober: Thema: herdenking Wereldoorlog I

Donderdag 15 november: thema: Julianakanaal door Hans Nobesse. De oplossinge van Effe Raoje.

1=2 2=2 3=1+3 4=1 5=2 6=1 7=1 8=3 9=3 Colofon

Redactie Heemklank Annie Schreuders-Derks, Cor Voorter , Wil Schulpen. Corrector: Loek Storken

Contact: Feurthstraat 25, 6114 CS [email protected]

Bestuur : John van Bree, voorzitter, Imkerstraat

27, tel. 06 – 48476649 Wil Schulpen, secr./penmr., Feurthstraat

25, tel. 06 18295576 Annie Schreuders-Derks, Op de Pas 6,

tel. 046 449 3339 Loek Storken, Benedictalaan 7, tel.

046 449 3032 Cor Voorter, Majoor Evanslaan 1, tel.

046 449 1539

Kopie: Vóór 15 mei 2018 inleveren bij één van de leden van de redactie.

Auteurs zijn verantwoordelijk voor hun bijdrage

Contributie bedraagt € 20,00 per jaar per gezin. Inclusief toezending Heemklank € 25,00. Losse nummers Heemklank € 6,00.

Bank: NL13RABO 0150 2046 12 Kamer Koophandel 40175186

Foto’s : Jan Valentijn – Posterholt Ton Vranken - Susteren

Omslagtekening: Thijs Heijnen

Tekeningen: Huib Heijnen

Drukkerij Simons Grafisch Totaal, Susteren

ISSN: 2214-0

Page 56: €¦ · 3. Jan Willem Hubert Willems (52 jaar) op 10 augustus 1868. Zij is 38 jaar. Jan Willem Hubert sterft op 13 december 1869. Zoon Jan Hubert uit dit huwelijk sterft 17 dagen
Page 57: €¦ · 3. Jan Willem Hubert Willems (52 jaar) op 10 augustus 1868. Zij is 38 jaar. Jan Willem Hubert sterft op 13 december 1869. Zoon Jan Hubert uit dit huwelijk sterft 17 dagen
Page 58: €¦ · 3. Jan Willem Hubert Willems (52 jaar) op 10 augustus 1868. Zij is 38 jaar. Jan Willem Hubert sterft op 13 december 1869. Zoon Jan Hubert uit dit huwelijk sterft 17 dagen

1

Driemaandelijks tijdschrift voor de studie van natuur en heemkunde

jaargang 41 nummer 2 - 2018

Heemklank is een uitgave van de Vereniging van Natuurvrienden Susteren

Inhoud Heemklank 2018 nummer 2 Weurdje van de redaksie – Wil Schulpen ................................................................. 3 Van de vereniging ..................................................................................................... 4

Gluren bij de buren...Susteren – dinsdag 24 juni – Cor Voorter .......................... 4 Busreis: Donderdag 20 september 2018 – Annie Schreuders-Derks. ................... 4 Maria te minnen wat zalig genot! – Annie Schreuders-Derks .............................. 5 Herdenking einde Eerste Wereldoorlog – Cor Voorter ........................................ 5 Trökblik jaorvergadering – Wil Schulpen ........................................................... 7 Trökblik thema-aovend Mariaveldj – Wil Schulpen ........................................... 7

De wereld draait door – Gerard Janssen ................................................................... 8 Gank dienen eige waeg – Loek Storken ................................................................. 13 Hoe gaat het met de broedvogels in het ’t Hout en IJzerenbos? – Jan Smeets ....... 16 Pensionado’s höbbe ’t neet mekkelik – Loek Storken ............................................ 21 Mijn lagere schooltijd begin jaren vijftig” – Wil Filott .......................................... 24 Nostalgische gedachten – Jacques Rours ............................................................... 26 Een historisch verhaal over Susteren (II) – Wil Schulpen ...................................... 39 ’t zjwarte goud – Jean Dewaide .............................................................................. 44 ’t witte goud – Jean Dewaide ................................................................................. 44 Red de Veldleeuwerik – Jan Smeets....................................................................... 45 Effe raoje deil 12 – Annie Schreuders-Derks ......................................................... 47 Programma 2018 .................................................................................................... 48 De oplossinge van Effe Raoje. ................................................................................ 48 Colofon ................................................................................................................... 48

Page 59: €¦ · 3. Jan Willem Hubert Willems (52 jaar) op 10 augustus 1868. Zij is 38 jaar. Jan Willem Hubert sterft op 13 december 1869. Zoon Jan Hubert uit dit huwelijk sterft 17 dagen

2

Page 60: €¦ · 3. Jan Willem Hubert Willems (52 jaar) op 10 augustus 1868. Zij is 38 jaar. Jan Willem Hubert sterft op 13 december 1869. Zoon Jan Hubert uit dit huwelijk sterft 17 dagen

3

Weurdje van de redaksie Vanaaf det de veurige Heemklank is versjene, höbbe w’r nauweliks te klage gehad euver ’t waer. Ouch bènne de vereniging geit ’t good en kónne w’r truukkieke op eine gojen tied. Zoawaal de jaorvergadering es d’n thema-aovend euver Mariaveldj wore good bezóch en nao ’t aordeil van ’t besjtuur wore de bezeukers good te sjpraeke euver hetgeen gebaoje woort. D’r woor toch ouch waal ’n wölkske aan dae blawwe hemel. De Europese Gemeinsjap haet de wètgaeving waat betruf de privacyregels aangesjerp. ’t Besjtuur haet op zien lèste vergadering ein teks in verbandj hiemit vasgesjtèld, die bènnekort op oze website gepubliceerd wurt. In eine volgende Heemklank zólle weer hie aandach aan sjènke. In deze Heemklank vèntj geer weer verhaole van de bekènde Heemklanksjrievers euver óngerwerpe die geer van hun kónt verwachte. Mer dao zeen d’r ouch twieë die get anges brènge, namelijk perseuënlike herinneringe. Zoa koom Jacques Rours mit herinneringe van de euverleje Theo Schreuders euver de femilie Rours in de Fäörthsjtraot. Ouch is d’r al ein veurproof van hetgeen eine jóng oet Baakhaove, Wil Filott, zich herinnert van zien jeug. Óngertösje haet de redaksie ein oetgebreider verhaol óntvange. Dit zal in eine volgende Heemklank gepubliceerd waere. Väöl laesplezeer …. en dènk geer ouch aan oos activiteite. Kiek ouch nao de berichskes hie-euver ónger ’t hoofsjtök “Van de vereniging” op de volgende bladzij. CD mit film euver Mariaveldj is te koup, zie pagina 7

WEURDJE VAN DE REDAKSIE

Page 61: €¦ · 3. Jan Willem Hubert Willems (52 jaar) op 10 augustus 1868. Zij is 38 jaar. Jan Willem Hubert sterft op 13 december 1869. Zoon Jan Hubert uit dit huwelijk sterft 17 dagen

4

Van de vereniging Gluren bij de buren...Susteren – dinsdag 24 juni Cor Voorter

Het eerste dat niet-Susterdenaren te binnen schiet, als je spreekt over een bezoek aan Susteren is ongetwijfeld de H. Amelbergabasiliek, een van de oudste kerken van Nederland. Deze kerk neemt nu eenmaal een prominente plaats in als het gaat om de historie en geschiedenis van het eeuwenoude Suestra, gelegen nabij de Rode Beek. Toch heeft ook de oude kern een rijke en boeiende historie. Legio verhalen zijn historisch verantwoord, andere komen voort uit overlevering van generatie op generatie. Waarheid en fictie worden vermengd.

“Gluren bij de buren...Susteren” neemt de bezoekers mee naar een aantal markante plekken die interessant zijn om bij stil te staan: uiteraard de Basiliek, maar daarnaast de Sjtadsmeule, de Gildeman, de Aw Mert, de Feurtherpoort, het kerkhof en de nabijgelegen Rode Beek. Sluit uw ogen, luister naar de verhalen en reis mee terug in de tijd. Alle plaatsen en hun verhalen staan op zichzelf en toch zijn ze onlosmakelijk met elkaar verbonden.

In 714 wordt door Pepijn van Herstal en zijn vrouw Plectrudis een abdij gesticht in Susteren. Zij schenken het domein bij de beek Suestra aan Willibrord. De abdij wordt eerst bewoond door monniken en vanaf de late 9e eeuw door nonnen. In de 13e eeuw wordt het een stift voor adellijke stiftdames. De Fransen sluiten het klooster en door gebrek aan onderhoud wordt de abdij bouwvallig en uiteindelijk afgebroken. De huidige Sint Amelbergabasiliek gaat terug op de latere romaanse kerk van deze abdij. In 900 werd koning Zwentibold hier begraven. Ook andere heiligen vonden in Susteren hun laatste rustplaats.

Dinsdag 24 juli komen bezoekers uit de regio gluren bij hun buren in Susteren. Wij ontvangen de gasten vanaf 19:00 uur in de Aw Kirk, waar ze welkom geheten worden. Vervolgens bezoeken ze in groepen de bovengenoemde markante plekken. Deskundige inleiders zullen historische verhalen afwisselen met anekdotes. Na afloop kunnen de bezoekers van elders samen met de Susterdenaren genieten van een afzakkertje in de aanwezige horecagelegenheden.

Wij hopen u te begroeten wanneer de buren komen gluren op 24 juli. Busreis: Donderdag 20 september 2018. Vertrek: 09.00 uur vanaf het Raadhuisplein Annie Schreuders-Derks

09.30-11.30 uur bezoek bij L1 te Maastricht. Altijd al willen weten hoe radio- en tv-programma's worden gemaakt? L1 laat het u zien! Een rondleiding bestaat uit ontvangst met koffie/thee en vlaai, het bekijken van een bedrijfsfilm en een bezoek aan de radio- en tv-studio's, de diverse technische ruimtes en de nieuwsredactie. 12.00-13.30 uur vrije tijd in Kerkrade Centrum

VAN DE VERENIGING

Page 62: €¦ · 3. Jan Willem Hubert Willems (52 jaar) op 10 augustus 1868. Zij is 38 jaar. Jan Willem Hubert sterft op 13 december 1869. Zoon Jan Hubert uit dit huwelijk sterft 17 dagen

5

14.00-17.00 uur bezoek met rondleiding + koffie/vlaai in Columbus Earth Experience, een reis die ook jouw leven zal veranderen! Beleef het overvieweffect zelf en kijk naar de aarde zoals alleen een astronaut dat kan. Een “buitenaardse” beleving, wereldwijd uniek, die je moet erváren! 17.30-19.30 uur diner in de Wilhelminatoren te Vaals. Thuiskomst: 20.15 uur te Susteren. Arrangement: Busreis, bezoek met gids/rondleiding L1 + koffie/gebak, bezoek met rondleiding aan Columbus Earth Experience + koffie/gebak en een diner bedraagt de prijs: per persoon € 55,00. Maria te minnen wat zalig genot! Kroedwösj. 11 augustus 18:00 oere H.Mès mit Kroedwèsjzaegening. Annie Schreuders-Derks

Volges good gebroek wurt wie jeder jaor in de plechtige eucharistieviering van dae daag de kroedwösj gezaegend. De mèsintentie is speciaal veur de laevende en euverleje luuj van ós vereiniging. Veur de mès kan men eine kroedwèsj koupe. Opbrèngs hievan is veur de blome in de kirk. Nao de plechtigheid in Beeldentuin Fête Champétre mit weer ein verrassingsactiviteit. 15 Augustus, de fieëstelikste daag in de zomer! O.L.V. Kroedwien is oeteindelik eine bezunjere gelöksdaag, 't is de patroansdaag van alle zakeluuj, óngernummers en metselieërs, besjermster van "tere zuigelingen" en zie wurt aangerope taenge incontinentie. De kroedwösj is veur van alles good. o.a. Taenge rupsje in den haof: get van de kroedwösj euver de hegk goaje. Get van de kroedwösj op den dèn, véúrdet de ieëste sjouf opgebermp wurt, jeug muus en ratte de sjuur oet. Al die bezunjere voorwaarde en regels zeen natuurlik versjlap en de veldjplante make hieël döks plaats veur geweuëne plante oet den haof, zónger speciale achtergróndj en neet mieë óm hoes en good taege kwaole te besjerme. Weer hange noe de kroedwösj mieë es symbool van 't verbónje zeen mit de natuur die bie ós veurvadere zoa sjterk aanwiesbaar woor. Mer 't gebroek is neet minder sjoan daodoor. ’t Blif eine fieësdaag dae aan ós club neet óngemerk veurbie geit. Herdenking einde Eerste Wereldoorlog 'Van ontwapening naar ontwapenend' Cor Voorter Bij de gemeenten Echt-Susteren (NL), Maaseik (B) en Selfkant (D) zijn de voorbereidingen in volle gang om in het weekend van 17 en 18 november a.s. een grootse herdenking te organiseren rond het einde van de Eerste Wereldoorlog. Thema van de herdenking wordt: 'Van ontwapening naar ontwapenend', hetgeen is gerelateerd aan de aftocht en ontwapening van de Duitse troepen vanuit Maaseik, via de grensovergang Maaseik-Roosteren naar Duits grondgebied. De nadruk is komen te liggen op verbroedering en wederzijds begrip.

Page 63: €¦ · 3. Jan Willem Hubert Willems (52 jaar) op 10 augustus 1868. Zij is 38 jaar. Jan Willem Hubert sterft op 13 december 1869. Zoon Jan Hubert uit dit huwelijk sterft 17 dagen

6

Een intergemeentelijke werkgroep heeft invulling gegeven aan het afsluitende weekend van 17 en 18 november, waarbij re-enactmentgroepen vrijdag 16 november beginnen met de opbouw van een bivak nabij de Pater Sangersbrug in Maaseik. Zowel op zaterdag als ook op zondag vindt er dan een re-enactment-evenement plaats, specifiek verwijzend naar de gebeurtenissen in Maaseik in 1918.

Zondag zullen er een aantal activiteiten plaatsvinden die worden afgesloten met een Herdenkingsconcert in Cultureel Centrum Achter de Olmen in Maaseik.

Vanaf medio oktober 2018 zullen in de aanloop naar het weekend van 17 en 18 november diverse activiteiten worden georganiseerd, waarbij o.a. lokale Heemkunde- en muziekverenigingen hun medewerking zullen verlenen. Daarnaast kunnen belangstellenden de route volgen vanaf Maaseik, via de Maaseikerweg, Dieterderweg, Feurthstraat, Stationsstraat en IJsstraat naar de Duitse grens. Onderweg zullen op diverse locaties informatieborden worden geplaatst met tekst en uitleg. Ook een expositie maakt deel uit van het programma binnen de gemeente Echt-Susteren, waarin ook het Museum van de Vrouw participeert. Verder zal er middels lezingen aandacht aan de Eerste Wereldoorlog en het einde van deze oorlog worden geschonken. Daarnaast is er aandacht voor onderwijseducatie en meerdere culturele activiteiten. Een aantal heemkundeverenigingen uit de gemeente hebben inmiddels hun medewerking toegezegd of gaan aandacht geven aan deze herdenking in hun jaarprogramma. Medio september van dit jaar zal het volledige programma, zowel van de drie gemeenten gezamenlijk als ook binnen de gemeente Echt-Susteren, bekend zijn en via diverse media onder de aandacht worden gebracht. Voor meer informatie: www.herdenkingwo1.eu Onze vereniging heeft een avond over dit thema gepland op 18 oktober.

Page 64: €¦ · 3. Jan Willem Hubert Willems (52 jaar) op 10 augustus 1868. Zij is 38 jaar. Jan Willem Hubert sterft op 13 december 1869. Zoon Jan Hubert uit dit huwelijk sterft 17 dagen

7

Trökblik jaorvergadering 19 april woor de goodbezóchte jaorvergadering (einenzestig persone wore aanwezig en zèstieën hauwe zich aafgemèldj). ’t Formele gedeilte woort door de veurzitter flot euver de buun geleid. Nao eine korte pauze goof de nuje sjtichting Voedselbos Haverlandj oetlègk euver de planne óm in ein sjtök landj (bos) aan de Middelsgraaf, gelaege ten weste van de Heidesjtraot en grenzend aan Ech, ein voedselbos aan te lègke, ein bos wo de natuur zelf zörg dreug veur aeteswaar veur de luuj. Óngertösje haet ’t besjtuur van oos vereniging gemeind óm veur ’t volgend jaor ein bezeuk aan dees activiteite te planne, es ’t geit in de zomer. Es lètste krege de bezeukers drie filmkes van ós auwd-besjtuurlid Fer Mertens te zeen. Ein promotiefilm oet de tied det de auw gemeinte Zöstere nog besjtóng: Groat Zöstere 1993. De film Leedjes óm nao te Kieke woor ein verzameling bekènde leedjes mit dèks bezunjere plaetjes. In de derde film Wanjelinge door de jaorgetieje droog Evert Zits gedichte veur euver de jaorgetieje. Fer hauw veur toepasselike beelde gezörg. ’t Wore prachtige films. – WS

Trökblik thema-aovend Mariaveldj Op 24 mei sjtóng ‘t hónderdjaorige Mariaveldj in de belangsjtèlling. Zó’n viefenseventig luuj wore in de recreatiezaal van Vastrada bie-eingekómme óm te loestere nao de versjillende veurdrachte van ós eigen lede mit es thema: Mariaveld. De sjpits wórt aafgebete door Wil Sjölpe, dae ein oeteinzètting goof euver biezunjer feite die veurgevalle wore in ’t gebied det in de twinjtigste ieëw ’t rectoraat en

parochie Mariaveldj zoe waere. Danao vertèlde oze veurzitter John van Bree euver ’t ónstjaon van Mariaveldj, mit name in relatie tót ’t Sjpaor. Nao ein pauze haolde oze ieëreveurzitter Jos Doeve herinneringe op die hae, dae taegeneuver de kirk opgegreujd is, belaef hauw.Mit name euver de paters, die ouch bie ‘m thoes kome en dao ’t hoes in de rouk zatte. Ouch noom d’r de aanwezige mit langs winkelkes en bezunjerhede die noe al tót ’t verlede beheuëre. Aafgesjlaote wórt ’t mit ein film van Ton Vranken, wobie w’r langs de monumente en anger bezeenswaardighede van Mariaveldj kome. De tekste wore ingesjpraoke door Cor Voorter. De reacties gove aan det de opzèt gans gesjlaag woor. - WS

Pieter van de Kerkhof en Hetty Adams tijdens hun presentatie

Film van de avond over Mariaveld is verkrijgbaar bij Ton Vranken, Marialaan 6 Kostprijs € 5,00

Page 65: €¦ · 3. Jan Willem Hubert Willems (52 jaar) op 10 augustus 1868. Zij is 38 jaar. Jan Willem Hubert sterft op 13 december 1869. Zoon Jan Hubert uit dit huwelijk sterft 17 dagen

8

De wereld draait door Gerard Janssen

Ook al maak ik fouten, DWDD. Door de kaalheid van de bomen in de winter nabij het bruggetje over de Rode Beek staan er geen drie moerascypressen maar twee!! Nu is de vraag: hoe heet de jongere boom, die weliswaar een soortgenoot is, maar in ieder geval geen cipresse is. Nog een fout wil ik herstellen over het nestelen en broeden van eksters in de zilverberken nabij de Benedictalaan. Het eksterpaar dat het derde nest goed vond, begon niet in februari te bouwen maar eind maart. Het bolvorming groot nest moest flink aangepast worden. De hele maand moesten heel wat takken aangevoerd worden. Op dit moment is er vrede in het nest. Nu volgt het leggen van eieren en het uitbroeden daarvan. Intussen wordt voer aangevoerd door de een of de ander. De kalender wees op de laatste dag van de winter 28 Februari en de eerste dag van het voorjaar 1 Maart. Precies die dag kon men al genieten van het fluiten van de vogeltjes in het bos. Direct daarna werd het weer stil. Een paar dagen later liep ik vanaf de spoorwegovergang nabij de Topskoul richting Elzenweg, toen ik voelde dat er om mij heen tientallen vogeltjes uit de struiken naar de grond vlogen en weer omhoog alsof ze wat te eten vonden. Uiteraard gaf ik ze tijd om ze niet te storen. Zij accepteerden mijn aanwezigheid tot bijna aan mijn schoenen. Plots viel mij in, dat ik tussen een zwerm sijsjes stond, die uit de warme streken weer naar ons land waren gekomen. Ineens hoor, aan het einde van de straat ging de hele zwerm omhoog, verder ons land in. Even voelde ik mij verlaten maar een boomklever riep mij tot de orde in ’t Hout. De groenlingen, de staartmezen, het goudhaantje en vinken doen hun best. Een artikel in de Limburger d.d. 27/2 meldt het verwaarlozen van het bio-divers beheer van bermen en randen van akkerland. Daar schrik je toch van. Vooral de randen van sloten zijn belangrijk in verband met watervervuiling. Jaren geleden is dit afgesproken met agrariërs. Natuurclubs zijn actief gaan controleren en hebben de gebreken gemeld aan de Gemeenten en Provincie. Inmiddels is er overleg en worden voorstellen gedaan om het bermbeheer weer in orde te krijgen. In de Flevopolder is een en ander zo normaal, dat de randen voorzien zijn van bloemen en kruiden en de zorg voor water gecontroleerd wordt. Tijdens de stormen in de weken vijf en zes zijn wij uitgeblazen op het Waddeneiland Ameland. De tocht daar naar toe met de auto verloopt via de autowegen A73-A50-A28 en de A32 tot de stad Leeuwarden uitstekend. Het laatste stuk naar de boot in Holwerd is een smalle weg N357 en kan niet missen. In de verte ziet men het prachtig schip van Wagenborg met de naam Sier Ameland. In drie kwartier ben je aan de overkant, intussen een kom bonensoep verorberen of een mok koffie genieten. Even vrij van het vasteland en alleen de Waddenzee rondom. Bij aankomst in Ameland is het doel nabij. Ons appartement Staten-Ameland is op 2 km van de haven en 200 meter van het strand. Een gebouw met drie verdiepingen en voorzien van lift . Onze tweepersoons inrichting was van hoge kwaliteit. Bij ontvangst stond een winkelwagen gereed om de spullen naar onze kamer te vervoeren. Overdag stormde het nog flink en in de nacht vroor het behoorlijk. De eerste twee dagen uitrusten en verder de dorpjes Nes-Buren-Ballem-Hollum bezoeken. In totaal wonen hier 3500 inwoners. En elk dorpje heeft een eigen karakter. In Hollum weten wij de meeste historische

NATUUR

Page 66: €¦ · 3. Jan Willem Hubert Willems (52 jaar) op 10 augustus 1868. Zij is 38 jaar. Jan Willem Hubert sterft op 13 december 1869. Zoon Jan Hubert uit dit huwelijk sterft 17 dagen

9

commandeurshuizen te vinden. Hier staat ook de vuurtoren met zijn 236 treden. Maar door de enorme winddruk kreeg ik de autodeur niet open. Wat een geluk voor mij. Dan maar even naar de reddingsboot kijken, die als er nood is, door paarden naar zee wordt getrokken. Hoe dat er uit ziet, wordt 12 keer in een jaar gedemonstreerd aan de toeristen, maar niet op deze tijd van het jaar. Toch was de verzorger van de paarden zo goed om ons alles te laten bekijken. Hoed af daarvoor. Woensdagmiddag was een film gepland met uitleg hoe alles in zijn werk zou gaan. Wij maakten een afspraak voor deelname aan die middag. Na een bezoek aan de acht prachtige paarden, die glansden van de goede verzorging, bedankten wij met een diepe buiging voor de willekeurige moeite om ons ter wille te zijn. Nu werd het tijd om aandacht te schenken aan de grotere vogels zoals de ganzen, zwanen en reigers. Links en rechts hadden wij vanuit de auto duizenden rotganzen waargenomen, maar het grote spul was ons nog niet opgevallen. Het eiland Ameland is 27 km lang en in zuid 4 km breed en in oost 2 km breed. Het dorpje Nes ongeveer in het midden van het eiland heeft de meeste winkels en winkeltjes, restaurants en cafés . Daar moet je door om aan de oostkant via het kleine dorpje Buren naar het vogelgebied te komen. In dat gebied liggen forellenvisvijvers en de beroemde eendenkooi, al hoewel nu niet in bedrijf. Hier is het brede Noordzeestrand de grootste attractie, en dat voldoet voor ons plan uitstekend. In korte tijd vonden wij een zilverreiger in de luwte van oerduinen en stuifdijkpaden. Even verder troffen wij bijna ontelbaar een grote groep ganzen o.a. grauwe ganzen en kolganzen in bijna warm zand, zo voelde dat aan in de kuilen. Op de terugweg keken wij uit naar de boerderijen en diverse schuttingen zoals heggen, schuren en bosranden. Maar veel leverde dat niet op. Grote zwermen rotganzen deden toch oefeningen in de forse wind met opstijgen en landen. Vaak kon je niet meer zien of ze op gras of zand neergestreken waren, zo dicht zaten ze op elkaar. Terug in het appartement heb ik mij flink warm gekleed om de 200 meter naar het Noordzeestrand tegen de stormwind in te overwinnen. Aan het strand ben ik verrast door metershoge golven met schuimkoppen die overwaaiden. In de ruwe golven zag ik plots 2 zwarte voorwerpen. Of misschien robben te voorschijn kwamen? Enige tijd later kwamen twee zwemmers uit de golven. Ze zwaaiden even naar mij. Het was ijzig koud. Een stukje naar rechts kon ik achter het strandpaviljoen nog even met de kijker over het strand zoeken. De golven vlogen met grote snelheid parallel met het strand. Toen werd mijn moeite beloond. Een flink stuk verder met de wind mee zag ik een sliert witte kleine strandlopertjes of drieteenmeeuwtjes strak naast elkaar zitten. De lengte van die witte sliert was meer dan honderd meter en het leek wel een gebreid boord. Mijn moeite had zich geloond. De domper kwam die middag nog. Een telefoontje van thuis vroeg ons om die avond thuis te zijn. Alle hulp werd gegeven. Zelfs Wagenborg wilde een afvaart eerder doen. Alleen het was nog laagtij. Toch vertrok het schip iets later dan gepland. Maar het werd nog moeilijk door de forse lading vrachtauto’s. Een en ander had te maken met de forse tegenwind die het water aan de kust bij Holwerd liet dalen, zodanig dat het schip de laatste mijlen aan grond kwam. Maar de kapitein en stuurlui losten het probleem op en wij kwamen nog op tijd thuis!

Page 67: €¦ · 3. Jan Willem Hubert Willems (52 jaar) op 10 augustus 1868. Zij is 38 jaar. Jan Willem Hubert sterft op 13 december 1869. Zoon Jan Hubert uit dit huwelijk sterft 17 dagen

10

Kapelaan Amir Leonard heeft de ziekenzalving aan mevrouw Munsters-Janssen verricht. Een dag later is zij overleden op 15 febr. Dan volgen enige dagen rouw om het verlies. DWDD. Vanaf zondag 22 april tot 6 mei was een tour gepland door Kroatië en de kuststreek van de Adriatische zee. Samen met mijn jongste dochter Audrey en mijn jongste kleinkind Meggie ga ik op pad met haar camper. Missie: De middelste dochter van Audrey (mijn kleindochter), van Zagreb naar Dubrovnik brengen. Deze kleindochter is al maanden aan het backpacken en en dit was ook fijn om haar weer eens even te zien. De oversteek van Roermond door het prachtige Roerdal over de A-3 tot het Donaudal bij Passau verliep zonder problemen. Intussen hadden wij van het Bayerische Wald genoten. Tevens hebben wij de rode wouw gezien. Via Grazz en dan dwars door Slovenië bereikten wij de hoofdstad van Kroatië: Zagreb. De dag erna was gepland voor het bezichtigen van de watervallen van Plitvice. Gratis werden wij door de kampingbeheerder gebracht en gehaald. Het was buitengewoon zwaar. Maar zeer bijzonder en mooi. Groene hagedissen, kleine slangen, vlinders, kikkers, vogeltjes die razend snel wegdoken in de kanten met allerlei begroeiing en kletsnat struikgewas. De grote zilverreiger deed zijn best om zoveel mogelijk sterke vis te happen. Op plaatsen waar etenswaar te krijgen was, dook de bonte kraai met tientallen tegelijk op de brokken etenswaar die verknoeid werd. Meer dan 20 jaar heb ik deze kraai niet meer gezien. De kenmerkende lichtgrijze lichaamsveren was ik na al die jaren nog niet vergeten, maar de verrassing deed mij deugd. Op dat moment viel mij op dat in de hele omgeving nergens afval en plastic op de grond lag. En dat was ook het geval in Slovenië. De dag erna werd besteed aan herstel van de inspanningen bij het klimmen naar een hoogte van nog een grotere bron ijskoud

water dat hier bleef afstorten en waar geen einde aankwam. Ook hebben wij gesproken met de mensen die ons erg van dienst zijn over hoe en wat het is om hier te leven. Klagen doen ze niet! De voertaal is Kroatisch in Latijns schrift. Het personeel verstaat Duits en Engels. 90% is katholiek hetgeen ook opvalt bij het bezichtigen van de kerken en het onderhoud daarvan. De economie kent aanzienlijke problemen. Er is geen reservekapitaal en eigenkapitaal om duurzaam succesvol te draaien en internationaal mee te tellen. Kroatië is in 2013 opgenomen in de Europese Unie. De belangrijkste economische factor is in het kustgebied verreweg het toerisme. En daar gaan we morgen naar toe. Allereerst de stad

Zadar: 85.000 inwoners. De oude binnenstad met heel mooie bouwwerken ligt op een schiereiland. Men proeft de typische sfeer van een Adriatische havenstad die nog steeds gerestaureerd wordt. De haven is in 2005 voorzien van een zeeorgel waar bij sterke golfslag wonderbaarlijke tonen uit klinken. Men staat versteld! De oude

Page 68: €¦ · 3. Jan Willem Hubert Willems (52 jaar) op 10 augustus 1868. Zij is 38 jaar. Jan Willem Hubert sterft op 13 december 1869. Zoon Jan Hubert uit dit huwelijk sterft 17 dagen

11

binnenstad van Zadar doet Venetiaans aan en nodigt uit tot slenteren of een museumbezoek. Wij bezoeken de kleine stad Sibenik in de buurt van de kathedraal die ondertussen aan de buitenkant grondig gerestaureerd is. De prachtige stadsloggia toont aan hoe belangrijk de stad was in de 16de eeuw. De tweede grootste stad van Kroatië na Zagreb is Split met 200.000 inwoners. In de oorlog in Joegoslavië heeft Split veel minder geleden dan andere kuststeden. Zij is de metropool van de Dalmatische kust en heeft alle aspecten van een dynamische grote stad. Verder naar het zuiden treffen wij de stadje Trogir met 8.500 inwoners. Haar compacte middeleeuwse oude stadskern met een groot aantal belangrijke monumenten staat op de Unesco Werelderfgoed-lijst. Op de camping in Trogir, waar we geheel aan zee onze camper hebben geparkeerd, zie ik tot mijn verbazing de zomertortel(duif). Deze mooie duif is gekenmerkt door een soort van zwart-witte tatoeage aan beide zijden van de nek. Prachtig om dit te aanschouwen. De dag later hadden wij gereserveerd voor de Krka-watervallen. De Krka-rivier stort zich in een waterval met volle kracht. Op de 70 km lange weg naar het mondingsgebied van de stad Sibenik valt de rivier over meerdere kalkterrassen in totaal meer dan 300 m omlaag en vormt daarbij kleine en grote watervallen. Sinds 1985 zijn meer dan 110 km2 benoemd tot nationaal park.

Page 69: €¦ · 3. Jan Willem Hubert Willems (52 jaar) op 10 augustus 1868. Zij is 38 jaar. Jan Willem Hubert sterft op 13 december 1869. Zoon Jan Hubert uit dit huwelijk sterft 17 dagen

12

Hier vindt men dan 850 plantensoorten, 18 vissoorten,18 vleermuissoorten en 220 vogelsoorten. De waterlelies, het biesgewas en de rietgrassen aan de oever huisvesten amfibieën en insecten. Bij de roofvogels domineren de haviken en valken. Wilde duiven en nachtegalen komen hier veel voor. In het nationaal park gelden strenge regels. Welke natuurvriend zou hier niet willen verblijven? Ook Dubrovnik staat op de Unesco werelderfgoedlijst met de oude binnenstad die ontstond tussen de 12e en 17e eeuw. De unieke oude stadskern binnen de vestingmuren met kloosters, kerken en paleizen is een echte toeristenmagneet. Vooral na de opnames hier in deze oude stad, van de populaire serie ‘Games of thrones’ die door veel jongere mensen wordt bekeken. Van daaruit ging de reis terug naar huis. Het eerste stuk hebben we een flinke rit enkele lifters meegenomen die erg dankbaar waren hiervoor. De camper van mijn dochter leende zich uitstekend voor het uitrusten voor deze backpackers. Tijdens de eerste overnachting overkwam ons iets moois. We verbleven iets meer het land in op een camping aan de rand van een mooi meer. Allereerst zagen we een flinke waterslang in het meer, die een vis in haar bek had en dat was even schrikken voor de nog zwemmende dochter en kleindochter. Ze wisten niet hoe snel ze aan wal moesten komen…. Maar ik had het al gehoord, ik twijfelde nog eventjes maar kwam er niet meer omheen. Ik genoot van het gefluit van de wielewaal en dit was zeer bijzonder. Deze mooie zangvogel had ik al in geen jaren meer gehoord. Nog later op de avond werden we verrast door deze vogel (en zelfs vogels), te zien. Dit was prachtig, een grote gele vogel met zwarte vleugels. De vrouw des campings zei dat ze hier veel voorkwamen en dat ze zich vooral ’s nachts flink lieten horen. Het gezang van deze vogel is precies zoals het liedje beschrijft: DUDELJO en we hebben dit nog uit volle borst gezongen met mijn mondharmonica erbij. De mensen van de camping genoten. De dag erna ging onze reis verder richting Slovenië en hier hebben we het kasteel van het mooie Bled bezocht. Wat een machtig mooi uitzicht heb je vanaf hier over het meer. Slovenië is een prachtig mooi sereen land waar veel rust van uitgaat. Ook hier hebben we een mooie overnachting gehad op een boerencamping aan de rand van een glashelder riviertje. Van campingeigenaren kregen we een eigen gebrande sjnaps aangeboden en een flesje erbij voor mee naar huis. Mooie hardwerkende mensen met respect voor onze natuur. De dag erna volgde een mooie tocht door Oostenrijk en Duitsland met de bergen op de achtergrond. Met een laatste overnachting in het zuiden van Duitsland en het maken van de laatste notities over deze reis eindigde de dag daarna onze bijzondere, warme en prachtige reis door deze mooie landen. We zijn weer goed thuis gekomen in ons mooie kleine landje in een mooi dorp dat ook een oorlog heeft doorstaan…. Oost West – Thuis Best

Page 70: €¦ · 3. Jan Willem Hubert Willems (52 jaar) op 10 augustus 1868. Zij is 38 jaar. Jan Willem Hubert sterft op 13 december 1869. Zoon Jan Hubert uit dit huwelijk sterft 17 dagen

13

Gank dienen eige waeg Loek Storken

De waereld besjtuit tisdaag veur ein groat deil oet luuj, die achter get of achter angere aan renne. Dit is den trend, det is de moade. Mer ouch dees weurd zeen, mit det ich ze sjrief, al lang weer oet de moade. Noe hèt det weer einen hype! En elk landj ter waereld zeuk zienen Idol, ziene Super-Star, zienen Dance-champion, ziene Waylon. Euver elke neuëzele wurt allewiele eine „musical“ gemaak. Langsamerhandj begint ‘t d’r op te lieke det neet God, mer Joop van den Ende hoogsperseuënlik de waereld gesjaope haet. Dae is nog net neet gans God in ós lendje, mer hilt bliekbaar waal erg van “die goddelike”. Ganse bösse braaf hoesvrouwe, mer ouch braaf manne, rieje nao Sjeveninge óm Joop weer 100 euro te brènge, want det kos zó’n kaertje mit de reis en “drum und dran”. Ouch wo ein ruffelke rap- of hip-hop-“artieste” hun versje sjtaon op te zègke of aaf te ratele, dao trèkke de luuj massaal haer, es det “muziek-fieës” wurt geneump. Es mint-kleuër opèns in is, den löp d’r hie in Holland ein millioen Hollenjers in ein mintkleuërige bóks róndj, meinende detse den hieël origineel, bie den tied, “cool” en apaart zeen. En es den ein of angere idioot euver Zjwarte Piet en slavernij begint, den is ’t gans landj in rep en reur. Ouch in den tied van Picasso woor ’t bliekbaar al zoa det de meiste luuj zich óngerein

get nao-aapde. Picasso zag: “Onder de mensen zijn veel meer copieën dan originelen!” Det zal dae trouwens waal in ’t Sjpaans gezag höbbe. DAE ZIENEN EIGE WAEG GEIT, DAE KAN DOOR NEMES WAERE INGEHAOLD! En det haet dae ouch gedaon. In eine missaal van mien mam woor door häörzelf urges biegesjreve: “Neem de tijd om gelukkig te zijn en bepaal je eigen levenslijn!” Det haet ze volges mich neet zelf bedach, mer ze haet ’t waal de meujte waerd gevónje óm ’t op te sjrieve en d’rnao te hanjele. Veur edere minsj zou eigelik es motto mótte gelje: Bèn dichzelf, want ein origineel is altied baeter es ein kopie. Doe hoofs daobie es origineel natuurlik waal nemes get in de waeg te lègke, want d’r zeen ouch luuj die versjtaon ónger origineel zeen lestig of waers zeen. ‘t Is inderdaad neet zoa simpel, mer nemes hilt dich taenge óm dien bès te doon.

DIALÈK

Page 71: €¦ · 3. Jan Willem Hubert Willems (52 jaar) op 10 augustus 1868. Zij is 38 jaar. Jan Willem Hubert sterft op 13 december 1869. Zoon Jan Hubert uit dit huwelijk sterft 17 dagen

14

Laef dien laeve, ’t is van dich. Daobie hoofse angere dus hiëlemaol neet te vergaete. Zoa loos ich ouch urges: „Niet jij bestuurt het leven, maar het leven bestuurt jou!” Ei bietje waor is det waal, mer doe kèns lieëre dao neet mit te zitte. En doe kèns lieëre op zienen tied mit losse henj ei bietje mit de stroum mit te gaon, mer ouch weer op ’t richtige moment dien eige koers op te pakke en den ouch èns durve dwaers te ligke. Dwaers is ouch ein richting! Durf op zienen tied ouch èns dwaers te ligke. ’t Zeen ouch de dwaersligkers die ’t sjpaor rech hawte. Zelfs bie de NS, of wie heite die noe allewiele al weer! En óm te weite wasse wils, mósse dich dèks ieës aafvraoge wasse neet wils. Gank dienen eige waeg, mer hawt waal raekening mit alle redelike luuj en zake óm dich haer! Dus neet mit die beroemde klómpe d’r door. Ederein wilt bès waal ei bietje apaart laeve, mer toch blif ’t groatste deil van de luuj achter de kudde aan loupe. Loup op dien gemaak mit, mer kees op ’t richtige moment dienen eige waeg. Zoa loos ich :

TWO ROADS DIVERGED IN A WOOD, AND I – I TOOK THE ONE LESS TRAVELLED BY, AND THAT HAS MADE ALL THE DIFFERENCE. Robert Frost

Bèn dichzelf, d’r zeen al angere genóg! Mer kiek waal óm dich haer wie angere ’t doon en wat die doon, want ech wies is hae dae de wiesheid van angere verzamelt. Aaf en toe ei bietje anges es angere, moog bès. Zoa zag lèts eine:

Ik ben de laatste tijd mezelf niet meer. Ik hoop dat dit nog lang zo blijft.

Doe hoofs ouch neet ummer hoag van den tore te blaoze: Mijn principes zijn zo hoog dat ik er, in geval van nood, ook onder door kan.

Bèn dichzelf, edere angere is al bezat.

Luuj die hunnen eige waeg gaon zeen euver ’t algemein hieël evenwichtig. Det zeen ouch hieël dèk de luuj die gein ambitie neuëdig höbbe óm gelökkig te zeen. Die zeen det ‘t ouch geit zónger einen houp poespas en bling-bling. Die zeen det ’t den zelfs dèks väöl mekkeliker geit. Die doon wat ze gaer doon, en laote de angere helle en zich meug make op allerlei ónbenullige zake. ’t Laeve is eigelik hieël eenvoudig, allein is ’t bliekbaar veur väöl luuj toch lestig óm det te weite te kómme. En gelökkig bèsse zoa wie zoa altied mer tót op zekere heuëgte, en op sommige momente mieë en op anger momente minder. Ouch det mósse door höbbe en veural ouch blieve beseffe. D’r besjtuit al hieël lang, ich geluif van 1917 of 1918, ein saort cabaretleedje det dao euver geit:

Page 72: €¦ · 3. Jan Willem Hubert Willems (52 jaar) op 10 augustus 1868. Zij is 38 jaar. Jan Willem Hubert sterft op 13 december 1869. Zoon Jan Hubert uit dit huwelijk sterft 17 dagen

15

Mens, durf te leven!

Je leeft maar heel kort, maar een enkele keer En als je straks anders wilt, kun je niet meer! Mens, durf te leven! Vraag niet elke dag van je korte bestaan: Hoe hebben m'n pa en m'n grootpa gedaan? Hoe doet er m'n neef en hoe doet er m'n vrind? En wie weet, hoe of dat nou m'n buurman weer vindt En – wat heeft 'het fatsoen' voorgeschreven! Mens, durf te leven!

De mensen bepalen de kleur van je das De vorm van je hoed, en de snit van je jas En van je leven! Ze wijzen de paadjes, waarlangs je mag gaan En roepen 'o foei!' als je even blijft staan Ze kiezen je toekomst en kiezen je werk Ze zoeken een kroeg voor je uit en een kerk En wat j ' aan de armen moet geven Mens, is dat leven?

De mensen – ze schrijven je leefregels voor Ze geven je raad en ze roepen in koor: Zó moet je leven! Met die mag je omgaan, maar die is te min Met die moet je trouwen, al heb je geen zin En daar moet je wonen, dat eist je fatsoen En je wordt genegeerd als je 't anders zou doen Alsof je iets ergs had misdreven Mens, is dat leven?

Het leven is heerlijk, het leven is mooi Maar – vlieg uit in de lucht en kruip niet in een kooi! Mens, durf te leven! Je kop in de hoogte, je neus in de wind En lap aan je laars hoe een ander het vindt! Hou een hart vol van warmte en van liefde in je borst Maar wees op je vierkante meter een vorst! Wat je zoekt kan geen ander je geven! Mens, durf te leven! Tekst en muziek: Dirk Witte (1885-1932) Repertoire: Jean-Louis Pisuisse, Herman Tholen, Ramses Shaffy, The Amazing Stroopwafels, Frits Lambrechts, Jenny Arean, Wende Snijders, Huub van der Lubbe, e.v.a. Wo väöl luuj allewiele nog meujte mit höbbe, det hawwe ze in 1917 dus al door.

Page 73: €¦ · 3. Jan Willem Hubert Willems (52 jaar) op 10 augustus 1868. Zij is 38 jaar. Jan Willem Hubert sterft op 13 december 1869. Zoon Jan Hubert uit dit huwelijk sterft 17 dagen

16

Hoe gaat het met de broedvogels in het ’t Hout en IJzerenbos? Jan Smeets

Een veel gestelde vraag met een duidelijk antwoord: ‘slecht’. Het onderzoeksgebied ’t Hout en IJzerenbos telt 73 broedvogelsoorten, waarvan 51 standvogel- en 22 zomervogelsoorten. Zestien procent van de 51 standvogelsoorten en 45 % van de 22 zomervogelsoorten staan op de Nederlandse Rode Lijst. Standvogelsoorten Standvogelsoorten zijn de soorten die het hele jaar hier verblijven of slechts kleine afstanden zuidwaarts trekken om te overwinteren. De achteruitgang bij de standvogelsoorten is vooral merkbaar bij de soorten van het boerenland, weide en struweel. Door de intensieve landbouw gaan nesten met eieren of jongen van Geelgors, Gele Kwikstaart, Graspieper en Veldleeuwerik vaak verloren. Deze soorten zijn nestblijvers en moeten in het nest soms tientallen keren per uur gevoerd worden. Dat maakt broedsels in open landschap door predatoren als kraaiachtigen bijzonder kwetsbaar. De jongen van Fazant, Patrijs en Kievit zijn nestvlieders. Bij nestvlieders zijn de jongen bij hun geboorte al genoeg ontwikkeld om binnen relatief korte tijd de plaats waar ze zijn geboren te verlaten en op eigen kracht hun ouders te volgen. Ze verbergen zich in de buurt waar ze door de ouders gevoerd worden. De periode van nog niet kunnen vliegen valt samen met werkzaamheden op de akkers voor gewasdoeleinden. Te propere akkers bieden geen voedsel voor de jongen en geen beschermende dekking tegen predatoren. Dit betekent minder jongen per legsel dat uitvliegt. Op de langere termijn is het broedsucces onvoldoende om de populatie in stand te houden. Maar ook gewasbestrijdingsmiddelen en de spuitmachines die gebruikt worden in de landbouw zijn de oorzaak van het verloren gaan van nesten en jongen. Wanneer insecten, het basisvoedsel in de eerste levensdagen ontbreekt, zullen veel jongen sterven.

NATUUR

Page 74: €¦ · 3. Jan Willem Hubert Willems (52 jaar) op 10 augustus 1868. Zij is 38 jaar. Jan Willem Hubert sterft op 13 december 1869. Zoon Jan Hubert uit dit huwelijk sterft 17 dagen

17

Zomervogelsoorten Zomervogelsoorten zijn hier in de periode april-september. In september trekken ze zuidwaarts om te overwinteren. Twee derde van de zomervogels van het onderzoeksgebied ’t Hout en IJzerenbos overwintert in Zuid-Frankrijk, Spanje en het Middellandse Zeegebied. Een derde trekt zuidelijker tot Midden-Afrika. Fitis, Grasmus, Koekoek, Nachtegaal, Spotvogel, Sprinkhaanzanger en Tuinfluiter overwinteren in de Sahel-zone. Sahel-zone Afrika

Page 75: €¦ · 3. Jan Willem Hubert Willems (52 jaar) op 10 augustus 1868. Zij is 38 jaar. Jan Willem Hubert sterft op 13 december 1869. Zoon Jan Hubert uit dit huwelijk sterft 17 dagen

18

Een verklaring voor de achteruitgang van de zomervogelsoorten die in het onderzoeksgebied ’t Hout en IJzerenbos broeden, is een stuk moeilijker. De omstandigheden op de trekroutes in voor- en najaar en voedseltekort in de overwinteringsgebieden spelen hierin een belangrijke rol. Te weinig voedsel door verdroging in de Sahel-zone kan leiden tot meer sterfte. Naast de problemen in de overwinteringsgebieden en op de trekroutes vinden de Afrika-gangers bij terugkeer in het onderzoeksgebied ’t Hout en IJzerenbos helaas steeds minder geschikte broedhabitat. Door de jarenlange massale populierenkap is habitat verloren gegaan. Met name de Boomvalk en de Wielewaal ondervinden hier hinder van. Beide soorten zijn hierdoor als broedvogel verdwenen of nog slechts in zeer klein aantal aanwezig. De dramatische afname van de aantallen en soorten insecten in de afgelopen halve eeuw treft de vogelstand keihard. Ook voor de Nachtegaal ontbreekt geschikte broedhabitat die door de grote grazers bij de Vloedgraaf teniet is gedaan. Enkele vogelsoorten die in Afrika overwinteren, ondervinden ook problemen door de opwarming van de aarde. Insecten ‘pieken’ eerder in het voorjaar. De broedvogels hebben zich nog niet aan de klimaatverandering aangepast en komen te laat aan in het broedgebied als de piek van de insecten al voorbij is. Ook de Huiszwaluw gaat het al lange tijd slecht. Sinds midden vorige eeuw is de Huiszwaluw niet meer gewenst. Besmeurde gevels met uitwerpselen worden niet getolereerd. Er is geen plaats meer voor modderpoeltjes om een nest van te bouwen. Jonge vogels in de nesten sterven omdat er geen voedsel is. Het noodzakelijk broedsucces voor het voortbestaan wordt niet gehaald. In het jaar dat de woningen in De Mehre werden opgeleverd, waren de Huiszwaluwen er eerder om nesten te bouwen dan de bewoners. Maar enkele jaren later waren de nesten verdwenen. De grote klap kwam echter door de dramatische achteruitgang van vliegende insecten en de steriele leefomgeving. In de tweede helft van de vorige eeuw waren in de woonkernen nog boerenbedrijven met koeien, paarden, varkens en kippen. Ook vele huishoudens hadden een of meer varkens en kippen. De uitwerpselen van koeien en paarden lagen overal op straat. Insecten waren er hierdoor in overvloed. In elke straat broedden toen tegen de gevels van de woonhuizen tientallen Huiszwaluwen en Boerenzwaluwen in de koeien- en paardenstallen. Op de erven bevonden zich mesthopen. De boerenerven waren niet zo proper en niet beklinkerd. Een waterplasje met modder kwam de Zwaluwen goed van pas. Dat de insectenmassa is afgenomen is iedereen opgevallen. Geen insecten meer geplakt tegen de voorruit van de auto en de plakkerige kleefbandvliegen-vangers in woningen en winkels zijn verleden tijd. De verre afstandstrekkers zoals Boerenzwaluw, Boomvalk, Huis-zwaluw, Koekoek, Nachtegaal, Wielewaal en Zomertortel staan allemaal op de Nederlandse Rode Lijst.

