2009 el-gelijkekansen

2

Click here to load reader

Transcript of 2009 el-gelijkekansen

Page 1: 2009 el-gelijkekansen

Als Devos de passie preekt...

Wat zou de Jezusbeweging gedacht hebben over ons gelijkekansendebat? Dat vraag ik me echt af. Want “gelijke kansen' is nu zo'n onderwerp dat heel verraderlijk is. Op het eerste zicht is het vanuit christelijk geëngageerd oogpunt een evidentie dat elk mens gelijke kansen verdient. Toch is het goed kritisch te staan tegenover dit standpunt.

Ik moet niet lang nadenken om akkoord te gaan met de analyse dat mensen niet gelijk geboren worden. Het is nu eenmaal een feit dat onder andere inkomen, afkomst en sociale klasse van ouders sterk bepalend is voor de uiteindelijke levensloop van hun kinderen. Vandaar dat het me evident lijkt om elk kind dezelfde kansen te gunnen onafhankelijk van de achtergrond. Net zoals het gelukkig een evidentie aan het worden is dat elk kind bijvoorbeeld recht heeft op onderwijs of recht op ontspanning.

Toch vraag ik me echt af of het wel zo 'christelijk' is om gewoon de lat voor iedereen op gelijke hoogte te leggen. Bedoelen we met gelijke kansen dat iedereen gelijk behandeld moet worden? Dat elkeen berecht moet worden op dezelfde manier? Dat een kind uit een kansarm gezin op dezelfde ondersteuning kan rekenen als een kind uit de middenklasse? Als we dat bedoelen met gelijke kansen dan gaan we ervan uit dat elk kind, elk mens uiteindelijk hetzelfde kan bereiken en zijn eigen klasse of stand kan doorbreken. Dat is een heel belangrijk uitgangspunt: het geloof dat iedereen het kan maken, bijna een 'American dream'.

In het Lucasevangelie vraagt iemand aan Jezus: 'Wat moet ik doen om het eeuwig leven te ontvangen?'. Jezus antwoordt dat het eigenlijk vrij eenvoudig is: de geboden, de Thora onderhouden, de ander lief hebben,.. De man repliceert erop dat hij toch wel goed bezig is, maar hij heeft nog steeds het eeuwig leven niet. Jezus komt op dat moment pas echt radicaal uit de hoek als hij stelt dat hij al zijn bezittingen moet verkopen en uitdelen aan de armen. Dan pas lukt het om het allerhoogste te bereiken waartoe een mens in staat is. Een straffe uitspraak.

Eerder in de traditie vinden we het verhaal van Amalek. De stam van Amalek heeft het gemunt op de Hebreeërs die gevlucht zijn uit Egypte. Het volk trekt op dat moment door de woestijn met de mannen op kop, vrouwen en kinderen achteraan. Amalek profiteert van de zwakte van de staart om in de rug aan te vallen. Die laffe daad gaat zo in tegen wat JHWH is dat Amalek eraan moet geloven. Hij moet gedood worden, maar ook al zijn stamgenoten, de dieren, en zelfs de bezittingen moeten vewoest worden. Niets mag nog aan Amalek herinneren. Vijanden van JHWH moeten in bepaalde gevallen (als ze bijvoorbeeld de zwaksten aanvallen) met wortel en al uitgeroeid worden. Heel harde woorden.

Wat hebben deze verhalen te maken met gelijke kansen? Misschien niets? Toch tonen ze heel duidelijk twee zaken. Ten eerste is er de radicale keuze van de Jezusbeweging voor al wat arm, aan de kant of uitgestoten is. Die bevolkingsgroepen hebben voorrang, verdienen zelfs een voorkeursbehandeling.Ten tweede is het duidelijk dat iedereen en alles wat het 'koninkrijk Gods' in de weg staat, bijvoorbeeld 'Amalekitisch kwaad', actief moet bestreden worden. Ook dat is dus in zekere zin een voorkeursbehandeling.Het punt is dat het hele debat over gelijke kansen ons wel eens op het verkeerde spoor zou kunnen zetten. Gelijke kansen betekent niet dat we iedereen gelijk moet behandelen. Integendeel. Volgens mij is het de taak van christenen om net zwakkere groepen op te sporen, actief aan te spreken en een voorkeursbehandeling te geven. We hebben daar een heel omstreden woord voor in onze samenleving: positieve discriminatie. In plaats van kinderen in het onderwijs gelijk te behandelen 

Page 2: 2009 el-gelijkekansen

moeten we ze ongelijk behandelen. Kinderen die van thuis uit een valse start gemaakt hebben verdienen onze volle, soms zelfs onze exclusieve aandacht.  Zij moeten in zekere zin bevoordeeld worden. Want zij kunnen er niet aan doen dat ze in een bepaalde situatie zijn opgegroeid (bijvoorbeeld: niet het Nederlands hebben als moedertaal). Het besef moet groeien dat je eigen achtergrond doorbreken niet zo makkelijk is als het gelijkekansenverhaal ons doet geloven. Weinigen slagen er echt in. Het is daarom onze verantwoordelijkheid om te kiezen. Christenen zijn mensen van de keuze. Onze God doet ons kiezen voor de minste, de zwaksten. We mogen onze rug draaien naar diegene die het al goed hebben. Zij komen er wel.Echt bevrijdingswerk maakt kansengroepen sterker door ze extra instrumenten te geven. Het ideaal van de Jezusbeweging was een maatschappij die niet klassenloos is, maar die wel erkent dat de lagere klassen de basis vormen van een rechtvaardige samenleving. Naar hen moet bovenal onze liefde gaan.