2015-2019 KBS De Zonnewijzer - Gratis website...

SCHOOLPLAN kbs De Zonnewijzer

SCHOOLJAAR

2015 – 2019

Schoolplan 2015-2019 KBS De Zonnewijzer

De Zonnewijzer Samen jezelf worden!

1

INHOUDSOPGAVE

bladzijde Voorwoord 2 Inleiding 5 Hoofdstuk 1 VISIE EN BELEID 8 1.1 Missie en visie 8 1.2 Didactisch concept en pedagogische huisstijl 9 1.3 Identiteit 11 1.4 Zorg en begeleiding-passend onderwijs 11 1.5 Ouderbetrokkenheid 12 1.6 Beleidsvorming 12 1.7 Omgevings-en toekomstgericht 13 1.8 Beleidslijnen en indicatoren 15 Hoofdstuk 2 LEIDERSCHAP EN MANAGEMENT 17 2.1 Leiderschap 17 2.2 Management 17 2.3 Beleidslijnen en indicatoren 21 Hoofdstuk 3 PERSONEEL 22 3.1 Integraal Personeelsbeleid 22 3.2 Instrumenten personeelsbeheer, zorg en –sturing 25 3.3 Beleidslijnen en indicatoren 29 Hoofdstuk 4 CULTUUR EN KLIMAAT 30 4.1 Schoolcultuur 30 4.2 Cultuur voor medewerkers 32 4.3 Cultuur voor leerlingen 34 4.4 Cultuur voor ouders 34 4.5 Beleidslijnen en indicatoren 38 Hoofdstuk 5 MIDDELEN EN VOORZIENINGEN 39 5.1a Huisvesting en uitrusting 39 5.1b Onderwijskundig gebruik van lokalen 39 5.2 Financiën 40 5.3 Materieel beleid 41 5.4 Beleidslijnen en indicatoren 42 Hoofdstuk 6 MANAGEMENT VAN ONDERWIJSPROECESSEN EN 44 ONDERSTEUNENDE PROCESSEN 6.1 Visie op ontwikkeling en onderwijs 44 6.2 Pedagogische huisstijl 44 6.3 Didactisch ontwerp/differentiatie 45 6.4 Leerstofaanbod 46 6.5 Leerlingenzorg 47 6.6 Passend Onderwijs 47 6.7 Begeleiding naar het Voortgezet Onderwijs 49 6.8 Lesroosters 49 6.9 Management van ondersteunende processen 51 6.10 Beleidslijnen en indicatoren 53 Hoofdstuk 7 RESULTAATGEBIEDEN 56 7.1 Opbrengstgerichte cultuur 56 7.2 Beleidslijnen en indicatoren 61 Hoofdstuk 8 OVERZICHT BELEIDSLIJNEN EN INDICATOREN 63 Hoofdstuk 9 CENTRALE TEKSTEN SKOFV 66



2

Voorwoord: Voor u ligt het schoolplan 2015-2019 van Katholieke basisschool “De Zonnewijzer”. Dit schoolplan is een beleidsdocument waarin wij aangeven waar wij voor staan en welke keuzes we voor het onderwijs op onze school hebben gemaakt voor de periode 2015-2019. Het is een ontwikkeldocument voor onze school maar tevens ook een ondernemingsplan voor onze profilering binnen de wijk. Het schoolplan is een levend document ten behoeve van de school zelf en tevens een wettelijk document waarin verantwoording wordt afgelegd ten behoeve van leerlingen, ouders, Scholengroep Katholiek Onderwijs Flevoland Veluwe en de onderwijsinspectie. In dit schoolplan (PLAN) geven we aan op welke wijze wij onze doelstellingen gaan realiseren (Do). De voortgang zullen we jaarlijks evalueren (Check). De evaluatie kan leiden tot het aanpassen van het plan (Act). Het uitwerken van de activiteiten doen we met behulp van actieplannen. De resultaten leggen we vast in o.a. de interne schoolgids (Borgen).

Op deze wijze kunnen wij cyclisch onze resultaten verbeteren. Dit doen we door middel van een jaarlijkse cyclus, als ook door een vierjarige cyclus. Na vier jaar, bekijken we opnieuw waar we staan (CHECK) en maken we de aanzet voor het nieuwe schoolplan. Het schoolplan beoogt aan ouders, inspectie, SKO Flevoland Veluwe, het team van De Zonnewijzer en de leerlingen duidelijkheid te geven over wat we willen bereiken met het onderwijs op onze school en hoe wij dat in de praktijk vorm zullen geven. Het verzamelen van de input: Het belangrijkste uitgangspunt bij de totstandkoming van dit Schoolplan is geweest om tot een breed gedragen plan te komen. Hierbij moesten alle geledingen van de school. Te weten leerlingen, ouders, teamleden en bestuur hun inbreng kunnen geven. Hiermee is de fase van het verzamelen van input gelijk de basis geworden van het gehele proces. Deze input fase is in 4 fasen vormgegeven. Fase 1: De zelfevaluatie Eerst is er een gericht evaluatie geweest op het oude schoolplan. Deze is samen met het team schriftelijk gedaan. De leidraad voor de evaluatie van ons schoolplan waren de meerjarige schoolplanning. In dot document stond de activiteit en de indicatoren beschreven. Dit is natuurlijk gedurende de afgelopen 4 jaren, jaarlijks gebeurd maar nu hebben wij het als geheel geëvalueerd. De volgende documenten en bijeenkomsten zijn gebruikt bij de samenstelling van dit schoolplan:

Analyse van de resultaten van de ouder/leerling en personeel tevredenheid enquête. (Beekveld en Terpstra)

Jaarlijkse evaluatie team en leerlingen

Evaluatie na de huisbezoeken van de groep 8 leerlingen.

Jaarlijkse evaluatie met VO

Schoolplan

Jaarverslag Schooljaarplan

evaluatie



3

ZER

Teambijeenkomsten

Audit verslag van School aan Zet

Het analyseren van Risico, Inventarisatie en Evaluatierapport

Het analyseren van opbrengstenrapportage

Uitkomsten n.a.v. de gehouden Summits van SKO Naast alle formele plannen en beleidsstukken hebben we bij de evaluaties ook rekening gehouden met alle andere vormen, waarop wij onze input vergaren. Hierbij moet dan gedacht worden aan:

Leerlingen: we hebben gewerkt met een leerling raad. Met deze raad wordt regelmatig gesproken over verbetering van onze school.

Ouders: we hebben regelmatig contact met MR en OV. Daarnaast is er elke maand een koffie-uurtje.

Ook voert de directie aan het einde van het jaar bij de schoolverlatende ouders een exit-gesprek. Dit is in de vorm van een huisbezoek. Hierin staan de afgelopen 8 jaar centraal. Wat was er goed en wat is er gemist.

Oud-leerlingen: een keer per jaar wordt de “oude” groep 8 uitgenodigd om te praten over de afgelopen 8 jaar Zonnewijzer. Maar vooral waar deze leerlingen tegenaan lopen in het eerste jaar Voortgezet onderwijs. Wat hebben ze gemist in hun basisschool jaren.

Team: alle overleg organen. (MT, Actieteams, Teamvergaderingen, zorgvergaderingen en gesprekkencyclus)

Na de ZER zijn er conclusies getrokken m.b.t. de schoolontwikkeling voor de komende jaren. Deze zullen liggen in drie thema’s :

Vaardigheden voor de 21e eeuw

Pedagogisch klimaat

Passend onderwijs Fase 2 en 3: in gesprek met de leerlingen en het team Tijdens een studiedag hebben we met het gehele team gesproken over het nieuwe schoolplan. De teamleden hebben met elkaar gesproken over de summits die gehouden zijn op SKO niveau. Het strategisch beleidsplan van het SKO was een leidraad voor het gesprek. Ook zijn er kinderen en ouders van De Zonnewijzer geïnterviewd. Aan hen is de vraag gesteld: Waar staat het onderwijs van de Zonnewijzer in 2020? Samen met al deze informatie zijn ze in tweetallen aan het werk gegaan Aan het einde van de studiedag hebben zij in tweetallen een presentatie gehouden over de vormgeving van de Zonnewijzer in 2020. Fase 4 : in gesprek met de ouders Tijdens een klankbordavond zijn de filmpjes van de kinderen en de ouders getoond. De ouders hebben in groepjes met elkaar gesproken . De uitkomsten van die gesprekken zijn meegenomen in de te ontwikkelende doelen van ons ons nieuwe schoolplan. Deze input vormt de kern van ons schoolplan. Er heeft bij het opstellen van het schoolplan steeds terugkoppeling plaatsgevonden tussen de opstellers van het plan en het team/medezeggenschapsraad en ouders, opdat het een gezamenlijk product is geworden. Er is bewust gekozen om de opzet van het schoolplan compact en realistisch te houden. Concrete uitwerking van de schoolplannen zal middels een jaarplan en actieplannen nader worden uitgewerkt en een jaarverslag zal gebruikt worden om de processen te evalueren.



4

Deel I van dit schoolplan heeft betrekking op het schoolniveau Deel II van dit schoolplan heeft betrekking op SKO Flevoland Veluwe niveau. Het schoolplan heeft instemming van de MR (deel I) en de GMR ( deel II) en is vastgesteld door het bevoegd gezag.



5

Inleiding: Identiteit: Wij zijn een Katholieke school. Dit betekent dat in principe iedereen welkom is. We gunnen ieder kind een eigen ontdekkingstocht naar zijn of haar religie. Wel verwachten wij dat een ieder achter de Katholieke visie van de school staat en dat ouders hun kind stimuleren om deel te nemen aan en respect te hebben voor de Katholieke activiteiten, zoals deelname aan de dagopening met gebed, het luisteren naar bijbel en spiegelverhalen en het samen vieren van de christelijke feestdagen. Dit verwachten wij ook van de leerkrachten van onze school. Dat betekent dat zij goed en enthousiast vorm kunnen geven aan de activiteiten, maar ook dat zij in het pedagogische klimaat, in hun zorg aan de leerlingen en ook in hun voorbeeldgedrag naar de kinderen uiting geven aan de katholieke waarden en normen. Missie: Sfeer van veiligheid en geborgenheid vormt de belangrijkste voorwaarde voor leerlingen om te kunnen leren. Dit heeft bij De Zonnewijzer dan ook de grootste aandacht. Er wordt aandacht besteed aan het sociaal functioneren want individueel welbevinden (veiligheid voor alle kinderen) is van groot belang, Een kind dat lekker “in zijn vel” zit, komt tot betere prestaties. Een leerling die in sociale contacten goed functioneert gaat met een veilig gevoel naar school. We zorgen ervoor dat voor iedere leerling, individueel en samen, meer dan voldoende beschikbaar is om zo optimaal mogelijk te ontwikkelen. Op onderwijskundig en pedagogisch gebied wordt het beste uit het kind gehaald, inspelend op diens onderwijsbehoefte. Het positief zelfbeeld van het kind staat centraal en het leerkracht handelen is daarop gericht. Er is consequent leerkrachtgedrag (een lijn) door de school. Voor de medewerkers betekent dit dat er een heldere communicatiestructuur en cultuur is bij team en schoolleiding. De school is een lerende organisatie (team is kritisch en signalerend), een plek met ontwikkeling en professionalisering van alle geledingen (leerkrachten ,intern begeleider, schoolleider). Nascholing draagt tevens bij aan verdere schoolontwikkeling. Wij willen bereiken dat een leerling van De Zonnewijzer aan het einde van zijn basisschoolperiode met een goed gevoel terugkijkt en dat hij tot leerresultaten is gekomen passend bij zijn niveau. De slogan van de Zonnewijzer is: De Zonnewijzer………… Samen Jezelf Worden!