Page 76: €¦ · 3. Jan Willem Hubert Willems (52 jaar) op 10 augustus 1868. Zij is 38 jaar. Jan Willem Hubert sterft op 13 december 1869. Zoon Jan Hubert uit dit huwelijk sterft 17 dagen

19

Achteruitgang broedvogelsoorten ’t Hout en IJzerenbos periode 1996-2017 Drieëntwintig broedvogelsoorten zijn verdwenen of broeden hier nog maar in een zeer klein aantal. Eenentwintig hiervan staan op de Nederlandse Rode Lijst waarvan 8 in de categorie ‘Kwetsbaar’ en 13 in ‘Gevoelig’. Tot deze 23 broedvogelsoorten behoren, Boerenzwaluw, Boomvalk, Fazant, Gele Kwikstaart, Graspieper, Grauwe Vliegenvanger, Grote Lijster, Huiszwaluw, Kneu, Koekoek, Kwartel, Matkop, Nachtegaal, Patrijs, Ringmus, Roodborsttapuit, Spotvogel, Torenvalk, Veldleeuwerik, Wespendief, Wielewaal, IJsvogel en Zomertortel. Drieëntwintig soorten! Op een totaal van 73 soorten is dat ruim 31%. Rode Lijst 2017 De Rode Lijst is een internationaal toegepast middel om de aandacht te vestigen voor het stellen van prioriteiten in het natuurbeleid en vormt het uitgangspunt voor beschermingsmaatregelen op soorten die bedreigd worden of kwetsbaar zijn. De Rode Lijst kent verschillende categorieën, variërend van “Gevoelig tot uit Nederland Verdwenen” als broedvogel. Hoe groter de afname en hoe zeldzamer de soort, hoe zwaarder de categorie. Eerdere Rode Lijsten verschenen in 1985, 1994, 2004. Vogelonderzoek en Vogelbescherming Nederland stelden in 2017 een nieuwe Rode Lijst op volgens de Nederlandse en internationale criteria. Van de 197 vogelsoorten die in Nederland broeden staan er nu 87 op de Rode Lijst. Op dit moment gaat het dus met 44% van de Nederlandse broedvogelsoorten slecht. In de buurlanden België zijn 38% en in Nordrhein-Westfalen 50% van de broedvogelsoorten op de Rode Lijst geplaatst.

Page 77: €¦ · 3. Jan Willem Hubert Willems (52 jaar) op 10 augustus 1868. Zij is 38 jaar. Jan Willem Hubert sterft op 13 december 1869. Zoon Jan Hubert uit dit huwelijk sterft 17 dagen

20

Tot slot Aan de hand van broedvogeltellingen in de periode 1996-2017 is duidelijk geworden dat het slecht gaat met de broedvogels in het onderzoeksgebied ’t Hout en IJzerenbos. Drieëntwintig broedvogelsoorten zijn verdwenen of broeden hier nog maar in een zeer klein aantal. De aantallen van meerdere soorten zijn inmiddels zo laag, dat gevreesd moet worden of zich nog een levensvatbare populatie kan handhaven. Daar komt nog bij dat in Nederlandse bossen kalkgebrek is geconstateerd bij jonge Koolmezen en Zwarte Mees. Een derde van de eieren gaat stuk, omdat de eischaal te dun is. De poten van de jongen zijn zo broos dat zij in het nest al hun pootjes breken. Het beeld doemt op dat er een leefgebied is ontstaan waarin het voor vogels langzaam maar zeker onmogelijk wordt te overleven. Indien beheerders van het onderzoeksgebied ’t Hout en IJzerenbos geen maatregelen nemen om de neerwaartse trend van de broedvogelstand om te buigen, zal het niet lang meer duren, voordat broedvogelsoorten die nu in categorie ‘Gevoelig’ of ‘Kwetsbaar’ vallen, in categorie ‘Ernstig bedreigd’ of ‘Verdwenen’ terecht komen. Om niet in mineur te eindigen er is in 2004, 1 broedvogelsoort bijgekomen. Vanaf 2004 broedt de Middelste Bonte Specht jaarlijks in beide bosgebieden. Bron: Tijdschrift Vogels 05/2017 Vogelbescherming Nederland Vogelbalans 2017 Vogelbescherming Nederland Charadrius-Zeitschrift für Vogelkunde, Vogelschutz und Naturschutz in NRW 2018 Eigenwaarnemingen broedvogels onderzoeksgebied ’t Hout en IJzerenbos 1996-2017 Ecologische Atlas van de Nederlandse Weidevogels Tijdschrift Vogels voorjaar 01/2018 Vogelbescherming Zalix.nl en Birdphoto.nl Jan Smeets, Jozefstraat 15, 6114 EG Susteren [email protected]

9

10

12

19

37

0 5 10 15 20 25 30 35 40

verdwenen

ernstig bedreigd

bedreigd

kwetsbaar

gevoelig

Nederlandse Rode Lijst Vogels 2017

Page 78: €¦ · 3. Jan Willem Hubert Willems (52 jaar) op 10 augustus 1868. Zij is 38 jaar. Jan Willem Hubert sterft op 13 december 1869. Zoon Jan Hubert uit dit huwelijk sterft 17 dagen

21

Pensionado’s höbbe ’t neet mekkelik Loek Storken

Esse friedes mit die wanjelmen urges aan den tap of op ein terrasje zits, “want meer moet dat niet zijn”, den vilt det aaf en toe toch waal neet mit. Zoa lang es ze mer blieve lege, den geit det nog waal. Mer es ze zich de waorheid gaon vertèlle, den klop ’t neet mieë. Den is drek kif, den löp ’t oet de klaw. Weer wore èns, al einen hieëlen tied trök, de waereldprobleme aan ’t besjpraeke en ouch al ein hieël sjtök op waeg bie ’t oplosse daovan op ’t terras van café De Piep oppe Nuujsjtadt. Weer kome dao dèk, want dao hóng energie in de lóch, en weer nome dao dus ummer weer nuuj energie op (en beer!). En weer veulde ós dao nao ei paar pinte weer zoa jóngk, óngevieër zoa wie “de jonge goden van Ajax”. Dao kump dich opèns dae kleinzoon van Gene langs, zó’n menke van (toen) ei jaor of zès. “Och”, reup d’r taenge de mam, de dochter van Gene, “dao zitte de opa’s!”. Nou, van dien femilie mósse ’t weer höbbe. Weer wore weer direk mit allemaol ós aw veutjes trök op de aerd en “trök bie af”. Wat w’r mit ei paar pötjes beer zorgvuldig hawwe opgeboewd, namelik ein prachtige euforische sjtömming, woor weer direk trökgebrach tót de “grauen Alltag”. Mer ja, ’t is al jaore waor: Kakele is nog gein eier lègke! En drek woor ’t gesjprek ouch al weer trök bie de gebraeke van den awwerdom. “Ich höb nog kraakbein zat”, zag eine, “want ich kraak nog det ’t verrek!” ’t Awd gezègkde: “Dae is zoa sjeif wie ein zekel”, det is op dem van toepassing. Of: “Dae haet eine rögk wie ein sjouw”. Òm det te gaon verhelpe, is d’r al jaore van plan óm te gaon zjwömme. Det zaet d’r teminste, mer hae haet dao geinen tied veur. Hae haet al zienen tied neuëdig veur ziene groaten hobby: in den haof wirke. Ouch det zaet d’r ummer, mer in werkelikheid zit d’r ummer in den haof mit ei pintje de gezèt te laeze of ei beukske. En dae jóng haet d’r ein geweunte van gemaak óm niks oet te sjtèlle tót mörge wat neet ouch tót euvermörge oetgesjtèld kan waere. Mer ja, en dao zeen w’r ’t intösje waal euver èns, ederein moog zich zienen hobby zelf oetzeuke en zoa is ziene nujen hobby noe: oetsjtèlle. Ein aantal van die tippelieërs höbbe zó’n treinkaart womit ze eine kieër in de maondj of twieé maondj ein vriej of ein halfvriej reis höbbe. Ze gaon den meistal urges ein sjtadswanjeling make en af en toe doon ze ouch aan cultuur. Noe wore ze nao ’t Rieksmuseum gewaes, en ze hawwe zich d’r euver verwónjerd desse dao zoa kort bie die beroemde sjilderieë moogdes kómme. Mer die wiesnaze weite precies wie ’t zit. “Mer”, zaet eine, “det is gans simpel! Dao hungk geweun ein imitatie. Ze laote zich die flink besjadige en trèkke den flink cente op van de verzekering. Lieër mich die Hollenjers neet kènne!” Jao, en dae vertèlde det es of d’r bie de vergadering van ’t museumbesjtuur zelf d’rbie haw gezaete.

DIALÈK

Page 79: €¦ · 3. Jan Willem Hubert Willems (52 jaar) op 10 augustus 1868. Zij is 38 jaar. Jan Willem Hubert sterft op 13 december 1869. Zoon Jan Hubert uit dit huwelijk sterft 17 dagen

22

Wie ze weer nao boete wole dao in det Rieksmuseum höbbe ze ouch nog flink kal mótte make óm d’r oet te kómme, want ze wole hun dao hawte óm tentoan te sjtèlle. Want zègk noe zelf, wo vunjse zó’n sjaon verzameling aw knäök bieëin. W’r zeen mit die “Hieëre van ’t Hieëresjträötje” ouch èns nao ein receptie mótte gaon van ein echpaar det fieftig jaor getrouwd woor. “Jao”, zaet eine, “en ze lachde ouch nog!” “Jao”, zaet d’n angere weer, “ZIE waal !” “Och” , zaet den driede, “ ich bèn fieërtig jaor getrouwd, en ’t gekke is, mien vrouw op den daag aaf precies aeve lang. Same höbbe w’r noe net den tachtigjaorigen oorlog achter de rögk. Mer allewiele is ’t toch al ein hieël sjtök röstiger aan ’t front, zoawaal letterlik es ouch figuurlik! D’r vlug nog waal èns get euver lènks en rechs, mer ’t is toch lang neet mieë wat ’t gewaes is”. Dao goof wieselik mer geine commentaar op, mer ich zoog en heuërde d’r toch waal ei paar dènke:” Dao koosse waal èns geliek in höbbe!”. Soms is niks zègke dudeliker en väöl baeter es waal get zègke. Ze zègke waal èns: “Den insjtömmer zjwig!” En zjwiege kan dèks hieël versjtenjig zeen. Det mótte w’r trouwens thoes ouch, dus det is gaar neet zoa nuuj veur ós. Zoa hieël aaf en toe, den wurt euver die echtelike ruzies kwansies waal èns get vertèld. “Ja”, zag lèts eine. “De vrouw zoot op de kas, en ich d’rónger. En die woor zoa Godsgruwelik giftig, dao koos ich ’t bèste nog waal effe blieve zitte. Wo zó’ne kas al neet good veur is, hè! Want die haw mich anges in dae kas geduujd. En wat die veur haet, det haet die neet achter!” “Ja”, zaet Gene, “mer det is bie de meiste vrouwluuj zoa. Bekiek dich dae veurkantj dao mer èns tegooi!” (D’r wanjelde bie det terras net get sjoans langs). Noe hawwe w’r èns ei serieus gesjprek, en den brungk dae dich weer van den teks aaf en op anger gedachte. Soms is ’t ouch geweun grenzeloze zeiver wat d’r verkoch wurt. Zoa koom d’r eine mit ei gedichje of ei leedje van vreuger wie w’r ’t euver eine lectrische fits hawwe: O.L.Heer had een nieuwe fiets gekocht En kwam daarmee om de bocht En de apostelen stonden te kijken En wilden zich niet wijken. Hie kènt g’r weer aan zeen det de jónges zjwaor katholiek opgevoed zeen, en dao höbbe ze toch eine flinken tik van euvergehawte. Det kump noait mieë good. Euver de WK voetballe höbbe w’r ’t mer hieël effe gehad. De meiste vónje detse aeve valsj zónge es det ze voetbalde. Vervolges koom ’t gesjprek op ’t verkieër, en det d’r zoaväöl verangerde in ’t verkieër. “Jao”, zaet eine, “vreuger lieërde weer nog det eine rechte lien de kortste verbènjing is tösje twieë punte. Noe bie ’t wanjele merkse det det noe meistal eine waeg is, woraan gewirk wurt. En wobie ze gezeuk höbbe nao de langsten ómwaeg!” Op ei gegaeve momènt wie w’r dao op det terras zote, dao koom eine al veur den twieëde kieër langsfitse, en dae maakde zó’n hatelike opmerking, det w’r dao al zoa lang zote en of w’r niks baeters te doon hawwe. “Ja jóng”, höbbe w’r taenge dem

Page 80: €¦ · 3. Jan Willem Hubert Willems (52 jaar) op 10 augustus 1868. Zij is 38 jaar. Jan Willem Hubert sterft op 13 december 1869. Zoon Jan Hubert uit dit huwelijk sterft 17 dagen

23

gezag, “det ónthaoste det geit noe einmaol neet flot! En weer zeen ouch al hieël lang neet mieë van de flotste!” Eine van de jónges haw de vrouw ein safari-pak gekoch. Dae wool waarsjienlik nog èns op jach. Daezelfde jóng, dae löp vanwege ziene pókkel neet mieë mit, mer kump waal ummer nao mit de fits, zoadet d’r zich toch eine kan pitsje (en ouch twieë). Hae drunk eigelik väöl baeter den det d’r löp. Noe hawwe de luuj hem gevraog: “Löps doe neet mieë mit die mit?” “Nae”, haw hae hieël sjtoer gezag: “Ich gaon toch zeker neet mit zó’n aw luuj door ’t dörp loupe! De luuj verklaore mich veur gek!” Dae jóngen hieër zelf, dae det zag, is volges mich pas neugenensevetig gewore! Lèts zote w’r te awbette euver gans vreuger, wie sjoan det det vreuger waal neet woor op den danszaal op de Sjtasiewaeg bie Hans en Tina zaliger of in den Harmoniezaal bie Paul Pieëters zaliger. De vrouwluuj ginge dao dèks al óm ein oer of vief “in de etalaasj” zitte, de mansluuj kome ei paar uurkes later pas gape, en den mooste ze zich nog ieës get mood indrènke. Jao, vreuger ging det ein hieël sjtök gemoedeliker es allewiele. W’r hawwe allen tied toen, en bekans gein cente. Eine van de jónges haw dao ouch veur den ieëste kieër zien toekomstige en ouch huidige vrouw getróffe. “En, vertèl èns wie det gegange is”, zag ein van de angere. ”Wètse wat die zag ?”, zag de jóng weer.Die zag: “Geluifs dich in liefde op ’t ieëste gezich? Of zal ich nog èns langsloupe?” Jao, en zo is het gekome! Ouch toen wore die vrouwluuj al zoa sjlum es God de Vader. Vreuger ging det allemaol toch väöl simpeler. Weer hoofde neet te “chatte”, en w’r hoofde ouch neet te vraoge veur ein “relatie”. Weer hawwe gein relatie, w’r begóste geweun te vrieje, en det woor ‘t. Gans simpel. Mit al det gedoons “d’rum und d’ran” in dezen tied kan det natuurlik ouch neet lang good gaon. Esse klómmelerie aan diene computer höbs, dao liejt de relatie den allewiele vanzelf ouch ónger. En den is de batterie laeg en den is ’t al weer gedaon. Weer deje vreuger ouch neet zoa aan communicatie. Waal deje weer geweun de Communie, en ei jaor of vief later ouch nog èns de Plechtige Communie. Das waren noch Zeiten, dass kann man wohl sagen.

Page 81: €¦ · 3. Jan Willem Hubert Willems (52 jaar) op 10 augustus 1868. Zij is 38 jaar. Jan Willem Hubert sterft op 13 december 1869. Zoon Jan Hubert uit dit huwelijk sterft 17 dagen

24

Mijn lagere schooltijd begin jaren vijftig” (herinneringen van een jongen uit Baakhoven). Wil Filott

De weg naar school Voordat ik naar de eerste klas ging, moest ik nog wel leren fietsen. Dat ging vrij snel goed. De fiets was een afdankertje van mijn oudere broers; een doortrapper met terugtraprem. Omdat ik niet aan de pedalen kon als ik op het fietszadel zat, had vader op de pedalen houten blokken gemonteerd. We fietsten meestal met een klein groepje vanuit Baakhoven naar school. De Baakhoverweg was toentertijd nergens geasfalteerd. Hij zat vol kuilen. Dicht bij Susteren gingen we na de boerderij van Gori Busch de brug over de Rode Beek over en dan over een klein paadje tussen een doornhaag en een rij prikkeldraad over een smal houten bruggetje over de gracht naar het huis van de familie Suijlen in de Winkelstraat. Daar zetten wij de fietsen achter de poort onder de bovenbouw, uiteraard niet op slot. Dat kon ook niet want in mijn herinnering had geen enkele fiets een slot. Dat de familie Suijlen jarenlang die fietsenstalling heeft toegestaan, is een voorbeeld van hulpvaardigheid en gemeenschapszin. Na de fietsen gestald te hebben, gingen we te voet verder over de Winkelstraat en de Kerkstraat naar de kerk. De schooldag begon voor de kinderen van ons gezin met een mis om 8.00 uur. Kerkbezoek was ook een onderdeel van het schoolrapport. Je moest iedere week aan de onderwijzer opgeven hoe vaak je doordeweeks de mis had bijgewoond. Bij mij was dat praktisch altijd zes keer. Ook zaterdagochtend was er school en dus ook misbezoek. Ik heb meermalen een 10 voor kerkbezoek op het schoolrapport gehad. Dat betekende dat ik gedurende een heel trimester iedere dag de mis had bijgewoond. Het bijwonenvan de zondagsmis was een katholieke plicht. Na de mis moesten we nog een half uur wachten voordat de school begon. Die tijd brachten we door op het kerkplein met voetballen of op de speelplaats voor de school. Voordat we naar binnen mochten, werd een bel geluid en moesten we per klas in een rij gaan staan bij de deur van de school.

De school “De school was een jongensschool met drie combinatieklassen. Ik kwam dus in de eerste klas met in hetzelfde lokaal, maar in andere rijen, de leerlingen van de tweede klas. Juffrouw (Philomène) Vencken was de onderwijzeres van die klassen. Meester (Ernest) Schoffelen deed de derde en vierde klas en meester Janssen (bijnaam: de Dikke) de vijfde en zesde klas. Janssen was tevens hoofd van de school. Deze onderwijzers zijn zo lang aan deze dorpsschool verbonden geweest dat enkele generaties kinderen uit de oude kern van Susteren van hen les hebben gehad. Behalve de Salvatorschool waren er nog een lagere school te Susteren en wel een jongensschool op Mariaveld en meisjesscholen in Susteren en Mariaveld. Er was in Susteren ook een lagere school voor meisjes. Die was gevestigd in een in mijn ogen immens groot klooster vlakbij de jongensschool. De meisjesschool werd gedreven door zusters van de orde Zusters van Liefde van Vincentius à Paulo. Deze zusters droegen een enorme kap en konden met recht als “vliegende” nonnen betiteld worden. “

VOLKSCULTUUR

Page 82: €¦ · 3. Jan Willem Hubert Willems (52 jaar) op 10 augustus 1868. Zij is 38 jaar. Jan Willem Hubert sterft op 13 december 1869. Zoon Jan Hubert uit dit huwelijk sterft 17 dagen

25

Leren schrijven In de eerste klas moesten we leren schrijven, rekenen en lezen. Dat schrijven was in het begin moeilijk, althans voor mij. Je moest eerst de letters los op een blaadje zetten en later woordjes schrijven. Die letters en woordjes moesten tussen twee lijntjes op papier gezet worden. Dat was wennen en niet gemakkelijk gelet op de nog niet goed ontwikkelde motoriek van zesjarigen. De kinderen zaten met zijn tweeën in een bank. Het schrijfblad was een klep, waaronder zich een opbergruimte voor boeken, schriften en de inktlap bevond. Aan de voorkant in het midden van de bank stond verzonken een losse, glazen inktpot in een houder. De inktpot kon met een schuifdekseltje worden afgesloten. Het schrijven gebeurde met een goudkleurige kroontjespen die voor en na het schrijven van een of een paar letters steeds in de inktpot gedoopt moest worden. Dat was nog een heel gedoe. De pen moest niet te ver maar ook weer diep genoeg in de inktpot. Ook moest je goed in de gaten houden dat er aan de pen geen haartjes of vezels van het (slechte) papier zaten. Dat gaf dan een knoeiboel. Om de pen te reinigen had iedereen een inktlap. Die was thuis door moeder gemaakt. De inktlap bestond uit een paar lapjes stof die door een knoop in het midden bij elkaar werden gehouden. Met de inktlap werd de kroontjespen afgeveegd en zo schrijfklaar gemaakt. Ook moest je oppassen dat er geen inktvlekken in het schrift, op de bank of – nog erger- op je kleren kwamen. Blauwe vlekken op vingers van de inkt kwamen veelvuldig voor. Het schrijven gebeurde in een oefenschrift van “Eerst duidelijk dan snel” volgens een methode die in die tijd veel gebruikt werd. De letters moesten in een licht hellend schrift worden neergezet. Iedereen had ook een vloeipapier. Na het schrijven werden daarmee de natte letters afgevloeid om te voorkomen dat het schrift een kliederboel werd. Na veel oefenen is het iedereen gelukt om met de kroontjespen te schrijven. Naast het schrijven van letters, moesten we ook cijfers leren schrijven. Dat ging mij gemakkelijk af. Ik kende voor mijn vierde verjaardag alle cijfers van 1 tot 90. De reden dat ik de vorm van die cijfers kende en ook de naam ervan was, dat ik toekeek als mijn oudere broers met mijn grootvader kienden. Het kienspel gaat immers tot het cijfer 90.

Page 83: €¦ · 3. Jan Willem Hubert Willems (52 jaar) op 10 augustus 1868. Zij is 38 jaar. Jan Willem Hubert sterft op 13 december 1869. Zoon Jan Hubert uit dit huwelijk sterft 17 dagen

26

Nostalgische gedachten Jacques Rours

Nostalgische Gedachten is de herinnering van Theo Schreuders aan zijn kindertijd bij bezoeken aan het gezin van zijn opa Rours. Ik kende Theo in die tijd vrij oppervlakkig en eigenlijk ontmoette ik hem alleen bij begrafenissen van familieleden. Daar was hij opvallend trouw in. Omdat hij echter zo’n tien jaar ouder was dan ik waren onze gesprekken meestal niet veel meer dan vrij algemene begroetingen. Tot… tijdens een begrafenis in Dieteren een diepgaand gesprek tussen ons tweeën ontstond over onze families, de diverse personen daarvan en over mijn hobby genealogie. Hij bleek hevig geïnteresseerd. Meestal eindigden dit soort ontmoetingen met de opmerking: ”We moeten toch eens vaker met elkaar praten buiten begrafenissen om.” En daar bleef het dan bij. Maar deze keer was het anders. We spraken een exacte datum en plaats af om ons gesprek voort te zetten. En zo kwamen hij en zijn vrouw twee weken later bij mij thuis in Houten waar ik hem mijn genealogiegegevens en de diverse familiefoto’s toonde. Hij bleek enthousiast mee te denken met als resultaat meerdere ontmoetingen bij hem thuis en bij andere familieleden. Hij heeft uit deze bijeenkomsten op mijn verzoek een drietal stukken geschreven:

1. Een beschrijving van de personen uit het gezin van opa Rours 2. Wereldoorlog 2 (heeft in De Heemklank gestaan) 3. Nostalgische gedachten over de familie Rours in de tijd voor de oorlog (zie

hier beneden) Jammer genoeg overleed hij kort daarna. N.B. Het gezin Rours, waarover “Nostalgische Gedachten” gaat, woonde in de slagerij in de Feurthstraat (de slagerij schuin tegenover Zaal Peters) en de schoenenwinkel van Eberson “De Werkman” uit dit stuk was het tweede huis links van kolenboer Jansen vanuit het zuiden gezien. NOSTALGISCHE GEDACHTEN (door Theo Schreuders) De herinneringen aan mijn kindertijd die mij door de jaren heen zijn bijgebleven, zijn in sterke mate verbonden met familie, met name met die van mijn moederszijde. Geen wonder, want zij had een sterke band met haar ouders en de overige leden van het gezin waarin zij was opgegroeid. Frequente bezoeken aan haar "thuis" leidden dan ook vanzelf tot veel kontakten van haar kinderen met haar familie. Geboren op 29 januari 1933 - naar mij vaker is verteld op zondagavond omstreeks 19.00 uur - in een door mijn ouders Arnold Schreuders (Nol) en Maria Catharina Rours (Trina) gehuurde woning aan de toen zo geheten Peulensteeg (later Bleekwal genoemd), direct achter de toenmalige winkel van Coöperatie "De Toekomst", verhuisde ik met mijn ouders in 1935 naar het nieuw gebouwde huis aan de Ruitersweg 3 (thans nr. 11). Mijn oudste herinneringen worden gevormd door beelden van grind op ons erf (thans zouden we chiquer spreken over "oprit"), opgroeiende fruitbomen en een kippenhok met ren, naast een duidelijk als zodanig herkenbaar gemaakte plaats om te spelen, o.a. met een heuse schommel. Dat alles op perfecte wijze met de eenvoudige middelen van die tijd, hamer, nijptang, waterpas en handzaag, en met

VOLKSCULTUUR

Page 84: €¦ · 3. Jan Willem Hubert Willems (52 jaar) op 10 augustus 1868. Zij is 38 jaar. Jan Willem Hubert sterft op 13 december 1869. Zoon Jan Hubert uit dit huwelijk sterft 17 dagen

27

behulp van hoekijzeren paaltjes in betonnen voet, kippengaas en bijpassende hekken waar dat nodig was, door mijn vader totstand gebracht. Voor mijn moeder waren er de op dezelfde degelijke wijze opgerichte wasdraad over de hele lengte van ons perceel en de "regenbak", een bij de bouwplannen van ons huis mee ontworpen gemetseld reservoir, afgedekt met een houten, door asfaltpapier tegen weersinvloeden beschermd deksel, waarin een groot deel van het hemelwater werd opgevangen, dat vervolgens beschikbaar was voor de wekelijkse wasdag. Naast dit reservoir was een open bak gemetseld voor de opslag van "schlam", het in die tijd zeer gangbare bijproduct van de kolenwinning dat als brandstof werd gebruikt. Er was sprake van een goed doordacht concept voor een in die tijd modern te noemen woning, waarin het accent lag op "zelfvoorziening" door middel van groente, fruit, aardappelen en bloemen uit eigen tuin, eieren van eigen kippen en het vlees voor een groot deel van een zelfgemest varken. Met name gedurende de oorlogsjaren hadden we nogal wat konijnen, ook weer in mijn ogen, in perfecte door mijn vader gemaakte hokken. We hebben vaak lekker konijn gegeten, doch even vaak kwam het zover niet, doordat er weer een of andere ziekte uitbrak waardoor er 's ochtends bezorgd naar de hokken werd gekeken, omdat men verwachtte dat er weer een aantal gestorven zouden zijn. Teleurstellende herinneringen dus. De sterkste herinnering aan mijn vader uit die tijd is dat hij van orde hield en niets moest hebben van rommel en stapels spullen die zomaar ergens "achterom" werden bewaard. Deze eigenschap meen ik gelukkig van hem te hebben geërfd. Ik geloof dat de dertiger jaren en in zeker opzicht ook nog de oorlogsjaren tot aan de evacuatie in november 1944, voor mijn ouders de gelukkigste zijn geweest. Het leven was zeker niet rijk te noemen, doch er was geluk en tevredenheid, ondanks het feit dat mijn moeder - naar ik meen vanaf mijn geboorte - met een bepaalde regelmaat hoofdpijn had. Vermoedelijk is dit migraine geweest, doch het verschijnsel is ook door de huisarts nooit zo genoemd. Op die dagen was zij tot niets in staat en lag ze in bed of deed ze met de grootste moeite enig werk dat niet kon wachten. Ik werd dan naar tante Fie gestuurd met het verzoek om hulp, die werd gegeven door Mia. Bij de sporadische ontmoetingen die wij de laatste jaren hadden, werd dit nog steeds gememoreerd. De oudste herinneringen aan de familie Rours hebben duidelijk te maken met de hiervoor genoemde familieband. Een keer per week, waarschijnlijk op vrijdag, ging mijn moeder naar "Feurth" helpen poetsen in haar ouderlijk huis. Aanvankelijk gingen wij kinderen met haar mee, later gingen wij rechtstreeks vanuit school haar achterna.

Page 85: €¦ · 3. Jan Willem Hubert Willems (52 jaar) op 10 augustus 1868. Zij is 38 jaar. Jan Willem Hubert sterft op 13 december 1869. Zoon Jan Hubert uit dit huwelijk sterft 17 dagen

28

De oudste beelden die ik mij daarvan nog kan vormen zijn die van een Feurthstraat met keien als bestrating, oude, over het algemeen vrij lage huizen en vooral een kruisbeeld nabij de Stationsstraat, tegenover de woning van "Maan van Hinsberg". Ik had geleerd er niet aan voorbij te gaan zonder een kruis te slaan. De vroomheid in ons leven in die tijd is een hoofdstuk apart, waaraan elders wellicht aandacht kan worden geschonken. Op de andere hoek van deze Stationsstraat lag de bakkerswinkel van Sjang van Maantje, later van diens zoon Toni Gruters. Karakteristiek voor mij was het feit dat er vaak takkenbossen op de stoep lagen, die werden aangevoerd voor het stoken van de oven. Een andere bijzonderheid was de dochter "Ploonj", in die tijd nog niet gehuwd en regelmatig aanwezig in de winkel. Voor mij als kleine mens van het (opgroeiend) mannelijk geslacht was zij door uiterlijk en optreden een vrouw van de wereld. Als buurmeisje, zij het op enige afstand, ging zij op vriendschappelijke wijze om met onze tante Betje, die in mijn ogen een ietwat ingetogen, vooral lieve en rustige vrouw was. In die bakkerij verbleef - ik meen dat hij er ook woonde - ene Willem Lemmens. Hij had er zijn werk in de bakkerij en wellicht is hij ook als broodbezorger opgetreden. Hij was de drapeau-drager van de koninklijke harmonie St. Caecilia. Verderop zal ik nog op hem terugkomen, doch nu moet, vanwege het noodzakelijke overzicht, eerst aandacht worden geschonken aan onze familie. Grootmoeder, door ons in navolging van haar kinderen Mooder genoemd, was een lieve vrouw. Niet lief in de zin van aanhalen of knuffelen; dat was m.i. in die tijd niet zo aan de orde. Men had er geen tijd voor en de erbij behorende gevoelens waren - lijkt mij - niet zo ontwikkeld als in onze tijd. Waarmee ik niet wil zeggen dat deze mensen niet van hun kinderen hielden. De beleving was gewoon anders. Haar liefde uitte zich als bezorgdheid en dat in hoge mate. Echte bezorgdheid voor haar verwanten en voor anderen die het moeilijk hadden. Over het wereldgebeuren van die tijd werd veel gesproken. Zij volgde dergelijke gesprekken met een bezorgde blik, zonder zelf veel te zeggen. Ik denk dat het moederschap in die tijd voor vrijwel alle vrouwen in die rol zorg, leed en pijn betekende en dat momenten van vreugde slechts een relatief korte duur hadden. Mijn grootvader - voor ons Vader - had een vrolijker aard. Anders dan Mooder, had hij in het gezin - in de tijd waarover ik spreek - slechts een beperkte activiteit. Voor het mannenwerk waren er de jongens: Bèr, Sef, Sjeng en Willie en zonodig nog Louis, die al gehuwd was en een eigen gezin had. Vader hoedde de koe die men naar ik meen ieder jaar vetmestte om haar met "Sintmarteskirmes" te slachten. Deze uitdrukking werd in elk geval in huize Rours gebezigd. Later ben ik het verband gaan zien met Sintermeerten (Sint Maarten) de heilige die op of omstreeks de elfde van de elfde zijn feest heeft en die waarschijnlijk

Page 86: €¦ · 3. Jan Willem Hubert Willems (52 jaar) op 10 augustus 1868. Zij is 38 jaar. Jan Willem Hubert sterft op 13 december 1869. Zoon Jan Hubert uit dit huwelijk sterft 17 dagen

29

ook te maken heeft met de

winterkermis van Susteren, die een aantal jaren na de oorlog werd verplaatst van ergens in de eerste helft van november naar de derde zondag in oktober. Het hoeden van de koe gebeurde,

als het weer geschikt was, in een weiland in de "Meer", een buitengebied van Susteren, vanaf de Stationsstraat rechts van de spoorlijn in de richting Sittard. Nog weet ik hoe het gras en met name het hooi rook als ik met Vader mee was en naar zijn verhalen luisterde, terwijl de koe zijn magen vol at. In een deel van de wei vormden wat bomen en struiken een klein bosje, waaronder ook "Asseneut", hazelnoten. Als die rijp waren, had de voettocht met de koe naar de Meer een aparte bekoring! Tot de lichte werkzaamheden die Vader uitvoerde, behoorde ook het schoffelen van de aardappelen. Men had een perceel akkerland in gebruik op d'n Eenjepool (eendenpoel), dat was een gebied rechts van de Rijksweg Noord in de richting van Echt, bereikbaar via een veldweggetje dat begon tegenover de bloemkweker Ruygrok, ongeveer op de hoek van de Tiendschuurweg en de Feurthstraat zoals die er in die tijd uitzagen. Waar de naam vandaan kwam, weet ik niet; er zal in oude tijden wel een plas water geweest zijn. In mijn herinnering komt het beeld van het rangeerterrein met - op die korte afstand - indrukwekkend gepuf en gesteun van de stoomlocomotief, die een aantal al of niet beladen wagons tegen de heuvel opduwde. Wanneer de wind in een bepaalde richting stond, kon je zowel de stoom uit de ketel als de rook uit de schoorsteen ruiken. Er was maar weinig nodig om Vader, als oud spoorman over zijn belevenissen aan het vertellen te krijgen. Ik meen nog te weten dat hij als telegrafist - in vroeger tijden een belangrijk communicatiemiddel - actief is geweest. Een ander perceel lag op het "Munsterveld", een gebied achter het huidige gemeentehuis, in de richting van Dieteren. Mijn vader had aldaar, dicht bij de grond van Vader, een stukje land gepacht waarop hij aardappelen en diverse koolsoorten teelde. In de oorlogsjaren werden we geconfronteerd met de Coloradokever, een gestreept beestje dat kennelijk een groot gevaar betekende voor aardappelplanten. Spuiten werd noodzakelijk en ik zie nog hoe mensen die niet over een rugspuit konden beschikken, met een emmer en een kwast hun aardappelveldje te lijf gingen! De Duitsers gebruikten de Coloradokever, die uit Amerika was komen overwaaien, overigens dankbaar in hun anti-Amerikaanse propaganda. Vervolgens ontstond de "aardappelmoeheid", een ziekte die zich manifesteerde als er te vaak achtereen aardappelen op hetzelfde stuk land waren geteeld. Men werd dan ook verplicht om ieder jaar van teeltplek te

De slagerij van Rours in de Feurthstraat

Page 87: €¦ · 3. Jan Willem Hubert Willems (52 jaar) op 10 augustus 1868. Zij is 38 jaar. Jan Willem Hubert sterft op 13 december 1869. Zoon Jan Hubert uit dit huwelijk sterft 17 dagen

30

wisselen. Mijn vader maakte daarvoor een deal met zijn schoonvader. De familierelatie zal er wel borg voor hebben gestaan dat er geen (boeren)gekibbel ontstond over een meter meer of minder. Op een van de middagen die mijn broer Huub en ik met Vader op zijn land doorbrachten, waren wij angstige ooggetuigen van het vleugellam rondcirkelen en vervolgens neerstorten - nabij het gehucht Slek in de gemeente Echt - van een geallieerde bommenwerper die, door Duits afweergeschut geraakt en door zijn bemanning verlaten was. Een angstig moment, een van de vele die op mij als kind een onuitwisbare indruk hebben achtergelaten. Een volgende taak die Vader vervulde, was het gereedmaken van spullen om de volgende ochtend het fornuis in de keuken mee aan te maken: een bosje stro en een mandje kortgehakt takkenbossenhout. Het fornuis was zwart van kleur (thuis hadden wij een wit) en de oven had twee deurtjes. In de oven van onze grootouders lagen af en toe appelen of peren die na enige tijd sterk verkleurd waren en dan zeer lekker smaakten. Ook werden er stukken hout in gedroogd, voor direct gebruik in het fornuis. Links van het fornuis was het echte keukengedeelte, het aanrecht. Rechts ervan stond een hoge kast, bestaande uit een onderkast met twee deuren en aan de bovenzijde naar ik meen een brede la, mogelijk twee. Daarin zaten nogal wat spullen als handschoenen, lucifers, zaklantaarns enz. De bovenkast had glazen deurtjes. Wellicht werd daarin het betere deel van het servies opgeborgen. Er was uiteraard een grote tafel met een bank ernaast. Als kind werd je meestal hierop gestald. Ook was er nog de "Zadelsjtool", een hoge lederen stoel die vooral 's avonds door Vader werd gebruikt. Hij was dan echt een hoofd van het gezin in ruste, pet op zijn (kale) hoofd, en een zwart "befke" voor. Of hij rookte weet ik niet meer; waarschijnlijk wel. In elk geval maakte hij veelvuldig gebruik van een klein vierkant metalen doosje, waaruit hij af en toe een klein stukje tabak plukte, waarop hij kauwde. Een aparte herinnering bewaar ik aan de "broodmachine", een apparaat waarmee massa's sneden knapperig bruin brood (van Sjang van Maantje) werden gesneden. Op zondagavonden ging mijn moeder met haar twee kinderen, mijn broer Huub en ik, vaak naar haar ouders. Mijn vader ging dan kaarten in café De Witte. Na afloop kwam hij ons ophalen. Dit waren vaak bijzonder gezellige avonden. Er was altijd volk, hetzij van de nog ongehuwden, hetzij van de gehuwden die op bezoek kwamen. Het moet in de jaren 1938/39 zijn geweest toen boven Europa zich donkere wolken begonnen te vormen. Uiteraard werd hierover veel gepraat en vooral gegist en voorspeld. Namen als Bismarck, Chamberlain enz. zijn mij sindsdien bijgebleven, terwijl ik pas veel later doorkreeg wat hun betekenis was geweest. Europa werd als het ware aan de

Page 88: €¦ · 3. Jan Willem Hubert Willems (52 jaar) op 10 augustus 1868. Zij is 38 jaar. Jan Willem Hubert sterft op 13 december 1869. Zoon Jan Hubert uit dit huwelijk sterft 17 dagen

31

keukentafel verdeeld en verdedigd. Hele volkeren werden eenvoudigheidshalve aangeduid als de Pruusj, de Fransman, d'n Amerikaan, de Rus enz. Als rode draad door deze gesprekken liepen de verhalen die met geloof en bijgeloof te maken hadden. Men dient zich te realiseren dat de communicatie nog in kinderschoenen van een zeer kleine maat stond. Slechts weinigen beschikten over een radiotoestel. De familie Rours had er een, doch dit betekende niet dat men snel over juiste informatie beschikte. Veel nieuws werd vernomen op straat, van mond tot mond. Het ligt voor de hand dat, in het licht van die tijd en vooral het ontwikkelingsniveau van de mensen, veel werd vervormd. Nieuws over verschijningen van de Maagd Maria of een ander belangrijk hemels persoon ging als harde waarheid rond. Ik herinner mij zeer wel een verhaal over een vurig teken aan de hemel, waaruit dan weer zeker te verwachten gebeurtenissen konden worden afgeleid. Deze herinneringen zijn gevormd in de hiervoor beschreven keuken en soms ben ik naar huis gegaan, tussen mijn ouders in terwijl ik hun handen stevig vasthield en zelfs mijn ogen uit angst gesloten hield. De tijd waarin dit speelde, was ook de tijd van de mobilisatie van het Nederlandse leger. Ik weet niet meer te zeggen of onze grootouders zelf inkwartiering van militairen hebben gehad. Wel speelde "zaal Peters" (toen nog bie Joawp Pjèters genoemd) een belangrijke rol in dat gebeuren. Nederlandse soldaten kwamen in elk geval in huize Rours binnen en ik weet dat Mooder een keer een wilde eend kreeg, die door een soldaat geschoten was. Uiteraard was ook Willie, waarvan ik mij nog het moment herinner dat hij bij ons op de Ruitersweg afscheid kwam nemen omdat hij in dienst moest, gemobiliseerd. Hij had zijn mobilisatiebestemming in Den Haag, waar hij ook verbleef ten tijde van het uitbreken van de vijandelijkheden op 10 mei 1940. Vast herinner ik mij daarna de berichten dat zijn onderdeel in Den Haag te maken had gehad met beschietingen door N.S.B.ers, Nederlandse landverraders dus. In 1942 of 1943 besloot de Duitse bezetter de voormalige leden van het Nederlandse leger alsnog in krijgsgevangenschap te roepen. Naar ik meen was dit op dat moment met de officieren reeds gebeurd Susterense slachtoffers hiervan waren (kapitein) Sef Groeneweg en Charles Masthof. Deze laatste heeft zich echter, naar ik meen, niet gemeld, doch is ondergedoken. Op de dag dat Willie zich in Amersfoort moest melden, waren veel familieleden in angstige spanning in huize Rours verzameld. Er zal ongetwijfeld veel gebeden zijn.

