2016 09 Toekomstverkenning Soester Eng A5 voor …...=RQGHU (QJ JHHQ 6RHVW :DW NDQ GH WRHNRPVW ]LMQ...

25
1 De Soester Eng in 2040 Akkerlandschap met natuurwaarden in het hart van Soest Verslag van een toekomstverkenning 2016 STICHTING VRIENDEN SOESTER ENG SOESTERENG.NL

Transcript of 2016 09 Toekomstverkenning Soester Eng A5 voor …...=RQGHU (QJ JHHQ 6RHVW :DW NDQ GH WRHNRPVW ]LMQ...

Page 1: 2016 09 Toekomstverkenning Soester Eng A5 voor …...=RQGHU (QJ JHHQ 6RHVW :DW NDQ GH WRHNRPVW ]LMQ YDQ GH 6RHVWHU (QJ" LV GH YUDDJ YDQ GH]H YHUNHQQLQJ 0DDU ZDW LV ]LMQ YHUOHGHQ" +HW

1

De Soester Eng in 2040

Akkerlandschap met

natuurwaarden in het hart van Soest

Verslag van een toekomstverkenning

2016

STICHTING VRIENDEN SOESTER ENG SOESTERENG.NL

Page 2: 2016 09 Toekomstverkenning Soester Eng A5 voor …...=RQGHU (QJ JHHQ 6RHVW :DW NDQ GH WRHNRPVW ]LMQ YDQ GH 6RHVWHU (QJ" LV GH YUDDJ YDQ GH]H YHUNHQQLQJ 0DDU ZDW LV ]LMQ YHUOHGHQ" +HW

2

Zonder Eng geen Soest

Wat kan de toekomst zijn van de Soester Eng? is de vraag van deze verkenning. Maar wat is zijn verleden? Het landschap in en om Soest laat zich lezen als een geschiedenisboek. Een voor Nederland bijzonder landschap dat is ontstaan door een ingenieus landbouwkundig kringloopsysteem. In de vroege Middeleeuwen vestigden de eerste boeren zich op de lijn tussen het huidige Kerkpad en de Lange Brink. De grens van hoog en laag gelegen land. Men kon daar droog wonen maar drinkwater voor mens en dier was voorhanden. Hier zijn de oudste boerderijen nog steeds te vinden. De hoog gelegen eng was het akkerbouwgebied waar de boeren voedsel verbouwden. De hooilanden lagen langs de Eem. De woeste gronden rond Soest leverden grondstoffen voor de boeren en bestonden uit bossen (hout), heide (plaggen) en veen (brandstof). De boeren hadden een manier gevonden om hun akkers op de van nature arme zandgronden vruchtbaar te maken. Dit deden ze met behulp van schapenmest. De schapen die overdag op de heide graasden, werden ´s avonds via de schapendriften weer naar de schaapskooien gedreven. Als de stalvloer te vies en te nat werd, ging de boer naar de heide om plaggen te steken die hij over de mest legde in de stal. Dit proces herhaalde zich tot de stal vol was en het tijd werd om dit vruchtbare mengsel over de akkers op de eng te verspreiden. Door te fanatiek plaggen van de heide ging het zand op sommige plaatsen stuiven en zo zijn de Soester Duinen ontstaan. Dit ‘potstalsysteem’ heeft eeuwen gefunctioneerd tot de uitvinding van de kunstmest aan het eind van de negentiende eeuw. Het betekende het definitieve einde van de kringloop van grondstoffen tussen eng, heide, bossen, veen en hooilanden. In de twintigste eeuw is het landschap in Soest en vooral de Eng, sterk onder druk komen te staan door bebouwing en de aanleg van wegen. Het unieke landschap van Soest was en is nog steeds een aantrekkelijke omgeving om te wonen en te recreë-ren. Dit betekent wel dat de overgebleven akkers op de Eng slechts restanten zijn van het uitgestrekte open akkerbouwgebied dat het eens was. De (visuele) samen-hang van de Eng met zijn omgeving verdween door het verdwijnen van de oude veldwegen en schapendriften op de flanken van de Eng. Om de generaties na ons de geschiedenis van het Soester landschap in samenhang te kunnen laten lezen, zet de Stichting Vrienden Soester Eng zich in om de Eng als onderdeel van dit unieke landschap te beschermen. Met deskundigen, belangheb-benden en belangstellenden is ‘De Soester Eng in 2040’opgesteld om de Eng blij-vend te beschermen en te benutten. Van, door en voor alle Soesters.

STICHTING VRIENDEN SOESTER ENG

Project Toekomstverkenning Steenhoffstraat 77 3764 BK SOEST [email protected] www.SoesterEng.nl

…..…om de landschappelijke-, natuur- en cultuurwaarden van

de Soester Eng te behouden…

Page 3: 2016 09 Toekomstverkenning Soester Eng A5 voor …...=RQGHU (QJ JHHQ 6RHVW :DW NDQ GH WRHNRPVW ]LMQ YDQ GH 6RHVWHU (QJ" LV GH YUDDJ YDQ GH]H YHUNHQQLQJ 0DDU ZDW LV ]LMQ YHUOHGHQ" +HW

3

1. Waarom deze verkenning? Hoe kan de Stichting Vrienden Soester Eng haar doelstelling - behoud en ver-sterking van zowel de zuidelijke Eng als wat nog resteert van de noordelijke Soester Eng - realiseren? Hoe moet beleidsmatig worden gereageerd op maat-schappelijke ontwikkelingen? Welke ontwikkelingen zijn te verwachten? Wat gebeurt er als agrariërs of een aantal van hen om economische of andere re-denen geen invulling meer zouden kunnen geven aan de bestemming van het gebied, namelijk een open akkerbouw gebied? De Stichting Vrienden Soester Eng heeft het project Toekomstverkenning opgezet om ideeën uit te wisselen en te toetsen over de toekomst van de Soes-ter Eng. Voor de toekomstverkenning wordt gebruik gemaakt van de methode van backcasting waarin vanuit een gewenst toekomstbeeld wordt teruggere-deneerd naar het heden. Het project kent de volgende vijf stappen: Stap 1 Hfdst. 3 Vaststellen wie de belanghebbenden

zijn en probleemoriëntatie

Pagina 7

Stap 2 Hfdst. 4 Inventariseren van behoeften en van maatschappelijke trends

Pagina 12

Stap 3 Hfdst. 5 De toekomstschets

Pagina 15

Stap 4 Hfdst. 6 Het backcasten

Pagina 20

Stap 5 Hfdst. 7 De kortetermijnaanpak Pagina 24

Page 4: 2016 09 Toekomstverkenning Soester Eng A5 voor …...=RQGHU (QJ JHHQ 6RHVW :DW NDQ GH WRHNRPVW ]LMQ YDQ GH 6RHVWHU (QJ" LV GH YUDDJ YDQ GH]H YHUNHQQLQJ 0DDU ZDW LV ]LMQ YHUOHGHQ" +HW