Jij mag zijn zoals je bent, om te worden wie je bent maar nog niet kunt zijn. En je mag het worden

op jouw manier en in jouw tijd

gedicht van mevr. A. Terruwe.



6

Typering van de school: KBS de Zonnewijzer is een Katholieke school in de wijk Manege Landmaten. De leerling populatie laat voor de komende jaren een stabiel beeld zien. Helaas hebben kleine schommelingen erg grote gevolgen voor een school met rond de 100 leerlingen. De Manege Landmaten behoort niet tot de nieuwste wijk in Dronten. Naast deze wijk is er een nieuwe wijk ontstaan in West. Onze leerling populatie zal blijven fluctueren in aantal, maar ook steeds meer in samenstelling. Daar moeten wij antwoorden op blijven zoeken en vinden. Nascholing van het team, adaptief onderwijs en effectief gebruik van leertijd, het zijn allemaal onderwijskundige en pedagogische kwaliteiten van onze school die wij moeten handhaven maar ook verder moeten blijven ontwikkelen. Wij streven ernaar de ouders zoveel mogelijk te betrekken bij de school. Zelfevaluatie zal ook de komende periode aan de orde zijn en blijven om de kwaliteit van de school te blijven optimaliseren. Met andere woorden: de school bepaalt systematisch en regelmatig de kwaliteit van haar onderwijs en plant op basis daarvan een verbetertraject. Leerling- en ouderpopulatie: Ouders hebben de mogelijkheid om een school te kiezen. De meeste leerlingen zijn afkomstig uit de wijk Manege-Landmaten, daarnaast komen er kinderen uit de naastgelegen wijken: de Golfresidentie, Dronten-West en Dronten-Zuid, Ketelhaven en de buitengebieden. We richten ons op ouders die speciaal kiezen voor het profiel zoals beschreven in de visie van KBS de Zonnewijzer. Onze ouders zijn zeer betrokken bij de school, ze zijn geïnteresseerd en denken, praten graag mee m.b.t. de gang van zaken op onze school. Ouders hebben grotendeels een MBO –HBO achtergrond. Wel zien wij een toename van gezinsproblematiek, één ouder gezinnen. En een toenemend aantal van leerlingen met leerproblemen. Hierbij wordt de maatschappelijke rol van het personeel en directie groter. Ons aanbod en begeleiding zullen hiermee rekening moeten houden. Onze school bestaat voornamelijk uit combinatie groepen. De groepen zijn in “twee - leerjaren” gegroepeerd waarbij een onderscheid wordt gemaakt tussen de onderbouw en de bovenbouw

De onderbouw bestaat uit de groepen 1 t/m 4

De bovenbouw bestaat uit de groepen 5 t/m 8 Het aantal groepen dat we kunnen vormen is afhankelijk van het aantal leerlingen dat op de school staat ingeschreven op 1 oktober van het huidige schooljaar (teldatum). De prognoses van de bevolkingsopbouw van Dronten voor 0-4 jarige 5,85% (%van totale bevolking) van januari 2011 zakt naar 5.51%. De prognose voor het leerlingenaantal voor het primair onderwijs van de gemeente Dronten voor was voor De Zonnewijzer in 2013 geschat op 117 leerlingen in 2018 verwachten zij een leerlingaantal rond 103. Dat zou betekenen dat het leerlingenaantal de komende jaren ongeveer gelijk zal blijven. De ambitie/de opdracht Het nieuwe schoolplan zal een beleidsdocument worden waarin wij aangeven welke keuzes wij maken op onderwijsgebied. Het zal gericht zijn op een school ontwikkelplan en een ondernemingsplan. De school heeft de ambitie om in de toekomst zich te ontwikkelen tot een kind centrum. Met name zich te richten op een peuterspeelzaal. Op basis van eigen analyses van opbrengsten, observaties, evaluaties en het auditverslag van ‘School aan zet’ wordt helder waar de sterke en zwakke punten van de school liggen. Op basis van deze audit en analyse van de afgelopen jaren, kunnen wij doelstellingen formuleren hoe de zorg binnen ons onderwijs nog beter kan worden ingericht. Deze doelstellingen zullen passen in de beleidslijnen



7

van het nieuwe schoolplan van KBS De Zonnewijzer. Op basis van evaluaties met het VO wordt helder waar de sterke en de zwakke punten liggen op het didactisch en organisatorisch vlak. Op basis van deze evaluaties kunnen wij doelstellingen formuleren hoe ons onderwijs nog beter aansluit bij het VO. Het schoolplan zal passen binnen de kaders van het strategisch beleidsplan van de Scholengroep Katholiek Onderwijs Flevoland en Veluwe ( SKO Flevoland Veluwe) In dat strategisch beleidsplan dagen zij de scholen uit om “uit te vinden” hoe het onderwijs anders kan en “experimenten” te ontplooien die bijdragen aan het ontwerpen van het onderwijs voor morgen. KBS de Zonnewijzer zal het leidende thema “Kinderen laten leren” uit het strategisch beleidsplan meenemen in het ontwikkelplan voor de komende 4 jaar. Waarbij een uitdagende leeromgeving en talentontwikkeling bij gaan bijdragen aan het onderwijs van morgen! Samenstelling team

Per 1-10-2015 MT OP OOP deeltijd voltijd M V

60 jaar en ouder

Tussen 56 en 59 jaar

Tussen 45 en 55 jaar 2 1 1

Tussen 35 en 44 jaar 1 3

Tussen 25 en 34 jaar

Jonger dan 24 jaar 1

Totaal 4 4 1

Schoolgegevens: Naam KBS De Zonnewijzer Brinnummer 40950 - 23BZ Adres De Barrage 14 Postcode 8252 GW Plaats Dronten Contact school tel. 0321-337032 Email [email protected] Website www.kbszonnewijzer.nl Bevoegd gezag: Scholengroep Katholiek Onderwijs Flevoland Veluwe Adres: Postbus 608 Postcode 8200 AP Plaats: Lelystad Contactpersoon: A. Verbeek Contact: tel.0320-225040 Email: [email protected] Website www.skofv.nl

http://www.kbszonnewijzer.nl/mailto:[email protected]://www.skofv.nl/



8

Hoofdstuk 1: Visie en beleid 1.1 Visie van de school We werken vanuit het kind. Het kind staat centraal en is een uitgangspunt van ons onderwijs. Voordat je tot leren komt is het van belang dat je eerst de relatie aangaat. Als de relatie goed is, pas dan kan er geleerd worden. Ieder kind heeft zijn eigen talent. Er is lef voor nodig om te laten zien wie je bent. Wij zien het dan ook als kerntaak om kinderen op te voeden tot zelfstandige, sociaal en kritisch denkende mensen. Elk kind is uniek en mag er zijn. Wij bieden kinderen de mogelijkheid zichzelf te zijn . Alleen, maar juist ook samen. Hierdoor krijgen de kinderen in een veilig leer- en leefomgeving de kans om:

Vertrouwen op te bouwen

Weerbaar te worden

Op een assertieve wijze samen te werken

Conflicten op te lossen

Zich verantwoordelijk te voelen voor hun eigen ontwikkeling De slogan van de Zonnewijzer is:

Samen jezelf worden!

Visie en beleid

Personeel

Leiderschap

Cultuur en klimaat

Middelen en voorzieningen

Management van onderwijs- processen Management ondersteunde processen

Waardering door de maatschappij

Waardering door ouders

Waardering door personeel

Resultaat en opbrengsten



9

1.2 Didactisch concept en pedagogische huisstijl: Het didactisch concept van de Zonnewijzer is mede gebaseerd op de acht vaardigheden uit het model van de 21e Century Skills van Kennisnet.

samenwerken We werken in combinatie groepen van twee leerjaren. Zo is het kind een keer de oudste en de jongste. Op onze school hechten wij veel waarde aan dat kinderen van en met elkaar leren. Uit onderzoek is ook gebleken dat je samen beter leert dan alleen. We werken met activerende werkvormen in de klas en kinderen werken met maatjes samen. Kinderen leren op een goede manier met elkaar om te gaan en elkaar te helpen. creativiteit We willen hier onze kinderen het vermogen geven om nieuwe ideeën, benaderingen, oplossingsstrategieën en inzichten buiten de gebaande paden te creëren en te optimaliseren. Het gaat niet zozeer erom die kennis te hebben, maar om haar succesvol toe te kunnen passen. Op KBS de Zonnewijzer zijn er “Kunst in Kids” weken. Hier volgen de kinderen workshops die soms gegeven worden door ouders . Aan het einde van deze weken presenteren de kinderen zelf hun werk. Ook zijn er voor elke groep de theater-uurtjes. Tijdens het theater-uurtje presenteert de groep een optreden. Het zij individueel of samen. ict-geletterdheid Ons onderwijs is modern en vernieuwend op het gebied van inhoud, didactiek en methodiek. Leven in deze tijd vraagt andere vaardigheden en kennis dan 30 jaar geleden. We leren kinderen bewust om te gaan met social- media en ICT. Alle leerlingen hebben een persoonlijk account op Rekentuin en Taalzee. communiceren Juist door de ontwikkeling van ICT in onze samenleving leggen wij vooral de focus op de omgangsvormen en het ontmoeten van elkaar. De regels van de Kanjertraining hanteren wij zorgvuldig. Als aanvulling gebruiken wij ook de methode Regels Observeren en Evalueren van Bert Oostindie. Het goed naar elkaar luisteren oprecht betrokken zijn, zijn voorwaardes om een relatie aan te gaan met elkaar. Deze relatie vinden wij erg belangrijk! Communicatie staat dan ook hoog in het vaandel bij ons. Samen met u hebben wij het voorrecht om uw kind te mogen begeleiden in zijn of haar leerproces. Goed onderwijs maken we samen, dit kunnen we en willen we niet alleen.

http://www.kennisnet.nl/themas/21st-century-skills/vaardigheden/samenwerken/http://www.kennisnet.nl/themas/21st-century-skills/vaardigheden/creativiteit/http://www.kennisnet.nl/themas/21st-century-skills/vaardigheden/ict-geletterdheid/http://www.kennisnet.nl/themas/21st-century-skills/vaardigheden/communiceren/



