12127_Phoenix Applicatie 01-2013_NL_v4

3
- applicatie van de maand januari 2013 - Flexibele veiligheidsoplossing in de spotlights Het Concertgebouw werd geopend in 2002, toen Brugge culturele hoofdstad van Europa was. Sindsdien hebben in de grote con- certzaal al vele honderden voorstellingen plaatsgevonden, in de meest uiteenlopende muziekgenres. Kenmerkend aan de zaal is dat men de akoestiek bij elk concert kan aanpassen aan het genre door gebruik te maken van concertplafonds en akoestische gordij- nen. De scènetoren kan als klankkast gebruikt worden door deze akoestisch af te sluiten en het gebouw staat op enkele duizen- den veren zodat trillingen van buitenaf de akoestiek niet kunnen beïnvloeden. Merkwaardig is verder dat de orkestzone vooraan op het toneel in de hoogte versteld kan worden. Op haar hoogste niveau maakt de zone deel uit van het podium. Op zaalniveau kan ze dienst doen als orkestbak of extra ruimte voor het publiek. De zone kan ook op het kelderniveau gebracht worden, onder het podium, zodat ze als materiaallift gebruikt kan worden. Met zijn merkwaardige architectuur en uitstekende akoestiek geniet het Concert- gebouw in Brugge een internationale reputatie. Een van de vele technische hoogstandjes in het gebouw is het liftsys- teem waarmee men de voorkant van het podium op verschillende niveaus kan plaat- sen. De beveiliging van deze toepassing werd gerealiseerd met SafetyBridge, een flexibel en configureerbaar systeem van Phoenix Contact. De orkestzone vooraan op het toneel wordt aangedreven door spiraalliften, een ingenieus systeem dat nauwelijks plaats in beslag neemt. Podium beweegt op spiraalliften De orkestzone bestaat uit twee achter elkaar gelegen zones, eigenlijk twee liften die elk 16 meter breed zijn en apart aangedreven worden. De ene lift is 3 meter diep, de andere 1,50 meter. Voor de aandrijving staat elke zone op 6 spiraal- liften. Dat zijn spiralen die naar boven geduwd worden door een verticale metalen band tussen de groeven in de spira- len te duwen. De band blijft door de groeven rechtop staan tussen de windingen en duwt deze uit elkaar, waardoor het geheel steeds hoger wordt.

Transcript of 12127_Phoenix Applicatie 01-2013_NL_v4

- applicatie van de maand januari 2013 -

Flexibele veiligheidsoplossing in de spotlights

Het Concertgebouw werd geopend in 2002, toen Brugge culturele

hoofdstad van Europa was. Sindsdien hebben in de grote con-

certzaal al vele honderden voorstellingen plaatsgevonden, in de

meest uiteenlopende muziekgenres. Kenmerkend aan de zaal is

dat men de akoestiek bij elk concert kan aanpassen aan het genre

door gebruik te maken van concertplafonds en akoestische gordij-

nen. De scènetoren kan als klankkast gebruikt worden door deze

akoestisch af te sluiten en het gebouw staat op enkele duizen-

den veren zodat trillingen van buitenaf de akoestiek niet kunnen

beïnvloeden.

Merkwaardig is verder dat de orkestzone vooraan op het toneel in

de hoogte versteld kan worden. Op haar hoogste niveau maakt de

zone deel uit van het podium. Op zaalniveau kan ze dienst doen

als orkestbak of extra ruimte voor het publiek. De zone kan ook op

het kelderniveau gebracht worden, onder het podium, zodat ze als

materiaallift gebruikt kan worden.

Met zijn merkwaardige architectuur en uitstekende akoestiek geniet het Concert­gebouw in Brugge een internationale reputatie. Een van de vele technische hoogstandjes in het gebouw is het liftsys­teem waarmee men de voorkant van het podium op verschillende niveaus kan plaat­sen. De beveiliging van deze toepassing werd gerealiseerd met SafetyBridge, een flexibel en configureerbaar systeem van Phoenix Contact.

De orkestzone vooraan op het toneel wordt aangedreven door spiraalliften,

een ingenieus systeem dat nauwelijks plaats in beslag neemt.

Podium beweegt op spiraalliften De orkestzone bestaat uit twee achter elkaar gelegen zones,

eigenlijk twee liften die elk 16 meter breed zijn en apart

aangedreven worden. De ene lift is 3 meter diep, de andere

1,50 meter. Voor de aandrijving staat elke zone op 6 spiraal-

liften. Dat zijn spiralen die naar boven geduwd worden door

een verticale metalen band tussen de groeven in de spira-

len te duwen. De band blijft door de groeven rechtop staan

tussen de windingen en duwt deze uit elkaar, waardoor het

geheel steeds hoger wordt.

Dimitri De Coninck, Software Engineer bij Van Vooren: “We gebruiken vaak componenten van

Phoenix Contact omdat we tevreden zijn over de prijs en functionaliteit.”

Het is een ingenieus systeem omdat het in zijn laagste stand

bijzonder compact is: de spiraal ligt dan in elkaar gedrukt

en de band zit opgerold op een aparte spoel. Daardoor heeft

men onder het podium geen extra diepe ruimte nodig om

het aandrijfsysteem te huisvesten. Om die reden worden

spiraalliften wel vaker gebruikt in de podiumtechniek. De

besturing en beveiliging zijn van cruciaal belang want bij

een onoordeelkundig gebruik kan een verticale band losko-

men uit de groeven waardoor de lift onstabiel wordt.