4

2. Samenvatting In 2040 is de Soester Eng een open akkerland met afwisse-lende gewassen en een rijke akkerflora. De Eng is vanaf alle kanten toegankelijk en beleefbaar, wandelend en met de fiets. Er zijn doorkijkjes naar de Eng en vergezichten vanaf de Eng. Vanuit de molen worden educatieve en recreatieve activiteiten georganiseerd. Dat is de kern van het toekomstbeeld dat meer dan twintig bij de Soester Eng betrokken deskundigen en belanghebbenden op verzoek van de Stichting Vrienden Soester Eng hebben opgesteld in het project ‘Toekomstverkenning Soester Eng’. Het project is door de Stichting opgezet vanuit de vraag wat er in de toekomst kan gaan gebeuren als de agrariërs of een aantal van hen om economische of andere redenen geen invulling meer zouden kunnen geven aan de bestemming van het gebied, namelijk een open akkerbouwgebied. Voor de Soester Eng of delen ervan zouden dan beheersvormen moeten worden gezocht die de ex-ploitatie als akkergebied toch mogelijk maken. Toekomstbeeld als visie Met de toekomstverkenning in de hand denkt het bestuur van de Stichting een richting te hebben gevonden om te kunnen reageren op ontwikkelingen in de maatschappij. En een visie om in gesprek met eigenaren en gemeente stap voor stap te werken aan de verdere ontwikkeling van de Soester Eng in de komende decennia. Het toekomstbeeld is opgesteld met inachtneming van een aantal eisen die de deelnemers aan de verkenning aan het gebied stellen: herkenbaarheid van de oorsprong van de Eng als open en afwisselend akkerbouwgebied, rijk aan na-tuurwaarden, zichtlijnen naar de verre omgeving en toegankelijkheid voor burgers. Zo’n duizend jaar al is de Eng in gebruik als akkerbouwgebied waar de afwis-seling van de seizoenen kan worden beleefd. Het unieke en oorspronkelijke karakter is openheid en weidsheid: geen opgaande begroeiing, geen omhei-ningen, keien als afpaling. Ook op lange termijn moet sprake zijn van een houdbare manier van agrarisch gebruik dat een goed milieu en de biodiversi-teit bevordert. Uitgangspunt is het agrarisch landschap zonder bebouwing. De openheid maakt panoramische uitzichten en vergezichten mogelijk en zichtlijnen naar andere landschappen.

Page 5: 2016 09 Toekomstverkenning Soester Eng A5 voor …...=RQGHU (QJ JHHQ 6RHVW :DW NDQ GH WRHNRPVW ]LMQ YDQ GH 6RHVWHU (QJ" LV GH YUDDJ YDQ GH]H YHUNHQQLQJ 0DDU ZDW LV ]LMQ YHUOHGHQ" +HW

5

Hoogbouw of verstorende meerlagenbouw aan de randen van de Eng worden afgewezen, evenals woningbouw of andere vormen van bouw op de nog res-terende delen van de Eng. Waar mogelijk zou reeds bebouwde grond terug-gewonnen moeten worden ten behoeve van een groter engoppervlakte. Be-bouwing rondom de Eng behoort door begroeiing aan het oog onttrokken te worden, maar deze begroeiing mag niet zo hoog worden dat zichtlijnen wor-den verstoord. Vanuit de bebouwde omgeving van de Eng wordt de toegankelijkheid en be-leefbaarheid vergroot door (visuele) historische verbindingen te herstellen of nieuwe tot stand te brengen. Door de versterkte samenhang van landbouw en natuur die typisch is voor een historische Eng wordt het gebied interessant voor natuurrecreatie. De Eng moet toegankelijk zijn voor meerdere doelgroepen onder andere door middel van voldoende wandel- en fietspaden. Zonder de Eng geen Soest. Historisch vormen weide, heide en Eng een een-heid. In de verkenning wordt geen onderscheid gemaakt tussen de Zuidelijke Eng en het landbouwgebied dat nog resteert op de Noordelijke Eng. De Soes-ter Eng is uitermate geschikt voor educatieve activiteiten vanwege historie, landschap, natuur, landbouw en molen. Duidelijk moet zijn welke zones niet door publiek of huisdieren mogen worden betreden. Probleemhouder als trekker Om naar het toekomstbeeld toe te werken moeten allereerst stappen worden gezet in de voorwaardelijke sfeer. Zo moet er een probleemhouder zijn die zich verantwoordelijk weet voor het totaal van het toekomstbeeld en die als trekker fungeert. Dat zou de Stichting Vrienden Soester Eng kunnen zijn, maar die zou dan wel versterkt moeten worden. De zogeheten probleemhou-der kan gebruik maken van kennis en ervaring van anderen, zoals land-schapsorganisaties. Van belang is dat de gemeentelijke overheid een blijvende interesse toont in het gebied. De gemeente is zowel grondeigenaar als overheid. In beide rollen is actieve betrokkenheid noodzakelijk voor verdere ontwikkeling. Voor het behoud van de Eng is naast de politieke wil bij bevolking en bestuur een levensvatbare financieel-economische basis nodig. In het hart van Soest ligt een gebied dat boer, burger en landschap met elkaar verbindt. Burgers zouden betrokken moeten zijn bij de Eng, liefst ook in bepaalde vormen van beheer en onderhoud. Alle activiteiten moeten beoordeeld worden op de vraag of daarmee steun en betrokkenheid onder de Soester bevolking wordt gecreëerd.

Page 6: 2016 09 Toekomstverkenning Soester Eng A5 voor …...=RQGHU (QJ JHHQ 6RHVW :DW NDQ GH WRHNRPVW ]LMQ YDQ GH 6RHVWHU (QJ" LV GH YUDDJ YDQ GH]H YHUNHQQLQJ 0DDU ZDW LV ]LMQ YHUOHGHQ" +HW

6

Steun en medewerking van de eigenaren van de grond op de Eng is onont-beerlijk. Maar grondeigenaren hebben uiteenlopende belangen. Overleg met de grondeigenaren moet helder maken welke bijdrage zij aan realisering van het toekomstbeeld denken te kunnen leveren. Het Soester Eng Netwerk, bestaande uit IVN afdeling Eemland, de Histori-sche Vereniging Soest, Land en tuinbouworganisatie Noord (afdeling Eem-land) en de Stichting molen de Windhond, moet worden versterkt en zo mo-gelijk uitgebreid. Met andere spelers zou een initiatief moeten worden geno-men waarin de zorg voor de samenhang van de verschillende landschapstypen in en rond Soest aandacht krijgt.

Page 7: 2016 09 Toekomstverkenning Soester Eng A5 voor …...=RQGHU (QJ JHHQ 6RHVW :DW NDQ GH WRHNRPVW ]LMQ YDQ GH 6RHVWHU (QJ" LV GH YUDDJ YDQ GH]H YHUNHQQLQJ 0DDU ZDW LV ]LMQ YHUOHGHQ" +HW

7

3. Vaststellen wie de belanghebbenden zijn en formuleren van de probleemoriëntatie 3.1 Wie zijn de belanghebbenden? Het bestuur van de stichting heeft voor aanvang van het project in kaart ge-bracht uit welke groepen belanghebbenden en andere betrokkenen deelnemers zouden moeten worden uitgenodigd. De volgende categorieën werden geformuleerd: 1. Grondeigenaren en exploitanten van de Eng: particulieren, boeren, perso-nen uit de sfeer van instellingen, bestuurders en vrijwilligers van de molen. 2. Ruim genomen: inwoners van Soest. Dat kunnen geïnteresseerde individu-en zijn, zoals bestuursleden van de Stichting Vrienden Soester Eng, donateurs van die Stichting, deelnemers in het netwerk Soester Eng, omwonenden, re-creatieve gebruikers van de Eng. 3. Personen uit de gemeentesfeer: bestuurders, gemeenteraadsleden, ambtena-ren. 4. Geïnteresseerden en deskundigen over bepaalde aspecten van de Eng: na-tuur- en landschapliefhebbers, liefhebbers van de (cultuur)historie ed. De deelnemers Dit resulteerde in de volgende lijst van personen die bereid waren deel te ne-men aan de toekomstoriëntatie:

Pieter Augustinus, voorzitter Stichting Vrienden Soester Eng Tom Bakker, molenaar De Windhond Ellen ten Berge, bewoner Eng, oud-bestuurslid Stichting Vrienden

Soester Eng Emma van den Dool, ecoloog Tony Gaillard, oud voorzitter IVN, bewoner Eng Piet Huisman, bewoner Eng Wim de Kam, de oud-gemeentesecretaris, Historische vereniging Henk Korten, bestuur Stichting Vrienden Soester Eng Pieter Kuijer, landeigenaar/agrariër Astrid Medema, bedrijfseconoom/ bos- en natuurbeheer Hanneke Minkjan, antropoloog Sien Overduin-Somsen, IVN Adriaan van Roomen, landeigenaar/agrariër Marjolein van Steen, beleidsadviseur natuur en landschap gemeente

Soest Warmelt Swart, landbouweconoom Stan Uyland, grondeigenaar Peter Veen, ecoloog

Page 8: 2016 09 Toekomstverkenning Soester Eng A5 voor …...=RQGHU (QJ JHHQ 6RHVW :DW NDQ GH WRHNRPVW ]LMQ YDQ GH 6RHVWHU (QJ" LV GH YUDDJ YDQ GH]H YHUNHQQLQJ 0DDU ZDW LV ]LMQ YHUOHGHQ" +HW

8

Marco Verschuur, landbouwkundige/ bestuur Doesburger Eng Tanneke Voorintholt, IVN Kees Waagmeester, bestuur Stichting Vrienden Soester Eng, project-

leider/ moderator Gert Wit, tuin- en landschapsinrichting Dirk de Wit, bestuur Stichting Vrienden Soester Eng

Andere belanghebbenden Vanuit de deelnemers wordt gesuggereerd ook het midden- en kleinbedrijf te betrekken bij de verkenning. Een van de redenen is dat het winkelcentrum Soest-Zuid dichtbij de Eng ligt. Ook wordt de suggestie gedaan instellingen van onderwijs en educatie te betrekken. Daarbij kan een ingang worden ge-vonden naar jongeren en worden aangesloten bij de educatieve waarde die de Eng heeft; ook de molen heeft een educatieve functie. Personen uit genoemde categorieën zullen worden geïnterviewd of te laten reageren op het rapport. 3.2 Probleemoriëntatie: waar maken wij ons zorgen over? Op 9 november 2015 heeft de eerste sessie met deelnemers aan de toekomst-verkenning plaatsgevonden. Daarbij ging het om het bespreken van de eerste twee stappen: de probleemoriëntatie (hfdst. 3.2) en het program van eisen (hfdst. 4.) (Wanneer in de teksten gesproken wordt over de Eng wordt daarmee bedoeld zowel het door bebouwing omsloten noordelijke deel van de Soester Eng als het open zuidelijke deel). Open akkerbouwgebied Uit de inventarisatie springt een centraal punt van zorg naar voren: kan de Soester Eng (dat geldt dus zowel voor wat nog rest van het noordelijke als voor het zuidelijke deel) volgens het oorspronkelijk karakter van een eng als open akkerbouwgebied behouden blijven? Verdwijnen de zichtbaarheid en herkenbaarheid van het cultuurhistorisch beeld? Sterker: gaat de identiteit van de Eng verloren? Kan het open en vrij toegankelijke gebied als zodanig worden veiliggesteld voor de toekomst? Vragen die daarbij opkomen zijn wat de definitie is van een eng in zijn oor-spronkelijk karakter. Wat is precies wat behouden moet worden? Wat is de identiteit van de Eng? Hoe ziet zo’n eng er uit? Daar komen we iets dichterbij als we de belangrijkste zorgen die worden ge-noemd rondom dit thema bekijken. Landbouw Zal in de toekomst de oorsprong van het gebied als restant van een stuwwal waar een vruchtbare plek is ontstaan voor de verbouw van voedsel en waar

Page 9: 2016 09 Toekomstverkenning Soester Eng A5 voor …...=RQGHU (QJ JHHQ 6RHVW :DW NDQ GH WRHNRPVW ]LMQ YDQ GH 6RHVWHU (QJ" LV GH YUDDJ YDQ GH]H YHUNHQQLQJ 0DDU ZDW LV ]LMQ YHUOHGHQ" +HW

9

omheen een dorp is ontstaan, als zodanig nog herkenbaar blijven? Gevreesd wordt dat het agrarische landschap of wel het landschapsbepalende beeld vanwege akkerbouwactiviteiten, wordt aangetast. De landbouw zou uit dit deel van Soest wel eens kunnen verdwijnen. Als de schaalvergroting in de landbouw doorzet, is er dan nog belangstelling voor de Eng vanuit de landbouw? Is de Eng dan niet te kleinschalig? Het zou in de toekomst economisch wel eens niet meer verantwoord kunnen zijn om akker-bouw op deze plek te beoefenen. Of misschien zouden er wel economisch verantwoorde vormen van landbouw kunnen plaatsvinden die niet stroken met het historische gebruik van de Eng, zoals dat ook is vastgelegd in het gel-dende bestemmingsplan voor de Zuidelijke Eng, namelijk akkerbouw. Of welke andere alternatieven - vanuit historisch standpunt gebiedsvreemd gebruik genoemd - zouden dan naar voren kunnen komen die dus eveneens verder af zouden staan van het gebruik van het land ten behoeve van akker-bouw? Bebouwing Naast zorgen die verband houden met de toekomst van de landbouw, hebben veel vragen betrekking op bebouwing op of aan de rand van de Eng. Elke tijdsperiode kent bouwactiviteiten. Er is vrees voor voortgaande bebou-wing in de zin van het overschrijden van de rode contouren zoals die nu zijn vastgelegd door de provincie of het wijzigen in de toekomst van de rode con-touren door een ander politiek klimaat. De overgang van de Eng naar stedelijk gebied is kwetsbaar. Als er gebouwd wordt zou dat ecologisch verantwoord moeten gebeuren. Concreet wordt een plan genoemd om te bouwen ten behoeve van senioren in de vorm van ge-welfde gebouwen nabij voorzieningen (spoor en winkels om de hoek). Zichtlijnen Vaak uitgesproken is de zorg over het kunnen behouden van de zichtlijnen vanaf de Eng. Zichtlijnen verdwijnen door bebouwing. In verschillende toonaarden wordt zorg geuit over de hoogte van de bebou-wing langs de randen van de Eng. De bebouwing dringt op. Gesproken wordt over ‘horizonvervuiling’ door storende bebouwing langs de randen van de Eng. Verbindingen met de omgeving Het zichtbaar blijven van de relaties van de Eng met andere gebieden in en rond Soest is een punt van zorg. Het gaat dan om de relatie met het buitenge-bied die kwetsbaar wordt genoemd en dan met name met het duingebied, het Eemdalgebied en de vroegere heidegebieden. Dichterbij staat de relatie met de brink onder grote druk. De zichtbaarheid van de Eng vanuit de omgeving, dus van buitenaf, wordt problematisch genoemd. Het is lastig om de Eng te ‘beleven’ zoals iemand dat uitdrukt.