10

probleemoplossend vermogen Iemand die sociaal competent is, heeft een goede balans gevonden tussen zich aanpassen aan zijn omgeving en deze omgeving zelf positief beïnvloeden. Om sociaal competent gedrag te kunnen laten zien, is het nodig sociale vaardigheden te bezitten. Sociale competentie is hiermee dus een breder begrip dan sociale vaardigheden; sociale vaardigheden heb je, sociaal competent ben je. We kunnen kinderen coachen om ze te leren ontdekken hoe ze zich voelen, wat ze willen en hoe ze hier uiting aan kunnen geven. Ook kunnen we kinderen coachen om anderen te begrijpen en prettig te reageren. kritisch denken Het is van belang dat kinderen leren te reflecteren op hun eigen gedrag en prestaties. Kinderen leren hierdoor om te leren. We leren kinderen vooraf reflecteren door goed na te denken over een planning, een strategie te bepalen en te bedenken waar, met wie, hoe je je werk aan gaat aanpakken. Reflecteren tijdens het werk is ook belangrijk om aanpassingen-bijstellingen te doen als dit nodig is. En als laatst leren we kinderen achteraf te reflecteren door een evaluatie te doen van een product of proces. Zo kunnen kinderen evt. leerpunten benoemen voor een volgende keer en benoemen wat goed heeft gewerkt. sociale en culturele vaardigheden Wij zijn een school die naast rekenen, taal en lezen ook aandacht heeft voor de mens in zijn geheel. Een school die aansluit bij wat kinderen in deze tijd nodig hebben. In staat zijn om met mensen van verschillende etnische, sociale, organisatorische en politieke achtergrond effectief samen te leren, werken en te leven. Dit vraagt, respect voor en kennis van algemene (en cultureel specifieke) omgangsnormen. (H)erkennen, respecteren en benutten van diverse standpunten waardoor samenwerking mogelijk is. Open mind, willen ontdekken. Van elkaar willen leren. Het nieuwe leren Het nieuwe leren leent zich niet meer alleen voor klassikaal onderwijs, maar vraagt naast andere vaardigheden ook een andere didactiek. Het traditionele didactische concept ging uit van klassikaal onderwijs, waarbij de rol van de leerkracht leidend was. Vandaag de dag hebben kinderen andere leerbehoeften en gebruiken ze liever actieve leervormen. We maken een onderscheid tussen de vakken rekenen, taal, lezen en schrijven, de zogenaamde kernvakken en de overige vakken, de wereld oriënterende vakken. De wereld oriënterende vakken worden nu nog volgens verschillende methoden gegeven. In het kader van het nieuwe leren willen we voor deze vakken ook soms gaan werken met leerarrangementen. Een leerarrangement bevat een opdracht waarbij naar een oplossing gezocht wordt d.m.v. analyseren, evalueren en creëren. Om tot een einduitkomst te komen waarbij alle vaardigheden uit het bovenstaande model worden ingezet.

http://www.kennisnet.nl/themas/21st-century-skills/vaardigheden/probleemoplossend-vermogen/http://www.kennisnet.nl/themas/21st-century-skills/vaardigheden/kritisch-denken/http://www.kennisnet.nl/themas/21st-century-skills/vaardigheden/sociale-en-culturele-vaardigheden/



11

1.3 Identiteit: Onze school is een Katholieke basisschool. Onze schoolbevolking bestaat tegenwoordig nog slechts voor een paar procent Katholieke kinderen. De overige kinderen komen uit andere godsdiensten of zijn niet kerkelijk. Wij vinden deze verscheidenheid een verrijking voor de school, maar vinden het ook belangrijk de Katholieke identiteit levend te houden. Katholiek onderwijs is betekenisvol onderwijs. Door samen te leren, door samen belangrijke feestdagen te vieren, door met elkaar en aan elkaar dienstbaar te zijn geven we ons onderwijs betekenis. We bespreken en uiten daarin wat voor jezelf en voor elkaar is ( waarden) dat gebeurt in een open dialoog met elkaar, maar ook met verhalen, woorden en gebaren uit de bijbel. De Katholieke identiteit is een houding. We zien de bijbel als inspiratiebron. We schenken aandacht aan de verhalen uit de bijbel. Het gaat ons om de zingeving en de discussie. Wij maken gebruik van de methode “Trefwoord”. Naast het gebruik van deze methode kunnen bepaalde gesprekken “ontstaan”. Kinderen moeten weten wat voor invloed het christendom heeft op onze westerse wereld. De katholieke grondslag impliceert verder dat we aandacht hebben voor “de mens als geheel”. Dat vindt zijn weerslag in het leerproces. Vanuit het geloof leren we de kinderen zorg te hebben voor elkaar en hun omgeving en elkaar te respecteren. Het geloof is een persoonlijk iets wat je niet kunt opdringen. We gunnen ieder kind een eigen ontdekkingsreis naar de religie. Onze idealen en waarden zijn mede gevormd door de katholieke traditie en wij willen onze leerlingen daarmee een richting tonen. In respect en openheid tonen wij die richting als inspirerende mogelijkheid. Ieder die daarvoor openstaat is welkom op onze school. De Zonnewijzer staat midden in de samenleving. Kinderen ontmoeten elkaar, in hun verschillende afkomst en geloof. We investeren in goed burgerschap. We vragen van kinderen een open en ontdekkende en niet veroordelende houding naar hun groepsgenoten. We vragen hen goed naar elkaar te luisteren, het gesprek aan te gaan en betrokken zijn op elkaar. Zo leren we de kinderen positief kritisch op zichzelf en de ander te reageren en de waarheid van elk mens te respecteren. We verwachten dat ouders hier achter staan en deelnemen aan de activiteiten die de school organiseert. 1.4 Zorg en begeleiding- passend onderwijs: In principe zijn alle kinderen, waarvan de ouders de grondslag onderschrijven, welkom op onze school. Vanaf 1 augustus 2014 moeten scholen een passende onderwijsplek geven aan leerlingen die extra ondersteuning nodig hebben. Dit is natuurlijk geen makkelijke opgave. Wordt er een leerling met een specifiek onderwijsprogramma aangemeld, dan bekijken we of wij het onderwijs kunnen bieden die het kind vraagt. De ondersteuning die wij kunnen bieden staat in het schoolondersteuningsplan. Deze ligt ter inzage op school. Wij nemen de ontwikkeling richting passend onderwijs serieus en maken hierin belangrijke stappen. Passend onderwijs betekent dat de school kinderen met speciale zorg op kan nemen binnen het onderwijsaanbod. Zo kunnen kinderen die anders naar bijvoorbeeld het speciaal onderwijs zouden uitstromen zich handhaven in ons reguliere basisonderwijs. Jaarlijks bekijken we binnen welke kaders we de kinderen gepaste zorg kunnen aanbieden en welke kwaliteiten we hiervoor in huis hebben Hierin worden wij ondersteund door een ondersteuningsteam. Het ondersteuningsteam is een multidisciplinair team waar de leerkrachten en de intern begeleider ondersteuning kunnen vragen aan een vast gezelschap bestaand uit: orthopedagoog, gedragswetenschapper, maatschappelijk werker en de zorgcoördinator van de GGD (gemeentelijke geneeskundige dienst). Dit overleg wordt vier keer per schooljaar gepland en wordt eventueel uitgebreid met andere deskundigen en ook de ouders. Het kunnen vragen zijn die met het leerproces te maken hebben, maar ook omtrent de ontwikkeling op gedragsgebied. Op deze manier is het mogelijk om kinderen met problemen in de



12

ontwikkeling in een zo vroeg mogelijk stadium op te sporen en waar nodig passende hulp te organiseren. Uiteraard worden de zorgen eerst met ouders besproken. De groepsleerkracht of intern begeleider kan dan voorstellen de leerling te bespreken in het Zorgteamoverleg. 1.5 Ouderbetrokkenheid: Een ouder kan op verschillende manieren actief betrokken zijn bij de school. Er is een betrokken oudervereniging op school en ook hebben er twee ouders zitting in de medezeggenschapraad. Tevens zijn ouders bij ons op school een serieuze partner die we graag betrekken bij alle activiteiten waarbij ouderhulp zeer gewenst is.( herfstwandeling, Carnaval, Kerst, Avond vierdaagse, sportactiviteiten e.d.) Tijdens onze Kunst in Kids weken willen wij graag workshops verzorgen, die georganiseerd worden door een ouder/opa/oma of tante. Bij ouderbetrokkenheid is een goede communicatie van belang. Vandaar dat communicatie dan ook hoog in het vaandel staat bij ons. Kortom: Ouderbetrokkenheid vinden wij erg belangrijk op onze school. Samen met hen hebben wij het voorrecht om het kind te mogen begeleiden in zijn of haar leerproces. Goed onderwijs maken we samen, dit kunnen we en willen we niet alleen. 1.6 Beleidsvorming Het model dat ten grondslag ligt aan besturing van de school is het zgn. INK model ( Instituut Nederlandse Kwaliteit) door het cyclisch karakter van het model zijn we in staat om het huidige functioneren tegen het licht te houden en zodoende onze kwaliteit te controleren en bij te stellen. Het INK model onderscheidt twee soorten domeinen, namelijk organisatie en resultaatgebieden. In de organisatie gebieden wordt het functioneren van de school beschreven. In de resultaatgebieden worden de daarmee bedoelde resultaten aangegeven. De samenhang tussen resultaat en



13

organisatie bepaalt de mate waarin wij als school in staat zijn om te leren, verbeteren en excelleren. Voortdurend verbeteren is de brandstof waarop een organisatie draait. In het INK-managementmodel is de motor voor verandering de zogenoemde plan-do-check- act-cirkel. In het INK model worden de woorden planning-uitvoering-evaluatie-bezinnen gehanteerd. Deze cyclus wordt toegepast bij de zowel de 4-jarige vorm (schoolplan cyclus) als bij de 1-jarige vorm (jaarplan cyclus) Eens in de vier jaar vindt een grondige positiebepaling plaats, waarin we met behulp van diverse instrumenten meten en evalueren hoe we er als organisatie voor staan. Vanuit de evaluatie gegevens en de streefdoelen uit het schoolplan worden concrete jaarplannen opgesteld. De uitvoering van de jaarplannen vindt voor een gedeelte ook plaats via actieteams. Aan het eind van dat planningsjaar vindt er een evaluatie plaats en wordt er een nieuw jaarplancyclus opgestart. De ouders en het bestuur worden doorlopend op de hoogte gehouden van de plannen en de voortgang daarin. Jaarverslag, voortgangsrapportages, activiteitenplannen, schoolgids, evaluaties, schoolgids en nieuwsbrieven zijn voor onze school enkele gehanteerde instrumenten. Tevens vinden wij het belangrijk om de doorgevoerde veranderingen en resultaten goed te borgen. Hiervoor heeft de school een interne schoolgids ontwikkeld. 1.7 Omgevings- en toekomstgerichtheid Ontwikkelingen vanuit de overheid: Vanaf 1 augustus 2014, hebben scholen een zorgplicht. Dat betekent dat scholen verantwoordelijk zijn om elk kind een goede onderwijsplek te bieden. Om aan alle kinderen daadwerkelijk een goede onderwijsplek te kunnen bieden, vormen reguliere en speciale scholen samen regionale samenwerkingsverbanden. De scholen in het samenwerkingsverband maken afspraken over de ondersteuning aan leerlingen en de bekostiging daarvan. Bron: www.passendonderwijs.nl Tijdens schooljaar 2014-2015 is de zorgplicht ingevoerd, landelijke indicatiestelling vervalt. Samenwerkingsverbanden worden verantwoordelijk voor de uitvoering van de taken, waaronder de (toewijzing van) ondersteuning De middelen voor ambulante begeleiding gaan in het schooljaar 2014/2015 naar de (v)so-scholen, tenzij het nieuwe samenwerkingsverband afspraken heeft gemaakt over de overname van personeel (opting out). Middelen voor lichte ondersteuning gaan naar het samenwerkingsverband passend onderwijs. Voor primair onderwijs zijn dat middelen van het huidige wsns-beleid. Reguliere deel middelen leerlinggebonden financiering gaat naar het samenwerkingsverband, op basis van de teldatum 01-10-2013. Evenals de middelen die voorheen naar onder meer de rec’s gingen. Tijdens schooljaar 2015-2016 gaat de nieuwe bekostigingssystematiek van start.