Page 89: €¦ · 3. Jan Willem Hubert Willems (52 jaar) op 10 augustus 1868. Zij is 38 jaar. Jan Willem Hubert sterft op 13 december 1869. Zoon Jan Hubert uit dit huwelijk sterft 17 dagen

32

Groot was de opluchting toen hij laat in de middag gezond en vrij thuis kwam. Hij had blijkbaar voldoende argumenten om thuis te mogen blijven. Willie was toendertijd werkzaam bij de distributiedienst, die zijn kantoor had in Echt. Dit is hij ook na de bevrijding blijven doen, totdat aan die dienst een einde kwam. In de vooroorlogse tijd waarover ik schrijf waren Fie en Louis reeds gehuwd. Eerstgenoemde had reeds een groot gezin dat ik mij vooral herinner als zeer gezellig. Als wij er een bezoek brachten, zat noonk Sjeng steevast op zijn vaste plek aan het hoofd van de tafel, met zijn rug naar de deur die via een kamer naar de winkel leidde. Toen vond ik dat hij veel wist te vertellen en dat ook deed. Nu zou ik hem wellicht een sympathieke filosoof noemen. Een typische bron van zijn wetenschap waren de "reizigers", vertegenwoordigers in schoenen of aanverwante zaken die in die tijd natuurlijk een goede entree maakten met de laatste nieuwtjes, die uiteraard bij hun bezoek weer werden aangevuld met de allerlaatste feiten die zich in Susteren hadden voorgedaan. Fie en Sjeng dreven een schoenenwinkel, "Schoenmagazijn De Werkman" genaamd. Hun belangrijkste merk, dat stond voor kwaliteit en degelijkheid, was "Robinson". Hun oudste zoon Theo was werkzaam in hun reparatiewerkplaats. Bij "tante Fie" gaan spelen was voor mij een feest. Bedenk daarbij dat ik in die tijd slechts één broertje had, terwijl de familie Eberson over voldoende mankracht beschikte om spellen van velerlei aard te kunnen doen. Een typische herinnering is voor mij de naar maatstaven van ons eigen gezin gemeten zéér vuile vloer in de keuken. Uiteraard kon dit niet anders. Er was, zoals op de meeste plaatsen, een tegelvloer en het schoonhouden daarvan zou in het grote gezin Eberson een dagtaak hebben betekend. Louis en Maria woonden aan de Louerstraat in een modern huis, dat in grote lijnen overeenkomsten had met het onze. Frappant vond ik de erker, die het huis voor mij chique maakte. De toenmalige kinderen waren

Mia en Leo. Louis behoorde voor mij tot de mensen die wat meer wisten dan de overigen. Hij was het familielid dat al eens in een vliegtuig had gevlogen; waarschijnlijk tijdens een rondvlucht vanaf Schiphol. Hij speelde biljart. Zijn broers trouwens ook. Gezamenlijk waren zij bevriend met het hoofd van de Jongensschool op Mariaveld, Sef Pernot. Deze vriendschap, die in mijn belevingswereld stond voor contacten op intellectueel niveau, omvatte ook relaties met mensen uit families als Lijnen, van (de?) Riet etc. Hetgeen ik over Louis heb geschreven, geldt eigenlijk ook voor Bèr. Hij was een gedegen man, rustig van aard en vooral verstandig. Hij had een groot gevoel voor humor en hij wist zijn gehoor vaak te boeien met geslaagde moppen. Een gesprek over een bepaald onderwerp

Page 90: €¦ · 3. Jan Willem Hubert Willems (52 jaar) op 10 augustus 1868. Zij is 38 jaar. Jan Willem Hubert sterft op 13 december 1869. Zoon Jan Hubert uit dit huwelijk sterft 17 dagen

33

samenvattend citeerde hij vaak anderen met door hen gedane rake uitspraken. Bijvoorbeeld: "Nonk Karel zaliger zou zeggen...." Bèr kwam uit voor zijn geloofsbeleving. Hij gaf blijk van een groot vertrouwen in het beleid of de bedoelingen van "d'n Hièr hie baove", waarbij hij rekende op de medewerking van de "Mooder Goads". Ik ben er zeker van dat hij zeer veel, vooral oudere, mensen op zijn rondgang door dorp of wijk tot steun of troost is geweest. Mijn moeder hield van haar oudere broer en was gelukkig als Bèr op zijn tocht naar b.v. Baakhoven, af en toe eens binnenwipte en dan tijd had voor een kopje koffie. Een persoonlijke herinnering aan Bèr is zijn leven "met het horloge". Zijn werk bij PTT dwong hem natuurlijk in tijdschema's, waardoor hij regelmatig zijn uurwerk moest raadplegen om te weten wanneer het tijd was om naar postkantoor, station of brievenbus te gaan. Tussendoor deed hij werkzaamheden thuis, waarvan ik mij herinner het "slaan" van de wasmachine. Deze bestond uit een houten kuip op drie ijzeren poten, een opklapbaar deksel met daarop een mechaniek dat door het heen en weer bewegen van een houten stok werd aangedreven. Dat mechaniek was aan de onderkant van het deksel verbonden met een kruisvormige houten "vleugel" die op zijn beurt het wasgoed heen en weer bewoog. In onze ogen van nu primitief maar doelmatig. Immers, in huize Rours was nogal wat wasgoed te verwerken, enerzijds door de grootte van het gezin en anderzijds door de slagerij. De wasmachine stond in de doorgang naar de buitenpoort, naast een aantal fietsen en twee "varkensbakken", ruwhouten hokken waar net een varken in paste, dat daarin - na aflevering door de varkenshandelaar of particuliere thuismester - de laatste een of twee dagen van zijn leven verbleef. Ook stond hier de bascule, een belangrijke schakel tussen bruto en netto op de weg die de slachtdieren moesten afleggen. De wasmachine werd overigens niet alleen door Bèr bediend; ook de overige jongens moesten, afhankelijk van de tijd die zij tussen hun diensten beschikbaar hadden, letterlijk de armen uit de mouwen steken. Sef en Sjeng waren voor mij min of meer een vast koppel. Sjeng was de slager en had als zodanig zijn vaste taak te vervullen. Daarbij werd hij vaak geholpen door Sef. Beiden kan ik mij nog heel goed voor de geest halen in een stereotiepe houding, die regelmatig tijdens de bewerking van stukken vlees werd ingenomen: het slijpen van een mes door het beurtelings links en rechts langs een daarvoor dienende ronde, spits toelopende stalen staaf met heft te strijken. Door hun vaardigheid was dit strijken meer een snel slaan, dat bij mij de grootste bewondering opriep door hun deskundigheid die hen bespaarde van (door mij gevreesde) bloederige meppen in hun handen. Vaak maakten zij onder het slijpen een of andere grappige opmerking. Vooral Sef kon bijzonder laconiek en raak voor de dag komen. Als kind hield je dan, in een reflex, vooral je oren bedekt of ging je een eindje van de "slijper" vandaan staan. Sef was, net als zijn broer Louis, in dienst van de N.S. Wanneer dat nodig was en zijn diensttijden het toelieten, hielp hij mee met het werk in de slagerij. Vooral op de dagen dat geslacht werd en als later grote delen van de meters braadworst), preskop, leverkaas, hoofdkaas, bloedworst, leverworst en niet te vergeten balkenbrij. Voor het vermalen van vlees was er een Husqvarna vleesmolentje, dat afhankelijk van het product dat gemaakt zou worden varkens

Page 91: €¦ · 3. Jan Willem Hubert Willems (52 jaar) op 10 augustus 1868. Zij is 38 jaar. Jan Willem Hubert sterft op 13 december 1869. Zoon Jan Hubert uit dit huwelijk sterft 17 dagen

34

werden verwerkt tot allerlei zaken als worst in diverse soorten (vooral , werd voorzien van snijmesjes en schijfjes met gaatjes voor een grovere of fijnere doorlaatbaarheid. Een voor die tijd modern te noemen apparaat was de "vulbus", een hoge cilinder waarin het gemalen vlees door middel van een metalen "zuiger" naar beneden werd gedrukt en vervolgens door een uitlaatpijpje in de over dit pijpje gestroopte darm. Vaak heb ik bewonderend gekeken naar de wijze waarop Sjeng de aangroeiende worst "knuffelde", net op de plaats waar het gehakt de uitlaatpijp verliet. Het was zijn vakmanschap om de worst de juiste vastheid mee te geven en te zorgen dat er geen rare kronkels, bulten of dalen in zaten. In het slachthuis stond een grote zwarte ketel, waaronder gestookt kon worden. Hij werd gebruikt bij het ontharen van een pas geslacht varken, door middel van kokend water. Ook het koken van vleeswaren geschiedde er in. Bijvoorbeeld gekookte ham of leverkaas. Producten van deze aard werden voor het koken in bepaalde metalen reservoirs gestopt. Ofschoon veel van hetgeen in het slachthuis gebeurde au fond best wel smerig was, werd er toch sterk op hygiëne gelet. Alle attributen werden steeds met kokend water gereinigd en het gehele slachthuis werd rijkelijk met water schoongespoeld. Typerend was de spreuk op de zelfgevulde pakjes varkensvet: "Niet met handen aangeraakt". Een voor mij erg interessant fenomeen was het "rookhuisje". Dit gebouwtje, in omvang het best (oneerbiedig) te vergelijken met een wat royaal uitgevallen w.c., diende voor het roken van vleeswaren. Deze werden er aan de gebruikelijke vleeshaken in opgehangen, waarna beneden in het gebouwtje

Het gezin Rours: (Ida was in 1939 overleden aan TBC). Staande: Louis, Sjeng, Betje, Willie, Trina, Sef, en Karel Zittend: Fie, Vader Theodoar, Mooder Merie en Bér

Page 92: €¦ · 3. Jan Willem Hubert Willems (52 jaar) op 10 augustus 1868. Zij is 38 jaar. Jan Willem Hubert sterft op 13 december 1869. Zoon Jan Hubert uit dit huwelijk sterft 17 dagen

35

een smeulend vuur werd gestookt met behulp van schaafsel en houtkrullen uit een timmerwerkplaats. Na enige tijd werd de rook die de buitenlucht bereikte vermengd met de heerlijke geur van gerookt vlees. Niemand die er aanstoot aan nam. In de huidige tijd zouden er ongetwijfeld mensen zijn die zelfs in de reuk van gerookt vlees een belasting van het milieu zouden zien. In iets latere jaren werden steeds meer vleeswaren van de Fabriek betrokken en verdween het zelf roken langzaam naar de achtergrond. Een van de eerste merken die bij Rours in de winkel werden verkocht was Limco uit Weert. De slagerij zal voor die tijd, zeker in de jaren voor de oorlog, wel modern zijn geweest: De muren van de winkel waren wit betegeld en kraakhelder, de vleeswaren werden afgewogen op een moderne "Van Berkel's Patent" weegschaal waarop de klanten zelf het gewicht konden aflezen, de attributen voor het doden van de beesten zouden naar mijn mening ook nu nog de toets der kritiek doorstaan en de koeling was gewaarborgd door geregelde aanvoer van blokken ijs als trottoirbanden die in een bepaald gedeelte van een witte kast werden gelegd, waarboven het koel te houden vlees werd opgeslagen. Bovendien was er in het algemeen sprake van properheid en hygiëne. Desondanks waren er een paar zaken die tegenwoordig niet meer door de beugel zouden kunnen: het open

rioolachtige karakter van de waterafvoer, de grote mestvaalt tegenover keuken en slachthuis en de primitieve w.c. buiten, uiteraard zonder enige spoeling of watervoorziening. Deze situatie en natuurlijk de constante aanwezigheid van vlees in welke hoedanigheid dan ook leidde tot een voortdurende werkelijk grote vliegenplaag. In keuken en slachthuis hingen de bekende vliegenvangers, de lange vette plakstroken die, wanneer ze eenmaal uit hun groene doosje waren getrokken en met een punaise tegen het plafond bevestigd, in de vertrekken van de familie Rours de dood van ontelbaar veel vliegen betekenden. Ook zijn veel van die beestjes ten offer gevallen aan de meppen met kranten door de gekwelde leden, vooral de mannelijke, van genoemde familie. Kortom, dit verschijnsel was zo erg dat het zeker niet onvermeld mag blijven. Overigens: men wist en had niet beter; het was het beeld van die

Page 93: €¦ · 3. Jan Willem Hubert Willems (52 jaar) op 10 augustus 1868. Zij is 38 jaar. Jan Willem Hubert sterft op 13 december 1869. Zoon Jan Hubert uit dit huwelijk sterft 17 dagen

36

tijd, waarin de talloze boerenbedoeninkjes aan de Feurthstraat (en aan alle andere straten!) hun mestvaalten vrijwel naast de keukendeur hadden en kippen of andere beesten vrij rondscharrelden. Naar mijn mening voldeed huize Rours beslist wel aan normen van een behoorlijk niveau. Met name de voorkamer was voor mij een voorbeeld van hoe een "nette" kamer er in die tijd moest uitzien. Pronkstuk was de piano, maar ook een kast met wat boeken en een ronde rooktafel zorgden voor een chique sfeer. In die kamer stonden ook de zaken waar kinderen vanaf moesten blijven en die, naar ik meen, persoonlijk eigendom waren van Karel, de musicus die in het gezin een aparte plaats innam. Hij droeg naar mijn gevoel altijd "zondagse" kleding en nam niet of slechts zelden deel aan het ruwere werk in het slachthuis of op het land. Vaak klonken uit de voorkamer pianoklanken, die erop duidden dat Karel zelf studeerde ofwel dat hij bezig was een leerling de beginselen van het pianospel bij te brengen. Hoezeer ook later (en gelukkig thans nog) muziek tot de mooiste dingen in mijn leven is gaan behoren en met name pianomuziek van Chopin of Beethoven mij kan raken, toen raakte mij vooral de eentonigheid van de oefeningen die de kinderen ten gehore brachten. Maar ook dat behoorde in die tijd tot de vanzelfsprekende zaken. Men studeerde klassieke muziek en geen deuntjes van een andere wereld, zoals die thans wellicht wel zijn toegestaan. Twee zaken die tot Karel's persoonlijke bezittingen behoorden en die mij erg imponeerden, waren een spitse piramide die op de piano stond en een liggende stenen hond van pakweg 50 cm lengte, die om zijn hals een belletje droeg dat bij aanraking rinkelde. Ik meen dat dit een prijs was die Karel wellicht op concours, maar in elk geval met muziek, had gewonnen. Het was vooral Betje die de voorkamer op orde hield en die met liefde en naar mijn mening ook trots sprak over de prestaties van Karel met (voor de tweede wereldoorlog) de fanfare van Buchten, zijn zangkoor en incidentele gebeurtenissen. Zo herinner ik mij een uitvoering die hij eens moest geven in Wanssum. De naam van dat plaatsje is mij vast in

Page 94: €¦ · 3. Jan Willem Hubert Willems (52 jaar) op 10 augustus 1868. Zij is 38 jaar. Jan Willem Hubert sterft op 13 december 1869. Zoon Jan Hubert uit dit huwelijk sterft 17 dagen

37

herinnering gebleven, omdat het in die tijd vele malen werd genoemd. Ik meen dat een der grootste problemen toen het vervoer was. Want Wanssum lag en ligt niet direct op fietsafstand. Ook Karel maakte voor zijn afspraken in de regio uiteraard gebruik van het rijwiel. Wellicht met het oog op de kwetsbaarheid van zijn vingers had hij 's winters "moffen" aan de fiets. Dit waren een soort wanten die rond de handgrepen van de fiets waren bevestigd en waarin de handen natuurlijk minder snel afkoelden dan ze zonder die dingen zouden doen. In de jaren voor de tweede wereldoorlog was men verplicht een fietsplaatje te voeren, ten teken dat de rijwielbelasting was voldaan. Mijn vader en moeder hadden dit fietsplaatje vast aan het stuur van hun karretjes bevestigd. In het gezin Rours waren een aantal "mobiele" plaatjes. Zij zaten in een lederen foedraaltje, dat men - naar ik zeker meen te weten - zichtbaar moest dragen, b.v. op de revers van de jas. Het was alleszins logisch dat men dit besparend systeem hanteerde en het is tevens een bewijs dat men in goede verstandhouding orde en regelmaat, zeg maar discipline, wist op te brengen. Bèr, die de fiets moest gebruiken voor zijn dagelijks werk, zal heus wel een vast fietsplaatje gehad hebben, doch de anderen konden dit toen veelbesproken onding best laten rouleren. Aan Karel heb ik nog een speciale herinnering: zijn moeder maakte voor hem "Slemp" een bepaalde pap, waarin bier werd verwerkt, dat door Betje bij café Peters werd gehaald. Er stond regelmatig een kom of keteltje - hier schiet mij te binnen dat Mooder het altijd over een "döppe" had als ze een keteltje en vooral een klein teiltje bedoelde - op het fornuis te wachten op Karel die ofwel ieder moment kon thuiskomen, dan wel moest vertrekken en dan die pap nog snel naar binnen werkte. Het was altijd Mooder die de slemp maakte. Ik denk dat dit paste in het kader van haar voortdurende zorg voor de haren. Karel zal in haar ogen niet zo sterk als de anderen zijn geweest en wellicht dat hij die pap bijzonder graag lustte. Tot nu toe heb ik in mijn herinneringen vooral de actieve telgen van het gezin Rours tot leven laten komen. Er is er echter nog een geweest die, zij het kort en terwijl ik nog erg jong was, een rol heeft gespeeld. De dochter Ida, die slechts 37 jaren heeft mogen leven. Zij overleed op 27 juni 1938, toen ik vijf jaar was. In mijn herinnering komt zij voor als de zieke tante die bij goed weer achter in de tuin in een rieten ligstoel lag. Deze stoel had armen die aan de bovenkant een soort platform hadden waarop iets kon staan of liggen: een glas, een boek. Frappant detail in mijn herinnering is nog altijd het feit dat zij kinderen geen hand gaf doch hen bij de arm pakte. Wanneer wij in huize Rours kwamen, stuurde onze moeder ons direct door naar Ida om haar te begroeten. Althans wanneer zij in de tuin lag. Wanneer ze in haar bed lag, was haar toestand meestal - naar mijn herinnering - niet best. Hierbij valt te bedenken dat haar gezondheid in de enkele jaren dat ik haar heb meegemaakt natuurlijk voortdurend achteruit ging. Haar ziekte werd aangeduid als de tering, de toen gangbare naam voor t.b.c. De indruk die haar overlijden op mij als kind heeft gemaakt, is erg groot geweest. Er werd over haar gesproken als over iemand die bijzonder veel had geleden en zeker in de hemel zou zijn. In het begin van mijn verhaal heb ik even Willem Lemmens genoemd, die werkzaam was in bakkerij Gruters. Deze Willem heeft Ida veel bezocht en, naar ik als kind meen te hebben

Page 95: €¦ · 3. Jan Willem Hubert Willems (52 jaar) op 10 augustus 1868. Zij is 38 jaar. Jan Willem Hubert sterft op 13 december 1869. Zoon Jan Hubert uit dit huwelijk sterft 17 dagen

38

begrepen, was er sprake van een vriendschap die veel meer betekende dan het plichtmatig bezoeken van een ziek buurmeisje. Willem Lemmens was waarschijnlijk een wees. Ik bezit zijn gedachtenisprentje, dat vermeldt dat hij op 8 november 1889 te Born werd geboren en (plotseling) overleed te Susteren op 13 april 1959. In de gedachtenistekst op het prentje dankt hij de dierbare familie bij wie hij jarenlang een gelukkig thuis heeft gevonden. Het verhaal van mijn grootouders van moeders zijde, van mijn ooms en tantes zoals dat in mijn herinneringen bestaat, is verteld. Ik kan er nog slechts aan toevoegen dat er naast de tien kinderen Rours die ik heb gekend, nog een kind geweest moet zijn, een zoontje dat Sjengke heeft geheten. Of hij bij de geboorte is gestorven of hoe lang hij eventueel heeft geleefd, weet ik niet. Vaag, heel vaag, speelt een gedachte aan de Spaanse Griep die in de jonge jaren van onze ouders ooit zeer veel slachtoffers heeft geeist, ook in Susteren. Een feit wil ik nog vastleggen. Het belang van de Roursfamilie in de oorlog voor het gezin waarin ik ben opgegroeid. Ik denk hierbij aan de vele, vele goede gaven van Mooder in de vorm van "kneukskes veur sop" en restjes van vleeswaren die zij mijn moeder (en wellicht ook haar overige gehuwde kinderen) wekelijks toestopte. Niemand kan nu beseffen hoe belangrijk deze vleeswaren in die moeilijke tijd voor ons waren. Het is dan ook een ontroerend gevoel van dank dat bij mij opkomt nu ik, zelf absoluut tot de jaren van begrip en verstand gekomen zijnde, iets meen te begrijpen van de oorsprong van de genegenheid en warmte die mijn moeder voelde voor haar ouders, broers en zussen. Maastricht-Amby, januari 1994 Theo Schreuders

Page 96: €¦ · 3. Jan Willem Hubert Willems (52 jaar) op 10 augustus 1868. Zij is 38 jaar. Jan Willem Hubert sterft op 13 december 1869. Zoon Jan Hubert uit dit huwelijk sterft 17 dagen

39

Een historisch verhaal over Susteren (II) Wil Schulpen

In het vorige artikel hebben we gezien dat onze streek tussen Rijn en Maas aan het einde van de derde eeuw vrijwel ontvolkt werd. In de eeuwen erna werd het gebied weer door Germanen bevolkt. De Germaanse stammen behoorden tot de volkerenbond van Ripuarische Franken. Vooral in het midden van de zevende eeuw zien we tekenen van de kerstening. Het beëindigen van het gebruik van vóór Christelijke begraafplaatsen in de tweede helft van de zevende eeuw duidt er op dat de kerstening in onze streek zijn voltooiing bereikte.

Wat het latere gebied van Susteren betreft, lijkt het erop dat een typisch vroegmiddeleeuwse lintbebouwing zich gevormd heeft langs een klein gedeelte van de grote noord-zuid verbindingsweg aan de oostzijde van de Maas. Op basis van het wegenstelsel als ook de overgeleverde veldnamen mag men veronderstellen dat de vroegste bewoning gelegen heeft in en om de voorde door de Rode Beek (nu: Feurtherpoort) als ook het kruispunt met de moerasweg (nu Stationsstraat/ IJsstraat). Een dergelijke nederzetting was als een eiland in een uitgestrekt landschap. Rondom enkele boerderijen werden goed bebouwbare gronden gebruikt voor akkerbouw en in het overige gebied werden enige gronden voor wei- en hooilanden gebruikt. Deze kleine samenleving zorgde voor vrijwel alle levensbehoeften en was min of meer zelfvoorzienend. Slechts enige producten werden ingevoerd zoals zout en bijzonder aardenwerk. Voor de nederzetting is geen schriftelijk eigentijdse bron en er zijn ook geen oudheidkundige vondsten die bovenstaande onderbouwen. Een grafveld uit de Romeinse tijd toont dat er een nederzetting in die tijd lag in het bewuste gebied. En het is algemeen aanvaard dat de verlaten Romeinse nederzettingen door de Franken weer ingenomen werden.

Archeologisch kan wel de nederzetting bij de Amelbergakerk onderbouwd worden. Het begin ervan kan gedateerd worden in het laatste kwart van de zevende eeuw. De gevonden objecten wijzen erop dat het een stichting was van een vrouwenklooster, althans de gegevens welke ons ter beschikking staan. Wij hebben niet alleen belangstelling voor de algemene historische lijnen als de stichting van een klooster, maar we willen ook graag weten wie de personen waren die aan de basis stonden en waarom. Voor feiten die zoals in ons geval al meer dan dertien eeuwen achter ons liggen is het moeilijk deze te achterhalen. Een goed onderbouwd verhaal met eigentijdse documentatie staat ons niet ter beschikking. Geschiedkundigen hebben ook hiervoor een soort gebruikelijk handelen ontdekt van onze voorouders, zoals ze ook het systeem van de vroegmiddeleeuwse nederzettingen hebben ontdekt. Een al eeuwenoud gebruik, dat al in zwang was bij de stichtingen van de Grieken in Italië al ruim acht eeuwen voor Christus, was dat stichters van een stad bijzonder herdacht werden en als halfgoden de geschiedenis ingingen. Bij de Christenen zien we eenzelfde gebruik, namelijk dat stichters en mensen die een belangrijke rol speelden door de christelijke gemeenschappen als heiligen herdacht werden.

HISTORIE

Page 97: €¦ · 3. Jan Willem Hubert Willems (52 jaar) op 10 augustus 1868. Zij is 38 jaar. Jan Willem Hubert sterft op 13 december 1869. Zoon Jan Hubert uit dit huwelijk sterft 17 dagen

40

Tevens zien we in de middeleeuwen dat wanneer een Christelijke stichting in een latere periode een volledige nieuwbouw met nieuw priesterkoor kent, het nieuwe kloostercomplex met kloosterkerk onder de bescherming (patronaat) van de heilige uit het eerste uur gesteld wordt: De stichter wordt de patroonheilige. Met behulp van deze twee leidraden kunnen we nader de begingeschiedenis van Susteren onderzoeken.

Wat het tweede hulplijntje betreft, de patroon van de kerk, kan er weinig discussie zijn. Immers de patroonheilige van een kerk verandert niet, tenzij bij een volledige nieuwbouw. De kerk heeft sinds het midden van de elfde eeuw nauwelijks veranderingen ondergaan en is al zeker niet meer volledig herbouwd. Met grote zekerheid kan men dan ook aanvaarden dat de huidige patroon al bijna duizend jaar de beschermheilige van de kerk is. Nader onderzoek heeft geleerd dat Amelberga de eerste patroonheilige is en dat Albericus en Gregorius tweede patroonheiligen zijn. Op basis van die patroonheiligen kan men al een sterk vermoeden hebben dat deze drie heiligen een rol bij de stichting van de vrouwenabdij gehad hebben. Dit wordt nog eens onderbouwd met de oudste schriftelijke bron uit Susteren zelf, namelijk de inventarislijst in het evangeliarium in de schatkamer uit het jaar 1174. Hierin worden belangrijke relieken van de drie patroonheiligen genoemd. Tevens is er dan nog de zelfs nog oudere reliekschrijn van Amelberga van rond 1100. Dit toont eens te meer dat deze heilige vrouw in Susteren niet alleen bijzonder maar ook het meest vereerd en herdacht werd.

De tweede hulplijn is een geschrift of overlevering over de stichting. Het voordeel van een stichting is dat ze maar eenmaal plaatsvind. Wat het klooster van Susteren betreft, is er maar één verhaal dat men een duidelijk stichtingsverhaal kan noemen, het verhaal van Gilles van Orval rond 1250. Gilles van Orval, een Luikenaar en monnik te Orval, schrijft dat Sanderbout1 de kerk waarin hij begraven werd, zelf gebouwd had en dat Amelberga de eerste abdis was. Amelberga voedde de dochters van Sanderbout op en beide dochters volgden haar op als abdis van het klooster. Albericus en bisschop Gregorius bezoeken het klooster vaak wegens de godsvrucht van de (vrouwelijke) kloosterlingen. Beide waren voorzitters van een later/ lager Triecht. Al genoemde heiligen en ook Vastrada, de moeder van bisschop Gregorius, zijn in de kloosterkerk begraven. Tevens noemt Gilles hun feestdagen c.q. hun sterfdagen. Pater Roozen vertaalt de Latijnse passage met de reden waarom Albericus en Gregorius ‘de plaats’ (Susteren) bezochten als volgt: “die wegens de godsvrucht en vroomheid der kloostervrouwen dikwijls deze plaats bezochten”. We halen deze vertaling van pater Roozen met name aan om te benadrukken dat Albericus en Gregorius een vrouwenklooster en ook nog vaak bezochten. Een vergelijk van de tekst van Gilles met die van het evangeliarium geeft aan dat we er gelijke details aantreffen.. Een verschil met wat nog algemeen verhaald wordt, is dat onze bisschop in het evangelieboek GG in afgekorte vorm genoemd wordt en bij Gilles – volgens ons afschrift – Gregorius. Ook de sterfdagen (feestdagen) 1 Gilles meent dat Sanderbout Zwentibold is. Dit zien we als fout in het verhaal van Gilles.

Page 98: €¦ · 3. Jan Willem Hubert Willems (52 jaar) op 10 augustus 1868. Zij is 38 jaar. Jan Willem Hubert sterft op 13 december 1869. Zoon Jan Hubert uit dit huwelijk sterft 17 dagen

41

kloppen, alhoewel wel opgemerkt is dat men na de middeleeuwen naast het feest van 22 september ook dat van 25 augustus is gaan vieren. Dat laatste toont dat men overgestapt is op de interpretatie van Utrechtse bisschoppen.

Albericus en bisschop GG (Gregorius) De volgorde en titulatuur is bewust gekozen omdat zowel in het evangelieboek als bij Gilles van Orval deze zo voorkomen2. Zij worden tijdgenoten van Amelberga genoemd en zijn dan in de tweede helft van de zevende eeuw te plaatsen3. Gilles van Orval koppelt beiden aan een lager/ later Traject. Uitgaande van de tijd vóór ca. 740 kan het Susterense Traject niet Utrecht zijn en ‘moet’ het Maastricht zijn, wat ook gezien de ligging van de plaatsen voor de hand ligt. Eind tiende eeuw wordt Maastricht in de Servaaslegende onmiskenbaar Traject genoemd, terwijl oudere bronnen (ook) van Trega4/ Trectis spreken. Zo kan het begrip inferioris bij Gilles van Orval gezien worden als later. Gilles noemt Albericus en Gregorius praesules wat zoveel betekent als ‘leiders’. Dit kan dan ook door veel begrippen ‘vertaald’ worden. Een ervan is voor middeleeuwse teksten ‘bisschop’. Nu gebruikt Gilles in de tekst al tweemaal het begrip episcopus; van dit Latijnse woord is ons woord bisschop afgeleid. Gilles kan natuurlijk voor bisschop twee verschillende begrippen gekozen hebben. Belangrijkste twijfel wordt gevoed door het feit dat Albericus in beide middeleeuwse bronnen niet als bisschop vermeld werd en dat we praesules anders moeten interpreteren: “leider of voorganger van een groep”.

Wat zochten Albericus en Gregorius in Susteren? We weten dat beiden vaak het vrouwenklooster van Amelberga bezochten en dat hun relatie ermee dusdanig was dat ze zelfs in het klooster begraven wilden worden. Voor onze bisschop Gregorius was er waarschijnlijk nog een reden, namelijk dat zijn moeder er begraven werd. Wat Vastrada bewoog om in het Susterens klooster begraven te willen worden, wordt nergens vermeld. We kunnen wel vermoeden dat zij haar laatste levensjaren in de kloostersamenleving van Amelberga opgenomen is. Gezien ook haar zoon een vooraanstaande functie is gaan vervullen, mogen we aannemen dat ook Vastrada tot de “adel” behoorde, zoals wellicht alle ‘nonnen’ in de christelijke samenleving van de zevende eeuw bij de huidige basiliek. We vermoeden dat beiden niet de ‘zeer vereerde heiligen in het Susterens vrouwenklooster’ zijn geworden omdat ze het klooster vaak bezochten. Wij denken dat zij ook ‘iets’ met de stichting te maken hebben. Het document uit 714 waarbij Pepijn van Herstal aan Willibrord een klooster schenkt is ook hierbij van belang. Allereerst zien we dat Pepijn van Herstal van o.m. ene Albericus een aankoop doet. Het kan natuurlijk zijn dat in het eerste kwart van de

2 In tegenstelling met Utrecht: Gregorius en bisschop Albericus. Alles omgewisseld. 3 Gilles plaatst ze in welke zienswijze dan ook niet in de tweede helft van de achtste eeuw. Gilles koppelt beiden aan Amelberga en Sanderbout! 4 Oudere bronnen: vermelding zevende eeuwse ‘reiskaart’ en verdeling 870 van Meerssen. Trega zou Frankisch zijn voor een stroom die ter plaatse weinig krachtig is (energiearm), dus een ideale plaats om een brug te bouwen.

Page 99: €¦ · 3. Jan Willem Hubert Willems (52 jaar) op 10 augustus 1868. Zij is 38 jaar. Jan Willem Hubert sterft op 13 december 1869. Zoon Jan Hubert uit dit huwelijk sterft 17 dagen

42

achtste eeuw twee belangrijke “Alberieken” bezig waren, maar dat lijkt mij minder waarschijnlijk. De voorkeur gaat dan ook er naar uit dat de heilige Alberiek van Susteren dezelfde is als de Alberiek die geld ontvangt van Pepijn van Herstal. En wat verkoopt onze Alberiek? Een kerkje en een kloostertje5 verkoopt Alberiek aan Pepijn van Herstal, welke laatste het geheel prachtig herbouwt en aan Willibrord schenkt. Dit kerkje en klooster werd dus voor 714 beheerd door ‘een organisatie’ die duidelijk via Albericus aan Maastricht verbonden was. We weten dat in de tweede helft van de zevende eeuw de kerstening voltooid werd. Het ligt voor de hand dit kerkje en kloostertje in verband te brengen met de kerstening van onze streek: het was aanvankelijk een missiehuis. We kunnen Albericus en zijn opvolger bisschop Gregorius beschouwen als twee leiders van een groep rondtrekkende monniken die in Susteren een kerkje en onderkomen gebouwd hebben en de streek gekerstend hebben. Hebben zij het in eigen persoon gedaan? Wie zal het zeggen. De tijd heeft veel verdonkeremaand, maar dat geeft meer ruimte voor fantasievolle invulling.

Sanderbout Zoals in diverse overleveringen elders, zien we ook hier een belangrijk persoon bij een kloosterstichting. Sanderbout, hij wordt in de overlevering koning genoemd. Als vader van een dochter, die een religieus leven wilde leiden, doet hij uiteindelijk een grondstuk ter beschikking stellen en zorgt hij ook voor materialen. Zoals we in het eerste artikel aangaven, was in dit gebied een stam woonachtig die aangesloten was bij de bonden van Ripuarische Franken. In het document van Pepijn van Herstal wordt de Maasgouw genoemd als ‘de gouw van de Mosariërs’. Wellicht dat we Mosa als Maas mogen zien en dan zouden we het Maaslanders mogen noemen. In 891 ligt de abdij Suestra inderdaad in het Maasland. Het zal ook niet vreemd overkomen wanneer we in Sanderbout een vooraanstaande Maaslander uit de zevende eeuw zien. Het is dan ook niet verwonderlijk dat in een van de drie andere plaatsen in het negende-eeuwse Maasland genoemde Sanderbout ook in een overlevering verder leeft. Namelijk Jocundus verwerkt in zijn levensbeschrijving van Servatius, de oudste van Maastricht, een oude overlevering in Maastricht van een schenking aan de Maastrichtse abdij. Jocundus noemt hem Cendeboldus, op het bekende Karl Schrein staat hij als Zendeboldus en Gilles noemde hem Ceinderboldus6. In de tiende eeuw had de Sint Servaasabdij een landgoed te Ogya in bezit. Jocundus leert ons: Dit was, zoals grote schrijvers en mannen ons vertellen, ontvangen van de goede koning Cendeboldus. Hij had deze schenking gedaan voor het zielenheil van zijn dochter, die hij er begraven had. In het koninklijk paleis verbleven vele beroemde en eerwaardige mannen, die de koning van advies dienden. 5 Het wordt in het Latijn vermeld, dus zijn nogal wat vertalingen mogelijk zoals ‘bidplaats en een onderkomen voor een of meer monniken’ , maar in de kern blijft het allemaal hetzelfde. 6 Wellicht heeft die wisseling van de eerste letter alles te maken met de Duitse z (ts), die dan afhankelijk van de opleiding van de schrijver kon wisselen.

Page 100: €¦ · 3. Jan Willem Hubert Willems (52 jaar) op 10 augustus 1868. Zij is 38 jaar. Jan Willem Hubert sterft op 13 december 1869. Zoon Jan Hubert uit dit huwelijk sterft 17 dagen

43

Jocundus heeft het wellicht al over een oude overlevering. Opvallend is dat Cendeboldus hier nog een goede koning is in tegenstelling tot in latere Servaaslegenden waar hij de slechterik Zwentibold is. Cendebold in Maastricht maakt dezelfde verandering mee als de Ceinderbold in Susteren. Dat men in Maastricht spreekt van de goede Sanderbout betekent dat men hem nog niet als Zwentibold zag, immers deze laatste had een zeer slechte naam in Maastricht. Uit de beschrijving mogen we wel afleiden dat Sanderbout inderdaad als een belangrijk personage in de laatste eeuwen van de vroege middeleeuwen werd herdacht. Uit een iets latere periode is een derde overlevering van hem. Wellicht nog uit de volle middeleeuwen dateert de naamgeving van een gedeelte van de versterking van Sittard. Het is dat stuk van de versterking dat het gebied met Haagsittard omvat. Ook hier werd een zevende-eeuwse begraving met een rijk vrouwengraf aangetroffen.

De kloosterstichting eind zevende eeuw De opgravingen hebben opgeleverd dat er een laat zevende-eeuwse nederzetting ontstond op het terrein ten noorden van de basiliek. Alles spreekt er voor dat we hier met een vrouwenabdij te maken hebben, zoals dit ook door Gilles van Orval is beschreven. Amelberga, dochter van Sanderbout, is de eerste abdis geweest.7 Veel gegevens van Amelberga zijn via een omweg tot ons gekomen8. Amelberga zou haar eerste stappen in haar religieus leven gedaan hebben in het klooster van Landrada te Munsterbilzen. Dit ligt ten westen van Maastricht. Zij zou hier non zijn geworden en de ‘sluier’ ontvangen hebben van Willibrord. In werkelijkheid zal Amelberga veeleer de sluier ontvangen hebben van Albericus of Gregorius, die hun standplaats in Maastricht hadden en met het Landrada-klooster bekend zijn geweest. De stichting van de Susterense abdij is dan ook besloten met Sanderbout, met Amelberga en mogelijk Landrada en met Albericus en Gregorius. Zo zal de Susterense abdij eind zevende eeuw vanuit het klooster te Munsterbilzen gesticht zijn en zullen enkele nonnen onder leiding van Amelberga de voettocht via Maastricht naar Susteren aangetreden zijn. Albericus en Gregorius waren dus sterk bij de Susterense stichting betrokken. Hun begraving in de vrouwenabdij is hiermee verklaarbaar, evenals dat beiden later bijzonder vereerd werden in de kloostergemeenschap. Dat zij later tweede patroonheiligen werden van de nieuwe, middeleeuwse Ottoonse kerk is dan ook volkomen begrijpelijk.

Wordt vervolgd

7 Gilles zag Amelberga niet als dochter. Dit is te wijten aan zijn zienswijze dat Sanderbout Zwentibold was. 8 Onze zienswijze is gebaseerd op de zienswijze van de Bollandisten, die omstreeks 1722 uit de mond van de Susterense abdis aantekeningen maakten. Zij delen ons ook mede dat ‘niet weinigen’ overtuigd zijn dat Amelberga van Susteren en van Temse één historische persoon waren: Hun levensbeschrijvingen leken veel op elkaar.

Page 101: €¦ · 3. Jan Willem Hubert Willems (52 jaar) op 10 augustus 1868. Zij is 38 jaar. Jan Willem Hubert sterft op 13 december 1869. Zoon Jan Hubert uit dit huwelijk sterft 17 dagen

44

’t zjwarte goud soms zeen ich nog sjachte en sjouwe bie koele en kuulkes, mit berge van sjtein, getuge van welvaart en jaore geneumd: ’t zjwarte goud veur alles en ederein; noe oetgemergeld, óntkaold, óntgrindj en begrave ónger glooiende heuvels: zjwart goud en sjteinberg verdwient in plasse mit water veur nuje natuur, wo waterlandj wiejer en wiejer versjient........

’t witte goud asperges: vol veldjer, ’t witte goud, good verzilverd en wien van eigener gróndj, zoa handj in handj, culinair genetend en sjtrelend de tóng, in mènnige móndj........

Jean Dewaide

DIALÈK

Page 102: €¦ · 3. Jan Willem Hubert Willems (52 jaar) op 10 augustus 1868. Zij is 38 jaar. Jan Willem Hubert sterft op 13 december 1869. Zoon Jan Hubert uit dit huwelijk sterft 17 dagen

45

Red de Veldleeuwerik Jan Smeets

Veldleeuweriken redden het niet in intensief bewerkt boerenland De Veldleeuwerik is van oorsprong een steppevogel, die aanvankelijk met groot succes, het Nederlandse cultuurland heeft gekoloniseerd. In de jaren zeventig is de Veldleeuwerik de talrijkste broedvogel van het boerenland. Tot begin deze eeuw behoorde hij tot de jaarlijkse broedvogelsoorten in het onderzoeksgebied ’t Hout en IJzerenbos. Op 2 april dit jaar lieten 3 paartjes hoog in de lucht bij de Middelsgraaf zich uitbundig horen. Enkele weken later waren hun favoriete kruidenrijke akkers waar ze in broeden en hun jongen grootbrengen, door landbouwwerkzaamheden verdwenen. Nadien zijn er geen Veldleeuweriken meer gezien of gehoord. De vogels zingen meestal in een fladderende biddende zangvlucht steeds verder omhoogklimmend tot hoog in de lucht. En dalen aan ‘t eind van de zangvlucht zingend naar beneden en laten zich tijdens het laatste deel zwijgend met gesloten vleugels naar de grond vallen. Door de grootschalige intensieve landbouw is de Veldleeuwerik in de problemen geraakt. Het broedsucces is te laag waardoor de populatie snel bergafwaarts is gegaan. De huidige Nederlandse populatie is nog maar een schim van die van weleer: een achteruitgang van 95% in de periode1970-2015 en in grote gebieden komt de soort helemaal niet meer voor.

NATUUR

Page 103: €¦ · 3. Jan Willem Hubert Willems (52 jaar) op 10 augustus 1868. Zij is 38 jaar. Jan Willem Hubert sterft op 13 december 1869. Zoon Jan Hubert uit dit huwelijk sterft 17 dagen

46

In 2006 is een grootschalig meerjarig onderzoek gestart naar de mogelijke oorzaken van die snelle achteruitgang in meerdere provincies waaronder Limburg. Het onderzoek geeft aan dat slechts in extensief beheerde graslanden voldoende jongen worden grootgebracht om de populatie in stand te houden. Het broedsucces in intensief beheerde gebieden is daarentegen laag als gevolg van landbewerkingen, waardoor het beschikbaar voedsel niet toereikend is om jongen groot te brengen. In ‘moderne’ graslanden zijn de reproductiekansen voor Veldleeuweriken miniem. De landbouwgronden met grootschalige maisakkers, aardappel- en bietenvelden en monotoon grasland, bieden de Veldleeuwerik geen geschikt voedsel. Ook wintergraan pakt ongunstig uit. Wintergraan wordt in de herfst ingezaaid en levert geen stoppels waar de Veldleeuwerik in de winter voedsel kan vinden. Als broedplaats is wintergraan ongeschikt omdat deze in het voorjaar snel te hoog en te dicht groeit.

Wat moet er gebeuren om de Veldleeuwerik te redden? Er moeten betere broedcondities komen met faunaranden voor de Veldleeuwerik die het broedsucces verbeteren. Faunaranden zijn brede randen langs landbouwpercelen met grasachtige kruiden en bloemenmengsels die insecten aantrekken die de vogels voedsel bieden. Om deze soort te helpen, zou er ook meer diversiteit moeten komen in de te verbouwen gewassen en na de oogst de stoppels gedurende de winter op het land te laten staan. Ook niet-geoogste graanveldjes hebben een onweerstaanbare aantrekkingskracht voor de Veldleeuwerik. Voor deze maatregelen is structureel geld nodig zodat de Veldleeuwerik als broedvogel weer terugkeert. Boeren moeten gecompenseerd worden voor het verlies aan opbrengst. Zij moeten het uiterste uit hun land halen en dat zie je terug in het intensieve gebruik van de grond. Af en toe maken Brussel en Den Haag de zaken zo ingewikkeld, dat de voor de hand liggende oplossing verdwijnt. De boeren zijn afhankelijk geworden van het landbouwbeleid in Brussel en Den Haag.

Teruggang van de Nederlandse weidevogels sinds 1990: Gele Kwikstaart 23%, Graspieper 29%, Grutto 63%, Kievit 40%, Scholekster 68%, Tureluur 18%, Veldleeuwerik 62% en Wulp 47%. Literatuur: Vogelnieuws juni 2012 Ecologische atlas van de Nederlandse Weidevogels Broedvogels in Nederland Sovon-rapport 2018/1 Jan Smeets, Jozefstraat 15 EG Susteren [email protected]

Page 104: €¦ · 3. Jan Willem Hubert Willems (52 jaar) op 10 augustus 1868. Zij is 38 jaar. Jan Willem Hubert sterft op 13 december 1869. Zoon Jan Hubert uit dit huwelijk sterft 17 dagen

47

Effe raoje deil 12 Annie Schreuders-Derks

1.Kinkeglaas 1. Lampeglaas 2. Glaas mit ein sjtökske oet 3. Champagneglaas

2. Perdarm 1. Óntsjtaoke derm 2. Waopevergunning 3. In den erm loupe

3.Pènke trèkke 1. Kènjersjpelke 2. Daakdèkkerswerk 3. Zumpe, lup laote hange

4.Ruffele 1. Fraanjele (rafelen) 2. Trómme 3. Zeivere (kwijlen)

5.Sjanseklöppel 1. Höltje óm sjansedraod sjtrang te bènje 2. Houterig persoon 3. Hout óm sjanse in de aove te duje

6.Sjaor 1. Sjoevering 2. Vläög van sjtóf 3. Sjaafwundje

7.Vlaegelsgaerd 1. Jóngessjpeelgood 2. Verbaoje vèsjgesjieër 3. Klöppel veur aan de deesvlaegel

8.Zieëlewermer 1. Kort vrouwluujjekske 2. Flinke borrel 3. Biechvader

9.Aorejaok 1. Raar vrouwmösj 2. Gesjieër bie zeumere (arenlezen) 3. Sjouwerjök (juk)

EFFE RAOJE

Page 105: €¦ · 3. Jan Willem Hubert Willems (52 jaar) op 10 augustus 1868. Zij is 38 jaar. Jan Willem Hubert sterft op 13 december 1869. Zoon Jan Hubert uit dit huwelijk sterft 17 dagen

48

Programma 2018

Donderdag 21 juni: eerste busreis

Dinsdag 24 Juli: Gluren bij de Buren (samenwerkingsverband)

Zaterdag 11 augustus, 18:00 uur: Kroedwèsj en fête Champètre

Donderdag 20 september: tweede reis

Donderdag 18 oktober: Thema: herdenking Wereldoorlog I

Donderdag 8 november: thema: Julianakanaal door Hans Noblesse. De oplossinge van Effe Raoje.

1 = 1 2=2 (permit d’armes) 3=3 4=1 5=1 6=2 7=3 8=1 9=1 + 3 Colofon

Redactie Heemklank Annie Schreuders-Derks, Cor Voorter , Wil Schulpen. Corrector: Loek Storken

Contact: Feurthstraat 25, 6114 CS [email protected]

Bestuur : John van Bree, voorzitter, Imkerstraat

27, tel. 06 – 48476649 Wil Schulpen, secr./penmr., Feurthstraat

25, tel. 06 18295576 Annie Schreuders-Derks, Op de Pas 6,

tel. 046 449 3339 Loek Storken, Benedictalaan 7, tel.

046 449 3032 Cor Voorter, Majoor Evanslaan 1, tel.

046 449 1539

Kopie: Vóór 15 augustus 2018 inleveren bij één van de leden van de redactie.

Auteurs zijn verantwoordelijk voor hun bijdrage

Contributie bedraagt € 20,00 per jaar per gezin. Inclusief toezending Heemklank € 25,00. Losse nummers Heemklank € 6,00.

Bank: NL13RABO 0150 2046 12 Kamer Koophandel 40175186

Foto’s : Jan Valentijn – Posterholt Ton Vranken - Susteren

Omslagtekening: Thijs Heijnen

Tekeningen: Huib Heijnen

Drukkerij Simons Grafisch Totaal, Susteren

ISSN: 2214-0

Page 106: €¦ · 3. Jan Willem Hubert Willems (52 jaar) op 10 augustus 1868. Zij is 38 jaar. Jan Willem Hubert sterft op 13 december 1869. Zoon Jan Hubert uit dit huwelijk sterft 17 dagen
Page 107: €¦ · 3. Jan Willem Hubert Willems (52 jaar) op 10 augustus 1868. Zij is 38 jaar. Jan Willem Hubert sterft op 13 december 1869. Zoon Jan Hubert uit dit huwelijk sterft 17 dagen
Page 108: €¦ · 3. Jan Willem Hubert Willems (52 jaar) op 10 augustus 1868. Zij is 38 jaar. Jan Willem Hubert sterft op 13 december 1869. Zoon Jan Hubert uit dit huwelijk sterft 17 dagen

1

Driemaandelijks tijdschrift voor de studie van natuur en heemkunde

jaargang 41 nummer 3 - 2018

Heemklank is een uitgave van de Vereniging van Natuurvrienden Susteren

Inhoud Heemklank 2018 nummer 3 Weurdje van de redaksie – Cor Voorter ................................................................... 3 Van de vereniging ..................................................................................................... 4

Kroedwèsj - Wil Schulpen .................................................................................... 4 Gluren bij de buren - Wil Schulpen ...................................................................... 6 Kunstmarkt en kunstroute - Wil Schulpen ........................................................... 7 Een eeuw Mariaveld – Cor Voorter ...................................................................... 8 Thema-avond Wereldoorlog I, Donderdag 11 oktober 2018 – Cor Voorter ........ 9 Thema-avond: 8 november Julianakanaal door Hans Noblesse - Wil Schulpen .. 9

Doe laefs mer eine kieër – Loek Storken ............................................................... 10 De monsters van Hommelheide – Evert Zits .......................................................... 12 De wereld draait door – Gerard Janssen ................................................................. 18 Driekwart van de luuj zeen gek – Loek Storken..................................................... 21 Mijn schooltijd op de lagere jongensschool te Susteren – Wil Filott ..................... 23 Rode- en Zwarte Wouwen als broedvogel in het IJzerenbos – Jan Smeets ............ 32 Een historisch verhaal over Susteren (III) - Wil Schulpen ..................................... 37 Harmonie St. Cecilia – Jacques Rours .................................................................... 43 Effe raoje deil 13 – Annie Schreuders-Derks ......................................................... 47 Programma 2018 (resterend) .................................................................................. 48 De oplossinge van Effe Raoje. ................................................................................ 48 Colofon ................................................................................................................... 48

Page 109: €¦ · 3. Jan Willem Hubert Willems (52 jaar) op 10 augustus 1868. Zij is 38 jaar. Jan Willem Hubert sterft op 13 december 1869. Zoon Jan Hubert uit dit huwelijk sterft 17 dagen

2

Page 110: €¦ · 3. Jan Willem Hubert Willems (52 jaar) op 10 augustus 1868. Zij is 38 jaar. Jan Willem Hubert sterft op 13 december 1869. Zoon Jan Hubert uit dit huwelijk sterft 17 dagen

3

Weurdje van de redaksie Euver ‘t waer is de aafgeloupe waeke en maonje al genóg gezeiverd, dao gaon weer ‘t dus neet euver höbbe. Waal euver de gezóndjheid. Sóms móste geweuën mit de naas op de feite waere geduujd, anges duit jederein of d’r niks aan de handj is. Twieë van ós groate sjteunpilaere bènne ‘t besjtuur van de Natuurvrunj en de redaksie van d'n Heemklank höbbe eine flinke sjtap trök mótte doon en zulle effe get mieë aan zichzelf mótte dènke. Loek, besjtuurslid en oze scribent en corrector van d'n Heemklank en Wil, oze sikkretaris/penningmeister en redaksielid (en nog väöl mieë) zeen veurluipig oet de running. In eine kieër besefste waat gezóndjheid veur ein kosbaar bezit is. Kiekend óm dich haer zuuste en heuërste nog mieë luuj die gezóndjheidsprobleme höbbe. Natuurlik kènste zègke: det heuërt noe einmaol bie ‘t laeve, mer toch... ://de.wikipedia.org/wiki/Reichsabtei_Echternach

WEURDJE VAN DE REDAKSIE

Page 111: €¦ · 3. Jan Willem Hubert Willems (52 jaar) op 10 augustus 1868. Zij is 38 jaar. Jan Willem Hubert sterft op 13 december 1869. Zoon Jan Hubert uit dit huwelijk sterft 17 dagen

4

Van de vereniging Kroedwèsj Zaoterdigaovend zès oere nump Annie plaats achter de laesenaar op ’t preesterkoar in de Amelbergakirk. ’t Is neet zoa drök es veurige jaore; det kump mesjien doordet ’t neet in de blaedjes haetv gesjtange. Annie geuf ein volkskundige oetlègk van

’t fieës van Maria en de traditie van d’n Kroedwèsj. Danao kump daeke Lauvenberg mit z’n mèsdeners bènne, wonao de mès begint. Nao de beide laezinge door Josette en d’n daeke is ‘de zaegening van de kroedwèsje. Nao ’t bekènde dankgebed van Annie vònj de wurkelike zaegening plaats, wonao de laezing van de mès wier geit. Nao de mès ginge w’r –zoa-es de lètste jaore gebroekelik- nao d’n beeldentuin. De scouting hauw ouch dit jaor weer gezörg det de aanwezige va ein drenkske kooste genete. Ouch woor d’r hapjes. Bezunjer woor waal d’n póppekas. Noe eine richtige: ma en vrouw hauw allerlei póppe oetgesjtald en lete deze mit sjoan verhaole tót laeve kómme. ’t Woor ein sjpiktakel.