Page 10: 2016 09 Toekomstverkenning Soester Eng A5 voor …...=RQGHU (QJ JHHQ 6RHVW :DW NDQ GH WRHNRPVW ]LMQ YDQ GH 6RHVWHU (QJ" LV GH YUDDJ YDQ GH]H YHUNHQQLQJ 0DDU ZDW LV ]LMQ YHUOHGHQ" +HW

10

Een andere vorm van verbinding die van belang wordt geacht voor het be-houd van de Eng is de relatie tussen boer en burger, waarvan wordt gezegd dat die grotendeels verdwenen is. Recreatie Met betrekking tot de recreatieve mogelijkheden van de Eng wordt een ont-wikkeling gevreesd waarbij het recreatieve element zou gaan overheersen, bijvoorbeeld als de ontwikkeling in de richting zou gaan van een “Engpark“ of zelfs “pretpark”. Recreatief gebruik op grote schaal zou schade toebrengen aan de huidige situatie. Reeds nu lopen goudzoekers en wandelaars soms dwars door de akkers. Dat geldt ook voor paarden en loslopende honden. Beheer Als punt van zorg wordt genoemd het feit dat grondeigenaren geen gemeen-schappelijk doel hebben. Het grondbezit is versnipperd wat door sommigen als problematisch wordt gezien. Genoemd wordt dat beheer en bestemming niet met elkaar in overeenstem-ming zijn en dat het beheer nu reeds te wensen overlaat. Op de noordelijk Eng met name is sprake van verwaarlozing. De hekken daar zijn storend. Dat geld ook voor de zuidelijke Eng waar in het westelijke gedeelte veel hekken zijn geplaatst. Mocht de Eng of delen ervan door omstandigheden verwilderen, dan hoeft dat niet direct een probleem zijn. Het kan zelfs mooi zijn, maar sturing is daar-voor noodzakelijk. Draagvlak Veel opmerkingen hebben betrekking op zorgen over het draagvlak voor de Eng. Ten eerste het economisch draagvlak waarbij vooral het wegvallen van de agrarische activiteiten wordt gevreesd die voor het economische draagvlak cruciaal worden geacht. Aan de andere kant wordt een te grote invloed van economische belangen ge-vreesd en wordt de zorg uitgesproken dat daar op den duur te weinig tegen-wicht tegen geboden zou worden. Belangrijk punt van zorg is dat zogeheten zachte functies van de Eng, zoals educatieve en cultuurhistorische functies, economisch gezien weinig opleve-ren. Een terugtrekkende overheid met een terugtrekkend budget wordt als een be-dreiging gezien. Het tweede thema als het om draagvlak gaat is een zorg over gebrek aan be-langstelling van bewoners en van bestuur en politiek. Dat zou een gevolg kunnen zijn van het feit dat te weinig mensen de Eng onder de aandacht bren-gen en de waarde en het belang van de Eng uitdragen. Daarbij wordt vooral gedacht aan het cultuurhistorische belang van de Eng.

Page 11: 2016 09 Toekomstverkenning Soester Eng A5 voor …...=RQGHU (QJ JHHQ 6RHVW :DW NDQ GH WRHNRPVW ]LMQ YDQ GH 6RHVWHU (QJ" LV GH YUDDJ YDQ GH]H YHUNHQQLQJ 0DDU ZDW LV ]LMQ YHUOHGHQ" +HW

11

Nodig zijn mensen die het verhaal van het ontstaan van de Eng en de beteke-nis voor de ontwikkeling en het aanzien van Soest kunnen vertellen. Wie wakkert het vuur aan? zo wordt gevraagd. De landschappelijke en historische waarden worden onvoldoende beleefd. Zijn die wel sterk aanwezig, dan kunnen ze tot hun recht komen door econo-mie, ecologie en regionale en lokale herkenbaarheid met elkaar te verbinden. Overheid Het feit dat veel (overheids)beleid een compromis is tussen belangenpartijen houdt een bedreiging in. Bij de overheid wordt het beleid, zo is het gevoel, in toenemende mate sterk beïnvloed door budgettaire mogelijkheden. Regelgeving wordt een zorg genoemd omdat deze ook kan leiden tot stilstand van of het afremmen van nieuwe ontwikkelingen.

Page 12: 2016 09 Toekomstverkenning Soester Eng A5 voor …...=RQGHU (QJ JHHQ 6RHVW :DW NDQ GH WRHNRPVW ]LMQ YDQ GH 6RHVWHU (QJ" LV GH YUDDJ YDQ GH]H YHUNHQQLQJ 0DDU ZDW LV ]LMQ YHUOHGHQ" +HW

12

4. Inventariseren van behoeften (program van eisen) en van maatschappelijke trends Deze stap wordt gebruikt om er voor te zorgen dat de toekomstschets in hier-na volgende stap rekening houdt met de behoeften en wensen die dus voort-komen vanuit het probleem. Voor een groot deel zijn de te benoemen eisen, behoeften, wensen die hier volgen een spiegelbeeld van de probleemoriëntatie hierboven. 4.1. Program van eisen, behoeften en wensen Oorspronkelijkheid Eng

Zowel de Zuidereng als wat resteert van de noordelijke Eng moeten herkenbaar zijn als Eng zoals die honderden jaren als akkerbouwgebied in gebruik is geweest.

Het oorspronkelijke karakter van een Eng moet herkenbaar zijn (geen opgaande begroeiing, geen omheiningen, keien als afpaling etc.).

De openheid en de weidsheid moeten gehandhaafd worden. De afwis-seling van de seizoenen moet kunnen worden beleefd.

Landbouw

Gewenst wordt een bij een historische eng behorend gebruik van een variatie aan agrarische gewassen (afwisselende gewaskeuze), dat wil zeggen kleinschalig gebruik als akkerbouwgebied, kleurrijk, groen, met variatie horizontaal en verticaal.

Ook op lange termijn moet sprake zijn van een houdbare manier van agrarisch gebruik dat een goed milieu en de biodiversiteit bevordert. Het agrarische gebruik moet ecologische duurzaam zijn (geen of zeer beperkte uitstoot van residuen, nutriënten en pesticiden) en economisch duurzaam zijn.

Natuurwaarden moeten behouden en ontwikkeld worden. De biodiver-siteit van het gebied moet worden versterkt.

Bebouwing

De rode contouren moeten worden gerespecteerd en mogen niet als be-leidsinstrument verloren gaan.

Er mag geen sprake zijn van hoogbouw of verstorende meerlagenbouw aan de randen van beide enggedeelten. Geen verstedelijking: het karak-ter van de Eng wordt versterkt door bebouwing van de omgeving in dorpse sfeer.

Woningbouw of andere vormen van bouw zijn op de nog resterende de-len van de Eng ongewenst, ook al zou dat plaatsvinden op minder op-

Page 13: 2016 09 Toekomstverkenning Soester Eng A5 voor …...=RQGHU (QJ JHHQ 6RHVW :DW NDQ GH WRHNRPVW ]LMQ YDQ GH 6RHVWHU (QJ" LV GH YUDDJ YDQ GH]H YHUNHQQLQJ 0DDU ZDW LV ]LMQ YHUOHGHQ" +HW

13

vallende plekken. Waar mogelijk wordt reeds bebouwde grond terug-gewonnen ten behoeve van een groter engoppervlakte.

Aanwezige storende bebouwing rondom wordt door middel van bos-schages en bomen (“schaamgroen”, “fraaie randen”) aan het oog ont-trokken. Begroeiing aan de rand van het Enggebied mag niet zo hoog worden dat zichtlijnen worden verstoord.

Openheid en zichtlijnen

Uitgangspunt is de illusie van een landschap met agrarisch gebruik zonder bebouwing. De openheid bevordert voldoende panoramische uitzichten en vergezichten en zichtlijnen naar andere landschappen.

Vanuit de bebouwde omgeving van de Eng wordt de toegankelijkheid en beleefbaarheid vergroot door (visuele) historische verbindingen te herstellen of nieuwe tot stand te brengen. Met name geldt dit voor de historische samenhang tussen Eng, Eempolders en het stuifzand en de heide.