Bezinnen

Planning

Evaluatie

Uitvoering

Schoolplan

Jaarplan 1

Jaarplan 2

Jaarplan 3

Jaarplan 4

Actie teams

http://www.passendonderwijs.nl/



14

De middelen gaan naar de samenwerkingsverbanden en er geldt een verplichte her besteding bij het (v)so, tenzij er afspraken zijn gemaakt met het (v)so Inspectietoezicht: Sinds het begin van de jaren negentig beschrijft de Inspectie van het Onderwijs de wijze waarop zij haar toezicht vorm en inhoud geeft in het toezichtkader. Zo’n toezichtkader is bedoeld om de eenheid van handelen van inspecteurs te bevorderen. Het maakt het handelen van de inspectie transparant voor betrokkenen en belanghebbenden. Aanpassingen van het toezichtkader De toezichtkaders PO (2005) en VO (2006) zijn geïntegreerd in één Toezichtkader PO/VO 2009. In 2011 is het toezichtkader geactualiseerd: http://www.onderwijsinspectie.nl/onderwerpen/Toezicht/Toezichtkaders

De werkwijze van de inspectie; in het toezichtkader 2012 staat hoe de inspectie werkt, wat precies beoordeeld wordt en wanneer het onderwijs van voldoende kwaliteit is. Zo weten scholen en besturen wat ze van (het toezicht van) de inspectie kunnen verwachten. http://www.onderwijsinspectie.nl/binaries/content/assets/Actueel_publicaties/2012/brochure-toezichtkader-po-vo-2012.pdf Om alle scholen in Nederland te prikkelen om de kwaliteit van hun onderwijs verder te verhogen heeft de inspectie in april 2014 nog een aantal een aantal vernieuwingen doorgevoerd. De inspectie gaat meer rekening houden met de kwaliteitsverschillen tussen de scholen.

1. Toezicht op en samenwerken met besturen; 2. Differentiatie in oordelen 3. Bestuur en management: visie en verantwoordelijkheden

In de toekomst wordt niet alleen aandacht besteed aan scholen die hun onderwijskwaliteit moeten verbeteren, maar ook aan scholen waarvan de onderwijskwaliteit voldoende is maar beter kan. Het oordeel van de inspectie wordt gedifferentieerd. Bij gedifferentieerd toezicht spreekt de inspectie niet meer over basiskwaliteit, maar maken ze onderscheid tussen de scholen die ‘voldoende’ en ‘goed’ en-via een andere weg ‘excellent’ zijn. Ontwikkelingen vanuit de school Afgelopen vier jaar heeft de school zich actief op PR en marketing gericht. Dit heeft geleid tot een positief beeld van de school in de wijk. En ook tot een lichte stijging in het leerling aantal. De school verwacht rond de 100 leerlingen te blijven. Een van de pijlers van de school is kleine groepen. Dit heeft er namelijk afgelopen jaar toe geleid dat er een toestroom was van zij-instromers van andere scholen. De Zonnewijzer wil dit beleid handhaven. Dit houdt wel in dat dit effect heeft op financiële situatie op school. De personele bezetting ligt namelijk boven het toegestane aantal leerlingen in een groep. Maar wil de school zich blijven profileren met deze ambitie, t.o.v. de andere scholen in de wijk dan is dit de consequentie. De ontwikkeling van het schoolteam liggen binnen de inhoudelijke en vakdidactische competenties. Hier is een plan van aanpak voor geschreven. De komende vier jaar zal hier het accent op liggen. Als zij namelijk hierin sterker worden, dan kunnen zij beter aansluiten bij de onderwijsbehoeften van leerlingen en op basis daarvan differentiëren. Daardoor hebben ze meer mogelijkheden om ontwikkeling van leerlingen en dus de opbrengsten te beïnvloeden. De IB gaat leerkrachten begeleiden in dit proces. D.m.v. klassenbezoeken, beeld coaching en zorgvergaderingen en collegiale consultatie.

http://www.onderwijsinspectie.nl/onderwerpen/Toezicht/Toezichtkadershttp://www.onderwijsinspectie.nl/binaries/content/assets/Actueel_publicaties/2012/brochure-toezichtkader-po-vo-2012.pdfhttp://www.onderwijsinspectie.nl/binaries/content/assets/Actueel_publicaties/2012/brochure-toezichtkader-po-vo-2012.pdf



15

Externe contacten: De school onderhoudt contacten met instellingen m.b.t. aan- en toelevering van leerlingen alsmede collega scholen en andere relevante instellingen. Ook is er nauw contact met het Voortgezet Onderwijs. Elk jaar heeft de school een evaluatiemoment met de twee collega scholen uit Dronten. Samen evalueren zij de oud-leerlingen t/m het tweede jaar. Dit om de doorgaande lijn naar het Voortgezet Onderwijs zo goed mogelijk te laten verlopen. Tevens is er sprake van samenwerking met plaatselijke instanties/bedrijven en verenigingen. Kind Centrum Voor en naschoolse opvang is op dit moment geregeld via Kinderopvang Dronten. De Zonnewijzer wil zich het komend schoolplan gaan oriënteren om ook opvang te verzorgen voor 2-4 jarige. Wij zien dit als een goed ondernemingsplan om ons te profileren op het scholeneiland. Eén van de grote voordelen hiervan is een vlekkeloze doorstroom vanaf 4 jaar naar groep 1 van onze basisschool. 1.8 Doelen visie en beleid Naar aanleiding van het bovenstaande en het zelfevaluatie rapport van november 2014 is de algemene doelstelling voor visie en beleid als volgt geformuleerd:

De school biedt zijn leerlingen een veilig pedagogisch klimaat waarbij de tolerantie laag ligt op het gebied van “pestgedrag”. D.mv. intensieve inzet van kinder-coaching , Kanjertraining en klassengesprekken wordt dit gehandhaafd.

De school biedt onderwijs van hoge kwaliteit en zorgt voor uitdagend en toekomstgericht onderwijs dat inspeelt op de talenten en leerbehoeften van alle individuele leerlingen.

In de school werken teams van leraren en schoolleider die zich individueel en als collectief ontwikkelen in hun professionaliteit. Waarbij de leerling centraal staat en bij draagt aan doorgaande leer - en ontwikkellijnen.

Vaardigheden voor de 21e eeuw Doel: Het onderwijs is gericht op leerbehoeftes van kinderen en de 21e century skills. Wij hanteren de 8 vaardigheden uit het model van Kennisnet Indicator: Kinderen leren en werken in een uitdagende omgeving. Kinderen kunnen hun talenten ontwikkelen en zelf verantwoorden. Elke leerkracht is vakman/vrouw en kan aansluiten bij de leerbehoeften van kinderen. Hierbij zijn de 8 vaardigheden van Kennisnet het uitgangspunt. Pedagogisch klimaat Doel: Ieder kind heeft zijn eigen talent. Er is lef voor nodig om te laten zien wie je bent. Indicator: Door te werken met de acht vaardigheden van 21e century skills leren de kinderen

vertrouwen op te bouwen, weerbaar te worden, op een assertieve wijze samen te werken, conflicten op te lossen en zich verantwoordelijk te voelen voor hun eigen ontwikkeling.



16

Passend onderwijs Doel: De leerkracht is goed ontwikkeld op zijn/haar SBL competenties. Met name

vakinhoudelijk en didactisch is de leerkracht bekwaam genoeg om te kunnen inspelen op de leerbehoeftes van elk kind.

Indicator -De ontwikkeling van het schoolteam liggen binnen de inhoudelijke en vakdidactische competenties. -De IB begeleidt leerkrachten dmv. klassenbezoeken, beeld coaching en zorgvergaderingen.

-Zorgvergaderingen krijgen het karakter van een leergemeenschap.



17

Hoofdstuk 2: Leiderschap en management 2.1 Leiderschap: Onze school wordt geleid door een directeur. Zij wordt gesteund door het managementteam(MT). Deze bestaat uit de onder en bovenbouw coördinator. Het MT komt maandelijks bijeen voor overleg. Op zorg en leerling gebied is er een intern begeleider aanwezig. Samen met de directeur zijn zij verantwoordelijk voor de vormgeving van de zorg op de school. Kernwoorden van de manier van leidinggeven zijn: organiseren, faciliteren, ontwikkelen, betrokken, resultaatgericht, besluitvaardig en verantwoordelijkheid krijgen en nemen. Wij vinden het belangrijk dat niet alleen de medewerkers in een prettige sfeer kunnen werken, maar tevens ook het belang in kunnen zien van het als een team te werken en medeverantwoordelijkheid te dragen voor het opstellen en de uitvoering van plannen. Het schoolplan wordt geschreven door de directie en goedgekeurd door het team. Het nieuwe meerjarenbeleidsplan wordt opgesteld door de directie en goedgekeurd door het team. Vooraf is er samen met het team en ouders gesproken over de ambities van de school. Ouders en team zijn dan ook uitvoerig betrokken bij dit schoolplan. 2.2 Management: Volgens het INK model wordt management en leiderschap zichtbaar in beleid, structuur , afdelingsomschrijvingen, functieomschrijvingen en medewerkers overzichten, managementprincipes, communicatie en overleg. Het management op schoolniveau: Het management bestaat uit de schoolleider en twee bouwcoördinatoren. Zij zijn belast met de dagelijkse leiding van de organisatie en de uitvoering van het bestuursbeleid. De functies en taken zijn gericht op het primaire proces. De schoolleider is en blijft altijd eindverantwoordelijke. De intern begeleider is aanspreekpunt op leerling en zorggebied. Ook als de directie niet aanwezig is, is de intern begeleider het eerste aanspreek punt. Ook is er een plaatsvervangend directeur aanwezig. Deze is alleen benoemd als taak, maar hij kan optreden als vervanger. De directeur vindt het belangrijk om dicht bij de werkvloer te blijven. Het aansturen, luisteren naar