VAN DE VERENIGING

Page 112: €¦ · 3. Jan Willem Hubert Willems (52 jaar) op 10 augustus 1868. Zij is 38 jaar. Jan Willem Hubert sterft op 13 december 1869. Zoon Jan Hubert uit dit huwelijk sterft 17 dagen

5

Foto’s Ed Cremers

Page 113: €¦ · 3. Jan Willem Hubert Willems (52 jaar) op 10 augustus 1868. Zij is 38 jaar. Jan Willem Hubert sterft op 13 december 1869. Zoon Jan Hubert uit dit huwelijk sterft 17 dagen

6

Gluren bij de buren 24 juli organiseerde ós vereniging ein róndjwanjeling door Zöstere. In de kirk verzamelde zich binao twieë hónderd luuj, die ’t toch waal euverdreve werme waer trotseerde. Óm d’n aovend good te kónne laote verloupe woren d’r naeve zeve persone die op diverse plaatse ein inleiding gove, ouch nog ein vieftieë n vriewilligers, die de bezeukers letterlik door Zöstere leidde. In de kirk verwelkomde oe Veurzitter John en d’n daeke de bezeukers wonao m’n aan de wanjeling koos beginne, in zès groepe van ruum dertig man. Kirk (Karel Fiddelers), kirkplein (Wil Schulpen), Gildeman (Annie Schreuders-Derks, Maert mit Graasboer ( Frans Dullens en Charles Janssens), Fäörtherpaort (Cor Voorter) en de Sjtadsmeule (Jos Douven). De reacties nao aafloup wore alle positief.

Jos aan de meule

Frans en Charles op de Maert

Annie bie de Gildeman

Foto’s Piet Vinken

Page 114: €¦ · 3. Jan Willem Hubert Willems (52 jaar) op 10 augustus 1868. Zij is 38 jaar. Jan Willem Hubert sterft op 13 december 1869. Zoon Jan Hubert uit dit huwelijk sterft 17 dagen

7

Kunstmarkt en kunstroute D eerste zondag van juni organiseert de Stichting Kunstgroep Swentibold Susteren voor de dertiende maal de kunstroute. Deze vindt in de Beeldentuin plaats, maar dit jaar stonden ook een aan tal marktkramen op het plein ten noorden van de kerk. Het was weer gezellig druk. Er waren rond de negentig amateur kunstenaars die hun producten tonen aan de belangstellenden. DE dames van de harmonie zorgden voor koffie en vlaai en andere drank. Ook scouting was weer van de partij door o.m. het HK ter beschikking te stellen. Er waren naar schatting ‘zeker duizend bezoekers’. Ook was er en wandeling door de oude kom van Susteren uitgezet. Verschillende mensen hadden hun tuinen en achterplaats beschikbaar gesteld voor het tonen van kunst. Ook Susterense kunstenaars toonden hun kunnen. Voor meer informatie zie http://www.kunstmarktswentiboldsusteren.nl/. Ook deze wandeling was druk bezocht, vele hinderden hadden de wandeling gelopen.

Foto’s Jan Valentijn

Page 115: €¦ · 3. Jan Willem Hubert Willems (52 jaar) op 10 augustus 1868. Zij is 38 jaar. Jan Willem Hubert sterft op 13 december 1869. Zoon Jan Hubert uit dit huwelijk sterft 17 dagen

8

Een eeuw Mariaveld Cor Voorter

Onder de titel 'Een eeuw Mariaveld' – Parochiekroniek 1918-2018 verscheen een indrukkend boekwerk van de auteurs Ever Zits en Jean Dewaide. De presentatie vond zondag 5 Augustus jl. plaats in het kader van het jubileumjaar van de parochie Mariaveld. In de afgelopen maanden is door de beide auteurs het ontstaan van de parochie en de bouw van de kerk uitvoering beschreven. Door de opkomst van de mijnen in Limburg en de groei van het rangeerterrein in Susteren waren veel mensen nodig om alle werk aan te kunnen. Deze mensen en hun gezin hadden een woning nodig en zo groeide de wijk Mariaveld zoals wij deze heden te dage nog kennen.

Het boek geeft in chronologische volgorde het ontstaan van de wijk en parochie weer. Zits en

Dewaide hebben beide al een respectabele leeftijd bereikt, maar hebben zich er absoluut niet met een Jantje van Leiden van afgemaakt. Archieven zijn uitgeplozen en fotomateriaal is verzameld om een prettig leesbaar, maar vooral historisch verantwoord verslag weer te geven. Dat is hun uitermate goed gelukt.

Niet alleen de tijdsgeest wordt weer gegeven, maar ook personen die nauw verbonden zijn met de wijk Mariaveld of de parochie. Uiteraard is de geestelijkheid vertegenwoordigd in het boek, omdat de kerk ook heeft bijgedragen aan de ontwikkeling van het gemeenschaps- en verenigingsleven van Mariaveld en zijn parochie. Toch is de geestelijkheid niet overmatig vertegenwoordigd en alle aspecten van de gemeenschap komen aan bod.

Al bladerend door het boek zullen de vele foto's al een feest der herkenning zijn, terwijl het lezen van de tekst bij velen herinneringen zal oproepen. Herkenbaar uit verhalen van een vorige generatie of uit eigen ervaring. Foto en boek vormen een geheel, dat is een sterk punt.

Page 116: €¦ · 3. Jan Willem Hubert Willems (52 jaar) op 10 augustus 1868. Zij is 38 jaar. Jan Willem Hubert sterft op 13 december 1869. Zoon Jan Hubert uit dit huwelijk sterft 17 dagen

9

Thema-avond Wereldoorlog I, Donderdag 11 oktober 2018 Cor Voorter

Donderdag 11 oktober a.s. zal de heer Jos Henckens een lezing verzorgen over Wereldoorlog I. Hoewel Nederland zijn neutraliteit wist te waarborgen, is “de Groote Oorlog” niet geheel onopgemerkt aan ons land voorbijgegaan. Denk bijvoorbeeld aan de opvang van Belgische vluchtelingen. Zeker is dat de terugtocht van het verslagen Duitse leger ook zijn sporen heeft achtergelaten. Vanwege deze massale terugtocht kregen de Duitse manschappen toestemming om vanuit het Belgische

Maaseik, via Roosteren, Dieteren, Susteren richting Duitse grens nabij Nieuwstadt terug te gaan naar hun vaderland. Alle militairen van soldaat tot officier werden op brug tussen Maaseik en Roosteren ontwapend en mochten vervolgens hun weg vervolgen. Een eindeloze troostloze stoet militairen trok dagenlang terug naar Duitsland.

Jos Henckens, afgestudeerd in de Moderne Geschiedenis aan de Universiteit Leuven schetst onze deze wereldoorlog en geeft ons in zijn referaat o.a. een kijkje in de bezette gebieden. Daarnaast belicht hij het specifiek het jaar 1918, met o.a. de terugtrekking van de Duitse troepen via Roosteren-Susteren-Nieuwstadt. De gevolgen van de oorlog zelf op langere termijn waren veel dramatischer.

Datum: Donderdag 11 oktober 2018. Locatie: Grote Zaal Orbis Vastrada / Aanvang: 19.30 uur Toegang: leden gratis / niet-leden vrijwillige bijdrage.

Thema-avond: 8 november Julianakanaal door Hans Noblesse Hans Noblesse woont in Susteren. Hij verzamelt o.m. foto’s in relatie Maas, Julianakanaal, Roosteren en omstreken. Hij deelt zijn collectie via diverse websites. Hij heeft een website over het grensmaaas-project.

Hans Noblesse zal u een schat aan foto’s tonen over het Julianakanaal vanaf de aanleg tot op heden.

Page 117: €¦ · 3. Jan Willem Hubert Willems (52 jaar) op 10 augustus 1868. Zij is 38 jaar. Jan Willem Hubert sterft op 13 december 1869. Zoon Jan Hubert uit dit huwelijk sterft 17 dagen

10

Doe laefs mer eine kieër en esse det tegooi duis, is det ouch genóg Loek Storken

Godwètwiedèk heuërse det eine zègke es d’r ‘t zich weer èns good lieët gaon. En det mósse natuurlik regelmaotig doon, want det duit dich geine veur. Mer aeve dèk heuërse: “Ich wool eigelik dit nog, en ich wool det nog!” Nou, esse det allemaol nog wils, doon det denne! Waem zou dich taengehawte? Väöl luuj hawte zichzelf taenge. En den kènse dich weer aafvraoge: “Wólle ze det eigelik noe ouch nog waal persé?” Nae dus! Niks is wat det betref zjwaker es de minsj. Zoa höbbe w’r bie ’t wanjele eine d’rbie loupe, dae sjtèlt èns gaer get oet. Es dae dees waek eigelik ’t graas mót meije of de hègk mót sjaere, den zèt d’r det op ei lieske. Det lieske lègk d’r eweg, en den kènse d’r van op aan det det ein of twieë waeke later nog op det lieske sjtuit. En det graas, det sjtuit den ouch nog, en ouch die hègk! Hieël väöl dènger wilt dae eigelik pas in zien volgend laeve doon. Det zaet d’r teminste. Mer ich höb eigelik zó’n vermoede det dae nog waal ei paar laeves neuëdig zal höbbe óm zien klusjes allemaol gedaon te kriege. Dae wilt die dus hieëlemaol neet doon, mer dae wilt allein èns gaer d’r euver kalle. En det kal make, det is dus eigelik wat d’r gaer duit. En det kènt d’r verreks good en det duit d’r dus ouch volop. En geliek haet d’r. Zoa is bie ós wanjelmen kal make dus de lètsten tied väöl belangrieker gewore es ’t wanjele zelf en ’t drènke van eine pint daobie.

DIALEK

Page 118: €¦ · 3. Jan Willem Hubert Willems (52 jaar) op 10 augustus 1868. Zij is 38 jaar. Jan Willem Hubert sterft op 13 december 1869. Zoon Jan Hubert uit dit huwelijk sterft 17 dagen

11

Zoa heuërde ich lèts op eine vreuge vriedigmörge : “Gooie mörge, wat ein kaw vandaag zègk!” “Jao, mer det kump toch veural door dae vieze wèndj! Det is toch oastewèndj, dae kump van ‘t Pruusjes!” “Jao” , zaet mich eine van die gelieërde, “en oastewèndj is ummer kawd, egaal oet welken hook det dae kump”. Jao, zoa löste w’r ters nog waal ei paar. Mer ’t verhaol woor nog neet aaf. “Det klop”, zaet eine, “behalve es ich ein „oostenwindje” laot. Dae is werm!“ En noe doe weer! Dae jóng dae gaer alles oetsjtèlt, dae zuut d’r ouch ummer gaer netjes en verzörg oet. Hae woor bie de Sjpekzeiver óm zich eine nuje bril oet te zeuke. Witte glazer, en zó’n modern montuur mit van die dikke zjwarte renj. Hae zuut d’r gein neut door, mer hae sjtuit hem good. En dao geit ’t allewiele toch óm. Ouch al löpse dich mit dien herses euveral taengenaan! Doe laefs ja toch mer eine kieër. Hae moos zich ein montuur oetzeuke oet eine róffel monture die op zó’ne rèk sjtónge. “Mer menieër”, zaet de juffrouw op ei gegaeve moment taenge hem, “geer sjtaot veur de kènjerbrille!” Zien vrouw haw hem det ouch al èns gezag, mer wie ummer, die geluifde hae natuurlik neet. Typisch hae weer natuurlik bie die kènjerbrille, want dae wilt altied gaer jóngk oetzeen. Hae vertèlde ouch det d’r eine bril moos höbbe, wo d’r sjerp door koos kieke. “Ein saort pornobril dus eigelik”, zaet eine, “mer ich geluif waal det zoaget boete de verzekering vilt. Dae krisse neet vergoed”. In ’t kader van de bezuiniginge in dezen tied haolt eine van de jónges zich de èrpel bie zien zöster. Die höbbe eine boerderiewinkel. “Vief kilo veur ein euro viefentwintjig“, zaet d’r, “det is goodkoup”. “Itse die den in einen daag op?”, vreug eine. “Ja”, zaet d’r, “wie mieë desse ters per daag its, wie mieë desse verdeens!” “Jao”, zaet den angere weer, “det is waor. Mer doe geis waal ouch ummer mieë op zó’nen èrpel lieke!” En dao koos d’r ’t weer mit doon en haw d’r ouch neet van trók. Jao, ze sjpare zich soms neet óngerein. Zoa moos ouch eine Sinterklaoscadeautjes veur zien kleinkènjer gaon koupe. En hae haw gedach: beuk. Want hae wilt natuurlik det zien kleinkènjer nog väöl sjlummer waere es opa zelf. Es det zou kènne! Hae vroog dus aan ’t maedje in de winkel “Veur welke laeftied is dit?” “Ja”, zaet ’t kèndj, “is ’t eine hieële sjlumme?” “Ja, weer höbbe gein angere”, zag hae weer, “det höbbe ze allemaol van den opa!” Wie dae kleine opa oet det book veurloos, det vreuger de Romeine hie zeen gewaes, zaet opa”: “Vergisse dich neet? Wore det neet de Marokkane?” Opa vertèlt det es de kleinkènjer hem veurlaeze, det d’r den noe nog mieë lieërt es vreuger, mer det woor den ouch neet väöl bezjoers. Dit wurt zich allemaol vertèld ónger ’t motto: Plök den daag veur ’t aovend is, mer lèts loos ich ein sjoan variatie op det thema: Plök den daag, mer plök hem neet kaal! Sjmiet d’r dich dus aaf en toe èns royaal taengenaan en neet te bang. Veural mit té veurzichtig zeen mósse dèks hieël veurzichtig zeen.

Niks is dèks lestiger Es vergaete wat dich zoa-al bezighilt! Mer friedes lök det nog waal èns!

Page 119: €¦ · 3. Jan Willem Hubert Willems (52 jaar) op 10 augustus 1868. Zij is 38 jaar. Jan Willem Hubert sterft op 13 december 1869. Zoon Jan Hubert uit dit huwelijk sterft 17 dagen

12

De monsters van Hommelheide Evert Zits

Er is een tijd geweest dat Susteren in kringen van de hengelsportverenigingen een grote bekendheid genoot. De plaatselijke hengelsportvereniging “De Snoek”, opgericht in 1926, beschikte toen namelijk op de Susterense Heide over een prachtige visvijver. Deze waterplas had men te danken aan de Nederlandse Spoorwegen die in 1914 begonnen waren met de aanleg van een enorm rangeerterrein, dat een belangrijke rol ging vervullen in het transport van de steenkolen van de Limburgse mijnen, die toen tot grote ontwikkeling kwamen. De benodigde grond voor de ophoging van het achtentwintig hectaren grote complex en de aanleg van een rangeerheuvel, verkreeg men door het uitbaggeren van gronden in het Susterderbroek, waar een grote waterplas ontstond. Deze werd in de volksmond al spoedig ‘De Bagger’ genoemd. Begin dertiger jaren werd aan de oostzijde van de plas een zwembad aangelegd, dat de aanzet vormde voor het recreatieoord “Hommelheide”, dat later zo fraai “Landgoed Hommelheide” ging heten, maar sinds 2017 “Euro Parcs Resort Limburg”.

Prima visstand Een van de belangrijkste activiteiten van de hengelsportvereniging “de Snoek” was het op peil houden van de visstand in ‘de Bagger’. In de loop der jaren werden grote partijen vissoorten uitgepoot variërend van snoek, baars en karper tot brasem, voorn, zeelt en bliek. Dankzij deze rijk geschakeerde vissenfamilie was de Susterense visvijver een echte topper voor hengelaars in Susteren en omgeving. In de jaren vijftig en zestig was de grote attractie de aanwezigheid van een aantal mannetjesputters-karpers, die doodgemoedereerd rondzwommen onder de eretitel ‘de monsters van Hommelheide’.

1976. Gouden jubileum ‘de Snoek’, bestuur en jubilarissen

Page 120: €¦ · 3. Jan Willem Hubert Willems (52 jaar) op 10 augustus 1868. Zij is 38 jaar. Jan Willem Hubert sterft op 13 december 1869. Zoon Jan Hubert uit dit huwelijk sterft 17 dagen

13

Deze onderwaterreuzen waren vooral ’s morgens vroeg te signaleren, wanneer ze met hun ‘varkensruggen’ aan de oppervlakte kwamen. Kenners schatten de karpers op dertig à vijfendertig jaar oud. Dat kon best kunnen want men was in de jaren twintig met het uitpoten van vis begonnen. In die tijd kwamen van wijd en zijd de liefhebbers van de hengelsport naar de Hommelheide om zo’n monstervis aan de haak te slaan. Maar de karpers lieten zich niet bepaald met een netje vangen! Menige hengelaar verspeelde niet alleen zijn vis, maar ook zijn tuig.

GEEN VISSERSLATIJN In 1954 wist de Susterenaar W. Kowalski voor het eerst zo’n karperkanjer te vangen. Het dier had een lengte van tweeënnegentig centimeter. Een omvang van eenenzeventig centimeter en een gewicht van maar liefst achtentwintig pond. Gedurende twintig minuten moest de hengelaar, bijgestaan door een andere visser, manoeuvreren om het dier aan wal te krijgen. Visser W. Kowalski

In 1962 wist George Janssen uit Susteren ook een karperkanjer aan de haak te slaan. Zijn vangst was nog spectaculairder dan die van visser Kowalski, want zijn kanjer woog drieëndertig pond en had een lengte van zesennegentig centimeter en een breedte van dertig centimeter. Bovendien haalde hij dit huzarenstukje uit in zijn eentje. Slechts twintig minuten ‘sturen’ waren nodig om het monster, dat er uitzag als een klein varken zonder poten, op het droge te krijgen.

De karper van George Janssen

Page 121: €¦ · 3. Jan Willem Hubert Willems (52 jaar) op 10 augustus 1868. Zij is 38 jaar. Jan Willem Hubert sterft op 13 december 1869. Zoon Jan Hubert uit dit huwelijk sterft 17 dagen

14

In 1964 was de Duitse sportvisser Jozef Werner uit Duisburg een dagje gaan toeren, kwam op recreatieoord Hommelheide terecht en sleurde meteen uit de visvijver de grootste karper die er ooit gevangen werd; op een ons na zesendertig pond zwaar, hij mat een meter tien en was vijfentwintig centimeter hoog. Alvorens het zover was had de Duitse hengelaar felle strijd moeten leveren om zijn buit op de oever te krijgen. Bij een onverwachte manoeuvre van de vis werd hij zelfs het water in getrokken. Juist op dat moment passeerde de Susterense Heini Savelkoul die de Duitser bij ‘sein Kampf’ onmiddellijk assistentie verleende. De hengelaar had beet en dat het niet zo’n beetje beet was, bleek al spoedig. Het was precies een partijtje touwtrekken. Soms konden de mannen rustig inhalen en dachten dat de karper de strijd had opgegeven, maar plotseling stoof hij er dan tussenuit. Na geruime tijd zwoegen hadden ze het dier vlak aan de kant. Toen ze echter de geweldige kop boven water zagen uitsteken, dachten ze ‘die krijgen we nooit op het droge!’ Op zo’n monster was het schepnetje van de Duitser niet berekend! Heini Savelkoul snelde spoorslags naar de nabij gelegen hoeve Vrehen, waar hij een ijzeren haak haalde. Deze werd achter een van de kieuwen bevestigd en zodoende kon men de karper met veel moeite op het droge trekken. Men had de vis makkelijk de kop kunnen inslaan, maar ook de hengelsport kent zijn sportieve regels! Na deze operatie, die meer dan een uur geduurd had, werd de reuzekarper naar de bloemisterij van Heini Savelkoul gebracht en kon daar in een vijver op adem komen. Natuurlijk was deze wonderbaarlijke visvangst het gesprek van de dag en honderden belangstellenden togen naar bloemisterij Savelkoul om het monster te bewonderen. ’s Avonds keerde de trotse heer Werner ‘Heim ins Reich’, zijn unieke vangst meenemend in een grote teil water. Het lag in zijn bedoeling om zijn vistrofee nog diezelfde avond af te leveren bij de dierentuin in zijn woonplaats.

Visser Jozef Werner

Page 122: €¦ · 3. Jan Willem Hubert Willems (52 jaar) op 10 augustus 1868. Zij is 38 jaar. Jan Willem Hubert sterft op 13 december 1869. Zoon Jan Hubert uit dit huwelijk sterft 17 dagen

15

In 1967 voegde de heer Arnold Charité uit Den Haag een nieuw wapenfeit toe aan het Susterense hengelfront. Tijdens zijn verblijf in Hommelheide wist hij een kanjer van een karper uit het water te sleuren van maar liefst drieëndertig pond en vierennegentig centimeter lang. Hij moest en felle strijd voeren om hem op het droge te krijgen. Toen de karper voor het eerst boven water kwam, schrok hij zich een aap. Hij raakte even in paniek en schreeuwde naar enkele mensen die voorbij kwam, maar die reageerden niet. Ze dachten kennelijk dat ze te doen hadden met iemand die een glaasje op had. Na een strijd van een uur kon hij de karper in zijn net vangen. Het beest spartelde echter zó tegen dat de stalen beugels van het net in elkaar klapten. De visser sloeg beide armen om de vis, maar duikelde van de vlonder in het water. Nog bleek om de neus meldde hij zijn vangst op de camping. De volgende dag werd de karper gekocht door caféhouder Hans Eberson uit Susteren, die hem liet prepareren, waarna hij een prominente plaats kreeg in het café. Jarenlang hing de mummie-karper er te horecafferen, totdat hij op de graat versleten was en roemloos

ten onderging in een container. In 1968 bewees Susterenaar Sjtaef Hulsman dat er in de Bagger ook joekels van snoeken rondzwommen. Op een mooie zomeravond wist hij een prachtexemplaar te vangen: honderdelf centimeter lang, twintig pond zwaar. Het werd een karwei van vieren en inhalen, waarbij de snoek wel een halve meter hoog sprong. Sjtaef leverde, gewoontegetrouw, deze visprestatie met een gewone vishengel en in de recordtijd van één kwartier. Na zijn vangst bond hij zijn vistrofee vast aan het stuur van zijn fiets en reed huiswaarts. Onderweg ondervond hij veel bekijks, want het was kermis in Susteren.

Visser Sjtaef Hulsman

Visser Arnold Charité

Page 123: €¦ · 3. Jan Willem Hubert Willems (52 jaar) op 10 augustus 1868. Zij is 38 jaar. Jan Willem Hubert sterft op 13 december 1869. Zoon Jan Hubert uit dit huwelijk sterft 17 dagen

16

Legendarische visstrijd Volgens kenners moesten er nog zwaardere exemplaren in de Bagger rondzwemmen, die blijkbaar niet te vangen waren. Dat bleek in 1959 toen Susterenaar C. Streutjens zo’n supermonster aan de haak kreeg. In zijn bootje werd Streutjens geholpen door twee mannen om het beest binnen boord te krijgen. Het werd een hevige strijd die drie kwartier duurde en die in visserskringen legendarisch is geworden. De karper trok het bootje met drie potige mannen verschillend keren een eind vooruit. Tenslotte was het beest zo uitgeput dat de mannen hem in het bootje trachtten te trekken. Toen de karper boven water kwam, heeft het drietal zich rot geschrokken. “’Ne kop wie ein verke” volgens de hengelaars. Maar toen de mannen aan de hijs wilden beginnen, ging de karper “op zijn kop staan” en stoof er als een locomotief tussenuit. Karper weg, tuig weg.

Nieuwe visvijver Mede als gevolg van de spectaculaire vangsten, beleefde ‘de Snoek’ gouden tijden en genoot de vereniging grote bekendheid in visserskringen, ook door het organiseren van hengelwedstrijden. Maar de dagen van de onderwaterreuzen waren geteld. Begin jaren zeventig moesten de hengelaars hun vertrouwde visparadijs

De eerste vissen worden uitgepoot in de nieuwe visvijver

Page 124: €¦ · 3. Jan Willem Hubert Willems (52 jaar) op 10 augustus 1868. Zij is 38 jaar. Jan Willem Hubert sterft op 13 december 1869. Zoon Jan Hubert uit dit huwelijk sterft 17 dagen

17

vaarwel zeggen, in verband met een ingrijpende reconstructie van recreatieoord Hommelheide. Als compensatie zorgde de gemeente voor een nieuwe waterplas nabij het Dieterderbos, waar door kleiafgraving door pannenfabriek ‘De Valk” in Echt een nieuwe vijver tot stand kwam. Deze groeide in de loop der jaren uit tot een wateroppervlakte van drie hectaren. Hengelsportvereniging “De Snoek” Thans, anno 2018, is de ruim negentig jaar oude ‘Snoek’ nog springlevend. Het is een bloeiende vereniging die ruim vierhonderd leden telt. Door de grote animo voor de hengelsport blijft de vereniging groeien. Jaarlijks worden hengelwedstrijden georganiseerd en ook wordt deelgenomen aan provinciale en landelijke concoursen. Gelegen in een fraai natuurgebied is de unieke visvijver al jarenlang een eldorado voor de liefhebbers van de hengelsport. Er zijn prima accommodaties met name ten dienste van gehandicapten. Het zeer gevarieerd visbestand wordt steeds op pijl gehouden door het uitpoten van nieuwe vissen. Traditiegetrouw worden ook spectaculaire vangsten gedaan. Zo leverde enige tijd geleden Jos Jessen uit Susteren een hengelhoogstandje door een reusachtige snoek te vangen die een lengte had van honderdvijfentwintig centimeter. Maar er zijn nog meer kapers op de kust en het is niet uitgesloten dat er in de nabije toekomst ook in de Dieterense visvijver monsters á la Hommelheide zullen opduiken.

Huidige visvijver

Met dank aan de heer Pierre Wagemans, secretaris van ‘de Snoek’, voor verleende informatie

Foto’s Ton Vranken

Page 125: €¦ · 3. Jan Willem Hubert Willems (52 jaar) op 10 augustus 1868. Zij is 38 jaar. Jan Willem Hubert sterft op 13 december 1869. Zoon Jan Hubert uit dit huwelijk sterft 17 dagen

18

De wereld draait door Gerard Janssen

Onze eerste midzomerreis is uitgevoerd met een spiksplinternieuwe bus voor 60 personen, 2-deks,met alleen onder een bekwaam chauffeur. Bovendeks moesten wij alles zelf doen. Vliegensvlug waren wij bij het vliegveld Aachen Airport Maastricht, op de borden A.A.M. Rondom de gebouwen stonden nog veiligheidsschotten, omdat nog niet alles afgewerkt was. Men had ons nog niet zo vlug verwacht, maar toch kreeg onze chauffeur het professionele team vlug bij elkaar. Ondertussen werden wij ontvangen met koffie en thee en verrast met vlaai en dergelijke. De rondleider nam het woord en vond het leuk de toekomst van de luchthaven voorspellen. Eerste maakte hij enkele stevige normen duidelijk, met name:

1) De lucht is niet van de reisorganisatie, maar is volledig van de luchtmacht, het leger dus.

2) De vliegtuigen zijn niet van de luchthaven, maar van de reismaatschappijen. 3) De douane bepaalt welke persoon mag vertrekken, niet de maatschappij. 4) De piloten krijgen in een corridor hun vlucht vastgelegd. 5) Elke piloot wordt maar voor één toestel opgeleid zolang hij vliegt.

Met twee grote beeldschermen werd duidelijk gemaakt wat in de AAM gebeurt, niet alleen het opstijgen en dalen van de vliegtuigen. Lossen en laden, scholing, reparatie en onderhoud. Na dit alles gezien te hebben, werden wij verwezen naar onze mooie bus voor een rondvaart om het hele vliegveld en gebouwen. Bij de brandweer was er feest, omdat ze een nieuwe auto gingen testen op de verlengde landingsbaan. Aan het einde van zowel de rondvaart als de toespraken, werd een luid applaus gegeven.. Lampe de haas had alles gezien..

Het tweede deel van de reis vond plaats met een rit naar Eersel in België. Het doel was een bezoek aan de Tinteltuin die ontworpen is om een nuttige tuin te worden met mooie bloemen. Gepland was een gids die de rondleiding zou ondersteunen, maar dit viel uit. Wij dwaalden door de tuin, maar het naamkaartje met de wetenschappelijke naam hielp ons niet. Al met al was alles nieuw, mooi en verzorgd, maar het bedoelde was nog niet bereikt. Er was veel tijd gepland, maar dat konden wij verhelpen in de prachtige serre en het terras tussen de bloemen in. Het weer en de omgeving waren uitstekend. Ook daar was een haas te zien.

De tocht naar Soerendonk voor een diner was kort. Het diner, de bediening en de kwaliteit waren uitstekend. De chauffeur zorgde voor tijd in thuiskomst. De volgende dag moest hij met deze bus naar Oostenrijk voor twee weken lang. Allen wensten hem een goede reis en bedankten hem voor een veilige rit met ons. Dank voor deze geslaagde zomerreis.

4 Augustus: Even weg uit de hitte van het Zuiden Limburg/Brabant.

Tot onze verbazing was er boven de rivieren het gras nog groen. Ook de temperatuur was zeker 4 tot 8 graden Celsius lager. Dat belooft een mooi weekje te worden in Noord-Holland, met name Castricum. De minicamping Noorddorper Bos ligt tussen

Page 126: €¦ · 3. Jan Willem Hubert Willems (52 jaar) op 10 augustus 1868. Zij is 38 jaar. Jan Willem Hubert sterft op 13 december 1869. Zoon Jan Hubert uit dit huwelijk sterft 17 dagen

19

het eindbord van Heemskerk Noord en beginbord Castricum Zuid. Er is zo’n 200 meter niemandsland, een vreemd iets.

Het is een omgeving, als je van natuur houdt, om van te smullen. Vlug iets beslissen in de hoop al het moois te beleven, kan een misser worden. Geen enkele nachtegaal is te horen zoals je dat meemaakt in de meimaand. Nog zo’n tegenvaller was de grutto die in geen velden of wegen te zien was. Deze hoort bij de weidevogels, maar geen enkele gezien helaas. Doch de 9 lepelaars lieten zich de hele week op grote afstand zien. Veel nijlganzen, tientallen brandganzen, de grauwe ganzen en niet te vergeten 2 mooie kluten aan de rand van de poel met helder water. Deze vogel is zeldzaam geworden door de jaren heen.

De kluut:

Enfin, tot donderdag was het prachtig weer, maar de duivel haalde ons in. Bijna orkanen te noemen deze windvlagen… Wind met soms wel snelheden van 100km, die zelfs de aankomende vliegtuigen naar Schiphol doen schommelen. En dat alles met een enorme hoeveelheid regenwater die de auto’s en caravans doet reinigen, de wereld draait door. De brandhaard van Schoorl was in vijf jaren weer jong groen geworden. En de dijk van Petten was afgewerkt met een verhoging die een breuk voorkomt. De laatste dag, vrijdag kreeg de storm mij ook te pakken en sloeg mij met fiets en al over de dijkweg en mijn ribben zijn nu nog pijnlijk bij terugkomst in Susteren.

Page 127: €¦ · 3. Jan Willem Hubert Willems (52 jaar) op 10 augustus 1868. Zij is 38 jaar. Jan Willem Hubert sterft op 13 december 1869. Zoon Jan Hubert uit dit huwelijk sterft 17 dagen

20

Elke hoeve met weideland beheert ook de hazen die al druk bezig zijn om paartjes te vormen. Ik heb er 12 geteld in pakweg 3 km weiden. Paarden in alle soorten en maten en dat is altijd mooi om te zien.

En wederom geldt, OOST WEST THUIS BEST

Page 128: €¦ · 3. Jan Willem Hubert Willems (52 jaar) op 10 augustus 1868. Zij is 38 jaar. Jan Willem Hubert sterft op 13 december 1869. Zoon Jan Hubert uit dit huwelijk sterft 17 dagen

21

Driekwart van de luuj zeen gek... Loek Storken

Driekwart van de luuj zeen gek, EN VEUR DET LÈTSTE KWART DAO MÓSSE OUCH VEUR OPPASSE. Dao zeen w’r achter gekómme nao eine zjwaore mörge en hawve middig “debattere” op ’t terras bie A1 (terras Gasterie Huizinga). ’t Woor ein van die vriedige det ’t bloodheit woor veurige zomer, en den zeen die köpkes toch al get wermgeloupe en neet mieë gans “toerekeningsvatbaar”. Bie sjlech waer trouwes ouch neet! Bie gaar gein waer eigelik! Mer ómdet ze zègke det w’r in de toekoms nog väöl mieë van die heite daag gaon kriege, mósse dao toch waal op veurbereid zeen desse det nog väöl mieë geis kriege. In ’t begin ging de conversatie nog mer allein tösje de lede van ós wanjelclubke zelf, mer wie heiter de discussie woort, wie mie jónges van de taofel naeve ós zich ouch d’r mit ginge bemeuje. En den waere natuurlik einen houp frisje ideeë in de groep gegoajd. En den heuërse ouch èns eine kieër get anges. Ze hawwe ’t euver de tenj. Ein van de conclusies die w’r hóbbe mótte trèkke nao ein verhitte discussie euver den tandarts, woor toch det dae makker väöl te duur is. Mer det zal veur uch waal niks nuujts zeen. En det is trouwes ouch neet den ènnigste. “Die men zeen gek”, zagte de jónges. “En die höbbe noait lieëre raekene, want anges sjreve die ós neet zó’n raekeninge oet!” Doe kèns ’t natuurlik ouch van den angere kantj bekieke, nl. det die luuj väöl te good höbbe lieëre raekene. Wènne duit ’t in elk geval neet, en det beteikent toch gans simpel detse väöl te duur zeen. Ein anger punt wo ze ’t toch ouch euver eins woorte, woor, desse dich mit ein nuuj gebit neet mieë euveral in mós vasbiete. Ten ieëste hulp det meistal toch al neet, en ten twieëde wurt det den väöl te duur. En conclusie 3 euver de tenj koom van oze Lenaard zelf:” ‘t Ènnigste waat nog good is aan mich’, zag hae, “det zeen mien tenj. En det is kuns!” Ómdet ’t zoa gleujentig heit woor, woor eine van die men aan die anger taofel mit ein sjoan sjtreuë heudje op kómme aanfitse. ’t Woor gein gezich. “Jao”, zag d’r zelf, “’t wirk waal, mer ’t zuut neet oet!” “Och”, zaet Gène, “mer zónger heudje zuut ’t ouch al lang neet mieë oet, dus ’t zuut neet oet en ‘t maak ouch al niks mieë oet!” Einen angere dae zoog èns vrie sjlech oet wie d’r ‘s mörges aan koom sjtevele. “Tjuu jóng, wie zuus doe oet?”, kreeg dae te heuëre. “Doe koos waal bie de Action gemaak zeen”. “Jao”, zaet weer einen angere. “Of ’s nachs ingekoch, of van de vrachwage gevalle!” Jao, ouch figuurlik wurt zich aaf en toe waal eine flinke ingesjöd, mer det mót kenne bie jónges óngerein. Bie vrouwluuj sjient me dao veurzichtiger mit te te mótte zeen. Wie det kump weit ich ouch neet, mer dao mótte w’r ’t den einen angere kieër mer èns euver hóbbe. Hieël veurzichtig oeteraard. Opèns zaet eine: “Esse dènks desse gek bès, bèsse ‘t neet. Esse dènks det ederein ’t is, den bèsse ’t waal”. Dao kooste de meiste zich waal ei bietje in vènje.

DIALEK

Page 129: €¦ · 3. Jan Willem Hubert Willems (52 jaar) op 10 augustus 1868. Zij is 38 jaar. Jan Willem Hubert sterft op 13 december 1869. Zoon Jan Hubert uit dit huwelijk sterft 17 dagen

22

Eine van de men aan die anger taofel woor nao ein fieës gewaes van eine dae hónderd jaor gewore woor. Vieërtieën daag later woor d’r weer bie dem gewaes, en toen haw daen hónderdjäörige gezag: “Ich höb noe waal ein fieës gehad wie ich hónderd woort, mer det doon ich dus noait mieë. Die wat op det fieës wore, det wore allemaol van die aw knepperte. Niks gein jóng vrouwluuj. Det is toch gein fieës. En die wat op de receptie kome, zagte allemaol: “Doe höbs ’t noe toch waal wied gehad”. Det doon ich toch geinen twieëde kieër mieë!” Sommige van die awwe zeen dus toch zoa gek nog neet! Cees Buddingh sjreef al in zien “Dagboeknotities 1977-1985”: “Gekken vind je overal. In tal van landen vormen zij zelfs de meerderheid van de regering”. Dae zal toch toen neet al aan Amerika höbbe gedach.

Page 130: €¦ · 3. Jan Willem Hubert Willems (52 jaar) op 10 augustus 1868. Zij is 38 jaar. Jan Willem Hubert sterft op 13 december 1869. Zoon Jan Hubert uit dit huwelijk sterft 17 dagen

23

Mijn schooltijd op de lagere jongensschool te Susteren Herinneringen van een jongen uit Baakhoven uit de jaren vijftig Wil Filott

Inleiding In dit artikel beschrijf ik een aantal herinneringen aan mijn lagere schooltijd in Susteren begin jaren vijftig van de vorige eeuw. De herinneringen zijn uiteraard van persoonlijke aard. Anderen die in dezelfde tijd die school hebben bezocht, zullen die tijd ongetwijfeld anders beleefd hebben en andere herinneringen hebben. Herinneringen aan feiten, gebeurtenissen, omstandigheden zijn immers naast de school in hoge mate ingekleurd door de persoonlijke leef- en woonomgeving zoals gezin, godsdienstbeleving, woning, buurt en dergelijke. Voordat ik daarop in ga, geef ik eerst een schets van de buurtschap Baakhoven, waar ik tot mijn achttiende heb gewoond, in die tijd.

Plaatsnaambord Baakhoven Baakhoven begin jaren vijftig. Baakhoven was - en is - een klein buurtschap in Nederlands Limburg van 14 huizen, enigszins afgelegen liggend tussen Dieteren, Susteren,

Roosteren en Holtum. De afstand tussen Baakhoven en Susteren is ongeveer 2 kilometer. De grens met België ligt hemelsbreed op 2 kilometer en met Duitsland op ruim drie kilometer. Tijdens mijn jeugd woonden er iets meer dan 50 mensen in Baakhoven. Ons gezin had daar een behoorlijk aandeel in met vader, moeder en 9 kinderen. In mijn vroege jeugd, eind jaren veertig, begin jaren vijftig van de vorige eeuw, was Baakhoven alleen bereikbaar via niet geasfalteerde en matig verharde wegen richting Dieteren, Susteren en Holtum. Die wegen waren in feite karrensporen, vol met kuilen en gaten. Als het flink geregend had, bleef het water daarin staan. In de winter werd er geen sneeuw geruimd. Er waren geen openbare nutsvoorzieningen zoals elektriciteit, gas, stromend water, telefoon en riool. De watervoorziening gebeurde met handpompen. Verwarmd werd er met kachels, meestal alleen in de (leef)keuken. Hout, kolenslik en soms kolen vormden de brandstof. Geen aansluiting op het elektriciteitsnetwerk betekende o.m. geen elektrische verlichting en apparatuur. Een situatie die men zich thans in Nederland nauwelijks nog voor kan stellen. Pas in 1952 kwam er een aansluiting op het elektriciteitsnetwerk. Tot die tijd moesten wij ons behelpen met petroleumlampen in huis en carbidlampen in de stallen en schuur. In de donkere jaargetijden werden we naar bed gebracht met een brandende kaars op een voetje. Na het bidden van een nachtgebed werd de kaars uitgeblazen en werd de wereld aardedonker. Mijn grootvader, Jacob Filott, had overigens al in een vergadering van de gemeenteraad van de gemeente Susteren op 24 september 1926 gevraagd of er maatregelen waren getroffen om Baakhoven en Gebroek van elektrisch licht te

Schoolfoto auteur in de 4de klas

HERINNERINGEN

Page 131: €¦ · 3. Jan Willem Hubert Willems (52 jaar) op 10 augustus 1868. Zij is 38 jaar. Jan Willem Hubert sterft op 13 december 1869. Zoon Jan Hubert uit dit huwelijk sterft 17 dagen

24

voorzien. Gebroek was een thans geheel verdwenen gehucht met een zestal boerderijen een kilometer westelijk van Baakhoven. Het gebied is nu geheel opgeslokt door gebouwen met handels- en industriële functies. Oudere lezers kunnen zich waarschijnlijk de grote, witte pachtboerderij van de familie Laumen in Gebroek herinneren met het twee etages tellende losstaande bakhuis. Grootvader, overleden in 1954, heeft op het einde van zijn leven, meer dan een kwart eeuw na het stellen van zijn vraag, dat licht nog in Baakhoven mogen zien. Op de aansluiting op andere nutsvoorzieningen moest nog tientallen jaren gewacht worden. Geen enkele inwoner van Baakhoven had een auto. Verplaatsingen gebeurden te voet, met de fiets of met paard en wagen. De boeren hadden geen tractor. Het paard was de trekkracht. Alle paarden waren trekpaarden, meestal van het Belgische ras. Ik kende niemand die een rijpaard had. Dat was pure luxe, die de boeren zich niet konden permitteren. Ongeveer de helft van de bevolking verdiende zijn brood met het boerenbedrijf. Bij ieder huis was wel een flinke moestuin en een varkensstal. Een of twee varkens werden in die stal vetgemest met onder andere huishoudelijk afval en in het najaar geslacht. Het vlees diende als voorraad voor de wintermaanden. Baakhoven werd toentertijd omgeven door boomgaarden met allerlei soorten fruitbomen zoals appels, peren, pruimen, kersen, perziken, in allerlei variëteiten. De weilanden waren omheind met doornhagen. Een paradijs voor vogels. Verder weg lagen de akkers. Alle boeren hadden een gemengd bedrijf met koeien, kippen en varkens. Voor het rundvee waren er wei- en hooilanden. Op de akkers werden diverse graansoorten zoals tarwe, rogge, haver en gerst, bieten en aardappelen verbouwd. Gemotoriseerd verkeer was er niet. Het was er stil. `s Nachts was het aardedonker. Romantici zouden wellicht spreken van een idyllisch oord, maar de realiteit was heel anders. Het dagelijkse leven was in vergelijking met nu hard en ongemakkelijk. De bewoners hadden het niet breed. In de oorlog was een aantal huizen verwoest of zwaar beschadigd. Sommige gezinnen woonden in noodwoningen. In de eerste jaren na de oorlog waren veel artikelen schaars. Sommige producten waren alleen verkrijgbaar met van overheidswege verstrekte bonnen. Men moest natuurlijk ook nog geld hebben om die producten te kunnen betalen. Baakhoven ligt nu in een kaal landschap, mede het gevolg van ruilverkaveling. De stilte is verdwenen. De autosnelweg A2 loopt er langs en het geluid van het verkeer is dag en nacht hoorbaar. Er zijn geen boerenbedrijven meer. Het inwoneraantal is meer dan gehalveerd.

Ouderlijk huis van de auteur in Baakhoven

Page 132: €¦ · 3. Jan Willem Hubert Willems (52 jaar) op 10 augustus 1868. Zij is 38 jaar. Jan Willem Hubert sterft op 13 december 1869. Zoon Jan Hubert uit dit huwelijk sterft 17 dagen

25

Naar de Salvatorschool Ik ging op mijn zesde in 1952, dus 66 jaar geleden, naar de lagere school in Susteren bij de eeuwenoude kerk, die nu de Amelbergabasiliek wordt genoemd. De school heette de Sint Salvatorschool. Uit de naam van de school valt al af te leiden dat het een katholieke school was.

De bewaarschool heb ik nooit bezocht. Moeder was in 1944 door een ontploffing van een Duitse landmijn bij een vluchtpoging naar door de Amerikanen bevrijd gebied in Gebroek ernstig gewond geraakt. Moeder bleef door die verwondingen heel haar leven zwaar gehandicapt. Vader had zijn handen meer dan vol aan het werk op de boerderij. Bovendien waren er in 1952 nog zes andere jonge kinderen thuis en hadden we een nichtje, een demente “tante” en onze bejaarde grootvader in huis. Er was dus niemand om mij naar de bewaarschool te brengen en te halen. Ik heb het overigens nooit als een gemis ervaren dat ik geen bewaarschool heb bezocht. Misschien is mijn “fröbelen” daardoor wat minder ontwikkeld.

De afstand tussen Baakhoven en de inmiddels afgebroken school is ongeveer twee kilometer. Dat betekende dat alle kinderen van Baakhoven met de fiets naar school gingen. Geen enkele inwoner van Baakhoven had toen een auto.

Voordat ik naar de eerste klas ging moest ik nog wel leren fietsen. Dat ging vrij snel goed dankzij de hulp van mijn te jong overleden oudste broer Jacob. De fiets was een afdankertje van mijn oudere broers; een doortrapper met terugtraprem. Omdat ik niet aan de pedalen kon als ik op het fietszadel zat, had vader op de pedalen houten blokken gemonteerd.

`s Morgens was het in een groot gezin als het onze een drukte van belang. Voordat we naar school gingen, moesten we ons wassen bij de pomp op de binnenplaats. Dat wassen bleef vaak, zeker als het koud was, beperkt tot een veeg met een nat washandje door het gezicht of met de hand een ‘kattenwasje’(alleen het gezicht). Moeder maakte onze haren nat om die daarna te kammen. Het ontbijt bestond uit door moeder zelfgebakken brood (tarwe en rogge) met kaas of vet spek of eieren, met thee of chocolademelk gemaakt van cacao met vette melk van eigen koeien. Ik hield niet van dat vette spek en het velletje op de chocolademelk. Daar heb ik ook levenslang een afkeer van overgehouden.

We fietsten meestal met een klein groepje naar school. De Baakhoverweg was toentertijd nergens geasfalteerd. Hij zat vol kuilen, die bij regenweer en dooi vol met water stonden. Dat fietsen was afzien als het regende, hard waaide, sneeuwde of vroor. We hadden wel een soort regencape, maar het kwam toch regelmatig voor dat we “zeiknat” op school aankwamen. Bij strenge vorst stopte moeder kranten onder onze jassen. In mijn herinnering vroor het ook meer en harder dan nu het geval is. Een “topper” was de winter van 1956/1957. Het vroor de hele maand februari en het was bitter koud. Beken en het Julianakanaal vroren helemaal dicht. In de maand mei lag er aan de randen van de Rode Beek nog ijs. Ook sneeuwde het vaker en meer. Als er een dik pak sneeuw lag, gingen we te voet naar school. Ik kan me zelfs

Page 133: €¦ · 3. Jan Willem Hubert Willems (52 jaar) op 10 augustus 1868. Zij is 38 jaar. Jan Willem Hubert sterft op 13 december 1869. Zoon Jan Hubert uit dit huwelijk sterft 17 dagen

26

herinneren dat we een aantal dagen niet naar school zijn geweest omdat door een dik pak sneeuw het voor ons onverantwoord was om te proberen Susteren te bereiken. Dicht bij Susteren gingen we na de boerderij van Gori Busch linksaf de brug over de Rode Beek over. Dan namen we een paadje tussen een doornhaag en een afrastering met prikkeldraad van een weiland. Vervolgens moesten we een smal houten bruggetje zonder leuning over de gracht oversteken. Het fietsen over dat bruggetje vond ik zeker in het begin eng, bang als ik was om in de gracht te vallen. Bij het huis van de familie Suijlen (de weduwe Truuke van de Zuul) in de Winkelstraat zetten wij de fietsen achter de poort onder de bovenbouw, uiteraard niet op slot. Dat kon ook niet want in mijn herinnering had geen enkele fiets een slot. Dat de familie Suijlen jarenlang die fietsenstalling heeft toegestaan is een voorbeeld van hulpvaardigheid en gemeenschapszin. Dat goed onderhouden huis met de poort is waarschijnlijk nu 160 jaar oud getuige de hardsteen boven de poort met het jaartal 1858.