Recreatie

De samenhang tussen landbouw en natuur wordt versterkt waardoor het gebied interessant is voor natuurrecreatie.

Het is van belang de gebiedseigen attractiewaarde te versterken en uit te buiten.

De Eng is toegankelijk voor meerdere doelgroepen onder andere door middel van voldoende wandel- en fietspaden.

Duidelijk moet zijn welke zones niet door publiek of huisdieren mogen worden betreden.

Bijzondere aandacht moet worden gegeven aan de geschiktheid van de Eng voor educatieve activiteiten (historie, landschap, natuur, land-bouw, molen).

Draagvlak

Het besef dat boer, burger en landschap met elkaar verbonden zijn, moet worden bevorderd.

Burgers en groepen burgers moeten betrokken zijn bij de Eng, liefst ook in bepaalde vormen van beheer, bijvoorbeeld coöperaties.

Verschillende belangen moeten in overleg zoveel mogelijk met elkaar worden verenigd op basis van overeengekomen uitgangspunten.

De gemeentelijke overheid moet een blijvende interesse tonen in het gebied.

Voor het behoud van de Eng is naast de politieke wil bij bevolking en bestuur een levensvatbare financieel-economische basis nodig.

Page 14: 2016 09 Toekomstverkenning Soester Eng A5 voor …...=RQGHU (QJ JHHQ 6RHVW :DW NDQ GH WRHNRPVW ]LMQ YDQ GH 6RHVWHU (QJ" LV GH YUDDJ YDQ GH]H YHUNHQQLQJ 0DDU ZDW LV ]LMQ YHUOHGHQ" +HW

14

4.2. Robuuste trends Een inventarisatie van door de deelnemers gesignaleerde trends leverde de volgende lijst op. Er is niet geprobeerd strijdige trends met elkaar te verzoe-nen. Soms kunnen aan elkaar strijdige trends zich tegelijkertijd voordoen, zo-als een tendens naar grootschaligheid aan de ene kant en een tendens naar kleinschaligheid aan de andere kant.

Robotisering Productie en verkoop van streekproducten Contact met voedselproductie Stadslandbouw Behoefte aan kennis over eigen omgeving en historie van de omgeving Toenemend gebruik van de buitenruimte voor recreatie Kinderen meer in contact met de natuur Duurzaamheid op het gebied van energie. Energieneutraal wonen, wer-

ken en recreëren Korte bindingen van vrijwilligers / kortlopende interesses Schaalvergroting Digitalisering/ gebruik van apps Opkomst beleveniseconomie Terugtredende overheid Participatiemaatschappij Vergrijzing Crowdfunding

Page 15: 2016 09 Toekomstverkenning Soester Eng A5 voor …...=RQGHU (QJ JHHQ 6RHVW :DW NDQ GH WRHNRPVW ]LMQ YDQ GH 6RHVWHU (QJ" LV GH YUDDJ YDQ GH]H YHUNHQQLQJ 0DDU ZDW LV ]LMQ YHUOHGHQ" +HW

15

5. Formuleren toekomstschets 5.1. Wens- en streefbeelden Op 8 februari 2016 is in de tweede sessie van de toekomstverkenning gewerkt aan het formuleren van een wens- of toekomstbeeld. In deze sessie kreeg elke deelnemer allereerst de gelegenheid zijn of haar wensbeeld of ideale toekomstbeeld(en) anno 2040 voor zichzelf op te schrij-ven om ervoor te zorgen dat ze niet beïnvloed door anderen zouden worden gepresenteerd. Deze toekomstbeelden zijn op een flap-over geïnventariseerd waarbij zoveel mogelijk sterk op elkaar lijkende beelden en karakteristieken zijn geclusterd. Vervolgens is geïnventariseerd welke karakteristieken uit de wensbeelden door anderen overwegend werden gesteund en welke minder of niet. Overwegend genoemde en gesteunde karakteristieken:

Open en onbebouwd Doorzichten en vergezichten Diversiteit aan gewassen zoals spelt, rogge, aardappels, knollen Agrarisch monument Natuurvriendelijke beheer Diversiteit aan flora en fauna Productie voor de lokale/regionale markt Toegankelijkheid Educatieve activiteiten vanuit de molen op de Eng of vanuit een

schaapskooi in de buurt. Bloemrijke akkerranden Economische dragers Activiteiten voor groepen, gezinnen, voor mensen vanuit zorgcentra in

de sfeer van akkerbouw en natuurbeheer. Geen hoogbouw; bebouwing aan het oog onttrekken door bomen of an-

dere randbegroeiing zonder de vergezichten te verstoren. Noordereng en Zuidereng zichtbaar/beleefbaar koppelen

Minder of niet gesteunde karakteristieken:

Bebouwing op de Eng met passende bolwoningen Beperkte invulling met speciale teelt. Snijmaïs is hoofdgewas Park naar Engels voorbeeld

Op grond van de ideeën uit de eerste twee sessies en met name de droom-beelden uit de tweede sessie dringt zich vrij duidelijk het volgende toekomst-

Page 16: 2016 09 Toekomstverkenning Soester Eng A5 voor …...=RQGHU (QJ JHHQ 6RHVW :DW NDQ GH WRHNRPVW ]LMQ YDQ GH 6RHVWHU (QJ" LV GH YUDDJ YDQ GH]H YHUNHQQLQJ 0DDU ZDW LV ]LMQ YHUOHGHQ" +HW

16

beeld op, waarin een combinatie te zien is van akkerbouw zoals die bij een Eng hoort, natuurwaarden en toegankelijkheid voor recreatie en educatie. 5.2. Toekomstbeeld: De Eng in 2040 Akkerlandschap Soester Eng De Eng van Soest; een open en afwisselend akkerland. Midden in de bebouwde kom ervaar je een voor ons land uniek glooiend landschap. Oude bomen omzomen de Eng en verzachten de overgang naar de harde bebouwing. De voren van de akker ma-ken een flauwe bocht omhoog. Op de horizon de molen de Wind-hond. In de diepte rijdt een trein. In alle richtingen kun je ver kij-ken zoals naar de Utrechtse heuvelrug.

Je waant je in vroeger tijden, vindt er een weldadige rust in een druk bestaan. Het wandelen op de Eng is een feest voor onze zintuigen door de vele akkerbloemen, zowel in de berm als op de akkers. Dit komt door de variëteit aan verbouwde gewassen. Er worden producten verbouwd (rogge, biergerst, spelt, aardappels etc) die lokaal verkocht worden. Er groeien akkerkruiden en bij-enplanten. Door een beperkt maai en snoei groenbeheer zijn er ook tweejarige bloemen en er zijn houtwallen aan de randen van de Eng.