Visie en beleid

Personeel

Leiderschap

Cultuur en klimaat









18

de leerkrachten en klassenbezoeken uitvoeren is dan ook een belangrijk onderdeel van de werkzaamheden. Schoolleidersregister: Alle schoolleiders binnen de SKO moeten zijn geregistreerd bij het Schoolleidersregister. De Stichting Schoolleidersregister PO is opgericht om het beroep van schoolleider in het primair onderwijs te versterken, verder te professionaliseren en om schoolleiders daarbij op verschillende manieren te faciliteren. Altijd samen met de beroepsgroep, op basis van bestaande kennis en goede voorbeelden uit de praktijk. Schoolleidersregister PO heeft als taak het bewaken, stimuleren en borgen van de kwaliteit van schoolleiders. Schoolleidersregister wil de beroepsgroep versterken en verdere professionalisering stimuleren. De beroepsstandaard voor schoolleiders in het primair onderwijs rust op een stevig wetenschappelijk fundament en is er consensus over bereikt met het werkveld in de volle breedte. De beroeps-standaard voor schoolleiders in het PO is gebaseerd op de bestaande beroepsprofielen. Deze zijn bekeken in het perspectief van actuele ontwikkelingen en recente vakliteratuur. De literatuurstudie heeft zich gericht op kenmerken van effectieve schoolleiders en effectieve leiderschap strategieën. De beroepsstandaard bestaat uit een competentie profiel, bekwaamheidseisen en eisen aan verdere professionalisering. De standaard is gebaseerd op kenmerken van effectief leiderschap. Basiscompetenties schoolleider: In de beroepsstandaard zijn vijf aspecten van effectief leiderschap vertaald in vijf basiscompetenties: 1. Visiegerichtheid De schoolleider kan een visie op onderwijs formuleren en deze visie communiceren en uitdragen in de school teneinde het gewenste resultaat (optimale leerling resultaten) te realiseren. 2. Omgevingsbewustzijn De schoolleider kan factoren uit de omgeving van de school (inclusief de wettelijk kaders en de regelgeving) wegen, op consequenties bezien en vertalen naar de eigen situatie teneinde de leerling resultaten te optimaliseren. 3. Strategieën bij nieuwe vormen van leiderschap De schoolleider kan strategieën inzetten die passen bij nieuwe vormen van leiderschap (transformationeel, inspirerend, moreel en onderzoekend leiderschap) teneinde de schoolontwikkeling te bevorderen. 4. Organisatiebewustzijn De schoolleider kan vormgeven aan de kenmerken van de schoolorganisatie. Meer specifiek: de schoolleider kan - met het oog op optimaliseren van de leerling resultaten -vormgeven aan de vier domeinen: structuur/cultuur; onderwijsorganisatie/pedagogische klimaat; personeel; faciliteiten. 5. Hogere orde denken De schoolleider kan handelen vanuit inzicht in de samenhang tussen alle factoren (visie, inclusief gewenste leerresultaten; omgeving van de school; wettelijke kaders en regelgeving en kenmerken van de schoolorganisatie,) die een rol spelen bij het leren van de leerlingen .



19

Competenties en persoonlijkheid: Deze twee begrippen worden vaak door elkaar gebruikt. Persoonlijkheidskenmerken, zoals bijvoorbeeld extraversie, emotionele stabiliteit, inschikkelijkheid, vriendelijkheid, openheid, gewetensvolheid worden vaak als competenties genoemd. Er is een onderscheid tussen persoonlijkheidskenmerken en competenties. Uitgangspunt is dat persoonlijkheid van leiders van invloed is op diens competenties en daarmee de stijl van leidinggeven bepaalt. Het is daarom belangrijk dat de leider in staat is om de eigen persoonskenmerken te verbinden aan de competenties, om zo de eigen professionele identiteit te ontwikkelen.. professionalisering van de schoolleider zou niet gericht moeten zijn op de ontwikkeling van de persoonlijkheid maar op het leggen van de verbindingen tussen de eigen persoonlijkheidskenmerken en de competenties, met andere woorden op de ontwikkeling van de individuele professionaliteit. Om op de Zonnewijzer succesvol te kunnen zijn, zijn er een aantal persoonlijkheidskenmerken van belang:

Passie

Visie

Hard werken en wat je doet, goed doen.

Focussen

Doorzettingsvermogen

Innovatief zijn

Dienstbaarheid

Identiteit

Integriteit

Openheid

Lef Taken schoolleiding;

De directeur is belast met de uitvoering van het onderwijskundig, financieel, materieel en personeelsbeleid.

De directeur is verantwoordelijk voor de kwaliteitszorg van de organisatie.

De directeur is verantwoordelijk voor en direct betrokken bij/ geeft aansturing aan: intern begeleider, bouwcoördinatoren, coördinator ICT/I-coach, administratief medewerker en externen.

De directeur wordt bij de uitvoering ondersteund door, intern begeleider en bouwcoördinatoren.

De directeur is mede verantwoordelijk voor de PR en marketing. Belangrijkste werkzaamheden:

Het opstellen van het strategisch beleidsplan op schoolniveau en zorg dragen voor de uitvoering.

Het opstellen van het schoolplan en zorg dragen voor de uitvoering

Het opstellen van het jaarplan waarin wordt gerapporteerd welke doelen uit het schoolplan worden gerealiseerd.

Het opstellen van een professionaliseringsplan voor alle personeelsleden en zorg dragen voor de uitvoering.

Het organiseren van de dagelijkse gang van zaken en het oplossen van problemen die zich daarbij voordoen.

Het voorbereiden en voorzitten van teamvergaderingen en MT vergaderingen.



20

Het onderhouden van externe betrekkingen.

Het gebouwbeheer voor de onderdelen die onder de verantwoordelijkheid liggen van het bestuur vallen.

Zorg dragen voor het financieel beheer.

Het eerste aanspreekpunt zijn voor het bestuur, de bouwcoördinatoren en intern begeleiders.

Het eerste aanspreekpunt zijn voor de medezeggenschapsraad.

Het begeleiden en toetsen van de uitvoering van het personeelsbeleid en de personeelszorg.

Het begeleiden en het toetsen van de uitvoering van het onderwijskundig beleid.

Het begeleiden en het toetsen van het kwaliteitsbeleid en kwaliteitszorg.

Het signaleren van knelpunten en deze ter sprake brengen.

De schakel zijn tussen stichtingsdirecteur en de school. Overlegstructuur op schoolniveau:

De verschillende overlegmomenten worden aan het begin van het jaar vastgelegd en opgenomen in de jaarplanning.

De agenda wordt van te voren naar de betrokken gestuurd.

Na elke vergadering volgt er een notulen en deze wordt via de mail verstuurd. Van elk teamlid wordt er veracht dat hij/zij deze heeft gelezen.

Alle betrokken worden geacht aanwezig te zijn.

In het begin van het jaar is er een taakbeleid afgesproken omtrent het aanwezig zijn van vergaderingen/overleg momenten/studiedagen.

Organisatie structuur op De Zonnewijzer

MR

Onderbouw coördinator

Bovenbouw coördinator

Schoolleider

Intern begeleider



21

2.3 Beleidslijnen en indicatoren t.a.v. het onderdeel ‘leiderschap en management’ Naar aanleiding van het bovenstaande en het zelfevaluatierapport van november 2014 is de algemene doelstelling voor leiderschap en management als volgt geformuleerd:

De directie is als onderwijskundig leider gericht op het leren in de school en het verbeteren en grip houden op de resultaten van het leren en het proces daar naartoe. Het gaat om het leren van alle leerlingen en het vakmanschap van de leerkrachten.

Er is een professionaliseringsplan aanwezig op school met professionaliseringsdoelen die aansluiten bij de veranderdoelen.

Op school zijn er proeftuintjes ontworpen, die tegemoet komen aan de leerbehoeftes van de kinderen .

Voor de directeur is een ontwikkeltraject en er worden doelstellingen afgesproken die bijdragen aan de ontwikkeling van de school.

Om kinderen en ouders in een vroeg stadium bij de Zonnewijzer te betrekken ziet de school het als een uitdaging om binnen de school een peuterspeelzaal te vestigen om daarmee de krimp tot een minimum te beperken en in de toekomst weer te kunnen groeien.

Doelen leiderschap: Vaardigheden voor de 21e eeuw Doel: Leerkracht gaat werken met methode-loze dag (en), dit om ervaringen op te doen met

werken zonder methode, ervaringen uit te wisselen en elkaar te inspireren. Indicator: Zorgdragen dat het team inzichten heeft om ervaringsgericht te werken (van en met elkaar te leren). Door te werken met de 8 vaardigheden van 21e century skills hebben een leerkrachten een houvast om hun les in te richten. Dit zal d.m.v. studiedagen vorm krijgen. Ook zal dit in het actie team 21 e eeuwsevaardigheden aanbod komen. Pedagogisch klimaat Doel: De directie is gericht op het leren in de school en het verbeteren en grip houden op de resultaten van het leren en het proces daar naar toe. Indicator: Directie controleert tijdens de klassenbezoeken en de gesprekken die plaatsvinden in de gesprekkencyclus of leerkracht het vakmanschap verstaan. Zij heeft zich op het leren van de kinderen en hun vorderingen. Directie stimuleert de leerkrachten om hun bekwaamheidsdossier op orde te houden Passend onderwijs Doel: Binnen de school zorgdragen voor voorschoolse opvang van 2-4 jarige. Indicator: Samen met SKO of andere kinderdagverblijven/peuterspeelzalen praten over een mogelijkheid om binnen dit plan een peuterspeelzaal in de school te starten.



22

Hoofdstuk 3: Personeel 3.1 Integraal personeelsbeleid De kwaliteit van het onderwijs hangt in grote mate af van de kwaliteit van de leerkrachten. Kennis, houding en gedrag spelen hierbij een belangrijke rol. Zij hebben een voorbeeldfunctie. De leerkrachten zijn degenen die de verandering vormgeven in het dagelijks handelen. Aan de verdere ontwikkeling van dit vakmanschap wordt op school veel aandacht besteed. Het vak is complex. Het vraagt van de leerkracht een goede afstemming van de onderwijspraktijk op de ontwikkelingsvragen van de leerling. De leerkracht moet kennis hebben van leerlijnen en leerstofinhouden. Zij passen dit toe vanuit een onderzoekende houding. Vanuit het Integraal Personeels Beleid (IPB) zijn diverse beleidsstukken en instrumenten (vaardigheidsmeter) die bijdragen aan de realisatie van competente leerkrachten. Waarbij de SBL-competenties uitgangspunten zijn voor de leerkrachten.

1. Interpersoonlijk competent

Leiding geven en zorgen voor een goede sfeer van omgaan met en samenwerking tussen leerlingen.

2. Pedagogisch competent

Zorgen voor een veilige leeromgeving en bevorderen van persoonlijke, sociale en morele ontwikkeling of: bevorderen van de ontwikkeling tot een zelfstandig en verantwoordelijk persoon.

3. Vakinhoudelijk en didactisch competent

Zorgen voor een krachtige leeromgeving en bevorderen van het leren.

4. Organisatorisch competent

Zorgen voor een overzichtelijke, ordelijke en taakgerichte sfeer en structuur in de leeromgeving.

5. Competent in het samenwerken met collega's

Zorgen dat het werk afgestemd is op dat van collega’s; bijdragen aan het goed functioneren van de schoolorganisatie.

Visie en beleid

Personeel

Leiderschap

Cultuur en klimaat







http://www.ctmeter.nl/primair-onderwijs/sbl-competenties/interpersoonlijk-competent/http://www.ctmeter.nl/primair-onderwijs/sbl-competenties/interpersoonlijk-competent/http://www.ctmeter.nl/primair-onderwijs/sbl-competenties/pedagogisch-competent/http://www.ctmeter.nl/primair-onderwijs/sbl-competenties/vakinhoudelijk-didactisch-competent/http://www.ctmeter.nl/primair-onderwijs/sbl-competenties/vakinhoudelijk-didactisch-competent/http://www.ctmeter.nl/primair-onderwijs/sbl-competenties/organisatorisch-competent/http://www.ctmeter.nl/primair-onderwijs/sbl-competenties/organisatorisch-competent/http://www.ctmeter.nl/primair-onderwijs/sbl-competenties/competent-in-samenwerken-met-collegas/http://www.ctmeter.nl/primair-onderwijs/sbl-competenties/competent-in-samenwerken-met-collegas/http://www.ctmeter.nl/primair-onderwijs/sbl-competenties/competent-in-samenwerken-met-collegas/



23

6. Competent in samenwerking met de omgeving

In het belang van de leerlingen een relatie onderhouden met ouders, buurt, bedrijven en instellingen.