Na de fietsen gestald te hebben, gingen we te voet verder over de Winkelstraat en de Raadhuisstraat. Het was mij overigens een raadsel waarom die straten zo heetten, want er was in de verste verte geen winkel of raadhuis te bekennen. Vervolgens sloegen we bij bakkerij Masthof rechtsaf de Kerkstraat (thans Salvatorstraat) in naar de kerk. Op weg naar school kwamen we langs huizen die in meer of minder mate nog de sporen droegen van oorlogsschade, ontstaan aan het einde van de Tweede Wereldoorlog bij de bevrijding van Susteren. De schooldag begon voor de kinderen van ons gezin met een mis om 8.00 uur in de Amelbergakerk. Er waren doordeweeks `s morgens drie missen, om 7.00 uur, 7.30

uur en 8.00 uur. De missen werden ”gedaan” door de pastoor of een kapelaan. Aan priesters was toen nog geen gebrek. Kerkbezoek was ook een onderdeel van het schoolrapport. Je moest iedere week aan de onderwijzer opgeven hoe vaak je doordeweeks de mis had bijgewoond.

Bij mij was dat meestal zes keer. Ook zaterdagochtend was er school en dus ook misbezoek. Ik heb meermalen een 10 voor kerkbezoek op het schoolrapport gehad. Dat betekende dat ik gedurende een heel trimester iedere dag de mis had bijgewoond. Uiteraard ook zondags want het misbezoek was op die dag volgens de katholieke geloofsleer verplicht.

Amelbergakerk

Huis Suijlen

Page 134: €¦ · 3. Jan Willem Hubert Willems (52 jaar) op 10 augustus 1868. Zij is 38 jaar. Jan Willem Hubert sterft op 13 december 1869. Zoon Jan Hubert uit dit huwelijk sterft 17 dagen

27

De school De school was een jongensschool met drie combinatieklassen. Het schoolgebouw van de Salvatorschool lag aan het huidige Salvatorplein schuin tegen over de Amelbergakerk. De onderkant van de ramen was witgekalkt. De bedoeling daarvan was dat de kinderen niet naar buiten konden kijken en dan afgeleid zouden worden van de lessen. Vanaf de straat voor de school kon je toen nog restanten van het voormalige Stift zien bij de boerderij van Backus. Die boerderij is later afgebroken. Van het Stift resteert ook nagenoeg niets meer. Het schoolgebouw is ook al vele jaren geleden afgebroken. Nu staan er nieuwe woningen, waarin ik vaag de contouren van het oude schoolgebouw meen te herkennen.

De jongensschool

Behalve de Salvatorschool waren er nog andere lagere scholen te Susteren, een jongensschool op Mariaveld en meisjesscholen in Susteren en Mariaveld. Meisjes en jongens op een zelfde school was in katholieke kring in die tijd volgens het Vaticaan niet toegestaan. Jongens en meisjes in dezelfde klas, zogenaamde co-educatie, vond de katholieke kerk toen blijkbaar niet in de haak. Er was in de oude kern van Susteren dus ook een lagere school voor meisjes. Die was vlakbij de jongensschool gevestigd in een in mijn ogen immens groot klooster van de orde van de Zusters van Liefde van Vincentius à Paulo. Deze zusters droegen opvallend grote kappen op hun hoofd en konden met recht als “vliegende” nonnen betiteld worden. De stichter van deze vrouwenorde van kloosterlingen had overigens ook een kloosterorde voor mannen gesticht: de Lazaristen. Deze orde had een klooster bij de kerk te Mariaveld. De zusters verzorgden het onderwijs in die meisjesschool. Ook werkten zij in de thuiszorg bij de kruisvereniging het Groene Kruis. Het Groene Kruis was gevestigd in een noodgebouw nabij het klooster. Daarnaast was er in het klooster een mogelijkheid voor oudere mensen om tegen betaling daar een kamer, eten en verzorging te krijgen: een soort bejaardenhuis.

Mijn grootvader heeft naar het schijnt korte tijd bij de zusters in het klooster verbleven. Zekerheid daarover heb ik niet. Hij kon blijkbaar daar niet aarden. Hij kon niet wennen aan de beperkingen in het verblijf daar, gewend als hij was aan het

Page 135: €¦ · 3. Jan Willem Hubert Willems (52 jaar) op 10 augustus 1868. Zij is 38 jaar. Jan Willem Hubert sterft op 13 december 1869. Zoon Jan Hubert uit dit huwelijk sterft 17 dagen

28

leven op de boerderij in Baakhoven. Hij kwam dan ook vrij snel terug naar ons huis in Baakhoven, waar hij tot zijn dood bij ons in huis heeft gewoond.

Klooster Zusters van Liefde van Vincentius à Paulo met zusters

Het schoolgebouw van de jongensschool had in het midden een brede toegangsdeur. Het gebouw bestond uit vier klaslokalen met aan de achterzijde een lange gang met kapstokken. Een van die lokalen stond leeg en werd door de school gebruikt voor activiteiten die als gymnastiek werden aangeduid. Links van het gebouw was een veranda, een overdekte, aan de voorzijde open ruimte. Deze veranda was bestemd om te schuilen bij regen. De veranda werd ook gebruikt voor bokspringen en een spel dat “stjal oet” werd genoemd. De bedoeling van dat spel was dat je je door een rij van leerlingen probeerde een weg naar buiten te forceren. Rechts van de klaslokalen lag een ruimte met toiletten. De hygiëne daar liet naar huidige opvattingen te wensen over. Op de speelplaats voor de school stond in een hoek een klein gebouwtje dat onder meer gebruikt werd voor opslag van kolen. In het klaslokaal stond voor in een hoek een kachel die gestookt werd met kolen om het lokaal in de winter te verwarmen. De kachelpijp liep boven door het hele lokaal om de hitte zo goed mogelijk te benutten. Het stoken gebeurde door het onderwijzend personeel. Een conciërge was een onbekend verschijnsel. s ‘Morgens was er een pauze van een kwartier, het speelkwartier. Dat speelkwartier moesten we doorbrengen op het schoolplein. Net zoals nu waren de kinderen dan uitgelaten. Op het schoolplein werd er gehold, tikkertje gespeeld, geknikkerd en bok gesprongen. Als er `s winters sneeuw lag, werden er glijbanen op het schoolplein gemaakt. Deze werden steeds langer gemaakt met sneeuw. Het was een sport om zo ver mogelijk te “sjleren”. Op een stuk van de speelplaats dat niet betegeld was deden in mijn herinnering oudere kinderen ook aan landveroveren (“metsstjaeke”).

Page 136: €¦ · 3. Jan Willem Hubert Willems (52 jaar) op 10 augustus 1868. Zij is 38 jaar. Jan Willem Hubert sterft op 13 december 1869. Zoon Jan Hubert uit dit huwelijk sterft 17 dagen

29

Kinderen hadden toen wel eens een mes (“kniep”) op zak. Er werden dan met een mes twee rechthoeken op de grond afgetekend die aan elkaar grensden. Landveroveren gebeurde door, staande in zo`n rechthoek, het eigen land, het mes in het land van de tegenstander te gooien en als het bleef staan een rechte lijn te tekenen in het verlengde van het lemmet van het mes. De tegenstander of de werper mocht dan kiezen welk stuk land hij wilde behouden of krijgen. Als een stukje grond zo klein was geworden dat de eigenaar er niet langer in kon staan, was het spel afgelopen. Tussen de middag hadden we vrij van twaalf tot twee uur. Deze pauze was zo lang werd er gezegd om kinderen uit Baakhoven en Gebroek in staat te stellen naar huis te gaan om te gaan eten. We fietsten dus iedere middag naar Baakhoven en terug naar school, ongeacht het weer, behalve als het streng vroor of er een flink pak sneeuw lag. We bleven dan tussen de middag over bij de zusters Verbeek op de Marktstraat. We aten thuis tussen de middag warm. Dat was overigens in die tijd in de meeste gezinnen gebruikelijk. Na de middag duurde de school van twee tot vier uur. We moesten zes dagen per week naar school. Op woensdag en zaterdag hadden we ̀ s middags geen school. Zondags hadden we vrij van school, maar dan stond voor ons `s morgens misbezoek en `s middags bijwonen van het lof op het programma.

De eerste schooljaren Ik ging op de eerste schooldag met de fiets naar school onder begeleiding van mijn oudere broers. Ik kende behalve mijn broers en drie oudere jongens uit Baakhoven niemand op school. Het was dus wennen maar ik heb me snel aangepast aan het schoolleven en de andere leerlingen. Behalve het wennen aan andere kinderen en de onderwijzers was het spreken van Nederlands een behoorlijke verandering. Ik had in Baakhoven tot dan toe alleen maar Zösters gehoord en gesproken. Een radio hadden we niet. Televisie bestond nog niet. Een krant hadden we wel. Daar had ik dus niets aan want ik kon die niet lezen. Die krant werd bezorgd door een postbode van de PTT, toentertijd nog een staatsbedrijf. Die postbode was dus ambtenaar, gekleed in een uniform. De postbodes spraken ook allemaal dialect. Behalve de krant brachten zij af en toe ook brieven en kaarten en eens per maand een schamele uitkering van enkele guldens voor de bij ons inwonende, volledig demente “tante”. Contact met Nederlands sprekenden kwam nauwelijks voor. Juffrouw Vencken sprak in de klas Nederlands en de kinderen, die van huis uit allemaal dialect spraken, moesten in de klas ook Nederlands spreken. Uiteraard was de lesstof in het Nederlands. Maar ook dat wende snel. Buiten het klaslokaal werd alleen maar Zösters gesproken. Overigens leverde het vertalen van woordjes van Zösters naar Nederlands wel eens “problemen” op. Een paar voorbeelden: Ik was eens aandachtig naar een verhaal van de onderwijzer aan het luisteren toen ik plotseling een hevige pijn in mijn nek voelde. Ik heb toen van pijn een kreet geslaakt. De onderwijzer vroeg mij wat er aan de hand was. Ik keek achterom en zag dat mijn achterbuurman een elastiekje in zijn hand had. Prompt zei ik tegen de onderwijzer: Peter heeft mij met een “litsjke” in mijn nek geschoten.

Page 137: €¦ · 3. Jan Willem Hubert Willems (52 jaar) op 10 augustus 1868. Zij is 38 jaar. Jan Willem Hubert sterft op 13 december 1869. Zoon Jan Hubert uit dit huwelijk sterft 17 dagen

30

Ook het woord “tuutje”(zakje) leidde tot een probleempje. In een opstel schreef ik dat de winkelier een pond suiker in een “tuitje“ had gedaan. Ik kende overigens ook vele jaren geen Nederlands woord voor “tuitje” in het Zösters. Pas later kwam ik er achter dat dat een (metalen) drinkfles was. Het spreken van Zösters had bij het vertalen naar het Nederlands ook wel voordelen. In het Nederlands worden de korte "ei” en de lange "ij” hetzelfde uitgesproken. Of je zo`n woord met een ei of en ij moest schrijven was moeilijk. Meester Schoffelen leerde ons het trucje dat als in het Zösters zo`n woord met een “ie” werd uitgesproken dat in het Nederlands met een lange “ij” geschreven moest worden. Voorbeelden: “piep” is “pijp”, “pien” is “pijn”’. Dat hulpmiddeltje heeft mij veel geholpen al kwam ik er later achter dat het niet altijd opgaat.

De schooldag begon voor ons met het bijwonen van de mis. Na de mis moesten we nog een half uur wachten voordat de school begon. Die tijd brachten we door op het kerkplein met voetballen of met spelen op de speelplaats voor de school. Voordat we de school binnen mochten, werd door het hoofd van de school, staande op de trap voor de ingang van de school, een bel geluid. We moesten dan per klas in een rij gaan staan bij de deur van de school, ongeacht wat voor weer het was. We mochten dan niet meer praten. We gingen dan zwijgend in een bepaalde volgorde per klas in een rij met twee naast elkaar staan en op een seintje van de klasonderwijzer mochten - of beter gezegd moesten - we dan rustig en zonder te praten naar binnen. De school was een jongensschool met drie combinatieklassen. Ik kwam in de eerste klas met in hetzelfde lokaal, maar in andere rijen, de leerlingen van de tweede klas. Er zaten in die eerste klas 22 jongens. Die waren afkomstig uit gezinnen uit alle sociale geledingen in Susteren, maar wel allemaal katholiek. Een vrij groot aantal leerlingen vergeleken met de tweede klas. We behoorden tot de eerste lichting van de geboortegolf na de Tweede wereldoorlog. Juffrouw Philomène Vencken was de onderwijzeres van die klassen. Meester Ernest Schoffelen deed de derde en vierde klassen en meester Janssen (bijnaam: de Dikke) de vijfde en zesde klassen. Janssen was tevens hoofd van de school. Juffrouw Vencken was vrijgezelle en woonde met een zus in de molen aan de huidige Molenlaan, een laan die in die tijd nog niet bestond. Meester Schoffelen was wel getrouwd, maar had geen kinderen. Hij woonde op de Kerkstraat, naast slagerij Weijzen, thans de hoekwoning van de Salvatorstraat en de Molenlaan. De Dikke woonde in een woning rechts naast de school. Deze onderwijzers zijn zo lang aan deze dorpsschool verbonden geweest dat enkele generaties kinderen uit de oude kern van Susteren van hen les hebben gehad. Ik was blijkbaar een schriel jongetje. Ik kreeg in de eerste klas van huis een fles mee naar school gevuld met vette melk van eigen koeien, waarin een rauw ei geklopt was. Ik moest dat mengsel opdrinken in de ochtendpauze in het lege lokaal. De bedoeling was dat ik door het drinken daarvan zou aansterken. Ik vond die drank afschuwelijk. In gruw er nog van. Ook voelde ik me beschaamd dat ik in de pauze die drank moest opdrinken voordat ik naar buiten de speelplaats op mocht. Dat heeft overigens niet

Page 138: €¦ · 3. Jan Willem Hubert Willems (52 jaar) op 10 augustus 1868. Zij is 38 jaar. Jan Willem Hubert sterft op 13 december 1869. Zoon Jan Hubert uit dit huwelijk sterft 17 dagen

31

al te lang geduurd. Na een tijdje kreeg ik geen fles meer mee en was de beproeving voorbij. Ik weet niet of ik inmiddels in de ogen van mijn moeder voldoende aangesterkt was of dat dat een andere reden had. In de eerste klas kwam ik in een bank voor in de klas te zitten naast de al overleden Albert Busch. De kinderen zaten in rijen met zijn tweeën in een bank. Het schrijfblad was een klep, waaronder zich een opbergruimte voor schriften en de inktlap bevond. Aan de voorkant van de bank was voor iedere leerling een gleuf om pen en potlood in te leggen. In het midden van de bank stond, verzonken in de bank, een losse, glazen inktpot in een houder. De inktpot kon met een schuifdekseltje worden afgesloten. De inktpot werd meestal een keer per week bijgevuld met inkt uit een grote fles. Ik meen van het merk Talens of Gimborn. Dat bijvullen gebeurde in het begin door de

onderwijzer. Later mocht soms een leerling dat doen. Dat was een hele eer. Behalve een penhouder met kroontjespen kregen we ook een potlood en een gum. Op de lessenaar van de onderwijzer stond een puntenslijper om de potloden schrijfklaar te maken. Ik denk ook dat we kleurpotloden kregen maar dat weet ik niet zeker.

De onderwijzer zat voor in de klas op een verhoging, de lessenaar. Zo kon hij de klas goed in de gaten houden. Je moest in de klas stil zijn. Als de onderwijzer aan het woord was en je niet met iets bezig was, moest je met de handen over elkaar zitten. Als je iets wilde vragen, moest je je vinger opsteken en wachten tot de onderwijzer je de gelegenheid gaf om iets te vragen. Overigens gebeurde dat vragen in mijn herinnering weinig. In het klaslokaal stond ook een grote kachel met een kachelpijp die langs het plafond door het hele lokaal liep. Die kachel werd `s winters door de onderwijzer gestookt met kolen. Die kolen waren opgeslagen in een gebouwtje dat in een hoek van de speelplaats stond. Centrale verwarming was er niet.

wordt vervolgd

Schoolbank

Page 139: €¦ · 3. Jan Willem Hubert Willems (52 jaar) op 10 augustus 1868. Zij is 38 jaar. Jan Willem Hubert sterft op 13 december 1869. Zoon Jan Hubert uit dit huwelijk sterft 17 dagen

32

Rode- en Zwarte Wouwen als broedvogel in het IJzerenbos Jan Smeets

Tijdens de broedvogeltelling op 18 april jl., die vooral bedoeld was om de eerste Nachtegaal te spotten, zag ik een Boomvalk hoog in de lucht boven het kalkmoeras van het IJzerenbos. In hetzelfde kijkerbeeld ook twee Rode Wouwen zwevend boven de boomtoppen. In een flits dacht ik aan territoriale vogels. Het zal niet waar zijn? Even later wéér twee rovers in de lucht. Nu twee Zwarte Wouwen, beide in duikvlucht invallend in een populier langs de Duitse grens. Niet te geloven! Dit is wel héél bijzonder zo ineens in het IJzerenbos, fantastisch! De volgende dag vond ik per toeval het nest van de Zwarte Wouwen in een perceel populieren. De Wouwen hadden een oud nest van een Zwarte Kraai ingenomen. Het vrouwtje zat bij het nest. Het mannetje kwam met prooi aanvliegen en landde bij het nest, waar het vrouwtje de prooi in ontvangst nam. Ook het nest van de Rode Wouwen werd snel gevonden. En wel in het Assendonk op nog geen 200 m afstand van het nest van de Zwarte Wouwen. Zouden ze gaan broeden en jongen grootbrengen? Of zou het misgaan door verstoring, predatie, voedselgebrek of door een andere oorzaak? Wouwen als broedvogel zijn de “krenten in de pap” voor een vogelliefhebber. Waarnemingen Zwarte Wouwen

Zwarte Wouw adult, 20-4-2018. Foto: Stef van Rijn

NATUUR

Page 140: €¦ · 3. Jan Willem Hubert Willems (52 jaar) op 10 augustus 1868. Zij is 38 jaar. Jan Willem Hubert sterft op 13 december 1869. Zoon Jan Hubert uit dit huwelijk sterft 17 dagen

33

18 april. Paar invallend in het IJzerenbos. 19 april. Nestvondst. 24 april. Prooioverdracht op nest. 26 april. Vrouwtje in broedhouding op nest. 29 april. Vrouwtje staat op tak boven het nest. Toch geen eieren of gestopt met

broeden? 30 april. Beide vogels cirkelen boven de nestboom. Dit is geen goed teken. 2 mei. Beide vogels niet meer gezien. Nest verlaten? 6 juni. Controle op de nestlocatie door Stef van Rijn & Paul Voskamp. Onder nestboom geen sporen te zien. Geen vogels op het nest of in de omgeving waargenomen. Waarnemingen Rode Wouwen

Rode Wouw adult, Oost-België 22-3-2010. Foto: Stef van Rijn

18 april. Paar zwevend boven het IJzerenbos. 23 april. Paar invallend in het Assendonk, vermoedelijk nest? 24april. Nestvondst. Paring in nestboom. Vrouwtje mist handpen 1 in rechtervleugel. 27 april. Vrouwtje op nest, broedend? 28 april. Vrouwtje mist handpen 1 en 2 in rechtervleugel. Mannetje vliegt weg richting Schalbruch, Havert, mist geen pen(nen). 29 april. Nest niet meer zichtbaar door nieuw blad. Wordt moeilijk om nestactiviteiten te vervolgen. 3 mei. Mannetje komt aanvliegen met oude maisstengel voor opbouw van het nest. Bijna alle vluchten gaan richting Schalbruch, Havert. 11 mei. Vrouwtje vliegt boven het Assendonk. Mist handpennen 1 en 2 in beide vleugels.

Page 141: €¦ · 3. Jan Willem Hubert Willems (52 jaar) op 10 augustus 1868. Zij is 38 jaar. Jan Willem Hubert sterft op 13 december 1869. Zoon Jan Hubert uit dit huwelijk sterft 17 dagen

34

12 mei. Vrouwtje stijgt op uit het Assendonk, mist 2de en waarschijnlijk 3de handpen in beide vleugels en vliegt weg richting Schalbruch, Havert. 14 mei. Mannetje in voormiddag zwevend boven het Assendonk. In namiddag geen vogels meer gezien. 15 mei. Vandaag en volgende dagen geen Wouwen meer waargenomen. Nest verlaten? Het zal niet waar zijn! 25 mei. Mannetje vliegt boven het Assendonk en valt in bij nestboom. Dus toch nog aanwezig! Zal vrouwtje op het nest zitten? 30 mei. Mannetje cirkelt boven de nestboom. 31 mei. Tweemaal mannetje zien invallen in nestboom. Einde van de week jongen? 6 juni. Stef van Rijn & Paul Voskamp controleren de nestlocatie. Het vrouwtje zit in broedhouding op het nest. Zij denken aan de hand van kleine poepkeutels onder de nestboom dat er kleine jongen zijn. Onder het nest liggen lappen, veel wol en plastic die de vogels hebben aangevoerd om een oud kraaiennest mee op te bouwen. Ook wordt een vleugelpen en enkele veren van prooien gevonden. Het nest is opvallend klein, een oud nest van een Zwarte Kraai. 7 en 8 juni. Mannetje zweeft boven het Assendonk, zonder prooi. Volgende dagen geen vogels meer gezien. 26 juni. Nestcontrole. Nest mislukt.

Nestcontrole Rode Wouwen Na 8 juni heb ik geen waarnemingen meer van de Rode Wouwen. Om zeker te zijn of er toch nog jongen op het nest zitten, wordt op 26 juni door Warner Jan de Wilde (professioneel klimmer) de nestboom beklommen. Een gevaarlijk karwei dat anderhalf uur duurt. Het nest bevindt zich op 41 m hoogte op een zijtak in een populier. Op het nest worden geen jongen aangetroffen. Foto’s van het nest doen vermoeden dat de jongen door een Buizerd of Havik zijn weggehaald. Gebruikt nestmateriaal, een flinke dot wol, is bij het roven van de jongen een eind losgetrokken uit het nest.

Vrouwtje Rode Wouw vliegt van het nest, 6-6-2018. Foto: Stef van Rijn

Page 142: €¦ · 3. Jan Willem Hubert Willems (52 jaar) op 10 augustus 1868. Zij is 38 jaar. Jan Willem Hubert sterft op 13 december 1869. Zoon Jan Hubert uit dit huwelijk sterft 17 dagen

35

Het nest ziet er na de predatie gehavend uit. Links de klimtouwen, 26-6-2018.

Foto: Warner Jan de Wilde

Tot slot Het paartje Zwarte Wouwen heeft de nestlocatie na een dag of 12 om onbekende reden verlaten. De reden dat het mislukt is, kan te maken hebben met het feit dat de vogels te jong en onervaren waren. Het komt vaak voor dat onervaren Zwarte Wouwen in de nestbouwfase of begin van de eileg, de broedpoging beëindigen. Jammer dat we deze zeldzame soort niet als broedvogel van het IJzerenbos kunnen noteren. Toch is er hoop dat de vogels hier het volgend broedseizoen terugkomen. De Zwarte Wouw broedde met succes voor het eerst in Nederland in 1996 (Versteeg & Voskamp). De meeste broedpogingen werden niet doorgezet of mislukten. In 2009 is voor de eerste maal in Limburg gebroed, in de Eysdenbeemden langs de Maas bij Oost-Maarland ten zuiden van Maastricht. Vanaf 2014 is ook in het Geuldal gebroed. De broedresultaten in Limburg variëren tussen 0-2 jongen per jaar. Het paartje Rode Wouwen trekt vanaf 23 april bijna dagelijks mijn aandacht. Na 8 juni geen vogels meer waargenomen. Rode Wouwen laten na mislukken altijd de band met het broedterritorium los. Aan alle twijfel kwam op 26 juni een einde toen bleek dat de jongen zeer waarschijnlijk door een Buizerd of Havik van het nest waren geroofd. In vergelijking met broedvogels in de rest van Nederland was dit een heel late broedpoging die weinig kans had van slagen (mededeling, van Rijn & Voskamp). De broedpopulatie in Oost-België is recent spectaculair toegenomen en het broedsucces ligt er extreem hoog. Een groot deel van de Ardennen huisvest thans

Page 143: €¦ · 3. Jan Willem Hubert Willems (52 jaar) op 10 augustus 1868. Zij is 38 jaar. Jan Willem Hubert sterft op 13 december 1869. Zoon Jan Hubert uit dit huwelijk sterft 17 dagen

36

broedvogels. In Oost-België wordt sinds 2014 onderzoek gedaan naar broedvogels met behulp van speciale gps-zenders. Hieruit blijkt dat de vogels bij een hoge dichtheid erg kleine territoria hebben van hooguit een paar kilometer rond het nest. Van broedparen in Nederland worden vogels tot wel 8-10 km van hun nest waargenomen, waaruit blijkt dat onze broedvogels veel meer ruimte gebruiken. Omdat delen van de Ardennen vol raken, verspreiden ze zich waarschijnlijk naar gebieden buiten de Ardennen. Mogelijk kunnen geringde Wouwen duidelijk maken waar ze vandaan komen. Deze vogels kunnen ook afkomstig zijn uit Duitsland waar meer dan de helft van de wereldpopulatie broedt. Succesvolle Rode Wouwen in de Ardennen zijn veelal minimaal 3 jaar oud. Het vermoeden is dat het paartje uit Susteren jonger was, en onervaren. Deze mening wordt onderbouwd omdat de nestkeuze niet optimaal was en het nest nagenoeg niet serieus opgebouwd. Sinds 2015 is sprake van een toename van broedende Rode Wouwen in Nederland. De stand wordt geschat op 10-15 broedparen (van Rijn 2018). Deze prachtige vogels met opvallend uiterlijk en schitterende kleurschakeringen, in zweefvlucht goed zichtbaar, hebben mij onvergetelijk veel vogelplezier gegeven. De Rode Wouw broedde voor het eerst in Nederland in 1976. Het eerste broedgeval in Limburg werd gemeld in 2015. Sindsdien zijn er jaarlijks 1-2 territoria met gering broedsucces. Er is weinig kans dat de soort zich hier de komende jaren gaat uitbreiden. Groei van de broedpopulatie lijkt afhankelijk van dispersie vanuit Duitsland en België (van Rijn & Voskamp). In Limburg in 2018 slechts 2 broedgevallen van een Rode- en een van Zwarte Wouw. Dank aan Stef van Rijn, Paul Voskamp en Warner Jan de Wilde voor de waardevolle informatie over Rode- en Zwarte Wouwen, voor de nestcontrole en foto’s en voor het commentaar op een eerdere versie van dit artikel.

Dank aan Stef van Rijn, Paul Voskamp en Warner Jan de Wilde voor de waardevolle informatie over Rode- en Zwarte Wouwen, voor de nestcontrole en foto’s en voor het commentaar op een eerdere versie van dit artikel.

Literatuur: Tijdschrift Der Falke, Journaal für Vogelbeobachter, juni 2018 Avifauna van Limburg 2006. (Hustings, van der Coelen, van Noorden, Schols & Voskamp). Rode Wouwen in het Zuid-Limburgse Heuvelland in 2014-2017. De Takkeling 26: 62-68

(van Rijn & Voskamp 2018). Broedende Rode Wouwen in 1976-2017 (van Rijn 2018). Eerste geslaagde broedgeval van de Zwarte Wouw in Nederland. De Takkeling 4: 15-20

(Versteeg & Voskamp 1996). Jan Smeets, Jozefstraat 15, 6114 EG Susteren [email protected]

Page 144: €¦ · 3. Jan Willem Hubert Willems (52 jaar) op 10 augustus 1868. Zij is 38 jaar. Jan Willem Hubert sterft op 13 december 1869. Zoon Jan Hubert uit dit huwelijk sterft 17 dagen

37

Een historisch verhaal over Susteren (III) Wil Schulpen

Het vorige artikel hebben we afgesloten met de abdis Amelberga. Zij wordt gezien als de eerste abdis van de Susterense vrouwenabdij, die gesticht is eind zevende eeuw.1 De datering is gekozen op basis van de tot op heden bekende datering van Henk Stoepker. In de genoemde legende komen naast Amelberga Landrada en Willibrord voor. Landrada stichtte rond 670 de abdij van Munsterbilzen ten westen van Maastricht gelegen. Zij was de geestelijke moeder van vele meisjes, onder meer van Amelberga. Door de legende wordt Amelberga tevens gekoppeld aan Willibrord. Niet alleen de afstand van Susteren tot Munsterbilzen (een dagreis in die tijden) en de ligging ten opzicht van Maastricht doet het vermoeden rijzen dat we wel degelijk met Amelberga van Susteren te maken hebben, maar zeker wel de persoon Willibrord bevestigd dit vermoeden wel.

Het klooster van Amelberga ca. 680-1060 Uit de vroege periode van het vrouwenklooster kennen we niet alleen Amelberga, als stichteres, en Vastrada, de moeder van bisschop Gregorius, maar nog een aantal heilige vrouwen. Zij werden in het oude zaalkerkje van het vroegmiddeleeuwse klooster begraven. Hun graven liggen binnen de ruimtes van het priesterkoor en de viering. Met name in deze laatste ruimte werden in de grond al zeven vroegmiddeleeuwse doodskisten (sarcofagen) aangetroffen. Deze steenkisten werden in onze streken aangevoerd uit het stroomgebied van de Seine. Via de Maas vanaf de streek van Verdun kwamen deze onder meer in Susteren terecht. Zij werden dan in de kerk begraven en wanneer iemand stierf binnen de kloostersamenleving werd naar een passende sarcofaag gezocht en werd de persoon erin begraven. Fouten bij dergelijke begravingen werden later als wonder verhaald: bij het begraven van Willibrord bleek de kist te klein, maar bij wonder bleek ze plots groot genoeg. De werkelijke gebeurtenis: men had een te kleine kist bloot gelegd, dicht gegooid en een nieuwe blootgelegd die groot genoeg was. Fouten passen niet in een levensbeschrijving (vita), waarom het als wonder werd doorgegeven. De heilige vrouwen, begraven in Susterens kerkje zijn met naam bekend omdat hun gebeente, hun relieken, in de volle middeleeuwen, de elfde eeuw, uit de sarcofagen zijn genomen door diverse bisschoppen van Luik en in kostbare reliekhouders of reliekschrijnen geplaatst. In onze vroegste inventarislijst uit 1174 welke zich bevindt in het evangeliarium en die opgemaakt is onder abdis Imago van Loon, worden reeds zeventien belangrijke reliekhouders vermeld. De belangrijkste reliekhouder zal toen ook al geweest zijn het grote reliekschrijn van de H. Amelberga, mogelijke zelfs uit de elfde eeuw daterend. De hele inventaris moest op een folio perkament geschreven worden, dat betekent dat niet alle heiligen genoemd werden. Natuurlijk wel de drie belangrijkste: Amelberga’s reliek de drinkbeker in verband met de keelpijntraditie

1 Dit in tegenstelling met de meest gangbare zienswijze dat zij eind negende eeuw in het pas omgevormde klooster van mannen in vrouwen abdij. Zij zou hierbij de dochters van koning Zwentibold opgevoed hebben. Deze informatie aan het oudst geschiedkundig verhaal van de abdij van Susteren, geschreven drie-en-een-halve eeuw na de dood van Zwentibold

HISTORIE

Page 145: €¦ · 3. Jan Willem Hubert Willems (52 jaar) op 10 augustus 1868. Zij is 38 jaar. Jan Willem Hubert sterft op 13 december 1869. Zoon Jan Hubert uit dit huwelijk sterft 17 dagen

38

binnen het klooster, de cingel van bisschop Gregorius en de tuniek van Albericus. Van dit laatste stuk is mogelijk nog een fragment over en hangt in de schatkamer. Het wordt 8e/9e eeuw gedateerd en komt uit Perzië of Mesopotamië (Iran of Irak). De namen van deze heilige verhalen zijn tot ons gekomen via schrijvers als Russel (1863) en Pater Roozen (1958-1961). In de volle middeleeuwen werd het gebeente van deze heiligen nog in reliekhouders bewaard, maar als eind 17e eeuw de belangrijkste relieken naar Roermond in veiligheid worden gebracht, blijkt hier niets meer van. In de negentiende en twintigste eeuw werden veel van deze relieken bewaard in oude kisten. In het boek van pater Roozen staat nog een foto ervan, maar momenteel zijn ze niet meer terug te vinden. Veertig jaar gelden vertelde een oudere kerkmeester, Wulm Meuffels, me dat men in opdracht van de bisschop veel relieken op het kerkhof heeft moeten begraven. De reden hiervoor was dat men niet meer in staat was delen van het gebeente toe te wijzen aan een heilige.

De vrouwelijke heiligen die in de Susterense abdijkerk begraven zijn: 1. H. Amelberga, eerste abdis en medestichtster van het vrouwenklooster; 2. H. Vastrada, moeder van bisschop Gregorius, waarschijnlijk op latere leeftijd

non in het vrouwenklooster; 3. H. Henrica, maagd, waarvan hoofd en relieken aanwezig waren in de derde kist; 4. H. Odegundis met relieken in de vierder kist. Zij is aan borstkanker gestorven; 5. H. Bovo, rechts in de vijfde kist relieken; 6. H. Waltrudis, links in de zesde kist. 7. H. Walburgis, rechts in de zesde kist. Van deze is nog een kleine ronde doos met

relieken in de schatkamer aanwezig 8. H. Cecilia, abdis na Amelberga 9. H. Benedicta, derde abdis2 (?)

Zeker vier namen zijn verloren gegaan, ofwel hierin werden ooit relieken bewaard van andere Susterense heiligen; immers alleen van Amelberga, Albericus en Gregorius, de patroonheiligen van de kerk, zijn afzonderlijke, oudere reliekhouders bekend.

Naast de vrouwelijke heiligen waren er ook een aantal mannelijke. De eerste drie zijn bekend van de beginfase van de stichting te Susteren: 1. Sanderbout, medestichter van het klooster en vader van Amelberga. martelaar; 2. Albericus, zal de stichting beïnvloed hebben; 3. Gregorius, opvolger van Albericus 4. Wendelinus, belijder, relieken in de tweede kist 5. Fabricus3, belijder geen priester.

2 Zij wordt genoemd al ca. 1247-1251 door Gilles van Orval. Met name doordat haar feestdag op dezelfde geplaatst werd als die van Cecilia en er steeds sprake lijkt van twee dochters van Sanderbout, lijkt mij haar bestaan twijfelachtig. 3 Het zal me niet verwonderen als we in de toekomst moeten constateren dat deze identiek is met Albericus. Deze laatste wordt in het evangelieboek abericus genoemd

Page 146: €¦ · 3. Jan Willem Hubert Willems (52 jaar) op 10 augustus 1868. Zij is 38 jaar. Jan Willem Hubert sterft op 13 december 1869. Zoon Jan Hubert uit dit huwelijk sterft 17 dagen

39

Bijzonder is het noemen van grote relieken van Valentinus, bisschop van Tongeren. Een eerste reactie is natuurlijk dit zal onjuist zijn, immers zijn lichaam rust in Maastricht, samen met Monulphus en Gondulphus van Maastricht. Echter het blijkt dat al – meen ik – van in of voor de elfde eeuw een substantieel deel van het gebeente van Valentinus afwezig is in Maastricht. Het kan er op wijzen dat al in de vroege middeleeuwen een gedeelte van Valentinus van Maastricht naar Susteren is overgebracht.

Aanvankelijk zal het klooster nog niet de regel van Benedictus gevolgd hebben maar een gemengde regel welke veelal geen verplichtingen waren maar meer als leidraad golden voor een Christelijk leven binnen de kloostermuren. Abdis en zusters konden ook over bezittingen beschikken. Het lijkt zelfs voor de hand te liggen dat deze dames niet het zware landbouwwerk verrichten maar hiervoor mensen hadden, wellicht zelfs horigen en slaven. Over deze vroegste tijden van de abdij is niet veel bekend, dus menig iets blijft gissen.

Het klooster Suestra onder de Karolingers, 870 De bescherming van of voogdij over het klooster zal aanvankelijk toebehoord hebben bij Sanderbout en zijn opvolgers. In 870 blijkt het klooster onder de bezittingen te vallen van de koning van het middenrijk.. Het rijk van Lotharius wordt verdeeld onder de Karolingers van het oost- en het westrijk. De abdij, gelegen aan de oostzijde van de Maas, werd toebedeeld aan Lodewijk de Duitser van het oostrijk. Het klooster van Susteren samen met de plaatsen Wassenberg en Neuss lijken de noordgrens te vormen van het verdeelde gebied; noordelijk worden geen plaatsen of kloosters meer genoemd. Of deze toedeling veel praktisch gevolg heeft gehad, kan eerder ontkennend dan bevestigend worden beantwoord. Het was de streekadel in weerwil van de pogingen van de Karolingers die de dienst in onze streken uitmaakten. Het was zelfs de paus die de Karolingers opriep om een einde te maken aan de moordpartijen in het middenrijk eind negende eeuw.

Arnulf van Karinthië, 891, afschrift twaalfde eeuw te Prüm Twintig jaar later vormde Arnulf van Karinthië het hoogste gezag in onze streken, althans als we de schriftelijke overlevering mogen geloven. Of zijn woord en besluiten ook gehoord werden door de Maaslandse edelen in onze streken mogen we wel betwijfelen. Wel laat hij een document opmaken waarbij hij de abdij Suestra schenkt aan de kunstenaar-monnik Siginand van de abdij Prüm. Deze abdij in de Eifel was volgens overlevering verwoest door de Noormannen. En het was Regino van Prüm die tussen 892 en 899 abt was van de abdij. Deze abt zou de abdij weer opgebouwd hebben. Wij kennen deze abt ook uit het leven van koning Zwentibold en nog meer als de eerste grote geschiedschrijver van een wereldkroniek in onze landen. Het zijn Regino’s aantekeningen die kleur geven aan het leven van Zwentibold; anders was deze koning een van de vele grote onbekenden uit de geschiedenis.

In het document kunnen we lezen dat in 891 de abdij bevolkt werd door vrouwen. De abdij lag in het Masalant en werd door het volk Suestra genoemd. Habets schrijft

Page 147: €¦ · 3. Jan Willem Hubert Willems (52 jaar) op 10 augustus 1868. Zij is 38 jaar. Jan Willem Hubert sterft op 13 december 1869. Zoon Jan Hubert uit dit huwelijk sterft 17 dagen

40

dat Mabillon, de belangrijkste geschiedkundige uit de zeventiende eeuw, ervan overtuigd was dat de abdij Suestra steeds een vrouwenklooster is geweest.4 Habets zegt dat de documenten dit tegenspreken, omdat vóór 891 niets dan broeders worden vermeld5. Dit is enigszins misleidend. Immers het klooster Suestra wordt tussen ca. 718 en 891 slechts éénmaal vermeld en wel bij de verdelingsakte van 870. Hierin is noch sprake van mannen noch van vrouwen. Voor zover onze documentatie reikt kunnen we niet verder gaan dan aannemen dat een verandering van mannen in vrouwenklooster - als men daaraan nog geloof hecht – heeft plaatsgevonden tussen ca. 720 en 890; zelfs als men vasthoudt aan een verwoesting door de Noormannen.

Habets meent op basis van de Latijnse tekst uit 891 dat het klooster aanzienlijke bezittingen had: meerdere kerken, vele kloostercellen, hoeven, hutten en andere gebouwen, dienstmannen en lijfeigenen, zowel mannen als vrouwen, velden, akkers, weiden, wijngaarden, beemden, bossen, waters, waterdriften, molens, visvijvers, wegen en stegen, uitgangen en toegangen, bebouwde en onbebouwde gronden, betwiste en onbetwiste eigendommen met een aantal roerende en onroerende goederen te Susteren en elders gelegen. Men kan zich afvragen in hoeverre we de opsomming serieus mogen nemen. Is het een échte opsomming of is het een beschrijving van eigendommen die grote abdijen in die tijd bezaten. Het ging er vooral om een sluitende beschrijving te maken en als er ook eens iets teveel opgesomd werd, geen kwaad. Opvallend is de vermelding in deze vroege periode van wijngaarden en molens. Ook maakt deze opsomming duidelijk dat de abdij ook beschikte over slaven. Lijfeigenen zijn namelijk slaven, met dit onderscheid dat ze mochten huwen, een stukje land voor hun gezin bewerken en niet van de hoeve weg verkocht mochten worden. Zoals ook uit de documentatie van Willibrord blijkt, kenden ook de religieuzen van Susteren slavenarbeid, die het leven in de abdij aangenamer maakte.

Waarom gaf koning Arnulf de abdij Suestra aan de monnik Siginand? Hiernaar kunnen we slechts gissen. Was het om de verwoeste abdij Prüm te ondersteunen? Of had hij een verwoeste abdij Suestra ontvangen om deze weer op te bouwen? Of was het een politieke zet om de abdij Suestra en de omgeving weer onder het koninklijk gezag te brengen? In Susteren ziet men Siginand graag als de bouwmeester van de abdij eind negende eeuw. Dit is te wijten/ danken aan de schrijver van openluchtspel bij gelegenheid van de heiligdomsvaart 1937. De inhoud van een openluchtspel met religieuze bedoelingen mag natuurlijk niet als historische basis voor wat dan ook dienen. Dat Siginand iets met een bouw te Susteren te maken heeft gehad, lijkt vrijwel uitgesloten. Archeologisch blijkt niets van een verwoesting van de abdij in negende eeuw; ook blijkt niets van een bouw in die tijd. Kanunnik Coenen (De Drie

4 Ik heb geprobeerd om te achterhalen waarom Mabillon tot zijn zienswijze kwam. Ik heb dat niet kunnen achterhalen. Dat deze grote en belangrijke historicus deze zienswijze had, zegt wel iets, maar niet voldoende zolang we niet weten waarop hij dit baseerde 5 Jos Habets, Bijdragen tot de geschiedenis van de voormalige stad Susteren en van de adellijke vrouwenabdij sint Salvator aldaar, pag. 460 in PSHAL 6.

Page 148: €¦ · 3. Jan Willem Hubert Willems (52 jaar) op 10 augustus 1868. Zij is 38 jaar. Jan Willem Hubert sterft op 13 december 1869. Zoon Jan Hubert uit dit huwelijk sterft 17 dagen

41

Maaslandse abdijen) redeneerde dat de beschrijving van de abdij niet in overeenstemming te brengen is met een verwoeste abdij.

We zullen aan de hand van tiende eeuwse documenten onderbouwen dat koning Arnulf de schenking waarschijnlijk gedaan heeft uit politieke overwegingen. Zwentibold van Lotharingen. 895, afschrift twaalfde eeuw te Prüm Gedocumenteerd6 is de bevestiging van de schenking van Arnulf, vader van Zwentibold, aan Siginand. Zwentibold keurt eveneens goed dat de abdij van Susteren na de dood van Siginand over gaat in handen van de abdij Prüm. Dit document behelst de enige min of meer betrouwbare relatie tussen Susteren en deze koning.

Zwentibold is toch een van de opvallendste personen geworden in het historisch verhaal van Susteren en de streek ten zuiden van Susteren. Dit is een gevolg van het oudst bekende stukje geschiedschrijving over de Susterense abdij. Dit werd drie-en-een-halve eeuw na de dood van onze vorst aan het perkament toevertrouwd. De inhoud van deze geschiedschrijving is wel een vertrouwd gegeven in Susteren en omstreken. Het stipt aan de rol van Zwentibold en Amelberga bij de stichting van de abdij en tevens de motivatie waarom Albericus en Gregorius, tijdgenoten van voornoemden, in het klooster begraven werden. Daarbij geeft de schrijver, Gilles van Orval, aan dat de door hem genoemde Sanderbout elders als Zwentibold bekend is. Dit doet hij door gegevens over Zwentibold opgeschreven door diens tijdgenoot Radboud, o.m. abt van Prüm, toe te schrijven en te koppelen aan Sanderbout. Het historisch gedeelte is voor belangrijke elementen controleerbaar en daardoor als betrouwbaar te beschouwen. Met name de weinige gegevens uit de inventaris van 1174 komen overeen met de mededelingen van de Luikenaar Gilles. Deze inventaris toont eveneens helder dat het onwaarschijnlijk is dat Zwentibold in de abdij werd begraven: hij die als heilige – en wel in het bijzonder als tandpijnheilige – vereerd werd in de middeleeuwse abdij en daarbij ook nog als stichter herdacht werd – toch wel een zeer bijzonder podium in de middeleeuwen – wordt pardoes overgeslagen in de inventaris. Wanneer een overlevering ons er op wijst dat we met de gelijkstelling van Sanderbout en Zwentibold er naast zitten, dan is het deze inventaris wel.

Als speelbal tussen de koningen en de adel van het midden rijk.916-948 In de Prümse afschriften vonden we twee akten eind negende eeuw waarin uiteindelijk de abdij Prüm als eigenaar van de abdij Susteren blijkt te zijn – althans op perkament. Er zijn nog twee documenten in afschrift bewaard gebleven waarin het betreft de abdij Suestra. Het zal voor de historisch geïnteresseerde niet onbekend zijn dat het middenrijk, Lotharingen, door regionale en lokale adel beheerst werd. Men zag de overheersing door het oost- of westrijk niet zitten en steeds weer blijkt de centrale macht geen of 6 Vermeld in een geschrift uit de eigen tijd, hier rond 900, of in een betrouwbaar afschrift. In ons geval is het een afschrift uit de twaalfde eeuw. Als eigendom van de abdij Prüm bewaarde men er de schenkingsakten en heeft wellicht in de twaalfde eeuw besloten om ze ook als afschrift te bewaren in het “gouden boek”.

Page 149: €¦ · 3. Jan Willem Hubert Willems (52 jaar) op 10 augustus 1868. Zij is 38 jaar. Jan Willem Hubert sterft op 13 december 1869. Zoon Jan Hubert uit dit huwelijk sterft 17 dagen

42

nauwelijks een vuist te kunnen maken. We zien dit ook in het kortstondige regeerperiode van Zwentibold. Hij kreeg de belangrijkste regionale heerser niet achter zich, wat er uiteindelijk in resulteerde dat hij tijdens een schermutseling met enkele van zijn tegensputterende graven gedood werd ergens aan de Maas, gezien de hoofdpersonen van dit drama zal dit ergens in zuid-België of Noord Frankrijk plaatsgevonden hebben. Beide tiende eeuwse documenten willen we kortweg weergeven met de volgende tekst: Zowel in de oorkonde van koning Karel (III, de eenvoudige, 916) als van koning Otto (948) lezen we dat de abdij Prüm bevestigd wordt in haar rechten op de abdij Susteren. Tevens roepen ze de lokale heersers op de abdij direct terug te geven aan haar rechthebbende eigenaar.