Page 17: 2016 09 Toekomstverkenning Soester Eng A5 voor …...=RQGHU (QJ JHHQ 6RHVW :DW NDQ GH WRHNRPVW ]LMQ YDQ GH 6RHVWHU (QJ" LV GH YUDDJ YDQ GH]H YHUNHQQLQJ 0DDU ZDW LV ]LMQ YHUOHGHQ" +HW

17

Grote stenen markeren de akkers. De Eng wordt op natuurvrien-delijke wijze beheerd. De akkerranden zijn begroeid met akker-flora. Zaaizaad wordt uitgewisseld met andere akkers op de heuvelrug. De wegen over de Eng hebben bloemrijke grasber-men. Er broeden veldleeuweriken, patrijzen, geelgorzen. Af en toe zie je een haas. Ook de Noordereng bestaat voor een groot deel uit akkerland. Een brede recreatieve route verbindt de Zuidereng met de Noor-dereng: een rijk begroeide strook reikt van Lazerusberg tot En-genberg. Vanaf de omliggende wijken kun je overal de Eng op. Met de fiets kun je van noord naar zuid, van oost naar west. Er zijn zichtbare en toegankelijke doorgangen naar de Brink en door naar Eemland: je kunt het landschap tussen de hoge open Eng en de oude Kerkebuurt zien en beleven. Door voetpaden tussen de akkers is de Eng in al zijn seizoenen goed beleefbaar. Je kunt van het Chris Uiterwijkpad naar de Van Goyenlaan lopen en van het Rinke Tolmanpad naar de En-genbergsteeg langs de tuinen van de Parklaan. Groepen bewoners, zoals uit de zorgcentra in de omgeving, hel-pen bij de zorg voor het land en het beheer van de natuur. Vanuit de molen De Windhond, waar ook een educatief centrum is ge-vestigd, gaan groepen en schoolklassen, ook uit de wijde omge-ving, op excursie over de Eng. Ze verdiepen zich in historie, flora, fauna, voedselproductie. Er zijn voorbeelden te zien van hoe het land vroeger werd gebruikt, hoe Soest er niet zou zijn geweest zonder de Eng; hoe de verschillende landschappen in en rond Soest op elkaar hebben ingewerkt om hier een bestaan mogelijk te maken. 5.3. Eigendom en beheer Het voorgaande betreft alleen de opbrengst uit de sessie voor zover het om de inhoud van het toekomstbeeld gaat. Wensbeelden die betrekking hebben op eigendom en beheer zijn hier niet opgenomen, maar vormden een belangrijk deel van de discussie in de tweede sessie. Deze discussie leverde de volgende vragen op:

De huidige gang van zaken rond de Eng is onzeker en levert te weinig kwaliteiten op. Er moet gezocht worden naar nieuwe economische dra-gers die een fundament leggen voor het gehele gebied.

Moeten we niet komen tot een collectief waarin mensen actief meedoen door arbeid, geld of eigendom in te brengen?

Page 18: 2016 09 Toekomstverkenning Soester Eng A5 voor …...=RQGHU (QJ JHHQ 6RHVW :DW NDQ GH WRHNRPVW ]LMQ YDQ GH 6RHVWHU (QJ" LV GH YUDDJ YDQ GH]H YHUNHQQLQJ 0DDU ZDW LV ]LMQ YHUOHGHQ" +HW

18

Het beeld is veel kleinschalige activiteiten, beperkte perceelgrootte, doorsnijding door fiets- en wandelpaden. Is dan effectief beheer moge-lijk? Moeten we dan niet naar één eigenaar? ‘Iedereen heeft eigendom, dat vliegt alle kanten op’. Is de versnippering van eigendom bij ge-meente, landbouwers, particulieren, projectontwikkelaars niet een pro-bleem voor verdere ontwikkeling?

Moeten we niet toe naar een Unesco-achtig agrarisch monument/ be-schermd museum landschap?

Is eigendom en beheer door een stevige natuur- en landschapsorganisa-tie als Natuurmonumenten of het Utrechts landschap niet gewenst?

Moet er niet een VVE-achtig Engfonds worden opgericht om behoud en beheer te financieren waarbij bebouwing aan de flanken als finan-ciële basis kan dienen?

De vragen leiden tot de volgende overwegingen: Wanneer gekozen wordt voor een professionele organisatie voor het beheer, hoeft dat niet te betekenen dat er ook gekozen moet worden voor één eigenaar van alle grond. Verandering in eigendom is niet nodig als eigenaren meewer-ken aan nieuwe doelstellingen. Wel kan worden bevorderd dat in de loop van de tijd grond wordt geruild of lapjes grond bij elkaar worden gevoegd. De overweging om de Eng in beheer te geven aan een organisatie als Na-tuurmonumenten of het Utrechts Landschap komt voort uit de behoefte een einde te maken aan de onzekere status van de Eng. Het feit dat de Eng een gemeentelijk monument is, geeft op den duur weinig garanties, zo is de vrees. Ondanks bedoelingen om de Eng te beschermen, hebben zich in de loop der jaren aan de randen ongewenste ontwikkelingen voorgedaan. Inzichten en belangen veranderen, de politiek is daar soms gevoelig voor. Een sterke be-heersorganisatie, met heldere doelen op het gebied van bescherming en be-heer, is minder gevoelig voor de grilligheid van politiek en bestuur. Daar wordt tegenin gebracht dat organisaties als Natuurmonumenten of het Utrechts Landschap voor de aanschaf van terreinen en voor beheerskosten ook sterk afhankelijk zijn van de overheid en hun beleid ook moeten aanpas-sen als de overheid dat eist. Ook is er weerstand onder landbouwers tegen na-tuurbeheerorganisaties omdat die opbrengsten afromen die boeren dan niet ten goede komen. Ook wordt opgemerkt dat een beweging richting Natuurmonumenten of Het Utrechts Landschap in gaat tegen de trend naar lokale initiatieven en betrok-kenheid. Op zichzelf is er niets tegen een lokale beheersorganisatie, zoals bij-voorbeeld de Stichting Vrienden Soester Eng. Maar opgemerkt wordt dat een dergelijke beheerstaak niet in de huidige doelstelling van deze stichting is op-genomen en ze daarvoor momenteel ook te zwak is en te kwetsbaar.

Page 19: 2016 09 Toekomstverkenning Soester Eng A5 voor …...=RQGHU (QJ JHHQ 6RHVW :DW NDQ GH WRHNRPVW ]LMQ YDQ GH 6RHVWHU (QJ" LV GH YUDDJ YDQ GH]H YHUNHQQLQJ 0DDU ZDW LV ]LMQ YHUOHGHQ" +HW

19

In dit verband wordt gevraagd naar een model als dat van het Goois Natuurre-servaat, waar met succes engen worden beschermd. Daarvoor geldt echter dat verschillende gemeenten daarbij betrokken zijn. Gemeenten hebben daar hun eigendommen in de verschillende engen overgedragen aan het Goois Natuur-reservaat Verschillende keren wordt gewezen op de noodzaak een plan te ontwikkelen dat berust op een solide economische basis. Genoemd wordt ecologisch bou-wen gecombineerd met initiatieven als een schaapskooi, verbouw en verkoop van streekproducten, educatie. Ecologische woningbouw zou dan niet op de Eng zelf moeten plaatsvinden – dat is immers strijdig met de doelstelling wat nu nog resteert van de open ruimte te behouden - ; maar in aangrenzende ge-bieden. Als het om streekproducten gaat anders dan akkerbouwproducten wordt gevreesd voor landschappelijke versnippering (‘de Eng moet geen volkstuin worden’). Er moet steeds gezocht worden naar akkerbouwproducten die economisch voldoende interessant zijn om op de Eng verbouwd te wor-den. De vraag is echter of daar extra fondsen voor andere activiteiten uit kun-nen worden gehaald. In de huidige situatie is het al zo dat de gemeente finan-ciële steun geeft als andere producten dan maïs worden verbouwd. Vervolgens wordt stilgestaan bij de schaal van een initiatief ter bescherming en ontwikkeling van de Soester Eng. Het behoud van de Eng zou gekoppeld kunnen worden aan andere cultuur- en natuurhistorische monumenten in Soest waarmee samenhang groot is. Dat betekent samenwerking met verwan-te instellingen, zoals de molen De Windhond, Museum Soest, de Historische Vereniging. Gezien deze samenhang van de verschillende landschappen in en rond Soest zou een initiatief een groter gebied als belang moeten hebben. Een initiatief dat zich ontfermt over alles wat karakteristiek is voor Soest: de Eng, de dui-nen, het veen, de Brink, de Kerkebuurt en alle wijken, straten en laantjes die cultuurhistorische waarde hebben. De vraag die in het verlengde hiervan ligt is de betrokkenheid van de gemeen-te. Zeker als de samenhang met de verdere omgeving van de Eng als uit-gangspunt wordt genomen, is de gemeente de aangewezen instantie om (me-de) een rol te spelen. Waar het nu in deze toekomstverkenning om gaat is een aantrekkelijk beeld of plan neer te leggen dat richting geeft en vervolgens in staat is enthousiasme teweeg te brengen bij bewoners, agrariërs, gemeente, bedrijven en maat-schappelijke organisaties.