7. Competent in reflectie en ontwikkeling

Zorgen voor de eigen professionele ontwikkeling en de professionele kwaliteit van de beroepsuitoefening

Scholing ,functioneren en beoordelen van medewerkers vormen cruciale onderdelen op dit beleid. Door tijdig te monitoren, te stimuleren, maar ook te controleren (klassenbezoeken, functionerings-beoordelingsgesprekken) geeft dit de medewerkers duidelijkheid over zijn of haar ontwikkeling en functioneren. Iedere medewerker van de SKO Flevoland Veluwe heeft een eigen personeelsmap. Hierin staat voor medewerkers onder andere relevante informatie betreffende SKO, arbodienstverlening, wet en regelgeving, sociale zekerheid en pensioen. Tevens is er in deze map ruimte voor het bekwaamheidsdossier en akten van benoeming. Het bekwaamheidsdossier is een verantwoordelijkheid van elke medewerker. Bekwaamheidsdossier en Lerarenregister Het is een basisvoorwaarde voor goed onderwijs dat alle leraren ten minste de algemeen didactische en differentiatie vaardigheden beheersen. Daarnaast is het voor de verdere ontwikkeling van het onderwijs van belang dat leraren gedurende hun gehele leraarsloopbaan hun bekwaamheid onderhouden. Dan gaat het zowel om het toepassen van nieuwe (wetenschappelijke) inzichten in de eigen lespraktijk als om het actief bijdragen aan de schoolontwikkeling. Het is de verantwoordelijkheid van elke individuele leraar om zijn beroepsbekwaamheid blijvend te onderhouden. De leraar houdt zijn ontwikkeling bij in zijn Bekwaamheidsdossier en zorgt ervoor dat dit up-to-date blijft. Het leraren register is het sluitstuk van het proces van de professionele ontwikkeling van de leraar. De leraar maakt zijn beroepskwaliteit uiterlijk in 2018 zichtbaar in het register De SKO wil een goed werkgever zijn. Meerjarige professionaliseringsplannen worden hierbij dan ook verwacht. De SKO wil benadrukken dat ontwikkeling ook bereikt kan worden door gebruik te maken van kennis en expertise binnen de scholen van de scholengroep. Personeelsbeleid: Voor de school is personeelsbeleid van belang om de doelen van de school optimaal te verwezenlijken en daartoe het functioneren en het welbevinden van de medewerkers in de arbeidssituatie te bevorderen. Dit doet de school o.a. door :

Het creëren van goede arbeidsvoorwaarden en een duidelijke rechtspositionele basis die zekerheid en perspectieven biedt.

Het bevorderen van een goede werksfeer en een goed werkklimaat waarin iedere medewerker tot zijn recht komt, zich geaccepteerd en veilig voelt en waar samenwerking aanwezig is. Waarbij van en met elkaar leren een onderdeel is van het curriculum.

Het realiseren van een effectieve inzet van mensen ten behoeve van de doelstelling van de school. Het verzorgen van kwalitatief goed onderwijs in een goed en pedagogisch klimaat.

Constant bezig zijn met verbetering en optimalisering van ons onderwijs. Waarbij nieuwere vormen van onderwijs meegenomen wordt in de optimalisering.

Medewerkers de ruimte bieden om zich in de praktijk te ontwikkelen.(waarbij proeftuintjes

http://www.ctmeter.nl/primair-onderwijs/sbl-competenties/competent-in-samenwerking-met-omgeving/http://www.ctmeter.nl/primair-onderwijs/sbl-competenties/competent-in-samenwerking-met-omgeving/http://www.ctmeter.nl/primair-onderwijs/sbl-competenties/competent-in-samenwerking-met-omgeving/http://www.ctmeter.nl/primair-onderwijs/sbl-competenties/competent-in-reflectie-en-ontwikkeling/http://www.ctmeter.nl/primair-onderwijs/sbl-competenties/competent-in-reflectie-en-ontwikkeling/



24

worden gebruikt)

Binnen de school is ruimte voor specialisatie van de medewerkers, hierdoor wordt op school een gespreid leiderschap gecreëerd.

Binnen de Akke en Demi van de SKO is ruimte voor leren van en met elkaar; hierbij informeert men elkaar en benut men elkaars expertise.

De school sluit in haar personeelsbeleid aan bij het beleid dat door de SKO is geformuleerd in het strategisch beleidsplan 2015-2019. En de wettelijke kaders, zoals de CAO-PO en de wet BIO. CAO-PO: Een goede cao voor het primair onderwijs maakt het mogelijk dat leraren, schoolleiders en onderwijsondersteuners hun werk goed kunnen doen en dat leerlingen daardoor goed onderwijs krijgen. De PO-Raad heeft op 2 juli 2014 een onderhandelaarsakkoord bereikt met de onderwijsvakbonden over een cao voor het primair onderwijs. Met deze cao is een belangrijke stap gezet op weg naar modernisering van de arbeidsvoorwaarden. De nieuwe CAO PO 2014-2015 loopt van 1 juli 2014 tot en met 30 juni 2015. Onderhandelaarsakkoord CAO-PO 01-07-2014 tot en met 30-06-2015: Met dit onderhandelaarsakkoord hebben sociale partners beoogd tot een evenwichtig pakket te komen, waarin de arbeidsvoorwaarden bijdragen aan de professionalisering van het onderwijspersoneel, het terugdringen van de werkdruk en een duurzame inzetbaarheid. Sociale partners zijn van oordeel dat een goed werkklimaat noodzakelijk is om in gezamenlijkheid tot goed onderwijs te komen en hebben in de cao mogelijkheden gecreëerd om in onderling overleg op de werkvloer tot nadere afspraken te komen. Wet BIO: De wet Bio is gericht op de kwaliteit van de leerkrachten en dus ook op de kwaliteit van het onderwijs. Dit gebeurt door te bevorderen, dat het onderwijzend personeel aan zijn bekwaamheid blijft werken. Het gaat immers niet alleen om bekwaam zijn , maar vooral om bekwaam te blijven. Daarom zijn er door de Stichting Beroepskwaliteit Leraren (SBL) zeven competenties gedefinieerd, waaraan iedere leerkracht moet blijven volden. (zie 3.1 Integraal personeelsbeleid). Voor de directeuren van de SKO worden de competenties vanuit de Nederlandse Schoolleiders Academie (NSA) gehanteerd.

Aantal mannen 2012 2013 2014

1 1 3

Percentage LB functie 2012 2013 2014

13,9% 19,15% 31,99% Verdeling mannen en leerkrachten die een LB functie hebben

http://www.poraad.nl/content/onderhandelaarsakkoord-cao-po-2014-2015



25

3.2. Instrumenten personeelsbeheer, -zorg en –sturing Op bestuursniveau van de stichting is personeelsbeleid vastgesteld en uitgewerkt. Van daaruit zijn een aantal instrumenten en procedures aan de scholen beschikbaar gesteld. Deze instrumenten en procedures zijn te vinden op de website van de SKO en in de beleidsmap die op elke school aanwezig is. Personeelsbeheer: Verdeling van taken en verantwoordelijkheden: Het moet voor iedere werknemer helder zijn wat er van hem/haar wordt verwacht en wat zijn verantwoordelijkheden en bevoegdheden zijn. De school heeft een heldere functie en taakomschrijving van elke functionaris binnen de organisatie. Deze omschrijvingen zijn opgenomen in het dossier taakbeleid die elke medewerker jaarlijks ontvangt. Ook zijn ze terug te vinden in de Interne schoolgids. Personeelszorg Taakbeleid: De kern van het taakbeleid is:

Een zo evenwichtig mogelijke taakbelasting van de individuele medewerker.

Spreiding van de werkzaamheden over het jaar.

Het gevoerde taakbeleid wordt ieder jaar geëvalueerd en vastgesteld. De taken van de leerkrachten bestaan uit lesgevende en niet lesgevende taken, schooltaken en scholing. Vanwege de invoering van het nieuwe CAO per 1-8-2015 zal er gekeken worden hoe dit conform de afspraken ingepast gaat worden. Een volledige benoeming kent een normjaartaak van 1659 uur. De school blijft van mening dat het invullen van de niet gebonden taken moet worden uitgegaan van de werktijdsfactor van de leerkrachten. De verdeling gebeurt op basis van vrijwilligheid. De directeur bekijkt nadien of de verdeling over het team naar evenredigheid van de werktijdsfactor is. Personeelssturing Begeleiden van nieuw personeel: Op school is een protocol aanwezig voor het begeleiden van nieuwe leerkrachten. Deze is te vinden in de interne schoolgids. Nieuwe leraren worden gekoppeld aan een collega voor directe klassengerichte organisatie. De nieuwe collega wordt op de hoogte gebracht van de missie, visie en de afspraken van de school (interne schoolgids). Extra klassenbezoeken worden door de directie en IB-er uitgevoerd. De IB-er en directie zorgen voor intensieve begeleiding voor de nieuwe medewerker en dragen zorg voor een begeleidings- en ontwikkelplan. Beleid m.b.t. stagiaires en WPO-ers(werkplekopleiders): Op school is een protocol aanwezig voor de begeleiding van stagiaires en WPO-ers. Deze is terug te vinden in de interne schoolgids. Aan een stagiaire wordt een leerkracht gekoppeld. Deze coacht de stagiaire en onderhoudt de contacten met de opleidingsschool. De school heeft jaarlijks plek voor drie- vier studentes uit alle jaren van de opleiding. De school is een