Kunnen documenten duidelijker taalspreken? Nauwelijks. Men proeft hieruit dat de abdij Prüm geen rechten heeft kunnen uitoefenen over de Susterense abdij. De schenking is een wassen neus gebleken. De koninklijke oproep aan de regionale heersers om de koninklijke schenking te herkennen werd niet gehoord. Nergens is er een aanwijzing te vinden dat de abdij uit de Eifel ook maar één dag rechten in Susteren uitgeoefend heeft. Het blijkt dat Arnulf indertijd de abdij, die lag in een gebied waar de regionale heren zich niets van de centrale macht aantrokken, aan Siginand schonk om via deze kerkelijke instantie weer voet achter de deur te krijgen in onze streken. Arnulf (en later zijn zoon Zwentibold) zal gehoopt hebben dat de regionale heersers ontzag zouden hebben voor de kerk. Maar dat blijkt ijdele hoop te zijn geweest Het zou nog méér dan een halve eeuw duren aleer er weer tekenen zijn dat onze streek weer onder een centraal gezag komt: de laatste Ottoonse keizer plaatst zijn vazallen de gebroeders van Vlaanderen (de Flamands) in Kleef en Wassenberg. Deze laatste is de stamvader van de adellijke huizen van Gelder, Heinsberg en Valkenburg. Het is Goswijn van Susteren, de latere eerste heer van Valkenburg, die in 1118 volgens de zienswijze van professor Corsten voogd is van de abdij Susteren. Vanaf deze tijd blijkt de voogdij van de abdij in handen van de heer van Susteren: aanvankelijk de heren van Valkenburg en vanaf de vijftiende eeuw de hertogen van Gulik.

Dat de abdij van Susteren ten tijde van Arnulf, Zwentibold, Karel III en Otto I in een ‘rechteloos’ gebied lagen, maakt duidelijk dat de invloed van de Karolingers hier gering c.q. niet voorhanden was. Dat Zwentibold zijn dochters in een dergelijk klooster onderbracht is dan ook onwaarschijnlijk evenals dat hij er begraven werd.

In een volgend artikel zullen we de vroege middeleeuwen afsluiten met een artikel waarin (ook) aandacht geschonken wordt aan de rol van Willibrordus. En natuurlijk komt dan ook het tweede vroegmiddeleeuwse klooster aan de orde: het Papenmunster (mannenklooster).

Wordt vervolgd

Page 150: €¦ · 3. Jan Willem Hubert Willems (52 jaar) op 10 augustus 1868. Zij is 38 jaar. Jan Willem Hubert sterft op 13 december 1869. Zoon Jan Hubert uit dit huwelijk sterft 17 dagen

43

Harmonie St. Cecilia Jacques Rours

In De Heemklank van 2016 nummer 3 heb ik o.a. Weienfeesten en Processies door

de Harmonie St. Caecilia beschreven. Maar wie waren de muzikanten, hoe heetten

ze en hoe zagen ze er toen uit. De meeste muzikanten heb ik nl. nog zelf gekend.

Alleen waren ze tijdens mijn lidmaatschap twee tot drie decennia ouder dan op deze

oude foto’s. Namen reconstrueren van mensen waarmee ik zoveel jaren later in het

orkest heb gespeeld, bleek in eerste instantie een onmogelijke opgave. En ik was niet

de enige met dit probleem. Gelukkig vond ik hulp bij Jong Steijvers, oud klarinettist.

Hij kwam op het idee om naar het instrument te kijken dat een persoon in zijn handen

hield. En dat was natuurlijk de oplossing! Logisch toch dat iedereen na zoveel jaren

nog steeds hetzelfde instrument bespeelde als waarmee ze op de oude foto’s stonden

en toen was herkenning een makkie. Eerst maar eens beginnen met het bestuur. Die

herkende ik gelukkig zelf allemaal. Hos was dirigent en Meuffels voorzitter.

Het bestuur van de harmonie ten tijde van het koperen bestaansfeest in 1933.

VOLKSCULTUUR

Page 151: €¦ · 3. Jan Willem Hubert Willems (52 jaar) op 10 augustus 1868. Zij is 38 jaar. Jan Willem Hubert sterft op 13 december 1869. Zoon Jan Hubert uit dit huwelijk sterft 17 dagen

44

De harmonie op concours in Hoensbroek (21-05-1923)

Resultaat: 1e prijs in de 3e afdeling en de 2e ereprijs

Bovenste rij: Thei Peters, Bosman, Hulzmans, Louis Steijvers, Willem Lemmens

Tweede rij van boven: Karel Dreesen, ’t sjniederke Jansen, spoorman Janssen, Louis Rours, Lenard Montforts, Herman Kelleners, Theike Mainz, Kepenne, Ramakers, ???, Willem Vos, Meuleners

Derde rij van boven: Geerts de zwager van de dirigent Hos uit Gulpen, slager Meuffels, ???, Joep Vos, Bér Rours, Caspar Hos, Sef Lambermon, Schilder Schulpen, Sjang Gruters, spoorman, Sef Hellebrekers

Achterste rij zittend: Joap Peters, aannemer Van Helden, Thei Vos, chef spoorwegen Van Ratingen, ???

Voorste rij: Sjeng Rours, Huizinga, Frans Kelleners, Shari (duitser)

Page 152: €¦ · 3. Jan Willem Hubert Willems (52 jaar) op 10 augustus 1868. Zij is 38 jaar. Jan Willem Hubert sterft op 13 december 1869. Zoon Jan Hubert uit dit huwelijk sterft 17 dagen

45

Grote instrumenten zoals de dikke trom, pauken en contrabas werden met de eigen auto van een van de bestuursleden naar concoursen en weienfeesten meegenomen. Zie hiernaast.

van links naar rechts tijdens het defilé door het dorp: Louis Steijvers, Thissen, Willem Lemmens (met banier), Willem Jansen, Meester Peters, Herman Bohnen en Sjang Lijnen (slager)

Page 153: €¦ · 3. Jan Willem Hubert Willems (52 jaar) op 10 augustus 1868. Zij is 38 jaar. Jan Willem Hubert sterft op 13 december 1869. Zoon Jan Hubert uit dit huwelijk sterft 17 dagen

46

En bij aankomst allemaal even staan wachten op die auto

En soms hadden we eenvoudig pech, zoals hier met in het midden Donners.

Page 154: €¦ · 3. Jan Willem Hubert Willems (52 jaar) op 10 augustus 1868. Zij is 38 jaar. Jan Willem Hubert sterft op 13 december 1869. Zoon Jan Hubert uit dit huwelijk sterft 17 dagen

47

Effe raoje deil 13 Annie Schreuders-Derks

1.Paeperplek 1. Modervlek 2. Gepaeperd gerech 3. Saort sjlók (snoepgoed)

2.Dallaasj 1. Dul gedreijd 2. Sjlónzige vrouw 3. Platzak

3.Rammenante 1. Noate op de zank 2. Aetesreste 3. Saort greunte

4.Vónjere 1. Zeuke 2. Brögkske 3. Hondervoor sjtruije

5.Bagèt 1. Seerlies 2. Breuëdje 3. Broche

6.Oetwinkele 1. Boadsjap doon 2. Zjweije bie vertrèk 3. Oetsjtalle

7. Aafpeesje 1. Peesje van nuuj geneijde kleijer 2. Aafzètte, belazere 3. Sjlaeg gaeve (emes)

8.Vrundjsjtök 1. Bèste sjtök van ’t vleisj op taofel 2. Vriendendienst 3. Veur de gek hawte (vruntjelik)

9.Tróm 1. Dikke vrouw 2. Verlèngsjtök van de potkachel 3. Muziekinstrumènt

EFFE RAOJE

Page 155: €¦ · 3. Jan Willem Hubert Willems (52 jaar) op 10 augustus 1868. Zij is 38 jaar. Jan Willem Hubert sterft op 13 december 1869. Zoon Jan Hubert uit dit huwelijk sterft 17 dagen

48

Programma 2018 (resterend)

Donderdag 20 september tweede reis

Donderdag 8 november: thema: Julianakanaal door Hans Noblesse. De oplossinge van Effe Raoje. 1=1 2=3 Jargon Hebreeuws Ich höb d’n dallaasj 3=2 4=2 5=1 6=3 “Good oetgewinkeld is hawf verkoch” Bie erg royaal decolleté. 7=1 8=2+3 9=1+2+3 Colofon

Redactie Heemklank Annie Schreuders-Derks, Cor Voorter , Wil Schulpen. Corrector: Loek Storken

Contact: Feurthstraat 25, 6114 CS [email protected]

Bestuur : John van Bree, voorzitter, Imkerstraat

27, tel. 06 – 48476649 Wil Schulpen, secr./penmr., Feurthstraat

25, tel. 06 18295576 Annie Schreuders-Derks, Op de Pas 6,

tel. 046 449 3339 Loek Storken, Benedictalaan 7, tel.

046 449 3032 Cor Voorter, Majoor Evanslaan 1, tel.

046 449 1539

Kopie: Vóór 15 november 2018 inleveren bij één van de leden van de redactie.

Auteurs zijn verantwoordelijk voor hun bijdrage

Contributie bedraagt € 20,00 per jaar per gezin. Inclusief toezending Heemklank € 25,00. Losse nummers Heemklank € 6,00.

Bank: NL13RABO 0150 2046 12 Kamer Koophandel 40175186

Foto’s : Jan Valentijn – Posterholt Ton Vranken - Susteren

Omslagtekening: Thijs Heijnen

Tekeningen: Huib Heijnen

Drukkerij Simons Grafisch Totaal, Susteren

ISSN: 2214-0

Page 156: €¦ · 3. Jan Willem Hubert Willems (52 jaar) op 10 augustus 1868. Zij is 38 jaar. Jan Willem Hubert sterft op 13 december 1869. Zoon Jan Hubert uit dit huwelijk sterft 17 dagen
Page 157: €¦ · 3. Jan Willem Hubert Willems (52 jaar) op 10 augustus 1868. Zij is 38 jaar. Jan Willem Hubert sterft op 13 december 1869. Zoon Jan Hubert uit dit huwelijk sterft 17 dagen
Page 158: €¦ · 3. Jan Willem Hubert Willems (52 jaar) op 10 augustus 1868. Zij is 38 jaar. Jan Willem Hubert sterft op 13 december 1869. Zoon Jan Hubert uit dit huwelijk sterft 17 dagen

1

Driemaandelijks tijdschrift voor de studie van natuur en heemkunde

jaargang 41 nummer 4 - 2018

Heemklank is een uitgave van de Vereniging van Natuurvrienden Susteren

Inhoud Heemklank 2018 nummer 4 Weurdje van de redaksie - Cor Voorter ................................................................... 3 Van de vereniging ..................................................................................................... 4

Thema-avond 17 januari door weerman L1 Léon Rademakers ............................ 4 Uw stamboom op de computer ............................................................................. 5 Het journaal van Sjeng Rutten over de laatste oorlogsmaanden in Susteren ........ 6

Eine verwaterde kersaovend – Eric van Hooy .......................................................... 7 Omnivore – Annie Schreuders Derks ....................................................................... 8 Eine kop wie ein zeef – Loek Storken .................................................................... 13 In mien veurige laeve woor ich Belsj – Loek Storken ............................................ 15 Oude Foto’s – Jacques Rours ................................................................................. 17 De wereld draait door – Gerard Janssen ................................................................. 20 Om wat over te mijmeren bij de kerstboom – Evert Zits ....................................... 23 Bijzondere vogel in het IJzerenbos – Jan Smeets ................................................... 25 “Oet ’t geweun laeve van geweun luuj”: Glück auf – Jean Dewaide ................... 26 Det sjmaak nao mieë. – Annie Schreuders Derks................................................... 29 Gevelverhäölkes – Evert Zits ................................................................................. 31

Woonhoes Wiensjtraot nr. 6 .............................................................................. 31 Woonhoes mit winkel, Sjtasiewaeg nr. 1a .......................................................... 33

Mijn schooltijd op de lagere jongensschool te Susteren (2) – Wil Filott ............... 35 Een historisch verhaal over Susteren (IV) – Wil Schulpen .................................... 44 Effe raoje deil 14 – Annie Schreuders Derks ......................................................... 51 Programma 2019 .................................................................................................... 52 De oplossinge van Effe Raoje. ................................................................................ 52 Colofon ................................................................................................................... 52

Page 159: €¦ · 3. Jan Willem Hubert Willems (52 jaar) op 10 augustus 1868. Zij is 38 jaar. Jan Willem Hubert sterft op 13 december 1869. Zoon Jan Hubert uit dit huwelijk sterft 17 dagen

2

Page 160: €¦ · 3. Jan Willem Hubert Willems (52 jaar) op 10 augustus 1868. Zij is 38 jaar. Jan Willem Hubert sterft op 13 december 1869. Zoon Jan Hubert uit dit huwelijk sterft 17 dagen

3

Weurdje van de redaksie Alle maonje van 2018 zeen ómgevlaoge. De redaksie wirk geweun via ein vas sjtramien van Heemklank nao Heemklank, sjus wie de jaorgetieje.

Aan het ènj van het jaor zal de eine of angere van de redaksie waal èns deep aomhaole en dènke “Gelökkig!”. Woróm? Geweun ómdet alles good is gegange en weer höbbe ós neet in de haor gezaete. Mit alle plezeer höbbe de gassjrievers en de leje van de redaksie geprobeerd uch ein gevarieerd laesaanbod te beje.

Dank aan de gassjrievers, dank aan de fotografe wovan weer foto’s moge gebroeke jaor in jaor oet.

Mer ouch de redaksie geit aan ein nuuj jaor beginne en ouch weer gaon mit d’n tied mit. De website bieveurbeeld wurt aangepas en verbaeterd. ‘t Digitale archief geit online en weer gaon ein Facebookpagina koppele aan de website óm de aktiviteite van de Natuurvrunj breijer oet te drage.

Noe neet bang waere: d'n Heemklank blif geweun bestjaon en zal ouch volgend jaor geweun op de deurmat valle...!

Veur noe veel laesplezeer!

Veur later in de maondj:

Zalige Krismes en Gelökkig Nuujaor!! Blief gezóndj!!

De redaksie

WEURDJE VAN DE REDAKSIE

Page 161: €¦ · 3. Jan Willem Hubert Willems (52 jaar) op 10 augustus 1868. Zij is 38 jaar. Jan Willem Hubert sterft op 13 december 1869. Zoon Jan Hubert uit dit huwelijk sterft 17 dagen

4

Van de vereniging Thema-avond 17 januari door weerman L1 Léon Rademakers

Op donderdag 17 januari om 19:30 uur in Vastrada geeft L1 Weerman Léon Rademakers een lezing over de gevolgen van de klimaatverandering voor de natuur en onze samenleving.

Wetenschappelijke onderzoeken tonen aan dat de mondiale opwarming een groot effect heeft op de ecologie en de verspreiding van organismen. Volgens het RIVM en de Universiteit van Wageningen is ten gevolge van de klimaatverandering onder meer het aantal teken en de ziekte van Lyme fors toegenomen.

Door de zachtere winters begint het bloei- en groeiseizoen veel vroeger dan vijftig jaar geleden, waardoor ook het hooikoortsseizoen steeds vroeger begint. Het gezegde ‘in mei leggen alle vogels een ei’ is reeds achterhaald. Kool- en pimpelmezen broeden eerder in het seizoen, terwijl ook het piekmoment in voedselaanbod verschuift.

In ‘De natuur en het veranderende Klimaat’ komen tal van natuur gerelateerde weerspreuken aan bod, worden de mooiste natuur gerelateerde weerfoto’s getoond en wordt er aandacht besteed aan de toename van weerextremen en de gevolgen hiervan voor onze samenleving. Donderdag 17 januari om 19:30 uur in Vastrada

VAN DE VERENIGING

Page 162: €¦ · 3. Jan Willem Hubert Willems (52 jaar) op 10 augustus 1868. Zij is 38 jaar. Jan Willem Hubert sterft op 13 december 1869. Zoon Jan Hubert uit dit huwelijk sterft 17 dagen

5

Uw stamboom op de computer De werkgroep genealogie van onze vereniging heeft het plan opgevat om in de periode februari / maart een cursus “uw stamboom op de computer” te organiseren in Vastrada. De cursus zal bestaan uit een drietal sessies (vrijdags-overdag) en bevat een (geringe) hoeveelheid theorie, maar is voornamelijk praktisch gericht, met veel oefeningen en opzoeken op internet. Graag eigen laptop meenemen. Heeft u deze niet, dan kunnen wij eventueel hiervoor zorgen. Geen tablet of I-pad. Geoefend word om stamboomgegevens geordend vast te leggen met de Verkenner (Windows) en het gratis stamboomprogramma ALDFAER. Dit programma werkt met Windows (vanaf versie 7), niet met Android of Apple.

Onderwerpen die o.a. aan de orde komen zijn: - Genealogische persoonsgegevens (relaties, data, plaatsen etc.) - Digitale documenten zoals aktes, foto’s, bidprentjes etc. - Het verzamelen van deze informatie uit de Burgerlijke Stand, kerkelijke

archieven etc. - Het belang van historie en geografie als “aankleding” van een genealogie.

Aangezien de cursus intensief zal zijn, is het aantal cursisten beperkt tot maximaal acht. De kosten, inclusief lesboek en een USB-stick met oefenmateriaal, programma’s, extra informatie etc., bedragen € 35,- ( zonder USB-stick € 30,-). U kunt ook zelf een lege stick meebrengen.

Voor aanmelden en ook voor inlichtingen: Hans van Engeland Dr. Mostartstraat 5 Tel. 046 449 3483 E-mail: [email protected]

Page 163: €¦ · 3. Jan Willem Hubert Willems (52 jaar) op 10 augustus 1868. Zij is 38 jaar. Jan Willem Hubert sterft op 13 december 1869. Zoon Jan Hubert uit dit huwelijk sterft 17 dagen

6

Het journaal van Sjeng Rutten over de laatste oorlogsmaanden in Susteren In het Historisch Jaarboek van het Land van Zwentibold , dat onlangs verschenen is, staat een artikel van Chris Rutten, zoon van Sjeng Rutten. Het artikel omvat drieëndertig pagina’s en bevat o.m. de tekst van het dagboek van 6 november 1944 tot 19 januari 1945. Het Jaarboek is 200 pagina’s groot en bevat verder o.m. artikelen van Guus Janssen (de familie Leerodt) en Jacques Aussems (Colloquium 1572-1574 – Tweespraak over de veldtocht van Willem van Oranje in 1572 en de veldslag op de Mookerheide in 1574). Het boekwerk is verkrijgbaar bij Koolen Multiprint (Copyshop), Salvatorstraat 1.

Consum. De winkel werd gedreve door de oma Rutten. In dekelder van dit gebouw heeft men de tijd tussen de evacuatie en begin januari doorgebracht

Geboortehuis Sjeng Rutten, Feurthstraat 22

(inmiddels afgebroken)

Page 164: €¦ · 3. Jan Willem Hubert Willems (52 jaar) op 10 augustus 1868. Zij is 38 jaar. Jan Willem Hubert sterft op 13 december 1869. Zoon Jan Hubert uit dit huwelijk sterft 17 dagen

7

Eine verwaterde kersaovend1 Eric van Hooy

Daags väör kerst 1993 kooste weer terök nao ‘t hoes van mien moder. “Weer” det zeen mien vrouw, ós dochtertje van 3 waeke (de jóngste evacué van Roostere?), mien mam en ichzelf.

Nao eine daag pótse en dweijle in zoawaal ‘t hoes van mam, det van mien schoanawwers en ouch al ein bietje in det van ós, brook kersaovend aan. Deze kieër gein aovend- of nachmès. Nae ‘t woor hieël stil in ‘t deils nog verlaote Maasdörp Roostere.

‘t Kerstpakkèt van miene schoanbroor waerde aope gemaak. Mit de inhoud daovan en mit waat d’r nog in hoes woor, waerde eine “fieësdösj”, mit ónger angere good gevölde erwtesóp, samegestèld. Dae aovond zote weer toch nog gezellig mit ós gezinke, oma’s, opa en de sjoanbroor óm de taofel.

Róndj middernach heuërde weer opèns twieë buurtgenote, lid van de plaatselike famfaar, kersleedjes spele. Ich deeg mich flot de jas aan en ging nao boete. De terökgekómme buurtbewoners verzamelde zich op de hoaggelaege Jan Pieëtersstraot en stónge stil, in gedachte en mit mènnige traon in de ouge, te loestere nao die prachtige kersklanke.

Ónger dit spontane “concert” kome ein paar “bewakers” mit eine groate tractor effe kieke en slote zich ein tiedje aan bie de buurtgroep. Ouch mich waerde ‘t effe te väöl…

Weer bènne lag mien vrouw ós klein maedje in mien erm en ‘t verdreet woor direk weg.

“Er is een kindeke geboren!”

’t Is pas 25 gewore!

1 Roosterens dialek

DIALEK

Page 165: €¦ · 3. Jan Willem Hubert Willems (52 jaar) op 10 augustus 1868. Zij is 38 jaar. Jan Willem Hubert sterft op 13 december 1869. Zoon Jan Hubert uit dit huwelijk sterft 17 dagen

8

Omnivore Annie Schreuders Derks

In deze tied van aete en drènke en fieëste wil ich oet de deuk doon det weer luuj echte allesaeters zeen. Óngerstaond verhaol is ein dudelik bewies daovan.

“De Mienwaeg” bie Vloadrop. Ein prachtig sjtökske Limburg wo de natuur nog te vènje is. Dao kriege de wilje verkes noe nog de kans óm wie zie det zoa gaer doon de gróndj óm te vreutele. Dao versjoele zich tösje de groate buim de knienkes en de rieë. De veugelkes fluite en aaf en toe heuërt men de róffel van eine sjpech. Men zou kónne dènke det is ein óngerep gebied, ein klein paradieske. Mer geine wèt waat zich dao lang geleje haet aafgesjpeeld. Midde in det hout is ein saort monument te vènje, ein vraemp euverbliefsel van ein nóg vraemder gebeure. Geine wèt mieë waat zich precies haet veurgedaon, mer ’t bewies det dao get is gewaes is dudelik te zeen. Róndj eine groate awwe boum is dao ein rónj houtere taofel te vènje mit dao ómhaer versjeije houtere sjteul. Luuj meine det die taofel gemaak is door de gemeinte óm dao te kónne pick-nicke. Angere zègke det det ein óngerdeil is van de beelderoute die men dao wanjelentaere volge kènt. Zoa geuf ’t nog versjeije meininge. Niks dao van is waor!! De naef van mien euvergroatmoder van vaderskantj haet dökker ’t verhaol vertèld van waat dao gewaes is. Hae koos det weite, want de broor van zien achternich sjient dao bie te zeen gewaes.

Lang geleje, wie men nog gaaroet neet d’r aan dach oajt nog èns nao de maon te gaon, woor men allein nog mer zeker d’r van det ein menke mit ein bössel sjanse op de maon laef. Men haw zelfs nog noajt van ein vleegmesjien geheuërd! Mer in dae tied al… vraog mich neet wie…, lanjde in dae boesj bie Vloadrop ein boetenaerds waeze. Van heuëre zègke woor zien veurkómme neet te

besjrieve. Daodoor kènt ós noe jaomergenóg ouch geine mieë vertèlle wie det waeze haet oetgezeen. Waat weer waal weite is det det waeze of bieës of monster of figuur of apparaat op óngerzeuk woor oetgesjik. Vanoet ein angere planeet meinde ze bie ós op aerd te kómme wone. Volges alles woor hun de plaats get èng gewore op hun sjtökske universum en tagkde ze zich dao wie de verkes. Sjus es wie weer noe ouch weer te zieër op eine knap zitte. Ouch weer waere ós. Dökker lök det neet en daodoor geuf ’t sjtried en probeert men ummer mieë mit geweld ein plaetske vrie te hawte. Oet pure ozel wilt men noe zelfs nao de maon of nao Mars vertrèkke óm get mieë bewaeging te kriege en zich get baeter te kónne reure.

VOLKSCULTUUR

Page 166: €¦ · 3. Jan Willem Hubert Willems (52 jaar) op 10 augustus 1868. Zij is 38 jaar. Jan Willem Hubert sterft op 13 december 1869. Zoon Jan Hubert uit dit huwelijk sterft 17 dagen

9

Lang geleje, op dae wiedaaf zjwevende ónbekènde planeet, haw men noe geheuërd det op aerd ouch waezes woonde: men neumde det “Luuj”. Die luuj zouwe’t óngerein geweldig fijn höbbe. Zie zote ummer allemaol op ein lien. Die luuj, die ouch waal miensjekènjer geneump wórte, wore meisters in ’t zich aanpasse en improvisere. Men vertèlde veural det op aerd die luuj gaer bieien kome, neet zoa zieër óm te vergadere mer óm de meis lekkere dènger te deile. Men haw zelfs van heuëre zègke det ’t dao gruupkes goof die allein mer bieein ginge zitte óm same te aete. Men neumde det kaokclubs! En veur det bieein aan de taofel te zitte haw men speciaal geboewe: “Restaurants”. Hoag in aanzeens sjtónge de restaurants die zich óngerein kooste maete es de bèste. Die kooste den sjterre verdene, “Michelinsjterre”. Mer zelfs geweuën in eige hoes huukde die luuj bieein aan ein taofel. En det wól men zich waal èns gaon bezeen…: “Wie ging det dao in zien werk en waat ote die den? Zou ’t daodoor kómme det miensjekènjer zich zoa good versjtónge óngerein en det die daodoor ummer zoa’n gooj zin hawwe?” Men vergaapde zich aan prènte van de “hoorn des overvloeds” en sjilderieje van gedèkde taofels. Eine groate sjtroum van plante, vruchte, dere, minerale en dranke wore dao op te zeen. Noe woor men ieës richtig nuujsjieërig gewore. Dao moos men toch èns ein óngerzeuk nao doon. Det zou men zich door expaers èns zuver laote bekieke. Veural mit ’t oug op det men zich dao ouch gaer aan zou wille gewènne. De kans zoot d’r in det men den get cóntenter zou waere, zich baeter gaon versjtaon, gein gevreigel en gezeiver mieë. Dao wórt ein topvergadering opgerope en oeteindelik kreeg eine dae good óngerlag woor de bezunjere ieër en wórt nao de weld gesjik. Zoa haopde men det hae/zie/het/ (veur ’t gemaak hae), mit oetgecieferde rapporte heives zou kónne kómme. Waat zie neet wóste en waat dus ouch neet in hun opkoom woor, det luuj op de weld gans versjillend zeen. Men zoog ze allemaol es ein pot naat. Menkes en wiefkes. Zoa koom ’t det ein gruupke óngeregeld geneuëd wórt óm op ein versjtaoke plaats, midde in ’t hout óm ein taofel bie, èns veur te doon wie det in zien werk ging mit det in vrae same te laeve en veural same lekker te aete. Gans versjeije luuj mer waal allemaol mit goje hónger. Veur ’t fieëstelik gelaeg kreeg de gashieër oet de anger weld ’t vaerdig óm de taofel door twieë zónne te laote besjiene. Dao kènt men aan zeen det de techniek bie hun al ein kitsjke wiejer woor, want hie op aerd zoot Edison in daen tied nog in zien biekeuke te maore mit ’t oetvènje van zien ieëste lempkes. De gashieër hètde jederein welkom, äöpende mit ein raeje wo geine get van sjnapde en goof toen aan det ’t fieës koos beginne en det men zich get besjtèlle koos. De geneuëde wóste neet wie flot det ze dae vraemde oet de deuk mooste doon wie good det hie alles geregeld woor. Greuëtsj vertèlde zie medein det men hie op aerd hieël variabel kènt aete, det ’t allein al 20.000 versjeije plantesaorte geuf, óm van de dere nog mer neet te kalle. Jao, jao, want dere wórte ouch gegaete, groat of klein, wie ’t zich veurduit! En bie det aete maak men dökker meziek en geuf men veursjtèllinge. Ouch wórt hem vertèld det men hie de geweuënte haet al det aete zoa sjoan meugelik te make en op te dene in bewirkelike sjóttele en glazer en mit eine berm gesjieër

Page 167: €¦ · 3. Jan Willem Hubert Willems (52 jaar) op 10 augustus 1868. Zij is 38 jaar. Jan Willem Hubert sterft op 13 december 1869. Zoon Jan Hubert uit dit huwelijk sterft 17 dagen

10

wóste neet van trök höbs. Veur eder dènk haet men hie waal ein versjètje of ein apaart laepelke. Gans verpópzak woor de gashieër wie men hem vertèlde det de meiste zakes gekaok en gebraoje waere. Mer dao woor de Japanse vrundj ’t medein al neet gans mit eins. Óm zich aaf te zètte en te laote zeen det hae neet zoa mer woor wie jederein, besjtèlde hae zich mit ein neij oetgesjtreke gezich ein portie sushi mit nog laevende krunkelende garnale. Daobie haw hae gaer get rauw zieëgraas. En ein origami gevawwe servètje. De Pruusj dae naeve hem zoot sjoeverde zich en zag: “Ekelhaft. Bei uns macht man das anders.” Hae besjtèlde zich medein ein flinke pan gebraoje verkessjpek mit zjwart broad. Pumpernickel. Mit väöl bómbarie vertèlde hae det det ziene naam te danke haet aan “pumpern”, eine wèndj laote. Ha Ha Ha! En ‘nickel’ det is den duvel. Men meint det det broad zoa lestig te vertaere is det zelfs den duvel eine sjeet zou laote went hae daovan zou aete. Ha Ha Ha! De Pruusj sjloog mit zien groate henj op de taofel, ’t vèt siepelde langs zien kin, hae sjaterde mit ziene volle móndj wied aope det ’t daverde door ’t sjtille hout…. Geine zag get…. De Japanner bedach zich sjtilkes det hae zelaevesdaag niks zou aete van eine verkesbats! En det hae blie woor neet in ’t Pruusjes te zeen gebaore. Óm te laote zeen det ’t ouch ein hoger niveau goof op de weld en óm de adelsjtandj te vertaegewoordige goof ‘t ein Èngelsje lady in ’t gezelsjap. Gans gegeneerd keek zie mit ein kantje tesjeplekske veur ‘t gezich den angere kantj op. Óm ‘t sjtandjversjil dudelik te make haw zie veur ’t gelaeg häöre butler mitgebrach. Hae brach häör speciaal ein kaart. Naodet zie mit ein sjpits vingerke ‘t ganse menu woor naogegange, haw ze sjpiet det ze zich teväöl aan de afternoon-tea haw begaeve. Mer toch besjtèlde zie zich ein hepke ingemaakde ossetóng mit English pickles. Daonao leefs eine hieël awwe stilton sjummelkieës mit port en natuurlik es dessèr trifle: “Custardpudding mit jam, mit in Sherry geduipde keukskes en gegarneerd mit clotted creame en get gesjaafde amenjelkes.” De butler wórt neet werm of kawd en goof de besjtèlling op ein zilvere sjuttelke door.

Page 168: €¦ · 3. Jan Willem Hubert Willems (52 jaar) op 10 augustus 1868. Zij is 38 jaar. Jan Willem Hubert sterft op 13 december 1869. Zoon Jan Hubert uit dit huwelijk sterft 17 dagen

11

De Japanner wós efkes neet wo hae moos kieke! Zoa’n geciviliseerd wiefke en det bestjtèlde zich tóng waat ein laevelank bie ein deer in de moel haw gezaete en sjummelkieës! Allein al bie ‘t gedach koom hae bekans aan ’t käöke! ‘t Mademke veel den veur hem ouch versjeije trepkes leger in de rangorde. Aan de angere kant van de taofel zoot ein verleef Frans köppelke. Zie haw ein corsaasj op van roas en jasmijn. Det goof ein wölkske van zomige zomerlóch óm häör haer. Zie zoekde mit hun twieë oesters oet ein hawve sjelp op ein bèdje van gesjaaf ies. Dae glitsjde mit ein ziejechtige gótsj euver de tóng van de vrouw. Op de teijer van de man loog ein hervelke asperges mit kwakkertebetskes in ein roumige bóttersaws. Vees sjtokbroad sjpreide ein zeute lóch. Wie ze zich ein sjtökske broad aafbroke, raakde de henj zich wie oet verzeen efkes aan. Zie keke zich deep in de ouge. “Ich höb zoane zin” fluusterde zie… “Jao, mon petit chou”, kuumde hae, “Ich pak mich medein nog ein lekker sjtök…” De Japanner wórt road tot in ziene wit gesjtiefde kraag. Zoa ónbehöbbelik wie die twieë zich gedroge det woor in zien oetgesjtreke landj neet meugelik! Erotiek en emotie hilt men achter zien bamboe sjerm. En asperges mit bóttersaws nao bènne sjuve mit de vingere, vónj hae regelrech döbbel oetzeen. Fien menere koos men zeen went eine wie eine jongleur mit twieë sjtekskes alles nao de móndj koos brènge. In det bedrief zoot aan de angere kant van de taofel eine man dae, wie ’t zich aanzoog, gaer gezeen wól waere. Hae wól laote zeen det hae es selfmademan zien neut waal haw gesjlage. Ziene royale boek hóng euver zien geroeterde bóks. Hae haw zich sjus ziene driede hotdog besjtèld. Daobie ein flinke flesj cola en ein flesj Jack Daniels, die hae sjtaondentaere óm de beurt aan ziene móndj zat. Hae kalde mit ein accent of went hae permanent eine kauwgum in de móndj haw. Hae vónj det lang aan taofel zitte mer taidverdraif. “We in America doon alles flot, weer zètte ós gein oere aan ein taofel. Dus, zag hae, höbbe weer fastfood oetgevónje. Mer waal the bigger the better. Det kan men aan de luuj op de sjtraot al zeen. Ich höb pas nog ein food eating contest gewónne” zag hae greuëtsj, “zoa flot meugelik zoa väöl meugelik aete. Maak niks oet of det men zich op ’t lètste d’r aan kènt veule. Hey girl what do you think!” Hae sjloog de Engelsje lady zoa hel op ein sjouwer det ze kriesjend van de hoage sjtool aafrótsjde. De Japanner sjaamde zich tot in de gróndj. Waat moos det figuur van die vraemde planeet waal neet dènke! De vertaegewoordiger van die planeet dach zich niks…! Hae sjtóng totaal verpópzak te kieke en koom sjtilkes d’r achter det ’t toch neet alles pais en vrae woor ónger ’t ras waereldbewoners. Zelfs neet went ze zich es vrunj óm ein taofel bieein zètte. Hae koom sjtilkes aan de weit det sjmaak neet alles mit aete te make haet. Eine sjlechte sjmaak haet men neet allein in de móndj. Eine sjlechte sjmaak is ouch get waat veur angere in dien ómgaeving meistes sjteuërend is. Mer opèns koom ein sjtöm van den angere kantj dae ze nog neet geheuërd hawwe. Gans röstig zoot dao eine Limburger te wachte tot hae aan de beurt woor óm ouch get te zègke. Hae haw nog neet besjtèld mer zich in alle rös al ein glaas beer gedrónke. Alles op ziene tied, den daag is nog lank sjient hae gedach te höbbe. Mer noe besjtèlde hae zich eine teijer kirmessop. “Kirmessop?”reep de ganse kleuër tegeliek, “waat is det?”

Page 169: €¦ · 3. Jan Willem Hubert Willems (52 jaar) op 10 augustus 1868. Zij is 38 jaar. Jan Willem Hubert sterft op 13 december 1869. Zoon Jan Hubert uit dit huwelijk sterft 17 dagen

12

“Det zólt geer waal zeen, goje kos, mien moder zieëliger, God gaef häör den hemel, haw det van häör moder gelieërd en maakde det bie jeder fieëstelik gelaeg en det woor bekans jedere zóndig. Want dao woor ummer waal get te viere. Ich zeen det ’t mit uch neet zoa good wilt bóttere. Kóm sjuuf aan en doot mit mich mit. Es ich uch den ouch nog eine insjöd, is det of went uch ein èngelke in de móndj pis.” Ein bietsjke keduuk sjuufde ze allemaol de sjóttele weg en zónger mankatie zoot de ganse kliek opèns achter eine teijer dampende sop mit bölkes. Gans röstig en cóntent

wórt gelaepeld. “Mer wach mer, nao de sop en de aerpel kump ieës ’t richtige. Den besjtèl ich vlaai.” Geine haw dao oajt van geheuërd mer men leet de man mer gewaere want zoa wied woor ’t neet taegegevalle. De verwónjering woor neet te maete! Det goof ’t waereldwied neet! Vlaai in alle saorte koom op de taofel; kese, proeme, greumele, rieste en alles waat men zich mer kènt dènke. Wie jederein van alles ein sjtökske haw gepreuf, wórte sjoonsdoaze oetgedeild en wórt alles waat euver woor gedeild. Naodet men zich nog ein dröpke haw gedrónke, wórt zich gojendaag gezag.

En wie men det op zien good Limburgs zaet “weer kómme nog waal èns aaf.” Det nog èns aafkómme is natuurlik wie gewènd noajt mieë gebeurd, mer doordet jederein zich ein sjoonsdoas mit vlaai haet mitgenómme is de Limburgse vlaai waal in korte tied euver de ganse weld bekènd gewore. En waat woor noe mit det vraemp figuur? Hae haw al gaw gezeen det ’t hie neet väöl baeter woor es bie hun en det neet alles goud is waat blink op de weld. Ouch hie haet jaomergenóg ederein ziene eige ambras. Hae haet die twieë zónne opgetrog en is aafgehouwe. In zien versjlaag sjient det hae gesjreve haet det alle luuj op de weld allesaeters zeen, ’t zeen omnivore. ‘t Ligk d’r aan wo ze gebaore zeen of wo ze laeve. Zie aete alles waat hun veur de veut te vènje is, plante, dere, zelfs wurm en insecte. Mer….in ein klein sjtökske aerd woor ’t toch waal gans apaart. Dao waere ze nog richtig blie van det same aete en dao sjödde ze zich geregeld eine op de lamp. Want det geuf ein fieësgeveul. Det zal waal zeen, mer óngerwiel haw dae sjalevaeger zich neet allein die vlaai mitgenómme mer ouch alle recepte geklawd. Det is ouch de raeje woveur det hae zich zoa sjtiekem oet de riezer haet gemaak. Men haet hem noajt mieë gezeen. Mer dao waere weer neet werm of kawd van: “laeve en laote laeve” en ’t recep veur Limburgse vlaai haet toch jedere Limburger geweuën in ziene kop. Wiejer haet men noajt mieë kal gemaak euver waat zich haet veurgedaon. Jederein is ein bietsjke keduuk, mit de sjtil tróm, nao zien eige sjtökske universum vertrog. Allein de taofel in ’t hout kènt nog getuge.

Page 170: €¦ · 3. Jan Willem Hubert Willems (52 jaar) op 10 augustus 1868. Zij is 38 jaar. Jan Willem Hubert sterft op 13 december 1869. Zoon Jan Hubert uit dit huwelijk sterft 17 dagen

13

Eine kop wie ein zeef Loek Storken

Höb geer det noe ouch? Eine kop wie ein ziesjóttel wurt ouch waal èns gezag. Doe bès mit get bezig, en doe höbs get neuëdig. Doe löps de garaasj in óm dich det te pakke, doe sjtuis dao wie zóne sumpele bie de wirkbank, en doe dènks: “Waat koom ich mich hie noe in Gods naam ouch al weer pakke?” Waat höbbe weer toch ei raar köpke! Geer meint noe zeker det ich uch beledige wil, mer ich höb ’t neet allein euver det köpke van uch, mer ouch euver dae bölles van mich. Bènne wètse nog precies wasse dich mós gaon haole, tieën maeter wiejer meinse desse verreks ómdesse ’t neet mieë wèts. Treuës dich mer, doe bès neet den ènnigste dae det gebeurt. Dènk mer bie d’n eige: “Ein sjtökske loupe de garaasj in en weer trök, is ouch neet sjlech veur eine minsj!” Loup mer röstig trök nao wasse aan ’t doon woors (esse det teminste nog wèts), en den vilt dich waal weer vanzellef in wasse kooms haole. Erger dich in Gods naam neet, want mit det op en aaf loupe höbse al weer get veur dien gezóndjheid gedaon. Cruyff dae zag ’t al: “Alles heb z’n voor- en nadeel”, en geer höb kènne merke wie ’t dem doorein leep. Es dae noe nog zou mótte voetballe, den sjtóng dae sjlaagmieësig zónger voetbalsjoon aan op ’t veldj. Allein de moel, die haet d’r waal altied bie zich gehad. De luuj höbbe allewiele väöl te väöl aan de kop. En esse den geine kop wie ein zeef höbs, den blif dich det allemaol in dae bölles hange, en den bèsse nog väöl wiejer van hoes aaf. Aaf en toe gaon d’r bie eine minsj zoaväöl gedachte door det höt van hem det d’r dènk:” Wat is det veur eine puinhoup?” Hawt dich den mer vas aan ’t volgende: MAAK VAN JE GEDACHTEN EEN TUIN VOL BLOEMEN

DIALEK

Page 171: €¦ · 3. Jan Willem Hubert Willems (52 jaar) op 10 augustus 1868. Zij is 38 jaar. Jan Willem Hubert sterft op 13 december 1869. Zoon Jan Hubert uit dit huwelijk sterft 17 dagen

14

Ouch in zó’nen haof greuje die blome dèks allemaol flink doorein, mer toch is ’t sjoan. Laot die gedachte dus mer gewaere, det ordent zich waal weer vanzelf, net wie in den haof. En d’r hoof ouch neet alles gans precies in riekes te sjtaon. Waarsjienlik haet dit get te make mit ’t gezègde: ZE NEET ALLEMAOL OP EIN RIEJ HÖBBE ! D’r zeen ouch luuj, die höbbe alles zoa zorgvuldig precies op ein riej, det det soms beangstigend is. En zoa gaw d’r den get ouch mer ei bietje van det riejke aafwiek, den löp ’t mis. Den is d’r sjtróntj aan de knikker. Den raengent ’t hun door, en höbbe ze ze neet mieë allemaol op ei riejke. Ze zeen es ’t ware gans van ’t paad aaf. Doe kèns trouwes baeter eine kop wie ein zeef höbbe, es eine kop wie eine riethamer. Dit lètste höbse waal èns esse get väöl pintjes genuttig höbs. En esse daomit den nao den dokter geis, den kènt dae dao niks aan doon, want dae wèt gaar neet wat eine riethamer is. Det sjtuit bie dem gaar neet in de beuk. En den zuusse det zó’nen dokter ouch mer einen hieël beperkte minsj is, want es dae èns get dèkker in de kroeg koom, den wis dae duvelsgood wat eine riethamer woor. Dao zuusse: op die universiteit lieëre die allewiele ouch allein nog mer multiple choice en theorie, en geinen helle praktijk. Dae kop, det is trouwes ein hieël veelzijdig instrumènt. Doe kèns väöl AAN de kop höbbe en doe kèns niks AAN de kop höbbe. Doe kèns ouch väöl IN de kop höbbe, en doe kèns hieëlemaol niks IN de kop höbbe. D’r zeen ouch nog väöl luuj, die höbbe DE KOP LOS ! Wiejer kan dich ouch nog hieël väöl DOOR de kop gaon en doe kèns sjrikkelike koppien höbbe. Gein wónjer det sommige luuj mesjien waal lever geine kop hawwe, mer zègk noe zellef: det zuut toch ouch neet oet. D’r zeen ouch luuj, die höbbe gaar gein herses in de kop. Die höbbe dao ein eternietplaat zitte. Dao kènse taenge zègke wasse wils. Det is dèks verreks lestig, mer ouch waal èns mekkelik. Zoa hawwe mien wanjelcollega’s ’t èns euver neut, walneut. “Doe mós elken daag vief neut aete, det is good veur de herses”, zag eine. “Och”, zaet den angere, “det is neet neuëdig, die höbbe w’r toch neet mieë neuëdig. En de kop is ouch dik genóg !” Noe w’r ’t toch euver dae kop höbbe. Aaf en toe kumpse luuj taenge, die sjiete dich op diene kop wose bie sjtuis. En ich bèn toch neet de kleinste en ouch neet ech op de kop gevalle. Eine gooie observator haet dus al gemerk det ’t neet allein doeve zeen, die dich op de kop sjiete. Ouch luuj doon det! Mesjien höbbe die waal aanlègk óm in de politiek te gaon of bankdirecteur of manager te waere. Ich zègk hieël bewus mesjien, want d’r zit natuurlik ouch waal hieël aaf en toe eine gooie tösje! Allein zeen ze die nog ummer aan ’t zeuke. Ich kan uch mer ein dèngk aanraoje : “Hawt ’t köpke zoa lang meugelik d’rbie ! Gelieërde höbbe trouwes óntdèk det väöl aw luuj neet alles vergaete zeen, mer det ze de kop “vol” höbbe en veurnamelik meujte höbbe get oet dae “volle” kop te veursjien te haole. Eine sjralen treuës, mer lestig blif ‘t. Kop op, zulle w’r mer zègke!