Page 20: 2016 09 Toekomstverkenning Soester Eng A5 voor …...=RQGHU (QJ JHHQ 6RHVW :DW NDQ GH WRHNRPVW ]LMQ YDQ GH 6RHVWHU (QJ" LV GH YUDDJ YDQ GH]H YHUNHQQLQJ 0DDU ZDW LV ]LMQ YHUOHGHQ" +HW

20

6. Het backcasten Op 4 april 2016 is in een derde sessie nagegaan welke stappen terugredene-rend nodig zijn om het in 5.2 geschetste toekomstbeeld te realiseren. Allereerst is gevraagd of de deelnemers zich in de rapportage uit de eerste twee sessies kunnen vinden. De opmerkingen die naar aanleiding hiervan zijn gemaakt, zijn verwerkt in dit rapport. Vastgesteld werd dat de deelnemers het toekomstbeeld delen als basis om mee verder te werken. Vervolgens is de vraag gesteld welke activiteiten ondernomen moeten worden cq. welke problemen opgelost moeten worden om het toekomstbeeld te reali-seren. Daaruit bleek dat voorlopig vooral een aantal stappen moeten worden gezet in de voorwaardelijke sfeer. Hieronder worden ze opgesomd en worden de ach-tergronden van deze stappen belicht. 6.1. Zorg voor een probleemeigenaar Er moet een probleemhouder zijn die zich verantwoordelijk weet voor het to-taal van het toekomstbeeld en die als trekker fungeert. De belangrijkste opgeworpen vraag is: wie voelt zich verantwoordelijk voor het totaal van de ontwikkeling van de Eng? Geconstateerd wordt dat in de huidige opvattingen over de functie van het lokale bestuur - besturen op af-stand, burgerparticipatie, de overheid als co-creator - niet kan worden ver-wacht dat de gemeente zich als probleemhouder zal opstellen. De gemeente vervult een belangrijke functie in het beschermen van de waarden van de Eng zoals die zijn vastgelegd in het bestemmingsplan. Maar het bevorderen van een bepaald ontwikkelingsconcept zal de overheid aan het maatschappelijke initiatief overlaten, zo is de verwachting. De vorm waarin dat maatschappelijk initiatief wordt gegoten is een zaak van nadere overweging. Genoemd wordt de coöperatievorm waarin gewerkt wordt op basis van het eigenbelang van de betrokkenen. Ook de gemeente zou als eigenaar van een substantieel deel van de Eng daaraan moeten deel-nemen. Een mogelijkheid is ook - eventueel in combinatie met de gedachte van een coöperatie - de Stichting Vrienden Soester Eng uit te bouwen tot een paraplu-stichting die regie neemt. Er wordt op gewezen dat in de agrarische wereld een omslag gaande is: er wordt meer nadruk gelegd op de maatschappelijke rol van de landbouw in de toekomst. In plaats van optimalisatie van de productie zoals we de afgelopen

Page 21: 2016 09 Toekomstverkenning Soester Eng A5 voor …...=RQGHU (QJ JHHQ 6RHVW :DW NDQ GH WRHNRPVW ]LMQ YDQ GH 6RHVWHU (QJ" LV GH YUDDJ YDQ GH]H YHUNHQQLQJ 0DDU ZDW LV ]LMQ YHUOHGHQ" +HW

21

decennia zagen, wordt gezocht hoe inhoud kan worden gegeven aan de maat-schappelijke rol van de landbouw. De Soester Eng heeft een maatschappelijke betekenis. De cultuurhistorische -, recreatieve- en natuurwaarden moeten in een beheerssysteem worden opge-nomen dat financieel-economisch levensvatbaar is. Ondernemerschap is van belang in het geval de regienemende stichting zelf ook economische activiteiten zou ontplooien: welke regie- of beheersvorm dan ook wordt gekozen, van groot belang is dat aan het hoofd ervan een on-dernemer wordt aangesteld die de genoemde maatschappelijke waarden van het gebied centraal stelt en daarbinnen oplossingen zoekt: anticiperend op nieuwe ontwikkeling, inzetten van private financiering, oog voor marketing van het merk Soester Eng ed. 6.2. Zorg voor steun en medewerking onder de eigenaren van de grond. Grondeigenaren hebben uiteenlopende belangen. Overleg met de grondeige-naren moet helder maken welke bijdrage zij aan realisering van het toe-komstbeeld denken te kunnen leveren. In hoofdstuk 5.3. (Eigendom en beheer) is geconstateerd dat geen verandering in eigendom nodig is als eigenaren meewerken aan nieuwe doelstellingen. Er zijn weliswaar uiteenlopende belangen, maar zolang de planologische ver-wachtingswaarde niet wijzigt, zijn de marges voor grondeigenaren ook weer niet zo heel groot: activiteiten zullen altijd bestaan uit akkerbouw. Opgemerkt wordt dat de boer als grondeigenaar de beste garantie voor een economische en op lange termijn gerichte exploitatie van de grond is. ‘De boer wil doorboeren’. Aangetekend wordt dat de kwaliteit van de Soester Eng als landbouwgrond gering is: de grond en waterhuishouding maken de Eng lang niet voor alle eerder genoemde gewenste gewassen geschikt. Ook is het de vraag of de gangbare landbouw belangstelling heeft voor andere gewassen dan de maïs waarmee op dit moment de Eng hoofdzakelijk wordt bebouwd. De landbouw in Soest is immers georiënteerd op de melkveehouderij. Onderzoek naar de mogelijkheden van andere gewassen zal tijd kosten. De gemeentelijke premieregeling voor de verbouw op de Eng van andere ge-wassen dan maïs en voor perceelrandenbeheer is een waardevol instrument. Met eigenaren zou bekeken kunnen worden hoe daarmee meer gedaan kan worden om de betrokkenheid van de inwoners van Soest te vergroten. (zie ook het volgende punt: 6.3.) 6.3. Zorg voor verbinding tussen de inwoners van Soest en de Eng Alle activiteiten moeten beoordeeld worden op de vraag of daarmee steun en betrokkenheid onder de Soester bevolking wordt gecreëerd. De Eng heeft niet alleen een directe economische waarde voor de boer, maar ook een indirecte waarde voor Soest en de inwoners van Soest als geheel. Woongenot wordt mede bepaald door de mogelijkheid landschappelijkheid en

Page 22: 2016 09 Toekomstverkenning Soester Eng A5 voor …...=RQGHU (QJ JHHQ 6RHVW :DW NDQ GH WRHNRPVW ]LMQ YDQ GH 6RHVWHU (QJ" LV GH YUDDJ YDQ GH]H YHUNHQQLQJ 0DDU ZDW LV ]LMQ YHUOHGHQ" +HW