26

opleidingsschool voor de katholiek Pabo Zwolle (KPZ). Daarbij is er een mogelijkheid tot een WPO-er. Dit is een student die in het laatste jaar van de KPZ zit. Hij/zij is dan zelf verantwoordelijk voor een eigen groep. Op school is een Begeleider Op Afstand aanwezig (BOA). Deze begeleid de student naast de vaste leerkracht van de groep. Vanaf 2015-2016 gaat er ook een opleider in de school de groep studenten begeleiden in hun werkplekopdrachten. Klassenbezoeken: De directeur legt ieder jaar bij ieder teamlid minstens drie klassenbezoeken af. Het klassenbezoek richt zich op de afspraken die vastgesteld zijn binnen de gesprekkencyclus. Elk schooljaar start de directeur de cyclus met een afname van de vaardigheidsmeter(VHM). Dit is een instrument dat binnen het bestuur is vastgesteld om te gebruiken als ontwikkeldocument voor de leerkracht. De directeur neemt deze VHM af samen met de IB-er. Zij voeren dan ook samen met de leerkracht het gesprek. De directeur en de leerkracht geven samen de ontwikkelafspraken weer in het doelstellingsgesprek.(in de interne schoolgids is er een protocol te vinden over de gesprekkencyclus). Maar zie ook beleid gesprekken cyclus. Ook de IB-er voert zelfstandig klassenbezoek uit. De IB-er plant elk jaar een aantal bezoeken waarbij de leerkracht gefilmd wordt (VIB). Na het klassenbezoek plant de IB-er samen met de leerkracht een gesprek. De klassenbezoeken van de IB-er zijn gericht op de vakinhoudelijke en didactische competentie van de leerkracht. De klassenbezoeken van de IB-er zijn ook gericht op coaching en begeleiding en hebben geen beoordelend karakter. Na afloop van elk klassenbezoek, die altijd gericht is op een instructie les, volgt een gesprek en zal er een verslag worden opgesteld. Dit verslag wordt na bespreking en eventuele bijstelling getekend voor akkoord of voor gezien. Deze wordt dan opgeborgen in het personeelsdossier. De medewerker zelf zorgt ervoor dat deze opgeborgen worden in het bekwaamheidsdossier. Collegiale consulatie: Op school is er een protocol aanwezig voor collegiale consultatie, deze is terug te vinden in de interne schoolgids. Collegiale consultatie vindt twee keer per jaar plaats. Dit is passend binnen het beleid van de school om optimaal aan onze eigen professionalisering te blijven werken. Maar ook om met en van elkaar te blijven leren. De directie vervangt de groep waarvan de collega op consultatie is. De leerkracht gaat met een ontwikkeldoel een les observeren en evalueert ditmet zijn of haar collega. Er wordt hiervan een verslag gemaakt en opgeborgen in het bekwaamheidsdossier. De directeur of IB-er zorgt ervoor dat er ruimte is om de bevindingen met elkaar te bespreken tijdens een overleg. Scholing: De scholing op teamniveau zal beschreven worden in het jaarplan. Hierbij staat op voorhand niet vast wie de scholing zal verzorgen. Voor scholing op individueel niveau is een vast bedrag , hetgeen door de cao is bepaald, ter beschikking. Bij de keuze van persoonlijke scholing geldt als criterium dat deze moet aansluiten bij de beleidsvoornemens die de school in gezamenlijkheid heeft bepaald en beschreven in het schoolplan. Het nieuwe CAO-PO verplicht iedere medewerker tot professionalisering. (zie nieuwe CAO-PO). SKO-Academie- Akke en Demi Het SKO beleid is erop gericht om talenten en experts die werkzaam zijn binnen de stichting ruimte te geven om deze expertise te delen met anderen. Wanneer de stichting erin slaagt om talentvolle werknemers optimaal de ruimte te geven dan profileert de stichting zich als een aantrekkelijker werkgever. Door uitwisseling van expertise tussen de scholen wordt er niet alleen een verbinding



27

tussen de scholen gelegd, maar ook de kennis gedeeld en verspreid. Het expertise team is onderdeel van de SKO academie, domein 5. Het expertiseteam is een bundeling van bestaande en toekomstige initiatieven (SVIB begeleiding startende leerkrachten, opleiden in de school, leerkracht-coaches, bovenschools IB-er, collegiale ondersteuning enz.) Binnen de academie is expliciet ruimte voor leren van en met elkaar; men informeert elkaar over de experimenten en benut elkaars expertise. Meer en meer wordt Akke en Demi benut om van en met elkaar te leren, elkaars expertise te benutten en elkaar te informeren. Jaarlijks wordt er door de SKO-academie een uitgebreid professionaliseringsaanbod verzorgd. Gesprekkencyclus: De gesprekkencyclus bestaat uit een cyclus van twee jaar. Het eerste jaar:

VHM afname en doelstellinggesprek

Voortgangsgesprek

Evaluatiegesprek Het tweede jaar:

VHM afname en doelstellinggesprek

Voortgangsgesprek

Beoordelingsgesprek over de doelen van twee jaar. Waarbij de SBL competenties leidend zijn voor het beoordelingsgesprek.

Voor elk gesprek vindt er een klassenbezoek plaats. De opbouw van de gesprekken manifesteert zich op de volgende manier: * bespreken klassenbezoek * stand van zaken * bespreken van gespreksagenda * vaststellen van doelen en maken van resultaatafspraken * vragen en agendapunten personeelslid * evaluatie of beoordeling en afsluiting Iedere leerkracht formuleert elk jaar een leervraag. Aan het einde van het schooljaar presenteert elke leerkracht zijn leervraag aan het team. I-coach: Op onze school is een I-coach aanwezig. Deze is verantwoordelijk voor het ICT beleid op school. Ook is hij verantwoordelijk voor het begeleiden en ontwikkelen van innovatie binnen de school. De SKO heeft hier voor het schooljaar 2014-2015 en 2015-2016 een budget beschikbaar voor gesteld voor elke school. Arbeidsomstandigheden en gedragscode: De SKO heeft een gedragscode opgesteld. Hierin wordt de professionele omgang beschreven. Er zijn regels beschreven betreffende seksuele intimidatie, pesten, discriminatie, lichamelijk geweld, vandalisme, diefstal, kleding, privacy, digitale snelweg en genotmiddelen. Door de code kan de SKO duidelijk maken hoe er binnen de school wordt omgegaan met personeel en leerlingen. Op school is er een vertrouwenspersoon aanwezig waar zowel de medewerker als de leerling terecht kan. Ook is er een ouder als externe als vertrouwenspersoon aangesteld waar de medewerker en de leerling terecht kan.



28

Formatie: De jaarlijkse formatie vindt plaats op bestuursniveau. De teldatum van 1 oktober voorafgaand aan het nieuwe schooljaar is bepalend voor de formatie van dat lopende schooljaar. Dit impliceert dat de school vroegtijdig moet anticiperen op schommelingen binnen het leerlingenbestand. Het personeel wordt in het voorjaar bevraagd op wensen t.a.v. interne en externe mobiliteit. Na besluitvorming wordt de formatie besproken en vastgesteld door de medezeggenschapsraad. Tevredenheidsonderzoek: Twee jaarlijks vindt er een tevredenheidsonderzoek plaats onder de ouders en de leerlingen en teamleden (op stichtingsniveau). Jaarlijks onder de leerkrachten door de directeur. Alle items die van belang zijn om binnen onze organisatie te werken, zowel inhoudelijk, relationeel als fysiek worden dan nagelopen. Verbeterpunten worden dan besproken en indien mogelijk opgelost. Arbo dienst: We onderhouden korte lijnen met de Arbodienst/bedrijfsarts, opdat de afstemming tussen werkgever en werknemer goed is t.b.v. het personeel. Onze verzuimcijfers, zie onderstaand tabel, van de afgelopen schooljaren zijn aanzienlijk verbeterd. In het schooljaar 2012 had de school te maken met twee langdurige zieke medewerkers. Een heeft dat jaar gebruik gemaakt van het vervroegd pensioen en één is er arbeidsongeschikt verklaart.

Ziekteverzuim Op De Zonnewijzer

2012 2013 2014

9,7% 2,76% 0,83%



29

3.3. Beleidslijn en indicatoren t.a.v. het onderdeel ‘personeel’ Conclusie tevredenheidsonderzoek Beekveld en Terpstra in 2014 Door hoge rapportcijfers aan de school toe te kennen, geven leerlingen, ouders én medewerkers van KBS De Zonnewijzer aan dat zij hun school bovengemiddeld waarderen. Er is in 2010 geen vergelijkbaar onderzoek gedaan onder ouders en leerlingen maar hun rapportcijfers bij dit onderzoek zijn wel hoger dan de cijfers uit de benchmark. De tevredenheid van management en leerkrachten is gegroeid sinds het eerdere onderzoek. Daarbij is het rapportcijfer dat zij hun school geven ook nog eens hoger dan het landelijk gemiddelde. Het onderwijsondersteunend personeel(één persoon)is gemiddeld net zo tevreden als collega’s op andere scholen en over het al gemeen ook net zo tevreden als in het vorige onderzoek. Kort samengevat:alle reden om trots te zijn! Huidige situatie: Het beleid op schoolniveau wordt voorbereid door de directeur. Dit gebeurt in overleg en in samenwerking met het MT, actieteams en team. Elk teamlid anticipeert in een actieteam. Alle beleidsvoorstellen worden besproken binnen het team en middels een procedure vastgesteld. In diverse protocollen en notities is het Integraal Personeelsbeleid vastgelegd en ligt ter inzage op school. Naar aanleiding van het bovenstaande en het zelfevaluatierapport van november 2014 is de algemene doelstelling voor het onderdeel personeel als volgt geformuleerd: Als de school een hoge kwaliteit nastreeft dan betekent dit dat alle personeelsleden de school als werkorganisatie met “goed” waarderen. Maar ook dat alle personeelsleden als voldoende competent beoordeeld worden. Doelen personeel: Vaardigheden voor de 21e eeuw Doel: Elk personeelslid heeft de intrinsieke motivatie om zich te blijven bekwamen. Zodat elke leerkracht de mogelijkheid heeft zich te ontwikkelen tot een excellente leerkracht (LB functie). Indicator: Alle personeelsleden worden als voldoende competent beoordeeld. 100% van de leerkrachten zijn in 2018 ingeschreven in het lerarenregister. Pedagogisch klimaat Doel: Ouders en leerlingen en derden ervaren de bejegening als betrokken en professioneel. Indicator:80% van de leerlingen en ouders beoordelen de communicatie en klimaat als goed. Passend onderwijs Doel: Alle personeelsleden geven aan dat zij voldoende begeleid worden om te kunnen voldoen aan de onderwijsbehoeftes van de leerlingen en kunnen op een juiste wijze afstemmen op de ontwikkelingsvragen van elke leerling. Indicator: Teamleden beschikken over specifieke didactische, organisatorische en pedagogische kennis en vaardigheden. Zij geven aan dat zij voldoende feedback en tools ontvangen tijdens de gesprekken die zij voeren met directie en IB-er. Team en nascholing wordt ingezet op de differentiatievaardigheden van de leerkrachten.



30

Hoofdstuk 4 : Cultuur en klimaat 4.1 Schoolcultuur Cultuur en klimaat: Cultuur en klimaat zijn belangrijk voor het goed functioneren van de schoolorganisatie. Er is een onderscheid tussen cultuur en klimaat in een school. Het klimaat staat namelijk voor een goede sfeer, hoe gaan wij met elkaar om en de aandacht die je voor elkaar hebt. Bij een cultuur denk je meer aan onbewuste vanzelfsprekendheden, ongeschreven regels en procedures. Culturen worden zichtbaar in symbolen, rituelen, (de ouderwetse)normen en waarden en in gemeenschappelijke opvattingen over wat hoort en wat niet. Sfeer: Wij vinden het belangrijk dat kinderen, ouders en leerkrachten zich thuis voelen op school. In een sfeer van wederzijds vertrouwen, respect en zich veilig voelen, kunnen kinderen zich optimaal ontwikkelen. Op de Zonnewijzer proberen wij dit vanuit een gezamenlijke verantwoordelijkheid te bereiken. Openheid en een transparante houding is de basis voor een goede communicatie. Het schoolklimaat wordt geëvalueerd middels tevredenheidspeilingen onder ouders, kinderen en medewerkers. Deze gegevens worden geanalyseerd en besproken met bestuur, ouders, medewerkers en de leerlingen. De sfeer op de Zonnewijzer is met een 8 en hoger gewaardeerd.