Page 172: €¦ · 3. Jan Willem Hubert Willems (52 jaar) op 10 augustus 1868. Zij is 38 jaar. Jan Willem Hubert sterft op 13 december 1869. Zoon Jan Hubert uit dit huwelijk sterft 17 dagen

15

In mien veurige laeve woor ich Belsj Loek Storken

Es ich in de zomer die Maasbrögk euver riej nao Mezeik, en ich zèt mich dao mit eine lekkere Westmalle Döbbel neer op die mert, die in de wiejen ómtrèk zien gelieke neet kènt, den is ’t net of ich in ein verkieërd lichaam gebaore bèn. Ich bèn Hollenjer, waal tösje hieël erg väöl häökskes, mer ich veul mich väöl mieë Belsj. ’t Is nog net neet zoa, det ich mich wil laote ómboewe, mer ich kan mich waal zó’n hieël klein bietje indènke in de jónges en maedjes die serieus mit det ómboewproces worstele. Ich bèn geinen echte Hollenjer, zelfs geinen hawve of sjlechte Hollenjer, en ich zou ouch vanzelaeve in Gods naam geine wille zeen of waere. Mer ich höb waal zó’ne roaje pas mit Loekie de Leeuw d’r op en ich heit ouch nog Loekie. Noe is ’t op ’t Belsj ouch neet alles goud wat blink, en ouch in Holland löp neet alles “van een leien dakje”. In Belsj löp neet alles van een leien dakje trouwens, want die zègke det weer anges:” ‘t Loopt niet van een strooien dakje”. Det klink al get gemoedeliker, en zoa is de Belsjen aard ouch: väöl gemoedeliker es daen opgereigden Hollenjer. ‘t Is daoróm det weer ós es Limburger meistal ouch väöl mieë thoes veule bie de Belsje, en ’t is ouch neet veur niks det wie Belsj in 1830 zelfsjtandig is gewore, det ós sjtökske Midden-Limburg (Zöstere en Roostere) toen gevraog haet bie Belsj te moge heuëre. In Belsj kènse ouch prachtige verhäölkes heuëre, en ouch op de Belsjen tillevizie kalle ze neet zoa sjnel en zoa opgereig wie bie ós. Lèts heuërde ich eine Belsj urges haer belle. Hae kreeg bliekbaar de zoon of de dochter des huizes d’raan, want hae vroog: “Is uwwen pappa thois?” Es antjwoord koom: “Nee, onzen pappa is niet thois. Hij is op kaffee. Hij is gaan biljaren”. “En wanneer komt hij dan thois?”, woor de vraog van de beller. “Ja, ik denk as tem zat is!” Veur de gooje versjtäönder: Pappa is ’t den neet zat, mer pappa is zaat. Hij heeft dan een stuk in zijne kamizool. Zoa höbbe ze op ’t Belsj ouch ein prachtige ómsjrieving van wat fitsrenne eigelik is: “Koersen is stampen en stoempen totdat ge niet meer weet van welke parochie dat ge zijt”. Óm det op zó’n maneer te zègke, det zou einen dichter hun toch neet verbaetere. Zoa tróffe w’r ónger ’t wanjele ouch èns ein Belsj gezelsjap, die jónges hawwe ech neet te deep in ’t glaeske gekeke, mer volges mich te deep in ’t vaetje gekeke. En d’r neet allein mit den aom baove gehange. Wie weer dao veurzichtig get euver zagte, zaet eine:“Och menierke, normaliter drinken wij helemaal niet, maar als ge de kat bij de melk zet.........” “Trouwens”, zag d’r ouch nog: “De Ollanders hebben weer geluk gehad dat ze niet naar het EK mochten. Anders hadden we ook nog van ze moeten winnen. En dan waren ze helemaal nergens meer geweest”. Ze höbbe nog mieë van die sjoan oetdrökkinge: “Hebt ge de luizen gevangen door bij den hond te slapen?” Ze kènne ouch sommige dènger väöl charmanter zègke es weer:

DIALEK

Page 173: €¦ · 3. Jan Willem Hubert Willems (52 jaar) op 10 augustus 1868. Zij is 38 jaar. Jan Willem Hubert sterft op 13 december 1869. Zoon Jan Hubert uit dit huwelijk sterft 17 dagen

16

Eine, dae woor zoa vèt aan ’t waere wie ein verke. Det woor natuurlik ouch neet mieë ech naturel. Wèt g’r wat ze op ’t Bels daovan zagte? “Hij is aan het verdikken”. Det is toch väöl netter en belaefder gezag es: Dae wurt zoa vèt es ein verke. Wie eine fitsrenner, op zien Belsj: eine couräör, ein pittige demarrage haw geplaats, zaet de reporter: „Dat is toch wel een serieuze cartouche die van Marke heeft afgeschoten”. Es eine van ós zoaget heuërt, zou d’r eerder dènke det dae van Marke eine flinke haet laote vlege midden in het peloton. Weer wore èns mit get Belsje op sjtap in ein bös, en geer weit wie det den geit, d’r wurt geklasjoneerd euver de versjille tösje Belsje en Hollenjers. “En dan zijt ge nog niet jarig”. Zoa vreug eine van die Hollenjers op zien bèste Belsj aan zó’ne Belsj: “Bidt Gij als ge ’s avonds gaat eten nog vóór ’t eten?” “Welnee”, zaet dae Belsj, “dat is niet nodig. Ons ma kan goed koken!” Daonao hawwe ze ’t euver ’t geroddel van de luuj. Hie in Holland waere dao ganse tillevizieprogramma’s euver gemaak. De Belsje make zich dao väöl minder drök óm, die zeen dao toch waal ein sjtök “cooler” in. “Och”, zaet eine van die Belsje: “Zij die achter mijnen rug praten, staan op de juiste plaats om mijn kont te kussen!” Belsje zeen toch hieël apaarte luuj en kènnne ouch zoa lekker inconsekwent zeen. Allein, in Belsj dao moog det. Die make zich dao neet zoa dik óm. Ze zeen zoa inconsekwent es de pes. Op ’t ougenblik höbbe ze dao einen hieële gooie voetballer, dae trouwes in Èngelandj sjpeelt. Hae hèt De Bruyne. En ’t is eine roaje! Kiek, det is noe ech Belsj. Einen hieëlen tied geleje wore w’r èns op ein Belsj fieëske, en dao heuërde ich ein paar vrouwluuj taengenein zègke: “ZIJT GIJ NOG NATUREL?” Dees vraog sjtèlle vrouwluuj zich op ’t Belsj óm te informere of ze al èns aan zich höbbe laote sjoestere. Hie bedoel ich dus mit: dikker lupkes laote make, ein kleiner of groter naeske, de betskes get laote biewirke, lènks of rechs get laote wegpakke of biemake, get frumsjelkes laote bieplamure en “meer van dat fraais”. “Meer moet dat niet zijn”, zègke ze den op ’t Belsj zelf. Wat op ’t Belsj waal nog naturel is, det is de Belsje taal. Die kènne toch zoa sjoan get zègke, dao kènt den Hollenjer gaar neet aan tippe. Zoa krege ze al ein hieël tiedje trök mer gein regering geformeerd, net wie det hie bie ós noe ouch gegangen is. Dao höbbe die Hollenjers toen flink get kal euver gemaak, mer bie ós is ’t noe “van hetzelfde laken een broek”. Ich weit neet mieë precies waem ’t zag toen op ‘t Belsj, mer ’t ging óngevieër zoa: “Wij hebben in Brussel al verschillende malen het paard naar de drinkbak gebracht, maar als het paard niet wil drinken, dan staat ge machteloos”. Waat det ”naturel” betref: “Waat is allewiele noe nog ech? Hiëëlemaol gans en gaar niks mieë. Ech is allein nog mer ein plaats in Limburg!”

Page 174: €¦ · 3. Jan Willem Hubert Willems (52 jaar) op 10 augustus 1868. Zij is 38 jaar. Jan Willem Hubert sterft op 13 december 1869. Zoon Jan Hubert uit dit huwelijk sterft 17 dagen

17

Oude Foto’s Jacques Rours

Dames (van de vrouwenbond?) uit Susteren op bezoek bij de grootgrutter. Op deze foto herken ik alleen maar enkele familieleden ! Op de tweede rij van achteren: Dina Rours-Lijnen, Maria Rours-Lijnen, Lies Eberson, Betje Beijer-Rours en Annie Eberson. Mocht u enkele van de andere vrouwen herkennen dan zou ik graag zien dat u de namen, hun plaats op de foto aan mij of aan Loek Storken doorgeeft.

OUDE FOTO’S

Page 175: €¦ · 3. Jan Willem Hubert Willems (52 jaar) op 10 augustus 1868. Zij is 38 jaar. Jan Willem Hubert sterft op 13 december 1869. Zoon Jan Hubert uit dit huwelijk sterft 17 dagen

18

Op de foto boven staan de begeleiders en zieken uit Susteren van een ziekenreis naar Lourdes. Ik herken er maar een paar van: Tweede van links boven is Berb Klinkers, de vrouw van Louis Hellebrekers. Midden rechts van haar: Anneke Verbeek. En daaronder: Tru Jetten. Kent iemand de anderen ? Foto volgende pagina: Waarschijnlijk bij een retraite: Rij boven: To Dohmen-Lijnen, Lisa Hoorens-Merrie, Melanie Schulpen, Mia van den Ot, Maria Lijnen-Rüber, Trui Hendriks, Els van de Winkel en Maria Lijnen. Ook hier: kent u anderen ?

Page 176: €¦ · 3. Jan Willem Hubert Willems (52 jaar) op 10 augustus 1868. Zij is 38 jaar. Jan Willem Hubert sterft op 13 december 1869. Zoon Jan Hubert uit dit huwelijk sterft 17 dagen

19

Page 177: €¦ · 3. Jan Willem Hubert Willems (52 jaar) op 10 augustus 1868. Zij is 38 jaar. Jan Willem Hubert sterft op 13 december 1869. Zoon Jan Hubert uit dit huwelijk sterft 17 dagen

20

De wereld draait door Gerard Janssen

23 September: Begin van de Herfst. De week daarvoor begonnen de eerste geelgorzen aan hun reis naar het zuiden. Alweer dacht ik aan de gierzwaluwen die reeds in augustus in grote menigte boven ons dorp zwierden en plotseling verdwenen. Duizenden kleine vogeltjes, het waren geen spreeuwen, Verdwenen ook zij plotseling. Waarom? Enfin. De hete zomer heeft Limburg toch schade gebracht door de aanhoudende droogte. De putters hebben zich daardoor ook niet laten zien. Het is te hopen dat dit het komend jaar zal herstellen. De intocht van de rode wouw met rond om hem heen vier kraaien die hem wilden plagen, blijft me bij. Een verheugend verslag van Jan Smeets over de rode en zwarte wouw. Dat deze prachtige vogels kenbaar hier willen broeden! Nauwkeurig onderzoek van de vogelwacht en deskundigen zoals Jan, kunnen dit ophelderen. Nu valt mij iets in over zijn vorige schrijven. Dat ging over o.a. het broedgebeuren van de bruine koekoek. Altijd genoot ik van het feit dat het koekoeksjong (juveniele) later dan de ouders wegtrok naar een tropisch land. Dat wist ik met zekerheid. Maar Jan beschreef wat er allemaal voor nodig is om dit te doen lukken. Mooi! Maar de aftochten van de vogels groot en klein maakt me ieder jaar weer een beetje droevig. Terwijl de fitis en de tjiftjaf nog een mooie onomatopoëtische zang in mijn linkeroor blazen. Die bestaat uit wat onregelmatig zip zapzap zip zapzap, eigenlijk 5 tonen, maar ik tel er altijd 6. Ik genoot toch nog van deze pracht. Tegelijk verrast mij de herfst/wintervriend met zijn mooie rode borst, gekomen vanuit het hoge noorden, om hier de winter territoriaal te verblijven. Zijn parelende zang gebruikt hij in de struiken om zijn aanwezigheid te tonen. DWDD….

Met nu nog een beetje geluk, kunt u genieten van de kraanvogeltrek. Het horen van deze vogels, kunt u niet missen. Grote zwermen in V-vorm houden rekening met de luchtstromen van het noorden naar het zuiden. Langs het westen, of de oostkant van de kust of over de Duitse kant, zeg maar Selfkant. De 2de busreis, wederom vanaf het Raadhuisplein met een zeer mooie bus, werden we gebracht naar L1 te Maastricht.

De ontvangst en de rondleiding, onderbroken door een brandmelding met een echte brandweerauto, verliep op rolletjes. Iedereen had genoten van de uitleg in groepen, zodat iedereen weet wat de werkzaamheden in dit mooie gebouw voorstellen. Beslist wil iedereen nu vaker naar L1 kijken of luisteren. Een geweldig applaus was op zijn plaats voor de vaste medewerkers (dit zijn er zo’n 100).

Page 178: €¦ · 3. Jan Willem Hubert Willems (52 jaar) op 10 augustus 1868. Zij is 38 jaar. Jan Willem Hubert sterft op 13 december 1869. Zoon Jan Hubert uit dit huwelijk sterft 17 dagen

21

Voldaan keerden wij naar de schitterende bus terug, die ons zou brengen daar waar wij ons leven zouden veranderen als mens (volgens Annie’s aankondiging in de vorige Heemklank). Bij aankomst in Kerkrade, was ik verbluft over het gebouw van Columbus Earth Experience. Foto’s en beelden van de Nederlandse ruimtevaarders, Wubbo Ockels en Andre Kuipers. Bijna alles in dit gebouw was hetzelfde als bij de ESA in Noordwijk waar ik jaren geleden met onze oudste kleindochter een bezoek heb gebracht. In Noordwijk kon je echter nog in het ruimtevoertuig zelf kijken (en je overal aan stoten…) en hier in Kerkrade werd het visueel in beeld gebracht. Wat je duidelijk beleeft, is dat wij mensen met onze aardbol ‘alleen’ zijn en nooit door iets anders gered of geholpen worden. Een buitenaardse beleving, wereldwijd uniek, die je moet ervaren zoals Annie beschreef. Hier sluit ik me volledig bij aan.

Dit alles bij elkaar maakte zoveel indruk, dat wij toe waren aan een diner zoals de reisgids ook vermeldde. Maar toen was de buschauffeur er nog niet…dan maar even in de zon een pintje bier genieten. Tevens overleggen hoe we deze mooie ervaring konden overbrengen aan kleinkinderen en verdere familie.

De volgende ervaring en verrijking in mijn leven: Een reis naar Tsjechië. Wederom uitgenodigd door onze jongste dochter die met haar gezinsbus (dus naast eigen kinderen, 5 pleegkinderen waar zij zorg voor draagt) voorop reed. Wij zijn achter het busje aangereden door geheel Duitsland, stukje Polen en vandaar uit Tsjechië in. In het noordelijke gedeelte, de Bohemen, waar zich het Reuzengebergte bevindt, wachtte een prachtig groot vakantiehuis op ons en het overtrof al onze verwachtingen. De herfst liet zich van zijn mooiste kant zien. Een ware zonovergoten week met frisse ochtenden en aangenaam warme dagen. Ons huis was tegen bergen en bos aan gelegen en iedere dag was het een prachtig lichtspel door de

Page 179: €¦ · 3. Jan Willem Hubert Willems (52 jaar) op 10 augustus 1868. Zij is 38 jaar. Jan Willem Hubert sterft op 13 december 1869. Zoon Jan Hubert uit dit huwelijk sterft 17 dagen

22

zon die elke boom in lichter laaie zette. Een mooi kleurenspel was iedere dag een waar cadeau voor ons. Tientallen reeën begroetten ons elke morgen in de velden achter ons vakantiehuis.

Het leven is er nog primitief en het lijkt alsof we terug in de tijd zijn gestapt. De wegen waren vaak slecht van kwaliteit en we realiseren ons hoe goed ons wegennet wordt onderhouden in Nederland. Maar daar betalen we ook genoeg voor. We hebben de grootste dierentuin van Europa bezocht met bijbehorend safaripark. Dit alles tegen een hele vriendelijke entreeprijs van 5 euro p.p. omgerekend. Prijzen die we hier niet meer kennen voor een dergelijke uitstap. Ook het eten in restaurants is erg aanbevolen. Goede verzorgde maaltijden voor 3 à 4 euro p.p. en de mensen zijn je dankbaar en gastvrij. De mensen in de dorpen echter, zijn vrij op zichzelf. Ze gaan weinig tot geen contact aan mede omdat ze beperkt zijn in de talen. Ze spreken geen Engels of heel beperkt Duits (een enkeling) en ze zijn meer afgestemd op Rusland. De kinderen leren de Russische taal. Dit maakte een praatje maken erg moeilijk. Een van de hoogtepunten was het bezoek aan Adrspach. Dit is een natuurreservaat bestaande uit zandsteenrotsen. Rotsformaties van ongekende schoonheid en afmetingen, iets wat ik nog nooit gezien heb in mijn leven. We hebben hier een mooie wandeling gemaakt en het natuurschoon bewonderd. Ik was er stil van.

Ik begrijp nu het liedje beter dat destijds gezongen werd: Ach wat is ‘t laeve sjoen, sjus wie de Bohemers doen…. Destijds een hit van Frans Theunisz en de Nachraove. Het was wederom een week bestaande uit alleen maar hoogtepunten en uiteindelijk geldt dan weer mijn eerder opgeschreven uitspraak: Vychod vychodni, domaci nejlepsi Dit betekent niet meer en minder dan:

Oost West – thuis best

Page 180: €¦ · 3. Jan Willem Hubert Willems (52 jaar) op 10 augustus 1868. Zij is 38 jaar. Jan Willem Hubert sterft op 13 december 1869. Zoon Jan Hubert uit dit huwelijk sterft 17 dagen

23

Om wat over te mijmeren bij de kerstboom Evert Zits

Woorden zijn mantels van gedachten.

Edel sei der Mensch, hilfreich und gut – Goethe

De levensdraad blijft gelijk, of we hem nu lachend of huilend afwikkelen.

Enkel met het hart kan men goed zien. Het essentiële is onzichtbaar voor de ogen – Antoine de Saint-Exupéry

De herinnering is het enige paradijs waaruit de mens niet verdreven kan worden.

We hebben de aarde niet geërfd van onze vaderen, maar slechts geleend van onze kinderen – Heinrich Böll

Je weet niet wat een kracht is verborgen in zwijgen. De werkelijke bestendige kracht ligt in het verdragen. Alleen de zwakkeling wordt ongeduldig en grof. - Kafka

Mensen zouden de eenzaamheid meer moeten stimuleren. Maar het mag niet van de maatschappij. Het wordt je tegengemaakt alsof het een ramp is. Maar het is een zegen. – Aya Zikken.

Anderen te kunnen ontroeren is soms de enige hoop in het leven. - Lucebert

Fouten van anderen verdragen met zachtmoedigheid is het bewijs van een grote geest.

Wenn man nicht hat was man liebt, Muss man lieben was man hat.

Es wird besser gehen, es wird besser gehen. Die Welt ist rund und wird sich drehen!

Om het leven opnieuw vol te maken, moet de volwassene zich buigen over zijn jeugd, de schatkist van onze herinneringen. – Cesare Pavese

Je haalt de dorpsjongen wel uit het dorp, Maar niet het dorp uit de jongen.

VOLKSCULTUUR

Page 181: €¦ · 3. Jan Willem Hubert Willems (52 jaar) op 10 augustus 1868. Zij is 38 jaar. Jan Willem Hubert sterft op 13 december 1869. Zoon Jan Hubert uit dit huwelijk sterft 17 dagen

24

De aarde wordt het best genoten met de ogen half gesloten.

Het is met boeken als met mensen; Goede vind je bij de Slechte.

De kunst van het leven is thuis te zijn, alsof men op reis is. - Godfried Bomans

Het zou oneindig veel leuker zijn als je op je 80ste geboren werd en dan langzaam 18 zou worden. – Mark Twain

Het mooiste sieraad dat je om je nek kunt dragen, zijn de armen van je kinderen.

Men kan het leven niet meer dagen geven, maar de dagen wel meer leven. – Chinees spreekwoord

Ik vraag me af hoe de mensen het woord “geluk” hebben kunnen bedenken. – Kafka

Dat is het hele leven. Je strompelt van de ene verstoring van het evenwicht naar de andere. – Leen Joele

Ik wil het waarom van het leven niet weten En niet geloven komt mij beter uit. - Moravia

De mens is niets anders dan wat hij van zichzelf maakt. – Sartre

Lieve, lieve God, ik ben niet waardig om bij U in de hemel te zitten. Ik ben een slecht mens, in Uw aanwezigheid een schim en in vergelijking met anderen een dwaas. Doe me daarom één plezier, een kleintje maar, voor U betekent het niets, voor mij veel; laat me hier op aarde blijven. – Andres Segovia

Page 182: €¦ · 3. Jan Willem Hubert Willems (52 jaar) op 10 augustus 1868. Zij is 38 jaar. Jan Willem Hubert sterft op 13 december 1869. Zoon Jan Hubert uit dit huwelijk sterft 17 dagen

25

Bijzondere vogel in het IJzerenbos Jan Smeets

Dinsdag 10 april jl. Toch maar even naar het IJzerenbos met de gedachte, dat het vroege voorjaar soms bijzondere waarnemingen biedt. Misschien is er een héél vroege Nachtegaal die vannacht is aangekomen en zijn eerste fluittonen laat horen. Of is er een nieuwe soort die mijn soortenlijst van het IJzerenbos kan aanvullen. Meestal komen deze wensgedachten niet uit, maar vandaag had ik geluk. Een vooralsnog onbekende vogel die ik aan de hand van het vliegbeeld niet op naam kon brengen, landde op korte afstand in de top van een dode populier bij de Waterbeemdenweg. Bloednerveus pakte ik mijn kijker uit de fietstas. Het moest allemaal héél snel gaan, wetende dat de vogel op deze afstand en zo goed zichtbaar niet lang zou blijven zitten. Wauw…!!, een Draaihals, nooit eerder in het IJzerenbos gezien! Lang had ik de vogel niet in beeld, maar toch lang genoeg om zeker te zijn dat het een Draaihals was. Mijn hoop deze mooie vogel zelf eens te ontdekken ging in vervulling. In Limburg komt de Draaihals als broedvogel nog voor in het Meinweggebied. De Draaihals is in Limburg een uiterst schaarse broedvogel en wordt als doortrekker in het voorjaar in zeer klein aantal waargenomen. In 2018 waren er slechts 4 waarnemingen in Limburg. Zijn gedrag en leefwijze wijkt duidelijk af van andere spechtensoorten waartoe hij behoort.

Foto: Vroege Vogels Jan Smeets, Jozefstraat 15 EG Susteren [email protected]

NATUUR

Page 183: €¦ · 3. Jan Willem Hubert Willems (52 jaar) op 10 augustus 1868. Zij is 38 jaar. Jan Willem Hubert sterft op 13 december 1869. Zoon Jan Hubert uit dit huwelijk sterft 17 dagen

26

“Oet ’t geweun laeve van geweun luuj”: Glück auf Jean Dewaide

Glück auf

Koelluuj “Wo kaole zeen en eike wasse, dao wone ouch luuj die dao bie passe”.

Dit is ein dèkker gebezigd gezègkde, dat betrèkking haet op de miene, of waal de koele en ’t laeve in de miensjtreke. De lètste jaore haet dat thema väöl aandach gekrege in de media. Ich veul mich gerope, óm dao toch ouch nog get euver te sjrieve, want zelf höb ich, wie ich 18 jaor waor, ouch ein tiedje óngergróndjs op de Maurits gewirk. Óm precies te zeen mer 15 maondj. Eigelijk lang genóg, óm te weite wie die koelluuj dao generaties lang gesjóf en gesjraveld höbbe, óm de kos te verdene; hieël dèks, mieë es 40 jaor langk. Eine van die waor oze pap vanaaf 1924, ’t jaor dat de Sjtaatsmien Maurits aope is gegange. Wie waor dat destieds?

In ’t begin van de veurige ieëuw - Gelaen waor toen mer ein dörpke mit ein paar doezend inwoners - hawwe de luuj oetgekeke nao werk en ein baeter laevesbesjtaon. Sociale veurzieninge waore d’r nauweliks. Dao waor wieënig werkgelaegenheid en dao waore ouch väöl groate hoeshawwes. Hoofzakelik woonde d’r boereluuj, die ouch nog hun lendjes kwiet waore geraak aan de nuuj koel. De koms van de Maurits ging oetkoms brènge. “Vas werk en hoag loan” is later ’t motto van de hoag Hieëre van de Staatsmijnen in Limburg gewore.

Oze pap waor eine van de ieësjte óngergróndjse koelluuj op de Maurits. Zien wirknummer, nummer 70, is dao ’t bewies van. In 1924 waor hae 16 jaor. Ènnige jaore daoveur, waor hae nao ’t colleesj in Zitterd gegange. Mer de koel, de Maurits, die reep: werk! werk! Dat waor ‘t! Werk veur groate hoeshawwes wo kènjer ginge mitverdene…… Zelf hawwe ze bie hun thoes ouch 12 kènjer. De keus waor gauw gemaak. Zoa is Harie, oze pap, op 28 juli 1924 op de Maurits begónne. ’n Paar maondj later sjtórf ónverwachts zien moder. Hae woort toen kósgenger bie ein van zien zösters die al getrouwd waor. ’t Óngergróndjs werk - in pijlers van zeker 100 mieëter langk - waor zjwaor, hieël zjwaor. Beveurbeeld pijlers, die lepe van de 455 mieëter-verdeping nao de 548 mieëter-verdeping.

De heuëgte van die pijlers waor 1.20 m. tot 1.50 m. zoadat ummer op de kneeje gesjraveld moosj waere óm de kaole los te make. Hae begoosj es sjlepper, woort houwer en later sjuttelbaas, dae de luuj moosj indeile in de pijler veur ’t óntkaole van ‘n aantal mieëters.

In 1931 zeen oos awwersj getrouwd. Ze woonde toen in Kraonkel (Krawinkel). Daonao höbbe ze in 1937 ein hoes geboewd in Awd-Gelaen. Ze höbbe 8 kènjer groatgebrach, die good terech zeen gekómme.

DIALEK

Page 184: €¦ · 3. Jan Willem Hubert Willems (52 jaar) op 10 augustus 1868. Zij is 38 jaar. Jan Willem Hubert sterft op 13 december 1869. Zoon Jan Hubert uit dit huwelijk sterft 17 dagen

27

Eine kieër is de pap zwjart in de koelkleier heivesj mótte kómme. Dat waor nao ’t bómbardemènt op Gelaen op 5 oktoaber 1942. Daodoor waor de elektrische sjtroum op de koel oetgevalle zoadat de lifte in de sjachte neet mieë wirkde. Zeker 600 mieëter, zeen ze toen mit lödders nao baove mótte klömme. Wat höb v’r in daen tied in angs gezaete…..

Later is de pap meisterhouwer gewore (ónger-opzichter). Edere zaoterdag kaom hae mit de pungel (koelkleier) heivesj, die de mam dan sjmaondes (wesjdaag) moosj wesje. En sjmaondes ging hae dan weer wirke mit eine angere zuvere pungel. Meistal haw hae middigsjig (van 2 – 10 oer ‘s aoves). Ich zeen zien boterhamme (in ein gezèt gedrieëjd) nog ligke op de vinsterbank in de keuke. Zien koffietuit en ’t rölke sjik (proemrölke) moosj hae neet vergaete……

Nao bedriefskadercursusse en traininge (BKT) is hae oeteindelijk opzichter gewore. Hae woort toen beambte en kreeg ouch ein anger wirknummer (48.933). Vanaaf daen tied hoofde de mam gelökkig ziene koelpungel neet mieë te wesje. Dat ging ’t bedrief toen doon. Hae maogde, in plaats van in de parochiezaal, in ’t Casino gaon kaarte. Dao verangerde nog mieë…… want in plaats van eierkaole, maogde v’r toen antraciet (neutjes 4) gaon sjtaoke. De kachel in de hoeskamer maakde plaats veur eine haard. De waekelijkse veurbetalinge, mit de maondjelikse loanaafraekening, woort opèns salaris, dat op ’t lètste van de maondj woort oetbetaald. Dao moosj hae en de mam aan wènne. Dao kaom ouch nog bie dat jaorlijks eine dertieënde maondj, es extra salaris, in de plaats kaom van ein kersgratificatie en hae kreeg mieë verlofdaag in ’t jaor…..

Dees prènt van de Maurits woort ingelies door de Miendirectie en bie ’25-jaorig deensjubileum oetgereik

Tekening W. Smits

Page 185: €¦ · 3. Jan Willem Hubert Willems (52 jaar) op 10 augustus 1868. Zij is 38 jaar. Jan Willem Hubert sterft op 13 december 1869. Zoon Jan Hubert uit dit huwelijk sterft 17 dagen

28

Twieë jubilea woorte sjoan gevierd….. 25 deensjoar in 1949 en 40 jaor in 1964, wobie hae es sjoan herinnering twieë horloges mit inscripsie kreeg: ein oer (zakhorloge) en ein polshorloge. Ich bewaar nóg de fotogalerie worin hae bie zien jubilea in ’t tiedsjrif “Steenkool” sjteit. Mit 58 jaor in 1965, haw hae 42 deensjaore. Toen is ‘r mit pensioen gegange. Sjtöblonge (silicose) höbbe häöm ouch neet ónbereurd gelaote. Wae haw die toen neet?? Mit 68 jaor is hae gestórve. Zien koellaeve is neet es vanzelf of van allein gegange…. Zelf höb ich dat ouch óngerin de koel kènne ervare. Ich kreeg toen deep respek veur de pap en alle koelluuj! Mèr dao euver eine volgende kieër.

Glück auf! Glück auf! Der Steiger kommt! Und er hat sein helles Licht Bei der Nacht, Schon angezündt. Oud mijnwerkerslied

Page 186: €¦ · 3. Jan Willem Hubert Willems (52 jaar) op 10 augustus 1868. Zij is 38 jaar. Jan Willem Hubert sterft op 13 december 1869. Zoon Jan Hubert uit dit huwelijk sterft 17 dagen

29

Det sjmaak nao mieë. Annie Schreuders-Derks

Ein prachtige “maedjesreis” mit de dochter nao ein of anger sjoan sjtad. Good hotel, lekker aete, van ‘t ein museum nao ‘t anger terras en ‘s aoves opera en concert. En óngertösje brazele, lache en neet oetvertèld kómme. Geweuën koekake. ‘t Woor eine sjpassige Franse taxichauffeur….Hae voor ós, nao weer zoa ein sjoan waek, in ziene gammele kas nao de sjtatie. Hae zoog oet of went hae oet ein sjilderie van Renoir woor getraoje. Eine Fransoos “pur sang". Ein bietsjke aangesjaote en eine knoflookaom wóste dien patsj aan kóns hange. Zien alpino sjeif op ein oar, leet hae ónbesjaemp ein waarderend uigske euver de volle boezem van ós dochter vlege. Tutentaere vloog dae sjuinsmarcheerder mit ós door de sjtad zoadet weer ’t geveul krege det hae flink zien bès deeg óm ós in plaats van nao de sjtatie, regelrech den hemel in te vare. Óngemaekelik, schietgebedjes prevelend zote weer mit de sjlaop in de bein tösje de kóffers en de tesje in gekwètsj. Aan de sjtatie looj hae de kóffersjtapel aaf en nao eine sjameswaerde vrachpries te tèlle vloog hae weer tutentaere de sjtraot aaf.. Van de tieën minute die weer nog hawwe óm den trein te haole sjtónge weer d’r nog minstens vief op aom te kómme mer in de zèsde minuut…”Wo is”….? Miene aom sjtokde, mien hart sjloog euver…’t blood siepelde mich van oet de veut nao miene kop. In det ougenblik koom ich tot de óntdèkking det ich mien handjtesj (van vermoedelik ech naomaaklaer) mit alles waat ich aan “roerend goed” van waerd höb, op de achterbank van de taxi haw laote ligke. De ganse santekraom: mien beurs, miene pas, mien riebewies, mien sjleutele, de medalie van Christoffel, de waarsjienlik echte diamante broche van mien euvergroatmoder, mien euverlaevingspakket veur ein nach: (make-up-tesjke, tandjbeustel, zuver slipje en t shirt veur in bèd), de ganse inventaris woor ich kwiet.

Page 187: €¦ · 3. Jan Willem Hubert Willems (52 jaar) op 10 augustus 1868. Zij is 38 jaar. Jan Willem Hubert sterft op 13 december 1869. Zoon Jan Hubert uit dit huwelijk sterft 17 dagen

30

Weer bekeke ós de sjieëmele kanse. Trökrenne langs de daolwaeg van det oetgesjtrek sjtatiecomplex woor gein optie. En “dae kael” (sjpassig woor hae al medein neet mieë), zou al kilomaeters wied weg zeen. Van ’t lètste bietsjke van mien vakantiefortuun zou hae mörge veur zien vrouw ein nuuj bluuske koupe en in ein wolk van miene parfum op ein “bal champetre” rundjes vin rouge sjtaon oet te gaeve. Nog twieë minute…politie?. …advertentie?...allein op de waereld...reddeloos…tesj weg, fransoos weg. Zunj van de broche van oma zieëliger gedachtenis. Die koos die Franse madam zich op die nuuj bloes sjtaeke. “Entrez!” reep de conducteur. “Ma mère perdu sa sacoche” praevelde mien dochter. Het haopde nog op ein lètste wónjer, biesjtandj, van egaal oet welke hook den ouch. Achteroetkiekend höfde weer ós ’t trepke van de awwerwètse trein op. “Dae kael kan zich in zien henj sjpieje, hae zal waal sjoan waer sjpele bie zien vrouw mit dien nuuj tesj.” Van dae leuke, karakteristieke Fransoos bleef niks mieë gans…hae dougde van geine kantj mieë. Wer hónge mit zumpgezichte oet de vinster en keke ’t enorme perron aaf. Of det dao zich nog ein wónjer zou voltrèkke. De minute wore getèld…..en ’t óngeluifelikke gebeurde…dao…aan ’t ènj koom … bekans neet trök te kènne, totaal oetgetèld, zjweitend, de patsj verlaore, de fransoos oet ’t niks aanrenne, hae zjweijde vanwieds mit MIEN TESJ!! De bliedsjap op zien gezich wie hae ós óntdèkde is neet te besjrieve. Den trein haolde aom, zat zich sjtilkes in bewaeging, tieëntalle henj reikde oet de vinsterkes óm mien kosbare (ech laere) tesj in de run op te vange. Ós dochter hóng oet de vinster en haw nog ’t instink óm ein breefke geldj nao boete te laote fladdere. Wie eine jongleur vóng hae ’t breefke op en mit de blik op häöre volle boezem, heuërde weer hem nog sjus rope: “J'aimerais avoir quelques, Qui goûte comme plus.” (Zoa wil ich ters nog waal get, det sjmaak nao mieë!) Wo det op sjloog zólle weer noajt mieë weite, op ’t geldj of op dae sjoane boezem…. Ein dènk is zeker, ’t vertroewe in de gojigheid van de miensjheid haet veur mich op dae daag ein hersjtèld aevewich gekrege!

Page 188: €¦ · 3. Jan Willem Hubert Willems (52 jaar) op 10 augustus 1868. Zij is 38 jaar. Jan Willem Hubert sterft op 13 december 1869. Zoon Jan Hubert uit dit huwelijk sterft 17 dagen

31

Gevelverhäölkes Evert Zits Woonhoes Wiensjtraot nr. 6

Deze sjoane gevelsjtein bevunjt zich aan de lènkerziegevel van de weuning Wiensjtraot nr. 6. D’n eigenieër/ bewoner is d’n hieër Wim Maessen. Oppe sjtein is ein meuleraad aafgebeeld en ’t jaortal 1948. Det is nog al raodselechtig, mer ich kan uch oet d’n druim helpe.

Aan de zudelike entree van Zöstere, bie d’n auwe Riekswaeg, wo noe de bekènde manège Katsbek ligk, haet ieëwelang ein watermeule gesjtange, de ‘Katsbekkermeule’. Dees meule wórt aangedreve door ’t water van de Sjloesbaek, ein verbènjing tösje de Vloodgraaf en de Gelaenbaek. De Sjloesbaek besjteit noe neet mieë.

In d’n Heemklank 1999 nr. 3 haet Wil Schulpen ein interessant artikel gesjreve euver de gesjiedenis van die meule, die in auw dokuménte “die Müll zu Catzbeckh” wurt geneump. Volges de auwdste sjtriftelike vermeljing sjtamp ze oet ’t midde van de 14e ieëw, mer meugelik besjtóng ze al in de 11e – 13e ieëw. ’t Woor gein “dwang- of banmeule”, waat wilt zègke det t’r gein luuj verplich wore óm d’r te laote male. Die verplichting gólj waal bie anger Zösterse meules zoa es de Volmeule en de meule van ’t Sjtuf.

VOLKSCULTUUR

Page 189: €¦ · 3. Jan Willem Hubert Willems (52 jaar) op 10 augustus 1868. Zij is 38 jaar. Jan Willem Hubert sterft op 13 december 1869. Zoon Jan Hubert uit dit huwelijk sterft 17 dagen

32

De Katsbekkermeule is ummer ein graan- of aoliemeule gewaes, of ein combinatie van bei. In de Heemklank van 2018 nr 1 is ein oetveurig gedocumenteerd artikel gepubliceerd mit es titel “Oliemolens in Susteren”, gesjreve door Gerrit Houben.

’t Haet pós 1905 gedoerd veurieër ’t karakteristiek houte meuleraad vervange wórt door ein waterturbine. Mer de waterkrach hauw aafgedaon doe m’n bezien- en dieselmotore ging toepasse. ’n Gevolg hievan woor det de Sjloesbaek in 1953 wórt gedemp. In de oorlogsjaore 1940-1945 mooste, waeges mankasie aan brandjsjtof, de dieselmotore vervange waere door electrische.

In de loup van de ieëwe haet de Katsbekkermeule hieël get eigenieëre gehad. De lètste mölder is Sjeng Custers gewaes, getrouwd mit Ries Janssen. Nao d’n oorlog, in 1948 boewde hae ein woonhoes op ein perceel aan de Wiensjtraot, wo ein door oorlogsgeweld verwoeste weuning hauw gesjtange. Doe is dae gevelsjtein aangebrach es herinnering aan de Katsbekkermeule. Dae sjtein is haos zeker gemaak door de bekènde Zösterse beeldhouwer Mathieu van Thoor. De familie Custers haet mer tiedelik in dees weuning in de Wiensjtraot gewoond

Ze zeen later weer trökgegange nao de weuning van de Katsbekkermeule. ’t Hoes aan de Wiensjtraot is later verkoch. Óm gezóndjheidsraeje moos Sjeng Custers in 1979 mit ’t muldersbedrief sjtoppe. Aan de oerauw gesjiedenis van de Katsbekkermeule woor ’n ènj gekómme. Nao ’t verlaote van hun weuning zeen ze gaon wone in ein nuujboewweuning in Munsterveldj. Al eerder wore de bedriefsruumte van de meule gesjloop. Gelökkig is de auwe naam “Katsbek” neet in ’t vergaetbook geraak, want de prachtige manege, besjtaonde oet ein bènne- en boetemanege, weidegange, groate kantine en parkeergelegehede, die in januari 1982 ter plaatse wórt geäöpend, kreeg de vertroewde naam “Manege Katsbek”.

Mit dank aan Bjorn Hoex veur verkrege informatie en Ton Vranken veur fotografie

Woonhoes Wiensjtraot 6 Gevelsjtein in lènker ziegevel

Page 190: €¦ · 3. Jan Willem Hubert Willems (52 jaar) op 10 augustus 1868. Zij is 38 jaar. Jan Willem Hubert sterft op 13 december 1869. Zoon Jan Hubert uit dit huwelijk sterft 17 dagen

33

Woonhoes mit winkel, Sjtasiewaeg nr. 1a De lèsten tied waere ummer mieë vös in Limburg gesignaleerd, ouch bie ós in ’t Hout. Mer wae koos geluive det zich al jaorelangk in ’t centrum van Zöstere ’n vos haet versjaole! Dae is te veursjien gekómme bie de sjloeting van de bekkerszaak “Bocken” in ’t pandj Sjtasiewaeg nr. 1a. Bie ’t aafbraeke van ‘t naambord baove de etalageroet koom dao ein sjoan gevelreliëf te veursjien mit de aafbeelding van eine prachtige vos!

Op dees foto is de vos nog neet gans te zeen. Dao mót nog get weggebraoke waere, veurieër ’t ganse reliëf te veur sjien kump.

En waat dae vos te beteike haet, zal ich uch oet de deuk doon.

In 1960 van de veurige ieëw boewde Herman Voss, getrouwd mit Annie Meuffels, allebei oet Zöstere, ein woonhoes mit sjlieterie aan de Statiewaeg. Herman deeg ziene familienaam alle ieër aan, want hae leet aan de gevel van de sjlieterie ’n reliëf plaatse mit de aafbeelding van ‘ne vos. Det woor ein creatie van de Zösterse beedhouwer Mathieu van Thoor. Hae óntwórp ouch de twieë sjoan reliëfs aan de veurgevel van ’t woonhoes, die ein wienpers en ‘ne destilleerkaetel oetbeelde.

Page 191: €¦ · 3. Jan Willem Hubert Willems (52 jaar) op 10 augustus 1868. Zij is 38 jaar. Jan Willem Hubert sterft op 13 december 1869. Zoon Jan Hubert uit dit huwelijk sterft 17 dagen

34

In de loup van de jaore greujde sjlieterie Voss oet tot ein good loupende zaak. In 1980 bereikde Herman Voss de pensioengerechtigde laeftied en is t’r mit de sjlieterie gesjtop. Daonao is de winkelruumte verhuurd gewaes ónger angere aan ein oetzendburo. In 1994 vestigde zich t’r ’t echpaar Harrie en Marleen Bocken ein broad- en bankètzaak, die 24 jaor good haet gefloreerd. Toen vónje ze ’t welletjes en op 1 januari van dit jaor ging ’t sjlaot definitief oppe deur. ’t Gevolg woor waal det oze vos, dae al die jaore door ’t naambord ónzichbaar woor gewaes, weer te veursjien is gekómme. D’n huidige eigenieër/ bewoner van ’t pandj, de zoon van Herman, Cyril, is veurluipig neet veurnummes ’n nuuj besjtömming aan de winkelruumte te gaeve. Mer de vos in de gevelsjtein blif geweun reklaam make veur de vreugere sjlieterie Voss.

Woonhoes mit winkel, Stasiewaeg 1A

Page 192: €¦ · 3. Jan Willem Hubert Willems (52 jaar) op 10 augustus 1868. Zij is 38 jaar. Jan Willem Hubert sterft op 13 december 1869. Zoon Jan Hubert uit dit huwelijk sterft 17 dagen

35

Mijn schooltijd op de lagere jongensschool te Susteren (2) Herinneringen van een jongen uit Baakhoven uit de jaren vijftig Wil Filott

Leren schrijven In de eerste klas moesten we leren schrijven, rekenen en lezen. Dat schrijven was in het begin moeilijk, althans voor mij. Je moest eerst de letters los op een blaadje zetten en later woordjes schrijven. De letters en woordjes waren voorgedrukt in een oefenschrift. Die moest je proberen zo goed mogelijk met een kroontjespen na te maken. Dat was wennen en niet gemakkelijk, gelet op de nog niet goed ontwikkelde motoriek van de zesjarigen. Maar iedereen kreeg het na veel oefenen onder de knie. Het schrijven gebeurde met een goudkleurige kroontjespen die voor en na het schrijven van een of een paar letters steeds in de inktpot gedoopt moest worden. Dat was nog een heel gedoe. Een nieuwe pen moest je even in de mond nemen. Dan ging blijkbaar een vetlaagje van de pen af en schreef hij beter. De pen moest niet te ver maar ook weer diep genoeg in de inktpot gestopt worden. Ook moest je goed in de gaten houden dat er aan de pen geen haartjes of vezels van het (slechte) papier zaten. Het schrijven gebeurde ook wel op een blaadje van een kladblok, dat per leerling werd uitgedeeld. Zuinigheid was troef. De papierkwaliteit van die blaadjes vlak na de Tweede Wereldoorlog was bar slecht. Het was papier met houtsplinters erin. Als je met je kroontjespen tegen zo`n splinter aankwam, leverde dat inktspetters op. Dat gaf dan een knoeiboel. Om de pen te reinigen had iedereen een inktlap. Die was thuis door moeder gemaakt. Meisjes maakten vaak zelf zo`n inktlap. De inktlap bestond uit een paar lapjes stof, geknipt uit versleten flanellen overhemden, ondergoed en andere stoffen, die door een knoop in het midden bij elkaar werden gehouden. Met de inktlap werd de kroontjespen afgeveegd en zo schrijfklaar gemaakt. Ook moest je oppassen dat er geen inktvlekken in het schrift, op de bank of – nog erger- op je kleren kwamen. Blauwe vlekken op vingers van de inkt kwamen veelvuldig voor. Het schrijven gebeurde ook in een oefenschrift van “Eerst duidelijk dan snel” volgens een methode die in die tijd veel gebruikt werd. De letters moesten in een licht hellend schrift worden neergezet. Iedereen had ook een vloeipapier. Na het schrijven werden daarmee de natte letters afgevloeid om te voorkomen dat het schrift een kliederboel werd. Na veel oefenen is het iedereen gelukt om met de kroontjespen te schrijven.

Schrijfmethode “Eerst langzaam dan snel”

HERINNERINGEN

Page 193: €¦ · 3. Jan Willem Hubert Willems (52 jaar) op 10 augustus 1868. Zij is 38 jaar. Jan Willem Hubert sterft op 13 december 1869. Zoon Jan Hubert uit dit huwelijk sterft 17 dagen

36

Rekenen Naast het schrijven van letters, moesten we ook cijfers leren schrijven. Dat ging mij gemakkelijk af. Ik kende al voor mijn vierde jaar alle cijfers van 1 tot 90. De reden dat ik de vorm van die cijfers kende en ook de naam ervan was dat ik toekeek als mijn oudere broers met mijn grootvader kienden. Het kienspel gaat immers tot het cijfer 90.

Het rekenen bestond in het begin uit optellen en aftrekken. Als rekenmethode werd “Geef acht” gebruikt. Vermenigvuldigen was moeilijker. De “tafeltjes van tien” werden er ingeramd door het klassikaal opdreunen ervan. Het zelfde procedé werd in de hogere klassen gevolgd bij de lessen aardrijkskunde om de hoofdsteden van de elf Nederlandse provincies en de namen en ligging van de zes Waddeneilanden te leren. Een methode die er voor heeft gezorgd dat die rijtjes niet meer uit het geheugen verdwijnen. In de hogere klassen leerden we behalve vermenigvuldigen ook delen. Dat gebeurde in de vorm van zogenaamde staartdelingen. Nog ingewikkelder werd het met samengestelde sommen, waarbij in

één som opgeteld, afgetrokken, vermenigvuldigd en gedeeld moest worden. Het was zaak om de juiste volgorde van die berekeningen aan te houden. Daarvoor leerden we het ezelsbruggetje “Meneer Van Dalen Wacht Op Antwoord”. De hoofdletters in het ezelsbruggetje staan voor: machtsverheffen, vermenigvuldigen, delen, worteltrekken, optellen en aftrekken. Het rekenen met breuken was niet eenvoudig. Kernbegrippen waren teller, noemer en geheimzinnige woorden als grootste gemene deler en kleinste gemene veelvoud. In de vijfde en zesde klas kregen we ook redactiesommen. Dat waren kleine verhaaltjes waaruit je rekensommen moest halen. Een voorbeeld: langs een weg staan tien bomen met een tussenafstand van tien meter. Wat is de lengte van die bomenrij? Je moest dus de tekst goed lezen en begrijpen en dan gaan rekenen. Dat ging nogal eens fout.

Als we sommen moesten maken, was ik vlug klaar. Ik was blijkbaar een goede leerling. In de tweede klas werd ik door juffrouw Vencken “bevorderd” om aan Jos Schulpen, die toen in de eerste klas zat, “bijles” te geven in een leegstaand lokaal dat ook als gymzaal gebruikt werd. Of dat pedagogisch verantwoord was, weet ik niet, maar ik was er wel een beetje trots op.

Boekje rekenmethode “Geef Acht”

Page 194: €¦ · 3. Jan Willem Hubert Willems (52 jaar) op 10 augustus 1868. Zij is 38 jaar. Jan Willem Hubert sterft op 13 december 1869. Zoon Jan Hubert uit dit huwelijk sterft 17 dagen

37

De eerste communie De Salvatorschool was een katholieke school. Alle leerlingen waren katholiek. Aan het einde van de eerste klas deden we de eerste communie. Bij die eerste communie zouden we voor de eerste keer een hostie krijgen, een rond stukje door een priester gewijd “brood” dat niet naar brood smaakte. Het brood stond symbool voor het lichaam van Christus. Ik snapte dat niet maar ik denk dat ik dat wel geloofde. We werden grondig op die eerste communie voorbereid. Dat gebeurde samen met de meisjes van de eerste klas van de meisjesschool. We gingen dan klassikaal naar het klooster van de zusters. Van de voorbereiding herinner ik me maar weinig. Wel weet ik nog dat er in die klas een grote wandplaat hing met de tekst “Mies zeem jij de ruit voor moe?” onder een tekening van een meisje dat een raam aan het wassen was. Ik vond “zeem” een intrigerend woord. Ik wist namelijk niet wat “zeem” betekende. Op een zondag in mei deden we de eerste communie. Dat was een hele gebeurtenis. De kinderen van de eerste klassen van de jongens- en de meisjesschool gingen gezamenlijk te voet naar de kerk. Die tocht en hoe we in de kerk moesten gaan zitten, hadden we al tijdens de voorbereiding op de eerste communie geoefend. Iedere communicant, zo heet een kind dat de eerste communie doet, had vaak nieuwe schoenen en nieuwe kleren, speciaal gemaakt of gekocht voor deze dag. Jongens hadden meestal een matrozenpakje met een korte broek. Ik had ook zo`n matrozenpakje maar dan met een lange broek, speciaal voor mij gemaakt door een naaister. Ik was daar heel trots op. De meisjes waren meestal gekleed als minibruidjes met witte kleren. Wat me bijgebleven is dat er een meisje was met een jurk met daarin een aantal hoepels verwerkt. Dat had ik nog nooit gezien. Na de middag was er in de meeste gezinnen van communicanten een groot feest waar veel ooms, tantes, neven en nichten naar toe kwamen. Er werd getrakteerd op vlaai en taart. Bij ons waren die zelf gebakken in een houtoven in het eigen bakhuis. De communicant stond de hele dag in het middelpunt van de belangstelling. Voor de communicanten waren er cadeau`s, vaak van stichtelijke aard. Een veel gegeven cadeau was een versierd kopje met schotel met daarop de tekst “Ter herinnering aan de eerste H. Communie”.

Ik kreeg onder meer een wijwatersvaatje voor aan de muur op de slaapkamer. Voor het slapen doopten we een wijsvinger in het wijwater, maakten daarmee een kruisteken en baden we een gebed. Ook kreeg ik een ingelijste, gekleurde tekening van een jongetje in een mooi pak die vroom, schuin omhoogkijkend aan het bidden was. Die tekening heb ik lang bewaard. Het meest waardevolle cadeau vond ik een zilveren rijksdaalder die ik van mijn peettante kreeg. Lang heb ik daar niet van kunnen genieten. Bij het buiten spelen ben ik die rijksdaalder dezelfde dag al kwijtgeraakt. Vader heeft toen nog gras en netelen gemaaid op de plek waar ik hem misschien verloren had maar zonder resultaat.