Modulaire opbouw“De zes spiralen onder een zone worden aangedreven met

één enkele motor waarvan de beweging via kettingen over-

gebracht wordt”, legt Dimitri De Coninck van het industriële

installatiebedrijf Van Vooren uit. “De mechanische overbren-

ging garandeert dat de zes liften synchroon aangedreven

worden. Ter controle zit er een scheefloopdetectie op en

wordt de spanning in de kettingen bewaakt, zodat de motor

automatisch stilgelegd wordt wanneer zich een probleem

voordoet.”

Van Vooren kreeg de opdracht om de besturing van het hele

systeem te moderniseren, want dat was destijds ingevoerd,

met componenten op 110 VAC. Die zijn bij ons zeer moeilijk

te verkrijgen en de norm in Europa is 230VAC. Bovendien

waren er problemen met de vorige sturing. Deze ging soms

om een of andere reden in de fout waardoor de lift niet meer

wou bewegen, wat uiteraard nefast is voor de uitvoeringen.

Voor de nieuwe besturing koos Van Vooren een ILC van Phoe-

nix Contact, uitgebreid met SafetyBridge modules om de

vele veiligheidsfuncties te configureren. “We gebruiken vaak

componenten van Phoenix Contact omdat we tevreden zijn

over de prijs en functionaliteit”, zegt Dimitri De Coninck. “In

dit project moest alles ingebouwd worden in een schakel-

kast van een op een meter. Dankzij de modulaire opbouw

was dit geen enkel probleem.” Het systeem werd uitgerust

met een eenvoudige interface: de bediening gebeurt met

een peer met knoppen en technici krijgen via lampen op de

schakelkast feedback over de toestand van het systeem en

eventuele problemen.

Veiligheidsfuncties in de SafetyBridgeHet SafetyBridge concept bestaat uit een basismodule met

uitbreidingsmodules van telkens acht of zestien veilige I/O’s

waarvan de functionaliteit in de klemmen zelf geconfigu-

reerd wordt. De modules communiceren onderling over een

ProfiSafe protocol en kunnen via de basismodule gelinkt

worden aan eender welke PLC. Die krijgt zo toegang tot de

veilige in- en uitgangen, maar wordt in noodsituaties over-

ruled door de veiligheidsfuncties in de SafetyBridge zelf. De

configuratie van die functies gebeurt met SAFECONF, een

intuïtieve softwaretool die geen specifieke programmeerer-

varing vereist.

Dimitri De Coninck: “De scheefloopdetectie en het bewaken

van de kettingspanning zijn aangesloten op de veilige I/O’s

omdat de motor bij de vaststelling van een probleem onmid-

dellijk moet stoppen. Daarnaast zijn er de meer klassieke be-

veiligingen zoals noodstopknoppen en stootranden. Er zijn

ook deurcontacten die de lift doen stoppen wanneer iemand

de orkestput binnenkomt.”

“De sturing kan al deze veilige I/O’s uitlezen en op basis

daarvan de lampen aansturen waarmee op de kast aange-

duid wordt om welke reden het systeem een safety stop ge-

daan heeft. Zo kunnen de mensen ter plaatse het probleem

oplossen en de installatie weer opstarten.” Zowel op het

podium als op de hoofdkast in de orkestput is een dergelijk

synoptisch bord geplaatst.

Meer weten?

Dimitry Matthijs, Account [email protected]

Kristin Jacobs, Marketing [email protected]

Phoenix Contact nvMinervastraat 10-12 • 1930 Zaventem • 02 723 98 11

Configuratie in de schakelkast met rechts de SafetyBridge modules

Integratie van gewone en veiligheidsfunctiesDe PLC maakt voor de sturing gebruik van een aantal gewone I/O’s die feedback geven over de positie en van de I/O’s op de

veiligheidsmodules, die dus zowel voor de sturing als voor de beveiliging gebruikt worden. Die flexibiliteit maakt SafetyBridge

interessant: men krijgt de mogelijkheden van een Safety PLC aan een veel lagere installatiekost.

De integratie van gewone en veiligheidsfuncties maakt het bovendien mogelijk om een systeem te ontwikkelen dat voor de

gebruiker zeer transparant en gebruiksvriendelijk is.

Dimitri De Coninck: “De eenvoud voor de gebruikers gaan we nog verbeteren door absolute encoders te plaatsen die ook

bij een stroomuitval hun positie blijven onthouden. De bedoeling is dat de technici hier het systeem volop kunnen gebruiken

waarvoor het bedoeld is, zonder zich te moeten verdiepen in de automatiseringstechnologie waarmee het allemaal

gerealiseerd wordt. Tijdens uitvoeringen is het belangrijk dat het systeem betrouwbaar is en blijft werken. Het synoptisch

bord kan helpen om kleine problemen te verhelpen zodat de voorstelling gewoon kan doorgaan. Door gebruik te maken van

een override sleutel, die enkel voor bevoegde personen beschikbaar is, kunnen de deurcontacten en stootranden overbrugd

worden wanneer er daar een probleem mee is en kan de lift manueel gestuurd worden.

Door de transparantie van de PLC en de SafetyBridge krijgen zij een eenvoudige interface waarmee alle aspecten van de

toepassing bediend en gecontroleerd kunnen worden.”