Management Lesgevend

personeel

Onderwijs

Ondersteunend

Personeel (OOP)

Ouders Leerlingen

2014 2010 2014 2010 2014 2010 2014 2014

8,7 8,0 8,4 7,7 8,0 8,0 8,1 8,4

Visie en beleid

Personeel

Leiderschap

Cultuur en klimaat









31

Op de Zonnewijzer zijn gedragsregels afgesproken. Deze zijn terug te vinden in de schoolgids en zij hangen in de school. De belangrijkste regels zijn:

We vertrouwen elkaar

We helpen elkaar

We werken samen

We hebben plezier

We doen mee

Niemand speelt de baas

Niemand lacht uit

Niemand doet zielig Voor de bovenbouw zijn er meerdere afspraken gemaakt. Op onze school is een protocol aanwezig voor goede sociale omgangsvormen met elkaar (inclusief pestbeleid en cyber pesten) Sfeer van veiligheid en geborgenheid vormt de belangrijkste voorwaarde voor leerlingen om te kunnen leren. Dit heeft bij De Zonnewijzer dan ook de grootste aandacht. Leerklimaat: De school is een omgeving waar geleerd en gewerkt wordt door leerlingen, ouders en het team. Onze leerlingen leren van en met elkaar in onze combinatiegroepen of in onze homogene groep. Maar ook leren zij van elkaar op het schoolplein. Leren is een belangrijk aspect voor iedereen. Daarnaast vinden wij dat onze school zich niet alleen moet beperken tot de schoolvakken, maar onze leerlingen moeten ook leren om op een goede manier met elkaar om te gaan. Onze leerlingen leren zelfstandigheid en zelf verantwoordelijk te worden voor hun eigen doen en laten. Op De Zonnewijzer wordt veel tijd en energie gestoken aan een goede sociaal-emotionele ontwikkeling.Ter ondersteuning gebruiken wij de methode: “Kanjertraining” en de R.O.E methode (Regels Observeren en Evalueren). Dit zijn beide methodes waarbij leerlingen intrinsiek worden gemotiveerd om gedragsregels (die zij zelf geformuleerd hebben) op te volgen. Door deze werkwijze levert dit onze leerlingen een goede basis om te kunnen leren. Verwachtingen over leerprestaties van kinderen: Wij willen op De Zonnewijzer een rijke, uitdagende leeromgeving scheppen waarin het onderwijsaanbod aansluit op wat kinderen nodig hebben in hun ontwikkeling en die gericht is op de leerbehoeften van kinderen en de 21e eeuwse vaardigheden. Op de Zonnewijzer proberen wij zoveel mogelijk elk kind op zijn niveau aan te spreken maar ook uit te dagen. Zodat elk kind zich ontwikkelt in zijn of haar talent. Van elke leerkracht wordt verwacht dat hij/zij zich hierop richt. Ook verwachten wij van ouders hierbij een bijdrage. Wij houden onze vorderingen van onze leerlingen bij o.a. d.m.v. het Cito leerlingvolgsysteem. Voor de leerlingen met een eigen leerlijn wordt een ontwikkelperspectief gemaakt. Onze leerkrachten analyseren de resultaten van de leerlingen waaruit acties voortvloeien. Om de zes weken wordt er gekeken of de doelen die gesteld zijn voor elke leerling nog realistisch zijn of dat zij bijgesteld moeten worden. Twee maal per jaar bespreken wij teambreed de opbrengsten van het LVS systeem. Externe contacten: Een basisschool staat midden in de maatschappij. Wij hebben een groot netwerk om onze school gebouwd en er vinden regelmatig op allerlei niveaus gesprekken plaats met externe instanties. Deze zijn voor school erg belangrijk voor het functioneren van de school als organisatie.



32

De school onderhoudt contacten met:

Gemeente Dronten

Orthopedagoog

Centrum voor jeugd en Gezin en GGD

Samenwerkingsverband 24-03

Onderwijsloket Lelystad en Dronten

Kinderopvang Dronten

Inspectie voor onderwijs

IJsselgroep – onderzoek en begeleiding

Vroegtijdige en Voorschoolse Educatie in de gemeente Dronten

Schoolmaatschappelijk werk

Praktijkondersteuner van huisartsen

Visio, ambulant begeleider cluster I

Kentalis, ambulant begeleider cluster II

Ambulante begeleiding cluster IV

Voortgezet onderwijs

Lokaal beraad SKO

Wijkagent

Bibliotheek

Diverse sportverenigingen via de sportcommissies of anders.

Katholieke Pabo Zwolle ( leraren opleiding/vierslag leren MLI)

Windesheim Zwolle 4.2 Cultuur voor de medewerkers De schoolleiding heeft hoge verwachtingen naar zijn personeel. Van elke leerkracht wordt verwacht dat hij/zij minstens op voldoende niveau voldoet aan het competentie profiel van een leerkracht. Omdat De Zonnewijzer kwaliteit wil leveren betekent dit voor zowel nieuwe leerkrachten als de “zittende” leerkracht dat hij/zij zich blijvend moet scholen om de kwaliteit te kunnen blijven waarborgen. Werken aan je eigen ontwikkeling en de mogelijkheid daar toe krijgen is een van de beelduitspraken van de school. Ook binnen het SKO zijn tal van initiatieven die (nieuwe) vormen van leren faciliteren. De startende leerkracht kan worden ondersteund door (beeld-)coaching en voor ervaren leerkrachten is er de masterclass “duurzame leerkracht”. Om de professionele houding te vergroten worden er op team(school)niveau inhoudelijke onderwerpen aan de orde gesteld. Ook worden de leerkrachten diverse malen per jaar door de intern begeleider gefilmd (beeldcoaching). Deze beelden worden dan zowel op individueel niveau als teamniveau met elkaar besproken. Zo werken wij aan onze ontwikkeldoelen en leren ook wij van en met elkaar. Ook is collegiale consultatie ,bij elkaar kijken is een onderdeel van onze professionalisering. In onze professionele cultuur bespreken mensen eerlijk en openlijk met elkaar over wat ze wel en niet kunnen. Een professioneel cultuur biedt kansen aan een professional om beter te worden. Maar het stelt ook eisen aan de professional. Feedback geven: Feedback geven is onmisbaar in een professionele cultuur. Het lijkt zo gemakkelijk, maar het valt in de praktijk niet altijd mee. Op onze school is er daarom een blijvende aandacht voor het geven en ontvangen van feedback. Door team coaching weten de leerkrachten wie hun collega’s zijn en hoe zij elkaar kunnen aanspreken.



33

Binnen de school worden taken en bevoegdheden verdeeld .Ook het werk in actieteams wordt onderling verdeeld. Omdat wij een kleine school zijn met een klein team zijn de actieteams beperkt tot twee. Aan het begin van elk schooljaar wordt er met elke leerkracht een doelstellinggesprek gevoerd. Hierbij wordt ook de vaardigheidsmeter instructiegedrag afgenomen. Tijdens deze meting komen exact de aspecten naar voren waar de leerkracht zich nog verder in kan ontwikkelen. De directie is getraind en gecertificeerd in het afnemen van dit instrument. De directie neemt dit instrument samen met de intern begeleider af, zodat de ontwikkeldoelen gevolgd kunnen worden tijdens de beeldcoaching. De leerkracht maakt in het begin van het jaar een leervraag dan wel een persoonlijk ontwikkelplan waar hij zich dat komende jaar verder in wil bekwamen. Leerkrachten presenteren aan het eind van het schooljaar aan elkaar hun leervraag. Op school is er een twee jarige gesprekkencyclus aanwezig. Evaluatie gesprek Beoordeling gesprek Voortgangsgesprek Voortgangsgesprek

Doelstelling gesprek 1e jaar 2e jaar Voor elk gesprek vindt er een klassenbezoek plaats van de directeur en/of intern begeleider. Na elk gesprek ontvangt de medewerker een verslag van zijn gesprek. Deze wordt opgeborgen in zijn/haar bekwaamheidsdossier. Elke twee jaar is er een beoordelingsgesprek hierbij wordt de leerkracht beoordeeld a.h.v. de SBL competenties. Zie vorig hoofdstuk. Wekelijks ontvangen de medewerkers een interne mail met team info op zowel directie niveau (zonne-energie) als op zorgniveau (zonnepaneel) . Hiermee wordt iedereen op de hoogte gehouden van de dagelijkse gang van zaken. Hierin staat ook de agenda van de directeur en de intern begeleider. Gedurende de schoolplanperiode wordt een communicatieportal in SharePoint geïmplementeerd op SKO niveau en op schoolniveau. Aan het einde van elk school jaar krijgen de medewerkers een evaluatieformulier van de directie. Een keer per twee jaar is er een medewerkers tevredenheidsonderzoek. Eens in de vier jaar wordt het risico inventarisatie & evaluatie rapport afgenomen.



34

4.3 Cultuur voor de leerlingen Cultuur en klimaat zijn ook voor leerlingen van belang om tot ontwikkeling te komen. Elke onderwijskundige weet dat veiligheid een basisvoorwaarde is. Op De Zonnewijzer is dit een van de belangrijkste pijlers binnen ons onderwijs. Competentie ,autonomie en relatie zijn de basisbehoeften van elk kind waaraan we tegemoet willen komen. Een gestructureerd klassenmanagement en instructie op basis van het ADI model zorgen ervoor dat de regels en de organisatie in de school en de groep helder en eenduidig zijn. Het verwerven van zelfstandigheid, zelfredzaamheid en het vergroten van weerbaarheid zijn voor de school essentiële voorwaarden voor het leren ‘leren”. Het zelfstandig werken en samenwerken is iets wat wij gericht aanleren. Dit begint al in groep 1-2. In het zelfstandig werken door kinderen zullen verschillende eindniveaus worden bereikt. Juist voor de kinderen die hier meer moeite mee hebben is er daardoor voldoende ruimte om hen extra te begeleiden. Ook is zelf nakijken een uitgangspunt van zelfstandigheid. Aandacht voor het werk door de leerkracht blijft natuurlijk wel belangrijk. De leerkracht controleert regelmatig achteraf. De leerkracht voert met de leerlingen “feedback” gesprekken over het werk. Komende schoolplanperiode zullen de leerlingen ook betrokken zijn bij de rapport gesprekken. In de vorm van een portfolio gaan zowel de ouders als de leerling met de leerkracht in gesprek. Rust, orde en structuur en onze kleine groepen, zorgen ervoor dat alle leerlingen optimaal tot ontwikkeling kunnen komen. Op de Zonnewijzer is er een actieve leerlingenraad aanwezig. 5-6 Keer per jaar hebben zij overleg met de directeur. Zij hebben daarvoor altijd een klassenvergadering. Democratische besluiten en duidelijke agenda voeringen zijn een belangrijk onderdeel tijdens deze vergaderingen. Zowel de klas als de leerkrachten ontvangen notulen van deze vergaderingen. Ook heeft de leerlingenraad een eigen ideeën box. Tijdens het laatste tevredenheidsonderzoek gaven de leerlingen de school een hoog cijfer: 8.4. De leerlingen gaven aan dat zij zich prettig en veilig op school voelen en dat er leuke juffen en meeste

2015-2019 KBS De Zonnewijzer - Gratis website...

Documents

Transcript of 2015-2019 KBS De Zonnewijzer - Gratis website...