22

ruimte in eigen omgeving te beleven, door cultuurhistorisch bewustzijn, door een gevoel van verbondenheid met de voedselproductie. Bewoners en organisaties die belang hechten aan cultuur, natuur en historie moeten zich kunnen herkennen in de functies die de Eng heeft en de activitei-ten die daar plaatsvinden. Zo wordt draagvlak onder de bewoners gecreëerd. De verbinding tussen bewoners en de Eng kan worden versterkt door lokaal verbouwd voedsel te eten. De Soester Eng is echter klein en de voedselpro-ducten weinig gevarieerd (naast de Soester knollen op z’n best voornamelijk gebaseerd op graan). Om over een gevarieerd aanbod van lokaal geprodu-ceerd voedsel te beschikken, moet het aanbod groter zijn. De Eng kan een rol spelen in een regionale aanpak waardoor een variëteit aan producten kan worden aangeboden (vb. Heuvelrugbier). Communicatie en educatie zijn onmisbaar om de band tussen bewoners en de Eng te bestendigen. Bestaande activiteiten op dit gebied kunnen worden ver-sterkt, zoals wandelingen met gidsen over de Eng, op scholen aansluiten bij lessen als geschiedenis en biologie, nieuwe inwoners actief bij de Eng betrek-ken. De inzet van moderne communicatiemiddelen wordt aanbevolen (‘En-gapp’). 6.4. Zorg voor sterke betrokkenheid van de gemeente De gemeente is zowel grondeigenaar als overheid. In beide rollen is actieve betrokkenheid noodzakelijk voor verdere ontwikkeling. Aan de hand van dit rapport (Toekomstverkenning Soester Eng) treden de deelnemers aan dit toekomstproject onder leiding van de Stichting Vrienden Soester Eng in gesprek met de gemeente om structurele afspraken te maken over actieve betrokkenheid van de gemeente bij de verdere ontwikkeling van de Eng. Binnen het gemeentelijke beleid zijn veel aanknopingspunten te vin-den, zoals het streven om Soest als een groene gemeente te afficheren en het feit dat de Soester Eng reeds geruime tijd geleden (1992) door de gemeente is aangewezen als beschermd dorpsgezicht. 6.5. Zoek aansluiting bij bestaande (regionale) initiatieven Zonder de zeggenschap uit handen te geven, kan gebruik worden gemaakt van de kennis en ervaring van regionale organisaties. Drie initiatieven worden genoemd om aansluiting bij de zoeken: a. Stichting Het Utrechts Landschap, die veel kennis heeft over en ervaring met beheer en exploitatie van vergelijkbare landschappen als de Soester Eng of Natuurmonumenten. b. Het Nationaal Park Utrechtse Heuvelrug. Dit nationale park, gestimuleerd door de provincie, breidt zich uit in noordelijke richting tot aan het Gooimeer. Met name op het gebied van de ontwikkeling van natuurgebieden en de pro-motie ervan is het actief.

Page 23: 2016 09 Toekomstverkenning Soester Eng A5 voor …...=RQGHU (QJ JHHQ 6RHVW :DW NDQ GH WRHNRPVW ]LMQ YDQ GH 6RHVWHU (QJ" LV GH YUDDJ YDQ GH]H YHUNHQQLQJ 0DDU ZDW LV ]LMQ YHUOHGHQ" +HW

23

c. Gebiedscoöperatie O-gen. Hierin werken maatschappelijke organisaties, overheden, terreineigenaren, ondernemers, bedrijven en particulieren samen met het oog op gebiedsontwikkeling in Oost-Utrecht en West-Gelderland. Er is een Groenfonds dat plattelandsontwikkeling financiert met Europese gel-den. Naast deze regionale contacten kan in het bestaande Soester Eng Netwerk worden nagegaan welke rol de deelnemende organisaties kunnen spelen bij de verdere ontwikkeling van de Soester Eng. Van het Soester Eng Netwerk ma-ken deel uit: IVN afdeling Eemland, de Historische Vereniging Soest, Land en tuinbouworganisatie Noord, afdeling Eemland en de Stichting molen de Windhond. Wellicht moet dit netwerk worden uitgebreid met nog andere spelers tot een initiatief waarin de zorg voor de samenhang van de verschillende landschaps-typen in en rond Soest wordt belegd. 6.6. Ga van denken naar doen Het is van belang kleine stappen te zetten die elementen van het toekomst-beeld duidelijk kunnen maken. Kleine praktische stappen kunnen worden gezet die communicatieve waarde hebben omdat ze duidelijk kunnen maken welke richting we op willen en die een olievlekwerking kunnen hebben. Genoemd is al betere communicatie over de premieregeling voor andere ge-wassen op de Eng. Ook kan gedacht worden aan de verbetering of aanleg van vlinderroutes. De verbindingsstrook tussen Noorder- en Zuidereng kan verbeterd worden met vlinder- en bijenvriendelijke begroeiing maar uiteindelijk door het tunneltje onder de Dalweg te vervangen door een bovengrondse overgang van hoge kwaliteit.

Page 24: 2016 09 Toekomstverkenning Soester Eng A5 voor …...=RQGHU (QJ JHHQ 6RHVW :DW NDQ GH WRHNRPVW ]LMQ YDQ GH 6RHVWHU (QJ" LV GH YUDDJ YDQ GH]H YHUNHQQLQJ 0DDU ZDW LV ]LMQ YHUOHGHQ" +HW

24

7. Kortetermijnaanpak Bij de in het vorige hoofdstuk geformuleerde stappen in de voorwaardelijke sfeer heeft het bestuur van de Stichting Vrienden Soester Eng en aantal actie-punten geformuleerd voor het komende seizoen 2016-2017 Actiepunten 1. Zorg voor een probleemeigenaar

Versterken van de bestuurskracht van de Stichting Vrienden Soester Eng

. 2. Zorg voor steun en medewerking onder de eigenaren van de grond

Gesprekken met eigenaren van grond op de Soester Eng. Onderzoek naar de mogelijkheid welke andere gewassen dan maïs op

de Eng kunnen worden verbouwd, zoals bijvoorbeeld spelt of gerst. Voorlichting over het waarom en hoe van de alternatieve gewassen op

de Eng. 3. Zorg voor verbinding tussen de inwoners van Soest en de Eng

Bespreken rapport met MKB, Het Kwatrijn. Activeren van educatieve en communicatieve programma’s.

4. Zorg voor sterke betrokkenheid van de gemeente

Gesprek met gemeenteraad en B. en W. 5. Zoek aansluiting bij bestaande (regionale) initiatieven

Gesprekken met / lidmaatschap aangaan met Het Utrechts Landschap, Nationaal Park Utrechtse Heuvelrug, O-gen.

Bespreken rapport met Netwerk Soester Eng. 6. Ga van denken naar doen

Publiciteitsplan over andere gewassen op de Eng (premieregeling). Gesprek met gemeente over vlinder- en bijenvriendelijke verbinding

Noorder- en Zuidereng.

Page 25: 2016 09 Toekomstverkenning Soester Eng A5 voor …...=RQGHU (QJ JHHQ 6RHVW :DW NDQ GH WRHNRPVW ]LMQ YDQ GH 6RHVWHU (QJ" LV GH YUDDJ YDQ GH]H YHUNHQQLQJ 0DDU ZDW LV ]LMQ YHUOHGHQ" +HW

25

Luchtfoto van de Soester Eng in 2001 met Eempolder en Eem op de

achtergrond. Molen De Windhond was toen nog niet herbouwd.