Cadeau “Kop en schotel” bij eerste communie

Page 195: €¦ · 3. Jan Willem Hubert Willems (52 jaar) op 10 augustus 1868. Zij is 38 jaar. Jan Willem Hubert sterft op 13 december 1869. Zoon Jan Hubert uit dit huwelijk sterft 17 dagen

38

Invloed katholieke godsdienst De Sint Salvatorschool was een katholieke school. Ik meen dat het kerkbestuur ook het schoolbestuur vormde. In alle klassen kregen we godsdienstles. Minstens een keer per week. Die les werd gegeven door de pastoor of een kapelaan. Godsdienst was ook een “vak”, waar je op het rapport een cijfer voor kreeg. In de eerste klassen van de lagere school moesten we al de kleine katechismus leren. Het “Onzevader” en “Weesgegroet” kenden de meeste kinderen al. Dat hadden ze thuis bij wijze van spreken al met de paplepel ingegeven gekregen. Nieuw was wel dat we de ”tien geboden” moesten leren. Dat was verplichte kost voor de eerste communie. In de hogere klassen kregen we in de godsdienstles onderricht in de christelijke leer en werden verhalen uit de Bijbel verteld. In de hogere klassen kregen we ook de Schoolkatechismus. Die was opgebouwd uit vragen en antwoorden over het katholieke geloof. Deze schoolkatechismus was verplicht voor katholieke scholen in Nederland. De antwoorden op de vele vragen uit de schoolkatechismus (de grote katechismus) moesten we uit het hoofd leren. De eerste en belangrijkste vraag was: “Waartoe zijn wij op aarde? “. Het antwoord luidde: “Wij zijn op aarde om God te dienen en daardoor hier en in het hiernamaals gelukkig te zijn”. Ik denk dat vele oudere mensen, die in die tijd op een katholieke lagere school hebben gezeten die vraag en dat antwoord nog kunnen opdreunen. Regelmatig, bijna wekelijks, vond er een overhoring van vragen uit de katechismus plaats door de pastoor. Als je die antwoorden niet kende, zwaaide er wat. Ik kan me een conflict herinneren tussen een vader van een leerling en de pastoor omdat die leerling de antwoorden op de vragen niet had geleerd en wellicht straf daarvoor kreeg. Zijn vader was het daar niet mee eens en de zaak liep zo hoog op dat het einde van het liedje was dat de leerling de school heeft verlaten, al dan niet gedwongen, en verder de lagere school in Sittard heeft bezocht. Overigens is die vader wel katholiek gebleven. Op latere leeftijd bezocht hij samen met mijn vader iedere zondag de mis, opgedragen volgens de oude rite in het Latijn, in Heppeneert bij Maaseik, België. Een kwekeling Naar ik meen hebben we in de vierde klas een tijdje geschiedenisles gehad van een kwekeling. Een kwekeling was een leerling van een kweekschool, de benaming in die tijd van de lerarenopleiding basisonderwijs (PABO). De kwekeling behandelde de kruisvaarten. Ik vond dat boeiend en interessant. Misschien is toen de kiem gelegd voor mijn interesse in historie. Het biechten Een ander vast onderdeel van die katholieke opvoeding was het biechten. Eenmaal per maand gingen we tijdens schooltijd met de hele klas naar de Amelbergakerk waar de pastoor of kapelaan de biecht afnam in de biechtstoel. De biechtstoel is een houten meubelstuk met in het midden een zitplaats voor de priester, de biechtvader, en aan

Schoolkatechismus

Page 196: €¦ · 3. Jan Willem Hubert Willems (52 jaar) op 10 augustus 1868. Zij is 38 jaar. Jan Willem Hubert sterft op 13 december 1869. Zoon Jan Hubert uit dit huwelijk sterft 17 dagen

39

weerszijden een ruimte waar je in moest knielen. De verbinding tussen de plaats van de priester en de biechteling was een kleine opening, voorzien van een rasterwerk met gordijntje, die de priester kon sluiten. Hij kon dan beurtelings de biecht horen door aan een kant een gordijntje te openen en dat aan de andere kant te sluiten. De biechtstoel was achter de biechteling voorzien van een gordijn dat de biechteling achter zich kon sluiten. Daardoor was het donker in de biechtstoel. De bedoeling daarvan was dat de biechteling niet herkend werd door de priester en anoniem bleef. Of dat in werkelijkheid ook zo was, waag ik te betwijfelen.

We hadden in de godsdienstles geleerd dat de biecht een van de zeven sacramenten van de kerk was. De bedoeling van de biecht was dat de zonden van de biechteling werden vergeven. Daarvoor moest de biechteling zijn zonden belijden en daarvoor berouw tonen. De priester vergaf hem dan die zonden en legde dan een zogenaamde penitentie (boetedoening) op. Dat was voor mij – en ik denk ook voor de andere kinderen- vaak het bidden van enkele Onzevaders en Weesgegroetjes. Zonden werden onderscheiden in doodzonden en dagelijkse zonden. Het was denk ik voor de meeste kinderen moeilijk om zonden te vinden. De zonden die ik prevelde waren meestal verzinsels zoals ongehoorzaamheid en onkuise gedachten.

Die hadden we in godsdienstles als voorbeelden van dagelijkse zonden geleerd.

Sinterklaas Een andere herinnering betreft de Sinterklaasviering op school. Net zoals nu - hoe lang nog - werd Sinterklaas gevierd, ook op school. Daarvoor leerden we het zingen van Sinterklaasliedjes. Sinterklaas en Zwarte Piet kwamen zondags naar school. We moesten dus extra op zondag naar school om aan die Sinterklaasviering mee te doen. Zwarte Piet was toen nog een boeman die met een roe van twijgjes door de klas liep en links en rechts wat zachte klapjes met die roe uitdeelde. Ook strooide hij met pepernoten en snoep, meestal zogenaamde schuimpjes. Het meest gevreesde attribuut van Zwarte Piet was een zak. De tekst van een Sinterklaasliedje luidt wel “De zak van Sinterklaas, o jongens, jongens, wat een baas! Daar stopt hij blij van zin de hele, hele wereld in”. De werkelijkheid was dus dat niet Sinterklaas maar Zwarte Piet die zak bij zich had. In plaats van de hele wereld stopte Zwarte Piet, althans in mijn herinnering, in de derde of vierde klas een jongen in die zak of deed daartoe een schijnpoging. Ik vond dat beangstigend. Voor de betreffende klasgenoot moet dat een traumatische ervaring zijn geweest.

Biechtstoel

Page 197: €¦ · 3. Jan Willem Hubert Willems (52 jaar) op 10 augustus 1868. Zij is 38 jaar. Jan Willem Hubert sterft op 13 december 1869. Zoon Jan Hubert uit dit huwelijk sterft 17 dagen

40

Rapporten De vorderingen van de leerlingen werden bijgehouden in drie rapporten: het kerst-, paas- en overgangsrapport. Voor ieder vak werd op het rapport een cijfer tussen een en tien gegeven. De cijfers waren gebaseerd op proefwerken en de mening van de onderwijzer. De belangrijkste vakken waren aanvankelijk rekenen, lezen, schrijven en godsdienst, en later ook aardrijkskunde en geschiedenis. Daarnaast werden er ook cijfers gegeven voor vlijt, netheid en gedrag. Het rapport werd voor de vakantie aan de leerling meegegeven om aan de ouders te laten zien. Een van de ouders moest het rapport aftekenen als bewijs dat hij of zij het gezien had. Op het rapport konden door de onderwijzer ook nog opmerkingen geplaatst worden. Als het overgangsrapport voldoende was, werd je bevorderd naar de volgende klas. Als dat niet het geval was, bleef je zitten en moest je het schooljaar in die klas overdoen. Zitten blijven kwam regelmatig voor. Er waren zelfs leerlingen die twee keer bleven zitten en zonder de lagere school afgemaakt te hebben op veertienjarige leeftijd gingen werken. Een rapport met goede cijfers werd door de leerling – maar ook door trotse ouders – aan familieleden en vrienden getoond in de hoop dat daar een blijk van waardering voor werd gegeven in de vorm van een geldstuk of een bankbiljet. Er waren drie vakantieperiodes: met Kerstmis en Pasen en de grote vakantie in de maand augustus. “Overwinteren” bij de gezusters Verbeek Als er `s winter sneeuw lag of ‘t hard vroor– en in mijn herinnering kwam dat vaker voor dan nu doorgaans het geval is-, gingen we tussen de middag niet naar huis in Baakhoven. De kinderen uit ons gezin gingen dan naar Maria en Anneke Verbeek. Deze dames woonden in een huis aan de Marktstraat, die wij overigens als Markt betitelden, in Susteren. Anneke was zwaar gehandicapt als gevolg van kinderverlamming (polio), had ijzeren beugels om haar benen maar kon desondanks nauwelijks lopen. Maria was een voormalige non, die uit het klooster was getreden om voor Anneke te zorgen. We aten dan onze, van huis meegebrachte boterhammen op in het kleine, donkere keukentje van het huis van de zusters Verbeek. We kregen daarbij thee met suiker. Ik vond het een beetje “unheimisch”. Of de zusters Verbeek

Met de hand overgeschreven rapport van de auteur

Page 198: €¦ · 3. Jan Willem Hubert Willems (52 jaar) op 10 augustus 1868. Zij is 38 jaar. Jan Willem Hubert sterft op 13 december 1869. Zoon Jan Hubert uit dit huwelijk sterft 17 dagen

41

daarvoor betaald kregen, weet ik niet. Financieel hadden ze het in ieder geval niet breed want sociale uitkeringen waren er niet of nauwelijks. ‘s Zomers kwamen de zusters Verbeek wel eens bij ons thuis in Baakhoven op bezoek. Anneke zat dan in een ouderwetse rolstoel die door Maria werd geduwd. Dat was behoorlijk zwaar want de weg naar Baakhoven was niet geasfalteerd. De zusters Verbeek kregen dan altijd eieren mee, vaak ook een geslachte kip of haantje, worst en vlees. Die etenswaren werden door Maria direct onder de plaid die over

de knieën en benen van Anneke lag, verstopt. Het leek wel of ze zich

schaamden voor deze “cadeaus”. Verkeersles Het autoverkeer nam in de jaren vijftig behoorlijk toe. De welvaart steeg langzamerhand en meer mensen konden zich de aanschaf van een auto permitteren. Ook het vrachtverkeer nam flink toe. Autobussen voor het vervoer van mijnwerkers naar de kolenmijnen zochten meermaals per dag hun weg door Susteren. Door het toenemend autoverkeer werd het gevaarlijker op de weg. Het belang van kennis van de verkeersregels nam toe. We kregen dan ook in de vijfde klas verkeersles. Die werd gegeven door een politieagent. We moesten de verkeersregels en de verkeersborden leren, net zoals voor het theorie-examen voor een rijbewijs. De verkeerslessen werden afgesloten met een verkeersexamen. Dat bestond uit een theoriegedeelte en een praktijkgedeelte. Voor het praktijkgedeelte moesten we met de fiets een bepaald parcours afleggen, waarop kruisingen en verkeersborden waren aangebracht. Wie voor het examen slaagde, kreeg een mooi blauw gekleurd diploma. Ook werden er in verband met de toegenomen verkeersdrukte verkeersbrigadiers aangesteld. Deze moesten het verkeer op de rijksweg die midden door Susteren liep tegenhouden door een bord omhoog te houden. De kinderen konden dan de weg veilig oversteken.

Huis zusters Verbeek

Verkeersdiploma van de auteur

Page 199: €¦ · 3. Jan Willem Hubert Willems (52 jaar) op 10 augustus 1868. Zij is 38 jaar. Jan Willem Hubert sterft op 13 december 1869. Zoon Jan Hubert uit dit huwelijk sterft 17 dagen

42

Ik was hevig teleurgesteld dat ik niet als verkeersbrigadier werd aangesteld terwijl ik toch als (een van) de beste leerling geslaagd was voor het examen. Er werd wel een klasgenoot aangesteld die veel minder had gescoord. Later begreep ik wel waarom aan hem de voorkeur werd gegeven. Hij was twee keer blijven zitten en dus twee jaar ouder dan de meerderheid van de leerlingen op school en had daardoor wellicht een zeker overwicht.

Franse les Meester Schoffelen gaf aan leerlingen, van wie de ouders dat wilden en konden betalen, na schooltijd tegen betaling Franse les. Frans werd toen nog beschouwd als een wereldtaal. Kennis van het Frans werd belangrijk gevonden. Tegenwoordig is dat niet meer het geval. Die positie is volledig overgenomen door het Engels. Ik heb gedurende twee jaar die lessen gevolgd en de beginselen van de Franse taal geleerd. Overigens bleek op de middelbare school dat die kennis beperkt was. In een paar weken tijd leerden we daar net zo veel als in de twee jaar bij meester Schoffelen. Ik herinner me wel goed dat ik toen een vulpen had met een rubberen reservoirtje voor de inkt. Het reservoirtje kon je vullen door het in te drukken en de inkt op te zuigen. Ik had drie potjes met verschillende kleuren inkt: zwart, groen en rood. Behalve het schrijven met die kleuren, mengde ik ze ook waarmee ik allerlei kleuren maakte, meestal paarstinten. Met die vulpen maakte ik het huiswerk voor de Franse les. Ik vermoed overigens wel dat door die lessen bij mij de kiem is gelegd voor mijn interesse in Frankrijk en de Franse taal. Ik ben in mijn leven meer dan veertig keer in Frankrijk geweest en in mijn boekenkast staan meer boeken in het Frans dan in menige bibliotheek in Nederland. Bijles Nederlandse taal Toen ik in de vijfde klas zat, was dat voor meester Janssen (de Dikke) zijn laatste jaar als onderwijzer en hoofd der school. Ik denk dat hij toen 64 jaar is geweest. Hij was duidelijk aan zijn pensioen toe. Ik heb verscheidene keren meegemaakt dat hij tijdens de les in slaap sukkelde. Ook zijn kennis was mogelijk niet meer bij de tijd. Ik vermoed dat hij de grammatica van de Nederlandse taal niet voldoende beheerste, althans ik heb – achteraf gezien – menen te kunnen constateren dat hij die bij het lesgeven verwaarloosd had. Dat bleek duidelijk toen we in de zesde klas een nieuwe onderwijzer kregen, Sjeng Opgenoord. Die heeft waarschijnlijk vrij snel lacunes in onze kennis op dat punt geconstateerd. Hij gaf dan ook in die zesde klas tegen betaling bijles in de Nederlandse taal, met name aan kinderen die beter konden leren, als voorbereiding op het vervolgonderwijs. Dat mijn kennis op dit punt tekort schoot, bleek toen ik toelatingsexamen deed voor het gymnasium aan het Bisschoppelijk College te Sittard. Ik scoorde goed maar wel met de aantekening dat reken- en taalkundig ontleden zwak was. Dat ik naar het gymnasium ging- en dat ook zelf wilde – kwam ook door deken Dekkers. Die heeft in die tijd sterk bevorderd dat kinderen na de lagere school zo hoog mogelijk onderwijs gingen volgen. Ook een oudere broer was mede op aandringen van deken Dekkers naar het gymnasium gegaan. Ik was dus niet de eerste.

Page 200: €¦ · 3. Jan Willem Hubert Willems (52 jaar) op 10 augustus 1868. Zij is 38 jaar. Jan Willem Hubert sterft op 13 december 1869. Zoon Jan Hubert uit dit huwelijk sterft 17 dagen

43

Hulpje van Opgenoord Ik was meestal vrij snel klaar met het maken van proefwerk en andere taken. Meester Opgenoord was na zijn aantreden als hoofd van de school begonnen met het aanschaffen van boeken voor een kleine schoolbibliotheek. Ik kon de vrije tijd benutten voor het lezen van die boeken. Zo heb ik in de zesde klas in schooltijd alle boeken over “Arendsoog en Witte Veder” en over “Pim Pandoer” gelezen.

Daarnaast moest of mocht ik van Opgenoord proefwerken van klasgenoten nakijken en fouten corrigeren. Dat deed ik graag en secuur. Toch leidde dat wel eens tot rare situaties. Zo kan ik me herinneren dat een aantal jongens mij gevraagd heeft fouten niet te verbeteren, waardoor ze een hoger punt konden krijgen. Als beloning zou ik dan een rolletje drop, gekocht bij het snoepwinkeltje van Merieke op de Kerkstraat, krijgen. Ik ben voor die verleiding, omkoping, niet gezwicht. Hachelijker was de volgende situatie. Toen Opgenoord eens het klaslokaal moest verlaten om iemand te woord te staan, had hij mij gevraagd op te letten, dus de orde te handhaven. Dat lukte natuurlijk niet bij een klas met elf- en twaalfjarige jongens. Ik schreef de namen van de ”raddraaiers “ op het bord. Die zouden dan van Opgenoord straf krijgen. Op een bepaald moment heb ik die namen op het bord uitgeveegd. Het bleef echter onrustig in de klas. Ik heb toen weer een aantal namen op het bord geschreven met de gedachte die weer te wissen. Dat lukte echter niet omdat Opgenoord ineens terugkwam. De jongens, wier namen op het bord stonden, kregen toen straf. Die jongens dreigden mij na schooltijd in elkaar te slaan. Zover is het gelukkig niet gekomen want ik werd beschermd door degenen wier namen ik gewist had. Slot Ik hoop met dit artikel de lezer een beetje een indruk gegeven te hebben van mijn reilen en zeilen tijdens mijn lagere schooltijd op de jongensschool in Susteren in de jaren vijftig van de vorige eeuw. Het verhaal is natuurlijk in hoge mate gekleurd door mijn persoonlijke ervaringen en herinneringen. Bij oudere lezers roept het wellicht eigen herinneringen en herkenning op. Ik zou hen willen oproepen die op te schrijven voor zichzelf en hun omgeving en voor het nageslacht. Jongere lezers krijgen hopelijk wat meer inzicht in het lager onderwijs en de ervaringen van een leerling ruim zestig jaar geleden. Op deze jongensschool te Susteren is in ieder geval voor mij de basis gelegd voor een mooie schoolcarrière die geleid heeft tot twee academische titels. Mocht u naar aanleiding van dit artikel opmerkingen, toevoegingen en dergelijke hebben, dan kunt u die sturen naar de redactie van de Heemklank.

Boek Arendsoog

Page 201: €¦ · 3. Jan Willem Hubert Willems (52 jaar) op 10 augustus 1868. Zij is 38 jaar. Jan Willem Hubert sterft op 13 december 1869. Zoon Jan Hubert uit dit huwelijk sterft 17 dagen

44

Een historisch verhaal over Susteren (IV) Wil Schulpen

In het vorige artikel hebben we de geschiedenis van het vroegmiddeleeuwse vrouwenklooster afgesloten met een eerste uitstap naar de volle middeleeuwen. Door de opgravingen ten noorden van de Amelbergakerk kunnen we ons een voorstelling maken hoe het klooster er uit gezien heeft. Zoals alle kloosters uit de zesde zevende eeuw zal de kloostergemeenschap op basis van vrije regels, als die van Columbanus, gestalte gekregen hebben. Of het ooit de strenge regel van Benedictus omarmd heeft, wordt niet duidelijk. Meer voor de hand ligt dat het klooster al vrij vroeg (negende eeuw) de regel voor kanunnikessen en kanunniken gevolgd heeft. In 816 werden op het concilie van Aken hiervoor regels vastgesteld. In de tiende eeuw al werd de regel zodanig veranderd dat het gemeenschappelijke kloosterleven veranderd werd en de prebende (salaris) werd ingevoerd, maar hierover later meer. Men kan zich afvragen of we de oorspronkelijke stichting als een in beginsel dubbelklooster moeten beschouwen, een voorloper van de latere kanunnikessen en kanunniken-kloostergemeenschap. Het toch wel opvallend hoge percentage aan begravingen van mannen bij de kerk (30%) kan hier zeer wel op duiden. Wanneer we de Susterense situatie willen vergelijken met andere zevende eeuwse vrouwenkloosters, bemerken we dat er weinig te vergelijken valt. Ons bekende kloosters zijn Munsterbilzen en natuurlijk het oudste en belangrijkste vrouwenklooster van de H. Gertrudis in Nijvel. Van dit laatste klooster wordt gezegd dat het een dubbelklooster was en zeker al in 877 een stift (kanunnikessen en kanunniken-klooster) was.

Een van de vragen die wij ons stelden ten aanzien van het eind zevende eeuwse klooster van Amelberga was ‘wie was de bescherm- of patroonheilige van klooster en kerk’. Er is geen enkel document bewaard uit de tijd voor de nieuwbouw uit de volle middeleeuwen. In de bekende documentatie vinden we als naamgeving slechts ‘klooster Susteren’ (monasterium Suestra). Wij herinneren ons dat pater Munsters in zijn verhaal over de Middeleeuwse kerk in Limburg meende dat er in Susteren twee vroegmiddeleeuwse kerken waren, één gewijd aan Salvator en één gewijd aan Maria2. Welke waarde we aan deze uitspraak kunnen geven blijft moeilijk, aangezien een onderbouwing ontbreekt. Maar wanneer het door Munsters genoemde juist is, dan kunnen we er zeker van zijn dat Maria de patroonheilige van de zevende eeuwse voorganger van de Amelbergakerk is. Immers de Salvatortitel behoort aan de kerk van het mannenklooster van Willibrord. In de oudste documentatie van de Susterense abdij treffen we Maria aan als patroonheilige: het altaar van Maria en St. Joris (Georgius). Bijzonder is dat het patronaat van Maria verdwijnt wanneer naast de Amelbergakerk een parochiekerk verrijst met als patroonheilige Maria. Dit duidt er wellicht op dat in de tijd dat de parochiediensten in de kloosterkerk werden gehouden, de missen aan het Maria- en St. Jorisaltaar werden gelezen. Een

2 Verkenning van de Middeleeuwse kerk in Limburg, in: Limburgs Verleden II, 1967, 417

HISTORIE

Page 202: €¦ · 3. Jan Willem Hubert Willems (52 jaar) op 10 augustus 1868. Zij is 38 jaar. Jan Willem Hubert sterft op 13 december 1869. Zoon Jan Hubert uit dit huwelijk sterft 17 dagen

45

belangrijke schenking van ene Seveer Craeghs lijkt dit te onderbouwen. En men zou dan kunnen vermoeden dat de patroonheilige Maria van het parochiealtaar in de kloosterkerk bij de bouw van de begin vijftiende eeuwse parochiekerk ‘mee verhuisde’ naar deze kerk. Indien deze zienswijze juist is, wil dat nog niet zeggen dat de ‘vroegere’ kloosterkerk aan Maria was toegewijd. De verering en het patronaat van Maria is zo algemeen en kan op zoveel manieren ontstaan zijn. Een argument wat wellicht meer hout snijdt, vinden we bij een onderzoekje naar de patroonheilige van vrouwenkloosters en door vrouwelijke heiligen gestichte kerken in de zevende en begin achtste eeuw. Zo zijn er de kloosters van Gertrudis te Nijvel, Irmina van Oeren te Trier, Adela te Pfalzel, Landrada te Munsterbilzen en kerken van Plectrudis te Keulen en Amelberga van Temse te Temse; ze zijn allen aan Maria toegewijd. De onderbouwing is wel matig. Toch zijn we van mening dat het patronaat van Maria voor het zevende eeuws zaalkerkje, waarin de heiligen van Susteren begraven werden, voor de hand ligt.

Het Papenmunster Vooral door de publicatie in 1988 van een document van deken Broccaerts uit de zeventiende eeuw door Guus Janssen kon een nieuwe kijk op de vroege geschiedenis van Susteren ontstaan. Voorheen was men er algemeen van overtuigd dat het Papenmunster de naam was van de parochiekerk naast de Amelbergakerk, waar nu het pand Relindisstraat 1 staat. Maar uit de documentatie bleek dat het Papenmunster buiten de stadsmuren was gelegen. Dus kon de parochiekerk niet het Papenmunster zijn. Het was pater Wil Peters, Susterenaar, die met dit nieuwe feit aan de slag ging. Hij zette een nieuwe zienswijze op, waarbij het Papenmunster in Feurth kwam te liggen. Dit klooster was het complex dat Willibrord in 714 van Pepijn van Herstal ontving. Hoewel op het verhaal van pater Peters het nodige is aan te merken heeft hij wel de weg gewezen waar het langs gaat: de ligging van het klooster van Willibrord en dus automatisch de meest wezenlijke wijziging: het vrouwenklooster van Amelberga en het mannenklooster van Willibrord lagen niet op dezelfde plaats, maar enkele honderden meters uit elkaar, aan weerszijden van de Rode Beek! Van het Papenmunster is weinig met zekerheid bekend. En wanneer je het woord moet vertalen betekent munster klooster. En bij de mogelijke keuze vrouwen-, dubbel- of mannenklooster blijft maar één mogelijkheid over: mannenklooster. Maar omdat het Papenmunster naar onze inschatting vanaf ergens in de achtste eeuw tot het begin van de late middeleeuwen (ca. 750-1250) als parochiekerk dienst heeft gedaan kan de naam Paap beter ontstaan zijn ten gevolge van de wereldlijke priester of monnik die de parochie bediende. Wel lijkt helder dat we met een middeleeuws klooster te maken hebben. Van het Papenmunster is ook bekend dat er een beneficie aan verbonden was. De patroon hiervan was Willibrord. Naar alle waarschijnlijkheid stond in het Papenmunster dus naast het hoofdaltaar nog een altaar, dat van Willibrord. Men kan hieruit niets afleiden wat betreft ouderdom. Wel kan men hieruit afleiden dat men in de Susterense overlevering een relatie legde tussen Willibrord en het Papenmunster.

Page 203: €¦ · 3. Jan Willem Hubert Willems (52 jaar) op 10 augustus 1868. Zij is 38 jaar. Jan Willem Hubert sterft op 13 december 1869. Zoon Jan Hubert uit dit huwelijk sterft 17 dagen

46

Dat het vrouwenklooster van Amelberga en het mannenklooster van Willibrord niet hetzelfde gebouwencomplex is geweest, kan men ook baseren op de bekende documentatie. Hieraan heeft men nooit aandacht geschonken, maar het is uitermate vreemd dat men een eigendom twee maal achter elkaar wegschenkt. Begin achtste eeuw schenkt Pepijn het (mannen)klooster weg en eind negende eeuw schenk zijn nazaat Arnulf van Karinthië andermaal –althans volgens de bestaande opvattingen – het (nu vrouwen-)klooster weg. Dit wijst er toch wel nadrukkelijk op dat we met twee stichtingen te maken hebben3.

Wat kocht Pepijn van Alberiek? In de literatuur concentreert men zich steevast op de schenking van Pepijn aan Willibrord. Met andere woorden heeft men aandacht voor hetgeen geschonken wordt, niet op hetgeen waaruit die stichting ontstaan is. Voor de geschiedenis van Susteren lijkt mij veel belangrijker hetgeen Pepijn kocht dan hetgeen hij na een grondige verbouwing weggaf. Het is namelijk volstrekt duidelijk dat er iets aan de schenking van Pepijn aan Willibrord is voorafgegaan.

Uit het document van 714 blijkt dat we te maken hebben met een schamele stichting. Het is een Latijnse tekst dus we moeten een vertaalslag plegen en menen te kunnen lezen dat het deels handelde over een bidkapel, zeg maar een kerkje. En anderzijds is er sprake van een cella, waarin wij gezien de middeleeuwse context willen zien een kloostercel, een kleine behuizing voor enkele monniken.

De belangrijke vraag is: waarvoor zijn deze gebouwtjes gesticht. Er kunnen natuurlijk diverse redenen aan ten grondslag liggen. In de literatuur vinden we veelal dat men aanneemt dat Willibrord zelf bij de stichting c.q. de bouw een rol heeft gespeeld. Als argument geldt dan het patronaat van Salvator. Willibrord zou dan volgens deze geschiedkundigen een voorkeur gehad hebben voor dit patronaat. Dit is echter in flagrante tegenspraak met de vroegmiddeleeuwse bronnen, waarin sprake is van het wijden van kerken door Willibrord aan heiligen, waarvan hij in Rome relieken heeft ontvangen van de Paus. Ook dat Susteren halverwege Utrecht-Echternach gelegen is, wordt wel als argument aangevoerd. Wanneer men echter bedenkt dat de afstand ervan ruim driehonderd kilometer is en we in die tijden over een afstand van acht à tien dagreizen praten, dan wordt de betrekkelijkheid van dit argument wel duidelijk.

De gebouwtjes kunnen echter ook oorspronkelijk een ander doel gediend hebben. Wij weten dat een van de eigenaren vóór 714 ene Alberiek was. En het zal geen Susterenaar ontgaan zijn, maar één van de oudste heiligen van Susteren heet Alberiek. De kans is zeer groot dat we dan met één en dezelfde persoon te maken hebben. En zoals al eerder betoogt, wordt in deze tweede patroonheilige van de basiliek een van de monnik-priesters gezien die in onze streken het geloof gebracht

3 Men zou nog kunnen overwegen dat Willibrord of een van zijn directe navolgers (abten van Echternach of bisschoppen van Utrecht) het klooster weer teruggeven heeft aan Pepijn of zijn opvolgers. Enerzijds is hiervan niets bekend uit welke overlevering dan ook en anderzijds zou dit wel heel vreemd zijn.

Page 204: €¦ · 3. Jan Willem Hubert Willems (52 jaar) op 10 augustus 1868. Zij is 38 jaar. Jan Willem Hubert sterft op 13 december 1869. Zoon Jan Hubert uit dit huwelijk sterft 17 dagen

47

heeft. In deze context gezien kunnen de gebouwen als een soort missiestatie gezien worden; gebouwd en gebruikt door de brengers van het christendom. Binnen de Susterense context verdient deze laatste zienswijze de voorkeur.

Pepijn, Willibrord en de Frankische wereld omstreeks 714 Om de schenking van Pepijn te begrijpen is het goed om de situatie binnen de Frankische samenleving onder ogen te zien. Rond 714 was de opvolgingsoorlog, een burgeroorlog, in het Frankische rijk uitgebroken. Pepijn was al duidelijk ziek begin 714 en stierf later dat jaar. Er stonden twee kampen tegenover elkaar: dat van Karel Martel en dat van Plectrudis en haar kinderen en kleinkinderen. En het zou enige jaren duren aleer Karel Martel zijn tegenstanders uitgeschakeld had. Ook aan de randen van het Frankische rijk was er sprake van onrust. Zo veroverde Radboud van de Friezen de gebieden terug die Pepijn in 687 had veroverd op de Friezen. Dit gebied had Pepijn in 690 aan Willibrord gegeven om te kerstenen. Willibrord was in 695 tot (aarts)bisschop van dit gebied gewijd. En in de jaren 713-714 zag Radboud de kans schoon om zijn verloren gegane gebieden terug te veroveren. Radboud en Willibrord waren bepaald geen vrienden en met de komst van Radboud vluchtte Willibrord uit zijn missiegebied c.q. bisdom. Van deze vlucht lezen we niets in de oorspronkelijke bronnen. Dit is niet verbazingwekkend. Immers bij de achtste eeuwse schrijvers had Willibrord de status van een held; een held verlaat bij tegenslag niet zijn werkgebied.4

De schenking geplaatst in de gebeurtenissen van 714 Wanneer we Willibrord in maart 714 tegenkomen en de beschreven schenking van Pepijn en Plectrudis ontvangt en dat we dit willen plaatsen in de samenhang van die dagen, dan kan dit maar tot één conclusie leiden: Willibrord wendde zich op zijn vlucht tot zijn beschermheer, die in allerijl een klein kloostertje kocht en dit liet herbouwen tot een aanzienlijk complex. Deze vrijwel nieuwbouw ontving Willibrord om zijn metgezellen in op te vangen. Hij werd abt van de nieuwbouw en heeft mogelijk zijn ballingschap in Susteren doorgebracht, totdat rond 720 Radboud door Karel verslagen werd en Willibrord terugging en Utrecht als woonstede ontving. Binnen de huidige opvattingen over Willibrord zou men een vluchten naar Echternach kunnen vermoeden. Maar wellicht heeft Willibrord toch gekozen voor een locatie in de directe omgeving van zijn missiegebied. Immers in zuidoost Brabant en in noord Belgisch Limburg worden schenkingen aan Willibrord gelokaliseerd. Het feit dat het tweede Suestra document van Willibrord in zijn ‘Susterense periode’ (714-720) valt én dat buiten die periode geen relatie meer met Willibrord of zijn bisdom Utrecht of zijn klooster Echternach bekend is, maakt aannemelijk dat Susteren door Willibrord als een tijdelijk onderkomen is beschouwd.

4 Dit weglaten van duistere kanten is van alle tijden. Ik heb bij organisatie van ‘activiteiten’ ook wel minder goede kanten weggelaten en goede sterker benadrukt.

Page 205: €¦ · 3. Jan Willem Hubert Willems (52 jaar) op 10 augustus 1868. Zij is 38 jaar. Jan Willem Hubert sterft op 13 december 1869. Zoon Jan Hubert uit dit huwelijk sterft 17 dagen

48

Ansbald, monnik te Susteren 717/718 In 717 of 718 doet ene Ansbald, die monnik te Suestra wordt genoemd een schenking aan zijn abt Willibrord. Deze goederen lagen volgens de huidige interpretaties in Oost Brabant. Uit andere gegevens blijkt dat hij een zoon was van Wigibald en Odrada. Omdat Ansbald beschikt over erfgoederen, mogen we vast stellen dat zijn vader Wigibald al vóór 710 gestorven was5. Wigibald is vooral bekend door de schenkingen van zijn zoon en zijn dochter Bertlindis. Deze laatste had eveneens gekozen voor een religieus leven. Zij was – en dat is toch wel opvallend – non geworden in een klooster te Chelles, vlakbij Parijs gelegen. De afstand tot haar geboortestreek is zo’n vierhonderd kilometer, terwijl er toch vele vrouwenkloosters (onder meer Susteren, Munsterbilzen, Nijvel) op veel kortere afstand lagen en tevens in een taalgebied dat geleek op haar eigen taal. Aan de andere kant is die afstand ook nauwelijks beduidend langer dan de afstand die Willibrord volgens de huidige opvattingen steeds moest overbruggen tussen Utrecht en Echternach. Het lijkt erop dat Wigibald, Odrada, Ansbald en Bertlindis uit Taxandrië afkomstig waren, een groot gebied westelijk/ zuidelijk van de Maas. Het omvatte het huidige Brabant en de Belgische Kempen. Wigibald zal een grootgrondbezitter, edelman, zijn geweest in een gebied aan de overzijde van de Maas bij Susteren in Belgisch Noord Limburg of oostelijk Brabant.

Willibrord en Susteren door Alcuinus (ca. 790) Behalve de twee afschriften van documenten uit de periode 714-718 treffen we een vermelding van het klooster Suestra met bettrekking tot Willibrord aan in de wellicht belangrijkste eigentijdse bron van Willibrord: de biografie (vita) van Alcuinus. Alcuinus was niet zo maar iemand. Hij was niet alleen een grote geleerde, maar hij werd ook door Karel de Grote gevraagd om zijn hofschool onder zijn hoede te nemen. Dit heeft Alcuinus vijftien jaar gedaan. Later werd hij, als diaken, abt van de abdij van het beroemde klooster te Tours. Ook had hij een bijzondere band met de familie van Willibrord. Hij wordt zelfs bloedverwant genoemd en ontvangt een kloostertje, gesticht en bewoond door de vader van Willibrord in Northumbrië, noordwest Engeland, grenzend aan Schotland. Deze Alcuinus was door de aartsbisschop van Sens (zuidoostelijk van Parijs), tevens abt van Aefternacum (Echternach), gevraagd om het leven van Willibrord te beschrijven. Zo een levensbeschrijving heeft als belangrijkste doel om de heilige in kwestie als voorbeeld van een uitmuntend christelijk leven te stellen. Ook worden verhalen ingepast uit de bijbel en andere heiligenlevens. Natuurlijk zal de leidraad het leven van de heilige zijn, maar het zal vaak moeilijk zijn om de werkelijke feiten te herkennen. Een ander belangrijk probleem is natuurlijk dat we vaak werken met afschriften. En omdat de schrijver vaak de tekst duidelijker wil maken, voert hij veranderingen door die in wezen interpretatie van zijn tijd zijn. Een voorbeeld hiervan is een afschrift in het archief van de abdij Susteren van het oudste stukje geschiedenis van de abdij door

5 De voorstelling van pater Schreurs in het Spel van de Heiligdomsvaart is dan ook historisch niet mogelijk.

Page 206: €¦ · 3. Jan Willem Hubert Willems (52 jaar) op 10 augustus 1868. Zij is 38 jaar. Jan Willem Hubert sterft op 13 december 1869. Zoon Jan Hubert uit dit huwelijk sterft 17 dagen

49

Gilles van Orval (1250). Gilles schreef over ene Ceinderbold in het afschrift stond Suentebold. Het eerste is Sanderbout het tweede Zwentibold. Alcuinus schreef : Op een andere keer, toen de gezegende man op weg was naar een van de kloostertjes die onder zijn zeggenschap stonden, en dat vanwege het riviertje dat er langs stroomde Suestra werd genoemd, liep hij om de weg te verkorten over een smal pad tussen het te velde staande gewas van een rijk man. Toen de opzichter van die akkers dat zag, begon hij in grote boosheid ontstoken de man Gods uit te schelden. Toen zijn metgezellen deze beschimpingen tegen de man Gods wilden wreken, hield Gods dienaar hen met zachte hand tegen, omdat hij niet wilde dat iemand voor hem zou sterven, die het heil voor allen wenste. En toen hij die razende op geen enkele manier kon kalmeren, gaf hij diens toorn de ruimte en keerde terug op zijn schreden. Maar de volgende dag stierf die ongelukkige, die er niet voor had teruggedeinsd de dienaar Gods uit te schelden op diezelfde plaats in aanwezigheid van velen.

Dit verhaal vormt de basis voor de Susterense Willibrord legende, waarbij een moerasweg veranderde in een groene weg toen de bisschop hierover liep, nadat iemand de toegang tot een doorgangsweg had ontzegd. Ook Jacques Schreurs heeft hiervan gebruik gemaakt. Deze voegde er Wigibald, Ansbald en Bertlindis aan toe en het vormt nu een van de twee belangrijkste onderdelen van het spel. Wij kunnen niet alles voor geschiedkundig juist houden. Over blijft dat Willibrord een kloostertje(!)6 Suestra bezat. Het klooster had dezelfde naam als een voorbijstromend riviertje. Beide gegevens vinden we eveneens terug in het document van 714.

Willibrord en Amelberga Zowel in de twaalfde eeuwse Echternachse levensbeschrijving van Willibrord als ook in de vita van Amelberga van Temse komen relaties tussen beide heiligen voor. De lezer vraagt zich misschien af waarom dit hier ter sprake komt. In het begin van de achttiende eeuw wordt in de Acta Sanctorum7 de vita (biografie) van Amelberga van Temse behandeld. Dat men hierbij menige literatuur en bron raadpleegde, blijkt wel dat men het boekje over de Susterense abdij van de Maaseikse prior van de kruisheren aanhaalt en tevens de Susterense abdis (zeg maar het archief) geraadpleegd heeft. Vele historici waren in die tijd nog van mening dat de H. Amelberga van Temse en haar Susterense naamgenoot historisch gezien in werkelijkheid dezelfde persoon waren. Dit vond zijn oorzaak in het feit dat de vitae (de levensbeschrijvingen) van beide heiligen grote overeenkomsten vertoonden. Amelberga van Temse had tevens dezelfde sterfdag (feestdag) als Amelberga van Maubeuge. En de anekdote dat de pastoor van Temse in 1647 in Susteren relieken ontving van Amelberga van Susteren en deze als eigen relieken verheerlijkte, zal er verder aan moeten bijdragen om voorzichtig met de gegevens om te springen.

6 Van Pepijns grootste herbouw blijft bij Alcuinus niet veel over. 7 Acta Sanctorum: een reeks boeken met kritische uitgaven van heiligenlevens sinds de zeventiende eeuw in Antwerpen. Zie: https://nl.wikipedia.org/wiki/Acta_Sanctorum. Zie het boek met 10 juli: Amelberga van Maubeuge en Amelberga van Temse

Page 207: €¦ · 3. Jan Willem Hubert Willems (52 jaar) op 10 augustus 1868. Zij is 38 jaar. Jan Willem Hubert sterft op 13 december 1869. Zoon Jan Hubert uit dit huwelijk sterft 17 dagen

50

Een groot verschil tussen Amelberga van Temse en haar Susterense naamgenoot is dat de eerste een edelvrouw was, géén religieuze en Amelberga van Susteren is wél een religieuze en wordt als abdis herdacht. Temse ligt bij Antwerpen aan de Schelde en gemakshalve zullen we ons beperken tot hetgeen wat in de vita in het Maasland, met name in de vrouwenabdij Munsterbilzen afspeelt. Hieruit zou dan blijken dat Amelberga in de Ardennen geboren en getogen is, door de H. Landrada van Munsterbilzen als religieuze opgevoed is. Amelberga ontving van Willibrord het velum, teken van haar religieuze staat als non. Historisch gezien is voor ons van belang dat ze uit onze contreien komt, in Munsterbilzen haar opvoeding heeft ontvangen en dat Willibrord een rol in haar leven heeft gespeeld. In de context van dit artikel is belangrijk dat rond 1200 er een overlevering bestond die Amelberga en Willibrord als tijdgenoten beschouwde8. Een bijzondere relatie met de abdij Munsterbilzen zou men kunnen afleiden uit het feit dat na Amelberga nog twee abdissen9 uit die abdij kwamen.

Samenvatting vroege middeleeuwen In het begin van de vroege middeleeuwen zal een eerste woonkern in Feurth gesticht zijn, mogelijk in de zesde eeuw. Deze Frankische, zelfvoorzienende samenleving lag aan een noord-zuid verbindingsweg aan de oostzijde van de Maas. In het derde kwart van de zevende eeuw lijkt de kerstening in onze streken voltooid en aansluitend in het vierde kwart wordt ter hoogte van de huidige Amelbergakerk een klooster gesticht. Het waren vooral vrouwen die er woonden. Deze stichting waarvan Amelberga de eerste abdis was, was tot stand gekomen met hulp van Sanderbout, haar vader, en Albericus en bisschop Gregorius. Albericus verkocht Pepijn van Herstal in 714 een klein kloostertje in de Frankische nederzetting. Na een volledige renovatie schonk Pepijn het aan de uit zijn missiegebied gevluchte Willibrord. Enige jaren later na de herovering door Karel Martel verlieten Willibrord en zijn metgezellen, waaronder Ansbald, zoon van Wigibald, het Susterens klooster. Deze stichting, bekend als Papenmunster, ging weer als parochiekerk dienst doen. In 870 blijkt het vrouwenklooster over te gaan in de bezittingen van de Karolingers van het Oost Frankenland. Enige decennia later schenkt koning Arnulf dit klooster aan Siginand, kunstenaar en monnik van de abdij Prüm. Koning Zwentibold bevestigt de schenking en aanvaardt bovendien dat de abdij Prüm Susteren erft. Echter in weerwil van diverse wilsuitingen van de koningen heeft de abdij Prüm nooit de rechten kunnen uitoefenen. De Maaslandse adel trok haar eigen weg en negeerde alle bevelen. Einde vroege middeleeuwen waren in Susteren twee nederzettingen: de landbouwnederzetting en de kloosternederzetting. In de landbouwnederzetting lag het Papenmunster. De macht lag bij de Maaslandse adel.

wordt vervolgd 8 Of althans werd die overlevering als zodanig geïnterpreteerd. 9 Imago van Loon (ca. 1174) en Lutgardis von Tzevell (ca. 1545)

Page 208: €¦ · 3. Jan Willem Hubert Willems (52 jaar) op 10 augustus 1868. Zij is 38 jaar. Jan Willem Hubert sterft op 13 december 1869. Zoon Jan Hubert uit dit huwelijk sterft 17 dagen

51

Effe raoje deil 14 Annie Schreuders-Derks

1.Sjlauwberger 1. Sjlummerik, leiperd 2. Kaoleboer dae sjlam bezörg 3. Slalom-skiër

2.Duusteraovend 1. Kortste daag van het jaor 21 dec. 2. Sjpoaknach 3. Es de zón gans ónger is

3.Klitsjkletsjkes 1. Klein hanjelswaar (Action) 2. Billenkoek 3. Saort klitsj (drop)

4.Meistere 1. Meervoud van eine meister 2. Kènne (beheersen) 3. Meis (mais) ougste

5.Verluchte 1. Biesjiene mit ein lamp 2. Teikening make bie eine teks 3. Verhöffe (zich vertillen)

6.Sjlubke jage 1. Achterein loupe in eine sjluppejas (processie) 2. Kènjersjpelke 3. Emes mit eine sjlóf op zien prie gaeve

7.Sjmètkaord 1. Gesjpanne kaord mit kriet óm eine rechte lien te kriege 2. Gezaegend käördje waat men kreeg bie ein baevaart. 3. Kaord aan ein sjmik

8.Zungelknäökske 1. Aafgeknawwelde knaok 2. Sjtraofmiddel, (sjtek of witsj). 3. Lektrisch knupke (èllebaog)

9.Oetsjampe 1. Oetsjelje 2. Oetlitsje 3. Oetsjarre (puddingkaetel)

EFFE RAOJE

Page 209: €¦ · 3. Jan Willem Hubert Willems (52 jaar) op 10 augustus 1868. Zij is 38 jaar. Jan Willem Hubert sterft op 13 december 1869. Zoon Jan Hubert uit dit huwelijk sterft 17 dagen

52

Programma 2019 Do. 17 jan. Weerman L1 Léon Rademakers: ‘De natuur en het veranderende

Klimaat’ Do. 17 apr. Jaarvergadering Do. 23 mei Busreis naar Bastogne Do. 20 juni Thema-avond Za. 17 aug. Kroedwèsj zaegening en fête Champêtre Do. 12 sept. Busreis naar Overloon Do. 19 sept. In het kader 75 jaar bevrijding; film over het toneelstuk ‘De Moder’ Do. 7 nov. In het kader 75 jaar bevrijding; Reünieorkest Limburgse Jagers en

teksten uit de oorlogsoverlevering Okt/ nov. In samenwerking met Veldeke Echt “Sjterre Sjtraole Do 16 jan.’20 In het kader 75 jaar bevrijding: Film van toneelspel ’t Bleumke d’roet.

De oplossinge van Effe Raoje. 1=1 2=3 3=1 4=2 5=3 6=2 7=1 8=3 9=2 Colofon

Redactie Heemklank Annie Schreuders-Derks, Cor Voorter , Wil Schulpen. Corrector: Loek Storken

Contact: Feurthstraat 25, 6114 CS [email protected]

Bestuur : John van Bree, voorzitter, Imkerstraat

27, tel. 06 – 48476649 Wil Schulpen, secr./penmr., Feurthstraat

25, tel. 06 18295576 Annie Schreuders-Derks, Op de Pas 6,

tel. 046 449 3339 Loek Storken, Benedictalaan 7, tel.

046 449 3032

Kopie: Vóór 15 februari 2019 inleveren bij één van de leden van de redactie.

Auteurs zijn verantwoordelijk voor hun bijdrage

Contributie bedraagt € 20,00 per jaar per gezin. Inclusief toezending Heemklank € 25,00. Losse nummers Heemklank € 6,00.

Bank: NL13RABO 0150 2046 12 Kamer Koophandel 40175186

Foto’s : Jan Valentijn – Posterholt Ton Vranken - Susteren

Omslagtekening: Thijs Heijnen

Tekeningen: Huib Heijnen

Drukkerij Simons Grafisch Totaal, Susteren

ISSN: 2214-0